Bebording Soestdijkerstraatweg Definitief | Utrecht, 13 april 2010
Inhoudsopgave
1.
2.
3.
De toekomstige situatie
5
1.1
5
Leeswijzer
De verkeersstromen nu en in de toekomst
7
2.1 2.2
De wijzigingen van het ziekenhuis De woningbouw bij Anna’s Hoeve
7 8
2.3 2.4
De verdere ontwikkeling van ArenaPark Totaal aantal motorvoertuigen op het kruispunt in 2020
8 9
Scenario’s bebording
11
3.1 3.2
De focusgroep Scenario 1: Veel informatie
11 12
3.3
Scenario 2: Weinig informatie
13
3.4
Opmerkingen focusgroep
15
4.
Scenario vanuit de gouden regels (Human Factors)
17
5.
Het Human Factor-scenario
21
6.
Psychologie van een tunnel
25
6.1
25
Wat betekent dit voor het kruispunt in Hilversum?
Bebording Soestdijkerstraatweg | 3
Bebording Soestdijkerstraatweg | 4
1.
De toekomstige situatie Het kruispunt Oostereind/Soestdijkerstraatweg is één van de drukste kruispunten in Hilversum en het zal hier in de toekomst alleen nog maar drukker worden. Dit kruispunt heeft momenteel een verkeersregelinstallatie. Door de inwoners van Hilversum is herhaaldelijk gevraagd om de aanleg van een rotonde op dit kruispunt, mede vanwege gunstige ervaringen met de nieuwe rotondes op de Diependaalselaan1. Uit kruispuntberekeningen blijkt echter dat alleen een rotonde op deze plek het verkeer niet kan verwerken. Dit heeft ertoe geleid om een (gedeeltelijk) ongelijkvloerse oplossing te onderzoeken: een tunnel voor doorgaand verkeer. De doorrijhoogte van deze voorgenomen tunnel bedraagt 4,5 meter zodat ook vrachtverkeer er gebruik van kan maken. De rotonde wordt vormgegeven als een turborotonde met bypass waarbij de richting ‘A27/Baarn/ nieuwe ingang Monnikenbergterrein’ twee rijstroken van en naar de rotonde heeft. Hiermee wordt de drukste verkeersbeweging op de rotonde gefaciliteerd. De drukste beweging op het gehele kruispunt is de doorgaande beweging vanaf de A27 richting Ring Oost en weer terug; deze wordt afgewikkeld via de tunnel. Zie figuur 1 voor het voorlopige ontwerp.
Figuur 1 Het voorlopig ontwerp van de rotonde op het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind
Gezien de intensieve verkeersstromen en een mengeling van automobilisten met verschillende bestemmingen en wisselende bekendheid van de plaatselijke situatie, verdient de bebording bij deze turborotonde extra aandacht. Daarbij dient enerzijds voorkomen te worden dat er ‘een woud’ van borden en teksten ontstaat waardoor weggebruikers door ‘de borden het bos niet meer zien’. Anderzijds dient de situatie vermeden te worden dat vooral incidentele bezoekers zich op grote schaal vertwijfeld gaan afvragen waar ze nu heen moeten om hun bestemming te bereiken.
1.1
Leeswijzer In dit rapport gaan wij in op de bebording in de toekomst op het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind. In hoofdstuk twee bespreken wij de verkeersstromen nu en in de toekomst aan de hand van de ontwikkelingen in het gebied rond het kruispunt. Hoofdstuk drie beschrijft twee bordenscenario’s die besproken zijn in een focusgroep. In hoofdstuk vier gaan wij in op de gouden regels van de weggebruiker. In dit hoofdstuk geven wij weer waar we op moeten
1
Bron: http://www.hilversumbeterbereikbaar.nl Bebording Soestdijkerstraatweg | 5
letten om de weggebruiker de weg op de juiste manier te laten gebruiken. In hoofdstuk vijf geven wij op basis van de uitkomsten van de focusgroep en de gouden regels voor de weggebruiker een advies voor bebording. Ten slotte gaan wij in hoofdstuk zes in op de psychologische aspecten van een tunnel en wat dit betekent voor het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind.
Bebording Soestdijkerstraatweg | 6
2.
De verkeersstromen nu en in de toekomst In de omgeving rond het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind zijn drie belangrijke ontwikkelingen gepland die invloed hebben op de verkeersstromen: 1.
Het ziekenhuis (Tergooiziekenhuizen) gaat uitbreiden en krijgt een andere ontsluiting.
2.
Er vindt nieuwe woningbouw plaats bij Anna’s Hoeve.
3.
Het ArenaPark wordt verder ontwikkeld als kantorenpark.
