ALGEMEEN PROJECTPLAN DECENTRALISATIEOPDRACHTEN UIT BESTUURSAKKOORD 2011-2015 in verband met:
-
opzet en inrichting projectorganisatie en informatievoorziening commissieleden welzijn
Bijlage 1: organisatiestructuur decentralisaties bestuursakkoord 2011-2015 gemeente Bergen
1
Decentralisaties bestuursakkoord 2011-2015 en passend onderwijs
Inleiding Een krachtige, kleine en dienstverlenende overheid waarbij taken zo dicht mogelijk bij de burger worden gelegd (bestuursakkoord 2011 – 2015). Het kabinet gaat er daarbij vanuit dat gemeenten beter in staat zijn om ondersteuning op maat te bieden, dichter bij de cliënt en beter afgestemd op diens behoeften en lokale/regionale mogelijkheden waarbij meer dan voorheen gekeken zal worden naar de eigen verantwoordelijkheid van de burger. Met de decentralisaties van het rijk en provincies naar gemeenten wordt op macro-niveau een efficiencyvoordeel gerealiseerd dat bijdraagt aan een doelmatiger besteding van collectieve middelen en beheersing van de uitgavengroei. Deze plannen en ontwikkelingen raakt de gemeente in haar budgetten, taken en verantwoordelijkheden. Er zal een integraal samenhangend beleid gevoerd moeten worden dat lokaal en regionaal op elkaar is afgestemd zodat geen enkele burger ‘buiten spel’ wordt gezet. We zullen het anders moet doen met minder. De decentralisaties reiken over de grenzen heen. Het heeft een grote impact op de gemeentelijke organisatie, zowel beleidsmatig als uitvoerend. Een succesvolle invoering vraagt om een goede voorbereiding van de strategische keuzes, de kaderstelling, afstemming en een tijdige implementatie. Een goede overlegstructuur is noodzakelijk voor de uitwisseling van informatie, optimalisering van de noodzakelijke afstemming en bevorderen van de besluitvorming. Een dergelijke inspanning vraagt om een projectmatige aanpak die aansluit bij de lokale alsmede regionale afstemming van zaken.
Afbakening onderwerpen in project decentralisaties/passend onderwijs . Nr Onderwerp Invoering Ópmerking 1 Begeleiding AWBZ Invoering per 1-1Aanbestedingen dienen medio 2012 (overhevelen naar de 2013 uitgerold te zijn WMO) 2 Jeugdzorg Nog onduidelijk, of in Voor de invoering van één keer of fasegewij- verantwoordelijk- heden lokale en ze invoering vanaf regionale afstemming. 2014 tot 2016. Transi- Regionale en lokale visie dient voor 1 tie plan van ministerie april 2012 aanwezig te zijn ivm zal binnenkort overlap overige onderwerpen (besluit beschikbaar zijn voor overlegtafel). gemeenten 3 Werken naar Invoering 1-1-2013 Regie op de onderkant van de vermogen arbeidsmarkt komt bij de gemeente te liggen 4 Passend onderwijs Afstemming met Dit is primair een verantwoordelijkheid onderwijs op alle van de scholen, doch ‘heeft een grote zorgonderdelen, vanaf overlap met de hiervoor genoemde januari 2012 tot begin decentralisaties en andere gemeen2013 telijke taken (o.a. onderwijs-. huisvesting en leerlingenvervoer).
