Begroting 2014 Oktober 2013
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave begroting 2014 Inhoudsopgave Samenstelling bestuur Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
3 5
Begroting 2014 1.1 Samenvatting op hoofdlijnen 1.2 Leeswijzer
7 15
Beleidsbegroting 2.1 Programmaplan 2.1.1 Meerjarenprogramma Infrastructuur (MPI) 2.1.2 Investeringsbudget Stedelijke vernieuwing (ISV) 2.1.3 Programma’s Programma Cultuur (1) Programma Jeugd en onderwijs(2) Programma Economie en toerisme (3) Programma Sociaal maatschappelijke ontwikkeling (4) Programma Werk en inkomen (5) Programma Wonen (6) Programma Infrastructuur/bereikbaarheid (7) Programma Dienstverlening (8) Programma Politiek bestuur (9) Programma Veiligheid en openbare orde (10) Programma Sport (11) Programma Ruimtelijke ordening (12) Programma Milieu, energie, water (13) Programma Woon- en leefomgeving (14) Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien (15)
17 17 22 23 23 31 37 43 49 55 63 71 77 83 91 97 101 109 117
2.2 Paragrafen 2.2.1 Lokale heffingen 2.2.2 Weerstandsvermogen 2.2.3 Onderhoud kapitaalgoederen 2.2.4 Financiering 2.2.5 Bedrijfsvoering 2.2.6 Verbonden partijen 2.2.7 Grondbeleid 2.2.8 Strategisch investeringsfonds (SIOF)
121 121 129 138 143 146 149 158 163
Financiële begroting 3.1 Overzicht baten en lasten 3.1.1 Het overzicht van baten en lasten 3.1.2 Toelichting op het overzicht van baten en lasten 3.2 Uiteenzetting financiële positie 3.2.1 Ontwikkeling financiële positie 3.2.2 Enkele specifieke onderwerpen 3.2.3 Meerjarenraming
167 167 168 169 169 179 183
Alfabetische lijst met afkortingen
185
3
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Inhoudsopgave
Bijlagen
Bijlage A
Overzicht mee- en tegenvallers
191
Bijlage B
Verloop reserves en voorzieningen
209
Bijlage C
Meerjarenprogramma Infrastructuur
213
Bijlage D
Uitbreidings- en vervangingsinvesteringen
225
Bijlage E Bijlage F
Overzicht subsidies instellingen
231
Bijlage G
Overzicht van incidentele lasten en baten en overzicht structurele stortingen in en onttrekkingen aan reserves
237
Supplement bezuinigingen 2014-2017
241
4
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Samenstelling bestuur
Samenstelling van het bestuur Burgemeester dhr. drs. F.J.M. Crone
Wethouder dhr. A. Ekhart
Verantwoordelijk voor:
Portefeuilles:
x
veiligheid, openbare orde en handhaving
x
zorg & opvang
x
grote stedenbeleid
x
werk & inkomen
x
gemeentelijke herindeling
x
financiën
x
sport
Wethouder mw. drs. T. Koster
Wethouder mw. I. Diks MA
Portefeuilles:
Portefeuilles:
x
jeugd & onderwijs
x
wonen
x
stedelijke vernieuwing
x
cultuur
x
bereikbaarheid
x
recreatie en toerisme
x
publieke dienstverlening
x
woon en leefomgeving
x
bedrijfsvoering
x
duurzame ontwikkeling
x
Vastgoed
Wethouder dhr. H.S. Deinum
Gemeentesecretaris dhr. mr. drs. R. Hoek
Portefeuilles:
Verantwoordelijk voor:
x
economische zaken en citymarketing
x
ruimtelijke ordening
x
Nieuw Zaailand
x
Grondbedrijf
x
de gemeentelijke organisatie
V.l.n.r.: Gemeentesecretaris Hoek, Wethouder Koster, Wethouder Deinum, Burgemeester Crone, Wethouder Ekhart, Wethouder Diks.
5
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
6
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
1
Begroting 2014
1.1
Samenvatting op hoofdlijnen
1.1.1
Algemeen
Samenvatting op hoofdlijnen
Leeuwarden is de Europese Hoofdstad van Cultuur 2018! Met deze geweldige uitslag hebben Leeuwarden en Fryslân een topprestatie geleverd waar iedereen ongelooflijk trots op mag zijn. Dit biedt kansen voor meer werkgelegenheid, meer bezoekers en een sterkere (inter)nationale positionering van onze stad en provincie. En dat is ook nodig. Want Leeuwarden heeft te kampen met oplopende werkloosheid, stagnatie op de woningmarkt en toenemende armoedeproblematiek. In voorliggende begroting staan de belangrijkste plannen van de gemeente voor 2014. Financiële situatie Het gezond houden van de financiën is een belangrijk uitgangspunt. Het is gelukt een sluitende begroting te presenteren, waarin de nu bekende Rijksbezuinigingen zijn verwerkt. Omdat de financiële positie onder druk staat, is eerder besloten een besparingsopgave van in totaal € 10 mln in 2017 te realiseren. Deze besparingsopgave wordt een majeure operatie en vraagt om fundamentele keuzes. In voorliggende begroting is een stelpost van € 5,7 mln opgenomen voor een sluitende meerjarenraming in 2017. Besparing van de resterende € 4,3 mln heeft als doel financiële armslag te geven voor het opvangen van additionele Rijksbezuinigingen en risico’s, nieuwe beleidsaccenten en beleidsharmonisaties als gevolg van de herindeling. Het is aan het nieuwe bestuur om bij de collegeonderhandelingen aan die € 4,3 mln invulling te geven. In de stelpost van € 5,7 mln is het voorziene negatieve financiële effect ad € 2,5 mln als gevolg van de aanvullende Rijksbezuinigingen van € 6 miljard meegenomen. In het supplement bij deze begroting (bijlage G) wordt deze stelpost ingevuld met diverse bezuinigingsmaatregelen. Dit betreft vooral financieel technische maatregelen en besparingen binnen de gemeentelijke organisatie. Door de aldus voorgestelde invulling van de stelpost verandert wel het verloop van de stand van de Algemene Reserve. De laagste stand in de meerjarenraming bedraagt na invulling van de stelpost € 13,3 mln en dat is een toereikende weerstandscapaciteit voor het opvangen van risico’s zoals die in de risico-inventarisatie in paragraaf 2.2.2 Weerstandsvermogen zijn opgenomen. Gebiedsvergroting Per 1 januari 2014 wordt het noordelijk deel van de gemeente Boarnsterhim samengevoegd met Leeuwarden. Leeuwarden krijgt er 9 dorpen en flink wat landelijk- en recreatiegebied bij. Het Leeuwarder grondgebied verdubbelt. Het aantal inwoners groeit naar ongeveer 108.000. De samenvoeging werkt op alle terreinen door in deze begroting: financieel, beleidsmatig en organisatorisch. Door de samenvoeging heeft onze stad enerzijds nog meer te bieden, anderzijds stelt het ons ook voor nieuwe opgaven. Inhoudelijke opgaven Speerpunten in 2014 en verder zijn: x
het opzetten van een nieuwe sociale infrastructuur, met nieuwe arrangementen en een nieuwe rolverdeling (drie decentralisaties, frontlijnsturing); x Culturele Hoofdstad 2018: meer werkgelegenheid, beter onderwijs en meer participatie; x uitvoering van de stadsringprojecten ter verbetering van de bereikbaarheid; x bestuurlijke herindelingen en andere opgaven op regionaal niveau; x Duurzame gemeente in 2020: slim met energie en water. Een aantal economische en maatschappelijke opgaven speelt op een grotere schaal dan die van Leeuwarden. Voor een succesvolle aanpak wordt samengewerkt op verschillende schaalniveaus. Hiervoor zijn of worden gezamenlijke agenda’s opgesteld. De nieuwe samenwerkingsagenda 2013-2025 van de Provincie Fryslân en de gemeente Leeuwarden is een enorme steun in de rug van Culturele Hoofdstad 2018. Doel is versterking van de economische, culturele en centrumpositie van Leeuwarden.
7
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Samenvatting op hoofdlijnen
De gemeenten Leeuwarden, Súdwest-Fryslân, Smallingerland en Heerenveen (F4) hebben het voornemen in 2014 te gaan samenwerken op economisch gebied. Doel van de samenwerking is een krachtiger externe profilering en positionering. Daardoor zijn de gemeenten beter in staat ondernemers te bedienen en nieuwe werkgelegenheid aan te trekken op het gebied van water, agrofood, healthy aging en energie. De gemeenten Leeuwarden, Leeuwarderadeel, Menameradiel, Littenseradiel en Tytsjerksteradiel werken binnen de stadsregio Leeuwarden samen op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling, recreatie en toerisme, kennis en economie. Er zijn langlopende afspraken gemaakt over de kwaliteit en kwantiteit van de woningbouw (tot 2016) en bedrijventerreinen (tot 2020). Leeuwarden doet vanaf 2014 mee aan een aantal meerjarige streekprojecten die aanspraak willen maken op nieuwe Europese fondsen voor het landelijk gebied en het platteland (streekagenda). Met deze projecten wordt de versterking van de economie, de kwaliteit van wonen en het verbeteren van de bereikbaarheid op het platteland beoogd. Toewerken naar een andere rolverdeling Op verschillende terreinen heeft Leeuwarden de afgelopen collegeperiode de transformatie naar de Leeuwarder variant van de Nieuwe Overheid ingezet, zoals op het gebied van cultuureducatie, maatschappelijke ondersteuning, economie en arbeidsmarkt en wijken en dorpenbeleid. Maar de gemeente staat pas aan het begin van de gewenste transformatie. De echte veranderingen moeten nog komen. De gemeente bereidt zich daarbij voor op moeilijke keuzes. Keuzes die in eerste instantie als pijnlijk ervaren kunnen worden, maar gezien moeten worden in het licht van een veranderend tijdperk. Een tijdperk waarin gemeente en samenleving in een andere verhouding tot elkaar komen te staan. De gemeente wil meer uitgaan van de kracht en mogelijkheden van de samenleving zelf (Mienskip). Bewoners, ondernemers en instellingen krijgen de ruimte bepaalde publieke voorzieningen weer zelf te organiseren. De gedachte hierachter is dat zij daar beter toe in staat zijn dan de gemeente. De gemeente trekt zich op verschillende terreinen geheel of gedeeltelijk terug en wordt nog meer een faciliterende en compacte overheid. Daar waar de gaten vallen in het maatschappelijk aanbod, biedt de gemeente alsnog een vangnet van ondersteuning en bescherming. Als de gemeente meedenkt en meedoet met initiatieven uit de samenleving (co-creatie of co-financiering), dan doet ze dat als één van de partijen in het maatschappelijke krachtenveld met een eigen verantwoordelijkheid, namelijk het vertegenwoordigen en beschermen van gemeenschappelijke belangen en kaders. Kortom, Leeuwarden staat de komende periode voor uitdagende opgaven.
1.1.2 Samenvatting programma’s 1.
Cultuur
Het streven is dat Leeuwarden hét culturele centrum van Fryslân wordt. De titel Europese Culturele Hoofdstad 2018 is een belangrijk middel in dit streven. Gemeente en provincie werken onder deze noemer samen aan de bestrijding van armoede, het scheppen van banen en het verbeteren van het onderwijs. Cultuureducatie is een van de speerpunten in 2014. Door de inzet van cultuurcoaches en cultuureducatieprogramma’s worden basisschoolleerlingen gestimuleerd actief te participeren in kunst en cultuur. In 2014 wordt verder een definitief plan voor een nieuwe bibliotheekvoorziening uitgewerkt. De subsidieregelingen Cultuur worden herzien. Als gevolg van de herindeling van Boarnsterhim maakt de gemeente nieuwe afspraken over de subsidiëring en in stand houding van de bibliotheek in Grou en Cultuur Kwartier Sneek. 2014 wordt als overgangsjaar beschouwd en vooruitlopend op een structurele oplossing voor beide instellingen wordt in deze begroting eenmalig € 100.000 geraamd. 2014 is ook het jaar waarin Cambuur 50 jaar bestaat. Het HCL besteedt in een tentoonstelling aandacht aan de historie van de club en vernieuwt en moderniseert ook zijn vaste expositie. 2.
Jeugd en onderwijs
De aansluiting tussen onderwijs en de arbeidsmarkt blijft een speerpunt. Met het Programma ArbeidsmarktOnderwijs 2013-2018 wil de gemeente jongeren meer kans op een baan bieden. Ook blijft de (door)ontwikkeling van brede scholen naar Integrale Kindcentra (IKC’s) een speerpunt. Voor de spreiding van
8
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Samenvatting op hoofdlijnen
12 IKC’s (na de herindeling met Boarnsterhim) over de stad (in 2025), is een door de schoolbesturen geformuleerd vlekkenplan uitgangspunt. Per 1 augustus 2013 is de Wet Passend Onderwijs ingevoerd. Dit moet leiden tot minder schooluitval en minder dure zorg. De gemeente maakt met de samenwerkingsverbanden primair en voortgezet onderwijs afspraken over passende ondersteuning van de betreffende jeugd, in het zogenaamde ondersteuningsplan. In 2014 start de gemeente met de implementatie en uitvoering van de decentralisatie van jeugdzorg taken. Vooruitlopend op een structurele aanpak van het jongerenwerk na de decentralisatie in 2015, wordt tijdelijk het Leeuwarder jongerenwerk toegepast in de negen dorpen van Boarnsterhim. Dit is begroot op eenmalig € 150.000 in 2014. Het jongerenwerk is bedoeld om de jongeren in de dorpen veiliger en gezonder te laten opgroeien. Het Rijk gaat in 2015 de bekostiging van schoolgebouwen overhevelen naar schoolbesturen. Maar gemeenten blijven verantwoordelijk voor de gymnastieklokalen. Voor noodzakelijk periodiek groot onderhoud aan gymlokalen in Boarnsterhim is in deze begroting eenmalig € 210.000 geraamd. 3.
Economie en Toerisme
Samen met de provincie Fryslân en een groot aantal andere partijen wordt in de periode tot 2020 verder uitvoering gegeven aan ambities van Leeuwarden op het gebied van water en energie. ’Slim met water en energie’ gaat vanuit de samenwerkingsagenda met de provincie verder onder de naam ‘Groen Werkt!’. Het draait daarbij om investeringen en meer arbeidsplaatsen in de watertechnologie, food & agri en duurzame energie. De problematiek van winkelleegstand in de Binnenstad en teruglopende bezoekersaantallen is door de economische situatie nog steeds actueel. Evenals het tekort aan arbeidsplaatsen, speciaal die voor laaggeschoolden. De wijze waarop de gemeente dit vanaf 2014 gaat aanpakken hangt af van de keuzes die het gemeentebestuur hierin maakt na de verkiezingen. Ook op het gebied van toerisme moet het bestuur keuzes maken t.a.v. bijvoorbeeld de aansluiting met het Friese merengebied en de ontwikkeling van Grou als watersportkern. De verkoop van strategische (school)locaties is en blijft een speerpunt. Maar door de economische situatie wordt dit aanzienlijk bemoeilijkt. 4.
Sociaal Maatschappelijke ontwikkeling
Op het terrein van maatschappelijke ondersteuning en participatie is door de decentralisatie van taken AWBZ naar de WMO veel wet- en regelgeving in de maak. Het beleid van de gemeente moet daar op worden afgestemd. Naar verwachting is er in het voorjaar van 2014 meer duidelijkheid over de wet- en regelgeving voor de drie decentralisaties. Daarna wordt aan de raad een beleidsplan voor de drie decentralisaties voorgelegd en gestart met de implementatie en uitvoering van de decentralisatie van taken van de AWBZ naar de WMO. Naast innovatie en vernieuwing, zijn scherpe keuzes het gevolg. In vervolg op de stelselwijziging vrouwenopvang en de nieuwe WMO wordt in 2014 een regiovisie geweld in afhankelijkheidsrelaties opgesteld. In 2014 wordt verder de zorgopvang in de Buitenschool en de nachtopvang in de Wirdumerpoort gerealiseerd. Wie ondersteuning nodig heeft en in het deel van Boarnsterhim woont dat bij Leeuwarden wordt gevoegd, kan voorlopig nog terecht bij Stichting Mienskipssoarch. Leeuwarden gaat de ICT- en administratiewerkzaamheden voor deze Stichting uitvoeren. In 2014 wordt vervolgens het WMO-beleid van beide gemeenten op één lijn gebracht. In vijf Leeuwarder wijken lopen drie jaar lang experimenten voor wijkondernemerschap. Deze experimenten zijn bedoeld om ruimte te geven aan initiatieven die vanuit bewoners ontstaan, van onderaf. In afwachting van de herziening van het wijken- en dorpenbeleid, worden de beheerders van een zestal wijkcentra in het seizoen 2013-2014 nog door de gemeente gefinancierd. 5.
Werk en inkomen
Landelijke ontwikkelingen blijven ook in onze regio een rol spelen. Dit is zichtbaar op met name de arbeidsmarkt, waar weinig plek is voor laag opgeleide bijstandsgerechtigden. Niettemin is de ambitie erop gericht dat het aantal bijstandsgerechtigden in 2014, 2015 en 2016 minder hard groeit dan de landelijke voorspellingen. De gemeentelijke dienstverlening en het regionaal arbeidsmarktbeleid richten zich op het voorkomen van uitkeringsafhankelijkheid en het aanboren van onbenut arbeidspotentieel.
9
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Samenvatting op hoofdlijnen
Invoering van de nieuwe Participatiewet is uitgesteld tot 1 januari 2015. De nieuwe wet moet straks voorkomen dat mensen te snel worden afgeschreven en aan de zijlijn blijven staan. In lijn met de nieuwe Participatiewet worden medio 2014 belangrijke wijzigingen in de WWB doorgevoerd. Extra aandacht gaat uit naar terugdringen van de jeugdwerkeloosheid en herstructurering van het Sociale Werkvoorzienings-bedrijf. Uit de armoedemonitor blijkt dat de armoedeproblematiek zich verergert in Leeuwarden. In 2014 wordt een aantal verbeteringen in de aanpak doorgevoerd en een nieuwe visie op armoede opgesteld. Ook het beleid rondom de minimaregelingen wordt herzien. Na herindeling kunnen de bewoners van het gebiedsdeel van Boarnsterhim dat bij Leeuwarden wordt gevoegd, ook aanspraak maken op deze regelingen. 6.
Wonen
Leeuwarden wil een aantrekkelijke woongemeente blijven voor midden- en hogere inkomens en streeft naar meer evenwicht in de aanhoudend zwakke woningmarkt. Een nieuwe visie op wonen wordt in 2014 voorbereid. Gemeente en corporaties werken samen aan het versterken van de leefbaarheid en het vergroten van de kwaliteit van de woningvoorraad in Leeuwarden. Sociale huurwoningen en woningen van particulieren in het goedkope segment worden bijvoorbeeld energetisch en bouwtechnisch verbeterd. Ook over de nieuwe buurten en dorpen van de gemeente worden afspraken gemaakt. Verder wordt een aantal grotere herstructureringsprojecten uitgevoerd, onder andere in de West-Indische buurt. Het beleid over bovengronds en archeologisch onroerend erfgoed wordt geïntegreerd en herzien. Extra aandacht gaat uit naar het stimuleren van bewoners van het nieuwe grondgebied van de gemeente tot duurzame instandhouding van hun erfgoed. Dat betekent ook dat cultuurhistorische informatie van dat grondgebied in kaart wordt gebracht en op een vergelijkbaar niveau wordt gebracht met dat van Leeuwarden. In plaats van in 2013 gaat de Friese Regionale Uitvoeringsdienst (FUMO) in januari 2014 van start. Specialistische adviezen voor milieuvergunningverlening aan ongeveer 180 bedrijven in Leeuwarden worden voortaan door de FUMO voorbereid. Toezichtstaken pakt de gemeente binnen bestaande capaciteit zelf weer op. De bestaande Gemeenschappelijke Regeling (Milieuadviesdienst) wordt opgeheven. In 2014 wordt het toetsingsbeleid voor omgevingsvergunningen herzien, evenals de Kadernota handhaving. De gevolgen van de nieuwe Omgevingswet en de samenvoeging met Boarnsterhim worden hierin meegenomen. 7.
Infrastructuur en bereikbaarheid
Rijkswaterstaat, provincie Fryslân en de gemeente zetten zich in voor een betere bereikbaarheid van Leeuwarden onder de naam Leeuwarden Vrij-Baan. Grote infrastructurele projecten zoals de Haak om Leeuwarden, de Westelijke Invalsweg, Drachtsterweg e.o. en Overijsselselaan, lopen door in 2014. Voor de stadsringprojecten Valeriusstraat/-plein en Julianalaan worden in 2014 de benodigde planologische procedures doorlopen. Er worden maatregelen genomen om de stad tijdens de werkzaamheden bereikbaar te houden. De definitieve besluitvorming over het Europaplein vindt plaats in 2014. Activiteiten in 2014 met betrekking tot het fietsverkeer zijn: x
aanpassing hoofdfietsroutes Tesselschadestraat en Harlingertrekweg;
x
aanpassing rotondes in Goutum (Jonkersleane). Fietsers en voetgangers krijgen op rotondes voorrang;
x
experiment met fietsvriendelijke maatregelen bij verkeerslichten in de vorm van wachttijdvoorspellers,
x
aanleg fietspad langs een groot deel van de Oostergoweg;
x
fietsers verleiden meer gebruik te maken van de gratis bewaakte stallingen.
o.a. op de kruispunten Zuiderplein en Valeriusplein;
Voor het nieuwe grondgebied is een inventarisatie van benodigde werkzaamheden gemaakt, die in 2014 wordt afgerond. Verkeersveiligheid blijft in 2014 een speerpunt. Er worden diverse educatieprojecten voor verschillende leeftijdscategorieën uitgevoerd. 8.
Dienstverlening
In lijn met het Rijksbeleid, gaat de gemeente op termijn steeds meer digitaal en via internet communiceren en steeds minder via papier. Dit is goedkoper en efficiënter. De gemeente gaat beter inspelen op het gebruik en de mogelijkheden van sociale media. Een speerpunt is om ook vragen die via de sociale media worden gesteld goed af te handelen. Ook in 2014 en verder kunnen mensen met klachten over de gemeente terecht bij de gemeentelijke ombudsvrouw.
10
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Samenvatting op hoofdlijnen
In Grou komt vanaf 1 januari 2014 een gemeenteloket waar mensen voor eenvoudige producten en diensten terecht kunnen. De drie decentralisaties op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, participatie en jeugdzorg hebben ook gevolgen voor de dienstverlening. Die is gericht op zelfredzaamheid en dicht bij de klant. In 2014 wordt bepaald hoe dit vormgegeven kan worden. 9.
Politiek bestuur
De gemeente krijgt in 2014 een nieuw bestuur. Er worden nieuwe kaders voor de komende collegeperiode vastgesteld. Als gevolg van de drie decentralisaties (Participatie, AWBZ-begeleiding en jeugdzorg) en de aanstaande bezuinigingen komt op het bestuur een zware taak te rusten. Er moeten scherpe keuzes gemaakt worden. Het streven is een lenige, compacte en faciliterende gemeente. Het is nadrukkelijk de bedoeling dat mensen meer ruimte krijgen om zelf voorzieningen te regelen. Er wordt verder geëxperimenteerd met een andere rolverdeling tussen gemeente en samenleving op het gebied van zeggenschap en financiering. Een voorbeeld daarvan is wijkondernemerschap. Speerpunt blijft de samenwerking met andere overheden en partners in de aanpak van maatschappelijke vraagstukken die op een grotere schaal spelen dan die van Leeuwarden. Bijvoorbeeld op het gebied van arbeidsmarktbeleid. Voor de samenwerking met de provincie is de samenwerkingsagenda een belangrijke leidraad. Leeuwarden staat positief tegen eventuele toekomstige herindelingen, voor zover die passen binnen de regionale, bestuurlijke ontwikkelingen. Er wordt in 2014 gestart met de voorbereiding van de herindeling met Leeuwarderadeel en met een deel van Littenseradiel. De herindelingen staan gepland voor 1 januari 2018. Naar verwachting zijn de herindelingen in dit deel van Fryslân dan afgerond en kan Leeuwarden in deze constellatie geruime tijd verder. Vanaf 2014 ontstaan er weer nieuwe Europese subsidiemogelijkheden. Verkend wordt of via een virtueel loket de kennis en ervaring hiermee, die verspreid zit bij verschillende instanties in Noord Nederland, gebundeld en ontsloten kan worden. 10. Veiligheid en openbare orde De aanpak van jeugdoverlast en de inzet daarbij van straatcoaches wordt voortgezet. Leeuwarden werkt hierin samen met andere partijen, waaronder het Veiligheidshuis Fryslân. Ook de ouders van de jeugd wordt nadrukkelijk in de aanpak betrokken. De aanpak van woninginbraken blijft een speerpunt. De promotie van de BVO Sc Cambuur noodzaakt tot intensievere inzet van politie en fancoaches. Ook de aanpak van hennepteelt, malafide vastgoed praktijken en mensenhandel blijft een speerpunt. De aanpak van woonoverlast bij kamerverhuur is succesvol en wordt voortgezet, maar met minder inzet van handhavers. De leefbaarheid en veiligheid in de binnenstad blijft een aandachtspunt. Ook hierin wordt nauw samengewerkt met andere partijen, waaronder politie en organisatoren van evenementen. Die samenwerking is ook steeds noodzakelijker, omdat de Rijksoverheid in toenemende mate toezichts- en handhavingstaken neerlegt bij de gemeente, zonder de bijbehorende financiën. Per 1 januari 2014 is de Brandweer geregionaliseerd. Het regionaal crisisplan wordt in 2014 herzien. 11. Sport Het gemeentelijk sportbeleid is erop gericht meer Leeuwarders te laten sporten en bewegen. De gemeente gaat meer buurtsportcoaches in de wijken inzetten om sportactiviteiten te organiseren voor jong en oud. Daarbij wordt meer verbinding gezocht met het werk van de sociale wijk- en jeugdteams. Ook in Boarnsterhim Noord wordt in 2014 een sportcoach ingezet. De gemeente stimuleert de samenwerking tussen de zeven sportverenigingen van sportpark Nylân. Zij overwegen gezamenlijk jeugdbeleid en het gezamenlijk organiseren van sportevenementen. In de zomer van 2014 wordt de herontwikkeling van Kalverdijkje Zuid opgepakt. Het beleid rondom sportaccommodaties wordt geactualiseerd. 12. Ruimtelijke ordening De manifestatie Kloppend Hart heeft een groot aantal plannen opgeleverd die het gebruik en de kwaliteit van de Binnenstad kunnen vergroten. Met de eerste woningbouwprojecten op het Doeleplein, de locatie OXO en de
11
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Samenvatting op hoofdlijnen
Groeneweg wordt mogelijk al in 2014 gestart. Van de omgeving Breedstraat en Amelandstraat moeten de ontwikkelingsmogelijkheden eerst worden onderzocht. In 2014 worden naar verwachting plannen voor de volgende gebieden opgesteld en deels ook vastgesteld: Wergea, Westeinde, Vogelwijk/Valeriuskwartier, Transvaalwijk/Rengerspark/Bonifatius en Groningerstraatweg/Zamenhof/Heechterp-Schieringen-Cambuur. De genoemde ruimtelijke plannen worden zoveel mogelijk gestandaardiseerd. De nieuwe Omgevingswet dwingt dit af met het oog op een toekomstig universeel omgevingsplan. In de lange termijn planning voor het opstellen van bestemmingsplannen is rekening gehouden met het nieuwe grondgebied van de gemeente. 13. Milieu, energie en water Leeuwarden streeft ernaar om vanaf 2020 een duurzame stad te zijn. Op veel beleidsterreinen wordt bijgedragen aan dit streven. In 2014 wordt de SLIM-aanpak in de wijken ’t Vliet, Oldegalileën/Bloemenbuurt, Nylân en Tjerk Hiddes/Cambuursterhoek uitgebreid naar andere wijken. Dit moet leiden tot een forse energiebesparing in ten minste 500 bestaande woningen. Ter verlaging van de milieudruk worden op het gebied van afvalinzameling verschillende maatregelen voortgezet, waaronder: x
plaatsing van ondergrondse containers bij hoogbouw
x
aanpak van illegale afvaldumpingen
x
project voor inzameling van kleine elektr(on)ische apparaten
De inwoners van Boarnsterhim kunnen hun afval voorlopig gescheiden blijven aanbieden bij de Milieustraat in Grou. Onderzocht wordt of deze Milieustraat ook in de nieuwe gemeente rendabel zal zijn. In overeenstemming met het landelijk vastgestelde bodemconvenant, worden in 2014 afspraken gemaakt over het saneren van circa 20 spoedlocaties. Zodat de risico’s die deze locaties opleveren voor mens en/of milieu worden beperkt en opgeheven. Verder wordt in 2014 de bodemkwaliteitskaart herzien, een nieuw Gemeentelijk rioleringsplan opgesteld en het beleid voor geluidontheffingen geactualiseerd. 14. Woon- en leefomgeving Leeuwarden streeft naar een veilige en leefbare openbare ruimte en verwacht daarin steeds meer actieve betrokkenheid van bewoners. Experimenten met de overdracht van groenonderhoudstaken aan wijken en dorpen worden in 2014 voortgezet. Ook is er ruimte voor initiatieven van burgers en instanties. Het betreft o.a. de aanleg van moestuinen in Nylânsdyk, Bonifatiuspark en Heechterp-Schieringen en een stadsboerproject in de Zuidlanden. Toekomstbestendig wijk- en dorpenbeleid is in ontwikkeling. Een van de speerpunten in 2014 is verder het beheer en onderhoud van de openbare ruimte in het deel van Boarnsterhim dat aan Leeuwarden wordt toegevoegd. Leeuwarden en Boarnsterhim gebruiken nu nog twee verschillende methodes ter bestrijding van onkruid op verharding. De evaluatie van de pilot heetwater (eind 2013) is mede bepalend voor het vervolg, mogelijke innovatieve ontwikkelingen worden daarbij betrokken. Uitvoering van het verlichtingsbeleid blijft ook in 2014 een speerpunt. Op termijn wordt hiermee energie bespaard. De voorstellen om lichtmasten weg te halen, zijn in overleg met wijkpanels op een aantal plaatsen aangepast.
1.1.3 Samenvatting paragrafen Lokale heffingen (2.2.1) De gemeente streeft er naar de heffingen zo veel mogelijk kostendekkend te laten zijn. De totale opbrengst aan belasting en overige heffingen is in 2014 begroot op ca. € 59,5 mln. Dit is ongeveer 15% van de totale gemeentelijke baten. In zijn algemeenheid kan vooralsnog worden gesteld dat voor 2014 de belastingdruk voor zowel particulieren als bedrijven licht daalt. De meeste tarieven stijgen in 2013 alleen met een kleine inflatiecorrectie. De tarieven voor afvalstoffenheffing dalen met 4,7%. Naar verwachting kunnen de tarieven voor afvalstoffenheffing de komende jaren gelijk blijven of misschien zelfs wel verder verlaagd worden. Bij de rioolheffing is de gebruikelijke inflatiecorrectie achterwege gelaten omdat het saldo voor rioolheffing in de egalisatiereserve aanzienlijk is. Om dezelfde reden wordt de hondenbelasting verlaagd met 3,35 %.
12
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Samenvatting op hoofdlijnen
Het in 2009 ingestelde Ondernemersfonds wordt voorlopig tot 2016 voortgezet. Het fonds, dat bestaat uit een extra OZB heffing voor de ondernemers van 5,5% (€ 759.000 in 2013), wordt door de ondernemers zelf beheerd en besteed. Weerstandsvermogen (2.2.2) Met behulp van een simulatieprogramma is berekend of de beschikbare weerstandscapaciteit van de gemeente toereikend is. Alle mogelijke onverwachte gebeurtenissen met financiële impact zijn verdeeld in algemene risico’s en risico’s grondexploitaties. Verreweg het grootste risico is de overschrijding van het budget bijstandsuitkeringen. Voor het opvangen van alle algemene risico’s is een weerstandscapaciteit nodig van € 13 mln. De stand van de Algemene Reserve bedraagt € 15,6 mln en ook € 0,1 mln post Onvoorzien is aangemerkt als weerstandscapaciteit. Daarmee is de totale weerstandscapaciteit ruim voldoende om de algemene risico’s mee op te vangen. Zie voor het opvangen van de risico’s grondexploitaties: Grondbeleid (2.2.7). Onderhoud kapitaalgoederen (2.2.3) Per saldo is het totale budget voor onderhoud van wegen, riolering, water en groen € 36,7 mln. In verband met de herindeling met Boarnsterhim is het te onderhouden areaal uitgebreid en het budget verhoogd met € 6,8 mln. De diverse onderdelen van de openbare ruimte worden onderhouden in overeenstemming met de vastgestelde kwaliteitsniveaus bij Beheer Openbare Ruimte (BOR) in beeld. Regelmatig vinden inspecties plaats om de ‘onderhoudstoestand’ in kaart te brengen. Het benodigde onderhoud wordt in een meerjarenplanning opgenomen. Om overlast te voorkomen en uit efficiëntie overwegingen worden alle onderhoudswerkzaamheden zoveel mogelijk gecombineerd uitgevoerd. De gemeente beheert en onderhoudt verder op basis van een meerjarenonderhoudsplanning ongeveer 150 gebouwen (excl. onderwijsgebouwen). Hiervan zijn 30 Rijks- of gemeentemonument. Voor het dagelijks onderhoud is in 2014 € 838.000 begroot, voor het planmatig (groot) onderhoud € 1.310.000. Financiering (2.2.4) De gemeente leent al lange tijd tegen aanvaardbare risico’s geld om alle betalingen te kunnen doen die het uitvoeren van de voorgenomen begroting met zich meebrengt. Het rentepercentage waarmee de gemeente de rentekosten omslaat over de diverse gemeentelijke investeringen, kan worden verlaagd van 3,5% in 2013 naar 3,25% in 2014. Het renterisico dat de gemeente loopt door renteschommelingen blijft in 2014 binnen de vastgestelde wettelijke norm. De vlottende schuld blijft binnen de vastgestelde kaslimiet. Bij de huidige vrij stabiele renteontwikkeling zijn de financiële risico’s ten gevolge van misschattingen in het investeringstempo beperkt. De gemeente heeft voor € 28,8 mln aan geldleningen of aandelen in bedrijven zitten. In 2014 verwacht de gemeente zelf € 35 mln aan geldleningen op te moeten nemen. Vanaf eind 2013 wordt schatkistbankieren ingevoerd. Leeuwarden is dan verplicht zijn tegoeden bij het Rijk onder te brengen. Dit heeft naar verwachting nauwelijks effect op de rentelasten. Bedrijfsvoering (2.2.5) De gemeente transformeert van een overheid die zich ontfermt over maatschappelijke vraagstukken en daartoe beleid en voorzieningen ontwikkelt, naar een overheid die ruimte biedt aan maatschappelijke initiatieven en deze stimuleert en faciliteert. Tegelijkertijd werken ambtenaren verder aan het realiseren van bezuinigingen, de decentralisaties en verbetering van de eigen effectiviteit en die van de organisatie. Belangrijke uitgangspunten zijn: samenwerken, ondernemerschap en vertrouwen. Het implementeren van strategisch personeelsbeleid is in 2014 een belangrijk speerpunt. De nieuwe organisatie waaraan wordt gebouwd is compact en lenig, met verantwoordelijkheden laag in de organisatie, meer ruimte voor gemeentelijke professionals en met weinig overhead en een hoog niveau van samenwerking. Met ingang van 2014 zal de gemeentelijke bedrijfsvoering zoveel mogelijk zijn ondergebracht in een shared service center. Verder worden voorbereidingen opgepakt voor herindelingen met Leeuwarderadeel en Littenseradiel. De overheveling van Rijkstaken gaat gepaard met forse kortingen. Deze enorme operatie heeft ingrijpende personele en organisatorische gevolgen.
13
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Samenvatting op hoofdlijnen
Personele krimp is het gevolg van taakstellingen in het ‘oude’ collegeprogramma, Rijkskortingen op het participatiebudget, ingeboekte beleidsbezuinigingen en nieuwe taakstellingen als gevolg van het nieuwe collegeprogramma. De personele krimp is een majeure operatie. Verbonden partijen (2.2.6) In het algemeen belang neemt de gemeente zowel bestuurlijk als financieel deel in een aantal organisaties, zogeheten verbonden partijen. De gemeente heeft daarmee zeggenschap in bijvoorbeeld Omrin, de BV Sport en Caparis NV. Beleidsvoornemens met bettrekking tot verbonden partijen zijn: x
Stichting Proloog: er zullen nadere afspraken gemaakt worden over terugbetaling van de
x
WTC Beheer BV: door kostenbeheersing zal het bedrijfsresultaat moeten verbeteren.
x
Parkeergarages Leeuwarden CV: over de wijze waarop het beheer en exploitatie van de twee nieuwe
x
Caparis NV: de toekomst van de WSW is onduidelijk, de invoering van de Participatiewet is met een
kredietfaciliteit.
parkeergarages door de CV zal worden uitgevoerd moeten nadere afspraken worden gemaakt. jaar uitgesteld. De acht aandeelhoudende gemeenten beraden zich op hun positie. x
Kenniscampus CV/BV: na de bouw van de eerste woontoren voor studentenhuisvesting, is het streven
x
Veiligheidsregio Fryslân: de bestuurlijke aansturing zal evenwichtiger en sterker gemaakt worden door
om zo spoedig mogelijk ook de andere twee woontorens te realiseren. het instellen van twee gelijkwaardige bestuurscommissies: gezondheid en veiligheid. Grondbeleid (2.2.7) In 2012 zijn nieuwe kaders voor het grondbeleid vastgelegd. Er wordt de komende jaren een vlakke ontwikkeling van de woningmarkt verwacht. Gemeentelijke prioriteiten voor de woningbouw liggen in kleine huishoudens, sturen op planaanbod en een stabiel evenwicht aan de onderkant van de markt. De kantorenmarkt is structureel aan het veranderen. De verwachting is dat er in de toekomst minder behoefte is aan kantoorruimte. Door de leegstand dalen de prijzen. De verwachting is dat eigenaren hun panden zullen opknappen en verduurzamen waar dit mogelijk is. Voor andere panden zal vervangingsvraag ontstaan. Ook bij bedrijventerreinen is sprake van leegstand en dalende prijzen. Regionaal vindt afstemming over het aanbod van bedrijventerreinen plaats. Planologisch is het aanbod voor de langere termijn gewaarborgd. (Her) gebruik van bestaande terreinen wordt gestimuleerd. Op basis van de risico-inventarisatie bedragen de lopende risico’s (incl. De Zuidlanden, korte termijn) € 8,2 mln. De weerstandscapaciteit is met een stand van de reserve grondexploitaties van € 8,9 mln voldoende. Strategisch ontwikkel- en investeringsfonds (2.2.8) Met geld uit het Strategisch ontwikkel- en investeringsfonds (SIOF) draagt de gemeente bij aan cogefinancierde strategische projecten, zoals de Watercampus en University Campus Fryslân. Door structurele afname van de jaarlijkse voeding van het fonds dreigde het fonds uitgeput te raken. Daarom is voorgesteld investeringsruimte te creëren door in de begroting een structureel bedrag op ten nemen voor het dekken van kapitaallasten van nieuwe investeringen. De nieuwe collegeperiode is een goed moment om te starten met een investeringsprogramma.
14
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
1.2
Leeswijzer
Leeswijzer
De opbouw van de begroting wordt in belangrijke mate voorgeschreven in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en is als volgt: Figuur 1
Begroting
Beleidsbegroting
Programmaplan
Financiële begroting
Paragrafen
Overzicht baten en lasten
Financiële positie
In hoofdstuk 2 staat de beleidsbegroting. De paragrafen aan het begin van dit hoofdstuk geven inzicht in de voorgenomen investeringen in de infrastructuur en stedelijke vernieuwing. Het programmaplan bevat verder 14 te realiseren programma’s en het overzicht van algemene dekkingsmiddelen (programma 15). De belangrijkste onderwerpen staan op het voorblad van elk programma: x
de speerpunten voor het begrotingsjaar;
x
relevante beleidsnota’s (in de digitale versie van de begroting kan hier, voor zover mogelijk, naar worden doorgeklikt);
x
wat het mag kosten (raming van baten, lasten, intensiveringen en bezuinigingen).
In elk programma staat verder: x
welke maatschappelijk gewenste toestand (doelstellingen) de gemeente nastreeft;
x
de wijze waarop die bereikt moet worden (prestaties).
Indicatoren geven informatie over het al dan niet bereiken van de doelstellingen. Ook vele externe en vaak niet te beïnvloeden factoren spelen daarbij een rol. In de jaarstukken wordt later aangegeven of een bepaald doel bereikt is en welke invloed de prestaties van de gemeente hierop hebben gehad. Onder het kopje ‘Toelichting op de belangrijkste prestaties en speerpunten’ worden ook relevante nieuwe inzichten in beleid en ombuigingen uit het Collegeprogramma 2010-2014 toegelicht In afzonderlijke paragrafen staan de beleidslijnen met betrekking tot relevante beheersmatige aspecten en de lokale heffingen. Iedere paragraaf is een dwarsdoorsnede van de voorgaande programma’s op het gebied van: x
lokale heffingen;
x
weerstandsvermogen;
x
onderhoud kapitaalgoederen;
x
financiering;
x
bedrijfsvoering;
x
verbonden partijen;
x
grondbeleid;
x
strategische projecten en de bijdrage uit het Strategisch ontwikkelings- en investeringsfonds (SIOF).
In hoofdstuk 3 staat de financiële begroting met daarop een toelichting. Het overzicht van baten en lasten staat in paragraaf 3.1. De uiteenzetting van de financiële positie staat in paragraaf 3.2.
15
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
16
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
2
Beleidsbegroting
2.1
Programmaplan
2.1.1
Meerjarenprogramma Infrastructuur (MPI)
In deze paragraaf staat in welke maatregelen op het gebied van verkeer en vervoer de gemeente investeert. Er wordt ook inzicht gegeven in de investeringen die in de infrastructuur gedaan worden in de grondexploitatiegebieden. 2.1.1.a Kaders Het programma Leeuwarden Vrij-Baan is de leidraad voor investeringen om de bereikbaarheid van Leeuwarden te verbeteren. Een goede bereikbaarheid is essentieel voor de verdere ontwikkeling van de stad. Daarbij gaat het niet alleen om de automobilist, ook de fietser en de gebruiker van het openbaar vervoer moet zich in Leeuwarden snel, comfortabel en veilig kunnen verplaatsen. In 2013 is het fietsbeleid geactualiseerd. De Richtingwijzer Fiets 2013-2025 is het kader voor de investeringen in de fietsinfrastructuur voor de komende jaren. De gemeentelijke herindeling per 1 januari 2014 is ook van invloed op het investeringsprogramma voor de infrastructuur. Zo zijn investeringen opgenomen in uitleggebieden bij Grou en Wergea en is het rioleringsprogramma aangevuld met vervangingen van rioleringen in het nieuwe grondgebied van Leeuwarden. Verder is in het investeringsprogramma een reservering opgenomen voor het oplossen van infrastructurele knelpunten in het in 2014 toegevoegde grondgebied, waaronder een bijdrage aan fase 1 van het fietspad Leechlân tussen Grou en Warten. Een deel van de dekking van het gemeentelijk aandeel in deze investeringen wordt gevonden in de jaarlijkse stelpost infrastructuur. In het Meerjarenprogramma Infrastructuur (MPI) wordt een nadere prioritering gegeven van deze gemeentelijke middelen ten behoeve van investeringen op het gebied van verkeer en vervoer. Het MPI geeft ook inzicht in de investeringen die op het gebied van infrastructuur gedaan worden in de grondexploitatiegebieden. In 2014 wordt een nieuw gemeentelijk rioleringsplan opgesteld. De vervangingen van rioleringen voor de komende jaren zijn vooralsnog gebaseerd op de kaders uit het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 20092012. De looptijd van dit kaderplan is verlengd tot het moment dat het nieuwe rioleringsplan is vastgesteld. Voor de uitvoering van maatregelen uit het Uitvoeringsprogramma Dorpennota 2011-2014 zijn in 2014 nog extra middelen beschikbaar. 2.1.1.b Uitvoering infrastructurele werkzaamheden in 2014 Bijlage C Meerjarenprogramma Infrastructuur (subbijlage I) geeft een overzicht van de infrastructurele maatregelen die in 2014 worden voorbereid dan wel worden uitgevoerd. Verder is in deze bijlage aangegeven op welke wijze de kosten worden gedekt. In tabel 1 staan in het kort de voorgestelde maatregelen. Bij de maatregelen uit het programma Leeuwarden Vrij-Baan wordt in paragraaf 2.1.1.c uitvoeriger stilgestaan. Tabel 1 Maatregel
Omschrijving
Grondexploitatiegebieden: Binnenstedelijk gebied: Vrijheidswijk-Tolhuis
Afronden woonrijp maken
Vrijheidswijk-Centrumgebied
Graven waterpartij en afronden woonrijp maken
17
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Maatregel
Beleidsbegroting
Omschrijving
Uitbreidingsgebieden: Wirdum Hikkemieden
Herstelwerkzaamheden bouwwegen
Wytgaard
Onderhoud bouwwegen
De Zuidlanden
Woonrijp maken diverse straten Techum Woonrijp maken diverse straten fase 1 Jabikswoude Bouwrijp maken fase 2 Jabikswoude Bouwrijp maken Wiarda
Blitsaerd
Woonrijp maken afhankelijk van verkoop kavels en woningen
Wergea-Grut Palma
Bouw- en woonrijp maken
Bedrijfs- en kantoorgebieden: Wetterpolle/FVC Hemrik
Afronden bouwrijp maken
Newtonpark III
Werkzaamheden afhankelijk van vraag bouwterrein
Newtonpark IV
Afwerken fase 1
Businesspark Fase IV
Afronden bouwrijp maken en het gedeeltelijk afwerken van het gebied
Grou-Frisia
Bouw- en woonrijp maken
Dorpennota: Herinrichting Buorren Lekkum Multifunctioneel plein Wirdum
Project uitgevoerd in 2012 met voorfinanciering uit stelpost infrastructuur
Knelpunten sloepenroute Goutum-Wirdum
Ophogen fietsbruggen en duiker, bijdrage aan vervangen landbouwbrug
Bijdrage aan herinrichting plein uitgevoerd in 2013
Rioleringen: Tesselschadestraat e.o.
Vervangen riolering in samenhang met herinrichting
Europaplein, Bildtsestraat
Vervangen riolering in samenhang met de reconstructie van het plein
Bilgaard (persleiding)
Verleggen persleiding
Bilgaard (Eeskwerd, De Bird)
Vervangen riolering
Archipelweg
Vervangen riolering
Aldlân
Vervangen huisaansluitingen
Schilkampen
Vervangen riolering
Hempenserweg-Legedyk
Vervangen riolering
Westeinde
Vervangen kruisputten, aanpassen bergbezinkbassins
Nijlân
Huisaansluitingen Curacaostraat
Grou
Vervangen of relinen riolering Friesmastrjitte, It Skutsje, De Tsjotter, De Vlet en Stationsweg
Warten
Vervangen riolering Hoofdstraat, Midsbuorren en Nije Reed
Jirnsum
Vervangen of relinen riolering De Terp, Himdyk en Rijksweg
Reduzum
Vervangen of herleggen riolering Ds. Bangmastrjitte en de Buorren
Extra kosten herstraten
Meerkosten herstraten bij rioolvervangingen
Diversen
Verwijderen van vet en boomwortels
Deelreparaties
Reservering voor reparaties aan rioleringen
Overige infrastructuur: Optimaliseren verkeersluwe
Fysieke maatregelen om knelpunten en onduidelijkheden op het gebied van
gebieden
verkeersveiligheid weg te nemen in de 30 km-zones
Fietspad Oostergoweg fase 1
Aanleg zuidelijk deel fietspad aan oostzijde Oostergoweg
Rotondes Goutum
Aanpassen rotondes in Goutum-Noord zodat fietsers in de voorrang komen
Fietspad Leechlân fase 1
Bijdrage aan de aanleg van een vrijliggend fietspad tussen Grou en de Greatte Krittewei, uit te voeren door de provincie
Nieuwe grondgebied
Reservering voor het oplossen van infrastructurele knelpunten in het nieuwe grondgebied van Leeuwarden
Stelpost openbaar vervoer
Stelpost t.b.v. kleine aanpassingen infrastructuur openbaar vervoer
18
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Maatregel
Omschrijving
Stelpost verkeersveiligheid
Stelpost t.b.v. kleine aanpassingen op gebied van verkeersveiligheid
Kleine aanpassingen
Stelpost t.b.v. onvoorziene kleine aanpassingen in de infrastructuur
2.1.1.c Uitvoering programma Leeuwarden Vrij-Baan in 2014 Algemeen De uitvoering van grote infrastructurele projecten uit het programma Leeuwarden Vrij-Baan, zoals de Haak om Leeuwarden, de Westelijke Invalsweg, Drachtsterweg e.o. (aquaduct, verdiepte ligging en sloepenroute Wiarda) en Overijsselselaan, loopt door in 2014. Besluitvorming en de benodigde kredietverlening voor deze projecten heeft al in eerdere jaren plaatsgevonden, waardoor deze projecten niet in het financiële uitvoeringsprogramma voor 2014 zijn opgenomen. Verder wordt in 2014 gewerkt aan de spoorprojecten Station Werpsterhoek (start realisatie onderdoorgangen voor fiets- en autoverkeer) en Extra Sneltrein Groningen Leeuwarden (voorbereidende werkzaamheden en procedure). Stadsring Bij het Programma Leeuwarden Vrij-Baan staat de verbetering van de bereikbaarheid van de stad centraal. De stadsring is een belangrijke schakel in deze bereikbaarheid. Een aantal onderdelen van de stadsring is de afgelopen jaren al aangepakt, waardoor de doorstroming voor het autoverkeer en de fietser in het zuidwestelijke kwadrant van de stadsring al is verbeterd. In 2013 heeft de raad de realisatiebesluiten voor de stadsringprojecten Valeriustraat/-plein en Julianalaan genomen. De uitvoering van de stadsringprojecten vindt plaats in aansluiting op de aanleg van de Haak om Leeuwarden, de Westelijke Invalsweg en de Noordwestelijke Invalsweg, die het Europaplein verbindt met de Haak. De definitieve besluitvorming over het Europaplein zal in 2014 plaatsvinden. Met de aanpassing van de stadsring is een substantiële investering gemoeid. De dekking van de gemeentelijke bijdrage in deze investering is over verschillende jaren uitgesmeerd. De afgelopen jaren zijn vanuit de jaarlijkse stelpost infrastructuur al de nodige gelden gereserveerd voor de nog uit te voeren stadsringprojecten. Ook in de komende jaren is een groot deel van de jaarlijkse stelpost infrastructuur nodig voor de stadsring. Omdat de nog benodigde dekking uit de stelpostgelden tot en met 2017 kan worden gehaald, is in vergelijking met het vorige meerjarenprogramma infrastructuur meer ruimte ontstaan in de jaarschijven 2014 tot en met 2016 voor extra dekking van andere infrastructurele projecten binnen de gemeente Leeuwarden. Fietsroutes via Tesselschadestraat en Harlingertrekweg In 2013 is de herinrichting van de openbare ruimte van het kantorengebied Tesselschadestraat en omgeving vastgesteld. Onderdeel van dit project is de aanpak van de hoofdfietsroutes via de Tesselschadestraat en de Harlingertrekweg door dit gebied. De Tesselschadestraat wordt uitgevoerd met vrijliggende fietspaden aan weerszijden. De aantrekkelijkheid van de fietsroute via de Harlingertrekweg wordt vergroot door herinrichting van de kade en, indien het beschikbare budget dit toelaat, door asfaltering van de weg. De uitvoering staat gepland voor 2014, in aansluiting op de bouw van de parkeergarage Reviusstraat en in combinatie met de uitvoering van de rioleringswerkzaamheden. Mobiliteits- en verkeersmanagement In de afgelopen jaren zijn vanuit de stelpost infrastructuur de nodige middelen beschikbaar gesteld voor mobiliteits- en verkeersmanagement. Het gaat hierbij om maatregelen die nodig zijn om de stad bereikbaar te houden vooruitlopend op en tijdens de uitvoering van de grootschalige ingrepen ter verbetering van de bereikbaarheid van Leeuwarden. Naast fysieke ingrepen gaat het hierbij ook om maatregelen als het stimuleren van het gebruik van andere vervoersmogelijkheden dan de auto in met name het woon- werkverkeer. De uitgangspunten waaraan bij de uitvoering van projecten moet worden voldaan om de overlast voor de verschillende weggebruikers zoveel mogelijk te beperken zijn vastgelegd in het Minder Hinderplan. In 2014 wordt nog een klein bedrag gereserveerd voor mobiliteits- en verkeersmanagement als aanvulling op
19
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
de middelen die in eerdere jaren hiervoor beschikbaar zijn gesteld. Over de periode 2008 tot en met 2014 gaat het om een totaalreservering uit gemeentelijke middelen van € 3 mln voor deze maatregelen. Algemene werkzaamheden Leeuwarden Vrij-Baan Voor het programma Leeuwarden Vrij-Baan wordt een aantal algemene werkzaamheden verricht die niet zijn toe te rekenen aan de projecten. Het gaat hierbij vooral om werkzaamheden op het gebied van communicatie, programmering en het accountmanagement van projecten, waarvan de uitvoering bij het Rijk berust. Indexatie RSP-pakket In 2010 is tussen de provincie Fryslân en de gemeente Leeuwarden de Overeenkomst Programma Bereikbaarheid Leeuwarden afgesloten. In deze overeenkomst is vastgelegd wat de financiële bijdragen zijn van partijen aan de projecten die deel uitmaken van het Programma Bereikbaarheid Leeuwarden (Leeuwarden VrijBaan). Onderdeel van deze afspraken is dat de gemeente Leeuwarden bijdraagt aan de projecten uit het RSPpakket. Het gaat hierbij om projecten die als compensatie voor het niet doorgaan van de Zuiderzeelijn met een Rijksbijdrage worden aangelegd. Het RSP-pakket Bereikbaarheid Leeuwarden heeft een totaalomvang van € 285 mln (prijspeil 2007) en bestaat uit de spoorprojecten Station Werpsterhoek en partiële verdubbeling van het spoor Leeuwarden-Groningen en de wegprojecten Westelijke Invalsweg, Drachtsterweg e.o. en een bijdrage aan de Haak om Leeuwarden. Daarnaast worden binnen Fryslân projecten als de Traverse Harlingen, rotonde Joure en aanpassingen bij Heerenveen met Rijksbijdragen uit het RSP-ZZL uitgevoerd. Met de provincie is overeengekomen dat Leeuwarden in totaal € 26 mln meebetaalt aan de RSP-projecten. Het gaat hierbij om een bedrag op prijspeil 2007 dat jaarlijks wordt geïndexeerd volgens de Index Bruto Overheidsinvesteringen (IBOI). In 2009 is door de raad vastgesteld op welke wijze de Leeuwarder bijdrage aan de RSP-projecten wordt gedekt. De kosten van indexatie zullen eveneens door deze dekkingsbronnen dienen te worden opgebracht. Dekking van de gemeentelijke bijdrage vindt plaats uit SIOF, Reserve Bovenwijkse Voorzieningen en de stelpost infrastructuur. Als gevolg van meevallers bij de stadsringprojecten Fietstunnel Oostergoplein, Heliconweg c.a. en Fietstunnel Julianalaan valt de bijdrage uit de stelpost infrastructuur aan deze projecten € 650.000 lager uit. De lagere bijdrage is het gevolg van een gunstige subsidieafrekening van deze projecten en van (aanbestedings-) voordelen bij het project Fietstunnel Julianalaan. Dit bedrag wordt in 2014 gereserveerd om de gevolgen van de indexatie volgens IBOI van de Leeuwarder bijdrage van € 26 mln in de RSP-projecten op te vangen. Door inzet van de meevaller binnen de stelpost infrastructuur voor indexatie van de RSP-bijdrage is het mogelijk om de reservering binnen het SIOF voor deze indexatie vrij te laten vallen. In de Programmabegroting 2013 was voor de indexatie van de RSP-bijdragen binnen het SIOF voor 2014 een bedrag van € 534.000 opgenomen. 2.1.1.d Meerjarenprogramma infrastructuur 2014-2017 In Bijlage C Meerjarenprogramma Infrastructuur (subbijlage II) wordt een overzicht gegeven van de infrastructurele projecten voor de periode 2014 tot en met 2017. De invulling voor de jaren ná 2014 heeft vooral een indicatief karakter. Het overgrote deel van de beschikbare middelen uit de stelpost infrastructuur is in de komende jaren bestemd voor de uitvoering van maatregelen uit Leeuwarden Vrij-Baan en daarbij met name voor de stadsring. Daarnaast zijn in de jaren na 2014 middelen gereserveerd voor uitvoering van maatregelen uit de Richtingwijzer Fiets, voor het oplossen van knelpunten in het nieuwe grondgebied van de gemeente en voor de revitalisering van het Stationsgebied. Om uitvoering te geven aan het volledige pakket aan maatregelen, zoals met de provincie is overeengekomen in de Overeenkomst Programma Bereikbaarheid Leeuwarden, is de reguliere jaarlijkse dekking uit de jaarlijkse stelpost infrastructuur onvoldoende. Voor de stadsring worden extra investeringsmiddelen vanuit het SIOF ingezet. Bij het realisatiebesluit voor de Julianalaan is besloten om € 360.000 uit het SIOF beschikbaar te stellen voor de aanpak van dit deel van de stadsring. Dit bedrag ligt beduidend lager dan de € 2,5 mln uit het SIOF, waar in de vorige programmabegroting nog vanuit werd gegaan.
20
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Een overzicht van de projecten waarvoor in de periode 2014 tot en met 2017 dekking beschikbaar is vanuit de middelen voor de stelpost infrastructuur en voor de maatregelen in de dorpen op basis van het Uitvoeringsprogramma Dorpennota 2011-2014, is opgenomen in Bijlage C Meerjarenprogramma Infrastructuur (subbijlage III). 2.1.1.e Financiering Meerjarenprogramma Infrastructuur Het programma infrastructuur maakt gebruik van verschillende dekkingsbronnen voor de financiering van de projecten. Vanuit de algemene middelen komt jaarlijks een stelpost infrastructuur beschikbaar ter dekking van de eigen gemeentelijke bijdrage in de kosten van infrastructurele projecten. Het gaat bij deze stelpost voor 2014 om een investeringsvolume van bijna € 2,4 mln. Voor de berekening van de investeringsruimte uit deze stelpost infrastructuur voor de jaren na 2014 wordt uitgegaan van een stijging van de beschikbare middelen met 2% per jaar in verband met compensatie voor prijsstijgingen. Voor 2014 is verder nog een saldo van € 11.800 beschikbaar uit het Programma Infrastructuur 2013. Daarnaast is sprake van een positief saldo van mee- en tegenvallers op investeringen uit eerdere programma’s infrastructuur dat opnieuw als dekking kan worden ingezet. Een deel van deze meevallers was al ingezet in het Meerjarenprogramma Infrastructuur 2013-2016. In een van de vorige paragrafen is al melding gemaakt van de meevaller van € 650.000 ten gunste van de stelpost infrastructuur bij de afrekening van de stadsringprojecten Fietstunnel Oostergoplein, Heliconweg c.a. en Fietstunnel Julianalaan. In 2014 wordt van de meevallers in totaal € 775.000 ingezet. Voor het optimaliseren van verkeersluwe gebieden wordt in 2014 € 125.000 beschikbaar gesteld. Daarnaast wordt in 2014 een bedrag van € 650.000 gereserveerd voor de gevolgen van indexatie van de gemeentelijke bijdragen in de RSP-projecten. De SIOF-bijdrage van € 534.000 die in de Programmabegroting 2013 voor dit doel was gereserveerd, kan hierdoor vrij komen te vallen. Voor maatregelen in de dorpen op basis van het Uitvoeringsprogramma Dorpennota 2011-2014 is in 2014 een gemeentelijke bijdrage van € 200.000 beschikbaar. Vanuit de algemene middelen is voor 2014 derhalve dekking aanwezig voor een gemeentelijke bijdrage in investeringen ten bedrage van € 3.378.400. Van dit bedrag wordt in 2014 € 3.370.000 toegekend aan projecten, bijdragen en infrastructurele werkzaamheden. Het nog resterende bedrag van € 8.400 wordt ingezet voor de dekking van maatregelen ná 2014. Bijlage C Meerjarenprogramma Infrastructuur (subbijlage IV) geeft een overzicht van het verloop van de algemene middelen in de periode 2014 tot en met 2017. Naast de middelen uit de stelpost infrastructuur worden meevallers ingezet. De kosten van de infrastructurele maatregelen in de inbreidings- en uitbreidingsgebieden waarvoor een grondexploitatie is opgezet, worden ten laste gebracht van de betreffende exploitaties. Dekking voor de stelpost voorzieningen openbaar vervoer wordt gevonden in de Voorziening Openbaar Vervoer. De rioleringswerkzaamheden worden gedekt uit de rioolheffing en uit de Voorziening Riolering. Het gaat hierbij om de vervanging van rioleringen en om beheer en onderhoud. In 2014 is subsidie beschikbaar voor het project Europaplein en voor de herinrichting van de openbare ruimte in het kantorengebied Tesselschadestraat e.o. In totaal gaat het om een bedrag van € 5 mln dat beschikbaar komt uit Europese fondsen, van het Rijk en van de provincie.
21
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.1.2
Beleidsbegroting
Investeringsbudget Stedelijke vernieuwing (ISV)
Het Rijk verstrekt aan de gemeente elke vijf jaar een budget ter stimulering en ondersteuning van de stedelijke vernieuwing. In deze paragraaf staat waaraan de ISV3-middelen t/m 2014 worden besteed en welke doelstellingen daarmee gerealiseerd moeten worden. Met de vaststelling van het Meerjarenontwikkelingsprogramma (MOP) voor de periode 2010 t/m 2014 is de lijn uitgezet voor de verdeling van de ISV3-middelen. Met de titel van het MOP ‘It giet fierder’ geeft de gemeente aan dat er stevig wordt doorgegaan met de aanpak van de stedelijke vernieuwing in Leeuwarden. Er is de laatste jaren veel geleerd van de aanpak van prioriteits- en aandachtwijken en die koers wordt voortgezet in de wijken: Vlietzone, Valeriuskwartier, Tjerk Hiddes/Cambuursterhoek, Schepenbuurt, Oldegalileën & Bloemenbuurt en Nijlân. De gemeente Leeuwarden heeft voor de genoemde periode € 17,8 mln van het Rijk gekregen. Met het Rijk is afgesproken dat de gemeente Leeuwarden met deze middelen de volgende doelstellingen realiseert: -
in minimaal 3 wijken waar Leeuwarden aan de slag gaat met de wijkenaanpak zijn de scores op de zeven indicatoren in 2015 opgeschoven naar het stedelijk gemiddelde. Deze zeven indicatoren zijn: gemiddeld besteedbaar inkomen per huishouden, % niet werkende werkzoekenden van de beroepsbevolking, rapportcijfer omgang buurtbewoners, woonduur, verhuisgeneigdheid, oordeel over de wijk en veiligheidsindex. Daar waar de score voor een indicator in een aandachtwijk al op of boven het stedelijk gemiddelde ligt, blijft deze score minimaal behouden ten opzichte van 2009;
-
Jaarlijks krijgt (circa) 5% van de bestaande corporatiewoningen minimaal 2 hogere energielabels (voor zover nog niet geclassificeerd met label A of B). Bij herstructurerings- en renovatieprojecten zullen de woningbouwcorporaties de energie-index van hun woningen met minimaal 2 klassen verbeteren;
-
in de binnenstad schuift de score op de veiligheidsindex op naar het stedelijk gemiddelde;
-
vóór 2015 worden alle spoedlocaties met bodemverontreiniging gesaneerd;
-
vóór 2015 worden alle woningen met een geluidsbelasting van meer dan 65 dB(A) (de zogenaamde Aen raillijst) gesaneerd. Het betreft nog 17 woningen in de periode 2010-2015.
De verdeling van de ISV3-middelen voor de periode t/m 2014 ziet er als volgt uit: Tabel 2
Bedragen x € 1.000
Wijkenaanpak Wijkenaanpak schoon, heel, veilig en vriendelijk
3.000
Studiegebieden herstructurering
7.000
Duurzaamheid-energie-particuliere voorraad
2.000
Plankosten wijkenaanpak
800
Binnenstad Project parkeergarage Oosterstraat
1.000
Tweebaksmarkt-Tuinen
1.000
Stimuleringsregeling stedelijke woonkwaliteit
500
Milieu Bodemsanering
2.330
Geluidsanering
170
Totaal
17.800
De projecten die met de ISV3-middelen worden uitgevoerd zijn opgenomen in de wijkactieplannen van de betreffende 6 wijken.
22
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.1.3
Beleidsbegroting
Programma’s
Programma: Cultuur (1) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder mw. I. Diks
S. van Gent
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Culturele Hoofdstad 2018
2.
Cultuureducatie
4.
Actualisering van de huidige subsidieregeling kleine producties cultuur en introductie nieuwe
3.
Uitwerking visie op bibliotheek van de toekomst
regelingen voortvloeiende uit de actualisatie van de cultuurnota 5.
Actualisering van het programma beeldende kunst en vormgeving
Relevante beleidsnota’s x
Actualisatie Cultuurvuur: programma cultuur
x
Nieuwe kansen, nieuwe wegen, nieuwe
‘Vlammen in nieuwe tijden’ (2013)
doelgroepen. Het HCL in 2007 en 2008:
x
Visiedocument culturele omvorming (2011)
laagdrempelig centrum voor het historisch
x
Eindrapportage culturele omvorming 2012 (2013)
erfgoed van Leeuwarden en omgeving
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017 10.618
2012 Lasten
13.862
10.237
10.852
10.618
10.618
Baten
2.532
412
-211
-211
-211
-211
Saldo
-11.330
-9.825
-10.641
-10.407
-10.407
-10.407
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
Kunst en cultuur
9.181
-151
-9.030
Historisch Centrum Leeuwarden
1.671
-60
-1.611
0
0
0
10.852
-211
-10.641
Cultuurhistorisch beheer Totaal
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
2014
2015
-30
30
-100
100
75
Culturele omvorming
325
Cultuurimpuls Cultuurcoaches (herindeling Boarnsterhim) Subsidies Cultureel Kwartier Sneek en Bibliotheek Midden-Fryslân (herindeling Boarnsterhim)
23
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bedragen x € 1.000 Bezuinigingen
2013
Hervormen kunst- en cultuureducatie (Parnas)
1.400
2014
2015
2016
2017
128
Versobering HCL
-6
Afbouw subsidie lokale omroep Verlaging taakstelling op Culturele omvorming
-20
-250
t.b.v. meerkosten netwerkorganisatie
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Leeuwarden is hét culturele centrum van Fryslân Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
hoofddoelen
structureel (S)
Cultuur leeft en
A. Het cultureel bewustzijn van burgers
wordt beleefd,
is sterk ontwikkeld, het publieks-
gemeentelijk beleid van het
actief én passief
bereik en de actieve participatie in
Programma Cultuurparticipatie met
kunst en cultuur, vooral bij jongeren, zijn merkbaar gegroeid
- Het laten uitvoeren van het
kwaliteit op basisscholen (S) - Het vormgeven en laten uitvoeren
B. Meer verbinding tussen amateur- en professionele kunst en cultuur
van gezamenlijke ambities van gemeente en provincie vastgelegd in de samenwerkingsagenda (S)
Een bruisende
C. Een breed geschakeerd aanbod van
- Het laten uitvoeren van het
binnenstad met een
culturele activiteiten met bovenlokale
gemeentelijk beleid van Festivals en
hoge culturele
betekenis, waaronder spraakmakende
Evenementen (S)
kwaliteit
festivals en evenementen
Cultureel erfgoed
D. Het cultuurhistorisch bewustzijn van
- Bescherming en duurzaam beheer
dat gekoesterd
burgers is sterk ontwikkeld met dito
van cultureel erfgoed zoals in
wordt en vitaliteit
draagvlak voor de instandhouding
gemeentelijke archieven en collecties
behoudt
van cultureel erfgoed
(S)
E. De aandacht voor de rol en
Een inspirerend
- Het laten uitvoeren van het
meerwaarde van het Fries en
gemeentelijk beleid op het gebied van
Liwwadders is gegroeid
Friese taal en cultuur (S)
F. Een breed geschakeerde, in de stad
- Het laten uitvoeren van het
klimaat voor
gevestigde creative community
gemeentelijk beleid van Beeldende
cultureel en creatief
(beeldend kunstenaars,
ondernemerschap
podiumkunstenaars, architecten,
met ruimte voor
webdesigners, grafische ontwerpers,
atelierbeleid en
experimenten
reclamemakers etc.)
broedplaatsontwikkeling (S)
Kunst en Vormgeving (S)
G. Creatief talent kan zich manifesteren
24
- Het laten uitvoeren van het
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen Cultuur leeft en wordt beleefd, actief en passief A
2014
2015
2016
2017
80%
85%
90%
95%
10%
11%
12%
13%
11
11
12
13
Het cultureel bewustzijn van burgers is sterk ontwikkeld, het publieksbereik en de actieve participatie in kunst en cultuur, vooral bij jongeren, zijn merkbaar gegroeid Indicator(en): - Percentage basisschoolleerlingen dat deelneemt aan het kunstmenu - Percentage inwoners van Leeuwarden dat aangeeft minstens een keer per week actief een kunstvorm te beoefenen
(2013) 80% (2012) 10%
Bron: gemeente-enquête
B
Meer verbinding tussen amateur- en professionele kunst en cultuur Indicator(en): - Aantal gerealiseerde projecten
(2013) 10
Bron: instellingen
Een bruisende binnenstad met een hoge (ruimtelijk) culturele kwaliteit C
Een breed geschakeerd aanbod van culturele activiteiten met bovenlokale betekenis, waaronder spraakmakende festivals en evenementen Indicator(en):
(2013)
- Aantal culturele activiteiten met een (inter)nationale dimensie - Rapportcijfer festivals en evenementen
9 (2012) 7,4
10 7,4
11 7,5
12 7,5
13 7,6
75%
75%
76%
76%
77%
36.972
36.972
37.000
37.030
37.060
15
15
15
15
15
30%
30%
31%
32%
33%
75%
75%
75%
76%
77%
- Percentage Leeuwarders dat aangeeft dat Leeuwarden veel culturele mogelijkheden heeft Bron: wijksignaleringssysteem en gemeente-enquête
Cultureel erfgoed dat gekoesterd wordt en vitaliteit behoudt D
Het cultuurhistorische bewustzijn van burgers is sterk ontwikkeld met dito draagvlak voor de instandhouding van roerend en onroerend cultureel erfgoed Indicator(en): - Aantal bezoekers van HCL, Oldehove en Pier Pandermuseum - Aantal publicaties onder auspiciën van het HCL
(2012)
Bron: gemeente Leeuwarden
E
De aandacht voor de rol en meerwaarde van het Fries en het Liwwadders is gegroeid Indicator(en):
(2012)
- Percentage Leeuwarders dat het gevoel heeft Liwwadder te zijn - Percentage Leeuwarders dat aangeeft de Friese taal goed te verstaan Bron: wijksignaleringssysteem, gemeente Leeuwarden
Een inspirerend klimaat voor cultureel en creatief ondernemerschap met ruimte voor experimenten F
Een breed geschakeerde, in de stad gevestigde creative community (beeldend kunstenaars, podiumkunstenaars, architecten, webdesigners, grafische ontwerpers, reclamemakers etc.) Indicator(en):
(2012)
- Aantal banen in de kunstsector
382
384
386
388
390
- Aantal vestigingen in de kunstsector
386
387
388
389
390
Bron: gemeente Leeuwarden
25
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
G
Beleidsbegroting
Creatief talent kan zich manifesteren (2013)
Indicator(en): - Aantal projecten talentontwikkeling / innovatie / experiment
4
5
5
6
6
Bron: gegevens instellingen
Toelichting op de subdoelstellingen Algemeen Aanpassing programma
De culturele omvorming en de nota Vlammen in nieuwe tijden hebben geleid tot
Cultuur
een aanpassing van doelen en indicatoren in dit programma. Het strategisch hoofddoel, Een culturele infrastructuur die past bij de identiteit van de stad, is vervallen. Dit, omdat inmiddels alle daarbinnen geformuleerde ambities zijn gerealiseerd of tot het hoogst haalbare niveau zijn gekomen. Een aantal subdoelen is gewijzigd of vervallen. Daarbij zijn vooral de indicatoren aangepast, omdat de oude indicatoren al jaren hetzelfde aantal scoorden en het maximaal haalbare was bereikt. Soms was de invloed en sturingsmogelijkheid van de gemeente op de indicator te gering.
