ACTIEPLAN 2007-2008
van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Franstalige kunstenorganisaties, de Nederlandstalige kunstenorganisaties en de meertalige kunstenorganisaties in Brussel
26 oktober 2007
RESEAU DES ARTS A BRUXELLES & BRUSSELS KUNSTENOVERLEG
INHOUDSTAFEL
TEN GELEIDE Het Actieplan 2007-2008 De Werkgroep / Le Groupe de travail Een cultureel plan voor Brussel ARTIKEL 2: ARTISTIEKE AANBOD 1) (Co)programmatie, (co)presentatie en (co)productie met één of meerdere kunstenorganisaties van de andere taalgemeenschap 2) Het begeleiden van kunstenaars van de andere taalgemeenschap ACTIES 2007-2008 ARTIKEL 3: PUBLIEK 1) Het aanbieden van tweetalige (Frans-Nederlands) of meertalige communicatie over hun artistieke aanbod in Brussel. 2) Het aandacht schenken aan het artistieke aanbod van de andere partijen 3) Het ontwikkelen van gezamenlijke promotionele activiteiten die de diverse gemeenschappen in Brussel bereiken 4) Het bieden van ondersteuning bij het vertalen naar de andere taal 5) Het twee- of meertalig toegankelijk maken van artistieke activiteiten ACTIES 2007-2008 ARTIKEL 4: PERSONEEL 1) Uitwisseling van expertise met culturele instellingen van de andere taalgemeenschap 2) Het aanbieden van stageplaatsen aan studenten uit de andere taalgemeenschap 3) Verbeteren van de kennis van het artistieke aanbod van de instellingen van de andere taalgemeenschap 4) Verbeteren van de kennis van de taal van de andere taalgemeenschap ACTIES 2007-2008 ARTIKEL 5: INFRASTRUCTUUR 1) Het aanbieden van infrastructuur aan de andere partijen 2) Het ter beschikking stellen van repetitieruimte aan de andere partijen. ACTIES 2007-2008 ARTIKEL 6: KUNSTONDERWIJS 1) Het uitwisselen van studenten, docenten 2) Het aanbieden van stageplaatsen aan de andere partijen 3) Het presenteren van eindwerken bij de andere partijen 4) Samenwerking bij het organiseren van workshops en masterclasses ACTIES 2007-2008 ARTIKEL 7: ONDERZOEK, REFLECTIE EN OVERLEG ACTIES 2007-2008 EEN CULTUREEL PLAN VOOR BRUSSEL, HOOFDSTAD EN LABORATORIUM VAN EUROPA De context: van Brussel 2000 tot een structurele samenwerkingsovereenkomst De uitdaging: 3 partners als motor van een cultureel plan De doelstelling: de culturele dimensie van de Europese hoofdstad versterken De realisatie: werkgroep, consultants, Belgische en buitenlandse experten, werkwijze, timing CONTACTGEGEVENS LIJST ONDERTEKENAARS OP 26/10/2007 2
TEN GELEIDE HET ACTIEPLAN 2007-2008 Dit document is het eerste Actieplan dat wordt opgesteld in uitvoering van de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Franstalige, de Nederlandstalige en de meertalige kunstenorganisaties in Brussel (tekst beschikbaar op www.brusselskunstenoverleg.be). Deze Samenwerkingsovereenkomst werd op 23 februari 2007 ondertekend op het Muntplein in Brussel door een honderdtal kunstenorganisaties en heeft een looptijd van vijf jaar (dus tot 22 februari 2012). In dit Actieplan worden een aantal acties opgelijst die in de loop van het culturele seizoen 2007-2008 worden uitgevoerd in de geest van het akkoord. Sommige oudere initiatieven worden vanzelfsprekend gecontinueerd, en een aantal nieuwe ideeën zullen in de loop van 2008 op hun haalbaarheid worden getoetst. Dit Actieplan geeft dus “een invulling aan de principes van deze Samenwerkingsovereenkomst”, zoals bepaald in artikel 8 van de overeenkomst. De opbouw van dit Actieplan volgt de structuur van de Samenwerkingovereenkomst, die onderverdeeld is in meerdere artikels: artistiek aanbod, publiek, personeel, infrastructuur, kunstonderwijs en tot slot onderzoek, reflectie en overleg. In dit Actieplan wordt per artikel een korte algemene analyse gegeven van hoe de ondertekenaars van de overeenkomst op dit thema inspelen. Telkens worden ook een aantal concrete doelstellingen voor het werkjaar 2007-2008 geformuleerd. Om dit Actieplan 2007-2008 te kunnen opstellen werd op 9 juli 2007 aan alle ondertekenaars een vragenlijst toegestuurd. Een herinneringsmail werd verstuurd op 4 september. 60 organisaties stuurden deze lijst ingevuld terug. Voor de opmaak van het Actieplan 2007-2008 hebben we ons beperkt tot deze ingestuurde gegevens. Al bij al is dit Actieplan geen opsomming geworden van wat er binnen elke organisatie allemaal gebeurt. De in dit Actieplan vermelde initiatieven zijn dus louter exemplarisch en allerminst exhaustief. De ingezonden informatie was vaak te beperkt of te vaag om expliciet in het Actieplan te kunnen worden opgenomen. Soms was het ook niet duidelijk of de opgesomde initiatieven enkel betrekking hadden op het verleden of dat ze ook in het culturele seizoen 2007-2008 zouden plaatsvinden of worden gecontinueerd. Er zal moeten worden nagegaan hoe in de komende jaarlijkse actieplannen wel meer concrete initiatieven van de partnerorganisaties kunnen worden beschreven. DE WERKGROEP / LE GROUPE DE TRAVAIL De coördinatie en opvolging van de Samenwerkingsovereenkomst werd toevertrouwd aan het Réseau des Arts à Bruxelles en het Brussels Kunstenoverleg. In de overeenkomst werd daartoe de oprichting voorzien van een “gemengde commissie”, die op regelmatige basis, afwisselend op het initiatief van een van de beide netwerken, bijeenkomt. Deze commissie werd geïnstalleerd op 20 juni 2007 en wordt voortaan “de werkgroep” genoemd. Deze werkgroep is samengesteld uit leden van de beide netwerken. De werkgroep bestaat momenteel uit: Bernard Boon-Falleur (voormalig algemeen directeur Flagey), Roger Christmann (zakelijk directeur Kunstenfestivaldesarts), Patrick De Laender (secretaris-generaal en directeur publiekswerking van De Munt/La Monnaie), Ann Goossens (assistent van de directeur Beursschouwburg), Jan Goossens (directeur KVS), Guy Gypens (artistiek directeur Kaaitheater), Josette Nisot (adjunct-directeur van het Maison du Spectacle - La Bellone), Ann Olaerts (directeur VTI), Dirk Snauwaert (directeur van het Centrum voor Hedendaagse Kunst – Wiels), Thierry Van Campenhout (directeur Cultureel Centrum Jacques Franck), Myriam Van Roosbroeck (gedelegeerd bestuurder Théâtre National), Fabienne Verstraeten (directeur Halles de Schaerbeek). Deze werkgroep vergaderde op 20 juni, 7 september, 1 oktober en 23 oktober 2007. 3
EEN CULTUREEL PLAN VOOR BRUSSEL Naast de vele kleine en grote initiatieven die door de kunstenorganisaties worden genomen in de geest van de Samenwerkingsovereenkomst, of die centraal worden geïnitieerd om de uitwisseling te bevorderen, stellen we ons ook een grote gezamenlijke ambitie: de opmaak van een cultureel toekomstplan voor Brussel, als hoofdstad en laboratorium van Europa. Dit plan moet voortkomen uit een gezamenlijke reflectie van het culturele werkveld die een politieke en ideologische inkleuring weet te overstijgen. Dit plan wil vanuit een gemeenschappelijke visie een ambitieus project formuleren dat Brussel als een echte Europese culturele hoofdstad kan promoten. In de loop van 2008 zullen de netwerken Brussels Kunstenoverleg en Réseau des Arts à Bruxelles, met de steun en de medewerking van de Koning Boudewijnstichting, de uitwerking van dit cultureel plan begeleiden. In het voorjaar van 2009 hopen we het resultaat van dit denkwerk te kunnen voorstellen. Dit project wordt in het najaar van 2007 voorbereid door de werkgroep die ook de Samenwerkingsovereenkomst opvolgt (zie boven). Meer toelichting bij dit ambitieuze project vind je achteraan in dit Actieplan.
