Armoede in Utrecht Factsheet
HierAfdeling komt tekst Onderzoek, maart 2015 Margriet de Haan, Linda Scheelbeek, Robin Tromp
Utrecht.nl
Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21.
Ontwikkelingen armoede algemeen Utrecht vergeleken: Wettelijk Sociaal Minimum (WSM) Ontwikkeling WSM in Utrecht, 2006-2014 Achtergrondkenmerken armoede: leeftijd Achtergrondkenmerken armoede: herkomst Achtergrondkenmerken armoede: per inkomstenbron Achtergrondkenmerken armoede: per huishoudtype Achtergrondkenmerken armoede: per wijk Achtergrondkenmerken armoede: aantal kinderen Bijstand: ontwikkeling Bijstand: duur verblijf in de bijstand Bijstand: kinderen in bijstandshuishoudens Beleving armoede: % dat kan rondkomen Beleving armoede: rondkomen per wijk Beleving armoede: rondkomen en inkomstenbron Beleving armoede: rondkomen en welbevinden Beleving armoede: ontwikkeling eigen inkomen Beleving armoede: financiële situatie huishoudens Beleving armoede: bezuinigen op uitgaven Armoede onder zzp’ers Deskresearch armoede
Utrecht.nl
1. Ontwikkelingen armoede algemeen •
Utrecht kent ten opzichte van de G4 relatief weinig armoede en neemt op de armoedeindex van de Atlas voor Gemeenten positie 30 in van de 50 grootste Nederlandse steden. Rotterdam bezet op deze index de 50e positie, Amsterdam de 48e en Den Haag de 43e. (De nummer 1 op de index kent de minste armoede, de nummer 50 de meeste.)
•
Armoede is ook in Utrecht toegenomen in de periode 2008-2014 tot circa 13% van de Utrechtse huishoudens (circa 18.000 huishoudens). SCP verwacht een kentering in 2015.
•
De toename in armoede is extra groot onder kwetsbare groepen: de allochtonen, jongeren, eenoudergezinnen en in de armere wijken zoals Overvecht.
•
Het bijstandsbestand is ook gegroeid. De grootste groei zien we bij inwoners die kort in de bijstand zitten.
Utrecht.nl
2. Utrecht vergeleken: Wettelijk Sociaal Minimum (WSM) • •
11% van de inkomens in Utrecht ligt rond het Wettelijk Sociaal Minimum (WSM). In vergelijking met andere grote steden heeft Utrecht relatief weinig inwoners op het WSM. P e rce nta ge rond We tte lij k Socia a l Minimum (WSM) in e nke le ste d e n, 2 0 1 2 20,00% 18,00% 18,00%
17,10% 15,90%
16,00%
15,70% 13,70%
14,00% 12,00%
11,30%
11,00%
9,60%
10,00% 8,00% 6,00% 4,00% 2,00% 0,00% Utrecht
Amste rdam Rotterdam
Den Haag
Groninge n
Nijmegen
Eindhoven
Nederland
Bron: Regionale Inkomensstatistiek, CBS
Utrecht.nl
3. Ontwikkeling WSM in Utrecht, 2006-2014 •
Als gevolg van de economische recessie is het aandeel huishoudens rond het sociaal minimum sinds 2008 gestegen van 8,5% naar circa 13% van de huishoudens in Utrecht in 2014. P e rce nta ge rond WSM in Utre cht, p e riod e 2 0 0 6 -2 0 1 4
14
13,1 12,1
12 10,1
9,9
9,4
10
10,4
11
9,2 8,5
8 6 4 2 0 2006
2007
2008
Bron: Regionale Inkomensstatistiek, CBS
2009
2010
2011
2012
2013
2014
**2013/2014 raming obv SCP Armoedesignalement en bijstand
Utrecht.nl
4. Achtergrondkenmerken armoede: leeftijd Utrechtse jongeren hebben relatief vaak een inkomen rond het WSM. Tussen 2010 en 2012 is het aandeel huishoudens rond het WSM onder jongeren bovendien het sterkst gestegen. Aa nd e e l Utre chtse huishoud ens rond WSM p e r lee ftij d sgroe p
