Afstudeeropdracht AutoCAD System Manager. 22 februari 2008
Een goede basis…
Overleeft de tand des tijds.
Afstudeeropdracht in het kader van de studie ACE System Manager aan het CAD College te Nijmegen
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 2 van 35
Een goede basis… overleeft de tand des tijds. Een basis dat voor iedereen hetzelfde is, Een basis dat makkelijk aan te leren is, Een basis waarop verdere uitbreiding mogelijk is.
Je kunt de wind niet veranderen, maar wel de stand van de zeilen. A. Karssen
Gemaakt door:
Loes Raaijmakers.
Begeleider:
ir. Ronald Boeklagen.
Opleiding:
ACE System Manager.
Afstudeerdatum:
22 februari 2008.
Plaats:
Nijmegen.
Voorwoord.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 3 van 35
Voor u ligt het verslag over het creëren van een nieuwe basis, in het opbouwen van een tekening, voor mijn collega’s van Constructiebureau Tentij bv. Door mijn opleiding als ACE System Manager ben ik anders over AutoCAD gaan denken. In plaats van “dit kan ik met AutoCAD” denk ik nu, “ik wil dit, en hoe kan ik het AutoCAD laten doen!” daardoor zag ik zoveel mogelijkheden voor een afstudeeropdracht. Maar met het bedenken van afstudeermogelijkheden stuitte ik telkens op hetzelfde probleem. Iedereen werkt op een zo verschillende manier, hoe kan ik dit zo goed mogelijk op ieders wensen aanpassen. Maar met ieders wensen rekening houden is niet mogelijk. Er is een aanpassing nodig zodat de basis veranderd. Een basis waarop uiteindelijk verdere uitbreidingen mogelijk zijn. Dit is dus het eindresultaat geworden van een periode kennis opdoen in Nijmegen en een periode thuis werken. Wat ik overigens nooit had kunnen doen zonder onze directieleden Wim Wassenaar en Eric van Vliet, zij hebben dit voor mij mogelijk gemaakt. Bedankt! Ook wil ik mijn collega’s bedanken voor hun begrip en geduld en uiteraard Ton, voor alles.
Veel leesplezier.
Loes Raaijmakers.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 4 van 35
Inhoud.
Hoofdstuk 1. Inleiding.
pag. 6
1.1. Persoonlijke situatie.
pag. 7
1.2. Het bedrijf en mijn werkomgeving 1.2.1. De bureauorganisatie. 1.2.2. De projectorganisatie.
pag. 7 pag. 8 pag. 9
Hoofdstuk 2. 2.1. Huidige situatie.
pag. 10
Hoofdstuk 3. Aanpassingen. (methodiek)·
pag. 13
3.1. Lagengebruik.
pag. 13
3.2. Conclusie lagengebruik.
pag. 13
3.3. Dimscale. 3.3.1. Maatvoeren in layout. 3.3.2. Instellingen wijzigen d.m.v. toolbar. 3.3.3. Instellingen wijzigen d.m.v. toolpalette. 3.3.4. Dimstijlen aanmaken in template.
pag. 15 pag. 15 pag. 16 pag. 17 pag. 17
3.4. Conclusie dimscale.
pag. 17
3.5. Overzicht. 3.5.1. Géén extra aanpassingen. 3.5.2. Modemacro.
pag. 18 pag. 18 pag. 18
3.6. Conclusie Overzicht.
pag. 19
3.7. Tijd is geld. 3.7.1. Opmaak in layouts. 3.7.2. Sheet-sets.
pag. 19 pag. 20 pag. 20
3.8. Conclusie Tijd is geld.
pag. 21
3.9. Wet en regelgeving. 3.9.1. Beter rangschikken in toolpalettes. 3.9.2. VBA Applicatie schrijven. 3.9.3. Kant en klare templates. 3.9.4. LISP routine schrijven.
pag. 22 pag. 22 pag. 23 pag. 23 pag. 23
3.10. Conclusie Wet en regelgeving.
pag. 24.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 5 van 35
Hoofdstuk 4. 4.1. Werking “Dimscale”. 4.1.1. Wat wordt er aangepast?
pag. 26 pag. 27
4.2. Werking “Overzicht”. 4.2.1. Wat wordt er gevraagd?
pag. 28 pag. 29
4.3. Werking “Tijd is geld”.
pag. 29
4.4. Werking “Wet en regelgeving”. 4.4.1. Stroomschema “Invoegen”. 4.4.2. Programmacode.
pag. 31 pag. 32 pag. 33
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 6 van 35
Inleiding. In dit verslag zal ik uitleggen hoe ik gekomen ben tot de oplossing om als afstudeeropdracht een goede basis te kiezen. Een goede basis bestaat niet uit één conclusie en een daarbij behorend programma. Het bestaat uit de uitwerking van een aantal knelpunten. Bestaande uit het tekenen zelf (maatvoering) en de opmaak van tekeningen. Dit verslag bestaat uit vier hoofdstukken. In hoofdstuk 1 staat een omschrijving van mijn persoonlijke situatie en het bedrijf en mijn werkomgeving. In hoofdstuk 2 zal ik omschrijven wat de huidige situatie van werken is en de daarbij behorende knelpunten. Hoofdstuk 3 zal daarom bestaan uit de aangedragen mogelijke oplossingen, de afwegingen en de conclusies. In het laatste hoofdstuk zal ik mijn conclusies uitwerken naar een werkend programma of oplossing. En als extra toevoeging vindt u de bij dit verslag behorende bijlagen.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 7 van 35
Hoofdstuk 1. 1.1. Persoonlijke situatie Mijn naam is Loes Raaijmakers, ik ben 28 jaar en ik verhuis steeds verder de kop van NoordHolland in. Geboren in Beverwijk, zelfstandig gaan wonen in Alkmaar, en nu samen gaan wonen in Schagen. Daar woon ik nu met Ton Slippens. Na de middelbare school ben ik naar de MTS gegaan. Daar heb ik Bouwkunde gestudeerd met een extra certificering in Restauratietechniek. Na een omzwerving ben ik uiteindelijk, begin februari 2001, bij Constructiebureau Tentij B.V. terecht gekomen. Daar heb ik mijn interesse in AutoCad ontwikkeld. Wat heeft geresulteerd in mijn Hbo-opleiding bij het TEC / CAD college in Nijmegen.
