Provincie Zeeland
Provincie Zeeland
Samenvatting / Summary
Aquacultuur in Zeeland: de blauwe revolutie Aquaculture in Zeeland: The Blue Revolution
Samenvatting
Aquacultuur in Zeeland: de blauwe revolutie Inhoud
Inleiding
3
Mosselcultuur
4
Oestercultuur
5
Kokkelvisserij en -kweek
6
Viskweek
7
Zoutwaterlandbouw
9
2
Provincie Zeeland
Colofon Uitgave: Coördinatie: Fotografie: Grafische realisatie: Druk:
Foto’s omslag:
Provincie Zeeland, Provincie Zeeland, afdeling Economie, Jaap Broodman Gees R. Gmelich Meijling- van Hemert, Jaap Brilman, Jaap Broodman, Dr. J. Bogemans, initiatiefnemers projecten Provincie Zeeland, Afdeling Informatievoorziening en Documentatie LnO, uitgeverij/drukkerij, Zierikzee
(boven) Oesterkweek in de traditionele oesterputten aan de Havendijk in Yerseke (onder) De kweek van algen en mosselen in het broedhuis van Stichting Zeeschelp
3 Inleiding Voor de provincie Zeeland is de ontwikkeling van aquacultuur een geweldige kans. De kweek van organismen die in het water leven – vissen , schaal- en schelpdieren, wormen, hogere planten en wieren – is sterk in opmars. Het oogsten uit de natuur heeft wereldwijd een plafond bereikt en regionaal is sprake van overbevissing. Ook het gebruik van kustwateren voor visserij op wilde
bestanden is meer en meer aan beperkingen onderhevig vanwege o.a. recreatie, natuurbeheer en waterbouwkundige werken. Verder is er vanuit de afzetmarkt behoefte aan regelmatige aanvoer van kwalitatief betrouwbare producten, daarnaast hebben productiesectoren belang bij meer gecontroleerde kweeksystemen. Het provinciaal bestuur van Zeeland onderkent de kansen die aquacultuur
De kweek van algen en mosselen in het broedhuis van Stichting Zeeschelp
Onder aquacultuur wordt verstaan het kweken van aquatische organismen waarbij enige vorm van menselijk ingrijpen plaatsvindt in het natuurlijk proces van het organisme met het doel de productie ervan te vermeerderen. Het gaat dus om het kweken van planten of dieren die in het water leven.
4
Provincie Zeeland
voor de regio biedt en heeft de ontwikkeling van de aquacultuursector tot één van de speerpunten van het sociaal-economische beleid benoemd. Aan de verdere ontwikkeling van de sector wordt hard gewerkt. De natuurlijke omstandigheden in de provincie Zeeland, waaronder de ruime aanwezigheid van zout water van een uitstekende kwaliteit, de 900 kilometer lange kustlijn, de in Zeeland reeds aanwezige activiteiten op het gebied van met name de mossel- en oesterteelt en niet te vergeten de aanwezige kennis in de provincie, vormen belangrijke voorwaarden voor de verdere uitbouw van activiteiten op dit gebied.Sinds medio 2005 zijn enkele tientallen initiatieven op het gebied van aquacultuur met steun van de provincie Zeeland in uitvoering genomen1).