4
ARTIKEL 2: ARTISTIEKE AANBOD
Op het gebied van het artistieke aanbod stimuleren en/of organiseren de partijen gemeenschappelijke acties. De partijen moedigen de gemeenschappelijke productie en presentatie aan binnen het artistieke domein, rekening houdend met hun culturele eigenheden. Het gaat in het bijzonder over acties met betrekking tot: - (co-)programmeren; - (co-)presenteren; - (co-)produceren; - begeleiden van kunstenaars. De gemeenschappelijke initiatieven kunnen ook in andere landen of regio’s plaatsvinden. 1) (Co)programmatie, (co)presentatie en (co)productie met één of meerdere kunstenorganisaties van de andere taalgemeenschap Sommige organisaties werken op het vlak van programmatie structureel samen met een organisatie van de andere taalgemeenschap. Een voorbeeld zijn de Nederlandstalige literaire vereniging Het beschrijf en de Franstalige literaire vereniging Entrez Lire die meertalige literaire avonden co-programmeren in Passa Porta of samen activiteiten organiseren (bijv. Passa Porta Festival). Ook zijn er huizen die voor een onderdeel van hun programmatie beroep doen op een partner van de andere gemeenschap. Een voorbeeld hiervan is de Beursschouwburg die voor zijn maandelijkse filmavond samenwerkt met EscapeLab, een Brusselse Franstalige organisatie rond ‘digital artists’. Het cultureel centrum Riches-Claires en Brosella werken reeds enkele jaren samen voor de organisatie van Djangofolllies, en dit project wordt voortaan ook naar andere steden uitgevoerd en daar herhaald: in Antwerpen, Gent, Gouvy en Namen. In Sint-Agatha-Berchem werken 6 lokale gemeentelijke culturele organisaties op regelmatige basis samen aan activiteiten (o.a het Franstalige cultureel centrum Le Fourquet, het Nederlandstalige gemeenschapscentrum De Kroon, de lokale Nederlandstalige en Franstalige bibliotheken). Dit partenariaat kreeg de naam ‘Symbiose 1082’. Vele artistieke samenwerkingen hebben een projectmatig karakter. In het seizoen 2007-2008 vinden o.a volgende gemeenschapsoverschrijdende coproducties plaats: ‘Dans le bois/In het bos’, een gemeenschappelijke productie van KVS en Transquinquennal; Ensemble Leporello en Les Mutants werken samen voor ‘Savent-ils tout?’; De Beursschouwburg, Bozar en het Filmmuseum zijn coproducenten van een project in de herfst van 2008: een concert/projectie met DJ Buscemi die de filmscore zal maken voor een stille film van Vertov. De Pianofabriek en CC Jacques Franck werken samen aan een ‘Dansparcours / Parcours dansé’ gedurende twee weekends in het voorjaar van 2008. Ars Musica, Bozar, De Munt en het Kaaitheater werken samen voor een project rond Georges Aperghis van Ictus en de Opéra de Lille. Het Bronksfestival bundelt jaarlijks een reeks jeudtheaterproducties. Tijdens de editie 2007 presenteert de Nederlanstalige organisator Bronks ook de Franstalige versie van een succesvolle Bronksproducties uit het verleden: ‘Miss Mie’ van Joris Van den Brande en Anna Vercammen. Daarnaast passeren ook volgende Franstalige gezelschappen de revue tijdens het Bronksfestival: Théâtre du Papyrus, Arts et Couleurs, Groupe Noces, Tof Théâtre en Cie Matteo Moles. Het Brusselse Franstalige jeugdtheater Théâtre de la Montagne Magique is voor het tweede jaar op rij partner van het Bronksfestival. In het seizoen 2007-2008 staan er steevast ook Vlaamse gezelschappen op Franstalige podia. Enkele voorbeelden zijn: dansgezelschap ZOO staat op het programma bij Charleroi-Danses, met ‘Puzzled’ in Charleroi en met ‘Parallallemande’ in Brussel. Needcompany staat met ‘Lobster Shop’ in december 2007 in de Hallen van Schaarbeek. Théâtre La Montagne Magique presenteert ‘Miss Mie’ van Bronks (voor het eerst in het Frans) en ‘Bramborry’ van Theater De Spiegel. Omgekeerd kan 5
natuurlijk ook, Franstalige gezelschappen op Vlaamse podia. Enkele voorbeelden: KVS programmeert o.a. Cie Arsenic en Groupov. Gemeenschapscentrum De Markten programmeert in het najaar van 2007 circustheater van Cie Batchata. Een aantal festivals en grotere evenementen zijn katalysatoren van samenwerking: Kunstenfestivaldesarts, Europalia, Zinneke Parade, Brussels International Festival of Fantastic Film (BIFFF), Brussels Biennial, enzovoort. Het Kunstenfestivaldesarts (9-31 mei 2008) is een co-presentatie met een vijftiental Brusselse zalen, waarbij het festival de kosten van het artistieke project op zich neemt en de partner zijn zaal, technische ploeg en onthaal ter beschikking stelt. In 2008 zijn deze partners o.a de Beursschouwburg, de Hallen van Schaarbeek, de KVS, La Raffinerie, het Théâtre 140, het Théâtre Les Tanneurs, de Brigittines, het Théâtre National en Wiels. Met een aantal van deze partners worden ook echt samen coproducties opgezet: de Hallen van Schaarbeek, het Kaaitheater en het Théâtre Les Tanneurs. Het BIFF werkt als bi-communautair evenement samen met organisaties uit beide taalgemeenschappen: terrasfilms in de Beursschouwburg, een Belgische filmdag en Vampierenbal in de Botanique, cultcinema en stille films met live muzikale score in het Kultuurkaffee van de VUB, retrospectieves in het Filmmuseum en de mediatheek van de Franse Gemeenschap, etc. De vzw Brussels Biennial bereidt samen met meerdere nationale en internationale kunstenorganisaties de eerste Brusselse Biënnale voor, die zal plaatsvinden van oktober 2008 tot januari 2009. De Brussels Biennial werkt samen met o.a. Bozar, argos, Extra City, Wiels, B.P.S.22 en MuHKA. Bij de federale, bi-communautaire en co-communautaire organisaties is de werking vanzelfsprekend doordrongen van samenwerkingen met organisaties van de Vlaamse en Franse gemeenschap. Flagey werkt met kunstorganisaties uit beide taalgemeenschappen, zoals bijvoorbeeld het Filmarchief, het Zuiderpershuis, Le Fureur de lire, het Vlaams Radio Orkest) De Munt heeft een structurele of punctuele samenwerking met andere federale kunstinstellingen als Bozar en met kunstinstellingen uit beide gemeenschappen: KVS, Kaaitheater, Théâtre National, Les Halles, Kunstenfestivaldesarts, Muziektheater Transparant, LOD, Rosas, Pantalone,… Dit seizoen komen in De Munt volgende kunstenaars uit beide gemeenschappen in een internationale context aan bod: Sidi Larbi Cherkaoui, Guy Cassiers, Jan Fabre, Guy Joosten, Philippe Sireuil, Ingrid von WantochRekowski, Frederic Dusenne, Philippe Boesmans, enz. Bozar omschrijft zijn positie alsvolgt: “Het is een van de belangrijkste missies van het PSK, het staat tevens in onze statuten, om een vitrine en een ontmoetingsplaats te zijn voor de creatie, de kunstenaars en de publieken van alle ‘Belgische’ gemeenschappen en van de internationale gemeenschap aanwezig in Brussel. Om dat doel te bereiken werken we constant samen met instellingen uit één van de twee gemeenschappen, of met de twee gemeenschappen tegelijk”. Enkele voorbeelden binnen de werking van Bozar zijn: de tentoonstellingen in de reeks ‘Faire un effort’ afwisselend met NICC (Antwerpen) en B.P.S.22 (Charleroi); de tentoonstelling ‘Ce curieux pays curieux’ (lente 2008); de tentoonstellingen met het Fotomuseum Antwerpen en het Musée de la photographie in Charleroi; projecten in coproductie met Needcompany, Charleroi-Danses, Patrick Corillon, Ultima Vez, P.A.R.T.S., NT Gent, Théâtre de la Place, Hallen van Schaarbeek, Troubleyn, Kunstenfestivaldesarts, etc.; poëzie op de middag en les jeudis littéraires (coproducties met vzw Middagen van de poëzie en Promotion des lettres); de filmreeks Jeunes fans du ciné/Jonge filmfans; co-producties en presentaties met Klarafestival, Kaaitheater, Flagey, Hallen van Schaarbeek; residenties en een vaste reeksen concerten van het Nationaal orkest van België, het Orchestre philharmonique de Liège et de la Communauté française, het Vlaams Radio Orkest, de Filharmonie, etc.
