2011 een terugblik Versneller van duurzaamheid
1
Van de voorzitter
2011 was voor de Milieufederatie Noord-Holland een enerverend jaar. In deze publicatie berichten wij u over de resultaten van onze activiteiten ten behoeve van een mooie en duurzame provincie. In het bijzonder wil ik de resultaten noemen die behaald zijn met ons project ‘CO2 ambitie’. Een voorbeeld van een project waarin wij door samenwerking met bedrijven substantiële energiebesparing hebben kunnen realiseren. Een ander mooi resultaat is de samenwerking met agrariërs op Marken voor het behoud van weidevogels. Dit is een voorbeeld waarin een wij-zij benadering is omgebogen naar een constructieve samenwerking. Wat onze projecten bijzonder maakt, is dat wij daar waar dat nuttig is lokale initiatieven betrekken. Zo hebben onze lidorganisaties weer massaal gehoor gegeven aan het organiseren van activiteiten voor de Nacht van de Nacht en hebben wij een provinciale lichthinderkaart samengesteld op basis van een groot aantal lokale meldingen. Ook voor het onderwerp Wind op Land is de samenwerking met lokale (bewoners)organisaties van cruciaal belang. Wind op land realiseren met (alleen) een top down benadering leidt tot veel weerstand en vaak tot suboptimale plannen. Wij zien een rol voor onszelf weggelegd in het organiseren van draagvlak mét alle belanghebbenden.
2
Naast de uitvoering van ons werkplan 2011, hebben wij in het afgelopen jaar veel energie gestoken in twee zaken die ik hier graag nader benoem. Bezuinigingen maakten het noodzakelijk afscheid te nemen van een aantal collega’s, wat natuurlijk een grote impact op de organisatie heeft. De bezuinigingen alsmede andere maatschappelijke ontwikkelingen stimuleren ons om goed na te denken hoe wij op andere manieren aan
voldoende inkomsten voor het realiseren van onze doelstellingen kunnen komen. Dit vergt een andere manier van werken en bewegen in de wereld om ons heen. De negatieve aanleiding van bezuinigingen buigen wij om naar een spannende speurtocht naar partijen die onze diensten gericht op het versnellen van duurzaamheid in Noord-Holland willen afnemen. De bezuinigingen op onze organisatie staan niet op zich. Deze hangen samen met de bezuinigingen waar heel veel sectoren en organisaties op dit moment mee te maken hebben. Hoewel overheden minder geld en aandacht lijken te hebben voor duurzaamheid, zien wij een enorme energiestroom ontstaan van mensen die besluiten het heft in eigen handen te nemen. Initiatieven gericht op ‘zelf doen’ op gebieden als duurzame energie en lokale voedselvoorziening schieten als paddenstoelen uit de grond. Dit geeft aan dat de duurzaamheidsbeweging springlevend is. MNH ziet voor zichzelf een belangrijke rol in het ondersteunen en versterken van deze duurzaamheidsbeweging. Zo heeft het ondersteunen van lokale energie initiatieven een belangrijke plek in het werkplan van 2012. Coen Looij Voorzitter a.i.
2011 in vogelvlucht
4
Huisvuilcentrale pakt logistieke keten aan
3
6
Samen zelf energie opwekken
Hoe verder met het overschot aan kantoren en bedrijfs terreinen?
8
Boeren op Marken
13 Nacht van de nacht
10 Cradle to cradle in de praktijk
8
Herstructurering bedrijventerreinen kansrijk
9
Heeft AmstelVecht plaats voor windenergie?
6
Duurzaam Noordzeekanaal gebied
7
Kust
14
Nationale Postcode Loterij
12
11
Vergroot je speelveld
15
Vooruitblik 2012
Herbezinning toekomst landelijk gebied
16 Activieiten 2012
Samen zelf energie opwekken ”Dit energiebedrijf maakt mogelijk wat consumenten willen: zelf energie opwekken en energie besparen. De grote energieleveranciers maken nog geen aanstalten om dit te realiseren. Onze droom wordt nu werkelijkheid met ‘We Generate!‘ “ Dit zei Volkert Vintges, afgevaardigde van De Natuur en Milieufederaties, na het in ontvangst nemen van de cheque van 13,5 miljoen euro van de Nationale Postcode Loterij voor het ‘beste baanbrekende, innovatieve goede doelen-initiatief van 2011’. De Natuur en Milieufederaties mogen met dit geld samen met Stichting DOEN het ‘energiebedrijf van de toekomst’ inrichten.
