Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/Armoede
3
THEMA: WELVAART / ARMOEDE Kerncijfers welvaart/armoede 2004: Gemiddeld besteedbaar inkomen van huishoudens (2002): (landelijk: 30.300,-).
33.400,--
Schatting aantal minima: Ondergrens: 3.058 (1-1-2004) Bovengrens: 4.350 (1-1-2004) Huishoudens met huursubsidie: 7.701 (tijdvak 1 juli 2003/2004) Kwijtgescholden belastingaanslagen: 5.265 (over het jaar 2004) ZoetermeerPashouders: 6.841 (ultimo 2004) Schuldhulpverlening: Aantal meldingen: 938 Aantal verzoeken: 217 Ontruimingen: 110
3.1
Inleiding Hoewel Zoetermeer een relatief ‘rijke’ gemeente is met een gemiddeld inkomen per huishouden dat hoger ligt dan het landelijke gemiddelde, is in de afgelopen jaren veel aandacht besteed aan het terugdringen van armoede. Verreweg de belangrijkste inkomensondersteunende maatregel voor burgers met de laagste inkomens was en blijft de landelijke individuele huursubsidie die inmiddels volledig wordt uitgevoerd door het ministerie van VROM. Daarnaast heeft Zoetermeer ten behoeve van haar burgers met de laagste inkomens een actief gemeentelijk minimabeleid gevoerd. De belangrijkste pijlers waarop dit beleid rustte waren: - Kwijtschelding gemeentelijke belastingen - Individuele en categoriale bijzondere bijstand - Schuldhulpverlening - ZoetermeerPas Met de komst van de WWB (zie voor het onderdeel arbeidsvoorziening hoofdstuk 2.) die op 1 januari 2004 in werking is getreden, is de beleidsvrijheid voor gemeenten om een eigen minimabeleid te voeren, aanzienlijk ingeperkt hetgeen gepaard is gegaan met substantiële korting op de rijksmiddelen bijzondere bijstand. De belangrijkste wetswijziging is dat de gemeente aan burgers tot 65 jaar geen categoriale bijzondere bijstand meer mag verstrekken. Bijzondere bijstand kan nog uitsluitend op individuele basis worden verleend, waarbij steeds vooraf beoordeeld moeten worden of de kosten waarvoor bijstand wordt gevraagd, kunnen worden beschouwd als noodzakelijke kosten in de zin van de WWB. Voor burgers van 65 jaar en ouder heeft de gemeente nog wel de keuze om al dan niet categoriale bijzondere bijstand te verstrekken. Nieuw is dat op grond van de WWB burgers tot 65 jaar die langdurig zijn aangewezen (geweest) op een laag inkomen, jaarlijks in aanmerking kunnen komen voor een zogenaamde langdurigheidstoeslag.
Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
35
Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/armoede
De WWB verzet zich niet tegen gemeentelijke schuldhulpverlening en het bestaande gemeentelijk beleid schuldhulpverlening is vanaf 1 januari 2004 ongewijzigd voortgezet voor alle burgers met een inkomen van maximaal 120% van de toepasselijke bijstandsuitkering. Onder de WWB mogen gemeenten maatregelen blijven nemen de sociale participatie te bevorderen en heeft Zoetermeer bewust gekozen voor de handhaving van de ZoetermeerPas die in de afgelopen jaren, gelet op de jaarlijkse toename van het aantal pashouders, een groot succes mag worden genoemd. Doelgroep zijn alle burgers met een inkomen tot 120% van de toepasselijke bijstandsuitkering. 3.2
Aantal huishoudens met een minimuminkomen Aangezien het inkomen van de individuele huishoudens niet geregistreerd wordt, is het niet zo eenvoudig om precies het aantal huishoudens met een minimuminkomen vast te stellen. Daarom wordt bij die vaststelling gewerkt met indicatoren. Ondergrens Het aantal bijstandsgerechtigden is een goede indicator voor het vast stellen van de ondergrens van het aantal huishoudens in Zoetermeer dat moet rondkomen van een minimuminkomen. Op 1 januari 2004 ontvingen 2479 huishoudens (een- en meerpersoonshuishoudens) in de leeftijd tot 65 jaar recht een bijstandsuitkering. Daarnaast kregen 496 huishoudens van 65 jaar en ouder een aanvullende bijstandsuitkering op hun gekorte