6
Ook bij een aantal mono-communautaire kunstinstellingen is er ruime aandacht voor de andere taalgemeenschap(pen). Het Kaaitheater werkt tijdens het seizoen 2007-2008 samen met De Munt/La Monnaie (‘Georges Aperghis’ van Ictus & Opera de Lille, ‘Romeinse Tragedies’ van Toneelgroep Amsterdam, ‘Bach/Webern’ van Rosas), met Bozar (‘Mauricio Kagel’ door Prometheus Ensemble, ‘Waits/Weill’ van Ictus, ‘Isotropes’ van Bl!ndman & Collegium Vocale, ‘Georges Aperghis’ van Ictus & Opera de Lille, ‘Puzzled’ van Zoo/Thomas Hauert/Zefiro Torna, Bo van der Werf door Ictus/Octurn), met Théâtre Les Tanneurs (‘Boreas’ van LOD), met Europalia (‘Schritte Verfolgen’ de Susanne Linke/VA Wolfl, ‘Transfer!’ de Jan Klata), met Ars Musica (‘Aperghis’ van Ictus & de Opéra de Lille, ‘Bo van der Werf’ van Ictus/Octurn) en met het KunstenFestivaldesArts (‘End’ van Kris Verdonck). Binnen de programmatie van de KVS komen de andere gemeenschappen in Brussel uitgebreid aan bod. Het lijstje voor het seizoen 2007-2008 is uitgebreid, en bouwt verder op de ervaringen tijdens de voorbije seizoenen. KVS programmeert: ‘Mariages et procès’ van Cie Cecilia & Het Paleis (een oorspronkelijk Nederlandstalige voorstelling die vier maal in het Frans te zien zal zijn); ‘Sauve qui peut’ van TG Stan (een Vlaams gezelschap speelt in het Frans); ‘We People’ (in het Nederlands en het Frans boventiteld). KVS produceert een aantal interculturele muziekprojecten: ‘Uit de bol/Coup de choeurs’ (met koren en zangers uit heel Brussel, het openingsproject van de KVS_BOL dat nu hernomen wordt in het kader van het Klarafestival); ‘Crossing Point’ (een confrontatie met Palestijnse muzikanten); ‘15 jaar Aka Moon’; ‘King Sasha’ (Think Of One & Congolese muzikanten); ‘Matonge-Matonge’ (Belgische en Congolese muzikanten). KVS produceert daarnaast ook enkele Franstalige theaterprojecten: hernemingen van ‘Liberté, Egalité, Sexualité’ van Sam Touzani en ‘Gembloux’ van Sam Touzani en Ben Hamidou, ‘Alivetoo’ van Cie Soit. KVS co-presenteert ook ‘Macbeth’ van Cie Arsenic. Ook de samenwerking tussen de twee grote stadstheaters KVS en Théâtre National wordt gecontinueerd. ‘Toernee General’ is de naam die de beide theaters in 2006 gaven aan hun samenwerking. In het seizoen 2006-2007 presenteerden de beide schouwburgen een selectie van werk uit de andere taalgemeenschap in een soort festivalformule. Dit seizoen vinden er doorheen het gehele jaar samenwerkingen plaats om artiesten en publieken uit de verschillende taalgemeenschappen te vermengen. KVS en Théâtre National produceren samen ‘Incendies’, met een volledig taalgemengde ploeg. KVS programmeert ‘Bloody Niggers’ van Groupov in samenwerking met Théâtre National en het Festival de Liège. Théâtre National programmeert ‘Nusch’ van TG Stan en Rosas, ‘Liefde’ van Josse De Pauw, ‘Theater Antigone speelt Feydeau’ in samenwerking met de KVS. KVS en Theâtre National hernemen ook de co-productie ‘Djurdjurassique Bled’ in regie van David Strosberg. De samenwerking tussen de KVS en de krant De Morgen voor de organisatie van debatten zal vanaf dit seizoen ook worden uitgebreid met twee Franstalige partners: Théâtre National en Le Soir. Transquinquennal, KVS, Théâtre Les Tanneurs en Théâtre Varia werken in het komende seizoen allemaal rond de auteur/regisseur Oriza Hirata, en deze 4 partners bekijken hoe ze elkaar kunnen versterken (o.a. een gezamenlijke persconferentie, workshop, ontmoetingsdag). Oriza Hirata schrijft ‘Dans les bois/In het bos’ voor een gemeenschappelijke productie van KVS en Transquinquennal. In Théâtre Les Tanneurs wordt een tekst van Hirata geënsceneerd en in Théâtre Varia wordt een voorstelling van hem getoond. De theatergezelschappen Transquinquennal en Tristero werken samen aan het project ‘TRANSISTERO’. Transquinquennal werkt ook samen met de hedendaagse kunstenaar Richard Venlet voor het project ‘Games People Play’. Théâtre Les Tanneurs werkt samen met het Kaaitheater (‘Boreas’ van LOD), met de Beursschouwburg (‘Rari nantes’ van Bernard Van Eeghem et Catherine Graindorge) en heeft een co-productie met Les Ballets C. de la B. die hun nieuwe productie ‘Patchagonia’ komen presenteren. Ook voor de Hallen van Schaarbeek is de samenwerking met andere instellingen een natuurlijke houding. De Hallen werken samen met het Kunstfestivaldesarts (‘Inner Worlds’ van Claude Schmitz, 7
‘Hauts-cris, miniatures’ de Vincent Dupond), met Bozar (rond Portugal), met gemeenschapsentrum De Pianofabriek (Karin Vyncke, Julien Bruneau), met gemeenschapscentrum De Kriekelaar, met de Hogeschool Sint-Lukas Brussel en ook met lokale partners in het kader van het project ‘Voisins’. Een opmerkelijke samenwerking tijdens BRXLBRAVO in maart 2007 was AB/BOTA, een uitwisselingsproject tussen de Ancienne Belgique en de Botanique waarbij ze in elkaars huis programmeerden. Gezien het succes van deze samenwerking hebben de AB en de Botanique beslist om nogmaals de handen in elkaar te slaan door de mobiliteit van Belgische groepen van de ene naar de andere kant van de taalgrens te stimuleren. Dit onder de vorm van diverse samenwerkingen, gaande van een geïntegreerde promotie van concerten (bijv. The Tellers spelen op 5 december in de Botanique en op 6 december in de AB Club) tot zelfs een tweede minifestival AB/Bota op 29 februari en 1 maart in de beide Brusselse zalen, met een gemengd Belgisch programma dat wordt uitgebroed door de programmatoren van beide huizen. Wereldmuziekprogrammatie overstijgt per definitie gemeenschappen. Het Vlaams gesubsidieerde productiehuis voor grootstedelijke muziek De Krijtkring presenteert zeer regelmatig eigen muziekgroepen in instellingen van de andere gemeenschap. Ook zijn er occasionele coproducties met o.m. Inyange, Art Folklore Gnaoua, Zinneke, Maison des cultures et de la cohésion sociale in Molenbeek, etc. Ook in de jazzmuziek is het onderscheid niet altijd te maken, zoals bijvoorbeeld bij Back Up travers. Kunsteducatieve organisaties kennen vaak een ‘nomadisch bestaan’ en werken daarom met verschillende instellingen samen. ABC met onder meer Bozar, Théâtre de Namur en Luxemburg 2007. Jeugd en Muziek met het Afrikamuseum, het MIM, de Koninklijke Musea voor Kunst & geschiedenis (KMKG), Bozar en Bl!ndman. Bij sommige organisaties is het vaak moeilijk of onmogelijk om in hun ‘Brusselse’ programmatie een aanhorigheid bij de Vlaamse of de Franse Gemeenschap te onderscheiden. Cinema Nova zegt hierover: “Wij werken meestal met individuen (vrijwilligers), (informele) collectieven, verenigingen allerlei. De vraag uit welke taalgemeenschap ze komen is vaak niet relevant. Wij behoren zelf niet tot één of andere taalgemeenschap, maar hebben steeds een ‘Brusselse’ positie verdedigd. Wij zijn ook ‘erkend’ (d.i. gesubsidieerd) door de twee gemeenschappen.” 2) Het begeleiden van kunstenaars van de andere taalgemeenschap In de meeste kunstinstellingen krijgen kunstenaars ook werkruimte ter beschikking en begeleiding: repetitieruimte, kantoorruimte, maar ook dramaturgie, coaching, enzovoort. In veel gevallen wordt er dan ook ruimte ter beschikking gesteld van kunstenaars van de andere taalgemeenschap(pen). Een bijzondere categorie hierin zijn de kunstenwerkplaatsen, een aparte categorie van cultuurinstellingen binnen het kunstenbeleid van de Vlaamse Gemeenschap. Bij hen ligt het accent bovenal op het begeleiden van kunstenaars bij de creatie van hun werk. Enkele voorbeelden: de werkplaats voor hedendaagse muziek Q-O2 nodigt het voorbije seizoen een aantal artiesten uit voor een residentie: Patrick Tinsy, Pierre Berthet, Manu Holterbach, Julie Morel en Christelle Fillod. Passa Porta, sinds kort ook erkend als een werkplaats, heeft bijvoorbeeld een schrijversflat en Het beschrijf een schrijvershuis in Vollezele waar internationale schrijvers in residentie worden uitgenodigd. Bij de kunstenwerkplaats van De Pianofabriek werkt men met een veelheid van nationaliteiten: Einat Tuchman (Israel), Claire O’Neill (Nieuw Zeeland), Giovanni Scarcella, Lisa de Boit (Italie), Gemma Higginbotham (GB) en Philippe Blanchard (France), Lilia Mestre (Portugal), Shila Anaraki (DuitsIraans), Adva Zakai (Israel). Bains::Connective heeft ook residenties van artiesten gesteund door de Franse Gemeenschap, o.a. Barbara Mavro Thalassitis, Pascale Barret, Sébastien Monnoye, Stéphane Arcas, etc. Hun werk werd vervolgens ook getoond op o.a. Festival Balsa Marni en in Théâtre Les Tanneurs. Ook bij de kunstencentra zijn er kunstenaars in residentie. In de Beursschouwburg bijvoorbeeld is het gemengde (NL-FR) jazzcollectief Mâäk’s Spirit vanaf dit seizoen voor 3 jaar artists-in-residence. 8
