ALLES VAN WAARDE IS WEERLOOS Lucebert
Wij wensen u allen een Zalig Kerstfeest.
ONDER ONS 4
De kerstgroep die Harry Smithuis heeft ontdekt in Albuquerque in de Verenigde Staten is wel een heel bijzondere. Toen ik in Albuquerque in New Mexico rondliep viel mijn oog op een kerstgroep door Juan Sandoval gemaakt. Beelden uit klei gemaakt en gebakken, in heldere kleuren geschilderd, ieder met eigen “body-language”, met grote handen, opgeheven hoofd, wijd open mond en dichte ogen. Iedereen in die groep was op eigen manier een “storyteller”. De foto’s op het titelblad en bij dit artikel geven een beeld.
6
Yvonne Mulder is dichteres en schrijfster van liedjes en kinderverhalen die ze ook zelf voordraagt bij gelegenheden door het hele land. De ‘Verhalenhoed’ is één van haar publicaties. Haar bijdrage aan dit nummer – zij is een belangstellende abonnee – is dit aangrijpende kerstverhaal getiteld ‘De Babynacht’. Op haar website staat uitgebreide informatie: http://www.poetryvonne. nl/Boeken-Yvonne-Mulder.
9
12
John Kirwan is al meer dan dertig jaar werkzaam in het bisdom Basankusu, Congo. Het gaat niet goed in Congo, zo schrijft hij. Dat was ook de indruk van Fons Eppink, die bericht over een recent bezoek in een eigen artikel. “We horen dat er weer wordt gevochten in Congo. Is dat bij jullie in de buurt?” Nee, dat is ver weg in het oosten van Congo, in de provincie van Kivu tegen de grens met Rwanda; en wij zijn in het westen, in het regenwoud van de Evenaarsprovincie. “Dus bij jullie gaat het allemaal goed ?” Nee, helemaal niet! Tegenwoordig zit de groei van Mill Hill In Afrika en Azië. Jonge mensen uit India, de Filippijnen en een aantal Afrikaanse landen komen de gelederen versterken. Een nog kleine,maar groeiende groep jonge Kameroenese Millhillers is werkzaam in verschillende landen in Afrika. Nol Verhoeven voelt zich sterk door hen geïnspireerd en schrijft een laaiend enthousiast relaas van de ervaringen van enkelen van hen, zoals hij die heeft beluisterd.
RUBRIEKEN Baswar, een nieuw initiatief in India........................................................................................9 Nieuws uit de Regio..................................................................................................................17 In memoriam.............................................................................................................................20 Overleden vrienden..................................................................................................................23 Colofon......................................................................................................................................24
3
HET VERHAAL GAAT… Wij leven van verhalen en wanneer wijzelf ouder worden, vinden wij het ook heerlijk om zelf verhalen te vertellen, verhalen zonder einde, over de tijd van vroeger. En waar je ook komt in de wereld vertellen mensen verhalen over hoe het vroeger gegaan is, en hoe de wereld tot stand is gekomen. Mijn interesse in vroegere verhalen bracht mij naar het gebied van de grote Indianenstammen in het zuiden van de V.S., Utah, Colorado, Arizona en New Mexico. De Indianen van de Anasazi stam hebben daar ooit gewoond in woningen in de steile rotswanden van de vele canyons. Zij waren de oorspronkelijke bewoners en de voorouders van het Pueblo volk dat daar momenteel woont.
geschilderde beeldjes. Je ziet ze daar overal, op de markt en ook in kunstgalerijen. Een heel bekend beeldje is de “STORYTELLER”. De Indianen hadden geen geschreven overlevering of geschiedenis en alles werd door middel van verhalen overgebracht naar de volgende generatie, van “grootmoeder naar achterkleinkind”. De “storyteller” was vaak een vrouw. Ze zat op haar hurken, het hoofd iets opgeheven met wijdopen mond en dichte ogen, en de kinderen zaten op haar dijen. Ze vertelde over wat er leefde en geleefd had, over de mensen uit de stam en het duistere verleden. Indiaanse kunstenaars hebben dit genre verder vorm gegeven, en een van hen, Juan Sandoval, maakt nu
Zelfs in pre-historische tijden stonden zij bekend om hun aardewerk en kunstige aardewerk-beeldjes. Die kunst is later verder ontwikkeld door de Pueblo Indianen. Prachtig uit klei gemaakte en in heldere kleuren
allerlei kleibeelden van mensen van vroeger en nu. Allemaal met wijdopen mond en dichte ogen. Allemaal “storytellers”. Ze hebben allemaal iets te vertellen…..
4
Zo onschuldig, bijna kinderlijk, eenvoudig, nederig en spontaan, én ze straalden allemaal diepe vreugde uit, en het leek wel alsof zij in koor samen zongen…. hét verhaal van een God die mensgeworden is in Jezus, in ons! Die kerstgroep staat er nu niet meer op die plank in dat winkeltje in Albuquerque. Jozef en Maria en het kind, samen met de drie koningen, zijn met mij meegereisd – weliswaar verpakt in dikke lagen bubbelplastic - en staan nu in de kapel van Verzorgingshuis Insula Dei in Arnhem. Niet als kunstwerkjes, maar als getuigen van wat mensen ervaren hebben en nog steeds ervaren, hier en nu en overal. Zij vertellen “the greatest story ever told”. Toen ik in Albuquerque in New Mexico rondliep, viel mijn oog op een kerstgroep door Juan Sandoval gemaakt. Beelden uit klei gemaakt en gebakken, in heldere kleuren geschilderd, ieder met eigen “bodylanguage”, met grote handen, opgeheven hoofd, wijdopen mond en dichte ogen. Iedereen in die groep was op eigen manier een “storyteller”. Ze stonden rustig te wachten op een plank in een winkeltje. Sint Jozef had zelfs een prijskaartje om zijn nek. “Een beetje aan de dure kant” dacht ik, maar ik was er weg van. Ze straalden iets uit, hadden iets te zeggen, iets belangrijks met ons te delen, iets wat zij gezien hadden, beleefd hadden in hun diepste binnenste. Jozef, Maria en het kind in het hooi, drie koningen… Ook mijn mond ging open van verbazing en ik moest stilletjes lachen en delen in hun diepe vreugde. Zij spraken een taal die ik verstond:
Harry Smithuis mhm
“Verheugt U en vertel het iedereen; heden is een kind voor ons geboren, een verlosser ons gegeven”. 5
DE BABYNACHT. Ook in de kerstnacht worden er in de wereld honderdduizenden kinderen geboren. Ik vertel u het verhaal van drie moeders. De moeder die haar kind krijgt tussen de rokende puinhopen in Irak, de jonge vrouw die in Kenia woont tussen aidspatiënten en hurkend onder een boom haar kind opvangt en de zeer jonge moslimvrouw die in Bethlehem in alle eenzaamheid haar kind ter wereld brengt, al staan alle vrouwen van de familie om haar heen.
het kind er. Haar ogen gaan glanzen, ze drukt het jongetje tegen zich aan en is, even, de gelukkigste vrouw op de wereld. Ze hoort het schieten niet meer, ruikt de brandlucht niet meer, ziet alleen nog haar kind. Dat kind, wat voor een mens zal hij worden? In wat voor een wereld zal dit kind leven over twintig jaar?