Cultuur leeft en wordt beleefd actief en passief Nieuw: Percentage
Sinds 2002 wordt het Kunstmenu aangeboden aan de basisscholen in
basisschoolleerlingen, dat
Leeuwarden, waarvan met ingang van schooljaar 2012/2013 de coördinatie in
deelneemt aan het
handen ligt van Kunstkade. Vanaf schooljaar 2013/2014 is er een breder aanbod
Kunstmenu (A)
en een keuzemenu. In 2013 nemen alle basisscholen in de stad Leeuwarden deel aan het kunstmenu. Vanaf 1 september 2013 staat deelname aan het kunstmenu ook open voor scholen in Boarnsterhim. Scholen zijn niet verplicht het Kunstmenu af te nemen. Cultuur en onderwijs werken nauw samen op het gebied van cultuureducatie.
Nieuw: Aantal lesgroepen
Kunstkade beschikt vanaf 1 september 2013 over een team van tien
dat gebruik maakt van het
cultuurcoaches. Dit team gaat de komende jaren structureel cultuureducatie
basisaanbod verzorgd door
verzorgen op alle basisscholen in Leeuwarden. Dit betekent dat alle
de Kunstcoaches van
basisschoolleerlingen de gelegenheid wordt geboden actief aan de slag te gaan
Kunstkade (A)
met kunst en cultuur. Het jaar 2013 geldt als nulmeting.
Nieuw: Aantal gerealiseerde
Het streven is om met kunst en cultuur een zo groot mogelijk deel van de
projecten om amateur- en
bevolking in Leeuwarden en Fryslân te bereiken, om hen met informele trajecten
professionele kunst meer te
(amateurkunst, alle disciplines) de kans te bieden hun talenten te ontwikkelen
verbinden(B)
en verder te ontplooien; en om ondernemerschap te stimuleren, waarbij verbindingen tussen amateurkunstenaars en professionele kunstenaars worden gelegd.
Een bruisende stad met een hoge culturele kwaliteit Nieuw: Aantal culturele
Gemeten wordt het aantal uitwisselingen per jaar en het aantal projecten met
activiteiten met een
internationale organisaties/kunstenaars. Uit gesprekken met de culturele
(inter)nationale dimensie
instellingen blijkt dat er meerdere initiatieven zijn, maar dat deze niet met
(C)
elkaar worden gedeeld. Door meer gezamenlijk op te trekken op dit vlak kan het aantal uitwisselingen en projecten toenemen.
Cultureel erfgoed dat gekoesterd wordt en vitaliteit behoudt Nieuw: Aantal bezoekers
Het HCL geeft veel aandacht aan publieksactiviteiten. De belangstelling voor
HCL, Oldehove en Pier
deze activiteiten laat de laatste jaren een stijgende lijn zien.
Pander Museum (D)
26
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Een inspirerend klimaat voor cultureel en creatief ondernemerschap met ruimte voor experimenten Nieuw: Aantal banen in de
Het aantal banen en vestigingen in 2012 was 382 geregistreerde banen en 386
kunstsector en
geregistreerde vestigingen. Interessant is de ontwikkeling in de gaten te houden
Aantal vestigingen in de
met betrekking tot de veranderingen die zijn opgetreden in het kader van de
kunstsector (F)
culturele omvorming.
27
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
Cultuur leeft en wordt beleefd, actief en passief -
Het laten uitvoeren van het gemeentelijk beleid van het Programma Cultuureducatie met kwaliteit op basisscholen
X
X
X
X
-
Het vormgeven en laten uitvoeren van gezamenlijke ambities van gemeente en provincie vastgelegd in de samenwerkingsagenda
X
X
X
X
X
X
X
X
Een bruisende binnenstad met een hoge (ruimtelijk) culturele kwaliteit -
Het laten uitvoeren van het gemeentelijk beleid van Festivals en Evenementen
Cultureel erfgoed dat gekoesterd wordt en vitaliteit behoudt -
Bescherming en duurzaam beheer van cultureel erfgoed zoals in gemeentelijke archieven en collecties
X
X
X
X
-
Het laten uitvoeren van het gemeentelijke beleid op het gebied van Friese taal en cultuur
X
X
X
X
Een inspirerend klimaat voor cultureel en creatief ondernemerschap met ruimte voor experimenten -
Het laten uitvoeren van het gemeentelijke beleid van Beeldende Kunst en Vormgeving
X
X
X
X
-
Het laten uitvoeren van het atelierbeleid en broedplaatsontwikkeling
X
X
X
X
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Cultuur leeft en wordt beleefd, actief en passief Speerpunt Culturele Hoofdstad 2018 (A)
Leeuwarden is de Culturele Hoofdstad van Europa in 2018. In een reis door de Mienskip van Fryslân, Nederland en Europa zijn gesprekken gevoerd met jongeren, het bedrijfsleven, het onderwijs, culturele en wetenschappelijke kopstukken en jonge creatieven. Dit heeft geresulteerd in een bidbook met projecten waarmee Leeuwarden en Fryslân in 2018 tot hét middelpunt van Europa worden. Er zijn kansen voor meer werkgelegenheid, meer bezoekers en een sterkere (inter)nationale positionering van onze stad en provincie. De kern van het bidbook volgt uit de visie die de provincie en de gemeente hebben op de regionale ontwikkeling voor de middellange- en lange termijn op de thema’s: -
welzijn (kinderen in armoede)
-
onderwijs (schooluitval en aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt)
-
economie (meer banen, ook voor laagopgeleiden)
-
toerisme en marketing (imago, toeristisch bezoek en verblijf)
-
cultuur (culturele identiteit, participatie, vestigingsklimaat) en
-
duurzaamheid (speerpunten: energie, water, food, zorg en creatieve sector).
Beide overheden hebben er voor gekozen om een krachtige programmatische impuls te geven aan een verbeteringsproces met effecten op de lange termijn, neergelegd in de Samenwerkingsagenda gemeente Leeuwarden – provincie Fryslân 2011-2021 met een looptijd tot en met 2025. Cultuureducatie (A)
In het programma ‘Cultuureducatie voor ieder kind in de gemeente Leeuwarden’, staat beschreven hoe gewerkt wordt aan een kwalitatief hoogwaardig aanbod van cultuureducatie. Daarbij staat bestendiging van het aanbod én de borging van de kwaliteit voorop. Het aanbod wordt afgestemd op het totale lesprogramma, de wens van de leerkrachten en kinderen en op het aanbod van de instellingen onderling. De cultuurcoaches vormen de spil. Hun aanwezigheid in alle 42
28
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
basisscholen biedt scholen de mogelijkheid om een programma op maat te formuleren. Subsidieregelingen
Aanleidingen voor een evaluatie en doorontwikkeling van de Regeling subsidie
Cultuur (B)
kleine producties cultuur, zijn onder andere de herindeling Boarnsterhim, de gesignaleerde trend dat de amateurkunst steeds meer dreigt te worden verdrongen door de professionelere gezelschappen en de toenemende druk op de regeling door het wegvallen van andere regelingen. Daarnaast wordt er een drietal nieuwe regelingen opgesteld: -
Festivalregeling: dit in verband met te maken keuzes welke festivals gefinancierd gaan worden vanaf 2014. Er zijn de laatste jaren nieuwe initiatieven opgestaan, terwijl het budget is afgenomen.
-
Innovatieregeling: een regeling bedoeld om nieuwe vormen van samenwerking te onderzoeken en vernieuwende activiteiten te ondersteunen.
-
Regeling verrijking muziekaanbod: een regeling ter ondersteuning van muziekaanbod dat niet in het programma-aanbod van de kerninstellingen is opgenomen.
Intensiveringen Cultuurcoaches (A)
Boarnsterhim heeft tot en met 2013 op de basisscholen een aantal cultuurcoaches ingezet. De cultuurcoaches van Kunstkade worden vanaf 1 september 2013 ingezet in Boarnsterhim. De inzet van deze cultuurcoaches op de zeven nieuwe basisscholen volgens het Leeuwarder concept, betekent extra kosten voor de gemeente. Uitgaande van drie coachingsuren per week per basisschool is dit € 30.000.
Bezuinigingen Afbouw subsidie lokale
In 2014 wordt het laatste deel van de afbouw van de subsidie voor de lokale
omroep (A)
omroep gerealiseerd. De subsidie is dan teruggebracht tot het normbedrag dat het Commissariaat voor de Media aanhoudt voor het instand houden van een lokale omroep.
Een bruisende binnenstad met een hoge culturele kwaliteit Speerpunten De bibliotheek van de
Aan de gemeenteraad zijn drie scenario’s gepresenteerd waarin de modellen zijn
toekomst (C)
geschetst voor een toekomstig bibliotheekbeleid. In 2014 wordt een definitief plan voor de nieuwe bibliotheekvoorziening uitgewerkt.
Algemeen Theater- en
Het is de bedoeling dat in het Harmoniekwartier één nieuwe beheersorganisatie
popactiviteiten in het
voor het beheer en exploitatie van de theater- en popactiviteiten wordt
Harmoniekwartier (C)
gerealiseerd. Er is extern onderzoek verricht naar mogelijke vormen van samenwerking tussen de stadsschouwburg en het poppodium. De resultaten van het onderzoek worden meegenomen in de planontwikkeling van het Harmoniekwartier.
Intensiveringen Subsidies Bibliotheken Midden-Fryslân(C)
In afwachting van het nieuwe bibliotheekbeleid worden de bibliotheken in 2014 volgens het oude beleid gesubsidieerd. Na de herindeling van Boarnsterhim is voor de bibliotheek in Grou in 2014 eenmalig een aanvullend bedrag van € 30.000
en
geraamd.
Cultuur Kwartier Sneek
De kunsteducatie in Boarnsterhim wordt verzorgd door het Cultuur Kwartier Sneek.
(C)
Voor Cultuur Kwartier Sneek betekent de herindeling van Boarnsterhim formeel dat
29
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
het contract van het Kunstencentrum ‘van rechtswege’ overgenomen wordt door de vier betrokken herindelingspartners. De gemeenten Heerenveen en Leeuwarden hebben uitgesproken dat voor het aanbod van Cultuur Kwartier Sneek geen ruimte is in het gemeentelijk beleid. Wel is het commitment uitgesproken om te komen tot het doorvoeren van deze verandering met zo gering mogelijke (financiële) gevolgen voor de betrokken gemeenten, het Cultuur Kwartier Sneek en zijn medewerkers. Het eenmalig te dekken tekort in 2014 is geraamd op € 70.000. Cultureel erfgoed dat gekoesterd wordt en vitaliteit behoudt Algemeen Tentoonstelling
In 2014 bestaat Cambuur 50 jaar. In een grote tentoonstelling wordt teruggekeken
Cambuur 50 jaar (D)
op de historie van de club. De tentoonstelling wordt gehouden in zowel het Cambuurstadion als het HCL.
Afronding actualisatie
De vaste expositie in het HCL wordt in fasen vernieuwd. Aan ‘Het verhaal van
van de vaste expositie
Leeuwarden’ worden twee presentaties toegevoegd, namelijk ‘Leeuwarden op de
‘Het verhaal van
Kaart’ en de ‘Piratengalerij’. Daarnaast worden nieuwe mediatoepassingen
Leeuwarden’ (D)
toegevoegd waarmee de presentatie aantrekkelijker wordt voor de ‘mobiele generatie’: informatie wordt mobiel ontsloten tijdens een stadswandeling.
Een inspirerend klimaat voor cultureel en creatief ondernemerschap met ruimte voor experimenten Speerpunt Actualisering van het
De huidige nota Beeldende kunst en vormgeving is verouderd. In een
programma beeldende
geactualiseerde nota zullen concrete acties worden benoemd. Die worden gekoppeld
kunst en vormgeving (F)
aan de speerpunten uit de nota Vlammen in nieuwe tijden, namelijk: cultuureducatie, talentontwikkeling en Iepen Mienskip.
30
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Jeugd en onderwijs (2) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder mw. T. Koster
S. van Gent
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Vormgeving doorontwikkeling richtinggevende
3.
kaders drie decentralisatie en Amaryllis 2.
Doorontwikkeling brede scholen/Kindcentra/ Onderwijshuisvesting in Nieuwe Tijden
Start uitvoering en implementatie decentralisatie
4.
Aansluiting onderwijs - arbeidsmarkt
x
Programma Arbeidsmarkt-Onderwijs 2013-2018
Zorg voor jeugd
Relevante beleidsnota’s x
Kadernota Brede scholen (2011)
x
Nota Onderwijshuisvesting in Nieuwe Tijden
(2013) x
(2012) x
VSV-convenant 2012-2015
x
Kadernota Harmonisatie kinderopvang,
Richtinggevende kaders drie decentralisaties en doorontwikkeling Amaryllis (2013)
x
Kompasbesluit transitie Jeugdzorg Fryslân (2013)
peuterspeelzalen, VVE (2011)
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
22.913
22.041
24.631
24.209
24.191
24.214
Baten
4.869
3.896
-3.439
-3.437
-3.434
-3.432
Saldo
-18.044
-18.145
-21.192
-20.772
-20.757
-20.782
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Hoger onderwijs Kinderopvang
Totaal
Totaal
lasten
baten 57
0
-57
1.144
0
-1.144
0
0
0
13.008
-912
-12.096
4.295
-2.322
-1.973
205
-205
0
5.923
0
-5.923
24.632
-3.439
-21.193
Openbaar primair onderwijs Leerlingenzorg Onderwijsachterstandbestrijding Volwasseneneducatie Jeugdbeleid Totaal
Saldo
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
2014
2015
100
Onderwijsachterstandenbestrijding (taalachterstand) Coördinatie en activiteiten Brede Scholen
80
50
Jongerenwerk (herindeling Boarnsterhim)
-150
150
-210
210
Overheveling bekostiging gymlokalen (herindeling Boarnsterhim)
31
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Optimale ontwikkeling en optimale participatie van kinderen en jongeren Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
hoofddoelen Onderwijs
structureel (S) A. Een toegankelijk, gevarieerd en
- In stand houden en (doen)
Ieder kind/jongere
innovatief aanbod van educatieve
optimaliseren van onder-
krijgt passend en
voorzieningen tot en met academisch
wijshuisvesting inclusief Brede
zo stimulerend
niveau
scholen/Kindcentra (S) - Harmonisatie peuterspeelzaalwerk en
mogelijk onderwijs
kinderopvang (I) - Doorontwikkelen van gezamenlijke kenniscirculatie-programma’s tussen MBO/HBO/bedrijfsleven (hotspots) (S) - Doorontwikkelen van de University Campus Fryslân (S) B. Ieder kind/jongere heeft minimaal een startkwalificatie
- Laten aanbieden van Vroeg- en Voorschoolse Educatieprogramma’s (S) - Voorkomen dat jongeren voortijdig school verlaten (S)
Ontwikkeling
C. Voor ieder kind/jongere is een
Ieder kind/jongere
toegesneden aanbod van
kan zich optimaal
voorzieningen
- In stand houden van speelruimtevoorzieningen (S) - Laten uitvoeren van jongerenwerk (S) - In stand houden van
ontwikkelen
combinatiefuncties (S)
D. Ieder kind/jongere heeft een gezonde leefstijl
- Laten uitvoeren van alcohol- en drugspreventieprogramma’s (S) - Laten uitvoeren van preventieprogramma’s overgewicht (S)
Zorg
E. Een toegankelijk aanbod van
Ieder kind/jongere
zorgvoorzieningen voor de jeugd en
krijgt zo nodig
het gezin
- Doorontwikkelen van de Centra Jeugd en Gezin 12- en 12+ (S)
passende zorg en ondersteuning F. Ieder kind/jongere met een zorgvraag is in beeld
- Laten uitvoeren van de pilot School als Werkplaats op het Friesland College (I) - Ontwikkeling en invoering vernieuwend welzijnsbeleid jeugd/transitie jeugdzorg (I)
32
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? NulSubdoelstellingen meting 2014 2015 2016 Onderwijs: ieder kind/jongere krijgt passend en zo stimulerend mogelijk onderwijs A
Een toegankelijk, gevarieerd en innovatief aanbod van educatieve voorzieningen tot en met academisch niveau Indicator(en): - Aantal brede scholen
2017
(2011) 10
12
12
12
12
0
4
4
4
4
40
97
97
97
97
- Aantal thematische kennisprogramma's
0
3
4
pm
pm
- Aantal masterstudies
0
3
4
pm
pm
10%
10%
10%
10%
10%
372
248
221
194
175
5
5
5
5
5
- Aantal jongerenprogramma's
20
20
20
20
20
- Aantal cultuureducatieve programma's
40
40
43
45
48
33.721
34.000
34.000
34.000
34.000
- Gemiddeld aantal jongeren dat deelneemt aan jongerenprogramma's
39
50
50
50
50
- Gemiddeld aantal jongeren dat deelneemt aan cultuureducatieve programma's
40
40
43
45
48
- Alcoholgebruik jongeren onder 18 jaar
61%
40%
30%
30%
30%
- Drugsgebruik jongeren onder 18 jaar
22%
12,5%
10%
10%
10%
- Percentage kinderen/jongeren met overgewicht dat deelneemt aan een programma
70%
80%
80%
80%
80%
- Aantal Kindcentra - Aantal kinderopvanglocaties (inclusief peuteropvang) met maatwerkarrangementen in de wijk
Bron: gemeente Leeuwarden, gegevens instellingen
B
Ieder kind/jongere heeft minimaal een startkwalificatie Indicator(en): - Percentage doelgroepkinderen dat deelneemt aan Vroeg- en Voorschoolse Educatieprogramma's - Aantal schoolverlaters VO en MBO van 15-27 jaar zonder startkwalificatie Bron: voortgangsrapportage VSV
Ontwikkeling: ieder kind/jongere kan zich optimaal ontwikkelen C
Voor ieder kind/jongere is een toegesneden aanbod van voorzieningen Indicator(en): - Aantal sportprogramma's
- Aantal jongeren dat deelneemt aan sportprogramma's
Bron: bv Sport
D
Ieder kind/jongere heeft een gezonde leefstijl Indicator(en):
Bron: rapportage GGD
Zorg: ieder kind/jongere krijgt zo nodig passende zorg en ondersteuning E
Een toegankelijk aanbod van zorgvoorzieningen voor de jeugd en het gezin Indicator(en): - Een volledig Centrum voor Jeugd en Gezin 12-
75%
100%
100%
100%
100%
- Een volledig Centrum voor Jeugd en Gezin 12+
0%
100%
100%
100%
100%
Bron: gemeente Leeuwarden
33
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
F
Beleidsbegroting
Ieder kind/jongere met een zorgvraag is in beeld Indicator(en): - Aantal meldingen in de Verwijsindex - Positie Leeuwarden in rapport 'Kinderen in Tel'
1.000
2.000
2.100
2.200
2.200
14
15-20
20-30
20-30
20-30
Bron: rapportage Partoer, Kinderen in Tel
Toelichting op de subdoelstellingen Onderwijs Aantal brede
De cijfers van de brede scholen, en integrale kindcentra en de kinderopvanglocaties
scholen/Kindcentra/
zijn aangepast aan de gemeentelijke herindeling per 1 januari 2014.
kinderopvang (A) Aantal schoolverlaters
Omdat het aantal schoolverlaters zonder startkwalificatie ten opzichte van de
VO en MBO (B)
nulmeting steeds verder daalt, zijn de geraamde aantallen in de begroting naar beneden bijgesteld.
Zorg Kinderen in Tel (F)
De plaats die Leeuwarden in 2012 innam in het rapport ‘Kinderen in Tel’ was slechter dan verwacht. Dat is de reden om de begrote positie van Leeuwarden in het rapport bij te stellen. Daar waar de gemeente invloed kan hebben op de gemeten actoren wordt stevig ingezet op bijvoorbeeld de aanpak jeugdwerkloosheid, voorkomen van schooluitval en verlaten van school zonder startkwalificatie.
34
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
Onderwijs: ieder kind/jongere krijgt passend en zo stimulerend mogelijk onderwijs -
In stand houden en (doen) optimaliseren van onderwijshuisvesting inclusief Brede scholen/Kindcentra
X
X
X
X
-
Doorontwikkelen van gezamenlijke kenniscirculatie-programma's tussen MBO/HBO/bedrijfsleven (hotspots)
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
- In stand houden van speelruimtevoorzieningen
X
X
X
X
- Laten uitvoeren van jongerenwerk
X
X
X
X
- In stand houden van combinatiefuncties
X
X
X
X
- Laten uitvoeren van alcohol- en drugspreventieprogramma's
X
X
X
X
- Laten uitvoeren van preventieprogramma's overgewicht
X
X
X
X
- Doorontwikkelen van de University Campus Fryslân -
Laten aanbieden van Vroeg- en Voorschoolse Educatieprogramma's
- Voorkomen dat jongeren voortijdig school verlaten Ontwikkeling: ieder kind/jongere kan zich optimaal ontwikkelen
Zorg: ieder kind/jongere krijgt zo nodig passende zorg en ondersteuning - Doorontwikkelen van de Centra Jeugd en Gezin 12- en 12+
X
X
X
X
-
Laten uitvoeren van de pilot School als Werkplaats op het Friesland College
X
X
-
-
-
Ontwikkeling en invoering vernieuwend welzijnsbeleid jeugd/transitie jeugdzorg
X
X
-
-
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Onderwijs Speerpunten Brede scholen/
De inhoudelijke (door)ontwikkeling van brede scholen naar Integrale Kindcentra is
Kindcentra/Kinderopvang-
bedoeld om te zorgen dat kinderen zonder leerachterstand doorstromen naar het
locaties (A)
voortgezet onderwijs om zo het beroep op zorg en/of speciaal onderwijs te verkleinen. Het door de schoolbesturen geformuleerde vlekkenplan voor de spreiding over de stad met tien Kindcentra (gereed in 2025) is het uitgangspunt bij het realiseren van de Kindcentra. Na de gemeentelijke herindeling per 1 januari 2014 wordt uitgegaan van in totaal twaalf Kindcentra verspreid over de gehele gemeente.
Aansluiting onderwijs –
De gemeente zet zich de komende jaren extra in om jongeren meer kans op een
arbeidsmarkt
baan te bieden. Dat varieert van de bestrijding van schooluitval met
(C+E+F)
werkperspectief tot de uitvoering van projecten als School als Werkplaats (zorg op school), de Werkschool (‘makelaarsfunctie’ ten behoeve van plaatsing van leerlingen uit het praktijkonderwijs op de arbeidsmarkt) en de ontwikkeling van de University Campus Fryslân (UCF). Dit staat in nauwe relatie tot de inspanningen om extra arbeidsplaatsen te creëren (programma 3 Economie en toerisme) en het aan de slag helpen van mensen op de regionale arbeidsmarkt (programma 5 Werk en Inkomen). Het Programma Arbeidsmarkt-Onderwijs 2013-2018 uit 2013 vat dit samen.
35
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Intensivering Overheveling bekostiging
Per 1 januari 2015 wil het kabinet de totale bekostiging van het onderhoud aan
gymlokalen (A)
schoolgebouwen overhevelen van gemeenten naar schoolbesturen. De gemeenten blijven na die wetswijziging verantwoordelijk voor het in stand houden (beheer, verhuur, onderhoud en exploitatie) van gymnastieklokalen. Voor het uitvoeren van het periodiek groot onderhoud van de gymlokalen in Boarnsterhim over de jaren 2014-2016, is op basis van de meerjarenonderhoudsplannen (MJOP’s) in 2014 eenmalig € 210.000 geraamd.
Algemeen Passend Onderwijs (A)
Passend Onderwijs heeft per 1 augustus 2013 een wettelijk kader dat inhoudelijke gevolgen voor het onderwijs zelf en ook voor de zorg voor jeugd (minder schooluitval en minder beroep op dure zorg) heeft. In fysieke zin krijgt het gevolgen voor onderwijshuisvesting en het leerlingenvervoer (meer vervoer van leerlingen naar de geschikte school). De Samenwerkingsverbanden primair en voortgezet onderwijs zijn verantwoordelijk voor Passend Onderwijs. Er worden afspraken met gemeenten gemaakt over het zogenoemde ondersteuningsplan voor de zorg van de jeugd. Bestaande en nieuwe gemeentelijke kaders zijn daarbij inzet. In het schooljaar 2014-2015 start Passend Onderwijs.
Ontwikkeling Intensivering Jongerenwerk (C)
De gemeente Boarnsterhim heeft geen jongerenwerk. Uit de resultaten van het driejaarlijks onderzoek onder jongeren over veilig en gezond opgroeien, blijkt dat jongeren in de negen dorpen van Boarnsterhim vaker dan gemiddeld scoren ( in vergelijking met Leeuwarden) op roken, geweld en jeugddelinquentie en drinken. Jongerenwerk preventief inzetten kan besparend werken. Daarom is het noodzakelijk het Leeuwarder beleid in 2014 direct van toepassing te laten zijn voor de hele nieuwe gemeente. Dat kan echter niet budgettair neutraal. Er is berekend dat ter overbrugging in 2014 eenmalig een bedrag van € 150.000 extra nodig is, uitgaande van een bijdrage aan het jongerenwerk van € 60 per jongere. Vanuit Boarnsterhim komen er ca. 2.500 jongeren bij. Met de decentralisatie van de Zorg voor de jeugd met ingang van 2015, wordt vervolgens een structurele aanpak ingevoerd en kan worden bepaald hoe het jongerenwerk binnen Welzijn Nieuwe Stijl (sociale wijkteams, scholenteam) en de 3D’s wordt ingevlochten.
Zorg Speerpunt Transitie Zorg voor
In het voorjaar 2014 wordt er een beleidsplan voor de drie decentralisaties
Jeugd (F)
opgesteld, omdat er dan meer duidelijk is over de wet- en regelgeving. In 2014 start de gemeente met de uitvoering en implementatie van de decentralisatie van taken voor Zorg voor de Jeugd. De totstandkoming van de Jeugdwet en de daarmee samenhangende inhoudelijke en financiële regelgeving hebben vertraging opgelopen. Dat heeft invloed op het invoeringsproces, de reikwijdte van de transitie en de bekostiging. De reeds ingezette gemeentelijke trajecten worden voortgezet.
36
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Economie en toerisme (3) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Bestuur en Middelen
Wethouder H. Deinum
H. Brink
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Slim met Water en Energie
3.
Verkoop strategische (school)locaties
2.
Binnenstad
4.
Economie en arbeidsmarkt
Relevante beleidsnota’s x
Evaluatie programma Stedelijke economie (2009)
x
Regionaal bedrijventerreinplan (2010-2020)
x
Regionale bedrijventerreinenvisie Boarnsterhim
x
Notitie Profilering en acquisitie (2011)
x
Kantorenmonitor (2013)
x
Notitie Startersbeleid (2012)
x x
x
Nota’s Grondbeleid Leeuwarden en Boarnsterhim (2012)
Structuurvisie detailhandel Leeuwarden (2007) en
x
Leeuwarden marktstad van Friesland (2003)
Structuurvisie detailhandel Boarnsterhim (2013)
x
Visie op toerisme Boarnsterhim
Aanpak slim met energie en water (2011-2014)
x
Evaluatie evenementenbudget (2011)
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
63.961
34.675
40.086
39.247
39.078
39.094
Baten
59.239
31.033
-35.530
-35.596
-35.580
-35.580
Saldo
-4.722
-3.642
-4.556
-3.651
-3.498
-3.514
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Economisch beleid Markten Standplaatsen
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
3.636
-801
-2.835
258
-186
-72
49
-44
-5
Vastgoedbeheer
10.078
-9.711
-367
Grondzaken
23.868
-24.268
400
Recreatiegebieden
846
-47
-799
Recreatievaart
744
-352
-392
54
-118
64
553
-4
-549
40.086
-35.531
-4.555
Kermissen Toerisme Totaal
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
2014
Toerisme
2015 50
Marketing Leeuwarden
250
Profilering en ondersteuning acquisitie
310
Stimuleringsfonds werkgelegenheid
240
Motie evenementenbudget/Winterfeest 2012
50
Impuls Economie Binnenstad (Binnenstad Boppe
400
2010 t/m 2013)
37
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Een centrumstad met kwaliteit, aantrekkingskracht en onderscheidende economische potentie Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
A. Leeuwarden is Capital of
- Faciliteren Clusteropbouw waterhub
hoofddoelen Slim omgaan met water en energie;
structureel (S) Watertechnology
(S) - Mee-ontwikkelen Project
ontwikkeling naar een
Watercampus (I)
kennisintensieve en innovatieve stadseconomie
B. Leeuwarden is een aantrekkelijke
- Faciliteren toepassing geothermie,
partner voor innovatieve economische
warmtenet t.b.v. distributie
projecten met lange termijn
Centrumstad met
duurzame warmte (I) - Zonnestroomprojecten (I)
rendement C. Binnenstad
-
D. Leeuwarden wordt neergezet als een
- Marketingcampagnes vrije tijd en
Afhankelijk van collegeprogramma
kwaliteit en aantrekkingskracht
aantrekkelijke stad voor bedrijven en
water uitvoeren (I) - Economie en Arbeidsmarkt
toeristen
(afhankelijk van collegeprogramma) - Aantrekkelijke vrijdagsmarkt (S) Vernieuwing in de stad
E. Herontwikkeling van strategische locaties in de stad
- Aan- en verkopen van strategische verwervingen (I) - Aan- en verkopen van vastgoed, waaronder schoollocaties (I)
38
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen Slim omgaan met water en energie A
2014
2015
2016
2017
Leeuwarden is Capital of Watertechnology (2011)
Indicator(en): - Fysieke realisatie m2 aan voorzieningen
0
6.000
-
-
-
- Werkgelegenheidsgroei watertechnologiesector (in arbeidsplaatsen)
0
50
50
50
50
10
10
10
10
Bron: gemeente Leeuwarden, BBO
B
Leeuwarden is een aantrekkelijke partner voor innovatieve economische projecten met lange termijn rendement Indicator(en):
(2011)
- Deelname gemeente in aantal projecten
0
Bron: gemeente Leeuwarden
Centrumstad met kwaliteit en aantrekkingskracht C
Beste binnenstad van Nederland in 2015 Indicator(en): Bron: -
D
Leeuwarden wordt neergezet als een aantrekkelijke stad voor bedrijven en toeristen Indicator(en): - In 2015 associeert 10% van de inwoners Leeuwarden met watertechnologie - Aantal toeristische bezoeken aan Leeuwarden
(2011) 4,6%
10%
1,53 mln (2010) 172.000
- Aantal overnachtingen in Leeuwarden
1.683.000 180.000
Bron: CVO, Provincie Fryslân
Vernieuwing in de stad E
Herontwikkeling van strategische locaties in de stad Indicator(en): - Ontwikkeling strategische locaties
0
2
2
2
2
- Herontwikkeling schoollocaties
0
1
1
1
1
Bron: gemeente Leeuwarden
Toelichting op de subdoelstellingen Slim omgaan met energie en water Werkgelegenheidsgroei
Vorig jaar is een cijfer gehanteerd, waarin de stand van zaken rond
watertechnologiesector (A)
watertechnologie in Fryslân in 2020 is weergegeven. Dit is afkomstig uit een rapport van Bureau Beleidsonderzoek (BBO) in opdracht van de Water Alliance. Het geeft inzicht in hoever we zijn om de gezamenlijke Wetsus ambitie van 2000 watertechnologie-banen in 2020 te bereiken en geeft zicht op de economische importantie van watertechnologie voor Leeuwarden en Fryslân. De jaarlijkse groei van 50 banen in de watertechnologie geeft inzicht in de directe rol van de gemeente bij de acquisitie van werkgelegenheid voor Leeuwarden.
Centrum stad met kwaliteit en aantrekkingskracht Vervallen: indicator Beste
Het betrof een vierjarig project dat per ultimo 2013 is afgelopen. Daarom is
Binnenstad in 2015 (C)
deze subdoelstelling komen te vervallen.
39
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
- Faciliteren Clusteropbouw waterhub
X
X
X
X
- Mee-ontwikkelen Project Watercampus
X
X
X
-
X
X
X
X
X
X
X
X
- Binnenstad (afhankelijk collegeprogramma)
X
-
-
-
- Marketingcampagnes vrije tijd en water uitvoeren
X
-
-
-
- Economie en arbeidsmarkt (afhankelijk collegeprogramma)
X
-
-
-
- Aantrekkelijke vrijdagsmarkt
X
X
X
X
- Aan- en verkopen van strategische verwervingen
X
-
-
-
- Aan- en verkopen van vastgoed, waaronder schoollocaties
X
-
-
-
Slim omgaan met water en energie
-
Faciliteren toepassing geothermie, warmtenet t.b.v. distributie duurzame warmte
- Zonnestroomprojecten Centrumstad met kwaliteit en aantrekkingskracht
Vernieuwing in de stad
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Slim omgaan met water en energie; ontwikkeling naar een kennisintensieve en innovatieve stadseconomie Speerpunten Slim met Water en
Het programma Slim met Water en energie loopt door t/m 2014. Met de Provincie
energie (A)
Fryslân is in de samenwerkingsagenda een akkoord bereikt over voortzetting van het programma in de periode tot 2020, onder de naam ‘Groen Werkt!’. Dit is een actieprogramma gericht op investeringen en werkgelegenheid op het gebied van watertechnologie, food & agri en duurzame energie. Projecten in de dairy-keten worden aan het programma toegevoegd. Een gezamenlijk jaarbudget van ca. € 1,5 mln is hiervoor beschikbaar, waarvan € 0,8 mln door gemeente Leeuwarden.
Algemeen Watercampus (A)
Op de Watercampus is begonnen met de bouw. In het afgelopen jaar hebben vijf nieuwe watertechnologie bedrijven zich op de Watercampus gevestigd. Gezamenlijk met de NOM wordt de acquisitie verder geprofessionaliseerd en worden activiteiten uitgebreid.
Innovatieve
Het participatiefonds wordt voortgezet in de komende jaren. Onder andere zijn in
economische projecten
het verleden hieruit leningen verstrekt aan Sustainable Winner, Kamerbemiddeling
(B)
Leeuwarden, het zonnecellenproject op De Hemrik en aan particulieren voor wat betreft de gemeentelijke duurzaamheidslening. Het masterplan voor het warmtenet is in 2013 afgerond en de activiteiten hiervoor zijn opgestart. In 2014 vindt verdere uitwerking plaats.
40
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Er is een project gestart voor de realisatie van zonnecellen op minstens 30 maatschappelijke gebouwen. Vervolgstappen voor het verbeteren van het energetisch rendement van ons vastgoed worden genomen. Majeure energieprojecten zijn in ontwikkeling: zonnestroomveld van 15 hectare in De Zuidlanden, realisatie energie neutrale fabriek Friesland Campina, het warmtenet, Groen Gas mobiliteit samen met Omrin, Wetterskip en Friesland Campina (bio LNG), energiebesparing in de gebouwde omgeving en de oprichting van de Energie Kooperaasje Fryslân. Risico
Het programma wordt uitgevoerd met een groot aantal partijen. Realisatie ligt daarmee niet alleen in handen van de gemeente en provincie, maar is mede afhankelijk van derden met als mogelijk risico vertraging of het niet doorgaan van projecten.
Centrumstad met kwaliteit en aantrekkingskracht Speerpunten Binnenstad (C)
Door het aflopen van het project in 2013, zijn er voor de Binnenstad in 2014 geen middelen beschikbaar; afhankelijk van het collegeprogramma wordt hier opnieuw invulling aan gegeven. Het speerpunt blijft actueel. Een aanpak voor de periode vanaf 2014 is in voorbereiding.
Economie en
Versterking van de economie en arbeidsmarkt was een belangrijk speerpunt het
arbeidsmarkt (D)
afgelopen jaar. Hiervoor waren in 2013 middelen vrij gemaakt om een tandje bij te schakelen. Voor wat betreft het economisch beleid gaat het hier om de activiteiten op het gebied van relatiebeheer, profilering en acquisitie. Voortzetting c.q. intensivering vanaf 2014 is afhankelijk van keuzes in het collegeprogramma.
Algemeen Stadsmarketing (D)
De stadsmarketingcampagnes vrije tijd en water hebben een looptijd t/m 2014. In relatie met de ontwikkeling van de aanpak van marketing in de Provincie Friesland wordt echter voorzien dat er per 2014 accentverschuivingen gaan plaatsvinden. Voor wat betreft de organisatie kan het zijn dat campagnes worden uitbesteed aan een provinciaal opererende organisatie. Omdat we in 2018 culturele hoofdstad van Europa zijn, wordt de inhoud van de marketing aangepast. In het algemeen wordt de marketing meer ondersteunend aan evenementen.
Toerisme (D)
De aanpak toerisme was de afgelopen jaren gericht op het trekken van bezoekers en verlengen van de verblijfsduur. Met de komst van het noordelijk deel van Boarnsterhim verandert het toeristisch profiel van Leeuwarden. Naast de huidige aanpak, gericht op reuring/evenementen en het optimaliseren van de Binnenstad als decor voor bezoekers, moet aandacht worden besteed aan de aansluiting met het Friese merengebied en de ontwikkeling van Grou als watersportkern in het bijzonder. Voortzetting c.q. intensivering van toeristische inspanning is afhankelijk van het volgende collegeprogramma.
Risico
De intensiteit en inhoud van marketing in de komende jaren worden sterk beïnvloed door het wel of niet doorgaan van een aantal lopende plannen (Beste Binnenstad 2015, Week van de Smaak).
41
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Vernieuwing in de stad Speerpunten Verkoop strategische
We zetten op dit moment in op het ontwikkelen van 1 voormalige schoollocatie per
(school)locaties (E)
jaar. Daarnaast wordt ingezet op de verkoop van iedere overige (strategische) locatie die niet op een andere wijze renderend valt te exploiteren. De doelstelling is gericht op de verkoop van 2 locaties per jaar.
Risico
Het moge duidelijk zijn dat de economische ontwikkelingen de verkoop van strategische (school)locaties aanzienlijk bemoeilijkt. Bovendien wordt er op korte termijn ook geen verbetering verwacht. Met extra kabinetsbezuinigingen in het vooruitzicht zullen de economische groei en ontwikkeling verder onder druk komen te staan.
42
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Sociaal maatschapp. ontwikkeling (4) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder A. Ekhart
F. Ytsma
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1. 2.
Vormgeving doorontwikkeling richtinggevende
3.
Regiovisie geweld in afhankelijkheidsrelaties
kaders drie decentralisatie en Amaryllis
4.
Wijkondernemerschap
Regionaal kompas Leeuwarden/Fryslân 2012-
x
Beleidsnota Maatschappelijk nuttig werk (2011)
Start uitvoering en implementatie decentralisatie AWBZ naar WMO
Relevante beleidsnota’s x
2016 voor de WMO-prestatievelden 7, 8 en 9
x
Visiedocument Dienstverlening Werkplein (2011)
x
Uitvoeringsprogramma 2012-2016 Zwerfjongeren
x
Beleidsplan WMO 2013
x
Beleidsnotitie Huiselijk Geweld: een Friese aanpak
x
Veranderagenda WMO 2010-2014
(2006)
x
Voortgangsrapportage Welzijn Nieuwe Stijl (2010)
Beleidsnotitie Locatiekeuze maatschappelijke
x
Tweede voortgangsrapportage Welzijn Nieuwe
x
Richtinggevende kaders drie decentralisaties en
x
opvang: keuze voor een andere aanpak (2007) x
Beleidsnotitie over herverdeling financiën
Stijl en de 3 Decentralisaties (2011)
Maatschappelijke Opvang per 2009 x
doorontwikkeling Amaryllis (2013)
Beleidsnotitie over inzet middelen AWBZ-functie
x
Koers maatschappelijk vastgoed (2012)
Ondersteunende Begeleiding MO per 2009 x
Beleidsvisie participatie ‘Niemand aan de kant’ (2008)
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
46.690
45.401
45.204
43.850
43.768
43.587
Baten
4.927
3.727
-3.014
-2.976
-2.976
-2.976
Saldo
-41.763
-41.674
-42.190
-40.874
-40.792
-40.611
2012 Lasten
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Opvang en zorgverlening Sociale integratie achterst.groepen Ouderen- en gehandicaptenzorg Totaal
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
23.589
-781
379
0
-22.808 -379
21.236
-2.233
-19.003
45.204
-3.014
-42.190
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
Beheer buurt-, wijk- en dorpscentra WMO (herindeling Boarnsterhim)
43
2014
2015
20
65
-70
70
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bedragen x € 1.000 Bezuinigingen
2013
Herinrichting WMO
560
Koerswijziging maatschappelijk vastgoed
130
Besparing loketfunctie welzijnsinstellingen
221
Diverse maatregelen WMO
2014
2015
2016
2017
-500
Integratie Multicultureel centrum in MFC
45
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Iedereen maatschappelijk actief Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
A. Voor mensen zonder zelfstandige
- Het doen uitvoeren van
hoofddoelen Onderdak
structureel (S)
Voor iedereen een
huisvesting is tijdelijke opvang
maatschappelijke opvang,
veilig onderdak
beschikbaar zo lang als, maar niet
vrouwenopvang, crisisopvang en
langer dan, noodzakelijk
opvang van jongeren (S)
Ondersteuning
B. Cliëntondersteuning op maat
- Het doen uitvoeren van
Ondersteuning
ondersteuning door middel van
voor iedereen die
algemene en individuele
daarvan
voorzieningen, informatie, advies en
afhankelijk is
cliëntondersteuning voor mensen met een psychosociaal probleem, lichamelijke of geestelijke beperking, cliënten van de maatschappelijke opvang en verslavingszorg, slachtoffers van geweld in afhankelijkheidsrelaties en zorgmijders (S)
Participatie Maatschappelijke
C. Voor alle burgers is er ruimte voor ontmoeting en participatie
participatie door een ieder
44
- Het bieden van ruimte voor ontmoeting en participatie (S)
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen Onderdak: voor iedereen een veilig onderdak A
2014
2015
2016
2017
15,5
<9
<8
<8
<8
4
3
3
3
3
3
3
3
3
3
7,5
6
6
6
6
Voor mensen zonder zelfstandige huisvesting is tijdelijke opvang beschikbaar zo lang als, maar niet langer dan, noodzakelijk Indicator(en): - Verblijfsduur in maanden: - Algemene opvang * Crisisopvang Limor en Zienn * Vrouwenopvang (Blijf van mijn lijf en Asja) * Huis voor Jongeren Bron: registratiegegevens instellingen
Ondersteuning: ondersteuning voor iedereen die daarvan afhankelijk is B
Clientondersteuning op maat Indicator(en): - Percentage zorgmijders uit het granieten bestand dat toegeleid wordt naar anders gefinancierde zorg - Het aantal herhalingsmeldingen huiselijk geweld - Alle Leeuwarder burgers met een beperking of chronische ziekte kunnen een beroep doen op voorzieningen op het terrein van wonen, vervoer, hulpmiddelen en hulp bij het huishouden Indicator: - De tevredenheid van de aanvragers (rapportcijfer van 1 tot 10)
0%
10%
10%
10%
10%
199
187
168
151
136
7,5
7,5
7,5
7,5
7,5
4
8
8
8
8
259
700
700
700
700
Bron: registratiegegevens instellingen, SGBO Tevredenheidsonderzoek
Participatie: maatschappelijke participatie door een ieder C
Voor alle burgers is er ruimte voor ontmoeting en participatie Indicator(en): - Meer wijkvoorzieningen maken integraal onderdeel uit van brede scholen, sportvoorzieningen, woonservicezones of culturele voorzieningen Indicator: Aantal wijkvoorzieningen, dat verbonden is aan brede scholen, sportvoorzieningen, woonservicezones of culturele voorzieningen - Het percentage mensen dat actief is in het vrijwilligerswerk neemt toe Indicator: Aantal succesvolle matches vrijwilligers met aangeboden vrijwilligerswerk Bron: gemeente Leeuwarden, registratiegegevens instellingen
Toelichting op de subdoelstellingen Onderdak Verblijfsduur (A)
In 2013 is er vanuit de prestatieafspraken een nieuwe werkwijze ontwikkeld voor de toewijzing van urgentiewoningen voor bijzondere doelgroepen. Deze werkwijze wordt in 2014 voortgezet en waar nodig aangepast. Dit heeft als doel om de doorstroming in de voorzieningen te versnellen en de verblijfsduur te verkorten. De doorstroom vanuit het Huis voor Jongeren is aangescherpt.
45
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Ondersteuning Contact met aantal zorgmijders (B)
In 2014 wordt een nieuwe indicator geïntroduceerd. Hierbij wordt gekeken naar het granieten bestand (113) zorgmijders en hoe die zorgmijders in de reguliere hulpverlening kunnen worden gekregen. Van het aantal cliënten dat voor 1 januari 2012 is ingeschreven bij Verslavingszorg Noord Nederland en de GGZ en sindsdien nog in het granieten bestand zit, is minimaal 10% toegeleid naar anders gefinancierde zorg.
Aantal huisverboden (B)
Voor 2014 is er een nieuwe indicator gevormd om meer zicht te krijgen op de recidive van huiselijk geweld en daarmee op de effectiviteit van de hulpverlening. Gemeten wordt vanaf 2013 (nulmeting) het totaal aantal herhalingsmeldingen huiselijk geweld van een gezinssysteem die (in het metingsjaar) bij het Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) zijn binnen gekomen.
Participatie Matches Vrijwilligers (C)
In de jaarstukken 2012 is aangegeven dat het aantal potentiële vrijwilligers stijgt en dat steeds meer organisaties de weg weten te vinden naar de Vrijwilligerscentrale. De geraamde aantallen succesvolle matches door de Vrijwilligerscentrale is dan ook omhoog bijgesteld.
46
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Onderdak: voor iedereen een veilig onderdak -
Het doen uitvoeren van maatschappelijke opvang, vrouwenopvang, crisisopvang en opvang van jongeren
Ondersteuning: ondersteuning voor iedereen die daarvan afhankelijk is Het doen uitvoeren van ondersteuning door middel van algemene en individuele voorzieningen, informatie, advies en cliëntondersteuning voor mensen met een psychosociaal probleem, lichamelijke of geestelijke beperking, cliënten van de maatschappelijke opvang en verslavingszorg, slachtoffers van geweld in afhankelijkheidsrelaties en zorgmijders Participatie: maatschappelijke participatie door een ieder - Het bieden van ruimte voor ontmoeting en participatie
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Onderdak Speerpunten Geweld in
In vervolg op de stelselwijziging vrouwenopvang en de nieuwe Wet op de
afhankelijkheidsrelaties
Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) wordt in 2014 een regiovisie geweld in
(B)
afhankelijkheidsrelaties opgesteld en voorgelegd aan de raad.
Algemeen Locatiekeuze
In 2014 wordt de zorgopvang in De Buitenschool gerealiseerd.
maatschappelijke
In 2013 is als nieuwe locatie voor de nachtopvang de Wirdumerpoort aangewezen.
opvang (A)
De planning is dat begin 2014 deze nieuwe nachtopvang gerealiseerd is.
Eén opvangvoorziening
Afhankelijk van de uitkomsten van een onderzoek in 2013 of een combinatie van de
(A)
dagopvang en de nachtopvang mogelijk is in de Wirdumerpoort, wordt daar in 2014 uitvoering aan gegeven.
Risico Maatschappelijke
De decentralisatieuitkering maatschappelijk opvang kan door het Rijk tussentijds
opvang (A)
lager worden bijgesteld.
Heroïne unit (A)
De gemeente Leeuwarden ontvangt een Rijksuitkering voor de heroïne unit. Deze uitkering is niet kostendekkend. Een uitbreiding van het aantal behandelplaatsen leidt niet tot veel hogere kosten, maar wel tot een hogere Rijksbijdrage, waarmee een groot deel van het tekort gedekt kan worden. Het Rijk heeft nog steeds geen duidelijkheid gegeven over de uitbreidingsmogelijkheden van het aantal behandelplaatsen bij de heroïne unit.
Ondersteuning Speerpunten Drie decentralisaties en
In 2013 zijn de richtinggevende kaders voor de drie decentralisaties en de
doorontwikkeling
doorontwikkeling Amaryllis vastgesteld. Daarna is onder gemeentelijke aansturing
Amaryllis (B)
en regie gestart met de vorming van een nieuwe eerstelijnsorganisatie in co-creatie met de instellingen. De inhoudelijke aansturing van de sociale wijkteams, het dorpenteam en de jeugdteams ligt bij een onafhankelijke programmamanager. In het voorjaar 2014 wordt er een beleidsplan voor de drie decentralisaties opgesteld, omdat er dan meer duidelijk is over de wet- en regelgeving.
47
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Decentralisatie AWBZ
In 2014 wordt gestart met de uitvoering en implementatie van de decentralisatie
(B)
van taken van de AWBZ naar de WMO. De overgang van de begeleiding en persoonlijke verzorging van de AWBZ naar de WMO biedt de gelegenheid de functie begeleiding op innovatieve wijze te gaan uitvoeren. In dit decentralisatietraject wil de gemeente de mogelijkheden tot innovatie en vernieuwing nadrukkelijk exploreren, maar er moeten ook scherpe keuzes worden gemaakt.
Intensivering WMO (B)
Er is verschil in beleid en uitvoering van de WMO in de gemeenten Boarnsterhim en Leeuwarden. Om beleid en uitvoering van beide gemeenten op één lijn te krijgen, maar ook omdat het Leeuwarder beleid in 2014 onder de loep wordt genomen vanwege de decentralisatie AWBZ-taken, wordt het jaar 2014 als overgangsjaar gebruikt. Dat betekent dat in 2014, in het gebiedsdeel dat overkomt van Boarnsterhim, de WMO wordt uitgevoerd door de Stichting Mienskipssoarch op basis van de normen en criteria van Boarnsterhim. Boarnsterhim voert de ICT en de administratie uit voor de Stichting Mienskipssoarch. Omdat Leeuwarden deze werkzaamheden (deels) over neemt, gaat dit gepaard met extra kosten van € 70.000.
Participatie Speerpunt Wijkondernemerschap
In vijf Leeuwarder wijken lopen drie jaar lang experimenten voor
(C)
wijkondernemerschap. Deze experimenten zijn bedoeld om ruimte te geven aan initiatieven die vanuit bewoners ontstaan, van onderaf. De wijken zijn aan zet: door op een manier die zij zelf kiezen aan de slag te gaan met het op ondernemende wijze ontplooien van initiatieven en het oplossen van wijkproblemen. De rol die de gemeente hierbij aanneemt is om te faciliteren gedurende de pilotperiode. De wijk houdt de procesregie. Zie ook programma 14 Woon- en leefomgeving.
Intensivering Beheer buurt-, wijk- en dorpscentra (C)
In afwachting van de herziening van het Leeuwarder wijken- en dorpenbeleid in 2014 worden de beheerders van een zestal wijkcentra incidenteel gefinancierd voor het seizoen 2013-2014.
48
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Werk en inkomen (5) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder A. Ekhart
E. de Bruin
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1. 2.
Start uitvoering en implementatie decentralisatie
3.
Visie Armoede
Participatiewet en andere wetgevingstrajecten
4.
Evaluatie schuldhulpverlening
Herstructurering Sociale Werkvoorziening Fryslân
x
Kadernota Handhaving (2009)
Doorontwikkeling en innovatie dienstverlening werkzoekenden en werkgevers
Relevante beleidsnota’s x
(2012-2018)
x
Uitvoeringsplan hoogwaardig handhaven (2013)
x
Kadernota maatschappelijk nuttig werk (2011)
x
Beleidsnota In eigen Hand (2011)
x
Beleidsregels tegenprestatie (2013)
x
Visie dienstverlening Werkplein (2011)
x x
x
Kadernota Participatie (2008) Herijking armoedebeleid en schuldhulpverlening
doorontwikkeling Amaryllis (2013)
x
(2008)
Richtinggevende kaders drie decentralisaties en Ontwikkelprogramma Armoede (2013)
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
124.487
130.017
137.650
135.661
134.140
134.140
Baten
103.895
104.189
-110.837
-110.837
-110.837
-110.837
Saldo
-20.592
-25.828
-26.813
-24.824
-23.303
-23.303
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
Arbeidsmarkt en sociale integratie
32.747
-26.792
-5.955
Inkomensvoorziening
99.142
-84.044
-15.098
5.761
0
-5.761
137.650
-110.836
-26.814
Armoedebestrijding Totaal
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen Monitor arbeidsparticipatie c.a. Financiering schuldhulpverlening
2013
2014
-42
42
-20
1.100 20
2014
2015
-550
Minimabeleid (herindeling Boarnsterhim)
2015
2016
2017
Bedragen x € 1.000 Bezuinigingen
2013
Beëindiging aanvullende gemeentelijke bijdrage
493
Sociale werkvoorziening Integratie Multicultureel centrum in MFC
40
49
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Iedereen doet mee naar vermogen
Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties Incidenteel (I) of Structureel (S)
A.
hoofddoelen Meedoen
Zoveel mogelijk
-
Verhogen preventie instroom aan de poort (S)
Optimale
mensen kunnen in
-
Het zorgdragen voor een aanbod vanuit het
(arbeids)participatie
hun eigen
voor iedereen
levensonderhoud
participatiebudget voor bijstandsgerechtigden (S) -
voorzien
Monitoren van uitstroom van bijstandsgerechtigden uit de uitkering en aan wie een voorziening vanuit het participatiebudget is aangeboden (S)
-
Het consequent toepassen van het maatregelenen boetenbeleid (S)
B.
Inkomen
C.
-
Meer mensen doen
Het faciliteren van organisaties die
maatschappelijk
maatschappelijk nuttig werk/vrijwilligerswerk
nuttig werk
aanbieden (S)
Minder mensen in
Inkomen vormt
financiële en sociaal
geen belemmering
maatschappelijke
om mee te doen
armoede
-
Het zorgdragen voor een aanbod voor schuldhulpverlening (S)
-
Tijdig laten afhandelen van schuldregelingsverzoeken (S)
-
Uitvoeren van een klantenonderzoek of mensen bekend zijn en een beroep doen op armoederegelingen met speciale aandacht voor gezinnen met kinderen (S)
-
Het aanbieden van de websites Bereken je recht en Geldkompas Leeuwarden (S)
50
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? NulSubdoelstellingen meting Meedoen: Optimale (arbeids)participatie voor iedereen A
Zoveel mogelijk mensen kunnen in hun levensonderhoud voorzien Indicator(en):
2014
2015
2016
2017
4.500
5025
5266
5025
5025
512
536
536
536
536
17,55%
30%
30%
30%
30%
20%
20%
18%
16%
16%
0
600
700
800
900
75
75
75
75
40%
45%
50%
50%
40%
45%
50%
50%
400
400
400
400
(2011)
- Aantal huishoudens in de bijstand per 31 december - Aantal bijstandsgerechtigden dat uitstroomt naar werk - Poortwachterquote: percentage bijstandsgerechtigden dat de aanvraag intrekt vanwege plaatsing op werk, waarvan de uitkering niet in behandeling wordt genomen of andere redenen - Percentage opgelegde sancties Bron: GWS4all
B
Meer mensen doen maatschappelijk nuttig werk Indicator(en): - Aantal bijstandsgerechtigden dat maatschappelijk nuttig werk doet Bron: GWS4all
Inkomen: Inkomen vormt geen belemmering om mee te doen C
Minder mensen in financiële en sociaal maatschappelijke armoede Indicator(en): - Percentage burgers dat op de hoogte is van de (2011) 50 voorzieningen en instrumenten ter voorkoming en bestrijding van financiële en sociaal maatschappelijke armoede - Percentage burgers dat gebruik maakt van deze 29% voorzieningen en instrumenten - Percentage huishoudens met kinderen dat gebruik 33% maakt van deze voorzieningen en instrumenten - Aantal mensen dat een beroep doet op de curatieve 470 schuldhulpverlening Bron: gegevens KBNL
Toelichting op de subdoelstellingen Meedoen Ontwikkeling aantal
Het CPB gaf in het CEP-2013 van 28 februari 2013 aan dat de economie in 2014
huishoudens in de bijstand
weer gaat groeien en dat de werkloosheid in 2013 en 2014 tot bijna 8% oploopt.
(A)
Feit is dat het CPB al in april van 2013 bekend heeft moeten maken dat inmiddels 8,1% van de totale Nederlandse beroepsbevolking werkloos is. Het is onduidelijk of deze stijging zich doorzet en welke effecten dit heeft op de ontwikkeling van het aantal bijstandsgerechtigden. Volgens uiteenlopende bronnen kan worden uitgegaan van een licht oplopende trend in 2014 en 2015. Daarna zou de groei van het aantal bijstandsgerechtigden kunnen stabiliseren.
Aantal opgelegde
Deze indicator is gewijzigd in het percentage opgelegde sancties. Het
maatregelen en boeten (A)
streefpercentage is 20% van het gemiddeld aantal huishoudens in de bijstand en geeft een indicatie van het effect van het consequent uitvoeren van het handhavingsbeleid. Het percentage opgelegde sancties is opgebouwd uit de opgelegde waarschuwingen, maatregelen, bestuurlijke boetes en recidives.
51
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Meer mensen doen aan
Met de invoering van de tegenprestatie bij een uitkering in 2013 is naast
maatschappelijk nuttig werk
participatiebanen en vrijwilligerswerk een breed instrumentarium beschikbaar
(B)
voor de klanten met weinig arbeidsperspectief. In 2014 wordt dit brede aanbod goed ingebed in de reguliere dienstverlening van de gemeente. Gezien het potentieel van het zittende bestand bijstandsgerechtigden kan dit aantal groeien.
Inkomen Gebruik van voorzieningen
Optimaal gebruikmaken van de minimaregelingen is een noodzakelijke
en instrumenten ter
voorwaarde in het bestrijden van de armoede. Goede voorlichting en het
voorkoming en bestrijding
efficiënt afhandelen van de aanvragen spelen daarbij een belangrijke rol. De
van financiële en sociaal
huidige aanpak is geoptimaliseerd met name voor wat betreft de inzet op
maatschappelijke armoede
voorlichting. De inzet op voorlichting zal daarbij ook extra gericht zijn op de
(C)
bekendheid en gebruik van de minimavoorzieningen bij gezinnen met kinderen. De verwachting is dat door grotere bekendheid het gebruik van de voorzieningen en instrumenten de komende jaren zal toenemen.
Curatieve
Investeren in de preventie zal in de toeloop naar de curatieve
Schuldhulpverlening (C)
schuldhulpverlening een verlaging teweeg brengen.
52
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
- Het zorgdragen voor een aanbod schuldhulpverlening
X
X
X
X
- Tijdig laten afhandelen van schuldregelingsverzoeken
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Meedoen: Optimale (arbeids)participatie voor iedereen - Verhogen preventie instroom aan de poort Het zorgdragen voor een aanbod vanuit het participatiebudget voor bijstandsgerechtigden Monitoren van uitstroom van bijstandsgerechtigden uit de - uitkering en aan wie een voorziening vanuit het participatiebudget is aangeboden -
- Het consequent toepassen van het maatregelenbeleid -
Het faciliteren van organisaties die maatschappelijk nuttig werk/vrijwilligerswerk aanbieden
Inkomen: Inkomen vormt geen belemmering om mee te doen
Uitvoeren van een klantenonderzoek of mensen bekend zijn met - en een beroep doen op armoederegelingen met speciale aandacht voor gezinnen met kinderen Het aanbieden van de websites Bereken je recht en Geldkompas Leeuwarden
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Meedoen Speerpunten Doorontwikkeling en
De Participatiewet wordt niet op 1 januari 2014 maar een jaar later op 1 januari
innovatie dienstverlening
2015 ingevoerd. Ondanks het (nog) niet invoeren van de Participatiewet is er een
werkzoekenden en
breed draagvlak om te komen tot een nieuwe regeling die de verschillende wetten
werkgevers (A)
harmoniseert en voorkomt dat mensen te snel worden afgeschreven en aan de zijlijn blijven staan. Wel worden er medio 2014 belangrijke wijzigingen in de WWB doorgevoerd die passen binnen de vernieuwingslijn van de bijstand als opmaat voor de Participatiewet. Het innovatieproces binnen Sociale Zaken en de verbinding met de wijkteams blijven belangrijke pijlers alsook onze spilfunctie binnen het regionaal arbeidsmarktbeleid. Voor 2014 ligt hierbij het accent op het terugdringen van de jeugdwerkloosheid.
Implementatie &
Uitkeringsafhankelijkheid moet worden voorkomen en het onbenutte
voorbereiding
arbeidsvermogen moet worden aangeboord. Onze dienstverlening is dan ook geënt
wetgevingstrajecten
op het perspectief en de motivatie van de werkzoekende. Deze visie komt ook
(wijzigingen WWB en
terug in de manier waarop de toegangspoort van de voorzieningen wordt ingericht.
Participatiewet,
Daarnaast blijft er (in afwachting op de inhoudelijke contouren van de
herstructurering SW)(A)
wetgevingstrajecten) een duidelijke focus aanwezig op herstructurering van het SW- bedrijf.
Algemeen Ontwikkeling aantal
Landelijke ontwikkelingen blijven ook in onze regio een rol spelen. Dit is zichtbaar
huishoudens in de
op met name de arbeidsmarkt, waar weinig plek is voor laag opgeleide
bijstand (A)
bijstandsgerechtigden. Niettemin is de ambitie erop gericht dat het aantal bijstandsgerechtigden in 2014, 2015 en 2016 minder hard groeit dan de landelijke voorspellingen. Uitgegaan wordt van een groei van 1% in 2014. Deze ambitie moet gerealiseerd worden door in te zetten op beperking van de instroom, het
53
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
intensiveren van handhavingsactiviteiten en de resultaten van het project ‘Klant in Zicht’ en alle activiteiten met betrekking tot de uitstroom. De wettelijke kaders worden vanuit het Rijk in 2014 verder aangescherpt, dit biedt aangrijpingspunten voor bestaand beleid dat in de uitvoering wordt doorontwikkeld. Het kader hiervoor is eind 2011 vastgelegd in de visie op dienstverlening van het werkplein. Op dit kader zijn inmiddels meerdere aanvullende beleidsontwikkelingen geënt. Inkomen Speerpunten Visie Armoede (C)
Uit de armoedemonitor blijkt dat de armoedeproblematiek in Leeuwarden zich verergert. Dit in combinatie met de conclusie uit het Rekenkameronderzoek naar de beperkte mate van effectiviteit van het armoedebeleid en de voortdurende afbouw en besparingen op het terrein van de sociale zekerheid maken het noodzakelijk om te komen tot meer effectiviteit van het beleid en een nieuwe visie op armoede. In dit kader is in 2013 het ontwikkelprogramma Armoede opgesteld. Hierin zijn de verbeteringen voor de korte en lange termijn opgenomen, vooruitlopend op de nieuwe visie op Armoede die in 2014 wordt opgesteld. Het open-einde karakter van de regelingen en de toename van het gebruik van de minimaregelingen brengen het risico van budgetoverschrijding met zich mee en zet de betaalbaarheid van de minimaregelingen onder druk. De voor 2014 aangekondigde wetswijzigingen ten aanzien van de bijzondere bijstand en de toevoeging van structurele Rijksmiddelen leiden in 2014 tot een herijking van de minimaregelingen. Daarbij is een belangrijk aandachtspunt om beleid te ontwikkelen dat binnen het beschikbaar gestelde budget blijft.
Evaluatie
In de beleidsnota ‘In eigen hand’ is de schuldhulpverlening nieuwe stijl
Schuldhulpverlening (C)
geformuleerd. De implementatie van de nota heeft voornamelijk in 2012 en 2013 plaatsgevonden. In 2014 zal aan de hand van de evaluatie moeten blijken hoe ingaande 2015 de schuldhulpverlening meer effectief en efficiënt kan worden georganiseerd.
Intensiveringen Intensivering Schuldhulpverlening (C)
De wet schuldhulpverlening verplicht de gemeenten om schuldhulpverlening te bieden. De wet ging niet gepaard met extra middelen. In de jaren 2011 tot en met 2014 wordt het tekort door de gemeente aangevuld. De evaluatie van de schuldhulpverlening geeft in 2014 zicht op het benodigde structurele niveau van het budget voor de schuldhulpverlening vanaf 2015.
Minimabeleid (C)
Geconstateerd is dat de gemeente Boarnsterhim een afwijkend minimabeleid heeft. Om rechtsongelijkheid binnen één gemeente te voorkomen wordt direct na de herindeling in de nieuwe gemeente het Leeuwarder beleid voor een jaar toegepast. De kosten van toepassen van het minimabeleid van Leeuwarden in Boarnsterhim Noord bedragen na de herindeling in totaal € 20.000.
54
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Wonen (6) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Stadsontwikkeling
Wethouder mw. I. Diks
H.E. Bannink
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Versterken leefbaarheid en vergroten kwaliteit
2.
Efficiënte en effectieve FUMO
woningvoorraad
Relevante beleidsnota’s x
Woonplan Eltsenien syn hûs 2008-2013
x
Nota Wonen (2012)
x
Nota grondbeleid (2012)
x
x
Leeuwarden 2008-2013 x
Nota Welstandsbeleid Leeuwarden en
Kadernota Gericht handhaven in Leeuwarden (2009)
x
Boarnsterhim (2013) x
Nota Archeologische Monumentenzorg
Beleid toetsingen omgevingsvergunning ‘Su doene wut’ (2012)
Uitvoeringsprogramma Monumentenzorg 2010-2013
x
Leeuwarder bestek: samenwerkingsafspraken tussen Elkien, Woonfriesland en gemeente Leeuwarden voor de periode 2012 t/m 2016
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
11.329
11.011
11.121
8.927
8.880
8.880
Baten
5.044
3.757
-3.328
-3.999
-3.999
-3.999
Saldo
-6.285
-7.254
-7.793
-4.928
-4.881
-4.881
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct
Totaal
Totaal
lasten
Saldo
baten
Cultuurhistorisch beheer
619
-71
-548
Woningmarktbeleid
945
-216
-729
Overige huisvesting
242
-201
-41
2.936
0
-2.936
480
-26
-454
Omgevingsvergunning (WABO)
4.243
-2.761
-1.482
Handhaving omgevingsrecht
1.631
-53
-1.578
26
0
-26
0
0
0
11.122
-3.328
-7.794
Beleid ISV Bouw- en milieutoezicht
Kwaliteit gebouwde omgeving Stadsvernieuwing Totaal
55
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Leeuwarden heeft een aantrekkelijke leefomgeving met een goed functionerende woningmarkt Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
hoofddoelen Bebouwd gebied wordt duurzaam
structureel (S) A. Evenwicht aan de onderkant woningmarkt
- Uitvoeren prestatieafspraken woningcorporaties en
gebruikt, biedt
wijkactieplannen (S)
passende huisvesting voor
B. Bescherming en duurzaam beheer
doelgroepen. Het
van cultureel erfgoed: monumenten
cultureel erfgoed in
en beschermde stadsgezichten,
bebouwd en
archeologische waarden en
landschappelijk
vindplaatsen met een breed
gebied behoudt
draagvlak voor de instandhouding
- Stimuleren duurzaam gebruik, instandhouding en onderhoud (S) - Erfgoednota en uitvoeringsprogramma 2014-2017 (I) - Cultuurhistorische inventarisaties op nieuw grondgebied (S) - Vergroten draagvlak en
vitaliteit
toegankelijkheid cultuurhistorische informatie (S)
Een evenwichtige
- Bijsturen van het planaanbod op
C. Divers aanbod
woningvoorraad
basis strategisch woonprogramma uit
(via nieuwbouw)
Woonplan (S)
D. Faciliteren woonbehoefte kleine huishoudens
Bouwwerken en inrichtingen
- Stimuleren van gedifferentieerde nieuwbouw (S)
- Opstellen en uitvoeren
E. De regelgeving inzake het omgevingsrecht wordt nageleefd
voldoen aan eisen
Handhavinguitvoeringsprogramma’s (S) - Aanpassen vergunningen
t.a.v. veiligheid, duurzaamheid en
uitvoeringsprogramma (I) - Uitvoering brandveiligheidscontrole
gezondheid, waarbij tevens het
categorie 1 voormalige gebiedsdelen
aanzien van de
Boarnsterhim (I)
bebouwde omgeving en de historischruimtelijke kwaliteit zijn gewaarborgd Met de komst van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO) zijn de betreffende vergunningen geïntegreerd in een stelsel (omgevingsvergunning). Deze integrale WABO-benadering sluit niet aan op de programmaindeling van de gemeente. Om praktische redenen is daarom het vergunningendeel ingebracht in programma 6 Wonen. Het beleidsmatige deel komt terug in de oorspronkelijke programma’s. Zo is het beleidsmatige deel rondom de WABOonderdelen bouwen, slopen, monumenten en aanleg opgenomen in dit programma (6). Het beleidsmatige deel rondom het WABO-onderdeel milieu is opgenomen in programma 13 Milieu, energie en water en het WABO-onderdeel uitweg in programma 7 Infrastructuur en bereikbaarheid. Het beleidsmatige deel van de WABO-onderdelen kappen en reclame is opgenomen in programma 14 Woon- en leefomgeving.
56
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen Bebouwd gebied en cultureel erfgoed A
2014
2015
2016
2017
100
120
140
140
627
1020
1040
1060
1080
30 (2012) 4
40
40
40
40
6
6
6
6
40%
40%
40%
40%
Evenwicht aan de onderkant van de woningmarkt Indicator(en): - Aantal afgegeven duurzaamheidsleningen Bron: gemeente Leeuwarden
B
Bescherming en duurzaam beheer van cultureel erfgoed met een breed draagvlak voor instandhouding Indicator(en):
(2009)
- Aantal beschermde monumenten (Rijks- en gemeentelijk, zowel ondergronds als bovengronds) - Aantal restauraties incl. herbestemmingen (zowel gesubsidieerd als ongesubsidieerd) - Aantal publieksmomenten Bron: SIMON (monumentendatabase)
Evenwichtige woningvoorraad C
Faciliteren woonbehoefte kleine huishoudens Indicator(en): - Aandeel woningen voor kleine huishoudens in de nieuwbouw Bron: gemeente Leeuwarden
D
Divers aanbod (uitgangspunt brutoproductie 330) Indicator(en):
(2008)
- Sociale huur
134
25%
25%
n.n.t.b.
n.n.t.b.
- Geliberaliseerde huur
156
8,5%
8,5%
n.n.t.b.
n.n.t.b.
1
12,5%
12,5%
n.n.t.b.
n.n.t.b.
150
29%
29%
n.n.t.b.
n.n.t.b.
