Actuarieel Genootschap & Actuarieel Instituut
..
financiele stabiliteit
voorwoord
inhoud 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 14 15 16 18 20 21 22 23 24 26 28 31
Voorwoord: met vertrouwen vooruit – door Rajish Sagoenie Uitdagingen – door Ad Kok Goed samenwerken – door Sabijn Timmers Veranderingen – door Elout Hooiveld Instabiliteit – door Hans de Jongh Maximale zekerheid – door Marco Vet Leo van Wissen: vergrijzing gunstig – door Frank Thooft Politieke moed – door Gerard Riemen Het klantbelang – door Harman Korte Toekomstproof – door Roos Jaspers Heimwee? – door Jan Tamerus Garanties – door Theo Berg Drie studenten aan het woord – Jenneke Meijer, Ragan van den Hoek en Ruud Smits Het fundament - door Rajish Sagoenie en Jeroen Breen i.s.m. Frank Thooft In de media... Kerncijfers leden Kerncijfers studenten Kerncijfers Permanente Educatie Jaarcijfers Actuarieel Genootschap 2010-2011 Jaarcijfers Actuarieel Instituut 2010-2011 Personalia Colofon
met vertrouwen vooruit In mijn derde jaar als voorzitter heb ik wederom het genoegen dit voorwoord te schrijven. Het verenigingsen studiejaar 2010-2011 was, voor zowel het Actuarieel Genootschap als de financiële wereld waarin onze beroepsgroep actief is, een turbulent jaar. Iedere dag staan de dagbladen er vol van en gaan de radioprogramma’s en tv-talkshows over de financiële stabiliteit in Nederland en in Europa. Een realiteit waar het AG en de beroepsgroep zich van bewust is en waar wij iedere dag bij het maken van keuzes en het invullen van onze rol mee te maken hebben. Het afgelopen jaar is een belangrijke doelstelling van het AG, een zichtbare organisatie neer te zetten met invloed op en betrokkenheid bij maatschappelijke ontwikkelingen, geslaagd. Door het publiceren van de Prognosetafel 2010-2060, diverse persberichten en persaandacht aangaande pensioen(on)zekerheid, risicomanagement en het pensioenakkoord is invulling gegeven aan meer zichtbaarheid van het AG en de beroepsgroep. Hoogtepunten waren de primetime media aandacht die het AG kreeg in de NOS en RTL journaals naar aanleiding van de Prognosetafel, het interview in de Financiële Telegraaf en op radio 1 (PREMtime).
Rajish Sagoenie foto: Bert Janssen
vernieuwingen binnen ons vakgebied. Met de komst van een internationaal erkende actuariële titel, CERA (Certified Enterprise Risk Actuary) in Nederland, wordt duidelijk gemaakt dat actuarissen voorbereid zijn om nu en in de toekomst een belangrijkere rol te spelen op het terrein van riskmanagement, ook buiten de financiële sector.
Het verenigings- en studiejaar 2010-2011 stond voor een belangrijk deel ook in het teken van een kwalitatieve verandering en een significante vernieuwing van het actuariële onderwijs in Nederland. Naast de eerste uitreiking van de Johan de Witt prijs voor een actuariële publicatie en scriptie, gaf de start van twee nieuwe Executive Masters - de EMAS, een samenwerking tussen TiasNimbas Business School en het Actuarieel Instituut (AI), en de AEMAS van de Universiteit van Amsterdam het actuarieel onderwijs een nieuwe impuls. De NVAOaccreditatie van de opleiding tot Actuarieel Analist is eveneens een belangrijk succes. Met de twee nieuwe Executive Master opleidingen en de officiële HBO-status voor Actuarieel Analist, hoopt het AG voor de komende jaren een stabiele instroom van actuarissen en actuarieel analisten AG te genereren en te garanderen.
Het komende jaar staat in het teken van een nieuwe strategie voor de toekomst van het AG in het algemeen en beroepsgroep in het bijzonder. Het bestuur is van mening dat onze beroepsgroep en de vereniging een belangrijke rol kunnen spelen in de financiële stabiliteit van Nederland en Europa. De ontwikkeling van het onderwijs en het AI, beroepsontwikkeling en zichtbaarheid zijn belangrijke voorwaarden om dit te bereiken. Het is nu de uitdaging om de handschoen op te pakken. Ik heb het volste vertrouwen dat we als actuarissen beter voorbereid zijn om een bijdrage te leveren aan de financiële stabiliteit.
De brede roep in de samenleving om financiële stabiliteit biedt onze beroepsgroep kansen en geeft impulsen aan
drs. Rajish Sagoenie AAG voorzitter AG&AI jaarverslag AG&AI 10-11
3
uitdagingen
De financiële dienstverleners, en in het bijzonder de Nederlandse verzekeringsmaatschappijen, staan voor bijzonder grote uitdagingen. De verkoop van verzekeringsproducten is drastisch teruggelopen, er is nog steeds sprake van een behoorlijk wantrouwen van de consument jegens verzekeraars en daar bovenop moet de Solvency II-wetgeving worden geïmplementeerd. De Nederlandse verzekeraar zal een antwoord moeten vinden op de sterk gedaalde productiecijfers en het nog steeds aanwezige wantrouwen bij de consument. Dat
vraagt in ieder geval om een innovatieve aanpak van de totale dienstverlening aan de consument. De behoefte tot risicodekking van een consument wisselt van jaar tot jaar. Het kunnen meedenken en meebewegen met die veranderende situatie zal moeten worden ontwikkeld. En bij voorkeur op een manier die past in een tijd van intensief gebruik van internet, sociale media en van een consument die in principe zelf zijn zaken wil regelen wanneer en waar hij dat maar wil. "een onderneming moet worden bestuurd op basis van risico’s in plaats van omzetcijfers"
Het voldoen aan de eisen van de Solvency II-wetgeving zal nog veel vergen van het aanpassingsvermogen van bestuurders van verzekeraars. Het besef dat de onderneming bestuurd zal moeten worden op basis van risico’s en niet meer op basis van omzetcijfers, groeit maar langzaam. Ook het besef, dat de noodzakelijke ITaanpassingen geen sec IT-oplossing kunnen zijn maar een onderdeel moeten zijn van een integrale oplossing om ‘in control’ te komen, lijkt afwezig. De bestuurder van een verzekeraar zal de behoefte hebben aan een objectieve toetsing van de externe maar zeker ook van de interne rapportages. Hij zal een grote mate van zekerheid willen hebben dat zijn bedrijf (lees: hijzelf) de juiste dingen heeft gedaan in het licht van de Solvency II-wetgeving. Daarnaast zal ook de markt blijvend geïnformeerd willen worden over de financiële sterkte van een verzekeraar. In dat hele speelveld kan een actuaris de rol spelen van een belangrijk adviseur die in staat is om alle kwantitatieve en kwalitatieve toekomstgerichte en risicogerelateerde informatie te vertalen naar mogelijke beleidsbeslissingen. Dat dat een actuaris moet zijn die kan aantonen dat hij voldoende gekwalificeerd is en lid is van een professionele beroepsorganisatie, lijkt mij evident.
Ad Kok foto: Jacques Kok 4
jaarverslag AG&AI 10-11
Ad Kok AAG Hon FIA Voorzitter van de Commissie Internationaal van het Actuarieel Genootschap
goed samenwerken De ontwikkeling en inbedding van Solvency II bij de verzekeraars lijkt een soort hype cycle curve. In eerste instantie dachten we ‘dit fixen we even’: we hebben een economisch kapitaalmodel, we zijn goed in sommen maken, we maken al jaren rapportages, dus dat komt vanzelf goed. Vervolgens kwam de fase van erkenning dat het toch wel een stevige klus is om alles door het hele bedrijf en de hele waardeketen te integreren, om tot in de details technische zaken eenduidig vast te leggen, en dat er misschien toch nog wat zaken anders moeten worden geregeld en gedaan. Om vervolgens in de opwaartse trend waar we nu in zitten te komen met de wil om er iets heel goeds van te maken. "een lijstje afvinken gaat aan het doel van Solvency II voorbij"
Maar dat gaat niet vanzelf. Transparantie is steeds een kernwoord binnen Solvency II geweest, en inmiddels wordt daar veel concreter vorm aan gegeven. Dat komt door vragen van de omgeving, van klanten, van DNB, en ook van binnenuit de organisatie. Iedereen wil het beter begrijpen, echt snappen. Om invulling te kunnen geven aan principle based regels moet je heel goed weten waar je heen wilt. Een lijstje afvinken is vaak gemakkelijker, eenduidiger, vergelijkbaarder, maar gaat aan het doel van Solvency II voorbij. De nadruk op pillar 2 en de ORSA waarin we aantonen dat we begrijpen waar we mee bezig zijn is geweldig, want daar gaat het uiteindelijk om, maar dat concreet en SMART maken is niet gemakkelijk. Wat ik om mij heen zie gebeuren is dat steeds meer mensen zich gaan realiseren dat dit belangrijk is en dat we, als we het goed doen, hier ook echt veel aan hebben. Dat het een kans is om beter te gaan sturen. En dat heeft impact op het individu omdat er van hem of haar een veel breder scala van kennis en vaardigheden
Sabijn Timmers
wordt gevraagd: niet alleen moeten we de sommen goed snappen, maar we moeten het ook goed documenteren, onderbouwen en kunnen uitleggen. We moeten goed kunnen samenwerken met al die andere disciplines die betrokken zijn. En daar hebben we een andere set aan vaardigheden voor nodig dan we tot de standaard skills van de actuaris rekenen, dus dat is voor ons allen een uitdaging. Sabijn Timmers AAG MBA Voorzitter van de Commissie Solvency van het Actuarieel Genootschap jaarverslag AG&AI 10-11
5
..
financiele stabiliteit
veranderingen "is er nog iemand in Nederland die het totaalplaatje overziet?"
