ORGANNON
NU’91 MAGAZINE - Juli 2014 - 23e jaargang - Nr.139
Andere aanpak agressief gedrag Aansluiten bij de leefwereld Maatje met meerwaarde Leren en werken in de wijk ZORGANNONUMMER 139 - 1
Inhoud 7
10
8
In discussie over ethiek De derde bijeenkomst van de jongerenklankbordgroep stond in het teken van ethisch handelen en de soms weerbarstige praktijk.
Andere aanpak agressief gedrag ‘Voorheen hanteerden we vooral regels, nu zijn we veel meer gericht op behandelen.’
Aansluiten bij de leefwereld
De presentiebenadering van Andries Baart, in het licht van de huidige transities in de zorg.
13
NU’91 geeft jouw event een boost
14
Maatje met meerwaarde
Charlie geeft kinderen met diabetes op speelse wijze meer inzicht in hun ziekte en hoe ermee om te gaan.
Als je niet echt meer met plezier naar je werk gaat, dan moet er iets veranderen; neem zelf het initiatief.
18 Leren en werken in de wijk Jongeren, herintreders en zij-instromers doen werkervaring op door wijkbewoners met een serieuze hulpvraag, te helpen.
ZORGANNONUMMER 139 - 2
Column
Ouderwets Zorgen doe je met je hart, hoofd en handen. We hebben het allemaal in onze opleiding geleerd. Maar daar is de techniek bijgekomen. In het begin was ik er een groot tegenstander van; het is tenslotte mensenwerk. Misschien wat ouderwets. NU denk ik er iets anders over. Zolang we bij alle technische ontwikkelingen maar zelf blijven nadenken en het geen arbeidsplaatsen kost, is er niets mis met innovaties op dit gebied. In deze Zorg anno NU maken we kennis met Charlie, een digitaal educatief hulpmiddel voor chronisch zieke kinderen. Diabetesverpleegkundige Hanneke van den Bosch vertelt over de meerwaarde van deze robot. En als we het over vernieuwen hebben, dan valt vast de foto bij deze column op. Inmiddels drie brillen en twee kapsels verder vond ik het vorige plaatje van mijzelf een beetje ‘ouderwets’. Met de zomer voor de deur begint het gepuzzel over de vakantieroosters weer. Een goed dienstrooster is een van die zaken die kunnen bijdragen aan meer werkplezier. NU’91 wil met het project Meer werkplezier jou inspireren om na te denken over wat werkplezier voor jou inhoudt en hoe je zelf het initiatief kunt nemen om dat te verhogen. Meer informatie vind je in dit nummer. Nodig ons uit in jouw instelling en laat je motiveren! Ook deze zomer voor mij geen vakantie; ik ga liever in de winter naar de zon. De relatief rustige zomermaanden geven mij de tijd om begrotingen en jaarplannen te maken voor het nieuwe jaar en ik heb meer tijd voor werkbezoeken en mooie ledenontmoetingen. Misschien treffen elkaar. Ik wens jullie in ieder geval een hele goede zomer!
Monique Kempff Voorzitter NU’91
colofon
Zorg anno NU is het verenigingsblad van Nieuwe Unie ‘91, beroepsorganisatie van deverpleging en verzorging. Hoofdredactie en eindredactie: Yvonne Sturkenboom
Redactie: Sinanda Benjamins, Ruth Heiligers, Jos Kaldenhoven, Marjan Scherrenberg, Redactieadres: Bernadottelaan 11, Postbus 6001, 3503 PA Utrecht, Tel. 030 - 296 41 44, Fax. 030 - 296 39 04,
[email protected] Bladmanager: Yvonne Sturkenboom. Vormgeving en productie: Meneer E. / illustratie & vormgeving - Amsterdam www.flickr.com/eriksetalge, Advertentie-exploitatie: NU’91, Utrecht, T 030-2964144,
[email protected]. Uitgever NU’91, Utrecht, ISSN 0927 - 4774.
De redactie behoudt zich het recht voor ingezonden brieven en artikelen in te korten en te redigeren. De in Zorg anno NU verkondigde standpunten of meningen zijn niet noodzakelijk de standpunten
en menigen van NU’91. Hoofdkantoor NU’91 en regio’s: Postbus 6001, 3503 PA Utrecht. T 030-296 41 44, F 030-2963904, Groningen, Friesland, Drenthe: Richard Wisman, Overijssel, Gelderland: Gorrit Smit, Utrecht, Flevoland: Ymke Hylkema Noord-Holland: Esther Tibbe, Limburg, Noord-Brabant: Peer Meesters, Zeeland, Zuid-Holland: Mark Froklage Telefonische spreekuren Serviceloket NU’91: Maandag t/m donderdag van 9.00 - 17.00 uur en vrijdag van 9.00 - 13.00 uur. Tel. 030 - 296 41 44 of
[email protected]. Graag lidmaat-
schapnummer vermelden. Zowel voor beroepsinhoudelijke als juridische zaken. NU’91 online: www.nu91.nl Opzegging van het NU’91 lidmaatschap kan halfjaarlijks. Dit dient schriftelijk te geschieden vóór 1 mei of vóór 1 november. Uw opzegging gaat respectievelijk per 1 juli of 1 januari in. U ontvangt een schriftelijke bevestiging van uw opzegging. NU’91 ledenadministratie, Postbus 6001, 3503 PA Utrecht. Of kijk eerst even op www.blijfbetrokken.nl
ZORGANNONUMMER 139 - 3
NUinhet Nieuws! Contributie iets omhoog Al een aantal jaar is de contributie van het NU’91 lidmaatschap niet meegestegen met andere prijsverhogingen.
Down voor Dummy’s Van elke 20.000 kinderen die geboren worden, hebben ongeveer tien het Syndroom van Down. In Denemarken daalde dat aantal opzienbarend nadat in 2004 de NIPT-test werd geïntroduceerd: een bloedtest waarmee je 100%
Om echter het huidige niveau van dienst-
zeker weet of de baby Down heeft. In ons land is op 1 april een proef begon-
verlening aan onze leden te blijven
nen met de test.
garanderen, kunnen we er nu niet
De invoering van deze test is een van de aanleidingen voor het TV-programma Down voor Dummy’s. Barry Atsma - acteur en jongere broer van de verstande-
langer omheen. De contributie zal per 1 januari 2015
lijk gehandicapte Rimmert - gaat dit programma over drie meiden met het syndroom van Down presenteren. Barry probeert in het programma meer te
worden verhoogd van € 12,75 naar
weten te komen over hoe het leven van Britt, Sara en Lize eruit ziet. Ook deze
€ 12,95. Dit is de prijs van het gewone
jonge vrouwen worden geconfronteerd met alles wat belangrijk is in het leven
lidmaatschap. Voor alle andere lidmaat-
van elke jongere: liefde, seksualiteit, verlangen naar zelfstandigheid, ambities
schapsvormen en de bijbehorende contributie verwijzen we je naar onze website.
en toekomstplannen. Hoe is het leven van deze jonge vrouwen? In welke opzichten is het ‘anders’? En wat klopt er van typeringen als schattig en lief of zielig en afhankelijk? Barry: ‘Het programma heeft er in ieder geval voor gezorgd dat ik anders naar mijn broer ben gaan kijken. Ik snap zijn strijd voor een zelfstandig leven nu
TIP
Weet je dat je via een aantal cao’s belastingvoordeel op je NU’91lidmaatschap kunt krijgen? Tot wel 50%! Download hiervoor je bewijs van lidmaatschap via onze website. nu91.nl > leden
veel beter.’ Down voor Dummies is vanaf 7 augustus iedere donderdag om 22:15 uur te zien bij BNN op Nederland 1.