Mosselcultuur Mosselcultuur vindt al eeuwenlang plaats in Zeeland. In de mosselcultuur zijn 58 bedrijven actief en werken circa 700 personen. De handel en verwerking van mosselen vormen een grotere bedrijfstak dan de kweek. België en Frankrijk vormen de belangrijkste exportmarkten. Mosselkweek is een vorm van ‘natte landbouw’ die plaatsvindt op van de overheid gehuurde percelen in de Nederlandse kustwateren. Deze percelen bevinden zich in de Waddenzee (7625 ha) en de Oosterschelde (3900 ha). De grondstof voor de mosselkweek bestaat
uit mosselzaad, wilde mosselen van 1 à 2 cm groot. Zaadvisserij vindt vrijwel uitsluitend plaats in de diepere gedeelten (het sublitoraal) van de westelijke Waddenzee. De mosselkwekers oogsten in normale jaren tussen de zeventig en honderd miljoen kilo consumptiemosselen. De aanvoerhoeveelheden van mosselen liggen de laatste jaren aanmerkelijk lager dan in voorgaande jaren. Deze afname van de mosselproductie vindt zijn belangrijkste oorzaak in de geringe beschikbaarheid aan mosselzaad. Dit vormt het grootste probleem voor de sector. Zo zijn belangrijke productiegebieden uit natuuroverwegingen gesloten voor de mosselvissers. Verbetering van het kweekrendement vormt een belangrijk aandachtspunt voor de mosselsector. Daarnaast wordt geprobeerd mosselzaad via alternatieve bronnen te bemachtigen. Het importeren ervan is één mogelijkheid. Het verzamelen van mosselzaad via zogenaamde mosselzaadinvanginstallaties (MZI’s; constructies die het mosselzaad in de waterkolom opvangen) en het produceren van mosselzaad in zogenaamde broedstations vormen andere mogelijkheden. In de provincie Zeeland zijn twee van dergelijke broedstations, uniek in Europa, gevestigd. Verwacht wordt dat deze alternatieve bronnen in de toekomst een substantiële bijdrage aan de mosselzaadbehoefte zullen leveren. Natuurlijke zaadvisserij zal echter ook in de toe-
1) Deze initiatieven, de stand van zaken en de verdere ontwikkelingsmogelijkheden zijn beschreven in de notitie ‘Aquacultuur – de blauwe revolutie (provincie Zeeland, december 2006). De notitie is gratis verkijgbaar via:
[email protected]
5
Mosselen uit de hangcultuur zijn vanaf begin juni beschikbaar
komst mogelijk moeten blijven om de mosselsector van voldoende grondstoffen te kunnen blijven voorzien.
Oestercultuur De oesterteelt vormt de tweede tak van de schelpdiercultuur. Oesterteelt, de oudste vorm van aquacultuur in Zeeland, vindt plaats in de Oosterschelde (1550 ha) en de Grevelingen (500 ha). 30 bedrijven en individuen houden zich met de oesterteelt, -visserij en/of –handel bezig. De sector biedt werk aan circa 100 mensen. De gezamenlijke omzet bedraagt gemiddeld € 5 miljoen per jaar. De oesterteelt concentreert zich evenals de mosselteelt in Yerseke. De Zeeuwse oester is voornamelijk een exportproduct. Circa 50% van de oesters wordt geëxporteerd naar België. Andere exportlanden zijn Italië, Duitsland
en Frankrijk. Het Zeeuwse marktaandeel in Europa ligt, gemeten naar waarde, rond de 15%. De sector produceert twee soorten oesters: de Zeeuwse Platte oester (Ostrea edulis) en de Japanse oester of Creuse (Crassostrea Gigas), door de sector graag aangeduid als Zeeuwse oester. Van de traditionele Zeeuwse Platte oester worden jaarlijks zo’n 1,2 miljoen stuks aangevoerd, van de goedkopere Creuse ongeveer 28 miljoen stuks. Begin jaren ‘80 van de vorige eeuw openbaarde zich in de Oosterschelde de ziekte Bonamiasis, veroorzaakt door de oesterparasiet Bonamia ostrea. Deze parasiet zorgde ervoor dat het bestand aan Platte oesters gereduceerd werd tot de huidige omvang. De mogelijkheden voor de ontwikkeling van een bonamia-vrije Platte
6
Provincie Zeeland
Creuses (voorgrond) en platte oesters (achtergrond) in de oesterputten van Yerseke
oester worden momenteel bestudeerd. Daarnaast vormt de opwaardering van de Creuse, waardoor deze een gelijke waardering krijgt als bijvoorbeeld de Franse Creuse een belangrijk aandachtspunt.
