Adviesnotitie: Sportnota 2013 – 2020 Gemeente Winsum Behorend bij (gewijzigd) raadsvoorstel d.d. 17 september 2013 Sportnota 2013-2020 – “een sportieve en gezonde leefstijl” 1. Inleiding Gedurende een jaar is gewerkt aan een nieuwe sportnota voor de gemeente Winsum. De bestuursopdracht die aan de ontwikkeling van deze nota ten grondslag ligt kent drie doelstellingen die met elkaar in samenhang zijn opgepakt. Een ingewikkelde opdracht omdat aan de ene kant bezuinigd moet worden en aan de andere kant nieuwe zaken gevraagd worden, namelijk sportstimuleringsbeleid. De opdracht om te komen tot een nieuwe sportnota is gegund aan het Huis voor de Sport Groningen. Zij heeft samen met de Grontmij onderzoek gedaan, geïnventariseerd, geanalyseerd en uiteindelijk alle resultaten verwoord in “De Sportnota 2013-2020; een sportieve en gezonde leefstijl”. Deze Adviesnotitie bespreekt de belangrijkste beleidsmatige items en keuzes die voorliggen aan de Raad van de gemeente Winsum. Het gaat om de hoofdlijnen van het beleid voor de komende jaren. Uitwerking zal nog plaats moeten vinden. Deze hoofdlijnen vinden allen een basis in de genoemde Sportnota 2013-2020. Op verzoek van de gemeenteraad heeft ook nog een kwaliteitsnulmeting (quickscan) plaatsgevonden van de sportaccommodaties. Deze is ook uitgevoerd door de Grontmij. De belangrijkste resultaten hiervan zijn in deze notitie opgenomen. De resultaten en conclusies hiervan worden besproken in paragraaf 3.2. onder het accommodatiebeleid.
2. Verantwoording totstandkomingsproces Middels enquêtes, interviews, interactieve avonden, informatiebijeenkomsten en een klankbordgroep sport is er veel aandacht besteed aan de participatie van inwoners, sportverenigingen, maatschappelijke organisaties. Doel hiervan was om draagvlak te creëren voor het nieuwe sportbeleid en te zorgen dat het beleid aansluit bij vragen en knelpunten die er op het gebied van sport bestaan in de gemeente. Door de bezuinigingsopdracht moesten er ook keuzes gemaakt worden die ‘pijn’ doen. De sportverenigingen en andere maatschappelijke organisaties hebben op een positieve en constructieve manier meegedacht en de gemeente feedback gegeven op de bezuinigingsvoorstellen en voorstellen voor sportstimulering. De klankbordgroep heeft in haar laatste vergadering aangegeven hun opmerkingen en feedback in grote lijnen terug te vinden in de Sportnota. Een eindevaluatie van dit proces zal in het najaar van 2013 plaatsvinden in het kader van het project burgerparticipatie. 3. Belangrijkste conclusies en adviezen In de startnotitie sportbeleid ( vastgesteld op 21 februari 2012) zijn de drie centrale doelstellingen / deelopdrachten uitgewerkt en voorzien van vragen. Deze doelstellingen staan hier nog een keer genoemd: 1. Creëren van een voorwaardenscheppend en stimulerend sport en beweegbeleid in de gemeente Winsum met het doel de gezondheid en het welbevinden van mensen te vergroten.
1
2. Het opstellen van een eenduidig gemeentelijk beleid t.a.v. buitensport en binnensportaccommodaties. De rol en verantwoordelijkheid van de gemeente en de vereniging moet worden vastgelegd. 3. Een bezuiniging op sport realiseren zodat financiële middelen beschikbaar komen voor het nieuwe sportstimuleringsbeleid In onderstaande paragrafen worden de belangrijkste conclusies en aanbevelingen per doelstelling neergezet. Regelmatig wordt verwezen naar de Sportnota 2013-2020; een sportieve en gezonde leefstijl. Huis voor de Sport Groningen, mei 2013. In het vervolg korten we dit af tot de Sportnota 2013-2020. 3.1.
Doelstelling 1: Creëren van een voorwaardenscheppend en stimulerend sport en beweegbeleid in de gemeente Winsum met het doel de gezondheid en het welbevinden van mensen te vergroten.
In de Sportnota 2013-2020; een sportieve en gezonde leefstijl”, wordt uitgebreid verslag gedaan van alle onderzoeken en analyses van het sportgedrag van de inwoners van de gemeente Winsum als wel de landelijke trends en ontwikkelingen op het gebied van sport en bewegen. Ook tijdens de interactieve avonden is de sportstimulering een belangrijk bespreekpunt geweest. Algemene conclusie die hieruit getrokken kan worden is: “Winsum is een sportieve gemeente, waar het grootste deel van de inwoners aan sport en bewegen doet. Zowel onder de sportverenigingen als de inwoners heerst er tevredenheid als het gaat om het sport- en beweegaanbod. Bij veel sportverenigingen is het ledenaantal de afgelopen drie jaar gedaald/niet gegroeid. Vooral de sporten gymnastiek en tennis worden geconfronteerd met ledenverlies. Als het gaat om de Nederlandse Norm Gezond bewegen (NNGB), dan scoort landelijk gezien de provincie Groningen (en dus ook Winsum) het hoogst. Toch valt in de gemeente Winsum nog winst te halen wanneer het gaat om de NNGB”. (Huis voor de Sport Groningen, Sportnota gemeente Winsum 2013-2020, par.3.8, pag.16). Uit de verschillende onderzoeken (enquêtes, interviews, debatten) zijn een aantal verbeterpunten geformuleerd (zie de Sportnota, afbeelding 7, paragraaf 4.3.4, pag.23)) In grote lijnen gaat het om: Sportverenigingen ondersteunen bij: - Samenwerking en verbindingen maken met andere sportverenigingen en maatschappelijke organisaties; - Leden werven in de categorie 12.- 18 jaar en 55+ - Verenigingsondersteuning op het gebied van vrijwilligers en kader; - Kennisoverdracht sportverenigingen onderling en met gemeente. Stimuleren van de ongebonden sport door: - Betere markeringen wandel, fietsroutes - Inrichten buitenruimte met beweegplekken. Stimuleren van een gezonde leefstijl gericht op een aantal (kwetsbare) doelgroepen: - Kinderen en volwassenen met overgewicht
2
-
Kinderen met mindere motoriek, fitheid en gezondheid Inactieve ouderen Chronisch zieken en gehandicapten Inactieve jongeren 12-18 jaar Mensen met minder financiële middelen voor sport en bewegen.