4
Hoofddoel van dit initiatief is vanuit de mensen zelf een beweging voor lokaal opgewekte duurzame energie voor elkaar te krijgen waardoor een duurzame energievoorziening voor Nederland dichterbij komt. Dat betekent dat we ‘We Generate!‘ -huishoudens via energiebesparing en het zelf opwekken (bijvoorbeeld met zonnepanelen) energieneutraal maken, zonder allerlei extra gedoe. Niet ieder huishouden kan hierin natuurlijk meteen slagen, denk bijvoorbeeld aan appartementen zonder dak voor panelen. Energiecoöperaties kunnen daarom inspringen: mensen kunnen lid worden van een lokale energiecoöperatie die in de buurt duurzaam
energie opwekt (via windmolens, een biomassacentrale of een zonneweide) en zo toch bijdragen aan en meeprofiteren van lokale energie-opwekking. Wij zagen de afgelopen jaren veel lokale duurzame energieinitiatieven ontstaan. Tegelijkertijd constateerden we dat het nog weinig initiatieven lukt om belangwekkende hoeveelheden energie te produceren. Een enquête in Noord-Holland onder ons Groene Peiler-panel wees in 2011 uit dat veel respondenten wel iets met een energiecoöperatie willen, maar er in de buurt geen kennen. Hier ligt duidelijk een rol voor De Natuur en Milieufederaties: onderzoek welke energieinitiatieven er zijn, kijk hoe deze meer slagkracht kunnen krijgen en ondersteun ze waar gewenst met kennis, en contacten. MNH heeft een uitgebreide inventarisatie gedaan en heeft de eerste contacten gelegd met allerlei initiatiefnemers. De eerste indruk is dat alle initiatieven in Noord-Holland tezamen een indrukwekkende reus vormen, die maar weinig nodig heeft om in de toekomst een geweldig energieke vuist te maken voor de duurzame energievoorziening die we allemaal verdienen. Manuel den Hollander,
[email protected]
Klimaat & Energie
Huisvuilcentrale pakt logistieke keten aan HVC Alkmaar en Milieufederatie Noord-Holland hebben in het kader van het landelijke samenwerkingsproject ’CO2 ambitie’, een CO2 reductieovereenkomst ondertekend. In die overeenkomst is vastgelegd welke maatregelen HVC Inzameling, het logistieke onderdeel van HVC, de komende jaren gaat nemen om de uitstoot van CO2 te verminderen. De maatregelen zijn in samenspraak met de Milieufederatie en het adviesbureau Ecofys opgesteld. De belangrijkste maatregelen zijn: het aanschaffen van aardgas- en biogasinzamelvoertuigen en het bevorderen van zuiniger rijgedrag bij de chauffeurs van de 160 inzamelauto’s en andere bedrijfsvoertuigen. “Voor ons is dit een belangrijke stap op weg naar CO2-neutraliteit”, zegt Nico Mensing, directeur HVC Inzameling. HVC wil in de toekomst graag overgaan op elektrische mobiliteit en uiteindelijk komt dan de brandstofcel (waterstofcel) in beeld. Het samenwerkingsproject ‘CO2 ambitie’, is een landelijk samenwerkingsproject tussen het bedrijfsleven en de Natuuren Milieufederaties met het doel extra CO2-reductie te bereiken. Staatssecretaris Atsma van Infrastructuur en Milieu is enthousiast over deze samenwerking ”Om de Europese doelstelling om een CO2-reductie van 20% in 2020 te realiseren, zijn nieuwe vormen van samenwerking nodig tussen overheden, bedrijfsleven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties. Het project ‘CO2 ambitie’ waar milieufederaties en bedrijfsleven slim en effectief samen optrekken is een uitstekend voorbeeld dat wat mij betreft navolging verdient“, aldus Atsma. Rolf van Arendonk,
[email protected]
5
Duurzame randstad
Duurzaam Noordzeekanaalgebied Tussen de Noordzee en Amsterdam loopt het Noordzeekanaal dwars door duinen en polders en tussen steden en bedrijventerreinen door. Het lijkt een onmogelijke opgave om voor dit gebied een duurzame toekomst te ontwerpen met meer haven en werk en meer wonen en meer landschap en leefkwaliteit. Wanneer we de bestaande krachten de toekomst van het Noordzeekanaalgebied laten bepalen, krijgen we vrijwel zeker geen echt duurzaam gebied. De Milieufederatie werkt aan het realiseren van een visie die wél toekomstbestendig is. Door samen met vernieuwende ondernemers, de bewoners en onze lidorganisaties in het gebied een duurzame visie te creëren, willen we de bestuurders verleiden de lat hoog te leggen.
Hoe verder met het overschot aan kantoren en bedrijfsterreinen?
6
In 2011 hebben we hiervoor de eerste stappen gezet. In 2012 werken we aan een vervolg. Kenmerkend voor grote delen van het gebied is onverschilligheid. Buiten de haven ligt het recreatiegebied te wachten tot het wordt opgeslokt om te veranderen in havengebied. In het havengebied zelf wachten de braakliggende bedrijfsterreinen tot kopers zich aandienen. Met de identiteit van een gebied waar dat aan de hand is, voelt niemand zich verbonden. En dat blijkt ook wel. Met zijn opmerking “In Rotterdam zijn de mensen trots op de haven. De haven bestaat niet voor Amsterdammers.”, becommentarieert een enthousiaste directeur van een op- en overslagbedrijf de situatie in het gebied.