Het is veel, veel te veel, en alles tegelijkertijd. En het lastige is dat veel veranderingen zelfstandig worden beschouwd, terwijl ze wel degelijk invloed op elkaar hebben. Is er nog iemand in Nederland die het totaalplaatje overziet? Het hoge tempo van veranderingen en aanpassingen in de zorgmarkt eist zijn tol. Tien jaar geleden waren er nog meer dan dertig zelfstandige zorgverzekeraars actief. Inmiddels zijn dat er nog maar negen. Eno is één van die zelfstandige zorgverzekeraars en zal dat ook blijven. Door de korte lijnen en betrokken medewerkers slagen wij er goed in om alle veranderingen te implementeren. En ook redelijk succesvol gezien de behaalde resultaten. Is het financieel stabieler geworden door de verdere concentratie van zorgverzekeraars? Nee! Je moet er niet aan denken wat de gevolgen zijn als één van de grote vier zorgverzekeraars onderuit gaat. Nationalisatie zal het gevolg zijn. MET HEIMWEE TERUGDENKEN AAN HET ZIEKENFONDSTIJDPERK
Elout Hooiveld
De omgeving van zorgverzekeraars is in rap tempo aan het veranderen. Om maar een paar zaken te noemen: prestatiebekostiging in de ziekenhuiszorg gecombineerd met de invoering van een nieuwe wijze van afrekenen (DOT), vrije prijzen voor mondzorg en farmacie, uitvoering van de AWBZ door zorgverzekeraars, veranderende spelregels met betrekking tot de risicoverevening, de schuldencrisis and last but not least de invoering van Solvency II. En dan hebben het nog niet eens over de ‘kleine projectjes’ als SEPA of invoering eigen bijdrage GGZ. 6
jaarverslag AG&AI 10-11
Zijn we er op voor uitgegaan door alle aanpassingen? Voor de Nederlandse burger is de zorg alleen maar duurder geworden. Hij betaalt hogere premies en bijdragen en denkt met heimwee terug aan het ziekenfondstijdperk waarin alles goedkoper en voor zijn gevoel beter was. Overigens hebben de hogere kosten voor een groot deel ook te maken met het feit dat we ouder worden en meer chronische ziekten krijgen. Kan het anders? Ja, wij proberen daar elke dag weer invulling aan te geven. De onze persoonlijke benadering in onder meer een kleine regionale omgeving. Wij zijn er voor onze klanten in een vertrouwde omgeving, te midden van een steeds veranderende wereld. Elout Hooiveld Financieel directeur Eno
Er is geen sprake van financiële stabiliteit, maar juist van een aanhoudend grote instabiliteit. In de zeventiger jaren was er de oliecrisis waarna de rente tot 12% steeg rond 1980. Daarna kwam de beurskrach van 1987 en daalde de rente in 1999 tot onder de 4%, gevolgd door de internetbubbel van begin deze eeuw. Maar dit waren slechts rimpelingen in de tijd vergeleken met de golf aan gebeurtenissen sinds 2008. Eerst een bankencrisis direct gevolgd door de kredietcrisis en eurocrisis. Het gevolg: volatiele en lage aandelenkoersen, een onroerend goedmarkt die op slot zit, en een eveneens volatiele maar vooral lage kapitaalmarktrente van nog geen 2,5%. Om de portefeuille en de solvabiliteit op een voldoende niveau te houden, is een zware klus voor verzekeraars. Aanhoudend lage beleggingsopbrengsten hebben het hoge kostenniveau bij beleggingsverzekeringen pijnlijk blootgelegd. Compensatieregelingen zijn het gevolg. Maar belangrijker nog is dat verzekeraars het vertrouwen van de klant kwijt zijn. Dat is te herstellen door het bieden van nieuwe transparante producten die leveren wat ze beloven. De actuaris als productontwikkelaar gaat zich steeds meer realiseren dat hij ook een zorgplicht heeft jegens de polishouder, waarbij hij ook moet letten op de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de verzekeraar. In de traditionele rol moet hij zich afvragen of daadwerkelijk levenslange garanties bij pensioenverzekeringen nog wel mogelijk zijn tegen markt-consistente prijzen. De toegenomen complexiteit betekent ook dat actuarissen hierbij moeten samenwerken met andere disciplines zoals ALM.
Onder de huidige omstandigheden gedijt de actuaris ook als risicomanager. Hij moet in staat worden geacht niet alleen de actuariële functie in het kader van Solvency II te vervullen maar ook grote delen van, zo niet de gehele, riskmanagementfunctie.
"vooral ook het management laten begrijpen hoe de balans in elkaar steekt"
Als consultant zijn actuarissen natuurlijk bij al deze ontwikkelingen betrokken. Dat kan in een adviserende rol zijn, in een uitvoerende of een certificerende/review rol.
Als verslaglegger staan actuarissen ook voor nieuwe uitdagingen. Het is te hopen dat alle waarderingsmethoden (Solvency II, IFRS IV, MCEV) zoveel mogelijk naar één, meerdere doelen dienende, methode convergeren. Met toenemende communicatieve vaardigheden moet hij met andere disciplines kunnen samenwerken, en vooral ook het management laten begrijpen hoe de balans in elkaar steekt.
Afsluitend kan gesteld worden, dat het een geweldig interessante tijd is voor een actuaris die bij de tijd blijft, innovatief maar ook kritisch is, maar bovenal op overtuigende wijze kan adviseren en rapporteren.
Hans de Jongh foto: Bert Janssen
Hans de Jongh AAG Voorzitter van de Commissie Verzekeringen van het Actuarieel Genootschap jaarverslag AG&AI 10-11
7
vergrijzing gunstig
maximale zekerheid
In de discussie over financiële stabiliteit blijft er het een en ander onderbelicht, vindt demograaf prof. dr. L.J.G (Leo) van Wissen. Hij is sinds 1 november 2010 hoogleraar economische demografie aan de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen, en sinds medio dit jaar ook directeur van het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (NIDI-KNAW).
Vanuit mijn rol als risicomanager hebben de schuldencrisis, lage rente en de onzekerheid op de financiële markten de volle aandacht. De situatie vormt een bedreiging voor de continuïteit van verzekeraars en pensioenfondsen op korte termijn en voor ons businessmodel op langere termijn. Genoeg reden tot zorg. Maar misschien is de vertrouwenscrisis nog wel erger.
De discussie blijft in zijn ogen voornamelijk gefocust op de korte termijn, en dan vooral op de economische effecten. Het maatschappelijke element ontbreekt echter naar zijn mening; of wordt in ieder geval onvoldoende belicht. Zo vindt Van Wissen dat pensionering – en dat neemt met de toenemende vergrijzing alleen maar toe – ook een gúnstig effect op de economie heeft.
Verzekeraars en pensioenfondsen staan de laatste tijd in een kwade reuk. In pensioenfondsen was de massa eigenlijk nooit echt geïnteresseerd, en verzekeraars werden min of meer hetzelfde gewaardeerd als garagehouders: helemaal vertrouwen kun je ze niet, maar je doet er wel zaken mee. Deze ‘negatief neutrale’ houding is omgeslagen naar een totaal negatieve. Pensioenfondsen blijken veel te veel risico te nemen en geen uitkeringszekerheid te bieden en verzekeraars beloven veel, maar zijn vooral intransparante woekeraars, dat lijkt ongeveer het bij veel mensen heersende beeld. ..