2
Overzicht hoe het nu is en wat het gaat worden 1. Begeleiding AWBZ (overhevelen naar de WMO) Nu Uitvoering door de zorgverzekeraar Straks Uitvoering door gemeente (verantwoording voor matig tot zware beperkingen): Overhevelen extramurale begeleiding van AWBZ naar de WMO per januari 2013. - Vanaf 2014 zal iedereen die begeleiding nodig heeft een beroep moeten do en op de Wmo. Een deel van de hulpmiddelen ABWZ gaat per 2013 over naar gemeente - vanaf 2013 wordt ook de verantwoordelijkheid voor het vervoer van en naar begeleiding buitenshuis verlegd van de AWBZ naar gemeenten Doel Ondersteuning op maat om zolang mogelijk zelfstandig te participeren. Door verschillende zaken te combineren doelmatiger en efficiënter omgaan met budget. 2. Jeugdzorg Nu Uitvoering door provincie, AWBZ cq zorgverzekeringswet en rijk (gesloten jeugdzorg, jeugdbescherming en jeugdreclassering). Bureaucratische indicatiestelling, geen case eigenaarschap, systeem ingericht op zorg ‘afweren’, problematiserend in plaats van oplossend, investeren in preventie niet aanlokkelijk. Straks Uitvoering gemeente waarbij het niet alleen gaat om het verleggen van verantwoordelijkheid, maar om een nieuwe opbouw van ondersteuning en zorg voor jeugdigen aan jeugdigen en/of opvoeders binnen hun sociale context met waar nodig een integrale aanpak van de problematiek. - Wellicht gefaseerd gaan alle taken op het gebied van de jeugdzorg over naar gemeenten. Het betreft de jeugd-ggz (zowel AWBZ als Zorgverzekeringswet), de provinciale jeugdzorg, de gesloten jeugdzorg, jeugdreclassering, jeugdbescherming en de zorg voor licht verstandelijk gehandicapte ( lvg) jeugd - conform de bestuurlijke afspraken met de VNG wordt in 2014 de extramurale jeugd-lvg-zorg en jeugd-ggz uit de AWBZ gefaseerd overgeheveld. De decentralisatie van begeleiding voor jeugdigen van de AWBZ naar de Wmo, is dan al afgerond. De overheveling van de intramurale jeugd-lvg-zorg vindt uiterlijk plaats op 1 januari 2016. Doel Zorg dichtbij en op maatwerk gericht waarbij de zorg niet overgenomen moet worden maar op het versterken van de opvoeding/het opgroeien in de eigen sociale omgeving van de jeugdige. Interventies dienen gericht te zijn op het versterken van de eigen verantwoordelijkheid van de ouders waarbij ruimte is voor ‘de professional’ 3. Werken naar vermogen Nu Uitvoering gemeente op basis van Wet Sociale Werkvoorziening (WsW), Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong), Wet werk en bijstand (W WB). Straks Brede voorziening met zoveel mogelijk gelijke rechten en plichten én arbeidsmarktkansen voor mensen die nu nog gebruikmaken van de hiervoor genoemde separate regelgeving Doel Samenhangende afstemming op lokaal niveau met andere hiervoor genoemde onderdelen 4. Passend Onderwijs (onder regie en verantwoordelijkheid van schoolbesturen) Nu school bepaalt bij aanmelding of ze de noodzakelijke zorg kunnen bieden die het kind nodig heeft. Straks School is bij aanmelding verplicht binnen samenwerkingsverband de benodigde zorg te verlenen Doel Onderwijs op maat thuisnabij.
3
Wanneer moet wat gedaan worden Het tijdpad waarop de decentralisatietaken ten uitvoer gebracht moeten worden is zeer verschillend De globale fasering ziet er als volgt uit: 2012 2013 2014 2015 2016 2017 Wet Werken naar Vermogen AWBZ naar Wmo Jeugdzorg Passend onderwijs is niet in dit schema opgenomen daar het geen decentralisatietaak betreft. Voorbereiding en ontwikkeling van passend onderwijs is in 2012 en begin 2013. Start uitvoering medio 2013 onder verantwoordelijkheid van het onderwijs en in samenhang met de ‘jeugdzorg’. Legenda: Voorbereiding / ontwikkeling Start uitvoering Reguliere uitvoering
