Leerlingenstatuut Het leerlingenstatuut van Limes Praktijkonderwijs A. ALGEMEEN 1. Betekenis en doel Een school is een gemeenschap waarin personeelsleden en leerlingen samen leven en samen leren. Om dat goed te kunnen doen moet er duidelijkheid bestaan over wat we van elkaar mogen verwachten. In dit leerlingenstatuut is daarom een overzicht gemaakt van de rechten en plichten van alle leerlingen van de Limes praktijkonderwijs. Bij de opstelling is gestreefd naar een evenwicht tussen de rechten en plichten van leerlingen en hebben we ons willen beperken tot de hoofdzaken. Het leerlingenstatuut is de basis voor specifieke (aanvullende) regelingen waarnaar in dit statuut soms ook wordt verwezen. 2. Begrippen In het leerlingenstatuut wordt onder de volgende begrippen verstaan: o de school: Limes praktijkonderwijs te Katwijk; o leerlingen: alle aan de school ingeschreven leerlingen; o ouders: de ouders, voogden en verzorgers van de leerlingen; o personeelsleden: de aan de school verbonden leden van de schoolleiding, docenten, onderwijsondersteunend personeel, stagiaires, vrijwilligers; o docenten: de aan de school verbonden leraren en andere personeelsleden met een lesgevende taak; o schoolleiding: de directeur van de school en teamleiders; o teamleider: direct leidinggevende van de personeelsleden van het team. Hij geeft leiding aan de onderbouw c.q. de bovenbouw; o schoolbestuur: het bestuur van de V.C.V.O. te Katwijk e.o.; o de centrale directie: de centraal directeur en de directeur Personeel, Financiën en Beheer; o medezeggenschapsraad: het vertegenwoordigend orgaan namens de geledingen (personeels, ouders en leerlingen) op Limes praktijkonderwijs volgens de wet op de Medezeggenschap Scholen en volgens het reglement voor de medezeggenschapsraad op Limes praktijkonderwijs; o leerlingenraad: uit en door de leerlingen gekozen groep van leerlingen die de belangen van de leerlingen op de betreffende locatie van Limes praktijkonderwijs behartigt; o ouderraad: wordt jaarlijks samengesteld uit de groep belangstellende ouders en vergadert een aantal keren per jaar samen met de directeur over de dagelijkse gang van zaken op school en de nieuwe onderwijsontwikkelingen. Tevens levert de OR een vertegenwoordiger aan de Medezeggenschapsraad (MR) en de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). 3.
Procedure, geldigheidsduur en publicatie
3.1. Het leerlingenstatuut regelt de rechten en plichten van de leerlingen. 3.2. Het leerlingenstatuut wordt door de centraal directeur vastgesteld nadat de ouderraad en de leerlingenraad zich hierover hebben kunnen uitspreken. De formele vaststelling gebeurt conform het geldige medezeggenschapsreglement. 3.3. Het leerlingenstatuut treedt in werking na vaststelling door de centraal directeur en heeft een geldigheidsduur van twee jaar. Indien een maand voordat de geldigheidsduur van het leerlingenstatuut afloopt de centraal directeur geen voorstel tot wijziging heeft ontvangen, zal
het leerlingenstatuut in dezelfde vorm wederom twee jaar geldig zijn. 3.4. Een voorstel tot wijziging wordt aan de centraal directeur aangeboden. Indien het voorstel tot wijziging wordt overgenomen stelt de centraal directeur het statuut opnieuw voor de duur van twee jaar vast. De centraal directeur gaat niet tot wijziging van het leerlingenstatuut over voordat de ouderraad en de leerlingenraad zich hierover hebben kunnen uitspreken. De formele vaststelling gebeurt conform het geldige medezeggenschapsreglement. 3.5. Het leerlingenstatuut wordt door de schoolleiding gepubliceerd en bij aanvang van het schooljaar aan alle leerlingen die voor de eerste maal aan de school zijn verbonden, kenbaar gemaakt. Het leerlingenstatuut staat op n@tschool. 3.6. Het leerlingenstatuut kan tussentijds worden gewijzigd op voorstel van hetzij: - de medezeggenschapsraad; - de leerlingenraad; - de schoolleiding. 4.
