Artikel 7:942 BW Verzekering en verjaring
Marine Insurance Amsterdam 21 juni 2010 Wilbert ten Braak
Inleiding Nieuw verzekeringsrecht per 1 januari 2006 met nieuwe regeling voor verjaring Voor 1 januari 2006: Titel 11 van Boek 3 BW
Werking verjaringsregeling en stuiting Toekomstige wijzigingen verjaringsregeling verzekeringsrecht in aantocht Verschillen en valkuilen 1
Artikel 7:942 BW bevat een aparte bepaling voor verjaring maar alleen voor de rechtsvordering tegen de verzekeraar tot het doen van een uitkering. Voor andere vorderingen op grond van verzekeringsovereenkomsten (zoals tot betaling
van premie) geldt de algemene verjaringstermijn van vijf jaar van artikel 3:307 BW. 2
Artikel 942 lid 1 BW: vordering tot het doen van een uitkering Verjaring door verloop van drie jaar Vanaf moment dat de tot uitkering gerechtigde met de opeisbaarheid bekend is geworden Bij verzekering tegen aansprakelijkheid (nog) geen verjaring voordat 6 maanden zijn verstreken nadat de vordering waartegen de verzekering dekking verleent, binnen de voor deze geldende verjarings- of vervaltermijn is ingesteld 3
Duur van de verjaringstermijn Drie jaar na bekendheid met opeisbaarheid Aansprakelijkheidsverzekeringen: aanvullende termijn van zes maanden
Duurstuiting door aanspraak op uitkering Na afwijzing: verjaringstermijn van zes maanden
Na erkenning: verjaringstermijn van drie jaar Geen absolute verjaringstermijn 4
Drie perioden Eerste periode vanaf bekendheid met opeisbaarheid tot aanspraak maken op een uitkering Tweede periode vanaf het aanspraak maken op een uitkering tot aan moment van afwijzing of erkenning
Derde periode na erkenning of afwijzing Totale duur kan wel korter zijn dan drie jaar 5
Opeisbaarheid Artikel 7:942 BW: vordering tot het doen van een uitkering op verzekeraar, verjaring loopt vanaf bekendheid met opeisbaarheid. Niet slechts daadwerkelijk bekend zijn met de feiten en omstandigheden van de schade en de aansprakelijke persoon maar ook met de juridische beoordeling van die feiten en omstandigheden: dan bekendheid met opeisbaarheid van de vordering op verzekeraar 6
Opeisbaarheid bij andere vorderingen Titel 11 van Boek 3 BW: Andere vorderingen op grond van een verzekeringsovereenkomst: verjaring loopt vanaf opeisbaarheid. Bekendheid met opeisbaarheid is geen vereiste.
7
Opeisbaarheid Wanneer is er bekendheid met opeisbaarheid: Vanaf het moment dat de verzekerde of de tot uikering gerechtigde bekend is geworden met het verzekerde evenement c.q. de verwezenlijking van het risico (dus ook bekendheid met verzekering)
In het geval van aansprakelijkheidsverzekeringen: de aansprakelijkheidsstelling door een derde
8
Aansprakelijkheidsverzekeringen Artikel 7:942 lid 1 laatste zin BW Niettemin verjaart de rechtsvordering bij verzekering tegen aansprakelijkheid niet voordat 6 maanden zijn verstreken nadat de vordering waartegen de verzekering dekking verleent, binnen de voor deze geldende verjarings- of vervaltermijn is ingesteld. 9
Aansprakelijkheidsverzekeringen Reden voor deze extra termijn van zes maanden: Het feit dat de verzekerde bij een aansprakelijkheidsverzekering voor het instellen van zijn vordering in beginsel afhankelijk is van een derde die hem aansprakelijk stelt De extra termijn zou een versterking zijn van de positie van de verzekerde
10
Aansprakelijkheidsverzekeringen Verjaring loopt vanaf het moment dat de vordering door benadeelde derde is ingesteld Voorafgaand aan dat moment is er sprake van een voorwaardelijke, nog niet opeisbare vordering op de verzekeraar Gevolg: eigenlijk een termijn van drie jaar en niet zo zeer de aanvullende termijn van zes maanden