"de financiele wereld is voor lange tijd verstoord en misschien wel voorgoed veranderd"
Veel verzekeraars en pensioenuitvoerders schermen nu met woorden als transparant, duidelijk en betrouwbaar. Maar voorlopig lijken het vooral snel gevonden marketingkreten. De consument laat zich er nog niet door overtuigen. Bovendien is de werkelijkheid nog weerbarstig; de financiële wereld is voor lange tijd verstoord en misschien wel voorgoed veranderd. De zekerheid waar het de klant uiteindelijk om gaat, is nauwelijks te bieden of lijkt onbetaalbaar. Dat creëert een dilemma – gaan we de klant uitleggen dat zekerheid niet bestaat, of gaan we die toch voor hem zoeken, maar dan tegen een hogere prijs en lager rendement?
8
jaarverslag AG&AI 10-11
IN BEWEGING
Marco Vet foto: Lucien Souisa
De waarheid zit waarschijnlijk in een combinatie, maar ik denk dat zekerheid het voor de meeste klanten wint. Daar ligt ons bestaansrecht, daarvoor ga je naar een verzekeraar of pensioenfonds. En bij het terugwinnen van vertrouwen passen geen (onaangename) verrassingen. Het voorkómen daarvan, en het zoeken naar een optimale combinatie van zekerheid en rendement voor de klant is een belangrijke taak voor de sector en daarbinnen spelen risicomanager en actuaris een essentiële rol. Door dat in alle oprechtheid en openheid te doen – en Solvency II biedt hier een belangrijk kader voor - kan onze beroepsgroep relevant bijdragen aan herstel van het vertrouwen in verzekeraars en pensioenfondsen. drs. Marco Vet AAG directeur Group Risk Management bij Achmea
“Er vinden immers ontsparingen plaats, waar geen loonuitgaven tegenover staan. De vraag dringt zich vervolgens op, hoe dit wordt gebruikt”, aldus Van Wissen. “Ik doel dan met name op de intergenerationele effecten. Wat gebeurt er met de vermogens die van de oudere generatie op de jongere overgaan, zoals bij overlijden of bij giften? En wat gebeurt er op de woningmarkt, als oudere mensen overlijden? Er komen heel wat huizen vrij. Ik denk dat de woningmarkt daardoor in beweging komt. Het zou aardig zijn, als de gevolgen daarvan eens doorgerekend werden. Wat dat betreft ben ik ook blij met de relatie die wij vanuit het Nidi met het AG&AI hebben. Ik denk dat demografen en actuarissen veel van elkaar kunnen leren.”
later komt te liggen, zal er een steeds zwaarder beroep op de zorgsector worden gedaan. De betaalbaarheid van de zorg wordt daarmee lastiger, maar, vindt hij, dat betekent niet dat het onbetaalbaar wordt. De eerder genoemde vermogenspositie van veel ouderen kan volgens hem hier ook een rol spelen, zoals ook benoemd door Paul Schnabel van het Sociaal Cultureel Planbureau. Van financiële instabiliteit wil hij dan ook niet spreken. “Vakanties en vrije tijd zijn toch ook niet onbetaalbaar? Het is een kwestie van hoe je je euro uitgeeft. Ik voorzie wel een verschuiving van de bestede euro richting zorg, ten laste van wat ik ‘pret’ noem. Dat is een keuze waar we allemaal, vroeg of laat, tegenover komen te staan.” POTENTIEEL
“Daarbij moeten we echter niet vergeten, dat er een categorie mensen is die deze uitruil niet kunnen maken, simpelweg omdat ze over onvoldoende inkomen beschikken. Ik zie dat onderwerp nog niet in de discussie terugkomen en ik denk dat daar meer aandacht aan besteed moet worden. Anders zit daar wel een potentieel gevaar voor financiële instabiliteit.” Intergenerationele solidariteit is naar zijn mening een (deel)antwoord op dit probleem, voegt hij toe, en hij besluit met: “Financiële stabiliteit hangt voor een deel ook af in hoeverre het breed gedragen en besproken wordt. Naar mijn mening moet het breder maatschappelijk ingebed worden.”
"ik voorzie wel een verschuiving van de bestede euro" NIET ONBETAALBAAR
Zoals bekend is de bevolkingspiramide van Nederland een piramide die langzaamaan een waterhoofd krijgt. Nu nog overtreft het aantal geboorten het aantal sterfgevallen, maar over een jaar of acht worden die rollen omgekeerd, vertelt Van Wissen. Daarbij neemt het aandeel ouderen toe en omdat de leeftijd waarop mensen sterven steeds
Leo van Wissen jaarverslag AG&AI 10-11
9
politieke moed Nooit eerder in de geschiedenis van de Nederlandse pensioenfondsen zijn deze zo hard geconfronteerd met hun afhankelijkheid en betrokkenheid met de financiële wereld. Als we terugkijken is het allemaal erg geleidelijk gegaan. Veertig jaar geleden hoorden de pensioenfondsen niet thuis in de opsomming van banken en verzekeraars. Pensioenfondsen maakten geen deel uit van de financiële wereld. Het overgrote deel van de fondsen belegde zijn het vermogen in vastrentende waarden.
Gerard Riemen
Financiële tegenvallers werden zonder al te veel moeite opgevangen in de premies. "overgeleverd aan de nukken van de .. financiele markten"
Nu is het beeld geheel gekanteld. Als gevolg van de ontgroening en de vergrijzing zijn de rendementen die pensioenfondsen op hun vermogen maken een factor van wezenlijk belang geworden. Pensioenfondsen zijn grote spelers op financiële markten geworden. Het besluit om de verplichtingen tegen marktwaarde te waarderen heeft er toe geleid dat fondsen aan beide zijden van de balans totaal zijn overgeleverd aan de nukken van de financiële markten. Sinds 2008 zijn de begrippen stabiliteit en financiële markten elkaars tegengestelden. De gebruikelijke spelers op deze markten – banken, verzekeraars, vermogensbeheerders - staan óf buitenspel, óf liggen aan het overheidsinfuus, óf zien zich genoodzaakt met iedere hype mee te gaan. Centrale banken en overheden spelen nu een cruciale rol, waar ze voorheen langs de zijlijn stonden. Zolang de regeringsleiders de eurocrisis niet oplossen, komt er geen stabiliteit op de financiële markten. "de politiek confronteren met de gevolgen van het falende beleid"
Via de pensioenfondsen betalen werknemers en gepensioneerden de rekening van deze falende financiële markten. Indexatie blijft achterwege en vermindering van pensioenuitkeringen en pensioenaanspraken zijn een reële mogelijkheid geworden. De pensioensector kan zich niet afkeren van de financiële wereld. We kunnen wel de politiek confronteren met de gevolgen van het falende beleid. Daarnaast is het mogelijk om de deelnemers en pensioengerechtigden wat weg te houden van de waan van de dag die we nu op de financiële markten zien. Ook dat vergt politieke moed. drs. Gerard Riemen Algemeen directeur Pensioenfederatie
10 jaarverslag AG&AI 10-11
het klantbelang Meer dan in welke andere sector dan ook, is in de financiële wereld het vertrouwen van consumenten cruciaal. En uitgerekend in de financiële wereld is het vertrouwen van consumenten beschaamd door crises en incidenten. Veel financiële instellingen in Nederland zijn zich er inmiddels van bewust dat alleen door consequent het klantbelang centraal te stellen, het vertrouwen herwonnen kan worden. Het centraal stellen van het klantbelang kan ingrijpende keuzes vergen, zoals het van de markt halen van producten die vanuit het perspectief van het klantbelang onvoldoende kostenefficiënt, niet nuttig, onvoldoende veilig of niet begrijpelijk zijn. Ook het vertrouwen in pensioenfondsen en –verzekeraars, kortweg pensioenuitvoerders, wordt bedreigd. Doordat veel consumenten nog een te rooskleurig beeld van hun toekomstig pensioenresultaat hebben, zijn – ook als hun regeling onverkort uitgevoerd wordt - veel teleurstellingen onvermijdelijk. Daarbij komt dan nog het niet onwaarschijnlijke scenario dat veel pensioenrechten en -aanspraken gekort moeten worden, nadat ze al enige jaren achtergebleven zijn bij de inflatie. De oorzaken van de gapende kloof tussen verwachtingen en resultaten zijn bekend: onvoldoende pensioenbewustzijn, ontoereikende communicatie, stijgende levensverwachting en - deels structurele – tegenwind op de financiële markten. "de sleutel voor herstel en handhaving van het vertrouwen ligt in het consequent centraal stellen van het klantbelang"
Het Pensioenakkoord wijst de weg naar nieuwe regelingen die ten minste voor toekomstige aanspraken expliciet maken, hoe met de twee laatste factoren – levensverwachting en financiële tegenwind – wordt omgegaan. Ook voor pensioenuitvoerders ligt de sleutel voor herstel en handhaving van het vertrouwen in het consequent centraal stellen van het klantbelang. Dat belang is dat de gapende kloof wordt gedicht, zodat de
Harman Korte
klant (in de pensioenwereld: de deelnemer) kan anticiperen op een realistische pensioenverwachting. Dit kunnen pensioenuitvoerders enerzijds door met de in beheer verkregen middelen, een zo gunstige mogelijk pensioenresultaat te realiseren met effectieve en efficiënte uitvoering. Ook het niet in uitvoering nemen van onnodig complexe (nieuwe) contracten maakt hiervan deel uit. Anderzijds kunnen pensioenuitvoerders eraan bijdragen dat het resterende deel van de kloof gedicht wordt door proactief en activerend met alle belanghebbenden te communiceren, juist als de boodschap geen blijde is. drs. Harman Korte Directeur Autoriteit Financiële Markten (AFM) jaarverslag AG&AI 10-11
11
toekomst proof In 2013 bestaat het Actuarieel Genootschap en haar rechtsvoorgangers 125 jaar. Uiteraard een mijlpaal die gevierd zal worden, maar ook een moment van bezinning en reflectie. Waar gaat de beroepsgroep heen, hoe ziet de wereld er over bijvoorbeeld 25 jaar uit en wat betekent dit voor de volgende generaties?
