APC by Schneider Electric MGE GALAXY 7000 Uninterruptible Power Supply Specificaties 160 kVA tot 4000 kVA Parallel UPS-systeem met externe bypass DEZE SPECIFICATIES ZIJN GESCHREVEN VOLGENS HET MASTERFORMAT VAN HET CONSTRUCTION SPECIFICATIONS INSTITUTE (CSI). DEZE SECTIE MOET ZORGVULDIG WORDEN GELEZEN EN AANGEPAST DOOR DE ARCHITECT OF TECHNICUS OM TE VOLDOEN AAN DE VEREISTEN VAN HET PROJECT. STEM DEZE SECTIE AF OP ANDERE SPECIFICATIESECTIES IN DE PROJECTHANDLEIDING EN DE TEKENINGEN. WANNEER IN DEZE SECTIE WORDT VERWEZEN NAAR 'LEVEREN', 'INSTALLEREN', 'VERSCHAFFEN' ENZ., WORDT HIERONDER VERSTAAN DAT DE AANNEMER, ONDERAANNEMER OF AANNEMER OP EEN LAGER NIVEAU ZAL 'LEVEREN', 'INSTALLEREN', 'VERSCHAFFEN' ENZ., TENZIJ ANDERS AANGEGEVEN. DE MASTERFORMATS VAN 2004 EN 1995 ZIJN OPGENOMEN IN DEZE SECTIE. INDIEN VAN TOEPASSING STAAN DEZE ITEMS TUSSEN HAAKJES EN IN ELK GEVAL, TENZIJ ANDERS AANGEGEVEN, IS DE EERSTE KEUZE VAN TOEPASSING OP HET MASTERFORMAT VAN 2004 EN DE TWEEDE KEUZE OP DAT VAN 1995.
SECTIE [26 33 63] [16611] SOLID-STATE UNINTERRUPTIBLE POWER SUPPLY
DEEL 1 - ALGEMEEN 1.1
UPS-DEFINITIES
A.
Doel: Het doel van deze specificatie is om de ontwerp-, product- en testkenmerken te definiëren die zijn vereist met het oog op het leveren, in werking stellen en onderhouden van een Uninterruptible Power Supply-systeem (waarnaar verder in dit document wordt verwezen met UPS). Het UPS-systeem is ontworpen voor de levering van betrouwbare elektrische voeding aan:
B.
Korte beschrijving: 1. Het UPS-systeem bestaat uit…[ 2 / 3 / 4 / 5 / 6 / 7 / 8 ]… identieke, parallel verbonden, modulaire UPS-eenheden, allemaal met hetzelfde nominale vermogen. Elke modulaire UPSeenheid werkt in dubbele-conversiemodus en is van het type VFI volgens de standaard IEC 62040-2. Het systeem … [ verschaft geen redundantie ] …[ omvat 1 / 2 / 3 redundante modulaire UPS-eenheden van het totaal ]. 2. Elke modulaire UPS-eenheid heeft een nominale waarde van…[250 / 300 / 400 / 500]… kVA en bestaat uit de volgende onderdelen, in detail beschreven in deze specificatie: a. Gelijkrichter b. Batterijoplader c. Omvormer d. Batterij e. Automatische bypass (via een statische schakelaar) f. Gebruikers- en communicatie-interface g. Batterijbeheersysteem 3. Het UPS-systeem omvat verder het volgende: a. Een gemeenschappelijke externe bypass voor alle modulaire UPS-eenheden, die in een behuizing wordt geïnstalleerd. b. Alle andere apparaten die zijn vereist voor een veilige bediening en veilig onderhoud, met inbegrip van circuitonderbrekers, schakelaars, enzovoort.
1.2 A.
GARANTIE Voor onderdelen die elke modulaire UPS-eenheid vormen (subsystemen gelijkrichter, oplader en omvormer) geldt een garantie (op onderdelen en werk op locatie) gedurende één jaar na de opstartdatum.
B.
De afgedichte loodzuurbatterij valt onder dezelfde garantie als de UPS.
DEEL 2 - PRODUCTEN 2.1
WERKINGSPRINCIPES
A.
Het UPS-systeem werkt in dubbele-conversiemodus, die in deze specificatie in detail wordt beschreven.
B.
Normale werking (normale AC-bron beschikbaar): De gelijkrichter van elke modulaire UPSeenheid voedt de omvormer en oplader. Elke modulaire UPS-eenheid draagt continu, in parallel met de andere modulaire UPS-eenheden via een gemeenschappelijke bus, bij aan de voeding met een voorraad elektrische energie en de oplader blijft de batterij opladen met druppelladingen.
C.
Werking op batterijvermogen (normale AC-bron niet beschikbaar of buiten toleranties): Bij een defect of een extreme verslechtering van de normale AC-bron, blijft de omvormer van elke modulaire UPS zonder onderbreking of storing voor de belasting van stroom voorzien, binnen de limieten die worden opgelegd door de opgegeven back-uptijd van de batterij.
D.
Opnieuw opladen van de batterij (normale AC-bron hersteld): Wanneer de normale AC-bron is hersteld, levert de gelijkrichter van elke modulaire UPS weer stroom aan de omvormer, zonder onderbreking of storing voor de belasting, terwijl de oplader automatisch de batterij opnieuw oplaadt.
E.
Overschakelen naar bypass-AC-bron: 1. (systeem zonder redundantiemodules) a. Het systeem verschaft geen redundantie. De omvormers van de [2 / 3 / 4 / 5 / 6 / 7 / 8] modulaire UPS-eenheden werken in parallel om de belasting te voeden. De automatische bypasses van enkel modulaire UPS-eenheid worden aan dezelde bypass-AC-bron verbonden. b. Vrijwillige uitschakeling of een grote storing op een modulaire UPS-eenheid resulteert in automatische omschakeling zonder storing van de belasting naar de bypass-AC-bron via de bypass van elke modulaire UPS-eenheid, inclusief de uitgeschakelde eenheid, als de AC-bypass zich binnen toleranties bevindt en gesynchoniseerd is met de uitgangen van de omvormer. c. Op aanvraag kan het UPS-systeem de belasting automatisch overdragen met een uiterst kleine onderbreking (aanpasbaar van 15 tot 1000 ms) als synchronisatie met de bypassbron niet tot stand is gebracht, om werking in gereduceerde modus mogelijk te maken en stroomvoorziening naar de belasting te verbeteren. d. In alle gevallen, om volledige veiligheid bij de overdracht naar de belasting te kunnen garanderen, bestuurt het systeem alle statische schakelaars tegelijkertijd. 2. (systeem met redundantie) a. De modulaire UPS-eenheiden werken in parallel, verschaffen redundantie en delen de belasting. b. Redundatie is van het type ….[n+1] [n+2] [n+3]…, d.w.z. …[1] [2] [3]… modulaire UPSeenheden zijn redundant uit een totaal van …[2 / 3 / 4 / 5 / 6 / 7 / 8]… modulaire UPSeenheden. De automatische bypasses van elke modulaire UPS-eenheid worden aan dezelde bypass-AC-bron verbonden. 1) Als een grote storing optreedt op een modulaire UPS-eenheid, wordt de verbinding automatisch verbroken en voedt de omvormer niet langer de belasting. Gezien het feit dat het systeem redundant is, blijven de resterende modulaire UPS-eenheden de belasting voeden. c. Het aanvankelijke redundantieniveau wordt echter met één eenheid gereduceerd, dalend van …[n+1 tot niet-redundante werking] [n+2 tot n+1] [n+3 tot n+2]. 1) Als een andere modulaire UPS-eenheid wordt uitgeschakeld, bepaalt het resulterende redundantieniveau of de omvormer nog kan werken.
