Gemeenteraad van 26/01/2005 Aanwezig: Freddy Vranckx, Burgemeester-Voorzitter Betty Lismont-Depret, Cyriel Swevers, Hilke Verheyden, Paul Hugaerts, Gilberte Muls, Schepenen Roger Wierinckx, Jules De Bent, Maurice Fol, Frederik Duerinckx, Peter Vanoyenbrugge, Koenraad Van Coppenolle, Jules Godts, Jan Van Brusselt, Ivan Vanderzeypen, André Van Goethem, Ingrid Vanden Berghe, Yvan Godfroid, Stephanie de Neeff, Vranckx Justin, Magda Verbeelen, Nicole PIOT, Raadsleden Johan Geens, Secretaris Tijdens de behandeling van punt 20. verlaat Jules Godts, Raadslid, de zitting. Tijdens de behandeling van punt 20. verlaat Ingrid Vanden Berghe, Raadslid, de zitting. Vanaf punt 2. vervoegt Tamara Broos, Raadslid de zitting. *************** De voorzitter opent de vergadering om 20.00 u. De notulen van de vorige zitting worden gelezen en goedgekeurd. Vervolgens wordt overgegaan tot de behandeling van de dagorde. *************** DAGORDE: Openbare Zitting: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Algemene zaken - goedkeuring verslag gemeenteraad 29/12/2004. Algemene zaken - OCMW Lubbeek - budget 2005ben beleidsnota 2005 Algemene zaken - Vertegenwoordigers verschillende intercommunale verenigingen Algemene zaken - tijdelijke verkeersregeling - beperkingsmaatregelen betreffende het verkeer van voertuigen in de deelgemeente Binkom. Afbraakwerken voetbalkantine Tiensesteenweg 64. Kennisname besluit burgemeester dd. 13/01/2005. Algemene zaken - tijdelijke verkeersregeling - beperkingsmaatregelen betreffende het verkeer van voertuigen in de gemeente Lubbeek. Verbouwingswerken hoofdcommissariaat Lubbeek. Kennisname besluit burgemeester dd. 13/01/2005. Algemene zaken - tijdelijke verkeersregeling - beperkingsmaatregelen betreffende het verkeer van voertuigen in de deelgemeente Pellenberg. Verkeersproject gemeenteschool Pellenberg. Kennisname besluit burgemeester dd. 18/01/2005 Personeelsbehoeftenplan – aanpassing personeelsformatie en reglement contractueel personeel – dienst cultuur – voorziening functie deskundige culturele zaken. Tewerkstellingsprogramma “Sociale Maribel”. Financiële zaken - begrotingswijziging 2/2004 - gewone en buitengewone dienst kennisneming gouverneur Financiële zaken - waarborg lening aan te gaan door de kerkfabriek St.Jan de Doper Binkom lening van 134.000,00 EUR voor vernieuwing verwarmingsinstallatie en diverse verbeteringswerken aan het kerkgebouw Grondgebiedzaken - Milieu - Politiereglement betreffende de ophaling van huishoudelijke afvalstoffen Grondgebiedzaken - Milieu - Gemeentelijk erosiebestrijdingsplan , goedkeuring Grondgebiedzaken - Milieu - Het addendum voor de opmaak van beheersovereenkomsten met landbouwers inzake erosiebestrijding bij het contract voor de opmaak van een gemeentelijk erosiebestrijdingsplan met IGO-Leuven
13. 14. 15. 16. 17. 18. 19.
Grondgebiedzaken - Milieu - Erosiebestrijding, toekennen van bijkomende vergoedingen voor beheersovereenkomsten Grondgebiedzaken: Patrimonium: overname grond hoek Diestsesteenweg-Lindestraat Grondgebiedzaken: Patrimonium: Overname wegenis Klaproosstraat Jeugd - Organisatie Grabbelpas & Swap op het Plein 2005 - Goedkeuring Personeel - Monitoren Grabbelpas & Swap op het Plein - Goedkeuring Cultuur - Internationale Samenwerking - Steun aan de Tsunami-slachtoffers van de natuurramp in Zuidoost-Azië IBO - Lokaal Beleidsplan Kinderopvang - Gemeente Lubbeek 2005 -2007 - goedkeuring
Openbare Zitting: 1.
ALGEMENE ZAKEN - GOEDKEURING VERSLAG GEMEENTERAAD 29/12/2004. Het verslag van de gemeenteraad van 29/12/2004 wordt goedgekeurd met 22 ja-stemmen.
2.