30 26,4 25
22,4
20
percentage
•
15 10
8,1
9,1
10,1
11,6
13
13,3
5 0 < 25 jaar
25 t/m 44 jaar
45 t/m 64 jaar
> 65 jaar
leeftijd 2010
2012
Bron: RIO
Utrecht.nl
5. Achtergrondkenmerken armoede: herkomst Utrechtse huishoudens van niet-westerse herkomst hebben relatief vaak een inkomen rond het WSM. Bovendien is het aandeel huishoudens rond het WSM onder niet-westerse Utrechters in periode 2010-2012 het sterkst gestegen. Aa nd e e l Utre chtse huishoud e ns rond WSM p e r e tnische groe p
30 25,3 25 21,5 20
percentage
•
15 10
12,4
11,6 7,4
7
5 0 autochtoon
westers
niet-westers
herkomst 2010
2012
Bron: RIO
Utrecht.nl
6. Achtergrondkenmerken armoede: per inkomstenbron Huishoudens met een WW- of bijstandsuitkering zitten het vaakst op het WSM. De sterkste stijging van het aandeel huishoudens op het WSM tussen 2010 en 2012 zien we onder de categorie arbeidsongeschikten. Aa nd e e l Utre chtse huishoud ens rond WSM p e r inkomste nb ron
80 70
67,8 63,2
60
percentage
• •
50 40 30
24,9 20,1
20
13,4
13,8
10
5,4
4,8
0 WW/bijstand
Arbeidsongeschiktheid
Pensioen
Arbeid
inkomstenbron 2010
2012
Bron: RIO
Utrecht.nl
7. Achtergrondkenmerken armoede: per huishoudtype Ruim een kwart van de eenoudergezinnen leeft rond het WSM. Huishoudens met één volwassene zitten vaker op het WSM dan paren (met of zonder kinderen). Aa nd e e l Utre chtse huishoud e ns rond WSM p er huishoud typ e
30 25,9 25
23,1
20
percentage
• •
14,9
16,4
15 10 4
5
4,5
3,8
4,5
0 alleenstaanden
paar zonder kinderen
paar met kinderen
eenoudergezin
huishoudtype 2010
2012
Bron: RIO
Utrecht.nl
8. Achtergrondkenmerken armoede: per wijk • •
20% van de huishoudens in Overvecht heeft een inkomen rond het WSM. Groei van het aandeel huishoudens op het WSM zien we vooral in de wijken Overvecht, West en Zuid.
Utrecht.nl
8a. Ontwikkeling armoede in geselecteerde subwijken. Aandeel huishoudens met inkomen rond WSM. Ontwikkeling armoede in geselecteerde Utrechtse subwijken. Aandeel (%) huishoudens met inkomen rond WSM 2010
2012
Noordwest Ondiep Zuilen Oost
14% 15%
15% 17%
Zuid Hoograven Lunetten
11% 10%
14% 13%
West Lombok
12%
15%
Leidsche Rijn Terwijde Het Zand Parkwijk Langerak
5% 4% 7% 6%
6% 5% 8% 7%
Vleuten – De Meern Vleuten Vleuterweide/Veldhuizen De Meern
4% 4% 4%
5% 5% 5%
Bron: RIO
Utrecht.nl
9. Achtergrondkenmerken armoede: aantal kinderen Bijna 10% van de Utrechtse kinderen van 0-18 jaar groeit op in een huishouden met een inkomen tot het WSM. Dit betreft ruim 6.000 Utrechtse kinderen.
•
Aandeel kinderen behorend tot huishoudens* met een inkomen tot …% van het WSM, 2010, 2012
16 14,3
14,1
Percentage kinderen
14 11,7
12
10,7 9,9
10
8,6
8 6 4 2 0
6.050 tot WSM
7.200 tot 110% WSM
8.750 tot 120% WSM
Hoogte inkomen 2010
2012
Bron: RIO, W en I, Swing *Betreft particuliere huishoudens (geen studenten) met het hele jaar inkomen
Utrecht.nl
10. Bijstand: ontwikkeling Het aantal bijstandshuishoudens in Utrecht is in de afgelopen jaren zowel absoluut als relatief gestegen.