2) Verlies van redundantie wordt in alle gevallen met een alarmsignaal gemeld. b. Bij verlies van redundantie, resulteert uitschakeling van een modulaire UPS-eenheid in automatische omschakeling zonder storing van de belasting naar de bypass-ACbron via de bypass van elke modulaire UPS-eenheid, inclusief de uitgeschakelde eenheden, als de AC-bypass zich binnen toleranties bevindt en gesynchoniseerd is met de uitgangen van de omvormer. d. Op aanvraag kan het UPS-systeem de belasting automatisch overdragen met een uiterst kleine onderbreking (aanpasbaar van 15 tot 1000 ms) als synchronisatie met de bypassbron niet tot stand is gebracht, om werking in gereduceerde modus mogelijk te maken en stroomvoorziening naar de belasting te verbeteren. e. In alle gevallen, om volledige veiligheid bij de overdracht naar de belasting te kunnen garanderen, bestuurt het systeem alle statische schakelaars tegelijkertijd. F.
Onderhoud van de UPS: 1. Alle elektronische en besturingsonderdelen van de modulaire UPS-eenheden die samen het UPS-systeem vormen, zijn vanaf de voorzijde van de UPS toegankelijk. 2. Voor onderhoudsdoeleinden omvat de UPS een extern, mechanisch, handmatig bypasssysteem dat met één knop kan worden bediend en gemeenschappelijk is voor alle modulaire UPS-eenheden. 3. Voor de veiligheid van het personeel tijdens onderhoud of tests, is dit systeem ontworpen om het UPS-systeem te isoleren, terwijl deze de belasting via de bypass-AC-bron van stroom blijft voorzien. De UPS bevat ook een apparaat waarmee de gelijkrichter en oplader van elke modulaire UPS-eenheid van de normale AC-bron kunnen worden geïsoleerd. 4. (systeem met redundantie): Met bovenstaand apparaat is het in een redundant systeem mogelijk een modulaire UPS-eenheid uit te schakelen en de oplader en omvormer voor onderhoud te isoleren, terwijl de andere omvormers in het UPS-systeem de belasting blijven voeden.
G.
Onderhoud van de batterij: Voor veilig onderhoud omvat de batterij van elke modulaire UPSeenheid een installatie-automaat om de batterij te isoleren van de gelijkrichter, de oplader en de omvormer. Wanneer de batterij is geïsoleerd van het systeem, blijft de UPS de belasting zonder onderbreking of storing van stroom voorzien, behalve in het geval dat de normale AC-bron uitvalt.
H.
Koude start (geen normale AC-bron beschikbaar): De batterij van elke modulaire UPSeenheid kan de UPS starten als de normale AC-bron niet beschikbaar is en deze blijft dan de belasting van stroom voorzien binnen de opgegeven back-uptijd. Een koude start op batterijvermogen is mogelijk op voorwaarde dat het systeem al eenmaal is gestart op normale wisselstroom.
2.2
VERMOGEN EN ALGEMENE KENMERKEN
A.
Technologie: De batterij van elke modulaire UPS-eenheid kan de UPS starten als de normale AC-bron niet beschikbaar is en deze blijft dan de belasting van stroom voorzien binnen de opgegeven back-uptijd. Een koude start op batterijvermogen is mogelijk op voorwaarde dat het systeem al eens is gestart op normale wisselstroom.
B.
Nominale waarde: 1. Het UPS-systeem is gekalibreerd om continu een belasting te voorzien van kVA, bij een arbeidsfactor (PF) van 0,9. 2. Het UPS-systeem bestaat uit…[2 / 3 / 4 / 5 / 6 / 7 / 8]… identieke, parallel verbonden, modulaire UPS-eenheden, allemaal met hetzelfde nominale vermogen van …[250 / 300 / 400 / 500]… kVA. 3. Het totale geïnstalleerde nominale vermogen is kVA. Het is mogelijk …[1] [2] [3]… modulaire UPS-eenheden te gebruiken voor redundantie.
C.
Back-uptijd van batterij: 1. De back-uptijd van de batterij in het geval van een onderbreking van een normale AC-bron is _______ minuten voor een belastingsarbeidsfactor van 0,9. 2. De batterij van elke modulaire UPS-eenheid is ontworpen voor een batterijlevensduur van
…10 / 12… jaar. De batterij wordt overeenkomstig geselecteerd en gekalibreerd, voor een belastingsarbeidsfactor van 0,9. D.
Typen belastingen die worden geaccepteerd: 1. Het UPS-systeem accepteert hoge topwaarden (3:1) zonder reductie (kW) om voor een correcte werking te zorgen met computerbelastingen en belastingen waarbij de voorijlende arbeidsfactor 0,9 kan bereiken. 2. De totale harmonische spanningsvervorming bij UPS-uitgang (THDU stroomafwaarts) voldoet aan de volgende limieten: a. THDU stroomafwaarts ph/ph 2 % voor niet-lineaire belastingen.
E.
PFC-ingangsgelijkrichters met sinusvormige stroom: 1. Het UPS-systeem gebruikt niet zoveel harmonische stroom dat dit een storing in het stroomopwaartse AC-systeem veroorzaakt, dat wil zeggen dat het systeem voldoet aan de bepalingen van richtlijn IEC 61000-3-4. 2. De PFC-ingangsgelijkrichters van de modulaire UPS-eenheden, die IGBT's met sinusvormige stroom gebruiken, hebben de volgende prestatieniveaus: a. Totale harmonische stroomvervorming (THDI) stroomopwaarts van de gelijkrichter overschrijdt 5% niet b. Ingangsarbeidsfactor (PF) hoger dan 0,99 van 50% belasting stroomopwaarts. . Uitgangen zonder transformator: Om verlies, afmetingen en gewicht te reduceren, zijn de uitgangen van elke UPS-eenheid van het type zonder transformator en wordt de nulleider elektronisch nagemaakt.
F.
G.
Efficiëntie: Algehele efficiëntie (tussen de ingangen van de gelijkrichter en de UPS-uitgang) is groter dan of gelijk aan: 1. 94,5% vanaf 50% belasting tot volledige belasting (In);
H.