Effectief communiceren Goed in gesprek
Laat OMA thuis (Oordelen, Meningen, Adviezen), gebruik LSD (Luisteren, Samenvatten Doorvragen), smeer NIVEAU (Niet Invullen Voor Een Ander) en andere ezelsbruggetjes herinneren jou en je collega’s aan de belangrijkste principes van goed communiceren. De zeven verschillende posters zijn gratis te downloaden. Print ze uit en hang zebijvoorbeeld op in de koffiekamer.
werkt voor DE ZORG
www.invoorzorg.nl/goedingesprek www.vilans.nl/communiceren
ZORGANNONUMMER 139 - 4
invoorzorg.nl > tools
NU in het Nieuws
(F)ACT-team voor LVB Mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB) zijn vaak kwetsbaar. Zij hebben veel moeite om zichzelf in het dagelijks leven staande te houden en lopen een extra risico op het ontwikkelen van gedrags-, psychiatrische en verslavings problemen. Mensen met een LVB en bijkomende complexe problematiek worden niet altijd bereikt door de hulpverlening. (F)ACT - (flexible) assertive community treatment - lijkt een veelbelovend organisatiemodel voor de zorg aan deze groep cliënten. (F)ACT teams bieden ambulante, intensieve en multi-disciplinaire zorg aan cliënten met ernstige en langdurende psychiatrische en verslavingsproblematiek in combinatie met problematiek op andere levensgebieden. In de GGZ worden deze teams inmiddels breed ingezet. Onlangs is de implementatiehandreiking Aan de slag met (F)ACT voor LVB uitgebracht. De handreiking kan organisaties en teams helpen bij het maken van keuzes op zowel strategisch als operationeel managementniveau en bij het zetten van de juiste stappen in de diverse fasen van het implementatieproces. trimbos.nl/webwinkel/productoverzicht > gratis download Handreiking
GGD website voor jongeren
HBO-vgg versterkt kwaliteit ouderenzorg De HBO-opleiding verpleegkundige gerontologie-geriatrie (HBO-vgg) is in 2009 opgezet om de zorg voor ouderen te verbeteren. Inmiddels zijn hier ruim 350 verpleegkundigen afgestudeerd. Ook bieden verschillende hogescholen cursussen VGG aan voor afgestudeerde (wijk) verpleegkundigen. Met hun kennis van gezond ouder worden en van ouderdomsziektes zijn deze hbo-verpleegkundigen toegerust om hoogkwalitatieve zorg te bieden, extra- en intramuraal. Zij zijn de spil tussen de cliënt, verzorgenden, huisartsen en andere zorg- en hulpverleners. Zij verlenen zorg in het primaire proces én werken aan de kwaliteit van de zorg door praktijkonderzoek op te zetten en uit te voeren, en door het coachen van collega’s. hbo-vgg.net
Jongeren kunnen vanaf nu op jouwggd.nl betrouwbare informatie vinden over zaken als gezondheid, relaties, seks, alcohol, roken en drugs. Ook kunnen jongeren op de website (anoniem) chatten en mailen met een ggd-arts of jeugdverpleegkundige. Chatten kan iedere werkdag tussen 15:00 en 17:00 en tussen 19:00 en 21:00. Buiten deze tijden kunnen jongeren mailen. De ggd-arts of jeugdverpleegkundige beantwoordt een vraag binnen twee werkdagen. Vijftien GGD’en (Gemeentelijke Gezondheidsdiensten) werken samen aan de website. Afhankelijk van waar een jongere de website bezoekt, ziet hij of zij naast de algemene informatie ook een lokale pagina met onderwerpen die in specifieke regio’s spelen en een overzicht van regionale hulpverleningsinstanties. jouwggd.nl
Dementie en onbegrepen gedrag Volgens schattingen vertoont 80 tot 90% van de ouderen met dementie regelmatig onbegrepen gedrag. Hieronder wordt verstaan alle gedrag dat deze cliënt en/of haar omgeving als moeilijk hanteerbaar ervaart. Veel probleemgedrag is afhankelijk van de situatie, de persoonlijkheidskenmerken van de cliënt en de mensen om hem of haar heen. In opdracht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg hebben Trimbos en Vilans actuele richtlijnen met betrekking tot onbegrepen of probleemgedrag - waarover consensus is in het werkveld - geïnventariseerd. Door de projectgroep is uiteindelijk een set van acht kernelementen opgesteld die van belang zijn voor het goed omgaan met onbegrepen gedrag bij dementie, en een hulpmiddel vormen voor de betrokken zorgverleners. zorgvoorbeter.nl > onderzoeksrapport Omgaan met onbegrepen gedrag bij dementie
ZORGANNONUMMER 139 - 5
Internationaal
Tekst:Esther de Vries
De toekomst van verpleegkunde
Ens4care project
ZORGANNONUMMER 139 - 6
In april was de 100ste bijeenkomst van de European Federation of Nurses Associations (EFN), opgericht in1971 met als doel alle verpleegkundigen van Europa te vertegenwoordigen. Anno 2014 vertegenwoordigt de EFN meer dan 1 miljoen verpleegkundigen uit 34 Europese landen. Tijdens de bijeenkomst in Brussel is met een aantal Europarlementariërs uitgebreid van gedachten gewisseld over de ontwikkelingen binnen de verpleegkunde: hoe zien de leden van de EFN de toekomst van het vak en hoe denken de Europarlementariërs over deze toekomst? Het is goed om ervaringen te delen en ideeën uit te wisselen met mensen die beslissingen nemen die een grote impact kunnen hebben op de verdere ontwikkeling van het vak, zoals bijvoorbeeld over de eisen die gesteld moeten worden aan de (voor-) opleiding van toekomstige verpleegkundigen. Binnen de Europese Unie is er natuurlijk vrij verkeer van middelen, mensen en ideeën. Maar de vraag die nu beantwoord moet worden, is hoe we er met z’n allen voor kunnen zorgen dat de kennis van verpleegkundigen zo goed op elkaar aansluit, dat die uitwisseling ook echt zinvol is en zonder al te veel problemen kan plaatsvinden. De discussie over de European Professional Card (EPC) voor zeven beroepsgroepen, waaronder artsen en verpleegkundigen, is binnen de Europese Commissie nog in volle gang. De EPC moet het voor verpleegkundigen makkelijker maken om aan het werk te gaan in de andere landen binnen de EU. De kaart geeft de garantie dat de betreffende professional voldoet aan de minimum eisen die door de EU gesteld worden. Het zal de administratie rond de uitwisseling versimpelen en het moet het onderlinge vertrouwen verhogen. De EFN zal de procedure met betrekking tot de realisatie van de EPC met veel interesse blijven volgen.