Naast deze drie ontwikkelingen heeft het MediaPark in Hilversum Noord aangegeven met 160.000m2 uit te willen breiden. De provincie wil deze uitbreiding alleen goedkeuren als er een oplossing komt voor de bereikbaarheidsproblematiek. In het ‘Integraal BereikbaarheidsPlan’ (IBP) wordt invulling gegeven aan het oplossen van de bereikbaarheidsproblematiek. Het bevorderen van de doorstroming op de ring (en daarmee ook rond het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind) is onderdeel van het IBP.
Figuur 2 Toekomstige belangrijke ontwikkelingen
2.1
De wijzigingen van het ziekenhuis Op dit moment genereert Tergooiziekenhuizen locatie Hilversum ongeveer 4.000 motorvoertuigen per etmaal. Het ziekenhuis gaat op de huidige locatie een gezondheidspark ontwikkelen van ongeveer 30.000 tot 35.000 m2 met commerciële voorzieningen (woningen, kantoren en leisure). Om het gezondheidspark goed bereikbaar te houden, komt er een extra ingang aan de zuidkant Bebording Soestdijkerstraatweg | 7
van het terrein welke aansluit op de Soestdijkerstraatweg. In de toekomst wordt de ingang aan de Soestdijkerstraatweg de hoofdingang en krijgt de noordelijke ingang (Van Riebeeckweg) een secundaire ontsluitende functie. Groei in motorvoertuigen en gevolgen voor het kruispunt Als gevolg van de wijzigingen bij het ziekenhuis verwacht de gemeente Hilversum een groei van 4.000 motorvoertuigen in 2004 naar 14.000 motorvoertuigen in 2020. Van de 14.000 motorvoertuigen zal 85% gebruik maken van de zuidelijke ingang, de overige 15% van de noordelijke ingang. De gemeente Hilversum verwacht dat er van de 14.000 motorvoertuigen in 2020 80% (11.200 motorvoertuigen) gebruik maakt van het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind.
2.2
De woningbouw bij Anna’s Hoeve Aan de oostkant van de gemeente Hilversum is Anna’s Hoeve aangewezen als uitbreidingslocatie. Om de natuur zo min mogelijk aan te tasten en toch tegemoet te komen aan de vraag naar woonruimte, heeft de gemeente gekozen om compact te bouwen. Er komen ongeveer 600 tot 700 woningen (zowel eengezinswoningen en appartementen) en één basisschool. Groei in motorvoertuigen en gevolgen voor het kruispunt De gemeente Hilversum verwacht (op basis van het verkeersprognosemodel) dat in 2020 3.000 tot 3.500 motorvoertuigen per etmaal hun herkomst of bestemming op Anna’s Hoeve hebben. Anna’s Hoeve krijgt twee belangrijke ontsluitingswegen, één in noordelijke en één in zuidelijke richting. De gemeente Hilversum verwacht dat 9% (540 motorvoertuigen) van de 6.000 motorvoertuigen met bestemming of herkomst Anna’s Hoeve gebruik maakt van het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind.
2.3
De verdere ontwikkeling van ArenaPark De gemeente Hilversum heeft in 2003 besloten het ArenaPark verder te willen ontwikkelen. Het park moet van 105.000 m2 naar maximaal 200.000 m2 worden uitgebreid. Op het ArenaPark bevinden zich bedrijven, maar ook sport en onderwijs. Groei in motorvoertuigen en gevolgen voor het kruispunt Het ArenaPark heeft twee toegangswegen. Eén aan de zuidkant via de Diependaalselaan, en één via de oostkant via het Oostereind. Op dit moment genereert het ArenaPark 8.400 motorvoertuigen per etmaal. De gemeente Hilversum verwacht dat in 2020 16.000 motorvoertuigen per etmaal herkomst of bestemming ArenaPark hebben. Het grootste deel van de reizigers met de bestemming ArenaPark komt van buiten Hilversum en verlaat Hilversum dus zonder het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind te passeren. De gemeente Hilversum verwacht dat ongeveer 18% (2880 motorvoertuigen) van de 16.000 motorvoertuigen gebruik maakt van het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind. Bebording Soestdijkerstraatweg | 8
2.4
Totaal aantal motorvoertuigen op het kruispunt in 2020 De gemeente Hilversum verwacht dat de drie beschreven ontwikkelingen er in 2020 voor zorgen dat 11.740 motorvoertuigen per etmaal over het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind rijden. Hierbij is het aandeel verkeer met als herkomst of bestemming het ziekenhuis het grootst. Het totale verwachtte gemotoriseerde verkeer in 2020 op het kruispunt bedraagt 18.546 motorvoertuigen.
Bebording Soestdijkerstraatweg | 9
Bebording Soestdijkerstraatweg | 10
3.
