Exacte wetenschappen Studiegids 2004/2005 Bedrijfswiskunde en Informatica Farmaceutische Wetenschappen Informatica Informatiekunde Kunstmatige Intelligentie Medisch Natuurwetenschappen Natuur- en Sterrenkunde Scheikunde Wiskunde
Inhoudsopgave 1 1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.2.5 1.3 1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.3.4 1.3.5 1.4 1.4.1 1.4.2
2 2.1 2.2 2.2.1 2.2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.4.6 2.4.7 2.4.8 2.4.9 2.4.10 2.4.11 2.4.12 2.4.13 2.4.14 2.4.15 2.5 2.5.1 2.5.2 2.6 2.7
Faculteit Exacte Wetenschappen Beschrijving Organisatie van de faculteit Doelstelling van de faculteit Bestuur van de faculteit Medezeggenschap Bureau van de Faculteit Afdelingen Onderwijsorganisatie Onderwijsdirectie Bureau Onderwijs en Externe Betrekkingen Opleidingen Opleidingscommissie Examencommissie Organisatie onderzoek Secties Onderzoekscholen
13 13 13 13 13 14 14 14 15 15 16 16 17 18 19 19 20
Onderwijs Exacte Wetenschappen Jaarindeling Studiebegeleiding Studieadviseur Mentoren/tutoren Studievoortgang Studievoortgangscontrole Studieadvies 1e jaar Onderwijsregelingen Toelatingseisen Inschrijving tentamens Tentamenresultaten Inzagerecht tentamens Registratie studieresultaten Vrijstellingen Geldigheidsduur studieresultaten Aanvraag goedkeuring bachelorprogramma Bulaanvraag Buluitreikingen Dossierverklaring Beroepsrecht Onderwijs- en examenreglement Regeling voor extra-curriculaire activiteiten Gedragscode vreemde taal Onderwijskwaliteit Opleidingscommissie Onderwijsevaluatie Algemene Vorming Studieverenigingen
23 23 23 23 24 24 24 24 25 25 26 26 26 26 26 27 27 27 27 28 28 29 29 30 30 30 30 31 31
Inhoudsopgave
5
2.7.1 AIK 2.7.2 Mens 2.7.3 STORM 2.7.4 VCSVU 2.8 Internationalisering 2.9 Arbeidsmarktorientatie 2.9.1 Stichting Bèta Bedrijvencontactdag Amsterdam 2.10 Beroepsverenigingen / belangrijke instellingen 2.10.1 Belgisch/Nederlandse Vereniging voor Kunstmatige Intelligentie (BNVKI) 2.10.2 Centrum voor Wiskunde en informatica (CWI) 2.10.3 Koninklijk Nederlandse Chemie Vereninging (KNCV) 2.10.4 Koninklijk Wiskundig Genootschap 2.10.5 Nederlands Genootschap voor Informatica (NGI) 2.10.6 Nederlandse natuurkundige Vereniging (NNV) 2.10.7 Nederlandse Astronomenclub(NAC) 2.10.8 Netwerk voor Informaticae mathematicae en Fysicae (NIMF) 2.10.9 Thomas Stieltjes Instituut for Mathematics 2.10.10 Vereniging voor Statistiek en Operations Research (VVS)
31 31 31 32 32 33 34 34 34 34 34 34 34 35 35 35 35 35
3
Onderwijsvoorzieningen Studiefaciliteiten Openingstijden Onderwijsbureau Boeken en Syllabi Bibliotheek Informatievoorzieningen College- en tentamenroosters Onderwijsruimtes Computervoorzieningen Digitale leeromgeving Print- en kopieerfaciliteiten Veiligheid Voorzieningen Openstelling gebouw Studentenchipkaart Mindervaliden Fietsenberging / fietsenmaker
37 37 37 37 37 38 38 38 38 38 39 39 39 39 39 40 40
Bachelor Bedrijfswiskunde en Informatica De flexibele bacheloropleiding Domein Doelstelling Eindtermen Specifieke toelatingseisen Deeltijd Duaal Studiebegeleiding Inschrijfprocedures FEWEB Vervolgopleidingen Arbeidsmarkt en werkgelegenheid
41 41 41 41 41 42 42 42 43 43 44 44
3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.1.4 3.1.5 3.1.6 3.1.7 3.1.8 3.1.9 3.1.10 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.2.4
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11
4.12 4.12.1 4.13 4.13.1 4.14 4.14.1 4.14.2 4.14.3 4.15
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma 2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma 3e jaar voor studenten gestart in 2002 Onderwijsprogramma Keuzeruimte Bedrijfscase 3e jaar duale variant voor studenten gestart in 2002
44 44 45 45 46 46 46 46 47
5
Bachelor Farmaceutische Wetenschappen Beschrijving De flexibele bacheloropleiding Nieuwe en oude opleiding Doelstelling en eindtermen Specifieke toelatingseisen Studiebegeleiding Studieadviseur Sectieonderwijscoordinatoren Academische vaardigheden Vervolgopleidingen 1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma 2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma Mogelijke keuzemodules 3e jaar voor studenten gestart in 2002 Onderwijsprogramma Keuzeruimte Eindprojecten Oriëntatie op beroepsprofielen Tweedegraads onderwijsbevoegdheid Overige vakken
49 49 49 49 49 50 50 51 51 51 52 52 52 53 53 53 54 54 54 55 56 57 57
Bachelor Informatica De flexibele bacheloropleiding Domein Doelstelling Eindtermen Specifieke toelatingseisen Studiebegeleiding Vervolgopleidingen Arbeidsmarkt en werkgelegenheid 1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma 2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma Vrije keuze van minimaal 4 sp 3e jaar voor studenten gestart in 2002
59 59 59 59 60 60 60 60 61 61 61 61 61 62 62
5.1 5.1.1 5.1.2 5.2 5.3 5.4 5.4.1 5.4.2 5.5 5.6 5.7 5.7.1 5.8 5.8.1 5.8.2 5.9 5.9.1 5.9.2 5.9.3 5.9.4 5.9.5 5.10
6 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 6.9 6.9.1 6.10 6.10.1 6.10.2 6.11
Inhoudsopgave
7
6.11.1 6.11.2 6.11.3 6.11.4
Onderwijsprogramma Bachelorproject Verplichte keuze Keuze ruimte
62 62 63 63
7
Bachelor Informatiekunde De flexibele bacheloropleiding Algemeen Bedrijfsinformatica Domein Doelstelling Eindtermen Specifieke toelatingseisen Studiebegeleiding Inschrijfprocedures FEWEB Vervolgopleidingen Arbeidsmarkt en werkgelegenheid Verloop van de studie 1e jaar voor studenten die beginnen in 2004 2e jaar voor studenten gestart in 2003 3e jaar voor studenten gestart in 2002 Multimedia en Cultuur Domein Doelstelling Eindtermen Specifieke toelatingseisen Studiebegeleiding Vervolgopleidingen Arbeidsmarkt en werkgelegenheid Verloop van de studie 1e jaar voor studenten die beginnen in 2004 2e jaar voor studenten gestart in 2003 3e jaar voor studenten gestart in 2002
65 65 65 65 65 66 66 66 67 67 68 68 68 69 69 70 72 72 72 73 73 73 73 74 74 75 75 76
Bachelor Kunstmatige intelligentie De flexibele bacheloropleiding Domein Doelstelling Eindtermen Specifieke toelatingseisen Studiebegeleiding Tentamenprocedure FPP Vervolgopleidingen Arbeidsmarkt en werkgelegenheid 1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma 2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma 3e jaar voor studenten gestart in 2002
79 79 79 79 80 80 80 80 81 81 81 81 82 82 82
7.1 7.2 7.3 7.3.1 7.3.2 7.3.3 7.3.4 7.3.5 7.3.6 7.3.7 7.3.8 7.3.9 7.3.10 7.3.11 7.3.12 7.4 7.4.1 7.4.2 7.4.3 7.4.4 7.4.5 7.4.6 7.4.7 7.4.8 7.4.9 7.4.10 7.4.11
8 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8 8.9 8.10 8.10.1 8.11 8.11.1 8.12
8.12.1 Onderwijsprogramma 8.12.2 Vrije keuze van minimaal 11 sp
82 83
9
85 85 85 85 85 86 86 86 87 87 88 89 89 90 90 91 91 91 91 92 92 93
9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7 9.8 9.9 9.10 9.11 9.11.1 9.12 9.12.1 9.13 9.13.1 9.13.2 9.13.3 9.13.4 9.13.5 9.13.6
Bachelor Medische Natuurwetenschappen De flexibele bacheloropleiding Domein Doelstelling Eindtermen Specifieke toelatingseisen Studiebegeleiding Academische vaardigheden Vervolgopleidingen Arbeidsmarkt en werkgelegenheid Betrokken afdelingen 1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma 2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma 3e jaar voor studenten gestart in 2002 Onderwijsprogramma Verplichte keuzevakken Oriëntatie op een afstudeerrichting Vrije keuzevak Orientatie op de M en C/E variant Wat te doen bij studieachterstand?
10
Bachelor Natuur en Sterrenkunde 10.1 De flexibele bacheloropleiding 10.2 Domein 10.3 Doelstelling 10.4 Eindtermen 10.5 Specifieke toelatingseisen 10.6 Studiebegeleiding 10.6.1 Docentmentoraat 10.6.2 Studentmentoraat 10.6.3 Portfolio 10.7 Oriëntatie op Beroep en Specialisatie 10.8 Vervolgopleidingen 10.8.1 Masteropleiding 10.8.2 Tweedegraads onderwijsbevoegdheid 10.9 Arbeidsmarkt en werkgelegenheid 10.10 1e jaar voor studenten gestart in 2004/2005 10.10.1 Onderwijsprogramma 10.11 2e jaar voor studenten gestart in 2003/2004 10.11.1 Onderwijsprogramma 10.11.2 Keuzevakken 10.12 3e jaar voor studenten gestart in 2002/2003 10.12.1 Onderwijsprogramma 10.13 Keuzeruimte
Inhoudsopgave
95 95 95 95 96 96 97 97 97 97 97 98 98 98 98 99 99 100 100 100 101 101 101
9
10.13.1 Keuzeruimte 10.14 Dubbele bachelor: Natuurkunde en Wiskunde 10.14.1 Onderwijsprogramma
101 102 102
11
Bachelor Scheikunde Beschrijving De flexibele bacheloropleiding Nieuwe en oude opleiding Doelstelling en eindtermen Specifieke toelatingseisen Studiebegeleiding Studieadviseur Sectieonderwijscoordinatoren Academische vaardigheden Vervolgopleidingen 1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma 2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma Mogelijke keuzemodules 3e jaar voor studenten gestart in 2002 Onderwijsprogramma Keuzeruimte Eindprojecten Oriëntatie op de beroepsprofielen Tweedegraads onderwijsbevoegdheid Overige vakken
103 103 103 103 103 104 104 105 105 105 106 106 106 106 106 107 108 108 108 108 110 110 111
Bachelor Wiskunde 12.1 De flexibele bacheloropleiding 12.2 Domein 12.3 Doelstelling 12.4 Eindtermen 12.5 Specifieke toelatingseisen 12.6 Deeltijd 12.7 Studiebegeleiding 12.8 Bachelorproject 12.9 Vervolgopleidingen 12.10 Arbeidsmarkt en werkgelegenheid 12.11 1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 12.11.1 Onderwijsprogramma 12.12 2e jaar voor studenten gestart in 2003 12.12.1 Onderwijsprogramma 12.13 3e jaar voor studenten gestart in 2002 12.13.1 Onderwijsprogramma 12.13.2 Vrij keuzevak Wiskunde of bijvak voor minimaal 5 sp 12.13.3 Verplicht keuzevak Wiskunde voor 6 sp 12.14 Dubbele bachelor: Natuurkunde en Wiskunde
113 113 113 114 114 114 115 115 115 115 115 115 115 117 117 118 118 119 119 119
11.1 11.1.1 11.1.2 11.2 11.3 11.4 11.4.1 11.4.2 11.5 11.6 11.7 11.7.1 11.8 11.8.1 11.8.2 11.9 11.9.1 11.9.2 11.9.3 11.9.4 11.9.5 11.10
12
13
Examenonderdelen
Inhoudsopgave
121
11
12
Exacte wetenschappen
1
1.1
Faculteit Exacte Wetenschappen
Beschrijving De Faculteit der Exacte Wetenschappen (FEW) kent een indeling in vijf afdelingen, met daarbinnen secties. Het onderwijs van de faculteit wordt door docenten uit een van deze vijf afdelingen gegeven. Alleen de organisatie en de beleidsmatige ondersteuning van het onderwijs vindt op facultair niveau plaats. De vijf afdelingen binnen de FEW zijn: • Informatica (I) • Natuur- en Sterrenkunde (N&S) • Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen (S&F) • Wiskunde (W) • Algemene Vorming (AV) Onderwijs wordt ook gegeven aan doelgroepen buiten de FEW, met name aan studenten Econometrie en Letteren. Wetenschappelijk onderzoek wordt soms verricht in multidisciplinair verband met onderzoekers van andere faculteiten van de VU of van andere instellingen.
1.2
Organisatie van de faculteit
1.2.1
Doelstelling van de faculteit De Faculteit der Exacte Wetenschappen heeft tot doel het geven van onderwijs en het verrichten van onderzoek in de exacte wetenschappen, op het terrein van de Informatica, de Natuur- en Sterrenkunde, de Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen, de Wiskunde en de daaraan verwante multidisciplinaire gebieden.
1.2.2
Bestuur van de faculteit Het faculteitsbestuur (FB) bestaat uit 3 hoogleraren, waaronder de decaan, afkomstig uit de afdelingen Informatica, Natuur- en Sterrenkunde, Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen en Wiskunde. Als adviseur zijn toegevoegd de directeur bedrijfsvoering, een lid van het ondersteunend personeel en een student uit een van de opleidingen van de faculteit. Tot de bevoegdheden en taken van het faculteitsbestuur behoren onder meer: • de organisatie en coördinatie van het onderwijs en de wetenschapsbeoefening. Deze taak is echter, voor wat het onderwijs betreft, grotendeels gedelegeerd aan de onderwijsdirectie; • het vaststellen van de Onderwijs- en Examenregeling (O.E.R.) van iedere opleiding aan de faculteit en de regelmatige beoordeling van deze regeling; • het toezicht houden op de uitvoering van de O.E.R. en de onderzoekprogramma's. Hierover kan het bestuur richtlijnen geven aan de afdelingen; • het benoemen van een onderwijsdirectie; • het instellen van de examencommissie en het benoemen van de leden; • het benoemen van de leden van de opleidingscommissies; • het vaststellen van het huishoudelijk reglement van de onderwijsorganisatie. Het faculteitsbestuur bestaat uit: prof. dr. W. Hogervorst (Natuur- en Sterrenkunde), decaan prof. dr. E.J. Baerends (Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen) Faculteit Exacte Wetenschappen
13
prof. dr. J. van Mill (Wiskunde) drs. D. Schinkelshoek (directeur bedrijfsvoering), adviseur R.F. Schmidt (ondersteunend personeel), adviseur N. Zonneveld (student), adviseur 1.2.3
Medezeggenschap De medezeggenschap van studenten over het bestuur van de faculteit vindt plaats via de Facultaire studentenraad (FSR). In de Facultaire Gezamenlijke Vergadering van de FSR met de Onderdeel Commissie (OC), waarin al het personeel van de faculteit is vertegenwoordigd, wordt een standpunt bepaald over de volgende zaken: • instemming met de Onderwijs- en Examenregelingen (O.E.R.-en) van de opleidingen; • advies over het hoogleraren- en UHD-plan van een afdeling; • advies over de deelbegrotingen; • wijziging van het faculteitsreglement. De samenstelling van de Facultaire Studentenraad FEW is: Guus Harms (Natuurkunde) Kirsten Valkenburg (Wiskunde) Sebastiaan Janssens (Natuurkunde/Wiskunde) Paulien Out (Bedrijfswiskunde en Informatica) Cynthia Maan (Natuurkunde) Anette Houweling (Medische Natuurwetenschappen) Manon van Tunen (Medische Natuurwetenschappen) Algemeen e-mailadres:
[email protected]
1.2.4
Bureau van de Faculteit Het faculteitsbureau maakt deel uit van het Facultair Service Centrum (FSC) van de faculteit. Onder het FSC vallen tevens de Fijnmechanische en Glastechnische Instrumentatie groep, de Elektronica groep en de Computerondersteuning groep (ITgroep). Onder het faculteitsbureau vallen: het Bestuurssecretariaat, de afdeling Personeel en Organisatie, de Financiële administratie, de afdeling Arbo- en milieudienst en het Bureau Onderwijs en Externe Betrekkingen. Het faculteitsbureau staat onder leiding van de directeur bedrijfsvoering, drs. D. Schinkelshoek. Postadres: Vrije Universiteit Faculteit der Exacte Wetenschappen De Boelelaan 1081-1083 1081 HV Amsterdam tel. (020) 44 47500 fax (020) 44 47509
1.2.5
14
Afdelingen Een afdeling is een organisatie van personen die op een bepaald vakgebied werkzaam zijn. Een afdeling bestaat uit een afdelingshoofd, wetenschappelijk personeel, ondersteunend personeel en studenten die bijdragen aan het onderwijs- en/of onderzoekprogramma van de afdeling. De afdeling ontplooit ook activiteiten op het Exacte wetenschappen
gebied van voorlichting, organisatie van wetenschappelijke voordrachten en dergelijke. Elke afdeling staat onder leiding van het afdelingshoofd, afkomstig uit de hoogleraren van de afdeling, benoemd door het faculteitsbestuur voor een termijn van drie jaar. Het afdelingshoofd is onder meer verantwoordelijk voor: • de uitvoering van het onderwijs binnen de afdeling. Deze taak is echter grotendeels gedelegeerd aan het managementteam van de afdeling; • de Onderwijs- en Examenregelingen (O.E.R.) van de opleidingen binnen de afdeling; • de wetenschapsbeoefening binnen de afdeling. De afdelingshoofden zijn: Informatica: prof. dr. A.E. Eiben Natuurkunde & Sterrenkunde: prof. dr. P.J.G. Mulders Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen: prof. dr. H. Irth Wiskunde: prof. dr. A.W. van der Vaart Algemene Vorming: prof. dr. F.H. van Lunteren
1.3
Onderwijsorganisatie De verantwoordelijkheid voor de onderwijsorganisatie van de FEW is in handen van het faculteitsbestuur. Deze heeft de leiding hiervan echter overgedragen aan de onderwijsdirectie.
1.3.1
Onderwijsdirectie De onderwijsdirectie van FEW is belast met de organisatie en coördinatie van het onderwijs, zowel van wat in de eigen afdelingen wordt onderwezen, als van het onderwijs dat voor andere opleidingen in de universiteit gegeven wordt. De onderwijsdirectie doet na overleg met afdelingen voorstellen voor de verdeling van onderwijskracht (stafleden) over onderwijseenheden en zorgt ervoor dat de kwaliteit van het onderwijs bewaakt wordt. Ook bereidt de directie de zogenaamde onderwijsvisitaties voor. De onderwijsdirectie adviseert bij de werving van personeel met een onderwijstaak. Een lid van de onderwijsdirectie treedt op als medebeoordelaar van docenten en als informant bij de beoordeling van hoogleraren. De onderwijsdirectie bestaat uit vier wetenschappelijke personeelsleden, elk afkomstig uit één van de vier afdelingen (Informatica, Natuur- en Sterrenkunde, Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen en Wiskunde) van de faculteit. Het faculteitsbestuur benoemt één van de leden van de onderwijsdirectie tot voorzitter (de onderwijsdirecteur) voor een periode van drie jaar. De onderwijsdirectie bestaat uit de volgende personen: prof. dr. W.H. Mager (Scheikunde, Farmaceutische Wetenschappen en Medische Natuurwetenschappen), voorzitter dr. J.P. Dekker (Natuur- en Sterrenkunde) dr. F. van Schagen (Wiskunde, Bedrijfswiskunde en Informatica ) dr. J.M. van Wouwe (Informatica, Kunstmatige Intelligentie en Informatiekunde) R. Bleeker (student), adviseur dr. M. Witte (hoofd Bureau Onderwijs en Externe Betrekkingen), adviseur
Faculteit Exacte Wetenschappen
15
1.3.2
Bureau Onderwijs en Externe Betrekkingen Het Bureau Onderwijs en Externe Betrekkingen verzorgt onder andere de studentenadministratie, de planning en organisatie van de colleges en tentamens. Daarnaast ondersteunt het bureau in beleidsmatige zin de bestuurlijke organen en de onderwijsdirectie. Tevens verzorgt het de public relations voor de FEW en de voorlichting aan aankomende studenten. Het Bureau Onderwijs en Externe Betrekkingen bestaat uit de volgende personen: dr. M. Witte (hoofd), S3.56, tel. (020) 44 47730 Onderwijsbureau, kamer S3.11, e-mail:
[email protected] C.M.L. Berkeveld (Medische Natuurwetenschappen), tel. (020) 44 47657 A.J. Bikker-Burggraaf (assistent onderwijscoördinator), tel. (020) 44 47486 N. Brouwenstijn (Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen), tel. (020) 44 47663 E.H. Pauw (Wiskunde en Informatica bachelor), tel. (020) 44 47655 P. Rinsma (Natuur- en Sterrenkunde), tel. (020) 44 47664 J. van Schie (coördinator onderwijsbureau), tel. (020) 44 47662 M. Sotiriou (balie), tel. (020) 44 47660 J.J.W. Trimbach (Wiskunde en Informatica master), tel. (020) 44 47661 PR en Voorlichting: B. Blasweiler, kamer P3.22, tel (020) 44 47517 C.M.A. Fruitier, kamer P3.54, tel (020) 44 47507 M.J. Veenkamp, kamer P3.62, tel (020) 44 47732 M.A.H. Vermond, kamer P3.22, tel (020) 44 47651 Internationalisering: J. Furman, kamer P3.62, tel (020) 44 47499
1.3.3
Opleidingen In de nieuwe indeling van de universitaire opleidingen zijn er driejarige opleidingen die leiden tot een bachelorsdiploma. Daarboven zijn er vervolgopleidingen van één of twee jaar die leiden tot een mastersdiploma. Zie voor een overzicht van de masteropleidingen FEW de zogenoemde tabel. Masteropleidingen FEW Naam Artificial Intelligence: Intelligent Internet Applications Knowledge Management and Technology Self Organising Systems Interdisciplinary Applications Cognitive Science AI and Communication Bioinformatics Biomolecular Sciences** Business Mathematics and Informatics
Chemistry: Analytical Sciences* Laser Sciences / Molecular Photoscience* Biochemistry
16
Exacte wetenschappen
Vorm Voltijd
Taal Engels
Voltijd Voltijd Voltijd, deeltijd en duaal Voltijd
Engels Engels Engels
Engels
Molecular Design, Synthesis and Catalysis* Computational and Theoretical Sciences* Chemistry and Education Chemistry and Communication Chemistry and Business Computer Science: Internet en Web-technology Parallel Computing and Visualisation Software Engineering Multimedia Formal Methods and Software Verification Technical Artificial Intelligence Information- and Communication Technology Computer Science and Communication Information Science: Business Informatics Multimedia and Culture Mathematics*: Fundamental Mathematics Application Oriented Mathematics Mathematics with Life Sciences Mathematics and Communication Mathematics and Education Medical Natural Sciences: Physics of Life Molecular Medicine Bioinformatics/Genomics Bio Complex Systems MNS and Communication MNS and Management Parallel and Distributed Computer Systems *** Pharmaceutical Sciences / Pharmacochemistry: Drug Discovery & Target Finding Drug Disposition & Safety Assessment Drug Design & Synthesis Computational Medicinal Chemistry & Toxicology Biomolecular & Drug Analysis Pharmacochemistry and Communication Pharmacochemistry and Business Physics: Biophysics and Physics of Complex Systems Computational Physics Laser Sciences / Molecular Photoscience* Condensed Matter Science* Particle and Astroparticle Physics* Theoretical Physics* Physics and Business Physics and Communication Physics and Education Stochastics and Financial Mathematics*
Voltijd
Engels
Voltijd
Engels
Voltijd en deeltijd
Engels
Voltijd
Engels
Voltijd Voltijd
Engels Engels
Voltijd
Engels
Voltijd
Engels
* Samen met de Universiteit van Amsterdam. ** Wordt samen met de Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen aangeboden. *** Voor informatie over deze master zie http://www.cs.vu.nl/masters/compsys 1.3.4
Opleidingscommissie Elke opleiding heeft een opleidingscommissie. In de onderwijsorganisatie speelt de opleidingscommissie een centrale rol ten aanzien van de opleiding. De
Faculteit Exacte Wetenschappen
17
opleidingscommissie geeft bijvoorbeeld de onderwijsdirectie advies over de inhoud en relevantie van de eindtermen van de opleiding en kan voorstellen doen tot wijziging daarvan. Ook kan de opleidingscommissie curriculumwijzigingen voorstellen. Van een advies van de opleidingscommissie kan door het faculteitsbestuur en de onderwijsdirectie alleen gemotiveerd worden afgeweken. De opleidingscommissie bestaat uit drie leden van het wetenschappelijk personeel en drie studentleden. De onderwijsdirecteur en de studieadviseur zijn adviserend lid. Zie voor de volledige bezetting van de opleidingscommissies de website: http://www.few.vu.nl/organisatie/bestuur/commissie-nl.html 1.3.5
Examencommissie Voor elke opleiding of groep van opleidingen stelt het faculteitsbestuur een examencommissie in. Deze bestaat uit leden van het wetenschappelijk personeel die belast zijn met het onderwijs in die opleidingen. De examencommissie stelt regels op met betrekking tot de goede gang van zaken bij tentamens en neemt de examens af. Zij wijst examinatoren aan en kan hun richtlijnen geven met betrekking tot de beoordeling van de tentamens. Verder stelt de examencommissie de nadere Regelen en Richtlijnen m.b.t. Tentamens en Examens vast. Studenten kunnen geen lid zijn van een examencommissie. Zie voor meer informatie de website: http://www.few.vu.nl/onderwijs/reglementennl.html Examencommissie FEW (dagelijks bestuur): prof. dr. D. Lenstra, voorzitter prof. dr. M. van Veldhuizen, secretaris Subcommissies Natuur- en Sterrenkunde: prof. dr. D. Lenstra, voorzitter dr. J.P. Dekker, secretaris dr. W.A. Sterrenburg Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen: prof. dr. H.A. Raué, voorzitter prof. dr. K. Lammertsma, secretaris dr. H. Lingeman prof. dr. R. Leurs, adviseur prof. dr. S. Stolte, adviseur Wiskunde en Informatica: prof. dr. F.M.T. Brazier, voorzitter prof. dr. M. van Veldhuizen, secretaris prof. dr. A.C.M. Ran dr. ir. T. Koetsier dr. C.M. Jonker Medische Natuurwetenschappen: dr. H. Lingeman,voorzitter dr. J.P. Dekker, secretaris prof. dr. A.C.M. Ran
18
Exacte wetenschappen
1.4
Organisatie onderzoek Het onderzoek vindt plaats binnen de verschillende afdelingen van de faculteit. Ter bevordering van het multidisciplinaire onderzoek kan het faculteitsbestuur onderzoekinstituten instellen. Op dit moment kent de faculteit het onderzoekinstituut 'lasercentrum'.
1.4.1
Secties Het onderzoek van een afdeling vindt plaats in de secties. Deze participeren in een aantal onderzoekscholen en onderzoeksinstituten. De afdeling Natuur- en Sterrenkunde kent de volgende secties: • Subatomaire Fysica en Kernfysische Meetmethoden hoofd: prof. dr. ing. J.F.J. van den Brand secretariële ondersteuning: mw. P.H. Koning, T2.24, tel. (020) 44 47459 • Theoretische Natuurkunde hoofd: prof. dr. F. MacKintosh secretariële ondersteuning: mw. P.H. Koning, kamer T2.24, tel. (020) 44 47459 • Vaste Stoffysica hoofd: prof. dr. R.P. Griessen secretariële ondersteuning: mw. P.H. Koning, kamer T2.24, tel. (020) 44 47459 • Biofysica hoofd: prof. dr. R. van Grondelle secretariële ondersteuning: mw. Y.M. de Bruin, kamer T2.04, tel. (020) 44 47890 • Fysica van Complexe Systemen hoofd: prof. dr. C.F. Schmidt secretariële ondersteuning: mw. G.J. Rijnsburger, kamer U0.21, tel. (020) 44 47891 • Natuurkunde Practica en Didactiek hoofd: dr. P.J. Blankert secretariële ondersteuning: mw. Y.M. de Bruin, kamer U0.21, tel. (020) 44 47891 • Atoom- en Laserfysica hoofd: prof. dr. W.M.G. Ubachs secretariële ondersteuning: mw. Y.M. de Bruin, kamer T2.04, tel. (020) 44 47890 • Natuurkundige Informatica hoofd: prof. dr. ir. H.E. Bal secretariële ondersteuning: mw. P.H. Koning, kamer T2.24, tel. (020) 44 47459 De afdeling Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen kent de volgende secties: • Analytische Chemie en Toegepaste Spectroscopie (ACAS) hoofd: prof. dr. C. Gooijer secretariële ondersteuning: mw. G.M. Cassée, kamer M3.28, tel. (020) 44 47544 • Biochemie en Moleculaire Biologie (BMB) hoofd: prof. dr. S.M. van der Vies secretariële ondersteuning: mw. N. Ramdjan, kamer KB2.46, tel. (020) 44 47555 • Organische en Anorganische chemie (OAC) hoofd: prof. dr. K. Lammertsma secretariële ondersteuning: mw. J.M. Sisto-Rijken, kamer N3.38, tel. (020) 44 47480 • Medicinal Chemistry (MC) hoofd: prof. dr. R. Leurs secretariële ondersteuning: mw. drs. L. de Wit, kamer P2.46, tel. (020) 44 47600 • Moleculaire Toxicologie (MT) Faculteit Exacte Wetenschappen
19
hoofd: prof. dr. N.P.E. Vermeulen secretariële ondersteuning: mw. drs. L. de Wit, kamer P2.46, tel. (020) 44 47600 • Fysische Chemie (FC) hoofd: prof. dr. S. Stolte secretariële ondersteuning: mw. T.M. de Jonge, kamer O1.31, tel. (020) 44 47644 • Theoretische Chemie (TC) hoofd: prof. dr. E.J. Baerends secretariële ondersteuning: mw. P. van Berkum, kamer R1.54, tel. (020) 44 47519 De afdeling Wiskunde kent de volgende secties: • Meetkunde hoofd: prof. dr. J.van Mill secretariële ondersteuning: mw. M.W.S. Titawano, kamer S3.38, tel. (020) 44 47700 • Analyse hoofd: prof. dr. J.Hulshof secretariële ondersteuning: mw. M.W.S. Titawano, kamer S3.38, tel. (020) 44 47700 • Stochastiek hoofd: prof. dr. R.W.J. Meester secretariële ondersteuning: mw. M.W.S. Titawano, kamer S3.38, tel. (020) 44 47700 De afdeling Informatica kent de volgende secties: • Informatiemanagement en Software Engineering (IMSE) hoofd: prof. dr. J.C.van Vliet secretariële ondersteuning: mw. E. Lammers, kamer T3.06c, tel. (020) 44 47718 • Computersystemen hoofd: prof. dr. A.S.Tanenbaum secretariële ondersteuning: mw. I. Thomson, kamer S3.54, tel. (020) 44 47483 • Kunstmatige Intelligentie (AI) hoofd: prof. dr. J.Treur secretariële ondersteuning: mw. I. Thomson, kamer S3.54, tel. (020) 44 47483 • Theoretische Informatica hoofd: prof. dr. A.E. Eiben secretariële ondersteuning: mw. E. Lammers, kamer T3.06c, tel. (020) 44 47718 • Bedrijfsinformatica hoofd: prof. dr. J.M. Akkermans secretariële ondersteuning: mw. E. Lammers, kamer T3.06c, tel. (020) 44 47718 • Bioinformatica hoofd: prof. dr. J. Heringa secretariële ondersteuning: mw. I. Thomson, kamer S3.54, tel. (020) 44 47483 De afdeling Algemene Vorming kent geen secties. Het hier verrichte onderzoek heeft betrekking op de geschiedenis en de maatschappelijke aspecten van de natuurwetenschappen, wiskunde en informatica. hoofd: prof. dr. F.H. van Lunteren secretariële ondersteuning: mw. M. Brookman, kamer T0.36c, tel. (020) 44 47975 1.4.2
20
Onderzoekscholen Een onderzoekschool is een samenwerkingsverband van instellingen op een bepaald onderzoeksterrein en heeft tot doel het verzorgen van een onderzoekersopleiding op haar vakgebied, het coördineren van het onderzoek op dit gebied en het
Exacte wetenschappen
vertegenwoordigen van haar leden naar overheid, bedrijfsleven en het algemeen publiek. Een onderzoekschool kan worden erkend door de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW). De afdeling Natuur- en Sterrenkunde participeert in een vijftal onderzoekscholen, te weten: • SAF (subatomaire fysica) • NOVA (Nederlandse Onderzoekschool voor Astronomie) (sterrenkunde) • Biocentrum Amsterdam (biofysica) • COM-OP (Condensed Matter and Optical Physics) (biofysica, vaste stoffysica, atoomfysica, theoretische natuurkunde) De afdeling N&S is penvoerder van COM-OP. Prof.dr. D. Lenstra is director, dr. D.G. de Groot executive manager en mw. P.H. Koning management-assistent/secretary. • FANTOM (Fundamental and Applied Nuclear and Atomic Physics) (kernfysische meetmethoden). De afdeling N&S is geassocieerd aan de onderzoekschool LOTN (Landelijke Onderzoekschool Theoretische Natuurkunde). Verder participeert de afdeling N&S in het onderzoeksinstituut COMPAS (Condensed Matter, Physics and Atomic Spectroscopy) (directeur: prof.dr. D. Lenstra) en is zij partner in het NIKHEF (Nationaal Instituut voor Kern- en Hoge Energie Fysica). De afdeling Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen participeert in de volgende door de KNAW erkende onderzoekscholen, te weten: • BCA (Biocentrum Amsterdam) • LACDR (Leiden/Amsterdam Centre for Drug Research) • HRSMC (Holland Research School for Molecular Chemistry). De afdeling Wiskunde participeert in het Thomas Stieltjes Institute for Mathematics tezamen met de wiskunde-afdelingen van de Universiteit van Amsterdam, de Technische Universiteit Delft, de Technische Universiteit Eindhoven, de Rijksuniversiteit Leiden en de Erasmus Universiteit Rotterdam. Het Stieltjes Instituut heeft een samenwerkingsverband met het Centrum voor Wiskunde en Informatica. Studenten kunnen vanaf hun derde studiejaar zogenoemde Stieltjes-colleges volgen. Deze zijn opgenomen in de informatiegids van het Stieltjes Instituut en kunnen (na goedkeuring) of meetellen voor het masterexamen of voor de aioonderwijsverplichting. Informatie over deze Stieltjes-colleges is opgenomen in de informatiegids van het Stieltjes Instituut die bij het onderwijsbureau is in te zien. (Algemene) informatie over het Stieltjes Instituut is te vinden op: http://www.math.leidenuniv.nl/~stieltjes. De afdeling Informatica participeert in de onderzoekscholen: • SIKS (Dutch Research School for Information and Knowledge Systems) • IPA (Institute for Programming Research and Algorithmics) • OZL (Dutch Research School in Logic) • ASCI (Advanced Simulation and Computing)
Faculteit Exacte Wetenschappen
21
22
Exacte wetenschappen
2
2.1
Onderwijs Exacte Wetenschappen
Jaarindeling Het cursusjaar is onderverdeeld in zes onderwijsperiodes, van resp. acht, acht, vier, acht, acht en vier weken. De laatste week van elke periode is een toetsweek. De herkansingen van een bepaalde periode vinden twee periodes daarna 's avonds plaats. Ook in augustus is een herhalingstentamenperiode, waardoor studenten in de gelegenheid worden gesteld de jaarprogramma’s af te ronden. Periode 1 2 3 4 5 6
Data ma 06/09/04 t/m vr 29/10/04 ma 01/11/04 t/m vr 07/01/05 ma 10/01/05 t/m vr 04/02/05 ma 07/02/05 t/m vr 01/04/05 ma 04/04/05 t/m vr 03/06/05 ma 06/06/05 t/m vr 01/07/05
Weken 37 t/m 44 45 t/m 1 2 t/m 5 6 t/m 13 14 t/m 22 23 t/m 26
De volgende dagen zijn onderwijsvrij: Ma 27 december tot en met vr 7 januari Vr 25 maart: Goede Vrijdag Ma 28 maart: Tweede Paasdag Do 5 mei: Hemelvaartsdag Vr 6 mei: Verplichte ADV-dag Ma 16 mei: Tweede Pinksterdag Zie voor de jaarindeling ook de website: http://www.few.vu.nl/onderwijs/roosters/periode04-05.html
2.2
Studiebegeleiding Onder ‘studiebegeleiding’ worden alle vormen van advies en bijstand verstaan die door de instelling worden verleend aan een student met als doel diens studievoortgang te bevorderen en, algemener, de student te doen beschikken over de rechten waarop hij op grond van de Wet Hoger Onderwijs (WHW) aanspraak kan maken. Op centraal universitair niveau vallen daaronder de diensten van studentendecanen, studentenpsychologen en loopbaanadviseurs. Op facultair niveau gaat het vooral om studieadvies en studievoorlichting.
2.2.1
Studieadviseur Studieadviezen worden gegeven door de studieadviseur of docentmentor. Hulp wordt geboden bij studieproblemen en studievertraging. Ook kunnen studenten bij hem of haar terecht voor vragen en problemen op andere gebieden. Zonodig wordt overleg gepleegd met docenten of wordt doorverwezen naar andere instanties binnen de VU. In het opleidingshoofdstuk worden de betreffende studieadviseurs genoemd.
Onderwijs Exacte Wetenschappen
23
2.2.2
2.3
Mentoren/tutoren Reeds bij de introductie van de student op de universiteit en de afdeling wordt voor opvang gezorgd. De eerstejaars studenten worden ingedeeld in kleine groepjes onder begeleiding van een mentor. Deze mentoraatsgroepen komen regelmatige bijeen. Het doel van het mentoraat is studenten wegwijs te maken in de studie, zich thuis te laten voelen op de faculteit, het begeleiden van de overgang vwo-wo, het trainen van studievaardigheden, studenten te helpen bij onzekerheid en te ondersteunen bij het studeren.
Studievoortgang Een opleiding bestaat uit examenonderdelen, ook wel aangeduid als ’vakken’. De studielast van elk examenonderdeel wordt in ECTS-punten uitgedrukt en is vastgelegd in de onderwijs- en examenregeling (O.E.R.). Het bachelorprogramma omvat 180 studiepunten. Eén studiepunt komt overeen met een studiebelasting van 28 uur. Onder studiebelasting worden alle activiteiten verstaan die met het studeren te maken hebben, zoals het voorbereiden en volgen van hoor- en werkcolleges en practica, de studie voor tentamens, het voorbereiden en houden van voordrachten en het schrijven van verslagen of scripties.
2.3.1
Studievoortgangscontrole Ten behoeve van de controle op de studievoortgang van de studenten wordt door het onderwijsbureau (ten minste) 2 keer per jaar voor elke opleiding per cohort een overzicht vervaardigd van alle tentamenuitslagen. Deze overzichten worden geanalyseerd door de meest betrokken studiebegeleider. Dit kan aanleiding zijn tot actie naar individuele studenten (bij achterblijvende resultaten) dan wel naar een opleidingscommissie of de onderwijsdirectie als het collectieve problemen betreft.
2.3.2
Studieadvies 1e jaar De examencommissie brengt, namens het College van Bestuur, aan iedere student die voor het eerste jaar staat ingeschreven van een voltijdse opleiding in het hoger onderwijs, advies uit over het al dan niet voortzetten van zijn/haar studie binnen of buiten de opleiding. Elke student krijgt vóór 1 februari een overzicht van de behaalde studieresultaten. Studenten die minder dan 50% van de te behalen studiepunten hebben gehaald, ontvangen dan een pre-advies om zich vóór 1 februari uit te schrijven. Het studieadvies aan het eind van het eerste jaar, dat vóór 1 juli wordt uitgebracht, wordt gebaseerd op de studiegeschiedenis van de student. Dit betreft vooral de studieresultaten van het afgelopen jaar, maar er wordt rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden (zoals ziekte). Er zijn 3 modaliteiten: • A: doorgaan! • B: waarschuwing; • C: herbezinning op studiekeuze. Het A-advies wordt gegeven als betrokkene na afloop van de tentamenperiode in juni in totaal tenminste 70% van het dan maximaal te behalen aantal studiepunten heeft behaald. Het B-advies wordt gegeven als de examencommissie van oordeel is dat betrokkene wel beschikt over de in de studie vereiste capaciteiten, maar dat de studieresultaten
24
Exacte wetenschappen
zodanig zijn dat de totale studieduur naar verwachting de cursusduur met méér dan één jaar zal overschrijden. Het C-advies wordt gegeven bij minder dan 40% van het maximaal te behalen aantal studiepunten. Tweemaal per jaar, vóór 1 februari en vóór 1 juli, krijgt elke eerstejaars student een (schriftelijk) advies met betrekking tot de studie. In maart krijgt elke student een computeruitdraai van zijn/haar studieresultaten. Ten behoeve van de tempo/prestatiebeurs wordt in september een computeruitdraai verstrekt van de in het lopende cursusjaar behaalde studieresultaten. Geconstateerde administratieve onjuistheden dienen zo spoedig mogelijk te worden doorgegeven aan het onderwijsbureau. Van de eerstejaarsstudenten die niet de norm van de studievoortgang hebben behaald die in de Wet op de Studiefinanciering is vastgelegd, worden vóór 1 november de namen doorgegeven aan de Informatie Beheer Groep. De betrokken studenten worden hierover vóór 1 november geïnformeerd door de afdeling Studentenadministratie en Onderwijsvoorlichting, namens het College van Bestuur. Hierbij wordt aangegeven wat de consequenties zijn voor de in het voorafgaande jaar ontvangen studiefinanciering en welke beroepsgang voor hen openstaat
2.4
Onderwijsregelingen Meer informatie en de oorspronkelijke onderwijsregelingen zijn te vinden op de website http://www.few.vu.nl/onderwijs/reglementen-nl.html
2.4.1
Toelatingseisen De universitaire bacheloropleidingen zijn driejarige opleidingen die leiden tot een bachelordiploma en waartoe je met een geschikte vwo-opleiding kan worden toegelaten. De specifieke toelatingseisen voor de opleiding staan vermeld bij de betreffende bacheloropleiding. Tot de bacheloropleiding worden tevens toegelaten degenen die een van de volgende diploma’s in bezit hebben, mits zij geen deficiënties hebben: a. wo-getuigschrift propedeutisch examen; wo-getuigschrift afsluitend (doctoraal) examen; b. hbo-getuigschrift propedeutisch examen of overgangsbewijs van het eerste naar het tweede jaar; hbo-getuigschrift afsluitend examen, mits u voldoet aan de aanvullende eisen zoals vermeld bij het vwo-diploma; c. ou-getuigschrift propedeutisch examen; ou-getuigschrift afsluitend examen, mits u voldoet aan de aanvullende eisen zoals vermeld bij het vwo-diploma. Voor hen die niet voldoen aan een van de hierboven gestelde eisen, bestaat de mogelijkheid, wanneer de leeftijd van 21 jaar of ouder is bereikt, een universitair toelatingsonderzoek, colloquium doctum, te doen. Informatie hierover is te verkrijgen bij de algemene studentenbalie in de centrale hal van het hoofdgebouw, De Boelelaan 1105, kamer 0A-11, op werkdagen geopend van 10.00 uur tot 17.00 uur, tel. (020) 44 45020.
Onderwijs Exacte Wetenschappen
25
26
2.4.2
Inschrijving tentamens Voor elk schriftelijk tentamen dient men zich tot uiterlijk 8 dagen voor het desbetreffende tentamen aan te melden via TISVU. Bij het onderwijsbureau is een handleiding voor TISVU verkrijgbaar. Voor mondelinge tentamens kan individueel een afspraak worden gemaakt met de betrokken docent. Voor practica schrijft men zich in via TISVU, via de betreffende Blackboardpagina van de docent of bij het onderwijsbureau. NB:Indien men verhinderd is voor een tentamen of practicum waarvoor men zich heeft aangemeld, dient men zich uiterlijk 8 dagen van te voren af te melden via TISVU.
2.4.3
Tentamenresultaten Zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 20 werkdagen na afloop van het schriftelijk tentamen, wordt de uitslag bekendgemaakt op de mededelingenborden tegenover de balie van het onderwijsbureau in de S3-gang. In het geval van een mondeling tentamen wordt de uitslag direct aan de student bekendgemaakt via een tentamenformulier dat hij/zij dient mee te nemen voor het desbetreffende tentamen. De docent vermeldt de beoordeling op het formulier, dat van een handtekening c.q. paraaf wordt voorzien. De uitslag van een practicum wordt binnen 22 werkdagen na beëindiging van dit onderdeel bekend gemaakt op de mededelingenborden tegenover de balie van het onderwijsbureau in de S3-gang, of via een schriftelijk bewijsstuk uitgereikt aan iedere student persoonlijk. Voor alle examenonderdelen worden cijfers uitsluitend heel of op een halve punt nauwkeurig gegeven. De cijfers 5,0 en lager zijn onvoldoende, de cijfers 6,0 en hoger voldoende. Cijfers tussen 5,0 en 6,0 mogen niet worden gegeven. Indien een student meerdere keren deelneemt aan het tentamen van hetzelfde onderdeel, geldt het hoogst behaalde restultaat.
2.4.4
Inzagerecht tentamens Gedurende tenminste dertig dagen na bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk tentamen krijgt de student op zijn/haar verzoek inzage in zijn/haar beoordeeld werk. Tevens wordt hem/haar op zijn/haar verzoek een kopie verschaft van het gemaakte werk. Inzage vindt plaats aan de balie van het onderwijsbureau of bij de betreffende docent.
2.4.5
Registratie studieresultaten Alle studieresultaten worden door het Onderwijsbureau verwerkt en opgeslagen in een studentenadministratiesysteem. Studenten kunnen zelf via TISVU de geregistreerde cijfers raadplegen.
2.4.6
Vrijstellingen Studenten, die aan een andere instelling voor hoger onderwijs een gelijkwaardig studieonderdeel reeds met goed gevolg hebben afgelegd, kunnen bij de examencommissie vrijstelling vragen voor het desbetreffende tentamen, resp. practicum. Daarbij dient te worden aangegeven waar, wanneer en bij wie dat onderdeel behaald is en wat de omvang (lees: studielast) daarvan was. Bovendien zal opgave moeten worden gedaan van de inhoud van het desbetreffende onderdeel. De door de examencommissie vastgestelde vrijstellingen worden schriftelijk aan de student bekend gemaakt met een kopie naar het onderwijsbureau. Exacte wetenschappen
2.4.7
Geldigheidsduur studieresultaten De geldigheidsduur van behaalde examenonderdelen uit de bachelorfase is 6 jaar, voor examenonderdelen uit de masterfase is dit 4 jaar. In afwijking hiervan kan de examencommissie met betrekking tot een onderdeel, waarvan het tentamen langer geleden dan de termijn is behaald, een aanvullend dan wel vervangend tentamen opleggen, alvorens de student wordt toegelaten tot het afleggen van het desbetreffende examen.
2.4.8
Aanvraag goedkeuring bachelorprogramma De student moet, voordat er begonnen wordt aan de keuzeruimte en de eindprojecten in het derde jaar, goedkeuring van de invulling daarvan vragen aan de examencommissie via het formulier ‘Aanvraag goedkeuring bachelorprogramma’. Dit formulier is verkrijgbaar op het onderwijsbureau (S3.11). De studieadviseur zal je hier tijdig op wijzen en je (desgevraagd) helpen bij het invullen. Ook de sectieonderwijscoördinatoren kunnen (desgevraagd) advies en ondersteuning bieden bij de keuzes die gemaakt moeten worden.
2.4.9
Bulaanvraag Een examen dient door middel van een aanvraagformulier uiterlijk twee weken voor de vergadering van de examencommissie bij het Onderwijsbureau te worden aangevraagd. Bij de aanvraag moet worden overlegd: 1. de collegekaart 2. een goedkeuring examenprogramma (vakkenpakket) van de examencommissie Nadrukkelijk wordt erop gewezen dat op het moment van de bulaanvraag aan alle vereisten voor het afleggen van het examen moet zijn voldaan. Dit houdt in dat de resultaten van alle examenonderdelen bij het Onderwijsbureau bekend moeten zijn. De uitreikingen van de bachelorbullen worden faculteitsbreed georganiseerd. De uitreikingen van de doctoraal- en masterbullen zullen per examencommissie (Natuuren Sterrenkunde, Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen, Wiskunde en Informatica, en Medische Natuurwetenschappen) worden georganiseerd. Zie de tabel Bultuitreikingen 2004/2005 voor de data van de vergaderingen van de examencommissie en de buluitreikingen.
2.4.10
Buluitreikingen Laatste aanvraagmogelijkheid (tevens laatste inleverdatum cijfers) 8 september 2004
Examendatum (= vergadering examencommissie)
Buluitreiking
22 september 2004
6 oktober 2004
20 oktober 2004
3 november 2004
17 november 2004
12 oktober 2004 13 oktober 2004 14 oktober 2004 14 december 2004 15 december 2004 16 december 2004 14 december 2004 15 december 2004 16 december 2004
Onderwijs Exacte Wetenschappen
(1) (2) (3) (1) (2) (3) (1) (2) (3)
27
1 december 2004
15 december 2004
12 januari 2005
26 januari 2005
2 februari 2005
23 februari 2005
2 maart 2005
16 maart 2005
6 april 2005
20 april 2005
4 mei 2005
18 mei 2005
8 juni 2005
22 juni 2005
8 juni 2005 *
31 augustus 2005
15 februari 2005 16 februari 2005 17 februari 2005 15 februari 2005 16 februari 2005 17 februari 2005 19 april 2005 20 april 2005 21 april 2005 19 april 2005 20 april 2005 21 april 2005 14 juni 2005 15 juni 2005 16 juni 2005 14 juni 2005 15 juni 2005 16 juni 2005 23 augustus 2005 24 augustus 2005 25 augustus 2005 13 september 2005 14 september 2005 15 september 2005
(1) (2) (3) (1) (2) (3) (1) (2) (3) (1) (2) (3) (1) (2) (3) (1) (2) (3) (1) (2) (3) (1) (2) (3)
(1) doctoraal- en masteruitreiking Natuur- en Sterrenkunde (2) bacheloruitreiking FEW en doctoraal- en masteruitreiking Wiskunde en Informatica (3) doctoraal- en masteruitreiking Scheikunde & Farmaceutische Wetenschappen *) Let op: dit is een afwijkende termijn! Studenten die examen willen doen op 31 augustus, dienen hun aanvraagformulier voor het examen uiterlijk 8 juni bij het Onderwijsbureau in te leveren. Er mogen dan nog wel cijfers van vakken ontbreken in verband met de hertentamens in augustus of het afronden van de afstudeerscriptie. Maak bij het Onderwijsbureau duidelijke afspraken over wanneer het laatste cijfer ingeleverd zal worden. Houd in deze periode ook de borden bij het Onderwijsbureau en het News of e-mail in de gaten.
28
2.4.11
Dossierverklaring Bij beëindiging van de studie zonder het behalen van het examen is het mogelijk een dossierverklaring te verkrijgen bij de examencommissie, als ten minste twee studieonderdelen met goed gevolg zijn afgelegd. In de dossierverklaring worden de examenonderdelen vermeld die met goed gevolg zijn afgerond.
2.4.12
Beroepsrecht Wanneer een student tegen een toegekend cijfer bezwaar wil maken, wordt aanbevolen dit eerst bij de betrokken docent te doen en als er geen oplossing wordt gevonden, bij de voorzitter van de examencommissie.
Exacte wetenschappen
Daarnaast is er een College van Beroep voor de examens. Bij deze instantie kan een student in beroep gaan, wanneer hij bezwaar maakt tegen tentamen- en examenuitslagen, beoordelingen van werkstukken en scripties, of tegen de wijze waarop hij is behandeld. Beroep moet worden aangetekend binnen 30 dagen na bekendmaking van de uitslag. Meer informatie hierover is te verkrijgen bij de afdeling Studentendecanen. De afdeling Studentendecanen is bereikbaar via de algemene studentenbalie in de centrale hal van het hoofdgebouw, De Boelelaan 1105, kamer 0A-11, op werkdagen geopend van 10.00 uur tot 17.00 uur. Ook kan een afspraak met de studentendecaan gemaakt worden via (020) 44 45020. 2.4.13
Onderwijs- en examenreglement Voor elke door de faculteit verzorgde opleiding bestaat een Onderwijs- en Examenregeling, afgekort O.E.R.. Een O.E.R. bevat naast de doelstelling van de opleiding ook informatie over alle regels en richtlijnen met betrekking tot de invulling van het onderwijs in de bachelors- dan wel mastersopleiding, het afleggen van tentamens en examens, het verkrijgen van vrijstellingen, de benodigde vooropleiding, de studievoortgang en studiebegeleiding. Daarnaast zijn er regels opgesteld die de Examencommissie volgt bij de uitvoering van haar taken. Nadat alle onderwijseenheden voor het bachelorexamen zijn afgelegd, wordt de uitslag van het examen vastgesteld door de examencommissie. Voor een besluitvorming dienen tenminste drie leden van de examencommissie aanwezig te zijn. Elk besluit wordt genomen bij meerderheid van stemmen. In geval de voor een positieve beoordeling vereiste meerderheid niet wordt gehaald, is de examinandus afgewezen voor het desbetreffende examen. Het examen mag pas opnieuw worden aangevraagd als formeel aan alle exameneisen is voldaan.
2.4.14
Regeling voor extra-curriculaire activiteiten Het is mogelijk om studiepunten te krijgen voor activiteiten die goed passen binnen de academische scholing van een student. Daarvoor gelden de volgende eisen: • Een student kan in de bacheloropleiding maximaal 2 studiepunten benutten voor extra-curriculaire activiteiten. • Een docent van de opleiding is verantwoordelijk voor het formuleren van een leerdoel en de wijze van toetsing. • De activiteit moet een zekere relatie met de studie hebben, direct dan wel indirect. Deze relatie moet worden aangetoond door middel van een bewijsschrift van de betrokken instantie, dan wel een te produceren verslag van gedane activiteiten. • Het toekennen van studiepunten moet de primaire beloning zijn voor het gedane werk. • De hoeveelheid bestede tijd moet minstens 28 uur per verworven studiepunt omvatten. • Alle studenten van de betrokken opleiding moeten in theorie in staat zijn de betrokken activiteit te verrichten. • De examencommissie van de betrokken opleiding moet toestemming verlenen voor het opnemen van het studiepunt in het programma. • De betreffende studiepunten kunnen worden ingevuld voor de vrije keuzeruimte, die in het programma is opgenomen.
Onderwijs Exacte Wetenschappen
29
2.4.15
2.5
Gedragscode vreemde taal Binnen de opleidingen van de Faculteit der Exacte Wetenschappen worden verschillende studie-onderdelen in het Engels aangeboden. De wetgever biedt hiertoe de mogelijkheid, mits er een gedragscode wordt opgesteld. Met inachtneming van de gedragscode van het instellingsbestuur van de Vrije Universiteit, worden in de nadere uitwerking van de gedragscode vreemde taal in het onderwijs van de Faculteit der Exacte Wetenschappen de volgende bepalingen opgenomen: • in principe wordt het onderwijs in de bacheloropleiding in het Nederlands gegeven; • vanaf het derde studiejaar kunnen bepaalde studieonderdelen in het Engels worden aangeboden; • het gebruik van de Engelse taal in bepaalde studieonderdelen dient tijdig aan de student kenbaar te worden gemaakt; • in principe is het onderwijs in de masteropleidingen Engelstalig; • de onderwijsdirectie beslist welke studieonderdelen in het Engels worden gegeven.
Onderwijskwaliteit De interne kwaliteitszorg behoort tot het terrein van de onderwijsdirecteur en de opleidingscommissie (olc). Sinds september 2000 houdt een subcommissie van de olc zich speciaal met de evaluatie van het onderwijs bezig.
2.5.1
Opleidingscommissie Elke opleiding heeft een opleidingscommissie. De opleidingscommissie adviseert het hoofd van de afdeling en het bestuur van de Faculteit der Exacte Wetenschappen over zaken die betrekking hebben op het onderwijs. Ook verzorgt de opleidingscommissie de onderwijsevaluaties en geeft zij jaarlijks advies over de Onderwijs- en examenregeling. De voorzitters van de opleidingscommissies zijn: • Bedrijfswiskunde en Informatica: prof. dr. A.C.M. Ran • Farmaceutische Wetenschappen / Farmacochemie: dr. M.W.G. de Bolster • Informatica: dr. R.C. de Vrijer • Informatiekunde: dr. ing. J. Gordijn • Kunstmatige Intelligentie: dr. C.M. Jonker • Medische Natuurwetenschappen: dr. ir. G.J.L. Wuite • Natuur- en Sterrenkunde: prof. dr. R.P. Griessen • Scheikunde: dr. M.W.G. de Bolster • Wiskunde: prof. dr. M. van Veldhuizen Zie voor de volledige bezetting van de opleidingscommissies de website: http://www.few.vu.nl/organisatie/bestuur/commissie-nl.html
2.5.2
30
Onderwijsevaluatie De faculteit tracht voortdurend de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Daarvoor wordt ondermeer een deel van de studenten door middel van enquêtes naar hun mening over het gegeven onderwijs gevraagd. De resultaten van die enquêtes worden met de docenten en in de opleidingscommissies besproken.
Exacte wetenschappen
2.6
Algemene Vorming Het doel van de studieonderdelen Algemene Vorming is de studenten inzicht te geven in de aard van de eigen wetenschap en de plaats daarvan in een ruimer verband. Hierbij wordt aandacht besteed aan de onderlinge samenhang van de wetenschappen, de geschiedenis van en wijsgerige vragen omtrent de natuurwetenschappen alsmede wiskunde en informatica, hun functie binnen de samenleving en aan de maatschappelijke verantwoordelijkheid van hun beoefenaars.
2.7
Studieverenigingen
2.7.1
AIK AIK is de studievereniging voor studenten natuur- en sterrenkunde aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Het kloppende hart van Aik is het jaarlijks door haar leden gekozen Bestuur ondersteund door de verschillende commissies waaronder het boekenfonds en de barco allen bestaande uit haar meest fanatieke leden. Samen zijn zij o.a. verantwoordelijk voor het grootschalig inkopen van studieboeken tegen korting, het uitgeven van het studentenblad Scoop en het organiseren van sociale evenementen zoals: (thema)borrels, een filmnacht, de Aik-barbecue, de ouderdag, het kerstgala, het zeilweekend, het cultureel weekend en het introductieweekend. Omdat wij van mening zijn dat geld geen belemmering mag zijn voor het leggen van sociale contacten, kent de vereniging geen contributie. Lid worden is dus makkelijk: elke student, ingeschreven aan de VU voor natuur- en sterrenkunde, is lid. Overdag is de studentenkamer van Aik (SK.12), ook wel de “Aik-room” hét toevluchtsoord voor studenten. Je kunt er tussen de colleges door koffie en thee halen, al dan niet met een koek of candybar. Maar natuurlijk kun je er vaak ook nog 's avonds terecht om onder het genot van een borrel te chillen aan de bar of lekker languit te relaxen op de bank.
2.7.2
Mens Mens staat voor Medisch Natuurwetenschappelijke Studievereniging en is, zoals de naam al zegt, opgericht voor alle studenten die de studie Medische Natuurwetenschappen volgen. Mens zorgt ervoor dat de studenten aan hun boeken kunnen komen via centrale boekverkoop. Ook stelt Mens tentamenbundels samen. Naast deze onderwijsgerelateerde activiteiten verzorgt Mens natuurlijk ook gezelligheids- en ontspanningsactiviteiten, zoals filmavonden, borrels etc. Het jaar begint natuurlijk met de IDEE-week waarbij de mentoren de nieuwe studenten welkom zullen heten bij Mens. En na de eerste week studeren vindt er een introductieweekend plaats om je studiegenoten wat beter te leren kennen. Mens heeft een eigen verenigingskamer waar alle studenten van harte welkom zijn. Hier kunnen de studenten zich tussen de colleges door, en na de colleges lekker ontspannen. Deze ruimte speelt een centrale rol binnen onze vereniging. Hier vindt namelijk ook de integratie met de ouderejaars studenten plaats. Kortom, het doel van Mens is de studententijd nog aangenamer te maken, zowel door studieactiviteiten te ondersteunen, als door het verschaffen van ontspanningsmogelijkheden. Kijk voor meer informatie op de website www.few.vu.nl/mens. En voor vragen kun je altijd contact opnemen met
[email protected] , of langskomen in onze kamer TK18 of bellen: (020) 44 47613.
2.7.3
STORM STORM (STudenten ORganisatie Mathematici) is de studievereniging van de afdelingen Wiskunde en Informatica. STORM verkoopt alle boeken die je nodig hebt Onderwijs Exacte Wetenschappen
31
voor vakken bij W&I met korting voor leden en de vereniging heeft een groot archief met oude tentamens. Het bestuur is altijd bereid je vragen of opmerkingen met betrekking tot het onderwijs te beantwoorden. Naast de wat serieuzere activiteiten organiseren de verschillende commissies van STORM ook borrels, filmavonden, kroegentochten en een introductieperiode die bestaat uit een introductieweek en weekend. Een compleet overzicht staat op onze website. In de gezelligheidsruimte (S0.10) kun je altijd terecht voor een kopje koffie of thee, stap gerust eens binnen! Stormkamer T0.28 (W&N gebouw), balie elke dag geopend van 12.40 tot 13.30 uur, tel. (020) 44 47666, e-mail:
[email protected], website: www.cs.vu.nl/storm 2.7.4
VCSVU De VCSVU (Vereniging voor Chemie Studenten aan de Vrije Universiteit) is een bloeiende vereniging van ongeveer 150 leden, die studeren aan de afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen. De VCSVU bestaat uit een aantal commissies, die tal van activiteiten op verschillende gebieden organiseren. Hierbij valt o.a. te denken aan (thema)borrels, drives en de Familiedag. Jaarlijks terugkerende activiteiten zijn de sportdag en het kerstdiner. De VCSVU organiseert ook activiteiten op het serieuzere vlak, zoals een beleidsweekend en de studieboekenverkoop (met flinke kortingen!). De VCSVU zorgt voor de samenstelling van een periodiek (de Papieren Binding) en alternatieve studiegidsen, dit laatste vormt een nuttige aanvulling op deze studiegids. Verder is de VCSVU betrokken bij de organisatie van buitenlandse excursies, bedrijvencontactdagen en landelijke symposia. Tenslotte houdt de VCSVU zich ook bezig met studenteninspraak op onze afdeling en de faculteit. De VCSVU maakt zich sterk voor een goed leef- en studeerklimaat binnen de afdeling en ziet er daarom op toe dat studenten zitting nemen in commissies. Om de organisatiestructuur van de VCSVU beter te leren kennen of voor verdere informatie verwijzen we je naar de VCSVU website: www.vcsvu.nl, of kom gezellig langs in een van onze kamers op de eerste verdieping: N1.57 (ook wel SCHOK genaamd) en M1.54. Bellen kan natuurlijk ook: (020) 44 47510. Stichting Studiereizen Voor de organisatie van studiereizen is de Stichting Studiereizen Chemiestudenten opgericht. Ieder studiejaar kan in principe op studiereis gaan. De deelnemende studenten organiseren dit zelf. De stichting dekt de financiële risico’s van de reis af en biedt de knowhow die komt kijken bij de organisatie. Voor meer informatie zie de website: http://www.chem.vu.nl/studiereis
2.8
Internationalisering Er zijn allerlei goede redenen om een deel van je studie in het buitenland te volgen: culturele interesse, persoonlijke ontwikkeling, verbreding van de studie, opstap naar tweede fase van de opleiding, opluistering van het curriculum vitae. De Faculteit FEW biedt je diverse mogelijkheden om een deel van je studie in het buitenland te volgen. Er zijn bijvoorbeeld samenwerkingsovereenkomsten met partnerinstellingen in het kader van het Erasmus/Socrates-programma. Voordeel van studeren aan een partnerinstelling is dat je geen extra collegegeld hoeft te betalen, je verblijf vrij eenvoudig is te regelen en je meestal een beurs krijgt. Je kunt in het buitenland zowel colleges lopen als afstudeerwerk doen (of een combinatie).
32
Exacte wetenschappen
Je kunt in overleg ook in sommige gevallen gebruik maken van de contracten die andere faculteiten met partnerinstellingen hebben afgesloten. Tevens bestaat er de mogelijkheid om in de Verenigde Staten te gaan studeren in het kader van het International Student Exchange Program (ISEP). Je betaalt het gebruikelijke collegegeld aan de VU plus € 3.000 voor een semester studie in de VS, dit is inclusief huisvesting en maaltijden. Verder betaal je $ 300 registratiekosten. Als je een gedeelte van je afstudeerwerk wilt verrichten aan een buitenlandse instelling waar de VU of de faculteit FEW geen overeenkomst mee heeft gesloten kun je eventueel in aanmerking komen voor een zgn. free movers beurs. Toekenning van de beurzen geschiedt op basis van competitie. Belangrijk is -in alle gevallen- dat je tijdig, liefst een half jaar voor vertrek of eerder, met de voorbereiding start en voor erkenning van studiepunten gedurende je studieverblijf in het buitenland als student aan de VU ingeschreven blijft. Meer informatie over studie in het buitenland is te vinden op: www.vu.nl -> studenten -> internationaal. Een handige site is: www.nuffic.nl. Of je kunt een afspraak maken met de contactpersoon Internationalisering van de Faculteit FEW Jasperina Furman. E-mail:
[email protected].
2.9
Arbeidsmarktorientatie Tijdens de studie wordt regelmatig aandacht besteed aan de arbeidsmarkt en het werkgelegenheidsperspectief. In de vakken en gesprekken met studentmentoren, docentmentoren en studieadviseurs is er de mogelijkheid om dit onderwerp ook zelf aan de orde te stellen en te bespreken. Voor de verschillende opleidingen binnen FEW zijn er verschillende momenten, waarop expliciet aandacht wordt besteed aan de arbeidsmarkt. In het bachelorprogramma van Natuur- en Sterrenkunde komt het onderwerp aan de orde in het eerste jaar bij het vak Encyclopedie en is er gelegenheid dit met medestudenten en docenten te bespreken . In het bachelorprogramma van Scheikunde, Farmaceutische Wetenschappen en Medische Natuurwetenschappen komt dit onderwerp aan de orde binnen het Leertraject Academische Vaardigheden in het eerste en het derde studiejaar. In het bachelorprogramma van Informatica, Bedrijfswiskunde en Informatica, Kunstmatige Intelligentie, Informatiesystemen en Wiskunde is in het derde jaar het studieonderdeel Studie en loopbaan opgenomen waarin de keuze van de varianten van de masteropleiding aan de orde komt.. De cursussen worden verzorgd in samenwerking met het Centrum voor Studie en Loopbaan van de Vrije Universiteit. Doel van de cursus is de aansluiting tussen studenten en de arbeidsmarkt te verbeteren. Aan de orde komen vragen als: • Wat ga je doen na je studie? • Wat zijn jouw persoonlijke beroepsmogelijkheden? • Hoe stem je je studie daar goed op af? • Bij welk type bedrijf/organisatie wil je werken? Voor vragen over loopbaanoriëntatie kun je ook terecht bij de studieadviseur.
Onderwijs Exacte Wetenschappen
33
34
2.9.1
Stichting Bèta Bedrijvencontactdag Amsterdam De Stichting Bèta Bedrijvencontactdag Amsterdam (SBBA) organiseert ieder jaar een bedrijvencontactdag bestemd voor bètastudenten van de Vrije Universiteit en de Universiteit van Amsterdam. De bedrijvencontactdag wordt jaarlijks gehouden op de eerste donderdag van april, afwisselend in de gebouwen van de VU of de UvA. De bedrijvendag is met name gericht op hogerejaars studenten en promovendi. Deze krijgen in de loop van maart een uitnodiging en het programmaboekje met het inschrijfformulier. Op de Bèta Bedrijvencontactdag is een informatiemarkt aanwezig waar bedrijven zich presenteren. Tevens zijn er verschillende lezingenrondes waarin enkele bedrijven de kans krijgen om het publiek te informeren over de arbeidsmogelijkheden die er voor bèta’s zijn binnen dat bedrijf. Een persoonlijk gesprek met een bedrijf naar keuze kan aangevraagd worden door een ingevuld c.v. in te leveren, dat verstrekt wordt met het inschrijfformulier. Naar aanleiding van deze c.v.’s worden studenten uitgenodigd voor de gesprekkendagen die enige tijd na de bedrijvendag plaatsvinden, meestal in mei. De SBBA bestaat uit studenten van de VU en de UvA. Meer informatie over de SBBA of de bèta bedrijvencontactdag kan verkregen worden via de website www.sbba.nl.
2.10
Beroepsverenigingen / belangrijke instellingen
2.10.1
Belgisch/Nederlandse Vereniging voor Kunstmatige Intelligentie (BNVKI) De BNVKI is de beroepsvereniging voor iedereen in Belgie en Nederland die zich bezighoudt met Kunstmatige Intelligentie, zowel academisch als bedrijfsmatig. De vereniging organiseert het jaarlijkse Belgisch Nederlandse AI Congres (BNAIC), en geeft 6 maal per jaar een nieuwsbrief uit. De vereniging heeft aantrekkelijke lidmaatschapstarieven voor studenten. Voor meer informatie, zie: http://www.cs.unimaas.nl/~bnvki
2.10.2
Centrum voor Wiskunde en informatica (CWI) Het Centrum voor Wiskunde en Informatica verricht fundamenteel onderzoek op het gebied van de informatica en de toegepaste wiskunde. Het CWI beschikt over een vrij toegankelijke bibliotheek met een grote collectie boeken en tijdschriften, die uniek is in Nederland. Meer informatie is te vinden op http://www.cwi.nl/
2.10.3
Koninklijk Nederlandse Chemie Vereninging (KNCV) De Koninklijke Nederlandse Chemische Vereniging (KNCV) is de vereniging voor iedereen die met chemie te maken heeft; van procestechnologie tot farmacochemie, van materiaalkunde tot (bio)moleculaire wetenschappen. Meer informatie is te vinden op http://www.kncv.nl/
2.10.4
Koninklijk Wiskundig Genootschap Het lidmaatschap van het Wiskundig Genootschap wordt van harte aanbevolen aan allen die belangstelling hebben voor de wiskunde. De website is te vinden op: http://www.wiskgenoot.nl/
2.10.5
Nederlands Genootschap voor Informatica (NGI) Het NGI is een vereniging van personen en instellingen die de bevordering van de kennis der informatica voorstaat, voor zowel de theoretische als de praktische aspecten. De website van het NGI is te vinden op http://www.ngi.nl/
Exacte wetenschappen
2.10.6
Nederlandse natuurkundige Vereniging (NNV) In de Nederlandse Natuurkundige Vereniging (NNV) zijn de fysici in Nederland, werkzaam bij onderwijs, (semi-)overheidsinstellingen en industrie, verenigd. Van deze vereniging kunnen ook toekomstige fysici lid worden. Studenten kunnen, na het behalen van het eerste jaar, gedurende een jaar gratis lid worden. Daarna bedraagt de contributie tot het afstuderen Eur. 10 per jaar. Vanaf dat moment is de jaarlijkse contributie leeftijdsafhankelijk en varieert van Eur. 20 tot Eur. 65 (voor details en aanmelding zie http://www.nnv.nl). Ieder lid ontvangt het Nederlands Tijdschrift voor Natuurkunde, een tijdschrift dat verschijnt met samenvattende overzichten van natuurkundige onderwerpen en daarnaast fysische actualiteiten en boekbesprekingen. Er worden ook berichten opgenomen over vergaderingen, conferenties, congressen, beurzen, enzovoort. Behalve de uitgave van dit periodiek verzorgt de NNV geregeld congressen, wetenschappelijke vergaderingen en symposia. Het bureau der NNV is gevestigd in Badhoevedorp, Prins Mauritslaan 29-39, Postbus 302, 1170 AH Badhoevedorp, tel. 020-6580228, fax 020-6592477.
2.10.7
Nederlandse Astronomenclub(NAC) De Nederlandse Astronomenclub (N.A.C.) stelt zich ten doel de studie van de sterrenkunde in Nederland te bevorderen. Van deze vereniging zijn vrijwel alle astronomen in Nederland en vele ouderejaarsstudenten lid. Studenten in de sterrenkunde en/of natuurkunde kunnen lid worden als zij ten minste twee jaar van het onderwijsprogramma hebben voltooid. De contributie bedraagt voor studenten en aio's/oio's Eur. 10 per jaar (voor gewone leden Eur. 20). De N.A.C. organiseert geregeld wetenschappelijke bijeenkomsten, waarvan de driedaagse Astronomenconferentie ieder jaar het hoogtepunt is. Aanmelding via de website van de Nederlandse Astronomenclub, www.astro.uu.nl/~nac.
2.10.8
Netwerk voor Informaticae mathematicae en Fysicae (NIMF) Het NIMF is een landelijk netwerk voor vrouwen die actief zijn in de wiskunde, natuurkunde, sterrenkunde, informatica en aanverwante vakken als kunstmatige intelligentie, elektrotechniek, geologie en chemische technologie. Meer informatie is te vinden via de web-pagina http://www.science.uva.nl/misc/nimf/
2.10.9
Thomas Stieltjes Instituut for Mathematics De faculteit neemt met de wiskunde-afdelingen van de Universiteit van Amsterdam, de Technische Universiteit Delft, de Technische Universiteit Eindhoven, de Rijksuniversiteit Leiden, de Erasmus Universiteit Rotterdam deel aan de onderzoekschool ’Stieltjes Institute for Mathematics’. Informatie over het Stieltjes Instituut is te vinden op: http://www.math.leidenuniv.nl/~stieltjes.
2.10.10
Vereniging voor Statistiek en Operations Research (VVS) De VVS is de Nederlandse beroepsvereniging voor diegenen die zich bezighouden met statistiek en/of operations research. Meer informatie over de VVS is te vinden op de web-pagina: http://www.vvs-or.nl/
Onderwijs Exacte Wetenschappen
35
36
Exacte wetenschappen
3
3.1
Onderwijsvoorzieningen
Studiefaciliteiten
3.1.1
Openingstijden Onderwijsbureau Voor het stellen van vragen met betrekking tot cijfers, examens, het onderwijs kun je tijdens de openingstijden terecht bij de balie van het onderwijsbureau op kamer S3.11. Openingstijden balie dagelijks van 10.30-13.30 uur. Buiten balie openingstijden is het onderwijsbureau bereikbaar via tel. (020) 44 47660, e-mail:
[email protected]
3.1.2
Boeken en Syllabi Studieboeken, syllabi, collegedictaten enz. zijn te verkrijgen bij de VU Boekhandel in het hoofdgebouw. Voor de eerste studiejaren worden boeken zoveel mogelijk collectief aangeschaft door de studentenverenigingen en bij het begin van het betreffende college tegen gereduceerde prijs verkocht. Tevens zijn studieboeken - in het algemeen - bij de bibliotheek te leen.
3.1.3
Bibliotheek De bèta-bibliotheek omvat de deelcollecties Informatica, Natuur- en Sterrenkunde, Scheikunde, Wiskunde, Algemene Vorming, Aardwetenschappen, Biologie en een collectie Milieuwetenschappen. De collectie boeken en tijdschriften kan worden doorzocht met de on-line publiekscatalogus (OPC). In dit systeem kan worden gezocht op auteur(s), titel, trefwoord of systematische code (Library of Congress Classification en National Library of Medicine Classification, Mathematics Subject Classification, Signaturen Scheikunde). Tijdschriftartikelen kunnen worden opgespoord met behulp van bibliografieën in elektronische vorm (cd-roms en www). The ACM Guide to Computing Literature (jaargangen vanaf 1980), MathSciNet (vanaf 1940) PubMed (vanaf 1952) , Web of Science (vanaf 1945 ) en Chemical Abstracts (12th & 13th Collective index alsmede de jaargangen 1997-2002) zijn beschikbaar via het campusnetwerk (www). De collecties kunnen voor het grootste gedeelte zonder tussenkomst van het bibliotheekpersoneel worden geraadpleegd. Een groot aantal tijdschriften is compleet on-line beschikbaar. Uitlening geschiedt op vertoon van de studentenchipkaart. Tijdschriften worden niet uitgeleend. Er zijn kopieerfaciliteiten aanwezig. Van boeken, die verplicht zijn of aanbevolen worden voor bepaalde tentamens, is in ieder geval 1 exemplaar aanwezig. Op de UBVU website is uitgebreide informatie te vinden over onder meer leenfaciliteiten, kopieerfaciliteiten, het bibliotheekreglement, de overige bibliotheken van de VU, studiezalen en catalogi. Vakreferent/geautomatiseerd literatuuronderzoek: • dhr. M.G. Gerzon, kamer P6.20, tel. (020) 44 45238 • mevr. A.A. de Maesschalck, kamer P6.20, tel (020) 44 45238 De bèta-bibliotheek bevindt zich op de zesde verdieping van het gebouw Wiskunde en Natuurwetenschappen (W & N gebouw) en is te bereiken via de ingang De Boelelaan 1083 (P-vleugel). Openingstijden: maandag t/m vrijdag 9.00 tot 17.00 uur. De studiezalen zijn maandag t/m donderdag van 9.00 tot 17.45 uur geopend. Telefoon balie: (020) 44 45230. Website van de bibliotheek: http://www.ubvu.vu.nl
Onderwijsvoorzieningen
37
3.1.4
Informatievoorzieningen • Voor informatie over colleges raadplege men de Blackboard website http://bb.vu.nl or on the of the course. • Information over studieresultaten, registratie voor colleges en tentamens kan men vinden bij TISVU: tisvu.vu.nl. • Mededelingen betreffende wijzigingen in college- of tentamenroosters, tentamenuitslagen, berichten over practica, enzovoort worden bekendgemaakt via het internet in de nieuwsgroep vufew.announce , op http://www.few.vu.nl/onderwijs/roosters/index-nl.html en op de mededelingenborden tegenover de balie van het onderwijsbureau in de S3-gang.
3.1.5
College- en tentamenroosters Informatie over college- en tentamenroosters kun je vinden via: www.few.vu.nl/onderwijs/roosters/index-nl.html Ook zijn college- en tentamenroosters te verkrijgen bij het onderwijsbureau.
3.1.6
Onderwijsruimtes De colleges en werkcolleges vinden plaats in ruimten binnen het bètagebouw. Voorzover niet gereserveerd, mogen de R2-zalen door studenten worden gebruikt als studiezaal. Verder zijn in de bètabibliotheek studieplekken beschikbaar. Voor de natuurkundepractica zijn speciale zalen ingericht op de eerste verdieping in de U- en T-vleugels.
3.1.7
Computervoorzieningen Voor het uitvoeren van taken behorende bij de studie zijn voor studenten computervoorzieningen met Windows of Unix beschikbaar. Deze zalen met deze onderwijssystemen bevinden zich in de gebouwdelen P4, P3, S3, S1 en N1. De computerzalen zijn van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 22.30 uur toegankelijk voor de studenten van de faculteit. De zalen kunnen gedurende bepaalde perioden gereserveerd zijn voor cursussen of specifieke groepen gebruikers. Dit staat aangekondigd op de deur van de zaal. Alle eerstejaarsstudenten krijgen bij aanvang van de studie een e-mail adres en een login account. Dit account wordt geactiveerd na tekening van een verklaring, dat je je zult houden aan de regels voor gebruik van het account. Deze regels houden grofweg het volgende in: het account wordt ter beschikking gesteld ten behoeve van de studie, commerciele activiteiten zijn niet toegestaan, copyright regels moeten worden nageleefd, normale fatsoensregels gelden. Voor hulp bij problemen met de computer kun je terecht bij de helpdesk, kamer S4.09a van het W & N gebouw. Natuurkundestudenten hebben een aparte status omdat ze gebruikmaken van laptops. Er zijn voor hen inlog- en printfaciliteiten op de practicumzalen natuurkunde en in U0.30.
3.1.8
38
Digitale leeromgeving Bij het onderwijs wordt gebruik gemaakt van de digitale leeromgeving Blackboard, die via het Web te benaderen is (http://bb.vu.nl). In Blackboard staat over elk vak algemene informatie over onder andere het rooster, de docenten en de doelstelling van het onderwijs. Verder is allerlei informatie die bij de colleges of practica hoort, zoals opdrachten, visualisatie, sheets en web-links in Blackboard te vinden. Studenten kunnen uitgewerkte (groeps)opdrachten in Blackboard zetten en van elkaar bekijken. Tevens kunnen studenten in Blackboard zien of er op het laatste moment wijzigingen Exacte wetenschappen
in het collegerooster zijn opgetreden. 3.1.9
Print- en kopieerfaciliteiten Op verschillende locaties in het gebouw zijn kopieermachines aanwezig die voorzien zijn van kopieerpaslezers. Kopieerpassen zijn te koop bij het Servicepunt W & N, De Boelelaan 1085a, kamer M0.18, tel. (020) 44 45888. Elke student heeft recht op bepaalde printerfaciliteiten. Deze verschillen per opleiding. Voor informatie hierover kun je terecht bij de helpdesk, kamer S4.09a van het W & N gebouw.
