ACTUEEL Informatieblad van de Vlaamse Ouderenraad Driemaandelijks informatieblad Jaargang 11, nr. 4 - oktober/november/december 2010
ARMOEDE IS ONAANVAARDBAAR! DOE ER SAMEN IETS AAN!
ACTUEEL-Informatieblad
Inhoud
Vo o rwo o rd .....................
1
Nieuw s uit d e co m m issies en werk gro ep en .............................................................................................2 Nieuw s van d e Vlaam se Oud erenraad ....................................................................................................12 Oud erenweek cam p agne ‘Arm o ed e tre� 1 o p 5 o ud eren’ ................................................................12 Vlaam se Oud erenraad o verhand igt m evro uw Lieten ad vies ........................................................15 Het Vlaam s Oud erenbeleid sp lan: stand van zak en ..........................................................................16 Maatregel ING: van flater naar o verleg ..............................................................................................17 Nieuw s van d e Overheid ...........................................................................................................................18 Het OMNIO-statuut ...
24
Het Euro p ees Jaar van het Vrijw illigerswerk to urt langs alle Euro p ese land en ................................26 Griep vaccinatie in 2010, alles terug bij het o ud e? ..................................................................................26 Info sessies DAISY en Aud io k rant ............................................................................................................27 Over vro egtijd ige p lanning van je zo rg ...................................................................................................27 Dem entiep lan Vlaand eren .........................................................................................................................28 Exp ertisecentrum Dem entie Vlaand eren lanceert webap p licatie ........................................................28 Oud eren in het verk eer: achtergro nd info rm atie ....................................................................................29 Do e m ee aan d e energie-enquête ..............................................................................................................32 Beleef d e tijd van je leven o p Zenith 2010................................................................................................32 Jubileum ed itie ‘Week van d e Sm aak ’ .......................................................................................................33 Praten o ver o p vo ed ing in d e huisk am er... iets vo o r jo u? ......................................................................34
2
Voorwoord Nogmaals: ouderen en armoede De Vlaamse Ouderenraad koos als thema voor de Ouderenweek 2010 en 2011: armoede bij ouderen. Voor de meeste lezers van dit voorwoord zal dit geen nieuws zijn. En toch willen wij dit thema nogmaals onder de aandacht brengen. Om te onderstrepen hoe belangrijk wij het vinden dat in de Ouderenweek, maar ook tijdens de rest van het jaar de ouderenadviesraden, de lokale afdelingen van de ouderenorganisaties en de lokale dienstencentra initiatieven nemen om de armoede bij ouderen in beeld te brengen. Dit kan door gebruik te maken van de armoedefiche die u kan vinden in de Ouderenweekbrochure of op de speciaal voor de Ouderweek gemaakte website: www.ouderenweek.be. U vindt er ook meer informatie over het thema en kan er volgen wie waar welke initiatieven neemt rond het thema. Aan allen die zich aangesproken voelen – en dat zouden er veel moeten zijn – vragen we dus: schiet in actie, neem initiatief en breng er ons van op de hoogte. Maar er is meer. Ook de Vlaamse Ouderenraad zelf zal alles in het werk stellen om armoede bij ouderen onder de aandacht te brengen, in de eerste plaats bij de Vlaamse en federale beleidsverantwoordelijken. De eerste stap daartoe is reeds gezet. De Vlaamse Ouderenraad stelde een advies op aan de overheid om armoede bij ouderen te bestrijden. Dit advies, dat overhandigd werd aan de minister voor Armoedebestrijding, gaat over alle aspecten van het armoedeprobleem. Armoede is immers niet alleen een kwestie van te weinig inkomen, maar hee� ook te maken met wonen en energie, met gezondheid en met de mogelijkheid om deel te nemen aan het sociale en culturele leven. Toch is een voldoende inkomen een basisvoorwaarde om armoede te bestrijden en te voorkomen. En de voornaamste bron van inkomen bij ouderen is uiteraard het pensioen.
Zonder hun pensioen zouden 8 op de 10 ouderen arm zijn. Maar zelfs met hun pensioen zijn vele gepensioneerden arm. Hun pensioen is te laag. Daarom dringt de Vlaamse Ouderenraad, samen met alle ouderenorganisaties, aan bij de federale overheid om maatregelen te nemen die er toe leiden dat iedere oudere in ons land ten minste over een inkomen zou beschikken dat boven de Europees vastgelegde armoedegrens ligt. Welke zijn deze maatregelen ? Ten eerste: een verhoging van de inkomensgarantie voor ouderen en de minimapensioenen van werknemers en zelfstandigen. Ten tweede: de uitvoering van het generatiepact dat voorziet dat de sociale uitkeringen en, wat ons betre�, zeker de inkomensgarantie voor ouderen en de minimapensioenen in 2011 aangepast zouden worden aan de welvaartsevolutie. Het is voor ons onaanvaardbaar dat die uitvoering achterwege zou blijven door het uitblijven van een nieuwe regering en een akkoord ter zake tussen de sociale partners, werkgeversorganisaties en werknemersorganisaties. Ten derde: om op langere termijn behoorlijke pensioenen te garanderen is een hervorming van de pensioenstelsels noodzakelijk die zorgt voor het behoud en de versterking van het we�elijk pensioen. De nationale pensioenconferentie die tot deze hervorming van de pensioenen moest leiden, ligt voor het ogenblik op apegapen. Ook hiervoor is dringend een regering nodig die het opgestarte hervormingsproces nieuw leven kan inblazen en ingrijpende beslissingen kan nemen. De Vlaamse Ouderenraad hee� inzake de pensioenen in elk geval haar standpunt reeds bepaald en overgemaakt aan de huidige minister van pensioenen. Wij wachten met ongeduld op een nieuwe, daadkrachtige regering die werk maakt van een pensioen dat op zijn minst de inkomensarmoede onder de ouderen uit de wereld helpt. Jul Geeroms, voorzi�er
ACTUEEL-Informatieblad ACTUEEL-Informatieblad
1
N����� ��� �� C��������� �� W���������� Commissie Internationaal Ouderenbeleid De Commissie Internationaal Ouderenbeleid kwam in september opnieuw samen na een welverdiende zomerrust. Op de agenda stonden twee belangrijke punten: het bespreken van het ontwerpadvies ‘Armoede bij Ouderen’ en de publicatie van het Europese Groenboek. Binnen het pensioenlandschap van de Europese lidstaten beweegt er heel wat, elke dag is het pensioenthema wel in de media. De commissie wou dan ook even stilstaan bij de rol die Europa vandaag al speelt op het vlak van pensioenen en welke rol zij mogelijk in de toekomst zal spelen. Zij doet dit in overleg met de Commissie Bestaanszekerheid, Economie en Arbeid. Europa wordt alsmaar belangrijker voor alle EU-burgers: de groeiende invloed van de EUreglementering en de veranderende Europese Unie houden belangrijke implicaties in voor de EU-burgers. De gevolgen van ondermeer de liberalisering ervaren ouderen op alle levensdomeinen in hun dagelijkse leefwereld. Maar ook op vlak van sociale bescherming beweegt er heel wat. Een Europees pensioen?! De Europese pensioenstelsels staan onder druk door de vergrijzing, die het gevolg is van een stijgende levensverwachting en dalende geboortecijfers. Vanaf 2012 begint de beroepsbevolking in Europa af te nemen, dus de uitdaging is heel actueel. Veel lidstaten hebben hun pensioenen in meer of mindere mate hervormd om deze uitdaging aan te gaan, maar de financiële en economische crisis hee� de situatie ernstiger en urgenter gemaakt. Toch hee� Europa tot op vandaag nog geen echte pensioenstandpunten ontwikkeld: Europa hee� hiertoe weinig bevoegdheden. Europa functioneert immers volgens het subsidiariteitsbeginsel. Concreet betekent dit dat Europa – behalve voor materies die onder haar exclusieve bevoegdheid vallen – slechts maatregelen neemt wanneer die doeltreffender zijn dan wanneer die op nationaal, regionaal of lokaal vlak worden genomen. Naar de toekomst toe zal er waarschijnlijk wel een Europese minimumbescherming uitgewerkt
2
worden. Maar dit blij� een moeilijke oefening door de grote verschillen tussen de EU-lidstaten. Een van de elementen die hiertoe moet leiden is het Europese Groenboek – een instrument vergelijkbaar aan het Belgische Groenboek –, waarbij een aantal vragen worden voorgelegd aan belangenverenigingen in de lidstaten. Ook de Vlaamse Ouderenraad neemt deel aan deze bevraging. Zij doet dit samen met AGE, het Europees Ouderenoverlegplatform. Europees Groenboek Tegen deze achtergrond is het dus hoog tijd om een publiek debat op gang te brengen over de vraag of en hoe het Europees beleidskader het best kan worden ontwikkeld om de lidstaten optimaal te ondersteunen bij hun zware taak om hun burgers te voorzien van adequate, houdbare en zekere pensioenen – nu en in de toekomst. Op 7 juli 2010 publiceerde de Europese Commissie haar groenboek. De Europese regelgeving situeert zich vooral op het vlak van volgende punten: de grensoverschrijdende coördinatie van pensioenen. Mensen die binnen de Europese Unie gewerkt hebben, mogen hierdoor geen nadeel ondervinden op het vlak van hun pensioen, bv. iemand die tewerkgesteld was in Nederland. Daarom werden er coördinatieregels uitgewerkt. Daarnaast houdt Europa zich bezig met regelgeving rond aanvullende bedrijfspensioenen. Hier stelt zich bijvoorbeeld de vraag welke minimumbescherming er zeker moet geboden worden. Europa ziet er ook op toe dat er geen sprake is van discriminatie, zowel voor wat betre� we�elijke pensioenen als aanvullende pensioenen. Zo moet de pensioenlee�ijd voor mannen en vrouwen gelijk zijn. België hee� dan ook in 1997 haar wetgeving aangepast en de lee�ijd voor vrouwen stelselmatig opgetrokken. Bovendien is er een coördinatieproces (de open coördinatiemethode) dat wordt gebruikt om nationale hervormingen te vergemakkelijken en te bevorderen, beste praktijken uit te wisselen en ambitieuze doelstellingen en indicatoren vast te stellen. Zo wordt er bijvoorbeeld een vergelijking georganiseerd tussen de verschillende lidstaten, wordt er een Europese armoedegrens bepaald
ACTUEEL-Informatieblad
Kristel Wijshof, secretaris per lidstaat zodat ieder zich kan positioneren. Op EU-niveau zijn de overeengekomen doelstellingen voor pensioenstelsels dat zij doeltreffend en houdbaar zijn, maar ook modern en transparant. Tenslo�e is er het gebied van de fiscale houdbaarheid, waar Europa de lidstaten verplicht om de overheidsbegroting zodanig te beheren dat de werking van de Economische en Monetaire Unie niet wordt belemmerd. De Raad kan herstelmaatregelen aanbevelen, ook op het gebied van sociale zekerheid indien dat de oorzaak van het probleem is. Dus ook op het vlak van pensioenen en dat is niet onbelangrijk, kijk maar naar Griekenland. Europees Witboek Voorlopig is er enkel een Groenboek. Er worden in dit stadium geen concrete specifieke voorstellen gedaan, enkel consultatierondes georganiseerd. U leest meer over enkele van onze voorstellen in de bijdrage van de Commissie Bestaanszekerheid, Economie en Arbeid. Europa hoopt de consultaties af te ronden tegen eind november.
Wat zijn dan nu de belangrijkste kwesties die aan de orde zijn? Er zijn drie hoofdthema’s binnen de centrale idee van adequate, houdbare en zekere Europese pensioenstelsels: Hoe kan Europa de lidstaten het best ondersteunen bij het zoeken naar een balans tussen de arbeidsperiode en de pensioenperiode? Hoe kan Europa bestaande belemmeringen voor het vrije verkeer van werknemers en kapitaal die voortkomen uit pensioenregelingen, inclusief aanvullende pensioenregelingen wegwerken? Hoe moet de zekerheid van de pensioenen verzekerd worden in de toekomst? Er wordt gestreefd naar een vermindering van de risico’s voor gepensioneerden. Een van de streefdoelen is minimale garanties inzake sociale bescherming af te spreken, bv. wat is een aanvaardbaar minimaal inkomen en met welke parameters moet er rekening worden gehouden om dit te bepalen. De conclusies zullen verwerkt worden in een Europees Witboek – op basis hiervan zal Europa haar wetgeving trachten aan te passen. De Vlaamse Ouderenraad volgt het alvast van nabij op.
-
-
-
ACTUEEL-Informatieblad
3
Commissie Bestaanszekerheid, Economie en Arbeid De vakantiemaanden zijn traditioneel vergaderarme maanden. Maar helemaal inactief zijn de leden van de BEA-commissie in de voorbije periode toch niet geweest. In juni hee� de commissie samen met de leden van de Commissie Inkomen vanuit hun werkingsdomein het voorbereidend werk gedaan niet alleen voor enkele onderdelen van het op 28 juni uitgebrachte advies van de Vlaamse Ouderenraad m.b.t. het Vlaams Ouderenbeleidsplan van minister Vandeurzen, maar ook voor het memorandum van de Vlaamse Ouderenraad aan de Federale Regering. Op de Algemene Vergadering van 28 juni kon de commissie met genoegen vaststellen dat haar teksten in heel grote mate het fiat kregen van de aanwezigen. Uiteraard kon men het in het Raadgevend Comité voor de Pensioensector ook niet voorbijgaan aan de verkiezingen. Deze hadden trouwens voor gevolg dat de opstart van de Federale Ouderenadviesraad naar de koelkast verwezen werd als zijnde een materie die niet binnen de lopende zaken door een ontslagnemende regering kan behandeld worden. Maar het Raadgevend Comité keurde dan toch maar op 8 juli een aantal aanbevelingen aan de nieuwe regering goed. De Nederlandstalige leden van het Comité (dit zijn een aantal leden van onze Commissie Inkomen) hebben niet nagelaten om de oorspronkelijke tekst vrij stevig te amenderen. In september is de commissie weer aan de slag gegaan rond twee opdrachten: een analyse maken van het ontwerpadvies ‘Armoede bij Ouderen’ en zoeken naar antwoorden op de vragen die gesteld worden in het Europees Groenboek m.b.t. de pensioenstelsels. Armoede bij ouderen De commissie kon zich vinden in de structuur van het ontwerpadvies m.b.t. armoede bij ouderen, maar er werd toch gepleit om ook te beklemtonen dat niet enkel gefocust mag worden op het bestrijden van de situatie van armoede waarmee ouderen geconfronteerd kunnen worden in hun levensfase als oudere. Het lijkt ons inderdaad niet onbelangrijk erop te wijzen dat armoede bij ouderen in grote mate ook verbonden is met de hele levensloop. 4
Armoede op oudere lee�ijd is immers gekoppeld aan verschillende factoren zoals opleidingsniveau, het feit al dan niet gewerkt te hebben, het verloop van de beroepscarrière die zowel het niveau van het pensioen als de mogelijkheid tot sparen bepaalt, het feit al dan niet eigenaar te zijn van zijn woning, een al dan niet slechte gezondheid te hebben, de kwaliteit van de sociale steun die onvoldoende kan zijn als gevolg van een losser geworden familieband of omdat de kinderen zelf in moeilijkheden verkeren, een slecht uitgebouwd sociaal netwerk, een moeilijke toegang tot de hulp- en zorgdiensten, enz. Armoede bij ouderen moet daarom ook preventief gecounterd worden: mensen moeten de oude dag bereiken met voldoende ‘reserves’ op materieel vlak, inzake gezondheid en sociale ondersteuning. Wat de actiepunten betre�, hee� de commissie ook enkele inhoudelijke amendementen naar voren geschoven, maar voornamelijk sterk aangedrongen om wat het inkomen betre� de nadruk te leggen op de vaststelling dat het we�elijk pensioen de allerbeste garantie is om armoede te voorkomen. Het is de belangrijkste bron van inkomen op latere lee�ijd en kan het verschil maken tussen leven in armoede of niet. Europees Groenboek m.b.t. de pensioenstelsels Begin juli hee� de Europese Commissie haar Groenboek gepubliceerd met als bedoeling vanuit een uitgebreide raadpleging te vernemen wat de EU kan doen om de pensioenen in de toekomst op peil te houden en te garanderen. De BEA-commissie hee� het Groenboek doorgenomen en suggereert dat de Vlaamse Ouderenraad (al dan niet langs AGE om) zou reageren. Niet met de bedoeling om alle 14 voorgelegde vragen (u kan het Groenboek met de vragen terugvinden op de link h�p://ec.europa. eu/social/BlobServlet?docId=5551&langId=nl) in zijn geheel te beantwoorden maar wel om enkele van onze uitgangspunten op Europees niveau te vertolken.
