MEESTER #
Alles of niets Hij won toonaangevende klassiekers, ritten in etappewed-
bewerkstelligen, maar slaagde niet. Op driehonderd meter
strijden, hij droeg de gele trui. Weergaloze prestaties. Maar
voor de streep voegde Pontoni zich bij Bramati en mij. Ik
dat hij in 1996 op zijn 36 , na vijf zilveren medailles in Mon-
schrok me rot. Ik nam het risico van kop af de eindsprint
treuil de wereldtitel veldrijden bemachtigde, noemt hij een
aan te gaan.”
droom die werkelijkheid werd. Na vijf keer zilver klonk in het
Pontoni en Bramati kwamen niet meer langszij. Met een ge-
Franse stadje het Wilhelmus voor Adrie van der Poel.
balde linkervuist in de lucht reed de Brabantse boerenzoon
“Ik presteer het beste onder druk. Druk maakt iets extra’s in
als eerste over de streep. Wat was Adrie blij en opgelucht!
me los,” zegt Adrie, een sympathieke, toegankelijke persoon-
Hij zou nu niet meer als Eeuwige Tweede in het crossen de
lijkheid. “Zo ook in de aanloop naar de naar mij vernoemde
sportgeschiedenisboekjes ingaan.
Wereldbekerwedstrijd in mijn geboorteplaats Hoogerheide.
Adrie (1959) is de vader van David (1992) en Mathieu (1995).
Het gebeurt dat we moeten wachten op het jawoord van
Hij bezat talent, maar discipline en doorzettingsvermogen
sponsors, waarbij het kan gaan om behoorlijke bedragen. Ik
zorgden voor de successen. Hij gaf nooit op. Hij rook zijn
blijf altijd rustig. Past bij mijn karakter. Ik raak nooit in pa-
kansen en sloeg dikwijls toe, wanneer niemand dat ver-
niek.”
wachtte. Hij kon een wedstrijd lezen.
En nu terug naar zijn gouden WK. “Ik was 36 en realiseerde
Van der Poel: “Op tactisch gebied heb ik een heleboel ge-
me: nu of nooit, alles of niets. Net als Richard Groenendaal
leerd van mijn streekgenoten Gerrie Knetemann en Hennie
HOOGERHEIDE (NL)
stond ik onder contract bij Rabobank. We hadden de stil-
Kuiper. Trainingsmaatje Kuiper riep altijd dat je eerst het
17 juni 1959
zwijgende afspraak elkaar niet in de wielen te rijden. Tot de
bordje van je tegenstanders moest leegeten en vervolgens
slotronde bleef ik gespaard voor tegenslagen. Ik observeerde
die tegenstanders op het juiste moment moest uitschake-
mijn belangrijkste tegenstanders, Daniele Pontoni en Luca
len. Ook in het crossen geldt dat. Ogen en oren openhou-
Bramati, en besloot voluit voor de aanval te kiezen. Alleen
den, zélf weinig zeggen – dát werkt. En afspraak is afspraak.
Bramati kon volgen. Onze Italiaanse vriend weigerde kop-
Nooit terugkrabbelen over iets wat je hebt toegezegd. Want
grootsTe overwinning
werk te doen. Waarschijnlijk achtte hij zich kansloos in een
je weet dat als je iemand bedriegt je zelf meestal dubbel
Wereldkampioen
sprint met mij. Erwin Vervecken probeerde de aansluiting te
wordt bedrogen.”
veldrijden 1996
ste
8
01
ADRIE VAN DER POEL
61
gewonnen wedstrijden
9
HOEWEL ADRIE VAN DER POEL UITEINDELIJK EEN IMPOSANTE PALMARES HEEFT BEREIKT, TOONT ZIJN RESULTATENLIJST OOK OPVALLEND VEEL TWEEDE PLAATSEN.
10
11
VADER ADRIE EN ZOON MATHIEU, DIE ZIJN KLASSE NIET VAN EEN VREEMDE HEEFT.
12
13
MEESTER #
02 De eeuwige rivaal van Erik De Vlaeminck. Wroeten ver-
De in 1940 geboren Albert Van Damme is al een tijdje gepen-
sus vliegen, een clash van stijlen. Van Damme was een wér-
sioneerd, maar hij laat de veldritsport, vaak als toeschouwer
ker, letterlijk en figuurlijk. Overdag met de handen in de
vanop de eerste rij, tot op de dag van vandaag niet los. Met
aarde in zijn tuinbouwbedrijf, trainen gebeurde voor en na:
het hart dat nog steeds pál op de tong ligt. Want de Oost-Vla-
’s ochtends vroeg of ’s avonds laat. Dat nam niet weg dat
ming is niet vies van een ongezouten mening. Aan would be-
De Vlaeminck, een renner met zoveel meer klasse en tech-
vedetten heeft Van Damme een pesthekel. Renners die slor-
nisch vermogen, geregeld de handen meer dan vol had met
dig omspringen met het talent waarmee Moeder Natuur hen
zijn taaie tegenstander, een man die maar niet wilde plooien.
bedeelde vallen bij hem steevast in ongenade. Geen wonder,
Aan die onverzettelijkheid hield hij de bijnaam De Leeuw van
voor een man bij wie ‘werken’ als rode draad door het leven
Laarne over. De duels tussen Albert en Erik namen dusdanige
liep. “Niet dat ik een man ben die in het verleden is blijven
proporties aan dat Vlaanderen in die tijd, de late jaren zestig
hangen,” liet Van Damme een paar keer noteren. “Zo heb ik
en de vroege jaren zeventig, in twee kampen verdeeld was.
bijvoorbeeld ongelooflijk veel respect voor een renner als Sven
Albert ‘Berten’ Van Damme won tussen 1959 en 1978 liefst 109
Nys, een man die klasse aan een fantastische mentaliteit paart.
individuele wedstrijden. Zes Belgische titels en één regen-
Maar dat Sven in het verleden niet altijd evenveel tegenstand
boogtrui - in 1974, in het Spaanse Vera de Bidasoa - vormen
kreeg had volgens mij te maken met het gebrek aan karakter
de parels aan de kroon.
van sommige van zijn opponenten. Jammer voor de sport.”
In 2011 kreeg Van Damme een wedstrijd met zijn naam in Laarne. De eerste editie van die veldrit kreeg Sven Nys als winnaar. De cross is ondertussen al van de kalender verdwenen.
Hart op de tong
Albert VAN Damme Laarne (BE) 1 december 1940
109
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning Wereldkampioen veldrijden 1974
14
14
15
MEESTER #
VIJF Wereld titels
03 In de jaren vijftig was het veldrijden een Franse aangelegenheid. Jean Robic, Roger Rondeaux, André Dufraisse en in mindere mate Pierre Jodet deelden de lakens uit. Tussen 1950 en 1958 eindigde elk wereldkampioenschap in een Franse zege. André Dufraisse nam vijf titels voor zijn rekening. Pas op 22-jarige leeftijd begon Dufraisse met koersen, eerst op de weg. De in de omgeving van Limoges opgegroeide André kende een allesbehalve gemakkelijke start. Hij had moeite met het rijden in een grote groep. Hij fietste meestal achterin het peloton, om zich in de finale op kop te nestelen. ”In de winter van 1949 kwam hij bij toeval in aanraking met het crossen,” vertelt William van Peer, kleinzoon van de legendarische Tourrenner Wim van Est en groot kenner van de geschiedenis van zijn geliefde sport. ”Tot zijn eigen verbazing en die van zijn ploegleider werd Dufraisse tweede. Hij bezat weinig techniek, maar kon wel hard lopen met de fiets op zijn schouder. Bovendien was hij slim. Hij ontsnapte op het juiste moment. Op een gegeven moment ging hij naar Parijs. Daar maakte hij kennis met Robic, Rondeaux en Jodet. Hij voelde zich thuis tussen hen. Tijdens de cross vochten ze pittige duels uit, buiten de koers trokken ze met elkaar op.” De Franse suprematie vierde hoogtij. Het kwartet coureurs sprak niet met elkaar af wie aan de beurt was om te winnen. Van Peer: ”Zo werkte dat niet. De beste won. De crossen vonden plaats op akkergrond, open weilanden en op bospaden. Het publiek toonde zich laaiend enthousiast.” De supporters kozen hun eigen favoriet en sloten onderling weddenschappen af. De Coppi van de akker, zoals de koosnaam van Dufraisse luidde, was door zijn uitstraling en vlotte bab-
ANDRE Dufraisse
bel erg populair. En de vrouwen lagen aan zijn voeten. De opkomst van de Italiaan Renato Longo en de Duitser Rolf Wolfs-
RAZEN (FR)
hol zorgde voor het einde van de hegemonie van de Fransen.
