Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Afdeling Marktordening Prinses Beatrixlaan 2 2595 AL Den Haag Postbus 93119 2509 AC Den Haag www.rvo.nl T 088 042 42 42
BASISREGELING IN- EN UITVOER SECTOR SUIKER Februari 2016
In deze basisregeling vindt u informatie over de regeling in- en uitvoer suiker, isoglucose inuline en melasse. De in deze regeling genoemde maatregelen zijn o.m. vastgelegd in: — Verordening (EU) nr. 1308/2013, houdende een gemeenschappelijke ordening der markten met daarin o.a. bepalingen voor de sector suiker, — Verordening (EG) nr. 951/2006, houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 318/20061, wat betreft de handel met derde landen in de sector suiker, — Verordening (EU) 2015/1538, aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 wat betreft invoercertificaataanvragen, het in het vrije verkeer brengen en het bewijs van raffinage van suikerproducten van GN-code 1701 in het kader van preferentiële overeenkomsten, voor de verkoopseizoenen 2015/2016 en 2016/2017, en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 376/2008 en (EU) nr. 891/2009 van de Commissie. — Verordening (EU) 2015/1550, tot vaststelling van regels voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft de invoer en raffinage van suikerproducten van GN-code 1701 in het kader van preferentiële overeenkomsten voor de verkoopseizoenen 2015/2016 en 2016/2017 — Verordening (EG) nr. 1301/2006, houdende gemeenschappelijke voorschriften voor het beheer van door middel van een stelsel van invoercertificaten beheerde invoertariefcontingenten voor landbouwproducten. Deze regeling moet worden gelezen in samenhang met de Basisregeling invoer alle sectoren en Basisregeling uitvoer alle sectoren. De afdeling Marktordening van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) is namens de Minister van Economische Zaken in Nederland bevoegd om de regeling uit te voeren. Heeft u beleidsmatige vragen over de suikersector, dan kunt u die stellen aan de heer Fred Klein T 088 60 26791. Deze basisregeling is op diverse punten geactualiseerd en aangepast aan de huidige regelgeving. Deze Basisregeling in- en uitvoer suiker vervangt de versie van september 2015. Wilt u op de hoogte blijven van wijzigingen in de wetgeving, neemt u dan een gratis abonnement op de RSS-feeds. Zie www.rvo.nl, internationaal ondernemen, Marktordening.
1
Let wel Verordening (EG) nr. 318/2006 is opgenomen in Verordening (EU) Nr. 1308/2013
Inhoudsopgave 1
INLEIDING ............................................................................................ 4
2
INVOER VAN SUIKER, ISOGLUCOSE EN INULINESTROOP .................... 4
2.1 Invoer4 2.1.1 Invoerrechten................................................................................................. 4 2.2 Invoertariefcontingenten 5 2.2.1 Tariefcontingenten en beschikbare hoeveelheden ................................................ 5 2.2.2 Bepalingen over invoercertificaten .................................................................... 5 2.2.3 Algemeen ...................................................................................................... 5 2.2.4 Invoercertificaataanvragen............................................................................... 6 2.2.5 Afgifte certificaten en geldigheidsduur ............................................................... 7 2.2.6 Bewijs van raffinage en boetes ......................................................................... 7 2.3 Specifieke bepalingen met betrekking tot uitzonderlijke en/of industriële invoer 7 2.3.1 Industriële invoer............................................................................................ 8 2.4 Invoercontingenten uit verschillende landen 8 2.4.1 Algemeen ...................................................................................................... 8 2.4.2 Invoercertificaataanvragen............................................................................... 9 2.4.3 Zekerheidsstelling ........................................................................................... 9 2.4.4 Afgifte certificaataanvragen en geldigheidsduur .................................................. 9 2.4.5 Invoer ......................................................................................................... 10 2.4.6 Bewijs van raffinage en sancties……………………………………………………………………………….10 2.4.7 Verlenging van de geldigheidsduur van het invoercertificaat ............................... 10 2.5 Bijzondere bepalingen over voltijdraffinaderijen 10 3
MELASSE ............................................................................................. 11
3.1Algemeen 3.2Rechten bij invoer 4
11 11
UITVOER VAN SUIKER EN SUIKERSTROPEN ........................................ 11
4.1 Algemeen 11 4.1.1 Te gebruiken documenten bij uitvoer............................................................... 11 4.1.2 Certificaataanvragen ..................................................................................... 12 4.1.3 Geldigheidsduur certificaten ........................................................................... 12 4.2 Uitvoer van suiker, isoglucose en inulinestroop met restitutie 12 4.3 Uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker en isoglucose zonder restitutie12 4.3.1 Algemeen .................................................................................................... 12 4.3.2 Certificaataanvragen ..................................................................................... 12 4.3.3 Afgifte en geldigheidsduur van de certificaten ................................................... 13 4.3.4 Vrijgave zekerheid ........................................................................................ 13 5
SUIKERBIETEN.................................................................................... 14
BIJLAGE 1 PRODUCTEN WAAROP DE REGELING VAN TOEPASSING IS.......................... 15 C
17
BIJLAGE 2 PRIJZEN IN DE SECTOR SUIKER .............................................................. 18 BIJLAGE 3 LIJST MET BESCHIKBARE HOEVEELHEDEN VAN BEPAALDE CONTINGENTEN .. 19 BIJLAGE 4 MODEL UITVOERCERTIFICAAT AFGEGEVEN IN LAND VAN UITVOER ............. 20 BIJLAGE 5 LANDENLIJST INVOERCONTINGENT DIVERSE LANDEN ............................... 21
Basisregeling in- en uitvoer suiker 4
1 Inleiding Gezien de grote behoefte aan suiker in de Europese Unie (EU) heeft de Raad van de binnen de algemene marktordening bepalingen vastgesteld voor deze sector. In marktordening is onder meer een aantal bepalingen vastgelegd die van toepassing zijn invoer- en uitvoercertificaten, het verlenen van uitvoerrestituties en het beheer van invoer in de suikersector.
