De BIM gegevens : "Verbanden tussen Gezondheid en Leefmilieu"
29. INTERFACE "GEZONDHEID-LEEFMILIEU":
Mei 2004
PARTNERSCHAPPEN EN
SAMENWERKINGSVERBANDEN De interface "gezondheid-leefmilieu" past in een algemene benadering om de gegevens inzake de volksgezondheid te identificeren en zodoende acties op leefmilieuvlak te verantwoorden en te oriënteren. Dankzij deze interface ontstonden partnerschappen tussen actoren in het domein van gezondheid en leefmilieu, partnerschappen waaruit verschillende acties zijn ontsproten. Na het Forum over leefmilieu en gezondheid stond de problematiek van de binnenluchtvervuiling centraal in de activiteiten van de interface "gezondheid-leefmilieu". Verschillende acties werden gevoerd sinds 2000.
1.Wetenschappelijke dossiers Op 17 en 18 februari 2000 werd in de Sint-Gorikshallen een Forum "Gezondheid en Leefmilieu" georganiseerd, op initiatief van het Brussels Instituut voor Milieubeheer en de Fédération des Maisons Médicales en Collectifs de Santé Francophone (de Federatie van medische huizen en collectieve voor gezondheid van de Franse gemeenschap). Tijdens dit forum werden de eerste resultaten voorgesteld van een onderzoek dat de theoretische kennis verzamelde over de gevolgen van de milieuhinder en hun synergieën voor de gezondheid, specifieke eigenschappen van een stedelijk milieu en van Brussel, en de identificatie van de Brusselse actoren die betrokken zijn bij deze problematiek. Dit werk werd uitgevoerd in het kader van een overeenkomst met de Federatie van medische huizen en dat begeleid werd door de Interface Gezondheid-Leefmilieu die werd opgezet door het BIM in 1998. Dit werk maakt deel uit van een geheel van benaderingswijzen van het type “duurzame ontwikkeling”. Het past in het domein van de opbouw van een geïntegreerde pluridisciplinaire kennis over gezondheid en leefmilieu. Het Forum "Gezondheid en Leefmilieu" heeft gezondheidswerkers en milieudeskundigen, wetenschappelijke experts, institutionele actoren en mensen van het terrein rond de tafel gebracht, samen met vertegenwoordigers van de politieke wereld die de resultaten van deze dagen van reflectie en studie in concrete resultaten moeten kunnen vertalen. De discussies beperkten zich zeker niet tot de sprekers, ook de aanwezigen in de zaal sneden bredere (bijvoorbeeld de integratie van de huisvestingsproblematiek), of complexere onderwerpen (bijvoorbeeld de stedenbouw, de mobiliteit en de veelheid van sociaal-economische problemen) aan. Dit forum maakte het mogelijk een pleidooi te houden voor de ontwikkeling van een benadering die de binnenluchtvervuiling omvat. Het kan worden beschouwd als een van de katalyserende elementen voor de oprichting van de RCIB. Het partnerschap tussen de Federatie van Medische Huizen en het BIM heeft geleid tot de uitwerking van een reeks van thematische dossiers die wijzen op het verband tussen gezondheid en milieu, uitgaande van pathologieën en symptomen. Deze dossiers hersitueren de milieufactoren binnen het geheel van de factoren die bepalend zijn voor de gezondheidstoestand en dragen daarnaast een verduidelijking aan die werd uitgevoerd voor en door actoren op het terrein (huisartsen en milieudeskundigen). De thematische dossiers kunnen worden geraadpleegd op de website van het BIM (www.ibgebim.be). Ze worden elke dag aangevuld met nieuwe dossiers en voortdurend bijgewerkt.