casuïstiek centraal staat. Voor de overige opleidingen van het AI geldt dat de basis degelijk is, maar dat er in sommige gevallen onvoldoende aandacht is besteed om de koppeling met de actualiteit te maken. De komende jaren ligt de focus van het AI op het actualiseren en vernieuwen van de diverse opleidingen. PROFILERING ACTUARIEEL ONDERWIJS
Het Nederlandse onderwijs in algemene zin dient de huidige en toekomstige generaties voor te bereiden om slimme en effectieve oplossingen te zoeken voor toekomstige problemen. Maar hoe doe je dat? En voor welke uitdagingen staan opleidingsinstituten? De Onderwijsraad heeft speerpunten geformuleerd om het hoger onderwijs toekomstproof te maken. Deze speerpunten geven een goed beeld van de huidige problematiek die in het onderwijs te overwinnen is: – versterking van de kwaliteitscultuur; – profilering van instellingen; – inzet op de brede taak van het hoger onderwijs om de innovatieve kracht van de samenleving te bevorderen; – waarborgen van de toegankelijkheid van het hoger onderwijs. Afgelopen studiejaar is het Actuarieel Instituut (AI) geaccrediteerd door de NVAO waar het betreft de opleidingen voor actuarieel analist en de Executive Master of Actuarial Science (EMAS). Dit betekent dat het AI, net als andere instellingen voor hoger onderwijs, de uitdaging aangaat ten aanzien van deze speerpunten en de daarbij horende issues. "wat vandaag actueel is, is morgen geschiedenis"
De vraag naar actuarieel geschoolden is nog steeds groot. Echter, steeds vaker is te zien dat econometristen en andere Bèta-geschoolden ook binnen het actuariële vakgebied opereren. Profilering van de actuariële professie en het actuarieel onderwijs heeft hoge prioriteit voor het Actuarieel Instituut. Daarnaast blijft het van belang de toegevoegde waarde van de aangeboden opleidingen aan te blijven tonen door studenten af te leveren met een plusfactor. "het is mogelijk het aantal actuarieel geschoolden te laten groeien" I N N O VAT I E D O O R B R E D E FO C U S
De grenzen tussen actuariaat en risicomanagement vervagen steeds meer. Deze ontwikkeling geeft aan dat de actuariële beroepsgroep op een breder terrein actief is geworden. Het AI groeit mee met deze ontwikkeling. Risicomanagement komt steeds meer terug in de diverse vormen van onderwijs. Binnen EMAS heeft risicomanagement reeds een belangrijke positie ingenomen. Daarnaast is het afgelopen jaar gestart met de nieuwe opleiding CERA (Certified Enterprise Risk Actuary), een opleiding die opleidt tot een mondiaal erkende titel voor actuariële riskmanagers. Het blijft de vraag wat de implicaties hiervan zijn voor de toekomst. TOEGANKELIJKHEID VAN HET ONDERWIJS
KWALITEITIMPULS
De wereld verandert elk uur: wat vandaag actueel is, is morgen geschiedenis. Het is de uitdaging van het onderwijs om zorg te dragen dat de opleidingen up-todate blijven zonder de basis uit het oog te verliezen. Afgelopen jaar is het AI samen met TiasNimbas Business School gestart met de EMAS, waarin juist de theoretische basis en de koppeling met praktijkgerichte en actuele 12 jaarverslag AG&AI 10-11
Toegankelijkheid en kwaliteit van onderwijs lijkt weleens te botsen binnen het hoger onderwijs. De doelstelling van kwantiteit en kwaliteit is er een die niet altijd samen gaat. Het AI heeft bewust gekozen voor een beroepsgericht duaal opleidingsstelsel, waar leren en werken hand in hand gaan. Door deze keuze is het onderwijs minder goed toegankelijk voor studenten die nog niet in het werkveld actief zijn. De komende jaren
Roos Jaspers foto: Jacques Kok
zullen dan ook in het teken staan van deze doelgroep. Door ook door- en instroom vanuit de hogescholen te creëren is het mogelijk het aantal actuarieel geschoolden te laten groeien. De uitdaging voor het AI is en blijft mensen op te leiden die op innovatieve manieren de financiële stabiliteit kunnen monitoren en verbeteren. Graag nodig ik u uit om ideeën en beelden ten aanzien van het onderwijs van de toekomst met ons te delen en onze gezamenlijke verantwoordelijkheid hier in te nemen! Roos Jaspers Manager Permanente Educatie & In company jaarverslag AG&AI 10-11
13
heimwee?
Jan Tamerus foto: Bert Janssen
Stabiliteit is tot aan het eind van de jaren ’90 van de vorige eeuw kenmerkend geweest voor pensioenfondsen en verzekeraars. Maar ook in onze modellen was mean reversion leidend, wat het mogelijk maakte als een grote tanker dwars door de financiële golven te varen met een langetermijnbeleid. Er werd niet op marktwaarde gewaardeerd, zeker niet aan de rechterzijde van de balans. In pensioenfondsen werd gezocht naar dynamische en gelijkblijvende premiestelsels omwille van premiestabiliteit. Verzekeraars voerden een stabiel dividendbeleid en een stabiele politiek van winstneming. Onder aanvoering van financieel-economen en aandeelhouders is omwille van transparantie, objectiviteit, vergelijkbaarheid en risicomanagement de marktwaarde en daarmee het marktdenken geïntroduceerd in pensioenland en verzekeringsland. Beurswaarde, aandeelhouderswaarde en markt14 jaarverslag AG&AI 10-11
waardering van de verplichtingen in de pensioenfondsen deden hun intrede als logisch aansluitend bij internationale regelgeving. Op ICA 2006 in Parijs werd gesteld dat aan de onontkoombare volatiliteit gemakkelijk zou worden gewend. Achter dit alles ligt ook de aanname van het volledig rationele individu dat in een volledig transparante markt met zijn risico’s shopt. Beide premissen blijken echter niet te gelden. Van Marken, de peetvader van ons pensioensysteem, oordeelde rond 1880 anders over het individu. De werkgever moet de werknemer helpen om een pensioen op te bouwen omdat de individuele markt duur en ondoorzichtig is voor het individu. Vandaag de dag oordelen gedrags-wetenschappers dat dit nog steeds geldt. De premisse blijkt niet te gelden. Aan volatiliteit blijken we niet te kunnen wennen. Aan volatiliteit kunnen we niet wennen. Aandeelhouderswaarde leidt tot kortetermijnhandelen met een bonus als beloning. Beurskoersen hebben niets meer met de waarde van de onderliggende onderneming te maken, maar komen tot stand op basis van speculatie en vertrouwen dat uiterst stemmingsafhankelijk is. En is de rente van bijvoorbeeld eind 2008 of straks van eind 2011 een goede rente om de pensioenverplichtingen te waarderen? Zeker als dat betekent dat begin 2012 massaal een afstempelboodschap moet worden gebracht door pensioenfondsen? En beleggingsadviseurs zetten grote vraagtekens achter het kunnen blijven voeren van een lange termijn beleggingsstrategie. Als we die verlaten, zal dat de volatiliteit op de financiële markten alleen nog maar weer vergroten. "de markt blijkt lang niet altijd gelijk te hebben"
Op zich kan ik leven met de uitgangspunten transparantie, objectiviteit, vergelijkbaarheid en goed risicomanagement. Maar niet alles is te objectiveren en de markt blijkt lang niet altijd gelijk te hebben, dan wel bestaat niet of wordt door onszelf gemaakt. Het resultaat, zeer volatiele dekkingsgraden, bedrijfswinsten, beurskoersen en rentes, is ongeschikt om er pensioenfondsen en verzekeraars op te sturen en het zal het vertrouwen in verzekeraars en pensioenfondsen steeds verder doen afnemen. Wat is het antwoord van onze beroepsgroep? dr. Jan Tamerus AAG Associate professor en master actuaris bij PGGM