Ens4care is een door Europa gefinancierd project dat evidence-based richtlijnen op het gebied van eHealth diensten op EU-niveau moet gaan formuleren. Het project moest op voorhand aan een aantal duidelijke criteria voldoen, onder anderen dat het kosteneffectief moet zijn. Tijdens een aantal weken in februari/maart van dit jaar hebben alle gezondheidszorgers binnen de EU de kans gehad om best practices in te sturen op het gebied van ehealth. Hier zijn vele reacties op gekomen waaronder een uit Nederland. In april hadden de 24 partners een zeer korte, maar productieve bijeenkomst. Tijdens deze bijeenkomst hebben verschillende werkgroepen een selectie gemaakt van de beste best practices op het gebied van eHealth, gekoppeld aan de eisen van het project. Het project is onderverdeeld in zes zogenaamde work packages (mini projecten binnen het geheel) waarin een bepaald onderdeel van het project wordt gerealiseerd. Binnen elke work package zal men nu aan de slag gaan met de geselecteerde best practices. Meer informatie over dit tweejarige project: ens4care.eu
Inover Indiscussie discussie ethiek
Jongerenklankbordgroep
(advertentie)
Tekst: Karin Hoekerswever - Hanegraaf
D
e derde bijeenkomst van de jongerenklankbordgroep stond, op verzoek van de deelnemers aan de voorgaande bijeenkomst, in het teken van ethiek in de zorg. Een thema dat al tijdens je studie langskomt en waar je - eenmaal werkzaam als verpleegkundige of verzorgende - vrijwel dagelijks mee te maken zult krijgen. Elk onderdeel van het werk heeft een ethisch aspect; soms verborgen, soms heel manifest.
Gastspreker Simone Naber, onderwijscoördinator van de opleiding Ethiek in de zorgsector van het Radboud UMC besprak twee zaken die vaak aan de orde komen als het gaat over de ethische aspecten in de gezondheidszorg en gaf daarmee de aanzet voor een levendige discussie. Simone begon met een uitleg over wat ethiek wel en wat het niet is. Mede door de inbreng van alle aanwezigen - een zeer diverse groep bestaande uit studenten, verzorgenden en verpleegkundigen en vertegenwoordigers van de Nederlandse Vereniging voor Vrijwillige Euthanasie (NVVE) - werd al snel de link gelegd naar de praktijk. Er ontstond een boeiend gesprek over hoe weerbarstig de praktijk kan zijn. Je wilt ethisch juist handelen, maar in de praktijk van alledag lukt dat niet altijd. Met diverse voorbeelden uit het ziekenhuis, de ouderenzorg, kinder- en jeugdpsychiatrie en de thuiszorg werd een beeld geschetst van ethisch verantwoord werken in de praktijk en wat daarbij komt kijken. Na een korte pauze om een hapje te eten en elkaar wat nader te leren kennen, werd het tweede onderdeel door Simone geïntroduceerd: euthanasie. Na haar korte inleiding werden de stoelen weer omgedraaid om opnieuw met elkaar in gesprek te gaan. Aan bod kwamen de rol van de verpleegkundige bij euthanasie en de soms weinig informerende manier waarop in ziekenhuizen de NTBR (not to be resuscitated) verklaring wordt voorgelegd aan patiënten. Ook is er gesproken over de gevolgen van het al dan niet hebben van een uitgesproken visie op overlijden binnen een instelling en over de uiteenlopende visies op de vraag hoe lang er eigenlijk moet worden doorbehandeld. Helaas moesten we tegen 21 uur de bijeenkomst beëindigen. Met de actieve inbreng van iedereen hadden we nog wel een paar uur kunnen doorpraten. Ethiek in de zorg is duidelijk een thema dat blijvend op de agenda van de jongerenklankbordgroep hoort en zal zeker op een later moment opnieuw aan de orde komen.
Opleiding De postacademische beroepsopleiding Ethiek in de Zorgsector is bedoeld voor hoger opgeleiden in de zorg die zich morele vragen stellen bij hun werk en die zich, in reflectie op die vraagstukken, verder willen bekwamen. De deelnemers maken zich een ethische woordenschat eigen, verdiepen zich in ethische theorieën en bekwamen zich in gespreksmethodieken voor moreel overleg en ethische reflectie. Na afronding van de opleiding zijn de deelnemers in staat in de eigen organisatie vruchtbare communicatie over de ethische kant van het zorgwerk te initiëren. De opleiding heeft een eigentijdse onderwijsstijl. Naast korte hoorcolleges is er veel ruimte voor interactiviteit, zelfwerkzaamheid en persoonlijke feedback, in relatie met de beroepspraktijk van de deelnemers. Een Raad van Advies bewaakt de kwaliteit van de opleiding en zorgt voor de afstemming met het veld. Voor meer informatie: Simone.
[email protected] of kijk op radboudumc.nl/onderwijs
ZORGANNONUMMER 139 - 7
Jeugdpsychiatrie
Vertrouwen, meer vrijheid en eigen verantwoordelijkheid verhogen de veiligheid
Andere aanpak Iedereen was vooral bezig met het hanteren van de regels. Met als gevolg dat er in de instelling voor jeugdpsychiatrie Accare bijna dagelijks een kind in de separeer zat. Inmiddels staat het aantal separaties vrijwel op nul.
‘Voorheen werkte het bij ons meestal zo dat een kind of jongere met problemen heel lang op de wachtlijst stond, waardoor thuis de situatie steeds verder escaleerde’, vertelt Arien Storm, behandeldirecteur van Accare. Op het moment dat opname dan eindelijk plaatsvond, waren ouders en kind elkaar kwijt. Het kind raakte onthecht van thuis en kreeg geen enkel perspectief aangeboden. Dat riep vaak agressie op, die zodanig op kon lopen dat het kind een gevaar voor zichzelf of zijn omgeving dreigde te worden. Een van de dwangmaatregelen die daarop volgde was een verblijf van enkele uren of zelfs dagen in een separeer. Arien Storm: ‘Dat gebeurde bijna dagelijks en daar wilden we vanaf. En dat is gelukt. We zitten nu op hooguit drie keer per jaar en streven naar nul.’
Snel weer naar huis De beslissing om de zorg dichter bij huis te brengen was belangrijk. Bij een crisis wordt een kind of jongere nu direct opgenomen, maar wel zo kort mogelijk. De insteek is dat ze zo snel mogelijk weer naar huis gaan. Groepsleider en gezinshulpverlener Renate Koning: ‘Als het even kan, proberen we school en sportactiviteiten door te laten lopen. Maar het belangrijkste is misschien wel dat we nu meer van het kind en de jongere zelf uitgaan. In plaats van te bepalen wat het allemaal moet afleren, vragen we: ‘Wat heb je nu nodig, wat wil je hier leren?’ Ieder kind krijgt een individueel behandelplan en denkt daar zelf over mee. Die eigen verantwoordelijkheid werkt heel motiverend. De kinderen die intern zijn, gaan bijvoorbeeld ook niet meer op een vastgestelde tijd naar bed. We houden de tijden aan die ze thuis gewend zijn.’ Arien Storm: ‘En als dat heel laat is, waardoor het kind ’s morgens eigenlijk te moe is om naar school te gaan, dan kun je daar samen over praten. Dat is veel effectiever dan een vroeger tijdstip op te leggen. Voorheen hanteerden we vooral regels, nu zijn we veel meer gericht op behandelen.’