1.2. Het bedrijf en mijn werkomgeving. Constructiebureau Tentij b.v. is een voortzetting van Constructiebureau Stam, dat omstreeks 1960 werd opgericht. In 1975 werd het onder leiding van dhr. G. Tentij voortgezet onder de naam Constructiebureau Tentij b.v. Vanaf 2004 ligt de leiding van het bureau in handen van de heren W. Wassenaar en E.C. van Vliet. Dhr. Tentij is als adviseur aan het bureau verbonden. Het bureau is lid van de Organisatie van Nederlandse Raadgevende Ingenieurs (ONRI) en heeft een breed pakket aan specialismen op het gebied van bouwkunde en constructie. Sinds juni 2000 is de bureauorganisatie gecertificeerd conform NEN-EN-ISO 9001:2000 Door de omvang van het bureau, is Constructiebureau Tentij b.v. in staat een breed spectrum van adviezen te leveren en werken van een redelijke omvang uit te voeren. De organisatie is zo opgezet dat korte lijnen zorgen voor een adequate en volledige adviseren. Hierin zijn de ijkpunten. De Hiërarchische lijnen moeten niet toenemen. De directie wil vakinhoudelijk betrokken blijven bij de projecten. Het werkgebied is landelijk. Het eindproduct bestaat uit klantvriendelijke tekeningen en berekeningen. Constructiebureau Tentij b.v. berekent en tekent al 32 jaar constructiewerk in de woning-, utiliteitsbouw, renovatie, restauratie en weg en waterbouw. Meegaan in de tijd staat hoog in het vaandel bij het bedrijf. Eén van de eerste computers die rekenwerk kon verrichten werd daarom ook snel aangeschaft en al snel werd er gebruik gemaakt van AutoCAD. Nog steeds word er naar gestreefd om met de laatste versies programmatuur te werken. Het is een bedrijf dat altijd jong is gebleven, een vaste kern dat er al lang werkt waaronder 3 tekenaars die al gemiddeld 15 jaar tekenen, en ik werk er ook al 7 jaar.
Doordat het kantoor gelegen is in de bovenste twee verdiepingen garandeert dat een mooi uitzicht!
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 8 van 35
Binnen het bedrijf vinden we twee organisatiestructuren. 1.2.1. De bureauorganisatie: Hierin vinden we de volgende afdelingen en functies. Directie: Administratie: Secretariaat: Ondersteunende diensten:
Technische functies:
Algemeen directeur. Technisch directeur. Administratief medewerker. Bureau secretaresse. Adviseur Systeembeheerder. Systeem manager. Documentalist / normenbeheerder Kwaliteitscoördinator. Chef de Bureau Hoofdconstructeur. Constructeur. Tekenaar / constructeur. 1e Tekenaar. Tekenaar.
Organigram.
Directie.
Adviseur.
Systeembeheer.
Administratie.
Systeem Manager.
KwaliteitsCoördinator.
Chef de bureau
Normbeheer
Constructeurs
Secretariaat
Hoofdconstructeurs
Tekenaar/ constructeurs
1e Tekenaars
Tekenaars
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 9 van 35
1.2.2. De projectorganisatie. De projectorganisatie geeft weer hoe de organisatie van een project gestructureerd is. De projectorganisatie bestaat uit een projectleider en projectmedewerkers. De volgende functies kunnen als projectleider benoemd worden: Algemeen directeur. Technisch directeur. Chef de bureau. Hoofdconstructeur. De volgende functies kunnen de rol van projectmedewerker vervullen: Algemeen directeur. Technisch directeur. Adviseur. Chef de bureau Hoofdconstructeur. Constructeur. Tekenaar / constructeur. 1e tekenaar. Tekenaar.
Organigram.
Directie.
Chef de bureau.
Projectleider.
Projectmedewerkers(s)
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 10 van 35
Hoofdstuk 2. 2.1. Huidige situatie. In alle jaren werken met AutoCAD is er wel een soort van “tentijstandaard” ontstaan, hieronder word verstaan éénzelfde gebruik van lagen, hatch gebruik, stempels, renvooien en bepaalde standaard details. Overige gegevens op tekening tekent men met een eigen handtekening. De instellingen verschillen per tekenaar en per schaal. De maatvoering is ook nog geëxplodeerd wat resulteert in een tekening die moeilijk over te nemen is door een andere tekenaar. Na een enquêteformulier en een rondgang bij alle tekenaars (zie bijlage A.) blijkt dat dit ook het grootste probleem is onder de tekenaars. Zaak dus om hier eerst wat aan te doen! Een betere standaard voor het tekenwerk betekent ook een betere onderlegger om verdere aanpassingen in AutoCAD uit te voeren. Het volgende probleem waar ik op stuit is: hoe zorg ik er voor dat iedereen het ook werkelijk gaat gebruiken! Uit ervaring is gebleken dat het lastig is een jarenlang gebruik af te leren, of bepaalde instellingen te veranderen. Een vaak gehoord argument is: “ik vind deze instelling mooi dus ik wil het zo houden!” Een voorbeeld van het probleem bij ons is de instelling Dimscale. Na instellen van de tekening d.m.v. technobase staat deze op dezelfde waarde als de plotschaal. Plotschaal 100-----Dimscale 100 Plotschaal 50------Dimscale 50. enz. Bij deze instelling is de maatvoering te groot en dus is er voor gekozen de Dimscale waarde met een fractie te verkleinen, en daarin zitten nog wat verschillen. Plotschaal 20
Plotschaal 50
Plotschaal 100
Dimscale
Aantal pers.
Dimscale
Aantal pers.
Dimscale
Aantal pers.
14 15 16
III I I
30 35 40
I III III
70 75 80
VII
20
II
50
I
100
I
Delen door sqrt2 (wortel), is een door NEN toegestane verschaling in het technisch tekenen. Alle pendiktes bijvoorbeeld zijn hiervan afgeleid. Rotring hanteert de pendiktes: 100 70 (100/sqrt2) 50 35 (50/sqrt2) 25 18 (25/sqrt2) Maar ook de teksthoogtes hebben met deze berekening te maken. De, vroeger nog wel gebruikte sjablonen, hadden per schaal een verkleining met de factor “/sqrt2” Het standaard maken binnen ons bedrijf van de dimscale 70, 35, 14 is daarom ook niet meer dan logisch. Deze waarden zijn door de NEN goedgekeurd. De waarden 80, 40, en 16 zijn dat dus niet.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 11 van 35
Het niet meer toestaan van het exploderen van de maatvoering, is ook een logisch vervolg op het verbeteren van het gebruik van AutoCAD. Voor sommigen zal dit een niet al te moeilijke stap zijn, maar voor enkele collega’s zal dit flink wat geduld vragen om dit onder de knie te krijgen. Het gaat dan niet zo zeer om het maatvoeren zelf, maar het aanpassen ervan. Ik zal ze daarom ook extra begeleiding geven en tips om de overgang makkelijk te laten verlopen. Een gevolg van het niet meer exploderen van de maatvoering is het wijzigen van de opbouw van de tekeningen. Op de huidige manier worden de tekeningen ingesteld d.m.v. Technobase.
