Artrose van voet en enkel
Artrose is de meest voorkomende oorzaak van invaliditeit in Nederland. Het kan op iedere leeftijd beginnen en betekent letterlijk "pijn in een gewricht." Als gevolg daarvan wordt artrose als term gebruikt voor een groot aantal verschillende aandoeningen.
Hoewel er geen therapie bestaat voor artrose, zijn er vele behandel mogelijkheden beschikbaar. Het is belangrijk vroeg hulp te zoeken zodat de behandeling zo vroeg mogelijk kan worden ingezet. Met behandeling kunnen mensen met artrose meestal de pijn onder controle houden, actief blijven en een bevredigend leven leiden zonder chirurgie.
Beschrijving
Er zijn drie typen artrose die de voet en enkel kunnen aantasten.
Primaire artrose Primaire artrose wordt ook wel degeneratieve of slijtage artrose genoemd. Dit is een veel voorkomend probleem bij veel mensen nadat zijn de middelbare leeftijd hebben bereikt. In de loop van de jaren slijt en krast de gladde, glijdende oppervlakte die het bot in het gewricht bedekt (kraakbeen). Dat resulteert in ontstekingsverschijnselen, zwelling en pijn van het gewricht.
Artrose wordt geleidelijk erger en de pijn en stijfheid die het veroorzaakt worden langzaam erger.
Posttraumatische artrose
Posttraumatische artrose kan zich ontwikkelen na een ongeval of letsel aan de voet of de enkel. Dit type artrose lijkt erg op primaire artrose en kan zich jaren na een breuk, ernstige verstuiking of bandletsel ontwikkelen.
Reumatoïde artritis
In tegenstelling tot primaire artrose, dat een voorspelbaar patroon in bepaalde gewrichten volgt, is reumatoïde artritis een systeem ziekte. Het is een ontstekingsziekte waarbij het afweersysteem van de patiënt zelf het kraakbeen aanvalt en vernietigt door activering van het gewrichtskapsel.
Oorzaak
Primaire artrose
Het risico dat u primaire artrose oploopt wordt door vele factoren beïnvloed. Omdat het vermogen van kraakbeen om zich te herstellen in de loop van ons leven afneemt hebben oudere mensen meer kans op het ontwikkelen van deze aandoening. Andere risicofactoren zijn obesitas (vetzucht), en artrose in de familie.
Reumatoide artritis
De exacte oorzaak van reuma is onbekend. Hoewel het geen erfelijke ziekte is geloven onderzoekers dat sommige mensen genen hebben die hen gevoeliger maken voor de ziekte. Meestal is er een "trigger," zoals een infectie of een omgevingsfactor die de genen activeert. Als het lichaam aan deze trigger wordt blootgesteld begint het immuunsysteem stoffen aan te maken die het gewricht aanvallen. Dat kan leiden tot het ontstaan van reuma.
Post-Traumatische Artrose
Breuken, met name die, die het gewrichtsoppervlak beschadigen, en luxaties zijn de meest voorkomende letsel die leiden tot dit type artrose. Een beschadigd gewricht heeft ongeveer 7 keer zoveel kans om artrotisch te worden dan een niet beschadigd gewricht, zelfs als het letsel goed behandeld wordt. Na een ongeval kan uw lichaam zelfs hormonen aanmaken die de dood van kraakbeencellen stimuleren.
Anatomie
In de voet zitten 28 botten en meer dan 30 gewrichten. Sterke weefselbanden, ligamenten genoemd, houden de botten en gewrichten op hun plaats. Als er zich artrose ontwikkelt in een of meer van deze gewrichten kan de balans en het lopen worden beïnvloed.
Gewrichten en botten van de voet en enkel.