Scenario’s bebording Gezien de intensieve verkeersstromen en een mengeling van automobilisten met verschillende bestemmingen en wisselende bekendheid van de plaatselijke situatie, verdient de bebording bij de nieuwe situatie extra aandacht. Voor het onderzoeken van de meest effectieve bebording hebben wij aan een focusgroep twee borden scenario’s voorgesteld. In dit hoofdstuk beschrijven wij hoe wij de focusgroep hebben opgezet en welke scenario’s wij hebben besproken.
3.1
De focusgroep Op dinsdag 17 november 2009 hebben wij een focusgroep gehouden met vijf deelnemers die het kruispunt regelmatig passeren. Een focusgroep is een groepsdiscussie, waarbij het draait om de interactie tussen de deelnemers onderling en de discussieleider en de deelnemers. De focusgroep is ingezet omdat het inzicht geeft in de aspecten ‘waarnemen, begrijpen, kunnen en willen’ van weggebruikers in de specifieke situatie van het kruispunt. Tijdens de focusgroep hebben wij de deelnemers twee scenario’s voorgesteld. Een scenario met borden waar heel veel informatie op staat, en een scenario met borden waar heel weinig informatie op staat. In de bijlage staan twee voorbeeldsheets van de scenario’s die wij de deelnemers hebben voorgelegd. Wij hebben de focusgroepdeelnemers een bestemming gegeven waar zij als automobilist heen moesten. Vervolgens hebben wij bij elk bord gevraagd welke richting zij op basis van het bord zouden kiezen. De aan te bieden informatie In onderstaand figuur staat met de nummers 1 tot en met 10 aangegeven waar we de informatie via borden aan de weggebruiker willen aanbieden. Oostereind 5 6 9 10
Diependaalselaan
Soestdijkerstraatweg 7
4
8
3
2 1 A27
Figuur 3 Schematische weergave van de wegen
Bebording Soestdijkerstraatweg | 11
In de scenario’s geven wij per informatiepunt (nummers 1 tot en met 10) aan welke informatie op de borden moet staan. Hierbij hebben wij geen rekening gehouden met de volgorde van de informatie en met de lay-out van de borden. Hiervoor moet het standaard format van de ANWB worden aangehouden.
3.2
Scenario 1: Veel informatie Het eerste scenario gaat uit van het aanbieden van veel informatie aan de weggebruiker. De volgende borden zijn tijdens de focusgroep besproken. Bord 1 Ring Zuid
Ring Noord
ArenaPark 2
Centrum
’s-Graveland
ArenaPark 1
Loosdrecht
Ziekenhuis MediaPark Laren Bussum Baarn
Bord 2 Ring Zuid
Ring Noord
Ziekenhuis
ArenaPark 2
ArenaPark 1
Baarn
’s-Graveland
MediaPark
Lage Vuursche
Loosdrecht
Laren
Centrum
Bussum Bord 3 ArenaPark 1
Ring Noord
Ziekenhuis
Laren
Centrum
Bussum
Baarn
MediaPark Bord 4 Centrum
Ziekenhuis Baarn Lage Vuursche
Bord 5 Ring Zuid
Centrum
ArenaPark 2
ArenaPark 1
Amsterdam
Ziekenhuis
Amersfoort
Baarn
Almere
Lage Vuursche
Utrecht
Benzinepompteken
’s-Graveland Loosdrecht Bebording Soestdijkerstraatweg | 12
Bord 6 Ziekenhuis
ArenaPark 1
Baarn
Benzinepompteken
Centrum
Lage Vuursche Bord 7 Ring Zuid
ArenaPark 1
ArenaPark 2 Amsterdam Amersfoort Almere Utrecht ’s-Graveland Loosdrecht Bord 8 Amsterdam
Ring Zuid
Amersfoort
ArenaPark 2
Almere
Loosdrecht
Utrecht
’s-Graveland
Bord 9 Ring Zuid
Centrum
Ring Noord
ArenaPark
Laren
Amsterdam
Bussum
Amersfoort
MediaPark
Almere Utrecht ’s-Graveland Loosdrecht Benzinepompteken Bord 10 Ring Noord
Ziekenhuis
Ring Zuid
Laren
Baarn
ArenaPark
Bussum
Lage Vuursche
Amsterdam
MediaPark
Amersfoort Almere Utrecht ’s-Graveland Loosdrecht Benzinepompteken
3.3
Scenario 2: Weinig informatie Het tweede scenario gaat uit van het aanbieden van weinig informatie aan de weggebruiker. Voor dit scenario zijn de volgende borden aan de focusgroep getoond. Bebording Soestdijkerstraatweg | 13
Bord 1 Ring Zuid
Ring Noord
ArenaPark 2
Centrum ArenaPark 1 Ziekenhuis MediaPark Baarn
Bord 2 Ring Zuid
Ring Noord
Ziekenhuis
ArenaPark 2
ArenaPark 1
Baarn
MediaPark
Centrum
Ring Noord
Ziekenhuis
MediaPark
Centrum
Bord 3 ArenaPark 1
Baarn Bord 4 Centrum
Ziekenhuis Baarn
Bord 5 Ring Zuid
Centrum
ArenaPark 2
ArenaPark 1
A27 (met
Ziekenhuis
snelwegteken)
Baarn
Bord 6 Ziekenhuis
ArenaPark
Centrum
Baarn Bord 7 Ring Zuid
ArenaPark 1
ArenaPark 2 A27 (met snelwegteken) Bord 8 A27 (met
Ring Zuid
snelwegteken)
ArenaPark 2
Bord 9 Ring Zuid
Centrum
Ring Noord
ArenaPark
Laren
A27 (met
Bussum
snelwegteken)