Nieuw sportbeleid Uiteindelijk heeft dit geleid tot het formuleren van een visie, missie en doelstellingen. Deze staan hieronder nog eens opgesomd en zijn in hoofdstuk 5 van De Sportnota 2013-2020; een sportieve en gezonde leefstijl” (pag.25 e.v.) nader toegelicht. Visie: Stimulering van sport, bewegen en gezondheid draagt in de gemeente Winsum bij aan een Gezonde leefstijl van de bewoners. Missie: Onder het motto ‘Een leven lang bewegen’ wil de gemeente Winsum dat zoveel mogelijk inwoners gaan én blijven sporten of bewegen. De 3 doelstellingen: 1) sterke en vitale sportverenigingen 2) goede sportaccommodaties en voorzieningen in de openbare ruimte 3) sport en bewegen wordt succesvol als middel ingezet om een gezonde leefstijl van de inwoners te bevorderen. Wij adviseren om de missie, visie en de doelstellingen te onderschrijven als basis voor het nieuwe sportbeleid van de gemeente Winsum. Wij adviseren het sportstimuleringsbeleid in te zetten gericht op de verbeterpunten die genoemd staan in de Sportnota 2013-2020. De hierboven genoemde 3 doelstellingen sluiten aan bij de verbeterpunten. Het sportbeleid raakt andere beleidsterreinen, te weten het gezondheidsbeleid, wmo-beleid, jeugdbeleid, onderwijs, speelvoorzieningenbeleid, recreatiebeleid etc. Bij de uitwerking van het sportbeleid is samenwerking met andere sectoren en het integraal kijken naar de genoemde verbeterpunten dan ook een must. Uitwerking en uitvoering sportstimulering Huis voor de Sport Groningen heeft bij de uitwerking van haar opdracht al concrete “interventies” (methodes) gezocht die aansluiten bij de verbeterpunten. Om ook kosten te ramen voor het onderdeel sportstimulering zijn er bij de interventies ook benodigde uren geraamd. (Zie paragraaf 4.3.4. van de Sportnota 2013-2020). Deze interventies hebben zich elders in de provincie Groningen of het land al bewezen. Het wil echter niet zeggen dat het sportstimuleringsbeleid van de gemeente nu gelijk = aan het toepassen van deze interventies. Het moet gezien worden als mogelijkheden die passen bij de aangegeven verbeterpunten. Het zijn uiteindelijk de inwoners, sportverenigingen, maatschappelijke organisaties die aangeven welke concrete actiepunten en projecten kans van slagen hebben en aansluiten bij de behoefte. Bij de uitwerking vraagt dit de nodige aandacht.
3
De vraag is natuurlijk op welke wijze we invulling willen geven aan de sportstimulering gericht op bovenstaande verbeterpunten. Doen we dat met een sportprofessional, een buurtsportcoach of laten we het aan bestaande sportverenigingen en maatschappelijke organisaties zelf over om invulling te geven aan deze verbeterpunten/doelstellingen en vormen we een sportstimuleringsfonds om goede projecten mede financieel te ondersteunen? En daarbij hoort ook de vraag of er voldoende financiële middelen beschikbaar zijn. Afweging. In hoofdstuk 5.8.2. van de Sportnota 2013- 2020 (pag.29) geeft het Huis voor de Sport een uiteenzetting over de mogelijke instrumenten. Een combinatie van het inzetten van een professional (buurtsportcoach) én het vormen van een sportstimuleringsfonds lijkt een goede keus. De buurtsportcoach / sportprofessional heeft de nodige kennis en vaardigheden om in te spelen op de verschillende verbeterpunten gericht op de doelgroepen. De sportverenigingen en/of andere maatschappelijke organisaties die zelf initiatieven willen ontplooien en daar extra financiële ondersteuning bij kunnen gebruiken kunnen een beroep doen op het sportstimuleringsfonds. Dit stimuleert de zelfredzaamheid en het eigen initiatief van de inwoners en organisaties. De sportverenigingen hebben tijdens de verschillende ‘debatten’ de behoefte hieraan ook aangegeven. Daarnaast moeten we ons realiseren dat de verbeterpunten ook binnen andere beleidsvelden opgelost en meegenomen kunnen worden. Denk aan de verbeteringen ten aanzien van de ongebonden sporters door het beter bewegwijzeren van wandel en fietsroutes of het inrichten van speelterreinen en trapveldjes. Vanuit het recreatie en toeristische beleid en vanuit het speelvoorzieningenbeleid kunnen deze punten opgepakt worden. De gemeente Winsum heeft al een intentieverklaring ingediend bij de rijksoverheid als deelnemer aan de “Brede impuls combinatiefunctionaris 2012”, zoals de rijksregeling officieel heet. Dit voor deelname voor 100%; dat wil zeggen 2,3 fte aan buursportcoaches. De intentieverklaring is ingediend, vooruitlopend op het nieuwe sportstimuleringsbeleid. Op dit moment, in combinatie met het oprichten van een sportstimuleringsfonds, adviseren wij uit te gaan van een lagere deelname aan de regeling namelijk van 60% (dit is het minimum % deelname dat de regeling biedt). Dit betekent voor de gemeente Winsum een buurtsportcoach voor 1,4 fte. Het Rijk betaalt aan deze functionarissen 40% = € 27.000,.De cofinanciering is 60% en bedraagt dan jaarlijks totaal € 41.000,-. Dit is exclusief eventuele werkbudgetten/uitvoeringsbudgetten die benodigd zijn. (De regeling is toegelicht in bijlage X van de Sportnota 2013-2020). Bovenstaande sluit aan bij de keuze in de Sportnota 2013-2020 voor scenario 3B (hoofdstuk 6). Rol sportrprofessional De sportprofessional of buurtsportcoach kan verschillende rollen aannemen. Bij het sportstimuleringsbeleid dat past bij de gemeente Winsum is het iemand die initieert, faciliteert en stimuleert. De sportprofessional brengt (samen met sportverenigingen en/of
4
andere lokale partijen) een bepaalde activiteit op gang, om deze daar waar mogelijk zo snel mogelijk over te dragen aan sportverenigingen en/of andere lokale partijen.