2.RCIB, cel voor interventie bij binnenluchtvervuiling In september 2000 heeft het BIM, op vraag van gezondheidswerker,s een Regionale Cel voor Interventie bij Binnenluchtvervuiling (RCIB) opgericht. Deze cel vormt het concrete resultaat van een partnerschap tussen het laboratorium voor milieuonderzoek van het BIM, de afdeling Mycologie van het Instituut voor de Volksgezondheid (WIV) en de Stichting tegen Ademhalingsaandoeningen en voor gezondheidsopvoeding (Fares - fondation pour les affections respiratoires et l’éducation à la santé). De RCIB komt uitsluitend tussen op medisch verzoek. De cel vormt een aanvulling bij de medische diagnosestelling voor gezondheidsproblemen die verband houden met een specifieke blootstelling in de woning. Doel is de polluenten - en indien mogelijk hun bronnen - die aanwezig zijn in de woning, te identificeren en te kwantificeren. Naast deze diagnosestelling wordt ook advies aan de bewoners gegeven om de hinder te verminderen of zelfs weg te nemen. Door een database samen te stellen en toezicht uit te 29. Interface "Gezondheid-Leefmilieu": partnerschappen en samenwerkingsverbanden Brussels Instituut voor Milieubeheer / Observatorium voor Milieugegevens
1/7
De BIM gegevens : "Verbanden tussen Gezondheid en Leefmilieu"
Mei 2004
oefenen laat de RCIB toe om, op langere termijn, een strategie van preventieve acties voor te bereiden (advies, gedrag, behandeling, …). De originaliteit van de RCIB ligt in het feit dat het alle actoren coördineert die een rol spelen in de diagnosestelling, de analyse, het advies voor remediëring, de uitvoering van systematische onderzoeken en dus de voorbereiding van een visie op middellange tot lange termijn. Een activiteitenrapport geeft een overzicht weer van wat werd gedaan in de 2 jaar durende proeffase en van de huidige werking van de RCIB. Sinds september 2000 hebben de activiteiten van de interface "Gezondheid" en de projecten die in synergie hiermee werden uitgevoerd gezorgd voor een geleidelijke verankering van de RCIB, een betere afstemming op de realiteit van het terrein, een erkenning voor de gezondheidswerkers en een geleidelijke verbetering van hun bewustwording van de problematiek van de binnenluchtvervuiling. In samenwerking met de interface "gezondheid-leefmilieu" heeft de actie van de RCIB zich een plaats verworven tussen de gezondheidsactoren. De aanpak van de binnenluchtvervuiling kadert in een algemenere benadering en voert een dienst in die advies verstrekt over binnenluchtvervuiling aan ongeruste bewoners. Dit gebeurt aan de hand van telefonische permanenties, specifiek raadgevingen en bezoeken aan huis zonder medische aanvraag. De coördinatie van deze werkmiddelen zorgt voor een betere complementariteit.
3.Netwerk voor uitwisseling van expertise met de coördinatoren van de groene ambulances in de Waalse provincies Sinds 2000 hebben de groene ambulances zich geleidelijk ontwikkeld in het Waalse Gewest. Deze initiatieven baseren zich, net zoals de RCIB, op het project van de "groene ambulance" in het groothertogdom Luxemburg. Ze worden gesteund door de Waalse provincies en zijn gegroepeerd in het Comité interprovincial de médecine (CIMP) onder de vorm van de SAMI-commissie (dienst voor analyse van binnenluchtvervuiling). Sinds juni 2001 neemt de RCIB deel aan de vergaderingen van deze SAMI-Commissie. De doelstellingen die worden nagestreefd zijn enerzijds een uitwisseling van ervaringen en een onderlinge ondersteuning, en anderzijds een harmonisering van de methodes en de gemeenschappelijke uitbouw van documentatie. De lijst en de contactgegevens van de diensten van groene ambulances vindt u in figuur 29.1.
Figuur 29.1: contactgegevens van de diensten van groene ambulances
Tijdens de vergaderingen wordt, middels een rondvraag, de toestand in de verschillende provincies en gewesten besproken. Thema’s die tijdens de verschillende vergaderingen werden aangesneden: 29. Interface "Gezondheid-Leefmilieu": partnerschappen en samenwerkingsverbanden Brussels Instituut voor Milieubeheer / Observatorium voor Milieugegevens
2/7
De BIM gegevens : "Verbanden tussen Gezondheid en Leefmilieu"
de
Mei 2004
•
Vergelijking van de methodes die door binnenluchtvervuiling worden gehanteerd
verschillende
diensten
voor
interventie
bij
•
Gedachtewisseling over een gemeenschappelijk protocol voor de verwerking van aanvragen en gegevens (database)
•
Casestudies
•
Voorstelling van de Acarex-Test voor de bepaling van het allergeengehalte van mijtachtigen
•
Voorstelling van het toestel voor meting van lood door de provincie Henegouwen (SPECTRACE)
•
Onderlinge vergelijking van toestellen (Interscan voor meting van formaldehyde, TESTO )
•
Opleidingen:
•
Identificatie van schimmels (met ring-test)
•
Elektromagnetische velden (Belgian BioElectroMagnetic Group)
•
Asbest (ISP of Centre de la Paix Dieu)
•
Droogrot (Centre de la Paix Dieu)
•
Creatie van een portaalsite SAMI.be met de contactgegevens van de groene ambulancediensten.