In 2007 sloten De Natuur en Milieufederaties de campagne “Zuinig op Ruimte” af. In deze campagne, die wij samen voerden met Natuur&Milieu, riepen wij op de verrommeling van het landschap te stoppen. Irritatie nummer 1 van de Nederlander waren de bedrijventerreinen die overal maar uit de grond schoten. Wij konden cijfermatig aantonen dat hiernaar geen vraag was maar kregen geen gehoor: noch bij overheden noch bij ontwikkelaars. Wat is de tijd veranderd! Anno 2012 zal er, zo schat men nu in, voor € 17 miljard moeten worden afgeschreven aan waardeloze kantoren en bedrijven op balansen van investeerders. De vastgoed-bubble is voorbij. MNH is sinds 2011 lid van de commissie die zwaarwegend adviseert aan de bestuurders van de Metropoolregio Amsterdam over hoe dit probleem op te lossen en ook hoe het systeem zo te veranderen dat échte vraag en aanbod weer met elkaar in balans zijn. Bijzonder is dat MNH nu aan tafel zit met banken, makelaars en ontwikkelaars om samen tot een oplossing te komen. Hier zit de essentie van de door MNH gehanteerde werkwijze: voor het vinden van een echt duurzame oplossing moeten alle relevante spelers met elkaar aan tafel en worden in goed overleg de P’s van Planet, People en Profit met elkaar in balans gebracht.
Als de beleidsregels ondoorzichtig zijn en van gezamenlijke visie geen sprake is, maken bestuurders geen keuzes. Niet voor slechte, maar ook niet voor goede en duurzame initiatieven. “Als tegenbeweging op de bestuurlijke patstelling ontstaan er initiatieven op eigen kracht. Mensen willen deelnemen in processen”, is het vervolgcommentaar van een andere bevlogen expert. Juist van die kracht van mensen willen we gebruik maken in 2012. Dit om, ook samen met overheden en bestuurders, te komen tot een écht duurzaam Noordzeekanaalgebied. Juriaan Jansen,
[email protected]
En wat adviseerden we in 2011. Ten eerste: schrap miljoenen overbodige vierkante meters aan plannen voor nieuwe kantoren en honderden hectaren aan bedrijventerreinen. Ten tweede: bepaal welke bestaande locaties ook in de toekomst kansrijk blijven en welke kansloos zijn en waar een andere bestemming voor moet worden gevonden, bijvoorbeeld woningbouw. Ten derde: zorg dat er zicht komt op de reële vraag en zorg dat deze zoveel mogelijk een plek krijgt binnen bestaand vastgoed (al dan niet getransformeerd). Dit alles is niet minder dan een omwenteling in cultuur. Voor gebruikers, bouwers, financiers én overheden. Deze omwenteling heeft nu een kans doordat het geld er niet meer is om de desastreuze werkwijze van begin jaren 2000 te continueren. Laten we die kans maximaal verzilveren: ons landschap vaart er wel bij! Ernest Briët,
[email protected]
Foto: Jurjen_nl
Kust
Natuurlandschap kust De kust: een uitgestrekt natuurlandschap dat van groot belang is voor veiligheid en economie. Dit is ons uitgangspunt als het gaat om toekomstige ontwikkelingen in het kustgebied. Wij kiezen voor opties die bijdragen aan een (nog) aantrekkelijker kustgebied. In het kustgebied van de Kop van Noord-Holland zijn veel verouderde recreatieparken te vinden. MNH verkent samen met partijen als de Kamer van Koophandel NoordwestHolland, het Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord, de Recron (koepel van recreatieondernemers) en Provincie Noord-Holland hoe die parken een kwaliteitsslag kunnen maken. De inzet van MNH is dat hierbij meteen aan landschap en natuur een kwaliteitsimpuls wordt gegeven. Zonering van het kust-
gebied is één van de speerpunten van de natuurorganisaties die MNH vertegenwoordigt in het overleg over de Strategische Agenda Kust van de Provincie Noord-Holland. Zonering wil zeggen dat men onderscheid maakt tussen gebieden waar het ‘druk en bruisend’ mag zijn, zoals de badplaatsen, en gebieden waar de natuur en de natuurgenieter meer aan hun trekken kunnen komen. Deze scheiding van rust en reuring is mede dankzij onze inzet op de strategische agenda van de Provincie geplaatst. Om de rustige kant van de zonering invulling te geven is wel de nodige creativiteit vereist. MNH gaat in 2012 verder onderzoeken hoe dat op vernieuwende manieren mogelijk is. Erna Krommendijk,
[email protected]
7
Samenwerking in de regio
Boeren op Marken Het behoud van de weidevogels is voor MNH een groot goed. In het bijzonder in het Nationaal Landschap “Laag Holland”, waar het typische Hollandse veenweidelandschap niet kan zonder de roep van de Grutto of Kievit. De situatie van veel weidevogels is echter zeer precair. Ondanks beleid van verschillende overheden loopt de weidevogelstand steeds verder terug. Maar het eiland Marken blijkt ook nu nog een Walhalla voor diverse soorten weidevogels. Reden genoeg voor een uniek samenwerkingsverband tussen MNH en agrariërs op Marken. De weidevogel kan niet zonder een agrarisch landschap. Echter, niet in elk agrarisch landschap voelt de weidevogel zich thuis en daar knelt het. De weidevogel houdt van een hoge grondwaterstand, kruidenrijk grasland, voldoende rust
Herstructurering bedrijventerreinen kansrijk
8
Samen met Ontwikkelingsbedrijf NoordHolland Noord heeft MNH het bedrijventerreinenbeleid in West-Friesland onder de loep genomen. Met de zeven Westfriese gemeenten is de conclusie getrokken dat de focus wordt verlegd van aanleggen van nieuwe bedrijventerreinen naar herstructurering van verouderde bedrijventerreinen. Een belangrijke stap voor het landschap.