MediaPark
Bebording Soestdijkerstraatweg | 14
Bord 10
3.4
Ring Noord
Ziekenhuis
Ring Zuid
Laren
Baarn
ArenaPark
Bussum
A27 (met
MediaPark
snelwegteken)
Opmerkingen focusgroep Tijdens en na het behandelen van de twee bordenscenario’s kwamen de volgende algemene aandachtspunten naar voren: • •
MediaPark moet zeker op de borden worden vermeld. De term ‘overige richtingen’ kunnen we gebruiken om een veelvoud van plaatsnamen op de borden te voorkomen.
• •
Het is voor veel mensen niet bekend wat ‘Ring Zuid’ en ‘Ring Noord’ is. We kunnen misschien makkelijker spreken van ArenaPark West en ArenaPark Zuid in plaats van ArenaPark 1 of ArenaPark 2.
• •
Misschien is een tunnelsymbool verhelderend om op de borden weer te geven. Misschien moet het ziekenhuis in de toekomst aangegeven worden met ‘Zorgpark’ en een ziekenhuissymbool.
• •
Wegnummers op de borden kunnen verhelderend werken. Bij de verwijzing naar de snelweg hoeven niet alle andere steden op de borden te staan, alleen verwijzen naar de snelweg is voldoende.
Bebording Soestdijkerstraatweg | 15
Bebording Soestdijkerstraatweg | 16
4.
Scenario vanuit de gouden regels (Human Factors) Human Factors: bebording volgens de menselijke maat Aanduidingen in het verkeer vallen of staan bij of en hoe zij door de weggebruiker worden begrepen. Het is verstandig daarbij niet uit te gaan van de gemiddelde weggebruiker, maar van een, qua mentaliteit, rijvaardigheid en rijgeschiktheid, minder bedeelde weggebruiker. Die weggebruiker is namelijk op de weg toegelaten en dus moet de weg ook voor hem geschikt zijn. Denk in dit verband bijvoorbeeld aan de vergrijzing van de weggebruiker. Doel van de wegomgeving en bebording moet zijn en blijven: een systeem waar iedereen mee om kan gaan. De begrijpelijkheid daarvan voor de niet bekende en niet al te geroutineerde weggebruiker stelt heel hoge eisen aan ontwerp, bebording of signalering. En ten slotte: het systeem moet, om het op zijn Duurzaam-Veiligs te zeggen, vergevensgezind zijn. Mensen moeten dus fouten mogen maken.
2
Vanuit dit perspectief zijn een aantal ‘regels’ opgesteld die inzicht geven in hoe de wegomgeving het beste kan worden ingericht vanuit het perspectief van de weggebruiker (Human Factors). De regels geven inzicht in wat de weggebruiker aankan en wat niet, wat de weggebruiker wil en wat hij niet wil. Op basis hiervan (en op basis van de opmerkingen uit de focusgroep) ontwerpen wij het Human Factor-scenario (zie hoofdstuk 5) voor de bebording rond de Soestdijkerstraatweg. Hieronder presenteren wij acht ‘regels’ en geven wij per regel aan waar dit voor het Human Factor-scenario, met betrekking tot de bebording rond de Soestdijkerstraatweg, toe heeft geleid. Regel 1. De weggebruiker streeft zijn eigen doelen na, die niet altijd even sociaal en veilig zijn. Als de weggebruiker een foute beslissing heeft genomen (keuze heeft gemaakt), moet de fout hersteld of opgevangen kunnen worden. Elke weggebruiker heeft een doel als hij of zij in de auto rijdt. Zo is hij of zij bijvoorbeeld onderweg naar het werk, supermarkt of ziekenhuis. Doordat hij op dit doel gefocust is, kan hij manoeuvres maken die voor andere weggebruikers als minder sociaal of onveilig worden beoordeeld. Het is dan ook de kunst de wegomgeving zo in te richten dat de kans op onverwachte en gevaarlijk manoeuvres zo klein mogelijk is. Deze regel heeft vooral betrekking op het inrichten van de weg. Zo is voorsorteren in een vroeg stadium beter dan mensen op het laatste moment nog van rijstrook laten wisselen. Op een aantal punten op de route uit dit onderzoek bestaat hier een verhoogd risico. Dat is bijvoorbeeld het geval bij de keuzes tussen ArenaPark 1 en ArenaPark 2. Voor de meer onbekende weggebruiker kan dat verwarring veroorzaken. We geven er daarom de voorkeur aan deze twee bestemmingen zoveel mogelijk tegelijk te vermelden. Een ander punt in dit traject waar risicovol rijgedrag kan ontstaan is waar de keuze ‘door de tunnel’ en ‘naar de rotonde’ moet worden gemaakt. Routeaanduidingen moeten hier eenvoudig, begrijpelijk en eenduidig zijn. Als men de verkeerde route heeft gekozen, moet duidelijk zijn dat men verderop de fout kan herstellen, zonder gevaarlijke situaties te veroorzaken.
