de PAROLIEBOL Nummer 5, mei 2013
digitaal orgaan voor hen die bij Het Parool hebben gewerkt
Glazen tegeltjes uit 1960
A
rjan de Bruijn werkt al 23 jaar als systeembeheerder bij de krant. Eerst Perscombinatie, later Perscombinatie Meulenhoff, vervolgens bij Het Parool en nu bij de Persgroep Nederland. Op de afdeling ict zorgt hij ervoor dat de systemen blijven draaien en dat gebruikers op hun computer kunnen blijven werken. Naast zijn werk krijgt hij van verschillende kanten ‘oud’ materiaal van Het Parool aangeleverd. De Bruijn: “Onlangs nog ontving ik een grote stapel Het Smalle Parool uit verschillende jaren. De oudste was van september 1946.” Zijn laatste aanwinst is een stapel-
tje glastegeltjes met prenten van redacteuren uit 1960. “Oud-collega Kees Tamboer kende een groot aantal namen op de tegeltjes niet en verwees me naar onder anderen Harry van Wijnen.” Die werkte van 1965 tot 1985 bij Het Parool als Haags redacteur, parlementair commentator, chef-opiniepagina en waarnemend hoofdredacteur. “Hij kon mij enigszins helpen.” Van Wijnen schreef terug: ‘De eerste drie tegels van de bovenste rij zeggen mij niets. De laatste is Henri Knap, redacteur van de krant sinds 1945 en Dagboekenier van faam. Knap heeft tot 1980 aan de krant meegewerkt, het laatst als columnist in PS.’
‘De tweede rij (nr 1): Leo Pam (de vader van Max), redacteur respectievelijk chef buitenland van 1945 tot 1978; (3e): Kees Vrijling, landbouwredacteur, na zijn vertrek burgemeester van Tjietjerksteradeel; (4e): Klaas Peereboom, vermaard sportredacteur en schrijver van vele bestsellers over de Olympische spelen (Olympisch Dagboek), bekend van ‘praatjes’ voor de Vara-radio over sport, een aantal jaren chef van de redactie.’ ‘De derde rij (1e): Jan Beishuizen, economisch commentator; (3e): Trees Lemaire, redacteur sociale zaken 1945-1956, later lid van de Tweede Kamer; (4e): Bob Steinmetz, in 1980 adjunct-hoofdredacteur, voordien (sinds 1963) chef van de redactie, begonnen als opmaakredacteur.’ ‘De vierde rij (1e): Simon Carmiggelt alias Kronkel, veruit de vermaardste redacteur uit de geschiedenis van Het Parool; lid van het stichtingsbestuur, in de oorlog begonnen als redacteur en organisator van het ondergrondse Parool in Den Haag; (3e): Evert Werkman, redacteur sinds de bevrijding (daarvoor redacteur van de ondergrondse krant), vermaard schrijver van het Amsterdams Dagboek; (4e) F.J. (ik meen dat zijn voornaam Frits was) Griek, redactiefotograaf 19451955.’ Meer namen wist Van Wijnen niet. Zijn advies: ”Ik zou Gerrit Overdijkink naar de overige vragen, of Gert-Jan Ludding, Ada van Ree en Jan de Vries. Gezamenlijk moeten die namen opgehoest kunnen worden. Succes ermee.” Wie kan ons verder helpen? PAUL WESTINK
mei 2013 / 2
Het Paroolgebouw aan de Wibautstraat 131 in aanbouw in 1965.
