Het nieuwe Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd 2009/2010 is verschenen Vertrouwd rapport in een frisse en nieuwe jas Door: Kim de Bruijn en Ton Vermeulen
Op 23 augustus 2010 is het nieuwe Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd van NRIT Onderzoek en NHTV verschenen. In dit rapport blikken we zoals gebruikelijk terug op de ontwikkelingen in 2009 en kijken we vooruit naar de toekomstige trends en de implicaties daarvan op onze sector. Het rapport, dat dit jaar voor de 29ste keer verschijnt, heeft een frisse uitstraling gekregen in de nieuwe huisstijl van NRIT Onderzoek. Mede door het lettergebruik, de full-color grafieken en een andere hoofdstukindeling hebben we de leesbaarheid en toegankelijkheid van het rapport aanzienlijk verbeterd. Inhoudelijk staat dit rapport natuurlijk al jaren als een huis en hebben we daarin, behoudens enkele kleine wijzigingen, geen veranderingen aangebracht. Met ingang van de vorige editie is het Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd een coproductie van NRIT Onderzoek en NHTV internationaal hoger onderwijs Breda. Docenten van de hogeschool hebben ook dit jaar weer interessante cases beschreven in artikelen die dit Trendrapport nog meer toegevoegde waarde bieden.
4
nritmagazine
I
n deze editie wordt voor de statistieken op het gebied van vakanties en vrijetijdsbesteding van Nederlanders weer gebruikgemaakt van het ContinuVakantieOnderzoek en ContinuVrijeTijdsOnderzoek van NBTC-NIPO Research. De cijfers geven een breed overzicht van de ontwikkelingen die zich in de sector voordoen. De in dit Trendrapport gepubliceerde gegevens zijn het topje van de ijsberg van de totale beschikbare database, waarin al 30 jaar lang onderzoeksdata over het vakantie- en vrijetijdsgedrag van de Nederlander wordt verzameld. Het Trendrapport kent dit jaar een iets andere indeling dan u gewend bent. Zo wordt de informatie nu gepresenteerd in hoofdstukken in plaats van deelparagrafen. De bijdragen van spits-, branche- en koepelorganisaties zijn daar geplaatst waar zij het meeste aansluiting met het onderwerp hebben. Bovendien zijn dit jaar voor het eerst de ontwikkelingen in de retailsector beschreven. Gezien het feit dat winkelen een van de belangrijkste vrijetijdsactiviteiten van de Nederlander is, lijkt dit onderwerp ons van toegevoegde waarde in dit rapport. Alhoewel het onmogelijk is een rapport van 320 pagina’s in enkele artikelen in NRIT Magazine samen te vatten, belichten we in een drietal artikelen de highlights uit dit rapport. In dit eerste artikel behandelen we met name de belangrijkste trends en ontwikkelingen waar onze maatschappij mee te maken heeft en de implicaties daarvan op de vrijetijdssector. Demografie Qua demografie krijgen we de komende periode natuurlijk vooral te maken met de vergrijzing. Het aantal 65-plussers groeit naar verwachting van 2,5 miljoen in 2009 naar 4,5 miljoen rond 2040. Het aantal 80-plussers stijgt in diezelfde periode waarschijnlijk van 0,6 miljoen tot een maximum van 1,7 miljoen. De totale Nederlandse bevolking blijft volgens het CBS nog tot 2038 groeien en zal dan een maximale
omvang van 17,5 inwoners bereikt hebben. Nu telt Nederland bijna 16,6 miljoen inwoners. Op middellange termijn zal de vrijetijdssector, nog sterker dan voorheen, rekening moeten houden met een gestabiliseerde marktomvang. Van autonome groei door bevolkingsgroei zal dan geen sprake meer zijn. Daar staat echter wel tegenover dat de oudere generatie over meer vrije tijd en financiële middelen beschikt. Vanaf volgend jaar gaan de babyboomers de 65-jarige leeftijd bereiken. In hun vrijetijdsgedrag vinden zij comfort, authenticiteit en betrouwbaarheid belangrijk. Een goed verzorgd aanbod, beleving en waar voor je geld is van belang. Vakanties die bij deze generatie passen, zijn bijvoorbeeld cruises, wellness- en zorgvakanties, rondreizen en golfvakanties. De behoefte aan afwisseling (steeds weer een andere bestemming) blijft ook op zeer hoge leeftijd bestaan en ouderen gaan steeds verder weg. De vakanties staan vooral in het teken van ontspannen, uitrusten en het genieten van het natuurschoon van het vakantieland. De generatie van na de babyboomers (1960– 1985) bereiken vanaf nu de 50-jarige leeftijd. In de vrije tijd zoekt deze generatie naar vernieuwende concepten en beleving. Zij beschikken over weinig vrije tijd, zijn gewend aan een bepaald niveau van luxe en zijn doorgaans kritisch. De meeste vijftigplussers (40%) willen een onbezorgde (zon en zee) vakantie. Daarnaast is er een behoorlijk deel (28%) dat zich richt op het natuurschoon en kamperen, fietsen en wandelen. Verder ziet zo’n 17% een vakantie vooral als een sociale gebeurtenis waarbij het samenzijn belangrijker is dan de specifieke invulling van de vakantie. Evenals de bevolkingsgroei laat echter ook de huishoudensgroei een langzaam afnemend verloop zien. Na 2025 zal de krimp van het aantal huishoudens een wijdverbreid fenomeen worden. Doordat er steeds meer alleenstaanden zijn, neemt de gemiddelde grootte van huishoudens voortdurend af.
