Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
VA N P R O F I LE R E N N A A R P R O F I T E R E N
1
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
Op verzoek van het college van Burgemeester en Wethouders van Vlaardingen dd. 24 november 2015 brengt de Economische Adviesraad Vlaardingen (EAV) op 12 april 2016 dit advies uit over de samenwerking met de Waterweg-gemeenten. De EAV plaatst dit advies in relatie tot de ontwikkelingen in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Een samenvatting van dit advies leest u hieronder. Kijk verder in dit document voor een uitgebreide toelichting op het advies. Het advies is tot stand gekomen na het verzamelen van informatie en het bestuderen van relevante literatuur. In de EAV zijn uitgebreide discussies gevoerd. Vervolgens zijn de bevindingen van de EAV in een bijeenkomst op 9 maart 2016 met experts uit de regio getoetst en waar nodig bijgesteld.
2
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
Inhoudsopgave De adviesvraag van het college van Burgemeester en Wethouders Vlaardingen bestaat uit vier deelvragen (zie blz. 12), die afzonderlijk door de EAV worden beantwoord in deel 3: Uitwerking advies.
Samenvatting advies samenwerking Waterweg-gemeenten 4 - 5 Deel 1: De adviezen op een rij
Concrete adviezen over de deelvragen
6-9
Deel 2: De achtergronden van het advies
De Adviesraad beschrijft hoe het advies tot stand kwam
10- 14
Deel 3: Uitwerking advies
Nadere uitwerking en toelichting deeladviezen
14- 21
Leden Economische Adviesraad Vlaardingen 22 Deelnemerslijst expertmeeting 22 Geraadpleegde literatuur 22 Bijlage - Adviesvraag college Burgemeester en Wethouders Vlaardingen 24 november 2015
3
23-31
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
Samenvatting De ontwikkeling van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag vraagt veel van de gemeentebesturen en gemeenteraden in de regio. Ook van het Vlaardingse college van Burgemeester en Wethouders en de Vlaardingse gemeenteraad. Alleen door intensieve samenwerking met andere gemeenten, de provincie, het Rijk, maar vooral met burgers, bedrijven en instellingen zal Vlaardingen kunnen profiteren van de Metropoolregio en van de programma’s van de Economische Programmaraad Zuidvleugel (EPZ). Maar Vlaardingen heeft als middelgrote gemeente de regio ook veel te bieden. Het beste is om snel, slim en strategisch te opereren én de focus op inhoudelijke samenwerking vast te houden. Proactieve profilering en positionering zijn daarbij de sleutelwoorden. Daarom adviseert de EAV het college om samen met de Waterweg-gemeenten een Programma Raad (RiverBoard) op te richten. Deze Raad zou zich niet alleen op de ruimtelijk-economische versterking van het rivierfront en een betere bereikbaarheid moeten richten, maar zou ook de binnenstedelijke
programma’ s moeten oppakken en nieuwe impulsen moeten geven aan de recreatieve en economische verbindingen over water en door de groene leefomgeving zoals Midden-Delfland. “De Drechtsteden hebben goede ervaring opgedaan met de inrichting van een Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden (ROM-D). Dit is een publiekprivaat bedrijf dat terreinen opkoopt en deze weer uitgeeft. Overheden en private ontwikkelaars zijn aandeelhouder. Door deze gezamenlijke aanpak zijn de steden zich meer gaan richten op het rivierfront en hebben tegelijkertijd de achterkant in de ontwikkelingen meegenomen, een win-win situatie. Deze samenwerkingsconstructie heeft ook nog eens de bestuurlijke samenwerking van de Drechtsteden onderling versterkt.”(Expertmeeting 9 maart 2016)
4
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
Inspelen op ontwikkelingen Het advies over samenwerking met de Waterweg-gemeenten sluit mede aan op de ontwikkelingen in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH). De keuze van de MRDH voor een grondige transitie van de economie vraagt een nieuwe dynamiek van alle bestuurders in de regio. Het tempo is hoog. Zo wordt over enkele maanden het investeringspakket voor de ‘Next Economy’ en de bereikbaarheid in de regio vastgesteld. De Adviesraad pleit voor een actieve betrokkenheid van burgers, bedrijven en instellingen bij deze transitie. Een nieuwe dynamiek is ook urgent om kansen te creëren voor de stad en voor de regio.
Samen investeren in inhoudelijke samenwerking Er is natuurlijk al een bodem gelegd voor intensievere samenwerking. Met onder meer de samenvoeging van de drie afzonderlijke Sociale Domeinen en Werkvoorzieningen in een gezamenlijke organisatie Stroomopwaarts en met de gezamenlijke uitvoering van de Participatiewet en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is al een serieus begin gemaakt. De volgende stap is samen investeren in inhoudelijke samenwerking en integratie van beleid. Om de dynamiek naar de economische transitie op gang te brengen, adviseert de EAV om in MVS-verband een open datastrategie uit te rollen, waarmee burgers, bedrijven en instellingen economische en maatschappelijke activiteiten in deze drie steden tot meerwaarde weten te brengen. Om de lokale mkb-bedrijvigheid en werkgelegenheid te versterken vindt de EAV het noodzakelijk dat de drie MVS-gemeenten de mogelijkheden van lokaal, duurzaam aanbesteden verkennen en hiervoor een gezamenlijke aanpak vaststellen. Verder ziet de EAV onder andere het samen optrekken van de MVS-gemeenten bij citymarketing en citymanagement, acquisitie van bedrijven en talenten, een puntensysteem voor toewijzing sociale huurwoningen in de MRDH, innovaties in de Food- en Watertechnologie, én vernieuwing van de zorg in de markt als kansrijk.
Meerwaarde creëren Samenwerking met de Waterweg-gemeenten ligt voor de hand en moet volgens de EAV verder gaan dan samen bestuurlijk optrekken in de MRDH of het zoeken naar meer efficiëntie. De inhoudelijke samenwerking moet voorop staan met het oog op het creëren van meerwaarde. Soms zijn allianties met andere gemeenten in de regio strategisch handiger dan de exclusieve samenwerking met de Waterweggemeenten. Van het Vlaardingse college wordt dan ook voldoende flexibiliteit verwacht. Daarnaast kunnen de MVS-gemeenten (Maassluis, Vlaardingen, Schiedam) dankzij de aaneengesloten ligging aan de rivier en Midden-Delfland samen veel meer maatschappelijke en economische waarde creëren dan ieder afzonderlijk.
5
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
Deel 1: De adviezen op een rij
6
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
1.1 | Samenwerking gemeenten Maassluis, Vlaardingen, Schiedam: de inhoud voorop ■ Zet in op vergaande samenwerking met de gemeenten Maassluis en Schiedam. Stel daartoe een inhoudelijke visie vast over de meerwaarde van deze samenwerking met het oog op de plannen van de MRDH. ■ Start met een aantal herkenbare programma’s voor de Waterweg-gemeenten, zoals de vitalisering van de binnensteden, citymarketing en citymanagement, acquisitie van bedrijven en talenten, de integrale ontwikkeling van het rivierfront, innovaties in de Food- en Watertechnologie, een gezamenlijk puntensysteem voor de huisvesting in de MRDH, en vernieuwing van de zorg in de markt. ■ Verken samen met de bedrijven de mogelijkheden van een gezamenlijk, lokaal (MVS) aanbestedingsbeleid en koppel dit aan social return on investment. Maak eventueel gebruik van experimenteerruimte. ■ Ga na hoe duurzaamheid en data gedrevenheid en technologische innovaties deel uit kunnen maken in het MVS inkoop- en aanbestedingsbeleid. ■ Houd voldoende ruimte om naast samenwerking met de MVS-gemeenten ‘à la carte’ samen te werken met andere gemeenten in de regio. ■ Bevorder dat de MRDH met een integrale inhoudelijke visie van de MRDH op de transitie naar de ‘Next Economy’ komt en met een plan van aanpak voor de gezamenlijke uitwerking. Betrek daarbij ook de bredere economische thema’s, waaronder zorg, onderwijs, cultuur en natuur, zoals genoemd door de EPZ. ■ Dring erop aan dat de MRDH versneld gaat communiceren om de inwoners in de MRDH te mobiliseren voor de plannen en de keuzes voor de toekomst van de regio.