Westfriese Bedrijvengroep (WBG), de Provincie Noord-Holland en de Kamer van Koophandel. MNH is erbij betrokken vanuit het Innovatieprogramma “Mooi Nederland”. Wij hebben kritisch meegekeken, met name voor de aspecten ruimtewinst, intensief ruimtegebruik, verrommeling, landschappelijke inpassing en ruimtelijke kwaliteit.
Zeven gemeenten in West-Friesland hebben het afgelopen jaar de handen ineen geslagen om een vergaande praktische samenwerking te starten in planning en herstructurering van bedrijventerreinen. De gemeenten werden hierbij ondersteund door de
De belangrijkste conclusie van de samenwerking is dat ondanks het feit dat de gemeenten de veroudering van bedrijventerreinen goed in beeld hadden gebracht, de nadruk nog te veel lag op de aanleg van nieuwe terreinen en te weinig op de mogelijkheden die bestaande bedrijven-
terreinen bieden. De focus verleggen naar herstructurering van oude terreinen is niet alleen goed voor het landschap, maar ook in het belang van de bedrijven zelf die gebaat zijn bij kwalitatief goede bedrijventerreinen en bij maatschappelijk verantwoord ondernemen. Wij realiseren ons dat de prille samenwerking tussen de gemeenten, die wij en onze achterban van harte ondersteunen, niet meteen leidt tot een totale ommekeer in het beleid. Een cultuur van tientallen jaren is niet in één handomdraai om te buigen. Er worden echter door de regio belangrijke stappen gezet. Peter Grubben,
[email protected]
tijdens het broeden en het veilig grootbrengen van de “pullen” (jonge vogeltjes). Dat zijn wensen die nog al eens haaks staan op de wensen van de hedendaagse boer. De Stichting “Veehouder op Marken” heeft onlangs gezocht naar een balans tussen het behoud van het boerenareaal voor de weidevogel en ontwikkelruimte voor boeren die een nieuw bestaan willen opbouwen. In deze zoektocht werd volgens MNH toch te weinig rekening gehouden met de wensen van de weidevogels. Zo wilde men het waterpeil stevig verlagen. Door om de tafel te gaan zitten met vertegenwoordigers van de stichting zijn wij tot een constructieve samenwerking gekomen. Gezamenlijk is een nieuw plan
opgesteld voor de komende vijf jaar, waarbij de ontwikkeling van de weidevogelstand nauwgezet wordt gemonitord door twee onafhankelijke experts. Zij geven, op basis van deze monitoring, richtinggevende beheeradviezen aan de boer. Het belangrijke winstpunt van deze samenwerking is dat daardoor niet slechts één belangrijke factor wordt beïnvloed, namelijk het waterpeil, maar dat alle relevante factoren worden besproken en zo in goed overleg voor een langere periode een goede balans wordt gevonden tussen de toekomst van de weidevogels op Marken en de toekomst van de boer. Ernest Briët,
[email protected]
Heeft Amstel-Vecht plaats voor windenergie? Omdat windenergie een goed ontwikkelde techniek is, kan het een belangrijke bijdrage leveren aan de transitie naar een duurzame energievoorziening. Tegelijkertijd roepen de prominent in het landschap aanwezige molens vaak veel weerstand op. Dit heeft er toe geleid dat de ambities van de Provincie voor wind op land geminimaliseerd zijn. Vanuit het oogpunt van een duurzame energievoorziening wil MNH bijdragen aan het doorbreken van deze impasse. Onze rol is het bij elkaar brengen van verdeelde partijen en het nadrukkelijk betrekken van bewoners bij het ontwikkelen van plannen. Amsterdam Zuidoost stond in onze publicatie ‘Meer windenergie meer landschap’ al als zoeklocatie genoemd en de gemeente Diemen had al ambities voor windenergie. Toch richtten wij ons draagvlakonderzoek in 2011 op de
hele regio Amstel-Vecht. Dit omdat de hoogte van moderne windmolens én de problematiek van duurzame energievoorziening het lokale overstijgen en omdat dit gebied een duidelijke landschappelijke eenheid vormt. In een eerste atelier hebben wij met regionaal opererende natuur- en milieuorganisaties gekeken naar structuren en kwaliteiten van landschap en natuur en naar do’s/dont’s en wensen en eisen bij eventuele plaatsing van windmolens. Opvallend was - dat merken wij keer op keer - dat ook gepassioneerde beschermers van natuur en landschap vóór windenergie kunnen zijn, maar dat alles valt of staat bij het proces en de randvoorwaarden op de weg naar definitieve plaatsing van windmolens. Conclusie is dat de streek in en om Diemen zich het beste lijkt te lenen voor windmolens.
Een volgende stap in ons proces was dan ook het gesprek met de lokale maatschappelijke organisaties in die streek. Uiteraard keek men daar zeer kritisch aan tegen de impact die windmolens op landschap en natuur kunnen hebben. Toch lijkt het er op dat we een stap verder zijn gekomen; we werken aan een convenant waarin maatschappelijke organisaties en bewoners samen aangeven dat windenergie in de streek wel degelijk mogelijk is als maar aan de juiste voorwaarden wordt voldaan. Ook voor MNH vormen respect voor landschap, natuur en een zorgvuldig proces dé pijlers voor het vormgeven van duurzaam en gedragen beleid voor wind op land. Manuel den Hollander,
[email protected] 9
Het project Cradle to cradle is in 2011 afgerond met het magazine ‘Stof’ waarin de zeven verhalen staan over de totstandkoming van C2C (geïnspireerde) producten.