FoTo bEELdbANK AmSTErdAm
Mededeling aan onze abonnee
A
l weer iets uit de oude doos, de tijd dat de krant nog in hoogdruk werd gedrukt, in lood werd gezet en opgemaakt. Om nauwkeuriger te zijn: omstreeks de tijd dat we verhuisden van de Nieuwezijds Voorburgwal naar de Wibautstraat. Een hectische periode: de opmaakredacteuren maakten vanaf acht uur 's ochtends de gebruikelijke drie edities op de Nieuwezijds en renden dan naar de Wibautstraat om diezelfde krant nóg een keer te maken, om uit te dokteren of de processen zoals die ontworpen waren – kopijtransport, zetten, opmaken, prägen, matrijzen maken – verliepen zoals het moest. Een ingewikkeld proces waarin veel mis kon gaan, wat ook gebeurde. In feite was het een krachttoer, want tot die tijd had Het Parool geen
eigen productiebedrijf en bovendien werden voor de gelegenheid allerlei nieuwigheden geïntroduceerd, zoals zetmachines die een veel grotere capaciteit hadden: de Monarchen. Uiteindelijk kwam de verhuizing tot stand, ik meen in oktober 1966. En er bleek veel niet te kloppen, met het vanzelfsprekende resultaat dat de krant een aantal maanden te laat kwam. En ik bedoel: véél te laat, die werd regelmatig pas 's avonds om een uur of negen bezorgd. k heb een mooi verhaal uit die tijd Het was ver voor de Itijdonthouden. van de callcenters, maar er waren zoveel klachten, dat in het nieuwe gebouw een aparte zaal werd ingericht waar twintig uitzendkrachten telefonische klachten mochten ontvangen. Volgens het verhaal is het toen voorgekomen dat een meneer uit Slotervaart, hij had die week
voor de derde keer geen krant ontvangen, woedend opbelde, en – een soort godsoordeel – dezelfde telefoniste aan de lijn kreeg die hem gisteren en eergisteren ook te woord had gestaan. Het gesprek: “Met Pieterse uit de Hemsterhuisstraat. Ik heb alwéér geen krant gehad!”. Telefoniste: "Bent U daar nu alweer? Ik weet het goed gemaakt: u krijgt hem helemaal niet meer!" Een soort Endlösung dus. In die tijd kwamen ook vaak kadertjes op de voorpagina waarin de directie de abonnees verontschuldigingen aanbood voor te laat (of niet) bezorgen van de krant. Eén keer heeft dat tot onheilige vreugde op de redactie geleid, toen er boven zo'n kader stond: ‘Mededeling aan onze abonnee’. “Zie je wel,” riepen we. JAN dE VrIES
mei 2013 / 3 Anekdotes bij Het Parool door Gerrit overdijkink – deel 3
E. Peereboom en het builenpestmysterie
D
e redactie buitenland van Het Parool (waarvan ik van 1961 tot 1969 deel uitmaakte) zat in het gebouw in de Wibautstraat dichtbij de batterij telexen, die in die dagen nog het merendeel van de kopij binnenratelden. Dat was voor ons best handig. Want persbureaus als Reuters, AP, UPI en AFP hadden de goede gewoonte bij opmerkelijk nieuws niet alleen de waarschuwing ‘urgent’ boven een bericht te plaatsen, maar ook met een belsignaal duidelijk te maken dat er iets bijzonders aan de hand was. Zelf heb ik zo de berichten over de moordaanslagen op de Zuid-Afrikaanse premier Hendrik Verwoerd en de Amerikaanse senator Bobby Kennedy van de telex geplukt – voordat er een kopijloper kon reageren. Er waren natuurlijk ook dagen dat er alleen maar een brij van saaie berichten werd uitgespuugd. Dan kon het gebeuren dat melige redacteuren hun fantasie in werking zetten. Zo kwamen een paar collega’s en ik een keer op het idee de chef van de economische redactie, E. Peereboom (Eric, Ed, of – zoals hij op de krant werd genoemd – ‘Ekkie’) op stang te jagen. Deze collega was op de redactie niet onomstreden. Hij sprak een beetje geaffecteerd, schnabbelde veel bij het tv-programma Avro’s Televizier en gaf nogal eens op over zijn vele ‘goede relaties.’ ‘Ekkie’ (geen familie van Klaas Peereboom, die ook bij Het Parool werkte) zou over een paar dagen meereizen met een economische missie van de gemeente Amsterdam naar de toenmalige Sovjet-Unie. De commissie stond onder leiding van Joop den Uyl – toen nog wethouder Economische Zaken in
E. ‘Ekkie’ Peereboom
Amsterdam. Peereboom had dit tot vervelens toe op de redactie rondgebazuind.