EU de op de
Een overzicht van de producten waarop de regeling van toepassing is, vindt u in bijlage 1. 2 Invoer van suiker, isoglucose en inulinestroop Verordening (EG) nr. 951/2006, artikel 36, 38, 39 en Verordening (EU) Nr. 1308/2013, artikel 182
2.1 Invoer Te gebruiken documenten bij invoer Bij invoer uit derde landen van de producten zoals vermeld in bijlage 1, moet u een elektronische aangifte ten invoer (invoeraangifte) doen bij de douane. Bij uw aangifte ten invoer hoeft u geen certificaat te overleggen. Bij invoer binnen tariefcontingenten is het overleggen van een invoercertificaat wel verplicht. Meer hierover kunt u lezen in hoofdstuk 2.2. 2.1.1 Invoerrechten Bij de invoer kunnen er door de Douane invoerrechten (douanerechten) opgelegd worden. In het kader van de World Trade Organization (WTO) is het vaststellen van dergelijke douanerechten aan regels gebonden. De volgende elementen zijn hierbij van belang: cif-invoerprijs of representatieve prijs, reactieprijs. De representatieve prijzen worden voor elk verkoopseizoen door het Comité Landbouw vastgesteld. Als de elementen die zijn gebruikt om de representatieve prijs vast te stellen zodanig wijzigen dat de vastgestelde representatieve prijs tenminste € 1,20 per 100 kg afwijkt ten opzichte van de vorige vaststelling, dan kan de Commissie de representatieve prijzen tussentijds wijzigen. Daarnaast wordt een reactieprijs vastgesteld. Deze reactieprijs wordt door de EU doorgegeven aan de WTO. De reactieprijzen en de producten waarvoor representatieve prijzen worden vastgesteld, zijn vermeld in bijlage 2. Het douanerecht bestaat uit een vast recht en een aanvullend (variabel) recht. Het vaste recht wordt in het kader van het Gemeenschappelijk Douanetarief vastgesteld, terwijl het aanvullende deel wordt toegepast als de bedoelde representatieve prijs lager is dan de per seizoen vastgestelde reactieprijs. Het totaal te betalen douanerecht wordt opgelegd door de Douane. (Let op, de aanvullende rechten worden niet toegepast tot 30 september 2017.) Het aanvullend recht wordt als volgt berekend: Als het verschil tussen reactieprijs en de cif-prijs van de betrokken zending: a. niet groter is dan 10% van de reactieprijs, is het aanvullend recht 0, b. groter is dan 10%, maar niet groter dan 40% van de reactieprijs, is het aanvullend recht 30% van het verschil boven 10%, c. groter is dan 40%, maar niet groter dan 60% van de reactieprijs, is het aanvullend recht 50% van het verschil boven 40% plus het aanvullend recht genoemd onder b, d. groter is dan 60%, maar niet groter dan 75% van de reactieprijs, is het aanvullend recht 70% van het verschil boven 60% plus de aanvullende rechten genoemd onder b en c, e. groter is dan 75% van de reactieprijs, is het aanvullend recht 90% van het verschil boven 75% plus de aanvullende rechten genoemd onder b, c en d.
Basisregeling in- en uitvoer suiker 5 Wanneer de cif-invoerprijs per 100 kg van een bepaalde zending hoger is dan de representatieve suikerprijs, moet de importeur de bevoegde autoriteiten van de lidstaat ten minste de volgende bewijsstukken overleggen: het koopcontract of een ander gelijkwaardig bewijsstuk, de verzekeringspolis, de factuur, de vervoersovereenkomst, het certificaat van oorsprong (in voorkomend geval), het cognossement (bij vervoer over zee). Daarnaast kunnen nog andere inlichtingen of bewijsstukken worden gevraagd. Voor de betrokken zending moet een zekerheid worden gesteld bij de douane. De hoogte van de zekerheid is gelijk aan het verschil tussen het aanvullende invoerrecht, berekend op basis van de representatieve prijs van het betrokken product, en het bedrag van het aanvullend invoerrecht, berekend op basis van de cif-invoerprijs van de betrokken zending. De zekerheid wordt vrijgegeven zodra het verzoek is ingewilligd op basis van de overgelegde bewijsstukken. De representatieve prijzen worden, evenals de vaste invoerrechten en de van toepassing zijnde aanvullende rechten door RVO.nl door middel van bulletins bekendgemaakt. Het aanvullend invoerrecht is geschorst tot en met 30 september 2017, maar kan worden vastgesteld indien de marktsituatie daartoe aanleiding geeft. 2.2 Invoertariefcontingenten Verordening (EG) nr. 891/2009, artikel 1
Per verkoopseizoen bestaat de mogelijkheid om binnen bepaalde tariefcontingenten producten uit de sector suiker van GN-code 1701 en 1702 in te voeren tegen een geheel of gedeeltelijk geschorst invoerrecht.2 De hoeveelheden per tariefcontingentsperiode vindt u in bijlage 3. De invoertariefcontingenten worden beheerd op basis van invoercertificaten. 2.2.1 Tariefcontingenten en beschikbare hoeveelheden Verordening (EG) nr. 891/2009, artikel 1 en 3
De tariefcontingentsperiode wordt onderverdeeld in deelperiodes van elk 1 maand. De deelperiodes zijn als volgt: -100% voor de eerste deelperiode, - 0% voor de resterende deelperiodes. 2.2.2 Bepalingen over invoercertificaten Verordening (EG) nr. 891/2009, artikel 4 en 7 en Verordening (EG) nr. 1301/2006
2.2.3 Algemeen Met uw eerste aanvraag om een invoercertificaat, moet u bewijzen dat u, op het moment waarop u uw aanvraag indient, werkzaam bent (geweest) op het gebied van de handel met derde landen in suiker of suikerproducten: - gedurende twaalf maanden vóór het moment van de aanvraag, en - gedurende twaalf maanden vóór die twaalf-maanden-periode. De handel met derde landen kunt u uitsluitend bewijzen door middel van: - door de douaneautoriteiten naar behoren geviseerde douanedocumenten voor het vrije verkeer waarin de betrokken aanvrager wordt genoemd als de geadresseerde, of - de door de douaneautoriteiten naar behoren geviseerde douanedocumenten voor uitvoer.
2
Het verkoopseizoen voor de producten waarop de regeling van toepassing is loopt van 1 oktober tot en met 30 september van het daaropvolgende jaar.