Kokkelvisserij en -kweek De kokkelvisserij kan worden onverdeeld in de mechanische kokkelvisserij en de handkokkelvisserij. Met ingang van 1 januari 2005 is de mechanische kokkelvisserij op de Waddenzee beëindigd door een besluit van het kabinet. Sinds die tijd worden hiervoor niet langer vergunningen verstrekt. Ondanks het feit dat hiertegen vanuit ecologische overwegingen bedenkingen bestaan vindt deze vorm van schelpdiervisserij op dit
moment (nog) plaats in de Westerschelde, Oosterschelde en Voordelta mits voldoende voedsel voor de vogels overblijft. In 2006 was dit het geval. De productie van kokkels is sinds de sluiting van de Waddenzee voor de mechanische visserij voor een belangrijk deel afkomstig van zogenaamde handkokkelaars. De handkokkelsector bestaat momenteel uit 20 vergunninghouders die met behulp van een kokkelbeugel, ook wel wonderklauw genaamd, én een flinke hoeveelheid spierkracht de kokkels als het ware uit de zandbodem harken. Kokkels zijn vooral in Zuid-Europa een zeer gewild product. Momenteel worden proeven genomen met het kweken van kokkels. Hierbij wor-
7
Handkokkelvissers aan het werk op de Waddenzee
den instabiele kokkelbanken in de Westerschelde en/of kokkelbanken met hoge dichtheden aan kokkels en een slechte groei uitgedund en verzaaid naar stabielere gebieden die geschikter zijn voor groei en overleving. Deze gebieden kunnen gelegen zijn in de Voordelta, Ooster- of Westerschelde. In 2007 zal een praktijkproef worden uitgevoerd waarbij kokkelbroed uit de Westerschelde verzaaid wordt in de Oosterschelde.
Viskweek Waar binnen de landbouwsector de transitie van jacht naar veehouderij als belangrijkste vorm van voedselvoorziening reeds duizenden jaren geleden plaatsgevonden heeft, bevindt de visserijsector zich nog maar aan het begin
van dit omschakelingsproces. Visserij is heden ten dage nog altijd van veel grotere omvang dan viskweek. In 2003 werd 137,4 miljoen ton vis, schaal- en schelpdieren geproduceerd, waarvan 41,9 miljoen ton via aquacultuur en 95,5 miljoen ton door visserij. 30% van de totale visserijproductie is dus afkomstig uit aquacultuur. Algemeen wordt aangenomen dat dit aandeel in de komende decennia toe zal nemen. Zo voorspelt de FAO (Food and Agricultural Organisation) een groei van 25% in de komende 25 jaar. Nu reeds vindt 92% van de viskweekproductie in Zuid-Oost Azië plaats. De algemene verwachting is dan ook dat de groei van de sector voornamelijk daar plaats zal vinden. Desalniettemin ziet het provinciaal bestuur van Zeeland kansen voor de verdere uitbouw van de vis-
8
Provincie Zeeland
De mondiale visvangst stabiliseert zich
kweeksector in de provincie. Kwaliteit, differentiatie en nichemarkten vormen belangrijke voorwaarden hierbij. Een interessant initiatief op dit gebied is het project ‘De Zeeuwse Tong’. Het plan Zeeuwse Tong omhelst de ontwikkeling van een nieuwe aquacultuur-sector in Zeeland. Spil van het plan is de kweek van Noordzee-tong op het land, gecom-
bineerd met zagers, schaal- en schelpdieren en zilte gewassen. Deze combinatieteelt biedt vele voordelen. Zo produceert de vis mest, mest doet algen groeien, algen vormen het voedsel voor zagers die op hun beurt op het menu staan van zee-tong in het wild. Een deel van de zagers wordt dus benut voor de voeding van de tong, een ander deel
Het plan ‘De Zeeuwse Tong’ heeft als concreet doel over 10 jaar in Zeeland 15000 ton tong per jaar te produceren. Maar het plan is méér dan dat: het gaat er ook om tongkweek, als nieuwe motor van de locale economie, zó vorm te geven dat het een verrijking is voor de natuur, het landschap, de culinaire kwaliteiten, en de woonomgeving van Zeeland. Als we daarin slagen, dan horen over 25 jaar zilte landgoederen met hun tongvijvers, ziltegroententuinen en zoutwaternatuur, net zo bij Zeeland als de wijngaarden met hun chateaux bij Frankrijk.