4.Opleiding over en sensibilisering voor het gebruik van de RCIB Op dit vlak dienen verschillende stappen te worden genomen. Het gaat enerzijds om de invoering van een cel voor binnenluchtvervuiling en gezondheid en anderzijds om opleidingen voor specifieke doelgroepen.
.4.1.De cel binnenluchtvervuiling en gezondheid Deze cel heeft gedurende twee jaar gezondheids- en milieuwerkers samengebracht rond vragen die verband houden met de binnenluchtvervuiling. Ze werd ondersteund door een overeenkomst tussen de Federatie van medische huizen en het BIM via de interfase gezondheid-leefmilieu. •
De benaderingswijze van de RCIB werd in januari 2002 voorgesteld aan de cel.
Verschillende dossiers beantwoordden aan een specifieke bekommernis van de deelnemers. Zo werd dieper ingegaan op de elementen die, via een wetgevend initiatief inzake binnenluchtvervuiling, moeten worden ondersteund en op de staat van de Brusselse woningen. Verschillende dossiers konden worden afgerond en resulteerden in een publicatie. •
De koolmonoxidevergiftiging (zie dossier gezondheid en leefmilieu op de website www.ibgebim.be: Koolmonoxydevergiftiging: hoever staan we?).
•
Na een voorbereidend werk door de RCIB, werden de sociale en juridische elementen m.b.t. huurders en eigenaars besproken.
•
Een tabel van verontreinigende stoffen en ziekten. Deze tabel werd daarna geconcretiseerd in een dynamisch werkmiddel, zie “Pest in huis”, www.ibgebim.be.
.4.2.Opleiding en evaluatie van de RCIB bij de Brusselse medische huizen Het team van de RCIB en zorgverstrekkers van de Brusselse medische huizen hebben elkaar ontmoet tijdens verschillende informatie- en opleidingssessies, onder meer in november 2000, januari 2001 en maart 2001. Na deze informatiesessies werd de vooropgestelde benaderingswijze getest bij een aantal artsen van de medische huizen. Aan de hand van het evaluatierapport konden een aantal aspecten van het verloop van de onderzoeken, de leesbaarheid van het rapport door de artsen en de contacten tussen artsen en de RCIB worden verbeterd, teneinde de boodschap beter te ondersteunen (zie publicatie santé conjuguée in oktober 2001).
.4.3.Opleidingen voor gemeenteambtenaren, huisvestingsmaatschappijen
artsen-hygiënisten,
29. Interface "Gezondheid-Leefmilieu": partnerschappen en samenwerkingsverbanden Brussels Instituut voor Milieubeheer / Observatorium voor Milieugegevens
OCMW,
3/7
De BIM gegevens : "Verbanden tussen Gezondheid en Leefmilieu"
Mei 2004
Een opleiding over/bewustmaking voor de gevolgen van de binnenluchtvervuiling voor de gezondheid en de RCIB werd opgestart eind 2002. Het hoofddoel van deze opleiding is de gezondheidsactoren op te leiden over het probleem van de mogelijke gevolgen voor de gezondheid van de vervuiling in woningen. Aan de hand van deze opleiding kunnen deze actoren ook worden bewustgemaakt van het belang een beroep te doen op de RCIB. Het gezondheidspersoneel waartoe deze opleidingssessies zich richten, bestaat hoofdzakelijk uit: •
geneesheren, artsen-hygiënisten;
•
verpleegkundigen, maatschappelijk werkers …
•
personeel van de gemeentelijke diensten, OCMW, ….
Een eerste cyclus van 6 halve dagen werd georganiseerd ten behoeve van medewerkers van de gemeenten, de OCMW’s en de gezondheidscentra. Deze werd gevolgd door 25 deelnemers, afkomstig van de verschillende doelgroepen. Een tweede opleidingscyclus vond plaats medio 2003. De doelgroep was dit keer uitgebreid tot Kind en Gezin, gezondheidsorganisaties en sociale woningmaatschappijen. 21 personen namen aan de 6 halve dagen deel. Een bijkomende halve dag, die werd bijgewoond door alle deelnemers, was opgevat als een doorlopende opleiding over de problemen van blootstelling aan chemicaliën en overgevoeligheid. Een derde opleidingscyclus vond plaats in de tweede helft van 2004, en zal in het bijzonder bestemd zijn voor de huisartsen.