Cradle to cradle in de praktijk Het concept cradle to cradle (C2C) is aan een stevige opmars bezig, maar er zit nog een groot verschil tussen theorie en praktijk. In Noord-Holland werkt MNH samen met NPSP Composieten om te bewijzen dat C2C wel degelijk werkt. De filosofie achter C2C is aantrekkelijk: ontwerp producten en gebouwen op zo’n manier dat er geen afval ontstaat. Een wereld zonder afval is een wereld van kringlopen. Daar moeten we naar toe omdat grondstoffen opraken en we steeds meer consumeren. Nodig zijn producten, gebouwen en gebieden die geen negatieve impact hebben op het milieu. Of nog beter: die iets toevoegen aan hun omgeving. Dit is makkelijker gezegd dan gerealiseerd. Zeven Natuur en Milieufederaties hebben vanaf 2009 samen met bedrijven uit het midden- en klein bedrijf gewerkt aan de totstandkoming van C2C (geïnspireerde) producten.
10
In Noord-Holland hebben wij de samenwerking gezocht met NPSP Composieten; een bedrijf dat duurzame, vezelversterkte kunststoffen maakt voor bouw, design, mobiliteit en industrie. NPSP is koploper in deze sector als het gaat om het verduurzamen van composieten. NPSP werkt op alle fronten aan het terugdringen van milieubelasting en
wil C2C straatmeubilair ontwikkelen. Samen met MNH en adviesbureau Partners for Innovation wil NPSP bewijzen dat C2C werkt, zegt Willem Böttger, directeur van NPSP. Omdat er in deze sector nog veel gebruik gemaakt wordt van milieuonvriendelijke kunststofharsen, zoals polyester, moet er veel gebeuren voordat een product C2C is. Er is gezocht naar milieuvriendelijke alternatieven, zoals bioharsen. De grootste uitdaging ligt in het industrieel verwerkbaar maken van deze harsen. Ze kunnen qua kostprijzen nu al concurreren met conventionele kunstharsen, terwijl de milieubelasting zo’n tachtig procent lager is, aldus Böttger. De verwachting is dat NPSP een dezer maanden voor één van haar basisproducten een C2C certificaat krijgt. Vervolgens wordt hiervan C2C straatmeubilair gemaakt. Straatmeubilair kom je in allerlei vormen tegen, denk aan afval- en papierbakken, zitbanken, bushokjes, fietsrekken, maar ook oplaadpunten voor elektrische auto’s. Wat zou het mooi zijn als dit duurzame meubilair straks grootschalig toegepast kan worden. Rolf van Arendonk,
[email protected]
Vergroot je Speelveld In het project ‘Vergroot je speelveld’ hebben MNH, de Kamer van Koophandel Noord-West Holland en bureau C-Realist een gespreksmethode ontwikkeld om partijen die elkaars tegenstrever lijken op een specifiek duurzaamheidsissue, samen naar de toekomst te laten kijken. Een goede kennismaking en gezamenlijk analyseren wat er speelt, biedt de basis om ook samen te zoeken naar gedeelde oplossingen. Het resultaat van dit project is dat de ‘speelvelden’ rond onderwerpen als ganzenoverlast, ontwikkelingen in Werelderfgoed De Beemster, wind op land, strandovergangen en energiebesparing vergroot zijn.
in de beweegredenen van protesterende burgers. Door deze gesprekken zoeken wij elkaar nu makkelijker op en dat komt ten goede aan ontwikkelingen in de Beemster.’
Energiebesparing bij een woningcorporatie: Een bewonersgroep en een onderhoudsdirecteur hebben hetzelfde doel, energiebesparing, maar werken langs elkaar heen vanwege hun verschillende schaalniveaus. De één zet zich in voor 35 woningen, de ander voor duizenden tegelijk. ‘Vergroot je Speelveld’ bracht hen in contact met elkaar. Samen ontwikkelden ze een procedure waardoor de bewonersgroepen en woningcorporatie elkaar wel makkelijk ontmoeten. Wat levert het op als je in gesprek gaat volgens deze methode? De 50 deelnemers aan het slotsymposium probeerden het uit en ontdekten: openheid, vertrouwen, begrip en waardering over en weer. Spontaan ontspon zich een discussie over het wantrouwen dat goed overleg zo vaak in de weg staat. Ernest Briët (MNH): “Door Vergroot je Speelveld leer je elkaar persoonlijk kennen en je vrienden verlink je niet!”. MNH is trots op de ontwikkelde methodiek, die zij in voorkomende gevallen zal aanbevelen. De methode kan een duurzaam resultaat dichterbij brengen. Han Hefting, wethouder uit de Beemster en één van de deelnemers aan het project zegt over zijn ervaring: ‘De gesprekken met mijn ‘tegenstrever’ hebben mij geholpen inzicht te krijgen in zijn denken. Dat heeft mij de ogen geopend; het is belangrijk om in een vroeg stadium inzicht te krijgen
Door dit project zijn de banden tussen MNH en de Kamer van Koophandel verstevigd. In een gesprek tussen directeuren van beide organisaties, begeleid met de methode, werden vooroordelen weggenomen en ideeën uitgewisseld. De doelen ‘economische vitaliteit’ en ‘duurzaamheid’ blijken elkaar te kunnen versterken. Ook ondernemers willen duurzame energie, duurzame voedselvoorziening en duurzame recreatie. Ook milieu-belangenbehartigers zijn gebaat bij een economisch vitale regio. Activisme en strijd leiden maar al te vaak tot vertraging, stilstand en frustratie. De toekomst van de provincie is gebaat bij samenwerking tussen de belangenbehartigers. Samenwerken volgens ‘Vergroot je Speelveld’ heeft banden gecreëerd waarop verder voortgebouwd kan worden. Erna Krommendijk,
[email protected]
11
Herbezinning toekomst landelijk gebied In februari 2011 organiseerde MNH samen met onze lidorganisaties en het Natuurbeheerdersoverleg NoordHolland (NBO) in het kader van de provinciale verkiezingen de Hart voor Natuur flashmob-actie ‘Stem met je Hart voor Natuur op 2 maart’ op de Dam in Amsterdam. We konden toen niet vermoeden dat de aangekondigde rijksbezuinigingen van 70% op natuur en landschap aan het einde van het jaar nog recht overeind zou staan. Op dat moment was ook de voor de natuur desastreuze nieuwe Natuurwet nog niet in zicht. Onze actie heeft al dit onheil niet kunnen voorkomen.