Bij sommige kunstorganisaties maken anderstalige kunstenaars deel uit van de artistieke leiding of het gezelschap. In de artistieke staf van de KVS situeren twee leden zich in ‘de andere taalgroep’: Nedma Hadj en David Strosberg. Ze zijn Franstalig of spreken naast hun allochtone moedertaal als tweede taal Frans. Dit leidt ook tot een grote openheid naar anderstalige kunstenaars in de werking van de KVS. Enkele voorbeelden: Laïla Amezian, Michel Hatzigeorgiou, Philip Catherine, Baba Sissoko, Olga Tshiyuka, Inlunga Jacquou, Alonzo Baba, Gloire Nguya, Tuta Ngoma, Deborah Warner, Fiona Shaw, Sam Touzani, Mohammed Allouchi, Ibrahim Benyardu, Abdelmajid Bouhriga, Khadija Chourouhou, Zakaria El Bahri, Wafa Ouadguiri, Mourade Zeguendi, Didier De Neck, Catherine Mestoussis, Oziri Hirata, Bernard Breuse, Miguel Decleire, Stéphane Olivier, Ben Hamidou, Faustin Linyekula, Antjie Krog, Mohamed Ouachen. De KVS stelt dat “de achtergrond van de artiest of de taal die hij spreekt geen criterium voor de vorm van de samenwerking. Wel wordt bewust gezocht naar de confrontatie tussen artiesten van hier en ginder, of ze nu hier wonen of ginder, of ze de taal van hier spreken, of die van ginder.” David Strosberg van de KVS gaat dit seizoen trouwens ook als regisseur aan de slag in het Theâtre National voor “Incendies” van Wadjdi Mouawad. Het Vlaamse theatergezelschap Needcompany telt een Waalse acteur, Benoît Gob, die uit Luik afkomstig is, en werkt ook met Julien Faure, een Fransman uit Marseille. Het Vlaamse theatergezelschap Ensemble Leporello werkt ook met acteurs en muzikanten van andere taalgemeenschap: Charlotte Deschamps, Andrea Bardos, Michel Carcan, Brigitte Debry, Aurélie Dorzée, Gaelle Ryelandt, François Martens. Gezien hun producties zowel in het Frans als in het Nederlands spelen moeten alle acteurs beide talen beheersen. Ze worden daarin begeleid indien nodig. Via de dansschool P.A.R.T.S. kent Brussel een grote instroom van internationale dansers. In de danssector vormen quasi alle organisaties een mix van verschillende nationaliteiten. In het kader van het project ‘Summer Studios’ werken tijdens de zomermaanden choreografen en gezelschappen die eerder tot de andere taalgemeenschap behoren in de studio’s van Rosas. Charleroi-Danses/La Raffinerie organiseert een programma van residenties en trainingen genaamd dat beantwoordt aan de specifieke noden van de professionele danser. Het project ‘Training Programmes’ nodigt van september tot juni dansers/choreografen en docenten uit die de grote stromingen in de hedendaagse en klassieke dans vertegenwoordigen om stages en lessen te geven om en continue opleiding van dansers te verzorgen. In de internationaal georiënteerde sector van de beeldende en audiovisuele kunst wordt het onderscheid tussen de twee officiële taalgemeenschappen en tussen nationaliteiten vaak niet gemaakt. Ook binnen de muziekwereld worden de grenzen van gemeenschappen vaak overschreden. De Franstalige jazzorganisatie Back Up Travers bijvoorbeeld promoot artiesten via zijn agentschap (Agence de Promotion Artistique) zonder daarbij een communautair onderscheid te maken. Ze hebben vanzelfsprekend een Francofoon georiënteerde catalogus, maar evenzeer kwamen daar in het verleden Nederlandstalige artiesten en ensembles in voor: Peter Hertmans, Jef Neve, Flat Earth Society, Kurt Van Herk, Frank Vaganée, Robin Verheyen, Bert Joris, Kris Joris, etc. Bij het Vlaams gesubsidieerde muziekproductiehuis De Krijtkring werken zeer veel (amateur + professionele) kunstenaars mee aan hun projecten. Specifiek is dat die regelmatg uit minderheidsgroepen komen, hoewel niet exclusief. Voorbeelden van professionele kunstenaars van de andere gemeenschap(pen) zijn Véronique Delmelle, Rida Stitou, Hamid Boulouiha, Jean-Paul Estiévenart, Ludovic Jeanmart, Mostafa Saidi, Kazadi Mihigo, Driss Bouhamidy, enzovoort. Het folk en jazzfestival Brosella zorgt voor een extra service wanneer ze muzikanten uitnodigen die komen uit andere landen. Brosella zoekt dan een vrijwilliger die de taal machtig is van die muzikanten en die hen dan begeleidt (in het Duits, Spaans, Portugees, Italiaans, Turks, Zweeds, Fins, ...) Het begeleiden van kunstenaars is in een internationale stad al Brussel dus vaak een interculturele aangelegenheid. De sociaal-artistieke organisatie Globe Aroma werkt actief samen met kunstenaars/nieuwkomers, vluchtelingen en asielzoekers. Bijgevolg gaat het om mensen die a priori niet tot één van de taalgemeenschappen van Brussel behoren. Er zijn Franstalige kunstenaars, die hun asielprocedure in het Nederlands hebben ingediend, er zijn Engelstalige kuntsenaars die een 9
Franstalige procedure hebben lopen. Het gaat om beeldende kunstenaars zoals: Bahram Shamssiria (Iran), Kito Cenochekhmus (Syrische Koerd), Kamil Egazamnarov (Tadjikistan), Olga Storokogatskaya (Tadjikistan), Mosen (Iran), Babak Shadabfar (Iran), Jafaar Altameni (Irak), Bob Onya-Aihondgo (RDCongo), Jean Marie Semanda (Rwanda), Larissa Outesheva (Oezbekistan), Maité (RDCongo), Yaser Mofeed (Afghanistan), Jean Joseph Bouiti Makaya (Congo Brazzaville), Amin Hoessein (Sierra Leone), Max Mwila (Zambia), Valentina (Rusland), Margharita Chernishova (Oezbekistan), Nina Vlassova (Rusland), Armand Donfack Etienne (Togo), Bernard Ajuzie (Nigeria), Foo Fei Lin (Indonesië), Diané Souleymane (Senegal), Marciano (Brazilië), Shavarch Gabrielyan (Armenië), Dyaa Jawda (Irak), Nadia Idrissi (Marokko), Mohamed Kouyaté (Mali), Yolanda Sanchez y de Vera… Deze kunstenaars worden betrokken bij het opzetten van ‘sociaal-artistieke’ projecten, worden doorverwezen naar verscheidene artistieke en/of kunsteducatieve projecten, maken gebruik van de atelierruimte en de logistiek die Globe Aroma aanbiedt. Daarnaast zijn er nog tientallen muzikanten (meestal uit West-Afrika) aangesloten bij Globe Aroma, zoals bijvoorbeeld Samba Django en Malick Pathé Sow,… De meeste van deze muzikanten zijn tevens actief bij Muziekpublique. Als steunpunt voor de podiumkunsten speelt het Vlaams Theater Instituut (VTi) ook een rol in het begeleiden van kunstenaars. De VTi-bibliotheek wordt regelmatig gebruikt door anderstalige kunstenaars en studenten. Ook organiseert het VTi infosessies voor kunstenaars van niet-Westerse oorsprong, waarbij taal dus ook geen rol speelt. Deze infosessies zijn meertalig en richten zich tot een meertalig publiek. Het VTi plant in het komende seizoen ook bezoekersprogramma’s van Vlaamse organisatoren en/of kunstenaars bij Franstalige collega’s en omgekeerd. ACTIES 2007-2008 Bovenstaande opsomming toont dat er doorheen het culturele seizoen heel wat programmatorische en productionele kruisbestuivingen bestaan tussen Franstalige, Nederlandstalige en meertalige kunstenorganisaties. Deze samenwerkingen willen we in de toekomst faciliteren door: 1) Het systematisch in kaart brengen van de samenwerkingen, zodat deze zichtbaar worden gemaakt en zo tot nieuwe verbindingen kunnen leiden; 2) Het organiseren van ontmoetingsdagen voor programmatoren over het culturele aanbod en de artistieke programmatie in Brussel. Op deze studiedagen kunnen programmatoren kennismaken, toekomstplannen uitwisselen en partners zoeken.