9 wordt extern benut voor de productie van hoogwaardig visvoer. Het project De Zeeuwse Tong is in januari 2007 van start gegaan en kent een looptijd van 6 jaar. Uiteindelijk moeten de binnendijkse teelt van aquatische organismen werk bieden aan 150 tot 200 Zeeuwse ondernemers.
Zoutwaterlandbouw De beperkte beschikbaarheid aan zoetwater in de wereld, gecombineerd met de verzilting van landbouwgronden, dwingt ons na te denken over andere vormen van grondgebruik. Want hoewel landbouwgewassen een uiteenlopende zouttolerantie kennen, geldt dat zelfs bij licht brakke omstandigheden de grenzen van de productiemogelijkheden voor traditionele landbouwgewassen bereikt zijn. Zoutwaterlandbouw is een alternatieve vorm van landbouw, waarbij gewassen worden geteeld die een hoger zoutgehalte kunnen verdragen dan de traditionele
landbouwgewassen. De verzamelnaam voor dergelijke zoutminnende planten is ‘halofyten’. Voorbeelden van halofyten zijn het hoogproductieve Zeekraal, Schorrenkruid en Slijkgras die allen een hoge zouttolerantie kennen, Zeeaster (beter bekend als Lamsoren en in Zeeland ook wel ‘Zulte’ geheten), Zeebiet en Zeekool die als brakwaterhalofyten te boek staan, en de voederbiet (familie van de bekende Suikerbiet) die matig zouttolerant is en vooral toegepast wordt als veevoer. Uit economisch perspectief lijkt op dit moment een grootschalige bulkproductie van zoute gewassen echter nog niet interessant. Ten eerste is de vraag naar halofyten in Nederland en de ons omringende landen niet groot. Met de huidige hoeveelheden zilte gewassen, afkomstig van wildpluk en import, zou er ruimte zijn voor een areaal van hooguit 10 hectare cultuurgrond om de totale vraag te kunnen beantwoorden. Daarnaast is de
Het oogsten van lamsoren (Aster Tripolium) is arbeidsintensief
10
Provincie Zeeland
beschikbare ruimte gering. Vooral omdat die gebieden in aanmerking komen die vanwege hun zoute kwaliteiten ook een belangrijke ecologische functie kunnen vervullen. Een nuancering ten aanzien van bovenstaande beperkende voorwaarden lijkt echter op zijn plaats. In de eerste plaats dient opgemerkt te worden dat de weinig ontwikkelde vraag tot op heden nauwelijks gestimuleerd is door ondersteunende marketingactiviteiten. Daarnaast worden, zoals reeds eerder gesteld, op dit moment zeker niet alle toepassingsmogelijkheden ten volle benut, waarschijnlijk zijn ze niet eens allemaal in beeld, en wordt nauwelijks iets gedaan aan productontwikkeling. Ten aanzien van de ruimtelijke beperkingen zou meervoudig landgebruik kunnen worden toegepast. Gesteld kan worden dat zoutwaterlandbouw technisch haalbaar is. Verschillende Zeeuwse ondernemers verbouwen inmiddels zouttolerante of zoutminnende gewassen als Zeekraal en Lamsoor. Een doorkijkje naar de toekomstscenario’s voor de middellange en lange termijn, nl. afname van de beschikbaarheid aan kwalitatief voldoende zoetwater en toenemende verzilting, toont aan dat zoutwaterlandbouw in bepaalde gebieden van Nederland een aantrekkelijke aanvulling op, c.q. alternatief voor, conventionele landbouw kan vormen. De vervaardiging van goed plantaardig uitgangsmateriaal (door middel van veredeling) en selectie resistentie tegen ziekten en plagen vormen echter een voorwaarde om ook op langere termijn tot