12
In oktober 2011 vond op initiatief van de Provincie Noord-Holland een bestuurlijke conferentie plaats over de toekomst van het landelijk gebied, een toekomst met minder geld. De provincie komt voor belangrijke keuzen te staan waar het geld in de komende jaren aan moet worden uitgegeven. Voor zowel provincie, natuurorganisaties en andere maatschappelijke partijen, startte daarmee een herbezinning periode. De aangekondigde bezuinigingen nopen provincie en terreinbeheerders tot kostenbesparingen in aankoop, beheer en organisatie. Maar wat is hierin haalbaar? Wat is reëel? Tegelijkertijd wordt het belangrijker om meer samen te werken, kansen te grijpen in de vorm
van alternatieve financieringsbronnen en slimme integrale gebiedsagenda’s. Dit alles moet in 2012 leiden tot een nieuwe provinciale agenda Natuur, Recreatie en Landschap. Nationaal Landschap Laag-Holland is een voorbeeld van een gebied waarin keuzes moeten worden gemaakt. Er is een structureel financieel tekort in het beheer van het landschap. Vanwege de terugloop van het aantal weidevogels en het opbranden van het veen door de lage waterstanden, is de vraag dringend geworden of alle - vaak tegenstrijdige beleidsdoelen in Laag-Holland wel met elkaar te verenigen zijn en of het geld wel goed wordt besteed. De Provincie Noord-Holland is daarom gestart met een maatschappelijke kosten/ baten analyse (MKBA). De MKBA moet inzichtelijk maken welke ontwikkelingsrichtingen voor het gebied denkbaar zijn en wat dat voor kosten en baten oplevert en bij wie die kosten en baten terecht komen. MNH neemt, als lid van de Stuurgroep Laag-Holland, deel aan de begeleidingsgroep van de MKBA. De resultaten van het MKBA worden in het voorjaar van 2012 bekend. Daarna volgt de maatschappelijke discussie die uiteindelijk zal moeten leiden tot politieke besluitvorming. Peter Grubben,
[email protected]
Nacht van de Nacht De Nacht van de Nacht is door de jaren heen steeds bekender geworden, en bij de viering ervan hebben wij dus een naam hoog te houden. Dit jaar is een link gelegd met een actueel project: de lichthinderkaart. Vele mensen in de provincie hebben bijgedragen aan het samenstellen van deze kaart. De kaart werd tijdens de Nacht op 29 oktober aangeboden aan Gedeputeerde Tjeerd Talsma. Wie lichthinder ondervond, kon dat voorafgaand aan de Nacht aangeven op de interactieve kaart van de website www.nachtvandenacht.nl. Van alle provincies waarin dat gebeurde, zijn op de Noord-Hollandse lichthinderkaart veruit de meeste meldingen geplaatst, ongeveer 300. Dit zegt iets over de lichtvervuiling in Noord-Holland en ook over de inzet van MNH om mensen te bereiken die er hun ei over kwijt wilden. MNH heeft zelf het traject voor het oplossen van drie lichthinderproblemen in drie gemeenten ingezet en de provincie wil graag een paar van de complexere gevallen samen met ons oplossen. Maar ook zijn er lichthinderproblemen opgelost door enthousiaste burgers. Zo ontvingen wij bijvoorbeeld het volgende bericht: “Afgelopen najaar heb ik voor de lichthinderkaart van Noord-Holland de felle lampen van het Nova College aan de Zijlweg te Haarlem
aangemeld. Deze melding is op de lichthinderkaart opgenomen. Het doet me veel plezier om u te kunnen melden dat de locatiemanager van het Nova College onmiddellijk actie heeft ondernomen op mijn vraag of de lampen in de nacht uitgeschakeld konden worden. Gevolg: na de avondlessen gaan de felle lampen uit, alleen de lampen t.b.v. beveiligingscamera’s blijven nu branden. Een eenvoudig verzoek kan soms wonderen verrichten.” Ook in andere opzichten was de Nacht opnieuw een succes: ongeveer 30 initiatiefnemers organiseerden het recordaantal van 43 excursies tijdens de Nacht op 29 oktober. Wij schatten dat zo’n 2000 Noord-Hollanders deelnamen aan een waaier van activiteiten: van spooktochten, donkere vaarroutes en vleermuisexcursies tot huiskamerconcerten en ‘duistere dichters’. Talloze bedrijven (waaronder Tata Steel) deden hun lichten uit en ook vijftien gemeenten. In samenwerking met gemeente Zaanstad organiseerden wij op de Zaanse Schans een nachtelijke happening, waarbij Gedeputeerde Tjeerd Talsma onze speciale gast was. Bij aankomst in de schemering met de gedeputeerde en wethouder Linnekamp zagen wij een grote vleermuis boven de Zaanse Schans vliegen; dat was een goed voorteken.