10
ARTIKEL 3: PUBLIEK
Met betrekking tot publiek stimuleren en/of organiseren de partijen gemeenschappelijke acties met als doel: - het aanbieden van tweetalige (Frans-Nederlands) of meertalige communicatie over hun artistieke aanbod in Brussel; - het aandacht schenken aan het artistieke aanbod van de andere partijen; - het ontwikkelen van gezamenlijke promotionele activiteiten die de diverse gemeenschappen in Brussel bereiken; - het bieden van ondersteuning bij het vertalen naar de andere taal; - het twee- of meertalig toegankelijk maken van artistieke activiteiten. 1) Het aanbieden van tweetalige (Frans-Nederlands) of meertalige communicatie over hun artistieke aanbod in Brussel. Het merendeel van de organisaties vindt het een prioriteit om minimaal een tweetalige communicatie (Frans – Nederlands) te voeren. Hoofdzakelijk Nederlandstalige en bi-communautaire of federale instellingen voegen daar nog het Engels aan toe (bijv. Kaaitheater, Q-O2, Brussels Biennial, Kunstenfestivaldesarts, etc.) Slechts enkele organisaties, o.a. Bozar en de vzw Kunstberg houden rekening met de derde officiële landstaal, het Duits. Soms wordt er een onderscheid gemaakt tussen digitale en gedrukte media. Digitaal wordt de informatie vaker in drie talen aangeboden dan op gedrukte media (vb. Flagey, Het Beschrijf). Sommige instellingen voeren een ééntalige communicatie, zoals bijvoorbeeld Pantalone, Théâtre Varia en Transquinquennal. Pantalone doet dit omwille van hun ééntalig doelpubliek. Théâtre Varia en het theatergezelschap Transquinquennal halen het beperkte budget aan als reden. Enkele organisaties laten de meertaligheid van de communicatie afhangen van het product. Zo zal bijvoorbeeld gemeenschapscentrum De Markten geen tweetalige communicatie voeren voor een Nederlandstalige theatervoorstelling, maar wel voor andere activiteiten waar dat zinvol is. 2) Het aandacht schenken aan het artistieke aanbod van de andere partijen Het opnemen van het artistieke aanbod van andere partijen in het eigen promotiemateriaal is op dit moment nog geen gangbare praktijk. Het gemeenschapscentrum De Pianofabriek en Centre Culturel Jacques Franck doen dit bijvoorbeeld wel: ze nemen elkaars activiteiten op in hun maandblad. Wel hebben een heel aantal instellingen een prikbord of infohoek waar het culturele aanbod van andere organisaties wordt bekendgemaakt (bijv. Beursschouwburg, Kaaitheater). 3) Het ontwikkelen van gezamenlijke promotionele activiteiten die de diverse gemeenschappen in Brussel bereiken Gezamenlijke promotionele activiteiten komen vooral aan bod bij projectmatige samenwerkingen of coproducties, zoals KVS en Théâtre National voor ‘Toernee general’, of AB en Botanique bij AB BOTA, of Kaaitheater en Théâtre Les Tanneurs voor de co-productie ‘Boreas’ van LOD. Enkele organisaties voeren echter ook gezamenlijk promotie op een meer ‘structurele’ manier (bijv. Bozar met media- en toerismepartners, Kaaitheater en KVS i.h.k.v. de ‘Kwartslag’-pass). Andere instellingen doen het niet omdat er zich geen gelegenheden aanbieden (bijv. Beursschouwburg, Théâtre de la Balsamine, Back Up Travers, etc.). Langs Vlaamse zijde beheert Cultuurnet Vlaanderen (het Vlaams steunpunt voor cultuurcommunicatie) sinds enige tijd de ‘Cultuurdatabank’, een bundeling van alle informatie over culturele evenementen in Vlaanderen en Brussel. Voor de invoer van Brusselse activiteiten wordt hiervoor samengewerkt met Stichting voor de Kunsten/la Fondation pour les Arts zodat niet enkele het Nederlandstalige aanbod, maar ook alle Franstalige en anderstalige activiteiten in deze databank zitten. 11
4) Het bieden van ondersteuning bij het vertalen naar de andere taal De ondersteuning bij het vertalen naar de andere taal gebeurt heel vaak op informele wijze: personeel springt elkaar onderling bij (bijv. Bains::Connective, Brosella, …) of men gaat ten rade bij zusterorganisaties (bijv. Het beschrijf en Entrez lire). Andere organisaties maken gebruik van vertaalbureaus (bijv. Kunstenfestivaldesarts, Globe Aroma, Charleroi-Danses) of hebben vertalers in dienst (bijv. Bozar, De Munt). Vele instellingen hebben echter een beperkt budget om altijd vertalingen te laten maken of ontberen de expertise om binnen de eigen ploeg vertalingen te maken. Er zou dus de komende jaren kunnen nagedacht worden over modellen om kunstenorganisaties op een betaalbare manier te ondersteunen bij hun vertalingen (bilaterale uitwisselingen, samenwerkingen met opleidingen vertaler-tolk,…) 5) Het twee- of meertalig toegankelijk maken van artistieke activiteiten Culturele instellingen doen hard hun best om hun activiteiten meertalig toegankelijk te maken. Vaak gebeurt dit via een meertalige programmafolder of tekst (bijv. Théâtre de L’L, Kaaitheater, ABC, …). Ook bij activiteiten waar taal niet echt van belang is (bijv. Botanique, AB, De Pianofabriek, Brosella, …) wordt er toch voorzien in meertalige programma’s of flyers. Bij podiumkunsten is boventiteling de meest ideale manier om een voorstelling meertalig toegankelijk te maken. Jammer genoeg is dit voor enkele instellingen financieel niet haalbaar (bijv. CC Riches Claires, B::C, Théâtre Océan Nord). Ensemble Leporello maakt geen gebruik van boventiteling maar maakt van elke voorstelling twee versies. Voor spreekbeurten of voordrachten wordt er moeite gedaan om in (simultane) vertaling te voorzien (vb. Het Beschrijf, La Bellone). ACTIES 2007-2008 Heel wat organisaties voeren reeds een twee- of meertalig communicatiebeleid. Wel kunnen hier nog verdere stimulansen rond worden gegeven. 1) Twee pistes om kunstenorganisaties te ondersteunen bij het vertaalwerk van theateren literaire teksten, boventiteling en promotiemateriaal in meerdere talen worden in 2008 op hun haalbaarheid getoetst: - Een coherent beleid tussen de twee gemeenschapsoverheden voor wat betreft ondersteuning van vertalingen (bijv. een vertaalfonds, specifieke subsidies voor boventiteling,…), - Een overeenkomst met de opleidingen vertaler-tolk van de hogescholen; 2) We willen de kunstenorganisaties stimuleren tot een partenariaat met een organisatie uit de andere taalgemeenschap waarmee men een programmatorische verwantschap heeft of een geografische nabijheid deelt. Dit partenariaat zou er dan kunnen uit bestaan dat deze organisaties in hun eigen promotiemateriaal ook beknopt informeren over het aanbod van de andere partij; 3) We willen de media aansporen om ook aandacht te besteden aan het culturele aanbod van de andere taalgemeenschap, bijvoorbeeld door het uitwisselen van recencies tussen kranten of van culturele reportages tussen televisiezenders van beide taalgemeenschappen.