Wij adviseren u voor de uitvoering van het sportstimuleringsbeleid in te zetten op: 1) een sportprofessional \ buurtsportcoach; 2) en het vormen van een sportstimuleringsfonds. Wij adviseren u om de deelname aan de “Brede impuls combinatiefunctionaris ” te herbevestigen maar dan voor een deelnamepercentage van 60%. Dit betekent dat er in totaal 1,4 fte buurtsportcoach of combinatiefunctionaris wordt aangesteld. De financiële vertaling van dit nieuwe beleid wordt in de laatste paragraaf van deze adviesnotitie behandeld. Daar worden de 3 opdrachten behorende bij de bestuursopdracht in samenhang gebracht. In de Sportnota 2013-2020 heeft het Huis voor de Sport geadviseerd om een sportplatform op te richten waarin een groot aantal organisaties deelnemen vanuit de verschillende domeinen (gezondheid, sport, onderwijs, welzijn, verenigingen, gemeente, etc.). Zij bepalen met elkaar uiteindelijk welke interventies (sportstimulering) ingezet worden. Het lijkt een goed instrument om op integrale wijze sport, bewegen, gezonde leefstijl, met elkaar te verbinden en tevens de verenigingen en professionele organisaties hierin de initiërende rol te geven. In de Sportnota (par.5.8.2.3 en bijlage XI) is het platform groots opzet. Bij de uitwerking van dit onderdeel moet goed bekeken worden welke vorm werkbaar en uitvoerbaar is en welke organisaties hieraan willen en kunnen deelnemen. Verder moet dan ook onderzocht worden of het nodig is een nieuwe uitvoeringsorganisatie (Sportnota 2013-2020, paragraaf 5.8.2.4.)op te richten waar onder andere de ‘professionals’ worden ondergebracht. Wellicht is het mogelijk en efficiënter om aansluiting te zoeken bij een bestaande organisatie. Wij adviseren bij de uitwerking van het sportstimuleringsbeleid het idee van een breed sportplatform te onderzoeken en verder na te gaan bij welke organisatie de uitvoering kan worden ondergebracht. 3.2 .Doelstelling 2: het opstellen van een eenduidig gemeentelijk beleid t.a.v. buitensport en binnensportaccommodaties. De rol en verantwoordelijkheid van de gemeente en de vereniging moet worden vastgelegd. Accommodatiebeleid Goede sportaccommodaties waar sportverenigingen terecht kunnen om hun sport te beoefenen is nog steeds een hele belangrijke voorwaarde om sport en bewegen te stimuleren. Daarom blijft het accommodatiebeleid een belangrijke pijler onder het sportbeleid van de gemeente. Het sportvoorzieningen niveau moet passen bij de schaal en identiteit van de gemeente. Naast de concrete opdracht om iets te doen aan de ‘lappendeken’ van tarieven, regelingen en overeenkomsten ten aanzien van de sportaccommodaties en te kijken naar mogelijke
5
bezuinigingen zijn ook een aantal beleidsuitgangspunten vastgelegd ten aanzien van de sportaccommodaties. Samenvattend kan het beleid van de gemeente rondom sportaccommodaties als volgt beschreven worden: In de Sportnota 2013-2020 paragraaf 5.5. pag. 26 e.v. wordt dit beschreven en beargumenteerd. De basisvoorzieningen voor sport en bewegen zijn: 1. Sportpark (met wedstrijd- en trainingsvelden) voor voetbal 2. Tennispark 3. Gymlokaal 4. Zwembad 5. Sporthal.
Deze basisvoorzieningen worden, bij voldoende draagvlak en bezetting, in stand gehouden in de ‘complete dorpen’, Sauwerd, Ezinge (voetbalveld in Feerwerd) en Baflo (tennisbaan in Rasquert) en in het centrumdorp Winsum. Overige buitensporten (hockey, korfbal, atletiek) en bijbehorende accommodaties concentreren we in het centrumdorp Winsum. Concentratie van de buitensport in het dorp Winsum vindt plaats in Winsum West.
Gestreefd wordt naar multifunctioneel gebruik van sportaccommodaties om deze zo efficiënt mogelijk in te zetten. Samenwerking tussen sportverenigingen onderling zodat zij gezamenlijk gebruik maken van eenzelfde accommodatie wordt gestimuleerd. Ook samenwerking tussen sportvereniging en andere organisaties stimuleren we. Enerzijds om daarmee meer mensen aan het sporten en bewegen te krijgen, anderzijds verhoogt het de bezetting van de accommodaties.
De huidige capaciteit aan accommodaties is voldoende voor de huidige sporten. De totale capaciteit nemen we als norm. Daar waar een vereniging een gering tekort aan trainingscapaciteit heeft (zoals bij de 2 winsumse voetbalverenigingen) kan deze worden opgevangen door samenwerking met voetbalverenigingen met een overschot aan capaciteit (bijv. RoodZWart Baflo). Daar waar veel overcapaciteit is aan accommodatie, zoals bij de tennisparken, zullen we kritisch zijn bij de instandhouding en (financiële) ondersteuning van deze overcapaciteit. In het geval van de tennisaccommodaties wordt een grote overcapaciteit geconstateerd door de Grontmij. Waar 8 banen nodig zijn, zijn er momenteel 16 over de gehele gemeente.
De rol en verantwoordelijkheid van de gemeente en van de verenigingen ten aanzien van de accommodaties wordt in onderstaande schema’s kort weergegeven. Dit is de streefsituatie. Op dit moment liggen de rollen nog verschillend per tak van sport en soms per accommodatie. Harmonisatie wordt zoveel mogelijk nagestreefd passend bij dit schema van rollen en verantwoordelijkheden. Daarbij wordt gestreefd naar in ieder geval
6
per tak van sport een zo eenduidig mogelijke oplossing waarbij vooral naar financiële gelijkheid wordt gezocht.
Binnensport Soort accommodatie/ Eigendom Groot Klein verantwoordelijkheid onderhoud onderhoud/beheer Sporthal gemeente gemeente gemeente Sporthal kantine* gemeente gemeente pachter Gymlokalen gemeente gemeente Gemeente/anderen * de inrichting van de kantine sporthal is een verantwoordelijkheid van de pachter. Buitensportaccommodaties Soort accommodatie\ Eigendom verantwoordelijkheid kantines vereniging sportvelden voetbal + gemeente kunstgrasveld Sportvelden overig gemeente (kunstgrasveld) Tennisbanen/velden gemeente Kleedkamers voetbal gemeente Zwembad + gemeente kleedkamers
Groot onderhoud vereniging gemeente
Klein/ dagelijks onderhoud/beheer vereniging vereniging
gemeente
vereniging
gemeente gemeente gemeente
vereniging vereniging stichting
Wij adviseren bovenstaande beleidsuitgangspunten ten aanzien van de sportaccommodaties vast te stellen. Harmonisatie Hierboven staan de uitgangspunten. De situatie is nu deels een andere. Het betekent niet dat de gemeente nu alle eigendomsitutaties moet gaan veranderen. Daar waar bijvoorbeeld nu tennisbanen, kleedkamers in eigendom zijn bij verenigingen dan is het ook mogelijk dat zo te laten maar wel op een (financiële) verantwoordelijkheid voor het groot onderhoud. De Grontmij heeft in haar rapportage een groot aantal harmonisatievoorstellen gedaan die meer gelijkheid tussen de situaties brengen. Het zal moeilijk zijn om de regelingen volledig te harmoniseren omdat sommige situaties moeilijk zijn terug te draaien. Voor het toewerken naar de voorgestelde eenduidigheid zal tijd nodig zijn. Sportverenigingen zullen de tijd nodig hebben zich financieel en organisatorisch aan te passen in nieuwe situaties. Wij stellen voor de harmonisatievoorstellen van de Grontmij per tak van sport verder uit te werken, en toe te werken naar reële huurprijzen voor zowel kleedaccommodaties en velden / banen.