Duidelijke doelstelling Kinderen die onder het oude beleid regelmatig in de separeer zouden zijn beland, zien nu soms niet eens de kliniek van binnen. Het aantal bedden is dan ook met de helft verminderd. Maar dat ging uiteraard niet van de ene op andere dag. Daar was een cultuuromslag voor nodig die in 2005 is ingezet. Jurist Alice Broersma: ‘Het heeft geholpen dat een aantal mensen op sleutelposities bij Accare heel sterk in de nieuwe aanpak geloofden, met een duidelijk uitgesproken doelstelling: Separeren terug naar nul. In het begin verklaarden mensen ons voor gek. Zij waren ervan overtuigd dat dat onmogelijk was. Maar het streven naar nul maakt het juist krachtig. Als je alleen maar afspreekt dat je het aantal separaties wilt verminderen, blijf je vooral kijken naar wanneer het wél mag.’ Arien Storm vult aan: ‘Juist door te beslissen dat je het helemaal niet meer wilt, kom je tot oplossingen die je eerst niet zag. Er was geen uitgewerkt plan;
ZORGANNONUMMER 139 - 8
Jeugdpsychiatrie
agressief gedrag Accare is een psychiatrische instelling waar kinderen en jongeren (van 0 tot 25 jaar) met angstklachten, ernstige identiteitsproblemen, hechtingsstoornis, trauma, ADHD, autisme of een verstandelijke beperking worden behandeld. Het grootste deel van de zorg wordt geboden via de poliklinieken. Meer informatie: accare.eu
we zijn het gewoon gaan doen. Dat begon al bij de sollicitatieprocedures. We zochten vroeger altijd naar sterke mannen die gezag uitstraalden, maar vanaf dat moment zijn we op zoek gegaan naar medewerkers met geduld, die het in zich hebben de-escalerend op te treden.’
Minder machtsstrijd Daarnaast is de organisatie veel platter geworden. Niet alleen de patiënten hebben meer vrijheid en eigen verantwoordelijkheid gekregen, dat geldt ook voor de medewerkers. Groepsleiders bepalen zelf wat het beste is. Waar ze vroeger een psychiater zouden raadplegen, overleggen ze nu met elkaar. Renate Koning: ‘Dat is een ingrijpend proces geweest. Op onze crisisafdeling hebben we er zo’n anderhalf jaar over gedaan. Als bijvoorbeeld een patiënt zichzelf sneed, dan was het normaal om alle scherpe voorwerpen af te pakken. Nu doen we dat niet meer. Ik weet nog dat ik voor het eerst zo’n meisje op haar kamer liet slapen met scherpe voorwerpen. Ik dacht alleen maar: wat zal ik morgen aantreffen? Doodeng vond ik het. Maar het ging goed. Het gaat eigenlijk altijd goed.’ Arien Storm: ‘Op het moment dat je een kind vertrouwen geeft, neem je een risico. Maar je creëert ook een voedingsbodem waarop je verder kunt bouwen. Wij hebben gemerkt dat het daardoor juist veiliger wordt, voor zowel de medewerkers als voor de patiënten. We zijn agressie echt anders gaan benaderen. Vroeger zagen we het vooral als een veiligheidsprobleem, terwijl we het nu zien als gedrag dat we kunnen behandelen. Als een jongere agressief is binnen de groep gaan we direct in gesprek. En dat doen we niet op een veroordelende of bestraffende manier, maar meer analyserend. Dan wordt het niet zo snel een machtsstrijd. Al sloegen we in het begin door naar de andere kant. Er golden nog nauwelijks regels. Dat is nu rechtgetrokken, je moet natuurlijk wel blijven opvoeden.’
Meer ruimte ‘We zijn eigenlijk vooral normaler gaan doen’, zegt Alice Broersma. ‘Dat is wel het motto van afgelopen jaren. Ik zou zelf ook hartstikke boos worden als ik alleen maar dingen níet mocht. We reageren nu op een manier die hoort bij een gewone opvoeding en die aansluit bij de verwachtingen van de maatschappij.’ Renate Koning kan zich al niet meer voorstellen dat ze het ooit anders hebben gedaan. ‘De kinderen komen uit zichzelf bij ons als er wat is. Ze weten dat we er echt voor ze zijn. Natuurlijk gaat er wel eens wat stuk en is er iemand soms heel boos en agressief. Maar dan blijven we allemaal heel rustig en bieden alternatieven aan. Op die manier zwakt het snel weer af.’ Arien Storm: ‘We zijn onderling ook veel opener geworden over wat agressie met je doet. Als het voor een medewerker te zwaar wordt, is er ruimte om dat te benoemen en even afstand te nemen. Juist door het ervaren van die ruimte kunnen mensen meer verdragen. Dat geldt overigens ook weer voor de jongeren: ze weten dat ze bij ons terecht kunnen als het thuis even niet gaat. Die gedachte alleen al geeft weer lucht.’
Wat is er veranderd? • Van intern behandelen naar zoveel mogelijk thuis • Van regels hanteren naar intensief behandelen • Van opleggen naar eigen verantwoordelijkheid • Van verbieden naar vertrouwen • Van machtsstrijd naar meer gelijkwaardigheid
NOOT: Dit artikel verscheen eerder in het magazine Duidelijk. Meer informatie over de campagne Wees duidelijk over agressie: duidelijkoveragressie.nl ZORGANNONUMMER 139 - 9
Theorie en praktijk
Waar de AWBZ nog confectie biedt, gaat de Wmo maatwerk leveren, dichtbij en vanuit de cliënt.
Op basis van een goed gesprek tussen de professional, cliënt en (potentiële) mantelzorger(s) wordt vastgesteld hoe de ondersteuning van De ambitie is
de cliënt ingericht
indrukwekkend en in theorie klinkt het prachtig; de werkelijkheid zal ongetwijfeld minder rooskleurig zijn.
ZORGANNONUMMER 139 - 10
wordt.
Theorie en praktijk Dichterbij de cliënt komen, vergt een andere manier van werken en dus een ander soort professional
Aansluiten bij de leefwereld Tekst: Yvonne Srturkenboom
Op het Wmo-congres 2014 Maatwerk ontleed ging Andries Baart, professor Presentie en Zorg aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht, in op het leveren van maatwerk en wat dit vraagt van de professional. Hij pleit - zoals al in 2001 uitgebreid beschreven in zijn boek Een theorie van presentie - voor een nieuwe kijk op professionalisme. Niet het professionalisme van de regels, protocollen en de deskundige overmacht, maar van aanwezigheid, afstemming en dienstbaarheid. Presentie draait om relaties, om te weten wat er voor de ander op het spel staat en wat je voor de ander kunt doen. Baart: ‘Als je goed kijkt naar de cliënt en tot je laat doordringen wat je ziet, dan kom je aanzienlijk verder dan wanneer je alleen binnenkomt en je ding doet.’ Presentie is een andere manier van doen; intenties, taal, tempo en taken moeten worden afgestemd op de ander. Een ander belangrijk onderdeel van de presentiebenadering is: trouw. Als we uiteindelijk niets meer voor de ander kunnen doen, kunnen we er in ieder geval voor hem zijn, aldus Baart. Zijn pleidooi lijkt, met de transities in het sociale domein en kernwoorden als dichtbij en maatwerk, eindelijk erkenning te krijgen. Hij onderschrijft dat het daarbij inderdaad vaak gaat over relaties en mogelijkheden, maar er moeten wat hem betreft wel de nodige kanttekeningen bij geplaatst worden. ‘De intentie van veel nieuwe wetswijzigingen voor het sociale domein komt behoorlijk overeen met de presentietheorie. Let wel: de intentie. Maar bij de uitvoering blijkt dan weer dat de presentiebenadering op gespannen voet staat met de traditionele werkwijze. Dichterbij de cliënt komen, vergt een andere manier van werken en dus een ander soort professionals. De vraag is of de huidige
professionals onder alle druk deze omslag wel kunnen maken.’
