B I S N E Z MANAGEMENT
HET VERHAAL VAN KEES, DE MANAGER Verhaal, gehouden ter gelegenheid van de tweede Heemstede bijeenkomst van Bisnez Management, 3 maart 2005. Dames en heren, ik ga u vanavond wat vertellen over een onderwerp dat hoog op de agenda van bestuurders en managers is komen te staan: integriteit. Een draak van een trend natuurlijk, het is een onderwerp waarvan je zou wensen dat het gewoon vanzelf ging, maar dat is blijkbaar niet zo. Ik zal u het verhaal vertellen van Kees de Manager, die er de afgelopen tijd mee te maken kreeg. Kees is een uitstekend manager van een groot bedrijf en hij is een tevreden mens. Hij doet het goed, zijn carrière verloopt voorspoedig, hij haalt dit jaar alweer zijn doelen, hij zet groei neer, heeft de zaak in de grip en heeft zojuist een enorme opdracht binnengesleept. Dan gaat de telefoon: “De pers aan de lijn meneer, met vragen of wij hebben deelgenomen aan verboden prijsafspraken of zoiets”. “Zeg maar dat ik ze straks terugbel. Voor ik reageer wil ik eerst even overleggen met mijn collega’s in de branche. We moeten nog afspreken hoe we naar buiten treden over deze zaak”. Dan steekt zijn personeelsmanager het hoofd om de deur: “De vakbond heeft de CAO-onderhandelingen afgebroken Kees, ze willen niet meer praten over de nullijn vanwege jouw salarisverhoging van 75% en het feit dat je optieregeling is aangepast om de koersverliezen van de afgelopen jaren te compenseren”. Voordat Kees geërgerd kan reageren, gaat de telefoon alweer, nu is het zijn Financial Controller: “De Voorzitter van de raad van commissarissen was net aan de lijn, Kees; hij zei dat je hem vanavond moest terugbellen”. “Waar gaat het over?” “Over hoe je die opdracht in Indonesië hebt binnengehaald onlangs, en hij zei erbij dat je beter de bedrijfscode Ethiek even kon doorlezen voor je hem terugbelde”. Bedrijfscode? denkt Kees. Heb ik die ook gekregen? “Geef mij de bedrijfscode ethiek eens even!”, vraagt hij aan zijn secretaresse. “Die ligt al maanden in je bakje “lezen” !” roept ze geërgerd vanachter de deur. Die avond gaat Kees, na een lang en moeizaam gesprek met pers, vakbond en de voorzitter van de raad van commissarissen, die allemaal woorden gebruiken als “integriteit” en “verantwoording”, heel laat naar huis, maar daar treft hij alleen maar een uitermate boze vrouw aan: “Jij houdt je ook nooit aan je afspraken, je zou vroeg thuis zijn, want we zouden samen naar de toneeluitvoering van de kinderen op school gaan!!”. Hij mompelt wat van “sorry schat”, gaat zitten en denkt erover na. Waarom zeurt iedereen tegenwoordig zo, over integriteit en dat soort dingen? Het gaat toch prachtig met de zaak? Wat is dat eigenlijk, integer? 1/6
B I S N E Z MANAGEMENT
“Schat, waar komt dat eigenlijk vandaan, integriteit?”, vraagt hij aan zijn vrouw. Zij heeft klassieke talen gestudeerd, en lepelt zo op: “Uit het latijn, het betekent zoiets als onbedorven, rechtschapen, ongeschonden en zelfs eerlijk, braaf”. Pfff, braaf, dat klinkt mij te brave-hendrikkerig, denkt Kees bij zichzelf. Daar kom je niet ver mee in deze wereld. Wie onderneemt, wie bestuurt en managet, moet vuile handen maken, dat hoort er nou eenmaal bij. “Het is niet integer om je afspraken niet na te komen, bijvoorbeeld” zegt zijn vrouw nog. Ja ja, denkt Kees, begin jij nou ook al… Kees heeft een slechte nacht, piekert over de problemen, en de volgende dag besluit hij er wat aan te gaan doen, de