Toepassing
4.1. Het leerlingenstatuut geldt voor en is van toepassing op alle aan de school ingeschreven leerlingen en hun ouders/verzorgers en geldt tevens voor het schoolbestuur, de schoolleiding en alle overige aan de school verbonden functionarissen. Het leerlingenstatuut geldt bij alle activiteiten die van de school uitgaan, in en buiten het schoolgebouw en de terreinen. B: REGELS BINNEN DE SCHOOL 5. Regels over het onderwijs 5.1. De leerlingen hebben er recht op dat de docenten zich inspannen om behoorlijk onderwijs te geven. Het gaat hierbij om zaken als: o Redelijke verdeling van de lesstof over de lessen; o Goede presentatie en duidelijke uitleg van de stof; o Kiezen van geschikte leermiddelen; o Aansluiting van het opgegeven huiswerk bij de behandelde lesstof. 5.2. Als de docent naar het oordeel van een leerling of groep leerlingen zijn taak niet op een behoorlijke wijze vervult, dan kan dat via de mentor/tutor – teamleider - sectordirecteur aan de orde worden gesteld bij de locatiedirecteur. 5.3. De leerlingen en personeelsleden zijn respect verschuldigd aan elkaar en aan alle andere personen in de school. Ook dienen zij met zorg om te gaan met ieders eigendommen. 6. Kwaliteit van het onderwijs 6.1 De leerlingen zijn verplicht zich in te spannen om een goed onderwijsproces mogelijk te maken. 6.2. Een leerling die een goede voortgang van de les verstoort of verhindert, kan door zijn leraar uit de les worden verwijderd.
6.3. Besluit om de leerlingen voor langer dan één les het volgen van onderwijs te ontzeggen wordt genomen door de teamleider na raadpleging van de docent. 6.4. De leerlingen zijn verplicht tot het volgen van onderwijs. Hieronder worden ook introducties, sportdagen, projecten, excursies, werkweken en reizen verstaan. Tenzij de leerling hiervan is uitgesloten. Zie artikel 19.5. Met inachtneming van de wettelijke voorschriften kan de schoolleiding van deze verplichting vrijstelling verlenen. 6.5. Een leerling dient zich te houden aan de door Limes praktijkonderwijs vastgestelde gedragsregels (Nettiquette) voor het computergebruik op school door leerlingen. 7. Toetsing, rapporten en overgang 7.1. De afspraken omtrent toetsing, rapporten en overgang zijn geregeld per locatie in de locatiegebonden documenten zoals de locatiegids en ”Regels, Gebruiken en Afspraken”. 8. Huiswerk 8.1. De leerlingen zijn verplicht het opgegeven huiswerk te maken. 8.2. De docenten van een klas streven er gezamenlijk naar het huiswerk zodanig te spreiden dat van een evenwichtige en reële belasting sprake is. 8.3. De leerling die het huiswerk niet heeft gemaakt, meldt dit bij aanvang van de les aan de betreffende docent onder vermelding van de reden van verhindering. Indien deze reden naar het oordeel van de docent de leerling niet van zijn plicht tot het maken van het huiswerk ontslaat, kan hij hem een maatregel opleggen. C: REGELS OVER DE SCHOOL ALS ORGANISATIE EN GEBOUW 9. Toelating 9.1. De centraal directeur stelt de criteria vast op grond waarvan een (aankomend) leerling kan worden toegelaten tot een bepaalde schoolafdeling of tot een bepaald leerjaar. 9.2. Indien de schoolleiding weigert een (aankomend) leerling toe te laten, deelt het dit schriftelijk aan hem, en indien hij minderjarig is ook aan zijn ouders, mee met opgave van redenen. 10. Vrijheid van meningsuiting 10.1. De in de grondwet en internationale verdragen vastgestelde vrijheid van meningsuiting wordt door alle geledingen gerespecteerd. Leerlingen zijn vrij hun mening te uiten mits dit de goede voortgang van het onderwijs niet belemmert en/of niet in strijd is met de identiteit en de doelstellingen van de school. Discriminatie en belediging worden niet tot deze ”vrijheid van meningsuiting” gerekend. 10.2. Een leerling heeft het recht van vrijheid van uiterlijk, mits dit de goede voortgang van het onderwijs niet belemmert en/of niet in strijd is met de identiteit en de doelstellingen van de school.
