Academie voor Algemeen en Financieel Management

Academie voor Algemeen en Financieel Management

Studiegids 2014-2015

1 Studiegids AAFM 2014-2015

Voorwoord Beste student, Van harte welkom bij de Academie voor Algemeen en Financieel Management (AAFM)! In deze studiegids staat informatie over de propedeuse van de AAFM en over de postpropedeutische fasen (hoofdfasen) van de voltijdse- en duale opleidingen Accountancy, Bedrijfseconomie, Bedrijfskunde MER en Human Resource Management van de AAFM van Avans Hogeschool in Breda. Tevens bevat deze gids een uittreksel uit de Onderwijs- en Examenregeling (OER) 2014-2015 van de bovengenoemde opleidingen. De onverkorte versie van de OER is verkrijgbaar via een link op de digitale studiegids, bij het secretariaat van de AAFM en op de Blackboard community ‘AAFM Algemeen’. Alleen aan de integrale tekst van de OER kan rechtskracht ontleend worden. Deze studiegids is in een digitale versie te raadplegen via: studiegids.avans.nl/aafm Wanneer je bij het gebruik van deze studiegids vragen hebt of wanneer er onduidelijkheden naar voren komen, wend je dan tot de frontoffice van de AAFM (HE304), of stuur een email naar Marieke Goedegebure: [email protected]. Een fijne studietijd gewenst! Breda, augustus 2014



Code of Conduct studenten, docenten en overige medewerkers AAFM 1.

Studenten, docenten en overige medewerkers van de AAFM gaan eerlijk en respectvol met elkaar om.

2.

Studenten, docenten en overige medewerkers van de AAFM houden zich aan gemaakte afspraken.

3.

Studenten, docenten en overige medewerkers van de AAFM laten een professionele studieen beroepshouding zien.

4.

Studenten, docenten en overige medewerkers van de AAFM komen steeds goed voorbereid en op tijd naar colleges, vergaderingen en andere bijeenkomsten.

5.

Een student is in beginsel aanwezig bij alle colleges en andere onderwijsactiviteiten van zijn blok.

6.

Mobiele telefoons worden tijdens colleges en vergaderingen op stil gezet en opgeborgen.

7.

Studenten, docenten en overige medewerkers van de AAFM maken voor de e-mail communicatie met Avans alleen gebruik van hun Avans e-mailadres. Communicatie via het privé e-mailadres is niet toegestaan.

8.

Het gebruik van laptops tijdens de colleges is alleen toegestaan voor onderwijsdoeleinden, zoals het maken van aantekeningen, en alleen nadat de betreffende docent daarvoor toestemming heeft gegeven.

9.

Tijdens het onderwijs doet een student actief mee en veroorzaakt hij geen overlast voor andere studenten en de docent(en).

10.

De student zorgt er voor dat hij in de reguliere onderwijsweken, volgens het AAFMjaarrooster, volledig beschikbaar is voor het onderwijs.

11.

Studenten, docenten en overige medewerkers van de AAFM nemen de Avans-regels met betrekking tot het gebruik van lokalen (niet eten, opruimen etc.), gebruik van ict-middelen en andere Avans-regels in acht en handelen overeenkomstig deze regels1.

1

De Avans-regels zijn te vinden via de Avans-portal (iavans.nl) in de rubriek Studentinfo.


Inhoudsopgave

Pagina

Voorwoord ........................................................................................................................2 Code of conduct studenten, docenten en overige medewerkers AAFM .............................4 Inhoudsopgave ................................................................................................................5

1 Academie voor Algemeen en Financieel Management ........................ 8 1.1 Organisatie AAFM 1.1.1 Doelen van de Academie 1.1.2 Structuur en organisatie AAFM (personen en geledingen) 1.1.2.1 Managementteam 1.1.2.2 Coordinatoren onderwijseenheden (blokcoordinatoren) 1.1.2.3 Studieadviseurs 1.1.2.4 Decaan 1.1.2.5 Het onderwijsbureau 1.1.2.6 Examencommissie 1.1.2.7 Klachtencommissie 1.1.2.8 Onderwijscommissies 1.1.2.9 Opleidingscommissies 1.1.2.10 Academieraad 1.1.2.11 Werkveld Advies Raad (WAR) 1.1.2.12 Studieverenigingen 1.1.3 Communicatie door en met de Academie/opleiding 1.1.4 Onderwijstijden 1.1.5 Groepsindelingen en presentieplicht 1.2 Onderwijsvisie AAFM 1.2.1 De integrale leerlijn (= het beroepsproduct) 1.2.2 De vaardighedenlijn 1.2.3 De conceptuele leerlijn (= de theorie) 1.2.4 Studieloopbaanbegeleiding (SLB) 1.3 Toetsen en herkansingen 1.3.1 Tentamenregeling AAFM 1.3.2 Inschrijving voor toetsen en herkansingen 1.3.3 Toetsregeling Avans Hogeschool 1.3.4 Procedure inzages 1.3.5 Onregelmatigheden en fraude 1.3.6 Vrijstellingen 1.3.7 Toetsvormgarantie

9 9 9 9 9 9 10 10 10 11 11 11 11 12 12 12 13 13 13 14 14 14 14 15 15 16 16 16 16 17 17

2 Propedeuse AAFM ............................................................................ 18 2.1 Organisatie en medewerkers propedeuse AAFM 2.2 Doelen propedeuse AAFM 2.3 Inrichting propedeutische fase 2.3.1 Onderwijsvisie 2.3.2 Leerroutes en instrommomenten 2.3.3 Inhoud aangeboden onderwijseenheden propedeuse AAFM 2.4 Toetsen, beoordeling en studievoortgang 2.4.1 Toetsaanbod en herkansing 2.4.1.1 Financieel Management 2.4.1.2 Algemeen Management 2.4.2 Berekening studiepunten schriftelijke toetsen 2.4.3 Studievoortgang 2.5 Doorstudeer- en doorstroombeleid propedeuse AAFM 2.5.1 Het bindend (BSA) en voorlopig studieadvies 2.5.2 Toelating tot de hoofdfase 2.5.3 Studieadviezen per categorie 2.5.3.1 Categorie A: Reguliere student gestart in september 2014 2.5.3.2 Categorie B: Turbo student gestart in februari 2015 2.5.3.3 Categorie C: Reguliere student gestart in september 2013 2.5.3.4 Categorie D: Turbo student (FM) gestart in september 2013 2.5.3.5 Categorie E: Turbo student gestart in februari 2014

19 20 21 21 21 23 36 36 37 38 39 40 40 40 41 41 41 41 42 42 42 5

Studiegids AAFM 2014-2015

2.5.4 2.5.5 2.5.6

Wisselen van opleidingskeuze Overgangsregelingen, tentamenstof voor doubleurs Vrijstellingen

42 42 43

3 Accountancy .................................................................................... 44 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5

Organisatie en medewerkers team Accountancy/Bedrijfseconomie Opleidingsprofiel Vervolgstudie na de bachelor opleiding Getuigschrift en graad Inrichting postpropedeutische fase AC Voltijd 3.5.1 Opbouw van de studie 3.5.2 Overgangsregeling van oude naar nieuwe curriculum 3.5.3 Cursus- en toetsaanbod AC Voltijd 2014-2015 3.5.4 Doorstudeerdrempels AC Voltijd 3.5.4.1 Curriculum 2013-2014 (studenten gestart in hoofdfase per september 2013 en februari 2014) 3.5.4.2 Curriculum 2014-2015 (studenten gestart in hoofdfase vanaf september 2013) 3.5.5 Internationalisering: stage en/of afstuderen in het buitenland 3.5.6 Inhoud aangeboden onderwijseenheden hoofdfase AC Voltijd 3.6 Inrichting postpropedeutische fase AC Duaal opleiding 3.6.1 Opbouw van de studie 3.6.2 Overgangsregeling van oude naar nieuwe curriculum 3.6.3 Cursus- en toetsaanbod AC Duaal 2014-2015 3.6.4 Doorstudeerdrempels AC Duaal 3.6.5 Internationalisering: stage en/of afstuderen in het buitenland 3.6.6 Inhoud aangeboden onderwijseenheden hoofdfase AC Duaal

45 46 47 47 48 48 48 50 51 51 52 52 53 68 68 68 70 71 72 73

4 Bedrijfseconomie .............................................................................. 88 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5

Organisatie en medewerkers team Accountancy/Bedrijfseconomie Opleidingsprofiel Vervolgstudie na de bachelor opleiding Getuigschrift en graad Inrichting postpropedeutische fase BE Voltijd 4.5.1 Opbouw van de studie 4.5.2 Overgangsregeling van oude naar nieuwe curriculum 4.5.3 Cursus- en toetsaanbod BE Voltijd 2014-2015 4.5.4 Doorstudeerdrempels BE Voltijd 4.5.4.1 Curriculum 2013-2014 (studenten gestart in hoofdfase per september 2013 en februari 2014) 4.5.4.2 Curriculum 2014-2015 (studenten gestart in hoofdfase vanaf september 2013) 4.5.5 Internationalisering: stage, minor en/of afstuderen in het buitenland 4.5.6 Inhoud aangeboden onderwijseenheden BE Voltijd 4.5.7 Minor BE 4.6 BE Duaal

89 90 90 90 91 91 91 92 93 93 93 93 95 107 108

5 Bedrijfskunde MER .......................................................................... 110 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6

Organisatie en medewerkers team Bedrijfskunde MER/Human Resource Management Domeincompetenties Bachelor of Business Administration Opleidingsprofiel Vervolgstudie na de bachelor opleiding Getuigschrift en graad Inrichting postpropedeutische fase BKM Voltijd 5.6.1 Opbouw van de studie 5.6.2 Overgangsregeling van oude naar nieuwe curriculum 5.6.3 Cursus- en toetsaanbod Bedrijfskunde MER Voltijd 2014-2015 5.6.4 Doorstudeerdrempels Bedrijfskunde MER Voltijd 5.6.5 Internationalisering: Stage, minor en/of afstuderen in het buitenland 5.6.6 Inhoud aangeboden onderwijseenheden Bedrijfskunde MER Voltijd 5.6.7 Minoren Bedrijfskunde MER 5.7 Bedrijfskunde MER Duaal

111 112 112 113 113 113 113 113 114 116 117 118 131 133 6


6 Human Resource Management ....................................................... 134 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6

Organisatie en medewerkers team Bedrijfskunde MER/Human Resource Management Domeincompetenties Bachelor of Business Administration Opleidingsprofiel Vervolgstudie na bachelor opleiding Getuigschrift en graad Inrichting van de postpropedeutische fase 6.6.1 Opbouw van de studie 6.6.2 Overgangsregeling van oude naar nieuwe curriculum 6.6.3 Cursus- en toetsaanbod HRM 2014-2015 6.6.4 Doorstudeerdrempels HRM 6.6.5 Internationalisering: stage, minor en/of afstuderen in het buitenland 6.6.6 Inhoud aangeboden onderwijseenheden HRM 6.6.7 Minoren HRM

135 136 136 137 137 137 137 137 138 140 140 141 152

7 Minoren AAFM ................................................................................ 154 7.1 De minor 7.2 AAFM minoren 7.3 Procedure inschrijving minor 7.3.1 Voor Avansminoren 7.3.2 Voor externe minoren 7.3.3 Voor overige minoren (bijv. buitenland) 7.4 Cursus- en toetsaanbod AAFM minoren 2014-2015 7.5 Inhoud aangeboden AAFM minoren

155 155 155 155 156 156 156 157

Bijlage 1: lijst van alle medewerkers AAFM .................................................................. 164 Bijlage 2: jaarrooster Avans Hogeschool ...................................................................... 168


1 Academie voor Algemeen en Financieel Management


1.1

Organisatie AAFM

1.1.1 Doelen van de Academie De Academie voor Algemeen en Financieel Management (AAFM) is één van de 19 academies van Avans Hogeschool en verzorgt onderwijs in 4 bacheloropleidingen: Accountancy, Bedrijfseconomie, Bedrijfskunde MER en Human Resource Management. Bovengenoemde opleidingen bereiden studenten voor op functies in het midden- en hogere kader van zowel profit- als non-profitorganisaties. Deze functies liggen voornamelijk op administratief, bedrijfseconomisch, juridisch en (personeels)management gebied. De student moet de verworven kennis kunnen toepassen in concrete, steeds wisselende praktijksituaties en tevens vaardigheden en attitudes ontwikkelen die gericht zijn op de beroepsprofielen van de verschillende opleidingen. Aan het praktijkgerichte karakter van de opleiding wordt onder andere invulling gegeven door middel van beroepsproducten, stages en afstudeeropdrachten van externe opdrachtgevers. Hierbij worden hoge eisen gesteld aan de zelfstandigheid, creativiteit en sociaal-communicatieve vaardigheden van de student. De Academie streeft ernaar om op het gebied van algemeen en financieel management toonaangevend te zijn in Zuidwest Nederland. Zij heeft haar leeromgeving in samenwerking met bedrijven en instellingen uit de regio ingericht en verrijkt met praktijkonderzoek. Studenten worden uitgedaagd het maximale uit zichzelf te halen en zich te ontwikkelen tot zelfbewuste professionals. Door de persoonlijke begeleiding van onze betrokken medewerkers ontwikkelen studenten darbij duurzaamheid in denken en doen.

1.1.2 Structuur en organisatie AAFM (personen en geledingen) Als student van de AAFM is het belangrijk om goed op de hoogte te zijn van de organisatiestructuur van de Academie en alles dat hier deel van uitmaakt. Een overzicht van alle namen, kamernummers, telefoonnummers, adresgegevens etc. van de medewerkers van de AAFM tref je als bijlage aan achter in deze studiegids. 1.1.2.1 Managementteam De AAFM wordt geleid door een managementteam bestaande uit 4 personen, die de Academie naar buiten toe vertegenwoordigen, intern de eindverantwoording dragen voor het te verzorgen onderwijs en binnen Avans Hogeschool zorgen voor afstemming met de andere academies en ondersteunende diensten. Het managementteam bestaat uit: Dhr. Ir. E.A. (Edwin) Verlangen Dhr. M.J.A. (René) Theunis Mevr. Mr. C.M. (Lianne) Huijssoon Mevr. A.L.A. (Sandra) Heijstermann

Algemeen directeur Teamleider van de opleidingen Accountancy en Bedrijfseconomie Teamleider van de opleidingen Bedrijfskunde MER en Human Resource Management Teamleider van het onderwijsbureau

1.1.2.2 Coördinatoren onderwijseenheden (blokcoördinatoren) Onderwijseenheden (blokken, stages, afstudeerperiodes etc.) hebben allemaal een eigen coördinator die zorg draagt voor de planning, organisatie en onderwijskundige invulling hiervan. Hiertoe behoort natuurlijk ook de uiteindelijke toetsing. Bij vragen en/of problemen betreffende deze onderwijseenheid, is de coördinator altijd de aangewezen persoon om contact mee op te nemen. Op Blackboard heeft iedere onderwijseenheid een eigen course met behulp waarvan de communicatie met en tussen studenten plaatsvindt. De naam van de coördinator kun je ook in deze studiegids vinden bij de omschrijving van iedere onderwijseenheid. 1.1.2.3 Studieadviseurs De 4 opleidingen binnen de AAFM hebben studieadviseurs. De studieadviseur nodigt o.a. studenten die vertraging oplopen uit voor een individueel studievoortganggesprek. Doel van die gesprekken is om de studieaanpak te bespreken, te achterhalen wat de oorzaken van de opgelopen vertraging zijn en waar nodig afspraken ter verbetering te maken. Als een student gedurende een kwartaal vertraging dreigt op te lopen door bijvoorbeeld ziekte of persoonlijke omstandigheden, dan neemt hij zelf contact op met de studieadviseur. Indien noodzakelijk kan dan meteen de studieroute aangepast worden. Als een student zijn studie wil beëindigen, of wil overstappen naar een andere opleiding, dan moet hij dit melden bij zijn studieadviseur. Daarnaast kan de student bij de studieadviseur terecht met allerlei vragen over de 9 Studiegids AAFM 2014-2015

opleiding, leerroute, studievaardigheden, mogelijke vervolgstudies, overstapmogelijkheden, studiefinanciering en weten regelgeving. De studieadviseur plant tevens de leerroute van de studenten en publiceert de indeling op Blackboard. De studieadviseurs zijn per duo toegekend aan de 2 studierichtingen, Algemeen Management en Financieel Management. De studieadviseurs van de AAFM zijn: Algemeen Management: Mevr. C.M. (Charlotte) Reijndorp, [email protected] (aanspreekpunt voor de opleiding HRM) Mevr. E.G.M. (Elvira) Verschuren, [email protected] (aanspreekpunt voor de opleiding BKM) Financieel Management: Mevr. V.S. (Vera) Adriaanse, [email protected] (aanspreekpunt voor de opleiding BE) Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker, [email protected] (aanspreekpunt voor de opleiding AC) 1.1.2.4 Decaan Aan de AAFM is een decaan toegewezen. Deze is verbonden aan de Diensteenheid Marketing, Communicatie en Studentenzaken en is daardoor geheel objectief bij het geven van hulp en adviezen aan studenten. Bij de decaan kun je terecht voor uiteenlopende vragen op het gebied van schoolorganisatie, studieproblemen, welzijn en huisvesting. De decaan geeft informatie, hulp, advies en begeleiding, ook bij vragen op persoonlijk gebied. Decaan voor de AAFM is mevr. M.J. (Marian) Quaak, [email protected]. 1.1.2.5 Het onderwijsbureau De frontoffice van het onderwijsbureau (secretariaat) van de AAFM is gevestigd in kamer HE304. Hier kun je terecht voor o.a.:  Allerlei vragen over de opleidingen, of over hulp bij inschrijving tentamens. Wil je een docent spreken, meld je dan altijd eerst bij de frontoffice van het onderwijsbureau in HE304.  Inleveren van werkstukken (altijd in overleg met de betreffende docent)  Allerlei formulieren betreffende stages en afstudeeropdrachten. Gegevens van het onderwijsbureau: Telefoonnummer : 088-5258506 E-Mail adres : [email protected] Openingstijden : 9.00 tot 14.00 uur De medewerkers van het onderwijsbureau zijn: Mevr. Y.J.T. (Yvonne) Alewijnse Propedeuse / Coördinator onderwijsbureau Mevr. S.C.W.J. (Saskia) Wolf Accountancy en Bedrijfseconomie Mevr. W.P. (Mandy) de Bruin Bedrijfskunde MER en HRM 1.1.2.6 Examencommissie De examencommissie is een bij wet ingesteld orgaan dat als belangrijkste taak heeft het waarborgen van de kwaliteit van de diploma’s. De AAFM kent 2 examencommissies, 1 voor AC/BE en 1 voor Bedrijfskunde MER/HRM, die regels vaststellen met betrekking tot een goede gang van zaken tijdens de tentamens en met betrekking tot de in dat verband te nemen maatregelen. Meer in het bijzonder houden de examencommissies toezicht op het toekennen van studiepunten en stelt regels vast met betrekking tot het tegengaan van oneigenlijke verwerving van studiepunten door studenten, het tegengaan van oneigenlijke onthouding van studiepunten en het tegengaan van oneigenlijke toekenning van studiepunten door docenten. In dit verband zijn de examencommissies bevoegd om vooraf inhoudelijke en procedurele richtlijnen aan de examinatoren te geven met betrekking tot de beoordeling en met betrekking tot de vaststelling van de uitslag van een tentamen. Indien dit naar het oordeel van de examencommissie noodzakelijk is, kunnen ook achteraf richtlijnen en aanwijzingen worden gegeven. De examencommissie verleent vrijstellingen tot het afleggen van tentamens en kan de student onder voorwaarden reeds toegang geven tot het afleggen van tentamens van de postpropedeutische fase voordat hij het propedeutisch examen met goed gevolg heeft afgelegd. De examencommissie is bevoegd om in bijzondere gevallen een extra toetsmogelijkheid aan de student aan te bieden. Besluiten van de examencommissie worden genomen met meerderheid van stemmen. 10 Studiegids AAFM 2014-2015

De voorzitter van de examencommissie rapporteert jaarlijks schriftelijk aan het College van Bestuur over de besluiten van de examencommissie. De samenstelling van de examencommissie AC/BE is: Dhr. Drs J.P.F. (Jan-Pieter) Schilderinck (voorzitter) Dhr. B.A.P. (Berry) Frieling (secretaris) Dhr. Mr. J.C.M. (Jos) Bruurs (lid) Dhr. Drs. A.A.F. (Arthur) Kemps (lid) Mevr. Drs. M. (Machteld) van Miert (lid) Vacature De samenstelling van de examencommissie BKM/HRM is: Dhr. Mr. J. Withaar (voorzitter) Dhr. B.A.P. (Berry) Frieling (secretaris) Dhr. Mr. M.P.L. (Michiel) Adriaansen (lid) Mevr. J.A. (Jannie) den Engelsman (lid) Mevr. Mr. I.A.M. (Ingeborg) Hoefeijzers (lid) Dhr. M. (Martin) Vink (lid) De examencommissie krijgt een nieuw e-mailadres. Dit wordt aan het begin van het studiejaar via blackboard bekend gemaakt. 1.1.2.7 Klachtencommissie Binnen de AAFM is een klachtencommissie ingesteld. In beginsel wordt door alle medewerkers van de AAFM kwaliteit nagestreefd, wat betekent dat de direct betrokkene altijd het 1e aanspreekpunt is voor een persoonlijke ontevredenheid/klacht. De klachtencommissie is een orgaan dat uit een drietal medewerkers van de AAFM bestaat met als doel klachten van diverse aard te behandelen en trachten op te lossen. Bij deze commissie kun je niet terecht voor zaken die bij de examencommissie thuis horen. De klachtenprocedure en het klachtenformulier staan op de Blackboard community ‘AAFM Klachten-Examen Commissie’. Het emailadres is: [email protected] De samenstelling van de commissie is: Mw C.M. (Lianne) Huijssoon (voorzitter) Mw M.W.B. (Maria) Vermeulen Mw Y.J.T. (Yvonne) Alewijnse 1.1.2.8 Onderwijscommissies Binnen de AAFM zijn 2 verschillende onerwijscommissies aangesteld die eindverantwoordelijk zijn voor de onderwijsprogramma’s van de verschillende opleidingen. Onderwijscommissie AC/BE: Dhr. M.J.A. (René) Theunis Mevr. L.M.C. (Lisette) van Leeuwen-Hendrikse Dhr. L.M. (Lennard) Terpsma Dhr. T.T.J. (Tom) Dierckx Dhr. P. (Paul) Koot Onderwijscommissie BKM/HRM: Mevr. C.M. (Lianne) Huijssoon Dhr. H.H. (Harry) van der Werk Dhr. D. (Dennis) Rodrigo Dhr. J.J.M. (Jun) Swagemakers Mevr. M.A.C. (Marieke) Smulders 1.1.2.9 Opleidingscommissies Iedere opleiding kent een eigen opleidingscommissie. Deze commissie bestaat uit docenten en studenten, die de directie van de Academie en de academieraad o.a. adviseren omtrent de Onderwijs- en Examenregeling van de AAFM. Het is een belangrijk inspraakorgaan ter verbetering van de kwaliteit van het onderwijs binnen de opleiding. De leden van de opleidingscommissies staan genoemd bij de desbetreffende opleidingen. 1.1.2.10 Academieraad De medezeggenschap binnen de AAFM krijgt gestalte in de vorm van een academieraad, waarin zowel personeelsleden als studenten vertegenwoordigd zijn. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de academieraad zijn beschreven in het medezeggenschapsreglement dat op Blackboard in te zien is bij de community ‘Academieraad AAFM’. 11 Studiegids AAFM 2014-2015

De samenstelling van de Academieraad is: Dhr. A.M.L.M. (Ton) Hermans (voorzitter) Mevr. Y.J.T. (Yvonne) Alewijnse Vacature Studentleden 1.1.2.11 Werkveld Advies Raad (WAR) De Werkveld Advies Raad (WAR) bestaat uit vertegenwoordigers uit het beroepenveld. De WAR adviseert de opleiding over het beroepsprofiel, de aansluiting op de arbeidsmarkt, het curriculum en andere relevante zaken. De opleidingen AC en BE kennen een gezamenlijke WAR, BKM en HRM kennen ieder een eigen WAR. 1.1.2.12 Studieverenigingen Binnen de AAFM hebben de opleidingen een eigen studievereniging. Deze verenigingen hebben zich als doel gesteld om waarde toe te voegen aan het onderwijs dat de studenten volgen binnen de desbetreffende opleiding door middel van bijvoorbeeld het organiseren van studieactiviteiten als bedrijfsbezoeken en gastsprekers, het beschikbaar stellen van extra studiemateriaal en organiseren van informele activiteiten, zoals studentenfeesten. Opleiding: Accountancy Bedrijfseconomie Bedrijfskunde MER/HRM

studievereniging: Midas Oase Merlijn

Emailadres: [email protected] [email protected] [email protected]

De postvakken voor betreffende verenigingen tref je aan bij de postvakken van de AAFM, in de buurt van HE303.

1.1.3 Communicatie door en met de Academie/opleiding  Blackboard Alle opleidingen maken gebruik van Blackboard. Blackboard is een intranettoepassing die specifiek is bedoeld voor het onderwijs. Informatie met betrekking tot het onderwijs wordt zoveel mogelijk via Blackboard aan studenten gecommuniceerd. Een student zal in ieder geval de volgende onderdelen van Blackboard steeds goed in de gaten moeten houden: De course van de onderwijseenheid die hij op dat moment volgt De community van de opleiding waartoe hij behoort voor informatie die de gehele opleiding aangaat, ook de propedeuse heeft een eigen community De community ‘AAFM Algemeen’ voor berichten die belangrijk zijn voor alle studenten van de AAFM.  iAvans (portal) iAvans.nl is de intranetomgeving van Avans Hogeschool. Via deze portal kun je als student bijvoorbeeld je rooster raadplegen, toetsresultaten inzien en diverse reglementen en procedures inzien die voor jou als student belangrijk zijn.  E-mail Iedere Avans-student heeft een Avans e-mailaccount met een e-mailadres en mailbox. De AAFM maakt gebruik van dit e-mailadres om studenten te informeren. Zorg dus dat je deze account regelmatig checkt op nieuwe berichten! Het gebruik van e-mail door studenten richting docenten en medewerkers is uiteraard toegestaan, mits het e-mailbericht voldoet aan de gangbare eisen (correcte aanhef, goed geformuleerd, juiste afzender met studentnummer etc.) en verstuurd is vanaf de eigen Avans-account. In de bijlage achterin deze studiegids tref je een overzicht van alle medewerkers van de AAFM met naam, roostercode, telefoonnummer en e-mailadres.  Post Post van de Academie naar de student wordt verstuurd naar het door de student gewenste correspondentieadres. Het is daarom wenselijk om bij verandering van het correspondentieadres het juiste adres via www.studielink.nl door te geven. Post aan de AAFM kan gericht worden aan: Avans Hogeschool, Academie voor Algemeen en Financieel Management (AAFM) t.a.v. xxx, Postbus 90116, 4800 RA Breda. 12 Studiegids AAFM 2014-2015

Alle medewerkers van de Academie hebben ook een eigen postvak nabij de werkruimte van de AAFM (HE303) op de derde verdieping.  Telefoon Indien noodzakelijk kan er vanuit de Academie telefonisch contact op worden genomen met de student. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het telefoonnummer dat via Studielink door de student is ingevoerd. Het is daarom wenselijk om ook bij wijziging van telefoonnummer de gegevens aan te passen via www.studielink.nl. Docenten en overige medewerkers van de AAFM kunnen ook telefonisch benaderd worden. In de bijlage achterin deze studiegids tref je een overzicht van alle medewerkers van de AAFM met naam, telefoonnummer en e-mailadres. De frontoffice van de AAFM is telefonisch bereikbaar op 088-5258506.

1.1.4 Onderwijstijden De student wordt geacht tijdens onderwijsweken van maandag t/m vrijdag beschikbaar te zijn voor onderwijsactiviteiten. Binnen deze onderwijsweek wordt door het roosterbureau voor de contacturen een rooster opgesteld. In geval van projecten, gastcolleges of bedrijfsbezoeken kan echter van dit rooster worden afgeweken. De colleges worden voor het grootste gedeelte geroosterd tussen 8.45 uur en 17.15 uur, maar incidenteel kan hier van afgeweken worden. De collegetijden zijn als volgt: lesuur 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

roostertijden 08.00 - 08.45 uur 08.45 - 09.30 uur 09.35 - 10.20 uur 10.35 - 11.20 uur 11.25 - 12.10 uur 12.15 - 13.00 uur 13.00 - 13.45 uur 13.50 - 14.35 uur 14.40 - 15.25 uur 15.40 - 16.25 uur 16.30 - 17.15 uur 17.15 - 18.00 uur 18.00 – 18.45 uur 18.45 – 19.30 uur 19.30 – 20.15 uur 20.30 – 21.15 uur 21.15 – 22.00 uur

1.1.5 Groepsindelingen en presentieplicht Voor aanvang van elke periode (kwartaal) wordt de student ingedeeld in een onderwijsgroep (klas) en/of projectgroep. De indeling wordt door de studieadviseur op Blackboard (community van de opleiding) gepubliceerd. Alleen in uitzonderlijke gevallen is daarna gedurende het blok wisseling van onderwijs- of projectgroep mogelijk. Dit wordt bepaald door de studieadviseur. Voor sommige onderwijsactiviteiten geldt een presentieplicht. Dit kan het geval zijn bij bepaalde colleges, trainingen, begeleidingsmomenten, gastcolleges, bedrijfsbezoeken etc. Het niet naleven van deze presentieplicht kan tot gevolg hebben dat de bijbehorende studiepunten niet zullen worden toegekend. De student zal aan het begin van een onderwijsblok via de blokboeken geïnformeerd worden over deze presentieplicht.

1.2 De   

Onderwijsvisie AAFM

AAFM heeft haar onderwijs didactisch ingericht op basis van drie pijlers: De student is ondernemend Leren is kennis construeren Het onderwijs is competentiegericht ingericht

De ondernemende student Het onderwijs van de AAFM is zó ingericht dat een ondernemende leerhouding wordt bevorderd. Wil de student progressie kunnen boeken in zijn studie dan zal hij of zij gemotiveerd moeten werken aan opdrachten, zelf doelgericht moeten handelen t.a.v. zijn studieloopbaan en zelf verantwoordelijkheid moeten nemen voor zijn of haar leerroute.


Leren is construeren Onderwijs bij de AAFM is niet alleen maar het aanbieden van volledig kant en klare leerstof die de student zich eigen moet maken. De student zal vooral zelf een deel van zijn kennis moeten construeren (samenstellen) om opdrachten en taken te kunnen uitvoeren. Dit zal veelal gebeuren met anderen en in een relevante context. De gedachte van deze manier van betekenisvol leren is, dat dit tot een betere beklijving van de leerstof leidt. Competentiegericht onderwijs Een competentie is iets dat je moet kunnen om je vak uit te kunnen oefenen. Iedere opleiding heeft de kern van dit zogenaamde handelingsvermogen uitgewerkt in een aantal competenties. Deze competenties vormen de basis voor de inrichting van het onderwijs. De student leert dus alleen maar dingen die hij later nodig heeft al beroepsbeoefenaar. Het onderwijs dat de AAFM aanbiedt kent 4 leerlijnen:

1.2.1 De integrale leerlijn (= het beroepsproduct) Beroepsproducten zijn ontleend aan realistische situaties uit de beroepspraktijk en vormen de kern van het leerproces. Indien mogelijk worden beroepsproducten ontwikkeld in samenwerking met de praktijk. Bij het opstellen van een dergelijk beroepsproduct vindt er een koppeling (integratie) plaats van praktijk, theorie en vaardigheden. Voorbeelden van beroepsproducten zijn: een quick scan, een ondernemingsplan, een masterbudget, een adviesrapport, een assessment etc. Het beroepsproduct wordt apart getoetst en heeft zelfstandige studiepunten.

1.2.2 De vaardighedenleerlijn De vaardigheidscomponent is een middel/instrument voor de integrale leerlijn. Bepaalde vaardigheden zijn nodig om de beroepsproducten adequaat en volgens de geldende beroepsstandaarden te kunnen opleveren. Voorbeelden hiervan zijn: werken met Excel, schriftelijk rapporteren, presenteren, adviseren, interviewen, vergaderen etc. De vaardigheden worden apart getoetst of via het beroepsproduct.

1.2.3 De conceptuele leerlijn (= de theorie) Uiteraard is ook kennis nodig om een professioneel beroepsproduct samen te stellen. Zonder een goede theoretische basis is het onmogelijk om een beroepsproduct op HBO-niveau te produceren. Daarnaast zal in de conceptuele leerlijn plaats zijn voor het aanbrengen van een gedegen theoretische ondergrond als voorbereiding op blokken die later in de opleiding worden

aangeboden. De conceptuele leerlijn wordt apart getoetst d.m.v. een over all toets of deeltoetsen aan het einde van het blok en heeft zelfstandige studiepunten.

1.2.4 Studieloopbaanbegeleiding (SLB) De AAFM hanteert een systeem van studieloopbaanbegeleiding waarin de competentieverwerving van de student centraal staat. Het systeem vormt een integraal en voornaam onderdeel van het onderwijsprogramma en ondersteunt de student bij het maken van studieen leerroutekeuzes. Binnen studieloopbaanbegeleiding is dan ook voldoende aandacht voor oriëntatie op en ontwikkeling en vernieuwing van het beroep en de beroepspraktijk. Voor de propedeusestudent ligt de nadruk vooral op het zich bekwamen in studievaardigheden en op het kiezen van de juiste opleiding na het eerste halfjaar. Voor studenten in het tweede jaar ligt de nadruk op een goede voorbereiding op hun stage. Studenten worden oa middels wordkshops voorbereid op een assessment waarin zij aantonen stagebekwaam te zijn. In het derde en vierde jaar, de periode na de stage en voorafgaand aan het afstuderen, zijn studenten meer zelfstandig bezig met de ontwikkeling van hun competenties, gericht op het afstudeer- en arbeidsmarktbekwaam zijn. Door middel van persoonlijke ontwikkelingsplannen geeft de student periodiek aan waar hij staat t.a.v. zijn competentieontwikkeling en hoe hij in de komende periode daarmee aan de slag gaat. Elke student stelt een eigen (digitale) portfolio op, waarin zijn competentieontwikkeling (inclusief bewijzen) zichtbaar wordt. Elke student heeft een eigen studieloopbaanbegeleider, die periodiek met de student zijn competentieontwikkeling bespreekt en met hem afspraken maakt over nog te ontwikkelen competenties. Studieloopbaanbegeleiding in de propedeuse wordt apart getoetst en heeft per blok een eigen studiepunt. Voorwaarden voor het behalen van dit studiepunt:  De student volgt alle trainingen van SLB


 

De student houdt zijn portfolio gedurende het blok actief bij naar aanleiding van de opdrachten vanuit de trainingen SLB De student laat aan het einde van ieder blok met behulp van bewijsmateriaal zien, dat hij actief gewerkt heeft aan een verbetering van de door hem gekozen competenties (via het portfolio)

Bij problemen van persoonlijke aard is in eerste lijn de studieloopbaanbegeleider en in tweede lijn de studieadviseur, aanspreekpunt.

1.3

Toetsen en herkansingen

In deze paragraaf staat de examinering binnen de AAFM centraal. Het betreft hier een uittreksel van de Onderwijs en Examenregeling (OER), die per opleiding digitaal te vinden is op Blackboard op de community ‘AAFM Algemeen’ en via de digitale studiegids: http://studiegids.avans.nl

1.3.1 Tentamenregeling AAFM Voor de AAFM geldt in het jaar 2014-2015 de volgende tentamenregeling, waarbij een onderscheid moet worden gemaakt tussen de propedeuse en postpropedeutische fase (jaar 2, 3 en 4). In de eerste tentamenweek van het kwartaal waarin de student het blok gevolgd heeft, doet de student tentamen. Dit is de eerste verplichte (voorgeschreven) kans. In de propedeuse vindt de herkansing altijd plaats in de tentamenweken van het daarop volgende kwartaal (m.u.v. de toetsen van blok 4) en is derhalve voorgeschreven. Een tentamen mag door de student per studiejaar slechts één maal herkanst worden.Ondanks het feit dat tentamens meerdere keren per jaar worden aangeboden (vanwege de verschillende leeroutes van studenten) is de student in de propedeuse niet vrij om het herkansingsmoment zelf te kiezen. In de hoofdfase (jaar 2, 3 en 4) geldt een andere regeling. Per toets mag een student in het collegejaar waarin de onderwijseenheid is gevolgd aan één herkansingstoets deelnemen, waarbij hij zelf bepaalt in welke periode hij herkanst. Per studiejaar heeft de student voor een toets maximaal twee deelnamekansen. Dit betekent dat wanneer een student in een jaar waarin hij de onderwijseenheid niet volgt, twee kansen heeft gedurende het gehele collegejaar. Het inschrijven voor een toets geldt als deelname. Het niet tijdig uitschrijven voor een toets betekent daarom dat in het resterende schooljaar nog maar één gelegenheid voor deelname bestaat. De student dient zichzelf op de hoogte te stellen van eventuele (kleine) wijzigingen van de leerstof. Bij sommige tentamens is het gebruik van een rekenmachine toegestaan. Er is slechts een beperkt aantal typen toegestaan, type Casio fx-82solar en Casio fx 82-MS (zie afbeelding):

De AAFM staat het gebruik van grafische rekenmachines bij tentamens niet toe, tenzij de blokcoördinator vooraf anders aangeeft. Verder is het verboden om tentamens met potlood te maken, behalve bij het invullen van de schrapkaarten in het geval van meerkeuzetentamens. Afwijkingen van bovengenoemde regelingen zijn slechts mogelijk na toestemming van de examencommissie.


1.3.2 Inschrijven voor toetsen en herkansingen De student dient zichzelf in te schrijven voor alle toetsen van een onderwijsblok. Naast de tentamens en hertentamens betreft dit dus ook beroepsproducten, studieloopbaanbegeleiding, BCV etc. De regel is dan ook: voor iedere toets waar een een cijfer/beoordeling aan gekoppeld is, dient de student zichzelf eerst in te schrijven. Dus: NIET INSCHRIJVEN = GEEN CIJFER!. De student dient zich vooraf, gedurende de vastgestelde periode in week 4 van elk kwartaal, in te schrijven via Osiris (http://osiris.avans.nl). Dit geldt ook voor herkansingen. Een student dient zich alleen via het eigen examenprogramma/studievoortgang in Osiris in te schrijven. Voor de herkansingen van kwartaal 2 en kwartaal 4 waarvan pas na de eerste kans duidelijk is of deze herkanst moeten worden, is er een inschrijfmogelijkheid in week 9 van deze kwartalen. Voor de tussentoetsen in de propedeuse worden de studenten door de Academie ingeschreven, hier hoeven zij zelf niets voor te doen. Het niet tijdig inschrijven kan betekenen dat de student bij na-inschrijving een boete moet betalen of zelfs uitgesloten wordt van deelname aan de toets. Het inschrijven voor tentamens is geen academiegelegenheid, maar wordt georganiseerd door RET (Roostering, Evenementen en Tentaminering), dat onderdeel is van de Diensteenheid ICT en Facilitaire Dienst (DIF). De servicedesk van RET is te vinden in kamer HA001. Per mail is RET te bereiken via het volgende adres: [email protected]. Indien er zich problemen voordoen met reguliere inschrijvingen van de tentamens tijdens de inschrijvingsweek, dan moet de student zich melden tijdens de inschrijvingsweek bij de frontoffice van de Academie (HE 304). Dat is mogelijk van maandag tot vrijdag uiterlijk 17.00 uur.

1.3.3 Toetsregeling Avans Hogeschool 2014-2015 In de toetsregeling van Avans Hogeschool vind je alle regels rond het inschrijven voor en het maken van toetsen. De toetsregeling is te vinden op de portal (iavans.nl). Deze regeling is voor studenten te vinden via een link naast het toetsrooster of via de zoekfunctie op iAvans.

1.3.4 Procedure inzages Aan het einde van de tentamenperiode (schriftelijke toetsen) wordt er voor de studenten een inzagemoment georganiseerd, waarbij je het gecorrigeerde werk m.b.v. de verstrekte correctiemodellen kunt inzien. Indien je het op dat moment niet eens bent met de beoordeling kun je schriftelijk een herbeoordeling aanvragen. De examinatoren zullen binnen enkele dagen de aanvraag bekijken en aangeven of deze aanleiding geeft tot een correctie van het eindcijfer. De inzages zijn officiële toetsmomenten, georganiseerd door de AAFM in samenwerking met RET, waarbij dezelfde regels gelden als bij de afname van de toetsen zelf (zie Toetsregeling Avans Hogeschool, par. 1.3.4.). De tijdens de inzage geraadpleegde tentamenuitwerkingen, correctiemodellen en tentamenopgaven mogen in geen geval door de student meegenomen worden, maar worden door de academie gearchiveerd.

1.3.5 Onregelmatigheden en fraude Indien een student zich ten aanzien van een tentamen(onderdeel), beroepsproduct of naleving van de gedragsregels schuldig maakt aan onregelmatigheden of bedrog, dan kan dat leiden tot het niet vrijgeven van het cijfer door de examinator. Ook wanneer cijfers al wel zijn gepubliceerd, kan na constatering van onregelmatigheden en fraude de examencommissie beslissen dat studiepunten pas worden toegekend na een hernieuwd tentamen of beroepsproduct. Van het voorval maakt de toezichthouder tijdens het tentamen proces verbaal op. De examinator zal zijn besluit ter vaststelling aan de examencommissie voorleggen. In de Onderwijs- en Examenregeling is meer over dit onderwerp opgenomen. Teksten van werkstukken en beroepsproducten worden gescand en toegevoegd aan een Avansbrede database. Op deze manier worden de documenten gecontroleerd op ‘dubbelingen’, danwel plagiaat. De student geeft met het inleveren van werkstukken impliciet toestemming voor opname van het werkstuk in het databestand van antiplagiaatsoftware. In het geval dat het werkstuk vertrouwelijke bedrijfsgegevens bevat die opname in zo’n bestand ongewenst maken dient dat aan de examinator ter kennis gebracht te worden. Werkstukken in digitale vorm mogen niet zijn voorzien van een softwarematige blokkering tegen antiplagiaatsoftware.

1.3.6 Vrijstellingen De examencommissie kan de student op schriftelijk verzoek vrijstelling verlenen van het afleggen van een tentamen of onderdeel daarvan. De vrijstelling wordt verleend op grond van eerder met goed gevolg afgelegde tentamens of examens in het hoger onderwijs dan wel op grond van een akte, diploma, getuigschrift of verklaring van een opleiding waaruit blijkt dat de student reeds aan 16 Studiegids AAFM 2014-2015

de eisen van het betreffende tentamen heeft voldaan. De procedure voor het verlenen van vrijstellingen voor tentamens is beschreven in de Onderwijs- en Examenregeling.

1.3.7 Toetsvormgarantie Voor de toetsvorm van een tweede of volgende toets geldt dat deze gedurende een jaar na de eerste afname identiek is aan die van deze eerste toets, tenzij de student instemt met een andere vorm. De student heeft in het collegejaar waarin de onderwijseenheid is gevolgd twee kansen gebaseerd op de leerstof van de gevolgde onderwijseenheid. Indien een onderwijseenheid dermate inhoudelijk is gewijzigd leidend tot een nieuwe osiris-code zal in het collegejaar volgend op het collegejaar waarin de onderwijseenheid is gevolgd nog een tweetal kansen behorende bij de leerstof van het oude blok onderwijseenheid worden aangeboden. De student is zelf verantwoordelijk voor het inventariseren van kleine inhoudelijke wijzigingen van de onderwijseenheid in het nieuwe collegejaar.


2 Propedeuse AAFM

De inhoud van het propedeusegedeelte van deze studiegids is gebaseerd op de Onderwijs- en Examen Regeling (OER) voor 2014-2015. De onverkorte versie van de OER is verkrijgbaar bij het Onderwijsbureau van de AAFM en is digitaal terug te vinden in de digitale studiegids en de Blackboard community ‘AAFM Algemeen’. Alleen aan de integrale tekst van de OER kan rechtskracht ontleend worden.


2.1

Organisatie en medewerkers propedeuse AAFM

Propedeusecoördinatoren: Mevr. M.J.M. (Marjolein) Van der Kaa - Segers Dhr. T.T.J. (Tom) Dierckx Emailadres: [email protected] Blokcoördinatoren: Dhr. A.J. Aertse Blok 1 Algemeen Dhr. A.P.R.M. (Tommy) Valk Blok 2 Algemeen Dhr. I.D. (Ico) Ronner Blok 3 Financieel Management (Accountancy/Bedrijfseconomie) Dhr. M.P.L. (Michiel) Adriaansen Blok 3 Algemeen Management (Bedrijfskunde MER/Human Resource Management) Dhr. J.J.E. (Joost) van Hilst Blok 4 Financieel Management (Accountancy/Bedrijfseconomie) Mevr. I.C.J.M. (Ingrid) Huijben Blok 4 Algemeen Management (Bedrijfskunde MER/Human Resource Management) Contactpersonen overige vakgebieden: Mevr. M.W.B. (Maria) Vermeulen Rekenvaardigheid Mevr. I.C.J.M. (Ingrid) Huijben Bedrijfscommunicatieve vaardigheden (BCV) en propedeuse-assessment Mevr. C.J.L.E. (Ineke) van Kruining Nederlands Dhr. H.G. (Harry) de Vries Engels Studieadviseurs: AC: Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker BE: Mevr. V.S. (Vera) Adriaanse BKM: Mevr. E.G.M. (Elvira) Verschuren HRM: Mevr. C.M. (Charlotte) Reijndorp


2.2

Doelen propedeuse AAFM

De propedeuse vormt het eerste jaar van de opleidingen Accountancy (AC), Bedrijfseconomie (BE), Bedrijfskunde MER (BKM) en Human Resource Management (HRM). De -

functies van de propedeuse zijn: selectie; oriëntatie; verwijzing; kwalificatie; homogenisering.

Hieraan wordt integraal invulling gegeven vanuit de opleidingsprofielen in de genoemde opleidingen. Aan de propedeuse is een propedeutisch examen verbonden; de student is hiervoor geslaagd als alle onderwijseenheden binnen de propedeutische fase met goed gevolg zijn afgesloten; de student ontvangt in dat geval het getuigschrift propedeuse van de opleiding.  Selectie Het is zowel voor de student als voor de opleiding van het grootste belang om na uiterlijk één jaar vast te kunnen stellen of de student al dan niet geschikt is voor de opleiding. Teneinde deze vaststelling te kunnen realiseren, wordt aan de student een aantal eisen op het gebied van kennis en vaardigheden gesteld die afgestemd zijn op de opleidingsprofielen. Deze zijn zodanig opgesteld dat, als de student aan deze eisen voldoet, deze zich voldoende kwalificeert voor het met goed gevolg kunnen afronden van de studie in de postpropedeutische fase van de gekozen opleiding. Vanuit de opleiding wordt deze vaststelling uitgedrukt in het bindend studieadvies. De nieuwe student die op 1 september 2014 is gestart, ontvangt voor 31 augustus 2015 een bindend studieadvies en indien van toepassing een tweede studieadvies voor 31 augustus 2016. Een student die op 1 februari 2015 is gestart, ontvangt voor 1 februari 2016 een bindend advies en indien van toepassing een tweede studieadvies voor 1 februari 2017. Het College van Bestuur van Avans Hogeschool heeft besloten voor het collegejaar 2014-2015 aan een negatief studieadvies een bindend karakter te geven. Gezien de aard van de propedeuse heeft deze afwijzing betrekking op alle verder in deze studiegids genoemde opleidingen.  Oriëntatie Teneinde de student een verantwoorde keuze uit het aanbod van opleidingen in de postpropedeutische fase te kunnen laten maken, is het onderwijsprogramma van de propedeuse zodanig ingevuld dat de kern van de diverse opleidingsprofielen duidelijk herkenbaar is in de onderwijseenheden. Voorts begeleidt de studieloopbaanbegeleider de student bij het maken van zijn opleidingskeuze en wordt de student voorgelicht door informatierondes.  Verwijzing Middels het beoordelen van de studieresultaten van de student en het voeren van gesprekken met de student door de studieloopbaanbegeleider, wordt regelmatig vastgesteld of de student in staat geacht wordt te zullen voldoen aan de eisen van het propedeutische examen. Als dit op enig moment niet het geval is, wordt de student in de gelegenheid gesteld om, eventueel begeleid vanuit het decanaat en/of studieadviseur, verwezen te worden naar een andere opleiding.  Kwalificatie Het onderwijsprogramma van de propedeuse is zodanig ingericht dat de student zich, door te slagen voor het propedeutische examen, voldoende kwalificeert voor het met goed gevolg kunnen afronden van de studie in de postpropedeutische fase van de gekozen opleiding.  Homogenisering Het onderwijsprogramma van de propedeuse is zodanig ingericht dat verschillen in de vooropleiding van de studenten na één semester en met een gelijkmatige studielast zijn geëgaliseerd, zodat het onderwijsprogramma in de postpropedeutische fase van de opleiding ongedifferentieerd kan zijn. Norm voor het vaststellen van het standaardprogramma van de propedeuse is de vooropleiding HAVO met het profiel Economie en Maatschappij. De studielast van de propedeuse is voor de reguliere student (zonder vrijstellingen) 60 EC-punten. Uitgangspunt is om deze studielast zo gelijkmatig mogelijk over het collegejaar te spreiden, waardoor voor ieder blok 15 EC-punten te behalen zijn.

2.3

Inrichting propedeutische fase

2.3.1 Onderwijsvisie 20 Studiegids AAFM 2014-2015

De propedeuse van de AAFM is een zeer degelijke voorbereiding op de postpropedeutische fase van iedere opleiding binnen de AAFM. De opbouw van het onderwijsprogramma is dan ook gekoppeld aan de onderwijsvisie van de gehele academie. Deze visie is met behulp van de onderstaande kenmerken helder te typeren: Ieder blok (= 10 weken) kent 4 leerlijnen: een integrale leerlijn, een conceptuele leerlijn, een vaardighedenleerlijn en de leerlijn van studieloopbaanbegeleiding. De student is in grote mate zelfstandig, kent zijn eigen sterke en zwakke punten en is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de voor hem relevante competenties. In de visie op leren gaat het vooral om het toepassen van kennis en niet op het reproduceren van deze kennis. De studielast bedraagt (inclusief collegebezoek) gemiddeld 35 á 40 uur per week. Naast lesgebonden activiteiten zal de student ook regelmatig andere studieactiviteiten verrichten op de hogeschool. Ieder blok heeft naast een theoriecomponent ook een substantieel praktijkgedeelte. Dit resulteert vaak in het tot stand komen van een beroepsproduct, al dan niet in samenwerking met het bedrijfsleven en/of overheid. Vandaar: “Geen blok zonder praktijk”. Goed kunnen samenwerken met andere studenten staat hoog in het vaandel. Beroepsproducten worden over het algemeen in groepsverband uitgevoerd. Een nadere toelichting op deze visie en de bijbehorende leerlijnen is terug te vinden bij het onderdeel “onderwijsvisie AAFM” in hoofdstuk 1 van deze studiegids.

2.3.2 Leerroutes en instroommomenten In de propedeuse wordt het onderwijs aangeboden in periodes van tien weken. Een dergelijke periode wordt een blok genoemd. Afhankelijk van de vooropleiding kan de student een voor hem aangewezen leerroute volgen. Zie hieronder welke route voor jou van toepassing is.  Volledig traject (regulier) (= 4 jaar) Reguliere studenten volgen gezamenlijk blok 1 en 2. Na deze eerste twee blokken splitsen de opleidingen zich in twee studierichtingen: Financieel Management (FM) (met de opleidingen Accountancy en Bedrijfseconomie) Algemeen Management (AM) (met de opleidingen Bedrijfskunde MER en Human Resource Management) In de betreffende studierichting worden vervolgens de blokken 3 en 4 gevolgd. De propedeutische blokken 1, 2, 3 en 4 leveren ieder 15 studiepunten op. Het totaal is dan 60 EC. Daarmee is het propedeusegetuigschrift behaald. Dit traject start alleen in september.  Verkort traject (turbo) (= 3,5 jaar) Studenten van de 4 opleidingen met als vooropleiding VWO of MBO Bedrijfsadministratie kunnen een verkort traject volgen van 3,5 jaar. Zij beginnen met blok 3 en volgen vervolgens blok 4. De blokken 3 en 4 leveren ieder 15 studiepunten op, waarbij met een totaal van 30 EC het propedeusegetuigschrift is behaald. Voor het turbotraject is instroom alleen in februari mogelijk. Op basis van deze leerroutes en instroommomenten, kunnen we de volgende categorieën studenten onderscheiden in de propedeuse:

Categorie A: Reguliere student (FM en AM) gestart in september 2014 De student volgt in zijn eerste collegejaar achtereenvolgens de blokken 1, 2, 3 en 4 en krijgt hierbij per collegejaar per studieonderdeel uit alle blokken 2 voorgeschreven toetskansen. Studieopbouw Propedeuse – reguliere student gestart in september Accountancy Bedrijfseconomie Bedrijfskunde MER Human Resource Management

Kwartaal 1 Blok 1 Blok 1 Blok 1 Blok 1


Kwartaal 3 Blok 3 FM Blok 3 FM Blok 3 AM Blok 3 AM

Categorie A



Categorie B: Turbo student (FM en AM) gestart in februari 2015 De student volgt in kwartaal 3 en 4 achtereenvolgens de blokken 3 en 4 en krijgt in dit eerste halfjaar per studieonderdeel uit beide blokken 2 voorgeschreven toetskansen. Studieopbouw Propedeuse – turbo FM student gestart in februari Kwartaal 1 Accountancy Bedrijfseconomie Bedrijfskunde MER Human Resource Management

Kwartaal 2


Categorie B


Categorie C: Reguliere student gestart in september 2013 Deze student heeft in de zomer van 2014 een voorlopig positief studieadvies (=VP) ontvangen en toegang verkregen tot jaar 2, maar heeft nog onderdelen uit de propedeuse openstaan om te herkansen/repareren.

Categorie D: Turbo student (FM) gestart in september 2013 Deze student heeft in de zomer van 2014 een voorlopig positief studieadvies (= VP) ontvangen en toegang verkregen tot jaar 2, maar heeft nog onderdelen uit de propedeuse openstaan om te herkansen/repareren.

Categorie E: Turbo student (FM en AM) gestart in februari 2014 Deze student heeft in de zomer van 2014 een voorlopig studieadvies (nog niet bindend) ontvangen en toegang verkregen tot jaar 2, maar heeft nog onderdelen uit de propedeuse openstaan om te herkansen/repareren.