De meest frequent door artrose aangedane gewrichten van de onderste ledemaat zijn: • De enkel (tibiotalair gewricht). De enkel is de plaats waar het scheenbeen (Tibia) op het bovenste bot van de voet (talus) rust. • De drie geruchten van de achtervoet. Dit zijn: o - het subtalair of talocalcaneair gewricht, waar de onderkant van de talus met het hielbeen (calcaneus) scharniert; o - het talonaviculair gewricht, waar de talus scharniert met het scheepjesbeen (naviculare) en; o - het calcaneocuboidale gewricht, waar de calcaneus scharniert met het vierkantsbeen (cuboid) aan de buitenzijde van de voetwortel. • De middenvoet (metatarsocuneiforme gewricht). Dit is waar een van de voorvoet beentjes (metatarsalia) scharnieren met de kleinere voetwrtelbeentjes (cuneiformen). • De grote teen (eerste metatarsofalangeale gewricht). Dit is waar de eerste metatarsaal scharniert met het grote teen bot (falanx). Dit is ook de plaats waar hallux valgus zich meestal ontwikkelt.
Symptomen
Tekenen en symptomen van artrose vade voet variëren, afhankelijk van welk gewricht is aangedaan. De meest voorkomende symptomen zijn:
• • • •
Pijn of gevoeligheid Stijfheid of verminderde beweeglijkheid Zwelling Moeite met lopen door bovenstaande
Diagnose
Uw arts zal een diagnose baseren op uw medische geschiedenis (anamnese), symptomen, een lichamelijk onderzoek en aanvullende onderzoeken.
Anamnese en lichamelijk onderzoek Een anamnese is belangrijk om meer te weten te komen over het probleem. Uw arts zal willen weten wanneer de pijn is begonnen en wanneer het optreedt. Is het 's nachts erger? Wordt het erger als u loopt of rent? Is het continue of komt en gaat het?
Hij/zij zal willen weten of er een letsel aan de voet of de enkel is geweest. Als dat zo is zal hij het letsel willen bespreken, hoe kwam het, wanneer trad het op en hoe werd het behandeld?
Uw arts zal willen weten of de pijn in beide voeten optreedt of alleen in een voet en waar die pijn precies zit. Uw schoeisel zal worden bekeken en eventuele medicatie die u neemt zal worden genoteerd.
Aanvullend onderzoek
Een van de testen die tijdens het lichamelijk onderzoek wordt uitgevoerd is de analyse van het looppatroon. Dat geeft inzicht in hoe de botten van het been en de voet zich tijdens het lopen ten opzichte van elkaar bewegen. Het geeft een idee over de paslengte en over de kracht van voeten en enkels.
Röntgenfoto's kunnen veranderingen in de afstand tussen de botten of in de vorm van de botten aantonen. Staande opnamen zijn het meest waardevol voor het beoordelen van de ernst van de artrose.
Een botscan, CT scan of MRI scan kan soms ook nodig zijn voor de evaluatie van uw probleem.
Behandeling
Afhankelijk van het type, de locatie en de ernst van de artrose zijn er vele soorten behandeling mogelijk en beschikbaar.
Niet chirurgische behandeling (conservatief) Deze behandelingsmogelijkheden zijn onder andere:
• • • •
Pijnstillers en anti-inflammatoire medicatie om de zwelling tegen te gaan, Fysiotherapie en oefeningen, Steunzolen, zacht of steunend, Aanpassingen aan een confectieschoen (OVAC), bijvoorbeeld zoolverstijving,
•
• • • •
Maatwerk schoen (OSA), op maat gemaakte schoen met voorzieningen die het lopen makkelijker maken, Enkel-voet orthose (AFO), Brace of gebruik van een wandelstok, Gewichtsreductie en voedingssuplementen, Medicatie, zoals steroïden die in het gewricht worden geïnjecteerd.
Operatieve behandeling
Als de artrose niet reageert op conservatieve behandeling kan operatieve behandeling worden overwogen. De keuze van de operatietechniek is afhankelijk van het type artrose, het effect van de ziekte op de gewrichten en de locatie van de artrose. Soms is meer dan een operatie of meer dan een soort operatie nodig.
Operaties die worden verricht voor artrose van de voet en enkel zijn onder andere arthroscopisch debridement (schoonmaken), arthrodese (vastzetten van het gewricht) en arthroplastiek (vervanging van het aangedane gewricht door een kunstgewricht).
Arthroscopisch debridement
Arthroscopische chirurgie kan helpen in de vroege stadia van artrose.