ACTUEEL-Informatieblad
Commissie Sport en Bewegen Luk De Vos, voorzi�er
Jan Tessier, secretaris
Zo vinden we het belangrijk dat op Europees vlak als norm voor een adequaat pensioen zou verwezen worden naar een minimumpensioen dat gelijk is aan het we�elijk minimumloon én dat de evolutie ervan volgt. Het principe van de welvaartsvastheid van de pensioenen zou moeten beklemtoond en daarom opgenomen worden in de Europese pensioenreglementering.
Met het meerjarenprogramma (beleidsperiode 2010-2014) als leidraad zal de commissie proberen om de hierin opgenomen acties uit te voeren.
Wat betre� werk en pensioen kunnen we niet akkoord gaan met de stelling die in het Groenboek geponeerd wordt als zou enkel een optrekking van de we�elijke pensioenlee�ijd soelaas bieden voor de houdbaarheid van onze pensioenstelsels. Men wil op Europees vlak blijkbaar niet inzien dat het belangrijk is om eerst en vooral de effectieve pensioenlee�ijd op te trekken i.p.v. de we�elijke pensioenlee�ijd. Dit effectief langer werken moet aangemoedigd worden en gekaderd in arbeidsomstandigheden die rekening houden met de oudere werknemers. Dit vraagt dan ook een lee�ijdsbewust personeelsbeleid. De BEA-commissie hee� tevens beklemtoond dat ook in de toekomst voorrang moet gegeven worden aan repartitiesystemen (= dit systeem houdt in dat de pensioenen van het niet-actieve deel van de bevolking betaald worden door de bijdragen van het actieve deel van de bevolking). De economische crisis hee� immers de nadelen van een kapitalisatiesysteem waarbij men zelf spaart voor zijn eigen pensioen nog eens duidelijk in de verf gezet. In het algemeen hee� de commissie gesteld dat het beheer en de coördinatie van het pensioenbeleid op Europees niveau serieus moet versterkt worden, maar dat dit wel dient te gebeuren met erkenning van de autonomie van de lidstaten.
ACTUEEL-Informatieblad
Zo zal een ad-hoc werkgroep binnenkort samenkomen om na te gaan hoe de visienota ’55-plussers in beweging’ verder kan geïmplementeerd worden (cfr. Studiedag 7 november 2008). Er zal uit de aanbevelingen die geformuleerd werden, gekozen worden welke concreet realiseerbaar zijn. Verder zal er voor december contact opgenomen worden met de universiteiten om na te gaan of er zinvolle thesisonderwerpen in functie van sport en bewegen bij ouderen kunnen opgenomen worden in het aanbod van thema’s. Het decreet op de sportfederaties wordt opgevolgd met bijzondere aandacht voor het prioriteitenbeleid Seniorensport dat nog loopt tot 2012. Ook sport en bewegen in de residentiële sector blij� in de aandacht. En tenslo�e is nieuws uit de Vlaamse Sportraad een vast agendapunt. De commissie wil ook nog de aandacht vestigen op volgende evenementen: - 16 november in Mechelen het Symposium van VIGeZ: ‘Gezond Ouder worden’ - 3 december in Antwerpen een studiedag over de resultaten van ‘Elke Stap telt’ - 8 februari 2011 in het Vlaams Parlement (zaal De Schelp): Studiedag over de resultaten van het behoe�eonderzoek op het vlak van Bewegen en Sport bij senioren Wie het geheugen even wil opfrissen of wil bijbenen, kan zowel de visienota ’55-plussers in beweging’ als het advies ‘Sport en bewegen voor ouderen’ terugvinden op www.vlaamse-ouderenraad.be onder ‘Adviezen en standpunten’.
5
Commissie Cultuur, Leren en Maatschappelijke Participatie Op 7 juli kwam de commissie bij elkaar om een eerste aanzet te geven voor een advies over de herziening van het luik over het lokaal Ouderenbeleid in het participatiedecreet. In het Ontwerp van Vlaams Ouderenbeleidsplan van 2 juni 2010 wordt in hoofdstuk 3.2. gesteld dat de participatie van ouderen in het lokaal Ouderenbeleid zal worden bevorderd. In dat kader wordt ondermeer een aanpassing voorzien van het decreet van 21 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams Ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen. Hierop aansluitend zou een specifiek besluit van de Vlaamse Regering worden opgemaakt. In zijn ontwerp van advies (18 juni 2010) hee� de Vlaamse Ouderenraad bij dit punt al een aantal kan�ekeningen geplaatst. Op verzoek van het Dagelijks Bestuur van de Vlaamse Ouderenraad is de commissie alvast begonnen met het voorbereiden van een standpunt over deze materie. De voorlaatste bijeenkomst was dan ook geheel gewijd aan het bij elkaar brengen van de ervaringen met en de bedenkingen bij het decreet. Dat gebeurde op basis van de tekst van hoofdstuk V van dat decreet (art. 9 & 10) dat handelt over de ‘Ontwikkeling van een lokaal Ouderenbeleid’. Het eerste dat door de commissie werd vastgesteld is dat dit decreet een belangrijke impuls hee� gegeven aan de uitbouw van het gemeentelijk Ouderenbeleid. Het was vooral een steun in de rug voor de ouderen en hun organisaties om op het lokale niveau een stap voorwaarts te ze�en in de richting van een participatief Ouderenbeleid. In de voorbije jaren werd in bijna alle Vlaamse gemeenten een Ouderenadviesraad actief, werd reeds in veel gemeenten het lokaal sociaal beleidsplan opgesteld met betrokkenheid in mindere of meerdere mate van de ouderen en in een aantal gemeenten kwam er al een apart Ouderenbeleidsplan tot stand. Dat gebeurde ondanks het feit dat de Vlaamse overheid nooit de in het vooruitzicht gestelde subsidies verstrekte aan de gemeenten en er
6
geen uitvoeringsbesluiten voor het lokale niveau verschenen. Het waren vooral de gemeenten zelf die in de participatie van ouderen investeerden en de provincies die dit proces ondersteunden. De weinige middelen die door de Vlaamse overheid ter beschikking werden gesteld, gingen 2 jaar naar de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) voor de vorming van Ouderenbeleidscoördinatoren, en voor de begeleiding van 8 gemeenten bij een project. De commissie is van mening dat een aantal goede zaken die zijn vastgelegd in het decreet behouden moeten blijven. Zo onder meer: - dat er in elke gemeente een Ouderenbeleidsplan moet zijn dat ook uitgevoerd wordt en met een duidelijke verwijzing naar het lokaal sociaal beleid - dat de voorbereiding en de uitvoering ervan gebeurt met betrokkenheid van de ouderen en hun organisaties - dat de inspraak vorm krijgt in een door de gemeente erkende lokale Ouderenadviesraad - dat vanuit de gemeente de noodzakelijke ambtelijke ondersteuning wordt gegeven aan de voorbereiding en de realisatie van het Ouderenbeleid en de participatie van de ouderen hierbij Een vraag is nog in hoeverre de Vlaamse overheid de gemeenten in dit verband verplichtingen moet opleggen en hoe zij deze eventueel kan afdwingen. Wat de financiële middelen betre�, is de commissie van mening dat deze in de eerste plaats moeten kunnen worden ingezet om te investeren in de deskundigheidsbevordering van de ouderen die zich als vrijwilliger inze�en in het kader van het lokale Ouderenbeleid. Besloten is dat er een ‘concep�ekst’ zou worden gemaakt als aanloop naar een advies. Hierin zouden o.m. de volgende punten aan bod komen: - het belang van een lokaal Ouderenbeleid en van Ouderenbeleidsplannen - een afsprakennota waarin de inspraak- en participatieprocedures tussen het lokaal
ACTUEEL-Informatieblad
Huib Hinnekint, voorzi�er
-
bestuur en de Ouderenadviesraad worden vastgelegd de relatie met andere lokale adviesorganen en andere beleidsdomeinen de zogeheten ‘resultaatsverbintenis’ het belang en de rol van de provincies de functie van de rapportage aan de Vlaamse overheid
Deze tekst kwam ondertussen tot stand en is al aan de lidorganisaties van de Vlaamse Ouderenraad bezorgd. Met hun opmerkingen zal uiteraard rekening worden gehouden bij een nieuwe redactie ervan. Hieraan werd tijdens de oktobervergadering van de commissie gewerkt.
De nieuwe mogelijkheden inzake digitale televisie zorgen bij ouderen soms voor frustratie. Voor hen verdwijnt populaire inhoud achter de rode knop waardoor ze geen toegang krijgen tot bepaalde informatie. Het digitale aanbod en andere nieuwigheden zijn niet altijd gemakkelijk in het gebruik. Ze kosten ook geld. Het is niet voor elke oudere mogelijk om dat hieraan te besteden. Tenslo�e is ook de wens uitgesproken dat er meer ouderen bij het beleid en de programmatie van de publieke omroep zouden betrokken worden.
Verder hee� de commissie ook het mediabeleid tot voorwerp. Op 10 augustus vond er op vraag van het departement Cultuur, afdeling Media, een gesprek plaats met de Vlaamse Ouderenraad over de verwachtingen van de ouderen van de publieke omroep; dit naar aanleiding van de nieuwe beheersovereenkomst van de overheid met de VRT. De voorzi�er van de commissie werd hierbij betrokken. Tijdens dit gesprek werd in de eerste plaats de bezorgdheid uitgesproken over het beeld dat in de media van ouderen wordt gegeven. Hieraan moet blijvend aandacht en zorg worden besteed. Daarnaast is opgemerkt dat de ouderenpopulatie heel snel van karakter verandert en dat iedere generatie haar eigen cultuur en achtergrond hee�. Hieraan zal de omroep niet voorbij kunnen gaan. Ook mag men niet vergeten dat deze media voor een aantal ouderen het enige venster op de wereld zijn. Maar dat betekent niet dat er aparte programma’s zouden moeten komen voor ouderen zoals ‘linking generations’ in Brussel en ‘MAX’ van Jan Slagter in Nederland. Het houdt wel in dat ouderen, van iedere lee�ijd, zich moeten kunnen herkennen in het algemene aanbod. Wat niet wil zeggen dat er daarbinnen geen aanbod kan zijn dat zich iets meer op de interesses van ouderen richt, en dat op tijdstippen wordt aangeboden waarop vooral ouderen televisie kijken. Dat geldt ook voor de radioprogramma’s.
ACTUEEL-Informatieblad
7
Commissie Welzijn, Gezondheid en Zorg De septembervergadering van de commissie was volledig gewijd aan het opstarten van de werkzaamheden rond ondervoeding. De eerste fase omvat het verzamelen van informatie. Wat onmiddellijk opvalt bij een vlugge Googlebeurt is dat het thema ‘(onder)voeding’ ofwel uitdrukkelijk ofwel impliciet aanwezig is op de agenda van de Belgische en Vlaamse beleidsvoerders. Zo hee� de federale overheidsdienst (FOD) Gezondheid een Nationaal Voedings- en Gezondheidsplan 2005-2010 opgesteld waarin krachtlijn 5 expliciet gewijd is aan ondervoeding, in het bijzonder in geriatrische diensten, in woonzorgcentra en in de thuiszorg. Concreet werd voorgesteld om een voedingsverantwoordelijke en een voedingscomité te installeren in elke ziekenhuisinstelling en om een Nationale expertengroep betreffende ondervoeding op te richten. Voor de woonzorgcentra wordt voorgesteld om een voedingshandvest op te stellen met accreditatievereisten. Voor de thuiszorg wordt een sensibiliseringscampagne in het vooruitzicht gesteld, zowel naar de medische zorgverleners als naar de patiënten zelf. Verder omvat de krachtlijn ook maatregelen met betrekking tot het toegankelijker maken van gespecialiseerde voedingsinterventies en met betrekking tot onderwijs en educatie. Vraag is wat er van dit actieplan en meer in het bijzonder van de voorgestelde maatregelen binnen krachtlijn 5 is terechtgekomen? Minder expliciet is het Vlaams actieplan ‘Voeding en Beweging 2009-2015’. Weliswaar omvat subdoelstelling 4 ‘evenwichtige voeding’ en subdoelstelling 5 ‘gezond gewicht behouden’, maar de link naar ondervoeding en naar de doelgroep van de ouderen wordt niet uitdrukkelijk gelegd. Daarmee is het niet duidelijk dat de strategische doelstellingen ‘tegen 2015 eten meer mensen evenwichtig overeenkomstig de aanbevelingen van de actieve voedingsdriehoek’ en ‘tegen 2015 blij� het percentage personen met een gezond gewicht minstens behouden’ ook zullen getoetst worden bij de groep van de (oudste) ouderen.
8
De concretisering van doelstelling 4 houdt immers geen rekening met lee�ijd en deze van doelstelling 5 werkt met de grove indeling van ouderen (alle 60-plussers). En tenslo�e is het Vlaams actieplan rond ‘Gezond ouder worden’ opgestart. Er worden projectvoorstellen verwacht, maar het is niet duidelijk of deze projecten ook kunnen slaan op ondervoeding en op de doelgroep van de ouderen. Bij onze bespreking werd dus vlug duidelijk dat het internet ontoereikende informatie verscha� over deze beleidsplannen; extra opzoekingswerk is noodzakelijk. En er is meer. Zo werd er tijdens de vergadering aangegeven dat er verschillende normen en daarop geënte regels zijn, die bijvoorbeeld zijn opgenomen in kwaliteitsinstrumenten allerhande. Deze praktijken zijn her en der verspreid en daarmee is onbekend of ze onderling compatibel zijn en elkaar versterken. Vermoed wordt dat de Belgische en Vlaamse regelgeving elkaar voor de voeten lopen. De commissie adviseert de Vlaamse Ouderenraad om een antwoord te vinden op bovenstaande vragen. Samengevat: 1. Wat is er terecht gekomen van het FODactieplan 2005-2010 en meer in het bijzonder van de maatregelen voorgesteld in krachtlijn 5? 2. Slaan de subdoelstellingen 4 en 5 van het Vlaams actieplan rond voeding en beweging ook op ondervoeding, in het bijzonder bij ouderen? Worden daarrond specifieke acties opgezet? 3. Kan een rapport worden opgesteld met een systematische inventaris van alle normen en regels die betrekking hebben op ondervoeding bij ouderen in de hulpverlening? 4. Kunnen er projecten rond ondervoeding bij ouderen worden voorgesteld in het kader van het actieplan rond ‘Gezond ouder worden’?