AOW. Zij hebben wegens (langdurig) verblijf in het buitenland onvoldoende premie betaald om voor een volledige AOW-uitkering in aanmerking te komen. Verder waren 73 huishoudens aangewezen op een IOAW-uitkering (oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers) en 10 huishoudens op een IOAZ-uitkering (oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte zelfstandigen). Hiermee komt de ondergrens van het aantal huishoudens met een minimuminkomen in Zoetermeer uit op 3.058. Bovengrens Het CBS publiceert in de Regionale Inkomensverdeling (RIO) wel cijfers over het aantal huishoudens met een 'laag inkomen'. Onder een laag inkomen wordt in dit verband niet alleen een inkomen op bijstandsniveau verstaan, maar ook een inkomen dat daar ongeveer 15% boven ligt. De grens naar boven wordt jaarlijks aangepast aan de prijsontwikkeling. In 2000 had 9,3% van de Zoetermeerse huishoudens een 'laag' inkomen. Dit zijn bijna 4.200 huishoudens van de in totaal 45.000 (niveau 2000) Zoetermeerse huishoudens. Gelet op de recente economische ontwikkelingen wordt het niet onwaarschijnlijk geacht dat dit aantal inmiddels verder is toegenomen. De bovengrens van het aantal huishoudens met een laag inkomen in Zoetermeer per 1 januari 2004 wordt daarom naar schatting vastgesteld op 4.350. Ter vergelijking met andere gemeenten zijn in onderstaande grafiek de inkomens van Nederlandse huishoudens gegroepeerd in tien gelijke klassen. Op grond daarvan zijn inkomensgrenzen bepaald zoals die op de X-as vermeld staan. Van elke inkomensklasse wordt weergegeven hoeveel procent van de huishoudens in de betreffende groep valt. Uit de grafiek blijkt dat Zoetermeer in vergelijking met heel Nederland met name oververtegenwoordigd is in de drie hoogste inkomensklassen (vanaf 31.000). In de vier middelste inkomensklassen scoort Zoetermeer ongeveer het zelfde percentage als heel Nederland en in de drie laagste inkomensklassen (tot 17.000), is Zoetermeer duidelijk minder vertegenwoordigd. De helft van de Zoetermeerse huishoudens zit in de vier hoogste inkomensklassen (vanaf 27.100,-).
36
Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/Armoede
Figuur 3.1
Inkomensverdeling in Zoetermeer ten opzichte van Nederland in %, 2000. 16 14,8 13,6
11,6
12 10,2 8,9 8
7,1
7,6
8,9
9,3
7,9
Zoetermeer Nederland
4
0 Minder dan 10.700 tot 14.000 tot 17.000 tot 20.100 tot 23.500 tot 27.100 tot 31.000 tot 35.900 tot 43.700 euro 10.700 euro 14.000 euro 17.000 euro 20.100 euro 23.500 euro 27.100 euro 31.000 euro 35.900 euro 43.700 euro of meer
Voor een uitgebreide analyse van inkomensgegevens wordt verwezen naar (de bijlagen bij) thema 1. 3.3
Risicogroepen Onder de huishoudens met een laag inkomen kan een aantal risicogroepen worden onderscheiden. Een combinatie van factoren kan ertoe leiden dat deze huishoudens bedreigd worden met een structurele sociaal-economische uitsluiting en aan de onderkant van de samenleving terechtkomen. De belangrijkste factoren zijn: - langdurig aangewezen op een laag inkomen - betalingsachterstanden, vooral door hoge woonlasten - problematische schulden Huishoudens die per 1 januari 2004 als risicogroepen in Zoetermeer kunnen worden aangemerkt zijn: Langdurige uitkeringsgerechtigden Van de 3.058 huishoudens met een bijstandsuitkering (IOAW-/IOAZ uitkering) is ongeveer de helft al 3 jaar of langer aangewezen op een uitkering. Bijna 4 op de 5 uitkeringsgerechtigden heeft al langer dan 1 jaar een uitkering. Uit onderzoek blijkt dat na 3 jaar leven op bijstandsniveau er niet of nauwelijks nog reserves zijn en bij deze huishoudens kan worden gesproken van ‘echte‘ armoede die gemakkelijk kan leiden tot sociale uitsluiting. Ook vinden van betaalde arbeid wordt voor deze groep steeds moeilijker. Uit de meest recente cijfers blijkt dat 45% van de bij het CWI ingeschreven