Ruimte voor de professional Er wordt volgens Baart te licht gedacht over het principe aansluiten bij de leefwereld. ‘Het vereist een bepaald soort bescheidenheid, een andere logica. Je moet als professional minder uitgaan van jezelf en meer van de cliënt.’ Het ijkpunt van wat goed is, verschuift van jezelf naar de ander. Maar wat goed is voor die ander is vaak niet meteen duidelijk. Dit legt veel verantwoordelijkheid bij de zorgverlener die dit telkens weer moet zien te achterhalen. Dat betekent, aldus Baart, niet dat je je met je cliënt identificeert en onnadenkend doelen van hem overneemt. Je moet de ander willen begrijpen, hem willen bereiken.
‘Het lijkt alsof we steeds minder goed kunnen omgaan met lijden en de onoplosbaarheid van problemen’ Daarnaast moeten professionals meer ruimte krijgen. Zij moeten nu nog te vaak gehoorzaam methoden uitrollen. Maatwerk in de Wmo vraagt eerder liefdevol ‘doormodderen’ dan een strakke planning, vindt Baart. ‘Het sociale wijkteam bijvoorbeeld moet een lerende gemeenschap zijn in plaats van een productieteam. We moeten meer denken in processen en proberen. Kijken en ervaren wat wel en niet werkt in plaats van nu al resultaten eisen. Die druk moet eraf. Professionals moeten de tijd krijgen na te denken over hun nieuwe werkstijl, om te experimenteren; ze hebben reflectieruimte nodig. Wat je nu echter ziet zijn gemeentes die aanbestedingen uitzetten, productieafspraken maken dus, en productieafspraken gaan niet samen met lerende professionals.’ Maar de transities gaan ook - sommigen zeggen vooral - om geld. De werkwijze die Baart bepleit is tijdrovend, kost dus Lees verder op pagina 12
ZORGANNONUMMER 139 - 11
Theorie en praktijk
Vervolg van pagina 11
extra geld en de uitkomst ervan is vooralsnog financieel onzeker. Baart meent echter dat presentie uiteindelijk minder kost. ‘Als je goed opgeleide mensen inzet die hun verstand gebruiken en geen beleid uitvoeren waarbij allerlei dingen worden ingezet die niet aansluiten bij wat mensen willen en kunnen, dan valt er op termijn geld te besparen.’
Met je handen op de rug Presentiebeoefenaren moeten als de situatie daarom vraagt, ook de zogenaamde latende modus kunnen hanteren. Dat betekent: niets forceren, maar vooral ook geduldig kunnen afwachten. Verlies, verdriet en acceptatie hebben tijd nodig. De presentiebeoefenaar kiest er tijdens deze processen voor geduldig aanwezig te zijn en de eigen onmacht te accepteren. Mieke Grypdonck, emeritus hoogleraar Verplegingswetenschap aan de Universiteit Utrecht en de Universiteit Gent: ‘Het lijkt echter alsof we steeds minder goed kunnen omgaan met lijden en de onoplosbaarheid van problemen, ook in de zorg. Dat afwachtende past misschien ook niet zo bij de hands-on mentaliteit van de meeste verpleegkundigen: problemen zijn er om opgelost te worden. De vraag is echter of je dan wel altijd het juiste voor je patiënt of cliënt doet.’ Grypdonck legt in het samen met Andries Baart geschreven boek (Verpleegkunde en Presentie 2008) uit, dat het hanteren van de latende modus betekent dat je jezelf niet alleen de vraag stelt:‘Wat kan ik hier doen om dit probleem uit de weg te helpen?, maar tegelijkertijd ‘En wat gebeurt er als ik niet intervenieer?’ Niet als verlegenheidsoptie op het moment dat alle mogelijke interventies niets hebben opgeleverd, maar als een weloverwogen keuze. Zij is ervan overtuigd dat de presentiebenadering de verpleegkunde veel te bieden heeft, zowel in langdurige zorgsituaties, als in acute. En dat dit een manier van zorg verlenen is die de meeste mensen voor ogen staat als zij voor het beroep verpleegkundige kiezen.
Person-centered Nursing In de presentiebenadering zie je overeenkomsten met de belevingsgerichte en de menslievende zorg: persoonsgerichte zorg als aanvulling op de ziektegerichte zorg. Of zoals het Elizabeth Ziekenhuis in Tilburg het aan het begin van de hun campagne Lief Ziekenhuis (2009-2014) samenvatte: Menslievende zorg gaat over dokters, verpleegkundigen en andere zorgverleners die echt contact hebben met de patiënt. Ze willen weten hoe het nu met de patiënt is en wat de ziekte voor hem of haar betekent. In de Nederlandse gezondheidszorg ligt de nadruk te veel op techniek en efficiency. Mensen worden daarbij te vaak vergeten. Ze krijgen niet voldoende aandacht. Met persoonsgerichte zorg erken je de regie van de zorgvrager; die bepaalt welke doelen hij wil behalen met de ondersteuning van professionele zorgverleners. Het Person-centered Nursing model, ontwikkeld door de Britse hoogleraren Verplegingswetenschappen Brendan McCormack en Tanya McCance, is een internationaal model voor persoonsgerichte verpleegkundige zorg. Het model werkt met een aantal principes die houvast kunnen bieden aan zorgverleners die op die manier zorg willen verlenen. -
-
-
-
Het basisprincipe is dat je degene voor wie je zorgt als persoon wilt leren kennen om beter te kunnen inspelen op wat hij echt nodig heeft. In gesprek met de zorgvrager komt er dus meer aan de orde dan de ziekte of de benodigde zorg. Zorg verlenen gaat om zowel medische handelen als om er zijn voor de ander. Het vraagt van de zorgverlener het vermogen de signalen op te vangen, die aangeven wat de zorgvrager wil en zich in te leven in wat hij belangrijk vindt. Pas dan kun je echt met elkaar bespreken wat op dat moment passende zorg is. Een goede zorgrelatie houdt ook in dat de zorgverlener zich wil laten kennen als persoon. Dat lijkt tegenstrijdig aan de heersende opvatting dat het belangrijk is om ‘professionele’ afstand te houden. Maar persoonsgerichte zorg pleit voor ‘professionele’ nabijheid. Dat betekent dat je laat zien dat je begaan bent met de zorgvrager. Dat je emoties zoals vreugde over vooruitgang of verdriet bij narigheid met elkaar deelt. Een prettige omgeving heeft een positieve uitwerking op de kwaliteit van zorg. Maar zeker zoveel invloed hebben de werksfeer en de heersende cultuur. Het is belangrijk dat collega’s makkelijk met elkaar praten over wat hen bezighoudt in de relatie met hun patiënten en dat er sprake is van een open cultuur waarin je fouten mag maken en mag leren.