3.1.10
Veiligheid De Faculteit der Exacte Wetenschappen heeft een veiligheids- en milieufunctionaris: K. Maurer, kamer P3.12, tel. (020) 44 47501 of tracer *97271, e-mail
[email protected]. Bij deze functionaris kunnen alle studenten terecht voor alle veiligheidsen milieuzaken. De functionaris verzorgt een aantal voorlichtingsbijeenkomsten over veiligheid, milieu en het werken met beeldschermen. Bij de eerste bijeenkomst wordt aan alle studenten de veiligheidsregels uitgereikt. Meer informatie en de oorspronkelijke regelingen zijn te vinden in: • Wet op de arbeidsomstandigheden; • Voorlichtingsboekje van de Faculteit der Exacte Wetenschappen; • Webpagina van de faculteit.
3.2
Voorzieningen
3.2.1
Openstelling gebouw Het gebouw van de Wiskunde en Natuurwetenschappen (W & N gebouw) is vrij toegankelijk van maandag tot en met vrijdag van 7.00 tot 19.00 uur. Daarnaast is het gebouw toegankelijk via de ingang De Boelelaan 1085 van maandag tot en met vrijdag van 19.00 tot 22.30 uur. Buiten deze tijden is aanwezigheid in het gebouw alleen toegestaan voor houders van een entreepas. Een entreepas is verkrijgbaar bij het Servicepunt W & N, De Boelelaan 1085a, kamer M0.18, tel. (020) 44 45888. Het W & N gebouw en de faculteit is gesloten van zaterdag 25-12-2004 tot en met zaterdag 01-01-2005. Zie ook de website: www.vu.nl/student/index.cfm
3.2.2
Studentenchipkaart Elke student die ingeschreven staat krijgt een studentenchipkaart. De student ontvangt hiervoor een afhaalbericht. De chipkaart kan worden afgehaald bij de Studentenbalie in de hal van het hoofdgebouw van de VU, kamer 0A-11. De studentenbalie is geopend op werkdagen van 10.00 uur tot 17.00 uur. De pas dient als een lenerspas voor de universiteitsbibliotheek. Verder kan de chipkaart als toegangspas tot het W&N gebouw fungeren buiten de normale openingstijden. Hiervoor is toestemming van het hoofd van de faculteit vereist. Tenslotte kan de pas voor studenten met een lichamelijke handicap een parkeerpas zijn. Hieraan is een aantal voorwaarden verbonden. Informatie hierover kan verkregen worden bij het Servicepunt W & N, De Boelelaan 1085a, kamer M0.18, tel. (020) 44 45888 of bij andere servicepunten van de VU.
Onderwijsvoorzieningen
39
40
3.2.3
Mindervaliden Het W & N gebouw is voor mindervaliden bereikbaar via de hellingbaan van ingang 1083a. Een invalidentoilet is aanwezig in N0.54, M1.66 en S3.70.
3.2.4
Fietsenberging / fietsenmaker In de kelder van het W & N gebouw is een afgesloten en een niet-afgesloten fietsenstalling. De afsluitbare stalling is toegankelijk via een pas, deze is verkrijgbaar bij het Servicepunt W & N, De Boelelaan 1085a, kamer M0.18, tel. (020) 44 45888. In de kelder van het hoofdgebouw, De Boelelaan 1081, van de Vrije Universiteit bevindt zich een fietsenmaker, Klavertje Vier, tel.: (020) 44 49425.
Exacte wetenschappen
4
4.1
Bachelor Bedrijfswiskunde en Informatica
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer- of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
4.2
Domein Het programma BWI omvat naast wiskunde, informatica en algemene vorming ook een aanzienlijk aantal bedrijfsgerichte onderdelen. Het gaat ten dele om vakken uit de algemene en bedrijfseconomie en uit de econometrie, in het bijzonder de besliskunde (operations research). Voor deze vakken wordt een beroep gedaan op onderwijs dat wordt verzorgd door de Faculteit der Economische wetenschappen en Bedrijfskunde. Daarnaast zijn er typische 'BWI-vakken' waarin wordt gedemonstreerd hoe de bestaande delen van het programma in een bedrijfscontext worden geïntegreerd. De invulling van de keuzevakken moet passen binnen de doelstellingen van het BWIprogramma.
4.3
Doelstelling BWI is een multidisciplinaire opleiding, gericht op het toepassen van een combinatie van wiskundige, kwantitatieve en informatietechnologische methoden, met als doel bedrijfsprocessen te verbeteren. De student wordt getraind in het onderkennen en oplossen van problemen in een zeer gevarieerd veld. Drie disciplines, de bedrijfseconomie, de informatica en de wiskunde, dragen aan deze opleiding in gelijke mate bij. Naast fundamentele vakken uit deze disciplines maken een aantal interdisciplinaire vakken en op de praktijk gerichte onderdelen deel uit van de studie.
4.4
Eindtermen Verwacht wordt dat de student BWI aan het einde van zijn bacheloropleiding beschikt over:
Bachelor Bedrijfswiskunde en Informatica
41
kennis van basale methoden uit de wiskunde en informatica die in de bedoelde bedrijfssituaties van toepassing zijn; kennis van de beginselen van de (bedrijfs)economie en de organisatieleer; bekendheid en ervaring met enkele softwarepakketten die bruikbaar zijn in het bedrijfsleven; inzicht in de mogelijkheden en problemen met betrekking tot de automatisering van gegevensstromen en management in het bedrijf; de capaciteit om samen te werken in een interdisciplinair team; mondelinge en schriftelijke vaardigheden door ervaring met het geven van presentaties; de capaciteit om rapporten te schrijven en vergaderingen te leiden.
4.5
Specifieke toelatingseisen De toelatingseisen voor de bacheloropleiding BWI zijn als volgt: Oude vakkenpakket vwo met Wiskunde B, of Nieuwe profiel met wib1, niet C & M. Voor de opleiding is Engels op vwo-niveau vereist.
4.6
Deeltijd Een deeltijdstudie is bedoeld voor degene die door een andere hoofdtaak niet in staat is gemiddeld 40 uur per week aan de studie te besteden. De opleiding in deeltijd is gebaseerd op een gemiddelde studiebelasting van 20 uur per week. Een volledige Bachelor deeltijdopleiding BWI, parallel aan de 3-jarige Bachelor BWI-studie, gaat 6 jaar duren. Gezien deze lange duur is het ingaan van zo een deeltijdstudie niet aan te bevelen, tenzij de student binnenkomt met een flink aantal vrijstellingen. Ook hier geldt dat het deeltijdse programma inhoudelijk gelijk is aan het voltijdse programma. Onderwijstijden Bij de deeltijdopleiding BWI wordt ervan uit gegaan dat de student circa 20 uur per week beschikbaar heeft voor de studie, en daarom tenminste 2 dagen per week onderwijs kan komen volgen. De colleges en practica zijn dezelfde als die voor voltijdsstudenten en worden doorgaans overdag gegeven. Er is géén speciaal avondonderwijs voor deeltijdsstudenten. Wel kan in de avonduren gebruik worden gemaakt van computerfaciliteiten. Ook schriftelijke tentamens worden doorgaans overdag afgenomen, hoewel hiervan incidenteel kan worden afgeweken.
4.7
Duaal Naast het reguliere curriculum BWI, bestaat ook de mogelijkheid om in het derde jaar van de BWI studie leren en werken te combineren. De BWI studie is door de minister erkend als een zogenaamde duale studie. Dat betekent dat in het programma een werkperiode mag zitten. Gedurende die werkperiode ontvangt de student geen studiefinanciering (die wordt als het ware even stilgezet), maar gewoon loon van de werkgever. Het trainee programma biedt de student veel voordelen. De werkervaring dwingt immers tot nadenken over hoe de kennis en vaardigheden die op de universiteit worden opgedaan in een bedrijf tot hun recht komen. Ook maakt de student al tijdens de studie kennis met een bedrijfssituatie. De bedoeling is dat de studie en de werkervaring elkaar versterken. voor de werkperiode zullen contracten worden afgesloten met verschillende bedrijven, in de IT, de industrie en de
42
Exacte wetenschappen
dienstverlening. Ingangseisen: Voor de werkperiode wordt als voorkennis gesteld: het eerste jaar helemaal afgerond en Algemene Statistiek en het Project Software Engineering. Alleen in uitzonderingsgevallen kan daarvan worden afgeweken. Bovendien moet een student gewoon solliciteren bij het bedrijf waar hij of zij gedurende de werkperiode wil gaan werken. De werkperiode dient te worden afgesloten met een mondelinge en schriftelijke presentatie. De werkperiode geeft vrijstelling voor de vakken: Bedrijfscase, Studie en Loopbaan, en Vrije Keuze (16 sp). Voor meer informatie over het trainee programma kan men zich wenden tot http://www.few.vu.nl/stagebureau
4.8
Studiebegeleiding Eerste jaar: dr. N. Silvis-Cividjian, kamer S2.61, tel. (020) 44 47513,
[email protected] Tweede en derde jaar: dr. R. Swarttouw, kamer R4.26, tel. (020) 44 47787,
[email protected]
4.9
Inschrijfprocedures FEWEB Bij het inschrijven gelden de volgende regels: De inschrijving start in de drie weken voor het einde van een periode en sluit een week voor het einde van een periode. De laatste week van de periode wordt gebruikt om groepen in te delen. Alleen ingeschreven studenten hebben recht op het volgen van de awv en hiermee recht op een bonuspunt als zij aan de voorwaarden hiervoor voldoen. Als je niet bent ingeschreven, kun je in principe niet meedoen aan de awv. De docent kan een uitzondering maken en je toelaten als toehoorder als er plaats is, en je de voortgang in de awv niet stoort. Je komt in dat geval niet op de presentielijst en je kunt geen aanspraak maken op een bonuspunt. Je kunt je als volgt inschrijven voor de activerende werkvormen: ga naar www.feweb.vu.nl/inschrijven Vul je gebruikersnaam en wachtwoord in (dezelfde als voor het feweb-netwerk) selecteer de studierichting waarvan je het vak wilt volgen (bachelor economie) klik het vak aan dat je wilt volgen. Je krijgt een bevestiging van je inschrijving via de feweb mail. Je kunt je ook weer uitschrijven door nogmaals het vak aan te klikken. Let op; als je niet bekend bent bij het systeem (en je dus geen fewebwachtwoord en gebruikersnaam hebt), krijg je automatisch een apart aanmeldingsformulier waarmee je een wachtwoord en gebruikersnaam kunt aanvragen. Hiermee kun je je dan inschrijven. Inschrijven vakken derde jaar: Voor alle vakken in het derde jaar economie en bedrijfswetenschappen moet je je van te voren inschrijven om deel te kunnen nemen. Dit moet je doen aan het eind van het tweede jaar. Aan het eind van het tweede jaar moet je een voorlopige planning van je derde jaar opgeven. Je geeft aan welke vakken je denkt te gaan volgen en in welke periode. Dit geldt voor álle vakken van het derde jaar: geef dus zowel je keuzevakken als je
Bachelor Bedrijfswiskunde en Informatica
43
verplichte vakken op. De planning is tevens een voorlopige inschrijving voor de vakken van het derde jaar. Meer informatie vind je in de vakbeschrijvingen en op www.studiegidsen.vu.nl. Je kunt je planning wijzigen of aanpassen tot circa vier weken voor een nieuwe periode begint. Dan wordt de inschrijving die periode definitief gemaakt en je kunt de inschrijving voor die periode niet meer wijzigen. Als je niet bent ingeschreven voor een vak, of een vak wilt veranderen na de sluitingsdatum, kan dat alleen wanneer de capaciteit dat toelaat. Als je niet bent ingeschreven, heb je dus geen garantie dat je het vak alsnog kunt volgen. Je schrijft je in via www.feweb.vu.nl/inschrijven. Inschrijven kan dus niet via Blackboard.
4.10
Vervolgopleidingen Na het behalen van een bachelordiploma BWI kan men instromen in de masteropleiding BWI (BMI: Business Mathematics and Informatics). Met enige aanvulling is het ook mogelijk om een masteropleiding Wiskunde, Informatica of Econometrie te doen. Ook andere masteropleidingen waarbij wiskunde en informatica in een bedrijfskundige context worden toegepast komen in aanmerking. Ook in die gevallen zullen veelal aanvullende eisen worden gesteld.
4.11
Arbeidsmarkt en werkgelegenheid De arbeidsmarkt voor Bachelor studenten BWI is te vergelijken met die van een hbo opleiding Bedrijfswiskunde of Bedrijfsinformatica. Veel studenten komen terecht in de IT sector als programmeur of software engineer, of vinden een positie als consultant of kwantitatief medewerker in de financiele dienstverlening of bij consultancy bedrijven. Door het multidisciplinaire karakter van de opleiding is een afgestudeerd BWIer inzetbaar op velerlei gebieden. Het vinden van een baan zou daardoor zelfs in economisch moeilijke tijden geen al te grote opgave moeten zijn.
4.12 4.12.1
44
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma In het eerste jaar maak je (nader) kennis met de drie hoofdbestanddelen van de BWIstudie: Wiskunde, Informatica en Economische wetenschappen. Wellicht zul je de indruk krijgen dat de wiskunde wat oververtegenwoordigd is. Dat is niet te vermijden, omdat de wiskunde die je in het eerste jaar leert ook fundamenteel is voor de econom(etr)ische vakken die je in het tweede en derde jaar aantreft: de basiswiskunde heb je snel nodig. Naast onderwijs in de drie hoofdvakken apart, staan in het eerste jaar ook twee projecten: deze hebben ten doel je een indruk te geven hoe wiskunde, informatica en bedrijfskunde in de praktijk samenkomen en wat je nog meer nodig hebt om daarmee met succes om te gaan. Door haar breedte heeft het eerste jaar van de opleiding BWI ook een goede oriënterende functie. Dat kan ertoe leiden dat je besluit na het eerste jaar door te gaan in een van de moederrichtingen, Economie of Econometrie, (Bedrijfs)Informatica of Wiskunde. Hoewel met BWI niet wordt gemikt
Exacte wetenschappen
op het opleiden van specialisten, is het geen gemakkelijke studie. Tijdens het eerste jaar moet blijken of je het aankunt. Een goede indruk van het programma voor het tweede en derde jaar verkrijgt men door de stukken betreffende het tweede en derde jaar te lezen.
4.13 4.13.1
Vakcode 400315 400300 400288 400031 400029 400150 60121000 400301
Vaknaam Introductie BWI Calculus I Aansluitcursus vwo-wiskunde Inleiding computergebruik Inleiding besliskunde Inleiding programmeren I Management Accounting 1.2 Calculus II
400316 400319 400085 400151 400021 400034 400320 60141000 400066
Project BWI I Kansrekening I voor BWI Inleiding programmeren II practicum Inleiding programmeren II Encyclopedie voor W/BWI Inleiding gegevensverwerking Kansrekening II voor BWI Financial Accounting en Boekhouden 1.5 Project BWI II
Stp. 2 3 2 1 6 4 3 3 3 6 2 3 3 5 3 6 5
Periode 1 1 1 1 1 en 2 1 en 2 2 2 (1W,1BWI,1ECT), 4 (1N) 3 3 en 4 4 4 4 4 en 5 5 5 6
2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma In het tweede jaar wordt bij de hoorcolleges als regel een vorm van begeleiding geboden in de vorm van een werkcollege, vragenuur of werkbespreking. De organisatie hiervan is minder straf dan in het eerste jaar; er wordt van uitgegaan dat een student deze activiteiten op waarde weet te schatten en ze benut. Vakcode 60111030 400005 400145 400140 400041 60221010 400093 400126 400012 400006 400218 60241010 400071 400067
Vaknaam Management en organisatie 1.1 Analyse BWI I Datastructuren Datastructuren practicum Lineaire algebra voor BWI Financiering 2.2 Project Dynamica Kennissystemen C/C++ Analyse BWI II Algemene statistiek voor BWI Financiering 2.5 Software Engineering Project Software Engineering
Bachelor Bedrijfswiskunde en Informatica
Stp. 3 3 4 5 6 3 3 4 2 3 6 3 4 8
Periode 1 1 1 en 2 1 en 2 1 en 2 2 3 4 4 4 4 en 5 5 5 en 6 5 en 6
45
Algemene Vorming voor WenI Alle studenten van de afdelingen W en I moeten kiezen tussen Wetenschapsgeschiedenis of Maatschappelijke aspecten van de wetenschap. Vakcode 400318 400305
4.14
Stp. 3 3
Periode 3 3
3e jaar voor studenten gestart in 2002
4.14.1
Onderwijsprogramma Ook in het derde jaar wordt bij de hoorcolleges als regel een vorm van begeleiding geboden in de vorm van een werkcollege, vragenuur of werkbespreking. De organisatie hiervan is minder straf dan in het eerste jaar; er wordt van uitgegaan dat een student deze activiteiten op waarde weet te schatten en ze benut. Een bijzondere plaats heeft het project aan het einde van het derde jaar dat het karakter heeft van afsluiting van het bachelorprogramma en de overgang naar de masterfase markeert. Het programma is vrijwel geheel gelijk voor alle studenten in de opleiding. Pas in het derde jaar worden keuzemogelijkheden aangeboden. Door het programma heen is aandacht voor bredere academische vorming, zoals inzicht in de samenhang der wetenschappen, de maatschappelijke betekenis van de eigen discipline en de geschiedenis daarvan en voor het verwerven van academische vaardigheden zoals het op niveau presenteren van eigen of groepswerk, zowel mondeling als schriftelijk. Deze aspecten zijn met name gelokaliseerd in de onderdelen Algemene Vorming, de cursus Studie en Loopbaan en de Bedrijfscase.
4.14.2
Keuzeruimte In het derde jaar heeft de student een vrije keuzeruimte van 6 studiepunten. Hierin kan bijvoorbeeld een vak gekozen worden uit een specialisatierichting, waarin de student zich in de masterfase verder zou willen bekwamen.
4.14.3
Bedrijfscase De bedrijfscase kan gezien worden als afsluitende proeve van bekwaamheid in de bachelorfase. De studenten maken middels een bedrijfsbezoek kennis met een bedrijf waar typische BWI-problemen te vinden zijn. Daarbij krijgen ze een opdracht uitgereikt, waaraan in groepjes gewerkt dient te worden. De oplossing heeft wiskundig-statistische, informatica-technische en meer algemene bedrijfsaspecten. Behalve aan de technische kant (analyse, oplossing) wordt ook veel aandacht besteed aan de schriftelijke en mondelinge presentatie. Vakcode 400154 64371010 400010 400073 400217 400022 400018
46
Vaknaam Wetenschapsgeschiedenis Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor AI/BWI/I/IK/W
Vaknaam Machine Learning Deterministische optimalisering Bedrijfsmodellering en requirements engineering Statistical Data Analysis Machine Learning Practical Filosofie en ethiek van de techniek Databases I
Exacte wetenschappen
Stp. 6 6 7 6 3 3 6
Periode 1 and 2 1 en 2 1 en 2 1, 2 and 3 3 3 en 4 4 en 5
400074 400009 400136
4.15
Stochastische methoden Bedrijfscase Studie en loopbaan
7 9 1
4 en 5 5 en 6 afhankelijk van opleiding
3e jaar duale variant voor studenten gestart in 2002 Vakcode 400154 64371010 400010 400073 400217 400022 400074 400018 400317
Vaknaam Machine Learning Deterministische optimalisering Bedrijfsmodellering en requirements engineering Statistical Data Analysis Machine Learning Practical Filosofie en ethiek van de techniek Stochastische methoden Databases I Duale werkperiode BWI
Bachelor Bedrijfswiskunde en Informatica
Stp. 6 6 7 6 3 3 7 6 16
Periode 1 and 2 1 en 2 1 en 2 1, 2 and 3 3 3 en 4 4 en 5 4 en 5 variabel
47
48
Exacte wetenschappen
5
5.1
Bachelor Farmaceutische Wetenschappen
Beschrijving
5.1.1
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer- of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
5.1.2
Nieuwe en oude opleiding De bacheloropleiding Farmaceutische Wetenschappen duurt drie jaar. In 2004 wordt gestart met de nieuwe opleiding. Vandaar dat deze studiegids het eerste jaar van de nieuwe opleiding beschrijft en het tweede en derde jaar van de oude opleiding.
5.2
Doelstelling en eindtermen Voor de opleidingen zijn in landelijk universitair overleg doelstellingen geformuleerd, die voor alle universiteiten ongeveer hetzelfde zijn. De opleiding aan de VU beantwoordt wat betreft inhoud en omvang volledig aan de landelijk opgestelde eindtermen. De Bachelor Farmaceutische Wetenschappen / Farmacochemie: • heeft voldoende inzicht in de diverse specialisaties van de farmacochemie die voortbouwen op de bachelorfase om een verantwoorde keuze te maken voor een vervolgopleiding; • heeft een gedegen theoretische en praktische basiskennis van de scheikunde (te weten analytische chemie, anorganische chemie, biochemie, fysische chemie, organische chemie) en de farmacochemie, alsmede de hulpvakken natuurkunde, wiskunde, informatica, biologie die toereikend is om met succes een masteropleiding op het terrein van de farmacochemie te volgen;
Bachelor Farmaceutische Wetenschappen
49
•
• • •
heeft kennis gemaakt met wetenschappelijke onderzoeksvaardigheden op het gebied van de farmacochemie en heeft daarvan een proeve van bekwaamheid afgelegd; is zich bewust van de mogelijkheden op de arbeidsmarkt na eventuele afsluiting van de studie met een bachelordiploma; heeft kennis van de veiligheids- en milieu-aspecten van de farmacochemie; is zich bewust van de rol van de farmacochemie in de maatschappij en van het internationale karakter van de scheikunde.
De Bachelor Farmaceutische Wetenschappen / Farmacochemie beheerst de algemene vaardigheden op het gebied van het presenteren en rapporteren, informatie zoeken en verwerken, computergebruik, projectmatig werken en het werken in groepen. Het doel van de opleidingen kan in algemene bewoordingen als volgt worden omschreven: Het verwerven van zoveel kennis, inzicht en vaardigheden op het gebied van de farmacochemie, als nodig is om op kritische en wetenschappelijk verantwoorde wijze zelfstandig een beroep uit te oefenen en in aanmerking te komen voor een eventuele vervolgopleiding tot leraar, wetenschappelijk onderzoeker of ontwerper.
5.3
Specifieke toelatingseisen Om in te mogen stromen in de bacheloropleiding Farmaceutische Wetenschappen dient de student te voldoen aan de volgende vooropleidingseisen: • Het diploma vwo met de vakken Wiskunde B en Natuurkunde; • of een van de volgende profielen: - doorstroomprofiel Natuur en Techniek; - doorstroomprofiel Natuur en Gezondheid; - doorstroomprofiel Economie en Maatschappij aangevuld met wiskunde B1 en met natuurkunde 1 en scheikunde 1; - doorstroomprofiel Cultuur en Maatschappij aangevuld met wiskunde B1 en met natuurkunde 1 en scheikunde 1.
5.4
Studiebegeleiding De afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen onderscheidt twee fasen in het onderwijs waarbij een verschillend soort begeleiding geboden wordt: • fase 1 omvat het groepsgewijs gevolgde onderwijs tot ongeveer de keuzeruimte in het derde jaar. In deze fase wordt de student begeleid, voorgelicht en gecoached door (student)mentoren, docenten en de studieadviseur. • fase 2 omvat de periode van het individueel gevolgde onderwijs: de afronding van het BSc programma en de masterfase. Tijdens deze fase wordt de student begeleid door de sectieonderwijscoördinatoren (ook wel: mastercoördinatoren genoemd), hoofd- en bijvakbegeleiders en, indien nodig, door de studieadviseur. De afdeling kent naast de afzonderlijke begeleiders twee commissies die zich bezighouden met studiebegeleiding en -voortgang; namelijk, de werkgroep Studiebegeleiding (SB) en de Studievoortgangscommissie (SVC). De SB houdt zich bezig met beleidsaspecten van begeleiding. Deze werkgroep bestaat uit vaste leden, namelijk de jaarvertegenwoordigers van de studenten, de studieadviseur, een docent of beleidsmedewerker en de onderwijsdirecteur. De
50
Exacte wetenschappen
overlegfrequentie van de werkgroep SB varieert afhankelijk van veranderingen en lopende zaken. De SB kan initiatieven ontplooien om gesignaleerde problemen te bespreken in een studentenoverleg, de opleidingscommissie (OLC), enz. De SVC houdt zich bezig met uitvoerend begeleidingswerk voor fase 1 en 2 van de opleiding. De SVC 1e fase adviseert de examencommissie m.b.t. studieadvies en overige zaken en is samengesteld uit de studieadviseur (tevens voorzitter) plus de secretaris van de examencommissie van de afdeling. De SVC 2e fase bestaat uit de studieadviseur (tevens "samenroeper") plus de sectieonderwijscoördinatoren. In het geval van studievertraging kunnen ook vakgerichte stagedocenten bij vergaderingen betrokken worden. 5.4.1
Studieadviseur De studieadviseur, mw. dr. ir. T. Mehrian heeft iedere maandag en dinsdag van 12:30-13:30 uur een inloopspreekuur in kamer M-162. Buiten het spreekuur kan men per e-mail een afspraak maken:
[email protected].
5.4.2
Sectieonderwijscoordinatoren De afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen kent sectieonderwijscoördinatoren, die zich bezighouden met onderwijskundige zaken op sectieniveau. Zij spelen een adviserende en ondersteunende rol bij het kiezen van de meest geschikte keuzemodules en eindprojecten in de bachelorfase. Voor de verschillende secties zijn dit de volgende personen: • Analytische Chemie & Toegepaste Spectroscopie (ACAS): dr. H. Lingeman • Biochemie & Moleculaire Biologie (BMB): dr. H. van Heerikhuizen • Farmacochemie (FAR): dr. J.N.M. Commandeur • Fysische Chemie (FC): dr. J. Bulthuis • Organische & Anorganische Chemie (OAC): dr. M. Schakel • Theoretische Chemie (TC): dr. F.M. Bickelhaupt
5.5
Academische vaardigheden In het basisprogramma van de opleiding is een 'Leertraject Academische Vaardigheden' opgenomen. Binnen dit traject worden trainingen in een aantal vaardigheden gegeven die zijn geïntegreerd in de theoretische en praktische onderdelen van de opleiding. Het doel van het Leertraject Academische Vaardigheden is om studenten te trainen in een aantal vaardigheden waar zij tijdens en na de bachelorfase mee te maken krijgen. De trainingen en opdrachten leveren geen extra studiepunten op, maar vallen binnen de betreffende onderdelen. Dat betekent dat de activiteiten op dit gebied meetellen bij de eindbeoordeling van de curriculumonderdelen. Omdat de trainingen en opdrachten binnen deze onderdelen zijn geïntegreerd, zijn studenten verplicht om deze uit te voeren om het betreffende onderdeel te behalen. Aandacht wordt gegeven aan vaardigheden als mondelinge en schriftelijke verslaggeving, informatie verzamelen en dataverwerken, analyseren van probleemstellingen en ontwerpen van oplossingsstrategieën, opzetten van een eigen onderzoek, loopbaanvaardigheden, bewustzijn van en kunnen reflecteren op de plaats van farmacochemie in de samenleving, communiceren en discussiëren, luisteren en vergaderen, samenwerken in een groep. Bij het leertraject hoort een studentenhandleiding Academische vaardigheden, die wordt uitgereikt aan het begin van het collegejaar.
Bachelor Farmaceutische Wetenschappen
51
De studenten moeten een portfolio Academische vaardigheden samenstellen, waarin hun activiteiten en behaalde resultaten overzichtelijk worden gebundeld. Samenstellen en een intelligente evaluatie van eigen vorderingen en tekorten levert in het derde jaar 1 sp op.
5.6
Vervolgopleidingen Het bachelordiploma Farmaceutische Wetenschappen geeft je het recht om door te stromen naar de gelijknamige masteropleiding aan de Vrije Universiteit. Onder bepaalde randvoorwaarden kan men met een farmacochemiebachelor doorstromen naar de master Scheikunde en de master Medische Natuurwetenschappen. In de (engelstalige) mastergidsen staat meer gedetailleerde informatie.
5.7 5.7.1
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma Het eerste jaar, dat een inleidend karakter heeft, omvat een studielast van 60 sp en bevat vrijwel alleen verplichte onderdelen. Alleen in periode 4 en 5 moeten de studenten kiezen tussen Inleiding fysica en medische fysica en Natuurkunde: electriciteit en magnetisme. Vakcode 400031 400300 400288 435021 430059 420151 420152 435091 4350511 400302 435281 435080 4350512 435282 435029
Vaknaam Inleiding computergebruik Calculus I Aansluitcursus vwo-wiskunde Intro exact: symmetrie en asymmetrie in de natuur Medische fysiologie I Van quantum tot materie Practicum Wiskunde en natuurwetenschappen Organische chemie I Biochemie I Lineaire algebra voor S/F/MNW Farmacochemie Chemie / farmacochemie en samenleving Biochemie II Project Geneesmiddelen Analytische chemie I
Stp. 1 3 2 6
Periode 1 1 1 1
3 6 6
2 2 2 en 3
3 3 3 3 3 3 3 6
3 4 4 4 5 5 5 6
keuze in eerste jaar FAR
Studenten dienen een keuze te maken uit 'Elektriciteit en magnetisme' en 'Fysica en medische fysica I en II'. Vakcode 430060 420016 430061
52
Vaknaam Fysica en medische fysica I Elektriciteit en magnetisme Fysica en medische fysica II
Exacte wetenschappen
Stp. 3 6 3
Periode 4 4 en 5 5
5.8 5.8.1
2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma Het tweede jaar omvat een studielast van 60 sp. Het is niet identiek voor de opleidingen Farmaceutische Wetenschappen en Scheikunde. Studenten die het Bachelorprogramma Farmaceutische Wetenschappen volgen, doen in periode 2 (november-december) het onderdeel Medische Fysiologie en studenten die het Bachelorprogramma Scheikunde volgen doen dan het onderdeel Natuurkunde II. Het is dus noodzakelijk (om tijdverlies te voorkomen) dat studenten na afloop van periode 1 een keuze maken tussen de beide opleidingen. De studieadviseur zal hierbij (desgevraagd) behulpzaam zijn. NB: Naast de verplichte vakken is er in het tweede jaar in periode 3 (januari) een keuzeruimte met een omvang van 6 sp. Studenten mogen hier alleen aan deelnemen als ze géén of een geringe achterstand in de studie hebben; de studieadviseur zal hierover een individueel advies uitbrengen. Vakcode 435160 435240 435150 435181 435290 435191 435201 435232 435250 435231 435221
Vaknaam Organische chemie II Biochemie/farmacochemie practicum Wiskunde II Medische fysiologie voor 2S/2F Anorganische chemie II Synthese practicum Thermodynamica voor 2S/2F Chemische binding I Inleiding programmeren Chemische binding II Bio-analytische technieken
Stp. 4 6 6 5 3 7 5 5 4 3 3
Periode 1 1 1 en 2 2 2 4 4 5 5 6 6
Algemene Vorming voor N,S,F,MNW Alle studenten N, S, F en MNW moeten kiezen tussen Geschiedenis van de natuurwetenschappen of Maatschappelijke aspecten van wetenschap. Vakcode 420153 420148
5.8.2
Vaknaam Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor N/S/F/MNW Geschiedenis van de natuurwetenschappen voor N/S/F/MNW
Stp. 3 3
Periode 5 5
Mogelijke keuzemodules De secties van de afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen hebben voor het invullen van de keuzeruimte een aantal keuzemodules ontwikkeld die goed aansluiten op het bereikte kennisniveau. Voor het reguliere onderwijs in de ingeroosterde periode zal de studieadviseur op grond van de opgaven van de studenten, minimaal een maand voor aanvang van de module, een lijst met gekozen (en beschikbare) keuzemodules opstellen. Voor het volgen van een keuzemodule buiten de reguliere periode moet tijdig een afspraak met de betreffende sectieonderwijscoördinator en docent worden gemaakt.
Bachelor Farmaceutische Wetenschappen
53
Vakcode 435370 435430 435380 435440 435410 435450 435400 435390 435420 435455
5.9 5.9.1
Periode 3 3
6
3
6 6 6 6 6
3 3 3 3 3
6 6
3 3
Onderwijsprogramma Het derde jaar omvat een studielast van 60 sp. Het is niet identiek voor de opleidingen Farmaceutische Wetenschappen en Scheikunde. Farmacochemiestudenten doen het onderdeel Moderne ontwikkelingen in de farmacochemie en scheikundestudenten doen het onderdeel Fysische chemie. De basisopleiding eindigt met het onderdeel Computational Chemistry in periode 3. De Bachelorfase wordt afgerond met een oriëntatie op de voortzetting van de studie en een proeve van bekwaamheid (keuzeruimte, oriëntatiecursussen en eindprojecten). De student moet, voordat er begonnen wordt aan de afronding van de bachelorfase, goedkeuring van de invulling daarvan vragen aan de examencommissie via het formulier 'Aanvraag goedkeuring bachelorprogramma'. Dit formulier is verkrijgbaar op het onderwijsbureau (S3.11). De studieadviseur zal je hier tijdig op wijzen en je (desgevraagd) helpen bij het invullen. Ook de sectieonderwijscoördinatoren kunnen (desgevraagd) advies en ondersteuning bieden bij de keuzes die gemaakt moeten worden. Met nadruk wordt erop gewezen dat het niet toegestaan is aan de afrondende fase te beginnen zonder dat de examencommissie het programma heeft goedgekeurd. Vraag de goedkeuring dus tijdig aan, anders is tijdverlies onvermijdelijk !
435340 435350 435360
54
Stp. 6 6
3e jaar voor studenten gestart in 2002
Vakcode 435300 435310 435330
5.9.2
Vaknaam Toevoegingen aan levensmiddelen Toegepaste theoretische chemie (keuzemodule) Ontwikkeling van op eiwit gebaseerde geneesmiddelen Natuurstoffen Moleculaire mechanismen van ziekten Macromoleculen en katalyse Genetische gemodificeerde organismen Fysische en biochemische aspecten van eiwitvouwing Atmosferische chemie Anorganische chemie (keuzemodule)
Vaknaam Eiwitchemie Spectroscopie Moderne ontwikkelingen in de farmacochemie Wijsgerige vorming: natuurwetenschappen, filosofie en ethiek Computational Chemistry Academische vaardigheden voor S/F
Stp. 5 10 6
Periode 1 1 en 2 1 en 2
3
2
6 1
3 elk jaar in periode 6 (in derde jaar ook periode 1)
Keuzeruimte Studenten die de bacheloropleiding Farmaceutische Wetenschappen doen, wordt dringend aanbevolen om in de keuzeruimte het vak Bioinformatica te kiezen. Dit vak is een onderdeel van de opleiding Medische Natuurwetenschappen en wordt in de
Exacte wetenschappen
keuzeruimteperiode gegeven. Andere mogelijkheden zijn de keuzemodules voorzover de secties deze ook op derdejaarsniveau aanbieden. Neem daarvoor contact op met de desbetreffende sectieonderwijscoördinator. Verder komen vakken van andere afdelingen van FEW en andere faculteiten van de VU in aanmerking. Ook kan men vakken kiezen die op andere universiteiten gegeven worden, zoals de Universiteit van Amsterdam (UvA). Neem hiervoor wel eerst contact op met de studieadviseur. 5.9.3
Eindprojecten Landelijk is overeengekomen, dat de breed opgezette bacheloropleiding wordt afgesloten met een meer gespecialiseerd project dat een 'Proeve van bekwaamheid' bevat. De afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen heeft besloten dit te realiseren door aan het eind van het derde jaar twee 'Eindprojecten' op te nemen van elk 12 sp, die door de secties worden verzorgd. De algemene opzet van de eindprojecten is als volgt. • Het is niet verboden de beide eindprojecten te combineren, maar gezien de eis tot breedte van de opleiding, wordt de voorkeur gegeven aan twee afzonderlijke projecten. • Een project bevat in principe geen afzonderlijke theorie (tentamen). • In een project moet de student toekomen aan zelfstandig onderzoek. • Een project wordt afgesloten door de genoemde 'proeve van bekwaamheid' in de vorm van een schriftelijk en mondeling verslag van het verrichte werk. • Een dubbel project van 24 sp bevat een mondeling en schriftelijk verslag plus een scriptie (literatuuroverzicht). Nadere informatie over de gang van zaken rond een eindproject is te vinden in de 'Handleiding Bacheloropdracht'. Dit is een uitwerking van de universitaire stage- en scriptieregeling. De handleiding bevat een planner en een beoordelingsformulier en is te verkrijgen op het onderwijsbureau van de faculteit. De secties bieden de volgende eindprojecten aan: Sectie Analytische Chemie en Toegepaste Spectroscopie (ACAS) Vakcode 435490 435480 435470 435460
Vaknaam Multidimensionale scheidingstechnieken Dynamische processen in de gecondenseerde fase Spectroscopische detectie- en identificatietechnieken Bio-analytische screeningstechnieken
Stp. 12 12
Periode 4, 5 en 6 4, 5 en 6
12
4, 5 en 6
12
4, 5 en 6
Stp. 12 12
Periode 4, 5 en 6 4, 5 en 6
Stp. 12
Periode 4, 5 en 6
Sectie Biochemie en Moleculaire Biologie (BMB) Vakcode 435510 435500
Vaknaam Moleculaire biologie en gist genetica Eiwitten
Sectie Farmacochemie (FAR) Vakcode 435530
Vaknaam Eindprojecten farmacochemie
Bachelor Farmaceutische Wetenschappen
55
Sectie Fysische Chemie (FC) Vakcode 435710 435700 435690
Vaknaam Molecuulspectroscopie van de atmosfeer Botsingen van georiënteerde moleculen Ultrasnelle laserspectroscopie
Stp. 12 12 12
Periode 4, 5 en 6 4, 5 en 6 4, 5 en 6
Stp. 12 12
Periode 4, 5 en 6 4, 5 en 6
Stp. 12
Periode 4, 5 en 6
12
4, 5 en 6
Sectie Organische en Anorganische Chemie (OAC) Vakcode 435560 435550
Vaknaam Synthese en structuuranalyse II Synthese en structuuranalyse I
Sectie Theoretische Chemie (TC) Vakcode 435570 435540
5.9.4
Vaknaam Toegepaste theoretische chemie (eindproject) Theoretische chemie (eindproject)
Oriëntatie op beroepsprofielen De eindprojecten vormen de ideale oriëntatie voor studenten die hun studie voortzetten in de Onderzoeksvariant (O) van de masterfase. Studenten die overwegen hun studie voort te zetten in de Communicatie-Educatie variant (C/E) (waaronder de lerarenopleiding) of de Maatschappijgerichte variant (M) kunnen (desgevraagd) één van de eindprojectperioden besteden aan het volgen van een oriëntatiecursus C/E of M. Weliswaar vormen deze cursussen vooralsnog géén ingangseis maar als men de oriëntatiecursus niet heeft gevolgd, zal een nader te bepalen assessment moeten worden afgelegd. Voor studenten die leraar willen worden is de C/E oriëntatie (12 studiepunten) verplicht. Randvoorwaarden Studenten die de opleiding Farmaceutische Wetenschappen volgen en overwegen de studie voort te zetten in de O-variant wordt dringend aanbevolen beide eindprojecten te kiezen uit het aanbod van de sectie Farmacochemie. Studenten die een C/E/M oriëntatiecursus hebben gekozen moeten hun resterende tijd (tenminste 12 sp) besteden aan een eindproject uit de opleiding waarin ze het bachelorexamen wensen af te leggen. De studieadviseur en de sectieonderwijscoördinator zijn altijd voor advies beschikbaar. Oriëntatie op C/E/M variant
56
Vakcode 990005
Vaknaam Oriëntatie op communicatie en educatie 1: oriëntatie op het beroep van leraar en communicatiespecialist
470101 990007
Orientatie op de M-variant Oriëntatie op educatie 2: oriëntatie op het beroep van leraar
Exacte wetenschappen
Stp. 6
6 6
Periode Oktober 2004 (Levenswetenschappen); februari 2005 (Aardwetenschappen en FEW) februari- maart maart 2005
5.9.5
Tweedegraads onderwijsbevoegdheid In 2004 wordt voor studenten de mogelijkheid gerealiseerd om met hun bachelordiploma een tweedegraads onderwijsbevoegdheid te verkrijgen. De student moet daarvoor 30 studiepunten aan vakken in de educatierichting hebben gevolgd (bijv. in de keuzeruimte). Na het behalen van het bachelordiploma moeten nog 30 studiepunten aan onderwijskunde / didactiek besteed worden. Het verkrijgen van de bevoegdheid zal via een gelieerde hbo-opleiding lopen. Details over deze mogelijkheid om een tweedegraads bevoegdheid te krijgen komen tijdens het lopende studiejaar beschikbaar.
5.10
Overige vakken Vakcode 430020
Vaknaam Bioinformatica
Bachelor Farmaceutische Wetenschappen
Stp. 6
Periode 4 en 5
57
58
Exacte wetenschappen
6
6.1
Bachelor Informatica
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer- of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
6.2
Domein Informatica houdt zich bezig met een gevarieerd pakket aan methoden, inzichten en vaardigheden die te maken hebben met de werking en de toepassingen van computers. De bacheloropleiding is daarom technisch van karakter, maar ook zeer breed. De technische kant van de studie behelst zaken als programmeren, operating systems, computernetwerken, datastructuren, de theoretische onderbouwing van de informatica en het gebruik van wiskunde en logica. In de kern van de informatica staan verder methodologische disciplines, zoals software engineering, conceptuele modellering en specificatiemethoden. Dan is er een rijk gevarieerd scala van toepassingen: onder meer parallel rekenen, visualisatie, security, gegevensverwerking, internet- en webtoepassingen, electronic commerce, multimedia, protocolverificatie en bedrijfskundige aspecten, die in de masteropleiding aan bod komen.
6.3
Doelstelling De bacheloropleiding is in de eerste plaats gericht op doorstroming naar een masteropleiding. In principe kunnen studenten na hun bacheloropleiding ook bij een andere universiteit een (eventueel Engelstalige) masteropleiding gaan volgen, dan wel direct kiezen voor de beroepspraktijk. De opzet van de bacheloropleiding is daarom breed en oriënterend, met de mogelijkheid tot differentiatie, zonder dat dit de mogelijkheden van keuze van een masteropleiding in de informatica beperkt. Mede door het afsluitende bachelorproject heeft de opleiding een afgerond karakter.
Bachelor Informatica
59
6.4
Eindtermen Vakverbonden kennis en vaardigheden De Bachelor of Science in Computer Science: heeft voldoende inzicht in de diverse specialisaties van de informatica die voortbouwen op de bachelorfase om een verantwoorde keuze te maken voor een vervolgopleiding; heeft een gedegen theoretische en praktische basiskennis van de informatica (te weten Operating Systems, Computernetwerken, Kunstmatige Intelligentie, Databases, Software Engineering, Theoretische Grondslagen van de Informatica) en de hulpvakken logica en wiskunde, die toereikend is om met succes een masteropleiding op het terrein van de informatica te volgen heeft kennis gemaakt met wetenschappelijke onderzoeksvaardigheden en ontwerpmethoden op het gebied van de informatica en heeft daarvan een proeve van bekwaamheid afgelegd is zich bewust van de mogelijkheden op de arbeidsmarkt na eventuele afsluiting van de studie met een bachelordiploma is zich bewust van de rol van de informatica in de maatschappij en van het internationale karakter van de informatica. Algemene vaardigheden De Bachelor of Science in Informatica beheerst de algemene vaardigheden op het gebied van presenteren en rapporteren, informatie zoeken en verwerken, computergebruik, projectmatig werken en het werken in projectgroepen.
6.5
Specifieke toelatingseisen De toelatingseisen voor de bacheloropleiding Informatica zijn: voor studenten met een vwo-profiel de vakken wib12 en voor studenten met een vakkenpakket het vak Wiskunde B (en Natuurkunde). Een deficiëntie in het vak wib2 mag tijdens het eerste jaar worden weggewerkt. Voor de opleiding Informatica is toegang zonder Natuurkunde in het eindexamenpakket dus wel mogelijk, maar de keuzemogelijkheid in het studieprogramma is dan enigszins beperkt. Voor de opleiding is Engels op vwoniveau vereist.
6.6
Studiebegeleiding Eerste, tweede en derde jaar: dr. N. Silvis-Cividjian, kamer S2.46, tel. (020) 44 47513,
[email protected], dr. J. van Wouwe, kamer S3.48, tel. (020) 44 47774,
[email protected], ir MPH Huntjens, kamer P1.28, tel. (020) 44 47747,
[email protected]
6.7
Vervolgopleidingen Studenten met een bachelordiploma Informatica van de VU hebben toegang tot alle varianten van de masteropleiding Informatica van de Vrije Universiteit (de zgn. doorstroommaster). Met de andere universiteiten in Nederland zijn afspraken gemaakt waardoor het mogelijk is om verder te gaan met een masteropleiding Informatica aan een andere instelling. Ook is het mogelijk om verder te gaan met de masteropleiding Artificial Intelligence, waarbij een aantal vakken uit het bachelorprogramma AI zal
60
Exacte wetenschappen
moeten worden aangevuld (tenzij deze al in de keuzeruimte van het bachelorprogramma Informatica zijn opgenomen). Men raadplege hiervoor de mastergids AI. Eenzelfde opmerking geldt indien men wil vervolgen met de eenjarige master Information Sciences. Tenslotte bestaat ook de mogelijkheid om te vervolgen met de masteropleiding Bioinformatics. Het verdient aanbeveling om de invulling van de keuzevakken in het bachelorprogramma daaraan aan te passen.
6.8
Arbeidsmarkt en werkgelegenheid Het bachelordiploma is in principe einddiploma van een afgeronde opleiding; men kan dus met dit diploma de arbeidsmarkt betreden. Deze mogelijkheid is nieuw en er is nog weinig ervaring mee opgedaan. Overigens zal aan deze mogelijkheid ook aandacht worden besteed tijdens de oriëntatie op beroep en specialisatie.
6.9 6.9.1
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma Het doel van het onderwijs in het eerste jaar is meerledig. Enerzijds is het de bedoeling om de student(e) een aantal basisvaardigheden bij te brengen die in de latere jaren in verschillende vakken onmisbaar zijn. Hieronder vallen onder andere de vakken die zich bezighouden met onderwerpen uit de logica en de wiskunde, terwijl de studenten ook vertrouwd worden gemaakt met het door de faculteit gebruikte computersysteem en de principes van het programmeren. Anderzijds hebben verschillende vakken tot doel om een inleiding te geven in de hoofdstromen in informatica, zodat de student een globaal beeld krijgt van wat de opleiding Informatica te bieden heeft. Vakcode 400139 400031 400043 400150 400033 400202 400001 400175 400314 400085 400151 400023 400034 400036 400035 400146 400072
6.10 6.10.1
Vaknaam Aansluitcursus vwo-wiskunde voor Informatica Inleiding computergebruik Logische taal en redeneermethoden Inleiding programmeren I Inleiding computersystemen BI kaleidoscoop AI kaleidoscoop Taakanalyse en webdesign Calculus voor Informatica Inleiding programmeren II practicum Inleiding programmeren II Formele structuren Inleiding gegevensverwerking Inleiding multimedia Inleiding grafentheorie Encyclopedie voor I/AI/IK Software project
Stp. 1 1 5 4 4 3 6 6 3 2 3 3 5 3 3 3 4
Periode 1 1 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 3 4 4 4 4 4 en 5 5 5 5 en 6 6
2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma In het tweede jaar wordt bij de hoorcolleges als regel een vorm van begeleiding geboden in de vorm van een werkcollege, vragenuur of werkbespreking. De Bachelor Informatica
61
organisatie hiervan is minder strak dan in het eerste jaar; er wordt van uitgegaan dat een student deze activiteiten op waarde weet te schatten en ze benut. Vakcode 400313 400140 400119 400145 400017 400022 400314 400120 400018 400016 400071 400067
6.10.2
Periode 1 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 3 en 4 4 4 4 en 5 4 en 5 5 en 6 5 en 6
Vaknaam Practicum Assembler programmeren
Stp. 4
Periode 3
3e jaar voor studenten gestart in 2002
6.11.1
Onderwijsprogramma In het derde jaar, en wel met name in de laatste helft daarvan, worden meer keuzemogelijkheden aangeboden. Dit heeft te maken met de keuze die de student moet doen voor een specialisatie in de masterfase. Het derde jaar wordt afgesloten met een korte case studie of individueel project van 6 sp zoveel mogelijk aansluitend bij het in het vervolgtraject gewenste specialisatiegebied.
6.11.2
Bachelorproject Het project is bedoeld als afsluiting van de bachelorstudie Informatica en heeft een invulling die verschilt per student en per sectie. Het is de bedoeling dat het project zoveel mogelijk aan het einde van het de bachelorstudie wordt gedaan. Tijdig dient men contact op te nemen met een van de coördinatoren van de projecten. Dit zijn Dick Grune (sectie Computersystemen), Martijn Schut (sectie AI), Ralph Laemmel (sectie IMSE), Femke van Raamsdonk (sectie Theoretische Informatica) en Jaap Heringa (sectie Bioinformatica). Vakcode 400010 400198 400002 400126 400003 400060
62
Stp. 3 5 5 4 6 3 3 5 6 5 4 8
Vrije keuze van minimaal 4 sp De hier vermelde keuze is aanbevolen maar niet verplicht, het mag desgewenst door een ander vak worden vervangen Vakcode 400057
6.11
Vaknaam Lineaire algebra voor Informatica Datastructuren practicum Inleiding logica Datastructuren Computerorganisatie Filosofie en ethiek van de techniek Calculus voor Informatica Inleiding theoretische informatica Databases I Computernetwerken Software Engineering Project Software Engineering
Vaknaam Bedrijfsmodellering en requirements engineering Computernetwerken practicum Algebra en discrete wiskunde I Kennissystemen Algebra en discrete wiskunde II Scientific Communication in Computer Science
Exacte wetenschappen
Stp. 7
Periode 1 en 2
9 3 4 3 2
1, 2 en 3 2 4 4 4 and 5
400011 400136 400182
Bedrijfssystemen Studie en loopbaan Bachelorproject Informatica
5 1 6
4 en 5 afhankelijk van opleiding variabel
Algemene Vorming voor WenI Alle studenten van de afdelingen W en I moeten kiezen tussen Wetenschapsgeschiedenis of Maatschappelijke aspecten van de wetenschap. Vakcode 400318 400305
6.11.3
Stp. 3 3
Periode 3 3
Stp. 4 3
Periode 1 en 2 5
Verplichte keuze Eén van de twee genoemde vakken is verplicht. Vakcode 400118 400116
6.11.4
Vaknaam Wetenschapsgeschiedenis Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor AI/BWI/I/IK/W
Vaknaam Formele talen Algebraische specificaties
Keuze ruimte Opmerkingen: De keuze ruimte moet zo worden ingevuld dat het totaal aantal sp. in het bachelor programma 180 bedraagt. De student kan kiezen tussen HumanComputer Interaction of een ander vak van 4 sp in overleg met de studieadviseur. De student kan kiezen tussen Formele talen of Algebraische specificaties. Verder kan de student vrij kiezen voor een vak van 6 sp. Vakcode 400118 400312 400116
Vaknaam Formele talen Human-Computer Interaction Algebraische specificaties
Bachelor Informatica
Stp. 4 5 3
Periode 1 en 2 2 and 3 5
63
64
Exacte wetenschappen
7
7.1
Bachelor Informatiekunde
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer- of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
7.2
Algemeen De bacheloropleiding Informatiekunde bestaat uit twee verschillende richtingen, namelijk Bedrijfsinformatica (BI) en Multimedia en Cultuur (MMC). De student kiest reeds aan het begin van de studie of hij Bedrijfsinformatica dan wel Multimedia en Cultuur gaat studeren. Aangezien beide richtingen na het eerste jaar reeds verschillen is er in deze studiegids voor gekozen beide studies separaat te behandelen. Studenten kunnen echter tot het einde van het tweede bachelor jaar nog zonder veel tijdverlies overstappen tussen beide richtingen.
7.3 7.3.1
Bedrijfsinformatica Domein Bedrijfsinformatica houdt zich bezig met de vraag: hoe worden informatie en IT toegepast in bedrijven en instellingen? Als bedrijfsinformaticus ben je de verbindende schakel tussen enerzijds de technische kanten van de informatica, en anderzijds hoe mensen en bedrijven informatie gebruiken. De opleiding BI is dan ook een samenwerking tussen de faculteiten die zich bezighouden met informatica en economie. Door deze samenwerking word je van beide kanten deskundig opgeleid. Aan de ene kant moet je begrijpen hoe mensen en organisaties informatie en computers toepassen, ook wanneer ze niet veel verstand hebben van of interesse hebben in de technische kanten van de informatica. Tegelijkertijd moet je een degelijke ondergrond hebben in de informatica zelf, anders kun je anderen niet goed adviseren of ondersteunen. De opleiding BI zorgt voor een evenwichtige combinatie van deze twee aspecten zodat je in staat bent met de opgedane (technologische en
Bachelor Informatiekunde
65
bedrijfskundige) kennis bedrijfsprocessen soepel te laten verlopen. Nieuwe ontwikkelingen in de informatica, zoals Internet, World Wide Web en electronic commerce scheppen daarvoor allerlei nieuwe mogelijkheden. Een goede bedrijfsinformaticus is geen techneut die op een eilandje werkt. Bedrijfsinformatica is een dienstverlenend vak en je werkt meestal in teamverband. Je leert andermans problemen te begrijpen en op te lossen in een samenwerkend team. Bij de opleiding Bedrijfsinformatica leer je dat -net zoals dat bij bedrijven in de praktijk eraan toe gaat- in de vorm van allerlei projecten zowel binnen als buiten de VU. En het gaat daarbij steeds om mensen: want mensen zijn het belangrijkste "kapitaal" van elke moderne organisatie. De opleiding BI benadrukt de menselijke en organisatorische aspecten van de informatica. In de BI-opleiding zijn vier hoofdthema"s te onderscheiden: informatie, over methoden hoe je informatie kunt verwerken, analyseren, modelleren en ontwerpen; organisatie en bedrijf, met vakken uit de bedrijfskunde; mens en werk, over hoe mensen om (willen) gaan met technologie; technologie, met vakken over de technische aspecten van de kerninformatica.
66
7.3.2
Doelstelling Bedrijfsinformatica richt zich op de overbrugging van de kloof tussen de exacte en mechanische aard van computers en de menselijke en organisatorische aard van de bedrijfsomgeving waar informatietechnologie wordt ingezet. Dit betekent dat de afgestudeerde bedrijfsinformaticus naast een gedegen kennis van de (kern)informatica ook een goed inzicht moet hebben in de sociale en economische context van informatietechnologie. Hij/zij is daarmee bij uitstek geschikt om een leidende rol te spelen in (multidisciplinaire) projecten waarin complexe informatiesystemen worden ontwikkeld.
7.3.3
Eindtermen Verwacht wordt dat de student Bedrijfsinformatica aan het einde van de opleiding beschikt over: een gedegen kennis van de informatica: analyse en ontwerp van informatiesystemen, gegevensstructuren, netwerken, informatiemodellering, mens-computer interactie en theoretische aspecten; kennis van de hoofdlijnen van organisatieleer, bedrijfskunde, organisatiepsychologie, IT-strategie en -management; de capaciteit om met deze multi-disciplinaire kennis een brug te slaan tussen informatietechnologie en haar toepassingen in een organisatorische context; de capaciteit om samen te werken in een interdisciplinair team aan de oplossing van complexe IT-problemen; schriftelijke en mondelinge vaardigheid in de Nederlandse en Engelse taal.
7.3.4
Specifieke toelatingseisen De toelatingseisen voor de bacheloropleidingen Bedrijfsinformatica zijn: Oude vakkenpakket vwo: Wiskunde A of Wiskunde B Nieuwe vwo profielen: Wiskunde A1 en Wiskunde A2, of Wiskunde B1 Voor hbo-ers met een diploma heao-bi, hts-c, hio, I&I en Information Engineering (of nauw verwante studies) is het mogelijk een twee-jarig masterprogramma Bedrijfsinformatica te volgen (zie voor verdere informatie de masterstudiegids). Exacte wetenschappen
Voor de opleiding is Engels op vwo-niveau vereist. Aangezien een flink aantal vakken in het Nederlands wordt gegeven is ook een goede kennis van Nederlands onontbeerlijk. 7.3.5
Studiebegeleiding Eerste jaar: dr. N. Silvis-Cividjian, kamer S2.61, tel. (020) 44 47513,
[email protected] Tweede en derde jaar: ir. M.Huntjens, kamer P1.28, tel. (020) 44 47747,
[email protected]
7.3.6
Inschrijfprocedures FEWEB Bij het inschrijven gelden de volgende regels: De inschrijving start in de drie weken voor het einde van een periode en sluit een week voor het einde van een periode. De laatste week van de periode wordt gebruikt om groepen in te delen. Alleen ingeschreven studenten hebben recht op het volgen van de awv en hiermee recht op een bonuspunt als zij aan de voorwaarden hiervoor voldoen. Als je niet bent ingeschreven, kun je in principe niet meedoen aan de awv. De docent kan een uitzondering maken en je toelaten als toehoorder als er plaats is, en je de voortgang in de awv niet stoort. Je komt in dat geval niet op de presentielijst en je kunt geen aanspraak maken op een bonuspunt. Je kunt je als volgt inschrijven voor de activerende werkvormen: ga naar www.feweb.vu.nl/inschrijven Vul je gebruikersnaam en wachtwoord in (dezelfde als voor het feweb-netwerk) selecteer de studierichting waarvan je het vak wilt volgen (bachelor economie) klik het vak aan dat je wilt volgen. Je krijgt een bevestiging van je inschrijving via de feweb mail. Je kunt je ook weer uitschrijven door nogmaals het vak aan te klikken. Let op; als je niet bekend bent bij het systeem (en je dus geen fewebwachtwoord en gebruikersnaam hebt), krijg je automatisch een apart aanmeldingsformulier waarmee je een wachtwoord en gebruikersnaam kunt aanvragen. Hiermee kun je je dan inschrijven. Inschrijven vakken derde jaar: Voor alle vakken in het derde jaar economie en bedrijfswetenschappen moet je je van te voren inschrijven om deel te kunnen nemen. Dit moet je doen aan het eind van het tweede jaar. Aan het eind van het tweede jaar moet je een voorlopige planning van je derde jaar opgeven. Je geeft aan welke vakken je denkt te gaan volgen en in welke periode. Dit geldt voor álle vakken van het derde jaar: geef dus zowel je keuzevakken als je verplichte vakken op. De planning is tevens een voorlopige inschrijving voor de vakken van het derde jaar. Meer informatie vind je in de vakbeschrijvingen en op www.studiegidsen.vu.nl.
Bachelor Informatiekunde
67
Je kunt je planning wijzigen of aanpassen tot circa vier weken voor een nieuwe periode begint. Dan wordt de inschrijving die periode definitief gemaakt en je kunt de inschrijving voor die periode niet meer wijzigen. Als je niet bent ingeschreven voor een vak, of een vak wilt veranderen na de sluitingsdatum, kan dat alleen wanneer de capaciteit dat toelaat. Als je niet bent ingeschreven, heb je dus geen garantie dat je het vak alsnog kunt volgen. Je schrijft je in via www.feweb.vu.nl/inschrijven. Inschrijven kan dus niet via Blackboard. 7.3.7
Vervolgopleidingen Het bachelordiploma Bedrijfsinformatica van de Vrije Universiteit geeft rechtstreeks toegang tot de masteropleiding Bedrijfsinformatica van de Vrije Universiteit. De opleidingen Informatiekunde/Bedrijfsinformatica aan de Nederlandse universiteiten verschillen momenteel significant. Er zijn daarom nog geen regels op nationaal niveau ontwikkeld die de instroom van masterstudenten regelt. Mogelijkheid tot instromen in master Bedrijfsinformatica programma's is daarom een zaak van de individuele universiteit. Een soortgelijke situatie geldt voor buitenlandse universiteiten. De VU heeft relaties met aantal buitenlandse universiteiten die masteropleidingen op het gebied van Bedrijfsinformatica aanbieden, ondermeer HEC Business School, Lausanne, Zwitserland Lund University, Zweden Stockholm Business School, Zweden Universiteit van Karlsruhe, Duitsland Carnegy Mellon University, Pittsburg, USA Stanford University, Palo Alto, USA
68
7.3.8
Arbeidsmarkt en werkgelegenheid De arbeidsmarkt voor technisch onderlegde Informatiekundigen (wat bedrijfsinformatici eigenlijk zijn) is nog steeds goed te noemen. De kansen op een leidinggevende positie worden echter vergroot door het volgen van een één-jarig masterprogramma (zie de master studiegids).
7.3.9
Verloop van de studie Tijdens de opleiding oefen je je sociale en communicatieve vaardigheden door onder meer groepsgewijs BI-projecten uit te voeren en hierover verslagen en presentaties te verzorgen. Naarmate je vordert in de studie kun je je specialiseren op verschillende terreinen waarop de VU ook BI-onderzoek verricht, zoals electronic business, webinformatiesystemen, architectuur en kennismanagement. De driejarige bachelorstudie wordt afgesloten middels een project dat in groepsverband wordt uitgevoerd. Bedrijfsinformatica heeft een éénjarige masteropleiding. Deze opleiding is voor de helft gevuld met vakken die uit het eigen onderzoek voortkomen en je zo inzicht geven in wat de belangrijkste ontwikkelingen voor de toekomst zijn. Het andere deel beslaat een afstudeerproject waar een bedrijfsinformatiekundig probleem moet worden opgelost.
Exacte wetenschappen
7.3.10
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004 Het doel van het onderwijs in het eerste jaar is meerledig. Enerzijds is het de bedoeling om de student(e) een aantal basisvaardigheden bij te brengen die in de latere jaren in verschillende vakken onmisbaar zijn. Hieronder vallen onder andere de vakken die zich bezighouden met onderwerpen uit de logica en de wiskunde, terwijl de studenten ook vertrouwd worden gemaakt met het door de faculteit gebruikte computersysteem en de principes van het programmeren. Anderzijds hebben verschillende vakken tot doel om een inleiding te geven in de hoofdstromen in informatica en informatiekunde, zodat de student een globaal beeld krijgt van wat de opleiding Informatiekunde te bieden heeft. Het eerste jaar is zó opgezet dat zij toegang geeft tot verschillende studies: naast Bedrijfsinformatica is ook Multimedia en Cultuur en Informatica een keuzemogelijkheid. Het eerste jaar kun je dus gebruiken om je breed te oriënteren op wat je echte interesses en sterkten zijn. Vakcode 400031 400124 400033 400043 400001 400150 400202 400175 400023 400151 400085 400034 400273 400035 400036 400146 400072
7.3.11
Vaknaam Inleiding computergebruik BI kaleidoscoop practicum Inleiding computersystemen Logische taal en redeneermethoden AI kaleidoscoop Inleiding programmeren I BI kaleidoscoop Taakanalyse en webdesign Formele structuren Inleiding programmeren II Inleiding programmeren II practicum Inleiding gegevensverwerking Informatie representatie Inleiding grafentheorie Inleiding multimedia Encyclopedie voor I/AI/IK Software project
Stp. 1 1 4 5 6 4 3 6 3 3 2 5 4 3 3 3 4
Periode 1 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 3 4 4 4 4 en 5 4 en 6 5 5 5 en 6 6
2e jaar voor studenten gestart in 2003 Het tweede bachelorjaar is te zien als een jaar waarin de basis gelegd wordt van een professionele beoefening van de Informatiekunde. Het derde bachelorjaar omvat een aantal verdiepingsvakken, vrije keuze ruimte en een groot project dat in groepsverband wordt uitgevoerd. Het tweede en derde bachelorjaar is zodanig opgezet dat je steeds aandacht besteed aan vier aspecten: • een vak uit de kerninformatica • een vak uit de bedrijfskunde • een (integrerend) vak uit de Bedrijfsinformatica • een bijbehorend BI-project of practicum. Een uniek kenmerk van de Informatiekunde is de grote aandacht voor werken in teams en projecten. Probleem- en oplossingsgericht kunnen werken, met externe klanten, binnen gegeven begrenzingen in tijd, doel en kwaliteit is een kerncompetentie van een informatiekundige. In het begin zijn de projecten die je doet eenvoudiger en beperkter, later worden ze steeds meer explorerend en "open-ended", en gaat het erom dat je zelfstandig plant, adviezen geeft en keuzes maakt in samenspraak met anderen. Door het basisprogramma heen is aandacht voor bredere academische vorming, zoals inzicht in de samenhang der wetenschappen, de maatschappelijke betekenis van de eigen discipline en de geschiedenis daarvan, aan Bachelor Informatiekunde
69
het verwerven van academische vaardigheden zoals het op niveau presenteren van eigen of groepswerk, zowel mondeling als schriftelijk. Deze aspecten zijn met name gelokaliseerd in de onderdelen Algemene Vorming (Filosofie en Ethiek van de Techniek en Geschiedenis of Maatschappelijke Aspecten) en het BedrijfsInformaticaprojecttraject. Vakcode 60111020 400145 400010 400140 60121000 400312 61331070 400016 400018 400067 400071
Vaknaam Marketing 1.1 Datastructuren Bedrijfsmodellering en requirements engineering Datastructuren practicum Management Accounting 1.2 Human-Computer Interaction E-Business Computernetwerken Databases I Project Software Engineering Software Engineering
Stp. 3 4 7
Periode 1 1 en 2 1 en 2
5 3 5 6 5 6 8 4
1 en 2 2 2 and 3 4 4 en 5 4 en 5 5 en 6 5 en 6
Algemene Vorming voor WenI Alle studenten van de afdelingen W en I moeten kiezen tussen Wetenschapsgeschiedenis of Maatschappelijke aspecten van de wetenschap. Vakcode 400318 400305
7.3.12
Vaknaam Wetenschapsgeschiedenis Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor AI/BWI/I/IK/W
Stp. 3 3
Periode 3 3
3e jaar voor studenten gestart in 2002 Het project ISO verzorgt de formele afronding van de bachelor-opleiding zodanig dat zowel voorbereiding op de beroepspraktijk als onderzoeksgerichte elementen aan bod komen. Studenten die gestart zijn in 2003 met de bacheloropleiding zullen in het derde jaar ook gaan volgen (wijzigingen voorbehouden): Enterprise Systems en Webgebaseerde Kennisrepresentatie (Computernetwerken vervalt in het derde jaar, dat hebben zij al in het tweede jaar gevolgd). Vakcode 60211000 400119 400195 400022 400077 400014 400016 400058
70
Vaknaam Management Accounting 2.1 Inleiding logica Kwaliteitszorg van de informatievoorziening Filosofie en ethiek van de techniek Toegepaste statistiek Capita Selecta Business Informatics Computernetwerken Project ISO
Exacte wetenschappen
Stp. 3 5 5
Periode 1 1 en 2 1 en 2
3 3 4 5 9
3 en 4 4 4 and 5 4 en 5 4, 5 en 6
Keuzevakken De student dient zelf minimaal 23 studiepunten te kiezen. Deze keuzeruimte is opgesplitst in aantal categorieën, te weten Informatiekunde/Bedrijfsinformatica, Wiskunde&Informatica (w.o. MMC vakken), Bedrijfskunde&Economie, en volledig vrije keuze. • •
De student moet minimaal 3 sp Bedrijfskunde&Economie en minimaal 6 ECTS Bedrijfsinformatica en minimaal 3 sp W&I kiezen. De student moet minimaal 12 sp Bedrijfskunde&Economie en Bedrijfsinformatica kiezen. Keuze Bedrijfsinformatica
Dit betreft een limitatieve opsomming van keuzevakken voor gevorderde studenten in de IK/Bedrijfsinformatica. Deze zijn gerelateerd aan het IK-onderzoek en mede op master-niveau. (zie ook studiegids Master IK/BI) Vakcode 400110 400125 400170 400290 400292
Vaknaam E-Business Innovation Knowledge Management and Modeling Software Architecture Qualitative Research Methods for the Information Sciences Ontology Engineering
Stp. 7 6 6 3 3
Periode 1 and 2 1 and 2 2 and 3 3 6
Keuze W&I
Dit behelst een aanbevolen lijst van keuzevakken in W&I. Vakcode 400137 400130 400081 400029 400312 400126 400147 400127
Vaknaam Object-Oriented Software Development Distributed Systems User Interface Design Inleiding besliskunde Human-Computer Interaction Kennissystemen Practice of Design, Art, and Visualisation Network Security
Stp. 4 6 4 6 5 4 6 6
Periode 1 and 2 1 and 2 1 and 2 1 en 2 2 and 3 4 4 and 5 4 and 5
Keuze Bedrijfskunde & Economie
Dit betreft een aanbevolen lijst van keuzevakken in de Bedrijfskunde & Economie. Vakcode 60311050 61311020 61431000 61331000 61141010 61331040 60341000
Vaknaam Consumer Behavior Business Intelligence Interorganizational Systems Enterprise Systems Financial Accounting and Bookkeeping Marketing Research Emerging Technologies
Stp. 6 6 6 6 6 6 6
Periode 1 1 2 2 2 4 5
Oude bovenbouw opleiding "Oude" (bovenbouw) opleiding BI. Voor de BI-jaargangen van 1998 en eerder wordt verwezen naar de studiegids "Informatica en Bedrijfsinformatica" 1999/2000. Het Bachelor Informatiekunde
71
vroegere programma wordt zoveel mogelijk aangehouden. Het bevat een ruime mate van keuzevrijheid. Deze kan desgewenst mede wordt benut door deelname aan "nieuwe" BI-vakken. Een voorstel daartoe kan worden voorgelegd aan de examencommissie.
7.4
72
Multimedia en Cultuur
7.4.1
Domein Met CD-ROMs, het Internet en het World Wide Web kun je grote hoeveelheden informatie aantrekkelijk presenteren. Vooral in de wereld van de kunst en cultuur is er een grote behoefde om moderne media in te zetten bij de overdracht van informatie in woord, beeld en geluid. Bij het ontwerpen van bruikbare en aantrekkelijke presentaties zul je "feeling" moeten ontwikkelen voor het combineren van media, en veel verstand moeten hebben van informatietechnologie en cultuur. Dat leer je als je deze afstudeerrichting kiest. Bij de opleiding Multimedia en Cultuur leer je bijvoorbeeld hoe je een multimediale databank voor het Internet kunt maken op het gebied van de Nederlandse popmuziek met geluidsopnamen, videoclips, CD's, bladmuziek en affiches. Tevens leer je hoe je moderne interactieve multi-mediasystemen kunt ontwerpen. Dit soort vaardigheden vereisen een degelijke ondergrond in de Informatica, van software-ontwerp tot inzicht in databases en kennissystemen, van Java programmeren tot requirements engineering. Na de studie kun je een redactionele website voor een omroep opzetten, of voor een amusements-uitgever interactieve versies van het spel Triviant ontwerpen. Je kunt werk vinden bij omroepen, musea, uitgeverijen en ontwerpbedrijven voor websites. Het beoogde toepassingsgebied is breed en omvat alle vormen van cultuur: muziek, beeldende kunsten en taal- en bibliotheekwetenschappen. Je verwerft inzicht in de typische werkstructuur van musea, schouwburgen en bibliotheken en de "vermaaksindustrie". Daarnaast richt deze opleiding zich bij uitstek op het ontwerpen voor de "consument", voor de gebruiker van televisie en CD, voor onderwijsgevenden en websurfers. De opleiding bevat daarom onderdelen uit de psychologie en technieken om groepsgedrag in kaart te brengen. Tenslotte bestaat een belangrijk deel van de opleiding uit het verkrijgen van vaardigheid in ambachtelijke kunst-technieken: schetsen, het maken van video-opnamen en het samenstellen van geluidsachtergronden. Samenvattend: met deze studie verwerf je de achtergrond van een Informatiekundige die met name is uitgerust voor het ontwerp voor mensen in culturele toepassingsgebieden.
7.4.2
Doelstelling De opleiding Multimedia en Cultuur richt zich op het combineren van inzicht in het ontwerpen van informatietechnologie en multimedia met inzicht in culturele toepassingsgebieden en met vaardigheid in mensgerichte toepassingen van de moderne technologie. De afgestudeerde Multimedia & Cultuurspecialist zal daarom een goed inzicht dienen te hebben in mensgericht ontwerpen, en in het analyseren van de organisatie en de werksituatie waarin de technologie zal worden toegepast. De afgestudeerde is daardoor bij uitstek geschikt om een leidende rol te spelen in (multidisciplinaire) ontwikkelteams voor complexe multimedia-toepassingen.
Exacte wetenschappen
7.4.3
Eindtermen Verwacht wordt dat de student Multimedia en Cultuur aan het eind van zijn opleiding beschikt over: Een gedegen kennis van de informatica: computersystemen, analyse en ontwerp van informatiesystemen en gegevensstructuren, informatiemodellering en theoretische aspecten; Kennis en inzicht op het gebied van culturele toepassingsgebieden in de brede zin van het woord; Kennis van multimediatechnieken, en van ambachtelijke artistieke ontwerptechnieken; Inzicht in Psychologie en groepsprocessen. Vaardigheid in het omgaan met cliënten en gebruikers, in het werken in teamverband. Schriftelijk en mondelinge uitdrukkingsvaardigheid in de Engelse taal.
7.4.4
Specifieke toelatingseisen De toelatingseisen voor de bacheloropleiding Multimedia en Cultuur zijn: Oude vakkenpakket vwo: Wiskunde A of Wiskunde B Nieuwe vwo profielen: Wiskunde A1 en Wiskunde A2, of Wiskunde B1 Voor hbo-ers met een diploma Informatica of Interaction Design, en voor studenten met een Universitair Bachelor Informatica, Informatiekunde, Letteren (Woord en Beeld) of Industrieel Ontwerpen is het mogelijk een twee-jarig Bachelor & Master programma Multimedia en Cultuur te volgen (zie voor verdere informatie de Master studiegids). Deze studenten stromen in in de bacheloropleiding MMC. Voor de opleiding is Engels op vwo-niveau vereist.
7.4.5
Studiebegeleiding Eerste jaar: dr. N. Silvis-Cividjian, kamer S2.61, tel. (020) 44 47513,
[email protected] Tweede en derde jaar: dr. G.C. van der Veer. Afspraken via Elly Lammers kamer T3.06c, tel. (020) 44 47718,
[email protected]
7.4.6
Vervolgopleidingen De opleidingen Informatiekunde aan de Nederlandse universiteiten verschillen momenteel significant. Er zijn daarom nog geen regels op nationaal niveau ontwikkeld die de instroom van Master studenten regelt. Mogelijkheid tot instromen in Master programma"s is daarom een zaak van de individuele universiteit. Een soortgelijke situatie geldt voor buitenlandse universiteiten. De VU heeft relaties met aantal buitenlandse universiteiten die Master opleidingen verwant aan Multimedia en Cultuur aanbieden, ondermeer De Universiteit van Siena (Italie), studierichting Communicatie Wetenschappen; De Universiteit van Loughborough (UK), studierichting Computer Studies (Met een sterk artistieke inslag); De Universiteit van Lleda (Spanje), faculteit Informatica, met toepassingen op het gebied van cultuur, o.a. archeologie, historie, etc.
Bachelor Informatiekunde
73
Studenten met een Bachelor Multimedia en Cultuur kunnen zonder meer instromen in de Master Multimedia en Cultuur. Bij instroom vanuit een andere verwante bachelorstudie zal het deel van de keuzevakken voor studenten met deficiënties worden opgevuld met Multimedia en Cultuur bachelorvakken. Instroom is mogelijk onder voorwaarden na: Universitair Bachelor: Informatica, Informatiekunde, Letteren (Woord en Beeld, Communicatie en Informatiewetenschappen), of Industrieel ontwerpen; hbo Bachelor Informatica of Interaction Design; onder de voorwaarde van een vakkenpakket dat tenminste de volgende componenten bevat: Multimedia technologie vakken equivalent met tenminste 12 sp op Universitair niveau; Geschiedenis van de Westerse Cultuur vakken equivalent met tenminste 6 sp op Universitair niveau; Kunstzinnige vorming vakken equivalent met tenminste 6 sp op Universitair niveau Mensgericht ontwerpen / Cognitieve ergonomie vakken equivalent met tenminste 12 sp op Universitair niveau; Informatica vakken equivalent met tenminste 24 sp op Universitair niveau. Bij deficiëntie betreffende deze voorwaarde kan toelating volgen na succesvolle deelname aan door de studiebegeleider aan te wijzen homologatieonderwijs op de hierboven aangeduide gebieden a t/m e, zolang geldt dat het totaal aan deficiëntie maximaal 60 sp bedraagt. Deze vakken worden dan gevolgd in een "pre-master" periode, waarvoor men zich apart dient in te schrijven. Voor inlichtingen dient men contact op te nemen met dr. G.C. van der Veer (afd. IMSE,
[email protected]).
74
7.4.7
Arbeidsmarkt en werkgelegenheid Het toepassingsgebied van Multimedia en Cultuur groeit nog steeds explosief. Alleen al in Nederland zullen de komende jaren enkele miljoenen websites worden ontwikkeld, waarvoor een ontwerp nodig is dat rekening houdt met de doelstellingen en de (bedrijfs-, hobby-, of persoonlijke) cultuur van zowel de eigenaar als van het beoogde "publiek". De interactie van mensen en moderne multimediatoepassingen wordt steeds meer het kritische punt van slagen doordat meer en meer niet-experts de toepassingen zullen gebruiken, zowel in de werksfeer als in de huiselijke omgeving en bij vrijetijds toepassingen. Voor een goed ontwerp is inzicht in en ervaring met multidisciplinaire ontwerpmethoden en technieken onontbeerlijk. De kansen op een leidinggevende positie in ontwerp- of advieswerk worden echter vergroot door het volgen van een eenjarig Master programma (zie de master studiegids).
7.4.8
Verloop van de studie Tijdens de studie zul je regelmatig in projectteams samenwerken, soms samen met studenten van een andere studierichting (letteren, bedrijfsinformatica, kunstmatige intelligentie, psychologie). Al vanaf het eerste jaar heb je te maken met "echte" klanten (kleine bedrijfjes waarvoor je een website ontwerpt) en leer je presentaties te houden voor de opdrachtgever en het opstellen van ontwerpdocumenten. In het 3e (laatste) jaar van de bacheloropleiding Multimedia & Cultuur zal zowel een bedrijfsstage als een onderzoeksstage voorkomen. Het afstudeerproject in de tweede helft van het vierde jaar (het master jaar) kan zich afspelen ofwel in een bedrijf waar
Exacte wetenschappen
je aan een ontwerpproject zult deelnemen, ofwel in een onderzoekslaboratorium waar je betrokken bent bij de ontwikkeling van nieuwe multimedia toepassingen. Er zijn geen verschillende afstudeerrichtingen, maar wel een ruime mate van vrijheid in het kiezen van specialisatievakken. 7.4.9
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004 Onderwijsprogramma Het doel van het onderwijs in het eerste jaar is meerledig. Enerzijds is het de bedoeling om de student(e) een aantal basisvaardigheden bij te brengen die in het vervolg van de studie in verschillende vakken onmisbaar zijn. Hieronder vallen onder andere de vakken die zich bezighouden met onderwerpen uit de logica en de wiskunde, terwijl de studenten ook vertrouwd worden gemaakt met het door de faculteit gebruikte computersysteem en de principes van het programmeren. Anderzijds hebben verschillende vakken tot doel om een inleiding te geven in de hoofdstromen in informatica en informatiekunde, zodat de eerstejaarsstudent een globaal beeld krijgt van wat de opleiding Informatiekunde te bieden heeft. Het eerste jaar is zo opgezet dat zij toegang geeft tot verschillende studierichtingen: naast Multimedia en Cultuur ook Bedrijfsinformatica en Informatica als keuzemogelijkheid. Het eerste jaar kun je dus gebruiken om je breed te oriënteren op wat je echte interesses en sterkten zijn. Vakcode 400031 400124 400033 400043 400001 400150 400202 400175 400023 400151 400085 400034 400273 400035 400036 400146 400072
7.4.10
Vaknaam Inleiding computergebruik BI kaleidoscoop practicum Inleiding computersystemen Logische taal en redeneermethoden AI kaleidoscoop Inleiding programmeren I BI kaleidoscoop Taakanalyse en webdesign Formele structuren Inleiding programmeren II Inleiding programmeren II practicum Inleiding gegevensverwerking Informatie representatie Inleiding grafentheorie Inleiding multimedia Encyclopedie voor I/AI/IK Software project
Stp. 1 1 4 5 6 4 3 6 3 3 2 5 4 3 3 3 4
Periode 1 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 3 4 4 4 4 en 5 4 en 6 5 5 5 en 6 6
2e jaar voor studenten gestart in 2003 Het tweede bachelorjaar is te zien als een jaar waarin de basis gelegd wordt van een professionele beoefening van de Informatiekunde. Het derde bachelorjaar omvat een aantal verdiepingsvakken, vrije keuze ruimte en een tweetal stages, waarin resp. een praktijkopdracht voor een ""echte"" opdrachtgever op het gebied van multimedia en cultuur wordt uitgevoerd, en wordt deelgenomen aan een onderzoeksproject op dit vakgebied. In het afgelopen studiejaar betroffen dat bijvoorbeeld respectievelijk een project voor het integreren van een Virtual Reality toepassing waarbij toeschouwers konden deelnemen aan een toeneeluitvoering, en een experiment naar de toegevoegde waarde van "tactiele feedback" (het prikkelen van de tastzintuigen) bij het werken met een moderne 3-dimensionale computermuis.