nritmagazine
5
Een belangrijke oorzaak hiervoor is de vergrijzing. Voor gezinnen waarvan de beide ouders werken, is de vakantieplanning vaak lastig. Financiering van de vakantie vormt meestal geen probleem. Dit in tegenstelling tot het eenoudergezin, waar de vakantie sneller kan worden geregeld, maar waar in veel gevallen het financiële aspect de bottleneck vormt. Van de 16,6 miljoen inwoners in Nederland zijn er bijna 3,4 miljoen van allochtone afkomst. Er zijn op dit moment ongeveer evenveel eerstegeneratie-allochtonen als tweedegeneratie-allochtonen (beide circa 1,7 miljoen). Er zijn wat meer niet-westerse (1,9 miljoen) dan westerse allochtonen (1,5 miljoen). Het aantal niet-westerse allochtonen is bovendien de afgelopen 15 jaar sterker gegroeid (+59% ten opzichte van 1996) dan het aantal westerse allochtonen (+13%). De totale bevolking groeide in dezelfde periode met ‘slechts’ 7%. Met
6
nritmagazine
de groei van het aantal allochtonen zal de samenstelling en diversiteit van de bevolking wijzigen. De relatief jonge allochtonen ‘verjongen’ de bevolking enigszins en zorgen ervoor dat het geboortecijfer minder snel daalt. De meeste niet-westerse allochtonen komen uit Turkije, Marokko, Suriname en Azië. In de vrijetijdsbesteding en het -aanbod wordt het multiculturele karakter van Nederland steeds duidelijker. Het aanbod in de horeca, retail en bijvoorbeeld evenementen wordt steeds gevarieerder. Met name tweedegeneratie allochtonen nemen steeds meer gebruiken van autochtonen over. Meer traditionele (eerste generatie) allochtonen brengen vooralsnog enkele traditionele vormen van vrijetijdsbesteding terug. Economie Het jaar 2009 gaat de boeken in als een met de grootste naoorlogse economische krimp (4%). Ten opzichte van de verwach-
tingen bij het begin van de kabinetsperiode Balkenende IV is Nederland zo’n 5% bbp verloren. De klappen zijn in eerste instantie opgevangen door bedrijven (winsten) en de overheid (oplopende begrotingstekorten en staatschuld). Voor de meeste mensen was de directe pijn van de crisis tot nog toe beperkt: de koopkracht steeg nog in 2009, terwijl de werkloosheid wel opliep, maar in historisch en internationaal perspectief laag bleef. De vooralsnog relatief lage werkloosheid is een positieve verrassing en wijst mogelijk op een meer flexibele arbeidsmarkt. In 2010 en 2011 zullen de huishoudens de gevolgen van de crisis nog duidelijk voelen: de werkloosheid stijgt verder, terwijl de koopkracht in beide jaren daalt. Het op orde brengen van de overheidsfinanciën zal ook op middellange termijn pijn doen. Op hoofdlijnen kunnen de belangrijkste gevolgen van de crisis als volgt worden samengevat:
- Inkomens blijven achter bij eerdere verwachtingen en er treden vermogensverliezen op. De crisis leidt tot een gelijkwaardigere verdeling van vermogens. - De gevolgen van de huidige crisis voor gezinnen zijn moeilijk te vergelijken met de jaren ‘80. Huishoudens hebben nu vaker een huis en hebben meer financieel vermogen. - Toetreders tot de woningmarkt en consumenten die van de grote druk op de prijzen profiteren, zijn beter af dankzij de crisis. - Nederlanders zijn een gelukkig volk, de kredietcrisis zal hieraan maar weinig veranderen. Aan de iets lagere levensstandaard zal men spoedig gewend zijn. - Werkloos raken in crisistijd verlaagt het geluksniveau aanzienlijk. Wat onze sector mogelijk gaat raken, is het verslechterde consumentenvertrouwen (ofwel het oordeel van de consument over de economische situatie in Nederland). Ook in juni van dit jaar was dat het geval. De indicator van het consumentenvertrouwen kwam uit op -18, dat is 2 punten minder dan in mei 2010. Consumenten waren