DBSO-opleidingskaarten Administratieve groep 37701 Rubriek: Personenzorg 9/06/2011
Begeleider in de kinderopvang Kerntaken De begeleider in de kinderopvang begeleidt en verzorgt baby’s, peuters, kleuters en schoolgaande kinderen tot en met de basisschool. Afhankelijk van de leeftijd, de doelgroep en de opvangvoorziening heeft de begeleider een aantal kinderen bij zich in de groep. Hij is verantwoordelijk voor het welzijn van elk van hen. Daarbij houdt hij rekening met leeftijd, belangstelling en noden. Kinderparticipatie loopt als een rode draad doorheen het takenpakket. Deze kwalificatie kan enkel worden uitgereikt indien de opleiding ten minste 1280 uren bedraagt waarvan ten minste 640 uren alternerende werkplekopleiding.
De Begeleider in de kinderopvang: bezit de competenties van de logistiek assistent in de ziekenhuizen of de logistiek helper in de zorginstellingen of de thuishelper zoals uitgewerkt in de desbetreffende opleidingskaarten 1. organiseert de eigen werkzaamheden; 2. beheerst de vereiste beroepshoudingen; 3. werkt methodisch; 4. werkt in team; 5. werkt met en binnen het sociale netwerk van de jonge zorgvrager; 6. staat in voor de dagelijkse begeleiding en verzorging van het kind; 7. gaat in dagelijkse situaties met het kind om; 8. plant, organiseert en begeleidt activiteiten voor individuele kinderen en groepen; 9. speelt in op gevaar en onverwachte situaties volgens de vastgelegde procedures en afspraken; 10. verzorgt lokaal en materiaal volgens afspraken en procedures.
Referentiekader ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
ILW-opleidingsprogramma ‘logistieke hulp in de verzorgingssector’, VIVO ILW-opleidingsprogramma ‘logistiek assistent in de ziekenhuizen’, VIVO Beroepsprofiel begeleider in de kinderopvang, SERV, maart 2003 COBRA-fiche ‘begeleider in de kinderopvang’, VDAB Beroepsprofiel Begeleid(st)er in de kinderopvang, SERV/Kind en Gezin/VESOFO/VIVO, juli 2001 ¬ Decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen (BS 10 november 2003) ¬ Nota Welzijn op het werk (SERV, oktober 2004)
1
Competenties De begeleider in de kinderopvang benadert het kind vanuit een dynamische mensvisie. Dit betekent dat hij:
¬ rekening houdt met de ontwikkeling van het kind op fysiek, psychisch, sociaal-relationeel en emotioneel vlak, ¬ inspeelt op de noden bij deze ontwikkeling.
1 De begeleider in de kinderopvang organiseert de eigen werkzaamheden ¬ Inzicht hebben in de sector • de verschillende voorzieningen voor kinderopvang naar doelstelling en werkwijze • de historiek van de kinderopvang • de functie van de kinderopvang • de werking van de organisatie • de taak, de verantwoordelijkheid en de plaats van de begeleider in de kinderopvang • het eigen sociaal statuut ¬ Het toegewezen takenpakket plannen, uitvoeren, evalueren en bijsturen • werken conform de organisatiespecifieke visie en structuur • zich over eigen rechten en plichten informeren • de taken volgens een voorgeschreven procedure uitvoeren • met de dagindeling en activiteiten van anderen rekening houden • eigen handelen en houding evalueren • het eigen functioneren met de verantwoordelijke bespreken • het eigen functioneren bijsturen indien nodig ¬ Handelen vanuit een pedagogische visie • • • •
algemene principes van ontwikkelingspsychologie en pedagogie toepassen de invloed van een pedagogische visie op het handelen erkennen het effect van veranderingen in de pedagogische visie erkennen op behoeften van het kind inspelen
2 De begeleider in de kinderopvang beheerst de vereiste beroepshoudingen ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
2
een open houding aannemen beleefd zijn op wisselende werkomstandigheden inspelen in overeenstemming met het beroepsgeheim handelen actief luisteren met stressvolle momenten omgaan verantwoordelijkheidszin tonen
3 De begeleider in de kinderopvang werkt methodisch ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
