KNNV afdeling Nijmegen Goudenregenstraat 5 6573 XN BEEK UBBERGEN
[email protected] www5.knnv.nl/afdelingNijmegen
Boshuizerbergen en Op den Buus.
Rokend zand
[deel 4]
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
1
Deel vier
De plantengemeenschappen in de stuifduinen Stuifzand met Grove den en Jeneverbes Zichtbare tekens van voormalig hakhoutbeheer De wederopstanding van de Jeneverbes Terug in de Bøllingtijd Heidelucifer Het zand rookt in de Boshuizerbergen
2 5 7 8 10 18 20
De plantengemeenschappen in de stuifzandbiotopen
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
2
In de eerste fase van de natuurlijke opeenvolging van begroeiingen van zandverstuivingen (=successie) overheersen in de Boshuizerbergen algen van het geslacht Microspora.
Buntgras en Zandzegge beteugelen het stuivend zand.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
3
Uiteindelijk ontwikkelen zich droge graslanden behorend tot de Associatie van Buntgras en Heidespurrie. Op veel plekken ontstaan begroeiingen die gedomineerd worden door bladmossen. Het is het Ruig haarmos dat op de voorgrond treedt en dan verschijnen de korstmossen
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
4
Door bosopslag van naaldhout ontwikkelt zich een KorstmosDennenbos , een Gaffeltandmos-Jeneverbesstruweel of BerkenEikenbos.
Stuifzand (met Grove Den en Jeneverbes)
Van oorsprong bestond het gebied ten Noordoosten van Venray uit oerbossen, maar de mens heeft deze bossen in de loop der eeuwen omgevormd tot eikenhakhoutbossen, heidevelden en akkertjes. De hakhoutbossen voorzagen in de houtbehoefte van de mens, de akkertjes in de voedselbehoefte en wat nu de weilanden zijn voor onze koeien, dat waren vroeger de heidevelden voor de schapen.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
5
Zichtbare tekens van voormalig hakhoutbeheer De mens die zich in leven hield met jagen en het verzamelen van vruchten, vestigde zich permanent in deze gebieden, waar hij kon wonen, werken en leven. De landbouw en veeteelt kwamen op gang, bomen werden gekapt voor akkers en het vee liep in het bos, waardoor steeds meer open plekken kwamen en er geleidelijk heidevelden ontstonden.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
6
Door overbeweiding van de heidevelden en door de heide te diep af te plaggen ontstonden kale plekken in de heidebegroeiing.
Doordat de wind vat kreeg op deze plekken konden er steeds grotere verstuivingen van zand plaats vinden.
Op deze manier zijn de stuifzanden ontstaan. De Boshuizerbergen is vroeger een grote zandverstuiving geweest. Een groot deel van deze stuifzanden is inmiddels weer vastgelegd door natuurlijke successie en is omgevormd tot productiebossen met in hoofdzaak Grove Den. Gedurende de laatste dertig jaar wordt de natuur- en recreatiefunctie van bossen steeds hoger gewaardeerd.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
7
Het beheer is er dan ook thans opgericht om de eentonige productiebossen geleidelijk aan om te vormen tot een bos van hogere natuurwaarde met meer inheemse bomen, afwisselende structuur, open plekken, spontane verjonging enz.