ACTUEEL-Informatieblad
Thérèse Jacobs, voorzi�er Maar wat weten we over het fenomeen? Een eerste vraag stelt zich rond het begrip ‘ondervoeding’. Gaat het over kwantiteit, over kwaliteit of over beide? Wat is het meest nefast voor de gezondheid: te weinig eten of onevenwichtig eten? Hee� ondervoeding specifieke kenmerken bij ouderen en bij de oudste ouderen? Verder wordt de vraag gesteld of het wijs is om het fenomeen uitsluitend als een medische zaak te bekijken. Eten en voedsel is minstens evenzeer een zaak van gezelligheid en van levenskwaliteit en raakt daarmee de sfeer van het welzijn (meer dan deze van de gezondheid). En tenslo�e rijst de vraag hoe verspreid de ondervoeding bij de oudere bevolking is. Het federale actieplan presenteert een onderzoek naar ondervoeding in de geriatrische afdelingen van ziekenhuizen (Defloor, Grypdonck e.a.,
UGent, 2007) en een onderzoek van het WitGele Kruis naar de screening en monitoring van voedingsproblemen in de thuisverpleging (Wouters e.a., 1997). Precieze cijfers over het voorkomen van ondervoeding bij de oudere bevolking ontbreken. Wel biedt de gezondheidsenquête zicht op de BMI (maar zijn de oudste ouderen aanwezig in de steekproef?). Zijn er andere onderzoeken? Rond al deze vragen zal de commissie verder werken. Ook internationale initiatieven en kennis zullen dan ter tafel komen. Aan de leden van de commissie werd gevraagd om actief mee te zoeken naar nationale en internationale aanknopingspunten en informatie. De decembervergadering gaat verder in op deze thematiek. Bovendien zal van gedachten worden gewisseld over de bijdrage van onze commissie aan het jaarthema: armoede.
SYMPOSIUM GEZONDHEIDSPROMOTIE ’GEZOND OUDER WORDEN’ 16 november 2010 Jaarlijks organiseert VIGeZ samen met partners in de sector een symposium rond een actueel thema in de gezondheidspromotie. Dit jaar staat ‘Gezond ouder worden’ centraal. Bestaat dé oudere eigenlijk wel? Hoe ver geraak je met je pensioen? En begint het leven pas echt op 50? Op deze vragen krijg je op 16 november 2010 in het congrescentrum Lamot in Mechelen een antwoord. Bovendien zijn er een aantal workshops voorzien die ‘good practices’ bundelen bij de thema’s van gezondheidspromotie bij ouderen.
ACTUEEL-Informatieblad
Workshops: • Met goesting aan het werk blijven • Het leven zoals het is: de lokale gemeenschap • Participatie en empowerment • Senioren bereiken • Een boeiend sociaal leven • Leven met verminderde mogelijkheden Inschrijving en betaling Elektronisch inschrijven via www.vigez.be. Prijs? 35 euro, studenten betalen 15 euro. Meer info? Bel 02 422 49 49 of mail naar
[email protected].
9
Commissie Wonen, Mobiliteit en Veiligheid Kris De Smet, voorzi�er ‘Armoede tre� één op vijf ouderen!’ is de veelzeggende slogan van de Vlaamse Ouderenweek. Dat ontgaat de Commissie Wonen, Mobiliteit en Veiligheid niet. Goed 75% van de Vlaamse ouderen is eigenaar van een woning. Als we de Brusselse situatie bekijken, is 75% van de ouderen huurder. Eigendom of gelijkwaardige beschikking over een woning is een belangrijke factor om armoede te voorkomen. Er is in het algemeen al grotere sensibilisatie nodig om te wijzen op de noodzaak om dit patrimonium in stand te houden ₋ en dus te investeren ₋, zoals ook campagnes en acties nodig zijn wat de aanpassing betre� aan de energienoden van deze tijd. Ouderen in armoede of met een precair inkomen kunnen de aanpassingen niet betalen of krijgen ze niet gedaan. Huurders zijn volledig a�ankelijk. Om ouderen in armoede te helpen bij de nodige aanpassingen dient nagedacht over alternatieve financieringswijzen zoals derdebetalersysteem of renteloze leningen. Prioritair moeten de sociale huisvestingsmaats chappijen woningen aanpassen waar ouderen met de laagste inkomens wonen. Ouderen die op de privémarkt een onaangepaste of naar hun beschikbaar inkomen te dure woning huren, dienen prioritair behandeld te worden indien zij voldoen aan de toekenningsvoorwaarden voor een sociale woning. De commissie zal het systeem van tegemoetkomingen in de huurprijs op de private markt vanuit het standpunt van de ouderen grondig evalueren. Enkele decreten die raakvlakken hebben met wonen, mobiliteit en veiligheid zijn in opmaak. Daar zal advies op moeten gegeven worden. Zoals het decreet ziekenhuisbedden, woonen pandenbeleid. Er is de uitwerking van het mobiliteitsdecreet. Dat zal opgevolgd moeten worden. Om in dit bos de bomen te blijven zien is het jaarthema de eerste en beste invalshoek: aangepaste/onaangepaste woningen, huurder/ eigenaar, private markt/sociale huisvesting en sociale verhuurkanoren, vermogen en leefloon... Wat mobiliteit betre� staan de prijs van het openbaar vervoer en de bereikbaarheid van diensten en winkels voorop: op 23 juli hee� de Vlaamse regering trouwens haar Startnota ‘Winkelen in Vlaanderen’ goedgekeurd.
10
Gee� de beleidsadvisering kansen om je gedachtegoed uit te dragen, dan blij� het verwerven en ui�ekenen van het eigen inzicht even belangrijk in de meerjarenplanning van de commissie. Hier is de inbreng van de lidorganisaties heel belangrijk. De volgende vier jaar worden extra thema’s grondig doorgewerkt. Wonen kan inhouden: levenslang wonen of meegroeiwonen, kwaliteit van de woongelegenheden in de woonzorgcentra, nieuwe woontypes, nieuwe mogelijkheden voor financiering van bouwen en verbouwen (de opeethypotheek bv.) Mobiliteit zal inhouden: bescherming van de zachte weggebruiker, coördinatie aangepast vervoer, toegankelijkheid, verkeerseducatie. En waarom dit alles niet te koppelen aan enige actie, want bescheidenheid leert ons dat te weinig ouderen gebruik maken van huisvestingspremies, te weinig aan verkeerseducatie deelnemen, te weinig openbaar vervoer gebruiken. ‘Zeven euro eenzaamheid’, was de sprekende titel van een opiniestuk van Mia Dornaert n.a.v. de NMBS-beslissing om aan het loket 7 euro aan te rekenen bij een internationaal treinticket. Stations- en bankloke�en en dergelijke zijn niet bedoeld als oorden van gezelligheid maar ze blijven plaatsen van contact en ook plaatsen waar je vragen kan stellen waarop een scherm niet antwoordt. Want boekingen via internet blijven gespaard van de toeslag. Onderzoek van prof. Dominique Verté leert dat 81,2 % van de ouderen nooit internet gebruikt. Dat is op zich al verontrustend. Het Centrum voor Gelijke Kansen stelt evenwel dat hier toch alleen maar van een indirecte lee�ijdsdiscriminatie sprake kan zijn. In eerste instantie is de toeslag dan ook een consumentenprobleem en voer voor de consumtenorganisaties. Ouderen zijn ook consumenten. En er rest de eenzijdige algemene ontwikkeling - ook bij de dienstverlening van de overheden - naar het digitaal loket. Ook AGE - de Europese coördinatie van het ouderenwerk - is bezorgd voor deze evolutie in het internationaal spoorverkeer en waarschuwt de lidorganisaties in de andere landen. En... enkele weken geleden las je in de krant dat de hel� van de fietsdoden ouder is dan 64 jaar!
ACTUEEL-Informatieblad
Overleg voorzi�ers en secretarissen Bart Beernaert, stafmedewerker Vlaamse Ouderenraad Op 1 september 2010 vond het tweede overleg van de voorzi�ers en de secretarissen plaats sinds de nieuwe commissies binnen de Vlaamse Ouderenraad zijn opgericht. Het belangrijkste punt op de agenda was de opmaak van een meerjarenplanning. In dit overleg kwam naar voor dat de Vlaamse Ouderenraad in het verleden vaak te breed hee� gewerkt. Daarom werd beslist om de commissies een beperkt aantal prioriteiten en adviesmogelijkheden te laten kiezen. De vraag werd gesteld waar de Vlaamse Ouderenraad het inhoudelijk prioritair moet over hebben, zowel per domein als domeinoverschrijdend. De commissies hebben jaarlijks een drie- à viertal vergaderingen van maximaal twee à drie uur. Daar dit om een beperkte tijd gaat, moeten de werkthema’s realistisch gekozen worden. Momenteel hee� het secretariaat een beperkte personeelsequipe. Er moet ook rekening gehouden worden met de leden van de commissies. Het gaat om oudere vrijwilligers, geen universitaire onderzoekers. Deze ouderen zijn geëngageerd in hun lokale omgeving, dit moet benadrukt worden als eigenheid en sterkte van de Vlaamse Ouderenraad. Er werd voorgesteld om elke commissievergadering te beginnen met een informatieronde. De opvolging van het nieuw Vlaams Ouderenbeleidsplan en de memoranda kan hierbij een terugkerend agendapunt zijn. Algemeen dienen in de commissies de uitdagingen van de vergrijzing opgevolgd te worden. De Vlaamse Ouderenraad probeert proactief te werken en het beleid te inspireren. Daar waar er raakpunten tussen verschillende commissies zijn, bestaat de mogelijkheid tot samenwerking. Een belangrijke kan�ekening was dat de ouderen en de Vlaamse Ouderenraad niet overal bij betrokken kunnen worden. Adviesvragen van de overheid dienen daarentegen wel altijd opgenomen te worden. Ook het belang van het aanwenden van de expertise binnen de lidorganisaties werd naar voor gebracht.
ACTUEEL-Informatieblad
Vervolgens werd in het overleg besproken wat de mogelijkheden zijn om (externe) experten bij de commissies te betrekken. Op die manier krijgen de commissies voldoende inhoudelijke onderbouw. Er werd afgesloten met de uitwisseling van de ervaringen met betrekking tot de eerste vergaderingen van de nieuwe commissies.
Organiseer GRATIS een energievoordracht in uw vereniging
VEA
Het milieu, zorgzaam omspringen met energie is een zaak van iedereen. Jammer genoeg blijken vooral ouderen te denken dat energiebesparende investeringen niet meer de moeite lonen. Een vergissing die de Vlaamse overheid wil rechtze�en. Dankzij de vele tegemoetkomingen en de fiscale voordelen worden de investeringen sneller terugverdiend dan verwacht en de waarde van uw patrimonium stijgt aanzienlijk. Tweemaal voordeel dus. Om dit thema aan te kaarten hee� de Vlaamse Ouderenraad samen met NEOS een project ingediend bij het Vlaams Energieagentschap (VEA). Dankzij dit project kan NEOS een gratis voordracht aanbieden rond alle premies en toelagen van de overheid bij energiebesparende maatregelen en enkele eenvoudige tips geven om uw energiefactuur te doen dalen. Is een voordracht niet meer haalbaar, maar wil u wel op een activiteit aandacht aan het thema besteden? Aarzel dan niet om brochures met tips en/of premiewijzers aan te vragen! Interesse? Neem snel contact op met Linde Jacobs,
[email protected] of 02 238 04 97.
11
N����� ��� �� V������ O���������� Ouderenweekcampagne
Armoede tre� 1 op 5 ouderen
Ouderenweek 2010: 15-21 november ‘Stille armoede’ bij ouderen Dagelijks moet 1 op 10 Vlamingen een strijd leveren om de eindjes aan elkaar te knopen. Bij de ouderen is de situatie nog schrijnender, want daar lee� 1 op 5 onder de armoedegrens. Moeten kiezen tussen een doktersbezoek of het betalen van de energiefactuur, het lijkt voor velen onder ons onwaarschijnlijk, maar voor heel wat Vlamingen is het een bi�ere realiteit. Maar armoede is niet enkel een centenverhaal. Arm zijn betekent ook minder kansen krijgen. Mensen in armoede merken dag in dag uit dat ze geen toegang hebben tot de meest essentiële voorzieningen zoals gezonde voeding, energie, gezondheidszorgen of kwaliteitsvolle huisvesting. Tijdens dit Europees Armoedejaar wil de Vlaamse Ouderenraad met de Ouderenweekcampagne ‘Armoede tre� 1 op 5 ouderen’ een krachtig signaal geven en aandacht vragen voor de situatie voor ouderen in armoede. Armoede bij ouderen is immers vaak een verborgen probleem. Voor velen onder hen blij� armoede een taboe. Uit schaamte of trots trachten ouderen hun armoede zo goed mogelijk te verbergen. Daarom spreekt men ook wel eens van ‘stille armoede’.
Marcel, alleenstaand, 73 jaar Pensioen: 840 euro Huur: 400 euro Energiefactuur: 90 euro Eten: 200 euro Doktersbezoek: 23 euro Apotheker: 55 euro Herstel fornuis: 45 euro Daguitstap: 50 euro Rest: 27 euro
12
Ouderenweekcampagne van start Het startschot voor de Ouderenweekcampagne ‘Armoede tre� 1 op 5 ouderen’ werd gegeven op 1 oktober, de internationale dag van de ouderen. Op deze themadag werd de Ouderenweekcampagne en de nieuwe methodiek voor de lokale ouderenadviesraden voorgesteld. In het Vlaams Parlement mocht de Vlaamse Ouderenraad 255 deelnemers verwelkomen. Na de verwelkoming door Jeanine Schollaerts, werden enkele beleidsinitiatieven inzake armoede bij ouderen toegelicht door Walter Brusselaers, kabinetsmedewerker van Jo Vandeurzen, Coördinerend minister voor Ouderenbeleid. Om de problematiek in beeld te brengen, werd professor Karel Van den Bosch (UA) gevraagd een aantal concrete cijfergegevens over armoede bij ouderen te presenteren. Daaruit bleek nog maar eens dat 19,4% van de Vlaamse ouderen een armoederisico loopt. Daarna werd het woord gegeven aan Frederik Vanhauwaert, coördinator van het Vlaams Netwerk waar armen het woord nemen, en aan ervaringsdeskundige in armoede, Swa Schyvens. Swa maakte ons duidelijk wat armoede betekent en wat de binnenkant van armoede is. ”Armoede is uitgesloten zijn van een aantal rechten. Het brengt met zich mee dat je voor de maatschappij niet meer bestaat, dat je voor anderen niets meer betekent”, aldus Swa. Deze uitsluiting tekent mensen in armoede en daarom spreekt men wel eens van de gekwetste binnenkant van armoede: de vernedering, het verdriet, de eenzaamheid, zich niet aanvaard voelen, maar ook het minderwaardigheidsgevoel, het gevoel niet mee te tellen, het negatief zel�eeld,... Bovendien gee�
ACTUEEL-Informatieblad
de samenleving armen vaak het gevoel dat ze schuldig zijn aan hun eigen situatie waardoor ze zich schamen en zich schuldig voelen. Wanneer aan Swa gevraagd werd hoe hij aankijkt tegen zijn pensioen, dan gaf hij eerlijk toe er tot voor kort nog niet te hebben bij stilgestaan. Maar het vooruitzicht op zijn pensioen, boezemt hem wel angst in. Door een carrière van ups en downs met veel tijdelijke jobs en periodes van werkloosheid, zal hij een klein pensioen hebben. Hoewel hij niet bang is om ouder te worden, hee� hij wel schrik om niet alleen terug in de financiële armoede terecht te komen, maar ook in de eenzaamheid. Vervolgens maakte Bernard Defossez, voorzi�er van Welzijnsschakels vzw, duidelijk dat mensen in armoede, ondanks hun pogingen, niet uit zichzelf uit de armoede kunnen geraken. Slechts 9% slaagt er wel in, maar dat gebeurt enkel en alleen als zij breken met hun vroegere milieu. Wanneer je weet dat de solidariteit en de familiebanden in arme gezinnen bijzonder belangrijk zijn, weet je meteen ook hoe dramatisch dat voor hen is. Bij Welzijnsschakels werken vrijwilligers samen met mensen die in armoede leven. Samen gaan ze de strijd aan tegen armoede en sociale uitsluiting. De samenwerking tussen mensen met armoede-ervaring en zonder armoede-ervaring vormt volgens de voorzi�er de kern van de werking. Net voor de middagpauze werd de Ouderenweekcampagne en de methodiek voorgesteld door Mie Moerenhout, directeur van de Vlaamse Ouderenraad. Een warme oproep werd gedaan aan alle 270 ouderenadviesraden om mee te werken aan de campagne en zo armoede bij ouderen in beeld te brengen.