- Koop duur< € 340.000
80
16,5%
16,5%
n.n.t.b.
n.n.t.b.
- Koop exclusief > € 340.000
66
8,5%
8,5%
n.n.t.b.
n.n.t.b.
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
- Koop goedkoop < € 160.000 - Koop midden < € 230.000
Bron: Statistiek en onderzoek gemeente Leeuwarden
Eisen bouwwerken, werkzaamheden en ruimtelijke kwaliteit E
De regelgeving inzake het omgevingsrecht wordt nageleefd Indicator(en): - Het handhavingsuitvoeringsplan wordt gerealiseerd - Alle vergunningen/meldingen worden tijdig en correct afgehandeld
(2010) 99%
Bron: BWT/OVX (meldingen- en vergunningenregistratie)
Toelichting op de subdoelstellingen Bebouwd gebied en cultureel erfgoed Nieuw: Aantal afgegeven
De nota Wonen 2012 geeft (o.a.) prioriteit aan de onderkant van de
duurzaamheidsleningen (A)
woningmarkt. Eén van de maatregelen hierbij is het beschikbaar stellen van laagrentende leningen (€ 2.500 tot € 7.500) om particuliere woningen te verduurzamen. De genoemde indicator heeft betrekking op afgegeven duurzaamheidsleningen. De aanpak is gericht op het kwalitatief verbeteren van woningen en daarmee ook wijken, het behouden en creëren van werkgelegenheid en het beperken en/of verlagen van woonlasten.
57
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Aantal beschermde
De onder B vermelde indicator over het aantal beschermde monumenten is
monumenten (B)
inclusief de al aanwezige Rijksmonumenten in het nieuwe deel (voormalig Boarnsterhim) van de gemeente.
Nieuw: Aantal
In 2013 is een klein deel van de cultuurhistorische informatie in het
publieksmomenten
gemeentelijke monumentendatabanksysteem Simon openbaar toegankelijk voor
(B)
klanten ‘in de eerste lijn’ via internet (Gis-kaart). In 2014 en navolgende jaren wordt dit uitgebouwd. Daarnaast worden de komende jaren nadrukkelijker activiteiten met promotionele waarde ontplooid, de ene keer gericht op een enkele eigenaar, de andere keer op een breder publiek. Dit kan thematisch variëren van cultuurhistorische wetenswaardigheden tot praktische aspecten, zoals isolatie.
Evenwichtige woningvoorraad Aandeel woningen voor
De nota Wonen 2012 bepaalt dat de gemeente meer gaat sturen op nieuwbouw
kleine huishoudens (C)
voor kleine huishoudens (studenten, starters, senioren, etc.). Het aantal kleine huishoudens is groot en groeiende in Leeuwarden. Daarom zijn de subdoelstelling en indicator herzien. Als maat voor een woning voor een klein huishouden wordt de ondergrens van 90 m² gebruikt.
Sturen in het planaanbod
Voor de komende jaren wordt uitgegaan van een bruto productie van ca. 330
(D)
woningen. De indicator voor de subdoelstelling ‘sturen in het planaanbod’ is in tegenstelling tot voorgaande jaren uitgedrukt in percentages, omdat dit meer inzicht geeft in de diversiteit. De opgenomen percentages (uit het Woonplan 2008) blijven actueel om een gedifferentieerde woningvoorraad te bereiken. Geschat wordt dat (o.a. op basis van het planaanbod juni 2013) door de afspraken met de corporaties en de marktomstandigheden, het aandeel sociale huur boven de beleidsdoelstelling uit komt.
58
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
- Uitvoeren prestatieafspraken woningcorporaties
X
X
X
X
- Uitvoeren wijkactieplannen
X
X
X
X
- Stimuleren duurzaam gebruik, instandhouding en onderhoud
X
X
X
X
- Erfgoednota en uitvoeringsprogramma 2014-2017
X
-
-
-
- Cultuurhistorische inventarisaties op nieuw grondgebied
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
- Opstellen en uitvoeren Handhavingsuitvoeringsprogramma
X
X
X
X
Uitvoering brandveiligheidscontrole categorie 1 voormalige gebiedsdelen Boarnsterhim
X
-
-
-
X
-
-
-
Bebouwd gebied en cultureel erfgoed
-
Vergroten draagvlak en toegankelijkheid cultuurhistorische informatie
Evenwichtige woningvoorraad -
Bijsturen van het planaanbod op basis van het strategisch woonprogramma uit het woonplan
- Stimuleren van gedifferentieerde nieuwbouw Eisen bouwwerken, werkzaamheden en ruimtelijke kwaliteit
-
- Aanpassen vergunningen uitvoeringsprogramma
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Bebouwd gebied en cultureel erfgoed Speerpunten Versterken leefbaarheid
In 2012 is het Leeuwarder bestek met de corporaties gesloten. Jaarlijks wordt een
en vergroten kwaliteit
uitvoeringsprogramma gemaakt. Binnen de afspraken hebben de voortvarende
woningvoorraad (A)
uitvoering van de wijkactieplannen en het verduurzamen en verbeteren van de woningvoorraad de grootste prioriteit. De wijkactieplannen bestaan uit verschillende projecten die samen met de corporaties zijn opgezet en worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld het energetisch verbeteren van de sociale huurwoningen en woningen van particulieren in het goedkope segment. In 2014 en verder wordt een aantal grotere herstructureringsprojecten uitgevoerd, waaronder in de West-Indische buurt. In 2014 worden bestaande afspraken van het nieuwe Leeuwarder grondgebied geïntegreerd met de afspraken uit het Leeuwarder bestek. Vanuit het woon- en duurzaamheidsbeleid is het gewenst de bestaande woningvoorraad op een hoger bouwkundig peil te brengen. De te volgen sporen daarbij zijn: x
wijkaanpak (Heechterp-Schieringen en zes ISV3-wijken);
x
Leeuwarder bestek (overlappend met wijkaanpak);
x
aanpak energiebesparing gebouwde omgeving (zie ook programma 13).
Over het energetisch (en bouwtechnisch) verbeteren van de sociale huurwoningen zijn afspraken gemaakt met de corporaties. Voor de nieuwe dorpen in de gemeente worden in 2014 afspraken met Elkien gemaakt. Deze afspraken worden toegevoegd aan het Leeuwarder bestek.
59
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Algemeen Erfgoednota en
Insteek is om de eerste integrale Beleidsnota en bijbehorend Uitvoeringsprogramma
Uitvoeringsprogramma
over (bovengronds en archeologisch) onroerend erfgoed in Leeuwarden te maken.
2014-2017 (B)
Deze wordt de opvolger van de beleidsnota Monumentenzorg en het Uitvoeringsprogramma Monumentenzorg 2010-2013 en van de Nota Archeologische Monumentenzorg Leeuwarden 2008-2013. Ook wordt het gemeentelijke financiële instrumentarium voor monumentenzorg en archeologie worden geëvalueerd en op grond daarvan eventueel herzien, in het bijzonder het Leeuwarder Restauratiefonds.
Cultuurhistorische
Het toekomstige draagvlak voor (duurzame instandhouding van) onroerend erfgoed
inventarisaties op nieuw
is gebaat bij betrokken en enthousiaste eigenaren en initiatiefnemers. Zij moeten op
grondgebied en
eenvoudige wijze de weg kunnen vinden naar de diverse informatie, nodig voor
vergroten draagvlak en
goed onderhoud en kansrijk hergebruik en monumentaal verantwoorde
kennis (B)
verduurzaming. Daarbij wordt onder meer gebruik gemaakt van de (landelijke) toolkit energiebesparing bij monumenten, die Leeuwarden heeft mee-ontworpen. Zij moeten ook gestimuleerd worden die kleine stap extra te zetten die verantwoord onderhoud van bijzondere, historische waardevolle panden met zich meebrengt. Dat vraagt enerzijds om herkenbaarheid van het monumenten- en archeologieloket dat de gemeente is, en anderzijds om effectieve en enthousiasmerende kennisoverdracht door dat loket zelf. Insteek is allereerst om de cultuurhistorische informatie over het nieuwe grondgebied van Leeuwarden (Boarnsterhim) op een gelijkwaardig niveau te brengen als dat van Leeuwarden. De inventarisatieresultaten worden toegankelijk opgenomen in het eigen monumentendatabanksysteem Simon en op die wijze ontsloten voor gebruik bij ruimtelijke planprocessen. Voor de archeologie wordt een verdiepingsslag gemaakt ten opzichte van de provinciale FAMKE-kaart (Friese Archeologische Monumenten Kaart Extra), opdat gerichter en adequater kan worden geadviseerd bij bodemverstoringen. De inventarisaties van waardevolle, karakteristieke gebouwen en andere objecten en van cultuurlandschappelijke waarden dienen als input voor de verplichte cultuurhistorische paragraaf in bestemmingsplannen en voor selectie van toekomstige gemeentelijke monumenten op het nieuwe grondgebied. Het nieuwe grondgebied kent dus (nog) geen gemeentelijke monumenten.
Risico
Realisatie van het Leeuwarder bestek en de wijkactieplannen is voor een belangrijk deel afhankelijk van de deelneming van de corporaties. Hun financiële slagkracht is mede afhankelijk van externe factoren (rente, huurverhogingen, belastingen e.d.). Ten aanzien van de particuliere eigenaren is vooral de economische situatie van belang. Bij het aanhouden van de crisis (ook in de woningmarkt) stagneert het aantal verhuizingen en daarmee ook een belangrijke bron voor het opknappen van bestaande woningen.
Evenwichtige woningvoorraad Algemeen
De lange termijnvisie voor wonen blijft dat Leeuwarden meer evenwicht in de
Nota Wonen 2012 (C)
woningmarkt wil. De gemeente moet aantrekkelijk blijven voor de midden- en hogere inkomens. Met de Nota Wonen 2012 is meer scherpte aangebracht in het woonbeleid. De speerpunten daarin, die bovendien meer geïntegreerd zijn met welzijns- en grondbeleid, zijn: x
evenwicht aan de onderkant van de woningmarkt;
x
sturen in het planaanbod;
x
faciliteren woonbehoefte kleine huishoudens.
60
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bij het planaanbod wordt ingezet op scherper sturen, zodat in de verschillende segmenten nieuwbouw wordt toegevoegd. Dit zoveel mogelijk passend binnen de nagestreefde langjarige productieverdeling. De gemeente gaat daarbij meer sturen op basis van typen woonconsument en hun specifieke woonbehoefte, zoals deze is gebleken uit het doelgroepenonderzoek 2013. Verder gaat de gemeente specifieker sturen op nieuwbouw die voor de kleine huishoudens is bedoeld. Hieronder vallen verschillende doelgroepen: studenten, starters, senioren, etc. Als maat is gekozen voor max. 90 m² woonoppervlakte, omdat dit een redelijke objectieve maat is. Ten aanzien van studenten is in de Nota Wonen 2012 al beleid opgenomen. Met (o.a.) de corporaties gaan we de vraagstukken van ouderenhuisvesting nader onderzoeken. De bestaande voorraad is voor een belangrijk deel qua oppervlaktes en prijsklassen bereikbaar voor de grootste groep kleine huishoudens. In 2014 wordt begonnen met de voorbereidingen voor een nieuwe visie op wonen voor de nieuwe gemeente. De uitbreiding van de landelijke delen en nieuwe dorpen van de gemeente vragen om een nieuwe visie op het wonen in de gehele gemeente. De stadsregionale samenwerking op het gebied van wonen wordt in 2014 geactualiseerd. Risico
Realisatie van het programma hangt af van de financiële slagkracht van de marktpartijen en corporaties. Bij een aanhoudende zwakke woningmarkt kunnen aantallen lager uitvallen dan eerder ingeschat.
Eisen bouwwerken, werkzaamheden en ruimtelijke kwaliteit Speerpunten Efficiënte en effectieve
Begin 2013 is de Friese Regionale Uitvoeringsdienst (FUMO) opgericht. Op het
FUMO (E)
moment van het opstellen van deze begroting is er een directeur aangesteld en vindt verdere inrichting van de organisatie plaats, waaronder het aantrekken van personeel. De planning is dat de FUMO 1 januari 2014 operationeel is. Conform landelijke afspraken worden in de nieuwe situatie specialistische adviezen voor milieuvergunningverlening, -toezicht en handhaving van ongeveer 180 van de ca. 3.000 bedrijven in Leeuwarden voorbereid bij de FUMO. Leeuwarden heeft momenteel enkele toezicht- en specialistische milieutaken opgedragen aan de Milieu adviesdienst (MAD). De specialistische milieutaken worden doorgeschoven naar de FUMO en de toezichtstaken worden weer binnen de bestaande capaciteit bij de gemeente opgepakt. De bestaande Gemeenschappelijke regeling (MAD) wordt opgeheven. Zie ook paragraaf 2.2.6.c Beleidsvoornemens en risicobeheer verbonden partijen. In de nieuwe situatie is de gemeente zowel opdrachtgever als regisseur en eigenaar. Als opdrachtgever sluit de gemeente een dienstverleningsovereenkomst af waarin afspraken worden opgenomen over de door de FUMO te verrichten werkzaamheden. De afspraken moeten jaarlijks worden herzien, omdat door wetgeving en economische ontwikkelingen de omvang van het bedrijvenbestand waarvoor de FUMO werkzaamheden uitvoert, wisselt. De regierol heeft betrekking op de inhoudelijke uitvoering van werkzaamheden. De FUMO voert werkzaamheden uit voor ca. 5% van de in Leeuwarden gevestigde bedrijven en de gemeente doet het overige werk. Om eenduidigheid van beleid te houden is het van belang de regie te houden op de door de FUMO te verrichten werkzaamheden.
61
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Zodra de FUMO daadwerkelijk van start gaat in 2014, kan gemonitord worden of de dienstverlening conform afspraak verloopt. Algemeen Implementeren
In 2014 wordt het in 2012 opgestelde toetsingsbeleid voor omgevingsvergunningen
Vergunningen
‘Su doene wut (2012)’ aangepast op basis van veranderde wetgeving.
uitvoeringsprogramma (E) Uitvoering brand-
Vanaf 2008 is het project ‘Slag om de brandcompartimentering’ uitgevoerd. Deze
veiligheidscontroles in
aanpak wordt in het nieuwe grondgebied uitgevoerd bij de gebouwen met een hoog
voormalige gebiedsdelen
risico.
Boarnsterhim (E) Kadernota Handhaving
De Kadernota handhaving uit 2009 is geëvalueerd. Uit de evaluatie blijkt dat de
2014 (E)
methodiek van programmatisch handhaven een goede basis is voor het vaststellen van beleidskaders en uitvoeringsprogramma’s. Wel blijkt dat door het opnemen van de risicoanalyse in de Kadernota er niet altijd ruimte wordt geboden aan actuele zaken en/of nieuwe ontwikkelingen. Er moet in de actualisatie van de Kadernota een meer praktische balans zijn tussen theorie (kaders) en praktijk (uitvoering). De uit de evaluatie naar voren gekomen verbeterpunten zijn voornamelijk interne, organisatorische aspecten waar qua efficiency een verbeterslag in valt te behalen. Een voorbeeld hiervan is het samenvoegen van beleidsstukken (uitvoeringnota’s en uitvoeringsprogramma’s) omdat daar nu veel inhoudelijke overlap inzit. Bij het opstellen van de nieuwe kadernota wordt tevens rekening gehouden met toekomstige ontwikkelingen, zoals samenvoeging met Boarnsterhim en de komst van de nieuwe Omgevingswet.
62
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Infrastructuur/bereikbaarheid (7) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Stadsontwikkeling
Wethouder mw. T. Koster
L. Kappert
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Stadsring
3.
Fietsroute Tesselschadestraat / Harlingertrekweg
2.
Mobiliteits- en verkeersmanagement
4.
Verkeersveiligheid
Parkeerbeleidsplan (2008)
x
Fietsbeleidsplan Richtingwijzer Fiets (2013-2025)
Parkeren financieel (2011)
x
Het Bushalteplan toegankelijkheid (2009)
Relevante beleidsnota’s x
x x
Gemeentelijk Verkeers- en vervoersplan, 2011 – 2025, Leeuwarden goed op weg (2011) en GVVP Boarnsterhim
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
12.793
8.640
7.874
8.259
8.387
8.522
Baten
10.305
5.805
-5.447
-5.447
-5.447
-5.447
Saldo
-2.488
-2.835
-2.427
-2.812
-2.940
-3.075
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Openbaar vervoer
Totaal
Totaal
lasten
baten 73
Saldo -71
-2
Verkeer en vervoer
1.015
-99
-916
Parkeren
3.644
-5.277
1.633
Grond-, weg- en waterbouwk. werken
3.143
0
-3.143
Totaal
7.875
-5.447
-2.428
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Bezuinigingen Korting stelpost infrastructuur met 10%
2013
2014
18
18
(beëindiging) Reguliere verhoging parkeeropbrengsten
500
(beëindiging)
63
2015
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Een bereikbare en verkeersveilige stad Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
hoofddoelen Auto- en fietsverkeer
structureel (S) A. Een acceptabele afwikkeling voor autoverkeer op de Stadsring
Valeriusstraat en Julianalaan (I) - Projecten Invalswegen: Westelijke
Een goede doorstroming van
- Stadsring: Europaplein,
B. Beperken vertraging autoverkeer in
het gemotoriseerde
de ochtendspits op de invalswegen
verkeer en
(tot aan de Stadsring)
Invalsweg fase 2, Drachtsterweg e.o. en Overijsselselaan (I) - Mobiliteits- en verkeersmanagement
fietsverkeer op het
(I) - Monitoring afwikkeling autoverkeer
hoofdwegennet
op de stadsring en de invalswegen en het aandeel fietsverkeer op afstanden tot 7,5 km (S)
C. Handhaven van de gemiddelde fietssnelheid op het
- Fietsroute Tesselschadestraat en Harlingertrekweg (I)
hoofdfietsnetwerk
- Fietsvriendelijke maatregelen bij verkeerslichten (I)
D. Aandeel fietsverkeer op afstanden tot 7,5 km verhogen
- Fietsroute langs de Oostergoweg (fase 1) en aanpassing rotondes Goutum (I) - Fietspad langs het Leechlân (fase 1) tussen de Hôflanwei (bij Grou) en de Greatte Kritewei (I) - Monitoring fietssnelheid op hoofdfietsnetwerk (S) - Parkeeronderzoek (S)
Parkeren
E. Evenwicht tussen vraag en aanbod
Een goede
van parkeerplaatsen in en om de
- Parkeergarage Reviusstraat (I)
parkeerbalans voor
binnenstad op piekmomenten
- Parkeergarage Oosterstraat (I) - Invoeren betaald parkeren
zowel het autoparkeren als het
Harlingertrekweg (I)
fietsparkeren
F. Evenwicht tussen vraag en aanbod van fietsenstallingen in de binnenstad
- Bezettingsonderzoek fietsenstallingen (S) - Beloningssysteem voor fietsers die
op piekmomenten
gebruik maken van de gratis G. Evenwicht tussen vraag en aanbod
Verkeersveiligheid
bewaakte stallingen en het streven
van fietsenstallingen in het
naar het gratis bewaakt stallen bij
stationsgebied op piekmomenten
het station (i.o.m. NS en Prorail) (I)
H. Afname aantal verkeersslachtoffers
Leeuwarden is
- Optimalisatie verkeersluwe gebieden (I) - Monitoring verkeersveiligheid (S)
verkeersveilig
- Permanente Verkeerseducatie (S)
64
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen Auto- en fietsverkeer A
Een acceptabele afwikkeling voor autoverkeer op de Stadsring Indicator(en):
2014
2015
2016
2017
25 km/u
25 km/u
25 km/u
25 km/u
10 min
10 min
10 min
10 min
14 km/u
14 km/u
14 km/u
14 km/u
44%
45%
46%
47%
<90%
<90%
<90%
<90%
840
770
700
640
465
430
400
330
(2009)
- Een gemiddelde snelheid van minimaal 25 km per uur in de spitsperioden op de gehele stadsring in 2020
29,6 km/u
Bron: monitoring
B
Beperken van de vertraging van het autoverkeer in de ochtendspits op de invalswegen Indicator(en):
(2005)
- De maximale vertraging van het autoverkeer in de ochtendspits van 10 minuten in 2020 op de invalswegen (tot de Stadsring)
9,8 min op drukste invalsweg
Bron: monitoring
C
Handhaven van de gemiddelde fietssnelheid op het hoofdfietsnet Indicator(en):
(2005)
- De gemiddelde snelheid op een aantal geselecteerde hoofdfietsroutes
14 km/u
Bron: monitoring
D
Het aandeel fietsverkeer op afstanden tot 7,5 km verhogen Indicator(en):
(2005-2009)
- Het aandeel fietsverkeer op afstanden tot 7,5 km verhogen tot 50% in 2020
42%
Bron: onderzoek fietsbalans (fietsersbond)
Parkeren E
Evenwicht tussen vraag en aanbod van parkeerplaatsen in en om de binnenstad op piekmomenten Indicator(en):
(2012)
- Bezettingsgraad parkeerplaatsen binnenstad (binnen de stadsgrachten) onder de 90% voor zowel garageparkeren als parkeren op maaiveld
71%
Bron: parkeeronderzoek
F
Evenwicht tussen vraag en aanbod fietsenstallingen Binnenstad Indicator(en): - Halvering van het aantal gestalde fietsen buiten de daarvoor bedoelde rekken in openbaar gebied op maaiveld in 2020 Bron: fietsparkeeronderzoek
G
(2012) 900 op zaterdag rond 14.00 uur
Evenwicht tussen vraag en aanbod fietsenstalling op piekmomenten in stationsgebied Indicator(en):
(2012)
- Halvering van het aantal gestalde fietsen buiten de daarvoor bedoelde rekken in openbaar gebied op maaiveld in 2020
500 op piekmoment
Bron: fietsparkeeronderzoek
65
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bevorderen van de verkeersveiligheid H
Afname verkeersslachtoffers Indicator(en): - Halvering van het gemiddeld aantal verkeersslachtoffers in 2025 t.o.v. de periode 20072009
gem. 118 slachtoff. per jaar
104
100
96
92
Bron: ongevalsregistratie i.o.m. Provincie Fryslân
Toelichting op de subdoelstellingen Met ingang van 2014 is er sprake van een nieuwe set indicatoren. Deze set nieuwe indicatoren bestaat uit indicatoren die ook in het programma van 2013 waren opgenomen, aangevuld met indicatoren die in de jaren daarvoor werden gehanteerd. Bovendien zijn sommige indicatoren aangescherpt en geoptimaliseerd.
66
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
X
X
X
X
X
-
-
-
- Projecten invalswegen: Westelijke invalsweg
X
X
-
-
- Projecten invalswegen: Drachtsterweg e.o.
X
X
X
-
- Projecten invalswegen: Overijsselselaan
X
X
-
-
- Mobiliteits- en verkeersmanagement
X
X
X
X
X
X
X
X
- Fietsroute Tesselschadestraat - Harlingertrekweg
X
-
- Fietspad Oostergoweg (fase 1) en aanpassing rotondes Goutum
X
-
-
-
- Fietsvriendelijke maatregelen bij verkeerslichten
X
X
X
X
- Parkeeronderzoek
X
X
X
X
- Parkeergarage Reviusstraat
X
-
-
-
- Parkeergarage Oosterstraat
X
-
-
-
- Invoeren betaald parkeren Harlingertrekweg
X
-
-
-
- Monitoring bezettingsgraad autoparkeren en fietsparkeren
X
X
X
X
Beloningssysteem voor fietsers die gebruik maken van de fietsenstallingen
X
-
-
-
- Verkeersveiligheid optimalisatie verkeersluwe gebieden
X
-
-
-
- Manifest Verkeersveiligheid (Permanente Verkeerseducatie)
X
X
X
X
- Monitoring verkeersveiligheid
X
X
X
X
Auto- en fietsverkeer - Stadsring -
-
Fietspad langs het Leechlan (fase 1) tussen de Hoflânswei (bij Grou) en de Greatte Kritewei
Monitoring afwikkeling autoverkeer op stadsring en fietsverkeer op afstanden tot 7,5 km
Parkeren
-
Bevorderen van de verkeersveiligheid
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Auto- en fietsverkeer Speerpunten Stadsring (A)
In 2013 heeft de raad de realisatiebesluiten voor de stadsringprojecten Europaplein, Valeriustraat/-plein en Julianalaan genomen. De benodigde planologische procedures worden in 2014 doorlopen. De uitvoering van de stadsringprojecten wordt afgestemd met de aanleg van De Haak om Leeuwarden, de Westelijke Invalsweg en de Noordwestelijke Invalsweg, die het Europaplein verbindt met De Haak. Definitieve besluitvorming over het Europaplein zal in 2014 plaatsvinden.
67
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Mobiliteits- en
Bij mobiliteits- en verkeersmanagement gaat het om maatregelen die nodig zijn om
verkeersmanagement
de stad bereikbaar te houden vooruitlopend op en tijdens de uitvoering van de
(B)
grootschalige ingrepen ter verbetering van de bereikbaarheid van Leeuwarden. Naast fysieke ingrepen gaat het hierbij ook om maatregelen als het stimuleren van het gebruik van andere vervoersmogelijkheden dan de auto in met name het woonwerkverkeer. De uitgangspunten waaraan bij de uitvoering van projecten moet worden voldaan om de overlast voor de verschillende weggebruikers zoveel mogelijk te beperken zijn vastgelegd in het Minder Hinderplan. In 2014 wordt verder gegaan met het nemen van de benodigde maatregelen.
Fietsroutes via
De hoofdfietsroutes via de Tesselschadestraat en de Harlingertrekweg worden
Tesselschadestraat en
aangepast. De Tesselschadestraat wordt uitgevoerd met vrijliggende fietspaden aan
Harlingertrekweg (C)
weerszijden. De aantrekkelijkheid van de fietsroute via de Harlingertrekweg wordt vergroot door herinrichting van de kade en, indien het beschikbare budget dit toelaat, door asfaltering van de weg. De uitvoering staat gepland voor 2014, in aansluiting op de bouw van de parkeergarage Reviusstraat en in combinatie met de uitvoering van de rioleringswerkzaamheden.
Algemeen Rotondes Goutum (D)
In de woonwijken krijgen fietsers en voetgangers voorrang op rotondes. De automobilist is hier te gast. De rotondes in de Jonkersleane in Goutum worden aangepast.
Fietsvriendelijke
Bij een aantal kruispunten zullen zogenaamde wachttijdvoorspellers worden
maatregelen bij
gerealiseerd. Een wachttijdvoorspeller is een extra licht bij het verkeerslicht voor
verkeerslichten (D)
fietsers die de resterende wachttijd voor de fietser zo goed mogelijk aangeeft. Het is een extra comfortmaatregel voor fietsers. Het betreft een pilot. Uit de evaluatie van de pilot zal blijken of de wachttijdvoorspeller op meerdere locaties kan worden ingevoerd. Het gaat bij deze pilot om de volgende kruispunten: * Zuiderplein; * Valeriusplein; * kruispunt Groningerstaatweg/Anne Vondelingweg; * kruispunt Henri Dunantweg Aldlânsdyk/Rietgras. Gelijktijdig met deze comfortmaatregel wordt volgens het principe ‘werk met werk maken’ bij deze kruispunten ook een aantal standaardmaatregelen en prioriteitsmaatregelen getroffen voor het fietsverkeer zoals – daar waar mogelijk – twee keer groen in de cyclus voor fietsers.
Fietspad Oostergoweg
Binnen het fietsroutenetwerk ontbreekt een fietspad langs een groot deel van de
fase 1 (C)
Oostergoweg. Het gaat hierbij om de schakel tussen Aldlân-West en het Medisch Centrum Leeuwarden (MCL), aansluitend op de Borniastraat en de fietsverbinding langs de Oostergoweg ten noorden van de Borniastraat die weer aansluit op het terrein van het Van Hall instituut. Met het realiseren van deze ontbrekende schakel ontstaat een logische en eenduidige fietsstructuur rond het MCL. Dit is tevens van belang voor een goede bereikbaarheid voor zowel bezoekers als personeel van het MCL. De eerste fase betreft het gedeelte tussen de Aldlânsdyk (stadsring) en de Borniastraat. Deze fase wordt in 2014 uitgevoerd.
Beloningssysteem voor
De gemeente wil bezoekers van de binnenstad verleiden tot een beter gebruik van
fietsers die gebruik
de beschikbare capaciteit aan fietsenstallingen. Het gebruik van de gratis overdekte
maken van gratis be-
en bewaakte stallingen in de binnenstad wordt extra aantrekkelijk gemaakt door
waakte stallingen (G)
een beloningssysteem in te voeren voor fietsers die gebruik maken van de
68
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
stallingen. Hierbij kan gedacht worden aan een loterij. Als fietsers gebruik maken van de gratis bewaakte stallingen, ontvangen zij één of meer loten voor een periodieke loterij. Het digitale systeem is tevens een controletoegangssysteem (in plaats van de huidige bonnetjes). In overleg met de NS en Prorail wordt ingezet op het gratis gebruik van de bewaakte fietsenstalling bij het station. Maatregelen op het nieuwe grondgebied van
Door de gemeentelijke herindeling wordt het grondgebied van Leeuwarden per
Leeuwarden waaronder
1 januari 2014 aanzienlijk uitgebreid. Er bestaat een beeld van de knelpunten en
fietspad Leechlân (C)
wensen die spelen voor het nieuwe grondgebied. In 2014 wordt de inventarisatie van knelpunten en wensen gecompleteerd en geprioriteerd. In 2014 zal de provincie het fietspad langs het Leechlân tussen de Hôflanwei (bij Grou) en de Greatte Kritewei aanleggen als eerste fase van het volledige fietspad tussen Grou en Warten. De gemeente Leeuwarden levert daaraan een (financiële) bijdrage.
Parkeren Algemeen
In 2014 wordt de bouw van de parkeergarages Reviusstraat en Oosterstraat afgerond. Na de ingebruikname van de parkeergarage Reviusstraat wordt betaald parkeren ingevoerd op de Harlingertrekweg.
Bevorderen van de verkeersveiligheid Speerpunten Verkeersveiligheid (H)
Optimalisatie van verkeersluwe gebieden In het kader van het programma optimalisatie van verkeersluwe gebieden worden extra maatregelen in bestaande 30 km-zones genomen om het wegbeeld beter te laten aansluiten bij het 30 km snelheidsregime. Dit betekent dat er op sommige wegen/straten aanvullende snelheid remmende maatregelen nodig zijn, zodat de weg voldoet aan de inrichtingsrichtlijnen behorende bij 30 km/uur wegen/gebieden. Manifest Verkeersveiligheid Fryslân 2011-2025 In 2011 heeft de gemeente Leeuwarden het Manifest Verkeersveiligheid Fryslân 2011-2025 ondertekend. Dit manifest heeft tot doel om binnen Fryslân tot een gezamenlijke uitvoering te komen van de Friese Strategie Verkeersveiligheid 20102025. Deze strategie is gericht op een halvering in 2025 van het aantal ernstige verkeersslachtoffers ten opzichte van de aantallen in 2010. Ook in 2014 wordt gewerkt met het jaarlijkse uitvoeringsprogramma. Het uitvoeringsprogramma richt zich op de zogenaamde Permanente Verkeerseducatie (‘van driewieler tot rollator’). Het gaat hierbij dus om diverse educatieprojecten voor verschillende leeftijdscategorieën.
69
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
70
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Dienstverlening (8) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Bestuur en Middelen
Wethouder mw. T. Koster
S. van den Broek
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Digitale overheid
3.
Inzet webcare
2.
Dienstverleningsloket Grou
4.
Toepassen dienstverleningsconcept t.b.v. sociaal domein
Relevante beleidsnota’s
x x
Visiedocument dienstverlening (2005)
x
Klantcontact strategie (2008)
Leeuwarden heeft Antwoord©: op weg naar
x
Kwaliteitshandvest (2011)
excellente dienstverlening (2008)
x
Ambities doorontwikkeling (digitale) dienstverlening (brief college 4 april 2012)
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
3.488
3.655
3.509
3.954
3.954
3.954
Baten
1.643
1.458
-1.587
-1.668
-1.774
-1.820
Saldo
-1.845
-2.197
-1.922
-2.286
-2.180
-2.134
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct
Totaal
Totaal
lasten Persoonsinformatie Identificerende documenten
Saldo
baten 793
-179
-614
1.691
-1.195
-496 -143
Advisering derden burgerzaken
234
-91
Burgerlijke stand
790
-122
-668
3.508
-1.587
-1.921
Totaal
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
Motie toegankelijkheid website
2014
2015
20
Digitale dienstverlening
-172
Steunpunt dienstverlening Grou
172 -186
Klachtenbemiddelaar
-56
71
86
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Transparante dienstverlening via één herkenbare ingang waarin de klant centraal staat Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of structureel (S)
hoofddoelen Betrouwbare dienstverlening
A. 80% van alle klantvragen aan de gemeente Leeuwarden wordt
- Het KCC voert procesregie: grip op klantcontact (S) - Eenduidig en snel antwoord: ‘in 1
afgehandeld in het Klantcontactcentrum (KCC) B. Wij verbeteren onze dienstverlening continu
keer goed’ (S) - Analyseren klantvraag en initiëren van verbeteracties (S) - Kwaliteit productenaanbod (S) - Leren van klachten en bezwaren (S) - Uitvoering borgingsplan leesbaar Leeuwarders (S)
Vrije kanaalkeuze voor de klant.
- Verdere uitbreiding digitaal kanaal (S)
C. Alle kanalen zijn optimaal toegankelijk
Contact is mogelijk via: D. Uniforme informatie via alle kanalen 1. website/ digitaal
- Verbeteracties worden via alle kanalen (=multichannel) doorgevoerd
loket
(S)
2. telefoon 3. balie 4. post/email
Minimale belasting
E. Administratieve lastenverlichting
- Eenmalige gegevensuitvraag (S) - Optimalisering processen: processen
van de klant
sneller laten verlopen (S) - We vertrouwen de klant: vermindering bewijslast (S)
72
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen Betrouwbare dienstverlening A
2014
2015
2016
2017
80% van alle klantvragen aan de gemeente Leeuwarden wordt afgehandeld in het Klantcontactcentrum Indicator(en):
(2008)
- Klanttevredenheid digitale dienstverlening
6,9
7,8
7,8
7,8
7,8
- Klanttevredenheid telefonie
7,3
7,9
7,9
8,0
8,0
- Klanttevredenheid balie
7,8
7,9
7,9
7,9
7,9
9%
<10%
<10%
<10%
<10%
28%
<20%
<20%
<20%
<20%
14,8%
<25%
<25%
<25%
<25%
Bron: klanttevredenheidsonderzoek
B
Wij verbeteren onze dienstverlening continu Indicator(en): - Percentage bezwaarschriften inzake de Algemene Wet Bestuursrecht dat gegrond is verklaard - Percentage bezwaarschriften inzake de Wet Werk en Bijstand dat gegrond is verklaard - Percentage formele klachten dat gegrond is verklaard Bron: benchmarking Publiekszaken 2008
Vrije kanaalkeuze voor de klant C
Alle kanalen zijn optimaal toegankelijk (2007)
Indicator(en): - Aantal webdiensten
0
40
40
45
50
- Aantal aanvragen (x 1.000) via digitaal loket op jaarbasis - De door de gemeente Leeuwarden gehanteerde normatieve wachttijd voor het opnemen van de telefoon via het centrale publieksnummer (in seconden) - Percentage van de gevallen waarin de normatieve wachttijd voor het opnemen van de telefoon wordt gehaald - De gerealiseerde wachttijd voor de centrale publieksbalie (% minder dan 5 minuten)
0
>50
>50
>50
>60
(2008) 20 sec
20 sec
20 sec
20 sec
20 sec
71%
80%
80%
80%
80%
59%
75%
75%
80%
80%
Nee
Ja
Ja
Ja
Ja
Fase 1
Fase 4
Fase 4
Fase 4
Fase 4
Ja
Ja
Ja
Ja
Bron: telefoon en balie: benchmarking Publiekszaken
D
Uniforme informatie via alle kanalen (2008)
Indicator(en): - Management van contactkanalen gebeurt geïntegreerd over alle kanalen - In welke fase van het programma Overheid heeft Antwoord(c) bevindt de gemeente zich Bron: gemeente Leeuwarden
Minimale belasting van de klant E
Administratieve lastenverlichting (2008)
Indicator(en): - Beschikt het KCC over een centraal klantinformatiesysteem (contactdatabase), waarin klantinformatie kan worden vastgelegd? Bron: benchmarking Publiekszaken
73
Nee
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
- Het KCC voert procesregie: grip op klantcontact
X
X
X
X
- Eenduidig en snel antwoord: 'in 1 keer goed'
X
X
X
X
- Analyseren klantvraag en initiëren van verbeteracties
X
X
X
X
- Kwaliteit productenaanbod
X
X
X
X
- Leren van klachten en bezwaren
X
X
X
X
- Uitvoering borgingsplan leesbaar Leeuwarders
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
- Eenmalige gegevensuitvraag
X
X
X
X
- Optimalisering processen: processen sneller laten verlopen
X
X
X
X
- We vertrouwen de klant: vermindering bewijslast
X
X
X
X
Betrouwbare dienstverlening
Vrije kanaalkeuze voor de klant - Verdere uitbreiding digitaal kanaal -
Verbeteracties worden via alle kanalen (=multichannel) doorgevoerd
Minimale belasting van de klant
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Betrouwbare dienstverlening Speerpunten
Zoveel mogelijk digitaal, zo weinig mogelijk papier. Wie iets met de overheid wil
Digitale overheid (B)
regelen, doet dat over vier jaar bij voorkeur elektronisch. De overheid schaft het contact met burgers en bedrijven via papieren formulieren en brieven zoveel mogelijk af. Dat staat te lezen in de Visiebrief digitale overheid 20171. De gemeente wil tegemoet komen aan de ambitie om de schriftelijke contacten met inwoners bij voorkeur digitaal te laten verlopen. Te denken valt aan aanvragen en beslissingen over vergunningen, inspraak op overheidsplannen en het doorgeven van gegevens voor bijvoorbeeld uitkeringen en belastingen. De ambitie wordt gecombineerd met efficiënt ingerichte processen, waarbij papieren kanalen steeds meer worden vervangen door digitale varianten, de regeldruk wordt verminderd en de administratieve lasten worden teruggebracht. Kortom: digitaal waar het kan, persoonlijk waar het moet. Voor het ‘digitaal kwetsbare’ deel van de bevolking blijft aandacht. De slimme inzet van ICT (bijvoorbeeld via ‘Mijn omgeving’/ lopende zaken) is een belangrijke stap in het realiseren van de ambities.
Intensivering Klachtenbemiddelaar (B)
In maart 2012 is de gemeentelijke klachtenbemiddelaar van start gegaan. Hiervoor was incidenteel een budget begroot. Door de inzet van de klachtenbemiddelaar is een laagdrempelig aanspreekpunt voor inwoners gecreëerd. Klachten worden nu snel en op een informele wijze afgehandeld. De klachtenbemiddelaar neemt ook klachten aan over WMO-instellingen. De raad heeft zich in het richtinggevend debat uitgesproken vóór structurele inzet van de klachtenbemiddelaar (€ 56.000 v.a.
1
‘Visiebrief digitale overheid 2017, minister BZK, mei 2013’.
74
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
2013). Risico
De inrichting van de ICT toepassingen en infrastructuur zijn voor de gestelde ambities een bepalende factor. De complexiteit van de benodigde digitalisering is groot.
Vrije kanaalkeuze voor de klant Speerpunten Dienstverleningsloket
In de ‘intentieovereenkomst voorzieningen’ (september 2011) is de bestuurlijke wil
Grou (C)
uitgesproken om, na de herindeling van de gemeente Boarnsterhim, een voorziening in Grou te realiseren ten behoeve van publieke dienstverlening. Het uitgangspunt hierbij is helder: realiseren van een eenvoudige dienstverlening dicht bij de klant. In lijn met de gemeentelijke visie is de aangeboden dienstverlening vraaggericht en wordt gedacht vanuit de behoefte en logica van de klant. Om invulling te geven aan de ambities uit de intentieovereenkomst wordt een dienstverleningsloket in Grou gerealiseerd waar eenvoudige lokethandelingen kunnen worden afgehandeld. Het dienstverleningsloket is operationeel vanaf januari 2014.
Algemeen Meest kostenefficiënte
In het kader van een efficiëntere dienstverlening wordt de klant gestimuleerd om in
kanaal stimuleren (C)
zijn contacten met de gemeente naar het 'beste' en meest kostenefficiënte kanaal te gaan. Hierbij wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van verleiding, maar dwingender vormen van sturing worden niet uitgesloten. Het digitale kanaal is het meest kostenefficiënte kanaal. Om het gebruik van dit kanaal te stimuleren moet de toegankelijkheid worden vergroot. Het gebruikersperspectief staat hierbij centraal.
Speerpunten Webcare (D)
Meer en meer wordt er op online-platforms gesproken over onze gemeente en over onderwerpen die onze dienstverlening aangaan. Inwoners willen sociale media gebruiken om met de gemeente te communiceren. De verwachting is dat hier kansen inzitten voor onze processen, de dialoog en participatie. Om vragen via sociale media af te handelen is het kanaal ‘webcare’ ingericht. Vragen en opmerkingen via sociale media, worden door een webcareteam beantwoord. De gemeente wil daar zijn waar de klant dat verlangt. Met de actieve inzet op het kanaal sociale media wordt de dienstverlening transparant en nog meer servicegericht. Het kanaal ‘social media’ wordt in de komende periode volledig geïntegreerd in de organisatie.
Minimale belasting van de klant Speerpunten Toepassen
Als gevolg van de drie decentralisaties Participatie, WMO en Jeugd ontstaan er meer
dienstverleningsconcept
en andere klantgroepen voor de gemeente Leeuwarden. Dit gegeven, gecombineerd
t.b.v. sociaal domein (E)
met de aan deze decentralisaties gekoppelde bezuiniging, zorgt voor een aanzienlijke impact op de bestaande dienstverlening van de gemeente Leeuwarden. De dienstverlening vanuit welzijnsperspectief is gericht op zelfredzaamheid en dienstverlening dicht bij de klant (bijvoorbeeld door diverse verschijningsvormen in de verschillende wijken). Het gemeentelijke dienstverleningsconcept kent principes als: de gemeente heeft Antwoord© (vraaggericht) en de behoefte om de klant één toegangspoort te bieden voor de gemeentelijke dienstverlening. In de komende tijd wordt bepaald hoe het bestaande gemeentelijke dienstverleningsconcept en de dienstverlening als gevolg van deze drie decentralisaties georganiseerd c.q. gecombineerd kan worden.
75
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Risico
Beleidsbegroting
Er bestaat nog onvoldoende inzicht in de uitvoeringsrisico’s en mogelijke conflicterende waarden (toegang klant) als gevolg van de decentralisaties.
76
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Politiek bestuur (9) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Bestuur en Middelen
Burgemeester Ferd. Crone
L. van Santen
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Herkenbaarheid van de raad
2.
Inwerken/professionalisering raad
3.
Economische en maatschappelijke opgaven op
4.
Leeuwarder variant Nieuwe Overheid
regionale schaal aanpakken
Relevante beleidsnota’s x
Stadsvisie ‘Leeuwarden, fier verder!’ 2008-2020
x
Samenwerkingsagenda Leeuwarden-Provincie
x
x
Convenant Samenwerking stadsregio Leeuwarden 2010-2020
2013-2025
x
Streekagenda Noordwest Fryslân 2014-2020
Visiedocument Stadsregio Leeuwarden ‘De kroon
x
Leeuwarden internationaal (2011)
van Fryslân’ (2009)
x
Notitie De zoektocht naar de Leeuwarder variant van de Nieuwe Overheid (2013)
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017 8.730
2012 Lasten
8.342
8.289
8.712
8.778
8.744
Baten
448
404
-443
-369
-369
-369
Saldo
-7.894
-7.885
-8.269
-8.409
-8.375
-8.361
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Gemeenteraad
Totaal
Totaal
lasten
baten
2.382
Saldo 0
-2.382
College van B&W
6.330
-443
-5.887
Totaal
8.712
-443
-8.269
77
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Een transparant, effectief en samenwerkend bestuur Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
hoofddoelen Goede volksvertegen-
structureel (S) A. Goed functioneren van raad en
-
raadsleden
woordiging
Inwerken nieuwe raadsleden (I) Werkbezoeken organiseren en uitvoeren (S)
B. Een goede publieke verantwoording
-
Uitvoeren plan van aanpak raadscommunicatie ‘(Her)ken uw raad’ (I)
-
Ontwikkelen nieuwe communicatie instrumenten en optimaliseren bestaande (S)
Helder en consistent beleid
Rekenkameronderzoek (S)
- Kaderstelling/uitwerking
C. Herkenbare en duidelijke beleidspunten
coalitieakkoord nieuwe collegeperiode (I) - Beleidsharmonisatie (I)
D. Betrokkenheid van de burgers bij het ontwikkelen van beleid
-
Meer ruimte maken voor eigen initiatieven burgers, ondernemers en instellingen (I)
Versterking positie Leeuwarden
E. In Landelijke onderzoeken scoort Leeuwarden goed op het onderdeel sterkte positie Leeuwarden.
- Voorbereiden herindelingen (I) - Samenwerking met en voor de regio en noord Nederland inhoud geven (I)
78
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen Goede volksvertegenwoordiging A
2014
2015
2016
2017
6,5
7,7
7,8
7,8
7,8
-
7,7
7,7
7,8
7,8
Goed functioneren van de raad en raadsleden (2008)
Indicator(en): - Goede kwaliteit van besluitvorming en vergaderingen naar het oordeel van raadsleden - Oordeel burger over de raad Bron: gemeenteraad en gemeente-enquête
B
Een goede publieke verantwoording Indicator(en):
(2010)
- Opkomst gemeenteraad verkiezingen - absoluut % (2002: 56,23%; 2006: 56,78%) - - relatief percentage t.o.v. de G32
50,6%
-
-
-
-
- 0,6%
-
-
-
-
- Oordeel burger over kwaliteit gemeentelijke informatie
(2011) 6,2
6,5
7
7
7
68%
82%
83%
85%
87%
68%
71%
72%
75%
78%
5,6
5,7
5,8
5,8
31
25
25
25
25
(2011) 16
15
14
13
12
Bron: CPB en gemeente-enquête
Helder en consistent beleid C
Herkenbare en duidelijke beleidspunten Indicator(en): - Het percentage raadsleden dat het informatiepakket, de programmabegroting en jaarstukken als helder en consistent typeert - Het percentage raadsleden dat van mening is dat, op basis van beleidsnota's, zijn kaderstellende en controlerende rol voldoende tot goed kan uitvoeren Bron: gemeenteraad
D
Betrokkenheid van burgers bij het ontwikkelen van beleid Indicator(en): - Oordeel burger die vindt dat hij/zij op tijd wordt betrokken bij het ontwikkelen van beleid (schaalscore tussen 1 'te laat' en 10 'ruim op tijd')
(2009) 4,9
Bron: gemeente-enquête en wijk enquête
Versterking positie Leeuwarden E
In landelijke onderzoeken scoort Leeuwarden goed op het onderdeel sterkte positie Leeuwarden Indicator(en): - Positie van Leeuwarden op de schaal van 1 (goed) tot 50 (slecht); in de Atlas voor gemeenten worden 50 steden op 40 punten met elkaar vergeleken. - Positie van Leeuwarden op de schaal van 1 (goed) tot 68 (slecht) van Noord Nederlandse gemeenten
(2008)
Bron: Elsevier- onderzoek 'De beste gemeente'
Toelichting op de subdoelstellingen Helder en consistent beleid Betrokkenheid van burgers
Het accent wordt verlegd van het betrekken van burgers bij het ontwikkelen van
bij het ontwikkelen van
beleid naar meer ruimte geven aan eigen initiatieven van mensen. In de nieuwe
beleid (D)
collegeperiode worden doelstelling en indicatoren hierop aangepast. Het oordeel van de burger over de invloed die hij/zij kan uitoefenen is als indicator komen te vervallen, omdat deze indicator ook in programma 14 staat.
79
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
- Inwerken nieuwe raadsleden
X
-
-
-
- Het organiseren en afleggen van werkbezoeken
X
X
X
X
- Uitvoeren plan van aanpak raadscommunicatie '(Her)ken uw raad'
X
X
X
X
Ontwikkelen nieuwe communicatie instrumenten en optimaliseren bestaande
X
X
X
X
X
X
X
X
- Kaderstelling/uitwerking coalitieakkoord nieuwe collegeperiode
X
-
-
-
- Beleidsharmonisatie i.h.k.v. herindeling met Boarnsterhim
X
X
-
-
- Meer ruimte maken voor eigen initiatieven samenleving
X
X
X
X
- Voorbereiden herindelingen
X
X
X
X
- Samenwerking binnen de regio en noord Nederland inhoud geven
X
X
-
-
Goede volksvertegenwoordiging
-
- Rekenkameronderzoek Helder en consistent beleid
Versterking positie Leeuwarden
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Goede volksvertegenwoordiging Speerpunten (Her)kenbaarheid van
Het raadscommunicatieplan heeft als centrale boodschap: burgers en organisaties
de raad (B)
weten wanneer onderwerpen aan de orde komen, wat het onderwerp inhoudt, wat de rol van de raad in de besluitvorming over dit onderwerp is, wat het effect ervan is en hoe invloed uitgeoefend kan worden. In het plan zijn concrete maatregelen en instrumenten beschreven. De uitvoering is in volle gang en hierbij zijn eenvoudig taalgebruik in de juiste vorm, makkelijk vindbaar en effectiviteit (wat merkt de burger ervan) belangrijke uitgangspunten. In 2013 heeft de eerste effectmeting plaatsgevonden. Mede op basis van deze resultaten wordt het plan geactualiseerd.
Inwerken en
In 2014 treedt een nieuwe gemeenteraad aan, met een aantal nieuwe raadsleden.
professionalisering van
Aan de hand van een inwerkprogramma worden de nieuwe raadsleden en hun
de raad (A)
ondersteuners geïntroduceerd in de werkwijze, cultuur en de inhoud van de (Leeuwarder) politiek. Voor de raad als geheel is er sprake van taakverzwaring door taakuitbreiding, vergroting van het grondgebied en de toenemende druk (of: stijgende verwachtingspatroon) van de maatschappij op de politiek. Daarnaast vraagt de invulling van de Nieuwe Overheid veel van de raad. Een en ander vraagt van het politiek bestuur een verdergaande professionalisering van organisatie en wijze van werken.
80
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Algemeen Rekenkameronderzoek
De Rekenkamer onderzoekt of het handelen van het gemeentebestuur:
(B)
x
voor de burgers oplevert wat bedoeld is (doeltreffendheid).
x
met minder kosten hetzelfde op kan leveren(doelmatigheid).
x
volgens de wet en andere regels werkt (rechtmatigheid).
De achterliggende bedoeling van de Rekenkamer is om ervoor te zorgen dat in de toekomst de doeltreffendheid, de doelmatigheid en rechtmatigheid verbetert. Zij wil met haar onderzoek de positie en het functioneren van de gemeenteraad versterken en daarmee tevens het vertrouwen van de burger in de raad en het gemeentebestuur. Het gaat dus uiteindelijk om het goed functioneren van de democratie in de gemeente Leeuwarden. De Rekenkamer gaat in 2014 twee à drie onderzoeken doen. Helder en consistent beleid Speerpunten Leeuwarder variant van de Nieuwe Overheid (D)
De gemeente speelt in op vele ontwikkelingen in de maatschappij. Ze krijgt bijvoorbeeld een toenemende verantwoordelijkheid als gevolg van de decentralisatie van Rijkstaken. Maar ook verandert de samenwerking en relatie tussen overheid, burgers en organisaties/ondernemingen. Denk aan wijkondernemerschap, frontlijnsturing of samenwerking gemeente-corporaties. Van een sturende overheid, die een grote hoeveelheid regels stelt en handhaaft, transformeert de gemeente steeds meer naar een andere, Nieuwe Overheid. Een lenige, compacte en faciliterende overheid, die mensen in de samenleving meer ruimte geeft en gebruik maakt van hun innovatieve vermogens en kwaliteiten. Een overheid die ook vaak optreedt als partner. Dit vertaalt zich in de komende periode in experimenten met een andere rolverdeling tussen gemeente en samenleving op het gebied van zeggenschap en financiën.
Algemeen Kaderstelling nieuwe
Per 1 januari 2014 is het noordelijk deel van de gemeente Boarnsterhim
collegeperiode en
samengevoegd met Leeuwarden. De gemeente Leeuwarden krijgt in 2014 een
beleidsharmonisatie(C)
nieuw bestuur. De kaders voor de komende collegeperiode worden na coalitiebesprekingen begin 2014 door de raad vastgesteld. Door de herindeling stelt de raad de gemeentelijke begroting voor 2014 pas begin 2014 vast. Conform de Wet ARHI blijft de regelgeving van de oude gemeenten Leeuwarden en Boarnsterhim vanaf de datum van herindeling nog 2 jaar van kracht. Tenzij college of raad van de nieuwe gemeente deze regelgeving vervallen verklaart of voor het hele gebied van de nieuwe gemeente geldend te verklaart. Doelstelling is om hierover zoveel mogelijk duidelijkheid en rechtszekerheid aan de inwoners te bieden. Bij hamerslag wordt in januari een groot deel van het bestaande beleid en regelgeving van toepassing verklaard voor het hele grondgebied. Voor de overige regelgeving neemt de gemeente tot 2016 de tijd om het te harmoniseren en geldend te verklaren. Op de lange termijn agenda van de raad staan verschillende beleidsonderwerpen waarover opnieuw besluiten genomen moeten worden. Zie hiervoor inhoudelijk ook de betreffende programma’s.
Risico
Zolang de begroting niet is vastgesteld, is het college bevoegd tot het doen van uitgaven, voorzover daartegen bij Gedeputeerde Staten geen bezwaar bestaat.
81
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Versterking positie Leeuwarden Speerpunten Economische en
Samenwerking is geen doel op zich, net zo min als regionalisering. Een aantal
maatschappelijke
economische en maatschappelijke vraagstukken speelt op een grotere schaal dan
opgaven op regionale
die van Leeuwarden. Voor een succesvolle aanpak van de opgaven is samenwerking
schaal aanpakken (E)
op verschillende schaalniveaus nodig. Uitgangspunt voor samenwerking is dat er een gezamenlijke agenda moet zijn en dat bestuurlijke en ambtelijke drukte beperkt moet blijven. Voorbeelden zijn de samenwerkingsagenda met de Provincie en de Streekagenda noord west Fryslân.
Algemeen Samenwerkingsagenda
In 2013 is een veelomvattende Samenwerkingsagenda met de provincie afgesloten.
met de provincie (E)
De agenda bevat opgaven die de gemeente en de provincie gezamenlijk ter hand nemen, zoals: vergroten werkgelegenheid, verbeteren onderwijs, bevorderen participatie. Daarbij ligt er een sterke relatie met het culturele programma voor Culturele Hoofdstad 2018 van de stichting Kulturele Haadstêd 2018 (zie ook programma 1. Cultuur). Voor 2014 en volgende jaren (looptijd tot 2025) betekent het dat gemeente en provincie samen een flink aantal projecten uit gaan voeren, die bijdragen aan de versterking van Leeuwarden en rendement opleveren voor de regio.
Voorbereiding
Leeuwarden staat positief tegenover eventuele toekomstige herindelingstrajecten,
herindelingen (E)
voorzover die passen binnen de regionale, bestuurlijke ontwikkelingen. Verbondenheid met de stad vormt daarbij uitgangspunt. Na de samenvoeging met Boarnsterhim volgt in 2018 samenvoeging met de gemeente Leeuwarderadeel en delen van de gemeenten Littenseradiel. Er wordt in 2014 gestart met de voorbereiding van de herindelingen. Daarbij wordt rekening gehouden met de samenvoeging van de NW-gemeenten Franekeradeel, Menameradiel en ’t Bildt in de nieuwe gemeente Westergo (werknaam). Afstemming met deze herindeling is nodig omdat een deel van Littenseradiel aan Westergo wordt toegevoegd. De drie herindelingen zullen uiteindelijk in één wetsontwerp aan het Parlement worden voorgelegd, derhalve wordt ook dezelfde herindelingsdatum aangehouden. Vanaf 2014 breekt er een nieuwe periode aan voor de Europese structuurfondsen.
Leeuwarden
Via een landsdelig programma voor noord Nederland kunnen beschikbaar gestelde
Internationaal (E)
middelen uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) worden benut. Dit fonds financiert de ontwikkeling en structurele aanpassingen van Europese regio's op het gebied van concurrentiekracht en werkgelegenheid. Ook het Europees Sociaal Fonds (ESF) en INTERREG middelen (ter ondersteuning van grensen regio-overschrijdende samenwerking) zijn voor Leeuwarden interessant en goed aan te spreken. Daarnaast zijn er andere Europese fondsen die mogelijk interessant zijn voor Leeuwarden. Omdat kennis over en ervaring met subsidiemogelijkheden nogal verspreid aanwezig is bij verschillende instanties in Friesland en noord Nederland, wordt verkend in hoeverre de informatie hierover kan worden ontsloten via een Virtueel loket Europese subsidies.
82
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Veiligheid en Openbare orde (10) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Bestuur en Middelen
Burgemeester Ferd. Crone
W.J. Borghardt
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Aanpak jeugdcriminaliteit en-overlast en
3.
Aanpak high impact crime (woninginbraken en
4.
Rampen en crisisorganisatie
voetbaloverlast 2.
geweld)
Aanpak georganiseerde criminaliteit (hennep, vastgoed inclusief woonoverlast en mensenhandel
Relevante beleidsnota’s x
Beleidsplan en uitvoeringsprogramma veiligheid
x
x
Meerjarenbeleidsplan Veiligheidsregio Fryslân 2013-2016
2012 en 2013 Samenwerkingsovereenkomst Veiligheidshuis
x
Regionaal Crisisplan 2011-2015
Fryslân 2013 en 2014 x
Regionaal beleidsplan veiligheid Noord Nederland 2013 en 2014
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
11.178
10.796
10.277
10.025
9.773
2012 Lasten
11.358
Baten
1.192
442
-250
-250
-250
-250
Saldo
-10.166
-10.736
-10.546
-10.027
-9.775
-9.523
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Integraal veiligheidsbeleid
Totaal
Totaal
lasten
baten
3.322
-247
-3.075
0
0
0
Brandweer Rampenbestrijding Totaal
Saldo
7.474
-3
-7.471
10.796
-250
-10.546
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
2014
Veiligheidsmiddelen incl. Veiligheidshuis
2015 175
Amendement projecten op gebied van veiligheid
125
Bijdrage aan Veiligheidshuis Straatcoaches en fancoaches
83
-51
-40
-110
110
91
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: In Leeuwarden weet en voelt iedereen zich veilig Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
hoofddoelen Criminaliteit en overlast
structureel (S) A. Beperken van criminaliteit en overlast door persoonsgerichte aanpak
- Aanpak op maat op criminele en overlastgevende personen (S)
Criminaliteit en overlast worden aangepakt
B. Beperken van criminaliteit en overlast door gebieds- en groepsgerichte
- Wijkgerichte aanpak (m.n. ISV3 wijken) (I) - Aanpak van jeugdoverlast en -
aanpak
groepen(I) Openbare orde en
C. Voorkoming en bestrijding van
misdaad
verstoring van de openbare orde door
De openbare orde in
inzet bevoegdheden burgemeester
Leeuwarden wordt
- Ingrijpen bij (dreigende) verstoring openbare orde (S) - Sluiten van woningen en opleggen huisverboden (S)
gehandhaafd en (georganiseerde) misdaad wordt aangepakt
Toezicht en
D. Aanpak van georganiseerde misdaad door bestuurlijke instrumenten
E. Toezicht en handhaving leidt ertoe dat
- Tegengaan georganiseerde criminaliteit (I)
- Maataanpak op personen en bedrijven
handhaving
overlastgevende personen en
zoals coffeeshops, prostitutie- en
De diverse
bedrijven in de binnenstad worden
horecabedrijven in de binnenstad (S)
veiligheidsrisico’s in
aangepakt
de gemeente Leeuwarden worden onderkend en aangepakt F. Evenementen verlopen veilig en ordelijk
- Veilig organisatie en verloop van evenementen, inclusief wedstrijden betaald voetbal (S)
Fysieke veiligheid
G. De crisis- en rampenbestrijding in de
- De fysieke veiligheidsrisico’s worden
De fysieke
gemeente Leeuwarden is op basis van
veiligheidsrisico’s in
onderkende fysieke veiligheidsrisico’s
de gemeente
voorbereid en wordt adequaat
aanpassen van de regionale
Leeuwarden worden
uitgevoerd
crisisorganisatie worden genomen (S)
onderkend en aangepakt
84
geïnventariseerd (S) - Risicobeperkende maatregelen en/of
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen
2014
Criminaliteit en overlast A
Beperken van criminaliteit en overlast door persoonsgerichte aanpak. Indicator(en): - Het aantal veelplegers dat in 2014 een jaar delictvrij is - Het aantal criminele jeugdgroepen is in 2014 0 en het aantal overlastgevende en hinderlijke jeugdgroepen is 13 - Overlast veroorzaakt door dak- en thuisloze drugsverslaafden (uitgedrukt in aantal incidenten geregistreerd door politie) in 2015
-
10
15
0 en 13
(2002) 135
100
Bron: politiecijfers
B
Beperken van criminaliteit en overlast door gebiedsen groepsgerichte aanpak Indicator(en): - Wijkveiligheidsindex binnenstad en wijken (2014 minimaal score 5,0 Binnenstad; de ISV wijken minimaal 1 punt beter) - Vermindering woonoverlast met 5% in 2014 t.o.v. 2009 (uitgedrukt in aantal incidenten)
-
Gelijkblijvend aan 2013
(2009) 1471
1397
-
100%
(2012) 0
100%
-
100%
220
220 controles
Bron: wijkveiligheidsindex en Politiecijfers
Openbare orde en misdaad C
Voorkoming en bestrijding van verstoring van de openbare orde door inzet bevoegdheden burgemeester Indicator(en): - Toepassen (nood)bevoegdheden burgemeester bij (dreigende) verstoring van de openbare orde op straat, maar ook in de privé-sfeer als overlast aan de orde is - Het aantal stadiongebiedsverboden dat wordt opgelegd na voetbal gerelateerde ordeverstoringen Bron: gegevens MOL en politie
D
Aanpak van georganiseerde misdaad door bestuurlijke instrumenten Indicator(en): - Inzet van bestuurlijke instrumenten, zoals de APV, de Wet MBVEO, Gemeentewet en Opiumwet bij (vermoedens van) georganiseerde criminaliteit. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de expertise van het RIEC Noord Nederland. Bron: gemeente Leeuwarden
Toezicht en handhaving E
Toezicht en handhaving leidt ertoe dat overlastgevende personen en bedrijven in de binnenstad worden aangepakt. Indicator(en): - Totaal aantal controles per jaar op: - prostitutiebedrijven (6x per jaar) - coffeeshops (3xr per jaar) - horecabedrijven, met name de café's/bars (1x per jaar). - Preventieve controles op horeca Bron: gemeente Leeuwarden en politie
85
2015
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
F
Beleidsbegroting
Evenementen verlopen veilig en ordelijk Indicator(en): - Percentage van de evenementen dat veilig verloopt.
-
80%
Bron: gemeente Leeuwarden
Fysieke veiligheid G
De crisis- en rampenbestrijding in de gemeente Leeuwarden is op basis van onderkende fysieke veiligheidsrisico's voorbereid en wordt adequaat uitgevoerd Indicator(en): - De fysieke veiligheidsrisico's zijn bekend
-
Bron: gemeente Leeuwarden
Toelichting op de subdoelstellingen Nieuwe kaders
De gemeente ontvangt voor het veiligheidsbeleid geen Rijksmiddelen meer
veiligheidsbeleid 2015 e.v.
vanaf 2012. De gemeente heeft de bezuinigingen met incidenteel budget (deels)
(A t/m F)
gecompenseerd. Vanaf 2015 is er geen incidenteel budget meer voorhanden voor het veiligheidsbeleid. 2015 is dan ook het moment dat er nieuwe kaders worden gesteld in een meerjarenplan veiligheidsbeleid. Dit is ook de reden dat in dit programma de indicatoren voor 2015 e.v. niet zijn ingevuld.
Toezicht en handhaving (D
Bij de doelstellingen is toegevoegd dat de veiligheidsrisico’s in Leeuwarden
en E)
worden erkend en aangepakt. Toezicht en handhaving maakt een wezenlijk deel uit van dit aspect van veiligheid. Immers bij aanwezigheid van voldoende dossier kan de burgemeester handhavend optreden, zeker als er sprake is van incidenten en/of criminaliteit waarbij de openbare orde ernstig wordt geschonden. Uiteraard is dit een uiterste maatregel die genomen wordt. Voorafgaand aan het opleggen van een bestuurlijke maatregel zijn andere trajecten tot verbetering van de situatie aangereikt. Teneinde de maatregelen te kunnen opleggen moet er sprake zijn van degelijke dossiervorming. Periodieke en onverwachte controles, toezicht en handhavingsprocedures maken hiervan deel uit.
86
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
- Aanpak op maat criminele en overlast gevende personen
X
X
- Wijkgerichte aanpak (m.n. ISV3 wijken)
X
-
X
X
- Aanpak van jeugdoverlast en -groepen
X
-
-
-
- Ingrijpen bij (dreigende) verstoring openbare orde
X
X
- Sluiten van woningen en opleggen huisverboden
X
X
- Tegengaan georganiseerde criminaliteit
X
X
X
X
Criminaliteit en overlast
Openbare orde en misdaad
Toezicht en handhaving -
Maataanpak op personen en bedrijven zoals coffeeshops, prostitutie- en horecabedrijven in de binnenstad
X
X
X
X
-
Veilige organisatie en verloop van evenementen, inclusief wedstrijden betaald voetbal
X
X
X
X
X
X
-
-
X
X
-
-
Fysieke veiligheid - De fysieke veiligheidsrisico's worden geïnventariseerd -
Risicobeperkende maatregelen en/of aanpassen van de regionale crisisorganisatie worden genomen
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Criminaliteit en overlast Speerpunten De aanpak van
De aanpak van jeugdoverlast wordt voortgezet. De aanpak behelst een combinatie
jeugdoverlast en –
van zorg/hulpverlening en toezicht en handhaving. Daartoe wordt de inzet van de
geweld (A)
taskforce jeugdoverlast gecontinueerd evenals de straatcoaches. Voor 2014 zijn hiertoe incidentele dekking beschikbaar binnen de begroting van JVZ. Ook de samenwerking met het Veiligheidshuis Fryslân (VHF) is in de aanpak van belang. In 2014 is in het VHF een speciaal daartoe aangestelde jeugdcoördinator actief. Deze verzorgt naast uitvoering van trajecten ook de afstemming met de Centra voor jeugd en gezin (CJG’s), sociale teams etc. op lokaal en provinciaal niveau. Jeugdreclassering is nauw betrokken bij de groepsaanpak van overlastgevende groepen vanuit het VHF. Hierdoor is het mogelijk om dwang/drang toe te passen op deze groepen. De financiering van het VHF is tot eind 2014 gegarandeerd uit de gemeentelijke incidentele middelen. De Rijksfinanciering is gegarandeerd tot/met 2017.
Aanpak High Impact
In de genoemde aanpak worden ouders/verzorgers nadrukkelijk betrokken.
Crime (HIC) in de wijken
Binnen HIC heeft de aanpak van woninginbraken hoogste prioriteit. Een door politie
(B)
en OM opgestelde top X belandt in de zogenaamde persoonsgerichte aanpak van politie en wordt besproken in het VHF, alwaar deze groep een maataanpak van zorg (in de zin van dwang en drang) en repressie krijgt. In de wijken worden de voetjesacties gecontinueerd, evenals preventieve maatregelen in de voorlichtende zin, zodat burgers zich bewust zijn van de risico’s op inbraak. Tevens wordt in 2014 geïnvesteerd in de (bestuurlijke) aanpak van helers middels het ontwikkelen en implementeren van een opkoopregister.
87
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bezuinigingen De aanpak van high
Deze aanpak behoeft controles en handhaving. De persoonsgerichte aanpak van
impact crime (HIC) (B)
daders in het VHF wordt gecontinueerd; de preventie- en handhavingscomponent worden geminimaliseerd wegens het wegvallen van de door de raad beschikbaar gestelde incidentele veiligheidsmiddelen (€125.000).
Algemeen Persoonsgerichte aanpak (A)
Wij participeren in de landelijke leertuin zorg en veiligheid (ministerie V&J), die beoogt privacy belemmeringen in de informatie-uitwisseling tussen de zorgketen en de strafketen weg te nemen. In de tweede helft van 2013 is een verkenning gedaan naar de eerstelijns overstijgende aanpak voor crisis- en multiproblemen. Daarbij wordt ook naar de afstemming met het VHF gekeken. Tevens wordt gestreefd naar goede afspraken tussen wijkteams en het veiligheidsdomein, waaronder het VHF.
Risico HIC(B)
‘Zonder heler geen steler’. Door de afname van veiligheidsmiddelen kunnen we de aanpak van heling middels toezicht en handhaving van gemeente en politie slechts minimaal inhoud geven. De criminaliteit zal op dit punt niet dalen.
Openbare orde en misdaad Speerpunten Aanpak voetbaloverlast
Mede dankzij de inzet van de fancoaches, de politie en de BVO Sc Cambuur in de
(C)
afgelopen jaren is de situatie rondom het voetbal stabiel. Promotie naar de eredivisie betekent een grote toename van supporters, zowel van de BVO Cambuur als van de bezoekende clubs. De situatie in het seizoen 2013 en 2014 impliceert de noodzaak van een intensievere inzet van politie, maar ook van de fancoaches. De laatstgenoemde inzet beoogt aan de voorkant van de problemen blijven en hiermee kunnen we gerichte inzet leveren als dat nodig is. Voor 2014 is hiertoe incidentele dekking beschikbaar binnen de begroting. Het casusoverleg voetbaloverlast blijft tot eind 2014 geborgd in het VHF in het casusoverleg.
Aanpak woonoverlast
Deze aanpak heeft zijn vruchten afgeworpen in de afgelopen jaren. De
(bij kamerverhuur) (C)
huiseigenaren zijn aangeschreven en ook is handhavend opgetreden. Tevens loopt ter zake een onderzoek bij het RIEC. Deze aanpak wordt gecontinueerd. Dit is nodig omdat uit recente hercontroles blijkt dat, zodra de aandacht even verslapt, de fysieke (verloedering) en sociale overlast weer toeneemt.
Aanpak georganiseerde
De aanpak van hennepteelt, malafide vastgoed praktijken en mensenhandel (in
criminaliteit (D)
relatie tot prostitutie) blijft een prioriteit. De aanpak vindt plaats vanuit het VHF en in nauwe samenwerking met het RIEC2 op niveau Noord Nederland. Bij de aanpak van mensenhandel is de ketenregisseur van het VHF de spin in het web zowel in Leeuwarden als in de provincie Fryslân. Dit is tot eind 2014 gewaarborgd binnen de financiering van het VHF.
Bezuinigingen Woonoverlast(C)
Met het wegvallen van de incidentele middelen veiligheid (€ 125.000) wordt de inzet van de gemeentelijke handhaver geminimaliseerd en daarmee ook de dossieropbouw en eveneens de specifieke handhaving op woonoverlast (bij kamerverhuur).