Valse telexberichten
W
e bedachten een serie valse telexberichten, waarvoor we één van de telexdames in het complot betrokken. Er werd een serie stukjes op het telexnet gezet dat er bij de Sovjets een al eeuwen niet meer voorkomende variant van builenpest was uitgebroken, waardoor de missie mogelijk niet kon doorgaan. Het ‘nieuws’ werd in piepkleine afleveringen op-
gebouwd, met uiteraard de vermelding: ‘Urgent.’ Toen ‘Ekkie’ op die dag langs onze bureaus liep spraken wij hem aan en vroegen of hij al had gehoord wat er in de Sovjet-Unie aan de hand was. Op zijn ontkennende antwoord haalden we een paar berichten quasinonchalant uit een stapeltje andere zojuist van de telex gescheurde nieuwtjes. Aanvankelijk keek hij ongelovig naar de stukjes, maar naar enige tijd begon hij toch serieus te vragen of er nog meer details bekend waren. Voor ons het sein dat we gas terug moesten nemen. Dus zorgden we ervoor dat er, toen hij de volgende keer langskwam, een bericht lag dat er toch enige twijfel was bij de Sovjet-autoriteiten of het wel ging om een variant van de builenpest. Het kon ook iets anders zijn. Het was echter al te laat. Peereboom zonderde zich af in een spreekkamertje en ging zitten bellen. Met het huis van Den Uyl. Na een paar minuten kwam hij naar ons toe en sprak: “Joop was er niet. Maar Liesbeth zei dat ze hem er nog niet over had gehoord. Ze belt me zodra ze meer weet.” Het was duidelijk dat we nog meer druk van de ketel moesten halen. Dus zwakten we de volgende versie nog meer af. ‘Ekkie’ had het nu snel door. Hij vervloekte ons en stapte bij hoofdredacteur Sandberg binnen om zich te beklagen dat een aantal snotneuzen op buitenland één van zijn relaties had gefrustreerd. En eiste maatregelen. Maar die kwamen er niet. Sandberg zei dat hij moest leren beter met grappen om te gaan – of woorden van gelijke strekking – en dat was het dan. Helemaal goed tussen ‘Ekkie’ en ons groepje is het nooit gekomen.
Parool Parafernalia
S
imon Carmiggelt heeft er nog zijn baaltjes shag uitgetrokken: de sigarettenautomaat die bij de oplevering van het ‘nieuwe’ Paroolgebouw in de Wibautstraat in de kantine kwam te hangen. Nu is het klassieke apparaat te koop, voor het symbolische bedrag
van 1 euro. Wie anders dan parafernaliaverzamelaar en oud-opmaker Louis Prins heeft dit collectors item in de aanbieding. Voor de redactie van de Paroliebol meteen maar aanleiding een nieuwe rubriek te beginnen: Parool Parafernalia. Zie het als een ruilbeurs in nostalgie. Iedereen die
nog iets uit de historie van de krant op zolder heeft liggen, en er een ander mee blij wil maken, kan een Koerierster plaatsen in deze rubriek. Gerrit Overdijkink biedt al een geëmailleerd Paroolbord – met gestrengelde o’s – aan. Een mailtje naar
[email protected] volstaat.
aldus
mei 2013 / 4
De Anouk van het circuit Persreisjes naar de belangrijkste autosalons van Europa. Rijden in alle mogelijke merken. Robbert Keegel (70) kent het snelle wereldje als geen ander.Toch noemt de oudadjunct-hoofdredacteur zich geen autogek. Heb je er al in gereden? “In de nieuwste mercedes S-klasse? Nee, nog niet. Niemand trouwens. Je kon er naar kijken en er in zitten. Ik ben er ook niet zo benieuwd naar. de auto die afremt voor een obstakel bestond al. Het luxe bakbeest rijdt wel zuinig.” Je hart gaat er niet sneller van kloppen? “Sowieso niet meer voor auto’s. Het is iets zakelijks. Ik schrijf er over. Alleen met Porsche is er meer. met de vroege modellen had ik niks. maar sinds Ferdinand Alexander Porsche de 911 ontwierp, ben ik verkocht aan het design.” Heb je hem ooit ontmoet? “Ja en ik vond het een hele eer. butzi was zijn bijnaam, een uiterst vriendelijke man.” Hoe ben je in die specialisatie gerold? “Ik begon in 1965 als leerling-journalist bij de krant en heb 26 jaar in vaste dienst gewerkt. In het begin moest ik de autorubriek van J. m. Fuchs doorgeven. dan word je al gauw als specialist gezien. Later vroeg bob Steinmetz