Het beginscherm van Technobase.
Met dit programma kunnen we de projecten beheren, tekeningen aanmaken, aanpassen, kopiëren en verplaatsen. Een handig hulpmiddel want niet alleen het tekeningbeheer valt hieronder, ook een extra uitbreiding op AutoCAD wordt geleverd. Speciaal voor het vakgebied constructies, staal en beton. Bij het aanmaken van de tekeningen wordt gevraagd naar de plotschaal en de afmetingen van het tekenvel. Een kader wordt na het opstarten direct ingevoegd, waarin de tekening wordt getekend. Al het tekenwerk wordt nu verricht in modelspace. Een andere bureaustandaard is dat ook de door ons getekende details in schaal 1:20 op de desbetreffende tekening komen te staan. (zie bijlage B.) Gevolg: na het tekenen van de desbetreffende verdiepingsvloer worden de details getekend. De details worden 1:1 getekend, de dimscale wordt op schaal 1:20 ingesteld. (dit alles met geëxplodeerde maatvoering). Zodra de details klaar zijn worden deze vergroot zodat ze als 1:20 op tekening staan. Dienen te details te worden aangepast, dan worden deze weer verkleind, aangepast en weer vergroot.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 12 van 35
Het vergroten en verkleinen van de details zal niet meer gemakkelijk gaan nu de maatvoering niet meer geëxplodeerd mag worden. Je raakt ook snel het overzicht kwijt. Omdat tijd geld is, mag deze extra handeling geen extra tijd kosten en daarom moet dit snel en gemakkelijk uit te voeren zijn. Daarom zal ik ook hierin aanpassingen maken. Een volgend probleem in ons vakgebied is de huidige wet- en regelgeving. Door steeds hogere eisen en ook door recente problemen in de bouw, wordt er erg veel extra informatie gevraagd. Op alles moeten we voorbereid zijn en alle gegevens moeten bekend zijn. Het gevolg is dat er steeds meer gegevens op tekening moet komen te staan zoals principe details en renvooien. Dit zijn er onderhand zo veel dat het erg vaak voorkomt dat er gegevens vergeten worden. Ook hierin ga ik een oplossing zoeken. Van al deze veranderingen mogen de tekenaars zo weinig mogelijk last hebben. Dit was de opdracht van de directie. Maar ook, hoe krijg je de meest koppige collega’s enthousiast. Geen makkelijke opgave.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 13 van 35
Hoofdstuk 3. Aanpassingen.
Een eerste vraag is, ”wat is wenselijk?”. En ten tweede, “hoe ver willen we gaan?” Om “een goede basis” te verwezenlijken ga ik kijken naar de volgende onderdelen, Lagengebruik, Dimscale Overzicht Tijd is geld (tekening opmaak) Wet en regelgeving.
3.1. Lagengebruik. GB CAD-afsprakenstelsel Ons huidig lagengebruik is simpel, het stamt af van de Rotring pennen. Onze lagen heten 18, 25, 35, stip 18, stram 18, TXT 18, enz. aan deze lagen zit een kleur vast die, net als bij de rotringpennen, een dikte hanteren. Laag 18 is dun (0,18mm.) in AutoCad is dit dus geen belangrijke lijn en daarom heeft het de kleur grijs gekregen. Laag 25 (0,25mm.) is al iets dikker en daarom belangrijker en dient dus iets zichtbaarder te zijn. Laag 25 heeft de kleur rood meegekregen. Hoe dikker de lijn hoe opvallender de kleur. Na rood volgt dan ook geel en groen. Elk soort lijn heeft zijn eigen kleur. Nieuwe medewerkers hebben dit ook snel onder de knie.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 14 van 35
Een nieuw lagengebruik zoals het GB CAD-afsprakenstelsel (zie bijlage C.) heeft wel heel wat veranderingen tot gevolg. Voordelen: een afsprakenstelsel dat door elk bedrijf (architect, installateur, constructeur) gebruikt wordt. Onderling uitwisselen wordt zo simpeler omdat gebruik van lagen direct zichtbaar wordt het aan- en uitzetten van lagen gaat veel sneller, zodat alleen de door de derde partij benodigde onderdelen zichtbaar worden. uniformiteit, niet alleen binnen het bedrijf maar binnen het hele project. onderling uitwisselen van tekeningen wordt minder complex. De benodigde tekst en hatch files worden op elke computer gebruikt en hoeven niet mee gezonden te worden en geïnstalleerd. Nadelen. een klein maar simpel lagenstelsel vervangen door een groot complex afsprakenstelsel zal heel wat tijd kosten. ook nu word nog wel eens verzuimd de lijnen e.d. in de juiste lagen te tekenen. Met het nieuwe stelsel zal dit, in dat geval, een zootje worden. het doel van de vereniging geïntegreerd bouwen is dat elk bedrijf tekeningen kan overnemen, omdat daar hetzelfde afsprakenstelsel gebruikt wordt. Helaas komen wij maar al te vaak tegen dat architecten ook hun eigen lagengebruik hanteren. het stelsel is alleen nog maar toegespitst op gebruik met CAD-pakketten. Veel bedrijven gebruiken andere tekenpakketten. door het gebruik van technobase werken wij ook met onze eigen Fonts. Deze zijn speciaal gemaakt voor het gebruik in de sector constructie. Extra tekens voor bijvoorbeeld wapening zitten niet in het standaard font-pakket. 3.2. Conclusie Gezien de bovenstaande nadelen zal het invoeren van het GB CAD-afsprakenstelsel binnen het bedrijf te veel veranderingen met zich meebrengen, aangegeven is dat men weinig last mag ondervinden van de nieuwe wijzigingen. Het GB CAD-afsprakenstelsel past dus niet in het plaatje van vernieuwingen binnen ons bedrijf.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 15 van 35
3.3. Dimscale Zoals eerder aangegeven, zit het probleem in het, per persoon, instellen van de Dimscale. Om deze instelling een standaard te laten worden, die makkelijk te gebruiken is en waar men niet bij na hoeft te denken, zodat de verleiding tot het toch zelf instellen van de dimscale er niet is, ga ik de mogelijkheden in voorgeprogrammeerde instellingen bekijken. Welke mogelijkheden zijn er?: Maatvoeren in layout Instellingen wijzigen d.m.v. toolbar Instellingen wijzigen d.m.v. toolpalette Dimstijlen aanmaken in template.
3.3.1. Maatvoeren in layout. Maatvoeren in paperspace is een mogelijkheid, de Plattegronden en details worden getekend in modelspace in schaal 1:1. Na opmaak van de layout en viewports wordt de maatvoering geplaatst in paperspace.