30 JUNI 1926
In 1959 trok Longo op het WK in Genève aan het langste eind. Na een mindere periode, mede als gevolg van tegenslagen in de privésfeer, keerde Dufraisse verrassend terug op het hoogste niveau. En pakte warempel nog drie keer een bronzen WK-
100
gewonnen wedstrijden
plak. Hij koerste tot zijn 40ste.
grootsTe overwinning
André Dufraisse deed één keer mee aan de Tour de France (in
Wereldkampioen
1952), maar haalde ’Parijs’ niet.
veldrijden 1954 t/m 1958
16
17
MEESTER #
04
Modder balletten 18
Albert zweifel Rueti (ZW) 7 juni 1949
100
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning Wereldkampioen veldrijden 1976 t/m 1979, 1986
19
ALBERT ZWEIFEL
ZIJN LAATSTE WERELD-
VEROVERDE VIJF WERELD-
TITEL GREEP ZWEIFEL
TITELS, WAARVAN
IN 1986. IN LEMBEEK
VIER IN ACHTEREEN-
WAREN DAAR DUIZENDEN
VOLGENDE JAREN.
ONTGOOCHELDE BELGEN GETUIGEN VAN.
Wat de lange profloopbaan van Albert Zweifel kenmerkte,
speelde Zweifel in de kaart, want Albert liep graag met de
is dat hij vaak van werkgever wisselde en altijd het shirt
fiets op zijn schouder door het moeras.”
droeg van sponsors uit zijn vaderland. Zweifel was op en
Waarom schitterde jij door afwezigheid, Adrie? “Dat hield
top Zwitser. Een rustige man die zijn stress uitstekend wist
verband met een onbegrijpelijk standpunt van de KNWU.
te verbergen. Hij veroverde vijf wereldtitels, waarvan vier
Op het NK eindigde ik niet bij de top 3, hetgeen geen
in vier achtereenvolgende jaren. Drie van de vier keer legde
rechtstreekse kwalificatie voor het WK betekende. Pure
zijn landgenoot Peter Frischknecht beslag op het zilver. Op
pech, want ik kampte met materiaaldefect. Voor de KNWU
het WK 1986 greep hij, onder het oog van duizenden ont-
een reden mij een soort selectiekoers te laten rijden, waarin
goochelde Belgen, zijn laatste regenboogtrui. Het Belgische
ik mijn vorm moest bewijzen. Ik ontplofte van woede. En
Lembeek vormde het decor van een historisch WK. In plaats
belde de KNWU dat ik respect miste en niet met me liet sol-
van Lembeek had Asper het wereldkampioenschap toege-
len. Het telefoongesprek met de bobo sloot ik af met: “Ik wil
wezen moeten worden, maar de gemeente Lembeek bood
niet eens meer naar het WK.” De pers steunde me, want de
meer geld, dus de concurrent trok aan het kortste eind.
zilveren medaille-winnaar van een jaar eerder hoorde toch
Volstrekt verkeerde beslissing van de BWB. Het parcours
op het WK thuis, stelden de journalisten bijna unaniem.”
bleek een grote modderpoel, de organisatie klopte van geen
Terug naar Albert Zweifel. Hij stak niet onder stoelen of
kanten. Titelverdediger Klaus-Peter Thaler zag het vlak
banken op ‘oudere leeftijd’ hoofdzakelijk voor het geld te
voor het startschot allemaal aan en maakte rechtsomkeer.
fietsen. Zijn verdiende duiten investeerde hij onder meer
Roland Liboton gaf snel op.
in projecten op vakantie-eiland Mallorca. Zijn zakelijke
Het staat Adrie van der Poel nog helder voor de geest,
activiteiten liepen soms een beetje verkeerd af, maar hij
hoewel hij de verrichtingen van zijn beroepsgenoten via de
hield, naar eigen zeggen, uiteindelijk voldoende over om te
televisie moest volgen. “Het was een soort veldloop in de
kunnen rentenieren. Sinds enige tijd woont de beste crosser
blubber, een WK onwaardig. Men kon hooguit vijf meter
ooit uit Zwitserland weer in zijn thuisland.
op de fiets blijven zitten, om daarna weer af te stappen. Dat
20
21
MEESTER #
05
Eerzuchtig en trots
BART AERNOUTS essen (BE) 23 juni 1982
??
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning junior wereldkampioen veldrijden in 2000
22
23
na een vliegende start
aernouts is er trots
bij de junioren leek
op tien keer in de
bart aernouts af te
belgische nationale
stevenen op een mooie
ploeg te hebben
plaats in de veldrit-
gereden, toen het in
elite. Het liep anders.
zijn land wemelde van de sterke crossers.
Wereldkampioen veldrijden bij de junioren worden bleek
het werkelijk wémelde van sterke Belgische veldrijders,”
een ‘vergiftigd geschenk’ voor Bart Aernouts. Want wie na
klonk het. “Meer kan een renner van mijn niveau niet
die triomf in Sint-Michielsgestel (2000) verwachtte dat de
verwachten. Al blijf ik het spijtig vinden dat ik net naast de
kleine Essenaar zich vervolgens zonder slag of stoot aan de
boot viel toen de selectie voor het eerste wereldkampioen-
top zou nestelen kwam bedrogen uit. Bart Aernouts hield
schap in Hoogerheide werd bekendgemaakt. Dat werd als
aan die wereldtitel een mooi contract bij Rabobank over,
het ware georganiseerd in mijn achtertuin.” Begin februari
dat wel. Maar al snel werd duidelijk dat de schoonzoon van
2015 liet Bart Aernouts (ondertussen via Rabobank en AA
ex-profrenner Cees van der Wereld nooit een veelwinnaar
Drinks beland bij Kwadro-Stannah), na twee opeenvolgende
zou worden. Heel af en toe lukte winnen wel voor de vader
seizoenen waarin het voor geen meter liep, weten dat hij
van vier dochters, maar dat gebeurde nagenoeg altijd in
de veldritsport op 32-jarige leeftijd voor bekeken hield. Tot
wedstrijden met een minder sterke bezetting. Ereplaatsen
twee keer toe had de Kempenaar al zijn trainingsschema’s
zat, dat wel. Maar al te zelden kwam er na afloop van een
omgegooid, in een wanhopige poging weer aan te kun-
veldrit met naam en faam een passage op het podium aan te
nen knopen met het niveau van weleer. Inspanningen die
pas. Ergens tussen plekken vijf en tien: dat werd na verloop
hem alleen maar van kwaad naar erger leidden. ”Misschien
van tijd de plaats van Bart Aernouts in de uitslagen. Daar
zegde mijn lichaam op een bepaald moment gewoon dat het
had de immer minzame renner uit de Noorderkempen
genoeg was, ik weet het niet. Maar ik trok er in elk geval de
vrede mee. Ook al bleef Aernouts bij Rabobank de hele
enige juiste conclusie uit: dat het tijd was om te stoppen.”
tijd door in de schaduw van de zoveel meer succesvolle en
Opnieuw een seizoen ‘krasselen’ was zijn eer te na. Bart
populaire Sven Nys, hij had vrede met zijn rol bij het team.