of ik de roadtest wilde doen. Het werd vooral een manier om dat grauwe gebouw in de Wibautstraat te kunnen ontvluchten. En ik kon zo tussen m'n regelnevenwerk bij de krant door toch blijven schrijven.” Heeft het je tot snelheidsduivel gemaakt? “Ik heb wel geraced, ja.” Echt in Formule 1? “Formule V, althans, daar heb ik mijn licentie in gehaald. Ik mocht in zo’n twintig merkenraces rijden. Kijk mijn stukkies er maar op na. Tiende was de hoogste plaats die ik ooit heb gehaald.” De Anouk van het circuit. “Precies, niets om je voor te hoeven schamen.” Een jongensdroom! “Ik heb vanaf mijn jongensjaren nog steeds een leuke collectie dinky Toys. de doosjes zijn weg, dus dat maakt ze een stuk minder waard.” En nu? “Nu ben ik freelancer en schrijf voor AutoVandaag.nl. Ik ga nog elk jaar naar de belangrijkste Europese beurs, in Genève. mijn laatste stukkie daarover had in maart 74.000 hits, meer dan de oplage van Het Parool.Veel autobladen gaan over de kop, maar de sites worden goed bezocht.” Ik mis je de laatste tijd in de krant. “Het Parool heeft mijn diensten per 1 april opgezegd. Na 48 jaar kreeg ik twee flesjes rode duitse wijn ten afscheid.” Nu is er alleen geld voor een Opeltje? “Ik rij in een Porsche 944 S2. mijn derde Porsche en mijn achtste auto. Hij is van 1989, ontworpen door de Nederlandse autodesigner Harm Lagaaij en hij heeft me tweedehands 7000 euro gekost. maar geen kwaad woord over opel hoor. Ze maken nu de leukste auto’s ooit. de Astra en Corsa zijn fantastisch.” FrANS boSmAN
Van roodborstvee tot vrouw in zijn broek Toen Martha van Buuren in 1997 afscheid nam van Het Parool als bureauredacteur verscheen haar verzameling mooiste vergissingen onder de titel Roodborstvee en andere collegiale traktaties. Een van de bronnen voor dit lijstje taal-, zet- en tikfouten.
lijstjes Roodborstvee en andere collegiale traktaties – Hij zou zich, als hij nog in leven was, omdraaien in zijn graf – Bij ons valt moeilijker een etiquette op te plakken – Een duif begeeft het loodje – Baadt het niet, dan schaadt het ook niet De vrolijke vliegende schaar Rinus Ferdinandusse, ooit hoofdredacteur van Vrij Nederland, begon er met de rubriek Geknipt voor u!. In de bundeling De vrolijke vliegende schaar onder meer: – Voor uw hartelijk medelven en vele blijken van belangstelling, die wij hebben ondervonden na het onverwachte overlijden van… (in deze rouwadv. in de Stadskrant uit Deventer viel slechts één letter weg) Huwelijk van B.B. is nakend Frits van der Molen verzamelde zetfouten en andere taalontsporin-
gen in deze bundel met onder meer: – De Papoea’s kennen de streek als hun vestzak – Urkse troepenconcentraties langs de Syrische grens? (in deze kop in de Meppeler Courant was de T weggevallen) In-druk van Wiegedruk tot Grafschrift In dit portret van de drukkerswereld laat Ed Schilders ook het zetduiveltje figureren. Zo komt in de eerste druk van Gerrit Komrij’s roman Over de bergen een man voor ‘met een scherpe vrouw in zijn broek’. HANS HoEKSTrA
[email protected]
maar meneer... Waar zijn de borrels? Van Harry van Wijnen, oud-collega 1969-1974 op de Haagse redactie van Het Parool, kreeg ik jullie prachtuitgave de Paroliebol. In 1974 werd ik naar Het Utrechts Nieuwsblad gevraagd, 22 jaar daar gebleven tot ook daar bommen barstten in 1995. Ben nu 71 jaren oud. De meeste Paroolnamen die ik zag zijn mij in persoon niet (erg) bekend,
behalve Jan de Vries die toen (interim-)chef Haagse redactie was. En uiteraard Bob Steinmetz – hoe kun je die nou vergeten. Mag ik op jullie verzendlijst? Mogelijk kom ik ook eens naar dat café. Wanneer zijn die borrels? Jos Goos, Amersfoort
Eenvoudige keuze Het was een eenvoudige keuze vorige maand op een namiddag. Die op mijn bordeauxrode kokosmat of die in mijn digitale postvak. Hij was weer fijn, waarvoor dank! Piroschka Boeijink, Amsterdam
mei 2013 / 5
De legendarische redactieauto
N