! Zodra AutoCad is overgeschakeld naar paperspace staat de verschaling automatisch op “scale dimensions to layout”
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 16 van 35
Bij het instellen van de maatvoering hoeft dan niet meer gekozen te worden voor een dimscale. De dimensionscale wordt aan de layout aangepast. De maatvoering voor heel de tekening heeft dezelfde schaal en naam. Er hoeft geen stijl per schaal aangemaakt te worden. Per viewport kan er gemaatvoerd worden, de modeltekening blijft “schoon”. Heel gemakkelijk een detail uitvergroten en maatvoeren. Zo op het eerste gezicht lijkt dit een handige manier van maatvoeren. En een oplossing voor de problemen. Maar toch stuit ik op een aantal nadelen: Kopiëren van tekeningonderdelen. Details, gedeelten van plattegronden e.d. worden vaak gekopieerd naar een andere tekening. Incl. maatvoering. in geval van maatvoeren in paperspace is dit niet mogelijk. Snel overzicht is verdwenen. Tijdens het tekenen wordt er vaak van plattegrond naar details gewisseld. Dit is handiger als het in een ruimte staat (modelspace) dan telkens van model- naar paperspace te moeten switchen. Maatvoering staat niet vast. Zodra de tekening verschoven word verplaatst de maatvoering niet automatisch mee, de tekening moet telkens geregenereerd worden.
3.3.2. Instellingen wijzigen d.m.v. toolbar. In plaats van diverse instellingen handmatig te veranderen wordt dit door middel van geschreven macro´s gedaan. Er wordt per schaal (1:100 of 1:50 enz.) een toolbar gemaakt. Deze toolbar bestaat uit iconen die de instellingen wijzigen voor het tekenen in de op dat moment mogelijke schalen. Bijv. tekening schaal 1:100. mogelijk zijn: instellingen 1:50 Instellingen 1:20 Instellingen details 1:20 Enz. Met een enkele klik op de knop worden de volgende instellingen gewijzigd. Dimscale, in geval van schaal
1:100 dimscale = 70 1:50 dimscale = 35 1:20 dimscale = 14 1:10 dimscale = 7 De dimstyle wordt bewaard onder een nieuwe naam en overschreven. Celtscale wordt per schaal ingesteld. (celtscale = schaal van de lijnsoort ten opzicht van de algemene schaalfactor.) Tekstschaal.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 17 van 35
3.3.3. Instellingen wijzigen d.m.v. toolpalette. Er worden 4 verschillende toolpalette´s aangemaakt, elk met een eigen standaardschaal. (1:100, 1:50 enz.) Per toolpalette staan dezelfde iconen als eerder aangegeven bij het gebruik met toolbars. Nadeel hiervan is dat telkens het gewenste toolpalette geopend moet worden. Helaas wordt de toolpalette niet vaak gebruikt bij ons op kantoor. Het telkens moeten zoeken naar de gewenste palette zal daar geen verandering in brengen. 3.3.4. Dimstijlen aanmaken in template. Een volgende mogelijkheid is het aanmaken van diverse dimstijlen in de basistemplate. Iedere keer als een tekening wordt aangemaakt, wordt een kopie van deze template gebuikt. Hierin staan dan al de, voor ons bedrijf, gebruikelijke dimstijlen. (A.)
Voordelen: Geen extra toolbar (icoonvervuiling) Nadelen: Na afsluiten van de tekening worden de niet gebruikte dimstijlen uit het geheugen verwijderd, terwijl je die waarschijnlijk later wel nodig hebt. (binnen ons bedrijf maken wij veel gebruik van de “save” van technobase, de tekeningen worden na het opslaan gecomprimeerd. Niet gebruikte instellingen worden daardoor verwijderd.) Geen extra instellingen (zoals linetypescale) toe te voegen.
3.4. Conclusie. Voor het knelpunt dimscale is in mijn oogpunt de optie “instellingen wijzigen d.m.v. toolbar” de beste oplossing. Men hoeft niet naar de iconen te zoeken, er kunnen in één macro verschillende commando´s worden geactiveerd. De gegevens blijven per tekening keer op keer hetzelfde. Het is een snelle oplossing dat makkelijker is dan alle instellingen zelf doen. En daarom geniet dit de voorkeur bij de meeste gebruikers.
Voorbeeld toolbar.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 18 van 35
3.5.Overzicht. Met de, op de vorige pagina vermelde conclusie, is het gevolg dat het overzicht makkelijk kwijt te raken is. Hoe zie je nu welke instellingen aan staan? Een paar eisen: Je moet er niet naar hoeven te zoeken. In een oogopslag moeten de instellingen duidelijk zijn. Alles moet automatisch mee wijzigen. Met de, door mij bekende, mogelijkheden in AutoCAD vind ik twee alternatieven. Geen extra aanpassingen. Instellingen zijn gekoppeld aan de naam van de dimstyle. (A) Modemacro
3.5.1. Géén extra aanpassingen. Met de nieuwe iconen op het scherm is het ook makkelijk om aan te leren telkens, als je wisselt of gaat werken aan een afwijkende schaal, de benodigde instellingen te wijzigen door op de betreffende icoon te klikken. Zo weet je zeker dat je altijd de juiste instellingen gebruikt. Nadelen: Het afleren gaat net zo snel als het aanleren. Met onaangename verassingen tot het gevolg, zoals verspringende maatvoering. Een toch te grote maatvoering dat te laat word ontdekt. Niet alle Instellingen zijn in één oogopslag te zien. Wel de dimstijl en de daarbij behorende dimscale, maar niet de linetypescale.
Voordelen: Geen extra aanpassingen op de computers noodzakelijk.
3.5.2. Modemacro. Met modemacro kun je d.m.v. diesel, op het scherm de instellingen van verschillende variabelen oproepen. Deze instellingen blijven altijd op het scherm staan, zo is in één oogopslag te zien wat de instellingen zijn. Zodra deze instellingen niet de gewenste instellingen zijn kan overgegaan worden door enkel te klikken op de gewenste icoon.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 19 van 35
3.6. Conclusie. De mogelijkheid “modemacro” geeft toch de meeste stemmen. Alle eisen zijn hierin verwerkt. Je moet er niet naar hoeven te zoeken. In een oogopslag moeten de instellingen duidelijk zijn. Alles moet automatisch mee wijzigen.