ALGEMENE ZAKEN - OCMW LUBBEEK - BUDGET 2005BEN BELEIDSNOTA 2005 Raadslid Van Coppenolle formuleert volgende opmerkingen : 1) het is mogelijk dat het OCMW via toelagen bepaalde initiatieven steunt, die binnen de gemeente thuishulp verlenen 2) wat houden de meeropbrengsten van 500.000 EUR precies in 3) betreffende de tewerkstelling art. 60§7 dienen OCMW en gemeente duidelijk te zeggen wat ze willen doen 4) het OCMW gaat qua investeringen dezelfde weg op als de gemeente, met name veel investeringen die niet binnen het begrotingsjaar worden uitgevoerd. Raadslid Broos komt ter zitting om 20.07 uur. Raadslid Godfroid brengt het volgende naar voor : 1.
2.
Het budget bevat enkel nietszeggende generische termen. In de commissie is er geen tijd om op alle details in te gaan. De echte discussie wordt in de OCMW-raad gevoerd, maar zoals u weet werd Groen! daaruit geweerd door de andere partijen. De bundel nietszeggende cijfers van het budget is dan ook een uiting van een manifest gebrek aan respect voor onze fractie, en maakt het ons moeilijk om onze rol van gemeenteraadslid naar behoren te vervullen. Het OCMW wordt beheerd vanuit een erg eenzijdige financiële visie. Haar engagement wordt volledig gestuurd door de mogelijkheid om uitgaven te compenseren met subsidies. Geen subsidies geen actie. Twee voorbeelden: het beleidsplan vermeldt dat art. 60 §7 van de OCMW-wet de mogelijkheid voorziet dat het OCMW zelf als werkgever kan optreden voor een bepaalde periode om een recht op een sociale uitkering te verwerven. En verder niets: geen woord over de toepassing van deze mogelijkheid in Lubbeek. Navraag in de commissie leert ons dat er 4 dossiers klaar liggen, maar dat voor 3 van hen geen subsidies kunnen gevonden worden, omdat de betrokkenen nog op een wachtlijst staan. Dus gebeurt er niets, want dan zou het OCMW zelf de kosten moeten dragen. kandidaat politieke vluchtelingen, toegewezen aan het OCMW van Lubbeek, die er voor kiezen om in Lubbeek te wonen, krijgen van ons OCMW een huurcontract van slechts 3 of 6 maanden, en worden na maximaal één verlenging gedwongen het huis opnieuw te verlaten. Dat laat toe om nieuwe mensen in die huizen te zetten, opnieuw voor korte tijd. Zo krijgt het OCMW voor hen een 100%-terugbetaling, in plaats van de 50% die geldt voor zij die er meteen voor kiezen om buiten de gemeente te gaan
wonen. Dat hierdoor ernstige sociale problemen ontstaan, laat het OCMW koud: kinderen moeten opnieuw van school veranderen, van jeugd- of sportvereniging. Leerkrachten die een bijzondere inspanning hebben gedaan om de anderstalige kinderen op te vangen, zien hun werk verloren gaan, vriendschappelijke burenrelaties worden weer afgebroken, kortom, de mensen achter het dossier zijn van geen tel. Wij zijn van mening dat het OCMW door dergelijke houding ernstig tekort schiet in haar primaire opdracht, zoals bepaald in artikel 1 van de OCMW-wet: “elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening. Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid”. 3.
Op voorstel van onze Groen!-fractie heeft het OCMW van Lubbeek aansluiting gezocht bij de omliggende OCMW’s van Tielt-Winge, Holsbeek, Bekkevoort en Glabbeek, om een intergemeentelijk sociaal verhuurkantoor op te richten. Het beleidsplan zegt daarover dat het OCMW van Lubbeek zich zal engageren om “een aantal huizen” in te brengen. Opnieuw generische termen dus. Als we aandringen om in het plan concrete doelstellingen op te nemen, blijkt het te gaan om 4 bestaande huizen. Groen!-Lubbeek vindt dat een erg minimalistische houding. Er zouden inspanningen moeten worden geleverd om nieuwe huizen te zoeken. De gemeente int belastingen op de leegstand van 20 huizen. Mits een prefinanciering, die later kan worden teruggewonnen door afhouding van het huurgeld, zou het OCMW deze eigenaars kunnen aansporen om hun huizen opnieuw bewoonbaar te maken in overeenstemming met de kwaliteitseisen van het SVK. Maar dat komt niet in hen op.