Aernouts legde zijn laatste competitiekilometers af in de
“Ik ben er vooral trots op dat ik in een profloopbaan van
Sluitingsprijs van Oostmalle en is nu aan de slag bij een
dik tien jaar acht keer de trui van de nationale ploeg mocht
bouwondernemer uit Kalmthout.
dragen in een wereldkampioenschap, in een periode dat
24
25
MEESTER #
06
De Icarus van het veldrijden. Met een komeetvaart naar de top geschoten, maar na twee jaar van absolute hoogconjunctuur zonder pardon weer richting coulissen gedonderd. Too Much Too Young, zoals The Specials dat in de jaren tachtig zongen. Te dicht bij de zon gevlogen en de vleugels verbrand. Dat het veldrijden in Vlaanderen Wintersport Nummer Eén is geworden heeft veel te maken met de immer vrolijke, Kempens taterende spring-in-het veld die Bart Wellens was. Twee jaar jonger dan Sven Nys, maar onvervaard happend naar de kuiten van De Kannibaal. Als 20-jarige belofterenner, in 1998, gaf hij de beste profs al het nakijken in de Wereldbekerwedstrijd van Kalmthout. Veel meer en veel beter volgde tussen 2002 en 2004. Bart Wellens won de Wereldbeker, de Superprestige, de Gazet van Antwerpen Trofee en werd Belgisch kampioen. Kroon op het werk: twee opeenvolgende wereldtitels, in het Italiaanse Monopoli en het Franse Pontchâteau. De bekendste inwoner van Vorselaar stond op het toppunt van zijn roem en kreeg zelfs een eigen docusoap op televisie, het fel bekritiseerde maar niettemin druk bekeken Wellens & Wee. “Het leek niet op te kunnen in die periode,” keek Bart Wellens later terug. “Met één minuut voorsprong winnen volstond niet. Het moesten er twéé zijn. Ik leefde in een roes, alles wat ik ondernam lukte. En ik nam aan dat dat vanzelfsprekend was, dat die hoogconjunctuur zou blijven duren.” De wereldtitel in Pontchâteau bleek het laatste sportieve hoogtepunt voor de Kempenaar. Heel af en toe liet Bart Wellens nog wel vlagen van talent zien, maar pech ging de rode draad vormen door het vervolg van zijn loopbaan. De eeuwige lach op zijn gelaat verdween, ziekte en depressie plus een turbulent privéleven kwamen in de plaats. En roddels over dopinggebruik. Tot twee keer toe dook Wellens’ naam op in een juridisch onderzoek. Goed voor de krantenkoppen die Bart, van hoofdrolspeler figurant geworden, als atleet niet meer kon halen. Begin maart 2015 zette hij een punt achter een profcarrière van vijftien jaar.
Turbulent leven
BART WELLENS Herentals (BE) 10 augustus 1978
88
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning WERELDKAMPIOEN VELDRIJDEN 2003 en 2004
26
27
27
MEESTER #
Van crosser tot clown
28
07
Toen hij in 1979 bij de profs debuteerde, manifesteerde Beat
Twee keer eiste Breu de zege op in een Superprestige-wed-
Breu zich direct als een zeer begenadigde klimgeit. In de
strijd, twee keer gebeurde dat in Zürich. En in 1994 greep hij
Ronde van Italië legde hij zelfs beslag op de tweede plaats in
opnieuw de nationale kampioenstrui.
het bergklassement. Voor Peter Post een reden de Zwitser aan
Na zijn carrière viel de voormalige bergvlo in het spreekwoor-
te trekken voor zijn TI Raleigh-brigade. Hij legde een flinke
delijke Zwarte Gat. Door verkeerde investeringen in onroe-
druk op de schouders van zijn goed betaalde coureur. Daar
rend goed raakte hij een heleboel geld kwijt. Zijn liefdesleven
kon Beat niet tegen. Hij werd nerveus van de ‘opdringerig-
verliep desastreus, relaties sneuvelden. Hij probeerde het als
heid’ van ploegleider Post. Tot overmaat van ramp kwam
clown, maar zonder resultaat. Ook het runnen van een eroti-
Breu tijdens de Tour de Suisse zwaar ten val, met maanden-
sche wildwest bar bij de Bodensee flopt. Heel treurig.
lange uitschakeling tot gevolg. Post wilde hem geen nieuwe
We vragen Ruud Bakker, bij de ploeg Post de soigneur van Beat
kans geven, waarna Breu gedesillusioneerd zijn heil bij een
Breu, hoe hij zich de Zwitser herinnert. “Typische Zwitser. In-
andere formatie zocht. Daar lukte het wel. Hij loste de hoog-
trovert, tikje achterdochtig, iemand die zelden het achterste
gespannen verwachtingen in. Zo trok hij het Kampioenschap
van z’n tong liet zien. Einzelgänger. Als hij op de massagetafel
Sankt Gallen (ZW)
van Zürich naar zich toe en won twee etappes in de Tour de
lag, zei hij weinig. Ik moest het gesprek gaande houden. Hij
23 oktober 1957
France.
was ambitieus, dat proefde ik. Maar hij blaakte niet van zelf-
In 1988 begon hij zich ook serieus aan het veldrijden te wij-
vertrouwen. Van vertrouwen in zijn eigen ‘ik’ bedoel ik.”
den. Hij veroverde de Zwitserse titel en op het WK in eigen
Dat Breu later ging crossen, verbaasde Bakker. “Ik heb dat
land (Hägendorf) realiseerde hij de bronzen medaille, achter
eigenlijk niet zo begrepen. Hij kon geweldig klimmen, voor
Pascal Richard en Adrie van der Poel. Rond die strijd om de
mij een beetje onbegrijpelijk dat hij zijpaden ging bewande-
grootsTe overwinning
regenboogtrui hing een luchtje, want het was hoogst opmer-
len. Mogelijk een kwestie van geld. Iedereen maakt zijn eigen
zwitsers kampioen
kelijk dat opeens twee Zwitsers op het erepodium versche-
keuzes. Wat mij van Beat bijblijft: een vriendelijk ventje, altijd
veldrijden
nen. De hoofdrolspelers hielden wijselijk hun mond.
op zijn hoede.”
1988, 1994
Beat breu
??
29
gewonnen wedstrijden
29
beat breu was voor degenen die hem kenden typisch een zwitser. introvert, zwijgzaam en altijd op zijn hoede. toch, ‘een vriendelijk ventje’.
30
31
MEESTER #
08 Snelle parcoursen
32
Cees van der Wereld, schoonvader van de inmiddels ge-
selecteerd. “Ik startte acht keer, want wegens een scheen-
stopte Bart Aernouts en werkzaam als logistiek medewer-
been- en kuitbreuk vlak voor een WK moest ik abrupt afha-
ker bij een bedrijf in Antwerpen, koerste elf seizoenen als
ken,” zegt Cees. Tot een podiumplaats schopte hij het nooit,
prof. Hij droeg het shirt van ‘kleine ploegen’ – vandaar dat
in de verste verte niet. “Albert Zweifel, Erik De Vlaeminck,
hij nooit een positie in de wereldtop bemachtigde. Hij treurt
Roland Liboton, Stamsnijder, Groenendaal en later Adrie
daar niet om, maar zegt wel dat hij wat meer uit zijn carri-
van der Poel domineerden de cross. Tegen die gasten kon
ère had kunnen halen. “Indertijd was Zwitserland het grote
ik niet op.”
veldritland. Daar viel ook het meest te verdienen. De reizen
Frustratie? “Nee hoor. Zij waren beter. Mijn beste WK-pres-
richting Zwitserland en terug vergden een heleboel energie.
tatie: een negende plek.”
Snel een weekend op en neer, dat hakte er behoorlijk in,”
Hij bereidde zijn seizoen voor in de Belgische kermiskoer-
blikt Van der Wereld terug.
sen. “Ik deed alles op mijn manier. Achteraf zeg ik: Mis-
Hij vervolgt: “Ik moest het hebben van de snelle parcour-
schien had ik anders moeten trainen. Wat dat betreft liet
sen, van de snelle technische rondes; niet zo van de modder.
ik me soms beïnvloeden. De Nederlandse toppers juinden
In 1980 boekte ik mijn grootste zege, het kampioenschap
elkaar soms op. ‘Ik heb vandaag vier uur getraind,’ zei de
van Nederland in Berg en Dal. Het was koud, flink onder
een. En de ander: ‘Ik vijf uur.’ Of het waar was, weet ik niet.
NIEUWKOOP (NL)
het vriespunt. Dat paste in mijn straatje. Hennie Stamsnij-
Maar het maakte me toch een tikje onzeker. Aan de sfeer
12 DECEMBER 1955
der, Reinier Groenendaal en ik kwamen aan de leiding.
rond de cross bewaar ik mooie herinneringen. Het omkle-
Stamsnijder gleed uit en viel. Een concurrent minder. Groe-
den bij mensen thuis, de saamhorigheid tussen de coureurs.
nendaal kreeg last van bevroren ogen, waardoor hij minder
Nu draait alles om het eigenbelang, om geld verdienen. Niet
scherp zag. Ook Reinier viel. Wonder boven wonder bleef ik
erg, want het is een teken des tijds.”
overeind. Dat ik Stamsnijder en Groenendaal versloeg, was
Van der Werelds wieg stond in Nieuwkoop, tegenwoordig
grootsTe overwinning
een gigantische verrassing.”
woont hij in het Belgische grensdorpje Essen. “Nog steeds
nederlands kampioen
Voor de strijd om de regenboogtrui werd hij negen keer ge-
fascineert het crossen me en dat verandert nooit,” stelt hij.
veldrijden 1980
CEES VAN DER WERELD
??