garanties Verzekeraars bieden garanties op lange en op korte termijn. Hun centrale functie is het overdragen van risico van individuen naar collectieven of het spreiden van risico’s over een langere periode. Door deze risicoverdeling zijn verzekeraars een cruciale factor in de financiële en economische stabiliteit. Economische en persoonlijke schokken worden geabsorbeerd en in behapbare delen over andere spelers in het economisch verkeer herverdeeld. Verzekeraars bestaan bij de gratie van vertrouwen van de consumenten dat ze deze functie kunnen vervullen. Duidelijk is dat in de beleving van consumenten de verzekeraars onvoldoende zekerheid en helderheid hebben gegeven bij de beleggingspolissen. Dit vertrouwen van de consument dienen de verzekeraars terug te verdienen, door een stabiel baken van vertrouwen te zijn. Om de functie van verzekeraar te kunnen vervullen is een stabiele omgeving nodig. Zowel op het gebied van regelgeving als op macro-economisch vlak. Verschuivende regelgeving rondom distributie en kapitaalseisen leidt tot een veranderende business modellen van verzekeraars, die inherent weer tot onzekerheid leiden. De grote uitdaging is om in deze nieuwe wereld de toegevoegde waarde duidelijk te maken die verzekeraars bieden. Waar dekkingsgraden van pensioenfondsen onder druk staan en de banken moeten herkapitaliseren, zullen de verzekeraars voldoende buffers moeten hebben en de zekerheid geven waar polishouders op rekenen. Door de lange termijn visie en business model van verzekeraars, kunnen zij langlopende beleggingen op zich nemen en daarmee de risico overdracht faciliteren en lange termijn garanties kunnen blijven aanbieden, die andere marktpartijen niet meer op zich willen of kunnen nemen. "zolang de regelgeving en marktperceptie redelijk in elkaars verlengde liggen zullen de luchtbellen beheersbaar blijven"
Binnen de nieuwe kapitaaleisen dienen de risico’s allemaal reëel geclassificeerd te zijn. Indien er binnen deze kaders te veel afwijkingen van economische realiteiten zijn, dan zal de markt hiervoor gaan corrigeren. De landen schuldencrisis is zeker niet
Theo Berg foto: Bert Janssen
geholpen bij de veronderstelling dat landen zonder risico zijn en dergelijke politieke afwegingen binnen kapitaalstoezicht zorgen voor inherente instabiliteit. Zolang de regelgeving en marktperceptie redelijk in elkaars verlengde liggen zullen de luchtbellen beheersbaar blijven, maar zodra dit te veel gaat afwijken ontstaan grote luchtbellen, die niet altijd meer goed beheersbaar zijn. In deze complexe financiële wereld is het noodzakelijk om voldoende financiële experts te hebben, met een brede visie op risico en waarderingen van financiële producten. Het Actuarieel Genootschap zorgt voor de opleiding en verdere verbreding van deze kennis en probeert dit actief uit te dragen. Het Verbond van Verzekeraars maakt veel en graag gebruik van deze expertise, om de macro- en micro-economische risico’s in beeld te brengen. drs. Theo Berg AAG Voorzitter Commissie Risico management Verbond van Verzekeraars CRO – Delta Lloyd Groep jaarverslag AG&AI 10-11
15
aan het woord: 3 studenten Het nieuwe pensioenakkoord
Nieuwe regels
Het afgelopen jaar stond wat mij betreft in het teken van het nieuwe pensioenakkoord. Het belangrijkste element in het pensioenakkoord is het loslaten van onvoorwaardelijke toezeggingen en de schijnzekerheid die hiermee gepaard gaat. Vooraf moet duidelijk zijn hoe het fonds optreedt in geval van onderdekking of bij een overschot. Al met al zullen verwachting en werkelijkheid meer in lijn komen te liggen.
In 2007 is de nieuwe Wet op het financiële toezicht in werking getreden. In deze wet zijn nieuwe regels voor het financiële toezicht op pensioenfondsen opgenomen. In 2009 heeft de Europese Commissie een richtlijn uitgevaardigd voor het financiële toezicht op verzekeraars. Naar verwachting zal die richtlijn in 2013 in werking treden.
Tot op heden worden pensioenverplichtingen gewaardeerd aan de hand van de risicovrije rente zoals DNB die voorschrijft. De gedane toezeggingen zijn onvoorwaardelijk; dit impliceert dat van risico voor de deelnemer geen sprake is. Onder het nieuwe pensioenakkoord verandert dit: er mag gerekend worden met het verwachte beleggingsrendement. Het is nog de vraag hoe de wetgever en toezichthouder hier in de praktijk invulling aan zullen geven. "besturen hebben niet altijd de benodigde kennis in huis"
Het loslaten van de onvoorwaardelijke toezeggingen zal in ieder geval met zich meebrengen dat de pensioenfondsen meer beleggingsvrijheid krijgen. Met deze vrijheid gaat verantwoordelijkheid gepaard. Als er iets duidelijk is geworden in de afgelopen tijd, is het dat besturen niet altijd de benodigde kennis in huis hebben en dat er veel uitbesteed wordt. Om dit aan te pakken heeft het kabinet het Wetsvoorstel Versterking bestuur pensioenfondsen ingediend, waarbij de installatie van een Raad van Toezicht verplicht gesteld wordt. Het belangrijkste is om deelnemers er bewust van te maken dat pensioen niet slechts een arbeidsvoorwaarde is, maar dat het een financiële aangelegenheid is die gepaard gaat met risico’s. Communicatie en transparantie richting deelnemers zijn de sleutelwoorden voor de toekomst. Jenneke Meijer MSc student AEMAS
16 jaarverslag AG&AI 10-11
Pensioenfondsen en verzekeraars verplichten zich nu en in de toekomst betalingen te doen aan hun deelnemers en polishouders. Om ervoor te zorgen dat zij aan hun verplichtingen kunnen blijven voldoen moeten zij naast een verplichtingenvoorziening risicodragend vermogen aanhouden. In het verleden was het benodigde risicodragend vermogen vooral afhankelijk van de verplichtingenvoorziening. Die voorziening werd meestal berekend door de verwachte uitkeringen te verdisconteren tegen een rekenrente. Die rekenrente hield zelden rekening met de onzekerheid over de omvang of het moment van de uitkeringen. Deels compenseerde men hiervoor door de rekenrente prudent vast te stellen. "de vermogenseis hangt af .. van actuariele risico’s en financieringsrisico’s"
Kenmerkend voor beide nieuwe toezichtkaders is dat de vermogenseis afhangt van actuariële risico’s en financieringsrisico’s. Voor verzekeraars hangt deze vermogenseis ook nog af van operationele risico’s. Een gevolg hiervan is, dat pensioenfondsen en verzekeraars voor de berekening van het benodigde en aanwezige risicodragende vermogen steeds meer moeten kijken naar de financiële markten. Het belang van risicobeheersing zal door de nieuwe financiële toezichtkaders toenemen. De actuariële analist en de actuaris zullen een belangrijke rol spelen bij de kwantitatieve analyse van risico’s. Daarnaast zullen zij bestuurders van pensioenfondsen en verzekeraars moeten adviseren over maatregelen om de risico’s te beheersen.