Bachelor Informatiekunde
75
Zowel in het tweede als het derde jaar zijn er enkele informaticavakken te vinden, als vakken uit de sfeer van de kunstzinnige vorming (respectievelijk grafisch ontwerpen en muziek en geluid toepassingen bij ontwerp). Tevens zijn er in beide jaren vakken uit de sfeer van de mens-machine interactie, vakken betreffende de multimedia techniek en de toepassing daarvan bij producties, en vakken die het gebied van de methodische hulpwetenschappen betreffen, zoals toegepaste statistiek. Door het basisprogramma heen is aandacht voor bredere academische vorming, zoals inzicht in de samenhang der wetenschappen, de maatschappelijke betekenis van de eigen discipline en de geschiedenis daarvan, aan het verwerven van academische vaardigheden zoals het op niveau presenteren van eigen of groepswerk, zowel mondeling als schriftelijk. Deze aspecten zijn met name gelokaliseerd in de onderdelen Algemene Vorming (Filosofie en Ethiek van de Techniek en Geschiedenis of Maatschappelijke Aspecten) en het Multimedia-en-cultuur-projecttraject. Vakcode 400050 400010 400140 400145 400312 400147 400018 400016 400067 400071
Vaknaam Multimedia Authoring I -Web3D/VRML Bedrijfsmodellering en requirements engineering Datastructuren practicum Datastructuren Human-Computer Interaction Practice of Design, Art, and Visualisation Databases I Computernetwerken Project Software Engineering Software Engineering
Stp. 6
Periode 1
7
1 en 2
5 4 5 6 6 5 8 4
1 en 2 1 en 2 2 and 3 4 and 5 4 en 5 4 en 5 5 en 6 5 en 6
Algemene Vorming voor WenI Alle studenten van de afdelingen W en I moeten kiezen tussen Wetenschapsgeschiedenis of Maatschappelijke aspecten van de wetenschap. Vakcode 400318 400305
7.4.11
Vaknaam Wetenschapsgeschiedenis Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor AI/BWI/I/IK/W
Stp. 3 3
Periode 3 3
3e jaar voor studenten gestart in 2002 De twee stages vormen de formele afronding van de bachelor-opleiding zodanig dat zowel voorbereiding op de beroepspraktijk als onderzoeksgerichte elementen aan bod komen. Keuzeruimte: In de keuzeruimte heeft de student de kans om zich te specialiseren en te profileren in verband met de eigen belangstelling en het beoogde toepassingsdomein. Keuzevakken kunnen op het gebied van de informatiekunde liggen (en zullen dan uit het pakket van Bedrijfsinformatica komen), of komen uit de Informaticavakken. Het is ook mogelijk om meer culturele of artistieke vakken te kiezen of om de kennis en vaardigheden op het gebied van de menswetenschappen verder uit te breiden. De keuzeruimte dient in totaal uit 13 sp te bestaan. In alle gevallen dient er overleg
76
Exacte wetenschappen
gevoerd te worden met de studiecoördinator dr. G.C. van der Veer (afd. IMSE,
[email protected]). Vakcode 400081 400159 400051 400158 400312 400022 400126 400077 400309 400308
Vaknaam User Interface Design Music in Modern Society Multimedia Authoring II -- Virtual Environments Multimedia Design Casus Human-Computer Interaction Filosofie en ethiek van de techniek Kennissystemen Toegepaste statistiek Onderzoekstage Multimedia en Cultuur Praktijkstage Multimedia en Cultuur
Bachelor Informatiekunde
Stp. 4 5 6
Periode 1 and 2 2 2
6 5 3 4 3 6 6
2 and 3 2 and 3 3 en 4 4 4 5 en 6 5 en 6
77
78
Exacte wetenschappen
8
8.1
Bachelor Kunstmatige intelligentie
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer- of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
8.2
Domein Het vakgebied Kunstmatige Intelligentie houdt zich bezig met het analyseren en beschrijven van taken waarvoor in het algemeen gedacht wordt dat daar menselijke intelligentie voor nodig is, en met het ontwerpen van systemen die deze taken kunnen uitvoeren of ondersteunen. Hierbij speelt een uiteenlopend scala aan activiteiten een rol, variërend van het observeren en interviewen van menselijke experts tot het het ontwerpen en implementeren van computer programma"s, of het opstellen van formele wiskundige modellen. Dit vakgebied integreert informatica-aspecten met (cognitief) psychologische aspecten. Andere essentiële ingrediënten zijn taalkunde, filosofie en logica, waar het gaat om het begrijpen en beschrijven van principes waarop menselijk redeneren (en het gebruik van taal daarbij) gebaseerd is. Om deze reden is het een breed en multidisciplinair vakgebied. De studie is in samenwerking met de Faculteiten Psychologische en Pedagogiek, Levenswetenschappen, Sociale Wetenschappen, Letteren en Rechtsgeleerdheid. Verder is er samenwerking met de Universiteit van Amsterdam. De invulling van het bachelorprogramma is breed en praktisch. Het programma is opgebouwd rond thema's die een centrale plaats innemen in de Kunstmatige Intelligentie en in de breedte uitgebreid met ondersteunende vakken uit andere vakgebieden: Informatica, Psychologie, Taalkunde, Filosofie, Wiskunde en Logica. Deze brede opzet geeft vorm aan het multidisciplinaire karakter van de studie.
8.3
Doelstelling De doelstelling van de opleiding is dat studenten zodanige (theoretische en praktische) basiskennis en vaardigheden verwerven op het gebied van
Bachelor Kunstmatige intelligentie
79
Kunstmatige Intelligentie en eventuele aanverwante bètadisciplines, dat zij in staat zijn een masteropleiding in de Kunstmatige Intelligentie of aanverwante discipline te volgen, of eventueel toe te treden tot de arbeidsmarkt. De opleiding beoogt tevens studenten kennis te laten maken met het belang van de discipline in een brede wetenschappelijke, wijsgerige en maatschappelijke context.
8.4
Eindtermen Verwacht wordt dat de student Kunstmatige Intelligentie (AI) aan het einde van zijn bacheloropleiding een wetenschappelijk-kritische instelling heeft, zich bewust is van de maatschappelijke aspecten van het creëren van intelligente systemen ter ondersteuning van mensen in het uitoefenen van hun taken en beschikt over kennis, vaardigheden en inzicht met betrekking tot: kennisacquisitie en kennismodellering; methoden voor het ontwerpen van AI-systemen, zoals kennissystemen, multiagentsystemen; technieken voor zoeken, optimaliseren en leren; de architectuur en werking van AI-systemen; de belangrijke programmeerparadigma"s ten behoeve van de AI; het bepalen van de eisen waaraan een AI-systeem moet voldoen; de voor het vakgebied benodigde onderwerpen uit de filosofie, informatica, logica, psychologie, taalwetenschappen en wiskunde; zelfstandig en in groepsverband toepassen van het geleerde in de praktijk; de resultaten van zijn/haar werk mondeling en schriftelijk helder presenteren; vakliteratuur raadplegen.
8.5
Specifieke toelatingseisen De toelatingseisen voor de bacheloropleiding AI zijn: voor studenten met een vwo-profiel de vakken wia12 of wib1 en voor studenten met een vakkenpakket het vak Wiskunde A of B Voor de opleiding is Engels op vwo-niveau vereist.
8.6
Studiebegeleiding Voor studiebegeleiding in het tweede en derde jaar kun je contact opnemen met Vera Stebletsova, email
[email protected]. Daarnaast bevat de site http://www.cs.vu.nl/ai/education-en.html relevante informatie in het kader van studiebegeleiding voor de studie AI.
8.7
Tentamenprocedure FPP Hieronder volgt de procedure voor het aanmelden tentamens en intrekking van de aanmelding bij de Faculteit der Psychologie en Pedagogiek. Dit heeft betrekking op de te volgen vakken Inleiding Psychologie, Algemene Methodologie voor AI: Deel I, Functieleer en Aandacht in de Bacheloropleiding Kunstmatige Intelligentie. Voor de vakken onderwezen bij Faculteit der Exacte Wetenschappen dienen de procedures gevolgd te worden zoals eerder vermeld in deze gids.
80
Exacte wetenschappen
Aanmelding Voor alle schriftelijke tentamens moet je je aanmelden. Dit kun je doen vanaf dertig werkdagen tot aan de vijfde werkdag vóór de dag waarop het tentamen plaatsvindt. Als het tentamen op maandag is, kun je je de hele week daarvoor dus niet meer aanmelden. De laatste dag waarop je in dit geval nog kunt aanmelden, is de vrijdag voorafgaand aan de week voor het tentamen. Advies: wacht niet tot de laatste dag! Voor alle tentamens van de bacheloropleiding meld je je aan bij het studiesecretariaat van de FPP, via het tentameninformatiesysteem TISVU. Wie zonder tijdige aanmelding deelneemt aan een tentamen, is 20 euro administratiekosten verschuldigd, contant en in gepaste munt te betalen aan de balie van het studiesecretariaat. Het desbetreffende tentamen wordt pas beoordeeld nadat deze administratiekosten zijn voldaan. Als je niet hebt betaald, kun je je niet aanmelden voor de volgende gelegenheid van hetzelfde tentamen. Ziekte van de student vormt geen grond voor het toestaan van afwijkingen in de aanmeldingstermijn. Correspondentie over de aanmelding c.q. toelating tot tentamens moet je richten aan het bestuur van de faculteit. Intrekking van de aanmelding Wil je je aanmelding voor een tentamen intrekken, dan moet je dit tijdig (tot 16.00 uur op de laatste werkdag voor het tentamen) melden bij het studiesecretariaat.
8.8
Vervolgopleidingen Studenten met een bachelordiploma Kunstmatige Intelligentie van de VU hebben toegang tot alle varianten van de masteropleiding Kunstmatige Intelligentie van de Vrije Universiteit (de zgn. doorstroommaster). Met de andere unversiteiten in Nederland id afgesproken dat het mogelijk is om verder te gaan met een masteropleiding Kunstmatige Intelligentie aan een andere instelling.
8.9
Arbeidsmarkt en werkgelegenheid Het bachelordiploma is in principe einddiploma van een afgeronde opleiding; men kan dus met dit diploma de arbeidsmarkt betreden. Deze mogelijkheid is nieuw en er is nog geen ervaring mee opgedaan. Overigens zal aan deze mogelijkheid ook aandacht worden besteed tijdens de Studie en loopbaan.
8.10 8.10.1
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma Het eerste jaar omvat een inleiding in de verschillende deeldisciplines van de Kunstmatige Intelligentie. Op het gebied van de kern-AI staat het vak AIkaleidoscoop, waarin basistechnieken worden behandeld, centraal. Tevens wordt kennisgemaakt met Kennissystemen. Het deel informatica beoogt de student in het eerste jaar de vaardigheden bij te brengen die nodig zijn voor het gebruik en (later) eventueel zelf ontwikkelen van complexe softwaresystemen. Verder wordt een aantal wiskundige en logische basisvaardigheden geleerd. Tenslotte komen onderwerpen uit de taalkunde en de psychologie aan de orde als inleiding op colleges in latere jaren. Vakcode 400031 400150 400090
Vaknaam Inleiding computergebruik Inleiding programmeren I Zelforganiserende systemen
Bachelor Kunstmatige intelligentie
Stp. 1 4 5
Periode 1 1 en 2 1 en 2
81
400043 400001 500011 400175 400151 400126 400085 400270 400264 400146 400293 811012
8.11 8.11.1
8.12.1
1 en 2 1 en 2 1 en 5
6 3 4 2 4 3 3 6 4
3 4 4 4 5 5 5 en 6 6
Onderwijsprogramma Vaknaam Machine Learning Datastructuren Datastructuren practicum Inleiding logica Functieleer Lex: Het computationele lexicon Wijsbegeerte voor AI Toegepaste statistiek Web-gebaseerde kennisrepresentatie Inleiding gegevensverwerking Basiswiskunde II voor AI Project Kennissystemen Algemene Methodologie voor AI, deel 1
Stp. 6 4 5 5 6 5 3 3 6 5 4 7 3
Periode 1 and 2 1 en 2 1 en 2 1 en 2 2 en 3 4 4 4 4 en 5 4 en 5 5 5 en 6
3e jaar voor studenten gestart in 2002 Onderwijsprogramma Het bachelorprogramma is vrijwel geheel gelijk voor alle studenten in de opleiding. Pas in het derde jaar, en wel met name in de laatste helft daarvan, worden keuzemogelijkheden aangeboden. Dit heeft te maken met de keuze die elke student moet maken voor een geschikte mastervariant. Door het bachelorprogramma heen is aandacht voor bredere academische vorming, zoals inzicht in de samenhang der wetenschapppen, de maatschappelijke betekenis van de eigen discipline en de geschiedenis daarvan en voor het verwerven van academische vaardigheden zoals het op niveau presenteren van eigen of groepswerk, zowel mondeling als schriftelijk. Deze aspecten zijn met name gelokaliseerd in de onderdelen Wijsbegeerte voor AI en de cursus Studie en loopbaan. Vakcode 400033 400054 400312 813003
82
5 6 5
2e jaar voor studenten gestart in 2003
Vakcode 400154 400145 400140 400119 811003 540115 400084 400077 400083 400034 400272 400201 811013
8.12
Logische taal en redeneermethoden AI kaleidoscoop Let alg: Algemene taalwetenschap, inleiding Taakanalyse en webdesign Inleiding programmeren II Kennissystemen Inleiding programmeren II practicum Programmeren in Prolog Basiswiskunde I voor AI Encyclopedie voor I/AI/IK Project AI Inleiding in de Psychologie voor AI
Vaknaam Inleiding computersystemen Design of Multi-Agent Systems Human-Computer Interaction Aandacht
Exacte wetenschappen
Stp. 4 6 5 6
Periode 1 en 2 2 2 and 3 4
400059 400132 400123 400071 400136
Practicum Ontwerp van multi-agent systemen Neural Networks Facetten van de AI Software Engineering Studie en loopbaan
7
4
6 8 4 1
5 5 en 6 5 en 6 afhankelijk van opleiding
Algemene Vorming voor WenI Alle studenten van de afdelingen W en I moeten kiezen tussen Wetenschapsgeschiedenis of Maatschappelijke aspecten van de wetenschap. Vakcode 400318 400305
8.12.2
Vaknaam Wetenschapsgeschiedenis Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor AI/BWI/I/IK/W
Stp. 3 3
Periode 3 3
Stp. 3 3
Periode 5
Vrije keuze van minimaal 11 sp Aanbevolen keuzevakken zijn o.a.: Vakcode 400035 811014
Vaknaam Inleiding grafentheorie Algemene Methodologie voor AI, deel 2
Bachelor Kunstmatige intelligentie
83
84
Exacte wetenschappen
9
9.1
Bachelor Medische Natuurwetenschappen
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je in studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
9.2
Domein De opleiding Medische Natuurwetenschappen beweegt zich op het grensgebied van het medische en het natuurwetenschappelijke domein. De studie valt uiteen in twee delen. De bacheloropleiding beslaat de eerste drie jaren en is interdisciplinair. Dit deel van de opleiding heeft het karakter van een brede bachelor. Daarna volgt een meer gespecialiseerde tweejarige masteropleiding.
9.3
Doelstelling De doelstelling van de opleiding Medische Natuurwetenschappen is het verwerven van zoveel kennis, inzicht en vaardigheden op het gebied van exacte natuurwetenschappen en medische wetenschappen als nodig is om op wetenschappelijk niveau en op kritische wijze zelfstandig een beroep uit te oefenen en in aanmerking te komen voor een vervolgopleiding binnen het gekozen vakgebied.
9.4
Eindtermen De bacheloropleiding MNW zal in de eerste plaats gericht zijn op doorstroming naar een masteropleiding MNW. De bacheloropleiding MNW is voldoende breed en oriënterend en biedt voldoende mogelijkheid tot differentiatie om het de student mogelijk te maken een keuze voor een masteropleiding te maken, eventueel ook buiten MNW. Bij de laatste mogelijkheid kan bijvoorbeeld gedacht worden aan biomoleculaire specialisaties vanuit de chemie of de biologie. Omdat ook uitstroom tot de mogelijkheden behoort, heeft de bacheloropleiding tevens een afgerond karakter ten behoeve van studenten die onmiddellijk de arbeidsmarkt betreden. Het diploma dat behaald wordt is een bachelor in Medische Natuurwetenschappen. Bachelor Medische Natuurwetenschappen
85
Vakgebonden kennis en vaardigheden De bacheloropleiding Medische Natuurwetenschappen • heeft voldoende inzicht in de diverse specialisaties van de medische natuurwetenschappen die voortbouwen op de bachelorfase om een verantwoorde keuze te maken voor een vervolgstudie. • heeft een gedegen theoretische en praktische basiskennis van de medische natuurwetenschappen (te weten natuurkunde, scheikunde, wiskunde, informatica en medisch-biologische vakken), die toereikend is om met succes een masteropleiding MNW te selecteren en te volgen. • heeft kennis gemaakt met wetenschappelijke onderzoeksvaardigheden / methoden op het gebied van de medische natuurwetenschappen en heeft daarvan een proeve van bekwaamheid afgelegd. • is zich bewust van de mogelijkheden op de arbeidsmarkt na een eventuele afsluiting van de studie met het bachelordiploma. • heeft kennis van de veiligheids- en milieuaspecten van de medische natuurwetenschappen. • is zich bewust van de rol van de medische natuurwetenschappen in de maatschappij en van het internationale karakter van dit vakgebied. Algemene vaardigheden De bacheloropleiding Medische Natuurwetenschappen beheerst de algemene vaardigheden op het gebied van presenteren en rapporteren, informatie zoeken en verwerken, computergebruik, projectmatig werken en werken in teamverband.
9.5
Specifieke toelatingseisen De vooropleidingseis voor de opleiding Medische Natuurwetenschappen is een vwodiploma met het vak wiskunde-B of de profielen Natuur en Gezondheid of Natuur en Techniek. Deficiënties moeten voor inschrijving worden weggewerkt. Voor nadere informatie over het opheffen van de deficiënties kan contact opgenomen worden met de studieadviseur.
9.6
Studiebegeleiding De studieadviseurs van Medische Natuurwetenschappen zijn: mw. dr. ir. T. Mehrian, kamer M1.62, tel. (020) 44 47514 dr. W.A. Sterrenburg, kamer T1.24, tel. (020) 44 47887
9.7
Academische vaardigheden In het basisprogramma van de opleiding is een 'Leertraject Academische Vaardigheden' opgenomen. Binnen dit traject worden trainingen in een aantal vaardigheden gegeven die zijn geïntegreerd in de theoretische en praktische onderdelen van de opleiding. Het doel van het Leertraject Academische Vaardigheden is om studenten te trainen in een aantal vaardigheden waar zij tijdens en na de bachelorfase mee te maken krijgen. De trainingen en opdrachten leveren geen extra studiepunten op, maar vallen binnen de betreffende onderdelen. Dat betekent dat de activiteiten op dit gebied meetellen bij de eindbeoordeling van de curriculumonderdelen. Omdat de trainingen en opdrachten binnen deze onderdelen zijn geïntegreerd, zijn studenten verplicht om deze uit te voeren om het betreffende onderdeel te behalen.
86
Exacte wetenschappen
Aandacht wordt gegeven aan vaardigheden als mondelinge en schriftelijke verslaggeving, informatie verzamelen en dataverwerken, analyseren van probleemstellingen en ontwerpen van oplossingsstrategieën, opzetten van een eigen onderzoek, loopbaanvaardigheden, bewustzijn van en kunnen reflecteren op de plaats van medische natuurwetenschappen in de samenleving, communiceren en discussiëren, luisteren en vergaderen, samenwerken in een groep. Bij het leertraject hoort een studentenhandleiding Academische vaardigheden, die wordt uitgereikt aan het begin van het collegejaar. De studenten moeten een portfolio Academische vaardigheden samenstellen, waarin hun activiteiten en behaalde resultaten overzichtelijk worden gebundeld. Dit portfolio vormt integraal onderdeel van de proeve van bekwaamheid waarmee de bacheloropleiding wordt afgesloten.
9.8
Vervolgopleidingen De bachelor studie MNW bereidt de studenten voor op een masterstudie Medical Natural Sciences met de volgende afstudeerrichtingen/specialisaties: • Medical Natural Sciences / Physics of Life • Medical Natural Sciences / Bioinformatics and Genomics • Medical Natural Sciences / Bio-complex Systems • Medical Natural Sciences / Molecular Medicine • Medical Natural Sciences / Management C/E variant: Communicatie / Educatie
9.9
Arbeidsmarkt en werkgelegenheid Het bachelordiploma is in principe einddiploma van een afgeronde opleiding; men kan dus met dit diploma de arbeidsmarkt betreden. Deze mogelijkheid is nieuw en er is nog geen ervaring mee opgedaan. Overigens zal aan deze mogelijkheid ook aandacht worden besteed tijdens de oriëntatie op beroep en specialisatie. In het tweede of derde opleidingsjaar wordt door de Faculteit der Exacte Wetenschappen, in samenwerking met het Opleidingscentrum voor Studie en Loopbaan, de cursus Studie en loopbaan georganiseerd. Dit heeft tot doel de student een oriëntatie te bieden op de keuze van een afstudeervariant en specialisatiegebied ter voorbereiding op de arbeidsmarkt. Diverse vaardigheden, zoals het maken van een persoonlijk profiel, individuele en groepsgewijze oriëntatie op de arbeidsmarkt (advertentieanalyse, schriftelijke en mondelinge rapportage van een netwerkinterview) en het gemotiveerd kiezen voor een afstudeervariant en/ of specialisatiegebied op de arbeidsmarkt komen aan bod. Er zal een plenair introductiecollege zijn. Vervolgens maakt de student in kleine werkgroepen een competentie-analyse. Via o.a. een netwerkinterview oriënteert de student zich op de arbeidsmarkt en schrijft een gemotiveerde variantkeuze. Dit reflectieverslag vormt onderdeel van het portfolio academische vaardigheden. De opzet van de cursus Studie en loopbaan is met ingang van het studiejaar 2004/2005 enigszins gewijzigd. De nieuwe eerstejaars krijgen al een inleiding in het eerstejaars programma tijdens het vak Medische Natuurwetenschappen en Samenleving. In het begin van het derde jaar wordt het vervolg van de cursus aangeboden. Voor de studenten aangekomen in 2002 en 2003 wordt de cursus in zijn geheel aan het begin van het derde jaar aangeboden, mede als onderdeel van de voorbereiding op de keuze van een afstudeervariant.
Bachelor Medische Natuurwetenschappen
87
Voor vragen over loopbaanoriëntatie kun je ook terecht bij de studieadviseurs: mw. dr. ir. T. Mehrian, kamer M1.62, tel. (020) 44 47514 dr. W.A. Sterrenburg, kamer T1.24, tel. (020) 44 47887
9.10
Betrokken afdelingen De afdelingen en secties die betrokken zijn bij het onderwijs voor Medische Natuurwetenschappen: Faculteit der Exacte Wetenschappen: Afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen, De Boelelaan 1083 Sectie Analytische Chemie en Toegepaste Spectroscopie (ACAS) Hoofd: prof. dr. C. Gooijer, kamer M3.52, tel. (020) 44 47540 Secretariaat: G.M. Cassée, kamer M3.28, tel. (020) 44 47544 Sectie Biochemie en Moleculaire Biologie (BMB) Hoofd: prof. dr. S.M. van der Vies, kamer KB2.58, tel. (020) 44 47548 Secretariaat: N. Ramdjan, kamer KB2.46, tel. (020) 44 47555 Sectie Farmacochemie (FAR) Hoofd: prof. dr. N.P.E. Vermeulen, kamer P2.22, tel. (020) 44 47590 en prof. dr. R. Leurs, kamer P2.40, tel (020) 44 47579 Secretariaat: drs. L.W. de Wit, kamer P2.46, tel. (020) 44 47600 Sectie Organische en Anorganische Chemie (OAC) Hoofd: prof. dr. K. Lammertsma, kamer N3.40, tel. (020) 44 47474 Secretariaat: J.M. Sisto-Rijken, kamer N3.38, tel. (020) 44 47480 Afdeling Natuur- en Sterrenkunde, De Boelelaan 1081 Sectie Biofysica en Fysica Hoofd: prof. dr. R. van Grondelle, kamer S1.62, tel. (020) 44 47930 Secretariaat: Y. de Bruin
[email protected], tel (020) 44 47890 Sectie Fysica van Complexe Systemen Hoofd: prof. dr. C.F. Schmidt, kamer T0.67, tel. (020) 44 47972 Secretariaat: G.J.
[email protected] Sectie Natuurkunde Practica en Didactiek Hoofd Natuurkunde Practica en betrokken bij MNW: dr. P.J. Blankert, kamer U1.15, tel. (020) 44 47886 Secretariaat: P. Koning, kamer U1.10b, tel. (020) 44 47459 Afdeling Wiskunde, De Boelelaan 1081 Sectie Analyse Hoofd: prof. dr. J. Hulshof, kamer R3.40, tel. (020) 44 47682 Betrokken bij MNW: prof. dr. A.C.M. Ran, kamer R3.45, tel. (020) 44 47691 Sectie Stochastiek Hoofd: prof. dr. A.W. van der Vaart, kamer R3.33, tel (020) 44 47697
88
Exacte wetenschappen
Betrokken bij MNW: prof. dr. A.W. van der Vaart, kamer R3.33, tel (020) 44 47697 en dr. M.C.M. de Gunst, kamer R3.20, tel (020) 44 47680 Afdeling Informatica, De Boelelaan 1081 Sectie Bioinformatica Hoofd en betrokken bij MNW: prof. dr. J. Heringa, kamer R4.41, tel (020) 44 47649 Sectie Informatiemanagement en Software Engineering (IMSE) Hoofd: prof. dr. J.C. van Vliet, kamer U3.03, tel. (020) 44 47768 Betrokken bij MNW: ir. M.P.H. Huntjens, kamer P1.28, tel. (020) 44 47747 Secretariaat: M. Titawano, kamer S3.38, tel. (020) 44 47700 I. Thomson, kamer S3.54, tel. (020) 44 47483 E. Lammers, kamer T3.06a, tel. (020) 44 47718 VUmc (Faculteit Geneeskunde): Afdeling Fysiologie, Van de Boechorststraat 7 Hoofd: prof. dr. G.J. Tangelder, kamer A1.30, tel. (020) 44 48109 Betrokken bij MNW: dr. G.J.M. Stienen, kamer C1.64, tel. (020) 44 48122 Secretariaat: C. Pieksma, kamer A1.26, tel. (020) 44 48110 Afdeling Fysica en Medische Technologie, De Boelelaan 1118 Hoofd: prof. dr. R.M Heethaar, kamer -1NBI.129, tel. (020) 44 40175 Betrokken bij MNW: prof.dr. R.M. Heethaar,
[email protected] en dr. ir. Th.J.C. Faes,
[email protected], kamer AV-103, tel (020) 44 40178. Secretariaat: E. Spijker, kamer -1NBI.131, tel. (020) 44 44118 Afdeling Moleculaire Celbiologie, Van de Boechorststraat 7 Hoofd en betrokken bij MNW: prof. dr. C.D. Dijkstra, kamer J2.78, tel. (020) 44 48080 Betrokken bij MNW: prof.dr. P.J. Peters, kamer J2.74, tel. (020) 5122989 Prof. dr. P.J. Peters: bij Nederlands Kanker Instituut:
[email protected], tel. (020) 5122989 en dr. R.H.J. Beelen,
[email protected], kamer J2 88, tel (020) 44 48055. Secretariaat: tel. (020) 44 48080 Afdeling Pathologie, De Boelelaan 1117 Hoofd en betrokken bij MNW; prof. dr. C.J.L.M. Meijer, kamer pi 304, tel (020) 44 44070 betrokken bij MNW: dr. E. Hooijberg, sectie experimentele pathologie, tel: (020) 44 44041.
9.11 9.11.1
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma In het eerste jaar kun je nagaan of je Medische Natuurwetenschappen een leuke studie vindt en kan bekeken worden of je geschikt bent om met een redelijke kans van slagen de studie te vervolgen. Kort gezegd: het eerste jaar heeft een oriënterende, selecterende en verwijzende functie.
Bachelor Medische Natuurwetenschappen
89
Vakcode 400300 435021 400031 400288 420151 430059 420152 435091 430060 4350511 435281 400302 430013 430061 4350512 435282 430006
9.12 9.12.1
Vaknaam Calculus I Intro exact: symmetrie en asymmetrie in de natuur Inleiding computergebruik Aansluitcursus vwo-wiskunde Van quantum tot materie Medische fysiologie I Practicum Wiskunde en natuurwetenschappen Organische chemie I Fysica en medische fysica I Biochemie I Farmacochemie Lineaire algebra voor S/F/MNW Medische Natuurwetenschappen & Samenleving Fysica en medische fysica II Biochemie II Project Geneesmiddelen Project II: Zenuwenwerk
Stp. 3 6
Periode 1 1
1 2 6 3 6
1 1 2 2 2 en 3
3 3 3 3 3 3
3 4 4 4 4 5
3 3 3 4
5 5 5 6
2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma Het tweede jaar van de studie dient ter verbreding en verdieping van de leerstof. Verplichte vakken: Vakcode 430016 435150 430023 430058 430015 430021 430024 430018 430020 430017 430031
Vaknaam Moleculaire celbiologie Wiskunde II Practicum Medische natuurwetenschappen III Academische vaardigheden voor MNW Medische fysiologie II Project III: Kanker Practicum Medische natuurwetenschappen IV Natuurkunde en gezondheid Bioinformatica Biologische Activiteit en Chemische Structuur Project IV: Ziekte en afweer
Stp. 6 6 6 1
Periode 1 1 en 2 1, 2 en 3
6 6 3
1, 2, 5, 6 (1MNW); 6 (2MNW); 1, 6 (3MNW) 2 3 4
6 6 6
4 4 en 5 5
6
6
Algemene Vorming voor N,S,F,MNW Alle studenten N, S, F en MNW moeten kiezen tussen Geschiedenis van de natuurwetenschappen of Maatschappelijke aspecten van wetenschap. Vakcode 420153 420148
90
Vaknaam Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor N/S/F/MNW Geschiedenis van de natuurwetenschappen voor N/S/F/MNW
Exacte wetenschappen
Stp. 3 3
Periode 5 5
9.13 9.13.1
3e jaar voor studenten gestart in 2002 Onderwijsprogramma Het derde jaar geeft een verdere verdieping en dient als oriëntatie op de afstudeerrichtingen. Verplichte vakken: twee verplicht te kiezen keuzevakken van elk 5 sp, een oriëntatie op een afstudeervariant en een vrij te kiezen keuzevak van minimaal 5 sp. Vakcode 430033 430032 430058 435340 430038
9.13.2
Stp. 5
Wijsgerige vorming: natuurwetenschappen, filosofie en ethiek Structuur der materie
3
1 1, 2, 5, 6 (1MNW); 6 (2MNW); 1, 6 (3MNW) 2
6
3
6 1
Periode 1
Verplichte keuzevakken Het is de bedoeling dat je in periode 2 twee vakken kiest uit de vier die worden aangeboden. Je keuze van de twee vakken legt niet meteen de keus van je afstudeerrichting vast. In voorkomende gevallen dat de mastercoördinator je aanraadt een vak dat je niet gevolgd hebt, alsnog te doen, kan dat in de keuzeruimte (in overleg met de betreffende docent) of in het kader van het masterprogramma. Verplichte keuze van twee van de genoemde onderwerpen: Vakcode 430034 430037 430036 430035
9.13.3
Vaknaam Fysische meetmethoden in medisch onderzoek Kansrekening en statistiek I Academische vaardigheden voor MNW
Vaknaam Internet- en webtechnologie Kansrekening en statistiek II Thermodynamica Structuurbiologie
Stp. 5 5 5 5
Periode 2 2 2 2
Oriëntatie op een afstudeerrichting In periode 4 en 5 vinden de cursussen 'Oriëntatie op de afstudeerrichting' plaats. In het najaar ontvang je meer informatie over de inhoud van de afstudeerrichtingen en de onderwerpen van onderzoek in de masterfase. Je krijgt het document 'Onderzoekmogelijkheden MNW' . Bovendien worden in de betrokken secties / afdelingen enkele voorlichtingsbijeenkomsten ('open huizen') georganiseerd. De oriëntatiecursussen hebben de vorm van een bachelor eindproject, dat wil zeggen dat ze worden afgesloten met een zogenaamde 'proeve van bekwaamheid'. Dat is doorgaans een verslag ('Bachelor thesis'). De inhoud van de cursus kan per afstudeerrichting variëren, maar het programma bevat zeker theoretische verdieping en kennismaking met onderzoek. We hebben een aparte handleiding bacheloropdracht samengesteld, zodat student en begeleider precies weten wat er van hen verwacht wordt. Deze handleiding bacheloropdracht kun je ophalen bij het Onderwijsbureau. Dit studiejaar kun je in principe elk van de oriëntatiecursussen volgen in zowel periode 4 als periode 5. Het is wel van belang dat je daarover tijdig overlegt met de
Bachelor Medische Natuurwetenschappen
91
mastercoördinator, want men zal waarschijnlijk proberen om, zo mogelijk, teams samen te stellen. Vakcode 430042 430041 430040 430039
9.13.4
Vaknaam Oriëntatie op afstudeerrichting: Biomoleculaire complexiteit Oriëntatie op afstudeerrichting: Bioinformatica / Genomics Oriëntatie op afstudeerrichting: Moleculaire geneeskunde Oriëntatie op afstudeerrichting: Fysica van leven
Stp. 12
Periode Periode 4 of 5
12
Periode 4 of 5
12
Periode 4 of 5
12
Periode 4 of 5
Vrije keuzevak Periode 6 is bedoeld om te besteden aan keuze-onderwijs met een omvang van 5 sp. Je hebt daarbij verschillende opties. Je kunt een vak dat je in periode 2 niet gevolgd hebt, alsnog doen (in overleg met de docent, want het zal in de meeste gevallen neerkomen op zelfstudie). Als je al zeker bent welke afstudeerrichting je wilt volgen, dan kun je in overleg met de mastercoördinator een vak kiezen dat daar goed bij past ('pre-master' vak). Als je de M- of C/E cursus gedaan hebt, kun je de 6 sp van periode 4 toevoegen aan de 5 sp van periode 6 en alsnog een tweede oriëntatiecursus op een van de MNW-afstudeerrichtingen doen. Overleg wel tijdig met de mastercoördinator over je planning! Een aantal medisch gerichte keuzevakken: • Pathologie, BMW2, periode 6, 6 sp, contyact opnemen met Janneke van Denderen (
[email protected]) • Immunologie, BMW, zelfstudie, bv in groepje, 6 sp, hst 1-6 uit Immunobiology, contact opnemen met prof. dr. R.H.J. van Beelen (VUmc) • Oncologie, BMW, zelfstudie, bv in groepje, 6 sp, contact opnemen met prof. dr. R.J. Scheper (VUmc) • Radiotherapie, GNK, contact opnemen met Janneke van Denderen (
[email protected]) • PET, GNK, contact opnemen met Janneke van Denderen (
[email protected]) • Endocrinologie, GNK4, periode 6, 7-10 sp, profiel keuzevak, contact opnemen met Janneke van Denderen (
[email protected]) • Medische Chemie, BMW, periode 4, contact opnemen met Janneke van Denderen (
[email protected]) • Via de master coördinatoren is informatie over andere geschikte keuzevakken op te vragen.
9.13.5
92
Orientatie op de M en C/E variant Onderwijsprogramma Studenten die overwegen hun studie in de Masterfase voort te zetten in de Communicatie/Educatie (C/E) variant of de Maatschappijgerichte (M) variant kunnen één van de bovengenoemde oriëntatiecursusperioden besteden aan het volgen van een oriëntatiecursus op deze varianten (elk 6 sp in omvang). Als men één C/E of M-oriëntatiecursus wil volgen, dan kan de resterende 6 sp worden gevoegd bij het keuzevak zodat een tweede mogelijkheid voor een O-oriëntatie ontstaat. Je kunt natuurlijk ook twee keuzevakken à 6 sp in je studieprogramma opnemen. Exacte wetenschappen
Oriëntatie op C/E/M variant
9.13.6
Vakcode 990005
Vaknaam Oriëntatie op communicatie en educatie 1: oriëntatie op het beroep van leraar en communicatiespecialist
470101 990007
Orientatie op de M-variant Oriëntatie op educatie 2: oriëntatie op het beroep van leraar
Stp. 6
6 6
Periode Oktober 2004 (Levenswetenschappen); februari 2005 (Aardwetenschappen en FEW) februari- maart maart 2005
Wat te doen bij studieachterstand? In principe zijn de oriëntatiecursussen = bacheloreindprojecten bedoeld om de bacheloropleiding mee af te sluiten. Het is dan ook niet raadzaam om deze al te volgen als je nog een aanzienlijke studieachterstand hebt. Als je bepaalde vereiste voorkennis mist, is deelname al helemaal uitgesloten. Bijvoorbeeld: je moet de vakken Inleiding fysica en medische fysica en Natuurkunde en gezondheid gehaald hebben alvorens je mag deelnemen aan de oriëntatiecursus Fysica van leven. Dat ligt natuurlijk ook erg voor de hand. Aan de andere kant mag uitstellen ook niet tot verdere vertraging leiden. Neem daarom in voorkomende gevallen tijdig contact op met een van de beide studieadviseurs (Mary Mehrian of Wim Sterrenburg) om een studieplanning te maken. De mastercoördinatoren zijn: • Fysica van Leven: prof. dr. R. Heethaar, afd. Fysica en Medische Technologie, VUmc,
[email protected].; dr. ir. B.J. ten Voorde, afd. Fysica en Medische Technologie, VUmc,
[email protected] • Bioinformatica/Genomics: prof. dr. J. Heringa, Integrative Bioinformatics Institute, FEW,
[email protected] • Biomoleculaire complexiteit: prof. dr. S.van der Vies, sectie Biochemie en Mol. Biol., FEW, vdvies; dr. G.J.L. Wuite, sectie Fysica van Complexe Systemen, FEW,
[email protected] en dr J.P. Dekker, sectie Biofysica, FEW,
[email protected] Moleculaire geneeskunde: dr. J.N.M. Commandeur, sectie Mol Toxicologie, FEW,
[email protected] en dr. H. Lingeman. Sectie Anal. Chemie en Toegepaste Spectr., FEW,
[email protected]
Bachelor Medische Natuurwetenschappen
93
94
Exacte wetenschappen
10
10.1
Bachelor Natuur en Sterrenkunde
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer- of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
10.2
Domein In de bacheloropleiding worden basiskennis (theoretisch en praktisch) en vaardigheden op het gebied van natuurkunde, wiskunde en informatica bijgebracht die iedere fysicus moet beheersen, onafhankelijk van latere specialisatie. Vanwege de benodigde basis is het studieprogramma grotendeels identiek voor alle studenten, maar keuzevakken (totaal 30 studiepunten) geven de mogelijkheid ook in deze fase van de studie een eigen invulling aan de studie te geven. Het onderwijs gaat uit van de filosofie van: 'Activerend onderwijs en commitment', d.w.z. docenten stimuleren studenten door de vorm van hun onderwijs om zelf actief bezig te zijn met de leerstof en geven daarbij leiding en feedback, en studenten maken zich door bestudering en oefening (bijv. door opgaven te maken) de stof 'eigen'. Gerichte opdrachten, ten behoeve van zelfevaluatie door de student of als toets die meetelt voor het eindcijfer, maken deel uit van activerend onderwijs.
10.3
Doelstelling De doelstelling van de bacheloropleiding is dat studenten zodanige (theoretische en praktische) basiskennis en vaardigheden verwerven op het gebied van de natuur- en sterrenkunde, wiskunde en informatica en eventuele aanverwante bètadisciplines dat zij in staat zijn een masteropleiding in de Natuurkunde of Sterrenkunde of aanverwante discipline te volgen, of eventueel toe te treden tot de arbeidsmarkt. De opleiding beoogt tevens studenten kennis te laten maken met het belang van de discipline in een brede wetenschappelijke, wijsgerige en maatschappelijke context.
Bachelor Natuur en Sterrenkunde
95
10.4
Eindtermen Specifieke kennis en vaardigheden De Bachelor of Science in Natuur- en Sterrenkunde: • heeft een gedegen kennis van de grondbeginselen van de (technische) natuurkunde met inbegrip van de daarvoor noodzakelijke wiskundige beschrijvingswijze; • heeft zich voldoende breed kunnen oriënteren om een verantwoorde keuze te maken voor een vervolgopleiding; • is in staat om zelfstandig nieuwe vakkennis en vaardigheden te verwerven en deze te integreren met reeds opgedane kennis en vaardigheden; • is vertrouwd met het kwantitatieve karakter van de (technische) natuurkunde en met de wetenschappelijke methoden die binnen het kader van de (technische) natuurkunde gebruikt worden; • heeft kennis gemaakt met het doen van wetenschappelijke onderzoek op het gebied van de (technische) natuurkunde en is in staat zelfstandig een klein onderzoeksproject te verrichten; • heeft inzicht in de plaats en het belang van de (technische) natuurkunde in een bredere wetenschappelijke, wijsgerige of maatschappelijke context. Algemene vaardigheden De Bachelor of Science in Natuur- en Sterrenkunde: • heeft een zelfstandige, wetenschappelijk kritische werkwijze en houding; • is in staat om mondeling en schriftelijk te rapporteren over wetenschappelijke resultaten en toepassingen daarvan; • kan informatie zoeken en verwerken; • beheerst ICT-vaardigheden die relevant zijn voor de opleiding Natuur- en Sterrenkunde; • kan werken in teamverband; • heeft ervaring met projectmatig werken.
10.5
Specifieke toelatingseisen De volgende diploma's en getuigschriften geven toegang tot de bacheloropleiding Natuur- en Sterrenkunde: • vwo-diploma met Wiskunde-B en Natuurkunde; • vwo-diploma met doorstroomprofielen: Natuur en Techniek; Natuur en Gezondheid met Wiskunde B2 (een deficientie in het vak Wiskunde B2 mag bij dit profiel tijdens het eerste jaar worden weggewerkt); Cultuur en Maatschappij met Wiskunde B 1 en 2 en Natuurkunde 1 en 2 ; Economie en Maatschappij met Wiskunde B 1 en 2 en Natuurkunde 1 en 2 Vrijstellingsregeling Informatie over mogelijke vrijstelling voor studieonderdelen op grond van elders behaalde studieresultaten kan verkregen worden bij de studiecoördinator, dr. W.A. Sterrenburg, kamer U1.10b, tel. (020) 44 47887.
96
Exacte wetenschappen
10.6
Studiebegeleiding
10.6.1
Docentmentoraat Iedere student krijgt bij aanvang van de studie een docentmentor als studiebegeleider toegewezen. De docentmentor voert minimaal tweemaal per jaar een individueel voortgangsgesprek met iedere student. Daarnaast kunnen er zowel op initiatief van de student als van de docentmentor extra gesprekken worden gevoerd. De docentmentoren zijn: • drs. J.B. Buning, kamer U1.13 tel. (020) 44 47885 • dr. W.A. Sterrenburg, kamer U1.10b tel. (020) 44 47887
10.6.2
Studentmentoraat Direct bij aanvang van het eerste studiejaar worden er groepjes gevormd van ongeveer 7 studenten. Ieder groepje krijgt een ouderejaars student als studentmentor toegewezen. Deze groepjes komen voor de kerst wekelijks bijeen en na de kerst iedere twee weken. Het gaat hierbij niet om individuele -, maar om studiebegeleiding in groepsbijeenkomsten. Deze groepsbijeenkomsten hebben o.a. als doel studenten wegwijs te maken in de studie, zich thuis te laten voelen op de faculteit, het begeleiden van de overgang vwo-wo, het trainen van studievaardigheden en studenten te helpen bij onzekerheid over hun studiekeuze.
10.6.3
Portfolio Een efficiënte studieloopbaan wordt bevorderd als studenten zich bewust worden van hun eigen leerproces en zich actief inzetten om kennis en vaardigheden die noodzakelijk zijn voor een fysicus te ontwikkelen. Portfolio is een hulpmiddel hierbij. Studenten worden gestimuleerd om hierin hun ontwikkelingen ten aanzien van een aantal (academische) vaardigheden (mondeling presenteren, schriftelijk presenteren, maken van samenvattingen, samenwerken, onderzoeksvaardigheden) bij te houden. Het portfolio wordt gebruikt bij de studiebegeleiding, met name tijdens de gesprekken met de docentmentor. Verder wordt het portfolio ingezet om vast te stellen of in hoeverre je de vaardigheden mondeling en schriftelijk presenteren voldoende beheerst.
10.7
Oriëntatie op Beroep en Specialisatie Als voorbereiding op de keuze van één van de masterprogramma's worden excursies naar de onderzoeksgroepen georganiseerd. De studiecoördinator/studieadviseur is beschikbaar voor informatie en overleg over de keuze (ook over de M, C en E profielen) en procedures. Gedetailleerde informatie over de verschillende masterprogramma's, bijvoorbeeld de te volgen colleges, mogelijke researchprojecten, en dergelijke, is te verkrijgen bij de coördinatoren van de diverse programma's. De masterprogramma coördinatoren zijn: • Laser Sciences: dr. W. Vassen. • Particle and Astroparticle Physics: dr. T.J. Ketel. • Biophysics and Physics of Complex Systems: prof. dr. R. van Grondelle, dr. ir. G.J.L. Wuite • Computational Physics: dr. I.H.M van Stokkum • Theoretical Physics: prof. dr. P.J.G. Mulders • Condensed Matter Science: dr. B. Dam Bachelor Natuur en Sterrenkunde
97
Specifieke informatie over de M, C en E profielen is te verkrijgen bij prof. dr. J.F.G Bunders (M), kamer A0-68,
[email protected]; dr. J.T.J.M. Willems (C), kamer A1-11,
[email protected], drs. J.H. Zloch (E), kamer A1-14,
[email protected].
10.8 10.8.1
Vervolgopleidingen Masteropleiding Het bachelordiploma Natuur- en Sterrenkunde geeft toegang tot alle programma's en profielen van de masteropleiding "Physics", behalve dat voor het E-profiel vereist is dat de volledige CE oriëntatie van 12 sp in het 3e jaar gevolgd is. Het diploma geeft ook toegang tot de masteropleidingen Medische Natuurwetenschappen (m.i.v. 2004) en tot de masteropleiding Wijsbegeerte van een wetenschapsgebied. Nadere inlichtingen over die laatste Masteropleiding zijn te verkrijgen bij Marjolein Schoonebeek, studieadviseur filosofie, bereikbaar via het Faculteitsbureau Wijsbegeerte, Hoofdgebouw, kamer 13A-06, tel. (020) 44 46620, e-mail:
[email protected]. Masteropleidingen anders dan 'Physics' kunnen specifieke ingangseisen stellen, die met geschikte invulling van keuzeruimtes kunnen worden vervuld. Een student kan, indien hij/zij dat wenst, op grond van een met goed gevolg afgelegd bachelorexamen een vrij masterexamen afleggen, waarvan de onderdelen binnen de gehele universiteit gekozen kunnen worden, dit ter goedkeuring door de examencommissie van de meest betrokken opleiding. Inschrijven voor de masteropleiding kan reeds voordat het bachelordiploma behaald is, mits er niet meer dan 30 studiepunten ontbreken en de afsluitende bacheloropdracht afgerond is. Studenten met een grotere studieachterstand mogen wel colleges volgen maar niet deelnemen aan tentamens en aan onderwijs-intensieve activiteiten zoals werkgroepen.
10.8.2
10.9
Tweedegraads onderwijsbevoegdheid In 2004 wordt voor studenten de mogelijkheid gerealiseerd om met hun bachelordiploma een tweedegraads onderwijsbevoegdheid te verkrijgen. De student moet daarvoor 30 studiepunten aan vakken in de educatierichting hebben gevolgd (bijv. in de keuzeruimte). Na het behalen van het bachelordiploma moeten nog 30 studiepunten aan onderwijskunde/didactiek besteed worden. Het verkrijgen van de bevoegdheid zal via een gelieerde hbo-opleiding lopen. Details over deze mogelijkheid om een tweedegraads bevoegdheid te krijgen komen tijdens het lopende studiejaar beschikbaar.
Arbeidsmarkt en werkgelegenheid De bacheloropleiding Natuurkunde bereidt primair voor op een masteropleiding Natuurkunde. Het is echter denkbaar dat bachelors Natuurkunde een baan zullen kunnen vinden in bijv. het midden-en kleinbedrijf.
98
Exacte wetenschappen
10.10 10.10.1
1e jaar voor studenten gestart in 2004/2005 Onderwijsprogramma De functie van het eerste jaar van de opleiding is drieledig: oriënterend, selecterend en verwijzend. Aan het einde van het eerste jaar moet iedere student definitief kunnen bepalen of de studie geschikt is voor hem/haar. In dit jaar wordt daarom getracht een zo representatief mogelijk beeld van de (studie) natuurkunde te geven. Er worden basisvakken behandeld, zoals Mechanica en Elektriciteit en magnetisme, maar ook de grondslagen van de grote fundamentele theorieën, zoals Quantumfysica (in het onderdeel 'Van quantum tot materie') en Relativiteitstheorie. Dit geheel vereist uiteraard de nodige praktische wiskunde als Calculus en Lineaire algebra. Het programma bevat verder cursussen waarin de studenten leren omgaan met de computer en met een aantal softwarepakketten die in de natuurkunde van belang zijn. Een geheel ander facet van de natuurkunde is het doen van onderzoek, en ook dat moet men leren. Voor een deel gebeurt dit op het natuurkundepracticum. Eerst met eenvoudige experimenten, maar gaandeweg met meer geavanceerde opstellingen. In het college Encyclopedie, dat deel uitmaakt van het pakket Algemene Vorming, wordt de samenhang der natuurwetenschappen belicht. De invulling van het tweede en derde studiejaar van de Flexibele bachelor is nog niet vastgesteld, maar zal erg lijken op de invulling van het huidige tweede en derde jaar, met dien verstande dat vakken zoals Optica en Vectorcalculus, die uit het eerste jaar verdwenen zijn, in het tweede jaar komen. De vrije keuzeruimte zal 30 sp bedragen, te gebruiken voor verdieping of verbreding, een minor, en dergelijke. Vakcode 420027 400300 435021 400288 420151 400301 420106 420152 420029 420021 400042 420016 420020 420030 420150 420022
Vaknaam Inleiding computergebruik voor Natuurkunde Calculus I Intro exact: symmetrie en asymmetrie in de natuur Aansluitcursus vwo-wiskunde Van quantum tot materie Calculus II
Stp. 1
Mechanica en relativiteitstheorie Practicum Wiskunde en natuurwetenschappen Inleiding programma -en datastructuren Experimentautomatisering Lineaire algebra voor W/N Elektriciteit en magnetisme Encyclopedie voor Natuurkunde Inleiding sterrenkunde Natuurkunde practicum project Formulemanipulatie
Bachelor Natuur en Sterrenkunde
Periode 1
3 6
1 1
2 6 3 6 6
1 2 2 (1W,1BWI,1ECT), 4 (1N) 2 en 3 2 en 3
1 2 6 6 3 6 2 1
4 4 4 en 5 4 en 5 5 5 en 6 6 6
99
10.11 10.11.1
2e jaar voor studenten gestart in 2003/2004 Onderwijsprogramma In het tweede jaar wordt de basistraining voortgezet met vakken als Elektrodynamica en relativiteitstheorie, Quantummechanica en het natuurkundepracticum die voortbouwen op eerstejaarsonderdelen. Er zijn echter ook nieuwe vakken zoals Thermodynamica en statistische fysica, Inleiding natuurkundige informatica, Elektronica en signaalverwerking. In het onderdeel Structuur der materie worden de basistheorieën toegepast in een aantal deelgebieden van de natuurkunde die in samenhang met elkaar worden behandeld. In het kader van algemene vorming staan de college's Wijsgerige vorming en Geschiedenis of Maatschappelijke aspecten op het programma. Verder wordt de training in de wiskunde voortgezet met Partiële differentiaalvergelijkingen en Complexe functietheorie. Vakcode 420109 420062 400163 420018 420019 435340 420028 420074 420107 420040 420013
Vaknaam Structuur der materie: vaste stoffysica Quantummechanica 1 Partiele differentiaalvergelijkingen Elektrodynamica en relativiteitstheorie Elektronica en signaalverwerking Wijsgerige vorming: natuurwetenschappen, filosofie en ethiek Inleiding natuurkundige informatica Thermodynamica en statistische fysica Structuur der materie: atoom en molecuulfysica Natuurkunde practicum 2 Complexe-functietheorie voor Natuurkunde
Stp. 3 6 6 6 6 3
Periode 1 (3N), 5 en 6 (2N) 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1, 2 en 3 2
3 6 3
3 3, 4 en 5 4
6 3
4, 5 en 6 5
Algemene Vorming voor N,S,F,MNW Alle studenten N, S, F en MNW moeten kiezen tussen Geschiedenis van de natuurwetenschappen of Maatschappelijke aspecten van wetenschap. Vakcode 420153 420148
10.11.2
Stp. 3 3
Periode 5 5
Keuzevakken Het keuzevak kan worden ingevuld met Inleiding sterrenkunde (tenzij het in het 1e jaar al is gekozen) en de colleges Wiskundige analyse I en Dynamische systemen die door de opleiding Wiskunde worden aangeboden. Andere keuzes zijn in principe ook mogelijk, maar in de roostering wordt alleen rekening gehouden met deze vakken. Vakcode 400087 420030 400020
100
Vaknaam Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor N/S/F/MNW Geschiedenis van de natuurwetenschappen voor N/S/F/MNW
Vaknaam Wiskundige analyse I Inleiding sterrenkunde Dynamische systemen
Exacte wetenschappen
Stp. 3 6 3
Periode 5 5 en 6 6
10.12 10.12.1
3e jaar voor studenten gestart in 2002/2003 Onderwijsprogramma Het derde jaar vormt de afronding van de basistraining. Een betrekkelijk groot deel (18 studiepunten) is gereserveerd voor keuzeonderdelen en er is gelegenheid tot oriëntatie op profielen in de masterfase. De keuze is uit oriëntatie op communicatie en educatie variant of oriëntatie op de maatschappij variant. Het jaar wordt afgesloten met een bachelorproject. Vakcode 420095 420109 420105 420043 420110 420102 420041 420007
Vaknaam Quantummechanica 2 Structuur der materie: vaste stoffysica Mathematische methoden Natuurkundige informatica 1 Structuur der materie: subatomaire fysica Klassieke mechanica Natuurkunde practicum 3 Bachelorproject Natuurkunde
Stp. 2 3 6 6 3 4 4 8
Periode 1 1 (3N), 5 en 6 (2N) 1 en 2 1 en 2 2 2 2 en 3 5 en 6
Stp. 6
Periode Oktober 2004 (Levenswetenschappen); februari 2005 (Aardwetenschappen en FEW) februari- maart maart 2005
Oriëntatie op C/E/M variant
10.13 10.13.1
Vakcode 990005
Vaknaam Oriëntatie op communicatie en educatie 1: oriëntatie op het beroep van leraar en communicatiespecialist
470101 990007
Orientatie op de M-variant Oriëntatie op educatie 2: oriëntatie op het beroep van leraar
6 6
Keuzeruimte Keuzeruimte In de bacheloropleiding is een keuzeruimte van 30 studiepunten. In het 2e en 3e jaar is een bepaalde verdeling van keuzevakken aangegeven om per jaar dezelfde totale studielast (60 studiepunten) te krijgen, maar die verdeling is niet bindend. Elke andere verdeling is toegestaan zolang het totaal van de keuzeruimte op (minstens) 30 studiepunten uitkomt. De keuzeruimte kan op verschillende manieren worden gebruikt om eigen interesses, ook met het oog op een vervolgopleiding, vorm te geven. Zij kan worden ingevuld met • sterrenkunde-onderdelen, zodat studenten na het behalen van het bachelordiploma Natuur- en Sterrenkunde door kunnen stromen naar een master sterrenkunde, bijvoorbeeld bij de UvA. Deze onderdelen worden in nauwe samenwerking met de UvA aangeboden. Vanwege bijzondere omstandigheden kon de informatie daarover niet in de studiegids opgenomen worden, maar deze is begin september 2004 beschikbaar; • verbreding, bijvoorbeeld een 'minor' in een aanverwante discipline, zoals scheikunde of wiskunde, of bijv. econometrie of bedrijfskunde voor studenten die de maatschappij-variant in de masteropleiding willen kiezen;
Bachelor Natuur en Sterrenkunde
101
•
• •
verdieping in de discipline, bijvoorbeeld Advanced Quantum Mechanics, Advanced Electrodynamics, Advanced Statistical Physics, of bepaalde mastercolleges waarvoor de voorkennis voldoende is; projecten bij een onderzoeksgroep van Natuur- en Sterrenkunde of een andere beta discipline; een combinatie van de voorgaande.
Voor het opnemen van keuzevakken buiten de Faculteit der Exacte Wetenschappen is toestemming nodig van de examencommissie. Als gekozen wordt voor een project bij een onderzoeksgroep of een andere betadiscipline moet die wens minstens 2 maanden voor aanvang worden kenbaar gemaakt bij de studiecoördinator, dr. W.A. Sterrenburg, kamer U1.10b, tel. (020) 44 47887. Als het de bedoeling is om in de masterfase het E-profiel te kiezen dan moet zowel de C als de E-oriëntatie worden gevolgd.
10.14 10.14.1
Dubbele bachelor: Natuurkunde en Wiskunde Onderwijsprogramma Met ingang van september 2003 is het mogelijk om zowel een bachelordiploma Natuur- en Sterrenkunde als een bachelordiploma Wiskunde te behalen met een vakkenpakket van totaal 240 studiepunten. Studenten die dat willen moeten in het eerste jaar naast het programma voor de bachelor Natuur- en Sterrenkunde, de volgende vakken van het wiskundeprogramma doen: Vakcode 400307 400189 400190 400087 400020
102
Vaknaam Algebra Kansrekening I voor W/Ect Kansrekening II voor W/Ect Wiskundige analyse I Dynamische systemen
Exacte wetenschappen
Stp. 3 3 6 3 3
Periode 1 en 2 2 4 en 5 5 6
11
11.1
Bachelor Scheikunde
Beschrijving
11.1.1
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer- of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
11.1.2
Nieuwe en oude opleiding De bacheloropleiding Scheikunde duurt drie jaar. In 2004 wordt gestart met de nieuwe opleiding. Vandaar dat deze studiegids het eerste jaar van de nieuwe opleiding beschrijft en het tweede en derde jaar van de oude opleiding.
11.2
Doelstelling en eindtermen Voor de opleidingen zijn in landelijk universitair overleg doelstellingen geformuleerd, die voor alle universiteiten ongeveer hetzelfde zijn. De studie aan de VU beantwoordt wat betreft inhoud en omvang volledig aan de landelijk opgestelde eindtermen. De Bachelor of Science in Scheikunde: • heeft voldoende inzicht in de diverse specialisaties van de scheikunde die voortbouwen op de bachelorfase om een verantwoorde keuze te maken voor een vervolgopleiding; • heeft een gedegen theoretische en praktische basiskennis van de scheikunde (te weten analytische chemie, anorganische chemie, biochemie, fysische chemie, organische chemie) en de hulpvakken natuurkunde, wiskunde, informatica, biologie die toereikend is om met succes een masteropleiding op het terrein van de scheikunde te volgen;
Bachelor Scheikunde
103
•
• • •
heeft kennis gemaakt met wetenschappelijke onderzoeksvaardigheden op het gebied van de scheikunde en heeft daarvan een proeve van bekwaamheid afgelegd; is zich bewust van de mogelijkheden op de arbeidsmarkt na eventuele afsluiting van de studie met een bachelordiploma; heeft kennis van de veiligheids- en milieu-aspecten van de scheikunde; is zich bewust van de rol van de scheikunde in de maatschappij en van het internationale karakter van de scheikunde.
De Bachelor of Science in Scheikunde beheerst de algemene vaardigheden op het gebied van het presenteren en rapporteren, informatie zoeken en verwerken, computergebruik, projectmatig werken en het werken in groepen. Het doel van de opleidingen kan in algemene bewoordingen als volgt worden omschreven: Het verwerven van zoveel kennis, inzicht en vaardigheden op het gebied van de chemie, als nodig is om op kritische en wetenschappelijk verantwoorde wijze zelfstandig een beroep uit te oefenen en in aanmerking te komen voor een eventuele vervolgopleiding tot leraar, wetenschappelijk onderzoeker of ontwerper.
11.3
Specifieke toelatingseisen Om in te mogen stromen in de bacheloropleiding Scheikunde dient de student te voldoen aan de volgende vooropleidingseisen: • Het diploma vwo met de vakken Wiskunde B en Natuurkunde; • of een van de volgende profielen: - doorstroomprofiel Natuur en Techniek; - doorstroomprofiel Natuur en Gezondheid; - doorstroomprofiel Economie en Maatschappij aangevuld met wiskunde B1 en met natuurkunde 1 en scheikunde 1; - doorstroomprofiel Cultuur en Maatschappij aangevuld met wiskunde B1 en met natuurkunde 1 en scheikunde 1.
11.4
Studiebegeleiding De afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen onderscheidt twee fasen in het onderwijs waarbij een verschillend soort begeleiding geboden wordt: • fase 1 omvat het groepsgewijs gevolgde onderwijs tot ongeveer de keuzeruimte in het derde jaar. In deze fase wordt de student begeleid, voorgelicht en gecoached door (student)mentoren, docenten en de studieadviseur. • fase 2 omvat de periode van het individueel gevolgde onderwijs: de afronding van het BSc programma en de masterfase. Tijdens deze fase wordt de student begeleid door de sectieonderwijscoördinatoren (ook wel: mastercoördinatoren genoemd), hoofd- en bijvakbegeleiders en, indien nodig, door de studieadviseur. De afdeling kent naast de afzonderlijke begeleiders twee commissies die zich bezighouden met studiebegeleiding en -voortgang; namelijk, de werkgroep Studiebegeleiding (SB) en de Studievoortgangscommissie (SVC). De SB houdt zich bezig met beleidsaspecten van begeleiding. Deze werkgroep bestaat uit vaste leden, namelijk de jaarvertegenwoordigers van de studenten, de studieadviseur, een docent of beleidsmedewerker en de onderwijsdirecteur. De overlegfrequentie van de werkgroep SB varieert afhankelijk van veranderingen en
104
Exacte wetenschappen
lopende zaken. De SB kan initiatieven ontplooien om gesignaleerde problemen te bespreken in een studentenoverleg, de opleidingscommissie (OLC), enz. De SVC houdt zich bezig met uitvoerend begeleidingswerk voor fase 1 en 2 van de opleiding. De SVC 1e fase adviseert de examencommissie m.b.t. studieadvies en overige zaken en is samengesteld uit de studieadviseur (tevens voorzitter) plus de secretaris van de examencommissie van de afdeling. De SVC 2e fase bestaat uit de studieadviseur (tevens "samenroeper") plus de sectieonderwijscoördinatoren. In het geval van studievertraging kunnen ook vakgerichte stagedocenten bij vergaderingen betrokken worden. 11.4.1
Studieadviseur De studieadviseur, mw. dr. ir. T. Mehrian heeft iedere maandag en dinsdag van 12:30-13:30 uur een inloopspreekuur in kamer M-162. Buiten het spreekuur kan men per e-mail een afspraak maken:
[email protected].
11.4.2
Sectieonderwijscoordinatoren De afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen kent sectieonderwijscoördinatoren, die zich bezighouden met onderwijskundige zaken op sectieniveau. Zij spelen een adviserende en ondersteunende rol bij het kiezen van de meest geschikte keuzemodules en eindprojecten in de bachelorfase. Voor de verschillende secties zijn dit de volgende personen: • Analytische Chemie & Toegepaste Spectroscopie (ACAS): dr. H. Lingeman • Biochemie & Moleculaire Biologie (BMB): dr. H. van Heerikhuizen • Farmacochemie (FAR): dr. J.N.M. Commandeur • Fysische Chemie (FC): dr. J. Bulthuis • Organische & Anorganische Chemie (OAC): dr. M. Schakel • Theoretische Chemie (TC): dr. F.M. Bickelhaupt
11.5
Academische vaardigheden In het basisprogramma van de opleiding is een 'Leertraject Academische Vaardigheden' opgenomen. Binnen dit traject worden trainingen in een aantal vaardigheden gegeven die zijn geïntegreerd in de theoretische en praktische onderdelen van de opleiding. Het doel van het Leertraject Academische Vaardigheden is om studenten te trainen in een aantal vaardigheden waar zij tijdens en na de bachelorfase mee te maken krijgen. De trainingen en opdrachten leveren geen extra studiepunten op, maar vallen binnen de betreffende onderdelen. Dat betekent dat de activiteiten op dit gebied meetellen bij de eindbeoordeling van de curriculumonderdelen. Omdat de trainingen en opdrachten binnen deze onderdelen zijn geïntegreerd, zijn studenten verplicht om deze uit te voeren om het betreffende onderdeel te behalen. Aandacht wordt gegeven aan vaardigheden als mondelinge en schriftelijke verslaggeving, informatie verzamelen en dataverwerken, analyseren van probleemstellingen en ontwerpen van oplossingsstrategieën, opzetten van een eigen onderzoek, loopbaanvaardigheden, bewustzijn van en kunnen reflecteren op de plaats van chemie in de samenleving, communiceren en discussiëren, luisteren en vergaderen, samenwerken in een groep. Bij het leertraject hoort een studentenhandleiding Academische vaardigheden, die wordt uitgereikt aan het begin van het collegejaar.
Bachelor Scheikunde
105
De studenten moeten een portfolio Academische vaardigheden samenstellen, waarin hun activiteiten en behaalde resultaten overzichtelijk worden gebundeld. Samenstellen en een intelligente evaluatie van eigen vorderingen en tekorten levert in het derde jaar 1 sp op.
11.6
Vervolgopleidingen Het bachelordiploma Scheikunde geeft de student het recht om door te stromen naar de masteropleidingen Scheikunde aan elke Nederlandse universiteit. Onder bepaalde randvoorwaarden kan men met een scheikundebachelor doorstromen naar de master Farmaceutische Wetenschappen. In de (engelstalige) mastergidsen staat meer gedetailleerde informatie.
11.7 11.7.1
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma Het eerste jaar, dat een inleidend karakter heeft, omvat een studielast van 60 sp en bevat alleen verplichte onderdelen. Vakcode 400031 435021 400300 400288 420151 435202 420152 435091 4350511 400302 435141 420016 435115 435080 4350512 435029
11.8 11.8.1
106
Vaknaam Inleiding computergebruik Intro exact: symmetrie en asymmetrie in de natuur Calculus I Aansluitcursus vwo-wiskunde Van quantum tot materie Chemische thermodynamica Practicum Wiskunde en natuurwetenschappen Organische chemie I Biochemie I Lineaire algebra voor S/F/MNW Anorganische chemie I Elektriciteit en magnetisme Fysische chemie I Chemie / farmacochemie en samenleving Biochemie II Analytische chemie I
Stp. 1 6
Periode 1 1
3 2 6 3 6
1 1 2 2 2 en 3
3 3 3 3 6 3 3 3 6
3 4 4 4 4 en 5 5 5 5 6
2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma Het tweede jaar omvat een studielast van 60 sp. Het is niet identiek voor de opleidingen Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen. Studenten die het bachelorprogramma Scheikunde volgen, doen in periode 2 (november-december) het onderdeel Natuurkunde II en studenten die het bachelorprogramma Farmaceutische Wetenschappen volgen doen dan het onderdeel Medische fysiologie. Het is dus noodzakelijk (om tijdverlies te voorkomen) dat studenten na afloop van periode 1 een keuze maken tussen de beide opleidingen. De studieadviseur zal hierbij (desgevraagd) behulpzaam zijn. NB: Naast de verplichte vakken is er in het tweede jaar in periode 3 (januari) een keuzeruimte met een omvang van 6 sp. Studenten mogen hier alleen aan deelnemen Exacte wetenschappen
als ze géén of een geringe achterstand in de studie hebben; de studieadviseur zal hierover een individueel advies uitbrengen. Vakcode 435160 435240 435150 435170 435290 435191 435201 435232 435250 435231 435221
Vaknaam Organische chemie II Biochemie/farmacochemie practicum Wiskunde II Natuurkunde II Anorganische chemie II Synthese practicum Thermodynamica voor 2S/2F Chemische binding I Inleiding programmeren Chemische binding II Bio-analytische technieken
Stp. 4 6 6 5 3 7 5 5 4 3 3
Periode 1 1 1 en 2 2 2 4 4 5 5 6 6
Algemene Vorming voor N,S,F,MNW Alle studenten N, S, F en MNW moeten kiezen tussen Geschiedenis van de natuurwetenschappen of Maatschappelijke aspecten van wetenschap. Vakcode 420153 420148
11.8.2
Vaknaam Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor N/S/F/MNW Geschiedenis van de natuurwetenschappen voor N/S/F/MNW
Stp. 3 3
Periode 5 5
Mogelijke keuzemodules De secties van de afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen hebben voor het invullen van de keuzeruimte een aantal keuzemodules ontwikkeld die goed aansluiten op het bereikte kennisniveau. Voor het reguliere onderwijs in de ingeroosterde periode zal de studieadviseur op grond van de opgaven van de studenten, minimaal een maand voor aanvang van de module, een lijst met gekozen (en beschikbare) keuzemodules opstellen. Voor het volgen van een keuzemodule buiten de reguliere periode moet tijdig een afspraak met de betreffende sectieonderwijscoördinator en docent worden gemaakt. Vakcode 435370 435430 435380 435440 435410 435450 435400 435390 435420 435455
Vaknaam Toevoegingen aan levensmiddelen Toegepaste theoretische chemie (keuzemodule) Ontwikkeling van op eiwit gebaseerde geneesmiddelen Natuurstoffen Moleculaire mechanismen van ziekten Macromoleculen en katalyse Genetische gemodificeerde organismen Fysische en biochemische aspecten van eiwitvouwing Atmosferische chemie Anorganische chemie (keuzemodule)
Bachelor Scheikunde
Stp. 6 6
Periode 3 3
6
3
6 6 6 6 6
3 3 3 3 3
6 6
3 3
107
11.9 11.9.1
3e jaar voor studenten gestart in 2002 Onderwijsprogramma Het derde jaar omvat een studielast van 60 sp. Het is niet identiek voor de opleidingen Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen. Scheikundestudenten doen het onderdeel Fysische chemie en farmacochemiestudenten doen het onderdeel Moderne ontwikkelingen in de farmacochemie. De basisopleiding eindigt met het onderdeel Computational Chemistry in periode 3. De bachelorfase wordt afgerond met een oriëntatie op de voortzetting van de studie en een proeve van bekwaamheid (keuzeruimte, oriëntatiecursussen en eindprojecten). De student moet, voordat er begonnen wordt aan de afronding van de bachelorfase, goedkeuring van de invulling daarvan vragen aan de examencommissie via het formulier 'Aanvraag goedkeuring bachelorprogramma'. Dit formulier is verkrijgbaar op het onderwijsbureau (S3.11). De studieadviseur zal je hier tijdig op wijzen en je (desgevraagd) helpen bij het invullen. Ook de sectieonderwijscoördinatoren kunnen (desgevraagd) advies en ondersteuning bieden bij de keuzes die gemaakt moeten worden. Met nadruk wordt erop gewezen dat het niet toegestaan is aan de afrondende fase te beginnen zonder dat de examencommissie het programma heeft goedgekeurd. Vraag de goedkeuring dus tijdig aan, anders is tijdverlies onvermijdelijk ! Vakcode 435300 435310 435320 435340 435350 435360
Vaknaam Eiwitchemie Spectroscopie Fysische chemie voor 3S Wijsgerige vorming: natuurwetenschappen, filosofie en ethiek Computational Chemistry Academische vaardigheden voor S/F
Stp. 5 10 6 3 6 1
Periode 1 1 en 2 1 en 2 2 3 elk jaar in periode 6 (in derde jaar ook periode 1)
11.9.2
Keuzeruimte Studenten die de bacheloropleiding Scheikunde doen, kunnen in de keuzeruimte (5 studiepunten) het vak Bioinformatica kiezen. Dit vak is een onderdeel van de opleiding Medische Natuurwetenschappen en wordt in de keuzeruimteperiode gegeven. Andere mogelijkheden zijn de keuzemodules voorzover de secties deze ook op derdejaarsniveau aanbieden. Neem daarvoor contact op met de desbetreffende sectieonderwijscoördinator. Verder komen vakken van andere afdelingen van FEW en andere faculteiten van de VU in aanmerking. Ook kan men vakken kiezen die op andere universiteiten gegeven worden, zoals de Universiteit van Amsterdam (UvA). Neem hiervoor wel eerst contact op met de studieadviseur.
11.9.3
Eindprojecten Landelijk is overeengekomen, dat de breed opgezette bacheloropleiding wordt afgesloten met een meer gespecialiseerd project dat een 'Proeve van bekwaamheid' bevat. De afdeling Scheikunde en Farmaceutische Wetenschappen heeft besloten dit te realiseren door aan het eind van het derde jaar twee 'Eindprojecten' op te nemen van elk 12 sp, die door de secties worden verzorgd. De algemene opzet van de eindprojecten is als volgt.
108
Exacte wetenschappen
•
• • • •
Het is niet verboden de beide eindprojecten te combineren, maar gezien de eis tot breedte van de opleiding, wordt de voorkeur gegeven aan twee afzonderlijke projecten. Een project bevat in principe geen afzonderlijke theorie (tentamen). In een project moet de student toekomen aan zelfstandig onderzoek. Een project wordt afgesloten door de genoemde 'proeve van bekwaamheid' in de vorm van een schriftelijk en mondeling verslag van het verrichte werk. Een dubbel project van 24 sp bevat een mondeling en schriftelijk verslag plus een scriptie (literatuuroverzicht).
Nadere informatie over de gang van zaken rond een eindproject is te vinden in de 'Handleiding Bacheloropdracht'. Dit is een uitwerking van de universitaire stage- en scriptieregeling. De handleiding bevat een planner en een beoordelingsformulier en is te verkrijgen op het onderwijsbureau van de faculteit. De secties bieden de volgende eindprojecten aan: Sectie Analytische Chemie en Toegepaste Spectroscopie (ACAS) Vakcode 435490 435480 435470 435460
Vaknaam Multidimensionale scheidingstechnieken Dynamische processen in de gecondenseerde fase Spectroscopische detectie- en identificatietechnieken Bio-analytische screeningstechnieken
Stp. 12 12
Periode 4, 5 en 6 4, 5 en 6
12
4, 5 en 6
12
4, 5 en 6
Stp. 12 12
Periode 4, 5 en 6 4, 5 en 6
Stp. 12
Periode 4, 5 en 6
Stp. 12 12 12
Periode 4, 5 en 6 4, 5 en 6 4, 5 en 6
Stp. 12 12
Periode 4, 5 en 6 4, 5 en 6
Sectie Biochemie en Moleculaire Biologie (BMB) Vakcode 435510 435500
Vaknaam Moleculaire biologie en gist genetica Eiwitten
Sectie Farmacochemie (FAR) Vakcode 435530
Vaknaam Eindprojecten farmacochemie
Sectie Fysische Chemie (FC) Vakcode 435710 435700 435690
Vaknaam Molecuulspectroscopie van de atmosfeer Botsingen van georiënteerde moleculen Ultrasnelle laserspectroscopie
Sectie Organische en Anorganische Chemie (OAC) Vakcode 435560 435550
Vaknaam Synthese en structuuranalyse II Synthese en structuuranalyse I
Bachelor Scheikunde
109
Sectie Theoretische Chemie (TC) Vakcode 435570 435540
11.9.4
Vaknaam Toegepaste theoretische chemie (eindproject) Theoretische chemie (eindproject)
Stp. 12
Periode 4, 5 en 6
12
4, 5 en 6
Oriëntatie op de beroepsprofielen De eindprojecten vormen de ideale oriëntatie voor studenten die hun studie voortzetten in de Onderzoeksvariant (O) van de masterfase. Studenten die overwegen hun studie voort te zetten in de Communicatie-Educatie variant (C/E) (waaronder de lerarenopleiding) of de Maatschappijgerichte variant (M) kunnen (desgevraagd) één van de eindprojectperioden besteden aan het volgen van een oriëntatiecursus C/E of M. Weliswaar vormen deze cursussen vooralsnog géén ingangseis maar als men de oriëntatiecursus niet heeft gevolgd, zal een nader te bepalen assessment moeten worden afgelegd. Voor studenten die leraar willen worden is de C/E oriëntatie (12 studiepunten) verplicht. Randvoorwaarden Studenten die de Scheikunde opleiding volgen en overwegen de studie voort te zetten in de O-variant, wordt dringend aanbevolen beide eindprojecten uit het aanbod van de scheikundesecties te kiezen. Studenten die een C/E/M-oriëntatiecursus hebben gekozen moeten hun resterende tijd (tenminste 12 sp) besteden aan een eindproject uit de opleiding waarin ze het bachelorexamen wensen af te leggen. De studieadviseur en de sectieonderwijscoördinator zijn altijd voor advies beschikbaar. Oriëntatie op C/E/M variant
11.9.5
110
Vakcode 990005
Vaknaam Oriëntatie op communicatie en educatie 1: oriëntatie op het beroep van leraar en communicatiespecialist
470101 990007
Orientatie op de M-variant Oriëntatie op educatie 2: oriëntatie op het beroep van leraar
Stp. 6
6 6
Periode Oktober 2004 (Levenswetenschappen); februari 2005 (Aardwetenschappen en FEW) februari- maart maart 2005
Tweedegraads onderwijsbevoegdheid In 2004 wordt voor studenten de mogelijkheid gerealiseerd om met hun bachelordiploma een tweedegraads onderwijsbevoegdheid te verkrijgen. De student moet daarvoor 30 studiepunten aan vakken in de educatierichting hebben gevolgd (bijv. in de keuzeruimte). Na het behalen van het bachelordiploma moeten nog 30 studiepunten aan onderwijskunde / didactiek besteed worden. Het verkrijgen van de bevoegdheid zal via een gelieerde hbo-opleiding lopen. Details over deze mogelijkheid om een tweedegraads bevoegdheid te krijgen komen tijdens het lopende studiejaar beschikbaar.
Exacte wetenschappen
11.10
Overige vakken Vakcode 430020
Vaknaam Bioinformatica
Bachelor Scheikunde
Stp. 6
Periode 4 en 5
111
112
Exacte wetenschappen
12
12.1
Bachelor Wiskunde
De flexibele bacheloropleiding Met ingang van 1 september 2004 heeft FEW een flexibele bachelor. De bacheloropleidingen zijn zó ingericht dat je meer mogelijkheden hebt in je studieprogramma: verbreding of verdieping, meer keuzeruimte, doorstromen naar meer masters en ook in het begin nog gemakkelijk overstappen naar een andere opleiding. Zo beginnen de meeste verwante opleidingen met vakken waarmee je zicht krijgt op de recente ontwikkelingen in dit vakgebied. Daarmee krijg je ook een beter beeld van je doorstudeer- of werkmogelijkheden na afloop van deze studie. Ook als je precies weet wat je wilt is dat winst, want je ontdekt de raakvlakken tussen de verschillende exacte wetenschappen. Tegenwoordig werken exacte wetenschappers namelijk vaak aan problemen die vanuit meerdere disciplines moeten worden aangepakt. Daarom moet je als academicus straks ook kunnen samenwerken met andere deskundigen. Door de keuzemogelijkheden kun je uiteindelijk zelf bepalen of je de diepte ingaat en meer vakken uit jouw eigen discipline wilt volgen, of meer naar verbreding zoekt, door ook vakken uit aangrenzende vakgebieden te kiezen. De opleidingen BWI en MNW en Informatiekunde hebben zelf al een breed karakter en daardoor minder keuzeruimte dan andere opleidingen. Door de verbreding en grotere keuzeruimte kun je bij alle opleidingen naar meerdere masters doorstromen.
12.2
Domein In de opleidingen Wiskunde gaat het er om een aantal representatieve en concrete wiskundige objecten, theorieën en vraagstellingen te leren, te begrijpen en te ervaren. De samenhang binnen de wiskunde en van de wiskunde met de toepassingen in andere vakgebieden speelt daarbij een belangrijke rol. Naast de traditionele methoden van de wiskunde komen ook het gebruik van de computer voor symbolisch rekenen, grafische representaties en numerieke oplossingsmethoden aan de orde. Er zijn drie opleidingen Wiskunde, de bachelorsopleiding met een cursusduur van 3 jaar, en twee masteropleidingen met een cursusduur van twee jaar, te weten de masteropleiding Mathematics, en de masteropleiding Stochastics and Financial Mathematics. Voor toegang tot de masteropleidingen is een voltooide bacheloropleiding een vereiste. In het eerste jaar heeft de opleiding Wiskunde aanvankelijk een gemeenschappelijk deel met óf de Natuurwetenschappen, in het bijzonder Natuur- en Sterrenkunde, óf met Econometrie en Bedrijfswiskunde en Informatica (BWI). Dat maakt het eenvoudig de aanvankelijke keuze voor tussen Wiskunde en Natuur- en Sterrenkunde enerzijds of tussen Wiskunde en BWI of Econometrie anderzijds te veranderen. Wel moet daardoor meteen in het begin een keuze worden gemaakt tussen Natuurwetenschappen aan de ene kant en BWI of Econometrie aan de andere kant. Die keuze beinvloedt niet de inhoud van het deel wiskunde van de opleiding. Bovenop de keuze voor Natuurwetenschappen bestaat ook de mogelijkheid in het eerste jaar te kiezen voor Wiskunde met Levenswetenschappen. Als men in de loop van het eerste jaar definitief kiest voor de bacheloropleiding Wiskunde, dan wordt het tweede jaar van de opleiding gevuld met een flinke verdieping van de kennis van de Wiskunde. In het derde jaar is er ruimte voor keuzevakken die een rol spelen bij de Bachelor Wiskunde
113
voorbereiding op de masteropleiding. Het derde jaar van de bacheloropleiding wordt afgesloten met een werkstuk. De bacheloropleiding is een volwaardige driejarige academische opleiding. In de meeste gevallen echter zal men de studie willen verbreden en verdiepen door de studie met een tweejarige masteropleiding te vervolgen. De masteropleiding biedt een verdere verdieping van de stof, en de noodzakelijke specialisatie. Naast doorgaan met de masteropleiding Mathematics kan men er ook voor kiezen door te gaan met de masteropleiding Stochastics and Financial Mathematics. Verder is het mogelijk met, afhankelijk van de invulling van de keuzeruimte, betrekkelijk geringe aanvullingen verder te studeren in bijvoorbeeld de masteropleidingen Physics, Business Mathematics and Informatics en Econometrics. Voor vragen of advies over de te maken keuzes kan men zich wenden tot de studieadviseur dr. F. van Schagen.