ACTUEEL-Informatieblad
In de namiddag werden enkele ‘goede praktijkvoorbeelden’ voorgesteld. Zo kunnen in Borgerhout mensen met een laag inkomen gratis terecht voor een doktersconsultatie bij het Wijkgezondheidscentrum ’t Spoor’. De Landelijke Thuiszorg leerde ons dat je met een beperkt budget toch heel gezond en lekker kan koken en gaf enkele nu�ige tips mee. In Brussel zorgen de buurtconciërges van het Seniorencentrum voor het in stand houden van het wooncomfort en de veiligheid van de Brusselse (arme) ouderen. Opvallend is ook het contact dat daarbij ontstaat; de buurtconciërges zijn meer dan klusjesmannen. Als laatste kwam Efrem aan de beurt, een organisatie die zelfstandigen in moeilijkheden begeleidt. Daarna werd het advies ‘Armoede bij ouderen’ toegelicht door Bart Beernaert, stafmedewerker van de Vlaamse Ouderenraad. Minister voor Armoedebestrijding, Ingrid Lieten, was aanwezig om het advies ‘Armoede bij ouderen’ in ontvangst te nemen. Zij gaf toelichting over het armoedebeleid. Ouderen zijn samen met kinderen de prioritaire doelgroepen in het actieplan. De dag werd afgesloten door de voorzi�er van de Vlaamse Ouderenraad, Jul Geeroms. Zijn toespraak kunt u nalezen op www.ouderenweek.be, waar bovendien alle teksten beschikbaar zijn.
13
Kathy Louagie, stafmedewerker Vlaamse Ouderenraad Lokale ouderenadviesraden aan het werk De Vlaamse Ouderenraad hee� gekozen om zich met de Ouderenweekcampagne specifiek te richten naar de lokale ouderenadviesraden. Daarom werd een nieuwe methodiek ontwikkeld: de armoedefiche. Aan de hand van enkele specifieke vragen worden de lokale ouderenadviesraden aangemoedigd om een armoedefiche van hun gemeente op te stellen en zo armoede bij ouderen in beeld te brengen.
De verzamelde cijfergegevens kunnen volgend jaar gebruikt worden om na te gaan welke stappen het lokale beleid kan nemen om de armoedeproblematiek bij ouderen in de gemeente aan te pakken. Ben je lid van een lokale ouderenadviesraad en wil je meewerken aan de campagne ‘Armoede tre� 1 op 5 ouderen’? Surf dan naar www. ouderenweek.be en ontdek wat je in je eigen gemeente kan doen en hoe je met je lokale ouderenadviesraad kan deelnemen. Alle gegevens om de armoedefiche in te vullen vind je in de Ouderenweekbrochure terug.
Nieuwe campagnewebsite Om de Ouderenweekcampagne in beeld te brengen, lanceerde de Vlaamse Ouderenraad de nieuwe website www.ouderenweek.be. Je vindt er niet alleen informatie terug over de campagne van 2010, maar ook de nieuwe methodiek, de folder, de brochure en de armoedefiche. Bovendien zijn ook alle teksten en foto’s van de studiedag op de site beschikbaar. Maak je eigen activiteit rond armoede bekend! Jouw ouderenorganisatie kan zelf activiteiten die kaderen in het thema armoede op de website toevoegen en op die manier bekend maken. Organiseert jouw lokale afdeling of ouderenadviesraad een studiedag, een debatnamiddag, een voordrachtavond, een vorming, een tentoonstelling, enz. rond het thema armoede? Grijp je kans en maak dit op www. ouderenweek.be bekend voor heel Vlaanderen. Hoe dit juist in zijn werk gaat, lees je op blz. 32 van de Ouderenweekbrochure.
14
ACTUEEL-Informatieblad
Vlaamse Ouderenraad overhandigt mevrouw Lieten
advies ‘Armoede bij ouderen’ Een eigen woning
Het bezit van een eigen woning is cruciaal. Men zegt wel eens: “Ja, de ouderen hebben een laag inkomen maar velen hebben een eigen woning en dus geen huisvestingskosten.” Voor een stuk klopt dit. Men vergeet echter wel dat die eigen woning vaak van een oudere datum is en van mindere kwaliteit hetgeen ook kosten meebrengt. Ouderen die – om wat voor redenen ook – geen eigen woning bezi�en en moeten huren, zijn extra kwetsbaar. Voor hen loert dikwijls de armoede om de hoek. Daarom vindt de Vlaamse Ouderenraad de toegang tot een sociale woning en het systeem van tegemoetkomingen in de huurprijs voor de private markt essentieel om armoede bij ouderen te voorkomen. Op 1 oktober werd in het Vlaams Parlement de Ouderenweekcampagne ‘Armoede tre� 1 op 5 ouderen’ gelanceerd. Op deze dag werd ook het advies ‘Armoede bij ouderen’ bekendgemaakt. Ondertussen werd het advies overhandigd aan Vlaams minister voor Armoedebestrijding, mevrouw Ingrid Lieten. In Vlaanderen loopt 19,4% van de ouderen kans om in armoede terecht te komen. Armoede is onaanvaardbaar en daarom wil de Vlaamse Ouderenraad met de campagne ‘Armoede tre� 1 op 5 ouderen’ een krachtig signaal geven. Het advies dat de Vlaamse Ouderenraad opgemaakt hee�, telt in totaal 49 actiepunten. Hieronder vindt u enkele prioritaire punten waar de Vlaamse Ouderenraad veel belang aan hecht. We�elijke pensioenstelsels Zonder het pensioen zou tachtig op de honderd ouderen arm zijn. Het behoud en de versterking van de we�elijke pensioenstelsels in ons land en een jaarlijkse, automatische en procentuele aanpassing van de pensioenen aan de welvaart zijn dan ook uitermate belangrijk in de bestrijding van de armoede bij ouderen.
Ziekte maakt arm Vele ouderen hebben hoge kosten als gevolg van hun zorgbehoevendheid en moeten vaak om financiële redenen een bezoek aan de dokter of een opname in het ziekenhuis uitstellen. De Vlaamse Ouderenraad pleit dus voor: - een goede verplichte ziekteverzekering - verdere uitbouw van de zorgverzekering - de maximumfactuur in de gezondheidszorg - en als een hospitalisatieverzekering nodig is dan moet ze ook voor ouderen toegankelijk zijn Armoede is niet alleen een gebrek aan centen Armoede betekent ook: er niet bij horen, niet kunnen deelnemen aan het sociale en culturele leven, niet geïnformeerd zijn over rechten en participatiemogelijkheden. De Vlaamse Ouderenraad verwacht van de Vlaamse regering dat zij: - het vormen en in standhouden van sociale en culturele netwerken, het verenigingsleven, de sportbeoefening blij� ondersteunen en toegankelijker maakt voor arme ouderen - bijzondere inspanningen levert om ouderen te informeren Het volledige advies www.ouderenweek.be.
ACTUEEL-Informatieblad
is
te
vinden
op
15
Het Vlaams Ouderenbeleidsplan: stand van zaken Mie Moerenhout, directeur
De 6 interne commissies en de 30 lidorganisaties kregen de kans dit ontwerp te bespreken en hun opmerkingen door te geven aan het secretariaat van de Vlaamse Ouderenraad voor de ontwikkeling van een advies aan de minister ter verbetering van zijn ontwerp. Na bundeling van de binnengekomen reacties werd een eerste versie van het gezamenlijk advies gemaakt en doorgestuurd voor amendering naar de 30 lidorganisaties. Op een extra bijeengeroepen Algemene Vergadering werd op 28 juni de ingezonden amendementen gewogen, ingepast en goedgekeurd. Een lijvig advies op het volledige plan werd tijdig aan de minister bezorgd. Enkele dagen nadien kwam de interkabinettenwerkgroep, kabinetsmedewerkers van de verschillende Vlaamse ministers en ambtenaren van de diverse beleidsdomeinen, samen om het advies te bekijken, af te wegen wat ervan haalbaar is binnen deze regeerperiode en kon er bij ingelast of aangepast worden in het plan.
Campagne ‘Generatie nu Jong van hart’ van start
Nadien werd het ontwerp van het plan én het advies van de Vlaamse Ouderenraad doorgestuurd naar de Inspectie van Financiën. Voorgaand pakket, aangevuld met het advies van financiën werd dan eind augustus bezorgd aan de Vlaamse Regering. Op de regeringsvergadering van 24 september werd het ontwerp goedgekeurd. Nu is het de beurt aan het Vlaams Parlement om het plan te beoordelen en, eventueel met suggesties voor bijsturingen, zijn fiat te geven. De Vlaamse Ouderenraad hoopt dat de verschillende parlementaire commissies het onderdeel van het plan dat bij hun werkthema’s hoort, zullen bespreken, of dat een manier gezocht wordt om het volledige plan onder de loep te nemen, in plaats van enkel het welzijnsdeel zoals bij de voorgaande editie. En als er geen tijdverlies optreedt, zal het plan definitief zijn eind oktober. Minister Vandeurzen wil het plan in de maand november aan het brede publiek bekend maken. Het is dus tot dan wachten om inzicht te krijgen in het beleid dat specifiek en/of algemeen voor de ouderen zal uitgewerkt worden tussen dan en het einde van deze legislatuur, halfweg 2014. Nieuwsgierig? Volg alle mediakanalen in november. Eerstdaags wordt het antwoord op het advies van de Vlaamse Ouderenraad bezorgd door de Coördinerend Minister van Ouderenbeleid. Er is ons alvast meegedeeld dat een aantal zaken uit het advies nog werden ingepast in het plan.
GEN ERATIE
Met enige vertraging ontving de Vlaamse Ouderenraad op 2 juni het ontwerp van het Vlaams Ouderenbeleidsplan zoals het was opgesteld door het kabinet van minister Vandeurzen en de administratie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Zoals eerder vermeld, werd dit ontwerp ontworpen vanuit een omgevingsanalyse (feiten – behoe�en), de consultatieronde in de maand maart en de beleidsintenties van de verschillende ministers omwille van het inclusieve karakter van het Ouderenbeleid.
jong van hart
‘Volop in het leven staan.’ ‘Een actieve rol spelen.’ ‘Betrokken zijn en betrokken blijven.’ Dat is de belangrijke rol die het Vlaams Ouderenbeleidsplan de ouderen toebedeelt. En omdat de Vlaamse overheid die woorden graag in daden omgezet ziet, werd op 1 oktober de TV-campagne ‘Generatie nu – Jong van hart’ gelanceerd. Op die manier wil de Vlaamse overheid de maatschappelijke betrokkenheid van oudere mensen in Vlaanderen benadrukken en hen aanmoedigen om in die inzet te volharden. Ze wil alle ouderen aansporen om het Vlaanderen van nu mee vorm te blijven geven. De waarde en kracht van ouderen vormen daarvoor de basis. De TV-spot was te zien op Eén, VTM en de regionale televisie en is te bekijken op www.generatienu.be.
16
ACTUEEL-Informatieblad
Maatregel ING:
Mie FLATER Moerenhout, directeurnaar OVERLEG van Mie Moerenhout, directeur
Krantenbericht 3/8/2010: “ING beperkt de opvraaglimiet aan bankautomaten voor 60-plussers tot 1000 euro per week. Daarmee wil de bank oudere klanten beschermen tegen fraude en oplichting.” Onmiddellijk reageren ouderenorganisaties, ouderen, politici en natuurlijk ook de Vlaamse Ouderenraad. Diezelfde dag hee� de Vlaamse Ouderenraad een persbericht uitgestuurd, overlegd met het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding en de directie van ING aangeschreven. ING nam deze maatregel omdat uit het verslag van de bemiddelingsdienst 2009 zou blijken dat 60-plussers veel vaker slachtoffer zijn van fraude en misbruik van de bankkaarten. In het jaarverslag stond: “De dieven slagen erin zich tegelijk de kaart en de code toe te eigenen van de persoon wiens bankrekening zij willen plunderen. Vooral zwakkere personen zoals bejaarden zijn daarvan het slachtoffer.” De Vlaamse Ouderenraad stelde vast dat deze bevinding veralgemeend werd om een eenzijdige beperking op te leggen voor alle zestigplussers en alleen voor de zestigplussers. Welk beeld hee� een bank van zijn ouderwordende klanten???
Later op de dag hee� ING de maatregel ingetrokken. Toch hee� ING het gevraagde overleg met de Vlaamse Ouderenraad een week later georganiseerd. Bij het bezoek aan de INGdirectie hebben een zeventiger, een zestiger en een vij�iger een ruime nuance gebracht. De Vlaamse Ouderenraad hee� de bank er a�ent op gemaakt dat het merendeel van de ouderen zelf kan en wil beslissen en op de eigen autonomie staat. ING hee� ingezien dat ze een inscha�ingsfout gemaakt hebben en hee� zich verontschuldigd bij zijn 60-plus klanten. Vanuit het besef dat de bank niet in de plaats van de ouderwordende klanten moet denken, is alvast overeengekomen te overleggen met de Vlaamse Ouderenraad vooraleer een beslissing te nemen over maatregelen die belangrijk zijn voor ouderen. Ook problemen en specifieke behoe�en kunnen besproken worden om samen naar oplossingen te zoeken. En zo eindigt het sprookje toch positief, hoewel … er zijn vervolgverhalen beloofd.
Lee�ijdsdiscriminatie ja of nee? En wat dan? Discriminatie op basis van lee�ijd kan niet. Het is bij wet verboden, ook op oudere lee�ijd. Indien je twijfelt of een bepaalde actie je discrimineert omwille van je oudere lee�ijd, kan je steeds de vraag stellen aan het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding of aan de Vlaamse Ouderenraad. Indien je geconfronteerd wordt met discriminatie omwille van je oudere lee�ijd kan je je verhaal doen bij de Vlaamse Ouderenraad of het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding.