7
1.2 | Besteding FIA-gelden en kansen voor Vlaardingen: Vlaardingen, open stad en open samenleving
Fablab als start-up FIA
■ Begin met een start-up van de Food Innovation Academy in de vorm van een Fablab, waar studenten en volwassenen al lerend, onderzoekend, ontwerpend en makend zich bezighouden met voedsel, gezondheid en water. Houd het einddoel in het vizier: jongeren met een mooie baan in Food &Technology. ■ Sluit aan bij de initiatieven van Technetkring NWN en het Maritieme Cluster om
technologische opleidingen in de regio voor jongeren en werkzoekenden te creëren en bij de voorstellen voor twee multifunctionele bezoekerscentra voor educatie en recreatie nabij beide ingangen van de Blankenburgtunnel.
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
■ Stel een visie voor de toekomst van de stad Vlaardingen op en leg daarmee de verbinding met de visie van de MVS-gemeenten, de visie van de MRDH en het investeringsprogramma van de MRDH. ■ Maak werk van een open stad en een open samenleving. In fysieke zin door open stedenbouwkundige en infrastructurele verbindingen over weg, spoor en water, in en om de stad. Maar ook digitaal door het ontsluiten van open data voor iedereen. ■ Werk consequent aan het onderscheidende profiel van Vlaardingen, waarmee waarde kan worden toegevoegd aan de stad en aan de regio.
1.3 | Kansen voor de Waterweg-gemeenten: waardecreatie op meerdere fronten ■ Stel met de Waterweg-gemeenten, ondernemers, onderzoeks- en onderwijsinstellingen en burgers een Programma Raad (RiverBoard) in, die zich met de programmatische opgaven van de herontwikkeling van het rivierfront Rotterdam-Hoek van Holland bezighoudt en daaraan de de (publiek-private)financiering koppelt. “Een samenhangende ontwikkeling van het Rivierfront van Rotterdam naar zee ligt inderdaad op het bordje van de Waterweg-gemeenten. Neem ook wonen aan het water en aan zee mee in de planontwikkeling. Laten we niet te ingewikkeld doen. Aan de slag!”
De aanleg van de Blankenburgtunnel heeft een aantal Vlaardingers, verenigd in de overleggroep LEM, geïnspireerd om met een toekomstvisie omgeving Blankenburgtunnel te komen. Voorgesteld wordt om de gebiedsontwikkeling van de Blankenburgtunnel mee te koppelen met het toevoegen van waarde voor educatie en toerisme, cultuur en economie in de regio. Dan gaat het om een Landschapsplan met herinrichting voor wonen, werken en recreëren. Twee multifunctionele bezoekerscentra nabij de tunnel op beide oevers krijgen een permanent karakter voor educatie, recreatie en ondernemen. De voorstellen van de Economische Adviesraad voor een Fablab als start-up van de Food Innovation Acadmy in Vlaardingen voor technologische innovaties voor gezonde voeding en water zouden gecombineerd kunnen worden met de ambities voor deze multifunctionele centra. De voorgestelde gebiedsontwikkeling rondom de Blankenburgtunnel zou het beste opgenomen kunnen worden in de in te stellen Riverboard voor de herontwikkeling van het gehele rivierfront. (Expertmeeting 9 maart 2016)
■ Ga na of meerdere gemeenten en private partijen langs de Waterweg kunnen worden opgenomen in deze Programmaraad. ■ Werk naar een projectorganisatie toe als shared service-centre, dat tevens de RiverBoard inhoudelijk en administratief ondersteunt. ■ Maak werk van een open data-strategie in MVS-verband. ■ Zorg dat bewoners, bedrijven en instellingen in de MVS-gemeenten hiervan optimaal gebruik kunnen maken ■ Verbind open publieke data met open private data, zodat waardecreatie op tal van publieke en private terreinen kan worden bevorderd. Bied gemeentelijke producten digitaal aan. ■ Zie voor overige adviezen: 1.1 en 1.2
8
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
1.4 | Rol voor Economische Adviesraad Vlaardingen in regionale ontwikkelingen: adviserend en verbindend ■ Betrek de Economische Adviesraad Vlaardingen tijdig bij de ontwikkelingen in de MRDH. ■ Stem voortaan de adviesvragen aan de Economische Adviesraad af met de MVS-gemeenten en verbreed de EVA tot een Economische Adviesraad Waterweggemeenten (EAW). ■ Zorg dat burgers, bedrijven en instellingen voortdurend op de hoogte blijven van de ontwikkelingen in de regio en mobiliseer hun innovatieve capaciteiten.
9
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
Deel 2: De achtergronden van het advies
10
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
2.1 | Aanleiding advies Al decennialang wordt in de drukst bevolkte en bedrijvigste regio van Nederland naar nieuwe bestuurlijke samenwerking gezocht. De economische noodzaak is duidelijk: bereikbaarheid, logistieke dienstverlening, onderwijs en arbeid, ruimtelijk-economische inrichting van bedrijventerreinen en havens overstijgen de gemeentegrenzen en vereisen een gezamenlijke aanpak.
Vooral het terugdringen van de ernstige milieuvervuiling was in het verleden een van de belangrijkste drijfveren om gezamenlijk op te trekken. Zo is er enige tijd geëxperimenteerd met de Rijnmondraad, gevolgd door een poging om tot een autonome stadsprovincie Rotterdam te komen. Hoewel de regionale bestuurders destijds instemden met de Lex Specialis, een speciale wet die de vergaande bevoegdheden in de regio Rotterdam vastlegde, strandde het wetsvoorstel in de Tweede Kamer. Daarna volgden de stadsregio’s Haaglanden en Rotterdam, die onlangs weer werden opgeheven. Dit leidde tot een nieuwe impuls voor samenwerking in de regio Rotterdam/Den Haag. De Metropoolregio Rotterdam Den Haag werd in 2014 door 23 gemeenten opgericht. Naast het versterken van de economische concurrentiekracht zijn er meerdere argumenten die pleiten voor die samenwerking: ■ Het Rijk zet op tal van terreinen een stevige decentralisatie naar gemeenten en provincies door. ■ Europa richt zich steeds meer op stedelijke regio’s. ■ De kansen en bedreigingen van de technologisering van de samenleving kunnen het beste in regionaal verband geadresseerd worden.
Metropoolregio Rotterdam Den Haag sinds 2014
11
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
Er is dus niet alleen een noodzaak, maar ook een belang om je als stedelijke regio sterk te profileren. De keuze voor de huidige schaal van de Metropool Regio Rotterdam Den Haag is strategisch. Binnen de regio is voldoende potentie voor de beoogde transitie van de economie. Naar buiten toe zijn er voldoende mogelijkheden om in te haken op samenwerking met de Leidse regio, de Dordtse regio of met het zuiden en meer specifiek met de Economische Programmaraad Zuidvleugel. Ook in de zorg, het onderwijs en woonsector zijn er al samenwerkingsverbanden, die de MRDH overstijgen. Het blijkt dat er voor de verschillende opgaven in de regio het meest efficiënt en effectief op verschillende schaalniveaus gewerkt moet worden en niet exclusief op de schaal van de metropool. Meerschaligheid is troef.
trekken in de MRDH. De discussies over de verschillende modellen van besturen en samenwerken worden momenteel in de drie gemeenteraden gevoerd. In dit verband heeft het Vlaardingse college aan de Economische Adviesraad Vlaardingen de volgende adviesvragen voorgelegd:
1. Onderschrijft de EAV de strategie van het college om zich met Maassluis en Schiedam in de MRDH zoveel mogelijk als een partij te presenteren? Met als bijkomend voordeel handiger gebruikmaken van schaarse menskracht. 2. Waar ziet de EAV specifieke kansen voor Vlaardingen voor een goede aanpak en besteding van de toegezegde € 525.000 voor het technologische hart van de Food Innovation Academy en waar liggen kansen voor Vlaardingen met het oog op de aanpak van de MRDH?