een succesvolle teelt te komen. De commerciële perspectieven liggen op dit moment vooral in nicheproducten. Productontwikkeling, -differentiatie en -innovatie alsmede marketingondersteuning dienen een bijdrage te leveren aan het stimuleren van de vraag. Uit ruimtelijk oogpunt lijken zeker potenties aanwezig voor meervoudig ruimtegebruik: natuurontwikkeling, educatie en toerisme in combinatie met zoutwaterlandbouw. De provincie Zeeland vormt het centrum van de aquacultuur in Nederland. De mossel- en oestercultuur zijn medebepalend voor het imago van Zeeland. De culinaire topproducten die de Zeeuwse wateren voortbrengen zijn tot ver over de landsgrenzen bekend. Verdere uitbouw van deze kenmerkende sector vormt een belangrijk aandachtspunt voor het provinciaal bestuur. Dit uiteraard met in achtneming van andere belangen, waaronder de natuurbelangen. Want dat vormt de belangrijkste uitdaging in de komende periode: een evenwichtige groei van de aquacultuursector waarbij de ecologische belangen niet geschaad worden. Of beter nog: een zodanige inpassing van aquacultuuractiviteiten dat ook de Zeeuwse natuur er baat bij heeft! Een ieder die van mening is dat hij hieraan een bijdrage kan leveren, bijvoorbeeld door het ontplooien van nieuwe activiteiten, kan rekenen op de steun van het provinciaal bestuur. Hiervoor, en ook voor andere zaken op het gebied van aquacultuur, kunt u contact opnemen met:
Informatie •
[email protected]. • telefoon: 0118 - 631443
Summary
Aquaculture in Zeeland: The Blue Revolution Index
Introduction
13
Mussel Culture
14
Oyster Culture
15
Cockle fishery and -culture
16
Fish farming
17
Salt-water agriculture
19
12
Provincie Zeeland
Colophon Published by: Coordination: Translation: Photography: Lithography by: Printing done by:
Province of Zeeland Province of Zeeland, Dept. of Economics, Jaap Broodman Susana G. Powell-Hobart Gees R. Gmelich Meijling-van Hemert, Jaap Brilman, Jaap Broodman, Dr. J. Bogemans en Initiators of Projects Province of Zeeland, Dept. of Information & Documentation LnO, Publishers/Printers, Zierikzee.
Photographs on cover: (above) Oyster farming in the traditional oyster ponds on the Havendijk (Harbour Dike) in Yerseke. (below) The culture (breeding) of algae and mussels in the breeding house of the Stichting Zeeschelp (Seashell Foundation).
13 Introduction For the province of Zeeland, the developments in aquaculture offer a golden opportunity. The cultivation of organisms which live in the water – fish, crustaceans and shellfish, worms, higher plants and seaweeds – is increasing rapidly. Harvesting from nature has globally reached its limits, and indeed regionally there is clearly a question of over-fishing. Even using the coastal waters for
smaller-scale fishing is becoming increasingly limited due to recreation, conservation and hydraulic (engineering) works. Moreover, from a marketing point of view, there is a clear need of a regular supply of qualitatively reliable products; likewise, it is in the interests of the production sectors to have more controlled cultivation systems. The Provincial Council of Zeeland recog-
Fish Farming is a world-wide business, here you see a fish farm in Israel
Aquaculture encompasses the cultivation of aquatic organisms in which some sort of human intervention takes place in the natural process of the organism with the aim of increasing its production. In fact, it is the cultivation of plants and animals that live in the water.