negatiever over de economische situatie in het algemeen. De kijk op de eigen financiële situatie in de komende 12 maanden veranderde weinig. Hun koopbereidheid verbeterde wel licht. Technologie In het gebruik van basis ICT-faciliteiten doen zich de laatste jaren niet veel spectaculaire ontwikkelingen meer voor. Voor wat betreft de toegang tot een PC heeft het merendeel van de Nederlandse bevolking (12 tot 75 jaar) een plafond bereikt: gemiddeld heeft nu 93% toegang tot een PC. De toegang tot internet vertoont een vergelijkbaar patroon. In totaliteit had vorig jaar 93% toegang tot internet. Van alle personen die internet gebruiken, doet 75% aankopen via internet. Vijf jaar eerder was dat nog 55%. Voor 51% was het minder dan 3 maanden geleden dat
via internet aankopen werden gedaan. De belangrijkste aankopen betreffen reizen en accommodaties (49%), kaartjes voor evenementen (43%), kleding en sportartikelen (41%), en boeken, tijdschriften en kranten (41%). De vrijetijdssector is dus goed vertegenwoordigd in de online aankopen. De laatste jaren is het aantal diensten op mobiel internet fors toegenomen. ‘Internet op je telefoon’ heeft naar schatting 3 à 3,5 miljoen actieve gebruikers en een bereik van 20%. De mobiele content betreft nu voornamelijk informatie over weer, verkeer, nieuws en beleggen alsmede social networks en zoekmachines. In opkomst zijn webshops, locatiediensten (kaarten, navigatie, cityguides, zoeken naar restaurants), financiële dienstverleners, reisbureaus, lifestyle, entertainment en de grote nationale brands. De laatste jaren is de content veel rijker geworden dankzij een veelvoud aan Apps (programmatjes), handsets met touch schermen en kleur. Veel technologische ontwikkelingen die relevant zijn voor de vrijetijdssector hebben betrekking op innovaties in vervoerwijzen. Wat dat betreft heeft vooral elektrisch fietsen een enorme vlucht genomen in Nederland. In veel vakantieplaatsen zijn e-bikes net als gewone fietsen en mountainbikes te huur om de omgeving mee te verkennen. Naast elektrisch fietsen wordt ook de auto van (nog) meer technologische snufjes voorzien. Deze technologie heeft deels betrekking op verduurzaming van het autovervoer. Daarnaast wordt de navigatie steeds intelligenter, onderweg zijn bijvoorbeeld allerhande (uiteraard ook voor toerisme en recreatie relevante) POI’s (points of interest) in te stellen. Op wat langere termijn zijn zogenaamde intelligente auto’s te verwachten. Evenals in andere sectoren zijn technologische innovaties in de vrijetijdssector nauwelijks bij te houden. Mede dankzij de (sociale) media zijn ontwikkelingen op elk gebied transparanter dan ooit en deze ontwikkelin-
nritmagazine
7
Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd 2009/2010
gen volgen elkaar dan ook in recordtempo op. Individuen kunnen ook hun geluk beproeven door hun eigen creativiteit om te zetten in concrete ideeën en producten. Nieuwe producten of diensten zijn daardoor, ook in de vrijetijdssector, niet meer altijd afkomstig van een reeds gevestigde aanbieder. Daarbij verspreidt informatie over nieuwigheden zich ook nog eens razendsnel via sociale (online) netwerken. Social media kan heel positieve, maar ook heel negatieve impacts hebben. Berichten kunnen immers razendsnel over een groot aantal mensen verspreid worden.
Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd 2009/2010
4-8-2010 16:07:44
Het Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd 2009-2010 kost € 137,50. Met een abonnement bent u voordeliger uit en betaalt u slechts € 82,50 per jaar. Het rapport is direct leverbaar. Het rapport is ook te bestellen via de webshop op www.nritmedia.nl.