2.2 | De adviesvraag De stad Vlaardingen neemt als middelgrote gemeente nabij Rotterdam een goede positie in. De verschillende bestuurders en ondernemers zijn actief en in staat om partij te zijn in de discussies over de regionale economische transitie in de MRDH en in de Economische Programmaraad Zuidvleugel. Het beste voorbeeld is het binnenhalen van de financiële bijdrage voor de Food Innovation Academy. Onlangs zijn de colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Maassluis, Vlaardingen en Schiedam (MVS) een oriëntatie gestart hoe ze effectief en efficiënt samen op kunnen
3. Welke concrete kansen ziet de EAV, gelet op de schaalgrootte van de drie Waterweggemeenten, in relatie tot de aanpak van de MRDH? 4. Ziet de EAV een rol voor zichzelf weggelegd in de economische verbinding in de Waterweg-gemeenten?
12
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
2.3 | De context van het advies
3. Transitie naar toonaangevende duurzaamheid (Profilering Vlaardingen op Food & Water*, kernwoorden: behoud en uitbreiding bestaande bedrijven en werkgelegenheid, impuls aan kennis en innovatie, incubator) 4. Attractiviteit voor investeerders en talenten (Binnenstad*, kernwoorden: centrumontwikkeling, aantrekkelijke binnenstad voor bezoekers, bewoners en bedrijven).
De Adviesraad adviseert het college van Burgemeester en Wethouders zich voluit in te zetten voor de ambities van de MRDH om de regionale economie te transformeren naar de ‘Next Economy’ . Daarnaast waar nuttig en mogelijk te zoeken naar intergemeentelijke samenwerking in de MRDH. De Adviesraad acht dit zelfs urgent, gezien de stagnerende economische ontwikkelingen in de regio. De feiten spreken voor zich: niet alleen de bedrijvigheid neemt meer af dan in andere vergelijkbare stedelijke regio’s, maar ook de werkgelegenheid. Bovendien blijven kennisontwikkeling en innovaties achter. Het lijkt de Adviesraad dan ook de juiste volgorde om allereerst de economische ontwikkeling en bereikbaarheid in de regio op te pakken. De vier kernopgaven die de MRDH in dit verband heeft geformuleerd spreken de Adviesraad bijzonder aan. Deze opgaven komen overeen met de gekozen prioriteiten van de Economische Adviesraad Vlaardingen voor het werkprogramma 2016-2017. De relevantie van deze kernopgaven voor Vlaardingen is wat de EAV betreft duidelijk. Voor Vlaardingen is er het meeste te behalen door snel, slim en strategisch hierop aan te haken.
Voor dit advies beperkt de EAV zich tot de adviesvraag van het college over de samenwerking Maassluis, Vlaardingen, Schiedam in relatie tot de ontwikkelingen in de MRDH. Over de overige EAV-prioriteiten brengt de EAV de komende maanden afzonderlijke adviezen uit. werkloosheid MRDH vergeleken met andere regio’s, bron: OESO
Naast de vier kernopgaven van de MRDH, hieronder aangegeven, zijn ieder van de vier prioriteiten uit het EAV Werkprogramma 2016-2017 toegevoegd:
1. Metropolitane verbindingen (samenwerking Waterweg-gemeenten*, kernwoorden: maritiem, ruimtelijk-economisch beleid, rivierfront, acquisitie, samenwerking) 2. Economische vernieuwing (vernieuwing van de zorg in de markt*, kernwoorden: werkgelegenheid, vastgoed, impuls aan kennis, opleiding en innovatie, personalised Food, dagrecreatie,stad-land, incubator)
13
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
Deel 3: Uitwerking advies
14
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
3.1 | Samenwerking gemeenten Maassluis, Vlaardingen, Schiedam: de inhoud voorop
productief aan bod kunnen komen? Of de economische vernieuwing in de zorg? Dat brengt de EAV bij nog een derde punt van aandacht: de vraag hoe Vlaardingen zich gaat profileren en op welke thema’s? Ter illustratie: het Westland en Oostland profileren zich als Greenport. In groter verband hebben deze gemeenten met Rotterdam en een aantal andere gemeenten in de MRDH een GreenBoard opgericht. Midden-Delfland laat zich zien als Slow City, Schiedam doet maritiem en Rotterdam heeft de haven. Samenwerking zonder een herkenbaar en onderscheidend stadsprofiel levert Vlaardingen weinig op. Profileren kan profiteren worden.
De vraag of de Economische Adviesraad de strategie van het college onderschrijft om zich met Maassluis en Schiedam als één partij in de MRDH te presenteren, kan de EAV zonder meer met ja beantwoorden. Alleen al het feit, dat met de vergaande samenwerking van deze drie steden de Waterweg gemeenten met meer dan 170.000 inwoners de derde stad van de regio vormen en bestuurlijk bezien ook als centrumgemeente in de regio kunnen gaan functioneren, naast Rotterdam en Den Haag, biedt perspectieven. De Adviesraad voegt daaraan echter nog het volgende toe: Op de eerste plaats denkt de EAV, dat het succes van deze samenwerking pas kans van slagen heeft als er ook een gezamenlijk gedragen inhoudelijke visie op die samenwerking ligt, die gerelateerd is aan de aanpak van de MRDH. En er ook gezamenlijk naar gehandeld wordt. Parallel aan de opstelling van zo’n programmatische visie zou alvast begonnen kunnen worden met enkele concrete activiteiten, zoals het versterken van de binnensteden, gezamenlijke citymarketing en citymanagement en acquisitie van bedrijven en talenten.
Daarnaast adviseert de Adviesraad het college om met de MVS-gemeenten een ambtelijke projectorganisatie als een shared service-centre op te zetten voor de drie drie gemeenten en ter ondersteuning van de RiverBoard.
Op de tweede plaats lijkt het de EAV strategisch handiger om naast het gezamenlijke optreden in de MRDH en in andere regionale besturen indien nodig tijdelijke allianties met andere gemeenten te sluiten. Met steeds weer de vraag welke intergemeentelijke samenwerking voor Vlaardingen het beste uitpakt. Binnen welk gemeentelijk samenwerkingsverband zouden bijvoorbeeld de thema’s voedsel en water het meest
Waterweg-gemeenten
15
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
3.2 | Besteding € 525.000 voor de FIA en kansen voor Vlaardingen in het algemeen: Vlaardingen, open stad en open samenleving
economische pijlers) lijkt erop, dat er nog teveel naar de huidige economie wordt gekeken en te weinig op de toekomstige verdienmodellen wordt gemikt. Deze zullen echter veelal sector overstijgend zijn. Private partijen vinden elkaar steeds vaker op functionaliteiten, zoals gezondheid, connectiviteit, duurzaamheid, zorg, dagbesteding, verblijfsrecreatie, natuurontwikkeling en creatieve maakindustrie. Dit heeft consequenties voor de ruimtelijk-economische ordening en planning in de regio. Op bedrijventerreinen en in binnensteden zal meer economische differentiatie toegelaten moeten worden, anders dan zoals nu de economische indeling naar type sectorale bedrijvigheid. Daarnaast zie je dat publieke en private partijen zich steeds meer gezamenlijk op de (digitale) markt gaan manifesteren. De MRDH moet hier serieus rekening mee houden om de beoogde economische vernieuwing in de versnelling te krijgen. Het opzetten van platforms met verschillende transitie partijen kan daarbij behulpzaam zijn.