Boshuizerbergen: de wederopstanding van de Jeneverbes
Natuurgebied Boshuizerbergen ontleent zijn fascinatie aan de Jeneverbes, een kleine boom of struik met scherpe naalden en opvallende, zuilvormige groeiwijze. Dit is het grootste areaal onder de grote rivieren. De Jeneverbes was vroeger massaal aanwezig in een gebied in de vorm van een hoefijzer rondom Venray. De ‘populatie’ in de Boshuizerbergen is daarvan over. Er bevinden zich ook nog enkele Jeneverbessen in de Overloonse- en Ullingsche duinen. Met het Jeneverbesstruweel ging het lang, als overigens ook elders in Nederland, niet al te best.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
8
De boom/struik werd op veel plaatsen verdrongen door bos. De Jeneverbes die er nog stond, was soms al meer dan een eeuw oud, en produceerde minder vruchtbaar zaad. Wat precies de oorzaak was van het ontbreken van voortplanting, weten we niet. Het is duidelijk dat luchtverontreiniging een rol speelde. De hoeveelheden stikstof en zwavel die enkele jaren geleden door toedoen van landbouw, industrie en verkeer uit de lucht neerdaalden, zijn sterk afgenomen. Het aandeel zwavel is zelfs tot 90% afgenomen. Dit is gunstig voor de bodem omdat zwavel een verzurend effect heeft wat ongunstig is voor kieming van zaden en de ontwikkeling van jeneverbessen.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4
9
Terug in de Bøllingtijd De Boshuizerbergen presenteren zich aan ons als een indrukwekkend landschap. Alsof we de steppentoendra van 13000 jaar geleden betraden. In die tijd bestond Nederland uit een parklandschap met berken, wilgen, espen en jeneverbessen. We fotografeerden de voor ons op doemende forten uit de omringende zandverstuivingen.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 10
Het kale stuifzand van de Boshuizerbergen vormt een van de meest extreme milieus die men zich kan denken. In het humusloze, vrijwel pure kwartszand is nagenoeg geen plantenvoedingsstof aanwezig. Ook is het waterbindend vermogen bij gebrek aan fijne poriën in het zand, dat een korrelgrootte heeft van 0,1 en 0,2 millimeter, zeer laag; het stuifzand droogt aan de oppervlakte snel uit. Dauwvorming treedt niet of nauwelijks op. Regelmatig bereikt het zand een temperatuur van 50 °C, op zuidhellingen tot 60°C. Doordat het zand overdag veel warmte opneemt wordt de nachtelijke uitstraling gecompenseerd en is de temperatuur ’s nachts relatief hoog.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 11
Op 15 ha staan hier 4500 Jeneverbessen. Ze zijn waarschijnlijk in 1910 ontkiemd bij afwisseling van over- en onderbeweiding. Juniperus communis is een typische lichtkiemer, ook de volwassen struik verdraagt beschaduwing slecht. We vonden twee kiemplanten. Jeneverbes (Juniperus communis) is samen met Grove Den de enige inheemse naaldboomsoort in Nederland.
De soort komt over een groot deel van Nederland voor. De struiken en zuilen van de Jeneverbes vormen een struweel met een zeer karakteristieke verschijning, dat ook door een breed publiek wordt gewaardeerd. De bessen hebben een betekenis in de keuken en aan de plant worden ook geneeskrachtige en mythische eigenschappen toegeschreven. De plant is volgens de Flora- en Faunawet beschermd en de struwelen op heide en kalkgrasland worden als beschermde biotoop genoemd in de Europese habitatrichtlijn.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 12
Jeneverbesstruiken groeien op voedselarme bodem, op plaatsen waar door menselijk ingrijpen geen gesloten bos tot ontwikkeling komt. Dat ingrijpen bestond traditioneel meestal uit begrazing, maar ook branden en plaggen hebben bijgedragen aan het ontstaan van Jeneverbesstruwelen.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 13
Aaneengesloten Jeneverbesstruwelen op de heide komen buiten ons land weinig voor, en zijn dus bijna uniek voor Nederland. De grootste struwelen hebben zich ontwikkeld op heidevelden en in stuifzanden. Maar ook in de kustduinen, op enkele kalkarme rivierduinen en op de kalkgraslanden in Zuid-Limburg komen of kwamen Jeneverbesstruwelen voor.
De Jeneverbesstruwelen in de Boshuizerbergen zijn gebonden aan droge, kalkarme en voedselarme zandgronden van het open heidelandschap. De flora onder en tussen de struiken bestaat grotendeels uit soorten van droge heide, stuifzand en naaldbos zoals Struikhei, Zandstruisgras, Bochtige smele, Fijn schapengras.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 14
Diverse mos- en korstmossoorten zijn er plaatselijk algemeen, bijvoorbeeld Ruig haarmos en Grijs Kronkelsteeltje. Jeneverbesstruwelen worden ook gezien als een waardevol biotoop voor paddenstoelen, mossen en korstmossen. Maar hier kunnen wel wat kanttekeningen bij worden geplaatst. Veel als kenmerkend aangemerkte soorten komen voor in het milieu waarin de Jeneverbesstruiken zijn gekiemd, dus heidevelden, stuifzanden, heischrale graslanden en rivierduinen.
