Provinciale Staten
Antwoord op Statenvragen PS2003-123
Arnhem, 20 mei 2003 nr. Z6055
De leden van Provinciale Staten Vogelpest
Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde van Provinciale Staten doe ik u hieronder het antwoord van Gedeputeerde Staten op de vragen van het statenlid (CDA) mevrouw R. van Schoor-van den Brink toekomen. Vraag 1: De pluimveehouders die geruimd zijn, hebben grote behoefte aan informatie over wat er gaat gebeuren. Men krijgt vaak tegengestelde informatie. Hoe kan dit opgelost worden? Antwoord: Het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij is verantwoordelijk voor de informatievoorziening naar de ondernemers. Het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij heeft een centraal informatienummer en een internetsite waar de meest recente informatie op staat. Tevens hebben pluimveehouders van wie het bedrijf geruimd is, een direct contact met een - per ondernemer - toegewezen contactpersoon van de RVV. Het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij heeft inmiddels samen met de GLTO een traject in gang gezet waarbij middels groepsbijeenkomsten gesprekken met getroffen pluimveehouders gevoerd worden. Het project heet "Sociaal-emotionele ondersteuning en toekomstperspectief voor pluimveehouders in de Gelderse Vallei". De resultaten van deze gesprekken kunnen aanleiding geven tot het verbeteren van communicatietrajecten. Graag wijzen wij in dit verband ook naar de vergadering van Provinciale Staten van Gelderland op 19 maart 2003 waarin de heer J. Markink namens alle fracties het woord heeft gevoerd. Hij heeft ons college gevraagd op korte termijn met een voorstel te komen over de aanpak van de gevolgen van de vogelpest. De heer H. Boxem heeft namens ons college het volgende geantwoord: "Wij zullen een verzoek om datgene te doen wat in het belang is van het betrokken gebied, graag ter harte nemen. Wij zijn met het Rijk in overleg in hoeverre het zinvol is te bekijken of aanvullende middelen van overheden welkom of noodzakelijk zijn. Met name zullen wij bezien of het restant van de middelen die de Staten destijds beschikbaar hebben gesteld - en waaraan het Rijk ook heeft bijgedragen - voor de uitvoering van projecten in de door MKZ getroffen gebieden, ook inzetbaar zijn voor gebieden die thans getroffen zijn of alsnog getroffen zullen worden door de vogelpest.
Inlichtingen bij dhr. G.M. Kiljan, tel. (026) 359 95 23 e-mail
[email protected]
Hierover zijn reeds afspraken met andere overheden en betrokken organisaties gemaakt in het inmiddels opgestarte Barnevelds Beraad, een overleg tussen Rijk, provincies Utrecht en Gelderland, Valleigemeenten, pluimveesctor, banken en Kamer van Koophandel." Vraag 2: Veel jonge bedrijven redden het niet zonder extra financiële steun om 6 à 9 maanden geen productie te hebben. Welke maatregelen kunnen oplossingen bieden? Rentesubsidie Nationaal Groenfonds? Ruimtelijke Ordening en Reconstructie? Antwoord: Het kabinet heeft ten minste 5 miljoen euro beschikbaar gesteld om de nood te lenigen van bedrijven die zijn getroffen door de maatregelen tegen vogelpest. Hiervan is 2 miljoen euro bestemd voor de kosten van sociaal-psychologische hulp en 3 miljoen euro voor sociaal-economische hulp. Het geld wordt gestort in het bestaande Rijksfonds MKZ, dat wordt omgevormd tot het "Fonds MKZ en AI" (Aviare Influenza = klassieke vogelpest). Ook andere partijen kunnen geld in dit fonds storten. Het kabinet verdubbelt die bijdragen van derden. Sociaal-psychologische hulp Met deze rijksmiddelen worden de reeds genoemde gespreksbijeenkomsten gefinancierd die momenteel plaatsvinden. Sociaal-economische hulp De middelen voor sociaal-economische hulp (3 miljoen euro) zullen worden gebruikt om bedrijven die als rechtstreeks gevolg van de vogelpest in continuïteitsproblemen komen een voorziening te bieden. Het kan hier zowel om agrarische bedrijven gaan als om niet-agrarische bedrijven. De maatregel is bedoeld om ervoor te zorgen dat perspectiefvolle bedrijven (en dus ook de werkgelegenheid op deze bedrijven) in stand blijven. Het gaat dus uitdrukkelijk niet om een tegemoetkoming in de schade als gevolg van de vogelpest. Op 15 mei 2003 is het fonds opengesteld. Bijstand Door vogelpest getroffen ondernemers kunnen in aanmerking komen voor een bijstandsregeling voor zelfstandigen. Daarvoor geldt een aantal voorwaarden, waarvan de belangrijkste is dat de ondernemer en de eventuele partner geen inkomsten hebben boven het sociaal minimum. Ook biedt het zogenaamde Besluit bijstandsverlening zelfstandigen gemeenten de mogelijkheid om onder voorwaarden bedrijfsleningen te verstrekken tot maximaal 162.344 euro. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft aan gemeenten gevraagd om aanvragen van getroffen bedrijven met voorrang in behandeling te nemen.