De volgende economie bouwt altijd voort op de bestaande economie. De Vlaardingse geschiedenis toont de wendbaarheid aan van de stad en zijn inwoners. Er is altijd geanticipeerd op nieuwe ontwikkelingen om er bijtijds van te kunnen profiteren. Dat kan Vlaardingen nu ook doen. Met de term de ‘Next Economy’ van de MRDH wordt onder meer gedoeld op het ongekend hoge tempo waarmee de bestaande economie verandert. De fossiel gedreven economie transformeert naar een circulaire biobased economie. Tegelijkertijd zet dankzij de technologisering van de samenleving de kanteling van industriële economie naar een kennisintensieve economie definitief door. Dit vraagt andere vaardigheden van ondernemers, overheid en burgers. Denk alleen maar aan het opereren in de diverse netwerken. Aan de ene kant ontstaan er nieuwe kansen om met technologische innovaties maatschappelijke problemen op te lossen, zoals de vergrijzing, de klimaatproblemen, de transitie naar een circulaire economie en de voedselzekerheid wereldwijd. Aan de andere kant ontstaan door technologische vernieuwingen ook negatieve effecten die om een antwoord vragen. En dan gaat het vooral om de groeiende digitale kloof tussen de ‘haves’ en de ‘have mores’, de ontwrichting van bestaande economische structuren en bedrijvencentra en om nieuwe verhoudingen in de markt, waar overheden nog onvoldoende grip op hebben. En om het wegvallen van vanzelfsprekende marktposities.
De Food Innovation Academy (FIA) zou ook een dergelijke platformfunctie kunnen vervullen. Het geld voor de FIA zou bestemd moeten worden om bestaande ruimtes geschikt te maken voor Food-labs die door de ondernemers worden ingericht. Dit technologische hart zou alvast ingericht kunnen worden als een Fablab, een startup van de FIA. Daar kunnen studenten, ondernemers en andere betrokkenen binnengehaald worden in een hoogwaardig technologische omgeving waar al lerend de ontwerp- en maakindustrie op gang wordt gebracht. Ook kan er onderzoek worden gedaan naar technologische vernieuwing in voedsel, gezondheid en water. De FIA zou daarmee andere investeerders kunnen aantrekken, omdat een verbreding van het oorspronkelijke plan wordt beoogd. Tegelijkertijd kan Vlaardingen de kansen benutten, die met het Technetkring NWN en het Maritieme Cluster in Schiedam worden uitgewerkt om jongeren en werkzoekenden te scholen in technologische innovaties en voor te bereiden op een baan in de hoogwaardige technologische sectoren, zoals water, voeding en gezondheid.
De vraag is op welke verdienmodellen de MRDH inzet. Een programmatische visie ontbreekt vooralsnog. De voorgestelde keuze voor de MRDH voor een groot aantal economische sectoren (AgroFood, safety & security, cleantech, logistiek, vrede & recht, maritiem & offshore, medisch en Aerospace als toekomstige ruimtelijk-
16
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
als enige stad aan de Waterweg nauw verbonden met de internationale bedrijven in de Botlek, voornamelijk vanwege de directe werkgelegenheid voor veel Vlaardingers. Als reactie op de milieuvervuiling door het toenemende verkeer en bedrijvigheid in de regio koos Vlaardingen in 1990 voor het vergroenen van de stad. Als een van de eerste steden werd afgezien van chemische onkruidbestrijding in de openbare ruimte. Twintig jaar later werd Vlaardingen uitgeroepen tot de groenste stad van Europa. Nu wordt stadslandbouw beoefend waar het kan, is er een aantal actieve volkstuinverenigingen en is het grootste Voedselbos in Nederland in aanleg. Het groeiend groene bewustzijn van de Vlaardingers heeft geleid tot het planten van een Volksbos in Midden-Delfland en het behoud van de Vlaardingse Broekpolder als bos.
“Technetkring NWN voor Maassluis, Vlaardingen en Schiedam is een van de meer dan 150 Technetkringen in Nederland. Deze kringen zijn gericht op samenwerking tussen het basis- en voortgezet onderwijs, ondernemers en overheid met als doel leerlingen, ouders en docenten te laten kennismaken met de techniek. Deelnemers van de Technetkring NWN zijn onlangs bij de Academy Tata Steel in IJmuiden gaan kijken, hoe het daar werkt. Een paar keer per jaar starten daar de opleidingen in een leer- en werktraject voor een aantal technische beroepen. Van zo’n voorbeeld kunnen we hier gebruikmaken.”(Expertmeeting 9 maart 2016) Unique selling points van Vlaardingen en de MVS-gemeenten
Aan de Vlaardingse Waterwegoever staat het grootste onderzoekslaboratorium van Unilever, waar al zestig jaar lang duizenden, vooral hoogopgeleide, Vlaardingers hebben gewerkt en er nu nog vele tientallen werken. Meerdere internationaal georiënteerde bedrijven in hoogwaardige technologische innovaties, zoals Hoogendoorn, Madern en voedingsgerateerde bedrijven zoals Royal Steensma en het Vlaamse Broodhuis zorgen voor de stad en de regio voor werkgelegenheid.
Vlaardingen neemt als een van de oudste steden in de regio een aparte positie in. Kijk maar naar het historisch centrum rondom de Grote Kerk en de oude haven. Of naar de beroemde klokbekercultuur, waarvan de restanten aan de rand van de stad onlangs zijn opgegraven. Allemaal waardevolle elementen die iets toevoegen aan de regio. Vlaardingen is vanouds een open stad geweest zonder stadswallen of stadsmuren, in tegenstelling tot de meeste andere oud-Hollandse steden. Het zompige moeras rondom de Vlaardingse nederzetting liet nu eenmaal dergelijke zware verdedigingswerken niet toe.
Daarnaast is Vlaardingen per spoor, weg en water uitstekend bereikbaar. Bovendien worden de infrastructurele verbindingen nog verder uitgebreid met de aanleg van de Blankenburgtunnel, waardoor een tweede Noord-Zuid-verbinding onder de Waterweg langs de stad komt.
Vlaardingen is na de landbouw en de haringvisserij overgestapt op de industrie en is
17
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
De MVS-gemeenten liggen alle drie aaneengesloten langs de metrolijn Nesselande-Hoek van Holland en aan de Waterweg. Noordwaarts grenzen de MVS-gemeenten aan Midden-Delfland. Vlaardingen heeft met de Broekpolder als vierde kwadrant nog een extra groene faciliteit binnen de gemeentegrenzen. Er zijn volop kansen om samen de Waterweg en het rivierfront beter te gaan benutten en te anticiperen op de nieuwe Noord/Zuid-bereikbaarheid via de Blankenburgtunnel. Water gerelateerde economische bedrijvigheid, zoals maritiem, overslag en handel, maar ook recreatie gerelateerde economische activiteiten komen daarbij in beeld. Bovendien zou onderzocht moeten worden welke mogelijkheden de Nieuwe Maas en de Waterweg zelf bieden voor voedselproductie op of in het water, personenvervoer en energievoorziening met behulp van de getijdenstromen. De komst van de nieuwe metrostations in de MVS-gemeenten biedt ook de mogelijkheid om deze bereikbaarheidsknooppunten waar mogelijk te verbinden met bebouwing van woningen, bedrijfslocaties en zorg- en onderwijsinstellingen, horeca en evenementen. De EAV pleit nadrukkelijk niet voor verdichting van bebouwing, maar voor slimme, open ontwerpen. Ruimtelijk gezien kan dat, zeker als deze opgaven in het verband van de MVS-gemeenten worden opgepakt. De EAV pleit voor openheid in ruimtelijke planning en voor digitale openheid. Volgens het huidige Regeerakkoord zouden alle gemeenten in 2017 een digitale portal moeten hebben. De EAV adviseert om deze openbare voorziening functioneel te maken en gemeentelijke producten digitaal aan te bieden. Tegelijkertijd zouden de MVS-gemeenten een stap verder kunnen maken door samen een open data-strategie op te zetten. Dit kan de economische transitie stimuleren. (Zie 3.3)
MVS-gemeenten gezamenlijk aan rivierfront en Midden-Delfland
18
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
3.3 | Kansen voor de Waterweg-gemeenten in de MRDH-aanpak: waardecreatie op meerdere fronten
wordt gewerkt en niet hapsnap hier en daar een idee tot uitvoering wordt gebracht. Samenhang is geboden, ook met het oog op de ontwikkelingen in de MRDH. Daartoe adviseert de EAV in ieder geval met de drie MVS-gemeenten een Programmaraad (RiverBoard) in te stellen voor de ontwikkeling van het rivierfront en als overheid met ondernemers, onderzoek, onderwijs en betrokken en deskundige burgers in deze RiverBoard aan de slag te gaan. De eerder genoemde gezamenlijke ambtelijke projectorganisatie zal ook aan deze Programmaraad gekoppeld moeten zijn.