Jenneke Meijer
Ragan van den Hoek
Ruud Smits
Actuariële analisten en actuarissen moeten daarvoor niet alleen kennis hebben van traditionele actuariële technieken. Ook moeten zij kennis hebben van de theorie van de financiële markten. Zij zullen moeten omgaan met snel veranderende omstandigheden. Er liggen grote uitdagingen in het verschiet. Het actuarieel instituut zal hierop moeten inspelen door meer aandacht te besteden aan de gevolgen van de nieuwe toezichtwetgeving.
opeens niet meer betrouwbaar blijkt? Of als de staat, die garant staat voor een bank of verzekeraar, failliet gaat? Of als de werkgever die de dekkingsgraad van ons pensioenfonds zou beschermen dat niet meer wil of kan doen? Het gaat om zulke ingrijpende gevolgen, dat we moeite hebben ons voor te stellen wat er gebeurt als onze vanzelfsprekendheden niet langer waar blijken te zijn.
drs. Ragan van den Hoek RBA student Actuarieel Analist
"accepteren dat er risico’s zijn in plaats van ze te mitigeren"
Zekerheid Het lijkt wel of alle zekerheid die we meenden te hebben inmiddels is verdwenen. Waar we de afgelopen decennia geen twijfel hadden of ons spaargeld wel veilig was bij de bank waar we dat hadden ondergebracht, vragen we ons nu regelmatig af hoeveel die garantie van de overheid eigenlijk waard is. In plaats van een vanzelfsprekend geachte indexatie van ons pensioen, prijzen we ons inmiddels gelukkig als we zijn aangesloten bij een pensioenfonds dat niet hoeft te korten. Waar we met zekerheid rekenden met de bijstortingsclausule van een pensioencontract, moeten we ons nu afvragen of de rechter ons wel in het gelijk zal stellen als we betaling eisen.
Misschien is de enige manier om met de veranderende situatie om te gaan, te accepteren dat er risico’s zijn waaraan we worden blootgesteld in plaats van het proberen de risico’s te mitigeren. Echte zekerheid heeft natuurlijk nooit bestaan. Maar het is wel een hard gelag om je nu te realiseren dat belangrijke zaken waarvan je de onzekerheid had afgerond naar nul, nu opeens toch serieus onzeker blijken te zijn. Het hanteren van onzekerheid is een van de kerntaken van onze beroepsgroep. Een van de weinige zekerheden die in mijn ogen zijn toegenomen, is dat hieraan voorlopig geen gebrek is. drs. ing. Ruud Smits student EMAS
In de opleiding voor actuaris leren we al vroeg dat mensen in het algemeen risico-avers zijn. Maar wat als de verzekeraar die we gebruiken om dat risico af te kopen jaarverslag AG&AI 10-11
17
het fundament Vakkundige communicatie is een essentieel onderdeel voor financiële stabiliteit. De commotie die ontstaat als een dekkingsgraad even onder de honderd zakt, is tekenend voor de vaak ontoereikende manier van communiceren en het onbegrip dat daarmee gepaard gaat. Financiële stabiliteit vraagt om heldere en vakkundige communicatie, waarmee het zo noodzakelijke vertrouwen hersteld kan worden. Het herstellen van dit vertrouwen is een taak die het Actuarieel Genootschap hoog in het vaandel heeft staan. Een duidelijke communicatie heeft dan ook de voorkeur. Breen is wat betreft de dekkingsgraad van pensioenfondsen voorstander van een andere maat: “Het begrip dekkingsgraad wordt nu vaak te eng gehanteerd en verkeerd uitgelegd. Het zou in dit geval beter zijn als er bijvoorbeeld een bandbreedte werd afgesproken, waarbinnen een dekkingsgraad zich zonder risico zou kunnen, en vooral ook mógen, bewegen. Want de volatiliteit die inherent verbonden is aan een dekkingsgraad, wordt niet begrepen door de gemiddelde pensioenbelanghebbende. Je kunt je overigens afvragen of de dekkingsgraad voor een 25-jarige wel dezelfde zou moeten zijn als voor een 55-jarige, waarbij we de kracht van ons huidige pensioenstelsel, namelijk de intergenerationele solidariteit, niet uit het oog mogen verliezen.” "we mogen de kracht van ons huidige pensioenstelsel, de intergenerationele solidariteit, niet uit het oog verliezen"
Sagoenie wijst op het gegeven dat 70% van de pensioenbelanghebbenden, zoals uit recent onderzoek is gebleken, niet weet hoe hun pensioen ervoor staat. “Ook daarin is de communicatie tot nu toe tekort geschoten, en is het belangrijk deze te verbeteren. Daarmee herstel je het vertrouwen. De pensioenbelanghebbende ging vaak af op wat de pers riep, en raakte daardoor het vertrouwen kwijt. Ook als een begrip als ‘afstempelen’ gebruikt werd. Terwijl dat niet nodig zou moeten zijn.”
Jeroen Breen en Rajish Sagoenie foto: Bert Janssen 18 jaarverslag AG&AI 10-11
De communicatie van het Actuarieel Genootschap richt zich op de stakeholders. Breen: “Enerzijds zoeken actuarissen en het Actuarieel Genootschap steeds vaker de pers op om tekst en uitleg te geven. En anderzijds
betrekt de pers actuarissen en het Actuarieel Genootschap ook steeds vaker bij deze kwesties en dat is een goede ontwikkeling.” “Een actuaris is hierbij een bij uitstek geschikte professional, gezien de opleiding die hij (of zij) genoten heeft, en de kennis en de ervaring die hij daarbij heeft opgedaan”, zegt Sagoenie. “De verankering van de actuariële professie in strenge richtlijnen, de permanente educatie en de gedragscode zorgen voor het noodzakelijk fundament van de expertise van de actuaris. De inbreng van de actuaris is veelal een duidende; de actuaris is namelijk volstrekt onafhankelijk. We moeten vaker durven met onze mening op de voorgrond te treden.” "we stellen ook steeds meer heikele kwesties aan de orde"
Ook op politiek en bestuurlijk niveau is het van belang de actuariële expertise (meer) te laten horen. Wanneer politieke en bestuurlijke lange termijnbeslissingen (nog) beter gefundeerd tot stand komen, kan het vertrouwen ook hersteld worden. Breen: “We doen dan ook steeds vaker mee in het maatschappelijk debat; we worden meer dan voorheen gevraagd én gehoord. In pensioenkwesties, over de AOW, over de gevolgen van vergrijzing, enzovoorts.” Sagoenie: “Daarbij wordt door ons de discussie niet geschuwd. We stellen ook steeds meer heikele kwestie aan de orde. Vertrouwen komt te voet en gaat te paard. We zitten nu in een situatie dat er gebrek aan vertrouwen is. Het AG is de beroepsgroep bij uitstek die in staat is om toegevoegde waarde te bieden bij het zo nodige herstel aan vertrouwen, want vertrouwen is de basis voor de zo wenselijke financiële stabiliteit.”
Drs. Rajish Sagoenie AAG is voorzitter van het bestuur van het Actuarieel Genootschap & Actuarieel Instituut en partner bij Milliman Pensioenen Nederland BV. Ir. drs. Jeroen Breen AAG is directeur van het Actuarieel Genootschap & Actuarieel Instituut. jaarverslag AG&AI 10-11
19
in de media...
