60 DAGEN
Eva de Wit
1. INT. KLOKKENWINKEL. DAG We zien een drukke winkel volgestouwd met allerlei soorten klokken. Er klinkt luid getik. HERMAN (70) staat naast een KLANT#1 en laat hem vol enthousiasme de ene na de andere klok zien. 2. INT. KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN kijkt om zich heen naar de klokken in zijn winkel. Hij ziet dat er een paar niet gelijk staan en zet ze gelijk. 3. INT. KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN alleen in zijn winkel. Hij ademt zwaar en ziet er moe uit. 4. EXT. VOOR DE KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN kijkt naar de klok. Het is 11.59 uur. Hij wacht en stapt dan precies om 12.00 uur naar buiten. Op dit moment klinkt er een hels kabaal in de winkel, alle antieke klokken laten hun vogeltjes naar buiten komen en bellen rinkelen alsof hun leven er vanaf hangt. 5. INT. KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN loopt twee keer de straat heen en weer, kijkt op zijn horloge, gaat op een bankje zitten, eet zijn broodjes. Wanneer hij ze opheeft kijkt hij weer op zijn horloge. Hij loopt nog eens twee keer de straat heen en weer. Hij kijkt op zijn horloge. 6. INT. WACHTRUIMTE ZIEKENHUIS. DAG HERMAN bekijkt een kaartje van het ziekenhuis met daarop de tijd van zijn afspraak: 15.15 uur. HERMAN kijkt naar zijn horloge en naar de klok in de wachtruimte. Hij loopt naar de klok toe en zet hem gelijk met zijn horloge. Hij houdt zijn ogen strak naar de klok in de wachtruimte gericht. Wanneer de klok op 15.15 uur springt, loopt hij naar de spreekkamer van de DOKTER. 7. INT. SPREEKKAMER, ZIEKENHUIS. DAG HERMAN staat in de deuropening van de spreekkamer. De DOKTER zit tegenover een andere PATIENT De DOKTER en de PATIENT kijken naar HERMAN. DOKTER Wilt u even buiten wachten meneer, u wordt zo geroepen.
HERMAN Het is 15.15 uur. DOKTER Het wordt wat later.
HERMAN Dat is helaas niet mogelijk. 8. INT. SPREEKKAMER, ZIEKENHUIS. DAG We zien de DOKTER praten, maar horen niets. De DOKTER veegt met een zakdoek het zweet van zijn voorhoofd. We zien dat HERMAN de DOKTER een briefje toeschuift. Hij tikt er dwingend met zijn vinger op. De dokter schrijft wat op het briefje. We zien: ‘60 dagen, 4 uur, 26 minuten en 12,77 seconden’. 9. INT. KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN in zijn klokkenwinkel. Hij hangt overal tellers op, die terugtellen vanaf 60 dagen. Zelfs de milliseconden zijn te zien, waardoor de druk extreem hoog is. 10. INT. STRAAT. DAG HERMAN hangt buiten flyers op met ‘opvolger klokkenwinkel ‘’HERMAN’’ gezocht’. 11. INT. KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN zit in zijn klokkenwinkel tegenover GERARD (60) aan een tafeltje. In de chaos van de winkel is er geprobeerd een zakelijke sollicitatiesfeer te creëren. Dit is niet gelukt. GERARD De tijd, ja de tijd. Vroeger deed de mens het nog rustig aan. Dat is het geheim van geluk: voor alles de tijd nemen. We zien HERMAN verveeld het raam uitstaren. 12. INT. KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN zet een aantal klokken gelijk. GERARD ziet dit en loopt lachend naar hem toe. GERARD De tijd verandert niet door aan de wijzers te draaien hè. Hij slaat HERMAN joviaal op zijn schouders. HERMAN duwt GERARD de deur uit. We zien een teller met ‘55 dagen, 3 uur, 1 minuut en 55,56 seconden’. 13. INT. KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN zit in zijn klokkenwinkel tegenover LIDEWIJ (40) aan een tafeltje. In de chaos van de winkel is er geprobeerd een zakelijke sollicitatiesfeer te creëren. Dit is niet gelukt. LIDEWIJ (…) Vrijetijdsmanagement is het ding van nu. Daarom heb ik het ook gestudeerd. Dat voelde ik aan. Mensen hebben tijd over naast hun werk en willen die zo efficiënt mogelijk gebruiken. Ja, voor planningen ben je bij mij aan het juiste adres. Een zondag bijvoorbeeld. Hoe besteedt u uw zondag?
HERMAN (geïrriteerd): In mijn winkel natuurlijk. LIDEWIJ Eh, ja, precies. Nou sommige mensen gaan naar de geitenboerderij, of naar de speeltuin. Dat betekent dus 09.00 uur. Zondagsontbijt. 10.00 uur kinderen douchen. 11.00 uur klaarstaan. 12.00 uur aankomst plek van vertier. 13.00 uur zelfgesmeerde boterhammen eten. 14.00 uur… (…) LIDEWIJ ziet HERMAN’s steeds meer manisch geworden blik en ze slikt. Er komt een KLANT#2 binnen. LIDEWIJ staat gauw op en loopt naar KLANT#2 toe. 14. INT. KLOKKENWINKEL. DAG LIDEWIJ hangt een tijdsschema op. We lezen 12.00-13.00 uur: ‘’Vrije tijd.’’ Er zijn allemaal zonnetjes en bloemetjes naast getekend. 15. INT. KLOKKENWINKEL. DAG LIDEWIJ staat achter de toonbank. HERMAN zit in een hoek op een stoel strak naar de teller te kijken. ‘40 dagen, 13 uur, 4 minuten, 2,39 seconden. LIDEWIJ Zo kunt u toch niet van uw vrije tijd genieten? HERMAN duwt LIDEWIJ de winkel uit en gooit haar vrijetijdsschema achter haar aan. HERMAN (roept haar voor de deur na): De tijd is nooit vrij! HERMAN gaat terug naar binnen. Hij sluit de deur achter zich en hangt tegen de deur aan terwijl hij moeilijk ademt.