Zoals in veel struwelen, is er in Jeneverbesstruweel een grote variatie in microklimaat aanwezig, met name in windsnelheid, temperatuur en vochtgehalte.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 15
Dit schept goede voorwaarden voor een gevarieerde fauna. Verder kan de bodem strooiselarm of strooiselrijk zijn en varieert de hoogte en dichtheid van de begroeiing ook sterk.
De Korstmossen die we overal aantreffen zijn bijzondere organismen. Het zijn schimmels die de landbouw hebben uitgevonden. Daarmee doel ik op het plantaardige deel van een korstmos, de groene alg. Met hun structuur van draden houden de schimmels een algencultuur vast. De schimmel biedt houvast en slaat water op, de alg zorgt voor voedsel. Als planten zorgen die voor het opnemen van energie van de zon. Soms nemen blauwwieren de plaats van de alg in.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 16
In heel Nederland komen meer dan 600 verschillende soorten voor. In de Boshuizerbergen groeien vooral verschillende soorten rendiermos, uit de Cladonia-familie. Korstmossen kunnen goed tegen weer en wind, droogte en storm, maar niet tegen luchtvervuiling. Ze hebben geen wortels en leven bijna letterlijk van de regen en de wind.
In gebieden met veel fabrieken die zwavelhoudende rook in de lucht brengen komen de meeste soorten korstmossen niet voor. Veel fabrieken hebben vanaf eind jaren '80 van de vorige eeuw fil ters in hun schoorstenen gebouwd om de zwavel eruit te halen. Vanaf toen zag je sommige soorten weer terugkomen. Door het warmere klimaat in de jaren na 1990 is een aantal noordelijke soorten korstmossen zeldzamer geworden, terwijl enkele zuidelijke soorten nu in Nederland voorkomen.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 17
Korstmossen hebben een aantal karakteristieke groeivormen: draadvormig, korstvormig, bladvormig of struikvormig, soms verbreed tot een soort bekertjes. Korstmossen kunnen zich zowel geslachtelijk als ongeslachtelijk voortplanten. De schimmel maakt sporen, net als bij paddenstoelen. De spore moet als zij ergens terecht is gekomen, dan wel een geschikte alg vinden. Korstmossen doen veel meer aan ongeslachtelijke voortplanting. Ze scheiden kleine stukjes af op een speciaal deel van het korstmos. Die kunnen makkelijk meegevoerd worden door wind of water.
Korstmossen groeien langzaam. Korstvormige korstmossen op schrale stenen groeien maar enkele millimeters per jaar, maar worden eeuwen oud. Sommige struik- en bladvormige korstmossen groeien daarentegen tot zo'n 3 centimeter per jaar en worden meestal niet zo oud. De belangrijkste periode voor de groei is in de late herfst.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 18
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 19
De kathedraal
In tegenstelling tot veel andere struweelvormers, vullen Jeneverbesstruiken de open ruimten tussen de individuele planten niet of nauwelijks op, waardoor de variatie in structuur en microklimaat lang in stand blijft. Onder de fauna zijn Jeneverbeswants en Jeneverbesbladwesp specifiek gebonden aan Jeneverbes. Wat de vogels aangaat: Jeneverbesstruiken kunnen dienen als uitkijkpost voor bijvoorbeeld Grauwe Klauwier, Klapekster en als broedplaats voor veel soorten zangvogels.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 20
Het zand “rookt” in de Boshuizerbergen
Zand… zand… zand…. Overal zand. Dun, fijn, wittig zand. Grauw zand met donkere strepen van ondergestoven takken……....Zand……… Zand onder je voeten . In je schoenen, je sokken, de omslag van je broek en als de wind tegenzit, in je haren ook. En bij harde wind knarsend tussen je tanden en bijtend in je ogen. Zand, in ribbels, in heuvels, in duinen, in vervaarlijk dreigende hopen, in eenzaamheid en leegte, uitstralende vlakten, in stuivende wolken bij stormen of harde wind vlak voor een onweersbui, zodat de omwonenden zeggen, dat het zand weer “rookt”.
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 21
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 22
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 23
Boshuizerbergen bezocht.
De Maasvallei
30 maart 2013 Boshuizerbergen; KNNV afd Nijmegen; deel 4 24