vragen waar hij mee zit eens voor te gaan leggen aan zijn “geestelijk leider”. Dat is tegenwoordig helemaal in – als het over normen en waarden gaat worden er overal ‘geestelijk leiders’ bij gehaald. Alleen, wie is zijn geestelijk leider? Als goed ontzuilde Nederlander hoort hij nergens bij en is hij nooit zo bezig geweest met dingen als ethiek en normen en waarden en zo. Hij vindt dat als mensen over de schreef gaan, ze gewoon straf moeten krijgen. Maar waar ligt die schreef eigenlijk, en wie bepaalt dat? Kees besluit om alle geestelijke leiders die hij vinden kan dan maar eens te raadplegen. Kees de Manager stapt op een willekeurig gekozen kerk af, en treft daar een dominee. “Dominee”, zegt Kees, “Ik heb een probleem. Mijn medewerkers zeggen dat ik niet integer ben, omdat ik hun salarissen niet wil verhogen, want dat staat onze concurrentiepositie met de lage lonenlanden niet toe, terwijl ik 75% salarisverhoging heb gekregen en mijn optieregeling is aangepast om koersverliezen te compenseren. Maar ja, internationaal gezien is mijn salarisstijging niet eens zo hoog, als je kijkt wat ze in Amerika verdienen in zo’n job als de mijne…” De dominee is een echte calvinist, en die zijn goed in het doorzien van inconsequente redeneringen. Dat merkt Kees dan ook al gauw: “Zozo”, zegt de dominee. “Dus u vergelijkt zichzelf met rijke Amerikanen, maar u vergelijkt uw medewerkers met mensen in arme landen, net zoals het u uitkomt! Ik denk dat u meer in Macchiavelli hebt gelezen dan in de bijbel!” Kees, die in allebei die boeken geen letter heeft gelezen, begrijpt helemaal niet wat de dominee bedoelt: “Tsja, zo gebeurt dat tegenwoordig. Kijk, wij topmanagers concurreren om de beste banen in internationaal verband, dus moet je goed betalen om talent binnen te houden, en mijn medewerkers met de lage-lonenlanden om de laagste arbeidskosten. Zo simpel is het. Zo denken alle grote bedrijven erover.” “Dus omdat anderen dat ook vinden en ook doen, vindt u het geoorloofd? Dat is een drogreden, beste man, integer is niet wat anderen ook doen. De bijbel (want dominees zwaaien altijd graag met de bijbel) staat juist vol verhalen van mensen die integer waren omdat ze niet deden wat iedereen deed en vond. Hoe kan je nou
2/6
B I S N E Z MANAGEMENT
geloofwaardig zijn en vertrouwen krijgen als je je vergelijkingen zo ontzettend in je eigen voordeel trekt?” H’m, denkt Kees. Vertrouwen? Geloofwaardigheid? Hangt dat nou speciaal van zijn salarisverhoging af? Wordt er tegenwoordig zo op de man gespeeld? Kees de Manager denkt er een beetje het zijne van, groet de dominee, en gaat een eindje verderop maar eens een andere kerk binnen, en treft daar een pastoor aan. Meneer Pastoor, zegt Kees, ik heb een probleem. Ik wordt achtervolgd omdat ik, als directeur van een groot consortium, met collega’s prijsafspraken heb gemaakt. En nou zeggen ze dat dat verboden is en… “Ik begrijp het, mijn zoon” zalft de pastoor. “Wij worden allemaal achtervolgd door wroeging over de verboden dingen die we gedaan hebben – kom biechten en ik zal je absolutie verlenen, want ik ken het gevoel…”. “Nou, wacht even”, zegt Kees, “Wroeging? Ik bedoelde dat men tegenwoordig prijsafspraken vooraf niet integer meer vindt, terwijl dat vroeger allemaal heel gewoon was en wel mocht. En nou wilde ik u vragen, wat is dat nou, integer, als de normen zo maar even door Brussel worden opgeschoven en…” “Ik weet het, mijn