2.3.3 Inhoud aangeboden onderwijseenheden propedeuse AAFM Blok 1: De omgeving van een organisatie Cursuscodes: EC: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

Propedeuse

AFXX-P10-TH-13 (theorie), AFXX-P10-BV-13 (Beroepsvaardigheden) 15 AFXX-P10-TH-13: Theorie = 10 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Algemene economie 2,5 cijfer 4 25% Toets02 Recht 2,5 cijfer 4 25% Toets03 Bedrijfseconomie 2,5 cijfer 4 25% Toets04 Algemeen management 2,5 cijfer 4 25% 10 EC behaald bij een gemiddeld cijfer van minimaal een 5,5 waarbij het minimumcijfer voor een toets een 4 is. AFXX-P10-BV-13: Beroepsvaardigheden = 5 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Beroepsproduct 2 cijfer 5,5 70% Toets02 BCV 1 vld/nvd vld Toets03 Rekenvaardigheid 1 cijfer 5,5 30% Toets04 SLB 1 vld/nvd vld Indien de toets is behaald, wordt het studiepunt vrijgegeven. Hierbij is geen onderlinge compensatie mogelijk. Trainingen (= werkcolleges / hoorcolleges) Projectweek (= beroepsproduct) Enkele plenaire colleges Bijeenkomsten studieloopbaanbegeleiding (soms individueel) Cursus zelfstudie Nederlands Algemeen management, algemene economie, bedrijfseconomie, recht, BCV, rekenvaardigheid, Nederlands en studieloopbaanbegeleiding 10 weken (inclusief 1 week herfstvakantie) Dhr. A.J. (Addy) Aertse

Duur: Coördinator: Beschrijving Binnen dit blok kom je in aanraking met de omgeving waarin een organisatie zich begeeft. Hierbij staat het maken van een externe quick scan (het beroepsproduct) centraal. Het is voor een onderneming van groot belang om deze omgeving goed in kaart te brengen. Je moet bijvoorbeeld weten wie jouw klanten en leveranciers zijn, een goede relatie onderhouden met vermogensverschaffers (bijvoorbeeld banken) en op de hoogte zijn van allerlei maatschappelijke, juridische, economische en politieke ontwikkelingen. Het maken van de quick scan wordt in dit blok verder ondersteund door een flinke dosis theorie en relevante vaardigheden. Doelen/onderwerpen Het beroepsproduct van blok 1 is de samenstelling van een externe quick scan in rapportvorm en het verdedigen van deze scan bij de eigen studieloopbaanbegeleider. De theorievakken leveren een bijdrage aan de inhoud van dit beroepsproduct. Het gaat dan om: algemene economie, recht, bedrijfseconomie en algemeen management. Naast de bijdrage aan de quick scan wordt er in blok 1 bij deze vakken een basis gelegd voor toekomstige blokken. Denk daarbij ook aan vakken als rekenvaardigheid en Nederlands. Het beroepsproduct wordt tevens ondersteund door het vakgebied bedrijfscommunicatieve vaardigheden (=BCV), waar je leert interviewen en rapporteren. Omdat er in het beroepsproduct een aantal puntige conclusies moeten voorkomen, zal er bij BCV ook aandacht zijn voor het kritisch formuleren van deze zaken. Daarnaast maken we een begin met Nederlandse taal, die je d.m.v. het zelfstudiepakket Hogeschooltaal op het gewenste HBO-niveau zult moeten brengen. Door het behalen van de instaptoets in blokweek 5 kun je hier je eerste echte studiepunt verdienen (dit punt telt uiteindelijk mee in blok 2). In blok 1 streven we er ook naar om de nieuwe student aan te leren hoe hij/zij de studie aan de AAFM moet organiseren. Dit doel bereiken we via studieloopbaanbegeleiding (=SLB). Verder is er in dit blok voor studenten ook ruimte om zich te oriënteren op hun definitieve opleidingskeuze. Literatuur  Hoofdlijnen Nederlands recht - Loonstra  Wetteksten HEO 2014/2015 - Redactieraad Noordhoff  Gesprekken in organisaties - Gramsbergen Hoogland  Management: oriëntatie en inleiding – Keuning  Basisboek bedrijfseconomie (inclusief werkboek) - De Boer e.a.  Algemene economie en bedrijfsomgeving - Marijs en Hulleman  Een goede zin - Mante e.a.  Toegepast rekenen - Reus * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Manieren van toetsing: theorie In de 5de blokweek worden per vak korte tussentoetsen afgenomen, zodat de student zijn/haar eigen prestaties tot dan toe kan meten. Per vakgebied is een bonus op de eindtoets te behalen van 0,5 punt, indien men 70%


van de multiple choice vragen goed heeft beantwoord. De bonus is ALLEEN geldig bij het reguliere tentamen (eerste voorgeschreven kans). Tussentoetsen kunnen niet herkanst worden. In de 8e blokweek vinden per vakgebied de eindtoetsen plaats, die voor een gedeelte (50%) bestaan uit multiple choice vragen en voor een gedeelte (50%) uit open vragen. Het cijfer kan opgehoogd worden met 0,5 punt conform de hierboven genoemde regeling. Het gemiddelde van de 4 kernvakken moet 5,5 bedragen, met een ondergrens van het cijfer 4. Manieren van toetsing: beroepsvaardigheden Het beroepsproduct wordt getoetst d.m.v. een rapport en een verdediging van het project en wordt beoordeeld door de studieloopbaanbegeleider. De beoordeling van BCV wordt verzorgd door de BCV-docent, en is gebaseerd op de aanwezigheid in de lessen en de gemaakte toetsen (tijdens de werkcolleges) . In week 1 zal een instaptoets Rekenvaardigheid plaatsvinden. Indien deze niet wordt behaald dan wordt Rekenvaardigheid getoetst met een schriftelijk tentamen in de tentamenperiode. Gedurende het blok worden er voor de studenten welke de instaptoets niet hebben behaald werkcolleges aangeboden. In week 5 zal een instaptoets Nederlands plaatsvinden, bij een voldoende zal het studiepunt toegekend worden in blok 2. Studieloopbaanbegeleiding wordt beoordeeld door de studieloopbaanbegeleider. Presentieplicht 100% aanwezig bij BCV, projectbijeenkomsten en ALLE activiteiten die te maken hebben met studieloopbaanbegeleiding. Daarnaast kan afwezigheid bij andere studieonderdelen ertoe leiden dat de student niet beoordeelbaar is. Herkansing Een toets mag maximaal 1 keer per collegejaar (= 1ste inschrijvingsjaar) herkanst worden. Dit houdt per onderdeel in: De toetsen van de 4 kernvakken en rekenvaardigheid een hertentamen in de tentamenperiode van het volgende kwartaal. Voor Nederlands komt er een nog een kans aan het einde van blok 2 en een herkansing aan het einde van blok 3. De overige onderdelen binnen vier weken na cijferpublicatie door middel van een herstelopdracht.


Blok 2: De processen binnen een organisatie Cursuscodes: EC: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

Propedeuse

AFXX-P20-TH-13 (theorie), AFXX-P20-BV-13 (beroepsvaardigheden) 15 AFXX-P20-TH-13: Theorie = 10 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Financiële administratie 2,5 cijfer 4 25% Toets02 Recht 2,5 cijfer 4 25% Toets03 Bedrijfseconomie 2,5 cijfer 4 25% Toets04 Alg. management 2,5 cijfer 4 25% 10 EC behaald bij een gemiddeld cijfer van minimaal een 5,5 en met een minimum van het cijfer 4. AFXX-P20-BV-13: Beroepsvaardigheden = 5 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Beroepsproduct 2 cijfer 5,5 100% Toets02 BCV 1 vld/nvd vld Toets03 SLB 1 vld/nvd vld Toets04 Nederlands 1 vld/nvd vld Indien de toets is behaald, wordt het studiepunt vrijgegeven. Hierbij is geen onderlinge compensatie mogelijk. Trainingen (= werkcolleges) Projectweek KNEX (= beroepsproduct) Enkele plenaire colleges Bijeenkomsten studieloopbaanbegeleiding (soms individueel) Cursus zelfstudie Nederlands (vervolg) Spreekuren Algemeen management, financiële administratie, bedrijfseconomie, recht, BCV, Nederlands en studieloopbaanbegeleiding 10 weken Dhr. A.P.R.M. (Tommy (Antonius)) Valk

Duur: Coördinator: Beschrijving Binnen dit blok staat het maken van een interne quick scan centraal. Hierbij gaan we aan de hand van een projectweek in week 10 de interne aspecten van een bedrijf nabootsen. De grootste inspanning van het uiteindelijk op te leveren beroepsproduct moet geleverd worden tijdens de projectweek waar we onze traditionele “KNEX-week” spelen. Hierin wordt middels een spel een bedrijfskolom (eindproducten zijn motoren) nagebootst, waardoor studenten kennismaken met de processen die binnen een bedrijf voorkomen. Uiteindelijk resulteert dit in een eindrapport dat gepresenteerd dient te worden. Net als in blok 1 wordt het beroepsproduct weer ondersteund door een theoretische component (zie vakgebieden hierboven) en relevante vaardigheden. Daarnaast dient de student zich te oriënteren om de juiste studiekeuze vanaf kwartaal 3 te kunnen maken. Hiervoor brengt de student een bezoek aan een bedrijf om een interview af te nemen met een functionaris die een functie vervult waarvoor de student wordt opgeleid. Doelen/onderwerpen In blokweek 10 kruip je zelf in de huid van een ondernemer en ervaar je de processen spelenderwijs in het “KNEX-spel”. Diverse theorievakken leveren een bijdrage aan de inhoud van dit beroepsproduct. Het gaat dan om: bedrijfseconomie, recht, algemeen management en financiële administratie. Evenals in blok 1, wordt ook in blok 2 bij de hierboven genoemde vakken een basis gelegd voor toekomstige blokken. Het beroepsproduct wordt tevens ondersteund door het vakgebied beroepscommunicatieve vaardigheden (=BCV), waar je leert presenteren. Het werken met Excel komt terug als voorbereiding op de projectweek en studenten die in blok 1 Nederlands nog niet hebben afgerond, kunnen via spreekuren en het zelfstudiepakket zich voorbereiden op een nieuwe kans. Tot slot is er aandacht voor studieloopbaanbegeleiding (=SLB). Literatuur  Hoofdlijnen Nederlands recht - Loonstra  Wetteksten HEO 2014/2015 - Redactieraad Noordhoff  Gesprekken in organisaties - Gramsbergen Hoogland  Management: oriëntatie en inleiding - Keuning  Basisboek bedrijfseconomie (inclusief werkboek) - De Boer e.a.  De beginselen van de financiële administratie - Krijgsheld e.a.  Een goede zin - Mante e.a. * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Manieren van toetsing: theorie In de 5de blokweek worden per vak korte tussentoetsen afgenomen, zodat de student zijn/haar eigen prestaties tot dan toe kan meten. Per vakgebied is een bonus op de eindtoets te behalen van 0,5 punt, indien men 70% van de multiple choice vragen goed heeft beantwoord. De bonus is ALLEEN geldig bij het reguliere tentamen (eerste voorgeschreven kans). Tussentoetsen kunnen niet herkanst worden.


-

In de 8e blokweek vinden per vakgebied de eindtoetsen plaats, die voor een gedeelte (50%) bestaan uit multiple choice vragen en voor een gedeelte (50%) uit open vragen. Het cijfer kan opgehoogd worden met 0,5 punt conform de hierboven genoemde regeling. Het gemiddelde van de 4 kernvakken moet 5,5 bedragen, met een ondergrens van het cijfer 4. Manieren van toetsing: beroepsvaardigheden Het beroepsproduct wordt getoetst d.m.v. een rapport en een presentatie van het project en wordt beoordeeld door een team van docenten dat de KNEX-week begeleidt. De beoordeling van BCV wordt verzorgd door de BCV-docent, en is gebaseerd op de aanwezigheid in de lessen en de gemaakte toetsen (tijdens de werkcolleges). Nederlands wordt getoetst via een digitale toets in de tentamenperiode. Studieloopbaanbegeleiding wordt beoordeeld door de studieloopbaanbegeleider. Presentieplicht 100% aanwezig bij BCV, projectbijeenkomsten en ALLE activiteiten die te maken hebben met SLB Daarnaast kan afwezigheid bij andere studieonderdelen ertoe leiden dat de student niet beoordeelbaar is. Herkansing Een toets mag maximaal 1 keer per collegejaar (= 1e inschrijvingsjaar) herkanst worden. Dit houdt per onderdeel in: De toetsen van de 4 kernvakken en Nederlands een hertentamen in de tentamenperiode van het volgende kwartaal. De overige onderdelen binnen vier weken na cijferpublicatie door middel van een herstelopdracht.


Propedeuse

Blok 3 FM: Planning en verantwoording in een handelsonderneming Cursuscodes: EC: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

AFFM-P30-TH-13 (theorie), AFFM-P30-BV-13 (beroepsvaardigheden) 15 AFFM-P30-TH-13: Theorie = 10 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Belastingrecht 3 cijfer 4 30% Toets02 Bedrijfseconomie 3 cijfer 4 30% Toets03 Financiële administratie 4 cijfer 4 40% 10 EC behaald bij een gemiddeld cijfer van minimaal een 5,5 en met een minimum van het cijfer 4. AFFM-P30-BV-13: Beroepsvaardigheden = 5 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Beroepsproduct 2 cijfer 5,5 60% Toets02 Kritisch denken 1 0,5 cijfer 5,5 15% Toets03 Engels 1 vld/nvd vld Toets04 Kwantitatieve methoden 1 cijfer 5,5 25% Toets05 SLB 0,5 vld/nvd vld Indien de toets is behaald, wordt het studiepunt vrijgegeven. Hierbij is geen onderlinge compensatie mogelijk. Trainingen (= werkcolleges) Projectweek (= beroepsproduct) Enkele plenaire colleges Bijeenkomsten studieloopbaanbegeleiding (soms individueel) Cursus zelfstudie Engels Bedrijfseconomie, belastingrecht, financiële administratie, kwantitatieve methoden, Engels en studieloopbaanbegeleiding 10 weken Dhr. I.D. (Ico) Ronner

Duur: Coördinator: Beschrijving De student werkt in deze onderwijseenheid als uitvoerend medewerker aan onderdelen van de planning- en controlcyclus van een fictieve handelsonderneming (eenmanszaak zonder personeel). Deze cyclus is een beheersingsinstrument voor de verschillende processen, zoals inkoop, verkoop en magazijn. Als beroepsproduct stelt de student samen met een medestudent een masterbudget op in de planfase. Hij stelt diverse financiële prognoses (budgetten) samen. Verderop in de planning- en controlcyclus legt de student financiële gegevens vast en controleert deze. Hij zorgt dat de informatie geschikt is voor interne en externe verantwoording. Dit dient als informatievoorziening voor zowel interne als externe verantwoording. De student voert voor dezelfde handelsonderneming een geautomatiseerde boekhouding en levert een kwartaalrapportage op als beroepsproduct. Doelen/onderwerpen Het doel is om feeling te krijgen met de planning- en controlcyclus van een handelsonderneming. Hierbij horen uiteraard een voor- en een nacalculatie. In blokweek 10 (na de eindtoetsen) moeten de financiële feiten van een fictief bedrijf (de Arena Gamestore) voor het laatste kwartaal van het boekjaar in Exact worden ingevoerd en geanalyseerd (=nacalculatie). De voorcalculatie geschiedt binnen de lessen bedrijfseconomie (blokweken 5, 6 en 7) in de vorm van een te maken masterbudget (=voorcalculatie). Deze 2 producten vormen samen het beroepsproduct. Dit alles wordt ondersteund door de vakgebieden bedrijfseconomie, financiële administratie en belastingrecht. Daarnaast kent het blok een cursus wiskunde ofwel kwantitatieve methoden. Verder is er aandacht voor Engels, dat aan het einde van de propedeuse (eind kwartaal 4) op het juiste niveau moet zijn. We doen dat via het zelfstudiepakket Hogeschooltaal (bekend van Nederlands uit blok 1 en 2). Aan het eind van het blok – week 8 – moet het zelfstudiepakket voor Engels zijn voltooid. Kritisch denken betekent dat je reflecteert en redeneert voordat je een standpunt inneemt of een besluit neemt hoe te handelen. Kritisch denken bestaat uit vaardigheden en disposities (houdingsaspecten). In deze cursus staat redeneren centraal. Natuurlijk zal er ook weer aandacht zijn voor studieloopbaanbegeleiding Literatuur  Basisboek bedrijfseconomie (inclusief werkboek) - De Boer e.a.  Boekhouden geboekstaafd - deel 1 theorie en opgaven, Fuchs  De beginselen van de financiële administratie - Krijgsheld e.a.  Pocket belastingwetten 2014 - Geppaart  Belastingrecht met de wet in de hand 2014 (inclusief werkboek) - Nijhuis * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Manieren van toetsing: theorie In de 5de blokweek worden per vak korte tussentoetsen afgenomen, zodat de student zijn/haar eigen prestaties tot dan toe kan meten. Per vakgebied is een bonus op de eindtoets te behalen van 0,5 punt, indien men 70%


van de multiple choice vragen goed heeft beantwoord. De bonus is ALLEEN geldig bij het reguliere tentamen (eerste voorgeschreven kans). Tussentoetsen kunnen niet herkanst worden. In de 8e blokweek vinden per vakgebied de eindtoetsen plaats, die voor een gedeelte (50%) bestaan uit multiple choice vragen en voor een gedeelte (50%) uit open vragen. Het cijfer kan opgehoogd worden met 0,5 punt conform de hierboven genoemde regeling. Het gemiddelde van de 3 kernvakken moet minimaal een 5,5 bedragen, met een ondergrens van het cijfer 4. Let op de onderlinge weging! Manieren van toetsing: beroepsvaardigheden Het project wordt getoetst d.m.v. een digitale uitwerking van het masterbudget en een rapport m.b.t. de schoenendoos (EXACT). De beoordeling geschiedt door de betrokken vakdocenten. Kwantitatieve methoden door middel van een (MC)toets in de tentamenperiode. Studieloopbaanbegeleiding wordt beoordeeld door de studieloopbaanbegeleider. Engels wordt beoordeeld door de docent Engels aan de hand van je vorderingen in het zelfstudiepakket Hogeschooltaal. Kritisch denken 1 wordt afgesloten met een schriftelijke toets. Presentieplicht 100% aanwezig bij activiteiten van studieloopbaanbegeleiding en projectbegeleiding. Daarnaast kan afwezigheid bij andere studieonderdelen ertoe leiden dat de student niet beoordeelbaar is. Herkansing Een toets mag maximaal maar 1 keer per collegejaar (= 1e inschrijvingsjaar) herkanst worden. Dit houdt per onderdeel in: De toetsen van de 3 kernvakken, kritisch denken en kwantitatieve methoden een hertentamen in de tentamenperiode van het volgende kwartaal. De overige onderdelen binnen vier weken na cijferpublicatie door middel van een herstelopdracht.


Blok 3 AM: Het ondernemingsplan Cursuscodes: EC: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

Propedeuse

AFAM-P30-TH-13 (theorie), AFAM-P30-TH-13 (beroepsvaardigheden) 15 AFAM-P30-TH-13: Theorie = 10 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Toets01 Marketing 2,5 cijfer 4 Toets02 Recht 2,5 cijfer 4 Toets03 Bedrijfseconomie 2,5 cijfer 4 Toets04 HRM 2,5 cijfer 4 10 EC behaald bij een gemiddeld cijfer van minimaal een 5,5 met een minimum van 4.

Weging 25% 25% 25% 25% het cijfer

AFAM-P30-TH-13: Beroepsvaardigheden = 5 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Beroepsproduct 2 cijfer 5,5 60% Toets02 Duurzame ontwikkeling 1 cijfer 5,5 25% Toets03 Kritisch denken 1 0,5 cijfer 5,5 15% Toets04 Engels 1 vld/nvd vld Toets05 SLB 0,5 vld/nvd vld Indien de toets is behaald, wordt het studiepunt vrijgegeven. Hierbij is geen onderlinge compenstatie mogelijk. Project (= beroepsproduct) Hoorcolleges Werkcolleges Projectvergaderingen Studieloopbaanbegeleiding Cursus zelfstudie Engels Bedrijfseconomie, marketing, HRM, recht, duurzame ontwikkeling, kritisch denken 1, Engels en studieloopbaanbegeleiding 10 weken Dhr. M.P.L. (Michiel) Adriaansen

Duur: Coördinator: Beschrijving In blok 3 ga je met je projectgroep een ondernemingsplan schrijven voor een zelf te bedenken product/dienst. Daarin zullen vier vakken op de voorgrond treden: HRM, bedrijfseconomie, marketing en recht. Deze vakken worden in hoor- en werkcolleges behandeld, waarin ook het project aan de orde komt. Daarnaast zijn er bijeenkomsten waar je onder begeleiding van een docent de voortgang van jullie ondernemingsplan bespreekt. Halverwege de onderwijsperiode vindt een (verplicht) spreekuur plaats tussen de projectgroep en de vakdocenten waarin feedback wordt gegeven om het tot dan toe geschreven ondernemingsplan. Doelen/onderwerpen Het kunnen opzetten van een ondernemingsplan is het hoofddoel van dit blok. Daarbij is ondersteuning vanuit de theorie onontbeerlijk. Daarom worden er voor de volgende vakken colleges aangeboden: bedrijfseconomie, marketing, algemeen management en privaatrecht. Deze vakken zijn tevens nodig om een goede basis te leggen voor blok 4. Bij HRM denk je na over de personele invulling van je onderneming (werving & selectie, beoordelen en beloning van medewerkers). Bij bedrijfseconomie werk je aan een investerings- en financieringsplan om vervolgens een financiële analyse voor je onderneming te maken. Bij marketing ben je bezig een marketingplan op te stellen om de zogenoemde marketingmix te maken, waardoor je jullie doelgroep het beste kunt benaderen. Bij recht zul je een afgewogen keuze leren te maken voor een ondernemingsvorm die passend is bij jullie onderneming en wordt een inleiding gegeven op het faillissementsrecht. Bij het vak Duurzame ontwikkeling gaat het om een kennismaking met duurzame ontwikkeling en dus niet alleen over ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’. Het gaat nl evengoed over maatschappelijk verantwoord consumeren/burgerschap en maatschappelijk verantwoord overheidsbeleid. Kritisch denken betekent dat je reflecteert en redeneert voordat je een standpunt inneemt of een besluit neemt hoe te handelen. Kritisch denken bestaat uit vaardigheden en disposities (houdingsaspecten). In deze cursus staat redeneren centraal. Verder is er aandacht voor Engels, dat aan het einde van de propedeuse (eind kwartaal 4) op het juiste niveau moet zijn. We doen dat via het zelfstudiepakket Hogeschooltaal (bekend van Nederlands uit blok 1 en 2). Aan het eind van het blok – week 8 – moet het zelfstudiepakket voor Engels zijn voltooid. De overige vaardigheden worden niet afzonderlijk getraind, maar komen aan bod in de werkcolleges van de verschillende vakken. Tot slot is er aandacht voor studieloopbaanbegeleiding (=SLB) in dit blok. Literatuur  Basisboek bedrijfseconomie (inclusief werkboek) - De Boer e.a., meest recente druk  Wetteksten HEO 2014/2015 - Redactieraad Noordhoff  Verdere literatuur recht wordt nader bekend gemaakt voor aanvang van het blok  Marketing, De Essentie – Kotler, meest recente druk  HRM voor managers – Manders, meest recente druk




Duurzame ontwikkeling - Nikko Roorda

* Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden.

Toetsvorm Manieren van toetsing: theorie In de 5de blokweek worden per vak korte tussentoetsen afgenomen, zodat de student zijn/haar eigen prestaties tot dan toe kan meten. Per vakgebied is een bonus op de eindtoets te behalen van 0,5 punt, indien men 70% van de multiple choice vragen goed heeft beantwoord. De bonus is ALLEEN geldig bij het reguliere tentamen (eerste voorgeschreven kans). Tussentoetsen kunnen niet herkanst worden. In de 8e blokweek vinden per vakgebied de eindtoetsen plaats, die voor een gedeelte (50%) bestaan uit multiple choice vragen en voor een gedeelte (50%) uit open vragen. Het cijfer kan opgehoogd worden met 0,5 punt conform de hierboven genoemde regeling. Het gemiddelde van de 4 kernvakken moet minimaal een 5,5 bedragen, met een ondergrens van het cijfer 4. Manieren van toetsing: beroepsvaardigheden Het project wordt getoetst d.m.v. een rapport en beoordeeld door de betrokken vakdocenten. Op het projectcijfer kan een bonus worden toegevoegd (zie ook het blokboek en de handleiding van het beroepsproduct). Engels wordt beoordeeld door de docent Engels aan de hand van je vorderingen in het zelfstudiepakket Hogeschooltaal. Het zelfstudiepakket bestaat uit hoofdstukken die allemaal moeten zijn uitgewerkt. Studieloopbaanbegeleiding wordt beoordeeld door de studieloopbaanbegeleider. Duurzame ontwikkeling wordt tijdens de lessen getoetst. Het gemiddelde van de weekcijfers vormt het eindcijfer. Kritisch denken 1 wordt afgesloten met een schriftelijke toets. Presentieplicht 100% aanwezig bij activiteiten van studieloopbaanbegeleiding, duurzame ontwikkeling en projectbegeleiding. Daarnaast kan afwezigheid bij andere studieonderdelen ertoe leiden dat de student niet beoordeelbaar is. Herkansing Een toets mag maximaal 1 keer per collegejaar (= 1e inschrijvingsjaar) worden herkanst. Dit houdt per onderdeel in: De toetsen van de 4 kernvakken en kritisch denken 1 hebben een hertentamen in de tentamenperiode van het volgende kwartaal. De Slagboommodule Engels moet aan het eind van kwartaal 4 zijn voltooid. Kwartaal 3 is de eerste kans, kwartaal 4 is de tweede kans. De overige onderdelen binnen vier weken na cijferpublicatie door middel van een herstelopdracht.


Blok 4 FM: Het businessplan Cursuscodes: EC: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

Propedeuse

AFFM-P40-TH-13 (Theorie), AFFM-P40-BV-13 (Beroepsvaardigheden) 15 AFFM-P40-TH-13: Theorie = 10 EC Toets Naam EC Beoordeling Min. Weging Toets01 Financiële rekenkunde 2 cijfer 4 20% Toets02 Belastingrecht 3 cijfer 4 30% Toets03 Bedrijfseconomie 3 cijfer 4 30% Toets04 Financiële administratie 2 cijfer 4 20% 10 EC behaald bij een gemiddeld cijfer van minimaal een 5,5 met een minimum van het cijfer 4. AFFM-P40-BV-13: Beroepsvaardigheden = 5 EC Toets Naam EC Beoordeling Min. Weging Toets01 Beroepsproduct 2 cijfer 5,5 60% Toets02 Kritisch denken 2 0,5 cijfer 5,5 15% Toets03 Duurzame ontwikkeling 1 cijfer 5,5 25% Toets04 Assessment 1 VLD/NVD VLD Toets05 SLB 0,5 VLD/NVD VLD Indien de toets is behaald, wordt het studiepunt vrijgegeven. Hierbij is geen onderlinge compenstatie mogelijk. Project (beroepsproduct) Trainingen Instructiecollege gevolgd door opdrachten door studenten zelf te maken in Xplora die worden afgesloten met feedbackcolleges en groepspresentaties Plenaire colleges Studieloopbaanbegeleiding (SLB) Bedrijfseconomie (Financiering), Belastingrecht, Financiële administratie, Financiële rekenkunde, Marketing, Duurzaame Ontwikkeling, Kritisch Denken 2 en studieloopbaanbegeleiding (SLB) 11 weken Dhr. J.J.E. (Joost) van Hilst

Duur: Coördinator: Beschrijving In blok 4 staat met het businessplan de toekomst centraal. Een businessplan (of ondernemingsplan) wordt gebruikt bij het starten van een onderneming en bij het doorgroeien van een onderneming. Het is voor zowel een startende ondernemer als voor een groeiende onderneming van groot belang om zich goed voor te bereiden op de toekomst en dus op de gevolgen van nog te nemen beslissingen. Het businessplan kan vanuit verschillende invalshoeken benaderd worden. Afhankelijk van de invalshoek zal het plan gedetailleerd of globaal zijn. Wanneer het plan bijvoorbeeld wordt gebruikt om het bedrijf verder te ontwikkelen, zal gedetailleerd worden ingegaan op bijvoorbeeld het personeelsplan of het investeringsplan. Wanneer het businessplan een onderdeel uitmaakt van een financieringsaanvraag zal het plan operationeel minder gedetailleerd worden ingevuld. Wel zal in het plan veel meer worden ingegaan op de financiële gevolgen en de risico’s die worden gelopen. Te denken valt aan strategische risico’s (markt, concurrentie), fiscale en financiële risico’s. Het is logisch, gezien de aard van de opleiding, dat de laatste invalshoek in dit blok centraal staat. Je zult vanuit de rollen van onder andere financieel en fiscaal adviseur de ondernemer daarbij ondersteunen. Allerlei strategische, fiscale en financieel-economische onderwerpen zullen worden gebruikt om het businessplan op te stellen. Instrumenten om de interne en externe omgeving te analyseren zijn van belang, evenals de financiële beoordeling, om uiteindelijk te kunnen vaststellen of de best strategische optie ook daadwerkelijk financieel rendabel is. Bij beoordeling van deze rentabiliteit mag de invloed van de fiscus niet over het hoofd worden gezien. Daarmee liggen dan ook meteen de vijf hoofdvakken van dit blok vast: Bedrijfseconomie (Financiering), Belastingrecht, Financiële administratie, Financiële rekenkunde en Marketing. Doelen/onderwerpen Je gaat bij het beroepsproduct aan de slag met een ondernemingsplan. Dit ondernemingsplan dient in rapportvorm uitgewerkt te worden en per projectgroep verdedigd te worden ten overstaan van (extern) deskundigen. De ondersteunende vakken zijn: Bedrijfseconomie (Financiering), Belastingrecht, Financiële administratie, Financiële rekenkunde en Marketing. Bij het vak Duurzame ontwikkeling gaat het om een kennismaking met duurzame ontwikkeling en dus niet alleen over ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’. Het gaat nl evengoed over maatschappelijk verantwoord consumeren/burgerschap en maatschappelijk verantwoord overheidsbeleid. Kritisch denken betekent dat je reflecteert en redeneert voordat je een standpunt inneemt of een


besluit neemt hoe te handelen. Kritisch denken bestaat uit vaardigheden en disposities (houdingsaspecten). In deze cursus staat argumenteren centraal. Ook dit blok zal er weer aandacht zijn voor studieloopbaanbegeleiding Tot slot zal in de 10de blokweek het propedeuse-assessment worden afgenomen als proeve van bekwaamheid over de gehele propedeuse. Literatuur  Basisboek bedrijfseconomie (inclusief werkboek) - De Boer e.a.  Basisstudie in het boekhouden (inclusief werkboek) - Van Summeren e.a.  De beginselen van de financiële administratie - Krijgsheld e.a.  Pocket belastingwetten 2014 - Geppaart  Belastingrecht met de wet in de hand 2014 (inclusief werkboek) - Nijhuis  Gesprekken in organisaties - Gramsbergen Hoogland  Een goede zin - Mante e.a. * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden.

Toetsvorm Manieren van toetsing: theorie In de 5de blokweek worden per vak korte tussentoetsen afgenomen, zodat de student zijn/haar eigen prestaties tot dan toe kan meten. Per vakgebied is een bonus op de eindtoets te behalen van 0,5 punt, indien men 70% van de multiple choice vragen goed heeft beantwoord. De bonus is ALLEEN geldig bij het reguliere tentamen (eerste voorgeschreven kans). Tussentoetsen kunnen niet herkanst worden; In de 8e blokweek vinden per vakgebied de eindtoetsen plaats, die voor een gedeelte (50%) bestaan uit multiple choice vragen en voor een gedeelte (50%) uit open vragen. Het cijfer kan opgehoogd worden met 0,5 punt conform de hierboven genoemde regeling; Het gemiddelde van de 4 kernvakken moet minimaal een 5,5 bedragen, met een ondergrens van het cijfer 4. Manieren van toetsing: beroepsvaardigheden Het projectcijfer wordt voor 75% bepaald door de inhoud en verdediging van het businessplan. De andere 25% wordt ingevuld door een cijfer voor de BDO-prognosedag; Studieloopbaanbegeleiding wordt beoordeeld door de SLB-begeleider; Duurzame ontwikkeling wordt tijdens de lessen getoetst. Het gemiddelde van de weekcijfers vormt het eindcijfer. Kritisch denken 2 wordt afgesloten met een schriftelijke toets. Het assessment d.m.v. een assessmentdag in blokweek 10 onder leiding van tweedejaarsstudenten. Presentieplicht 100% aanwezigheid bij activiteiten van studieloopbaan- en projectbegeleiding én de BDO-prognosedag en Duurzame ontwikkeling; Daarnaast kan afwezigheid bij andere studieonderdelen ertoe leiden dat de student niet beoordeelbaar is. Herkansing Een toets mag maximaal 1 keer per collegejaar (= 1e inschrijvingsjaar) herkanst worden. Dit houdt per onderdeel in: De toetsen van de 4 kernvakken hebben een hertentamen in de hertentamenweek van DIT blok; Het assessment in het volgende collegejaar (dit onderdeel wordt in dat geval buiten de BSA-norm gehouden); Het beroepsproduct binnen 1 week na cijferpublicatie door middel van een herstelopdracht.


Blok 4 AM: De arbeidsovereenkomst Cursuscodes: EC: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

Propedeuse

AFAM-P40-TH-13 (Theorie), AFAM-P40-BV-13 (Beroepsvaardigheden) 15 AFAM-P40-TH-13: Theorie = 10 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Personeelsmanagement 2,5 cijfer 4 25% Toets02 Recht 2,5 cijfer 4 25% Toets03 Bedrijfseconomie 2,5 cijfer 4 25% Toets04 Belastingrecht 2,5 cijfer 4 25% 10 EC behaald bij een gemiddeld cijfer van minimaal een 5,5 met een minimum van het cijfer 4. AFAM-P40-BV-13: Beroepsvaardigheden = 5 EC Toets Naam EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01 Beroepsproduct 3 cijfer 5,5 85% Toets02 Kritisch denken 2 0,5 Cijfer 5,5 15% Toets03 Assessment 1 vld/nvd vld Toets04 SLB 0,5 vld/nvd vld Indien de toets is behaald, wordt het studiepunt vrijgegeven. Hierbij is geen onderlinge compenstatie mogelijk. Project (= beroepsproduct) Hoorcolleges Werkcolleges Projectvergaderingen Studieloopbaanbegeleiding Personeelsmanagement, bedrijfseconomie, recht, belastingrecht, Kritisch denken 2 en studieloopbaanbegeleiding 10 weken Mevr. I.C.J.M. (Ingrid) Huijben

Duur: Coördinator: Beschrijving In blok 4 demonstreer je dat je in de eigen praktijk (referentiebedrijf op basis van eigen bijbaan) en in een deels geënsceneerde situatie de arbeidsvoorwaarden op een verantwoorde wijze kunt toepassen. Dit dient te geschieden door bestaande weten regelgeving te vertalen naar een op te maken arbeidsovereenkomst; de effectiviteit ervan te toetsen door individuele arbeidsovereenkomsten te muteren en te beëindigen. Daarbij worden verschillende van belang zijnde onderwerpen vanuit de theorie en vaardigheden meegenomen. Dit blok is de basis voor het arbeidsrecht en de relevante aspecten van personeelsmanagement ten aanzien van dit de arbeidsovereenkomst. Zowel binnen de Bedrijfskunde MER- als binnen HRM-opleiding zal hier in een later stadium op worden voortgebouwd. Doelen/onderwerpen De arbeidsovereenkomst is een onderwerp dat raakvlakken heeft met vele vakgebieden. Vandaar ook dat je een breed scala aan theorievakken krijgt aangeboden, namelijk personeelsmanagement, bedrijfseconomie, belastingrecht en sociaal recht. Kritisch denken betekent dat je reflecteert en redeneert voordat je een standpunt inneemt of een besluit neemt hoe te handelen. Kritisch denken bestaat uit vaardigheden en disposities (houdingsaspecten). In deze cursus staat argumenteren centraal. Er zal ook in dit blok weer aandacht besteed worden aan studieloopbaanbegeleiding. Tot slot zal in de 10e blokweek het propedeuse-assessment worden afgenomen als proeve van bekwaamheid over de gehele propedeuse. Literatuur  Hoofdstukken sociaal recht – C.J. Loonstra  Wetteksten HEO 2014/2015 - Redactieraad Noordhoff  Basisboek bedrijfseconomie (inclusief werkboek) - De Boer e.a.  Praktisch fiscaal recht – M. Damen.  Pocket belastingwetten 2014 – Geppaart  Strategisch selecteren – Van Dijk e.a. * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Manieren van toetsing: theorie In de 5de blokweek worden per vak korte tussentoetsen afgenomen, zodat de student zijn/haar eigen prestaties tot dan toe kan meten. Per vakgebied is een bonus op de eindtoets te behalen van 0,5 punt, indien men 70% van de multiple choice vragen goed heeft beantwoord. De bonus is ALLEEN geldig bij het reguliere tentamen (eerste voorgeschreven kans). Tussentoetsen kunnen niet herkanst worden. In de 8e blokweek vinden per vakgebied de eindtoetsen plaats, die voor een gedeelte (50%) bestaan uit multiple choice vragen en voor een gedeelte (50%) uit open vragen. Het cijfer kan opgehoogd worden met 0,5 punt conform de hierboven genoemde regeling. Het gemiddelde van de 4 kernvakken moet minimaal een 5,5 bedragen, met een ondergrens van het cijfer 4. Manieren van toetsing: beroepsvaardigheden Het project wordt getoetst d.m.v. een rapport en een verdediging van het rapport.


-

Studieloopbaanbegeleiding wordt beoordeeld door de studieloopbaanbegeleider. Kritisch denken 2 wordt afgesloten met een schriftelijke toets. Het assessment d.m.v. een assessmentdag in blokweek 10 onder leiding van tweede- en derdejaars studenten. Presentieplicht 100% aanwezig bij activiteiten van studieloopbaanbegeleiding, projectvergaderingen en projectbegeleiding. Daarnaast kan afwezigheid bij andere studieonderdelen ertoe leiden dat de student niet beoordeelbaar is. Herkansing Een toets mag maximaal maar 1 keer per collegejaar (= 1ste inschrijvingsjaar) herkanst worden. Dit houdt per onderdeel in: De toetsen van de 4 kernvakken en kritisch denken 2 hebben een hertentamen in de hertentamenweek van DIT blok. Het assessment in het volgende collegejaar (dit onderdeel wordt in dat geval buiten de BSA-norm gehouden). Het beroepsproduct binnen 1 week na cijferpublicatie door middel van een herstelopdracht. Engels kan niet meer herkanst worden dit collegejaar, aangezien blok 4 als tweede kans gold.

Toelichting bijzondere studieonderdelen: Een aantal vakgebieden/studieonderdelen binnen de propedeuse wijkt af van de “standaard”vakken. Vandaar dat zij hieronder apart worden toegelicht. Per onderdeel is in de propedeuse een contactpersoon aangesteld, waarvan de personalia zijn terug te vinden achterin deze studiegids. Rekenvaardigheid Bij iedere economische opleiding moet de student beschikken over voldoende rekenvaardigheden. De basisvaardigheden worden aangeleerd in blok 1 (kwartaal 1) via het vak Rekenvaardigheid. Hiervoor is 1 EC te behalen. In week 1 van blok 1 wordt digitaal een toets afgenomen, waarbij een voldoende meteen leidt tot het vereiste studiepunt. Indien er geen voldoende is behaald dan zal de student vanaf week 2 van blok 1 trainingen gaan volgen en wordt er in de tentamenweek een eindtoets afgenomen. Bij het behalen van een onvoldoende cijfer (lager dan 5,5) voor deze eindtoets, worden er in blok 2 opnieuw lessen aangeboden om zodoende het hertentamen in de tentamenweek van dat blok met een voldoende af te kunnen sluiten. Contactpersoon: Maria Vermeulen Nederlands Communiceren in foutloos Nederlands is erg belangrijk bij het volgen van een HBO-studie. De student zal d.m.v. zelfwerkzaamheid aan het einde van de propedeuse over het gewenste basisniveau moeten beschikken. Hiervoor is 1 EC te behalen. Hij/zij zal zich met behulp van het digitale lespakket “Hogeschooltaal” moeten bekwamen in het Nederlands, ondersteund door een aantal geroosterde lessen in blok 1, 2 en 3. In week 5 van blok 1 wordt digitaal een toets afgenomen, waarbij een voldoende meteen leidt tot het vereiste studiepunt. Bij een onvoldoende zal de student in blok 2 verder moeten oefenen en in de tentamenweek een herkansing moeten maken. In de toetsweek van blok 3 krijgt de student vervolgens nog een derde en laatste kans. Contactpersoon: Ineke van Kruining Engels De kennis van Engels zal aan het einde van de propedeuse moeten voldoen aan een bepaald basisniveau. Ook dit zal de student zich eigen moeten maken met behulp van het lespakket “Hogeschooltaal”. Dit start echter pas in blok 3, waarbij de prestaties (inclusief online-toetsen) aan het einde van dit blok worden gemeten. Bij een onvoldoende zal de student extra opdrachten en toetsen moeten maken gedurende blok 4, waarbij nogmaals zijn/haar prestaties worden gemeten en beoordeeld. Contactpersoon: Harry de Vries Duurzame ontwikkeling Belangrijkste doel is een bewustwording van de wereldwijde problematiek m.b.t. mens en milieu en de relatie die er is tussen die problematiek en ons bestaan als student, consument, burger en producent. Het gaat om het aanbrengen van een grondhouding waarmee de student in de rest van zijn opleiding zijn voordeel kan doen. De inhoud van de lessen heeft betrekking op: 1. zwakten en bedreigingen vanuit ‘planet’ en vanuit ‘people’ perspectief gezien; 2. de sterktes en kansen die er in de samenleving te vinden zijn om die de zwaktes en bedreigingen het hoofd te bieden. Voorbeelden van onderwerpen die dan aan bod komen zijn: biodiversiteit, klimaatverandering, ecologische voetafdruk, sociale duurzaamheid, transities etc. Studenten bekijken iedere les eerst een filmpje van ongeveer 9 minuten. Daarna volgt een klassikale toelichting op een of meerdere verwerkingsopdrachten, die studenten vooral buiten de 34 Studiegids AAFM 2014-2015

lessen en (vaak) groepsgewijs zullen moeten uitwerken. In de volgende les wordt dan groepsgewijs de uitwerking gepresenteerd, waarna discussie zal plaatsvinden. De studenten bekijken een nieuw filmpje en de cyclus begint opnieuw. Contactpersoon: Johan van Bussel Kritisch denken 1 en 2 Kritisch denken betekent dat je reflecteert en redeneert voordat je een standpunt inneemt of een besluit neemt hoe te handelen. Kritisch denken bestaat uit vaardigheden en disposities (houdingsaspecten). Beide zijn nodig om kritisch te denken. Het juist redeneren is een belangrijk onderdeel van het kritisch denken. Het betreft een weloverwogen denkproces waarin je op grond van informatie tot een conclusie komt. Vaak spreken we over twee vormen van redeneren: inductief redeneren (het afleiden van een algemene regel uit een aantal specifieke situaties) of deductief (het toepassen van een algemene regel op een specifieke situatie). Argumenteren is een essentieel onderdeel van kritisch denken en één van de activiteiten waarvan veel mensen denken het te beheersen, maar wat uiteindelijk niet zo blijkt te zijn. Velen komen niet eens tot een logisch betoog, laat staan tot het geven van voor- en tegenargumenten om een bepaalde stelling te bekrachtigen of te ontkrachten. De manier waarop we betogen weerspiegelt de manier waarop we denken, hoe we onze besluiten overwegen en hoe we met onze overtuigingen anderen benaderen. Goede argumentatie is niet vanzelfsprekend; het vergt oefening. Contactpersoon: Charlotte Jongeling en Marieke Smulders. Assessment Binnen de AAFM wordt, naast de reguliere vakken, ook veel aandacht besteed aan je ontwikkeling van middelbare scholier naar HBO-student en van HBO-student naar beginnend beroepsbeoefenaar. In deze periode kun je laten zien, in hoeverre jij je ontwikkelt op het gebied van competenties die van belang zijn tijdens je studie en ook voor je toekomstige beroep. Een competentie is gedrag, kennis of houding die laat zien hoe jij de dingen doet. Vanuit Avans is een aantal competenties benoemd die als belangrijk gelden voor je ontwikkeling als HBO-student en als latere beroepsbeoefenaar. Deze competenties zijn: Communicatie: mondelinge communicatie, luistervaardigheid, schriftelijke vaardigheden. Samenwerken: samenwerken, initiatief tonen, plannen & organiseren, flexibiliteit. Persoonlijke ontwikkeling: zelfontwikkeling, zelfsturing, reflecteren. Werk- en leerhouding: resultaatgerichtheid, probleemanalyse, oordeelsvorming. Wat is het assessment? In het assessment participeer je in “real live” rollenspelen en (bedrijfs)opdrachten waarmee je kunt laten zien op wat voor manier jij de opdrachten aanpakt. Tijdens het assessment wordt je gedrag zorgvuldig geobserveerd. Zo kan worden vastgesteld op welk niveau jij de gevraagde competenties laat zien. Je krijgt feedback en reflecteert zelf ook op je ontwikkeling. De competenties die worden getoetst zijn:  Mondelinge communicatie  Probleemanalyse  Luistervaardigheid  Oordeelsvorming  Samenwerken  Reflecteren Het assessment met al zijn onderdelen neemt een hele dag in beslag. Hoe kun je oefenen? De competenties zullen aan de orde komen tijdens SLB, maar ook projectgroepen, BCV, het leren van tentamens etc. geven je volop de mogelijkheid om ermee bezig te zijn. Het assessment wordt afgenomen aan het einde van blok 4 (1 EC). Contactpersoon: Ingrid Huijben


2.4

Toetsen, beoordeling en studievoortgang

2.4.1 Toetsaanbod en herkansing Naast beroepsproducten, verdedigingen, projecten, presentaties etc., vindt toetsing binnen de propedeuse ook plaats via schriftelijke toetsen. Indien men de eerste kans van een schriftelijke toets niet gehaald heeft, mag men aan de tweede kans in het volgende kwartaal deelnemen. Dit geldt niet voor de schriftelijke toetsen van blok 4, want daarvan vinden de herkansingen plaats in het kwartaal zelf (derde tentamenweek). Dit vanwege het wel of niet mogen vervolgen van de studie in de hoofdfase. Deelname aan meer dan 2 gelegenheden per collegejaar (= het eerste jaar van inschrijving) is niet rechtsgeldig, tenzij hiervoor toestemming is verkregen van de examencommissie. Bij de onderwijsblokken waarvoor in week 5 per vakgebied een zogenaamde “tussentoets” wordt afgenomen geldt: deze worden slechts 1 maal aangeboden en kunnen derhalve niet herkanst worden. De bonus is alleen geldig bij het reguliere tentamen (eerste voorgeschreven kans). Verder zijn de toetsgelegenheden in de propedeuse voorgeschreven. Je bent dan ook niet vrij in het kiezen van de toetsmomenten. Deze momenten zijn vastgesteld en afwijken hiervan kan alleen geschieden na toestemming van de examencommissie. In het toetsoverzicht op de volgende pagina’s kun je vinden welke toetsgelegenheden op jou van toepassing zijn. Bij inschrijving voor de diverse toetsen dien je uitsluitend gebruik te maken van de in het overzicht vermelde Osiriscodes.


2.4.1.1

Financieel Management:

Cursus- en toetsaanbod Propedeuse Financieel Management Blok Naam 1

2

3 FM

4 FM

Code

De omgeving van een organisatie (Theorie)

AFXX-P10-TH-13

(R) (R) (R) (R)

TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04

Algemene Economie Recht Bedrijfseconomie Algemeen Management

De omgeving van een organisatie (Beroepsvaardigheden)

AFXX-P10-BV-13

Beroepsproduct BC V (R) Rekenvaardigheid SLB


De processen binnen een organisatie (Theorie)

AFXX-P20-TH-13

(R) (R) (R) (R)


Financiële administratie Recht Bedrijfseconomie Algemeen Management

De processen binnen een organisatie (Beroepsvaardigheden)

AFXX-P20-BV-13

Beroepsproduct BC V SLB (R) Nederlands


Planning en verantwoording (Theorie)

AFFM-P30-TH-13

(R) Belastingrecht (R) Bedrijfseconomie (R) Financiële administratie

TOETS01 TOETS02 TOETS03

Planning en verantwoording (Beroepsvaardigheden)

AFFM-P30-BV-13

Beroepsproduct Kritisch denken 1 Engels (R) Kwantitatieve methoden SLB

TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 TOETS05

Het businessplan (Theorie)

AFFM-P40-TH-13

(R) (R) (R) (R)


Financiële rekenkunde Belastingrecht Bedrijfseconomie Financiële administratie

Het businessplan (Beroepsvaardigheden)

AFFM-P40-BV-13

Beroepsproduct Kritisch denken 2 Duurzame ontwikkeling Assessment SLB


P1

P2

X X X X

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

a,c a,c a,c a,c

X X X X

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

P3

c c c c

X X X X

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

a a a a

Ic

X X X X

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

a a a a

P4

I c,d,e I c,d,e I c,d,e

I c,d I c,d I c,d

X X X

I a,b,e I a,b,e I a,b,e

I a,b,e I a,b,e I a,b,e

I I I I I

I I I I I

X X X X X

I I I I I

I I I I I

a,b,e a,b,e a,b,e a,b,e a,b,e

c,d,e c,d,e c,d,e c,d,e c,d,e

I I I I

c,d c,d c,d c,d

c,d c,d c,d c,d c,d


H4

I I I I

c,d,e c,d,e c,d,e c,d,e

X X X X

I I I I

a,b,e a,b,e a,b,e a,b,e

I I I I


I I I I I

c,d,e c,d,e c,d,e c,d,e c,d,e

X X X X X

I I I I I


I I I I I


X = cursus aanbod I = mogelijkheid inschrijven toetsen a t/m e = categorieën studenten obv instroommoment Let op! Inschrijven in kwartaal waarin beoordeling plaatsvindt of waarin toetsdeelname gewenst is!


2.4.1.2

Algemeen Management:

Cursus- en toetsaanbod Propedeuse Algemeen Management Blok Naam 1

2

3 AM

4 AM

Code

De omgeving van een organisatie (Theorie)

AFXX-P10-TH-13

(R) (R) (R) (R)


Algemene Economie Recht Bedrijfseconomie Algemeen Management

De omgeving van een organisatie (Beroepsvaardigheden)

AFXX-P10-BV-13

Beroepsproduct BC V (R) Rekenvaardigheid SLB


De processen binnen een organisatie (Theorie)

AFXX-P20-TH-13

(R) (R) (R) (R)


Financiële administratie Recht Bedrijfseconomie Algemeen Management

De processen binnen een organisatie (Beroepsvaardigheden)

AFXX-P20-BV-13

Beroepsproduct BC V SLB (R) Nederlands


Het ondernemingsplan (Theorie)

AFAM-P30-TH-13

(R) (R) (R) (R)


Marketing Recht Bedrijfseconomie Algemeen management / HRM

Het ondernemingsplan (Beroepsvaardigheden)

AFAM-P30-BV-13

Beroepsproduct Duurzame ontwikkeling Kritisch denken 1 Engels SLB


De arbeidsovereenkomst (Theorie)

AFAM-P40-TH-13

(R) (R) (R) (R)


Personeelsmanagement Recht Bedrijfseconomie Belastingrecht

De arbeidsovereenkomst (Beroepsvaardigheden)

AFAM-P40-BV-13

Beroepsproduct Kritisch denken 2 Assessment SLB


P1

P2

X X X X

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

a,c a,c a,c a,c

X X X X

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

P3

c c c c

X X X X

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

a a a a

Ic

X X X X

I I I I

a,c a,c a,c a,c

I I I I

a a a a

P4

I I I I

c,e c,e c,e c,e

I I I I

c c c c

X X X X

I I I I


I I I I


I I I I I

c,e c,e c,e c,e c,e

I I I I I

c c c c c

X X X X X

I I I I I


I I I I I


I I I I

c c c c

H4

I I I I

c,e c,e c,e c,e

X X X X

I I I I


I I I I


I I I I

c,e c,e c,e c,e

X X X X

I I I I


I I I I


X = cursus aanbod I = mogelijkheid inschrijven toetsen a t/m e = categorieën studenten obv instroommoment Let op! Inschrijven in kwartaal waarin beoordeling plaatsvindt of waarin toetsdeelname gewenst is!


2.4.2 Berekening studiepunten schriftelijke toetsen De theoretische component van alle blokken in de propedeuse bedraagt steeds 10 EC en is opgebouwd uit 3 of 4 vakken. Om de 10 studiepunten toegekend te krijgen, moet het gemiddelde van de vakken uitkomen op minimaal 5,5 en moet per vak een minimum van het cijfer 4 behaald zijn. Indien niet voldaan wordt aan deze eisen, dan worden alleen voor de vakken waar een voldoende voor is behaald de studiepunten toegekend. Hieronder volgen enkele rekenvoorbeelden, toegepast op blok 1. Voorbeeld 1: Allereerst de berekening van het eindcijfer per vakgebied: Meerkeuzevragen Algemene economie = 5,5 Open vraagstuk Algemene economie = 7,0 Gemiddeld cijfer = 6,25 = 6,3 Stel bonus bij tussentoets behaald, dan plus 0,5 = 6,8 Vervolg berekening: Algemene economie = Algemeen management = Bedrijfseconomie = Recht = Gemiddeld cijfer = Conclusie: Geen cijfers lager dan 4 en gemiddeld hoger Voorbeeld 2: Algemene economie Algemeen management Bedrijfseconomie Recht Gemiddeld cijfer Conclusie: 1 cijfer lager dan 4, dus slechts 7,5 punten

6,8 (25%) 6,0 (25%) 4,5 (25%) 7,0 (25%) 6,075 = 6,1 dan een 5,5. 10 punten worden toegekend

= 6,8 (25%) = 6,0 (25%) = 3,8 (25%) = 7,0 (25%) = 5,9 toegekend (2,5 EC van bedrijfseconomie nog niet)

Voorbeeld 3: Algemene economie = 6,8 (25%) Algemeen management = 6,0 (25%) Bedrijfseconomie = 4,5 (25%) Recht = 4,5 (25%) Gemiddeld cijfer = 5,45 = 5,5 Conclusie: 2 onvoldoendes, maar niet lager dan 4, met afronding gemiddeld een 5,5. 10 punten worden toegekend Voorbeeld 4: Algemene economie = 6,8 (25%) Algemeen management = 5,0 (25%) Bedrijfseconomie = 5,0 (25%) Recht = 5,0 (25%) Gemiddeld cijfer = 5,45 = 5,5 Conclusie: geen cijfers lager dan 4, 3 onvoldoendes en gemiddeld een 5,5. De 10 punten worden toegekend Voorbeeld 5: Algemene economie = 6,8 (25%) Algemeen management = 5,0 (25%) Bedrijfseconomie = 5,0 (25%) Recht = 4,0 (25%) Gemiddeld cijfer = 5,2 Conclusie: geen cijfers lager dan 4, maar het gemiddelde is geen 5,5 of hoger. Alleen 2,5 punten voor algemene economie wordt toegekend. Voorbeeld 6> blok 3 Financieel Management: Financiële administratie = 4,0 (40%) Belastingrecht = 4,0 (30%) Bedrijfseconomie = 9,0 (30%) Gemiddeld cijfer = 5,5 Conclusie: geen cijfers lager dan 4, en het gemiddelde is 5,5 of hoger. Alle 10 EC worden toegekend.


2.4.3 Studievoortgang De beoordeling van een blok wordt aan het einde van ieder blok definitief vastgesteld. Alle resultaten worden vastgelegd in een cijferadministratie (OSIRIS), waarin per student een dossier van behaalde resultaten wordt opgenomen. De studieloopbaanbegeleiders en de studieadviseur hebben de taak de studievoortgang per student te bespreken en de student indien gewenst te adviseren en te begeleiden bij de studievoortgang. Gedurende het collegejaar vinden hiertoe gesprekken met de studieloopbaanbegeleider plaats waarin onder andere de studievoortgang aan de orde komt. Tevens ontvangt de student van de academiedirectie gedurende het eerste halfjaar een voorlopig studieadvies en na afloop van het eerste jaar een bindend studieadvies (BSA). De exacte momenten staan beschreven in de volgende paragraaf.

2.5

Doorstudeer- en doorstroombeleid propedeuse AAFM

2.5.1 Het bindend (BSA) en voorlopig studieadvies Na afloop van het eerste collegejaar (= eerste jaar van inschrijving) ontvangt een student een bindend studieadvies en indien van toepassing een tweede advies na het tweede inschrijvingsjaar. Dit studieadvies wordt gegeven door de directie van de AAFM. Het studieadvies is gerelateerd aan het aantal door de student behaalde studiepunten en kan positief, voorlopig positief of negatief zijn. Aan een negatief studieadvies verbindt de examencommissie van de betreffende opleiding een bindende afwijzing. Dit betekent dat de student de Academie moet verlaten en dat hij in het eerstvolgende collegejaar zich niet kan inschrijven voor de opleidingen die door de AAFM worden aangeboden. Gedurende het eerste semester ontvangt de student ook nog een voorlopig studieadvies waarbij een uitspraak wordt gedaan over de verwachtingen van het studieresultaat van de student. Dit advies is niet bindend voor de student. Voor wat betreft de bindende adviezen na 1 en 2 jaar onderscheiden we drie verschillende soorten studieadviezen: Het definitief positieve BSA Indien een student alle studiepunten (EC’s) van de propedeuse heeft behaald, dan is het studieadvies definitief positief. Het voorlopig positieve BSA Indien een student nog niet alle studiepunten heeft behaald, maar wel een bepaald minimum aantal EC’s (52 voor reguliere studenten en 26 voor turbo-studenten*), dan zal de student het collegejaar daarop volgend in de gelegenheid worden gesteld de ontbrekende studiepunten alsnog te behalen. Dit betekent dat de student per studieonderdeel nog 2 toetskansen wordt geboden. Aan het einde van zijn/haar tweede collegejaar moet de student alle studiepunten behaald hebben om de studie aan de AAFM te mogen blijven vervolgen. Hij/zij ontvangt op dat moment een tweede bindend studieadvies. Dit advies kan dan alleen maar “definitief positief” of “definitief negatief” luiden. Het definitief negatieve BSA Indien de student na het eerste inschrijvingsjaar een bepaald minimum aantal EC’s (52 voor reguliere studenten en 26 voor turbo-studenten*) niet heeft behaald of hij/zij na het tweede inschrijvingsjaar niet in staat is geweest om het maximum aantal studiepunten van de propedeuse te behalen, dan ontvangt de student een definitief negatief studieadvies. Dit betekent dat de student de academie moet verlaten. Uitzonderingen hierop kunnen voortkomen uit de in de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek (WHW) gelimiteerd opgesomde mogelijke omstandigheden van overmacht en bijzondere gevallen. De examencommissie van de academie neemt hierover een beslissing indien hier tijdig een correct verzoek voor is ingediend door de student. * Het aantal behaalde studiepunten voor de bepaling van het studieadvies wordt berekend door de EC’s van alle behaalde losse toetsen op te tellen.