Het zijn geen anonieme vrouwen. De vrouw in Irak heet Aisja. Ze is bang, doodsbang. Van haar huis is niet veel meer over, haar man loopt vooraan bij protestdemonstraties tegen de bezetter. Haar drie kinderen gaan niet meer naar school, er is geen school meer. Er is een buurvrouw, even bang als zij, die naast haar zit en wat lappen heeft klaargelegd. Geen dokter, geen vroedvrouw, alleen de kennis van de vorige bevallingen. Het zweet parelt op haar voorhoofd. Aisja bijt haar tanden stuk op een houten lepel. Ze zucht, ze schreeuwt en dan opeens is
krijgen. Jahaira trekt de katoenen stof strakker om zich heen. Om haar buik te ondersteunen. Ze loopt heen en weer, steeds weer, om de hevige barensweeën te kunnen opvangen. De medicijnvrouw kan elk moment komen, maar ze komt van zover en er zijn meer vrouwen die haar nodig hebben. De vliezen breken, het water stroomt uit haar. Haar vijfde kind gaat geboren worden. Ze weet wat ze moet doen, wat er gebeurt. Het is een vrouwenaangelegenheid, geen man zal zich in haar nabijheid wagen. Jahaira ziet de dood dagelijks in de
6
O, wat is het heet. Veertig graden is in Kenia heel normaal. Maar het is geen temperatuur om een kind in te
ogen. Ze heeft aids, evenals het gros van de mensen om haar heen. Een kind baren is hier even normaal als doodgaan. Er zijn geen tranen meer, alleen een fel hoog lachen dat de pijn, heel even, wegneemt. Hurkend krijgt ze haar kind, een meisje. Een schreeuwend, spartelend, mager, bruin lijfje, dat zich even fel verweert als haar moeder lacht. Een toekomst of geen toekomst? Bethlehem. De stad waar 2000 jaar geleden een jonge maagd het leven schonk aan een zoon die berucht zou worden tijdens zijn leven en beroemd na zijn dood. Een zilveren ster markeert de plaats waar volgens de overlevering de geboorte ooit plaats vond. Er is een kerk omheen gebouwd. Een kerk waar de jonge moslimvrouw, ze heet Ayaan, nog nooit binnen is geweest. Wel een eindeloze stroom toeristen, die moeten bukken om het lage kerkdeurtje binnen te gaan. Ayaan woont in het Arabische gedeelte van Bethlehem. In een steeg met ruwe stenen en smalle huizen en overal koopwaar voor de toeristen.
Ze weet dat haar kind geboren gaat worden, maar er is zo verschrikkelijk veel dat ze niet weet. Waarom staan er dag en nacht gewapende soldaten op de daken rond het centrale plein? Waarom mocht ze de glimlach van die jonge soldaat niet teruggeven en moet ze nu boeten voor dat gestolen half uur dat ze met hem meeging? Ze is een uitgestotene, al is ze nog maar 15 jaar. Allah laat haar in de steek, net als haar moeder. Ze ìs er wel maar doet alleen haar plicht. Net als alle andere vrouwen van de familie. Een dochter wordt geboren en meteen bij haar weggehaald. Totdat ze haar moet aanleggen. Het is 2024. Ergens op de wereld wordt een vredesconferentie gehouden waar juist op deze kerstavond drie jonge mensen elkaar ontmoeten. Hun moeders werd bij hun geboorte een taak opgelegd. Ze kregen 20 jaar de tijd om die taak zo goed mogelijk gestalte te geven. Hun opdracht was er voor te zorgen dat degene die onder hun hoede werd gesteld een 7
goed mens zou worden. Maar wat is een goed mens? Is dat iemand die op de barricaden staat en opkomt voor vermeende rechten? Is dat iemand die zichzelf volledig wegcijfert? Of is het iemand die plichtsgetrouw de wetten en voorschriften van zijn geloof volgt? Is het iemand die zelf nadenkt of die anderen voor zich laat denken? De drie moeders bleken met een flinke klus opgezadeld te zijn. Ze woonden veelal in brandhaarden van de wereld. De kansen van hun kinderen leken klein tot nihil om zelfs maar 2024 te halen. Maar het is gelukt. Dankzij ontwikkelingen in gezondheidszorg en techniek en veel liefde. Het is gelukt
andere jonge vrouwen als ze hun babies krijgen. Ze volgde een opleiding aan de vroedvrouwenschool en is de steun en toeverlaat van haar stam. Om haar heen krioelen haar eigen twee kinderen.
om drie gezonde, op de toekomst gerichte, goede, jonge mensen af te leveren. Jonge mensen met lef en enthousiasme, waar welwillend naar geluisterd wordt.
van God een speciale taak gekregen. Hun pupillen werden in de kerstnacht geboren, net als Jezus 2000 jaar geleden. Drie beschermengelen die onzichtbaar meewerkten om onze wereld een beetje beter te maken door drie jonge mensen onzichtbaar te begeleiden. Eigenlijk zijn wij allemaal coaches en hebben de taak om het goede door te geven. En dat kan, als wijzelf blijven proberen een goed mens te zijn.
Aisha’s zoon studeert voor ingenieur. Zijn land, Irak, heeft zich hersteld van alle oorlogsverwondingen en op de scholen en universiteiten wordt goed onderwijs gegeven. Naast zijn studie zet hij zich in voor sociale projecten. Jahaira’s dochter is zwart, pikzwart. Een mooie jonge vrouw. Ze helpt 8
Ayaan’s dochter is een rijzige moderne jonge vrouw, die trouw is aan haar geloof. Ze draagt een hoofddoek en lange kleding en werkt als juriste op een advocatenkantoor in Bethlehem. Ze is een voorbeeld voor velen door haar houding, haar kennis en haar grote hart. Niet altijd zijn engelbewaarders zo succesvol. Maar deze drie hadden
© Yvonne Mulder
BASWAR, EEN NIEUW INITIATIEF IN INDIA. Fr Suresh Pachikalapadu is een jonge Indiase Mill Hill missionaris. Hij werd twee jaar geleden uitgezonden naar het bisdom Ambikur in Noord-India waar hij de opdracht kreeg een nieuwe missie te openen onder een locale bevolkingsgroep in het plaatsje Baswar. Na een periode van verkenning en het leren van de taal was hij klaar om de nieuwe missie te openen. Op 22 mei 2012 werd de nieuwe parochie van Onze Lieve Vrouw van Goede Gezondheid geopend.