33
gewonnen wedstrijden
33
MEESTER #
09
Veldrithart 34
Een sympathieke, toegankelijke man. Iets te zachtaardig voor
“In alles wat hij ondernam, was Cees heel fanatiek; al zag je
het meedogenloze topwielrennen, zo omschrijven mensen
dat meestal niet aan hem,” zegt zijn weduwe Marie-Louise.
met wie Cees Zoontjens werkte hem. “Ik herinner me Cees
“Cees wist wat hij wilde en wat hij wel en niet kon. Verder
als iemand met grote kennis van zaken, een vakman. Hij kon
gedroeg hij zich heel sociaal. Hij hield zich bovendien aan
goed overbrengen wat hij van de aan hem toevertrouwde
zijn woord. Zijn ploegleiders wisten dat ze op hem konden
coureurs verwachtte, maar hij sloeg nooit met de vuist op ta-
rekenen én bouwen.”
fel en dat hebben renners soms nodig,” zegt André Boskamp,
Vandaar dat hem na zijn actieve carrière werd gevraagd in
in de jaren tachtig bij de KNWU enige tijd supervisor van alle
het crosswereldje te blijven. Als bondscoach en als parcours-
coaches, dus ook van veldritcoach Zoontjens.
bouwer maakte hij zich zeer verdienstelijk. Zoontjens had
Hij begon zijn loopbaan op de weg en liet in 1967 nadruk-
een veldrithart. Vlak voor Pasen 2011 kreeg Cees een hartin-
kelijk van zich spreken door Olympia’s Tour op zijn naam te
farct, raakte in coma en stierf vijf dagen later. “Als je ver in de
schrijven, met het gevolg dat de prof-équipes op de stoep van
tachtig bent een mooie dood, maar niet als je 66 bent,” zegt
zijn Tilburgse woning verschenen. Cees tekende uiteindelijk
Marie-Louise Zoontjens, moeder van hun kinderen René en
Tilburg (NL)
voor Caballero. Voor deze formatie reed hij in 1970 zijn eer-
Paul.
10 augustus 1944
ste en enige Tour de France. Een verdienstelijk debuut, want
Het spreekt haar aan dat haar overleden man ‘voortleeft’ in
† Tilburg, 28 april 2011
hij eindigde drie keer bij de beste 10 en hij haalde Parijs.
de wielrennerij. “Cees en ik zijn 45 jaar getrouwd geweest. Ik
Zijn geld verdiende hij hoofdzakelijk in de criteriums. Op-
mis hem enorm, dat verandert nooit. Het wielermilieu blijkt
eens besloot hij het roer drastisch om te gooien, de weg ach-
hem niet vergeten. Nog regelmatig hoor ik dat hij een fijne
ter zich te laten en zich op het crossen te gaan focussen. Met
man was en een uitstekende coach. Iedereen mocht hem
succes. Twee keer nationaal kampioen en in 1973, zijn laatste
graag, niemand had een hekel aan Cees.”
CEES ZOONTJENS
??
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning
seizoen, eindigde hij derde op het NK - achter Cock van der
Nederlands kampioen
Hulst en Gerrit Scheffer.
veldrijden 1972 en 1973
35
MEESTER #
10 Wat een klasbak, wat een indrukwekkende carrière. Daniele Pontoni won alles wat er te winnen viel, maar op het WK trok hij slechts één keer aan het langste eind. Dat was in 1997, in München. Toen liet hij Thomas Frischknecht en Luca Bramati zijn achterwiel zien. Het was heel lang geleden dat op het podium Belgen en Nederlanders ontbraken. Pontoni veroverde zestien keer de Italiaanse titel. In zijn geboorteland kende hij eigenlijk geen concurrentie. Iedereen, inclusief Bramati, moest telkens het hoofd voor hem buigen. In 1991 bewees de uit Udine afkomstige renner voor het eerst zeer talentvol te zijn door in Gieten wereldkampioen bij te amateurs te worden. Daarna ging het snel. Als prof besliste hij Superprestige- en Wereldbekerwedstrijden in zijn voordeel. Toen hij in een televisie-interview vertelde ooit kelner te zijn geweest, kreeg hij de bijnaam van fietsende kelner. Dat werd zijn tweede bijnaam, want men noemde hem al Paparino, Donald Duck, vanwege zijn geldzucht. Hij bedong hoge startgelden, maar maakte die vergoedingen altijd waar. Hij beloofde vuurwerk en bracht vuurwerk. “Pontoni hield van venijnige klimmetjes. Daar kon bijna niemand hem passeren,” schreef Adrie van der Poel eens in zijn populaire column in weekblad Aktueel. “Na het afhaken van Renato Longo zette hij Italië na zeer lange tijd weer op de wereldkaart. Dat hij niet verder kwam dan één regenboogtrui was het gevolg van pure pech en van verkeerde inschattingen op tactisch gebied. Hij toonde zich soms te gretig. En hij had, in tegenstelling tot mij, op beslissende momenten
Fietsende kelner 36
geen stalen zenuwen.”
DANIELE PONTONI
Op een gegeven ogenblik besloot Pontoni zich eveneens te richten op het mountainbiken. Ook in deze discipline boek-
Udine (IT)
te hij successen. Zo werd hij tijdens de Olympische Spelen
8 september 1966
1996 in Atlanta, waar Bart Brentjens heerste, verdienstelijk vijfde. In de herfst van 2005, op 39-jarige leeftijd, vond hij het welletjes. Hij nam afscheid. Niet met één koers, maar met een aantal koersen. Een afscheidstournee in Japan.
51
gewonnen wedstrijden
“Op alle continenten heb ik wedstrijden gefietst, behalve in
grootsTe overwinning
Azië. Japan fascineert me, vandaar mijn keuze voor dat land,”
WERELDKAMPIOEN
zo beargumenteerde hij zijn keuze. Het te verdienen geld gaf
VELDRIJDEN 1997
hierbij natuurlijk de doorslag. Niets mis mee.
37
hoewel daniele pontoni alles won wat er maar te winnen viel, schreef hij het WK maar één keer op zijn naam. Dat was in münchen, in 1997.
38
39
MEESTER #
11 Modieus paarden staartje
40
Ze waren de Daltons van de Cross, op een bepaald moment.
modder en klei te gaan ploegen, wel door resoluut te kiezen
Rudy, Danny en Eddy De Bie (vader van Sean, profrenner bij
voor wedstrijden op Zwitserse bodem. Omdat het land van
Lotto-Soudal): drie broers die in dezelfde periode het veld-
koebellen en horloges destijds, veel meer dan Vlaanderen,
ritpeloton gingen bevolken. Danny, de man die qua leeftijd
het Mekka van het veldrijden was. Een aanpak die vrij snel
net tussen de twee broers in zat, bleek uiteindelijk met ruime
succesvol bleek. Want twee jaar later ging Danny De Bie in
voorsprong de meest succesvolle van het trio. De enige Dal-
het Franse Pontchateau met de gouden medaille aan de haal,
ton die de kluis gekraakt kreeg, zeg maar. Onder meer omdat
onder meer door handig gebruik te maken van het feit dat hij
de knaap van Moeder Natuur een overdosis aan technisch
wél en Adrie van der Poel niét met de fiets over de balkjes kon
vermogen had meegekregen. Gek veel meer dan een aantal
springen. Elke ronde opnieuw gaf De Bie zichzelf op die ma-
zeges in meestal kleinere wedstrijden stond er nochtans niet
nier een paar tientallen meters voorsprong cadeau, kloofjes
BEERZEL (BE)
op zijn erelijst toen Danny De Bie als 27-jarige, zeer tot zijn
die de verzamelde tegenstand na verloop van tijd niet meer
23 januari 1960
eigen verrassing, de zilveren medaille won op het wereld-
kreeg dichtgefietst. De regenboogtrui gaf Danny De Bie,
kampioenschap voor profrenners van 1987 in het Tsjechische
voorzien van een destijds modieus paardenstaartje, vleugels.
