Brussel, 24 oktober 2006. JPM/Aanpassing Loodsdecreet
Advies van de Vlaamse Havencommissie over het “Ontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en de werking van de loodsdienst van het Vlaams gewest en betreffende de brevetten van havenloods en bootman”.
Aanpassing Loodsdecreet
Inhoud 1.
Inleiding ....................................................................................................................... 3
2.
Samenvatting van het ontwerp van decreet .............................................................. 4
3. 3.1. 3.2.
Advies van de Vlaamse Havencommissie ................................................................. 5 Algemene opmerkingen en beschouwingen in verband met het ontwerp van decreet .... 5 Artikelsgewijze opmerkingen ......................................................................................... 6
2
Aanpassing Loodsdecreet
1. Inleiding De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) heeft op 25 september 2006 van de Minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, Kris Peeters, een adviesvraag gekregen over het “Ontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en de werking van de loodsdienst van het Vlaams gewest en betreffende de brevetten van havenloods en bootman”. Gegeven de inhoud van dit dossier heeft het Dagelijks Bestuur van de SERV op 4 oktober 2006 beslist om aan de Vlaamse Havencommissie te vragen deze adviesvraag te behandelen. Op 24 oktober 2006 heeft de Vlaamse Havencommissie het hiernavolgende advies goedgekeurd1.
1
Alle aanwezige leden hebben het advies goedgekeurd, op 4 onthoudingen na. Er waren geen tegenstemmen. De 4 onthoudingen (ABVV en ACLVB) hebben uitsluitend betrekking op het laatste bolletje van punt (2) van 3.1. van dit advies.
3
Aanpassing Loodsdecreet
2. Samenvatting van het ontwerp van decreet Het “Decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en de werking van de loodsdienst van het Vlaams gewest en betreffende de brevetten van havenloods en bootman” (het “Loodsdecreet”), waarvan de wijziging het voorwerp uitmaakt van dit advies, is op een aantal punten voorbijgestreefd en vergt aanpassing. De belangrijkste evoluties sinds de oorspronkelijke versie van het Loodsdecreet, die een aanpassing aan het Loodsdecreet vergen, zijn de volgende: •
De invoering van het decreet betreffende de begeleiding van de scheepvaart op de maritieme toegangswegen en de organisatie van het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum (het”Scheepvaartbegeleidingsdecreet”), vergt een aanpassing van het Loodsdecreet. Het Scheepvaartbegeleidingsdecreet schrapt immers heel wat bepalingen die nu nog in het Loodsdecreet vermeld worden. Verder geeft het Scheepvaartbegeleidingsdecreet invulling aan heel wat belangrijke, nieuwe definities zoals bijvoorbeeld de ketenbenadering, het vaarplan en het toelatingsbeleid.
•
Voor de begeleiding van de scheepvaart op de maritieme toegangswegen naar de Vlaamse havens en de organisatie van het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum bestond er tot op heden geen specifieke regeling. De bepalingen die als basis hiervoor dienden, waren opgenomen in het Loodsdecreet. Het Loodsdecreet bood echter niet voldoende grondslag om een aantal problemen op te vangen.
•
Er hebben verschillende veranderingsprocessen plaatsgevonden in de sector Zeewezen. De Dienst Afzonderlijk Beheer (DAB) Loodswezen en de Dienst Afzonderlijk Beheer Vloot spitsen zich nu hoofdzakelijk op hun hoofdtaak toe, namelijk loodsen en beloodsen. De bevoegde instantie, in casu de afdeling Scheepvaartbegeleiding, is volgens het Scheepvaartbegeleidingsdecreet belast met het begeleiden van de scheepvaart. Het begeleiden van de scheepvaart omvat het organiseren en beheren van het verkeersbegeleidingssysteem (VBS), reddings- en opsporingsacties, het optreden als maritiem reddings- en coördinatiecentrum en het loodsen van de schepen conform het Loodsdecreet.
•
Ook de realisatie van nieuwe kunstwerken heeft invloed op het Loodsdecreet, bijvoorbeeld de ingebruikneming van het Deurganckdok, die invloed heeft op de loodsactiviteiten. Het is nodig dat hiervoor de decretale basis wordt voorzien en dat ook latere evoluties in de getijgebonden gedeelten van de haven van Antwerpen niet worden uitgesloten. In dezelfde geest dient de wijziging van het loodstraject tot in de sluis van Wintam gelezen te worden.