2 Gebaseerd op ‘10 gouden regels om rekening te houden met de weggebruiker’, Ministerie Verkeer en Waterstaat, 2008.
Bebording Soestdijkerstraatweg | 17
Regel 2. Mensen kunnen slechts een beperkte hoeveelheid informatie tegelijkertijd verwerken, voor veel informatie heeft men tijd nodig. De weggebruiker die wordt ‘gebombardeerd’ met teveel informatie zal mogelijk kiezen voor de ‘verkeerde’ informatie; beperk dus vooral in kritieke situaties de informatieverschaffing tot het ter plaatse strikt noodzakelijke. De hoeveelheid informatie die een weggebruiker kan verwerken op het moment dat hij/zij langs een bord rijdt, is beperkt. De tijd die de weggebruiker heeft om op het bord te kijken is namelijk maar een paar seconden. Het is daarom belangrijk om niet teveel informatie op de borden te plaatsen, zodat de weggebruiker het overzicht blijft houden. Als algemene regel geldt dat zes verschillende bestemmingen op een bord het maximale aantal is wat mensen nog kunnen verwerken. In het Human Factor-scenario nemen we dat als uitgangspunt. Om de hoeveelheid informatie zoveel mogelijk te beperken en de weggebruiker niet onnodig in de war te brengen (zie regel 8), kiezen wij er voor om uitsluitend een onderscheid te maken tussen de afslagen ‘Arenapark 1’ en ‘Arenapark 2’ als dit onderscheid ook echt belangrijk is voor de weggebruiker. Dit is het geval voor weggebruikers die vanaf de A27 komen. In gevallen waar het onderscheid niet van belang is, raden wij aan alleen ‘Arenapark’ aan te geven. Regel 3. Van gedragsbeïnvloeding door uitsluitend communicatie moet je niet teveel verwachten. Maar communicatie versterkt wel het effect van andere maatregelen. Door de reden van maatregelen goed te communiceren naar de weggebruiker, is de kans groter dat er begrip ontstaat voor de maatregel. Doen (lees: gewenst gedrag vertonen) is de resultante van waarnemen, begrijpen, kunnen en willen. Het Human Factor-scenario is er op gericht de eerste drie factoren optimaal te waarborgen. Voor de motivationele component (willen) is vooral voorlichting en dialoog nodig. Het is daarom belangrijk om de reden van het ombouwen van het kruispunt Soestdijkerstraatweg/ Oostereind te communiceren naar de inwoners van Hilversum. Als zij zijn voorbereid op de gewijzigde situatie, zal ook het risico dat men ‘op gewoonte’ volhard in gedrag dat niet meer bij de nieuwe situatie past, afnemen. In dit advies gaan wij verder niet in op deze ‘algemene’ voorlichting over de veranderende situatie. Regel 4. Regels en maatregelen moeten logisch en zinvol overkomen. Als een weggebruiker het nut van een maatregel inziet, is de kans groter dat hij/zij zich daar ook naar gedraagt. Wij passen dit principe toe op voorsorteren en op de bewegwijzering. Een uitgangspunt dat we daarbij hanteren is dat op de Ringweg iedere bestemming bereikbaar is. We geven zo veel mogelijk de Ring Zuid (‘onderlangs’) en Ring Noord (‘bovenlangs’) aan. Om teveel tekst op de borden te voorkomen, hanteren we daarbij het principe dat we naast de hoofdrichtingen de bestemmingen van eerstvolgende afslagen van de ring vermelden. En voor de automobilisten die niet bekend zijn in de omgeving (met name de bezoekers aan het ziekenhuis) vermelden we de A27 (A1). Regel 5. Het wegbeeld roept verwachtingen op en mensen houden niet van verrassingen; zorg dus dat de verwachtingen die worden opgeroepen ‘kloppen’. De weggebruiker rijdt na verloop van tijd voornamelijk op routine: in een bepaalde situatie creëert de weggebruiker vanzelf een patroon, waar hij/zij naar handelt. Bebording vormt daarin een onderdeel.