Suresh Pachikalapadu met ‘zijn’ kinderen.
Baswar is een afgelegen plaats diep in het woud op 75 km van waar de bisschop verblijft. De mensen in deze streek zijn heel arm en hebben niet eens de beschikking over de meest elementaire middelen voor het dagelijks leven. Om te overleven zijn ze helemaal afhankelijk van het woud en wat de natuur hun verschaft. Ze drinken ongezuiverd water van een stroom in het bos. Ze leven van de ene dag op de ander zonder vooruit te zien. Ze verbouwen aardappelen op hun kleine velden en drinken zelfgemaakte alcohol. Zelfs kinderen en vrouwen drinken sterke drank. De kinderen gaan niet naar school. Ik ben erin geslaagd om enkele ouders over te halen hun kinderen naar school te sturen en ben zelf een schooltje begonnen onder een boom,
omdat ik zelf ook geen fatsoenlijk huis heb. Onze hoop is dat we van ergens vandaan hulp krijgen om een eenvoudig klas lokaaltje te bouwen. De mensen hier krijgen vaak malaria en ook tyfus omdat ze zichzelf niet voldoende beschermen en vies water drinken. Omdat ze vaak geen goeie medicijnen in huis hebben sterven veel mensen aan deze ziektes. De dichtst bijzijnde polikliniek bevindt zich in een kleine stad die op 40 km afstand ligt en er is geen goed openbaar vervoer. Als verantwoordelijke van de nieuw opgezette missie zou ik iets willen doen om de mensen aan de meest noodzakelijke medicijnen te helpen en de kinderen aan onderwijs. Er zijn al 25 kinderen die naar de lessen onder de boom komen maar er zijn er nog 9
veel meer die er nog niet zoveel zin in hebben. Die hoop ik ook te kunnen lokken. Mijn plan is ook om een kleine polikliniek op te zetten zodat mensen makkelijker aan medicijnen kunnen komen. Een dokter uit het naburig stadje heeft al toegezegd eens in de week te zullen komen om de zieken te behandelen. Nu moet ik nog zorgen voor de nodige medicijnen en een toelage voor de dokter. Mijn wapen is gebed. Op voorspraak van Onze Lieve Vrouw van Goede Gezondheid heb ik al verkregen dat een politieagent ons een stuk land heeft gegeven. Ik vertrouw dat Moeder Maria me nog verder zal helpen. Onze missie hangt helemaal af van de hulp van anderen. 10
Wanneer ik naar de stad ga, vraag ik welgestelde mensen om afgedankte kleren voor onze kinderen. Anderen geven ook wel wat rijst. We zijn hier nu met z’n tweeën. Fr Nirmal, mijn compagnon, is drie maanden geleden gewijd. Ik voel me echt gezegend door zijn komst. De mensen hier zijn heel eenvoudig en beminnelijk. Van het moment dat je hun vertrouwen hebt gewonnen gaan ze voor je door het vuur. Maar als ze je niet vertrouwen laten ze je links liggen. Ik voel me erg gezegend en gelukkig dat ik voor en met deze arme mensen mag werken. Suresh Pachikalapadu mhm
BASANKUSU, DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO (DRC), ANNO 2012 Al meer dan dertig jaar werkt John Kirwan in het bisdom Basankusu, Congo. Twee oorlogen heeft hij er meegemaakt. De gevolgen daarvan laten zich nog steeds voelen, alhoewel het huidige conflict in het oosten van het land ‘ver van zijn bed is’.
“We horen dat er weer wordt gevochten in Congo. Is dat bij jullie in de buurt?” Nee, dat is ver weg in het oosten van Congo, in de provincie van Kivu tegen de grens met Rwanda; en wij zijn in het westen, in het regenwoud van de Evenaarsprovincie. “Dus bij jullie gaat het allemaal goed?” Nee, helemaal niet! Het gaat niet goed bij ons in Congo. De uitleg daarvoor is complex. Hier zijn twee hoofdredenen. Op de eerste plaats is onze streek helemaal in de steek gelaten. Misschien omdat onze mensen de reputatie hebben tegen het huidige regime te zijn. Het is niet alleen een kwestie van socio-economische stagnatie: we gaan achteruit. De
gangbare wegen door het woud zijn praktisch onberijdbaar geworden en het vervoer op de rivieren laat veel te wensen over. De mensen hebben praktisch geen mogelijkheid om hun landbouwproducten aan de man te brengen. Het niveau van het onderwijs blijft maar zakken en met de gezondheidszorg is het ook erbarmelijk gesteld. Mensen bezwijken aan makkelijk geneesbare ziektes omdat ze te ver van een polikliniek wonen, of omdat de voorraad medicijnen is uitgeput, of omdat de familie de kosten van een behandeling niet kan dragen. De bevolking leeft van wat het woud hun verschaft, maar grote stukken woud zijn niet meer toegankelijk vanwege concessies voor de houtkap, of omdat er grote plantages zijn 11
aangelegd of vanwege de afbakening van wildreservaten. Om nog maar niet te spreken van de corruptie op allerlei niveau. Er zijn hier nooit bussen, treinen of benzinepompen geweest; maar nu is er zelfs geen vliegverbinding meer, geen bank, geen functionerend postkantoor…. Op de tweede plaats komt daar dan nog bij dat de gevolgen van de oorlogen die we hebben meegemaakt
we een tijd lang twee dokters in de streek gehad die gespecialiseerd waren in de delicate hersteloperaties nodig voor dit soort verwondingen, en een van hen heeft plaatselijk personeel opgeleid om met dat werk door te gaan in de toekomst. Dankzij de tussenkomst van edelmoedige weldoeners, in het bijzonder de Stichting Support Group LuandaJinja in Tilburg in samenwerking met Cordaid, zijn we in staat geweest om
Dr Victorine en assistenten voor het hospitaal van de Zusters Thérésiennes.
blijven doorwerken lang nadat het wapengekletter is stilgevallen. Er lopen nog steeds soldaten rond, en gewapende politie – onderbetaald. Gewapende mannen in uniform vallen vaak mensen lastig (al is dat natuurlijk officieel ‘verboden’). Een in het oog springend voorbeeld is het treurige lot van seksueel misbruikte vrouwen. Slachtoffers van gewelddadige aanrandingen of van ondeskundige vroedvrouwen blijven jarenlang lijden aan hun verwondingen (in het bijzonder de schrijnende gevolgen van fistels). Vaak worden ze gemeden in het openbaar en soms zelfs uitgestoten uit hun families. Gelukkig hebben 12
honderd van die vrouwen te helpen. En er staan er nog 200 op de wachtlijst! Nu gaat het er nog om deze vrouwen en hun plaatselijke gemeenschappen te helpen hen te re-integreren in het normale leven. Ofschoon de plaatselijke bevolking heel veerkrachtig is, raken ze wel heel erg ontmoedigd door de algemene teleurgang, en ook neerslachtig. Gelukkig kost het niks om te kletsen, zingen en dansen…. en te bidden. Hoop doet leven. John D. Kirwan mhm
EEN NIEUW MILL HILL. Jonge Kameroenese Millhillers zijn actief in verschillende landen op het Afrikaanse continent. Zij nemen over waar Europese Millhillers schaars worden en nemen nieuwe initiatieven. Nol Verhoeven is onder de indruk en schrijft enthousiast over de inzet van deze jonge Afrikaanse missionarissen.