Mlada Bodeslav. Een wake-upcall van formaat. Voor Danny
Drie Belgische landstitels en één eindzege in de Superpres-
De Bie betekende dat succes meteen het signaal om de los-
tige werden de parels aan een steeds fraaier wordende kroon.
bol in zichzelf wat aan banden te gaan leggen. De knop werd
Danny De Bie hield het als renner bekeken op zijn veertigste.
grootsTe overwinning
omgedraaid, veldrijden steeg met stip naar de eerste plaats
Hij is momenteel aan de slag als coach bij veldritploeg Tele-
wereldkampioen
op de prioriteitenlijst van Bieke. Hij ging ernstiger voor zijn
net – Fidea van Hans van Kasteren. De Nederlander ontsloeg
veldrijden 1989
vak leven en begon doelgericht te werken aan de uitbouw
Danny De Bie eerder al een keertje als coach, verving hem
van zijn carrière. Niet door in Vlaanderen of Nederland door
door Marc Janssens maar viste hem later toch opnieuw op.
DANNY DE BIE
34
gewonnen wedstrijden
41
De regenboogtrui gaf Danny De Bie vleugels. Drie Belgische landstitels en één eindzege in de Superprestige werden de parels aan een steeds fraaier wordende kroon.
42
43
MEESTER #
12
Laatbloeier?
DAvid van der Poel WILRIJK 15 juni 1992
02 grootsTe overwinning NEDERLANDS KAMPIOEN BELOFTEN 2013
44
45
45
omdat zijn hart volledig bij het koersen ligt, gaf david van der poel zijn studie aan de universiteit van antwerpen eraan. Hij heeft de zegen van zijn vader adrie.
Hij is (nog) geen wereldtopper, maar hij draagt wel de achter-
elite. Hiervoor gaf hij zijn universitaire studie in Antwerpen
naam Van der Poel, dus mag hij in dit boek niet ontbreken.
op. “Mijn eigen beslissing, weloverwogen genomen,” zegt
David van der Poel. Hij lijkt erg op zijn moeder Corinne, de
David. Papa Adrie: “Aanvankelijk fronsten mijn vrouw en
dochter van de legendarische Tourvedette Raymond Pou-
ik de wenkbrauwen, maar accepteerden het snel. Hij volgt
lidor. Ook qua karakter schijnt dat het geval te zijn. David
zijn hart. En zijn hart ligt bij het koersen.”
mist het killerinstinct, wat ook zijn opa miste en dat bij zijn
“Rivaliteit en onderlinge jaloezie tussen David en Mathieu
broertje Mathieu niet ontbreekt.
bestaan in het geheel niet,” constateert Fons van Zun-
“Toen David en Mathieu met crossen begonnen, hield ik
derd, sinds 1999 penningmeester van de Grote Prijs Adrie
hen voor dat het plezier voorop moest staan,” blikt va-
van der Poel. Van Zunderd kent Adrie en zijn zoons goed.
der Adrie terug. ”Genieten van de sport. Ik legde hen geen
Hij verduidelijkt: “De ’Poelekes’ vormen een hecht gezin.
enkele druk op. Af en toe liet ik mijn zoons bewust de
Adrie, Corinne en de twee kinderen kunnen relativeren,
fout in gaan. Van je fouten leer je. Een cliché, maar abso-
superbelangrijk om tegenslagen op alle gebied te over-
luut waar. Ik was hun rolmodel. En wist: dat kan gevaarlijk
winnen. Mathieu krijgt de meeste aandacht in de pers.
zijn. Een heleboel kinderen van sportprominenten den-
Thuis is dat zeker niet het geval. David accepteert de gro-
ken hun beroemde vader of moeder te moeten overtreffen,
tere kwaliteiten van zijn broertje. Mathieu presteert aan
maar niets moet. Winnen is leuk, gelukkig zijn nóg leuker,
de lopende band, David valt soms tijdelijk terug; door een
is al heel lang een lijfspreuk van me. Corinne en ik hebben
blessure of ziekte. En dan duurt het even voordat hij weer op
onze kinderen zo goed mogelijk proberen op te voeden. Als
zijn oude niveau zit. David is een diesel. Ik vind het bewon-
ze zich op een gegeven moment van het crossen hadden
derenswaardig hoe Adrie en Corinne hun zoons begeleiden.
afgekeerd, zouden we daar niet rouwig om zijn geweest.”
Topouders, zonder twijfel.”
David bleek al snel een onmiskenbaar talent te zijn. Bij de
Onderschat David, op het NK 2015 tweede achter Mathieu,
junioren en de beloften eiste hij hoofdprijzen op, waaron-
niet, zo stelt Fons van Zunderd. “Ik zie in hem een laatbloeier.”
der nationale titels. Sinds september 2014 fietst hij bij de
46
47
MEESTER #
13
Ruzie met Raas 48
De winnaar van de loodzware wegwedstrijd GP Willem
matje moest komen bij de grote baas. Hem werd de mantel
Tell? Die moest manager Jan Raas hebben voor zijn Word-
uitgeveegd en hij kreeg nadien een cheque in handen gestopt
Perfectploeg, eind 1992. De Zeeuwse oud-renner, bezig aan
met daarop zijn salaris voor de weken en maanden die volg-
de uitbouw van een team dat op élk front wilde scoren, gaf
den. Een vertrek met onmiddellijke ingang was het onver-
het Zwitserse jonge talent Dieter Runkel meteen alle ver-
mijdelijke gevolg. Voor de Zwitser het signaal om opnieuw
trouwen. Hij achtte hem zelfs goed genoeg voor een selectie
aan te knopen met het veldrijden, de sporttak waarin hij als
in de ploeg voor de Ronde van Frankrijk. Liefde die al snel
jeugdrenner al een paar successen had behaald. Met succes.
bekoelde toen Dieter Runkel na afloop van zijn eerste en
Want Runkel kon al vrij snel de voet zetten naast gevestigde
naar later bleek enige grote ronde doodleuk aan een gretige
waarden als Beat Wabel en Thomas Frischknecht. Op een
journalist liet weten dat een profrenner volgens hem bedui-
paar spaarzame zeges in het buitenland na – eentje in Italië,
dend meer baat heeft bij een goeie dokter dan bij een profes-
eentje in Tsjechië – won de man uit het kanton Aargau al-
Obergösgen (ZW)
sionele levensstijl. De juiste voeding, het evenwicht tussen
leen wedstrijden in eigen land. Dus kwam het hem goed uit
21 december 1966
doordacht trainen en rust: de ijkpunten in de uitbouw van de
dat het wereldkampioenschap van 1995 in Eschenbach werd
loopbaan van elke atleet werden door Runkel compleet on-
georganiseerd. Dieter Runkel volgde Paul Herijgers op in
dergeschikt geacht. Het nemen van de juiste pil: daar kwam
de regenboogtrui en won nadien nog een tiental veldritten,
het op aan. Gesneden koek voor de media, zelfs in een peri-
maar een echte topper werd de Zwitser nooit. De in 1966 ge-
ode dat het uitbreken van dopingschandalen in de wielren-
boren renner hield de veldritsport in 2000 voor bekeken. Hij
grootsTe overwinning
nerij nog geen alledaagse kost was. Die uitspraak schoot bij
is nu voltijds zaakvoerder van een firma die sport- en vrije-
wereldkampioen
Jan Raas regelrecht richting verkeerde keelgat. Dieter Run-
tijdskledij bestickert. Op die manier blijft hij tenminste nog
veldrijden 1995
kel vertelde later in interviews dat hij onmiddellijk op het
een beetje betrokken bij de sport die hem zoveel gaf, destijds.
