Onderzoeksrapport Toetsing aan: Beheersbaarheid van Brand 2007
Opdrachtgever De Rooij Oisterwijksebaan 2 5059 AR HEUKELOM NB
Adviseur J.S.M. de Groot 06-20423896 Adviseur brandpreventie : Ing. A.H. van Rossum 06-53375097
Datum rapport: 20-3-2015 Versie 1.0
DLV Bouw, Milieu en Techniek BV Noord President Kennedylaan 35a Postbus 354 8440 AJ Heerenveen Tel. 0513 – 65 35 96 Fax 0513 – 65 31 85
Oost Munsterstraat 18a Postbus 546 7400 AM Deventer Tel. 0570 – 50 15 00 Fax 0317 – 49 14 59
WWW.DLV.NL Zuid Oostwijk 5 Postbus 511 5400 AM Uden Tel. 0413 – 33 68 00 Fax 0317 – 49 14 75
West Lage Biezenweg 5a 4131 LV Vianen Tel. 0348 – 49 52 52 Fax 0317 – 49 14 23
EXPERTS IN ADVIES
”
Onderzoeksrapport Betreffende
Opdrachtgever
: de risico’s en voorwaarden voor het brandveilig bouwen en in gebruik hebben van een varkensstal. :
De Rooij Oisterwijksebaan 2 5059 AR HEUKELOM NB tel. 013-5332114
Contactpersoon
: Dhr. De Rooij tel. 06-53665103 / 06-053199093
Bouwplaats
: Oisterwijksebaan 2 HEUKELOM NB
Ontwerper
: DLV Bouw, Milieu en Techniek BV Postbus 511 5400 AM Uden tel. 0413-336800 fax. 0317-491475
Projectleider
: J.S.M. de Groot tel. 06-20423896
Adviseur brandpreventie : Ing. A.H. van Rossum tel. 06.53375097 Analysenummer
: B130415
Tekeningen
: B130415 21-S10
Indeling bouwbesluit
: gebruiksfunctie: (lichte) industrie bezetting: < 1 persoon per 30 m2
Gegevens in deze berekening zijn aangeleverd door de opdrachtgever van dit onderzoek. DLV Bouw, Milieu en Techniek aanvaardt geen aansprakelijkheid indien door het verstrekken van onjuiste gegevens de uitkomsten van de berekening niet blijken te kloppen.
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
2
”
Inhoudsopgave 1. Aanleiding voor de analyse .......................................................................................................... 4 2. Het gebouw en de inrichting ........................................................................................................ 5 3. Basisprincipe methode “Beheersbaarheid van Brand” ............................................................. 6 3.1. Uitgangspunten ........................................................................................................................ 6 3.2. Vuurlast.................................................................................................................................... 6 3.3. Maatregelpakket....................................................................................................................... 6 3.4. WBDBO ................................................................................................................................... 7 4. Overige brandpreventiemaatregelen ........................................................................................... 8 4.1. Brandbestrijdingsapparatuur .................................................................................................... 8 4.2. Vluchtdeuren ............................................................................................................................ 8 4.3. Nood- en transparantverlichting ............................................................................................... 8 5. Conclusie ...................................................................................................................................... 9 Bijlagen............................................................................................................................................ 10 Bijlage 1. Situatie .......................................................................................................................... 11 Bijlage 2. Vuurbelastingscalculatie, gemiddelde vuurlast .............................................................. 12 Bijlage 3. Bepaling WBDBO .......................................................................................................... 13
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
3
”
1. Aanleiding voor de analyse De heer De Rooij heeft bouwplannen aan de Oisterwijksebaan 2 in HEUKELOM NB. Hij wil hier een zeugenstal vergroten. Na uitbreiding heeft het betreffende brandcompartiment met een oppervlakte van 3.246 m2. Deze oppervlakte is meer dan de maximum compartimentgrootte van 2.500 m2, zoals deze in art. 2.83 van het bouwbesluit wordt genoemd. Het is daarom noodzakelijk om op basis van art. 1.3 van het bouwbesluit aan te tonen dat het voorgenomen bouwplan op basis van gelijkwaardigheid toch zo mag worden gebouwd. Deze berekening is uitgevoerd volgens de methode “Beheersbaarheid van brand 2007” (Min. van Binnenlandse Zaken, Directie Brandweer en GHOR).