Basisregeling in- en uitvoer suiker 6
Om de administratieve lasten zoveel mogelijk te beperken, kunt u, als bewijs van handelsactiviteiten, volstaan met de verklaring: ‘……….(bedrijfsnaam) heeft in de afgelopen twaalf maanden en de twaalf maanden daarvoor handel gedreven met derde landen in producten die vallen onder de gemeenschappelijke marktordening’ RVO.nl zal controleren of de verklaring inhoudelijk juist is. Let op: deze verklaring is alleen nodig bij uw eerste aanvraag tijdens een invoertariefcontingentsperiode. U moet uw aanvraag indienen in de lidstaat waarin u bent gevestigd en voor BTW doeleinden bent geregistreerd. Als dit in Nederland is, moet u uw aanvraag bij de RVO.nl indienen. U moet uw BTW nummer op uw aanvraag vermelden. Erkende suikerfabrikanten hoeven bovenvermelde bewijzen niet in te dienen. Bovendien geldt dat douane-expediteurs invoercertificaten mogen aanvragen.
en
douanevertegenwoordigers
geen
2.2.4 Invoercertificaataanvragen Verordening (EG) nr. 891/2009, artikel 5, 6, en 7 en Verordening (EG) nr. 1301/2006, artikel 6
U kunt uw certificaataanvragen elke maand tot op de zevende dag uiterlijk om 13.00 uur indienen. De certificaatzekerheid bedraagt € 20,- per ton. Voor de eerste deelperiode (oktober van een jaar) kunt u invoercertificaten aanvragen in de periode van 8 tot en met 14 september van dat jaar. U kunt slechts één aanvraag per volgnummer per maand indienen. Indien u meer dan één aanvraag per volgnummer per maand indient, worden alle aanvragen afgewezen en worden de zekerheden verbeurd. Voor Balkansuiker (contingentnummer 09.4324 t/m 09.4327) geldt dat uw certificaataanvraag vergezeld moet gaan van het originele uitvoercertificaat volgens het in bijlage 4 opgenomen model. Dit uitvoercertificaat moet door de bevoegde autoriteiten van het land van uitvoer zijn afgegeven. De hoeveelheid in uw certificaataanvraag mag niet meer zijn dan de hoeveelheid vermeld op het uitvoercertificaat. Voor de contingentnummers 09.4317, 09.4318, 09.4319, 09.4321 moet u een certificaat van oorsprong overleggen bij het in het vrije verkeer brengen van de suiker. In uw certificaataanvraag moet u de volgende extra vermeldingen aanbrengen3: Vak 8: Het land van oorsprong. Voor volgnummers 09.4317, 09.4318, 09.4319 en 09.4321 en voor Balkansuiker geldt dat in dit vak het woord “ja” moet worden aangekruist, 4) Vak 16: Een (enkele) GN-code van 8 cijfers, Vak 17 & 18: De hoeveelheid suiker in kg ongewijzigde staat (tel quel),
3
Indien u uw certificaataanvraag elektronisch instuurt dient u de extra vermeldingen onder een kopje bijzonderheden te vermelden. 4 Voor deze contingentnummers en de contingenten voor Balkansuiker (zoals vermeld in bijlage 3) geldt verplichte invoer uit de landen zoals vermeld op het invoercertificaat.
Basisregeling in- en uitvoer suiker 7 Vak 20:
1. 2.
3. Vak 24:
“voor raffinage bestemde suiker” of “niet voor raffinage bestemde suiker”, één van de volgende vermeldingen: -voor suiker CXL-concessies de volgende vermelding: “Suiker CXL-concessies ingevoerd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 891/2009. Volgnummer (zie bijlage 3)”, -voor Balkansuiker de volgende vermelding: “Toepassing van Verordening (EG) nr. 891/2009, Balkansuiker. Volgnummer (zie bijlage 3)”, -voor invoer voor uitzonderlijke invoer: “Toepassing van Verordening (EG) nr. 891/2009, suiker voor uitzonderlijke invoer. Volgnummer (zie bijlage 3)”, -voor invoer van industriële invoer: “Toepassing van Verordening (EG) nr. 891/2009, suiker voor industriële invoer. Volgnummer 09.4390”, en het betrokken verkoopseizoen, Het betrokken douanerecht.
Voor suiker CXL- concessie met de volgnummers 09.4317 t/m 09.4320 geldt dat elke certificaataanvraag vergezeld gaat van de verbintenis van de aanvrager om de betrokken hoeveelheden suiker te raffineren vóór het einde van de derde maand na die waarin het betrokken invoercertificaat verstrijkt. 2.2.5 Afgifte certificaten en geldigheidsduur Verordening (EG) nr. 891/2009, artikel 8
De certificaten worden afgegeven op de 23e of uiterlijk tegen het einde van maand waarin de aanvragen zijn ingediend. Certificaten aangevraagd in de eerste deelperiode worden afgegeven in de periode van 1 tot en met 8 oktober. Als de Commissie een toewijzingscoëfficiënt vaststelt, wordt deze toegepast op uw aangevraagde hoeveelheid. Afgegeven certificaten zijn geldig vanaf de dag van afgifte tot aan het einde van de derde daaropvolgende kalendermaand, maar uiterlijk tot en met 30 september. Invoercertificaten voor suiker voor uitzonderlijke invoer en voor industriële suiker zijn geldig tot aan het einde van het verkoopseizoen waarin zij zijn afgegeven. 2.2.6 Bewijs van raffinage en boetes Elke certificaataanvrager (titularis) die over een invoercertificaat voor CXL-concessie beschikt, moet uiterlijk zes maanden na het verstrijken van de geldigheidsduur van het betrokken invoercertificaat aan de instantie van afgifte het bewijs overleggen dat de raffinage binnen drie maanden na geldigheidsduur van het certificaat heeft plaatsgevonden. Als geen bewijs wordt overgelegd, betaalt de titularis vóór 1 juni na het betrokken verkoopseizoen waarin het invoercertificaat is afgegeven, een boete van € 500,- per ton over de hoeveelheid waarvoor het bewijs niet is geleverd. De Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA zal controleren of de raffinage binnen de gestelde termijn heeft plaatsgevonden. 2.3 Specifieke bepalingen met betrekking tot uitzonderlijke en/of industriële invoer Verordening (EG) nr. 891/2009, artikel 12,13 en 15
Per (deel van een) verkoopseizoen kan de Commissie voor een bepaalde hoeveelheid suiker besluiten de heffing van invoerrechten geheel of gedeeltelijk te schorsen. Om dit te bepalen wordt door de Commissie een balans opgesteld. Als uit deze balans blijkt dat er inderdaad een hoeveelheid beschikbaar komt waarvoor de invoerrechten worden geschorst, dan zullen wij u hiervan via een circulaire op de hoogte brengen. Hierin wordt dan ook de procedure toegelicht die geldt als u wilt profiteren van de beschikbare hoeveelheid toegelicht.