16. INT. ARCHIEF KLOKKENWINKEL. NACHT. Een donker archief. Het enige licht komt van een klein peertje aan de muur. HERMAN is aan het zoeken in stapels kartonnen dozen. Uiteindelijk vindt hij een doos en hij bekijkt de inhoud. Vaag zien we de contouren van explosieven. 17. INT. KLOKKENWINKEL. DAG. THOMAS (20) komt in paniek de klokkenwinkel binnengestormd. Hij begint als een gek alle wijzers terug te draaien. HERMAN springt op, duwt THOMAS weg en zet alle klokken in een driftig tempo weer terug. Wanneer HERMAN klaar is, hijgt hij uitzinnig. HERMAN kijkt THOMAS woedend aan. HERMAN Je kunt de tijd niet terugdraaien idioot! THOMAS Ik ben net uit huis gezet…
HERMAN Daar zal je het wel naar gemaakt hebben. (stilte) THOMAS kijkt van HERMAN weg en ziet de flyer met ‘Opvolger gezocht’. THOMAS (langzaam) U zoekt een opvolger? HERMAN (kijkt THOMAS lang aan) En wat zou jou dat aangaan? THOMAS (Telt met zijn vingers. Eerste vinger) Ik sta op straat. (Tweede vinger) En ik heb geen baan. HERMAN (sarcastisch) Zo, dit is de beste sollicitatie ooit. THOMAS (dapper) Graag of niet. HERMAN Slechter dan die twee halvegaren kan het niet worden. Jij weet tenminste dat je een idioot bent. THOMAS Ik weet wel van aanpakken, ik heb vroeger.. HERMAN (onderbreekt hem) Ja, ja. Bespaar me de show. (stilte) Jij houdt mijn toekomende tijd in de gaten.
18. INT. KLOKKENWINKEL. DAG. We zien THOMAS achter de balie van de klokkenwinkel staan. Hij stoft een klok af. HERMAN komt aangesjokt, pakt ruw de klok af, en zet hem weg. 19. INT. ARCHIEF KLOKKENWINKEL. NACHT. Een donker archief. Het enige licht komt van een klein peertje aan de muur. HERMAN frutselt met explosieven. We komen dichterbij en zien dat HERMAN een tijdbom in elkaar zet. 20. INT. KLOKKENWINKEL. DAG. THOMAS wil met KLANT#3 afrekenen. HERMAN trekt zichzelf met moeite overeind uit zijn stoel, duwt THOMAS opzij en probeert de kassa open te maken, het lukt niet. HERMAN zucht en blijft naast de kassa toekijken. THOMAS kijkt HERMAN geïrriteerd aan en rekent af met KLANT#3.
21. INT. KLOKKENWINKEL. SCHEMER. HERMAN zit in een stoel in een hoekje van de winkel. Hij staart naar de Teller: ‘4 dagen, 9 uur, 23 minuten en 46,32 seconden.’ Hij staat op, strijkt met zijn vingers langs de klokken en zet enkele met veel moeite gelijk. 22. INT. KLOKKENWINKEL. DAG. HERMAN zit in zijn stoel en kijkt naar THOMAS die klokken verplaatst. HERMAN Nee, niet daar. (…) Die hoort daar niet! (stilte) Die hoort daar niet! Denk toch eens na idioot! THOMAS Noem me geen idioot! (stilte) (rustig) Wat wilt u van me? Wat is in hemelsnaam uw bedoeling? HERMAN (woedend) Mijn bedoeling?! (stilte) (wanhopig) Kijk eens om je heen! Dat snapt toch iedereen?! THOMAS (mompelt) Idioot. HERMAN blijft hem woedend aankijken. THOMAS loopt hoofdschuddend richting de uitgang. Bij de deur draait hij zich nog één keer om.
THOMAS Ik zou het niet doen als ik u was. THOMAS verlaat de winkel. 23. INT. KLOKKENWINKEL. NACHT HERMAN hangt met veel moeite de tijdbom op achter een klok. Hij kijkt naar de teller: ‘2 dagen, 12 uur, 3 minuten, 58,01 seconden’. Hij stelt de tijdbom in.
24. INT. KLOKKENWINKEL. DAG We zien dat een KLANT#4 de wijzers van een klok aanraakt. HERMAN grijpt KLANT#4 bij zijn kraag en duwt hem de deur uit. 25. INT. KLOKKENWINKEL. DAG HERMAN zit alleen in zijn stoel in de winkel. Hij staart wezenloos voor zich uit. Er komt een KLANT#5 binnen. KLANT#5 Verkoopt u ook scheurkalenders? HERMAN geeft geen antwoord. KLANT#5 ziet zijn dode blik en verlaat haastig de winkel. 26. INT. KLOKKENWINKEL. SCHEMER We zien HERMAN van achter in zijn stoel. De winkel ontploft.