2.5.2 Toelating tot de hoofdfase Het studieadvies stelt vast of een student na 1 of (indien van toepassing) 2 inschrijvingsjaren de studie aan de academie mag voortzetten. Daarnaast heeft de AAFM een norm gesteld voor het doorstromen naar de hoofdfase. Deze norm is: 52 EC voor reguliere studenten en 26 voor turbo-studenten. Is aan deze norm voldaan, dan mag hij/zij starten in leerjaar 2. De bindende adviezen en de doorstroomnorm hebben voor de verschillende categorieën binnen de propedeuse een andere uitwerking. Op de volgende pagina’s staat een en ander per categorie (A t/m E) uitgewerkt.

2.5.3 Studieadviezen per categorie 2.5.3.1 Categorie A: Reguliere student gestart in september 2014 De student volgt in zijn eerste collegejaar achtereenvolgens de blokken 1, 2, 3 en 4 en krijgt hierbij per studieonderdeel uit alle blokken 2 voorgeschreven kansen. Hij/zij ontvangt na afloop van het eerste blok een voorlopig studieadvies op basis van de op dat moment behaalde studiepunten. Dit advies is niet bindend, maar hierbij wordt door de academie een uitspraak gedaan over de studieprestaties van de student tot dan toe. Dit advies kan zijn: Voorlopig positief bij 10 t/m 15 studiepunten. De academie geeft aan dat de student op basis van de resultaten uit kwartaal 1 op de goede weg is. Voorlopig negatief bij minder dan 10 studiepunten. Hierbij spreekt de academie haar zorg uit over de door de student gehanteerde studieaanpak tot dan toe. De student krijgt na afloop van zijn eerste collegejaar vóór de zomervakantie een bindend studieadvies: Bij 60 studiepunten  positief, propedeuse behaald, student mag studie vervolgen in jaar 2. Bij 52 t/m 59 studiepunten  voorlopig positief (= VP), student mag naar jaar 2 en heeft in zijn tweede collegejaar nog 2 voorgeschreven kansen per studieonderdeel dat nog onvoldoende is. De student maakt een studieplan voor het behalen van de openstaande propedeuseonderdelen. Bij minder dan 52 studiepunten  negatief, student moet de academie verlaten. De student met een VP krijgt na afloop van zijn tweede collegejaar (vóór de zomervakantie 2016) opnieuw een bindend studieadvies: Bij 60 studiepunten  positief, propedeuse behaald, mag studie vervolgen. Bij minder dan 60 studiepunten  negatief, student moet de academie verlaten. Het eerste collegejaar betreft de eerste 12 maanden van inschrijving. Het tweede collegejaar bestaat uit de 12 maanden volgend op het eerste collegejaar. 2.5.3.2 Categorie B: Turbo FM student gestart in februari 2015 De student volgt in kwartaal 3 en 4 achtereenvolgens de blokken 3 en 4 en krijgt in dit eerste halfjaar per studieonderdeel uit beide blokken 2 voorgeschreven kansen. Voor 15 juli wordt de balans opgemaakt d.m.v. een voorlopig studieadvies: Bij 30 studiepunten  propedeuse behaald Bij 26 t/m 29 studiepunten  student mag naar jaar 2 en krijgt in kwartaal 1 (collegejaar 2015-2016) nog 1 extra toetsgelegenheid voor de schriftelijke eindtoetsen van blok 3 en in kwartaal 2 nog 1 extra mogelijkheid voor de schriftelijke eindtoetsen van blok 4 (zie toetsaanbod). De student maakt een studieplan voor het behalen van de openstaande propedeuse-onderdelen. Bij minder dan 26 studiepunten  student krijgt geen extra gelegenheden meer voor de schriftelijke toetsen van de blokken 3 en 4 en wordt medegedeeld dat hij in februari 2015 een bindend negatief studieadvies krijgt. De student krijgt na afloop van zijn eerste collegejaar (februari 2016) een bindend studieadvies: Bij 30 studiepunten  positief, propedeuse behaald, student mag studie vervolgen. Bij 26 t/m 29 studiepunten  voorlopig positief (= VP), student mag studie vervolgen en heeft in zijn tweede collegejaar (dat start op 1 februari 2016) per openstaand studieonderdeel maximaal 2 mogelijkheden om deze te behalen. Bij minder dan 26 studiepunten  negatief, student moet de academie verlaten. De student met een VP krijgt na afloop van zijn tweede collegejaar (februari 2017) opnieuw een bindend studieadvies: Bij 30 studiepunten  positief, propedeuse behaald, student mag studie vervolgen. Bij minder dan 30 studiepunten  negatief, student moet de academie verlaten. 41 Studiegids AAFM 2014-2015

Het eerste collegejaar betreft de eerste 12 maanden van inschrijving. Het tweede collegejaar bestaat uit de 12 maanden volgend op het eerste collegejaar. Studenten in de hoofdfase met openstaande propedeuse-onderdelen: 2.5.3.3 Categorie C: Reguliere student gestart in september 2013 Deze student heeft in de zomer van 2014 een voorlopig positief studieadvies (=VP) ontvangen. De student met een VP krijgt na afloop van zijn tweede collegejaar (vóór de zomervakantie 2015) opnieuw een bindend studieadvies: Bij 60 studiepunten  positief, propedeuse behaald, student mag studie vervolgen. Bij minder dan 60 studiepunten  negatief, student moet de academie verlaten. Alle kansen voor nog ontbrekende schriftelijke toetsen zijn gepland in het eerste halfjaar van 20142015. Dit betekent dat de student in februari 2015 alle schriftelijke toetsen behaald moet hebben. Indien dit niet het geval is, zal de academie hem daarover informeren. 2.5.3.4 Categorie D: Turbo student (FM) gestart in september 2013 Deze student heeft in de zomer van 2014 een voorlopig positief studieadvies (= VP) ontvangen. De student met een VP krijgt na afloop van zijn tweede collegejaar (vóór de zomervakantie 2015) opnieuw een bindend studieadvies: Bij 30 studiepunten  positief, propedeuse behaald, student mag studie vervolgen. Bij minder dan 30 studiepunten  negatief, student moet de academie verlaten. Alle kansen voor nog ontbrekende schriftelijke toetsen zijn gepland in het eerste halfjaar van 20142015. Dit betekent dat de student in februari 2015 alle schriftelijke toetsen behaald moet hebben. Indien dit niet het geval is, zal de academie hem daarover informeren. 2.5.3.5 Categorie E: Turbo student gestart in februari 2014 Deze student heeft in de zomer van 2014 een voorlopig studieadvies (nog niet bindend) ontvangen en toegang verkregen tot jaar 2. Het ontvangen advies luidde als volgt: -

Bij 26 t/m 29 studiepunten  student mag naar jaar 2 en krijgt in kwartaal 1 (collegejaar 2014-2015) nog 1 extra toetsgelegenheid voor de schriftelijke eindtoetsen van blok 3 en in kwartaal 2 nog 1 extra mogelijkheid voor de schriftelijke eindtoetsen van blok 4.

De student krijgt na afloop van zijn eerste collegejaar (februari 2015) een bindend studieadvies: Bij 30 studiepunten  positief, propedeuse behaald, student mag studie vervolgen. Bij 26 t/m 29 studiepunten  voorlopig positief (= VP), student mag studie vervolgen en heeft in zijn tweede collegejaar nog 2 extra voorgeschreven kansen per studieonderdeel dat nog onvoldoende is. Bij minder dan 26 studiepunten  negatief, student moet de academie verlaten. De student met een VP na 1 jaar, krijgt na afloop van zijn tweede collegejaar (februari 2016) opnieuw een bindend studieadvies: Bij 30 studiepunten  positief, propedeuse behaald, student mag studie vervolgen. Bij minder dan 30 studiepunten  negatief, student moet de academie verlaten. Het eerste collegejaar betreft de eerste 12 maanden van inschrijving. Het tweede collegejaar bestaat uit de 12 maanden volgend op het eerste collegejaar.

2.5.4 Wisselen van opleidingskeuze Studenten kunnen in de propedeuse van opleidingskeuze veranderen. Dit kan zonder studievertraging gedurende het eerste halfjaar voor de reguliere studenten. Na het eerste half jaar kan er nog tussen de gekozen studierichting (Financieel Management of Algemeen Management) geswitcht worden. Turbostudenten kunnen na het eerste half jaar nog wisselen van opleidingskeuze binnen de studierichting.

2.5.5 Overgangsregelingen, tentamenstof voor doubleurs Ieder jaar wordt het propedeuseprogramma verbeterd. Dit leidt er toe dat de inhoud van de vier propedeuseblokken ieder jaar verandert. Informatie over de wijzigingen zijn te verkrijgen bij de verantwoordelijke blokcoördinator. Bij de nieuwe stof hoort een nieuw blokboek, bij de oude stof volstaat het oude blokboek. In het blokboek staat de verplichte literatuur vermeld, zodat de student ervoor kan zorgen dat hij in het bezit komt van de eventueel gewijzigde boeken.


Doubleurs zijn, wat tentamens betreft, gebonden aan de voorgeschreven toetsmomenten (zie toetsoverzicht).

2.5.6 Vrijstellingen Bij de opleiding Accountancy en Bedrijfseconomie zijn vrijstellingen voor de blokken 1 en 2 mogelijk voor VWO’ers met een toelaatbaar profiel en voor MBO’ers niveau 4 Bedrijfsadministratie. Deze vrijstellingen zijn voor aanvang van de studie reeds verstrekt. Door de thematische inrichting van het onderwijs in de propedeuse en de daaraan verbonden toetsing is vrijstelling op vakniveau niet wenselijk. De examencommissie beoordeelt alle verzoeken tot vrijstelling en doet een bindende uitspraak.


3 Accountancy


3.1

Organisatie en medewerkers team Accountancy/Bedrijfseconomie

Docententeam AC/BE

Teamvoorzitter: Dhr. M.J.A. (René) Theunis

Mevr Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.

L.Y. R.P.M. J.C.M. J.C.M. T.T.J. J.C.

(Lysbeth) (René-Pascal) (Jos) (Johan) (Tom) (Jan)

van Abbema van den Boom Bruurs van Bussel Dierckx van Elsacker

AC BE AC BE AC BE

Mevr Dhr. Dhr. Mevr Dhr. Mevr

Dhr.

W.J.M.

(Wim)

Halve

BE

Mevr M.M.J.G. (Miranda)

Dhr. Mevr Mevr Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.

H.A.J. A.L.A. P.P.W.M. J.J.E. W. C.J.M. W.G.

(Harry) (Sandra) (Patricia) (Joost) (Wim) (Coen) (Wim)

AC AC AC BE BE BE BE

Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.

Mevr

M.J.M.

(Marjolein)

AC

Dhr. Mevr Dhr. Dhr.

A.A.F. B.J.C.H. P. T.C.A.J.

(Arthur) (Bernadette) (Paul) (Thomas)

AC BE BE BE

Mevr

L.M.C.

(Lisette)

van der Heijden Heijstermann Hendriks van Hilst Hoezen van Hout Huisman van der KaaSegers Kemps Klarenaar Koot De Kroon van LeeuwenHendrikse

Studieadviseurs: Mevr. V.S. (Vera) Adriaansen (BE) Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker (AC)

I.R. M.A.C. D.J.W. E.M. A.J. S.M.J.

BE BE AC BE AC AC

(Ton) (Ico) (Oene) (Johannes) (Stef) (Lennard) (Antonius)

Lubberman Luijks van Neutegem van Opstal-Sonke van de Rakt Martens Pijnenburg-van Laarhoven Romijn Ronner Rozendal Schilderinck Schuurmans Terpsma Valk

Mevr J.M.R.

(Lia)

Verbon-Huisman

AC

Mevr Dhr. Dhr. Dhr.

(Maria) (Tom) (Harry) (Eric)

Vermeulen Vos de Vries Zijlmans

AC AC BE AC

T. I.D. O. J.P.F. S.S. L.M. A.P.R.M. M.W.B. T.J.A.M. H.G. H.G.A.M

(Irene) (Martijn) (Wim) (Esther) (Antonius) (Suzan)

AC

Onderwijscommissie team AC/BE: Dhr. M.J.A. (René) Theunis Dhr. L.M. (Lennard) Terpsma Mevr. L.M.C. (Lisette) van Leeuwen-Hendrikse Dhr. T.T.J. (Tom) Dierckx Dhr. P. (Paul) Koot

Opleidingscommissies: Docentleden van de opleidingscommissie AC: Dhr. H.G.A.M. (Eric) Zijlmans Dhr. A.A.F. (Arthur) Kemps Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Docentleden van de opleidingscommissie BE: Dhr. A.P.R.M. (Tommy) Valk Dhr. J.C.M. (Johan) van Bussel Mevr. V.S. (Vera) Adriaanse

Studievereniging AC: Midas Postbus 90116 4800 RA Breda www.midas.nl voorzitter Melvin Partouns

Studievereniging BE: OASE Postbus 90116 4800 RA Breda www.sv-oase.nl voorzitter Joep Hofman


AC AC AC AC AC BE BE BE

3.2

Opleidingsprofiel2

De opleiding Accountancy leidt op voor een functie binnen een accountantspraktijk. Belangrijke werkzaamheden van de HBO afgestudeerde AC-er zijn: · Administratieve dienstverlening · Samenstellen van de jaarrekening · Op operationeel niveau uitvoeren van wettelijke controletaken in overeenstemming met de vigerende weten regelgeving · Verstrekken van financiële en bedrijfseconomische adviezen · Verstrekken van fiscale adviezen · Adviseren op het terrein van de bestuurlijke informatieverzorging en interne beheersing gericht op de beheersing en controleerbaarheid van middelgrote organisaties in de groeifase naar de wettelijke controleplicht Afgestudeerden van de bacheloropleiding vinden veelal een baan binnen een accountantskantoor, die zij combineren met een vervolgstudie tot registeraccountant dan wel tot accountantadministratieconsulent. Afgestudeerden zijn zowel werkzaam bij de grote accountantsorganisaties (‘big four’), middelgrote kantoren als bij de kleine kantoren. Ook vestigen afgestudeerden zich als zelfstandig externe accountant, nadat zij de vervolgstudie voor registeraccountant of accountantadministratieconsulent hebben afgerond. Daarnaast vervullen ze accountantsfuncties als overheidsaccountant of als intern accountant. Het competentieprofiel van de bachelor Accountancy omvat een zestal competenties en zes houdingsaspecten, die na enkele jaren relevante praktijkervaring in de volle breedte worden beheerst. Competenties: 1. Aanspreekpunt zijn voor cliënten in het kader van de administratieve dienstverlening De bachelor Accountancy is in staat om op administratief gebied als aanspreekpunt voor cliënten te fungeren, om in samenspraak met de cliënt de administratie te voeren en een jaarrekening samen te stellen en te beoordelen. 2. Behartigen fiscale belangen cliënt De bachelor Accountancy is in staat om fiscale belangen van een cliënt te behartigen. 3. Bijdragen aan de uitvoering algemene controle jaarrekening De bachelor Accountancy is in staat om als lid van een controleteam (onder eindverantwoordelijkheid van een accountant) een bijdrage te leveren aan het uitvoeren van de algemene controle van een jaarrekening. 4. Adviesbehoeften onderkennen, signaleren en vervullen De bachelor Accountancy is in staat om in contacten met cliënten eenvoudige adviesbehoeften te onderkennen, te signaleren en te vervullen. 5. Adequaat functioneren binnen accountantskantoor De bachelor Accountancy is in staat om binnen de professionele organisatie van een accountantskantoor adequaat te functioneren. 6. Zichzelf voortdurend ontwikkelen als beroepsbeoefenaar De bachelor Accountancy is in staat om zichzelf als beroepsbeoefenaar voortdurend te ontwikkelen. Houdingsaspecten: 1. Integriteit Cliënten en relaties verwachten dat de bachelor Accountancy integer is in zijn optreden. In het begrip integriteit liggen eigenschappen als eerlijkheid en oprechtheid besloten. 2. Objectiviteit De bachelor Accountancy accepteert niet dat zijn professioneel of zakelijk oordeel wordt aangetast door een vooroordeel, belangentegenstelling of ongepaste beïnvloeding door een derde. 3. Geheimhouding De bachelor Accountancy eerbiedigt het vertrouwelijke karakter van informatie die hij in het kader van zijn beroepsmatig en zakelijke handelen heeft verkregen. 4. Deskundigheid en zorgvuldigheid De bachelor Accountancy houdt zijn deskundigheid en vaardigheid op niveau en handelt zorgvuldig en in overeenstemming met vaktechnische en overige beroepsvoorschriften. 5. Professioneel gedrag 2

Uit, Beroeps- en opleidingsprofiel hbo Accountancy, AC-scholenoverleg, Juni 2012


De bachelor Accountancy houdt zich aan de voor hem relevante weten regelgeving en onthoudt zich van handelen dat het accountantsberoep in diskrediet brengt. 6. Onafhankelijkheid Een accountant die een assurance-opdracht uitvoert dient onafhankelijk van de desbetreffende cliënt te zijn; van de bachelor Accountancy wordt een zelfde onafhankelijke houding verwacht. Deze competenties zijn verder uitgewerkt in de zg. CEA eindtermen3

3.3

Vervolgstudie na bachelor opleiding

De opleiding tot accountant kent een drietal fasen: 1. De eerste theoretische fase 2. De tweede theoretische fase 3. De verplichte praktijkstage De eerste theoretische fase omvat bachelor opleiding Accountancy. Om uiteindelijk de volledige opleiding tot accountant te kunnen afronden dient de student dus nog een theoretisch vervolgtraject te doorlopen (2e theoretische fase). Voor AA is dit een traject van een jaar in deeltijd, verzorgd door bijvoorbeeld Avans+ in Breda; het zogenoemde post- Hbo traject. Voor RA zal de student nog een vervolgprogramma moeten doorlopen bij het Nivra-Nyenrode of aan een van de andere zes universiteiten die de tweede theoretische fase van de opleiding tot RA aanbieden. Alvorens aan die tweede fase te mogen beginnen moet de student nog een Pre-Master en een Master programma volgen. Direct nadat de afgestudeerde bachelor accountant in dienst treedt bij een accountantskantoor kan onder voorwaarden gestart worden met de driejarige verplichte praktijkstage. Nadere informatie hierover is te verkrijgen via de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA). De praktijkstage kan dus simultaan met de tweede theoretische fase van de opleiding worden vervuld. Na het afronden van de tweede theoretische fase en de praktijkstage verkrijgt de accountant de certificeringbevoegdheid.

3.4

Getuigschrift en graad

Voltijds en duaal diploma Aan een student die alle onderwijseenheden van de voltijd opleiding of de duale opleiding met goed gevolg heeft afgerond, wordt door de examencommissie de bachelorgraad verleend. Deze graad geeft het recht op het voeren van een titel achter de naam. Aan de opleiding Accountancy is de graad ‘Bachelor of Business Administration’ gekoppeld, afgekort tot BBA. Binnen het curriculum van Accountancy Breda (AAFM) is de landelijke OAT geplaatst in de minor Accountancy. Indien landelijke OAT behaald met een 5,5 of hoger én voldaan aan de overige eisen van het curriculum krijgt student het diploma AC. Het behalen van de bachelor graad inclusief de landelijke OAT geeft recht op toegang tot (post) master en post HBO Accountancy trajecten. Een bachelordiploma voor de opleiding accountancy mag alleen worden afgegeven indien de student heeft deelgenomen aan het landelijke overall toets (OAT) en hiervoor tenminste 5,5 heeft gehaald. Tot 1 september 2014 bestond het zogenaamde ACA-diploma, waarvoor onder voorwaarden als minimumeis voor de OAT het cijfer 4,5 gold. Landelijk is afgesproken dat na 1 september 2014 geen ACA-diploma meer wordt uitgereikt, tenzij de student vóór die datum reeds aan de compensatievoorwaarden voor deze regeling heeft voldaan. Deze houden in dat indien de landelijke overall toets (OAT) niet met een voldoende is afgesloten, voor de landelijke OAT tenminste een 4,5 behaald dient te zijn en aan de compensatieeisen is voldaan voor een getuigschrift Accountancy met de vermelding “geen OAT”. Indien aan de OAT niet deel wordt genomen of er niet tenminste een 4,5 wordt behaald mag geen getuigschrift Accountancy worden uitgereikt. De OAT is in het curriculum opgenomen als (onderdeel van de) verplichte minor.

3

www.ceaweb.nl


3.5

Inrichting postpropedeutische fase AC Voltijd

3.5.1

Opbouw van de studie

De voltijds Bachelor opleiding Accountancy is verdeeld in een major en een minor. De major van het voltijds onderwijs omvat 10 onderwijseenheden, waar de stage (2 onderwijsheden) en het afstuderen (één onderwijseenheid) onderdeel van uit maakt. De voltijds bachelor opleiding Accountancy kent een verplichte minor, de minor Accountancy. Deze minor beslaat twee opeenvolgende kwartalen. Studieopbouw AC Voltijd – reguliere student gestart in september Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)

Kwartaal 1 Blok 1 Blok 5 Blok 9 Minor AC

Kwartaal 2 Blok 2 Blok 6 Stage Minor AC

Kwartaal 3 Blok 3 Blok 7 Stage Blok 15

Kwartaal 4 Blok 4 Blok 8 Blok 12 Afstuderen

Studieopbouw AC Voltijd – turbo student gestart in september (voor 2014) Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)



Kwartaal 3 Blok 5 Stage Minor AC

Kwartaal 4 Blok 6 Stage Minor AC

Studieopbouw AC Voltijd – turbo student gestart in februari Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)

3.5.2

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Blok 5 Blok 9 Minor AC

Blok 6 Stage Minor AC

Kwartaal 3 Blok 3 Blok 7 Stage Blok 15


Overgangsregeling van oude naar nieuwe curriculum

Dit is een samenvatting van de overgangsregeling AC i.v.m. het nieuwe jaar 3 per schooljaar 20142015. De volledige overgangsregeling met de gevolgen voor je studie en leerroute als je na de laatste toetskansen oude blokken niet hebt gehaald, staat op de blackboard community “AAFM studenten AC”/ “overgangsregeling nieuw jaar 3”. In het schooljaar van 2014/2015 is het nieuwe curriculum van jaar 3 gestart. In 2014-2015 worden de lessen van de huidig blok 9 niet meer aangeboden. Je hebt nog wel twee toetskansen voor dit blok volgend schooljaar. Ook huidige blok 12 gaat verdwijnen en draait in kwartaal 2 van 20142015 voor de laatste keer. Ook voor dit blok geldt dat volgend schooljaar de laatste herkansingstoetsen afgenomen worden. Uitgangspunten overgangsregeling:  Indien na de laatste keer dat lesaanbod is geweest het beroepsproduct van een blok niet is behaald, moet hiervoor in de plaats een nieuw blok gevolgd worden (incl. toets), tenzij reparatie nog mogelijk is. Dan moet deze uiterlijk lesweek 4 in het daaropvolgende kwartaal behaald zijn.  Indien na de laatste herkansingstoetsen het blok niet met voldoende resultaat is afgesloten en dus de studiepunten niet zijn toegekend, moet een nieuw blok (of in sommige gevallen 2 blokken) in zijn geheel opnieuw gevolgd worden. Bijvoorbeeld: project van een blok wel behaald, toets niet, dan moet je een heel nieuw blok volgen incl. beroepsproduct. Het oude cijfer van het beroepsproduct kan dan niet ingebracht worden bij het nieuwe examenprogramma.  Als je overgaat naar het nieuwe curriculum, is automatisch ook de daartoe behorende stage- en afstudeernorm (en eventuele andere regelingen) van toepassing. In Engels komen geen veranderingen. Dus als je de cursussen writing en speaking hebt behaald, hoef je deze niet opnieuw te doen in het 2e jaar. Heb je onderdeel writing en/of speaking nog openstaan, neem hiervoor dan contact op met studie-adviseur.  BCV: In 2014-2015 is er alleen nog lesaanbod voor blok 12 (herkansing ter reparatie in kwartaal 3). Heb je daarna BCV niet afgerond, dan moet je de nieuwe training bij blok 15AC gaan volgen. Dit geldt ook als je niet aan de presentieplicht hebt voldaan. Een herkansing ter reparatie van blok 9 BCV kan nog gedaan worden in de afwikkelweken (de exacte planning uiterlijk in lesweek 5 afstemmen met Ingrid Huijben) van kwartaal 1 en 2 (2014-2015). Heb je daarna BCV niet afgerond, dan moet je de nieuwe training bij blok 15AC 48 Studiegids AAFM 2014-2015





gaan volgen. Dit geldt ook als je niet aan de presentieplicht hebt voldaan. Heb je daarna BCV niet afgerond, dan moet je de nieuwe training bij blok 8nieuw gaan volgen. Dit geldt ook als je niet aan de presentieplicht hebt voldaan. SLB: Per schooljaar 2014-2015 krijgt ook SLB jaar 3 een nieuwe inhoud. Als je overgaat naar het nieuwe onderwijsprogramma, betekent dit ook dat je de nieuwe inhoud (zie community SLB hoofdfase op blackboard voor inhoud en eisen) van SLB doet (tenzij al 4ECTS behaald, dan breng je deze in bij het nieuwe onderwijsprogramma). Blijf je in je eigen examenprogramma dan hoort daar ook SLB verbredingsfase oud bij. In specifieke gevallen, waarin deze regeling niet voorziet, kan de student een verzoek indienen bij de examencommissie voor een maatwerkoplossing.

Wat als je wordt overgeheveld naar het nieuwe curriculum? In onderstaand schema zie je welke blokken nieuw je moet gaan volgen als je oude blokken niet gehaald hebt en voor welke nieuwe blokken je vrijstelling krijgt met de behaalde ‘oude’ blokken: Resultaten gevolgde oude blokken 999+ 9+

1212+ 1212+

Nieuw te volgen blokken (oat + project) 9 9 12

- = blok niet volledig afgerond

12

Vrijgestelde blokken van nieuwe curriculum indien volledig blok is behaald 12N 9N 9N 12N

+ = blok volledig afgerond

Overgangsregeling voor studenten blok 15AC oud (code AFBEC-B12-A15-12) Studenten die blok 15AC voor het eerst in 2012-2013 of eerder gevolgd hebben en bovenstaande code in het examenprogramma hebben, en deze onderwijseenheid nog niet afgerond hebben, worden in schooljaar 2014/2015 overgeheveld naar blok 15AC met code AFBEC-B12-A15-13. De overgangsregeling is als volgt:    







Overgang naar de code AFBE-B12-A15-13 met de daarbij horende regeling. Reeds behaalde cijfers (paper of toets) worden ingevoerd onder de nieuwe code In dit geval mag een student nu niet meer compenseren binnen een vak tussen paper en OAT. Zowel de paper als de toets moet dus voldoende (minimaal 5,5) zijn. Dit is ook de bijbehorende regel van de code AFBE-B12-A15-13 Om de toetsen alsnog te behalen, kan men dan deelnemen aan het aanbod van de toetsen van code AFBE-B12-A15-13 *. De twee toetskansen waar je nog recht op hebt worden vastgesteld en afgenomen in kwartaal 1 en 2 (2014-2015) tijdens de toetsweken. Dus geen keuze meer qua aanbod. Om papers alsnog te behalen, kan je dan deelnemen aan het aanbod van de herkansingen voor de papers van code AFBE-B12-A15-13. De papers kunnen ook in kwartaal 1 en 2 van 2014/2015 herkanst worden. D.w.z. in kwartaal 1 moet uiterlijk op vrijdag week 7 de paper ingeleverd worden (met resultaat uiterlijk bekend in week 10). Een reparatiekans kan ingeleverd worden uiterlijk vrijdag week 4 van kwartaal 2. Dit zijn de twee vastgelegde kansen. Een student die de eerste kans laat schieten, heeft alleen in kwartaal 2, uiterlijk vrijdag van week 4 nog een inleverkans. Voor een student die het beroepsproduct al wel heeft, wordt het cijfer overgenomen op de nieuwe code. Een student die dit onderdeel nog moet doen, kan deelnemen aan het beroepsproduct van code 14 (nieuwe blok per schooljaar 2014-2015) en wordt het resultaat voor jou ingevoerd bij code 13. Indien je na kwartaal 2 van 2014/2015 AFBE-B12-A15-13 niet in zijn geheel hebt afgerond, gaat feitelijk de overgangsregeling in en moet het nieuwe blok 12/15 in zijn geheel gedaan worden.

* NB! Studenten die ter ondersteuning van toetsen nog lessen willen volgen, kunnen MCS en ORG volgen bij het nieuwe blok 12/15 in kwartaal 1 en 2 van 2014/2015. INF wordt aangepast, dus zal in overleg met de docent zijn. Voor OPA bieden we in 2014/2015 geen lessen meer aan. Wil je bepaalde lessen volgen of moet je het beroepsproduct nog doen, neem contact op met je studieadviseur om dit in je leerroute in te plannen.


3.5.3

Cursus- en toetsaanbod AC Voltijd 2014-2015

NIEUWE CURRICULUM (STUDENTEN GESTART IN HOOFDFASE VANAF SEPTEMBER 2014) P P P P H H BLOK NAAM CODE 1 1 2 2 2 2 Beheersing van een X T T 5 handelsonderneming AFFM-V50-14 De onderneming en haar X T 6 verslaggeving AFFM-V60-14 De complexe productie-onderneming 7 AFAC-V70-14 Planning en control bij productie8 onderneming AFAC-V80-14 I I SLB SLB jaar 2 AFXX-SLB-J2-14 BCV JAAR 2 BCV jaar 2 AFAC-BCV2-13 Rapportage en schrijfvaardigheden toets01 X I I Advies- en gespreksvaardigheden toets02 X I ENGELS Engels AFXX-ENG-B Engels writing B2 toets01 X I Engels speaking B2 toets02 X I CURRICULUM (STUDENTEN GESTART IN HOOFDFASE VANAF SEPTEMBER 2013) P P P BLOK NAAM CODE 1 1 2 Beheersing van een T 5 handelsonderneming AFFM-V50-TH-13 I Beroepsproduct AFFM-V50-BP-13 De onderneming en haar 6 verslaggeving AFFM-V60-TH-13 Beroepsproduct AFFM-V60-BP-13 De complexe productieX T 7 onderneming AFAC-V70-TH-13 Beroepsproduct AFAC-V70-BP-13 X I Planning&control bij productieX 8 onderneming AFAC-V80-TH-13 Beroepsproduct AFAC-V80-BP-13 X BCV BCV jaar 2 AFAC-BCV2-13 X I Rapportage- en schrijfvaardigheden toets01 Advies- en gespreksvaardigheden toets02 X ENGELS Engels AFXX-ENG-B Engels writing B2 toets01 X Engels speaking B2 toets02 X I SLB SLB verbredingsfase jaar 2 AFXX-SLB-B-13 Oprichting en overdracht X T 9 onderneming AFAC-V90-14 STAGE Stage AFAC-V110-09 X Verslaggeving in 12 dienstverlenende organisatie AFAC-V120-14 SLB SLB Jaar 3 en 4 AFFM-SLB-J3-14 I Minor Minor AC AFC-MI-ACC-12 Landelijke OAT AFAC-V140-LT-12 X Beroepsproduct accountantsverslag AFAC-V140-BP-12 X Financiering AFAC-V140-FIN-12 X Belastingrecht AFAC-V140-BLR-12 X 15 Organisaties in control AFFM-B12-A15-14 X T X AFSTUDEREN Afstudeeronderzoek AFAC-V160-14 Afstudeerscriptie toets01 X I X Afstudeerverdediging toets02 X I X Ethiek en Integriteit workshop 1 toets03 I Ethiek en Integriteit workshop 2 toets04 I

P 2

P 3

P 3

P 4

P 4

H 4

T T X

T

T

T X

T

T

I

I

X

I

I

P 4

P 4

H 4

I

I

X

H H P 2 2 3

T

I

P 3 T

I T

T

T

I

I

T

T

T

I

I

I

T

T

T

T

I

I

I

I

I I

I

I

I

I

I

X

I X

I I

T X

I

I X

I T T T T T I I I I

T T T

X X X X X X X

T

T

I

I

I

T

X

T T T T T

T T T T

I I I I

X X

I I I I

I I I I

P 3 I I I I

P 4

P 4 I I I I

H 4 I I I I

I

I

Oude codes (voor september 2013): BLOK

NAAM

CODE

SLB SLB SLB SLB AFSTUDEREN

SLB-verbredingsfase SLB-verbredingsfase SLB verdiepingsfase SLB jaar 3 Afstuderen SLB

AFBEC-SLB-B-10 AFBEC-SLB-B AFBEC-SLB-D-10 AFAC-SLB3 AFAC-V160-10-01 toets02

P 1

P 1 I I I I I

P 2

P 2 I I I I I

H H P 2 2 3

I


9 STAGE 12 MINOR AC

15 AFSTUDEREN

BCV JAAR 3

SLB SLB ENGELS

Oprichting en overdracht onderneming Stage Verslaggeving van een dienstverlenende organisatie Minor AC Landelijke OAT Beroepsproduct accountantsverslag Financiering Belastingrecht Management control Afstuderen Verdediging Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2 BCV jaar 3 BCV blok 9 BCV blok 12 SLB-verbredingsfase SLB verdiepingsfase Engels Engels writing B2 Engels speaking B2

AFAC-V90-11 AFAC-V110-09 AFAC-V120-09 AFC-MI-ACC-12 AFAC-V140-LT-12 AFAC-V140-BP-12 AFAC-V140-FIN-12 AFAC-V140-BLR-12 AFBEC-B12-A15-13 AFAC-V160-10 toets01 toets02 toets03 AFAC-BCV3 toets01 toets02 AFBEC-SLB-B-11 AFBEC-SLB-D-11 AFXX-ENG-B toets01 toets02

X

T

T X X

X X X X

X T T T T T

T X

I I I

X

I X I I X X

T T T T

I I I I I I I

I

I

T X X X X

X

I I I

X

I I

I

I

X

I

Doorstudeerdrempels AC Voltijd

Voor de voltijd AC opleiding zijn de volgende doorstudeerdrempels opgenomen: 3.5.4.1

Curriculum 2013-2014 (studenten gestart in hoofdfase per september 2013 en februari 2014)

Stagedrempel: Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Stage’ in jaar 3 moet: * de propedeutische fase met goed gevolg hebben afgesloten, én * alle onderwijseenheden van jaar 2 hebben doorlopen, én * het onderdeel SLB verbredingsfase met goed gevolg afgerond hebben, én * van alle overige onderwijseenheden minimaal 75% van de studiepunten behaald hebben. Dit betekent: Onderwijseenheden Theoretische leerlijn Beroepsproducten Vaardigheden Engels en BCV

Maximale EC 32 20 4

Stagedrempel 24 15 3

Minordrempel: Een voltijd student die wil deelnemen aan de Minor AC moet: * alle onderwijseenheden van jaar 2 met goed gevolg hebben afgesloten, én * de onderwijseenheden 9 en 12 hebben gevolgd, waarbij er maximaal 1 onderwijseenheid mag openstaan * de stage van jaar 3 met een voldoende hebben afgesloten Afstudeerdrempel: Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Afstuderen’ moet: * alle onderwijseenheden van jaar 2 met goed gevolg hebben afgesloten, én * de stage van jaar 3 met een voldoende hebben afgesloten, én * het onderdeel SLB verdiepingsfase met een voldoende afgerond hebben, én * de onderwijseenheden 9, 12 en 15 gevolgd hebben, waarbij er maximaal 1 onderwijseenheid mag openstaan, én * van onderwijseenheid 15 het beroepsproduct afgerond hebben, én * de minor AC gevolgd hebben


T T T

I I I

I I I

I I

I I

I

X= cursus aanbod )bij semesterblokken: start cursusaanbod) T= schriftelijk toetsaanbod I= mogelijkheid inschrijven Let op! Inschrijven in kwartaal waarin beoordeling plaatsvindt of waarin toetsdeelname gewenst is!

3.5.4

T T T T

3.5.4.2

Curriculum 2014-2015 (studenten gestart in hoofdfase vanaf september 2014)

Stagedrempel: Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Stage’ in jaar 3 moet: * de propedeutische fase met goed gevolg hebben afgesloten, én * alle onderwijseenheden van jaar 2 hebben doorlopen, én * het onderdeel SLB jaar 2 met goed gevolg afgerond hebben, én * van alle overige onderwijseenheden (5, 6, 7, 8, BCV en Engels) een aantal toetsen hebben gehaald met een totale studielast van 75% van het aantal EC van deze onderwijseenheden Minordrempel: Een voltijd student die wil deelnemen aan de Minor Accountancy moet: * alle onderwijseenheden van jaar 2 met goed gevolg hebben afgesloten, én * de onderdelen SLB jaar 2 en 3/4 met een voldoende afgerond hebben, én * de onderwijseenheden 9 en 12 gevolgd hebben, waarbij minimaal een aantal toetsen moet zijn behaald met een totale studielast van 75% van deze onderwijseenheden , én * de stage van jaar 3 met een voldoende hebben afgesloten. Afstudeerdrempel (start afstuderen in Blok 15): Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Blok 15 Organisaties in control” waarin het afstudeeronderzoek aanvangt moet: * alle onderwijseenheden van jaar 2 met goed gevolg hebben afgesloten, én * de onderdelen SLB jaar 2 en 3/4 met een voldoende afgerond hebben, én * de onderwijseenheden 9 en 12 gevolgd hebben, waarbij er minimaal een aantal toetsen moet zijn gehaald met een totale studielast van 50% van deze onderwijseenheden, én * de stage van jaar 3 met een voldoende hebben afgesloten, én * de minor Accountancy gevolgd hebben.

3.5.5

Internationalisering: Stage en/of afstuderen in het buitenland

Het steeds internationaler worden van de arbeidsmarkt en de wens van de studenten om in dit kader met de internationale aspecten van het beroepenveld kennis te maken, heeft ertoe geleid dat de AAFM haar studenten verschillende mogelijkheden biedt aan deze wens gevolg te geven. Zo is er bijvoorbeeld de mogelijkheid een stage- of afstudeeropdracht in het buitenland te verrichten. Houd er rekening mee dat stage of afstuderen in het buitenland goed voorbereid dient te worden, dus een tijdig oriëntatie en start van de voorbereidingen is uitermate belangrijk. Houd hier rekening mee in je planning. Je interesse voor een periode in het buitenland kun je in eerste instantie aangeven bij je studieadviseur.


3.5.6

Inhoud aangeboden onderwijseenheden hoofdfase AC Voltijd Blok 5: Beheersing van een handelsonderneming

Cursuscode: EC: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

AC Voltijd

AFFM-V50-14 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Administratieve Organisatie 3 cijfer 5,5 25 Toets02: Bedrijfsadministratie 2 cijfer 5,5 15 Toets03: Management Accounting 2 cijfer 5,5 20 Toets04: Excel / ERP 1 VLD/NVD VLD 0 Toets05: Quick scan en AO beschrijving 4 cijfer 5,5 30 Toets06: Mondeling advies 1 cijfer 5,5 10 De vakken BAD, AO/BIV en M.ACC worden aangeboden in de vorm van werkcolleges; Het vak Excel/ERP wordt aangeboden via een practicum; Het beroepsproduct zal ondersteund worden met projectcolleges, workshops en spreekuren. Bedrijfsadministratie (BAD), Administratieve Organisatie/Bestuurlijke Informatieverzorging (AO/BIV), Management Accounting (M.ACC) en EXCEL/ERP. 10 weken (waarvan 7 trainingsweken) Dhr. L.M. (Lennard) Terpsma

Duur: Coördinator: Beschrijving Centrale thema van blok 5 is de beheersing van een handelsonderneming. Deze thematiek is vanuit verschillende invalshoeken te benaderen. Wat zijn de belangrijkste kenmerken van een handelsonderneming? Welke processen vinden plaats en hoe positioneert de handelsonderneming zich in de (grotere) keten? Wat is effect van deze positionering op de interne processen? Beheersing staat of valt met een gedegen informatievoorziening. Informatie komt niet vanzelf tot stand. Vanuit het vakgebied AO kijken we naar informatieverzorging in het algemeen en zoomen we in op de processen die voorkomen bij een handelsonderneming. ICT aspecten die samenhangen met informatieverzorging (o.a. Excel en ERP) worden hierbij ook behandeld. Binnen het vakgebied Management Accounting leggen we de focus interne (financiële) informatieverzorging ter ondersteuning van het nemen van beslissingen en beheersing van de onderneming. Het vakgebied Bedrijfsadministratie is gericht op de inrichting van de grootboekadministratie en de mate waarin het grootboek bij kan dragen aan de informatieverzorging. Leerdoelen conceptuele leerlijn Na de afronding van deze onderwijseenheden is de student in staat om: te adviseren over onvoorziene gebeurtenissen die zich in de omgeving van de onderneming kunnen voordoen Processen binnen een handelsonderneming te beschrijven, schematisch weer te geven en verbetervoorstellen te geven Bedrijfseconomische calculaties binnen handelsonderneming uit te voeren De administratieve organisatie gericht op de informatieverzorging binnen een handelsonderneming op te zetten en ontwikkelen Aan te kunnen tonen en onderzoeken hoe automatisering en ICT bij kunnen dragen aan de informatieverzorging De leerdoelen van de theoretische leerlijn zijn te vinden in de trainingswijzer van het betreffende vakgebied Literatuur Bedrijfsadministratie: Boekhouden geboekstaafd, Fuchs en van Vlimmeren Bedrijfseconomie: Management Accounting: berekenen, beheersen en beslissen, Epe en Koetzier AO/BIV: De kern van de Administratieve Organisatie "Inleiding ERP met Microsoft Dynamics NAV 2009" (het blauwe boekje); te bestellen via www.drukkerijvision.nl * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm toetsen 01 t/m 03: schriftelijke eindtoetsen per vakgebied; toets04: toetsing in de lessen; toets05: integrale leerlijn: rapportage toets06: integrale leerlijn: mondelinge zitting


Blok 6: De onderneming en haar verslaggeving Cursuscodes: EC Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

AC Voltijd

AFFM-V60-14 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Bedrijfsadministratie 2 cijfer 5,5 15 Toets02: Belastingrecht 2 cijfer 5,5 15 Toets03: Controlebeginselen 2 cijfer 5,5 15 Toets04: Externe verslaggeving 2 cijfer 5,5 15 Toets05: Workshop jaarrekening lezen 0 Vld/nvd vld 0 Toets06: Fin. administratie en jaarrekening 3 cijfer 5,5 25 Toets07: Mondeling advies 2 cijfer 5,5 15 De vakken BAD, CB en EV worden aangeboden in de vorm van werkcolleges; Het vak BLR wordt aangeboden in de vorm van hoor- en werkcolleges; De onderwijseenheid zal ondersteund worden met projectcolleges, workshops en spreekuren. Bedrijfsadministratie (BAD), Belastingrecht (BLR), Controlebeginselen (CB) en Externe verslaggeving (EV). 10 weken (waarvan 7 trainingsweken) Mevr. M.J.M. (Marjolein) van der Kaa-Segers

Duur: Coördinator: Beschrijving Rechtspersonen moeten een jaarrekening, veelal als onderdeel van het jaarverslag, verstrekken ten behoeve van verschillende externe belanghebbenden, waaronder de fiscus. Afhankelijk van de grootte van de onderneming wordt deze jaarrekening ingericht. Centraal staat de totstandkoming van deze jaarrekening van een handelsonderneming. De basis voor de jaarrekening vormt de financiële administratie. Om deze reden zal het inrichten en verwerken van een boekhouding in deze onderwijseenheid uitgebreid aan bod komen. Tevens zal bij het opstellen van de jaarrekening rekening gehouden moeten worden met weten regelgeving alsmede met de rol die de accountant kan uitvoeren. Het beroepsproduct zal worden ondersteund door projectcolleges, spreekuren, workshops en trainingen in de hierboven benoemde vakgebieden.

Als beginnend financieel beroepsbeoefenaar voer je in deze onderwijseenheid bovengenoemde werkzaamheden uit voor een handelsonderneming die wordt gedreven in de vorm van een besloten vennootschap. Leerdoelen Na de afronding van deze onderwijseenheid is de student in staat om: zelfstandig een financiële administratie van een handelsonderneming (B.V. met personeel) in te richten en te verwerken in een geautomatiseerde omgeving en een aangifte omzetbelasting te verzorgen; onder begeleiding van ervaringsdeskundigen een eenvoudige jaarrekening van een handelsonderneming samen te stellen en te analyseren; eenvoudige adviespunten met betrekking tot de financiële administratie, jaarrekening en administratieve organisatie en loonadministratiete onderkennen en deze duidelijk te maken aan de leiding van de betreffende onderneming; met medestudent(en) een planning te maken en je hieraan te houden, elkaar feedback te geven en gezamenlijk te komen tot een voldoende resultaat. De leerdoelen van de conceptuele leerlijn zijn te vinden in de trainingswijzer van het betreffende vakgebied Literatuur Bedrijfsadministratie: Boekhouden Geboekstaafd deel 2, Fuchs, van Vlimmeren. Theorie en opgavenboek. Belastingrecht: Met de wet in de hand, theorieboek 2013/2014: Dekkers, Gorissen en Nijhuis. Het is toegestaan om de editie 2012-2013 te gebruiken. Let op: In het blok staat centraal de wetgeving 2014. Wetteksten belastingrecht wet 2014: Kluwer pocket belastingwetten of Verzameling Nederlandse Belastingwetgeving, Sdu. Controlebeginselen: Compendium deel 1B, Controle van de jaarrekening, Folkers en Westra. Externe verslaggeving: Jaarverslaggeving, Epe en Koetzier. Theorie en opgavenboek. Voor alle literatuur geldt de meest recente druk per 1 augustus 2014. * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Manieren van toetsing kennis: In lesweek 8 vinden per vakgebied eindtoetsen plaats. De eindtoetsen bestaan volledig uit open vragen Voor toets04 geldt aanwezigheidsplicht bij de lesactiviteiten alsmede een voldoende beoordeling met betrekking tot de verkregen opdracht(en). Manieren van toetsing beroepsproduct: Het beroepsproduct wordt getoetst door middel van een schriftelijk opgeleverd verslag (toets06) alsmede middels een mondelinge verdediging (toets 07). Presentieplicht 100% aanwezig bij projectbegeleiding, workshops en gastcolleges.


Blok 7: De complexe productie-onderneming Cursuscode: EC: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

AC Voltijd

AFAC-V70-14 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Administratieve Organisatie 1,5 cijfer 5,5 10 Toets02: Bedrijfsadministratie 1,5 cijfer 5,5 10 Toets03: Belastingrecht 1,5 cijfer 5,5 10 Toets04: Controlebeginselen 1,5 cijfer 5,5 10 Toets05: Externe verslaggeving 2 cijfer 5,5 20 Toets06: Beroepsproduct 5 cijfer 5,5 40 De vakken worden aangeboden in de vorm van hoor- en werkcolleges; Het beroepsproduct zal ondersteund worden met projectcolleges, workshops en spreekuren. Administratieve Organisatie (AO), Bedrijfsadministratie (BAD), Belastingrecht (BLR), Controlebeginselen (CB) Externe verslaggeving (EV). 10 weken (waarvan 7 trainingsweken) Dhr. T.T.J. (Tom) Dierckx

Duur: Coördinator: Beschrijving In deze onderwijseenheid staan het opstellen en beoordelen van de commerciële en de fiscale jaarrekening van een productieonderneming centraal. De vijf vakgebieden die in het blok aan de orde komen zijn: Administratieve Organisatie, Bedrijfsadministratie, Belastingrecht, Controlebeginselen en Externe Verslaggeving Naast het opstellen van de fiscale en de commerciële jaarrekening wordt aandacht besteed aan de verschillen tussen beide jaarrekeningen en is de student competent tot het geven van fiscaal advies. Tevens wordt besproken hoe er voor gezorgd kan worden dat zowel de financiële als de niet-financiële informatie over de onderneming betrouwbaar is. Vanzelfsprekend moet ook worden zorggedragen voor betrouwbare informatie voor de medewerkers binnen de onderneming opdat zij hun functie kunnen uitoefenen. Tenslotte brengen de studenten binnen dit blok voor een productieonderneming ook de controleaanpak door de accountant en de afronding van de controle in kaart. Doelen/onderwerpen In groepsverband een controleplan opstellen voor een productieonderneming; Zelfstandig een commerciële en fiscale jaarrekening van een productieonderneming samen te stellen; Advies te geven met betrekking tot de fiscaliteit op het gebied van vennootschapsbelasting; Een (deel van een) AO-handboek voor een productieonderneming te schrijven; Met medestudent(en) een planning te maken en je hieraan te houden, elkaar feedback te geven en gezamenlijk te komen tot een voldoende resultaat; Een gedegen dossier op te leveren waar de verschillende documentatie gestructureerd in zijn opgenomen. Literatuur AO: De kern van de Administratieve Organisatie, Paur ea, meest recente druk BAD: Administratie en winstbelasting, Beckman en Rijswijk, 1e druk BLR:  Met de wet in de hand, belastingrecht 2013-2014. Mr. P.M.C. Dekkers, mr.dr. N.H.A. Gorissen, en dr J.B.M. Nijhuis. Het is toegestaan om de editie 2012-2013 te gebruiken.  Met de wet in de hand, werkboek 2013-2014. Mr. P.M.C. Dekkers, mr.dr. N.H.A. Gorissen, en dr J.B.M. Nijhuis. Het is toegestaan om de editie 2012-2013 te gebruiken.  Kluwer: Pocket Belastingwetten: editie 2014, prof.mr. Ch.P.A. Geppaart CB:  Compendium Accountant deel 1A Westra en Folkers, meest recente druk (digitaal beschikbaar)  Compendium Accountant deel 1B Westra en Folkers, meest recente druk  Succesvol studeren Leer van de Accountantscontrole (LAC), Handleiding Auditing Tentamens, Deel 1, Brenda Westra en Martin Mooijekind, 3e druk EV:  Jaarverslaggeving, Epe en Koetzier, zesde druk  Opgaven Jaarverslaggeving, Epe en Koetzier, zesde druk * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm toets 01 tot en met 05: schriftelijke eindtoets per vakgebied; toets06: schriftelijke verslagen, mondelinge presentatie en verdediging van de opgeleverde schriftelijke verslagen


Blok 8: Planning & control bij productieondernemingen Cursuscode: Ects: Verdeling:

Werkvorm(en):

Vakken:

AC voltijd

AFAC-V80-14 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Administratieve organisatie 2 cijfer 5,5 15 Toets02: Arbeidsrecht 1 cijfer 5,5 08 Toets03: Bedrijfsadministratie 2 cijfer 5,5 15 Toets04: Management accounting 2 cijfer 5,5 15 Toets05: Organisatiekunde 1 cijfer 5,5 07 Toets06: Schriftelijk Advies 3 cijfer 5,5 25 Toets07: Verdediging 2 cijfer 5,5 15 De vakken Bedrijfsadministratie (BAD), Management accounting (M. ACC), Administratieve Organisatie (AO), Organisatiekunde (ORG) en Arbeidsrecht (AR) worden aangeboden in de vorm van werkcolleges; Het beroepsproduct zal ondersteund worden met projectcolleges, workshops en spreekuren. Bedrijfsadministratie, Management accounting, Administratieve Organisatie, Organisatiekunde en Arbeidsrecht 10 weken (waarvan 7 trainingsweken) H.G.A.M. (Eric) Zijlmans

Duur: Coördinator: Beschrijving In dit blok kijken we vanuit de verschillende vakgebieden naar een productieonderneming, waarbij onder andere de planning & control cyclus centraal staat. De vijf vakgebieden die in het blok aan de orde komen zijn: Bedrijfsadministratie, Management accounting, Administratieve Organisatie, Organisatiekunde en Arbeidsrecht. De door Deming opgestelde PDCA-cyclus wordt bij de vakgebieden BAD, M.ACC en A.O. behandeld, de invloed daarvan op de organisatie wordt behandeld bij het vakgebied ORG. Bij het vakgebied AO zal ook aandacht besteed worden aan het personeelsproces en de effecten van HRM daarop. Hierbij wordt ook de koppeling met het vakgebied arbeidsrecht gemaakt. Doelen/onderwerpen Na afronding van dit blok ben je, in de rol van assistent accountant (assistent controller), in staat om: zelfstandig een probleemanalyse ten aanzien van de planning- & control cyclus van een productieonderneming uit te kunnen voeren; in groepsverband een adviesrapport op te stellen voor een productieonderneming; mondeling advies te geven met betrekking tot de geconstateerde bevindingen in het adviesrapport en met medestudent(en) een planning te maken en je hieraan te houden, elkaar feedback te geven en gezamenlijk te komen tot een voldoende resultaat. Voorts heeft elk vakgebied eigen leerdoelen. Deze leerdoelen zijn opgenomen in de trainingswijzer van het betreffende vakgebied. Literatuur Administratieve Organisatie: 978-90-01-78506-2 De kern van de administratieve organisatie, Auteur: Paur e.a. / Druk: 1 Bedrijfsadministratie: 978-90-01-78428-7 Boekhouden geboekstaafd 2, Auteur: Fuchs / Druk: 7 + 978-90-01-78429-4 Boekhouden geboekstaafd opgaven 2, Auteur: Fuchs, H. / Druk: 7 Management Accounting: 978-90-01-82039-8 Management Accounting; Berekenen, beslissen en beheersen, Auteur: W. Koetzier / Druk 4 Organisatiekunde: 978-90-01-80788-7, Management & Organisatie, Auteur: Keuning / Eppink / Druk 10 + 978-90-01-80977-5 Caseboek Auteur: Keuning/Eppink / Druk 10 Arbeidsrecht: Hoofdstukken Sociaal Recht, laatste druk Opdrachten en informatie worden op Blackboard vermeld in de betreffende courses. Adviesvaardigheden: Opdrachten en informatie worden op Blackboard vermeld in de betreffende courses. * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm - toetsen 01 tot en met 05 theorie: schriftelijke eindtoetsen per vakgebied; - toetsen 06 en 07 beroepsproduct: schriftelijke verslagen en mondelinge presentatie en/of verdediging.


AC Voltijd

Blok 9: Oprichting en overdracht onderneming Cursuscode: EC: Verdeling:

AFAC-V90-14 14 Toets01: Belastingrecht Toets02: Financiering Toets03: Levensverzekeringswiskunde pensioenen Toets04: Privaatrecht Toets05: Beroepsproduct*

EC 2,5 2 1

Beoordeling cijfer cijfer cijfer

Minimaal 5,5 5,5 5,5

Weging 18 16 08

2,5 6

cijfer cijfer

5,5 5,5

18 40

*Het schriftelijke advies en de mondelinge bespreking/ toelichting dient per vak ook minimaal een 5,5 te zijn.