Toelichting
7
In de 2 bovenstaande schema’s zijn de uitgangspunten vastgelegd ten aanzien van de rol van de gemeente en de verenigingen voor de accommodaties. Hieronder wordt dit nader toegelicht voor zowel de binnensport als de buitensportaccommodaties. Verder is zowel voor de binnen- als buitensport het resultaat van het kwaliteits(nul)meting beschreven. Daarbij wordt opgemerkt dat de resultaten gebaseerd zijn op een quickscan. De geraamde investeringen moeten dan ook als indicatief gezien worden. Voor de vergelijking met het Meerjarenonderhouds-programma (MJOP) gebouwen geldt dat het hierbij gaat om een recente geactualiseerde gemeentelijke MJOP , die nog het formele traject moet doorlopen. Van de resultaten uit deze kwaliteitsnulmeting is een samenvattend overzicht gemaakt. Zowel het totale rapport als het overzicht zijn bij deze notitie gevoegd.
Binnensport 1) De sporthal (binnensportaccommodatie) in eigendom, groot onderhoud, dagelijks onderhoud en beheer bij de gemeente, met uitzondering van de kantine. 2) De gymzalen welke op dit moment in eigendom zijn van de gemeente: in eigendom houden, groot onderhoud, dagelijks onderhoud en beheer houden bij de gemeente. Het gaat dan concreet om; gymzaal Borgweg, gymzaal Sauwerd, Rasquert (Baflo) en Ezinge. Argumentatie: De binnensportaccommodaties hebben een belangrijke rol voor het bewegingsonderwijs van het basisonderwijs. Daarnaast wordt gebruik gemaakt door verschillende sportverenigingen. Op dit moment lijkt er geen sportvereniging groot genoeg om het beheer van een sporthal over te nemen.De Grontmij adviseert de sporthal niet te privatiseren omdat dit ook niet meer financiële middelen zal opleveren.Een efficiëntere vorm van beheer door bijvoorbeeld samenwerking met het zwembad lijkt een goede mogelijkheid. De binnensportaccommodaties kenmerken we als een basisvoorziening in het centrumdorp Winsum en de complete dorpen Baflo , Sauwerd en Ezinge. De gymzalen die nu behoren bij de dorpshuizen van Adorp en Den Andel blijven in eigendom, onderhoud en beheer bij de dorpshuizen. Gezien de ouderdom van de binnensportaccommodaties, de mogelijke ontwikkelingen naar een brede school in Baflo en Winsum, lijkt het nu niet de tijd om verandering aan te brengen in de huidige situatie. Door de volledige verantwoordelijkheid te nemen ten aanzien van de gymzalen geeft het de gemeente de mogelijkheid om naar de toekomst mogelijke efficiencyslagen te maken en in te spelen op deze toekomstige beleidsontwikkelingen. Ten aanzien van de gymzaal in Ezinge; de dorpsbelangenvereniging Ezinge en één sportvereniging in Ezinge hebben concreet aangegeven iets te willen en kunnen betekenen bij het beheer en onderhoud van de gymzaal. Gezien de hoge onderhoudskosten en de lage bezetting van deze gymzaal is dit een serieus te onderzoeken punt voor de komende tijd.
Samenvattend Resultaat kwaliteits(nul)meting binnensport
8
Sporthal Ripperdahal Winsum De sporthal heeft een algehele conditie van 3. Dit betekent dat de sporthal in een redelijke staat verkeert en nog jaren mee kan. Er zijn geen investeringspieken aanwezig. De Afmetingen van de hal voldoet niet helemaal aan de Norm van NOC/NSF. Men spreekt dan ook in feite over een sportzaal. In principe is deze zaal dan ook niet geschikt voor futsal en handbal in wedstrijdverband. Het advies luidt: Uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. Aandachtspunten zijn tevens de kantine en de naastgelegen keuken. De jaarlijkse benodigde investering kent geen grote afwijking ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. Voor wat betreft het onderhoud en de vervanging van de sportattributen blijkt dat het bedrag uit de huidige begroting niet voldoende zal zijn. Gymzaal Borgweg Winsum De gymzaal heeft een algehele conditie van 4, de gymzaal verkeert dan ook in een matige staat. Er is op korte termijn, 1-5 jaar, een investeringspiek aanwezig. De gymzaal voldoet voor het geven van gymnastiek aan het basisonderwijs. Het advies luidt: De toekomstwaarde van de gymzaal dient vastgesteld te worden. Het is raadzaam de toekomstwaarde vast te stellen in combinatie met de naastgelegen school. Er zal een keuze gemaakt moeten worden voor vervangende nieuwbouw of het uitvoeren van een grondige renovatie. De jaarlijkse benodigde investering kent geen grote afwijking ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. Voor wat betreft het onderhoud en de vervanging van de sportattributen blijkt dat het bedrag uit de huidige begroting niet voldoende zal zijn. Gymzaal Oosterstraat Sauwerd De gymzaal heeft een algehele conditie van 3, de gymzaal verkeert dan ook in een redelijke staat. Er is op korte termijn, 1-5 jaar, een investeringspiek aanwezig. De gymzaal voldoet voor het geven van gymnastiek aan het basisonderwijs. Het advies luidt: Uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. De jaarlijkse benodigde investering kent geen grote afwijking ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. Voor wat betreft het onderhoud en de vervanging van de sportattributen blijkt dat het bedrag uit de huidige begroting niet voldoende zal zijn. Gymzaal Allersmaweg Ezinge De gymzaal heeft een algehele conditie van 4, de gymzaal verkeert dan ook in een matige staat. Er is zowel op korte termijn als op termijn,,1-5 en 5-10 jaar een investeringspiek aanwezig. De gymzaal voldoet voor het geven van gymnastiek aan het basisonderwijs. Het advies luidt: De toekomstwaarde van de gymzaal dient vastgesteld te worden. Er zal een keuze gemaakt moeten worden voor vervangende nieuwbouw of het uitvoeren van een grondige renovatie. De jaarlijkse benodigde investering kent een afwijking van +25% ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. Voor wat betreft het onderhoud en de vervanging van de sportattributen blijkt dat het bedrag uit de huidige begroting niet voldoende zal zijn. Gymzaal Meymaweg Rasquert De gymzaal heeft een algehele conditie van 4, de gymzaal verkeert in een matige staat. Er is
9
