Als de Samaritaanse … : Woordviering bij het jaarthema Openingswoord en kruisteken (allen staan op) Welkom … in deze viering. Vandaag wil God tot ons komen in de Woorden van de Schrift. Hij wil tot ons spreken in zijn Bijbels Woord. We beluisteren vandaag het verhaal van de Samaritaanse bij de bron. Samen met de Samaritaanse mogen wij Jezus ontmoeten. We mogen ons met hart en ziel openen voor zijn goede boodschap. Jezus wil ons vandaag zijn kracht en liefde schenken. Laten we hier dan biddend samen-zijn in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest (+)
Openingslied – ZJ 25d ♫ Eeuwige, onze God. Wij die U nooit hebben gezien, zie ons hier staan. Wij die van U hebben gehoord, hoor Gij ons aan: Uw naam is dat Gij mensen helpt, wees onze hulp en dat Gij alles hebt gemaakt, maak alles nieuw en dat Gij ons bij name kent; leer ons U kennen: die Bron van Leven wordt genoemd, doe ons weer leven; die hebt gezegd: Ik zal er zijn, wees hier aanwezig.
Openingsgebed Heer, Gij leidt onze voeten naar de stroom van het Leven, Gij laat ons verzamelen bij de Bron die Gij zijt. Laat ons vandaag kracht putten uit de ontmoeting met U en met elkaar. Haal zo in ons naar boven wat goed en God is in ons zoekend leven. Heer, spreek vandaag tot ons in uw Bijbels Woord, in ’t suizen van de wind. Dat wij U herkennen mogen in de adem van het leven, in de glimlach van een kind.
Heer, dompel ons onder in woorden als Levend water. Schenk ons bekers vol geluk, druppels van genade. Laat ons drinken met volle teugen van uw goedheid. En wil ons hele leven besprenkelen met uw Woord en met uw zegen. Amen. De aanwezigen zetten zich neer. Lezing (1) Joh 4,6b-9 Jezus, die afgemat was van de tocht, was bij de bron gaan zitten. Het was ongeveer het zesde uur. Een Samaritaanse vrouw kwam water putten. Jezus sprak haar aan: ‘Geef Mij wat te drinken.’ Zijn leerlingen waren eten gaan kopen in de stad. De Samaritaanse vrouw antwoordde: ‘Hoe kunt U als Jood te drinken vragen aan mij, een Samaritaanse?’ Joden willen namelijk met Samaritanen niets te maken hebben.
Acclamatie
ZJ 30 a ♫
God, U bent liefde, bron van het leven.
Duiding / bezinning Het was ongeveer het zesde uur. Het was reeds na de middag. De zon stond hoog aan de hemel. Bloedheet was het. Veel te warm om buiten te komen. Veel te warm voor het zware werk van ‘water putten’. Water halen doe je in de morgen. ’s Ochtends in de vroegte gaan vrouwen op weg om water te putten. Maar zij niet … . Zij gaat alleen. Zij komt aan wanneer de anderen reeds zijn weggegaan. Zij gaat op een moment dat niemand haar zal zien. Zij kiest een ogenblik dat zij ongezien en ongeweten water halen kan. Om te lezen in een moment van stilte Hoeveel mensen gaan stiekem een kerk of kapelletje binnen,
(2x)
ontsteken er in het geheim van de stilte een klein vlammetje, een vonkje hoop een genster van geloof? Hoeveel mensen voelen zich af en toe eens eenzaam, onbekend, onbemind en onbegrepen? Hoeveel mensen zoeken af en toe een vleugje rust, een adempauze? Hoeveel mensen snakken soms naar een moment van stilte, een afwezigheid van drukte, een leegte zonder woorden? Hoeveel mensen gaan gebukt onder lasten, onder zorgen? Hoeveel mensen willen anderen soms ontlopen, mijden roddels, mijden vragen? Hoeveel mensen zijn o zo bang dat ze worden aangesproken en niet weten wat te zeggen? Hoeveel mensen zijn er zoals ik …? Ik, die ook wel eens zoek naar stilte en wat rust.