niet-werkende werkzoekenden al langer dan 1 jaar staat ingeschreven. Opvallend cijfer is dat van het totaal aantal werkzoekenden in Zoetermeer naar eigen zeggen 26% behoort tot een etnische minderheid. Een nadere analyse van de bijstandsgerechtigden en niet-werkende werkzoekenden wordt gegeven in thema 2. Alleenstaande ouders Volgens het CBS waren per 1 januari 2004 in Zoetermeer 4.258 huishoudens geregistreerd als éénouderhuishoudens. Dit komt neer op ongeveer 9% van alle particuliere huishoudens in Zoetermeer. In bijlage 28 is een verdeling naar buurt opgenomen. Het percentage éénouderhuishoudens is het hoogst in Oosterheem n-o (13%), Meerzicht-oost (13%), Buytenwegh (12%) en Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
37
Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/armoede
Palenstein (12%). De buurten Noordhove-west, Meerzicht-west (beiden 11%) en Driemanspolder en Seghwaert n-o (10%) scoren ook boven het gemiddelde. Er is veel onderzoek gedaan naar alleenstaande ouders, waaruit blijkt dat zij vaak te kampen hebben met de combinatie van bovengenoemde factoren, daarbij vaak laag opgeleid zijn en weinig arbeidsperspectief hebben. Voor deze groep (en ook voor gezinnen met kinderen en een laag inkomen) is het wegvallen van de verschillende categoriale verstrekkingen bijzondere bijstand een behoorlijke financiële achteruitgang. Ouderen Op 1 januari 2004 waren 12.453 inwoners van Zoetermeer 65 jaar of ouder, 10,9% van de totale bevolking. Het aantal inwoners van 75 jaar en ouder bedraagt 5.610 personen, dit is 4,9%. Zie verder thema 1. Ouderen met een laag inkomen lopen een vergrote kans op sociale uitsluiting. Zij kunnen vaak moeilijk rondkomen, hebben geen geld voor extraatjes en zijn niet altijd op de hoogte van de diverse voor hen geldende (inkomensondersteunende) voorzieningen. Het niet-gebruik van de voorzieningen is onder ouderen nog steeds het grootst. Allochtonen Per 1 januari 2004 waren er naar schatting in Zoetermeer 5300 niet-westerse allochtone huishoudens. Ook bij deze huishoudens is vaak sprake van een gecombineerde problematiek. Bovendien zijn veel allochtone Zoetermeerders nog niet voldoende ingeburgerd om volwaardig aan onze samenleving deel te nemen en daardoor extra kwetsbaar. Vooral allochtone vrouwen verkeren, mede onder invloed van de eigen cultuur, vaak nog in een achterstandssituatie en in een sociaal isolement. In het kader van het gemeentelijk integratiebeleid zal de komende jaren extra aandacht worden besteed aan deze risicogroep. 3.4
Individuele huursubsidie (IHS) In de periode 1 juli 2003 – 1 juli 2004 ontvingen 7701 huishoudens in Zoetermeer huursubsidie. Het gemiddelde subsidiebedrag bedroeg 1.934,= per jaar. In postcode 2722 (Palenstein) wonen de meeste ontvangers van deze subsidie, nl. 1163 ofwel 15%. In Meerzicht-west (pc 2716) kregen 862 huishoudens huursubsidie.
38
Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/Armoede
Tabel 3.1
Huishoudens met huursubsidie en gemiddeld subsidiebedrag per jaar Per postcode (periode 1 juli 2003 – 1 juli 2004)
Postcode Wijk/buurt
toekenningen ihs(huishoudens) juli 2003-juli 2004*
ihs euro/jaar
aandeel ihs per huurwoning
2711
Stadscentrum
486
2022
28,8
2712
Dorp/Rokkehage
281
1788
35,0
2713
Driemanspolder
482
2050
29,8
2715
Meerzicht-oost
723
1966
36,2
2716
Meerzicht-west
862
1893
30,0
2717
Buytenwegh
778
1993
32,7
2718
Rokkeveen/Lansinghage
350
2032
29,5
2719
Rokkeveen-west
296
1972
16,8
2721
Oosterheem
28
2800
24,9
2722
Palenstein/Hoornerhage
1163
1775
46,3
2723
Seghwaert/Zoeterhage
228
1802
28,3
2724
Seghwaert-zw
409
2064
28,4
2725
De Leyens
189
1883
18,7
2726
Buytenwegh/De Leyens
305
2048
21,1
2727
Seghwaert-no
289
1697
21,6
2728
Noordhove
452
2062
36,0
2729
Oosterheem
380
1893
53,3
Totaal Zoetermeer 7701 Bron: Min. VROM/DGW/HIS; Gemeente Zoetermeer.