op korte termijn, 1-5 jaar, een investeringspiek aanwezig. De gymzaal voldoet voor het geven van gymnastiek aan het basisonderwijs. Het advies luidt; De toekomstwaarde van de gymzaal dient vastgesteld te worden. Het is raadzaam de toekomstwaarde vast te stellen in combinatie met de naastgelegen school. Er zal een keuze gemaakt moeten worden voor vervangende nieuwbouw of het uitvoeren van een grondige renovatie. De jaarlijkse benodigde investering kent geen grote afwijkingen ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. Voor wat betreft het onderhoud en de vervanging van de sportattributen blijkt dat het bedrag uit de huidige begroting niet voldoende zal zijn. Buitensport Kantines Uitgangspunt: kantines in eigendom, onderhoud en beheer bij de verenigingen brengen. Dit geldt voor alle takken van de buitensport (voetbal, tennis, hockey, korfbal) Sportvelden (voetbalparken, kunstgrasveld, tennisbanen) Uitgangspunt: eigendom bij de gemeente. Uitgangspunt: groot onderhoud bij de gemeente Uitgangspunt: klein/dagelijks onderhoud bij de vereniging Argumentatie: Als eigenaar van de sportvelden/ sportparken heeft de gemeente meer grip op het kapitaal / grond. De verantwoordelijkheid voor het groot onderhoud hoort daarbij. Zeker vanwege het feit dat de genoemde sportvoorzieningen gekenmerkt zijn als basisvoorziening is het logisch daar de verantwoordelijkheid voor te nemen. Bij beslissingen over groot onderhoud wordt kritisch gekeken naar het gebruik en de bezetting van de betreffende accommodaties. Dit betekent bijvoorbeeld dat tennisbanen die niet nodig zijn qua bezettingsnorm niet voor renovatie in aanmerking komen. De verenigingen betalen huur voor het gebruik van de betreffende velden / banen. Het dagelijks / klein onderhoud en beheer leggen we bij de verenigingen. Hiermee wordt aangegeven dat de verenigingen ook een eigen verantwoordelijkheid hebben ten aanzien van hun accommodatie. Uit de ervaring is gebleken dat dit ook heel goed werkt. De verenigingen krijgen een vergoeding voor dit dagelijkse beheer. Kleedaccommodaties bij de sportvelden (voetbal, kunstgrasveld, tennisbanen) Uitgangspunt: eigendom en groot onderhoud onder verantwoordelijkheid gemeente. Uitgangspunt: klein / dagelijks onderhoud en beheer bij de vereniging Argumentatie: De kleedaccommodaties maken onderdeel uit van de basisvoorziening sport en daarom leggen we de verantwoordelijkheid voor bouw en groot onderhoud bij de gemeente. Voor het dagelijks klein onderhoud en beheer maken we de verenigingen verantwoordelijk.
Samenvattend Resultaat kwaliteits(nul)meting buitensport
10
Kleedruimten en velden Viboa Winsum De kleedruimten van Viboa hebben een algehele conditie van 2, de kleedruimten verkeren in een goede staat. Er zijn geen investeringspieken aanwezig. De kleedruimten zijn aan de kleedruimten / gymzaal Viboa gebouwd. De jaarlijkse benodigde investering kent geen grote afwijking ten opzichte van het gemeentelijk MJOP. Behoudens het hoofdveld van Viboa kunnen de inrichtingselementen en de kwaliteit van de velden als matig tot goed gekwalificeerd worden. Het advies luidt: Uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. Het renoveren van het hoofdveld is noodzakelijk (hier wordt inmiddels uitvoering aangegeven). Kleedruimten en velden Hunsingo Winsum De kleedruimten van VV Hunsingo hebben een algehele conditie van 4, de kleedruimten verkeren in een matige staat. Er is op korte termijn, 1-5 jaar een investeringspiek aanwezig. Naast de kleedruimten is een kantine gelegen in hetzelfde gebouw. De jaarlijkse benodigde investering kent geen grote afwijking ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. De inrichtingselementen en de kwaliteit van de velden kunnen als matig tot goed gekwalificeerd worden. Het advies luidt: Binnenzijde kleedruimten renoveren. Tevens uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. Kunstgrasveld Winsum Zowel de kwaliteit van het veld en de inrichtingselementen kan als goed gekwalificeerd worden. Wel moet er rekening mee worden gehouden dat de toplaag een levensduur heeft van ongeveer 15 jaar. Daarna zal deze aan vervanging toe zijn. Het advies luidt: Rekening houden met vervanging van de toplaag in 2022. Hiermee zal ongeveer een bedrag gemoeid zijn van € 100.000,--. Hiervoor jaarlijks een bedrag reserveren van € 6.700,--. Zwembad Winsum Het zwembad heeft een algehele conditie van 3.Dit betekent dat het zwembad in een redelijke staat verkeert. Er is op termijn, 5-10 jaar, een investeringspiek aanwezig. De jaarlijkse benodigde investering kent in verhouding geen grote afwijking ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. Het advies luidt: Uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. Aandachtspunten zijn het beheer en de uitstraling van het zwembad. Veel onderhoud wordt in eigen beheer van het zwembad uitgevoerd. Hierdoor wordt alles goed op peil gehouden. Dit heeft een gunstige invloed op de exploitatiekosten. De bedrijfsleider heeft het overzicht. Komt dit om wat voor reden te vervallen, dan gaat er veel kennis verloren. Tevens is de uitstraling van het zwembad belangrijk. Kleedruimten en velden tennis Meymaweg Rasquert De kleedruimten van de tennisclub hebben een algehele conditie van 2, de kleedruimten verkeren in een goede staat. Er zijn geen investeringspieken aanwezig. Naast de
11
kleedruimten is een kantine gelegen in hetzelfde gebouw. De kleedruimten zijn in 2008 in het verlengde van de kantine gebouwd. De kantine is van een ouder bouwjaar en heeft een algehele conditie van 4.In het MJOP gebouwen is met een grotere investering rekening gehouden dan de investering die door de Grontmij wordt geraamd. De inrichtingselementen en de kwaliteit van de velden kunnen als matig tot goed gekwalificeerd worden. Het advies luidt: Uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. Voor de kantine dient de toekomstwaarde vastgesteld te worden. Er zal een keuze gemaakt moeten worden voor vervangende nieuwbouw of uitvoeren van een grondige renovatie. Kleedruimten en velden Valgeweg Feerwerd De kleedruimten hebben een algehele conditie van 3, de kleedruimten verkeren in een redelijke staat Er is op korte termijn, 1-5 jaar een investeringspiek aanwezig. De jaarlijkse benodigde investering kent geen grote afwijking ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. De inrichtingselementen en de kwaliteit van de velden kunnen als matig tot goed gekwalificeerd worden. Het advies luidt: Uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. Kleedruimten en velden Baflo De kleedruimten hebben een algehele conditie van 3, de kleedruimten verkeren in een redelijke staat. Er is op korte termijn, 1-5 jaar een investeringspiek aanwezig. De jaarlijkse benodigde investering kent een afwijking van ca. +25% ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. De inrichtingselementen en de kwaliteit van de velden kunnen als matig tot goed gekwalificeerd worden. Het advies luidt: Uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. Kleedruimten en veld De Vang Adorp De kleedruimten hebben een algehele conditie van 2, de kleedruimten verkeren in een goede staat. Er zijn geen investeringspieken aanwezig. De jaarlijkse benodigde investering kent geen grote afwijking ten opzichte van het gemeentelijk MJOP gebouwen. De naast gelegen kantine heeft een algehele conditie van 5, de kantine verkeert in een slechte staat. . De inrichtingselementen van de velden kan als goed gekwalificeerd worden. Het veld is zeer matig. Het is oneffen en niet echt vlak. Het advies luidt: Uitvoeren van het geplande onderhoud en het herstellen van de knelpunten betreffende wet- en regelgeving. Voor het herstellen van het veld is een bedrag geraamd van € 37.500,---. Echter gelet op de levensvatbaarheid van de vereniging en de lage speelintensiteit is deze investering niet realistisch.