Ook McCormack en McCance benadrukken dat persoonsgerichte zorg om deskundigheid vraagt en niet als vanzelf ontstaat. Zo’n verschuiving van de focus in de zorg vereist een grote inzet van opleidingen, instellingen en zorgprofessionals. (Bron: blog Margreet van der Cingel, PhD - docent en onderzoeker Hogeschool Windesheim)
ZORGANNONUMMER 139 - 12
NU’91 project
NU’91 geeft jouw event een boost!
Ben je op zoek naar een vliegende start van een evenement in jouw instelling over duurzame inzetbaarheid, vitaliteit en gezondheid van zorgmedewerkers? Nodig dan NU’91 uit voor de gratis interactieve kickstarter Meer werkplezier. NU’91 wil je informeren en inspireren. Onder anderen met een film over succesvolle initiatieven die hebben geleid tot meer werkplezier, en met het doe-boekje Meer werkplezier in 3 stappen. Of ben je misschien benieuwd hoe het er voorstaat met je pensioenopbouw? Wij bieden je de mogelijkheid te chatten met een medewerker van het Pensioenfonds Zorg & Welzijn. Medewerkers van Stichting IZZ zijn er om je te informeren over duurzaam werken en de aanwezige fitnessinstructeur kan je tips geven over hoe bewegen kan bijdragen aan je fysieke én mentale gezondheid.
Invloeden op werkplezier Iedereen wil fluitend naar het werk. Werkplezier geeft energie en motiveert. Een zorgprofessional die met plezier werkt, blijft actief uitdaging zoeken in het werk en zal zich energiek inzetten. Veranderingen in het privé leven kunnen het werkplezier beïnvloeden: kinderen krijgen, studeren, mantelzorger zijn of de nadering van de pensioenleeftijd. Maar vooral ook werk gerelateerde zaken beïnvloeden het werkplezier: gebrek aan uitdaging in het werk, werkdruk, de manier waarop een team functioneert of de visie op de behandeling van cliënten.
Zelf de regie nemen Met dit initiatief biedt NU’91 zorgprofessionals de inspiratie om zelf de regie te nemen als zij meer plezier in hun werk willen. Eén kleine stap kan al een verandering in gang zetten. De eerste stap voor jou is te achterhalen welke veranderingen in jouw situatie het werkplezier kan vergroten. Het doeboekje Meer werkplezier in 3 stappen helpt daarbij. De tweede stap bestaat uit het bespreekbaar maken van de gewenste veranderingen met je leidinggevende. En tenslotte ga je actief aan de slag om die veranderingen gerealiseerd te krijgen. NU’91 kan met Meer werkplezier aansluiten bij een event dat wordt geïnitieerd door de ondernemingsraad, de afdeling P&O, HRM of vanuit de VAR, waarbij het thema duurzame inzetbaarheid, vitaliteit en gezondheid onder de aandacht van de medewerkers wordt gebracht. Voor meer informatie en voor reserveringen kun je contact opnemen met Anja Cremers, beleidsmedewerker NU’91; T 030-3031058 / E
[email protected].
ZORGANNONUMMER 139 - 13
Van de werkvloer
Maatje met meerwaarde
Charlie leert kinderen op speelse wijze meer over hun ziekte
Tekst: Marjan Scherrenberg
Binnen het Europese project ALIZ-E wordt onderzocht hoe een persoonlijke robot kinderen kan helpen om te gaan met hun diabetes. De verschillende activiteiten die de kinderen samen met de robot uitvoeren, hebben als doel de kennis over hun ziekte te vergroten, waardoor ze gemotiveerd worden steeds meer zelf de verantwoordelijkheid te nemen. ZORGANNONUMMER 139 - 14
Ook in een tijd waarin de ene gadget op het gebied van communicatie de ander in rap tempo opvolgt, is een robot die je persoonlijk aanspreekt fascinerend voor kinderen. Zij zien Charlie als een maatje, die hen op speelse wijze meer leert over hun ziekte. In het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht werkte een groep van vijf kinderen met diabetes in de leeftijd van acht tot twaalf jaar mee aan het onderzoek van TNO naar het effect van dit digitale, educatieve hulpmiddel. Elk kind speelde samen met de robot een quiz in de vorm van het spel Triviant; zij stelden elkaar vragen. De quiz werd - met tussenpozen van enkele weken - drie keer gespeeld met deels overlappende vragen. Herhaling van de vragen bleek een lerend en stimulerend effect te hebben. Diabetesverpleegkundige Hanneke van den Bosch vindt het belangrijk om haar patiënten zelfstandig te maken. Daarvoor is het nodig dat zij begrijpen wat hun aandoening inhoudt en hoe zij kunnen handelen als er iets misgaat. Volgens Hanneke kan je dat bij een kind vanaf acht jaar al gaan ontwikkelen. Omdat ze wilde zien of de robot daadwerkelijk in staat was kinderen te helpen zelfstandig met hun diabetes om te leren gaan, motiveerde ze een aantal van haar jonge patiënten mee te doen aan het onderzoek. Persoonlijk Om Charlie goed te kunnen programmeren, informeerde onderzoeker Olivier Blanson Henkemans (TNO) vooraf bij Hanneke wat kinderen van deze leeftijd moeten weten over diabetes. Gezamenlijk maakten zij de quizvragen. Een deel van de vragen betrof de gezondheid (educatie): Als je tijdens het sporten vaak moet plassen, waar heb je dan last van? en Waar heb je insuline voor nodig?. In het andere deel ging de robot in op wat de kinderen van tevoren over zichzelf hadden verteld (de sociale omgeving). Kinderen die aan sport deden, konden bijvoorbeeld de vraag verwachten wat te doen als de bloedglucosewaarde hoog is voordat ze naar de training gaan. Blanson Henkemans: ‘Kinderen zouden deze quiz ook achter een computer kunnen doen, maar het voordeel van de robot is dat hij jou persoonlijk leert kennen en de verschillende activiteiten hierop kan afstemmen. Bovendien is Charlie fysiek aanwezig en kan je hem echt aanraken. Zo worden de kinderen en Charlie maatjes, waardoor ze langer aandachtig blijven en op een leuke manier meer leren.’ Herhaling helpt ‘Ik was overrompeld door de enthousiaste reacties van de kinderen als ze na de ontmoeting met Charlie de spreekkamer uitkwamen’, zegt Hanneke. ‘Ze vonden het superleuk om de quiz te spelen.’ Tijdens het gesprek op de polikliniek vertelt ze dat ze in eerste instantie huiverig was om deel te nemen aan het onderzoek. Wat zou de meerwaarde zijn? Nu ziet ze de voordelen. ‘Het was grappig om te zien dat de kinderen trots waren als de robot vertelde dat ze het goed deden. Ze voelden zich echt op hun gemak.’ Volgens Hanneke hadden de kinderen er geen probleem mee als de robot iets meedeelde dat minder positief was. ‘Charlie gaf geen oordeel als iemand een antwoord niet wist, maar lichtte de vraag toe en
Van de werkvloer
‘Kinderen waren trots als de robot vertelde dat ze het goed deden’ dan werd de quiz gewoon nog een keer gespeeld.’ Na de ontmoeting met de robot vroeg Hanneke haar patiënten welke vragen hij gesteld had, of er dingen waren die ze niet wisten en wat ze nog graag van háár wilden horen. De meerwaarde van de robot is dat de kinderen ieder consult met Charlie kunnen praten, wanneer nodig over dezelfde items totdat het kind het begrijpt. Doordat de kennisoverdracht op een andere manier wordt gedaan, kunnen sommige kinderen de informatie sneller opnemen en toepassen in de praktijk en dat ondersteunt hen op de weg naar meer zelfstandigheid. Maar het diabetesteam (de kinderarts, diabetesverpleegkundige en diëtist) blijft natuurlijk onmisbaar, evenals de steun van de ouders. Ook voor pubers? Het TNO-onderzoek in het Wilhelmina Kinderziekenhuis waarbij het ging om één op één consulten, is in 2013 afgerond. De robot zou misschien ook succesvol kunnen worden ingezet bij groepsconsulten. Hanneke denkt daarbij aan kinderen in de leeftijdsgroep van 12 tot 15 jaar. Volgens haar zijn sommige ouders geneigd hun kind los te laten zodra hij of zij naar het voorgezet onderwijs gaat, terwijl die overgang veel vraagt van kinderen. Ze krijgen te maken met een nieuwe omgeving, een ander dagritme en een nieuwe vriendenkring. Het prikken van bloedsuiker in het bijzijn van klasgenoten blijkt ineens niet meer zo vanzelfsprekend als in groep 8; sommigen doen dat dus maar op de toilet. Hanneke ziet soms een kind dat een dip heeft van een half jaar, maar daar vanzelf weer uit komt. Maar er zijn ook voorbeelden van kinderen die in die dip blijven hangen. Ze begrijpt dat al die veranderingen het de kinderen extra lastig maakt om goed om te gaan met hun aandoening. Ze hebben de ondersteuning van thuis dus echt nog nodig en ook Charlie zou, door het stellen en beantwoorden van moeilijke en intieme vragen, een steentje kunnen bijdragen.