10.3. De school kan alleen bepaalde kleding verplicht stellen wanneer deze kleding aan bepaalde doelmatigheideisen kan voldoen. 10.4. Leerlingen dienen elkaars mening en die van anderen te respecteren. Uitingen die discriminerend of beledigend zijn worden niet toegestaan. Indien er sprake is van discriminatie of belediging kan de schoolleiding passende maatregelen treffen.
11 Mededelingen. 11.1. Er is een mogelijkheid voor leerlingen, leerlingenraad en andere leerlingenorganisaties mededelingen van niet-commerciële aard te kunnen doen. Er mogen geen mededelingen van discriminerende of beledigende aard worden gecommuniceerd. 11.2. Posters of uitnodigingen mogen in de algemene ruimten van de school opgehangen worden na toestemming van de directeur. 11.3. De intercom mag alleen gebruikt worden voor mededelingen die van direct belang zijn voor de leerlingen en/of docenten. Hiervoor is toestemming van een lid van de schoolleiding nodig. 12 Bijeenkomsten. 12.1. Leerlingen kunnen in de school vergaderingen beleggen in samenwerking met en onder verantwoordelijkheid van de leerlingenraad. Deze vergaderingen vinden bij voorkeur plaats buiten lestijd en met instemming van de schoolleiding. Anderen dan leerlingen worden alleen toegelaten op een bijeenkomst van leerlingen, als de leerlingen dit toestaan. In overleg met de schoolleiding worden afspraken gemaakt omtrent de tijd en plaats van de bijeenkomst 12.2. De schoolleiding is verplicht voor een vergadering van leerlingen een ruimte ter beschikking te stellen, dit binnen de feitelijke mogelijkheden van de school. De leerlingen zijn verplicht een ter beschikking gestelde ruimte op een behoorlijke wijze weer achter te laten. 12.3. De gebruikers zijn verantwoordelijk en aansprakelijk voor eventuele schade. 13 Schoolkrant. 13.1. De schoolleiding stelt in overleg met de redactie van de schoolkrant een redactiereglement vast, waarin de verantwoordelijkheid en de beschikbaarheid van geld en papier e.d. voor de schoolkrant wordt geregeld. 13.2. De schoolleiding kan in overleg met de mentor en redactie van de schoolkrant de publicatie of een deel daarvan verbieden indien de schoolkrant in strijd is met de grondslag of doelstelling van de school dan wel een discriminerende of beledigende inhoud bevat. 14. Leerlingenraad 14.1. Aan de leerlingenraad wordt zo mogelijk een vaste ruimte ter beschikking gesteld.
14.3. Activiteiten van de leerlingenraad kunnen na overleg met de schoolleiding tijdens lesuren plaatsvinden. 14.4. Leerlingenraadsleden kunnen voor de uitvoering van hun werkzaamheden uren vrij nemen na toestemming van een lid van de schoolleiding over tijdstip en duur. 14.5. De schoolleiding bepaalt de mate van het gebruik van drukfaciliteiten, apparatuur, en andere materialen t.b.v. de leerlingenraad. 14.6. De leerlingenraad vergadert tenminste éénmaal per trimester in aanwezigheid van een lid van de schoolleiding op verzoek van de leerlingenraad. 14.7. De leerlingenraad mag gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen. 15. Leerlingenregistratie en privacybescherming 15.1. De wet persoonsregistratie en haar uitvoeringsgeschriften zijn van toepassing. 15.2. Er is op school een leerlingenregister. 15.3. Van alle leerlingen zijn door de school gegevens geregistreerd. Deze gegevens dienen correct te zijn. De betrokken leerling, en indien hij minderjarig is ook zijn ouders, kunnen relevante gegevens inzien en indien nodig vragen deze te wijzigen of te verbeteren. 15.4. De gegevens van leerlingen zijn alleen toegankelijk voor hen die hiervoor van het schoolleiding toestemming hebben gekregen, zoals de teamleiders, de zorgcoördinator, de mentoren, de docenten van de betrokken leerling, de medewerker secretariaat en de conciërge. 