•
Bijstandsuikteringen (huishoudens < 65 jaar)
10000
9320 8616
Aantal uitkeringen
9000 8000
7169
7541
7813
7000 6000 5000 4000 3000
5,0%
5,3%
5,3%
5,8% nnb
2000 1000 0 1-1-2011
1-1-2012
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
datum aantal Bron: RIO
Utrecht.nl
11. Bijstand: duur verblijf in de bijstand •
De meeste huishoudens met een bijstandsuitkering ontvangen korter dan drie jaar bijstand. Deze groep is in de afgelopen twee jaar ook het hardst gegroeid. Utrechtse huishoudens met bijstand naar duur verblijf in de bijstand
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
Totaal, incl. 65+
9.162
9.936
10.582
Totaal, excl. 65+
7.813
8.616
9.320
< 65, <3 jaar bijstand
4.101
4.757
4.894
<65, 3+ jaar bijstand
3.712
3.859
4.426
<65, 5+ jaar bijstand
2.600
2.635
2.889
Bron: Werk en Inkomen 2015
Utrecht.nl
12. Bijstand: kinderen in bijstandshuishoudens • •
Het aantal bijstandshuishoudens met kinderen (t/m 12 en t/m 16 jaar) is in de afgelopen twee jaar in absolute zin gestegen. Als het aandeel van het totaalaantal huishoudens met kinderen zien we echter een lichte daling. Utrechtse bijstandshuishoudens met kinderen t/m 12 en t/m 16 jaar 1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
Aantal bijstandshuishoudens met kinderen t/m 12 jaar
1.757
1.866
2.010
Aandeel bijstandshuishoudens met kinderen t/m 12 jaar
22,5%
21,7%
21,6%
Aantal kinderen t/m 12 jaar opgroeiend in bijstandshuishouden
2.977
3.122
3.361
Aantal bijstandshuishoudens met kinderen t/m 16 jaar
2.212
2.361
2.541
Aandeel bijstandshuishoudens met kinderen t/m 16 jaar
28,3%
27,4%
27,3%
4.147
4.366
4.728
Aantal kinderen t/m 16 jaar opgroeiend in bijstandshuishouden Bron: Werk en Inkomen 2015
Utrecht.nl
13. Beleving armoede: % dat kan rondkomen •
Het aandeel Utrechters dat aangeeft slecht te kunnen rondkomen is in 2014 gedaald ten opzichte van 2013. Dit is opmerkelijk gezien de toename van het aantal bijstandshuishoudens en huishoudens op het WSM. Aa nd e e l Utre chte rs d a t (ze e r) sle cht ka n rond kome n
9
8
8
7,4
7 6
5,8
6,2
6,7
6,5
5 4 3 2 1 0 2009
2010
2011
2012
2013
2014
percentage Bron: Inwonersenquête
Utrecht.nl
14. Beleving armoede: rondkomen per wijk •
Bewoners van Overvecht en Zuidwest ervaren van alle Utrechters de meeste moeite om rond te komen. In Noordoost, Leidsche Rijn en Oost ligt het aandeel bewoners dat aangeeft (zeer) slecht te kunnen rondkomen relatief laag.
Utrecht.nl
15. Beleving armoede: rondkomen en inkomstenbron •
Het beeld uit de ‘harde’ statistiek wordt bevestigd door belevingscijfers: werkenden en gepensioneerden ervaren een betere inkomenspositie dan Utrechters met een uitkering. Aa nd e e l Utre chte rs d a t (ze e r) sle cht ka n rond kome n na a r b ron va n inkomste n, 2 0 1 4
bijstandsuitkering arbeidsongeschikheidsuitkering werkloosheidsuitkering geen eigen inkomsten student eigen bedrijf zonder personeel (vervroegd)pensioen betaald werk bij baas 0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
40%
45%
percentage Bron: Inwonersenquête
Utrecht.nl
16. Beleving armoede: rondkomen en welbevinden • •
Volksgezondheid concludeerde al eerder op basis van de Gezondheidspeiling dat armoede sterk gerelateerd is aan een slechtere gezondheidsbeleving. Ook in de Inwonersenquête vinden we een sterke samenhang tussen armoede en welbevinden.
Bron: Inwonersenquête 2014
Utrecht.nl
17. Beleving armoede: ontwikkeling eigen inkomen •
Gepensioneerde Utrechters zijn het minst positief gestemd over de ontwikkeling van hun eigen inkomen in het afgelopen en het komende half jaar, gevolgd door Utrechters met een arbeidsongeschiktheids- of werkloosheidsuitkering.