11
Wet Deelgeschilprocedure voor letsel en overlijdensschade: 1 juli 2010 Einde aan de discussie over de betekenis van art. 7:942 lid 1 tweede zin BW door art. 7:942 lid 1 tweede zin BW geheel te laten vervallen. Er wordt dan niet meer naar de extra termijn
van zes maanden verwezen. Voor alle verzekeringen geldt voor de vordering tot het doen van een uitkering een
verjaringstermijn van drie jaar. 12
Dwingend recht De verjaringstermijnen van de vordering tot het doen van een uitkering van art. 7:942 BW zijn van dwingend recht ingevolge art. 7:943 lid 2 BW Dus geen kortere verjarings of vervaltermijnen Voor andere vorderingen dan de vordering tot het doen van een uitkering bestaat geen dwingend recht
13
Oude verjarings- en vervaltermijnen Voor 1 januari 2006 overeengekomen Art. 7:942 BW was nog geen dwingend recht Dus toen rechtsgeldig overeengekomen Kunnen mogelijk in stand blijven op grond van art 79 Overgangswet NBW
Wetswijziging geen grond voor vernietigbaarheid Rechtbank Arnhem, 11 juni 2008, LJN BD 6030 NB: hier was afgewezen voor 1 januari 2006
14
Stuiting van de verjaring Duurstuiting: stuiting door schriftelijke mededeling, waarbij op uitkering aanspraak wordt gemaakt die voortduurt tot het moment van afwijzing of erkenning. Het is niet nodig dat deze schriftelijke mededeling
met aanspraak op uitkering ertoe strekte om de verjaring te stuiten: eenvoudiger dan aanmaning. 15
Stuiting volgens artikel 3:317 BW Schriftelijke aanmaning of schriftelijke mededeling waarin de schuldeiser zich ondubbelzinnig zijn rechten op nakoming voorbehoudt Een voldoende duidelijke waarschuwing aan de schuldenaar, dat hij er rekening mee moet houden dat hij de beschikking houdt over zijn gegevens en bewijsmateriaal, opdat hij zich tegen een dan mogelijkerwijs alsnog ingestelde rechtsvordering behoorlijk kan verweren
16
Erkenning ex art. 7:942 lid 2 BW Een nieuwe verjaringstermijn begint te lopen met de aanvang van de dag, volgende op die waarop de verzekeraar de aanspraak heeft erkend. Art. 7:942 lid 2 BW laat na te bepalen welke termijn gaat lopen na erkenning door de verzekeraar.
Aangenomen wordt een termijn van drie jaar.
17
Afwijzing ex art. 7:942 lid 2 en 3 BW - Na afwijzing een verjaringstermijn van zes maanden - De verzekeraar dient bij aangetekende brief op ondubbelzinnige wijze mee te delen de aanspraak af te wijzen en daarin ook op ondubbelzinnige wijze melding te maken van de duur van deze nieuwe verjaringstermijn van zes maanden
18
Stuiting na erkenning en afwijzing Niet meer op grond van artikel 7:942 lid 2 BW: aanspraak maken op een uitkering is niet meer voldoende Alleen nog op de wijzen van art 3:316-318 BW (hoewel niet expliciet in de wet vermeld) Dus: dagvaarding of schriftelijke aanmaning c.q. schriftelijke mededeling waarin de schuldeiser zich ondubbelzinnig zijn rechten op nakoming voorbehoudt (artikel 3:317 BW)
19
Zie Rb Rotterdam, 8 juli 2009, LJN BJ 3286 “Indien de verzekeraar de aanspraak op grond van artikel 7:942 BW lid 2 heeft afgewezen, dan dient de lopende verjaringstermijn van zes maanden gestuit te worden conform de algemene regels van titel 11 van Boek 3 BW. Krachtens artikel 3:319 lid 2 BW begint er in dat geval een verjaringstermijn te lopen die gelijk is aan de oorspronkelijke, derhalve wederom van zes maanden.” 20
Wet Deelgeschilprocedure voor letsel en overlijdensschade: 1 juli 2010 Voorstel voor een nieuw vierde lid speciaal voor stuiting bij aansprakelijkheidsverzekeringen:
“Bij verzekering tegen aansprakelijkheid wordt de verjaring in afwijking van lid 2, eerste zin, gestuit door iedere onderhandeling tussen de verzekeraar en de tot uitkeringgerechtigde of de benadeelde.” 21
Wet Deelgeschilprocedure voor letsel en overlijdensschade: 1 juli 2010 “In dat geval begint in afwijking van lid 2, tweede zin, en lid
3 een nieuwe verjaringstermijn van drie jaren te lopen met de aanvang van de dag, volgende op die waarop de verzekeraar hetzij de aanspraak erkent, hetzij bij
aangetekende brief ondubbelzinnig aan degene met wie hij onderhandelt en, indien deze een ander is, aan de tot uitkering gerechtigde kennis geeft dat hij de onderhandelingen afbreekt.” 22
Redenen: bijzondere karakteristieken van aansprakelijkheidsverzekering Het feit dat de afwikkeling van vorderingen vaak veel tijd in beslag zou nemen; Dat aan de afwikkeling van vorderingen vaak langdurige onderhandelingen voorafgaan; en Dat dergelijke onderhandelingen dikwijls niet plaatsvinden tussen de verzekeraar en de verzekerde maar tussen de verzekeraar en een derde: de benadeelde. 23
Onderhandelingen Het begrip “onderhandeling” moet in ruime zin worden opgevat, zodat daaronder elke briefwisseling en elke mondelinge bespreking over de mogelijke uitkering moet worden begrepen Probleem: geen stuiting indien er geen onderhandelingen op gang komen (bewijsprobleem) 24
Geen onderhandelingen indien Mededeling van verzekeraar dat verzekeraar een regeling zonder meer uitsluit Bij mededeling van verzekeraar de vordering niet in behandeling te nemen Onbeantwoord verzoek om uitkering Geen onderhandelingen dan stuiting ex art. 3:317 BW: geen duurstuiting maar normale stuiting zodat een nieuwe termijn van drie jaar gaat lopen 25
Verschillen tussen aansprakelijkheidsverzekeringen en andere verzekeringen: Aanvangsmoment van de verjaring Duurstuiting door aanspraak op uitkering of door begin van onderhandelingen Duur na afwijzing: termijn van zes maanden of van drie jaar Erkenning: termijn van drie jaar wel expliciet in het geval van aansprakelijkheidsverzekeringen 26
Valkuilen Veel verschillende regels voor verschillende verzekeringen Drie jaar lijkt drie jaar maar kan korter uitvallen
Duurstuiting: bij aansprakelijkheidsverzekering door onderhandelingen maar bij andere verzekeringen alleen door een aanspraak op een uitkering
27
Valkuilen Stuiting na afwijzing c.q. erkenning niet meer door aanspraak op uitkering maar alleen door stuiting ex artt. 318-318 BW hoewel niet expliciet vermeld in art. 7:942 BW Geen absolute verjaringstermijn: afwijzing moet voldoen aan vereisten anders (eeuwigdurende) duurstuiting (reserveringen)
28
Wetsvoorstel Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele andere wetten in verband met lastenverlichting voor burgers en het bedrijfsleven Termijn blijft drie jaar Duurstuiting door aanspraak op uitkering tenzij bij aansprakelijkheidsverzekeringen: dan duurstuiting door onderhandelingen Na erkenning danwel afwijzing of afbreken onderhandelingen gaat een nieuwe verjaringstermijn van drie jaar lopen 29
Wetsvoorstel Lastenverlichting BW Aangetekende brief niet meer vereist. Wel schriftelijk (artikel 7:933 lid 1 BW). Emails mogelijk indien verzekerde uitdrukkelijk hiermee heeft ingestemd en er is voldaan aan de voorwaarden Besluit verzending van mededelingen langs elektronische weg (artikel 7:933 lid 2 BW). Aangetekende brief is ingeruild voor de zesmaandstermijn na afwijzing
30
Better Safe Than Sorry 31
DANK VOOR UW TIJD
www.dkm.nl 32