Multi inzetbaar Behalve bij diabetes kan Charlie kinderen ook behulpzaam zijn bij het leren omgaan van andere chronische aandoeningen als astma en Cystic Fibrosis (CF). Maar daarmee zijn de mogelijkheden van Charlie niet uitgeput. Hij kan worden ingezet voor het ‘trainen’ van kinderen, bijvoorbeeld op de plaspoli, of als ondersteuning op school om kinderen meer te leren over gezond eten en bewegen. Blanson Henkemans heeft ook ontdekt dat Charlie erg populair is bij kinderen met een lichte vorm van autisme. Zoals bij de licht autistische jongen met diabetes, die meedeed aan een van de onderzoeken en naar de robot toe erg behulpzaam bleek en meteen dikke maatjes met hem werd. ZORGANNONUMMER 139 - 15
In de praktijk
Het WijkLeerbedrijf geeft jongeren, herintreders en zij-instromers de kans binnen de sectoren zorg, welzijn en sport werkervaring op te doen. Met als uiteindelijk doel (weer) aan het werk te komen of door te stromen naar een hoger opleidingsniveau.
Leren en werken in de wijk Impressie van een prille, maar veelbelovende samenwerking tussen WijkLeerbedrijf en wijkverpleging.
Charlois in Rotterdam-zuid zou je eufemistisch kunnen omschrijven als een stadsdeel met nogal wat verbeterpunten in het sociale domein. Een vergrijzende wijk, waar veel ouderen met een (latente) hulp- of ondersteuningsvraag wonen, en waar de uiteenlopende bevolkingsgroepen soms volledig langs elkaar heen leven. Harde cijfers zijn er niet, maar de indruk bestaat dat er in deze wijk relatief veel zorgmijders en mensen met licht-psychiatrische problematiek wonen. Vanuit het WijkLeerbedrijf Charlois worden stagiairs ingezet op basis van concrete hulp- en ondersteuningsvragen vanuit de wijk. Maar hebben de wijkbewoners er ook iets aan? Kan deze informele zorg en ondersteuning ertoe bijdragen dat mensen minder snel een beroep hoeven te doen op professionele hulp? Volgens Cecilia Feelders en Adele Rezai, beiden werkzaam als wijkverpleegkundige bij Zichtbare Schakels Rotterdam, kan dat inderdaad.
Zichtbare Schakels Mensen vinden het vaak moeilijk een probleem te onderkennen of om hulp te vragen. Soms weten ze niet eens dat er hulp bestaat voor hun probleem. De wijkverpleegkundige Zichtbare Schakel is dan hét aanspreekpunt. Zij (of hij) biedt een luisterend oor, denkt mee en kan snel en makkelijk actie ondernemen. Zij weet wat er voor voorzieningen zijn in de directe omgeving, inventariseert en organiseert de actie die nodig is. Zichtbare Schakels werken laagdrempelig en kunnen ook zonder indicatie voor zorg aan de slag voor burgers. ‘Het is steeds moeilijker om voor mensen een indicatie voor zorg te krijgen’, vertelt Cecilia Feelders. ‘Ik ken jammer genoeg maar al te veel mensen met een hulpvraag die voorheen nog wel een indicatie kregen voor begeleiding of zorg,maar
ZORGANNONUMMER 139 - 16
nu nog hooguit voor huishoudelijke ondersteuning in aanmerking komen’, vult collega Adele Rezai aan. Als wijkverpleegkundigen ZS komen ze overal en zien veel. De Zichtbare Schakel kan ook door professionals worden ingeschakeld als een soort vooruitgeschoven post in het veld. Met haar spilfunctie is zij dus een aanspreekpunt voor zowel bewoners als professionals in de wijk. ‘Als Zichtbare Schakels zijn we vanuit verschillende organisaties gedetacheerd bij de
WijkLeerbedrijf Het WijkLeerbedrijf is een concept van Calibris, kenniscentrum voor leren in de praktijk in zorg, welzijn en sport. De deelnemers krijgen een passende opleiding en dankzij de intensieve begeleiding en actuele praktijkervaring maken ze meer kans op de arbeidsmarkt of kunnen ze doorstromen naar een hoger opleidingsniveau. Inmiddels zijn er meer dan twintig WijkLeerbedrijven actief in Nederland. Calibris adviseert en ondersteunt bij de oprichting en implementatie van het WijkLeerbedrijf. Zij kan desgewenst ook een coördinerende en sturende rol vervullen. Meer informatie: calibris.nl/wijkleerbedrijf
In de praktijk
projectorganisatie’, legt Adele uit. ‘Zo hebben we de handen vrij om de hulp en ondersteuning rondom de cliënt te organiseren, zonder dat we direct de eigen organisatie hoeven te bedienen. Dat geeft ruimte om hulp en zorg op maat te realiseren.’ Het programma Zichtbare Schakels ging in 2005 van start en resulteerde in 96 projecten in 59 gemeenten.
daar mag je iemand in opleiding niet in zijn eentje op afsturen. Er zijn situaties die zelfs voor ons niet altijd even gemakkelijk zijn; soms schakelen we daar de wijkagent bij in. Zulke situaties zijn niet geschikt als leeromgeving.’ ‘Er zijn veel problemen onder ouderen die voortkomen uit een gevoel van eenzaamheid’, legt Cecilia Feelders uit. ‘Contact met studenten van het WijkLeerbedrijf kan daar verandering in brengen. Het regelmatige bezoek geeft de oudere iets om naar uit te kijken.’ En niet alleen de oudere hecht waarde aan het contact. Een van de stagiairs gaat iedere donderdag langs bij een oudere mevrouw. Op Hemelvaartsdag hoefde dat niet, omdat het een officiële vrije dag was. Maar ze was toch maar even aangewipt om te kijken hoe het met haar ging.