zoon” zalft de pastoor verder, “Ik weet het. Wij hebben allemaal in onze jeugd dingen gedaan die we toen wel goed vonden en die nu niet meer mogen, vertel mij wat! Voordat ik celibatair werd…”. “Maar wanneer ben ik dan integer, meneer pastoor, alleen als ik me slaafs aan die nieuwe regels hou?” De pastoor kijkt Kees even aan, en zegt dan: “Het is een drogreden om je te verschuilen achter regels. Je houdt je aan datgene waar je in gelooft. Vanuit jezelf. Niet omdat de regels dat zeggen. Of de paus zelf, voor mijn part.” Kees veert op, krijgt zelfs enig ontzag voor de priester. “Nou”, zegt hij dan tenslotte, “leeft u nu dan wel celibatair?” Maar de pastoor antwoordt niet op de vraag, hij schuifelt de sacristie in. Onze Kees wandelt wat door de stad, want de ontmoetingen stemmen hem tot nadenken. Hij komt terecht op een industrieterrein en staat plotseling oog in oog met een vreemd nieuw gebouw met een toren eraan. Dat is die nieuwe moskee, waar ze laatst zo tegen tekeer gingen! Kees vindt zichzelf een ruimdenkend man, trekt de stoute schoenen aan en loopt naar binnen, want een imam is tenslotte ook een geestelijk leider. “Trekt u die schoenen alstublieft uit!” is het eerste wat hij hoort, want elke geestelijk leider heeft zijn eigen grenzen. Op kousenvoeten loopt Kees verder en probeert wat onzeker eerst maar eens een klein probleempje uit: “Meneer de imam, ik heb een probleem. Gisteren had ik ruzie met mijn vrouw, ze vond mij niet integer omdat ik te laat thuis kwam” “Beste meneer”, brabbelt de imam vriendelijk, “welkom! Wat aardig u hier bent. En mij vraagt over probleem. Ga zitten. U wilt thee? Ik ken probleem van ruzie met vrouw heel goed, zelf ook vaak ruzie. Profeet zegt in Koran: mening van vrouw is
3/6
B I S N E Z MANAGEMENT
nietswaardig. Maar ons spreekwoord zegt : man die er niet naar luistert is leeghoofd. Geen regel in leven is gemakkelijk. Is nooit simpel, is niet zwart wit”. Dat wekt vertrouwen, een imam die grijs ziet tussen zwart en wit, en Kees durft een groter vraagstuk voor te leggen: “Vertel mij wat. Ik heb een grote opdracht binnengehaald in Indonesië voor mijn bedrijf, maar daar wel natuurlijk hier en daar wat smeergeld voor moeten betalen…paar hoge ambtenaren, een onderminister, zo gaat dat daar. Wat vind u daar nou van?” “Mag ik vragen, gaf uw bedrijf aan giro 555 voor de gelovige broeders en zusters in Atjeh?” Kees is trots: “Ja nou, een mooi bedrag hoor. Vijfduizend of zoiets. Ik heb persoonlijk ook nog geld overgemaakt”. “U goed mens, koran leert dat als u rijk mens, u aalmoezen moet geven. En mag ik vragen, hoeveel smeergeld heeft uw bedrijf betaald ?” Kees voelt zich wat ongemakkelijk worden. “Nou ja, wat doet dat ertoe? Als wij het niet doen, dan doet de concurrent het wel, anders krijg je zo’n opdracht gewoon niet, dat snapt u toch wel?” “Is drogreden, goede man. Koran verbiedt geven of aannemen van steekpenningen. Corrupte heersers komen in hel. Zij maken zichzelf rijk ten koste van gelovige broeders. U helpt hen en zo blijft systeem in stand. Mag niet. U beter alle geld aan arme gelovige broeders in Atjeh kunnen geven. Koran daar erg duidelijk over”. “H’m,” zegt Kees fronsend. “En als dat nou betekent dat ik geen opdrachten meer in dat soort landen kan aannemen? Het is toch hun eigen verantwoording daar, die corruptie?” “Liever arm en eerlijk dan rijk en corrupt”, zegt de imam beslist. Een beetje simplistisch, denkt