14
Provincie Zeeland
nises the opportunities offered by aquaculture in the region, and has made the development of the aquaculture sector one of the spearheads of its socio-economic policy. Thus, a lot of hard work is being done in the further development of the sector. The natural conditions in the province of Zeeland, with its enormous quantity of salt water of an excellent quality, the 900 kilometre length of coastline, its well-developed activities in the area of the mussel and oyster cultivation in particular and – certainly not to be forgotten – the expertise which the province enjoys, all contribute towards the essential conditions needed to continue extending these activities. Since the middle of 2005, a considerable number of initiatives in the area of aquaculture have been implemented with the support of the province of Zeeland1).
Mussel Culture The Mussel Culture has been in Zeeland for centuries. There are 58 businesses which employ about 700 people. The trading and processing of the mussels forms a larger branch of industry than the cultivation itself. Belgium and France are the main export markets. Mussel farming/breeding is a type of ‘’wet agriculture’’ which occurs in the Netherlands’ coastal waters on parcels which are hired from the government. These parcels are to be found in the Waddenzee (7625 ha.), and the Oosterschelde (3900 ha.). The base
material necessary for mussel farming is seed mussels, which are wild mussels of 1 to 2 cm. in size. Seed-mussel fishing is done almost entirely in the deeper parts (sublittoral) of the western part of the Waddenzee. The mussel farmers harvest, in normal years, between seventy and a hundred million kilos of mussels for consumption. Compared with preceding years, there has been a reduction in the supply of mussels in recent years. The most important reason for this reduction in the mussel production, is due to the reduced availability of seed mussels. This is the sector’s major problem. A number of essential production areas have been closed to mussel-fishers due to reasons of nature and environment. Improvement of the breeding output efficiency is an important aspect for the mussel sector. In addition, efforts are being made to get seed mussels by other means. In this respect, importing them is one of the solutions. Other possibilities are collecting seed mussels by way of seedmussel catchment installations * (these are constructions which catch the seed mussels in the water column), and the production of seed mussels in what is described as breeding-stations. In the province of Zeeland, there are already two such breeding-stations, which is a unique situation in Europe. It is expected that these alternative sources will contribute substantially to the demand of seed mussels in the future.
1) These initiatives, the present position and further opportunities for development are described in the report ‘Aquacultuur – de blauwe revolutie (provincie Zeeland, december 2006)’. This report is available, free of charge, via
[email protected].
15
A spat collector
However, natural seed mussel fishing should also remain a possibility in the future in order to supply the mussel sector with the adequate base (raw) material it needs.
Oyster Culture Oyster farming is the second branch of the mollusc (shellfish) culture. Oyster farming, which is the oldest form of aquaculture in Zeeland, is done in the Oosterschelde (1550 ha.) and the Grevelingen (500 ha.). There are 30 businesses and individuals who are involved in oyster farming, oyster-fishing and/or trading, and the sector employs about 100 people. The joint turnover amounts to about € 5 million per year. The oyster farming as well as the mussel breeding is concentrated in Yerseke. The Zeeland oyster is
mainly an export product, and about 50% of these oysters are exported to Belgium. Other export countries are Italy, Germany and France. The Zeeland market percentage within Europe, is roughly 15 %, in relation to its value. The sector produces two types of oysters: the Zeeland Flat Oyster * (Ostrea Edulis) and the Japanese Oyster or Creuse (Crassostrea Gigas), which the sector likes to call the Zeeland Oyster. There is an annual supply of about 1,2 million of the traditional Zeeland Flat Oyster, and a supply of about 28 million of the cheaper Creuse. At the beginning of the 1980s of the last century, the Bonamiasis disease appeared in the Oosterschelde, which was caused by the oyster parasite Bonamia Ostrea. This parasite resulted in the number of Flat Oysters being reduced to
Provincie Zeeland
16
The traditional oyster ponds in Yerseke
its present volume. The possibility of developing a Bonamia-free Flat Oyster is presently being studied. Another aspect for study, is an upgrading of the Creuse so that it is equally comparable in quality, for example, with the French Creuse.