12.3
Doelstelling De bacheloropleiding Wiskunde heeft als doel de student vertrouwd te maken met een deel van de hedendaagse wiskunde en statistiek, en voor te bereiden op een masteropleiding. Tevens is de bacheloropleiding Wiskunde een afgeronde studie waarvan oriëntatie op de arbeidsmarkt deel uit maakt.
12.4
Eindtermen Verwacht wordt dat de afgestudeerde Bachelor of Science in Wiskunde: een gedegen theoretische en praktische basiskennis van de wiskunde bezit toereikend om met succes een masteropleiding in de wiskunde te kunnen volgen een eerste kennismaking heeft gehad met onderzoeksvaardigheden op het gebied van de wiskunde en/of haar toepassingen, en daarvan een proeve van bekwaamheid heeft afgelegd vertrouwd is met het gebruik van computers, waaronder kennis van een hogere programmeertaal en kennis van enkele wiskundige softwarepakketten voldoende inzicht heeft in de diverse wiskundige specialismen om een verantwoorde keuze te kunnen maken uit de vervolgopleidingen in wiskunde zich bewust is van de mogelijkheden op de arbeidsmarkt na afsluiting van de studie met een bachelordiploma inzicht heeft in de samenhang van de wetenschappen, zich bewust is van de rol van wiskunde in andere wetenschappen en in de maatschappij zich bewust is van het internationale karakter van wiskundig wetenschappelijk onderzoek mondeling en schriftelijk kan rapporteren over wiskundige onderwerpen
12.5
Specifieke toelatingseisen De toelatingseisen voor de bacheloropleiding Wiskunde zijn: voor studenten met een vwo-profiel de vakken wib12 en voor studenten met een vakkenpakket het vak Wiskunde B (en Natuurkunde). Een deficiëntie in het vak wib2 mag tijdens het eerste jaar worden weggewerkt. Voor de opleiding Wiskunde is toegang zonder natuurkunde in het eindexamenpakket dus wel mogelijk, maar de keuzemogelijkheid in het studieprogramma is dan enigszins beperkt. Voor de opleiding is Engels op vwo-niveau vereist.
114
Exacte wetenschappen
12.6
Deeltijd De bacheloropleiding Wiskunde en de masteropleiding Mathematics kunnen ook in deeltijd worden gevolgd. Een deeltijdstudie is bedoeld voor degene die door een andere hoofdtaak niet in staat is gemiddeld 40 uur per week aan de studie te besteden. De opleiding in deeltijd is gebaseerd op een gemiddelde studiebelasting van 20 uur per week. De opleiding in deeltijd is speciaal geschikt voor studenten die instromen met een voltooide hbo-opleiding, en daarom een verkort programma doorlopen. Gedacht wordt met name aan wiskundeleraren die een tweedegraads (of liever eerstegraads) opleiding gevolgd hebben, maar graag de wiskunde alsnog vanuit wetenschappelijk perspectief zouden willen bestuderen. In de deeltijdopleiding wordt alleen overdag onderwijs gegeven. Voor zowel de bacheloropleiding als de masteropleiding zal daarom als regel, sprake zijn van een individueel vastgesteld examenprogramma. Inlichtingen kunnen worden ingewonnen bij de studieadviseur (dr. F. van Schagen, tel: (020) 44 47693, email:
[email protected]).
12.7
Studiebegeleiding Eerste, tweede en derde jaar: dr. F. van Schagen, kamer R3.25, tel. (020) 44 47693,
[email protected]
12.8
Bachelorproject Het bachelorproject is een literatuurstudie onder leiding van een docent Wiskunde over een deel van de Wiskunde naar keuze van de student. Als regel zal de docent de student adviseren over het vinden van een geschikt onderwerp. De omvang van het project is ongeveer een maand werk (7 sp). De student presenteert de resultaten van het onderzoek in een Bachelorsscriptie. Het is aanbevolen het project af te ronden in de maand juni van het derde jaar, of desnoods in de maand januari van het vierde jaar.
12.9
Vervolgopleidingen Met een bachelordiploma Wiskunde heb je toegang tot de masteropleidingen Mathematics aan de Nederlandse universiteiten. Maar er zijn meer mogelijkheden, zoals bijvoorbeeld de masteropleiding Stochastics and Financial Mathematics. Tot die opleidingen kun je onder voorwaarden worden toegelaten. Als regel zal bij het aanmelden voor een opleiding een gesprek nodig zijn over de toelating en de precieze inhoud van het programma. Als je naar een andere opleiding dan de opleiding Mathematics aan de VU gaat, houd er dan rekening mee dat in de regel een tijdige aanmelding wordt vereist.
12.10
Arbeidsmarkt en werkgelegenheid In principe is het mogelijk om met het bachelordiploma de arbeidsmarkt te betreden. Deze mogelijkheid is nieuw en het is daarom nog niet duidelijk hoe de arbeidsmarkt er uit ziet voor afgestudeerden met een bachelordiploma Wiskunde van een universiteit.
12.11 12.11.1
1e jaar voor studenten die beginnen in 2004/2005 Onderwijsprogramma Onder vind je het programma voor het eerste jaar. De programma's voor het tweede en derde jaar zullen lijken op de programma's voor de studenten die met de opleiding
Bachelor Wiskunde
115
Wiskunde gestart zijn in 2003 en 2002. Het definieve programma is nog niet vastgesteld voor de academische jaren 2005/2006 en 2006/2007. De eerste tabel bevat de vakken die alle Wiskunde studenten in dezelfde periode volgen. De daarop volgende tabellen bevatten de vakken die bij de verschillende keuzes (keuze Natuurwetenschappen, keuze Econometrie/BWI, keuze Levenswetenschappen) horen dan wel waarvoor de periode van de keuze afhangt. Gezamenlijke vakken Vakcode 400300 400031 400288 400307 400189 400301
Vaknaam Calculus I Inleiding computergebruik Aansluitcursus vwo-wiskunde Algebra Kansrekening I voor W/Ect Calculus II
400021 400190 400042 400087
Encyclopedie voor W/BWI Kansrekening II voor W/Ect Lineaire algebra voor W/N Wiskundige analyse I
Stp. 3 1 2 3 3 3 3 6 6 3
Periode 1 1 1 1 en 2 2 2 (1W,1BWI,1ECT), 4 (1N) 4 4 en 5 4 en 5 5
Vakken voor Wiskunde met keuze Econometrie/BWI Vakcode 400306 400315 400029 400298 400316 64141000 400020 400299
Vaknaam Wiskunde uitIntro exact Introductie BWI Inleiding besliskunde Wiskundige modellen I W1 Project BWI I Inleiding wiskundige economie Dynamische systemen Wiskundige modellen I W2
Stp. 2 2 6 3 3 6 3 3
Periode 1 1 1 en 2 2 en 3 3 4 en 5 6 6
Stp. 6
Periode 1
Vakken voor Wiskunde met Natuurwetenschappen Vakcode 435021 420152 420106 420030 400020
Vaknaam Intro exact: symmetrie en asymmetrie in de natuur Practicum Wiskunde en natuurwetenschappen Mechanica en relativiteitstheorie Inleiding sterrenkunde Dynamische systemen
6
2 en 3
6 6 3
2 en 3 5 en 6 6
Vakken voor Wiskunde met keuze Levenswetenschappen Vakcode 470012 470019 435021 470009 400298
116
Vaknaam Genetica Biodiversiteit en ecologisch veldwerk Intro exact: symmetrie en asymmetrie in de natuur Ecologie Wiskundige modellen I W1
Exacte wetenschappen
Stp. 6 6 6 6 3
Periode 06.06.2005 - 01.07.2005 1 10.01.2005 - 04.02.2005 2 en 3
12.12 12.12.1
2e jaar voor studenten gestart in 2003 Onderwijsprogramma Gedurende het tweede en derde jaar is er aandacht voor bredere academische vorming, zoals inzicht in de samenhang der wetenschappen, de maatschappelijke betekenis van de eigen discipline en de geschiedenis daarvan en voor het verwerven van academische vaardigheden zoals het op niveau presenteren van eigen of groepswerk, zowel mondeling als schriftelijk. Deze aspecten zijn met name gelokaliseerd in de onderdelen Algemene Vorming (Filosofie en Ethiek van de Techniek, Geschiedenis of Maatschappelijke Aspecten), de cursus Studie en loopbaan en het Bachelorproject. Het derde jaar zal sterk lijken op het derde jaar voor de studenten die in 2002 zijn begonnen met de opleiding Wiskunde Opmerkingen bij de tabel: • De eerste tabel bevat de vakken die alle Wiskunde studenten in dezelfde periode volgen. De daarop volgende tabellen bevatten de vakken die bij de keuze Levenswetenschappen, gevolgd door een tabel voor de overige Wiskunde keuzes • Kiezen uit Maatschappelijke Aspecten of Geschiedenis. Gezamenlijke vakken Vakcode 400082 400037 400088 400200 400004 400056 400019 400046 400078 400086 400015
Vaknaam Voortgezette lineaire algebra Inleiding programmeren voor W/Ect Wiskundige analyse II Inleiding programmeren practicum W/Ect Algemene statistiek voor W/Ect Poisson processen Discrete wiskunde Markov-ketens Topologie I Wiskunde werkt II Complexe-functietheorie voor Wiskunde
Stp. 3 3 6 5 6 1 5 6 5 3 5
Periode 1 1 en 2 1 en 2 1, 2 en 3 2, 3 en 4 3 4 en 5 4 en 5 4 en 5 5 5 en 6
Stp. 6 2 5
Periode
Stp. 6 3
Periode 1 en 2 4
Vakken voor Wiskunde met Levenswetenschappen Vakcode 470012 400030 470065
Vaknaam Genetica Inleiding biologie Microbiologie
1 29.11.2004 - 24.12.2004
Vakken voor de overige Wiskunde Vakcode 400048 400181
Vaknaam Meetkunde Vectorcalculus
Bachelor Wiskunde
117
Algemene Vorming voor WenI Alle studenten van de afdelingen W en I moeten kiezen tussen Wetenschapsgeschiedenis of Maatschappelijke aspecten van de wetenschap. Vakcode 400318 400305
12.13 12.13.1
Vaknaam Wetenschapsgeschiedenis Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor AI/BWI/I/IK/W
Stp. 3 3
Periode 3 3
3e jaar voor studenten gestart in 2002 Onderwijsprogramma Een bijzondere plaats heeft het project aan het einde van het derde jaar dat een afsluiting is van de bacheloropleiding. In het derde jaar worden keuzemogelijkheden aangeboden. Dit heeft te maken met de keuze die elke student na de bacheloropleiding kan doen: het bachelordiploma als eindstation, of een masteropleiding kiezen. Studenten die opteren voor een masteropleiding met specialisatie in de C/E-variant volgen in het laatste half jaar een aantal multidisciplinaire cursussen samen met studenten van andere opleidingen (tot een totaal van 12 sp). Voor alle studenten wordt het jaar afgesloten met een casestudy of een individueel project, waarvan in een scriptie verslag wordt gedaan. Dit is het 'Bachelor project' dat 7 sp omvat. Opmerkingen bij de tabel: • Onderstaande tabel bevat de vakken die alle Wiskunde studenten in dezelfde periode volgen. • Wiskundige Modellen en Numerieke Wiskunde I zijn niet voor de studenten die de C/E keuze doen. Gezamenlijke vakken Vakcode 400163 400045 400047 400061 400022 400089 400053 400026 400265
Vaknaam Partiele differentiaalvergelijkingen Maat- en integratietheorie Mathematische statistiek Presentatiecursus Wiskunde Filosofie en ethiek van de techniek Wiskundige modellen Numerieke wiskunde I Gewone differentiaalvergelijkingen Bachelorscriptie Wiskunde
Stp. 6 6 6 4 3 4 6 6 7
Periode 1 en 2 1 en 2 2 en 3 3 3 en 4 4 4 5 variabel
Stp. 6
Periode Oktober 2004 (Levenswetenschappen); februari 2005 (Aardwetenschappen en FEW) februari- maart maart 2005
Oriëntatie op C/E/M variant
118
Vakcode 990005
Vaknaam Oriëntatie op communicatie en educatie 1: oriëntatie op het beroep van leraar en communicatiespecialist
470101 990007
Orientatie op de M-variant Oriëntatie op educatie 2: oriëntatie op het beroep van leraar
Exacte wetenschappen
6 6
12.13.2
Vrij keuzevak Wiskunde of bijvak voor minimaal 5 sp Aanbevolen keuzes: Vakcode 400140 400145 400119 400073 470038 400180 400079 400076
12.13.3
Stp. 5 4 5 6 6 6 6 6
Periode 1 en 2 1 en 2 1 en 2 1, 2 and 3 11.04.2005 - 06.05.2005 4 en 5 4 en 5 4 en 5
Verplicht keuzevak Wiskunde voor 6 sp Analyse op Varieteiten wordt in 2005 niet gegeven. Vakcode 400079 400027 400024 400007
12.14
Vaknaam Datastructuren practicum Datastructuren Inleiding logica Statistical Data Analysis Moleculaire ontwikkelingsbiologie Mathematische systeemtheorie Topologie II Toegepaste analyse: Financiele wiskunde
Vaknaam Topologie II Grondslagen waarschijnlijkheidsrekening Functional Analysis I Analyse op varieteiten
Stp. 6 6 6 6
Periode 4 en 5 4 en 5 5 5
Dubbele bachelor: Natuurkunde en Wiskunde Met ingang van september 2003 is het mogelijk om zowel een bachelordiploma Natuur- en Sterrenkunde als een bachelordiploma Wiskunde te behalen met een vakkenpakket van totaal 240 studiepunten. Het programma omvat voor 2004/2005 in het eerste jaar alle onderdelen van de beide opleidingen. Details over het vervolg volgen.
Bachelor Wiskunde
119
120
Exacte wetenschappen
13 naam code coördinator docenten studiepunten contacturen periode doel
inhoud
literatuur toetsing doelgroep opmerkingen onderwijs
Examenonderdelen ACW: Geschiedenis van de woord en beeldrelaties 2 501012 dr. Y.L. Bleyerveld dr. A. van Strien; dr. Y.L. Bleyerveld 5 12 (12 hoorcollege) 5 Globale kennis te verschaffen op overzichtsniveau van de historische ontwikkeling van de relatie tussen woord en beeld in de zestiende en zeventiende eeuw. Dit onderdeel behandelt in grote lijnen de geschiedenis van de woord- en beeldende kunst in de zestiende en zeventiende eeuw, tegen de achtergrond van belangrijke ontwikkelingen in de cultuur. Typerende aspecten van de woord- en beeldrelaties worden nader belicht. Gestart wordt met een historisch overzicht en met een introductie in woord- en beeldrelaties in deze periode in theorie en praktijk. Daarna komen diverse kunstvormen aan de orde waarin woord en beeld gekoppeld zijn en elkaar beïnvloeden, zoals emblematiek, prentkunst, historieschilderkunst en toneel. Ook wordt aandacht besteed aan de uitbeelding van personificaties en allegorieën in de schilder- en prentkunst en aan de invloed van spreekwoorden en emblemata op visuele uitingen. Wordt bekendgemaakt in de studiehandleiding Schriftelijk take home-tentamen 1e jaars studenten ACW; studenten van andere colleges die dit onderdeel volgen als deel van een minor Inschrijven verplicht via TISVU hoorcollege
naam code studiepunten periode docent inhoud
AI kaleidoscoop 400001 6 1 en 2 prof.dr. F.A.H. van Harmelen Het college geeft een overzicht van de belangrijkste deelgebieden van de Kunstmatige Intelligentie (waaronder kennissystemen, zoektechnieken, machine learning, productiesystemen, planning, spelprogramma's, enzovoort). In de eerste 4 weken worden de basisbegrippen van zoekmethoden behandeld. In de daaropvolgende periode wordt tijdens elk college steeds een deelgebied in grote lijnen behandeld, alsmede een representatief element van het deelgebied in detail. Bij deze elementen staat de representatie van kennis en het zoeken naar oplossingen in zoekruimten centraal. werkwijze Eerste 4 weken: werkcollege + werkboek daarna hoorcollege + huiswerkopgaven. literatuur Luger & Stubblefield, Artificial Intelligence, Benjamin Cummings Publishing. toetsing Twee deeltentamens
Examenonderdelen
121
doelgroep 1AI, 1I, 1IK voorkennis Geen naam code studiepunten contacturen periode docenten doel inhoud
literatuur toetsing onderwijs
naam code studiepunten periode docenten inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent doel
122
Aandacht 813003 6 168 (3 tentamen, 18 hoorcollege, 147 zelfstudie) 4 dr. W. Donk; dr. D.J. Heslenfeld; dr. S.T. Nieuwenhuis Student vertrouwd maken met theorieën en onderzoeksmethoden op het terrein van visueel zoeken, oogbewegingen en (visuele) aandacht. Aan de hand van het boek en recente artikelen worden belangrijke thema's besproken: interne versus externe sturing van aandacht en oogbewegingen, visual marking, interactie tussen auditieve en visuele aandacht, attentional blindness, task switching. - Pasher, H. (1998), Attention, Psychology press; - Aantal artikelen. tentamen Schriftelijk tentamen. hoorcollege zelfstudie Aansluitcursus vwo-wiskunde 400288 2 1 dr. A.C.M. Ran; drs. A.N. Vardy De cursus begint met een korte herhaling van de vwo-stof. Daarna komen een aantal nieuwe onderwerpen aan bod: • introductie somteken en meetkundige reeks • volledige inductie, binomium van Newton, formule van Leibnitz voor de herhaalde afgeleide van een product • recursie rijen en limieten van rijen • complexe getallen Gemengd hoor- en werkcollege. Per week ook huiswerk waarmee de student ongeveer vier uur per week bezig zal moeten zijn. dictaat Afsluitende toets 1W,1 BWI, 1N, 1S, 1F, 1MNW vwo-wiskunde B1 Aansluitcursus vwo-wiskunde voor Informatica 400139 1 1 drs. A.N. Vardy Bereiken dat de studenten de belangrijkste wiskundige vaardigheden van de vwo-stof Wiskunde, tenminste tot niveau B1, daadwerkelijk beheersen. Hierbij maken we onderscheid tussen vaardigheden zónder rekenmachine of formuleblad en vaardigheden mét gebruik van deze hulpmiddelen.
Exacte wetenschappen
inhoud Algebraïsch rekenen, vergelijkingen, ongelijkheden, functies en grafieken, goniometrie, afgeleiden, primitieven. werkwijze Werkcollege. toetsing Schriftelijke toets. Voor aanvang van de cursus wordt een vóórtoets afgenomen; wie daarvoor een voldoende behaalt wordt vrijgesteld van deelname aan deze cursus. doelgroep 1I naam Academische vaardigheden voor MNW code 430058 docenten drs. G. de Jong; dr.ir. T. Mehrian Isfahani; dr. W.A. Sterrenburg (en de begeleider(s) van eindproject(en) tevens eindbeoordelaar) studiepunten 1 periode 1, 2, 5, 6 (1MNW); 6 (2MNW); 1, 6 (3MNW) inhoud Algemeen Academische vaardigheden omvatten zowel een cognitieve component (de vaardigheid kennen) als een handelings-component (de vaardigheid kunnen toepassen) als ook een houdingscomponent (het belangrijk vinden om de procedure zorgvuldig uit te voeren). Hoewel het leren van vakkenkennis vrij recht toe rechtaan is, vereist de vaardigheid om deze vakkennis functioneel aan te wenden in beroepssituaties een andere soort inspanning en manier van leren. Academische vaardigheden die nadrukkelijk aan bod komen zijn: i) schriftelijk en mondeling communicatie, ii) analyse en gebruik van informatie, iii) probleem oplossen, iv) oordeel- en besluitvorming, v) planning, vi) arbeidsmarkt en werksituatie, en vii) computergebruik. Ieder jaar komt een aantal van deze vaardigheden in het curriculum aan bod. Deel 1 Studenten dienen in de bachelorstudie een aantal resultaten van hun werk op het gebied van academische vaardigheden te bewaren in een portfolio, en schijven per product een kort reflectieverslag, waarbij zij ingaan op het door hun geleerde op dit gebied. De studieadviseur / docent beoordeelt de portfolio op vooruitgang en op de manier waarop een student de eigen resultaten heeft beoordeeld. Op basis hiervan wordt een voldoende of onvoldoende verleend. De student is zelf verantwoordelijk voor het nemen van het initiatief, maken van de afspraken voor de bespreking met de docent. Werkwijze Jaar 1: je verzamelt je verslagen met commentaar van de docenten. In de zesde periode maak je een korte analyse van je verbeterde punten in der loop ter tijd en je plannen voor de verbetering voor komende jaren en dat bespreek je met de studieadviseur. Jaar 2: Idem jaar 1 Jaar 3: Je maakt afspraken met je begeleider van de bacheloropdracht over de aspecten die in het kader van academische vaardigheden aan bod moeten komen.. Deel 2 Studie en Loopbaan Bij het onderdeel Studie en Loopbaan oriënteert de student zich op de studiekeuze (eerste jaar) een afstudeervariant en specialisatiegebied (derde
Examenonderdelen
123
literatuur toetsing
doelgroep voorkennis naam code docenten studiepunten periode inhoud
124
jaar) en wordt de arbeidsmarkt verkend. Plaats van de cursus Studie en Loopbaan • Cursus Oriëntatie op studie en loopbaan wordt voor een deel opgenomen in het vak MNW& Samenleving in het eerste jaar. • In het derde jaar wordt deze cursus als een onderdeel van de oriëntatie op de master gegeven. Werkwijze: In groepsverband wordt een persoonlijk profiel gemaakt, worden interviews gehouden om de arbeidsmarkt te verkennen en voeren diverse andere werkvormen. Handleiding Leertraject academische vaardigheden en handleiding portfolio Aanwezigheid bij de groepsbijeenkomsten, presentatie van resultaten netwerkinterview en gemotiveerde variant keuze, en mondelinge en schriftelijke presentaties. Zie verder werkwijze bacheloropdracht. Actieve deelname aan de cursussen Studie en Loopbaan is verplicht Eindtoetsing: Drie jaarlijkse gesprekken en de gemaakte verslagen worden met voldaan / niet voldaan beoordeeld. Zie verder eindtoetsing bacheloropdracht. bachelorstudenten MNW vwo-vaardigheden Academische vaardigheden voor S/F 435360 dr.ir. T. Mehrian Isfahani; drs. G. de Jong 1 elk jaar in periode 6 (in derde jaar ook periode 1) Academische vaardigheden omvatten zowel een cognitieve component (de vaardigheid kennen) als een handelingscomponent (de vaardigheid kunnen toepassen) als ook een houdingscomponent (het belangrijk vinden om de procedure zorgvuldig uit te voeren). Het leren van vakkenkennis is vrij recht toe recht aan; de vaardigheid om deze vakkennis in een beroepssituatie te gebruiken vereist andere soort inspanning en manier van leren. Academische vaardigheden die tijdens het bachelorprogramma nadrukkelijk aan bod komen zijn: • communicatie • analyse en gebruik van informatie • probleemoplossen • oordeel- en besluitvorming • planning • verkenning studie- en arbeidsmarkt en werksituatie • computergebruik Studenten dienen in de bachelorstudie een aantal resultaten van hun werk op het gebied van academische vaardigheden te bewaren in een portfolio, en schijven aan het eind van deze periode een kort reflectieverslag, waarbij zij ingaan op het door hen geleerde op dit gebied. De studieadviseur beoordeelt de portfolio op vooruitgang en op de manier waarop een student de eigen resultaten heeft beoordeeld. Op basis hiervan wordt een voldoende of onvoldoende verleend. De student is zelf verantwoordelijk voor het nemen van het initiatief, het maken van afspraken voor bespreking met de studieadviseur.
Exacte wetenschappen
werkwijze
literatuur toetsing
doelgroep
De vaardigheid arbeidsmarkt en werksituatie wordt in het kader van de cursus Studie en loopbaan voor de derdejaars behandeld. Tijdens deze cursus (vier groepsbijeenkomsten) oriënteer je je op je keuzemogelijkheden voor je masterfase. Tevens worden interviews gehouden om de arbeidsmarkt te verkennen. Je maakt drie opdrachten, namelijk: • een aanvraag voor de goedkeuring van jouw bachelorprogramma met een motivering van je keuzes voor de examencommissie, • een persoonlijk profiel en • een persoonlijk reflectieverslag over je academische vaardigheden. Jaar 1: je verzamelt je verslagen met commentaar van de docenten. In de zesde periode maak je een korte analyse van je verbeterde punten in der loop ter tijd en je plannen voor de verbetering voor komende jaren en dat bespreek je met de docent/ begeleider. Jaar 2: idem jaar 1 Jaar 3: zie bovenstaande paragraaf over de cursus Studie en Loopbaan. In de groepsbijeenkomsten van deze cursus worden aan de eerder vermelde onderdelen gewerkt en gepresenteerd. Deze worden met de docent besproken. Handleiding Leertraject academische vaardigheden Jaar 1 en 2: beoordeling van het reflectieverslag tijdens een gesprek met de studieadviseur Jaar 3: de drie gemaakte opdrachten tijdens de cursus Studie en Loopbaan worden met voldaan/ niet voldaan beoordeeld. Verder is aanwezigheid bij de groepsbijeenkomsten van deze cursus verplicht Het totaal levert een studiepunt op. bachelorstudenten S en F
naam code studiepunten periode docent doel
Algebra 400307 3 1 en 2 dr. M.L.J. van de Vel De cursus heeft tot doel de studenten vertrouwd te maken met enkele zienswijzen die aan de algebra ten grondslag liggen. Er wordt ook aandacht geschonken aan enkele moderne toepassingen van rekenen met een "modulus". inhoud • Elementair modulo rekenen met gehele getallen via staartdeling met rest. • Vergelijkingen oplossen modulo m. • Axioma's en bewijzen over gehele getallen. • Rekenregels "modulo m". • Chinese reststelling en Euler stelling. • Toepassingen: cryptografie (matrixvercijfering, RSA) geheime sleutel distributie volgens Diffie-Hellman. toetsing Schriftelijk tentamen doelgroep 1W naam Algebra en discrete wiskunde I code 400002
Examenonderdelen
125
studiepunten periode docent doel
inhoud werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep voorkennis
3 2 dr. M.L.J. van de Vel Ontwikkeling van basale kennis omtrent eindige lichamen. Enkele intermediaire noties (ring, vectorruimte) worden gebruikt in een vervolgcollege over discrete wiskunde. Modulorekenen, Commutatieve unitaire ringen, veeltermringen, eindige lichamen. Hoorcollege met practicum. Er wordt een dictaat beschikbaar gesteld. Schriftelijk. 3I Logische taal en redeneermethoden (400043). Algebra en discrete wiskunde II 400003 3 4 dr. M.L.J. van de Vel Teltheorie (combinaties en rangschikkingen met/zonder herhaling, laatjesprincipe, inclusie-exclusie principe, Mobius inversie), recursie, machtreeksen (theorie en toepassingen), inleiding coderingstheorie. Hoorcollege met practicum. Dictaat "Combinatoriek" (deel 1 van het dictaat Combinatoriek, grafentheorie en getaltheorie van de Open Universiteit). Er worden notas over coderingstheorie beschikbaar gesteld. Schriftelijk. 3I Algebra voor Discrete Wiskunde I.
naam code studiepunten periode docent doel
Algebraische specificaties 400116 3 5 M.G.W.M. Rutten Het leren specificeren van en redeneren over het datatype van oneindige rijtjes (streams). Het verwerven van inzicht in de algebraïsche structuur van dit datatype. inhoud Het college zal zich richten op het datatype van oneindige rijtjes (streams). Dit datatype is van bijzonder belang voor diverse deelgebieden (van de wiskunde en) van de informatica (zoals component-based software engineering en signaal-verwerking). In dit college zullen we leren hoe oneindige rijtjes kunnen worden gespecificeerd, en hoe we erover kunnen redeneren. De methoden die zullen worden gehanteerd stammen uit de wereld van de abstracte algebra, en worden ook wel aangeduid met de termen co-algebra en coinductie. Dit enigzins nieuwerwetse formalisme is de laatste jaren ontwikkeld in de wereld van de theoretische informatica, waar het zich in een snel groeiende belangstelling mag verheugen.
126
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten contacturen docenten doel
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing
opmerkingen naam code studiepunten contacturen docent doel
Hoorcollege met practicum. dictaat (op college/practicum uit te delen) schriftelijk 3I Inleiding Logica (400119), Datastructuren (400145). Algemene Methodologie voor AI, deel 1 811013 3 87 (3 tentamen, 12 practicum, 12 hoorcollege, 60 zelfstudie) dr. W. Donk; dr. S.A. Los Kennismaking met de methoden van empirisch onderzoek met de bedoeling de student in staat te stellen onderzoek in methodologisch opzicht te evalueren. Aan de orde komen: -wetenschapstheorie; -beschrijvend, explorerend en toetsend onderzoek; -empirische cyclus; -meetschalen; -betrouwbaarheid; -validiteit; -steekproef en populatie; -onafhankelijke, afhankelijke en controle variabelen; -contaminerende variabelen; random error; -binnen-proefpersonen en tussen-proefpersonen designs; -factoriele, kleine-N, en quasi-experimentele designs Hoorcolleges en practica. De cursus zal bestaan uit 6 hoorcolleges en 6 practica (waarin gebruik zal worden gemaakt van blackboard) die afgewisseld zullen worden aangeboden. Tijdens de hoorcolleges zullen bovenstaande begrippen worden geïntroduceerd. Tijdens de practica dienen studenten een zestal quizzen te maken waar binnen de in de hoorcolleges geïntroduceerde begrippen op verschillende manieren zullen worden behandeld. Studenten zullen feedback krijgen over hun prestatie tijdens de practica. Elmes, D.G., Kantowitz, B.H., & Roediger, H.L. (2003). Research methods in psychology (7th edition). Belmont: Wadsworth/Thomson Learning. tentamen Schriftelijk tentamen met multiple-choice vragen. Inschrijving voor tentamen vanaf 40 werkdagen tot aan de vijfde werkdag voor de dag waarop het tentamen plaatsvindt. Inschrijving tentamen bij het studiesecretariaat van FPP, via het tentameninformatiesysteem "TISVU". Deelname aan de practica is verplicht. Algemene Methodologie voor AI, deel 2 811014 3 87 (3 tentamen, 8 practicum, 8 hoorcollege, 68 zelfstudie) dr. S.A. Los Kennismaking met de rol van statistiek in empirisch onderzoek en de wijze van wetenschappelijke verslaglegging.
Examenonderdelen
127
inhoud Aan de orde komen: - verslaglegging volgens de normen van APA. - statische toetsing van hypothesen. Examenonderdelen: - interpretatie van statistische gegevens. werkwijze Hoorcolleges en practica De cursus zal bestaan uit 4 hoorcolleges en 4 practica (waarin eveneens gebruik zal worden gemaakt van blackboard) die afwisselend zullen worden aangeboden. Tijdens de hoorcolleges zullen een viertal (klassieke) onderzoeken worden besproken uit de verschillende sub-disciplines van de psychologie en pedagogiek. Tevens zal de manier van wetenschappelijke verslaggeving en de rol van inferentiële statistiek in het onderzoek worden geïntroduceerd. Dit zal gebeuren aan de hand van enkele onderzoeksartikelen die representatief zijn voor de verschillende subdisciplines en onderzoeksmethoden van de psychologie. Hierbij ligt de nadruk op de evaluatie van methodologische aspecten van het onderzoek waarbij voortdurend wordt teruggegrepen naar de begrippen die aan bod zijn gekomen in het eerste deel van de cursus. Studenten passen de opgedane kennis tijdens de practica toe door zelf enkele onderzoeken te evalueren. Alle artikelen die tijdens het college en de practica aan de orde komen zijn opgenomen in de syllabus van de cursus. literatuur Elmes, D.G., Kantowitz, B.H. & Roediger, H.L. (2003). Research methods in psychology (7th edition) . Belmont: Wadsworth/Thomson Learning. Klapper. toetsing tentamen Tentamen Schriftelijk tentamen met multiple-choice vragen. Inschrijving voor het tentamen vanaf 40 werkdagen tot aan de vijfde werkdag voor de dag waarop het tentamen plaatsvindt. Inschrijving tentamen bij het studiesecretariaat van FPP, via het tentameninformatiesysteem "TISVU". opmerkingen Deelname aan de practica is verplicht. Entreevoorwaarde: Algemene Methodologie voor AI: Deel I. naam code studiepunten periode docent doel inhoud
128
Algemene statistiek voor BWI 400218 6 4 en 5 prof.dr. A.W. van der Vaart Een inleiding in de basisgebrippen van de mathematische statistiek Het doel van de wiskundige statistiek is om met behulp van kansmodellen uitspraken te doen over een gegeven situatie waarin toeval een rol speelt. Men denke bijvoorbeeld aan het vergelijken van twee medische behandelingen, waarbij zelden een van de twee in alle omstandigheden beter is, het opstellen en aanpassen van een model voor voorraadbeheer, waarin rekening moet worden gehouden met stochastische fluctuaties van de vraag in de tijd, de analyse van beurskoersen, waarin het toeval een overduidelijke rol speelt, of het modelleren van de verdeling van een maximum waterhoogte in de Maas gedurende een periode, belangrijk voor het bepalen van de hoogte van de dijken. Meer in het bijzonder wil men in de statistiek op grond van
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
waarnemingen uitspraken doen over de kansverdeling waaruit deze waarnemingen afkomstig zijn. Een statistisch model is een klasse van kansverdelingen of kansdichtheden, welke hypothesen over de situatie uitdrukken. Op grond van realizaties van de corresponderende stochastische variabelen ("waarnemingen") zoekt men de best passende hypothese. Het college Algemene Statistiek is een eerste inleiding in de wiskundige statistiek, en bouwt voort op de colleges Kansrekening uit het eerste studiejaar. De kernonderwerpen van het college zijn: schatten, toetsen, en de constructie van betrouwbaarheidsintervallen. Deze kernbegrippen worden met behulp van een reeks standaard problemen geillustreerd. Daarnaast beoogt het college een eerste inleiding in de statistische data analyse, met name verdelingsonderzoek, enkele grafische methoden, en enkele simulatie methoden. Hoorcollege+werkcollege+computer opgaven. Zie de webpagina voor meer informatie. collegedictaat. 2 schriftelijke deeltentamens+computer opgaven Zie de webpagina voor meer informatie. 2BWI Website: http://www.math.vu.nl/sto/onderwijs/algstatbwi Algemene statistiek voor W/Ect 400004 6 2, 3 en 4 dr. J.H. van Zanten Een inleiding in de basisbegrippen van de mathematische statistiek. In de statistiek wil men op grond van waarnemingen uitspraken doen over de kansverdeling waaruit deze waarnemingen afkomstig zijn. In dit college wordt een overzicht gegeven van de basisbegrippen. Deze worden geillustreerd met voorbeelden uit vooral de parametrische statistiek, dat wil zeggen dat de kansverdeling op één of meer parameters na bekend is. Achtereenvolgens komen schattingstheorie, toetsingstheorie en de constructie van betrouwbaarheidsintervallen aan de orde. Daarbij staan begripsvorming en de presentatie van enkele veel gehanteerde methoden centraal. In de bijbehorende instructie komen naast een aantal interessante praktijkproblemen ook meer wiskundig getinte vraagstukken ter sprake. Om met het in het college ontwikkelde wiskundige gereedschap te leren omgaan, is het werkcollege onmisbaar. Collegedictaat. Schriftelijk, met een voortentamen en een tentamen. 2W, 2Ect de vakken: Calculus, Kansrekening I, en Kansrekening II. Vereist voor deelname aan het tentamen: Kansrekening I of Kansrekening II.
naam Analyse BWI I code 400005 studiepunten 3
Examenonderdelen
129
periode 1 docent prof.dr. M. van Veldhuizen inhoud In dit college komen verschillende onderwerpen uit de analyse aan bod. In het eerste deel: • Differentiaalvergelijkingen van 1e orde (scheiden variabelen/integrerende factor); • Differentiaal- en differentievergelijkingen van 2e orde met constante coëfficiënten; • De Laplace getransformeerde. In het tweede deel: • Complexe (macht)reeksen en genererende functies; • Verwisseling limietprocessen (som-som, som-limiet,...); • Convolutie; • Fourierreeksen. werkwijze College met werkcollege. toetsing Tentamen (schriftelijk). doelgroep 2BWI voorkennis Vereiste voorkennis voor deelname aan het tentamen: Calculus (400013). naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze toetsing doelgroep voorkennis
naam code studiepunten periode docent inhoud
Analyse BWI II 400006 3 4 dr. J.A. Sanders In dit vak worden reële functies van meer variabelen bestudeerd. Aan de orde komen: 1) limiet en continuïteit 2) de gradient en de (totale) afgeleide 3) kettingregel en formule van Taylor 4) optimalisatie zonder nevenvoorwaarden 5) optimalisatie met nevenvoorwaarden via de methode van Euler-Lagrange College met werkcollege. Tentamen (schriftelijk). 2BWI Veronderstelde voorkennis: Lineaire Algebra voor BWI (400041). Vereiste voorkennis voor deelname aan het tentamen: Calculus (400013).
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Analyse op varieteiten 400007 6 5 prof.dr. J. Bochnak Dit college is een inleiding tot de globale analyse, ofwel analyse op variëteiten. Onderwerpen zijn: • Variëteiten van afbeeldingen tussen variëteiten; • Differentiaalvormen; • Integratie op variëteiten; • Stelling van Stokes en toepassingen. Naast het hoorcollege is er een wekelijks werkcollege. Collegedictaat. Door middel van thuis te maken opgaven. 3W, mMath
130
Exacte wetenschappen
voorkennis Vereist voor deelname aan het tentamen: Wiskundige Analyse II. naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze
literatuur
toetsing
Analytische chemie I 435029 dr. H. Lingeman; dr. J.J. Vreuls 6 6 Het doel van de cursus is het aanleren van de basisprincipes van de analytische chemie - zowel practisch als theoretisch - en het leren opzetten en uitvoeren van analytisch-chemische experimenten. Tijdens de cursus zullen de studenten aan de hand van enkele casussen leren hoe ze analytische chemische experimenten moeten opzetten en uitvoeren. Dit betekent dat zij allereerst de, uit analytisch oogpunt belangrijke, fysischchemische eigenschappen van de te onderzoeken verbindingen (farmaca) zullen bestuderen. Vervolgens zullen zij de analytisch-chemische technieken opzoeken waarmee deze verbinding, zowel kwalitatief als kwantitatief, kan worden bepaald, waarna ze een analysevoorschrift zullen opstellen. Hierna zullen de bepalingen worden uitgevoerd en zullen de resultaten in een verslag worden weergegeven. De noodzakelijke theoretische achtergrond zal worden gegeven in de vorm van werk- en instructiecolleges die op verzoek van de studenten zullen worden ingeroosterd. Tijdens de cursus zal een verband worden gelegd tussen de analytische chemie en fysisch-chemische eigenschappen van verbindingen zoals deze tijdens de cursus en zoals deze in eerdere studieonderdeleen (b.v. 'Van quantum tot materie') aan de orde zijn gekomen. Onderwerpen die aan de orde komen zijn: polariteit, oplosbaarheid, zuur/base eigenschappen, pK/pKa waarden, stabiliteit, spectrofotometrie, chromatografie, electrochemie en titrimetrie. Wat betreft de verslaglegging en presentatie zal tijdens de cursus worden verder gegaan met de instructies die tijdens het 'Practicum wiskunde en natuurwetenschappen' zijn gegeven omtrent het bijhouden van het labjournaal, het schrijven van verslagen en het houden van een presentatie. De cursus zal worden gegeven in de vorm van opdrachten (casussen) die aan de studenten worden verstrekt waarbij de studenten zelf alle noodzakelijke gegevens, de theoretische achtergrond en de voorschriften moeten opzoeken. Informatie door de cursusleiding zal worden gegeven in de vorm van werken instructiecolleges op verzoek van de studenten. De studenten werken in groepjes van 4 aan een bepaalde casus, waarbij niet ieder groepje dezelfde technieken zal gebruiken. De cursus zal worden afgesloten met een algemene presentatie waarbij ieder groepje de eigen resultaten bespreekt. De noodzakelijke basisinformatie is te vinden in D.C. Harris, Quantitative Chemical Analysis en J.R. Dean, A.M. Jones, D. Holmes, R. Reed, J. Weyers, A. Jones, Practical Skills in Chemistry. Verder zal er tijdens de cursus voldoende literatuur aanwezig zijn om de casussen uit te werken. De toetsing bestaat uit vier onderdelen die gelijkwaardig zullen worden beoordeeld: theoretische voorbereiding van de experimenten, practische uitvoering van de experimenten, presentatie van de resultaten en een schriftelijke toets over de theoretische achtergronden. Voor alle vier onderdelen moet een voldoende worden gehaald.
Examenonderdelen
131
doelgroep 1F, 1S naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur
toetsing
doelgroep opmerkingen
132
Anorganische chemie (keuzemodule) 435455 dr. M.W.G. de Bolster (contactpersoon) 6 3 Verwerven van kennis en inzicht in een specifiek deelonderwerp uit de (toegepaste) anorganische chemie In overleg tussen docent en student wordt een keuze gemaakt uit een aantal mogelijke deelonderwerpen. Voorbeelden zijn anorganische materialen, coördinatiechemie van macrocyclische verbindingen, de f-elementen, periodiciteit, reactiemechanismen van overgangsmetaalverbindingen, bio-anorganische chemie, organometaalchemie. De cursus bestaat uit het zelfstandig bestuderen van een leerboek uit de Oxford Chemistry Primer reeks. De leerstof wordt besproken in een aantal bijeenkomsten met de docent. Een leerboek uit de Oxford Chemistry Primer reeks. In overleg tussen docent en student wordt een keuze gemaakt uit een mondeling tentamen of een presentatie (schriftelijk en/of mondeling). 2S, 2F, 3S, 3F Anorganische chemie I en II Anorganische chemie I 435141 dr. M.W.G. de Bolster 3 4 Het doel van dit college is het aanleren van basiskennis op het gebied van de anorganische chemie. In het hoorcollege wordt aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: • nomenclatuur van de anorganische chemie; • structuur van en binding in vaste stoffen (metalen, covalente en ionogene roosterverbindingen); • periodiek systeem der elementen (eigenschappen van hoofdgroepelementen); • overgangsmetalen en coördinatiechemie (structuur en binding). Colleges (hoorcollege, instructiecollege) 26 uur. Het hoorcollege is gebaseerd op het studieboek: S.S. Zumdahl, Chemical Principles, 4th ed., Houghton Mifflin Company, 2002; in het bijzonder hfd.st. 2 (2.8 en 2.9), 16 (16.3 t/m 16.9), 18, 19, 20. Schriftelijk tentamen en mondelinge herkansing. Tot de tentamenstof behoort alle op het college behandelde stof, alsmede de hierboven genoemde delen van het studieboek. 1S Aanbevolen wordt aanvullend materiaal bij het studieboek aan te schaffen: Study Guide (P.B.Kelter); Complete Solutions Guide (T.J. Hummel and S.S. Zumdahl), CD-ROM: Chemistry: Interactive 4.1; 4th ed. Houghton Mifflin Company, 2002.
Exacte wetenschappen
voorkennis Van quantum tot materie naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing
doelgroep opmerkingen
Anorganische chemie II 435290 dr. M.W.G. de Bolster 3 2 Het doel van dit college is het verder uitbreiden van de basiskennis op het gebied van de anorganische chemie opgedaan in het college Anorganische chemie I, in het bijzonder m.b.t. de coördinatiechemie en de organometaalchemie. In het hoorcollege wordt aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: • symmetrie en de vorm van moleculen; • zuren en basen (Lewis-theorie, HSAB-theorie); • boorchemie (clusters); • coördinatiechemie (structuur en symmetrie van overgangsmetaalcomplexen, binding en electronenstructuur, magnetisme, reacties van coördinatieverbindingen); • electronenspectra van coördinatieverbindingen (termen, spectrochemische en nefelauxetische parameters); • organometaalchemie (18-electronenregel, carbonylcomplexen, DewarChatt model, metaal-metaalbinding en clusters); • bio-anorganische chemie (metallo-enzymen, biomimetica). Colleges (hoorcollege, instructiecollege) 28 uur. Het hoorcollege is gebaseerd op het studieboek: D.F. Shriver en P.W. Atkins, Inorganic Chemistry, 3rd ed., Oxford University Press, 1999;i.h.b. hfd.st. 4 (4.1 t/m 4.7), 5 (v.a. 5.7), 7, 10 (10.1 t/m 10.6), 13, 16, 19. Futher information 1 en 3, App. 3, 4 en 5. Schriftelijk tentamen en mondelinge herkansing. Tot de tentamenstof behoort alle op het college behandelde stof, alsmede de hierboven genoemde delen van het studieboek. 2S, 2F Aanbevolen wordt aanvullend materiaal bij het studieboek aan te schaffen: S.H. Strauss, Guide to Solutions for Inorganic Chemistry, Oxford University Press 1999. Een CD-ROM is ook beschikbaar (Inorganic Chemistry 3.0; K. Harrison)
naam code docenten studiepunten periode doel
Atmosferische chemie 435420 dr. M.H.M. Janssen; prof.dr. S. Stolte 6 3 Doel van deze cursus is dat men een overzicht krijgt over de werking van de fysisch-chemische processen in relatie tot de klimaat-biosfeer interacties, die verantwoordelijke zijn voor het klimaat op de aarde, en wel in relatie tot haar wisselwerking met de zon en onder de invloed van menselijke activiteit. inhoud Aansluitend op de basiskennis verkregen in het eerste en tweede studiejaar wordt in deze cursus de aarde behandeld als een "chemisch" eco-planetair systeem. Na een algemene introductie, waarin kennis gemaakt zal worden met belangrijke concepten, zal het eerste deel van de cursus zich
Examenonderdelen
133
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docenten doel
bezighouden met naar keuze de biologisch chemische of fysisch chemische aspecten van • het aardoppervlak en Isotopen chronometrie, de tektonische drift en continentale plaat beweging aangedreven van uit de aardkern • absorptie en reflectie van zonnestraling en de temperatuur opbouw van de diverse atmosferische zones • atmosferische circulatie • aerosolen en hydrosolen • de watercyclus en het klimaat • chemisch evenwicht en reactiviteit van moleculen, radicalen en ionen Het tweede deel van de keuzemodule richt zich specifiek op de (photo)chemie van de atmosfeer en haar invloed o.a. op levende organismen, neerslag en water. Het afsluitende laatste deel behandelt het modelleren van de chemische processen in de atmosfeer. Ten slotte zal met speciale aandacht voor fluctuaties een kwantitatieve voorspelling voor de toestand van de atmosfeer en het aardoppervlak in de toekomst en verre toekomst hieruit worden afgeleid. Zelfstudie met instructie en vragen contacturen (2x per week). Atmospheric Change An Earth System Perspective, T.E. Graedel and Paul.J. Crutzen, Ed.W.H.Freeman and Company, New York, 1993. Mondeling tentamen en verslag. 2S, 2F, 3S, 3F
doelgroep
BI kaleidoscoop 400202 3 1 en 2 prof.dr. J.F. Schreinemakers; drs. Z.S. Baida De student inleiden in het vakgebied van bedrijfsinformatiesystemen. Een overzicht bieden van de inhoud van de studie informatiekunde, (met name) bedrijfsinformatica. Voor IK-ers is dit een voorbereiding op de rest van de studie, voor Informatici een kennismaking met toepassingen van informatiesystemen, zoals ze die ongetwijfeld later tegen zullen komen. (Management-) Informatiesystemen en hun plek in een bedrijf. Verder komt aan de orde hoe het traject verloopt van probleemanalyse en modellering tot implementatie van een IS en de diverse factoren die daarbij een rol spelen. Andere onderwerpen uit de bedrijfsinformatica worden kort aangestipt. Hoorcollege. Parallel moet er in zelfgekozen groepjes van 3-4 een opdracht uitgevoerd worden. Tenslotte moet eenieder individueel een website beoordelen en daar een verslag over schrijven, waarbij ook het uiterlijk van dat verslag meetelt. Voor IK-ers worden hier nog kleine werkgroepen aan toegevoegd waar studenten voor een extra studiepunt dieper op de stof ingaan; zie practicum BI Kaleidoscoop (code 400124). Voor IN studenten hoort bij het hoorcollege ook een werkcollege. handouts en het boek: Management Information Systems, 8th international edition, Laudon & Laudon, Pearson Prentice Hall Tentamen + groepsopdracht + individueel verslag/presentatie.Een student moet alle opdrachten voldoende hebben gemaakt om mee te mogen doen aan het tentamen. 1IK, 1I
134
Exacte wetenschappen
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing
opmerkingen Op het moment van schrijven is het vak nog in ontwikkeling. Wijzigingen zijn dus voorbehouden. Zie de studiehandleiding voor recente informatie. contact drs. Z. Baida naam code studiepunten periode docenten doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen contact
BI kaleidoscoop practicum 400124 1 1 en 2 prof.dr. J.F. Schreinemakers; drs. Z.S. Baida Verdere verdieping in de stof van het hoorcollege BI Kaleidoscoop (code 400202). Hieraan gekoppeld is het de bedoeling dat de studenten enige elementaire mondelinge en schriftelijke presentatievaardigheid opdoen. (Management-) Informatiesystemen en hun plek in een bedrijf. Verder komt aan de orde hoe het traject verloopt van probleemanalyse en modellering tot implementatie van een IS en de diverse factoren die daarbij een rol spelen. Andere onderwerpen uit de bedrijfsinformatica worden kort aangestipt. Werkgroepen Handouts en het boek: Management Information Systems, 8th international edition, Laudon & Laudon, Pearson Prentice Hall Opdrachten en participatie. 1IK Op het moment van schrijven is het vak nog in ontwikkeling. Wijzigingen zijn dus voorbehouden. Zie de studiehandleiding voor recente informatie. drs. Z. Baida
naam code studiepunten docenten periode inhoud
Bachelorproject Informatica 400182 6 dr. M.C. Schut; dr. D. Grune; dr. F. van Raamsdonk variabel Het project is bedoeld als afsluiting van de bachelorstudie Informatica en heeft een invulling die verschilt per student en per afdeling. Studenten kunnen dit vak doen als de overige vakken van het bachelorprogramma zijn afgerond. Voor die tijd dient men contact op te nemen met een van de coordinatoren van de projecten. Dit zijn Dick Grune (afdeling Computersystemen), Martijn Schut (afdeling AI), Ralph Laemmel (afdeling IMSE) en Femke van Raamsdonk (afdeling Theoretische Informatica). toetsing Werkstuk. doelgroep 3I opmerkingen Voor bachelorsprojecten bij TI zie de website: http://www.cs.vu.nl/~ti/ba naam code docent studiepunten periode doel
Bachelorproject Natuurkunde 420007 dr. P.J. Blankert 8 5 en 6 Tonen dat de kennis en vaardigheden op het gebied van experimenteren, gebruik van theoretische modellen, data-analyse, mondelinge en schriftelijke presentatie, die in de bachelorfase aan de orde geweest zijn, kunnen worden toegepast in een project van enige omvang.
Examenonderdelen
135
inhoud Het project kan zowel van experimentele als van theoretische aard zijn en wordt uitgevoerd binnen één van de secties van de afdeling Natuurkunde & Sterrenkunde of Klinische Fysica & Informatica. werkwijze Het verrichten van literatuuronderzoek, het uitvoeren van het onderzoek, het schrijven van een verslag en het houden van een mondelinge presentatie. Er wordt een grote mate van zelfstandigheid verwacht. De begeleiding wordt verzorgd door promovendi of medewerkers. toetsing De beoordeling vindt plaats op grond van het vertoonde inzicht en de vaardigheid tijdens de uitvoering van het experiment of de theoretische opdracht en de schriftelijke en mondelinge verslaggeving. doelgroep 3N opmerkingen Aanmelding voor het bachelor project dient plaats te vinden bij Dr. P.J. Blankert. Alvorens zich aan te melden dient in verband met een goede studieplanning contact opgenomen te worden met de docentmentor. De handleiding met inschrijvingsformulier is te vinden op http://www.nat.vu.nl/edu/education.html naam code studiepunten doelgroep opmerkingen period
Bachelorscriptie Wiskunde 400265 7 3W De vakomschrijving is niet beschikbaar. variabel
naam code docent studiepunten periode inhoud
Basiswiskunde I voor AI 400264 drs. A.N. Vardy 3 5 De wiskunde die nodig is om colleges als Neurale Netwerken, Statistiek en Computer Graphics te kunnen volgen. De leerstof van het wiskunde-A1,2programma van het vwo wordt herhaald en uitgebreid. Samen met het vak Basiswiskunde 2 wordt er een basis gelgd voor het beschrijven van gedrag van eenvoudige systemen in wiskundige termen, hetgeen onder andere in de vakken Organisatiedynamiek en Gedragsdynamiek aan bod komt. De volgende onderwerpen komen aan bod: • Rekenvaardigheid • Inleiding in de theorie van rijen en reeksen • Voortgezette differentiaalrekening • Differentieren van functies van twee variabelen, partiele afgeleiden en de gradient • Eenvoudige integraalrekening van reële functies van 1 variabele • Eenvoudige integraalrekening van reële functies van twee variabelen • Complexe getallen Recurrente betrekkingen werkwijze Tijdens de colleges is ruimte voor het maken van opgaven; er wordt gestreefd naar een mengvorm van hoorcollege en werkcollege. toetsing Via een voortentamen en een geheel tentamen een herkansing. Het vak is afgerond bij een voldoende tentamenresultaat. doelgroep 1AI
136
Exacte wetenschappen
naam code studiepunten periode docent inhoud
Basiswiskunde II voor AI 400272 4 5 drs. A.N. Vardy Aan bod komt allereerst onderwerpen uit de lineaire algebra: stelsels vergelijkingen, vectoren, matrices, matrixvermenigvuldiging, eigenwaarden en eigenvectoren. Daarnaast komen differentiaalvergelijkingen aan bod. Tevens zullen we nog kiezen uit de volgende onderwerpen: • Recurrente betrekkingen en Chaos • Gekoppelde differentiaalvergelijkingen • Modelleren van fasetransities en stabiliteit De bij Basiswiskunde I geleerde technieken en de hierboven genoemde technieken worden in verband gebracht met het gedrag van eenvoudige systemen. werkwijze Tijdens de colleges is ruimte voor het maken van opgaven; er wordt gestreefd naar een mengvorm vna hoorcollege en werkcollege. toetsing Via twee deeltentamens en een herkansing. Het vak is afgerond bij een voldoende tentamenresultaat. doelgroep 2AI
naam code studiepunten periode docenten inhoud
werkwijze toetsing doelgroep contact voorkennis naam code studiepunten periode docent doel
Bedrijfscase 400009 9 5 en 6 prof.dr. G.M. Koole; prof.dr. H.M.P. Kersten De studenten maken middels een bedrijfsbezoek kennis met een bedrijf waar typische BWI-problemen te vinden zijn. Daarbij krijgen ze een opdracht uitgereikt, waarin in groepjes dient te worden gewerkt. De oplossing heeft wiskundig-statistische, informatica-technische en meer algemene bedrijfskundige aspecten. Behalve aan de technische kant (analyse, oplossing) wordt ook veel aandacht besteed aan (schriftelijke en mondelinge) presentatie. In periode 5 wordt gewerkt aan de opdrachtformulering, de planning, vindt het bedrijfsbezoek plaats, enz. In periode 6 wordt full-time gewerkt aan de oplossing van het probleem. Werkgroepen. Individueel, adhv bijdrage aan werkstuk. 3BWI prof. dr. G.M. Koole Statistical Data Analysis Bedrijfsmodellering en requirements engineering 400010 7 1 en 2 dr. A.T. Schreiber Na dit vak is de student in staat: - een probleem- en veranderingsanalyse uit te voeren met betrekking tot een IT vraagstuk in een bedrijfsmatige context; op modelmatige wijze in kaart te brengen hoe een informatiesysteem als
Examenonderdelen
137
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
voorkennis
naam code docent studiepunten periode
138
oplossing past in bedrijfsstrategie en bedrijfsproces; - verschillende methodieken toe te passen voor het eliciteren van door de organisatie te stellen eisen aan een te ontwikkelen informatiesysteem. Het vak BedrijfsModellering en Requirements Engineering (BMRE)behandelt de analyse van bedrijfsvraagstukken, waarbij introductie of uitbreiding van een informatiesysteem een van de mogelijke oplossingen is. Dit omvat de activiteiten en methodieken die nodig zijn om (1) een probleemanalyse uit te voeren met betrekking tot IT vraagstukken in een bedrijfsmatige context; (2) te modelleren hoe een gewenst informatiesysteem past in het bedrijfsproces en aan te geven welke eventuele veranderingen daarbij wenselijk zijn; (3) het ontwikkelen en toetsen van het te stellen pakket van eisen aan een te bouwen informatiesysteem. Het vak bestaat uit een college met een tentamen (4 sp) en een practicum (3 sp). Beide moeten voldoende zijn. Syllabus Tentamen plus practicumverslag. 2BI, 2MMC, 3I, 3BWI, mBMI Bedrijfssystemen 400011 5 4 en 5 prof.dr.ir. M.R. van Steen Het inzichtelijk maken van de basisprincipes van bedrijfssystemen voor single-processormachines. Het college geeft een inleiding op het gebied van bedrijfssystemen (Operating Systems). De volgende onderwerpen komen aan de orde: processen, synchronisatie, geheugenallocatie, multiprogrammering, invoer/uitvoer, protectie. Als voorbeeld van een bedrijfssysteem zal het MINIX-systeem worden behandeld. Hoorcollege van 5 sp (400011) met separaat practicum (400196). A.S. Tanenbaum, A.S. Woodhull, Operating Systems, Design and Implementation, 2nd edition, Prentice-Hall, 1997. Schriftelijk. 3I, 3BI Er zal de mogelijkheid worden geboden om halverwege de collegereeks een toets te doen. Het daarvoor behaalde cijfer kan worden meegenomen in het bepalen van het eindcijfer. Nadere gegevens,waaronder sheets en relevante literatuur , kunnen gevonden worden op het WWW : http://www.cs.vu.nl/~steen/bs/ - Veronderstelde voorkennis voor het college: Computerorganisatie (400017). - Vereist voor deelname aan het tentamen: Inleiding Computersystemen (400033). - Veronderstelde voorkennis voor het practicum: Bedrijfssystemen (400196). Bio-analytische screeningstechnieken 435460 dr. H. Lingeman 12 4, 5 en 6
Exacte wetenschappen
doel Het doel is het verwerven van practisch en theoretisch inzicht omtrent een bepaald thema aan de hand van het zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoeksproject. inhoud Het primaire doel is het ontwikkelen van complete bioanalytische systemen waarmee zowel de selectiviteit als de gevoeligheid verbeterd kan worden. Bovendien wordt het in de farmaceutische industrie steeds belangrijker om grote aantallen monsters in een korte tijd te kunnen analyseren, vandaar dat de ontwikkeling en optimalisering van ge-automatiseerde multidimensionale systemen een belangrijke plaats innneemt in het onderzoek. Het gaat hierbij met name om de toepassing van biospecifieke en massaspectrometrische technieken. werkwijze Zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoeksproject. literatuur Practische handleidingen en basisliteratuur. toetsing Eindverslag en posterpresentatie. doelgroep 3S, 3F naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Bio-analytische technieken 435221 dr. H. Lingeman; prof.dr. H. Irth 3 6 Het verwerven van kennis en het aanleren van analytische technieken die gebruikt kunnen worden bij de bepaling van organische verbindingen in complexe (biologische) systemen. In een geïntegreerd hoor-/werkcollege en practicum komen de volgende onderwerpen aan de orde: de bepaling van geneesmiddelen in een biologische matrix, de bepaling van eiwitten in een complex monster en de bepaling van organische componenten in levensmiddelen. Zowel de kwalitatieve als kwantitatieve aspecten zullen aan bod komen. Technieken die bestudeerd worden zijn vloeistofchromatografie, electroforese, massa spectrometrie en bio-specifieke en immunologische detectie. Hoorcollege, werkcollege en practicum waarbij de nadruk ligt op het zelf ontwikkelen en ontwerpen van experimenten. Studiehandleidingen en door de docenten verstrekte literatuur. De toetsing vindt plaats op basis van een einverslag, een mondelinge presentatie en een tentamen. 2S, 2F
naam code docenten studiepunten periode doel
Biochemie I 4350511 dr. H. van Heerikhuizen; prof.dr. H.A. Raue 3 4 Het hoorcollege dient om inzicht te geven in de basisprincipes van de bouw van levende cellen, de chemische structuur van de bestanddelen van deze cellen en de manier waarop cellen energie winnen uit de afbraak van voedingsstoffen en deze energie gebruiken voor groei en deling. inhoud Er wordt begonnen met het bespreken van de structurele en functionele opbouw van de levende cel, waarna de verschillende soorten (macro)moleculen die in de cel aanwezig zijn worden behandeld. Vervolgens
Examenonderdelen
139
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep naam code coördinator docenten studiepunten periode doel
140
wordt bekeken op welke manier een cel zijn energie verkrijgt uit voedsel. De afbraakroutes van de belangrijkste voedingsstoffen (koolhydraten en vetten) worden besproken, gevolgd door de structuur en functie van biologische membranen die een centrale rol spelen in de omzetting van de zo gewonnen energie in een voor de cel bruikbare vorm (ATP). Tenslotte bespreken we de fotosynthese. Hoorcollege en werkcollege aan de hand van vragen over de behandelde stof. Delen uit B. Alberts et al., 'Essential Cell Biology', 2e druk (2003) zoals aangegeven in de studiehandleiding bij dit college. Schriftelijk tentamen, geldt als deeltentamen samen met Biochemie II. In overleg met de docenten is onder bijzondere omstandigheden een mondelinge herkansing mogelijk. 1F, 1MNW, 1S Biochemie II 4350512 dr. H. van Heerikhuizen; prof.dr. H.A. Raue 3 5 Het hoorcollege dient om inzicht te geven in de basisprincipes van de moleculaire biologie van de levende cel, de manier waarop genetische informatie in cellen wordt opgeslagen en de verwerking van deze informatie tot de eiwitten van de cel. Ook de belangrijkste aspecten van recombinant DNA technologie worden behandeld. Het college begint met de behandeling van de structuur en functie van DNA en de manier waarop DNA in de celkern is opgevouwen tot chromosomen. Vervolgens behandelen we de genetische informatiestroom DNA -> RNA -> eiwit en de manier waarop deze informatiestroom wordt gereguleerd. Tenslotte komen de belangrijkste onderdelen van de recombinant DNA technologie aan de orde (genetische modificatie, DNA volgorde analyse, PCR, etc.). Hoorcollege en werkcollege aan de hand van vragen over de behandelde stof. Delen uit B. Alberts et al., 'Essential Cell Biology', 2e druk (2003) zoals aangegeven in de studiehandleiding bij dit college. Schriftelijk tentamen, geldt als deeltentamen samen met Biochemie I. In overleg met de docenten is onder bijzondere omstandigheden een mondelinge herkansing mogelijk. 1F, 1MNW, 1S Biochemie/farmacochemie practicum 435240 dr. J.N.M. Commandeur (P.256,
[email protected], tel. 020-4447595) dr. J.N.M. Commandeur; dr. M.J. Smit; dr. I. de Esch; J.C. Vos 6 1 Het practicum beoogt de studenten kennis te laten maken met de methodische aanpak en de basistechnieken in het biochemisch en farmacochemisch onderzoek. Aan het eind van het practicum moet de student: • inzicht en vaardigheid hebben gekregen in het toepassen van technieken
Exacte wetenschappen
die worden gebruikt in biochemisch/farmacochemisch onderzoek; kennis hebben verkregen van probleemstellingen op het gebied van moleculaire herkenning in biologische systemen; • vaardigheid hebben verkregen in het mondeling en schriftelijk bespreken van experimentele resultaten op het gebied van de biochemie/farmacochemie. De verschillende technieken worden geintroduceerd in biochemische en farmacochemische modules: Biochemische modules: • zuivering en analyse van eiwitten en enzymen; • analyse en genotypering van DNA; Technieken: o.a. steriel werken, ultracentrifugatie, eiwitzuivering, FPLC kolom-chromatografie, gelelektroforese, immunoprecipitatie, restrictieenzymdigestie, PCR. Farmacochemische modules • Synthese van H1-antagonisten • Farmacologisch testen van H1-antagonisten; • Biotransformatie en enzymkinetiek van H1-antagonisten • Computational modelling van H1-antagonisten Technieken: synthese, farmacologische bindingsstudies, reporter gen analyses, second messenger analyses, spectrofotometrische en fluormetrische enzymbepaling, HPLC-analyse van metabolieten, enzymkinetiek, computermodelling. Practicum van 160 uur. Elke module neemt acht dagdelen in beslag. Elke module is voorzien van een korte theoretische inleiding, die zich leent voor zelfstudie, en een uitgewerkt proefschema. Voor alle gebruikte technieken is een integrale handleiding met toelichtingen beschikbaar. Elk experiment wordt kort voorbesproken, waarbij de voorkennis wordt getest. Er is een practicumhandleiding beschikbaar. Beoordeling vindt plaats aan de hand van inzet, practische vaardigheden, verslaglegging (labjournaal en verslagen) en een posterpresentatie. 2S, 2F Moleculaire signaalverwerking, Biochemie •
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep voorkennis
naam Biodiversiteit en ecologisch veldwerk code 470019 docenten dr. M.P. Berg (contactdocent); dr. J.H.C. Cornelissen; dr. N.D. de With; Gastdocenten studiepunten 6 periode 06.06.2005 - 01.07.2005 doel Doel van de cursus is de samenhang te laten zien tussen de geomorfologie van het landschap, de bodem, het microklimaat en het voorkomen van plant en dier. Onderliggend doel is het opbouwen van soortenkennis door i) het determineren van zelf verzamelde planten en dieren of collectiemateriaal, ii) het toepassen van waarneming- en bemonsteringtechnieken om de diversiteit in het veld vast te stellen en iii) de organismen te plaatsen in het landschap. Eindtermen A. Kennisleerdoelen: Na de cursus kun je: • de samenhang tussen geologie, klimaat, bodemtype en het voorkomen van soorten omschrijven;
Examenonderdelen
141
•
duinenvorming omschrijven en de invloed van duingeomorfologie op het voorkomen van planten en dieren beschrijven; • getijdenwerking omschrijven en de indeling van getijdenzones op basis van het voorkomen van soorten beschrijven; • hoog- en laagveenvorming omschrijven en kensoorten voor veentypen noemen; • het begrip indicatorsoort omschrijven en voorbeelden van indicatorsoorten uit de groep van planten, libellen, sprinkhanen en vogels noemen; • Nederlandse plant- en diergeografische districten omschrijven en hun bijbehorende kensoorten noemen; • het begrip biogeografie omschrijven en biogeografische regels noemen; • inventarisatie- en monitormethoden selecteren die een kwalitatieve of kwantitatieve beschrijving geven van diversiteit geven. B. Vaardigheidsleerdoelen: Na de cursus kun je: • de belangrijkste plantenfamilies in het veld herkennen; • de belangrijkste Arthropoda orden en families in het veld herkennen; • met een determinatiegids planten en dieren op naam brengen; • inventarisatietechnieken als vlindernet, waternet, potval, kwikdamplamp, batdetector en malaiseval hanteren; • inventarisatiemethoden als transect, looproute en territoriumkartering toepassen; • zelfstandig waterkwaliteit beoordelen aan de hand van macrofaunabemonstering; • vegetatieopnamen en geleidsbaarheidmetingen; • mondeling de resultaten uit veldonderzoek overbrengen en toelichten. inhoud het veenweidegebied en de pleistocene dekzanden. Verdere toelichting vindt in het veld plaats aan de hand van excursies naar deze landschappen. Bij de opbouw van soortenkennis van plant en dier ligt de nadruk op soorten die kenmerkend zijn voor de genoemde landschappen en op indicatorsoorten. Door het bestuderen van collectiemateriaal en determineren van excursiemateriaal leren we de belangrijkste planten en Arthopoda families en orden. Door het hanteren van veldtechnieken die een kwalitatieve of kwantitatieve indruk geven van locale diversiteit wordt de soortenkennis verder uitgebouwd tijdens de veldweek. De aangeboden theorie omvat de volgende elementen: • Overzicht plantenrijk en dierenrijk; • Floristiek en faunistiek van Nederland; • Ontstaansgeschiedenis van het duin; • Vegetatie droge duinen; • Organismen in de getijdenzone; • Veen en veenvormende vegetaties; • Dekzanden, boven/laat pleniglaciaal; • Plant / dierrelaties; • Diversiteit: biogeografie, corridors, indicatorsoorten. Het practicum en de veldweek omvat de volgende elementen: • Determineren van planten en Arthropoda; • Herkenning van 10 plantenfamilies en 60 kensoorten; • Herkenning van 60 Arthropoda families en orden; • Toepassen bemonsteringsmethoden (gradiënt, transect, looproute,
142
Exacte wetenschappen
territoriumkartering); Toepassen inventarisatietechnieken (dieren: potval, steekboor, zeef, smeer, kwikdamplamp, batdetector, malaiseval; planten: vegetatieopname). werkwijze Hoorcolleges en gastdocenten:10 uur; Opdrachten (verplicht): 10 uur ; Practica (verplicht): 18 uur; Excursies (verplicht): 20 uur, 3 1/2 dag ; Veldwerkweek Rijk van Nijmegen (verplicht): 40 uur, 6 dagen; Zelfstudie: 62 uur; Tentamen (opdrachten, presentatie, praktijktentamen). literatuur • Studiehandleiding Biodiversiteit: (ongeveer 12 euro); • R. van der Meijden, 1996. Heukels' Flora van Nederland. WoltersNoordhoff (22e druk) (ongeveer 40 euro); • M. Chinery, 2004. Nieuwe Insectengids Tirion (5e herdruk) (30 Euro). •
toetsing Opdrachten en presentatie: • Opdracht veldwerk (30 punten), benoemen plant / dier (dia's, 20 punten), relatie landschap / organismen (essayvragen, 30 punten). • Vaardigheidstoets: determineren plant / dier (20 punten). Eindcijfer is het rekenkundig gemiddelde van de toetsonderdelen. doelgroep Verplicht voor 1e-jaars studenten Biologie. Verplicht voor tweedejaars studenten Aardwetenschappen met differentiatie Milieuwetenschappen. opmerkingen Aanschaf loupe (15x) is noodzakelijk. voorkennis De inhoud van de cursussen Ecologie en Evolutiebiologie wordt als bekend verondersteld. naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze toetsing doelgroep onderwijs naam code docenten studiepunten periode
Bioinformatica 430020 6 4 en 5 prof.dr. J. Heringa Het vak geeft een overzicht van de belangrijkste bioinformatica technieken. Er wordt een inleiding in de Bioinformatica gepresenteerd, waarin de volgende onderwerpen aan bod komen: • biomoleculaire databases (genoom, proteïne en nucleotiden databases voor sequentie en struktuur informatie, secundaire databases) • algoritmen voor proteïne en nucleotide structuur voorspelling • sequentie analyse (alignment, sequence database searching) • proteïne structuur analyse • microarray data analyse • genomic datamining (vinden van functionele relaties, genetische netwerken, genome comparison). Hoorcollege Schriftelijk tentamen. 2MNW, 3F, 3S hoorcollege Biologische Activiteit en Chemische Structuur 430017 dr. I. de Esch; dr. J.N.M. Commandeur 6 5 Examenonderdelen
143
periode week 14 - 22 doel Het verkrijgen van inzicht in de principes die ten grondslag liggen aan de werking van biologisch actieve verbindingen. Vervolgens met behulp van deze kennis nieuwe biologisch actieve verbindingen kunnen ontwerpen. inhoud Na een algemene introductie van het vakgebied Farmacochemie zal worden behandeld hoe gewenste (farmacologie) en ongewenste (toxicologie) biologische effecten door chemische verbindingen tot stand komen. Specifieke onderwerpen die aan de orde komen zijn: drug targets, enzym kinetiek, receptor kinetiek, receptor mechanismen, metabolisme en farmacokinetiek, bioactivering, uitscheiding, biologisch testen en bioassays. Voorts zal de relatie tussen de chemische structuur en de biologische activiteit (SAR) worden besproken, waarbij begrippen als farmacofoor, geneesmiddel ontwerp, lead finding en lead optimalisatie zullen worden toegelicht. Dit studieonderdeel bouwt voort op de cursussen Medische Fysiologie I en II, Biochemie/Celbiologie (1e jaar), Structuur, Binding en Reactiviteit (1e jaar) en Moleculaire Celbiologie (2e jaar). werkwijze Hoorcolleges, werkcolleges, virtuele biologische experimenten en een QSAR demo via de computer. Aan het eind van de cursus zal een aantal opdrachten moeten worden uitgevoerd die via korte powerpoint presentaties worden gepresenteerd. literatuur Graham Patrick, Instant Notes in Medicinal Chemistry, 2001, BIOS Scientific Publishers Ltd. toetsing schriftelijk tentamen schriftelijk tentamen onderwijs college (week 14 - 22) naam code studiepunten periode doelgroep opmerkingen
Botsingen van georiënteerde moleculen 435700 12 4, 5 en 6 3S, 3F Zie onder 'Ultrasnelle laserspectroscopie'.
naam code studiepunten contacturen periode coördinator docenten doel
Business Intelligence 61311020 6 28 (8 practicum, 20 hoorcollege) 1 drs. J.F.M. Feldberg drs. J.F.M. Feldberg; prof.dr. A.E. Eiben Het doel van dit vak is zowel het creëren van een elementair business intelligence referentiekader als het leren werken met en toepassen van een 'state-of-the-art' business intelligence oplossing. Studenten die dit vak gevolgd hebben moeten in staat zijn om in een organisatorische context actief mee te denken en te beslissen over het nut, de toepassing, de ontwikkeling en de consequenties van de toepassing van business intelligence systemen. Dit referentiekader moet tevens voldoende aanknopingspunten bieden om zelfstandig de aangereikte kennis en kunde te verdiepen en te verbreden. Het vak wordt primair vanuit een managementperspectief gegeven waarbij de
144
Exacte wetenschappen
techniek een ondersteunende rol vervult. inhoud Over het algemeen geldt dat organisaties geen gebrek aan gegevens hebben. Mede door het gebruik van ERP-systemen (enterprise resource planning), CRM-systemen (customer relationship management) en de groei van toepassingen op het gebied van Internet en e-commerce, beschikken organisaties over grote hoeveelheden verschillende soorten gegevens (markt, product, personeel, logistiek, financieel, etc.). Effectief en efficiënt gebruik van deze gegevens kan bijdragen aan de realisatie van houdbaar concurrentievoordeel. Echter, het ontwikkelen van de vaardigheden en systemen die noodzakelijk zijn om gegevens om te zetten in actiegerichte kennis en resultaten is voor veel organisaties een probleem. Door softwareleveranciers worden hulpmiddelen en systemen aangeboden (onder de noemer: business intelligence (BI) oplossingen) die kunnen worden ingezet ter ondersteuning van besluitvormingsprocessen. Om deze BI producten met succes te kunnen gebruiken is kennis van deze producten en hun toepassingsmogelijkheden nodig, alsmede vaardigheden om de juiste basisgegevens te verzamelen, te analyseren en te verdichten. In het college wordt het begrip Business Intelligence breed opgevat. Hoewel de kern van het vak zich richt op 'fact based decision making', data warehousing, online analytical processing (OLAP), data mining en (e)business intelligence systems, komen ook verwante beslissingsondersteunende systemen aan de orde, zoals: Decision Support Systems (DSS), Group DSS Executive Information Systems en Expert Systems. Middels een practicum wordt ook ruim aandacht besteed aan de toepassing van BI oplossingen. werkwijze Het vak wordt gegeven in de vorm van hoorcolleges. Parallel aan de hoorcolleges wordt een practicum georganiseerd waarin studenten zelfstandig leren werken met een business intelligence oplossing die door veel organisaties wordt gebruikt. Binnen deze oplossing worden gegevens gebruikt die afkomstig zijn van verschillende ondernemingen. De practica zijn interactief van opzet en worden mede ondersteund door een digitale toetsomgeving. De studenten krijgen online opdrachten dan wel opgaven, waarvan de resultaten tijdens de collegecyclus digitaal zullen worden getoetst en beoordeeld (real time!). literatuur Literatuur wordt nog nader bekend gemaakt. Aanvullend studiemateriaal wordt via de digitale leeromgeving elektronisch dan wel d.m.v. een reader ter beschikking gesteld. toetsing schriftelijk tentamen 65% van het eindcijfer. De toetsen bij het practicum tellen voor 35% mee voor het eindcijfer. Er wordt intensief gebruik gemaakt van een digitale toetsomgeving, alle toetsen en het tentamen worden digitaal afgenomen. onderwijs hoorcollege practicum naam code studiepunten periode docent
C/C++ 400012 2 4 dr. R. Laemmel
Examenonderdelen
145
inhoud This course provides an introduction of the language C/C++. The course teaches C/C++ as a seond language, that is, it is assumed that the students have attented a basic introduction on programming, perferrably with coverage of Java. The course enables the students to develop actual projects in this language. The course is completed by a programming assignment that needs to be worked out by the students. werkwijze Hoorcollege. literatuur Wordt te zijner tijd bekendgemaakt. toetsing Aan de cursus is een (verplicht) klein oefenpracticum verbonden. doelgroep 2BWI, 3Ect voorkennis Vereist voor deelname aan het practicum: Inleiding Programmeren II (400151). naam code studiepunten periode docenten doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten docenten periode doel
Calculus I 400300 3 1 dr. J.J. Dijkstra; prof.dr. J. Hulshof; dr. A.C.M. Ran; dr.ir. R.F. Swarttouw Kunnen toepassen van basale calculus technieken in vraagstukken. Vertalen van een eenvoudige praktijkbeschrijving naar een calculus opgave. Zelfstandig bestuderen van wiskundetekst in de engelse taal. Functies van één reële veranderlijke: limiet, continuiteit, afgeleide met toepassingen, l'Hospital, primitieve, substitutie en partiële integratie, eenvoudige differentiaalvergelijkingen. Werkcollege met huiswerkcorrectie. De cursus wordt gegeven in groepen (van circa 40 studenten). Elke groep heeft een docent en een assistent. Edwards & Penny, Calculus with Analytic Geometry (with early transcendentals, matrix version)', 6th edition Prentice Hall, 2002 schriftelijk tentamen in week 44, met schriftelijke herkansing. 1W, 1BWI, 1N, 1Ect, 1S, 1F, 1MNW
toetsing doelgroep
Calculus II 400301 3 dr. F. van Schagen; dr.ir. R.F. Swarttouw 2 (1W,1BWI,1ECT), 4 (1N) Kunnen toepassen van basale calculus technieken in vraagstukken. Vertalen van een eenvoudige praktijkbeschrijving naar een calculus opgave. Zelfstandig bestuderen van wiskundetekst in de engelse taal. Deze cursus is een voortzetting van Calculus 1. De behandelde onderwerpen zijn: integraal, oneigenlijke integraal, rijen, reeksen, machtreeksen, Taylorontwikkeling, functies van meer veranderlijken, partiële afgeleiden, gebiedsintegraal, herhaalde integraal, poolcoordinaten. Werkcollege met huiswerkcorrectie. De cursus wordt gegeven in groepen (van circa 40 studenten). Elke groep heeft een docent en een assistent. Edwards & Penny, Calculus with Analytic Geometry (with early transcendentals, matrix version), 6th edition Prentice Hall, 2002 schriftelijk tentamen in week 52, met schriftelijke herkansing. 1W, 1BWI, 1Ect, 1N
146
Exacte wetenschappen
inhoud
werkwijze literatuur
naam code studiepunten periode docent doel
inhoud werkwijze literatuur toetsing doelgroep subject code credits period lecturers aim content
form of tuition literature mode of assessment
entry requirements target audience remarks
Calculus voor Informatica 400314 3 4 dr. J.A. Sanders • Kunnen integreren van functies van 1 of 2 variabelen. • Kunnen gebruiken van complexe getallen bij het oplossen van reële algebraische en analytische problemen. • Integratie in |Ren |R2 • Machtreeksen Hoor-/ werkcollege. Leslie Mustoe, Engineering Maths, Prentice Hall. Schriftelijk. 2IN Capita Selecta Business Informatics 400014 4 4 and 5 dr.ing. J. Gordijn; drs. Z.S. Baida Provide insight into the role of IT for businesses; practice skills required for participation in a BI conference During the course Capita Selecta Business Informatics students analyze a variety of up-to-date BI-subjects, as reflected in academic research. The emphasis is put the impact that IT has on businesses and on the role of an information expert in the business environment. Based on their analysis of some subject students then write a paper and prepare a presentation on that topic. Self-study with lecturer support; presentations. Lecture notes Written exam, paper (article), and presentation. Only students who gave a presentation and submitted a paper may participate in the exam. Business Modeling & Requirements Engineering, Software Engineering. 3BI, mIS, mCS, mBMI More than 4 credits may be granted; contact the teacher for details.