Werkvorm(en): Vakken:

Hoor- en werkcolleges, trainingen en project Het beroepsproduct zal worden ondersteund met (gast)colleges en spreekuren Belastingrecht (BLR), Privaatrecht (PVR), Financiering (FIN) en Levensverzekeringswiskunde (LVW) 10 weken Mevr. L.Y. (Lysbeth) van Abbema

Duur: Coördinator: Beschrijving Voor de accountant is de dienstverlening bij de oprichting en overdracht van een onderneming een toenemend onderdeel van zijn beroepsuitoefening. In dit blok houdt de student zich (in de rol van beginnend accountant) bezig met de oprichting en overdracht van een onderneming. De student moet de koper van een onderneming adviseren over de waarde van de onderneming, de fiscale en privaatrechtelijke aspecten, de gevolgen voor het pensioen en de financiering van de transactie. Doelen/onderwerpen In dit blok staat centraal de oprichting en overdracht van een onderneming. De theorie van elk vak levert een bijdrage aan het inzicht van de problematiek. De leerdoelen zijn voor de verschillende vakken als volgt. In de trainingswijzers staan per vakgebied de subdoelen van dat betreffende vakgebied. -De student kan de juridisch relevante aspecten welke verband houden met de oprichting c.q. overdracht van een onderneming verwerken in het door hem/haar uit te brengen advies (PVR). - De student kan adviesvraagstukken uitwerken met betrekking tot de inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting bij de fiscale zaken van de oprichting en overdracht van een onderneming/familiebedrijf (BLR). - De student kan de financiële waardering voor een middelgrote onderneming opstellen en adviseren over de financiering van overdracht (FIN) - De student kan de pensioensituatie van een werknemer, ondernemer of dga doorlichten en kan de financiële gevolgen van te maken keuzes voor onderneming of privépersoon aangeven (LVW) In het beroepsproduct maakt de student de vertaalslag van de theorie naar de realiteit van de ondernemer die zijn bedrijf overdraagt of opricht. Het eindproduct van de opdracht is het geven van een schriftelijk advies aan de ondernemer over de verschillende aspecten en gevolgen van de oprichting en overdracht van een onderneming gezien vanuit de vakgebieden. De opdracht vindt zijn afronding in de bespreking en toelichting van het advies met de (fictieve) cliënt. Literatuur Financiering: - Geld, internationale economische betrekkingen en bedrijfsomgeving, laatste druk, Hulleman, M. - Financiering, van MKB tot grootbedrijf, laatste druk, Huls, Kwint en Dekker Belastingrecht: - Wegwijs in de Belastingheffing voor Ondernemingen, laatste druk, prof.mr. drs. H.P.A. M van Arendonk - Belastingwetten 2014, (pocket-editie) januari 2014 - Aanvulling en/of (overige) leermiddelen via blackboard Levensverzekeringswiskunde/Pensioenen: zie Blackboard Privaatrecht: - De grondslag van het vermogens- en ondernemingsrecht 1 vermogensrecht, laatste druk, Zeijl, A.M.M.M. van - De grondslag van het vermogens- en ondernemingsrecht 2 ondernemingsrecht, laatste druk, Zeijl, A.M.M.M. van - Wetteksten Hoger Onderwijs, 2014-2015, Noordhoff Uitgevers - Aanvulling en/of overige leermiddelen via Blackboard * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm -Schriftelijke toetsen per vak -Schriftelijk beroepsproduct met afsluitend het adviesgesprek


AC Voltijd

Stage Cursuscode: EC: verdeling: Werkvorm(en): Vakken: Duur: Coördinator: Beschrijving

AFAC-V110-09 30 EC Beoordeling Toets01: Stagebeoordeling 30 cijfer Praktijk nvt 20 weken met een minimum van 100 werkdagen

Minimaal 5.5

Weging 100

Dhr. T.T.J. (Tom) Dierckx

De student loopt stage bij een accountantskantoor of de interne accountantsdienst van een bedrijf of overheidsinstelling. De student mag deelnemen aan de stage indien voldaan is aan de stagenorm zoals deze is opgenomen bij 3.4.4 Doelen/onderwerpen De student moet na de stage: -kunnen beschrijven wat het werkterrein is van een aankomend RA en/of AA in de eerste twee à drie jaren van zijn carrière na het behalen van het bachelor-diploma; -kunnen beschrijven wat de werkzaamheden zijn die een afgestudeerde bachelor Accountancy in de eerste zes maanden na indiensttreding op het betreffende kantoor moet verrichten; -kunnen aangeven welke vooruitgang hij gedurende de stage heeft doorgemaakt op het gebied van het al dan niet zelfstandig kunnen uitvoeren van bepaalde werkzaamheden; -kunnen beschrijven welke specifieke eisen aan de beroepshouding van een accountant worden gesteld; -in teamverband kunnen functioneren waaronder is begrepen het ontvangen van leiding en het afleggen van verantwoording; -in staat zijn onder toezicht, al dan niet in teamverband werkzaamheden bij de cliënt te verrichten waarbij hij op zijn persoonlijke sociale en communicatieve vaardigheden wordt aangesproken; -kunnen aangeven welke tijdens de opleiding opgedane kennis en vaardigheden hij tijdens zijn stage heeft kunnen gebruiken en op welke gebieden er tijdens het vervolg van de opleiding nog kennis en vaardigheden zullen moeten worden verworven; -in staat zijn eenvoudige werkzaamheden in de tijd te plannen en zich aan de tijdsplanning te houden; -kunnen aangeven in hoeverre het stageplan is gerealiseerd; -kunnen aangeven in hoeverre zijn gedragscompetenties zijn gehaald. Literatuur n.v.t. Toetsvorm


AC Voltijd

Blok 12 (kwartaal 2): Verslaggeving van een dienstverlenende organisatie (zie voor kwartaal 4 studiegids.avans.nl/aafm) Cursuscode: EC: Verdeling:

Werkvorm(en): Vakken: Duur: Coördinator: Beschrijving

AFAC-V120-09 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: OAT 5 cijfer 5,5 40 Toets02: Beroepsproduct 8 cijfer 5,5 60 Hoor- en werkcolleges, trainingen en project Administratieve organisatie, controle beginselen, externe verslaggeving, Management en Organisatie (M&O) en BCV. 10 weken Dhr. A.A.F. (Arthur) Kemps

Blok 12 wordt aangeboden aan reguliere AC studenten in kwartaal twee en vier van het derde studiejaar. In dit blok wordt het beoordelen en controleren van een organisatie aan de orde gesteld vanuit verschillende vakgebieden. Hierbij staat de typologie dienstverlening centraal. Deze onderwijseenheid bestaat uit de volgende vakken: 1. Administratieve Organisatie (AO) 2. Controlebeginselen (CB) 3. Externe Verslaggeving (EV) 4. Management & Organisatie (M&O) 5. BedrijfsCommunicatieve Vaardigheden (BCV). Deze vakgebieden lenen zich bij uitstek voor advisering aan de organisatieleiding. Dat betreft enerzijds de zogeheten natuurlijke adviesfunctie, die deel uitmaakt van de interim-controle en de jaarrekeningcontrole. Anderzijds kan – naast en soms in vervolg op de reguliere controle – in bredere zin geadviseerd worden over de organisatie. Dit komt aan de orde in het vakgebied M&O. Doelen/onderwerpen De studenten leren de kenmerken van ieder type dienstverlenende organisatie en de gevolgen hiervan voor de administratieve organisatie en interne beheersing (AO/IB). De accountant steunt bij de opzet en uitvoering van de controle van de jaarrekening op de aanwezige AO/IB. De studenten lopen in blok 12 het gehele controleproces door, van planningsmemorandum tot controleverklaring. Het vakgebied EV besteedt aandacht aan het opstellen van een jaarrekening en het interpreteren van een al opgestelde jaarrekening. De accountant moet immers op de hoogte zijn van de manier van waarderen en bepalen van het resultaat van een bedrijf en kunnen beoordelen of een en ander voldoet aan de nu gangbare regelgeving voor dit bedrijf. Binnen het vakgebied M&O komt het INK-managementmodel aan bod. In de rol van adviseur/consultant moet de student een professioneel adviesrapport op kunnen stellen en een adviesgesprek kunnen voeren volgens het ‘tell-and-listen’model. Zie het blokboek en de desbetreffende trainingswijzers voor de concrete leerdoelen en subleerdoelen. Literatuur De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden Toetsvorm -

Schriftelijke eindtoets Eindpresentatie beroepsproduct en verdediging Portfolio BCV


AC Voltijd

Minor Accountancy (verplicht voor AC-studenten) Minorcode: EC: Verdeling:

Werkvorm(en): Duur: Coördinator: Beschrijving

AFAC-MI-ACC-14 30 Cursus AFAC-V140-LT-14 Toets01: Landelijk examen Toets02: BP Het Accountantsverslag Cursus AFAC-V140-FIN-14 Toets01: Financiering Toets02: BP Financiële Advisering Cursus AFAC-V140-BLR-14 Toets01: Belastingrecht Toets02: BP Fiscale Advisering Trainingen, weektoetsen, projectopdrachten 20 weken J.M.R. (Lia) Verbon-Huisman

EC

Beoordeling

Minimaal

Weging

16 2

cijfer vld/nvd

5,5 vld

100 0

3 3

cijfer cijfer

5,5 5,5

50 50

3 3

cijfer cijfer

5,5 5,5

50 50

De minor Accountancy is een verplichte minor voor alle AC-studenten. Het is een verdiepende minor waarin de studenten worden voorbereid op de diverse werkzaamheden van de accountant. Deze werkzaamheden omvatten zowel samenstelopdrachten, interim controle, eindejaarscontrole, fiscale advisering als financiële advisering. Binnen de minor worden daartoe vijf vakgebieden aangeboden: Administratieve Organisatie (AO), Belastingrecht (BLR), Controlebeginselen (CB), Externe Verslaggeving (EV) en Financiering (FIN). De minor wordt voor een deel afgesloten met een landelijk examen, de zgn. OAT (OverAll Toets). In deze OAT worden de drie vakgebieden AO, CB en EV geïntegreerd getoetst. Het met goed gevolg afronden van de OAT biedt, na het behalen van het bachelor diploma, directe doorstroommogelijkheden voor zowel de RA-opleiding (master-opleiding RA) als de AA-opleiding (post-bachelor AA). De vakgebieden BLR en FIN worden afgesloten met een schriftelijk schooltentamen. Voor ieder van de vijf vakgebieden verzorgt een vakdocent gedurende veertien weken trainingen. Tevens voeren de studenten projectopdrachten uit op basis van een casus van een controleplichtige Nederlandse onderneming met internationale vertakkingen. De studenten maken oa. 7 weektoetsen waarin diverse onderwerpen uit de vakgebieden AO, CB en EV aan de hand van de beschreven onderneming geïntegreerd worden getoetst. De vraagstelling in deze weektoetsen is op het niveau van het landelijk examen. In groepen van 4 a 5, een controleteam, schrijven de studenten een Accountantsverslag dat mondeling besproken en verdedigd wordt in een gesprek met de Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur. Aan de hand van de casus komen verschillende fiscale problemen aan de orde. Met behulp van de fiscale wetgeving, aangevuld met een cijfermatige toelichting, moeten studenten aangeven hoe deze problemen kunnen worden opgelost. In het kader van financiële advisering worden verschillende problemen op financieel gebied behandeld waar de onderneming tegen aan loopt of zou kunnen lopen. Zo moet oa. een kredietaanvraag worden gemaakt en de financiering worden geregeld. Doelen/onderwerpen Het vakgebied AO richt zich op het beschrijven en beoordelen van de AO/IB van bedrijven binnen de typologieën handel, productie, agrarisch en dienstverlening. Tevens komen onderwerpen als human resource management, informatiebehoeften, systeemontwerp, risico’s van automatisering, E-commerce en de balanced score card aan de orde. Het vakgebied BLR behandelt de Inkomstenbelasting, de Successiewet, met speciale aandacht voor de faciliteit van de bedrijfsopvolging, de Wet belasting rechtsverkeer, de Invorderingswet en het formele recht van de Algemene Wet bestuursrecht en de Algemene wet Rijksbelastingen. Het vakgebied EV gaat in op de eisen waaraan informatie in de jaarrekening moet voldoen volgens de regelgeving. Aandacht zal worden besteed aan de gevolgen van de in de praktijk gehanteerde vermogens- en winstbepalingsstelsels voor vermogen en resultaat. Tevens wordt aandacht besteed aan de analyse van de jaarstukken. Bij het vakgebied CB staat de risicoanalyse en de controleaanpak van de accountant centraal. De onderwerpen die behandeld worden zijn onder meer inherente risico’s, controleplannen, fraude en de onafhankelijkheidsregels. Daarnaast wordt aan de hand van cases de regelgeving behandeld. Binnen het vakgebied FIN komen de onderwerpen kredietaanvraag, werkkapitaalbeheer, waardering en financieel risicomanagement aan bod. Literatuur BLR Belastingrecht voor Bachelors en Masters, theorieboek 2014-2015, uitgever Convoy Belastingwetten 2014 (pocket editie), Geppaart, Kluwer EV Jaarverslaggeving, Epe en Koetzier, meest recente druk


Actualisering van het boek Jaarverslaggeving van Epe en Koetzier (beschikbaar via website Noordhoff) Naar keuze: het Handboek Externe Verslaggeving van Deloitte door Kimenai, Manschot ea of het Handboek Jaarrekening van Ernst&Young door Böhmer, Hoogendoorn ea (Kluwer) of het Jaarboek externe verslaggeving van KPMG door Bergwerff, in alle gevallen de meest recente versie beschikbaar vanaf 1 augustus 2014. BIV/AO Bestuurlijke informatieverzorging deel 2A, 5e druk, Starreveld ea, Noordhoff Bestuurlijke informatieverzorging deel 2B, 5e druk, Starreveld ea, Noordhoff Grondslagen administratieve organisatie deel A, 21e druk, Jans, Noordhoff (niet verplicht) Grondslagen administratieve organisatie deel B, 21e druk, Jans, Noordhoff of in plaats van Jans B en Starreveld 2A en Starreveld 2B De kern van de administratieve organisatie, 1e of 2e druk, Paur ea, Noordhoff CB Grondslagen van Auditing & Assurance, Marjoor ea, Nijenrode/Noordhoff De praktijk van Auditing & Assurance, Van kollenburg, Nijenrode/Noordhoff Compendium voor de accountantscontrole deel 2, Westra, Pentagan Publishing Handleiding regelgeving Accountancy deel 1 en deel 1A, meest recente editie op 1 aug. 2014, bestellen via www.NBA.nl FIN Geld, IEB en Bedrijfsomgeving, 6e druk, Hulleman, Noordhoff Financiering; van MKB naar grootbedrijf, 5e druk, Huls en Dekker, Noordhoff Toetsvorm -

deelproject Accountantsverslag: verslag en mondelinge verdediging landelijk examen (de zgn. OAT) schriftelijke toets Belastingrecht deelproject Fiscale advisering: verslag en mondelinge verdediging schriftelijke toets Financiering deelproject Financiële advisering: verslag en mondelinge verdediging


Blok 15: Organisaties in control Cursuscode: EC: Verdeling:

Werkvorm(en): Vakken: Duur:

AC Voltijd

AFFM-B12-A15-14 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Informatiemanagement 2 Cijfer 5,5 15 Toets02: Management Control 2 Cijfer 5,5 15 Toets03: Organisatiekunde 2 Cijfer 5,5 15 Toets04: Beroepsproduct 7 Cijfer 5,5 55 Hoor- en werkcolleges, gastcolleges, gastworkshops en een project. Organisatiekunde, Management Control Systems, Informatiemanagement en Project colleges (o.a. Projectmanagement). 10 weken Let op: 5 weken voor aanvang van het blok dien je al te starten met voorbereidingen voor dit blok! Uiterlijk op maandag van week 1 dien je een ‘te adviseren organisatie’ geacquireerd te hebben.

Coördinator: Dhr. W.S.C. (Stef) Schuurmans Beschrijving Het adviseren over organisatievraagstukken speelt, bij grote- en middelgrote ondernemingen een voorname rol. De student stelt in de rol van adviseur van het managementteam van een redelijk complexe organisatie een adviesrapport op waarin de organisatieverantwoordelijken na een brede oriëntatie, een onderbouwde probleemstelling, opdrachtformulering en keuze voor een vervolgaanpak krijgen. Het creëren van draagvlak binnen het bedrijf voor het uit te brengen advies aan de opdrachtgever is cruciaal (veranderkundig aspect) De problematiek van het bedrijf moet aansluiten op het curriculum van de student. Met name voor de AC studenten is dit cruciaal omdat dit voor hen de start is van het afstudeertraject (oriëntatiefase)      

Het beroepsproduct omvat: - externe oriëntatie; - interne oriëntatie (intakegesprek, interviews, observaties); - overzicht en samenhang van de knelpunten/problemen (analyse); - terugkoppeling naar de opdrachtgever (draagvlak); - planning incl. projectorganisatie; - keuze modellen voor diepteonderzoek.

        

Het succesvol afronden van het beroepsproduct vergt kennis en vaardigheden van: - Managementmodellen op het terrein van strategie, leiderschap en besluitvorming, structuur en cultuur (Organisatiekunde) . - Management control systems om gedrag van medewerkers te begeleiden zodat de strategische doelstellingen van de organisatie worden verwezenlijkt(vakgebied Management Control Systems). - Informatie, informatie verzorging en informatie en communicatietechnologie (ICT) binnen en tussen organisaties (vakgebied Informatiemanagement). - Projectmanagement (Project colleges). - Organisatie-adviesvaardigheden voor een gedragen en relevant advies (vakgebied Organisatiekunde Project colleges en BCV). Het beroepsproduct (project) wordt uitgevoerd in groepen van drie (3) studenten voor BE en AC Duaal en twee (2) studenten voor AC-Voltijd (dit laatste omdat de AC studenten in feite in blok 15 starten met afstuderen). Studentgroepen acquireren hiervoor zelf een opdracht die aansluit op het curriculum van de studierichting (profit of non-profit). Het succesvol uitvoeren van het project vereist een integrale aanpak waarin alle vakgebieden binnen het blok een belangrijke rol spelen. Leerdoelen/onderwerpen Voorbereiding op het afstudeertraject. Het beoordelen van en adviseren over de effectiviteit en efficiëntie van (de ontwikkeling van) (management)informatiesystemen (kennis, beroepsproduct). Het beoordelen van en adviseren over de effectiviteit en efficiency van het geheel van beheersmaatregelen gericht op het strategie-effectief beïnvloeden van het gedrag van medewerkers in complexe organisaties met groepsverhoudingen in een internationale context (kennis, beroepsproduct). Het beoordelen van de effectiviteit en de efficiëntie van processen in een organisatie: strategie-vaststelling, strategie-implementatie, primaire processen en ondersteunende processen. (kennis, gedrag, houding en beroepsproduct). Student kan draagvlak creëren voor verandering (gedrag, houding, beroepsproduct) De student kan een adviesrapport schrijven (beroepsproduct). Het in groepsverband succesvol inrichten en uitvoeren van een adviesproject bij een zelf geacquireerde organisatie (kennis, gedrag, houding, beroepsproduct). Literatuur Competent afstuderen en stagelopen / druk 3, P. Kempen (verplicht) Management Control Systems, Robert N. Anthony, Vijay Govindarajan (verplicht) Basisboek Informatie en Control, Eddy Vaasssen, Lury Bollen/tweede druk (verplicht) Levers of Control, Robert Simons (aanbevolen) Management & Organisatie / druk 10, D. Keuning (verplicht)


-

KAD+ Model voor het auditen van management control, Hartog e.a. bestellen via http://www.kadplus.nl/bestellen (niet verplicht, aanbevolen voor AC studenten)

* Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm In dit blok vindt de beoordeling plaats door middel van een testimonium voor het gastcollege, eindtoetsen voor de drie vakken en een eindverdediging van het beroepsproduct. AC Voltijd

Afstudeeronderzoek Cursuscode: EC: verdeling:

AFAC-V160-14 15 Toets01: Afstudeerscriptie Toets02: Afstudeerverdediging Toets03: Ethiek en Integriteit workshop 1 Toets04: Ethiek en Integriteit workshop 2 Praktijk 10 weken Dhr. T.J.A.M. (Tom) Vos

EC 7,5 7,5 0 0

Beoordeling cijfer cijfer Vld/nvd Vld/nvd

Minimaal 5,5 5,5 Vld Vld

Weging 50 50 0 0

Werkvorm(en): Duur: Coördinator: Beschrijving Het afstuderen is een proeve van bekwaamheid waarbij de HBO-student laat zien dat hij/zij op het niveau van een beginnend HBO beroepsbeoefenaar in staat is om binnen het domein van de AC opleiding een complex praktisch vraagstuk op te lossen. Het afstudeerproces start een half jaar voor het daadwerkelijke afstuderen met een voorlichting. Vervolgens moet de student zelf een afstudeeronderwerp vinden. In het voorafgaande blok 15 aan het afstuderen is de student 10 weken, twee dagen in de week aan de slag met het oriënterende onderzoek. Het uiteindelijke, opeenvolgende verdiepende afstudeeronderzoek heeft een duur van 10 weken. Het afstuderen worden door twee studenten samen verricht. Ieder studentenduo heeft een docentbegeleider. De uiteindelijke individuele verdediging moet gedaan worden voor een afstudeercommissie bestaande uit de docentbegeleider, 2e docent en een gecommitteerde. De student mag deelnemen aan het afstuderen indien voldaan is aan de afstudeernorm, die onder 3.4.4 nader is omschreven. Doelen/onderwerpen De student laat in de afstudeerfase zien het niveau bereikt te hebben van een beginnend HBO-beroepsbeoefenaar. Dit niveau is beschreven in de Dublin Descriptoren. Uiteindelijk moet de student aantonen dat hij met een grote mate van zelfstandigheid een complexe probleemsituatie kan analyseren, een adequate oplossing kan ontwikkelen en adviezen kan geven over de implementatie. Daarbij moet op een methodologisch verantwoorde wijze zijn gewerkt. De weerspiegeling van het afstudeerproces moet de student vastleggen in zijn afstudeer portfolio (bestaande uit: ambitieformulering; aanmelding afstuderen; schriftelijke feedback op de aanmelding; eventuele aangepaste aanmelding afstuderen; afstudeerplan; schriftelijke feedback op afstudeerplan; eventueel aangepast afstudeerplan en verdere feedback; schriftelijke feedback op conceptrapport; eventueel materiaal ter ondersteuning van de presentatie bij het afstudeerbedrijf; afstudeerrapport; reflectieverslag; eventuele tussentijdse rapportages en andere relevante stukken). Het uiteindelijk afstudeerrapport en de zitting worden elk met een cijfer beoordeeld. Indien het afstudeerrapport onvoldoende is, kan niet deelgenomen worden aan de zitting. Indien de zitting na de herkansing onvoldoende is, moet een nieuwe afstudeeropdracht (van 10 weken) worden uitgevoerd, waarna opnieuw een verslag en zitting worden beoordeeld. Ethisch handelen is een belangrijk aandachtspunt tijdens het afstuderen. Zodoende wordt er tijdens het afstuderen twee workshops ‘Ethiek en Integriteit’ georganiseerd. Het is verplicht deze bij te wonen. Tijdens deze sessie wordt het professioneel handelen op de werkvloer, daar waar het gaat om het maken van keuzes in werkgerelateerde dilemma’s, geoefend. Literatuur Kempen en Keizer, Competent afstuderen en stagelopen Toetsvorm 1. Beoordeling afstudeerscriptie 2. Individuele mondelinge verdediging Tijdens het afstuderen worden er voor de studenten twee workshops ‘Ethiek en Integriteit’ georganiseerd. Het is verplicht deze bij te wonen. Tijdens deze sessie wordt het professioneel handelen op de werkvloer, daar waar het gaat om het maken van keuzes in werkgerelateerde dilemma’s, geoefend.


AC Voltijd

Bedrijfs Communicatieve Vaardigheden Cursuscode: EC: Verdeling:

AFAC-BCV2-13 2

Toets01: Rapportage- en schrijfvaardigheden Toets02: Advies- en gespreksvaardigheden Werkvorm(en): Werkcolleges Vakken: Bedrijfs Communicatieve Vaardigheden Duur: 10 weken per onderdeel Coördinator: Mevr. I.C.J.M. (Ingrid) Huijben Beschrijving AFAC-BCV2

EC 1 1

Beoordeling vld/nvd vld/nvd

Minimaal vld vld

Weging 50 50

In het tweede jaar volgt iedere student een tweetal cursussen bedrijfscommunicatieve vaardigheden. Binnen de AC-opleiding is gekozen voor de onderdelen: 1. Schrijfvaardigheid, onderzoeksvaardigheden, presenteren en rapportagevaardigheden. 2. Schrijfvaardigheid, mondelinge vaardigheden. Doelen/onderwerpen 1.

2.

Onderwerp: Onderzoek uitvoeren d.m.v. deskresearch: naar aanleiding van de onderwerpskeuze een onderzoek uitvoeren en in een rapport verwerken. Doelen:  Verbeteren van individuele schrijfvaardigheid.  Onderzoek deskresearch uitvoeren en uitwerken via een onderzoeksrapport. Onderwerp: Schrijfvaardigheid (adviesrapport); mondelinge vaardigheden: oriënterend gesprek, onderhandelingsgesprek, adviesgesprek.

Literatuur 1.

2.

Schrijfvaardigheid en onderzoeksvaardigheden:  Trainingswijzer BCV-5  Materiaal uit: Janssen, D. (red.): Zakelijke Communicatie de deel 2. Meest recente druk. WoltersNoordhoff. Groningen 2007. Adviesvaardigheden en schrijfvaardigheid:  Trainingswijzer BCV-8.

** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm 1.

2.

Schrijfvaardigheid, rapportagevaardigheden, presenteren en onderzoeksvaardigheden  Individuele schrijfopdrachten.  Individuele presentatie.  Onderzoek deskresearch.  BCV-verslag. Adviesvaardigheden en gespreksvaardigheden:  Schriftelijke vaardigheden.  Mondelinge vaardigheden in de vorm van een oriënterend gesprek, een onderhandelingsgesprek en een adviesgesprek.  BCV-verslag.


AC Voltijd

StudieLoopbaanBegeleiding, jaar 2 VOOR STUDENTEN GESTART IN DE HOOFDFASE VANAF SEPTEMBER 2014 Cursuscode: EC: Verdeling:

AFXX-SLB-J2-14 4 EC Beoordeling Workshops stagevoorbereiding 0 Vld/nvd Toets01: Assessment 2 Vld/nvd Toets02: Portfoliogesprek 2 Vld/nvd Instructiecolleges, workshops en begeleidingsgesprekken 1 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Minimaal Vld Vld Vld

Weging testimonium 50 50

Werkvorm(en): Duur: Coördinator: Beschrijving Binnen Avans Hogeschool, en dus ook binnen de Academie voor Algemeen en Financieel Management, wordt gewerkt met Competentiegericht Onderwijs. Dit betekent dat studenten tijdens hun opleiding aandacht besteden aan de ontwikkeling van competenties die aansluiten bij hun vakgebied maar ook, meer algemeen, bij het niveau van een beroepsbeoefenaar na het HBO. Binnen de leerlijn Studie Loopbaan Begeleiding (SLB) wordt in alle 4 de jaren van de opleiding nadrukkelijk invulling gegeven aan deze ontwikkeling. Bij SLB in het 2e leerjaar wordt er een vervolg gegeven aan de competentie ontwikkeling van studenten zoals zij hier in de propedeuse mee kennis hebben gemaakt. Er wordt een nadrukkelijke link gelegd tussen competentie ontwikkeling en stagevaardigheden. Studenten moeten aan het einde van leerjaar 2 stagebekwaam zijn. Middels workshops en coaching door SLB-coaches bekwamen zij zich in de vaardigheden die nodig zijn bij het solliciteren en ontwikkelen zij competenties die passen bij hun beroepsprofiel. Competenties die centraal staan zijn: mondelinge communicatie, schriftelijke communicatie, sociale vaardigheid, pro-activiteit en zelfreflectie. Studenten volgen bij de start van jaar 2 een introductiecollege waarna ze in een kleine groep gaan kennismaken met hun SLB-coach voor jaar 2. Met deze coach maken ze afspraken over de te ontwikkelen competenties en de uit te voeren activiteiten (60 uur). Een en ander wordt beschreven in een POP en vastgelegd in het E-portfolio. In blok 7 worden er 4 workshops ingeroosterd. Aanwezigheid hierbij is voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Aan het einde van blok 7 vindt er een assessment plaats waar studenten worden beoordeeld op het stagebekwaam zijn. In blok 8 vindt de afronding van SLB plaats middels een eindgesprek en eindpresentatie van het portfolio. Doelen/onderwerpen Hieronder staan de vaardigheden en het gedrag beschreven die horen bij het stagebekwaam zijn:  Studenten reflecteren op hun houding en gedrag. Ze benoemen de competenties die ze willen ontwikkelen om stagebekwaam te zijn. Ze kunnen met hulp van een performance manager activiteiten benoemen om zich zelfstandig op deze competenties te ontwikkelen. Dit leggen ze vast in een POP.  Studenten hebben een realistisch beeld van de arbeidsmarkt binnen hun vakgebied. Ze zijn bekend met de ontwikkelingen en trends op de arbeidsmarkt en kennen de competentie-eisen die door deze markt aan hun beroep worden gesteld.  Studenten schrijven een correcte sollicitatiebrief en stellen een correct CV op. Ze verplaatsen zich in de behoefte van een potentieel stagebedrijf en weten dit te vertalen in een brief en CV.  Door te netwerken zijn studenten in staat op eigen kracht een stageplaats te acquireren. Ze leggen contacten met bedrijven en regelen en organiseren zelfstandig alle gevraagde zaken rondom de stage.  Studenten benoemen hun kwaliteiten en ontwikkelpunten. Dit presenteren zij kort en pakkend tijdens een (sollicitatie)gesprek. Studenten ‘verkopen’ zichzelf in een sollicitatiegesprek met gebruik van de STAR-methodiek.  Studenten passen zich makkelijk en effectief aan aan een nieuwe omgeving of situatie. Studenten vragen uit zichzelf om nadere informatie en initiëren zelfstandig activiteiten. Literatuur Handleiding SLB jaar 2 en trainingswijzer voor workshops. Toetsvorm -

Deelname aan workshops: deze is verplicht en voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Assessment; speeddate en elevator pitch: 2 EC Eindgesprek + portfolio, 2 EC


AC Voltijd

StudieLoopbaanBegeleiding verbredings-(jaar 2) en verdiepings (jaar 3/4)fase OUD: VOOR STUDENTEN GESTART IN DE HOOFDFASE VOOR SEPTEMBER 2013 Cursuscode: EC: Verdeling:

AFBEC-SLB-B-11 (verbredingsfase, jaar 2) AFBEC-SLB-D-11 (verdiepingsfase, jaar 3 + 4 tot aan de minor) 4 voor SLB-B en 4 voor SLB-D EC Beoordeling Minimaal Beoordeling SLB 4 Vld/nvd Vld Beoordeling SLB 4 Vld/nvd vld Instructiecolleges en begeleidingsgesprekken AFBEC-SLB-B-11: 1 jaar, AFBEC-SLB-D-11: 1,5 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Weging 100 100

Werkvorm(en): Duur: Coördinator: Beschrijving In de onderwijsvisie van de AAFM (2005) is het doel van studieloopbaanbegeleiding omschreven als:  ontwikkeling van de loopbaan vanaf instroom tot aan de uitstroom naar een beginnend beroepsbeoefenaar;  ontwikkelen van leren-leren en leren-reflecteren: op studieverloop en hun persoonlijk professionele ontwikkeling op weg naar beginnende beroepsbeoefenaar De studieloopbaan van de student is de leerroute die de student volgt. Daarbij krijgt de student al lerend een steeds beter beeld van het beroepenveld en van de competenties die nog ontwikkeld moeten worden. In beide fasen kiest de student activiteiten uit de kaartenbak waarmee hij/zij de gestelde competentiedoelen probeert te realiseren. De gestelde doelen komen deels uit ervaringen opgedaan in een eerdere periode maar ook uit het beroepsprofiel en eigen inkleuringen. Tijdens SLB-B staat het leren managen (ontwikkelen) van competenties centraal, ter voorbereiding op de stage. Hierbij wordt de student ondersteund door een SLB begeleider die periodiek een coachingsgesprek voeren. Tijdens SLB-D laat de student zien zelfstandig competenties te kunnen verbeteren. De coaching is vraaggestuurd en gericht op persoonlijke vragen van de student. Doelen/onderwerpen Verbredende fase SLB-B (tot de stage), de student is stagebekwaam: De student is aangenomen bij een stagebedrijf en is snel praktisch inzetbaar. Hiervoor is initiatief en zelfsturing belangrijk. De student is tijdens de stage in staat zijn/haar competentieontwikkeling vorm te geven en aan te sturen. In deze fase staat het leren managen van de eigen competenties centraal. De volgende activiteiten zijn verplichte onderdelen van SLB jaar 2: buitenlandse reis, introkamp, speeddate en de sollicitatietraining. Daarnaast dienen 80 uren besteed te worden aan portfolioactiviteiten Verdiepende fase SLB-D (van stage tot afstuderen), de student is afstudeerbekwaam: De student is aangenomen bij een afstudeerbedrijf. Hij is in staat om zelfstandig een opdracht te verwerven en deze succesvol af te ronden en is in staat zijn competenties en persoonlijke ontwikkeling zelfstandig te verbeteren. De drie lezingen die georganiseerd worden door Witlox zijn verplicht voor dit SLB onderdeel. Literatuur Handleiding SLB jaar 2 en jaar 3/4 Toetsvorm -

Eindgesprek + portfolio


AC Voltijd

Engels Cursuscode: EC: Verdeling:

AFXX-ENG-B 2 (1 per cursus) Toets01: English writing B2

EC 1

Toets02: English speaking B2

1

Beoordeling Continuous assessment Continuous assessment

Minimaal B2

Weging 50

B2

50

Werkvorm(en):

Werkcolleges en ‘continuous assessment’.

Vakken: Duur: Coördinator: Beschrijving

Engels Cursussen writing en speaking bestaan uit zeven sessies (exclusief huiswerk) Dhr. H.G. (Harry) de Vries

Alle studenten van de AAFM krijgen twee basiscursussen Engels aangeboden die elke student verplicht moet volgen. Deze richten zich op schrijfvaardigheid en spreekvaardigheid. De AAFM maakt gebruik van het taalbeoordelingsmodel van de Europese Gemeenschap, ofwel het Common European Framework of Reference for Modern Languages. Dit model kent één van een totaal van zes niveaus toe aan elk van de vier kernvaardigheden die worden onderscheiden voor de mate van beheersing van een vreemde taal: lezen, luisteren, spreken en schrijven. De niveaus voor deze kernvaardigheden worden vermeld op het diploma. Doelen/onderwerpen Schrijfvaardigheid (schrijfstrategie) - niveau B2 Spreekvaardigheid (telefoneren en tweegesprekken) - niveau B2 Schrijfvaardigheid (rapporteren) - niveau C1* Spreekvaardigheid (vergaderen en presenteren) - niveau C1* *wordt uitsluitend aangeboden in kwartalen 2 en 4. Literatuur Opdrachten en informatie worden op BlackBoard vermeld in de courses: AAFM 1314 basiscursus Engels schrijfvaardigheid AAFM 1314 basiscursus Engels spreekvaardigheid Toetsvorm Voor elke cursus geldt dat de student wordt beoordeeld op basis van: deelname, inzet en vorderingen tijdens ALLE sessies; de inhoudelijke kwaliteit van de reflectie op de leerervaring via een taalportfolio.


3.6

Inrichting postpropedeutische fase AC Duaal

3.6.1


De duale bachelor opleiding Accountancy is verdeeld in een major en een minor. De major van het duale onderwijs omvat zes onderwijseenheden en drie werkperiodes van een half jaar. Het afstuderen wordt tijdens de laatste werkperiode verricht. De duale bachelor opleiding Accountancy kent een verplichte minor, de minor Accountancy. De minor beslaat twee opeenvolgende kwartalen. Studieopbouw AC duaal – reguliere student gestart in september Propedeuse Hoofdfase (jaar Hoofdfase (jaar Hoofdfase (jaar Hoofdfase (jaar

2) 3) 4) 5)

Kwartaal 1 Blok 1 Blok 5 Blok A Blok 9 Minor AC

Kwartaal 2 Blok 2 Blok 6 Werkperiode 2 Blok 15 Minor AC

Kwartaal 3 Blok 3 Werkperiode 1 Werkperiode 2 Werkperiode 3

Kwartaal 4 Blok 4 Werkperiode 1 Blok B Werkperiode 3 (afstuderen)

Studieopbouw AC duaal – turbo student gestart in september (voor 2014) Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)

Kwartaal 1 Blok 3 Blok A Blok 9 Minor AC

Kwartaal 2 Blok 4 Werkperiode 1 Blok 15 Minor AC


Kwartaal 4 Blok 6 Blok B Werkperiode 2 Werkperiode 3 (afstuderen)

Studieopbouw AC duaal – turbo student gestart in februari Propedeuse Hoofdfase (jaar Hoofdfase (jaar Hoofdfase (jaar Hoofdfase (jaar

3.6.2

2) 3) 4) 5)

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Blok 5 Blok A Blok 9 Minor AC

Blok 6 Werkperiode 2 Blok 15 Minor AC


Kwartaal 4 Blok 4 Werkperiode 1 Blok B Werkperiode 3 (afstuderen)


Dit is een samenvatting van de overgangsregeling AC i.v.m. het nieuwe jaar 3 per schooljaar 20142015. De volledige overgangsregeling met de gevolgen voor je studie en leerroute als je na de laatste toetskansen oude blokken niet hebt gehaald, staat op de blackboard community “AAFM studenten AC”/ “overgangsregeling nieuw jaar 3”. In het schooljaar van 2014/2015 start het nieuwe curriculum van jaar 3. In 2014-2015 worden de lessen van de huidige blokken A, B en blok 9 niet meer aangeboden. Je hebt nog wel twee toetskansen voor deze blokken volgend schooljaar. Uitgangspunten overgangsregeling:  Indien blok 9 niet volledig is afgerond na de laatste herkansingsmogelijkheid in kwartaal 2, dan kun je vanaf volgend schooljaar alleen nog deelnemen aan de losse toetsen van blok 9.  Indien blok A dan wel blok B na de laatste herkansingstoetsen in totaliteit niet met voldoende resultaat is afgesloten (toetsen en project) en dus de studiepunten niet zijn toegekend, moet volgens de overgangsregeling geheel nieuw blok A en nieuw blok B in zijn geheel opnieuw gevolgd worden. Let op: oude cijfer van onderdelen van oud blok A of oud blok B kunnen niet ingebracht worden bij het nieuwe examenprogramma.  Als je overgaat naar het nieuwe curriculum, is automatisch ook de daartoe behorende stage- en afstudeernorm (en eventuele andere regelingen) van toepassing.  In Engels komen geen veranderingen. Dus als je de cursussen writing en speaking hebt behaald, hoef je deze niet opnieuw te doen in het 3e jaar. Heb je onderdeel writing en/of speaking nog openstaan, neem hiervoor dan contact op met studie-adviseur.  BCV: In 2014-2015 is er geen lesaanbod meer voor blok 9 en blok B. Een herkansing ter reparatie kan nog gedaan worden in de afwikkelweken (de exacte planning uiterlijk in lesweek 5 afstemmen met Ingrid Huijben) van kwartaal 1 en 2 (2014-2015). Heb je daarna BCV niet afgerond, dan moet je de nieuwe training bij blok 15AC gaan volgen. Dit geldt ook als je niet aan de presentieplicht hebt voldaan.  SLB: Per schooljaar 2014-2015 krijgt ook SLB jaar 3 een nieuwe inhoud. Als je overgaat naar het nieuwe onderwijsprogramma, betekent dit ook dat je de nieuwe inhoud (zie community SLB hoofdfase op blackboard voor inhoud en eisen) van SLB doet (tenzij al 2ECTS behaald, dan 68 Studiegids AAFM 2014-2015



breng je deze in bij het nieuwe onderwijsprogramma).Blijf je in je eigen examenprogramma dan hoort daar ook SLB verbredingsfase oud bij. In specifieke gevallen, waarin deze regeling niet voorziet, kan de student een verzoek indienen bij de examencommissie voor een maatwerkoplossing.

Wat als je wordt overgeheveld naar het nieuwe curriculum? In onderstaand schema zie je welke blokken nieuw je moet gaan volgen als je oude blokken niet gehaald hebt en voor welke nieuwe blokken je vrijstelling krijgt met de behaalde ‘oude’ blokken: Resultaten gevolgde oude blokken

Nieuw te volgen blokken (oat + project)

9- A- B9- A+ B9- A- B+ 9- A+ B+ 9+ A- B9+ A+ B9+ A- B+ 9+ A+ B+ - = blok niet volledig afgerond

9 9 9 9 A A A

A A A

B B B

B B B

Vrijgestelde blokken van nieuwe curriculum indien volledig blok is behaald AN BN 9 9 9 9 AN BN

+ = blok volledig afgerond

Overgangsregeling voor studenten blok 15AC oud (code AFBEC-B12-A15-12) Studenten die blok 15AC voor het eerst in 2012-2013 of eerder gevolgd hebben en bovenstaande code in het examenprogramma hebben, en deze onderwijseenheid nog niet afgerond hebben, worden in schooljaar 2014/2015 overgeheveld naar blok 15AC met code AFBEC-B12-A15-13. De overgangsregeling is als volgt:    







Overgang naar de code AFBE-B12-A15-13 met de daarbij horende regeling. Reeds behaalde cijfers (paper of toets) worden ingevoerd onder de nieuwe code In dit geval mag een student nu niet meer compenseren binnen een vak tussen paper en OAT. Zowel de paper als de toets moet dus voldoende (minimaal 5,5) zijn. Dit is ook de bijbehorende regel van de code AFBE-B12-A15-13 Om de toetsen alsnog te behalen, kan men dan deelnemen aan het aanbod van de toetsen van code AFBE-B12-A15-13 *. De twee toetskansen waar je nog recht op hebt worden vastgesteld en afgenomen in kwartaal 1 en 2 (2014-2015) tijdens de toetsweken. Dus geen keuze meer qua aanbod. Om papers alsnog te behalen, kan je dan deelnemen aan het aanbod van de herkansingen voor de papers van code AFBE-B12-A15-13. De papers kunnen ook in kwartaal 1 en 2 van 2014/2015 herkanst worden. D.w.z. in kwartaal 1 moet uiterlijk op vrijdag week 7 de paper ingeleverd worden (met resultaat uiterlijk bekend in week 10). Een reparatiekans kan ingeleverd worden uiterlijk vrijdag week 4 van kwartaal 2. Dit zijn de twee vastgelegde kansen. Een student die de eerste kans laat schieten, heeft alleen in kwartaal 2, uiterlijk vrijdag van week 4 nog een inleverkans. Voor een student die het beroepsproduct al wel heeft, wordt het cijfer overgenomen op de nieuwe code. Een student die dit onderdeel nog moet doen, kan deelnemen aan het beroepsproduct van code 14 (nieuwe blok per schooljaar 2014-2015) en wordt het resultaat voor jou ingevoerd bij code 13. Indien je na kwartaal 2 van 2014/2015 AFBE-B12-A15-13 niet in zijn geheel hebt afgerond, gaat feitelijk de overgangsregeling in en moet het nieuwe blok 12/15 in zijn geheel gedaan worden.

* NB! Studenten die ter ondersteuning van toetsen nog lessen willen volgen, kunnen MCS en ORG volgen bij het nieuwe blok 12/15 in kwartaal 1 en 2 van 2014/2015. INF wordt aangepast, dus zal in overleg met de docent zijn. Voor OPA bieden we in 2014/2015 geen lessen meer aan. Wil je bepaalde lessen volgen of moet je het beroepsproduct nog doen, neem contact op met je studieadviseur om dit in je leerroute in te plannen.


3.6.3

Cursus- en toetsaanbod AC Duaal 2014-2015

NIEUWE CURRICULUM (STUDENTEN GESTART IN HOOFDFASE VANAF SEPTEMBER 2014)

BLOK 5 6 Werkperiode 1 SLB BCV Engels

NAAM Beheersing van een handelsonderneming De onderneming en haar verslaggeving Werkperiode 1 SLB AC Duaal Jaar 2 BCV JAAR 2 Rapportage- en schrijfvaardigheden Engels Engels writing B2 Engels speaking B2

CODE AFFM-V50-14 AFFM-V60-14 AFAC-WP1-14 AFAC-D-SLB-J2-14 AFAC-D-BCV-14 toets01 AFXX-ENG-B toets01 toets02

P P P P H H P P P P H 1 1 2 2 2 2 3 3 4 4 4 X T

T

T

X T

T

T

I

I

X I I

I I

I

I

I

X I X I

CURRICULUM (STUDENTEN GESTART IN HOOFDFASE VANAF SEPTEMBER 2013) BLOK 5

6 Werkperiode 1 Engels

BCV SLB A B SLB 9 15 Werkperiode 2 Werkperiode 3 Afstuderen

Minor

NAAM Beheersing van een handelsonderneming Beroepsproduct De onderneming en haar verslaggeving Beroepsproduct Werkperiode 1 Engels Engels writing B2 Engels speaking B2 BCV BCV blok 5 SLB verbredingsfase jaar 2 Verslaggeving bij productieondernemingen Verslaggeving bij dienstverl ond. SLB AC Duaal Jaar 3 en 4 Oprichting en overdracht onderneming Organisaties in control Werkperiode 2 Werkperiode 3 Afstudeeronderzoek Afstudeerscriptie Afstudeerverdediging Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2 Minor AC Landelijke OAT Beroepsproduct accountantsverslag Financiering Belastingrecht

CODE

P P P P H H P P P P H 1 1 2 2 2 2 3 3 4 4 4

AFFM-V50-TH-13 AFFM-V50-BP-13 AFFM-V60-TH-13 AFFM-V60-BP-13 AFAC-WP1-11 AFXX-ENG-B toets01 toets02 AFAC-D-BCV-13 toets01 AFAC-SLB-DU-B-13 AFAC-D-BLOKA-14

T

I

I

T

T

T

I

I

X

T

X I

I

I

I

X I X I I

I

X T

I

T X T T

AFAC-D-BLOKB-14 AFAC-D- SLB-J3-14 AFAC-V90-14 AFFM-B12-A15-14 AFAC-WP2-12 AFAC-WP3-11 AFAC-D-V160-14 toets01 toets02 toets03 toets04 AFC-MI-ACC-12 AFAC-V140-LT-12 AFAC-V140-BP-12 AFAC-V140-FIN-12 AFAC-V140-BLR-12

T

I

I

X T

T

I

I

I

X T X T X X I I I

X T X T T I X I I I I

X X

I I I I

X X

T T T T

X T X T X T X

I I I I

X X X X

X X

I I I I

X X

I I I I

I I I I

T T T T T T T

Oude codes (voor september 2013): BLOK

NAAM

CODE

D-08 (WP3)

Werkperiode 3 beoordeling werkperiode afstudeeropdracht slb Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2

AFAC-WP3-10-01 toets01 toets02 toets03 toets04 toets05

P P P P H H P P P P H 1 1 2 2 2 2 3 3 4 4 4 X I I I I

I I I I I

X

I I I I I

I I I I 70


I I I I I

D-09 + D-10 (WP3)

D-09 + D-10 (SLB) A B 9 15 Werkperiode 1 Werkperiode 2 Werkperiode 3 Afstuderen Minor

BCV SLB SLB Engels

Werkperiode 3 beoordeling werkperiode afstudeeropdracht Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2

AFAC-WP3-10 toets01 toets02 toets03 toets04

SLB verbredingsfase Interne- en externe jaarrekening Organisatie beoordelen en controleren Oprichting en overdracht onderneming Organisaties in control Werkperiode 1 Werkperiode 2 Werkperiode 3 Afstuderen Minor AC Landelijke OAT Beroepsproduct accountantsverslag Financiering Belastingrecht BCV jaar 3 BCV blok 9 SLB verbredingsfase jaar 2 SLB verdiepingsfase jaar 3 en 4 Engels Engels writing B2 Engels speaking B2

AFAC-SLB-DU-09

X

AFAC-DA0 AFAC-DB0-09 AFAC-V90-11 AFBEC-B12-A15-12 AFAC-WP1-11 AFAC-WP2-12 AFAC-WP3-11 AFAC-D-160 AFC-MI-ACC-12 AFAC-V140-LT-12 AFAC-V140-BP-12 AFAC-V140-FIN-12 AFAC-V140-BLR-12 AFAC-D-BCV-12 toets03 AFAC-SLB-DU-B-11 AFAC-SLB-DU-D AFXX-ENG-B toets01 toets02

I I I

I I I I

I

I

T

T

T

T

T

T

X T X T X X X I I I X X X X

T T T T I I I

X I I I

I I I I

I I I I

I

I

I

X T X T T X I I X I I X I I I I X T X T X T X

I I I

T T T T T T T

I I

I I

X I X I

X= cursus aanbod )bij semesterblokken: start cursusaanbod) T= schriftelijk toetsaanbod I= mogelijkheid inschrijven Let op! Inschrijven in kwartaal waarin beoordeling plaatsvindt of waarin toetsdeelname gewenst is!

3.6.4

Doorstudeerdrempels AC Duaal

De volgende doorstudeerdrempels zijn voor de duale opleiding opgenomen: Drempel werkperiode 1 Een duale student die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Werkperiode 1’ in jaar 2 moet: * alle onderwijseenheden van het eerste halfjaar van jaar 2 hebben doorlopen, én * het onderdeel SLB jaar 2 met goed gevolg afgerond hebben, én * van alle overige onderwijseenheden (5, 6, BCV en Engels) een aantal toetsen hebben gehaald met een totale studielast van 50% van het aantal EC van deze onderwijseenheden. (NB. Indien blok A nog vóór werkperiode 1 wordt gevolgd, maakt deze geen onderdeel uit van de stagedrempel) Minordrempel en drempel werkperiode 3 Een duale student die wil deelnemen aan de Minor Accountancy en de onderwijseenheid ‘Werkperiode 3’ moet: * de onderwijseenheden 5 en 6 met een voldoende hebben afgesloten, én * de werkperiode 1 en 2 met een voldoende hebben afgerond, én * de onderdelen SLB jaar 2 en 3/4 met een voldoende afgerond hebben, én * de onderwijseenheden A, B, 9 en 15 gevolgd hebben, waarbij minimaal een aantal toetsen moet zijn behaald met een totale studielast van 75% van deze onderwijseenheden, én * van onderwijseenheid 15 het beroepsproduct afgerond hebben indien men tijdens de werkperiode wil gaan starten met het afstudeeronderzoek. Indien de student dit beroepsproduct niet heeft afgerond mag hij/zij de werkperiode afmaken, maar studeert men in een later kwartaal af.


I I

3.6.5

Internationalisering: Stage en/of afstuderen in het buitenland

Het steeds internationaler worden van de arbeidsmarkt en de wens van de studenten om in dit kader met de internationale aspecten van het beroepenveld kennis te maken, heeft ertoe geleid dat de opleidingen binnen de academie AAFM (AC, BE, BKM & HRM) haar studenten verschillende mogelijkheden biedt aan deze wens gevolg te geven. Zo is er bijvoorbeeld de mogelijkheid een stage- of afstudeeropdracht in het buitenland te verrichten. Houd er rekening mee dat stage of afstuderen in het buitenland goed voorbereid dient te worden, dus een tijdige oriëntatie en start van de voorbereidingen is uitermate belangrijk. Houd hier rekening mee in je planning. Je interesse voor een periode in het buitenland kun je in eerste instantie aangeven bij je studieadviseur.


3.6.6

Inhoud aangeboden onderwijseenheden hoofdfase AC Duaal Blok 5: Beheersing van een handelsonderneming


Werkvorm(en):

Vakken:

AC Duaal






Werkvorm(en):

Vakken:

AC Duaal






Blok A: verslaggeving bij productie-ondernemingen Cursuscode: EC: verdeling:

Werkvorm(en): Vakken

AC Duaal

AFAC-D-BLOKA-14 14 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Administratieve organisatie 2 cijfer 5,5 15 Toets02: Bedrijfsadministratie 4 cijfer 5,5 25 Toets03: Belastingrecht 2 cijfer 5,5 15 Toets04: Controlebeginselen 2 cijfer 5,5 15 Toets05: Externe Verslaggeving 2 cijfer 5,5 15 Toets06: Organisatiekunde 2 cijfer 5,5 15 Hoorcolleges en trainingen (werkcolleges) Administratieve Organisatie, Bedrijfsadministratie, Belastingrecht, Controlebeginselen, Externe Verslaggeving en Organisatiekunde 10 weken Dhr. J.P.F. (Jan-Pieter (Johannes)) Schilderinck

Duur: Coördinator: Beschrijving Blok A is specifiek voor duale studenten. Verondersteld wordt dat zij in de unieke gelegenheid zijn om het op school geleerde direct in de praktijk toe te passen. Om die reden is ervoor gekozen om in de blokken A en B geen beroepsproduct te laten maken. De gepubliceerde bedrijfseconomische jaarrekening en de fiscale jaarstukken staan centraal. De student zal leren hoe de bedrijfseconomische (op basis van enkele winstbepalingstelsels) en de fiscale jaarrekening opgesteld dienen te worden volgens de regelgeving. De bijbehorende fiscale en juridische aspecten worden tevens aan de orde gesteld. Omdat we ons richten op productie-ondernemingen zal de basis van de verslaggeving, namelijk de fabricageboekhouding ook aan de orde moeten komen, net als de administratieve organisatie die daaraan ten grondslag ligt. Daarnaast komen een aantal organisatiekundige onderwerpen aan bod. Doelen/onderwerpen - een externe jaarrekening op te stellen conform weten regelgeving; - een fiscale jaarrekening op te stellen ten behoeve van de aangifte vennootschapsbelasting; - in staat zijn organisatie en boekhouding zodanig in te richten dat betrouwbare informatie ten behoeve van de interne en externe verslaggeving adequaat kan worden geproduceerd. Literatuur Administratieve organisatie. De kern van de administratieve organisatie; M. Paur, A.G.J. van Boxel, J.L.J. Korstjens, C.B. Leeftink, L.Paape (eindredactie), Noordhoff, 1e of 2e druk. ISBN 978-90-01-78506-2 Bedrijfsadministratie Boekhouden geboekstaafd; H. Fuchs en S.J.M. van Vlimmeren, Noordhoff, 7e druk, ISBN 978-90-0178428-7 Boekhouden geboekstaafd Opgaven; H. Fuchs en S.J.M. van Vlimmeren, Noordhoff, 7e druk, ISBN 97890-01-78429-4 Voortgezette studie in het boekhouden, Administratie en winstbelasting; H. Beckman en E. Rijswijk, Noordhoff, 1e druk, ISBN 978-90-01-70021-8 Belastingrecht Belastingrecht met de wet in de hand 2013/2014; P.M.C. dekkers, N.H.A. Gorissen, J.B.M. Nijhuis, Boom, 20e druk, ISBN 978-90-8974-788-4 Belastingrecht met de wet in de hand 2013/2014 werkboek; P.M.C. dekkers, N.H.A. Gorissen, J.B.M. Nijhuis, Boom, 20e druk, ISBN 978-90-8974-789-1 Belastingwetten 2014; Kluwer, 45e druk, ISBN 978-90-1311-608-3 Controlebeginselen Compendium Accountancy deel 1B, controle van de jaarrekening; B.A.J. Westra en Folkers, Pentagan, meest recente druk Succesvol studeren Leer van de Accountantscontrole (LAC), Handleiding Auditing Tentamens, Deel 1; B.A.J. Westra en M.J.Th. Mooijekind, Pentagan, meest recente druk Externe verslaggeving Jaarverslaggeving; P. Epe en W. Koetzier, Noordhoff, 6 e druk, ISBN 978-90-01-79778-2 Jaarverslaggeving opgaven; P. Epe en W. Koetzier, Noordhoff, 6 e druk ISBN 978-90-01-79779-9. Organisatiekunde Management & Organisatie, Theorie en toepassing; D. Keuning en D.J. Eppink, Noordhoff, 10e druk, ISBN 978-90-01-80788-7 Management & Organisatie, Caseboek, D. Keuning en D.J. Eppink, Noordhoff, 10e druk, ISBN 978-9001-80977-5 * De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Alle vakgebieden worden apart getoetst door middel van een schriftelijke toets van 100 minuten.


Blok B: Verslaggeving bij diensverlenende ondernemingen Cursuscode: EC: verdeling:


AC Duaal

AFAC-D-BLOKB-14 15 EC Beoordeling Minimaal Toets01: Administratieve Organisatie 2,5 cijfer 5,5 Toets02: Arbeidsrecht 2,5 cijfer 5,5 Toets03: Bedrijfsadministratie 2,5 cijfer 5,5 Toets04: Controlebeginselen 2,5 cijfer 5,5 Toets05: Externe Verslaggeving 2,5 cijfer 5,5 Toets06: Management Accounting 2,5 cijfer 5,5 Toets07: Testimonium: integrale opdracht 0 Vld/nvd vld Project, trainingen en (gast)colleges Administratieve Organisatie, Bedrijfsadministratie, Controlebeginselen, Externe Verslaggeving, Management Accounting en Arbeidsrecht 10 weken Mevr. P.P.W.M. (Patricia) Hendriks

Weging 17 17 17 17 16 16 100

Duur: Coördinator: Beschrijving Blok B wordt aangeboden aan de duale AC studenten in kwartaal vier van het derde studiejaar. De interne en externe verslaggeving van dienstverlenende organisaties staan centraal vanuit de verschillende vakken die worden aangeboden alsmede bij het beroepsproduct. Doelen/onderwerpen De leerdoelen zijn terug te vinden in de trainingswijzer van de verschillende vakgebeiden Literatuur Op dit moment nog niet bekend Toetsvorm Toets 1 t/m 6: schriftelijk toetsen Toets 7: schriftelijke beoordeling van het beroepsproduct inclusief een verdediging van het beroepsproduct


AC Duaal

Blok 9: Oprichting en overdracht onderneming Cursuscode: EC: Verdeling:

AFAC-V90-14 14 Toets01: Belastingrecht Toets02: Financiering Toets03: Levensverzekeringswiskunde pensioenen Toets04: Privaatrecht Toets05: Beroepsproduct*

EC 2,5 2 1



Weging 18 16 08

2,5 6

cijfer cijfer

5,5 5,5

18 40

*Het schriftelijke advies en de mondelinge bespreking/ toelichting dient per vak ook minimaal een 5,5 te zijn.