Bebording Soestdijkerstraatweg | 18
Voor het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind geldt dat goed gekeken moet worden waar de huidige bewegwijzering afwijkt van de toekomstige. Geef daar goede voorlichting over. In dit advies hebben we de bewegwijzering aan laten sluiten bij de bestaande, maar er ook naar gestreefd deze zo nu en dan te uniformeren en te vereenvoudigen. Zo lijkt ons een verwijzing naar de snelweg volstaan in plaats van de bestemmingen die via deze snelweg bereikt kunnen worden (Utrecht, Amsterdam, etc.). Als mensen de route naar bijvoorbeeld de A27 volgen, dient deze op de borden daarna ook voor te komen. Anders kunnen ze in verwarring raken. Dit principe laten we zwaarder wegen dan het principe van ‘alleen hoofdrichtingen vermelden’. Regel 6. Alle informatie die de weggebruiker ‘binnenkrijgt’, zoals wegverloop, belijning en borden, moet met elkaar kloppen. Het is belangrijk dat alle informatie die de weggebruiker op een traject binnenkrijgt dezelfde verwachting creëert. Op deze manier is het waarschijnlijk dat de weggebruiker zich ook juist aanpast aan de situatie. In het Human Factor-scenario hanteren wij dit principe op de aanduidingen op de borden en op voorsorteersituaties. Ook willen wij dat de bebording overeenstemt met wat navigatiesystemen aangeven. Als hier discrepantie tussen ontstaat kan ergernis en zelfs verkeersonveiligheid het gevolg zijn. Regel 7. Informatie langs de weg moet opvallend, leesbaar en begrijpelijk zijn. Hierboven is al beschreven dat een weggebruiker niet alles tegelijk kan lezen en begrijpen. Ook hebben we aangegeven dat ‘waarnemen’ een belangrijke factor is om gewenst gedrag te kunnen vertonen. Als informatie: •
onverwacht wordt aangeboden;
•
niet opvalt;
•
onleesbaar;
•
of onbegrijpelijk is;
zal dat de veiligheid en waardering van de situatie niet ten goede komen. Gelukkig wordt de bebording opgesteld volgens algemeen geldende en geteste richtlijnen. Waar zinvol hebben wij ook de inhoud op de borden en de locaties waar zij geplaatst worden aan deze criteria getoetst. Regel 8. Breng de weggebruiker niet in de war en voorkom onveilige situaties Alle informatie die de weggebruiker ‘binnenkrijgt’ en de handelingen die van hem gevraagd worden, moeten zoveel mogelijk met elkaar kloppen. De route-informatie moet kloppen met het verloop van de weg en de afslagen. Maar het betekent ook dat (onnodig) invoegen tot een minimum beperkt dient te worden. In de situatie in Hilversum waar dit advies over handelt, leeft dit een interessant dilemma op. Om onnodig weven te voorkomen is het aan te bevelen vanaf de Noordkant de Ring bovenlangs te voeren. Wordt het verkeer op de Ring namelijk door de tunnel gevoerd, dan moeten zij bij het uitkomen als zij rechtsaf willen slaan twee rijstroken oversteken. Dat de doorgaande Ring echter bovenlangs wordt geleid, gaat in tegen het gevoel van de weggebruiker ‘ dat deze normaliter rechtdoor door de tunnel voert.’ Dit is vanuit de Zuidkant ook het geval. Deze zaken tegen elkaar afwegende komen wij tot de conclusie dat het ‘onlogische gevoel’ van een Ring die van een zijde bovenlangs voert, niet opweegt tegen de verkeersonveiligheid in de situatie dat dit verkeer door de tunnel wordt geleidt. Wij kiezen er daarom voor de Ring vanaf de Noordzijde over de rotonde te voeren (bovenlangs) en vanaf de Zuidzijde door de tunnel.
Bebording Soestdijkerstraatweg | 19
Bebording Soestdijkerstraatweg | 20
5.
Het Human Factor-scenario Aan de hand van de uitkomsten van de focusgroep en de gouden regels van de weggebruiker hebben wij een Human Factor-scenario opgesteld. Daarbij zijn de volgende keuzes gemaakt: •
Als streven willen wij maximaal zes aanduidingen op een bord zetten, daar waar dit niet mogelijk is in ieder geval niet meer dan acht aanduidingen per bord.