ledenaantallen 2000-2011
ledenaantal per 31-07-2011 800
903
905
871
854
836
782
748
687
716
700
809
800
871
900
940
1000
700
500
600
413
411
406
434
427
441
458
484
465
446
400
504
500 400
712
600
300
300 200
228
228 165
200 100
183 100
123
2000
2001
2002
leden AAG
2003
2004
2005
2006
leden Actuarieel Analist AG
2007
2008
2009
2010
leden AAG (940)
164
140
118
120
120
leden Actuarieel Analist AG (165)
48
53
60
60
67
67
80
8 1 > 80
76-80
7
19 6 71-75 2
66-70
61-65
5 56-60
51-55
46-50
41-45
36-40
vrouw
leeftijdsopbouw leden Actuarieel Analist AG 2010-2011
leeftijdsopbouw geaffilieerden 2010-2011 50
40
40
30
22
26
28
30
34
36
38
50
36 19
20
9
76-80
71-75
66-70
2
1 61-65
1 51-55
46-50
41-45
36-40
3
9
10
14 5
10 man
31-35
1
3 1
tot 25
> 80
76-80
71-75
66-70
61-65
26-30
1
0 56-60
3 51-55
41-45
46-50
3
4 vrouw
36-40
31-35
26-30
tot 25
0
man
10
6
2 2
11
10
12
15
18
20
56-60
man
31-35
26-30
tot 25
0
10
14
20
20
27
27
40
20 jaarverslag AG&AI 10-11
geaffilieerden (228)
90
100
vrouw
kerncijfers > leden 2010-2011
leeftijdsopbouw leden AAG 2010-2011 180 160
man
2011
geaffilieerden
45
42
0
0
vrouw
jaarverslag AG&AI 10-11
21
leeftijdsopbouw deelnemers aan het PE-programma
250
400
200
man (1396)
375
229
leeftijdsopbouw studenten 2010-2011
213
studentenaantal per 31-07-2011
350
vrouw (687)
300
250
128
200
kerncijfers > studenten 2010-2011
177
1007
434
1148
Techniek Levensverzekering
120
kerncijfers > Permanente Educatie 2010-2011
31 16 onbekend
0 > 65
0
10
49
0
61-65
vrouw
aantal afgenomen examens studiejaar 2010-2011 448
146
50 7
onbekend
21
>60
83
56-60
vrouw (381)
man
110
142
46-50
46-50
41-45
41-45
36-40
36-40
31-35
31-35
man (823)
26-30
21 35
20-25
26-30
3 2
0
1 1
2 0
51-55
0
21-25
7 0
100 22 7
14
33
47 22
39
200
51
50
381
164
150
400
56-60
90
95
100
600
51-55
823
231
150 800
252 268
162
1000
best bezochte PE-bijeenkomsten 2010-2011 6% 5% 5% 6% 8%
54%
7% 11%
PE AG Jaarcongres 2011
Actuarieel Rekenaar
PE Prognosetafel
Actuarieel Analist
PE ASTIN-dag
Actuaris
PE ASTIN-borrel: Thema zorg en schade
Schakelprogramma
PE Borrel: IFRS 4 Phase II exposure draft PE Actuariële verklaringen voor certificeerders PE AG Summerschool 2010
uitgereikte diploma’s 2010-2011
aantal deelnemers PE uitgesplitst naar werkgever 86 198
1 11
32
67
15
13
22
15
742
747 110
techniek levensverzekering 12
actuarieel rekenaar 99
actuarieel analist 28
actuaris
verzekeraar pensioenfonds
37
adviesbureaus, consultants, freelance, zelfstandig overig
man
vrouw
22 jaarverslag AG&AI 10-11
niet bekend
jaarverslag AG&AI 10-11
23
jaarcijfers 2010-2011
BALANS ACTUARIEEL GENOOTSCHAP P E R 3 1 J U L I 2 0 1 1 N A R E S U LTA AT B E S T E M M I N G
STA AT VA N B AT E N E N L A ST E N AC T U A R I E E L G E N O OT S CH A P OVER HET BOEKJAAR 2010-2011
2010-2011 activa vaste activa materiële vaste activa vlottende activa voorraad debiteuren belastingen en premies sociale verzekeringen overige vorderingen en overlopende activa liquide middelen totaal activa passiva eigen vermogen crediteuren overige schulden / overlopende passiva totaal passiva
2009-2010
144.185
180.448
– 28.919 33.284 84.968 935.924
1.940 24.519 27.191 43.687 1.026.163 1.227.280
1.162.054 19.017 46.209
baten contributies De Actuaris overige baten totaal baten
1.303.949
lonen en salarissen sociale lasten overige personeelskosten afschrijvingen overige lasten som der lasten
1.156.632
1.115.626
128.570
128.905 408.389 112.287 37.486 44.371 440.044
475.834 118.198 45.720 44.506 372.857 1.057.115
1.042.578
29.053-
55.857-
som der financiële baten en lasten
20.307
24.950
resultaat
8.746-
30.906-
1.303.949 bedrijfsresultaat
24 jaarverslag AG&AI 10-11
2009-2010
924.285 169.240 22.101
957.831 181.538 17.263
lasten directe kosten
1.170.800 34.908 98.242 1.227.280
2010-2011
jaarverslag AG&AI 10-11
25
jaarcijfers 2010-2011
BALANS ACTUARIEEL INSTITUUT P E R 3 1 J U L I 2 0 1 1 N A R E S U LTA AT S B E S T E M M I N G
STA AT VA N B AT E N E N L A ST E N AC T U A R I E E L I N ST I T U U T OVER HET BOEKJAAR 2010-2011
2010-2011 activa vaste activa materiële vaste activa financiële vaste activa vlottende activa vorderingen en overlopende activa liquide middelen totaal activa
2009-2010
225.832 58.307
278.773 44.941
395.782 1.781.719
347.046 1.738.048
passiva eigen vermogen 2.183.057 kortlopende schulden en overlopende passiva 278.583 totaal passiva
2.461.640
opbrengst opleidingen directe kosten opleidingen bruto marge
2.408.808
2.120.074 288.734 2.461.640
2010-2011
lonen en salarissen sociale lasten overige personeelskosten afschrijvingen overige lasten som der lasten
2.741.338 1.321.341 1.338.216
583.144 133.399 67.300 66.756 449.108
1.419.997
516.398 133.137 55.952 80.119 573.252 1.299.707
1.358.858
bedrijfsresultaat
38.509
61.139
som der financiële baten en lasten
23.855
22.929
resultaat voor belastingen
62.364
84.068
12.747-
15.934-
resultaat deelnemingen
13.366
16.414
resultaat na belastingen
62.983
84.548
2.408.808
belastingen
26 jaarverslag AG&AI 10-11
2.681.223 1.343.007
2009-2010
jaarverslag AG&AI 10-11
27
personalia ● BESTUUR AG&AI
drs. Rajish Sagoenie AAG voorzitter drs. Annemarie Mijer AAG RBA vice voorzitter en onderwijs AI drs. Anton den Hartogh AAG interne organisatie en financiën drs. Jan-Huug Lobregt AAG PA&PR drs. Fleur Rieter AAG kwaliteitszorg drs. Gerlinda Poolman AAG onderwijs AG ● MEDEWERKERS BUREAU AG&AI
Anno Bousema directeur (tot 1 maart 2011) ir. drs. Jeroen Breen AAG directeur (vanaf 6 juni 2011) Esther Oostveen receptioniste/telefoniste Els van Wijk receptioniste/telefoniste Nella Stokman office manager Rob Overbeek medewerker Financiën Fadma Boutrah medewerker Financiën Maarten van Meerten manager PA&PR Pascale Mandjes-Heese medewerker Communicatie Gonnie Winters medewerker Ledenservice Nicole Kurpershoek medewerker Ledenservice Inge Duenk medewerker Ledenservice Sandra Oudejans medewerker Opleidingen Leandra Pennartz medewerker Opleidingen Karima Attrach medewerker Examens Jaco Ketting medewerker Studentenservice Roos Jaspers manager Permanente Educatie & In company Esther Duindam medewerker Permanente Educatie Robert de Vries senior Beleidsmedewerker drs. Albert ten Have AAG senior Beleidsmedewerker Monique Schuilenburg medewerker Internationaal ● RAAD VAN ADVIES
prof. dr. H.M. Prast drs. J. Streppel prof. dr. J.H.R. van de Poel J. Jongejan dr. P.H. Omtzigt ● COLLEGE VAN RECHTSPRAAK
mr. W.F. Korthals Altes voorzitter mr. A.Ch.H. Franken plv.-voorzitter mr. J.B. Londonck Sluijk secretaris mr. I.J. de Laat plv.-secretaris drs. J.D. Carrière AAG lid
28 jaarverslag AG&AI 10-11
[ bezetting per 31 juli 2011 ]
D. den Heijer AAG lid R. van Dam AAG plv.-lid drs. H.J.W. van Gemert AAG plv.-lid J. van der Starre AAG Hon FIA plv.-lid P.P.C. van Zijp AAG plv.-lid ● RAAD VAN BEROEP