5.Gids “De pest in huis” Na de oprichting van de RCIB werd, tegelijk met de organisatie van de opleiding en sensibilisering, een onderzoek uitgevoerd in de medische huizen. Dit onderzoek toont aan dat de actoren uit de verzorgingssector kampen met een dubbel probleem in hun rol van tussenschakel die ze, ten aanzien van het publiek, vervullen op het vlak van de gezondheidsproblemen die verband houden met het milieu. Enerzijds spreekt het vanzelf dat de verzorgers vertrouwd zijn met de levensomstandigheden van hun patiënten (woning, middelen, gedrag, …) en hun sociaal-culturele of psychologische kwetsbaarheid. Ze zijn dus goed geplaatst om de juiste informatie door te geven op het moment dat hiervoor het meest geschikt is, namelijk wanneer zij de aanvraag indienen voor een tussenkomst voor een probleem dat verband houdt met het milieu. Anderzijds toont dit onderzoek eveneens dat, wanneer de aandacht van de verzorgers wordt gevestigd op deze problematiek, ze aandachtiger zijn voor de milieu-etiologie van bepaalde symptomen die ze vaak aantreffen in hun praktijk. De moeilijkheid houdt enerzijds verband met de complexiteit die inherent is aan de problematiek, en anderzijds met het evolutieve, soms onzekere en vaak niet-consensuele karakter van de kennis ter zake. De verzorger legt niet altijd het verband tussen bepaalde symptomen en milieufactoren. Wanneer hij denkt dat er in theorie een verband kan bestaan, staat hij hier vaak niet lang genoeg bij stil wanneer het om weinig specifieke symptomen gaat (zoals hoofdpijn, leerstoornissen, …). Wanneer hij een verband veronderstelt, ziet hij niet goed op basis van welke criteria (ernst, chroniciteit, veelheid van symptomen, familiale of geïsoleerde pathologie, …) het zinvol is een verzorgingsstrategie te hanteren die het leefmilieu omvat. De eerste adviezen die worden gegeven, behoren overigens gewoonlijk tot het gebruikelijke bekwaamheidsdomein van de zorgverstrekkers. Het onderzoek toont aan dat de zorgverstrekkers vaak niet zeker zijn over wat ze kunnen aanbevelen, vrezen dat eenvoudige maatregelen onnodig zijn, en zich dus liever op de vlakte houden dan informatie te geven die nochtans zinvol zou zijn. Ten gevolge van deze overwegingen, en op basis van de kennis die is samengevoegd in wetenschappelijke dossiers, werd een gids opgesteld om de zorgverstrekkenden reflexen bij te brengen. Hierbij werd rekening gehouden met hun vragen en de verschillende verwachtingen die werden geïdentificeerd tijdens het onderzoek bij de Medische Huizen. Deze gids is evenwel bestemd voor een ruimere doelgroep waarvan ook de gezondheidswerkers en de milieudeskundigen deel uitmaken. Hij omvat verschillende luiken en invalshoeken: enerzijds vanuit 6 groepen van symptomen en anderzijds 29. Interface "Gezondheid-Leefmilieu": partnerschappen en samenwerkingsverbanden Brussels Instituut voor Milieubeheer / Observatorium voor Milieugegevens
4/7
De BIM gegevens : "Verbanden tussen Gezondheid en Leefmilieu"
Mei 2004
vanuit een reeks van polluenten, met precisering van de pathologische risico’s, de symptomen die kunnen worden aangetroffen in de eerste lijn, de gevolgen, de risicogroepen, de beschermende gedragingen. De gids omvat vragen, een lijst van analyses die moeten worden uitgevoerd in de woning en een reeks van observaties van de woning die kunnen worden gedaan door een eerstelijnsgezondheidswerker. Deze observaties kunnen worden gedaan in een optiek van primaire preventie of wanneer een symptoom de verdenking bij het milieu legt. Dit instrument is dynamisch en kan worden geraadpleegd op de site van het BIM (www.ibgebim.be).