Geluidsniveau: Het geluidsniveau dat wordt gemeten volgens de ISO3746-standaard, is minder dan ...[75 dBA (voor 250, 300, 400, 500 kVA)].
2.3
AC-BRONNEN
A.
Normale AC-bron (ingang gelijkrichter): De normale AC-bron die het UPS-systeem van stroom voorziet, heeft onder normale bedrijfsomstandigheden de volgende kenmerken: 1. Nominaal voltage: 380, 400 of 415 V bij volledige belasting (Pn). 2. Bereik van ingangsspanning: 250 V (bij 30% belasting) tot 470 V. 2. Aantal fasen: 3, een nulleider is niet nodig. 3. Frequentie: Hz ± 10%.
B.
Bypass-AC-bron (automatische bypassingang): 1. De kenmerken van de bypass-AC-bron die het UPS-systeem van stroom voorziet in het geval dat een omvormer uitvalt (onderhoud, storing) of in geval van een overbelasting (kortsluiting, zeer hoge inschakelstroom)zijn als volgt: a. Voltage: / volt, ± 10% b. Aantal fasen: 3 ph + N + aarde (een niet-verdeelde nulleider is mogelijk) c. Frequentie: Hz ± 8% (aanpasbaar tot op 2 Hz) 2. Buiten deze toleranties is het mogelijk om de belasting van stroom te voorzien, maar in gereduceerde modus.
2.4 A.
ELEKTRISCHE KENMERKEN Gelijkrichter en oplader: 1. Voeding: De PFC-gelijkrichter van elke modulaire UPS-eenheid, die sinusvormige stroom gebruikt, zal van stroom worden voorzien door de normale AC-bron, zonder een nulleider. Het voorziet stroom voor zowel de belasting als de lading of druppellading van de batterij. De batterijoplader zal van stroom worden voorzien door de gelijkrichter om overdracht van wisselstroomfluctuaties naar de batterij te voorkomen. Elke eenheid is onafhankelijk wat betreft
2.
3.
4. 5.
6. 7.
de ingangsmodule, d.w.z. één eenheid kan op batterijvermogen werken, terwijl de andere werken op wisselstroom. Inschakelstroom: Een apparaat wordt voorzien om de inschakelstroom van elke oplader te beperken. Wanneer de AC-bron niet werkt tijdens een generatorstart, beperkt de gelijkrichter de gebruikte stroom door gedurende 10 seconden een walk-in te implementeren. Sequentiële start: Een aanpasbaar apparaat biedt de mogelijkheid om de opstart van de PFC-gelijkrichters te verschuiven wanneer de normale AC-bron zich weer binnen toleranties bevindt (overschakeling van batterijvermogen naar normale wisselstroom). Door sequentiële start te verzekeren, voorkomt dit apparaat overbelasting van een generator die de voeding naar alle gelijkrichters overneemt. Fasesequentie: Een apparaat zal controleren of de fasesequentie correct is om het voedingssysteem te beschermen tegen de effecten van verkeerde aansluitingen. Bedrijfsmodus: De standaardoplader van elke modulaire UPS-eenheid volstaat om de batterij snel op te laden. Voor een back-uptijd van …5 / 10 / 15 / 20 / 30] … minuten wordt de batterij opgeladen in minder dan …4 / 6 / 7 / 8 / 9 uur]… (waarden na ontlading naar Pn/2 en herstel van 90% van totaal batterijlading voor een recente batterij). Ingangsarbeidsfactor: > 0,99 bij 100% belasting. Regulering en controle van oplader: a. Het oplaadsysteem van de batterij omvat onafhankelijke regel- en controlesystemen om conformiteit met standaard NFC 58311 te garanderen. b. De oplaadspanning van de batterij hangt af van de omgevingstemperatuur in de batterijruimte.
B.
Batterijen: Elke modulaire UPS-eenheid wordt uitgerust met een eigen batterij van het type: 1. Elke modulaire UPS-eenheid wordt uitgerust met een eigen batterij van het type afgedicht loodzuur, bevestigd en bedraad in een kast die in verhouding identiek is aan de UPS…afgedicht loodzuur, bevestigd op planken …geventileerd loodzuur, bevestigd op rekken… en met een batterijlevensduur van …10 / 12… jaar. 2. De batterij is zo gekalibreerd dat de omvormer continu van stroom wordt voorzien gedurende ten minste ...5 / 10 / 15 / 20 / 30…… minuten, in het geval dat de normale AC-bron uitvalt, gezien het feit dat de omvormer een volledige belasting heeft, d.w.z. kVA voor een arbeidsfactor van 0,9. 3. Bij de berekeningen van de kalibratie wordt aangenomen dat de omgevingstemperatuur tussen de 0 °C en 35 °C ligt.
C.