De globale omvang voor de gemeente Bergen. In de voorbereidingsfase zal de noodzakelijke informatie verkregen worden over aantallen, indicaties etc, kortom waar hebben we het over. Om thans een indruk te geven over de ‘omvang’ van de decentralisaties kunnen we enkel en alleen maar uitgaan van cijfe rs die we als gemeente zelf hebben of vanuit globale berekeningen die voor de gemeente Bergen zouden kunnen gelden. Deze zijn Wet werken naar vermogen. WSW (wet Sociale Werkvoorziening): 116 personen (gemeentelijke cijfers 1-1-2012) WWB (Wet Werk en Bijstand): 123 personen (gemeentelijke cijfers 1-1-2012) Inburgering: 13 personen (gemeentelijke cijfers 1-1-2012) Wajong: 140 personen (CBS Statline cijfer maart 2011) De doelgroep: huidige personen WSW, WWB en inburgering uitgebreid met Wajongers. T otaal o.g.v. de voorgaande cijfers 392 personen. AWBZ naar WMO. Er is nog geen eenduidig cijfermateriaal beschikbaar over de huidige omvang van de begeleiding in Bergen of over de lokale uitgaven aan begeleiding. Er zijn 136 personen (peildatum 1 -1-2011) met een indicatie begeleiding van het CIZ. Onbekend is hoeveel personen een indicatie begeleiding hebben van het Bureau Jeugdzorg. Geschat wordt dat het ongeveer 40 personen zijn. Dat brengt het totaal op 176 personen. Bij een gemiddeld bedrag van € 15.000 ,-- per persoon per jaar zou de totale uitgave per jaar ruim € 2.640.000,-- (176 x € 15.000,--) kunnen zijn (gegevens uit concept deelprojectplan overheveling begeleiding AWBZ naar WMO). Jeugdzorg Met 85% van de jeugd (0 t/m 22 jaar) gaat het goed, 10% hoort bij de risicogroep en 5% kent al dan niet serieuze problemen (landelijke cijfers www.jeugdenveiligheid.nl). Voor de risicogroep (10%), waarvoor we thans ook al grotendeels ‘verantwoordelijk’ zijn zal de hulp anders ingezet moeten worden, meer thuisnabij door o.a. hulp te bieden aan de ouders (de eerstverantwoordelijken in de opvoeding). De genoemde 5% kan globaal aangemerkt worden als zijnde ‘nieuwe klanten’ (door de decentralisatie). Als we de genoemde percentages afzetten tegen de gemeentelijke leeftijdsopbouwstatistiek van 1-1-2012 dan komen we uit op de volgende aantallen: Onderdeel Percentage Aantallen Meer thuisnabije inrichten 10% 338 Vanuit de decentralisatie 5% 169
4
Samenhang/overlap, dit vereist een zeer goede afstemming, zowel inhoudelijk, financieel als in tijd gezien. Het onderstaande geeft de samenhang aan.
De samenhang Jeugdbeleid
Veiligheidsbeleid: veiligheidshuis
Wmo breed en smal
Passend
Begeleiding
Onderwijs
wsw
Participatiebudget
Kanteling
Lokaal - Regionaal
(Jeugd)gezondheidszorg Jeugdzorg
vve
Vrijwilligersbeleid
WWnV schuldhulpverlening 2
Onderdeel presentatie in overlegtafel werk en inkomen, onderwijs en jeugd 22 november door gemeente Venlo
Knelpunten (o.a.) 1. Capaciteitsproblemen 2. Nieuwe kennis vergaren 3. Anders met minder geld 4. Regionale (regio Boxmeer, Nijmegen en Venlo) en lokale afstemming. 5. Samenhang en overlap van terreinen die qua tijd niet synchroon lopen. Verdere integra tie en verbinden van beleidsvelden 6. Gaat over zeer grote budgetten (b.v. overheveling AWBZ zou rond de € 2.500.000, -- kunnen uitkomen gebaseerd op een eerste globale verkenning) 7. Te maken met veel externe partijen en externe belangen die soms ‘tegenstrijdig ’ zijn met de gemeentelijke taak 8. Afstemming op proces en inhoud van de vier onderwerpen 9. Gelijktijdige communicatie (lokaal, regionaal etc.)