Kees bij zichzelf, liever arm en eerlijk…. “U stelt zich wel heel fundamenteel op, meneer imam, maar toch bedankt!”, zegt hij bij het afscheid. Kees dwaalt verder en denkt na over wat de dominee, de pastoor en de imam hem hebben gezegd, want het zijn allemaal dingen die hij niet zo makkelijk toegepast ziet in zijn beslissingen. Geloofwaardig zijn door het voorbeeld te stellen met je eigen salaris, je aan regels houden uit eigen overtuiging, beter arm en eerlijk dan rijk en corrupt… Hij heeft nog eens een andere visie nodig en loopt binnen in zomaar een zaaltje waar die avond een zen-boeddhist zal spreken. Kees gaat naar binnen en vindt de man in meditatie op de vloer. “Goeiedag, meneer, -eh-, goeroe”, zegt Kees, “sorry dat ik stoor, maar ik wil u een probleem voorleggen”. “Kom binnen, vriend, kom binnen. Ik zie dat je mij nodig hebt”. “Nee, ik wil u een probleem voorleggen. Kijk, ik heb de verantwoording voor een flinke onderneming, paar honderd man in dienst, groeit goed, winstgevend, noem maar op. Maar ja, als bestuurder, als manager, dan maak je wel eens vuile handen. Dat is altijd zo geweest, en voor die verantwoording loop ik ook niet weg. Alleen begint iedereen tegenwoordig te zeuren over integriteit, kijken je daar persoonlijk op aan. Vakbonden, pers, medewerkers, aandeelhouders, vrouw en kinderen. Wat moet
4/6
B I S N E Z MANAGEMENT
ik daar nou mee? Wanneer ben ik nou integer genoeg? Er moet ook nog gewoon geld worden verdiend!” De boeddhist antwoord: “U vraagt naar de grens, tot waar u gaan moet. Daar heb ik geen antwoord op.” Kees is verbaasd: “Geen antwoord? Dat valt me tegen. Ik dacht dat jullie boeddhisten daar wel iets over te zeggen hadden” “U stelt de verkeerde vraag. Integriteit is bij ons boeddhisten het resultaat van een levenshouding, en geen kwestie van precies langs een grens blijven lopen. De vraag die u moet beantwoorden, is: waarom wil ik integer zijn?” Kees moet wel erg diep nadenken nou. Zo’n goeroe is niet makkelijk te volgen. Waarom wil ik integer zijn? Hij bedankt de boeddhist en loopt weer verder. Het wordt er niet makkelijker op, denkt Kees. Al die geestelijke leiders, geen wonder dat ze er in de wereld zo’n puinhoop van maken. Waarom wil ik integer zijn? Ten einde raad pakt hij zijn mobieltje en belt het nummer van zijn coach, want als modern manager heeft hij een coach; zonder kan je niet, tegenwoordig. “Coach”, zegt hij, “moet je luisteren. Waarom wil ik integer zijn? Inspireer mij eens even!” De coach vraagt meteen: “wat zijn je doelen?” “Ik wil de problemen met de vakbonden oplossen, ik wil geen ruzie meer met mijn vrouw, ik wil een besluit nemen over het verwerven van opdrachten in corrupte landen…” “Ho,ho,” zegt de coach, “dat zijn alleen maar moeilijkheden tussen nu en je doelen. Wat zijn je doelen, wat wil je bereiken?” “Eh, een toppositie, eer, roem, macht en rijkdom”. Zegt Kees heel eerlijk. “Mooi”, zegt de coach. “Da’s duidelijk. Wat heeft integriteit daarmee te maken?” “Nou, al die problemen krijg ik omdat ze me niet integer vinden”. “Mooi”, zegt de coach, “je beantwoord je eigen vraag van daarnet. Integriteit heb je nodig om je doelen te bereiken, dus integer = effectief. Duidelijk?” “Nou, ik denk het wel. Een integere manager is dus een effectieve manager, omdat hij zich minder problemen op de hals haalt?” “Jij zegt het. Heb je al een stappenplan om integer te worden?” Kees lepelt op: “ Nee, maar ik heb