2
Regionaal Informatie en Expertisecentrum (georganiseerde criminaliteit)
88
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Algemeen Georganiseerde
De misstanden in de prostitutie worden aangepakt door de specifieke aanpak in
criminaliteit (D)
Leeuwarden en de (centrale) aanpak mensenhandel in Noord Nederland (RIEC en VHF). Het geactualiseerde prostitutiebeleid wordt in 2014 uitgevoerd.
Risico Woonoverlast (C)
Het verminderen van de specifieke handhaving betekent dat de overlast in en rondom bepaalde panden zal stijgen. Dit betreft zowel sociale als fysieke overlast. Ook vervalt een deel van de dossieropbouw waardoor bestuurlijke handhaving door de burgemeester bemoeilijkt wordt.
Toezicht en handhaving Speerpunten De binnenstad Coffeeshops/
Uit de veiligheidsindex Leeuwarden blijkt dat de binnenstad structureel onvoldoende
prostitutie-
scoort als het gaat om leefbaarheid en veiligheid. Met name de drugs- en
bedrijven (E)
uitgaansoverlast baart daarbij zorgen. Om het toezicht en de handhaving optimaal te laten functioneren, werken de stadstoezichthouders en politie nauw samen. Ook is samenwerking met de straatcoaches een essentieel onderdeel van de gebiedsgerichte aanpak. De handhaving op personen en bedrijven bestaat uit het toepassen van bestuurlijke maatregelen, onder andere het opleggen van gebiedsverboden en sluiting van bedrijven/panden. In 2014 wordt de openbare orde paragraaf van de APV uitgebreid om effectiever te kunnen optreden en daarmee de overlast meer en meer terug te kunnen dringen. Toezicht en handhaving op bedrijven wordt gecontinueerd.
Evenementen (F)
Leeuwarden kent vele grote evenementen. Samen met de organisaties en de hulpverleningsdiensten wordt ervoor gezorgd dat deze evenementen veilig verlopen. Dit betreft zowel de fysieke aspecten (podia en terrein) als de zorg om bezoekers (ontruiming, drugs- en drankgebruik)
Bezuinigingen De aanpak van de
De toezichts- en handhavingsstaken op de horeca-, coffeeshops en
overlast en bedrijven in
prostitutiebedrijven worden door de gemeente en politie uitgevoerd.
de binnenstad (E)
Deze taken worden door de Rijksoverheid in toenemende mate aan gemeenten toebedeeld zonder bijbehorende financiën.
Algemeen
De specifieke handhavende bevoegden van de burgemeester worden zoveel
(E)
mogelijk toegepast. Met deze drang en dwang in combinatie met hulp- en zorgtrajecten worden burgers (maar ook bezoekers van Leeuwarden) extra gemotiveerd de overlast te doen stoppen.
Risico Toezicht en handhaving
Aangezien het toezicht- en handhavingspakket steeds meer uitdijt zonder dat er
Binnenstad en bedrijven
budget of formatie wordt toegevoegd, is prioritering nodig.
(E)
Dit betekent dat er bewust gekozen moet worden waar wel en waar geen middelen en menskracht meer op wordt ingezet.
Fysieke veiligheid Speerpunten
Per 1 januari is de brandweer, conform de wettelijke voorschriften,
(G)
geregionaliseerd. De Leeuwarder kwaliteitseisen ten aanzien van risicobeheersing en incidentenbestrijding blijven gehandhaafd in de nieuwe organisatie, teneinde de huidige kwaliteit te kunnen blijven borgen. Het op orde brengen en houden van de rampen- en crisisorganisatie is een
89
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
doorlopend proces en regelmatig aan verandering onderhevig. Hiervoor moet continu aandacht blijven. Algemeen Regionalisering
De regionalisering van de brandweer brengt bij aanvang meer kosten met zich mee,
Brandweer
maar pakt op termijn goedkoper uit voor Leeuwarden. Zie ook dit betreffende
(G)
onderwerp in bijlage A Overzicht mee- en tegenvallers.
Crisisorganisatie (G)
Het gemeentelijke deel van de crisisorganisatie (Oranjekolom) is in de afgelopen jaren sterk geprofessionaliseerd en deze ontwikkeling zet zich het komende jaar voort. Het regionaal crisisplan wordt herzien en de realisatie van uitwerking is in 2014 te verwachten. In het kader van samenwerking, ondersteuning en opleiden en oefenen wordt aansluiting gezocht bij de nieuwe afdelingen brandweer. Leeuwarden gaat ook samenwerken met de gemeenten van de afdeling Noordwest Fryslân.
90
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Sport (11) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Welzijn
Wethouder A. Ekhart
F. Ytsma
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Samenwerken sportverenigingen/omnivereniging
3.
Herontwikkeling Kalverdijkje
2.
Uitbreiden en verbreden van de
4.
Beleidsnota Sportaccommodaties
combinatiefuncties
Relevante beleidsnota’s x
x
Beleidsnotitie ‘Sport- en beweegbeleid 2012-
x
Beleidsnotitie sportaccommodaties (2005)
2016. Samen werken aan sport en bewegen in de
x
Sportaccommodatiesbeleid Boarnsterhim (2011)
gemeente Leeuwarden’ (2012)
x
Evaluatie combinatiefuncties Leeuwarden (2012)
Herijking relatie gemeente – bv Sport (2005)
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017 6.322
2012 Lasten
6.456
6.249
6.541
6.355
6.338
Baten
165
30
-15
0
0
0
Saldo
-6.291
-6.219
-6.526
-6.355
-6.338
-6.322
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Sport en ontspanning IJswegen Totaal
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
6.525
-15
-6.510
16
0
-16
6.541
-15
-6.526
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
2014
2015
-30
65 30
Subsidie topsport Sportcoaches (herindeling Boarnsterhim)
91
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Een leven lang bewegen Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
hoofddoelen Bewegen
structureel (S) - Het (doen) organiseren van
A. Meer burgers bewegen
Burgers zijn en
activiteiten die burgers stimuleren om
blijven gemotiveerd
deel te nemen aan sportactiviteiten
om te bewegen en
(S) - Ontwikkelen en inzetten van
te (top)sporten
combinatiefuncties/buurtsportcoaches (I) B. Handhaven sportevenementen en tot
Wijken en dorpen
- Financieel bijdragen aan breedtesport
en met 2014 topsportevenementen
en tot en met 2014
op niveau 2009
topsportevenementen (S)
- Het (doen) aanbieden van sport- en
C. Meer op maat gemaakte
Burgers
bewegingsprogramma’s in de wijken
spelmogelijkheden voor specifieke
participeren in
in relatie tot het percentage groei van
doelgroepen op buurt- en wijkniveau
wijken en dorpen
burgers dat beweegt
(S) - Het (doen) aanbieden van programma’s voor schoolkinderen (018 jaar) (S)
D. Meer vrijwilligers zijn actief bij sportverenigingen
- Stimuleren en bevorderen van inzet van vrijwilligers bij sportverenigingen in samenwerking met bv SPORT en de sportverenigingen (S)
Infrastructuur De infrastructuur
- Het (doen) beheren, exploiteren en
E. Efficiënter gebruik van basissportvoorzieningen
onderhouden (en vernieuwen) van
ondersteunt
gemeentelijke
bewegen en
basissportaccommodaties (S) - Ontwikkelen en inzetten van
(top)sport
Parkmanagement (S) F. Efficiëntere inrichting van de publieke ruimte voor sport
- Optimaliseren gebruik Kalverdijkje Noord en Zuid (I) - Ontwikkelen vierde sportconcentratiegebied in de Zuidlanden (I)
92
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? NulSubdoelstellingen meting 2014 2015 Bewegen: burgers zijn en blijven gemotiveerd om te bewegen en te (top)sporten A
2016
2017
Meer burgers bewegen Indicator(en): - Het percentage volwassen burgers dat meer dan 12 keer per jaar sport is minimaal gelijk - Ontwikkelen en inzetten Combinatiefuncties/buurtsportcoaches sport
56%
60%
62%
65%
65%
6 fte
9,3 fte
9,3 fte
9,3 fte
9,3 fte
10
10
10
10
10
4
4
0
0
0
5
5
5
5
5
1.169
1.169
1.169
1.169
1.169
605
605
605
605
605
564
564
564
564
564
Bron: gemeente-enquête
B
Handhaven sportevenementen en topsportevenementen op niveau 2009 Indicator(en): - Aantal sportevenementen - Aantal topsportevenementen Bron: gemeente Leeuwarden
Wijken en dorpen: burgers participeren in wijken en dorpen C
Meer op maat gemaakte bewegingsprogramma's in de wijken in relatie tot het percentage groei van burgers dat beweegt Indicator(en): - Aantal programma's voor schoolkinderen (0-18 jaar) Bron: bv SPORT
D
Meer vrijwilligers zijn actief bij sportverenigingen Indicator(en): - Aantal vrijwilligers bij sportverenigingen: - totaal - - bestuurlijk - kader - - overige Bron: vm. Vrijwilligers Servicepunt
Infrastructuur: de infrastructuur ondersteunt bewegen en (top)sport E
Efficiënter gebruik van basissportvoorzieningen Indicator(en): - Bezettingsgraad basissportvoorzieningen: Sporthallen norm 2.000 uur per jaar
75%
85%
85%
85%
85%
- Gymlokalen norm 1.000 uur per jaar (bij 100% schoolgebruik):Verenigingsgebruik
20%
40%
40%
40%
40%
Bron: bv SPORT
F
Efficiëntere inrichting van de publieke ruimte voor sport Indicator(en):
-
- Realisatie Zuidlanden - start ontwikkelingsfase (Doorgeschoven naar 2018) Bron: -
93
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Toelichting op de subdoelstellingen Bewegen Handhaven
2014 is het laatste jaar waarin topsportevenementen gesubsidieerd worden.
sportevenementen (B)
Conform de uitvoering van het collegeprogramma, vervalt vanaf 2015 het budget voor topsportevenementen (€ 65.000). De huidige regeling subsidie Top- en breedtesportevenementen wordt ingetrokken. Voor breedtesportevenementen wordt een nieuwe subsidieregeling opgesteld.
Wijken en dorpen Meer vrijwilligers zijn actief
In de afgelopen jaren is gebleken dat het lastig is om de vrijwilligers bij
bij sportverenigingen(D)
sportverenigingen in kaart te brengen. De vragen rondom vrijwilligers in de sport worden daarom meegenomen in de gemeentelijke enquête die jaarlijks wordt uitgezet.
Infrastructuur Bezettingsgraad
De bezettingsgraad van de sportaccommodaties in Leeuwarden zit bijna aan
basissportvoorzieningen (E)
het maximaal haalbare. In 2014 komt er één sporthal vanuit Boarnsterhim bij en vijf gymlokalen.
Realisatie Zuidlanden – start
De start van het ontwikkelen van een vierde sportconcentratiegebied in de
ontwikkelingsfase (F)
Zuidlanden is doorgeschoven naar 2018.
94
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
Bewegen: burgers zijn en blijven gemotiveerd om te bewegen en te (top)sporten -
Het (doen) organiseren van activiteiten die burgers stimuleren om deel te nemen aan sportactiviteiten
X
X
X
X
- Ontwikkelen en inzetten van combinatiefuncties
X
X
X
X
- Financieel bijdragen aan breedtesport- en topsportevenementen
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
- Ontwikkelen en inzetten van Parkmanagement
X
X
X
X
- Optimaliseren gebruik Kalverdijkje Noord en Zuid
X
X
-
-
-
-
-
-
Wijken en dorpen: burgers participeren in wijken en dorpen -
Het (doen) aanbieden van sport- en spelmogelijkheden voor specifieke doelgroepen op buurt- en wijkniveau
Het (doen) aanbieden van programma's voor schoolkinderen (0-18 X jaar) Stimuleren en bevorderen van inzet van vrijwilligers bij - sportverenigingen in samenwerking met bv SPORT en de X sportverenigingen Infrastructuur: de infrastructuur ondersteunt bewegen en (top)sport -
-
-
Het (doen) beheren, exploiteren en onderhouden (en vernieuwen) van gemeentelijke basissportaccommodaties
Ontwikkelen vierde sportconcentratiegebied in de Zuidlanden (doorgeschoven naar 2018)
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Bewegen Speerpunten Samenwerken sportvereniging/
De samenwerking tussen de zeven verenigingen op sportpark Nijlân wordt
omnivereniging (E)
verder verdiept. Gedacht kan worden aan meer samenwerking op het gebied van jeugdbeleid, gezamenlijke inkoop of gezamenlijk organiseren van sportevenementen.
Uitbreiden/verbreden
De inzet van de combinatiefunctionarissen wordt verbreed door uitbreiding
combinatiefuncties (A)
met buurtsportcoaches (Brede Impuls Combinatiefuncties) met 2,3 fte. Daarmee kunnen combinatiefunctionarissen c.q. buurtsportcoaches breder ingezet worden en kunnen ook andere doelgroepen dan het basis- en voortgezet onderwijs bediend worden.
Intensivering Sportcoaches (A)
Boarnsterhim heeft tot en met 2013 een sportcoach ingezet. Voortzetting van de inzet van deze sportcoach na de herindeling betekent extra kosten van € 30.000. Deze sportcoach wordt ingezet op het grondgebied Boarnsterhim Noord.
Wijken en dorpen Speerpunten Meer op maat gemaakte
De inzet van de buurtsportcoaches in de wijken en dorpen zorgt voor meer
bewegingsprogramma’s in de
maatwerk voor doelgroepen. Er wordt een verbinding gelegd met de sociale
wijken (C)
wijk- en jeugdteams.
95
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Infrastructuur Speerpunten Herontwikkeling Kalverdijkje
De uitvoering van herontwikkeling Kalverdijkje Zuid wordt in de zomer 2014
(F)
opgepakt voor positionering van de voetbalverenigingen SC Lions, SC Flamingo en vv Nicator, rugbyvereniging Greate Pier en hockeyvereniging MHCL.
Beleidsnota
Om de verschillen in beleid van de gemeente Leeuwarden en Boarnsterhim
Sportaccommodaties (F)
op elkaar af te stemmen, wordt in 2014 gestart met het actualiseren van de beleidsnota Sportaccommodaties. De verwachting is dat de nota in 2015 klaar is.
96
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Ruimtelijke ordening (12) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Stadsontwikkeling
Wethouder H. Deinum
L. Kappert
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Voorbereiding invoering nieuwe Omgevingswet
2.
Intensiveren gebruik Binnenstad door realisatie
3.
Verkenning gemeentebrede structuurvisie
x
Structuurvisie Boarnsterhim 2018
uitvoeringsprojecten manifestatie Kloppend Hart
Relevante beleidsnota’s x
Leeuwarden, fier verder! Op weg naar een duurzame stad Stadsvisie Leeuwarden (20082020)
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
1.791
1.799
1.949
1.911
1.911
1.911
Baten
149
93
-86
-86
-86
-86
Saldo
-1.642
-1.706
-1.863
-1.825
-1.825
-1.825
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Ruimtelijke ordening
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
1.212
0
-1.212
Geometriebeheer
615
-86
-529
Bestuursadvisering ROI
121
0
-121
1.948
-86
-1.862
Totaal
97
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: De stad ruimtelijk op orde Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of structureel (S)
hoofddoelen Ruimtelijke ordening
- Uitwerken plannen deelgebieden
A. Gewenste dynamiek bestuurlijk vastgelegd
Binnenstad (I) - Verkennen noodzaak en
Een adequaat ruimtelijk beleid om
mogelijkheden gemeentebrede
de gemeentelijke
structuurvisie (I)
ambities mogelijk te maken
- Actualisatie plannen conform
B. Huidig beleid vastgelegd in bestemmingsplannen
jaarprogramma (S) - Voorbereiden Omgevingswet (I)
Nulmeting
Subdoelstellingen Ruimtelijke ordening A
2014
2015
2016
2017
2
3
3
3
3
nvt
5
5
5
5
Gewenste dynamiek bestuurlijk vastgesteld Indicator(en): - Aantal kaderstellende deelplannen per jaar voor dynamische gebieden uit stadsvisie die bestuurlijk zijn vastgesteld Bron: gemeente Leeuwarden
B
Huidig beleid vastgelegd in bestemmingsplannen Indicator(en): - Aantal bestemmingsplannen dat ieder jaar wordt geactualiseerd Bron: gemeente Leeuwarden
98
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
- Uitwerken plannen deelgebieden Binnenstad
X
-
-
-
- Actualisatie bestemmingsplannen
X
X
X
X
- Verkennen gemeentebrede structuurvisie
X
-
-
-
- Voorbereiden Omgevingswet
X
X
X
X
Ruimtelijke ordening
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Ruimtelijke ordening Speerpunten Voorbereiding invoering
Het Rijk is een voorbereidingstraject gestart voor de invoering van de nieuwe
nieuwe Omgevingswet
Omgevingswet. Dit is een ingrijpende aanpassing van de regelgevende
(B)
instrumenten op het gebied van ruimtelijke ordening. De gemeentelijke inspanning bestaat enerzijds uit het nauwgezet volgen van het invoeringstraject en daarnaast het anticiperen op de wet door ruimtelijke plannen voor verschillende gebieden inhoudelijk zoveel mogelijk te standaardiseren.
Intensiveren gebruik
In 2011 is gestart met de manifestatie Kloppend Hart. Doel daarvan is om door
Binnenstad door
vooral particuliere initiatieven het gebruik van de Binnenstad te intensiveren en de
realisatie projecten
ruimtelijke kwaliteit te verhogen. Met de eerste woningbouwprojecten (Doeleplein,
manifestatie Kloppend
locatie OXO, locatie Groeneweg) kan mogelijk al in 2014 worden gestart. Een quick
Hart (A)
win in de openbare ruimte (tijdelijke herinrichting Blokhuisplein) is al in 2013 gerealiseerd.
Verkenning
De gemeente Leeuwarden kent nog geen structuurvisie conform de Wet Ruimtelijke
gemeentebrede
Ordening (WRO). Wél is er een vormvrije stadsvisie. De gemeente Boarnsterhim
structuurvisie (A)
heeft wél een structuurvisie conform de WRO. Op basis van het nieuwe collegeprogramma moeten de stadsvisie ‘Fier Verder’ en de structuurvisie Boarnsterhim 2018 mogelijk worden geactualiseerd. Daarbij kan worden gekozen voor een gecombineerde structuurvisie conform de WRO voor het gehele nieuwe grondgebied. Omdat er in de wet geen termijn staat, waarop een structuurvisie moet zijn vastgesteld, kan hier eventueel ook van worden afgezien. Nut en noodzaak, de beoogde juridische status en de gebiedsbegrenzing van een visie worden onderzocht in 2014.
Algemeen Aantal kaderstellende
Door de gebiedsuitbreiding met Boarnsterhim wordt het gemiddeld aantal op te
deelplannen (A)
stellen kaderstellende deelplannen uitgebreid naar 3 per jaar. Als uitwerking van de manifestatie Kloppend Hart moet een aantal deelgebieden van de Binnenstad (omgeving Breedstraat, omgeving Amelandsstraat) nader worden onderzocht op ontwikkelingsmogelijkheden. Daarnaast wordt er een geactualiseerd beleidskader voor de dorpen opgesteld.
Aantal vastgestelde
In 2013 zijn de bestemmingsplannen die ouder waren dan 10 jaar geactualiseerd,
bestemmingsplannen
behoudens enkele kleine uitzonderingen waarover de raad per brief is geïnformeerd.
(B)
De lange termijn planning van de bestemmingsplannen voor de gemeente
99
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Leeuwarden en het toegevoegde deel van Boarnsterhim is opgesteld. In 2014 worden plannen opgesteld en deels ook al vastgesteld voor de gebieden: Wergea, Westeinde, Vogelwijk/Valeriuskwartier, Transvaalwijk/Rengerspark/Bonifatius en Groningerstraatweg/Zamenhof/Heechterp-Schieringen-Cambuur. Hierbij wordt vooruitlopend op de invoering van de Omgevingswet ook aandacht besteed aan het zoveel mogelijk standaardiseren van de plannen ten behoeve van een toekomstig universeel omgevingsplan. Omdat de omvang van de plangebieden door samenvoegingen van gelijksoortige gebieden is vergroot, blijft het gemiddeld aantal plannen ook na de samenvoeging met Boarnsterhim 5 per jaar. De plangebieden zelf zijn hierdoor gemiddeld wél groter geworden. Risico
Het blijft noodzakelijk bestemmingsplannen tijdig te actualiseren of opnieuw vast te stellen voordat ze ouder dan 10 jaar zijn. In de WRO is bepaald dat de bevoegdheid tot het invorderen van rechten vervalt, als een plan ouder is dan 10 jaar. Dit betekent dus dat er in het betreffende plangebied geen bouwleges gevorderd kunnen worden als er een bouwplan wordt ingediend. Dat is met name een financieel risico. Inhoudelijk blijven de plannen wél in werking als toetsingskader.
100
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Milieu, energie en water (13) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Stadsontwikkeling
Wethouder mw. I. Diks
H.E. Bannink
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1.
Realiseren en faciliteren energiebesparing in de
2.
Schoon oppervlaktewater binnen de
3.
Verdere optimalisatie afvalscheiding
particuliere woningvoorraad
gemeentegrenzen
Relevante beleidsnota’s x x
Visiedocument Duurzaam Leeuwarden, de sterke
x
Optimalisatie afvalscheiding (2012-2015)
stad (2010)
x
Kadernota Gericht handhaven in Leeuwarden
Nota Ontheffingen voor geluid; hoe gaat de
(2009) x
gemeente daar mee om? (2005) x
Leeuwarder aanpak grondstromen (2007)
Verbreed Gemeentelijk rioleringsplan (GRP 20092012) en GRP Boarnsterhim
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
27.172
25.713
28.393
27.308
27.309
27.310
Baten
25.535
24.127
-27.272
-27.429
-27.429
-27.429
Saldo
-1.637
-1.586
-1.121
121
120
119
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
Inzameling afval
12.743
-12.872
129
Riolering
12.694
-13.903
1.209
Milieubeleid
1.193
0
-1.193
Bodem en geluid
1.210
-3
-1.207
Milieucommunicatie
0
0
0
Ongediertebestrijding
0
0
0
36
0
-36
493
-493
0
Lijkbezorging Voorzieningen honden Afvoer kadavers Totaal
24
0
-24
28.393
-27.271
-1.122
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
2014
Full Sustainable City
2015 800
Aanpak invasieve waterplanten (in 2013)
-40
101
40
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Een volledig duurzaam Leeuwarden: schoon, gezond en veilig Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of
hoofddoelen Leeuwarden is
structureel (S) A. De energievraag binnen de
vanaf 2020 een
gemeentegrenzen wordt gedekt door
duurzame
fossielvrije/duurzame energie
gemeente; slim met
- Stimuleren rijden op alternatieve brandstoffen (S) - Faciliteren energiebesparing bestaande bouw (S)
energie en water
B. Schoon oppervlaktewater binnen de gemeentegrenzen
- Uitvoeren waterprojecten in de lijn van de kaderrichtlijn water (S) - Overdragen stedelijk waterbeheer (I)
Lagere milieudruk
C. Efficiënte afvalinzameling en
door een effectieve
verwerking van huishoudelijk afval en
en efficiënte
stimuleren van maximaal hergebruik.
uitvoering van
Zorg voor stedelijk afvalwater
- Uitvoeren optimalisatievoorstellen afvalinzameling (I) - Opstellen van een nieuw GRP elke 4 jaar (S)
wettelijke taken
D. Het scheppen van de juiste milieuhygiënische condities voor ruimtelijke ontwikkelingen, waarbij op
- Saneringsprogramma voor bodem en geluid uitvoeren(I) - Burgers en bedrijven beschikken
het gebied van bodem uiterlijk in
over dekkende en toereikende
2015 de aanpak van spoedlocaties
vergunningen/geaccepteerde
gereed is
meldingen voor hun activiteiten (S) - Beleggen complexere milieuuitvoeringstaken (RUD) (I)
102
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? NulSubdoelstellingen meting Leeuwarden is vanaf 2020 een duurzame gemeente A
De energievraag binnen de gemeentegrenzen wordt gedekt door fossielvrije/duurzame energie Indicator(en): - Aantal voertuigen (personenwagenequivalenten) op groen gas - Gemiddeld energieverbruik (kWh- en m3 aardgasverbruik) in aandachtswijken, uitgedrukt in Giga Joules per woning (GJ) - Aantal energierenovaties in aandachtswijken
2014
2015
2016
2017
74
700
n.n.t.b.
n.n.t.b.
n.n.t.b.
(2011) 56,5 GJ
55,9
55,7
55,4
55
0
500
1.000
1.500
2.000
0
1
1
1
1
(2010)
Bron: Energie in Beeld
B
Schoon oppervlaktewater binnen de gemeentegrenzen Indicator(en): - Aantal KRW-projecten uitgevoerd gezamenlijk met het Wetterskip Fryslân Bron: projectenkaart
Lagere milieudruk door een effectieve en efficiënte uitvoering van wettelijke taken C
Een zo efficiënt mogelijke afvalinzameling en verwerking van huishoudelijk afval alsmede gedragsbeïnvloeding, gericht op maximaal hergebruik. Zorg voor stedelijk afvalwater. Indicator(en):
(2011)
- Scheidingspercentage restafval
53,7%
57%
58%
59%
60%
- Tarief afvalstoffenheffing: eenpersoonshuishouden
(2012) € 175 € 263
inflatie inflatie
inflatie inflatie
inflatie inflatie
inflatie inflatie
100
20
0
0
0
- Tarief afvalstoffenheffing: meerpersoonshuishouden Bron: tarieventabel afvalstoffenheffing
D
Het scheppen van de juiste milieu hygiënische condities voor ruimtelijke ontwikkelingen Indicator(en): - Spoedlocaties bodemverontreiniging en aanpak in beeld Bron: Bis4all
Toelichting op de subdoelstellingen Leeuwarden is vanaf 2020 een duurzame gemeente Aantal voertuigen op
De ambitie is ten opzichte van de vorige programmabegroting (van 300 naar
groen gas (A)
700 voertuigequivalenten in 2014) aangescherpt. Ultimo 2012 zijn in de gemeente Leeuwarden reeds 119 voertuigen op groen gas geregistreerd, waarvan 103 personenauto’s en 16 vrachtwagens (bron: RDW). Dit zijn omgerekend 4233 voertuigequivalenten op CNG4/groengas en hiermee is de eerdere ambitie van 400 in 2015 al ruim gehaald. Deze doelstelling vloeit voort uit het programma Slim met energie en water en loopt t/m 2014, daarna is herijking aan de orde.
3 Elke personenauto of busje telt voor 1 voertuigequivalent en elke vrachtwagen en bus >3.500 kg telt voor 20 voertuigequivalenten. Deze factor hangt samen met het (gemiddelde) grote verschil in brandstofverbruik. 4
CNG is de Engelstalige afkorting voor compressed natural gas, in het Nederlands vertaald als aardgas onder druk.
103
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Lagere milieudruk door een effectieve en efficiënte uitvoering van wettelijke taken Scheidingspercentage
In 2012 is een scheidingspercentage van 56% behaald. Belangrijke reden voor
restafval (C)
dit positieve resultaat zijn de hoeveelheden nagescheiden afval, waaronder kunststoffen. De maatregelen uit de optimalisatienotitie afval voeren we sinds 1 januari 2013 uit. Te verwachten is dat het scheidingspercentage hierdoor nog iets stijgt. In de optimalisatienotitie is echter geen rekening gehouden met het effect van de nagescheiden hoeveelheden op het scheidingspercentage. Vandaar dat de beoogde percentages in dit programma naar boven zijn bijgesteld, te weten van 56% naar 59%in 2016.
Spoedlocaties
Vanaf 2015 zijn de volksgezondheidsrisico’s ten gevolge van
bodemverontreiniging en
bodemverontreiniging weggenomen. Voor locaties met saneringsurgentie door
aanpak in beeld (D)
risico’s voor ecologie of met verspreidingsrisico’s streeft de gemeente ernaar ook deze risico’s zoveel mogelijk op te heffen voor het eind van 2015. Waar dat niet haalbaar is, worden afspraken gemaakt met eigenaren/gebruikers over verantwoordelijkheden (inclusief financiering), saneringsresultaat en tijdstip.
104
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
- Stimuleren rijden op alternatieve brandstoffen
X
X
X
X
- Faciliteren energiebesparing bestaande bouw
X
X
X
X
- Uitvoeren waterprojecten in de lijn van de kaderrichtlijn water
X
-
X
X
- Overdragen stedelijk waterbeheer
X
X
-
-
Leeuwarden is vanaf 2020 een duurzame gemeente
Lagere milieudruk door een effectieve en efficiënte uitvoering van wettelijke taken - Uitvoeren optimalisatie voorstellen afvalinzameling
X
X
-
-
- Saneringsprogramma voor bodem en geluid uitvoeren
X
X
X
X
Burgers en bedrijven beschikken over dekkende en toereikende vergunningen voor hun activiteiten
X
X
X
X
- Monitoren uitvoering complexere milieu-uitvoeringstaken (RUD)
X
X
X
X
- Opstellen van een nieuw GRP elke 4 jaar
X
-
-
-
- Beleggen complexere milieu-uitvoeringstaken (RUD)
X
-
-
-
-
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Leeuwarden is vanaf 2020 een duurzame gemeente Speerpunten Faciliteren van
Met de SLIM-aanpak voor ISV-wijken (2012 -2013) is een opschaalbare aanpak
energiebesparing in
gepresenteerd, waarmee het aantal wijken waar het programma gaat draaien kan
bestaande bouw (A)
worden vergroot. In 2014 is een intensivering gepland van de aanpak in de rest van Leeuwarden. Dit moet leiden tot een forse energiebespaarslag in de (particuliere) woningbouw. De ambitie is om per jaar in minimaal 500 koopwoningen energiebesparende maatregelen te laten uitvoeren. De totale investering ligt tussen de € 600.000 en € 2.000.000. Voor de huursector zijn afspraken met de corporaties gemaakt over de verduurzaming van hun bezit (zie ook programma 6 Wonen). Op basis van de ingestelde faciliteit voor het verstrekken van duurzaamheidsleningen5 kan de gemeente leningen verstrekken van € 2.500 tot € 7.500 aan particuliere woningeigenaren voor het treffen van energiebesparende maatregelen zoals isolatie, installeren warmtepompen, zonneboilers of zonnepanelen. O.a. met behulp van het energieloket worden burgers benaderd om het bewustzijn voor energiebesparing te vergroten. De aanpak is gericht op het kwalitatief verbeteren van woningen en daarmee ook wijken, het behouden en creëren van werkgelegenheid en het beperken en/of verlagen van woonlasten.
Schoon
In 2013 en 2014 wordt, in samenwerking met Wetterskip Fryslân, nog gewerkt aan
oppervlaktewater binnen
het project Kleine Wielen, dat een bijdrage levert aan de doelstellingen van de
de gemeentegrenzen (B)
Kader Richtlijn Water (KRW). Daarnaast worden bij het programma Vrij Baan/
5
Raadsbesluit 25 maart 2013.
105
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bereikbaarheid Leeuwarden en in het uitbreidingsgebied De Zuidlanden (infrastructurele) projecten uitgevoerd, waarbij het hemelwater op een goede manier schoon op het oppervlaktewater wordt geloosd. Deze maatregelen dragen bij aan de KRW-doelstellingen. Algemeen Voorbereiding
In de Waterwet van 2009 is opgenomen dat de provincies uiterlijk december 2014
besluitvorming
een verordening moeten hebben vastgesteld, waarin is geregeld wie per vaarweg de
Vaarwegbeheer (B)
beheerder is. Inmiddels hebben Provinciale Staten besloten dat de kleinere recreatieve vaarwegen naar het Wetterskip gaan en de grotere recreatieve vaarwegen en de beroepsvaarwegen naar de provincie. Er is vastgelegd dat de gemeente de keus heeft om zijn vaarwegen in goede onderhoudsstaat over te dragen of het achterstallige onderhoud af te kopen. Dit is c.q. wordt nader uitgewerkt en de financiële consequenties worden in beeld gebracht. In 2014 wordt dit ter besluitvorming aan de raad aangeboden.
Overdracht Stedelijk
Begin 2011 heeft Wetterskip Fryslân de kaders vastgesteld, waarbinnen zij het
Waterbeheer (B)
beheer van het stedelijk water over neemt. Watergangen die geen functie hebben in de waterbeheersing nemen zij niet over. Het Wetterskip zal het onderhoud aan de hoofdwatergangen uitvoeren en de gemeenten dat van de overige watergangen. Het Wetterskip streeft ernaar uiterlijk 2015 met alle gemeenten overeenkomsten te hebben afgesloten voor overdracht.
Risico
Eventueel onverwachte daling van de energieprijzen door externe factoren (bijv. fiscale wijzigingen), waardoor investeringen minder lucratief worden.
Lagere milieudruk door een effectieve en efficiënte uitvoering van wettelijke taken Speerpunten Verdere implementatie
De uitvoering van maatregelen uit de optimalisatienotitie is gestart in 2013 en loopt
optimalisatie
door tot in 2014. Belangrijke onderdelen zijn: plaatsing ondergrondse containers bij
afvalscheiding (C)
hoogbouw, aanpak illegale dumpingen van grofvuil en restafval, proef met omgekeerde inzameling in Zuiderburen (inclusief een pilot drankenkartons), project voor de inzameling van kleine elektr(on)ische apparaten. Om het gewenste scheidingspercentage in de gemeente te bereiken is een zo eenduidig mogelijke afvalinzameling van belang. Daarvoor worden in 2013, in samenwerking met de gemeente Boarnsterhim, voorbereidingen getroffen. Hierbij is het gewenst om de milieustraat in Grou open te houden, omdat de inwoners hier hun afval gescheiden kunnen aanbieden. De vraag is of deze milieustraat in de nieuwe gemeente rendabel zal zijn. Daarom worden de resultaten gedurende het jaar gemonitord en aan het eind van 2014 geëvalueerd.
Algemeen GRP (C)
Het Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) 2009-2012 is verlengd tot en met 2014. In 2014 wordt een nieuw GRP opgesteld voor de nieuwe gemeente Leeuwarden.
Saneringsprogramma
Landelijke afspraken, vastgelegd in het bodemconvenant verlangen van ons per
bodem uitvoeren (D)
1 juli 2013 dat het totaaloverzicht bekend is van de spoedlocaties. Dit zijn locaties met risico’s voor mens en/of milieu. De actieve onderzoeksfase naar spoedlocaties is daarmee afgerond. Aansluitend worden afspraken gemaakt over het saneren van deze locaties. Humane risico’s moeten voor het eind van 2015 zijn opgeheven. Het saneren van risico’s voor het milieu mag na 2015 plaatsvinden, mits er uiterlijk 2015 afspraken gemaakt zijn over deze saneringen.
106
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Met ingang van 2014 breidt het grondgebied van de gemeente Leeuwarden uit met een deel van de gemeente Boarnsterhim. Voor dit grondgebied krijgt Leeuwarden de provinciale bevoegdheid voor bodem overgedragen. Daarmee komt ook de verantwoordelijkheid voor spoedlocaties in dit gebied onder Leeuwarder verantwoordelijkheid. Met het overdragen van de bevoegdheden kunnen ook spoedlocaties overgaan van de provincie naar Leeuwarden. Het totaal aantal spoedlocaties zal (ook na de uitbreiding in 2014) niet hoger zijn dan 20. Op niet-spoedlocaties wordt aangesloten bij ontwikkelingen en activiteiten op deze locaties. Indien de bodemverontreiniging een ontwikkeling in de weg staat, wordt hierover gericht geadviseerd en de verontreiniging adequaat aangepakt. Grondstromenbeleid (D)
Voor de continuering van het hergebruik van grond is het noodzakelijk de bodemkwaliteitskaart in 2014 te herzien.
Geluid (D)
In 2014 introduceert de gemeente geactualiseerd beleid voor geluidontheffingen voor evenementen en tijdelijke werkzaamheden. In samenspraak met o.a. de GGD wordt een handreiking gemaakt voor het omgaan met laagfrequent geluid, een specifiek aandachtspunt in geluidhinderbeleving. Deze handreiking is in 2014 gereed en wordt daarna ook direct toegepast. De A- en raillijst van Leeuwarden bevat 61 woningen, daarvan zijn er 54 gesaneerd en staan er nog 7 op het saneringsprogramma. De uitvoering ligt op schema. Na inventarisatie kunnen hier nog woningen uit het nieuwe grondgebied aan worden toegevoegd.
107
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
108
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Woon- en leefomgeving (14) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Stadsontwikkeling
Wethouder mw. I. Diks
M. Vogelzang
Speerpunten voor het begrotingsjaar 1. 2.
Beheer openbare ruimte Boarnsterhim Noord
3.
inclusief harmonisatie beleid
4.
Uitvoeringsplan ‘Het donker belicht’ Ontwikkeling nieuw wijk- en dorpenbeleid
Wijkondernemerschap
inclusief dorpen Boarnsterhim Noord
Relevante beleidsnota’s x BOR in Beeld (2001, evaluatie 2009) x Spraakmakende bomen (2008) x Groenkaart Leeuwarden (2008) x Uit de verf: eindevaluatie pilotproject integrale
x
Nota toekomstvisie begraafplaatsen (2002)
x
Oog voor reclame (2010)
x
Meer openbaar groen, minder regels (2011)
x
aanpak graffiti-overlast (2004)
x x
Beleidsplan openbare verlichting: Het donker belicht (2011)
Ligplaatsenbeleid
x
Verbetering Gebiedsgericht werken (2004)
Verbreed Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2012,
x
Relevante beleidsnota’s Boarnsterhim
verlengd t/m 2014
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
22.757
26.622
27.440
27.847
28.236
2012 Lasten
23.001
Baten
3.128
2.453
-2.684
-2.678
-2.678
-2.678
Saldo
-19.873
-20.304
-23.938
-24.762
-25.169
-25.558
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct Spoorlijnen
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
179
0
-179
Waterwerken
1.764
-65
-1.699
Verhardingen
4.922
0
-4.922
Kunstwerken
2.775
-182
-2.593
573
0
-573
Wijkaanpak
1.237
0
-1.237
Begraafplaatsen
1.104
-790
-314
Straatverlichting
1.707
0
-1.707
Reiniging verhardingen
2.444
-892
-1.552
Openbaar groen
9.011
-51
-8.960
Zwerfvuilbestrijding
292
-182
-110
Speelplaatsen
405
0
-405
Buitenreclame
209
-522
313
26.622
-2.684
-23.938
Verkeersmaatregelen
Totaal
Uitvoering Collegeprogramma 2010-2014 en eventuele aanpassingen daarop Bedragen x € 1.000 Intensiveringen
2013
2014
(beëindiging) Dorpennota
2015 200
Wijk- en dorpenbeleid (herindeling Boarnsterhim)
-100
109
100
2016
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bedragen x € 1.000 Bezuinigingen
2013
Beëindigen investeringsimpuls openbaar groen
2014
2015
2016
2017
112
Stijging opbrengst begraafrechten i.c.m.
31
32
50
50
kostenreductie Efficiency taakstelling brugbediening
Wat willen we bereiken? Strategisch algemeen doel: Een veilige en leefbare openbare ruimte Strategische
Subdoelstellingen
Prestaties incidenteel (I) of structureel (S)
hoofddoelen Een schone openbare ruimte
A. Een verzorgend onderhoudsniveau
- Het bestrijden van onkruid (S) - Het bestrijden van zwerfvuil (S)
conform BOR in Beeld
- Harmonisatie beleid Boarnsterhim (I)
Een openbare ruimte die heel en
B. Een technisch onderhoudsniveau conform BOR in Beeld
- Het onderhouden van de groenvoorzieningen (S) - Het onderhouden van de
veilig is
verhardingen (S) - Het onderhouden van de openbare verlichting (S) - Harmonisatie beleid Boarnsterhim (I)
Een actieve
C. Bewoners hebben voldoende invloed
betrokkenheid van
op het gemeentelijk beleid en
bewoners bij hun
gemeentelijke activiteiten
- Relatiebeheer wijkpanels en dorpsbelangen (S) - Realiseren nieuw wijk- en
leefomgeving
dorpenbeleid (I) - Experimenten burgerschap: overdracht taken aan wijken en dorpen (I)
D. Wijk- en dorpsbudgetten worden actief ingezet door de wijkpanels
- Beheer van de wijk- en dorpsbudgetten inclusief afstemming met wijkpanels (S)
110
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat willen we bereiken? Nulmeting
Subdoelstellingen Een schone openbare ruimte A
Een verzorgend onderhoudsniveau conform BOR in Beeld Indicator(en):
2014
2015
2016
2017
(2009)
- Onderhoudsniveau onkruid binnenstad, kantorenhaak, parken - Onderhoudsniveau onkruid overige gebieden
Basis
Hoog
Hoog
Hoog
Hoog
Basis
Basis
Basis
Basis
Basis
- Onderhoudsniveau zwerfvuil binnenstad, parken
Basis
Hoog
Hoog
Hoog
Hoog
- Onderhoudsniveau zwerfvuil kantorenhaak
Hoog
Hoog
Hoog
Hoog
Hoog
- Onderhoudsniveau zwerfvuil overige gebieden
Basis
Basis
Basis
Basis
Basis
- Het percentage bewoners dat zich vaak ergert aan onkruid - Het percentage bewoners dat zich vaak ergert aan zwerfvuil
28%
26%
26%
26%
26%
34%
27%
27%
27%
27%
n.n.t.b.
Hoog
Hoog
Hoog
Hoog
n.n.t.b.
Basis
Basis
Basis
Basis
Bron: BOR in Beeld, gemeente enquête (1x per 2 jr.)
Een openbare ruimte die heel en veilig is B
Een technisch onderhoudsniveau conform BOR in Beeld Indicator(en): - Onderhoudsstaat groenvoorzieningen binnenstad, kantorenhaak, parken - Onderhoudsstaat groenvoorzieningen overige gebieden
(2009) - Onderhoudsstaat verhardingen alle gebieden
Basis
Basis
Basis
Basis
Basis
- Het onderhouden van de openbare verlichting en reparatie van schades binnen normtijden - Het percentage bewoners dat tevreden is over het onderhoudsniveau groenvoorzieningen - Het percentage bewoners dat tevreden is over het onderhoudsniveau trottoirs - Het percentage bewoners dat tevreden is over het onderhoudsniveau wegdek - Het percentage bewoners dat tevreden is over het onderhoudsniveau fietspaden - Het percentage bewoners dat tevreden is over het onderhoudsniveau wandelpaden door het gras/park - Het percentage bewoners dat tevreden is over het onderhoudsniveau openbare verlichting
95%
95%
95%
95%
95%
56%
56%
56%
56%
56%
55%
55%
55%
55%
55%
64%
64%
64%
64%
64%
67%
67%
67%
67%
67%
66%
66%
66%
66%
66%
72%
72%
72%
72%
72%
4,8
5,0
5,0
5,0
95%
95%
95%
95%
Bron: inspecties, Ziut, gemeente enquête (1x per 2 jr.)
Een actieve betrokkenheid van bewoners bij hun leefomgeving C
Bewoners hebben voldoende invloed op gemeentelijk beleid en gemeentelijke activiteiten Indicator(en): - Tevredenheid bewoners over invloed op gemeentelijk beleid (minimum 1 en maximum 10)
(2009) 4,5
Bron: Gemeente- en wijk enquête
D
Wijk- en dorpsbudgetten worden actief ingezet door wijkpanels Indicator(en): - Aandeel van wijk- en dorpsbudgetten dat daadwerkelijk wordt besteed en gereserveerd
(2009) 97%
Bron: gemeente Leeuwarden
111
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Toelichting op de subdoelstellingen Een openbare ruimte die heel en veilig is Onderhoudsniveaus (A)
BOR in Beeld betekent voor Leeuwarden een hoog niveau in de binnenstad, de parken en de kantorenhaak. Alle overige gebieden in Leeuwarden worden op basis niveau onderhouden. In het beleid van Boarnsterhim is vastgelegd dat de gehele openbare ruimte op basisniveau wordt onderhouden. Dat wordt in 2014 ook doorgezet in het deel dat aan Leeuwarden wordt toegevoegd.
112
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Wat gaan we daarvoor doen? De belangrijkste prestaties om het programma te realiseren Prestatie Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
Een schone openbare ruimte -
Onkruidbestrijding in groen en op verharding op respectievelijk basis en hoog niveau
X
X
X
X
-
Het (laten) bestrijden van zwerfvuil in groen en zwerfafval op verharding op respectievelijk basis en hoog niveau
X
X
X
X
X
X
-
-
- Harmonisatie beleid Boarnsterhim Een openbare ruimte die heel en veilig is -
Het onderhouden van alle verhardingen op basis niveau met inachtneming van CROW normen
X
X
X
X
-
Het onderhouden van de groenvoorzieningen op basis respectievelijk hoog niveau
X
X
X
X
- Het onderhouden van de openbare verlichting
X
X
X
X
- Harmonisatie beleid Boarnsterhim
X
X
-
-
X
-
-
-
X
X
X
X
Een actieve betrokkenheid van bewoners bij hun leefomgeving - Uitvoering verbeterplan werkwijze gebiedsgericht werken -
Beheer van de wijk- en dorpsbudgetten inclusief afstemming met wijkpanels
Toelichting op de belangrijkste prestaties en de speerpunten Een schone openbare ruimte Speerpunten Beheer openbare ruimte
In 2014 gaat er veel aandacht naar het beheer van de openbare ruimte van het
en harmonisatie beleid
toegevoegde deel van Boarnsterhim. De (al ingezette) overdracht van de
Boarnsterhim (A)
verschillende onderdelen vraagt de nodige inzet. De harmonisatie van het beleid wordt gefaseerd opgepakt.
Algemeen Zwerfafvalvergoeding
De verwachting is dat er in 2013/2014 een zwerfafvalvergoeding aan gemeenten
(A)
wordt uitgekeerd n.a.v. het verpakkingenconvenant. Deze bijdrage zal worden ingezet bij de bestrijding van zwerfafval.
Onkruidbestrijding op
Op basis van de evaluatie die eind 2013 aan de raad wordt voorgelegd, wordt een
verharding (A)
keus gemaakt voor het vervolg. In Boarnsterhim wordt de DOB6-methode (selectieve toepassing van gif) gebruikt, dit beleid is in principe nog 2 jaar geldig na 1 januari 2014.
Risico Boarnsterhim
Het schoonhouden van de openbare ruimte in Boarnsterhim wordt in 2014 budgetgestuurd uitgevoerd, dus op basis van de hiervoor beschikbare middelen in voorliggende begroting. Er is sprake van achterstallig onderhoud in de openbare ruimte van Boarnsterhim. Daardoor komt de gewenste beeldkwaliteit onder druk te staan.
6
DOB staat voor Duurzaam Onkruid Beheer op verhardingen en is ontwikkeld om de ongewenste afspoeling van bestrijdingsmiddelen naar het oppervlaktewater terug te dringen.
113
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Een openbare ruimte die heel en veilig is Algemeen Uitvoeringsplan
Eind 2011 is het nieuwe verlichtingsbeleid door de raad vastgesteld. De lijn hierin is
openbare verlichting
feitelijk ‘Donker tenzij…’. Een belangrijk doel is het besparen van 10% van het
o.b.v. nieuw beleidsplan
energieverbruik van de openbare verlichting met ingang van 2020 ten opzichte van
‘Het donker belicht’ (B)
2010. Bij de uitvoering van de het plan zijn er diverse vragen gesteld over het weghalen van lichtmasten. In 2013 zijn de voorstellen op een aantal plaatsen aangepast in overleg met de wijkpanels. De uitvoering hiervan loopt door in 2014.
Bezuinigingen Begraafplaatsen (B)
De begraafrechten zijn niet kostendekkend. Vergelijking van de tarieven wijst uit dat Leeuwarden, zowel in Friesland als landelijk, net onder het gemiddelde zit. In 2010 zijn de begraafplaatsen flink opgeknapt en is een fors opwaarderingstraject (investeringsbedrag € 2,3 mln) afgerond. Het huidige kwaliteitsniveau van de Leeuwarder begraafplaatsen rechtvaardigt een tariefstijging van wederom 3% per 1-1-2014. Jaarlijks wordt hiermee een hogere opbrengst van circa € 18.000 gegenereerd. Door efficiencymaatregelen wordt het kostenniveau jaarlijks verlaagd met € 13.000 in de periode van 2011 tot en met 2014. Randvoorwaarde hierbij is dat nieuwe achterstalligheid in het onderhoud wordt voorkomen. In totaal wordt hiermee in een periode van 4 jaar een structurele bezuiniging gerealiseerd van € 125.000.
Risico Boarnsterhim
Het technisch onderhouden van de openbare ruimte in Boarnsterhim wordt met ingang van 2014 risico gestuurd uitgevoerd, dus op basis van prioritering binnen de beschikbare middelen. Het is bekend dat het onderhoudsniveau in het huidige Boarnsterhim lager ligt dan in Leeuwarden, daarmee komt vooralsnog de gewenste beeldkwaliteit onder druk te staan.
Brugbediening (B)
Voor de brugbediening zijn in 2013 en 2014 bezuinigingen opgenomen voor in totaal € 100.000. Door de aanleg van aquaducten in het kader van Bereikbaarheid Leeuwarden verdwijnen de komende jaren de Zwettebrug en de Drachtsterbrug. Van de resterende brug over het van Harinxmakanaal (Overijsselsebrug) wordt onderzocht of de bediening, en mogelijk het onderhoud, aan de provincie Fryslân overgedragen kan worden. Gelet op de duur van het besluitvormingsproces bij de provincie wordt deze bezuiniging later gerealiseerd dan gepland.
Een actieve betrokkenheid van bewoners bij hun leefomgeving Speerpunten Wijkondernemerschap
In diverse Leeuwarder wijken lopen experimenten met wijkondernemerschap. Zie
(C)
ook programma 4 Sociaal maatschappelijke ontwikkeling. Er wordt o.a. geëxperimenteerd op het gebied van onderhoud van de openbare ruimte. Er wordt bijvoorbeeld uitvoering gegeven aan een initiatiefvoorstel van de raad (april 2012) om het groenonderhoud te decentraliseren en dit waar mogelijk aan de wijk- en dorpsverenigingen over te laten. In Wytgaard en Heechterp-Schieringen en met een aantal scholen zijn hierover al afspraken gemaakt. De nadruk ligt hierbij op het verwijderen van zwerfafval en onkruid. In dit kader is ook het project ‘Groen, gezond voor mens en dier’ relevant. Ook daarbij worden diverse initiatieven van burgers en instanties in goede samenwerking opgepakt, waarbij de gemeente in veel gevallen een stimulerende en/of faciliterende rol heeft. Onderdelen hiervan die genoemd kunnen worden zijn o.a. inrichting moestuinen (Nylânsdyk, Bonifatiuspark, Heechterp-Schieringen), stadsboerproject in De Zuidlanden en aanleg bijenlint.
114
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Ontwikkeling toekomst
Beleidsbegroting
Als reactie op een aantal moties heeft de gemeenteraad in juni 2013 een denklijn
wijk- en dorpenbeleid
voor een toekomstig wijken- en dorpenbeleid van het college van B&W ontvangen.
(C)
De commissie Welzijn heeft aangegeven op basis van deze denklijn niet het verdere proces van het wijken- en dorpenbeleid in te willen gaan. Een belangrijk onderdeel van dat vervolgproces was een gesprek met de samenleving over de richting en de invulling van het nieuwe wijken- en dorpenbeleid. Zo’n gesprek is van belang voor het ontwikkelen van een toekomstbestendig wijken- en dorpenbeleid. Ook de nieuwe delen van de gemeente Leeuwarden moeten daarbij betrokken worden. De bedoeling was en is om het nieuwe wijken- en dorpenbeleid voor besluitvorming voor te leggen aan de gemeenteraad van de gemeente Leeuwarden na herindeling, in april 2014. Het proces op weg naar die datum wordt nog opnieuw ingericht.
Intensivering Wijk- en dorpenbeleid
De raad heeft in het richtinggevend debat in mei 2013 positief gereageerd op het
na herindeling
voorstel incidenteel een dorpenbudget beschikbaar te stellen voor de dorpen die nu
Boarnsterhim (D)
nog in Noord-Boarnsterhim liggen. Dat budget is in lijn met wat de huidige Leeuwarder dorpen krijgen. De nieuwe dorpen worden hiervoor straks wegwijs gemaakt in de gemeentelijke organisatie door inzet vanuit wijk- en dorpenmanagement. Binnen de huidige bezetting is dat, na de eerdere bezuiniging niet mogelijk. Daarom is ter overbrugging in voorliggende begroting een incidenteel extra bedrag van € 100.000 verwerkt voor de dorpsbudgetten en de inzet van een dorpenmanager.
115
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
116
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Programma: Algemene dekkingsmiddelen (15) Raadscommissie
Portefeuillehouder
Programmamanager
Bestuur en Middelen
Wethouder A. Ekhart
L. van Santen
Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000 Lasten en Baten totale programma
Rekening
2013
2014
2015
2016
2017
2012 Lasten
50.324
42.679
24.704
19.425
19.097
18.180
Baten
204.899
202.514
-194.500
-181.236
-179.217
-178.357
Saldo
154.575
159.835
169.796
161.811
160.120
160.177
Bedragen x € 1.000 Beleidsproduct
Totaal
Totaal
lasten
baten
Saldo
Algemene belastingen
1.332 42 104 3.053 16.068 4.106
-3.868 -153.285 0 -1.153 -9.299 -26.895
2.536 153.243 -104 -1.900 -6.769 22.789
Totaal
24.705
-194.500
169.795
Financieringen en beleggingen Gemeentefonds Onvoorzien Stelposten c.a. Algemene baten en lasten
Onderstaand worden de beleidsproducten nader gespecificeerd en (deels) toegelicht. Bedragen x € 1.000 Financieringen en beleggingen
Rekening Begroting Begroting
Raming
Raming
Raming
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Bespaarde rente
406 1.327 0 838
377 189 236 436
377 140 72 742
Totaal
2.571
1.238
1.331
353 140 72 740 1.305
353 140 72 740 1.305
353 140 72 740 1.305
Bespaarde rente
313 284 563 4.600
246 366 737 3.071
250 318 273 3.026
226 318 106 3.025
226 318 96 3.025
226 318 96 3.025
Totaal
5.760
4.420
3.867
3.675
3.665
3.665
3.189
3.182
2.536
2.370
2.360
2.360
Lasten Treasury Beheer deelnemingen Saldo van de financieringsfunctie
Baten Treasury Beheer deelnemingen Saldo van de financieringsfunctie
Saldo Financieringen en beleggingen Beheer deelnemingen De gemeente heeft aandelen in een aantal vennootschappen. Onder dit hoofd zijn enerzijds de toegerekende rentelasten over de boekwaarde van de aandelen opgenomen en anderzijds de verwachte dividendopbrengst.
117
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Saldo van de financieringsfunctie De investeringen die door de gemeente gedaan worden brengen een vermogensbeslag met zich mee. Om dit vermogensbeslag te kunnen financieren, trekt de gemeente vreemd vermogen aan of zet zij haar reserves en voorzieningen in. In beide gevallen brengt dit rentekosten met zich mee (te betalen rente aan derden c.q. bespaarde rente van reserves en voorzieningen). Deze rentekosten worden via de methodiek van de renteomslag toegerekend aan de investeringen en op deze wijze ten laste van de desbetreffende programma’s gebracht. Na de toerekening van de rente via de methodiek van de renteomslag aan de diverse programma’s resteert altijd een saldo. Voor de begroting 2014 bedraagt dit batige netto saldo € 201.000 (€ 273.000 minus € 72.000). Bedragen x € 1.000 Gemeentefonds
Rekening Begroting Begroting
Raming
Raming
Raming
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Algemene uitkering
34
38
42
Totaal
34
38
42
42 42
42 42
42 42
Algemene uitkering
143.454
141.122
153.285
141.199
138.922
136.170
Totaal
143.454
141.122
153.285
141.199
138.922
136.170
Saldo Gemeentefonds
143.420
141.084
153.243
141.157
138.880
136.128
Lasten
Baten
Algemene uitkering De algemene uitkering uit het Gemeentefonds beoogt gemeenten voldoende eigen middelen te verstrekken om haar taken uit te voeren. De omvang van het Gemeentefonds is gekoppeld aan de omvang van de Rijksbegroting met een aantal correcties. Nadat de omvang van het Gemeentefonds is vastgesteld wordt dit vervolgens verdeeld over de gemeenten op basis van zogenaamde objectieve verdeelmaatstaven. Deze verdeelmaatstaven moeten ertoe leiden dat iedere gemeente eenzelfde voorzieningenniveau in stand zou kunnen houden. De actuele ontwikkeling van de algemene uitkering voor de gemeente Leeuwarden wordt geschetst in paragraaf 3.2.1. Ontwikkeling financiële positie. Bedragen x € 1.000 Onvoorzien
Rekening Begroting Begroting
Raming
Raming
Raming
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Onvoorzien incidenteel
0
25
104
Totaal
0
25
104
104 104
104 104
104 104
Totaal
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
0 0
Saldo Onvoorzien
0
-25
-104
-104
-104
-104
Rekening Begroting Begroting
Raming
Lasten
Baten Onvoorzien incidenteel
Bedragen x € 1.000 Stelposten c.a.
Raming
Raming
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Nog te realiseren taakstellingen
2.738 0
3.560 0
3.053 0
Totaal
2.738
3.560
3.053
4.006 -643 3.363
3.534 -238 3.296
3.003 -751 2.252
Lasten Overige stelposten
118
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bedragen x € 1.000 Stelposten c.a.
Rekening
Begroting Begroting Raming
Raming
Raming
2012
2013
2016
2017
2014
2015
Baten Nog te realiseren taakstellingen
188 0
1.085 0
1.153 0
5.698 437
6.813 467
7.842 538
Totaal
188
1.085
1.153
6.135
7.280
8.380
-2.550
-2.475
-1.900
2.773
3.985
6.129
Overige stelposten
Saldo Stelposten c.a. Stelposten
In verband met de aanvullende bezuinigingen van het Rijk van € 6 miljard is rekening gehouden met een nadelig financieel effect voor de gemeente Leeuwarden van € 2,5 miljoen. Verder is een stelpost voor taakstellende bezuinigingen opgenomen voor een bedrag van € 2,9 miljoen in 2015; oplopend naar € 4,4 miljoen in 2016 en € 5,7 in 2017. Via het ramen van een stelpost wordt in de meerjarenraming over de jaren 2015 t/m 2017 al onderuitputting op kapitaallasten voorzien van ongeveer € 1.021.000 per jaar. In het begrotingsjaar zelf wordt deze stelpost nader ingevuld door de werkelijke verwachte onderuitputting als gevolg van het reëler ramen van de kapitaallasten. Bedragen x € 1.000 Algemene baten en lasten
Rekening Begroting Begroting
Raming
Raming
Raming
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Mutaties reserves
1.203 99 121 17.970 2.912 1.439 -1.482 18.740
1.160 146 396 6.628 4.252 1.361 1.408 18.690
1.164 156 390 873 1.780 1.274 1.724 8.708
Totaal
41.002
34.041
16.069
1.164 0 126 862 1.444 1.130 1.080 4.698 10.504
1.164 0 126 873 1.318 965 1.099 4.698 10.243
1.164 0 126 863 1.246 874 999 5.098 10.370
Mutaties reserves
0 86 0 9.748 611 270 21 20.806
0 137 271 7.294 446 0 58 23.410
0 147 264 -51 849 0 709 7.381
0 0 0 -51 996 0 721 1.563
0 0 0 -51 996 0 721 528
0 0 0 -51 996 0 721 1.165
Totaal
31.542
31.616
9.299
3.229
2.194
2.831
Saldo Algemene baten en lasten
-9.461
-2.424
-6.769
-7.274
-8.049
-7.539
Lasten Gemeentebrede indirecte kosten Kabellegging Arbeidsmaatr. en bovenformat. Algemene lasten en baten Werken voor derden Zorg voormalig personeel Saldi kostenplaatsen
Baten Gemeentebrede indirecte kosten Kabellegging Arbeidsmaatr. en bovenformat. Algemene lasten en baten Werken voor derden Zorg voormalig personeel Saldi kostenplaatsen
119
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bedragen x € 1.000 Algemene belastingen
Rekening Begroting Begroting
Raming
Raming
Raming
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Precariobelasting
1.293 1.034 1.150 484 18
1.410 989 923 434 23
1.429 1.055 1.148 448 25
Totaal
3.979
3.779
4.105
1.423 1.055 1.154 448 25 4.105
1.423 1.055 1.154 448 25 4.105
1.423 1.055 1.154 448 25 4.105
Precariobelasting
278 23.446 0 21 209
235 23.859 0 21 157
274 26.439 0 22 160
274 26.541 0 22 160
274 26.699 0 22 160
274 26.854 0 22 160
Totaal
23.954
24.272
26.895
26.997
27.155
27.310
Saldo Algemene belastingen
19.976
20.493
22.789
22.891
23.049
23.204
Lasten Heffing en invordering algemeen Onroerende-zaakbelastingen Waardering onroerende zaken Vergunningen en ontheffingen
Baten Heffing en invordering algemeen Onroerende-zaakbelastingen Waardering onroerende zaken Vergunningen en ontheffingen
120
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.2
Paragrafen
2.2.1
Lokale heffingen
Beleidsbegroting
Deze paragraaf gaat over het tarieven- en kwijtscheldingsbeleid aangaande gemeentelijke belastingen en overige heffingen. 2.2.1.a Algemeen De totale opbrengst aan belastingen en overige heffingen bedraagt in 2014 circa € 59,5 mln. Dit bedrag komt overeen met ongeveer 15% van de totale gemeentelijke baten. In tabel 3 zijn de opbrengsten van de lokale heffingen weergegeven: Tabel 3 Opbrengsten lokale heffingen Omschrijving heffing
Bedragen x € 1.000 Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
23.446
23.859
26.439
373
157
376
23.819
24.016
26.815
Afvalstoffenheffing
10.420
9.753
11.121
Rioolheffing
10.867
10.566
12.319
604
628
772
Algemene heffingen (programma Algemene dekkingsmiddelen) Onroerende-zaakbelastingen Precariobelasting Subtotaal Bestemmingsheffingen (overige programma’s)
Begraafrechten Hondenbelasting
431
416
493
Leges Burgerzaken
1.643
1.458
1.587
Parkeerbelastingen
2.694
2.925
3.013
Marktgelden
129
204
204
3.045
2.506
2.761
507
492
447
Subtotaal
30.340
28.948
32.717
Totaal generaal
54.159
52.964
59.532
Leges omgevingsvergunning Overige heffingen (m.n. leges)
2.2.1.b Tarieven gelijktijdig met begroting vaststellen en herindeling Boarnsterhim Aan de in deze begroting opgenomen belastingopbrengsten liggen bepaalde aannames rond de hoogte van de tarieven ten grondslag. De belastingtarieven en het tarievenbeleid worden daarom gelijktijdig met de begroting vastgesteld. Op die manier vormen de tarieven integraal onderdeel van de politieke discussie rondom de begroting. De formele vaststelling van de tarieven gebeurt bij het vaststellen van de belastingverordeningen in de raad van december. Het accent ligt dan op de fiscaal-juridische aspecten. Voor 2014 loopt dit vanwege de herindeling met Boarnsterhim wat anders. Op 17 juni 2013 is de nota uitgangspunten harmonisatie belastingen herindeling Boarnsterhim besproken in de commissie Bestuur en Middelen van de gemeente Leeuwarden om eventuele wensen en bedenkingen te kunnen aangeven. De commissie heeft toen aangegeven in grote lijnen zich te kunnen vinden in de door het college van burgemeester en wethouders geformuleerde uitgangspunten voor de belastingharmonisatie. De in de nota harmonisatie belastingen herindeling Boarnsterhim verwoorde uitgangspunten zijn ook de basis voor de in deze paragraaf opgenomen bedragen en tarieven. In januari 2014 neemt de nieuwe gemeenteraad van Leeuwarden een besluit over de belastingverordeningen 2014.
121
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
2.2.1.c Tarievenbeleid algemeen Het tarievenbeleid voor 2014 ziet er als volgt uit: x
Uitgangspunt voor de tarieven 2014 zijn de tarieven 2013 gecorrigeerd voor inflatie. Afhankelijk van de aard van de belasting wordt 1,0% inflatiecorrectie toegepast (overwegend prijsgevoelige heffingen, zoals de OZB) of 1,4% (overwegend loongevoelige heffingen, zoals de bouwleges). Eventuele extra verhogingen worden expliciet in deze paragraaf voorgelegd.
Bij vorenstaande tariefsaanpassing geldt een aantal uitzonderingen: x
Bij alle heffingen waar een relatie is tussen het gebruiken van een bepaalde voorziening/dienst en het betalen voor deze voorziening/dienst geldt een wettelijke maximumgrens van 100% kostendekking (afvalstoffenheffing bijvoorbeeld). Bij deze heffingen mogen de tarieven dus nooit zo hoog zijn dat de opbrengsten hoger zijn dan de kosten.
x
Indien wettelijk het tarief is gemaximaliseerd, wordt het maximaal mogelijke tarief gehanteerd (paspoorten rijbewijsleges bijvoorbeeld).
In tabel 4 wordt voor het deel van de heffingen waar de kostendekkendheid van belang is, een aantal basisgegevens over 2014 verstrekt. Tabel 4 Kostendekkendheid tarieven Soort heffing
Afvalstoffenheffing
Grondslag tarief
100%
% kosten
Stijging/daling
dekkend-
tarieven 2014
heid
t.o.v. 2013
100,0%
-/- 4,7%
100,0%
-/- 3,4%
100%
100,0%
0%
100%
Verrekening saldo na afloop van het jaar via reserve
kostendekking Rioolheffing
Verrekening saldo na afloop van het jaar via reserve
kostendekking Hondenbelasting
Toelichting
Verrekening saldo na afloop van het jaar via reserve
kostendekking Begraafrechten
Historisch bepaald
71,1%
Bruggelden
Historisch bepaald
27,2%
Marktgelden
Historisch bepaald
72,2%
Brandweerrechten
Historisch bepaald
46,4%
Havengelden
Historisch bepaald
44,7%
Historisch bepaald
100,0%
Historisch bepaald
22,5%
Historisch bepaald
70,7%
Leges: Historisch Centrum Leeuwarden Persoonsinformatie (uittreksels bevolkingsregister e.d.) Identificerende
In een aantal gevallen is
documenten (paspoort,
sprake van wettelijke
rijbewijs, etc.)
maximumtarieven
Advisering derden
Historisch bepaald
38,9%
Burgerlijke stand
Historisch bepaald
15,4%
Drank - en Horeca div.
Historisch bepaald
24,9%
Omgevingsvergunning c.a.
Historisch bepaald
79,1%
Kadaster landmeten
Historisch bepaald
14,0%
Verkeersbesluiten en
Historisch bepaald
85,4%
Kabellegging
Historisch bepaald
94,2%
Diverse vergunningen
Historisch bepaald
5,0%
burgerzaken
vergunningen
122
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Bij de historisch bepaalde tarieven zijn de tarieven in het verleden al of niet met een kostprijsberekening onderbouwd vastgesteld en zijn deze de jaren daarna steeds geïndexeerd voor de inflatie. Soms zijn extra verhogingen toegepast om de mate van kostendekkendheid te vergroten. Bij de tarieven met 100% kostendekking als grondslag zijn de tarieven gebaseerd op 100% kostendekkendheid. Op het moment dat om wat voor reden dan ook het idee ontstaat dat bepaalde tarieven onredelijk zijn (lees: te hoog), vindt incidenteel alsnog een kostprijsberekening of tariefvergelijking met andere gemeenten plaats om de redelijkheid van het tarief te toetsen. Voorzichtigheidshalve worden in Leeuwarden de kosten van heffing en invordering en de compensabele omzetbelasting in de meeste gevallen niet toegerekend aan de kostendekkende heffingen. Uitzondering op de toerekening van de omzetbelasting is de rioolheffing en uitzondering op de toerekening van de kosten van heffing en invordering is de hondenbelasting. 2.2.1.d Tarievenbeleid specifiek Voor een aantal belastingen (bijvoorbeeld OZB en rioolheffing) worden afwijkende uitgangspunten toegepast. In het bijzonder geldt dat voor een aantal afspraken dat in het kader van het collegeprogramma 2010 – 2014 is gemaakt rond het tarievenbeleid, gelet op het streven naar kostendekkendheid. Hierna wordt afzonderlijk op de verschillende belastingen ingegaan. 2.2.1.e Uitvoering Wet Waardering Onroerende zaken (Wet WOZ) Op grond van de Wet WOZ wordt jaarlijks de economische waarde van de onroerende zaken in Leeuwarden bepaald en vervolgens meegedeeld aan de belanghebbenden. Voor het belastingjaar 2014 geldt als waardepeildatum 1 januari 2013. Op basis van de uitkomsten van de taxaties tot dusverre wordt voor 2014 bij de woningen uitgegaan van een waardedaling van 5,8 % en bij de niet-woningen van een waardedaling van 7,0 %. Zie ook tabel 5 voor het verloop over de afgelopen jaren. Tabel 5 Stijgingspercentage WOZ-waarde t.o.v. voorgaande jaren Woningen Niet-woningen
2010
2011
2012
2013
2014
-/- 0,5%
-/- 2,9%
-/- 2,5%
-/- 5,0
-5,8%
1,0%
-/- 2,5%
-/- 3,7%
-/- 4,3
-7,0%
2.2.1.f Onroerende-zaakbelastingen (OZB) De OZB bestaat feitelijk uit drie afzonderlijke belastingen: x
Een belasting voor de gebruikers van niet-woningen.
x
Een belasting voor de eigenaren van niet-woningen.
x
Een belasting voor de eigenaren van woningen.