Basisregeling in- en uitvoer suiker 8
2.3.1 Industriële invoer Tot het einde van het suikerquotasysteem (30 september 2017) is voor elk marktjaar een hoeveelheid van 400.000 ton suiker beschikbaar dat heffingsvrij kan worden ingevoerd maar verwerkt moet worden door erkende fabrikanten van chemische producten. Certificaataanvragen voor suiker voor industriële invoer kunnen alleen worden ingediend door verwerkers die door RVO.nl zijn erkend. U hoeft dan niet te bewijzen dat u werkzaam bent geweest in de handel met derde landen. Invoercertificaten voor suiker voor industriële invoer die zijn afgegeven voor de GN-codes 1701 9910 of 1701 9990 mogen worden gebruikt voor de invoer van suiker met GN-codes 1701 1290, 1701 1390, 1701 1490, 1701 9100, 1701 9910 of 1701 9990. De ingevoerde industriële suiker moet worden gebruikt voor de vervaardiging in producten zoals vermeld in de Uitvoeringsbepalingen quotaregeling sector suiker. U moet ten genoegen van RVO.nl en de NVWA tijdens of aan het einde van het productieproces een register bijhouden, van de betrokken ingevoerde hoeveelheden en verwerkte producten. Indien u als verwerker voor het einde van de zevende maand na die waarin de invoer heeft plaatsgevonden niet hebt bewezen dat de betrokken hoeveelheden zijn verwerkt, betaalt u een boete van € 5,- per ton per dag. Indien de industriële suiker negen maanden na invoer niet is verwerkt, wordt de betrokken hoeveelheid aangemerkt als een te hoge aangifte en moet u voor die hoeveelheid een boete betalen van € 500,- per ton. De overige bepalingen die gelden bij verwerking van industriële suiker kunt u lezen in de Basisregeling uitvoeringsbepalingen quotaregeling sector suiker. 2.4 Invoercontingenten diverse landen voor de verkoopseizoenen 2015/2016 en 2016/2017 Verordening (EU) nr.2015/1538, 2015/1550, 1301/2006 en 376/2008
U kunt suiker invoeren zonder betaling van het douanerecht en zonder hoeveelheidsbeperking uit een aantal landen waarmee de EU preferentiële overeenkomsten heeft gesloten. Een overzicht van deze landen vindt u in bijlage 5. 2.4.1 Algemeen Vraagt u voor het eerst een invoercertificaat aan voor deze preferentiële regeling, en bent u geen erkende suikerfabrikant, dan moet u op het moment waarop u uw aanvraag indient, aantonen dat u werkzaam bent (geweest) op het gebied van de handel met derde landen in suiker of suikerproducten: - gedurende twaalf maanden vóór het moment van de aanvraag, en - gedurende twaalf maanden vóór die twaalf-maanden-periode. De handel met derde landen kunt u uitsluitend bewijzen door middel van: - door de douaneautoriteiten naar behoren geviseerde douanedocumenten voor het vrije verkeer waarin de betrokken aanvrager wordt genoemd als de geadresseerde, of - de door de douaneautoriteiten naar behoren geviseerde douanedocumenten voor uitvoer. Om de administratieve lasten zoveel mogelijk te beperken, kunt u als bewijs van handelsactiviteiten volstaan met de verklaring: ‘……….(bedrijfsnaam) heeft in de afgelopen twaalf maanden en de twaalf maanden daarvoor handel gedreven met derde landen in producten die vallen onder de gemeenschappelijke marktordening’ RVO.nl zal controleren of de verklaring inhoudelijk juist is.
Basisregeling in- en uitvoer suiker 9 Let op: deze verklaring is invoertariefcontingentsperiode
alleen
nodig
bij
uw
eerste
aanvraag
tijdens
een
U moet uw aanvraag indienen in de lidstaat waarin u bent gevestigd en voor BTW doeleinden bent geregistreerd. Als dit in Nederland is, moet u uw aanvraag bij RVO.nl indienen. U moet uw BTW nummer op uw aanvraag vermelden. Douane-expediteurs en douanevertegenwoordigers mogen geen invoercertificaten aanvragen. 2.4.2 Invoercertificaataanvragen en invoercertificaten Verordening (EU) 2015/1550, artikel 4 en verordening (EU) 2015/1538, artikel 4
U kunt uw certificaataanvragen wekelijks van maandag tot vrijdag tot uiterlijk 13:00 uur indienen vanaf de tweede maandag van september die voorafgaat aan het verkoopseizoen. In uw certificaataanvraag moet u de volgende vermeldingen aanbrengen: Vak 8 Het land van oorsprong (één van de in bijlage 5 vermelde landen), waarbij de vermelding “ja” wordt aangekruist, Vak 16 Eén GN-code of meerdere GN-codes van 8 cijfers, Vak 17 en 18 De hoeveelheid suiker, uitgedrukt in ‘gewicht tel quel’ (suiker in ongewijzigde staat) Vak 20 1 “voor raffinage bestemde suiker”, of “niet voor raffinage bestemde suiker”, 2 “Toepassing van Verordening (EU) 2015/1550 EBA/EPO”. “Referentienummer 01.0001 en 3 het betreffende verkoopseizoen. Vak 24 Douanerecht “0”- Verordening (EU) 2015/1550 De volgende vermelding zal indien van toepassing bij de afgifte worden vermeld ‘Dit certificaat is afgegeven op basis van een elektronisch of per fax verstuurd afschrift van het overeenkomstig artikel 4, lid 1 van Verordening (EU) 2015/1550 overgelegde uitvoercertificaat, of ‘Dit certificaat is afgegeven op basis van een gewaarmerkt kopie van het certificaat van oorsprong’. De certificaataanvraag moet vergezeld gaan van: een (kopie) van uitvoercertificaat volgens het in bijlage 4 opgenomen model, dat door de bevoegde autoriteiten van het land van uitvoer is afgegeven. De hoeveelheid van het uitvoercertificaat moet gelijk zijn aan de hoeveelheid in de certificaataanvraag, of een gewaarmerkte kopie van het bewijs van oorsprong een verbintenis van de aanvrager om de betrokken hoeveelheden suiker te raffineren vóór het einde van de derde maand na die waarin het betrokken invoercertificaat verstrijkt als het om voor raffinage bestemde suiker gaat. U mag bij uw aanvraag in plaats van het origineel uitvoercertificaat, elektronische kopieën of kopieën per fax insturen. In dit geval moet u bij RVO.nl het originele uitvoercertificaat overleggen.. 2.4.3 Zekerheidsstelling Tegelijk met uw aanvraag moet u ook een zekerheid stellen. De zekerheid voor een invoercertificaat bedraagt € 20/1.000 kg. Stelt u een bankgarantie, gebruikt u dan het model in de download. Een contante waarborg kunt u overmaken naar het ministerie van Economische Zaken/MO op rekening BIC: RBOSNL2A / IBAN: NL81 RBOS 0569 9960 82. 2.4.4 Afgifte certificaataanvragen en geldigheidsduur Verordening (EU) 2015/1550, artikel 3 en 5