Omvormer: Elke omvormer is gekalibreerd om een nominale belasting van …250 / 300 / 400 / 500… kVA bij 0,9 PF te leveren en voldoet aan de onderstaande specificaties. 1. Uitgangsspanning a. Nominale spanning: … 380 / 400 / 415 … volt rms, instelbaar via de gebruikersinterface, binnen toleranties van +/- 3% om rekening te kunnen houden met spanningsverlies in de kabels. b. Aantal fasen: 3 fasen + nulleider + aarde. c. Stationaire toestanden: Variaties in de nominale spanning worden beperkt tot ± 2% voor een gebalanceerde belasting tussen 0 en 100% van de nominale belasting, ongeacht de spanningsniveaus van de normale AC-bron en de gelijkstroomspanning, binnen de gedefinieerdelimieten. d. Spanningsvariaties voor wijzigingen in de belastingsstappen: Uitgangsspanningovergangen zijn niet hoger dan ± 1% van de nominale spanning voor belastingsstappen van 0 tot 100% of 100 tot 0%. In alle gevallen keert de spanning binnen 100 milliseconden weer terug naar de toleranties bij stationaire toestanden. e. Niet-gebalanceerde omstandigheden: Voor een onbalans van de belasting tussen fasen, is de variatie in de uitgangsspanning minder dan 1%. 2. Uitgangsfrequentie a. Nominale frequentie: - 50 of 60 Hz. b. Variaties in de vrijloopfrequentie: - ± 0.5 Hz, 3. 3. Synchronisatie met bypass-stroom a. Wanneer bypass-stroom zich binnen de toleranties bevindt: Om de overgang naar bypass-stroom mogelijk te maken, wordt de omvormeruitgangsspanning telkens wanneer dat mogelijk is, gesynchroniseerd met de bypassbronspanning. Daartoe beperkt een
synchronisatiesysteem tijdens de normale werking automatisch de faseafwijking tussen de voltages tot 3 graden, als de frequentie van de bypassbron voldoende stabiel is (binnen de instelbare toleranties van 0,5% tot 8% met inachtneming van de nominale frequentie). b. Synchronisatie met een externe bron: Het is mogelijk om een synchronisatie uit te voeren met alle typen externe bronnen. c. Autonome werking na verlies van synchronisatie met bypass-stroom: Wanneer de frequentie van de bypassbron afwijkt van deze limieten, schakelt de omvormer over op de vrijloopmodus met interne synchronisatie, die zijn eigen frequentie regelt binnen ± 0,02 Hz. Wanneer de bypass-stroom zich weer binnen de toleranties bevindt, voert de omvormer de synchronisatie automatisch opnieuw uit. d. Variatie in frequentie per tijdseenheid: Om te voorkomen dat er te veel frequentievariaties in de bypass-AC-bron worden overgebracht naar de omvormer, wanneer deze zich binnen de toleranties bevindt, worden de frequentievariaties per tijdseenheid (dF/dt) van de omvormer beperkt tot 1 Hz/s of 2 Hz/s (door de gebruiker gedefinieerd). 4. Overbelasting en kortsluitcapaciteit: De UPS kan stroom leveren gedurende ten minste: a. 10 minuten bij een belasting van 125% van de nominale belasting 1 30 seconden bij een belasting van 150% van de nominale belasting c. Voor het opgegeven nominale vermogen van…[ 250 / 300 / 400 / 500 ]… kVA, kan de omvormer de stroom begrenzen tot een piekcapaciteit van ... 277% / 230% / 234% / 245% ... voor 150 ms om om zeer verstoorde overgangstoestanden toe te staan zonder de belasting naar de bypass om te schakelen. d. De overbelastingscapaciteit kan voor meer dan tien minuten rekening houden met de temperatuursomstandigheden door een continue overbelasting van 10% toe te staan wanneer de temperatuur lager is dan of gelijk is aan 20 °C. 5. Hoger nominaal vermogen voor lagere temperatuur: Het is mogelijk het nominaal vermogen te verhogen wanneer de temperatuur lager is dan 35 °C. Het nominaal vermogen kan worden verhoogd met +3% voor 30°C, +5% voor 25°C and +8% voor 20°C. D.
Automatische bypass 1. Belasting overschakelen naar de statische bypass: a. Elke modulaire UPS-eenheid in het UPS-systeem wordt uitgerust met een automatische bypass met een statische schakelaar. De automatische bypasses van enkel modulaire UPS-eenheid worden aan dezelde bypass-AC-bron verbonden. b. Onmiddellijke overschakeling van de omvormer naar de bypass-stroom en terug vindt plaats zonder onderbreking en verstoring in de levering van stroom aan de belasting, op voorwaarde dat de spanning en de frequentie van de bypassbron zich binnen de opgegeven toleranties bevinden en dat de omvormer is gesynchroniseerd. c. Overschakeling vindt automatisch plaats in het geval van een ernstige overbelasting of een interne storing. Handmatig overschakelen is ook mogelijk. d. Als de bypass-stroom zich buiten de opgegeven toleranties bevindt of niet is gesynchroniseerd met de omvormer, wordt automatisch overgeschakeld van de omvormer naar de bypass-stroom na een gekalibreerde, instelbare onderbreking van 13 tot 1000 ms. 2. Bescherming statische schakelaar: De statische schakelaar is uitgerust met een RC-filter voor bescherming tegen overspanning bij overschakelen en bliksemschichten. 3. Weerstand automatische bypass: Voor het opgegeven nominaal vermogen van …[ 500 / 400 / 300 / 250 ]… kVA voor elke modulaire UPS-eenheid, is elke statische schakelaar in staat een overstroom te verwerken van …[ 16 / 16 / 21 / 25 ]…. keer de nominale stroom van de modulaire UPS-eenheid om selectiviteit binnen de elektrische installatie mogelijk te maken.
E.
Externe onderhoudsbypass: De UPS omvat een extern, mechanisch, handmatig bypasssysteem dat met één knop kan worden bediend en gemeenschappelijk is voor alle modulaire UPS-eenheden. Dit systeem is ontworpen om het UPS-systeem te isoleren, terwijl deze de belasting via de bypass-AC-bron van stroom blijft voorzien en is gekalibreerd om de volledige belasting te voorzien.
F.
Selectiviteit en kortsluitcapaciteit
1. Als de bypass-stroom zich binnen de opgegeven toleranties bevindt, kan met de statische schakelaar de kortsluitingsstroom van de bypassbron worden gebruikt om de stroomafwaartse beschermingsapparaten van de omvormer te onderbreken. 2. Elke statische schakelaar wordt gekalibreerd om de overstroom te verwerken die overeenkomt met de kortsluitingsstroom gedeeld door het aantal modulaire UPS-eenheden in parallel en eventuele redundante eenheden. 3. Om ervoor te zorgen dat de onderbrekingen selectief zijn, is het totale beschikbare vermogen voldoende om beschermingsapparaten met hoge vermogens te onderbreken (installatieautomaat nominaal In/2 of UR-zekeringen nominaal In/4, waarbij In de nominale omvormerstroom is). 4. Als de bypassbron zich buiten de opgegeven toleranties bevindt, kunnen alle omvormers in werking, voor dezelfde selectieve vereisten, installatie-automaten nominaal In/2 of URzekeringen nominaal In/4 activeren, ongeacht het type kortsluiting. F.
Aardingssystemen: Het UPS-systeem is compatibel met de volgende aardingssystemen: 1. Stroomopwaarts bronaardingssysteem: …[ TT/ IT / TNS / TNC ]… 2. Stroomafwaarts geïnstalleerd aardingssysteem: …[ TT/ IT / TNS / TNC ]… 3. Als de stroomopwaartse en stroomafwaartse aardingssystemen verschillen, wordt galvanische isolatie voorzien op de normale en bypasslijnen.
2.5
MECHANISCHE KENMERKEN
A.
Mechanische structuur: De omvormer en de batterijen van elke modulaire UPS-eenheid worden in een behuizing geplaatst met een [ IP 20 / IP 32 ] mate van bescherming (IEC 60529standaard). De subsystemen waaruit het systeem is opgebouwd, zijn alleen toegankelijk via de voorzijde.
B.
Modulair ontwerp: Het UPS-systeem is zo ontworpen dat het geïnstalleerde vermogen eenvoudig op locatie kan worden verhoogd door extra UPS-eenheden aan te sluiten om aan de nieuwe vereisten voor de belasting te voldoen of om de beschikbaarheid te verbeteren door redundantie te introduceren of verhogen. Deze transformatie is direct op locatie mogelijk, zonder dat de apparatuur terug hoeft naar de fabriek en zonder dat dit veel downtime veroorzaakt.
C.
Afmetingen: Voor het UPS-systeem is weinig vloeroppervlak nodig. Om ruimte te sparen kunnen de modulaire UPS-eenheden met de achterzijde tegen een muur of met de achterzijden tegen elkaar worden geplaatst.