DIETER RUNKEL
18
49
gewonnen wedstrijden
49
MEESTER #
14
Op 27 februari 1966 was het eindelijk zover en maakte hij zijn ultieme jeugddroom waar. Het WK in Beasain, Spaans Baskenland. De pas 20-jarige Erik De Vlaeminck voelde zich topfit en straalde zelfvertrouwen uit. In de tweede ronde ontsnapte Renato Longo, de topfavoriet, maar de Italiaan werd moeiteloos teruggehaald. Waarna een kopgroepje van drie coureurs ontstond. Herman Gretener, Rolf Wolfshol en De Vlaeminck. Wolfshol moest vrij snel afhaken. In de finale liet de superieure De Vlaeminck zijn Zwitserse concurrent achter zich en gaf zijn voorsprong niet meer prijs. Erik werd hiermee de eerste Belgische wereldkampioen veldrijden uit de geschiedenis. Het jaar erna, in Zürich, haalde hij het podium niet. Een kleine domper. Hij zwoer wraak en maakte die belofte waar. En hoe! Niet minder dan zes keer achter elkaar, van 1968 tot en met 1973, toonde hij zich de allerbeste. Tijdens zijn hoogtijdagen manifesteerde hij zich ook behoorlijk op de weg. Zo won hij etappes in de Midi Libre, de Ronde van België en zelfs (1968) in de Tour de France die hij twee keer uitreed. In 1980 stapte hij definitief af. Dat gebeurde na een periode waarin hij ’worstelde’ met het leven. Hij kampte met gigantische privéproblemen waardoor hij verslaafd raakte aan allerlei geestverruimende middelen en drank, met het gevolg dat hij op advies van zijn familie psychiatrische hulp moest inroepen. Uiteindelijk wist hij zijn leven weer
Ups en (vele) downs 50
enigszins op de rit te krijgen.
twintig jaar was erik
Na geruime tijd een teruggetrokken bestaan te hebben ge-
de vlaeminck nog
leid, dook De Vlaeminck begin jaren negentig weer op in het
maar toen hij in 1966
wereldje. Deze keer als bondscoach van de Belgische veldrij-
in het spaanse beasa
ders. Zo stond hij aan de basis van de indrukwekkende car-
zijn eerste wk-titel
rière van onder meer Sven Nys en Bart Wellens. Hij bleek een
won. hij werd daar-
neus te hebben voor het ontdekken van nieuw talent.
mee de eerste belgi-
In oktober 1993 beleefde Erik het ergste wat een vader kan
sche wereldkampioen
overkomen: het verlies van een kind. Tijdens een cross in
in deze sport.
Erik De Vlaeminck
Heist op den Berg werd zijn zoon Geert plotseling onwel,
Eeklo (BE)
botste tegen een boom en overleed op weg naar het zieken-
23 maart 1945
huis aan de gevolgen van een hartstilstand. Als sportman kende Erik heel veel hoogtepunten, als mens een heleboel dieptepunten. Enkele jaren geleden belandde hij in een verpleeghuis, nadat bijna tegelijkertijd de ziek-
192
gewonnen wedstrijden
tes Alzheimer en Parkinson waren geconstateerd. Hij kijkt
grootsTe overwinning
naar wielrennen op televisie, maar beseft niet meer wat er
wereldkampioen
gebeurt. Buitengewoon triest voor deze voormalige super-
veldrijden 1966,
coureur. Iemand die zijn land op de wereldkaart van het
1968 t/m 1973
veldrijden zette.
51
MEESTER #
naast je benen, ook je hoofd
15
Erwin Vervecken Herentals (BE) 23 maart 1972
??
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning wereldkampioen veldrijden 2001, 2006 en 2007
52
53
Weinig renners die zichzelf zo goed konden inschatten als Erwin Vervecken. Geen veelwinnaar, ondanks drie wereldtitels, twee eindzeges in de Gazet van Antwerpen Trofee Veldrijden en één Belgische driekleur. Vervecken kreeg al snel de naam van ‘kampioenschapsrenner’, een atleet die als geen ander kon pieken naar belangrijke afspraken in de januarimaand. “Hoe nerveuzer de rest werd in de aanloop naar een belangrijke wedstrijd, hoe rustiger ik leek te worden”, liet de Kempenaar weten. “En omdat je naast je benen ook je hoofd nodig hebt om een kampioenschap te winnen kwam ik vaak goed uit de verf in dat slag van wedstrijden.” Erwin Vervecken moest je kwijtspelen voor je de bel van de laatste ronde hoorde. Geen concurrent die dat niet wist. Vaak makkelijker gezegd dan gedaan, omdat de man, die als student een graduaat bedrijfsbeheer op zak stak, uitgerekend in die omstandigheden boven de eigen mogelijkheden kon uitgroeien. De combinatie van atletisch vermogen en tactisch vernuft legde Erwin Vervecken geen windeieren in Tabor. Op het WK van 2001 trok de Kempenaar voor het eerst de regenboogtrui om de schouders. Een tweede titel liet vijf jaar op zich wachten, tot Vervecken in het Nederlandse Zeddam opnieuw de beste was, na een razend spannende finale. Twaalf maanden later bewaarde de vader van drie kinderen opnieuw zijn ‘cool’ tijdens het meest tumultueuze wereldkampioenschap van de laatste decennia. In Hooglede-Gits, na een race die werkelijk bol stond van incidenten en valpartijen, trok de man die momenteel voor organisatiebureau Golazo werkt pas in de laatste halve ronde het laken naar zich toe.
drie wereldtitels, twee eindzeges in de gazet van antwerpentrofee en één belgische driekleur. Verrvecken was misschien geen veelwinnaar, maar kon wel degelijk pieken.
54
55
55
MEESTER #
kastanjes uit het vuur
16
Francis Mourey Montbéliard (FR) 8 december 1980
??
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning FRANS kampioen veldrijden 2005, 2007, 2008, 2009, 2010, 2011, 2013 en 2014
56
57
er had voor francis
Als je moeiteloos boven het maaiveld uitsteekt en als je weinig
kastanjes uit het vuur halen of zetten hem door een tactische
mourey meer ingeze-
concurrentie hebt (alleen van John Gadret), is het gemakkelijk
manoeuvre op het verkeerde been. Het lukte hem zelden een
ten als hij wat vaker
jaren achtereen kampioen van je land te worden. Zo ook Fran-
koers naar zijn hand te zetten. Dat hield verband met zijn ka-
gebluft had. nu waren
cis Mourey. De Fransman met een oogopslag die vrouwen erg
rakter. Hij miste wat bluf, anders had hij meer bereikt dan een
de belgen hem vaak de
aanspreekt, realiseerde zich snel dat hij op de weg niet meer
bronzen medaille op het WK 2006 in Zeddam, waar Erwin Ver-
baas. maar in frank-
dan een knecht van de kopman zou zijn, maar in het veld min-
vecken aan het langste eind trok.
rijk was hij een echte
stens in de subtop zou kunnen meedraaien. Tijdens zijn eerste
Mourey wist altijd goed betaalde contracten bij sponsors bin-
winnaar.
profseizoen debuteerde hij in de Ronde van Italië en slaagde
nen te slepen. Ook de ploegleiders van La Française des Jeux,
erin, op zich een hele prestatie, de finish in Milaan te halen.
zijn huidige werkgever, kunnen het hele jaar door een beroep
Niet veel later won hij een etappe in de Route du Sud.
op hem doen. Zodra de crossen voorbij zijn, gaat hij op de weg
Maar zijn hart bleek bij het crossen te liggen. In 2005 veroverde
fietsen. De Tour de France reed hij slechts één keer, de Giro zes
hij in Liévin zijn eerste Franse titel. Naar het WK leefde hij in-
keer. “Ik geniet erg van de Giro,” verklaarde hij na afloop van de
tensief toe. Hij dacht zelfs de regenboogtrui te kunnen pakken.
door Alberto Contador zegevierend afgesloten editie 2015. “De
Wegens gebrek aan ervaring lukte dat niet. Hij schoot tekort
etappes zijn niet overdreven lang, hotels en het eten zijn prima
tegen de saamhorigheid van de Belgische formatie. Sven Nys
en de sfeer langs het parcours stimuleert me. Er gebeuren bo-
toonde zich de allerbeste, Francis moest genoegen nemen met
vendien geen gekke dingen.” Mourey sprak deze woorden drie
de vierde plaats.
maanden na zijn (volgens hem) teleurstellende derde plek bij
Het zou niet de eerste keer zijn dat hij zich bij de suprematie
de Franse titelstrijd veldrijden in Pontchâteau. De Franse drie-
van oppermachtige Belgen diende neer te leggen. Zij kenden
kleur greep hij acht keer - hij streeft naar tien kampioenschap-
zijn zwakke punten, waaronder rusteloosheid, en profiteerden
pen. “Ik ben nu 34 en ga door tot mijn 40ste, dus dat lukt vast,”
hiervan schaamteloos. Sven Nys, Erwin Vervecken, Bart Wel-
voorspelt Mourey, een positivo van het zuiverste water.