6.Partnerschap met actieonderzoek gezondheid en huisvesting: de inbreng van de huisartsen, op initiatief van het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest In de loop van 2000 werd een eerste actieonderzoek uitgevoerd op het vlak van de haalbaarheid van een gegevensinzameling door Brusselse huisartsen. Dit gebeurde door de Universitaire Centra voor Algemene Geneeskunde van de VUB, de ULB en de UCL, op initiatief van het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn. Deze haalbaarheidsstudie wees op het belang van een participatieve benadering voor de inzameling van informatie en de analyse van een problematiek door huisartsen. De moeilijkheden en de positieve aspecten die werden aangetroffen in de loop van dit eerste actieonderzoek dienden als basis voor de uitwerking van een nieuw actieonderzoek. Dit tweede actieonderzoek spitst zich toe op de thematiek huisvesting en gezondheid. Drie groepen van artsen nemen deel aan de werkzaamheden en buigen zich over de verbanden tussen woning en gezondheid. De samenwerking tussen de benadering van de binnenluchtvervuiling door het BIM en het actieonderzoek over huisvesting en gezondheid kreeg vaste vorm door uitwisselingen van werkmiddelen en informatie waaronder de RCIB. •
De benadering van de RCIB werd voorgesteld tijdens een van de vergaderingen van de Franstalige werkgroepen in september 2002, de Nederlandstalige groepen volgen een benadering volgens "cases".
7.Partnerschap met Habitat Santé In oktober 2002 werd een overeenkomst gesloten tussen het BIM en Habitat-Santé voor de invoering van een dienst die advies over binnenluchtvervuiling verstrekt aan ongeruste bewoners. Dit gebeurt door een telefonische permanentiedienst, specifieke raadgevingen en bezoeken aan huis, zonder voorafgaande medische aanvraag. Op basis van de afgelegde bezoeken konden ernstige problemen worden aangetoond inzake schimmels, vocht en koolmonoxide. Deze overeenkomst werd verlengd tot eind september 2004 en de onderzoeken werden uitgebreid tot de invloed van elektromagnetische velden en de problematiek van de loden waterleidingen. Een snelle analyse van de interventies van Habitat Santé wijst erop dat de aanvragen voor bezoeken afkomstig zijn uit het hele Brusselse Gewest. Ze hebben zowel betrekking op huizen (21 %) als op appartementen (68 %). Enkele bewoners van sociale woningen (10 %) hebben beroep gedaan op hun diensten, evenals 2 scholen. 75 % van de aanvragen gebeurde door huurders, de rest door eigenaars van woningen. De belangrijkste problemen hadden, in afnemende volgorde van belang, betrekking op schimmels (74 %), koolmonoxide of CO (19 %), mijten (5 %), elektromagnetische velden (1.5 %) en chemische polluenten (0.5 %).
8.Partnerschap met de Fondation pour la Prévention des Allergies (Stichting ter preventie van allergieën) De Fondation pour la Prévention des Allergies (= Stichting ter preventie van allergieën) heeft in samenwerking met de FARES (Fondation contre les Affections Respiratoires et pour l’Education pour la Santé) een project opgezet dat minder bemiddelde gezinnen in staat moet stellen antimijtmatrasbeschermers te bekomen waarvan de doeltreffendheid werd erkend door het wetenschappelijk 29. Interface "Gezondheid-Leefmilieu": partnerschappen en samenwerkingsverbanden Brussels Instituut voor Milieubeheer / Observatorium voor Milieugegevens
5/7
De BIM gegevens : "Verbanden tussen Gezondheid en Leefmilieu"
Mei 2004
comité van de Fondation pour la Prévention des Allergies. Deze dienst richt zich tot gezinnen met kinderen die aan astma lijden of die allergisch zijn voor mijten, en vraagt slechts een kleine financiële bijdrage. Een samenwerking werd bereikt tussen de Fondation pour la Prévention des Allergies en de RCIB om bepaalde gezinnen die door deze laatste werden bezocht in staat te stellen antimijt-matrasbeschermers te bekomen.
9.Partnerschap met het Wetenschappelijk en technisch centrum voor het bouwbedrijf Aangezien het Instituut voor de Volksgezondheid, afdeling mycologie, regelmatig geconfronteerd wordt met de problemen van vocht in de woning, werd een samenwerking tot stand gebracht met het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB), met het doel de saneringsmaatregelen te optimaliseren. In onderling overleg werden reeds verschillende onderzoeksprogramma’s gevoerd over de problematiek van de schimmelbesmetting van de meest gebruikte bouwmaterialen. Momenteel wordt door beide instellingen een onderzoeksprogramma uitgevoerd met het doel de doeltreffendheid te beoordelen van de verschillende methoden om door schimmels verontreinigde gebouwen te saneren.