3.3.
Doelstelling 3 : een bezuiniging op sport realiseren zodat financiële middelen beschikbaar komen voor het nieuwe sportstimuleringsbeleid
Vooraf De bestuursopdracht sport ging gepaard met een bezuinigingsopdracht. Uitgegaan werd van een begroting van € 1.200.000,- aan uitgaven en € 200.000,- aan inkomsten op sport. Uiteindelijk is tijdens de uitwerking van de opdracht uitgegaan van een lager bedrag,
12
namelijk netto van € 849.868,-. Dit is de deelbegroting sport maar dan exclusief de post speelvoorzieningen. Door het bedrag van de speelvoorzieningen uit te sluiten waren de bedragen ook beter vergelijkbaar met andere gemeenten. In de bestuursopdracht is uitgegaan van het streven om € 250.000,- te bezuinigen (op het totaal van 1,2 miljoen). Hiervan € 100.000,- (beleidsarm) te bezuinigingen en € 150.000,in te zetten voor de sportstimulering. In de meerjarenbegroting is een bedrag van € 70.000,al ingeboekt. Een bedrag bezuinigen van € 250.000,- is niet realistisch gebleken. Een groot deel van de sportbegroting ligt immers vast aan kapitaallasten. Verder is geconcludeerd dat de gemeente Winsum per inwoner niet veel uitgeeft aan sport in vergelijking met andere gemeenten en ook weinig aan sportstimulering uitgeeft. Het lijkt dan ook realistischer om uit te gaan van een lager bedrag. Bezuinigingsmogelijkheden De Grontmij heeft bezuinigingsmogelijkheden onderzocht en deze zijn vervolgens ook besproken met klankbordgroep en op de interactieve avond. Deze zijn vervolgens in de Sportnota 2013-2020 opgenomen. Er is gekeken naar: - Harmonisatievoorstellen - Effectief beheer en gebruik van de gemeentelijke accommodaties - Reële huurprijzen voor het gebruik - Zelfredzaamheid van de burgers bij het beheren en onderhouden van accommodaties. De Grontmij heeft een twintigtal bezuinigingsmogelijkheden gedaan. Een deel ervan behelst harmonisatievoorstellen, een deel efficiënter gebruik en beheer van accommodaties en een deel tariefsverhogingen. Voor een tweetal mogelijkheden is geen draagvlak; de sluiting van het gymlokaal in Ezinge en het totaal afbouwen van de exploitatiesubsidie van het zwembad. Gezien de in het beleid beschreven uitgangspunten ten aanzien van de basisvoorzieningen sport adviseren wij deze 2 voorstellen dan ook niet verder uit te werken. Voor de gymzaal Ezinge adviseren wij wel verder met het dorp te onderzoeken welke rol het dorp zou kunnen spelen bij het onderhoud en beheer van de gymzaal. Hierdoor zouden de totale kosten van onderhoud en beheer van deze gymzaal enigszins verlaagd kunnen worden. Vooralsnog zetten we hier nog geen concreet bedrag achter. Ten aanzien van de exploitatie van het zwembad adviseren wij een deel van de subsidie af te bouwen en het zwembad de mogelijkheid te geven haar exploitatie aan te passen in een tijdsbestek van 4 jaar. Daarbij kunnen zij bijvoorbeeld inzetten op: efficiënter beheer, aanpassing van de openingstijden en inzet van vrijwilligers. De voorstellen moeten nog nader uitgewerkt worden. De klankbordgroep sport heeft nadrukkelijk aandacht gevraagd voor de financiële en organisatorische gevolgen van de voorstellen. Sportverenigingen zullen zich moeten aanpassen aan nieuwe situaties. In één jaar is de bezuiniging niet te behalen. Wij adviseren de verhoging van de tarieven voor de binnensport en de buitensport in twee stappen (dus in 2 jaar) plaats te laten vinden.
13
De harmonisatievoorstellen en de financiële gevolgen hiervan zullen in overleg met de verenigingen in fasen doorgevoerd moeten worden. Afhankelijk van de mogelijkheden van de verenigingen en de mogelijkheden van bestaande contractafspraken adviseren wij hiervoor maximaal vier jaar te nemen. Een aantal bezuinigingsmogelijkheden kunnen direct in de begroting worden doorgevoerd: - Verminderen beheersvergoeding DWA en verval onderhoud oude opstal DWA; - Bijstellen kosten onderhoud kunstgrasveld en vervallen onderhoud oude gebouw hockeyclub. Wij adviseren de genoemde bezuinigingsmogelijkheden met uitzondering van totale afbouw subsidie zwembad en sluiting van de gymzaal in Ezinge, aan te merken als kansrijke mogelijkheden en deze nader uit te werken en door te voeren in de komende 4 jaar. Wat levert het op? Wanneer alle genoemde bezuinigingen (muv gymzaal Ezinge en totale afbouw subsidie zwembad) uiteindelijk haalbaar blijken te zijn, is een totale bezuiniging mogelijk van ruim €156.000,-. Een bedrag van € 70.000,- is al ingeboekt als een soort van taakstellende bezuiniging. De vraag is nog welk bedrag opnieuw geïnvesteerd wordt in de sport(stimulering). Hier gaan we in de laatste paragraaf verder op in. 4.