lens en Sven Vanthourenhout lieten hem op het WK vaak de
58
59
MEESTER #
In de schaduw
17
Een bescheiden Brabander, wars van grootspraak en kouwe
Toen hij in 1995 zijn entree in de cross maakte, douchten de
drukte. Iemand die zijn afspraken nakomt, iemand die een
coureurs na afloop gezamenlijk in de kleedkamer. Hartstikke
ander ook wat gunt. Zò valt Gerben de Knegt het beste te
gezellig. Tegen de eeuwwisseling verdween de mannen-on-
kwalificeren.
der-elkaar sfeer. De wereldtoppers meldden zich met sjieke
Hij groeide op in het moutainbiken. Daarin vocht hij duels
campers op de parkeerplaats. Gerben zag daar aanvankelijk
uit met onder anderen Michael Rasmussen en Cadel Evans.
weinig in en bleef lange tijd met de auto naar de wedstrijden
Gerben versloeg beide latere vedetten regelmatig. Hij koos
rijden.
niet voor de weg, maar voor het veldrijden. Een bewuste
Twee keer eiste hij de nationale driekleur op, in 2002 en
keuze. Het crossen lag hem beter dan de weg. “Op de weg
2006. In de aanloop naar het WK 2006 in Zeddam stak hij
kon ik niet echt meekomen. Ik was onwennig in het peloton,
in ongekende topvorm. In de hotelkamer, die hij deelde met
vond het niet leuk. Ook al heb ik in mijn eerste jaren als veld-
Richard Groenendaal, bukte hij zich om een speld voor het
rijder gewoon al die rondjes gereden,” vertelde hij ooit tegen
aanbrengen van rugnummer op te rapen en het schoot op-
Gio Lippens in het magazine Wieler Revue. “Ik kwam in het
eens in zijn rug. Ondanks de helse pijnen besloot hij toch
wegseizoen in de profploeg van Rabobank terecht, tussen
te starten en legde zelf nog beslag op de achtste plek. Erwin
alle grote jongens. Dat was voor mij een enorme aanpassing.
Vervecken won met overmacht.
Tilburg (NL)
In mijn eerste wegkoers hadden ze mijn kaderplaatje vóór
Om een vedette te zijn en te blijven, moet je ‘klootzakkerige
11 december 1975
op het stuur bevestigd, zoals bij het mountainbiken. Grapje.
eigenschappen’ bezitten. Gerben de Knegt erkent dat. Hij
Ze dachten: dat haalt-ie er wel af. Maar ik ben gewoon zo
had een ander karakter dan Sven Nys en Lars Boom. Om-
gestart. Wist ik veel.”
zien in wrok doet Gerben, die in 2013 zijn fiets aan de wilgen
De Knegt kende in zijn achttien seizoenen durende carrière
hing, absoluut niet. Het is, concludeert hij, gegaan zoals het
een heleboel tegenslagen. Hij raakte vaak geblesseerd. Zo
is gegaan en hij heeft er, naar zijn mogelijkheden, alles uit
grootsTe overwinning
kampte hij geruime tijd met chronische rugklachten, liep
gehaald wat er inzat. Dat vervult hem met terechte trots.
nederlands kampioen
een gebroken heup op, er gebeurde iets ‘vervelends’ met een
Gerben de Knegt
??
gewonnen wedstrijden
veldrijden 2002 en 2006
slagader in z’n lies. “Ik heb minstens vier seizoenen verknald door blessures,” blikt hij terug.
60
61
het is gerben de knegt in het veldrijden lang niet altijd voor de wind gegaan. vooral rugklachten speelden hem hardnekkig parten. en toch tweemaal het nk winnen, klasse.
62
63
MEESTER #
18 Eendagsvlieg
64
Bevriend met Adrie van der Poel is hij nooit geweest. Henk
ner werd, maar een voorsprong die hij niet meer prijsgaf.
Baars weigerde altijd zich voor hem op te offeren. Hij reed,
Hij straalde overtuigingskracht uit. Nooit keek hij om, hij
als hij in vorm was, voor zijn eigen kansen. Zo ook tijdens
stoempte door. Op de streep bedroeg zijn voorsprong vijf se-
het WK 1990 in Getxo, een stadje in Spaans Baskenland. In
conden op de ontgoochelde en getergde Van der Poel. NOS-
de aanloop naar de titelstrijd wist hij zich enorm op te laden.
commentator Jean Nelissen hield Henk de microon onder
De dag voor de belangrijkste koers van het seizoen inspec-
zijn neus. “Ik heb gewonnen. Daar zijn geen woorden voor,”
teerde hij het parcours. Dat deed hij met zijn laarzen en een
stamelde de kersverse regenboogtruidrager.
paraplu in de hand, want de regen kwam met bakken uit de
Ruud Bakker, zijn soigneur, verbaasde zich niet over de zege
lucht. Als de weersomstandigheden niet zouden veranderen,
van Baars. ”Henk was een diesel,” blikt Bakker terug. ”Hoe
zou de kleine, gedrongen Brabander kansloos zijn voor een
verder in de wedstrijd, hoe beter hij zich voelde; dan kwam
podiumplek. In de blubber voelde hij zich nooit optimaal op
hij op stoom. Ik vond hem altijd heel serieus. Zijn personal
zijn gemak.
coach heette Nico van Hest. Samen met hem trainde hij in de
Met een glimlach op het gezicht verscheen Henk een kleine
Drunense duinen. Henk woonde in Diessen, ik woonde des-
24 uur later aan het vertrek. Geen regen, de plassen waren
tijds in Udenhout. In 1985 hielp ik hem aan een profcontract
verdwenen, een flauw zonnetje. Hoewel het best opnieuw
bij Panasonic, de ploeg van de mijn baas Peter Post. Henk
kón gaan regenen, had Baars besloten voor de snelste banden
toonde zich dankbaar voor wat ik voor hem deed. Leuk man-
Diessen (NL)
te kiezen. Een gouden greep.
neke, maar misschien wat te zachtaardig voor de meedogen-
3 augustus 1960
Halverwege de wedstrijd nam hij de leiding. Zijn concurren-
loze wielertop.”
ten, onder wie Adrie, de Belg Danny de Bie en de Zwitser
Drie jaar na zijn gedenkwaardige overwinning veroverde hij
Beat Breu, haalden hun schouders op. Ze lieten Henk wat
de nationale kampioenstrui. Begin 1995 leverde Henk Baars
spartelen, in de stellige overtuiging hem in de finale weer te-
zijn licentie in. Sindsdien runt Henk een fietsenzaak in Hil-
rug te pakken. Complete misrekening.
varenbeek. Zijn WK-fiets verkocht hij. De koper bracht de
grootsTe overwinning
Baars verstevigde zijn positie door een voorsprong van twin-
fiets enige tijd later gratis terug, met het argument dat de
WERELDKAMPIOEN
tig seconden op te bouwen. Een voorsprong die wat klei-
historische tweewieler toch echt bij Henk thuishoorde.
veldrijden 1990
Henk baars
??
gewonnen wedstrijden
65
MEESTER #
19 Vaak ongenaak baar
Hennie Stamsnijder enter (NL) 21 juli 1954
35
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning wereldkampioen veldrijden 1981
66
67
68
Hij groeide op in een boerengezin in Enter, het Twentse
In 1981 sloeg Stamsnijder zijn slag, het realiseren van
zondag 22 februari
dorp waarvan hij nooit afscheid nam. Als enige jongen
een droom. In de aanloop naar de regenboogstrijd in het
1981.liboton en
temidden van zeven meisjes. Na de Mulo te hebben
Spaanse Tolosa trok hij een aantal hoog aangeschreven
zweifel zijn de te
afgerond, kwam Hennie Stamsnijder terecht bij de Rijks-
crossen in België, Duitsland en Spanje tamelijk moeite-
kloppen mannen.
belastingdienst, waar hij dankzij avondstudies de ene na
loos naar zich toe. Hij speelde met zijn concurrenten, hij
maar Hennie rijdt
de andere promotie maakte. Ook op de fiets toonde hij
verkeerde in ongekende topvorm.
superieur en laat als
zich erg ambitieus, met aansprekende resultaten tot gevolg.