iet dat vroeger alles beter was – maar wel heel erg anders. Ik was maar kort, van 1969 tot 1974, een trots lid van de Haagse redactie van Het Parool. Want een niet-te-weigeren-zomooi aanbod van Het Utrechts Nieuwsblad, in mijn oude studiestad, woog zwaarder. Mijn Haagse Parooltijd deelde ik met Ab Sligting*, Jaak Mulder*, Harry van Wijnen, Jan de Vries (tijdelijk chef/minzaam toeziend voogd), Peter Niehorster *, Theo de Jong en Josee Toirkens*. En de luidruchtigste van allemaal: Bep Hazenberg*, die luidkeels de verbazingwekkende berg papieren wegwerkte die een Haagse redactie constant overspoelt. Ik had al sociaal-economische ervaring, en kreeg toebedeeld de ministeries van Financiën, Economische Zaken, Sociale Zaken, Volkshuisvesting en wat daar omheen hangt aan adviesraden. De agenda’s van de beide Kamers bepaalden hoofdzakelijk ieders dagen nachtritme. Amsterdamse cafélol was er niet, want in Nieuwspoort en de Kamerrestaurants werkte je eigenlijk nog oplettender dan normaal. Wij huisden op de bovenverdieping van een hoekwinkeltje op de Prinsessegracht. Beneden trachtte Het Parool Time Life-boeken te verkopen. Daar moest geld bij, dat zag iedereen. Hoofdredacteur Sandberg gaf op zijn eigen wijze soms een oordeel over ons. Een kattebelletje dat ik van hem kreeg, en bezorgd openmaakte: ‘Ik ben zeer ingenomen met uw werkzaamheden. Wel valt het mij op, dat uw onkostendeclaraties mij aan de lage kant lijken,’ of woorden van gelijke strekking. Pardon? In het Tweede Kamer-persbarretje kon je (gelukkig) jenever en haring krijgen, meer kan ik me niet herinneren. En toen ik eens met premier De Jong dineerde, wou hij beslist betalen, hoewel ik de uitnodiger
de ouders van de verdachte daan denie op weg naar de rechtszitting. Inzetje: redactiechauffeur Appie Piet. FoTo NATIoNAAL ArCHIEF
was. Het Parool stond in hoog aanzien, en dat werkte verdomd handig. Je werd nooit geweigerd door hotemetoten. De krant hield er de legendarische redactieauto op na, voor razende reporters die uiteraard niet per boemeltje en streekbus naar hun plekken des onheils konden sukkelen. De deftige zwarte Mercedes was voorzien van mobilofoon en politieontvangers, met indrukwekkende antennes op het dak dus. Men zei dat er ook een zwaailicht met dakmagneet in de kofferbak lag. Handig allemaal. 28 januari 1973 had het Haagse boefje Daan Denie, op de vlucht na een gewapende roofoverval, het boerengezin Smits gegijzeld in hun stulp in Deil (bij Den Bosch). De eerste gewapende gijzeling van Nederland, heette het. De politie trok alles uit de kast, zelfs een tank. Na veel gezeur wilde Daan zich overgeven, mits hij eerst nog afscheid mocht nemen van zijn moeder in een Haagse bovenwoning. Chef nieuwsdienst Gert-Jan Ludding commandeerde mij op de hem eigen rateltoon dat feest mee te maken, en stuurde chauffeur Appie Piet (inzetje) met de Mercedes. Piet bekeek de hermetisch afgesloten Haagse wijk, vroeg: “U wilt er zeker
in?” Hij parkeerde de Mercedes op een donker plekje langs de route waar de stoet politiewagens met Denie kwam aanrollen – en schoot pardoes een leeg plekje in de stoet in, door de afzetting heen. We waren er. Ik liep (“Ik hoor hier bij”) het moedershuis in, en werd er na een paar uur (Denie wou zich, vervuld van moederliefde, niet overgeven) door traangas en gewone granaten uitgeschoten. Verfrissend uitstapje vanuit de perstribunes aan het Binnenhof. Met dank aan Appie Piet. Terug naar het parlement. Ze hadden gedebatteerd over de (ook toen al) beroerde toestand van de dagbladen. Aanleiding was het dreigend kapseizen van Het Vrije Volk. De PvdA probeerde staatssteun los te krijgen, hetgeen natuurlijk niet lukte. Ver na twaalven ’s nachts dropen de Kamerleden zwijgend en moe af. Boven hen, vanaf de perstribune, zong ik, net iets te hard: ‘Op socialisten, sluit de drukkerijen...’ Den Uyl hoorde het, en hij was de enige die een beetje lachend omhoog keek. JoS GooS (71), Amersfoort * = overleden collega’s. Allen betrekkelijk jong en jammerlijk talrijk.