Schaal wordt minder belangrijk. Zowel grote als kleine gemeenten kunnen het verschil gaan maken. Maar alleen als er gezocht wordt naar samenwerking. Vlaardingen redt het niet alleen in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Echter, als die samenwerking alleen wordt gezocht voor efficiëntiewinst en niet om waarden toe te voegen, dan is deze gedoemd te mislukken. De Economische Adviesraad ziet de ontwikkelingen in de MRDH als een mooie uitdaging voor Vlaardingen om nieuwe verbindingen te leggen en nieuwe vrienden te maken. De aaneengesloten ligging van de drie MVS-gemeenten langs de Waterweg en aan Midden-Delfland biedt de kans om gezamenlijk een aantal opgaven in programma’s om te zetten en tot uitvoering te brengen, waarmee het economisch vestigingsklimaat aanzienlijk verbeterd wordt. De Economische Adviesraad stipt hier drie grote opgaven aan. De eerste opgave is de verdere ontwikkeling van het rivierfront. De komst van de Blankenburgtunnel en meerdere metrostations parallel aan de Waterweg dwingen tot het verder doordenken over en uitwerken van de inrichting van het rivierfront. De drie MVS-gemeenten kunnen besluiten om breder te kijken en Maasdijk en Hoek van Holland en Delfshaven hier ook voor uit te nodigen. Aansluiting kan gezocht worden bij de plannen van de herinrichten van het havengebied Rotterdam West ter voorbereiding op de World Expo2025. Van belang blijft, dat er programmatisch
Van Kohlenpott naar Metropole Ruhr In het Ruhrgebied wordt onder andere met behulp van een Ontwikkelingsmaat schappij getracht de vitaliteit in de stedelijke regio te intensiveren, tegen de trend van toenemende werkloosheid en bevolkingskrimp in. Boven de vroegere steenkolenmijnen nabij het bekende Welterbe Zollverein worden nu meer dan 100 hectare in ontwikkeling gebracht voor kunst, cultuur, creativiteit en ondernemen. De grond is mede met behulp van Europese subsidies gesaneerd, er zijn meer dan 170 kleine en grotere bedrijven uit de creatieve industrie en high tech innovaties gevestigd. Duurzaamheid wordt doorgevoerd met zonnepanelen, biomassa, en waterterugwinning. In de stad Essen worden nieuwe bestemmingen aan leegstaande panden gegeven. Door gerichte keuzes ontstaat een nieuwe dynamiek in de regio. Hoewel er vele verschillende initiatieven zijn in en rond de steden, toch presenteert men zich als een eenheid. (Expertmeeting 9 maart 2016)
19
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
De tweede opgave voor de MVS-gemeenten is naast het gezamenlijk inkoopbeleid in goed overleg met de bedrijven in de MVS gemeenten ook een gezamenlijk aanbestedingsbeleid op te zetten, gekoppeld aan social return on investment. Hiermee kunnen de lokale mkb-bedrijvigheid en werkgelegenheid blijvend worden versterkt. Duurzaamheid, technologische innovaties en datatechnologie zouden hierbij als belangrijke drijvers beschouwd kunnen worden. Benut zonodig de experimenteerruimte om hiermee ervaringen op te doen. Als derde opgave ziet de EAV de uitrol van een open data-strategie door de MVSgemeenten. Deze data zouden technisch open moeten zijn, dus voor iedereen toegankelijk, juridisch open, dus voor iedereen te gebruiken en opnieuw te publiceren, en economisch open, dus voor iedereen gratis of tegen lage kostprijs beschikbaar. Het is daarbij ook handig om de open data, die de samenleving en bedrijven voortdurend beschikbaar stellen voor commerciële en niet-commerciële doelen te verbinden en te koppelen, zodat alle gebruikers door het openen en gebruiken van deze data publieke waarden kunnen toevoegen.
Dit zou aan de MVS-gemeenten op drie terreinen nieuwe impulsen geven aan de economische en maatschappelijke vitaliteit: ■ Op het terrein van besturen en de democratie, denk aan transparantie en legitimiteit van het bestuurlijk handelen als gemeenten in de regio. ■ Op het terrein van de ‘Next Economy’, doordat bedrijven en burgers gebruik gaan maken van overheidsdata om met nieuwe producten en nieuwe dienstverlening, bijvoorbeeld in de zorg, vervoer en logistiek betere verdiencapaciteit te realiseren en mogelijk meer banen te creëren. ■ Op het terrein van maatschappelijke initiatieven, die ontstaan op het terrein van bijvoorbeeld veiligheid, zorg en energievoorziening. Denk aan de buurt-app of aan zorg- en energie- coöperaties. De Economische Adviesraad Vlaardingen adviseert om deze opgaven ter uitwerking ook bij de eerder genoemde RiverBoard onder te brengen en voor de financiering bij de MRDH in te brengen. Voor co-financiering kan verder gedacht worden aan provinciale en Europese fondsen.
20
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
3.4 | De rol van de Economische Adviesraad in de regionale ontwikkelingen: adviserend en verbindend
De EAV adviseert het college hiertoe de benodigde stappen te zetten en met de andere colleges de EAV om te vormen tot de Economische Adviesraad Waterweggemeenten (EAW).
De EAV stelt vast dat Vlaardingen als stad in de regio een sterker profiel nodig heeft, dat aanvullend is op de beoogde samenwerking met de MVS-gemeenten en met overige gemeenten in de regio. De Economische Adviesraad is in oktober 2013 door het Vlaardingse college als onafhankelijke en onbezoldigde Adviesraad van het college ingesteld. Dit houdt in, dat de advisering zich tot nu toe nadrukkelijk op het Vlaardingse college heeft gericht, maar kan zich uiteraard ook uitstrekken tot de MRDH. Als een logisch vervolg op de vergaande samenwerking met de Waterweggemeenten ziet de EAV het verbreden van de advisering aan de colleges van Burgemeester en Wethouders van de Waterweg-gemeenten.
De Economische Adviesraad constateert, dat de adviesvraag zich nog niet uitstrekt tot de MRDH, maar de MRDH slechts als vertrekpunt neemt. Verder is het de EAV opgevallen, dat de gemeentelijke communicatie over de ontwikkelingen in de MRDH aan de Vlaardingse samenleving helaas achterblijft. De Economische Adviesraad wenst meer betrokken te worden bij de ontwikkelingen in de MRDH en adviseert het college van Burgemeester en Wethouders om de Vlaardingse burgers en bedrijven hierbij ook beter te betrekken.