1934
31,0
Afgezet tegen het aantal huurwoningen blijkt dat in Palenstein 46% van de huishoudens die in huurwoningen wonen dit met subsidie doen. In postcode 2729 in Oosterheem is dit percentage het hoogst met 53%. Deze wijk is nog in ontwikkeling en aanvankelijk zijn hier relatief veel sociale huurwoningen gebouwd. Ten opzichte van een jaar eerder is het aantal huishoudens met huursubsidie toegenomen met 3%. In Palenstein is dit aantal afgenomen met 5%. Bijlage 29 geeft de ontwikkeling op buurtniveau weer van de laatste jaren. In Zoetermeer ligt het percentage huursubsidie-ontvangers per 1-1-2004 met 31,6% onder het landelijk gemiddelde van 33,6%. In Leiden, Den Haag en Almere hebben een hoger percentage huurwoningen huursubsidie. Tabel 3.2
Percentage huursubsidieontvangers (% huursector) van enkele 100.000+ gemeenten en Nederland, (2002 t/m 2004). 1-1-2002
1-1-2003
1-1-2004
toename 02-04
Almere
40,6
43,6
44,6
4,0
Amersfoort
26,4
26,9
27,9
1,5
Haarlemmermeer
23,6
24,3
25,1
1,5
Leiden
31,9
32,7
33,0
1,1
's-Gravenhage
29,1
33,8
34,6
5,5
Zoetermeer
28,4
30,5
31,6
3,2
Nederland Bron: Min. VROM/DGW/HIS.
31,3
32,9
33,6
2,3
Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
39
Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/armoede
In de laatste twee jaar is vooral in Den Haag en Almere het percentage huurwoningen met huursubsidie toegenomen. 3.5
Gemeentelijke instrumenten minimabeleid vanaf 2004 Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Een aantal jaren geleden zijn voor gemeenten de mogelijkheden om kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen te verlenen verruimd door de hantering van de zgn. 100%-norm. Dit houdt in, dat voor de kosten van levensonderhoud mag worden uitgegaan van 100% van de toepasselijke bijstandsuitkering. De kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen was en blijft dus een belangrijk instrument in de strijd tegen armoede en Zoetermeer hanteert inmiddels ook de 100%-norm. Dit betekent dat Zoetermeerders die werkelijk niet in staat zijn een gemeentelijke belastingaanslag te betalen, kwijtschelding kunnen aanvragen. Bij de beoordeling van aanvragen om kwijtschelding wordt ondermeer gekeken naar het netto besteedbaar inkomen en het eigen vermogen. Bij een negatieve betalingscapaciteit komt men geheel in aanmerking voor kwijtschelding. Ook gedeeltelijke kwijtschelding is mogelijk. Kwijtschelding is uitsluitend mogelijk voor de onroerend zaakbelasting (OZB), de afvalstoffenheffing en de hondenbelasting (slechts voor één hond). Een aanslag kan ook gedeeltelijk worden kwijtgescholden. In het verwerkingsjaar 2004 is er voor de OZB/gebruikers ruim 435 duizend Euro kwijtgescholden; een toename van 14% ten opzichte van 2003.
Tabel 3.2
Kwijtscheldingen belastingen in de verwerkingsjaren 2003 en 2004. 2003
2004
aantal
bedrag
aantal
bedrag
OZB/G
2.498
381.865
2.743
435.664
OZB/E
6
1.165
2.554
611.269
2.831
690.185
263
12.534
314
14.734
Totaal 5.321 1.006.833 Bron: Gemeente Zoetermeer; Belastingen.
5.888
1.140.583
Afvalstoffenheffing Hondenbelasting
Centrum is de wijk met verhoudingsgewijs de meeste kwijtscheldingen over 2004 (31%), gevolgd door Meerzicht (22%). Bijlage 30 geeft een overzicht van de kwijtscheldingen (aantallen) in het jaar 2004 naar soort belasting en naar wijk en buurt; de bedragen staan in bijlage 31 vermeld. Gemeentelijke schuldhulpverlening De laatste jaren is het aantal huishoudens met problematische schulden fors toegenomen. Schuldsanering of schuldenbemiddeling is vaak de enige manier voor deze huishoudens om uit hun financiële problemen te komen. Gegevens over problematische schulden kunnen verkregen worden bij verschillende organisaties. Zo zou het aantal huishoudens met een aanzienlijke huurachterstand bij de woningbouwcorporaties een indicator kunnen zijn, evenals het aantal uithuiszettingen. Ook het aantal huishoudens waarbij de elektriciteit, het gas of de telefoon wordt afgesloten vanwege betalingsachterstand is een indicator. Een aantal van deze gegevens zijn in deze Atlas opgenomen. Bij het oplossen van problematische schuldensituaties vervullen gemeenten, naast andere instanties, een belangrijke taak. Zoetermeer heeft een eigen 40
Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/Armoede
gemeentelijke eenheid schuldhulpverlening voor burgers met een laag inkomen en problematische schulden. Deze gemeentelijke schuldhulpverlening voorziet in schuldenbemiddeling, schuldsanering en budgetbegeleiding. Bureau Schuldhulpverlening Het bureau Schuldhulpverlening is belast met de behandeling van aanvragen van Zoetermeerse burgers, die zich in (problematische) schuldsituaties bevinden. De Wet Schuldhulpverlening Natuurlijke Personen (WSNP) verschaft de schuldhulpverlening een wettelijk kader, waarin een integrale oplossing wordt nagestreefd. Als inkomensgrens geldt maximaal 120% van de toepasselijke bijstandsuitkering. Burgers met een inkomen boven deze grens werden doorverwezen naar de Gemeentelijke KredietBank (GKB) in Den Haag. Het beroep op Schuldhulpverlening is in 2003 onder invloed van het verslechterend economisch klimaat sterk toegenomen. Tegelijkertijd zag de gemeente zich genoodzaakt bezuinigingen door te voeren. In dat kader is de samenwerkingsovereenkomst met de Gemeentelijke Kredietbank Den Haag met betrekking tot burgers met een inkomen hoger dan 120% van de toepasselijke bijstandsnorm per 1 januari 2004 opgezegd. Met de hierdoor vrijgemaakte capaciteit kan de toegenomen vraag vanuit burgers met een minimaal inkomen naar inschatting worden opgevangen. Voor burgers met een bovenmodaal inkomen (> 120%) wordt op aanvraag een handleiding toegezonden om regelingen te treffen met schuldeisers. Deze handleiding is ook op internet beschikbaar. Zo’n 80% van het schuldhulpverleningsbestand is bijstandsgerechtigde. Over niet-bijstandsgerechtigden, die zich bij het bureau Schuldhulpverlening melden, worden onderhandelingen gevoerd met de Stichting CAV (Centrale Administratie voor Verpleging en Voorzieningen) om te komen tot (verplicht) budgetbeheer/inkomensbeheer. Verder wordt ernaar gestreefd terugval te voorkomen door middel van verplichte Nibud-cursussen. De Schuldhulpverlening kent 2 trajecten, meldingen en verzoeken. In 2004 zijn er 938 meldingen gedaan bij bureau Schuldhulpverlening, waarvan er 217 geleid hebben tot een verzoek (een melding wordt een verzoek indien aan de hiervoor gestelde criteria is voldaan). De tabel laat zien dat deze verzoeken in 67% van de gevallen geleid hebben tot een structurele oplossing, middels bemiddeling en/of sanering. Voor de overige verzoeken zijn of andere oplossingen geboden zoals advies & informatie, verwijzing naar GKB etc. of (tussentijds) beëindigd vanwege gebleken onvoldoende medewerking van hulpvrager of schuldeisers zonder een verder vervolg naar het wettelijk traject, de WSNP (Wet schuldsanering natuurlijke personen). Tabel 3.3
Overzicht schuldhulpverlening voor de jaren 2000 t/m 2004 JAAR 2000
2001
2002
2003
2004
Aantal binnengekomen meldingen
500
424
663
875
938
Aantal binnengekomen verzoeken % verzoeken waarvoor structurele oplossing is geboden
233
200
186
220
217
50%
64%
62%
67%
67%
49
47
64
43
92
93
aantal verstrekte saneringskredieten 56 69 aantal doorgeleid naar het wettelijk traject (Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen) 44 49 Bron: Gemeente Zoetermeer, Interne Zaken, Schuldhulpverlening.
Bijlage 32 geeft een overzicht naar wijk en buurt van de meldingen en de verzoeken in 2003. Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
41
Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/armoede
Ontruimingen In 2004 zijn er 110 ontruimingen geëffectueerd. Dit zijn er iets meer dan in 2003, toen er 101 ontruimingen waren. Ten opzichte van 2002 was er toen sprake van een forse toename (+ 38%). Tabel 3.4
Overzicht ontruimingen over de jaren 2000 t/m 2004.
jaar
aanschrijvingen
geëffectueerde ontruimingen
2001
288
68
2002
311
73
2003
371
101
2004 495 Bron: Gemeente Zoetermeer, SW/B&O.