D.
Aansluiting: 1. Voor de aansluitingen moeten alle klemmenstroken via de voorzijde makkelijk toegankelijk zijn wanneer de modulaire UPS-eenheden met de achterzijde tegen een muur worden geïnstalleerd. Stroomopwaartse en stroomafwaartse voedingskabels en andere kabels kunnen worden aangesloten via de onderzijde. Hiervoor is geen verhoogde vloer vereist. 2. De UPS is uitgerust met een connector voor een aardcircuit, volgens de vermelde normen. De kabels voldoen aan de vermelde normen en zijn gemonteerd volgens de veiligheidsvoorschriften.
E.
Ventilatie: 1. Elke modulaire UPS-eenheid wordt afgekoeld met behulp van geforceerde ventilatie. Ten behoeve van de opstelling van de modulaire UPS-eenheden (vooral wanneer deze met de achterzijde tegen de muur worden geïnstalleerd), wordt de lucht toegevoerd langs de vooren achterkant, en afgevoerd langs de bovenkant. 2. Alle vermogenelektronica worden uitgerust met een redundant ventilatiesysteem inclusief storingdetectie.
2.6
OMGEVINGSOMSTANDIGHEDEN
A.
UPS (zonder batterij) 1. Werking: De UPS, zonder de batterijen, kan onder de volgende omgevingsomstandigheden functioneren zonder dat de prestaties afnemen: a. Bereik omgevingstemperatuur: 0 °C tot +35 °C.
b. Maximumtemperatuur: 40 °C voor acht uur c. Aanbevolen temperatuurbereik: +20 °C tot +25 °C, d. Maximale relatieve luchtvochtigheid: 95% bij 25 °C; e. Maximale hoogte zonder reductie: 1000 meter. 2. Opslag a. De UPS, exclusief batterij, is ontworpen voor opslag onder de volgende omstandigheden: bereik omgevingstemperatuur: -25 °C tot +45 °C. 2.7
BATTERIJBEHEER
A.
Batterijen zijn onderdelen waarvan de levensduur gevoelig is aan gebruiksomstandigheden, d.w.z. dat specifieke zorg vereist is voor batterijbeheer. Naast de aangegeven beveiligingssystemen, wordt batterijbeheer ook opgenomen bij de hieronder vermelde systemen.
B.
Meting van de werkelijke back-uptijd: De batterijfunctie van elke modulaire UPS-eenheid is uitgerust met een manier om altijd de werkelijke beschikbare (beschikbare wisselstroom) of resterende (niet beschikbare wisselstroom) back-uptijd te weten te komen voor de batterij of de eenheid, rekening houdend met de werkelijke belasting op de omvormer, de batterijtemperatuur en de ouderdom van de batterij.
C.
Digitale batterijcontrole 1. Elke modulaire UPS-eenheid is uitgerust met een systeem voor digitaal batterijbeheer. 2. Op basis van een aantal parameters (percentage lading, temperatuur, type batterij en leeftijd), beheert het systeem de spanning van de batterijlading en berekent continu: a. De daadwerkelijk beschikbare back-uptijd b. De resterende batterijlevensduur.
D.
Blok-voor-blokcontrole 1. Om de beschikbaarheid en de levensduur van de batterij nog verder te optimaliseren, kan het UPS-systeem met een optioneel systeem worden uitgerust om continu alle batterijketens te controleren en per blok een storingsvoorspelling weer te geven. 2. Het systeem heeft de onderstaande functies. a. Continue meting van de spanning van elk blok. b. Continue meting van de interne weerstand. c. Identificatie van defecte blokken (trendcurven). d. Mogelijkheid om afzonderlijke blokken te vervangen. e. Extern beheer van alle informatie via Ethernet, droge contacten of JBus.
2.8 A.
B.
DISPLAY Gebruikersinterface: Het UPS-systeem wordt bediend via een gebruikersinterface, op elke modulaire UPS-eenheid, die bestaat uit: 1. Een grafisch display (ten minste Quarter VGA en hoge resolutie hebben de voorkeur); 2. knoppen ON en OFF (onafhankelijk van display); 3. Statusindicaties met statuspaneel. Grafisch display: In het statuspaneel worden installatieparameters, configuratie, bedrijfsstatus en waarschuwingen weergegeven en worden bedieningsinstructies weergegeven voor overschakelen (bijvoorbeeld bypass). Het biedt de mogelijkheid toezicht te houden over een bepaalde modulaire UPS-eenheid of een parallel systeem (tot acht UPS-eenheden met de externe bypass). 1. Weergave van metingen: De volgende metingen kunnen worden weergegeven voor elke modulaire UPS-eenheid of voor het volledige systeem:
a. b. c. d. e. f. g. h. i.
Fase-naar-fasespanning omvormeruitgang Uitgangsspanning omvormer Uitgangsfrequentie omvormer Spanning tussen batterijaansluitingen Batterijoplaadstroom of -ontlaadstroom Fase-naar-fasespanning omvormer-/opladeringang Ingangsstroom gelijkrichter/oplader Topwaarde Actief en schijnbaar vermogen
5.
6. 7. 8.
j. Arbeidsfactor van de belasting k. Batterijtemperatuur l. Oplaadpercentage batterij m. Beschikbare back-uptijd n. Resterende batterijlevensduur Weergave van bedrijfsstatus en gebeurtenissen: De volgende aanduidingen kunnen worden weergegeven: a. Belasting op batterijvermogen b. Belasting op UPS c. Belasting op automatische bypass d. Algemeen alarm e. Batterijstoring f. Resterende back-uptijd batterij g. Waarschuwing batterij bijna leeg h. Bypass-AC-bron buiten toleranties i. Batterijtemperatuur j. Extra informatie wordt geboden met het oog op versneld onderhoud van het systeem. Weergave van werkingsdiagrammen: Het is mogelijk om de metingen die hierboven worden genoemd, grafisch op het scherm weer te geven over langere perioden. Statistieken: Aantal overbelastingen, aantal overschakelingen naar batterijvermogen, cumulatieve duur op batterijvermogen, maximale vermogensniveaus, vraag vermogensniveaus. Logboek van gebeurtenissen met tijdstempel: Met deze functie worden logboeken met tijdstempel in het geheugen opgeslagen van alle belangrijke statuswijzigingen, fouten en storingen, compleet met een analyse en een weergave van procedures voor probleemoplossing. Deze logboeken kunnen automatisch of handmatig worden opgeroepen. Er kunnen ten minste 2500 gebeurtenissen met tijdstempels worden opgeslagen.
2.