naam code docent studiepunten periode doel
Chemie / farmacochemie en samenleving 435080 dr.ir. T. Mehrian Isfahani 3 5 Beeldvorming van maatschappelijke invloeden op het opleidingsgebied op basis van concrete voorbeelden. Beschrijven en beargumenteren van een onderwerp dat samenhangt met de relatie tussen de (farmaco)chemie en samenleving. Projectmatig kunnen werken, een doelgericht interview kunnen afnemen. Bewust worden van eigen competenties en motivatie voor het opleidingsgebied, feedback kunnen geven en kritisch beoordelen. inhoud De nadruk ligt op het kennismaken met het grensvlak tussen maatschappij en
Examenonderdelen
147
wetenschap. Dit vak is gerelateerd aan de Algemene Vorming in jaar 2 en op de Oriëntatiecursus communicatie en educatie (C/E) die in het derde jaar aangeboden wordt. Verder komen aspecten van Chemie / farmacochemie en samenleving binnen diverse vakken in het curriculum terug, zie de handleiding 'Leertraject Academische vaardigheden'. Een belangrijk onderdeel van dit vak is een verslag dat je samen met je groepsgenoten maakt. Het onderwerp dan wel de casus die je uitwerkt in je eindverslag, kun je het best passend kiezen bij je eigen opleiding (scheikunde of farmaceutische wetenschappen). Over de volgende onderwerpen worden colleges gegeven: • communicatie over chemie • chemische industrie en responsible care • duurzaamheid (levenscyclusanalyse) • proefdiergebruik werkwijze Hoorcolleges, project, houden van een groepsinterview, presentatie en verslaglegging. toetsing Verslag, presentatie, projectwerk en co-referentschap. Studenten zijn medebeoordelaars van de presentaties en geven feedback aan de groepsleden. De docent bepaalt het eindcijfer. opmerkingen Aanwezigheid bij een aantal bijeenkomsten is verplicht. naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Chemische binding I 435232 prof.dr. E.J. Baerends 5 5 Verkrijgen van inzicht in de theorie van de moleculaire kwantummechanica. De collegestof van Chemische binding I is neergelegd in een dictaat. Delen uit Atkins, Physical chemistry, vormen een aanvulling daarop. De onderwerpen die zullen worden behandeld zijn golftheorie, principes van de kwantummechanica en toepassingen, atomen, tweeatomige systemen. Hoorcollege 16 uur; werkcollege 14 uur. Collegedictaat. Ook gebruikt: P. Atkins en J. de Paulo: Atkins' Physical Chemistry, Oxford University Press, 7th ed. De stof zal schriftelijk worden getentamineerd. 2S, 2F
naam code docent studiepunten periode doel inhoud
Chemische binding II 435231 dr. F.M. Bickelhaupt 3 6 Verkrijgen van inzicht in de theorie van de chemische binding. De collegestof van Chemische binding II is neergelegd in een dictaat. Delen uit Atkins, Physical chemistry, vormen een aanvulling daarop. De onderwerpen die zullen worden behandeld zijn tweeatomige systemen, molecuulspectra en molecuulsymmetrie, meer-atomige moleculen, elektrontheorie en reacties. werkwijze Hoorcollege 16 uur; werkcollege 14 uur. literatuur Collegedictaat. Ook gebruikt: P. Atkins en J. de Paulo: Atkins' Physical
148
Exacte wetenschappen
Chemistry, Oxford University Press, 7th ed. toetsing De stof zal schriftelijk worden getentamineerd. doelgroep 2S, 2F naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent doel
Chemische thermodynamica 435202 dr. G. van der Zwan 3 2 Verwerven van inzicht in de drie hoofdwetten van de thermodynamica en de toepassing daarvan op chemische processen. Tijdens het college zullen de onderwerpen: energie, entalpie, thermochemie, het wel of niet spontaan verlopen van reactie, entropie en vrije energie aan de orde komen. Hoorcollege en werkcollege. De Hoofdstukken 9 en 10 uit S.S. Zumdahl, Chemical Principles, 4th ed., Houghton Mifflin Company, 2002. Schriftelijk tentamen. 1S Complexe-functietheorie voor Natuurkunde 420013 dr. J.J. Dijkstra 3 5 De cursus beoogt enerzijds een inleiding te geven in de theoretische grondslagen van de complexe analyse en anderzijds vaardigheid te verschaffen in het oplossen van vraagstukken zoals het berekenen van integralen. Tijdens het college worden de volgende onderwerpen behandeld: • elementaire eigenschappen van analytische functies, Möbiustransformaties, • lijnintegraal, machtreeksvoorstelling, nulpunten van analytische functies, • stelling en integraalformule van Cauchy, • singulariteiten, Laurent-ontwikkeling, residuenstelling met toepassingen. Naast het college is er een wekelijks werkcollege. G.B. Arfken en H.J. Weber, Mathematical Methods for Physicists, Academic Press, 2001 Schriftelijk tentamen. 2N Calculus of Vectorcalculus. Complexe-functietheorie voor Wiskunde 400015 5 5 en 6 dr. J.J. Dijkstra De cursus beoogt enerzijds een inleiding te geven in de theoretische grondslagen van de complexe analyse en anderzijds vaardigheid te verschaffen in het oplossen van vraagstukken zoals het berekenen van
Examenonderdelen
149
integralen en het sommeren van reeksen. inhoud Tijdens het college worden de volgende onderwerpen behandeld: elementaire eigenschappen van analytische functies, Möbius-transformaties; - lijnintegraal, machtreeksvoorstelling, nulpunten van analytische functies; index en homotopie van krommen, stelling en integraalformule van Cauchy, maximumprincipe; - singulariteiten, Laurent-ontwikkeling, residuenstelling, N-P-stelling, stelling van Rouché. werkwijze Naast het college is er een wekelijks werkcollege. Het gedeelte in blok VI is bedoeld voor wiskundestudenten. literatuur J.M. Aarts, Complexe Functies, Epsilon Uitgaven, Utrecht (nr. 20), en voor de Natuurkundestudenten: G. Arfken, Mathematical Methods for Physicists. toetsing Schriftelijk, met deeltentamens aan het einde van de blokken V en VI. doelgroep 2W voorkennis Veronderstelde voorkennis: Wiskundige Analyse I en Wiskundige Analyse II. Vereist voor deelname aan het tentamen: Calculus naam code docenten studiepunten periode doel
Computational Chemistry 435350 dr. F.M. Bickelhaupt; dr. A.W. Ehlers 6 3 Het leren van moderne quantumchemische methoden en met name het toepassen daarvan bij het computerondersteund oplossen van chemische problemen. inhoud Computational chemistry is niet mee weg te denken uit de moderne scheikunde. Tal van moleculaire eigenschappen kunnen met chemische nauwkeurigheid berekend worden, waardoor experimenteel moeilijk of niet te achterhalen grootheden alsnog bestudeerd of voorspeld kunnen worden. De experimentator kan hierdoor veel gerichter te werk gaan en het beoogde doel sneller, met minder kosten en een lager verbruik aan grondstoffen en energie bereiken. Eén van de hoofddoelen van de cursus is het leren van en werken met state-of-the-art quantumchemische en moleculair mechanische methoden en computersoftware. Hierbij komen naast de traditionele ab initio-methoden (b.v. Hartree-Fock en post-Hartree-Fock-theorie) o.a. dichtheidsfunctionaaltheorie (DFT), semieëmpirische en krachtveld methoden aan de orde. Deze worden onder meer toegepast op het voorspellen van structuren, het verkennen van potentiaalopperlalkken (bijv. t.b.v. het verkrijgen van reactieprofielen), en moleculaire dynamica (bijv. t.b.v. het onderzoeken van eiwitdynamica en eiwitvouwing). Een tweede hoofddoel is het verkrijgen van de vaardigheid (experimenteel) chemische problemen te vertalen naar een computationele aanpak, die tot een praktische oplossing leidt. Er zal voorts een begin worden gemaakt met het interpreteren van berekende resultaten in termen van modellen van de elektronische structuur. Een wezenlijk punt in deze cursus is het unificerende karakter van computational chemistry: dezelfde theoretische methoden dienen als gereedschap voor het oplossen van diverse vraagstukken uit alle gebieden van de scheikunde, van theoretische en organische chemie tot farmaco- en biochemie. werkwijze De cursus bestaat uit een hoorcollege en een practicum, waarin een kort
150
Exacte wetenschappen
researchproject is opgenomen. literatuur C. J. Cramer, Essentials of Computational Chemistry - Theories and Models, Wiley, Chichester, 2002. toetsing Toetsing geschiedt op basis van een tentamen, een practicumverslag en een mondelinge presentatie. doelgroep 3S, 3F naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
voorkennis
Computernetwerken 400016 5 4 en 5 prof.dr.ir. M.R. van Steen Het inzichtelijk maken van de architectuur van computernetwerken. De nadruk ligt op het behandelen van de architectuur van communicatieprotocollen, zowel voor hoog- als laagniveau-communicatie. Onderwerpen die aan de orde komen zijn: de fysieke laag, de datalinklaag, de netwerklaag, de transportlaag en de applicatielaag. Voorbeelden die aan de orde komen zijn onder meer het Internet, Internet via de kabel, Bluetooth, en draadloze netwerken. Veel aandacht wordt ook besteed aan beveiligen van netwerken. Hoorcollege A.S. Tanenbaum, Computer Networks, 4th edition, Prentice-Hall, 1996. Schriftelijk. 2I, 2BI, 2MMC, 3BI Er zal de mogelijkheid worden geboden om halverwege de collegereeks een toets te doen. Het daarvoor behaalde cijfer kan worden meegenomen in het bepalen van het eindcijfer. Nadere gegevens zullen bij aanvang van het college worden bekendgemaakt. - Veronderstelde voorkennis voor het college: Datastructuren (400145) en Computerorganisatie (400017) - Vereist voor deelname aan het tentamen: Inleiding Computersystemen (400033).
naam code studiepunten periode docent doel inhoud werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
Computernetwerken practicum 400198 9 1, 2 en 3 ir. M.P.H. Huntjens Practisch ervaring op doen met de stof van het vak Computernetwerken Twee opgaven over de stof van Computernetwerken practicum zie Computernetwerken Via practicumopgaven 3I Computernetwerken
naam code studiepunten periode docent
Computerorganisatie 400017 6 1 en 2 prof.dr. A.S. Tanenbaum
Examenonderdelen
151
inhoud Op het college wordt de architectuur van computersystemen behandeld. Een computersysteem kan worden gezien als een hiërarchie van virtuele machines, deels geïmplementeerd in hardware, deels in software. Aan de orde komen: hardwareorganisatie, geheugenstructuur, adresseringsmogelijkheden, assembleertaal-programmering, microprogrammering, parallelle computers en RISC-machines. De behandelde concepten worden geïllustreerd aan de hand van een drietal op de markt zijnde computers, Pentium II, ultra SPARC II en JVM. werkwijze Hoorcollege van 6 cp. (400017) met parallel practicum "Assembler Programmeren" van 4 cp. (400057). literatuur A.S. Tanenbaum, Structured Computer Organization, 4th edition, PrenticeHall. toetsing Schriftelijk tentamen. doelgroep 2I opmerkingen Voor studenten die de aantekening Natuurkundige Informatica wensen is dit een keuzevak uit de kerninformatica. naam code studiepunten contacturen periode docent doel
toetsing doelgroep
Consumer Behavior 60311050 6 24 (24 hoorcollege) 1 drs. J. Boter Aan het einde van dit onderdeel is de student bekend met de belangrijkste wetenschappelijke inzichten in consumentengedrag. Daarbij ligt de nadruk op de psychologie van de consument en de invloed van de omgeving op het koopgedrag. Tevens is de student in staat deze kennis te vertalen naar het marketingbeleid van een organisatie. Marketing begint en eindigt met de consument. Het begint bij het bepalen van consumentenbehoeften en eindigt bij het bepalen van tevredenheid na aankoop. Het verkrijgen van inzicht in koopgedrag van consumenten is daarom essentieel voor een succesvol marketingbeleid. Binnen de (micro-)economie ligt de nadruk veelal op het keuzegedrag van een rationele consument, die bereid is een bepaalde prijs te betalen voor goederen. Echter, vaak is het keuzegedrag van consumenten niet rationeel, maar wordt het beïnvloed door vooroordelen, reclame, of het bij een groep willen horen. In het vak consumentengedrag ligt de nadruk juist op deze minder rationele aspecten van keuzegedrag. Om deze aspecten te begrijpen en erop te kunnen inspelen worden in de cursus theorieën uit bijvoorbeeld de psychologie gebruikt, zoals theorieën over geheugen, leren, perceptie, attitude en motivatie. Consumentengedrag, dat eerder in de studie kort is behandeld, wordt in deze cursus verder uitgediept, deels aan de hand van extra artikelen en cases. Daarbij ligt de nadruk op inzicht in en toepassing van de verschillende theorieën. • Solomon, Bamossy and Askegaard (2002), Consumer Behaviour; A European Perspective. Harlow, Pearson Education (2nd edition) • Artikelen (worden ter beschikking gesteld via Blackboard) schriftelijk tentamen Studenten met een basiskennis van marketing, zoals:
152
Exacte wetenschappen
inhoud
literatuur
•
Bachelor Economie: Marketing 1.1 en Marketing1.2 Bachelor Bedrijfswetenschappen: Marketing • Premaster studenten voor de Master of Marketing onderwijs hoorcollege Twee hoorcolleges à twee uur per week •
naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze
literatuur
toetsing doelgroep voorkennis
naam code studiepunten periode docent inhoud
Databases I 400018 6 4 en 5 dr. W. de Jonge Het bijbrengen van kennis en vaardigheden met betrekking tot het ontwerp van relationele databases en het gebruik van relationele DBMS-en. In dit college worden enkele algemene principes en belangrijke aspecten van relationele database management systemen (DBMS-en) behandeld. Ter sprake komen onder meer: de begrippen database, DBMS en IS, de diverse soorten gebruikers van een DBMS, DBMS architectuur (met name de drie lagen architectuur van ANSI/SPARC), data-onafhankelijkheid, het (E)ER data model, het relationele model, integriteitseisen, een classificatie van constraints, de drie types relationele vraagtalen (relationele algebra, tupelcalculus en domeincalculus), SQL, database ontwerp en normalisatietheorie, catalog en DD/D (data dictionary/directory). Ook query verwerking en -optimalisatie, transacties, recovery en concurrency control worden aangestipt. Als aanvulling op het hoorcollege worden huiswerkopgaven uitgereikt. Door studenten ingeleverde oplossingen worden nagekeken. Van elke opgave wordt een volledige uitwerking gegeven. Deelname is verplicht. Zonder voldoende deelname aan het huiswerk mag men niet deelnemen aan de eerste tentamengelegenheid. - Elmasri & Navathe, Fundamentals of Database Systems, (fourth edition), Addison-Wesley, 2003. - W. de Jonge: divers materiaal dat beschikbaar wordt gesteld via het Web. (Zie: te zijner tijd de info op URL: www.cs.vu.nl/~wiebren) Schriftelijk. Alleen na voldoende deelname aan het huiswerk krijgt men toegang tot de eerste tentamengelegenheid. 2I, 3BWI, 2BI, 2MMC Veronderstelde voorkennis: Inleiding Gegevensverwerking (400034) en Inleiding Logica (400119). Datastructuren 400145 4 1 en 2 ir. M.P.H. Huntjens Besproken worden belangrijke en in veel toepassingen voorkomende datastructuren. De behandeling geschiedt steeds in twee stappen. Allereerst wordt een implementatie- onafhankelijke beschrijving van het datatype en de bijbehorende operaties gegeven. Vervolgens worden voor elk datatype een of meer implementaties besproken en vergeleken. De volgende onderwerpen komen aan de orde: abstract datatype, stapels, rijen, lijsten, binaire bomen,
Examenonderdelen
153
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
subject code credits period lecturers content
form of tuition literature mode of assessment entry requirements target audience remarks
154
B-bomen, verzamelingen, grafen. Hoorcollege van 4 sp (400145) Wordt later bekendgemaakt. Schriftelijk + via practicumopgaven. 2I, 2AI, 2BWI, 2BI, 2MMC, 3W, 3Ect voor het college: Inleiding Programmeren voor Wiskunde en Econometrie (400037) of - Inleiding Programmeren I (400150) + Inleiding Programmeren II (400151). - Vereist voor deelname aan het practicum: Practicum Inleiding Programmeren voor Wiskunde en Econometrie (400037) of - Practicum Inleiding Programmeren I (400199) + Practicum Inleiding Programmeren II (400085). Datastructuren practicum 400140 ir. M.P.H. Huntjens 5 1 en 2 het opdoen van praktijkervaring met de in de colleges Datastructuren behandelde stof Een drietal opgaven over de stof van Datastructuren. De eerste opgave is een introductie met abstracte datatypen (ADT's), de tweede opgave gaat over passeren, formele specificaties en lijsten. De derde opgave gaat over het gebruik van de API, bomen en het gebruik van command line arguments practicum Practicum opgaven via practicumopgaven 2IN, 2BWI, 2AI, 2BI, 2MMC, 3W, 3ECTR Practicum Inleiding Programmeren voor Wiskunde en Econometrie (400037) of - Inleiding Programmeren I (400199) + Practicum Inleiding Programmeren II (400085) Design of Multi-Agent Systems 400054 6 2 dr. C.M. Jonker; dr. V.N. Stebletsova This course discusses the design techniques of knowledge-based systems that consist of various intelligent agents and centers around the notion of compositional architecture. The design method used is DESIRE. A number of examples of agent models and generic task models are treated. In the associated practical work in spring, hands on experience is gained in the design of compositional multi-agent and knowledge systems using DESIRE tools. Combination of lectures and practical assignments. Syllabus On the basis of both the homework assingments and a written exam. Knowledge of Kennissytemen (400126) and Logische Taal en Redeneermethoden (400043). 3AI, 3I, mCS More information can be found on: http://www.cs.vu.nl/~ovm
Exacte wetenschappen
naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
literatuur toetsing onderwijs
naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep docenten voorkennis subject code credits period lecturer aim
Deterministische optimalisering 64371010 6 1 en 2 prof.dr. G.T. Timmer Het verkrijgen van een goed in- en overzicht van modellen en exacte en heuristische methoden uit de deterministische optimalisering, en het kunnen vertalen van praktijksituaties naar deze modellen. Dit college beslaat een breed spectrum van optimaliseringsproblemen uit de deterministische optimalisering. Inde eerste periode 3.1 worden een aantal onderwerpen - behandeld in het vak Inleiding Operationele Research - verder uitgediept (met name Lineaire Programmering). Daarnaast komen nieuwe onderwerpen zoals geheeltallige programmering en netwerkoptimalisatie aan de orde. In de tweede periode 3.2 staan heuristieken voor netwerkproblemen, Set Partitioning met kolomgeneratie en Niet Lineaire Programmering centraal. De theorie zal worden toegelicht aan de hand van toepassingen. Hierbij wordt ook aandacht gegeven aan de vertaalslag van de praktijksituatie naar het wiskundige model Syllabus Deterministische Optimalisering schriftelijk tentamen Met tussentoets hoorcollege activerende werkvormen Discrete wiskunde 400019 5 4 en 5 dr. M.L.J. van de Vel Teltheorie met genererende functies en inclusie/exclusie. Grafentheorie (Euler- en Hamiltongrafen, bomen). Stromen in netwerken met algoritmen, toepassingen in scheduling, grafentheorie, enzovoort. Een eerste inleiding in de coderingstheorie. Hoorcollege met practicum. Dictaat "Combinatoriek, grafentheorie en getaltheorie" (open universiteit). Nota's "coderingstheorie" worden beschikbaar gesteld. Schriftelijk. 2W, 4BWI, 3Ect dr. M.L.J. van de Vel Veronderstelde voorkennis: Calculus (400013), Lineaire Algebra (400042). Distributed Systems 400130 6 1 and 2 prof.dr.ir. M.R. van Steen Provide insight into the design and implementation of modern distributed systems.
Examenonderdelen
155
content We discuss the issues concerning the development of middleware systems for largescale computer networks. Principles that are discussed include communication, processes, naming, consistency and replication, fault tolerance, and security. These principles are further explained by means of different paradigms applied to distributed systems: object-based systems (CORBA), distributed file systems (NFS), document-based systems (the Web), and coordination-based systems (publish/subscribe systems and Jini). Explicit attention is paid to the practical feasibility and scalability of various solutions. For this reason, experimental (research) systems as well as commercially available systems are discussed. form of tuition Lectures literature A.S. Tanenbaum, M. van Steen, Distributed Systems,Principles and Paradigms, Prentice-Hall (2002) mode of assessment Written exam. entry requirements - Computer networks (400016). - Introduction to Computer Systems (400033). target audience mCS remarks • More information, slides and relevant literature, can be found on http://www.cs.vu.nl/~steen/ds/ • As a pre-announcement, note that there will be no lectures in 2005/2006! Details can be found on the Web site. naam code studiepunten periode opmerkingen
Duale werkperiode BWI 400317 16 variabel Voor meer informatie over het trainee programma: http://www.few.vu.nl/stagebureau
naam code docent studiepunten periode doel
Dynamische processen in de gecondenseerde fase 435480 dr. G. van der Zwan 12 4, 5 en 6 Het doel is het verwerven van practisch en theoretisch inzicht omtrent een bepaald thema aan de hand van het zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoeksproject. Het primaire doel is het verkrijgen van inzicht in het effect van oplosmiddelen en oplosmiddeldynamica bij elementaire processen. Aan de orde komen electron en proton transfer processen in de gecondenseerde fase alsmede oplosmiddel effecten in tijdsopgeloste spectroscopie en proton transfer reaction in de aangeslagen toestand in chemische en biologische systemen. Zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoeksproject. Practische handleidingen en basisliteratuur. Eindverslag en posterpresentatie. 3S, 3F
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
naam Dynamische systemen code 400020
156
Exacte wetenschappen
studiepunten periode docent doel
inhoud
literatuur toetsing doelgroep voorkennis
3 6 dr.ir. R.F. Swarttouw Van sommige dynamische systemen is het gedrag in de toekomst goed te voorspellen, van andere systemen niet. Goed voorspelbaar zijn bijvoorbeeld de opkomst van de zon en de getijdenwisseling. Anderzijds is het onmogelijk te voorspellen hoe het weer er over precies een maand uit zal zien. Je zou kunnen denken dat dit komt doordat de weersverwachting van te veel variabelen afhangt. Het zal in deze cursus blijken dat dit slechts een deel van de onvoorspelbaarheid verklaart. We zullen zien dat er zeer simpele systemen bestaan die zich net zo onvoorspelbaar gedragen als het weer. Aan dit gedrag ligt een fundamentele oorzaak ten grondslag die omschreven kan worden als deterministische chaos. Het doel van dit vak is kennis te maken met allerlei dynamische systemen en hun kwalitatieve gedrag. In de theorie van dynamische systemen worden processen gemodelleerd en bestudeerd die veranderen in de tijd. Zulke processen vind je in alle takken van de wetenschap. Bijvoorbeeld, de beweging van de sterren is een dynamisch systeem dat al eeuwen door onderzoekers is bestudeerd. Andere voorbeelden zijn het weer, chemische reactieprocessen, biologische populatiemodellen en de beweging van een slinger. Ook wordt de theorie van dynamische systemen toegepast in financieel-economische modellen. Richard A. Holmgren, A first course in discrete dynamical systems, second edition, Springer, New York. Mondelinge bespreking van de ingeleverde opgaven en Maple worksheets. 1W Calculus, Wiskundige Analyse I, Metrische Topologie.
naam code studiepunten contacturen periode coördinator doel
E-Business 61331070 6 30 (24 hoorcollege, 6 activerende werkvormen) 4 drs. T. Verhagen Het doel van het college is om basiskennis bij te brengen op het gebied van E-business. E-business wordt beschouwd vanuit een management perspectief. Aan de orde komt wat E-business is, wat de belangrijkste Ebusiness vormen zijn, en welke aspecten een rol spelen bij het laten slagen van E-business activiteiten. Ook wordt er ruim aandacht besteed aan de koppeling tussen theorie en praktijk. Hoewel de primaire focus van deze cursus B2C zal zijn, komen ook belangrijke B2B aspecten aan de orde. inhoud In de colleges zullen de navolgende thema's en onderwerpen vanuit diverse vakgebieden (bedrijfseconomie, marketing, informatiekunde) worden uitgediept: • E-Business modellen • E-marketplaces • E-business en multichannel strategie • E-marketing en CRM • Mobile commerce • Interactieve marketing • back-office integration (ERP).
Examenonderdelen
157
•
Effectief website design In de collegeserie zal naast de theorie ook ruimte zijn voor gastsprekers die de e-business praktijk toelichten. literatuur • Turban, et al., Electronic Commerce: A Managerial Perspective, Prentice Hall, Upper Saddle River (editie wordt bekend gemaakt) • Aanvullende artikelen (via de digitale leeromgeving elektronisch dan wel d.m.v. een reader ter beschikking gesteld) toetsing schriftelijk tentamen Open vragen. onderwijs hoorcollege activerende werkvormen Indien mogelijk zal de cursus worden ondersteund middels activerende werkvormen gericht op het werken met mainstream e-business toepassingen. subject code credits contact period lecturers aim
content
form of tuition literature mode of assessment entry requirements target audience naam code docenten studiepunten periode
158
E-Business Innovation 400110 7 drs. ing. J. Gordijn 1 and 2 dr.ing. J. Gordijn; drs. E. Schulten; prof.dr. J.M. Akkermans To understand and systematically analyze the multi-disciplinary aspects (strategy, business processes, technology issues, implementation) involved in innovations with information and communication technologies (ICT) in networked businesses. We will discuss theories and practical experiences, from different disciplines and industry sectors, covering some important recent topics in electronic business: formulation of strategy ; design and evaluation of e-business models; Web-languages such as XML and their use in standardization of products (music, information); content management; organizational readiness and technology/ systems requirements; future and perspectives of electronic business; Key topics will be exercised by small classroom workshops as part of an ebusiness strategy and implementation project to be carried out by the students. Combination of lectures, topical workshops and project. Reader with recent articles and lecture materials. On the basis of e-business project and workshops to be carried out during the course. Recommended is advance knowledge equivalent to : Bedrijfsmodellering , Software Engineering. 3IK, 3BI, mIS, mCS, mBMI Ecologie 470009 prof.dr. M.A.P.A. Aerts (contactpersoon); prof.dr. H.A. Verhoef; dr. J. Ellers 6 10.01.2005 - 04.02.2005
Exacte wetenschappen
doel Doelen: • Het actief kunnen omgaan met biologische processen op alle biologische integratie-niveaus; • Het verwerven van kennis en inzichten in algemeen ecologische processen en het functioneren van individuen, populaties en ecosystemen; • Kennisnemen van de beginselen van de populatiedynamica en de populatiegenetica • Kennisnemen van theorievorming op het niveau van populaties en levensgemeenschappen; • Het leren integreren van processen en structuren op het niveau van cel, orgaan, individu, populatie, levensgemeenschap, ecosysteem en bioom; • Het verwerven van inzicht in de ecologische processen die de evolutie van eigenschappen en soorten beinvloeden; • Het leren opzetten, uitvoeren en rapporteren over eenvoudige ecologische experimenten. Eindtermen: De student kan: • Ecologische processen op verschillende schaalniveaus met elkaar verbinden; • Grafieken interpreteren waarin ecologische processen zijn weergegeven; • Beschrijven welke factoren de aantallen en de verspreiding van organismen bepalen; • Beschrijven hoe interacties tussen soorten de struktuur en soortensamenstelling van levensgemeenschappen bepalen; • Beschrijven hoe veranderingen in het milieu ecologische processen patronen bepalen • Massa- en energieflux diagrammen opstellen en analyseren; • De verworven kennis gebruiken om toegepaste vraagstukken op het gebied van de ecologie te beantwoorden; • M.b.v. het internet ecologische vraagstellingen beantwoorden; • M.b.v. computermodellen populatiedynamische en populatiegenetische processen analyseren; • Zelfstandig een experiment uitvoeren en daarover rapporteren; • Omschrijven welke factoren het ontstaan en behoud van genetische variatie bepalen; • Berekenen hoe genfrequenties veranderen; • Verschillende vormen van soortvorming vergelijken. inhoud Het boek Essentials of Ecology (zie Literatuur) wordt in zijn geheel behandeld tijdens de cursus, aangevuld met de populatiegenetische delen van 'Evolution'. Aan de orde komen: • Algemene inleiding op de ecologie; • De relatie tussen ecologie en evolutiebiologie; • Het milieu (conditions en resources); • De verschillende integratieniveaus binnen de ecologie (individuen, soorten, populaties, levensgemeenschappen, ecosystemen); • Populatiedynamica; • Populatiegenetica; • Fluxen van energie en materie; • Duurzaamheid; • Vervuiling;
Examenonderdelen
159
• Natuurbeheer. werkwijze Hoorcolleges (30 uur) en bijbehorende zelfstudie; Het maken van opdrachten en web research questions ; Excursie naar de Oostvaardersplassen (verplicht); (Computer)practica populatiedynamica en populatiegenetica en ecologische experimenten (6 dagdelen; verplicht!) . literatuur C.R. Townsend, M. Begon &J.L. Harper. Essentials of Ecology, Blackwell Science Publishers, Oxford. 2003 (2nd edition). ISBN 1-40510-328-0 (prijs ±45 euro). Strickberger, M.W., Evolution, 3rd edition, Jones & Bartlett Publishers. 2000. (prijs ± 37 euro; dit boek is verplicht voor Evolutiebiologie, maar al bij dit blok wordt er een beperkt deel uit behandeld). Handleiding Evolution Lab. 7 euro (verkrijgbaar tijdens de cursus) toetsing Schriftelijk tentamen (essayvragen); tentamen telt voor 70% mee voor eindcijfer, de Web Research Questions en de (computer)practica voor de resterende 30%. Het praktische deel van de cursus kan alleen herkansd worden in de cursus in het volgende studiejaar. De Web Research Questions kunnen niet herkansd worden. doelgroep Verplicht voor eerstejaars biologen. Verplicht voor tweedejaars aardwetenschappen met differentiatie Milieuwetenschappen. De cursus is verplicht voor alle studenten die ecologie in hun studiepakket op willen nemen.
naam code coördinator docenten studiepunten periode doel
inhoud
160
Eindprojecten farmacochemie 435530 dr. J.N.M. Commandeur (P.256,
[email protected], tel. 020-4447595) dr. J.N.M. Commandeur; dr. M.J. Smit; dr. R.A. Bakker; dr. I. de Esch; dr. H. Lingeman 12 4, 5 en 6 Het doel van dit eindproject is de student, door middel van het uitvoeren van een klein onderzoeksproject, inzicht te verschaffen in de verschillende specialisaties van farmacochemisch onderzoek. In een eindproject Farmacochemie dient de student een klein onderzoek uit te voeren in het kader van één van de lopende onderzoeksprojecten van de hieronder genoemde werkgroepen. Hieronder wordt kort samengevat welke aspecten en technieken er bij de verschillende werkgroepen aan bod zullen komen: • Ontwerp en Synthese: hierin zullen syntheseroutes voor de te onderzoeken stof(fen) worden ontworpen en vervolgens uitgevoerd. Bij de syntheseplanning wordt gebruik gemaakt van Crossfire. De (tussen)producten zullen worden gezuiverd en chemisch gekarakteriseerd (NMR, MS, smeltpunt e.d.). • Computational Medicinal Chemistry and Toxicology: hierin zal de interactie van te onderzoeken stof(fen) met receptoren of enzymen worden onderzocht met computermodellen. Aspecten/technieken die aan bod komen zijn energieminimalisatie, docking-procedures, homology modeling e.a. • Moleculaire Farmacologie: hierin zal de farmacologische werking van te onderzoeken stof(fen) worden getest in verschillende farmacologische testsystemen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van cellulaire systemen
Exacte wetenschappen
werkwijze
literatuur
toetsing
doelgroep
waarin wild-type en mutante humane en/of virale receptoren tot expressie zijn gebracht. De interactie van deze stoffen worden bestudeerd d.m.v. radioligand bindingsstudies, reporter gen bepalingen en second messenger analyses. • Moleculaire Toxicologie: hierin zal onderzocht worden op welke wijze te onderzoeken stof(fen) enzymatisch worden afgebroken door recombinant humane biotransformatie enzymen. Bekeken zal worden of de gevormde metabolieten farmacologisch of toxicologisch actief zijn. Ook zal het vermogen van de stof(fen) tot het veroorzaken van drug-drug interacties worden onderzocht. • Bio-Analytische Chemie: hierin zullen analysemethodes worden ontwikkeld waarmee de aanwezigheid en concentraties van te onderzoeken stof(fen) en hun metabolieten kan worden bepaald in biologische monsters. Analysemethodes die toegepast kunnen worden zijn HPLC, GC, massaspectrometrie, capillaire zone-electroforese etc. De studenten zullen in de eerste week een literatuurstudie uitvoeren aan de hand van opdrachten. Vervolgens zal de student, in overleg met de begeleiders, een werkplan opstellen voor het uit te voeren onderzoek. Hierna zal de student het onderzoek experimenteel uitvoeren. In de laatste week dient er een verslag te worden geschreven en dient er een korte mondelinge presentatie te worden gehouden voor de medestudenten. Bij aanvang van het eindproject zullen enkele relevante artikelen ter beschikking worden gesteld. Vervolgens dient de student zelf literatuur te verzamelen bij de bibliotheek en via internet (PubMed; electronische tijdschriften bij UBVU). De beoordeling zal plaatsvinden op basis van de schriftelijke rapportage (labjournaal en verslag), de practische vaardigheid en de mondelinge presentaties. 3S, 3F
naam code docent studiepunten periode doel
Eiwitchemie 435300 prof.dr. S.M. van der Vies 5 1 Het verbreden van de kennis van eiwitten met het doel inzicht te verkrijgen in de manier waarop de chemische en fysische eigenschappen van een aminozuurketen de structuur en functie van het eiwit bepalen en hoe de kennis van deze eigenschappen benut kan worden voor de modificatie, biotechnologische productie en isolatie van eiwitten. Tevens is het doel inzicht en vaardigheden te verwerven in het toepassen van technieken die gebruikt worden in het biochemisch- en moleculair biologische onderzoek. inhoud De cursus bouwt voort op de kennis en praktische vaardigheden opgedaan in de studieonderdelen Biochemie (1e jaar) en Biochemie/Farmacochemie practicum (2e jaar). Verbreding van de kennis van eiwitten zal gebeuren aan de hand van een (werk)college waarin aandacht besteed wordt aan de relatie tussen de volgorde van de aminozuren in een keten en de 3D structuur van een eiwit alsmede hoe deze structuur ons iets kan leren over de eigenschappen en de functie van een eiwit. Er zal tevens een introductie gegeven worden van in
Examenonderdelen
161
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
silico DNA en eiwit databanken en ook is er de mogelijkheid om kennis te maken met de software programma's die gebruikt kunnen worden voor de analyse en bestudering van DNA- en eiwitstructuren. Dit alles ter ondersteuning van het practicum waar nieuwe moleculair biologische en biochemische technieken geleerd worden. In het practicum staat het thema "heterologe eiwitproductie" centraal. Er wordt inzicht gegeven hoe de verschillende methodes passen binnen een onderzoeksproject met zo'n wetenschappelijke (biotechnologische) vraagstelling. Opdrachten nemen in deze cursus een belangrijke plaats in: Wat is er nodig voor de productie van een heteroloog eiwit door een micro-organisme? Welke "technische mogelijkheden" zijn er om de productie van een bepaald eiwit door gistcellen uit te laten voeren? Kunnen mutaties invloed hebben op de productie en/of functie van een eiwit? In overleg met de assistenten wordt een proevenplan opgesteld en worden de afgesproken experimenten uitgevoerd. Ook onderdeel van de cursus is een simulatie experiment waarbij door middel van computergestuurde vragen en een zuiveringschema inzicht wordt verkregen over de mogelijkheden op eiwitten te zuiveren. De cursus bestaat uit een combinatie van werkwijzen waaronder practicumexperimenten afgewisseld met voor- en na besprekingen, opdrachten en studies met behulp van de computer (inclusief voorafgaand werkcollege). Er is een practicumhandleiding beschikbaar. De stof behandeld in het eerste jaarscollege Biochemie wordt bekend verondersteld. De verschillende opdrachten worden beoordeeld. De cursus wordt afgesloten met een toets en een schriftelijk rapport van de praktische werkzaamheden. 3S, 3F Voor deelname aan dit studieonderdeel is inschrijving verplicht.
naam Eiwitten code 435500 docenten dr. M.H. Siderius; J.C. Vos; prof.dr. S.M. van der Vies; dr. H. van Heerikhuizen studiepunten 12 periode 4, 5 en 6 doel Het kennis nemen van en inzicht verkrijgen (praktisch en theoretisch) in de belangrijkste aspecten van eiwitten (hun functioneren in vivo en in vitro, hun structuur en de relatie tussen structuur en functie). inhoud Tijdens de cursus zullen de studenten participeren in een onderzoeksproject dat is ontleend aan het actuele onderzoek van de vakgroep op het gebied van eiwitvouwing, ribosoom biogenese of de stress response van gist. In dit kader zal een aantal experimenten worden uitgevoerd, waarbij diverse, in eiwitonderzoek belangrijke technieken aan bod zullen komen zoals: (over)expressie van eiwitten in heterologe gastheersystemen, isolatie en zuivering van eiwitten, gebruik van 'eiwit-tagging' voor snelle zuivering uit-, en/of makkelijke identificatie in complexe mengsels, het genereren van mutant eiwitten, analyse van eiwit expressie met behulp van Western blotting, de analyse van eiwit/eiwit interacties (m.b.v. natieve gel chromatografie, co-immunoprecipitatie, het gebruik van specifieke 'tags', 2hybrid analyse). Tevens zal aandacht worden besteed aan het gebruik van de computer in het
162
Exacte wetenschappen
literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
eiwitonderzoek. (gebruik van protein databases, visualisatie van 3D structuren, diverse proteomic tools zoals vertaling van DNA --> eiwit, patroonherkenning, voorspelling van post-translationele modificaties, voorspelling van secundaire- en tertiaire structuur en multiple sequence alignment). Door het bestuderen van een aantal artikelen en boekhoofdstukken zal geprobeerd worden een overzicht te geven van de beschikbare methoden om 3D structuren van eiwitten op te helderen (X-ray analyse van eiwtkristallen, NMR, (cryo)-EM). Tijdens de cursus zullen een aantal artikelen en boekhoofdstukken worden verstrekt. Het practicum wordt afgesloten met een schriftelijk verslag en een mondelinge presentatie. 3S, 3F Aanmelding voor deze cursus tot 2 weken voor aanvang bij Dr. H. van Heerikhuizen, kamer KA263-a, tel 47573, email:
[email protected]
naam code docent studiepunten periode doel
Elektriciteit en magnetisme 420016 prof.dr. J.F.J. van den Brand 6 4 en 5 Studenten basiskennis van statische elektrische en magnetische velden bij te brengen, inclusief de daarbij toegepaste wiskundige hulpmiddelen. inhoud De cursus bestaat uit drie onderdelen: Elektrostatica, magnetostatica en ElektroMagnetisme. Met het experiment als leidraad worden begrippen als de Coulomb-kracht, elektrisch veld en elektrische potentiaal geïntroduceerd. De invloed van materialen op de elektrische eigenschappen van materie wordt verklaard. Dezelfde weg wordt gevolgd voor de magnetische verschijnselen: de Lorentz-kracht en het magnetische veld. In het laatste college onderdeel worden tijdsafhankelijke fenomenen zoals inductie besproken om te komen tot Maxwell¿s geïntegreerde beschrijving van elektrische en magnetische verschijnselen: de theorie van Elektro-Magnetisme. Afsluitend wordt het bestaan van elektro-magnetische (licht) golven aangetoond.
werkwijze Gemengd hoor/werkcollege. literatuur P.A. Tipler en G. Mosca, Physics for Scientists and Engineers, extended version, 5e editie, Freeman and Co. toetsing Gewogen gemiddelde van de cijfers voor de ingeleverde opgaven tijdens de cursus (20% gewicht) en het cijfer voor het schriftelijke tentamen na afloop van de cursus (80% gewicht). doelgroep 1N, 1S, (keuzevak 1F) naam code docent studiepunten periode doel
Elektrodynamica en relativiteitstheorie 420018 dr. T.D. Visser 6 1 en 2 Studenten door studie en vraagstukken vertrouwd te maken met onderdelen van de electrodynamica en relativiteitstheorie die voor het actief beoefenen
Examenonderdelen
163
van de fysica van belang zijn. inhoud Het college is een voortzetting van de eerstejaarscolleges Relativiteitstheorie en Elektriciteit en Magnetisme, als afronding van de elementaire basisstof. Niveau en inhoud komen goeddeels overeen met het boek van Griffiths (zie onder). Aan de orde komen: • inductiewet van Faraday • vergelijkingen van Maxwell • energie, impuls en impulsmoment van het electromagnetische veld • potentialen in Lorentz en Coulomb ijking • reflectie en breking; wetten van Snellius en Fresnel • electromagnetische golven in geleiders en dispersieve media • golfgeleiding, coaxiale kabel trilholte • productie van straling d.m.v. lineaire (dipool)antenne • covariantie van de Maxwellvergelijkingen, Lorentztransformatie van electromagnetische grootheden en velden. werkwijze Hoorcollege: 3 uur per week Werkcollege van twee uur gedurende grootste deel van de collegeperiode literatuur We gaan uit van het boek van D.J. Griffiths, Introduction to Electrodynamics, (Prentice Hall), ISBN 0-13-481367-7, vanaf hoofdstuk 7. Voor de meer ambitieuze student is er het moeilijker maar zeer uitvoerige standaardwerk van J.D. Jackson, Classical Electrodynamics, (J. Wiley, New York, 1975) ISBN 0-471-43132-X. toetsing Er wordt een schriftelijk tentamen afgenomen dat zowel vragen over de theorie bevat als vraagstukken waaruit moet blijken dat men de theorie kan toepassen. doelgroep 2N naam code docent studiepunten periode doel
Elektronica en signaalverwerking 420019 dr. P.J. Blankert 6 1, 2 en 3 • Het verkrijgen van kennis van basisbegrippen uit de analoge en digitale elektronica en het grensgebied tussen beide gebieden. • Het verkrijgen van inzicht in begrippen die een rol spelen bij de elektronische verwerking van meetsignalen. • Het kunnen toepassen van deze kennis en dit inzicht bij het ontwerpen en bouwen van eenvoudige elektronische schakelingen en bij elektronische signaalverwerking. inhoud In het college zullen de volgende onderwerpen aan de orde komen: • wetten van Kirchhoff, theorema's van Thévenin en Norton; • ingangs- en uitgangsimpedantie; • wisselstroomcircuits, overdrachtskarakteristiek, Bode plot; • laag- en hoogdoorlaat filter, resonantiecircuits; • de operationele versterker en de diode; • regelsystemen • modulatie; • logische basisschakelingen • multiplexers, demultiplexers en adders
164
Exacte wetenschappen
• •
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep naam code studiepunten contacturen periode coördinator doel
inhoud
literatuur
toetsing onderwijs
flipflops, geheugens en tellers AD en DA conversie.
Een aantal van deze onderwerpen wordt geïllustreerd aan de hand van toepassingen binnen veel gebruikte meetapparatuur, zoals filters, meet- en regelsystemen, lock-in versterker, digitale voltmeter. Bij de digitale elektronicaonderdelen wordt gebruikgemaakt van een computersimulatieprogramma. Geïntegreerd college en practicum Practicumhandleiding en aanvullende informatie. De beoordeling vindt plaats op grond van de resultaten van schriftelijke toetsen, het vertoonde inzicht en de experimentele vaardigheid tijdens de uitvoering van de experimenten en het bijgehouden waarnemingenboek. 2N Emerging Technologies 60341000 6 24 (18 hoorcollege, 6 discussiecollege) 5 prof.dr.ir. J.W.M. Gerrits Nieuwe technologieën hebben het potentieel om industrieën te veranderen of nieuwe industrieën te creëren. Op dit moment zijn bijvoorbeeld het Internet, biotechnologie en nanotechnologie de technologieën die voor belangrijker veranderingen zorgen. Elke organisatie dient hierop in te spelen. Het doel van dit vak is om studenten het volgende bij te brengen: • Het ontwikkelingspad van nieuwe technologieën. • Het adoptieproces van nieuwe technologieën door organisaties. • Innovatiemanagement: het realiseren van een competentie in organisaties om adequaat in te kunnen spelen op nieuwe technologieën. • Een aantal voor dienstverlening belangrijke opkomende (2 tot 5 jaar) technologieën. In het eerste deel van het college wordt de theorie behandeld. Daarbij worden door gastsprekers enkele onderdelen uit de praktijk toegelicht. In het tweede deel van het college gaan de studenten een paper schrijven om de impact van een opkomende technologie in kaart te brengen voor een bepaalde industrie. Daarbij passen ze de kennis uit het eerste deel toe. • Day & Schoemaker (2000), "Wharton on Managing Emerging Technologies" • Papers paper In teams (afhankelijk van het aantal studenten). hoorcollege Inclusief gastcolleges discussiecollege Hier bespreken en presenteren studenten hun paper in wording.
naam Encyclopedie voor I/AI/IK
Examenonderdelen
165
code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze toetsing doelgroep opmerkingen
naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
400146 3 5 en 6 dr.ir. T. Koetsier Aan de orde komen onderwerpen uit de geschiedenis van de informatica en de kunstmatige intelligentie en onderwerpen uit de filosofie van de AI (zwakke/sterke AI, de Turing test, het Chinese kamer experiment, Gödel argumenten, etc.). Hoorcollege. Dictaat. Schriftelijk tentamen en werkstuk 1AI, 1I, IK, 1Ect Geen vereiste voorkennis. Encyclopedie voor Natuurkunde 420020 dr. B. Dam 3 5 Bevordering van het inzicht in de samenhang der wetenschappen Aan de orde komen vragen als: • wat is wetenschap, • hoe is de natuurwetenschappelijke praktijk, • wat zijn de grenzen van de natuurkunde, • hoe onderscheidt natuurkunde zich van andere wetenschappen. Naast hoorcolleges, gegeven door de docent en door enkele gastsprekers, geeft elke student een presentatie over een aan de stof gerelateerd thema. Mondelinge presentatie en een werkstuk. 1N Omdat het niet een echt studeervak is, maar meer een vak waarin verschillende opvattingen aan de orde gesteld worden, is deelname aan dit college verplicht. Encyclopedie voor W/BWI 400021 3 4 dr.ir. T. Koetsier Aan de orde komen onderwerpen uit de geschiedenis van de wiskunde en de bedrijfswiskunde. Tevens wordt ingegaan op de plaats van wiskunde en informatica binnen het geheel van wetenschappen. Hoorcollege. Dictaat. Schriftelijk tentamen en werkstuk. 1W, 1BWI, 1Ect Geen.
naam Enterprise Systems code 61331000 studiepunten 6
166
Exacte wetenschappen
contacturen periode docent doel
inhoud
literatuur toetsing
onderwijs
28 (14 hoorcollege, 14 activerende werkvormen) 2 dr. E.R.K. Spoor Het verkrijgen van kennis van Enterprise Systems in hun organisatorische context en inzicht in de complexiteit van de invoering van deze systemen, alsmede van de impact van deze systemen op organisaties en hun medewerkers Enterprise Systems (ES) zijn complexe bedrijfsbrede informatiesystemen, die in de regel modulair zijn opgebouwd en instelbaar met behulp van honderden parameters. Een ES heeft de pretentie een "standaard pakket" te zijn. Het is echter slechts de visie van de leverancier van het ES op de processen in een bedrijfssegment. Leveranciers noemen zo'n visie ook wel een "industrysolution" of "branche-solution". De verschillen die de leverancier tussen (potentiële) klanten in een segment ervaart of voorziet worden in het pakket vertaald naar modules en parameters. Daarmee is het pakket in bepaalde mate instelbaar voor de individuele organisatie. Ideaal dus, zou op het eerste gezicht kunnen worden geconcludeerd. Maar zo eenvoudig blijkt het niet te zijn. In de praktijk ervaren bedrijven, die willen overgaan op een ES, grote discrepanties tussen hun bedrijfsprocessen en de ondersteuning die ESpakketten kunnen bieden. En toch worden ES erg veel en steeds meer toegepast, vooral bij grote bedrijven. Waarom kiest een bedrijf voor een ES? En als ze er voor kiest, wat moet er dan worden aangepast: de bedrijfsprocessen of het ES-pakket. Wat zijn de consequenties? Deze keuzes zijn moeilijk en de gevolgen kunnen enorm zijn. Het college behandelt enterprise systems eerst vanuit de leverancier. Aan orde komen: de architectuur van ES, het implementatie traject, de projectinrichting en change management. Daarna wordt de medaille omgedraaid en wordt de problematiek van de invoering van een enterprise system bezien vanuit de organisatie. Ervaringen met deze systemen, faalfactoren, succesfactoren, keuzes en problemen bij het aanpassen van ES (tailoring) en het mogelijk uitbesteden van de exploitatie van deze systemen bij een service provider, passeren de revue. Beide kanten van de medaille geven een beeld van het spanningsveld tussen de organisatie met diens specifieke procesvoering en de leverancier met diens generieke oplossing. Een aantal artikelen. Deze worden via Blackboard dan wel d.m.v. een reader ter beschikking gesteld. schriftelijk tentamen 60% van het eindcijfer. opdracht 40 % van het eindcijfer. hoorcollege activerende werkvormen De deelnemende studenten ontvangen wekelijks een aantal opgaven via Blackboard, waarvan de resultaten (ingeleverd via Blackboard) tijdens de college-cyclus zullen worden beoordeeld.
naam Experimentautomatisering code 420021 docent drs.ing. J.M. Mulder
Examenonderdelen
167
studiepunten 2 periode 4 doel Kennismaken met elementaire aspecten van experimentbesturing, dataacquisitie en data-analyse. Inzicht krijgen in het opzetten van een automatiseringsproject. Vaardigheid opdoen met de grafische programmeeromgeving LabVIEW teneinde eenvoudige programma´s te kunnen ontwikkelen voor experimentautomatisering. inhoud • introductie in LabVIEW, waarbij naast basistechnieken aandacht wordt besteed aan o.a. het dataflow principe, softwarehergebruik, de userinterface en datapresentatie. • de diverse onderdelen van een geautomatiseerd meet- en besturingssysteem. • het formuleren van specificaties voor een dergelijk systeem en het ontwikkelen van een programma uitgaande van deze specificaties. werkwijze Hoorcollege plus practicum. literatuur Een dictaat is beschikbaar. toetsing Practicumverslag. doelgroep 1N naam code studiepunten periode docent doel
Facetten van de AI 400123 8 5 en 6 dr. V.N. Stebletsova (coördinator, e-mail:
[email protected]) De doelstelling van het college is tweeledig: (1) Kennisvermeerdering. De student doet uitvoerige kennis op over de zelfgepresenteerde onderwerpen. (2) Aanleren van vaardigheden. De student vergroot zijn/haar vaardigheden op de volgende gebieden: • hoe materiaal gezocht kan worden uit (bibliotheek en WWW); • schrijven van een overzichtsartikel; • presenteren; • verwerken van evaluaties. inhoud In dit werkcollege wordt aan de hand van artikelen een overzicht gegeven van een aantal belangrijke onderzoeksthema's binnen het vakgebied Kunstmatige Intelligentie. Enkele thema's die aan bod komen zijn: • kennisrepresentatie (-talen, -systemen, -logische beschrijvingen, enzovoorts) • redeneertypen (redeneren met onzekerheid, metaredeneren, enzovoorts) • expliciet representeren van strategische kennis • kennisverwerving Studenten leren een literatuuronderzoek uit te voeren en daar zowel schriftelijk als mondeling verslag van te doen. De docenten leveren ondersteunend materiaal voor het aanleren van deze vaardigheden. Dit vak is vooral voor diegenen die in de AI willen afstuderen: AI-studenten en Informaticastudenten met specialisatie AI. werkwijze Werkgroep. Gedurende het college voert elke student twee projecten uit onder begeleiding van een docent. Elk project bestaat uit het schrijven van een eigen artikel met bijbehorende presentatie. Het uitgevoerde project wordt tijdens speciale nabesprekingsbijeenkomsten besproken en
168
Exacte wetenschappen
geevalueerd door een docent. literatuur H.A.J.M. Lamers, "Hoe schrijf ik een wetenschappelijke tekst?", Coutinho, Bussum 1993. toetsing Dit vak wordt beoordeeld op basis van teksten, de presentaties en participatie m.b.t. discussie en beoordeling van mede-studenten. doelgroep 3AI, mCS opmerkingen Informatie is te vinden op http://www.cs.vu.nl/¿faai/ voorkennis Veronderstelde voorkennis: Kennissystemen(400126) of Ontwerp van Multi-agentsystemen (400054). naam code docenten studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Farmacochemie 435281 dr. I. de Esch; dr. J.N.M. Commandeur 3 4 Het verkrijgen van inzicht in de principes die ten grondslag liggen aan de werking van biologisch actieve verbindingen. Na een algemene introductie van het vakgebied Farmacochemie zal worden behandeld hoe gewenste (farmacologie) en ongewenste (toxicologie) biologische effecten door chemische verbindingen tot stand komen. Specifieke onderwerpen die aan de orde komen zijn: drug targets, enzym kinetiek, receptor kinetiek, metabolisme en farmacokinetiek, bioactivering, uitscheiding, biologisch testen en bioassays. Voorts zullen moleculaire herkenning en affiniteit worden besproken en zal de relatie tussen de chemische structuur en de biologische activiteit (SAR) aan de orde komen, waarbij begrippen als farmacofoor, geneesmiddelontwerp, lead finding en lead optimalisatie zullen worden toegelicht. Hoorcollege, werkcolleges, virtuele biologische experimenten en een QSAR demo via de computer. Graham Patrick, Instant Notes in Medicinal Chemistry, 2001, BIOS Scientific Publishers Ltd., ISBN 1-85996-207-6. schriftelijk tentamen 1F, 1MNW
naam code studiepunten periode docent doel
Filosofie en ethiek van de techniek 400022 3 3 en 4 dr.ir. S. Strijbos - Ontwikkeling van inzicht in de sociaal-culturele dimensies van techniek, het leren nadenken over vragen van professionele en maatschappelijke verantwoordelijkheid. inhoud In het college worden teksten besproken van verschillende denkers (Ellul, Jonas, Berger en anderen) over actuele vragen van de technische samenleving. Het college bestaat ruwweg uit twee delen. In het eerste deel van het college wordt een algemeen profiel geschetst van de moderne samenleving en cultuur met speciale aandacht voor een drietal typische kenmerken: de dominantie van de techniek, het pluralisme van levensstijlen en morele perspectieven, en het verschijnsel globalisering. In het tweede deel van het college wordt ingegaan op de betekenis van informatieen
Examenonderdelen
169
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep opmerkingen
voorkennis
computertechniek voor de ontwikkeling van de cultuur en op de vragen van ethiek die daarbij gesteld moeten worden. De besprekingen in de colleges worden ingeleid door presentaties van de deelnemers. Reader. Cijfer wordt vastgesteld op basis van de ingeleverde kritische commentaren bij de bestudeerde stof, de presentatie op het werkcollege, en het afsluitende essay. 2I, 3BWI, 3BI, 3MMC, 3W Het college bestaat uit 8 zittingen en wordt verzorgd voor vier parallelgroepen. Bij deelname aan het college dient men vooraf in tetekenen bij het onderwijsbureau op een van de parallelgroepen. Stof van het eerste studiejaar.
naam code studiepunten contacturen periode coördinatoren docenten doel
Financial Accounting and Bookkeeping 61141010 6 36 (16 hoorcollege, 8 casecollege, 12 discussiecollege) 2 drs. W.M. van der Vooren; drs. D. Turkenburg drs. F. Duimstra; drs. D. Turkenburg; drs. W.M. van der Vooren De vakken Financial Accounting en Bookkeeping zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en vormen tezamen een belangrijk onderdeel van het bredere vak Accounting. In het vak Accounting staat de financieeleconomische informatieverstrekking in en door organisaties centraal. Het onderdeel Financial Accounting kijkt vooral naar de informatieverstrekking door organisaties aan derden, zoals aan eigenaren, aandeelhouders, financiers, fiscale instanties en het publiek in ruime zin. Deze informatie wordt veelal in de vorm van een jaarrekening verstrekt. De jaarrekening bestaat uit een balans, resultatenrekening en toelichtingen daarop. Verslaggeving door middel van het jaarverslag wordt in het angelsaksisch woordgebruik ook wel aangeduid met Financial Reporting. De jaarrekening is gebaseerd op informatie die door de boekhouding wordt geleverd. Boekhouden is het volgens vaste regels en procedures registreren en verwerken (met name: sorteren, rubriceren en aggregeren) van financiële gegevens omtrent een huishouding, teneinde te komen tot rekening en verantwoording over het beheer van een vermogen of inkomen. inhoud In deze cursus komt aan de orde hoe relevante gebeurtenissen in organisaties, zoals transacties met derden en veranderingen in bezittingen en schulden, in de boekhouding worden aangetekend ("geboekt") en vervolgens worden weergegeven in de jaarrekening. Het gaat hier om twee sterk op elkaar betrokken activiteiten van boekhouden en financial accounting. Dit is dan ook de reden om dit van beide onderwerpen gecombineerd te behandelen. literatuur • Belverd E. Needles, Marian Powers, Financial Accounting. Boston/New York: Houghton Mifflin, 2004, ISBN )-618-31074-6 • Cases and handouts zijn beschikbaar op de digitale leeromgeving. toetsing schriftelijk tentamen weging 60% van het eindcijfer; opdracht
170
Exacte wetenschappen
Gedurende het blok ingeleverde uitwerkingen van cases en oefenopgaven (weging 40% van het eindcijfer). Toekenning van een voldoende/onvoldoende beoordeling op basis van getoonde inzet opmerkingen Voor de discussie- en de casecolleges geldt een aanwezigheidsplicht. onderwijs hoorcollege casecollege Aansluitend op de in de hoorcolleges behandelde onderwerpen worden cases besproken. Cases worden voor een deel individueel en voor een deel in teamverband uitgewerkt. discussiecollege naam code studiepunten contacturen periode docenten
Financial Accounting en Boekhouden 1.5 60141000 6 30 (24 hoorcollege, 6 activerende werkvormen) 5 drs. P.C.M. Claes; dr. A.T.J. Vernooij; drs. F. Duimstra; drs. W.M. van der Vooren doel Het doel van Financial Accounting is het verwerven van kennis van en inzicht in de financiële verslaggeving van organisaties vanuit het oogpunt van de informatiebehoefte van de kapitaalmarkt. Het onderdeel Boekhouden geeft aan hoe de administratieve verwerking van de gegevens moet zijn om te komen tot informatie die nodig is voor de sturing van het bedrijf en de verslaggeving naar buiten. Een nevendoel van het vak is om de aanpak van complexe problemen en analyse-vaardigheden van studenten te ontwikkelen en/of te verbeteren door middel van het werken met cases en met een management game. inhoud Accounting betreft de financieel-economische berichtgeving van organisaties. Het onderdeel Financial Accounting richt zich op de externe belangstellenden. Het kan in drie delen worden opgedeeld: Balans en Resultatenrekening, Kasstroomoverzicht en Financiële Analyse. De verschillende onderdelen zullen alle tijdens dit blok behandeld worden, waarbij de functie van het Boekhouden, als middel om gegevens te veranderen in informatie, duidelijk naar voren zal komen. Dit gebeurt met behulp van spreadsheets, zodat het hanteren van spreadsheets ook een deel is van het programma.
Gedurende het blok zal het Management Game Trade Company worden gespeeld. Dit spel is een voortzetting vanuit blok 1.2, waar het bij Management Accounting werd aangeboden. literatuur • Horngren, Sundem en Elliott, Introduction to Financial Accounting, 8e druk, Prentice Hall, New Jersey, 2002. • Trade Company, ThiemeMeulenhoff, reeds aan te schaffen bij Management Accounting in blok 1.2. toetsing schriftelijk tentamen De onderdelen Financial Accounting en Boekhouden worden in een gezamenlijk tentamen afgenomen. Dit betekent dat er niet apart punten per onderdeel worden gegeven, maar alleen punten voor het totaal. Het tentamen bestaat uit mc-vragen en open vragen
Examenonderdelen
171
opmerkingen Participatie tijdens de cases in bij de activerende werkvormen kan maximaal 1 bonuspunt opleveren. Hiervan is 0,5 punt te verdienen met deelname aan het management game en 0,5 met participatie in de cases. onderwijs hoorcollege Wekelijks twee maal twee uur hoorcollege. activerende werkvormen De activerende werkvormen worden elke week gegeven. Deze brengen de stof van de voorgaande hoorcolleges op activerende wijze aan de hand van praktijksituaties onder de aandacht. naam code studiepunten contacturen periode docent doel
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing onderwijs
172
Financiering 2.2 60221010 3 30 (24 hoorcollege, 6 activerende werkvormen) 2 ir. F.W. van den Berg Voorbouwend op Financiering 1.4 inzicht geven in omgaan met risico voor investeringsbeslissingen. Kennis en inzicht geven hoe financiële markten kosten in rekening brengen voor onzekerheid. Dit vak bouwt voort op de stof over waardering van investeringen en de werking van kapitaalmarkten, zoals ingezet in Financiering 1.4. Het vak wordt ook in nauwe samenwerking gegeven met het vak Financieel Modelleren dat simultaan wordt gegeven. Centraal staat de investeringsbeslissing vanuit de onderneming en vanuit de financiële markt. De waardering van onzekere projecten wordt besproken. De risk-return relationship, de moderne portefeuille theorie (MPT) en het capital asset pricing model (CAPM) worden geïntroduceerd als bouwstenen voor een integratie van de stof van blok 1.4 met die van waarderen onder onzekerheid. Ook op de werking van financiële markten wordt nader ingegaan met de eerste emissie van aandelen van nieuwe bedrijven (IPO), de efficiënte markt hypothese (EMH) en de anomalieën daarop. Op deze manier krijgen studenten een fundamenteler inzicht in de werking van waardecreatie door ondernemingen. Hoorcollege: • Risico, standaard deviatie, diversificatie, beta • Portfolio theorie (MPT), CAPM, APT • Cost of equity, cost of capital, WACC • Capital budgeting, investment decisions • NPV, EVA, forecasting, agency problems • Issuance securities, IPO, underwriting Behalve zes hoorcolleges horen bij dit vak drie AWV-colleges. Hierin zullen studenten groepsgewijs cases op dit vakgebied bestuderen en hun zienswijze daarop schriftelijk tevoren indienen (honorering: ½ of 1 bonuspunt). Studenten dienen zelf voor ieder hoorcollege het betreffende hoofdstuk te bestuderen; bij ieder hoofdstuk staan te bestuderen "quiz"-vragen in het boek met de antwoorden achterin. Brealey and Myers (2003), Principles of Finance (7th ed.), McGraw Hill schriftelijk tentamen (zowel over theorie als toepassingen en vraagstukken) hoorcollege
Exacte wetenschappen
activerende werkvormen naam code studiepunten contacturen periode docent doel
inhoud
literatuur
toetsing onderwijs
naam code studiepunten periode docenten doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode
Financiering 2.5 60241010 3 30 (24 lecture, 6 activerende werkvormen) 5 onbekend Voortbouwend op eerdere verplichte financieringsvakken, benoemen we de aandachtsgebieden voor de internationale financiële manager en ontwikkelen we inzicht in deze gebieden op basis van bestaande theorie. Dit vak bouwt voort op de stof behandeld in financieringscolleges in eerdere blokken. De student wordt geacht deze stof te beheersen. In dit vak wordt kennisgemaakt met de belangrijkste inzichten en concepten op het gebied van internationaal financieel management. Tijdens de activerende werkvormen wordt de student in de gelegenheid gesteld om de aangereikte theorie toe te passen met behulp van actuele vraagstukken. Dit kunnen recente artikelen zijn of andersoortige voorbeelden uit de praktijk. De activerende werkvormen hebben dan ook een hoog praktijkgehalte. Brealey and Myers (2003) Principles of Corporate Finance (7th ed.) N.B.: het is de principles variant, en niet de fundamentals variant van dezelfde auteurs! Zeer waarschijnlijk wordt er additionele literatuur gebruikt. schriftelijk tentamen lecture activerende werkvormen Formele structuren 400023 3 4 dr. R.C. de Vrijer; dr. J.M. van Wouwe; dr. F. van Raamsdonk Dit college beoogt kennismaking met de formele structuren die je tegenkomt in de informatica. In dit college worden onderwerpen uit de logica en de automatentheorie behandeld: oneindigheid, deductieve systemen, deterministische eindige automaten en Turing machines. In het tweede deel wordt uitgebreid aandacht besteed aan de theorie van processen. De kernbegrippen strings, termen , bomen en grafen spelen in verschillende onderdelen een belangrijke rol. Twee keer per week 2 uur gecombineerd hoor-en werkcollege. Collegedictaat. Schriftelijk tentamen. 1I, 1IK Logische taal en redeneermethoden (400043). Formele talen 400118 4 1 en 2
Examenonderdelen
173
docent prof.dr. W.J. Fokkink doel Vertrouwd raken met belangrijke begrippen en resultaten uit de theorie van formele talen, automaten en berekenbaarheid. inhoud Het college is gewijd aan formele talen, grammatica¿s en automaten. De volgende onderwerpen komen aan bod: eindige automaten, reguliere talen en grammatica¿s, contextvrije talen, pushdown automaten, Turing-machines en onbeslisbaarheid, context- sensitieve talen, de Chomsky-hierarchie. werkwijze - 2 uur per week hoorcollege - 2 uur per week werkcollege literatuur P. Linz, An Introduction to Formal Languages, 3rd edition. toetsing Schriftelijk tentamen (plus twee collecties inleveropgaven waarmee maximaal 0,5 bonus punt kan worden verdiend). doelgroep 3I, 3W, 3AI voorkennis Formele Structuren (400118) naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep naam code studiepunten contacturen periode docenten doel
inhoud
174
Formulemanipulatie 420022 dr. I.H.M. van Stokkum 1 6 Het gestructureerd oplossen van een fysisch probleem met behulp van Mathematica. Daarbij kan gebruik gemaakt worden van oplossingsalgoritmen uit bestaande notebooks. Randvoorwaarde is hierbij dat de student de fysica van het probleem overziet, en weet welke mathematische hulpmiddelen tot zijn beschikking staan. Het kunnen lezen en begrijpen van een bestaand notebook waarin een fysisch probleem wordt opgelost met behulp van Mathematica en dit zonodig aan te passen. Dit vak sluit aan op het vak "Inleiding programma- en datastructuren". De opdrachten komen deels uit verschillende eerstejaars natuurkundevakken. Aan de orde komen verschillen tussen symbolisch en numeriek rekenen, alsmede de beginselen van de Mathematica "taal" en het gebruik daarvan voor het generiek oplossen van problemen. College, instructie en practicum. De studiebelasting blijft grotendeels beperkt tot de contacturen. On-line Mathematica boek, lecture notes en notebooks. Aanbevolen: R. Zimmerman en F. Olness, Mathematica for Physics, 2nd edition, Addison Wesley. Een practische eindtoets wordt afgenomen. 1N Functieleer 811003 6 168 (15 paper, 3 tentamen, 15 practicum, 24 hoorcollege, 109 zelfstudie, 2 ondersteunend college) 2 en 3 prof.dr. J.L. Theeuwes; dr. C.N.L. Olivers Kennismaking met de psychologische functieleer: de studie van algemene menselijke gedragsfuncties, zoals waarnemen, leren, geheugen, taal, beslissen, probleem-oplossen, aandacht en motoriek. In de cursus worden o.a. de biologische basis van gedrag, perceptie,
Exacte wetenschappen
werkwijze
literatuur
toetsing
opmerkingen
onderwijs
aandacht, reactieprocessen en signaaldetectie besproken. Ook komen het geheugen, taal, beslissen en probleemoplossen aan de orde. Hoorcolleges, Blackboardpractica via de computer, schrijven van een paper over de resultaten van een zelfgedaan experiment, responsiecollege. Hoorcolleges: Er zijn in totaal 12 hoorcolleges waarin de stof op hoofdlijnen wordt doorgenomen. Blackboardpractica via de computer: Naast de colleges zijn er 10 practica. Bij elk practicum worden via de computer een aantal vragen over de behandelde stof gesteld en doet de student zelf mee aan een aantal experimenten of demonstraties die representatief zijn voor bepaalde soorten onderzoek (b.v. op het gebied van signaaldetectie, visuele waarneming, taal, geheugen en neurale netwerken). De practica zullen worden gegeven in de computerruimte van FPP. Elke student zal een eigen computer tot zijn/haar beschikking hebben en via een unieke inlognaam inloggen. De student krijgt voor elk behaald practicum een punt. Het totaal aantal punten voor de practica bepaalt 10% van het eindcijfer. Paper: Tegen het eind van de cursus maakt elke student individueel een kort, paper over een zelfstandig uitgevoerd experiment. Het paper bevat de volgende onderdelen: titel, samenvatting, inleiding, methode, resultaten, discussie en referenties. Het paper wordt zowel op inhoud als op vorm beoordeeld. Het cijfer telt eveneens voor 10% mee bij de bepaling van het eindcijfer. Het paper wordt electronisch ingeleverd via Blackboard. Responsiecollege: De collegereeks eindigt met een responsiecollege, waarin studenten vragen over de stof aandragen ter voorbereiding van het tentamen. • Ashcraft, M.H. (2002). Cognition. Upper Saddle River, NY: Prentice Hall. • Syllabus Inleiding Functieleer 2003/2004 tentamen paper Multiple choice tentamen. Het tentamen telt voor 80% mee bij de bepaling van het eindcijfer, 10% wordt bepaald door de punten voor de practica en 10% door het cijfer voor het paper. Het eindcijfer wordt afgerond op gehele getallen. Alle studenten volgen in principe alle onderdelen van de cursus (dit geldt ook voor AI studenten). Deelname aan de practica en het paper is verplicht. Dit betekent dat minstens één practicum voldoende gemaakt, en een paper ingeleverd moet zijn, wil het tentamencijfer (vermenigvuldigd met bijbehorend gewicht) toegekend worden. Deelresultaten blijven in principe één jaar geldig. Aan practicum en paper moet tijdens de cursus voldaan worden en kunnen niet worden ingehaald of overgedaan. Eventuele vrijstellingen kunnen schriftelijk aangevraagd worden bij de Examencommissie van de Faculteit Psychologie en Pedagogiek. Verdere details staan in de syllabus. hoorcollege practicum zelfstudie ondersteunend college
subject Functional Analysis I code 400024 credits 6
Examenonderdelen
175
period 5 lecturer prof.dr. J. Hulshof (for the VU, see www.few.vu.nl/~jhulshof/fa2004) content Functional analysis is a toolkit for solving equations in which the unknowns are functions rather than numbers. Most of the equations we solved in analysis and linear algebra required finding a solution as a number or a finite set of numbers, which, substituted in some given function, would make it zero, or would maximize or minimize it. Consequently we learned in linear algebra and analysis all sorts of things about linear and nonlinear functions defined on subsets of finite dimensional vector spaces over the real or complex numbers, equipped with a natural (inner product) norm. Life was made easy by the fact that bounded closed sets are compact so that bounded sequences have convergent subsequences. Another fact taking completely for granted was the continuity of linear functions. In the infinite-dimensional setting needed to solve problems such as integral and differential equations equations, we first need good normed vector spaces in which our solutions are to be found. We will see many different possibilities to assign a norm to a function, leading to many different spaces. This will make the theory of even only linear functionals a subtle issue in which linear algebra and analysis (epsilons and delta's) merge. form of tuition Lectures (twice per week) with an exercise class (once per week) and addtitional homework assignments literature M. Schechter, Principles of Functional Analysis, AMS, ISBN 0-8218-2895-9 mode of assessment Homework assignments. entry requirements The basics of analysis, calculus, linear algebra and complex analysis. If in doubt, consult your advisor target audience 3W, 3N, 3Ect, mMath, mPhys remarks Enrollment three weeks prior to the start of the course via TISVU: http://tisvu.vu.nl It is possible to earn 3 additional points by elaborating a detailed aspect of this course naam code docenten studiepunten periode doel
Fysica en medische fysica I 430060 dr. T.J. Ketel; prof.dr. R.M. Heethaar; prof.dr. C.F. Schmidt 3 4 Doelstelling van het college Inleiding Fysica en Medische Fysica I is de basisbegrippen van de natuurkunde te introduceren die ten grondslag liggen aan de mechanische verschijnselen in de levende natuur. inhoud Fysica is de wetenschap die de eigenschappen van de materie beschrijft in termen van natuurwetten. De fysica speelt bij het begrijpen van de eigenschappen van de levende materie en het menselijk lichaam een essentiele rol. In dit college zullen de wetten van Newton behandeld worden waarmee de beweging van een voorwerp onder invloed van een kracht beschreven kan worden. In een aantal voorbeelden komen ook de krachten en de voortbeweging van levende wezens aan de orde. werkwijze Voorstudie, vragencollege, werkcollege en zelfstudie. literatuur Het college maakt gebruik van het boek "Physics for Scientists and Engineers with Modern Physics" van Douglas C. Giancoli (Third edition, Prentice Hall, Upper Saddle River, New Jersey 07458, USA)
176
Exacte wetenschappen
toetsing Beoordeling via leesquizzen, huiswerkopdrachten en een schriftelijk tentamen. Samen bepalen deze toetsen het eindcijfer. doelgroep 1MNW, 1F voorkennis Het college sluit aan op Practicum Medische Natuurwetenschappen Het college bereidt voor op: • Fysica en Medische Fysica II • Natuurkunde en Gezondheid • Practicum Medische Natuurwetenschappen II • Structuur van de materie naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep voorkennis
naam code docent studiepunten periode doel inhoud
Fysica en medische fysica II 430061 prof.dr. C.F. Schmidt; prof.dr. R.M. Heethaar; dr. T.J. Ketel 3 5 Doelstelling van het college Inleiding Fysica en Medische Fysica II is de discussie van basisbegrippen van de natuurkunde uit te breiden en diegene te introduceren die ten grondslag liggen aan de elektrische en magnetische verschijnselen in de levende natuur. Fysica is de wetenschap die de eigenschappen van de materie beschrijft in termen van natuurwetten. De fysica speelt bij het begrijpen van de eigenschappen van de levende materie en het menselijk lichaam een essentiële rol. In dit college zullen de verschillende wetten behandeld worden die aan het einde de Maxwell vergelijkingen opleveren, die alle elektromagnetische verschijnsels beschrijven kunnen. In enkele colleges komt de relatie tussen elektromagnetisme en verschillende essentiële levensprocessen aan de orde. Voorstudie, vragencollege, werkcollege en zelfstudie. Het college maakt gebruik van het boek "Physics for Scientists and Engineers with Modern Physics" van Douglas C. Giancoli (Third edition, Prentice Hall, Upper Saddle River, New Jersey 07458, USA) Beoordeling via leesquizzen, huiswerkopdrachten en een schriftelijk tentamen. Samen bepalen deze toetsen het eindcijfer. 1MNW, 1F Het college sluit aan op Fysica en Medische Fysica I en op Practicum Medische Natuurwetenschappen. Het college bereidt voor op: • Natuurkunde en Gezondheid • Practicum Medische Natuurwetenschappen II • Structuur van de materie Fysische chemie I 435115 dr. H. Linnartz 3 5 Het aanleren van basiskennis op het gebied van de fysische chemie. In het hoorcollege wordt aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: • Elementaire moleculaire spectroscopie. • Natuurwetten en modellen die het gedrag van gassen beschrijven.