Utrecht.nl
18. Beleving armoede: financiële situatie huishoudens •
3% van de panelleden van het Utrechts Bewonerspanel geeft aan zich in de schulden te moeten steken om rond te kunnen komen, 11% moet spaarmiddelen aanspreken. Panelleden met een arbeidsongeschiktheidsuitkering geven relatief vaak aan zich in de schulden te moeten steken (15%) of spaarmiddelen te moeten aanspreken (28%). Ook Utrechters met een WW-uitkering (30%) moeten relatief vaak terugvallen op spaarmiddelen.
Utrecht.nl
19. Beleving armoede: bezuinigen op uitgaven •
Leden van het Utrechts Bewonerspanel geven aan in het afgelopen half jaar op diverse uitgaven te hebben bezuinigd. Dit geldt vooral voor uitgaan (46%), kleding en schoenen (42%) en dagjes uit (41%). Van de panelleden met een arbeidsongeschiktheids- of werkloosheidsuitkering heeft zelfs ruim 75% bezuinigd op uitgaan, terwijl 60% tot 70% van hen bezuinigde op kleding en schoenen en/of dagjes uit.
Utrecht.nl
20. Armoede onder zzp’ers
Rapport over zzp’ers van het SCP november 2014: • • • •
15% van de zzp’ers heeft een huishoudinkomen rond WSM (2012). (Dit is 3% bij werknemers.) 39% van de zzp’ers ontving ooit een uitkering wegens werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. (Dit is 30% bij werknemers.) Toch zijn zzp’ers tevredener met hun werk en het leven dat zij leiden. Ook in Utrecht beleven zzp’ers armoede minder dan inwoners met andere bronnen van inkomsten (zie ook sheet 15).
Utrecht.nl
21a. Deskresearch armoede; duiding begrip armoede •
• •
Armoede beheerst het leven, dit leidt tot tunnelvisie: mensen kunnen aan niks ander meer denken, waardoor bijvoorbeeld: - afspraken worden vergeten, - schoolactiviteiten van kinderen niet meer bijgehouden worden, - men vergeet te bewegen, - men (weer) gaat roken, - men vergeet medicijnen in te nemen. De bandbreedte wordt kleiner. Dat wil zeggen dat er weinig ruimte is voor onverwachte uitgaven en onverwachte gebeurtenissen. Toch is er ook veel creativiteit hoe om te gaan met weinig geld.
Utrecht.nl
21b. Deskresearch armoede; aanpak armoede •
•
•
Focus op gedragsverandering. Houding en motivatie zijn hierin belangrijk. Zelfredzaamheid naar vermogen, dat wil zeggen met kleine stapjes. Leer van anderen in armoede. Niet sanctioneren, dus geen verlaging op de uitkering toepassen als een afspraak vergeten wordt. Dit staat overigens haaks op nieuwe (strengere) verplichtingen in Participatiewet. Creëren van rust en ruimte in het hoofd door: - Stabiliteit inkomen, - Instellen buffer, - Herinneringen aan afspraken door sms, - Breng regelingen onder de aandacht, - Maak aanvraagprocedures eenvoudig.
Utrecht.nl
21c. Deskresearch armoede; kinderen en jongeren
• •
• • •
Ouders in arme gezinnen hebben het gevoel naar hun kinderen toe tekort te schieten. Er heerst bij jongeren schaamte over armoede. Kinderen en jongeren balen ervan dat ze niet mee kunnen naar een pretpark of op vakantie gaan. Zij doen er alles aan om toch met activiteiten die geld kosten mee te doen. Zij willen niet over hun situatie in armoede praten met leeftijdsgenoten. Wensen van kinderen zelf als zij genoeg geld zouden hebben zijn: kleding, zwemles, muziekles, dagje pretpark. Jongeren nemen bijbaantje. Geven soms geld aan ouders om bij te springen. Ouders maken ruzie over geld. Vrienden weten niet altijd dat ze arm zijn.
Utrecht.nl
Literatuurlijst • • • • • • •
Armoedesignalement 2014. SCP/CBS, Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau Schaarste. Hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen. 2013. Sendhil Mullainthan en Eldar Shafir. Blik op: een andere kijk op armoede. Tympaan Instituut 2014 Lezing over armoede: Roeland van Geuns februari 2015 Armoede treft de middenklasse. Paul Schnabel Artikel 20 maart 2013. Regels die mensen blokkeren. Armoedemechanismen, overlevingsgedrag en het falen van regels. Ria van Nistelrooij (2003) Armoede in Leeuwarden. Beleving van armoede door volwassenen, kinderen en jongeren, Verwey Jonker instituut (2014)
Utrecht.nl