Financiën
Aan de bestuursopdracht sport zit een duidelijke financiële component. Naast de ombuiging van beleid moet ook een bezuiniging doorgevoerd worden op de deelbegroting sport. Zoals in de vorige paragraaf aangegeven is een bedrag aan bezuinigingen mogelijk van rond de € 156.000,-. (zie ook de Sportnota 2013-2020, hoofdstuk 6). Uiteraard moet nog blijken of alle bezuinigingsvoorstellen ook uiteindelijk haalbaar en uitvoerbaar zijn en het bovengenoemde bedrag opbrengen. De oorspronkelijke opdracht met betrekking tot de bezuiniging luidde een bezuiniging van € 100.000,- en wat er meer bezuinigd kan worden, investeren in de sportstimulering. Dit zou dan een bedrag van € 56.000,- zijn, wanneer alle geraamde bezuinigingsmogelijkheden ook daadwerkelijk gerealiseerd worden. Het Huis voor de Sport heeft in de sportnota een aantal scenario’s uitgewerkt waarbij de kosten van sportstimulering zijn gekoppeld aan de bezuinigingsbedragen. Geadviseerd is uit te gaan van scenario 3; subvariant B (paragraaf 6.4 Sportnota) . Hierbij is gekozen voor een buurtsportcoachvariant van 60% (kosten € 41.000,-) en een sportstimuleringsfonds (kosten € 15.000,-). Zie ook het advies over sportstimulering in paragraaf 2 van deze adviesnotitie. De kosten voor sportstimulering bedragen totaal € 56.000,-. Conclusie: wanneer het maximale bezuinigingsbedrag kan worden gerealiseerd dan zijn er voldoende middelen om ook aan sportstimulering te werken.
14
Er is in de meerjarenbegroting een bezuiniging op sport ingeboekt van € 70.000,-. Wanneer we qua taakstelling uitgaan van deze € 70.000,- in plaats van € 100.000, dan ontstaat er wat extra ruimte. Deze ruimte kan kansen bieden op het gebied van sportstimulering of kan tegenvallers opvangen m.b.t. de voorgenomen bezuiniging en harmonisatievoorstellen. Een derde mogelijkheid is om deze ruimte in te zetten voor investeringen in de accommodaties (renovaties, nieuwbouw in de toekomst). Voor de duidelijkheid is dit in bijgaande tabel gezet. Tabel; financieel overzicht Bezuinigingsmogelijkheid Buurtsportcoach Sportstimuleringsfonds Ruimte voor tegenvallers/extra stimulering en/of investeringen in accommodaties. Taakstellend bezuinigen
156.000 41.000 15.000 0
156.000 41.000 15.000 30.000
100.000
70.000
Wij adviseren om eerst uit te gaan van een te behalen taakstellende bezuiniging van € 70.000,- op de deelbegroting sport en het bezuinigde bedrag daarboven in te zetten voor sportstimulering tot maxmiaal 56.000,-. Indien een totale bezuiniging van 156.000,- wordt behaald adviseren we deze middelen te reserveren voor extra sportstimuleringsactiviteiten en/of investeringen in de accommodaties voor de toekomst. Overgangsperiode Al eerder is aangegeven dat de bezuinigingen niet in één jaar te behalen zijn. Het vraagt een periode van een aantal jaren om deze door te voeren. Wanneer we nu al wel willen inzetten op sportstimulering is dus vooruitlopend daar op budget nodig. Al vanaf 2012 ontvangt de gemeente de rijksbijdrage voor de buurtsportcoach. Jaarlijks wordt gevraagd hoeveel fte de gemeente al gerealiseerd heeft. Na besluitvorming over de sportstimulering en de mogelijke inzet van een buurtsportcoach moet hieraan uitwerking gegeven worden en moeten er financiële middelen beschikbaar zijn. Een oplossing hiervoor kan zijn om voor de jaren 2014 en 2015 een apart budget beschikbaar te stellen voor de cofinanciering van de buurtsportcoach. Gedurende deze twee jaar krijgen we meer zicht op de te behalen bezuinigingen en mogelijke cofinanciering van andere partijen voor de buurtsportcoach. Om ook de sportverenigingen en andere maatschappelijke organisaties de mogelijkheid te geven zelf al plannen te maken voor sportstimulering is het ook belangrijk dat het sportstimuleringsfonds wordt gevormd vooruitlopend op bezuinigingen. Een totaal bedrag is nodig van € 56.000,- voor de komende 2 jaar. De verschillende verbeterpunten hebben een duidelijke link met andere beleidsvelden. Daarom is nagegaan welke budgetten de komende twee jaar logischerwijs ook voor het doel (sport, bewegen en gezonde leefstijl) kunnen worden ingezet. We komen tot het volgende: 1) Vanuit de Rijksoverheid zijn vanaf 2013 extra middelen beschikbaar gekomen ter bestrijding van overgewicht bij kinderen en jongeren. Via het gemeentefonds is hiervoor een budget beschikbaar gesteld aan de gemeenten voor individuele contactmomenten met de Jeugdgezondheidszorg. Het is mogelijk om dit budget ook op andere wijze in te zetten,
15
hetgeen veel gemeenten doen. Gezien de verbeterpunten uit de Sportnota gericht op jeugd en overgewicht stellen wij voor dit budget van € 13.000,- beschikbaar te stellen ter dekking van de sportsimulering de komende 2 jaar. - In het subsidieprogramma Welzijn hebben we de afgelopen jaren enige financiële ruimte bij de cluster ouderen en zorg; Deze is ontstaan nadat het subsidiebeleid is aangepast. Doel van de financiële ruimte die ontstond was om nieuwe activiteiten voor ouderen (tijdelijk) te stimuleren. Er zijn de afgelopen jaren slechts een gering aantal van deze activiteiten geïnitieerd. Gezien de verbeterpunten uit de Sportnota gericht op ouderen en chronisch zieken stellen wij voor een deel van dit budget ter hoogte van € 5000,- de komende 2 jaar te gebruiken ter dekking van de sportstimulering. - In het subsidieprogramma Welzijn is er in de cluster jeugd enige financiële ruimte. Deze is het gevolg van feit dat de jeugdsozen minder aanvragen. Gezien de verbeterpunten uit de Sportnota gericht op inactieve jongeren stellen wij voor een deel van dit budget ter hoogte van € 5000,- de komende 2 jaar te gebruiken ter dekking van de sportstimulering. -In 2012 en 2013 is via het gemeentefonds al een rijksvergoeding verkregen voor de buurtsportcoach. Het gaat om een totaalbedrag van € 90.000-. Deze middelen zijn nog niet uitgegeven wachtende op besluitvorming met betrekking tot het nieuwe sportbeleid. Het is geoorloofd om deze middelen in te zetten in de jaren 2014 en 2015 en verder voor het doel ‘buurtsportcoach’. Wij adviseren daarom de verkregen rijksvergoeding voor de ‘brede impuls combinatiefunctionaris'(buurtsportcoach) van de jaren 2012 en 2013 in te zetten als een deel van de dekking voor de sportstimulering in de jaren 2014 en 2015. Hierdoor hoeft geen bedrag onttrokken te worden aan de algemene reserve. Het daarna nog resterende bedrag kan ook beschikbaar blijven voor sportstimulering in de jaren erna.