ACTUEEL-Informatieblad
In het eerste geval komt er een antwoord op de vraag. In het tweede geval wordt de vermoedelijke discriminatie onderzocht en kan er opgetreden worden, ook via gerechtelijke weg. Ter gelegenheid van de Internationale dag van de ouderen hee� het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding de discriminatie op basis van lee�ijd op de arbeidsmarkt onder de aandacht gebracht want deze komt ook voor bij oudere werknemers. Hoe contacteer ik het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding? Bel het (gratis) groene nummer: 0800 12 800.
17
N����� ��� �� O������� Sint-Pieters-Woluwe wijzigt gemeentereglement voor koppel dat 75 jaar gehuwd is De Brusselse gemeente Sint-Pieters-Woluwe past haar gemeentereglement aan om huwelijksjubilarissen die 75 jaar getrouwd zijn, ook in de bloemetjes te kunnen ze�en. De wijziging komt er naar aanleiding van de radium-huwelijksverjaardag van een koppel in de gemeente. “Het is nog nooit gebeurd dat een koppel zo lang gehuwd is in onze gemeente. Er bestaat dan ook geen regeling over in ons gemeentereglement”, zegt de schepen. “Ik heb het koppel vijf jaar geleden wel nog gevierd, ter ere van hun zeventigste huwelijksverjaardag. In elk geval verdient een dergelijke langdurige verbintenis meer dan een bloemetje.” Tegelijkertijd besluit het gemeentebestuur om ook mensen die 105 worden te vieren.
Modaliteiten tewerkstellingspremie 50+ aangepast Vlaanderen blij� investeren in de tewerkstelling van 50-plussers. De tewerkstellingspremie 50+ is daarbij een belangrijk instrument en betekent een substantiële vermindering van de loonkost voor werkgevers die een werkzoekende 50-plusser aanwerven. Na lang aandringen werd in de federale anticrisismaatregelen een tewerkstellingspremie voor werkzoekende 50-plussers opgenomen. Deze maatregel is van kracht sinds begin 2010. Sinds 1 oktober is het niet langer mogelijk beide premies te cumuleren.
Zakgeld bewoners woonzorgcentra Het bedrag van het zakgeld dat sommige woonzorgcentrabewoners ontvangen, volgt de indexering van het leefloon. Gevolg daarvan is dat het zakgeld verhoogde in september 2010. Het jaarbedrag is nu 1033,83 euro.
Discussieer mee over een interactieve overheid op
i-vlaanderen
Hoe kan de overheid internet en ICT gebruiken voor een betere dienstverlening? Op de nieuwe website www.i-vlaanderen.eu kan je zelf meedenken en suggesties doen. Op 17 december organiseert minister Bourgeois een rondetafel in het kader van Vlaanderen in Actie rond het thema i-vlaanderen, de Vlaamse overheid interactief. De beste ideeën uit de discussies op i-vlaanderen.eu zullen aan bod komen tijdens de rondetafel. Geef je mening over een interactieve overheid op www.i-vlaanderen.eu.
18
ACTUEEL-Informatieblad
Wat doen bij diefstal of verlies van uw Belgische identiteitskaart, paspoort of verblijfstitel (model met chip)? Blokkeer deze onmiddellijk door gratis te bellen naar DOCSTOP op het nummer 00800 2123 2123. Zo voorkomt u het risico op frauduleus gebruik van uw document en de eventuele financiële gevolgen. DOCSTOP is een gratis dienst, 24u/24u en 7 dagen per week bereikbaar. U kan 00800 2123 2123 niet bereiken? Bel dan naar 02 518 2123. Belangrijk: met DOCSTOP kunnen enkel Belgische identiteitsdocumenten worden geblokkeerd. Diefstal of verlies: wat doen? ● In geval van diefstal. Bel onmiddellijk naar DOCSTOP. Doe ook aangi�e van de diefstal bij het dichtstbijzijnde politiebureau of bij uw lokale politie. ● In geval van verlies. Bel onmiddellijk naar DOCSTOP. Ga vervolgens naar uw gemeentehuis. Buiten de openingstijden kunt u bij de politie terecht voor een voorlopig a�est. Belangrijk: als het verloren document een verblijfstitel betre�, dient u altijd eerst aangi�e van het verlies te doen bij de politie alvorens naar het gemeentehuis te gaan.
Wat gebeurt er na uw telefoon? Identiteitskaarten en verblijfstitels: u ontvangt een brief waarin uw melding van verlies of diefstal wordt bevestigd. Indien u uw document terugvindt, hee� u 7 dagen de tijd, gerekend vanaf uw telefoontje, om deze te deblokkeren. Na die termijn wordt het identiteitsdocument ongeldig verklaard en moet u een nieuw document aanvragen op het gemeentehuis. Paspoorten: vanaf het moment dat u DOCSTOP belt, wordt uw paspoort ongeldig verklaard. Meer informatie:
[email protected]
Het DOCSTOP-systeem beschermt u tegen identiteitsfraude Na vaststelling van uw identiteit, wordt uw document in slechts enkele minuten geblokkeerd op de site www.checkdoc.be. Deze website wordt door banken en andere instanties of administraties gebruikt om na te gaan of een identiteitsdocument bekend staat als gestolen, verloren, verstreken of ongeldig. Dankzij DOCSTOP en Checkdoc, bent u beschermd tegen een frauduleus gebruik van uw verloren of gestolen identiteitsdocumenten!
ACTUEEL-Informatieblad
19
Maximumfactuur (MAF) verlaagt medische kosten voor meer gezinnen Wat is de MAF ? De MAF is een belangrijke maatregel van financiële toegankelijkheid die elk gezin de garantie biedt dat het niet meer moet uitgeven aan kosten voor geneeskundige verzorging dan een bepaald maximumbedrag (plafond). Het maximumbedrag verschilt naargelang de sociale situatie van het gezin en naargelang het inkomen. Als de medische kosten in de loop van het MAF-jaar dat maximumbedrag bereiken, krijgen de leden van het gezin de overige medische kosten volledig terugbetaald. De MAF chronisch zieken is gestart op 1 januari 2009. Dit houdt in dat het plafondbedrag met 100 euro vermindert wanneer een gezinslid de 2 voorafgaande kalenderjaren individueel telkens 450 euro aan remgelden hee� gedragen. Door sneller in werking te treden gee� de MAF een extra bescherming aan het gezin met een chronisch zieke persoon. Welke kosten komen in aanmerking voor de MAF? ● remgeld voor verstrekkingen van artsen, tandartsen, kinesitherapeuten, verpleegkundigen en andere zorgverleners ● remgeld voor geneesmiddelen uit categorie A, B en C en voor geneesmiddelen die de apotheker zelf maakt ● remgeld voor technische prestaties (bijvoorbeeld operaties, röntgenfoto’s, laboonderzoeken, technische testen, enz.) ● persoonlijk aandeel in de ligdagprijs in een algemeen ziekenhuis (volledig) en in een psychiatrisch ziekenhuis (enkel de eerste 365 dagen) ● forfaitair persoonlijk aandeel voor geneesmiddelen tijdens hospitalisatie ● enterale voeding via sonde of stoma voor jongeren van minder dan 19 jaar ● endoscopisch en viscerosynthesemateriaal ● veiligheids- en afleveringsmarges voor implantaten
Startnota ‘Winkelen in Vlaanderen’ goedgekeurd De regering keurde eind juli een nota goed die de detailhandel in de dorps- en stadscentra moet bevorderen. Op basis daarvan volgt overleg over een beleid van kernversterking. De detailhandel draagt bij tot de aantrekkelijkheid en lee�aarheid van de binnensteden en dorpskernen. De ontwikkeling van baanwinkels en perifere ontwikkelingen maakt de binnenstedelijke kleinhandel zeer kwetsbaar. Zonder heldere keuzes zullen perifere locaties in vele gevallen makkelijker zijn dan (her)ontwikkeling in een bestaand centrum. Het is de bedoeling beleidsinitiatieven te ontwikkelen om de verdere aangroei van baanwinkellinten drastisch te beperken, nieuwe inplantingen van grootschalige handelszones zorgvuldig af te wegen en ten slo�e – na een gewenste regionalisering van de IKEA-wet – de complementariteit met de handel en wandel van de stadscentra en dorpskernen beter te bewaken. Dit beleid zal ter advies worden voorgelegd aan de adviesraden. Daarnaast zal ook beleid geïdentificeerd worden om de detailhandel en de lokale besturen die hierrond willen werken, te versterken. Hiertoe zal overleg opgestart worden met vertegenwoordigers van de verschillende betrokken organisaties. Voorstellen ter bespreking zijn reeds: specifieke projecten om groot- en kleinhandel digitaal te laten samenwerken, uitbouw van gestructureerde informatie over detailhandel, een oproep voor gemeenten die projecten kunnen indienen om investeringen van handelaars om de kernen aantrekkelijker te maken mee te ondersteunen, een lerend netwerk voor lokale besturen. De startnota is een overlegnota waarin reeds enkele grote lijnen werden uitgestippeld. Eind dit jaar zal een ViA-rondetafel (Vlaanderen in Actie) worden georganiseerd over de detailhandel. Het is duidelijk de bedoeling om van de detailhandel een speerpunt van het beleid te maken.
20
ACTUEEL-Informatieblad
Verbeterde controle op woonkwaliteit van huurwoningen De Vlaamse regering keurde een voorontwerp van decreet goed (23 juli 2010) dat voorziet in aanpassingen in decreten uit het beleidsdomein Wonen met als doel de woonkwaliteit op de private huurmarkt te bevorderen en de controle erop te versterken. De regering wil ervoor zorgen dat huurders op de private markt beter beschermd worden tegen slechte woonomstandigheden. Concreet wordt komaf gemaakt met een aantal struikelblokken en lacunes in de Vlaamse Wooncode, het Kamerdecreet en het Heffingsdecreet. In de Vlaamse Wooncode staat het fundamentele recht op goede huisvesting centraal. Het Kamerdecreet legt minimale kwaliteits- en veiligheidsnormen op aan kamers en studentenkamers. Het Heffingsdecreet gaat verkro�ing van woningen tegen door heffingen op slechte woningen mogelijk te maken. Volgende aanpassingen springen in het oog: ● Het te huur stellen van slechte woningen wordt stra�aar, wat al een eerste stap is, want totnogtoe was enkel het verhuren van een slechte woning stra�aar. De Wooninspectie kan dus optreden vanaf het moment dat er een advertentie verschijnt of er een bordje ‘te huur’ wordt geplaatst. ● De minimale woningkwaliteitsnormen worden aangevuld met energienormen. Vandaag kijkt de Wooninspectie onder meer naar het sanitair, de verwarmingsmogelijkheden, de veiligheid van elektrische apparaten en de gasinstallatie en naar de stabiliteit van het gebouw. Nu worden er geleidelijk ook energienormen ingevoerd. Die maatregel past in het plan om alle woningen tegen 2020 energiezuinig te maken. ● Technici Wooninspectie krijgen ook de bevoegdheid om te verbaliseren, zodat er meer en gerichter kan worden gecontroleerd. Tot nu toe konden alleen de Wooninspecteurs wantoestanden inzake woningkwaliteit opsporen en vaststellen in een proces-verbaal. Door technici ook verbalisatiebevoegdheid te geven, wordt de capaciteit van de Wooninspectie gevoelig uitgebreid en zal er meer en gerichter kunnen worden gecontroleerd.
ACTUEEL-Informatieblad
●
●
●
Zo kan de Wooninspectie veel sneller slechte woningen opsporen en zo nodig herstellingen opleggen of de woning onbewoonbaar verklaren. Door eigenaars te laten betalen voor een tweede controle, zal het aantal overbodige controles dalen en krijgt de Wooninspectie meer tijd om slechte woningen op te sporen. Sinds 2007 kunnen wooninspecteurs via het parket of de burgerlijke rechtbank een vordering tot herstel van de woning laten opleggen aan de eigenaar. Na de renovatiewerken mogen er geen gebreken meer zijn. Gemeenten kunnen ambtshalve een conformiteitsa�est afleveren. Dat is een officiële verklaring die een huurwoning bewoonbaar verklaart. De gemeenten kunnen in de toekomst zelf een woning onderzoeken, wat hen een krachtig instrument gee� om zelf de woonkwaliteit te bewaken. Wie een slechte huurwoning koopt, moet de opgelegde herstelwerken uitvoeren. De nieuwe eigenaar wordt medeverantwoordelijk voor een eventuele herstelvordering. De verkoper is verplicht de koper in te lichten over het bestaan van de herstelvordering, zodat er op basis daarvan onderhandeld kan worden over de prijs. Krijgt de koper de informatie niet, dan kan de verkoop ongedaan worden gemaakt. Hoe dan ook krijgt de huurder de garantie dat de herstellingen worden uitgevoerd.
21
Vlaams Actieplan Armoedebestrijding De Vlaamse regering keurde het Vlaams Actieplan Armoedebestrijding (2010-2014) goed en engageert zich daarmee om de volgende jaren werk te maken van Armoedebestrijding. Het actieplan kwam tot stand na overleg met het Vlaams Netwerk waar Armen het woord nemen, het werkveld, het middenveld, de academische wereld, ervaringsdeskundigen in armoede en de administratie Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. In 194 doelstellingen wordt aangetoond hoe de Vlaamse regering de armoede wil bestrijden. Deze doelstellingen worden geconcretiseerd in actiefiches tegen eind 2010. Dit actieplan werd gecommuniceerd en afgetoetst bij het middenveld tijdens de dialoogdag van 7 oktober. Mevrouw Ingrid Lieten erkende onmiddellijk dat één minister alleen de armoede niet kan aanpakken; daarom is er een Coördinerend minister die de collega-ministers in hun beleid aanspoort dit voor de beslissing te overdenken i.f.v. mensen in armoede. Tegen eind 2010 vraagt ze dat elke minister voor zijn beleidsdomeinen het plan concretiseert en er een timing opplakt. Er wordt ook samengewerkt met het federale beleidsniveau, want o.a. de pensioenen en de ziekteverzekering zijn een federale materie. Maar, een plan kan maar lukken mét de sector van de armen, meent de minister. De gepensioneerde professor Jan Vrancken, die jarenlang de armoedestudies coördineerde op de Universiteit van Antwerpen, begon zijn verhaal heel realistisch met de melding dat de tijd van woorden voorbij is, dat het nu tijd is voor daden!!! Daarom hee� hij het peterschap van het armoedeplan aanvaard. Een greep uit zijn bedenkingen: ●
●
●
22
Het is goed dat de Coördinerend minister niet de minister van welzijn is omdat de andere ministers de bedreiging aanvoelen van het binnendringen in hun domein. Deskundigen (ervaringsdeskundigen + wetenschappers + beleidsmensen) worden best bijeengebracht om de krachten te bundelen. In het concept moet de armoede centraal staan, niet de armen zelf. Het is duidelijk de
●
toestand die moet aangepakt worden, niet de mensen! Hij is voorstander van een armoedetoets als een sociale clausule in de overheidsopdrachten. Hij raadt aan de open coördinatiemethode van Europa over te nemen. Hij voert een pleidooi voor een samenhangend beleid waarbij het plan wordt opgevolgd, geëvalueerd en bijgestuurd. Met de armoedetoets wordt de armoede-impact van het beleid nagegaan.