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
4
”
2. Het gebouw en de inrichting In de zeugenstal worden zeugen gehouden. De opdrachtgever wil het nieuw te bouwen complex uitvoeren als één brandcompartiment. Met name het voorkomen van luchtkanalen voor de ventilatie van de stallen maak het vrijwel onmogelijk om binnen het aangegeven compartiment brandwerende scheiding aan te brengen. Uitgangspunt van de berekening is derhalve de aanname: één brandcompartiment van 3.246 m². Het gebouw is een dierverblijf, daarom is het maximum van 2500 m2 hier van toepassing. De oppervlakte dierverblijf (die delen van de stal waar daadwerkelijk dieren komen) is 2.420 m2 zodat aan deze voorwaarde van Beheersbaarheid van brand wordt voldaan. Het gebouw heeft de volgende afmetingen: • grootste breedte: • lengte: • grootste zijwandhoogte: • nokhoogte:
51,5 60,9 3,8 7,0
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
meter meter meter meter
5
”
3. Basisprincipe methode “Beheersbaarheid van Brand” Het basisprincipe van de Methode BvB is tweeledig: 1. Er wordt een controleerbare beperking gesteld aan de totale hoeveelheid brandbaar materiaal in en aan het betrokken brandcompartiment. Dit betekent een gebruiksafspraak (gebruiksbeperking) met toezichtarrangement, waarin de hoeveelheid brandbaar materiaal in de constructie en de inventaris wordt beperkt. De beperking hangt af van een te kiezen maatregelpakket. 2. Er worden eisen gesteld in de vorm van een minimale WBDBO van de omhulling van het brandcompartiment. De eisen hangen van verschillende factoren af; primair van de verwachte brandduur van een onverhoopte brand in het compartiment. 3.1. Uitgangspunten • • • • •
Het compartiment bevindt zich in één gebouw. Het gebouw is een niet-slaapgebouw. De nokhoogte bedraagt minder dan 15 m. Het gedeelte gebruiksoppervlak dat op eventuele verdiepingen en tussenvloeren aanwezig is bedraagt minder dan 50% t.o.v. het totale gebruiksoppervlak van het compartiment. Het compartiment bestaat uit niet meer dan twee bouwlagen.
Het beschouwde compartiment voldoet aan deze eisen. 3.2. Vuurlast Omdat de vuurlast gelijkmatig verdeeld is over het gehele gebouw kan worden gesteld dat de gemiddelde vuurlast gelijk is aan de maatgevende vuurbelasting. De maatgevende vuurbelasting = gemiddelde vuurbelasting = q = 22 kg/m2. In de bijlage is een nadere uitwerking en totstandkoming van deze vuurlast terug te vinden. 3.3. Maatregelpakket Er is bij dit compartiment voor maatregelpakket I gekozen. Dit houdt in dat de volgende maatregelen worden genomen: • De omvang van het compartiment mag niet groter zijn dan 300.000/q = 13.404 m2. • De WBDBO-eis aan de omhulling bedraagt qm+ toeslag. De onbebouwde ruimte van 5 meter loodrecht op de gevel is niet aanwezig, daarom wordt figuur 4.3 gebruikt.. Het scheidend oppervlakte is aan de voorzijde 199 m2, aan de rechterzijkant (naar stal 7) 139 m2 en aan de achterzijde 199 m2. De aan te houden toeslag is 0 minuten. Dit resulteert in een WBDBO eis van 22 minuten. Dit is minder dan de minimum eis van 60 minuten. Conclusie: de WBDBO-eis bedraagt 60 minuten. • Er hoeven geen installaties te worden toegepast zoals een brandmeldinstallatie en voorziening rook (RWA). • Er worden geen eisen gesteld aan de ontwikkelsnelheid. • Het aantal enkelvoudige verbindingen is beperkt tot max. 2. • Stapeling is beperkt mogelijk; de WBDBO eis van de horizontale scheiding bedraagt qm + 60, waarbij qm niet meer mag zijn dan 180 kg vurenhout per m2. Er is hier echter geen sprake van stapeling. © DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
6
”
3.4. WBDBO De WBDBO eis bedraagt 60 minuten (zie maatregelpakket). De WBDBO wordt aan 3 zijden gerealiseerd op basis van brandwanden. De vereiste brandwanden zijn op tekening aangegeven. Aan de westzijde wordt de vereiste brandwerendheid behaald o.b.v. afstand. - ten opzichte van de perceelsgrenzen zijn de volgende afstanden maatgevend: west gevel: 3 m. t.o.v. de perceelsgrens. plus 53 m t.o.v. het hart van een perceel dat geen bouwbestemming heeft. We mogen daarom rekenen met een afstand van (3 + 53 = 56) / 2 = 28 m maatgevende afstand. In de berekening in bijlage 3 is aangetoond dat de gevels geen aanvullende brandwerendheid behoeven, de maatgevende afstand geeft hier een WBDBO van 240 min. Aan de eisen ten aanzien van WBDBO naar belendingen wordt voldaan.