Examenonderdelen
177
•
Karakterisering van chemische reacties. Eigenschappen van vloeistoffen. Hoorcollege 24 uur, Werkcollege 5 uur. De colleges zijn gebaseerd op het studieboek: S.S. Zumdahl, Chemical Principles, 4th ed., Houghton Mifflin Company, 2002, in het bijzonder de hoofdstukken 5, 14.7, 15, 16.1/2/10/11 en 17. Schriftelijk tentamen en mondelinge herkansing. Tot de tentamenstof behoren de hierboven genoemde delen van het studieboek evenals de op het hoorcollege en tijdens de werkcolleges besproken onderwerpen. 1S Aanbevolen wordt aanvullend materiaal bij het studieboek aan te schaffen: Study Guide (P.B. Kelter), Complete Solutions Guide (T.J. Hummel and S.S. Zumdahl), CD ROM: Chemistry: Interactive 4.1; 4th ed. Houghton Miflin Company, 2002. Van quantum tot materie, Anorganische chemie I, Chemische thermodynamica. •
werkwijze literatuur
toetsing
doelgroep opmerkingen
voorkennis
naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Fysische chemie voor 3S 435320 prof.dr. S. Stolte 6 1 en 2 Men wordt in aanraking gebracht met de fysisch/chemische basisprincipes met als doel zich een beginnend inzicht te verwerven in de hoedanigheid en wetmatigheid van de verschijnselen en interactiemethodes van belang voor de (farmaco)chemie. • Statistiche mechanica van vrije en onvrije moleculen ; de invoering van het begrip van temperatuur. • Het vouwen van eiwitten als functie van de orde parameter s, die monotoon afhangt van de temperatuur • De Maxwell vergelijkingen, fotonen en thermische straling • Kinetische gastheorie; de verdeling van Maxwell-Boltzmann; • de botsingsdoorsnede en de vrije moleculaire weglengte; • Moleculaire diffusie, viscositeit en thermische geleidbaarheid; • Het tijdsafhankelijke gedrag van diffusie; • De kinetische snelheid van chemische reacties en hun bepaling; • Lindemann-Hinshelwood activeringsreactie gedrag; • Lasers, populatieinversie vanuit chemische reactie; • Inter moleculaire krachten en gekruiste moleculaire bundels • Reactie mechanismen en reactie dynamica • Tijdsopgeloste femtoseconde chemie en laserpulsen; • Geactiveerde complexen en Eyring's transition state chemie. Hoorcollege en zelfstudie. Hoofdstukken uit: P.W. Atkins, Physical Chemistry, 6th of 7th ed en Studiehandleiding. Schriftelijk tentamen. 3S
naam Fysische en biochemische aspecten van eiwitvouwing code 435390
178
Exacte wetenschappen
docent studiepunten periode doel
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docenten doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis onderwijs
dr. G. van der Zwan 6 3 Het zelfstandig of in groepsverband verzamelen, verwerken en presenteren van gegevens met betrekking tot de fysische en biochemische aspecten van eiwitvouwing. De keuzemodule wordt uitgevoerd aan de hand van enkele opdrachten en een aantal basisgegevens. Wekelijks is er contact tussen de begeleidende docenten en de studenten. Basisliteratuur en informatie van het internet. Schriftelijke rapportage en mondelinge toelichting van de opdrachten. 2S, 2F, 3S, 3F Fysische meetmethoden in medisch onderzoek 430033 5 1 prof.dr. R.M. Heethaar; dr. J. Bulthuis; dr. H. Linnartz; dr. J.T. Marcus verwerven van kennis van eigenschappen en fysische principes van medisch technologische apparatuur, de invloed ervan op het menselijk lichaam en het gebruik ervan in de kliniek. Voor het stellen van een verantwoorde diagnose of het evalueren van een therapeutische interventie is het noodzakelijk quantitatieve informatie van lichaamsfuncties te verkrijgen. Daartoe zullen meetmethoden en meetapparaten moeten worden ontwikkeld, gebouwd en in de kliniek worden geevalueerd en gebruikt. In het college worden enkele algemene principes behandeld en wordt specifiek ingegaan op afbeeldingsapparatuur en lasers. Middels (begeleide) zelfstudie kan de student zich een oordeel vormen over een speciale techniek of meetmethode. Hierover rapporteert hij in een mondelinge presentatie en een scriptie. hoorcolleges, demonstraties, zelfstudie syllabus, hand-outs, referentie artikelen mondelinge presentatie, tentamen, scriptie 3MNW Het college bouwt voort op de fysica colleges uit het 2e jaar MNW college
naam code docenten studiepunten doel
Genetica 470012 dr. A.R. Stuitje (cursusleider); dr. J.M. Kooter 6 Verkrijgen van inzicht in: • Klassieke mutagenese en overerving; • Structuur en functie van chromosomen; • DNA replicatie, repair en recombinatie; • Expressie van genen; • Regulatie van genexpressie; Cloneren en sequencen van DNA; • Transgenese; • De impact van genetica op de maatschappij. inhoud Tijdens deze cursus dienen een vijftal experimenten als uitgangspunt voor
Examenonderdelen
179
werkwijze
literatuur
toetsing doelgroep voorkennis
het formuleren van de leerdoelen en het herkennen van hiaten in de achtergrondkennis. Deze leerdoelen zullen tijdens een "Brainstorm sessie" in studiegroepjes van 10-14 personen olv een mentor (c.q. prakticum begeleider), aan de hand van praktisch vraagstellingen worden vastgesteld. Tijdens het bestuderen van de leerstof (ingeroosterde studiepauzes) kan mbv quizzes op "Blackboard", de opgedane kennis worden getest (zelftoetsing). Tijdens de rapportage sessie na afloop van de korte studiepauzes worden deeltoetsen afgenomen waarvan het cijfer een onderdeel vormt van het eindcijfer (zie toetsing). Tijdens de cursus zullen tevens een aantal werkcolleges worden ingeroosterd waarbij evt vragen van studenten mbt de leerstof zullen worden behandeld. De experimenten die na afloop van de betreffende deeltoetsen zullen plaatsvinden hebben betrekking op: 1. Genotypische karakterisering van het geslacht mbv de polymerase ketting reactie (PCR-analyse); 2. Het lezen van een genetische code aan de hand van een DNA basenvolgorde; 3. Het testen van potentieel mutagene stoffen mbv een moleculair genetische benadering; 4. Isolatie van plasmied DNA en restrictie enzym analyse; 5. Het analyseren van interacties tussen genen mbv klassieke Mendeliaanse genetica. Hoorcolleges/werkcolleges (±8 uur); Verplichte werkgroepsessies (12-18 uur); Verplicht practicum (20-30 uur); Zelfstudie (80-90 uur); Tentamen training (±10 uur). Verplicht: R.H. Tamarin, "Principles of Genetics" McGraw-Hill ISBN 0-07233419-3, ca. 50 euro. Prakticum handleiding, ca. 8 euro. Schriftelijk tentamen (70%), practicumtoets (30%). Verplicht voor eerstejaars Biologie en Bio-Medische wetenschappen Genetica op het niveau van VWO.
naam code coördinator docenten studiepunten periode doel
Genetische gemodificeerde organismen 435400 dr. J.N.M. Commandeur (P-256,
[email protected], tel. 020-4447595) dr. J.N.M. Commandeur; dr. M.J. Smit; J.C. Vos 6 3 Het zelfstandig en in groepsverband verzamelen en integreren van gegevens rond het thema "Genetisch gemodificeerde organismen/biotechnologie" en het inzicht in het gebruik hiervan in de geneeskunde en voedingsindustrie. inhoud Dankzij de recombinant DNA techniek is het mogelijk om gerichte veranderingen in het erfelijk materiaal aan te brengen en organismen te kloneren. Dit heeft tot grote consequenties geleid in de voedsel- en de farmaceutische industrie en een aantal belangrijke producten wordt tegenwoordig al via GGO's geproduceerd. Voorbeelden zijn lactoferrine (koeien), insuline, interferonen en interleukines (bacteriën), en bloedstollingsfactor VIII (zoogdiercellen), maar ook insecticide-resistente soja of Bt-toxine producerende mais. Het gebruik van GGO's strekt zich echter veel verder uit dan alleen tot direct toepasbare producten. Ze worden b.v. ook gebruikt om nieuwe, snelle en kostenbesparende
180
Exacte wetenschappen
screeningsmethoden op te zetten die gebruikt worden in de farmacochemie en de toxicologie. Ook als 'onderzoeks-tool' worden GGO's op ruime schaal toegepast in wetenschap en industrie. Veel kennis over de functie van eiwitten is b.v. verkregen door GGO's te gebruiken die bepaalde eiwitten niet meer, of juist in grote hoeveelheden, tot expressie brengen. Ook worden GGO's die een bepaalde mutante vorm van een eiwit produceren gebruikt om kennis te verkrijgen over het functioneren van het betreffende wild-type eiwit. In deze module zal aandacht worden geschonken aan de volgende aspecten: de technieken om organismen te transformeren, de (bio-)chemische analyse waaraan nieuwe varianten onderworpen worden, de toepassingen van GGO's, en de maatschappelijke en ethische dilemma's. werkwijze Hoofdzakelijk zelfstudie. Als cursusmateriaal worden artikelen uit de wetenschappelijke literatuur gebruikt. Begeleidingsbijeenkomsten zullen plaatsvinden om informatie te verwerken en om keuzes, afspraken en verslagen te maken. toetsing Beoordeling vindt plaats aan de hand van de verslagen en een schriftelijke toets. doelgroep 2S, 2F, 3S, 3F naam code docent studiepunten periode inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
naam code studiepunten periode docent inhoud
Geschiedenis van de natuurwetenschappen voor N/S/F/MNW 420148 dr. C. de Pater 3 5 De volgende thema's worden behandeld: Het aristotelische wereldbeeld in Oudheid en Middeleeuwen, geocentrisme en heliocentrisme, de wetenschappelijke revolutie, elektriciteit en magnetisme, de chemische omwenteling, van atoom tot atoommodel, de darwiniaanse (r)evolutie, geneeskunde en natuurwetenschap, relativiteitstheorie en quantummechanica, natuurwetenschap ten dienste van de geneeskunde, natuurwetenschap, geloof en ideologie. Hoorcollege en opdrachten; digitale leeromgeving. Reader. Tentamen en opdrachten. 2N, 2S, 2F, 2MNW Alle studenten N, S, F en MNW moeten kiezen tussen Geschiedenis van de natuurwetenschappen of Maatschappelijke aspecten van wetenschap. Inlichtingen secretariaat Afdeling Algemene Vorming, De Boelelaan 1081, kamer T-036c (10.00 - 15.00 uur), tel. (020) 44 47975,
[email protected] Gewone differentiaalvergelijkingen 400026 6 5 dr. J.A. Sanders Het college is hoofdzakelijk gewijd aan de theorie betreffende (systemen van) niet-lineaire differentiaalvergelijkingen. Aan de orde komen existentie en uniciteit van oplossingen, methoden voor het expliciet berekenen van oplossingen en kwalitatieve aspecten van de oplossingsverzameling. Aan de
Examenonderdelen
181
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
hand van een aantal konkrete voorbeelden wordt geillustreerd hoe men dergelijke problemen aanpakt. De cursus wordt gegeven in college+werkcollege-vorm. Steven H. Strogatz: Nonlinear Dynamics and Chaos, Westview, ISBN 07382-0453-6 Schriftelijk. 3W Vereist voor deelname aan het tentamen: Wiskundige Analyse II. Niet-wiskunde studenten dienen kontakt op te nemen met de docent om de vereiste voorkennis vast te stellen. Grondslagen waarschijnlijkheidsrekening 400027 6 4 en 5 dr. K. van Harn Dit college behandelt de grondslagen van de maattheoretische kansrekening. Aan de orde komen: stochastische grootheden en hun verdelingen, convergentie in waarschijnlijkheid en sterke (bijna zekere) convergentie, zwakke en sterke wetten van grote aantallen, zwakke convergentie van kansverdelingen, karakteristieke functies en de continuïteitsstelling van Lévy-Cramèr, de klassieke centrale limietstelling en die van Lindeberg. Hoorcollege met vraagstukkenpracticum. Collegedictaat. Tussentijdse toetsen met opdrachten. 3W, 4W, 4Ect Vereist voor deelname aan het tentamen: Kansrekening I en II (400189, 400190) en Maat- en Integratietheorie (400045).
subject code credits period lecturers aim
Human-Computer Interaction 400312 5 2 and 3 dr. G.C. van der Veer; dr. M. van Welie Explaining the User-Centered Design process and providing understanding of the interaction between people and information systems. The main goal is to teach students how to design and evaluate interactive systems that are easy to use and able to support people and organizations using them. content The usability aspects (cognitive ergonomic aspects) of human-computer interaction are related to both software engineering and to human aspects. This course introduces recent theories, approaches, and sources of HumanComputer Interaction to analyze and design Complex Interactive Systems. Several relevant schools are indicated, theories and techniques are discussed, and tools and applications are illustrated. The course also introduces some relevant basic notions about psychological aspects of computer use, aspects of organisational aspects of the introduction and application of information technology, and the theoretical basis for GTA (Groupware Task Analysis) and DUTCH (Design for Users and Tasks, from Concepts to Handles). form of tuition Lectures
182
Exacte wetenschappen
literature A. Dix, J. Finlay, G. Abowd, R. Beale: Human-Computer Interaction, (3rd edition), Prentice Hall, London, 2004, ISBN 0-130-461091; Lecture notes and study guide on the website www.cs.vu.nl/~mmc/mci. mode of assessment Written essay and an examination target audience 2BI, 2MMC, 3AI, 3I, mCS, mIS, remarks the examination (including an accepted essay) needs to be passed to be able to participate in the course of User-Interface Design. See on the website www.cs.vu.nl/~mmc/mci. naam code studiepunten periode docenten doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis naam code studiepunten periode docent doel
Informatie representatie 400273 4 4 en 6 dr. G.C. van der Veer; dr. J.F. Hoorn; J.S. Smit Als informatici en informatiekundigen zijn we expert op het gebied van interactieve systemen. Maar we weten veel minder van het veel complexere systeem dat wordt gevormd door het menselijk brein. Toch zijn computers onbruikbaar als mensen ze niet kunnen gebruiken. Deze cursus laat zien hoe computers dienen te communiceren met mensen op de samenwerking te optimaliseren Een belangrijk aspect van mens-computer communicatie is de manier waarop informatie wordt gerepresenteerd. Gebruik je een tekst-gebaseerde Linux web browser of een compleet grafische user interface (GUI)? Op een ander nivo hebben computers numerieke conversie nodig hoewel mensen een natuurlijke taal prefereren om met een bepaalde functie te kunnen werken. De cursus geeft een overzicht van wat nodig is om deze kloof te overbruggen. Het resultaat is dat men beseft dat informatie representatie een deel is van de functionaliteit van een systeem. De cursus geeft inzicht in menselijke waarneming en in hoe mensen tekst, afbeeldingen, beweging, geluid en tastzin ervaren. De cursus geeft hints en waarschuwingen voor het schrijven van dialogen, het ontwerpen van iconen, het gebruik van geluid en voice plug-ins, en tactiele interfaces. De cursus gaat in op het gebruik van Virtual Reality technologie zoals force feedback apparatuur en gloves. demonstraties, literatuurstudie, uitwerking van voorbeelden in kleine groepen, ontwerp project. website http://www.cs.vu.nl/~mmc/tbr/ huiswerk, voordracht, schriftelijk rapport van eigen werk. 1I, 1IK De cursus is interdisciplinair van opzet. zie de cursuswebsite www.cs.vu.nl/~mmc/tbr/ Taakanalyse en Webdesign Inleiding besliskunde 400029 6 1 en 2 prof.dr. H.C. Tijms Kennis en inzicht hebben in het opstellen van OR-modellen en hun
Examenonderdelen
183
oplossingsmethoden. inhoud In deze inleiding zal het accent liggen op het opstellen van wiskundige modellen voor diverse optimaliseringsproblemen. Daarnaast worden de basisideeën besproken van de wiskundige technieken waarmee deze modellen worden doorgerekend. In het college is het gebruik van educatieve software voor het oplossen van de wiskundige optimaliseringsproblemen geïntegreerd. De volgende onderwerpen komen aan de orde: - lineaire programmering (modelformuleringen, simplex algoritme, schaduwprijzen, gevoeligheidsanalyse) ¿ netwerkanalyse (kortste-pad algoritme, mimimumopspannende boom, Steiner probleem) - geheeltallige en combinatorische optimalisering (modelformuleringen, 0-1 variabelen, branch-en -bound methode ) - sequentiele beslissingsproblemen (dynamische optimalisering)vooraadtheorie ( de EOQ-formule, Silver-Meal heuristiek). werkwijze Hoorcollege: 2 uur per week; practicum: 2 uur per week. literatuur H.C. Tijms, Inleiding in de Operationele Analyse, Epsilon , Utrecht, 2002 toetsing Via twee deeltentamens aan het einde van periode 1 en periode 2. doelgroep 1BWI, 1W naam code docent studiepunten periode doel inhoud werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
Inleiding biologie 400030 dr. M.C.M. de Gunst 2 1 Kennismaking met verschillende onderdelen uit de biologie ter voorbereiding op later te volgen biologiecursussen. Verschillende aspecten van de chemie van het leven. Begeleidende literatuurstudie. Hoofdstukken uit Campbell, N.A., Reece, J.B. en Mitchell, L.G.,`Biology¿, 5th ed., Benjamin/Cummings, Menlo Park, CA. Middels mondelinge presentaties. 2W (variant wiskunde met levenswetenschappen) Geen.
naam code docent studiepunten periode doel
Inleiding computergebruik 400031 drs. A. Bhulai 1 1 De cursus geeft de studenten een basiskennis van bedrijfssystemen (Unix en MS Windows NT/2000), MS Office en het HTML/CSS. Voorts beoogt de cursus een kennismaking te zijn met de computerfaciliteiten van de faculteit, zodat de studenten deze faciliteiten zelfstandig kunnen gebruiken. inhoud Tijdens het college en practicum maken studenten kennis met verschillende computerconcepten en toepassingen, waaronder: • Bedrijfssystemen (Unix, MS Windows NT/2000), • Editors (emacs), • Internet, WWW, browsers, e-mail, • Tekstverwerkers (MS Word), • Spreadsheets (MS Excel), • Presentatieprogramma's (MS PowerPoint),
184
Exacte wetenschappen
•
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
naam code studiepunten periode docent inhoud
HTML/CSS en Webdesign. Na het volgen van dit vak: • Heeft de student(e) kennis van en weet om te gaan met de bedrijfssystemen Unix en MS Windows NT/2000, • Is de student(e) bekend met en weet om te gaan met enkele op het bedrijfssysteem werkende toepassingsprogramma's waaronder browsers, editors, tekstverwerkers, spreadsheets, presentatieprogramma's en mailprogramma's, • Kent de student(e) de betekenis en enkele praktische gebruiksmogelijkheden van het Internet en het WWW, • Heeft de student(e) een basiskennis van het HTML/CSS, • Kan de student(e) een eenvoudige webpagina ontwerpen en publiceren. Hoorcollege en practicum. Collegedictaat. MNW: opdrachten en tentamen. Andere: bijwonen practica, practicum opdracht en UNIXtoets. 1W, 1BWI, 1I, 1AI, 1IK, 1S, 1F, 1MNW In de cursus zijn twee gastcolleges opgenomen: RSI en Bioinformatica. Geen. Inleiding computergebruik voor Natuurkunde 420027 dr. I.H.M. van Stokkum 1 1 Het kennismaken met en leren gebruiken van een aantal computertoepassingen. Aan de orde komen de volgende onderwerpen: • Communicatie via de computer en het Internet: mailprogramma, webbrowser, zoekmachines, • editor, tekstverwerker, • bedrijfssystemen, filesystemen, Unix-shell, • Windows, MS-Office applicaties, met name Word en Excel • voorlichting beeldschermwerk, • logische structuur van documenten en het schrijven van rapporten. Hoorcollege en practicum Dictaat. De bij het practicum gemaakte opdrachten worden beoordeeld. 1N De colleges worden gegeven door verschillende docenten uit de FEWafdelingen. Inleiding computersystemen 400033 4 1 en 2 dr. J.M. van Wouwe Het vak geeft een inleiding in de bouw en het functioneren van computers, operating systems en computernetwerken. Aan de orde komen: • Boole'se algebra, sequentiële circuits, flip-flops;
Examenonderdelen
185
•
machineorganisatie; Input en Output computernetwerken; • LAN's, WAN's; • operating systems; • Filesystemen Hoorcollege en werkcollege. R. Williams, Computer Systems Architecture, Addison Wesley. Via twee deeltentamens en een herkansing. Het vak is afgerond bij een voldoende tentamenresultaat. 1I, 1IK, 3AI Geen. •
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze
literatuur
toetsing
doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent inhoud
186
Inleiding gegevensverwerking 400034 5 4 en 5 prof.dr. C. Verhoef Het vak Inleiding Gegevensverwerking (IGV) geeft een introductie in de toepassing van informatie en communicatie technologie in organisaties. Op het hoorcollege wordt aandacht besteed aan de industriele realiteit van informatiesystemen, en hoe daarmee om te gaan. Orthogonaal op het hoorcollege staat het zelf werken aan ontwerpen en implementeren van informatiesystemen. Dat gebeurd in het prakticum in groepjes van twee waar de nadruk ligt op praktijkgerichte opdrachten waarvoor de benodigde voorkennis uit de practicumhandleiding gehaald kan worden. Op deze manier schetst IGV een breed beeld van gegevensverwerking, vanuit de IT-industrie, en door het zelf aan informatiesystemen te werken op het prakticum. Er is een hoorcollege en een werkcollege dat aansluitend plaatsvindt. Het werkcollege is opgebouwd rondom een casus waarmee de behandelde stof in het hoorcollege wordt geoefend. Steven Alter, Information Systems -- A Management Perpsective, derde editie, Prentice Hall, 1999. Zie: www.prenhall.com/alter/ voor meer informatie. Het tentamen bestaat uit twee delen. Na 8 weken zal het eerste deeltentamen plaatsvinden en aan het einde van de cursus vindt het tweede deeltentamen plaats. Het actief meedoen aan de werkcolleges is een voorwaarde om de 4 studiepunten van het vak te ontvangen. Verder geldt de standaardregeling voor deeltentamens (minimaal een 4 voor het eerste en minimaal een 5 voor het tweede tentamen. Samen gemiddeld 5,5 of hoger.) 1I, 1BWI, 1IK, 2AI Geen. Inleiding grafentheorie 400035 3 5 dr. E. Wattel Aan de orde komen: - definitie Grafen - Euler wandelingen - eenvoudige Hamilton circuits - karakteriseren van bomen - zoeken met opspannende bomen - toewijzings- en roosterproblemen
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten contacturen docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
onderwijs
naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
Gecombineerd hoor- en werkcollege. Boek van de Open Universiteit nr. 2, Grafentheorie. Schriftelijk. 1I, 1IK, 3AI Geen. Inleiding in de Psychologie voor AI 811012 4 112 (3 tentamen, 16 hoorcollege, 93 zelfstudie) dr. W. Donk Een eerste kennismaking met het vakgebied psychologie waarbij niet alleen zal worden ingegaan op inhoudelijke aspecten van het vakgebied maar ook op het belang van de verschillende methodologische aspecten die een rol spelen bij het doen van onderzoek binnen de psychologie. Na een inleiding (theorievorming binnen de psychologie, onderzoeksmethoden) komen aan de orde de biologische basis van gedrag, motivatie, leren, sensorische processen, perceptie, geheugen, denken en kennis, en intelligentie. Hoorcolleges Gleitman, H., Fridlund, A.J., & Reisberg, D. (2004). Psychology (6th edition). New York: Norton & Company Inc. tentamen Schriftelijk tentamen met multiple-choice vragen. Inschrijving voor tentamen vanaf 40 werkdagen tot aan de vijfde werkdag voor de dag waarop het tentamen plaatsvindt. Inschrijving tentamen bij het studiesecretariaat van FPP, via het tentameninformatiesysteem "TISVU". hoorcollege zelfstudie Inleiding logica 400119 5 1 en 2 dr. R.C. de Vrijer In dit college worden syntax en semantiek van propositielogica en eersteorde predicatenlogica behandeld. Er wordt gewerkt met natuurlijke deductie als bewijssysteem. De relatie tussen semantiek en syntactische methoden speelt een centrale rol, met als kernbegrippen correctheid, consistentie en volledigheid. Daarnaast is er aandacht voor model checking, met gebruikmaking van binary decision diagrams en voor modale logica, twee onderwerpen met belangrijke toepassingen in de informatica. Hoorcollege met vraagstukkenpracticum. Michael Huth, Mark Ryan; Logic in Computer Science, Cambridge University Press, 2000. ISBN 0 5212 65602 8 Schriftelijk. 2I, 2AI, 3W, 3BI Vereiste voor deelname aan het tentamen: Logische Taal en Redeneermethoden (400043) of Basisbegrippen Wiskunde (400008).
Examenonderdelen
187
naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code docent studiepunten periode doel
188
Inleiding multimedia 400036 3 5 dr. A. Eliens In het theoretisch deel wordt aandacht besteed aan de organisatie en query aspecten van multimedia informatie, alsook aan technische aspecten van 'networked multimedia'. In het praktisch deel doet de student ervaring op met het ontwikkelen van een multimedia presentatie, zodanig dat daarin conceptuele organisatie, aesthetische effectiviteit en 'bevraagbaarheid' aan de orde komen. In het college komen ondermeer de volgende onderwerpen aan de orde: multimedia applicaties, image en text retrieval, video query talen, networked multimedia systemen, visuele communicatie technieken. In het practicum is de opdracht een korte multimedia presentatie te maken op basis van een gegeven scenario en beschikbaar materiaal. Als hulpmiddel wordt Macromedia Director Internet Studio 7 gebruikt. Hoorcollege/practicum. Collegedictaat. Schriftelijk tentamen, practicum opdracht. 1I, 1IK Inleiding natuurkundige informatica 420028 dr. I.H.M. van Stokkum 3 3 Natuurkundestudenten vertrouwd maken met de basisprincipes van dataverwerkende systemen. Doel van het praktische gedeelte is om de theoretische kennis in de natuurkundige praktijk te oefenen. De gebruikte omgeving hierbij is Mathematica. Onder andere komen aan de orde: • structuur van belangrijke omgevingen; • nauwkeurigheid en datastructuren; • algoritmen en fysische toepassingen; • klassieke architecturen; • data-acquisitie en interfacing. Hoorcolleges, werkcolleges/ practicum. Er zal begonnen worden met een opfriscursus UNIX en computergebruik. Een dictaat is beschikbaar. Mondelinge en schriftelijke rapportage van het practicum plus schriftelijk tentamen. 2N Inleiding programma -en datastructuren 420029 dr. I.H.M. van Stokkum 1 4 Introductie van enige basisbegrippen aangaande Programma- en Datastructuren die voor de fysica relevant zijn. Het verkrijgen van ervaring
Exacte wetenschappen
in het werken met Mathematica. Het krijgen van ervaring in het lezen van C. inhoud Informatica basisbegrippen aangaande data en programma¿s die aan de orde komen zijn block, scope, functie, functionele taal, control flow, data flow, lijsten, recursie. Het praktisch werk wordt uitgevoerd in Mathematica, en is geïnspireerd door de fysische praktijk. Technieken die gebruikt worden zijn het opstellen van vergelijkingen, het oplossen van algebraïsche en differentiaalvergelijkingen, het gebruik van rules, pure functies, en manipulatie van objecten. werkwijze Hoorcollege en practicum literatuur Dictaat en notebooks. Aanbevolen: R. Zimmerman en F. Olness, Mathematica for Physics, 2nd edition, Addison Wesley. toetsing Een praktische eindtoets wordt afgenomen. doelgroep 1N naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
Inleiding programmeren 435250 dr. L. Visscher 4 5 Het leren schrijven en analyseren van computerprogramma's. Er wordt geleerd hoe computerprogramma's geschreven kunnen worden met behulp van de programmeertaal C. Hierbij zal de nadruk liggen op algemene principes van programmeren en op het schrijven van duidelijke, goed gestructureerde en gedocumenteerde programma's. Er wordt aandacht besteed aan zowel het zelfstandig programmeren van toepassingen in de chemie als voor het bestuderen van chemisch relevante algoritmen Hoorcollege 20 uur; practicum 36 uur; zelfstudie. D.M. Etter, Introduction to ANSI C for Engineers and Scientists, Prentice Hall, 1996. De stof wordt getoetst met behulp van een schriftelijk en een praktisch deeltentamen. 2S, 2F Inleiding programmeren I 400150 4 1 en 2 ir. M.P.H. Huntjens Het doel van de cursus is algoritmisch leren denken, gestructureerd leren programmeren en het verwerven van inzicht in de manier waarop computers gebruikt kunnen worden om problemen op te lossen. primitieve types, declaraties, expressies, toekenningsopdracht, keuzeopdrachten, herhalingsopdrachten, methoden, I/O, arrays, classes, instanties van classes (objecten), standaard classes String en Math, ontwerpen maken, twee-dimensionale arrays, meerdere objecten tegelijk gebruiken in een programma. Hoorcollege met een parallel practicum. Een nog nader te bepalen boek dat op het eerste college verkocht zal worden en het dictaat Practicumhandleiding Inleiding Programmeren. Via practicumopgaven.
Examenonderdelen
189
doelgroep 1I, 1BWI, 1AI, 1IK voorkennis Geen naam code studiepunten periode docent doel inhoud werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
Inleiding programmeren II 400151 3 4 ir. M.P.H. Huntjens zie inleiding programmeren I recursie, lineair search, binary search. hoorcollege zie inleiding programmeren I schriftelijk 1I, 1BWI, 1AI, 1IK Inleiding programmeren I (400150)
naam code studiepunten periode docent doel
Inleiding programmeren II practicum 400085 2 4 ir. M.P.H. Huntjens het opdoen van praktijkervaring met de in de colleges Inleiding Programmeren I en II behandelde stof afsluitende opgave over de stof van Inleiding Programmeren I + een opgave over het onderwerp recursie practicum Practicumhandleiding Inleiding Programmeren via practicumopgaven 1I, 1BWI, 1AI, 1IK vereist voor deelname aan het practicum: Inleiding programmeren I (400150).
inhoud werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
naam code studiepunten periode docent doel inhoud werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
Inleiding programmeren practicum W/Ect 400200 5 1, 2 en 3 ir. M.P.H. Huntjens praktische ervaring opdoen met de stof van het vak Inleiding Programmeren voor Wiskunde & Econometrie practicumopgaven over de stof van het vak Inleiding Programmeren voor Wiskunde & Econometrie practicum het dictaat Practicumhandleiding Inleiding Programmeren via practicumopgaven. 2W, 2Ect geen
naam Inleiding programmeren voor W/Ect code 400037 studiepunten 3
190
Exacte wetenschappen
periode 1 en 2 docent ir. M.P.H. Huntjens doel Het doel van de cursus is algoritmisch leren denken, gestructureerd leren programmeren, en het verwerven van inzicht in de manier waarop computers kunnen worden gebruikt om problemen op te lossen. inhoud De principes van gestructureerd programmeren zullen op het college worden verduidelijkt waarbij de object-georiënteerde programmeertaal JAVA als voorbeeldtaal gebruikt wordt. Het concept dat er bij het programmeren voortdurend objecten gemanipuleerd worden, staat dan ook centraal. Verder worden behandeld: primitieve types, objecten, classes, expressies, declaraties, controle structuren, methoden, enkele standaard classes (String, Math, StringBuffer), arrays (ook twee-dimensionale), het gebruik van meerdere objecten in een programma, linear search, binary search, recursie. werkwijze hoorcollege (week 36-51) literatuur Een nog nader te bepalen boek dat op het eerste college zal worden verkocht en het dictaat Practicumhandleiding Inleiding Programmeren. toetsing schriftelijk doelgroep 2W, 2Ect voorkennis Geen. naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Inleiding sterrenkunde 420030 prof.dr. H.F. Henrichs 6 5 en 6 Een breed inzicht te verwerven in moderne sterrenkunde. Dit betreft zowel de basiskennis alsook de aandachtsgebieden van hedendaags onderzoek. • Zonnestelsel, zon, planeten met hun satellieten, en kleinere hemellichamen, getijdenwerking, zonnewind. • Bouw en evolutie van sterren, stervorming, eindstadia (witte dwergen, neutronensterren, zwarte gaten). • Struktuur van het Melkwegstelsel, dynamica, populaties, interstellaire materie. • Sterrenstelsels, en inleiding tot de kosmologie. College en werkcollege zijn geintegreerd. Karttunen et al, Fundamental Astronomy, Springer 2000. Schriftelijk tentamen. 1N
naam code studiepunten periode docenten doel
Inleiding theoretische informatica 400120 5 4 dr. F. van Raamsdonk; dr. R.C. de Vrijer Een kennismaking met algebraische specificaties, lambda calculus, en de essentiele aspecten van functioneel programmeren. inhoud Het college bestaat uit drie delen: eerst twee onderwerpen uit de theorie van functioneel programmeren en tenslotte bestuderen we de beginselen van de
Examenonderdelen
191
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis
functionele talen ML en Haskell. Het eerste deel gaat over algebraische specificaties. Het datatype van de eindige lijsten van natuurlijke getallen kan bijvoorbeeld gespecificeerd worden door de algebraische specificatie waar we een operator hebben voor de lege lijst, en een operator die van een natuurlijk getal (de head) en een lijst (de tail) een nieuwe lijst maakt die bestaat uit de head gevolgd door de tail. Het rekenen met vergelijkingen in dit soort datatypes speelt een belangrijke rol in het gebruik van functionele programmeertalen. Het tweede deel gaat over lambda calculus. We bestuderen enkele onderwerpen die voor het functioneel programmeren van belang zijn: typering, strategieen en fixed points. Het derde en laatste deel gaat over de functionele talen ML en Haskell. Er worden in het college en in het practicum een paar belangrijke voorbeelden van functionele programma's behandeld. Verder besteden we aandacht aan de verschillende evaluatiemechanismen van ML en Haskell. 2 uur per week hoorcollege en 2 uur per week werkcollege/practicum collegedictaat schriftelijk tentamen en opgaven inleveren 2I Het college is vernieuwd en anders dan in 2003 - 2004 Inleiding logica.
naam code studiepunten contacturen periode docenten doel
Inleiding wiskundige economie 64141000 6 56 (28 practicum, 28 hoorcollege) 4 en 5 prof.dr.ir. G. van der Laan; dr. J.R. van den Brink Het verkrijgen van kennis en inzicht in de werking van de markteconomie en de economische factoren die daarbij van belang zijn, het verkrijgen van inzicht hoe economische verschijnselen door middel van wiskundige modellen kunnen worden weergegeven; het kunnen toepassen van de relevante wiskundige technieken. inhoud Binnen de economische wetenschap wordt veelvuldig gebruik gemaakt van wiskundige modellen. In deze cursus wordt m.b.v. wiskundige modellen onderzocht hoe prijzen en marktvormen de beslissingen van vragers en aanbieders beïnvloeden en daarmee ook de uiteindelijke verdeling van welvaart en inkomen. Het keuzegedrag van de consument wordt hierbij verklaard door nutsmaximalisatie. De producent minimaliseert te kosten van zijn inputs, terwijl het gedrag van de producent op zijn outputmarkten wordt bepaald door de marktvorm. We maken hierbij onderscheid tussen een markt met volledige mededinging, een monopolistische markt e een oligopolistische markt met strategisch gedrag en interactie. In blok 1.3 ligt de nadruk op consumenten en producenten gedrag, in blok 1.4 op marktvormen, marktevenwicht en strategische interactie. literatuur Hal R. Varian, Intermediate Microeconomics, a modern approach (Norton & Company); tevens wordt gebruik gemaakt van een syllabus. toetsing schriftelijk tentamen Een geheel tentamen aan het eind van blok 1.4., of deeltentamens aan het eind van ieder blok.
192
Exacte wetenschappen
onderwijs hoorcollege practicum naam code studiepunten periode docenten doel
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing
doelgroep subject code credits contact period coördinator aim
Internet- en webtechnologie 430034 5 2 prof.dr. J. Heringa; prof.dr.ir. M.R. van Steen Het doel van dit vak is om de student inzicht en overzicht te geven in de huidige stand van zaken en ontwikkelingen met betrekking tot het Internet, in het bijzonder de toepassingen van Webtechnologie. Het uitgangspunt hierbij is dat het Web in toenemende mate gebruikt wordt als vehikel voor grootschalige gekoppelde informatiesystemen Aan de orde komen de volgende onderwerpen: basistechnologie, Web site ontwikkeling, Web services, XML, Semantisch Web. Grid computing, gedistribueerde biodatabanken, gedistribueerde datamining, peer-to-peer systemen, virtuele laboratoria, laboratorium management systemen. In een korte serie van 14 colleges zal elk van de bovengenoemde onderwerpen behandeld worden door een expert gastdocent (veelal uit de faculteit). Het is essentieel om bij deze colleges aanwezig te zijn. Tijdens de collegeserie, die in vijf blokken wordt opgedeeld, dient de student in eigen bewoording voor ieder van deze vijf hoofdonderwerpen (blokken) in een verslag te beschrijven wat de kernpunten zijn. Ook kiest de student tijdens de collegeserie, of na afloop, een specifiek onderwerp, waarvoor, in overleg met de betreffende docent, een wetenschappelijke projectaanvraag geschreven dient te worden. Ook dient een gerichte presentatie over deze aanvraag voorbereid te worden. De student zal tijdens de presentatie/discussie over deze onderzoeksaanvraag ook over het bovenstaande collegeverslag gevraagd worden. De presentaties zullen in de laatste twee weken gehouden worden. Wordt per onderwerp bekend gemaakt Verslag, onderzoeksaanvraag en presentatie. Hierbij zal vooral de kwaliteit van de inhoud van de presentatie, maar ook de presentatie zelf meegenomen worden in de beoordeling. Aan het begin van het college zullen de exacte criteria en eventueel aanvullende wijze van toetsing nader bekend gemaakt worden. 3MNW Interorganizational Systems 61431000 6 28 hours (16 lecture, 12 casecollege) 2 prof.dr. Y.H. Tan More and more goods and services are no longer produced in hierarchically structured organizations but in flexible network organizations. Network organizations are more agile and can better respond to fast-moving customer needs. Typical examples of network organizations are: consumer-drive value chains, electronic marketplaces, online auctions and IT outsourcing. Interorganizational systems (IOS) are essential for the success of network
Examenonderdelen
193
content
course format
literature examination format
class
organizations. Inter-organizational systems are information systems that support (1) the exchange of electronic documents (purchase order, invoice etc.), and (2) business process integration between different organizations. The focus of the course is on the technological as well organizational aspects of inter-organizational systems that are needed to create network organizations. Also we will study the different strategic approaches to make network organizations successful. Furthermore, management, planning and control aspects of network organizations will be addressed. Though technology is an important topic in this course the course has mainly a managerial focus. We will study how inter-organizational information systems can support communication and coordination processes between companies in a network organization. Relevant technologies will be discussed such as Enterprise Application Integration (EAI), Extended Enterprise Resource Planning (EERP), Application Service Providing (ASP) en Web Services. Collaborative Planning Forecasting and Replenishment (CPFR) is meant to improve the coordination of activities of individual companies in a network organization; in particular by sharing data about the customer demand on the one side and the logistic processes within the chain on the other side. Interorganizational systems play an essential role in the successful implementation of CPFR. Furthermore, we will pay attention to the integration of customer processes in network structures that are supported by Customer Relationship Management (CRM). Information systems that cross the boundaries of firms offer customers the opportunity to integrate more upstream in the supply chain. Related to this inter-organizational decision support systems will be studied. Another topic that will be studied is the balance between trust and control in network organizations. Traditionally, paper-based documents such as contracts and trade documents were used for control between companies. The challenge is to develop new electronic control mechanisms that create trust in dynamically changing business relations in network organizations. The course consists of lectures and case sessions. Students are required to write a paper in teams. Results of the paper have to be presented by the teams during the case sessions. We also intend to give students hands-on experience with topics that are relevant for inter-organizational systems. Articles, which will be announced later. paper presentation written examination lecture casecollege
naam code coördinator docenten
Intro exact: symmetrie en asymmetrie in de natuur 435021 dr.ir. R.V.A. Orru (KA-381a,
[email protected] of 020 - 4447447) prof.dr. R. Leurs (FAR); prof.dr. R.M. Heethaar (MNW); dr. T.D. Visser (N&S); prof.dr. R. Meester (WIS); dr.ir. R.V.A. Orru (SCH) studiepunten 6 periode 1 inhoud Tussen de verschillende natuurwetenschappelijke disciplines bestaan vele
194
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
dwarsverbanden. Aan de hand van "symmetrie & asymmetrie" als verbindend element wordt in dit college de beginnende student een uitdagende start van hun bèta-studie geboden. Aan de orde komen bijvoorbeeld symmetriegroepen. Hierbij zullen de relevante begrippen spelenderwijs worden ingevoerd, zonder veel formele definities. Doel is om te laten zien dat door eenvoudige abstracties iets heel concreets beter begrepen kan worden. De symmetrieen van ruimtelijke figuren zoals driehoek, tetraeder en kubus vormen de basis voor inzicht in symmetrie elementen van natuurlijke objecten, zoals bijvoorbeeld sneeuwvlokken en bepaalde moleculen. Hoe eenvoudige abstracties kunnen leiden tot een complexe theorie wordt gedemonstreerd aan de concepten die ten grondslag liggen aan de relativiteitstheorie. In dit deel van het college komt ook de meest bekende vergelijking uit de natuurkunde aan bod: E=mc2. In het verlengde van de wiskundige benadering van symmetrie wordt gekeken naar moleculen en hun spiegelbeelden. Zijn deze nu hetzelfde! ... of toch niet? Besproken worden o.a. de tetraeder van Van `t Hoff en de consequenties hiervan voor het dagelijks leven en de ontdekkingen van Louis Pasteur die de noodzaak van asymmetrie in biologisch actieve stoffen aantoonde. In het aansluitende deel van het college wordt duidelijk hoe we in de (nabije) toekomst medicijnen op maat kunnen ontwikkelen. Besproken worden communicatie tussen cellen., neuronale communicatie en op welke manier medicijnen cellulaire communicatie beinvloeden. Tenslotte wordt een verkenningstocht door de menselijke hersenen gemaakt. De tocht begint bij de bouwstenen van het menselijk lichaam: de cel met zijn boeiende eigenschappen waaronder: de elektrische processen aan de celmembranen, de geleiding van elektrische impulsen langs zenuwvezels en de overdracht van informatie van cel tot cel. Kortom in dit college passeert een breed skala aan onderwerpen de revue waarbij de rode draad "symmetrie & asymmetrie" op een mooie wijze laat zien hoe de verschillende bèta-disciplines in elkaar grijpen. Combinatie hoor-/werkcollege totaal 56 uur. Opdrachten en zelfstudie ca. 110 uur. Reader samengesteld door de betrokken docenten. De stof wordt schriftelijk getentamineerd. Opdrachten kunnen onderdeel zijn van de tentaminering. 1S, 1F, 1MNW, 1N, 1W
naam code studiepunten periode docenten doel
Introductie BWI 400315 2 1 prof.dr. G.M. Koole; dr.ir. R.F. Swarttouw Het geven van een overzicht van doel en inhoud van de BWI-opleiding. Het bevorderen van samenwerking in groepsverband. inhoud De studenten maken middels een bedrijfsbezoek kennis met een bedrijf waar typische BWI-problemen te vinden zijn. Daarbij krijgen ze een opdracht uitgereikt, waaraan in groepjes dient te worden gewerkt. Deze opdracht, een vereenvoudiging van een probleem dat bij het betreffende bedrijf speelt (of speelde), wordt gedurende de op het bezoek volgende weken opgelost. Tevens zijn er enkele inleidende colleges bedrijfseconomie.
Examenonderdelen
195
werkwijze Bedrijfsbezoeken en groepsopdrachten. 3 studenten werken als groep onder begeleiding aan een opdracht. toetsing Werkstuk per groep. doelgroep 1BWI opmerkingen Aanwezigheid is verplicht. contact dr. ir. R.F. Swarttouw naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent doel
Kansrekening I voor BWI 400319 6 3 en 4 dr. C.M. Quant • kennis van basisbegrippen uit de discrete en continue kansrekening • kennis van de hoofdresultaten uit de elementaire kansrekening • inzicht in de wijze waarop de resultaten worden verkregen. We beginnen met discrete kansrekening, dat betekent dat de uitkomstenruimten van de experimenten die we bekijken aftelbaar zijn. We definieren gebeurtenissen en kansen. Onafhankelijkheid en conditionele kansen komen daarna aan de orde. Vervolgens houden we ons bezig met discrete stochastische grootheden en vectoren, verwachtingen en variantie. We geven vele voorbeelden van discrete verdelingen met toepassingen en behandelen de zwakke wet van de grote aantallen. Vervolgens introduceren we continue kansrekening. Met behulp van veel voorbeelden zullen we continue stochastische grootheden bespreken. Hierbij komen ook verwachtingen, onafhankelijkheid en gezamenlijke verdelingen aan bod. Hoorcollege met zelfstudie, huiswerk en werkcollege Sheldon Ross, A first course in probability, Sixth edition, Prentice Hall. Twee deeltentamens 1BWI
toetsing doelgroep
Kansrekening I voor W/Ect 400189 3 2 prof.dr. R.W.J. Meester Kennis van basisbegrippen uit de discrete en continue kansrekening; kennis van de hoofdresultaten uit de elementaire kansrekening; inzicht in de wijze waarop de resultaten worden verkregen; kunnen modelleren van een praktijksituatie in een stochastisch model; Bestaat uit discrete kansrekening. We bekijken uitkomstenruimtes van experimenten en definieren gebeurtenissen en kansen. We rekenen kansen uit met behulp van enige combinatoriek. Onafhankelijkheid en conditionele verdelingen komen daarna aan de orde. Vervolgens houden we ons bezig met stochastische grootheden en vectoren, verwachtingen en variantie. In een vroeg stadium bewijzen we al een wet van de grote aantallen. Hoorcollege en werkcollege in kleinere groepen. Ronald Meester, "A Natural Introduction to Probability Theory". uitgever: Birkhauser Schriftelijk, tentamen. 1W, 1Ect
196
Exacte wetenschappen
inhoud
werkwijze literatuur
naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Kansrekening II voor BWI 400320 3 5 dr. C.M. Quant • kennis van basisbegrippen uit de discrete en continue kansrekening • kennis van de hoofdresultaten uit de elementaire kansrekening • inzicht in de wijze waarop de resultaten worden verkregen We behandelen onder andere conditionele verdelingen, functies van stochastische vectoren en covariantie. Daarna behandelen we enige limietstellingen zoals de zwakke wet van de grote aantallen en de centrale limietstelling en toepassingen hiervan. Tenslotte besteden we nog tijd aan simulatie-problematiek. Hoorcollege met zelfstudie, huiswerk en werkcollege. Sheldon Ross, A first course in probability, Sixth edition, Prentice Hall. Schriftelijk tentamen 1BWI Kansrekening II voor W/Ect 400190 6 4 en 5 prof.dr. R.W.J. Meester Kennis van basisbegrippen uit de discrete en continue kansrekening; kennis van de hoofdresultaten uit de elementaire kansrekening; inzicht in de wijze waarop de resultaten worden verkregen; kunnen modelleren van een praktijksituatie in een stochastisch model; In kansrekening II beginnen we met simultane verdelingen van discrete stochastische grootheden, en de bijbehorende conditionele verdelingen en conditionele verwachtingen. Vervolgens introduceren we continue kansrekening. Dit zal gemotiveerd worden door te laten zien dat discrete kansrekening prinicpieel niet in staat is om bepaalde intuitieve probabilistische ideëen te beschrijven. In de continue kansrekening behandelen we een aantal dingen die we al bij discrete kansrekening hadden gezien zoals verwachting, variantie, functies van stochastische grootheden, conditionele verdelingen, sommen van stochastische grootheden, wetten van grote aantallen, en tenslotte de centrale limietstelling. Het college zal zodanig opgebouwd worden, dat nieuwe begrippen elke keer gemotiveerd worden. Op elk moment zullen we ons de vraag stellen: wat kunnen we met de huidige theorie en wat niet? Het antwoord op deze vraag zal de motivatie voor nieuwe ontwikkelingen zijn. Bovendien wordt het college opgefleurd door anekdotische problemen die vaak zeer tegenintuitieve oplossingen hebben. Hoorcollege en werkcollege in kleinere groepen. Ronald Meester, A Natural Introduction to Probability Theory, uitgever: Birkhauser Schriftelijk. Er zijn 2 deeltentamens. 1W, 1Ect
Examenonderdelen
197
naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennisvak naam code studiepunten periode docent inhoud
198
Kansrekening en statistiek I 430032 6 1 dr. M.C.M. de Gunst Inleiding tot onderdelen van de kansrekening en statistiek die een rol spelen in de medische natuurwetenschappen. Na introductie van basisbegrippen uit de kansrekening (o.a. stochastische variabelen, kansdichtheden, en voorwaardelijke verdelingen) wordt aandacht besteed aan statistische technieken als schatten van parameters, bepalen van betrouwbaarheidsgebieden, toetsen en statistische samenvattingen. Een bijbehorend werkcollege, gedeeltelijk gericht op toepassingen in de medische natuurwetenschappen, biedt gelegenheid beter te leren omgaan met de begrippen. Theoretische concepten worden geillustreerd door middel van computeropdrachten waarbij met behulp van het statistisch pakket R medische data worden geanalyseerd. Hoorcollege, werkcollege en computerpracticum. Mathematical Statistics and Data Analysis. John A. Rice, Duxbury Press en Handleiding R (of S-Plus) College Statistische Data Analyse. Schriftelijk tentamen en computeropdrachten 3MNW Wiskunde I en Wiskunde II Kansrekening en statistiek II 430037 5 2 dr. M.C.M. de Gunst Behandeling van statistische begrippen en technieken die een rol spelen in de bioinformatica en fysica van leven. Eerst worden statistische modellen en bijbehorende analysetechnieken behandeld, onder andere variantie-analyse, regressieanalyse en analyse categorische data. Vervolgens zal het modelleren van processen waarbij toeval een rol speelt, aan de orde komen. Markov modellen, hidden Markov modellen en Markov chain Monte Carlo technieken zullen worden geïntroduceerd. Combinatie van hoorcollege, literatuurstudie en computerpracticum. Mathemetical Statistics and Data Analysis. John A. Rice, Duxbury Press en t.z.t. op te geven extra literatuur. Schriftelijk tentamen 3MNW 430032: Kansrekening en statistiek I Kennissystemen 400126 4 4 dr. M. Klein Het ontwikkelen van kennissystemen wordt in dit college behandeld als een activiteit op twee niveaus: het ¿symboolniveau¿ en het ¿kennisniveau¿. Op
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
het symboolniveau gaat het om de representaties die kunnen worden gebruikt om verschillende soorten kennis te representeren en ermee te redeneren. Het college behandelt de representatie en het redeneren over tijd en ruimte en het redeneren met onzekere of onvolledige kennis. Op het kennisniveau wordt een analyse gemaakt van de verschillende soorten taken die door een kennissysteem kunnen worden uitgevoerd en van het soort kennis die voor een bepaalde taak benodigd is. Voorbeelden die in het college ter sprake komen zijn classificatie, configuratie en diagnose. Voor elk van deze taken zullen de relevante kennistypen worden besproken, evenals een aantal praktische systemen. Hoorcollege en opdrachten. Mark Stefik, Introduction to Knowledge Systems, Morgan Kaufmann Publishers, 1995. Schriftelijk. 2BWI, 3I, 1AI, 3MMC • De praktische vaardigheden van het bouwen van een kennissysteem komen aan de orde in Project Kennissystemen (400201), 7 sp - Teletop en http://www.cs.vu.nl/vakgroepen/ai/education/courses/ks/ • Zie ook blackboard pagina.
naam code docent studiepunten periode doel
Klassieke mechanica 420102 dr. K. Allaart 4 2 De student maakt kennis met bewegingsvergelijkingen die algemener toepasbaar zijn dan die van Newton en die de basis vormen voor moderne natuurkundige theorieën. inhoud De wetten van Newton (traagheidswet, krachtwet, actie en reactie) verschaften in de zeventiende en achttiende eeuw een basis om een veelheid van uiteenlopende verschijnselen te beschrijven. Vanuit filosofische overwegingen, maar vooral ook door de gecompliceerdheid van de systemen waarvoor men (praktische!) belangstelling had, werden andere formuleringen van fysische principes gevonden. Voor eenvoudige systemen zijn deze wiskundig equivalent met de vergelijkingen van Newton, maar ze zijn algemener toepasbaar. Deze 'klassieke mechanica', waaraan ondermeer de namen van Lagrange (1736-1813) en Hamilton (1805-1865) verbonden zijn, is daardoor nog steeds de basis voor de ontwikkeling van de moderne theorie voor quantumsystemen, veldentheorie en statistische fysica. Behandeld worden: • faseruimte-voorstelling van een systeem, vrijheidsgraden • kinematische relaties; multiplicatoren van Lagrange • principe van d'Alembert; vergelijkingen van Lagrange • principe van Hamilton; Hamiltoniaan • canonieke transformaties; Poissonhaakjes • invarianties van de Hamiltoniaan bij canonieke transformaties; behouden grootheden • Liouville-vergelijking werkwijze Hoorcolleges en werkcolleges. Examenonderdelen
199
literatuur Er is een (Nederlandstalig) dictaat. De stof is ook te vinden in enkele hoofdstukken uit de leerboeken: • H. Goldstein, C. Poole, J. Safko: Classical Mechanics (Addison Wesley), third edition, ISBN 0-201-65702-3 • H. Goldstein, Classical Mechanics (Addison Wesley), second edition, ISBN 0-201-02969-3 • L.N. Hand, J.D. Finch: Analytical Mechanics (Cambridge Univ. Press), ISBN 0-521-575729 • F. Scheck, Mechanics (Springer, Heidelberg 1990), ISBN 9971-978-33-4 toetsing Schriftelijk tentamen (kennisvragen en opgaven). doelgroep 3N subject code credits period lecturers content
form of tuition literature
mode of assessment target audience
Knowledge Management and Modeling 400125 6 1 and 2 prof.dr. J.M. Akkermans; dr. A.T. Schreiber Knowledge management is a relatively new discipline which has as its aim the efficiency improvement of the production factor "knowledge" and of the related business processes (knowledge creation, distribution, application and maintenance). The course "Knowledge Management and Modeling" is concerned with the organizational aspects of knowledge management, as well as the question how knowledge can be described with the support of modern information-modeling techniques. The notion of pattern-based knowledge modeling is a key issue in the knowledge management process. Students carry out a knowledge-management project in small project groups in a problem domain and organization of choice. Lectures, assignments, group project. Schreiber, Akkermans, Anjewierden, de Hoog, Shadbolt, van de Velde, Wielinga: Knowledge Engineering & Management. The MIT Press, Cambridge MA, 2000, ISBN 0-262-19300-0. Assignment, project reports, self evaluation. mIS
naam code studiepunten periode docenten
Kwaliteitszorg van de informatievoorziening 400195 5 1 en 2 B. Derksen (hoofddocent. e-mail:
[email protected]); J.J. Wintraecken (e-mail:
[email protected] e-mail:
[email protected]); G. Brilleman (e-mail:
[email protected]) inhoud Het vak beoogt: • de student bewust te maken van een veranderende gebruikersattitude wat betreft de informatievoorziening; • de student methodes te leren om structureel de kwaliteit van de informatievoorziening te onderzoeken en te verbeteren. • De student bekent te maken met de praktijksituatie Steeds meer professionele organisaties die zich bezighouden met de informatievoorziening gaan over tot certificering van hun producten en hun
200
Exacte wetenschappen
dienstverleningsproces. De kwaliteitsbeoordeling neemt een steeds belangrijkere rol in voor de informatievoorziening. Evaluatie, assessment, kwaliteitsbeheersing, kwaliteitsborging en integrale kwaliteitszorg zijn echter nog geen "levende" termen. Dit college beoogt daarin verandering aan te brengen. De leerstof wordt behandeld in 10 hoorcolleges waarin de volgende onderwerpen aan de orde komen: 1 Kwaliteit en kwaliteitszorg 2 Kwaliteitsinspectie, kwaliteitsbeheersing, kwaliteitsborging en integrale kwaliteitszorg 3 De infrastructuur van de informatievoorziening en de levenscyclus ervan 4 De kwaliteit van de informatievoorziening 5 Kwaliteitszorg van de informatievoorziening Het accent van het vak ligt bij het in de praktijk toepassen van de in de colleges aangeleerde theorie, begrippen, principes en instrumenten. werkwijze De hoorcolleges worden gegeven aan de hand van overheadsheets, waarvan de kopieën aan de student ter beschikking worden gesteld. De in de hoorcolleges verkregen kennis dient te worden aangescherpt en aangevuld door het bestuderen van door de docent uit te reiken studieteksten. De opdrachtteams De studenten dienen zich te organiseren in opdrachtteams. Het aantal te vormen teams en het aantal studenten per team is afhankelijk van het aantal inschrijvingen voor het vak en wordt tijdens een van de colleges meegedeeld. De teams dienen de volgende opdrachten uit te voeren: • het uitwerken van een aantal cases die tijdens de colleges worden aangereikt en het presenteren van de uitwerkingen; • het uitvoeren van een opdracht na afloop van de hoorcolleges. toetsing De mondelinge toets De kennis van en het inzicht in de tijdens de colleges gepresenteerde en in de reader weergegeven stof, wordt tijdens een mondelinge toets geverifieerd. De toetsen vinden plaats op nog nader vast te stellen tijdstippen De opdracht Ten tijde van de colleges dient door ieder team een opdracht te worden uitgevoerd. Dit kan een opdracht bij een externe organisatie (buiten de Universiteit) zijn, of een interne opdracht binnen de Universiteit. De docent maakt de opdrachten tijdens een van de colleges bekend. De teams dienen uiterlijk tijdens het zesde college aan de docent bekend te maken welke opdrachten zij kiezen. Hierbij geldt het principe "wie het eerst komt, het eerst maalt". Van iedere opdracht dient een verslag te worden gemaakt en een presentatie te worden verzorgd. De presentaties worden gegeven tijdens een "terugkomdag". In de mate van het mogelijke zijn de opdrachtgevers van de externe opdrachten bij de presentaties aanwezig. Het verslag dient uiterlijk een werkweek voorafgaand aan de presentatie bij de docent en, voor externe opdrachten, bij de externe opdrachtgever te zijn ingeleverd. Bij vragen, onduidelijkheden, problemen en dergelijke bij de uitvoering van de opdracht dient de teamleider contact op te nemen met de docent. Bij de eindpresentatie dient, waar mogelijk, gebruik te worden gemaakt van
Examenonderdelen
201
de theorie, de termen, de begrippen en de instrumenten uit de hoorcolleges en de verplichte literatuur. De eindpresentatie dient goed gedocumenteerd en op zichzelf leesbaar te zijn. De eindpresentatie mag niet langer dan dertig minuten duren (na verloop van dertig minuten zal de docent de presentatie afbreken). De voor het verslag en de presentatie te maken kosten zijn voor rekening van de studenten. doelgroep 3BI naam code coördinator docenten studiepunten contacturen periode doel inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep
opmerkingen blackboard onderwijs
Let alg: Algemene taalwetenschap, inleiding 500011 dr. B.L.J. Los dr. B.L.J. Los; dr. J. Noordegraaf; dr. C.M. Struijke 5 42 (42 college) 1 en 5 Basiskennis van taalwetenschap als fundament voor de studie van een specifieke taal of een taalwetenschappelijke specialisatie. Kennismaking met de wetenschappelijke bestudering van een taal door analyse van de 'bouwstenen' van taalsystemen; kennismaking met 'de talen van de wereld' en taalverandering. 1 uur hoorcollege, 2 uur werkcollege waarin gemaakte opdrachten worden besproken. • P. van Reenen en M. Elias (1997) Taalverschillen. Een werkboek over variatie en verandering in taal. Bussum: Coutinho • Tserdanelis, Georgios & Wai Yi Peggy Wong, eds. (2004) The Language Files: Materials for an Introduction to Language and Linguistics. 9th edition. Columbus: Ohio State University Press Schriftelijk tentamen aan het einde van de periode periode 1: verplicht voor 1e jaars studenten Taalwetenschap: ATW, Lexicologie en TTW; periode 5: verplicht voor 1e jaars studenten Duits, Engels, Frans, GLTC, Nederlands en Artificiële Intelligentie; 2e of 3e jaars studenten Oudheidkunde Inschrijven verplicht via TISVU Ja college
naam code docent studiepunten contacturen periode doel
Lex: Het computationele lexicon 540115 dr. H.D. van der Vliet 5 14 (14 college) 4 Kennismaking met de computertaalkunde en het computationele lexicon met de bedoeling de studenten in staat te stellen zelfstandig literatuur op dit gebied te lezen. inhoud De cursus is een inleiding in de problematiek van de computertaalkunde, met de nadruk op de rol van het lexicon. Aan de orde komen: beginselen van de computertaalkunde; de rol van het computationele lexicon in de
202
Exacte wetenschappen
literatuur toetsing doelgroep opmerkingen onderwijs voorkennisvak naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent doel
computertaalkunde; inhoud en organisatie van het computationele lexicon; lexicografische 'tools' voor de taaltechnologie; bestaande lexicografische bestanden, zoals WordNet en Framenet. Een en ander wordt geïllustreerd aan de hand van artikelen en de bespreking van enige taaltechnologische projecten. Wordt nader bekendgemaakt Colleges in periode 4; opdrachten en schriftelijk tentamen op basis van stof uit de colleges en artikelen in periode 5 3e jaars studenten Taalwetenschap ATW; studenten AI; studenten taalkunde met interesse in computationele taalkunde en of taaltechnologie • Studenten AI doen dit onderdeel voor 3 studiepunten (540701) • Inschrijven verplicht via TISVU college 500011: Let alg: Algemene taalwetenschap, inleiding Lineaire algebra voor BWI 400041 6 1 en 2 dr.ir. R.F. Swarttouw - bekendheid met de opbouw van de algemene theorie van eindig dimensionale vectorruimten - operationele kennis van het begrippen-apparaat van de matrixrekening en (eindig dimensionale) Lineaire algebra - kunnen oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen met behulp van matrices bekendheid met elementaire toepassingen in differentievergelijkingen, statistiek en meetkunde De volgende onderwerpen worden behandeld: - stelsels lineaire vergelijkingen - lineaire (on)afhankelijkheid - lineaire transformaties en matrices - matrixoperaties - determinanten - vectorruimten en deelruimten basis en dimensie - rang van een matrix, dimensiestelling coördinatiesystemen - eigenwaarden en eigenvectoren - diagonalisatie inwendig product, lengte en orthogonaliteit - orthogonalisering en de methode van de kleinste kwadraten - diagonalisatie van symmetrische matrices - kwadratische vormen. Werkcollege aan de hand van het boek, in afzonderlijke groepen. Voor elke les bereiden de studenten een paragraaf uit het boek voor, maken oefenopgaven en huiswerkopgaven. Deze worden in de les besproken. David C. Lay, Linear Algebra and its applications, (third edition), AddisonWesley. Schriftelijk, met voortentamen na 7 weken. 2BWI Lineaire algebra voor Informatica 400313 3 1 dr. J.A. Sanders • Kunnen oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen met behulp van matrices. • Opbouwen van operationele kennis van het begrippenapparaat van de
Examenonderdelen
203
matrixrekening en de lineaire algebra. inhoud De volgende onderwerpen worden behandeld: • Lijnen en vlakken • Stelsels vergelijkingen • Determinanten werkwijze Hoor-/werkcollege. literatuur Leslie Mustoe, Engineering Maths, Prentice Hall. toetsing Schriftelijk. doelgroep 2IN naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
204
Lineaire algebra voor S/F/MNW 400302 3 4 dr. A.C.M. Ran Leren omgaan met vectoren en matrices. Aan de orde komen de volgende onderwerpen: stelsels lineaire vergelijkingen, vectorvoorstellingen van lijn en vlak, inproduct en uitproduct, matrices, determinanten, eigenwaarden en eigenvectoren, stelsels lineaire differentiaalvergelijkingen. Hoorcollege en werkcollege. Er wordt wekelijks ook huiswerk opgegeven. er zal een dictaat komen schriftelijk tentamen aan het eind van periode 4, met schriftelijke herkansing. 1S, 1F, 1 MNW Lineaire algebra voor W/N 400042 6 4 en 5 dr. R.C.A.M. van der Vorst - Bekendheid met de opbouw van de algemene theorie van eindig dimensionale vectorruimten; - operationele kennis van het begrippenapparaat van de matrixrekening en (eindig dimensionale) lineaire algebra; - kunnen oplossen van stelsels lineaire vergelijkingen met behulp van matrices; bekendheid met elementaire toepassingen in differentiaalvergelijkingen statistiek en meetkunde. De volgende onderwerpen worden behandeld: - stelsels lineaire vergelijkingen - lineaire (on)afhankelijkheid - lineaire transformaties en matrices - matrixoperaties - determinanten - vectorruimten en deelruimten basis en dimensie - rang van een matrix, 'dimensiestelling' coördinatiesystemen en basisovergangen - eigenwaarden en eigenvectoren diagonalisatie van matrices - inwendig product, lengte en orthogonaliteit orthogonalisering en de methode van de 'kleinste kwadraten' - diagonalisatie van symmetrische matrices - kwadratische vormen. (Werk) college aan de hand van het boek. David C. Lay, Linear Algebra and its applications, second edition, Addison Wesley. Twee schriftelijke deeltentamens en één herkansing. 1W, 1N Beschrijving van de vakken Lineaire Algebra 1 en Lineaire Algebra 2 voor
Exacte wetenschappen
studenten Econometrie staat in de studiegids Econometrie. naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent inhoud
Logische taal en redeneermethoden 400043 5 1 en 2 dr. M.L.J. van de Vel Het gelijktrekken van wiskundige voorkennis, het opdoen van ervaring met precieze en meer geformaliseerde logische en wiskundige taal, en het leren analyseren en opbouwen van correcte redeneermethoden. Er worden nadere omschrijvingen en notaties gegeven voor basistechnieken met betrekking tot verzamelingsoperaties, relaties en functies, en de logische opbouw van uitspraken. Verder worden de principes achter een aantal argumentatie- en redeneermethoden besproken, waaronder ook inductie. Er wordt met veel voorbeelden geoefend, zowel in een formele context als in meer praktische contexten. Dit oefenen omvat het zelf leren formuleren van een redenering in een correcte taal en in het aaneenschakelen van correcte redeneerstappen bij het oplossen van een gegeven probleem. Hoor-/werkcollege. Collegedictaat. Schriftelijke toets en ingeleverde huiswerkopgaven. 1I, 1AI, 1IK Maat- en integratietheorie 400045 6 1 en 2 dr. K. van Harn De integratietheorie wordt systematisch opgebouwd, uitgaande van het begrip maatruimte. Aan de orde komen de monotone en de gedomineerde convergentie stellingen, het lemma van Fatou, de substitutieregel. Voorts uitwendige maten, het uitbreidingsprocédé van Carathéodory, verband tussen de Riemann-integraal en de Lebesgue- integraal, integratie op productruimten, stellingen van Fubini, absolute continuïteit en singulariteit, functieruimten. Hoorcollege met werkcollege. Collegedictaat. Schriftelijk. 3W, 3Ect Vereist voor deelname aan het tentamen: Wiskundige Analyse II (400088). Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor AI/BWI/I/IK/W 400305 3 3 prof.dr. J.F.G. Bunders-Aelen In het theoretisch gedeelte wordt ingegaan op de vragen 1) welke factoren hebben invloed op de onwikkeling van het informatiekunde, 2) wat zijn de maatschappelijke gevolgen van informatiekunde op de maatschappij. en 3)
Examenonderdelen
205
literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
naam code docenten studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
wat is de positie van de individuele wetenschapper? In hoeverre is hij/zij verantwoordelijk? Vervolgens wordt gekeken naar ICT en ontwikkelingslanden. Wat zijn de gevolgen van ICT voor de derde wereld? Hoe zou ICT kunnen bijdrage aan de bestrijding van armoede? Reader. CD-ROM keuze uit tentamen en het maken van een werkstuk 3AI, 2BWI, 3I, 2BI, 2MMC, 2W Alle studenten van de afdelingen W en I moeten kiezen tussen Wetenschapsgeschiedenis of Maatschappelijke aspecten van wetenschap. Inlichtingen bij Joske Bunders kamer A0.67 de Boelelaan 1081, tel 44 47030. Maatschappelijke aspecten van wetenschap voor N/S/F/MNW 420153 prof.dr. J.F.G. Bunders-Aelen; drs. L.E. Paula 3 5 Het verwerven van kennis en inzicht in de wisselwerking tussen wetenschap, technologieen samenleving. De cursus gaat in op de wisselwerking tussen wetenschap, technologie en samenleving. Aan de hand van concrete, actuele vraagstukken wordt ingegaan op theoretische concepten die gebruikt worden bij de analyse van deze wisselwerking. Expliciete aandacht wordt besteed aan de sturing van wetenschap via het (investerings)beleid van de overheid, en aan methoden die gebruikt worden om de impact van wetenschap in te schatten ('Technology Assessment'). Daarnaast worden ook een aantal relevante vraagstukken omtrent de ontwikkeling van wetenschap besproken, zoals reductionisme en objectiviteit in wetenschappelijk onderzoek. Hoor- en werkcollege, digitale leeromgeving. Syllabus. Opdrachten en schriftelijke rapportage. 2N, 2S, 2F, 2MNW Alle studenten N, S, F en MNW moeten kiezen tussen Geschiedenis van de natuurwetenschappen of Maatschappelijke aspecten van wetenschap.
subject code credits period lecturer aim
Machine Learning 400154 6 1 and 2 dr. M.A. Keijzer The course Machine Learning (ML) surveys methods of acquiring and/or modifying theories from observations. content Learning is one of the fundamental attributes of intelligence, and ML is currently the most active area of research in AI. The main topics covered in the course are: - Concept Learning and the General-to-Specific Ordering Decision Tree Learning - Artificial Neural Networks - Evaluating Hypotheses - Bayesian Learning - Instance-Based Learning - Genetic Algorithms - Learning Sets of Rules - Reinforcement Learning form of tuition Lectures with parallel assingments
206
Exacte wetenschappen
literature mode of assessment entry requirements target audience remarks subject code credits period lecturer aim content form of tuition literature mode of assessment entry requirements target audience naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten contacturen
Machine Learning , TomMitchell, Mc Graw Hill, 1997 ISBN 0-07-042807-7 Assignments None 3BWI, 2AI, 3AI, mCS This course is given in English. Look at: http://www.cs.vu.nl/~elena/ml.html Machine Learning Practical 400217 3 3 dr. E. Marchiori The aim of this project is to conduct experimental work using some of the methods you have learnt during the Machine Learning (ML) course. The practicum consists of the design of ML methods for the solution of a given learning problem. Practical assignments. See http://www.cs.vu.nl/~elena/pML.html Assignments Machine Learning. 3BWI Macromoleculen en katalyse 435450 dr. M. Schakel 6 3 Het kennisnemen van en inzicht verkrijgen in enkele belangrijke aspecten (synthese, eigenschappen, toepassingen) van synthetische macromoleculen. In deze cursus wordt kort stilgestaan bij natuurlijk voorkomende macromoleculen, maar de nadruk ligt op synthetische polymeren. Er wordt een overzicht gegeven van de syntheseroutes, eigenschappen, en toepassingen van verschillende klassen polymeren. Aan de orde komen begrippen als: additie-polymeren, condensatie-polymeren, radicaal polymerisaties, ionische polymerisaties, gekatalyseerde polymerisaties (Ziegler-Natta), cross-linking, thermoplastics, fibers, elastomeren, thermohardende harsen, kunststof recycling. Na een beperkte introductie zullen de studenten zich de stof vooral eigen maken door een speciale studie te maken van een industrieel belangrijk polymeer, daarover een korte scriptie te schrijven en een korte presentatie te geven. J.P.Clayden, N. Greeves, S. Warren, P.D. Wothers, Organic Chemistry, Oxford University Press, 2001, hoofdstuk 52 en aanvullend materiaal. Beoordeling van de scriptie en de voordracht. 2S, 2F, 3S, 3F Organische chemie I en II Management Accounting 1.2 60121000 3 30 (24 hoorcollege, 6 activerende werkvormen)
Examenonderdelen
207
periode 2 docenten drs. P.C.M. Claes; dr. A.T.J. Vernooij doel Het doel van het vak Management Accounting 1.2 is het verwerven van kennis van en inzicht in kostprijscalculatie en beslissingscalculaties, om hiermee in staat te zijn te beoordelen hoe een bedrijf op economisch efficiënte en effectieve wijze waarde aan klanten kan leveren. Daarnaast is het doel om de aanpak van complexe problemen en analyse-vaardigheden van studenten te ontwikkelen en/of te verbeteren door middel van het werken met cases en een management game. inhoud Accounting betreft de financieel-economische berichtgeving van organisaties. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen berichtgeving aan externe belanghebbenden (Financial Accounting) en aan interne belanghebbenden (Management Accounting). Het onderdeel Management Accounting kan in drie delen worden opgedeeld: Kostencalculaties, Beslissingscalculaties en Planning & Control. In blok 1.2 wordt eerst aandacht besteed aan een aantal algemene punten ten aanzien van Management Accounting, de rol van financiële informatie, diverse kostenindelingen en de berekening van kostprijzen. Daarnaast wordt ingegaan op het gebruik van kosten- en kasstroominformatie voor beslissingscalculaties, zowel ten behoeve van strategische beslissingen als ter ondersteuning van korte termijn bedrijfsbeslissingen. Het onderdeel Planning en Control zal in blok 2.1 aan de orde komen. Gedurende het blok zal ook het Management Game Trade Company worden gespeeld. Dit gebeurt deels tijdens het werkcollege en deels buiten de colleges om. Dit spel zal in blok 1.4, bij Financial Accounting en Boekhouden, worden voortgezet. literatuur • Horngren, Sundem en Stratton, Introduction to Management Accounting, 12e druk, Prentice Hall, New Jersey, 2002. • Trade Company, ThiemeMeulenhoff, Studentenboek, aan te schaffen via de docent en het secretariaat van de afdeling Accounting.. toetsing schriftelijk tentamen (opgebouwd uit mc-vragen en open vragen) opmerkingen Participatie in de cases tijdens de actieve werkvormen kan maximaal 1 bonuspunt op het eindcijfer opleveren. Hiervan is 0.5 punt te verdienen met deelname aan het management game en 0.5 met participatie in de cases. onderwijs hoorcollege Gedurende zes weken zal er wekelijks een hoorcollege worden gegeven waarin de hoofdlijnen van de te bestuderen theorie nader uitgelegd zullen worden, aangevuld met toepassing van de theorie op praktijksituaties. activerende werkvormen De activerende werkvormen zijn niet verplicht. Ze zullen om de week worden gegeven, en de stof van de twee voorgaande hoorcolleges nog eens op activerende wijze aan de hand van praktijksituaties onder de aandacht brengen. naam code studiepunten contacturen periode
208
Management Accounting 2.1 60211000 3 30 (24 hoorcollege, 6 activerende werkvormen) 1
Exacte wetenschappen
docenten drs. P.C.M. Claes; dr. A.T.J. Vernooij doel Het doel van het vak Management Accounting 2.1 is het verwerven van kennis van en inzicht in het gebruik van management (accounting) informatie ten behoeve van planning en control in een bedrijfsorganisatie. Daarnaast is het doel om de aanpak van complexe problemen en analyse-vaardigheden van studenten te ontwikkelen en/of te verbeteren door middel van het werken met cases. inhoud Accounting betreft de financieel-economische berichtgeving van organisaties. Het onderdeel Management Accounting kan in drie delen worden opgedeeld: Kostencalculaties, Beslissingscalculaties en Planning & Control. In blok 1.2 is aandacht besteed aan een aantal algemene punten ten aanzien van Management Accounting, de rol van financiële informatie, diverse kostenindelingen en de berekening van kostprijzen. Het onderdeel Planning en Control zal in blok 2.1 aan de orde komen. Onderwerpen zijn in het bijzonder: organisatiestructuur en verantwoordelijkheidscentra (cost centre, profit centre), budgettering en verschillenanalyse, interne prestatiemaatstaven (ROI, RI, EVA), transfer pricing en elementaire behandeling van gedragsaspecten (`budget games'). literatuur Horngren, Sundem en Stratton, Introduction to Management Accounting, 12e druk, Prentice Hall, New Jersey, 2002 (rreds aangeschaft in jaar 1). toetsing schriftelijk tentamen opmerkingen Participatie in de cases tijdens de practica kan maximaal 1 bonuspunt op het eindcijfer opleveren. onderwijs hoorcollege activerende werkvormen naam code studiepunten contacturen periode docenten doel
Management en organisatie 1.1 60111030 3 30 (24 hoorcollege, 6 activerende werkvormen) 1 drs. G.P. Melker; M.J. Visser • Het ontwikkelen van je theoretische kennis op het gebied van strategisch management en besluitvorming; • Het ontwikkelen van vaardigheden om relevante informatie te verzamelen en te analyseren met betrekking tot actuele cases; • Het ontwikkelen van je schriftelijke rapportagevaardigheden en je presentatie-vaardigheden inhoud In dit vak staat het interne en externe functioneren van een bedrijf in de markt en de maatschappij centraal. De organisatie wordt gezien als een samenwerkingsverband van belanghebbenden gericht op het realiseren van specifieke organisatiedoelen (marktpositie, winst, maatschappelijke verantwoordelijkheid et cetera). Binnen het vak wordt ingegaan op strategisch management, strategieformulering, besluitvorming en denkrichtingen binnen het vakgebied van management en organisatie. Tijdens de activerende werkvormen word je in de gelegenheid gesteld om de aangereikte theorie toe te passen met behulp van actuele cases. Dit kunnen recente krantenartikelen zijn of andersoortige voorbeelden uit de praktijk. De activerende werkvormen hebben dan ook een hoog praktijkgehalte literatuur • Keuning, D., & Eppink, D.J. (2004). Management & Organisatie.
Examenonderdelen
209
Theorie en Toepassing. Houten: Educatieve Partners Nederland; hoofdstukken 1, 2 en 7 en appendix 1 • Keuning, D., & Eppink, D.J. (2004). Werkboek Management & Organisatie. Houten: Educatieve Partners Nederland • Keuning, D. (2004). Management & Organisatie. 33 Cases. Houten: Educatieve Partners Nederland • Hagel III, J., & Singer, M. (1999). Unbundling the corporation. Harvard Business Review, maart-april, p. 133 - 141 • Zie verder de studiewijzer van blok 1.1 toetsing schriftelijk tentamen opmerkingen Tijdens de activerende werkvorm zullen de studenten werken aan een praktijkcase waarmee de studenten reeds een indruk krijgen op welke wijze de aangereikte leerstof kan worden toepast binnen organisaties. Ook in blok 2.1 en 2.4 zal het vak Management & Organisatie worden verzorgd. De complexiteit van de cases neemt naarmate de blokken vorderen steeds verder toe. Uiteindelijk ben je in staat om de verschillende inzichten en concepten op het gebied van management en organisatie te integreren en om de aangereikte theorie te vertalen in praktisch toepasbare oplossingen. Bij het oplossen van cases zal gebruik worden gemaakt van de `casemethodiek-invijf-stappen¿. onderwijs hoorcollege activerende werkvormen zelfstudie 66 uur naam code studiepunten contacturen periode docenten doel
Marketing 1.1 60111020 3 30 (24 hoorcollege, 6 activerende werkvormen) 1 drs. W.R. Fontijn; drs. F.P. Broere • Kennismaking met de voornaamste concepten binnen het vakgebied marketing en de betekenis en inhoud van de marketingfunctie binnen een onderneming. • Kennis verkrijgen van het gedrag van particuliere en bedrijfsmatige kopers. • In staat zijn om het geheel van vragers (de markt) op te delen in homogene groepen, waarop een specifiek marketingbeleid kan worden afgestemd. • Inzicht krijgen in het nut van marketingplanning. inhoud In dit vak staat de relatie tussen de onderneming en haar afzetmarkt centraal. Uitgangspunt voor het ondernemingsbeleid vanuit marketingperspectief vormt de identificatie en bevrediging van afnemersbehoeften. In dit vak wordt ingegaan op de wijze waarop dit proces in het strategisch marketingbeleid van een onderneming kan worden ingebed. Aandacht wordt besteed aan: • de strategische marketingplanning; • het in kaart brengen van de marketingomgeving, waaronder, binnenlandse en buitenlandse consumenten, bedrijven en overheden en ook groepen die invloed op het marketingbeleid van het eigen bedrijf hebben;
210
Exacte wetenschappen
•
de hoofdlijnen van het verrichten van marktonderzoek; segmentatie van markten, doelgroepbepaling en positionering; • het opbouwen van relaties met afnemers • het verwerven van een onderscheidende positie ten opzicht van concurrenten. Kotler, Armstrong e.a. (2003), Principes van marketing, derde editie, Pearson/Prentice Hall, deel 1. Voorts horen tot de te bestuderen stof de slides die op hoorcollege zijn gebruikt en het materiaal dat tijdens de activerende werkvormen is gebruikt. Eventuele wijzigingen en aanvullingen worden (o.a.) via Ad Valvas bekendgemaakt. schriftelijk tentamen Op basis van multiple choice vragen en open vragen De tijdens de hoorcolleges te gebruiken sheets zijn tevoren te raadplegen via de digitale leeromgeving. (Blackboard) hoorcollege activerende werkvormen Via deelname aan de activerende werkvormen en het voldoen aan enige opdrachten kunnen de studenten een (deel van een) bonuspunt verkrijgen. •
literatuur
toetsing opmerkingen onderwijs
naam code studiepunten contacturen periode coördinator doel
Marketing Research 61331040 6 24 (24 groepsopdracht) 4 dr. H. van Herk • Het kunnen identificeren en bediscussiëren van zowel procedurele als methodologische factoren die een rol spelen bij het beoordelen van een marktonderzoekproject • Kennis hebben van bronnen, nut en gebruik van secundaire data in het marktonderzoekproces • Kennis hebben van kwalitatieve onderzoeksmethoden • Kennis en inzicht hebben in het gebruik van databases in het marktonderzoek • Kennis hebben van de beginselen van steekproeftrekking in het marktonderzoek • Kennis en inzicht hebben in het gebruik en de toepassing van attitudeschalen in het marktonderzoek • Kennis hebben van procedures van dataverzameling • Kennis en vaardigheden bezitten om een vragenlijst op te stellen • Kennis hebben van technieken om data te kunnen controleren en beschrijven (bijv. Frequentietabellen, kruistabellen) • Het kunnen interpreteren van parametrisch en niet-parametrische toetsen (ten behoeve van hypothese toetsing) • Kennis hebben van het doel en de interpretatie van multivariate technieken voor data-analyse • Inzicht hebben in het gebruik van de juiste multivariate techniek voor data-analyse gegeven een bepaald marktonderzoekprobleem inhoud Marktonderzoek kan onderzoek naar de meest uiteenlopende onderwerpen op het gebied van de marketing betreffen. Bijvoorbeeld, marktonderzoek kan
Examenonderdelen
211
gedaan worden voor een bank, die wil weten hoe tevreden klanten zijn over haar dienstverlening. Marktonderzoek kan ook gaan over het meest aansprekende en gebruiksvriendelijke design voor een nieuw te ontwikkelen scheerapparaat. In de literatuur wordt de volgende definitie van marktonderzoek gehanteerd: "Marktonderzoek is het systematisch en objectief identificeren, verzamelen, analyseren en verspreiden van informatie ter verbetering van beslissingen gerelateerd aan de identificatie en oplossing van problemen en kansen in de marketing" (Malhotra, 2003). In de cursus "Marktonderzoek" wordt een theoretische basis gelegd voor verdere cursussen op het gebied van marktonderzoek. Na een introductie en een bespreking van de probleemdefinitie wordt ingegaan op het marktonderzoekproces. Specifiek worden onderwerpen behandeld zoals technieken die exploratief, beschrijvend en toetsend onderzoek mogelijk maken. Er worden vervolgens richtlijnen gegeven voor het opstellen van vragenlijsten en het trekken van steekproeven, waarna er een meer praktische en management georiënteerde beschrijving van veldwerk volgt. Tenslotte komen meer basale en geavanceerde statistische technieken aan bod die in marktonderzoek gebruikt worden. De nadruk zal hierbij vooral liggen op het kunnen uitleggen van de technieken, het interpreteren van de resultaten en het begrijpen van de implicaties ervan. literatuur Malhotra, N.K. and David F. Birks, "Marketing Research. An Applied Approach", Pearson Education, 2003. toetsing schriftelijk tentamen 4 open vragen. 60% van het eindcijfer opdracht Voor de opdrachten wordt, in tweetallen, een kleinschalig onderzoek uitgevoerd. 40% van het eindcijfer. onderwijs groepsopdracht naam code studiepunten periode docent inhoud
Markov-ketens 400046 6 4 en 5 dr. K. van Harn Het college handelt over een bepaalde klasse van stochastische processen met discrete tijd en aftelbare toestandsruimte, namelijk de Markov-ketens met stationaire overgangskansen. Naast een gedegen, maar elementaire theorievorming voor deze processen, is er ruime aandacht voor toepassingen. Onderwerpen: eerst een beknopt inleidend gedeelte over (discrete) kansrekening, waarin aandacht voor genererende functies. Dan onder meer: de Markov-eigenschap, intree- en terugkeertijden, classi- ficatie van toestanden (voorbijgaande, nul- en positief-recurrente toestanden), invariante (kans)maten (existentie en eenduidigheid), de Fundamentele Limiet Stelling (met een koppelingsbewijs), limietverdelingen. Tenslotte toepassingen: de Bernoulli- wandeling met en zonder (absorberende) grenzen en een keuze uit een wacht- rijprobleem, vertakkingsprocessen, vernieuwingsprocessen en geboorte-sterfteprocessen. werkwijze Hoorcollege met vraagstukkenpracticum.