Neomisten Tony Ndichia mhm en Joe King mhm
Jezus, de ‘man uit Galilea’, had zich in drieëndertig jonge jaren leeg geïnvesteerd. Zo VOL-LEDIG heeft de wereld nooit meer een ‘investering van zichzelf’ gezien. Die beste zelfinvestering bleek ook de beste levensverzekering ooit. Anno 2012 leeft hij volop. Na de eerste Synode van Afrika klinkt het als een trompetstoot: “Hij leeft! Wij zullen leven!” Wat een geluid ! Sommigen zullen zeggen: in een verkeerd continent. Niet waar! Vandaag de dag hoeft Mill Hill niet langer de mond vol te hebben van Wereldmissie; het staat op onze gezichten te lezen. Maar we hebben er wel de hànden aan vol. Je kunt dat beamen of niet, maar als je zegt:
”Kameroenese handen incluis“, dan is dat zeker: “Wél waar!”. Zuid-Soedan. Hij glimlacht. “Deze riviertocht was meer dan de moeite waard.” Father Damian Fuh meert zijn boot aan, Voldaan. Hoezo voldaan? ZuidSoedan is een land met niks, een land van niks, je kunt er niks. Wil jij, missionaris, je mensen bezoeken, dan kan het gebeuren dat je contact moet opnemen met een rebellengroep, als die jou überhaupt door wil laten. Die komen je dan ‘ergens’ opwachten en beschermen jou, en begeleiden jou tot eindeloos ver naar waar niemand kan komen. Maar rebellen in Zuid-Soedan doen ook wel andere dingen…..! Zo 13
gaat Father Elvis Shudzeka naar mensen die vijf en twintig jaar op hem hebben zitten wachten. Hij loopt niet langs de realiteit op of er omheen, maar staat er midden in omdat hier mensen zijn. Karamoja, Oeganda. Zo heeft Mill Hill jonge Kameroenese missionarissen onder de Karamajong zoals Cyprian Ta-ah en Frederick Yangnyi. Frederick, nog een student op snuffelstage in het Missie Ervaring Programma, vraagt: Wat is mijn Missiewerk eigenlijk? In een land waar zo openlijk wordt geroofd en zo klakkeloos gedood, “kinderen en volwassenen worden gemarteld, vrouwen en meisjes tot slaven worden, waar het heel aanvaardbaar is dat een huwelijksaanzoek gepaard gaat met seks onder gruwelijke dwang, en waar soldaten ‘in alle stilte’ martelen en moorden zonder dat iemand iets durft te zeggen”, wie ben ik, wat moet ik hier? Hij ziet maar één antwoord: mijn gezicht laten zien, vriend zijn. Laat de “Vriend-Mens” leven en vieren diep binnen de ‘harde realiteit’. Zuid-Afrika. Kameroenese missionarissen kijken nostalgisch terug naar hun eigen plaats van herkomst. Het leven was veel beter thuis. Father Emmanuel Mbeh, nu missionaris in Zuid Afrika: “Ik kwam hier als iemand die het geluk altijd mee had gehad. Ik kwam van Bafmeng, een plaats die God gezegend had met al wat zegen heet. En nu is het mijn beurt om zegen te zijn.” Hij doet jeugdwerk, helpen om de al kapotte levenservaringen van vastgelopen jongeren weer samen te lijmen tot ‘iets’; het leven is niet zomaar entertainment. Hier is een vriend van de “Vriend-mens” die leeft, en jij zult leven! Kameroen. Bewonder zulke jonge mensen gerust. 14
Zulke mensen kan Wereldmissie er nog veel meer gebruiken. In Bamenda worden de Kameroenese Mill Hill kandidaten al vroeg geïntroduceerd in het interculturele leven en ze krijgen er gedegen intellectuele bagage voor lange en moeilijke jaren van Fr John Taylor, Engelsman, en Fr Andrew Mukulu, Oegandees, die tevens provinciaal van Mill Hill in Kameroen is. Hun studenten en kandidaten vormen de basis voor een nieuw Mill Hill en nieuw missionaris zijn. In de stad Bamenda missioneert Mill Hill al niet meer. De mensen weten dat ze hier goed af zijn. Hier bruist een lokale kerk om jaloers op te worden, klaar ook om zelf de handen te gaan
gebruiken voor de Wereldmissie. Want wat ze van hun eigen jonge Kameroenese missionarissen te horen krijgen, wekt hun eigen drang op om aan zulke situaties iets te gaan doen. Ze hebben een belangen groep gevormd: “Friends of Mill Hill’. Die zijn enthousiast en zijn volop bezig met missie; ze leggen hun oren te luisteren bij Mill Hill, ze bidden, ze geven, ze maken propaganda. Er is een nieuw Mill Hill in Kameroen. Het grote ‘geluid’ gaat op Afrikaanse toon de lucht in en de wereld rond: “Hij leeft!” en “ Wij zullen leven”. Nol Verhoeven mhm.