Ondersteuning (financieel als inhoudelijk). Financieel De implementatiemiddelen vanuit het Rijk binnen het gemeentefonds: In 2012: € 71.535,-- waarvan € 57.783,-- begeleiding AWBZ naar WMO en € 13.752,-- dec. jeugdzorg In 2013: € 79.408,-- waarvan € 38.152,-- begeleiding AWBZ naar WMO en € 41.256,-- dec. jeugdzorg
Inhoudelijk T.a.v. de transitie jeugdzorg zal de VNG een ondersteuningsaanbod inrichten. Hierover is echter nog niets bekend (waarschijnlijk nadat het transitieplan van het ministerie beschikbaar is. Betrokken partijen Begeleiding AWBZ naar WMO
Jeugdzorg
Huidige afnemers van begeleiding (klanten), huidige indicatie bureaus (CIZ en bureau jeugdzorg), zorgkantoren (zorgverzekeraars), aanbieders en begeleiders,Centraal Administratie Kantoor, leveranciers van vervoer naar begeleiding, College van B&W, commissie(s) en gemeenteraad, MT, medewerkers afdelingen, toekomstige uitvoerders, WMO/WWB raad en mogelijk andere belangengroepen Zorgverzekeraars, provincie, jeugdreclassering, jeugdbescherming, Centra voor jeugd en gezin, maatschappelijk werk, JGZ en GGD, bureau jeugdzorg, regio’s, College van B&W, commissie(s) en gemeenteraad, MT, medewerkers afdelingen,
5
Werken naar Vermogen
Klanten, sociale werkvoorzieningen, belangengroeperingen, UWV, regio’s, College van B&W, commissie(s) en gemeenteraad, MT, medewerkers afdelingen,
Passend Onderwijs (regie onderwijs)
Samenwerkingsverbanden basisonderwijs en voortgezet onderwijs, Centrum voor Jeugd en Gezin, JGZ en GGD, jeugdhulpverlening (o.a. BJZ, MEE en AMW), College van B&W, commissie(s) en gemeenteraad, MT, medewerkers afdelingen en medewerkers regio,
Deelprojectplannen Na de vaststelling van de projectorganisatie en het inrichten ervan zal van elk decentralisatie onderdeel een deelprojectplan (projectleider i.s.m. deelprojectleiders) gemaakt worden. Het Rijk moet op onderdelen nog komen met meer informatie en de gemeente zal een goede beginsituatie moeten maken. Uitkomsten hiervan is input voor de verdere ‘kalender’ die ertoe moet leiden dat alles per 1-1-2016 is ingevoerd conform de doelstellingen verwoord op blad 1 en 2. In z’n algemeenheid zullen de deelprojectplannen uit de volgende onderdelen bestaan: - Inleiding/aanleiding - Doelstelling (opdracht) - Resultaten (produkten) en planning - Betrokken partijen - Kansen en bedreigingen - Aanpak - Organisatie - Middelen (mensen en geld) - Communicatie De 3 deelprojecten incl de deelprojectleiders: 1. Begeleiding AWBZ naar WMO, Wim Strolenberg en projectleider 2. Decentralisatie jeugdzorg en passend onderwijs, Miranda van Duijnhoven en Hans Scholtz 3. Wet werken naar vermogen, Wim Strolenberg en projectleider
1.
Begeleiding AWBZ (dit dient 1-1-2013 gerealiseerd te zijn, vandaar een uitgewerkte kalender) 2011 2012 O N D J F M A M J J A S O N D 1. Feiten en cijfers begeleiding 2. Aanbieders in beeld 3. Info aanbieders en gesprekken 4. Benaderen belangengroepen 5. Contacten regio 6. Inventarisatie samenhang met andere ontwikkelingen 7. Beslisdocument ambitieniveau 8. Besluiten college en raad 9. Input Kadernota 2013 10. Aanbestedingen t/m contracten 11. Input begroting 2013 12. Wijziging Wmo verordening, etc 13. Aanpassen werkprocessen Wmo en administratie 14. Aanpassen formulieren, beschikkingen, etc 15. Start aanbieden begeleiding 16. Planning acties 2013
6
2. Jeugdzorg Binnen de overlegtafels Werk Inkomen Jeugd en Onderwijs (WIJO) is op 22 november 2011 het volgende besproken/besloten: Plan en visie dienen voor 1 april 2012 bestuurlijk te zijn vastgesteld. Dit i.v.m. de afstemming op andere (te decentraliseren) beleidsterreinen alsmede input voor de meerjarenbegroting 2013 e.v. van de gemeente(n). Een ambtelijke werkgroep binnen de regio Venlo (met inbreng en deelname gemeente Bergen) zal het voorgaande ontwikkelingen. Hierin komt o.a. - Een visie op de zorg voor de jeugd - Opstellen van een plan van aanpak (o.a. wat moet er gebeuren, wanneer moet het gebeuren, wie gaat het doen, hoeveel geld en tijd kost het, op welke schaal wordt het opgepakt, welke cruciale beslismomenten zijn er, wat hoort wel en wat niet tot het project, wat en wanneer wordt er afgestemd met andere beleidsterreinen). 3. Werken naar Vermogen Om te stimuleren dat zo veel mogelijk mensen door werk in hun eigen onderhoud voorzien, is een nieuwe wet ontworpen: de Wet werken naar vermogen (WWNV). Voor wie (gedeeltelijk) kan werken, geldt per 1 januari 2013 de WWNV in plaats van de Wet investeren in jongeren (WIJ), de Wet Sociale werkvoorziening (WSW) of de Werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong). De WWNV is echter nog in voorbereiding. Er zal een visie over de aanpak van mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt moeten worden geformuleerd, bij voorkeur regionaal; welke positie willen we de Wsw-bedrijven hierin (nog) geven. Er zal dus een Plan van Aanpak moeten komen, ambtelijk opgesteld met een bestuurlijke opdracht. 4. Passend Onderwijs. Het ministerie OCW heeft onlangs de samenwerkingsverbanden ingericht voor het basis - en voortgezet onderwijs. De samenwerkingsverbanden (scholen) ontwikkelen nu een zorgplan waarin het mogelijk wordt gemaakt dat leerlingen ‘thuis nabij’ passend onderwijs ontvangen. De inhoud ervan dient afgestemd te worden met de gemeente (in 2012).