Cockle fishery and -culture Cockle fishing can be divided into mechanical cockle fishing and hand cockle fishing. As of 1st January 2005, mechanical cockle fishing on the Waddenzee was terminated by governmental decree. Since that date, no more licences are issued for this type of fishing. However, at present this type of largescale fishing for shellfish (still) occurs in the Westerschelde, the Oosterschelde
and the Voordelta, as long as enough food remains for the birds, and in spite of the objections there might be from an ecological point of view. This was the case in 2006. Since the closure of the Waddenzee for mechanical cockle fishing, the production of cockles comes mainly from the hand cockle trade. This sector comprises at present 20 licence-holders, who, with the help of a cockle-clamp, also known as a wonder claw, and an enormous amount of muscular strength, in fact rake up the cockles from the sandbed. Cockles are very much in demand, especially in Southern Europe. Currently, experiments are being done with cockle cultivation. In this respect,
17
Cockels
the unstable cockle-banks in the Westerschelde and/or the cockle-banks with a high density of cockles and poor growth, are being thinned-out and transferred to more stable areas which are more suitable for good growth and survival. These areas can be found in the Voordelta, the Oosterschelde or the Westershelde. In 2007, a practical experiment will be carried out in which cockle-spawn from the Westerschelde is setout in the Oosterschelde.
Fish farming Whereas in the agricultural sector, the transition many thousands of years ago from hunting to cattle-breeding is considered to be the most important form of food supply, the fisheries sector is only just at the beginning of this transitional process. Fishing itself is, even in this day and age, of a far greater magnitude than fish farming/breeding. In 2003, an amount of 137,4 million tons of fish, crustace-
ans and shellfish were produced, of which 41,9 million tons via aquaculture and 95,50 million tons from fishing. Thus, 30% of the total fish production comes from acquaculture. It is generally assumed that this portion will increase in the forthcoming decades. In this regard, the FAO (Food & Agricultural Organisation) estimates an increase of 25% in the next 25 years. At the present time, 92% of the fish-farming production takes place in SouthEastern Asia. And the general expectation is that the growth in that sector will mainly take place there. Nevertheless, the Provincial Council of Zeeland sees opportunities for extending the fish-farming sector in the province. Quality, differentiation and niche marketing are the major requirements in this respect. With this in mind, a very interesting initiative is the ‘Zeeland Sole’ project. The Zeeland Sole plan is to do with the deve-
Provincie Zeeland
18
Worldwide fishing is stabilising itself
lopment of a new aquaculture sector in Zeeland. The key aspect of the plan is the cultivation of North Sea sole on land, combined with clam worms, crustaceans, shellfish and salty crop-plants. This combination offers many advantages. In this way, the fish produces manure, the manure encourages the growth of algae, the algae is the food-supply for the clam
worms which, in their turn, are favourites on the menu of the sea-sole in its natural environment. Thus, a part of the clam worms are useful as food for the sole and another part is used externally for the production of high quality fish-feed. The Zeeland Sole project started up in January 2007 and will continue for 6 years. During this period, the inland culti-
The Zeeland Sole project is aimed at the production, over a period of 10 years, of 15,000 tons of sole per year. But the plan is more than just that: it is also directed towards the cultivation of sole as a new impulse to the local economy, thus constituting an enrichment to the natural beauty, the landscape, the culinary quality and the housing environment of Zeeland. If we indeed manage to do this, we could imagine that in 25 years’ time there will be country-estates with their brackish pools of sole, salty plant and vegetable gardens and saline areas of natural beauty which are as typical of Zeeland as the vineyards with their chateaux are of France.