8
nritmagazine
Ecologie Vorig jaar werd in het Trendrapport voor het eerst gerapporteerd over de milieubelasting van vakanties van Nederlanders op basis van het pilot-rapport ‘Reizen op grote voet in 2005’. Op basis van cijfers over 2008 en de ontwikkeling sinds 2002 werd afgelopen jaar een nieuwe publicatie samengesteld. De totale bijdrage van vakanties van Nederlanders aan CO2-emissies in 2008 is 15,55 Mton ofwel 9,1% van de totale CO2-emissie van de Nederlandse economie. Voor CO2 is het lastig om een duurzaam niveau te definiëren, maar het wordt steeds duidelijker dat grote reducties nodig zullen zijn om ‘gevaarlijke klimaatverandering’ te voorkomen. De EU heeft vooralsnog een reductiedoelstelling van 20% in 2020 ten opzichte van de waarde in 1990. Nederland stelt zich 30% in 2020 ten doel. Bij dergelijke doelstellingen tekenen de resultaten voor de Nederlandse vakantieganger wat schril af: de totale emissies groeiden met 16,8% en de eco-efficiency verminderde
met 5,5% tussen 2002 en 2008. Bij het laatste gegeven kunnen we wel vermelden dat tussen 2005 en 2008 de eco-efficiency weer verbeterde na een forse afname tussen 2002 en 2005. De belangrijkste oorzaak voor de toename van de emissies is gevonden in de toenemende gemiddelde reisafstand naar de bestemming (+32% tussen 2002 en 2008) en die wordt weer voornamelijk veroorzaakt door de sterke toename van het aantal verre reizen (met ruim 80%). Sociaal-cultureel In de afgelopen 30 jaar is de leefsituatie van de Nederlandse bevolking volgens de leefsituatie-index van het Sociaal en Cultureel Planbureau verbeterd. Deze verbetering geldt voor alle sociale groepen, maar niet voor alle groepen in gelijke mate. Zo gingen mensen tussen de 55 en 74 jaar, hoger opgeleiden, alleenstaanden en paren zonder kinderen er meer dan gemiddeld op vooruit, en 25-34-jarigen, de laagst opgeleiden en eenoudergezinnen minder dan gemiddeld. De leefsituatie van mensen die werken, een hogere opleiding hebben of een hoog inkomen hebben, is beter dan gemiddeld. Al geruime tijd wordt een proces van individualisering in de Nederlandse samenleving gesignaleerd. Hieronder kunnen we verstaan de combinatie van toegenomen persoonlijke vrijheid in de vormgeving van het leven bij gelijktijdig toenemende afhankelijkheid van institutionele arrangementen en steeds langer wordende verzorgingsketens. De economische en sociale consequenties zijn groot, wat tot uitdrukking komt in de voortgaande verkleining van de
Inhoud Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd
gemiddelde grootte van een huishouden (een halvering in een halve eeuw) en de daarmee gepaard gaande behoefte aan de geïndividualiseerde beschikbaarheid van voorzieningen (zoals een huis). Met individualisering wordt echter nog veel vaker een proces bedoeld van het meer op zichzelf leven, en het verminderen van ‘echte’ sociale contacten. Het is uiteraard wel duidelijk dat de traditionele groepen waarbinnen zich vroeger een belangrijk deel van het sociale leven afspeelde (gezin, familie) veel minder vanzelfsprekend zijn. Het kleiner worden van huishoudens heeft eveneens gevolgen voor de toeristisch-recreatieve sector. De keuzevrijheid met betrekking tot de vrije tijd wordt in zekere zin vergroot doordat minder rekening gehouden hoeft te worden met bijvoorbeeld kinderen en schoolvakanties. Een gevolg hiervan is onder andere een individualistischer vrijetijdspatroon. Tegelijkertijd is er echter een toenemende belangstelling voor groepsactiviteiten en zogenaamde meergeneratiesuitjes. Naast de eigen familie (bijvoorbeeld tijdens een vakantie in een ‘reüniebungalow’) zoekt men naar andere, minder traditionele, groepsverbanden om de vrije tijd mee door te brengen. Deze zoekt men voornamelijk op basis van gedeelde interesses
Deel 1 Trends 1. Demografi sche ontwikkelingen 2. Economische ontwikkelingen 3. Technologische ontwikkelingen 4. Ecologische ontwikkelingen 5. Sociaal-culturele ontwikkelingen 6. Politieke ontwikkelingen 7. Kwalitatieve ontwikkelingen Deel 2 Vrijetijdsgedrag en vakanties 8. Vrijetijdsgedrag van Nederlanders 9. Het vakantiegedrag van Nederlanders in 2009 10. Inkomend toerisme 11. Internationaal toerisme Deel 3 Domeinen 12. Horecasector (drank-, spijs- en maaltijd-verstrekkers, hotels en bed & breakfastsector) 13. Verblijfsrecreatie (bungalow-, kampeer- en groepsaccommodatiesector) 14. Waterrecreatiesector 15. Reis- en vervoersector 16. Attractiepuntensector 17. Culturele sector 18. Sportsector 19. Evenementensector 20. Retail
Tot zover de belangrijkste feitelijke ontwikkelingen en de gevolgen daarvan op de vrijetijdssector. In een tweede artikel gaat Walter Wildhagen in op enkele opvallende trends en op welke wijze de sector daarop inspeelt. In een derde artikel beschrijft Rob Dirven het vakantiegedrag van de Nederlanders in 2009. •
nritmagazine
9