Hoor- en werkcolleges, trainingen en project Het beroepsproduct zal worden ondersteund met (gast)colleges en spreekuren Belastingrecht (BLR), Privaatrecht (PVR), Financiering (FIN) en Levensverzekeringswiskunde (LVW) 10 weken Mevr. L.Y. (Lysbeth) van Abbema

Duur: Coördinator: Beschrijving Voor de accountant is de dienstverlening bij de oprichting en overdracht van een onderneming een toenemend onderdeel van zijn beroepsuitoefening. In dit blok houdt de student zich (in de rol van beginnend accountant) bezig met de oprichting en overdracht van een onderneming. De student moet de koper van een onderneming adviseren over de waarde van de onderneming, de fiscale en privaatrechtelijke aspecten, de gevolgen voor het pensioen en de financiering van de transactie. Doelen/onderwerpen In dit blok staat centraal de oprichting en overdracht van een onderneming. De theorie van elk vak levert een bijdrage aan het inzicht van de problematiek. De leerdoelen zijn voor de verschillende vakken als volgt. In de trainingswijzers staan per vakgebied de subdoelen van dat betreffende vakgebied. -De student kan de juridisch relevante aspecten welke verband houden met de oprichting c.q. overdracht van een onderneming verwerken in het door hem/haar uit te brengen advies (PVR). - De student kan adviesvraagstukken uitwerken met betrekking tot de inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting bij de fiscale zaken van de oprichting en overdracht van een onderneming/familiebedrijf (BLR). - De student kan de financiële waardering voor een middelgrote onderneming opstellen en adviseren over de financiering van overdracht (FIN) - De student kan de pensioensituatie van een werknemer, ondernemer of dga doorlichten en kan de financiële gevolgen van te maken keuzes voor onderneming of privépersoon aangeven (LVW) In het beroepsproduct maakt de student de vertaalslag van de theorie naar de realiteit van de ondernemer die zijn bedrijf overdraagt of opricht. Het eindproduct van de opdracht is het geven van een schriftelijk advies aan de ondernemer over de verschillende aspecten en gevolgen van de oprichting en overdracht van een onderneming gezien vanuit de vakgebieden. De opdracht vindt zijn afronding in de bespreking en toelichting van het advies met de (fictieve) cliënt. Literatuur Financiering: - Geld, internationale economische betrekkingen en bedrijfsomgeving, laatste druk, Hulleman, M. - Financiering, van MKB tot grootbedrijf, laatste druk, Huls, Kwint en Dekker Belastingrecht: - Wegwijs in de Belastingheffing voor Ondernemingen, laatste druk, prof.mr.drs. H.P.A.M. van Arendonk - Belastingwetten 2014, (pocket-editie) januari 2014 - Aanvulling en/of (overige) leermiddelen via blackboard Levensverzekeringswiskunde/Pensioenen: zie Blackboard Privaatrecht: - De grondslag van het vermogens- en ondernemingsrecht 1 vermogensrecht, laatste druk, Zeijl, A.M.M.M. van - De grondslag van het vermogens- en ondernemingsrecht 2 ondernemingsrecht, laatste druk, Zeijl, A.M.M.M. van - Wetteksten Hoger Onderwijs, 2014-2015, Noordhoff Uitgevers - Aanvulling en/of overige leermiddelen via Blackboard * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm -Schriftelijke toetsen per vak -Schriftelijk beroepsproduct met afsluitend het adviesgesprek




AC Duaal




        



-



Toetsvorm In dit blok vindt de beoordeling plaats door middel van een testimonium voor het gastcollege, eindtoetsen voor de drie vakken en een eindverdediging van het beroepsproduct.

AC Duaal

Werkperioden OUD: voor studenten gestart met werkperiode 1 voor september 2014 Cursuscode: EC:

AFAC-WP1-13 (WP 1) AFAC-WP2-12 (WP 2) AFAC-WP3-11 (WP 3) Werkperiode 1: 15 Werkperiode 2: 17 Werkperiode 3: 17

verdeling:


AFAC-WP1-13: Beoordeling werkperiode 1 AFAC-WP2-12: Beoordeling werkperiode 2 AFAC-WP3-11: Beoordeling werkperiode 3 Werken, terugkomdag nvt Iedere werkperiode: 20 weken Dhr. T.T.J. (Tom) Dierckx

EC 15 17 17


Minimaal 5,5 5,5 5.5

Weging 100 100 100

Tijdens de werkperiode moet de student werkzaamheden verrichten binnen een accountantskantoor. Tevens werkt hij/zij aan voorgeschreven competenties zoals vermeld in de duale gids (Blackboard). Doelen/onderwerpen -

De student kan De student kan De student kan voor cliënten); De student kan De student kan De student kan De student kan

controlewerkzaamheden zelfstandig uitvoeren; een administratie en jaarrekening (laten) samenstellen; een fiscale winstberekening opstellen (als basis voor het verzorgen of controleren van aangiften een oordeel geven over het werk en de inzet van zichzelf en anderen; de eigen loopbaan uitstippelen en invullen; de grenzen van het vakgebied verkennen; de veranderingen in de maatschappij signaleren en bij de werkzaamheden hierop inspelen.

Afgeleide doelen en functies: Vergroten van de kans op een passende baan na de studie; - Tijdens de werkperiode wordt er een duale AC dag georganiseerd. Deze dag wordt ingevuld met diverse workshops door verschillende Accountancy (gerelateerde) kantoren. De duale AC dag is een verplicht onderdeel van het AC duaal curriculum en maakt onderdeel uit van de werkperiode. Literatuur 

nvt

Toetsvorm -

Digitaal portfolio; Een evaluatie- en beoordelingsgesprek met de school- en bedrijfsbegeleider.


AC Duaal

Werkperioden NIEUW: voor studenten gestart met werkperiode 1 vanaf september 2014 Cursuscode: EC:

AFAC-WP1-14 (WP 1) AFAC-WP2-12 (WP 2) AFAC-WP3-11 (WP 3) Werkperiode 1: 17 Werkperiode 2: 17 Werkperiode 3: 17

verdeling:


AFAC-WP1-14 Toets01: Beoordeling werkperiode 1 AFAC-WP2-12 Toets01: Beoordeling werkperiode 2 AFAC-WP3-11 Toets01: Beoordeling werkperiode 3 Werken, terugkomdag nvt Iedere werkperiode: 20 weken Dhr. T.T.J. (Tom) Dierckx

EC 17

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 100

17

cijfer

5,5

100

17

cijfer

5.5

100

Tijdens de werkperiode moet de student werkzaamheden verrichten binnen een accountantskantoor. Tevens werkt hij/zij aan voorgeschreven competenties zoals vermeld in de duale gids (Blackboard). Doelen/onderwerpen -

De student kan controlewerkzaamheden zelfstandig uitvoeren; De student kan een administratie en jaarrekening (laten) samenstellen; De student kan een fiscale winstberekening opstellen (als basis voor het verzorgen of controleren van aangiften voor cliënten); De student kan een oordeel geven over het werk en de inzet van zichzelf en anderen; De student kan de eigen loopbaan uitstippelen en invullen; De student kan de grenzen van het vakgebied verkennen; De student kan de veranderingen in de maatschappij signaleren en bij de werkzaamheden hierop inspelen.

Afgeleide doelen en functies: Vergroten van de kans op een passende baan na de studie; - Tijdens de werkperiode wordt er een duale AC dag georganiseerd. Deze dag wordt ingevuld met diverse workshops door verschillende Accountancy (gerelateerde) kantoren. De duale AC dag is een verplicht onderdeel van het AC duaal curriculum en maakt onderdeel uit van de werkperiode. Literatuur 

nvt

Toetsvorm -

Digitaal portfolio; Een evaluatie- en beoordelingsgesprek met de school- en bedrijfsbegeleider.


AC Duaal



AFAC-D-V160-14 10 Toets01: Afstudeerscriptie Toets02: Afstudeerverdediging Toets03: Ethiek en Integriteit workshop 1 Toets04: Ethiek en Integriteit workshop 2 Praktijk 280 uur Gedurende 3e werkperiode (WP3) Dhr. T.J.A.M. (Tom) Vos

EC 5 5 0 0

Beoordeling cijfer cijfer Vld/nvd Vld/nvd

Minimaal 5.5 5,5 Vld Vld

Weging 50 50 0 0

Het afstuderen is een proeve van bekwaamheid waarbij de HBO-student laat zien dat hij/zij op het niveau van een beginnend HBO beroepsbeoefenaar in staat is om binnen het domein van de AC opleiding een complex praktisch vraagstuk op te lossen. Het afstudeerproces start een half jaar voor het daadwerkelijke afstuderen met een voorlichting. In het voorafgaande blok 15 aan het afstuderen leert de student hoe onderzoek te verrichten. In samenspraak met het kantoor waar de student werkzaam is, moet de student een opdracht zoeken. Het afstuderen vindt plaats in de derde werkperiode en heeft een duur van 280 uur. De afsluitende afstudeerverdediging vindt plaats in de 19e of 20e lesweek van de werkperiode. Het accountantskantoor waar de student werkzaam is moet de student in de gelegenheid stellen om minimaal 20 dagen gedurende de werkperiode met het afstuderen bezig te zijn. De docent die de student tijdens de werkperiode begeleidt, is in principe ook de 1 e afstudeerbegeleider. De uiteindelijke verdediging moet gedaan worden voor een afstudeercommissie bestaande uit de docentbegeleider, 2e docent en een gecommitteerde. De student mag deelnemen aan het afstuderen indien voldaan is aan de afstudeernorm, die in de OER nader is omschreven. Doelen/onderwerpen De student laat in de afstudeerfase zien het niveau bereikt te hebben van een beginnend HBOberoepsbeoefenaar. Dit niveau is beschreven in de Dublin Descriptoren. Uiteindelijk moet de student aantonen dat hij met een grote mate van zelfstandigheid een complexe probleemsituatie kan analyseren, een adequate oplossing kan ontwikkelen en adviezen kan geven over de implementatie. Daarbij moet op een methodologisch verantwoorde wijze zijn gewerkt. De weerspiegeling van het afstudeerproces moet de student vastleggen in zijn afstudeer portfolio (bestaande uit: ambitieformulering; aanmelding afstuderen; schriftelijke feedback op de aanmelding; eventuele aangepaste aanmelding afstuderen; afstudeerplan; schriftelijke feedback op afstudeerplan; eventueel aangepast afstudeerplan en verdere feedback; schriftelijke feedback op conceptrapport; eventueel materiaal ter ondersteuning van de presentatie bij het afstudeerbedrijf; afstudeerrapport; reflectieverslag; eventuele tussentijdse rapportages en andere relevante stukken). Het uiteindelijk afstudeerrapport en de zitting worden elk met een cijfer beoordeeld. Indien het afstudeerrapport onvoldoende is, kan niet deelgenomen worden aan de zitting. Indien de zitting na de herkansing onvoldoende is, moet een nieuwe afstudeeropdracht worden uitgevoerd, waarna opnieuw een verslag en zitting worden beoordeeld. Ethisch handelen is een belangrijk aandachtspunt tijdens het afstuderen. Zodoende wordt er tijdens het afstuderen twee workshops ‘Ethiek en Integriteit’ georganiseerd. Het is verplicht deze bij te wonen. Tijdens deze sessie wordt het professioneel handelen op de werkvloer, daar waar het gaat om het maken van keuzes in werk gerelateerde dilemma’s, geoefend. Literatuur -

Kempen en Keizer, Competent afstuderen en stagelopen

Toetsvorm - Afstudeerverslag; - Openbare verdediging; - Bijwonen twee workshops ‘Ethiek en Integriteit’


AC Duaal




EC

Beoordeling

Minimaal

Weging

16 2

cijfer vld/nvd

5,5 vld

100 0

3 3

cijfer cijfer

5,5 5,5

50 50

3 3

cijfer cijfer

5,5 5,5

50 50

De minor Accountancy is een verplichte minor voor alle AC-studenten. Het is een verdiepende minor waarin de studenten worden voorbereid op de diverse werkzaamheden van de accountant. Deze werkzaamheden omvatten zowel samenstelopdrachten, interim controle, eindejaarscontrole, fiscale advisering als financiële advisering. Binnen de minor worden daartoe vijf vakgebieden aangeboden: Administratieve Organisatie (AO), Belastingrecht (BLR), Controlebeginselen (CB), Externe Verslaggeving (EV) en Financiering (FIN). De minor wordt voor een deel afgesloten met een landelijk examen, de zgn. OAT (OverAll Toets). In deze OAT worden de drie vakgebieden AO, CB en EV geïntegreerd getoetst. Het met goed gevolg afronden van de OAT biedt, na het behalen van het bachelor diploma, directe doorstroommogelijkheden voor zowel de RA-opleiding (master-opleiding RA) als de AA-opleiding (post-bachelor AA). De vakgebieden BLR en FIN worden afgesloten met een schriftelijk schooltentamen. Voor ieder van de vijf vakgebieden verzorgt een vakdocent gedurende veertien weken trainingen. Tevens voeren de studenten projectopdrachten uit op basis van een casus van een controleplichtige Nederlandse onderneming met internationale vertakkingen. De studenten maken oa. 7 weektoetsen waarin diverse onderwerpen uit de vakgebieden AO, CB en EV aan de hand van de beschreven onderneming geïntegreerd worden getoetst. De vraagstelling in deze weektoetsen is op het niveau van het landelijk examen. In groepen van 4 a 5, een controleteam, schrijven de studenten een Accountantsverslag dat mondeling besproken en verdedigd wordt in een gesprek met de Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur. Aan de hand van de casus komen verschillende fiscale problemen aan de orde. Met behulp van de fiscale wetgeving, aangevuld met een cijfermatige toelichting, moeten studenten aangeven hoe deze problemen kunnen worden opgelost. In het kader van financiële advisering worden verschillende problemen op financieel gebied behandeld waar de onderneming tegen aan loopt of zou kunnen lopen. Zo moet oa. een kredietaanvraag worden gemaakt en de financiering worden geregeld. Doelen/onderwerpen Het vakgebied AO richt zich op het beschrijven en beoordelen van de AO/IB van bedrijven binnen de typologieën handel, productie, agrarisch en dienstverlening. Tevens komen onderwerpen als human resource management, informatiebehoeften, systeemontwerp, risico’s van automatisering, E-commerce en de balanced score card aan de orde. Het vakgebied BLR behandelt de Inkomstenbelasting, de Successiewet, met speciale aandacht voor de faciliteit van de bedrijfsopvolging, de Wet belasting rechtsverkeer, de Invorderingswet en het formele recht van de Algemene Wet bestuursrecht en de Algemene wet Rijksbelastingen. Het vakgebied EV gaat in op de eisen waaraan informatie in de jaarrekening moet voldoen volgens de regelgeving. Aandacht zal worden besteed aan de gevolgen van de in de praktijk gehanteerde vermogens- en winstbepalingsstelsels voor vermogen en resultaat. Tevens wordt aandacht besteed aan de analyse van de jaarstukken. Bij het vakgebied CB staat de risicoanalyse en de controleaanpak van de accountant centraal. De onderwerpen die behandeld worden zijn onder meer inherente risico’s, controleplannen, fraude en de onafhankelijkheidsregels. Daarnaast wordt aan de hand van cases de regelgeving behandeld. Binnen het vakgebied FIN komen de onderwerpen kredietaanvraag, werkkapitaalbeheer, waardering en financieel risicomanagement aan bod. Literatuur BLR Belastingrecht voor Bachelors en Masters, theorieboek 2014-2015, uitgever Convoy Belastingwetten 2014 (pocket editie), Geppaart, Kluwer EV Jaarverslaggeving, Epe en Koetzier, meest recente druk


Actualisering van het boek Jaarverslaggeving van Epe en Koetzier (beschikbaar via website Noordhoff) Naar keuze: het Handboek Externe Verslaggeving van Deloitte door Kimenai, Manschot ea of het Handboek Jaarrekening van Ernst&Young door Böhmer, Hoogendoorn ea (Kluwer) of het Jaarboek externe verslaggeving van KPMG door Bergwerff, in alle gevallen de meest recente versie beschikbaar vanaf 1 augustus 2014. BIV/AO Bestuurlijke informatieverzorging deel 2A, 5e druk, Starreveld ea, Noordhoff Bestuurlijke informatieverzorging deel 2B, 5e druk, Starreveld ea, Noordhoff Grondslagen administratieve organisatie deel A, 21e druk, Jans, Noordhoff (niet verplicht) Grondslagen administratieve organisatie deel B, 21e druk, Jans, Noordhoff of in plaats van Jans B en Starreveld 2A en Starreveld 2B De kern van de administratieve organisatie, 1e of 2e druk, Paur ea, Noordhoff CB Grondslagen van Auditing & Assurance, Marjoor ea, Nijenrode/Noordhoff De praktijk van Auditing & Assurance, Van kollenburg, Nijenrode/Noordhoff Compendium voor de accountantscontrole deel 2, Westra, Pentagan Publishing Handleiding regelgeving Accountancy deel 1 en deel 1A, meest recente editie op 1 aug. 2014, bestellen via www.NBA.nl FIN Geld, IEB en Bedrijfsomgeving, 6e druk, Hulleman, Noordhoff Financiering; van MKB naar grootbedrijf, 5e druk, Huls en Dekker, Noordhoff Toetsvorm -

deelproject Accountantsverslag: verslag en mondelinge verdediging landelijk examen (de zgn. OAT) schriftelijke toets Belastingrecht deelproject Fiscale advisering: verslag en mondelinge verdediging schriftelijke toets Financiering deelproject Financiële advisering: verslag en mondelinge verdediging


AC Duaal

Bedrijfs Communicatieve Vaardigheden (jaar 2) Cursuscode: EC: Verdeling:


AFAC-D-BCV-14 1 Toets01: Rapportage- en schrijfvaardigheden Blok 5 Werkcolleges Bedrijfs Communicatieve Vaardigheden 10 weken per onderdeel Mevr. I. (Ingrid) Huijben

EC 1

Beoordeling Vld/nvd

Minimaal vld

Weging 100

In het tweede en derde jaar volgt iedere student een tweetal cursussen bedrijfscommunicatieve vaardigheden. Binnen de AC-opleiding is gekozen voor de onderdelen: 1. Schrijfvaardigheid, onderzoeksvaardigheden en rapportagevaardigheden. 2. Zakelijk schrijven. Doelen/onderwerpen 1.

Onderwerp: Onderzoek uitvoeren d.m.v. deskresearch: naar aanleiding van de onderwerpskeuze een onderzoek uitvoeren en in een rapport verwerken. Doelen:  Verbeteren van individuele schrijfvaardigheid.  Verbeteren van de individuele presentatievaardigheid.  Onderzoek deskresearch uitvoeren en uitwerken via een onderzoeksrapport.

Literatuur Schrijfvaardigheid en onderzoeksvaardigheden:  Trainingswijzer BCV-5  Materiaal uit: Janssen, D. (red.): Zakelijke Communicatie de deel 2. Meest recente druk. WoltersNoordhoff. Groningen. ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Schrijfvaardigheid en onderzoeksvaardigheden Individuele schrijfopdrachten. Individuele presentatie. Onderzoek deskresearch. BCV-verslag.


AC Duaal

Studie Loopbaan Begeleiding, jaar 2 VOOR STUDENTEN GESTART IN DE HOOFDFASE VANAF SEPTEMBER 2014 Cursuscode: EC: Verdeling:


AFAC-D-SLB-J2-14 (jaar 2) 2 EC Beoordeling Workshops voorbereiding WP1 0 Vld/nvd Toets01: Assessment 2 Vld/nvd Instructiecolleges, workshops en begeleidingsgesprekken 1 semester Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Minimaal vld vld

Weging testimonium 100

Binnen Avans Hogeschool, en dus ook binnen de Academie voor Algemeen en Financieel Management, wordt gewerkt met Competentiegericht Onderwijs. Dit betekent dat studenten tijdens hun opleiding aandacht besteden aan de ontwikkeling van competenties die aansluiten bij hun vakgebied maar ook, meer algemeen, bij het niveau van een beroepsbeoefenaar na het HBO. Binnen de leerlijn Studie Loopbaan Begeleiding (SLB) wordt in alle 4 de jaren van de opleiding nadrukkelijk invulling gegeven aan deze ontwikkeling. Bij SLB in het 2e leerjaar wordt er een vervolg gegeven aan de competentie ontwikkeling van studenten zoals zij hier in de propedeuse mee kennis hebben gemaakt. Er wordt een nadrukkelijke link gelegd tussen competentie ontwikkeling en stagevaardigheden. Duale studenten moeten aan het einde van het eerste semester, voordat ze op WP1 gaan, stagebekwaam zijn. Middels workshops en coaching door SLB-coaches bekwamen zij zich in de vaardigheden die nodig zijn bij het solliciteren en ontwikkelen zij competenties die passen bij hun beroepsprofiel. Competenties die centraal staan zijn: mondelinge communicatie, schriftelijke communicatie, sociale vaardigheid, pro-activiteit en zelfreflectie. Studenten volgen bij de start van jaar 2 een introductiecollege waarna ze in een kleine groep gaan kennismaken met hun SLB-coach voor jaar 2. Met deze coach maken ze afspraken over de te ontwikkelen competenties. Een en ander wordt beschreven in een ambitieformulier. In blok 5 worden er 4 workshops ingeroosterd. Aanwezigheid hierbij is voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Aan het einde van blok 7 vindt het assessment plaats waar studenten worden beoordeeld op het bekwaam zijn voor WP1. In blok 6 vindt de afronding van SLB plaats middels een eindgesprek waarin het ambitieformulier wordt beoordeeld. Doelen/onderwerpen Hieronder staan de vaardigheden en het gedrag beschreven die horen bij het bekwaam zijn voor WP1:  Studenten hebben een realistisch beeld van de arbeidsmarkt binnen hun vakgebied. Ze zijn bekend met de ontwikkelingen en trends op de arbeidsmarkt en kennen de competentie-eisen die door deze markt aan hun beroep worden gesteld.  Studenten schrijven een correcte sollicitatiebrief en stellen een correct CV op. Ze verplaatsen zich in de behoefte van een potentieel stagebedrijf en weten dit te vertalen in een brief en CV.  Door te netwerken zijn studenten in staat op eigen kracht een stageplaats te acquireren. Ze leggen contacten met bedrijven en regelen en organiseren zelfstandig alle gevraagde zaken rondom de stage.  Studenten benoemen hun kwaliteiten en ontwikkelpunten. Dit presenteren zij kort en pakkend tijdens een (sollicitatie)gesprek. Studenten ‘verkopen’ zichzelf in een sollicitatiegesprek met gebruik van de STAR-methodiek.  Studenten passen zich makkelijk en effectief aan aan een nieuwe omgeving of situatie. Studenten vragen uit zichzelf om nadere informatie en initiëren zelfstandig activiteiten. Literatuur Handleiding SLB jaar 2 en trainingswijzer voor workshops. Toetsvorm -

Deelname aan workshops Assessment; speeddate en elevator pitch


AC Duaal

Studie Loopbaan Begeleiding verbredingsfase (jaar 2) + verdiepingsfase (jaar 3/4) OUD: VOOR STUDENTEN GESTART IN DE HOOFDFASE VOOR SEPTEMBER 2013 Cursuscode: EC: Verdeling:


AFAC-SLB-DU-B-11 (verbredingsfase, jaar 2) AFAC-SLB-DU-D (verdiepingsfase, jaar 3 + 4 tot aan de minor) 2 voor AFAC-SLB-DU-B-11 en 2 voor AFAC-SLB-DU-D EC Beoordeling Minimaal Beoordeling SLB 2 Vld/nvd Vld Beoordeling SLB 2 Vld/nvd vld Instructiecolleges en begeleidingsgesprekken AFAC-SLB-DU-B-11 1 jaar, AFAC-SLB-DU-D 1,5 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Weging 100 100

In de onderwijsvisie van de AAFM (2005) is het doel van studieloopbaanbegeleiding omschreven als:  ontwikkeling van de loopbaan vanaf instroom tot aan de uitstroom naar een beginnend beroepsbeoefenaar;  ontwikkelen van leren-leren en leren-reflecteren: op studieverloop en hun persoonlijk professionele ontwikkeling op weg naar beginnende beroepsbeoefenaar De studieloopbaan van de student is de leerroute die de student volgt. Daarbij krijgt de student al lerend een steeds beter beeld van het beroepenveld en van de competenties die nog ontwikkeld moeten worden. In beide fasen kiest de student activiteiten uit de kaartenbak waarmee hij/zij de gestelde competentiedoelen probeert te realiseren. De gestelde doelen komen deels uit ervaringen opgedaan in een eerdere periode maar ook uit het beroepsprofiel en eigen inkleuringen. Tijdens SLB-B staat het leren managen (ontwikkelen) van competenties centraal, ter voorbereiding op de stage. Hierbij wordt de student ondersteund door een SLB begeleider die periodiek een coachingsgesprek voeren. Tijdens SLB-D laat de student zien zelfstandig competenties te kunnen verbeteren. De coaching is vraaggestuurd en gericht op persoonlijke vragen van de student. Doelen/onderwerpen Verbredende fase SLB-B (tot de stage), de student is stagebekwaam: De student is aangenomen bij een stagebedrijf en is snel praktisch inzetbaar. Hiervoor is initiatief en zelfsturing belangrijk. De student is tijdens de stage in staat zijn/haar competentieontwikkeling vorm te geven en aan te sturen. In deze fase staat het leren managen van de eigen competenties centraal. De volgende activiteiten zijn verplichte onderdelen van SLB jaar 2: buitenlandse reis, introkamp, speeddate en de sollicitatietraining. Daarnaast dienen 80 uren besteed te worden aan portfolioactiviteiten Verdiepende fase SLB-D (van stage tot afstuderen), de student is afstudeerbekwaam: De student is aangenomen bij een afstudeerbedrijf. Hij is in staat om zelfstandig een opdracht te verwerven en deze succesvol af te ronden en is in staat zijn competenties en persoonlijke ontwikkeling zelfstandig te verbeteren. De drie lezingen die georganiseerd worden door Witlox zijn verplicht voor dit SLB onderdeel. Literatuur Handleiding SLB jaar 2 en jaar 3/4 Toetsvorm -



AC Duaal




EC 1


1


Minimaal B2

Weging 50

B2

50

Werkcolleges en ‘continuous assessment’. Engels Cursussen writing en speaking bestaan uit zeven sessies (exclusief huiswerk) Dhr. H.G. (Harry) de Vries



4 Bedrijfseconomie


4.1

Organisatie en medewerkers team Accountancy/Bedrijfseconomie

Docententeam AC/BE

Teamvoorzitter: Dhr. M.J.A. (René) Theunis

Mevr Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.

L.Y. R.P.M. J.C.M. J.C.M. T.T.J. J.C.

(Lysbeth) (René-Pascal) (Jos) (Johan) (Tom) (Jan)

van Abbema van den Boom Bruurs van Bussel Dierckx van Elsacker

AC BE AC BE AC BE

Mevr Dhr. Dhr. Mevr Dhr. Mevr

Dhr.

W.J.M.

(Wim)

Halve

BE

Mevr M.M.J.G. (Miranda)

Dhr. Mevr Mevr Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.

H.A.J. A.L.A. P.P.W.M. J.J.E. W. C.J.M. W.G.

(Harry) (Sandra) (Patricia) (Joost) (Wim) (Coen) (Wim)

AC AC AC BE BE BE BE

Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.

Mevr

M.J.M.

(Marjolein)

AC

Dhr. Mevr Dhr. Dhr.

A.A.F. B.J.C.H. P. T.C.A.J.

(Arthur) (Bernadette) (Paul) (Thomas)

AC BE BE BE

Mevr

L.M.C.

(Lisette)

van der Heijden Heijstermann Hendriks van Hilst Hoezen van Hout Huisman van der KaaSegers Kemps Klarenaar Koot De Kroon van LeeuwenHendrikse

Studieadviseurs: Mevr. V.S. (Vera) Adriaansen (BE) Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker (AC)

I.R. M.A.C. D.J.W. E.M. A.J. S.M.J.

BE BE AC BE AC AC

(Ton) (Ico) (Oene) (Johannes) (Stef) (Lennard) (Antonius)

Lubberman Luijks van Neutegem van Opstal-Sonke van de Rakt Martens Pijnenburg-van Laarhoven Romijn Ronner Rozendal Schilderinck Schuurmans Terpsma Valk

Mevr J.M.R.

(Lia)

Verbon-Huisman

AC

Mevr Dhr. Dhr. Dhr.

(Maria) (Tom) (Harry) (Eric)

Vermeulen Vos de Vries Zijlmans

AC AC BE AC

T. I.D. O. J.P.F. S.S. L.M. A.P.R.M. M.W.B. T.J.A.M. H.G. H.G.A.M

(Irene) (Martijn) (Wim) (Esther) (Antonius) (Suzan)

AC

Onderwijscommissie team AC/BE: Dhr. M.J.A. (René) Theunis Dhr. L.M. (Lennard) Terpsma Mevr. L.M.C. (Lisette) van Leeuwen-Hendrikse Dhr. T.T.J. (Tom) Dierckx Dhr. P. (Paul) Koot

Opleidingscommissies: Docentleden van de opleidingscommissie AC: Dhr. H.G.A.M. (Eric) Zijlmans Dhr. A.A.F. (Arthur) Kemps Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Docentleden van de opleidingscommissie BE: Dhr. A.P.R.M. (Tommy) Valk Dhr. J.C.M. (Johan) van Bussel Mevr. V.S. (Vera) Adriaanse

Studievereniging AC: Midas Postbus 90116 4800 RA Breda www.midas.nl voorzitter Melvin Partouns

Studievereniging BE: OASE Postbus 90116 4800 RA Breda www.sv-oase.nl voorzitter Joep Hofman


AC AC AC AC AC BE BE BE

4.2

Opleidingsprofiel

4

Werkzaamheden en werkgebieden De werkzaamheden van de Bedrijfseconoom worden landelijk getypeerd als het beheersbaar maken van de financiële organisatie in het geheel en de onderliggende processen in het bijzonder. Van een BE’er wordt verwacht dat hij de processen in organisaties in kaart brengt en dat hij t.b.v. beheersing en verbetering procesindicatoren ontwikkelt en registreert. T.b.v. deze werkzaamheden zijn in de volgende werkgebieden en kennisgebieden onderscheiden: Werkgebieden van de bedrijfseconoom: • Beheer en toewijzing van geld, tijd en capaciteit, middelen (personele en fysieke, grondstoffen, goederen) aan taken en activiteiten. • Verzamelen, vastleggen en beheren van gegevens, gebruik makend van systemen en technologie. • Controle op beheer en besteden van middelen. • Verlenen van diensten en het geven van adviezen aan interne en externe klanten. • Invulling geven aan het riskmanagement van een organisatie. Kennisgebieden, deze zijn verdeeld over hoofd- en nevengebieden: • Hoofdgebieden o Bestuurlijke informatieverzorging/ administratieve organisatie o Bedrijfsadministratie o Financiering (Finance) o Externe Verslaggeving (Financial Accounting) o Management accounting/control • Nevengebieden: o Algemene economie o Marketing o Organisatie & Management o Recht (fiscaal & privaat) Taken van de bedrijfseconoom De taken van de zijn op hoofdlijnen in twee essentiële kerntaken gebundeld:  Beslissingsondersteuning: het gevraagd en ongevraagd adviseren van het management over de financiële consequenties van het huidige en voorgestelde beleid.  Bestuurlijke informatieverzorging: het zodanig inrichten van financiële en niet financiële informatiesystemen dat deze adequaat voorzien in de behoefte aan financiële informatie voor deze beslissingsondersteuning en als basis voor verantwoordingen. Toekomstige beroepen en functies De opleiding Bedrijfseconomie is een “brede” opleiding. Mogelijke functies van de bedrijfseconoom zijn controller, treasurer, financieel manager, hoofd administratie, assistent-accountant, investor relations-manager en dergelijke. De bedrijfseconoom start deze functies in de regel op medewerkersniveau (soms ook op assistent-niveau) en groeit in enkele jaren naar zelfstandige beroepsbeoefeningen toe.

4.3

Vervolgstudie na de bachelor opleiding

Met een bachelor diploma op zak van de bachelor opleiding Bedrijfseconomie kun je goed instappen op meerdere Masterstudies. In de meeste gevallen dien je dan nog wel een schakelprogramma te volgen. Avans+ biedt ook mastertrajecten aan die goed op deze opleiding aansluiten.

4.4


Aan een student die alle onderwijseenheden van de voltijd opleiding of de duale opleiding met goed gevolg heeft afgerond, wordt door de examencommissie de bachelorgraad verleend. Deze graad geeft het recht op het voeren van een titel achter de naam. Aan de opleiding Bedrijfseconomie is de graad ‘Bachelor of Business Administration’ gekoppeld, afgekort tot BBA.

4

Bron: Landelijk Opleidingsprofiel BE 2013 90


4.5

Inrichting postpropedeutische fase BE Voltijd

4.5.1


De voltijd Bachelor opleiding Bedrijfseconomie (BE) is verdeeld in een major en een minor. De major bevat 210 EC en de minor 30 EC. Studieopbouw BE Voltijd – reguliere student gestart in september Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)

Kwartaal 1 Blok 1 Blok 5 Stage Minor




Studieopbouw BE Voltijd – turbo student gestart in september (laatst gestart september 2013) Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)



Kwartaal 3 Blok 5 Stage Minor


Studieopbouw BE Voltijd – turbo student gestart in februari Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)

4.5.2

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Blok 5 Stage Minor

Blok 6 Stage Minor




Voor studenten blok 12BE oud (code AFBEC-B12-A15-12): Studenten die blok 12BE voor het eerst in 2012-2013 of eerder gevolgd hebben en bovenstaande code in het examenprogramma hebben, en deze onderwijseenheid nog niet afgerond hebben, worden in schooljaar 2014/2015 overgeheveld naar blok 12BE met code AFBEC-B12-A15-13. De overgangsregeling is als volgt:    







Overgang naar de code AFBE-B12-A15-13 met de daarbij horende regeling. Reeds behaalde cijfers (paper of toets) worden ingevoerd onder de nieuwe code. In dit geval mag een student nu niet meer compenseren binnen een vak tussen paper en OAT. Zowel de paper als de toets moet dus voldoende (minimaal 5,5) zijn. Dit is ook de bijbehorende regel van de code AFBE-B12-A15-13. Om de toetsen alsnog te behalen, kan men dan deelnemen aan het aanbod van de toetsen van code AFBE-B12-A15-13 *. De twee toetskansen waar je nog recht op hebt worden vastgesteld en afgenomen in kwartaal 1 en 2 (2014-2015) tijdens de toetsweken. Dus geen keuze meer qua aanbod. Om papers alsnog te behalen, kan je dan deelnemen aan het aanbod van de herkansingen voor de papers van code AFBE-B12-A15-13. De papers kunnen ook in kwartaal 1 en 2 van 2014/2015 herkanst worden. D.w.z. in kwartaal 1 moet uiterlijk op vrijdag week 7 de paper ingeleverd worden (met resultaat uiterlijk bekend in week 10). Een reparatiekans kan ingeleverd worden uiterlijk vrijdag week 4 van kwartaal 2. Dit zijn de twee vastgelegde kansen. Een student die de eerste kans laat schieten, heeft alleen in kwartaal 2, uiterlijk vrijdag van week 4 nog een inleverkans. Voor een student die het beroepsproduct al wel heeft, wordt het cijfer overgenomen op de nieuwe code. Een student die dit onderdeel nog moet doen, kan deelnemen aan het beroepsproduct van code 14 (nieuwe blok per schooljaar 2014-2015) en wordt het resultaat voor jou ingevoerd bij code 13. Indien je na kwartaal 2 van 2014/2015 AFBE-B12-A15-13 niet in zijn geheel hebt afgerond, gaat feitelijk de overgangsregeling in en moet het nieuwe blok 12/15 in zijn geheel gedaan worden.

* NB! Studenten die ter ondersteuning van toetsen nog lessen willen volgen, kunnen MCS en ORG volgen bij het nieuwe blok 12/15 in kwartaal 1 en 2 van 2014/2015. INF wordt aangepast, dus zal in overleg met de docent zijn. Voor OPA bieden we in 2014/2015 geen lessen meer aan. Wil je bepaalde lessen volgen of moet je het beroepsproduct nog doen, neem contact op met je studieadviseur om dit in je leerroute in te plannen. 91 Studiegids AAFM 2014-2015

4.5.3

Cursus- en toetsaanbod BE Voltijd 2014-2015

BLOK

NAAM

CODE

5 6 7 8 ENGELS ENGELS BCV BCV SLB

Beheersing van een handelsonderneming De onderneming en haar verslaggeving Financieren productie-onderneming Groei en krimp dienstverlenende org. toets 01 Engels writing B2 toets 02 Engels speaking B2 toets 01 Rapportage- en schrijfvaardigheden toets 02 Advies- en gespreksvaardigheden SLB jaar 2

AFFM-V50-14* AFFM-V60-14* AFBE-V70-14* AFBE-V80-14* AFXX-ENG-B AFXX-ENG-B AFBE-BCV-13 AFBE-BCV-13 AFXX-SLB-J2-14

P 1 X

P P 1 2 T X

P 2 T T

P 3

X X

I

X

I

X X

I I I I

X

CURRICULUM 2013/2014 (STUDENTEN GESTART MET HOOFDFASE PER SEPT 2013/FEB P P P P P BLOK NAAM CODE 1 1 2 2 3 5 Beheersing van een handelsonderneming AFFM-V50-TH-13* T T 5 Beheersing van een handelsonderneming AFFM-V50-BP-13 I I 6 De onderneming en haar verslaggeving AFFM-V60-TH-13* T 6 De onderneming en haar verslaggeving AFFM-V60-BP-13 I Het beheersen en financieren van een 7 AFBE-V70-TH-13* X T T productie-onderneming Het beheersen en financieren van een 7 AFBE-V70-BP-13 X I I productie-onderneming De fusie/reorganisatie bij een dienstverlener 8 AFBE-V80-TH-13* X T (theorie) De fusie/reorganisatie bij een dienstverlener 8 AFBE-V80-BP-13 X I (beroepsproduct) ENGELS toets 01 Engels writing B2 AFXX-ENG-B X I I X ENGELS toets 02 Engels speaking B2 AFXX-ENG-B X I BCV toets 01 Rapportage- en schrijfvaardigheden AFBE-BCV-13 X I I BCV toets 02 Advies- en gespreksvaardigheden AFBE-BCV-13 X I SLB SLB verbredingsfase AFXX-SLB-B-13 STAGE Stage AFBE-V90-09 X I X 11 Financial performance AFBE-V110-12* X T T X 12 Organisaties in control AFFM-B12-A15-14* X T X T X SLB SLB jaar 3 en 4 AFFM-SLB-J3-14 I I OUDE CURRICULUM (STUDENTEN GESTART IN HOOFDFASE VOOR SEPTEMBER P P BLOK NAAM CODE 1 1 STAGE Stage AFBE-V90-09 X 11 Financial performance AFBE-V110-12* X T 12 Management Control AFBEC-B12-A15-13* T 12 Organisaties in control AFFM-B12-A15-14* X T MINOR MINOR** VRIJE PROFILERINGSRUIMTE** X AFSTUDEREN Afstuderen AFBE-V150-10 X I AFSTUDEREN Afstuderen AFBE-V150-14 X I ENGELS Engels speaking AFXX-ENG-B ENGELS Engels writing AFXX-ENG-B X I BCV BCV Schrijfvaardigheid AFBE-BCV-09 I BCV BCV Adviesvaardigheden AFBE-BCV-09 SLB SLB verbredingsfase AFBEC-SLB-B I SLB SLB verbredingsfase AFBEC-SLB-B-10 I SLB SLB verbredingsfase AFBEC-SLB-B-11 I AFSTUDEREN Afstuderen BE AFXX-VP-0LV1A-04 I PF BE Portfolio 3e jaar AFXX-VP-1IO0A-04 I PF BE portfolio 4e jaar AFXX-VP-1IP0A-03 I

2013) P P 2 2 I T T X T X X X

I I I I I I I I I I I I

P P P 3 4 4 T T T T T X T I I I

H 4

I I

I I

X

I I

T

2014) P P P H 3 4 4 4 T T I

T

T

T

I

I

T

T

T

I

I

I

I I

I

I I

X

I I I T T I

I I

T T I

X

P 3 X X

P 3

P 4

P 4 I T

H 4

X X

T

X

T

T

X

I I I

X

I

I

X

T

I I I I I I I

T I

I I I I I I I I

I I I I I I I

X = cursus aanbod (bij semesterblokken: start cursusaanbod) T = schriftelijk toetsaanbod inclusief mogelijkheid inschrijven I = mogelijkheid inschrijven Let op! Inschrijven in kwartaal waarin beoordeling plaatsvindt of waarin toets deelname gewenst is! * De theorie bestaat uit losse vakken, de vakken bij het blok zijn te vinden bij ‘inhoud onderwijseenheden’ ** Zie voor specifiek toetsaanbod van de AAFM minoren het hoofdstuk ‘Minoren AAFM’.


4.5.4

Doorstudeerdrempels BE Voltijd

Voor de postpropedeutische fase van de opleiding BE gelden onderstaande doorstudeerdrempels: 4.5.4.1

Curriculum 2013-2014 (studenten gestart in hoofdfase per september 2013 en februari 2014)

Stagedrempel: Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Stage’ in jaar 3 moet: * de propedeutische fase met goed gevolg hebben afgesloten, én * alle onderwijseenheden van jaar 2 hebben doorlopen, én * het onderdeel SLB verbredingsfase met goed gevolg afgerond hebben, én * van alle overige onderwijseenheden minimaal 75% van de studiepunten behaald hebben. Dit betekent: Onderwijseenheden Theoretische leerlijn Beroepsproducten Vaardigheden Engels en BCV

Maximale Ects 32 20 4

Stagedrempel 24 15 3

Start onderwijseenheden jaar 3/4: Om toegang te mogen hebben tot de onderwijseenheden van jaar 3 en 4, gelden dezelfde criteria als voor de stagedrempel Afstudeerdrempel: Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Afstudeeronderzoek’ moet: * alle onderwijseenheden van jaar 2 met goed gevolg hebben afgesloten, én * de stage van jaar 3 met een voldoende hebben afgesloten, én * de onderwijseenheden 11 en 12 gevolgd hebben waarbij er minimaal een aantal toetsen moet zijn gehaald met een totale studielast van 50% van deze onderwijseenheden, én * het onderdeel SLB jaar 2 en 3/4 met een voldoende afgerond hebben, én * van onderwijseenheid 12 het beroepsproduct afgerond hebben, én * de minor gevolgd hebben. (NB. De resultaten van de minor maken geen onderdeel uit van de afstudeerdrempel) 4.5.4.2

Curriculum 2014-2015 (studenten gestart in hoofdfase vanaf september 2014)

Stagedrempel: Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Stage’ in jaar 3 moet: * de propedeutische fase met goed gevolg hebben afgesloten, én * alle onderwijseenheden van jaar 2 hebben doorlopen, én * het onderdeel SLB jaar 2 met goed gevolg afgerond hebben, én * van alle overige onderwijseenheden (5, 6, 7, 8, BCV en Engels) een aantal toetsen hebben gehaald met een totale studielast van 75% van het aantal EC van deze onderwijseenheden. Start onderwijseenheden jaar 3/4: Om toegang te mogen hebben tot de onderwijseenheden van jaar 3 en 4, gelden dezelfde criteria als voor de stagedrempel Afstudeerdrempel: Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Afstudeeronderzoek’ moet: * alle onderwijseenheden van jaar 2 met goed gevolg hebben afgesloten, én * de stage van jaar 3 met een voldoende hebben afgesloten, én * de onderwijseenheden 11 en 12 gevolgd hebben waarbij er minimaal een aantal toetsen moet zijn gehaald met een totale studielast van 50% van deze onderwijseenheden, én * het onderdeel SLB jaar 2 en 3/4 met een voldoende afgerond hebben, én * van onderwijseenheid 12 het beroepsproduct afgerond hebben, én * de minor gevolgd hebben. (NB. De resultaten van de minor maken geen onderdeel uit van de afstudeerdrempel)

4.5.5

Internationalisering: Stage, minor en/of afstuderen in het buitenland

Het steeds internationaler worden van de arbeidsmarkt en de wens van de studenten om in dit kader met de internationale aspecten van het beroepenveld kennis te maken, heeft ertoe geleid dat de opleidingen binnen de academie AAFM (AC, BE, BKM & HRM) haar studenten verschillende mogelijkheden biedt aan deze wens gevolg te geven. Naast de mogelijkheid een stage- of 93 Studiegids AAFM 2014-2015

afstudeeropdracht in het buitenland te verrichten, is het onder meer mogelijk als minor een semester te gaan studeren bij een school in het buitenland. In samenwerking met academies binnen Avans die gelieerd zijn aan scholen binnen en buiten Europa zijn er mogelijkheden om een studiesemester in het buitenland te volgen. De uitwisselingen vallen vaak onder het Erasmusprogramma van de Europese Unie waarbij je een studiesemester aan een andere universiteit of hogeschool binnen de Europese Unie kunt volgen. Daarnaast kan een student als "free mover" een studiesemester in het buitenland volgen. Hierbij regel je naar eigen inzicht en voorkeur waar je een studiesemester wilt gaan volgen. Als “free mover” val je vaak buiten het Erasmusprogramma (zeker buiten Europa) en dien je rekening te houden met onder andere extra collegegeld kosten. In geval van een studiesemester in het buitenland, wordt in samenspraak met de student een studieprogramma samengesteld, dat gelijkwaardig is aan een studiesemester in Nederland. Deze gelijkwaardigheid geldt zowel ten aanzien van de kennisdomeinen als ten aanzien van de diepgang van het programma en het aantal te behalen studiepunten. De Examencommissie van de AAFM beslist of een student toestemming krijgt het voorgestelde studieprogramma in het buitenland te gaan volgen. Houd er rekening mee dat studie, stage of afstuderen in het buitenland goed voorbereid dient te worden, dus een tijdig oriëntatie en start van de voorbereidingen is uitermate belangrijk. Vooral voor een studiesemester zijn er sluitingstermijnen voor aanmelding en inschrijving, dus houd hier rekening mee in je planning. Je interesse voor een periode in het buitenland kun je in eerste instantie aangeven bij je studieadviseur.


4.5.6

Inhoud aangeboden onderwijseenheden BE Voltijd Blok 5: Beheersing van een handelsonderneming


Werkvorm(en):

Vakken:

BE Voltijd






Werkvorm(en):

Vakken:

BE Voltijd






Blok 7: Het beheersen en financieren van een productieonderneming Cursuscode: Ects: Verdeling:

Werkvorm(en):


BE Voltijd

AFBE-V70-14 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Algemene Economie 2 cijfer 5,5 15 Toets02: Financiele Administratie 2 cijfer 5,5 15 Toets03: Financiering 2 cijfer 5,5 15 Toets04: Management Accounting 2 cijfer 5,5 15 Toets06: BP Financieren 3 cijfer 5,5 25 Toets07: BP Beheersen productieonderneming 2 cijfer 5,5 15 De vakken FIAD, M.ACC, FIN en AEC worden aangeboden in de vorm van werkcolleges; Het beroepsproduct zal ondersteund worden met projectcolleges, workshops en spreekuren. FIAD, M.ACC., FIN en AEC 10 weken (waarvan 7 trainingsweken) Dhr. P. (Paul) Koot

In deze onderwijseenheid kijken we naar een productieonderneming. We kijken hier via twee invalshoeken naar. Enerzijds kijken we naar de interne beheersing. Als de onderneming op langere termijn wil groeien is het van belang te weten “waar we nu staan”. De vakgebieden FIAD en Management Accounting richten zich hier met name op, de PDCA cyclus zal bij deze vakgebieden aan bod komen. Anderzijds heeft een groeiende onderneming financiële middelen nodig om deze uitbreiding te kunnen financieren. Hoe kom je aan je financiering? Vanuit de vakgebieden financiering en algemene economie gaan we hierop in. Leerdoelen conceptuele leerlijn De leerdoelen zijn te vinden in de trainingswijzer van het betreffende vakgebied Literatuur Algemene Economie: Algemene economie en bedrijfsomgeving, W. Hulleman en A.J. Marijs, 3e druk, ISBN: 9789001813925 Geld, Internationale Economische betrekkingen en bedrijfsomgeving, W. Hulleman en A.J. Marijs, 6e druk, ISBN: 9789001813796 Management Accounting: Management Accounting, berekenen, beslissen, beheersen, Koetzier W., 4e druk, ISBN: 9789001820398 Boekhouden geboekstaafd deel 2, Fuchs H., en van Vlimmeren S.J.M., 10e druk, ISBN: 9789001836658 Boekhouden geboekstaafd deel 2 opgaven, Fuchs H., en van Vlimmeren S.J.M., 7e druk, ISBN: 9789001836665 De kern van de administratieve organisatie, Paur M., van Boxel A.G.J., Kortsjens J.L.J. e.a, meest recente druk, ISBN: 9789001833954 Financiering: Priciples of managerial finance, Gitman L.J., 13e druk, ISBN: 9780273754367 De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl

Toetsvorm toetsen 1 tot en met 4 conceptuele leerlijn: schriftelijke eindtoetsen per vakgebied; toetsen 1 en 2 integrale leerlijn: schriftelijke verslagen en mondelinge presentatie en/of verdediging.


Blok 8: Groei en krimp dienstverlenende oprganisatie Cursuscode: EC: Verdeling:


BE Voltijd

AFBE-V80-14 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Administratieve organisatie 2 cijfer 5,5 15 Toets02: Belastingrecht 2 cijfer 5,5 15 Toets03: Externe verslaggeving & Bedrijfsadm. 2 cijfer 5,5 15 Toets04: Organisatiekunde 2 cijfer 5,5 15 Toets05: Beroepsproduct 5 cijfer 5,5 40 Werkcollege, projectonderwijs, gastcolleges Bedrijfsadministratie/Externe Verslaggeving, Administratieve organisatie, Belastingrecht, Organisatiekunde. 10 weken Dhr. D.J.W. (Wim) van Neutegem

Duur: Coördinator: Beschrijving Menig organisatie kent niet alleen een fase van groei, maar ook van krimp. Deze groei en krimp wordt niet alleen intern bereikt (uitbreiding, reorganisatie en sanering van bedrijfsonderdelen), maar ook extern (fusie, overname, afstoten). Zowel deze groei als deze krimp leidt tot vraagstukken op het gebied van aansturing, beheersing en (externe) verantwoording. Van Bedrijfseconomen wordt zowel in hun rol van financiële waakhond als in hun rol van bedrijfskundig en financieel adviseur een brede blik verwacht op dit soort vraagstukken. Aangezien veel afgestudeerde Bedrijfseconomen in een dienstverlenende organisatie hun emplooi vinden, gaan we in deze onderwijseenheid een brede visie creëren op de gevolgen van groei en krimp van een dienstverlenende organisatie. Deze brede blik wordt gevormd vanuit de hierboven vermelde vakgebieden. Het kunnen adviseren over de problematiek van groei en krimp vanuit deze brede blik is het hoofdonderwerp vanuit het vakgebied bedrijfscommunicatieve vaardigheden. Doelen/onderwerpen De algemene doelstelling van dit blok luidt: De student kan met behulp van de in deze onderwijseenheid en voorgaande onderwijseenheden opgedane kennis, vaardigheden en inzicht de noodzaak tot en gevolgen van verschillende scenario’s van groei en krimp voor een dienstverlenende organisatie in kaart brengen en hierover een advies uitbrengen aan de directie van deze organisatie. In deze onderwijseenheid wordt hiertoe aandacht besteed aan de volgende hoofdonderwerpen. 1. het inrichten van een betrouwbare en effectieve administratieve organisatie en het daarmee samenhangende stelsel van interne beheersing ter borging van de gewenste bestuurlijke informatieverzorging nadat een groei of krimp van de dienstverlenende organisatie heeft plaatsgevonden (vanuit het vakgebied administratieve organisatie/bestuurlijke informatieverzorging); 2. het bewerkstelligen dat zowel in de situatie van groei of krimp van de (dienstverlenende*) organisatie als daarna op efficiënte wijze een verantwoorde financiële verslaggeving plaatsvindt ten behoeve van de belanghebbenden bij de organisatie (vanuit het vakgebied externe verslaggeving/bedrijfsadministratie); 3. het opstellen danwel beoordelen van scenario’s voor groei of krimp van de (dienstverlenende*) organisatie door middel van een analyse van oorzaken en gevolgen van deze groei of krimp vanuit de gewenste organisatiestructuur, taakverdeling, organisatiecultuur en wijze van leidinggeven en procesbeheersing (vanuit het vakgebied organisatiekunde); 4. voldoende basiskennis van de vereisten en mogelijkheden die de Wet op de Vennootschapsbelasting biedt voor in Nederland aan Vennootschapsbelasting onderhevige organisaties om een verantwoorde fiscale winstberekening te maken, alsmede een oordeel te kunnen vormen over de fiscale gevolgen van externe groei of krimp (vanuit het vakgebied belastingrecht) 5. het integraal vanuit bovenstaande hoofdonderwerpen adviseren van de directie van de (dienstverlenende*) organisatie door middel van een adviesrapport en adviesgesprek (vanuit het vakgebied bedrijfscommunicatieve vaardigheden). Ook komt hierbij het voeren van een slechtnieuwsgesprek aan bod. *) In het beroepsproduct staat de dienstverlenende organisatie centraal. Vanuit didactische overwegingen kan relevante kennis, vaardigheden en inzicht in de werkcolleges en eindtoetsen ook belicht worden vanuit andere typen organisaties.

Literatuur  De kern van de administratieve organisatie, (meest recente druk) M. Paur en anderen; Noordhoff  Jaarverslaggeving (theorie en opgaven), (meest recente druk) Epe en W. Koetzier, Noordhoff  Administratie van deelnemingen en consolidatie, H. Beckman en E. Rijswijk, 2e druk  Belastingrecht,Met de Wet in de Hand, 2013/2014, Theorieboek,Boom Fiscale Uitgevers  Belastingrecht, Met de Wet in de Hand 2013/2014, Werkboek, Boom Fiscale Uitgevers  Pocket Belastingwetteksten 2014, Kluwer (De pocket Belastingwetteksten mag tijdens de toets gebruikt worden mits er niet in geschreven is. Let hierop als je tweedehands boeken aanschaft!) * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm vier schriftelijke eindtoetsen van elk 100 minuten beoordeling van adviesrapport met adviespresentatie


BE Voltijd

Stage Cursuscode: EC: Verdeling: Werkvorm(en): Duur: Coördinator: Beschrijving

AFBE-V90-09 30 EC Beoordeling Toets01: Beoordeling stage 30 cijfer Wegzenddag en terugkomdagen 1 semester – 20 weken met een minimum van 100 werkdagen Dhr. A.P.R.M. (Tommy (Antonius)) Valk

Minimaal 5,5

Weging 100

De student is als (junior) assistent controller actief op enkele deelgebieden van zijn toekomstige rol als controller. Opdrachten waaraan hij werkt liggen in het verlengde van de beroepsproducten op school. Daardoor zullen de onderwerpen opnieuw de revue passeren, wellicht niet alle maar zeker een aantal. Daarnaast zal de student vanuit school 2 beroepsproducten dienen te maken die zich als volgt laten omschrijven: opdracht 1 (1e deel stage tot terugkomdag): maak een startverslag, inclusief een quick scan van het stagebedrijf. Daarnaast dien je nog een MVO-opdracht uit te voeren; opdracht 2 (2e deel stage na de terugkomdag): beoordeel en schrijf een verbeteradvies inzake de inrichting van een proces bij het stagebedrijf. De student mag deelnemen aan de stage indien voldaan is aan de stagenorm, die in de OER nader is omschreven. Raadpleeg de stagewijzer voor nadere details omtrent de stage. Doelen/onderwerpen Het kennismaken met de praktische beroepsuitoefening en het zich oriënteren op de toekomstige beroepskeuze; Het toetsen van de opgedane kennis aan de praktijk; Het leren zien van samenhangen tussen verschillende disciplines; Het kennismaken met en het belangstelling krijgen voor sociaal economische aspecten; Het verder ontwikkelen van sociale en communicatieve vaardigheden onder meer door het samenwerken in teamverband; Het kennismaken met de werkorganisatie; Het oefenen in waarnemen, plannen en rapporteren; Het verder ontwikkelen van de gedragscompetenties. Literatuur Geen verplichte literatuur Toetsvorm -

Eindpresentatie op stagebedrijf; 2 verslagen; één gericht op het persoonlijk competentie-ontwikkelingsproces en één op de inhoudelijke beroepsproducten.