15.5. De gegevens worden alleen aan anderen dan in de genoemde punten 15.3 en 15.4 verstrekt indien dit in het belang van het onderwijs aan de betrokken leerling is, er een wettelijke plicht voor bestaat of met toestemming van de betrokken leerling of – indien deze minderjarig is – van zijn ouders. 16. Intimidatie 16.1. Een leerling heeft er recht op als persoon met respect en zorg tegemoet te worden getreden. 16.2. indien een leerling geconfronteerd wordt met agressie of geweld, kan hij zich wenden tot de teamleiders. Hierbij moet de meldingsprocedure ‘agressie en geweld’ worden gevolgd. 16.3. Indien de leerling zich gekwetst voelt door een intimiteit of seksuele intimidatie van de kant van medeleerling(en) of van personeelsleden, kan hij zich wenden tot de vertrouwenspersoon van Limes praktijkonderwijs en/of de vertrouwensinspecteur. De adressen van bovengenoemde personen worden genoemd in de locatiegids. De klachtenregeling staat op n@tschool. 16.4. Voor de klachtenprocedure seksuele intimidatie voor scholengemeenschappen is de school aangesloten bij de klachtencommissie van de Besturenraad PCO.
17. Veiligheid 17.1. De schoolleiding behoudt zich het recht voor in geval van vernieling, diefstal, mishandeling of ander verwijtbaar gedrag aangifte te doen bij de politie. In geval van seksuele intimidatie door leerlingen of personeelsleden is de schoolleiding wettelijk verplicht aangifte te doen. 17.2. De school kent een meldcode voor de aanpak van (vermoedens van) kindermishandeling. In de meldcode staan richtlijnen voor het handelen van personeelsleden wanneer zij tijdens hun werk geconfronteerd worden met situaties van (vermoedens van) kindermishandeling. De meldcode is opgesteld in samenwerking met diverse instanties uit de regio Zuid-Holland Noord op basis van landelijke criteria. De meldcode is ter inzage bij de administratie. Contactpersoon voor het melden van (vermoedens van) kindermishandeling is de zorgcoördinator. 17.3. De schoolleiding is te allen tijde gerechtigd de locker van een leerling te controleren. 18. Genotmiddelen 18.1. De leerlingen mogen in en rond het gebouw niet roken behalve op de daarvoor bestemde rookplekken. 18.2 Het in bezit hebben, uitdelen, verkopen of onder invloed zijn van alcohol of andere drugs is in en rond het schoolgebouw en tijdens activiteiten die onder verantwoordelijkheid van de school vallen niet toegestaan. 18.3. Wanneer geconstateerd wordt dat men alcohol of andere drugs heeft gebruikt, volgt een gesprek met de leerling en de ouders/verzorgers. Afhankelijk van de ernst van de overtreding en bij herhaling volgt schorsing en kan de schoolleiding de politie inschakelen. 18.4. Het verhandelen van alcohol of andere drugs leidt tot schorsing en bij herhaling tot verwijdering. 19. Disciplinaire maatregelen 19.1. De leerling die de in de school geldende regels niet nakomt kan een disciplinaire maatregel worden opgelegd. 19.2. Bij het opleggen van de maatregel moet er sprake zijn van een redelijke verhouding tussen de ernst van de aanleiding en de zwaarte van de maatregel. 19.3. Indien een leerling meent dat hem ten onrechte een maatregel door een docent is opgelegd, kan hij dit aan zijn teamleider ter beoordeling voorleggen. 19.4. Een leerling die bij herhaling de in de school geldende regels overtreedt of die zich schuldig maakt aan ernstig wangedrag, kan door of namens de schoolleiding uitgesloten worden van buitenlesactiviteiten als genoemd in artikel 6.4. Schorsing of definitieve verwijdering van de school zijn eveneens reële opties.