4
Aanpassing Loodsdecreet
3. Advies van de Vlaamse Havencommissie 3.1. Algemene opmerkingen en beschouwingen in verband met het ontwerp van decreet Door middel van artikel 10 wordt aan het loodsdecreet een artikel 5bis toegevoegd, waarin wordt gesteld dat de loodsdienst voor het vervoer te water en voor het aan en van boord brengen van een loods gebruik zal maken van de gespecialiseerde dienst van het Vlaamse Gewest. De Vlaamse Havencommissie wenst enkele belangrijke bemerkingen te maken bij dit artikel: (1) De Vlaamse Havencommissie is geen vragende partij voor de privatisering van de loodsprestaties, op voorwaarde dat deze dienstverlening op een betrouwbare en efficiënte wijze wordt geleverd. Eerder al stelde de Vlaamse Havencommissie2 dat publieke dienstverlening nagestreefd moet worden voor technisch-nautische diensten zoals het loodsen, maar dan wel op voorwaarde dat deze dienstverlening gebaseerd is op bedrijfseconomische principes, op het streven naar een efficiënte werking, de verzekering van de continuïteit van dienstverlening en volledige transparantie. (2) Door het toevoegen van artikel 5bis wordt nu ook het beloodsen3 toegewezen aan een gespecialiseerde dienst van het Vlaamse Gewest. De Vlaamse Havencommissie kan hiermee slechts instemmen als aan de volgende uitdrukkelijke voorwaarden wordt voldaan: • de optimale dienstverlening mag niet negatief worden beïnvloed; • deze dienst moet haar diensten leveren tegen marktconforme voorwaarden en bijgevolg niet kostenverhogend werken voor de klanten. Kostenbeheersing is zeer belangrijk, gegeven ook de opeenvolgende verhogingen van de loodsgeldtarieven van de afgelopen 2 jaar; • er moet compatibiliteit zijn met de Europese regelgeving inzake staatssteun en overheidsopdrachten; • er wordt in het kader van de jaarlijkse opmaak van de ondernemingsplannen nagegaan of aan de bovenstaande voorwaarden inzake marktconformiteit en optimale dienstverlening wordt voldaan en de Vlaamse Havencommissie vraagt aan de Minister om hierover te rapporten.
2 3
Vlaamse Havencommissie, “Advies van de Vlaamse Havencommissie over het voorstel van richtlijn van de Europese Commissie inzake toegang tot de markt voor havendiensten”, Brussel, 10 december 2004. D.w.z. de diensten die worden geleverd ter ondersteuning van het loodsen, o.m. het vervoer te water en het aan boord brengen van de loods met een loodsvaartuig.
5
Aanpassing Loodsdecreet
3.2. Artikelsgewijze opmerkingen Artikel 5: In dit artikel moet “hoofdstuk III” vervangen worden door “hoofdstuk II”. Argumentatie: Dit is de rechtzetting van een typfout. Artikel 8: In artikel 8 van het ontwerp van decreet wordt punt 7 van artikel 5 van het Loodsdecreet geschrapt: “de Rupel van haar monding tot in de sluis van Wintam”. De Vlaamse Havencommissie stelt voor om deze schrapping niet te doen en om “de sluis van Wintam” te vervangen door “de oude sluis van Wintam”. Argumentatie: Af en toe zijn er marineschepen met als bestemming de Rupel. De Rupel opvaren is loodstechnisch vrij moeilijk. Als punt 7 geschrapt wordt zullen deze schepen het zonder loodsassistentie moeten doen, hetgeen vermeden moet worden. De toevoeging van het woord "oude" maakt de tekst correcter, aangezien er sinds het vorige loodsdecreet een nieuwe sluis in Wintam is bijgekomen. Artikel 10: Door middel van artikel 10 wordt in het Loodsdecreet een artikel 5bis toegevoegd dat luidt volgt: “Art. 5bis. Voor het vervoer te water en voor het aan boord brengen van een loods de loodsdienst gebruik maken van de gespecialiseerde dienst van het Vlaams Gewest.” Vlaamse Havencommissie kan met deze toevoeging slechts instemmen onder uitdrukkelijke voorwaarden die in punt 3.1. van dit advies werden gesteld.