Wij adviseren, vooruitlopend op de te behalen bezuinigingen op de deelbegroting sport, een budget beschikbaar te stellen voor de sportstimulering van 56.000,- per jaar gedurende 2 jaar (2014, 2015) en dit te dekken uit : - budget gezondheidszorg; 13.000,- subsidieprogramma welzijn, cluster ouderen en zorg; 5000,- subsidieprogramma welzijn, cluster jeugd; €5000,En het overige deel € 33.000,- te dekken uit de reeds verkregen rijksvergoeding voor de ‘brede impuls combinatiefunctionaris ‘(buurtsportcoach) van de jaren 2012 en 2013 Financiële gevolgen kwaliteitsnulmeting Algemeen kan gesteld worden dat voor de sportaccommodaties waarvan de gemeente eigenaar is en verantwoordelijk is voor het grootonderhoud er in totaliteit geen grote verschillen zitten tussen de geraamde investeringskosten en de kosten waarmee rekeningen gehouden is in het MJOP gebouwen. Als de kleedgebouwen (voetbal en tennis) die nu geen eigendom zijn van de verenigingen overgaan naar de gemeente dan moet rekening gehouden worden met een toename van de investeringskosten van ca. € 40.000,-- per jaar.
16
Als de gemeente verantwoordelijk wordt voor het groot onderhoud van de tennisbanen dan moet rekening worden gehouden met een jaarlijkse investering (reservering) van € 8.400,--. Dit bedrag kan lager worden, als gekozen wordt voor een optimale bezettingsgraad van de tennisbanen. Voor de overcapaciteit wordt geen rekening gehouden met grootonderhoud. Uit de inventarisatie van de sportattributen in de sportzaal en gymzalen blijkt dat op termijn de noodzakelijke investeringen voor de vervanging van de attributen hoger liggen dan nu in de begroting is geraamd. In totaal bedragen de meerkosten voor de gemeentelijke gymzalen en sporthal ongeveer € 33.000,-- per jaar. Gelet op het feit dat we nu met de middelen die we beschikbaar hebben aan de veiligheidseisen kunnen voldoen voor de sportattributen is het de vraag hoe realistisch de extra kosten van € 33.000,-- zijn. Het is dan ook wenselijk dat dit aan een nader onderzoek wordt onderworpen. In de investeringskosten is nog geen rekening gehouden met aanbestedingsvoordeel. De praktijk heeft ons geleerd dat aanbestedingsvoordelen van 20 tot 25% realistisch zijn. Het is dan ook verdedigbaar om bij de investeringsbedragen hiermee rekening te houden. Belangrijk is dan ook om de investeringsbedragen af te stemmen op de praktijk. Dit vraagt om een gedetailleerdere uitwerking van de investeringskosten. Voorgesteld wordt om dit ter hand te nemen.
5. Samenvatting; alle adviezen / beslispunten op een rij
Wij adviseren om de missie, visie en de doelstellingen te onderschrijven als basis voor het nieuwe sportbeleid van de gemeente Winsum.
Wij adviseren het sportstimuleringsbeleid in te zetten gericht op de verbeterpunten die genoemd staan in de Sportnota 2013-2020.
Wij adviseren u voor de uitvoering van het sportstimuleringsbeleid in te zetten op: 1)een sportprofessional \ buurtsportcoach; 2)en het vormen van een sportstimuleringsfonds.
Wij adviseren u om de deelname aan de “Brede impuls combinatiefunctionaris ” te herbevestigen maar dan voor een deelnamepercentage van 60%. Dit betekent dat er in totaal 1,4 fte buurtsportcoach of combinatiefunctionaris wordt aangesteld.
Wij adviseren bij de uitwerking van het sportstimuleringsbeleid het idee van een breed sportplatform te onderzoeken en verder na te gaan bij welke organisatie de uitvoering kan worden ondergebracht.
Wij adviseren de in deze adviesnotitie genoemde beleidsuitgangspunten ten aanzien van de sportaccommodaties vast te stellen.
17
Wij stellen voor de harmonisatievoorstellen van de Grontmij per tak van sport verder uit te werken, en toe te werken naar reële huurprijzen voor zowel kleedaccommodaties en velden / banen.
Wij adviseren de genoemde bezuinigingsmogelijkheden met uitzondering van totale afbouw subsidie zwembad en sluiting van de gymzaal in Ezinge, aan te merken als kansrijke mogelijkheden en deze nader uit te werken en door te voeren in de komende 4 jaar.
Wij adviseren om eerst uit te gaan van een te behalen taakstellende bezuiniging van € 70.000,- op de deelbegroting sport en het bezuinigde bedrag daarboven in te zetten voor sportstimulering tot maxmiaal 56.000,-. Indien een totale bezuiniging van 156.000,- wordt behaald adviseren we deze middelen te reserveren voor extra sportstimuleringsactiviteiten en/of investeringen in de accommodaties voor de toekomst.
Wij adviseren, vooruitlopend op de te behalen bezuinigingen op de deelbegroting sport, een budget beschikbaar te stellen voor de sportstimulering van 56.000,- per jaar gedurende 2 jaar (2014, 2015) en dit te dekken uit : - budget gezondheidszorg; 13.000,- subsidieprogramma welzijn, cluster ouderen en zorg; 5000,- subsidieprogramma welzijn, cluster jeugd; €5000,.En het overige deel € 33.000,- te dekken uit de reeds verkregen rijksvergoeding voor de ‘brede impuls combinatiefunctionaris ‘(buurtsportcoach) van de jaren 2012 en 2013
Wij adviseren op basis van de kwaliteitsnulmeting van de sportaccommodaties nader onderzoek te doen naar de investeringskosten die gemoeid zijn met de kleedgebouwen voor tennis en voetbal waarvoor de gemeente verantwoordelijk wordt en de vervanging van sportattributen, en deze investeringen af te stemmen op de praktijk. Dus rekening houdend met aanbestedingsvoordeel.
18