mr. M.A.L.M. Willems voorzitter mr. J.B. Londonck Sluijk plv.-secretaris mr. G. Liesveld lid-jurist mr. E.D. Wiersma lid-jurist mr. A.J.L.M. van der Wildt plv.-lid-jurist H.A. van den Hoogen AAG lid-actuaris drs. A.I.M. Kool AAG lid-actuaris drs. W. de Boer AAG plv.-lid-actuaris drs. J.M. Krijgsman van Spangenberg AAG plv.-lidactuaris L.G. Witkamp AAG plv.-lid-actuaris C.F. Hammer AAG plv.-lid-actuaris ● COMMISSIES COMMISSIE PA&PR
drs. J.H.S. Lobregt AAG voorzitter drs. C.A.M. van Iersel AAG COMMISSIE KWALITEITSZORG
ir. drs. J.D. Breen AAG voorzitter (tot 6 juni 2011) drs. W. Eikelboom AAG voorzitter (vanaf 1 juli 2011) drs. H.W. Freudenberger AAG P.P.C. van Zijp AAG drs. P.J.M. van Meel AAG drs. W. Eikelboom AAG C O M M I S S I E S O LV E N C Y
S.E. Timmers AAG MBA voorzitter drs. S.F.J. van de Pas AAG drs. ir. P.A.A. van Overbeek AAG drs. J.L.A.G. Hubers AAG drs. C.E. Kortleve drs. J.W.H. Vulto AAG COMMISSIE VERZEKERINGEN
J.A. de Jongh AAG voorzitter drs. P.F.J. Franken AAG drs. H.A. van Mourik AAG drs. R.H.M. Willems AAG dr. A.E. van Heerwaarden AAG (tot 31 juli 2011) A.J. Paauw AAG drs. E.P. Visser AAG
COMMISSIE PENSIOENEN
drs. P. Kandhai AAG voorzitter drs. M. Vos RBA drs. J.G.A. Smolenaers AAG ir. M.J.M. Pernot AAG drs. A. Hussem AAG drs. R.F.A. van Giersbergen AAG COMMISSIE OVERLEVINGSTAFELS
P.P.C. van Zijp AAG voorzitter drs. J.W. Attema AAG H.W.M. van Broekhoven AAG drs. L. Roodenburg-Berkhout AAG drs. J. de Mik AAG dr. ir. T.J.W. Schulteis R.H. Sprenkels AAG CO M M I S S I E I N T E R N AT I O N A A L
A.A.M. Kok AAG Hon FIA voorzitter ing. H.W.A.M. van den Bosch AAG drs. R.W.C. van den Brink AAG RBA drs. F.A.M. Ruygt AAG F.R. Valkenburg AAG RBA drs. R.H.M. Willems AAG CO M M I S S I E N O M I N AT I E
drs. E.B.B. Kromme AAG voorzitter (tot 1 april 2011) drs. M. Vet AAG voorzitter (vanaf 1 april 2011) drs. I. Zeilstra AAG S. van Vuure AAG L.G. Witkamp AAG drs. R.K. Sagoenie AAG A. Bousema (tot 1 maart 2011) ir. drs. J.D. Breen AAG (vanaf 6 juni 2011) COMMISSIE ONDERWIJS
drs. E. Brandenburg AAG voorzitter (tot 1 juli 2011) R.J.C. Hersmis AAG voorzitter a.i. (vanaf 1 juli 2011) drs. C.J. van Heugten AAG drs. H.J. Sloots AAG ir. drs. E.F. Schrier AAG CO M M I S S I E ACC R E D I TAT I E PE R M A N E N T E E D U C AT I E
J.C.H. Kars AAG voorzitter drs. G.Th. Pluym AAG dhr. drs. M. Lind AAG dhr. drs. J.M. Krijgsman van Spangenberg AAG W. de Klerk Actuarieel Analist AG A.G.M.M. de Vrij Actuarieel Analist AG CO M M I S S I E ACC R E D I TAT I E U N I V E R S I T E I T E N / HOGESCHOLEN
drs. P.H.M. Kuys AAG Hon FIA voorzitter (tot 15 februari 2011)
dr. D.R. Dannenburg AAG voorzitter (vanaf 15 februari 2011) drs. J.M. Krijgsman van Spangenberg AAG P.P.C. van Zijp AAG R.H. van Os AAG ● KRINGEN KRING SCHADE
drs. J.H.S. Lobregt AAG voorzitter drs. E.G. Bos AAG drs. S. Tolk AAG drs. J.W.H. Vulto AAG drs. R.A.A. Teeuwen drs. M. Zwijnenburg KRING LEVEN
drs. N.P.J. Hilhorst AAG voorzitter drs. E. Roebersen AAG CFA FRM drs. C.C.J. Bastiaansen AAG drs. J.E. Born AAG R. van Dijk AAG J.J. Verbaan AAG KRING DUTCH YOUNG ACTUARIAL PROFESSIONALS
drs. E.E.H.M. Lamerikx AAG voorzitter G.A. Hellement MSc (tot 1 december 2010) drs. A.S. Joseph AAG drs. H.M. Goote W.O. Man ir. F.E.G. Rodenburg KRING VAN GEPENSIONEERDE ACTUARISSEN
S. van Vuure AAG voorzitter drs. J.H.C. Jansen AAG drs. A.I.M. Kool AAG KRING VAN ACTUARIEEL ANALISTEN
W. de Klerk Actuarieel Analist AG voorzitter A.G.M.M. de Vrij Actuarieel Analist AG drs. M. Rijkeboer Actuarieel Analist AG J.J. Rabbering Actuarieel Analist AG drs. P.F. Tseng Actuarieel Analist AG ● VAKGROEPEN INITIËLE OPLEIDING (VOORZITTERS)
Leven: B.C. van der Gaag AAG Schade: drs. R.H.M. Willems AAG Wiskunde & statistiek: drs. ir. P.A.A. van Overbeek AAG Pensioenen & sociale verzekeringen: drs. L.G. van den Hoek AAG Economie: ir. S.M.L. de Vries AAG Recht: prof. dr. P.M.C. de Lange Informatica: drs. T.B. Pouw jaarverslag AG&AI 10-11
29
Praktijk: B.L. de Boer AAG Techniek Levensverzekering: R.J.W. Willigers Schakelprogramma: dr. M.N. van den Berg (tot 31 december 2010) ● EXAMENCOMMISSIES INITIËLE OPLEIDING (VOORZITTERS)
Leven: drs. P.C.M. van Hassel AAG Schade: ir. M.A. Kaspers AAG Wiskunde & statistiek: drs. G. Dozeman AAG Pensioenen & sociale verzekeringen: E.T. Loijenga AAG Economie: drs. H.J. Boehlé Recht: mr. dr. M.H.M. van Oers AAG AA Informatica: ir. drs. Th.J. de Maat AAG Praktijk: drs. H.W. Freudenberger AAG Techniek Levensverzekering: T. Bos Schakelprogramma: drs. J.G. van Wijk (tot 31 december 2010) ● RAAD VOOR DE TOETSING
drs. R. Bruning AAG voorzitter H.A. van den Hoogen AAG secretaris mr. A.P. Bohte-Dupree dr. J.A.M. Wesseling
FREEDOMS & GENERAL PURPOSES COMMITTEE
A.A.M. Kok AAG Hon FIA INSURANCE COMMITTEE
H.W.M. van Broekhoven AAG Solvency II working group Pillar I Life drs. S.F.J. van de Pas AAG Solvency II working group Pillar I Non-Life drs. P.F.J. Franken AAG Solvency II working group Pillar II & III Accounting drs. G.M. Haandrikman AAG Solvency II working group Conglomerates/Cross Sectoral H.W.M. van Broekhoven AAG voorzitter Solvency II working group Internal Models H.W.M. van Broekhoven AAG M. Ahmadan AAG PENSIONS COMMITTEE
ing. H.W.A.M. van den Bosch AAG INVESTMENT & FINANCIAL RISK COMMITTEE
F.R. Valkenburg AAG RBA voorzitter drs. R.P. de Jonge AAG E D U C AT I O N CO M M I TT E E
R.J.C. Hersmis AAG voorzitter drs. G.H. Poolman AAG TASK FORCE AC TUARIAL STANDARDS
A.A.M. Kok AAG Hon FIA ● REDACTIECOMITÉ DE ACTUARIS
J.N. Berkemeijer AAG hoofdredacteur (tot 31 december 2010) drs. P.J.M. van Meel AAG hoofdredacteur (vanaf 1 januari 2011) F. Thooft bladmanager drs. R. Brinksma AAG drs. J.H.M. Terheggen AAG mr. J.G.C. de Baar MBA dr. M.N. van den Berg AAG W.G.C.M. Jacobs Actuarieel Analist AG drs. W. Schuddeboom AAG RA H.J. Ros ● G R O U P E C O N S U LTAT I F BOARD OF DIRECTORS
F.R. Valkenburg AAG RBA R.J.C. Hersmis AAG G R O U P E C O N S U LTAT I F
A.A.M. Kok AAG Hon FIA Membre Titulair F.R. Valkenburg AAG RBA Membre Suppléant H.W.M. van Broekhoven AAG Membre Suppléant
30 jaarverslag AG&AI 10-11
● IAA - VERTEGENWOORDIGING ACC R E D I TAT I O N
R.J.C. Hersmis AAG COUNCIL
drs. R.W.C. van den Brink AAG RBA drs. F.A.M. Ruygt AAG E D U C AT I O N
R.J.C. Hersmis AAG EXECUTIVE COMMITTEE
Role of actuaries in ERM drs. F.A.M. Ruygt AAG Supranational Relations drs. R.W.C. van den Brink AAG RBA co vice voorzitter Interim Actuarial Standards Subcommittee drs. F.A.M. Ruygt AAG
uitgave Actuarieel Genootschap & Actuarieel Instituut Groenewoudsedijk 80 3528 BK Utrecht telefoon 030-6866150 website www.ag-ai.nl eindredactie Frank Thooft, Pluspen teksten vormgeving Stahl Ontwerp
INSURANCE ACCOUNTING
drs. F.A.M. Ruygt AAG vice voorzitter A.A.M. Kok AAG Hon FIA Subcommittee on Actuarial Standards drs. F.A.M. Ruygt AAG voorzitter
druk Scheffer Drukkerij Alle bijdragen in dit jaarverslag zijn op persoonlijke titel geschreven. Zet- en drukfouten voorbehouden
www.ag-ai.nl