mei 2013 / 6
mijn amsterdam XL Willem Schouten (1966) was tot voor kort adjuncthoofdredacteur van Het Parool. Half mei legde hij zijn functie neer wegens ‘verschil van inzichten’ met de andere leden van de hoofdredactie. de redactie van de krant was zeer verbolgen over zijn vertrek. Hij woont in zijn geliefde rotterdam en reed elke dag heen en weer naar zijn werk. ‘Verhuizen is nu niet meer nodig’.
1
Restaurant 1 Bird op de Zeedijk. Thais tentje, maar qua karakter zo Amsterdams als de pest. Ze zijn dus bij voorkeur chagrijnig tegen de klanten en ze proberen je zo snel mogelijk weer eruit te werken om de tafel opnieuw bezet te krijgen. Maar het eten is heerlijk en de sfeer kosmopolitisch, je voelt je echt zitten in het hart van een wereldstad. Café Die kroegjes op de Prinsengracht rond de Westertoren zijn heerlijk op een zwoele zomeravond. Ik heb geen Amsterdamse stamkroeg, maar laat me graag overhalen door leuke mensen hun favoriete etablissement uitbundig mee te beleven.
2
3
4
5
Beste broodjeszaak 2 Die luxehamburgertent tegenover Tuschinski vind ik prima. Een hamburger van waygubeef met allerlei soorten bizarre toppings. Onzinnig duur en dus extra guilty pleasure. Schoenenwinkel 3 Ben in de Negen Straatjes een keer op zoek geweest naar mooie boots. Zat een grappige goth-achtige store die coole muiltjes had. Geen flauw idee meer hoe dat winkeltje heette. Goeie boots vind ik leuk, heb allerlei varianten slangenleer in huis. Meestal gekocht in dubieuze winkeltjes in Mexico of Thailand. Vast allemaal niet koosjer, en dus des te leuker. Museum 4 Ik kies voor Eye. Wat een prachtige toevoeging aan de stad is dat. Eindelijk echte allure en uitstraling aan het IJ. Iedereen heeft het over die badkuip van het Stedelijk, maar van Eye spat klasse af. Vond zelf die tentoonstelling over Stanley Kubrick een belevenis. Nooit mijn soort filmmaker geweest, te naargeestig mensbeeld. Maar heb wel alles van hem gezien. Gewoon omdat het zo onbetamelijk goed is. Plein Leidseplein zal wel een saaie keuze
zijn. Maar ik heb er goede herinneringen liggen. Nachten gedanst met leuke dames in dat latinbarretje daar om de hoek, topacts zien schitteren in Paradiso. Lekkere sushibar China Inn daar vlakbij, waar ik sinds een tip van ex-collega Lorianne van Gelder graag kom. En in De Koe heb ik Ajax zijn laatste Champions League zien winnen. Theehuis Ik durf te zeggen dat ik na het afscheid van Lucy Prijs de grootste theeleut van Het Parool was. Maar een theehuis? What the F for? Mooiste lied van Amsterdam Ramses Shaffy heeft mooie dingen gezongen. Maar ik vrees dat ik niet emotioneel geraakt word door liederen over Mokum. Wat ik wel grappig vond is dat die Duitsers altijd Tulpen aus Amsterdam gingen zingen als Arjen Robben een doelpunt maakte voor Bayern München. Die jongen komt uit Groningen, maar weten die Duitsers veel. Ook zoiets zegt veel over de impact van Amsterdam als ultiem symbool van ons kaaskoppenlandje. Markt Albert Cuyp. Vanwege de nimmer aflatende steun aldaar voor foute netkousen en dito kinky leggings. Met pek en veren de stad uit Niemand. Leuke van Amsterdam is juist die anything goes-mentaliteit. Hoewel, dat gevoel ligt wel onder vuur de laatste jaren. Dus als iemand de stad uit moet zijn het die moraalridders die om elf uur stilte wensen in de meest bruisende stad van ons land. Mijn buurt 5 Vind het rond de Saphatistraat leuk. Weet niet precies hoe die buurt heet. Vroeger veel uit geweest in De Arena. En mijn meisje beter leren kennen
Lees verder op pagina 7
mei 2013 / 7
mijn amsterdam XL
Vervolg van pagina 6
woond. Dat houd je open van geest. Misschien niet gek voor sommige al te zeer aan het overbekende Amsterdamse verknochte types.