Lezing (2) Joh 4,10-15 Jezus hernam: ‘Als u de gave van God kende, als u wist wie het is die tegen u zegt: geef Mij te drinken, dan had u Hem erom gevraagd en Hij had u levend water gegeven.’ ‘Maar heer,’ zei de vrouw, ‘U hebt niet eens een emmer en het is een diepe put. Waar wilt U dat levende water dan vandaan halen? Of bent u soms groter dan onze vader Jakob, die ons de put heeft nagelaten en er zelf uit gedronken heeft, evenals zijn kinderen en zijn kudden?’ Jezus antwoordde: ‘Iedereen die drinkt van dit water, krijgt weer dorst, maar wie drinkt van het water dat Ik hem zal geven, krijgt in eeuwigheid geen dorst meer; integendeel: het water dat Ik hem zal geven, zal in hem opborrelen als een bron van eeuwig leven.’ ‘Heer,’ zei de vrouw, ‘geef mij van dat water, dan zal ik geen dorst meer hebben en hoef ik hier niet telkens te komen putten.’
Acclamatie
ZJ 30 a ♫
God, U bent liefde, bron van het leven.
Gebed Als de Samaritaanse Als het pad van het leven mij voert naar eenzaamheid, als ik me zelfs alleen voel op plaatsen die bestaan uit een stroom van mensen, als ik doe wat moet gedaan zonder liefde, zonder leven, ga Jij niet aan mij voorbij. Jij spreekt mij aan,
(2x)
en zoekt in mij een sprankel hoop, een bron van leven. Levend water bied Jij mij. Laat mij dan drinken van je lippen, proeven van de smaak die Jij het leven geeft. Jij bent mijn kracht. Jij bent het die mij ophaalt uit de putten van het leven. Als de duisternis verstomt en Jij mij optilt uit de diepte, komt boven water: al jouw liefde, al jouw zegen. Stilte
Lezing (3) Joh 4,16-26 Daarop zei Jezus: ‘Ga uw man roepen en kom hier terug.’‘Ik heb geen man’, antwoordde de vrouw. ‘Dat zegt u terecht, dat u geen man hebt,’ zei Jezus. ‘Want u hebt vijf mannen gehad, en die u nu hebt is uw man niet. Wat u daar zegt, is waar.’ ‘Heer,’ zei de vrouw, ‘ik zie dat U een profeet bent. Onze voorouders hebben op die berg daar God aanbeden, maar volgens jullie is Jeruzalem de plaats waar men moet aanbidden.’ ‘Geloof Me,’ zei Jezus, ‘er komt een uur dat men niet meer op die berg daar en ook niet in Jeruzalem de Vader zal aanbidden. – Jullie aanbidden wat je niet kent, wij aanbidden wat we wel kennen; de redding komt immers uit de Joden. – Er komt een uur, ja het is er al, dat de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en waarheid: dat zijn de aanbidders waar de Vader naar uitziet. God is geest, en zij die Hem aanbidden, moeten Hem aanbidden in geest en waarheid.’ De vrouw antwoordde: ‘Ja, er komt een messias, dat weet ik.’ (Messias betekent: gezalfde.) ‘Als die er is, zal Hij ons alles verkondigen.’ Daarop zei Jezus tegen haar: ‘Dat ben Ik, degene die met u spreekt.’
Acclamatie
ZJ 30 a ♫
God, U bent liefde, bron van het leven.
Bezinning Wie is Hij toch? Wie is die Jezus? Wie is Hij voor mensen? Wie is Hij voor jou? Is Hij een profeet die mensen toekomst geeft? Is Hij de gezalfde, zacht en teder als de wind? Is Hij de Geest van kracht en leven? Is Hij wie wordt verwacht? Of is Hij soms een onverwachte gast? Wie is Hij toch? Wie is die Jezus? Wie is Hij voor mensen? Wie is Hij voor jou?