•
Op de Ringweg is iedere bestemming bereikbaar. We geven zoveel mogelijk de Ring Zuid (‘onderlangs’), Ring Noord (‘bovenlangs’) en A27 (A1) aan. Naast de hoofdrichtingen vermelden wij de bestemmingen van de eerstvolgende afslagen van de Ring.
•
Loosdrecht en ’s-Graveland staan vanaf de snelweg niet aangegeven op de borden bij de afslag. Om deze reden kiezen wij ervoor deze twee plaatsen ook niet op de borden rond het kruispunt weer te geven.
•
Loosdrecht en ’s-Graveland geven wij wel weer op bord 8 omdat hier sprake is van een duidelijke t-splitsing zonder een natuurlijke ‘rechtdoor’ voor het volgen van de Ring.
•
Baarn staat vanaf de snelweg ook niet aangegeven bij de afslag voor Hilversum. Daarom verwijzen wij niet direct vanaf de snelweg naar Baarn. Vanaf het moment dat Baarn een eerstvolgende afslag op de Ring is, vermelden wij Baarn wel.
•
Omdat Arenapark 1 en arenapark 2 een aaneengesloten gebied zijn, geven wij deze bestemmingen niet meer apart aan.
•
Zoals in hoofdstuk twee is geconcludeerd is het aandeel verkeer op de kruising met als herkomst of bestemming het ziekenhuis het grootst. Omdat het ziekenhuis regionaal verkeer aantrekt, geven wij vanaf het ziekenhuis meer richtingen weer dan strikt noodzakelijk is.
•
Zoals in hoofdstuk 4 beschreven, kiezen wij ervoor de Ring vanaf de Noordzijde over de rotonde te voeren (bovenlangs) en vanaf de Zuidzijde door de tunnel. Dit om onnodige weefbewegingen te voorkomen.
•
Vanaf de A27 maken wij een onderscheid tussen Arenapark 1 en Arenapark 2. Als dit onderscheid niet relevant is vermelden we alleen Arenapark. Voor automobilisten die reeds Arenapark met nummeraanduiding volgen, houden we deze nummering in stand, omdat het anders verwarring oplevert.
Hieronder volgt een schematische weergave van waar de borden komen te staan. Bij het vormgeven van het Human Factor scenario is besloten op de Soestdijkerstraatweg een voorsorteerportaal te plaatsen (bord 9*, zie figuur 4). Wij geven per bord advies over de informatie die ons inziens dient te worden aangeboden. Wat betreft de lay-out van de borden dienen de standaardregels van de ANWB te worden gehanteerd.
Bebording Soestdijkerstraatweg | 21
Oostereind 5 6 9
9*
10
Soestdijkerstraatweg 7
4
8
3
Diependaalselaan
2 1 1* A27
Figuur 4 Schematische weergave van de wegen
Bord 1* Mediapark volg Ring Noord Bord 1 Ring Zuid
Ring Noord
ArenaPark 2
ArenaPark 1 Centrum Ziekenhuis
Bord 2 Ring Zuid
Ring Noord
Ziekenhuis
ArenaPark 2
ArenaPark 1
Centrum
Bord 3 ArenaPark 1
Ring Noord
Ziekenhuis Centrum Baarn
Bord 4 (rotondebewegwijzering) Centrum
Ziekenhuis Baarn
Figuur 5: voorbeeld rotondebewegwijzering (bord 4, 6, 9, 10) Bebording Soestdijkerstraatweg | 22
Bord 5 A27/ (A1) (met
Ring
snelwegteken)
Centrum Ziekenhuis Baarn
Bord 6 (rotondebewegwijzering) Ziekenhuis
Ring
Centrum
Baarn Bord 7 (bord met rechtdoorgaande pijl en afslaande pijl) A27/ (A1) (met
ArenaPark
snelwegteken)
Bord 8 A27/ (A1) (met
Ring
snelwegteken)
Loosdrecht ‘s-Graveland
Bord 9 (rotondebewegwijzering) Ring Zuid
Centrum
Ring Noord
Arenapark
Bussum
A27/ (A1) met
Media Park
snelwegtekenk Bord 9* (voorsorteerportaal) A27/ (A1) (met
Ring
snelwegteken)
Centrum
Bord 10 (rotondebewegwijzering) Ring Noord
Ziekenhuis
Ring Zuid
Bussum
Baarn
ArenaPark
MediaPark
A27/ (A1) (met snelwegteken)
Bebording Soestdijkerstraatweg | 23
Bebording Soestdijkerstraatweg | 24
6.