Blok 11: Financial performance Cursuscode: EC: Verdeling:


BE Voltijd

AFBE-V110-12 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Financiering 3 cijfer 5,5 25 Toets02: Algemene Economie 3 cijfer 5,5 25 Toets03: BP Treasury 3,5 cijfer 5,5 25 Toets04: BP Waardering 3,5 cijfer 5,5 25 Hoor- en werkcolleges, trainingen, groepsbijeenkomsten en project Algemene Economie (Financiële markten); Financiering en Treasury Management. 10 weken Dhr. C.J.M. (Coen) van Hout

Wanneer doet een onderneming het goed? Welke stakeholders spelen hierbij een rol en wat vinden zij belangrijk? Om dit te kunnen bepalen is kennis van de werking van financiële markten essentieel. Te meer omdat voor een onderneming die in de toekomst het hoofd wil bieden aan de veranderingen op de financiële markten inzicht in die markten van groot belang is. Anticiperen op veranderingen betekent op de hoogte zijn van economische ontwikkelingen, de vertaalslag hiervan kunnen maken voor de onderneming (exposure) en hier adequaat instrumenten op inzetten en deze vervolgens beoordelen. De planning & control-cyclus is hiervoor een uitstekend hulpmiddel. De student verkent in deze onderwijseenheid de treasury functie van een (middel) grote onderneming. De treasury functie is een essentiële functie in een onderneming om toegang tot de vermogensmarkt te houden. Om toegang tot de vermogensmarkt te behouden is het belangrijk om als onderneming waarde te creëren. De student waardeert een (middel) grote onderneming met behulp van diverse methodieken. In dit kwartaal gaat het dus niet enkel om de huidige financiële situatie in kaart te brengen, maar juist om het vermogen van een onderneming de financiële risico’s te beheersen en waarde te creëren voor de stakeholders. De student maakt voor een onderneming een adviesrapport op het gebied van treasury / risicomanagement. Een tweede beroepsproduct is een waardeanalyse van een bestaande onderneming. Bij het vak Financiering leert de student verschillende theorieën en modellen die noodzakelijk zijn om tot een verantwoorde financiële waardering te komen. Bij het vak Algemene Economie leert de student financiële markten te analyseren en een financiële risicoanalyse uit te voeren. Beide zijn nodig om de treasury functie uit te voeren. Doelen/onderwerpen Doelen: Bepalen en analyseren van financiële risico’s en adviseren over het inrichten van het risicomanagement van een (middel) grote onderneming. Analyseren en evalueren van geldstromen, vermogensposities en rentabiliteit binnen een middelgrote onderneming. Het in groepsverband (professionele manier samenwerken) uitvoeren van een financiële waardering van een (middel) grote onderneming. Het in groepsverband opstellen van een adviesrapport met betrekking tot het risicomanagement voor een MKB onderneming. Presenteren en discussiëren over actuele (macro) economische actualiteiten. Onderwerpen: Conjunctuurbeweging, economische structuur, financiële markten, rentestructuur, cashflowanalyse, vermogensbehoefte, vermogensstructuur, CAPM, EMH, marktwaarde en boekwaarde, financieringsfunctie, financieringsbeslissingen, risicobeheersing, treasuryfunctie, financiële berichtgeving, nationaal en internationaal betalingsverkeer, cash en credit management, rente- en valutarisico en waardeanalyse. Literatuur  Principles of Managerial Finance (Gitman).  Geld, IEB en bedrijfsomgeving (Marijs en Hulleman). * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm  Schriftelijke toetsing per vakgebied.  Verdedigingen beroepsproducten waarderingsanalyse en treasury / risicomanagement.




BE Voltijd




        



-



Toetsvorm In dit blok vindt de beoordeling plaats door middel van een testimonium voor het gastcollege, eindtoetsen voor de drie vakken en een eindverdediging van het beroepsproduct.

BE Voltijd



AFBE-V150-14 30 Toets01: Afstudeerscriptie

EC 15

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 50

Toets02: Afstudeerverdediging

15

cijfer

5,5

50

Toets03: Ethiek en Integriteit workshop 1

0

Vld/nvd

Vld

0


0

Vld/nvd

Vld

0

Praktijk 20 weken Dhr. W.G. (Wim) Huisman

Het afstuderen is een proeve van bekwaamheid waarbij de HBO-student laat zien dat hij op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in staat is om binnen het domein van de BE opleiding een vraagstuk op te lossen en/of een opdracht uit te voeren. Het afstudeerproces start met een voorlichting een half jaar voor het daadwerkelijke afstuderen. Het afstuderen vindt in principe plaats in een duo en heeft een duur van 20 weken. De student mag deelnemen aan het afstuderen indien voldaan is aan de afstudeernorm, die in de OER nader is omschreven. Doelen/onderwerpen De student laat in de afstudeerfase zien het niveau bereikt te hebben van een beginnend HBO- beroepsbeoefenaar. Dit niveau is beschreven in de Dublin Descriptoren. Uiteindelijk moet de student aantonen dat hij met een grote mate van zelfstandigheid een complexe probleemsituatie kan analyseren, een adequate oplossing kan ontwikkelen en adviezen kan geven over de implementatie. Daarbij moet op een methodologisch verantwoorde wijze zijn gewerkt. De weerspiegeling van het afstudeerproces moet de student vastleggen in zijn afstudeer portfolio (bestaande uit: ambitieformulering; aanmelding afstuderen; schriftelijke feedback op de aanmelding; eventuele aangepaste aanmelding afstuderen; afstudeerplan; schriftelijke feedback op afstudeerplan; eventueel aangepast afstudeerplan en verdere feedback; schriftelijke feedback op conceptrapport; eventueel materiaal ter ondersteuning van de presentatie bij het afstudeerbedrijf; afstudeerrapport; reflectieverslag; eventuele tussentijdse rapportages en andere relevante stukken). Literatuur Kempen en Keizer, Competent afstuderen en stagelopen Toetsvorm 1. 2.

Beoordeling afstudeerscriptie Individuele mondelinge verdediging

Tijdens het afstuderen worden er voor de studenten twee workshops ‘Ethiek en Integriteit’ georganiseerd. Het is verplicht deze bij te wonen. Tijdens deze sessie wordt het professioneel handelen op de werkvloer, daar waar het gaat om het maken van keuzes in werkgerelateerde dilemma’s, geoefend.


BE Voltijd



AFBE-BCV-13 2 Toets01: Rapportage- en schrijfvaardigheden Toets02: Advies- en gespreksvaardigheden Werkcolleges Bedrijfs Communicatieve Vaardigheden 10 weken per onderdeel Mevr. I.C.J.M. (Ingrid) Huijben

EC 1

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 50

1

cijfer

5,5

50

In het tweede jaar volgt iedere student een tweetal cursussen bedrijfscommunicatieve vaardigheden. Binnen de BE-opleiding is gekozen voor de onderdelen: 1. Schrijfvaardigheid, onderzoeksvaardigheden, presenteren en rapportagevaardigheden. 2. Schrijfvaardigheid, gespreksvaardigheden. Doelen/onderwerpen 1.

2.

Onderwerp: Onderzoek uitvoeren d.m.v. deskresearch: naar aanleiding van de onderwerpskeuze een onderzoek uitvoeren en in een rapport verwerken. Doelen:  Verbeteren van individuele schrijfvaardigheid.  Verbeteren van de individuele presentatievaardigheid.  Onderzoek deskresearch uitvoeren en uitwerken via een onderzoeksrapport. Onderwerp: Schriftelijke vaardigheden, adviesvaardigheden, gespreksvaardigheden. Doelen:  Kunnen schrijven van een adviesrapport volgens de regels van een goed rapport.  Uitvoeren van een oriënterend gesprek met een potentiële klant.  Uitvoeren van een slecht nieuws gesprek.

Literatuur 1.

2.

Schrijfvaardigheid en onderzoekvaardigheden:  Trainingswijzer BCV-5  Materiaal uit: Janssen, D. (red.): Zakelijke Communicatie de deel 2. Meest recente druk. WoltersNoordhoff. Groningen 2007. Adviesvaardigheden, gespreksvaardigheden:  Trainingswijzer BCV-8.

** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm 1.

2.

Schrijfvaardigheid, presenteren en onderzoekvaardigheden Individuele schrijfopdrachten. Individuele presentatie. Onderzoek deskresearch. BCV-verslag. Adviesvaardigheden en gespreksvaardigheden: Schriftelijke vaardigheden. Mondelinge vaardigheden in de vorm van een oriënterend gesprek en een assessment slecht nieuws gesprek. BCV-verslag.


BE Voltijd



AFXX-SLB-J2-14 4 Workshops Stagevoorbereiding

EC 0

Beoordeling Vld/nvd

Minimaal Vld

Weging Testimonium

Assessment

2

Vld/nvd

Vld

50

Portfoliogesprek

2

Vld/nvd

Vld

50

Instructiecolleges, workshops en begeleidingsgesprekken 1 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Binnen Avans Hogeschool, en dus ook binnen de Academie voor Algemeen en Financieel Management, wordt gewerkt met Competentiegericht Onderwijs. Dit betekent dat studenten tijdens hun opleiding aandacht besteden aan de ontwikkeling van competenties die aansluiten bij hun vakgebied maar ook, meer algemeen, bij het niveau van een beroepsbeoefenaar na het HBO. Binnen de leerlijn Studie Loopbaan Begeleiding (SLB) wordt in alle 4 de jaren van de opleiding nadrukkelijk invulling gegeven aan deze ontwikkeling. Bij SLB in het 2e leerjaar wordt er een vervolg gegeven aan de competentie ontwikkeling van studenten zoals zij hier in de propedeuse mee kennis hebben gemaakt. Er wordt een nadrukkelijke link gelegd tussen competentie ontwikkeling en stagevaardigheden. Studenten moeten aan het einde van leerjaar 2 stagebekwaam zijn. Middels workshops en coaching door SLB-coach bekwamen zij zich in de vaardigheden die nodig zijn bij het solliciteren en ontwikkelen zij competenties die passen bij hun beroepsprofiel. Competenties die centraal staan zijn: mondelinge communicatie, schriftelijke communicatie, sociale vaardigheid, proactiviteit en zelfreflectie. Studenten volgen bij de start van jaar 2 een introductiecollege waarna ze in een kleine groep gaan kennismaken met hun SLB-coach voor jaar 2. Met deze coach maken ze afspraken over de te ontwikkelen competenties en de uit te voeren activiteiten (60 uur). Een en ander wordt beschreven in een POP en vastgelegd in het E-portfolio. In blok 7 worden er 4 workshops ingeroosterd. Aanwezigheid hierbij is voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Aan het einde van blok 7 vindt er een assessment plaats waar studenten worden beoordeeld op het stagebekwaam zijn. In blok 8 vindt de afronding van SLB plaats middels een eindgesprek en eindpresentatie van het portfolio. Doelen/onderwerpen Hieronder staan de vaardigheden en het gedrag beschreven die horen bij het stagebekwaam zijn:  Studenten reflecteren op hun houding en gedrag. Ze benoemen de competenties die ze willen ontwikkelen om stagebekwaam te zijn. Ze kunnen met hulp van een performance manager activiteiten benoemen om zich zelfstandig op deze competenties te ontwikkelen. Dit leggen ze vast in een POP.  Studenten hebben een realistisch beeld van de arbeidsmarkt binnen hun vakgebied. Ze zijn bekend met de ontwikkelingen en trends op de arbeidsmarkt en kennen de competentie-eisen die door deze markt aan hun beroep worden gesteld.  Studenten schrijven een correcte sollicitatiebrief en stellen een correct CV op. Ze verplaatsen zich in de behoefte van een potentieel stagebedrijf en weten dit te vertalen in een brief en CV.  Door te netwerken zijn studenten in staat op eigen kracht een stageplaats te acquireren. Ze leggen contacten met bedrijven en regelen en organiseren zelfstandig alle gevraagde zaken rondom de stage.  Studenten benoemen hun kwaliteiten en ontwikkelpunten. Dit presenteren zij kort en pakkend tijdens een (sollicitatie)gesprek. Studenten ‘verkopen’ zichzelf in een sollicitatiegesprek met gebruik van de STAR-methodiek.  Studenten passen zich makkelijk en effectief aan aan een nieuwe omgeving of situatie. Studenten vragen uit zichzelf om nadere informatie en initiëren zelfstandig activiteiten. Literatuur Handleiding SLB jaar 2 en trainingswijzer voor workshops. Toetsvorm -

Deelname aan workshops: deze is verplicht en voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Assessment; speeddate en elevator pitch: 2 EC Eindgesprek + portfolio, 2 EC


BE Voltijd

Studie Loopbaan Begeleiding verbredingsfase (jaar 2) en verdiepingsfase (jaar 3/4) OUD: VOOR STUDENTEN GESTART IN DE HOOFDFASE VOOR SEPTEMBER 2013 Cursuscode: EC: Verdeling:


AFBEC-SLB-B-11 (verbredingsfase, jaar 2) AFBEC-SLB-D-11 (verdiepingsfase, jaar 3 + 4 tot aan de minor) 4 voor SLB-B en 4 voor SLB-D EC Beoordeling Minimaal Beoordeling SLB 4 Vld/nvd Vld Beoordeling SLB 4 Vld/nvd Instructiecolleges en begeleidingsgesprekken AFBEC-SLB-B-11 1 jaar, AFBEC-SLB-D-11 1,5 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

vld

Weging 100 100

In de onderwijsvisie van de AAFM (2005) is het doel van studieloopbaanbegeleiding omschreven als:  ontwikkeling van de loopbaan vanaf instroom tot aan de uitstroom naar een beginnend beroepsbeoefenaar;  ontwikkelen van leren-leren en leren-reflecteren: op studieverloop en hun persoonlijk professionele ontwikkeling op weg naar beginnende beroepsbeoefenaar De studieloopbaan van de student is de leerroute die de student volgt. Daarbij krijgt de student al lerend een steeds beter beeld van het beroepenveld en van de competenties die nog ontwikkeld moeten worden. In beide fasen kiest de student activiteiten uit de kaartenbak waarmee hij/zij de gestelde competentiedoelen probeert te realiseren. De gestelde doelen komen deels uit ervaringen opgedaan in een eerdere periode maar ook uit het beroepsprofiel en eigen inkleuringen. Tijdens SLB-B staat het leren managen (ontwikkelen) van competenties centraal, ter voorbereiding op de stage. Hierbij wordt de student ondersteund door een SLB begeleider die periodiek een coachingsgesprek voeren. Tijdens SLB-D laat de student zien zelfstandig competenties te kunnen verbeteren. De coaching is vraaggestuurd en gericht op persoonlijke vragen van de student. Doelen/onderwerpen Verbredende fase SLB-B (tot de stage), de student is stagebekwaam: De student is aangenomen bij een stagebedrijf en is snel praktisch inzetbaar. Hiervoor is initiatief en zelfsturing belangrijk. De student is tijdens de stage in staat zijn/haar competentieontwikkeling vorm te geven en aan te sturen. In deze fase staat het leren managen van de eigen competenties centraal. De volgende activiteiten zijn verplichte onderdelen van SLB jaar 2: buitenlandse reis, introkamp, speeddate en de sollicitatietraining. Daarnaast dienen 80 uren besteed te worden aan portfolioactiviteiten Verdiepende fase SLB-D (van stage tot afstuderen), de student is afstudeerbekwaam: De student is aangenomen bij een afstudeerbedrijf. Hij is in staat om zelfstandig een opdracht te verwerven en deze succesvol af te ronden en is in staat zijn competenties en persoonlijke ontwikkeling zelfstandig te verbeteren. De drie lezingen die georganiseerd worden door Witlox zijn verplicht voor dit SLB onderdeel. Literatuur Handleiding SLB jaar 2 en jaar 3/4 Toetsvorm -



BE Voltijd



EC 1


1


Minimaal B2

Weging 50

B2

50

Werkvorm(en):






4.5.7

Minor BE Minor MKB Advies

Minorcode: EC: Verdeling:

AFBE-MI-MKB-14 30 Cursus AFBE-V130-MKB-14 Toets01 Strategie toets AFBE-V130-MKB-A: Horizontaal Toezicht* AFBE-V130-MKB-B: DGA* Cursus AFBE-V140-MKB-14 Toets01: Strategie Management Game Toets02: StartSlim Reflectieverslag Toets03: Fiscale Onderneming toets Toets04: Projectopdracht Fiscale Ondern. Toets05: Financiering toets Toets06: Projectopdr. Financiering (Bootsma) Toets07: Beroepsproduct

AAFM Minor voor studenten BE en BKM

EC 2 2 2

Beoordeling Cijfer Cijfer Cijfer


Weging 100 100 100

1 1 4 2 4 4 10

Vld/nvd Vld/nvd cijfer cijfer cijfer cijfer cijfer

vld vld 5,5 5,5 5,5 5,5 5,5

100 100 100 100 100 100 100

*Een van de vakken Horizontaal Toezicht of DGA dient gekozen te worden

Werkvorm(en): Vakken: Duur: Coördinator:

Hoorcolleges, trainingen, presentaties, gastcolleges Strategie, Financiering, Fiscale Onderneming, Horizontaal Toezicht/DGA 20 weken start in september en februari (bij voldoende inschrijvingen) Dhr. C.J.M. (Coen) van Hout (AAFM Breda) / Mevr. M.E. (Machteld) van Miert-de Wit (AFM Den Bosch)

Beschrijving Het Midden- en Kleinbedrijf (MKB) beslaat het overgrote deel van het totaal aantal bedrijven in Nederland. Uit onderzoeken is gebleken dat MKB-ondernemers vaak geen zicht hebben op de risico’s die men loopt of men onderschat de gevolgen voor de continuïteit van het bedrijf en dat ongeveer de helft van de MKB-bedrijven geen exact beeld heeft van de financiële situatie van hun bedrijf en de gevolgen of mogelijkheden van de belastingwetgeving. MKB ondernemers hebben daarom ook steeds meer behoefte aan een adviseur die pro-actief meedenkt, een kritische houding heeft, verstand heeft van de branche en op zowel bedrijfskundig, financieel en fiscaal gebied hem of haar van advies kan voorzien. In deze minor ‘MKB Advies’ kruip je in de rol van de (financieel) adviseur die (zelfstandige) ondernemers begeleidt. Je wordt hierbij getraind in een analytische en creatieve benadering van uiteenlopende vraagstukken. Zo wordt er aan de hand van real-time praktijksituaties en (digitale) casuïstiek nader ingegaan op strategische, financiële en fiscale problemen die de ondernemer tijdens de verschillende fases van groei van zijn onderneming kan tegenkomen. Tevens zal je in workshops en middels een korte stage aan de slag gaan met het ontwikkelen van de noodzakelijke competenties op het gebied van advisering. Deze minor vindt het eerste kwartaal plaats in Den Bosch en het tweede kwartaal in Breda. Doelen/onderwerpen De student zal na het volgen van deze minor een ondernemer in het MKB segment kunnen adviseren in strategische, financiële en fiscale keuzes, zodat de ondernemer meer grip krijgt op de ontwikkeling van zijn bedrijf, er geld kan worden bespaard en/ of minder belasting afgedragen hoeft te worden. De nadruk van deze minor ligt op praktisch leren. Een groot deel van de minor bestaat uit stage en praktijkopdrachten, maar ook de ondersteunende colleges zijn praktisch ingericht door o.a. bezoek aan of interviewen van werkveld, student aan het werk, nadruk op het maken van belastingaangifte en (groeps-) opdrachten en vraagstukken, gastcolleges, onderzoek op actuele onderwerpen. Literatuur Fiscale onderneming en DGA:  Belastingrecht voor Bachelors en Masters (theorie) editie 14-15; Aarts, G.A.C.; Convoy ISBN: 9789491725401 Versie 13-14 mag ook gebruikt worden, maar het is aan de student de wijzigingen bij te houden.  Pocket Belastingwetten 2014; Kluwer, ISBN: 9789013116069 Horizontaal toezicht: Literatuur komt op Blackboard. Strategie:  Strategisch Management – van MKB tot grootbedrijf: Dekker, Huis, Scherjon Financiering:  Financiering – van MKB tot grootbedrijf: Borsboom, Dekker Huis * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Presentaties en verdedigingen in de vorm van adviesgesprekken Projectopdrachten (casuistieken) Reflectieverslag Schriftelijke toetsen


4.6

BE Duaal

De duale opleiding Bedrijfseconomie wordt niet meer aangeboden. Studenten die nog vakken of blokken van BE duaal moeten herkansen, kunnen deze vakken herkansen volgens onderstaand overzicht. CURSUS- EN TOETSAANBOD BE DUAAL 2014-2015 Osiriscode AFBE-V110-12 AFBE-DWP2-09 AFBE-DWP3 AFBE-DWP3-10 AFXX-VP-0UC1--01 AFXX-VP-0UQ--02 AFXX-VP-1FH0--02 AFBE-DE0

Naam financial performance Werkperiode 2 Werkperiode 3 Werkperiode 3 Beheersing van processen Projectmanagement Portfolio jaar 4 BE-duaal Financial performance

P1 P1 P2 P2 P3 X T T X I I I I I I I I I I I I I I

P3 T I I I I I I I

P4

P4 T I I I I I I I

H4 I I I I I I I

Voor het inplannen van je leerroute, of als je vragen hebt, neem dan contact op met studieadviseur Jamy van Elzakker: [email protected] , 088-5257660.



5 Bedrijfskunde MER


5.1

Organisatie en medewerkers team Bedrijfskunde MER/Human Resource Management

Docententeam BKM/HRM Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Mevr. Mevr. Mevr. Dhr. Mevr. Mevr.

M.P.L. A.J. H.T. A. H.J. A.M.L.M. I.A.M. I.C.J.M. C.A. C.H. I.E.M. M.E.

(Michiel) (Addy) (Herman) (Angelique) (Rik) (Ton) (Ingeborg) (Ingrid) (Charlotte) (Cees) (Inge) (Marise)

Teamvoorzitter: Mevr. Mr. C.H. (Lianne) Huijssoon Adriaansen Aertse van Blitterswijk Bikkers Doodkorte Hermans Hoefeijzers Huijben Jongeling-Vermond Kazus van de Kerkhof Khemissi

HRM BKM HRM HRM BKM BKM BKM BKM HRM BKM HRM HRM

Mevr. Dhr. Dhr. Mevr. Mevr. Mevr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Mevr.

I. D. M.H.J. J.A.M. M.J. M.A.C. J.J.M. J.M.J. H.A. H.H. I.

(Ineke) (Dennis) (Michel) (Yolanda) (Marieke) (Marieke) (Jun) (Annemiek) (Herman) (Harry) (Iris)

van Kruining Rodrigo Salewicz Schellekens Schiebroek Smulders Swagemakers Trienen-Busser Voigt van der Werk Wubben

HRM BKM BKM BKM BKM HRM BKM HRM BKM HRM BKM

Studieadviseurs:

Onderwijscommissie Bedrijfskunde MER/HRM

Mevr. E.G.M. (Elvira) Verschuren (BKM) Mevr. C.M. (Charlotte) Reijndorp (HRM)

Mevr. C.H. (Lianne) Huijssoon Dhr. H.H. (Harry) van der Werk Dhr. D. (Dennis) Rodrigo Dhr. J.J.M. (Jun) Swagemakers Mevr. M.A.C. (Marieke) Smulders

Opleidingscommissies: Docentleden opleidingscommissie BKM: Dhr. C.H. (Cees) Kazus Dhr. A.M.L.M. (Ton) Hermans Mevr. I.A.M. (Ingeborg) Hoefeijzers Mevr. E.G.M. (Elvira) Verschuren (studieadviseur)

Docentleden opleidingscommissie HRM: Mevr. J.M.J. (Annemiek) Trienen-Busser Mevr. A. (Angelique) Bikkers Mevr. C.M. (Charlotte) Reijndorp (studieadviseur)

Studievereniging Bedrijfskunde MER/HRM: S.V. Merlijn Postbus 90116 4800 RA Breda e-mail: [email protected]


5.2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

8.

Domeincompetenties Bachelor of Business Administration Ontwikkelen van een visie op veranderingen en trends in de externe omgeving en ontwikkelen van relaties, netwerken en ketens. Analyseren van beleidsvraagstukken, vertalen in beleidsvoorstellen, beleidsalternatieven en voorbereiden van besluitvorming. Toepassen van human resource management. Inrichten, beheersen en verbeteren van bedrijfs- en organisatieprocessen. Analyseren van de financiële en juridische aspecten, interne processen en de bedrijfs- of organisatieomgeving om samenhang en wisselwerking te versterken. Ontwikkelen, implementeren en evalueren van een veranderingsproces. Sociale en communicatieve competentie (interpersoonlijk, organisatie):  samenwerken in een beroepsomgeving en meedenken over doelen en inrichting van de organisatie, waaruit eisen voortvloeien die betrekking hebben op de volgende kenmerken: multidisciplinariteit en interdisciplinariteit, klantgerichtheid, collegialiteit, leidinggeven (het sociale deel van de competentie);  communiceren intern op alle niveaus, effectief en in de gangbare bedrijfstaal, veelal in het Nederlands en/of Engels; in termen van beroepstaken omvat dat zaken als het opstellen en schrijven van plannen en notities, informeren, overleg voeren, draagvlak creëren, stimuleren, motiveren, overtuigen, verwoorden van besluiten. Zelfsturende competentie (intrapersoonlijk, beroepsbeoefenaar of professional):  sturen en reguleren van de eigen ontwikkeling ten aanzien van leren, resultaatgericht werken, initiatief nemen en zelfstandig optreden, flexibiliteit;  nadenken en reflecteren over en verantwoording nemen voor eigen handelen wat wijst op betrokkenheid en kritische zelfbeoordeling;  ontwikkelen van een beroepshouding met ruimte voor normatief-culturele aspecten, respect voor anderen, een beroepscode en ethische principes voor het professioneel handelen;  leveren van een bijdrage aan de verdere professionalisering van de branche, publicaties, bijdragen aan congressen, enzovoort.

Gedurende het collegejaar 2014-2015 wordt de nieuwe landelijke HEO-competentieset opgenomen in de her te ontwikkelen curricula van de opleidingen Bedrijfskunde MER en HRM.

5.3

Opleidingsprofiel

De opleiding Bedrijfskunde MER is een brede opleiding, met een integrale benadering naar organisaties (profit- en non-profit). De opleiding wordt ondersteund door bedrijfskundige methoden en technieken (waaronder managementvaardigheden) met een uitstroom naar een scala van beroepsterreinen, waarin verschillende beroepsrollen worden vervuld (adviseur, managementondersteuner en/of resultaatverantwoordelijke). De opleiding Bedrijfskunde MER is er op gericht dat de student bekwaamheid verwerft in het werken aan vraagstukken op bedrijfskundig gebied. Een Bedrijfskunde MER-afgestudeerde signaleert op een breed terrein de ontwikkelingen in de omgeving van de organisatie, zoals overheidsmaatregelen, markten, concurrentie, leveranciers, jurisprudentie, klanten, belangenorganisaties. Op grond van deze ontwikkelingen beoordeelt hij de consequenties hiervan voor de interne organisatie en de bedrijfsvoering. Vanuit een integraal perspectief (managerial, economisch en juridisch) formuleert hij adviezen. Hij is vervolgens in staat om de hieruit voortvloeiende uitvoerings- en veranderingsrocessen in de organisatie te implementeren. Het kunnen combineren van management, economische- én juridische invalshoeken bij het analyseren en oplossen van bedrijfskundige vraagstukken op alle niveaus, maakt de Bedrijfskunde MER afgestudeerde tot een unieke professional. De praktijkgerichtheid, de interdisciplinaire, integrale benadering van organisaties is de belangrijkste kernkwalificatie van de Bedrijfskunde MER afgestudeerde. De bacheloropleiding Bedrijfskunde MER bestaat, conform het Avans beleidskader voor bacheloropleidingen, uit twee delen:  beroepsprofilering; dit deel heeft volledig betrekking op de domeincompetenties (zie 6.3)  individuele profilering (Minor); dit deel is ter vrije keuze van de student en kan al of niet betrekking hebben op de domeincompetenties.


5.4

Vervolgstudie na de bachelor opleiding

Na de opleiding Bedrijfskunde MER zijn er verschillende mogelijkheden tot doorstuderen. Laat je goed informeren bij de desbetreffende universiteit of er al dan niet een schakeljaar c.q. premaster noodzakelijk is. De doorstroomminoren Human Resource Studies, Organisation Studies en Management of Cultural Diversity die door Avans Hogeschool samen met Tilburg University worden aangeboden, kunnen daarbij interessant zijn. Zie hiervoor het hoofstuk ‘Minoren’.

5.5


Bij het afronden van je opleiding in collegejaar 2014-2015 krijg je een diploma met de titel ”Bachelor of Business Administration (BBA) – opleiding “Bedrijfskunde MER”. Je hebt hiermee de internationaal erkende 'Bachelor-degree' behaald. De Nederlandse titel is baccalaureus (bc.).

5.6

Inrichting postpropedeutische fase BKM Voltijd

5.6.1

Opbouw van de studie Studieopbouw BKM Voltijd – reguliere student gestart in september Kwartaal 1 Blok 1 Blok 5 Stage Minor

Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)




Studieopbouw BKM Voltijd – turbo student gestart in september (voor 2013) Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)





Studieopbouw BKM Voltijd – turbo student gestart in februari Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Blok 5 Stage Minor

Blok 6 Stage Minor



De opleiding Bedrijfskunde MER Breda kent twee afstudeerrichtingen: Bedrijfskunde (BK) Bank- en verzekeringen (ZD). Hiervoor geldt het volgende: voor beide afstudeerrichtingen is het blok 12 “Verbeteren Bedrijfsprocessen” verplicht. voor studenten die de afstudeerrichting Bank en Verzekeringen kiezen zijn aanvullend blok 11ZD (bedrijfsoverdracht MKB) en de minor Zakelijke Dienstverlening/Persoonlijke Financiële Planning verplicht. Deze studenten moeten hun afstudeeropdracht verplicht uitvoeren bij een bank- of verzekeringsbedrijf.

5.6.2


Met ingang van collegejaar 2014-2015 worden alle vakken in de hoofdfase los getoetst. Dit houdt in dat er straks geen OAT’s meer zijn. Start je in jaar 2 vanaf september 2014? Blokken die je gaat volgen, worden volgens de nieuwe regeling getoetst. Dit betekent dat alle vakken los worden getoetst en alle onderdelen beoordeeld moeten zijn met een 5,5 of hoger. Ben je gestart in de hoofdfase in september 2013 of eerder? Blokken die je gaat herkansen (alleen de toets of lessen + toets) worden als volgt getoetst: Er zijn per toets 3 toetsmomenten. Je hebt recht op twee toetskansen per blok, per collegejaar. Van de drie toetsmomenten gelden de eerste twee momenten nog met de oude compensatieregeling. De vakken worden los getoetst, maar het resultaat van de toetsen wordt 113 Studiegids AAFM 2014-2015

gemiddeld. Indien je gebruik moet maken van de tweede toetskans, moet je alle losse schriftelijke toetsen die behoren bij het blok opnieuw maken. Heb je de toets na deze twee momenten niet behaald? Dan ga je over naar de nieuwe regeling. Dit betekent dat in het daaropvolgende collegejaar alle vakken los worden getoetst en alle onderdelen beoordeeld moeten zijn met een 5,5 of hoger. Je kunt dan niet meer compenseren. Je krijgt geen vrijstelling voor eventuele behaalde onderdelen van de OAT. Losse toetsen die je hebt behaald volgens de nieuwe regeling, hoef je niet opnieuw te doen. Je kunt je dan richten op de toetsen die je nog niet hebt behaald. Blokken die je voor het eerst gaat volgen worden direct volgens de nieuwe regeling getoetst. Dit betekent dat alle vakken los worden getoetst en alle onderdelen 5,5 of hoger dienen te zijn. Toetsaanbod Hieronder vind je een overzicht waarop je kunt zien welk blok wanneer gaat draaien en op welke momenten er toetsen worden aangeboden. Om optimaal gebruik te maken van de aangeboden mogelijkheden, is het van belang dat je het cursus-en toetsaanbod goed tot je neemt. Informeer jezelf goed en voorkom studievertraging! Indien je nog vragen of opmerkingen hebt kun je contact opnemen met je studieadviseur.

5.6.3

Cursus- en toetsaanbod Bedrijfskunde MER Voltijd 2014-2015 Blok

Code

Blok 5 Management control systems TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04

AFBM-V50-14 Administratieve organisatie Management Accounting KAM-Zorgsystemen beroepsproduct

Blok 6 Fin. Jur. dienstverlening TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04

AFBM-V60-14 (Privaat) recht (Diensten) marketing Financiële dienstverlening beroepsproduct

Blok 7 Reorganisatie TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 TOETS05

AFAM-V70-14 Human Resource Management 3 Financieel management Veranderkunde (Arbeids)recht Beroepsproduct

Blok 8 Internationaal Ondernemen TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 TOETS05 TOETS06

AFBM-V80-14 (Internationale) marketing Algemene / Bedrijfseconomie (Fiscaal) recht (Internationaal) recht MVO Beroepsproduct

SLB verbredingsfase TOETS01 TOETS02 TOETS03

AFXX-SLB-B-13 Workshops stage voorbereiding Assessment Portfolio gesprek

Engels TOETS01 TOETS02

AFXX-ENG-B English speaking B2 English writing B2

BCV TOETS01 TOETS02

AFMR-BCV BCV Blok 5 BCV Blok 7

Stage TOETS01

AFBM-V90-14 stagebeoordeling

P 1

P 1

X X X X

T T T I

P 2

X X X X

P 2

P 3

P 3

T T T I

T T T I

T T T I

T T T I

T T T T I

T T T T I

X X X X X

T T T T T I

X

X X X X X X

I I I

I I I

I

I X

X

I

T T T T T I

T T T T T I

I I I

I I I

I

I

I X

X

P H H 4 4 4

T T T I

T T T T I

I I I

P 4

I

X

I

I

I


TOETS02

Ethiek

I

Blok 11 Officemanagement TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 TOETS05 TOETS06 TOETS07

AFBM-V110-OM-14 Planning en control van supportprocessen Inkoopmanagement Management en organisatie Managementvaardigheden Managementvaardigheden bp Excel Beroepsproduct

Blok 11 Bedrijfsoverdracht MKB TOETS01 TOETS02 TOETS03

AFBM-V110-BO-11 (R) Toets BE en IB Winst (R) Toets Recht en Vpb Beroepsproduct

Blok 12 Verbeteren bedrijfsprocessen TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 TOETS05

AFAM-V120-14 Management Planning en Interne Control Activity based management Lean Management Onderzoeks-en adviesvaardigheden beroepsproduct

SLB verdiepingsfase TOETS01 TOETS02 TOETS03

AFAM-SLB-D-13 Workshop 1 Workshop 2 Portfolio gesprek

X X X X X X X

T T T T T T I

X X X X X X X

T T T T T T I

T T T T T T I

T T I

X X X

T T I

T T I

T T T T

X X X X X

I I I

MINOR *

T T T T I

AFAM-V150-14 Afstudeerscriptie Afstudeerverdediging Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2

X X X X X

I I I

X

Afstuderen TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04

I

T T T T I

T T T T I

I I I

I I I

I I I

I I I I

I I

X

X X

I I I I

P 1

P 1

I I I I

X X

I I I I

P 2

P 3

P 3

Actieve cursussen oude examenprogramma’s: Blok Blok 5 Management control systems TOETS01 TOETS02 Blok 6 Fin. Jur. Dienstverlening TOETS01 TOETS02 Blok 7 Reorganisatie TOETS01 TOETS02 Blok 8 Internationaal Ondernemen TOETS01 TOETS02 Stage TOETS01 Blok 11 Office Management TOETS01 TOETS02 Blok 11 Bedrijfsoverdracht MKB TOETS01 TOETS02 Blok 11 Bedrijfsoverdracht MKB TOETS01 Blok 12 Verbeteren bedrijfsprocessen

Code AFMR-V50 (R) OAT blok 5 beroepsproduct blok 5 AFMR-V60 (R) OAT blok 6 beroepsproduct AFBBA-V70 (R) OAT blok 7 Beroepsproduct

P 2

T I

P 4

P H H 4 4 4

T I

T I

T I

T I

T I

AFMR-V80-10 (R) OAT blok 8 Beroepsproduct AFMR-V91 stagebeoordeling AFMR-V110-OM (R) OAT blok 11 Beroepsproduct

T I

T I

AFMR-V110-BOT-11 (R) Toets BE en IB Winst (R) Toets Recht en Vpb

T T

T T

AFMR-V110-BOB-11 Beroepsproduct

I

I

T I

T I

I

I

AFBBA-V120


TOETS01 TOETS02 BCV TOETS01 TOETS02 SLB verbredingsfase TOETS01 TOETS02 TOETS03 SLB verbredingsfase TOETS01 SLB verdiepingsfase TOETS01 SLB verbredingsfase TOETS01 SLB verdiepingsfase TOETS01 SLB TOETS01 SLB TOETS01 Afstuderen TOETS01 TOETS02 TOETS03 Afstuderen TOETS01 TOETS02 TOETS03 Afstuderen MER – Expertise TOETS01 Afstuderen MER Gedragsrepertoire

(R) OAT blok 12 beroepsproduct AFMR-BCV BCV Blok 5 BCV Blok 7 AFXX-SLB-B-13 Workshops stage voorbereiding Assessment Portfolio gesprek AFBBA-SLB-B SLB beoordeling AFBBA-SLB-D Beoordeling SLB AFXX-SLB-B SLB beoordeling AFXX-SLB-D SLB beoordeling AFMR-SLB2 SLB beoordeling AFMR-SLB3 SLB beoordeling jaar 3 AFBBA-V150 Afstudeerproject Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2 AFMR-V150-10 Afstudeerproject Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2 AFXX-VP-1FV0A-03 AFSTM_EXP: Afstuderen MER –Expertise

T I

T I

I

I I

I I I

I I I

I I I

I I I

I I I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I I I

I I I

I I I

I I I

I

I I I

I I I

I I I

I I I

I

I

I

I

I

I

I

I

AFXX-VP-1FT0A-03 AFSTM_GEDR: Afstuderen I I I TOETS01 MERGedragsrepert X = cursus aanbod (bij semesterblokken: start cursusaanbod) T = schriftelijk toetsaanbod inclusief mogelijkheid inschrijven I = mogelijkheid inschrijven * Zie voor specifiek aanbod van minoren 'Cursus- en toetsaanbod minoren' Let op! Inschrijven in kwartaal waarin beoordeling plaatsvindt of waarin toetsdeelname gewenst is!

5.6.4

I

Doorstudeerdrempels Bedrijfskunde MER Voltijd

In de postpropedeutische fase van Bedrijfskunde MER-Voltijd geldt in de volgende gevallen een verplichte volgorde voor tentamens. De onderstaande drempels gelden per 1 september 2014 voor alle studenten. Stagedrempel Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Stage’ moet:  de propedeuse met goed gevolg hebben afgesloten  alle onderwijseenheden van jaar 2 hebben doorlopen  het onderdeel SLB verbredingsfase met goed gevolg afgerond hebben  minimaal 26 studiepunten met volledige onderwijseenheden van jaar 2 hebben behaald  minimaal 41 studiepunten met de toetsen van jaar 2 hebben behaald, waarbij de studiepunten op toetsniveau worden bekeken en een formele toekenning in verband met de afronding van een onderwijseenheid niet vereist is. Afstudeerdrempel Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Afstuderen’ moet:  De propedeuse met goed gevolg hebben afgesloten  Alle onderwijseenheden van jaar 2 met goed gevolg hebben afgesloten  De stageperiode (2 onderwijseenheden) met goed gevolg hebben afgesloten  Blok 11 + 12 hebben doorlopen, waarvan o blok 11 moet zijn behaald o van blok 12 het onderdeel Beroepsproduct moeten zijn behaald.  het onderdeel SLB verdiepingsfase met een voldoende afgerond hebben  én deelgenomen hebben aan de minor.


5.6.5


Het steeds internationaler worden van de arbeidsmarkt en de wens van de studenten om in dit kader met de internationale aspecten van het beroepenveld kennis te maken, heeft ertoe geleid dat de opleidingen binnen de academie AAFM (AC, BE, BKM & HRM) haar studenten verschillende mogelijkheden biedt aan deze wens gevolg te geven. Naast de mogelijkheid een stage- of afstudeeropdracht in het buitenland te verrichten, is het onder meer mogelijk als minor een semester te gaan studeren bij een school in het buitenland. In samenwerking met academies binnen Avans die gelieerd zijn aan scholen binnen en buiten Europa zijn er mogelijkheden om een studiesemester in het buitenland te volgen. De uitwisselingen vallen vaak onder het Erasmusprogramma van de Europese Unie waarbij je een studiesemester aan een andere universiteit of hogeschool binnen de Europese Unie kunt volgen. Daarnaast kan een student als "free mover" een studiesemester in het buitenland volgen. Hierbij regel je naar eigen inzicht en voorkeur waar je een studiesemester wilt gaan volgen. Als “free mover” val je vaak buiten het Erasmusprogramma (zeker buiten Europa) en dien je rekening te houden met onder andere extra collegegeld kosten. In geval van een studiesemester in het buitenland, wordt in samenspraak met de student een studieprogramma samengesteld, dat gelijkwaardig is aan een studiesemester in Nederland. Deze gelijkwaardigheid geldt zowel ten aanzien van de kennisdomeinen als ten aanzien van de diepgang van het programma en het aantal te behalen studiepunten. De Examencommissie van de AAFM beslist of een student toestemming krijgt het voorgestelde studieprogramma in het buitenland te gaan volgen. Houd er rekening mee dat studie, stage of afstuderen in het buitenland goed voorbereid dient te worden, dus een tijdig oriëntatie en start van de voorbereidingen is uitermate belangrijk. Vooral voor een studiesemester zijn er sluitingstermijnen voor aanmelding en inschrijving, dus houd hier rekening mee in je planning. Je interesse voor een periode in het buitenland kun je in eerste instantie aangeven bij je studieadviseur.


5.6.6

Inhoud aangeboden onderwijseenheden Bedrijfskunde MER Voltijd Blok 5: Management Control Systems



BKM Voltijd

AFBM-V50-14 13 EC Beoordeling Minimaal Toets01: Administratieve Organisatie 3 cijfer 5,5 Toets02: Management Accounting 2,5 cijfer 5,5 Toets03: KAM-Zorgsystemen 2,5 cijfer 5,5 Toets04: Beroepsproduct 5 cijfer 5,5 Hoor- en werkcolleges, trainingen en project Administratieve Organisatie, Management Accounting, KAM-Zorgsystemen 10 weken Dhr. H.J. (Rik) Doodkorte

Weging 25 20 20 35

In dit blok staat het besturen en beheersen van processen centraal. De planning & control cyclus wordt als theoretisch model gehanteerd voor de beheersing: de mate waarin het vastgestelde beleid is gerealiseerd. Doelen/onderwerpen Noodzakelijk voor het besturen en beheersen van processen zijn: bestuurlijke informatievoorziening /administratieve organisatie gericht op het tot stand komen van informatie; financieel-economische informatie ten behoeve van de continuïteit van een organisatie en een systeem van prestatiemeting. In dit blok worden tevens ondersteunende trainingen schriftelijke communicatie en SPSS verzorgd. Literatuur Bestuurlijke Informatieverzorging/Administratieve Organisatie: Inleiding Administratieve Organisatie, Jans, E.O.J., nieuwste druk, Noordhoff Uitgevers ISBN 978-90-01-81686-5 Bedrijfseconomie: Kostenmanagement, H. Carel Dekker, nieuwste druk, Academic Service ISBN: 978 90 5261 659 9 Management en Organisatie: Kwaliteitsmanagement, Emmerik, Ron, nieuwste druk, Pearson ISBN 979-90-430-2416-7 De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm -

De conceptuele leerlijn wordt via een schriftelijke toets met open vragen getoetst. Het beroepsproduct wordt getoetst via de beoordeling van het rapport


BKM Voltijd

Blok 6: Financieel-juridische dienstverlening Cursuscode: EC: Verdeling:

AFBM-V60-14 13 EC Beoordeling Toets01: Privaatrecht 2,5 Cijfer Toets02: Dienstenmarketing 3 Cijfer Toets03: Financiële dienstverlening 2,5 Cijfer Toets04: Beroepsproduct 5 Cijfer Hoorcollege, werkcolleges, trainingen, project (privaat)recht Marketing (van diensten) en kwaliteit van diensten Financiële dienstverlening 10 weken Dhr. D. (Dennis) Rodrigo


Minimaal 5,5 5,5 5,5 5,5

Weging 20 25 20 35

In dit blok komen verschillende aspecten van het dienstverleningsproces in het algemeen en met het financieeljuridisch dienstverleningsproces in het bijzonder aan bod. Met financieel-juridische dienstverlening wordt dan de financiële dienstverlening bedoeld plus het stuk van de zakelijke dienstverlening voor zover betrekking hebbende op rechtskundige hulpverlening (advocatuur, notariaat), belastingadviseurs, Accountancy en bemiddeling in onroerende goederen. Doelen/onderwerpen In het beroepsproduct wordt vanuit integrale benadering een concreet financieel-juridisch dienstverleningsproces in kaart gebracht en geanalyseerd. Het gaat daarbij om een specifiek proces dat men tegenkomt in de sector financiële dienstverlening (zie beschrijving) of een dienstverlening op het gebied van rechtkundige hulpverlening (advocatuur, notariaat), belastingadviseurs, Accountancy of bemiddeling in onroerende goederen. Literatuur

-

-

-

Marketing o

Essentie van Dienstenmarketingmanagement (Wouter de Vries, Piet van Helsdingen, Ton Borchert) eerste druk ISBN: 978-90-01-80265-3

Recht

o Wetteksten privaatrecht, laatste druk. o Van Buchem-Spapens ea: Inleiding Privaatrecht, meest recente druk, Wolters-Noordhoff Financiële dienstverlening o IFK-reader WFT-Basis (wordt via school verstrekt).


Toetsvorm -

De conceptuele leerlijn wordt via een schriftelijke toets met gedeeltelijk open vragen getoetst. Het beroepsproduct wordt getoetst via de beoordeling van het rapport.


Blok 7: Reorganisatie Cursuscode: EC: verdeling:


BKM Voltijd

AFAM-V70-14 13 EC Beoordeling Minimaal Toets01: Human Resource Management 3 2 cijfer 5,5 Toets02: Financieel Management 2 cijfer 5,5 Toets03: Veranderkunde 2 cijfer 5,5 Toets04: Arbeidsrecht 2 cijfer 5,5 Toets05: Beroepsproduct 5 cijfer 5,5 Project (= beroepsproduct), hoor- en werkcolleges en gastcollege Human Resources Management 3, Financieel Management, Veranderkunde, Arbeidsrecht 10 weken Mevr. A. (Angelique) Bikkers

Weging 16 16 16 16 36

In vrijwel alle (grote) organisaties vinden regelmatig veranderingen plaats. Deze veranderingen zijn nodig om de marktpositie van de organisatie te handhaven dan wel te versterken. Daarnaast kunnen economische- en/of financiële redenen een aanleiding zijn tot ingrepen in de organisatie. “Stilstand is achteruitgang” is een stelling die vaak wordt gehoord. Zowel het Management als Human Resources spelen een grote rol bij deze trajecten. HRM-ers en managers moeten hierbij verschillende belangen kunnen bewaken (organisatie, afdeling, individu) en binnen een multidisciplinaire context kunnen opereren. Ook moeten zij kunnen anticiperen, door oog te hebben voor externe en interne ontwikkelingen. Doelen/onderwerpen Reorganiseren in de context van een private organisatie: -

De huidige situatie van een organisatie analyseren op basis van financiële kengetallen en de theorie over veranderkunde.

-

Een aanleiding en doelstelling kiezen voor een reorganisatie, aansluitend op de huidige situatie en gebruikmakend van de veranderkundige theorie.

-

Een onderbouwd advies opstellen voor het begeleiden en realiseren van de voorgenomen reorganisatie vanuit het perspectief van Arbeidsrecht, Personeelsmanagement en Veranderkunde

-

De voorgestelde aanpak van de reorganisatie beoordelen op financiële haalbaarheid.

-

Communiceren over de reorganisatie naar belanghebbenden plannen, ontwerpen en uitvoeren in afstemming met verschillende belangen en persoonlijke situaties.

Literatuur -

De Caluwe, Vermaak, Leren veranderen, een handboek voor de veranderkundige Asscher-Vonk, Arbeidswetgeving, meest recente versie Roozendaal, Wettekstenbundel Arbeidswetgeving De Vries, The English reference kit for HBO students Kwaliteitsselectie bij reorganisatie en collectief ontslag

Toetsvorm -

Schriftelijke toetsen Beroepsproduct inclusief verdediging


Blok 8: Internationaal Ondernemen Cursuscode: EC: verdeling:


BKM Voltijd

AFBM-V80-14 13 EC Beoordeling Minimaal Weging Toets01: Internationale Marketing 2 cijfer 5,5 16 Toets02: Algemene- en Bedrijfseconomie 2 cijfer 5,5 16 Toets03: Fiscaal Recht 2 cijfer 5,5 16 Toets04: Internationaal Recht 2 cijfer 5,5 16 Toets05: Maatschappelijk Verantwoord 0 Vld/nvd vld 0 Ondernemen Toets06: Beroepsproduct 5 cijfer 5,5* 36 Project Internationale marketing, Algemene economie/bedrijfseconomie, Fiscaal recht, Internationaal recht, Maatschappelijk verantwoord ondernemen. 10 weken in kwartaal 4 Dhr. A. (Addy) Aertse *elk onderdeel minimaal 5.0

In het kader van de profilering van de Bedrijfskunde MER Breda speelt internationalisering een belangrijke rol. In blok 8 wordt in dit kader aandacht besteed aan het internationaal zakendoen, waarbij vanuit vijf vakgebieden wordt ingezoomd op de mogelijkheden en onmogelijkheden om grensoverschrijdend te ondernemen. Voor een bestaand bedrijf wordt een internationaliseringsplan gemaakt waarin een advies wordt gegeven, op basis waarvan de ondernemer beslissingen kan nemen. Doelen/onderwerpen In het beroepsproduct zal aan bod komen: 1. Analyse onderneming (waarom wil men internationaal ondernemen, is men daar klaar voor, welke aanpassingen in bedrijf nodig, is onderneming bezig met duurzaam ondernemen). 2. Een uitgebreide marktanalyse van het meest aantrekkelijke land. 3. Regels internationale handel (Internationaal en Europees recht, merkenrecht, mededingingsrecht, handelsbelemmeringen, douanerechten, btw, bijzondere eisen m.b.t. bijv. verpakking etc., risico’s en verzekeringen, internationaal contract, betalingsverkeer). 4. Commerciële/financiële haalbaarheid van het internationaal ondernemen. 5. Met welke ethische principes (maatschappelijk verantwoord ondernemen) moet rekening worden gehouden bij internationaal ondernemen. De conceptuele leerlijn is ondersteunend aan dit beroepsproduct. Vanuit de vakken internationale marketing, algemene economie/bedrijfseconomie, fiscaal recht, internationaal recht en maatschappelijk verantwoord ondernemen wordt het internationaal ondernemen onder de loep genomen. Literatuur       

Internationale marketing, Svend Hollensen (Nederlandse bewerking Hans Engbers en Angelo Mulder) Verantwoord ondernemen, Royakkers en Pieters. Algemene Economie en bedrijfsomgeving, Hulleman & Marijs Bedrijf en Internationaal recht, mr. J. Keizer, Boom Juridische uitgevers Wetteksten Hoger Onderwijs 2014-2015, Noordhoff Uitgevers Wetteksten Belastingwetten, Kluwer Belastingrecht voor het HBO: Internationaal belastingrecht


Toetsvorm - De theorie wordt via een schriftelijke toets getoetst. - Het beroepsproduct wordt getoetst via de beoordeling van het rapport en een verdediging.


Stage Cursuscode: EC: Werkvorm(en): Verdeling:

Vakken: Duur: Coördinator: Beschrijving 1.

2. 3. 4. 5.

BKM Voltijd

AFBM-V90-14 30 Wegzenddag, stagelopen, terugkomdag en inleveren verslagen EC Beoordeling Minimaal Toets01: Stagebeoordeling 30 cijfer 5,5 Toets02: Ethiek 0 Vld/nvd vld n.v.t. 20 weken met een minimum van 100 werkdagen Dhr. H.J. (Rik) Doodkorte

weging 100 0

In het semester voorafgaand aan de stageperiode vindt de werving en goedkeuring van stageplaatsen plaats. De hierbij gevolgde procedures worden aan het begin van het betreffende semester aan de student bekend gemaakt. De student mag niet zonder voorafgaande toestemming van de stagecoördinator van de vastgestelde procedures afwijken. De student mag deelnemen aan de stage indien voldaan is aan de stagenorm die in de OER nader is omschreven. De stage dient uitgevoerd te worden tijdens kantooruren en dient een volledige weekbelasting te zijn. Het verrichten van een stage onder directe of indirecte verantwoordelijkheid van een familierelatie is niet toegestaan. Op te leveren producten zijn: beginverslag, quickscan, voortgangsrapport, ethiek, eindverslag.

Doelen/onderwerpen Het doel van de stage is dat:  De student zelfstandig een vakinhoudelijke, relevante opdracht kan uitvoeren in het werkveld;  De student werkervaring opdoet die vakinhoudelijk aansluiten bij de opleiding en toekomstige beroepsuitoefening;  Een goede stage opdracht heeft diepgang, sluit aan op het leerproces van de student en doet beroep op het analytisch vermogen, organisatietalent en communicatieve vaardigheden van de stagiair. Literatuur N.v.t. Toetsvorm Beoordeling op basis van competenties.


BKM Voltijd

Blok 11: Officemanagement Cursuscode: EC: Verdeling:


Duur: Coördinator: Beschrijving

AFBM-V110-OM-14 13 Toets01: Planning & control van supportprocessen Toets02: Inkoopmanagement Toets03: Management en organisatie Toets04: Managementvaardigheden BK Toets05: Managementvaardigheden Testimonium Toets06: Excel Testimonium Toets07: Beroepsproduct Hoorcollege, werkcolleges, trainingen, project  Planning en control van supportprocessen.  Inkoopmanagement.  Management en Organisatie.  Excel.  Managementvaardigheden. 10 weken Mevr. I.C.J.M. (Ingrid) Huijben

EC 2

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 15

2 2 1 0

cijfer cijfer cijfer Vld/nvd

5,5 5,5 5,5 vld

15 15 10 0

0 6

Vld/nvd cijfer

vld 5,5

0 45

In dit bedrijfskundig georiënteerd blok staan het richten en inrichten van, en het verrichten binnen, een zelfstandige ondersteunende afdeling centraal. De student heeft zowel de rol van managementondersteuner als van resultaatverantwoordelijke. De student bestudeert binnen een bestaande organisatie de functie van een Officemanager die in staat is om supportprocessen integraal te besturen en te beheersen. Deze afdelingen binnen de betreffende organisatie moeten inspelen op de werkprocessen van een organisatie en op de besturingsprocessen ervan. Deze afdelingen werken zowel met externe klanten als met interne klanten. Doelen/onderwerpen Het beroepsproduct is het ontwerpen (richten en inrichten) van een tool voor het managen van supportprocessen binnen een profit- of non-profit organisatie op het gebied van een van de inhoudelijke onderwerpen (management van supportprocessen) of actuele ontwikkelingen binnen het werkterrein van het Officemanagement. Het beroepsproduct zal tot stand komen volgens de methode van projectmatig werken met een projectgroep ter grootte van 3 a 4 personen. Naast de vaardigheden die ondersteunend zijn aan het beroepsproduct zal een groot deel ingeruimd worden voor het onderdeel managementvaardigheden waarover een beginnend beroepsoefenaar dient te beschikken. Literatuur    

Managementvaardigheden theorie en praktijk, F. Koopmans. ISBN: 9789001809683 Druk: 2 Grondslagen van inkoopmanagement, A. Van Weele. ISBN 9789013042627 Druk: 1 Management en organisatie, D. Keuning. ISBN 9789001809775 Druk: 10 Literatuur en handleidingen, te verkrijgen via de Blackboard course.


Toetsvorm Wijze van toetsing:  Het project wordt getoetst d.m.v. een rapport en een verdediging van het rapport.  De conceptuele leerlijn wordt via vier schriftelijke toetsen met open vragen getoetst.  Bij het onderdeel managementvaardigheden moet de lessencyclus voldoende zijn doorlopen en moet een eindtestimonium worden ingeleverd.  Bij het onderdeel Excel sluit de student af d.m.v. een toets. Het onderdeel wordt verwerkt als testimonium. Presentieplicht: 100% aanwezig bij projectvergaderingen, projectbegeleiding, managementvaardigheden en Exceltrainingen. Daarnaast kan afwezigheid bij andere studieonderdelen ertoe leiden dat de student niet beoordeelbaar is.