Talsma constateerde dat hij de viering van de Nacht al veel in de media was tegengekomen. Daar hadden wij dan ook volop op ingezet, onder andere via social media, zoals twitter. Dit jaar besloten we nog meer persoonlijke aandacht te geven aan de bezoekers van nachtelijke excursies. Zo konden we (via sponsoring door HVC) een speciale duurzame Nacht van de Nacht-tas laten maken, die we 1000 bezoekers aanboden. Manuel den Hollander,
[email protected]
13
Medewerkers en BestuursledenIn 2011 werkten de volgende mensen op het bureau
Rolf van Arendonk, duurzame economie en industrie Ernest Briët, directeur Wim Combrink, middelen Josien Geerdink, communicatie, vormgeving, webredactie Ton Geraedts, agrarische sector en natuur (tot april 2011) Peter Grubben, duurzame leefomgeving Manuel den Hollander, klimaat en energie Linda van Hout, secretariaat Juriaan Jansen, klimaat en energie, duurzame Randstad Erna Krommendijk, water, kust en plaatsvervangend directeur Anja Lansen, secretariaat (tot december 2011) Jos Oude Elferink, mobiliteit en lokale planologie (tot juli 2011) Lex de Savornin Lohman, juridische zaken Paula Zaal, secretariaat.
In 2011 bestond het bestuur van de vereniging uit de volgende personen:
Arthur Kappenburg Bart Lankester (sinds november 2011) Josca Ligteringen (tot juni 2011) Coen Looij, secretaris, plaatsvervangend voorzitter Eric Rijnders (tot juni 2011) Marijke van Schendelen Jan Sevink (sinds november 2011) Herman Verhagen (sinds november 2011) Kees Vriesman, voorzitter (tot november 2011) Luzette Wagenaar-Kroon, penningmeester Jan Wentink
14
Vertegenwoordigers van De Natuur en Milieufederaties, Stichting DOEN en de HIER Klimaatcampagne zijn in hun nopjes met de cheque van 13,5 miljoen euro van de Nationale Postcode Loterij voor de oprichting van het energiebedrijf van de toekomst: We Generate!
Nationale Postcode Loterij De Natuur en Milieufederaties werken nauw samen met de Nationale Postcode Loterij. In november 2010 is door de loterij bekrachtigd dat de Natuur en Milieufederaties de komende vijf jaar partner van de Nationale Postcode Loterij blijven. De federaties worden sinds 1996 gesteund door de grootste goede doelen loterij van Nederland. In 2011 ontvingen de Natuur en Milieufederaties een bedrag van 2,25 miljoen euro van de Nationale Postcode Loterij voor hun werk voor natuur, milieu en landschap in de provincies. De cheque werd overhandigd tijdens het Goed Geld Gala 2011 in Laren. In totaal verdeelde de Postcode Loterij 270 miljoen euro onder haar goede doelen. De Milieufederatie Noord-Holland heeft in 2011 dankzij de deelnemers van de Nationale Postcode Loterij onder meer de projecten Cradle to Cradle, CO2 Ambitie en Nieuwe Binding kunnen realiseren. De Natuur en Milieufederaties, stichting DOEN en de HIER klimaatcampagne kregen bovendien in 2011 een extra bijdrage van 13,5 miljoen euro uit het Droomfonds voor de oprichting van een nieuw energiebedrijf. ‘We Generate!’ wordt het eerste energiebedrijf dat het voor de klant mogelijk maakt zelf groene energie op te wekken en energie te besparen. In 2012 zal het droomproject in uitvoering gaan.
Foto: Roy Beusker
van de Milieufederatie Noord-Holland:
Vooruitblik
2012
Milieufederatie Noord-Holland Versneller van Duurzaamheid MNH zal ook in 2012 hard werken aan het versnellen van duurzaamheid in Noord-Holland. Dat doen wij door:
• Inspirerende voorbeelden te tonen en een inspirerend voorbeeld te zijn. • Door de juiste partijen bij elkaar te brengen • Mensen en organisaties te ondersteunen bij het verwezenlijken van hun duurzame ambities. Deze terugblik 2011 getuigt van onze overtuiging dat streven naar duurzaamheid ons veel te bieden heeft. Zo wordt onze lucht schoner, blijft landschap en natuur behouden, kan er fijner worden gerecreëerd én valt er ook nog geld te verdienen. Dit alles is alleen te verwezenlijken als alle relevante spelers rondom een thema samen willen werken. De eerste stap om dat te bereiken is begrip én respect te hebben voor elkaars wensen en ambities. En vervolgens te kijken hoe die wensen van de verschillende spelers elkaar onderling kunnen versterken. Dát is ons startpunt en niet de punten waar belangen zouden kunnen botsen. MNH ziet zich zelf als bruggenbouwer.