21
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
Colofon Leden Economische Adviesraad Vlaardingen Agnes van Ardenne, voorzitter Henk de Bruijn Martin van Gogh Eric Gudde Mark Janssen Gert Kant Bert van Meggelen Chris Oerlemans Leo Roobol Martijn van der Steen Esther Janssen, Communicatie
Geraadpleegde literatuur ■ Adviesvraag college van burgemeester en wethouders Vlaardingen over de samenwerking Waterweg gemeenten, 24-11-2015 ■ Opdrachtbrief en Werkprogramma 2016-2017 Economische Adviesraad Vlaardingen, 6 oktober 2015 ■ Meerjarenprogramma’s 2016-2019, gemeente Maassluis, gemeente Vlaardingen, gemeente Schiedam ■ Actieplan Economie Vlaardingen 2030 ■ OESO-rapport, Territorial Review of the Netherlands, 2014 ■ OESO-rapport, Territorial Review of the Metropolitan Region Rotterdam The Hague ■ Werkplan MRDH, september 2015 ■ Prioriteiten voor een Investeringsstrategie in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, rapport Prof. P.P. Tordoir ■ Maak Verschil, krachtig inspelen op regionaal-economische opgaven, Studiegroep Openbaar Bestuur olv SG Richard van Zwol, 14 maart 2016 ■ Agenda Stad: samenwerken aan de toekomst van Nederland, Ministerie van Binnenlandse Zaken, 9 januari 2015 ■ Sturen op Samenhang, Rli, september 2013, advies over de noodzaak van verdere ruimtelijk-economische ontwikkelingen van de metropolitane regio Schiphol/Amsterdam ■ De publieke waarden van Open Data, NSOB, 15 oktober 2015 ■ How shared-services Organizations can prepare for a digital future, McKinsy, Puneek Chandok e.a., februari 2016 ■ The Zero Marginal Cost Socety: Internet of Things, 2015, Jeremy Rifkin
Deelnemers expertmeeting 9 maart 2016 Anke Bodewes, makelaardij Alfred Bruin, ondernemer Peter Cuppers, voorzitter Stadshart Vlaardingen Mariette Hamer, voorzitter SER Jolanda Heistek, programmamanager Greenport Koos Karssen, Midden-Delfland vereniging Wim Kokx, Openbare Scholengemeenschap Schiedam Fred Meerhof, Federatie Broekpolder Rob Roos, Directeur Theater aan de Schie Pieter Sneep, Ondernemers Vijfsluizen Govert van Oord, wethouder Midden-Delfland Roel van Tongeren, Frankelandgroep, voorzitter MKV Lucas Vokurka, Directeur Economisch Vestigingsklimaat MRDH Esther van der Velden
22
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
Bijlage
23
Adviesvraag college van Burgemeester en Wethouders Vlaardingen over Samenwerking Waterweg-gemeenten van 24 november 2015
College van Burgemeester en Wethouders
Economische Adviesraad Vlaardingen
Postbus 1002 3130 EB Vlaardingen
t.a.v. mevrouw A.M.A. van Ardenne - van der Hoeven Schiedamseweg 141 3134 BH VLAARDINGEN
Bezoekadres: Westnieuwland 6 3131 VX Vlaardingen
datum 24 november 2015
onderwerp Adviesaanvraag Economische Adviesraad Vlaardingen
briefnummer 1329751
pagina 1/6
In deze adviesaanvraag brengen wij u op de hoogte van de ontwikkelingen bij de vorming van de MRDH. Er is onlangs een concept-werkplan voor de MRDH opgesteld. De gemeente Vlaardingen heeft daar haar zienswijze op gegeven.
Telefoon: (010) 248 4000
Onze adviesvraag aan u is de volgende:
www.vlaardingen.nl/contact www.vlaardingen.nl
1. Wij zien op deze thema’s zeker meerwaarde om op MRDH niveau en schaalgrootte te participeren. Wij voeren oriënterende gesprekken met Maassluis en Schiedam om ons zo veel mogelijk als 1 partij (MVS) te presenteren binnen de MRDH. Dan zijn wij een serieuze gesprekspartner voor de twee grote gemeenten. Als bijkomend voordeel betekent dit ook dat we handiger gebruik kunnen maken van onze schaarse mankracht. Onderschrijft u deze strategie? 2. Wij hebben als Vlaardingen, zoals u weet, van de MRDH reeds € 525.000 ontvangen voor het technologisch hart van de Food Inspiration Academy (FIA) Als u kijkt naar de aanpak van de MRDH, waar ziet u dan de kansen voor Vlaardingen?
Geachte leden van de Economische Adviesraad, Graag zouden wij van u een advies willen inzake de ontwikkelingen binnen de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH). Voorheen werkten wij op een aantal dossiers samen in de Stadsregio. Deze is opgeheven. Voor twee thema’s is er gekozen om op MRDH schaalgrootte de samenwerking van 23 gemeenten vorm te geven, te weten de Agenda Economisch Vestigingsklimaat en de Strategische Bereikbaarheidsagenda.
3. En als u dit vertaalt naar de schaalgrootte van de Waterweggemeenten, waar ziet u dan de concrete kansen? 4. Ziet u voor uzelf een rol weggelegd in de economische verbinding van de Waterweggemeenten?
24
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
College van Burgemeester en Wethouders Kernopgaven economische structuurversterking In het licht van relevante trends en toekomstscenario’s is door professor Tordoir een nadere analyse uitgevoerd naar de opgaven die leiden tot economische structuurversterking van ons gebied. Uit deze analyse zijn vier kernopgaven naar voren gekomen: 1. Metropolitane verbindingen: verbetering interne- en internationale verbindingen; 2. Economische vernieuwing; 3. Transitie naar toonaangevende duurzaamheid; 4. Attractiviteit.
Om dit advies te kunnen geven lichten wij hieronder de MRDH-strategie toe. Daarnaast sturen wij u het concept werkplan van de MRDH (bijlage 1) en de concept zienswijze van Maasluis, Schiedam en Vlaardingen (MVS) op dit werkplan (bijlage 2). Vooral de zienswijze van MVS geeft u informatie over projecten die wij relevant achten. Volledigheidshalve sturen wij u ook de stukken toe waar in deze notitie naar wordt verwezen: het rapport van Pieter Tordoir (bijlage 3) en de Investeringsstrategie (bijlage 4). Wij horen graag van u welke informatie u nog meer van ons wenst en/of toegelicht wilt krijgen.
Deze kernopgaven vragen om gerichte investeringen. In de analyse zijn essentiële investeringspakketten geïdentificeerd die gegeven de trends en scenario’s robuust zijn voor de korte en middellange termijn. De vier kernopgaven en de gekozen aanpak zijn uitgangspunt voor de MRDH-brede strategie voor de komende periode. De rapportage van Pieter Tordoir is bijgevoegd.
MRDH strategie De inhoudelijke inzet van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) heeft als fundament de Agenda Economisch Vestigingsklimaat en de Strategische Bereikbaarheidsagenda. De samenhang van de inzet komt tot uiting in drie strategische trajecten: - OESO Metropolitan Review; - Investeringsstrategie; - Economische vernieuwing: Next Economy.
OESO Metropolitan Review De economische groei en werkgelegenheid van de regio Rotterdam Den Haag blijft achter ten opzichte van andere regio’s in Nederland en Europa. Ondanks de nabijheid en complementariteit van veel sterke economische sectoren, komen samenwerking en cross-overs echter nog onvoldoende tot stand. In 2015 is in opdracht van het ministerie van BZK en de MRDH gestart met de OESO Metropolitan Review. Met de MRDH als hoofdcasus wordt de samenhang tussen de economische prestaties en de bestuurlijke organisatie van grootstedelijke regio’s onderzocht.
In deze adviesaanvraag schetsen wij de relatie tussen de drie strategische trajecten op hoofdlijnen
25
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
College van Burgemeester en Wethouders Eind 2015 is het onderzoek afgerond en zijn aanbevelingen gedaan over hoe de bestuurlijke inrichting bij kan dragen aan de economische structuurversterking. Het OESO-rapport wordt op 1 februari door minister Plasterk, burgemeester Aboutaleb en burgemeester Van Aartsen ten tijde van het Nederlandse EU-voorzitterschap gepresenteerd.