Een flexibel, fiberoptisch instument met het formaat van een potlood (arthroscoop) wordt in het gewricht gebracht door een aantal kleine sneetjes in de huid. De arthroscoop is uitgerust met een camera en een belichtingssysteem alsmede met verschillende instrumenten. De camera projecteert de beelden van het gewricht op een tv scherm. Op die manier kan de chirurg direct in het gewricht kijken en het probleem identificeren.
Kleine instrumentjes aan het eind van de arthroscoop, zoals voelertjes, paktangetjes, mesjes en freesjes worden gebruikt om het gewricht te ontdoen van zaken die er niet horen, ontstoken weeksel rond het gewricht en benige uitsteeksels (spurs).
Arthrodese of fusie
(Gereproduceerd en vertaald uit Abdo RV, Iorio LJ: Rheumatoid Arthritis of the Foot and Ankle J Am Acad Orthop Surg 1994;2:326-332.)
Arthrodese fuseert de beenderen van het gewricht volledig, zodat een continue bot ontstaat. De chirurg gebruikt pinnen, platen en schroeven of pennen om de botten in de juiste positie te houden terwijl die aan elkaar groeien. Als de gewrichten niet vastgroeien (nonunion) kan dIe hardware breken.
Soms is een botplastiek nodig als er botverlies is. De chirurg kan een botplastiek (een stuk bot, genomen van een van de botten uit het been of van de bekkenkam) gebruiken om het ontbrekende bot te vervangen.
Dit soort chirurgie is redelijk succesvol. Een erg klein deel van de patienten heeft problemen met de wondgenezing. Deze problemen kunnen worden behandeld met een brace, gips of aanvullende operatie.
Het grootste lange termijn probleem van fusie of arthrodese is de ontwikkeling van artrose in de aangrenzende gewrichten. Dat gebeurt door toegenomen krachten waaraan die aangrenzende gewrichten worden blootgesteld.
Arthroplastiek of gewrichtsvervanging
Bij arthroplastiek wordt het enkelgewricht vervangen door een kunstgewricht (prothese). Hoewel dit nog niet zo gebruikelijk is als bij heup en knie gewrichtsvervanging, hebben verbeteringen in het ontwerp van de enkelprothesen dit tot een toepasbare oplossing voor veel patienten gemaakt.
Behoudens pijnverlichting geven enkelprothesen ook een betere mobiliteit aan patienten in vergelijking met een arthrodese. Door beweging in het voorheen beschadigde of ontstoken gewricht toe te laten wordt minder kracht overgebracht op de aangrenzende gewrichten, daardoor wordt het optreden van artrose daarin vertraagd.
Enkelprothesen worden meest aangeraden bij patienten met: • Gevorderde artrose van de enkel, • Versleten gewrichtsoppervlakken, • Enkelproblemen die dagelijkse activiteiten in de weg staan.
Zoals bij elke gewrichtsvervanging kan het implantaat na verloop van jaren los gaan of verslijten. Als de problemen met het kunstgewricht ernstig zijn is soms revisiechirurgie nodig of omzetting naar een arthrodese.
Herstel na een operatie
Operaties aan voet en enkel kunnen pijnlijk zijn. Pijnstillers in de periode in het ziekenhuis en enige tijd daarna kunnen daartegen helpen.
Het is belangrijk uw voet hoog te houden, bij voorkeur hoger dan uw hart, gedurende een tot twee weken na de operatie, ter voorkoming van zwelling en daardoor vermindering van pijn.
Uw arts kan voor enkele maanden fysiotherapie aanbevelen om u te helpen kracht in uw voet of enkel te herwinnen en om de beweeglijkheid terug te krijgen. Gewone dagelijkse activiteiten kunt u meestal binnen drie tot vier maanden hervatten. Soms zijn speciale schoenen of braces nodig.
In de meeste gevallen vermindert een operatie de pijn en maakt het dagelijkse bezigheden gemakkelijker. Volledig herstel duurt meestal vier tot negen maanden, afhankelijk van de ernst van uw aandoening voorafgaand aan de operatie en de uitgebreidheid van de operatieve procedure.
Last reviewed: September 2008 Vertaald en aangepast aan de Nederlandse situatie juli 2013 (Care to Move).
Co-Developed by the American Orthopaedic Foot and Ankle Society
AAOS does not review or endorse accuracy or effectiveness of materials, treatments or physicians.