als zal De de
Artikel 11: In artikel 11 wordt artikel 6§2 van het Loodsdecreet, “Wanneer het belang van de scheepvaart zulks vereist, reikt de Vlaamse regering, overeenkomstig de door haar bepaalde regelen, tijdelijke loodsvergunningen uit”, opgeheven. De Vlaamse Havencommissie stelt bij dit artikel geen wijziging voor, maar vraagt wel om verduidelijking. Als het inderdaad gaat om de schrapping van een verouderd en in onbruik geraakt artikel, dan lijkt het de Havencommissie logisch dat dergelijk artikel inderdaad wordt geschrapt. Is het daarentegen een artikel dat het mogelijk maakt om, in uitzonderlijke omstandigheden, een tijdelijk tekort aan loodsen op te vangen, dan valt het wellicht te overwegen om het artikel te behouden. Artikel 14: In Artikel 14 wordt voorgesteld om in artikel 20, 4° van het Loodsdecreet de passus “of een tijdelijke vergunning” te schrappen. De Vlaamse Havencommissie vraagt om deze schrapping
6
Aanpassing Loodsdecreet
niet te doen, tenzij het inderdaad zo is dat artikel 6§2 van het Loodsdecreet een verouderd en in onbruik geraakt artikel is. Zie ook de opmerking bij artikel 6§2.
Artikel 15: In Artikel 15 wordt voorgesteld om in artikel 21§1 van het Loodsdecreet 1° te vervangen door “de houders van het loodsbrevet en de gezagvoerders van de loodsboten, als zij in actieve dienst zijn”. De Vlaamse Havencommissie vraagt om ook in dit artikel rekening te houden met de mogelijkheid van een tijdelijke vergunning, tenzij het inderdaad zo is dat artikel 6§2 van het Loodsdecreet een verouderd en in onbruik geraakt artikel is. Zie ook de opmerking bij artikel 6§2. Memorie van Toelichting: Op blz. 2 van de inleidende tekst van de Memorie van Toelichting wordt het volgende gesteld: “De wetgever is er zich verder van bewust dat het beroep van loods een specialisme is dat uitgeoefend wordt op een welbepaald traject en dat dit niet verenigbaar is met een inzet van loodsen op een polyvalente of multivalente basis. Alhoewel niet van directe invloed op het Loodsdecreet zelf, kan nu reeds aangegeven worden dat uitvoeringsbepalingen in die zin op bv. het loodsbrevet of op de loodsvergunning, aanpassing behoeven.” De Vlaamse Havencommissie vraagt om deze paragraaf te schrappen. Deze paragraaf stelt immers in het vooruitzicht dat de inzet van loodsen op een polyvalente of multivalente basis niet gewenst is. Argumentatie: • De nautische opleiding vormt de basis knowhow om te kunnen loodsen op het gehele loodsgebied. Specifieke verdere opleiding voor bepaalde trajecten en bepaalde scheepstypes en groottes leiden samen met de opgebouwde ervaring als loods tot een steeds hogere kwalificatie. Het “polyvalent” zijn duidt op een hoge kwalificatie, niet op het al dan niet overschrijden van een geografische lijn. • De zich steeds verder ontwikkelende technische ondersteuning van loodsen (AIS, WESP, SNMS, ECDIS …), samen met de evolutie in de scheepvaart, waarbij weliswaar steeds meer grotere, maar tegelijk krachtige en goed bestuurbare schepen in de markt komen, laat toe de oude historisch gegroeide trajectafgrenzingen te herzien zodat nieuwe mogelijkheden geschapen worden voor een vlottere en veiligere scheepvaart. Denk bijv. aan het vermijden van loodswissels op de rede van Vlissingen. Ook de invoering van een echte “ketenbenadering”, waarbij een perfecte synergie wordt nagestreefd tussen alle spelers in de nautische toegang, zal hiertoe bijdragen. • Multivalent varen is reeds een 7-tal jaar realiteit bij de geprivatiseerde Nederlandse loodsdienst. Alle Nederlandse Scheldeloodsen varen ondertussen multivalent tot ieders
7
Aanpassing Loodsdecreet
tevredenheid (loodsen, klanten en overheden). Deze arbeidsmethodiek heeft een aantal belangrijke voordelen: • De inzetbaarheid van de loods verhoogt aanzienlijk. Bij dreigende loodstekorten op één traject kunnen loodsen van de beurtrol van het ander traject ingezet worden. Loodstekorten op één van de trajecten is één van de oorzaken van vertragingen voor de scheepvaart. Door multivalent te varen verhoogt de mogelijkheid om pieken in de scheepstrafiek op te vangen. • Snelle en grote containerschepen kunnen op het traject tussen bijv. het Deurganckdok, de Noordzee- of de Europaterminal en de zee doorvaren zonder loodswissel te Vlissingen. Dit houdt niet alleen een tijdsbesparing in maar verhoogt tevens de veiligheid op de rede van Vlissingen. • Multivalentie zal tevens zorgen voor een betere verdeling van de werklast tussen enerzijds het korps der zeeloodsen en anderzijds het korps der rivierloodsen.
8