12
ARTIKEL 4: PERSONEEL Met betrekking tot personeel stimuleren en/of organiseren de partijen gemeenschappelijke acties met als doel: - het uitwisselen van expertise op vlak van communicatie, techniek, administratie, creatie; - het aanbieden van stageplaatsen; - het bieden van ondersteuning bij het vertalen naar de andere taal; - het verbeteren van kennis over artistieke aanbod van de andere partijen; De partijen bevorderen bij hun personeel de kennis van de talen van de andere partijen. 1) Uitwisseling van expertise met culturele instellingen van de andere taalgemeenschap De Brusselse culturele instellingen stimuleren de uitwisseling van expertise met culturele instellingen van de andere taalgemeenschap. Deze uitwisseling vindt plaats op het niveau van de programmatie, de communicatie, de promotie, de techniek, het onthaal, enz. Zo werkt het Kunstenfestivaldesarts bijvoorbeeld elk jaar nauw samen met zijn partners met wie het festival gezamenlijk voorstellingen aanbiedt. De uitwisseling van expertise gebeurt tijdens gesprekken over de kunstenaars die gezamenlijk worden voorgesteld, het ter beschikking stellen van teksten, beeldmateriaal en persartikels, de samenstelling van gemengde technische teams, de ticketverkoop bij de partners, enz. In de meeste gevallen gebeurt de uitwisseling tussen de instellingen via bestaande partnerships, zoals bijvoorbeeld die tussen De Pianofabriek, het Centre culturel Jacques Franck en het Théâtre de L’L, tussen het Centre culturel Le Fourquet en het Gemeenschapscentrum De Kroon, tussen Culture et Démocratie en zijn Nederlandstalige tegenhanger Kunst en Democratie, of tussen Jeugd en Muziek en zijn Franstalige tegenhanger Jeunesses Musicales. De uitwisseling gebeurt ook in het kader van specifieke samenwerkingsprojecten. Een voorbeeld hiervan is de samenwerking tussen de KVS, het Théâtre Varia, het Théâtre Les Tanneurs en de Compagnie Transquinquennal voor het project rond de Japanse auteur Oriza Hirata, dat zal plaatsvinden in februari en april 2008. In andere gevallen verloopt de uitwisseling van expertise op een organische wijze tussen personeelsequipes bestaande uit Franstalig en Nederlandstalig personeel, in het bijzonder in het geval van de bi-communautaire, co-communautaire en federale instellingen zoals Brosella, Kunstenfestivaldesarts, Flagey, Bozar, De Munt, enz. Tot slot wordt de uitwisseling van expertise ook gestimuleerd tijdens professionele ontmoetingen, georganiseerd door de diverse netwerken, zoals die van het Brussels Kunstenoverleg (BKO), het Réseau des Arts à Bruxelles (RAB), het Brussels Netwerk voor Kunsteducatie en Publieksbemiddeling (BNKP), de Verenigde Organisaties Beeldkunst (VOBK), de Vereniging van culturele persattachés (POC), Cultuurnet Vlaanderen of dankzij initiatieven zoals de Régie Mobile. De uitwisseling van personeel tussen de instellingen gebeurt nog te weinig. Het Vlaams Theater Instituut en la Bellone willen initiatieven nemen om o.a. via werkbezoeken de uitwisseling van personeelsleden te stimuleren (en dat ook binnen hun eigen organisaties). De meeste instellingen drukken hun wens uit om zich open te stellen voor instellingen van de andere taalgemeenschap, aan onderlinge uitwisseling te doen en samen te werken. Voor sommige instellingen gebeurt de uitwisseling echter binnen dezelfde taalgemeenschap. De redenen hiervoor zijn uiteenlopend: soms is het gemakkelijker om contact te leggen met instellingen van eenzelfde gemeenschap, soms zijn er nog geen contacten gelegd met instellingen van de andere gemeenschap of soms heeft de gelegenheid zich eenvoudigweg nog niet voorgedaan. 13
2) Het aanbieden van stageplaatsen aan studenten uit de andere taalgemeenschap De meeste culturele instellingen bieden stageplaatsen aan studenten van de andere taalgemeenschap, op voorwaarde dat ze voldoende kennis hebben van de benodigde taal. Enkele voorbeelden: Het Beschrijf aanvaardt stagiairs uit beide gemeenschappen ter gelegenheid van het internationaal Passa Porta festival, het BIFFF biedt elk jaar een twintigtal stageplaatsen aan Nederlands- en Franstalige studenten, BNA-BBOT ontvangt studenten in culturele communicatie van de KUL, Art en Marge nodigt studenten van de Provinciale Hogeschool Limburg uit, enz. Vaak voeren de stagiairs redactionele of administratieve taken uit, wat een goede kennis vereist van de voertaal binnen de instellingen. Velen zeggen dat ze nog geen aanvragen hebben ontvangen van studenten uit de andere taalgemeenschap, maar verduidelijken dat, indien ze een dergelijke aanvraag zouden ontvangen, ze die op dezelfde manier zouden behandelen, ongeacht de oorsprong of de moedertaal van de studenten – zolang ze maar voldoende kennis hebben van de talen, die voor de stage vereist zijn. 3) Verbeteren van de kennis van het artistieke aanbod van de instellingen van de andere taalgemeenschap De Brusselse culturele instellingen moedigen hun personeel er over het algemeen toe aan om deel te nemen aan het Brusselse cultuurleven. Zo wordt het personeel van de Hallen van Schaarbeek ertoe aangezet om voorstellingen te gaan bekijken overal in Brussel, zowel Nederlandstalige, Franstalige als meertalige voorstellingen. In sommige instellingen krijgt het personeel de toegangstickets tot de voorstellingen terugbetaald. Andere instellingen kondigen in hun kantoren informatie aan over artistieke projecten die interessant kunnen zijn voor hun personeel. 4) Verbeteren van de kennis van de taal van de andere taalgemeenschap In Brussel vragen de culturele instellingen van hun personeelsleden dat deze zich in meerdere talen kunnen uitdrukken. In de eerste plaats gaat het om het Nederlands, het Frans en het Engels. Meer en meer artistieke instellingen en structuren werken met twee- of meertalige teams. Tweetaligheid (Nederlands-Frans) is een voorwaarde om aan de slag te kunnen bij tal van instellingen, zoals Flagey, het Kunstenfestivaldesarts, De Munt, Bozar, Rosas, enz. Sommige instellingen bevorderen de talenkennis van hun personeel door hen cursussen te laten volgen tijdens de werkuren (Beursschouwburg, Cinema Nova, Bozar, Culture et Démocratie, Théâtre National, De Krijtkring, La Bellone, Wiels, enz.). Omdat specifieke subsidies hiervoor ontbreken, vormen de kostprijs van taalcursussen een rem op de verbetering van de talenkennis bij het personeel, vooral dan bij kleinere structuren. ACTIES 2007-2008 De instellingen worden er dus toe aangemoedigd om hun expertise uit te wisselen met andere culturele instellingen, stageplaatsen aan te bieden aan studenten uit de andere taalgemeenschap en de kennis van het artistieke aanbod en de taal van de andere gemeenschap bij het personeel te bevorderen. Maar bovendien staan er ook drie concrete projecten op de agenda: 1) Pilootprojecten voor de uitwisseling van personeel en bezoekersprogramma’s voor het personeel van verschillende instellingen. Deze zijn gericht op de uitwisseling en verwerving van expertise, het verbeteren van de talenkennis, uitbreiding van het professionele netwerk, enz.; 2) Samenwerking met universiteiten en hogescholen van beide gemeenschappen (ULB, VUB, VLEKHO, ISTI, enz.) om de studenten de mogelijkheid te geven om stage te lopen in een culturele instelling van de andere taalgemeenschap; 3) Gezamenlijke taallessen met de culturele instellingen van de beide taalgemeenschappen om de talenkennis bij het personeel van elke instelling te verbeteren (in samenwerking met instituten voor taalopleiding). 14
ARTIKEL 5: INFRASTRUCTUUR
Met betrekking tot de infrastructuur stimuleren en/of organiseren de partijen gemeenschappelijke acties met als doel: het aanbieden van infrastructuur aan de andere partijen; het ter beschikking stellen van repetitieruimte aan de andere partijen. 1) Het aanbieden van infrastructuur aan de andere partijen De meeste Brusselse culturele instellingen stellen hun infrastructuur ter beschikking van instellingen van beide taalgemeenschappen. In het kader van partnerships of specifieke samenwerkingsprojecten, stellen de instellingen hun infrastructuur gratis ter beschikking van de andere instellingen. Voorbeelden hiervan zijn de samenwerking tussen de KVS en het Théâtre National voor ‘Toernee General’ of die tussen De Hallen van Schaarbeek en Bains::Connective tijdens het ‘Trouble’ festival. 2) Het ter beschikking stellen van repetitieruimte aan de andere partijen. In Brussel stellen de culturele instellingen ook hun repetitielokalen en ateliers ter beschikking van kunstenaars, ongeacht hun oorsprong of taal. Enkele voorbeelden: de KVS stelt haar repetitieruimte ter beschikking van Franstalige kunstenaars in het kader van het Klarafestival of van de Franstalige regisseuse Isabelle Pousseur voor haar nieuwe creatie ‘L'Homme de bois’. Het Théâtre de la Balsamine stelt zijn zalen ter beschikking van Vlaamse gezelschappen, zoals Needcompany of Bronks. Het cultureel centrum Jacques Franck leent zijn lokalen aan De Pianofabriek. Bains::Connective ontvangt kunstenaars uit de Franstalige Gemeenschap in residentie (Barbara Mavro Thalassitis, Stéphane Arcas, Sébastien Monnoye, ...). Rosas zet de deuren van haar lokalen open voor choreografen en dansers van beide gemeenschappen in het kader van de ‘Summer Studios’. ACTIES 2007-2008 De culturele instellingen in Brussel ertoe aanmoedigen om infrastructuur te bieden aan instellingen van de andere taalgemeenschap en repetitielokalen ter beschikking stellen van de instellingen van de andere taalgemeenschap: 1) Gegevens over de beschikbaarheid van repetitie- en werkruimtes worden verzameld en gecentraliseerd in de bestaande online databank BARR (www.barr.be). In 2008 zal deze databank worden geactualiseerd; 2) Specifieke terreinbezoeken voor technici uit de artistieke sector, met het oog op uitwisseling van concrete, technische informatie over de mogelijkheden en beschikbaarheid van artistieke infrastructuur in Brussel.