3.7. Tijd is geld. De tijd van prachtig uitgewerkte tekeningen getekend op kalk is voorbij. De komst van de computer heeft veel vooruitgang gebracht. Alles kan sneller en gebruikersvriendelijker. Maar nog steeds moet alles veel sneller en makkelijker. Met elke nieuwe versie van AutoCAD wordt dit al gegarandeerd. 5% sneller tekenen! Het klinkt weinig, maar over het hele bedrijf gerekend voor een heel jaar is dit een flinke vordering. Ook bij ons in het bedrijf is “productiviteit” belangrijk. Architecten en aannemers hebben het liefst de tekeningen gisteren al. Maar nog altijd blijft tekenwerk handwerk en dus neemt het tijd in beslag. Met de veranderingen die ingevoerd gaan worden (denk aan verschillende dimstijlen) betekent dit dat er niet doorgewerkt kan worden op de huidige manier van tekeningopbouw. (zie omschrijving in hst. 2.1.) Eigenlijk zullen er meerdere handelingen gedaan moeten worden. Wat niet bevorderend is voor de effectiviteit in het tekenwerk. Maar in de loop der tijd zullen deze veranderingen zijn vruchten afwerpen. Zoals ik al eerder geschreven heb, Een betere standaard voor het tekenwerk betekent ook een betere onderlegger om verdere aanpassingen in AutoCAD uit te voeren. Een beknopte omschrijving hoe we nu tekenen. In de huidige manier van een tekening opstarten maken we gebruik van TechnoBase. TechnoBase vraagt vooraf in welke schaal getekend gaat worden en hoe groot de tekening moet worden. Zodra de tekening opgestart wordt staat er dus een kader in het scherm (model) en zijn de instellingen als zodanig ingesteld om te tekenen in bijv. schaal 1:50. Het probleem is hierbij het tekenen van details. Een kenmerk van ons product is namelijk dat de details, zolang dat mogelijk is, samen met de plattegrond op één tekenvel staan. Zodra de details klaar zijn worden zij met een factor vergroot zodat ze in de schaal 1:20 op tekening komen. In het geval dat de details gewijzigd dienen te worden, worden de details met een factor verkleind, zodat deze in de eerder opgegeven tekeningschaal kunnen worden aangepast. Zodra ze klaar zijn worden ze weer vergroot. Alternatieven. Opmaak in layouts. Sheet-sets
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 20 van 35
3.7.1. Opmaak in layouts. Geschiedenis: In de versies van AutoCAD van voor 1991 was het alleen maar mogelijk om in MODELSPACE te tekenen. Na 1991 is PAPERSPACE toegevoegd. In de versies vanaf 2000 is het mogelijk om meerdere PAPERSPACE omgevingen te creëren. Er kunnen nu wel 255 layouts worden aangemaakt. Voor de volledigheid wordt er sinds versie 2000 niet meer over PAPERSPACE gesproken maar over LAYOUT Principe:
Layout kun je zien als een kozijn, in dat kozijn zitten ramen (viewports) en door die ramen kun je kijken naar de wereld. (modelspace). Door elk raam kun je de wereld anders bekijken. En dat geldt ook voor layouts. Met elke viewport kun je op een andere manier naar de modelspace kijken, dichtbij, ver weg, linkerkant, rechterkant, onderkant, bovenkant. Je kunt het zo gek niet bedenken. En elk raam kijkt naar hetzelfde object. Gebruik. Waarbij je bij het tekenen in modelspace voor elke tekening een nieuwe, DWG moet aanmaken, kun je bij de opmaak in layouts je hele project in een .DWG maken. Bijv. Als in een project een bijzondere kolom wordt toegepast moet (met het oog op de weten regelgeving) het detail op iedere tekening komen. Met het gebruik van de computer kun je dit detail naar elke tekening kopiëren, maar als dit detail gewijzigd wordt moet deze wijziging in elke tekening doorgevoerd worden. Maak je gebruik van layouts dan hoef je dit detail maar één keer te wijzigen, want elke viewport in elk layout kijkt naar hetzelfde detail. Als ik kijk naar het gebruik van layouts in ons bedrijf is het belangrijkste pluspunt dat alles 1:1 wordt getekend in modelspace. Dit geldt dus ook voor de details. Geen details meer vergroten of verkleinen en dus geen problemen meer met geëxplodeerde maatvoering.
3.7.2. Sheet-sets.
Met een 'sheet set' wordt een set bij elkaar behorende tekeninglayouts bedoeld, dus niet de tekeningbestanden, maar alleen de layoutbladen van de bestanden, oftewel de afdrukbare Paper Space-bladen, ook wel geautomatiseerd gebruik van layouts. Met de Sheet Set Manager kun je gemakkelijk een set tekeningen samenstellen. Zo kun je bijvoorbeeld op eenvoudige wijze de tekeningen per project of per klant indelen. Het plotten van een sheet set zorgt ervoor dat met één enkele plotopdracht de complete set tekeningen afdrukt wordt.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 21 van 35
Toch zie ik met het gebruik van sheet sets in ons bedrijf nog wat kanttekeningen. Sheet-sets zien als een handige manier van tekeningen beheren is bij ons niet van toepassing. Door het gebruik van technobase worden onze tekeningen al beheerd. Een systeem dat een eigen manier hanteert van aanmaken, kopiëren en verplaatsen, maar tevens te openen/kopiëren via Windows verkenner. Wat zo op elke computer gedaan kan worden. Plotten van de sheets is zeker gemakkelijk, maar dit kan ook dmv publish. Na het opslaan van de instellingen kan met één enkele plotopdracht de complete set tekeningen afdrukt worden. Maar het grootste nadeel van sheets is dat dit alleen te gebruiken is met AutoCAD. Dit is lastig met het uitwisselen van tekeningen naar de klant toe, maar ook op het kantoor zelf. De constructeurs gebruiken namelijk, uit financieel oogpunt, AutoCAD LT. En die kunnen geen gebruik maken van sheets. Het komt vaak genoeg voor dat de constructeurs zelf kleine wijzigingen doorvoeren in de tekeningen. Wijzigingen in de sheets zullen de tekenaars dan voor ze moeten doen. En dat is lastig en niet wenselijk.