3. een vernieuwend beeld op het terrein van economie is noodzakelijk om nu en in de toekomst werkgelegenheid te creëren. Dit vernieuwende beeld moet worden ontwikkeld op regionaal niveau. Met betrekking tot het eerste punt ontwikkelt de MRDH op dit moment, samen met provincie en private partners, een regionale ruimtelijk-economische investeringsstrategie. Deze strategie inventariseert de publieke en private ruimtelijke investeringsprojecten die nu en op korte en middellange termijn gepland staan om tot uitvoering te worden gebracht. De regionale investeringsstrategie brengt de huidige investeringsambities in kaart, analyseert de fase waarin de planvorming van projecten zich bevindt en biedt door zijn overzicht een middel tot sturing aan deelnemende partijen.
De eerste bevindingen onderschrijven het belang om de gezamenlijke massa in de regio ook daadwerkelijk met elkaar te verbinden, onder ander door een regionale ruimtelijk-economische investeringsstrategie te ontwikkelen met inzet op verkeer en economisch vestigingsklimaat en de noodzaak om focus aan te brengen binnen de investeringsagenda en om tegelijk maatregelen te nemen die in de breedte groei ondersteunen. Verdere ruimtelijk-economische integratie van de Haagse en Rotterdamse regio vanuit internationaal economisch perspectief is onontbeerlijk om drie redenen:
De investeringsprojecten zijn geordend aan de hand van de volgende invalshoeken: • verbetering interne en internationale verbindingen; • economische vernieuwing; • transitie naar toonaangevende duurzaamheid; • aantrekkingskracht op talent en investeerders.
1. het is van belang om de gezamenlijke massa van de twee naastgelegen stedelijke regio’s in de praktijk ook daadwerkelijk te verbinden, zodat de samenhang in markten voor arbeid, kennis huisvesting, onderwijs en voorzieningen beter tot stand komt; 2. het is noodzakelijk om een sterkere economische integratie van het gebied rondom Rotterdam en het gebied rondom Den Haag tot stand te brengen, onder meer door in samenhang de economische transitie tussen de belangrijkste economische sectoren vorm te geven;
Het Algemeen Bestuur van de MRDH heeft ingestemd met de verdere ontwikkeling van de investeringsstrategie, in nauwe samenwerking met de provincie Zuid-Holland, de Economische Programmaraad Zuidvleugel en overige private partners.
26
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
College van Burgemeester en Wethouders Met betrekking tot het tweede punt van de OESO geldt dat de urgentie om in onze regio te innoveren hoog is. De afgelopen jaren is het aantal patenten dat wordt aangevraagd lager dan in andere vergelijkbare regio’s. Ook het aantal vernieuwende innovaties loopt achter. De ontwikkeling van nieuwe producten en business modellen door ongedachte combinaties tussen verwante sectoren kan hier de gewenste innovatie opleveren. Binnen de regio Rotterdam Den Haag komen verbindingen tussen verwante sectoren vaak nog onvoldoende tot stand. Dit wordt door OESO onderschreven. Dat maakt de metropoolopgave van groot strategisch belang. Door het vergroten van de connectiviteit en bereikbaarheid binnen de metropoolregio en het stimuleren van meer functionele integratie kan de agglomeratiekracht worden versterkt. De Roadmap tot he Next Economy (RNE) is een gezamenlijke uitvoeringsstrategie voor economische transitie, ook gericht op het verbinden van de aanwezige economische sectoren en kan zorgdragen voor de benodigde economische integratie en werkgelegenheid.
Vanuit algemene theorie is nu een slag nodig naar concrete adviezen voor de MRDH, andere grootstedelijke gebieden en nationale overheid. Om tot een echt bruikbaar rapport te komen wordt de OESO uitgedaagd om hierin scherper te kiezen, vanuit haar eigenstandige positie als gezaghebbend kennisorgaan. Om de urgentie van aanscherping goed onder de aandacht van de OESO te brengen, en om deze verder toe te lichten is door de MRDH op 7 september jl. een bezoek aan de OESO gebracht. Hierbij is zowel gesproken met de Permanente Vertegenwoordiging (PV) van Nederland bij de OESO, als met het onderzoeksteam dat is ondergebracht bij het secretariaat van de OESO. Naar aanleiding van het bezoek aan Parijs is met de PV afgesproken dat zij het OESO secretariaat zullen bewegen om deze aanscherping aan te brengen. Investeringsstrategie Met de vier kernopgaven zoals eerder beschreven en de aanbevelingen van de OESO als leidraad, is het nu het meest urgent om concrete investeringsprojecten te realiseren.
De reactie op het eerste conceptrapport is in het directeurenoverleg van de opdrachtgevers (MRDH, BZK, IenM en EZ) vastgesteld. De algemene reactie is dat er heel veel mogelijke maatregelen voorgesteld worden, zonder dat daarin een advies wordt gegeven over welke de voorkeur hebben.
Het is als eerste nodig inzicht te krijgen in welke investeringen (publiek én privaat) in de regio op stapel staan en hoe deze elkaar kunnen versterken. De MRDH, provincie
27
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
College van Burgemeester en Wethouders Programmaraad Zuidvleugel hebben de handen ineengeslagen voor het invulling geven aan de Investeringsstrategie. De 23 gemeenten voeden de Investeringsstrategie; hiervoor zijn in gezamenlijke sessies projecten aangeleverd. De gezamenlijke Investeringsstrategie kan ook benut worden om richting Europa sterker te staan voor een beroep op middelen uit Europese fondsen.
functie duidt op het gezamenlijk handelingsperspectief van overheden, bedrijven en kennisinstellingen. De informerende, faciliterende en sturende functie kunnen gefaseerd tot uitvoering komen. De investeringsprojecten zijn geordend aan de hand van de volgende invalshoeken: • verbetering interne en internationale verbindingen; • economische vernieuwing; • transitie naar toonaangevende duurzaamheid; • aantrekkingskracht op talent en investeerders.
Investeringsstrategie en Investeringskaart De Investeringsstrategie vervult vier functies: 1) Informeren, 2) Faciliteren, 3) Sturen en 4) Realiseren. De aandacht is vooral uitgegaan naar de informerende functie. Het is voor overheden, bedrijven en kennisinstellingen van belang om op het gebied van investeringen (van elkaar) te weten wat er speelt en waarop wordt ingezet. Daarmee kunnen enerzijds tegenstrijdige belangen bespreekbaar worden gemaakt, anderzijds kansen voor win-winsituaties worden benut. De Investeringskaart biedt het instrument om de investeringsprojecten in beeld te brengen.
Investeringskaart Op basis van een globale inventarisatie van projecten is een proeve van een investeringskaart gemaakt (www.investeringskaart.nl). De informatie die daar op dit moment op staat is nog (zeer) gebrekkig en onvolledig. De komende maanden zal de informatie over de projecten worden verbeterd en aangevuld. Wel is het al mogelijk een beeld te vormen wat er met de investerkingskaart mogelijk is. Het voornemen is om eind dit jaar een up to date versie van de investeringskaart te lanceren.