110
ZoetermeerPas De ZoetermeerPas is een kortingspas speciaal bedoeld voor inwoners met een inkomen rond het minimum. Iedere pashouder krijgt een boekje met voordeelcheques waarmee gratis of met (flinke) korting gebruik gemaakt kan worden van voorzieningen op recreatief, sportief en cultureel gebied in, maar ook buiten, de stad. Doelstelling van de ZoetermeerPas is het bevorderen van sociale participatie. Hiermee heeft deze paragraaf ook een relatie met thema 4. Het bestand van personen waaraan een pas is toegekend is een goede indicator voor het aantal en de spreiding van de minima over de stad. Om in aanmerking te komen mogen burgers niet meer te besteden hebben dan 120% van de voor hen geldende bijstandsnorm. In sommige gevallen komen ook studenten voor de kortingspas in aanmerking. Cliënten van Sociale Zaken met een algemene of bijzondere bijstandsuitkering krijgen hiervoor een aanvraagformulier thuisgestuurd. Belangrijk is om te kijken wat het bereik van de pas onder de doelgroep is. Een indicator hiervoor betreft het aantal geretourneerde formulieren van mensen met een bijstandsuitkering. Ieder jaar kunnen burgers de pas voor het betreffende jaar tot 1 november aanvragen. Het voordeel van de pas is bij een late aanvraag uiteraard kleiner. Onderstaande tabel geeft de ontwikkeling weer van ZoetermeerPashouders over de laatste jaren. Tabel 3.5
Ontwikkeling ZoetermeerPashouders per ultimo van het jaar. JAAR
goedgekeurde aanvragen
1998
3813
1999
4157
2000
4595
2001
5511
2002
6803
2003
6604
2004 6841 Bron: Gemeente Zoetermeer; Sociale Zaken.
In 2004 zijn 6841 passen uitgereikt, een toename van 4% t.o.v. 2003. Per huishouden kunnen meerdere mensen een pas hebben. Per medio mei 2004 waren er 5811 passen uitgereikt. Voor deze pashouders is een nadere analyse naar wijk/buurt gemaakt.
42
Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
Atlas lokaal sociaal beleid 2005 - Thema 3 Welvaart/Armoede
Tabel 3.6
ZoetermeerPashouders naar wijk en geslacht (aantallen ultimo mei 2004). GESLACHT
TOTAAL
WIJK
Man
Vrouw
Onbekend
Centrum
730
1216
3
1949
Meerzicht
539
867
6
1412
Buytenwegh de Leyens
330
506
1
837
Seghwaert
228
341
3
572
Noordhove
103
189
2
294
Rokkeveen
128
239
367
Oosterheem
128
209
337
10
11
21
Industriegebied Onbekend
1
1
2
Buiten Zoetermeer
9
11
20
TOTAAL 2206 3590 Bron: Gemeente Zoetermeer; Sociale Zaken. NB: van 15 pashouders is geen geslacht bekend.
15
5811
De meeste pashouders zijn vrouw (62%). Uit de tabel blijkt dat 34% van de pashouders in de wijk Centrum woont. In verhouding tot het aantal inwoners van een wijk is het aantal pashouders in de wijken Centrum en Meerzicht ongeveer gelijk (respectievelijke 97 en 91). Gemiddeld is het aantal pashouders 51 per 1000 inwoners. In bijlage 33 zijn deze aantallen verder uitgesplitst naar buurt. Dan blijkt dat het aantal pashouders per 1000 inwoners in de buurt Palenstein met 183 pashouders het hoogst is. Meerzicht-oost volgt met 110 per 1000 inwoners op de tweede plaats. Over het gebruik van de ZoetermeerPas kan gesteld worden dat 54% van de pashouders de kortingspas daadwerkelijk actief gebruikt, 40% maakt een redelijk gebruik van de pas. De resterende 6% gebruikt de pas niet of weinig.
Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
43
Atlas lokaal sociaal beleid 2005
44
Afdeling FB / IV / Onderzoek en Statistiek
Bijlage 28: Percentage eenoudergezinnen per wijk/buurt, per 1-1-2004 % Eenouderwijk/buurt
gezinnen
Dorp
5,9
Stadscentrum
5,4
Palenstein
11,5
Driemanspolder
10,2
Meerzicht-west
10,9
Meerzicht-oost
12,6
Buytenwegh
12,1
De Leyens
5,1
Seghwaert-z-w
6,2
Seghwaert-n-o
9,8
Noordhove-west
11,0
Noordhove-oost
8,8
Rokkeveen-west
6,4
Rokkeveen-oost
7,5
Oosterheem-z-w
0,0
Oosterheem-n-o
12,8
Rokkehage c.a.
6,8
Lansinghage c.a.'
5,2
Zoeterhage c.a.
0,0
Hoornerhage c.a.
4,5
Balijbos
0,0
Westerpark c.a.