19 vation of aquatic organisms should be able to offer work to something like 150 to 200 entrepreneurs in Zeeland. The limited availability of fresh water in the world, combined with the (increasing) salinity of agricultural land, forces us to think of other ways of land utilisation. Although agricultural crops have a divergent saline-tolerance, it would appear that even under slightly brackish conditions the production opportunities for traditional agricultural crops have been reached.
Salt-water agriculture Salt-water agriculture is an alternative type of agriculture, in which crops are being bred which can tolerate a higher saline content than the traditional agricultural crops. The collective term used for such saltenduring plants is ‘halophyte’. Examples of halophytes are Zeekraal (Marsh Samphire), Schorrenkruid (Seablite) and
Slijkgras (Spartina Grass), all of which have a high saline tolerance, Zeeaster (Sea Aster) (better known as Lamsoren (Sea Lavender) and also known in Zeeland as ‘Zulte’ which are recognised as being brackish water halophytes, and Voederbiet (Fodder Beet), which is indeed family of the popular Sugarbeet, and is moderately salt-tolerant; it is mainly used as cattlefeed. From an economic perspective, it would seem that large-scale bulk production of saline crops is not yet particularly interesting. In the first place, this is because the demand of halophytes in the Netherlands and the surrounding countries, is not great. With the present quantity of saline crops which come from natural picking and import, there should be space for an area of a maximum of 10 hectares of cultivable land to satisfy the total demand. And, besides this, the suitable space is limited, most especially because the very areas which are attrac-
Harvesting sea lavender is a labour- intensive business
20
Provincie Zeeland
tive due to their saline qualities, can also fulfil an important ecological function. However, it would seem that a nuance about the foregoing limitations is appropriate. First and foremost, it should be mentioned that the hardly developed demand has, until now, been scarcely stimulated by supportive marketing activities. Moreover, as has been mentioned previously, not all of the new possibilities have, as yet, been examined; possibly because they are not all actually in the picture, and hardly anything is being done about project development. With regard to the limitations of space, a multiple land utilisation could be considered and applied. It is clear that saline agriculture is technically possible. Some entrepreneurs from Zeeland are already growing saline-tolerant and salt-loving crops such as Zeekraal (Marsh Samphire) and Lamsoor (Sea Lavender). And if we take a look into the future, either on the mediumterm or longer-term i.e. a reduction in the availability of qualitatively sufficient fresh water and an increase in salinity, it is obvious that saline agriculture in certain areas of the Netherlands can be an attractive supplement to, or alternative for, conventional agriculture. Nevertheless, the production of good plant breeding material (by way of plant breeding) and selection-resistance against diseases and pests are imperative aspects when looking at a successful longer-term production. At present, the commercial perspectives are mainly to be found in the niche products. Production development, differentiation and innovation, as well as marketing sup-
port, are all necessary in order to stimulate the demand. From an environmental point of view, there would seem to be potentials for multiple use of space: nature development, education and tourism in combination with saline agriculture. The province of Zeeland is the heart and soul of aquaculture in the Netherlands. The mussel and oyster culture are essential contributors to the image of Zeeland. The culinary ‘toppers’ which come from the waters of Zeeland, are renowned for their quality far and wide. The extension of this characteristic sector is an aspect of major attention for the Provincial Council. It goes without saying, however, that other important interests will be borne in mind, one of which is nature and its environment. Indeed, this is what is going to be a major challenge in the forthcoming period: a well-balanced growth of the aquaculture sector without damaging the ecological interests. Or, a still better description: the development of aquaculture in Zeeland which is likewise a bonus for Zeeland’s natural environment! Anyone who feels that he/she can contribute in one way or another e.g. by implementing new activities in this respect, can rely on the support of the Provincial Council. For further information, as well as any other aspects to do with aquaculture, please get in touch with:
Information •
[email protected] • telephone: 0118 - 63143