Bij de berekening van de tarieven OZB wordt van bepaalde vaste verhoudingen uitgegaan. Hiermee wordt beoogd om een stabiele lastendruk te bevorderen en daarmee de acceptatiegraad van de lokale belastingen. Tussen het gebruikers- en eigenarentarief is een vaste verhouding van 1 : 1,25. Daarnaast is er een ‘vaste’ verhouding tussen het aandeel van de woningen en de niet-woningen in de totale opbrengst. Met deze laatste verhouding wordt voorkomen dat verschillen in waardeontwikkeling tussen woningen en niet-woningen leiden tot verschillen in ontwikkeling van de belastingdruk. Tabel 6 Vaste verhoudingen opbrengsten OZB 2010
2011
2012
2013
2014
Woningen
39,0%
40,3%
40,3%
41,5%
43,3%
Niet-woningen
61,0%
59,7%
59,7%
58,5%
56,7%
100,0%
100%
100,0%
100,0%
100,0%
Totaal
In tabel 7 is voor een aantal jaren aangegeven wat het reële stijgingspercentage van de tarieven OZB (exclusief
123
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
correctie WOZ-waarde) is ten opzichte van het voorafgaande jaar: Tabel 7 Ontwikkeling tarieven OZB Omschrijving
2010
2011
2012
2013
2014
%-stijging t.o.v. voorgaand jaar
0,1%
-/- 0,5%
2,25%
1,5%
1,0%
Bij de stijgingen en dalingen van de tarieven in tabel 7 is geen rekening gehouden met de aanpassing van de tarieven als compensatie van de wijzigingen in de WOZ-waarde. In geval van een waardestijging worden de tarieven verlaagd; in geval van een waardedaling verhoogd. Dit heeft echter geen gevolgen voor de reële belastingdruk (opbrengst OZB blijft ongewijzigd). Ondernemersfonds Met ingang van 2009 is een ondernemersfonds in Leeuwarden ingesteld. Dit houdt in dat de tarieven van de OZB voor de niet-woningen in heel Leeuwarden met 5,5% extra verhoogd zijn en dat de meeropbrengst (€ 832.653 in 2014) volledig in een door de ondernemers zelf beheerd fonds gestort wordt. Dit fonds kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor de bekostiging van de Sinterklaasintocht. In 2011 heeft een evaluatie van het Ondernemersfonds plaatsgevonden. Op grond van deze evaluatie is begin 2012 door de gemeenteraad besloten de bekostiging van het Ondernemersfonds in de huidige vorm (5,5% opslag op de OZB) voort te zetten tot en met 2016. Eind 2016 vindt opnieuw een evaluatie plaats en wordt op basis van deze evaluatie een besluit genomen voor de periode 2017 en verder. 2.2.1.g Afvalstoffenheffing De afvalstoffenheffing dient ter bestrijding van de kosten van het inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval. Hier is sprake van een wettelijke inzamelplicht. In tabel 8 zijn de tarieven afvalstoffenheffing van de voorgaande jaren en de voorgestelde voor 2014 weergegeven: (in €)
Tabel 8 Ontwikkeling tarieven afvalstoffenheffing Omschrijving
2010
2011
2012
2013
2014 Daling 2014 t.o.v. 2013
Eenpersoonshuishouden
240,65
194,08
175,52
170,06
162,14
-/- 4,7 %
Meerpersoonshuishouden
275,56
252,30
263,28
255,09
243,21
-/- 4,7 %
Bij de tariefdifferentiatie tussen een- en meerpersoonshuishoudens werd tot en met 2010 van een vaste verhouding van 1 : 1,15 uitgegaan. Bij motie is op 15 december 2010 door de raad besloten om deze verhouding voor 2011 te wijzigen naar 1: 1,3 en voor 2012 naar 1: 1,5. Uitgangspunt voor de vaststelling van de tarieven van de afvalstoffenheffing is dat deze de kosten voor 100% moeten dekken. Ten opzichte van 2013 zijn de verwerkingskosten opnieuw licht gedaald. Tevens is het bedrag aan kwijtschelding gedaald door gebruik te maken van het landelijke Inlichtingenbureau, waardoor veel meer kwijtscheldingsverzoeken worden afgewezen. Daarnaast wordt een bedrag van € 500.000 onttrokken aan de Reserve egalisatie heffingen. Dit is ca. 5% van de opbrengst over 2013. In de financiële verordening is bepaald dat maximaal 2,5% van de opbrengst van het voorgaande jaar kan worden onttrokken. Deze bepaling is opgenomen om te voorkomen dat de tarieven te veel gaan fluctueren. Omdat er een aanzienlijk bedrag in de reserve zit (ca. € 2,8 mln eind 2013) is het echter alleszins verantwoord een ‘dubbele’ onttrekking te doen. De verwachting is dat de tarieven de komende jaren op het huidige niveau gehandhaafd kunnen blijven of misschien zelfs wel verder verlaagd kunnen worden. Dit komt door de omvang van de reserve en de verder dalende kosten. Tenslotte wordt in verband met de herindeling met Boarnsterhim eenmalig een bedrag van € 220.000 onttrokken in 2014. Dit bedrag is de zogenaamde BTW-component. In tegenstelling tot Leeuwarden verrekende Boarnsterhim dit in zijn tarieven. Voor 2015 en verder moet hier een structurele oplossing voor gevonden worden.
124
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
2.2.1.h Rioolheffing De kosten voor riolering worden aan de burgers in rekening gebracht via een afzonderlijke rioolheffing. Bij de kostentoerekening van de rioolheffing worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: x
100% kostendekkendheid. Basis van de kosten is het Gemeentelijk Rioleringsplan 2009 - 2012.
x
Eigenaren nemen 54% van de te verhalen kosten van het riool voor hun rekening en de gebruikers
x
Binnen het gebruikersdeel nemen de woningen 73% van de kosten voor hun rekening en niet-
46%. woningen 27%. De voorgestelde tarieven rioolheffing zien er als volgt uit: Tabel 9 Ontwikkeling tarieven rioolheffing Rioolheffing
Tarief
Tarief
Tarief
Tarief
Tarief
%-stijging
2010
2011
2012
2013
2014
2014 t.o.v. 2013
Eigenaren % van de WOZ-waarde Gebruikers woningen EPHH Gebruikers woningen MPHH Gebruikers niet-woningen
0,04889% 0,05754% 0,06127% 0,06545% 0,06956% € 60,05 € 60,95 € 60,95 € 51,37 € 59,22
0%
€ 77,06
€ 88,83
€ 90,08
€ 169,67
€ 190,47
€ 193,14
€ 196,04
€ 196,04
0% 0% 0%
€ 56,50
€ 63,43
€ 64,32
€ 65,28
€ 65,28
0%
€ 91,43
€ 91,43
(=> 10 m3) Gebruikers niet-woningen (< 10 m3) Vanwege het aanzienlijke saldo voor de rioolheffing in de reserve egalisatie heffingen (€ 1,6 mln) is voor 2014 de gebruikelijke correctie voor de inflatie (1,0%) achterweg gelaten. Het tarief voor de eigenaren wordt daarnaast verhoogd ter compensatie van de daling (gemiddeld) van de WOZ-waarde. Per saldo heeft deze verhoging echter geen gevolgen voor de hoogte van de aanslag. 2.2.1.i Hondenbelasting De hondenbelasting wordt geheven van de houder van een hond. In Leeuwarden wordt de hondenbelasting als bestemmingsheffing behandeld, waarbij de hondenbelasting dient ter dekking van de kosten voor hondenvoorzieningen (vervuiler betaalt). Eventuele overschotten of tekorten op het product ‘Hondenvoorzieningen’ worden verrekend met de Reserve egalisatie heffingen. De stand van deze reserve was begin 2013 ca. € 0,1 mln. Na onttrekking van een bedrag van € 21.265 uit de Reserve egalisatie heffingen kunnen de tarieven in 2014 verlaagd worden met 3,35%. Ook in 2014 wordt weer intensief gecontroleerd op het hondenbezit. Behalve voor het dekken van de kosten van de hondenvoorzieningen wordt de hondenbelasting gebruikt als instrument om het aantal honden te reguleren. Om die reden is sprake van een progressief tarief. De volgende progressie wordt gehanteerd: x
tweede hond, 1,5 maal het tarief van de eerste hond;
x
iedere volgende hond, 2 maal het tarief van de eerste hond;
x
voor kennels geldt 3 maal het tarief van de eerste hond.
125
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
In tabel 10 is de ontwikkeling van de tarieven over de afgelopen jaren aangegeven: Tabel 10 Ontwikkeling tarieven hondenbelasting Omschrijving
2010
(in €) 2011
2012
2013
2014
Daling 2014 t.o.v. 2013
Eerste hond
69,00
68,72
68,55
68,42
66,13
-/- 3,35%
Tweede hond
103,50
103,08
102,83
102,63
99,20
-/- 3,35%
Iedere volgende hond
138,00
137,44
137,10
136,84
132,26
-/- 3,35%
Kennel
207,00
206,16
205,65
205,26
198,39
-/- 3,35%
2.2.1.j Precariobelasting Vanwege de harmonisatie Leeuwarden met Boarnsterhim is er gekeken naar de precariobelasting voor de terrassen op gemeentegrond. In de gemeente Boarnsterhim wordt geen precariobelasting geheven voor het plaatsen van een terras op gemeentegrond. In de gemeente Leeuwarden wordt wel precariobelasting geheven voor het plaatsen van een terras op gemeentegrond, deze is onderverdeeld in drie (gebied)zones (zone 1 € 35,45, zone 2 € 17,71 en zone 3 € 8,85 per m2 per jaar). Het voornemen is om in 2014 nog maar met twee zones te werken; zone 1 (primair het topdeel van het stadscentrum van Leeuwarden) en de rest van de gemeente Leeuwarden is zone 2. Dit betekent wel een lastenverzwaring voor Boarnsterhim van geen precariobelasting naar € 9,74 per m2, voor de ondernemers in Leeuwarden in zone 2 betekent het een behoorlijke lastenvermindering van € 17,54 naar € 9,74 en voor de ondernemers in zone 3 betekent dit een lastenverzwaring van € 8,77 naar € 9,74. In een apart voorstel voor de belastingverordeningen 2014 (januari 2014) wordt hier dieper op ingaan. 2.2.1.k Leges Leges worden geheven voor door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten. De tarieven worden verhoogd met maximaal de inflatiecorrectie van 1,4%. 2.2.1.l Overige rechten Algemeen De tarieven van deze rechten worden verhoogd met de inflatiecorrectie van 1,4%. Het gaat hierbij onder andere om havengelden en marktgelden. Bruggelden De bruggelden worden verhoogd van € 6,50 naar € 7,00 en wijken hiermee af van de gemeentebrede indexering. De laatste verhoging vond plaats in 2011. Het tarief voor brugbediening buiten de reguliere tijden wordt verhoogd van € 55,00 naar € 60,00. Begraafrechten In het kader van het collegeprogramma 2010 – 2014 worden bij de begraafrechten in de periode 2011 – 2014 de tarieven jaarlijks –afgezien van inflatie - met 3% extra verhoogd. 2.2.1.m Kwijtscheldingsbeleid Het verlenen van kwijtschelding is aan wettelijke regels gebonden. Strenger toepassen van deze regels is toegestaan, ruimhartiger toepassen niet. Het beleid van de gemeente Leeuwarden is er altijd op gericht geweest om de wettelijke kwijtscheldingsmogelijkheden zo optimaal mogelijk te benutten. Daarnaast streeft de gemeente er naar de kwijtscheldingsregeling zo eenvoudig mogelijk voor de burgers toe te passen. De gemeente kan zelf bepalen welke belastingen al dan niet voor kwijtschelding in aanmerking komen. In Leeuwarden is kwijtschelding mogelijk van: De OZB woningen, de rioolheffingen woningen en de afvalstoffenheffing (met uitzondering van de extra container).
126
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Tabel 11 Kwijtgescholden belastingbedragen per belastingsoort per jaar Belastingsoort OZB Afvalstoffenheffing Rioolheffing Hondenbelasting Totaal
Rekening
Rekening
Rekening
(in €) Begroting
Begroting
2010
2011
2012
2013
2014
13.329
9.538
12.286
15.000
15.000
1.634.366
932.253
1.124.810
1.083.000
1.122.000
389.525
320.421
396.504
393.000
459.000
54.462
-1.906
1.026
0
0
2.091.682
1.260.306
1.534.626
1.491.000
1.596.000
2.2.1.n Lokale lastendruk In onderstaande voorbeelden wordt een benadering gegeven van de ontwikkeling van de lokale lastendruk in Leeuwarden over een aantal jaren. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de waarde van de onroerende zaak precies met het gemiddelde stijgingspercentage wijzigt in de loop van de jaren. In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat voor 2014 de reële belastingdruk (rekening houdend met inflatie) voor zowel particulieren als bedrijven licht daalt. Dit is echter een gemiddelde situatie, met name bij woningen met een hogere WOZ-waarde dan het gemiddelde is de daling groter. Voorbeeld 1: Hierbij wordt uitgegaan van een meerpersoonshuishouden, dat een eigen woning bezit met een WOZ-waarde in 2014 van € 164.000. Tabel 12 Ontwikkeling lokale lastendruk voor standaard meerpersoonshuishouden Belastingsoort
(in €)
2010
2011
2012
2013
2014
OZB
240
242
248
255
260
Afvalstoffenheffing
276
252
263
255
243
Rioolheffing
169
194
199
205
205
Totaal
685
688
710
715
708
-/- 2,4
0,4
3,2
0,7
-/- 1,0
Stijgingspercentage t.o.v. voorgaand jaar Voorbeeld 2:
Hierbij wordt uitgegaan van een eenpersoons huishouden, dat een huurwoning heeft met een WOZ-waarde van € 97.000. Tabel 13 Ontwikkeling lokale lastendruk voor standaard eenpersoonshuishouden Belastingsoort OZB Afvalstoffenheffing Rioolheffing Totaal Stijgingspercentage t.o.v.
2010
2011
2012
(in €) 2013
2014
0
0
0
0
0
241
194
176
170
162
51
59
60
61
61
292
253
236
231
223
-/- 2,0
-/- 13,4
-/- 6,8
-/- 2,1
-/- 3,5
voorgaand jaar Voorbeeld 3: Hierbij wordt uitgegaan van een ondernemer, die een eigen bedrijfspand heeft met een WOZ-waarde van € 2.345.000. Het waterverbruik is 4.300 m3 per jaar.
127
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Tabel 14 Ontwikkeling lokale lastendruk voor standaard bedrijf Belastingsoort OZB Rioolheffing Totaal Stijgingspercentage t.o.v.
(in €)
2010
2011
2012
2013
2014
15.090
14.136
14.186
14.713
14.630
4.297
4.808
4.893
4.978
4.965
19.387
18.944
19.097
19.691
19.595
0,0
-/- 2,3
0,7
3,1
-/- 0,5
voorgaand jaar Jaarlijks worden tal van onderzoeken gepubliceerd over de lokale lastendruk (Ministerie van Financiën, FNV, Consumentenbond, COELO, regionale dagbladen, etc.). Een van de bekendste onderzoeken is ‘Kerngegevens belastingen grote gemeenten’ van het onderzoeksinstituut COELO (verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen). In het betreffende onderzoek over 2013 wordt Leeuwarden gekwalificeerd als een gemeente met relatief lage woonlasten in verhouding tot de andere grote gemeenten. Zie verder ook www.coelo.nl. In onderzoeken naar lasten voor het bedrijfsleven wordt Leeuwarden over het algemeen als relatief duur gekwalificeerd. Dit komt vooral door de hoge tarieven voor de OZB niet-woningen. Zie bijvoorbeeld het jaarlijkse onderzoek van de Kamer van Koophandel Noord-Nederland (zie www.kvk.nl). Ook hier geldt dat door het gematigde tarievenbeleid van de afgelopen jaren de relatieve positie van Leeuwarden aan het verbeteren is.
128
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.2.2
Beleidsbegroting
Weerstandsvermogen
In deze paragraaf staat in welke mate de gemeente in staat is om onverwachte gebeurtenissen (risico’s) met een financiële impact op te vangen (met de weerstandscapaciteit). 2.2.2.a Aanleiding en achtergrond De gemeente Leeuwarden vindt het wenselijk om risico's die van invloed zijn op de bedrijfsvoering beheersbaar te maken. Door inzicht in de risico's wordt de organisatie in staat gesteld om op verantwoorde wijze besluiten te nemen, zodat de risico’s nu en de risico’s gerelateerd aan investeringen in een goede verhouding staan tot de weerstandscapaciteit van de gemeente Leeuwarden. Om inzicht in de risico’s van de gemeente te verkrijgen is er een risico-inventarisatie uitgevoerd. De resultaten daarvan komen in deze paragraaf aan de orde. De geïnventariseerde risico’s worden tevens afgezet tegenover de beschikbare weerstandscapaciteit zodat een uitspraak gedaan kan worden over het weerstandsvermogen van de gemeente Leeuwarden. 2.2.2.b Samenhang risicopositie gemeente Leeuwarden en totale weerstandscapaciteit Aangezien de weerstandscapaciteit uit een aantal componenten bestaat die ieder voor zich bedoeld zijn voor bepaalde groepen risico’s, is in figuur 2 schematisch de samenhang weergegeven tussen de totale risicopositie van de gemeente Leeuwarden en de totale weerstandscapaciteit: Figuur 2
In deze paragraaf komen de algemene risico’s aan de orde. In paragraaf 2.2.7 Grondbeleid worden de risico’s van de grondexploitaties uitgebreid behandeld en afgezet tegen de daarvoor beschikbare weerstandscapaciteit. Voor inzicht in de samenstelling van het risicoprofiel van de grondexploitatie wordt dan ook verwezen naar deze paragraaf. Bij het inventariseren van de risico’s grondexploitaties is onderscheid gemaakt tussen de risico’s van de grondexploitatie Zuidlanden en de risico’s van de overige grondexploitaties. De risico’s van de grondexploitatie Zuidlanden zijn vervolgens gesplitst in risico’s op korte termijn (2010-2015) en op lange
129
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
termijn (2016-2025). Dit is gedaan omdat voor deze drie groepen risico’s binnen de grondexploitaties twee onderdelen van de totale weerstandscapaciteit beschikbaar zijn. De risico’s op lange termijn van de grondexploitatie Zuidlanden kunnen en moeten worden opgevangen ten laste van het verwachte resultaat van die grondexploitatie. Voor de korte termijn risico’s van Zuidlanden en voor de risico’s van de overige grondexploitaties is de Reserve grondexploitatie als weerstandscapaciteit beschikbaar. Er is dus in dit verband ook belangrijk onderscheid tussen enerzijds de weerstandscapaciteit die bestaat uit de Algemene Reserve (AR) en Reserve grondexploitatie en anderzijds het resultaat van de grondexploitatie Zuidlanden. De genoemde reserves zijn daadwerkelijk per direct beschikbaar voor de korte termijn risico’s en kunnen daarom ook bij elkaar opgeteld worden. Het resultaat van de grondexploitatie Zuidlanden moet nog in de periode 2015-2025 gerealiseerd worden en kan dus niet samengevoegd worden met de genoemde reserves en is ook alleen beschikbaar voor de lange termijn risico’s van de grondexploitatie Zuidlanden. Daarom is het resultaat grondexploitatie Zuidlanden door middel van een stippellijn gekoppeld aan de totale weerstandscapaciteit. Risico’s verbonden aan de majeure projecten maken geen deel uit van de bovengeschetste totale risicopositie. Deze risico’s worden geïdentificeerd en beheerst binnen de betrokken projectaanpak en budgettair afgedekt binnen de betrokken projectbegroting. 2.2.2.c Resultaten risico-analyse
De geïnventariseerde risico’s zijn verwerkt door het simulatieprogramma van het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR). In figuur 3 worden de uitkomsten van die simulatie weergegeven. Figuur 3
Totale risico positie
Risico’s Grondexploitatie
Risico’s Zuidlanden
Algemene
Risico’s Overige
Korte termijn
Lange termijn
Risico’s
Grondexploitaties
risico’s Z’landen
risico’s Z’landen
€ 8,7 mln
€ 2,8 mln
€ 5,4 mln
€ 12,6 mln
(€ 8,6 mln)
(€ 3,2 mln)
(€ 5,8 mln)
(€ 12,4 mln)
Algemene
Reserve
Resultaat Grond-
Reserve
Grondbeleid
exploitatie Z’landen
€ 15,5 mln
€ 8,8 mln
€ 14,0 mln
Totale Weerstandscapaciteit
130
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Ten aanzien van de algemene risico’s’ is uit de simulatie als resultaat gekomen dat met 90% zekerheid gesteld kan worden dat voor die risico’s een weerstandscapaciteit van € 8,7 mln voldoende is. De top 10 van de in totaal 17 algemene risico’s die zijn geïnventariseerd staan in tabel 15 weergegeven. De risico’s staan in volgorde van invloed op het berekende totale bedrag van de algemene risico’s. Er is een kolom toegevoegd waarin de maatregel(en) worden aangegeven die zijn getroffen om het betreffende risico te beheersen. Na toepassing van die maatregelen blijft dan het gepresenteerde restrisico over. Ten opzichte van risico-inventarisatie in jaarrekening 2012 (de bedragen tussen haakjes) hebben zich de volgende veranderingen voorgedaan. Er zijn drie risico uit de top 10 verdwenen, namelijk: -
hogere dan geraamde rentekosten. Er zijn naar aanleiding van een eerdere overschrijding maatregelen getroffen om de raming van de rentekosten te verbeteren. Het risico blijft bestaan maar is minder groot geworden.
-
naheffing door foutief toepassen van fiscale wet- en regelgeving. In het kader van het zgn. horizontaal toezicht is er geen sprake meer van dit risico. Het is dus niet alleen uit de top 10 verdwenen, maar komt helemaal niet meer voor in de inventarisatie.
-
niet realiseren geraamde inkomsten OZB. Door mutaties in de totale lijst van risico’s verandert het gewicht van een risico van jaar op jaar. Dit risico is daar een voorbeeld van; het risico zelf is niet ingrijpend gewijzigd maar is uit de top 10 verdwenen omdat er nieuwe, zwaarwegender nieuwe risico’s bij zijn gekomen (of bestaande risico’s die eerder niet in de top 10 stonden hebben een groter gewicht gekregen).
Deze risico’s hebben plaatsgemaakt voor de volgende drie nieuwe risico’s in de top 10: -
risico op tekort Harmonie. Door de grote kans op een tegenvaller is dit risico in de top 10 verschenen.
-
leegstand. Door de stagnatie op de vastgoedmarkt neemt het risico op leegstand toe waardoor dit risico nu in de top 10 staat.
-
onvoldoende verzekerde eigendomen. Dit risico is niet noemenswaardig groter geworden maar door veranderingen bij andere risico’s is het relatief groter geworden en staat het om die reden in de top 10.
In de rangorde van de overige risico’s is niet veel veranderd, enkele risico’s zijn van plaats verwisseld maar de twee grootste risico’s zijn hetzelfde gebleven. Opvallend is wel dat het risico ‘garantstellingen en leningen’ net als in de jaarrekening weer een plaats is gestegen.
131
gemeenten en deskundigen resulteert in informatie en analyse ten behoeve van een zo goed mogelijke onderbouwing voor de MAUaanvraag. Daarnaast zijn voortdurend acties gaande die zich richten op het reduceren van
Meerjarig Aanvullende Uitkering (MAU) verwachten we jaarlijks minimaal € 6,5 miljoen compensatie voor het tekort. Het opgenomen risico betreft de kans dat we de MAU niet toegekend krijgen.
realiseren
aanvullende uitkering
(MAU)
informatie en analyse ten behoeve van een zo goed mogelijke onderbouwing voor de MAUaanvraag.
een jaarlijkse compensatie voor het tekort in de jaren 2013, 2014 en 2015. Bij een maximale toekenning
132
risicopercentage iets naar beneden bijgesteld.
gekregen van € 8,2 miljoen. Om deze reden is het
Aanvullende Uitkering (IAU) 2011 toegekend heeft
de gemeente Leeuwarden heeft een Incidenteel
aanvullend nadeel van €1,5 mln. Voorts is van belang dat
financiële positie worden geconfronteerd met een
houden. Dat zou betekenen dat we ten opzichte van de
toekenning van de MAU maximaal 7,5% eigen risico
opgenomen risico betreft de kans dat we bij een
Dit komt overeen met een van bedrag van € 3 mln. Het
structureel eigen risico van 5% (conform MAU van 5%).
positie van de gemeente is rekening gehouden met een
houden we 2,5% eigen risico (€1,5 mln). In de financiële
gemeenten en deskundigen resulteert in
Meerjarig Aanvullende Uitkering (MAU) verwachten we
voorbereiding. Oriëntatie bij andere
bijstandsuitkeringen. Door een beroep te doen op de
De aanvraag voor de MAU 2013-2015 is in
(Wet BUIG)
31.59%
overschrijding van ca. € 11 miljoen op de
€ 1.500.000 De komende jaren verwacht de gemeente een
bijstandsuitkeringen
(2)
80%
Overschrijding budget
2
reduceren van het tekort.
krijgen, gebruiken we het actieplan voor het
Maar ook als we de MAU niet toegekend
voorwaarde voor de toekenning van de MAU.
de uitgaven op de WWB. Een actieplan is een
De aanvraag voor de MAU 2013-2015 is in voorbereiding. Oriëntatie bij andere
34.12%
bijstandsuitkeringen. Door een beroep te doen op de
€ 6.500.000 De komende jaren verwacht de gemeente een
(Wet BUIG), niet
20% overschrijding van ca. € 11 miljoen op de
Maatregel
bijstandsuitkeringen
Invloed
Overschrijding budget
Opmerking
(1)
Max €
1
Kans
Gebeurtenis
Beleidsbegroting
Nr.
Tabel 15 Overzicht algemene risico’s
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Gebeurtenis
Garantstellingen en
leningen
Faillissement van CV
Blitsaerd
Risico op tekort
Harmonie
Nr.
3
(4)
4
(3)
5
(-)
90%
50%
20%
Kans
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Opmerking
€ 300.000
moment geen langdurige herfinanciering wil aangaan. Daarmee dreigt het continuïteitsprobleem. Als tegenmaatregel wordt door regelmatig contact gehouden om de voortgang van herfinanciering te volgen. De bank geeft op dit moment 3 maands
als vermogen inbrengen. In 2011 is als gevolg van liquiditeitsproblemen de storting conform de koepelovereenkomst geeffectueerd. Wegens mogelijk faillissement is de waardering van deze storting met 1,1 miljoen afgewaardeerd. Het maximale risico betreft nu dan € 1,1 miljoen.
plaatsgevonden in 2011. De Harmonie heeft de aanbevelingen hieruit grotendeels opgevolgd. Verder onderzoek heeft in 2012/2013 plaatsgevonden. De conclusie hieruit is dat in de exploitatie van de Harmonie
recette). De Harmonie heeft voor 2013 een sluitende begroting gepresenteerd, echter met opsouperen van alle eigen reserves. Er blijft een gerede kans op een tekort in 2013.
133
bedrijfsvoering van de Harmonie heeft
voor sterk teruglopende bezoekersaantallen (en dito
Onderzoek naar de financiën en
het risico wel op de loer liggen.
continuïteit niet direct in gevaar, maar blijft
moeilijke positie. De aanhoudende recessie heeft gezorgd
Stadsschouwburg De Harmonie zit financieel in een
verleden financiering heeft verstrekt en op dit
kredietbrieven af. Daarmee komt de
grotendeels bepaald door de bank die in het
overeengekomen dat beide stille vennoten € 2.2 miljoen
De kans dat de CV Blitsaerd failliet gaat wordt
bank, afdeling bijzonder beheer.
volgen en onderhandelen met onder andere de
mensen samengesteld die het WTC Expo
trajecten als het WTC Expo is een team van
actuele informatie te krijgen. Voor bijzondere
lening is verstrekt met als doel de meest
nu frequenter de rechtspersonen aan wie de
Als tegenmaatregel bezoeken accounthouders
koepelovereenkomst met vastgoed de Friesche Wouden
5.88%
bericht kan de gemeente over het algemeen
7.29%
jegens gemeente kan voldoen. Bij tijdig
dan loopt de gemeente risico.
€ 1.100.000 De gemeente Leeuwarden is bij het vaststellen van de
gevolge ook niet meer aan de verplichtingen
Indien deze personen niet aan de verplichtingen voldoen,
gaan meesturen en nader onheil voorkomen.
persoon niet meer kan bijsturen en dien ten
Het risico ontstaat zodra een privaatrechtelijke
Maatregel
leningen verstrekt aan privaatrechtelijke rechtspersonen.
10.67%
Invloed
economisch beleid een aantal garantstellingen en
€ 3.334.393 De gemeente heeft voornamelijk in het kader van
Max €
Beleidsbegroting
WMO: risico van
budgetoverschrijding
7
(6)
20%
€ 500.000
procedures nooit volledig uit te sluiten en moeilijk voorspelbaar qua doorlooptijd en uitkomst.
gereserveerde bedragen voldoende zijn. Immers in verschillende jaren kan er een grote variatie in bijvoorbeeld het aantal en de omvang van de procedures
beleidsmaatregelen opgenomen om de stijging van de WMO-uitgaven te beheersen. Maatregelen die daarnaast steeds de aandacht hebben liggen op het gebied van de uitvoering, bijvoorbeeld scherp aanbesteden en het realiseren van efficiencyvoordelen daarin. De uitgaven in 2012 bleven binnen budget, met de constatering dat de uitvoering van de veranderagenda op schema ligt.
bestedingen binnen de beschikbare budgetten te houden. De kans blijft echter bestaan op een toenemend gebruik van de voorzieningen. De WMO is en blijft een open einde regeling en meer mensen, bijvoorbeeld als gevolg van vergrijzing, zullen een beroep doen op de WMO. Het doorvoeren van de maatregelen in de veranderagenda heeft resultaat gehad. Samen met het doorvoeren van de veranderagenda heeft de raad t/m 2013 incidentele middelen beschikbaar gesteld. Deze
134
betekent een risico op budgetoverschrijding.
middelen zijn in 2014 niet meer beschikbaar en dit
veranderagenda zijn diverse
veranderagenda maatregelen genomen om de
De raad heeft met het bezuinigingspakket in de
toegewezen. In de door de raad vastgestelde
plannen. Desalniettemin zijn juridische
lopende procedures). Het is echter onzeker of de
zijn en of kunnen er in één jaar grote claims worden
ontwikkeld beheerskader. Controle hierop is geborgd in de diverse interne controle
hiervoor centraal een voorziening ingesteld (voorziening
alertheid als het gaat om het kunnen optreden
In het algemeen is sprake van een grote
opgevoerd. Voor bekende, reeds lopende procedures is
1.31%
1.33%
van juridische en fiscale risico’s en een goed
Er worden jaarlijks procedures gevoerd en op basis van gemaakt van het bedrag dat hiervoor moet worden
€ 200.000
dan vooraf ingeschat
50%
situatie.
raad is in juni geïnformeerd over de financiële
opdracht aan de Harmonie aan te tasten. De
niet verder bezuinigd kan worden zonder de
de trend van de afgelopen jaren wordt een schatting
Maatregel
juridische procedures
Invloed
Meer/ingewikkelder
Opmerking
(7)
Max €
6
Kans
Gebeurtenis
Beleidsbegroting
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Leegstand
8
niet tot uitkering overgaat.
verzekerd tegen
geldende afspraken circa 22% voor rekening van de gemeente Leeuwarden, ofwel € 154.000.
Werkvoorziening
(Caparis NV) 2014
135
zelfde situatie als in 2013 en daarna een aflopend tekort.
Voor de inschatting van dit risico is uitgegaan van een
op € 0,7 miljoen. Hiervan komt in 2014 volgens de
Sociale
(10)
Het exploitatietekort van Caparis in 2014 wordt geraamd
Tekorten bekostiging
10
gaan en is de laatste 4 jaar niet voorgekomen.
deelnemende gemeenten.
besproken met de controllers van de
de begroting. De kwartaalrapportages worden
van het exploitatieresultaat ten opzichte van
gemeente geïnformeerd over de ontwikkeling
Via de kwartaalrapportages worden de
onverzekerd is geweest.
totale bestand. De laatste jaren lijkt dit door
0.81%
risico wordt gelopen dat achteraf een object
De inschatting is gebaseerd op een percentage van het
eigendommen aangescherpte controles en groter bewustzijn prima te
voor ‘vergeten objecten’ waardoor er geen
verzekeringspolis een clausule opgenomen
geïndexeerd (CBS). Daarnaast is in de
verzekerde waarden van de objecten
Conform de richtlijnen worden jaarlijks de
schade van
€ 75.000
ondanks een verzekering de verzekeringsmaatschappij
80%
eigendommen niet voldoende zijn verzekerd dan wel dat
niet voldoende soelaas bieden ontstaat een
exploitatie komt.
onvoldoende
vastgoedprotectie. Indien deze maatregelen
de boekwaarde op waardoor er een grotere druk op de
objecten of
worden verlaagd door de inzet van
(-)
opgelost, of dat de lasten tijdelijk kunnen
situatie van langdurige leegstand oploopt dan loopt ook
risico dat de vastgoedportfolio overstijgt.
de totale vastgoedportfolio kan worden
contracten waarmee het risico beperkt blijft. Indien de
0.87%
wordt eerst gekeken of het probleem binnen
Indien er sprake is van langdurige leegstand
Maatregel
ontstaat een risico. Veelal wordt gewerkt met langjarige
1.12%
Invloed
object voor langere tijd niet meer wordt verhuurd
De gemeente verhuurt een aantal objecten. Zodra een
Opmerking
€ 1.250.000 Hoewel zeer klein, bestaat de kans dat gemeentelijke
€ 440.000
Max €
Niet verzekerde
5%
20%
Kans
Beleidsbegroting
9
(-)
Gebeurtenis
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
2.2.2.d Weerstandsvermogen De actuele risicopositie is in totaal € 8,7 mln. Die risico’s dienen opgevangen te kunnen worden door de aanwezige weerstandscapaciteit, voornamelijk in de vorm van de AR. Alvorens in te gaan op de gewenste omvang van de AR in relatie tot de risicopositie, is het nuttig om alle functies van de AR in herinnering te roepen: a.
De AR is bedoeld voor het afdekken van algemene risico’s. Door het aanhouden van een reserve voor dit doel wordt voorkomen dat het beleid (drastisch) moet worden aangepast als één of meer risico’s zich in de werkelijkheid voordoen. Aldus wordt de stabiliteit en rust in het uitvoeren van beleid gecreëerd. De AR is dus een risicoreserve.
b.
De AR is bedoeld voor het verwerken van de jaarlijkse begrotingsresultaten. De gemeente Leeuwarden is gehouden om een structureel sluitende meerjarenbegroting vast te stellen. Dit betekent dat de structurele uitgaven en inkomsten in de laatste jaarschijf van de meerjarenraming minimaal aan elkaar gelijk moeten zijn. Begrotingstekorten en overschotten in de jaarschijven daaraan voorafgaand worden verrekend met de AR. Ook dit zorgt voor rust en stabiliteit omdat hierdoor geen bezuinigingen hoeven te worden doorgevoerd mocht in enige jaarschijf voorafgaand aan de laatste een begrotingstekort ontstaan. De AR is dus ook een egalisatiereserve.
c.
De AR dient bovendien als buffer voor het opvangen van diverse onvoorziene kosten die niet als een risico kunnen worden bestempeld of simpelweg niet als zodanig zijn herkend. Als er bijvoorbeeld iets voorgefinancierd moet worden of een bepaalde uitgave in tijd naar voren of naar achteren schuift. De AR fungeert dan in een begrotingsjaar als smeermiddel.
In de Midterm review (MTR) is als beleidsuitgangspunt aangegeven dat de verhouding tussen de risico’s en de weerstandscapaciteit 1,5 zou moeten zijn. Ofwel dat de AR 1,5 keer zo groot moet zijn als de uitkomst van de risicosimulatie. Toepassing van deze norm betekent, dat weerstandscapaciteit € 13,0 mln zou moeten bedragen. Het werken met een ‘overdekking’, moet gezien worden als een extra veiligheidsklep. Hierdoor zal het weerstandsvermogen, ook wanneer daar een fors beroep op wordt gedaan, minder snel c.q. in mindere mate onder het absolute minimum dalen. Daardoor ontstaat wat meer rust en ruimte om het weerstandsvermogen weer op het gewenste niveau te krijgen. Met absoluut minimum wordt bedoeld het berekende minimaal benodigde weerstandsvermogen voor het eerstvolgende jaar, afgezien van de overdekking. Het werken met een norm voor het weerstandsvermogen die hoger ligt dan de uitkomst van de risicoanalyse werkt dus in zekere zin stabiliserend. In de praktijk van het risicomanagement wordt de volgende classificatie gebruikt als het gaat om de beoordeling van de ratio tussen de aanwezige weerstandscapaciteit (beschikbare reserves) en de uitkomst risicoanalyse: Ratio
Betekenis
>2.0
Uitstekend
1.4-2.0
ruim voldoende
1.0-1.4
Voldoende
0.8-1.0
Matig
0.6-0.8
onvoldoende
<0.6
ruim onvoldoende
De in de MTR opgenomen ratio van 1,5 bevindt zich dus aan de onderkant van de klasse die als ruim voldoende wordt aangemerkt en lijkt daarmee een evenwichtige norm (niet te krap, niet te ruim). De actuele risicopositie van € 8,7 mln moet dus om te beginnen worden afgezet tegen de meest actuele prognose van de AR. Voor de begroting 2014 wordt de stand van de AR voor de periode 2014-2017 geraamd op € 15,5 mln. In de begroting is nog een post Onvoorzien opgenomen van € 0,1 mln die ook aangemerkt kan worden als weerstandscapaciteit. Het totaal van deze twee (AR € 15,5 mln + post Onvoorzien € 0,1 mln) bedraagt € 15,6 mln en zit dus € 2,6 mln boven het streefniveau dat voor het weerstandsvermogen is gedefinieerd (1,5 x € 8,7 mln = € 13,0 mln). Hierbij moet wel de kanttekening geplaatst worden dat de raming van de stand van de AR (2014) met meer onzekerheid is omgeven dan in voorgaande jaren het geval was.
136
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Daarmee komt de beschikbare weerstandscapaciteit uit op het gewenste niveau van 1,5 maal de actuele risicopositie en kan daarmee als ruim voldoende worden gekwalificeerd.
137
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.2.3
Beleidsbegroting
Onderhoud kapitaalgoederen
Deze paragraaf geeft een dwarsdoorsnede van het onderhoud van de gemeentelijke kapitaalgoederen (gebouwen, wegen, riolering, et cetera). Het beleidskader en de daaruit voortvloeiende financiële consequenties worden hier genoemd. Het onderhoud maakt ook onderdeel uit van de volgende programma’s: Economie en toerisme (recreatiegebieden en vastgoedbeheer), Milieu, energie en water (riolering) en Woon- en leefomgeving (onderhoud van verhardingen, waterwegen en kunstwerken, reiniging verhardingen, zwerfvuilbestrijding en openbaar groen). Per 1-1-2014 wordt het noordelijk deel van Boarnsterhim aan de gemeente Leeuwarden toegevoegd en neemt het areaal fors toe. In Boarnsterhim is als kwaliteitsniveau voor de gehele openbare ruimte ‘basis’ afgesproken. Dit wordt in 2014 voortgezet. Analoog aan de Leeuwarder niveaus zouden het centrumgebied van Grou en een cultuurhistorisch park in Grou mogelijk op een hoog niveau onderhouden kunnen worden. In 2014 wordt dit nader onderzocht. 2.2.3.a Beheersystematiek Het te beheren areaal aan kapitaalgoederen in de openbare ruimte (zoals wegen, riolering, groen) is opgenomen in diverse beheersystemen. Deze systemen ondergaan een migratie om zo tot een meer integrale afstemming te kunnen komen. Daarnaast zijn in de afgelopen periode inspecties uitgevoerd, op basis waarvan de onderhoudsplanning is geoptimaliseerd. De resultaten uit de inspecties zijn gebruikt: x
voor aanpassingen in middelen (bijvoorbeeld voor speelvoorzieningen structurele beheer- en onderhoudsmiddelen);
x
voor wijzigingen/bijstellingen in de bedrijfsvoering;
x
voor structurering van het proces areaaluitbreidingen.
2.2.3.b Omvang van het te onderhouden areaal Om inzicht te bieden in de onderhoudsopgave van de gemeente wordt in tabel 16 aangegeven wat de omvang van het te onderhouden areaal en de bijbehorende financiële middelen zijn. Tabel 16
Bedragen x € 1.000
Te onderhouden areaal in 2014* Onderhoud wegen
Begroting
Begroting
Begroting
2012
2013
2014
5.209
5.662
8.406
10.818
10.977
12.694
1.695
1.824
2.593
1.059
1.122
1.700
8.768
8.712
9.665
Onderhoud van ca. 638 ha verharding Riolering Onderhoud van ca. 633,7 km riool Onderhoud van ca. 12.100 inspectieputten Schoonmaken van ca. 49.250 straatkolken Reinigen van ca. 100 km riool Vervangen van ca. 6,0 km riool Kunstwerken 37 beweegbare bruggen (111.000 passages schepen) 491 vaste bruggen, tunnels, viaducten en steigers Water 12,99 km walmuren 25,44 km zware walbeschoeiing 53 km lichte walbeschoeiing 517 ha wateroppervlak (meren, kanalen en vaarten) 215 km (berm)sloot Groen Groene Ster (ca. 400 ha), Froskepôlle (ca. 13 ha), Lwd. Bos (ca. 110 ha), Hempenser Bos (110 ha) Gras ca. 231 ha
138
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Te onderhouden areaal in 2014*
Begroting
Begroting
Begroting
2012
2013
2014
Gazons ca. 163 ha Beplanting ca. 122 ha Bomen ca. 47.900 Reiniging verhardingen
1.568
1.503
1.553
106
104
109
29.223
29.904
36.720
Schoonhouden wegen en pleinen Onkruidbestrijding op ca. 257 ha Zwerfvuilbestrijding Zwerfvuilbestrijding op 564 ha Totaal
* De arealen zoals opgenomen zijn inschattingen voor de hoeveelheden stand 1-1-2014. Voor zover bekend is hierbij rekening gehouden met het noordelijk deel van Boarnsterhim. In de loop van 2014 zullen de arealen van Boarnsterhim op dezelfde manier als in Leeuwarden in kaart zijn gebracht.
Per saldo is het totale budget (excl. Boarnsterhim) vergelijkbaar met 2013. Enerzijds is sprake van een toename als gevolg van areaaluitbreidingen, waarvoor jaarlijks via onontkoombare uitzettingen en inkrimpingen budget wordt gevraagd, alsmede nominale ontwikkelingen. En anderzijds is er sprake van een afname als gevolg van onder meer balanssanering (water/kunstwerken) en ombuigingen op basis van het collegeprogramma. De diverse onderdelen van de openbare ruimte worden onderhouden in overeenstemming met de vastgestelde kwaliteitsniveaus bij Beheer Openbare Ruimte (BOR) in Beeld. Jaarlijks vinden er op gezette tijden schouwrondes plaats om te kijken of de afgesproken kwaliteit ten aanzien van het verzorgende deel in de praktijk ook wordt gehaald. Ten behoeve van een goed beheer van onze kapitaalgoederen is het gewenst dat er voorzieningen worden ingesteld voor de diverse kapitaalgoederen. Hierdoor wordt er een betere meerjarige borging ingebouwd voor het beschikbaar houden van de noodzakelijke middelen voor goed rentmeesterschap (lees: de afgesproken onderhoudsniveaus). Dit traject is in 2012 gestart en wordt in 2013 nader geëffectueerd. In 2014 worden er voorzieningen ingesteld voor spelen en baggeren. 2.2.3.c Wegen Het streefdoel om de staat van de verhardingen voor de gehele stad op kwaliteitsniveau ‘basis’ te onderhouden conform kwaliteitskeuzes ‘BOR in beeld’ geldt ook voor 2014. Het wegennet van de gemeente Leeuwarden omvat globaal 5,5 mln vierkante meter verharding. Onderhoud aan een dergelijk wegennetwerk vergt een gedegen meerjarenplanning. Het beheersysteem ‘MI-2 Wegen’ voorziet erin om een vijftal jaren vooruit te kijken wat betreft de uit te voeren werkzaamheden, waarbij de eerste twee jaren gedetailleerd kunnen worden vastgesteld. Op basis hiervan wordt jaarlijks de planning grotendeels vastgesteld bij de begroting. Dit betekent dat in het betreffende jaar slechts voor een klein deel kan worden ingesprongen op bijzondere situaties van schade, bijvoorbeeld als gevolg van vorst en gladheidbestrijding. Het uitgangspunt is dat werk met werk moet worden gemaakt. Dit betekent dat in voorkomende gevallen diverse werkzaamheden worden gecombineerd. Zo worden bijvoorbeeld herinrichtingen van bepaalde straten zo mogelijk gecombineerd met de vervanging van de riolering. In de praktijk wordt dan bekeken hoe door verschuiving het meest efficiënt gewerkt kan worden. In de tweede plaats wordt ernaar gestreefd om zoveel mogelijk overlast te voorkomen (bijvoorbeeld het opbreken van meerdere straten in één wijk). Beleidskader: - Evaluatie BOR in beeld (2009) - Gemeentelijk verkeers- en vervoerplan (GVVP) 2011-2025 - Relevante beleidsnota’s Boarnsterhim
139
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
2.2.3.d Riolering Eind 2008 is het verbrede Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) 2009-2012 door de raad vastgesteld. Accenten in dit GRP zijn: x
het op een verantwoorde wijze scheiden van vuil en (relatief) schoon water, het zogenaamde ‘afkoppelen’;
x
aandacht voor de grondwaterproblematiek.
Het GRP heeft een verbreding gekregen, omdat de gemeente via de Waterwet/Wet Gemeentelijke Watertaken ook zorgplichten voor de behandeling van afstromend hemelwater en het (ondiepe) grondwater heeft gekregen. Ook moet, waar nodig, rekening gehouden worden met de Kader Richtlijn Water. Binnen het GRP is de vervanging en het onderhoud van de riolering geregeld. De eerstkomende jaren wordt er circa 6 km riolering per jaar vervangen. Door de civieltechnische werken en andere activiteiten in de openbare ruimte zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen en in te plannen, wordt getracht de (verkeers)overlast te beperken en de middelen zo efficiënt mogelijk in te zetten. Dit houdt bijvoorbeeld in dat wegreconstructie- en rioleringswerkzaamheden voor zover mogelijk gecombineerd uitgevoerd worden. Soms leidt dit tot het doorschuiven of vervroegen van rioleringsprojecten. In verband met de fusie met een deel van Boarnsterhim is de looptijd van het huidige GRP 2012 verlengd tot en met 2014. In 2014 wordt een GRP voor de gehele nieuwe gemeente opgesteld. Beleidskader: - Verbreed gemeentelijk rioleringsplan 2009-2012 (december 2008) - Waterplan De Blauwe Diamant - Jaarlijks Beheerplan riolering - Relevante beleidsnota’s Boarnsterhim 2.2.3.e Water, kademuren, bruggen e.d. De gemeente heeft een onderhoudsplicht om watergangen en -partijen te baggeren. Daarnaast kan sprake zijn van de noodzaak van saneringen als het gaat om vervuild slib. In de afgelopen periode zijn een aantal baggerprojecten uitgevoerd. Bij de vaststelling van het baggeruitvoeringsprogramma 2008-2011 is afgesproken dat er voor de periode daarna duidelijkheid moest zijn over de overdracht c.q. de overname van het stedelijke waterbeheer door Wetterskip Fryslân. De kaders daarvoor zijn begin 2011 vastgesteld. Deze kaders zijn vrij ruim, zodat pas bij de uitwerking duidelijk wordt wat de concrete financiële consequenties voor de gemeente zijn. Wetterskip Fryslân wil uiterlijk 2015 met alle gemeenten concrete afspraken hebben gemaakt. In de Waterwet van 2009 is opgenomen dat de provincies uiterlijk december 2012 een verordening moeten hebben vastgesteld, waarin is geregeld wie per vaarweg de beheerder is. Inmiddels hebben Provinciale Staten besloten dat de kleinere recreatieve vaarwegen naar het Wetterskip gaan en de grotere recreatieve vaarwegen en de beroepsvaarwegen naar de provincie. Er is vastgelegd dat de gemeente de keus heeft om hun vaarwegen in goede onderhoudsstaat over te dragen of het achterstallige onderhoud af te kopen. Dit wordt nader uitgewerkt en de financiële consequenties worden in beeld gebracht. Omdat bovenstaande ontwikkelingen op relatief korte termijn (een groot) effect op het ‘gemeentelijke waterlandschap’ hebben en omdat het areaal aan gemeentelijke wateren redelijk op diepte is, ligt het niet in de rede nu al een meerjarig baggerprogramma op te stellen. Voor kleinschalig regulier baggerwerk is jaarlijks een bedrag van ca. € 330.000 beschikbaar. Eén keer in de 5 jaar vinden inspectierondes ‘civieltechnische kunstwerken’ plaats, waarbij de kunstwerken op veiligheid en technische staat worden gecontroleerd. Zo wordt inzicht verkregen in de staat van de kunstwerken. Als er tekortkomingen worden vastgesteld, volgen zo nodig nog gedetailleerde onderzoeken. De consequenties van de inspecties worden vertaald naar de meerjarenplanning met uitvoeringsmaatregelen, waarna ook de financiële gevolgen kunnen worden aangegeven.
140
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Beleidskader: - Waterplan De Blauwe Diamant - Baggerbeleidsplan gemeente Leeuwarden en meerjarenplan - Relevante beleidsnota’s Boarnsterhim 2.2.3.f Groen In 2010 is gestart met de technische inspectie van het openbaar groen. Op basis van de technische inspecties wordt de onderhoudstoestand in kaart gebracht. Naast de normale groeiomstandigheden zijn zaken als weersomstandigheden, stormschade, vernielingen en specifieke gebruikerswensen van invloed op de beheeren onderhoudsactiviteiten. In de opgestelde groenbeheerplannen worden, op basis van visies, eenmalige maatregelen of omvormingen voorgesteld. Die moeten vervolgens weer in het reguliere onderhoud worden opgenomen. De actielijst per groenbeheerplan wordt opgenomen in zogenaamde uitvoeringsprogramma’s en vertaald naar wijkprogramma's. Deze actielijst vormt, naast andere bronnen, ook de input voor de integrale werkplanning van de verschillende onderdelen in de openbare ruimte. De organisatie is hierbij zodanig ingericht dat de werkzaamheden in het kader van buurtonderhoud en leefbaarheid in de bedrijfsvoering groen zijn geïntegreerd. In 2010 is de conceptlijst met monumentale en waardevolle bomen geactualiseerd. Particuliere eigenaren van monumentale bomen hebben een aanbod gekregen om gebruik te maken van de kennis van gemeentelijke bomendeskundigen voor inspecties en klein onderhoud. Er is een aanvang gemaakt om de monumentale bomen op te nemen bij het actualiseren van de bestemmingsplannen. Dit wordt in 2014 vervolgd. Op basis van het collegeprogramma is reeds invulling gegeven aan een ombuiging op het gebied van onkruidbestrijding op verhardingen en ombouw van groen. Deze ombouw richt zich met name op verouderd groen, waarbij een beter aanzicht én goedkoper beheer wordt nagestreefd. Op basis van een evaluatie in 2013 van de heetwatermethode wordt de toe te passen methode voor 2014 bepaald. Relevante beleidsnota’s: - Evaluatie BOR in beeld (2009) - Bomenbeleidsplan - Groenbeleidsplan - Relevante beleidsnota’s Boarnsterhim 2.2.3.g Gebouwen Er zijn ongeveer 150 objecten (exclusief onderwijs) in beheer en onderhoud, met een totaal bruto vloeroppervlak van ongeveer 130.000 m². Hiervan is ongeveer 25.000 m² voor eigen gebruik (Stadhuis, Stadskantoor, Historisch Centrum Leeuwarden, pand Groeneweg 3 Stadstoezicht). Voor eigen gebruik wordt bovendien nog ca. 4.500 m² van derden ingehuurd (Sector Wijkzaken). Naast deze gebruiksobjecten worden circa 90 kunstwerken verspreid over de gemeente beheerd en onderhouden. De objecten kunnen als volgt nader worden getypeerd: Tabel 17 Gemeentelijk Vastgoed (objecten die in gebruik zijn bij gemeentelijke organisatieonderdelen)
21
Sociaal-cultureel Vastgoed (Buurthuizen, MFC, Harmonie e.d.)
39
Woningen
18
Sport objecten (was- en kleedruimtes en sporthallen)
34
Overige objecten
38
Totaal
150
Van de genoemde objecten vallen er 30 onder de categorie Rijks- of gemeentemonumenten.
141
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Het regulier onderhoud, zowel kleinschalig als grootschalig, wordt bepaald op basis van meerjaren onderhoudsplanning, gebaseerd op gebouwinspecties volgens de NEN 2767 systematiek. De eerste inspecties zijn eind 2008 uitgevoerd. In 2011 is, volgens de planning gestart met de herinspectie van de gebouwen om de actuele onderhoudsstaat vast te leggen. Deze her-inspectie wordt in 2014 voortgezet. Volgens plan worden in 2014 de laatste gebouwen opnieuw geïnspecteerd. Daarmee zijn alle gegevens weer up-to-date. De gebouwinspecties worden periodiek (eens per drie jaar) herhaald, zodat de onderhoudsbehoefte van de objecten wordt gecontroleerd en de meerjarenplanning wordt geactualiseerd naar de onderhoudsbehoefte van de vastgoedportefeuille. De verzamelde gegevens zijn ingevoerd in het beheersysteem, van waaruit meerjaren onderhoudsprogramma’s (MJOP’s) worden gegenereerd. Een MJOP is een hulpmiddel voor het bepalen van het uitvoeringsprogramma van het betreffende dienstjaar. In de begroting voor 2014 is voor het dagelijks onderhoud een bedrag van € 838.000 opgenomen. De storting in de onderhoudsvoorziening bedraagt in 2014 € 1.545.000. Voor het planmatig (groot) onderhoud wordt in 2014 een bedrag van € 1.310.000 onttrokken uit de onderhoudsvoorziening. De geraamde stand van de voorziening bedraagt ultimo 2014 € 1.047.000. Voor de periode 2015-2017 worden uitgaven voor planmatig onderhoud voorzien tot de volgende bedragen: 2015 € 1.472.000, 2016 € 1.839.000 en voor 2017 € 1.563.000. Ultimo 2017 bedraagt het saldo van de voorziening onderhoud dan € 1.557.000. Voor de beleidsperiode 2007-2010 was extra geld beschikbaar gesteld om nieuwe investeringen in sportaccommodaties te realiseren en om groot en achterstallig onderhoud bij een aantal panden weg te werken. Voor Kalverdijkje waren plannen gemaakt, waarbij het plan voor concentratie op sportcomplex Kalverdijkje Zuid prevaleerde. Voortschrijdend inzicht, met name bij de gebruikers van het complex, heeft er toe geleid dat de plannen zijn herzien. In 2013 is gestart met de aanpassingen op Kalverdijkje Noord voor de nieuwe fusieclub SC Leovardia. Hierdoor komt sportcomplex Insulinde te vervallen. Op Kalverdijkje Zuid resteren dan nog de inpassing van de rugbyclub en de renovatie van enkele was- en kleedruimten en de aanleg van een nieuw hockeyveld en renovatie van een bestaand hockeyveld. Definitieve planontwikkeling hiervoor wordt begin 2014 verwacht.
142
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.2.4
Beleidsbegroting
Financiering
Deze paragraaf gaat over het financieringsbeleid van de gemeente en het daaraan gerelateerde risicobeheer. 2.2.4.a Inleiding Bij financiering gaat het primair om het tegen zo laag mogelijke kosten aantrekken van financiële middelen in geval van een financieringstekort of het tegen zo hoog mogelijke vergoeding uitzetten van gelden in geval van een financieringsoverschot. Een en ander moet uiteraard gebeuren tegen aanvaardbare risico’s. De Wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO) geeft hier regels voor en spreekt van een ‘prudente’ financiering. De meest elementaire uitgangspunten rond de financieringsfunctie zijn vastgelegd in de Financiële verordening van de gemeente. Deze uitgangspunten zijn nader uitgewerkt in een door het college vastgesteld Financieringsbesluit. In Leeuwarden is al sinds jaar en dag sprake van een financieringstekort (niet te verwarren met een begrotingstekort). Dat wil zeggen dat er - ondanks een sluitende begroting - een tekort is aan liquide middelen. Om toch alle betalingen te kunnen uitvoeren die het uitvoeren van de voorgenomen begroting met zich meebrengt, moet er dus geld geleend worden. Daar is niets mis mee, mits alle uitgaven (waaronder de rente voor geleende gelden) maar gedekt zijn door middel van een sluitende begroting. 2.2.4.b Uitgangspunten renteontwikkeling in de begroting In de begroting 2014 is rekening gehouden met 3,5% rente voor aan te trekken langlopende geldleningen en 2,0% voor kortlopende financiering. Het omslagpercentage, het interne rentepercentage waarmee de rentekosten worden omgeslagen over de diverse investeringen, kan op basis hiervan worden verlaagd van 3,5% in 2013 naar 3,25% in 2014. 2.2.4.c Renterisicobeheer Onder renterisico wordt verstaan de gevoeligheid van de financiële positie van de gemeente voor renteschommelingen. Voorkomen moet worden dat de gemeente in financiële problemen komt in het geval de rente stijgt. Dit risico kan beperkt worden door de financieringsbehoefte zoveel mogelijk te spreiden over de jaren heen, zodat al te grote fluctuaties van de rentekosten voorkomen worden. De mate waarin deze spreiding aanwezig is, wordt uitgedrukt in de zogenaamde renterisiconorm. In de Wet FIDO is het renterisico bepaald op 20% van het begrotingsvolume. In tabel 18 wordt de renterisiconorm voor de komende jaren weergegeven. Tabel 18
Bedragen x € 1 mln
Renterisiconorm en renterisico
2014
2015
2016
2017
1a Renteherziening op vaste schuld o/g
0,0
0,0
0,0
0,0
1b Renteherziening op vaste schuld u/g
0,0
0,0
0,0
0,0
(per 1 januari van het betreffende jaar)
2
Netto renteherziening
3
Aflossingen
4
Rente risico
5
Begrotingsvolume
6
Het normpercentage
7 Rente risiconorm 8. Ruimte (+)
(1a-1b) (2+3)
0,0
0,0
0,0
0,0
22,5
22,4
22,4
22,1
22,5
22,4
22,4
22,1
389,2
389,2
389,2
389,2
20,0
20,0
20,0
20,0
(5*6/100)
77,8
77,8
77,8
77,8
(7-4)
+55,3
+55,4
+55,4
+55,7
Uit tabel 18 blijkt dat de gemeente Leeuwarden ruimschoots binnen de renterisiconorm blijft. Vooralsnog worden op dit terrein dan ook geen specifieke acties overwogen.
143
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Ook blijft de vlottende schuld binnen de vastgestelde kasgeldlimiet. Bij een begrotingsomvang van €388,9 mln bedraagt de toegestane kasgeldlimiet 8,5% van dit bedrag ofwel € 33,1 mln. Dit is het maximale bedrag dat met kort geld mag worden gefinancierd. 2.2.4.d Kredietrisicobeheer op verstrekte gelden Van de uitgezette gelden kan het volgende overzicht worden gegeven. Tabel 19 Verstrekte geldleningen Risicogroep
Bedragen x € 1 mln Met/zonder
Restantschuld in
Restantschuld in
(hypothecaire)
euro’s op
euro’s op
zekerheid
01-01-2013
01-01-2014
Woningcorporaties met garanties WSW
Zonder
3,4
2,0
Overige toegestane instellingen (volgens
Zonder
28,0
28,8
31,4
30,8
de Wet FIDO) Totaal
Omdat voor de leningen aan de woningcorporaties het Waarborgfonds Sociale Woningbouw garant staat en de overige leningen ondergebracht zijn bij ondernemingen met een goede kredietwaardigheid kan het risico als minimaal worden beschouwd. Verder zijn er voor € 28,8 mln leningen aan en aandelen in op afstand gezette bedrijven welke voorheen tot de gemeente behoorden dan wel voortvloeien uit gemeentelijke activiteiten. Hier zitten leningen bij met een aanzienlijk risicoprofiel. Zie hiervoor verder paragraaf 2.2.2 Weerstandsvermogen. Informatie over deze bedrijven is opgenomen in paragraaf 2.2.6 Verbonden partijen. 2.2.4.e Intern liquiditeitsbeheer De betrouwbaarheid van de liquiditeitsprognoses wordt vooral bepaald door de liquiditeitsprognoses van de investeringen. De voortgang van investeringen kan echter sterk beïnvloed worden door externe factoren, zoals milieu effect rapportages en bezwaarprocedures. Bij de huidige vrij stabiele renteontwikkeling zijn de financiële risico’s ten gevolge van misschattingen in het investeringstempo beperkt. 2.2.4.f Financieringsstrategie Bij de financiering van de gemeentelijke activiteiten en investeringen wordt uitgegaan van integrale financiering. Dat wil zeggen dat steeds gekeken wordt naar de totale financieringsbehoefte van de gemeente. Bij de huidige verwachtingen over de renteontwikkeling (lange rente hoger dan de korte rente) wordt eerst maximaal met kort geld gefinancierd. Pas wanneer de kasgeldlimiet (de limiet die aangeeft wat maximaal kort gefinancierd mag worden) wordt genaderd, wordt overgegaan tot het aantrekken van middelen op lange termijn. De termijn wordt daarbij bepaald door de lange termijn financieringsplanning. Voor het jaar 2014 wordt verwacht dat € 35 mln aan geldleningen moet worden opgenomen. In de Financiële verordening Leeuwarden 2010 is bepaald dat het college gemachtigd is tot 25% van het begrotingsvolume aan langlopende geldleningen aan te trekken. Voor 2014 is dit bedrag dus € 388,9 mln x 0,25 ≈ € 97,2 mln. De geraamde opname van € 35 mln valt hier onder. Tabel 20 Mutaties portefeuille opgenomen leningen Omschrijving
Bedrag in mln Gemiddelde rente euro’s
Stand op 1 januari 2014 Nieuwe leningen Reguliere aflossingen
Invloed op gemiddelde rente
317,5
3,93%
35,0
3,50%
-0,03%
-22,5
3,93%
-0,01%
Vervroegde aflossingen
0
0,00%
0,00%
Renteaanpassing (oud percentage)
0
0,00%
0,00%
Renteaanpassing (nieuw percentage) Stand per 31 december 2014
144
0
0,00%
0,00%
330,0
3,89%
-0,04%
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
2.2.4.g Schatkistbankieren Vanaf eind 2013 wordt schatkistbankieren ingevoerd. Gemeenten, provincies en waterschappen zijn verplicht hun tegoeden bij het Rijk onder te brengen. De tegoeden van de lagere overheden komen op de staatsbalans te staan en mogen van de staatsschuld worden afgetrokken, waardoor het financieringstekort van het Rijk lager wordt. Voor onze gemeente heeft dit naar verwachting nauwelijks effect op de rentelasten. 2.2.4.h Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF) Naar verwachting treed deze wet per 1 januari 2014 in werking. De Wet HOF regelt onder meer dat de Rijksoverheid en de decentrale overheden een gelijkwaardige inspanning leveren om het overheidstekort binnen de grenzen van de Europese doelstellingen te brengen en te houden. Het aandeel van elke gemeente in het overheidstekort wordt uitgedrukt in het zogenaamde EMU-saldo. De gemeente heeft administratieve maatregelen genomen om dit EMU-saldo op eenvoudige wijze te kunnen volgen. Vooralsnog zijn er geen sancties verbonden aan het overschrijden van het maximaal toegestane EMU-saldo door een individuele gemeente.
145
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.2.5
Beleidsbegroting
Bedrijfsvoering
Deze paragraaf geeft inzicht in de bedrijfsvoering van de gemeente Leeuwarden. 2.2.5.a Inleiding De bedrijfsvoering is primair een verantwoordelijkheid van het college. Het college ziet het dan ook als haar taak om te zorgen dat de organisatie de veranderende rol van de overheid uitdraagt en faciliteert. Van een overheid die zich ontfermt over maatschappelijke problemen en vraagstukken en daartoe beleid en voorzieningen ontwikkelt, transformeert de gemeente naar een overheid die ruimte biedt aan maatschappelijke initiatieven en deze stimuleert en faciliteert. Het college accepteert daarbij dat zaken fout kunnen gaan of dat oplossingen worden gevonden die niet onze eerste voorkeur hebben. Als het algemeen belang in het geding is treedt de gemeente krachtig op, als zelfredzaamheid en sociale structuren tekort schieten en mensen in het nauw dreigen te raken, biedt de gemeente een vangnet. Deze andere overheid heeft (weer) meer de kenmerken van een rechtsstaat dan van een verzorgingsstaat. Daarnaast blijft de gemeente als lokale en eerste overheid uiteraard onze reguliere diensten verlenen aan burgers, bedrijven en instellingen. Ook voor de komende jaren blijven teruglopende middelen een feit. Dat vertaalt zich vooralsnog in een nieuwe taakstelling van € 10 mln, waarvan een deel (naar verwachting € 1 - € 2 mln) op de bedrijfsvoering moet worden gerealiseerd. De nieuwe rol van de overheid en het realiseren van opnieuw een taakstelling op de gemeentelijke bedrijfsvoering vragen ook van de gemeentelijke organisatie andere manieren van werken en organiseren: à
nog betere antennes om maatschappelijke ontwikkelingen te onderkennen én daarin te participeren;
à
als één organisatie naar buiten treden, waarbij de structuren en samenwerkingsvormen van onze organisatie geen belemmering vormen om onze nieuwe rol gestalte te geven;
à
verantwoordelijkheden laag in de organisatie en meer ruimte voor gemeentelijke professionals, met name voor hen die ‘in het veld’ opereren;
à
minder overhead, zowel in het management als in de ondersteuning.
Een slanke en lenige organisatie is cruciaal voor het realiseren van de ambities van raad en college, om de financiën van de gemeente op orde te houden én een voorwaarde om snel en adequaat in te spelen op maatschappelijke ontwikkelingen en het Rijksbeleid. 2.2.5.b Uitgangspunten bedrijfsvoering Belangrijke uitgangspunten voor de relatie met burgers, bedrijven en instellingen, zijn onverkort van toepassing op onze organisatie en de bedrijfsvoering: à
samenwerken, niet alleen binnen de organisatie, maar ook met burgers en hun vertegenwoordigers zoals wijk- en dorppanels, instellingen, bedrijven en collega overheden;
à
ondernemerschap (in de organisatie heet dat persoonlijk leiderschap) staat voor een organisatiecultuur waarin professionals verantwoordelijkheid nemen en verantwoording afleggen over hun activiteiten en prestaties;
à
vertrouwen, levert niet alleen een goede en inspirerende werksfeer op waarin professionals zich gewaardeerd weten en beter presteren, het levert ook een bijdrage aan de zo noodzakelijk vermindering van regel- en controledruk. Zonder vertrouwen, is ondernemerschap onmogelijk.
Daarnaast levert de gemeentelijke organisatie (opnieuw) een bijdrage aan de nieuwe taakstellingen die nodig zijn om de gemeentelijke financiën op orde te houden. 2.2.5.c Wat willen we bereiken? Het college bouwt, samen met management en medewerkers aan een compacte en lenige organisatie waarin mensen het beste uit zichzelf kunnen en willen halen, die in staat is om de ambities van het (nieuwe) collegeprogramma te helpen realiseren en die adequaat kan inspelen op Rijksbeleid en maatschappelijke vraagstukken. De organisatie doet dit in de context van minder overheid, meer burger, bezuinigingen, overheveling van Rijkstaken en verdere profilering van de gemeente als meest nabije overheid.
146
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Een flexibele mix van vaste en flexibele formatie en externe inhuur is hiervoor noodzakelijk. 2.2.5.d Wat gaan we daarvoor doen? Uit de accountantsrapportages van de afgelopen jaren blijkt dat de gemeentelijke bedrijfsvoering goed ‘in control’ is. Ook het college is van oordeel dat de bedrijfsvoering een positieve bijdrage levert aan het realiseren van de ambities van de gemeente. Toch moet de organisatie de komende jaren blijven werken aan verbetering. 2.2.5.e De belangrijkste prestaties om de bedrijfsvoering te verbeteren Prestaties Incidenteel en Structureel
2014
2015
2016
2017
Organisatieontwikkeling x
personeelbeleid
X
X
X
-
x
doorontwikkeling organisatie
X
X
X
X
x
gemeentelijke herindeling
X
X
X
X
x
overheveling Rijkstaken
X
X
-
-
Blijven presteren met minder middelen x
vermindering overhead
X
X
X
X
x
personele krimp
X
X
X
X
x
nieuw controlemodel
X
-
-
-
Toelichting op de belangrijkste prestaties en speerpunten Organisatieontwikkeling Personeelbeleid
Ook het gemeentelijk HR-beleid dient bij te dragen aan het realiseren van onze ambities, inclusief die met betrekking tot de krimpoperatie en het oplossen van het vraagstuk van de toenemende boventalligheid. Het nieuwe Sociaal Akkoord dat niet langer een werk- en/of inkomensgarantie biedt is in 2013 geïmplementeerd en levert hieraan een belangrijke bijdrage. De invoering van de nieuwe gesprekcyclus (sturen op resultaten) en het implementeren van een strategische personeelplanning zijn belangrijke speerpunten.
Doorontwikkeling
Zowel de veranderende rol van de overheid als de noodzaak om opnieuw te
organisatie
bezuinigen op onze bedrijfsvoering, vragen om nieuwe vormen van werken en organiseren. 2013 is een jaar geweest van experimenteren. Vanaf 2014 worden de positieve resultaten van deze experimenten geïmplementeerd. De nieuwe organisatie waaraan wordt gebouwd is compact en lenig, met verantwoordelijkheden laag in de organisatie, meer ruimte voor gemeentelijke professionals en met weinig overhead en een hoog niveau van samenwerking. Met ingang van 2014 wordt de gemeentelijke bedrijfsvoering zoveel mogelijk ondergebracht in een shared service center (SSC). Mogelijk gaat het SSC (op termijn) meer diensten voor andere organisaties (gemeenten) verrichten.
Gemeentelijke herindeling
Na de herindeling met een deel van de (voormalige) gemeente Boarnsterhim per 1 januari 2014 dienen zich nieuwe kandidaten aan voor herindeling in de komende jaren. De voorbereidingen hiervoor worden opgepakt.
Overheveling Rijkstaken
De overheveling van Rijkstaken gaat gepaard met forse kortingen op de bijbehorende budgetten. Deze worden één op één doorvertaald in de gemeentelijke aanpak. Het is een operatie van een omvang die de gemeente nog niet eerder hebben meegemaakt en heeft zowel ingrijpende personele als organisatorische consequenties.
Blijven presteren met minder middelen Vermindering overhead
Om adequaat te kunnen functioneren binnen de context van de terugtredende overheid, moeten verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie worden belegd en ruimte gegeven worden aan gemeentelijke professionals. Hierdoor is minder overhead nodig. (Te) veel overhead vormt
147
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
zelfs een belemmerende factor. Zowel in het management als in de ondersteuning wordt de overhead teruggebracht. Leeuwarden heeft de ambitie om te gaan behoren tot de koplopergroep van vergelijkbare organisaties. Personele krimp
De komende jaren staan o.a. in het teken van de realisatie van de in het ‘oude’ collegeprogramma opgenomen bedrijfsvoeringstaakstelling. In totaal € 6,4 mln. Deze bezuinigingsopgave leidt tot een personeelsreductie van 80-100 fte. Naast de taakstelling uit het ‘oude’ collegeprogramma gaat het ook om personele krimp als gevolg van: à
Rijkskortingen op het participatiebudget (formatie van de sector Sociale
à
ingeboekte beleidsbezuinigingen, zoals boventalligheid onder het ambtelijk
Zaken, werkplein); personeel van Parnas; à
nieuwe taakstellingen op de bedrijfsvoering als gevolg van het nieuwe collegeprogramma.
Alles overziende is er sprake van een majeure operatie, waarvan het einde nog niet in zicht is. Nieuw controlemodel
Conform de aanbevelingen van de accountant zullen forse stappen gezet worden om een uniforme (concernbrede) werkwijze voor de uitvoering van de interne controle te implementeren. Deze nieuwe werkwijze wordt gekenmerkt door een gedifferentieerde risico gestuurde aanpak waarbij een goed evenwicht wordt verkregen tussen de omvang van de controlemaatregelen en het risicoprofiel van het proces in kwestie. De verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de interne controle wordt in de lijn, bij het management gelegd. Op concernniveau worden reviews uitgevoerd op de juiste werking van het systeem. Hierdoor wordt zekerheid geboden dat ondanks alle veranderingen waar de organisatie mee te maken krijgt, het werk wel binnen de van toepassing zijnde kaders en voorschriften wordt uitgevoerd.