0,0
Buitengebied-west
3,8
Meerpolder
3,4
Scheidingszone
0,0
Van Tuyllpark
0,0
TOTAAL
9,0
Bron: CBS, 2004
Bijlage 29. Ontwikkeling aantal huishoudens met huursubsidie. 1 juli 2002 -
1 juli 2003 -
1 juli 2003
1 juli 2004 *
Postcode
Wijk/buurt
2711
Stadscentrum
481
486
2712
Rokkehage/Dorp
285
281
2713
Driemanspolder
487
482
2715
Meerzicht-O
753
723
2716
Meerzicht
822
862
2717
Buytenwegh
748
778
2718
Rokkeveen/Lansinghage
341
350
2719
Rokkeveen-W
275
296
2721
Oosterheem
2722
Palenstein/Hoornerhage
1227
1163
2723
Zoeterhage / Seghwaert
230
228
2724
Seghwaert-ZW
399
409
2725
De Leyens
182
189
2726
Seghwaert/Filmbuurt
291
305
2727
Seghwaert-NO
275
289
2728
Noordhove
433
452
2729
Oosterheem
220
380
7449
7701
Totaal
28
Bron: Min. VROM / DG Wonen - Huursubsidie
* Het aantal toekenningen aan huishoudens waarbij het subsidiebedrag groter is of gelijk aan 54,45 Euro op jaarbasis (= minimum bedrag).
Bijlage 30. Kwijtscheldingen belastingen 2004 naar soort belasting en wijk/buurt *
WIJK
Afvalstoffenheffing Aantal Col %
Hondenbelasting Aantal Col %
OZB/G Aantal
Totaal Aantal
Col %
Col %
Centrum Meerzicht
870 614
30,7 21,7
78 48
24,8 15,3
847 622
30,9 22,7
1795 1284
Buytenw. de L. Seghwaert
492 325
17,4 11,5
71 46
22,6 14,6
465 311
17,0 11,3
1028 682
Noordhove Rokkeveen
188 167
6,6 5,9
23 28
7,3 8,9
180 162
6,6 5,9
391 357
Oosterheem Ind./Buitengebied
165 10
5,8 0,4
20
6,4
146 10
5,3 0,4
331 20
2831
100,0
314
100,0
2743
100,0
5888
Dorp Stadscentrum
77 128
2,7 4,5
7 12
2,2 3,8
73 120
2,7 4,4
157 260
Palenstein Driemanspolder
456 209
16,1 7,4
39 20
12,4 6,4
450 204
16,4 7,4
945 433
Meerzicht-west Meerzicht-oost
315 299
11,1 10,6
21 27
6,7 8,6
307 315
11,2 11,5
643 641
Buytenwegh De Leyens
438 54
15,5 1,9
64 7
20,4 2,2
415 50
15,1 1,8
917 111
Seghwaert-z-w Seghwaert-n-o
150 175
5,3 6,2
17 29
5,4 9,2
143 168
5,2 6,1
310 372
Noordhove-west Noordhove-oost
96 92
3,4 3,2
11 12
3,5 3,8
91 89
3,3 3,2
198 193
Rokkeveen-west Rokkeveen-oost
46 121
1,6 4,3
10 18
3,2 5,7
47 115
1,7 4,2
103 254
Oosterheem-n-o Ind./Buitengebied
165 10
5,8 0,4
20
6,4
146 10
5,3 0,4
331 20
2831
100,0
314
100,0
2743
100,0
5888
TOTAAL
30,5 21,8 17,5 11,6 6,6 6,1 5,6 0,3 100,0
BUURT
TOTAAL
Bron: Gemeente Zoetermeer; Bestuur/Belastingen.
2,7 4,4 16,0 7,4 10,9 10,9 15,6 1,9 5,3 6,3 3,4 3,3 1,7 4,3 5,6 0,3 100,0
Bijlage 31. Kwijtgescholden belastingen 2004 (bedragen in gehele Euro's), naar soort belasting en wijk/buurt* Afvalstoffenheffing 213.120 150.819
Hondenbelasting 3.619 2.332
OZB/G
Totaal
117.164 83.529
333.903 236.680
118.207 78.932
3.300 2.166
75.345 51.123
196.852 132.221
Noordhove Rokkeveen
45.577 41.623
1.136 1.308
35.423 32.054
82.135 74.985
Oosterheem Ind./Buitengebied
39.515 2.392
873
39.334 1.691
79.723 4.083
690.185
14.734
435.664
1.140.582
18.202 30.235
291 611
13.083 19.940
31.576 50.786
Palenstein Driemanspolder
112.903 51.780
1.781 936
55.327 28.814
170.012 81.530
Meerzicht-west Meerzicht-oost
77.890 72.929
1.031 1.301
46.054 37.475
124.975 111.705
106.393 11.815
2.978 322
67.039 8.306
176.409 20.443
Seghwaert-z-w Seghwaert-n-o
35.900 43.031
776 1.389
22.046 29.078
58.722 73.499
Noordhove-west Noordhove-oost
22.965 22.611
559 577
17.907 17.516
41.431 40.704
Rokkeveen-west Rokkeveen-oost
11.551 30.073
509 799
9.742 22.312
21.801 53.184
Oosterheem-n-o Ind./Buitengebied
39.515 2.392
873
39.334 1.691
79.723 4.083
690.185
14.734
435.664
1.140.582
WIJK Centrum Meerzicht Buytenw. de L. Seghwaert
TOTAAL BUURT Dorp Stadscentrum
Buytenwegh De Leyens
TOTAAL
Bron: Gemeente Zoetermeer; Bestuur/Belastingen. * door afrondingsverschillen kan de som der delen afwijken van het totaal.