inmiddels wel geleerd dat het uit jezelf moet komen, niet omdat anderen of de regels het zeggen, dat het met je levenshouding te maken heeft, en dat mijn geloofwaardigheid ermee staat of valt”. “Goed zo”, zegt de coach. “Authentiek zijn, dicht bij jezelf blijven, eigen keuzes maken, consequent zijn. Voorspelbaar ook. Allemaal voorwaarden voor een goeie integere manager. Denk erover na wat jouw normen en waarden zijn, wat je keuzes zijn, schrijf ze op en hou je eraan. Hang ze boven je bureau. Vraag feedback aan je team of je dat lukt. Aan het werk, kerel. Verder nog vragen?” “Nee, bedankt!”, roept Kees enthousiast uit. Zo, daar kan hij tenminste wat mee! Opgewekt loopt hij naar zijn kantoor, en gaat aan de slag. Na een middagje denken heeft hij zijn doelstellingen, keuzes, normen en waarden opgeschreven, en het waren er meer dan hij gedacht had. Hij haalt zijn hele MT erbij, laat ze zien en zegt: 5/6
B I S N E Z MANAGEMENT
“daar mogen jullie me voortaan op aanspreken. Dit is mijn authentieke persoonlijke statement, daar hou ik me aan”. Het MT is een beetje overrompeld en reageert nauwelijks, maar Kees is zo content, dat hij z’n statement gaat toetsen aan de laatste geestelijk leider die hij bedenken kan, een oude studievriend die tegenwoordig filosofie en ethiek doceert aan de universiteit. “Kijk eens, ethicus”, zegt hij, “dit is mijn persoonlijk statement, zo werk ik aan mijn integriteit”. De ethicus leest het A4-tje en legt het peinzend terzijde. “Nou, wat vind je ervan?” “Leuk gevonden. Maar ja, een maffiabaas heeft ook een ethiek. Die is ook authentiek, heeft zijn eigen grenzen en normen en houdt zich daaraan en eist dat ook van zijn omgeving, op een tamelijk stevige manier zelfs”. “Nou ja, vergelijk je mij met ‘the godfather’”? “Ja”, zegt de ethicus, “of met Bin Laden. Allemaal mannen die zeer authentiek zijn en zich aan hun eigen normen en waarden houden. Er ontbreekt wat aan je statement”. “Wat dan?”, vraagt Kees. “Verantwoordelijkheid. Kijk, je moet wel nadenken of jouw doelstellingen en de manier waarop je die wilt bereiken, hoe authentiek en integer ook, wel passen op die van de maatschappij om je heen. Je vrouw, je medewerkers, je aandeelhouders, je klanten, zelfs het stemmenloze milieu heeft iets te zeggen over jouw doelstellingen, je normen en je waarden. Zij beoordelen jouw integriteit door te kijken hoe jij je verantwoording ziet, draagt en waarmaakt. Je hebt het hele probleem managementtechnisch leuk opgelost, maar de inhoud ontbreekt nog. Een manager zonder inhoud is niet integer en zeker niet geloofwaardig”. Onze Kees moet –alweer- lang nadenken. Inhoud, verantwoordelijkheid afleggen…wat is managen moeilijk tegenwoordig. “Als je integer wilt zijn, ben je daar dus nooit meer klaar mee”, moppert hij. “Klopt helemaal!”, zegt de ethicus vrolijk, “En dat dacht jij natuurlijk toen je dat leuke A4-tje had volgeschreven! Integriteit moet je doen. Mensen geloven soms wat je zegt, ze geloven altijd wat ze zien dat je doet”. “Mensen geloven soms wat je zegt, en altijd wat ze zien dat je doet” herhaalt Kees bij het weggaan. “dat spreekt me wel aan”. “Ik heb hem niet zelf verzonnen”, zegt de ethicus. “Ik heb hem van een Amerikaanse CEO”. “Welke?” vraagt Kees. “Eentje die het bij praten liet, want hij zit nu in de bak voor grootschalige boekhoudfraude!” Kees stapt de avond in, hij heeft nog veel te doen. Copyright Henk van Rossum Februari 2005 6/6