212
Exacte wetenschappen
literatuur K. van Harn en P.J. Holewijn, Markov-ketens in diskrete tijd. Epsilonuitgaven, 2de druk 2003, Utrecht toetsing Schriftelijk, met voortentamen na 7 weken. doelgroep 2W, 2Ect, 3Ect, mBMI voorkennis Vereist voor deelname aan het tentamen: - Calculus (400013) - Wiskundige Analyse I (400087) of Analyse BWI I (400005) - Kansrekening I en Kansrekening II (400189, 400190). naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis
naam code studiepunten periode
Mathematische methoden 420105 dr. B.L.G. Bakker 6 1 en 2 Vaardigheden opdoen met het hanteren van de wiskunde die in de theoretische natuurkunde wordt gebruikt. Gewone differentiaalvergelijkingen; speciale functies: Legendre- en Besselfuncties, orthogonale polynomen; ontwikkelingen in orthogonale functies; integraalvergelijkingen; variatierekening; asymptotische reeksen. Hoorcollege en werkcollege met gebruik van Mathematica notebooks G.B. Arfken en H.J. Weber, Mathematical Methods for Physicists, Academic Press, 2001 Schriftelijk tentamen, gewicht 75%, en praktische oefeningen, gewicht 25%. Beide onderdelen dienen voldoende te zijn. 3N Gezien het accent dat gelegd wordt op praktische vaardigheden is het noodzakelijk regelmatig tijd te besteden aan de vraagstukken. Mathematische statistiek 400047 6 2 en 3 prof.dr. A.W. van der Vaart In dit college wordt voortgebouwd op de basisbegrippen uit Algemene Statistiek met als nieuw uitgangspunt grote steekproefbenaderingen. Na de introductie en studie van enkele convergentiebegrippen uit de kansrekening en de meerdimensionale normale verdeling komen onder meer aan de orde de deltamethode, asymptotische eigenschappen van momentenschatters en Mschatters en niet-parametrische schattingsmethodes. Hoorcollege met werkcollege. Collegedictaat. Schriftelijk. 3W, mBMI, mMath Website: http://www.math.vu.nl/sto/onderwijs/mathstat/ - Veronderstelde voorkennis: Wiskundige Analyse II (400088). - Vereist voor deelname aan het tentamen: Algemene Statistiek (40004). Mathematische systeemtheorie 400180 6 4 en 5
Examenonderdelen
213
docenten drs. A.N. Vardy; dr. A.C.M. Ran inhoud Vele verschijnselen worden gekenmerkt door een dynamische ontwikkeling waarbij we geïnteresseerd zijn in een input/outputgedrag. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld te vinden in de natuur (denk aan mechanica, biologie, ecologie), in de techniek (luchten ruimtevaart, werktuigbouwkunde) en ook in de economie (macro-economische ontwikkelingen, conjunctuurbewegingen, trend- en seizoeninvloeden in vraag en aanbod, productiesystemen). Systeemtheorie houdt zich bezig met de modelvorming, schatting en regeling van dynamische verschijnselen. In het college worden de volgende onderwerpen behandeld: modellen en representaties (lineaire systemen, input-output, toestand, overdrachtsfunctie, stochastische systemen, spectrum), regeling (stabiliseren, terugkoppeling, poolplaatsing, dynamisch programmeren, het LQprobleem), en identificatie (spectraalanalyse, maximale aannemelijkheid, Kalman- filter, modelreductie). Toepassingen liggen op het gebied van optimale besluitvorming en voorspellen. werkwijze Er is een hoorcollege van twee uur per week. Verder is er een vragenuur voor het bijbehorende computerpracticum, dat een verplicht onderdeel van de cursus is. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het pakket Matlab. literatuur C. Heij, M.A. Kaashoek en A.C.M. Ran: Lineaire Systemen (collegedictaat). toetsing Via computerpracticum. doelgroep 3W, mBMI, mMath voorkennis - Veronderstelde voorkennis: Lineaire Algebra (400042) en Algemene Statistiek (400004). - Vereist voor deelname aan het tentamen: Wiskundige Analyse II (400088) of Analyse BWI I (400005) en Lineaire Algebra (400042). naam code studiepunten periode doel
Mechanica en relativiteitstheorie 420106 6 2 en 3 Het verkrijgen van inzicht in en kennis van de basisbegrippen, wetmatigheden en toepassingen van de mechanica en de speciale relativiteitstheorie. inhoud • Eenheden en dimensies; • Beweging in 1, 2 en 3 dimensies: verplaatsing, snelheid en versnelling; • De wetten van Newton: traagheid, kracht en massa; wrijving; • Arbeid en energie: kinetische en potentiele energie, conservatieve kracht, behoud van energie; • Samengestelde systemen: massamiddelpunt, impulsbehoud, kinetische energie, botsingen; • Draaiing: hoeksnelheid en hoekversnelling, traagheidsmoment, parallelle assen theorema, koppel, behoud van impulsmoment; • Zwaartekracht: wetten van Kepler, gravitatie- en traagheidsmassa, ontsnappingsnelheid; • Relativiteit: ether en de lichtsnelheid, Lorentztransformatie, tijddilatatie, lengtecontractie, kloksynchronizatie en gelijktijdigheid, relativistische impuls en energie, massa en energie. werkwijze Hoorcolleges met voorafgaande zelfstudie en werkcolleges. Op de werkcolleges (twee uur per week) wordt de stof in kleine groepjes, elk met een student-assistent, door middel van het maken van vraagstukken
214
Exacte wetenschappen
geoefend. Deelname aan de werkcolleges is verplicht. literatuur Bij het college wordt gebruik gemaakt van het boek Physics for Scientists and Engineers door Paul A. Tipler en Gene Mosca, extended version, 5de editie, uitgegeven door W.H. Freeman and Co., 2004, ISBN 0-7167-4389-2. Dit boek wordt ook bij andere cursussen gebruikt en is een uitstekend naslagwerk. toetsing Er worden twee schriftelijke deeltentamens afgenomen. Het eindcijfer wordt bepaald op grond van de resultaten van het werkcollege en de deeltentamens. Geen deeltentamen mag lager zijn dan een 4 en het laatste cijfer moet tenminste een 5 zijn; het resultaat van het werkcollege moet minimaal een 5 zijn. Voor hen die geen voldoende hebben behaald is er in het voorjaar een schriftelijk tentamen over de gehele stof. doelgroep 1N, 1W naam code studiepunten periode docenten doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep onderwijs
Medische Natuurwetenschappen & Samenleving 430013 3 5 dr. B. Dam; dr. L.H.P. Caro Inzicht verkrijgen in de maatschappelijke rol van het medisch natuurwetenschappelijk onderzoek.Ontwikkelen van academische vaardigheden zoals discussieren, spreken en schrijven. Een eerste aanzet voor de oriëntatie op de arbeidsmarkt. In een collegecyclus met gastsprekers worden actuele thema's rond het vakgebied aan de orde gesteld. In groepjes van drie of vier personen wordt een thema nader bestudeerd. Door eigen literatuur onderzoek wordt het thema uitgewerkt en gepresenteerd in de vorm van een scriptie en een powerpoint presentatie. College cyclus en project. Artikelen en syllabus. Scriptie en presentatie. 1MNW college College: aanwezigheid verplicht.
naam Medische fysiologie I code 430059 docenten dr. A.A. van Lambalgen; dr. G.J.M. Stienen; dr. R.R. Lamberts; drs. N.A. Narolska; dr. J. van der Velden studiepunten 3 periode 2 doel Het doel van de cursus Medische Fysiologie I is het verwerven van kennis van en het verkrijgen van inzicht in het functioneren van het menselijk lichaam op orgaanniveau. inhoud De cursus is opgebouwd uit de volgende 4 onderwerpen: • Inleiding Humane Fysiologie Milieu interieur, onderscheid animale en vegetatieve systeem • Hart en Bloedsomloop Automatie, pacemaker, ECG, bouw van het hart, drukcurves, bloeddrukmeting, ritmestoornissen, hartinfarct, bouw vaaten lymfesysteem, druk en stroom in vaten
Examenonderdelen
215
•
werkwijze
literatuur
toetsing
doelgroep
Regulatie van de Circulatie Rol van het endotheel, glad spierweefsel, baroreceptoren, veneuze pomp • Ademhaling Alveoli (gasuitwisseling), spirometrie, longcompliantie, astma, hemoglobine In 8 plenaire bijeenkomsten worden de studenten vertrouwd gemaakt met de basisprincipes van het functioneren van het hart, de bloedsomloop en de ademhaling. Hierbij zal de relatie gelegd worden tussen de eigenschappen en functie van cellen en het functioneren van de daarbij horende macroscopische structuren. Het zwaartepunt van de cursus zal echter liggen op zelfwerkzaamheid van de studenten in het kader van werkgroepen en practica. In werkgroepen zal aan de hand van concrete vragen en opdrachten een doorsnede gemaakt worden van de bovengenoemde onderwerpen. Een belangrijk aspect hierbij zal zijn een eerste kennismaking met medische terminologie en technieken en de samenhang tussen de verschillende lichaamsfuncties in rust en tijdens inspanning. De practica over de onderwerpen 2 en 4 zijn bedoeld als illustratie van de lichaamsfuncties en de gangbare meetmethoden. Human Physiology (MacGraw Hill, 9th ed) van Vander, Sherman en Luciano. Daarnaast wordt een syllabus beschikbaar gesteld met daarin opgenomen een uitgewerkt rooster, een beknopte samenvatting van de collegestof, de werkgroep vragen/problemen en de practicumhandleiding. schriftelijk tentamen De cursus wordt afgesloten met een tentamen: 40 multiple choice en 5 open vragen. 1MNW, 1F
naam code studiepunten periode coördinator docenten
Medische fysiologie II 430015 6 2 dr. G.J.M. Stienen dr. A.A. van Lambalgen; mw.dr.ir. A. Muller; mw.dr. A.J. Greven; drs. C.M. van Nieuw Amerongen RA; prof.dr. G.J. Tangelder; dr. C. Boer doel Het doel van de cursus Medische Fysiologie II is het verwerven van kennis van en inzicht in de bouw en functie van het zenuwstelsel, zintuigen, spieren en de huid. inhoud De cursus is opbebouwd uit de volgende delen met de bijbehorende onderwerpen: • Inleiding Humane Fysiologie II: sensorische en motorische functies • Centrale en perifere zenuwstelsel: EEG, zenuwgeleiding, synaps • Visueel en auditief systeem: evoked potentials, oogdrukmeting, audiometrie • Overige zintuigen: evenwicht, reuk, smaak, pijn • Spierfunctie en beweging: EMG, mechanische eigenschappen • Beweging: motoriek, houdingshandhaving • Huid: wondgenezing, afweer. werkwijze Hoorcolleges, werkgroepen, practica en project. In de hoorcolleges zullen de 7 bovengenoemde onderwerpen aan bod komen (ieder 2 uur). Hierbij zal een relatie gelegd worden tussen de bouw en functie van het centrale en perifere zenuwstelsel, de zintuigen, de spieren en de huid. Een belangrijke plaats
216
Exacte wetenschappen
literatuur
toetsing doelgroep onderwijs
naam code coördinator docenten
studiepunten periode doel
inhoud
wordt ingenomen door de electro-mechanische signaaloverdracht: het electroencephalogram (EEG), neurale netwerken, de zenuwgeleiding, het electromyogram (EMG) en de mechanische eigenschappen van spieren. Zowel het visueel als het auditief systeem zullen worden behandeld in relatie tot complexe informatieverwerking, analyse van evoked potentials en hun rol bij het uitvoeren van bewegingspatronen en het handhaven van houding. Het zwaartepunt van de cursus zal liggen op het stimuleren van de zelfwerkzaamheid van de studenten in werkgroepen en practica. In de werkgroepen zullen bovengenoemde onderwerpen uitgediept worden aan de hand van literatuurstudie, concrete klinisch georiënteerde vragen en opdrachten. De practica vormen een illustratie en demonstratie van behandelde principes. Hierbij wordt de volgende onderverdeling gemaakt (ieder ongeveer 4 uur): • EEG, evoked potentials, sympathicotonus (huidgeleiding) • Zenuwgeleidingssnelheid, EMG, demo revalidatie • Visueel en auditief systeem • Overige zintuigen: evenwicht, reuk, smaak en pijn. In het project i.s.m. KNO zal aandacht besteed worden aan de gemeenschappelijke aspecten van reactietijd, prikkeldrempel en sensomotorische integratie van zintuiglijke input. De FAR studenten volgen een aangepast programma, hart en circulatie uit Medische Fysiologie I in plaats van zintuigen. Human Physiology van Vander, Sherman en Luciano (MacGrawHill, 9th editie). Dit boek wordt ook gebruikt in het 1e jaar. Daarnaast wordt een syllabus beschikbaar gesteld met daarin opgenomen een uitgewerkt rooster, een beknopte samenvatting van de collegestof, de werkgroep vragen/opdrachten en de practicumhandleiding. De cursus wordt afgesloten met een tentamen: 40 mc en 8 open vragen. 2MNW, 2F college werkcollege practicum Medische fysiologie voor 2S/2F 435181 dr. G.J.M. Stienen dr. C. Boer; prof.dr. G.J. Tangelder; dr. A.A. van Lambalgen (practicumbegeleider); dr. G.J.M. Stienen; mw.dr.ir. A. Muller; dr. G.P. van Nieuw Amerongen 5 2 Het doel van de cursus Medische Fysiologie is het verwerven van kennis van en inzicht in de bouw en functie van het zenuwstelsel, zintuigen, spieren en de huid. De cursus is opbebouwd uit de volgende delen met de bijbehorende onderwerpen: - Inleiding Humane Fysiologie: sensorische en motorische functies - Centrale en perifere zenuwstelsel: EEG, zenuwgeleiding, synaps - Spierfunctie en beweging: EMG, mechanische eigenschappen - Beweging: motoriek, houdingshandhaving - Huid: wondgenezing, afweer
Examenonderdelen
217
- Hartfunctie, meting en regulatie van bloeddruk. werkwijze Colleges 15 uur; werkgroepen 6 x 2 = 12 uur; practica 3 x 4 = 12 uur. In de hoorcolleges zullen de eerste 5 bovengenoemde onderwerpen aanbod komen (ieder 2 uur). Hierbij zal een relatie gelegd worden tussen de bouw en functie van het centrale en perifere zenuwstelsel, de zintuigen, de spieren en de huid. Een belangrijke plaats wordt ingenomen door de electro-mechanische signaaloverdracht: het electroencephalogram (EEG), neurale netwerken, de zenuwgeleiding, het electromyogram (EMG) en de mechanische eigenschappen van spieren. Het zwaartepunt van de cursus zal liggen op het stimuleren van de zelfwerkzaamheid van de studenten in werkgroepen en practica. In de werkgroepen zullen bovengenoemde onderwerpen uitgediept worden aan de hand van literatuurstudie, concrete klinisch georienteerde vragen en opdrachten. De practica vormen een illustratie en demonstratie van behandelde principes. Hierbij wordt de volgende onderverdeling gemaakt (ieder ongeveer 4 uur): - Zenuwgeleiding en spierfunctie - Hartfunctie - EEG en evoked potentials Het practicum Hartfunctie wordt uitgevoerd samen met de 1e jaars studenten Medische Natuurwetenschappen. Als voorbereiding hierop dient Hoofdstuk 12, blz 381 - 448 van het studieboek en de practicumhandleiding bestudeerd worden. literatuur Human Physiology van Vander, Sherman en Luciano (MacGrawHill, 9e editie). Daarnaast wordt een syllabus beschikbaar gesteld met daarin opgenomen een uitgewerkt rooster, een beknopte samenvatting van de collegestof, de werkgroep vragen/opdrachten en de practicumhandleiding. toetsing De cursus wordt afgesloten met een tentamen: ±40 mc en 8 open vragen. doelgroep 2S, 2F naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
Meetkunde 400048 6 1 en 2 prof.dr. J. Bochnak Het college beoogt een inleiding te geven in de affiene en projectieve meetkunde. Inproduct, scalair product. Orthogonaliteit. Kwadratische vormen. Classificatie van affiene kegelsneden. Projectieve ruimte. Projectieve krommen. Projectieve transformaties. Classificatie van projectieve kegelsneden. Stelling van Bezout. Derdegraadskrommen. Convexe veelvlakken. Regelmatige veelvlakken. Formule van Euler. Hoorcollege met vragenuur. Collegedictaat. Mondeling. 2W - Veronderstelde voorkennis: Calculus (400013), Wiskundige Analyse I (400087). - Vereist voor deelname aan het tentamen: Lineaire Algebra (400042).
naam Microbiologie
218
Exacte wetenschappen
code coördinator docenten studiepunten periode doel
470065 prof.dr. H.V. Westerhoff (M236, tel. 4447228) dr. F.C. Boogerd; dr. B.R. Otto; prof.dr. H.V. Westerhoff 5 29.11.2004 - 24.12.2004 • Het introduceren van het minimum aan supramoleculaire concepten en technieken dat nodig is om het leven te kunnen gaan begrijpen. Dit geschiedt aan de hand van de microbiële cel als de kleinste en eenvoudigste eenheid van autonoom leven; • Het introduceren van een minimum aan experimentele technieken waarmee dat leven bestudeerd kan worden; • Het in twee deelstromen inleiden op vervolgonderwerpen in de Biologie en de Biomedische wetenschappen. Eindtermen: • Begrip van het verschil tussen de levende cel en de ervan deel uitmakende moleculen; • Inzicht in microscopische methoden; • Inzicht in structuren en functies in en van membranen; • Inzicht in de genetische en metabole overeenkomsten en diversiteit van de verschillende vormen van leven; • Inzicht in diversiteit van kweekmethoden in samenhang met deze diversiteit; • Overzicht van gebezigde regulatiemethodes; • Inzicht in de overeenkomsten en verschillen tussen virussen en organismen; • Inzicht in hoe microbiele groei onder controle gehouden kan worden; • Minimale vaardigheid in microbiële technieken (steriel werken) en in de speciefieke mogelijkheden geboden door microbiële experimenten; • Plus voor de Biologen: inzicht in de industriële en ecologische microbiologie en biotechnologie, en in de diverse manieren waarop leven energie kan putten uit een verscheidenheid aan mogelijkheden, en voor de Biomedici: inzicht in mens-microbe interacties, epidemiologie en mechanismen van microbiële ziektes. inhoud Theorie: Naast stukken stof die overbruggingen vormen naar de (bio-)chemie, biofysica, moleculaire genetica komen hierbij de volgende, microbiologische aspecten aan de orde: • Van genoom tot complexiteit; • Microbiële diversiteit; • Celstructuur en -functie; • Microbiële groeikinetiek/beheersing van microbiële groei; • Regulatie; Met voor de Biologen de deeleindstroom: • Microbe en omgeving; • Industriële microbiologie; • Microbiële biotechnologie; en voor de Biomedici de deeleindstroom: • Mens-microbe interacties; • Klinische microbiologie en immunologie • Epidemiologie en microbiële ziektes
Examenonderdelen
219
Practicum: VMT-technieken; • Aseptisch werken; • Inoculatie van media; • Diverse kweekmethodes; • Antibiotica gevoeligheid; • Bacterie isolatie; • Microbiële microscopie; • Classificatie van Enterobacters; • Bacterie-bacteriofaag interactie; • Aërobe en anaërobe respiratie; • Regulatie van het lac-operon; • Bacteriële groeicurve. • 30 uur hoorcolleges (15 dagen van 2 uur); • 39 uur practicum (verplicht) inclusief voorcolleges (6.5 dagen van 6 uur); • 60 uur zelfstudie; • 7.5 uur (oefen)tentamen. M.T. Madigan, J.M. Martinko, J. Parker, Brock; Biology of Microorganisms, tenth edition, Prentice-Hall, Inc., Prijs ongeveer 70 euro. De volgende stukken uit bovenstaand boek: 1, 2, 4, 5.1-5.3, 5.14, 5.15, 6, 7.1-7.4, 8.1-8.3, 8.4-8.8*, 8.9 -8.12, 9, 11.1-11.4, 14, 15, 20*, 28.1-28.3, 29.1-29.2, plus voor Biomedici: 21, 24, 25, 26, 27 en voor Biologen: 12.1-12.13,12.1912.27,13.1-13.4, 17, 18, 19.1-19.14, 19.19-19.22, 30; * inleidend op cursussen Genetica en Medische Microbiologie. De Practicumhandleiding Microbiologie kost EUR 4.00 en dient i.v.m. de practicumtoets (zie toetsing) voor de aanvang van de cursus aangeschaft en bestudeerd te worden. Zie ook: www.bio.vu.nl/vakgroepen/mcp/education De eerste practicumdag zal beginnen met het afnemen van een practicumtoets. De cursus eindigt met schriftelijk tentamen, inclusief twee vragen over het practicum.Alle vragen en de toets tellen even zwaar mee bij de beoordeling. Biologen en Biomedici (eerste jaars); verplicht vak. Een laboratoriumjas is verplicht en is meteen op de eerste practicumdag nodig. Eerstejaarscursus Biologische chemie. •
werkwijze
literatuur
toetsing
doelgroep opmerkingen voorkennis naam code docent studiepunten periode doel
Moderne ontwikkelingen in de farmacochemie 435330 prof.dr. N.P.E. Vermeulen (
[email protected]; tel. 020-4447590) 6 1 en 2 Het doel van dit college is de student kennis van en inzicht in de ontdekking (discovery) en de ontwikkeling (development) van nieuwe geneesmiddelen te laten verwerven, althans met name in het farmacochemisch deel daarin. Ook zal kennis verworven worden in het succes/falen van deze processen. inhoud In dit studieonderdeel zullen diverse moderne ontwikkelingen in het 'discovery' en 'development' proces van de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen behandeld worden. Enkele moderne ontwikkelingen waaraan aandacht zal worden besteed zijn: combinatoriële chemie voor de
220
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen
naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
literatuur
toetsing
doelgroep
synthese van 'bibliotheken' van kandidaat-geneesmiddelmoleculen, 'functional genomics' en 'proteomics', o.a. met het oog op het vinden van nieuwe 'targets' voor de ontwikkeling van geneesmiddelen en voor het bijbehorende veiligheidsonderzoek, 'high-throughput screening' van (gewenste) farmacologische activiteiten en (ongewenste) toxicologische effecten van kandidaat-geneesmiddelmoleculen, in silico/in computro en in vitro absorptie/distributie/metabolisme/eliminatie (ADME) en toxicologie benaderingen in 'drug discovery' en `drug development'. Werk- / hoorcolleges en case studies. Er wordt intensief gebruik gemaakt van Blackboard. Het studiemateriaal zal bestaan uit recente overzichtsartikelen uit de literatuur over de verschillende onderwerpen. Voorts zullen een aantal docenten, die deskundig zijn op de betreffende gebieden, mogelijk ook vanuit de faramceutische industrie) lezingen annex discussiesessies verzorgen. Schriftelijk tentamen. 3F Inschrijving dient tenminste 2 weken voor aanvang van de cursus plaats te vinden (via
[email protected]). Moleculaire biologie en gist genetica 435510 dr. H. van Heerikhuizen; dr. M.H. Siderius; J.C. Vos 12 4, 5 en 6 Het kennis nemen van en inzicht verkrijgen (praktisch en theoretisch) in de belangrijkste aspecten van de recombinant-DNA technieken en hun toepassing in de biotechnologie en het (medisch) onderzoek. Het selectief kunnen uitschakelen en/of tot expressie brengen van genen in gist. Het deelnemen aan en verslag uitbrengen van een actueel onderzoeksproject van de vakgroep. Tijdens de cursus zullen de studenten participeren in een project dat is ontleend aan het actuele onderzoek van de vakgroep op het gebied van ribosoom biogenese of stress response. In dit kader zal zelfstandig een aantal experimenten worden uitgevoerd, waarbij diverse moleculair-biologische technieken aan bod zullen komen, zoals: kloneren van DNA, Polymerase Chain Reaction, mutagenese, karakteriseren van recombinant DNA, transformatie van gist, analyse van RNA, DNA-sequentieanalyse. Tevens zal aandacht worden besteed aan het gebruik van de computer in het moleculair biologische onderzoek. In een aantal werkcollege komen de grondbeginselen van het kloneren van DNA aan bod, alsmede toepassingen in het fundamentele moleculairbiologische onderzoek en in de biotechnologie. Het werkcollege vindt plaats aan de hand van het boek `From Genes to Genomes; Concepts and Applications of DNA Technology' van Jeremy Dale en Malcolm von Schantz, Wiley Europe, ISBN: 0-471-49782-7 Het practicum wordt afgesloten met een verslag en een mondelinge presentatie. Over de stof van het werkcollege wordt een `open boek toetsing' afgenomen. 3S, 3F
Examenonderdelen
221
opmerkingen Aanmelding voor deze cursus tot 2 weken voor aanvang bij Dr. H. van Heerikhuizen, kamer KA263-a, tel. (020) 44 47573, email:
[email protected] naam code studiepunten periode docenten doel
Moleculaire celbiologie 430016 6 1 dr. M.J. Smit; prof.dr. R. Leurs; dr. M.H. Siderius; Gastsprekers Het college heeft tot doel studenten inzicht te geven in het functioneren van een cel. inhoud Aandacht wordt besteed aan de verschillende eiwitmoleculen, die betrokken zijn bij belangrijke cellulaire processen zoals bijvoorbeeld membraantransport, cellulaire communicatie (ionkanalen, G-eiwit gekoppelde receptoren, tyrosine kinase receptoren, en steroid hormoon receptoren), celdeling, en apoptosis. Hierbij zal daar waar mogelijk aandacht besteed worden hoe verstoring van deze processen kan leiden tot het ontstaan van belangrijke ziektes (kanker, Parkinson, Alzheimer) en wat de therapeutische mogelijkheden zijn ter beïnvloeding van deze ziektes. Het college zal voortbouwen op de 1e-jaarscolleges Bio I (Biochemie/Celbiologie) en FAR I (BACS).
werkwijze Hoorcollege, werkcollege (b.v. gebruik CD-ROM) en zelfstudie. literatuur Dit vak zal gebruik maken van hetzelfde boek als het 1e jaarscollege Bio I: delen uit: B. Alberts, D. Bray, A. Johnson, J. Lewis, M. Raff, K. Roberts & P. Walter, Essential Cell Biology, 2004, Garland Publishing. In dit college zal hoofdstuk 11 en verder worden behandeld, terwijl voor verschillende onderdelen andere studiemiddelen zullen worden aangereikt (dictaat, CDROMs). doelgroep 2MNW naam code docenten studiepunten periode doel
Moleculaire mechanismen van ziekten 435410 dr. J.E. van Muijlwijk-Koezen; prof.dr. H.A. Raue 6 3 Deze module behandelt mechanismen van een aantal belangrijke ziekten zoals kanker, atherosclerose ('aderverkalking'), CF ('taaislaamziekte') en AIDS. De nadruk ligt hierbij op de moleculaire processen die een rol spelen bij het ontstaan van de ziekte, en hoe informatie hierover kan worden gebruikt om nieuwe diagnostiek en behandelingsmethoden te ontwikkelen. inhoud Allereerst zullen de cellulaire processen aan bod komen die ten grondslag liggen aan de ziekten. Vervolgens zullen de gevolgen van het niet juist functioneren van deze processen voor bepaalde organen worden bestudeerd, en als laatste de gevolgen voor het functioneren van het hele organisme. Bij het ontwikkelen van nieuwe behandelingsmethoden zullen worden besproken: het ontwerpen van nieuwe geneesmiddelen, het gebruik van eiwitten die via recombinante technieken zijn verkregen, het ontwerpen van gentherapieën, en het gebruik van fysisch(-chemisch)e methoden. In deze keuzemodule zullen o.a. de volgende moleculaire mechanismen die
222
Exacte wetenschappen
ten grondslag liggen aan diverse ziekten aan de orde komen: genetische veranderingen, bacteriële en virale infecties, en ontwikkelingsgerelateerde defecten. werkwijze Na een inleiding over een van bovengenoemde ziekten zullen studenten in groepjes deelopdrachten t.a.v. deze ziekte uitwerken. Hierbij worden artikelen uit de wetenschappelijke literatuur gebruikt. Op geregelde tijden zal over de stof worden gediscussieerd met de begeleidende docenten. De resultaten worden aan de overige studenten gepresenteerd, twee maal schriftelijk en twee maal mondeling. toetsing De keuzemodule zal worden afgesloten met een schriftelijk tentamen. Daarnaast wegen in de beoordeling de mondelinge en schriftelijke presentaties tijdens de cursus mee. doelgroep 2S, 2F, 3S, 3F naam code docent studiepunten periode doel
Moleculaire ontwikkelingsbiologie 470038 dr. R.E. Koes 6 11.04.2005 - 06.05.2005 De cursus beoogt inzicht te geven in basale moleculaire mechanismen welke de ontwikkeling van eukaryote organismen besturen. Speciale nadruk daarbij ligt bij de rol die regulatie van genexpressie speelt in het vastleggen van de opbouw van embryo's, de differentiatie van cellen, en de regulatie van de cel cyclus. Tevens wordt aandacht besteed aan experimentele methodes en technieken om de onderliggende moleculaire mechanismen op te kunnen helderen en met name op het practicum zal aandacht worden besteed aan de interpretatie van experimentele resultaten. Eindtermen Regulatie van genexpressie in eukaryoten: • Mechanismen kunnen benoemen en omschrijven welke genexpressie in euklaryoten aan- of uitschakelen op DNA, RNA en eiwitniveau; • Het kunnen omschrijven en theoretisch toepassen van technieken en experimenten om bovengenoemde aspecten van genregulatie te meten en het kunnen interpreteren van experimentele resultaten; • Het kunnen omschrijven van de werking van transcriptiefactoren en hun rol in celdifferentiatie, organogenese, biologische klokken en regulatie van de celcyclus; • Het kunnen omschrijven van de rol van chromatine structuur, en DNA imprinting in de de stabiele uitschakeling van genen tijdens ontwikkeling van een organisme; • Het kunnen benoemen en omschrijven van mechanismes van posttrancriptionele genregulatie. Regulatie van de cel cyclus • Het kunnen beschrijven van de cel cyclus en de rol van "checkpoints" in regulatie van de cyclus; • Het kunnen beschrijven van de rol van eiwitkinases, proteolyse, en transcriptiecontrole tijdens de controle op verschillende "checkpoints". De synthese van antilichamen in zoogdieren • Het kunnen beschrijven van de "clonal selection" theorie van lymphocyten;
Examenonderdelen
223
•
Het kunnen beschrijven van de opbouw van antilichaam moleculen; Het kunnen uitleggen hoe tijdens de (pre-antigen) ontwikkeling van Bcellen functionele immunoglobuline (Ig) genen worden geconstrueerd (mobiel DNA); • Het kunnen beschrijven van de moleculaire mechanismes die ten grondslag liggen aan de synthese van membraangebonden en oplosbare Ig-varianten en de "switching" van IgM synthese naar andere klasses van antilichamen tijdens de post-antigen fase van B cel ontwikkeling. Ontwikkeling van een multicellulaire organismes uit een enkele cel • Het kunnen omschrijven van universele mechanismes die een rol spelen in ontwikkeling van plant en dier ("mastergenes", morphogens, patroonvorming); • De embryogenese van Drosophila in het kort kunnen beschrijven en het verschil kunnen uitleggen tussen "maternal genes" en "zygotic genes" op moleculair nivo; • Het kunnen omschrijven hoe op moleculair niveau de antero-posteriore en dorsaal-ventrale assen van de zygote worden vastgelegd; • Het kunnen uitleggen hoe het embryo vervolgens wordt onderverdeeld in specifieke regios middels, gap, pair-rule en segmentation genes; • De organisatie van homotische genen en hun rol in ontwikkeling van vliegen en zoogdieren kunnen beschrijven en vergelijken; • De ontwikkeling van planten in het kort te kunnen beschrijven en de verschillen en overeenkomsten met dieren te kunnen benoemen; • De rol van cell-cell signalling en de rol van homeotische genen in de ontwikkeling van plantenmeristemen en orgaanprimordia te kunnen uitleggen. inhoud De cursus omvat hoorcolleges, werkcolleges en een "nat" practicum waarin we een aantal verschillende aspecten en moleculair mechanismen behandelen die ten grondslag liggen aan de ontwikkeling van hogere eukaryote organismes (zie eindtermen). De ontdekking van deze mechanismes, -en het onderwijs-, is weliswaar gebaseerd op onderzoek aan modelorganismen (gist, fruitvlieg, worm, etc), maar de verkregen kennis is zeer algemeen en ook geldig voor bijv zoogdieren. Tijdens het practicum zal de rol van het gen AN1 worden bestudeerd in de differentiatie van epidermale plantencellen. Je maakt daarbij o.a. kennis met de rol die mutanten spelen in ontwikkelingsbiologisch onderzoek, methodes om de structuur en expressie van genen te bepalen, en om experimentele resultaten te interpreteren. Tevens zullen een aantal wetenschappelijke artikelen worden besproken die direct aan de practicumproeven zijn gerelateerd. werkwijze Hoorcolleges (20 uur); werkcolleges (8 uur); practicum (circa 40 uur); zelfstudie (80 uur). literatuur • Handboek: B. Alberts, A Johnson, J. Lewis, M. Raff, K Roberts, & P. Walter. Molecular Biology of the Cell (4edruk), Garland Science Publishing. Dit boek wordt vanaf 2002 ook gebruikt in 1e jaars cursussen; • Uittreksels (powerpoint files) van collegestof (gratis te downloaden van Blackboard); • Practicumhandleiding (ongeveer 7 euro) • Computerfiles (pdf) van artikelen gebruikt bij het practicum (gratis te •
224
Exacte wetenschappen
downloaden via Blackboard). toetsing De benodigde voorkennis en de inleidende practicumtheorie wordt schriftelijk getoetst bij aanvang van de 2e cursusweek (10% van eindcijfer) Het practicum wordt beoordeeld aan de hand van een schriftelijke toets aan het eind van de 5e cursusweek (40% van eindcijfer) De collegestof wordt schriftelijk getentamineerd aan het eind van de 7e week (50% eindcijfer). naam code studiepunten periode doelgroep opmerkingen
Molecuulspectroscopie van de atmosfeer 435710 12 4, 5 en 6 3S, 3F Zie onder 'Ultrasnelle laserspectroscopie'.
naam code docenten studiepunten periode doel
Multidimensionale scheidingstechnieken 435490 dr. H. Lingeman; dr. J.J. Vreuls 12 4, 5 en 6 Het doel is het verwerven van practisch en theoretisch inzicht omtrent een bepaald thema aan de hand van het zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoeksproject. inhoud Het primaire doel is het ontwikkelingen van complete analytische systemen waarmee zowel de selectiviteit als de gevoeligheid verbeterd kan worden. Met name de ontwikkeling en optimalisering van ge-automatiseerde multidimensionale systemen neemt een centrale plaats in bij dit type onderzoek. Het gaat hierbij om de koppeling van gaschromatografische of vloeistofchromatografische systemen met elkaar en met verschillende detectiesystemen. werkwijze Zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoeksproject. doelgroep 3S, 3F
naam code studiepunten periode docent inhoud
Multimedia Authoring I -- Web3D/VRML 400050 6 1 dr. A. Eliens In deze cursus wordt een praktische inleiding gegeven tot Web3D, en meer specifiek tot het gebruik van de Virtual Reality Modeling Language (VRML). Aan de orde komen de constructie van 3D objecten, deplaatsing van objecten in 3D ruimte, materiaal en belichting, alsook animatie en interactie. Tevens zal ingegaan worden op het gebruik van graphics, audio en video voor de bekleding van 3D virtuele werelden. Ook wordt de programmatische interface tot VRML behandeld, met name prototypes en scripts. De opdrachten omvatten een 3D product demo en een infotainment applicatie. werkwijze hoorcollege en simultaan practicum literatuur Online syllabus. toetsing mondeling of schriftelijk tentamen, practicum opdracht
Examenonderdelen
225
doelgroep 2MMC, mCS, en overige belangstellenden naam code studiepunten periode docenten inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis subject code credits period lecturers content
form of tuition literature mode of assessment entry requirements target audience
Multimedia Authoring II -- Virtual Environments 400051 6 2 dr. A. Eliens; dr. Z. Huang The subject of the course is virtual environments. The theoretical part treats research aspects and applications of virtual environments. The focus of this course is on the application of intelligent agent technology in the development of virtual environments, for example programming the behavior of avatars and the creation of information services. In the practical part, students will gain experience with the 'intelligent multimedia platform', which offers a combination of logic programming and Web3D, as well as with the design and realization of a virtual environment using this technology. lectures/practicum Syllabus. essay and practicum assignment 3MMC, mCS, and interested students Multimedia Authoring I, or proficiency with VRML Multimedia Design Casus 400158 6 2 and 3 dr. A. Eliens; dr. G.C. van der Veer; dr. J.F. Hoorn The assignment in the multimedia casus is to develop a virtual environment for some cultural or governemental institute or company. The practicum takes the form a stage, in which external supervision plays an important role. In the multimedia casus, techniques learned in previous courses (see the resources) will applied to create the application. At the start of the course the actual assignment will be determined. Examples of possible assignments are: the development of a virtual exposition hall for the Dutch Royal Museum of the Arts, a virtual city square, which gives information about both the present and the past, a virtual shop, with online buying facilities, or an online broker, which offers facilities for inspecting houses. Practicum/stage. online studyguide assignment Multimedia Authoring I -- Web3D/VRML (400050) and Multimedia Authoring II -- Virtual Environments (400051) 3MMC
subject Music in Modern Society code 400159 credits 5
226
Exacte wetenschappen
period 2 lecturer drs. A. de Bruine aim This course is an introduction in the very broad field of music. It gives the student insight in the world of contemporary music and the use of sound in our daily lives. We will be looking at the history of (popular) music and at the cultural meaning, production and reception of sound and music. After taking part in this course the student knows about the development of pop music in the 20th century, how music can effect our psyche, how designers can use sound in multimedia products and the student will have more insight on how the music industry works and what influence (popular) music has on young people. content The lectures are built up around 6 themes: history of music/genres, music & technology muzak, the meaning of sound and music, pop & youth culture and the music industry. 1. History of Music/Genres Genre theories, history of music in the 20th century, musicology and other theories about music. Homework: Genre presentation: All students do a presentation on a genre by choice (2 students per group) 2. Music & Technology Technology plays in an important role in how music is produced and consumed. The influence and importance of technology on music is discussed and students will look into (computer)technology to make music. Assignment: Study the demo of eJay (or other software sequencers) and make your own track 3. Muzak Cognitive psychology of sound and music, psychological effects of music in workplace and environment (lifts and supermarkets), background music, sound of silence, theories about active and passive listening, music and emotions. 4. Meaning of sound and music Semiology & ear cons, use of sound in multimedia (with literature from semiology and Human Computer Interaction), style and subcultures. 5. Pop culture and youth culture Theories about youth culture and pop music, the DJ culture, gender. 6. The music business Studios, vinyl versus CD, digital music distribution, MP3s and copyright, artist management, Internet, major versus independent record labels, radio & music press. form of tuition Lectures in period II (4 h/w in wk45-51), work groups (in pairs), written exam book Shuker and final presentation in period III (wk2-5). literature to be announced mode of assessment Homework, written exam, project presentation, and documentation entry requirements Informatie representatie target audience 3MMC remarks We will try to visit a cultural centre and/or a studio of a Dutch house DJ & record label if that fits into the program.This class is in English. See website: http://www.cs.vu.nl/~annelies/
Examenonderdelen
227
naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep
Natuurkunde II 435170 dr. J. Bulthuis 5 2 Vergroting van inzicht in elektriciteit en magnetisme met het oog op toepassing in de scheikunde. Elektrisch veld en elektrische potentiaal van puntladingen en continue ladingsverdelingen, de wet van Gauss voor het elektrisch veld, effecten van magnetische velden, de relatie tussen elektrische en magnetische velden, de wetten van Maxwell en elektromagnetische golven. Hoorcollege 18 uur; werkcollege 18 uur; zelfstudie 84 uur. F.M. Fishbane, S. Gasiorowicz, S.T. Thornton, Physics for Scientists and Engineers, (Prentice-Hall), hoofdstukken 13, 22-25, 29-31 (t/m paragraaf 313), 35 (t/m paragraaf 35-3). De stof wordt schriftelijk getentamineerd. 2S Natuurkunde en gezondheid 430018 prof.dr. R.M. Heethaar; prof.dr. C.F. Schmidt; dr.ir. Th.J.C. Faes 6 4 Doelstelling van het college Natuurkunde en Gezondheid is het afronden van de basisnatuurkunde en de toepassing ervan op levensprocessen en het functioneren van het menselijk lichaam te behandelen Praktisch alle levensprocessen zijn gebaseerd op de wetten van de fysica. Een gedegen kennis van deze wetten maakt het mogelijk deze levensprocessen te begrijpen, afwijkingen ervan op te sporen en te begrijpen. Op grond van het verkregen inzicht kan een bijdrage aan de therapie worden verleend. Het onderwijs in het tweede jaar richt zich vooral op de volgende onderwerpen: Maxwell vergelijkingen, elektrische processen in het lichaam, licht, lenzen, microscopische technieken, straling, radioactiviteit, nucleaire technieken in de geneeskunde, vloeistofstroming in het algemeen en de stroming van bloed in het bijzonder. Interactieve hoorcolleges, werkcolleges en zelfstudie-uren Het college zal gebruik maken van het boek "Physics for Scientists and Engineers" van Douglas C. Giancoli (Third edition, Prentice Hall, Upper Saddle River, New Jersey 07458, USA) en verschillende handouts over medisch fysische onderwerpen. Schriftelijk tentamen 2MNW
naam Natuurkunde practicum code 420038 Periode is de gehele bachelorfase. studiepunten 18 doel • de werkmethode van de experimentele fysicus te leren kennen en beheersen; • experimentele vaardigheid op te doen en technieken voor data-acquisitie
228
Exacte wetenschappen
en data-analyse leren toepassen; in staat zijn zowel schriftelijk als mondeling te communiceren over een uitgevoerd experiment. inhoud Op het natuurkunde practicum leer je experimenteren op een wijze die steeds meer overeenkomst zal vertonen met het doen van experimenteel onderzoek zoals dat in de verschillende onderzoeksafdelingen plaats vindt. Het natuurkunde practicum bestaat uit vier onderdelen: Practicum wiskunde en natuurwetenschappen, Natuurkunde practicum project, Natuurkunde pracitcum 2, Natuurkunde practicum 3. Elk onderdeel bouwt voort op het onderdeel daarvoor. Het natuurkunde practicum wordt in het derde jaar afgesloten met het Bachelors project (zie aldaar). •
naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep
Natuurkunde practicum 2 420040 drs. J.B. Buning 6 4, 5 en 6 Naast de bij Natuurkunde practicum (420038) geformuleerde algemene doelen heeft dit practicum met name als doel: het zelfstandig kunnen bepalen van een experimentele probleemstelling. • introductie; • werkcollege 'analyse van waarnemingen'; • het uitvoeren van 5 experimenten; • mondelinge presentatie over één van de uitgevoerde experimenten. De experimenten worden uitgevoerd in koppels van 2 studenten. De duur van elk experiment is 24 uur. De verslagen over de experimenten worden individueel geschreven. Handleiding. De beoordeling vindt plaats op grond van de resultaten van het vierde en vijfde experiment. 2N
naam code docent studiepunten periode doel
Natuurkunde practicum 3 420041 dr. W.A. Sterrenburg 4 2 en 3 De verschillende practicumdoelstellingen komen op geïntegreerde wijze aan bod. Daarnaast heeft dit practicum als specifiek doel: het kennismaken en toepassen van enkele algemene methoden en technieken. Verder zal de nadruk liggen op het zelfstandig kunnen uitvoeren van een experiment binnen de beschikbare tijd, zonodig na bijstelling van de probleemstelling. inhoud Het practicum bestaat uit twee delen. In het eerste deel, dat een enigszins cursorisch karakter draagt, maak je kennis met een aantal algemene methoden en technieken die breed toepasbaar zijn zoals lock-in en vacuümtechnieken, PID-regelingen, optische technieken, coïncidentieschakelingen etc. Het tweede deel bestaat uit een experiment van wat langere duur dan de experimenten bij NP1 en NP2 en er wordt gebruik gemaakt van geavanceerde apparatuur en meettechnieken. Je kunt in principe kiezen uit de volgende experimenten:
Examenonderdelen
229
•
levensduurmetingen (subatomaire fysica); weerstandsmetingen (vaste-stoffysica); • absorptie en fluorescentie (biofysica); • diodelaser (atoomfysica); • interferometer (atoomfysica); • radon in het leefmilieu (milieufysica); • laser remote sensing (milieufysica). In 8 halve dagen maak je kennis met 2 methodes/technieken en leer je deze toepassen. Daarna voer je gedurende vier weken in halve dagen een experiment plus de data-analyse uit en schrijf je het verslag. Bij de planning moet je ervan uitgaan dat het experiment na drie weken moet zijn afgerond. De resterende tijd kun je dan aan het verslag besteden. De begeleiding wordt in het algemeen verzorgd door promovendi. Handleiding en artikelen. De beoordeling vindt plaats op grond van het vertoonde inzicht en de experimentele vaardigheid tijdens de uitvoering van de experimenten en op grond van de schriftelijke verslaggeving. 3N •
werkwijze
literatuur toetsing
doelgroep naam code docent studiepunten periode doel
inhoud werkwijze
literatuur toetsing doelgroep naam code docenten studiepunten periode doel
230
Natuurkunde practicum project 420150 drs. J.B. Buning 2 6 Het project bouwt voort op het practisch werk dat tot op dat moment reeds is uitgevoerd. Het is een direct vervolg op het practicum wiskunde en natuurwetenschappen uit periode 2 en 3. Het doel is om te leren hoe, in samenwerking met een groep medestudenten, een klein experimenteel onderzoek is op te zetten en uit te voeren en daarover met anderen te communiceren. Het uitvoeren van een klein onderzoeksproject. Het project wordt uitgevoerd in groepjes van 4-6 studenten, waarin een meer open vraagstelling wordt onderzocht. De keuze van het onderwerp, de planning van de activiteiten (literatuurstudie, besprekingen, opzetten en uitvoeren van het experiment, analyse van de gegevens, presenteren van de gegevens) wordt door de groep zelf gemaakt in overleg met de begeleider. Het leren samenwerken krijgt speciale aandacht. Het project wordt met een presentatie afgesloten. Handleiding. De beoordeling vindt plaats op grond van een door elke individuele student bijgehouden logboek, het verslag en de presentatie. 1N Natuurkundige informatica 1 420043 dr. I.H.M. van Stokkum; dr.ir. M. Koutek 6 1 en 2 Kennis verwerven van systeem- en signaaltheorie, simulatie, visualisatie en parameterschatting. Het kunnen toepassen van deze kennis binnen
Exacte wetenschappen
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis subject code credits period lecturer
geavanceerde programmeeromgevingen. Dit college slaat een brug tussen het college Inleiding Natuurkun- dige Informatica en de keuzecolleges op het gebied van de natuurkundige informatica: Digitale Signaalverwerking en High-Performance Computing, Parameterschatten en Numerieke Methoden. Aan de orde komen: • systeem- en signaaltheorie, met name de Fourier-transformatie van discrete en continue signalen; systeembeschrijvingen: impulsresponsie en overdrachtsfunctie; en het bemonsteringstheorema; • technieken voor het schatten van parameters zoals aanpassingen met lineaire en niet-lineaire kleinste-kwadratenmethoden; • enkele aspecten van software engineering; high performance computing en het belang van het gebruik van standaardbibliotheken; • modelvorming en simulatietechnieken, met aandacht voor de relatie tot de numerieke algorithmiek, en wetenschappelijke visualisatie. Bij deze vier onderdelen worden verschillende omgevingen gebruikt: LabVIEW, Splus, bibliotheken +C, DX. Hoorcolleges plus practicum. Een dictaat is beschikbaar. Practicumverslagen van de vier onderdelen. 3N Natuurstoffen 435440 dr.ir. R.V.A. Orru (contactpersoon) 6 3 Doel van deze cursus is dat men een overzicht krijgt over de structuur, eigenschappen en reacties van de verschillende hoofdklassen van natuurstoffen. Aansluitend op de basiskennis organische chemie van het eerste en tweede studiejaar worden in deze cursus een aantal aspecten van de natuurstofchemie behandeld. De biologische activiteit van vele natuurstoffen hangt nauw samen met hun structurele kenmerken. De structurele kenmerken van met name vetzuren, suikers, aminozuren, pyrimidine- en purinebasen, terpenen en steroïden, alkaloïden en flavonoïden, komen aan de orde. Hun specifieke rol in de natuur en een aantal specifieke fysische danwel chemische eigenschappen zullen worden besproken. De reactiviteit van een aantal van deze verbindingen wordt, tenslotte, nader onderzocht. Zelfstudie aan de hand van een opdracht. M.A. Fox en J.K. Whitesell, Organic Chemistry, 2e druk, 1997, hoofdstuk 17, 18 en aanvullend materiaal. Beoordeling van de uitwerking van de opdracht. 2S, 2F, 3S, 3F Organische chemie I en II Network Security 400127 6 4 and 5 dr. B. Crispo
Examenonderdelen
231
aim Introductive and broad course on security. At the end of the course students will be able to understand and apply the basic notions of cryptography, understand the most common protocols, mechanisms and security architectures, in particular the ones related to network security. content The course covers a wide spectrum of security issues. It starts by introducing the fundamental cryptographic techniques and algorithms used today. Then it addressed the issues raised by the design of security protocols and in particular authentication protocols. Specific examples of the most significant protocols (Needham-Schroeder, X.509, SSL IPSec) will be thoroughly discussed. Trust infrastructures needed for those protocols to run and the main key management problems solved by those infrastructures will be then analyzed. The course presents an example of such infrastructure based on symmetric-key that is Kerberos and some example of infrastructures based on public-key will be presented, in particular PGP and X.509. Some important aspects tightly related to network security such as firewall, worms, mobile code, and intrusion detection will be also covered. In the last part of the course access control mechanisms and web security issues will be also explained. form of tuition Lectures literature To be determined. mode of assessment Written exam entry requirements None target audience 3IN, mCS, 3BI, 3AI, mBMI subject code credits period lecturer aim content
form of tuition literature mode of assessment entry requirements target audience remarks naam code studiepunten periode docent
232
Neural Networks 400132 6 5 dr. E. Marchiori Introduce the student to the most popular neural network models and their applications. The course provides an introduction to the basic neural networks architectures and learning algorithms. The following main topics are covered: single layer perceptrons, LMS algorithm, multilayer perceptrons, radial-basis function networks, support vector machines, self-organizing maps, discrete Hopfield model, brainstate- in-a-box model. Moreover, typical applications of neural networks are discussed. Lectures. Slides available during the course. No obligatory text book. See http://www.cs.vu.nl/¿elena/nn.html for suggested text books. Assignments. None 3AI, 3I, 3BWI, mCS, mBMI Lectures in English. Numerieke wiskunde I 400053 6 4 prof.dr. M. van Veldhuizen
Exacte wetenschappen
doel Kennis verwerven van elementaire numerieke methoden. inhoud De numerieke wiskunde heeft tot doel het ontwerpen, analyseren en implementeren van oplosmethoden voor (grote) numerieke problemen. In dit kader komen de volgende onderwerpen aan de orde: stelsels lineaire vergelijkingen (Gauss-eliminatie), stelsels niet-lineaire vergelijkingen, (Newton-methode in ndimensies), varianten op de Newton-methode, lineaire kleinstekwadratenmethode (met Householder-transformaties), minimaliseringsmethode (unconstrained, niet lineair), niet-lineaire kleinste kwadraten (Gauss-Newton), interpolatie, numerieke benadering van integralen, de FFT. werkwijze Er wordt een college gegeven van twee uur per week, met aansluitend een practicum van één uur. Een aantal oefeningen in Matlab vormen een integraal onderdeel van de stof. literatuur Charles F. van Loan, Introduction to Scientific Computing, 2nd edition, Prentice Hall. toetsing Mondeling, plus bespreking van verslag van de drie numerieke opgaven. doelgroep 3W, 3I, 4I, 4BWI voorkennis Veronderstelde voorkennis: Wiskundige Analyse II (400088). Vereist voor deelname aan het tentamen: Calculus (400013), Lineaire Algebra (400042) òf Calculus (400013), Lineaire Algebra voor BWI (400041) subject code credits period lecturer content
form of tuition literature mode of assessment entry requirements target audience naam code studiepunten periode
Object-Oriented Software Development 400137 4 1 and 2 dr. R. Laemmel The course gives a survey of the most important notions in object-oriented software development. Concepts such as data abstraction, encapsulation, inheritance and polymorphism play a central role. Moreover, object-oriented design and analysis techniques will be discussed, and the application of these concepts in the development of frameworks and reusable software. Also subjects such as design patterns, components, refactoring, aspect-oriented programming, distributed object technology and software architecture will be covered. Lectures. There is a separate practical work for 9 cp. A. Eliëns, Principles of object-oriented software development., AddisonWesley 2000. ISBN 0-201-39856-7. Essay. Java or C++. 3IN, mCS, 3BI, mBMI, mAI Onderzoekstage Multimedia en Cultuur 400309 6 5 en 6
subject Ontology Engineering
Examenonderdelen
233
code credits period lecturer content
form of tuition literature mode of assessment target audience naam code docent studiepunten periode doel
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep
400292 3 6 dr. A.T. Schreiber Ontologies are nowadays used in computer science a means to share common concepts between information systems, This course is focused on theory, methods, and tools for constructing and/or extending ontologies for this purpose. Teaching subjects typically center around engineering principles, e.g. for subtype hierarchies (backbone identification, viewpoints, dimensions, constraint specification), part-of structures (types of part-of relations, representation of part-of relations), and default knowledge. Also, the mapping and/or integration of different ontologies is discussed. The course contains examples of how ontologies are used in practice. The assignments focus on real-life examples of ontologies currently in use in web applications. Lectures, assignments Reader Assignments, self evaluation mIS Ontwikkeling van op eiwit gebaseerde geneesmiddelen 435380 dr. H. Lingeman 6 3 Het zelfstandig of in groepsverband verzamelen, verwerken en presenteren van gegevens met betrekking tot de analytisch-chemische aspecten van de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen die gebaseerd zijn op peptiden en eiwitten. De keuzemodule wordt uitgevoerd aan de hand van enkele opdrachten en een aantal basisgegevens. Wekelijks is er contact tussen de begeleidende docenten en de studenten. Basisliteratuur en informatie van het internet. Schriftelijke rapportage en mondelinge toelichting van de opdrachten. 2S, 2F, 3S, 3F
naam Ontwikkelingsvraagstukken (interfacultair) code 60000010 Basiscursus: 6 studiepunten Vervolgtraject: 3 - 12 studiepunten (facultatief) studiepunten 6 periode 1, 2, 3 en 4 docent onbekend (Diverse docenten, afkomstig van de VU, andere Nederlandse Universiteiten en ontwikkelingsorganisaties) periode Basiscursus: 1e en 2e periode (september - december)Vervolgtraject: 2e, 3e en 4e periode (vanaf begin november - eind maart ) inhoud Dit interfacultaire keuzevak bestaat uit een basiscursus en een vervolgtraject. De basiscursus omvat een serie van 14 hoorcolleges, waarin vanuit verschillende disciplines informatie geboden wordt over ontwikkelingsvraagstukken en het thema 'Overheden, bedrijven en NGO.
234
Exacte wetenschappen
literatuur
toetsing opmerkingen
onderwijs
naam code docent studiepunten periode inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep
Partners in een globaliserende wereld'. De eerste 6 colleges bieden basisinformatie, terwijl in de laatste 8 bijeenkomsten het thema meer centraal zal staan. Het vervolgtraject kan worden ingevuld met een studiereis naar Suriname, het deelnemen aan het simulatiespel 'Africulture', of met het schrijven van een werkstuk over een onderwerp naar keuze. • Handboek Ontwikkelingsvraagstukke • Reader Keuzevak Ontwikkelingsvraagstukken 2004-2005 • Themabundel Ontwikkelingsproblematiek schriftelijk tentamen (75%) en opdracht (25%) in basiscursus. Een informatieboekje met nadere beschrijvingen van de basiscursus en vervolgtrajecten is aan te vragen bij: Afdeling Ontwikkelingseconomie Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde, de Boelelaan 1105, 1081 HV Amsterdam, kamer 4A-33, tel. 020-4446140, e-mail:
[email protected] . Zie ook de website: http://www.feweb.vu.nl/iko hoorcollege Een informatieboekje met nadere beschrijvingen van de basiscursus en vervolgtrajecten is aan te vragen bij: Afdeling Ontwikkelingseconomie Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde, de Boelelaan 1105, 1081 HV Amsterdam, kamer 4A-33, tel. 020-4446140, e-mail:
[email protected] Zie ook de website: Organische chemie I 435091 dr.ir. R.V.A. Orru (KA-381a, tel. 4447447,
[email protected]) 3 3 Dit college concentreert zich op de driedimensionale structuur van diverse functionele groepen en op de relatie tussen structuur en reactiviteit. Voortbouwend op de kennis van atoom en molecuulbouw en de MO-theorie komen aspecten van structuur aan de orde: de structuur van alkanen, cycloalkanen, alkenen en alkynen, hybridisatie, conformatie-analyse, reactieve deeltjes, nomenclatuur, stereochemie, chiraliteit, resonantie, aromaticiteit, reactietypen. In het college is ruim plaats (10 uur) voor het verwerken van de leerstof door het maken van vraagstukken en het oefenen met molecuulmodellen. Deze vraagstukken vormen zowel de intermezzo's in het hoorcollege als het hoofdbestanddeel van opdrachten uit de studiehandleiding, die tijdens werkcollege-uren worden besproken. Hoorcollege 24 uur; werkcollege 10 uur. • voor S/F: "Organic Chemistry" Clayden, Greeves, Warren & Wothers, Oxford University press (ISBN 019850346). • voor MNW: "Organic Chemistry" 3rd edition, Fox & Whitesell, Jones and Bartlett (ISBN 0763721972). De stof wordt schriftelijk getentamineerd. Mondeling mogelijk in overleg. 1F, 1MNW, 1S
naam Organische chemie II
Examenonderdelen
235
code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep opmerkingen voorkennis
236
435160 dr.ir. R.V.A. Orru 4 1 Het college beoogt het aanleren van basiskennis organische chemie. Dit college vormt één geheel met het eerstejaarscollege. Het zet voort met de presentatie van specifieke reactietypen, nu eens niet georganiseerd naar functionele groepen, maar rondom een gemeenschappelijk mechanisme: nucleofiele substituties, eliminaties, addities aan meervoudige koolstofkoolstofbindingen, electrofiele aromatische substituties, addities en substitutie aan carbonylgroepen, omleggingen. Eveneens wordt aandacht besteed aan syntheseplanning. Hoorcollege 26 uur; werkcollege 10 uur; zelfstudie 84 uur. Clayden, Greeves, Warren & Wothers, Organic Chemistry, Oxford University Press (ISBN 019850346). De stof wordt schriftelijk getentamineerd. Mondeling is mogelijk in overleg. 2S, 2F Organische chemie I Orientatie op de M-variant 470101 prof.dr. J.F.G. Bunders-Aelen; drs. L.E. Paula 6 februari- maart • Eerste kennismaking met beleids- en managementprocessen en kennismanagement; • Globaal inzicht verwerven in de structuur en het beleid van de Nederlandse overheid met name op het gebied van de biotechnologie; • Ervaring opdoen met projectmatig werken in een team; • Kunnen toepassen van enkele praktische vaardigheden. In deze cursus krijgen de studenten inleidende werkcolleges over theorievorming aangaande diverse beleids- en managementaspecten. De algemene beleids- en managementconcepten worden geïllustreerd aan de hand van casussen uit de landbouw, milieu, en gezondheidszorg met een focus op biotechnologie. Daarna analyseren de studenten in projectteams een maatschappelijk 'natuurwetenschappelijk' probleem. De nadruk ligt hierbij op zelfwerkzaamheid, eigen initiatief en oordeelsvorming en op het werken in teamverband. Belangrijke vaardigheden die geleerd worden zijn literatuurstudie, vergaderen, interviewen (eventueel) analyseren, argumenteren, samenwerken en rapporteren. De eerste helft van de cursus zal bestaan uit werkcolleges, de tweede helft uit het uitvoeren van een projectopdracht in teamverband. Syllabus. Aanschaf van de syllabus is tijdens het eerste college. Prijs ca. 15 Euro's. Individuele toetsing door middel van een tentamen, individuele beoordeling aan de hand van individuele producten en het functioneren in de onderwijsgroep en een afgeleide van de beoordeling van groepsproducten. Derde jaars studenten, bèta breed. Onderdeel van de M-oriëntatie Geen speciale.
Exacte wetenschappen
naam code studiepunten docent periode doel inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis
Oriëntatie op afstudeerrichting: Bioinformatica / Genomics 430041 12 prof.dr. J. Heringa (
[email protected]) Periode 4 of 5 Oriëntatie en voorbereiding op de afstudeerrichting Bioinformatica / Genomics in de MNW-masteropleiding. Nadere kennismaking met en verdieping in dit vakgebied. In het kader van deze cursus wordt een bacheloropdracht uitgevoerd, waarmee de student laat zien dat hij / zij kennis en vaardigheden op het gebied van theorie, experimenteel werk, data analyse, schriftelijk en mondeling rapporteren, etc. die in de bachelorfase aan de orde zijn geweest, kan toepassen in een project van enige omvang. De bacheloropdracht dient daarmee als 'proeve van bekwaamheid'. Bestudering van leerboek en/of andere relevante vakliteratuur d.m.v. begeleide zelfstudie, uitvoering van praktische oefeningen en een onderzoeksproject onder leiding van een stafmedewerker, schriftelijke en mondelinge verslaggeving. Er is een handleiding bacheloropdracht beschikbaar. Nader te bepalen. Toetsing vind plaats door beoordeling van het eindverslag: de bacheloropdracht, en door toetsing van de theorie. 3MNW Bovenstaande beschrijving is voorlopig. De integratie van theoretische en praktische elementen staat nog ter discussie. Basiskennis overeenkomend met de tot dan toe gevolgde bacheloropleiding Medische Natuurwetenschappen.
naam code studiepunten docenten
Oriëntatie op afstudeerrichting: Biomoleculaire complexiteit 430042 12 dr. H. van Heerikhuizen (sectie Biochemie en Moleculaire Biologie, FEW;
[email protected]); dr.ir. G.J.L. Wuite (sectie Fysica van complexe systemen, FEW;
[email protected]) periode Periode 4 of 5 doel Oriëntatie en voorbereiding op de afstudeerrichting Biomoleculaire complexiteit in de MNW-masteropleiding. Het kennis nemen van en inzicht verkrijgen (praktisch en theoretisch) in de belangrijkste aspecten van de biomoleculaire complexiteit en hun toepassingen in de biotechnologie en het (medische) onderzoek. inhoud Tijdens de cursus participeren de studenten in een project dat is ontleend aan het lopende onderzoek van de secties BMB en Fysica van Complexe Systemen op het gebied van ribosoom biogenese, signaaltransductie, motor eiwitten, virus structuren of eiwitvouwing/eiwitmisvouwing en ziekte. In dit kader zal zelfstandig een aantal experimenten worden uitgevoerd in de beide secties waarbij diverse technieken aan bod zullen komen zoals: cloneren van DNA, Polymerase Chain Reactie (PCR), mutagenese, karakterisering van recombinant DNA, transformatie van gist, analyse van RNA, DNA sequentie analyse, mobiliteits assays, fluorescentie microscopie en atomic force
Examenonderdelen
237
microscopie. werkwijze Uitvoering van een onderzoeksproject onder leiding van een a.i.o. of postdoc. Werkcolleges, bestudering van een leerboek en eventueel andere relevante vakliteratuur d.m.v. begeleide zelfstudie. Schriftelijke en mondelinge verslaggeving. literatuur From Genes to Genomes; Concepts and Applications of DNA Technology¿ van Jeremy Dale en Malcolm Schantz, Wiley Europe, ISBN: 0-471-49782-7 en Handouts toetsing Toetsing vind plaats door beoordeling van de eindverslagen over de uitgevoerde onderzoeksprojecten en door een schriftelijke toetsing van de theorie. doelgroep 3MNW voorkennis Basiskennis overeenkomend met de tot dan toe gevolgde bacheloropleiding Medische Natuurwetenschappen. naam code studiepunten docenten periode doel inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis
naam code studiepunten docenten periode doel
238
Oriëntatie op afstudeerrichting: Fysica van leven 430039 12 dr. J.P. Dekker (
[email protected]); prof.dr. R.M. Heethaar (
[email protected]) Periode 4 of 5 Oriëntatie en voorbereiding op de afstudeerrichting Fysica van Leven in de MNW-masteropleiding. Nadere kennismaking met en verdieping in dit vakgebied. In het kader van deze cursus wordt een bacheloropdracht uitgevoerd, waarmee de student laat zien dat hij / zij kennis en vaardigheden op het gebied van theorie, experimenteel werk, data analyse, schriftelijk en mondeling rapporteren, etc. die in de bachelorfase aan de orde zijn geweest, kan toepassen in een project van beperkte omvang. De bacheloropdracht dient daarmee als 'proeve van bekwaamheid'. Bestudering van leerboek en/of andere relevante vakliteratuur d.m.v. begeleide zelfstudie, uitvoering van een opdracht aan de hand van een beperkte probleemstelling onder er leiding van een stafmedewerker, schriftelijke en mondelinge verslaggeving. Er is een handleiding bacheloropdracht beschikbaar. Nader te bepalen. Toetsing vind plaats door beoordeling van het eindverslag en de uitvoering van de bacheloropdracht. 3MNW Bovenstaande beschrijving is voorlopig. De integratie van theoretische en praktische elementen staat nog ter discussie. Basiskennis overeenkomend met de tot dan toe gevolgde bacheloropleiding Medische Natuurwetenschappen. Oriëntatie op afstudeerrichting: Moleculaire geneeskunde 430040 12 dr. J.N.M. Commandeur; dr. H. Lingeman; dr. M.J. Smit; R. Bakker Periode 4 of 5 Het doel van de oriëntatie is de student, door middel van het uitvoeren van
Exacte wetenschappen
een klein onderzoeksproject, inzicht te verschaffen in de verschillende specialisaties binnen de afstudeerrichting Moleculaire Geneeskunde. inhoud In deze oriëntatie zal de student een klein onderzoek uitvoeren in het kader van één van de lopende onderzoeksprojecten van de hieronder genoemde werkgroepen. Hieronder wordt kort samengevat welke aspecten en technieken er bij de verschillende werkgroepen aan bod zullen komen: Moleculaire Farmacologie: hierin zal de farmacologische werking van te onderzoeken stof(fen) worden getest in verschillende farmacologische testsystemen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van cellulaire systemen waarin wild-type en mutante humane en/of virale receptoren tot expressie zijn gebracht. De interactie van deze stoffen worden bestudeerd d.m.v. radioligand bindingsstudies, reporter gen bepalingen en second messenger analyses. Moleculaire Toxicologie: hierin zal onderzocht worden op welke wijze te onderzoeken stof(fen) enzymatisch worden afgebroken door recombinant humane biotransformatie enzymen. Bekeken zal worden of de gevormde metabolieten farmacologisch of toxicologisch actief zijn. Ook zal het vermogen van de stof(fen) tot het veroorzaken van drug-drug interacties worden onderzocht. Bio-Analytische Chemie: hierin zullen analysemethodes worden ontwikkeld waarmee de aanwezigheid en concentraties van te onderzoeken stof(fen) en hun metabolieten kan worden bepaald in biologische monsters. Daarnaast kan gewerkt worden aan de analyse van eiwitmengsels. Analysemethodes die toegepast kunnen worden zijn HPLC, GC, massaspectrometrie, cappilaire zone-electroforese etc. werkwijze De studenten zullen in de eerste week een literatuurstudie uitvoeren aan de hand van opdrachten. Vervolgens zal de student, in overleg met de begeleiders, een werkplan opstellen voor het uit te voeren onderzoek. Hierna zal de student het onderzoek experimenteel uitvoeren. In de laatste week dient er een verslag te worden geschreven en dient er een korte mondelinge presentatie te worden gehouden voor de medestudenten. literatuur Bij aanvang van het eindproject zullen enkele relevante artikelen ter beschikking worden gesteld. Vervolgens dient de student zelf literatuur te verzamelen bij de bibliotheek en via internet (PubMed; elektronische tijdschriften bij UBVU). toetsing De beoordeling zal plaatsvinden op basis van de schriftelijke rapportage (labjournaal en verslag), de practische vaardigheid en de mondelinge presentaties. doelgroep 3MNW voorkennis Basiskennis overeenkomend met de tot dan toe gevolgde bacheloropleiding Medische Natuurwetenschappen. naam Oriëntatie op communicatie en educatie 1: oriëntatie op het beroep van leraar en communicatiespecialist code 990005 Orientatie op het beroep studiepunten 6 coördinator drs. J. Veldhuis docent Diverse Docenten (De cursus wordt verzorgd door diverse docenten van
Examenonderdelen
239
FALW, FEW en het Onderwijscentrum VU) periode Oktober 2004 (Levenswetenschappen); februari 2005 (Aardwetenschappen en FEW) doel Doel van de cursus is: • Het oriënteren op de opleiding tot communicatiespecialist / educatief medewerker / leraar • Het ontwikkelen van een visie op communiceren en doceren • Het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden De cursus is bedoeld om studenten met belangstelling voor een loopbaan als leraar of communicatiespecialist in staat te stellen een doordachte keuze te maken: Ben je geschikt voor het beroep van leraar, voorlichter, (wetenschaps)journalist, museummedewerker, (medisch) redacteur of communicatiespecialist? Ben je voldoende gemotiveerd om het communicatie- of educatie-traject te kiezen? inhoud Deze cursus is een mix van educatie (E) en communicatie (C). De E-onderdelen omvatten colleges en werkcolleges over lesvoorbereiding, lesuitvoering en kenmerken van leerlingen en geeft informatie over het beroep van leraar. Er worden tevens vaardigheden geoefend die je nodig hebt om in de klas met de leerlingen te werken. In de C-onderdelen komen onder meer communicatiewetenschap, de relatie woord-beeld, visualisatie, populair-wetenschappelijk schrijven, illustreren en multimedia (audiovisuele presentatie en websites) aan bod. We besteden hierbij veel aandacht voor de praktijk (excursies en gastsprekers). werkwijze literatuur Syllabus bij aanvang cursus. toetsing Beoordeling van het portfolio, het logboek, de opdrachten en de eindpresentatie. doelgroep Deelname aan de cursus staat open voor derdejaars studenten van de faculteiten Exacte Wetenschappen en Aard- en Levenswetenschappen. De cursus is verplicht voor studenten die de lerarenopleiding (E-profiel in de masteropleiding, of na de 'oude' doctoraalopleiding de lerarenopleiding) willen volgen. opmerkingen • De cursus wordt tweemaal per jaar georganiseerd: in oktober voor FALW-studenten en in februari voor FEW-studenten. • Samen met de vervolgcursus "Oriëntatie op Educatie 2" geeft deze cursus toegang tot de universitaire lerarenopleiding of voor het E-profiel in de masteropleiding. • Meer informatie is verkrijgbaar bij Jolanda Veldhuis:
[email protected], tel. (020) 4445583 en op www.onderwijscentrum.vu.nl. naam code studiepunten docent periode doel
240
Oriëntatie op educatie 2: oriëntatie op het beroep van leraar 990007 6 Diverse docenten maart 2005 De student maakt kennis met het beroep van eerstegraads docent in het voortgezet onderwijs. Na afloop beschikt de student over voldoende
Exacte wetenschappen
inhoud
werkwijze literatuur toetsing entreevoorwaarden doelgroep opmerkingen
naam code studiepunten periode docent doel inhoud
literatuur toetsing
doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent inhoud
informatie om een afgewogen keuze te maken voor het volgen van het Eprofiel in de masteropleiding of voor het doen van de universitaire (post)master opleiding. De cursus bestaat uit werkcolleges waarin thema's uit de vakdidactiek en algemene didactiek / pedagogiek aan bod komen. Een begeleide stage op een school voor voortgezet onderwijs maakt onderdeel uit van de cursus. Werkcolleges en stage Reader wordt bij aanvang van de cursus aangeschaft. Portfolio en eindgesprek Cursus "Oriëntatie op communicatie en educatie 1: oriëntatie op het beroep van leraar". Bachelorstudenten studerend bij de Faculteit Aard- en Levenswetenschappen en bij de Faculteit Exacte Wetenschappen. • Inschrijven via TISVU • Voor meer informatie: www.onderwijscentrum.vu.nl • Onderwijssecretariaat Onderwijscentrum VU: 020 4449222 Partiele differentiaalvergelijkingen 400163 6 1 en 2 dr. R.C.A.M. van der Vorst Introductory course in linear partial differential equation, in particular boundary value problems. We discuss the following topics: • Fourier series and Fourier transforms (Laplace transforms). • Heat equation. • Wave equation. • Laplace equation. • Schrodinger equation. • Several space variables and separation of variables. • Green's function. • Regularity and Fourier multipliers. Partial Differential Equations, Paul DuChateau and David W. Zachmann, Schaum outlines, McGraw-Hill, ISBN: 0-07-017897-6. Final exam, 1 midterm exam, homework assignments (e.g. computer projects Maple/Mathematica). All grades count towards final grade in this class. Midterm and final exams are mandatory. 3W, 2N Calculus, linear algebra, vector calculus. Poisson processen 400056 1 3 prof.dr. R.W.J. Meester Het Poisson Proces is één van de meest gebruikte wiskundige modellen. Ze dient ter beschrijving van de momenten waarop zich toevallige gebeurtenissen voordoen. Hierbij kun je denken aan zeer uiteenlopende verschijnselen: tijdstippen waarop telefoongesprekken een centrale
Examenonderdelen
241
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis subject code credits period lecturer content
form of tuition literature mode of assessment entry requirements target audience
binnenkomen, tijdstippen waarop radioactief materiaal stralingsdeeltjes uitzendt, of tijdstippen waarop een aardbeving plaatsvindt. Gemeenschappelijk kenmerk van deze verschijnselen is de hoge mate van willekeur waarmee deze verschijnselen zich voordoen. Het feit dat er bijvoorbeeld geruime tijd verstreken is sinds de laatste aardschok, geeft geen enkele informatie over het tijdstip waarop de volgende schok te verwachten is. We zullen het proces zowel theoretisch als praktisch bestuderen. Tijdens een computerprakticum zullen theoretische resultaten empirisch worden bekeken. Gecombineerd hoor-/werkcollege en een computerprakticum. Materiaal wordt verspreidt aan het begin van het college Schriftelijk d.m.v een werkstuk. 2W Kansrekening I en II (400189, 400190). Practice of Design, Art, and Visualisation 400147 6 4 and 5 J.S. Smit In this course you develop and broaden your possibilities for observation and your sense of imagination. This will facilitate the forming of ideas and hand you ways to explain the emotional side and atmosphere of this ideas. You experiment with framing, composition, colour, light, rhythm and space. You practise sketching, drawing, making photographs and recording sound and video. The final task is to develop and to present a mature concept for a special event. There will be 9 plenary sessions and 1 excursion. Practical work will be done in subgroups, guided by consults from the teacher. A reader with basic knowledge and relevant articles. Homework exercises and a group-design presentation and documentation. Informatie representatie (400075 ) 2MMC
naam code studiepunten periode doel
Practicum Assembler programmeren 400057 4 3 Begrip van de werking van een processor en oefening in het gebruik van een assembleertaal. inhoud Aan de hand van de assembleertaal voor de 8086 processor wordt de werking van een processor en een assembler uitgelegd. Tijdens het practicum wordt geoefend in het programmeren van een 8086 assembler, een 8086 emulator en een tracer die de programmeur in staat stelt de werking van het programma stapsgewijs te volgen en eventuele fouten te verbeteren. Voor de 8086 is gekozen, omdat deze processor in de eerste personal computers werd gebruikt en omdat het een voorloper is van veel gangbare processoren, waaronder de Pentium. Hoewel er sprake is van een speciefieke assembler en processor zijn de meeste behandelde onderwerpen algemeen van aard en ook
242
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur toetsing doelgroep docenten naam code studiepunten periode docenten doel
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing
doelgroep
bruikbaar voor andere processoren, assemblers en tracers. Computerpracticum met instructie en begeleiding. Practicumhandleiding Assembler Programmeren. Beoordeling is op basis van de ingeleverde opgave 2IN Nog niet bekend Practicum Medische natuurwetenschappen III 430023 6 1, 2 en 3 dr. H. Lingeman; dr. P.J. Blankert Het leren toepassen van fysische en (bio)-chemische meetmethoden die van belang zijn in biochemisch, moleculair-biologisch, farmacochemisch, toxicologisch, immunologisch en medisch-fysisch onderzoek. Het PR MNW III en IV zal gebruikmaken van de tijdens het PR MNW I en II aangeleerde technieken. Belangrijke aspecten tijdens het PR MNW III en IV zijn het zelfstandig voorbereiden en uitvoeren van de experimenten. Aan de hand van verschillende experimenten zullen zowel de medischfysische, analytisch-fysische, moleculair biologische-farmacochemische aspecten aan de orde komen. De belangrijkste onderwerpen vanuit de medische fysica zijn de tomografie, bloedcirculatie, geavanceerde (digitale) signaalverwerking, dosimetrie en laserremote sensing. Vanuit de analytischefysische kant zal met name gekeken worden naar de toepassingen van diode lasers, de mogelijkheden van tijdopgeloste technieken aan carcinogene verbindingen, de massaspectrometrische detectie van biologisch actieve verbindingen en de identificatie mogelijkheden van infrarood technieken. De moleculair-biologische en farmacochemische kant zal worden bestudeerd aan de hand van eiwitvouwings processen, stress-respons studies, bestudering van bio-specifieke interacties, electroforetische scheidingen van eiwitten, bestudering van signaal transmissies en biotransformatie processen, DNA herkenningsstudies en toepassing van immunochemische technieken in de klinische diagnostiek. In PR MNW III zullen met name de analytische en medisch-fysische aspecten aan de orde komen, terwijl in PR MNW IV de nadruk zal liggen op de moleculair-biologische en farmacochemische aspecten. Het practicum begint met een theoretisch gedeelte gevolgd door een aantal werkcolleges. Daarnaast zullen de studenten in groepjes van twee tot drie, in een roulatieschema, een aantal experimenten uitvoeren. Practicumhandleiding en een syllabus die worden uitgereikt tijdens het practicum. De beoordeling vindt plaats op grond van het vertoonde inzicht en de experimentele vaardigheid tijdens de uitvoering van de experimenten en aan de hand van schriftelijke en mondelinge presentaties. Practicum MNW III en Practicum MNW IV worden afzonderlijk beoordeeld. 2MNW
naam Practicum Medische natuurwetenschappen IV code 430024 studiepunten 3
Examenonderdelen
243
periode 4 docenten dr. I. de Esch; dr. M.J. Smit; dr. R.A. Bakker (contactpersoon:
[email protected]; tel. (020) 44 47588, kamer O2.20) doel Het practicum beoogt de studenten kennis te laten maken met de methodische aanpak en de basistechnieken in het farmacochemisch onderzoek. Aan het eind van het practicum moet de student: • inzicht en vaardigheid hebben gekregen in het toepassen van technieken die worden gebruikt in farmacochemisch onderzoek; • kennis hebben verkregen van probleemstellingen op het gebied van moleculaire herkenning in biologische systemen; • vaardigheid hebben verkregen in het mondeling en schriftelijk bespreken van experimentele resultaten op het gebied van de farmacochemie inhoud De verschillende technieken worden geïntroduceerd de volgende Farmacochemische modules: • Synthese van H1-receptor antagonisten. • Farmacologisch testen van H1-receptor antagonisten. • Computational modelling van H1-receptor antagonisten. De technieken omvatten: synthese, farmacologische bindingsstudies, second messenger en reporter-gen analyses, en computer-modelling. werkwijze Practicum van 80 uur. Elke module is voorzien van een korte theoretische inleiding, die zich leent voor zelfstudie, en een uitgewerkt proefschema. Voor alle gebruikte technieken is een integrale handleiding met toelichtingen beschikbaar. Elk experiment wordt kort voorbesproken, waarbij de voorkennis wordt getest. literatuur Er is een practicumhandleiding beschikbaar. toetsing Beoordeling vindt plaats aan de hand van inzet, practische vaardigheden, verslaglegging (labjournaal en verslagen) en een posterpresentatie doelgroep 2MNW voorkennisvak 430016: Moleculaire celbiologie naam code studiepunten periode docent doel
Practicum Ontwerp van multi-agent systemen 400059 7 4 dr. C.M. Jonker Het hoofddoel van het practicum is practische ervaring opdoen in het modelleren en ontwerpen van complexe, op kennis gebaseerde, multiagentsystemen door het maken van een duidelijke en precieze documentatie van het ontwerp en het plannen van een project. Bij dit laatste hoort uiteraard ook het halen van de daarbij horende deadlines. inhoud Het hoofddoel kan opgesplitst worden in de volgende subdoelen: * Het leren analyseren van problemen en kennis, en deze in een compositioneel, op kennis gebaseerd multi-agentsysteem modelleren. * Het leren maken van een overzichtelijk en adequaat conceptueel ontwerp. * Het leren maken van een gedetailleerd ontwerp, gebaseerd op het conceptuele ontwerp.