Psychologie van een tunnel Op de Soestdijkerstraatweg komt een tunnel onder de rotonde voor doorgaand verkeer op de Ring. Hoewel hier gesproken wordt van een tunnel is er ons inziens meer sprake van een viaduct. De onderdoorgang is kort en naar alle waarschijnlijkheid zal het daglicht niet veel afnemen. Bij het naderen van het viaduct zal echter wel even het idee ontstaan dat men een tunnel inrijdt. Tunnels kunnen een psychologische reactie oproepen bij mensen. Er zijn mensen met tunnelangst; zij voelen zich ongemakkelijk in tunnels, of durven er in het geheel niet in. Het is een vorm van claustrofobie of engtevrees. Mensen zijn in dit geval bang voor het verblijven in afgesloten ruimten. In ernstige gevallen kunnen paniekaanvallen optreden en probeert men aan de situatie te ontsnappen, zelfs als dit ernstig gevaar oplevert. Anderzijds is het mogelijk dat men door de angst ‘bevriest’, wat in een auto ook ernstige gevolgen kan hebben. Echter, in de meeste gevallen voelt men zich alleen (licht) gespannen. Dit kan het reactievermogen en de rijvaardigheid beïnvloeden. Hoewel onze verwachting is dat, gezien de korte overspanning bij de Soestdijkerstraatweg, geen sprake zal zijn van tunnelangst, lichten wij hieronder kort toe welke maatregelen de kans op nadelige effecten van tunnelangst kunnen verminderen. Onderzoek naar tunnelfobie De Noor Gunnar Jenssen deed uitgebreid onderzoek naar het verschijnsel tunnelfobie. Hij liet 2.500 mensen die in een gebied met veel tunnels wonen, een enquête invullen. Daarnaast interviewde hij 800 mensen (100 per tunnel, 8 tunnels) vlak nadat ze door een tunnel waren gereden. De belangrijkste uitkomst van zijn onderzoek was dat 20% van de mannen en 40% van de vrouwen tunnelangst heeft. Het viel hem op dat daar relatief veel oudere mensen tussen zitten. Dit komt volgens hem niet zozeer door een fobie, maar door de afgenomen visuele vermogens van deze groep. Zij nemen minder lichtcontrasten waar in de donkere tunnels en dat maakt hen bang. Met behulp van zijn onderzoeksresultaten formuleert Jenssen wat er moet veranderen aan een tunnel. Van belang is de tunnel een minder monotoon, donker en afgesloten uiterlijk te geven. Dit is vervolgens uitgeprobeerd in diverse testen met een tunnelsimulator. Daaruit is gebleken dat nagebootste natuurtaferelen het beste resultaat opleveren.
6.1
Wat betekent dit voor het kruispunt in Hilversum? Ter overdenking geven wij de volgende richtlijnen mee voor het realiseren van het viaduct op het kruispunt Soestdijkerstraatweg/Oostereind: •
Een goede verlichting is noodzakelijk. Dit voorkomt dat mensen voor hun gevoel een ‘zwarte
•
Er moet aandacht zijn voor de te kiezen kleuren op de wanden van het viaduct. Iedere kleur
blokkade’ inrijden en onnodig remmen. heeft een bepaalde uitwerking op mensen. In het viaduct moeten de kleuren rust en overzicht geven. De kleuren moeten niet teveel afleiden van de weg. •
Wellicht is het mogelijk om het midden van de rotonde ‘open te maken’. Op deze manier valt er extra licht in het viaduct, wat het tunneleffect nog meer vermindert. Bebording Soestdijkerstraatweg | 25
•
Er moet naar de inwoners van Hilversum gecommuniceerd worden dat er een nieuwe situatie komt op het kruispunt en wat daar de consequenties van zijn. Ook moet het voor de mensen duidelijk zijn dat als ze zich vergissen in de rijbaan, ze zich op een later punt nog kunnen herstellen. Op deze manier wordt paniek tijdens het rijden voorkomen, wat de veiligheid van de wegsituatie ten goede komt.
Bebording Soestdijkerstraatweg | 26
Bijlage: Besproken voorbeeldborden focusgroep
Bebording Soestdijkerstraatweg | 27
Colofon © XTNT EXPERTS IN TRAFFIC AND TRANSPORT | Utrecht 2009 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, scan, fotokopie of op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van XTNT.
Titel
Bebording Soestdijkerstraatweg
Samengesteld door
Gerard Tertoolen Marije Peerdeman
Projectnaam
Gemeente Hilversum bebording Soestdijkerstraatweg
Projectnummer
207U
Datum
13 april 2010
Bestandsnaam
P:\2009\207U Gem Hilversum Bebording ring Hilversum\Verslag
Contactadres voor deze publicatie
XTNT Experts in Traffic and Transport St. Jacobsstraat 16 Postbus 51 3500 AB UTRECHT
Bebording Soestdijkerstraatweg | 28