Minister Lieten vermeldde dat met het Pact 2020 de keuze gemaakt is voor een samenhangende strategie en een langetermijnaanpak in permanent armoedeoverleg (horizontaal en beleidsoverschrijdend). Accenten in het armoedebeleid gaan naar kinderen en hun gezin én ouderen. Blijvend kennis verzamelen over de evolutie van armoede ziet ze als een noodzaak, maar even noodzakelijk is het dat er van elkaar geleerd wordt. Netwerking is daarbij een belangrijk instrument. Nog volgens de Coördinerende Minster van Armoedebestrijding zullen maatregelen pas op de regering komen nadat de armoedetoets is gedaan. De bedoeling daarvan is dat er geen averechtse effecten worden gecreëerd waardoor de armoede vergroot. Het Actieplan telt 194 doelstellingen. Belangrijke punten daaruit zijn: ● Het coördinerend comité, een kennisplatform en aandachtsambtenaren ● Gesprek met mensen in armoede, met als bedoeling kennis van de ontsporing te verkrijgen ● De armoedebarometer als vinger aan de pols ● Elke minister wordt gevraagd om het armoedethema op te nemen in de nieuwe beheersovereenkomsten In een stellingendebat komt het volgende aan bod: ● Een groot aantal voorzieningen wordt gekoppeld aan het inkomen en dit gee� problemen voor sommigen die er buiten vallen.
ACTUEEL-Informatieblad
Mie Moerenhout, directeur ● ● ●
Automatische toekenning van rechten is niet goed voor de begroting, maar desalnie�emin een noodzaak. Ongerustheid wordt uitgedrukt met de vraag naar de sfeer – wordt het draagvlak kleiner? Beeldvorming – wat kunnen de media doen om de beeldvorming te kantelen?
Er werd benadrukt dat beleid DUURZAAM moet zijn, CONTINUÏTEIT moet kennen en CONSEQUENT dient te zijn. Er is alvast tevredenheid dat verantwoordelijkheid bij alle ministers wordt gelegd voor de armoedebestrijding. Vragen kunnen gemaild worden naar: welzij
[email protected]
Wist u dat het autootje van uw kleinzoon gevaarlijker kan zijn dan het verkeer? Wie ouder wordt, hee� meer kans om te vallen. En zo’n valpartij hee� meestal nare gevolgen. Daarom voert de Vlaamse overheid in samenwerking met het Expertisecentrum Valpreventie Vlaanderen campagne om vallen te voorkomen. De cijfers over valincidenten zijn verontrustend: ongeveer een op de drie thuiswonende 65-plussers valt eenmaal per jaar, een derde onder hen zelfs verschillende keren. De gevolgen? Die gaan van verstuikingen, snijwonden en breuken tot valangst, verlies van zelfvertrouwen, depressie, sociaal isolement en grotere zorga�ankelijkheid. Tips Vallen voorkomen hoe� niet moeilijk te zijn. Met enkele eenvoudige aanpassingen wordt een huis al heel wat ‘valveiliger’. En met een halfuurtje lichaamsbeweging per dag staan we steviger in onze schoenen. Die tips maken de hoofdbrok van de campagne uit. Wie de tips allemaal wil lezen, kan surfen naar www.vermijdvallen.be. De campagne De hoofdrol in de campagne is weggelegd voor een reporter. In ludieke filmpjes komt die reporter bij enkele mensen thuis. Ze zijn net gevallen, en hij zoekt uit wat er misgegaan is. Lag de mat los? Is het slachtoffer op een wankele stoel gekropen en dan gevallen? Of had hij te veel of verkeerde medicijnen ingenomen? Samen met de reporter lost de kijker het mysterie op en ontdekt hij op een grappige manier wat hij kan doen om vallen in en rond het huis te vermijden. De filmpjes zijn te bekijken op www.vermijdvallen.be. Op de website www.vermijdvallen.be kunt u samen met de reporter enkele pijnlijke zaken oplossen. U vindt er ook meer nu�ige informatie en weetjes.
ACTUEEL-Informatieblad
23
Het OMNIO-statuut Het OMNIO-statuut is een mogelijkheid voor personen met een laag inkomen om een betere terugbetaling te krijgen van hun medische zorgen zoals bijvoorbeeld de arts, de tandarts, de kinesist, geneesmiddelen, hospitalisatiekosten, enz. Het OMNIO-statuut bestaat sinds 1 april 2007 en is een uitbreiding van de bestaande verhoogde tegemoetkoming voor medische prestaties. OMNIO vervangt echter het bestaande systeem van verhoogde tegemoetkoming niet. Voor personen die reeds de verhoogde tegemoetkoming hebben (bv. Rechthebbenden op de Verhoogde Verzekeringstegemoetkoming - voorheen WIGW), verandert er niets. DE VERHOOGDE TEGEMOETKOMING lagere persoonlijke bijdrage (remgeld) bij ziekenhuisverblijf, voor raadpleging arts, voor geneesmiddelen en de toepassing van de derdebetalingsregeling
1. Op basis van een SOCIAAL VOORDEEL bv. leefloon, inkomensgarantie voor ouderen, enz.
2. Op basis van een HOEDANIGHEID en met INKOMENSONDERZOEK bv. gepensioneerde, mindervalide, invalide, weduwnaar of weduwe, volledig werkloze vij�igplusser, enz.
3. Na het inkomensonderzoek van het OMNIO-STATUUT
(Gebaseerd op: Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting. (2009). Verslag armoedebestrijding 2008-2009 - Deel 1)
Wie komt in aanmerking? Het OMNIO-statuut is bedoeld voor iedereen met een moeilijke financiële gezinssituatie. Het kan toegekend worden aan gezinnen waarvan het jaarlijks bruto belastbaar inkomen (beroepsinkomen, roerende en onroerende inkomsten, uitkeringen, pensioenen…) van alle gezinsleden voor het jaar vóór de aanvraag lager is dan een bepaald maximumbedrag. Dit maximumbedrag wordt vermeerderd met een bedrag per bijkomend gezinslid.
24
Grensbedragen van inkomens Jaar van aanvraag
de Inkomsten aanvrager voorgaande jaar
Inkomsten bijkomende gezinsleden voorgaande jaar 2010 14.778,26 euro 2.735,85 euro 2009 14.339,94 euro 2.654,70 euro 2008 13.543,71 euro 2.507,30 euro 2007 13.312,80 euro 2.464,56 euro (Bron: RIZIV, OMNIO-statuut, verkregen op 13 oktober 2010 van h�p://www.riziv.fgov.be/citizen/nl/ medical-cost/general/OMNIO/faq.htm#111)
ACTUEEL-Informatieblad
Bart Beernaert, stafmedewerker Vlaamse Ouderenraad Het OMNIO-statuut geldt voor het hele gezin. Het gezin dat in aanmerking komt omvat alle personen die officieel op hetzelfde adres wonen op 1 januari van het jaar van de aanvraag van het OMNIO-statuut. Voorbeelden: • u woont samen met uw zoon, zijn vriendin en een grootmoeder: voor een aanvraag van OMNIO in 2010 bedraagt het grensbedrag 22.985,81 euro (14.778,26 euro + 3 x 2.735,85 euro) voor de inkomsten van 2009 • u bent alleenstaande: het grensbedrag voor OMNIO is 14.778,26 euro voor een aanvraag in 2010
Aanvragen bij uw ziekenfonds De aanvraag van het OMNIO-statuut gebeurt bij de lokale afdeling van uw ziekenfonds. U en alle leden van uw gezin moeten een verklaring op erewoord invullen. Als bewijs over uw inkomsten voegt u bij de verklaring het meest recente aanslagbiljet dat u bezit. Hierbij voegt u ook de bewijzen met betrekking tot de inkomsten van uw gezin in het jaar vóór de aanvraag: • de loonfiches • het a�est van de instelling die de werkloosheidsuitkering betaalt • het a�est van de pensioenen • het a�est van de uitkeringen • het kadastraal inkomen • ... Indien u niet over deze bewijsstukken beschikt, moet u de stukken die betrekking hebben op het maandelijks bedrag van de inkomsten van alle gezinsleden tijdens de laatste 6 maanden van het jaar vóór de aanvraag bijvoegen. Uw ziekenfonds kan u hierin bijstaan. Zodra de aanvraag met alle nodige documenten ingediend is, wordt nagegaan of uw dossier aan de vereiste voorwaarden voldoet. U krijgt het OMNIO-statuut op de eerste dag van het kwartaal dat volgt op de indiening van uw volledig dossier bij uw ziekenfonds.
ACTUEEL-Informatieblad
Dit recht blij� in principe geldig tot het einde van het jaar dat volgt op het jaar van de aanvraag. Als het onderzoek van uw dossier gunstig is, wordt u uitgenodigd om uw SIS-kaart bij te werken. Het OMNIO-statuut wordt automatisch met een jaar verlengd als blijkt dat u nog aan de inkomensvoorwaarde beantwoordt, dit wordt gecontroleerd door het ziekenfonds en de fiscale administratie.
Wat als het OMNIO-statuut u onterecht werd toegekend? Als u lagere inkomens hebt aangegeven dan uw reële inkomens en hierdoor ten onrechte het OMNIO-statuut hebt verkregen, moet u de onterecht ontvangen bedragen terugbetalen. Wanneer uw verklaring op erewoord bedrieglijk was omdat u moedwillig naliet uw inkomens te vermelden, kunt u een administratieve geldboete krijgen.
Drempels met betrekking tot het OMNIOstatuut Heel wat personen zijn niet op de hoogte van de mogelijkheid om via het OMNIO-statuut van het recht op de verhoogde tegemoetkoming te genieten. Het gebrek aan informatie of onaangepaste informatie, de veelheid aan specifieke statuten, de verschillende gehanteerde definities inzake het gezin of het inkomen, enz. zorgen voor een complexe wetgeving en een slechte toegang van het OMNIO-statuut. Ook de administratieve stappen die bij een aanvraag van het OMNIO-statuut horen, vormen voor veel mensen een drempel. Daarom vraagt de Vlaamse Ouderenraad in zijn advies 2010/2 ‘Armoede bij ouderen’ om een verruiming van de automatische toekenning van rechten. Voor de aanvraag en meer informatie over het OMNIO-statuut kunt u terecht bij de lokale afdeling van uw ziekenfonds.
25
Het Europees Jaar van het Vrijwilligerswerk tourt langs alle Europese landen
Voor meer info kan je altijd het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk contacteren op 03 218 59 01 of via mail aan
[email protected].
© VIGeZ, G.Schildknechtstraat 9, 1020 Brussel
Het Europees Jaar van het Vrijwilligerswerk (EYV2011) nadert met rasse schreden. Begin december lanceert de Europese Commissie de EYV2011 Tour. Deze tour trekt door heel Europa en begint op 3 december in Brussel. Er komt een verwarmde tent en jouw organisatie kan aan dit event deelnemen!
De 3 gemeenschappen (Vlaamse, Frans- en Duitstalige) zullen samen met de organisaties van vrijdag 3 tot zaterdag 11 december de tent vullen met een gevarieerd programma. Dit kunnen workshops zijn, discussiegroepen, fora, etc... Doe gerust suggesties wanneer jij iets wil doen.
GRIEPVACCINATIE IN 2010, ALLES TERUG BIJ HET OUDE?
Griepvaccinatie? Uw huisarts en apotheker weten raad!
Door het ontstaan van een nieuw griepvirus dat zich over gans de wereld verspreidde, verliep de griepvaccinatiecampagne vorig jaar helemaal anders dan gewoonlijk. Voor heel wat mensen werden twee aparte vaccinaties aangeraden. Dit najaar keren we terug naar de vertrouwde manier van vaccineren.
www.griepvaccinatie.be 26633801_Affiche_NL.indd 1
www.influenza.be
06-07-2010 14:07:13
Toen vorig voorjaar in Mexico een nieuw griepvirus werd gesignaleerd, groeide griep uit tot wereldnieuws. De aanvankelijke vrees voor een wereldwijde verspreiding van een gevaarlijk griepvirus bleek gelukkig ongegrond. Dankzij de goed georganiseerde opvang van de eerste griepgevallen, de hygiënische maatregelen en de massale vaccinatie tegen de beide vormen van griep vielen, zeker in ons land, de gevolgen van de griepepidemie mee.
spuitje dat bescherming biedt tegen drie verschillende griepvirussen, waaronder de Mexicaanse griep. Er is dus maar één prik nodig om goed beschermd de winter in te gaan. Griepvaccinatie blij� aanbevolen voor iedereen vanaf 65 jaar en zeker als je aan een chronische ziekte zoals diabetes, hart- en vaatziekte of longziekte lijdt. Ouderen in woonzorgcentra zijn extra kwetsbaar omdat griep zich bij hen, omdat ze samenwonen, vlo�er kan verspreiden. Minister Vandeurzen maakt daarom vanaf dit jaar het griepvaccin gratis voor woonzorgcentrabewoners. Alle andere 65-plussers krijgen prijsvermindering in de apotheek als ze het vaccin op voorschri� gaan halen. Twijfel je of vaccinatie voor jou nu�ig is, vraag dan raad aan je huisarts of apotheker. Meer informatie over griep en griepvaccinatie vind je op www.griepvaccinatie.be.
Deze winter wordt er een normaal griepseizoen verwacht. Griepvaccinatie kan weer met één 26
ACTUEEL-Informatieblad
Infosessies DAISY en Audiokrant Wil je alles te weten komen over Daisy en de Audiokrant? Wil je weten hoe het werkt? Kom dan zeker naar een infosessie in je buurt! Kamelego en de Luisterpuntbibliotheek organiseren infosessies rond Daisy en wat de voordelen zijn van Daisy. Daarbij wordt ook de Audiokrant toegelicht. Wat is de Audiokrant? De Audiokrant is een dagelijkse krant in audioformaat op cd-rom. De abonnee luistert naar zijn krant op een DAISY-speler of via DAISY-so�ware op zijn computer. Deze krant bevat nagenoeg de volledige kranteninhoud van ‘De Standaard’ of ‘Het Nieuwsblad’ en wordt elke dag bezorgd via de verdeling van de gedrukte kranten. DAISY betekent dat in de krant een structuur aangebracht is die toelaat gemakkelijk doorheen de krant te bladeren, net zoals de ziende lezer dat doet. Om bij het lezen van de krant optimaal gebruik te kunnen maken van DAISY, is het van het grootste belang zelf kennis te maken met de Audiokrant. Dit kan door telefonisch of via de
website een proefweek aan te vragen. Beter nog is een infosessie bij te wonen tijdens dewelke in kleine groepjes aangeleerd wordt hoe de Audiokrant het gemakkelijkst gelezen kan worden. Kamelego vzw organiseert in samenwerking met de Luisterpuntbibliotheek informatiesessies op verschillende locaties in Vlaanderen en het Brusselse. Indien je interesse hebt om een infosessie bij te wonen, inschrijven kan via de website www.kamelego.be/infosessies of telefonisch op het nummer 02 467 27 66. Contactpersonen: Evi Geubels en Hervé Eeckman.