148
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.2.6
Beleidsbegroting
Verbonden partijen
Deze paragraaf gaat het over het beleid en risicobeheer ten aanzien van verbonden partijen. Verbonden partijen zijn privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisaties waarin de gemeente zowel een bestuurlijk als financieel belang heeft. Aan beide voorwaarden moet tegelijkertijd worden voldaan. Gesubsidieerde instellingen vallen over het algemeen niet onder de definitie van verbonden partijen. 2.2.6.a Uitgangspunten verbonden partijen In de kadernota Verbonden partijen worden de gemeentelijke uitgangspunten genoemd welke de gemeente Leeuwarden hanteert ten aanzien van de verbonden partijen. 2.2.6.b Overzicht met verbonden partijen Het overzicht in tabel 21 is geen limitatieve opsomming. Een aantal verbonden partijen, dat in de fase van liquidatie is, ontbreekt door gebrek aan politieke relevantie. Tabel 21 Detailoverzicht van verbonden partijen gerangschikt naar juridische status Naam verbonden partij
Vestigings-
Zeggen-
plaats
schap
(in €)
Boekwaarde op 1 januari 2013 Deelneming
Lening
Totaal
Leeuwarden
459.6678
459.667
Leeuwarden
1.300.000
1.300.000
Leeuwarden
11
1.500.000
3.575.998
3.575.998
Stichtingen: 1.
St. Cultureel Centrum De Harmonie
7
2. St. Kredietbank Nederland 3. St. Proloog
9
10
1.500.000
Vennootschappen: 12
4.
WTC Beheer BV
5a.
Ontwikkelingsmaatschappij Westergo BV
5b.
Ontwikkelingsmaatschappij Westergo CV
6a.
Parkeergarages Leeuwarden CV
6b. 7.
Stichting Parkeergarages NV Afvalsturing Friesland (Omrin)
15
Leeuwarden Harlingen
10%
3.630
3.630
Harlingen
5,85%
226.89013
226.890
Leeuwarden
50%
2.394.970
Leeuwarden
42,8%
Leeuwarden
12%
163.361
163.361
142.368
2.537.338
5.400.000
5.400.000
8.
NV Fryslân Miljeu (Omrin)
Leeuwarden
50%
261.079
261.079
9.
BV Sport
Leeuwarden
100%
136.134
136.134
10.
Caparis NV
Drachten
22,2%
9.954
9.954
11.
Bank Nederlandse
Den Haag
0,21%
290.355
290.355
Gemeenten NV 7
Het bestuur van de Stichting Cultureel Centrum ‘De Harmonie’ wordt benoemd door de gemeente. Besluiten van het bestuur met belangrijke financiële gevolgen hebben de goedkeuring nodig van het college. Betreft het saldo in rekening-courant per 1 jan. 2013. 9 De gemeente heeft de bevoegdheid om 2 leden in de Raad van Toezicht te benoemen en de bevoegdheid tot het goedkeuren van de begroting en de jaarrekening van de KBNL. 10 Door een kredietfaciliteit en het aanstellen van een tijdelijk toezichthouder wordt de stichting tijdelijk als Verbonden Partij beschouwd. 11 Betreft het saldo in rekening-courant per 1 jan. 2013. 12 In 2010 heeft er een organisatorische en juridische reconstructie plaatsgevonden van het WTC concern. Hierbij heeft de gemeente Leeuwarden de aandelen verkocht. In ruil hiervoor heeft de gemeente statutair instemmingsrecht bij belangrijke bestuursbesluiten. Hoewel de gemeente in formele zin geen zeggenschap heeft, blijft door het instemmingsrecht de gemeente wel invloed houden bij belangrijke beslissingen. 13 Boekwaarde is niet geactiveerd. 14 De gemeente Leeuwarden levert 3 van de 7 bestuursleden waaronder de voorzitter. 15 Het eigen vermogen van NV Afvalsturing Friesland bedraagt per 31-12-2012 € 40.546.000. Als deelneming is alleen het aandelenkapitaal gewaardeerd omdat de gemeente Leeuwarden geen overheersende invloed heeft. 8
149
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Naam verbonden partij
Beleidsbegroting
Vestigings-
Zeggen-
plaats
schap
Boekwaarde op 1 januari 2013 Deelneming
Lening
Totaal
12a.
Enexis Holding NV
Rosmalen
0,0558%
84.150
84.150
12b.
Attero Holding NV
Den Bosch
0,0108%
16.287
16.287
12c.
Publiek Belang
Den Bosch
0,0234%
35.289
35.289
Elektriciteitsproductie BV 12d.
Tijdelijke vennootschappen n.v.t
433.578
1.224.022
1.657.600
Publieke Private Samenwerking (PPS): 13a.
GEM Beheer De Zuidlanden CV
13b.
GEM Beheer De Zuidlanden BV
13c.
Participatiemaatschappij BV De Zuidlanden
Leeuwarden
100%
38.651
56.651
Leeuwarden
100%
15.001
5.002
20.001
Leeuwarden
100%
18.000
120.000
138.000
14a.
Blitsaerd CV
Leeuwarden
49%
2.262.094
2.262.0920
14b.
Blitsaerd BV
Leeuwarden
50%
9.000
9.000
15a.
Kenniscampus CV
Leeuwarden
32%
15b.
Kenniscampus BV
Leeuwarden
33,3%
Gemeenschappelijke Regelingen :
Leeuwarden
1
17. Hûs en Hiem
Leeuwarden
1
18. Veiligheidsregio Fryslân
Leeuwarden
1
Drachten
1 stem/8
Fryslân 20. Fryske Utfieringstjinst Milieu en Omjouwing (FUMO)
320 5.545
16
16. De Marrekrite
19. Sociale Werkvoorziening
320 5.545
1
Grou
stem/28
2.2.6.c Beleidsvoornemens en risicobeheer verbonden partijen Hieronder wordt nader ingegaan op het algemeen belang, de beleidsvoornemens voor 2014 en de mogelijke risico´s van de verschillende verbonden partijen, voor zover hierover iets te vermelden valt. Daarbij wordt tevens aangegeven aan welke programma’s door de verbonden partij een bijdrage wordt geleverd. 1. Stichting Cultureel Centrum ‘De Harmonie’ Algemeen belang
Programma: 1
De stichting Cultureel Centrum ‘De Harmonie’ beheert en exploiteert de schouwburg (die eigendom is van de gemeente) en verzorgt de programmering en de distributie van een gevarieerd aanbod aan theater- en muziekvoorstellingen. Tevens verleent De Harmonie ondersteuning aan een aantal festivals en speciale culturele projecten.
Beleidsvoornemens voor 2014
In de statuten van de stichting is opgenomen dat de exploitatietekorten voor rekening van de gemeente komen. Dit heeft de afgelopen jaren geleid tot tegenvallers aan de zijde van de gemeente, zodat er gezocht is naar mogelijkheden om te bezuinigen. Aan de Harmonie is daarom opdracht gegeven een sluitende begroting te presenteren, passend binnen de huidige financiële kaders waarin rekening is gehouden met deze bezuinigingen. Echter door teruglopende
16
Bij gemeenschappelijke regelingen wordt de zeggenschap bepaald door het aantal gemeenten (aantal stemmen/aantal gemeenten).
150
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
bezoekersaantallen, vooral als gevolg van de economische crisis, loopt De Harmonie vermoedelijk opnieuw tegen een exploitatietekort aan. Het is van belang dat de financiën op orde komen, ook gelet op de ontwikkelingen in het Harmoniekwartier. Samen met de gemeente wordt aan een oplossing gewerkt, met als doel een evenwicht tussen het subsidieniveau en het programmaaanbod. In het licht van de herstelmaatregelen wordt ook de statutair bepaalde aansprakelijkheid van de gemeente voor de verrekening van een nadelig exploitatieresultaat opnieuw beoordeeld. Risico’s
Stichting Cultureel Centrum ‘De Harmonie’ heeft een B3-status. Dit houdt in dat werknemers van overheidsinstellingen die geprivatiseerd worden de arbeidsvoorwaarden houden die zij daarvoor hadden. Zo blijven ze bijvoorbeeld verzekerd bij het ABP. Arbeidsrechtelijk is dit een risico. Verder is de gemeente Leeuwarden op basis van de statuten gehouden eventuele ontstane exploitatietekorten van ‘De Harmonie’ voor haar rekening te nemen.
2. Stichting Kredietbank Nederland (KBNL) Algemeen belang
Programma: 5
Het bieden van hulp aan mensen die in financiële problemen zijn geraakt is een individueel belang van de persoon in kwestie. Het voorkomen, bestrijden en vervangen van woeker en andere ongewenste vormen van krediet is ook in het algemeen belang. Om die reden participeert de gemeente Leeuwarden in de Kredietbank Nederland (KBNL). Bovendien is de positie van de gemeente als toezichthouder wettelijk geregeld.
Beleidsvoornemens voor 2014
Geen.
Risico’s
Een groot aantal gemeenten waar de KBNL actief is, heeft leningen verstrekt aan de KBNL waarmee de leningen van de KBNL aan cliënten worden gefinancierd. De gemeente Leeuwarden heeft € 1,3 mln geleend aan de KBNL; de KBNL heeft ruim € 1,3 mln uitgeleend aan inwoners van Leeuwarden (ultimo 2012). Voor het risico op oninbaarheid worden door de KBNL voorzieningen aangehouden (er is daarom geen sprake van een belangrijk risico voor de gemeente Leeuwarden). De leningen zijn aangegaan voor onbepaalde tijd. De gemeente Leeuwarden noch de andere gemeenten zijn gehouden eventuele exploitatietekorten van de KBNL aan te zuiveren.
3. Stichting Proloog Algemeen belang
Programma: 2 Op de basisschool wordt de basis gelegd voor de toekomst van een kind. Alle openbare (speciale) basisscholen in Leeuwarden, Goutum, Lekkum, Techum en Wirdum hebben hun krachten gebundeld in de stichting Proloog (Primair Openbaar Onderwijs Leeuwarden). De stichting heeft zich als doel gesteld om de basis te leggen voor de toekomst van een kind en deze eerste etappe tot een succes te maken. De scholen van Proloog werken nauw met elkaar samen. Tegelijkertijd behoudt elke school z’n eigen onderwijskundige identiteit. Iedere school heeft een eigen onderwijsconcept, zoals Dalton, Jenaplan, Montessori, Vreedzame School, Brede School, Traditionele scholen (met combinatie- en jaarklassen). Door de kredietfaciliteit en het aanstellen van een tijdelijk toezichthouder wordt de stichting tijdelijk als Verbonden Partij beschouwd.
151
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsvoornemens voor 2014
Beleidsbegroting
Stichting Proloog kampt met een negatief eigen vermogen waardoor naast solvabiliteitsproblemen ook liquiditeitsproblemen zijn ontstaan. De gemeente heeft hiertoe in 2011 een noodkrediet beschikbaar gesteld. Tevens werd vanuit de gemeente een tijdelijk toezichthouder, tot maart 2013, aangesteld. Stichting Proloog heeft 2012 met een positief exploitatieresultaat afgesloten. Voor 2013 wordt gewerkt met een sluitende begroting. Het onderwijs wordt vrijwel volledig gefinancierd op basis van leerlingenaantallen waardoor het van groot belang is dat het leerlingenaantal dat in het MJP 2013-2015 worden gehanteerd ook minimaal wordt gehaald. De begroting gaat uit van een groei van het aantal leerlingen met 1% (33 leerlingen). Hoewel een groei (eventueel bewerkstelligd door betere profileringsmaatregelen) in stedelijk gebied nog wel mogelijk is (dit in tegenstelling tot het platteland waar overal sprake is van een aanzienlijke krimp), is dit een ambitieus uitgangspunt. In 2014 worden nadere afspraken gemaakt over terugbetaling van de kredietfaciliteit. In het kader van de herindeling met Boarnsterhim vindt onderzoek plaats naar een mogelijke fusie met BoboB (Bestuur openbaar basisonderwijs Boarnsterhim).
Risico’s
In 2011 dreigde een faillissement voor Proloog. Hiervoor is in 2011 een aantal maatregelen genomen zoals het versterken van de liquide positie door een kredietfaciliteit en het tijdelijke versterken met een onafhankelijke bestuurder als toezichthouder. De financiële situatie is sindsdien enigszins verbeterd maar nog steeds zorgelijk. Daarnaast is niet zeker of de doelstelling van 1 % groei van het aantal leerlingen wordt gerealiseerd.
4. WTC Beheer BV
Programma: 3
Algemeen belang
Het bewaken van het beleid van de vennootschap WTC Expo BV en het bewaken van de werkgelegenheid en economische impulsen.
Beleidsvoornemens voor 2014
Het WTC stelt zich ten doel om meer beurzen en andere activiteiten te organiseren om op die manier de bezettingsgraad van de hallen te verbeteren. Door kostenbeheersing moet het bedrijfsresultaat verbeteren. De gemeente Leeuwarden is slechts op afstand belanghebbende en bemoeit zich daarom liever niet inhoudelijk met het beleid.
Risico’s
De gemeente Leeuwarden heeft een lening verstrekt aan WTC Beheer BV. Door liquiditeitsproblemen heeft WTC Beheer BV uitstel van betaling gekregen voor achterstallige rente en aflossing tot 31 mei 2013. Gezien de huidige moeilijke marktomstandigheden is er geen zekerheid dat het afgesproken rente- en aflossingsschema wordt gerealiseerd. Het risico is afhankelijk van de uitkomsten van de onderhandelingen met de Rabobank over de voorwaarden voor kredietverlening in relatie tot de gemeentelijke vorderingen.
5a. Ontwikkelingsmaatschappij Westergo BV
Programma: 3 en 7
5b. Ontwikkelingsmaatschappij Westergo CV Algemeen belang
Duurzame economische ontwikkeling van de industrie en zeehaven in Harlingen onder meer door het verwerven van daartoe bestemde gronden, voorts het initiëren en intensiveren van de samenwerking van de provincie met gemeenten en bedrijven in de Westergozone (gemeenten Leeuwarden, Menaldumadeel, Franekeradeel en Harlingen)
Beleidsvoornemens voor 2014
Eind 2012 heeft het college van GS van Fryslân S besloten te stoppen met de huidige constructie (CV/BV). Voortzetten van de huidige constructie vraagt
152
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
volgens PS te veel nieuw kapitaal. De uittreding is statutair mogelijk maar heeft grote financiële consequenties voor Westergo CV. Deze financiële afwikkeling moet in 2013 worden afgerond. Hoe de samenwerking met de overige partijen daarna plaats vindt is onduidelijk. De rol van Leeuwarden is altijd zeer beperkt geweest en het ligt niet voor de hand dat dit gaat veranderen. Risico’s
Door het uittreden van de provincie (zowel als vennoot in de CV als aandeelhouder in de BV) komt de continuïteit van de CV Westergo in gevaar. In financiële zin is er geen risico voor de gemeente Leeuwarden, omdat de aandelen bij aanschaf niet op de financiële balans zijn gezet.
6a. Parkeergarages Leeuwarden CV
Programma: 7
6b. Stichting Parkeergarage Leeuwarden Algemeen belang
Het in eigendom verwerven, behouden, beheren en exploiteren van parkeergarages in Leeuwarden en in het bijzonder de parkeergarages Klanderij, Oldehoofsterkerkhof, Hoeksterend en Zaailand.
Beleidsvoornemens voor 2014
De bouw van twee nieuwe parkeergarages in de Reviusstraat en Oosterstraat vooral t.b.v. van de parkeerbehoefte voor bedrijven. Ook deze parkeergarages zullen worden geëxploiteerd door CV Parkeergarages. De nieuwe parkeergarages zullen vanaf 2014 in gebruik worden genomen. Over de wijze waarop het beheer en exploitatie door de CV wordt uitgevoerd moeten nog nadere afspraken gemaakt worden.
Risico’s
Door investeringen in nieuwe parkeergarages zullen aanloopverliezen ontstaan. In de reserve parkeren is hiermee rekening gehouden.
7. NV Afvalsturing Friesland (Omrin)
Programma: 12
8. NV Fryslân Miljeu (Omrin) Algemeen belang Beleidsvoornemens voor 2014
Zorgen voor de inzameling en verwerking van afval. Het is gebleken dat de capaciteit van de REC groter is dan verwacht. Dit komt omdat door de betere afvalscheiding er minder brandbaar restafval voor de REC binnenkomt. Het beschikbare afval heeft daarnaast een lagere calorische waarde (rendement). Om de REC zo optimaal te benutten en daarmee de doelstelling voor duurzame energieopwekking te realiseren heeft Omrin in 2013 een vergunning ingediend om het aantal ton voor de REC uit te breiden van 228 naar 280 ton.
Risico’s
De REC is in 2011 in gebruik genomen. Inmiddels zijn de benodigde milieuvergunningen afgegeven. Het niet volledig benutten van de capaciteit van de REC vormt op de langere termijn een risico voor de resultaten van de onderneming. Tot op heden heeft de REC bijgedragen aan lagere verwerkingskosten met als resultaat een lager tarief voor afvalstoffenheffing voor de inwoners. Voor de toekomst is dit derhalve niet zeker.
9. BV Sport Algemeen belang
Programma: 1, 2 en 11 De gemeente Leeuwarden heeft de activiteiten die dienen ter uitvoering van het gemeentelijk sportbeleid benoemd als diensten van algemeen belang. Door middel van een aanwijzingsbesluit is bv Sport aangewezen als beheerder en uitvoerder van die diensten. Het exploiteren van bepaalde sportvoorzieningen is in het algemeen belang, omdat exploitatie door private partijen tot een verminderde toegankelijkheid of tot het verdwijnen van voorzieningen kan leiden. Een ongewenst gevolg hiervan kan zijn dat de inwoners van de gemeente Leeuwarden minder sport gaan beoefenen.
153
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsvoornemens voor 2014
Beleidsbegroting
Buiten de reguliere doelstellingen die worden nagestreefd zijn er voor het jaar 2014 geen bijzondere beleidsvoornemens.
Risico’s
Geen
10. Caparis NV Algemeen belang
Programma: 5 Bij Caparis NV kunnen mensen die in aanmerking komen voor een WSWdienstverband te werk gesteld worden. Voor een deel van de WSW-ers is het niet haalbaar om bij een private of publieke organisatie te werken. Voor dat deel van de populatie is door de gemeente Leeuwarden samen met 7 andere gemeenten Caparis NV opgericht.
Beleidsvoornemens voor 2014
De toekomst van WSW is onduidelijk. De invoering van de Participatiewet is in verband met het sociaal akkoord dat in 2013 gesloten is tussen de sociale partners en het kabinet met een jaar uitgesteld (tot 1 januari 2015). Op een aantal onderdelen wordt de wet aangepast aan de inhoud van het akkoord maar er moet ook nog een groot aantal zaken verder uitgewerkt worden door de zogenaamde Werkkamer. Het is echter wel duidelijk dat de WSW vanaf 2015 geen nieuwe instroom meer kent, er geen middelen van het Rijk komen voor het herstructureren van de sector en de 8 aandeelhoudende gemeenten van Caparis zich op hun positie aan het beraden zijn als het om uitvoering van de Participatiewet gaat. Het bestuur van de GR SW Fryslân heeft zich aanvankelijk op het standpunt gesteld dat er eerst meer duidelijkheid over de Participatiewet moet komen alvorens verder te gaan met het verkennen van de toekomstige rol van Caparis NV. In de loop van 2013 wordt echter vooruitlopend daarop toch in GR-verband verkend wat die rol kan zijn.
Risico’s
Hoe langer de periode duurt waarin het onduidelijk is wat in de toekomst van Caparis NV verwacht wordt door de 8 gemeenten die in GR-verband als opdrachtgever fungeren, des te lastiger het voor Caparis NV is en wordt om een financieel gezonde bedrijfsvoering te realiseren. Door de aanhoudende onduidelijkheid bestaat het risico dat er exploitatietekorten ontstaan.
13a. GEM Beheer De Zuidlanden CV
Programma: 6 en 12
13 b. GEM beheer De Zuidlanden BV 13 c. Participatiemaatschappij BV De Zuidlanden Algemeen belang
Het realiseren van een woongebied en van gebieden voor dienstverlening ten behoeve van kantoren, commerciële voorzieningen, etc.
Beleidsvoornemens voor 2014
Begin 2010 heeft de raad besloten om de huidige samenwerking met de marktpartijen binnen de GEM aan te passen. Met uitzondering van Techum zijn de gronden door de gemeente overgenomen. Uit praktische overwegingen wordt de CV structuur vooralsnog in stand gehouden. Wel wordt de gemeentelijke commandiet, de participatiemaatschappij BV De Zuidlanden, in 2013 geliquideerd.
Risico’s
Doordat de gemeente de grondexploitatie alleen overneemt loopt de gemeente nu ook alleen het totale risico. Hoewel de nieuw opgestelde grondexploitatie een positief resultaat oplevert kunnen marktontwikkelingen dit resultaat beïnvloeden. De Reserve grondexploitatie is voor het opvangen van dit soort risico’s op grondexploitaties ingesteld.
154
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
14a. Blitsaerd CV
Programma: 6 en 12
14b. Blitsaerd BV Algemeen belang
Het realiseren van een woongebied voor 400 woningen in het dure segment.
Beleidsvoornemens voor 2014
De samenwerking met Vastgoed De Friesche Wouden continueren. De gemeente is alleen commanditaire vennoot in de CV en aandeelhouder van de BV.
Risico’s
Als gevolg van de achterblijvende verkopen komt de resultaatsprognose onder druk te staan. Vooralsnog is er sprake van een positieve exploitatie. In beginsel is het maximale risico voor de gemeente het verlies van het aandeel in het huidig vermogen van € 2,62 mln.
15a. Kenniscampus CV
Programma: 2 en 3
15b. Kenniscampus BV Algemeen belang
Gebiedstransformatie, kenniscirculatie; startende ondernemers (studenten).
Beleidsvoornemens voor 2014
In 2013 zijn de werkzaamheden van de 2e fase afgerond en is gestart met de bouw van de studentenhuisvesting. Deze worden begin 2014 opgeleverd. In eerste instantie gaat het om 1 woontoren. Wel is het streven om zo spoedig mogelijk ook de andere 2 woontorens te realiseren.
Risico’s
n.v.t.
16. De Marrekrite Algemeen belang
Programma: 3, 7, 11 en 12 Aanleg en onderhoud aanlegvoorzieningen watersport, onderhoud fietsknooppunten.
Beleidsvoornemens voor 2014
De deelnemende partijen (21 gemeenten en provincie) hebben een aantal jaren geleden besloten naast de waterrecreatie ook de landrecreatie (fietsknooppunten, routeborden) te gaan beheren. De doelstelling is op dit punt een provinciale dekking te realiseren. Dit betekent dat alle vaste wal gemeenten in Friesland deelnemer van de Marrekrite moeten worden. De Marrekrite heeft daarom alle nog niet deelnemende gemeenten verzocht om ook deel te nemen. Inmiddels hebben alle vaste wal gemeenten (de wadden eilanden dus niet) met uitzondering van de gemeente Ooststellingwerf (beheer bij recreatieschap Drenthe) hiermee ingestemd.
Risico’s
n.v.t
18. Veiligheidsregio Fryslân Algemeen belang
Programma: 4 en 10 De Veiligheidsregio Fryslân (VRF), bestaande uit de GGD, Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) en Brandweer Fryslân, is een gemeenschappelijke regeling van alle Friese gemeenten en verzorgt de wettelijke taken op het gebied van veiligheid en gezondheid voor alle inwoners van Fryslân. Het betreft voornamelijk de wettelijke taken, zoals bepaald in de Wet Publieke Gezondheid (WPG) en de Wet Veiligheidsregio.
Beleidsvoornemens voor 2014
De beleidsvoornemens van de Veiligheidsregio Fryslân zijn vertaald in de beleidsbegroting 2014, waarin op hoofdlijnen onderscheid wordt gemaakt in twee programma's: Openbare gezondheid en Veiligheid. Wat betreft het programma Openbare gezondheid zijn voor 2014 geen bijzonderheden te vermelden. Belangrijk onderwerp m.b.t. het programma Veiligheid (brandweerzorg) in 2014 betreft verdere implementatie en uitvoering van de geregionaliseerde brandweer. Aansluitend op de regionalisering en de verdere doorontwikkeling van de VRF wordt in het kader van good governance de bestuurlijke aansturing evenwichtiger en sterker gemaakt door het instellen van twee gelijkwaardige bestuurscommissies; gezondheid en veiligheid.
155
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Risico’s
Beleidsbegroting
De Veiligheidsregio Fryslân is nog volop in ontwikkeling om de bedrijfsvoering verder op orde te brengen. De veiligheidsregio heeft daarnaast te kampen met de invoering en overname van wettelijke taken met de implementatie en uitvoering van de regionalisering van de brandweerzorg. Dit vergroot de druk op de bedrijfsvoering.
19. Sociale Werkvoorziening Fryslân Algemeen belang
Programma: 5
Bij de GR SW Fryslân kunnen mensen die in aanmerking komen voor een WSW-dienstverband in dienst worden genomen. Deze mensen worden vervolgens te werk gesteld bij Caparis NV of worden onder begeleiding van Caparis NV gedetacheerd bij een reguliere werkgever. Voor de ontwikkeling en uitvoering van het WSW-beleid is door de gemeente Leeuwarden samen met 7 andere gemeenten de gemeenschappelijke regeling SW Fryslân opgericht. De colleges van de deelnemende gemeenten hebben de middelen en de bevoegdheden tot het gebruik daarvan die zijn verbonden aan de doel- en taakstelling van de WSW overgedragen aan het openbaar lichaam.
Beleidsvoornemens voor 2014
Voorgenomen wetgeving (Wet Werken naar Vermogen en Participatiewet) is door het Sociaal Akkoord tussen regering en sociale partners uitgesteld tot 1 januari 2015. Sociale partners en de VNG gaan in de Werkkamer plannen ontwikkelen voor de arbeidsmarkt, ook voor o.a. Beschut Werken. De GR gaat de voorgenomen herstructureringsplannen niettemin zoveel mogelijk –want er zijn geen middelen meer voor herstructurering van Rijkswege- ten uitvoer (laten) brengen in nauw overleg met betrokken gemeenten en Caparis NV. Hiervoor is door de gemeente een bedrag van totaal € 840.000 (cofinanciering) tot 2020 uitgetrokken. Dit bedrag blijft beschikbaar voor herstructureringsplannen. Daarmee wordt beoogd de bedrijfsvoering t.b.v. de WSW verder te verbeteren en de krimp op de WSW per 2015 voor te bereiden.
Risico’s
De GR heeft besloten om het verschil tussen de Rijksbijdrage enerzijds en de loonkosten WSW anderzijds niet meer via de exploitatie van Caparis NV te laten lopen, maar binnen de GR te houden. Hierdoor ontstaat een zogenaamd subsidieresultaat. Dit subsidieresultaat komt dan ook geheel voor rekening van betrokken gemeenten. Door het opschorten van de harmonisatie van de Rijksuitkering WSW met het Participatiefonds is de dekking voor de gemeenten voor het subsidieresultaat weggevallen. Deze dekking blijft dan ook in 2014 voor rekening van de Algemene Reserve. De GR treedt op als financier voor Caparis NV. Voor de leningen van de GR aan de NV zijn door de NV zekerheden gesteld in de vorm van hypotheek- en pandrecht. Het risico voor de GR bestaat daarin, dat Caparis NV in staat moet zijn om aan de vereiste aflossingsverplichtingen te kunnen voldoen en dat bij ingebrekestelling de waarde van de verkregen zekerheden niet toereikend is voor het aflossen van de financiering.
20. Fryske Utfieringstjinst Milieu en Omjouwing (FUMO) Algemeen belang
Programma: 13
Door het Rijk is in 2011 de verplichting opgelegd om voor iedere veiligheidsregio minimaal 1 Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) op het gebied van milieutaken (vergunningverlening, toezicht en handhaving) op te richten. De omvang van deze RUD moest dusdanig zijn dat voldaan wordt aan vastgestelde kwaliteitscriteria. In Friesland is eind 2012 de Fryske Utfieringstjinst Milieu en Omjouwing als Friese RUD opgericht. De FUMO is een gemeenschappelijke regeling van alle Friese gemeenten, de provincie en het wetterskip.
156
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsvoornemens voor 2014
Beleidsbegroting
2014 is het eerste jaar dat de FUMO in bedrijf is. Voor Leeuwarden betekent het tevens dat de gemeenschappelijke regeling regio Noord, de Milieuadviesdienst (MAD), op houdt te bestaan. De liquidatie van deze gemeenschappelijke regeling vindt in de eerste helft van 2014 plaats. In beginsel gaan alle medewerkers van de MAD over naar de FUMO.
Risico’s
De risico’s zijn in beginsel niet heel groot. Wel is er een inherent risico bij een gemeenschappelijke regeling dat alle deelnemers opdraaien voor eventuele tekorten. Dit risico was ook aanwezig bij de MAD. Doordat de MAD maar 15 gemeenten telt en het risico naar rato van het inwoneraantal werd verdeeld is door de oprichting van de FUMO het risico voor Leeuwarden kleiner geworden. Wel is er een eenmalig risico dat bij de liquidatie van de MAD nog tekorten ontstaan.
157
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.2.7
Beleidsbegroting
Grondbeleid
Deze paragraaf gaat over het grondbeleid van de gemeente en over het opvangen van de risico’s van grondexploitaties. 2.2.7.a Kaders van het grondbeleid In de nota Grondbeleid (2012) zijn de kaders van het grondbeleid vastgelegd. Leeuwarden kent een actieve grondpolitiek. Aan de hand van een tweetal thema’s, ontwikkelen en beheren, wordt het grondbeleid voor de komende jaren uitgevoerd. Daarbij bepalen de marktvraag en het woningbouwprogramma de mogelijkheden tot ontwikkeling. Locaties die vooralsnog niet in ontwikkeling worden genomen, krijgen een tijdelijke invulling waarbij deze invulling een meerwaarde heeft voor de directe omgeving. 2.2.7.b Visie op het Grondbeleid Er wordt de komende jaren (tot 2016) een vlakke ontwikkeling van de woningmarkt verwacht. De bubbel in de vastgoedmarkt is langzaam aan het verdwijnen. De verwachting is dan ook dat we door het ergste dieptepunt heen zijn. De onzekerheid over de arbeidsmarkt, de pensioenen en de huizen die ‘onder water’ staan veroorzaken weliswaar het huidige vertrouwensprobleem, echter hiertegenover staan de lage kosten voor (toekomstige) huizenbezitters. Denk hierbij aan de historisch lage hypotheektarieven en de lage overdrachtsbelasting. Al met al is de betaalbaarheid van de huizen terug op het niveau van voor de crisis in 2008. De huurwoningen is een ander verhaal. De productie van huurwoningen komt nagenoeg tot stilstand de komende jaren als gevolg van de huurdersheffing. Hierdoor ontstaat er meer druk op de onderkant van de woningmarkt. De kantorenmarkt is structureel aan het veranderen. De verwachting is dat er minder behoefte is aan kantoorruimte in de toekomst. Dit heeft enerzijds te maken met de huidige crisis en anderzijds met een afvlakkende werkgelegenheidsgroei. Ook trends zoals duurzaamheid, concentratie van kantooractiviteiten en flexibel werken hebben hun impact op de vraag naar kantoorruimte. Kwaliteit, multifunctionaliteit (voorzieningenniveau) en (dubbele) bereikbaarheid (auto en openbaarvervoer) van kantoorlocaties worden steeds belangrijker. Ook de gemeente Leeuwarden heeft te maken met een stijgende leegstand van ca. 11,6%. Dit is nog altijd lager dan het landelijk gemiddelde van 14,6%. Het prijsniveau van kantoren zakt en dit gaat nog even door de komende jaren. De verwachting is dat eigenaren hun panden gaan opknappen en verduurzamen waar dit mogelijk is. Voor andere kantoorpanden ontstaat vervangingsvraag. Voor Leeuwarden wordt deze vervangingsvraag tot 2020 op ca. 50.000 m2 bvo geschat. Hiervoor zijn de mogelijkheden in zowel binnenstedelijk als buitenstedelijk langs de Overijsselselaan de komende jaren toereikend. Ook bij bedrijventerreinen is er sprake van leegstand en dalende prijzen. Ook hier is de verwachting dat deze tendens nog even voortduurt. Net als bij kantoren is ook hier sprake van verduurzaming. Toch is de verwachting dat er ook behoefte is aan vervangende nieuwbouw. Door de leegstand in kantoorgebouwen op deze terreinen is er geen perspectief, zo blijkt uit landelijk onderzoek. In Leeuwarden zijn ook veel verouderde en slecht onderhouden bedrijfspanden. Daarnaast zijn er weinig middelgrote bedrijfsgebouwen beschikbaar. Herindeling Met ingang van 2014 zijn uit de voormalige gemeente Boarnsterhim de plannen ‘Grut Palma’ (woningbouw), ‘Spikerboor Zuid’ en ‘Frisia’ (bedrijventerreinen) toegevoegd aan het grondbedrijf. De gepresenteerde cijfers zijn gebaseerd op de uitgangspunten zoals die in de voormalige gemeente Boarnsterhim zijn gehanteerd. Woningbouw Door de stagnatie in de woningbouwproductie richt het grondbeleid zich samen met het woonbeleid op maatregelen om de productie op gang te houden. Nog niet in ontwikkeling genomen gronden worden later ontwikkeld dan bij de verwerving aangenomen. Er moet nu meer gekeken worden waar de gemeentelijke prioriteiten liggen. Voor de woningbouw liggen die in kleine huishoudens, sturen op planaanbod en een stabiel evenwicht aan de onderkant van de woningmarkt. Voor uitleglocaties heeft de gemeente jaren een actieve verwervingspolitiek gevoerd. De grootste uitleglocatie is de Zuidlanden waar maximaal 6500 woningen zijn gepland. De op 31 maart 2011 vastgestelde structuurvisie vormt de basis voor de bouw van de woningen, kantoren en voorzieningen. Binnen dat kader is de flexibiliteit in
158
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
de planontwikkeling vergroot ten opzichte van het Masterplan 2003: kleinere deelprojecten, meer inspelen op actuele woningvraag en specifieke woonwensen (‘niches’ in de markt), meer kansen voor lokale en regionale bouwers, corporaties en vrije kavels. De ontwikkeling van de Zuidlanden verloopt langzamer dan voorzien, voor 2014 wordt verwacht dat er 70 woningen worden verkocht, daarnaast wordt in 2014 gestart met de bouw van een supermarkt. Bij de planontwikkeling van het uitleggebied Blitsaerd is de samenwerking gezocht met een marktpartij in de vorm van een gezamenlijke exploitatiemaatschappij. De verkoop van kavels verloopt traag. In totaal zijn tot dusver ruim 100 woningen gebouwd in Blitsaerd. In verband met de tegenvallende verkopen dan verwacht, wordt eerst deelproject A afgerond, voordat er werkzaamheden in deelproject B plaatsvinden. In de bestaande stad is de Stedelijke vernieuwing in de Vrijheidswijk bijna afgerond. Het laatste deelgebied: Tolhuizen is in ontwikkeling. Een aantal andere binnenstedelijke locaties wordt in het samenwerkingsverband met marktpartijen aangepakt. Voor het westelijk gelegen terrein van de locatie ‘Bakker Postma’ wordt samen met een marktpartij momenteel nog gezocht naar de ontwikkelmogelijkheden. Op het oostelijk gelegen terrein van de locatie ‘Bakker Postma’ worden 22 huurwoningen gerealiseerd. Ontwikkeling van woningbouw in de dorpen vindt plaats bij Wirdum en Wytgaard. Het gaat om totaal 92 woningen, waarvan de kavels gefaseerd uitgegeven worden. Bedrijventerreinen In het verleden zijn genoeg agrarische gronden verworven om op termijn te ontwikkelen als bedrijventerrein. Deze uitbreiding van bedrijventerreinen is gepland aan de westkant van de stad en op langere termijn in Nieuw Stroomland. Door het vaststellen van een structuurvisie en een MER is het aanbod van bedrijventerreinen voor de lange termijn planologisch gewaarborgd. Regionaal vindt er afstemming plaats in het aanbod van de bedrijfsterreinen. Door het toepassen van de SER-ladder wordt het (her)gebruik van bestaande bedrijventerreinen gestimuleerd. Omdat de gemeente Leeuwarden reeds langere tijd terughoudend is in het aanleggen van nieuwe bedrijventerreinen, is de voorraad direct uitgeefbare bouwpercelen in onze gemeente niet overdreven groot. Actief grondbeleid De huidige grondvoorraad is ruim voldoende om de doelstellingen ten aanzien van woningbouw en bedrijventerreinen te realiseren. Actief grondbeleid blijft het uitgangspunt, maar richt zich vooral op uitvoering. Strategische verwervingen zijn slechts incidenteel aan de orde. 2.2.7.c Resultaatbepaling grondexploitatieprojecten Jaarlijks worden alle grondexploitaties volledig herzien. De relatie van de grondexploitaties met de Reserve grondexploitaties is volgens een aantal regels vastgelegd. Deze staan vermeld in de nota Grondbeleid 2012. 2.2.7.d Reserve grondexploitaties De Reserve grondexploitaties dient om de risico’s in de grondexploitatie op te vangen. Ten gunste van de reserve worden de positieve exploitatieresultaten gebracht. Indien er sprake is van verwachte negatieve resultaten wordt een voorziening ‘verliesgevende complexen’ gevormd ten laste van de Reserve grondexploitaties. Ook kan de reserve worden aangewend voor afwaardering van gronden. De Reserve grondexploitaties vormt dus de weerstandscapaciteit voor de risico’s in de grondexploitaties. Het bepalen van de omvang van de risico’s sluit aan bij de werkwijze die ook voor paragraaf 2.2.2 Weerstandsvermogen wordt gebruikt. De risico’s worden afgezet tegen de hoogte van de reserve. De hercalculaties die naar 1 januari 2013 geactualiseerd zijn (zie ook nota ‘Rapportage voortgang grondexploitaties 2012’) leveren het volgende beeld op: x
tussentijdse winstneming: rekening houdend met de regels van tussentijdse winstneming kan er uit de grondexploitaties Marnixveld/Bodeterrein, Leeuwarden Oost en Vrijheidswijk Tolhuis totaal € 0,43 mln toegevoegd worden aan de Reserve grondexploitaties. Dit vindt in 2013 plaats.
159
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
x
Beleidsbegroting
positieve resultaten: op waarde van 1-1-2014 laten de grondexploitaties een positief resultaat zien van € 1,0 mln. Dit resultaat komt in de komende jaren ten gunste van de Reserve grondexploitaties. In dit bedrag is al rekening gehouden met de tussentijdse winstnemingen van 2013 (€ 0,43 mln).
x
negatieve resultaten: de exploitaties Wirdum, Wytgaard, Businesspark 4, Newtonpark 4 en Frisia hebben een nadelig resultaat. Hiervoor is in 2013 ten laste van de Reserve grondexploitaties de voorziening negatieve complexen aangevuld met € 0,18 mln tot een bedrag van € 3,4 mln.
x
Bij de gronden die nog niet in ontwikkeling zijn genomen worden jaarlijks beoordeeld op boekwaarde versus marktwaarde. In 2013 zijn de rentelasten van Newtonpark 3 met €160.000 afgewaardeerd.
In tabel 22 staat een overzicht van de lopende grondexploitaties in 2013. De resultaten zijn vermeld op waarde per 1 januari 2014. Dat wil zeggen dat de waarde van het resultaat teruggerekend is naar die datum. Hierdoor zijn bedragen anders dan in de hercalculaties die de waarde op een andere datum laten zien. Tabel 22 Overzicht lopende grondexploitaties in 2014
Bedragen x € 1.000 Verwacht resultaat
Looptijd
op waarde 1-1-2014 WONINGBOUWLOCATIES
voordelig
nadelig
19
Vrijheidswijk Tolhuis
3
21
Vrijheidswijk Centrum
2014
359
51
Grut Palma
2014
77
2022
53
Wirdum Hikkemieden
-56
2021
56
Wytgaard uitbreiding
-105
2021
101 Techum (De Zuidlanden)
3
2016
102 Jabikswoude (De Zuidlanden)
406
2016
Totaal woningbouw
848
-161
BEDRIJVENTERREIN 70 Sportvelden Hemrik (FVC)
8
2019
77 Businesspark 4
-1.871
2028
84 Newtonpark fase 4
-1.483
2028
-97
2023
85 Frisia 86 Spikerboor
131
Totaal bedrijventerrein
139
-3.451
2014
Totaal
987
-3.612
Van de lopende deelexploitaties in De Zuidlanden is Wiarda niet in tabel 22 opgenomen. Deze deelexploitatie is nog niet in uitvoering genomen, waardoor het programma ook nog niet vaststaat. Wel is deze deelexploitatie meegenomen in de risicoberekening. Tabel 23 Verwachte ontwikkeling Reserve grondexploitaties Omvang reserve
Bedragen x € 1.000
2014
2015
2016
2017
2018
8.869
9.340
9.449
10.266
10.655
399
414
418
444
0
0
0
0
375
0
453
-
-303
-305
-54
-55
grondexploitaties per 1 januari Rentemutaties Afdrachten Algemene Reserve / SIOF Resultaten grondexploitaties Afwaardering gronden + overigen
160
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
2.2.7.e Risicobeheer Om te kunnen beoordelen of de weerstandscapaciteit voldoende is om de risico’s op te kunnen vangen en of afroming van de Reserve grondexploitaties mogelijk is, is een analyse gemaakt van deze risico’s. De omschreven risico’s zijn een inschatting per 1 januari 2014. Jaarlijks worden deze opnieuw bepaald, omdat de kans waarmee het risico zich kan voordoen kan wijzigen, er meer inzicht is verkregen in het risico, of het risico door maatregelen is beperkt. Dit jaar is aangesloten bij de systematiek zoals die vorig jaar ook al is gehanteerd voor paragraaf 2.2.2 Weerstandsvermogen. Dat houdt een verfijning in ten opzichte van de tot nu toe gehanteerde methode: risico = kans x effect. In de nieuwe systematiek wordt over alle risico’s ook een totaalkansberekening gemaakt, omdat niet alle risico’s zich tegelijkertijd voor doen. De aanpassing van de systematiek is begeleid door het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR). x
Milieuhygiëne, archeologie en cultuurhistorie in grondexploitatiegebieden Archeologische risico’s zijn er in De Zuidlanden. Deze maken onderdeel uit van het risicoprofiel van ‘De Zuidlanden’, zie verder onder De Zuidlanden.
x
Subsidies Bij de aanvraag van subsidies bestaat altijd de kans dat deze niet, of voor een lager bedrag toegekend worden. Dit wordt meestal veroorzaakt door het onverhoopt niet kunnen voldoen aan de subsidievoorwaarden, zoals het tijdig realiseren van de gesubsidieerde werkzaamheden. Op dit moment zijn er geen exploitaties waar nog subsidierisico’s spelen.
x
Planschade, nabetalingsverplichtingen, planologische proceskosten De planschades die nog niet met een planschadeovereenkomst geregeld konden worden en veroorzaakt worden door een ontwikkeling komen uiteindelijk ten laste van de Reserve grondexploitaties. Dit risico is gering. Uit oude koopovereenkomsten kunnen nabetalingsverplichtingen ontstaan, bijvoorbeeld als de gronden een andere bestemming krijgen dan overeengekomen. Indien bij verkochte kavels blijkt dat deze niet aan de gestelde eisen hiervan voldoen, kunnen kopers herstel eisen voor zover dit verwijtbaar is. Overigens wordt dan de aannemer die de werkzaamheden uitgevoerd heeft aansprakelijk gesteld. In de grondexploitaties wordt rekening gehouden met bestemmingsplankosten tot het vaststellen van het bestemmingsplan door de raad. Dit komt overeen met de uitgangspunten in de grondexploitatiewet. Voor proceskosten die daarna volgen is in de begroting geen rekening gehouden. Hiervoor dient de Reserve grondexploitaties als weerstandsvermogen. Voor bovengenoemde posten is een risico van totaal € 60.000 berekend.
x
De Zuidlanden Op basis van de risicoanalyse behorend bij de grondexploitatie is een onderscheid gemaakt tussen risico’s op korte en op lange termijn. Ook hier is de nieuwe systematiek van risicobepaling toegepast. Door de kansverdeling van de risico’s is een lagere weerstandscapaciteit nodig dan de optelsom van de afzonderlijke risico’s. De risico’s op lange termijn zijn geraamd op € 12,6 mln en kunnen door het geraamde resultaat (buffer) en de post onvoorzien in de grondexploitatie opgevangen worden. Voor de risico’s op korte termijn staat de Reserve grondexploitaties garant. De nieuwe risicosystematiek heeft het korte termijn risico bepaald op € 5,4 mln.
x
Ontwikkelrisico’s De bedrijventerreinen Businesspark 4 en Newtonpark 4 zijn nog in het beginstadium van ontwikkeling. Het risico bestaat dat de geraamde opbrengsten lager uitvallen. Als risico wordt daarom 5% van de geraamde verkopen van beide bedrijventerreinen berekend: totaal € 2,0 mln.
x
Gronden in voorraad Voor de ontwikkeling van bouwlocaties zijn diverse gronden aangekocht waarvan Newtonpark 3 de grootste voorraad heeft. Vooralsnog is de veronderstelling dat ontwikkeling niet vóór 2016 plaatsvindt. In de
161
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
verwachte ontwikkeling van de Reserve grondexploitaties is met dit risico rekening gehouden. Het risico dat ontwikkeling nog langer op zich laat wachten is berekend op € 0,15 mln. x
Strategische verwervingen De strategische verwervingen (Oldegalileën, Snekertrekweg en Zalen Schaaf) kunnen door de huidige markt later ontwikkeld worden dan in de haalbaarheidsberekening aangenomen was. In 2011 zijn deze aankopen naar verwachte opbrengstwaarde af gewaardeerd. Hiermee is het vertragingsrisico gereduceerd. Er resteert nog een risico (ca. € 2,2 mln) dat deze locaties minder op brengen dan verwacht. Voor de ontwikkeling van het Harmoniekwartier en de daarmee samenhangende risico’s van een onrendabele top is rekening gehouden in de projectopzet. Dit risico komt daarmee ten laste van het SIOF.
x
Bouwclaims Ten behoeve van het verwerven van gronden zijn in het verleden bouwclaimafspraken gemaakt. Dat wil zeggen dat in ruil voor het verkopen van de grond aan de gemeente de ontwikkelaar bouwrechten krijgt. Indien de gemeente niet tijdig aan deze verplichting voldoet, is de gemeente in een aantal gevallen een compensatiebedrag verschuldigd. De gemeente loopt achter bij het gemiddeld aantal aan te bieden woningen, bovendien worden door de marktomstandigheden locaties minder snel ontwikkeld. Er zijn nieuwe afspraken met bouwclaimhouders gemaakt waarbij de looptijd is verlengd tot 2024.
x
Marktrisico’s/vertraging De marktrisico’s hangen samen met de conjuncturele ontwikkelingen. De rente-nadelen die hierbij optreden zijn afhankelijk van het geïnvesteerde vermogen. Voor de bepaling van dit risico is uitgegaan van de rente-nadelen die optreden bij een vertraging van 2 jaar. Het risico komt hiermee op € 0,34 mln. De vertragingseffecten van De Zuidlanden zijn in het totale risicoprofiel van dit project opgenomen.
Op basis van de risico-inventarisatie volgens de NAR-systematiek bedragen de lopende risico’s (korte termijn) inclusief ‘De Zuidlanden’ € 8,2 mln. Met een stand van de reserve grondexploitaties van € 8,9 mln kan geconcludeerd worden dat de weerstandscapciteit voldoende is. Gelet op de zeer onzekere marktomstandigheden en de overname van grondexploitaties van Boarnsterhim is het echter niet opportuun om de reserve grondexploitaties af te romen.
162
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.2.8
Beleidsbegroting
Strategisch investeringsfonds (SIOF)
Met geld uit het Strategisch investerings- en ontwikkelingsfonds (SIOF) draagt de gemeente bij aan, veelal cogefinancierde, strategische projecten. 2.2.8.a Uitgangspunt Het Strategisch investeringsfonds (SIOF) is indertijd ingesteld voor het realiseren van de strategische lange termijn doelen van de gemeente door te investeren in de: x
Hoofdinfrastructuur (weg, water, spoor, lucht, telecommunicatie, terminals);
x
Economische infrastructuur bedrijfslocaties (nieuw en revitalisering) en investeringen in projecten ten behoeve van voor Leeuwarden belangrijke economische sectoren als agri-nutri, diensten, ICT, kennis, detailhandel/toerisme (in relatie daarmee ook binnenstad);
x
Woningmarktversterkende infrastructuur (m.n. herstructurering; er wordt namelijk vanuit gegaan dat woningbouwlocaties zoveel mogelijk rendabel (eventueel met behulp van externe subsidiestromen) zijn qua exploitatie);
x
Versterking van de sociale infrastructuur.
2.2.8.b Voeding en Stand SIOF Het SIOF eindigde in het informatiepakket voor het richtinggevend debat met een stand van € 5,5 mln. Door de motie over de dekking van de kosten van de IJshal ten laste van het SIOF is het verloop en de eindstand gewijzigd. De wijzigingen betreffen met name het achterwege laten van de zogenaamde omgekeerde balanssanering ten behoeve van het SIOF en het verwerken van de bijdrage aan de IJshal. In de stand van het SIOF die in tabel 24 wordt gepresenteerd is uitgegaan van het volgende: -
de bijdrage ten laste van het SIOF aan de IJshal vindt plaats door de structurele voeding in het SIOF aan te wenden voor het dekken van de kapitaallasten van de beoogde bijdrage van de gemeente Leeuwarden aan de realisatie van de IJshal, namelijk € 7 mln. Na aftrek van deze kapitaallasten blijft nog € 70.000 over van de structurele voeding in het SIOF.
-
dit restant van de structurele voeding wordt aangewend voor het dekken van de kapitaallasten van de bijdrage aan de realisatie van het Harmoniekwartier. De voorgenomen bijdrage van € 5 mln in één keer ten laste van het SIOF kan daardoor dalen naar € 3,9 mln.
-
de structurele voeding van in totaal € 601.684 is niet eerder nodig dat in 2016; tot dat jaar loopt deze
-
ten behoeve van de eenvoud wordt de aanwending van € 3,9 mln van het rekeningresultaat 2012 voor
-
In 2013 wordt € 220.000 uit het SIOF aangewend voor het Kalverdijkje.
voeding dus nog in het SIOF. CH2018 niet via het SIOF gerealiseerd. De betreffende storting en onttrekking zijn doorgehaald. Aldus eindigt het SIOF eind 2014 met een stand van € 1.528.428 en blijft de stand in de jaren daarna gelijk. 2.2.8.c Toekomst SIOF Bij het richtinggevend debat is voorgesteld investeringsruimte te creëren door in de begroting een structureel bedrag op te nemen voor het dekken van kapitaallasten van nieuwe investeringen. Dat structurele budget kan in een nader vast te stellen ritme in de meerjarenbegroting opgenomen worden. Het nieuwe college kan dit bij het bestemmen van de financiële ruimte die er mogelijkerwijs ontstaat als gevolg van het nog vast te stellen bezuinigingspakket betrekken. In het verlengde hiervan is het nodig de strategische investeringen planmatig aan te gaan pakken. De nieuwe collegeperiode is een goed moment om te starten met een investeringsprogramma. Op deze investeringsagenda staan de projecten in rangorde die uitgevoerd worden binnen het geldende budgettaire kader. De investeringsagenda maakt dan deel uit van het collegeprogramma. In tabel 24 staan de mutaties in het SIOF.
163
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Tabel 24 Investeringsdeel SIOF
Bedragen in €
Verwachte beginstand per 1 januari 2013
13.173.182
Voeding in 2013 Inflatie
263.464
Stadsvernieuwingsfonds
330.071
Grote Stedenbeleid
95.964
Ontwikkelingsfonds
175.649
Meevaller Zaailand
2.500.000
Storing vanuit ontwikkelingsdeel
200.000
Totaal
3.565.148
Reserveringen in 2013 (door de raad vastgesteld) Dairy Campus
-500.000
Gebiedsontwikkeling Wielengebied
-1.450.000
University Campus
-500.000
Kenniscirculatie
-225.000
Stedelijke Economie
-2.420.000
Harmoniekwartier
-1.600.000
Watercampus
-2.200.000
Kalverdijkje
-220.000
Totaal
-9.115.000
Tegenboeking als gevolg van de omgekeerde balanssanering
1.415.000
Nog beschikbaar 31 december 2013
9.038.330
Voeding in 2014 Inflatie
180.767
Stadsvernieuwingsfonds
330.071
Grote Stedenbeleid
95.964
Ontwikkelingsfonds
175.649
Totaal
782.451
Totaal reserveringen 2014 e.v. (door de raad vastgesteld) Dairy campus
-2.000.000
University campus
-4.032.353
Harmoniekwartier
-1.900.000
Valerius/Julianaplein
-360.000
Totaal
-8.292.353
Nog beschikbaar 31 december 2014
1.528.428
164
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Tabel 25 Stand SIOF Totaal
2013
2014
13.173.182
9.038.330
263.464
180.767
Ontwikkelingsfonds
175.649
175.649
Meevaller zaailand
2.500.000
Startpositie per 1 januari
Voeding: Inflatietoevoeging (0,5% per jaar m.i.v. 2011) Correctie Inflatie Reguliere Storting obv begroting 2010 Taakstelling Grondbedrijf (vervalt vanaf 2012) correctieboeking inflatie over reguliere storing 2010 Eenmalige storting grondbedrijf Huur Stadsring Eenmalige storting Meevaller Blauw Wit Meevaller Blauwe Diamant
Stadsvernieuwingsfonds Grote Steden Beleid Storting vanuit ontwikkelingsdeel
330.071
330.071
95.964
95.964
200.000
Wilhelminaplein e.o.(terugstorting ontwikkelingsdeel) Sportcomplex de Zuidlanden(deelse terugstorting uit ontwikkelingsdeel) Totaal Voeding
3.565.148
165
782.451
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Beleidsbegroting
Uitbetaal Totaal
d
Resteert
2012
2013
650.000
350.000
2014
2015
Onttrekkingen: 5.310.60 Haak om Leeuwarden Overige RSP- projecten
6.810.000
8
1.459.392
11.100.000 2.000.00
Noordwesttangent
2.000.000
Stedelijke economie (fase II (' 08)en III (' 09))
0 6.450.00
6.800.000
0
300.000
Stedelijke economie (fase IV (2010))
2.070.000
2.070.000
2.070.000
Gebiedsontwikkeling 425.000
425.000
1.600.000
150.000
1.450.000
150.000
Taallearen
800.000
600.000
200.000
200.000
Kenniscirculatie (6 hotspots)
600.000
375.000
225.000
100.000
Oldehove
450.000
Potmarge Gebiedsontwikkeling Wielengebied
1450.000
Mercator Kennissintrum Meartaligens en
225.000
450.000 2.250.00
Fietstunnel Oostergoplein
2.250.000
Watercampus deel 1
2.300.000
Watercampus deel 2
2.200.000
0 2.300.00 0 2.200.000
Dairy Campus (Landbouwcampus)
2.500.000
University Campus
5.000.000
Valeriusstraat/Julianalaan
2.500.000
2.500.000 467.647
4.532.353
387.914
500.000
2.000.000
500.000
4.032.353
2.500.000
360.000
Culturele Hoofdstad (Harmoniekwartier)
3.928.000
400.000
3.528.000
400.000
Kalverdijkje
1.600.000
1.900.000
220.000
24.000.000
Omgekeerde
-
balanssanering Tegenboeking agv OBS
Totaal Onttrekkingen Nog beschikbaar per 31 december
166
11.085.608
-1.415.000
14.802.306
7.700.000
8.292.353
0
13.173.182
9.038.330
1.528.428
1.528.428
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
3
Financiële begroting
3.1
Overzicht van baten en lasten en toelichting
3.1.1
Het overzicht van baten en lasten
Tabel 26 Programma's excl. mutaties reserves
Rekening 2012
Baten
Lasten
11.983
190
10.237
63
10.852
60
002 - Jeugd en onderwijs
22.514
3.725
22.041
3.477
24.631
3.439
003 - Economie en toerisme
60.839
42.727
33.788
30.095
39.509
34.910
005 - Werk en inkomen 006 - Wonen 007 - Infrastructuur/bereikbaarheid 008 - Dienstverlening 009 - Politiek bestuur
Baten
Lasten
Bedragen x € 1.000 Begroting 2014
001 - Cultuur
004 - Sociaal maatschapp. ontwikkeling
Lasten
Begroting 2013
Baten
45.866
3.723
45.401
2.955
45.204
3.014
124.487
100.811
130.017
104.189
137.650
110.837
7.781
3.679
7.786
3.107
8.252
3.169
12.793
7.611
8.640
4.998
7.874
5.077
3.488
1.643
3.655
1.458
3.509
1.587
8.237
343
8.184
404
8.577
368
11.016
521
11.178
297
10.796
250
011 - Sport
6.456
165
6.249
30
6.541
15
012 - Ruimtelijke ordening
1.791
149
1.799
93
1.949
86
013 - Milieu, energie en water
24.898
24.742
25.563
23.606
28.323
26.509
014 - Woon- en leefomgeving
23.001
3.128
22.757
2.453
26.622
2.684
010 - Veiligheid en Openbare orde
015 - Algemene dekkingsmiddelen Totaal voor mutaties reserves
Tabel 27 Mutaties reserves per programma 001 - Cultuur 002 - Jeugd en onderwijs 003 - Economie en toerisme 004 - Sociaal maatschapp. ontwikkeling 005 - Werk en inkomen 006 - Wonen 007 - Infrastructuur/bereikbaarheid
5.109
175.692
22.889
172.930
15.996
187.119
370.259
368.849
360.184
350.155
376.285
379.124
Rekening 2012 Lasten Baten
Bedragen x € 1.000 Begroting 2014 Lasten Baten
Begroting 2013 Lasten Baten
1.879
2.342
0
349
0
151
399
1.144
0
419
0
0
3.121
16.512
887
938
577
621
824
1.204
0
772
0
0
0
3.084
0
0
0
0
3.549
1.365
3.226
650
2.869
160
0
2.693
0
807
0
370
009 - Politiek bestuur
105
104
105
0
135
75
010 - Veiligheid en Openbare orde
342
670
0
145
0
0
2.274
793
150
521
70
763
45.215
29.207
19.790
29.584
8.708
7.381
57.708
59.119
24.158
34.185
12.359
9.520
013 - Milieu, energie en water 015 - Algemene dekkingsmiddelen Totaal mutaties reserves
Tabel 28
Bedragen x € 1.000
Programma's
Rekening 2012
incl. mutaties reserves
Lasten
Baten
Lasten
Baten
Lasten
Baten
370.259
368.849
360.184
350.155
376.285
379.124
49.913
48.199
19.572
30.071
8.349
5.053
7.795
10.919
4.584
4.114
4.010
4.467
427.967
427.967
384.340
384.340
388.644
388.644
Stand begroting voor mutaties reserves Mutaties bestemmingsreserves Sluitend maken begroting met Alg.Reserve Stand begroting na mutaties reserves
167
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
3.1.2
Financiële begroting
Toelichting op het overzicht van baten en lasten
Evenals in de begroting 2013 zijn in het overzicht van baten en lasten (tabel 26) de bedragen exclusief de beschikkingen over en onttrekkingen aan reserves vermeld. Het totaal daarvan is het begrotingsresultaat voor bestemming. Vervolgens zijn de beschikkingen over en de stortingen in de reserves vermeld (tabel 26), waarna het begrotingsresultaat wordt weergegeven (tabel 27). Uit tabel 28 blijkt dat er in 2014 sprake is van een netto begrotingssaldo van € 457.000 negatief (€ 4.010.000 minus € 4.467.000). Dit bedrag wordt onttrokken aan de Algemene Reserve. Zie bijlage F voor een overzicht van incidentele lasten en baten en een overzicht van structurele stortingen en onttrekkingen aan reserves.
168
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
3.2
Financiële begroting
Uiteenzetting financiële positie
In deze paragraaf wordt de ontwikkeling van de financiële positie geschetst vanaf het moment dat de programmabegroting 2013 is vastgesteld. Daarbij is rekening gehouden met de uitkomsten van de Gemeentecirculaires, de uitzettingen en inkrimpingen van de diensten, de uitkomsten van het richtinggevend raadsdebat alsmede de ontvlechting van de begroting van de gemeente Boarnsterhim. 3.2.1. Ontwikkeling financiële positie In het informatiepakket 2013 is ten behoeve van het richtinggevend raadsdebat op 27 en 29 mei 2013 een eerste budgettair beeld geschetst. Daartoe is op globale wijze doorgerekend welke uitkomst zou resulteren, indien in de lopende meerjarenbegroting nieuwe autonome ontwikkelingen, aangepaste arealen, mee- en tegenvallers, nominale ontwikkelingen e.d. worden verwerkt. Met name vanwege de onduidelijkheid over de uitwerking van het regeerakkoord konden daarbij slechts aannames worden gedaan over de gevolgen voor de begroting. In het informatiepakket werd met betrekking tot het structurele begrotingsresultaat een tekort voorzien van afgerond € 5,1 mln in de jaarschijf 2017. De stand van de Algemene Reserve (AR) bedroeg op grond daarvan in 2013 € 17,8 mln. Op dit moment bedraagt, na het verwerken van de mutaties op grond van de meicirculaire 2013 en de nagekomen mee- en tegenvallers e.d., het begrotingstekort in 2017 ruim € 5,7 mln. Met betrekking tot de stand van de AR wordt in 2014 bijna € 15,5 mln voorzien. Op welke wijze deze uitkomsten tot stand zijn gekomen wordt onderstaand nader geanalyseerd en toegelicht. 3.2.1.a Startpositie Vertrekpunt voor het bepalen van de financiële positie vormt de eindpositie van de programmabegroting 2013 inclusief de financiële consequenties van de aangenomen moties en amendementen. De toenmalige prognoses waren: Tabel 29
Bedragen x € 1.000
Structureel meerjarenperspectief
2013
2014
2015
2016
Eindstand 31/12
4.584
0
0
0
Ontwikkeling Algemene Reserve
2013
2014
2015
2016
Eindstand 31/12
13.559
13.304
14.342
15.466
Tabel 30
Bedragen x € 1.000
Het structureel meerjarenbeeld sloot in 2016 met een saldo van € 0. De laagste stand van de AR bedroeg € 13,3 mln in 2014. De ‘startpositie’ voor de nieuwe beleidsplanperiode is gebaseerd op de bovenstaande eindposities. 3.2.1.b Ontwikkelingen na vaststelling van de begroting 2013 Sinds het vaststellen van de begroting 2013 heeft zich een aantal ontwikkelingen voorgedaan die het voorgaande financiële beeld hebben gewijzigd. Deze ontwikkelingen kunnen worden onderverdeeld in: x
Mutaties in de Algemene Uitkering uit het Gemeentefonds;
x
Mee- en tegenvallers aangedragen door de diensten;
x
Uitkomsten richtinggevend raadsdebat;
x
Uitkomsten ontvlechting begroting gemeente Boarnsterhim.
Hieromtrent wordt u het volgende onder de aandacht gebracht. 3.2.1.c Ontwikkelingen Gemeentefonds De belangrijkste component van de algemene middelen wordt gevormd door de algemene uitkering uit het Gemeentefonds. De ontwikkeling van dit fonds heeft daardoor grote invloed op de gemeentelijke financiën. Belangrijke documenten waarin het Rijk de gemeenten informeert over de hoogte van de algemene uitkering zijn de mei- en septembercirculaire. De meicirculaire is gebaseerd op de Voorjaarsnota van het Rijk. Het is de
169
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
schakel tussen Haagse ontwikkelingen en de vertaling naar de gemeentelijke begroting en beleid. Bij het verschijnen van de Miljoenennota van het Rijk in september wordt een septembercirculaire opgesteld, waarin gemeenten worden geïnformeerd over eventuele veranderingen die na de Voorjaarsnota van het Rijk zijn opgetreden en die gevolgen hebben voor de ramingen van de gemeenten. Met betrekking tot het Gemeentefonds zijn de volgende ontwikkelingen voor onze gemeente van belang: A. September- en decembercirculaire 2012 De gevolgen van de doorrekening van de septembercirculaire 2012 zijn in de memorie van antwoord behorende bij de Programmabegroting 2013, uiteengezet. De doorrekening resulteerde in de jaarschijf 2016 in een korting van per saldo € 86.000 structureel (zie tabel 37 nr. 1). Conform onze beleidslijn wordt de uitkomst nu in de financiële positie verwerkt. De decembercirculaire 2012 had voor onze gemeente geen structurele financiële gevolgen. B. Nominale ontwikkelingen Het accres17 van het Gemeentefonds is jaarlijks nodig voor de bekostiging van de ‘volume ontwikkelingen’ (areaal e.d.) en de compensatie van nominale ontwikkelingen (lonen en prijzen). De nominale uitgangspunten voor onze gemeente worden o.m. gebaseerd op cijfers van het Centraal Planbureau en de veronderstellingen in de Gemeentefondscirculaires. Op grond hiervan wordt getracht de loon- en prijsontwikkeling vooraf zo goed mogelijk in beeld te krijgen. Afwijkingen tussen ramingen en realisatie komen echter voor. Deze afwijkingen worden door het toepassen van een verfijnde nacalculatie hersteld. Voor het opmaken van de begroting 2014 gaan we uit van: Tabel 31
in procenten
Nominale ontwikkelingen
2012
2013
2014
Prijsontwikkeling in begroting 2014
1,25
1,50
2,00
Loonontwikkeling in begroting 2014
3,40
2,07
2,00
Op 6 juli 2012 is de cao gemeenten 2011-2012 vastgesteld. Het akkoord kende een korte looptijd tot en met 31 december 2012. Door het College van Arbeidszaken (CvA) van de VNG en de vakbonden zijn de eerste werkafspraken gemaakt over een nieuwe Cao Gemeenten. De inzetten van de bonden en van het CvA hebben veel raakvlakken en bieden aldus de VNG een solide basis voor een vruchtbaar overleg. Wel vindt het CvA het voorstel van de bonden op dit moment niet verantwoord om te praten over een verhoging van de koopkracht voor de werknemers met 2,5%. In het najaar 2013 praten de partijen verder over dit onderwerp. Voor de periode na 2014 wordt conform de gebruikelijke systematiek ook rekening gehouden met nominale ontwikkelingen. Daartoe wordt binnen de algemene uitkering een reservering gepleegd van 1,75% per jaar gemiddeld (m.b.t. lonen bestaande uit: CAO-ontwikkeling + sociale-premiedruk stijging). Voor de loon- en prijsontwikkelingen worden de vakdiensten gecompenseerd. Ten opzichte van de gemeentebrede reservering voor lonen en prijzen, is voor 2012 en 2013 sprake van een structureel voordeel van totaal € 1,167 mln (zie tabel 37 nr. 2). Daarnaast wordt o.a. de OZB-opbrengst jaarlijks gecorrigeerd voor inflatie. Dit geeft voor 2014 een meeropbrengst van € 227.000 (zie tabel 37 nr. 3) structureel. C. Ontwikkeling uitkeringsbasis en uitkeringsfactor 2017 Het Gemeentefonds kent een stelsel van verdeelmaatstaven. Op dit moment zijn het er ongeveer 50. Voorbeelden zijn: het aantal inwoners, bijstandsgerechtigden, oppervlakte bebouwing, aantal bedrijfsvestigingen, aantal leerlingen, enzovoort. Elke maatstaf heeft een bepaald gewicht. Door te kijken wat de score is van de gemeente op de verschillende maatstaven en die verschillende maatstaven vervolgens te
17
Het accres geeft de algemene groei of krimp van de totale hoeveelheid geld in het gemeentefonds aan. Hier dienen de
gemeenten de loon- en prijsontwikkelingen en de areaaluitbreidingen uit te bekostigen.
170
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
vermenigvuldigen met hun gewicht, kan de gemeente zijn eigen uitkeringsbasis berekenen (zogenaamde 1e orde effect). Onze variabelen m.b.t. aantallen inwoners, minderheden, OZB capaciteit e.d. zijn geactualiseerd. Dit geeft een voordeel van per saldo € 1,670 mln structureel (zie tabel 37 nr. 4). De scores van alle gemeenten op de maatstaven bij elkaar opgeteld zijn niet gelijk aan de totale omvang van het Gemeentefonds. Dat kan ook niet. De omvang is immers gekoppeld aan de Rijksuitgaven en niet aan de ontwikkelingen van de maatstaven. De uitkeringsfactor maakt, dat de uitkeringen aan de gemeenten en de omvang van het Gemeentefonds aan elkaar gelijk zijn. Voor de nieuwe jaarschijf 2017 is deze uitkeringsfactor geraamd. Met inachtneming van onze reservering voor inflatie in 2017, is sprake van een inkrimping van € 628.000 (zie tabel 37 nr. 5). D. Meicirculaire Gemeentefonds 2013 De meicirculaire staat in het teken van de uitvoering van het Regeerakkoord. Er wordt financiële invulling gegeven aan de voornemens die eerder werden aangekondigd. Zo worden nu de kortingen wegens het BTW compensatiefonds (landelijk € 484 mln), de onderwijshuisvesting (landelijk € 256 mln), de lagere apparaatskosten door opschaling (€180 mln in 2017) enzovoort daadwerkelijk verminderd op het Gemeentefonds. Ook zijn de effecten van het regeerakkoord Rutte II verwerkt via de normeringssystematiek ofwel ‘samen de trap op en samen de trap af’. De afgesproken toepassing van de normeringssystematiek leidt in de huidige moeilijke financiële omstandigheden tot een neerwaartse aanpassing van de accressen, behalve voor het jaar 2014. Het accres is in dat jaar opvallend positief. Dit wordt vooral veroorzaakt door een aantal pieken in de infrastructurele projecten. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en ook het Ministerie van BZK melden, dat het forse accres van 2014 met de nodige terughoudendheid moet worden bekeken vanwege: x
extra aanvullende Rijksbezuinigingen (€ 6 miljard);
x
onderuitputting op de Rijksbegroting en uitstel van (infra) investeringen;
x
mogelijke verlaging van loon- en prijsbestellingen.