TERUG NAAR CONGO. (DEEL 1) Fons Eppink verliet het bisdom Basankusu, Congo, in 1988 na een verblijf van zeventien jaar. Gedurende de maand juli van dit jaar was hij er op bezoek, na bijna vijfentwintig jaar, op uitnodiging van de Zusters ‘Thérésiennes’, een diocesane congregatie. In twee afleveringen verhaalt hij hier zijn indrukken. “Houden jullie, katholieken, je mond maar – ‘bovanda kimya’ – zeggen veel mensen hier tegen ons. Kijk nu eens naar de gouverneur van onze provincie. Jullie hebben die man toch opgeleid”! Jeanne-Marie Abanda, hoofd van het plaatselijk bureau van Caritas in Mbandaka (Democratische Republiek Congo), spreekt met ingehouden emotie wanneer ze de corrupte praktijken aan de kaak stelt van gouverneur Baende, een uitgetreden priester, en hoofd van het bestuur van de Evenaarsprovincie. De Democratische Republiek Congo (DRC) blijft ongetwijfeld een van de meest geplaagde landen van het Afrikaanse continent. Het welbekende predicaat ‘mislukte staat’ – ‘failed state’ - dringt zich op.
in grote steden, verspreid over het hele land, gedemonstreerd uit protest tegen het zoveelste gewapende conflict in het oosten van het land. Na twee bloedige oorlogen in de jaren rond de eeuwwisseling die naar schatting aan meer dan twee miljoen mensen het leven hebben gekost, verlangen de Congolezen naar vrede. Deze ‘mars van hoop op vrede’ werd georganiseerd door de bisschoppenconferentie van Congo met als doel ‘nee te zeggen tegen balkanisatie, nee tegen oorlog, en ja voor vrede’. In een land zonder daadwerkelijke structuren van bestuur speelt de Katholieke Kerk een sleutelrol om een stem te geven aan de massa stemlozen en om mensen bewust te maken van de gevaren voor de eenheid van het land.
Begin augustus van dit jaar hebben zo’n tweehonderdduizend Congolezen
Toen ik in 1988 vertrok uit Congo na zeventien jaar gewerkt te hebben als missionaris in het bisdom Basankusu, werd het land systematisch leeggeplunderd door het dictatoriale Mobutu regime en was er van ontwikkeling hoegenaamd geen sprake meer. Nu, bijna 25 jaar later, kreeg ik onverwachts de gelegenheid om nog eens poolshoogte te nemen op uitnodiging van de Zusters Thérésiennes van Basankusu die me hadden gevraagd hen in een retraite te begeleiden. Ik was natuurlijk razend benieuwd of er tekenen van vooruitgang te bespeuren waren in de algemene levensomstandigheden van de lokale bevolking met wie ik me nog steeds affectief verbonden voel. Zouden er al enkele lichtpuntjes te bespeuren zijn aan het eind van de lange donkere tunnel van teleurgang 15
of zou dit een reis worden naar wat de bekende schrijver Joseph Conrad eens het ‘Hart der Duisternis’ noemde? Het antwoord is, natuurlijk, niet eenduidig. In de hoofdstad Kinsjasa zijn Chinese ondernemingen naarstig bezig een supersnelweg aan te leggen die de stad met het vliegveld van Ndjili zal verbinden. Maar de wegen door de wijken zitten vol gaten of zijn helemaal niet verhard. Met de behuizing in de volkswijken is het al niet veel beter gesteld. De stad heeft de allure van een grote sloppenwijk. Maar de mensen hebben hun gevoel voor humor nog niet verloren en zo is Kinshasa nu omgedoopt van ‘La Belle’, zoals het vroeger met trots werd genoemd, tot ‘La Poubelle’ (de vuilnisbak). En toch, overal bruist het van leven en van jeugd. ‘Jupiter’ Bokondji, een populaire zanger, spreekt in een interview vol overtuiging van de onuitputbare mogelijkheden, het potentieel, van deze rijkgeschakeerde massa. “In 5 tot 10 jaar komen we er uit, dat zul je zien!” zo beweert hij met grote stelligheid.
Resten van de kathedraal
16
Taaie wendbaarheid: dat is wel de beste manier om mijn indruk te beschrijven van de manier waarop de bevolking van Basankusu twee oorlogen en onbeschrijfelijke ontberingen heeft overleefd. Deze kleine stad van, naar men zegt, zo’n 100.000 inwoners, is mijn reisdoel. Ze ligt verloren in het immense regenwoud dat driekwart van het land bestrijkt. Vanuit het kleine vliegtuig dat de verbinding met Basankusu onderhoudt krijgen we een pracht gezicht op het stadje wanneer we laag aanvliegen op de landingsbaan. Ik merk meteen dat er een monumentaal oriëntatiepunt ontbreekt. De kathedraal van Basankusu is verdwenen! Er rest alleen een hoop puin, zie ik later. Gebouwd door Broeder Jan de Koning tijdens de tweede wereldoorlog was dit majestueuze bouwwerk na 75 jaar helemaal opgeleefd: met enorme scheuren in de muren en zakkende fundamenten was er geen redden meer aan. In gesprekken met vrienden en bekenden later klinkt het gevoel van verlies vaak door. De hele bevolking van Basankusu is in rouw vanwege de afbraak van dit unieke stuk erfgoed. Daar komt nog bij dat de eerste Congolese bisschop van het diocees, Mgr Ignace Matondo kwa Nzambi, vorig jaar is overleden. Er heerst een vaag gevoel dat nu een tijdperk is afgesloten voor de Kerk in deze regio. Overgang ook hier…. En de hoop dat iets nieuws zal verrijzen uit de as? Toen ik drie weken later weer vertrok was ik diep ontzet door de schrijnende armoede van het gros van de bevolking in deze uithoek van het regenwoud, maar ook onder de indruk van het vermogen van de mensen om terug te veren en vooral ook van hun vermogen om uitbundig te vieren ondanks alles. Fons Eppink mhm
NIEUWS UIT DE REGIO. Regionale Bijeenkomst, Helvoirt 17 – 19 september 2012. Het is ondertussen een traditie geworden dat we de jaarlijkse bijeenkomst van de Nederlandse Regio van Mill Hill in het Bezinningscentrum Emmaus te Helvoirt organiseren. Dit jaar waren we met een groep van 32 en hebben samen van gedachten gewisseld over het thema ‘geloof en twijfel’ en elkaar bijgepraat over tal van interessante onderwerpen. Het was aangenaam en gezellig!
Jan Offringa aan het woord.
Om te beginnen gaf ik, als Regionaal, een overzicht van de huidige stand van zaken in de Regio. Het beleid van de Regio rust op twee pijlers : de overdracht en eigentijdse beleving van onze missionaire inspiratie en de zorg voor onze bejaarde missionarissen. De toekomstige organisatie van Missiehuis Vrijland is een bijzonder aandachtspunt in verband met de veranderende situatie in de zorg. Daarna nam Frits Maas ons mee op een verkenningstocht langs de haven van Rotterdam waar hij al jaren lang intens is betrokken bij het Apostolaat ter Zee, “Stella Maris”. Hij gaf ons een overzicht van de geschiedenis van het Apostolaat ter Zee die als doelgroep heeft de ‘People of the Sea’. 17
Zeevarenden zijn een internationaal (overwegend Aziatisch) en multireligieus gezelschap. Door de snel veranderende leef- en werkomstandigheden (minder tijd in de havens) zijn de zeevarenden meer en meer ‘onzichtbaar’ geworden. Frits beijvert zich om de doelgroep te leren kennen op de werkvloer. Ontmoeting en dialoog, dienstbaarheid en ‘het leven vieren’ (sacramenten) staan centraal in dit pastoraat. Na een boeiende inleiding van Jan Offringa, protestants theoloog en predikant te Kesteren en voormalig voorzitter van ‘Op Goed Gerucht’, een vereniging van protestantse theologen op zoek naar ‘meer creativiteit, lef, spiritualiteit en humor in de kerk’ hebben we de hele (dins-) dag gestoeid met het hoofdthema van de bijeenkomst namelijk ‘Geloof en Twijfel’. Aan de hand van een lijst van de ‘Twijfel Top Twaalf’ van de hedendaagse mens zette hij ons op het spoor van een geloofsgesprek om met elkaar te delen wat we hierin herkenden en zelf zouden onderstrepen.