Over vroegtijdige planning van je zorg Nu al nadenken, spreken en beslissen over de zorg die je wil, mocht je ernstig ziek worden, dat is vroegtijdige zorgplanning (Advance Care Planning). Zoals een goede voorbereiding van een reis vervelende situaties kan voorkomen, zo kan een goede voorbereiding meer kwaliteit geven aan de laatste periode van je leven. Maar hoe ga je hierover het gesprek aan? Met wie? En wat wanneer als je je wil niet meer kan uitdrukken? De brochure ‘Ook de laatste reis wil je samen bespreken...’ kan een goede hulp zijn om in de loop van het leven na te denken hoe je de eventueel nodige zorg voor jezelf ziet. De brochure stimuleert om daar helder en tijdig over na te denken en over te praten. Zorg en het einde van het leven is verbonden met het leven. De brochure is gemaakt door en te verkrijgen bij: Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen (FPZV) J. Vander Vekenstraat 158 1780 Wemmel Tel.: 02 456 82 00
[email protected] www.delaatstereis.be ACTUEEL-Informatieblad
Ook de laatste reis
wil je samen bespreken... Over vroegtijdige planning van je zorg
MANU KEIRSE PAUL VANDEN BERGHE SENNE MULLIE Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen
27
Dementieplan Vlaanderen Op de Werelddag Dementie van 18 september werd ter gelegenheid van de 25ste verjaardag van de Alzheimerliga het Dementieplan Vlaanderen voorgesteld door minister van Welzijn, Jo Vandeurzen. In het plan benadrukt de minister dat het dementiebeleid een opdracht is voor alle overheden, zorgverstrekkers én voor de samenleving. Met een campagne wil de minister het stigma dat op dementie rust, wegnemen, hij wil investeren in de ondersteuning van mantelzorgers en in de samenwerking tussen zorgverstrekkers en de samenleving. Het moet mogelijk worden dat mensen met dementie langer thuis blijven wonen in een dementievriendelijke gemeente. Door onderzoek moet er een beter inzicht komen in de oorzaken van de aandoening. Dan wordt het mogelijk het dementeringsproces af te remmen of te behandelen. Het plan bevat doelstellingen voor een vroege diagnose, een voldoende, betaalbaar en op de cliënt gericht zorgaanbod, voor het wonen, voor palliatie en levenseinde. Dit jaar wordt nog begonnen aan de versterking van de draagkracht van dementerende personen en hun mantelzorgers. Om mantelzorgers op adem te laten komen, wordt geïnvesteerd in thuiszorg en initiatieven die de thuiszorg ondersteunen, met uitbreiding van de gastopvang, uitbreiding van de uren voor oppashulp en gezinszorg. In het plan wordt de aandacht aangescherpt voor alle personen die dementie ontwikkelen, ook op jongere lee�ijd, allochtone ouderen en arme ouderen in achtergestelde buurten. Eind 2009 werd in de Vlaamse Ouderenraad een advies over dementie afgewerkt. In het dementieplan Vlaanderen vinden we alvast een aantal punten van het advies terug: kennis van de ziekte met z’n evolutie, vroegdiagnose, ondersteuning van de mantelzorg. Beide documenten zullen naast elkaar moeten gelegd worden om de effecten van de advisering van de Vlaamse Ouderenraad minutieus na te gaan. 28 28
Expertisecentrum Dementie Vlaanderen lanceert gebruiksvriendelijke en innoverende webapplicatie ter ondersteuning van de mantelzorgers Door de vergrijzing komen lee�ijdsgerelateerde aandoeningen zoals de ziekte van Alzheimer, steeds frequenter voor. België telt vandaag zo’n 163 000 mensen met dementie. Ruim drie keer zoveel mensen zijn op de een of andere wijze mantelzorger voor iemand met deze aandoening. We stellen vast dat zij grip willen krijgen op de situatie die hun tre� waardoor hun informatiebehoe�e stijgt. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat vele mantelzorgers van dementerende personen overbelast zijn, dat ze negatieve gevoelens en angst ervaren, sociaal geïsoleerd raken en op een of ander moment gevoelens van depressie vertonen. In sommige studies spreekt men zelfs van een belasting door depressie bij vier op vijf mantelzorgers. De professionele ondersteuning in de thuiszorg en in de woonzorgcentra voldoen vaak niet voor de vragen en behoe�en van de individuele mantelzorger en patiënt en de karakteristieke dynamiek van elke gezinssituatie. In die zin is een individuele benadering belangrijk, maar ook steun op het moment dat gespecialiseerde dienstverlening niet bereikbaar is. De webapplicatie die het expertisecentrum ontwikkelde wil aan die nood tegemoet komen. De site brengt de verschillende fases van het dementieproces en wat hiermee gepaard kan gaan, in beeld. Het is ook de bedoeling om mensen sneller de weg naar dienst- of hulpverlening te doen vinden. Er staan meer dan 100 filmpjes online ter beschikking op de zeer handige en navigeerbare site. Zowel een persoon met dementie als de professor huisartsgeneeskunde deelt belangeloos zijn ervaring mee aan de geïnteresseerde bezoeker. Er wordt gewerkt vanuit de belevingsaspecten van de mantelzorger, waardoor het verhaal centraal staat en herkenbaar is. www.omgaanmetdementie.be Meer informatie: Jurn Verschraegen coördinator Expertisecentrum Vlaanderen vzw tel.: 070 224 777
Dementie
ACTUEEL-Informatieblad
OUDEREN IN HET VERKEER: achtergrondinformatie
Het nut van opleidingen rond verkeersveiligheid en mobiliteit voor ouderen? Is verkeersveiligheid een belangrijk thema voor ouderen? Ja. Want hoewel ouderen niet meer of minder dan jongeren gevaar lopen betrokken te geraken bij een ongeval, neemt wel de kans op overlijden sterk toe met de lee�ijd. Verschillende ongevallenstudies geven aan dat ouderen een ongevallenpatroon vertonen dat afwijkt van de andere verkeersdeelnemers. Ouderen blijken relatief vaker betrokken bij kruispuntongevallen en ongevallen binnen de bebouwde kom, maar minder vaak bij ongevallen op autosnelwegen. Als zachte weggebruiker zijn ze ook relatief vaker betrokken bij ongevallen met andere weggebruikers.
ACTUEEL-Informatieblad
Toch leiden functiestoornissen en lee�ijdsgerelateerde aandoeningen niet automatisch tot onveilig verkeersgedrag. Oudere verkeersdeelnemers kunnen veiligheidsproblemen voorkomen wanneer ze inzicht hebben in de eigen beperkingen, ervaring en compensatiegedrag (bijvoorbeeld reizen als het minder druk is of wanneer het buiten licht en droog is). Het is daarom belangrijk dat ouderen zich bewust zijn van hun veranderende kwetsbaarheid en van de technieken om die op te vangen. Opleidingen rond verkeersveiligheid en mobiliteit voor senioren spelen dan ook precies in op deze twee elementen.
29
Inleiding Dat kinderen en jongeren nood hebben aan opleidingen die zich richten op deelname in het verkeer, lijkt voor de meesten onder ons vanzelfsprekend. Maar wat als je al 60 jaar een verkeersdeelnemer bent? Is het dan nodig om verkeersopleidingen te volgen? Rijdt een oudere onveiliger dan iemand die dertig jaar jonger is? En wat verstaan we onder een ‘oudere’? Wie is de ‘oudere verkeersdeelnemer’? Net als de jongere is ook de term ‘de oudere’ niet objectief en duidelijk af te bakenen wanneer het gaat om verkeer en mobiliteit. Met de term ‘de ouderen’ richt men zich in dit verband in het bijzonder op de personen van wie de veranderende fysieke en mentale vermogens een invloed hebben op de rijvaardigheid. Het is echter onmogelijk om hier ook een lee�ijd op te plakken. Harde lee�ijdsgrenzen houden er geen rekening mee dat ouder worden een proces is dat niet bij ieder individu op hetzelfde moment begint en op dezelfde manier verloopt. Toch kunnen we stellen dat de weggebruiker kwetsbaarder wordt in het verkeer naarmate zijn lee�ijd toeneemt. En hoewel de kans om betrokken te geraken bij een ongeval bij ouderen niet specifiek hoger ligt dan bij jongeren, neemt wel de kans op overlijden sterk toe met de lee�ijd. Welke ongevallen komen het meest voor bij ouderen? Ouderen vertonen in het algemeen een verkeersveilig gedrag. Bovendien zijn veel ouderen zich bewust van hun verminderde mogelijkheden en passen ze hun rij- en reisgedrag daaraan aan. Ze zullen in de mate van het mogelijke (voor hen) moeilijke of oncomfortabele situaties vermijden. Doorgaans rijden ze ook trager. Ouderen zijn daardoor veel minder vaak betrokken in ongevallen tijdens de spits, ’s nachts, bij slecht weer of op de autosnelweg. Verschillende ongevallenstudies geven aan dat ouderen een ongevallenpatroon vertonen dat afwijkt van de andere verkeersdeelnemers. Zo zijn ouderen relatief vaker betrokken bij kruispuntongevallen en ongevallen binnen de bebouwde kom, maar minder vaak bij ongevallen op autosnelwegen. Als zachte weggebruiker zijn ze relatief vaker betrokken bij ongevallen met andere weggebruikers.
30
Aangepast rijgedrag kan ongevallen voorkomen Functiestoornissen en lee�ijdsgerelateerde aandoeningen hoeven niet automatisch tot onveilig verkeersgedrag te leiden. Oudere verkeersdeelnemers kunnen veiligheidsproblemen voorkomen wanneer ze inzicht hebben in de eigen beperkingen, ervaring en compensatiegedrag. Bijvoorbeeld door te reizen als het minder druk is of wanneer het buiten licht en droog is. Ouderen kunnen doorgaans gemakkelijk gebruik maken van compensatiemogelijkheden. Ze kunnen het moment om te reizen vaak kiezen. Uit verschillende studies is gebleken dat ouderen er vaker voor kiezen overdag te rijden en bij droge weersomstandigheden. Ten tweede hebben ouderen gemiddeld veel rijervaring. Wellicht kunnen ze door dit verkeersinzicht anticiperen op eventuele probleemsituaties. Ten derde kan de behoe�e aan spanning en sensatie afnemen bij het ouder worden. Ouderen rijden gemiddeld minder vaak onder invloed van alcohol dan jongere volwassenen. Ze handelen doorgaans ook meer volgens de verkeersregels. Maatregelen om de verkeersveiligheid van ouderen te verbeteren ● Infrastructurele maatregelen: verkeersdeelnemers moeten bij elke stap of manoeuvre voldoende gelegenheid krijgen om te kijken, te beslissen en te handelen. Het is belangrijk verkeerssituaties zo in te richten dat ze aansluiten op de verwachting die verkeersdeelnemers hebben op grond van hun ervaring. ● Beschermingsmiddelen: het overlijdensrisico ligt bij ouderen aanzienlijk hoger. Men kan de gevolgen van ongevallen verminderen door beschermingsmiddelen te gebruiken, zoals een fietshelm of voertuigtechnische maatregelen. Het belang van voorlichting en educatie Het is belangrijk ouderen te informeren: ● Over de functiestoornissen die gepaard gaan met het ouder worden. ● Over de hulpmiddelen die beschikbaar zijn om zo lang mogelijk op een veilige manier auto te blijven rijden. ● Over gewijzigde verkeerssituaties en -regels.
ACTUEEL-Informatieblad
●
Over probleemsituaties die ouderen in het verkeer tegen kunnen komen en hoe zij daar het best mee om kunnen gaan.
Voorlichting gaat het best gepaard met een praktische training. Het is een uitdaging om daarvoor ook die mensen te bereiken die zelf ernstig twijfelen aan hun eigen rijkwaliteiten, of personen die hun rijvaardigheid overscha�en. Deze beide groepen zullen minder snel geneigd zijn om aan deze cursussen deel te nemen. De enen zijn bang het rijbewijs te verliezen, de anderen zijn overtuigd dat ze een dergelijke cursus niet nodig hebben. Rijvaardigheidstesten kunnen ouderen helpen om hun risico’s te identificeren en aan te pakken. Tijdens specifieke cursussen leren senioren dan ook om de juiste compensatietechnieken te gebruiken. Alternatieve vervoersmogelijkheden Wanneer autorijden vanuit veiligheidsoogpunt niet langer verantwoord is, moeten ouderen ondersteund worden bij het overschakelen van automobiliteit naar andere transportmodi. Aangezien ouderen steeds langer zelfstandig blijven wonen en het openbaar vervoer niet altijd in de buurt is, is het – zeker in de pla�elandsgebieden – belangrijk dat er ook vraaga�ankelijk vervoer zoals de belbus voorhanden is.
Oudere fietsers en ongevallen Uit Nederlands onderzoek naar fietsongevallen met ouderen is gebleken dat in gemeenten met meer fietsers, oudere fietsers minder vaak slachtoffer zijn van een ongeval. Dit verschijnsel wordt ook aangeduid als ‘safety by numbers’. Enkele verklaringen hiervoor zijn: ● Automobilisten zijn beter bekend met fietsers en houden daardoor meer rekening met fietsers (o.a. omdat zijzelf ook vaker fietser zijn). ● Fietsers hebben zelf gemiddeld meer routine en ervaring omdat ze meer fietsen, waardoor ze behendiger zijn. ● De infrastructuur voor fietsers is beter wanneer er meer gefietst wordt en vice versa. ● Wanneer er meer gefietst wordt, wordt er minder auto gereden. Zo zijn er minder botspartners op straat. Verenigingen Voor Verkeersveiligheid, Kasteellaan 349A, 9000 Gent
[email protected] tel.: 09 331 59 13
Het rijbewijsbezit van ouderen ligt (ook) in Vlaanderen lager dan bij de jongere lee�ijdscategorieën. Vooral bij vrouwen is dat verschil opvallend. In 2000 had slechts 36,8% van de vrouwen van 65 jaar een rijbewijs, tegenover 89,5% van de oudere mannen. De auto blij� het dominante vervoermiddel voor alle lee�ijdscategorieën (uitgezonderd de groep van 13-15 jaar). Bij de oudste lee�ijdsgroepen zien we wel een afname van het aandeel verplaatsingen als autobestuurder en een toename van het aandeel verplaatsingen als voetganger en als fietser. Ook het openbaar vervoer kent meer succes bij de 65-plussers. Maar ook aanpassingen aan de gebruikte vervoermiddelen kunnen bestuurders helpen. Bijvoorbeeld: het plaatsen van extra spiegels.
ACTUEEL-Informatieblad
31
Doe mee aan de energie-enquête! Hee� u onlangs uw dak geïsoleerd of uw enkel glas vervangen door dubbel glas? Of bent u binnenkort van plan om dit te doen? Wat is een reden om het niet te doen? Hoe staat u als oudere tegenover energiebesparende investeringen? Uw mening is belangrijk! Onderzoek wijst uit dat ouderen vaak tot de groep behoren waarvan de woningen het minst energiezuinig zijn. Het is ook net die groep die het minst snel zal overgaan tot energiebesparende investeringen. Om een beeld te krijgen van welke drempels er zijn om energiebesparende investeringen te doen, hee� S-Plus samen met het Vlaams Energieagentschap (VEA) een enquête opgemaakt. Met de resultaten kunnen de minister en het Vlaams Energieagentschap aan de slag om energiebesparende verbouwingen voordeliger en gemakkelijker te maken. Vul via de link h�p://splus-energie.questionpro.com de energie-enquête in en help het Vlaams Energieagentschap om een beter beeld te krijgen van hoe ouderen omgaan met en denken over energiebesparende investeringen (duur van de enquête: ongeveer 5 minuten). Bemerkingen in verband met energiebesparende investeringen kan u mailen naar
[email protected] of versturen per post naar S-Plus vzw, t.a.v. Nele Waelput, Sint-Jansstraat 32, 1000 Brussel. S-Plus bezorgt deze aan het Vlaams Energieagentschap. Meer informatie over energie besparen vindt u via www.energiesparen.be of bel de Vlaamse Infolijn: 1700.