3.8. Conclusie. Het gebruik van layouts is in dit geval de beste oplossing. Layouts worden op kleine schaal al toegepast in het bedrijf en dus zijn de medewerkers al bekend met dit fenomeen. Een niet te grote verandering dus.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 22 van 35
3.9. Wet en regelgeving. In de bouw wordt de toename in wet- en regelgeving opnieuw als de grootste bron van ergernis beschouwd. Dit blijkt uit recent onderzoek van USP Marketing Consultancy waarvoor 983 online enquêtes zijn afgenomen onder het Bouwpanel. Gevraagd naar wat de grootste frustratie is die werken in de bouw met zich meebrengt, geeft dit jaar 58% (vorig jaar 59%) aan dat het de toenemende wet- en regelgeving is. Bron: Nieuwsbank Door de laatste ontwikkelingen in de bouwwereld is er veel druk op het werk van de constructeurs gekomen. Men moet zich telkens meer indekken. Om alle informatie goed over te kunnen dragen is het belangrijk dat deze op tekening komt. Het gevolg is dat er steeds meer renvooien en standaard details op tekening komen te staan. Deze renvooien en details staan op het netwerk, en zijn dus door iedereen te gebruiken. Tevens staan ze in de toolpalettes. Maar voor beide gevallen geldt…. zoeken. Omdat deze bestanden niet direct te vinden zijn, worden vele vergeten op tekening te zetten. En niet alleen dat. Er wordt zelfs vergeten dat deze bestanden bestaan! Dus wederom de vraag, hoe kunnen we dit vergemakkelijken, sneller maken en hoe zorgen we er voor dat niets vergeten word. Ik kom tot de volgende alternatieven. Beter rangschikken in toolpalettes VBA applicatie schrijven. Kant en klare templates LISP routine schrijven
3.9.1. Beter rangschikken in toolpalettes. In de huidige situatie zijn alle bestaande blokken in te voegen via de toolpalettes. Deze zijn o.a. gerangschikt in de toolpalettes: Wapening Renvooien – stempels Details Palen Huidige situatie. Zodra een blok of renvooi nodig is, weet je wat voor object dit is. Dit zoek je dan in de betreffende palette. Bijv. het detail “principe kruipruimte” zoek je in het palette Details. In de nieuwe situatie is het logischer zoeken de details en renvooien worden gerangschikt op type. Dus zodra het detail “principe kruipruimte” nodig is zoek je in het palette fundering. Voordeel. Alles gerangschikt per onderdeel en dus sneller vindbaar. Nadeel: Je kunt niet in een oogopslag zien wat je in je tekening voegt. Geen overzicht betekent onderdelen vergeten. Toolpalettes worden niet veel gebruikt.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 23 van 35
3.9.2. VBA Applicatie schrijven. Met VBA is het mogelijk een programma te schrijven dat snel en gemakkelijk blokken insert. Het programma kun je koppelen aan een dialoogscherm. In dat dialoogscherm staan per categorie de onderdelen gerangschikt. D.m.v. de onderdelen te selecteren kun je er voor kiezen deze in te voegen in je tekening. Voordelen: Overzicht welke onderdelen per categorie aanwezig zijn. Alles eerst selecteren wat je nodig hebt en dan pas invoegen. Zo wordt niets meer vergeten! Programma kan geplaatst worden onder een icoon op het scherm. De toolpalettes hoeven niet geopend te worden. Nadelen: Lastiger bijwerken dan bijvoorbeeld toolpalettes. blokken worden tegelijk op tekening gezet. Er kan dus geen positie per blok gekozen worden.
3.9.3. Kant en klare templates. Tijdens het maken van een layout kun je ook kiezen “layout from template”. Als je hiervoor kiest, kun je kiezen uit een verschillend aantal templates. Bijv. wapening, fundering, verdiepingen enz. Kies je bijvoorbeeld voor wapening dan activeer je een template waarin het layout in zijn geheel al in voorgeprogrammeerd staat. In het layout staan alle blokken en renvooien van toepassing op het tekenen van wapening. Voordelen: Alle blokken staan al op de tekening, je kunt niets meer vergeten. Nadelen: Je moet ook weer blokken verwijderen Op een tekening staan ook vaak onderdelen bij elkaar zoals wapening, fundering en verdiepingen. Opnieuw zoeken naar de benodigde gegevens is dan noodzakelijk. Er komen erg veel templates. (bijv. landscape / portrait)
3.9.4. LISP routine schrijven. Lisp is de op een na oudste hogere programmeertaal die nog steeds in gebruik is. Alleen Fortran is een paar jaar ouder. Toch is Lisp op zijn retour, VBA (Visual Basic for Applications) is een gebruikersvriendelijkere programmeertaal, mede doordat deze ook gebruikt word voor de gehele microsoftoffice serie. Door deze reden is er daarom ook geen aandacht besteed aan lisp tijdens mijn opleiding. En om deze reden zal ik mij er ook niet meer in verdiepen. De nodige basiskennis heb ik zelf vergaard, omdat lisp wel handig is in het gebruik met macro´s.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 24 van 35
3.10. Conclusie. Een applicatie schrijven in VBA geeft toch de meeste voordelen. Je zit niet gebonden aan toolpalettes en op een duidelijke manier is te zien welke blokken je kunt kiezen en welke je al geselecteerd hebt.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 25 van 35
Hoofdstuk 4 In dit hoofdstuk zal ik duidelijk maken hoe ik mijn oplossingen heb uitgewerkt. Door middel van stroomschema´s, delen van code´s of macro´s, schermafdrukken en tekeningen laat ik zien wat het uiteindelijk geworden is. Nog een korte opsomming van de onderdelen en de gekozen oplossing. Lagengebruik: Dit zal bij het oude blijven. Er zullen dus geen veranderingen in het lagengebruik worden doorgevoerd. Dimscale: Gekozen is voor, instellingen wijzigen d.m.v. één of meerdere toolbars. Overzicht: Gekozen is voor het gebruik van Modemacro. Tijd is geld (tekening opmaak): Gekozen is voor opmaak ik layouts. Wet en regelgeving: Gekozen is voor een VBA applicatie schrijven.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 26 van 35
4.1. Werking “Dimscale”. Als verandering op het scherm is nu een nieuwe toolbar verschenen. (B.) tevens zijn er workspaces ingesteld.
Er zijn een viertal verschillende toolbars gemaakt, elke toolbar refereert naar zijn eigen tekeningschaal. Dimension 100 Dimension 50 Dimension 20 Dimension 10. Overeenkomstig de toolbars zijn er workspaces aangemaakt. Zodra er gekozen wordt voor de workspace Schaal 1 op 50 zal alleen toolbar Dimension 50 zichtbaar zijn. Dit om vergissingen te voorkomen gezien er op elke toolbar de mogelijkheid zit om bijv. details 1 op 20 te selecteren. Maar per tekeningschaal zijn de instellingen anders.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 27 van 35
in geval van de toolbar dimension 50 zijn de instellingen als volgt.