10.Uitwisselingen en valorisatie in het kader van de voorbereiding van het NEHAP De voorbereiding van het nationaal plan voor milieu en gezondheid was de voedingsbodem voor vruchtbare uitwisselingen tussen de vertegenwoordigers van de Gewesten, de Gemeenschappen en de Federale overheid. Bij de voorbereiding van de gemeenschappelijke acties werd een belangrijk punt naar voor geschoven door de bevoegdheidsniveaus: de binnenvervuiling en de gevolgen ervan voor de gezondheid. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd de RCIB opgericht. De Waalse provincies hebben zich geleidelijk uitgerust met een dienst voor de analyse van binnenmilieus (SAMI). Het Vlaamse Gewest heeft, naast de werkzaamheden in het domein van biomonitoring, een studie uitgevoerd naar de indoor pollution en de identificatie van verontreinigende stoffen. In 2004 werd een gezamenlijk project gestart dat gericht is op het uitwerken van een werkpiste om productnormen in de wetgevingen van de Europese landen om te zetten in de Belgische wetgeving. Deze normen hebben betrekking op producten die verband houden met de binnenvervuiling.
Bronnen Berkenbaum C., Fostier P., Devroey D., haalbaarheidsstudie. Project van registratie van gegevens door de huisarts, Observatorium voor Gezondheid en Welzijn – Brussel, 2001 Eindrapport van het actieonderzoek « Gezondheid en huisvesting : de inbreng van de huisartsen », Observatorium voor Gezondheid en Welzijn – Brussel, 2005 Ensanter l’habitat, Santé conjuguée 2001 Forum Gezondheid en Leefmilieu 17 en 18 februari 200, werkdocumenten, BIM 2000 Gezondheid en leefmilieu, Verslagen van het Forum 17 en 18 februari 2000, BIM 2001 Het Belgisch Nationaal Milieu-Gezondheidsplan, National Environment and Health Action Plan, Belgium 2003 PEST in huis, www.ibgebim.be
Andere fiches in verband hiermee 26. RCIB, een instrument voor het stellen van milieudiagnoses over de binnenluchtvervuiling, als aanvulling bij een medische diagnosestelling 27. RICB, analyse en resultaten van de onderzoeken na 3 jaar werking 29. Interface "Gezondheid-Leefmilieu": partnerschappen en samenwerkingsverbanden Brussels Instituut voor Milieubeheer / Observatorium voor Milieugegevens
6/7
De BIM gegevens : "Verbanden tussen Gezondheid en Leefmilieu"
Mei 2004
28. RICB, kwalitatieve analyse en getuigenissen van gebruikers Fiches in verband met milieu en gezondheid 1. Methodologie : Leggen van verbanden tussen leefmilieu en gezondheid - Voorstel voor een instrument voor hiërarchisch klassement voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 2. Hulpmiddelen voor analyse van de relaties tussen milieu en gezondheid 3. Risico’s 4. Mortaliteit in Brussel 5. Saturnisme 6. Tekorten aan jodium, ijzer, fluor en andere micronutriënten 7. Longkanker 8. Leverkanker 9. Schildklierkanker 10. Blaas- en nierkanker 11. Borstkanker 12. Centraal Zenuwstelsel 13. Reproductieve gezondheid- vruchtbaarheid 14. Astma 15. Chronisch obstructief longlijden (COPD) 16. Irritatieve aandoeningen 17. Mechanismen in de carcinogenese en het milieu 20. Aantasting Van Het Ademhalingsstelsel Door Chemicaliën 23. Intoxicatie met zware metalen 24. Mesothelioma 25. Koolmonoxydevergiftiging: hoever staan we?
Auteur(s) van de fiche Catherine Bouland, Sandrine Bladt, Camille Chasseur, Sylvie Vanderslagmolen Herlezing Yves Lenelle, Nicole Nolard, Maryse Wanlin
Datum Mei 2004
29. Interface "Gezondheid-Leefmilieu": partnerschappen en samenwerkingsverbanden Brussels Instituut voor Milieubeheer / Observatorium voor Milieugegevens
7/7