Maatwerk ‘We voorzien in een behoefte’, vertelt Eveline van Berkel, coördinator van het WijkLeerbedrijf. Zij koppelt de binnengekomen hulpvragen aan de beschikbare studenten en begeleidt hen. ‘De mensen in de wijk zijn erg blij met onze stagiairs, ik krijg alleen maar positieve verhalen terug.’ Als coördinator heeft Van Berkel ook een intakegesprek met de hulpvrager. ‘Ik wil me altijd zelf een beeld kunnen vormen van de mensen en de woonsituatie’, zegt ze. ‘Dan ga ik kijken welke student daar het beste bij past. En als ik het nodig vind, ga ik de eerste keer zelf mee. Natuurlijk zijn er situaties te bedenken die niet veilig zijn voor studenten. Maar ik wil er dan graag wel een mouw aan passen en proberen de cliënt toch te helpen. We hebben ook wat oudere studenten rondlopen die via Rescue Nederland (opleidingscentrum voor de zorg- en welzijnssector) een arbeidsmarktgerichte opleiding volgen. Die kun je wat makkelijker koppelen aan een complexere zorgvraag dan een jongere. Maar het blijft in alle gevallen maatwerk.’ Het programma is landelijk inmiddels afgerond, maar in Rotterdam werd besloten het met twee jaar te verlengen.
Praktijkgerichte leeromgeving Met het teruglopen van de beschikbaarheid van professionele zorg gaan de Zichtbare Schakels op zoek naar andere vormen van ondersteuning voor mensen die steun nodig hebben, zoals vrijwilligers en stagiairs van het WijkLeerbedrijf. Het WijkLeerbedrijf is een praktijkgerichte leeromgeving voor mensen - zowel jongeren als herintreders en zij-instromers - die een diploma helpende zorg en welzijn willen halen. Zij leren het vak in de praktijk door wijkbewoners te helpen die echt behoefte hebben aan ondersteuning en krijgen zo de kans zich te oriënteren op kansrijke beroepen in de zorg. Wat betreft de inzet van stagiairs ziet Adele Rezai vooral mogelijkheden voor ondersteuning bij praktische zaken. ‘De mensen krijgen minder snel hulp, terwijl ze die bij uiteenlopende zaken vaak wel nodig hebben. De stagiairs van het WijkLeerbedrijf kunnen dan uitkomst bieden.’ Maar uiteraard zijn er grenzen aan de inzet van stagiairs. ‘Bij meer ingewikkelde problematiek moet je een professional inschakelen,
‘Bij meer ingewikkelde problematiek moet je een professional inschakelen, daar mag je iemand in opleiding niet op afsturen’ De samenwerking tussen de Zichtbare Schakels en het WijkLeerbedrijf is nog pril. Het WijkLeerbedrijf is pas ruim een half jaar operationeel en over de toekomst van de Zichtbare Schakels is het laatste woord nog niet gezegd. Dus hoe in 2015 samengewerkt wordt, is nu nog niet te zeggen. ‘Maar ik ben ervan overtuigd dat wij elkaar kunnen versterken’, aldus Van Berkel. ‘De wijkverpleegkundige ZS krijgt signalen dat het gewenst is om iemand ondersteuning te bieden. Dat doen wij graag en dat doen we goed. Het WijkLeerbedrijf kan veel betekenen voor wijkbewoners!’
ZORGANNONUMMER 139 - 17
Mail de oplossing van de puzzel vóór 15 augustus 2014 naar
[email protected] Vermeld je naam en adres. Ook niet-leden kunnen meedoen. Inzenders van de juiste oplossing maken kans op een van de vijf Hammam verwensets.
uz pzel De woorden zitten horizontaal, verticaal en diagonaal in alle richtingen in de puzzel verstopt. Ze kunnen elkaar overlappen. Zoek ze op en streep ze af. De overblijvende letters vormen achter elkaar gelezen de oplossing. AIRCO ARRANGEMENT BERGBEKLIMMEN BRADERIE CAMPING DELTAWERKEN DRANKJE ECOMARE HITTE HORECA JULI JUNI KAARTJE KUST LEZEN NORDIC WALKING OEROL PASPOORT PATAT RALLY REIS ROUTE RUST SAFARIPARK SNACK SPORT SURFEN TENT TICKET TIPS TOERISME TUINSET UITSLAPEN VAREN VERTIER WANDELSCHOENEN WARM IJSJE IJSKAR ZEILEN ZONNIG
ZORGANNONUMMER 139 - 18
Boeken
De reflectieve professional Reflectie is ook voor de (toekomstige) zorgprofessional een belangrijk onderdeel van de beroepsuitoefening. In dit handzame boekje wordt uitgelegd wat reflecteren inhoudt, en waarom het juist belangrijk is voor de professionele ontwikkeling van mensen die met mensen werken. De nadruk in dit boekje ligt op toepassingen, vaardigheden en houdingen bij reflectie. De reflectieve professional koppelt wetenschappelijke informatie op een inzichtelijke en speelse manier aan praktische toepassingen in uiteenlopende werksituaties. Het biedt 99 praktische handreikingen - onderverdeeld in vijf rubrieken: wat, waarom, waartoe, hoe, met wie - voor het reflecteren van de professional op zichzelf, anderen en de omstandigheden. De reflectieve professional is bestemd voor professionals in de sectoren zorg, welzijn en onderwijs en voor studenten van mbo- en hbo-opleidingen. De auteur is docent en onderzoeker bij de Academie voor Sociale Studies van Avans Hogeschool.
titel De reflectieve professional auteur Marie-José Geenen druk 1e druk, 2014 ISBN 978 904 690 4039 uitgeverij Couthino prijs 12,50
NUfo
is de digitale nieuwsbrief van NU’91. Hierin vind je het laatste nieuws over NU’91 en over de ontwikkelingen binnen de zorg. Wil jij ook NUfo ontvangen? Ga dan naar www.nu91.nl en log in via Mijn NU’91 en pas Mijn gegevens aan.
Ikben
NUlid
Geef het ons op tijd door wanneer je van adres verandert of van werkgever. Vul de nieuwe gegevens in en stuur de bon -zonder postzegel - naar: NU’91 Ledenadministratie Antwoordnummer 9331 3500 ZC Utrecht Je kunt de wijzigingen natuurlijk ook per email doorgeven:
[email protected]
naam lidnr. email
Nieuw adres adres postcode tel. nr.
woonplaats
oude postcode
rekeningnr.
Nieuwe werkgever naam instelling adres postcode
plaats
ingangsdatum email werk ZORGANNONUMMER 139 - 19
Samen staan we sterker! Dat is ook mijn mening en daarom wil ik mijn collega graag lid maken van NU’91.
NU’91 heeft een speciale aanbieding voor nieuwe leden.
Kijk op nu91.nl/maak-je-collega-lid/ Je collega kan gebruik maken van de kennismakingsaanbieding, waarbij de eerste drie maanden van het NU’91 lidmaatschap gratis zijn. En jij ontvangt als dank een VVV bon van €7,50. werkt voor DE ZORG
www.nu91.nl