BKM Voltijd

Blok 11: Bedrijfsoverdracht MKB Cursuscode: EC: Verdeling:


AFBM-V110-BO-14 13 Toets01: BE en IB Winst

EC 4

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 25

Toets02: Recht en Vpb

4

cijfer

5,5

25

Toets03: Beroepsproduct

5

cijfer

5,5

50

Hoorcollege, werkcolleges, trainingen, project Recht, Bedrijfseconomie en Belastingen 10 weken Dhr. J.C.M. (Jos) Bruurs

In de conceptuele leerlijn komen de onderdelen recht (rechtsvormen, overdracht, due diligence) bedrijfseconomie (waardebepaling, financiering) en belastingrecht (winstberekening en doorschuiffaciliteiten, holdingstructuren), aan bod Het beroepsproduct bestaan uit het geven van een advies (financieel-juridisch-fiscaal) bij een bedrijfsoverdacht in het MKB. Doelen/onderwerpen In het midden- en kleinbedrijf (MKB) komen bedrijfsoverdrachten vaak voor. Enerzijds zal het hierbij gaan om overdracht aan “derden”, maar vaak ook gaat het om overdracht binnen de familiesfeer of om overdacht aan werknemers. In deze laatste gevallen zullen veelal fiscale faciliteiten bestaan zodat een ondernemer niet direct hoef af te rekenen over de stakingswinst. In dit kader kan ook gedacht worden aan de inbreng (overdracht) door de eigenaar van een eenmanszaak in een eigen BV. Bij een bedrijfsoverdracht zal de eerste vraag zijn wat de waarde van de onderneming is. Hoe bepaal je die? Verder is ook de vraag hoe de overdracht te financieren is. Juridisch zal het verder ook verschil maken of je een eenmanszaak, een firma-aandeel of aandelen van een BV overdraagt. In het kader van onder meer de aansprakelijkheid en de mogelijkheid van latere overdracht zal ook moeten worden gedacht aan garanties en over de rechtsvorm. Aandachtsgebieden van het blok concentreert zich om de vakgebieden recht, bedrijfseconomie en belastingen: - recht: duurovereenkomsten en overdracht, juridische risico’s en beperking hiervan; rechtsvormen; juridische aspecten bedrijfsoverdracht - bedrijfseconomie: waardebepaling ondernemingen en financiering bedrijfsoverdracht; - belastingen: Inkomsten- en vennootschapsbelasting bij overdracht onderneming (winstberekening, stakingswinst, doorschuiffaciliteiten, deelnemingsvrijstelling, fiscale eenheid). Literatuur * De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm - De conceptuele leerlijn wordt via een schriftelijke toets (mogelijk in twee zittingen) met open vragen getoetst. - Het beroepsproduct wordt getoetst via de beoordeling van het rapport en het proces.


BKM Voltijd

Blok 12 AM: Verbeteren bedrijfsprocessen Cursuscode: EC: Verdeling:


AFAM-V120-14 13 Toets01: Man. Planning en Interne Controle

EC 2

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 15

Toets02: Activity Based Management

2

cijfer

5,5

15

Toets03: Lean Management

1

cijfer

5,5

8

Toets04: Onderzoeks- en adviesvaardigheden

1

cijfer

5,5

8

Toets05: Beroepsproduct 7 cijfer 5,5 54 Hoorcollege, werkcolleges, trainingen, project Management Planning en Interne Control, Activity Based Management, Lean management, Onderzoeks-& adviesvaardigheden 10 weken Mevr. I.I.C. (Iris) Wubben

Het beroepsproduct is een onderzoek en advies op het gebied van het verbeteren van bedrijfsprocessen. Deze adviesopdracht wordt uitgevoerd voor een externe opdrachtgever. Studenten dienen zelfstandig een opdrachtgever en een opdracht te verwerven. Dit beroepsproduct is een oefening voor het feitelijke afstudeertraject. Doelen/onderwerpen Aandachtsgebieden: - adviesvaardigheden; - onderzoeksvaardigheden; - analyse en ontwerp van bedrijfsprocessen voor de inrichting en beheersing van de organisatie; - verbeteringen van bedrijfsprocessen op het gebied van tijd, geld en kwaliteit; - leanmanagement - activity based management; - vaststellen van KSF en PI. Literatuur Adviesvaardigheden/Onderzoeksvaardigheden (AOV): Competent afstuderen en stagelopen, een advieskundige benadering, Piet Kempen/Jimme Keizer, Noordhoff Uitgevers, Druk: 2006 Management Planning en Intern Control (MPIC): KAD+, Model voor het ontwerpen en inrichten van Management Control (de ‘managementversie’), Peter Hartog, Ron de Korte en Jan Otten, Stichting Auditing.nl, Driebergen/Rotterdam, Druk: 2011. Dit boek is ook verkrijgbaar via: www.auditing.nl Readers, artikelen en hand-outs worden door de docenten verstrekt. *De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl en op de BB-course ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm -

De conceptuele leerlijn wordt via een schriftelijke toets met open vragen getoetst. Het beroepsproduct wordt getoetst via de beoordeling en presentatie van het rapport.


BKM Voltijd

Afstuderen Cursuscode: EC: Verdeling:


AFAM-V150-14 30 Toets01: Afstudeerscriptie

EC 15

Beoordeling Cijfer

Minimaal 5,5

Weging 50


15

Cijfer

5,5

50


0

Vld/nvd

Vld

0


0

Vld/nvd

Vld

0

Praktijk 20 weken Dhr. C.H. (Cees) Kazus / J.J.M. (Jun) Swagemakers

Het afstuderen is een proeve van bekwaamheid waarbij de HBO-student laat zien dat hij op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in staat is om binnen het BBA-profiel een vraagstuk op te lossen en/of een opdracht uit te voeren. Het afstudeerproces start met een voorlichting een half jaar voor het daadwerkelijke afstuderen. Het afstuderen vindt plaats in een duo en heeft een duur van 20 weken. De student mag deelnemen aan het afstuderen indien voldaan is aan de afstudeernorm. Raadpleeg de afstudeerwijzer voor nadere details over het afstuderen. Doelen/onderwerpen De student laat in de afstudeerfase zien het niveau bereikt te hebben van een beginnend HBOberoepsbeoefenaar. Dit niveau is beschreven in de Dublin Descriptoren. Uiteindelijk moet de student aantonen dat hij met een grote mate van zelfstandigheid een complexe probleemsituatie kan analyseren, een adequate oplossing kan ontwikkelen en adviezen kan geven over de implementatie. Daarbij moet op een methodologisch verantwoorde wijze zijn gewerkt. De weerspiegeling van het afstudeerproces moet de student vastleggen in zijn afstudeer portfolio (bestaande uit: ambitieformulering; aanmelding afstuderen; schriftelijke feedback op de aanmelding; eventuele aangepaste aanmelding afstuderen; afstudeerplan; schriftelijke feedback op afstudeerplan; eventueel aangepast afstudeerplan en verdere feedback; schriftelijke feedback op conceptrapport; eventueel materiaal ter ondersteuning van de presentatie bij het afstudeerbedrijf; afstudeerrapport; reflectieverslag; eventuele tussentijdse rapportages en andere relevante stukken). Literatuur Kempen en Keizer, Competent afstuderen en stagelopen Toetsvorm 1. 2.

Adviesrapport Individuele mondelinge verdediging



BKM Voltijd



AFBM-BCV 2 Toets01: BCV blok 5 Toets02: BCV blok 7 Werkcolleges Bedrijfs Communicatieve Vaardigheden 10 weken per onderdeel Mevr. I.C.J.M. (Ingrid) Huijben

EC 1 1

Beoordeling Vld/nvd Vld/nvd

Minimaal Vld Vld

Weging 50 50

In het tweede jaar volgt iedere student een tweetal cursussen bedrijfscommunicatieve vaardigheden. Binnen de MER-opleiding is gekozen voor de onderdelen: 1. Schrijfvaardigheid, onderzoeksvaardigheden, presenteren en rapportagevaardigheden. 2. Opstellen van een veranderplan en een reorganisatieplan, voeren van een slecht nieuws gesprek in de rol van leidinggevende. Doelen/onderwerpen 1.

2.

Onderwerp: Onderzoek uitvoeren d.m.v. deskresearch: naar aanleiding van de onderwerpskeuze een onderzoek uitvoeren en in een rapport verwerken. Doelen:  Verbeteren van individuele schrijfvaardigheid.  Verbeteren van de individuele presentatievaardigheid.  Onderzoek deskresearch uitvoeren en uitwerken via een onderzoeksrapport. Onderwerpen: Schrijfvaardigheid, mondelinge vaardigheden m.b.t. een reorganisatie. Doelen:  Opstellen van een veranderen reorganisatieplan naar aanleiding van een reorganisatie binnen een bedrijf (casus).  Presentatie van het veranderplan.  Uitvoeren van een slecht nieuws gesprek.

Literatuur 3.

4.

Schrijfvaardigheid en onderzoekvaardigheden:  Trainingswijzer BCV-5  Materiaal uit: Janssen, D. (red.): Zakelijke Communicatie de deel 2. Meest recente druk. WoltersNoordhoff. Groningen 2007. Reorganisatie en slecht nieuws gesprek:  Trainingswijzer BCV-7

Toetsvorm 1.

2.

Schrijfvaardigheid, presenteren en onderzoekvaardigheden  Individuele schrijfopdrachten.  Individuele presentatie.  Onderzoek deskresearch.  BCV-verslag. Reorganisatie en slecht nieuws gesprek:  Schriftelijke vaardigheden.  Mondelinge vaardigheden in de vorm van een assessment slecht nieuws gesprek.  BCV-verslag.


BKM Voltijd



AFXX-SLB-J2-14 4 EC Beoordeling Workshops stagevoorbereiding 0 Vld/nvd Toets01: Assessment 2 Vld/nvd Toets02: Portfoliogesprek 2 Vld/nvd Instructiecolleges, workshops en begeleidingsgesprekken 1 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Minimaal Vld Vld Vld

Weging testimonium 50 50

Binnen Avans Hogeschool, en dus ook binnen de Academie voor Algemeen en Financieel Management, wordt gewerkt met Competentiegericht Onderwijs. Dit betekent dat studenten tijdens hun opleiding aandacht besteden aan de ontwikkeling van competenties die aansluiten bij hun vakgebied maar ook, meer algemeen, bij het niveau van een beroepsbeoefenaar na het HBO. Binnen de leerlijn Studie Loopbaan Begeleiding (SLB) wordt in alle 4 de jaren van de opleiding nadrukkelijk invulling gegeven aan deze ontwikkeling. Bij SLB in het 2e leerjaar wordt er een vervolg gegeven aan de competentie ontwikkeling van studenten zoals zij hier in de propedeuse mee kennis hebben gemaakt. Er wordt een nadrukkelijke link gelegd tussen competentie ontwikkeling en stagevaardigheden. Studenten moeten aan het einde van leerjaar 2 stagebekwaam zijn. Middels workshops en coaching door SLB-coaches bekwamen zij zich in de vaardigheden die nodig zijn bij het solliciteren en ontwikkelen zij competenties die passen bij hun beroepsprofiel. Competenties die centraal staan zijn: mondelinge communicatie, schriftelijke communicatie, sociale vaardigheid, pro-activiteit en zelfreflectie. Studenten volgen bij de start van jaar 2 een introductiecollege waarna ze in een kleine groep gaan kennismaken met hun SLB-coach voor jaar 2. Met deze coach maken ze afspraken over de te ontwikkelen competenties en de uit te voeren activiteiten (60 uur). Een en ander wordt beschreven in een POP en vastgelegd in het E-portfolio. In blok 7 worden er 4 workshops ingeroosterd. Aanwezigheid hierbij is voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Aan het einde van blok 7 vindt er een assessment plaats waar studenten worden beoordeeld op het stagebekwaam zijn. In blok 8 vindt de afronding van SLB plaats middels een eindgesprek en eindpresentatie van het portfolio. Doelen/onderwerpen Hieronder staan de vaardigheden en het gedrag beschreven die horen bij het stagebekwaam zijn:  Studenten reflecteren op hun houding en gedrag. Ze benoemen de competenties die ze willen ontwikkelen om stagebekwaam te zijn. Ze kunnen met hulp van een performance manager activiteiten benoemen om zich zelfstandig op deze competenties te ontwikkelen. Dit leggen ze vast in een POP.  Studenten hebben een realistisch beeld van de arbeidsmarkt binnen hun vakgebied. Ze zijn bekend met de ontwikkelingen en trends op de arbeidsmarkt en kennen de competentie-eisen die door deze markt aan hun beroep worden gesteld.  Studenten schrijven een correcte sollicitatiebrief en stellen een correct CV op. Ze verplaatsen zich in de behoefte van een potentieel stagebedrijf en weten dit te vertalen in een brief en CV.  Door te netwerken zijn studenten in staat op eigen kracht een stageplaats te acquireren. Ze leggen contacten met bedrijven en regelen en organiseren zelfstandig alle gevraagde zaken rondom de stage.  Studenten benoemen hun kwaliteiten en ontwikkelpunten. Dit presenteren zij kort en pakkend tijdens een (sollicitatie)gesprek. Studenten ‘verkopen’ zichzelf in een sollicitatiegesprek met gebruik van de STAR-methodiek.  Studenten passen zich makkelijk en effectief aan aan een nieuwe omgeving of situatie. Studenten vragen uit zichzelf om nadere informatie en initiëren zelfstandig activiteiten. Literatuur Handleiding SLB jaar 2 en trainingswijzer voor workshops. Toetsvorm Deelname aan workshops: deze is verplicht en voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Assessment; speeddate en elevator pitch: 2 EC Eindgesprek + portfolio, 2 EC


BKM Voltijd

StudieLoopbaanBegeleiding (SLB) verbredingsfase (jaar 2) en verdiepingsfase (jaar 3/4) OUD: VOOR STUDENTEN GESTART IN HOOFDFASE VOOR SEPTEMBER 2013 Cursuscode: EC: Verdeling:


AFBBA-SLB-B (verbredingsfase, jaar 2) AFBBA-SLB-D (verdiepingsfase, jaar 3/4) 4 voor SLB-B en 4 voor SLB-D EC Eindgesprek 4

Beoordeling Vld/nvd

Eindgesprek 4 Vld/nvd Instructiecolleges, coachingsgesprekken en portfolio n.v.t. AFBBA-SLB-B 1 jaar, AFBBA-SLB-D 1,5 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Minimaal Vld

Weging 100

vld

100

Je “studieloopbaan” is de leerroute je volgt en vormgeeft. Daarbij word je je al lerend steeds meer bewust van je eigen kwaliteiten en van de competenties die je verder moet ontwikkelen. Ook krijg je een beter beeld van je (toekomstige) beroepsveld. Werkvorm - In beide fasen stel je voor jezelf ontwikkeldoelstellingen op (te ontwikkelen competenties) in een Persoonlijk Ontwikkel Plan (POP). De gestelde doelen komen deels voort uit eerder opgedane ervaringen maar ook uit het beroepsprofiel en je eigen inkleuringen. - Je kiest één activiteit (of meerdere) uit de kaartenbak waarmee je de gestelde competentiedoelen probeert te realiseren. - Je laat je ontwikkeling zien door het samenstellen van je eigen “e-portfolio”. - Tijdens SLB-B staat het ontwikkelen van competenties centraal, ter voorbereiding op de stage. Hierbij word je ondersteund door een SLB-coach die periodiek een coachingsgesprek voeren. - Tijdens SLB-D laat je zien zelfstandig competenties te kunnen verbeteren. De coaching is vraaggestuurd en gericht op persoonlijke vragen van de student. Doelen/onderwerpen De algemene doelstelling van studieloopbaanbegeleiding binnen de AAFM is: - Professionele en persoonlijke ontwikkeling. Hierbij staan “leren-leren”en leren reflecteren centraal. - Ontwikkelen en vormgeven van de eigen studieloopbaan (van in- tot uitstroom) naar een beginnend beroepsbeoefenaar. - Voorbereiden op werk(stage)periode Verbredende fase (tot de stage)  “stagebekwaam” worden De student is aangenomen bij een stagebedrijf en is snel praktisch inzetbaar. Hiervoor is initiatief en zelfsturing belangrijk. De student is tijdens de stage in staat zijn/haar competentieontwikkeling vorm te geven en aan te sturen. In deze fase staat het leren managen van de eigen competenties centraal. Verdiepende fase (van stage tot diplomering)  “afstudeerbekwaam” worden De student is aangenomen bij een afstudeerbedrijf. Hij is in staat om zelfstandig een opdracht te verwerven en deze succesvol af te ronden en is in staat zijn competenties en persoonlijke ontwikkeling zelfstandig te verbeteren. Literatuur Handleidingen SLB jaar 2 en jaar 3/4 Toetsvorm -

Portfolio en eindgesprek


BKM Voltijd



EC 1


1


Minimaal B2

Weging 50

B2

50

Werkvorm(en):






5.6.7

Minoren Bedrijfskunde MER AAFM Minor voor studenten BKM/BE

Minor Persoonlijke Financiële Planning Minorcode: EC: Verdeling:

AFMR-MI-PFP-12 30 EC

Beoordeling

Minimaal

Weging

Cursus AFMR-PFP-V130-12

Werkvorm(en):

Vakken:

Toets01: Goederenrecht en beleggen 7 Cijfer 5,5 50 Toets02: Hypotheken en IB-particulieren 7 Cijfer 5,5 50 Cursus AFMR-PFP-V140-12 Toets01: Leven en Estate planning 7 Cijfer 5,5 50 Beroepsproduct 9 Cijfer 5,5 50 In de eerste periode van 10 weken komt de theorie van de onderdelen Hypotheken, Goederenrecht en Beleggen aan bod; in de tweede periode van 10 weken de onderdelen Pensioen, Levensverzekeringen, Sociale verzekeringen en Estate Planning (Nalatenschapsplanning) aan bod. Naast de wekelijks hoor- en werkcolleges (week 1 t/m 7 in periode 1 en week 1 t/m 4 in periode 2) waarin de conceptuele leerlijn aan bod komt is de student ook bezig met de voorbereiding op het beroepsproduct. Deze voorbereiding houdt in dat er vanaf week 3 van periode 1 er wekelijks een bijeenkomst is in het kader van het project (beroepsproduct). Tijdens deze (verplichte) wekelijkse bijeenkomsten worden opdrachten uitgevoerd en houdt elke student eenmaal een referaat over een bepaald onderwerp of een bepaalde casus. De laatste weken van periode 2 wordt ingeruimd voor het maken van het beroepsproduct: het maken van een integraal persoonlijk financieel plan. Belastingrecht (vooral inkomstenbelasting particulieren en Erf- en schenk-belasting), Privaatrecht (Goederenrecht, huwelijksvermogens- en erfrecht), Beleggen, Pensioenen, Hypotheken, Verzekeringen (incl. sociale verzekeringen) 2 maal 10 weken Dhr. D. (Dennis) Rodrigo

Duur: Coördinator: Beschrijving De minor richt zich met name op de persoonlijk financiële planner. Daarnaast is ook uitgebreidere aandacht voor beleggen en voor vastgoed (goederenrecht).

De dienstverlening van de persoonlijke financiële planner richt zich op het adviseren van de vermogende particulier en/of de directeur/grootaandeelhouder (dga). De financiële planner zal bij de financiële planning rekening houden met diverse onderwerpen zoals belastingen, pensioen, sociale uitkeringen, financiële en juridische aspecten aankoop woning, verzekeringen, beleggingen, huwelijksvermogens- en erfrecht etc. Bij zijn advies zal de financiële planner uiteraard rekening houden met de wensen en mogelijkheden van de klant. Doelen/onderwerpen De minor PFP is toegankelijk voor alle studenten uit het economische domein. De inhoud van de minor wordt zo vormgegeven dat zij aansluit aan de eindtermen van de Wft-module “Hypothecair Krediet” en bij de Wft-module “Vermogen” (Wft = Wet Financieel Toezicht; deze wet omschrijft nauwkeurig de eindtermen waaraan adviseurs met betrekking tot de verschillende diensten moeten voldoen). Wanneer een student voor het onderdeel Hypothecair Krediet Algemeen en/of Leven Algemeen gecertificeerd wil worden dan kan hij hiervoor bij een extern examenbureau tentamens afleggen. (Kosten voor een tentamen circa € 130). Literatuur Belastingwetten 2013, kluwer, ISBN 9789013116069 Met de Wet in de hand 2013/2014, Boom fiscale Uitgevers, ISBN 9789089747884, of een nader in overleg met de docent aan te schaffen handboek Inleiding privaatrecht, Noordhoff, Druk: 12, ISBN: 9789001815516 Wetteksten Hoger Onderwijs 2014-2015 Druk: 30 Reader WFT Hypotheken, reader wordt via school verstrekt, 40 euro Reader WFT Vermogen, reader wordt via school verstrekt, 40 euro * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Periode 1 wordt afgesloten met twee individuele schriftelijke toetsen over de leerstof van de conceptuele leerlijn; Periode 2 wordt afgesloten met één individuele schriftelijke toets over de leerstof van de conceptuele leerlijn. Daarnaast vindt de toetsing plaats via een beroepsproduct: de referaten gedurende de weken 4 t/m 7 periode 1 en weken 1 t/m 4 van periode 2) en het maken en presenteren van een Integraal Financieel Plan)


AAFM Minor voor studenten BKM/BE

Minor Strategie in Beweging Minorcode: EC: verdeling:


AFBM-MI-SIB-13 30 punten EC Beoordeling Minimaal Weging Cursus AFBM-V130-SIB-13 Toets01: OAT 6 cijfer 5,5 40 Toets02: Beroepsproduct 9 cijfer 5,5 60 Cursus AFBM-V140-SIB-13 Toets01: Logistiek 3 cijfer 5,5 20 Toets02: Innovatie 3 cijfer 5,5 20 Toets03: Beroepsproduct 9 Cijfer 5,5 60 Projectonderwijs; simulatiegame;bedrijfsopdracht; gastcollege`s en hoor-/werkcollege`s. Strategie; Marketing; Finance; Organisatiedynamica; Supply chain- en Innovatiemanagement 20 weken Dhr. J.J.M. (Jun) Swagemakers

Duur: Coördinator: Beschrijving Deze minor is bestemd voor studenten die hebben gekozen voor het ontwikkelen van inzicht in de strategische beleidsvorming van een onderneming. Je leert hier hoe je op strategisch niveau verschillende keuzes kan maken en hoe deze vervolgens in lijn met elkaar gezet kunnen worden. Dit met als doel om te komen tot consistent strategisch bedrijfsbeleid. In het vervolg van deze minor wordt er verder ,vanuit het strategisch beleid, ingezoomd op actuele onderwerpen zoals supply chain- en innovatiemanagement Doelen/onderwerpen Na het afronden van deze minor is de student in staat om als gesprekspartner, van de eigenaar en/of van het management te fungeren op het gebied van strategievorming en haar facetten. Literatuur De literatuur wordt deels via blackboard ter beschikking gesteld en deels te raadplegen via www.studystore.nl Toetsvormen Team-assessment a.d.h.v. een team portfolie Projectopdrachten (2 x 10 weken) Beroepsproduct I & II Paper/bedrijfsopdrachten Individuele toets (eind kwartaal I en II)

Doorstroomminoren Tilburg University: voor studenten BKM en HRM Organisation Studies (OS) Human Resource Studies (HRS) Management of Cultural Diversity (MCD) Avans Hogeschool en Tilburg University hebben een bijzondere samenwerking. Studenten van de opleidingen HRM en Bedrijfskunde MER krijgen de mogelijkheid om een doorstroomminor te volgen die hen in staat stelt bij voldoende resultaten rechtstreeks in te stromen in het masterprogramma van de opleidingen Organisation Studies (OS), Human Resource Studies (HRS) of Management of Cultural Diversity (MCD) van Tilburg University (TiU). Concreet houdt dit in dat tijdens het 4e studiejaar een programma aangeboden wordt dat het schakeljaar (de zogenoemde premaster) vervangt en tegelijkertijd als reguliere basis dient voor het afstuderen bij Avans Hogeschool. Twee jaar in één dus, na de premaster en het afstuderen bij Avans, kun je in één jaar je mastertitel behalen aan de TiU. Toelating tot de doorstroomminoren De toelatingseis voor de doorstroomminor is dat de student gemiddeld en ongewogen een 7,0 of hoger staat voor alle vakken en trainingen uit het tweede jaar en de eerste drie kwartalen van het derde jaar. Daarnaast dient er een sollicitatiebrief met motivatie ingeleverd te worden met daarin twee positieve aanbevelingen van docenten van de opleiding. Tevens dient er een kopie van een geldig legitimatiebewijs ingeleverd te worden (paspoort of identiteitskaart). Als aan alle eisen is voldaan wordt het toelatingsverzoek bij de TiU voorgelegd. Voor de uiteindelijke master (het jaar ná het vierde jaar van de opleiding bij Avans) dient de student wiskunde op VWO-niveau te beheersen. Dit wordt middels een test bij de TiU getoetst. Heb je interesse of wil je meer informatie? Voor meer informatie kun je contact opnemen met studieadviseur Charlotte Reijndorp [email protected] Studenten die kiezen voor deze minor dienen hun keuze te bevestigen bij hun studieadviseur.


5.7

Bedrijfskunde MER duaal (banken verzekeringen)

De duale opleiding Bedrijfskunde MER wordt niet meer aangeboden. Studenten die nog vakken of blokken van BKM duaal moeten herkansen, kunnen deze vakken herkansen volgens onderstaand overzicht. Toetsaanbod Bedrijfskunde MER DUAAL 2014-2015 Blok Basisinkomen, vermogen en hypotheken Hypotheken Leven Schade Afstuderen bank en verzekeringen duaal

Code

P1

P1

P2

P2

P3

P3

P4

P4

H4

H4

AFMR-D70-10 AFMR-D90 AFMR-D100 AFMR-D110

? I I I

I I I

I I I

I I I

I I I

AFMR-D-150-12

I

I

I

I

I

I = mogelijkheid inschrijven

Studenten die nog vakken open hebben staan die niet in dit overzicht staan, of als je vragen hebt, neem dan contact op met studieadviseur Elvira Verschuren: [email protected] of 0885257618


6 Human Resource Management


6.1

Organisatie en medewerkers team Bedrijfskunde MER/Human Resource Management

Docententeam BKM/HRM Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Mevr. Mevr. Mevr. Dhr. Mevr. Mevr.

M.P.L. A.J. H.T. A. H.J. A.M.L.M. I.A.M. I.C.J.M. C.A. C.H. I.E.M. M.E.

(Michiel) (Addy) (Herman) (Angelique) (Rik) (Ton) (Ingeborg) (Ingrid) (Charlotte) (Cees) (Inge) (Marise)

Teamvoorzitter: Mevr. Mr. C.H. (Lianne) Huijssoon Adriaansen Aertse van Blitterswijk Bikkers Doodkorte Hermans Hoefeijzers Huijben Jongeling-Vermond Kazus van de Kerkhof Khemissi

HRM BKM HRM HRM BKM BKM BKM BKM HRM BKM HRM HRM

Mevr. Dhr. Dhr. Mevr. Mevr. Mevr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Mevr.

I. D. M.H.J. J.A.M. M.J. M.A.C. J.J.M. J.M.J. H.A. H.H. I.

(Ineke) (Dennis) (Michel) (Yolanda) (Marieke) (Marieke) (Jun) (Annemiek) (Herman) (Harry) (Iris)

van Kruining Rodrigo Salewicz Schellekens Schiebroek Smulders Swagemakers Trienen-Busser Voigt van der Werk Wubben

HRM BKM BKM BKM BKM HRM BKM HRM BKM HRM BKM

Studieadviseurs:

Onderwijscommissie Bedrijfskunde MER/HRM

Mevr. E.G.M. (Elvira) Verschuren (BKM) Mevr. C.M. (Charlotte) Reijndorp (HRM)

Mevr. C.H. (Lianne) Huijssoon Dhr. H.H. (Harry) van der Werk Dhr. D. (Dennis) Rodrigo Dhr. J.J.M. (Jun) Swagemakers Mevr. M.A.C. (Marieke) Smulders

Opleidingscommissies: Docentleden opleidingscommissie BKM: Dhr. C.H. (Cees) Kazus Dhr. A.M.L.M. (Ton) Hermans Mevr. I.A.M. (Ingeborg) Hoefeijzers Mevr. E.G.M. (Elvira) Verschuren (studieadviseur)

Docentleden opleidingscommissie HRM: Mevr. J.M.J. (Annemiek) Trienen-Busser Mevr. A. (Angelique) Bikkers Mevr. C.M. (Charlotte) Reijndorp (studieadviseur)

Studievereniging Bedrijfskunde MER/HRM: S.V. Merlijn Postbus 90116 4800 RA Breda e-mail: [email protected]


6.2 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

8.

Domeincompetenties Bachelor of Business Administration Ontwikkelen van een visie op veranderingen en trends in de externe omgeving en ontwikkelen van relaties, netwerken en ketens. Analyseren van beleidsvraagstukken, vertalen in beleidsvoorstellen, beleidsalternatieven en voorbereiden van besluitvorming. Toepassen van human resource management. Inrichten, beheersen en verbeteren van bedrijfs- en organisatieprocessen. Analyseren van de financiële en juridische aspecten, interne processen en de bedrijfs- of organisatieomgeving om samenhang en wisselwerking te versterken. Ontwikkelen, implementeren en evalueren van een veranderingsproces. Sociale en communicatieve competentie (interpersoonlijk, organisatie):  samenwerken in een beroepsomgeving en meedenken over doelen en inrichting van de organisatie, waaruit eisen voortvloeien die betrekking hebben op de volgende kenmerken: multidisciplinariteit en interdisciplinariteit, klantgerichtheid, collegialiteit, leidinggeven (het sociale deel van de competentie);  communiceren intern op alle niveaus, effectief en in de gangbare bedrijfstaal, veelal in het Nederlands en/of Engels; in termen van beroepstaken omvat dat zaken als het opstellen en schrijven van plannen en notities, informeren, overleg voeren, draagvlak creëren, stimuleren, motiveren, overtuigen, verwoorden van besluiten. Zelfsturende competentie (intrapersoonlijk, beroepsbeoefenaar of professional):  sturen en reguleren van de eigen ontwikkeling ten aanzien van leren, resultaatgericht werken, initiatief nemen en zelfstandig optreden, flexibiliteit;  nadenken en reflecteren over en verantwoording nemen voor eigen handelen wat wijst op betrokkenheid en kritische zelfbeoordeling;  ontwikkelen van een beroepshouding met ruimte voor normatief-culturele aspecten, respect voor anderen, een beroepscode en ethische principes voor het professioneel handelen;  leveren van een bijdrage aan de verdere professionalisering van de branche, publicaties, bijdragen aan congressen, enzovoort.

Gedurende het collegejaar 2014-2015 wordt de nieuwe landelijke HEO-competentieset opgenomen in de her te ontwikkelen curricula van de opleidingen Bedrijfskunde MER en HRM.

6.3

Opleidingsprofiel

De opleiding Human Resource Management Breda profileert zich als een managementopleiding. De opleiding heeft een plaats binnen de Academie voor Algemeen en Financieel Management. Van deze omgeving worden de vruchten geplukt. Daarbij wordt gebruik gemaakt van en de samenwerking gezocht met de andere opleidingen binnen de Academie, met name de opleiding Bedrijfskunde MER. Tevens wordt hierdoor gebruik gemaakt van de economische en financiële kennis van de opleidingen Accountancy en Bedrijfseconomie. In het gezamenlijke deel van de propedeuse wordt al gestart met de orientatie op de praktijk. Een goede afstemming met de praktijk wordt gewaarborgd doordat in ieder studiejaar praktijkopdrachten zijn opgenomen. Daarbij worden de banden met de Werkveld Advies Raad (WAR), de alumni en de beroepspraktijk ingezet. Door deze inspanningen zijn de afgestudeerden breed inzetbaar en hebben een goede aansluiting met het praktijkveld. Voor de uitoefening van het vak wordt aandacht besteed aan werken vanuit vier verschillende rollen (Ulrich): Administration Expert, Employee Champion, Change Agent en Strategic Partner. Deze vier rollen worden door de opleiding samengevat als HR-professional. De werkzaamheden van de HR-professional betreffen in de regel het geheel, maar dat neemt niet weg dat in de praktijk van beroepsbeoefening een bepaalde rol, afhankelijk van de aard, omvang en structuur van de organisatie de overhand kan krijgen. In kleinere bedrijven bijvoorbeeld zal de HR-professional in de regel van meerdere markten thuis zijn, terwijl bij grotere bedrijven de verschillende rollen aan verschillende professionals zijn toegekend. De HR-professional heeft in zijn toekomstig beroep de taak op de hoogte te zijn van de factoren die te maken hebben met ontwikkelingen in en rond organisaties. Hij is goed op de hoogte van de economische, politieke, sociaal-maatschappelijke en technologische aspecten, die op de organisatie van invloed zijn en kan deze vertalen naar HR-beleid. Dit alles speelt in een tijd waarin de maatschappij continu en in een hoog tempo aan veranderingen onderhevig is.


6.4

Vervolgstudie na de bacheloropleiding

Na de opleiding HRM zijn er verschillende mogelijkheden tot doorstuderen. Laat je goed informeren bij de desbetreffende universiteit of er al dan niet een schakeljaar c.q. premaster noodzakelijk is. De doorstroomminoren Human Resource Studies en Organisation Studies die door Avans Hogeschool samen met Tilburg University worden aangeboden, kunnen daarbij interessant zijn. Zie hiervoor het hoofstuk ‘Minoren’.

6.5


Bij het afronden van je opleiding in collegejaar 2014-2015 krijg je een diploma met de titel ”Bachelor of Business Administration (BBA) – opleiding “Human Resource Management”. Je hebt hiermee de internationaal erkende 'Bachelor-degree' behaald. De Nederlandse titel is baccalaureus (bc.).

6.6 6.6.1

Inrichting postpropedeutische fase HRM Opbouw van de studie

Nadat het eerste jaar is gevolgd en er is voldaan aan het minimale vereiste van het bindend studieadvies (BSA), kan gestart worden in het tweede jaar. Het blok- en toetsaanbod van het tweede, derde en vierde jaar is hierna weergegeven. Studieopbouw HRM Voltijd – reguliere student gestart in september Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)



Kwartaal 3 Blok 3 Blok 7 Stage (beleidsnotitie) Afstuderen


Studieopbouw HRM Voltijd – turbo student gestart in september (voor 2013) Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)

Kwartaal 1 Blok 3 Blok 7 Stage (beleidsnotitie) Afstuderen




Studieopbouw HRM Voltijd – turbo student gestart in februari Kwartaal 1 Propedeuse Hoofdfase (jaar 2) Hoofdfase (jaar 3) Hoofdfase (jaar 4)

6.6.2

Blok 5 Stage Minor

Kwartaal 2

Kwartaal 3

Kwartaal 4

Blok 6 Stage Minor

Blok 3 Blok 7 Stage (beleidsnotitie) Afstuderen

Blok 4 Blok 8 Blok 12 Afstuderen


Losse toetsen Met ingang van collegejaar 2014-2015 worden alle vakken in de hoofdfase los getoetst. Dit houdt in dat er straks geen OAT’s meer zijn. Start je in jaar 2 vanaf september 2014? Blokken die je gaat volgen, worden volgens de nieuwe regeling getoetst. Dit betekent dat alle vakken los worden getoetst en alle onderdelen beoordeeld moeten zijn met een 5,5 of hoger. Ben je gestart in de hoofdfase in september 2013 of eerder? Blokken die je gaat herkansen (alleen de toets of lessen + toets) worden als volgt getoetst: Er zijn per toets 3 toetsmomenten. Je hebt recht op twee toetskansen per blok, per collegejaar. Van de drie toetsmomenten gelden de eerste twee momenten nog met de oude compensatieregeling. De vakken worden los getoetst, maar het resultaat van de toetsen wordt gemiddeld. Indien je gebruik moet maken van de tweede toetskans, moet je alle losse schriftelijke toetsen die behoren bij het blok opnieuw maken. Heb je de toets na deze twee momenten niet behaald? Dan ga je over naar de nieuwe regeling. Dit betekent dat in het daaropvolgende collegejaar alle vakken los worden getoetst en alle onderdelen 137 Studiegids AAFM 2014-2015

beoordeeld moeten zijn met een 5,5 of hoger. Je kunt dan niet meer compenseren. Je krijgt geen vrijstelling voor eventuele behaalde onderdelen van de OAT. Losse toetsen die je hebt behaald volgens de nieuwe regeling, hoef je niet opnieuw te doen. Je kunt je dan richten op de toetsen die je nog niet hebt behaald. Blokken die je voor het eerst gaat volgen worden direct volgens de nieuwe regeling getoetst. Dit betekent dat alle vakken los worden getoetst en alle onderdelen 5,5 of hoger dienen te zijn. Toetsaanbod In deze studiegids vind je in de volgende paragraaf een overzicht waarop je kunt zien welk blok wanneer gaat draaien en op welke momenten er toetsen worden aangeboden. Om optimaal gebruik te maken van de aangeboden mogelijkheden, is het van belang dat je het cursus-en toetsaanbod goed tot je neemt. Informeer jezelf goed en voorkom studievertraging! Indien je nog vragen of opmerkingen hebt kun je contact opnemen met je studieadviseur.

6.6.3

Cursus- en toetsaanbod HRM 2014-2015 P 1

P 1

X X X X X

T T T I I

Blok

Naam

Code

Blok 5

HR-Toolkit TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 TOETS05 Performancemanagement TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 Reorganisatie TOETS01

AFHR-V50-14 (R) Human Resource Management 1 (R) Sociale Zekerheidsrecht (R) Arbeids & Organisatiepsychologie Excel Beroepsproduct AFHR-V60-14 (R) Human Resource Management 2 (R) Arbeids & Organisatiepsychologie (R) Administratieve organisatie Beroepsproduct AFAM-V70-14 (R) Human Resource Management 3

T

TOETS02

(R) Financieel management

T

TOETS03 TOETS04 TOETS05 Strategisch HRD TOETS01

(R) Veranderkunde (R) (Arbeids)recht Beroepsproduct AFHR-V80-14 (R) Human Resource Management 4 (R) Lerend Organiseren en Veranderen Loopbaancoaching Trainen Beroepsproduct AFXX-SLB-J2-14 Assessment Portfoliogesprek AFXX-ENG-B English writing B2 English speaking B2 AFPM-BCV BCV Blok 6 BCV Blok 7 AFPM-V90-09 Blok 9 en 10 stage Intervisie

T T I

Blok 6

Blok 7

Blok 8

TOETS02

SLB

Engels

BCV

Stage

Beleidsnoti tie + blok 11 Stage

Blok 12

TOETS03 TOETS04 TOETS05 SLB verbredingsfase TOETS01 TOETS02 Engels TOETS01 TOETS02 BCV TOETS01 TOETS02 Stage TOETS01 TOETS02 Beleidsnotitie + blok 11 Stage TOETS01 TOETS02 Verbeteren van bedrijfsprocessen TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04

SLB

TOETS05 SLB verdiepingsfase TOETS01

P 2

X X X X

X

P 2

P 3

P 3

P 4

T T T I I

T T T I I

T T T I

T T T I

T T T I

X

T

T

X

T

T

X X X

T T I

T T I X

T

T

T

X

T

T

I I I

X X X

I I I

I I I

I I

I I

I

I

I I

I

I

I I

X I X X X

I I

X X

I

X X

I I

I I I

AFPM-V110-09 Beleidsnotitie + blok 11 stage Intervisie

X X

I I

I I

I

AFAM-V120-14 (R) Man. Planning en Interne Controle (R) Activity based management (R) Lean Management (R) Onderzoeks- en adviesvaardigheden Beroepsproduct AFAM-SLB-D-13 Workshop 1

T T T

X X X

T T T

X X X

T T T

T T T

T

X

T

X

T

T

X

I

X

I

I

I

I

I

I

I


H 4

T

I I

X

P 4

MINOR * Afstuderen

TOETS02 TOETS03 MINOR * VRIJE PROFILERINGSRUIMTE* Afstuderen TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04

Workshop 2 Portfolio gesprek

I I

I I

X AFAM-V150-14 Afstudeerscriptie Afstudeerverdediging Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2

X X

I I

I I

I I

I I I I

I I I I

I I

X I I I I

I I I I

T I

T I

X X

Actieve cursussen oude examenprogramma’s: Blok 5

Blok 6

Blok 7

Blok 8

Blok 12

Afstuderen

Blok 8 SLB

SLB SLB

HR Toolkit TOETS01 TOETS02 Performance Management TOETS01 TOETS02 Reorganisatie TOETS01 TOETS02 Strategisch HRD TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 Verbeteren bedrijfsprocessen TOETS01 TOETS02 Afstuderen TOETS01 TOETS02 TOETS03 Strategisch HRD TOETS03 SLB verbredingsfase TOETS01 TOETS02 TOETS03 SLB verdiepingsfase TOETS01 SLB verbredingsfase TOETS01

Stage TOETS01 IPP jaar 2 TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 SLB jaar 2 TOETS01 TOETS02 TOETS03 TOETS04 IPP jaar 3 TOETS01 SLB blok 12

TOETS01

AFHR-V50-12 (R) OAT blok 5 beroepsproduct AFHR-V60-12 (R) OAT blok 6 beroepsproduct AFBBA-V70 (R) OAT blok 7 Beroepsproduct AFHR-V80-13 (R) OAT blok 8 Assessment Trainen Assessment Loopbaancoaching Beroepsproduct

T I

T I

T I

T I T I I I

T I I I

AFBBA-V120 (R) OAT blok 12 beroepsproduct AFBBA-V150 Afstudeerproject Ethiek en Integriteit workshop 1 Ethiek en Integriteit workshop 2 AFPM-V80-11 Beroepsproduct AFXX-SLB-B-13 Workshops stage voorbereiding Assessment Portfolio gesprek AFXX-SLB-D Beoordeling SLB AFBBA-SLB-B SLB beoordeling AFPM-V110 Blok 11 stage AFPM-IP2 IP blok 5 IP blok 6 IP blok 7 IP blok 8 AFPM-SLB2 SLB blok 5 SLB blok 6 SLB blok 7 SLB blok 8 AFPM-IP3 IPP blok 12 AFPM-SLB3 SLB blok 12

X

T I

T I

I I I

I I I

X

I I I

I

X

I

I

I

I I I

I I I

I I I

I I I

I I I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I I I I

I I I I

I I I I

I I I I

I I I I

I I I I

I I I I

I I I I

I I I I

I I I I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

X

X = cursus aanbod (bij semesterblokken: start cursusaanbod) T = schriftelijk toetsaanbod inclusief mogelijkheid inschrijven I = mogelijkheid inschrijven * Zie voor specifiek aanbod van minoren 'Cursus- en toetsaanbod minoren' Let op! Inschrijven in kwartaal waarin beoordeling plaatsvindt of waarin toetsdeelname gewenst is!


I I I

6.6.4

Doorstudeerdrempels HRM

In de postpropedeutische fase van Human Resource Management geldt in de volgende gevallen een verplichte volgorde voor tentamens: Stagedrempel Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Stage’ moet: • • • • •

de propedeuse met goed gevolg hebben afgesloten alle onderwijseenheden van jaar 2 hebben doorlopen het onderdeel SLB verbredingsfase met goed gevolg afgerond hebben minimaal 26 studiepunten met volledige onderwijseenheden van jaar 2 hebben behaald minimaal 41 studiepunten met de toetsen van jaar 2 hebben behaald, waarbij de studiepunten op toetsniveau worden bekeken en een formele toekenning in verband met de afronding van een onderwijseenheid niet vereist is.

Afstudeerdrempel Een voltijdstudent die wil deelnemen aan de onderwijseenheid ‘Afstuderen’ moet: • • • • • •

6.6.5

De propedeuse met goed gevolg hebben afgesloten Alle onderwijseenheden van jaar 2 met goed gevolg hebben afgesloten De stageperiode (3 onderwijseenheden) met goed gevolg hebben afgesloten Blok 12 hebben doorlopen en hiervan minimaal het onderdeel beroepsproduct met goed gevolg hebben afgesloten. het onderdeel SLB verdiepingsfase met een voldoende afgerond hebben én deelgenomen hebben aan de minor.


Het steeds internationaler worden van de arbeidsmarkt en de wens van de studenten om in dit kader met de internationale aspecten van het beroepenveld kennis te maken, heeft ertoe geleid dat de opleidingen binnen de academie AAFM (AC, BE, BKM & HRM) haar studenten verschillende mogelijkheden biedt aan deze wens gevolg te geven. Naast de mogelijkheid een stage- of afstudeeropdracht in het buitenland te verrichten, is het onder meer mogelijk als minor een semester te gaan studeren bij een school in het buitenland. In samenwerking met academies binnen Avans die gelieerd zijn aan scholen binnen en buiten Europa zijn er mogelijkheden om een studiesemester in het buitenland te volgen. De uitwisselingen vallen vaak onder het Erasmusprogramma van de Europese Unie waarbij je een studiesemester aan een andere universiteit of hogeschool binnen de Europese Unie kunt volgen. Daarnaast kan een student als "free mover" een studiesemester in het buitenland volgen. Hierbij regel je naar eigen inzicht en voorkeur waar je een studiesemester wilt gaan volgen. Als “free mover” val je vaak buiten het Erasmusprogramma (zeker buiten Europa) en dien je rekening te houden met onder andere extra collegegeld kosten. In geval van een studiesemester in het buitenland, wordt in samenspraak met de student een studieprogramma samengesteld, dat gelijkwaardig is aan een studiesemester in Nederland. Deze gelijkwaardigheid geldt zowel ten aanzien van de kennisdomeinen als ten aanzien van de diepgang van het programma en het aantal te behalen studiepunten. De Examencommissie van de AAFM beslist of een student toestemming krijgt het voorgestelde studieprogramma in het buitenland te gaan volgen. Houd er rekening mee dat studie, stage of afstuderen in het buitenland goed voorbereid dient te worden, dus een tijdig oriëntatie en start van de voorbereidingen is uitermate belangrijk. Vooral voor een studiesemester zijn er sluitingstermijnen voor aanmelding en inschrijving, dus houd hier rekening mee in je planning. Je interesse voor een periode in het buitenland kun je in eerste instantie aangeven bij je studieadviseur.


6.6.6

Inhoud aangeboden onderwijseenheden HRM HRM

Blok 5: HR-Toolkit Cursuscode: EC: verdeling:



AFHR-V50-14 13 Toets01: Human Resource Management 1

EC 3

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 25

Toets02: Sociale zekerheidsrecht

2,5

cijfer

5,5

20

Toets03: Arbeids & Organisatiepsychologie

2,5

cijfer

5,5

20

Toets04: Excel

0

Vld/nvd

vld

0

Toets05: Beroepsproduct 5 cijfer 5,5 Project (= beroepsproduct), workshop, hoorcolleges en werkcolleges Human Resource Management Sociaal zekerheidsrecht Arbeid & Organisatiepsychologie Onderzoek Excel 10 weken Mevr. M.E. (Marise) Khemissi

35

In dit blok wordt er ingezoomd op de p-kant van een organisatie. Er wordt specifiek aandacht besteed aan de verschillende personele aspecten die een rol spelen in een organisatie, zoals in-, door en uitstroom, verzuim, arbeidsmotivatie en beloning. Er wordt een HR toolkit samengesteld waarin deze verschillende personeelsaspecten aan bod komen. Daarnaast worden er individuele personele vraagstukken opgelost met behulp van een CAO en een personeelshandboek. Tijdens dit blok is er een workshop verzuimmanagement en zijn er twee gastcolleges: een vierdejaars student HRM en een gastspreker uit het HRM-werkveld verduidelijken verschillende HR-thema’s met voorbeelden uit de (stage)praktijk. Doelen/onderwerpen De verschillende onderdelen die de revue passeren zijn: - HR-instrumenten - Personeelsontwikkeling - Arbeidsmotivatie - Verzuim Literatuur -

Kluijtmans, F. Leerboek HRM. 2e druk. Hoofdstukken Sociaal Recht, Prof. Mr. C.J. Loonstra, Noordhoff Uitgevers B.V., nieuwste druk. De kleine gids voor de Nederlandse Sociale Zekerheid, Th.G.M. Klabbers e.a., Kluwer, nieuwste uitgave. De kleine gids is óók verkrijgbaar bij de SVB, de Sociale VerzekeringsBank (naast NAC-stadion). Wetteksten HEO 2013/2014 of 2012/2011 - Redactieraad Noordhoff (reeds in bezit uit blok 1) Robbins, P. & Jugde, T. Gedrag in organisaties. Pearson Education, vijfde druk Baarda, D.B. en De Goede, Basisboek Methoden en Technieken, Groningen: Wolters-Noodhoff 2006. Mante, Y., & L. Vening. Een goede zin. Thieme Meulenhof

* Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds wijzigt, wordt dit via de Blackboard course gepubliceerd

Toetsvorm -

schriftelijk, open/gesloten tentamens Beroepsproduct: rapport, verdediging, proces


HRM

Blok 6: Performancemanagement Cursuscode: EC: verdeling:



AFHR-V60-14 13 Toets01: Human Resource Management 2 Toets02: Arbeids & Organisatiepsychologie

EC 3 2,5

Beoordeling cijfer cijfer

Minimaal 5,5 5,5

Weging 25 20

Toets03: Administratieve Organisatie

2,5

cijfer

5,5

20

Toets04: Beroepsproduct 5 cijfer Project (= beroepsproduct), trainingen en werkcolleges Human Resource Management Arbeid & Organisatiepsychologie II Administratieve Organisatie Onderzoek SPSS BCV 10 weken Mevr. M.E. (Marise) Khemissi

5,5

35

Medewerkers in dienst hebben is één, hen motiveren dat ze dingen doen die gedaan moeten worden, is een ander belangrijk domein van HRM. Hoe stuur je het gedrag van medewerkers in een richting die wenselijk is? Dit kan door middel van performancemanagement. Functionerings- en beoordelingsgesprekken zijn de meest tastbare uiting van performancemanagement. Willen deze gesprekken hun doel bereiken, dan vergt dat ook dat doelen van afzonderlijke organisatieonderdelen, afdelingen en medewerkers op elkaar afgestemd worden en dat deze op hun beurt weer zijn afgestemd op de strategie van de organisatie als geheel. In blok 5 is kennis gemaakt met de HR toolkit vanuit medewerker-perspectief (P-kant van P&O). In blok 6 worden deze tools vanuit organisatieperspectief bekeken (O-kant). Hoe kan een organisatie de HR tools dusdanig inzetten dat zij optimaal kan presteren? Doelen/onderwerpen De -

verschillende onderwerpen van blok 6: Performancemanagement in diverse branches Functionerings- en beoordelingsgesprekken Active aging en loopbaanmanagement Organisatiecultuur en groepsgedrag (HR)Balanced Scorecard Medewerkertevredenheidsonderzoek

Literatuur -

Kluijtmans, F. Leerboek HRM. 2e druk. Robbins, P. & Jugde, T. Gedrag in organisaties. Pearson Education, vijfde druk. Jans, E.O.J., Weezenberg, J.N. Inleiding administratieve organisatie. Baarda, D.B. en De Goede, Basisboek Methoden en Technieken, Groningen: Wolters-Noodhoff 2006. Baarda, D.B., De Goede, M.P.M., Van Dijkum, C.J., Basisboek Statistiek met SPSS voor Windows.


Toetsvorm -

Schriftelijk, open/gesloten tentamen Beroepsproduct: rapport, verdediging, proces Assessment


HRM

Blok 7: Reorganisatie Cursuscode: EC: verdeling:


AFAM-V70-14 13 EC Beoordeling Minimaal Toets01: Human Resource Management 3 2 cijfer 5,5 Toets02: Financieel Management 2 cijfer 5,5 Toets03: Veranderkunde 2 cijfer 5,5 Toets04: Arbeidsrecht 2 cijfer 5,5 Toets05: Beroepsproduct 5 cijfer 5,5 Project (= beroepsproduct), hoor- en werkcolleges en gastcollege Human Resources Management 3, Financieel Management, Veranderkunde, Arbeidsrecht 10 weken Mevr. A. (Angelique) Bikkers

Weging 16 16 16 16 36

In vrijwel alle (grote) organisaties vinden regelmatig veranderingen plaats. Deze veranderingen zijn nodig om de marktpositie van de organisatie te handhaven dan wel te versterken. Daarnaast kunnen economische- en/of financiële redenen een aanleiding zijn tot ingrepen in de organisatie. “Stilstand is achteruitgang” is een stelling die vaak wordt gehoord. Zowel het Management als Human Resources spelen een grote rol bij deze trajecten. HRM-ers en managers moeten hierbij verschillende belangen kunnen bewaken (organisatie, afdeling, individu) en binnen een multidisciplinaire context kunnen opereren. Ook moeten zij kunnen anticiperen, door oog te hebben voor externe en interne ontwikkelingen. Doelen/onderwerpen Reorganiseren in de context van een private organisatie: -

De huidige situatie van een organisatie analyseren op basis van financiële kengetallen en de theorie over veranderkunde.

-

Een aanleiding en doelstelling kiezen voor een reorganisatie, aansluitend op de huidige situatie en gebruikmakend van de veranderkundige theorie.

-

Een onderbouwd advies opstellen voor het begeleiden en realiseren van de voorgenomen reorganisatie vanuit het perspectief van Arbeidsrecht, Personeelsmanagement en Veranderkunde

-

De voorgestelde aanpak van de reorganisatie beoordelen op financiële haalbaarheid.

-

Communiceren over de reorganisatie naar belanghebbenden plannen, ontwerpen en uitvoeren in afstemming met verschillende belangen en persoonlijke situaties.

Literatuur -

De Caluwe, Vermaak, Leren veranderen, een handboek voor de veranderkundige Asscher-Vonk, Arbeidswetgeving, meest recente versie Roozendaal, Wettekstenbundel Arbeidswetgeving De Vries, The English reference kit for HBO students Kwaliteitsselectie bij reorganisatie en collectief ontslag


Toetsvorm -

Schriftelijke toetsen Beroepsproduct inclusief verdediging


HRM

Blok 8: Strategisch Human Resource Development (HRD) Cursuscode: EC: verdeling:


AFHR-V80-14 13 Toets01: Human Resource Management 4

EC 2

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 16

Toets02: Lerend Organiseren en Veranderen

2

cijfer

5,5

16

Toets03: Loopbaancoaching

2

vld/nvd

vld

16

Toets04: Trainen

2

vld/nvd

vld

16

Toets05: Beroepsproduct 5 cijfer 5,5 36 Project (= beroepsproduct), trainingen en plenaire hoor- en werkcolleges Trainen, Lerend Organiseren en Veranderen, Talentontwikkeling en loopbaancoaching, HRM 10 weken in kwartaal 4 Dhr. H.H. (Harry) van der Werk

Verandering is de enige constante. Dit geldt voor organisaties en ook voor de mensen in deze organisaties. Het vermogen om te kunnen veranderen bepaalt het succes in de toekomst. In Strategisch HRD concentreren we ons op de mogelijkheden van organisaties en medewerkers om om te gaan met veranderen. Er staan 2 vragen centraal: 1. Hoe kunnen organisaties zo uitgerust worden dat er effectief op veranderingen kan worden ingespeeld? 2. Hoe faciliteren organisaties medewerkers om mee te gaan in veranderingen? Om deze vragen te beantwoorden wordt er gewerkt met de vakken: Trainen in organisaties, HRM, Talentontwikkeling en Loopbaancoaching en Lerend Organiseren en Veranderen Doelen/onderwerpen -

Trainen in organisaties: je gaat een training maken en geven. HRM: Je leert een HR beleid op te stellen zodat het zo optimaal mogelijk aansluit op de organisatie(strategie). Talentontwikkeling en loopbaancoaching: je leert met praktijkvoorbeelden vorm en inhoud te geven aan coachingsgesprekken met medewerkers die met een loopbaanvraag zitten. Lerend Organiseren en Veranderen: je maakt kennis met alternatieve organisatievormen die ervoor kunnen zorgen dat organisaties flexibel zijn. Deze organisatievormen staan in dit vak centraal.