De certificaten worden afgegeven op de vierde of vijfde werkdag na de week waarin de aanvraag is ingediend. Indien u geen origineel uitvoercertificaat of geen origineel bewijs van
Basisregeling in- en uitvoer suiker 10 oorsprong heeft ingediend bij uw aanvraag, dan wordt uw certificaat pas afgegeven als de originelen door RVO.nl zijn ontvangen. Invoercertificaten hebben een tolerantie van 5%. U mag dus 5% meer importeren dan de hoeveelheid die vermeld staat op het certificaat. Afgegeven certificaten zijn geldig met ingang van 1 oktober of vanaf de dag van afgifte tot aan het einde van de derde daaropvolgende kalendermaand, maar uiterlijk tot en met 30 september van het verkoopseizoen waarvoor zij zijn afgegeven. Certificaten die afgegeven zijn aan voltijdraffinaderijen zijn geldig vanaf de dag van afgifte tot het einde van het verkoopseizoen. 2.4.5 Invoer Verordening (EU) 2015/1538, artikel 5
Invoercertificaten waarop in vak 20 de vermelding „voor raffinage bestemde suiker” is aangebracht, mogen worden gebruikt voor de invoer van producten van de GN-codes 1701 13 10, 1701 14 10, 1701 91 00, 1701 99 10 of 1701 99 90. Invoercertificaten waarop in vak 20 de vermelding „niet voor raffinage bestemde suiker” is aangebracht, mogen worden gebruikt voor de invoer van producten van de GN-codes 1701 13 90, 1701 14 90, 1701 91 00, 1701 99 10 of 1701 99 90. 2.4.6 Bewijs van raffinage en sancties Verordening (EU) 2015/1538, artikel 6
Elke certificaataanvrager (titularis) die over een invoercertificaat voor raffinage bestemde suiker beschikt, moet uiterlijk zes maanden na het verstrijken van de geldigheidsduur van het betrokken invoercertificaat aan de instantie van afgifte het bewijs overleggen dat de raffinage binnen drie maanden na de geldigheidsduur van het certificaat heeft plaatsgevonden. Als geen bewijs wordt overgelegd, betaalt de titularis vóór 1 juni na het betrokken verkoopseizoen waarin het invoercertificaat is afgegeven een boete van € 500,per ton over de hoeveelheid waarvoor het bewijs niet is geleverd. De NVWA zal controleren of de raffinage binnen de gestelde termijn heeft plaatsgevonden. Indien wordt geconstateerd dat een aanvrager bij zijn aanvraag documenten heeft ingediend die misleidende gegevens bevatten die bepalend zijn voor de toekenning van de invoercertificaten, mag deze aanvrager niet meer deelnemen aan deze regeling. Deze uitsluiting geldt voor het lopende verkoopseizoen en het daaropvolgende verkoopseizoen. Indien u ten genoegen van RVO.nl kunt bewijzen dat het gaat om een grove nalatigheid die niet aan u is te wijten, het een gevolg is van overmacht of een kennelijke fout, dan kunt u nog wel blijven deelnemen aan de regeling. 2.4.7 Verlenging van de geldigheidsduur van het invoercertificaat Verordening (EU) 2015/1550, artikel 6
De geldigheidsduur van de certificaten die geldig zijn tot en met 30 september kunnen op verzoek verlengd worden tot 31 oktober van het zelfde jaar. Een verzoek tot verlenging moet u indienen in de lidstaat waar het certificaat is afgegeven. U moet aantonen dat de suiker uiterlijk op 15 september was geladen, bijvoorbeeld door middel van de vrachtbrief.
2.5 Bijzondere bepalingen over voltijdraffinaderijen Verordening (EU) 2015/1550, artikel 8
Gedurende de eerste drie maanden van het verkoopseizoen mogen alleen voltijdraffinaderijen invoercertificaten aanvragen voor suiker die bestemd is voor raffinage. Vanaf 1 januari van het lopende verkoopseizoen kunnen ook handelaren van suiker deze invoercertificaten aanvragen. Deze handelaren moeten voldoen aan de voorwaarden zoals vermeld in hoofdstuk 2.4.1. De voltijdraffinaderijen hebben een exclusieve invoercapaciteit van 2.500.000 ton, uitgedrukt in witte suiker per verkoopseizoen. Als deze hoeveelheid vóór 1 januari van elk
Basisregeling in- en uitvoer suiker 11 verkoopseizoen wordt overschreden, dan kunnen handelaren ook aanvragen indienen vóór 1 januari. Als dit het geval is dan gaan wij u dat melden met een nieuwsbericht. 3 Melasse Verordening (EG) nr. 951/2006, artikel 27 t/m 40
3.1 Algemeen Voor riet- en bietmelasse worden door de Commissie en het Comité Landbouw in principe eens per jaar representatieve prijzen vastgesteld. De Commissie heeft de mogelijkheid om de prijzen te wijzigen. De Commissie kan dit slechts doen als de prijsverandering ten minste € 0,50 per 100 kg bedraagt. Om de voorziening van de EU met melasse zeker te stellen kan de Commissie besluiten voor de invoer van dit product uit derde landen de toepassing van invoerrechten geheel of gedeeltelijk te schorsen. Deze schorsing kan worden toegepast als de wereldmarktprijs en het invoerrecht samen meer bedragen dan de prijs, die heeft gediend als basis voor de vaststelling van de ontvangsten uit de verkoop van melasse (interne marktprijs).
3.2 Rechten bij invoer Het invoerrecht bestaat uit een vast recht en een aanvullend (variabel) recht. Het aanvullende deel wordt toegepast indien de representatieve prijs lager is dan de per seizoen vastgestelde reactieprijs. De vastgestelde reactieprijzen voor 100 kg melasse van standaardkwaliteit zijn vermeld in bijlage 2. Het aanvullend recht wordt op dezelfde manier berekend zoals in hoofdstuk 2.1 van deze regeling vermeld.