Bedieningselementen: Elke modulaire UPS-eenheid heeft de volgende bedieningsknoppen: 1. Twee knoppen ON en OFF: De knoppen voor het in- en uitschakelen van de UPS-eenheid bevinden zich op het voorpaneel van de UPS. De UPS kan extern worden uitgeschakeld via een geïsoleerd droog contact. 2. EPO-klemmenstrook: De UPS is uitgerust met een klemmenstrook voor het in noodgevallen (EPO; Emergency Power Off) volledig uitschakelen van het systeem na ontvangst van een extern stuursignaal. De EPO-opdracht resulteert in: a. uitschakelen van de UPS-eenheid; b. openen van de statische schakelaars op de bypasslijn en van de circuitonderbreker van de batterij; c. openen van een geïsoleerd droog contact op de programmeerbare kaart. 3. Resetknop voor het alarm: Met deze knop worden de geluidsalarmen (zoemer) uitgeschakeld. Als er een nieuw alarm wordt gedetecteerd nadat de eerste is gewist, klinkt de zoemer opnieuw.
D.
Statusindicaties met statuspaneel: Indicatie van de status wordt duidelijk op het grafische display. 1. Drie LED's op het bedieningspaneel van elke modulaire UPS-eenheid geven de volgende bedrijfsstatussen aan: a. Belasting beveiligd door de modulaire UPS-eenheid; b. Kleine storing; c. Grote storing. 2. Het statuspaneel vertegenwoordigt de modulaire UPS en geeft de status aan van de voeding van de belasting met behulp van vijf tweekleurige (rood en groen) LED's: a. Belasting wordt gevoed (LED bij UPS-uitgang op statuspaneel), b. Omvormer ingeschakeld (inverter-LED op statuspaneel), c. Werking op batterijvoeding (LED tussen batterij en inverter op statuspaneel), d. Bypass geactiveerd (bypass-LED op statuspaneel), e. PFC-gelijkrichter ingeschakeld (gelijkrichter-LED op statuspaneel). 3. Een zoemer waarschuwt de gebruiker in geval van fouten, storingen of werking op batterijvoeding.
2.9
COMMUNICATIE
A.
Standaardcommunicatie: De volgende bedieningsfuncties, indicaties en metingen kunnen extern worden beheerd: Hiertoe is elke modulaire UPS-eenheid standaard uitgerust met: 1. Een programmeerbare kaart met vier ingangen en zes uitgangen.
B.
Communicatieopties: Het UPS-systeem is zo ontworpen dat de communicatie met het systeem kan worden uitgebreid, zonder dat het systeem hoeft te worden uitgeschakeld, met de volgende typen kaarten die op elke modulaire UPS-eenheid kunnen worden geïnstalleerd: 1. Communicatiekaart voor meerdere standaarden met twee uitgangen: a. Een seriële verbinding RS485 voor implementatie van het JBus/ModBus-protocol voor verbinding met een GBS (gebouwbeheersysteem). b. Ethernet 10/100 Mbps die gebruikmaakt van een van de onderstaande protocols: 2. XML-Web voor een rechtstreekse UPS-verbinding met een intranet, zonder verbinding met een server, die informatie biedt via een standaardwebbrowser-SNMP voor verbinding met een beheersysteem van een computernetwerk. 1. Communicatiekaart voor meerdere standaarden met drie uitgangen: 1) De twee bovengenoemde uitgangen 2) Een modemuitgang voor communicatie met systeem voor onderhoud op afstand. b. De UPS wordt gedetecteerd door software voor toezicht voor grote UPS-systemen. c. Bovendien is er naast de communicatiekaarten software voor uitschakelen en beheer beschikbaar.
DEEL 3 – UITVOERING 3.1
BEVEILIGING
A.
UPS: Elke modulaire UPS-eenheid in het UPS-systeem bevat een beveiliging tegen overspanningen van de AC-bron (volgens de standaard IEC 60146), buitensporige stijging van externe of interne temperatuur en trillingen en schokken tijdens transport.
B.
Gelijkrichter en oplader: 1. Elke gelijkrichter en de overeenkomstige batterijoplader accepteert externe ordes die automatische uitschakeling veroorzaken in de volgende gevallen: a. Nooduitschakeling van de voeding (EPO; Emergency Power Off), in welk geval de batterijstroomonderbreker ook wordt geopend b. Als de temperatuur de opgegeven limieten overschrijdt. 2. De gelijkrichter wordt automatisch uitgeschakeld als de gelijkstroomspanning de maximumwaarde bereikt die is opgegeven door de fabrikant van de batterij of als de temperatuur de opgegeven limieten overschrijdt.
C.
Omvormer: 1. De belasting wordt beschermd tegen overbelastingen die resulteren uit verlies van spanningsregeling bij de uitgang van de omvormers. 2. Elke omvormer (en de overeenkomstige gelijkrichter en oplader) wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de gelijkstroomspanning de maximale spanning bereikt die is opgegeven door de batterijfabrikant. 3. Voor het geval dat een overbelasting de systeemcapaciteit (zonder AC-bypass) overschrijdt, is elke omvormer uitgerust met een automatisch uitschakelsysteem ter bescherming van de stroomcircuits. Een kortsluiting van de belasting veroorzaakt de statische uitschakeling van elke omvormer zonder vernietiging van de zekering.
D.
Batterijen: 1. Bescherming tegen te diepe ontlading: De UPS is een apparaat dat zo is ontworpen dat elke batterij wordt beschermd tegen diepe ontladingen, waarbij rekening wordt gehouden met de kenmerken van de ontladingscycli, met isolatie van de batterijen door een installatieautomaat. 2. Onafhankelijke regel- en controlesystemen: a. Een regelsysteem regelt de batterijspanning en de laadstroom van elke modulaire UPSeenheid. b. Met een tweede systeem worden onafhankelijk van het regelsysteem de batterijspanning en de laadstroom gecontroleerd. Als het regelsysteem defect is, grijpt het controlesysteem in en schakelt de oplader uit om overlading te voorkomen. 3. Regeling van de batterijspanning afhankelijk van de omgevingstemperatuur: a. Een temperatuursensor past de oplaadspanning van elke oplader aan de omgevingstemperatuur aan. b. Dit regelsysteem houdt rekening met de chemische reactie en verlengt de levensduur van de batterij. c. Het toegestane temperatuurbereik wordt ingesteld in de parameters voor de instellingen. d. Er klinkt een alarm als de temperatuur het toegestane bereik overschrijdt. 4. Zelftest: a. De batterij is uitgerust met een zelftest die kan worden uitgevoerd: 1) Op aanvraag, via een handmatig besturingselement 2) Automatisch, overeenkomstig met tijdsintervals die door de gebruiker zijn ingesteld. b. Met de zelftest worden de batterijparameters bijgewerkt en detectie mogelijk gemaakt van alle abnormale omstandigheden met het oog op preventief onderhoud.
3.2
ONDERHOUDSGEMAK Een gemeenschappelijke externe bypass is beschikbaar om de UPS volledig te isoleren.
A.