Kortom: het is reëel dat het accres in 2014 lager zal uitvallen. Voor onze gemeente geeft de meicirculaire 2013 op hoofdlijnen de volgende financiële ontwikkelingen (structureel - oplopend naar 2017): Tabel 32
Bedragen x € 1.000
Nr
Uitkomsten meicirculaire 2013
1
Taakstellende korting BTW compensatiefonds (landelijk 484 mln)
Bedrag -3.192
2
Uitname onderwijshuisvesting (landelijk 256 mln)
-1.599
3
Accres en algemene mutaties
-3.688
4
Bijstelling gemeentelijke reservering voor nom. ontwikkelingen
5
Lagere apparaatskosten door opschaling (landelijk 180 mln)
-1.189
6
Afbouw suppletie-uitkering OZB
-1.484
7
Verwacht aandeel Boarnsterhim in Rijksbezuingingen obv regeerakkoord Totale korting
2.144
-835 -9.843
Met betrekking tot de vorenstaande financiële mutaties wordt het volgende opgemerkt: 1 en 2: Regeerakkoord: BTW compensatiefonds en Onderwijshuisvesting In het regeerakkoord is het voornemen opgenomen het BTW-compensatiefonds af te schaffen. In het financieel akkoord dat het Rijk en de decentrale overheden vervolgens op 18 januari jl. hebben gesloten, is hierop teruggekomen en is afgesproken dat het BTW-compensatiefonds niet wordt afgeschaft. De taakstellende korting vanaf 2015 is evenwel gehandhaafd en is nu geconcretiseerd. In het regeerakkoord is ook afgesproken dat € 256 mln uit het Gemeentefonds wordt overgeheveld naar de begroting van OCW ten behoeve van scholen in het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs. Dat gebeurt
171
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
per 1 januari 2015. Gezien de voorgenomen herijking van het Gemeentefonds per 1 januari 2015, heeft het ministerie nu een voorlopige verdeling gegeven, op welke wijze de uitname uit het Gemeentefonds en de financiële gevolgen voor de gemeenten kunnen worden berekend. In de meicirculaire 2014 zal meer duidelijkheid worden geboden. Met betrekking tot onderwijshuisvesting is het voornemen dat er per 1 januari 2015 een wetswijziging komt. Doel is de taken en het budget voor buitenonderhoud en aanpassingen van schoolgebouwen in het primair en speciaal onderwijs van gemeenten naar schoolbesturen over te hevelen. Door deze wetswijziging komt er nog een taakmutatie (uitname) uit het Gemeentefonds. De omvang van de uitname en verdeling is op dit moment nog niet vastgesteld. 3 en 4: Accressen en Nominale ontwikkelingen Nadat de normeringssystematiek voor het Gemeentefonds een aantal jaren buiten werking is geweest, is deze met ingang van 2012 weer van kracht. Dit betekent dat de ontwikkeling van het Gemeentefonds (accres) weer gekoppeld is aan de netto gecorrigeerde Rijksuitgaven. De forse bezuinigingen uit het regeerakkoord vertalen zich in latere jaren (behalve voor 2014) door tot neerwaartse aanpassing van de accressen. Daarnaast verslechteren de accressen als gevolg van de structurele doorwerking van de onderuitputting op de Rijksbegroting in 2012 en zijn de loon- en prijsontwikkelingen lager dan verwacht. Door deze lagere loon- en prijsontwikkelingen zijn ook onze gemeentelijke prognoses neerwaarts bijgesteld en wordt (als reservering binnen de algemene uitkering) nu uitgegaan van 1,75% per jaar. 5. Lagere apparaatskosten door opschaling In de decembercirculaire zijn de gemeenten geïnformeerd over de uitname uit het Gemeentefonds uit hoofde van een lagere apparaatskosten door opschaling. In de ogen van het kabinet leidt de beoogde opschaling tot schaalvoordelen, vermindering van toezicht, vereenvoudiging van regelgeving en minder dubbeling van taken e.d. De besparing gaat uit van een daling van het aantal ambtenaren doordat gemeenten groter worden of met elkaar gaan samenwerken. Er is daarbij uitgegaan van het rekenkundige equivalent van een vermindering met 75 gemeenten in de periode tot 2017 hetgeen gepaard gaat met een korting op het Gemeentefonds van € 180 mln landelijk (2015 – 2017 € 60 mln per jaar). De totaal beoogde korting loopt zelfs op tot 975 mln landelijk. Hoewel het volgens het regeerakkoord juist de bedoeling is dat kleinere gemeenten (75 gemeenten minder in 2017) gaan opschalen en zo het schaalvoordeel gaan realiseren, wordt de korting in de meicirculaire technisch vertaald via de zogenaamde uitkeringsfactor. Dit resulteert erin, dat alle gemeenten op dit moment naar evenredigheid de korting dragen. Over de wijze waarop de korting t.z.t. daadwerkelijk zal worden verwerkt dient nog een besluit te worden genomen. 6. Afbouw suppletie-uitkering afschaffing OZB woningen gebruikers In 2006 is de mogelijkheid OZB te heffen voor het gebruikersdeel van woningen afgeschaft. Gemeenten hebben destijds via het Gemeentefonds een compensatie ontvangen op basis van een landelijk rekentarief. Dat landelijk tarief kon hoger of lager zijn dan het eigen gemeentelijk belasting tarief. Vanuit het principe dat geen enkele gemeente er op achter uit mocht gaan, is een suppletie-uitkering in het leven geroepen. Afwijkingen van het landelijke rekentarief werden daarin verrekend (positief of negatief). Deze tijdelijke regeling wordt afgebouwd als in mei van een jaar de raming van het accres voor het volgend jaar in reële termen positief uitvalt. Dat is, zoals nu blijkt voor 2014 het geval. De bedragen van de suppletie-uitkering dalen in 2014 met ongeveer 2/3 ten opzichte van 2013. Voor de uitkeringsjaren 2015 en verder is er geen ruimte in het accres en is de suppletie-uitkering gelijk aan de uitkering in 2014. Voor Leeuwarden betekent de afbouw m.i.v. 2014 een nadeel van € 1,4 mln. Voor de jaren daarna is op dit moment nog sprake van een suppletie-uitkering van € 735.000. 7. Aandeel Boarnsterhim Zoals in het informatiepakket is verwoord, zal als gevolg van de herindeling met de gemeente Boarnsterhim voor de nieuwe gemeente ook rekening gehouden moeten worden met het aandeel van de gemeente Boarnsterhim in de Rijksbezuinigingen als gevolg van het regeerakkoord. Op grond van de meicirculaire is deze
172
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
raming voor het toekomstig aandeel in de Rijksbezuinigingen van de gemeente Boarnsterhim geactualiseerd en bedraagt € 835.000 structureel. Op grond van bovenstaande ontwikkelingen geeft de meicirculaire een totaal nadeel van € 9,843 mln (zie tabel 37 nr. 6). Naast de doorwerking van de kortingen uit het regeerakkoord Rutte II e.d., is in het informatiepakket geanticipeerd op mogelijke extra bezuinigingen van totaal € 4,0 miljard landelijk (waarvan € 200 mln voor gemeenten). Hoewel met de nodige onzekerheden, is toen becijferd dat dit voor onze gemeente een extra bezuiniging van € 1,52 mln betekent. Ondertussen zijn er serieuze berichten, dat het kabinet voor volgend jaar € 6,0 miljard (in plaats van € 4,0) moet bezuinigen om het begrotingstekort terug te dringen. Voor de nieuwe ronde houden we rekening met een effect op het Gemeentefonds van € 360 mln. Voor ons betekent dat een geschatte korting van € 2,5 mln. Dit is inclusief het aandeel van de gemeente Boarnsterhim (zie tabel 37 nr. 7). E. Taakmutaties en decentralisatie-uitkeringen De omvang van het Gemeentefonds verandert niet alleen als gevolg van het accres e.d., maar ook als gevolg van taakmutaties en decentralisatie-uitkeringen. Het beleid van onze gemeente is dat kortingen worden doorgegeven aan de diensten. Aanvullende / positieve bedragen worden gereserveerd en na formele besluitvorming verwerkt in de budgetten van de diensten. De financiële gevolgen van de onderstaande taakmutaties zijn dan ook budgettair neutraal in het resultaat verwerkt (=geen invloed op het financieel meerjarenbeeld). Het betreffen de volgende mutaties (- = een korting + = een toevoeging): Tabel 33
Bedragen x € 1.000
Overzicht taakmutaties en decentralisatie-uitkeringen 2013
2014
2015
2016
2017
Bezuinigingen uit het regeerakkoord: 1 Dualiseringskorting
-103
2 Verplicht hergebruik scootmobielen e.d. in WMO
-92
3 Afschaffing maatschappelijke stages
-62
-156
-62
-156
-131
In- en uitvoeringskosten: 4 Invoeringskosten nieuwe WMO
183
5 Uitvoeringskosten inburgering
-73
-183
Aanpassing aan lopende uitkeringen: 6 Aanpassing WMO uitkering
-11
163
7 Aanpassing uitvoeringskosten jeugdzorg
103
-71
8 Aanpassing maatschappelijke opvang
114
-350
9 Aanpassing Jeugd en Gezin
-33
20
Totaal
226
-148
-542
WMO: bijstelling budget voor huishoudelijke hulp De voorziening hulp bij het huishouden in de WMO wordt beperkt tot de mensen die deze echt nodig hebben en die er zelf (financieel) niet in kunnen voorzien. In tegenstelling tot hetgeen wat in het regeerakkoord is opgenomen, blijft het voor nieuwe cliënten in 2014 mogelijk om een beroep te doen op huishoudelijke hulp. De korting van € 89 mln in 2014, die conform het regeerakkoord is ingeboekt op het budget voor huishoudelijke hulp, blijft ondanks de protesten van de gemeenten van toepassing. F. Maatstaf herindeling Herindelingen gaan gepaard met eenmalige kosten voor gemeenten. Een deel van deze kosten ondervinden gemeenten voorafgaande aan de daadwerkelijke herindeling. Daarmee is tot op heden geen rekening gehouden. Om gemeenten te faciliteren wordt in de meicirculaire de maatstaf vervroegd en verruimd. Daarbij
173
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
geldt een overgangsmaatregel voor de gemeenten die op 1 januari 2014 (i.c. onze herindeling met Boarnsterhim) worden heringedeeld. De gemeenten die onder de overgangsmaatregel vallen ontvangen over 2013 een verruiming van 12,5%, met als peildatum 2013. Daarnaast is gebleken dat de maatstaf herindeling niet voldoende is ingericht bij splitsing van gemeenten (het gaat daarbij niet om grenscorrecties). Om in deze lacune te voorzien is een wijziging van de maatstaf herindeling in procedure, om te worden toegepast op herindelingen vanaf 1 januari 2014. Het ministerie van BZK heeft een voorstel voorgelegd aan de VNG, het IPO en de Rvf. Deze houdt in dat het vaste bedrag van de maatstaf met 5% per betrokken gemeente, wordt verhoogd. In reactie hierop is onder meer door de Rvf aangegeven dat deze verhoging te beperkt is en dat het vaste bedrag met 10% (i.p.v. 5%) moet worden verhoogd. Het ministerie van BZK verwacht in de a.s. septembercirculaire uitsluitsel te kunnen geven. Een en ander kan voor de totale herindelingsbijdrage betekenen: Tabel 34
Bedragen in € mln Verhoging
1
Op basis van bestaande regels:
4,9
2
Verruiming o.b.v. meicirculaire 2013 12,5%:
5,5
Verhoging 1 3
0,6
Op basis van voorstel BZK verhoging vaste voet bij splitsing naar 5%:
6,0
Verhoging 2 4
0,5
Op basis van voorstel Rvf verhoging vaste voet bij splitsing naar 10%
6,5
Verhoging 3
0,5
Totaal ten behoeve van extra onkosten:
1,6
G. Decentralisaties In het regeerakkoord is opgenomen dat door middel van de decentralisaties in het sociale domein de gemeenten de eerstverantwoordelijke overheidslaag worden voor de onderwerpen: werk, maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg. Per 1 januari 2015 krijgen de gemeenten op grond van de nieuwe WMO, Jeugdwet en Participatiewet een brede integrale verantwoordelijkheid voor het sociale domein. Met de decentralisaties zijn grote bedragen gemoeid. Voor een deel gaat het om nieuw geld, voor een ander deel zijn het nu nog specifieke uitkeringen. De decentralisaties gaan ook gepaard met aanzienlijke ombuigingstaakstellingen. Wat op dit moment nu precies aan taken overkomt en welke vergoeding er tegenover staat, is nog steeds onzeker. Wel wordt in een bijlage bij de meicirculaire een inkijkje gegeven wat de vergoeding voor de jeugdzorg per individuele gemeente kan worden. Deze bedragen zijn echter nog zo onzeker dat ze niet zijn meegenomen in de telling van de berekeningen van het Gemeentefonds. In de meicirculaire 2014 wordt bekend gemaakt wat de budgetten zijn per gemeenten op basis van de objectieve verdeling, welke van kracht zal zijn vanaf 2016. Ook met betrekking tot de WMO is de voorgenomen korting op de huishoudelijke hulp van 40% in 2015 nog niet meegenomen. Pas in de meicirculaire van volgend jaar wordt een inschatting gegeven van de nieuwe WMO bedragen vanaf 2015. H. Herijking van het Gemeentefonds Op dit moment loopt er een onderzoek naar alle clusters van het Gemeentefonds om te bezien of er aanpassingen in de verdeling of het volume van de clusters noodzakelijk zijn. Eerder was geconstateerd dat een aantal clusters onevenwichtig zijn verdeeld over de gemeenten. Sommige gemeenten geven meer uit dat mag worden verwacht op basis van objectieve structuurkenmerken, andere geven minder uit. Dat wordt scheefheid genoemd. Die scheefheid moet zo veel mogelijk worden rechtgetrokken omdat kosten oriëntatie een uitgangspunt is van het verdeelstelsel. Kostenverschillen als gevolg van eigen gemeentelijk beleid worden niet gecompenseerd via het Gemeentefonds. Met dit onderzoek naar alle clusters wordt dus ‘groot onderhoud’ aan het fonds gepleegd.
174
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
De beoogde invoering van het nieuwe stelsel is in 2015. Effecten zullen pas worden gemeld in de meicirculaire van volgend jaar. De nieuwe verdeelformules per cluster op basis van kosten oriëntatie zullen leiden tot herverdeeleffecten. Effecten (positief of negatief) zullen worden afgetopt tot € 15 per inwoner per jaar. De drempel stijgt dus jaarlijks € 15 per inwoner (voor Leeuwarden globaal € 1,5 mln per jaar tot het moment waarop het totale herverdeeleffect is bereikt). Kortom er is sprake van substantieel financieel risico (positief of negatief). 3.2.1.d Mee- en tegenvallers Op de lijst van mee- en tegenvallers komen mutaties in de financiële positie voor, die onvermijdelijk / onontkoombaar van aard zijn. Met betrekking tot de uitkomst van de structurele mee- en tegenvallers van de diensten is over de gehele beleidsplanperiode sprake van een nadeel van afgerond € 594.000. (zie tabel 37 nr. 8). 3.2.1.e Uitkomsten richtinggevend raadsdebat De raad heeft op 27 en 29 mei gedebatteerd over de hoofdlijnen van beleid en voorstellen van het college ter voorbereiding op de begroting 2014. Onderstaand de financiële uitkomsten van het debat. Deze uitkomsten worden nu meegenomen in onderhavige financiële positie. Tabel 35
Bedragen x € 1.000
Uitkomsten richtinggevend debat
2013
2014
2015
Aard
Harmonisaties: Jongerenwerk
-150
Cultuur - en sportcoaches
150 Incidenteel
-60
60 Incidenteel
-100
100 Incidenteel
Minimabeleid
-20
20 Incidenteel
WMO
-70
70 Incidenteel
Toekomst wijken- en dorpenbeleid
-100
100 Incidenteel
Overheveling bekostiging gymlokalen
-210
210 Incidenteel
Steunpunt dienstverlening Grou
-86
86 Incidenteel
Steunpunt dienstverlening Grou
-100
Structureel
Subsidies Cult. Kwartier Sneek & Bibliotheek Mid Fryslân
Overige aandachtspunten: Klachten bemiddelaar
-56
Buurthuisbeheerders
-85
20
65 Incidenteel
-330
330
Incidenteel
-200
200
-10
10
Sportcomplex Wiarda
Structureel
Aangenomen moties:
Incidenteel
Motie sportcomplex Wiarda Motie Resto van Harte
Incidenteel ISI
Als uitkomst van het richtinggevend debat is de totale beslaglegging op incidentele middelen over de jaren 2013 en 2014 € 1,476 mln. Structureel is sprake van een uitzetting van € 156.000 (zie tabel 37 nr. 9). 3.2.1.f Uitkomsten ontvlechting begroting Boarnsterhim De afgelopen maanden is gewerkt aan de voorbereiding van de nieuwe financiële begroting van de heringedeelde gemeente Leeuwarden. Als gevolg van de ontvlechting zal de nieuwe begroting voor 2014 toenemen met een bedrag van ongeveer € 19,7 mln (op een totale omvang van de huidige begroting van de gemeente Leeuwarden van circa € 360 mln). Oorspronkelijk uitgangspunt was budgettaire neutraliteit. Aan deze doelstelling is nagenoeg voldaan. Er is sprake van een gering voordelig saldo van € 7.000. Uiteraard zijn aannamen gepleegd. Dit kan t.z.t. nog tot mutaties leiden. Voor een deel zal dit blijken bij de inventarisatie van de mee- en tegenvallers in het voorjaar van 2014.
175
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
3.2.1.g Nieuw financieel meerjarenperspectief A. Structureel meerjarenbeeld Om de gevolgen van de economische crisis en de Rijksbezuinigingen voor onze financiële positie te kunnen opvangen is in het Collegeprogramma Doorpakken in nieuwe tijden rekening gehouden met kortingen van in totaal € 12,0 mln. Daartoe is indertijd een stelpost geraamd. Bij de behandeling de programmabegroting 2013 resteerde een positief structureel saldo van € 3,6 mln (zie tabel 37 nr. 10). In afwachting van de uitwerking van het regeerakkoord en anticiperend op de onzekerheden, is bij de begrotingsbehandeling op deze financiële buffer geen beslag gelegd. Nu de eerste gevolgen van de Rijksbezuinigingen zichtbaar zijn, kunnen de daartoe gereserveerde middelen daadwerkelijk vrijvallen. Het is in dit kader van belang te melden, dat in het collegeprogramma geraamd is om totaal € 6,4 mln. structureel te bezuinigen op de bedrijfsvoering. Inmiddels is voor de jaren 2012-2016 totaal € 5,0 mln in de betreffende jaarschijven verwerkt (€ 1,0 mln per jaar). De resterende structurele taakstelling van € 1,4 mln (zie tabel 37 nr. 11) voor de nieuwe jaarschijf 2017 wordt nu in de financiële prognose verwerkt. Daar tegenover staat een incidentele uitzetting van € 1,2 mln in 2017 t.b.v. frictiekosten. Na het verwerken van de mutaties in de algemene uitkering, de mee- en tegenvallers van de diensten (zie bijlage A Overzicht mee- en tegenvallers) en de uitkomsten van het richtinggevend debat e.d., ziet de financiële positie er als volgt uit. Er wordt voor de jaarschijf 2017 een tekort van ruim € 5,7 mln verwacht. Tabel 36
Bedragen x € 1.000
Structureel meerjarenperspectief
2013
2014
2015
2016
2017
Eindstand 31/12
3.837
4.010
-2.901
-4.407
-5.736
De uitkomst van € 5,736 mln in 2017 kan samenvattend als volgt worden verklaard: Tabel 37
Bedragen x € 1.000
1
Uitkomsten september- en decembercirculaire 2012
2
Resultaat inflatie-compensatie diensten
-86
3
Inflatiecorrectie OZB
4
Ontwikkeling lokale prognoses e.d. Gemeentefonds
5
Raming nieuwe jaarschijf 2017 uitkeringsfactor Gemeentefonds
6
Uitkomsten meicirculaire 2013
-9.843
7
Reservering extra Rijksbezuinigingen o.b.v. € 6 miljard landelijk
-2.500
8
Saldo mee- en tegenvallers diensten
9
Uitkomsten richtinggevend debat
10
Aanwending stelpost korting Rijksmiddelen
3.607
11
Taakstelling bedrijfsvoering conform collegeprogramma jaarschijf 2017
1.400
1.167 227 1.670 -628
-594 -156
Totaal
-5.736
B. Incidenteel meerjarenbeeld Na het verwerken van de incidentele mee- en tegenvallers (zie bijlage A Overzicht mee- en tegenvallers) is het meerjarenbeeld van de AR als volgt: Tabel 38
Bedragen x € 1.000
Ontwikkeling Algemene Reserve
2013
2014
2015
2016
2017
Eindstand 31/12
16.147
15.485
13.052
10.079
5.033
176
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
De stand van de AR wordt voor het begrotingsjaar 2014 geraamd op € 15,5 mln. Ten opzichte van de prognoses in de begroting 2013 (november 2012) kunnen de nieuwe uitkomsten als volgt worden verklaard: Tabel 39
Bedragen x € 1.000
Analyse ontwikkeling Algemene Reserve
2013
2014
1
Prognose begroting 2013 (november 2012)
13.559
13.304
2
Nieuwe stand Algemene Reserve per 31/12
16.147
15.485
2.588
2.181
Toename reserve positie
Verschillen analyse: A
Rekeningresultaat 2012
8.215
B
Uitvoering motie resultaatbestemming m.b.t. culturele hoofdstad + ISI
C
Mee- en tegenvallers (zie lijst mee-/tegenvallers):
D
-4.100 50
-3.606
Nieuw beleid o.b.v. richtinggevend debat
-615
-861
E
Mutatie exploitatie i.v.m. vereffening begrotingssaldi
-747
4.010
F
Rente
G
Doorwerking toename reserve positie vanuit 2013
H
Diversen
78
50 2.588
-293
Totaal
2.588
2.181
Met betrekking tot de hoogte van de AR van € 15,5 mln in 2014, wordt het volgende onder de aandacht gebracht. De voor het jaar 2014 geïnventariseerde risico’s zijn voor de bepaling van het totale weerstandsvermogen verwerkt in het simulatieprogramma van het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR). Per risico is bedrag en kans (in %) ingevoerd. Het simulatieprogramma berekent op basis van deze gegevens het totaal benodigd weerstandsvermogen ten aanzien van de algemene risico’s. Als beleidsregel geldt dat de verhouding tussen de risico’s en de weerstandscapaciteit 1,5 zou moeten zijn. Ofwel dat de AR 1,5 keer zo groot moet zijn als de uitkomst van de risicosimulatie. Op basis van de simulatie én na toepassing van deze regel kan met 90% zekerheid gesteld kan worden dat voor de algemene risico’s een weerstandscapaciteit van € 13 mln toereikend is. Daarmee blijft de benodigde weerstandscapaciteit op ongeveer hetzelfde niveau als berekend bij de jaarrekening 2012. Voor nadere analyse of de beschikbare weerstandscapaciteit toereikend is om de financiële gevolgen van onverwachte gebeurtenissen (risico’s) op te vangen, wordt verwezen naar paragraaf 2.2.2 Weerstandsvermogen. 3.2.1.h Onzekere tijden en conclusie Hiervoor zijn de effecten van o.a. de meicirculaire e.d. op het financiële beeld voor de komende meerjarenperiode 2013-2017 geschetst. Voor het jaar 2014 kan een sluitende begroting worden aangeboden. Vanaf 2015 is op dit moment sprake van een structureel tekort oplopend naar ruim € 5,7 mln in 2017. Daarnaast is de omvang van de AR in 2014 € 15,5 mln. Om onder meer in de dekking van de oplopende structurele tekorten van € 5,7 mln in 2017 te voorzien bereid, zoals bij de behandeling van het informatiepakket verwoord, een ambtelijke werkgroep een conceptbezuinigingspakket voor, ten bedrage van in totaal € 10 mln. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen een Apakket (thans geraamd op € 5,7 mln) gericht op het sluitend krijgen van de voorliggende meerjarenraming 2014-2017 en een pakket B (aanvulling tot 10 mln) teneinde het nieuwe college en de nieuwe raad financiële armslag te geven voor het opvangen van (1) additionele Rijksbezuinigingen en risico’s (ook op specifieke uitkeringen), (2) nieuwe beleidsaccenten en (3) beleidsharmonisaties. Pakket B wordt aangeboden aan de informateur ten behoeve van de collegeonderhandelingen die na de verkiezingen van november starten.
177
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
De uitwerking van het A-Pakket doen wij tegelijk met deze begroting toekomen (bijlage G Supplement Bezuinigingen 2014-2017) en wordt in het kader van het geplande begrotingsproces in het najaar van 2013, besproken met de zittende gemeenteraad. Na de definitieve vaststelling van het bezuinigingspakket door de nieuwe gemeenteraad in 2014 kan dit verwerkt worden in de begrotingscijfers 2014 e.v. Gestreefd is naar een pakket dat beleidsneutraal is en dus sneller op draagvlak in de raad kan rekenen. Eindresultaat is een sluitende meerjarenraming 2014 -2017. Omdat ten tijde van het opmaken van deze primitieve begroting nog geen concrete invulling gegeven kan worden aan A-pakket, worden voor de jaren 2015 -2017 stelposten geraamd. Na het ramen van deze stelposten (taakstellingen) ontstaat het volgende structurele financiële beeld: Tabel 40
Bedragen x € 1.000
Structureel meerjarenperspectief
2013
Stand tabel 36
2014
3.837
2015
4.010
Stelpost: taakstellende bezuinigingen pakket A Stand Storting saldi in Algemene Reserve
2016
2017
-2.901
-4.407
-5.736
2.901
4.407
5.736
3.837
4.010
0
0
0
-3.837
-4.010
0
0
0
0
0
0
0
0
Begrotingsresultaat
De prognose van de AR is, na het opnemen van de taakstellende bezuiniging als volgt: Tabel 41
Bedragen x €1.000
Ontwikkeling Algemene Reserve
2013
2014
2015
2016
2017
Eindstand 31/12
16.147
15.485
15.953
17.481
18.412
Met betrekking tot de veronderstelde meerjarige toename van de AR wordt een belangrijke kanttekening gemaakt. De veronderstelde eindstanden dienen in de komende jaren nog te worden gerealiseerd. Vanuit het realisatieprincipe (voordelen pas gaan besteden nadat ze daadwerkelijk zijn gerealiseerd) en de egalisatiefunctie van de AR (vereffenen van de jaarlijkse begrotingsresultaten), wordt aanwending van deze toekomstige middelen ontraden. Bovendien blijven er, als gevolg van de slechte economische situatie, nog diverse financiële onzekerheden bestaan. Zo komen er binnen het sociaal domein (de 3 decentralisaties) nieuwe taken naar de gemeente en is op dit moment niet bekend onder welke condities de taken naar de gemeente overgaan. Daarnaast is slechts op basis van een aanname de doorwerking van de aanvullende Rijksbezuiniging van € 6 miljard, in onze financiële positie doorvertaald. Kortom er dient ‘pas op de financiële plaats’ gemaakt te worden, omdat als gevolg van de economische situatie aan de begrotingsramingen meer onzekerheden kleven dan gebruikelijk.
178
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
3.2.2
Financiële begroting
Enkele specifieke onderwerpen
In deze paragraaf van de beschouwingen over de financiële positie wordt aandacht besteed aan enkele specifieke onderwerpen. 3.2.2.a Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen Onder deze verplichtingen moet worden verstaan de aanspraken van het huidige dan wel het voormalige personeel op (toekomstige) uitkeringen. Op grond van de gemeentelijke boekhoudvoorschriften mag voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen alleen een voorziening worden gevormd als zij van jaar op jaar een sterk wisselende omvang hebben. Per 1 januari 2014 zijn voor het opvangen van arbeidskosten gerelateerde verplichtingen de volgende financiële middelen beschikbaar: Bedragen x € 1.000
Tabel 42 Soort verplichting
Omvang
Opgenomen
voorziening
in exploitatie
per 1-1-14
2014
3.463
272
Pensioenen voormalige bestuurders Voorziening arbeidsgerelateerde kosten
18
264
113
Uitkeringen voormalig personeel
n.v.t.
456
Wachtgeld flankerend beleid
n.v.t.
29
Overgangsregeling voormalig brandweerpersoneel
n.v.t.
733
3.2.2.b Investeringen De uitbreiding- en vervangingsinvesteringen bedragen voor 2014 € 12,4 mln. Een specificatie van deze investeringen, in overeenstemming met het BBV onderscheiden naar investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut (MN) en investeringen met een economisch nut (EN), is opgenomen in bijlage D Uitbreidings- en vervangingsinvesteringen. Omdat investeringskredieten in veel gevallen gefaseerd worden uitgevoerd in de loop van het jaar, ontstaat er op rekeningbasis onderuitputting op kapitaallasten. In de begroting 2014 is getracht hier zoveel mogelijk rekening mee te houden. Zowel bij de uitbreiding- en vervangingsinvesteringen, als bij de nog lopende investeringen wordt al op voorhand bij de begroting een inschatting gemaakt van de werkelijke hoogte van de investering. Zodat een reële hoogte van de kapitaallasten kan worden geraamd. In 2014 is het effect voor onderuitputting op kapitaallasten voor de lopende en voorgenomen investeringen in totaliteit becijferd op € 400.000. Via het ramen van een stelpost werd al een onderuitputting op kapitaallasten voorzien van ongeveer € 1.021.000. Het reëler ramen van de kapitaallasten heeft daarom geresulteerd in een nadeel van € 621.000. 3.2.2.c De financiering De betaalde rente aan derden en de bespaarde rente op het eigen vermogen en de voorzieningen wordt, onder aftrek van de ontvangen rente, toegerekend aan de investeringen. De omslagrente die wordt gehanteerd voor de toerekening van rente aan de investeringen en de bespaarde rente op reserves en voorzieningen bedraagt 3,25%. Voor enkele investeringen wordt een afwijkend percentage gehanteerd zoals dat is vastgesteld bij de destijds door de gemeenteraad genomen investeringsbeslissing. Het omslagpercentage, ook wel rekenrente genoemd, wordt zoveel mogelijk constant gehouden om voortdurende herberekening van kapitaallasten van investeringen te voorkomen en het maken van resultatenanalyses te vergemakkelijken. Daardoor ontstaat op begrotingsbasis een positief
18
De voorziening wachtgeld voormalige bestuurders, de voorziening FPU en de voorziening premie
levensloopregeling/vervroegd OP/NP zijn per 1 januari 2012 samengevoegd tot een nieuwe voorziening arbeids gerelateerde kosten.
179
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
financieringsresultaat. Dit resultaat is opgenomen in programma 15 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Tabel 43
Bedragen x € 1.000
Renteomslag Omschrijving
lasten
Baten
Rentelasten Rente langlopende geldleningen
12.063
Rente langlopende geldleningen nieuw
4.755
Rente kortlopende geldleningen
612
Bespaarde rente reserves en voorzieningen
2.699
Saldo financieringsfunctie
83
Rentebaten Rente van verstrekte kortlopende geldleningen Rente van kapitaalverstrekkingen aan derden
563
Totalen
20.212
563
Renteomslagberekening Activa voor de renteomslag Totaal activa gemeente
558.267
Buiten de omslag te houden: Kapitaalverstrekkingen aan derden
12.932
Activa met vaste rente
178.238
Subtotaal
191.170
Totaal activa waarover wordt omgeslagen
367.0097
Netto rentelasten Totaal rentelasten
20.212
Totaal rentebaten
-/- 563
Uit te zonderen rente
-/- 7.717
Per saldo te verdelen over de activa
11.932
Renteomslagpercentage: - te verdelen rente
11.932
- om te slaan over activa met een waarde van
367.097
Omslagpercentage
3,25%
3.2.2.d De stand en het verloop van de reserves Het verwachte verloop van de AR is toegelicht in paragraaf 3.2.1 Ontwikkeling financiële positie. Een overzicht van de stand en ontwikkeling van de overige reserves is opgenomen in bijlage B Verloop reserves en voorzieningen. 3.2.2.e De stand en ontwikkeling van de voorzieningen Een overzicht van de stand en ontwikkeling van de voorzieningen is opgenomen in bijlage B Verloop reserves en voorzieningen.
180
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
3.2.2.f Het aandeel van de gemeente Leeuwarden in het EMU-tekort In het verdrag van Maastricht is vastgelegd dat het EMU-tekort (het gezamenlijk begrotingstekort van het Rijk, lokale overheden en sociale fondsen) van een bepaald land dat behoort tot de Europese Monetaire Unie (EMU) niet hoger mag zijn dan 3% van het Nationaal Inkomen van het betreffende land. Dit is afgesproken om een ‘harde’ Euro te garanderen. In 2003 is gebleken dat het EMU-tekort van Nederland over de grenswaarde van 3% ging. Een belangrijk deel van dit tekort werd veroorzaakt door de lokale overheden. Daarom zijn er tussen het kabinet enerzijds en de VNG, het IPO en de UvW anderzijds afspraken gemaakt om het aandeel van de lokale overheden in het EMUtekort te beheersen. Een van die afspraken behelst een betere informatievoorziening met betrekking tot het aandeel van het tekort dat door de lokale overheden wordt veroorzaakt. Daartoe moet met ingang van het begrotingsjaar 2006 in de gemeentebegrotingen een door het Rijk ontworpen model worden opgenomen, waarin het aandeel dat een betreffende gemeente in het EMU-tekort veroorzaakt, wordt berekend. Volgens de regels van het stelsel van lasten en baten heeft de gemeente een sluitende begroting. Via het door het Rijk opgestelde model moeten de cijfers van de gemeente worden omgezet naar het door het Rijk gehanteerde kasstelsel om de cijfers van het Rijk en die van de lagere overheden te kunnen samenvoegen. Als gevolg van de crisis wordt thans door de meeste landen de norm van 3% overschreden. Ook Nederland overschrijdt de norm. Zoals uit het volgende model blijkt is het aandeel in het EMU-tekort dat door de gemeente Leeuwarden wordt veroorzaakt € 19,3 mln in 2013, Over de jaren 2014 en 2015 is daarentegen sprake van een overschot van € 1,4 mln. Tabel 44
Bedragen x € 1.000 2013
2014
2015
Volgens
Volgens
realisatie
begroting
meerjaren-
Volgens
begroting
2014
raming in
2013
begroting 2015
1
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)
2
Afschrijvingen ten laste van de exploitatie
3
Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie
4
2.839
2.839
12.167
14.529
14.529
10.980
11.662
11.662
26.001
14.548
14.548
0
0
0
Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd
5
- 10.027
Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4
6
Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord
7
8.817
7.323
7.323
57.021
34.055
34.055
Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan)
8
Baten bouwgrondexploitatie: Baten voor zover transacties niet op exploitatie verantwoord
181
52.523
25.420
25.420
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
2013
2014
2015
Volgens
Volgens
realisatie
begroting
meerjaren-
Volgens
begroting
2014
raming in
2013
begroting 2015
9
Lasten op balanspost Voorzieningen voor zover deze transacties met derden betreffen
10
10.785
11.768
11.768
Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 0
1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van
0
de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten 11
Verkoop van effecten:
a
Gaat u effecten verkopen? (ja/nee)
b
Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de
0
0
0
nee
nee
nee
- 19.346
1.401
1.401
exploitatie? Berekend EMU-saldo
182
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
3.2.3
Meerjarenraming
Tabel 45 Lasten programma’s 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015
-
Cultuur Jeugd en onderwijs Economie en toerisme Sociaal maatschapp. ontwikkeling Werk en inkomen Wonen Infrastructuur/bereikbaarheid Dienstverlening Politiek bestuur Veiligheid en Openbare orde Sport Ruimtelijke ordening Milieu, energie en water Woon- en leefomgeving Algemene dekkingsmiddelen
Totaal lasten
Tabel 46 Baten programma’s 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015
-
Financiële begroting
Cultuur Jeugd en onderwijs Economie en toerisme Sociaal maatschapp. ontwikkeling Werk en inkomen Wonen Infrastructuur/bereikbaarheid Dienstverlening Politiek bestuur Veiligheid en Openbare orde Sport Ruimtelijke ordening Milieu, energie en water Woon- en leefomgeving Algemene dekkingsmiddelen
Totaal baten
Bedragen x € 1.000 Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Raming 2015
Raming 2016
Raming 2017
13.862 22.913 63.961 46.690 124.487 11.329 12.793 3.488 8.342 11.358 6.456 1.791 27.172 23.001 50.324
10.237 22.041 34.675 45.401 130.017 11.011 8.640 3.655 8.289 11.178 6.249 1.799 25.713 22.757 42.679
10.852 24.631 40.086 45.204 137.650 11.121 7.874 3.509 8.712 10.796 6.541 1.949 28.393 26.622 24.704
10.618 24.209 39.247 43.850 135.661 8.927 8.259 3.954 8.778 10.277 6.355 1.911 27.308 27.440 19.425
10.618 24.191 39.078 43.768 134.140 8.880 8.387 3.954 8.744 10.025 6.338 1.911 27.309 27.847 19.097
10.618 24.214 39.094 43.587 134.140 8.880 8.522 3.954 8.730 9.773 6.322 1.911 27.310 28.236 18.180
427.967
384.341
388.644
376.219
374.287
373.471
Bedragen x € 1.000 Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Raming 2015
Raming 2016
Raming 2017
2.532 4.869 59.239 4.927 103.895 5.044 10.305 1.643 448 1.192 165 149 25.535 3.128 204.899
412 3.896 31.033 3.727 104.189 3.757 5.805 1.458 404 442 30 93 24.127 2.453 202.514
211 3.439 35.530 3.014 110.837 3.328 5.447 1.587 443 250 15 86 27.272 2.684 194.500
211 3.437 35.596 2.976 110.837 3.999 5.447 1.668 369 250 0 86 27.429 2.678 181.236
211 3.434 35.580 2.976 110.837 3.999 5.447 1.774 369 250 0 86 27.429 2.678 179.217
211 3.432 35.580 2.976 110.837 3.999 5.447 1.820 369 250 0 86 27.429 2.678 178.357
427.970
384.340
388.643
376.219
374.287
373.471
183
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Financiële begroting
184
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Lijst met afkortingen
Alfabetische lijst met afkortingen AR
Algemene Reserve
AWBZ
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
AZ
Algemene Zaken
BBV
Besluit Begroting en Verantwoording
BBZ
Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen
BCF
BTW Compensatiefonds
BDU
Brede Doel Uitkering
BNG
Bank voor Nederlandse Gemeenten
BO
Bijzonder Onderwijs
BOR
Beheer Openbare Ruimte
BOSL
Bestuurlijk Overleg Stadsregio Leeuwarden
BTW
Belasting van de Toegevoegde Waarde
BUIG
Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorziening
GR SW
Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening
GRP
Gemeentelijk Rioleringsplan
GS
Gedeputeerde Staten
GSB
Grote Steden Beleid
GVVP
Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan
HCL
Historisch Centrum Leeuwarden
HUP
Handhavingsuitvoeringsplan
HVD
Hulpverleningsdienst
IAU
Incidentele Aanvullende Uitkering
IBB
Incidentele Bijzondere Bijstand
ICT
Informatie Communicatie Technologie
IOAW
Inkomensregeling voor Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers
aan Gemeenten IOAZ BZK
Binnenlandse Zaken
CS
Concernstaf
CIZ
Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen Zelfstandigen
IPO
Interprovinciaal Overleg
Centrum Indicatiestelling Zorg
ISI
Impuls Sociale Investeringen
CJIB
Centraal Justitieel Incassobureau
ISV
Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing
CV/BV
Commanditaire Vennootschap/Besloten
IU
Integratie-uitkering
KBNL
Kredietbank Nederland
KCC
Klant Contact Centrum
KRW
Kaderrichtlijn Water
LAP
Landelijk Afvalstoffenplan
LEJA
Leeuwarder Educatieve JeugdAgenda
LHR
Leeuwarden Historische Reeks
LPF
Leeuwarder Papier Fabrieken
MAD
Milieu Advies Dienst
MCC
Multi Cultureel Centrum
MER
Milieueffectrapportage
MFC
Multifunctioneel Centrum
MIP
Meerjaren Investeringsprogramma
MJOP
Meerjaren Onderhoudsprogramma
MN
Maatschappelijk nut
MO
Maatschappelijke Ondersteuning
Vennootschap CWI
Centrum voor Werk en Inkomen
DSOB
Dienst Stedelijke Ontwikkeling en Beheer
DU
Decentralisatie-uitkering
EMU
Economische en Monetaire Unie
EN
Economisch nut
EPC
Energieprestatiecoëfficiënt
FEC
Financieel Expertise Centrum
FIDO
Financiering Decentrale Overheden
FLO
Functioneel Leeftijdsontslag
FPU
Flexibel Pensioen en Uittreden
FVC
Friese Voetbal Club
GEM
Gemeenschappelijke Exploitatie Maatschappij
GHOR
Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen
185
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Lijst met afkortingen
MOP
Meerjaren Ontwikkelingsprogramma
VFG
Vereniging Friese Gemeenten
MPI
Meerjarenprogramma Infrastructuur
VNG
Vereniging Nederlandse Gemeenten
MTO
Medewerkertevredenheidsonderzoek
VROM
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
NAR
Nederlands Instituut voor Risicomanagement
OBL
Ontwikkelbedrijf Leeuwarden
PPS
Publiek-Private Samenwerkingsverband
RMC
Regionaal Meld- en Coördinatiepunt Jongeren
RSP
Regio Specifiek Pakket
RUD
Regionale Uitvoerings Dienst
SIMON
Samenwerkingsverband Informatisering
Milieubeheer VZ
Verslavingszorg
W&I
Werk en Inkomen
WABO
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht
WAJONG
Wet Werk en Arbeidsondersteuning Jonggehandicapten
WEB
Wet Educatie en Beroepsonderwijs
WIJ
Wet Investeren in Jongeren
WIW
Wet Inschakeling Werkzoekenden / Westelijke
Monumentenzorg SIOF
Strategisch Investerings- en
Invalsweg
Ontwikkelingsfonds WMO
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Tijdsgebonden
WOZ
Waardering Onroerende Zaken
SMO
Sociaal Maatschappelijke Ontwikkeling
WPG
Wet Publieke Gezondheid
SNN
Samenwerkingsverband Noord Nederland
WRO
Wet Ruimtelijke Ordening
SO
Speciaal Onderwijs
WSW
Wet Sociale Werkvoorziening / Waarborgfonds
TK
Taakmutatie
UCF
University Campus Fryslân
UvW
Unie van Waterschappen
UWV
Uitvoeringsorgaan Werknemersverzekering
SMART
Specifiek Meetbaar Acceptabel Realistisch
Sociale Woningbouw WWB
Wet Werk en Bijstand
WWIK
Wet Werk en Inkomen Kunstenaars
WWNV
Wet Werken Naar Vermogen
186
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Bijlagenboek
187
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
188
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Inhoudsopgave bijlagenboek
Bijlage A
Overzicht mee- en tegenvallers
191
I.
Mee- en tegenvallers structureel
192
II. Mee- en tegenvallers incidenteel
199
III. Eindoverzicht mee- en tegenvallers
206
(meerjarenperspectief en ontwikkeling Algemene Reserve)
Bijlage B
Verloop reserves en voorzieningen
209
Bijlage C
Meerjarenprogramma Infrastructuur
213
I.
214
Bijlage D
Programma Infrastructuur 2014
II. Meerjarenprogramma Infrastructuur 2014-2017
217
III. Meerjarenplanning algemene middelen Infrastructuur 2014-2017
221
IV. Verloop algemene middelen (investeringsvolume)
223
Uitbreidings- en vervangingsinvesteringen
225
I.
226
Meerjarenoverzicht investeringen
II. Raamkrediet Programma Infrastructuur 2014
229
Bijlage E
Overzicht van maximaal beschikbare subsidies 2014
231
Bijlage F
Overzicht I Incidentele lasten en baten
238
Overzicht II Structurele stortingen in en onttrekkingen aan
240
Reserves
Bijlage G
Supplement bezuinigingen 2014-2017
189
241
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
190
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
BIJLAGE A Overzicht mee- en tegenvallers I. II. III.
Mee- en tegenvallers structureel Mee- en tegenvallers incidenteel Eindoverzicht mee- en tegenvallers (meerjarenperspectief en ontwikkeling Algemene Reserve)
191
Actualisatie diverse maatstaven
Uitkeringsfactor 2017
Vrijval reserveringen inflatie GF
Reservering inflatie nieuwe jaarschijf
Nieuwe uitkeringsfactoren ob.v.
1.2
1.3
1.4
1.5
1.6
Bijstelling nominale ontwikkelingen
Onderwijskorting regeerakkoord € 256 mln
Bijstelling suppletie-uitkering OZB
1.7
1.8
1.9
meicirculaire
Uitkomsten septembercirculaire 2013-2017
Gemeentefonds
Dienst/omschrijving
1.1
Nr.
Bijlage I: Mee- en tegenvallers structureel
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
-2.174
1.581
-457
2013
-1.484
2.719
3.217
-184
845
2014
-1.599
716
-2.945
11
-543
2015
192
714
-2.989
-31
69
2016
714
-2.680
-3.217
2.589
293
2017
Bedragen X € 1.000
2014 door het Rijk afgebouwd (zie ook toelichting in
uitkering in het leven geroepen. Deze tijdelijke regeling wordt nu voor
gemeente er op achter uit mocht gaan is een zogenaamde suppletie-
van woningen afgeschaft. Vanuit de gedachte dat geen enkele
In 2006 is de mogelijkheid om OZB te heffen voor het gebruikersdeel
structureel voor Leeuwarden.
gemeentefonds geeft voorlopig een korting van bijna € 1,6 mln
het primair en voortgezet onderwijs. Dit uitname uit het
overgeheveld naar de begroting van OVW ten behoeve van scholen in
In het regeerakkoord is afgesproken dat € 256 mln landelijk wordt
gemeentelijke prognoses neerwaarts bijgesteld.
prijsontwikkelingen op de Rijksbegroting. Op grond hiervan zijn ook de
De accressen verslechteren door o.a. lagere loon- en
systematiek, begrepen.
afnemende accressen e.d. als gevolg van de ‘trap-op trap-af’
de meicirculaire in gewijzigde uitkeringsfactoren. Hierin zijn ook de
kortingen op grond van het regeerakkoord), resulteren op grond van
Nieuwe berekeningen van de Rijksuitgaven (waaronder diverse
Betreft de reservering van de loon- en prijsstijgingen in 2017.
bij de diensten e.d.
loon- en prijsontwikkelingen vallen vrij ter dekking van de ontwikkeling
De binnen de algemene uitkering gereserveerde stelposten voor o.a.
de loon- en prijsstijgingen gecompenseerd moeten worden.
geraamd. Hierin zijn ondermeer ook de accressen inbegrepen, waaruit
hoogte van de algemene uitkering de meest actuele uitkeringsfactor
Voor de nieuwe jaarschijf 2017 wordt voor het berekenen van de
inwoners, leerlingen, bijstandsaantallen e.d.
Betreft aanpassingen van diverse lokale variabelen zoals woningen,
Toelichting
Bijlagenboek
Invoeringskosten nieuwe WMO
Uitvoeringskosten inburgering
Regeerakkoord: dualiseringskorting
Regeerakkoord: scootmobielen
Regeerakkoord: maatschappelijke stage
Aanpassing WMO uitkering
Aanpassing uitvoeringskosten jeugdzorg
Aanpassing maatschappelijke opvang
Aanpassing Jeugd en Gezin
Aandeel Boarnsterhim Rijksbezuinigingen
Verruiming maatstaf herindeling
A
B
C
D
E
F
G
H
I
1.11
1.12
2.1
Taakmutaties en decentralisatie-uitk.:
1.10
Nominale ontwikkelingen
Concern
Totaal gemeentefonds
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
31
-624
200
20
114
103
-11
2013
-225
4.765
-200
-350
-71
163
-73
183
2014
-5.262
-360
-33
-131
-92
-103
-183
2015
193
-2.479
70
-250
-62
2016
-2.752
-70
-225
-156
2017
prijsontwikkelingen.
De budgetten van de dienst worden gecompenseerd voor loon- en
herindelingsbijdrage.
€ 70.000 gedekt uit (ons deel in) de nog te ontvangen
gemeente Boarnsterhim (zie ook nr. 2.5 incidenteel). Daarnaast wordt
wordt aangewend voor het huisvesten van de medewerkers uit de
in 2013 bevoorschot. Het Leeuwarder aandeel hierin is € 200.000 en
De maatstaf herindeling is verruimd met ongeveer € 600.000 en wordt
regeerakkoord e.d. Op basis van de meicirculaire is dit geactualiseerd.
gemeente Boarnsterhim in de Rijksbezuinigingen als gevolg van het
debat is financieel rekening gehouden met het aandeel van de
In het informatiepakket ter ondersteuning van het richtinggevend
onder Concernstaf).
door het Rijk worden doorgevoerd vanuit het gemeentefonds (zie ook
Dit betreffen de taakmutaties en de decentralisatie uitkeringen die
programmabegroting)
Toelichting
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
Beheer deelnemingen
Voorcalculatie rente
Taakmutaties en decentralisatie-uitk.
2.2
2.3
2.4
Nominale ontwikkelingen AZ
Vrijgevallen kapitaallasten
Kapitaallasten vervangingsinvesteringen
Aanpassing OZB i.v.m. woningbouwpr.
Inflatiecorrectie belastingen
Verzekeringen
3.1
3.2
3.3
3.4
3.5
3.6
Dienst Algemene Zaken
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
-20
167
-226
-40
2013
227
-32
-613
148
661
2014
-2
542
-141
2015
194
32
62
2016
145
-6
11
156
2017
gemeente betaald een nadeel op van € 20.000.
Dit levert gemeentebreed voor alle verzekeringspremies die de
De assurantiebelasting is door het Rijk van 9,7% verhoogd naar 21%.
van 1,0% inflatie.
inflatie. Voor 2014 word inclusief een nacalculatie over 2013 uitgegaan
De raming van o.a. de OZB opbrengst wordt jaarlijks gecorrigeerd voor
inclusief de raming van de nieuwe jaarschijf.
worden de betreffende mutaties in de OZB-opbrengst verwacht,
Op basis van de bouwprognoses voor woningen en niet-woningen
meerjarenraming opgenomen.
De kapitaallasten voor vervangingsinvesteringen worden in de
De kapitaallasten van de afgeschreven investeringen vallen vrij.
prijsontwikkelingen.
De budgetten van de dienst worden gecompenseerd voor loon- en
van de diensten gereserveerd. Zie onder Gemeentefonds nr. 1.10.
worden doorgevoerd vanuit het Gemeentefonds, worden ter uitvoering
De taakmutaties en decentralisatie uitkeringen die door het Rijk
aangemerkt.
ontwikkelingen over de hoogte van de rente als incidenteel
resterende deel (€ 141.000) wordt gelet op de onzekere
3,25%, is de rente over de activa verschuldigd € 520.000 lager. Het
€ 661.000. Doordat het omslagpercentage kan dalen van 3,5% naar
2014 wordt een voordeel op het renteresultaat verwacht van
wordt een voordeel op het renteresultaat berekend. In de jaarschijf
Gezien de dalende rentepercentages op de geld- en kapitaalmarkt
Afwaardering in de jaarrekening 2012 werken structureel door.
resultaten van de gemeentelijke deelnemingen onder druk te staan.
Door de aanhoudende economische omstandigheden komen ook de
Toelichting
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
Aanpassing macro budget facilitaire kosten
Desintegratiekosten en
3.10
3.11
-266
136
170
-21
6
6
195
239
2016 6
275
2017
De desintegratiekosten ontstaan met name doordat een deel van de
formatie resulteert in een structureel voordeel van € 136.000.
voor verbruiksgoederen en salarisverwerking e.d. De daling van de
omvang van de gemeentelijke organisatie. Dit betreffen directe kosten
De begrote facilitaire kosten van de dienst AZ fluctueren met de
structureel nadeel van € 21.000.
berekening blijkt dit een bedrag van € 20.000 te zijn. Dit betekent een
in 2015 van € 41.000 uitgegaan. Op basis van een geactualiseerde
(voor hun 65e) met pensioen gaat. Oorspronkelijk werd van een vrijval
afhankelijk van het aantal medewerkers dat daadwerkelijk vervroegd
betreft nog een overgangsregeling. De daadwerkelijke kosten zijn
voor ambtenaren die gebruik maken van vervroegde uittreding. Dit
De gemeente betaald een deel van de pensioenpremie (FPU-premie)
die reden vindt er nu een correctie plaats.
aan de gang is loopt het jaarlijks nadeel op de leges geleidelijk op. Om
daling jaarlijks niet heel groot, maar omdat de daling reeds enige jaren
daling. Dit komt overeen met de landelijke trend. Weliswaar is de
Het aantal huwelijkssluitingen vertoont de laatste jaren een geleidelijke
oude niveau.
hierna is er sprake van een jaarlijkse herstel van de aantallen tot het
onderkennen als gevolg van de geldigheidsduur van 5 jaar. In de jaren
Dit is het gevolg van de omzetcyclus die bij deze documenten is te
Bij reisdocumenten ontstaat een klein mutatie in het aantal afgiftes.
Toelichting
van 25 % de huidige verdeelwijze (op basis van historische kosten)
herverdelingseffecten te dempen wordt vanaf 2015 tot 2018 in stappen
herverdelingseffecten, zo ook bij zogenaamde OOV model. Om de
Veiligheid) in het gemeentefonds. Elk kostenverdeelmodel leidt tot
ingevoerd, die is gebaseerd op OOV aandeel (Openbare Orde en
van de brandweer een nieuwe verdeling van de kosten binnen Fryslân
meer gerealiseerd kunnen worden. Ook wordt er met de regionalisering
ingeboekte taakstellingen bij de brandweer door de regionalisering niet
Kosten voormalig ambtelijk personeel
3.9
-20
6
2015
facilitaire kosten binnen de gemeentelijke organisatie achterblijft en
Legesopbrengsten
3.8
-24
2014
Brandweer Leeuwarden
Legesopbrengsten reisdocumenten
3.7
2013
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
herverdelingseffecten regionalisering
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Nominale ontwikkelingen
Stelpost civieltechnische werken
Kapitaallasten vervangingsinvesteringen
Vrijval kapitaallasten
Stelpost areaaluitbreidingen 'groen'
Stelpost areaaluitbreidingen 'grijs'
5.2
5.3
5.4
5.5
5.6
Dienst Stadsontwikkeling
Mutaties FLO
Dienst Brandweer
5.1
4.1
215
-23
2016
-23
2017
Ook de huidige gemeente Boarnsterhim heeft te maken met
gewijzigd naar de nieuwe verdeelwijze (zogenaamde OOV model).
Toelichting
-35
-30
-38
-18
-114
-54
-3
-623
-63
-1
-7
196
-116
-35
-9
-304
-52
189
-164
-152
26
beleidsperiode.
daarvan kunnen er ook mutaties ontstaan ten opzichte van de vorige
woningbouwproductie en realisering van bedrijventerreinen. Als gevolg
onder andere op grond van de meest actuele ontwikkelingen inzake
openbare verlichting en bebording. De berekening daarvan geschiedt
met betrekking tot het onderhoud aan o.a. wegen, kunstwerken,
Uitbreiding van de stad heeft tot gevolg dat er extra lasten ontstaan
ontstaan ten opzichte van de vorige beleidsperiode.
bedrijventerreinen. Als gevolg daarvan kunnen er ook mutaties
actuele ontwikkelingen inzake woningbouwproductie en realisering van
berekening daarvan geschiedt onder andere op grond van de meest
met betrekking tot het onderhoud aan het openbaar groen. De
Uitbreiding van de stad heeft tot gevolg dat er extra lasten ontstaan
Door (volledige) afschrijving op activa verminderen de kapitaallasten.
Betreft kapitaallasten vervangingsinvesteringen.
investeringen in het programma infra.
Betreft de jaarlijkse stelpost civieltechnische werken voor
prijsontwikkelingen.
De budgetten van de dienst worden gecompenseerd voor loon- en
voordeel van € 26.000 in 2017.
bedragen behoeven een structurele aanpassing. Er is sprake van een
bezwarende functie geldt een overgangsregeling. De reeds geraamde
afgeschaft. Voor het op dat moment in dienst zijnde personeel in een
Met ingang van 1 januari 2006 is het Functioneel Leeftijd Ontslag (FLO)
rekening.
afspraken neemt de gemeente Leeuwarden 55% hiervan voor haar
-22
2015
meerjarige desintegratiekosten en herverdelingseffecten. Conform
36
2014
Brandweer Boarnsterhim
Desintegratiekosten en
3.12
2013
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
herverdelingseffecten regionalisering
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Nominale ontwikkelingen
Vrijval kapitaallasten (speelruimten)
6.2
Dienst Welzijn
Energie
6.1
5.10
522
12
-34
-1.538
197
16
2016
2
-34
2017
De formatie van team wijkmanagement is gebaseerd op het aantal
waardoor het effect per saldo € 4.000 bedraagt.
Hiertegenover staat dat er minder rentelasten zijn ad € 1.000,
Door verkopen erfpacht dalen de pachtopbrengsten met € 5.000.
mutaties ontstaan ten opzichte van de vorige beleidsperiode.
realisering van bedrijventerreinen. Als gevolg daarvan kunnen er ook
van de meest actuele ontwikkelingen inzake woningbouwproductie en
wateroppervlakken. De berekening daarvan geschiedt o.a. op grond
met betrekking tot het onderhoud aan sloten, vijvers en grote
Uitbreiding van de stad heeft tot gevolg dat er extra lasten ontstaan
Toelichting
vallen vrij.
De rentelasten van de afschrijvingen op investeringen speeltoestellen
prijsontwikkelingen.
De budgetten van de dienst worden gecompenseerd voor loon- en
en stroom kan € 12.000 structureel worden ingeboekt.
(VFG) vastgeklikt. Door met name een daling in het verbruik van gas
De energietarieven zijn in overleg met de Vereniging Friese Gemeente
€ 18,000 (exclusief overhead).
formatie op de functie van wijkmanager van 0,22 fte, zijnde circa
de wijk-/panelbudgetten met € 16.200 en een uitbreiding van de
€ 8.200. De structurele uitzetting omvat derhalve een uitbreiding van
/panelbudget te worden toegekend van respectievelijk € 8.000 en
Daarnaast dient zowel aan De Zuidlanden als aan Blitsaerd nog wijk-
heden ook nog geen formatie-uitbreiding heeft plaatsgevonden.
wijkmanagement. Ditzelfde geldt voor De Zuidlanden, waarvoor tot op
toegekend aan deze wijk. Dit betekent een taakverzwaring voor
organiseren. Op dit moment is ook formeel een wijkmanager
Blitsaerd heeft aangegeven zich via een wijkpanel te willen
die zich circa 3 jaar geleden heeft georganiseerd in een wijkpanel. Ook
Wijk- en panelbudget voor Blitsaerd en
5.9
-4
-9
2015
Zuidlanden
Verkopen erfpacht
5.8
-30
2014
wijken en dorpen in de gemeente. De Zuidlanden is een nieuwe wijk
Stelpost areaaluitbreiding ‘blauw’
5.7
2013
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
inzet wijkmanagement Blitsaerd en De
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Leerlingenaantallen
Uitvoeringskosten KCC en Sociale Zaken
6.3
6.4
Totaal diensten
-691
-67
Rengershal
6.6
Totaal generaal (inclusief gem.fonds)
-85
Onderwijshuisvesting
-104
-350
14
2013
6.5
(AZ en Welzijn)
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2457
-2308
-24
2014
-4823
439
-13
2015 6
198
-2301
178
2016
-2729
23
-52
2017
€ 85.000.
resterende structurele tekort na genomen maatregelen bedraagt
het afstoten van een gymlokaal en afspraken met scholen. Het
terug te dringen door een hogere dekkingsgraad te realiseren o.a. door
realiseerbaar. De gemeente en de bv SPORT hebben het tekort weten
hiervoor is voor een bedrag van € 144.000 voor de bv SPORT niet
van de horeca. De in het investeringsplan opgenomen opbrengst
oorzaken zijn tegenvallers op de huuropbrengsten en de exploitatie
De exploitatie van de sporthal laat een structureel tekort zien. De
bedrag van € 104.000 niet reëel dat dit nog gerealiseerd wordt.
schoolgebouwen. Door de verslechterde woningmarkt is het voor een
taakstelling zou gerealiseerd worden door de verkoop van een aantal
onderwijsgebouwen een taakstelling opgelegd van € 320.000. De
In 2002 is voor de financiering van € 4.000.000 voor
voorgaande jaar 2012.
De mutatie is gebaseerd op het klantenaantal van 4.726 van het
bedrijfsvoering geanalyseerd.
aangepast. Hiervoor zijn het verrekenmodel en de knelpunten in de
het model voor een juiste werking op onderdelen moet worden
Uit de evaluatie van dit verrekenmodel over 2011 en 2012 blijkt dat
begrote uitkeringsgerechtigden.
en Zorg van het KCC te laten meebewegen met het aantal meerjarig
Administratie van Sociale Zaken (SoZa) en de teams Werk, Inkomen
beïnvloeden normformatie van de teams Inkomen en (Financiële)
In 2011 is het verrekenmodel SoZa - KCC ingevoerd om de direct te
wijziging van het budget voor de sector Onderwijs.
worden in de algemene uitkering doorgerekend en leidt tot een
mutaties te verwachten zijn van het aantal leerlingen. Deze mutaties
De nieuwe prognoses vanuit de sector Onderwijs geven aan dat er
Toelichting
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
Concern
Stelpost kapitaallasten
Afwikkeling dividend BNG
Rente 2013
Vrijval ‘nog te betalen’
Voorfinancieren tlv
2.0
2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
herindelingsbijdrage
Dienst/omschrijving
Nr.
-1.068
300
-300
-700
-55
-1.021
2014
1.068
700
55
2013
Bijlage II: Mee- en tegenvallers incidenteel
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
1.021
2015
300
2016
gemeente Leeuwarden financiert e.e.a. voor.
herindeling, ten laste te brengen van de herindelingsbijdrage van het Rijk. De
personele lasten van de gemeente Boarnsterhim die verbonden zijn aan de
Door de gemeentebrede stuurgroep Herindeling Boarnsterhim, is besloten de extra
balanspost m.b.t. de belastingcapaciteit van € 368.000 kan hierdoor vrijvallen.
uitkering over 2010 definitief vastgesteld en afgerekend. Een opgenomen
is vereffend, kan de ‘nog te betalen post’ vrijvallen. Daarnaast is de algemene
terugbetaling van € 700.000 rekening gehouden. Nu e.e.a. in de meicirculaire 2013
krijgen gemeenten hierdoor minder middelen. In de jaarrekening 2012 is met een
Vanwege de gehanteerde kostensystematiek (samen trap op, samen trap af),
Het Rijk heeft in 2012 veel minder geld uitgegeven dan gepland (onderuitputting).
gedaald ten opzichte van de eerdere prognoses in de begroting 2013.
doordat de rentepercentages voor het aantrekken van kort en lang geld zijn
Er wordt over 2013 een voordeel op de rente verwacht. Dit wordt veroorzaakt
van € 118.000. Er is dus een positief afwikkelingsverschil van € 55.000.
uitgekeerd van € 173.000. In de jaarrekening 2012 was gerekend op een dividend
Over het jaar 2012 wordt door de NV Bankt Nederlandse Gemeenten een dividend
concernniveau kan hierdoor vervallen.
binnen de begrotingen van de diensten kapitaallasten vrij. De stelpost op
voorkomen van onderuitputting op de geraamde kapitaallasten. Hierdoor vallen
betrekking op alle gemeentelijke diensten. Er zijn maatregelen genomen op het
verband met te realisering onderuitputting op kapitaallasten. Deze stelpost heeft
In de begroting van de concernstaf is een stelpost geraamd van € 1.021.000 in
Toelichting
199
-300
2017
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
32
100
2017
40
Onder bepaalde omstandigheden is het op grond van de wet mogelijk een
Toelichting
Maximalisering tarief rijbewijs
Hogere legesopbrengsten
Huldiging Cambuur
3.5
3.6
personeel
Kosten voormalig ambtelijk
-30
50
30
-50
-32
200
bewaking, dranghekken e.d.
kampioenschap in de Jupiler League, zijn kosten gemaakt ten behoeve van
In verband met officiële huldiging van SC Cambuur, in verband met het
een aantal van 8.500 stuks met een uitloop in 2017 naar 10.000 stuks.
periode van 5 jaar. In 2016 stijgt daarom de afzetprognose van 4.800 stuks naar
Bij de verkoop van rijbewijzen is sprake van een trendbreuk in de omzet na iedere
verwacht voor 2013 van € 50.000.
deze verhoging niet meer verwacht. Om die reden wordt een incidenteel voordeel
voor het rijbewijs. Telkens is dit echter tot nu toe uitgesteld. Ook voor 2013 wordt
Reeds geruime tijd is er sprake van de invoering van een wettelijk maximumtarief
2014 van € 32.000.
basis van een geactualiseerde berekening wordt een incidenteel mutatie verwacht in
medewerkers dat daadwerkelijk vervroegd (voor hun 65e) met pensioen gaat. Op
overgangsregeling. De daadwerkelijke kosten zijn afhankelijk van het aantal
ambtenaren die gebruik maken van vervroegde uittreding. Dit betreft nog een
De gemeente betaald een deel van de pensioenpremie (FPU-premie) voor
vooralsnog € 15.000.
van de OVO levert een eenmalig voordeel op voor de gemeente in 2013 van
OVO te verkopen en de lopende dossiers over te dragen aan Achmea. De verkoop
In 1995 is de Onderlinge Verzekeringen Overheid UA (OVO) opgericht. Door
€ 45.000. gewijzigde omstandigheden, is door de deelnemers aan de OVO besloten om de
-15
(OVO)
15
€ 33.000. Naar verwachting zal dit nadeel verder oplopen in 2013 en verder tot
proceskostenvergoeding te voorkomen. Over 2012 leverde dit een nadeel op van
een aanpassing van de wet om oneigenlijk gebruik van de mogelijkheid van
proceskostenvergoeding gedaan. Door het Rijk wordt momenteel nagedacht over
wordt steeds vaker met succes een beroep op de mogelijkheid van
Verzekeringen Overheid UA
Verkoop Onderlinge
3.4
3.3
3.2
45
2016
bezwaar maakt tegen zijn WOZ-waarde. Door zogenaamde no-cure-no-pay-bureaus
-45
2015
proceskostenvergoeding te krijgen voor de kosten die een burger maakt als hij
Proceskostenvergoeding Wet
3.1
2014
Zaken
Dienst Algemene Zaken
3.0
2013
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
Waardering Onroerende
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Nominale ontwikkelingen
Dienst Stadsontwikkeling
Onderuitputting kapitaallasten
Vorstschade aan
4.3
5.0
5.1
5.2
-400
33
47
400
400
-33
-47
-54
20
-400
-71
20
2
2016
2017
13
Ten gevolge van de winterperiode is vorstschade ontstaan. Het betreft met name:
uitvoering in latere jaren plaatsvindt. Hierdoor vallen incidenteel kapitaallasten vrij.
Betreft grote infrastructurele projecten (kredieten al verstrekt), waarvan de
derhalve een voordeel van € 33.000.
De budgetten nominale ontwikkelingen voor 2013 zijn neerwaarts bijgesteld;
kapitaallasten van € 47.000.
Er is binnen de begroting van de brandweer voor 2013 sprake van een vrijval op de
aanpassing met als uitkomst een voordeel van totaal € 138.000.
een overgangsregeling. De al geraamde bedragen behoeven een incidentele
Voor het op dat moment in dienst zijnde personeel in een bezwarende functie geldt
Met ingang van 1 januari 2006 is het Functioneel Leeftijd Ontslag (FLO) afgeschaft.
Toelichting
Invasieve waterplanten
Huisnummering
5.3
5.4
-45
-40
45
201
bureaucratisch. Daarnaast wordt de BAG meer als bron gebruikt, waardoor er meer
geworden. De BAG leidt ertoe dat er nauwkeuriger gewerkt moet worden en is meer
gaan, die daarna zou verdwijnen. Inmiddels zijn de consequenties duidelijker
van huisnummering. In eerste instantie werd ingeschat dat het om een piek zou
Door de invoering van de BAG zijn er extra werkzaamheden ontstaan op het gebied
het Wetterskip.
i.h.k.v. ‘overdracht stedelijk water’ de overdracht van deze vijvers plaatsvinden aan
sprake is van een beheersbare situatie. Naar verwachting zal in de loop van 2015
eenzelfde inzet in 2014 en een inzet van € 20.000 in 2015 is de verwachting dat
is in de begroting een extra post opgenomen voor bestrijding groot € 40.000. Met
middelen (meerjarig) wordt getracht de situatie beheersbaar te krijgen. Voor 2013
de begroting zijn niet toereikend voor deze maatregelen. Door inzet van incidentele
kwalitatief een beheersbare situatie ontstaat. De reguliere beheermiddelen binnen
waterplant groot kroosvaren. Insteek is beperkte bestrijding waarmee visueel en
waterplant ongelijkbladig vederkruid. Ook is er een sterke toename van de
In de vijvers van Camminghaburen is sprake van sterke groei van de invasieve
incidenteel herstel/onderhoud noodzakelijk.
Correctie kapitaallasten
4.2
110
2015
Nieuweweg/Zuiderplein, Egelantierstraat, Apolloweg en Pallasweg. Hiertoe is
Mutaties FLO
4.1
2014
2012/2013)
Brandweer
4.0
2013
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
verhardingen (winter
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
SNN
Westergo
Aanpassen exploitatie
5.5
5.6
5.7
markten
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
-65
-110
-113
2013
25
110
2014
25
2015
15
113
2016
2017
202
heeft te maken met het deels uit handen geven van de organisatie van de markten
benodigde dekking voor 2013 kan worden verlaagd van € 95.000 naar € 65.000. Dit
een verbetering van de exploitatie voorzien. De verwachting is dat de extra
Voor 2013 wordt, vanwege de ingebruikname van het nieuwe Wilhelminaplein, wel
worden gehanteerd, wordt ook voor 2013 een nadelig exploitatiesaldo voorzien.
extra jaarmarkt. Omdat nog steeds de oorspronkelijke begrotingsuitgansgpunten
marktplaatsen en daarnaast hogeren baten in verband met de invoering van een
meer meters per kraam uit te geven omdat men gebruik maakt van diepere
bezetting is volledig en er zijn mogelijkheden voor verhoging van de baten door
waarbij volledig gebruik kan worden gemaakt van het nieuwe Wilhelminaplein. De
de verplaatsing in verband met project Nieuw Zaailand. 2013 is het eerste jaar
De exploitatie van de markten staat al enige jaren onder druk, met name vanwege
aan Harmoniekwartier) die uit de Convenantsmiddelen gefinancierd worden.
vanwege de projectbijdragen (m.n. WiFi in de binnenstad en verwachte bijdrage
incidenteel opgenomen voor 2013. De bijdrage in 2013 is met name van belang
De Westergo samenwerking loopt tot 2013; de deelnemersbijdrage ad € 110.000 is
verlangt als voorgaande perioden.
niveau. Verwacht wordt dat de periode 2015-2020 een zelfde financiële inzet
uitvoeringsgericht naar ook meer lobby en samenwerkingsgericht op het noordelijke
De inzet vanaf 2015 zal naar waarschijnlijkheid verschuiven van project- en
loep genomen, om in 2015 inwerking te treden, dit vergt ook inzet van Leeuwarden.
de organisatievorm en uitvoeringsstructuur van SNN geëvalueerd en nader onder de
daarin ook deelname van de partners, zoals Leeuwarden. Daarnaast wordt in 2014
Leeuwarden. Vanaf 2014 zal SNN de nieuwe programma’s uitvoeren en verlangt
programmaperiode 2014-2020, deelname hierin is belangrijk voor de positie van
deel in diverse commissies. In 2013 wordt hard gewerkt de nieuwe
Gemeente Leeuwarden levert een jaarlijkse financiële bijdrage aan SNN en neemt
onderworpen aan een audit.
waarbinnen zaken moeten worden afgehandeld. Het proces wordt periodiek
geworden waaraan hoge eisen worden gesteld, met name t.a.v. van termijnen
wetgeving is het nemen van huisnummerbeschikkingen een kritisch proces
onderhoud t.b.v. de juiste informatie nodig is. Vanwege de koppeling met de BAG-
Toelichting
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
Crowdmanagement
5.8
5.11
Voorfinancieren tlv
5.10
Huisvesting
herindelingsbijdrage
Koningsboom
5.9
evenementen
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
-270
-1100
-20
-20
2013
270
1100
20
20
2014
1.100
2015
-1100
2016
2017
203
ontvangen. Per saldo verloopt dus e.e.a. budgettair neutraal.
het (ons deel in) de herindelingsbijdrage welke via het gemeentefonds wordt
is een investering noodzakelijk van € 270.000,=. Deze kosten worden gedekt uit
Voor met name het huisvesten van de medewerkers van de gemeente Boarnsterhim
stellen t.b.v. de gemeenschappelijke projectorganisatie.
gemeenteraad heeft op 25 maart 2013 besloten € 1,1 mln extra beschikbaar te
gemaakt worden, voorgefinancierd worden uit de Algemene Reserve. De
datum van herindeling (1-1-2014) ontvangen. Dit betekent dat de kosten nu
Ministerie van Binnenlandse Zaken. De daadwerkelijke uitkering wordt vanaf de
gemaakt. De nieuwe gemeente ontvangt hiervoor een herindelingsbijdrage van het
Ten behoeve van de herindeling met de gemeenten Boarnsterhim worden kosten
koningsboom geplaatst voor het Beurs- en Waaggebouw .