een begeleidingsplan uitvoeren de verschillende werkzaamheden op elkaar afstemmen observaties uitvoeren en rapporteren gegevens registreren conform het registratiesysteem van de organisatie met basisprincipes van ecologisch, economisch, ergonomisch, hygiënisch en veilig werken rekening houden
4 De begeleider in de kinderopvang werkt in team ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
met verantwoordelijken, collega’s en ouders overleggen onder supervisie werken opdrachten van verantwoordelijken aanvaarden instructies in teamverband uitvoeren met collega’s samenwerken waarnemingsgegevens signaleren werkafspraken aanvaarden en naleven schriftelijk en mondeling rapporteren
5 De begeleider in de kinderopvang werkt met en binnen het netwerk van de jonge zorgvrager ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
het belang van het contact met het netwerk erkennen en respecteren initiatief nemen de eigen omgangsvaardigheden op het kind en zijn sociaal netwerk afstemmen werk en privé gescheiden houden ethisch met vertrouwelijke informatie omgaan de eigen plaats binnen het netwerk bewaken met de cultuur, de leefomgeving en de opvoedingsstijl van het netwerk rekening houden met de ouders een vertrouwensrelatie opbouwen moeilijke gesprekken voeren aan ouderparticipatie meewerken zich assertief gedragen empatisch communiceren met conflicten en probleemgedrag omgaan
6 De begeleider in de kinderopvang staat in voor de dagelijkse begeleiding en de verzorging van het kind ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
zelfredzaamheid stimuleren veiligheid en comfort van het kind waarborgen het kind bij de hygiënische zorgen begeleiden hygiënische zorgen uitvoeren EHBO toepassen aangepaste gezonde voeding bereiden bij bereiding van maaltijden maateenheden toepassen en verhoudingen respecteren eetsituaties begeleiden op voeding- en vochtinname toezien
3
¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
rustmomenten organiseren over slapende, rustende en zieke kinderen toezicht houden eerste signalen van vermoeidheid en ziekte herkennen een thermometer correct gebruiken bij een ziek kind gepaste handelingen stellen in opdracht van ouders en/of verantwoordelijke geneesheer medicijnen toedienen en daarbij strikt de voorschriften opvolgen ¬ medicijngebruik registeren ¬ medicijnen bewaren
7 De begeleider in de kinderopvang gaat in dagelijkse situaties met het kind om ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
kinderen stimuleren de ontwikkeling van de kinderen opvolgen voor een gepaste sfeer zorgen kinderen onthalen voor afhaalmoment van kinderen instaan kinderen structuur bieden leefregels toepassen in overleg met kinderen afspraken maken op naleving van afspraken toezien met frequent voorkomende problemen in de opvoeding omgaan observatie- en stimuleringsprogramma’s toepassen kinderen met een specifieke zorgbehoefte begeleiden
8 De begeleider in de kinderopvang plant, organiseert en begeleidt activiteiten voor individuele kinderen en groepen ¬ methoden en technieken om de behoeften van kinderen te signaleren toepassen ¬ spelaanbod en activiteiten op het ontwikkelingsniveau van het individuele kind, groep en ¬ ¬ ¬ ¬
omstandigheden afstemmen activiteiten plannen en organiseren spelimpulsen geven animatie-, speltechnieken en spelvormen toepassen spelbevorderende technieken toepassen
9 De begeleider in de kinderopvang speelt in op gevaar en onverwachte situaties volgens de vastgelegde procedures en afspraken ¬ ¬ ¬ ¬
4
gevaarlijke situaties inschatten bij onverwachte situaties initiatief nemen bevoegde personen oproepen eerstehulpdiensten verwittigen
10 De begeleider in de kinderopvang verzorgt lokaal en materiaal volgens procedures en afspraken ¬ ¬ ¬ ¬ ¬ ¬
huishoudelijke activiteiten uitvoeren praktische kennis van ontsmettingsmiddelen en schoonmaakproducten toepassen leefruimten gepast inrichten en onderhouden speel- en werkmateriaal onderhouden kinderen bij de zorg voor lokalen betrekken defecten en problemen in verband met de infrastructuur en materiaal detecteren en signaleren
5