BELEEF DE TIJD VAN JE LEVEN OP ZENITH 2010 Op de Zenith-beurs kunnen 50-plussers kennismaken met 260 organisaties en bedrijven uit verschillende sectoren. Een bezoek aan de Zenith-beurs is telkens weer een ontdekkingsreis; een perfecte gelegenheid om nieuwe producten, diensten en ervaringen te ontdekken en om inspirerende ideeën op te doen. Alle zintuigen worden gestimuleerd: zien, luisteren, proeven, ruiken en voelen. Modeshows, optredens, een kuns�entoonstelling met werken van 50-plussers... men komt ogen tekort op Zenith. Ook de Vlaamse Ouderenraad is met een stand aanwezig. Breng ons gerust een bezoekje in Paleis 3 op stand 3254. Zenith praktisch: WANNEER? Van dinsdag 16 tot en met zaterdag 20 november 2010 OPENINGSUREN? elke dag van 10.00 tot 17.30 uur WAAR? Brussels Expo, Paleis 3 en 8 INFO? www.zenith.be
32
ACTUEEL-Informatieblad
Jubileumeditie ‘Week van de smaak’ 11 tot 21 november 2010 www.weekvandesmaak.be Van 11 tot 21 november kunnen de culinaire lie�ebbers onder ons hun smaakpapillen terug laten verwennen want dan vindt de vijfde editie van de Week van de Smaak plaats. In dit jubileumjaar worden enkele nieuwe accenten gelegd: het culinair erfgoed, de smaakcultuur en voedingsmiddelen uit Vlaanderen staan centraal. Daarnaast zal ook gezondheid een belangrijk thema zijn: de Week van de Smaak wil sensibiliseren voor gezonde voeding, het eten van seizoensgroenten, het kweken van eigen groenten en fruit en het genieten van onze landbouw. Nieuw dit jaar is de moestuinblog (moestuinblog.be) met boordevol recepten en tips. Elk jaar nodigt Vlaanderen mensen uit een ander deel van Europa mee uit aan tafel om smaakervaringen en eetcultuur samen te beleven. In 2010 komt deze eer aan Spanje toe. Aalst mag zich deze keer Stad van de Smaak noemen. Tijdens de Week van de Smaak kan je in heel Vlaanderen op uiteenlopende locaties zoals restaurants, bedrijven, bibliotheken, en musea genieten van de lekkerste hapjes en drankjes. Meer informatie vind je op www.weekvandesmaak.be.
Wenst u meer info of een extra gratis kaart:
Zenith
www.zenith.be
16-20 | 11 | 2010 www.zenith.be Dagelijks van 10u tot 17u30 • Paleis 3 & 8
51926-bon-188x66-1.indd 1
ACTUEEL-Informatieblad
51926
De tijd van je leven!
GRATIS TOEGANG Bij afgifte van deze bon aan de kassa. Geldig voor 1 persoon – Waarde € 8
09-07-2010 11:24:18
33
Praten over opvoeding in de huiskamer … iets voor jou? Het project ‘Bijtanken over opvoeding @ home’ gee� je de kans om thuis een leuke gespreksavond of -middag voor vrienden, familie en kennissen te organiseren over de opvoeding van de kinderen. Een ‘bijtanksessie’ is gratis en de aanvraag gaat heel eenvoudig via telefoon of mail. Bijtanken over opvoeding @ home Met ‘Bijtanken over opvoeding @ home’ wil de Gezinsbond ouders versterken in hun opvoedingstaak. De avond wordt bij de gastouder zelf georganiseerd. Origineel focuste dit project op ouders met jonge Gezinsbond brengt via kinderen (0-12 jaar). Sinds april 2010 kunnenDe ook ouders met tieners groepsgesprekken opvoedingsthema’s Voor het groepsgesprek met de in de huiskamer. (11-17 jaar) of grootouders een ‘bij tanksessie’ vastleggen. grootouders kan je beroep doen op een
Niet aarzelen!
Een bijzonder recept
ervaren gespreksleider. Hij of zij luistert mee naar jullie persoonlijk verhaal en begeleidt jullie samenkomst.
Concreet: Een gastgrootouder nodigt een tiental mensen uit die willen praten over het grootouderschap.
Bijtanken voor grootouders
Bijtanken voor grootouders ‘Hoe ben ik een goede Grootouders zijHét n recept medespelers in de opvoeding. Ze zijn trouwe De Gezinsbond stelt gratis een grootouder?’ bestaat niet. Wel zijn ter supporters aan erde lijingrediënten n en springen in waardeskundige nodig.gespreksleider Ze bieden een heelzij veel die van beschikking. dat ‘grootouder zijn’ een boeiende houvast voor de kleinkinderen, maar ze kunnen de ouderrol niet belevenis maken. De gastgrootouder ontvangt een Oxfam-Wereldwinkels overnemen. Als gezinsbeweging bieden wewaardebon oma’svanen opa’s een voor drank en versnaperingen. kans om te praten over hun rol als grootouder. Wat betekenen de De organiserende gastgrootouder is (of kleinkinderen voor jou? Hoe ervaren andere wordt) oma’s ende opa’s het om lid van Gezinsbond. grootouder te zijn? Voor meer informatie: Gezinsbond SCW – Bijtanken Troonstraat 125 – 1050 Brussel
[email protected] Tel.: 02 507 88 93 www.gezinsbond.be/bijtanken
Een aanvraag gaat heel eenvoudig! Een grootouder die lid is (of wordt) van de Gezinsbond prikt een datum, bepaalt het beginuur Wat beteenkenevoorn dejou? kleinkinder en neemt contact op met de projectmedewerker van ‘Bijtanken over dere oma’zis jnen? opvoeding @ home’. Hoe ervaomrengran ootouder te opa’s het De Gezinsbond zoekt een gespreksleider uit de buurt die de hebben gesprekken in de huiskamer kan begeleiden. Voor hetrelaties aanspreken en uitnodigen van andere grootouders voorzien ze gemakkelijk bruikbare uitnodigingskaartjes. Samen met een tiental grootouders is het fijn om ervaringen uit te wisselen. De gastgrootouder ontvangt bovendien een waardebon van Oxfam-Wereldwinkels waarmee bijvoorbeeld lekkere drank of hapjes kunnen gekocht worden. Op die manier wil de Gezinsbond de gastgrootouder bedanken voor het ze�en van die eerste stap. Met steun van:
����������
© 2002, Clavis Uitgeverij Hasselt-Amsterdam-New York, uit Bij oma en opa, illustratie van Guido van Genechten
Rotaryclub Overpelt - Noord-Limburg
V.U.: Luk De Smet – Hertwinkel 9, 3061 Leefdaal
Bijtanken over opvoeding @ home is een realisatie van de Gezinsbond.
����������
Meer informatie? Surf naar www.gezinsbond.be/bijtanken en woon zelf eens een ‘bijtanksessie’ bij. Meer informatie over de eerstvolgende sessies en thema’s kan je verkrijgen bij Hannah De Smet, projectmedewerker, via 02 507 88 93 of bij
[email protected]. Zij kan je ook in contact brengen met de gastouders, deelnemers en begeleiders.
NEOS bestaat 30 jaar! Dit jaar mag het nationaal verbond van Neos dertig kaarsjes uitblazen. De vereniging star�e 30 jaar geleden onder de naam CRM, Club Rustende Middenstanders. In 2005 koos de vereniging voor een nieuwe naam Neos, netwerk van ondernemende senioren. Momenteel telt de vereniging bijna 27 000 leden en 180 afdelingen. Het parelmoeren jubileum werd – samen met de Neos-bestuursleden – gevierd op 26 september te Antwerpen. De Vlaamse Ouderenraad wenst Neos nog veel succes verder en nogmaals van harte gefeliciteerd met het 30-jarig bestaan van de vereniging!
34
ACTUEEL-Informatieblad
Leden van de Vlaamse Ouderenraad ABVV-Senioren Hoogstraat 42, 1000 Brussel
Lodewijk De Raet Stichting Kon. Maria Hendrikaplein 64a, 9000 Gent
ACLVB-Senioren Poincarélaan 72-74, 1070 Brussel
LBV, Liberale Beweging voor Volksontwikkeling
tel.: 02 289 01 30
[email protected] www.abvv-senioren.be
tel.: 02 558 51 60
[email protected] - www.aclvb.be/senioren
CD&V-Senioren Wetstraat 89, 1040 Brussel tel.: 02 238 38 13
[email protected] www.senioren.cdenv.be
Grijze Panters De Klinkstraat 1 bus 4, 2300 Turnhout tel.: 0495 32 45 60
[email protected]
FedOS, Federatie van Ona�ankelijke Senioren Warmoesstraat 13, 1210 Brussel tel.: 02 218 27 19
[email protected] www.fedos.be
Fevlado-Senioren Stropkaai 38, 9000 Gent
tel.: 09 224 46 76
[email protected]
GOSA, Grootouders- en Seniorenactie Gezinsbond Troonstraat 125, 1050 Brussel tel.: 02 507 89 45
[email protected] www.gezinsbond.be
GROEN!PLUS Sergeant De Bruynestraat 78-82, 1070 Anderlecht tel.: 02 219 19 19
[email protected] www.groen-plus.be
IMPACT vzw
Maastrichtersteenweg 254, 3500 Hasselt tel.: 011 23 68 28 dre.wi�
[email protected]
ACTUEEL-Informatieblad
tel.: 09 382 75 70
[email protected] www.de-raet.be
Livornostraat 25, 1050 Brussel tel.: 02 538 59 05
[email protected] www.lbvvzw.be
Minderhedenforum Vooruitgangsstraat 323/4
1030 Brussel tel.: 02 245 88 30
[email protected] www.minderhedenforum.be
NEOS, Netwerk van Ondernemende Senioren Tweekerkenstraat 29, 1000 Brussel tel.: 02 238 04 91
[email protected] www.neosvzw.be
trefpunt 55+ OKRA, Haachtsesteenweg 579, 1031 Brussel tel.: 02 246 44 41
[email protected] www.okra.be
trefpunt 55+ OKRASPORT, Haachtsesteenweg 579, 1031 Brussel tel.: 02 246 44 36
[email protected] www.okrasport.be
vzw Enter Belgiëplein 1, 3510 Kermt
tel.: 011 87 41 38
[email protected] www.entervzw.be
(Brussel) Seniorencentrum Leopoldstraat 25, 1000 Brussel
tel.: 02 210 04 60
[email protected] www.seniorencentrum-brussel.be
35
Seniorenraad Landelijke Beweging Diestsevest 40, 3000 Leuven tel.: 016 28 60 30
[email protected] www.landelijkegilden.be
[email protected] www.kvlv.be Seniornet Vlaanderen vzw Koningsstraat 136, 1000 Brussel tel.: 015 73 04 54 voorzi�
[email protected] www.seniornetvlaanderen.be S-PLUS Sint-Jansstraat 32, 1000 Brussel tel.: 02 515 02 56
[email protected] www.s-plusvzw.be Sportievak vzw Groeningelaan 40, 8500 Kortrijk tel.: 056 31 10 01 e-mail:
[email protected] www.sportievak.be S-Sport Sint-Jansstraat 32, 1000 Brussel tel.: 02 515 02 41
[email protected] www.s-sport.be VDOR, Vereniging Directeurs Openbare Rusthuizen Bruisbeke 36, 9520 Sint-Lievens-Houtem tel.: 053 60 30 20
[email protected] www.vdor.be Vieux Rose Rootjesweg 65, 9200 Dendermonde tel.: 052 22 38 58
[email protected] www.vieuxrose.be
36
Vlaams Meldpunt Ouderenmisbehandeling Grotenbergstraat 24, 9620 Zo�egem tel.: 09 360 33 66
[email protected] www.meldpuntouderenmishandeling.be VVDC, Vereniging van Vlaamse Dienstencentra Langemeersstraat 6, 8500 Kortrijk tel.: 056 24 42 00 zonnewij
[email protected]ijk.be www.dienstencentra.org VVP, Vereniging van Vlaamse Provincies Boudewijnlaan 20-21, 1000 Brussel tel.: 03 240 61 46 marij.verstraeten@welzijn.provant.be www.vlaamseprovincies.be VVSG, Vereniging Vlaamse Steden en Gemeenten Paviljoenstraat 9, 1030 Brussel tel.: 02 211 55 00
[email protected] www.vvsg.be VVVG, Vlaams Verbond voor Gepensioneerden Carnotstraat 47 bus 1, 2060 Antwerpen tel.: 03 233 50 72
[email protected] www.vvvg.be WOAS, West-Vlaams Overleg Adviesraden van Senioren Koning Leopold III-laan 41, 8200 Sint-Andries tel.: 050 40 33 13
[email protected]
ACTUEEL-Informatieblad
ACTUEEL-Informatieblad
Agenda ALGEMENE VERGADERING 15 december 2010
RAAD VAN BESTUUR
OUDERENWEEK
24 november 2010
15 t.e.m. 21 november
COMMISSIE CULTUUR, LEREN EN MAATSCHAPPELIJKE PARTICIPATIE 6 december 2010 COMMISSIE INTERNATIONAAL OUDERENBELEID
COMMISSIE BESTAANSZEKERHEID, ECONOMIE & ARBEID
8 november 2010
2 december 2010
COMMISSIE SPORT & BEWEGEN 9 december 2010 COMMISSIE WELZIJN, GEZONDHEID EN ZORG 8 december 2010
Andere 9 november 2010 10 november 2010 10-14 november 2010 16 november 2010 20 november 2010 11 tot 21 november 2010 16 tot 20 november 2010 2 december 2010 2 december 2010 2 december 2010 3 december 2010 17 december 2010 19 januari 2011 4 februari 2011 25 februari 2011
Overleg met Vereniging van de Vlaamse Provincies Studiedag Itinera: Het grijze goud ENTER: Sociaal-ArtistiekFestival - kleinVerhaal en Demos Symposium ViGeZ: Gezond ouder worden Symposium Vlaamse Alzheimerliga: Frontotemporale dementie Week van de Smaak Zenith Studiedag WVG: Resultaten van de Ouderenzorgstudies Colloquium studies levenseinde Overleg met de provinciale ouderenraden Studiedag OKRA-Sport: Elke stap telt Rondetafel: Open overheid en ICT Overleg voorzi�ers en secretarissen Symposium KHM: Voorafgaande zorgplanning rond het levenseinde Wintermeeting - Belgische Vereniging voor Gerontologie en Geriatrie
Raadpleeg regelmatig de website van de Vlaamse Ouderenraad. Alle vergaderingen en belangrijke activiteiten worden aangekondigd. Mogelijke wijzigingen, aanvullingen en agenda van vergaderingen komen online. Leden die niet over een internetverbinding beschikken, worden per brief of telefonisch ingelicht in geval van wijzigingen in de planning. 37
Actueel - Informatieblad van de Vlaamse Ouderenraad
Drukwerk: Drukkerij Lamine, Herent Verantwoordelijke uitgever: Mie Moerenhout Redactie: Mie Moerenhout en Kathy Louagie Lay-out: Eveline Soors Foto’s ka�: Layla Aerts Secretariaat Vlaamse Ouderenraad vzw Koloniënstraat 18-24 bus 7 - 1000 Brussel Tel.: 02 209 34 51 Fax: 02 209 34 53 E-mail:
[email protected] Website: www.vlaamse-ouderenraad.be www.ouderenweek.be