4 Uitvoer van suiker en suikerstropen Verordening (EG) nr. 951/2006 artikel 7 en 11 en Verordening (EG) nr. 967/2006 art.19
4.1 Algemeen In de suikersector is markttoezicht zeer belangrijk en zijn exacte gegevens over de uitvoer noodzakelijk. Daarom moet de uitvoer van suiker (GN-code 1701) en suikerstroop (GN-codes 1702 60 95, 1702 90 95 en 2106 90 59) worden gecontroleerd en moet een uitvoercertificaat worden overgelegd. Een uitzondering hierop vormen uitvoertransacties van niet meer dan twee ton binnen de quota geproduceerde suiker van GN-code 1701 en suikerstroop van GN-codes 1702 60 95, 1702 90 95 en 2106 90 59. 4.1.1 Te gebruiken documenten bij uitvoer U moet bij uitvoer een elektronische aangifte ten uitvoer (uitvoeraangifte) in voorkomend geval een controle-exemplaar T5 (T5) en eventueel uitvoercertificaat overleggen bij de douane. Let er op dat u bij uitvoer het T5 tegelijk met de uitvoeraangifte moet aanleveren bij de douane. Het T5 kunt u per mail of per fax bestellen bij het onderstaande bedrijf: Weus Nederland B.V. Postbus 6629 6503 GC Nijmegen
[email protected] of fax 055-5283770 (tel. 055-5283383 of 055-5283664)
Basisregeling in- en uitvoer suiker 12 4.1.2 Certificaataanvragen Alle in de EU gevestigde natuurlijk personen of rechtspersonen kunnen certificaataanvragen indienen voor uitvoer van suiker GN-code 1701 en suikerstroop van GN-codes 1702 60 95, 1702 90 95 en 2106 90 59. Aanvragen die op een werkdag uiterlijk om 13.00 uur door RVO.nl zijn ontvangen, worden geacht te zijn ingediend op de dag van ontvangst. Er wordt altijd uitgegaan van het tijdstip waarop de aanvraag door RVO.nl wordt ontvangen. Wij adviseren u om uw aanvraag ruim op tijd in te dienen, zodat een eventuele technische storing geen problemen oplevert. Aanvragen die op een niet-werkdag worden ontvangen of worden ingediend bovenvermeld tijdstip, worden geacht te zijn ingediend op de eerstvolgende werkdag.
na
In vak 20 van de certificaataanvraag moet u van de volgende vermelding opnemen: “Suiker die niet als ’buiten het quotum geproduceerd’ wordt beschouwd, bestemd voor uitvoer zonder restitutie” De aanvraag moet vergezeld gaan van het bewijs dat u een zekerheid hebt gesteld. Het bedrag van de zekerheid voor suiker van GN-code 1701 is € 11,- per 100 kg en voor suikerstropen van GN-Codes 1702 6095, 1702 9095 en 2106 9059 is € 4,20 per 100 kg. Voor GN-code 1701 geldt dat u per dag één certificaataanvraag van ten hoogste 10 ton mag indienen bij RVO.nl . Als u één certificaat van ten hoogste 10 ton hebt, mag u niet meer dan één dergelijk certificaat per uitvoertransactie gebruiken. Certificaten voor hoeveelheden van meer dan 10 ton voor suiker van GN-code 1701 worden afgegeven op de vijfde werkdag na de dag van indiening. Deze bepaling geldt niet voor kandijsuiker en gearomatiseerde suiker. 4.1.3 Geldigheidsduur certificaten De certificaten zijn geldig tot het einde van de derde maand na afgifte. Informatie over de vrijgave c.q. verbeurte van de zekerheid kunt u lezen in hoofdstuk 3.3 van de Basisregeling invoer. 4.2 Uitvoer van suiker, isoglucose en inulinestroop met restitutie Op dit moment zijn restituties bij uitvoer van suiker, isoglucose en inulinestroop niet van toepassing. Zodra hierin verandering komt zullen wij u dat met een circulaire of bulletin meedelen. 4.3 Uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker en isoglucose zonder restitutie 4.3.1 Algemeen Voor bepaalde suiker- en isoglucoseproducenten is uitvoer uit de EU een belangrijk onderdeel van hun economische activiteiten. Uitvoer van suiker en isoglucose zou ook zonder uitvoerrestituties economisch levensvatbaar kunnen zijn. Hiertoe kan de Commissie voor bepaalde verkoopseizoenen uitvoercontingenten openen voor uitvoer zonder restitutie van buiten het quotum geproduceerde suiker en isoglucose. Zodra de Commissie overgaat tot de opening van dergelijke contingenten zullen wij u daarvan door middel van een circulaire op de hoogte brengen. 4.3.2 Certificaataanvragen Alleen erkende producenten van biet- en rietsuiker of van isoglucose die over een suiker- of isoglucosequotum beschikken, mogen certificaataanvragen indienen in de lidstaat waarin het quotum is toegekend. De certificaataanvragen kunt u elke week van maandag tot en met vrijdag indienen. U kunt slechts één aanvraag per week indienen. De aangevraagde hoeveelheid mag niet meer dan 50.000 ton voor suiker en 5.000 ton voor isoglucose bedragen. Indien voor een betrokken periode geen hoeveelheid beschikbaar is, kunt u geen uitvoercertificaten aanvragen.