1. plattegrond 1:50: ^C^CDIMSCALE;35;dimlfac;1;-dimstyle;save;standard;y;celtscale;1; 2. plattegrond 1:20: ^C^CDIMSCALE;14;dimlfac;1;-dimstyle;save;standard20;y;celtscale;1; 3. details 1:20 (50): ^C^CDIMSCALE;14;dimlfac;1;-dimstyle;save;Details50;y;celtscale;0.4; 4. details 1:10 (50): ^C^CDIMSCALE;7;dimlfac;1;-dimstyle;save;Details10;y;celtscale;0.2; 4.1.1. Wat wordt er aangepast? ^C^CDIMSCALE;35;dimlfac;1;-dimstyle;save;standard;y;celtscale;1; ^C^C staat voor “escape, escape” hiermee worden alle voorafgaande commando’s afgebroken. ^C^CDIMSCALE;35;dimlfac;1;-dimstyle;save;standard;y;celtscale;1; De dimscale word op 35 gezet. Ons bedrijfsstandaard is zo dat de dimscale verkleind word met een factor “/sqrt2” bij een schaal 1:50 word dit dan dus 50/sqrt2=35. ^C^CDIMSCALE;35;dimlfac;1;-dimstyle;save;standard;y;celtscale;1; Bij de overgang naar niet geëxplodeerde maatvoering zijn er collega’s geweest die in geval van verschillende schalen de maat een schaalfactor gaven. Om er zeker van te zijn dat bij overname van de tekening niet met deze instelling doorgewerkt wordt, is dimlfac ook in deze macro opgenomen met de waarde 1. ^C^CDIMSCALE;35;dimlfac;1;-dimstyle;save;standard;y;celtscale;1; Bij het instellen van plattegrond 1:50 wordt een dimstyle aangemaakt. De hoofdstijl krijgt de naam STANDARD, dit omdat de huidige dimstyle ook STANDARD heet en er geen problemen ontstaan bij de overgang naar dit nieuwe systeem. Alle overige dimstijlen in de tekening zijn kopieën van STANDARD met een eigen dimscale. ^C^CDIMSCALE;35;dimlfac;1;-dimstyle;save;standard;y;celtscale;1; In het uiteindelijke overzicht in layout is het de bedoeling dat alle schalen er uiteindelijk hetzelfde uit zien. In modelspace zullen er daardoor ook verschillen in linetypescale voorkomen. Dit wordt aangepast met celtscale. Celtscale past de schaal aan van nieuwe objecten en dus niet van de algemene linetypescale. In geval van de hoofdschaal blijft de waarde van celtscale 1. zodra er verschaald wordt, krijgt celtscale de waarde schaal:50. in geval van schaal 1:20 wordt dit dus 20:50=0,4. Waarom het belangrijk is dat er per hoofdschaal een andere toolbar wordt gebruikt zal ik laten zien aan de hand van details 20 in de toolbars dimension 100 en dimension 50. Dimension 50: details 1:20 (50): ^C^CDIMSCALE;14;dimlfac;1;-dimstyle;save;Details50;y;celtscale;0.4; Dimension 100: Details 1:20 (100): ^C^CDIMSCALE;14;dimlfac;1;-dimstyle;save;Details100;y;celtscale;0.2; De verschillen zijn te zien in de benaming van de dimstyle en de instellingen celtscale. Bij onjuist gebruik zal de dimstyle geen problemen opleveren, maar bij de linetypescale zal de instelling te groot dan wel te klein zijn.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 28 van 35
4.2. Werking “overzicht”.
Met de volgende macro is het mogelijk de gewenste tekst onderin het scherm te krijgen. Modemacro;”DimScale: $(getvar,dimscale)---Linetype Scale: $(getvar,CELTScale)--Geheugen: $(getvar,userr1)” Tevens is het de bedoeling dat deze informatie altijd op tekening staat en dus bij het opstarten van elke tekening geactiveerd word. AutoCAD heeft hier zelf al een functie voor. In Acad.lsp (vanaf versie 2007 is dit overigens AcadDoc.lsp) is een startup functie gedefinieerd. Het enige wat dus gedaan hoeft te worden is bovenstaande macro in Acad.lsp plakken en deze in een LisP routine veranderen.
Ä
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 29 van 35
4.2.1. Wat wordt er gevraagd? (command “modemacro” “Dimscale: $(getvar,dimscale)---Linetypescale $(getvar,CELTscale)---Geheugen: $(getvar,userr1)”) Hiermee vraag je de variabele van dimscale op. (command “modemacro” “Dimscale: $(getvar,dimscale)---Linetypescale $(getvar,CELTscale)---Geheugen: $(getvar,userr1)”) Hiermee vraag je de variabele van CELTscale op, celtscale past de schaal aan van nieuwe objecten en dus niet van de algemene linetypescale. (command “modemacro” “Dimscale: $(getvar,dimscale)---Linetypescale $(getvar,CELTscale)---Geheugen: $(getvar,userr1)”) Hiermee vraag je de variabele van Userr1 op. Userr1 is het geheugen van AutoCAD (getal) in de toolpallete van ons bedrijf staan een aantal, dat gebruik maken van Userr1. op deze manier kun je altijd de laatst opgegeven waarde aflezen.
4.3. Werking “Tijd is geld”.
We gaan dus voortaan layouts gebruiken als opmaak voor onze tekeningen. Als oplossing hoe ik dit ga uitwerken heb ik gekeken naar de voorkeuren van mijn collega’s en naar eerder aangemaakte mogelijkheden om layouts aan te maken. Wat blijkt is dat men toch graag stap voor stap weet hoe een layout gemaakt wordt. In een eerder stadium heb ik standaard templates gemaakt met daarin een kader, stempel en een viewport met de hoofdschaal. Hierdoor hoefde men zelf geen layouts meer aan te maken, maar het gebruik ervan werd niet makkelijker gevonden. Het aanpassen, uitbreiden en of vervangen van een layout werd erg lastig omdat men de basis van layouts niet goed begreep. Controle over je eigen tekening werkt toch het best. Daaruit is dus de oplossing gekomen om een toolpalette te maken met daarin alle stappen die nodig zijn om “from scratch” een layout te maken. Stap 1: een nieuwe layout aanmaken. Stap 2: een kader invoegen. Stap 3: viewports invoegen in de gewenste schaal. Stap 4: eventueel de viewports vergrendelen. In dit toolpalette staat ook de mogelijkheid om de toolbar viewport te openen.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 30 van 35
Stap 1. Een nieuwe layout aanmaken. In het toolpalette kies je voor “Nieuwe layout”. Zodra je dit kiest verschijnt er een dialoogscherm waarin je kunt kiezen voor een layout liggend of staand. Stap 2. Een kader invoegen. Er zijn 7 verschillende groottes. Zodra er gewerkt wordt in paperspace, wordt het kader direct ingevoegd met invoegpunt 0,0. de schaal is dan standaard 1. Zodra dit commando wordt gegeven in modelspace wordt wel het invoegpunt en de schaal gevraagd. Veel tekenaars willen namelijk voor het overzicht toch graag in modelspace ook een kader invoegen om dan al te kunnen zien of de tekening (plattegrond bijvoorbeeld) binnen het kader past. Macro: ^C^C-INSERT;H:/ACAD/TEBLOK/Kader_A0;$M=$(if,$(eq,$(getvar,tilemode),0),"0,0") Stap 3. Zodra het kader is ingevoegd kunnen er viewports gemaakt worden. In de toolpallete kies je voor de viewport met de gewenste schaal. Er word nu gevraagd om de hoeken van de viewport op te geven. AutoCAD tekent nu automatisch een viewport met een standaard schaal van bijv. 1:50 Macro: ^C^Cpsvpscale;0.02;-layer;s;viewport;;-vports;\\psvpscale;0; Wat word er ingesteld? ^C^Cpsvpscale;0.02;-layer;s;viewport;;-vports;\\psvpscale;0; Met psvpscale wordt de zoomfactor ingesteld van de viewport. Als we een viewport met de schaal 1:50 willen verschaal je de standaardwaarde (layout 1:1 dus waarde is 1)met “1:gewenste schaal” in dit geval dus 1:50=0.02. ^C^Cpsvpscale;0.02;-layer;s;viewport;;-vports;\\psvpscale;0; De laag viewport wordt aangemaakt. ^C^Cpsvpscale;0.02;-layer;s;viewport;;-vports;\\psvpscale;0; Er word opdracht gegeven een viewport te tekenen. ^C^Cpsvpscale;0.02;-layer;s;viewport;;-vports;\\psvpscale;0; Psvpscale wordt weer op de standard waarde 0 gezet. In dit geval krijgen nieuwe viewports de waarde “zoom to fit”.