(2x)
Is Hij de messias misschien? Hij die leven geeft, een redder, sterker dan de dood? Wie is Hij toch? Wie mág Hij zijn? Voor jou. Stilte
Lezing (4) Joh 4,27-30 Juist op dat moment kwamen zijn leerlingen terug. Het verwonderde hen dat Hij in gesprek was met een vrouw. Toch vroeg geen van hen: ‘Wat wilt U eigenlijk?’ of ‘Wat hebt U met haar te bepraten?’ De vrouw liet haar kruik staan, liep naar de stad en zei tegen de mensen: ‘Kom eens kijken, daar is iemand die mij wist te vertellen wat ik allemaal gedaan heb. Zou Hij soms de Messias zijn?’ Toen liepen ze de stad uit, naar Hem toe.
Acclamatie
ZJ 30 a ♫
God, U bent liefde, bron van het leven.
(2x)
Gebed Als de Samaritaanse … De kruik die zij bij de bron liet staan is een stille getuige dat zij maar voor even is weggegaan. ‘Kom en zie’, zegt zij. ‘Kom kijken naar de man die mij doorziet’. ‘Zou Hij soms de messias zijn?’ Zekerheid heeft ze niet, maar juist dat wekt nieuwsgierigheid. Laat ook ons steeds wederkeren naar de Bron die Gij zijt. Maak ook ons tot mannen en tot vrouwen die zich door uw Woord laten raken en met prikkelende vragen anderen nieuwsgierig maken. Stilte Lied
ZJ 30 e ♫
Christus is in ons de Bron, murmelend en zingend: Kom naar de Vader. Dit vers wordt meermaals herhaald. Wanneer dit vers voor de 3de keer weerklinkt, komt de lector voor de eerste intentie naar voren.
Bij de 5de, 7de, … keer dat het vers gezongen wordt, komen ook de lector voor de tweede, de derde intentie naar voren. Zij nemen achter elkaar plaats, in de volgorde waarin zij de intenties zullen voorlezen. Voorbede en Onzevader Laten wij bidden voor alle mensen, onbekend, onbemind, onbegrepen. Voor hen die zich eenzaam voelen: alleen, door iedereen vergeten. Dat zij de Heer mogen ontmoeten en de kracht ontvangen om te leven in overvloed.
Laten wij bidden voor alle mensen die tastend geloven en hoopvol zoeken. Dat zij tijd en ruimte maken om te luisteren naar het Woord van de Heer: dat zij zich met hart en ziel openen voor zijn boodschap van liefde. ♫ Laten wij bidden voor alle mensen, doelloos, angstig of verdwaald: dat de ontmoeting met de Heer hen weer op weg zet in het leven en hen richting en perspectief mag geven. ♫ Laten wij bidden voor alle mensen, die door de Heer geroepen en uitgenodigd worden om te getuigen en te spreken over het geloof en het leven in verbondenheid met de Heer en met elkaar. ♫ Jezus spreekt ons aan. Hij leert ons geloven, hopen en bidden.
Samen met Hem mogen wij het gebed bidden dat ons als christenen verbindt. Laten wij opstaan om samen het Onzevader te bidden (allen staan op). Onzevader … Slotwoord De Samaritaanse ging terug naar de stad, naar het leven van elke dag. Zo mogen ook wij van hier heengaan. Terug naar ons alledaags leven. Hopelijk heeft de ontmoeting met God en met elkaar ook ons geraakt, zodat wij ‘anders’ vertrekken dan wij gekomen zijn. Hopelijk mochten ook wij ontdekken en ervaren hoe belangrijk Jezus voor ons is. Hopelijk willen ook wij hier regelmatig wederkeren, om te genieten van de Heer, om te vertoeven bij Hem, die Levend Water schenkt. Hij wil voor ons zijn: Stroom van leven, Bron van zegen. Zegen - ZJ 26 h ♫ De Heer zij jou tot zegen, tot licht en stille bron; Hij vult je hart met vrede, Hij die het al begon. Hij zij je tot genade, tot warmte en tot kracht, opdat de vreugde groeie die Hij aan allen bracht; opdat je steeds mag weten: zijn Naam is tederheid, Hij zal je nooit vergeten, Hij draagt je voor altijd.