19.5. Het schorsingsbesluit wordt schriftelijk aan de leerling, en indien hij minderjarig is ook aan zijn ouders, medegedeeld, met opgave van redenen. Indien een leerling langer dan 1 dag wordt geschorst, meldt de directeur dit bij de inspectie met opgave van de redenen. Een leerling wordt ten hoogste voor een week geschorst. 19.6. Indien de schoolleiding een leerling definitief van de school wil verwijderen, stelt het eerst de leerling en indien hij minderjarig is ook zijn ouders, in de gelegenheid om zich hierover uit te spreken. In het geval het een leerplichtige leerling betreft dient de directeur eerst overleg te voeren met de inspectie. 19.7. Tijdens de procedure tot verwijdering wordt een leerling geschorst. 19.8. Het besluit tot definitieve verwijdering wordt schriftelijk aan de leerling, en indien hij minderjarig is ook aan zijn ouders medegedeeld, met opgave van de redenen. Voorts geeft de schoolleiding daarbij aan dat er om herziening van het besluit kan worden gevraagd. Indien een leerling definitief wordt verwijderd meldt de centraal directeur dit bij de inspectie, met opgave van redenen. 19.9. Een verwijderde leerling, en indien hij minderjarig is ook zijn ouders, kan binnen 30 dagen nadat hij definitief is verwijderd, aan het schoolbestuur om herziening van het besluit tot verwijdering vragen. Het schoolbestuur stelt de leerling, en indien hij minderjarig is ook zijn ouders, in de gelegenheid zich over de kwestie uit te spreken. Voorts voert het schoolbestuur overleg met de inspectie hierover en als het schoolbestuur dat nodig vindt met andere deskundigen. Het schoolbestuur stelt de leerling, en indien hij minderjarig is ook zijn ouders, in de gelegenheid om de adviezen of rapporten die op de beslissing van het verzoek tot herziening betrekking hebben, in te zien. Het schoolbestuur beslist zo spoedig mogelijk op het verzoek, maar niet later dan 30 dagen na dagtekening. Deze beslissing is definitief. 19.10. Een leerling kan niet in de loop van het schooljaar worden verwijderd op grond van onvoldoende resultaten. De schoolleiding kan wel het advies geven zich voor een andere school of instelling in te schrijven of naar een andere afdeling te gaan. D: BEROEP 20. Geschillencommissie 20.1. Bij vermeende onjuiste of onzorgvuldige uitvoering van het leerlingenstatuut hebben alle betrokkenen het recht bezwaar aan te tekenen bij de geschillencommissie. 20.2. De geschillencommissie wordt door de centraal directeur ingesteld, na instemming van de medezeggenschapsraad. 20.3. De geschillencommissie bestaat uit een lid van de schoolleiding (m.u.v. de centrale directie), een docent, een door de schoolleiding aangewezen lid van het O.O.P., één ouder en twee leerlingen afkomstig uit de leerlingenraad. Voor elk lid van de geschillencommissie is een vervanger.
20.4. Wordt een lid van de geschillencommissie partij, dan treedt het plaatsvervangend lid in zijn plaats op. 20.5 De voorzitter van de commissie wordt voor drie jaar benoemd, de overige leden van de commissie voor twee jaar. 20.6 Klachten moeten schriftelijk en voorzien van personalia worden ingediend. 20.7 De geschillencommissie stelt de partijen in het geschil in de gelegenheid verweer te voeren. 20.8 De partijen in het geschil kunnen zich bij de behandeling van het geschil laten bijstaan door een derde. 20.9 Door de betrokkenen kunnen getuigen worden opgeroepen. 20.10. De zitting van de geschillencommissie is besloten. 20.11. Bij het staken van de stemmen beslist het lid van de schoolleiding. 20.12. Na ontvangst van het bezwaar wordt door de geschillencommissie binnen vijftien schooldagen een beslissing genomen. 20.13. De geschillencommissie is bevoegd een klacht niet ontvankelijk, gegrond of ongegrond te verklaren. 20.14. De geschillencommissie brengt haar uitspraak schriftelijk ter kennis van de centraal directeur met het verzoek aan hem hen te rapporteren over de genomen maatregelen. 20.15. De uitspraak wordt aan de partijen en de schoolleiding schriftelijk bekendgemaakt. 20.16. De geschillencommissie kan haar uitspraak openbaar maken. 20.17. Mocht de centraal directeur de uitspraak van de geschillencommissie niet overnemen dan is beroep mogelijk bij het schoolbestuur.