Argumenten om te komen tot een samenhangende projectstructuur . 1. Het gaat om een aantal verschillende maar onderling samenhangende trajecten met veel onzekerheden en risico’s. 2. Meerdere, onderling afhankelijke activiteiten en projecten nodig zijn om de veranderingen door te voeren 3. Er dient lokale maar bovenal regionale afstemming plaats te vinden zowel in werkzaamheden als proces 4. De samenhang/overlap dient goed te worden bewaakt, aansturing door een ‘over koepelend procesgroep, niet belast met inhoudelijke werkzaamheden op onderdelen, is hierbij zeer noodzakelijk 5. Aansluiting zoeken bij de projectstructuur in deze van de overlegtafel(s) WIJO en gemeenschapsontwikkeling 6. Het zijn werkzaamheden waarvan een groot deel buiten de gewone bedrijfsvoering om waarbij het gaat om het realiseren van iets nieuws binnen duidelijke kaders door een team van meerdere verschillende werknemers/specialisten
Projectvoorstel Externe ondersteuning: Binnen het gehele traject 2012 t/m 2015 dient met name in 2012 en een groot deel van 2013 een afstemming plaats te vinden op zowel het proces als inhoud. Dit zal iemand moeten zijn die de ‘paraplu’-kwaliteiten heeft, van alle onderwerpen vrij goed op de hoogte is en daar waar nodig zaken zal afstemmen en sturing geven. De huidige gemeentelijke capaciteit binnen de in deze notitie opgenomen onderwerpen, zal ingezet moeten worden op hun eigen ‘vakgebied’ voor de werkzaamheden die voortvloeien uit de transitie/decentralisatie/omzetting. Zij zijn daarvoor in eerste instantie dan ook verantwoordelijk voor.
7
Regionale afstemming Binnen de overlegtafels WIJO en gemeenschapsontwikkeling is een voorstel gedaan tot het inrichten van het project. Te weten: - voor iedere decentralisatie (alle onderwerpen m.u.v. passend onderwijs dat min of meer gekoppeld zal worden aan jeugdzorg) zal een ambtelijke deelprojectgroep in het leven geroepen moeten worden (de vakambtenaren) - er moet een overkoepelende ambtelijke procesgroep komen met als opdracht de samenhan g te bewaken (de paraplu) - vorming van een gezamenlijke bestuurlijke overlegtafel WIJO en gemeenschapsontwikkeling (bestuur). Voorstel inrichting Op de volgende bladen is schematisch de inrichting van het project weergegeven.
8
Organisatie decentralisaties uit bestuursakkoord regio Venlo en aansluiting lokaal
R E G I O N A A L
L O K A A L
OVERLEGTAFELS REGIO VENLO bestuurlijke vertegenwoordigers van de participerende gemeenten
Ambt werkgroep dec AWBZ. e 1 Aanspreekpunt e Gennep, 2 aanspreekpunt Beesel.
Ambt werkgroep wet werk naar vermogen. e 1 aanspreekpunt e Venlo, 2 aanspreekpunt Peel en Maas.
Ambt werkgroep dec jeugdzorg. e 1 aanspreekpunt e Venray, 2 aanspreekpunt Horst.
PROCESGROEP 7 projectleiders van de participerende gemeenten. 1 persoon van buiten de 3 decentralisaties 1 persoon van binnen de 3 decentralisaties 1 voorzitter is secretaris van Peel en Maas e 1 aanspreekpunt is Bergen (is projectleider van de gemeente Bergen).
Lokale organisatie van de 7 gemeenten (Venlo, Peel en Maas, Horst aan de Maas, Venray, Beesel, Gennep en Bergen)
Lokale organisatie Bergen is opgenomen in aparte organisatiestructuur.
9