De volgende dag zijn we na het ontbijt spoorslags met zijn allen vertrokken naar Tilburg om deel te nemen aan de open dag van AMA (Mensen met een Missie). ‘Geloven in de kracht van mensen’ was het thema van deze open dag. Maar liefst 150 missionarissen, religieuzen en leken, waren eropaf gekomen. Op het eind van een uiterst inspirerende dag was het commentaar van een van de participanten: ‘De kracht ging eerst vanuit de religieuzen en nu zijn het de leken, de uitgezondenen, die ons werk voortzetten. Jullie van ‘Mensen met een Missie’ moeten blijven zoeken naar de jongeren en ervoor zorgen dat het werk doorgaat!’ We hebben de dag besloten met een ietwat nostalgische rondleiding rond ‘De Rooi Pannen’, eertijds Mill Hill seminarie en nu hotelschool met maar liefst vijf restaurants. In één daarvan, Le Petit Restaurant, hebben we samen heerlijk gegeten. Leuke bijkomstigheid was de jeugdige leeftijd van het bedienend personeel: het was hun eerste dag en ze waren flink zenuwachtig! Fons Eppink mhm
Jac Hetsen in gesprek op AMA dag.
18
ONTMOETINGSDAG. De Ontmoetingsdag van 29 september 2012 stond in het teken van Congo en werd vanwege meer dan gebruikelijke belangstelling gehouden in de Vredebergkerk in Oosterbeek. Het was ditmaal wel een heel bijzondere ontmoetingsdag in Oosterbeek. Marcel Thijs vertelde over de belevenissen van een missionaris in het oosten van Congo in Goma en aan de oevers van het Tanganjikameer. Die missionaris was zijn broer en zijn belevenissen zijn door David van Reybrouck bewerkt tot een theatermonoloog. Het was allemaal heel indrukwekkend. Doordat hij over zijn broer vertelde toonde Marcel Thijs een echte, vaak emotionele betrokkenheid. Missionarissen bouwen op. Ze werken aan de gezondheid van mensen, verbeteren de voedselsituatie, bouwen scholen en kerken en verbeteren wegen. De tragiek is, dat de oorlog alles weer verwoest en de mensen vreselijk lijden. Er is wat af gemoord. Vrouwen werden systematisch verkracht. Kinderen werden kindsoldaat. En alles draaide om de delfstoffen, die in het gebied gevonden worden. De kopers van het goud, koper, tin en coltan fi-
nancieren de oorlog. Corrupte politici en militairen, oorlogsheren en bendeleiders profiteren mee. En de gewone mensen zijn slachtoffer. Het kwam ook aan de orde in wat kortere getuigenissen van Mill Hill missionarissen José van Baarsen-Vreeburg en Ben Jorna. Gelukkig waren er tussendoor wat leuke momenten als er een groet of een aanmoediging in het Lingala kwam of een lied in die lokale taal werd gezongen. Het waren echte opwarmertjes. Fons Eppink vroeg aan het slot hoe de aanwezigen het hadden gevonden. Ik was er nog over aan het nadenken. Je hoort over heel veel dingen, die vreselijk fout zijn in onze kerk. Religies worden beschuldigd oorzaak te zijn van zo ongeveer alle narigheid in de wereld. Deze dag liet zien dat er ook heel veel goeds gebeurt in heel moeilijke omstandigheden. Zo werd het evenwicht weer hersteld. Dat gaf mij een goed gevoel. John Jorna
De volgende ontmoetingsdag wordt gehouden op zaterdag 2 maart 2013 in het Sint Jozefhuis te Oosterbeek. De dag wordt verzorgd door Jan Offringa, predikant te Kesteren met als onderwerp: MODERN GELOVEN, TWIJFEL: VERLIES EN WINST. In een inspirerend betoog en in samenspraak met zijn toehoorders laat hij zien dat wat men modern geloof noemt even diepgeworteld is als wat men orthodox noemt. Alle Millhillers, familieleden en vrienden van Mill Hill zijn welkom. Het aantal plaatsen is echter beperkt. Bent u geïnteresseerd? Meldt u dan vóór 15 februari bij Frans Kwik, Johannahoeve 2, 6861 WJ Oosterbeek of
[email protected] 19
EEN HART KLOPPEND OP DE MAAT VAN DE GEWONE MENSEN Bisschop Joseph Willigers mhm Geboren op 26 oktober 1930 te Gronsveld Tot priester gewijd op 10 juli 1955 Tot bisschop gewijd op 3 december 1967 Gestorven op 30 september 2012 Toen Joseph Willigers in 1949 op negentienjarige leeftijd in ons Roosendaalse Missiehuis ging studeren, was hij wat destijds “een late roeping” werd genoemd: hij was nooit op het kleinseminarie geweest; misschien was hij daardoor wel zo onklerikaal. Zijn geestelijke inspiratie lag bij Charles de Foucauld en priesterarbeiders. Hij genoot van Limburgse zwier en verfoeide Hollandse krenterigheid zoals belichaamd in het kaasschaafje. Bovenal klopte zijn hart op de maat van de gewone mensen. Hij was allergisch voor aanstellerij, hij prikte nuchter glimlachend ballonnetjes van pretentie door. Als hij ergens kregelig over was, was dat terecht. Zo was hij, zo bleef hij. Hij was duidelijk bestemd voor grote dingen. Ik heb het voorrecht gehad Joe in al zijn functies als vriend te hebben meegemaakt, en ik kan me alleen maar leuke dingen van hem herinneren. Als studenten deden we samen voordrachten op “smoking concerts”. Hij had lef: toen het water van de vijver in Mill Hill bevroor gooiden de studenten munten op het dunne ijs om waaghalzen uit te dagen; Joe, de lichtgewicht, ging ze oprapen. In Rome moest hij Kerkelijk Recht studeren, en dat lag hem niet erg. Hij heeft daar ook nooit in uitgeblonken; het enigste dat ik mij kan herinneren is hoe in 1959 in Oeganda, de patriarch Henry Lijding een autoritaire uiteenzetting gaf van het Kerkelijk Recht, en dat toen dreumes Joe zei: “Maar dat staat helemaal niet in de Codex.” “Nou,” donderde Lijding, “dan hoort het er in te staan!” Toen hij 20
in 1967 bisschop van Jinja werd, heeft hij zijn gemoedelijkheid weten te behouden. Vaak was hij zijn eigen portier, en iedere bezoeker had het gevoel welkom te zijn. De monumenten die hij voor zich bouwde stonden in de harten van de mensen. Hij moedigde het positieve in alle lui aan, ook als hij hen niet mocht; als zodanig was hij een ideale pontifex. De bisschoppelijke wereld van pompeuze glorie en privilege stond helemaal haaks op zijn karakter. En wat heeft hij erge dingen meegemaakt met Amin. Joe moest met hem en de Anglikaanse bisschop Luwum op de TV verschijnen om daar een schrobbering van de tiran te krijgen; even later werd Luwum vermoord. Joe is alleen maar een paar keer overvallen. Een keer in zijn auto in het Mabira-woud; volgens het verhaal werd hij in de kofferruimte gestopt, en toen na een tijdje de motor uitviel, haalden de rovers hem uit de achterbak om mee te helpen duwen, en toen is hij in het struikgewas ontsnapt. Een andere keer braken rovers zijn huis binnen, en om hem te vernederen lieten ze hem neerknielen en de voeten kussen van John Musana, zijn Oegandese huisgenoot. Vernedering? Die twee hebben er nog vaak om moeten lachen. Wij blijven ons hem herinneren als iemand die innerlijke warmte uitstraalde, iemand die tegenslag in stilte kon incasseren, iemand die kon huilen bij een stervend antiloopje, iemand die zijn hart ophaalde aan orchideeën. Hij leek op Jezus. Waren er maar meer zoals hij. Hans Burgman mhm