Door van de investeringsprojecten ook de stand van zaken en voortgang op de Investeringskaart weer te geven, ontstaat de mogelijkheid om te monitoren. Er is een systematiek ontwikkeld waar de investeringsprojecten op uniforme wijze mee geanalyseerd en beoordeeld kunnen worden. Daarmee wordt zichtbaar hoe een investeringsproject ervoor staat, maar ook wat er nodig is om het investeringsproject verder te brengen. Daar invulling aan geven is de faciliterende functie. De Investeringsstrategie komt tot volle wasdom als ook de sturende functie wordt benut. Deze houdt in dat op basis van de Investeringskaart keuzes worden gemaakt tussen en prioriteiten worden bepaald voor de gewenste investeringen in het licht van de geambieerde economische structuurversterking van de regio. De sturende
Expertisecentrum Met het maken van de proeve van de Investeringskaart is gebleken dat er weliswaar veel ideeën en initiatieven zijn voor investeringsprojecten, maar dat er nog heel veel moet gebeuren om deze tot realisatie te brengen. Het expertisecentrum heeft tot doel te zorgen dat investeringsprojecten verder worden geholpen. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om het opstellen van adequate business cases, maar ook om het
28
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
College van Burgemeester en Wethouders ontwikkelen van financieringsstrategieën. Het streven is om de bemensing van het expertisecentrum/de warroom nog dit jaar rond te krijgen
ondertekenaars van de intentieverklaring hebben zitting in een Raad van Advies en werken mee in het projectteam. Aan Jeremy Rifkin is opdracht gegeven om samen met de 23 gemeenten en andere partijen de RNE voor de regio Rotterdam-Den Haag op te stellen. De eerste resultaten worden verwacht voor de zomer van 2016 en vormen input voor de Investeringsstrategie.
Investeringen lange termijn Naast de noodzakelijke investeringen voor de korte- en middellange termijn is het voor de investeringsstrategie ook van belang om zicht te krijgen op de investeringen die voor de meer lange termijn noodzakelijk zijn. Hiervoor is een analyse nodig op de economische vernieuwing.
Met het doorlopen van een proces om te komen tot een RNE wordt invulling gegeven aan het derde punt, de noodzakelijke vernieuwende visie om werkgelegenheid te creëren. De RNE geeft het vernieuwende beeld op de economie op regionaal niveau met een concreet handelingsperspectief om klaar te zijn voor de toekomstige verandering. De afgenomen werkgelegenheid in onder andere de overheidssector vraagt om nieuwe verdienmodellen die zorgen voor een toename van de werkgelegenheid. De diversiteit aan economische sectoren biedt de regio daarvoor een goede uitgangspositie.
Economische vernieuwing: Roadmap Next Economy De eerste bevindingen van het OESO-onderzoek onderschrijven de noodzaak om in de MRDH te komen tot economische vernieuwing. Die is noodzakelijk om in te kunnen spelen op veranderingen die op de regio afkomen. Trends als grondstoffenschaarste, digitalisering, globalisering, robotisering, 3D-printing en zelfsturende voertuigen betekenen dat het zwaartepunt van de nieuwe economie, steeds meer verschuift naar stedelijke regio’s zoals de Metropoolregio. Dit biedt grote kansen voor nieuwe bedrijvigheid. Om die nieuwe bedrijvigheid te laten floreren, zal de regio zich internationaal moeten positioneren als aantrekkelijke toplocatie voor de koplopers.
De ondersteuning van Rifkin wordt ook in andere Europese regio’s gehanteerd, zoals eerder al in Nord Pas-de-Calais en straks ook in Noordrijn-Westfalen. Contacten met beide regio’s zijn gelegd. Door als drie belangrijke industriële regio’s in Noord-West Europa gezamenlijk op te trekken met een aanpak op basis van Rifkin’s visie en uitgangspunten – die door de EU zijn omarmd – kunnen wij maximaal profiteren van de Europese geldstromen voor economische transitie en om zo koploper in Europa te worden.
Om invulling te geven aan de bevindingen van de OESO is een start gemaakt met het opstellen van de zogenoemde ‘Roadmap Next Economy’ (RNE). Op 11 juni jl. heeft een groot aantal publieke en private partijen een intentieverklaring ondertekend om te komen tot een breed gedragen programma waarmee de regio zich gesteld weet voor de eonomische verandering en toekomstige werkgelegenheid. Tot het opstellen van de RNE heeft de Bestuurscommissie EV op 10 september jl. besloten. De overige
De MRDH neemt samen met Rotterdam en Den Haag het initiatief om in een open proces en nauwe samenwerking tussen de 23 gemeenten, het bedrijfsleven en kennisinstellingen een RNE voor de regio te ontwikkelen. Indien de BCEV besluit tot het ontwikkelen van een RNE, stellen de colleges van Rotterdam en Den Haag daarvoor
29
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
College van Burgemeester en Wethouders ambtelijke capaciteit en financiële middelen voor beschikbaar. Andere gemeenten worden uitgenodigd actief te participeren en naar vermogen bij te dragen.
dat de regio klaar maakt voor toekomstige ontwikkelingen en nu en op termijn de noodzakelijke werkgelegenheid creëert.
Bij de start van het traject om te komen tot een RNE zijn drie sporen geïdentificeerd die van grote invloed zijn op de economische ontwikkeling: digitalisering van informatie, energie en mobiliteit.
Op basis van de analyse worden de noodzakelijk geachte investeringen en projecten geïdentificeerd die in triple helix verband moeten worden opgepakt. Het is van belang te benadrukken dat het initiatief van de RNE niet uit de lucht komt vallen, maar wordt ingezet als katalysator om voort te bouwen, te versnellen en op te schalen wat er in de regio al aan innoverend, organiserend en investerend vermogen aanwezig is. Er gebeurt al veel, maar de urgentie is hoog, het gaat niet snel genoeg en er is onvoldoende schaalgrootte en kritische massa. De RNE leidt tot een massief pakket aan investeringen en projecten waarmee een fundamentele economische transitie van de regio tot stand komt en werkgelegenheid wordt gecreëerd. Daarvoor is het engagement en de investeringsbereidheid van alle stakeholders vereist. Het proces van de RNE wordt zo ingericht, dat maximaal commitment en mede-eigenaarschap van alle betrokken partijen wordt gegarandeerd. De persoon van Rifkin wordt vooral ingezet als boegbeeld en katalysator om alle partijen aan het traject te verbinden en de uitkomst van het traject nationaal en internationaal goed te positioneren.
De ruimtelijk-economische pijlers vertegenwoordigen de (sterke) economische clusters in de regio zoals agro-food, safety & security, cleantech, logistiek, vrede & recht, maritiem & offshore, medisch en aerospace. De RNE gaat in op de effecten van een groeiende deeleconomie als gevolg van de toenemende digitalisering. Daarbij wordt gekeken naar de benodigde infrastructuur. Een regionale Roadmap Next Economy, opgesteld door alle relevante triple helix stakeholders in de regio, met ondersteuning van Jeremy Rifkin, zorgt ervoor dat we bovenstaande uitdagingen op sociaal economisch gebied gezamenlijk, in samenhang en tijdig adresseren. De RNE brengt concreet in kaart wat er voor de regio noodzakelijk is aan acties en investeringen om op middellange en lange termijn in te spelen op de mondiale economische (en sociale) ontwikkelingen. De RNE levert een concreet uitvoeringsprogramma met bijbehorende noodzakelijke publieke en private investeringen om de economische structuur van de regio te versterken. Het is geen beleidsdocument, maar een breed gedragen publiek-private uitvoeringsagenda met projecten, deliverables, planning en commitment van de key stakeholders. De RNE biedt directe input voor de middellange en lange termijn voor de investeringsstrategie en verbindt zo visie, middelen en breed publiek-privaat commitment voor de verdere sociaal- en ruimtelijk economische ontwikkeling van de regio Rotterdam Den Haag. Dit komt in de vorm van een meerjarenprogramma
Wij zien uw advies met belangstelling tegemoet en danken u bij voorbaat voor uw inspanningen daartoe.
Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Vlaardingen,
de secretaris, mw. mr. A.G. Knol-van Leeuwen
30
de burgemeester, A.B. Blase
VAN PR OFI LEREN NAAR PR OFI T EREN
www.vlaardingen.nl/economischeadviesraad 31
Advies samenwerking Waterweg-gemeenten in de MRDH
www.vlaardingen.nl/economischeadviesraad
2016 32