2
Uitstel belastingaangifte Het Ministerie van Financiën heeft besloten de door vogelpest getroffen bedrijfsmatige houders van AI-gevoelige dieren en slachterijen meer tijd te gunnen om aan hun fiscale verplichtingen te voldoen. De getroffen ondernemers kunnen de Belastingdienst om uitstel vragen bij het indienen van hun belastingaangifte voor de inkomsten-, vennootschaps-, omzet- of loonbelasting. Bij aangiften waarvan de uiterste indiendatum ligt na 28 februari 2003 en voor of op 31 juli 2003, wordt uitstel verleend tot 31 augustus 2003. Daarnaast kan aan ondernemers die als gevolg van de vogelpest met betalingsproblemen van belastingaanslagen kampen onder bepaalde voorwaarden uitstel van betaling worden verleend. Reconstructie en Ruimtelijke Ordening In het kader van de besluitvorming rond de reconstructie zouden aanvullende maatregelen genomen kunnen worden om de sector duurzaam opnieuw op te starten. Inmiddels is, op initiatief van de GLTO en het vorig college van Gedeputeerde Staten, het zogenaamde "Barnevelds Beraad" opgestart, een overleggroep bestaande uit enkele burgemeesters van de Gelderse Vallei, gedeputeerden uit Utrecht en Gelderland, vertegenwoordigers van GLTO, NOP, overige sectordeskundigen, Kamer van Koophandel en de banken. Dit Barnevelds Beraad bereidt de herstart van de sector voor en komt met aanbevelingen richting Rijk en provincie om maatregelen te treffen die een duurzame pluimveehouderij ondersteunen. In dit verband willen wij u herinneren aan het Statenakkoord waarin melding is gemaakt van een samenwerking binnen een (nieuwe) Regionale Ontwikkelingsmaatschappij die ook kan dienen voor het behoud van een duurzame pluimveehouderij in Gelderland. Rentesubsidie Nationaal Groenfonds Het Noodfonds voorziet in een rentesubsidie. Vraag 3: De werkgelegenheid in de sector staat onder grote druk, men spreekt over 25.000 arbeidsplaatsen. Welke maatregelen nemen wij als provincie? Antwoord: Indirect via reconstructie en gebiedsgericht beleid kunnen projecten worden ingediend die zich richten op heroriëntatie binnen of buiten de landbouw. De Kamer van Koophandel Veluwe Twente inventariseert de gevolgen van de crisis voor het MKB en zal die bespreekbaar maken in het Barnevelds Beraad. Uit de aanbevelingen die het Barnevelds Beraad ons doet, zouden maatregelen kunnen voortvloeien die de werkgelegenheidsdiscussie in de Gelderse Vallei (en delen van het Rivierengebied) kunnen beïnvloeden. Vraag 4: Er is sprake van een maatschappelijk en economisch probleem in onze provincie. Gedeputeerde Staten van Limburg hebben besloten om 125.000 euro beschikbaar te stellen en te storten in het Noodfonds. Het kabinet verdubbelt dit bedrag. Is dit voor Gelderland ook een optie?