Literatuur -

Van deskundige naar trainer – Trainen als tweede beroep. Galan, de K. 2e druk, 2009. Lerend organiseren en veranderen. Wierdsma, nieuwste druk Handboek Human Resources Management. Dijkstra J. 2e druk, 2011


Toetsvorm -

Tentamen voor de vakken HRM en Lerend Organiseren en Veranderen Assessment voor de vakken Trainen in organisaties en Talentontwikkeling en loopbaancoaching Beroepsproduct voor de 4 vakken


HRM

Stage Cursuscode: EC: verdeling:

AFPM-V90-09 30 Toets01: Blok 9 en 10 stage

EC 28

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 100

Toets02: Intervisie 2 VLD/NVD VLD 0 Werkvorm(en): Stagelopen en intervisiebijeenkomsten Vakken: nvt Duur: 20 weken met een minimum van 100 werkdagen Coördinator: Mevr. J.M.J. (Annemiek) Trienen-Busser Beschrijving De student loopt een stage Human Resource Management. De student kan zich in een praktijksituatie bekwamen in het hanteren van het spanningsveld tussen organisatiebelangen en individuele belangen. Dit gebeurt aan de hand van praktijkopdrachten. De stageperiode bedraagt 20 weken en vindt plaats in een organisatie. Deze stageorganisatie kan zich in het buitenland bevinden. De stage kan alleen aanvangen in kwartaal 1 of 3 van het schooljaar. De student mag deelnemen aan de stage indien voldaan is aan de stagenorm, die in de OER nader is omschreven. Doel/criteria stage Tijdens de stage leert de student binnen een werkorganisatie de opgedane kennis en vaardigheden vanuit het beroepsprofiel van de opleiding in de praktijk toe te passen en uit te bouwen. Naast het stagelopen is er ook een lijn ten behoeve van intervisie. De       

criteria voor een HRM stageplek: Organisatie met minimaal 100 FTE aan medewerkers; Een HR afdeling met een grote diversiteit aan HR activiteiten; De praktijkbegeleider van de stagiair heeft minimaal 5 jaar HBO werkervaring op het gebied van HRM; Geen andere stagiaire HRM op dezelfde HR-afdeling van de organisatie werkzaam; De stagiair kan vaardigheden opdoen met minimaal 5 HR-instrumenten; Tijdens de stage heeft de student toegang tot personele- en administratieve gegevens; De stagiair mag weten regelgeving toepassen en is betrokken bij de voorbereiding en uitvoering van HR beleid. Literatuur Nvt Toetsvorm Beoordeling op basis van rapportage en stagewerkzaamheden. HRM

Beleidsnotitie + blok 11 stage Cursuscode: EC: verdeling:

AFPM-V110-09 13 EC Beoordeling Toets01: Beleidsnotitie + blok 11 12 Cijfer stage Toets02: Intervisie 1 VLD/NVD Beleidsnotitie schrijven bij stagebedrijf en stagewerkzaamheden

Minimaal 5,5

Weging 50

VLD 0 Werkvorm(en): Vakken: Duur: 10 weken Coördinator: Mevr. J.M.J. (Annemiek) Trienen-Busser Beschrijving Naast de reguliere werkzaamheden schrijft de student in het vervolg op de stageperiode van blok 9 en 10 voor het stagebedrijf een beleidsnotitie. Doelen/onderwerpen Beleidsnotitie schrijven stagewerkzaamheden Literatuur nvt Toetsvorm Beoordeling beleidsnotitie Beoordeling op basis van rapportage en stagewerkzaamheden.


HRM

Blok 12 AM: Verbeteren bedrijfsprocessen Cursuscode: EC: Verdeling:


AFAM-V120-14 13 Toets01: Man. Planning en Interne Controle

EC 2

Beoordeling cijfer

Minimaal 5,5

Weging 15

Toets02: Activity Based Management

2

cijfer

5,5

15

Toets03: Lean Management

1

cijfer

5,5

8

Toets04: Onderzoeks- en adviesvaardigheden

1

cijfer

5,5

8

Toets05: Beroepsproduct 7 cijfer 5,5 54 Hoorcollege, werkcolleges, trainingen, project Management Planning en Interne Control, Activity Based Management, Lean management, Onderzoeks-& adviesvaardigheden 10 weken Mevr. I.I.C. (Iris) Wubben

Het beroepsproduct is een onderzoek en advies op het gebied van het verbeteren van bedrijfsprocessen. Deze adviesopdracht wordt uitgevoerd voor een externe opdrachtgever. Studenten dienen zelfstandig een opdrachtgever en een opdracht te verwerven. Dit beroepsproduct is een oefening voor het feitelijke afstudeertraject. Doelen/onderwerpen Aandachtsgebieden: - adviesvaardigheden; - onderzoeksvaardigheden; - analyse en ontwerp van bedrijfsprocessen voor de inrichting en beheersing van de organisatie; - verbeteringen van bedrijfsprocessen op het gebied van tijd, geld en kwaliteit; - leanmanagement - activity based management; - vaststellen van KSF en PI. Literatuur Adviesvaardigheden/Onderzoeksvaardigheden (AOV): Competent afstuderen en stagelopen, een advieskundige benadering, Piet Kempen/Jimme Keizer, Noordhoff Uitgevers, Druk: 2006 Management Planning en Intern Control (MPIC): KAD+, Model voor het ontwerpen en inrichten van Management Control (de ‘managementversie’), Peter Hartog, Ron de Korte en Jan Otten, Stichting Auditing.nl, Driebergen/Rotterdam, Druk: 2011. Dit boek is ook verkrijgbaar via: www.auditing.nl Readers, artikelen en hand-outs worden door de docenten verstrekt. *De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl en op de BB-course ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm -

De conceptuele leerlijn wordt via een schriftelijke toets met open vragen getoetst. Het beroepsproduct wordt getoetst via de beoordeling en presentatie van het rapport.


HRM

Afstuderen Cursuscode: EC: Verdeling:


AFAM-V150-14 30 Toets01: Afstudeerscriptie

EC 15

Beoordeling Cijfer

Minimaal 5,5

Weging 50


15

Cijfer

5,5

50


0

Vld/nvd

Vld

0


0

Vld/nvd

Vld

0

Praktijk 20 weken Dhr. C.H. (Cees) Kazus

Het afstuderen is een proeve van bekwaamheid waarbij de HBO-student laat zien dat hij op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in staat is om binnen het BBA-profiel een vraagstuk op te lossen en/of een opdracht uit te voeren. Het afstudeerproces start met een voorlichting een half jaar voor het daadwerkelijke afstuderen. Het afstuderen vindt plaats in een duo en heeft een duur van 20 weken. De student mag deelnemen aan het afstuderen indien voldaan is aan de afstudeernorm. Raadpleeg de afstudeerwijzer voor nadere details over het afstuderen. Doelen/onderwerpen De student laat in de afstudeerfase zien het niveau bereikt te hebben van een beginnend HBOberoepsbeoefenaar. Dit niveau is beschreven in de Dublin Descriptoren. Uiteindelijk moet de student aantonen dat hij met een grote mate van zelfstandigheid een complexe probleemsituatie kan analyseren, een adequate oplossing kan ontwikkelen en adviezen kan geven over de implementatie. Daarbij moet op een methodologisch verantwoorde wijze zijn gewerkt. De weerspiegeling van het afstudeerproces moet de student vastleggen in zijn afstudeer portfolio (bestaande uit: ambitieformulering; aanmelding afstuderen; schriftelijke feedback op de aanmelding; eventuele aangepaste aanmelding afstuderen; afstudeerplan; schriftelijke feedback op afstudeerplan; eventueel aangepast afstudeerplan en verdere feedback; schriftelijke feedback op conceptrapport; eventueel materiaal ter ondersteuning van de presentatie bij het afstudeerbedrijf; afstudeerrapport; reflectieverslag; eventuele tussentijdse rapportages en andere relevante stukken). Literatuur Kempen en Keizer, Competent afstuderen en stagelopen Toetsvorm 1. 2.

Adviesrapport Individuele mondelinge verdediging



HRM


AFPM-BCV 2 Toets01: BCV blok 6


Toets02: BCV blok 7 Werkcolleges Bedrijfs Communicatieve Vaardigheden 10 weken per onderdeel Mevr. I.C.J.M. (Ingrid) Huijben

EC 1

Beoordeling Vld/nvd

Minimaal 5,5

Weging 50

1

Vld/nvd

5,5

50

In het tweede jaar volgt iedere student een tweetal cursussen bedrijfscommunicatieve vaardigheden. Binnen de HRM-opleiding is gekozen voor de onderdelen: 1. Basisgespreksvaardigheden, reflecteren en feedback, gespreksvaardigheden binnen de gesprekkencyclus planningsgesprek-functioneringsgesprek-beoordelingsgesprek. 2. Opstellen van een veranderplan en een reorganisatieplan, voeren van een slecht nieuws gesprek in de rol van leidinggevende. Doelen/onderwerpen 1.

2.

Onderwerpen: Gesprekkencyclus, gespreksvaardigheden. Doelen:  Herkennen en kunnen uitvoeren van (delen van) een gesprekkencyclus.  Reflecteren op eigen gedrag.  Feedback geven aan anderen. Onderwerpen: Schrijfvaardigheid, mondelinge vaardigheden m.b.t. een reorganisatie. Doelen:  Opstellen van een veranderen reorganisatieplan naar aanleiding van een reorganisatie binnen een bedrijf (casus).  Presentatie van het veranderplan.  Uitvoeren van een slecht nieuws gesprek.

Literatuur 1. 2.

Gesprekkencyclus, gespreksvaardigheden:  Trainingswijzer BCV-6 Reorganisatie en slecht nieuws gesprek:  Trainingswijzer BCV-7

Toetsvorm 1.

Gesprekkencyclus, gespreksvaardigheden: Mondelinge vaardigheden: functioneringsgesprek, beoordelingsgesprek. BCV-verslag. 2. Reorganisatie en slecht nieuws gesprek:  Schriftelijke vaardigheden.  Mondelinge vaardigheden in de vorm van een assessment slecht nieuws gesprek.  BCV-verslag.  




HRM

AFXX-SLB-J2-14 4 Workshops stagevoorbereiding

EC 0

Beoordeling Vld/nvd

Minimaal Vld

Weging testimonium

Toets01: Assessment

2

Vld/nvd

Vld

50

Toets02: Portfoliogesprek

2

Vld/nvd

Vld

50

Instructiecolleges, workshops en begeleidingsgesprekken 1 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Binnen Avans Hogeschool, en dus ook binnen de Academie voor Algemeen en Financieel Management, wordt gewerkt met Competentiegericht Onderwijs. Dit betekent dat studenten tijdens hun opleiding aandacht besteden aan de ontwikkeling van competenties die aansluiten bij hun vakgebied maar ook, meer algemeen, bij het niveau van een beroepsbeoefenaar na het HBO. Binnen de leerlijn Studie Loopbaan Begeleiding (SLB) wordt in alle 4 de jaren van de opleiding nadrukkelijk invulling gegeven aan deze ontwikkeling. Bij SLB in het 2e leerjaar wordt er een vervolg gegeven aan de competentie ontwikkeling van studenten zoals zij hier in de propedeuse mee kennis hebben gemaakt. Er wordt een nadrukkelijke link gelegd tussen competentie ontwikkeling en stagevaardigheden. Studenten moeten aan het einde van leerjaar 2 stagebekwaam zijn. Middels workshops en coaching door SLB-coaches bekwamen zij zich in de vaardigheden die nodig zijn bij het solliciteren en ontwikkelen zij competenties die passen bij hun beroepsprofiel. Competenties die centraal staan zijn: mondelinge communicatie, schriftelijke communicatie, sociale vaardigheid, pro-activiteit en zelfreflectie. Studenten volgen bij de start van jaar 2 een introductiecollege waarna ze in een kleine groep gaan kennismaken met hun SLB-coach voor jaar 2. Met deze coach maken ze afspraken over de te ontwikkelen competenties en de uit te voeren activiteiten (60 uur). Een en ander wordt beschreven in een POP en vastgelegd in het E-portfolio. In blok 7 worden er 4 workshops ingeroosterd. Aanwezigheid hierbij is voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Aan het einde van blok 7 vindt er een assessment plaats waar studenten worden beoordeeld op het stagebekwaam zijn. In blok 8 vindt de afronding van SLB plaats middels een eindgesprek en eindpresentatie van het portfolio. Doelen/onderwerpen Hieronder staan de vaardigheden en het gedrag beschreven die horen bij het stagebekwaam zijn:  Studenten reflecteren op hun houding en gedrag. Ze benoemen de competenties die ze willen ontwikkelen om stagebekwaam te zijn. Ze kunnen met hulp van een performance manager activiteiten benoemen om zich zelfstandig op deze competenties te ontwikkelen. Dit leggen ze vast in een POP.  Studenten hebben een realistisch beeld van de arbeidsmarkt binnen hun vakgebied. Ze zijn bekend met de ontwikkelingen en trends op de arbeidsmarkt en kennen de competentie-eisen die door deze markt aan hun beroep worden gesteld.  Studenten schrijven een correcte sollicitatiebrief en stellen een correct CV op. Ze verplaatsen zich in de behoefte van een potentieel stagebedrijf en weten dit te vertalen in een brief en CV.  Door te netwerken zijn studenten in staat op eigen kracht een stageplaats te acquireren. Ze leggen contacten met bedrijven en regelen en organiseren zelfstandig alle gevraagde zaken rondom de stage.  Studenten benoemen hun kwaliteiten en ontwikkelpunten. Dit presenteren zij kort en pakkend tijdens een (sollicitatie)gesprek. Studenten ‘verkopen’ zichzelf in een sollicitatiegesprek met gebruik van de STAR-methodiek.  Studenten passen zich makkelijk en effectief aan aan een nieuwe omgeving of situatie. Studenten vragen uit zichzelf om nadere informatie en initiëren zelfstandig activiteiten. Literatuur Handleiding SLB jaar 2 en trainingswijzer voor workshops. Toetsvorm Deelname aan workshops: deze is verplicht en voorwaardelijk voor deelname aan het assessment. Assessment; speeddate en elevator pitch: 2 EC Eindgesprek + portfolio, 2 EC


HRM

StudieLoopbaanBegeleiding (SLB) verbredingsfase (jaar 2) en verdiepingsfase (jaar 3/4) OUD: VOOR STUDENTEN GESTART IN HOOFDFASE VOOR SEPTEMBER 2013 Cursuscode: EC: Verdeling:

AFBBA-SLB-B AFBBA-SLB-D 4 voor SLB-B en 4 voor SLB-D Eindgesprek


EC 4

Beoordeling Vld/nvd

Eindgesprek 4 Vld/nvd Instructiecolleges, coachingsgesprekken en portfolio n.v.t. AFBBA-SLB-B 1 jaar, AFBBA-SLB-D 1,5 jaar Mevr. P.W.G. (Jamy) van Elzakker

Minimaal Vld

Weging 100

vld

100

Je “studieloopbaan” is de leerroute je volgt en vormgeeft. Daarbij word je je al lerend steeds meer bewust van je eigen kwaliteiten en van de competenties die je verder moet ontwikkelen. Ook krijg je een beter beeld van je (toekomstige) beroepsveld. Werkvorm - In beide fasen stel je voor jezelf ontwikkeldoelstellingen op (te ontwikkelen competenties) in een Persoonlijk Ontwikkel Plan (POP). De gestelde doelen komen deels voort uit eerder opgedane ervaringen maar ook uit het beroepsprofiel en je eigen inkleuringen. - Je kiest één activiteit (of meerdere) uit de kaartenbak waarmee je de gestelde competentiedoelen probeert te realiseren. - Je laat je ontwikkeling zien door het samenstellen van je eigen “e-portfolio”. - Tijdens SLB-B staat het ontwikkelen van competenties centraal, ter voorbereiding op de stage. Hierbij word je ondersteund door een SLB-coach die periodiek een coachingsgesprek voeren. - Tijdens SLB-D laat je zien zelfstandig competenties te kunnen verbeteren. De coaching is vraaggestuurd en gericht op persoonlijke vragen van de student. Doelen/onderwerpen De algemene doelstelling van studieloopbaanbegeleiding binnen de AAFM is: - Professionele en persoonlijke ontwikkeling. Hierbij staan “leren-leren”en leren reflecteren centraal. - Ontwikkelen en vormgeven van de eigen studieloopbaan (van in- tot uitstroom) naar een beginnend beroepsbeoefenaar. - Voorbereiden op werk(stage)periode Verbredende fase (tot de stage)  “stagebekwaam” worden De student is aangenomen bij een stagebedrijf en is snel praktisch inzetbaar. Hiervoor is initiatief en zelfsturing belangrijk. De student is tijdens de stage in staat zijn/haar competentieontwikkeling vorm te geven en aan te sturen. In deze fase staat het leren managen van de eigen competenties centraal. Verdiepende fase (van stage tot diplomering)  “afstudeerbekwaam” worden De student is aangenomen bij een afstudeerbedrijf. Hij is in staat om zelfstandig een opdracht te verwerven en deze succesvol af te ronden en is in staat zijn competenties en persoonlijke ontwikkeling zelfstandig te verbeteren. Literatuur Handleidingen SLB jaar 2 en jaar 3/4 Toetsvorm Portfolio en eindgesprek


HRM


AFXX-ENG-B 2 (1 per cursus) EC

Beoordeling

Minimaal

Weging

Toets01: English writing B2

1

B2

50


1

Continuous assessment Continuous assessment

B2

50

Werkvorm(en):






6.6.7

Minoren HRM

Minor HR Advies Minorcode: EC: Verdeling:

AAFM Minor voor studenten HRM/BKM

AFHR-MI-HRA-14 30 EC Beoordeling Cursus AFHR-V130-HR-14 Toets01: Testimonium HRM 2,5 Vld/nvd Toets02: Testimonium Bedrijfsethiek 2,5 Vld/nvd Cursus AFHR-V140-HR-14 Toets01: HR adviesopdrachten 25 Cijfer Project (= beroepsproduct) Adviesopdrachten en workshops Human Resource Management, Beroepsethiek 20 weken Dhr. H. (Herman) van Blitterswijk

Minimaal

Weging

Vld Vld

50 50

5,5 100 Werkvorm(en): Vakken: Duur: Coördinator: Beschrijving Van HR-professionals wordt veel verwacht. In de rol van adviseur en ‘sparring partner’ van management en leidinggevenden worden HR-beleid en -adviezen geleverd. Adviezen en beleid worden naast sociale normen, meer en meer beoordeeld op bedrijfskundige normen. Ontwikkelingen zoals de vorming van shared service centers, nieuwe vormen van organiseren en integraal lijnmanagement versterken dat. Steeds meer worden van de HR-professional beleid en adviezen verwacht bij organisatieveranderingen. In de Minor wordt een HR adviesbureau gesimuleerd en werk je in de rol van junior HR- adviseur aan een opdracht voor een bedrijf. Je leert welke mogelijkheden je hebt om je te ontwikkelen tot invloedrijk HR-adviseur van managers en leidinggevenden. Doelen/onderwerpen Strategisch HR advies met bedrijfskundige onderbouwing. Literatuur Tijdens de Minor wordt gebruik gemaakt van artikelen waarnaar je in het kader van de diverse onderwerpen en thema’s zelf opzoek gaat. Daarnaast wordt voor sommige workshops en bijeenkomsten gebruik gemaakt van aangeboden literatuur en artikelen. Aanbevolen literatuur: Ten Cate, HR advisering Toetsvorm Testimonia en adviesopdracht (adviesrapport en verdediging)

Doorstroomminoren Tilburg University: voor studenten BKM en HRM Organisation Studies (OS) Human Resource Studies (HRS) Management of Cultural Diversity (MCD) Avans Hogeschool en Tilburg University hebben een bijzondere samenwerking. Studenten van de opleidingen HRM en Bedrijfskunde MER krijgen de mogelijkheid om een doorstroomminor te volgen die hen in staat stelt bij voldoende resultaten rechtstreeks in te stromen in het masterprogramma van de opleidingen Organisation Studies (OS), Human Resource Studies (HRS) of Management of Cultural Diversity (MCD) van Tilburg University (TiU). Concreet houdt dit in dat tijdens het 4e studiejaar een programma aangeboden wordt dat het schakeljaar (de zogenoemde premaster) vervangt en tegelijkertijd als reguliere basis dient voor het afstuderen bij Avans Hogeschool. Twee jaar in één dus, na de premaster en het afstuderen bij Avans, kun je in één jaar je mastertitel behalen aan de TiU. Toelating tot de doorstroomminoren OS of HRS De toelatingseis voor de doorstroomminor is dat de student gemiddeld en ongewogen een 7,0 of hoger staat voor alle vakken en trainingen uit het tweede jaar en de eerste drie kwartalen van het derde jaar. Daarnaast dient er een sollicitatiebrief met motivatie ingeleverd te worden met daarin twee positieve aanbevelingen van docenten van de opleiding. Tevens dient er een kopie van een geldig legitimatiebewijs ingeleverd te worden (paspoort of identiteitskaart). Als aan alle eisen is voldaan wordt het toelatingsverzoek bij de TiU voorgelegd. Voor de uiteindelijke master (het jaar ná het vierde jaar van de opleiding bij Avans) dient de student wiskunde op VWO-niveau te beheersen. Dit wordt middels een test bij de TiU getoetst. Heb je interesse of wil je meer informatie? Voor meer informatie kun je contact opnemen met studieadviseur Charlotte Reijndorp [email protected] Studenten die kiezen voor deze minor dienen hun keuze te bevestigen bij hun studieadviseur.



7

Minoren AAFM


7.1

De minor

Studenten van de AAFM, met uitzondering van Accountancy (die een verplichte minor kent), kunnen kiezen voor één van de AAFM-minoren, die 1 of 2 keer per jaar aangeboden worden. De mogelijkheid bestaat ook om te kiezen voor een minor bij andere academies binnen Avans of bij een andere Hogeschool. Voor minoren binnen de AAFM, maar ook binnen Avans vind je de informatie op www.avans.nl en via Osiris in de Avans Minor-catalogus. Voor informatie van minors buiten Avans vind je de informatie via www. kiesopmaat.nl Voorwaarde voor het volgen van een minor buiten de catalogus en buiten Kies op Maat is dat de betreffende minor past in de competenties van de opleiding die de student bij de AAFM volgt; dit laatste is ter beoordeling van de examencommissie van de AAFM. Als de student een minor kiest uit de Avans minorcatalogus of uit het aanbod van ‘Kies op Maat’ dan is er geen autorisatie door de examencommissie nodig. De student kiest een minor door middel van inschrijving in Osiris. In dit hoofdstuk tref je alleen een overzicht van de minors die door de AAFM zelf aangeboden worden. Om te kunnen kiezen voor een minor van de AAFM is het bezoek aan een minormarkt een hulpmiddel, zo ook eventuele gesprekken met een studieadviseur en/of de studieloopbaanbegeleider. Er is een aparte course op Blackboard, met informatie over de minoren van de AAFM, over de verdere procedure, het inschrijven, etc. Indien studenten kiezen voor een doorstroomminor Organisation Studies, Human Resource Studies of Management of Cultural Diversity bij de universiteit van Tilburg (alleen voor BKM en HRM) kunnen zij zich hierover het beste laten informeren door studieadviseur Charlotte Reijndorp, [email protected]. Studenten die kiezen voor een van deze minoren dienen hun keuze ook te bevestigen bij hun studieadviseur. Voor aanvullende inhoudelijke vragen kun je contact opnemen met dhr. P. (Pieter) Schep: [email protected]

7.2

AAFM minoren

Naam minor

Aanbieder

Minor Accountancy (verplicht voor AC) Financiële Advisering voor het MKB Strategie in Beweging Persoonlijke Financiële Planning HR Advies Business 2020

AC BE BKM BKM HRM AAFM

Geschikt voor studenten van de opleiding(en) AC BE/ BKM BKM/BE/CE/SB e.a. BKM/BE/CE/SB e.a. HRM/BKM BE/BKM/HRM/CE/SB

Doorstroom minor UVT Tilburg - Organisation Studies - Human Resource Studies - Management of Cultural Diversity

TiU

BKM/HRM

7.3

Procedure inschrijving minor

7.3.1

Voor Avansminoren

Semester 1: In de maanden februari en maart staat de minoreninschrijving voor Avansminoren (ook voor de AAFM minoren) in Osiris open. Eind maart beslissen de academies over het wel of niet doorgaan van hun minoren en informeren zij de studenten over wel of geen deelname. In de 2 weken daarna hebben studenten gelegenheid voor een nieuwe inschrijving, als zij elders zijn afgewezen. Studenten kunnen zich op een wachtlijst aanmelden voor minors die vol zitten en krijgen bericht als er plaats vrij komt. Een student kan zich tot het eind van de inschrijvingsperiode uitschrijven voor een minor. 155 Studiegids AAFM 2014-2015

Eenzelfde procedure geldt in de maanden september en oktober voor de minoren die tijdens het tweede semester worden aangeboden.

7.3.2

Voor externe minoren

Inschrijven voor een externe minor via Kies Op Maat (KOM) Raadpleeg hiervoor tijdpad en procedure bij KOM – contract in 3-voud, – (tweede) inschrijving in Studielink, – bewijs betaling collegegeld Er vindt geen inhoudelijk toets plaats.

7.3.3

Voor overige minoren (bijv. buitenland)

Overige minoren kunnen uitsluitend worden gekozen na toestemming van de minorcoördinator en de examencommissie.

7.4

Cursus- en toetsaanbod AAFM-minoren 2014-2015

MINOR CODE/toetsnaam

CURSUS CODE

P1 P1 P2 P2 H2 P3 P3 P4 P4 H4

AFAC-MI-ACC-14 Minor Accountancy Rapporteren en Controleren Landelijk examen BP Het accountantsverslag Financiele advisering Financiering BP Financiële advisering Fiscale advisering Belastingrecht BP Fiscale advisering

AFAC-V140-LT-14 Toets01 Toets02 AFAC-V140-FIN-14 Toets01 Toets02 AFAC-V140-FIN-14 Toets01 Toets02

X X

X X

T I

X X

X X

X X

T I

T

X X

X X

T I

T

X

I I

X X

T I

X X

X X

T I

T

X X

X X

T I

T

AFXX-MI-B2020 Minor Business 2020 Minor Business 2020 Portfolio Bedrijfsadvies

AFXX-V140-B20-13 Toets01 Toets02

X

I

I

* *

AFBE-MI-MKB-14 Minor MKB Advies MKB Advies Strategische toets MKB Keuzevak Horizontaal Toezicht Horizontaal Toezicht MKB Keuzevak DGA DGA MKB Advies Strategie Management Game Startslim reflectieverslag Fiscale onderneming toets Projectopdracht Fiscale onderneming Financiering toets Projectopdracht Financiering (Bootsma) Beroepsproduct AFMR-MI-PFP-12 Minor Persoonlijke Hyphotheek en Vermogen Goederenrecht en Beleggen Hyphoteken en IB particulieren Leven en Estate planning Leven en Estate planning Beroepsproduct

AFBE-V130-MKB-14 Toets01 AFBE-V130-MKB-A Toets01 AFBE-V130-MKB-B Toets01 AFBE-V140-MKB-14 Toets01 Toets02 Toets03 Toets04 Toets05 Toets06 Toets07 Financiële Planning AFMR-PFP-V130-12 Toets01 Toets02 AFMR-PFP-V140-12 Toets01 Toets02

X

T

**

*

X

T

**

*

X

T

**

*

X X X X X X X

X X

I I T I T I I

T T

T T

* * * * * * *

* * X X

T I

* *

I I

* *

T T I

* * *

AFBM-MI-SIB-13 Minor Strategie in beweging Strategie in beweging OAT Beroepsproduct Strategie in beweging Logistiek Innovatie Beroepsproduct

AFBM-V130-SIB-13 Toets01 Toets02 AFBM-V130-SIB-13 Toets01 Toets02 Toets03

X X

T I X X X


AFHR-MI-HRA-14 Minor HR Advies HR Advies Testimonium HRM Testimonium Bedrijfsethiek HR Advies HR adviesopdrachten

7.5

AFHR-V130 HR-14 Toets01 Toets01 AFHR-V140-HR-14 Toets01

X X

I I

I I X

I

* * I

*

Inhoud aangeboden AAFM minoren AC



EC

Beoordeling

Minimaal

Weging

16 2

cijfer vld/nvd

5,5 vld

100 0

3 3

cijfer cijfer

5,5 5,5

50 50

3 3

cijfer cijfer

5,5 5,5

50 50

Werkvorm(en): Duur: Coördinator: Beschrijving De minor Accountancy is een verplichte minor voor alle AC-studenten. Het is een verdiepende minor waarin de studenten worden voorbereid op de diverse werkzaamheden van de accountant. Deze werkzaamheden omvatten zowel samenstelopdrachten, interim controle, eindejaarscontrole, fiscale advisering als financiële advisering. Binnen de minor worden daartoe vijf vakgebieden aangeboden: Administratieve Organisatie (AO), Belastingrecht (BLR), Controlebeginselen (CB), Externe Verslaggeving (EV) en Financiering (FIN). De minor wordt voor een deel afgesloten met een landelijk examen, de zgn. OAT (OverAll Toets). In deze OAT worden de drie vakgebieden AO, CB en EV geïntegreerd getoetst. Het met goed gevolg afronden van de OAT biedt, na het behalen van het bachelor diploma, directe doorstroommogelijkheden voor zowel de RA-opleiding (master-opleiding RA) als de AA-opleiding (post-bachelor AA). De vakgebieden BLR en FIN worden afgesloten met een schriftelijk schooltentamen. Voor ieder van de vijf vakgebieden verzorgt een vakdocent gedurende veertien weken trainingen. Tevens voeren de studenten projectopdrachten uit op basis van een casus van een controleplichtige Nederlandse onderneming met internationale vertakkingen. De studenten maken oa. 7 weektoetsen waarin diverse onderwerpen uit de vakgebieden AO, CB en EV aan de hand van de beschreven onderneming geïntegreerd worden getoetst. De vraagstelling in deze weektoetsen is op het niveau van het landelijk examen. In groepen van 4 a 5, een controleteam, schrijven de studenten een Accountantsverslag dat mondeling besproken en verdedigd wordt in een gesprek met de Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur. Aan de hand van de casus komen verschillende fiscale problemen aan de orde. Met behulp van de fiscale wetgeving, aangevuld met een cijfermatige toelichting, moeten studenten aangeven hoe deze problemen kunnen worden opgelost. In het kader van financiële advisering worden verschillende problemen op financieel gebied behandeld waar de onderneming tegen aan loopt of zou kunnen lopen. Zo moet oa. een kredietaanvraag worden gemaakt en de financiering worden geregeld. Doelen/onderwerpen Het vakgebied AO richt zich op het beschrijven en beoordelen van de AO/IB van bedrijven binnen de typologieën handel, productie, agrarisch en dienstverlening. Tevens komen onderwerpen als human resource management, informatiebehoeften, systeemontwerp, risico’s van automatisering, E-commerce en de balanced score card aan de orde. Het vakgebied BLR behandelt de Inkomstenbelasting, de Successiewet, met speciale aandacht voor de faciliteit van de bedrijfsopvolging, de Wet belasting rechtsverkeer, de Invorderingswet en het formele recht van de Algemene Wet bestuursrecht en de Algemene wet Rijksbelastingen. Het vakgebied EV gaat in op de eisen waaraan informatie in de jaarrekening moet voldoen volgens de regelgeving. Aandacht zal worden besteed aan de gevolgen van de in de praktijk gehanteerde vermogens- en winstbepalingsstelsels voor vermogen en resultaat. Tevens wordt aandacht besteed aan de analyse van de jaarstukken. Bij het vakgebied CB staat de risicoanalyse en de controleaanpak van de accountant centraal. De onderwerpen die behandeld worden zijn onder meer inherente risico’s, controleplannen, fraude en de onafhankelijkheidsregels. Daarnaast wordt aan de hand van cases de regelgeving behandeld.


Binnen het vakgebied FIN komen de onderwerpen kredietaanvraag, werkkapitaalbeheer, waardering en financieel risicomanagement aan bod. Literatuur BLR Belastingrecht voor Bachelors en Masters, theorieboek 2014-2015, uitgever Convoy Belastingwetten 2014 (pocket editie), Geppaart, Kluwer EV Jaarverslaggeving, Epe en Koetzier, meest recente druk Actualisering van het boek Jaarverslaggeving van Epe en Koetzier (beschikbaar via website Noordhoff) Naar keuze: het Handboek Externe Verslaggeving van Deloitte door Kimenai, Manschot ea of het Handboek Jaarrekening van Ernst&Young door Böhmer, Hoogendoorn ea (Kluwer) of het Jaarboek externe verslaggeving van KPMG door Bergwerff, in alle gevallen de meest recente versie beschikbaar vanaf 1 augustus 2014. BIV/AO Bestuurlijke informatieverzorging deel 2A, 5e druk, Starreveld ea, Noordhoff Bestuurlijke informatieverzorging deel 2B, 5e druk, Starreveld ea, Noordhoff Grondslagen administratieve organisatie deel A, 21e druk, Jans, Noordhoff (niet verplicht) Grondslagen administratieve organisatie deel B, 21e druk, Jans, Noordhoff of in plaats van Jans B en Starreveld 2A en Starreveld 2B De kern van de administratieve organisatie, 1e of 2e druk, Paur ea, Noordhoff CB Grondslagen van Auditing & Assurance, Marjoor ea, Nijenrode/Noordhoff De praktijk van Auditing & Assurance, Van kollenburg, Nijenrode/Noordhoff Compendium voor de accountantscontrole deel 2, Westra, Pentagan Publishing Handleiding regelgeving Accountancy deel 1 en deel 1A, meest recente editie op 1 aug. 2014, bestellen via www.NBA.nl FIN Geld, IEB en Bedrijfsomgeving, 6e druk, Hulleman, Noordhoff Financiering; van MKB naar grootbedrijf, 5e druk, Huls en Dekker, Noordhoff Toetsvorm deelproject Accountantsverslag: verslag en mondelinge verdediging landelijk examen (de zgn. OAT) schriftelijke toets Belastingrecht deelproject Fiscale advisering: verslag en mondelinge verdediging schriftelijke toets Financiering deelproject Financiële advisering: verslag en mondelinge verdediging

Minor MKB Advies Minorcode: EC: Verdeling:

AFBE-MI-MKB-14 30 Cursus AFBE-V130-MKB-14 Toets01 Strategie toets AFBE-V130-MKB-A: Horizontaal Toezicht* AFBE-V130-MKB-B: DGA* Cursus AFBE-V140-MKB-14 Toets01: Strategie Management Game Toets02: StartSlim Reflectieverslag Toets03: Fiscale Onderneming toets Toets04: Projectopdracht Fiscale Ondern. Toets05: Financiering toets Toets06: Projectopdr. Financiering (Bootsma) Toets07: Beroepsproduct

AAFM Minor voor studenten BE en BKM

EC 2 2 2

Beoordeling Cijfer Cijfer Cijfer


Weging 100 100 100

1 1 4 2 4 4 10

Vld/nvd Vld/nvd cijfer cijfer cijfer cijfer cijfer

vld vld 5,5 5,5 5,5 5,5 5,5

100 100 100 100 100 100 100

*Een van de vakken Horizontaal Toezicht of DGA dient gekozen te worden

Werkvorm(en): Vakken: Duur: Coördinator:

Hoorcolleges, trainingen, presentaties, gastcolleges Strategie, Financiering, Fiscale Onderneming, Horizontaal Toezicht/DGA 20 weken start in september en februari (bij voldoende inschrijvingen) Dhr. C.J.M. (Coen) van Hout (AAFM Breda) / Mevr. M.E. (Machteld) van Miert-de Wit (AFM Den Bosch)

Beschrijving Het Midden- en Kleinbedrijf (MKB) beslaat het overgrote deel van het totaal aantal bedrijven in Nederland. Uit onderzoeken is gebleken dat MKB-ondernemers vaak geen zicht hebben op de risico’s die men loopt of men onderschat de gevolgen voor de continuïteit van het bedrijf en dat ongeveer de helft van de MKB-bedrijven geen exact beeld heeft van de financiële situatie van hun bedrijf en de gevolgen of mogelijkheden van de belastingwetgeving. MKB ondernemers hebben daarom ook steeds meer behoefte aan een adviseur die pro-actief meedenkt, een kritische houding heeft, verstand heeft van de branche en op zowel bedrijfskundig, financieel en fiscaal gebied hem of haar van advies kan voorzien.


In deze minor ‘MKB Advies’ kruip je in de rol van de (financieel) adviseur die (zelfstandige) ondernemers begeleidt. Je wordt hierbij getraind in een analytische en creatieve benadering van uiteenlopende vraagstukken. Zo wordt er aan de hand van real-time praktijksituaties en (digitale) casuïstiek nader ingegaan op strategische, financiële en fiscale problemen die de ondernemer tijdens de verschillende fases van groei van zijn onderneming kan tegenkomen. Tevens zal je in workshops en middels een korte stage aan de slag gaan met het ontwikkelen van de noodzakelijke competenties op het gebied van advisering. Deze minor vindt het eerste kwartaal plaats in Den Bosch en het tweede kwartaal in Breda. Doelen/onderwerpen De student zal na het volgen van deze minor een ondernemer in het MKB segment kunnen adviseren in strategische, financiële en fiscale keuzes, zodat de ondernemer meer grip krijgt op de ontwikkeling van zijn bedrijf, er geld kan worden bespaard en/ of minder belasting afgedragen hoeft te worden. De nadruk van deze minor ligt op praktisch leren. Een groot deel van de minor bestaat uit stage en praktijkopdrachten, maar ook de ondersteunende colleges zijn praktisch ingericht door o.a. bezoek aan of interviewen van werkveld, student aan het werk, nadruk op het maken van belastingaangifte en (groeps-) opdrachten en vraagstukken, gastcolleges, onderzoek op actuele onderwerpen. Literatuur Fiscale onderneming en DGA:  Belastingrecht voor Bachelors en Masters (theorie) editie 14-15; Aarts, G.A.C.; Convoy ISBN: 9789491725401 Versie 13-14 mag ook gebruikt worden, maar het is aan de student de wijzigingen bij te houden.  Pocket Belastingwetten 2014; Kluwer, ISBN: 9789013116069 Horizontaal toezicht: Literatuur komt op Blackboard. Strategie:  Strategisch Management – van MKB tot grootbedrijf: Dekker, Huis, Scherjon Financiering:  Financiering – van MKB tot grootbedrijf: Borsboom, Dekker Huis * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Presentaties en verdedigingen in de vorm van adviesgesprekken Projectopdrachten (casuistieken) Reflectieverslag Schriftelijke toetsen AAFM Minor voor studenten BKM/BE

Minor Persoonlijke Financiële Planning Minorcode: EC: Verdeling:

AFMR-MI-PFP-12 30 EC

Beoordeling

Minimaal

Weging

Cursus AFMR-PFP-V130-12

Werkvorm(en):


Toets01: Goederenrecht en beleggen 7 Cijfer 5,5 50 Toets02: Hypotheken en IB-particulieren 7 Cijfer 5,5 50 Cursus AFMR-PFP-V140-12 Toets01: Leven en Estate planning 7 Cijfer 5,5 50 Beroepsproduct 9 Cijfer 5,5 50 In de eerste periode van 10 weken komt de theorie van de onderdelen Hypotheken, Goederenrecht en Beleggen aan bod; in de tweede periode van 10 weken de onderdelen Pensioen, Levensverzekeringen, Sociale verzekeringen en Estate Planning (Nalatenschapsplanning) aan bod. Naast de wekelijks hoor- en werkcolleges (week 1 t/m 7 in periode 1 en week 1 t/m 4 in periode 2) waarin de conceptuele leerlijn aan bod komt is de student ook bezig met de voorbereiding op het beroepsproduct. Deze voorbereiding houdt in dat er vanaf week 3 van periode 1 er wekelijks een bijeenkomst is in het kader van het project (beroepsproduct). Tijdens deze (verplichte) wekelijkse bijeenkomsten worden opdrachten uitgevoerd en houdt elke student eenmaal een referaat over een bepaald onderwerp of een bepaalde casus. De laatste weken van periode 2 wordt ingeruimd voor het maken van het beroepsproduct: het maken van een integraal persoonlijk financieel plan. Belastingrecht (vooral inkomstenbelasting particulieren en Erf- en schenk-belasting), Privaatrecht (Goederenrecht, huwelijksvermogens- en erfrecht), Beleggen, Pensioenen, Hypotheken, Verzekeringen (incl. sociale verzekeringen) 2 maal 10 weken Dhr. D. (Dennis) Rodrigo


De minor richt zich met name op de persoonlijk financiële planner. Daarnaast is ook uitgebreidere aandacht voor beleggen en voor vastgoed (goederenrecht). De dienstverlening van de persoonlijke financiële planner richt zich op het adviseren van de vermogende particulier en/of de directeur/grootaandeelhouder (dga). De financiële planner zal bij de financiële planning rekening houden met diverse onderwerpen zoals belastingen, pensioen, sociale uitkeringen, financiële en juridische aspecten aankoop woning, verzekeringen, beleggingen, huwelijksvermogens- en erfrecht etc. Bij zijn advies zal de financiële planner uiteraard rekening houden met de wensen en mogelijkheden van de klant. Doelen/onderwerpen De minor PFP is toegankelijk voor alle studenten uit het economische domein. De inhoud van de minor wordt zo vormgegeven dat zij aansluit aan de eindtermen van de Wft-module “Hypothecair Krediet” en bij de Wft-module “Vermogen” (Wft = Wet Financieel Toezicht; deze wet omschrijft nauwkeurig de eindtermen waaraan adviseurs met betrekking tot de verschillende diensten moeten voldoen). Wanneer een student voor het onderdeel Hypothecair Krediet Algemeen en/of Leven Algemeen gecertificeerd wil worden dan kan hij hiervoor bij een extern examenbureau tentamens afleggen. (Kosten voor een tentamen circa € 130). Literatuur Belastingwetten 2013, kluwer, ISBN 9789013116069 Met de Wet in de hand 2013/2014, Boom fiscale Uitgevers, ISBN 9789089747884, of een nader in overleg met de docent aan te schaffen handboek Inleiding privaatrecht, Noordhoff, Druk: 12, ISBN: 9789001815516 Wetteksten Hoger Onderwijs 2014-2015 Druk: 30 Reader WFT Hypotheken, reader wordt via school verstrekt, 40 euro Reader WFT Vermogen, reader wordt via school verstrekt, 40 euro * Dit is een voorlopige literatuurlijst. De definitieve lijst is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden

Toetsvorm Periode 1 wordt afgesloten met twee individuele schriftelijke toetsen over de leerstof van de conceptuele leerlijn; Periode 2 wordt afgesloten met één individuele schriftelijke toets over de leerstof van de conceptuele leerlijn. Daarnaast vindt de toetsing plaats via een beroepsproduct: de referaten gedurende de weken 4 t/m 7 periode 1 en weken 1 t/m 4 van periode 2) en het maken en presenteren van een Integraal Financieel Plan) AAFM Minor voor studenten BKM/BE

Minor Strategie in Beweging Minorcode: EC: verdeling:


AFBM-MI-SIB-13 30 punten EC Beoordeling Minimaal Weging Cursus AFBM-V130-SIB-13 Toets01: OAT 6 cijfer 5,5 40 Toets02: Beroepsproduct 9 cijfer 5,5 60 Cursus AFBM-V140-SIB-13 Toets01: Logistiek 3 cijfer 5,5 20 Toets02: Innovatie 3 cijfer 5,5 20 Toets03: Beroepsproduct 9 Cijfer 5,5 60 Projectonderwijs; simulatiegame;bedrijfsopdracht; gastcollege`s en hoor-/werkcollege`s. Strategie; Marketing; Finance; Organisatiedynamica; Supply chain- en Innovatiemanagement 20 weken Dhr. J.J.M. (Jun) Swagemakers

Duur: Coördinator: Beschrijving Deze minor is bestemd voor studenten die hebben gekozen voor het ontwikkelen van inzicht in de strategische beleidsvorming van een onderneming. Je leert hier hoe je op strategisch niveau verschillende keuzes kan maken en hoe deze vervolgens in lijn met elkaar gezet kunnen worden. Dit met als doel om te komen tot consistent strategisch bedrijfsbeleid. In het vervolg van deze minor wordt er verder ,vanuit het strategisch beleid, ingezoomd op actuele onderwerpen zoals supply chain- en innovatiemanagement Doelen/onderwerpen Na het afronden van deze minor is de student in staat om als gesprekspartner, van de eigenaar en/of van het management te fungeren op het gebied van strategievorming en haar facetten. Literatuur De literatuur wordt deels via blackboard ter beschikking gesteld en deels te raadplegen via www.studystore.nl Toetsvormen Team-assessment a.d.h.v. een team portfolie Projectopdrachten (2 x 10 weken) Beroepsproduct I & II Paper/bedrijfsopdrachten Individuele toets (eind kwartaal I en II)


Minor HR Advies Minorcode: EC: Verdeling:

AAFM Minor voor studenten HRM/BKM

AFHR-MI-HRA-14 30 EC Beoordeling Cursus AFHR-V130-HR-14 Toets01: Testimonium HRM 2,5 Vld/nvd Toets02: Testimonium Bedrijfsethiek 2,5 Vld/nvd Cursus AFHR-V140-HR-14 Toets01: HR adviesopdrachten 25 Cijfer Project (= beroepsproduct) Adviesopdrachten en workshops Human Resource Management, Beroepsethiek 20 weken Dhr. H. (Herman) van Blitterswijk

Minimaal

Weging

Vld Vld

50 50

5,5 100 Werkvorm(en): Vakken: Duur: Coördinator: Beschrijving Van HR-professionals wordt veel verwacht. In de rol van adviseur en ‘sparring partner’ van management en leidinggevenden worden HR-beleid en -adviezen geleverd. Adviezen en beleid worden naast sociale normen, meer en meer beoordeeld op bedrijfskundige normen. Ontwikkelingen zoals de vorming van shared service centers, nieuwe vormen van organiseren en integraal lijnmanagement versterken dat. Steeds meer worden van de HR-professional beleid en adviezen verwacht bij organisatieveranderingen. In de Minor wordt een HR adviesbureau gesimuleerd en werk je in de rol van junior HR- adviseur aan een opdracht voor een bedrijf. Je leert welke mogelijkheden je hebt om je te ontwikkelen tot invloedrijk HR-adviseur van managers en leidinggevenden. Doelen/onderwerpen Strategisch HR advies met bedrijfskundige onderbouwing. Literatuur Tijdens de Minor wordt gebruik gemaakt van artikelen waarnaar je in het kader van de diverse onderwerpen en thema’s zelf opzoek gaat. Daarnaast wordt voor sommige workshops en bijeenkomsten gebruik gemaakt van aangeboden literatuur en artikelen. Aanbevolen literatuur: Ten Cate, HR advisering Toetsvorm Testimonia en adviesopdracht (adviesrapport en verdediging) AAFM Minor voor alle AAFM studenten

Minor Business 2020 Minorcode: EC: Verdeling:


AF-MI-B2020 30 EC Beoordeling Minimaal Weging Cursus AFXX-V140-B20-13 Toets01: portfolio 15 Testimonium Vld 50 Toets02: bedrijfsadvies 15 Cijfer 5,5 50 Opdrachten, werkcolleges, gastcolleges, praktijk onderzoek Scenario planning, Sector analyse, Bedrijfsanalyse, Kritisch Denken, ICT trends 20 weken Dhr. H.T. (Herman) van Blitterswijk

Inhoud De wereld om je heen verandert in razendsnel tempo! Door ontwikkelingen in kennisdeling en communicatie ontstaan er nieuwe verbindingen. Grenzen tussen landen, generaties en binnen ondernemingen vervagen. Je krijgt te maken met nieuwe (duurzame) verdienmodellen, werkwijzen, arbeidsverhoudingen en zelfs beroepen die nu nog niet eens bestaan. Hoe kan het morgen anders? Hoe ziet een ziekenhuis er in 2020 uit? En Schiphol? Wat doet een manager in 2020? Hoe, waar en wanneer werken we in 2020? Wat is de impact van social media en digitalisering op deze vragen? In deze minor bedenk je oplossingen voor vraagstukken waar bedrijven in de toekomst mee te maken krijgen. Je maakt gebruik van de toepassingsmogelijkheden van ICT in een modern ingerichte omgeving. Op basis van jouw opgedane kennis en vaardigheden schets je voor ondernemers een toekomstvisie, waarmee je hen inspireert en aanzet tot handelen. Samenwerking met de praktijk Je werkt samen met bedrijven aan een oplossing van hun vraagstukken. Doelen/onderwerpen -Het ontwikkelen van een authentieke toekomstvisie voor een onderneming.


-Het analyseren en gebruiken van methodieken om tot een visie te komen. -De visie op een gepaste wijze kunnen overbrengen. -Kennis hebben en toepassen van nieuwe ontwikkelingen op het gebied van ICT. -Adviseren van een onderneming. -Het toepassen van het concept “kritisch denken” bij onderzoek en advies. Literatuur -Osterwalder, A. & Pigneur, Y., Business Model Generatie -Rijn, van, M. & Burgt, van der, R., Handleiding Scenarioplanning *Dit is een voorlopige boekenlijst. De definitieve boekenlijst voor dit blok is voor het begin van het kwartaal te vinden op www.studystore.nl en op de BB-course ** Indien de literatuur tussentijds gewijzigd wordt, zal dit via de Blackboard course gepubliceerd worden Toetsvorm Portfolio Bedrijfsadvies

Doorstroomminoren Tilburg University: voor studenten BKM en HRM Organisation Studies (OS) Human Resource Studies (HRS) Management of Cultural Diversity (MCD) Avans Hogeschool en Tilburg University hebben een bijzondere samenwerking. Studenten van de opleidingen HRM en Bedrijfskunde MER krijgen de mogelijkheid om een doorstroomminor te volgen die hen in staat stelt bij voldoende resultaten rechtstreeks in te stromen in het masterprogramma van de opleidingen Organisation Studies (OS), Human Resource Studies (HRS) of Management of Cultural Diversity (MCD) van Tilburg University (TiU). Concreet houdt dit in dat tijdens het 4e studiejaar een programma aangeboden wordt dat het schakeljaar (de zogenoemde premaster) vervangt en tegelijkertijd als reguliere basis dient voor het afstuderen bij Avans Hogeschool. Twee jaar in één dus, na de premaster en het afstuderen bij Avans, kun je in één jaar je mastertitel behalen aan de TiU. Toelating tot de doorstroomminoren OS of HRS De toelatingseis voor de doorstroomminor is dat de student gemiddeld en ongewogen een 7,0 of hoger staat voor alle vakken en trainingen uit het tweede jaar en de eerste drie kwartalen van het derde jaar. Daarnaast dient er een sollicitatiebrief met motivatie ingeleverd te worden met daarin twee positieve aanbevelingen van docenten van de opleiding. Tevens dient er een kopie van een geldig legitimatiebewijs ingeleverd te worden (paspoort of identiteitskaart). Als aan alle eisen is voldaan wordt het toelatingsverzoek bij de TiU voorgelegd. Voor de uiteindelijke master (het jaar ná het vierde jaar van de opleiding bij Avans) dient de student wiskunde op VWO-niveau te beheersen. Dit wordt middels een test bij de TiU getoetst. Heb je interesse of wil je meer informatie? Voor meer informatie kun je contact opnemen met studieadviseur Charlotte Reijndorp [email protected] Studenten die kiezen voor deze minor dienen hun keuze te bevestigen bij hun studieadviseur.



Lijst van alle medewerkers Academie voor Algemeen en Financieel Management Management Team AAFM: Functie

Achternaam

Voornaam

Tel. nummer

Email

Opl

Directeur Teamleider AC/BE Teamleider BKM/HRM Teamleider Onderwijsbureau

Verlangen Theunis Huijssoon Heijstermann

Edwin René Lianne

088-5258620 088-5250887 088-5258504

[email protected] [email protected] [email protected]

ALG AC/BE BKM/HRM

Sandra

088-5258977

[email protected]

ALG

Alle medewerkers AAFM: Achternaam

Voornaam

Tel. nummer

Mobiel

Emailadres

Opl.

van Abbema Adriaanse Adriaansen Aertse Alewijnse Bikkers van Blitterswijk van den Boom Bruurs de Bruijn van Bussel Dierckx Doodkorte van Elsacker van Elzakker Externe Betrekkingen Frontoffice Frieling Goedegebure Halve van der Heijden Heijstermann Hendriks Hermans van Hilst Hoefeijzers Hoezen Hofman - den Hollander van Hout Huijben Huijssoon Huisman Jongeling Vermond van der Kaa Segers Kazus Kemps van de Kerkhof Khemissi Klarenaar Koot de Kroon van Kruining Leene van Leeuwen Hendrikse Lubberman Schrotenboer

Lysbeth Vera Michiel Addy Yvonne Angelique

088-5257678 088-5257221 088-5257843 088-5258272 088-5257402 088-5257813

06-51383179 06-53564309 06-45894156 06-19268820 06-22374197

[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

AC AC/BE HRM BKM AAFM ALG HRM

Herman

088-5257897

06-83621724

[email protected]

HRM

Rene-Pascal Jos Mandy Johan Tom Rik Jan Jamy

088-5257685 088-5257664 088-5258867 088-5257993 088-5258976 088-5257938 088-5258443 088-5257660

06-10904651 06-10012737

BE AC AAFM ALG BE AC BKM BE AC/BE

AAFM

088-5258540

AAFM Berry Marieke Wim

088-5258506 088-5258344 088-5258732 088-5257854

06-51146153 06-53236244

[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

Harry

088-5257671

06-10673466

[email protected]

AC

Sandra Patricia Ton Joost Ingeborg Wim

088-5258977 088-5257646 088-5257469 088-5257635 088-5257832 088-5257856

06-20013895 06-57552998 06-57552466 06-51590206 06-51314696 06-22543595


AC AC BKM BE BKM BE

Irma

088-5258075

[email protected]

AAFM ALG

Coen Ingrid Lianne Wim

088-5257820 088-5257648 088-5258504 088-5257991

06-53892716 06-10388764 06-23447256

[email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

BE BKM BKM/HRM BE

Charlotte

088-5258243

06-13508379

[email protected]

HRM

Marjolein

088-5257301

06-10137937

[email protected]

AC

Cees Arthur

088-5257810 088-5258507

06-10902599 06-53638840

[email protected] [email protected]

BKM AC

Inge

088-5258168

06-51506527

[email protected]

HRM

Marise Bernadette Paul Thomas Ineke Bert

088-5258677 088-5258355 088-5256928 088-5258227 088-5256956 088-5257270

06-51427517 06-12975833 06-22023791 06-22573420 06-51388494

HRM BE BE BE HRM AAFM ALG

Lisette

088-5256384

Irene

088-5258442

[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

06-53972867 06-51564758 06-10483571 06-22791051 06-22566540

06-20914432

AAFM ALG AAFM ALG AAFM ALG AAFM ALG BE

AC BE


Luijks

Martijn

088-5257992

06-10732844

[email protected]

BE

Martens Mijvis Mutsaers van Wees van Neutegem van Opstal Sonke

Suzan Inge

088-5258444 088-5257715

06-10156214


AC AAFM ALG

Henriette

088-5256617

[email protected]

AAFM ALG

Wim

088-5258968

06-19269834

[email protected]

AC

Esther

088-5258768

06-13116336

[email protected]

BE

Pijnenburg

Miranda

088-5258662

06-53986337

van de Rakt Reijndorp Rodrigo Romijn

Antonius Charlotte Dennis Ton

088-5257110 088-5258492 088-5257934 088-5258441

06-30515739 06-23940203 06-22845507 06-13403141

[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

Ronner

Ico

088-5258602

06-10738172

[email protected]

AC

Rozendal Salewicz

Oene Michel

088-5257114 088-5258834

06-51089027 06-53106962


AC BKM

Schellekens

Yolanda

088-5258969

06-22518063

[email protected]

BKM

Schiebroek

Marieke

088-5258419

06-12089758

[email protected]

BKM

Schilderinck Schuurmans Smulders Swagemakers Terpsma Theunis Trienen Busser Valk Verbon Huisman Verlangen Vermeulen Verschuren Voigt Vos de Vries van Vugt van der Werk Wijnhoven de Wit Wolf Wubben Zijlmans

Johannes Stef Marieke Jun Lennard Rene

088-5257113 088-5257969 088-5258106 088-5257668 088-5258794 088-5257887

06-83634738 06-20006797 06-51105451 06-44369177 06-30300963 06-12119290


AC BE HRM BKM BE AC/BE

Annemiek

088-5257481

06-10890958

[email protected]

HRM

Antonius

088-5257888

06-51135572

[email protected]

BE

Lia

088-5258537

06-51110632

[email protected]

AC

Edwin Maria Elvira Herman Tom Harry Martine Harry Edith Ditta Saskia Iris Eric

088-5258620 088-5257647 088-5257618 088-5257872 088-5257885 088-5257102 088-5258544 088-5257125 088-5257967 088-5257399 088-5258508 088-5258475 088-5257115

[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

AAFM ALG AC BKM/HRM BKM AC BE AAFM ALG HRM AAFM ALG AAFM ALG AAFM ALG BKM AC

06-12480271 06-53725630 06-30195505 06-12101455 06-51115063 06-51142648 06-51405220

06-13036598 06-53370488

AC AC BKM/HRM BKM AC



Avans Hogeschool Academie voor Algemeen en Financieel Management Postbus 90116 4800 RA Breda 076-5238506


Academie voor Algemeen en Financieel Management

Recommend Documents