Basisregeling in- en uitvoer suiker 13
In vak 20 van de certificaataanvraag moet u één van de volgende vermeldingen opnemen: - “buiten het quotum geproduceerde suiker, bestemd voor uitvoer zonder restitutie”, of - “buiten het quotum geproduceerde isoglucose, bestemd voor uitvoer zonder restitutie”. De aanvraag moet vergezeld gaan van het bewijs dat u een zekerheid hebt gesteld. Het bedrag van de zekerheid voor witte suiker is € 11,00 per 100 kg en voor isoglucose € 4,20 per 100 kg droge stof. 4.3.3 Afgifte en geldigheidsduur van de certificaten Certificaten worden elke week van vrijdag tot en met het einde van de volgende week afgegeven voor de in de voorgaande week ingediende aanvragen. Certificaten die worden afgegeven voor buiten het quotum geproduceerde suiker van GN-code 1701 99 moeten de GN-codes 1701 99 10 en 1701 99 90 bevatten en gelden voor alle onder deze codes vallende producten. Certificaten die zijn afgegeven tussen 1 oktober en 30 april van een verkoopseizoen zijn geldig met ingang van de datum van afgifte tot en met 30 september van dat verkoopseizoen. - Certificaten die zijn afgegeven tussen 1 mei en 30 september van een verkoopseizoen, zijn geldig met ingang van de datum van afgifte tot het einde van de vijfde daaropvolgende maand. Wanneer de hoeveelheid waarvoor uitvoercertificaten zijn aangevraagd groter is dan de beschikbare hoeveelheid, zal de Commissie een toewijzingscoëfficiënt vaststellen. De Commissie kan ook de aanvragen waarvoor nog geen uitvoercertificaten zijn afgegeven, afwijzen en de indiening van certificaataanvragen gedurende vijf werkdagen of voor een langere periode schorsen. Indien de toewijzingscoëfficiënt lager is dan 80% mag de belanghebbende zijn certificaataanvraag uiterlijk op vrijdag van de week ná de week waarin dit percentage bekend gemaakt is in Publicatieblad van de Europese Unie intrekken. Na intrekking zal de bijbehorende zekerheid worden vrijgegeven Let op, de rechten van een certificaat voor buiten het quotum geproduceerde suiker zijn niet overdraagbaar. 4.3.4 Vrijgave zekerheid Het zekerheidsbedrag wordt vrijgegeven als de aangifte is aanvaard en het T5 document juist afgetekend is ontvangen. U moet daarnaast ook nog bewijzen dat de goederen zijn ingevoerd in een derde land door het indienen van de volgende documenten: • een kopie van het vervoerbewijs, • het douanedocument of een door één van de onderstaande instanties gewaarmerkte (foto)kopie daarvan: a. de instantie die het origineel heeft geviseerd, b. een officiële dienst van het betrokken derde land, c. een officiële dienst van een lidstaat in het betrokken derde land (bijvoorbeeld een ambassade), d. een met de uitbetaling van de restitutie belaste instantie in één van de lidstaten (in Nederland, RVO.nl), of • een verklaring inzake de lossing en de invoer, opgesteld door een op internationaal niveau in controle en toezicht gespecialiseerde en door een lidstaat erkende firma (CTF). Op deze verklaring moeten de datum en het nummer van het douanedocument voor invoer zijn vermeld. Als u de hierboven bedoelde documenten niet kunt overleggen, na de daartoe nodige stappen te hebben ondernomen, kunt u de volgende documenten overleggen om te bewijzen dat de producten in het derde land zijn ingevoerd: - het T5 document, - een kopie van het vervoerbewijs, - een verklaring van lossing van het product, en
Basisregeling in- en uitvoer suiker 14 -
een bankdocument, afgegeven door een in de EU gevestigde erkende tussenpersoon.
Bij uitvoer van buiten het quotum geproduceerde suiker en/of isoglucose in de vorm van voedselhulp voor een internationale organisatie of een humanitaire organisatie, worden de producten geacht te zijn ingevoerd door overlegging van een verklaring van overname. Deze verklaring moet zijn afgegeven door een internationale organisatie of door een humanitaire organisatie die is erkend door de lidstaat van uitvoer. Bij uitvoeraangiftes tot 25 ton buiten quotum suiker is de bewijsvoering vereenvoudigd. Bij deze exporten kunt u volstaan met een vervoersdocument. U moet wel aan de twee volgende voorwaarden voldoen: de producten moeten in containers over zee naar de haven van lossing worden vervoerd, en in het vervoersdocument wordt het land van bestemming vermeld, dan wel een haven die normaal wordt gebruikt voor het lossen van producten die bestemd zijn voor een hinterland. Let op: RVO.nl kan om een bewijs van invoer (inklaringsbewijs) vragen, bijvoorbeeld als blijkt dat meerdere containers op dezelfde datum en hetzelfde schip naar dezelfde bestemming worden geëxporteerd, ondanks dat de hoeveelheid per container/aangifte minder dan 25 ton bedraagt. Indien u voor 1 april volgend op het verkoopseizoen niet de voorgeschreven bewijzen hebt kunnen leveren voor de hoeveelheden waarvoor u een uitvoercertificaat hebt ontvangen, wordt een overschotheffing van €500,- per ton opgelegd.
5 Suikerbieten Invoerrechten voor suikerbieten worden eenmaal per verkoopseizoen vastgesteld. Hiervoor wordt het invoerrecht voor witte suiker (per 100 kg) vermenigvuldigd met een factor 1,6 voor gedroogde suikerbieten (per 1.000 kg) en met een factor 5,5 voor verse suikerbieten (per 1.000 kg). Bij uitvoer van suikerbieten wordt géén restitutie verleend noch is een uitvoercertificaat vereist.
Bijlage 1
Bijlage 1 Producten waarop de regeling van toepassing is INVOER GN-code
Omschrijving
12 12 91 20 80
suikerbieten - gedroogd, ook indien in poedervorm - andere
1212 99 00
suikerriet
1701 12
ruwe beetwortelsuiker in vaste vorm, basis 92%: - bestemd om te worden geraffineerd - andere
10 90 1701 13 10 90
ruwe rietsuiker in vaste vorm, basis 92% met een polarisatiegraad van 69% tot 93% - bestemd om te worden geraffineerd - andere
10 90
andere ruwe rietsuiker in vaste vorm, basis 92% met een polarisatiegraad van 93% of meer - bestemd om te worden gerafiineerd - andere
1701 14
1701 91 00
witte suiker, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen
1701 99 10 90
witte suiker: - gekristalliseerd - andere
10 90
ahornsuiker in vaste vorm: - gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen - andere en ahornsuikerstroop
1702 20
1702 60 95