tijdens de sneakpreviews in Kriterion. Prachtige huizen ook, ben daar wezen kijken. Maar verhuizen is nu even niet meer nodig.
Verliefd in Amsterdam 9 Zoals ik al zei: Kriterion en de sneak preview hebben me veel goed gedaan. Kregen we allebei een dropsleutel en moesten we raden welke film er zou worden vertoond. Klinkt niet bijzonder, maar dropsleutelraadsels hebben me de nodige romantische uurtjes bezorgd.
Favoriete winkel Ben stripboekenjunkie. Vroeger ging ik veel naar een met stapels comics afgeladen winkeltje/woonhuis in de Indische Buurt. Ik hing daar uren rond op zoek naar de nieuwste XMen en Preacher-comics. Zo'n veel te dikke Amsterdammer runde het winkeltje. Kwam nooit van zijn stoel af, behalve even als je wilde afrekenen. Kapper Ik kap mezelf. Een avondje stappen met 6 Vrienden uiteraard. Hoewel, Salma Hayek mag ook mee. Eindigen liefst bij het fantastische Casablanca. Geweldig Amsterdams karaoke-etablissement. Menig hitnummer aangerand aldaar. Grootse gemis in de stad Betaalbare parkeerplekken. Dieren in Amsterdam 7 Artis is leuk. Ben er een keer in m'n gezicht gespuugd door een lama. Bijzonder. Sportcomplex 8 The International in Badhoevedorp. Wat een golfbaan zeg. Fantastisch. Collega Albert de Lange heeft me er voor het eerst mee laten kennismaken. Ik lag op gegeven moment in de bosjes en sloeg de bal via een boom tegen mijn eigen oog aan. Hoogtepuntje in mijn sportcarrière. Geboren Woudenberg. Na zes maanden waren mijn ouders er al weer vertrokken. Regelmatig verhuisd in mijn leven, ook in buitenland ge-
Wil nog altijd 10 Rondje golfen op Pebble Beach of Augusta National. In Amsterdam? Oranje inhalen na de wereldtitel. En dan Van Gaal horen brullen over het Museumplein. Mooiste herinnering Halve finale van het wereldkampioenschap voetbal in Zuid-Afrika, in 2010. Ben in 27 uur heen en weer gevlogen. Fantastisch potje. Paroolherinnering? Elke dag dat ik de krant mocht maken met gedreven collega's was bijzonder. Mooie dingen bedacht, aangejaagd waar dat maar kon. Ik vond het prachtig. De echt unieke zaken kwamen echter van bijzondere verslaggevers zelf. Die maken de krant tot wat ze is. Tenminste, zo zie ik dat. Beste hoofdredacteur van Het Parool Dan moet je terug naar de pioniers in de oorlog. Wat die mensen gedaan hebben, daarvoor is mijn bewondering grenzeloos. Ik ben eerder dit jaar mee geweest naar een herdenking van mensen die hun leven hebben gegeven. Zou ík dat hebben gekund? Ik vraag het me zeer af. Collega Roderik Oranje zei niet al te lang geleden tegen me dat ik wel wat weg had in nieuwsgevoel van Sytze van der Zee. Ik weet niet of dat zo is. Ik weet wel dat al die bijzondere journalisten die de eer hebben gehad voor Het Parool te werken schatplichtig zijn aan de durfallen van het eerste uur.
6
7
8
9
10