Eén brug die wij, al van oudsher, slaan is die tussen politieke beslissers en mensen in het veld. Mensen die, al dan niet verenigd in een lokale organisatie, zich hard maken voor het behoud van een open polder of de kwaliteit van de lucht die zij inademen. Maar steeds vaker slaan wij ook een brug tussen partijen die door samen te werken een initiatief meer body kunnen geven waardoor de impact van dat initiatief vele malen groter wordt. Graag licht ik dat toe aan de hand van een concreet voorbeeld. In 2012 gaan wij stevig verder met ons landelijke project “Hier opgewekt” voorheen ‘We Generate!‘ waarbinnen
MNH de rol heeft om initiatieven gericht op de lokale opwekking van duurzame energie te ondersteunen. In Noord-Holland zijn vele mensen bereid duurzame energie af te nemen, liefst nog van Noord-Hollandse bodem. Er is een groot aantal initiatieven van mensen die energie zelf willen opwekken. Maar eenvoudig is dat niet. Hoe maak je jouw initiatief tot een succes? En hoe lever je die duurzame energie aan de potentiële afnemers? MNH organiseert dat initiatiefnemers van elkaar kunnen leren en bemiddelt bij het vinden van ondersteuning bijvoorbeeld bij het aanboren van financiering of het organiseren van de facturering. Ook zal MNH samen met de Stichting Doen zorgen voor een PR-campagne waarvan lokale initiatieven kunnen profiteren zonder dat dit ten koste gaat van hun lokale positie en herkenbaarheid. Nadrukkelijk wil MNH ook in 2012 de politieke besluitvormers inspireren. Wij zullen onze aandacht meer richten op de gemeenten: de overheidslaag dichtbij mensen met duurzame ambities. Maar natuurlijk vergeten wij de provincie Noord-Holland niet. In 2012 zullen wij Provinciale en Gedeputeerde Staten in ieder geval blijven prikkelen om écht werk te maken van duurzame energie. Wij blijven pleiten voor het belang van “Wind op Land”. Ook zullen wij de provincie proberen te verleiden naast een top-down benadering ten aanzien van duurzame energie óók initiatieven van inwoners bottom-up te ondersteunen. Tenslotte zullen wij actief meedenken hoe met teruglopende budgetten onze natuur en ons landschap ook voor toekomstige generaties behouden blijven. Ziet u een kans tot samenwerken? Laat het mij weten! Ernest Briët,
[email protected]
15
Activiteiten 2012 colofon
Milieufederatie Noord-Holland Stationsstraat 38 1506 DH Zaandam tel 075 – 635 1598 fax 075 – 670 4636
[email protected] www.mnh.nl Vormgeving: Sinas, Haarlem Druk: Damen Grafia, Haarlem
De Milieufederatie Noord-Holland wordt financieel ondersteund door de Nationale Postcode Loterij en de Provincie Noord-Holland
In de loop van dit jaar wordt de Energie in de regio Kaart gepresenteerd. Op deze kaart komen de in ontwikkeling zijnde dan wel gerealiseerde Energie in de Regio projecten te staan. Dat zijn projecten waarbij slimme koppelingen zijn gemaakt tussen bedrijven onderling of tussen bedrijven en woningbouw op het gebied van het benutten van (rest)warmte, energie, stoom, CO2. Voor het thema Kust plannen wij een werksessie met gemeenten, waterbeheerders, natuurbeheerders en ondernemers om innovatieve invullingen te bedenken voor ‘zonering’ langs de kust, met name gericht op het creëren van rustige plekken voor natuur en rustige vormen van recreatie. Op zondag 8 juli vindt om klokslag 15 uur op heel veel plekken in Europa de Big jump plaats. Wij beogen in Noord-Holland aan dit evenement mee te doen, met als doel aandacht te vragen voor het belang van schoon water voor mens en natuur. In september organiseren wij samen met de Noord-Hollandse Energie Coöperatie een bijeenkomst met initiatiefnemers op het gebied van lokale duurzame energie.
Milieufederatie Noord-Holand Stationsstraat 38 1506 DH Zaandam
Op zaterdag 27 oktober vindt de achtste editie van de nacht van de nacht plaats. In november presenteren wij samen met HVC de voortgang van de gemaakte afspraken die de Milieufederatie Noord-Holland in 2011 met hvc inzameling heeft gemaakt in het kader van het project de CO2 ambitie om hun CO2 uitstoot te verminderen. Afgesproken is dat HVC Inzameling aardgas/biogas inzamelvoertuigen gaat aanschaffen en dat zij een verbeterd, zuiniger rijgedrag bij hun chauffeurs gaan bevorderen. In november/december organiseren wij een maatschappelijk debat over wensen en perspectieven voor een duurzame energievoorziening van Noord-Holland. In 2012 willen wij in enkele gebieden komen tot een maatschappelijk convenant windenergie. Hierin hebben maatschappelijke organisaties en bewoners duidelijk aangegeven aan welke voorwaarden voldaan moet worden om op bepaalde plekken tot windmolenopstellingen te komen.
075 63 515 98
[email protected] www.mnh.nl