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
7
”
4. Overige brandpreventiemaatregelen 4.1. Brandbestrijdingsapparatuur Een varkensstal valt in de categorie “Lichte industrie”. Op grond van deze indeling kunnen geen brandslanghaspels worden voorgeschreven (Bouwbesluit art. 6.28). Wel dienen in het gebouw voldoende draagbare of verrijdbare blustoestellen aanwezig te zijn om een beginnende brand zo snel mogelijk door in het gebouw aanwezige personen te laten bestrijden (Bouwbesluit art. 6.31). De vereiste brandblussers zijn in tekening aangegeven. 4.2. Vluchtdeuren De bezetting van een varkensstal is minder dan 1 persoon per 30 m2. De grenswaarden voor de maximale vluchtroute is bij deze bezetting 60 m (Bouwbesluit art. 2.102 lid 7). Deze grenswaarde wordt nergens overschreden in dit gebouw indien de deuren alle van binnenuit te bedienen zijn en als vluchtweg bruikbaar zijn. 4.3. Nood- en transparantverlichting Voor lichte industrie is noodverlichting niet vereist (Bouwbesluit art. 6.3). Vluchtwegaanduiding is voor lichte industrie eveneens niet vereist (Bouwbesluit art. 6.24).
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
8
”
5. Conclusie Uit de berekening die is gebaseerd op bovenstaande uitgangspunten blijkt dat de maximale compartimentgrootte 13.404 m² mag zijn. Het compartiment is 3.246 m² zodat we kunnen stellen dat het gebouw als één compartiment kan worden gebouwd.
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
9
”
Bijlagen
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
10
”
Bijlage 1. Situatie
In rood het beschouwde brandcompartiment
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
11
”
Bijlage 2. Vuurbelastingscalculatie, gemiddelde vuurlast Datum van opmaak Werk Grootte van het werk Gemeente
23 maart 2015 Uitbreiding zeugenstal De Rooij - Heukelom (NB) 3.246 m² Oisterwijk
Berekeningsmethodiek Doel: Maximale compartimentsgrootte =
Brandveiligheidsconcept: "beheersbaarheid van brand" Berekening van de maximale compartimentsgrootte 300.000 gedeeld door gemiddelde vuurbelasting
Vuurbelasting Variabele vuurbelasting Zeugen en biggen *) Bekabeling en verlichting Electromotoren à 1,1 kW Electromotoren à 3,0 kW Kunststofdelen overige Aftimmerhout 12 mm WBP Kunststof wanden Kunststof roostervloeren Luchtwasinstallatie Kunststof voerbakken Voerleidingen 80 mm PVC Onvoorzien
Aantal eenh
Aantal eenh 5.374 3.246 3 6 500 179 1.335 707 2 80 225 10
stuks m² stuks stuks kg m² m² m² m² stuks m¹ %
MJ/eenh
Totaal
19 13,8 22,6 40 148 179 353 28,5 170
17
Subtotaal Variabele vuurbelasting Permanente vuurbelasting Houten gordingen, regels, latten Dakbedekking APP Gootbetimmering 19 mm underlaymen Damwandbeplating Diful'r plafondplaat 30 mm XPS Dakisolatie, 50 mm PIR Raamkozijnen kunststof Loopdeuren (binnen en buiten) PVC hemelwaterafvoerpijpen
59 234 234 211 983 1.457 12 34 88
674.790
m³ m² m² m² m² m² stuks stuks m¹
8.550 82 17 5 36 56 122 1.684 7
Subtotaal Permanente vuurbelasting
1.380.304
Totaal 1.380.304 72.648 3.246 425 22 13.404
Maximaal compartiment
MJ kg vurenhouteq. m² MJ/m² kg vurenh.eq/m² m²
Conclusie
Het huidige compartiment voldoet
Oppervlakte van de stal Vuurlast per m²
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
505.080 19.233 3.880 1.034 35.392 81.581 1.464 57.256 595 705.514
Totaal *) levende have draagt niet bij aan brand Berekening Vuurlast
61.674 41 136 20.000 26.491 238.333 249.288 57 13.600 3.825 61.345
Permanent 705.514 37.132
Variabel 674.790 35.515
217 11
208 11
12
”
Bijlage 3. Bepaling WBDBO
brongevel = west
b1\2
b1\2 h (m)=
2,13
x (m)=
28,00
h1\2
bronstraling (kW/m²) 45 observatiepunt h1\2 b(m)=
46,44
Invulgegevens: h b x fbron Berekende gegevens: h1\2 b1\2 x/b1\2 h1\2/b1\2 A B Arctan(A) Arctan(B) Fv fdoel WBDBO
2,13 46,44 28,00 45
m m m kW/m²
1,06 m 23,22 m 1,21 0,05 0,83 0,03 0,69 0,03 0,03 1,29 240 minuten
Verklaring van de de afkortingen en symbolen: fbron warmtestraling van de bron fdoel totale warmtestralingsflux in het observatiepunt, in kW/m² h hoogte van de beschouwde gevel b breedte van de beschouwde gevel x horizontale afstand tussen het beschouwde observatiepunt en de verticale stralende gevel, gemeten loodrecht op de gevel, in m
© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV 20-3-2015 Onderzoeksrapport “Beheersbaarheid van Brand 2007”
13