Stap 4. Uiteindelijk als alles klaar is kan er gekozen worden om de viewports te vergrendelen of ontgrendelen. Macro vergrendelen: ^C^C-vports;lock;on; Macro ontgrendelen: ^C^C-vports;lock;off;
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 31 van 35
Op deze manier heeft men zelf stap voor stap zelf een layout gemaakt, zodra de layout gewijzigd moet worden kan men zelf één van deze handelingen wijzigen dan wel opnieuw uitvoeren.
4.4. Werking “Wet en regelgeving”.
Programma “Invoegen”. In VBA (Visual Basis for Applications) heb ik een programma geschreven Dit programma stelt de tekenaar in staat om per onderdeel de gewenste blokken te selecteren. Zodat, als men een funderingstekening heeft gemaakt men alleen maar Algemeen (altijd) en Fundering hoeft te kiezen. Voor het invoegen van de blokken is in één oogopslag te zien welke blokken aanwezig zijn in dat onderdeel, je kunt ze één voor één selecteren of déselecteren. Nog even nagaan of je niets vergeten bent en d.m.v. invoegen worden alle gekozen blokken van dat tabblad ingevoegd.
Via het Toolpalette Layout wordt het programma geopend. Het programma wordt gestart met de volgende macro. ^C^C-vbarun;"H:/ACAD/VBA/TENTIJ.dvb!Start.formulierInvoegen"; Deze macro is mogelijk omdat in de module start de volgende omschrijving staat.
Sub formulierinvoegen() Call frmInvoegen.Show End Sub
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 32 van 35
4.4.1. Stroomschema “Invoegen”.
Start “Invoegen”
Kies gewenst tabblad.
Doorgaan?
Nee.
Ja. Kies in te voegen blokken. Annuleer.
Nee.
Invoegen?
Ja. Blokken invoegen.
Einde.
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 33 van 35
4.4.2. Programmacode. Zodra het programma gestart is, verschijnt het dialoogscherm, te zien op pagina 31. Het is nu mogelijk om de gewenste blokken te selecteren. Men kan één voor één de blokken selecteren, of er voor kiezen alle blokken tegelijk te selecteren (van het betreffende tabblad) Zodra “alles selecteren” wordt gekozen, wordt de volgende code geactiveerd.
Private Sub cmdAllesselecteren_Click() If Me.chkAlgemeen.Value = False Then Me.chkAlgemeen.Value = True End If If Me.chkBeton.Value = False Then Me.chkBeton.Value = True End If If Me.chkSteenconstructie.Value = False Then Me.chkSteenconstructie.Value = True End If If Me.chkIsokorf.Value = False Then Me.chkIsokorf.Value = True End If End Sub
Deze actie omkeren is ook mogelijk door het kiezen van “niets selecteren” De volgende code wordt dan geactiveerd.
Private Sub cmdNietsselecteren_Click() If Me.chkAlgemeen.Value = True Then Me.chkAlgemeen.Value = False End If If Me.chkBeton.Value = True Then Me.chkBeton.Value = False End If If Me.chkSteenconstructie.Value = True Then Me.chkSteenconstructie.Value = False End If If Me.ChkIsokorf.Value = True Then Me.ChkIsokorf.Value = False End If End Sub
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 34 van 35
Zodra de gewenste blokken zijn geselecteerd klikt men op “Invoegen” Het programma keert dan terug naar AutoCAD en vraagt om een invoegpunt vanaf dat punt worden de gekozen blokken ingevoegd. Dit gebeurt door middel van de volgende code.
Private Sub cmdInvoegen_Click() Me.Hide punt = thisdrawing.Utility.GetPoint(, "Klik op het invoegpunt") x0 = punt(0) y0 = punt(1)
If Me.chkAlgemeen.Value Then Call Tekenen.Block("H:\ACAD\VBA-B\algemeen.dwg", x0, y0, 0) End If If Me.chkSteenconstructie.Value Then Call Tekenen.Block("H:\ACAD\VBA-B\steencon.dwg", x0, y0 + 25, 0) End If If Me.chkBeton.Value Then Call Tekenen.Block("H:\ACAD\VBA-B\beton.dwg", x0, y0 + 56, 0) End If
Me.Hide Call VBA.Unload(Me)
End Sub
Een goede basis…
Loes Raaijmakers
Pagina 35 van 35
In de code wordt gerefereerd naar de module Tekenen.Block Hierin staat de volgende code.
Sub Block(ByVal naam As String, ByVal x As Double, ByVal y As Double, ByVal hoek As Double) Dim punt(0 To 2) As Double Dim blockobject As AcadBlockReference punt(0) = x punt(1) = y punt(2) = 0 On Error Resume Next Set blockobject = thisdrawing.PaperSpace.InsertBlock(punt, naam, 1, 1, 1, hoek) If Err Then Set blockobject = thisdrawing.PaperSpace.InsertBlock(punt, naam & ".dgw", 1, 1, 1, hoek) Err.Clear End If blockobject.Update End Sub 'einde block
Uiteraard kan het programma tussentijds afgebroken worden. Klik op “Annuleer” Het dialoogscherm verdwijnt en er word weer teruggekeerd naar AutoCAD.
Private Sub cmdAnnuleer_Click() Me.Hide Call VBA.Unload(Me) End Sub