15
ARTIKEL 6: KUNSTONDERWIJS
Met betrekking tot kunstonderwijs stimuleren en/of organiseren de partijen gemeenschappelijke acties met als doel: - het uitwisselen van studenten, docenten; - het aanbieden van stageplaatsen aan de andere partijen; - het presenteren van eindwerken bij de andere partijen; - samenwerking bij het organiseren van workshops en masterclasses. 1) Het uitwisselen van studenten, docenten 2) Het aanbieden van stageplaatsen aan de andere partijen 3) Het presenteren van eindwerken bij de andere partijen Er is momenteel te weinig materiaal voorhanden om een grondige analyse of volledige schets te maken van wat er in de geest van dit artikel reeds gebeurt of zou kunnen gebeuren. Potentiële gangmakers van acties rond gemeenschapsoverschrijdende uitwisseling wat betreft kunstonderwijs zijn vanzelfsprekend de instellingen voor Hoger Kunstonderwijs, maar ook kunstenorganisaties. Het is noodzakelijk om in het seizoen 2007-2008 met de betrokken partners (hogescholen en universiteiten) en met mogelijke geïnteresseerde actoren (kunstinstellingen, kunstenaarsverenigingen) te bespreken hoe aan dit artikel 6 een invulling kan worden gegeven. 4) Samenwerking bij het organiseren van workshops en masterclasses Vele culturele instellingen bieden wel workshops en masterclasses aan die openstaan voor jonge kunstenaars/studenten van alle gemeenschappen zoals Théâtre Océan Nord. Les Halles organiseert in de lente 2008 een workshop voor ‘alle jonge Brusselse kunstenaars’. Verder werken verscheidene organisaties samen met kunstopleidingen uit de verschillende gemeenschappen: BNA-BBOT met o.a. Sint-Lukas Brussel en Sint-Lucas Gent, BIFFF programmeert kortfilms van de Nederlandstalige filmscholen Rits en Narafi en werkt samen met de Franstalige hogeschool Le Site voor de verzorging van de speciale effecten. ACTIES 2007-2008 1) Rondetafel met de Nederlandstalige, Franstalige en internationale kunstopleidingen in Brussel over mogelijke uitwisselingen onderling: het uitwisselen van studenten en docenten tussen opleidingen, het presenteren van eindwerken over gemeenschapsgrenzen heen,…; 2) Rondetafel met de kunstopleidingen in Brussel en geïnteresseerde kunstinstellingen over mogelijke uitwisselingen: het aanbieden van stageplaatsen, het presenteren van eindwerken, het organiseren van masterclasses, en dat over gemeenschapsgrenzen heen.
16
ARTIKEL 7: ONDERZOEK, REFLECTIE EN OVERLEG
Met betrekking tot onderzoek, reflectie en overleg stimuleren en/of organiseren de partijen gemeenschappelijke acties met als doel: - ontwikkeling van een visie op het cultuurbeleid in Brussel; - overleg tussen de culturele instellngen in Brussel; - aanvuren van reflectie en debat; - verzamelen van objectieve gegevens over het cultuurleven in Brussel. Als overlegplatformen voor de Brusselse kunstensector, spelen het Brussels Kunstenoverleg (BKO) en het Réseau des Arts à Bruxelles (RAB) een belangrijke rol als informatieverstrekkers en bemiddelaars bij hun leden en bij de overheden, door reflectie over het Brusselse cultuurbeleid. Aanvullend op de bestaande instellingen, spelen beide netwerken een pro-actieve, constructieve rol in het overleg rond het cultuurbeleid en het stimuleren van de synergie tussen de verschillende culturele actoren in Brussel. Doelstellingen van het BKO en het RAB zijn een plek verwerven in het Brusselse cultuurbeleid aan de hand van concrete initiatieven en voorstellen en dat in samenwerking met de bestaande instellingen; gemeenschappelijke acties en projecten ontwikkelen die inspelen op de specifieke situatie van Brussel; en een ruimte te creëren voor ontmoeting, uitwisseling en coördinatie van informatie voor de verschillende culturele actoren in Brussel. In 2007 en 2008 loopt op initiatief van BKO en RAB een project om informatie- en documentatieuitwisseling te stimuleren over cultuurbeleid. Daarmee willen ze het huidige cultuurbeleid in Brussel op de voet volgen, en dat in beide taalgemeenschappen; Daarnaast zullen ze de uitwisseling en samenwerking tussen de Nederlandstalige, Franstalige en meertalige culturele instellingen in Brussel verder stimuleren op basis van de in februari 2007 ondertekende samenwerkingsovereenkomst ; Er wordt een cultureel plan voor Brussel, hoofdstad en laboratorium van Europa, opgesteld, dat het Brussel moet mogelijk maken om zijn ambities op Europees niveau waar te maken (dit cultuurplan moet het resultaat zijn van een diepgaande reflectie, in samenwerking met het BKO, het RAB en Belgische en buitenlandse experts); Er zullen enkele ontmoetingsdagen worden georganiseerd rond het culturele aanbod en de artistieke programmatie in Brussel (in december 2007 en februari 2008); en ook enkele ontmoetingen worden georganiseerd tussen de coördinatoren van Brusselse culturele netwerken (in december 2007 en juni 2008) om contacten te leggen en expertise uit te wisselen. Zo stimuleren we de samenwerking tussen de verschillende culturele netwerken in Brussel (Brussels Kunstenoverleg, Réseau des Arts à Bruxelles, de Brusselse Museumraad, Concertation des Centres culturels bruxellois, Mont des Arts/Kunstberg, Dienst Gemeenschapscentra, etc.); en tot slot, plannen we een ontmoetingsdag voor nationale en internationale culturele netwerken die in Brussel hun zetel hebben (BKO, RAB, EFAH, IETM, ENCATC, EUNIC, …) met het oog op een reflectie rond de rol en de betrokkenheid van deze netwerken in de uitbouw van de culturele dimensie van de hoofdstad van Europa (februari 2008). Andere initiatieven, zoals bijvoorbeeld de reeks seminaries, georganiseerd door de Hallen van Schaarbeek in het kader van de ontmoetingen voor de 25ste verjaardag van Trans Europe Halles (april 2008), hebben als doel de reflectie rond de dynamiek van het samenwerken in netwerken aan te moedigen en te ontwikkelen. ACTIES 2007-2008 1) Uitwisseling van informatie en documentatie over cultuurbeleid (bijvoorbeeld tussen het Brussels Kunstenoverleg en het Réseau des Arts à Bruxelles, en tussen La Bellone en het Vlaams Theater Instituut); 2) Uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst tussen Franstalige, Nederlandstalige en meertalige kunstenorganisaties in Brussel; 3) Uitwerking van een cultuurplan voor Brussel (zie toelichting verder in dit actieplan); 4) Organisatie van workshops rond het culturele aanbod en programmatie in Brussel; 5) Organisatie van ontmoetingsdagen voor de culturele netwerken in Brussel; 17