244
Exacte wetenschappen
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep voorkennis
* Het leren schrijven van een goede rationale bij het ontwerp. Hierin staan alle ideeën achter het ontwerp en ook alle ontwerpkeuzes uitgelegd. * Het leren testen van een prototype van een systeem, herkennen van fouten en hiaten en het reviseren van de ontwerpen (conceptueel en gedetailleerd). * Het leren plannen van een project zodat de deadlines gehaald worden. Om deze doelen te verwezenlijken moeten er twee agentsystemen ontwikkeld worden gedurende dit practicum. De agent-architectuur speelt hierbij een belangrijke rol. De belangrijkste agent-specifieke eigenschappen zoals behandeld tijdens het hoorcollege Ontwerp van Multi-agentsystemen moeten nu in systemen verwezenlijkt worden. De huidige opgaven betreffen het ontwerpen van een agent voor het besturen van een chemisch proces en het ontwerpen van een multi-agentsysteem voor ofwel onderhandelende agenten ofwel cooperatieve agenten. De studenten werken in principe samen in groepen van drie. Elke groep wordt intensief begeleid door een student-assistent die de rol van projectleider vervult. De syllabus van het college Ontwerp van Multi-agentsystemen, practicumhandleiding (te vinden via http://www.cs.vu.nl/~ovm). Documentatie en systeemspecificaties voor beide opdrachten worden beoordeeld (criteria zijn te vinden via http://www.cs.vu.nl/~ovm). 3AI, mCS, mAI-T De theoretische kennis waarop deze practische ervaring gefundeerd wordt is behandeld in het hoorcollege Ontwerp van Multi-agentsystemen. Er wordt vanuit gegaan dat de deelnemers aan het practicum vertrouwd zijn met deze stof.
naam code coördinatoren studiepunten periode doel
Practicum Wiskunde en natuurwetenschappen 420152 dr. P.J. Blankert; dr. H. Lingeman 6 2 en 3 Het aanleren van basisvaardigheden die nodig zijn voor het uitvoeren van experimenten alsmede de kennismaking met (experimentele) technieken / methoden in de verschillende opleidingen. inhoud Tijdens het practicum zullen allereerst de basisvaardigheden aan de orde komen die gebruikt worden bij het uitvoeren van experimenten, werkcollege's en projectmatig onderwijs. Dit betekent het bestuderen van de theorie / literatuuronderzoek, definiëren van een hypothese, opstellen van een plan van aanpak, ontwerpen van een experiment, uitvoeren van het experiment, bijhouden van een labjournaal, kritische beoordeling van de resultaten, alsmede mondelinge en schriftelijke verslaglegging. Het eerste deel van het practicum zal worden uitgevoerd bij de opleiding waarvoor de student staat ingeschreven. Tijdens het tweede deel van het practicum zal de student bij een tweetal andere opleidingen kennismaken met de (experimentele) technieken / methoden die daar worden toegepast. Het voornaamste doel hiervan is om het verband tussen de verschillende opleidingen duidelijk te maken. werkwijze Het practicum zal, voor zover mogelijk, worden uitgevoerd als projectmatig onderwijs, waarbij de student aan de hand van opdrachten (casussen) zelf alle noodzakelijke gegevens, de theoretische achtergrond en de voorschriften
Examenonderdelen
245
moet opzoeken. Informatie zal worden gegeven in de vorm van werk- en instructiecolleges op verzoek van de studenten. De studenten werken in groepjes aan een bepaalde casus. Het eerste deel van het practicum zal worden afgesloten met een mondelinge of posterpresentatie waarbij ieder groepje de eigen resultaten bespreekt. literatuur Tijdens het practicum zal voldoende literatuur aanwezig zijn om de opdrachten te kunnen uitwerken. toetsing De toetsing bestaat uit zes onderdelen die gelijkwaardig zullen worden beoordeeld: theoretische voorbereiding van de experimenten, praktische uitvoering van de experimenten, schriftelijke verslaglegging, presentatie van de resultaten van het eerste gedeelte van het practicum en een algemene indruk van de twee onderdelen die tijdens het tweede gedeelte van het practicum zijn uitgevoerd. doelgroep 1F, 1S, 1MNW, 1N naam code studiepunten periode
Praktijkstage Multimedia en Cultuur 400308 6 5 en 6
naam code studiepunten periode docent doel
Presentatiecursus Wiskunde 400061 4 3 dr.ir. T. Koetsier Het bevorderen van de presentatievaardigheden met betreking tot de wiskunde in woord en geschrift. De cursus bestaat uit twee op elkaar volgende delen: een algemeen deel en een wiskundig deel. In het algemene deel ligt de nadruk op het houden van een mondelinge presentatie van 15 à 20 minuten, die op video wordt opgenomen. Alle presentaties worden voorbereid en geëvalueerd. In het wiskundig deel moet een scriptie over een wiskundig onderwerp worden geschreven onder begeleiding van een door de student zelf gekozen wiskundedocent van de VU. Over dat onderwerp dient ook een voordracht te worden gehouden in het zogenaamde Studentencolloquium dat voor alle belangstellenden toegankelijk is. De spreekwijzer voor wiskundigen. Goed Nederlands schrijven voor wiskundigen. Aanwezigheid is verplicht. De kwaliteit van de schriftelijke en mondelinge presentaties is bepalend voor het eindcijfer. De mondelinge presentaties worden beoordeeld door T. Koetsier; de scriptie wordt beoordeeld door de docent die als begeleider optreedt in overleg met T. Koetsier. 3W In december is er een ingeroorsterde verplicht bij te wonen introductiebijeenkomst. Tijdens die bijeenkomst worden afspraken gemaakt. Geen.
inhoud
literatuur toetsing
doelgroep opmerkingen
voorkennis
naam Programmeren in Prolog
246
Exacte wetenschappen
code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep opmerkingen naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis
400270 4 5 dr. A.C.M. ten Teije De cursus programmeren in Prolog bestaat uit colleges en een begeleid praktikum. Een introductie wordt gegeven van de declaratieve programmertaal Prolog. Aandacht wordt geschonken aan het ontwerp en het implementeren van kennisrepresentatie formalismes, zoekstrategieen, kennissystemen en natuurlijke taal verwerking. De cursus programmeren in Prolog is een vereiste voor het deelnemen aan "Project AI". Colleges en verplicht practicum. I. Bratko, PROLOG programming for Artificial Intelligence, 3rd edition, Addison- Wesley, 2001. J. Wielemaker, SWI-Prolog Reference Manual. Tentamen & practicum Het eindcijfer is het gemiddelde van het practicumcijfer en het tentamencijfer, onder de voorwaarde dat beide onderdelen (practicum en tentamen) voldoende zijn. 1AI, 3I, mCS Zie ook blackboard pagina Project AI 400293 6 6 dr. Z. Huang Dit project gaat verder in op het programmeren van AI technieken met behulp van Prolog. Speciale aandacht wordt besteed aan de toepassing van kennisrepresentatie en zoektechnieken op het gebied van kennis-gebaseerde systemen, automatisch leren of taalkundige toepassingen. Studenten besteden vier volledige weken aan de opdrachten. Practicum + spreekuren. Luger, G.F , Artificial Intelligence, 4th edition 2002, Pearson Education Limited Bratko, I. PROLOG programming for Artificial Intelligence, 3rd edition 2001, Addison-Wesley. Ingeleverde opdrachten. 1AI (verplicht) 3IN (keuze) zie ook blackboard pagina Programmeren in Prolog (400168).
naam code studiepunten periode docent doel
Project BWI I 400316 3 3 dr. G.J. Franx De student kan een praktisch probleem met behulp van methoden uit de besliskunde en met gebruikmaking van Excel oplossen en daarover schriftelijk en mondeling verslag doen. inhoud Studenten krijgen een sterk vereenvoudigd bedrijfsprobleem voorgeschoteld, dat met methoden en technieken van de vakken uit de eerste blokken moet worden opgelost. Dat betreft vooral Inleiding Besliskunde. Gecombineerd
Examenonderdelen
247
werkwijze toetsing doelgroep opmerkingen naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze toetsing
doelgroep naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze toetsing doelgroep opmerkingen
248
met dit project is het opdoen van vaardigheid met Excel, en het ontwikkelen van vaardigheid in schriftelijke verslaglegging, met behulp van een tekstverwerkingsprogramma (MS Word). Het project wordt afgesloten met een individuele mondelinge presentatie. Groepswerk in groepjes van 3 personen. Schriftelijk verslag per groep + individuele Excel opdrachten + mondelinge presentatie. 1BWI Aanwezigheid is verplicht. Project BWI II 400066 5 6 dr. G.J. Franx De student kan een praktisch probleem met behulp van methoden uit de waarschijnlijkheidsrekening oplossen en daarover mondeling en schriftelijk presenteren. Studenten lossen met behulp van Excel en Crystal Ball een vereenvoudigd bedrijfsprobleem op gebruikmakend van kennis opgedaan in het afgelopen jaar, met name kansrekening. Er is ruime aandacht voor het mondeling presenteren. Er wordt in een groep van 3 studenten onder begeleiding aan een opdracht gewerkt. Halverwege de eerste week van periode 6 wordt een individuele toets afgelegd, waarin de student een eenvoudig "real life" kansrekeningsprobleem moet oplossen m.b.v. Excel in combinatie met Crystal Ball. Alleen de studenten die hiervoor slagen worden toegelaten tot de volgende fases van het project, waarin cijfers worden gegeven voor het prototype en de eindversie van het te ontwikkelen rekenprogramma, alsmede voor de schriftelijke verslaglegging van de resultaten en de (indi- viduele) mondelinge presentatie waarmee het project wordt afgesloten. 1BWI Project Dynamica 400093 3 3 dr.ir. R.F. Swarttouw De student kan een praktisch probleem met behulp van methoden uit de Analyse en de Lineaire Algebra en met gebruikmaking van het computeralgebra pakket Maple oplossen en daarover schriftelijk rapporteren. Studenten werken aan een vereenvoudigd praktijkprobleem, dat met methoden en technieken uit de Lineaire Algebra en de Analyse moet worden opgelost. Gecombineerd met dit project is het opdoen van vaardigheid met Maple, en het ontwikkelen van vaardigheid in schriftelijke verslaglegging. Groepswerk in groepjes van 3 personen. Schriftelijk verslag per groep + individuele Maple opdrachten. 2BWI Aanwezigheid is verplicht.
Exacte wetenschappen
naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze
literatuur
toetsing doelgroep voorkennis
Project Geneesmiddelen 435282 dr. J.E. van Muijlwijk-Koezen (
[email protected]) 3 5 Het verwerven van kennis en inzicht in de ontwikkeling van het geneesmiddelontwikkelingstraject. In het project worden de studenten, aan de hand van case studies, bekend gemaakt met de verschillende stadia van geneesmiddel-ontwikkeling, d.w.z. target discovery, target validatie, lead discovery, lead optimalisatie, patentering, preklinische studies, klinische studies (fase 1, 2 en 3) en postmarket surveillance (ookwel fase 4 genoemd). Er wordt stilgestaan bij de specifieke benaderingen en problemen die je in iedere stap kunt tegenkomen en hoe daar op in te spelen. In een case staat telkens een ziekte centraal waarvoor een nieuw of beter geneesmiddel moet worden ontwikkeld. Aspecten die in de cases aan bod zullen komen zijn: Wat is de moleculaire basis van de ziekte? Hoe vind je een target? Hoe grijp je daarop in? Wat voor structuurkenmerken moet een geneesmiddel hebben? Hoe optimaliseer je een lead verbinding ? Hoe zit het met het metabolisme, de kinetiek en de toxiciteit? Hoe patenteer je je lead/geneesmiddel? Hoe werkt een klinische studie? Aan welke voorwaarden moet een geneesmiddel voldoen wil het op de markt gebracht kunnen worden? Hoe werkt geneesmiddelregistratie? Hoe vergaat het een geneesmiddel van synthese tot apotheek? Na een introductie wordt in groepjes gewerkt aan een uitgebreide case waarin de ontwikkeling van een geneesmiddel voor een bepaalde ziekte aan bod komt. De nadruk ligt op het moleculaire processen die aan de ziekte ten grondslag liggen en het zelfstandig doornemen van de verschillende randvoorwaarden waaraan dit type geneesmiddel moet voldoen. Aan de case wordt gedurende de hele periode gewerkt. Daarnaast vinden (gast)colleges plaats waarin de verschillende stappen in het geneesmiddelontwikkelingstraject worden besproken. Gebruik zal worden gemaakt van een aantal web-sites die uitgebreide informatie bevatten over verschillende aspecten van geneesmiddelontwikkeling. Daarnaast staan in de bibliotheek een aantal boeken die geraadpleegd kunnen worden. De cases worden beoordeeld aan de hand van uitvoering, verslag en presentatie. De theorie wordt getoetst dmv een schriftelijk tentamen. 1F, 1MNW de colleges Biologische Activiteit en Chemische Structuur en Fysiologie I.
naam code studiepunten periode docenten
Project II: Zenuwenwerk 430006 4 6 dr. J.N.M. Commandeur; dr. H. Lingeman; dr.ir. G.J.L. Wuite; dr.ir. Th.J.C. Faes; prof.dr. C.J. Stam doel Het project heeft tot doel om inzicht te verschaffen in de chemie, de fysica en medisch fysische meettechnieken van neurofysiologische processen in het menselijk lichaam bij ziekte en gezondheid.
Examenonderdelen
249
inhoud Het project zal worden onderverdeeld in drie deelprojecten. 1. De lotgevallen van XTC in het lichaam. Onderwerpen als enzymkinetiek, afbraak in de lever, neurotoxiciteit en erfelijkheid komen aan de orde. Er zullen metingen aan de afbraakproducten van XTC gedaan worden. 2. "De model zenuw". Aan de orde komt de fysica van een zenuwimpuls: (rust)membraanpotentialen, actiepotentialen, het Hodgkin-Huxley model, geleiding & weerstand, ionen transport en ion-kanalen. Met een modelleer programma zal een model van de elektrische respons van de zenuw gemaakt worden. 3. Neuro-fysiologische diagnostiek: een case-study in Meten in de Geneeskunde. De electro-myografie (EMG), de electro-encefalografie (EEG) en de magneto-encefalografie (MEG) worden behandeld. Van het EMG, EEG en MEG worden de fysische principes en de technische uitvoering besproken, alsmede de interpretatie van de gemeten signalen en het klinisch gebruik daarvan. werkwijze De totale duur van de cursus is 4 weken. De eerste week wordt door de afdeling Klinische Fysica verzorgd. Na enkele inleidende hoorcolleges over 'het zenuwstelsel', 'de klinische neurofysiologie', en 'de medische fysica en technologie', worden op achtereenvolgende dagen in de ochtend de fysische principes en technische realisering van het EMG, EEG en MEG besproken, waarna in de middag demonstraties volgen. Het onderwijs wordt verzorgd in de polikliniek van het Vrije Universiteit medisch centrum en afgesloten met een toets. Daarop volgend worden een aantal hoorcolleges gegeven voor de project onderdelen fysica en chemie. Waarna de groep in tweeën gedeeld wordt zodat elk van de groepen rouleert langs de verschillende project onderdelen waaraan telkens vier dagen wordt gespendeerd. literatuur Practicumhandleiding en de studieboeken die gebruikt worden bij de colleges Medische fysiologie en Inleiding (Medische) fysica. toetsing De beoordeling vindt plaats op grond van het vertoonde inzicht en de experimentele vaardigheid tijdens de uitvoering van de experimenten en aan de hand van geschreven labjournaals. De eerste week wordt met een toets afgesloten. doelgroep 1MNW naam code studiepunten periode coördinator docenten doel
Project III: Kanker 430021 6 3 J.C. Vos dr. W.H. Mager; dr. M.H. Siderius Het project heeft tot doel om inzicht te krijgen in de celbiologische, fysiologische en fysische achtergronden van het ontstaan, de diagnostiek en behandeling van kanker. inhoud • Moleculaire basis van kanker, celcyclus; • diagnostiek: micro-array analyse, PET-analyse; • therapie: radiotherapie en chemotherapie; • epidemiologie • practicum Moleculaire Biologie: yeast as a model for cancer studies werkwijze Een combinatie van (werk)colleges, practicum en klinische demonstraties en eventuele een excursie naar een bedrijf, dat zich gespecialiseerd heeft op het
250
Exacte wetenschappen
gebied van de radiotherapie. literatuur Practicumhandleiding en studieboeken van de vakken celbiologie en fysica. toetsing De beoordeling vindt plaats op grond van het vertoonde inzicht en de experimentele vaardigheid tijdens de uitvoering van de experimenten een tentamen en aan de hand van schriftelijke en mondelinge presentaties. doelgroep 2MNW naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze
literatuur toetsing
doelgroep voorkennis
naam code studiepunten periode coördinator docenten
Project ISO 400058 9 4, 5 en 6 prof.dr.ir. J.L. Top Het doel van ISO is de student inzicht te geven in de problematiek rond het uitvoeren van een extern informatiseringsproject. Het gaat hierbij om het ontwerpen of analyseren van informatiesystemen voor een klant, in teamverband en volgens een planning. De student leert omgaan met de onzekere en onvoorspelbare factoren in een realistische setting. De in de studie opgedane kennis en vaardigheden met betrekking tot systeemontwikkeling worden in het practicum zoveel mogelijk geïntegreerd en in praktijk gebracht door middel van het uitvoeren van een informatiseringsproject voor een bedrijf met een werkelijk probleem. Het project doet echter ook een beroep op de inventiviteit, creativiteit, zelfstandigheid en collegialiteit van de student. Het uiteindelijke resultaat voor de klant is een ontwerp van een mogelijk informatiesysteem of een gedetailleerde informatieanalyse. Het projectteam legt een volledig projecttraject af in de vorm van een contractfase, een uitvoeringsfase en een individuele evaluatiefase. Het is niet de bedoeling dat er gedurende het practicum een systeem daadwerkelijk wordt geïmplementeerd. Communicatie binnen het projectteam, met de opdrachtgever en met de stuurgroep (vanuit de VU) is een cruciaal aspect van dit vak. • De deelnemers werken in projectgroepen van 6-8 personen. De teams worden samengesteld door de ISO-begeleiding. Elk team benoemt haar eigen projectmanagement en regelt alle projectbijeenkomsten. • Deelnemers voor dit project moeten zich uiterlijk 7 januari 2005 inschrijven via TISVU. Collegedictaat. Het practicum wordt beoordeeld door de klant (bruikbaarheid van het resultaat), door een stuurgroep vanuit de universiteit (proces en methode) en door de practicumbegeleiding (op basis van een persoonlijke evaluatie). 3I, 3BI Vereist voor deelname aan het practicum: Software Engineering (400071), Databases (400018), Bedrijfsmodellering en Requirements Engineering (400010, theorie en practicum). Project IV: Ziekte en afweer 430031 6 6 prof.dr. H.A. Raue prof.dr. H.A. Raue; dr. H. Lingeman
Examenonderdelen
251
doel Het project heeft tot doel om inzicht te krijgen in het functioneren van het immuunsysteem van dierlijke (met name menselijke) cellen en het gebruik van immunologische methoden in biochemisch onderzoek. inhoud • Moleculaire structuur en genetica van antilichamen • Biochemie en pathologie van het imuunsysteem • Rol van het immuunsysteem in enkele geselecteerde ziekten • Practicum immuno-assays werkwijze Een combinatie van (werk)colleges, practicum en demonstraties en zo mogelijk een excursie naar een klinisch of forensisch laboratorium. literatuur • Boek: nader aan te geven hoofdstukken uit Immunobiology, Charles A. Janeway, Paul Travers, Mark Walport, Mark Schlomich, Garland Publishing, ISBN 0-8153-3642-X (paperback) • Aanvullingen in de vorm van hand-outs. toetsing Schriftelijk tentamen doelgroep 2MNW naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis naam code studiepunten periode docent inhoud
252
Project Kennissystemen 400201 7 5 en 6 dr. A.C.M. ten Teije Het doel van Project Kennissystemen is ervaring opdoen in het ontwerpen en realiseren van een kennissysteem. In Project Kennissystemen kun je veel van de kennis die je hebt opgedaan tijdens het vak Kennissystemen praktisch toepassen. In dit practicum wordt gebruik gemaakt van de programmeeromgeving Jess (Java Expert System Shell). Er zijn twee soorten opdrachten. A-opgaven: in deze opdrachten leer je de basis van Jess die je nodig hebt bij het maken van de B-opgave. B-opgave: voor de B-opgaven ontwerpen en realiseren jullie een bruikbaar kennissysteem. Jullie bepalen zelf het domein en de taak en zoeken een of meer kennissen in jullie omgeving die als experts kunnen fungeren voor jullie systeem. Dit practicum wordt gedaan in groepen van twee studenten. bijeenkomsten en spreekuren Mark Stefik, Introduction to knowledge systems, Morgan Kaufmann Publishers, 1995 ingeleverde opdrachten en verslag 2AI (verplicht), mCS Zie ook blackboard pagina. Kennissystemen (400126) Project Software Engineering 400067 8 5 en 6 dr. P. Lago Het doel van het SE project is de theorie opgedaan in het SE college toe te passen in een zo¿n realistisch mogelijke praktijksituatie. Het project bestaat uit het construeren van een groot programma in teamverband volgens de RAD (Rapid Application Development) methode. Zoveel mogelijk aspecten
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur
toetsing
doelgroep opmerkingen voorkennis subject code credits period lecturers aim content
form of tuition
literature
mode of assessment entry requirements target audience remarks
van projectmatig werken en software engineering zullen hierbij aan de orde komen, waaronder het opstellen van een projectplan, requirements engineering, design, implementatie en testen, maar ook het samenwerken in een team. Het uitvoeren van een project in teamverband (4 à 5 personen) met een 'progress report' presentatie van 15 minuten. H. van Vliet, Software Engineering, Principles and Practice, 2nd edition, John Wiley, 2000; Martin Fowler, UML Distilled, 3rd edition, Addison Wesley, 2003. Een team wordt beoordeeld op samenwerking (10%), kwaliteit van de documentatie (25%), kwaliteit van de opgeleverde producten (25%), de consistentie van de documentatie en het eindproduct (10%), projectpresentatie (10%) en een individuele evaluatie (20%). 2I, 2BI, 2MMC, 2BWI, 3AI Tijdens de eerste drie weken van dit practicum (week 14 t/m 16), wordt er 2 uur college gegeven Vereiste voorkennis: Practicum Datastructuren (400140). Qualitative Research Methods for the Information Sciences 400290 3 3 prof.dr. J.M. Akkermans (contact); drs.ing. J. Gordijn This course helps prepare students who want to embark on their (Master) research. The course provides an overview and assessment of different scientific research methods, needed in a multi-disciplinary approach to Information Systems and how they function in an organizational context. Major topics are: - developing the research questions you want to answer; - planning your research; - qualitative research methods (e.g. interview, case study, action research, ethnography); - quantitative research methods (e.g. survey, questionnaire, statistical data analysis); - IS research methods (e.g. modelling, prototyping, simulation, scenario analysis); - aspects of theory formation; - how do you (and others) know that your research results are valid?; - research report writing. In group sessions, we will critically review existing samples of research (papers, articles, MSc theses) against criteria of scientific argumentation, validity, soundness, completeness. Reader with recent articles, plus textbook: Pervez Ghauro and Kjell Gronhaug, Research Methods in Business Studies, 2nd ed, Prentice Hall, Essex UK, 2002 Classroom presentation and written review essay Bachelor-level IK, IN or AI mIS, mCS, mAI A useful reference point is the document that specifies the procedure and
Examenonderdelen
253
criteria for Master research (see study guide). naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep
Quantummechanica 1 420062 prof.dr. P.J.G. Mulders 6 1 en 2 Kennis nemen van de algemene principes en methoden van de nietrelativistische quantummechanica; de theorie kunnen toepassen op een aantal standaardproblemen uit de quantumfysica; inzicht verwerven in de structuur en toepassingsmogelijkheden van de theorie van quantummechanica. Het college quantummechanica behelst een raamwerk van wetten en beschrijvingswijzen waarvan het succes in toepasbaarheid op een groot scala van fysische problemen door geen andere theorie geëvenaard wordt; zij vormt het basisgereedschap van elke natuurkundige. De volgende onderwerpen zullen worden behandeld: basisconcepten en de Schroedingervergelijking; golfmechanica met toepassingen zoals deeltje in een put, tunnelen en impulsmoment, observabelen en operatoren; symmetrieën en behoudswetten; impulsmomenten voor baan en spin; spin-baan koppeling; storingstheorieën; Gouden Regel van Fermi; verstrooiing. Hoor- en werkcolleges. Het college zal worden gegeven aan de hand van het boek Quantum Mechanics door F. Mandl, Wiley, second edition, ISBN 047193155-1 (1998). Dit boek kan via Aik met korting worden aangeschaft. Andere goede naslagwerken zijn: • Modern Quantum Mechanics, door J.J. Sakurai (Addison-Wesley, 1994) • Quantum Mechanics, door E. Merzbacher (Wiley, 1998) • Quantum Mechanics, door P.C.W. Davies en D.S. Brett (Chapman&Hall, 1994) Werkcollege en mondeling tentamen. 2N
naam code docent studiepunten periode doel
Quantummechanica 2 420095 prof.dr. D. Lenstra 2 1 • Kennis nemen van de algemene principes en methoden van de nietrelativistische quantummechanica; • de theorie kunnen toepassen op een aantal standaardproblemen uit de quantumfysica; • inzicht verwerven in de structuur en toepassingsmogelijkheden van de theorie van quantummechanica. inhoud Dit college is het vervolg van Quantummechanica I. De volgende onderwerpen zullen worden behandeld: • deeltje in centraal symmetrische potentiaal, waterstofatoom; • spin-baan koppeling; • Zeeman-effect; • storingstheorieën; • Gouden Regel van Fermi;
254
Exacte wetenschappen
• absorptie en emissie van elektromagnetische straling door atomen. werkwijze Hoor- en werkcolleges. literatuur Het college zal worden gegeven aan de hand van het boek Quantum Mechanics door F. Mandl, Wiley, second edition, ISBN 047193155-1 (1998). Andere goede naslagwerken zijn: • Modern Quantum Mechanics, door J.J. Sakurai (Addison-Wesley, 1994) • Quantum Mechanics, door E. Merzbacher (Wiley, 1998) • Quantum Mechanics, door P.C.W. Davies en D.S. Brett (Chapman&Hall, 1994) toetsing Mondeling tentamen, na afspraak met de docent. doelgroep 3N
subject code credits period lecturer aim content
form of tuition literature mode of assessment entry requirements target audience remarks
Scientific Communication in Computer Science 400060 2 4 and 5 dr. B. Crispo Students shall learn how to present their work in written reports (e.g., a thesis) as well as in oral presentations. Students shall write a report about a specific topic from computer science. About the same topic, an oral presentation of about 20 minutes shall be given. Report and presentation will be based on 2 or 3 articles from the scientific literature. The course starts with four classroom sessions about the writing of reports (specifically for computer science) and about giving a talk. Afterwards, each student is supposed to hand in a report and to give a talk about a subject from computer science. Four classroom sessions, writing a report, giving an oral presentation. Justin Zobel, Writing for Computer Science, Springer. The report contributes 3/4 to the final grade; the talk contributes 1/4. Both report and talk have to be delivered in order to get the credit points. Basic knowledge of computer science from the overall bachelor program. 3I This course is intended as preparation for writing and presenting both the bachelor's and master's theses. It is therefore given in English.
subject code credits period docent lecturer aim
Software Architecture 400170 6 2 and 3 dr. P. Lago prof.dr. J.C. van Vliet Get acquainted with the field of software and information architecture. Understand the drivers behind architectural decisions. Be able to develop and reason about an architecture of a non-trivial system. content Students work in groups to develop an architecture for a fictitious system. They have to develop different representations (called views) of the architecture. These different representations emphasize different concerns of people that have a stake in the system. Each group will also be asked to assess ("test") the architecture of another group for certain quality attributes.
Examenonderdelen
255
form of tuition Group work with a number of assignments literature Len Bass et al, Software Architecture in Practice (second edition), AddisonWesley, 2003 mode of assessment Written reports of the assignments, presentation, exam entry requirements Sofware Engineering. target audience mCS, mIS naam code studiepunten periode docent inhoud
Software Engineering 400071 4 5 en 6 dr. P. Lago Het construeren van grote programma's is ingewikkeld, niet alleen vanwege de schaal die vereist dat een programma in teamverband moet worden ontwikkeld, maar ook omdat vaak niet duidelijk is wat een programma precies moet doen. Het doel van software engineering is om grote programma's op een systematische wijze te ontwikkelen en te onderhouden. In het college zal worden ingegaan op een aantal veel toegepaste software engineering methoden en technieken. In het practicum zal een aantal software engineering aspecten, zoals het werken in een team, zo realistisch mogelijk worden nagebootst. werkwijze Hoorcollege van 4 sp (400071) in samenhang met een groot project van van 8 sp (400067) in dezelfde periode. literatuur • H. van Vliet, Software Engineering, Principles and Practice, 2nd edition, John Wiley, 2000. • Mark Priestley, Practical Object-Oriented Design with UML, 2nd edition, McGraw Hill, 2003
toetsing Schriftelijk. Huiswerkopdrachten kunnen bonuspunten opleveren. doelgroep 2I, 2BI, 2MMC, 2BWI, 3AI opmerkingen Het vak BedrijfsModellering en Requirements Engineering (BM&RE) is sterk gerelateerd met SE. Afhankelijk van de studierichting zal BM&RE of voor of na SE of in het geheel niet worden aangeboden. SE zal dan ook zodanig breed van opzet zijn dat het op zichzelf staat. BM&RE kan worden gezien als een uitbreiding en verdieping van het SE voortraject. voorkennis Veronderstelde voorkennis: Datastructuren (400145). naam code studiepunten periode docent doel
Software project 400072 4 6 dr. N. Silvis-Cividjian Studenten vertrouwd maken met het ontwerpen en implementeren van grotere programma's; aspecten van andere vakken uit de propedeuse toepassen. inhoud De studenten krijgen bij aanvang een werkend, maar niet gedocumenteerd, vrij omvangrijk voorbeeldprogramma uitgereikt. In dit programma worden aspecten van gegevensverwerking, computersystemen en multimedia gebruikt. Studenten krijgen als taak een programma voor een ander, vergelijkbaar probleem te ontwerpen en implementeren, en hierbij kunnen ze
256
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
naam code docenten studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep naam code docenten studiepunten
grote brokstukken van het uitgereikte programma hergebruiken. Het probleem dat de studenten moeten oplossen is vrij open gedefinieerd, een van de eerste taken is dan ook het bepalen en vastleggen wat er precies zal worden opgeleverd. Het project bestaat uit drie delen: • Bestuderen van het uitgereikte voorbeeldprogramma • De precieze functionaliteit van het op te leveren programma bepalen en vastleggen • Ontwerpen en implementeren van de in stap 2 beloofde functionalitetieit Groepswerk, in groepjes van 4 studenten Syllabus. Schriftelijke verslagen aan het einde van elk deel van het project, voordracht 1I, 1IK • Vereiste voorkennis voor deelname: practicum Inleiding Programmeren II (400085). • Aanbevolen voorkennis: werkcollege Inleiding gegevensverwerking (400034) Spectroscopie 435310 dr. F. Ariese; dr. J. Bulthuis; dr. M.H.M. Janssen; prof.dr. W.M.A. Niessen 10 1 en 2 Het doel van deze cursus is om inzicht en praktische vaardigheden te verwerven op het gebied van optische moleculaire (laser)spectroscopie, massaspectrometrie en kernspinresonantie (NMR). De achtergronden van de verschillende spectroscopische technieken worden behandeld, waarbij verbanden worden gelegd met fundamentele fysischchemische eigenschappen van moleculen. De volgende technieken zullen aan bod komen: massaspectrometrie, UV-Vis absorptiespectroscopie, vibratiespectroscopie (infrarood en Raman), fluorescentiespectroscopie, kernspinresonantie en laserspectroscopische technieken in de gas- en de gecondenseerde fase. Toepassingen van de diverse technieken binnen het huidige scheikundige onderzoekzullen tijdens het college en practicum aan bod komen. Interpretatie van massa-, infrarood- en NMR spectra zal worden geoefend tijdens werkcolleges. Het practicum wordt afgesloten met een symposium waarin de resultaten worden gepresenteerd en besproken aan de hand van voordrachten en posters. Hoorcollege, werkcollege en practicum. D.C. Harris, Quantitative chemical analysis; G.R. van Hecke & K.K. Karukstis, A guide to lasers in chemistry, en collegedictaat. De theorie wordt getoetst d.m.v. een schriftelijk tentamen. Het practicum wordt beoordeeld aan de hand van uitvoering, verslagen en presentaties tijdens het slotsymposium. 3S, 3F Spectroscopische detectie- en identificatietechnieken 435470 prof.dr. C. Gooijer; dr. F. Ariese 12
Examenonderdelen
257
periode 4, 5 en 6 doel Het doel is het verwerven van practisch en theoretisch inzicht omtrent een bepaald thema aan de hand van het zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoeksproject. inhoud Het ontwikkelen van nieuwe spectroscopische technieken die voor analytische toepassingen kunnen worden gebruikt. Het gaat hier met name om op laser gebaseerde detectiesystemen voor de chromatografie en de electroforese en op raman spectroscopische en hoge-resolutie spectroscopie systemen voor de specifieke en gevoelige detectie van organische verbindingen. werkwijze Zelfstandig opzetten en uitvoeren van een onderzoeksproject. literatuur Practische handleidingen en basisliteratuur. toetsing Eindverslag en posterpresentatie. doelgroep 3S, 3F naam code studiepunten docent periode inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis onderwijs
Spreadsheet cursus 400138 1 prof.dr. M. van Veldhuizen gehele jaar door De sterke opkomst van de Personal Computer in het begin van de jaren tachtig is een gevolg geweest van de software die voor deze apparatuur beschikbaar was. Spreadsheets zijn vanaf het begin van PC's sterk gestimuleerd. Thans zijn spreadsheets overal in het bedrijfsleven doorgedrongen. Het gebruik van spreadsheets loopt uiteen van elektronisch kladblok tot informatiesystemen, compleet met databank. In de cursus zal de nadruk liggen op het gebruik van Excel en de vele mogelijkheden die dit pakket biedt. Zo komen aan de orde: de Solver, de Pivottable, Dialog Boxes, Visual Basic macro's etc. Computerpracticum. Collegedictaat. Toetsing via de practicumopgaven. Keuzevak Geen. Zelfstudie
subject code credits period lecturers aim
Statistical Data Analysis 400073 6 1, 2 and 3 dr. G.J. Franx; dr.ir. G. Jongbloed The aim of this course is to confront students with widely used statistical models and to let them apply these models using a statistical package. content The following subjects are covered: - Introduction to the statistical package Splus - Summarizing data - Investigating distributions of data - Q-Q plots - Rubust methods
258
Exacte wetenschappen
form of tuition
literature mode of assessment entry requirements target audience remarks
naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep voorkennis
- Distribution free methods - Bootstrap - Two sample problems - Contingency tables - Regression analysis During a period of 13 weeks, there will be one meeting each week. During this meeting material from the lecture notes will be treated. Also the computer exercises that have to be handed in each week, will be discussed. Material (all Dutch): Lecture notes, manual Splus and exercise book. There are weekly homework assignments and a limited (groups)assignment is compulsory Algemene Statistiek (400004). 3W, mMath, 3BWI, mEct Admission is limited; enrollment is compulsory. More information will be provided on the website of the Stochastics department. The statistical program R can be downloaded for free at: http://www.rproject.org/ Stochastische methoden 400074 7 4 en 5 prof.dr. H.C. Tijms In deze cursus staan stochastische modelbouw en toepassingen centraal en niet zozeer de diepte van de wiskunde erachter. Voor de praktijk belangrijke stochastische begrippen en oplosmethoden worden behandeld met een belangrijke plaats voor stochastische simulatie. Simulatie is niet alleen een praktisch stuk gereedschap, maar ook een natuurlijk hulpmiddel om een gevoel voor toegepaste kansrekening te krijgen. In een computersimulatie zullen de studenten zelf een programma in C++ moeten schrijven bijvoorbeeld voor een wachttijdprobleem. 1. Inhoud Computer Simulatie ( 5 weken): - begrip discrete-event simulatie trekken uit kansverdelingen; - korte-termijn simulatie en statistische analyse output - batch-means methode voor lange-termijn simulatie; - variantie reductie (common random numbers, importance sampling) 2. Inhoud Analytische deel ( 8 weken): - Poisson proces en generalisaties - discretetijds Markov ketens - continue-tijds Markov ketens - wachttijdmodellen netwerken van wachtrijen College met een vraagstukken- en computerpracticum. H.C. Tijms, Inleiding in de Operationele Analyse, Epsilon, Utrecht, 2002 Schriftelijke toetsing , plus verplicht werkstuk simulatie (n.b. schriftelijke toetsing gaat alleen over de stof van het analytische deel, maar vereist een voldoende gemaakt werkstuk, bij een voldoende gemaakt werkstuk volstaat het cijfer 5.0 of meer voor het schriftelijk tentamen voor een voldoende eindcijfer). 3BWI Vereist voor deelname aan het tentamen: Kansrekening II (400040) en C/C++ (400012).
naam Structuur der materie
Examenonderdelen
259
code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
430038 6 3 prof.dr. R. van Grondelle • de quantum mechanische basis van de ons omringende materie: Schrodinger vergelijking, golffuncties, verwachtingswaarden, • gebonden toestanden, H-atoom • deeltje in een doos, b-caroteen. • waarom bestaan moleculen, covalente binding • niet-covalente interacties • biomoleculen, • het energielandschap • de tijd-afhankelijke Schrodinger vergelijking, fermi¿s gouden regel. • tunneling, electron transfer hoorcollege (24 uur) en werkcollege (12 uur) collegedictaat schriftelijk tentamen 3MNW
naam code docent studiepunten periode literatuur doelgroep
Structuur der materie: atoom en molecuulfysica 420107 prof.dr. W.M.G. Ubachs 3 4 Brehm en Mullin, 'Introduction to the Structure of Matter'. 2N
naam code docent studiepunten periode literatuur doelgroep
Structuur der materie: subatomaire fysica 420110 prof.dr. J.F.J. van den Brand 3 2 Dictaat. 3N
naam code docent studiepunten periode literatuur doelgroep
Structuur der materie: vaste stoffysica 420109 prof.dr. R.P. Griessen 3 1 (3N), 5 en 6 (2N) Dictaat. 2N, 3N
naam code studiepunten periode docenten doel
Structuurbiologie 430035 5 2 prof.dr. S.M. van der Vies; prof.dr. N.P.E. Vermeulen Het verkrijgen van inzicht in de moleculaire elementen die de basis vormen van de structuur en functie van biomoleculen. Tevens, het opdoen van kennis
260
Exacte wetenschappen
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
naam code studiepunten periode doel inhoud
werkwijze
toetsing doelgroep docenten naam code coördinator studiepunten periode doel inhoud
over de methoden die gebruikt worden om de structuur en functie van eiwitten de analyseren. Er wordt begonnen met het bespreken van de moleculaire eigenschappen van structurele elementen van DNA, lipiden en eiwitten zoals a helices, b sheets, strands, coil-coil, b barrels, helix-trun-helix e.a., waarna de krachten en interacties die bepalend zijn voor de structuur, de functie en de flexibiliteit van eiwitten besproken zullen worden. Tevens worden de grondbeginselen en toepassingen van een aantal van de technieken die gebruikt wordt om de macromoleculaire structuur experimenteel te bepalen en de dynamische structuurveranderingen zichtbaar te maken, behandeld. Daaronder vallen de NMR spectrometrie, kristallisatie gecombineerd met Röntgen diffractie, fluorescentie spectroscopie en elektronen en licht microscopie. Ook zullen de principes van computationele structuur bepaling, met name eiwit modelering en dynamiek behandeld worden. Hoorcolleges, zelfstudie en werkcolleges waaronder computersessies Introduction to Protein Structure door Carl Branden en John Tooze, 1999, Garland Publishing en uit te reiken materiaal Schriftelijk tentamen Studenten MNW, Scheikunde, Farmaceutische Wetenschappen, Medische Biologie en Biofysica Cursus Biochemie en Celbiologie (MNW), BACS (MNW, S en F), Biochemie (S en F) Studie en loopbaan 400136 1 afhankelijk van opleiding Orientatie op de keuze van een afstudeervariant en specialisatiegebied ter voorbereiding op de arbeidsmarkt. Diverse vaardigheden zoals het maken van een persoonlijk profiel, individuele en groepsgewijze orientatie op de arbeidsmarkt (advertentieanalyse, schriftelijke en mondelinge rapportage van een netwerkinterview) en het gemotiveerd kiezen voor een afstudeervariant en/of specialisatiegebied of de arbeidsmarkt. Plenair introductiecollege. In kleine werkgroepen maak je een competentieanalyse via o.a. een netwerkinterview orienteer je je op de arbeidsmarkt en schrijf je een gemotiveerde variantkeuze. Aanwezigheid en attitude. Uitvoering van opdrachten. 3I, 3AI, 3W, 3BWI diverse externe docenten Synthese en structuuranalyse I 435550 dr. M. Schakel 12 4, 5 en 6 Zelfstandig onderzoek. In dit project zal op een geïntegreerde wijze binnen de sectie OAC gewerkt gaan worden. Tijdens het praktisch werk aan een meerstaps-synthese komt een aantal aspecten van organisch chemisch onderzoek aan de orde:
Examenonderdelen
261
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
naam code coördinator studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
karakteriseren van verbindingen (spectroscopie), bepalen van eigenschappen (rekenen) en mechanistisch onderzoek (kinetiek). Zelfstandig onderzoek binnen de sectie. Wordt per project aangegeven. Het project wordt afgesloten met schriftelijke en mondelinge verslaglegging (proeve van bekwaamheid). 3S, 3F Organische chemie I en II, Anorganische chemie I en II, Synthese I en II practica Synthese en structuuranalyse II 435560 dr. M. Schakel 12 4, 5 en 6 Zelfstandig onderzoek. In dit project zal (breed en diepgaand) op een geïntegreerde wijze binnen de sectie OAC gewerkt gaan worden. Tijdens het praktisch werk aan een meerstaps-synthese komt een aantal aspecten van organisch chemisch onderzoek aan de orde: karakteriseren van verbindingen (spectroscopie), bepalen van eigenschappen (rekenen) en mechanistisch onderzoek (kinetiek). Zelfstandig onderzoek binnen de sectie. Wordt per project aangegeven. Het project wordt afgesloten met schriftelijke en mondelinge verslaglegging; ook dient een scriptie te worden geschreven (proeve van bekwaamheid). 3S, 3F Organische chemie I en II, Anorganische chemie I en II, Synthese I en II practica.
naam code docent studiepunten periode doel
Synthese practicum 435191 dr. M. Schakel 7 4 Het doel van het practicum is de student vaardigheid bij te brengen in de preparatieve organische en (in mindere mate) anorganische chemie, alsook een beeld te geven hoe de (an)organisch chemicus zijn experimentele resultaten verkrijgt. inhoud Tijdens dit practicum ligt aanvankelijk het accent op het aanleren van een aantal basale isolatie- en zuiveringstechnieken zoals kristalliseren, destilleren, sublimeren, extraheren, chromatografie (GLC, kolomchromatografie). Deze technieken worden geleerd tijdens een aantal eenstapssyntheses, die tevens de collegestof illustreren. De syntheses worden deels op macroschaal (2-10 g) en deels op microschaal (50-100 mg) uitgevoerd. In de eerste periode wordt tevens het werkcollege spectroscopische technieken gegeven, ten behoeve van de interpretatie van de in de loop van het practicum op te nemen IR, UV, NMR, en incidenteel ook massaspectra. Later worden enkele meerstapssyntheses uitgevoerd, waarbij het van belang is elk tussenproduct goed te zuiveren en te karakteriseren. De meeste experimenten kennen een `probleem-oplossende¿
262
Exacte wetenschappen
aanpak, waarbij aandacht wordt besteed aan onderzoeksmethodiek. werkwijze De student werkt individueel binnen een groep o.l.v. een assistent. literatuur J.W. Lehman, Multiscale Operational Organic Chemistry, Prentice Hall, 2002. toetsing Er is geen eindtoetsing. Tijdens het practicum let de assistent op experimentele vaardigheid, zelfstandigheid, theoretische voorbereiding en verslag. doelgroep 2S, 2F voorkennis Organische chemie I en II naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep opmerkingen
voorkennis naam code docenten studiepunten
Taakanalyse en webdesign 400175 6 3 dr. M. van Welie Het kennismaken met het gehele proces van het ontwerpen van web sites als team-activiteit. Onderdelen die aan bod komen zijn o.a. interviewen, site analyse, interactie- en grafisch ontwerp, prototyping, usability testing, oplevering aan opdrachtgever. Daarnaast zijn communicatieve vaardigheden en werken in groepsverband belangrijke leerdoelen. Het vak bestaat uit een aantal hoorcolleges en het maken van een web site in een team van vier studenten. Tijdens de colleges komen aan de orde: - Het ontwerp proces - Taak en gebruikersmodellering (d.m.v. interviews, persona's en site evaluaties - Ontwerp van interactie en grafische vormgeving - Design patterns - Prototyping - Usability evaluatie (heuristische evaluatie en gebruikerstesten) Studenten doorlopen het proces door een website voor een toegewezen "klant" te maken. Alle stappen moeten worden uitgevoerd en gedocumenteerd worden. Het ontwerpteam onderhoud het contact met de klant, documenteert het ontwerp en alle deelstappen, en presenteert het uiteindelijke ontwerp aan de klant. Colleges, literatuurstudie, ontwerp in kleine groepen. Usability for the Web: Designing Web Sites that Work by Tom Brinck, Darren Gergle, Scott D. Wood Paperback: 432 pages ; Publisher: Morgan Kaufmann; 1st edition (October 15, 2001) ISBN: 1558606580 ontwerp, documentatie, presentatie 1I, 1AI, 1IK Van tevoren inschrijven in groepjes van 4 personen of individueel is verplicht. Inschrijvingen kunnen per email aan docent worden verstuurd. Zie Blackboard voor meer informatie over dit vak. Inleiding programmeren I Theoretische chemie (eindproject) 435540 prof.dr. E.J. Baerends; dr. L. Visscher 12
Examenonderdelen
263
periode 4, 5 en 6 doel Het verkrijgen van inzicht in een aantal basisbegrippen en methoden in de theoretische chemie. inhoud Het eerste deel van de cursus richt zich op beschrijving van molekulaire symmetrie m.b.v. groepentheorie. Groepentheoretische symbolen worden in de chemie zoveel gebruikt dat kennis van hun betekenis nuttig is. Bij de behandeling van deze theorie wordt ook de noodzakelijke wiskunde (vooral matrix rekening) behandeld. De nadruk ligt hierbij in eerste instantie op het vertrouwd raken met het jargon en het oplossen van veelvoorkomende problemen door het uitwerken van talrijke opgaven. Daarna passeren een aantal chemische toepassingen van de groepentheorie de revue. Het symmetriekarakter van M.O.'s en moleculaire golffukties wordt gebruikt voor het interpreteren van foto-elektron en UV-spectra (selectieregels, polarisatie van geabsorbeerd en geëmiteerd licht). Ook de symmetrie van overgangsmetaalcomplexen (ligand-veld theorie) wordt behandeld. Het tweede deel van de cursus richt zich op kwantumchemische methoden en technieken om de elektronenstruktuur van atomen en molekulen te verklaren en voorspellen. Hierbij is de theorie van draai-impulsmoment een belangrijk middel omdat deze de koppeling van verschillende bronnen van impulsmoment (waaronder elektronenspin) in een veel-elektronen systeem beschrijft. Dit leidt tot rationalisatie van atomaire spectra en is ook voor het vereenvoudigen van molekulaire berekeningen van eminent belang. Nadat de theorie van draai-impulsmoment is behandeld wordt de in Chemische Binding geïntroduceerde variatierekening en storingstheorie uitgediept en uitgebreid met tijdsafhankelijke storingen. Met behulp van deze theorieën en na introduktie van de gemiddeld veld benadering kan dan in het laaste deel de ab initio berekening van elektronengolffunkties worden besproken. Hierbij komen veelgebruikte kwantumchemische technieken als HartreeFock, Configuratie Interactie, Møller-Plesset storingstheorie en Dichtheidsfunctionaaltheorie aan de orde. werkwijze Het college wordt gegeven in de vorm van twee intensieve cursussen van elk vier weken. literatuur P.W. Atkins, Molecular Quantum Mechanics, 3rd ed., Oxford University Press. toetsing Toetsing geschiedt op basis van schriftelijke (deel)tentamens. doelgroep 3S, 3F naam code studiepunten periode docent doel
Thermodynamica 430036 5 2 dr. G. van der Zwan Ontwikkelen van enig begrip van de fundamentele wetten van de natuurkunde en hun toepassing op biologische processen. inhoud Een inleiding in the studie van energie transformaties in the biologische wetenschappen op basis van de twee fundamentele wetten van the natuurkunde: de wet van behoud van energie (eerste hoofdwet) en de tweede hoofdwet die zegt dat entropie alleen kan toenemen. Aandacht zal worden besteedt aan de begrippen temperatuur, warmte, en arbeid, en hoe deze hebben geleid tot het formuleren van de grootheden enthalpie, entropie en
264
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code docent studiepunten periode doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
vrije energie, en de twee hoofdwetten. Aan de hand van voorbeelden uit de biochemie/biologie zullen de consequenties van deze wetten voor met name spontaniteit van reacties, ligging van evenwichten en verschuiving door veranderende omstandigheden zoals temperatuur, pH, en concentratie worden bestudeerd. Omdat thermodynamica letterlijk op alle processen toegepast kan worden, zal ook enige aandacht kunnen worden besteedt aan fundamentele vragen zoals het onstaan van het heelal en leven. Meer "alledaagse" toepassingen liggen op het gebied van het vouwen van eiwitten en eiwit-ligand binding. Afhankelijk van de interesse van studenten kan ook worden ingegaan op de relatie met de (moleculaire) statistische mechanica, en/of aandacht worden besteedt aan kinetiek van (bio)chemische processen, zoals proton en electron overdrachts processen. Hoor/werk colleges P.W. Atkins, Physical Chemistry, 6th. ed. Schriftelijk tentamen 3MNW Natuur-, schei- en wiskunde op vwo niveau Thermodynamica en statistische fysica 420074 prof.dr. F.C. MacKintosh 6 3, 4 en 5 Het verkrijgen van kennis en begrip van de universele regels die het gedrag van veel-deeltjessystemen beschrijven. Daarnaast het toepassen van deze kennis op eenvoudige problemen. De enige manier waarop wij, of we nu fysicus, chemicus of bioloog zijn, tot de natuur kunnen doordringen is via het gedrag, de eigenschappen, van de materie. Met materie bedoelen we dan, heel algemeen, een fysisch systeem dat uit veel deeltjes bestaat. De eigenschappen van deze veeldeeltjessystemen zijn onderworpen aan universele regels. Tussen eigenschappen die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben bestaan subtiele relaties, die niet afhangen van de aard van het systeem. De thermodynamica beschrijft deze relaties en stelt grenzen aan fysische processen.In het college, waarvan een dictaat is samengesteld, komen aan de orde het begrip arbeid, warmte en temperatuur, Carnot-processen, adiabatische expansie van gassen, entropie als 'meesteres' van het universum, de hoofdwetten van de thermodynamica, de thermodynamische potentialen, de Maxwell-relaties, thermodynamische ongelijkheden, evenwichtsvoorwaarden, de Clausius-Clapeyron-vergelijking, fasediagrammen, koelmethoden. Het doel van de statistische fysica is de eigenschappen van macroscopische systemen te verklaren vanuit de microscopische fysische wereld. Slechts enkele onderwerpen uit de statistische fysica worden in het college behandeld, namelijk ensembles, de toestandsom, de verdelingsfuncties, de toestandsvergelijkingen, eigenschappen van materie bij het absolute nulpunt. Per week wordt drie uur hoorcollege gegeven. Daarnaast zal een enkele demonstratie worden gegeven. Nader te overleggen met de docent Schriftelijk tentamen.
Examenonderdelen
265
doelgroep 2N naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Thermodynamica voor 2S/2F 435201 dr. G. van der Zwan 5 4 Verwerven van inzicht in de drie hoofdwetten van de thermodynamica en de toepassing daarvan op chemische processen. Inhoudelijk is het college gericht om de principes van de thermodynamica voldoende te beheersen om van fysische / chemische processen te kunnen voorspellen of ze al dan niet spontaan verlopen, of er al dan niet warmte bij vrijkomt, en/of arbeid verricht wordt dan wel verricht moet worden. Om dit kwantitatief te kunnen doen, moet er een goed begrip ontwikkeld worden van de grootheden arbeid, warmte, energie en entropie, en de wetten waaraan deze grootheden voldoen: de wet van behoud van energie, en de wet waaraan spontane processen moeten voldoen (toename van entropie). Deze twee wetten vormen een wiskundig raamwerk waarbinnen in principe ieder proces, van eenvoudige chemische reacties en faseovergangen, tot aan de eigenschappen van zwarte gaten in het heelal, en de weg van 'big bang' naar warmtedood begrepen kan worden. Daarnaast vereist de chemie de introductie van een aantal begrippen zoals vrije energie, chemische potentiaal en standaardtoestanden, die er met name op gericht zijn om processen waarbij externe variabelen constant worden gehouden te beschrijven en om verschillende resultaten goed met elkaar te vergelijken. Hoorcollege en werkcollege. P.W. Atkins, Physical Chemistry, 6th ed. Schriftelijk tentamen en een opdracht. 2S, 2F
naam code studiepunten periode docent inhoud
Toegepaste analyse: Financiele wiskunde 400076 6 4 en 5 prof.dr. M. van Veldhuizen Dit college geeft een inleiding in de wiskunde die binnen de financiële wiskunde gebruikt wordt. Aan de orde komen de volgende onderwerpen: • inleiding theorie van opties; • de binomiale methode; • inleiding differentiaalvergelijkingen; • de warmtevergelijking; • de Black-Scholes formule met toepassingen; • inleiding numerieke methoden, de benadering van de prijs van een (amerikaanse) optie. werkwijze Hoorcollege (2 uur per week) met werkcollege (2 uur per week) en in te leveren huiswerkopgaven. literatuur P. Wilmott, S. Howison, J. Dewynne, The Mathematics of Financial Derivatives, A student introduction, Cambridge Unversity Press, 1995. toetsing Opgaven
266
Exacte wetenschappen
doelgroep 3W, 3BWI, 3Ect opmerkingen • Het is mogelijk een aanvulling op het vak te doen door een specifiek onderwerp uit de theorie van de partiële differentiaalvergelijkingen of van de financiële wiskunde uit te werken. • het vak is ook in de masteropleiding toegestaan voorkennis Vereist voor deelname aan het tentamen: Calculus (400013). naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Toegepaste statistiek 400077 3 4 dr.ir. G. Jongbloed Studenten vertrouwd maken met statistisch onderzoek en met de representatie, visualisatie en interpretatie van resultaten hiervan. Dit alles op basis van minimale wiskundige voorkennis. - Verschillende soorten statistisch onderzoek - Visuele representatie van gegevens - Samenvatten van gegevens - De normale verdeling - Basis kansrekening - Correlatie en causaliteit - De stap van steekproef naar populatie voor gemiddelden en fracties - Toetsen van hypothesen College. Statistical Reasoning for Everyday Life 2nd edition; Bennett, Briggs and Triola Tentamen. 2AI, 3BI, 3MMC
naam code docent studiepunten periode doel
Toegepaste theoretische chemie (eindproject) 435570 dr. F.M. Bickelhaupt 12 4, 5 en 6 Het begrijpen en voorspellen van moleculaire structuren en chemische reactiviteit op het gebied van de organische, anorganische, fysische en biologische chemie. inhoud De theoretische chemie is niet meer weg te denken uit de moderne scheikunde. Tal van eigenschappen kunnen met chemische nauwkeurigheid berekend worden, waardoor experimenteel moeilijk of niet te achterhalen grootheden alsnog bestudeerd of voorspeld kunnen worden. Toch is het potentieel van de theoretische chemie hiermee nog lang niet uitgeput. Om syntheses, katalysatoren of farmacologisch actieve moleculen in sterkere mate langs rationele weg (en dus in mindere mate door "uitproberen") te kunnen ontwerpen is het van cruciaal belang om nauwkeurigheid te verbinden met gefundeerd en diepgaand inzicht in de achterliggende mechanismen in de electronische structuur. Dit geldt ook als het onderzoek in de vorm van computational chemistry geschiedt. Inzicht kan hierbij verkregen worden d.m.v. nadere analyse van de berekende golffunctie en bindingsenergie. Het doel van deze basiscursus is het verwerven van de vaardigheden, die nodig zijn om de aard van een chemisch fenomeen in detail te begrijpen, waarbij het in de zogenaamde Kohn-Shamdichtheidsfunctionaaltheorie besloten molecuul-orbitaal- (MO) model een centrale rol speelt.
Examenonderdelen
267
werkwijze De cursus bestaat uit een intensieve theoretische inleiding in de eerste week, gevolgd door een onderzoeksfase, waarbij de student deelneemt aan een onderzoeksproject binnen de afdeling. literatuur Fragmenten uit: (a) T. A. Albright, J. K. Burdett, M.-H. Whangbo, Orbital Interactions in Chemistry, Wiley-Interscience, New York, 1985; (b) F.M. Bickelhaupt, E.J. Baerends, Kohn-Sham Density Functional Theory: Predicting and Understanding Chemistry, in: Rev. Comput. Chem.; K.B. Lipkowitz, D.B. Boyd, Eds.; Wiley-VCH: New York, Vol. 15. (c) C. J. Cramer, Essentials of Computational Chemistry - Theories and Models, Wiley, Chichester, 2002. toetsing Toetsing geschiedt op basis van een onderzoeksverslag. doelgroep 3S, 3F naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep naam code docent studiepunten periode doel
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode
268
Toegepaste theoretische chemie (keuzemodule) 435430 dr. F.M. Bickelhaupt 6 3 Het begrijpen en voorspellen van moleculaire structuren en chemische reactiviteit m.b.v. methoden uit de theoretische chemie. In deze cursus worden elementaire concepten behandeld, die aan belangrijke verschijnselen uit diverse chemische disciplines ten grondslag liggen. In overleg wordt een keuze gemaakt m.b.t. een onderwerp uit de organische, anorganische, fysische dan wel biologische chemie. De cursus bestaat in wezen uit het zelfstandig bestuderen van een leerboek (Oxford Chemistry Primer) in combinatie met regelmatige bijeenkomsten bij de docent, waarbij de leerstof voor- en nabesproken wordt. Keuze uit een reeks van Oxford Chemistry Primers. Toetsing geschiedt mondeling. 2S, 2F, 3S, 3F Toevoegingen aan levensmiddelen 435370 dr. H. Lingeman 6 3 Het zelfstandig of in groepsverband verzamelen, verwerken en presenteren van gegevens met betrekking tot het nut en/of de onzin van toevoegingen aan levensmiddelen. De keuzemodule wordt uitgevoerd aan de hand van enkele opdrachten en een aantal basisgegevens. Wekelijks is er contact tussen de begeleidende docenten en de studenten. Basisliteratuur en informatie van het internet. Schriftelijke rapportage en mondelinge toelichting van de opdrachten. 2S, 2F, 3S, 3F Topologie I 400078 5 4 en 5
Exacte wetenschappen
docent dr. J.J. Dijkstra doel De studenten bekend maken met de eerste beginselen van de Algemene Topologie. inhoud Aan de orde komen: topologie van metrische ruimten, volledigheid, stelling van Baire; algemene topologische ruimten, bases en subbases, continue afbeeldingen, homeomorfismen, deelruimten; samenhang, wegsamenhang, lokale samenhang; compactheid, lokale compactheid, de Cantor verzameling; kardinaalgetallen, keuze-axioma, Lemma van Zorn; producten, stellingen van Alexander en Tychonoff, quotiënten; scheidingsaxioma's, lemma van Urysohn, stelling van Tietze; metriseringsstelling van Urysohn. werkwijze Hoorcollege met vragenuur. literatuur Fred Croom, Principles of Topology toetsing Mondeling. doelgroep 2W voorkennis Veronderstelde voorkennis: Calculus (400013) en Wiskundige Analyse I (400087). naam code studiepunten periode docent inhoud
Topologie II 400079 6 4 en 5 prof.dr. J. van Mill Separabel metrische topologische ruimten. Euclidische ruimten, Hilbertkubus. Volledigheid. Partities van de eenheid. De Stellingen van Lavrentieff. Topologische groepen. Wallman compactificaties. Continua. Homotopieen. Borel verzamelingen. werkwijze Hoorcollege met vragenuur. doelgroep 3W voorkennis Topologie I
naam code docenten studiepunten periode doel
Ultrasnelle laserspectroscopie 435690 dr. J. Bulthuis; dr. M.H.M. Janssen; prof.dr. S. Stolte; dr. H. Linnartz 12 4, 5 en 6 Verkrijgen van inzicht in het verloop van elementaire chemische processen en in de krachten die een rol spelen bij het vormen en breken van een chemische binding. Kennismaking met experimentele technieken op het gebied van lasers en moleculaire bundels. inhoud Er zijn drie onderzoeksthema's waarbinnen een eindproject kan worden uitgevoerd: • Tijdopgeloste fotodynamica en imaging met behulp van femtoseconde lasers. • Reactieve en niet-reactieve botsingen met georiënteerde moleculen. • Spectroscopie en fotodynamica van atmosferisch relevante moleculen. Voor een globale omschrijving van deze drie onderzoeksthema's wordt verwezen naar de beschrijving van de onderzoeksstage
Examenonderdelen
269
("Laserspectroscopie") in de masterfase. Belangrijke aspecten bij het uitvoeren van het eindproject zijn dat nadat het onderwerp is besproken met de begeleider, de student zelf een onderzoeksplan opstelt, het onderzoek uitvoert en hiervan verslag doet. literatuur Practische handleidingen en literatuur. toetsing Eindverslag aangevuld met een mondelinge of posterpresentatie. doelgroep 3S, 3F subject code credits period lecturer aim
content
form of tuition
literature mode of assessment entry requirements target audience
User Interface Design 400081 4 1 and 2 dr. G.C. van der Veer To apply the theory of user centered design in a design team for a "real" client, and to experience actual use of multiple design techniques and tools The design of user interfaces and interactive systems requires insight in cognitive ergonomic aspects of system use and of task situation. The course provides hands on experience in applying design techniques and tools. Methods include task analysis, specification of the functionality and interface, scenario-based design, dialogue styles, formal representations, prototyping and evaluation techniques. The students will work in design teams to develop a real life design of an interactive system for groupware. There will be about 10 plenary sessions, and practical work will be done in subgroups, guided by consults from the teacher. Material and literature pointers can be found at http://www.cs.vu.nl/~mmc/uid Group design presentation and documentation. Human-Computer Interaction. Without passing that class, students cannot participate in User Interface Design. 3I, mCS, 3AI, 3BI, 3MMC
naam code docenten studiepunten periode doel
Van quantum tot materie 420151 prof.dr. R.P. Griessen; prof.dr. C. Gooijer 6 2 Doel van het college is de introductie van de basis-concepten voor het beschrijven van atomen, elektronen orbitals, moleculen en uiteindelijk vloeistoffen en vaste stoffen (gecondenseerde materie). Daarbij wordt gekozen voor een geïntegreerde aanpak die rekening houdt met het brede spectrum aan deelnemende FEW-studenten (Farmaceutische Wetenschappen, Medische Natuurwetenschappen, Natuurkunde, Scheikunde en Wiskunde). Deze aanpak beoogt er toe te leiden dat enerzijds een beter inzicht wordt verkregen in de fysische achtergronden van chemische eigenschappen en anderzijds dat de horizon van fysici en wiskundigen aanmerkelijk wordt verbreed. inhoud De cursus is opgebouwd uit de volgende onderwerpen • Introductie in de quantum wereld (golf-deeltje dualisme, de Broglie
270
Exacte wetenschappen
werkwijze literatuur
toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent doel inhoud literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
relaties, Heisenberg onzekerheidsprincipe, Schrödinger vergelijking, waterstof atoom, spin, de opbouw van het periodic systeem) • Binding tussen atomen en opbouw van moleculen • Vloeistoffen en vaste stoffen • Overzicht van de vele velden waar quantum verschijnselen een essentiële rol spelen: halfgeleiders in computers en elektronica, lasers, magnetism, supergeleiding, scanning tunnel-microscoop, magnetic resonance imaging (MRI), elektron microscoop, fotochemie en fotosynthese,.... Hoorcollege en werkcollege gecombineerd met huiswerk opgaven. Randy Harris: Nonclassical Physics, Addison Wesley Longman, ISBN 0201-83436-7 en Steven S. Zumdahl: Chemical Principles, Houghton Mifflin, ISBN 0-618-12078-5 Schriftelijk tentamen telt voor 2/3 van het eindcijfer. Resultaten behaald met huiswerk/werkcollege tellen voor 1/3. 1N, 1S, 1F, 1MNW Vectorcalculus 400181 3 4 prof.dr. J. Hulshof (zie ook www.few.vu.nl/~jhulshof/Vectorcalculus2004) Leren werken met lijn- en oppervlakte integralen van functies en vectorvelden. Hoofdstuk 4, 6 en 8 uit het boek van Marsden en Tromba De rest van dit boek wordt behandeld bij Wiskundige Analyse 2 J.E. Marsden en A.J. Tromba, Vector Calculus, fourth edition, Freeman, ISBN 0-7167-2432-4. Tentamen 2W, 2N Calculus, Lineaire Algebra. Voortgezette lineaire algebra 400082 3 1 dr. J.A. Sanders De cursus is een vervolg op de cursus Lineaire Algebra. Het doel is het beheersen van de Lineaire Algebra over de complexe getallen. - Complexe vectorruimten; - Hermitische producten en (complexe) inwendige producten; - geadjungeerde afbeeldingen en matrices; orthogonale projecties; - unitaire operatoren; - de spectraalstelling voor zelfgeadjungeerde operatoren; - eigenschappen van de exponentiele functie van een matrix. College met bijbehorend werkcollege. Van Mill en Van Schagen, collegedictaat Lineaire Algebra, met aanvulling 2002. Schriftelijk. 2W Veronderstelde voorkennis: Lineaire Algebra (400042).
Examenonderdelen
271
naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze
literatuur doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep opmerkingen
Web-gebaseerde kennisrepresentatie 400083 6 4 en 5 prof.dr. F.A.H. van Harmelen Doel van dit college is om de student kennis te laten maken met de mogelijkheden voor kennis-representatie technieken op het World Wide Web, en de technieken die daarvoor momenteel ontwikkeld worden. Het WWW biedt grote mogelijkheden voor het gebruik van bestaande en nieuwe kennisrepresentatie technieken. Een belangrijk doel hierbij is het omvormen van het huidige Web (pagina's die voor menselijke lezers bedoeld zijn) tot een Web waarin kennis expliciet is gemodelleerd, zodat deze ook voor machinaal gebruik geschikt is. Dit zal een belangrijke stap zijn naar de verwezenlijking van intelligentere zoek-machines, informatie-filters, adaptieve Web-sites, etc. In dit college behandelen we een aantal technieken die aan de basis van deze nieuwe generatie van het Web zullen staan: modelleer technieken (bijv. ontologieen), standaar web-technieken zoals XML) en kennisrepresenatie talen voor gebruik op het Web (RDF,OWL). Het college bespreekt ook een aantal toepassingsscenario's, zoals ecommerce, zoeken en navigeren, en format-onafhankelijk publiceren. Intensief hoorcollege (3x per week) in de eerste 3 weken, met bijbehorend practicum in de weken daarna. In het practicum zal een toepassing worden gerealiseerd met voornoemde markup talen en systemen. A Semantic Web Primer, G. Antoniou & F. Van Harmelen, MIT Press, ISBN 0-262-01210-3. 2AI, 2BI, 3MMC, keuzevak voor I, BWI Kennissystemen (gewenst). Wetenschapsgeschiedenis 400318 3 3 dr. I.H. Stamhuis Het algemene thema is De Opkomst van het Kwantitatieve Denken, waarbij zowel aandacht is voor de argumenten van de voorstanders als die van de tegenstanders. Subthema's die aan de orde komen zijn: Getal en Wiskunde in de Oudheid, Wereldbeelden tot de 17e eeuw, Wetenschappelijke Revolutie in de zeventiende en Probabilistische Revolutie in de negentiende eeuw, Toepassing van Kwantitatief Denken in Verzekering en Statistiek. Hoorcolleges, groepswerk, schrijven van papers, digitale leeromgeving. Reader. Beoordeling van paper/ tentamen 3AI, 2BWI, 3I, 2BI, 2MMC, 2W Alle studenten van de afdelingen W en I moeten kiezen tussen Wetenschapsgeschiedenis of Maatschappelijke aspecten van wetenschap. Inlichtingen secretariaat Afdeling Algemene Vorming, De Boelelaan 1081, kamer T-036c (10.00 - 15.00 uur), tel. (020) 44 47975,
[email protected]
naam Wijsbegeerte voor AI code 400084
272
Exacte wetenschappen
studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing
doelgroep opmerkingen
voorkennis
3 4 dr.ir. S. Strijbos - Kennismaking met fundamentele vragen van het eigen vakgebied; en - het leren nadenken over de eigen professionele en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Op het college worden teksten besproken van verschillende denkers over actuele vragen van de technische samenleving. Het college bestaat ruwweg uit twee delen. In het eerste deel wordt een algemeen profiel geschetst van de moderne samenleving en cultuur met speciale aandacht voor drie typische kenmerken: de dominantie van de techniek en het pluralisme van levensstijlen en morele perspectieven, en het verschijnsel globalisering. Het tweede deel van het college is meer toegespitst op AI en wordt ingegaan op de betekenis van informatie- en computertechniek voor de ontwikkeling van samenleving en cultuur. Om dit zo praktisch mogelijk te maken, worden bij twee zittingen gastdocenten uitgenodigd van de studierichting AI. De besprekingen tijdens de colleges worden ingeleid door presentaties van de deelnemers. Reader. Cijfer wordt vastgesteld op basis van de ingeleverde kritische commentaren bij de bestudeerde stof, de presentatie op het werkcollege en het afsluitende essay. 2AI Het college bestaat uit 8 zittingen en wordt verzorgd voor twee parallelgroepen. Bij deelname aan het college dient men bij het onderwijsbureau vooraf in te tekenen voor een van de groepen. Geen.
naam code docent studiepunten periode doel
Wijsgerige vorming: natuurwetenschappen, filosofie en ethiek 435340 dr. H.W. de Regt 3 2 Deze cursus wil je aanzetten tot reflectie op je vak: op de status van de kennis die je in je studie aangeboden krijgt; op de status van wetenschap in onze samenleving; en op je toekomstige verantwoordelijkheid als wetenschapper of in de beroepspraktijk. Hoofddoel is dat je een eigen positie met betrekking tot deze onderwerpen inneemt en kunt motiveren. Nevendoel van de cursus is het ontwikkelen van vaardigheden op het gebied van tekstanalyse en kritische discussie. inhoud Het college behandelt moderne opvattingen met betrekking tot aard en methode van de natuurwetenschappen; hun ontwikkeling; hun relatie met praktijk, samenleving, en levensovertuiging; en de normatieve en ethische aspecten van wetenschapsbeoefening. Deze thema's worden steeds behandeld aan de hand van concrete voorbeelden uit de natuur- en scheikunde, en de aardwetenschappen. werkwijze Hoor- en werkcollege. Tijdens het werkcollege-deel worden onder meer groepsgewijs opdrachten gemaakt. Andere werkvormen zijn: mondelinge presentatie, discussie, en een Blackboard-opdracht. Op de eerste collegebijeenkomst zullen de werkvormen nader toegelicht worden.
Examenonderdelen
273
literatuur Reader, waarin een studiehandleiding is opgenomen, is verkrijgbaar bij het secretariaat van de Afdeling Algemene Vorming, De Boelelaan 1081, kamer T-036C toetsing Deelname aan de werkcollege-activiteiten (groepsopdrachten, presentaties, en Blackboard-opdracht) is verplicht, en de resultaten worden beoordeeld. Nadere mededelingen volgen op het eerste college. doelgroep 3MNW, 3S, 3F, 2N opmerkingen Inlichtingen bij de docent, dr. H.W. de Regt, Faculteit der Wijsbegeerte, De Boelelaan 1105, kamer 13A-35, tel. (020) 44 46681, email:
[email protected]. naam code docent studiepunten periode doel inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code coördinator docenten studiepunten periode inhoud
werkwijze literatuur toetsing
274
Wiskunde II 435150 drs. A.N. Vardy 6 1 en 2 De bestudering van wat meer geavanceerde onderdelen van de calculus. Differentiaal- en integraalrekening in meer veranderlijken, extreme waarden van functies van meer veranderlijken, reeksen en machtreeksen, stelling van Taylor, oplossen van differentiaalvergelijkingen m.b.v. machtreeksen. Fourierreeksen, met toepassingen in de heorie van partiële differentiaalvergelijkingen. Hoorcollege, werkcollege en zelfstudie. G. Stephenson: Mathematical Methods for Science Students, Longman, Londen. Schriftelijk tentamen. Aan het eind van periode 1 is er een deeltentamen. 2S, 2F, 2MNW Wiskunde uitIntro exact 400306 dr.ir. R.V.A. Orru (KA-381a,
[email protected] of 020 - 4447447) prof.dr. R. Leurs (FAR); prof.dr. R.M. Heethaar (MNW); dr. T.D. Visser (N&S); prof.dr. R. Meester (WIS); dr.ir. R.V.A. Orru (SCH) 2 1 Veel ruimtelijke figuren hebben mooie symmetrie-eigenschappen. Een kubus bijvoorbeeld kun je spiegelen in een vlak dat evenwijdig is aan een van de zijden, maar ook in een diagonaal. Als je je echter af gaat vragen op hoeveel manieren zo'm kubus gespiegeld kan worden, dan blijkt dat nog niet zo eenvoudig te zijn. Je kunt proberen alle mogelijkheden te tellen, maar bij ingewikkeldere figuren is dat vrijwel onbegonnen werk. Met behulp van zogenaamde permutaties zullen we een manier gaan vinden om het aantal van dergelijke symmetrieen te tellen. Het wezen van de wiskunde komt hierbij mooi naar voren: om iets concreets uit te kunnen rekenen is het soms handig om de dingen juist abstract te beschouwen. Combinatie hoor-/werkcollege totaal 56 uur. Opdrachten en zelfstudie ca. 110 uur. Reader samengesteld door de betrokken docenten. De stof wordt schriftelijk getentamineerd. Opdrachten kunnen onderdeel zijn van de tentaminering.
Exacte wetenschappen
doelgroep 1S, 1F, 1MNW, 1N, 1W naam code studiepunten periode docent inhoud
werkwijze
literatuur toetsing doelgroep voorkennis naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
literatuur
toetsing doelgroep voorkennis
Wiskunde werkt II 400086 3 5 dr. M.C.M. de Gunst Aan de hand van een aantal opdrachten worden wiskundige technieken (met name uit de kansrekening en statistiek) toegepast om problemen buiten de wiskunde op te lossen. De hiervoor benodigde wiskunde is op het moment waarop het onderwijs in dit vak begint reeds behandeld in het eerste en tweede jaar. Er wordt een aantal projecten aangeboden, waarmee de studenten in kleine groepen onder begeleiding kunnen werken. Voor elk project moet een verslag worden geschreven. Voorlopig wordt geen literatuur voorgeschreven. Voor de verslagen worden cijfers gegeven. Bij voldoende resultaat volgt geen toetsing meer. 2W Veronderstelde voorkennis: Algemene Statistiek (400004). Wiskundige analyse I 400087 3 5 prof.dr. J. van Mill Bij het college Calculus zijn allerlei onderwerpen, zoals rijen en reeksen, limieten en afgeleiden geïntroduceerd. In deze cursus zullen we veel van deze begrippen nog een keer behandelen, maar nu voorzien van een theoretisch fundament. Veel meer aandacht zal worden besteed aan de bewijsvoering en aan de wiskundige redeneermethode. Het doel van dit vak is het op een betrouwbare manier leren omgaan met elementaire begrippen uit de analyse. In dit college en een gedeelte van het vervolgcollege in het tweede jaar behandelen we de theorie achter de differentiaal- en integraalrekening voor functies van een reele variabele waarmee de student eerder heeft kennisgemaakt op de middelbare school en het vak Calculus. Hiermee leggen we een basis voor de rest van de studie waar menig idee uit dit college zal terugkeren in een algemenere en vaak meer abstracte context. Dit college wordt gegeven aan de hand van het boek ``The Way of Analysis" van Robert S. Strichartz (Jones and Bartlett, ISBN 0-7637-1497-6), dat ook gebruikt wordt bij het vervolgcollege in het tweede jaar en daarnaast nog een aantal onderwerpen behandelt die elders aan bod komen, zoals Fourierreeksen en maat- en integratietheorie. Tentamen en huiswerk. 1W Calculus.
naam Wiskundige analyse II code 400088
Examenonderdelen
275
studiepunten periode docent inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep voorkennis
naam code studiepunten periode docent inhoud
6 1 en 2 dr. A.C.M. Ran Dit college behandelt een aantal elementen uit de klassieke analyse. Er wordt voortgebouwd op de stof van het calculus-college, maar met meer aandacht voor de bewijsvoering. Het eerste deel van het college behandelt de theorie van functies van meerdere variabelen; aan de orde komen de volgende onderwerpen: - stelling van Taylor; - inverse functiestelling, impliciete functiestelling; - stationaire punten en extremen; - extremen onder nevenvoorwaarden; - meervoudige integralen Het tweede deel van het college behandelt een aantal verschillende onderwerpen: - uniforme convergentie; - de Weierstrass approximatie stelling; - de stelling van Arzela-Ascoli. Hoorcollege (2 uur per week) met werkcollege (2 uur per week) J.E.Marsden en A.J.Tromba: Vector Calculus. Schriftelijk met 2 deeltentamens. 2W - Veronderstelde voorkennis: Wiskundige Analyse I (400087), Metrische Topologie (400049). - Vereist voor deelname aan tentamen: Calculus (400013) en Lineaire Algebra (400042).
doelgroep voorkennis
Wiskundige modellen 400089 4 4 dr. E. Wattel Als vervolg op Project Wiskunde Werkt (W3) en Project Wiskundige Modellen (W2) wordt in deze cursus verwacht dat de studenten zelfstandig vanuit enige aanwijzingen Wiskundige modellen ontwikkelen die bedoeld zijn om problemen buiten de wiskunde te beschrijven en op te lossen. Bij dit onderdeel zullen onder meer problemen worden gesteld, waarvoor technieken uit de Discrete Wiskunde en de Besliskunde aan de orde kunnen komen. Er wordt een aantal projecten aangeboden, waarmee de studenten in kleine groepen onder leiding van de docent kunnen werken. Van deze projecten dienen verslagen te worden gemaakt en de resultaten worden in de groep besproken. Bovendien is er een hoorcollege waarin een aantal wiskundige technieken worden besproken, die nuttig kunnen zijn voor toepassingen van wiskunde. De literatuur voor de opdrachten wordt per opdracht bepaald. Bij voldoende resultaat wordt geen toetsing afgenomen, maar telt het eindcijfer van de opdracht. 3W Vereist voor deelname aan de cursus: Inleiding Kansrekenig I en II (400189,
276
Exacte wetenschappen
werkwijze
literatuur toetsing
400190), Project Wiskunde Werkt (W3) (400069) en Project Wiskundige Modellen (W2) (400070). naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep naam code studiepunten periode docent doel
inhoud
werkwijze literatuur toetsing doelgroep
Wiskundige modellen I W2 400299 3 6 dr. E. Wattel Kunnen opstellen van een wiskundig model van een praktijksituatie; analyseren van het model en aandragen van oplosmethoden; benutten van computer-algebra voor ingewikkelde berekeningen presenteren van probleemstelling en oplossing aan geïnteresseerden; samenwerken binnen een projectgroep. Aan de hand van enkele opdrachten worden wiskundige technieken toegepast om problemen buiten de wiskunde op te lossen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van calculus en lineaire algebra alsmede van MAPLE en LaTeX. Een groepje studenten werkt onder leiding van een docent aan een modelinge en een schriftelijke presentatie over een toepassing van wiskunde. Het benodigde materiaal wordt uitgereikt Beoordeling van werkwijze, presentatie en groepsverslag. 1W Wiskundige modellen I W1 400298 3 2 en 3 dr. E. Wattel Kunnen opstellen van een wiskundig model van een praktijksituatie; analyseren van het model en aandragen van oplosmethoden; benutten van computer-algebra voor ingewikkelde berekeningen presenteren van probleemstelling en oplossing aan geïnteresseerden; samenwerken binnen een projectgroep. Aan de hand van enkele opdrachten worden wiskundige technieken toegepast om problemen buiten de wiskunde op te lossen op basis van differentiaal vergelijkingen. Een groepje studenten werkt onder leiding van een docent aan een modelinge en een schriftelijke presentatie over een toepassing van wiskunde. P. Blanchard, R.L. Devaney, G.R. Hall; Differential; Brooks & Cole Publishing Cie Pacific Grove Ca USA, ISBN 0-534-34550-6 Beoordeling van werkwijze, presentatie en groepsverslag. 1W
naam code studiepunten periode docent doel
Zelforganiserende systemen 400090 5 1 en 2 dr. M.C. Schut De doelstelling van het college is het verwerven van basiskennis betreffende zelf organiserende systemen en emergentieverschijnselen. inhoud In deze cursus beschouwen we complexe systemen waar geordend gedrag
Examenonderdelen
277
werkwijze
toetsing doelgroep opmerkingen voorkennis
278
spontaan optreedt. Typerend voor zulke systemen is dat ze bestaan uit vele simpele en interacterende componenten. Het gedrag van het systeem als geheel komt voort uit de interactie van de componenten. Deze systemen worden zelforganiserende systemen genoemd en er zijn tal van voorbeelden van dit soort systemen zoals zwermen vogels, ecologische systemen in de natuur, de vrije markt economie en sociaal gedrag van groepen mensen. Een deel van de cursus zal worden besteed aan het bestuderen van zogenaamde insectgebaseerde systemen zoals het vergaren van b.v. voedsel, het organiseren van het nest, het verdelen van de werklast en het gezamenlijk transporteren van objecten. Daarnaast zal er een aantal principes en mechanismen worden besproken die de ondergrond vormen voor de verschillende aspecten van zelforganisatie. Deze mechanismen en principes zullen duidelijk worden aan de hand van bestudering van computersimulaties van zelforganiserende systemen. In de cursus wordt intensief gebruik gemaakt van praktische voorbeelden en de bestudering van computersimulaties. Hoorcollege, gedurende 8 weken, 2 uur per week; practicum, gedurende 8 weken, 2 uur per week; werkcollege, 1 uur per week, waarin de opdrachten worden nabesproken. Werkstuk. 1AI; Keuzevak voor studenten uit andere richtingen. Meer informatie beschikbaar op BlackBoard Geen.
Exacte wetenschappen
Index Bachelorprogramma, 24 Blackboard, 38 Cijfers, 26 Colleges, 38 Examen, 27 Facultaire studentenraad, 14 Helpdesk, 38 Inschrijven, 43, 67 Mentoraat, 24 Onderwijsbureau, 16 Pr en voorlichting, 16 Studiebelasting, 24 Tentamens, 38 Tisvu, 38
Index
279