3.3 A.
Lokale en externe diagnose en controle - E. Services: De UPS is uitgerust met een zelftestsysteem om de werking van het hele systeem te controleren, telkens als het systeem wordt gestart. Hiertoe biedt de elektronica voor het beheer en de controle van de voeding het volgende: 1. Automatische correctie van variaties in onderdeelwaarden. 2. Verkrijgen van informatie die van vitaal belang is voor computerondersteunde diagnose of controle (lokaal of extern). 3. Algehele gereedheid voor externe supervisieservices die worden geboden door de fabrikant. STANDAARDEN EN TESTS Standaarden 1. Alle apparatuur is ontworpen en ingebouwd volgens de geaccepteerde technische methoden en de van toepassing zijnde internationale standaarden, in het bijzonder de standaarden die hieronder worden vermeld. a. IEC 60140-4: UPS - Prestaties. b. IEC 62040-1 en EN 62040-1: UPS - Veiligheid. c. IEC 62040-2 en EN 62040-2: UPS - Elektromagnetische compatibiliteit (EMC), niveau B. d. IEC 62040-3 en EN 62040-3: UPS - Prestaties.
e. IEC 60950 / EN 60950: Veiligheid van IT-apparatuur, inclusief elektrische bedrijfsapparatuur. f. IEC 61000-2-2: EMC, compatibiliteitsniveaus.. g. IEC 61000-3-4: Limietwaarden voor de emissie van harmonische stromen (ingangsstroom van de toestellen > 16 A/f). h. IEC 61000-4: EMC – Immuniteitstests. j. IEC 439: Laagspanningsschakel- en verdeelinrichtingen. k. IEC 60529: Mate van beveiliging die door behuizingen wordt geboden (IP-code). l. ISO 3746: Vermogensniveaus van geluid. m. CE-markering. 2.
B.
3.4
Bovendien voldoet de apparatuur aan criteria voor ecologisch ontwerp en ecologische productie met het oog op duurzame ontwikkeling en hiertoe kan de fabrikant het volgende aantonen: a. Onderzoek en ontwikkeling en productie op een locatie met ISO 14001-certificaat b. Productie met meer dan 90% recyclebare materialen c. Mogelijkheid om producten aan het einde van hun levensduur terug te vorderen en om bewijs van vernietiging door een gecertificeerde organisatie voor te leggen d. Het milieuprofiel van het product, dat bij de verkoop wordt meegeleverd.
Certificering van conformiteit: De fabrikant voorziet op aanvraag een volledig kwalificatiebestand dat de naleving van bovenstaande standaarden aantoont. Bovendien worden de aangegeven prestatieniveaus bevestig door certificering door onafhankelijke laboratoria (bijv. TÜV of Veritas). KWALITEITSSYSTEEM EN TESTPROCEDURES
A.
Testprocedures: 1. De fabrikant voorziet bewijs van een systeem voor kwaliteitsborging. Meer bepaald moeten de stappen in het productieproces onderworpen zijn aan geschikte test, zoals: a. Inspectie van inkomende onderdelen, tests op veranderlijke subassemblages b. Complete functionele controles bij beëindiging van de productie. 2. De apparatuur is onderworpen aan inbranding onder belastingsomstandigheden voorafgaand aan verzending. 3. Eindcontroles en aanpassingen worden vastgelegd in een rapport dat wordt opgesteld door de afdeling voor kwaliteitscontrole van de leverancier. 4. Certificatie van de industriële faciliteiten in overeenstemming met ISO 9001 of 9005 is vereist.
B.
Kwaliteitssysteem: De UPS moet ontworpen worden met een ISO 9001-kwaliteitssysteem en een betrouwbaarheidsstudie om maximale betrouwbaarheid te garanderen.
3.5
SERVICES
A.
Onderhoud: De leverancier biedt contracten aan voor vier onderhoudsniveaus. 1. Niveau 1: eenvoudige controles en instellingen, procedures die toegankelijk zijn zonder demontage en risico. 2. Niveau 2: preventief onderhoud, controles die een continue werking van het systeem niet verhinderen en voorbereiden van operators voor services van de fabrikant. 3. Niveau 3: problemen oplossen. Reparaties door standaarduitwisseling van subsystemen en functionele onderdelen voor vermogen en beheer. Preventief onderhoud, systematisch en wanneer dit wordt aangegeven door een gekwalificeerde diagnose. 4. Niveau 4: belangrijk preventief en correctief onderhoud of technische upgrades tijdens het opstarten, de werking of de vernieuwing van de UPS-installatie en het recyclen van apparatuur of onderdelen die een risico vormen. Deze onderhoudswerkzaamheden vereisen het gebruik van apparaten en middelen die zijn gekalibreerd door gecertificeerde organisaties.
B.
Technische competentie: 1. Klantoperators: de leverancier biedt een trainingsprogramma van niveau 2.
2.
Servicepersoneel: de leverancier zorgt ervoor dat het servicepersoneel is gekwalificeerd voor niveau 4.
C.
Functionele onderdelen - organisatie van leveranciersservices: 1. Een leverancier of een geautoriseerde agent in de buurt zorgt voor redelijke tijden om de locatie van de klant te bereiken met het oog op het verminderen van de gemiddelde reparatietijd (MTTR; mean time to repair). De leverancier kan een contract aanbieden, waarin de responstijd wordt beperkt tot vier uur. 2. Het logistieke systeem van de leverancier en de beschikbaarheid 24 uur per dag van originele vervangende onderdelen draagt ook bij aan het verminderen van de gemiddelde reparatietijd (MTTR).
D.
Opstarten van het systeem: Het systeem en de apparatuur wordt op locatie door de leverancier of een geautoriseerde agent opgestart. Tot de procedure behoren ook controles van de kenmerken van de stroomopwaartse en stroomafwaartse beveiligingsapparaten en van de installatieparameters van de UPS.
E.
Vervangingsonderdelen: De leverancier biedt gecertificeerde vervangende onderdelen gedurende ten minste tien jaar vanaf het moment van levering.
F.
Recyclen en vernieuwen/vervangen: Aan het einde van de levensduur van de UPS, garandeert de leverancier indien nodig een doorlopende service van de installaties van de klant, met inbegrip van apparatuur en vervanging van apparatuur volgens de van toepassing zijnde normen en milieuvoorschriften.
3.6
INSTALLATIESERVICES
A.
De vereiste services omvatten: 1. Leveren van de UPS en alle benodigde onderdelen of elementen. 2. Transportkosten voor aflevering op de locatie worden door de leverancier betaald.
B.
Opties: 1. Hantering en installatie van UPS op de locatie. 2. Aansluitingen tussen de batterij en de UPS. 3. Aansluiting van de normale AC-bron op de gelijkrichter/oplader. 4. Aansluiting van de bypass-AC-bron op de ingangstransformator of bypassingang. 5. Aansluiting van de belastingscircuits op de UPS-uitgang.