fructose en fructosestroop, bevattende in droge toestand 50% of meer fructose (m.u.v. isoglucose en inulinestroop)
1702 90
suikers en stropen (m.u.v. lactose, ahornsuiker, glucose, maltodextrine, isoglucose, maltose, fructose): - karamel, bevattende in droge toestand 50% of meer sacharose - andere inulinestroop
71 95 1702 60 80 1702 90 80 1702 30 10 40 10 60 10 90 30
isoglucose - in droge toestand geen of minder dan 20% fructose bevattend - in droge toestand 20% of meer doch minder dan 50% fructose bevattend - in droge toestand 50% of meer fructose bevattend - andere dan 1702 30, 1702 40 of 1702 60
1703 10 00 1703 90 00
melasse van rietsuiker melasse, andere dan van rietsuiker
2106 90 30
isoglucosestroop, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen
Bijlage 1 2106 90 59
andere suikers/stropen, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen (m.u.v. lactose-, glucose-, maltodextrine- en isoglucosestroop) Bietenpulp, uitgeperst suikerriet (ampas) en andere afvallen van de suikerindustrie
2303 20
UITVOER Restitutiecode
Omschrijving
1701 12 90
ruwe beetwortelsuiker, basis 92%, niet gearomatiseerd, zonder kleurstoffen - kandijsuiker (zie Vo. (EEG) nr. 394/70) - in onmiddellijke verpakking met een nettogewicht van niet meer dan 5 kg ruwe rietsuiker in vaste vorm, basis 92% met een polarisatiegraad van 69% tot 93%
9100 9910 1701 13 90
9100 9910 1701 14 90 9100 9910 1701 99 10 9100 9910 9950 1701 91 00 9000 1701 99 90 9100
- kandijsuiker (zie Vo. (EG) nr 951/2006 - in onmiddellijke verpakking met een nettogewicht van niet meer dan 5 kg andere ruwe rietsuiker in vaste vorm, basis 92% met een polarisatiegraad van 93% of meer - kandijsuiker (zie Vo. (EG) nr. 951/2006 - in onmiddellijke verpakking met een nettogewicht van niet meer dan 5 kg witte suiker - kandijsuiker (zie Vo. (EEG) nr. 394/70) - andere: - tot een totale hoeveelheid van ten hoogste 10 ton - andere: andere suiker, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen suiker, andere; met toegevoegde stoffen andere dan aromatiserende stoffen en kleurstoffen
1702 60 80 9100 1702 90 80
inulinestroop, onmiddellijk na hydrolyse van inuline of van oligofructoses verkregen in droge toestand 80 of meer gewichtspercenten fructose bevattend
1702 60 95 9000
andere
1702 90 71 9000
1702 40 10 9100 1702 60 10 9000 1702 90 30 9000
gekarameliseerde suiker en melasse, bevattende in droge toestand 50% of meer sacharose kunsthonig, ook indien met natuurhonig vermengd andere, suikers en stropen (m.u.v. lactose, glucose, maltodextrine, isoglucose, maltose, sorbose) isoglucose in droge toestand 41% of meer fructose bevattend isoglucose in droge toestand meer dan 50% fructose bevattend isoglucose, andere dan 1702 30, 1702 40 of 1702 60
1703 10 00 1703 90 00
melasse van rietsuiker melasse, andere dan van rietsuiker
2106 90 30 9000 2106 90 59 9000
isoglucosestroop, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen andere suikers en stropen, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen (m.u.v. lactose-, glucose-, maltodextrineen isoglucosestroop)
1702 90 95 9100 1702 90 95 9900
Bijlage 1 Productgroepen m.b.t. het gebruik van uitvoercertificaten. A. 1701
Rietsuiker en beetwortelsuiker, sacharose, in vaste vorm Ahornsuiker en ahornsuikerstroop
B. 1702 20
Ex 1702 60 95 1702 90 95 1702 90 71 2106 90 59
C. 1702 1702 1702 1702 2106
30 40 60 90 90
alsmede
chemische
zuivere
Andere suiker, in vaste vorm, suikerstroop, niet gearomatiseerd en zonder honig, andere, 50% glucose bevattend, andere Karamel bevattende, in droge toestand, 50 of meer gewichtspercenten sacharose Suikerstroop, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen, met uitzondering van isoglucose, van stroop van lactose, van glucose en van maltodextrine
10} 10} Isoglucose 10} 30} 30 Isoglucosestroop, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen
Bijlage 2
Bijlage 2 Prijzen in de sector suiker Reactieprijzen per 100 kg nettogewicht suiker GN-code EUR 1701 99 10 53,10 1701 99 90 53,10 1701 91 00 64,70 1701 12 10 41,30 1701 12 90 54,10 1701 13 10 41,80 1701 13 90 55,20 1701 14 10 41,80 1701 14 90 55,20 1702 90 95 1,184 per % sacharose Producten waarvoor representatieve prijzen worden vastgesteld GN-code 1701 12 10 1701 12 90 1701 13 10 1701 13 90 1701 14 10 1701 14 90 1701 91 00 1701 99 10 1701 99 90 1702 90 95 Reactieprijzen per 100 kg standaardkwaliteit melasse GN-code EUR 1703 10 00 (riet) 7,90 1703 90 00 (biet) 8,20 Interne marktprijs per 100 kg standaardkwaliteit melasse GN-code EUR 1703 10 00 (riet) 8,21 1703 90 00 (biet) 8,21
Bijlage 3
Bijlage 3 Lijst met beschikbare hoeveelheden van bepaalde contingenten Suiker CXL-concessies Derde land Volgnummer
GN-code
Hoeveelheid (ton) 9.925
Contingentrecht (per ton) € 98,00
Australië
09.4317
1701 13 10 1701 14 10
Brazilië
09.4318
1701 13 10 1701 14 10
334.054
€ 98,00
Cuba
09.4319
1701 13 10 1701 14 10
68.969
€ 98,00
09.4320
1701 13 10 1701 14 10
253.977
€ 98,00
09.4321
1701
10.000
€ 0,00
Alle derde landen India
Balkansuiker Derde land douanegebied Albanië Bosnië Herzegovina Servië Voormalig Joegoslavische Republiek Macedonië
of
Volgnummer
GN-Code 1701 en 1702 1701 en 1702
Hoeveelheid (ton) 1.000 12.000
Contingentrecht (per ton) €0 €0
en
09.4324 09.4325 09.4326 09.4327
1701 en 1702 1701 en 1702
181.167 7.000
€0 €0
Suiker voor uitzonderlijke invoer en suiker voor industriële invoer Type invoer Volgnummer GN-code Hoeveelheid (ton) Uitzonderlijke invoer 09.4380 * * Industriële suiker 09.4390 1701+ 400.000 * Vast te stellen bij openingsverordening
Contingentrecht (per ton) * €0
Bijlage 4
Bijlage 4 Model uitvoercertificaat afgegeven in land van uitvoer
Bijlage 5
Bijlage 5 Landenlijst invoercontingent diverse landen Landcode
Derde land
Referentienummer
BB BD BF BJ BZ CD CI DO ET FJ GY JM KE KH LA MG MM MU MW MZ NP SD SL SN SZ TG TT TZ UG ZM ZW
Barbados Bangladesh Burkina Faso Benin Belize Democratische Republiek Congo Ivoorkust Dominicaanse Republiek Ethiopië Fiji Guyana Jamaica Kenia Cambodja Laos Madagaskar Myanmar/Birma Mauritius Malawi Mozambique Nepal Sudan Sierra Leone Senegal Swaziland Togo Trinidad en Tobago Tanzania Uganda Zambia Zimbabwe
01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001 01.0001