Ter herinnering aan de troonsbestijging van Koning Willem-Alexander is een
evenementenbudget.
overweging voor nieuw beleid omtrent crowdmanagement en herschikking van het
verschuiving van politietaken. Een en ander leidt voor volgend jaar tot een
structurele kostenpost. De toename in kosten is vooral te koppelen aan
voorzieningen zullen op jaarbasis uitkomen op ongeveer € 20.000, zijnde een
mei moeten door de gemeente worden geregeld. De kosten voor deze
veilige banen te leiden. De publieksstromen in de stad tijdens Koninginnedag en 5
publieksevenement, dat zich erop richt grote mensenmassa's en mensenstromen in
Crowdmanagement is een onderdeel van de voorbereiding van een groot
dekking gedurende deze jaren volledig worden afgebouwd.
ontstaan t.o.v. de begrotingsuitgangspunten. Derhalve kan de benodigde extra
2013-2015 zodanig te verbeteren dat er met ingang van 2016 geen tekorten meer
wordt gedaan. Doelstelling is om de exploitatie van de markten over de boekjaren
voorzien. Dit betekent dat voor 2013 een beroep op extra middelen ad € 65.000
lastenzijde een tekort van € 50.000 en aan de batenzijde een tekort van € 15.000
en met het realiseren van hogere baten. In totaliteit wordt voor 2013 aan de
Toelichting
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
Minimabeleid
Incidentele Aanvullende
6.1
6.2
6.3
Dienst Welzijn
6.0
1500
2016
2017
Volgens de voorspellingen van het CPB blijft de werkloosheid en het aantal
toegekend wordt.
die het Rijk toepast aannemelijk dat er tenminste 50% van het maximum bedrag
(10% van het Rijksbudget blijft voor eigen rekening). Het is op basis van de criteria
voor compensatie in aanmerking komt tot een maximaal bedrag van € 4,3 mln
stijging/daling van de werkloze beroepsbevolking). Dit betekent dat de gemeente
situatie op de arbeidsmarkt (meer dan 5% afwijking van de landelijke
voldaan aan één van de criteria die zegt dat er sprake moet zijn van een bijzondere
Hiervoor wordt een Incidentele Aanvullende Uitkering aangevraagd. Er wordt
Over het jaar 2012 is een tekort op de Wet BUIG gerealiseerd van € 9,7 mln.
plaats waarvan ook het minimabeleid onderdeel is.
getroffen. Voor 2014 en volgende jaren vindt herijking van het armoedebeleid
ziektekosten en de kosten tijdens detentie is voor 2013 een voorlopige voorziening
buitenwettelijke regeling ingetrokken omdat deze niet meer is toegestaan. Voor de
Het minimabeleid kampt de laatste jaren met structurele tekorten. Voor 2013 is de
Toelichting
204
meegenomen bij de berekening van de weerstandscapaciteit.
met € 1,5 mln. Het risico dat we minder of niet gecompenseerd krijgen is
minimaal 5% eigen risico zullen moeten dragen, een ophoging van het eigen risico
krijgen 7,5% eigen risico en een enkeling 5%. Het is dus zeer waarschijnlijk dat we
gekregen op de minimumvariant van 2,5% eigen risico. De meeste gemeenten
laatste jaren een beroep hebben gedaan op de MAU, niet één een toekenning heeft
aan het tekort. De praktijk wijst echter uit dat van de ruim 30 gemeenten die de
reeds een tekort van € 1,5 mln opgenomen dat uitging van 2,5% eigen bijdrage
moet ook een deel van het tekort voor eigen rekening (blijven) nemen. Vorig jaar is
(MAU). Bij toekenning compenseert het Rijk het tekort gedeeltelijk; de gemeente
gemeente daarom in aanmerking komt voor een Meerjarig Aanvullende Uitkering
onvoldoende gecompenseerd wordt door Rijksbudget. Verwacht wordt dat de
mln). Er is sprake van een uitzonderlijke situatie op de arbeidsmarkt die
op het Rijksbudget voor de uitkeringen substantieel blijft (tekort 2012 was € 9,7
2015
bijstandsgerechtigden de komende jaren stijgen. De verwachting is dat het tekort
-2200
156
2014
Uitkering (MAU)
-1500
2200
-156
2013
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
Meerjarig Aanvullende
Wet BUIG eigen risico
Uitkering 2012 (IAU)
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Voorbereiding 3
6.5
6.6
Schuldhulpverlening
6.4
50
Cumulatief
-3606
-3656
50
Totaal
-347
50
2014
-920
-185
131
2013
WSW
decentralisatie-dossiers
Dienst/omschrijving
Nr.
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
-608
2998
920
532
-181
2015
387
995
2016
tegenvaller.
Participatiebudget gebracht kan worden en daarom is het een incidentele
verwachting is dat in 2015 het subsidieverlies wel ten laste van het
gebracht worden. In 2014 is er daarom een tegenvaller van € 920.000. De
kan het subsidieverlies niet ten laste van dat (samengevoegde) Participatiebudget
samenvoeging van de budgetten voor de WSW en re-integratie niet plaatsvinden en
Participatiewet met één jaar wordt uitgesteld. Hierdoor zal in 2014 de
tussen kabinet en sociale partners betekent o.a. dat de invoering van de
Participatiebudget gebracht kan worden. Het onlangs gesloten Sociaal Akkoord
is in de meerjarenbegroting van uit gegaan dat dit verlies in 2014 ten laste van het
een WSW-er en de Rijkssubsidie) bedraagt naar verwachting in 2014 € 920.000. Er
Het subsidieverlies WSW (het verschil tussen de CAO-gerelateerde loonkosten van
en voor € 532.000 in 2014. Door het Rijk worden hiervoor geen middelen verstrekt.
ingevuld. Aanvullende middelen zijn nodig voor een bedrag van € 185.000 in 2013
niet geheel binnen de beschikbare budgettaire en personele kaders kan worden
projectsturing, projectondersteuning, inkoopondersteuning en communicatie die
om een intensieve en hoogwaardige inzet op verschillende terreinen zoals, van
De verdere voorbereiding en invoering van de drie decentralisatiedossiers vraagt
Algemene Reserve onttrokken omdat het een budgettaire verschuiving betreft.
de middelen teruggestort. Per saldo zijn er derhalve geen extra middelen uit de
Algemene Reserve. Conform het betreffende raadsbesluit worden in 2013 en 2014
raadsbesluit om genomen in 2012 € 319.000 beschikbaar te stellen ten laste van de
Met betrekking tot schuldhulpverlening (beleidskader ‘In eigen hand’) is het
Toelichting
205
140
-247
2017
Bedragen X € 1.000
Bijlagenboek
Aanwending stelpost korting Rijksmiddelen: begr. 2013
Structurele uitzettingen en inkrimpingen
Gemeentefonds
2
3
4
206
0
Begrotingsresultaat
Stelpost taakstellende bezuinigingen (pakket A)
9 -3.837
Stelpost raming aanvullende bezuinigingen € 6 miljard
8
Storting begrotingsoverschot in Algemene Reserve
Aanwending stelpost korting Rijksmiddelen: begr. 2014
7
-56
0
3.893
-624
-67
0
0
4.584
2013
3.837
Totaal nieuw beleid
6
Startpositie op 1/1
Stand 31/12
Totaal structurele ombuigingsvoorstellen
5
Tussenstand
Mutaties vlgs. meerjarenraming
1
Meerjarenperspectief
Bijlage III: Eindoverzicht mee- en tegenvallers
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
0
-4.010
4.010
-2.500
4.900
-100
0
1.710
4.765
-2.308
4.402
-8.986
3.837
2014
0
0
0
2.901
-2.088
0
0
-813
-5.262
439
139
-139
4.010
2015 0
0
0
0
1.506
795
0
0
-2.301
-2.479
178
-795
795
2016
23
0
0
0
0
0
0
1.329
1.400
0
-2.729
-2.752
2017
Bedragen x € 1.000
Bijlagenboek
Reguliere storting
Vermogenswinsten
Diverse mutaties uit voorgaande begrotingen + moties
Mutaties na vaststelling begroting 2013
Incidentele mee- en tegenvallers
Frictiekosten bedrijfsvoering
Doorloop herstructureringskosten Caparis
Totaal incidentele ombuigingsvoorstellen
Totaal incidenteel nieuw beleid
Storting begrotingsoverschot in Alg. Reserve
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
Eindstand 31/12
Rentesurplus overige reserves
5
207
22.238
Rentetoevoeging
Gecorrigeerde stand per 1 januari
4
-4.100
Motie resultaatbestemming culturele hoofdstad + ISI
3
16.147
3.837
-615
0
0
0
50
0
-11.613
86
681
761
722
8.215
Voorlopig Rekeningresultaat
2
-293
Correcties
18.416
2013
1
Startpositie
Ontwikkeling Algemene Reserve
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
15.485
4.010
-861
0
0
0
-3.606
0
-2.257
86
681
761
524
16.147
0
0
0
16.147
2014
15.953
0
0
0
0
0
-608
0
-955
86
681
761
503
15.485
0
0
15.485
2015
17.481
0
0
0
0
0
387
0
-905
86
681
761
518
15.953
0
0
15.953
2016
2017
18.412
0
0
0
-105
-1.200
140
0
0
86
681
761
568
17.481
0
0
17.481
Bedragen x € 1.000
Bijlagenboek
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
208
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
BIJLAGE B Verloop reserves en voorzieningen
209
Parkeren
Garantie financiering PWVB
Stimulering werkgelegenheid
Reserve ISV III
Reserve afschrijvingen
Reserve Egalisatie Verkiezingen
Loon- & Prijsontw. Gesubs. Inst.
Bestemmingsreserve flankerend beleid
BWS Volkshuisvesting
Reserve Revolving Fund Monumenten
Reserve Herstructurering Binnenstad
Reserve kunst in de openbare ruimte
Reserve Stedelijke vernieuwing
Reserve Filmhuis
Economische participatie
Reserve duurzaamheidslening
RES016
RES018
RES019
RES027
RES031
RES034
RES035
RES036
RES038
RES045
RES046
RES048
RES049
RES052
RES053
RES054
1.100
1.065
1.629
196
474
350
1.193
291
561
594
106
137
11.867
327
180
1.118
8.869
4.824
60.574
Grondexploitatie
RES015
Totaal reserves
Egalisatie heffingen
RES006
484
44.427
Reserve budgetoverheveling
Totaal bestemmingsreserves
Strategisch Investerings- en Ontwikkelingsfonds
RES005
9.061
16.147
Totaal Algemene Reserve
Bestemmingsreserves
16.147
210
het dienstjaar
het begin van
Saldo aan
Algemene Reserve
Algemene Reserve
Naam van de reserve of voorziening
RES003
RES001
nummer
Volg-
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
1.281
756
36
34
73
2
5
3
0
3
6
6
1
0
119
3
2
36
288
48
0
91
525
525
rente
Bijboeken
16.860
9.512
0
0
0
0
0
0
0
0
823
638
105
0
2.860
0
0
4.000
485
0
0
602
7.348
7.348
ringen
vermeerde-
Overige
20.307
11.772
10
0
101
0
50
0
0
150
595
562
75
0
1.000
202
0
248
303
0
484
7.992
8.535
8.535
ringen
Verminde-
58.408
42.923
1.126
1.099
1.601
198
429
353
1.193
144
794
676
137
137
13.846
128
182
4.906
9.339
4.872
0
1.761
15.485
15.485
het dienstjaar
het einde van
Saldo aan
Bedragen x € 1.000
Bijlagenboek
Afgesloten complex Businesspark-III
Specifieke risico’s
Pensioenvoorziening voormalige bestuurders
Expl. en onderh. gymnastieklokalen
Onderhoud gebouwen onderwijs
Bodemsanering
Achterstallig onderhoud vastgoed SOB
Arbeidsgerelateerde kosten
Zadelfonds monumentenzorg
Openbaar vervoer
Afkoopsommen onderhoud graven
Onderhoud graven fam. Zadel
Riolering
Voorziening ISV-1
BDU - fysiek 2005 - 2009 GSB III
Voorziening Wijkbudgetten
MFC Vrijheidswijk
Garantie Escros, CBL en ASA
Compensatie groen
VAG817
VRZ502
VRZ505
VRZ510
VRZ511
VRZ515
VRZ519
VRZ528
VRZ547
VRZ548
VRZ550
VRZ551
VRZ552
VRZ555
VRZ557
VRZ561
VRZ566
VRZ568
VRZ570
211
43
58
434
2.488
667
373
851
5.798
335
77
364
474
354
812
1.423
157
659
3.463
1.333
234
108
81.472
Afgesloten complex Newtonpark 2
VAG815
Totaal reserves en voorzieningen
Afgesloten complex Newtonpark 1
VAG814
253
140
20.898
Afgesloten complex Hemrik
het dienstjaar
het begin van
Saldo aan
Totaal voorzieningen
Afgesl. complex Jelsumerstr-Dammelaan
VAG813
Voorzieningen
Naam van de reserve of voorziening
VAG804
nummer
Volg-
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
1.281
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
rente
Bijboeken
24.413
7.553
0
0
112
120
0
0
4.423
12
0
13
0
113
1.545
294
349
270
277
0
8
3
1
8
5
ringen
vermeerde-
Overige
27.484
7.177
0
0
229
130
200
610
3.598
4
0
100
17
115
1.310
180
141
268
177
0
22
11
4
51
10
ringen
Verminde-
79.682
21.274
58
434
2.371
657
173
241
6.623
343
77
277
457
352
1.047
1.537
365
661
3.563
1.333
220
100
40
210
135
het dienstjaar
het einde van
Saldo aan
Bedragen x € 1.000
Bijlagenboek
het begin van
Wet Inburgering (part.budget)
P-budget-Rijksverg.re-integratie
P-budget-algemeen (btw-comp.)
P-budget-gesubsidieerde arbeid
P-budget-casemanagement
P-budget-bureau zelfstandigen
P-budget-schuldhulpverlening
P-budget-medische dienstverlening
P-budget-stipejild
P-budget-baanbrekend Frl. (comp.BTW)
P-budget-baanbrekend Frl. (niet comp.BTW)
Onderwijsachterstanden
P-budget-power injections
P-budget-matchcare
P-budget-overige instrumenten W & I
P-budget-overige instrumenten SoZa
P-budget-klant in zicht
P-budget-flexwurk
Totaal vooruit ontvangen bijdragen overheidslichamen
VBD0025
VBD0028
VBD0029
VBD0032
VBD0034
VBD0040
VBD0041
VBD0042
VBD0043
VBD0045
VBD0046
VBD0047
VBD0048
VBD0049
VBD0050
VBD0051
VBD0053
VBD0054
212
686
Maatschappelijke opvang
VBD0015
Totaal generaal
-300
Veiligheidshuis Fryslân – veilige publieke taak
82.158
-1.860
-974
-2.080
-280
-1.822
196
-36
-1.948
-103
-461
-826
-499
-8.342
-10.668
-9.377
39.741
99
130
50
Veiligheidshuis Fryslân – jeugd
46
het dienstjaar
VBD0011
Vooruit ontvangen bijdragen overheidslichamen
Naam van de reserve of voorziening
Saldo aan
VBD0010
nummer
Volg-
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
1.281
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
rente
Bijboeken
36.340
11.927
0
0
0
0
0
0
1.351
0
0
0
0
0
0
0
0
0
10.544
0
0
20
12
ringen
vermeerde-
Overige
39.703
12.219
0
0
0
0
0
0
1.547
0
0
0
0
0
0
0
0
0
10.544
0
0
70
58
ringen
Verminde-
80.076
394
-300
-1.860
-974
-2.080
-280
-1.822
0
-36
-1.948
-103
-461
-826
-499
-8.342
-10.668
-9.377
39.741
99
130
0
0
het dienstjaar
het einde van
Saldo aan
Bedragen x € 1.000
Bijlagenboek
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
BIJLAGE C Meerjarenprogramma Infrastructuur 213
446.000
De Zuidlanden – Jabikswoude 2 p.m.
300.000 210.000
Newtonpark IV
Businesspark Fase IV
250.000 250.000
Julianalaan
3.000.000
8.778.000
Valeriusstraat/-plein
Europaplein
Hoofdinfrastructuur:
LEEUWARDEN VRIJ-BAAN
Totaal
95.000
500.000
Newtonpark III
Grou - Frisia
240.000
255.000
Wetterpolle/FVC Hemrik
Bedrijfs- en kantoorgebieden
Wergea – Grut Palma
Blitsaerd
2.786.000
1.433.000
De Zuidlanden - Jabikswoude 1
De Zuidlanden - Wiarda
1.113.000
2.000
Wytgaard
De Zuidlanden - Techum
8.000
Wirdum Hikkemieden
Uitbreidingsgebieden
1.190.000
Vrijheidswijk Centrum
0
214
250.000
250.000
middelen
2014
200.000
Algemene
Programma
Vrijheidswijk Tolhuis
Binnenstedelijk gebied
GRONDEXPLOITATIEGEBIEDEN
Omschrijving
Bijlage I: Programma Infrastructuur 2014
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Overige
8.778.000
95.000
210.000
300.000
500.000
240.000
255.000
p.m.
2.786.000
446.000
1.433.000
1.113.000
2.000
8.000
1.190.000
200.000
gem. bijdr.
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
3.000.000
0
derden
Overige
4)
Afhankelijk van de vraag
Door CV/BV Blitsaerd
Opmerkingen
Prijspeil 1-1-2014 Bedragen in € excl. BTW
Bijlagenboek
50.000
Knelpunten sloepenroute Goutum-Wirdum
255.000 765.000
Archipelweg
Aldlân (huisaansluitingen)
44.000 131.000
Jirnsum (diverse straten)
Reduzum (diverse straten)
30.000
72.000
Warten (diverse straten)
Extra kosten herstraten
77.000
140.000
Nijlân
Grou (diverse straten)
250.000
Westeinde
90.000
265.000
Bilgaard (Eeskwerd, De Bird)
Hempenserweg, Legedyk
100.000
Bilgaard (verleggen persleiding)
50.000
225.000
Europaplein, Bildtsestraat
Schilkampen
550.000
Tesselschadestraat e.o.
RIOLERINGEN (vervanging)
200.000
41.000
Totaal
109.000
Herinrichting Buorren Lekkum
Multifunctioneel plein Wirdum
DORPENNOTA
7.125.000
650.000
Totaal
125.000
Indexatie RSP-pakket
50.000
215
200.000
50.000
41.000
109.000
2.125.000
650.000
125.000
50.000
800.000
middelen
2014 2.800.000
Algemene
Programma
Algemene werkzaamheden
Overig:
Mobiliteits- en verkeersmanagement
Mobiliteitsmanagement:
Tesselschadestraat, Harlingertrekweg
Fietsprojecten:
Omschrijving
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Overige
0
0
30.000
131.000
44.000
72.000
77.000
140.000
250.000
90.000
50.000
765.000
255.000
265.000
100.000
225.000
550.000
gem. bijdr.
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
2)
0
5.000.000
2.000.000
derden
Overige
5)
Uitgevoerd in 2013
Uitgevoerd in 2012
Opmerkingen
Bijlagenboek
150.000
Knelpunten nieuwe grondgebied gemeente
Bijdrage provincie
EFRO, Rijk en provincie
5)
Voorziening Openbaar Vervoer
Rioolheffing/Voorziening Riolering
Grondexploitatie
4)
3)
2)
1)
216
3.378.400
200.000
Totaal
. Begroting 2014 nieuw beleid Dorpennota
11.800 775.000
. Saldo mee-/tegenvallers
. Saldo programma infrastructuur 2013
3.370.000
1.045.000
100.000
75.000
150.000
100.000
195.000
300.000
2.391.600
20.388.000
1.070.000
100.000
0
. Begroting 2014 Stelpost infrastructuur
Beschikbaar:
TOTAAL GENERAAL
Totaal
Kleine aanpassingen
75.000
100.000
Fietspad Leechlân Fase 1
Stelpost verkeersveiligheid
195.000
Rotondes Goutum (fietsers in de voorrang)
25.000
300.000
Stelpost openbaar vervoer
125.000
Fietspad Oostergoweg Fase 1
3.215.000
146.000
125.000
middelen
2014 25.000
Algemene
Programma
Optimaliseren verkeersluwe gebieden
OVERIGE INFRASTRUCTUUR
Totaal
Deelreparaties
Verwijderen vet/wortels
Omschrijving
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Overige
12.018.000
25.000
25.000
3.215.000
146.000
25.000
gem. bijdr.
3)
2)
2)
5.000.000
0
0
derden
Overige
Bijdrage
Opmerkingen
Bijlagenboek
7.520.000
De Zuidlanden – Wiarda
1.280.000
1.015.000
Newtonpark IV
Businesspark Fase IV
6.380.000
5.350.000
5.420.000
Valeriusstraat/-plein
Julianalaan
26.719.000
Europaplein
Hoofdinfrastructuur:
LEEUWARDEN VRIJ-BAAN
Totaal
775.000
6.700.000
Newtonpark III
Grou - Frisia
1.180.000
645.000
Wetterpolle/FVC Hemrik
Bedrijfs- en kantoorgebieden
Wergea – Grut Palma
p.m.
2.342.000
De Zuidlanden – Jabikswoude 2
Blitsaerd
1.433.000
De Zuidlanden – Jabikswoude 1
13.000
2.248.000
De Zuidlanden – Techum
Wytgaard
Wirdum Hikkemieden
178.000
1.190.000
Vrijheidswijk Centrum
Uitbreidingsgebieden
200.000
Totaal
Vrijheidswijk Tolhuis
Binnenstedelijk gebied
GRONDEXPLOITATIE GEBIEDEN
Omschrijving
3.060.000
3.350.000
0
gem. bijdr.
middelen
360.000
26.719.000
775.000
1.015.000
1.280.000
6.700.000
1.180.000
645.000
p.m.
7.520.000
2.342.000
1.433.000
2.248.000
13.000
178.000
1.190.000
200.000
Overige
Algemene
Bijlage II: Meerjarenprogramma Infrastructuur 2014-2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
4)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
1)
0
217
2.000.000
2.000.000
6.380.000
Derden
Overige
250.000
250.000
5) 5)
3.000.000
5)
8.778.000
95.000
210.000
300.000
500.000
240.000
255.000
p.m.
2.786.000
446.000
1.433.000
1.113.000
2.000
8.000
1.190.000
200.000
2014
1.500.000
3.380.000
8.604.000
50.000
230.000
480.000
3.600.000
85.000
65.000
p.m.
2.168.000
779.000
1.135.000
4.000
8.000
2015
1.350.000
3.600.000
5.881.000
500.000
500.000
215.000
2.000.000
700.000
240.000
p.m.
972.000
687.000
4.000
63.000
2016
Door CV/BV Blitsaerd
Opmerkingen
3.820.000
3.456.000
130.000
75.000
285.000
600.000 Afh. vraag
155.000
85.000
p.m.
1.594.000
430.000
3.000
99.000
2017
Prijspeil 1-1-2014 Bedragen in € excl. BTW
Bijlagenboek
50.000
Knelpunten sloepenroute Goutum-Wirdum
505.000
965.000
Archipelweg
Aldlân (huisaansluitingen)
Westeinde
250.000
90.000
265.000
Bilgaard (Eeskwerd, De Bird)
Hempenserweg, Legedyk
100.000
Bilgaard (persleiding)
50.000
225.000
Europaplein, Bildtsestraat
Schilkampen
550.000
Tesselschadestraat e.o.
RIOLERINGEN
200.000
41.000
Multifunctioneel plein Wirdum
Totaal
109.000
Herinrichting Buorren Lekkum
DORPENNOTA
22.225.000
850.000
Totaal
375.000
Indexatie RSP-pakket
50.000
1.000.000
2.800.000
Totaal
Algemene werkzaamheden
Overig:
Mobiliteitsmanagement: Mobiliteits- en verkeersmanagement
Revitalisering Stationsgebied
Stationsgebied:
Fietsprojecten: Tesselschadestraat, Harlingertrekweg
Omschrijving
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
200.000
50.000
41.000
109.000
9.485.000
850.000
375.000
50.000
1.000.000
250.000
90.000
50.000
965.000
505.000
265.000
100.000
225.000
550.000
0
360.000
gem. bijdr.
middelen
800.000
Overige
Algemene
225.000 100.000 265.000 255.000 765.000 50.000 90.000 250.000
2) 2) 2) 2) 2) 2) 2)
218
550.000
200.000
50.000
41.000
109.000
7.125.000
650.000
125.000
50.000
2.800.000
2)
6)
2014
2)
0
12.380.000
2.000.000
Derden
Overige
200.000
250.000
0
5.180.000
200.000
100.000
2015
0
5.550.000
100.000
500.000
2016
0
4.370.000
50.000
500.000
2017
Uitgevoerd in 2012 Uitgevoerd in 2013
Opmerkingen
Bijlagenboek
131.000
Reduzum (diverse straten)
750.000
350.000
100.000
350.000
Leeuwarden-West
Heechterp
Schieringen
Tjerk Hidde/Cambuursterhoek
125.000
300.000
200.000
195.000
135.000
100.000
650.000
Fietspad Oostergoweg Fase 1
Fietspad Oostergoweg Fase 2
Rotondes Goutum
Rotondes Camminghaburen
Fietspad Leechlân Fase 1
Knelpunten nieuwe grondgebied
13.940.000
650.000
100.000
135.000
195.000
200.000
300.000
125.000
13.940.000
1.160.000
1.160.000
90.000
90.000
500.000
100.000
150.000
25.000
50.000
1.000.000
350.000
100.000
350.000
750.000
300.000
750.000
2.100.000
131.000
44.000
72.000
686.000
502.000
0
gem. bijdr.
middelen 1.640.000
Overige
Algemene
502.000
OVERIGE INFRASTRUCTUUR Optimaliseren verkeersluwe gebieden
Totaal
Deelreparaties Projecten o.b.v. inspecties /onvoorzien
90.000
Verwijderen vet/wortels
500.000
Oldegalileën/Bloemenbuurt
90.000
100.000
Huizum-West
Extra kosten herstraten
150.000
25.000
Vogelwijk/Muziekwijk
Goutum (huisaansluitingen)
50.000
Valeriuskwartier
1.000.000
300.000
Begoniastraat, Primulastraat
Vosseparkwijk
750.000
Vrijheidswijk
2.100.000
44.000
Jirnsum (diverse straten)
Bilgaard
72.000
686.000
1.640.000
Totaal
Warten (diverse straten)
Grou (diverse straten)
Nijlân
Omschrijving
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
219
0
30.000
2)
150.000
100.000
195.000
300.000
125.000
3.215.000
25.000 146.000
2)
2)
30.000
2)
250.000
135.000
3.575.000
185.000
75.000
15.000
125.000
3.575.000
325.000
131.000
25.000
30.000
100.000
2) 2)
25.000
50.000
2)
150.000
500.000
2)
2)
100.000
2)
2)
100.000
2)
250.000 100.000
250.000
2)
100.000
700.000
289.000
600.000
2016
2)
300.000
2)
2)
650.000
44.000 131.000
2)
700.000
72.000
2)
320.000
600.000
2)
77.000
2015
2)
140.000
2)
2014
2)
Derden
Overige
125.000
200.000
3.575.000
650.000
150.000
25.000
500.000
500.000
250.000
250.000
250.000
700.000
300.000
2017
Bijdrage
Opmerkingen
Bijlagenboek
375.000
400.000
Stelpost verkeersveiligheid
Kleine aanpassingen
6)
5)
4)
3)
2)
1)
EFRO, Rijk en provincie
Provincie
SIOF
Voorziening Openbaar Vervoer
Rioolheffing/Voorziening Rioleringen
Grondexploitatie
TOTAAL GENERAAL
65.664.000
2.500.000
100.000
Stelpost openbaar vervoer
Totaal
Totaal
Omschrijving
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
12.165.000
2.480.000
400.000
375.000
gem. bijdr.
middelen
41.119.000
100.000
100.000
Overige
Algemene 3)
0
220
12.380.000
Derden
Overige
20.388.000
1.070.000
100.000
75.000
25.000
2014
17.969.000
610.000
100.000
100.000
25.000
2015
15.356.000
350.000
100.000
100.000
25.000
2016
11.951.000
550.000
100.000
100.000
25.000
2017
Opmerkingen
Bijlagenboek
50.000
Knelpunten sloepenroute Goutum-Wirdum
125.000 300.000
Optimaliseren verkeersluwe gebieden
Fietspad Oostergoweg Fase 1
OVERIGE INFRASTRUCTUUR
200.000
41.000
Totaal
109.000
Herinrichting Buorren Lekkum
Multifunctioneel plein Wirdum
DORPENNOTA
14.620.000
850.000
Totaal
375.000
Indexatie RSP-pakket
50.000
1.000.000
Algemene werkzaamheden
Overig:
Mobiliteits- en verkeersmanagement
Mobiliteitsmanagement:
Revitalisering Stationsgebied
Stationsgebied:
Tesselschadestraat, Harlingertrekweg
2.800.000
5.420.000
Fietsprojecten:
5.350.000
Julianalaan
Totaal
Valeriusstraat/-plein
Hoofdinfrastructuur:
LEEUWARDEN VRIJ-BAAN
Omschrijving
221
300.000
125.000
200.000
50.000
41.000
109.000
9.485.000
850.000
375.000
50.000
1.000.000
800.000
3.060.000
3.350.000
alg. mid.
Aandeel
300.000
125.000
200.000
50.000
41.000
109.000
2.125.000
650.000
125.000
50.000
800.000
250.000
250.000
2014
Bijlage III: Meerjarenplanning algemene middelen Infrastructuur 2014-2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
0
1.800.000
200.000
100.000
1.500.000
2015
0
3.550.000
100.000
500.000
1.350.000
1.600.000
2016
0
2.010.000
50.000
500.000
1.460.000
2017
Uitgevoerd in 2013
Uitgevoerd in 2012
Opmerkingen
Bedragen in €
Bijlagenboek
135.000 100.000 650.000 375.000 400.000
Rotondes Camminghaburen (fietsers in de voorrang)
Fietspad Leechlân Fase 1
Knelpunten nieuwe grondgebied gemeente
Stelpost verkeersveiligheid
Kleine aanpassingen
Totaal beschikbaar
3.378.400
200.000
. Saldo voorgaand jaar
775.000
. Saldo mee-/tegenvallers
. Begroting 2014 nieuw beleid Dorpennota
11.800
3.370.000
1.045.000
100.000
75.000
150.000
100.000
195.000
2.391.600
222
12.165.000
2.480.000
400.000
375.000
650.000
100.000
135.000
195.000
200.000
2014
. Begroting 2014 Stelpost infrastructuur
17.300.000
Aandeel alg. mid.
. Saldo programma infrastructuur 2013
Beschikbaar:
TOTAAL GENERAAL
2.480.000
195.000
Totaal
200.000
Fietspad Oostergoweg Fase 2
Totaal
Rotondes Goutum (fietsers in de voorrang)
Omschrijving
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2.447.800
8.400
2.439.400
2.385.000
585.000
100.000
100.000
250.000
135.000
2015
3.901.000
62.800
1.350.000
2.488.200
3.875.000
325.000
100.000
100.000
125.000
2016
2.564.000
26.000
2.538.000
2.535.000
525.000
100.000
100.000
125.000
200.000
2017
Bijdrage
Opmerkingen
Bijlagenboek
-3.370.000
Voorgesteld programma 2014
-2.385.000
Voorgesteld programma 2015
-3.875.000
Voorgesteld programma 2016
62.800
2.488.200
1.350.000
2016
3.901.000
29.000
-2.535.000
Voorgesteld programma 2017
Saldo naar 2018
2.564.000
26.000
2.538.000
2017
Netto beschikbaar 2017
Saldo naar 2017
Bijlagenboek
Prijspeil: 2014 Rekenrente: 3,25% Afschrijving: 2,50%
Netto beschikbaar 2016
Saldo naar 2016
2.447.800
8.400
2.439.400
2015
Netto beschikbaar 2015
Saldo naar 2015
3.378.400
200.000
2.391.600
775.000
11.800
2014
Netto beschikbaar
Investeringen 2014 (Dorpennota)
Investeringen 2014-2017 (stelpost infrastructuur)
Programmabegroting 2014:
- Meevallers en vrijvallende reserveringen
Terug te vloeien mee- en tegenvallers:
223
-2.597.000
Saldo Programma Infrastructuur 2013
Vastgesteld Programma Infrastructuur 2013
50.000 2.544.700
Terug te vloeien mee- en tegenvallers
Volgens Programmabegroting 2013
14.100
2013
Programma
Saldo t/m 2012
Omschrijving
Bijlage IV: Verloop algemene middelen (investeringsvolume)
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
224
Bijlagenboek
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
BIJLAGE D Uitbreidings- en vervangingsinvesteringen I. II.
Meerjarenoverzicht investeringen Raamkrediet Programma Infrastructuur 2014
225
Inves-
31 31
St. Thomasschool olp meub 10 & 11 gr
De Sprong Idzerda olp meub 13 & 14 gr
20 50 25 15 25
Vervanging was- en kleedgebouwen
Vervanging installaties was- en kleedgelegenheden
Instandhouding infra sportparken
Instandhouding bouwkundig SK
Actualisering installaties SK
15 19 21 26
VRI Valeriusplein – fietsmaatregelen
VRI Rietgras – fietsmaatregelen
VRI Tolhuis – fietsmaatregelen
VRI Zuiderplein – fietsmaatregelen
7 Infrastructuur/bereikbaarheid
Investeringen vastgoed
900
90
Reconstructie velden 2014
Aanpassing Carre Zuid
45
Huisvesting Stadskantoor
3 Economie en toerisme
Speelruimtebeleid
15
450
IKC Koningin Beatrixschool
300
IKC J W Frisoschool
teringen
De Sprong Wale aanp. Gymlokaal en IKC
2 Jeugd en onderwijs
Nr. Programma
Begroting 2014 t/m 2017
Bijlage I: Meerjarenoverzicht investeringen
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
2
1
1
1
74
2
1
2
5
1
7
11
31
31
15
19
12
incidenteel
226
2
2
2
1
74
2
1
2
5
1
7
10
0
0
0
26
17
structureel
Kapitaallasten
2014 Inves-
557
450
teringen
67
60
lasten
Kapitaal-
2015 Inves-
1.015
teringen
131
lasten
Kapitaal-
2016
955
teringen
Inves-
128
lasten
Kapitaal-
2017
Bedragen x € 1.000
Bijlagenboek
800
Tesselschadestraat-Harlingerstraatweg
125 300 195 250
Optimaliseren verkeersluwe gebieden
Fietspad Oostergoweg fase 1
Rotondes Goutum
Knelpunten nieuw grondgebied gemeente
60 73
Maaimachine
4.235
17
100
Tachimeter
14 Woon- en leefomgeving
Riolering
13 Milieu, energie en water
12 Ruimtelijke ordening
Jaarlijks accres wegen, straten en pleinen
Verkeersregelinstallaties
Incidentele verbeteringen
Kleine infrastructurele aanpassingen
75
650
Indexatie RSP-pakket
Stelpost verkeersveiligheid
125
Algemene werkzaamheden
50
250
Julianalaan
Mobiliteits- en verkeersmanagement
250
teringen
Inves-
Valeriusstraat/-plein
Nr. Programma
Begroting 2014 t/m 2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
16
5
4.235
2
4
3
10
8
13
5
27
5
2
33
11
11
incidenteel
227
17
11
4.235
2
6
4
14
11
17
7
37
7
3
46
14
14
structureel
Kapitaallasten
2014
3.863
2.439
179
lasten
Kapitaal-
2015 teringen
Inves-
117
3.863
2.488
156
10
lasten
Kapitaal-
2016 teringen
Inves-
3.635
2.538
teringen
Inves-
152
lasten
Kapitaal-
2017
Bedragen x € 1.000
Bijlagenboek
28 65 65 52 52 95 35
Gesloten bestelauto klein
Vrachtauto klein (straatmakers)
Vrachtauto klein (straatmakers)
Vrachtauto klein (kipper)
Gesloten bestelauto
Ontvangers en armaturen
Uitz. Voor spel- en speelvoorz.
Totaal Concern
Kantoormeubilair
Archief Burgerzaken
Huisstijl dienstverlening
Elektrische bestelbus
Vervangingsinvesteringen ICT
Diversen
Begraafplaatsen
Speelvoorzieningen
12.389
36
1.294
5.207
4
297
7
228
5.309
8
297
7
9.127
766
6
35
43
112
Vervanging verkeersborden
43
5
teringen
650
178
1
5
6
10
144
lasten
Kapitaal-
2015
Openbare verlichting
4
13
1
6
11
10
10
12
12
5
8
4
structureel
Inves-
856
20
Grafbekisting aluminium (2 sets)
12
1
5
10
9
9
11
11
5
8
4
incidenteel
Kapitaallasten
2014
Diverse vervangingsinvesteringen
55
Nimos minitrac
6
43
Gesloten bestelauto groot
Graflift
26
teringen
Inves-
Opbouw en inrichting
Nr. Programma
Begroting 2014 t/m 2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
8.692
731
20
37
46
117
258
533
170
4
5
6
10
41
lasten
Kapitaal-
2016 teringen
Inves-
11.170
3.065
96
38
47
120
676
teringen
Inves-
1.141
713
19
5
6
10
108
lasten
Kapitaal-
2017
Bedragen x € 1.000
Bijlagenboek
Bijlagenboek
€ -3.215.000 € 8.395.000
- Vervanging rioleringen
Gecorrigeerd totaal (exclusief BTW)
Alg. middelen
€ 3.370.000
0
0
€ 3.370.000
Jaarschijf 2014
Overige
€ 25.000
€ -3.215.000
€ -8.778.000
€ 12.018.000
bijdragen
gemeentelijke
€ 5.000.000
€ 5.000.000
Overige derden
229
Met de verlening van het raamkrediet voor het Programma Infrastructuur 2013 kunnen de projecten verder worden voorbereid en uitgevoerd.
Het resterende bedrag van € 5.000.000 wordt gedekt uit subsidies van Europa, Rijk en provincie.
Uit overige gemeentelijke middelen wordt de € 25.000 van het raamkrediet gedekt. Het gaat hierbij om de Voorziening Openbaar Vervoer (stelpost openbaar vervoer).
€ 200.000) gedekt uit de stelpost infrastructuur jaarlijks € 182.275. Deze kapitaallasten komen ten laste van het begrotingsprogramma Infrastructuur en Bereikbaarheid.
Uitgaande van een afschrijving in 40 jaar en een rentepercentage van 3,25% bedragen de kapitaallasten van de investeringen ad € 3.170.000 (€ 3.370.000 minus
infrastructurele maatregelen. Deze investeringen worden gekapitaliseerd.
De investeringen ad € 200.000 voor maatregelen in de dorpen worden in één keer afgeschreven. Dit geldt niet voor de bijdrage vanuit de stelpost infrastructuur in
Het benodigd totaal kredietbedrag ad € 8.395.000 (zie tabel volgende pagina) wordt voor € 3.370.000 gedekt uit de algemene middelen.
nog resterende bedrag van € 8.400 wordt ingezet voor de dekking van het programma 2015.
Het voor de uitvoering van het Programma Infrastructuur 2014 benodigde bedrag uit de algemene middelen van € 3.370.000 blijft binnen de beschikbare dekking. Het dan
Infrastructuur).
Infrastructuur 2013, de stelpost infrastructuur 2014, terug te vloeien meevallers en de middelen uitvoering Dorpennota voor 2014 (zie Bijlage C Meerjarenprogramma
Binnen de algemene middelen is in 2014 dekking aanwezig voor een investeringsvolume van totaal € 3.378.400. Deze dekking bestaat uit het saldo van het Programma
€ -8.778.000
€ 20.388.000
Kosten
- Grondexploitatiegebieden
separate kredieten:
Reeds aangevraagde/
Programma Infra 2014
Totaal generaal
Omschrijving
Ten behoeve van het Programma Infrastructuur 2014 wordt een raamkrediet beschikbaar gesteld dat als volgt is opgebouwd:
(exclusief BTW) worden ten laste gebracht van de exploitatie rioleringen uit de Programmabegroting 2014. Hiervoor is dus geen kredietverlening benodigd.
Voor de grondexploitatiegebieden zijn of worden aparte kredieten verstrekt. De kosten van vervangingen rioleringen uit het Programma Infrastructuur 2014 ad € 3.215.000
van de grondexploitatiegebieden en voor rioleringswerken meegenomen.
Het totale investeringsvolume van het Programma Infrastructuur 2014 is € 20.388.000 (exclusief BTW). In dit bedrag zijn ook de kosten voor het bouw- en woonrijpmaken
Bijlage II: Raamkrediet Programma Infrastructuur 2014
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
TOTAAL GENERAAL 1) Provincie 2) EFRO, Rijk en provincie 3) Voorziening Openbaar Vervoer
Kleine aanpassingen TOTAAL 8.395.000
100.000 1.070.000
75.000
150.000
Stelpost verkeersveiligheid
100.000
Fietspad Leechlân Fase 1
Knelpunten nieuwe grondgebied gemeente 25.000
100.000
195.000
Rotondes Goutum (fietsers in de voorrang)
Stelpost openbaar vervoer
195.000
300.000
230
8.395.000
100.000 1.070.000
75.000
25.000
150.000
300.000
125.000
Fietspad Oostergoweg Fase 1
125.000
50.000 200.000
41.000
109.000
650.000 7.125.000
125.000
50.000
2.800.000
250.000
250.000
3.000.000
Programma 2014
Optimaliseren verkeersluwe gebieden
OVERIGE INFRASTRUCTUUR
50.000 200.000
41.000
Knelpunten sloepenroute Goutum-Wirdum TOTAAL
109.000
Herinrichting Buorren Lekkum
650.000 7.125.000
125.000
50.000
Multifunctioneel plein Wirdum
DORPENNOTA
Indexatie RSP-pakket TOTAAL
Algemene werkzaamheden
Overig:
Mobiliteits- en verkeersmanagement
Mobiliteitsmanagement:
Tesselschadestraat-Harlingertrekweg
2.800.000
250.000
Fietsprojecten:
250.000
Julianalaan
3.000.000
Raamkrediet 2014
Valeriusstraat/-plein
Europaplein
Hoofdinfrastructuur:
LEEUWARDEN VRIJ-BAAN
Omschrijving
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
3.370.000
100.000 1.045.000
75.000
150.000
100.000
195.000
300.000
125.000
50.000 200.000
41.000
109.000
650.000 2.125.000
125.000
50.000
800.000
250.000
250.000
Algemene middelen
0
0
25.000
25.000
25.000
Overige gem. bijdr.
3)
5.000.000
0
0
5.000.000
2.000.000
3.000.000
Overige derden
2)
1)
Bedragen in € excl. BTW
Bijlagenboek
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
BIJLAGE E Overzicht subsidies instellingen 2014
231
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Onderstaande begrotingsvermelding vormt voor de betreffende subsidieverleningen de wettelijke grondslag als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, onder c, van de Algemene Wet Bestuursrecht. Hier kunnen daarom geen rechten aan worden ontleend. Lijst van gesubsidieerden
onderwerp subsidie
Bedrag in €
Programma Cultuur Cultureel Kwartier Sneek
kunsteducatie
Stichting Bibliotheken Midden-Fryslân
bibliotheken en documentatiecentrum
70.000
Stichting Bibliotheken Midden-Fryslân
bibliotheek Grou
228.900
Keramiekmuseum Het Princessehof
musea
280.400
KunstKade
cultuureducatie
682.000
Kunstkade
combinatiefuncties cultuur Rijksbijdrage
141.563
Kunstkade: productiebureau
culturele producties
It Fryske Amateur Toaniel
voorleesproject
3.000
Jeugdtheaterschool 'n Meeuw
cultuureducatie
33.000
Keunstwurk
cultuureducatie
52.427
Lokale omroep Mercurius
lokale publieke omroep
71.600
Jeugd Cultuurfonds
cultuureducatie
50.000
2.496.000
50.700
podiumkunsten: exploitatie en Stichting Cultureel Centrum De Harmonie
organisatiekosten
3.004.500
podiumkunsten: exploitatie en Stichting Nieuw Romein (Poppodium)
organisatiekosten
Stichting Hothouse Redbad
organisaties
270.900
podiumkunsten: programmerende 15.000
podiumkunsten: programmerende Stichting Regelpunt: Prinsentuinactiviteiten Stichting Centrum voor Film in Fryslân
organisaties film
20.000 126.400
Stichting Noorderlicht - Fotomanifestatie Noorderlicht
beeldende kunst (BKV)
20.000
Stichting Grafisch Atelier Friesland
beeldende kunst (BKV)
20.300
Stichting Veteranendag
herdenking 4 mei en veteranendag
4.500
Stichting ter herdenking van de gevallenen
herdenking 4 mei en veteranendag
3.700
Koninklijk Toonkunstkoor Concordia
herdenking 4 mei en veteranendag
2.500
Afûk
fryske taal
5.200
Popfabryk
fryske taal
40.800
Stichting Tryater
podiumkunsten
50.000
Noord Nederlands Orkest
podiumkunsten
20.000
Stichting Open Monumentendag
musea
2.000
Stichting Orgelconcerten Grote Kerk
podiumkunsten
3.000
Jeugd Dansopleiding
podiumkunsten
Fries Museum
beeldende kunst (BKV)
20.000
Stichting Media Art
beeldende kunst (BKV)
20.000
Stichting voorheen De Gemeente
beeldende kunst (BKV)
20.000
Stadskunstenaar
letteren
5.000
8.000 7.841.390
Programma Jeugd en Onderwijs Bisschop Möllerstichting
onderwijsachterstandenbeleid
31.000
CBD Fryslân
onderwijsachterstandenbeleid
5.000
Friesland College
voortijdig schoolverlaten
7.500
Humanitas
centrum Jeugd en Gezin
10.000
Humanitas
centrum Jeugd en Gezin
75.000
232
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Lijst van gesubsidieerden
onderwerp subsidie
Humanitas
centrum Jeugd en Gezin
Bedrag in € 60.000
SISA
peuterspeelzaalwerk
83.000
Leeuwarder Speeltuincentrale
speelruimte
8.500
MBO Rebound Fryslân
voortijdig schoolverlaten
7.500
PCBO
onderwijsachterstandenbeleid
Piter Jelles
onderwijsachterstandenbeleid
89.000
Proloog
onderwijsachterstandenbeleid
227.000
Sinne Peuterspeelzalen
VVE programma
124.800
Solidair Friesland KSMA
centrum Jeugd en Gezin
50.000
Stichting Het Buro
centrum Jeugd en Gezin
95.000
Stichting Het Buro
centrum Jeugd en Gezin
60.000
Stichting Het Buro
centrum Jeugd en Gezin
Stichting Kinderopvang Leeuwarden
onderwijsachterstandenbeleid
102.738
Stichting Leeuwarden Studiestad
academisch klimaat
125.500
Stichting University Campus Fryslân
academisch klimaat
1.038.250
Stichting Warber058
speelruimte
18.200
Stichting Sinne
onderwijsachterstandenbeleid
23.000
Stichting Sinne
onderwijsachterstandenbeleid
20.000
Stichting Sinne
onderwijsachterstandenbeleid
60.000
Veiligheidsregio Fryslân
jeugdgezondheidszorg 0-4 jaar
Welzijn Centraal
Jongerenwerk
1.187.800
Welzijn Centraal
Jongerenwerk
150.000
Welzijn Centraal
onderwijsachterstandenbeleid
190.000
Welzijn Centraal
centrum Jeugd en Gezin
22.000
Stenden
centrum Jeugd en Gezin
20.000
99.000
20.000
91.600
4.101.388 Programma Sociaal Maatschappelijke Ontwikkeling COC
emancipatie
16.300
COS Friesland (Tumba)
mondiaal beleid
65.300
GGZ Friesland
maatschappelijke opvang
1.175.140
Veiligheidsregio Fryslân
maatschappelijke opvang
139.534
Leger des Heils
maatschappelijke opvang
336.815
Leger des Heils
dagopvang
270.094
Interkerkelijke Stichting Aanloophuis
maatschappelijke opvang
11.000
Limor
maatschappelijke opvang
1.494.232
Stichting Aan Zet
maatschappelijke opvang
264.980
COS Friesland (Tumba)
homo-emancipatiebeleid - koplopersproject
10.000
activering en isolementdoorbreking Stichting Anders Actieven
(ouderenwerk)
Stichting Fier Fryslân
vrouwenopvang
Stichting Palet
Zichtbare schakel, buurtverpleegkundigen
Stichting Welzijn Centraal
allochtonenopbouwwerk
Stichting Welzijn Centraal
stads- en wijkteams; casuïstiek
Stichting Welzijn Centraal
stads- en wijkteams; collectieve interventies
4.750 3.785.625 121.252 177.400 1.425.800 881.800
vrijwilligerswerk, mantelzorg, Stichting Welzijn Centraal
maatschappelijke stages, BSP
Stichting Welzijn Centraal
jonge moeders
Stichting Welzijn Centraal
faciliteringsfonds
Stichting Verslavingszorg Noord Nederland
maatschappelijke opvang
Stichting Verslavingszorg Noord Nederland
dagopvang
233
585.800 23.500 78.000 2.397.265 83.010
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Lijst van gesubsidieerden
onderwerp subsidie
Stichting Verslavingszorg Noord Nederland
medische heroïnebehandeling
Bedrag in €
Stichting Verslavingszorg Noord Nederland
preventie KVO
Stichting Verslavingszorg Noord Nederland
straatprostitutie
33.168
Stichting Vluchtelingenwerk
juridisch advies c.a.
32.070
Stichting Vluchtelingenwerk
juridisch advies c.a. - Boarnsterhim
20.200
Stichting Zienn
dagopvang
Stichting Zienn
gebruiksruimte
Stichting Zienn
maatschappelijke opvang
Stichting Zienn
dagbestedingsproject Skrep
650.000 20.000
311.957 95.997 6.746.371 399.562
Stichting Zienn
zorgmijders
Samenwerkende Leeuwarder Ouderbonden
maatschappelijke ondersteuning
32.500 250
Gehandicaptenbelangen Leeuwarden
exploitatie en organisatiekosten
13.100
Samenwerkende bewonersorganisatie (SBO)
coördinatie buurt- en wijkcentra
1.700
Stichting Mienskipssoarch
maatschappelijke ondersteuning
116.800
Beheersstichting MFC Westeinde
accommodatiebeheer
12.500
Beheersstichting MFC Camminghaburen
accommodatiebeheer
24.050
Wijkvereniging Zuiderburen
accommodatiebeheer
23.800
Wijkvereniging Bilgaard
buurthuisbeheerders
15.680
Buurthuis MFC Het Westenkwartier
buurthuisbeheerders
13.254
Wijkvereniging Het Knooppunt
buurthuisbeheerders
13.254
Stichting Wijkkomité Schieringen
buurthuisbeheerders
23.241
Wijkcentrum Nijlân
buurthuisbeheerders
Stichting Welzijn Centraal
huur mfc Zuidvliet
85.000
9.546
Achter de Hoven
dorp-, buurt en wijkwerk
12.500
Bilgaard
dorp-, buurt en wijkwerk
15.500
Blokkendoos
dorp-, buurt en wijkwerk
4.300
Camminghaburen
dorp-, buurt en wijkwerk
21.500
Gerard Dou
dorp-, buurt en wijkwerk
6.000
Huizum Oost
dorp-, buurt en wijkwerk
9.000
Hollander Húske
dorp-, buurt en wijkwerk
5.500
Insulinde
dorp-, buurt en wijkwerk
9.000
MTV Wijk: Rengerspark
dorp-, buurt en wijkwerk
6.000
Nijlân
dorp-, buurt en wijkwerk
10.000
Schepenbuurt
dorp-, buurt en wijkwerk
10.000
Tjerk Hiddes
dorp-, buurt en wijkwerk
8.500
Valeriuskwartier
dorp-, buurt en wijkwerk
17.000
Vluchtheuvel
dorp-, buurt en wijkwerk
6.500
Vosseparkwijk
dorp-, buurt en wijkwerk
12.500
Westeinde
dorp-, buurt en wijkwerk
10.500
Wielenpôlle
dorp-, buurt en wijkwerk
8.000
Wijkcomité Heechterp-Schieringen
dorp-, buurt en wijkwerk
12.500
Zuiderburen
dorp-, buurt en wijkwerk
19.500
De Weeme (Lekkum)
dorp-, buurt en wijkwerk
12.484
De Golle (Wirdum)
dorp-, buurt en wijkwerk
15.154
De Twirre (Wytgaard)
dorp-, buurt en wijkwerk
14.678
Ien en Mien (Goutum)
dorp-, buurt en wijkwerk
16.034
De Bining (Hempens Teerns)
dorp-, buurt en wijkwerk
7.555 22.311.802
234
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Programma Werk en inkomen Kredietbank Nederland
schuldhulpverlening
Kredietbank Nederland
schuldhulpverlening - Boarnsterhim
800.000
Zuidweg en Partners
schuldhulpverlening
Stichting Welzijn Centraal
shv - algemeen maatschappelijk werk
Sinne Welzijn
schuldhulpverlening
47.400
Kredietbank Nederland
shv - loket voor voorlichting en advies
51.100
88.200 80.000 134.000
1.200.700
Programma Sport BV Sport
huur, exploitatie en activiteiten
5.899.800
BV Sport
combinatiefuncties sport Rijksbijdrage
Gehandicaptensportvereniging DOV
gehandicaptensport
197.337 12.878
Stichting Spelend Sporten
gehandicaptensport
7.575 6.117.590
Programma Veiligheid en Openbare Orde Stichting Welzijn Centraal
buurtbemiddeling
Stichting Aanpak Overlast Leeuwarden
straatcoaches (taskforce)
Slachtofferhulp Nederland
slachtofferhulp
12.500 125.000 23.710 161.210
Totaal generaal gesubsidieerden
41.734.080
235
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Lijst van subsidieregelingen
Bedrag in €
Programma Cultuur Regeling subsidie kleine producties
100.600
Regeling subsidie beeldende kunst en vormgeving
62.000
Zadelfonds
17.100 179.700
Programma Jeugd en Onderwijs Regeling subsidie vrijwilligers speciaal jeugdwerk
24.100 24.100
Programma Sport Regeling subsidie gebruik niet-gemeentelijke binnensportlocaties door sportverenigingen
10.200
Regeling Topsport- en breedtesportevenementen
95.500 105.700
Totaal generaal subsidieregelingen
309.500
236
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
BIJLAGE F Overzicht van incidentele lasten en baten en overzicht structurele stortingen in en onttrekkingen aan reserves
237
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Overzicht I Incidentele lasten en baten Onderstaande begrotingsvermelding is conform BBV, artikel 19c. Bedragen x € 1.000 Omschrijving
Begroting
Incidentele lasten
2014
Meerjarenraming 2015
2016
2017
105
105
Programma 1 Cultuur Subsidie cult kwartier Sneek & bibliotheek Mid Fryslân
100
Programma 2 Jeugd en Onderwijs Overheveling bekostiging gymlokalen
210
Cultuur en sportcoaches
60
Brede scholen
50
Jongerenwerk
150
Programma 3 Economie en Toerisme Participatie SNN
113
Toerisme
113
50
Marketing Leeuwarden
250
Profilering en ondersteuning acquisitie
310
Stimuleringsfonds werkgelegenheid
240
Exploitatie markten
40
15
Programma 4 Sociaal Maatschappelijke Ontwikkeling Zichtbare schakel
122
Toekomst wijken- en dorpenbeleid
100
Buurthuisbeheerders
65
Huur MCC Zuidvliet
85
LHBT - emancipatiebeleid
20
WMO/veranderprogramma
183
WMO Mienskipssoarch Boarnsterhim
70
Programma 5 Werk en Inkomen Minimabeleid
20
Wet BUIG eigen risico MAU.
1.500
1.500
Herstructureringskosten Caparis
253
126
Financiering Schuldhulpverlening
919
Programma 6 Wonen Birk-bijdrage Zaailand
412
Storting reserve ISVIII
412
2.860
Huisnummering
45
Programma 11 Sport Subsidie topsport
65
Programma 13 Milieu, Energie en Water Full Sustainable City
800
Programma 14 Woon- en Leefomgeving
238
45
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Bedragen x € 1.000 Omschrijving
Begroting
Incidentele lasten
2014
Dorpennota
Meerjarenraming 2015
2016
2017
105
105
200
Invasieve waterplanten
40
20
Programma 15 Algemene Dekkingsmiddelen Voorbereiding 3 decentralisatiedossiers
532
Kosten voormalig ambtelijk personeel
35
Totaal incidentele lasten
9.899
2.231
Bedragen x € 1.000 Omschrijving
Begroting
Incidentele baten
2014
Meerjarenraming 2015
2016
Programma 15 Algemene Dekkingsmiddelen Herindelingsbijdrage
300
Totaal incidentele baten
300
239
2017
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Overzicht II Structurele stortingen in en onttrekkingen aan reserves Onderstaande begrotingsvermelding is conform BBV, artikel 17d. Bedragen x € 1.000 Omschrijving
Begroting
Structurele stortingen in reserves
Meerjarenraming
2014
2015
2016
2017
135
135
135
135
Mutaties Algemene Reserve
681
681
681
681
Mutaties reserve SIOF
611
611
611
611
1.427
1.427
1.427
1.427
Programma 9 Politiek Bestuur Reserve egalisatie verkiezingen Programma 15 Algemene Dekkingsmiddelen
Totaal structurele stortingen
Bedragen x € 1.000 Omschrijving
Begroting
Structurele onttrekkingen aan reserves
2014
Meerjarenraming 2015
2016
2017
Programma 1 Cultuur Reserve kunst in de openbare ruimte
50
50
50
50
Reserve bijdrage subsidie Filmhuis
101
101
101
101
Totaal structurele onttrekkingen
151
151
151
151
240
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
BIJLAGE G Supplement bezuinigingen 2014-2017 241
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Invulling Stelpost taakstellende bezuiniging pakket A In de begroting 2014-2017 wordt in paragraaf 3.2 de financiële positie van de gemeente Leeuwarden uiteen gezet. In die paragraaf wordt o.a. aangegeven dat het voor een structureel sluitende meerjarenbegroting noodzakelijk is dat er voor een bedrag oplopend tot € 5,7 mln structureel bezuinigd moet worden. Eén van de maatregelen die in tabel I is opgenomen, is een verhoging van de belastingopbrengst door het OZBtarief voor woningen te verhogen; de tarieven voor eigenaren en gebruikers van niet-woningen blijven ongewijzigd. De verhoging van het OZB-tarief voor woningen betekent voor een gemiddeld huishouden een lastenstijging van circa € 8 per jaar. Deze stijging kan gecompenseerd worden door een verlaging van de afvalstoffenheffing. Die verlaging kan doorgevoerd worden door aanwending van de egalisatiereserve Afvalstoffenheffing tot en met 2017 en door de daling van de verwerkingskosten. De verwachting is dat de daling van die kosten na 2017 doorzet zodat de afvalstoffenheffing dan niet verhoogd hoeft te worden om het wegvallen van de bijdrage uit de egalisatiereserve Afvalstoffenheffing te compenseren. Aldus kan een inkomstenverhoging gerealiseerd worden zonder een stijging van de lastendruk voor de burgers van de gemeente Leeuwarden. In tabel I worden de maatregelen die in de komende jaren getroffen zullen worden gepresenteerd en kort toegelicht. Tevens wordt de fasering van de maatregelen aangegeven. Tabel I
Bedragen X € 1.000
Maatregelen Pakket A
2014
doortelling voorgaand jaar
2015 0
3.018
2016 3.961
2017 3.973
blok 1 Financieel-technische maatregelen rioolheffing/afvalstoffenheffing
1.000
Een deel van de OZB-opbrengst is nu nog bestemd voor het dekken van de kosten van riolering. Dat is niet meer nodig en daardoor kan dat deel van de OZB-opbrengst ten gunste van de exploitatie worden gebracht. Verder wordt een aantal kosten onder de afvalstoffenheffing gebracht zonder dat het tarief verhoogd moet worden omdat andere kosten die door de heffing worden gedekt dalen. voorziening voormalig personeel
455
-50
Door het vormen van een voorziening voor de kosten van voormalig personeel kan de structurele begrotingspost hiervoor komen te vervallen. Deze maatregel vraagt wel een eenmalige storting in de te vormen voorziening van € 1,5 mln ten laste van de Algemene Reserve. balanssanering
239
Door het verlagen van de boekwaarde van investeringen met maatschappelijk nut dalen de kapitaallasten. Voor het verlagen van de boekwaardes is een eenmalige onttrekking uit de Algemene Reserve nodig van € 3,7 mln. brandweerkazerne
70
De kosten van de nieuwe brandweerkazerne vallen lager uit. Deze meevaller wordt meegenomen bij het invullen van de stelpost. brandweer
300
De regionalisering van de brandweer gaat gepaard met een invoering van een model voor de verdeling van de kosten van de regionale brandweer. Ten opzichte van de huidige situatie levert dat in 2018 een voordeel voor de gemeente Leeuwarden. Door voorfinanciering ten laste van Algemene Reserve wordt dit structurele voordeel een jaar naar voren gehaald.
242
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Maatregelen Pakket A
2014
salarisbudgetten
2015
2016
2017
180
Op dit moment vindt de raming van de salariskosten door de verschillende organisatieonderdelen niet op identieke wijze plaats. Door een eenduidige concernbrede systematiek van loonsombudgettering in te voeren die beter aansluit bij de interne doelstellingen van mobiliteit en flexibiliteit kan tevens een besparing worden gerealiseerd. afschrijvingssystematiek
300
Voortaan wordt bij het bepalen van de afschrijvingslast van bepaalde categorieën activa niet meer uitgegaan van een restwaarde van € 0. Het af te schrijven bedrag wordt daardoor kleiner en dat betekent lagere kapitaallasten. rentetoerekening
500
De rente over de ‘ijzeren voorraad’ aan reserves wordt voortaan ten gunste gebracht van de exploitatie en niet meer toegevoegd aan de betreffende reserves. Uitgangspunt is dat de gemeente Leeuwarden onder alle omstandigheden zal beschikken over reserves; de ijzeren voorraad. De rente daarover kan als structurele bate in de begroting worden opgenomen. rekenkamer en griffie
12
13
12
13
Op basis van een vergelijking met andere gemeenten kan de raad besluiten om de budgetten voor de Rekenkamercommissie en de Griffie met € 50.000 te verlagen.
blok 2 Organisatieontwikkeling organisatieontwikkeling
1.100
In 2012 is een breed traject van organisatieontwikkeling gestart dat onder meer gericht is op het tot stand brengen van een compacte, efficiënte en slagvaardige organisatie. Belangrijke pijlers daarbij in bedrijfsmatig opzicht zijn het bundelen van een deel van de ondersteunende functies (overhead) in een shared service organisatie, het optimaliseren van de span of control van het management, het verhogen van de ketenefficiency van de dienstverlenende processen en het onderzoeken van mogelijk outsourcing van daarvoor in aanmerking komen taken. Dit ontwikkelingstraject moet op termijn (2017) leiden tot een aanzienlijke besparing op de bedrijfsvoering kosten bovenop de nog lopende taakstelling van € 4,4 miljoen t/m 2017. onderhoud gemeentelijk vastgoed
150
Door het onderhoud van gemeentelijk vastgoed op een andere wijze te organiseren nadat tot één gemeentelijk vastgoedbedrijf is gekomen, kan een besparing gerealiseerd worden. secundaire personeelskosten
250
Een kostenbesparing kan gerealiseerd worden door het versoberen van sommige secundaire personeelsvoorzieningen. Flexibele inzet personeel
250
De laatste jaren zijn in diverse sectoren goede ervaringen opgedaan met het werken met een flexibele schil in de personele bezetting. Dat betekent dat een deel van de bezetting in de vorm van externe inhuur wordt ingevuld. Als dit op evenwichtige wijze gebeurt, leidt dit tot kostenbesparingen in de vorm van lagere directe loonkosten (tijdelijke inhuur is in veel gevallen goedkoper) en lagere secundaire personeelskosten (opleiding, begeleiding etc.).
243
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Maatregelen Pakket A
2014
2015
2016
2017
blok 3 Overige Maatregelen kapitaallasten onderwijshuisvesting
200
In het budget voor onderwijshuisvesting zit vanaf 2017 structureel € 200.000 ruimte waarvoor op dit moment nog geen bestemming is. Deze ruimte kan ten gunste van de exploitatie vrijvallen in afwijking van de nu geldende uitgangspunten met betrekking tot het dekken van de kosten van onderwijshuisvesting (vrijvallende middelen worden prioritair weer ingezet voor onderwijshuisvesting). Gevolg is dat vanaf 2017 voor de volledige kosten van nieuwe investering in onderwijshuisvesting een beroep op de algemene middelen gedaan moet worden. Verder is geen ruimte meer voor het opvangen van risico’s binnen de budgetten voor onderwijshuisvesting en die komen daarmee dan ten laste van de algemene weerstandscapaciteit. indexering subsidies
175
De indexering van subsidies voor loon- en prijsstijgingen wordt één keer achterwege gelaten. belastingmaatregelen
375
O.a. door inzet van de egalisatiereserve Afvalstoffenheffing, het scherper ramen van de beoogde opbrengst en door de daling van kosten ontstaat binnen de bestaande totale lastendruk van gemeentelijke heffingen en belastingen ruimte. Die ruimte wordt benut voor het verhogen van de OZB-opbrengst door het verhogen van de tarieven voor woningen. diverse begrotingshoofdstukken
142
Alle budgetten zijn nog eens kritisch doorgelopen op nut en noodzaak. De opbrengst van die actie is dat diverse kleinere begrotingsposten kunnen komen te vervallen.
blok 4 Suggesties Gemeenteraad afval festivals
10
Een te groot deel van de kosten van het opruimen van het afval na festivals en evenementen komt uiteindelijk voor rekening van de gemeente. Maatregelen om hier verandering in aan te brengen zal tot deze kostenbesparing leiden. advisering Ruimtelijke Ordening & Inrichting (ROI)
40
Een besparing op deze kosten is haalbaar door optimalisering van de beleids- en besluitvormingsketen met betrekking tot ROI. Totaal
3.018
3.961
3.973
5.736
Uit tabel I blijkt dat de invulling van het bezuinigingspakket A structureel, dat wil zeggen in de laatste jaarschijf van de meerjarenraming, uitkomt op bedrag dat nodig is: € 5,7 mln. De stelpost die in de begroting is opgenomen heeft een iets andere verdeling over de jaren dan deze invulling. Het verschil wordt verrekend met de Algemene Reserve (AR). Voor een aantal van deze bezuinigingen is een onttrekking aan de AR noodzakelijk maar daar staan ook een aantal incidentele bezuinigingsmaatregelen tegenover. In tabel II staan de onttrekkingen aan en stortingen in de AR weergegeven. Tabel II
x € 1.000
mutatie Algemene Reserve i.v.m. eenmalige maatregelen
2013
voorziening voormalig personeel
-3.000
Voor het instellen van de voorziening is een dotatie ten laste van de AR noodzakelijk van € 3,0 mln. Door het treffen van de voorziening valt de structurele begrotingspost vrij van €
244
2014
2015
2016
2017
500
500
500
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
mutatie Algemene Reserve i.v.m. eenmalige maatregelen
2013
2014
2015
2016
2017
405.000. De helft van de onttrekking aan de AR zal in de jaren 2015, 2016 en 2017 in AR teruggestort worden ten laste van de frictiemiddelen die in de komende jaren beschikbaar komen. balanssanering
-3.700
Voor de balanssanering om structureel middelen vrij te maken is eenmalig € 3,7 mln nodig. transitiekosten
-500
-500
De organisatieontwikkeling zal gepaard gaan met frictiekosten. Als vuistregel wordt genomen dat de structurele opbrengst als eenmalig transitiebudget noodzakelijk is voor het opvangen van deze kosten. afromen reserves
458
De maatregel bestaat uit een generieke efficiencykorting van 5% op een aantal in aanmerking komende bestemmingsreserves. voorfinanciering regionalisering brandweer
-300
Zie betreffende bezuinigingsmaatregel. reserve monumentenfonds en bws
1.800
De reserves BWS en Monumentenfonds kunnen opgeheven worden omdat het doel van de reserves is komen te vervallen. derving ivm wijziging rentesystematiek
-162
-163
-162
-163
-2.104
-163
338
37
In de meerjarenraming van de AR wordt de rentetoevoeging meegenomen. Door de wijziging van de rentesystematiek zal dat in de deze meerjarenraming deels achterwege blijven. Storting/Onttrekking in Algemene Reserve
-3.000
De verwerking van het voorgaande met de structurele financiële positie (regel 9, tabel III) en de AR (regel 13, tabel IV) staat hieronder weergegeven: Tabel III
x € 1.000
Meerjarenperspectief
2013
Startpositie op 1/1 1
Mutaties vlgs meerjarenraming
2
Aanwending stelpost korting Rijksmiddelen: begr. 2013
3
Structurele uitzettingen en inkrimpingen
4
Gemeentefonds Tussenstand
2014
1.060
-434
0
-8.986
-139
795
0
0
4.402
139
-795
0
-67
-2.308
439
178
23
-624
4.765
-5.262
-2.479
-2.752
3.893
1.710
2.205
-1.241
-3.163
0
0
0
0
0
-56
-100
0
0
1.400
-2.088
795
943
12
1.763
6
Totaal nieuw beleid
7
Aanwending stelpost korting Rijksmiddelen: begr. 2014
4.900
8
Stelpost raming aanvullende bezuinigingen € 6 miljard
-2.500
9
Uitkomsten bezuinigingspakket A
3.018
Begrotingsresultaat
245
2017
7.028
Totaal structurele ombuigingsvoorstellen
Storting begrotingsoverschot in Algemene Reserve
2016
3.837
5
Stand 31/12
2015
4.584
3.837
7.028
1.060
-434
0
-3.837
-7.028
-1.060
434
0
0
0
0
0
0
Begroting 2014 gemeente Leeuwarden
Bijlagenboek
Tabel IV
x € 1.000
Ontwikkeling Algemene Reserve Startpositie
2013
2014
2015
2016
18.416
13.147
13.302
14.596
2017 15.984
-293
0
0
0
0
8.215
0
0
0
0
1
Correcties
2
Voorlopig Rekeningresultaat
3
Motie resultaatbestemming culturele hoofdstad + ISI
-4.100
Gecorrigeerde stand per 1 januari
22.238
13.147
13.302
14.596
15.984
4
Rentetoevoeging
722
427
432
474
519
5
Rentesurplus overige reserves
761
761
761
761
761
6
Reguliere storting
681
681
681
681
681
7
Vermogenswinsten
86
86
86
86
86
8
Diverse mutaties voorgaande begrotingen + moties
-11.613
-2.257
-955
-905
0
9
Mutaties na vaststelling begroting 2013
10
Incidentele mee- en tegenvallers
11 12 13
Uitkomsten bezuinigingspakket A
14
Totaal incidentele ombuigingsvoorstellen
15
Totaal incidenteel nieuw beleid
0
0
0
0
0
50
-3.606
-608
387
140
Frictiekosten bedrijfsvoering
0
0
0
0
-1.200
Doorloop herstructureringskosten Caparis
0
0
0
0
-105
-3.000
-2.104
-163
338
37
0
0
0
0
0
-615
-861
0
0
0
3.837
7.028
1.060
-434
0
13.147 13.302 14.596 15.984
16.903
Storting begrotingsoverschot in Alg. Reserve Eindstand 31/12
246