Zondag 22 februari 1981 zal nooit van Hennie’s netvlies
eerste nederlander
Resultaten op de weg, op de baan en in het veld. Stamsnijder
verdwijnen. Bijna 35 jaar later stelt hij: “Toen ik wakker
het regenboogtricot
bleek van alle markten thuis. “In 1976 mocht ik mee naar de
werd, zag ik dat het regende. Ik wist dat regen het parcours
over zijn schouders
Olympische Spelen in Montreal. Onvergelijkelijke belevenis,
loodzwaar zou maken en stelde me hierop in. Liboton en
glijden.
hoewel de prestaties tegenvielen.” Nog voor de Olympische
Zweifel waren voor mij de te kloppen mannen, met outsi-
Spelen had Hennie al een kampioensbeker in zijn prijzen-
der Klaus-Peter Thaler. Wie me snel na het startschot ver-
kast. Die van het NK veldrijden in Apeldoorn.
baasde: Peter Frischknecht, de vader van Thomas. De man
In 1979 liet hij internationaal voor het eerst van zich spre-
met de lange passen. Het klinkt misschien wat arrogant,
ken door het WK veldrijden in het Italiaanse Saccolango
maar ik voelde me die dag boven mezelf uitstijgen en eigen-
met een zilveren medaille te bekronen. “Tegen Vito Di
lijk bijna onklopbaar. Ja, superieur. Zelfs ten opzichte van
Tano was ik uiteindelijk niet opgewassen,” geeft Stammie
Liboton.”
ruiterlijk toe. “Negentig procent van de koers lag ik op kop,
Ongenaakbaar, zó manifesteerde Hennie zich en zijn naaste
maar in de slotfase liep hij me toch voorbij.” Niet lang daarna
belagers legden zich hierbij neer. Hennie Stamsnijder, de
tekende hij een profcontract bij de formatie DAF-Trucks.
eerste Nederlandse wereldkampioen cyclocross. Nog steeds
Een goede keuze, want de méér ervaren Roger De Vlaeminck
is Hennie, tegenwoordig manager sportmarketing Shimano,
en Hennie Kuiper stonden hem met raad en daad bij. Op het
de Hennie van toen: nuchter en zelfbewust. Onveranderd.
WK 1980 eindigde hij derde.
Kouwe drukte is hem volstrekt vreemd.
69
MEESTER #
20
70
De eerste
Hij mag zich de eerste Nederlands kampioen veldrijden noe-
Hij kon fietsen en lopen, een ideale combinatie. “Ik zou een
men. Huub Harings blijft daar apetrots over. In 1962 organi-
boek kunnen schrijven over mijn ervaringen in het crosswe-
seerde zijn goede vriend Sjefke Janssen in diens woonplaats
reldje. Ik trok vaak naar België en Zwitserland, omdat daar
Elsloo een titelstrijd met een officieus karakter. De KNWU
een heleboel viel te verdienen. Startgelden van 700 gulden
wilde eerst zien hoe het allemaal zou aflopen. Huub won,
waren daar normaal en het prijzengeld loog er eveens niet
met overmacht. Een jaar later voltrok zich in het Limburgse
om. De wedstrijdbazen in ons land draaiden elk dubbeltje
dorpje het officiële NK. “Het was ijskoud en er lag ongeveer
om. Geen reiskosten en de eerste prijs was hooguit 50 gul-
dertig centimeter sneeuw,” herinnert Harings zich. Met een
den.”
voorsprong van anderhalve minuut drukte hij zijn voorwiel
Huub Harings pakte vijf nationale kampioenstricots. Bij
als eerste over de streep.
het WK verscheen hij tien keer aan het vertrek. Zijn beste
Huub, op dat moment in dienst van de Belgische sponsor
prestatie: vierde in 1966. Hij herinnert zich: “Dat was in het
Wiels-Groene Leeuw, werd in sneltreinvaart een van de
Spaanse Beasain. Met vier man zaten we voorop. Erik De
wereldtoppers. Hij koerste aanvallend, dat wekte sympa-
Vlaeminck, Rolf Wolfshol, Herman Gretener en ik. Twee
Scheulder (NL)
thie. “Ik ben bij toeval in het veldrijden beland. Ik was al een
ronden voor het einde reed ik lek. Weg illusies. Aan opgeven
31 januari 1939
verdienstelijk wegcoureur. In de wintermaanden kwam ik
dacht ik niet. Uiteindelijk finishte ik vierde.”
steeds tien kilo aan. Jan Willemsen, een renner uit de buurt,
Eind 1971 stapte Harings van de fiets. Hij toonde zich tevre-
adviseerde me te gaan crossen. Een topadvies, want het mes
den, want zijn kwaliteiten had hij optimaal benut. Beschei-
sneed aan twee kanten. Ik bleef op gewicht en ik bleek over
den Huub was heel veelzijdig. Als crosser een topper, in de
veel crosstalent te beschikken. De crossen van toen gingen
klassiekers en grote etappekoersen (waaronder drie Tour-
grootsTe overwinning
soms over anderhalf uur. Verder bestonden er geen speciaal
deelnames) een uitstekende knecht van zijn kopmannen bij
NEDERLANDS KAMPIOEN
aangebrachte hindernissen. Je reed in het veld. Als een dag
Televizier, Caballero en Goudsmit-Hoff en in de criteriums
VELDRIJDEN 1963, 1966,
vantevoren een boom was omgewaaid, haalde de organisatie
viel hij op door zijn slimheid, een eigenschap die hem een
1967, 1969 en 1970
die boom niet van de weg,” zegt Harings.
mooi belegde boterham opleverde.
huub harings
15
gewonnen wedstrijden
71
MEESTER #
21
In het bosgebied van Vincennes, onder de rook van Parijs, vond in 1950 het eerste officiële WK plaats. Jean Robic, Roger Rondeaux en Pierre Jodet waren de topfavorieten. Het zou, voorspelden de journalisten, een Frans onderonsje worden. Robic was een Grote Naam. Hij had de Tour de France van 1947 op zijn naam gebracht, na twee jaar eerder nationaal kampioen veldrijden te zijn geworden. Hoewel hij het crossen als ‘tussendoortje’ beschouwde, wilde hij heel graag de eerste regenboogtrui veldrijden opeisen. Het parcours verkende hij uitvoerig. Vlak voor de start dronk hij zich met een glas port moed in. Hij ontsnapte vanuit het vertrek, keek achterom en zag dat alleen Jodet hem kon volgen. Wie dacht dat de koers beslist was, vergiste zich. Op een gegeven moment moest Jodet lossen en tegelijkertijd zette een ontketende Rondeaux met succes een achtervolging in. Het duo Robic-Rondeaux dus op kop. Via splijtende demarrages probeerde Roger zijn rivaal van zich af te schudden. Vergeefse moeite! In de eindsprint won de beste spurter: de kleine Breton. Het leven na zijn in 1961 gestopte carrière verliep verre van rimpelloos. Jean was wat zwaar op de hand. Hij miste het wielerwereldje enorm. Voormalig topcoureur Rini Wagtmans, die Robic wel eens heeft ontmoet, vertelt dat de Fransman in een zwart gat viel. “Er schuilt een tragiek in die man. Hij bedacht dat het volgens hem interessant zou zijn als hij tijdens de Tour als een soort ‘attractie’ voor of achter de reclamekaravaan zou rijden. Hij wist hiervoor sponsors te strikken. Hij schatte in dat hij een hoofdact zou zijn. Een volslagen verkeerde inschatting. Hij was een clown die zichzelf in de schijnwerper zette, maar op wie niemand zat te wachten. Het ontbrak Robic bovendien aan charisma. Hij straalde niets uit.” Over de renner Robic heeft Wagtmans niets dan lof. “Van Wout Wagtmans en Wim van Est heb ik veel over Robic gehoord. Jean was klein en gedrongen. Maar in de cols vloog hij omhoog.” En hij manifesteerde zich, net als Rini Wagtmans later, als een uitstekende daler. “Ook in het veldrijden overtrof Robic zichzelf. Op zich een formidabele prestatie. Van je van nature niet-mogelijkheden je mogelijkheden maken.” In 1980 verongelukte Jean Robic in het verkeer, nadat hij met
Geen charisma
Jean Robic vouziers (FR) 10 juni 1921
??
gewonnen wedstrijden
grootsTe overwinning
zijn auto onder een geparkeerde oplegger was beland. Hij
wereldkampioen
werd slechts 59 jaar. Een droevig einde van het leven van een
veldrijden 1950
man die zich niet wilde realiseren dat ook sportroem betrekkelijk en vergankelijk is.
72
73