TOEGEWIJD AAN GOD EN DE MEDEMENS Arnold Jurgens mhm Geboren op 4 augustus 1929 in Kleef, Duitsland. Priester gewijd op 12 juli 1959. Missionaris in Oeganda, Kenia, Duitsland, Engeland en Nederland. Gestorven op 13 oktober 2012. De vele benoemingen die Father Nol Jurgens heeft ontvangen, vormden samen een prachtig boeket bij het afscheid in onze kapel. Als jong priester vertrok hij naar het Bisdom Tororo in Oeganda, totdat hij in 1972 onder het schrikbewind van Idi Amin het land werd uitgezet. Enkele jaren daarna keerde hij terug naar Oost-Afrika, naar Kenia, waar hij een taak op zich nam in de pastorale afdeling van het Nationale Secretariaat van de katholieke kerk daar. Een grote taak werd Nol toevertrouwd toen hij in 1978 werd benoemd tot Algemeen Secretaris van de Katholieke Wereld Federatie voor het Apostolaat van de Bijbel in Stuttgard, Duitsland. Dit werk in het teken van de H. Schrift verrijkte zijn leven: het bepaalde zijn spiritualiteit. Nol was een bijzonder vrome priester en een man van gebed. Tot het einde van zijn leven kon hij losbarsten in een uitbundig alleluja gezang. In 1984 volgde zijn werk in Engeland, waar hij deel uitmaakte van de Sion Community en zich verder verdiepte in de charismatische beweging en Marriage Encounter, een pastorale benadering voor gehuwden. Terug in Nederland heeft Nol vele echtparen bijgestaan om hun relatie te verdiepen. Intussen werd hij in 1989 benoemd tot leider van het Mill Hill huis in Obdam, dat in 1996 gesloten moest worden..
vele verschillende taken binnen de communiteit. Met hart en ziel heeft hij zich ingezet voor het welzijn van de bewoners, totdat bleek dat hij de greep op de werkelijkheid begon te verliezen. Hij werd gevraagd zijn werk bij het Marriage Encounter op te geven.en niet meer voor te gaan aan het altaar. Overige functies binnen de verschillende werkgroepen kon hij niet meer vervullen. In zijn dagboek van de laatste jaren beschrijft hij zijn wanhopige pogingen om mee te blijven tellen. Een van de laatste aantekeningen: “Ik moet zeggen dat ik mezelf als stuurloos heb ervaren, of als een stuk drijfhout, meegedragen op de stroom van een rivier, maar waar ga ik naar toe ?” Voor ons, bewoners, was het pijnlijk om een medebroeder weg te zien zinken in een vorm van dementie. De aantekeningen van Nol vragen om begrip en een grote dosis van geduld en liefde, zodat ook deze patiënten zich hier thuis blijven voelen. Tenslotte, we danken God dat Nol nu eindelijk uit zijn angstige situatie bevrijd is en rust gevonden heeft binnen de hemelpoort…. We danken deze missionaris voor al het prachtige en vele werk dat hij verzet heeft hier in Nederland en elders. Joost Beemster mhm.
Sindsdien heeft hij hier in Vrijland gewoond, aanvankelijk als vice rector met 21
IJVERIG EN GETROUW Henk Morsink mhm Geboren op 3 maart 1932 te Hengelo (Gld). Eeuwige Eed op 19 maart 1957 Missionaris in Kenia, Filippijnen, Oeganda, Engeland, Nederland. Gestorven op 2 november 2012 Na een gevuld en vervuld leven als missionaris nemen wij afscheid van Henk Morsink. Hij was voor ons een zegen, en een weldaad voor heel veel mensen, die gedeeld hebben in en genoten hebben van zijn aanwezigheid en werk. Wat hij ondernam deed hij met overgave. Nu weten wij dat God hem in alles zal voorzien. Kort na de oorlog begonnen wij samen op de Rooi Pannen in de eerste klas. Later vertrok hij naar Oosterbeek. Na vele jaren kwamen wij weer samen in het oude Jozefhuis hier in Oosterbeek. Van onze klas van 1947 zijn wij de enige twee die al die jaren bij de Congregatie zijn gebleven. Hij hield ervan om foto’s uit die oude tijd tevoorschijn te halen en om uit te vinden of wij alle namen nog bij al die gezichten konden zetten. Hij kende er meer dan ik. Het toonde dat hij geïnteresseerd was in mensen, in hun reilen en zeilen. Het zijn niet de vele plaatsen die van zijn kennis voordeel hebben gehad en door zijn kunde vooruitgang hebben geboekt, maar veeleer de mensen die er woonden en die zich hem herinneren. Hij genoot van zijn missionariszijn en het missionarisleven dat hem rijkelijk in staat stelde om zichzelf te zijn. Hij was ijverig, veelzijdig en bekwaam in zijn werk. Hij kreeg vooral op de Filipijnen en in Kenia er ruimschoots de gelegenheid voor om zijn gaven in praktijk te brengen. Hij was plichtsgetrouw en je kon op zijn advies en
22
hulp aan. Hij was een oprecht mens met wie het goed was om te leven. Zijn trouw kwam naar voren in de vele afwisselende benoemingen welke hij zonder aarzelen accepteerde en waaraan hij zich hield. Dat geldt eveneens voor deze laatste benoeming bij de Heer. Hij is vertrouwvol naar Hem toe gegaan. Henk was een toegewijd en graag geziene collega. Hij kreeg een hele serie werkterreinen toegewezen vanwege zijn vele talenten en gaven. Hij was een nauwgezet bouwer en ontwerper. Het kleinseminarie in Rakwaro, de apostolische school in Lemek, de middelbare school in Loitokitok en de indrukwekkende kerk aan de voet van de Kilimanjaro zullen daarvan nog lange jaren getuigenis afleggen. In al die delen van Kenia staat het werk van zijn handen te pronken en is een bewijs van de degelijkheid welke hij met hart en ziel in zijn werk legde. Hij bezat een open hart en een ruime geest. “In het huis van mijn Vader is ruimte voor velen”, verzekert Jezus ons. Niet alleen maar ruimte van plaats, maar ruimte voor iedereen met zijn of haar eigen talenten en gaven. Daar is geen bekrompenheid. Bij de Heer mag je helemaal jezelf zijn. Frans Mol, mhm.