EEN CULTUREEL PLAN VOOR BRUSSEL, HOOFDSTAD EN LABORATORIUM VAN EUROPA DE CONTEXT: VAN BRUSSEL 2000 TOT EEN STRUCTURELE SAMENWERKINGSOVEREENKOMST Het cultuurjaar ‘Brussel 2000’ bracht de culturele actoren en de verschillende overheden samen rond eenzelfde ambitie: Brussel als culturele hoofdstad op de Europese kaart zetten. Dit cultuurjaar was ook de aanleiding voor het ontstaan van het Réseau des Arts à Bruxelles (RAB) & het Brussels Kunstenoverleg (BKO), twee overlegplatformen van de Brusselse kunstenorganisaties waarvan het voornaamste doel is om het overleg binnen de Brusselse culturele sector te stimuleren en te versterken. Met de oprichting van deze twee netwerken namen de culturele actoren hun verantwoordelijkheid op om onderling en in overleg met de verschillende overheden na te denken over de rol van Brussel als culturele pool in Europa. Het is ook in dat kader dat op 23 februari 2007 de samenwerkingsovereenkomst werd ondertekend tussen meer dan honderd Franstalige, Nederlandstalige en meertalige artistieke organisaties in Brussel. DE UITDAGING: 3 PARTNERS ALS MOTOR VAN EEN CULTUREEL PLAN De voorbije maanden werden het RAB en BKO regelmatig gevraagd bij te dragen aan de reflectie over de verschillende facetten van Brussel als een culturele hoofdstad voor Europa. Na vele ontmoetingen en gesprekken hebben het RAB en BKO de uitdaging aanvaard om een cultureel plan uit te werken dat Brussel kan toelaten om haar ambities op Europees niveau waar te maken. Dit plan moet voortkomen uit een gemeenschappelijke reflectie van beide netwerken die een politieke en ideologische inkleuring weet te overstijgen. De Koning Boudewijnstichting stapt mee in dit project en is een ervaren partner om dit reflectieproces mee te begeleiden en te ondersteunen. DE DOELSTELLING : DE CULTURELE DIMENSIE VAN DE EUROPESE HOOFDSTAD VERSTERKEN Een stad als Brussel weerspiegelt het Europa van morgen. Het lijkt ons dan ook belangrijk om vanuit een gemeenschappelijke visie een ambitieus project te formuleren dat Brussel als een echte Europese culturele hoofdstad kan promoten. Als laboratorium voor Europa heeft Brussel een dubbele verantwoordelijkheid: • Brussel moet de rol die cultuur kan spelen als factor van uitstraling naar heel Europa erkennen om zo tot een grotere zichtbaarheid en een grotere aantrekkingskracht voor de hoofdstad en voor Europa in zijn geheel te komen. • Brussel moet cultuur hanteren als een middel dat kan zorgen voor de nodige verknoping om zo de gehele bevolking te kunnen bereiken en alle multiculturele aspecten van de stad in acht te nemen. Als katalysator van dialoog en ontmoeting tussen bevolkingsgroepen kan cultuur de kloof tussen bevolkingsgroepen dichten (over taalkundige, communautaire en socioeconomische barrières heen) en de betrokkenheid van iedereen bij het maatschappelijke leven stimuleren. REALISATIE VAN HET PROJECT 1) WERKGROEP In juni 2007 hebben de leden van BKO en RAB een werkgroep het mandaat gegeven om de uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst en de ontwikkeling van een cultureel plan voor Brussel te begeleiden. Deze werkgroep bestaat uit: Bernard Boon-Falleur (voormalig algemeen directeur Flagey), Roger Christmann (zakelijk directeur Kunstenfestivaldesarts), Patrick De Laender (secretaris-generaal en directeur publiekswerking van De Munt/La Monnaie), Ann Goossens (assistent van de directeur Beursschouwburg), Jan Goossens (directeur KVS), Guy Gypens (artistiek directeur Kaaitheater), Josette Nisot (adjunct-directeur van het Maison du Spectacle - La Bellone), Ann Olaerts (directeur VTI), Dirk Snauwaert (directeur van het Centrum voor Hedendaagse Kunst – Wiels), Thierry Van Campenhout (directeur Cultureel Centrum Jacques Franck), Myriam Van Roosbroeck (gedelegeerd bestuurder Théâtre National) en Fabienne Verstraeten (directeur Halles de Schaerbeek). 18
2) CONSULTANTS De werkgroep wil de opvolging en coördinatie van de ontwikkeling van het plan delegeren aan één of twee consultants. 3) BELGISCHE EN BUITENLANDSE EXPERTEN De werkgroep wil Belgische en buitenlandse experten betrekken bij de ontwikkeling van het plan. Deze expertise kan van diverse aard zijn (artistiek, cultureel, socio-cultureel, academisch, politiek, economisch, enz.) of voortkomen uit ervaring in gelijkaardige projecten in andere Europese steden zoals Rijsel, Berlijn, Barcelona of Bilbao. 4) WERKWIJZE • • • •
een stand van zaken opmaken van de huidige situatie de toepassingsgebieden bepalen die het onderwerp zullen vormen van de analyse concrete acties per toepassingsgebied formuleren voorstellen formuleren voor instrumenten die het plan kunnen helpen realiseren
5) TIMING November – December 2007 : uitwerking van het concept en de inhoudstafel van het plan, keuze van consultants en experten Januari – Oktober 2008 : uitwerking van het plan, realisatie van aanvullende studies, inhoudelijk denkwerk met Belgische en buitenlandse experten November – December 2008 : eindredactie van het rapport Januari – Maart 2009 : publicatie van en communicatie over het rapport
CONTACTGEGEVENS Brussels Kunstenoverleg Coordinator : Geert Cochez O.L.V. van Vaakstraat 83 1000 Brussel Tel: 02-513 66 28 / 0494-24 64 49 e-mail:
[email protected] www.brusselskunstenoverleg.be Réseau des Arts à Bruxelles Coordinatrice : Lissa Kinnaer Maison du spectacle - la Bellone 46 Rue de Flandre 1000 Bruxelles Tel: 02-502 26 88 e-mail:
[email protected] 19
Samenwerkingovereenkomst tussen de Franstalige kunstenorganisaties, de Nederlandstalige kunstenorganisaties en de meertalige kunstenorganisaties in Brussel Lijst ondertekenaars – Situatie op 26/10/07 105 Besme AB - Ancienne Belgique Argos ART2WORK Art Basics for Children Art en Marge Artonaut Atelier Mommen Back Up Travers Bains::Connective Banquine Bâtard Festival Beursschouwburg BIFFF - Brussels International Festival of Fantastic Film Bl!ndman Botanique Bronks Brosella Brussel Behoort Ons Toe Brussels Biennial Brussels Gekleurd Brussels Kunstenoverleg Brussels netwerk voor kunsteducatie en publieksbemiddeling Bruxelles En Couleurs Bruxelles Nous Appartient BRXLBRAVO CC Bruegel CC Bruxelles-Nord / La Maison de la création CC Jacques Franck CC Riches Claires CCFB Le Fourquet Cie Mossoux-Bonté CIFAS - Centre international de formation en arts du spectacle Cie Mossoux-Bonté Cinéma Arenberg Cinéma Nova City Mine(d) Constant vzw Culture et Démocratie Cultuurnet Vlaanderen Damaged Goods / Meg Stuart DCJ - DansCentrumJette De Kleine Akademie De Krijtkring De Markten De Parade De Pianofabriek De Vaartkapoen / VK*concerts Ensemble Leporello Entrez Lire ESAC - Ecole supérieure des arts du cirque Espace Catastrophe Firefly Flagey Folioscope / Anima Globe Aroma Het beschrijf Hogeschool Sint Lukas Brussel Il Fondamento
Imagica Initia INSAS - Institut national supérieur des arts du spectacle Imagica Jeugd en Muziek Brussel Kaaitheater KlaraFestival van Vlaanderen Komplot Kunst en Democratie Kunstenfestivaldesarts KVS La Cambre-architecture La Montagne Magique La Raffinerie / Charleroi-Danses Les Ateliers Claus Les Brigittines Les Halles de Schaerbeek Maison du spectacle - La Bellone Margarita Production Musée du Cinquantenaire / Jubelparkmuseum Musées d’Extrême-Orient / Musea van het Verre Oosten MIM - Musée des Instruments de Musique / Muziekinstrumentenmuseum Mont des Arts asbl / Kunstberg vzw nadine Needcompany OKNO OMP - Orchestre du Mouvement Perpétuel P.A.R.T.S. Palais des Beaux-Arts / Paleis voor Schone Kunsten Porte de Hal / Hallepoort Pantalone Passa Porta Q-O2 Radio Campus Recyclart Réseau des Art à Bruxelles RITS Rosas Sint-Lukasgalerie Brussel Théâtre 140 Théâtre de la Balsamine Théâtre de la Monnaie / De Munt Théâtre de L'L Théâtre Marni Théâtre National Théâtre Océan Nord Théâtre les Tanneurs Théâtre Varia Transquinquennal Tristero Ultima Vez Vlaams-Nederlands Huis deBuren Vlaams Theater Instituut !Voila Wiels Young Arab Theatre Fund Zinneke vzw/asbl ZOO/Thomas Hauert
20
21