3
Antwoord: Het Rijksfonds MKZ/AI draagt zorg voor de eerste hulpverlening zoals onder de beantwoording van vraag 2 is weergegeven. Aanvullende middelen vanuit de provincie zijn in dat verband op dit moment niet nodig. Bovendien is de eerste noodhulp ook de primaire zorg van de rijksoverheid. Na afloop van de MKZ-crisis hebben uw Staten vorig jaar (juni 2002 Statenbesluit H - 596) een bedrag van 4,54 miljoen gestort bij het Groenfonds. Tezamen met de rijksbijdrage van 3,63 miljoen (restantmiddelen van het Rijk uit het toenmalige MKZ-fonds) is dit geld beschikbaar gesteld om in de gebieden die het meest door de MKZ zijn getroffen (waaronder de Gelderse Vallei) projecten te starten die tot doel hebben het leveren van een bijdrage aan de herstructurering van de agrarische of de recreatieve sector. Het verbeteren van de structuur van de landbouw is in het Statenbesluit H - 596 niet beperkt tot de rundveehouderij respectievelijk de varkenshouderij of de pluimveesector. Ofschoon tijdens de discussie rond het besteden van de MKZ-gelden niet expliciet is gesproken over de mogelijke uitbraak van vogelpest beschouwen wij het duurzaam opstarten van de pluimveesector als een structuurversterkende maatregel voor de landbouw in de door MKZ en vogelpest meest getroffen gebieden. In dat verband wijzen wij u erop dat wij een aanpassing van het Statenbesluit H - 596 van 19 juni 2002 niet nodig achten. Weliswaar is middels de beantwoording van deze vragen en het GS-besluit C7 van dinsdag 20 mei 2003 ook een deel van het Rivierengebied onder het bestedingsregime van de MKZ-middelen gebracht, maar wij willen de middelen in relatie tot de gevolgen van de vogelpestcrisis in dat gebied inzetten voor structuurverbeterende maatregelen binnen de pluimveesector, zijnde een onderdeel van de agrarische sector zoals dat in Besluit H - 596 is vermeld. Met het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij zal over de bestedingsmogelijkheden van het rijksaandeel van de MKZ-gelden in het Rivierengebied nog overleg gevoerd moeten worden. Het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij heeft ons college schriftelijk bevestigd dat op basis van een rapportage achteraf ingestemd wordt met de besteding van de middelen volgens de door de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij opgestelde algemene voorwaarden. Deze algemene voorwaarden zijn: * betaling gaat via het Groenfonds; * een zelfde bedrag als de omvang van de rijksbijdrage zal door de provincie beschikbaar gesteld worden; * de projecten dienen geheel of gedeeltelijk te liggen in de door MKZ getroffen gebieden; * de projecten dienen bij te dragen aan de herstructurering van de agrarische of de recreatieve sector; * de middelen worden besteed in landinrichtings- of reconstructieprojecten. Het Groenfonds heeft van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij bericht ontvangen dat de door Gedeputeerde Staten aangeboden projecten in dit kader beschouwd worden als zijnde goedgekeurd door het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij waarna het Groenfonds tot betaling van het rijksdeel kan overgaan. De provinciale middelen die op de betreffende Groenfondsrekening zijn gestort zullen via de bestaande provinciale regelingen worden uitgegeven (Fonds Vernieuwing Landelijk Gebied en SEO-fonds). Op dit moment zijn nog voldoende middelen op de MKZ-rekening bij het Groenfonds beschikbaar om gebiedsgerichte projecten die mede tot doel hebben de pluimveesector te versterken, te honoreren en wij achten het derhalve op dit moment niet opportuun om aanvullende middelen voor dit doel te reserveren.
4
Vraag 5: De regelgeving van het MKZ-fonds is zodanig dat geen enkele pluimveehouder gebruik kan maken van deze voorziening. De overheid heeft toentertijd toegezegd de schade, hetzij in directe zin, hetzij de vervolgschade op een adequate manier te compenseren. In de praktijk blijkt dat uitvoering van dit beleid aan zoveel regels is gebonden dat de beschikbare middelen niet gebruikt worden en niet op de plaats komen waarvoor ze bedoeld zijn. Volgens de ondernemers in de pluimveesector en GLTO is dringend behoefte aan psycho-sociale hulp voor de sector; hiervoor zijn huiskamerprojecten en andere maatschappelijke ondersteuning een mogelijkheid. Graag bereidheid van uw college om dit te financieren? Antwoord: Zoals reeds hiervoren vermeld zal de psycho-sociale hulp door het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij gefinancierd en uitgevoerd worden middels het project SEP Gelderse Vallei (en Rivierengebied). Vooralsnog is ons niet gebleken dat de daarvoor gereserveerde middelen van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij uit het RijksMKZ/AI-fonds daarin tekort schieten. Mocht dit wel het geval blijken dan hebben wij ons in het Barnevelds Beraad al bereid verklaard samen met andere partijen te willen zoeken naar aanvullende financiering. Wanneer dat aan de orde is, zullen wij u zonodig in een afzonderlijk voorstel daarom verzoeken. Voor de overige geschetste situaties zal nog moeten blijken of het MKZ/AI-fonds daarin tekort schiet. De voorzitter van Provinciale Staten van Gelderland J. Kamminga
coll. b/j code: TVW_2119/JS 5