Alkmaar Renkum Mierlo Amsterdam Leeuwarden Singen (Dld) Volendam Denekamp Wateringen Oosterkamp
Dhr. Siem van Veen Dhr. J. Berendsen, zwager van Br. Ben Snelder Dhr. Antoon De Rooij, broer van Fr. Giel de Rooij Mw. Agatha Schrever-Hogenes, zus van Fr. G. Hogenes Mw. Ada Kwik, zus van Fr. F. Kwik Pfarrer Cosmas Dietrich (weldoener van MH in Oostenrijk) Mw. Grietje Plat, schoonzus van Fr. Jaap Mühren Dhr. Henk Kremer, zwager van Fr. Fons Eppink Mw. Maria Johanna Jacoba van Kester, zus van Bischop W. van Kester mhm†. Fr. Willem Erinkveld mhm (in Memoriam volgt)
Nijverdal
Dhr. Anton Bouwhuis,broer van Br.Gerard Bouwhuis mhm.
ONZE OVERLEDEN VRIENDEN
FOTO’S
Elma van den Nouland: coverfoto; Archieven Mill Hill: p. 3, van 8, 9,Fr.Piet 15, 17;van Fons Eppink: Overveen Dhr. Herman Willem Maria van Run, broer Run mhm†.pp. 4-7; Jacinta van Luijk: pp. 8-12; Hennie Wehkamp: p. 13, 14; Theo Raaijmakers: p. 16;
Kerry Grant: p. 16;Mw. Martin Brink: p.Martina 18; Missio Wereldwijd: p. 23. Warmond Wilhelmina Langeveld-Schoone, zus van Fr. Toon Schoone mhm†.
Tilburg
Dhr. Sjef Geboers, broer van Fr. Janus Geboers mhm†.
Wernhout
Dhr. Jan van Zundert, zwager van Fr. Bert Buis mhm.
Wervershoof
Mw. Regina Anna Grent, zus van Fr. Arie Grent mhm†.
Spanbroek
Mw. Truus Appelman-Kuijpers, schoonzus van Fr. Jan Appelman mhm.
Eindhoven
Mw. Jo Koster-van Agt, zus van Fr. Han van Agt mhm†.
Lees Missio Wereldwijd
Tijdschrift over religie en samenleving Oosterbeek Dhr. Cornelis van het Hof, vader van Wilma van den Brink, medewerker Vrijland. in de derde wereld. 6 Nummers voor € 10,Kirchhellen Dhr. George Nabben, broer van Fr. Peter Nabben mhm. www.missio.nl of telefoon (070) 304 74 44
WAARHEEN MET UW BIJDRAGEN?
Persoonlijke giften voor missionarissen Giro: 1066957 t.n.v. Missieprocuur van Mill Hill Oosterbeek. Bank: ABN/AMRO Rek. 40.02.36.311 t.n.v. Nederlandse Regio van Mill Hill, Oosterbeek
FOTOGRAFIE
Giften voor opleiding van Missionarissen in Afrika en Azië
939153 t.n.v. Mill Hill Oosterbeek De foto’s zijn geleverd doorGiro: het Archief, en door missionarissen en vrienden van Mill Hill. Bij voorbaat onze hartelijke dank
UW TESTAMENT TESTAMENT IS IS NOG NOG BETER BETER UW WANNEER DE MISSIE DAARIN BEDACHT BEDACHT IS IS Maak uw legaat voor Mill Hill aldus:
“Ik legateer, vrij van rechten, aan De Nederlandse Regio van de Mill Hill Missionarissen Johannahoeve 4, 6861 WJ Oosterbeek” De Nederlandse Regio van Mill Hill is een ANBI onder de RKKerk. Uw giften zijn dus fiscaal aftrekbaar en over uw bijdragen hoeft geen schenkings- of successierecht betaald te worden.
waarheen met uw bijdragen?
Persoonlijke giften voor missionarissen ING: 1066957 t.n.v. Missieprocuur van Mill Hill Oosterbeek. Bank: ABN/AMRO Rek. 40.02.36.311 t.n.v. Nederlandse Regio van Mill Hill, Oosterbeek Giften voor opleiding van Missionarissen in Afrika en Azië: ING: 939153 t.n.v. Mill Hill Oosterbeek.
23
Bij voorbaat onze hartelijke dank.
De Nederlandse Regio van Mill Hill is een ANBI instelling vallend onder de RK Kerkprovincie in Nederland. Door de belastingdienst is op 30 november 2007 een groepsbeschikking afgegeven ten name van de Bisschoppenconferentie van de Rooms Katholieke Kerkprovincie te Utrecht. Uw giften zijn dus fiscaal aftrekbaar en over uw bedragen hoeft geen schenkings- of successierecht betaald te worden.
23
Retouradres: Johannahoeve 4 6861 WJ Oosterbeek.
Contactblad van Mill Hill Administratie & redactie. Johannahoeve 4, 6861 WJ Oosterbeek. Telefoon : (026) 339 80 82 E-mail :
[email protected] Internet : www.mhmobk.nl December 2012 Jaargang 46 - nummer 4 Verschijnt 4 keer per jaar Drukkerij Voor de Poort - Oosterbeek.