EINDE VAN SECTIE
CONTROLELIJST SPECIFICATIES Gebruik deze controlelijst om de beschikbare technische specificaties te identificeren om aan de vereisten van uw project te voldoen. Type UPS-eenheden Totaal nominaal vermogen (kVA) bij PF 0,9 kVA Fabrikant Productenreeks Bedrijfsmodus (IEC 62040-3) Dubbele conversie VFI Parallelle verbinding van maximaal 8 kVA max modulaire UPS-eenheden Tot drie redundante eenheden (n+3) Alarm dat verlies van redundantie aangeeft binnen het UPS-systeem
kW
Ja Ja
Nee Nee
Ja Ja
Nee Nee
Ja Ja Ja
Nee Nee Nee
Ja
Nee
Ja
Nee
Ja Ja
Nee Nee
Ja Ja
Nee Nee
Ja Ja Ja Ja
Nee Nee Nee Nee
Ja Ja
Nee Nee
Ja Ja Ja
Nee Nee Nee
Ja Ja Ja
Nee Nee Nee
Ja
Nee
Ja
Nee
Gelijkrichter Bereik van ingangsspanning Driefasen ingangsspanning Fasesequentie Sinusvormige ingangsstroom Ingangsarbeidsfactor
250-470 V Zonder nulleider Er wordt een verkeerde fasesequentie gesignaleerd door alarm THDI stroomopwaarts 5% met PFCgelijkrichter PF > 0,99 met IGBT-gelijkrichter (van 50% belasting)
Geen inschakel- of opstartstroom Snel laden van batterij
Doorgaans 10 min. back-uptijd in 6 uur opgeladen Spanningsregeling ± 1% Onafhankelijke regel-/controlesystemen voor de oplader Batterij Type
Standaard Overige
Levensduur Back-uptijd
Afgedicht loodzuur in een behuizing Jaren Minuten
Beheer en bescherming van batterij Opladen als functie van de temperatuur Meting van werkelijke back-uptijd, afhankelijk van belasting, temperatuur, leeftijd Koud opstarten op batterijvermogen Beveiliging tegen diepe ontlading met openen installatie-automaat Laadstroombeperking 0,05 C10 tot 0,1 C10 (afhankelijk van batterij) Zelftests Meting van werkelijke back-uptijd Blok-voor-blokcontrole Voorspelling van einde batterijlevensduur
Inverter Driefasen uitgangsspanning met nulleider Stationaire toestanden
Volt ± 1%
Spanningsovergangen Vervorming van uitgangsspanning bij Pn Niet-gebalanceerde omstandigheden Uitgangsfrequentie Variatie in uitgangsfrequentie Aanpasbaar van Frequentiesynchronisatie met een externe bron Capaciteit overbelasting Stroombegrenzing Topwaarde
± 2% (belasting van 0 tot 100% of 100 tot 0%) THDU < 3%
Ja
Nee
Ja
Nee
Spanningsvariatie < 1% Hz ± 0,5 Hz - 0,25 Hz tot + 4 Hz ± 0,5% tot ± 8 % van de nominale frequentie 125% In gedurende 10 minuten 150% In gedurende 30 seconden 300% In gedurende 150 milliseconden Tot 3:1
Ja Ja Ja Ja Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
Ja Ja Ja Ja
Nee Nee Nee Nee
Met statische schakelaar Geen zekeringen in serie met statische schakelaar 16 tot 25 In voor 20 ms, afhankelijk van nominale waarde (bijv. 25 In bij 250 kVA / 16 In bij 500 kVA)
Ja Ja
Nee Nee
Ja
Nee
Ja
Nee
Via gedeelde externe bypass (voor onderhoud)
Ja
Nee
> 94.5% van 50 % belasting
Ja
Nee
Ja Ja
Nee Nee
Ja
Nee
selectie van besturingssysteemtaal met wachtwoord
Ja Ja
Nee Nee
metingen, status, gebeurtenissen, diagrammen 2500 gebeurtenissen met tijdstempel Vermogensniveaus, back-uptijd % tjd op batterijvermogen, aantal overschakelingen naar batterijvermogen, gemiddeld belastingpercentage, enzovoort. Gescheiden AAN/UIT-knoppen Niet opgenomen in display
Ja
Nee
Ja Ja Ja
Nee Nee Nee
Ja Ja
Nee Nee
Geluidsalarm, LED’s
Ja
Nee
Bypassfuncties Automatische bypass van elke UPS Technologie zonder zekeringen Kortsluitingweerstand van statische bypass Statische schakelaar is beveiligd tegen spanningsschommelingen bij schakelen en bliksem Handmatige bypass
Efficiëntie Algehele efficiëntie van het UPSsysteem Efficiency Booster-modus Rotatiestrategie
Elke UPS in de installatie heeft dezelfde werkingstijd.
Functie in- of uitschakelen via display Gebruikersinterface Grafisch display in 19 talen Menu voor aanpassen van instellingen Weergave Gebeurtenislogboek Staafdiagrammen Statistieken
Bedieningsknoppen Redundante interface met apart statuspaneel Statusindicaties
Communicatie Programmeerbare relaiskaart EPO-klemmenstrook Opties Kaart met twee uitgangen
Ja Ja Ja
Nee Nee Nee
Ja
Nee
Ja Ja
Nee Nee
Ja Ja Ja Ja
Nee Nee Nee Nee
Ja Ja
Nee Nee
Ja Ja
Nee Nee
Niveau 4 NFX 060-010
Ja
Nee
Extern Internationaal
Ja Ja
Nee Nee
Ja
Nee
Ja Ja
Nee Nee
Kaart met drie uitgangen Supervisiesoftware Beheersoftware
JBus/ModBus RS485 + Ethernet 10/100 Dezelfde als kaart met twee uitgangen + een modem Met beheer voor uitschakeling
Certificatie Gecertificeerde standaarden en tests Prestatiecertificering Kwaliteitscertificering Eco-ontwerp en -fabricage
Zie de lijst in sectie 12.1 LCIE ISO 9001 / 9002 ISO 14001-locatie
Installatie Hoogte behuizing Maximaal 1900 mm Gewicht UPS-behuizing (zonder Maximaal 1500 kg batterijen) Installatie tegen een muur Toegang tot kabel- of geleideraansluiting via voorzijde Services Technische competentie van leverancier Diagnose en controle Technische ondersteuning
Bediening/onderhoud Veilig onderhoud
Ingebouwde schakelaars voor ingang, uitgang en bypass Toegang tot onderdelen van voeding via voorzijde Toegang tot communicatie via Onder spanning uitwisselbare kaarten voorkant Beschikbaarheid Wereldwijde beschikbaarheid van originele vervangende onderdelen Responstijd van onderhoudsteams
Ja
Onderhoudsprogramma's
Ja Ja Ja Ja
Preventief Voorspelbaar
Nooddiensten Programma’s voor vernieuwing/vervanging
t<4u
Nee 4
8
t>24 u