Bijlage 32. Meldingen en verzoeken schuldhulpverlening in 2003, naar wijk en buurt
WIJK Centrum Meerzicht Buytenw. de L. Seghwaert Noordhove Rokkeveen Oosterheem Buiten Zoetermeer * TOTAAL BUURT Dorp Stadscentrum Palenstein Driemanspolder Meerzicht-west Meerzicht-oost Buytenwegh De Leyens Seghwaert-z-w Seghwaert-n-o Noordhove-west Noordhove-oost Rokkeveen-west Rokkeveen-oost Oosterheem-n-o Buiten Zoetermeer * TOTAAL
meldingen Aantal Percentage 245 28,0 174 19,9 151 17,3 111 12,7 65 7,4 74 8,5 38 4,3 17 1,9 875 100,0
19 20 136 70 109 65 121 30 43 68 33 32 24 50 38 17 875
2,2 2,3 15,5 8,0 12,5 7,4 13,8 3,4 4,9 7,8 3,8 3,7 2,7 5,7 4,3 1,9 100,0
verzoeken Aantal Percentage 55 25,3 49 22,6 45 20,7 30 13,8 7 3,2 13 6,0 11 5,1 7 3,2 217 100,0
1 9 32 13 29 20 38 7 13 17 4 3 6 7 11 7 217
0,5 4,1 14,7 6,0 13,4 9,2 17,5 3,2 6,0 7,8 1,8 1,4 2,8 3,2 5,1 3,2 100,0
* Dit betreft mensen die in de loop van het jaar verhuisd zijn uit Zoetermeer Bron: Gemeente Zoetermeer, Welzijn, Sociale Voorzieningen, Staf Ondersteuning en Zorg
Bijlage 33a. Zoetermeerpashouders naar geslacht (aantallen ultimo mei 2004)
WIJK Centrum Meerzicht Buytenwegh de Leyens Seghwaert Noordhove Rokkeveen Oosterheem Industriegeb. Onbekend Buiten Zoetermeer TOTAAL
Man 730 539 330 228 103 128 128 10 1 9 2206
GESLACHT Vrouw Onbekend 1216 3 867 6 506 1 341 3 189 2 239 209 11 1 11 3590
TOTAAL 1949 1412 837 572 294 367 337 21 2 20
15
5811
Bijlage 33b. Zoetermeerpashouders naar wijk en geslacht (rij% ultimo mei 2004)
LEEFTIJD Centrum Meerzicht Buytenwegh de Leyens Seghwaert Noordhove Rokkeveen Oosterheem Industriegeb. Onbekend Buiten Zoetermeer
Man 37,5 38,2 39,4 39,9 35,0 34,9 38,0 47,6 50,0 45,0
TOTAAL
38,0
GESLACHT Vrouw Onbekend 62,4 0,2 61,4 0,4 60,5 0,1 59,6 0,5 64,3 0,7 65,1 62,0 52,4 50,0 55,0 61,8
TOTAAL 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0
0,3
100,0
Bijlage 33c. Zoetermeerpashouders naar wijk en geslacht (kolom% ultimo mei 2004)
LEEFTIJD Centrum Meerzicht Buytenwegh de Leyens Seghwaert Noordhove Rokkeveen Oosterheem Industriegeb. Onbekend Buiten Zoetermeer TOTAAL
Man 33,1 24,4 15,0 10,3 4,7 5,8 5,8 0,5 0,0 0,4 100,0
Bron: Gemeente Zoetermeer; Interne Zaken.
GESLACHT Vrouw Onbekend 33,9 20,0 24,2 40,0 14,1 6,7 9,5 20,0 5,3 13,3 6,7 5,8 0,3 0,0 0,3 100,0
100,0
TOTAAL 33,5 24,3 14,4 9,8 5,1 6,3 5,8 0,4 0,0 0,3 100,0