De gemeenteraad neemt kennis van het budget 2005 van het OCMW, met volgend resultaat : A. Budget exploitatie : I. werkingsopbrengsten en geproduceerde vaste activa 2.018.966,96 II. werkingkosten 3.301.831,64 III. werkingsresultaat (I –II) 1.282.864,68 IV. financiële opbrengsten 73.558,96 V. financiële kosten 122.104,16 VI. resultaat van de gewone activiteiten (III+IV-V) 1.331.409,88 VII. uitzonderlijke opbrengsten 10.075,97 VIII. uitzonderlijke kosten 2.452,75 IX. resultaat van het boekjaar (VI+VII-VIII) 1.323.786,66 B. Budget investeringen : 221.655,00 C. Gemeentelijke bijdrage in werkingstekort 1.264.929,00 Uitslag der stemming: Ja-stemmen bij nee-stemmen bij onthoudingen. 3.
ALGEMENE ZAKEN - VERTEGENWOORDIGERS VERSCHILLENDE INTERCOMMUNALE VERENIGINGEN Gelet op de e-mail dd. 31/12/2004 vanwege raadslid Godfroid betreffende de reglementair bepaalde planning voor de verslaggeving door de mandaathouders voor het jaar 2005; Gelet op art. 7bis van het reglement van orde van de gemeenteraad dat luidt als volgt :
“Eén keer per jaar brengt elk gemeenteraadslid dat een gekozen mandaat heeft verkregen van de gemeenteraad voor de vertegenwoordiging van de gemeente Lubbeek in een bovenlokale of andersoortige vereniging of instantie verslag uit aan de gemeenteraad over de activiteiten van die vereniging of instantie die van belang zijn voor Lubbeek.. Om een goede spreiding van de verslagen te organiseren en zodoende te vermijden dat alle verslagen op éénzelfde raadszitting zouden worden geagendeerd, en om de mandaathouders ruim de tijd te geven om hun rapportering aan de gemeenteraad voor te bereiden, maakt het College van Burgemeester en Schepenen een jaarplanning op voor de verslaggeving door de mandaathouders. Gelet op de beslissing van het schepencollege dd. 28/12/2004 waarbij beslist werd in de gemeenteraadsvergadering van 2005 een jaarplanning voor te leggen Gelet op het overzicht van de vertegenwoordigers in de verschillende intercommunale verenigingen; BESLUIT : Enig art. : De planning in bijlage goed te keuren. Uitslag der stemming: 23 ja.. 4.
ALGEMENE ZAKEN - TIJDELIJKE VERKEERSREGELING BEPERKINGSMAATREGELEN BETREFFENDE HET VERKEER VAN VOERTUIGEN IN DE DEELGEMEENTE BINKOM. AFBRAAKWERKEN VOETBALKANTINE TIENSESTEENWEG 64. KENNISNAME BESLUIT BURGEMEESTER DD. 13/01/2005. De gemeenteraad neemt kennis van volgend besluit van de burgemeester dd. 13/01/2005 : Gelet op het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer; Gelet op art. 112 en 119 tweede lid en 134 van de nieuwe gemeentewet; Gelet op art. 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij KB van 16/03/68; Gelet op de aanvraag dd. 13/01/2005 vanwege de heer Lemmens Jozef, Tiensesteenweg 65 te 3211 Binkom, Overwegende dat het noodzakelijk is tot een tijdelijke verkeersregeling over te gaan voor het uitvoeren van afbraakwerken van de oude voetbalkantines palende aan de Brusselstraat; BESLUIT : ART.1 : Volgende maatregelen worden getroffen in verband met het verkeer van voertuigen op vrijdag 14/01/2005 van 06.00 uur tot 21.00 uur. ART.2 : • De Brusselstraat (tussen de St.Rochusstraat en de Tiensesteenweg) wordt afgesloten voor alle verkeer, uitgezonderd plaatselijk verkeer, bereikbaar via de wegomlegging Tiensesteenweg – Meenselstraat en St. Rochusstraat. • De Brusselstraat wordt aan de aansluiting Tiensesteenweg en over de ganse lengte van het voetbalterrein afgesloten voor alle verkeer. ART.3 : De nodige omleidingen worden aangebracht. ART.4 : Alle verbodsbepalingen zullen door middel van gepaste opschriften en verkeersborden ter kennis gebracht worden van de weggebruikers, overeenkomstig art. 112 van de wet op de politie van het wegverkeer, gecoördineerd bij KB van 16/03/68. ART.5 : De overtredingen op onderhavige verordening zullen met politiestraffen beteugeld worden. ART.6 : Eénsluidend afschrift van deze verordening zal onmiddellijk worden toegezonden aan dhr. Gouverneur der Provincie Vlaams-Brabant evenals aan de Griffies van de Rechtbank van Eerste Aanleg en de Politierechtbank te Leuven.
ART.7: De bekendmaking zal geschieden zoals voorzien en voorgeschreven door art. 112 van de gemeentewet. 5.
ALGEMENE ZAKEN - TIJDELIJKE VERKEERSREGELING BEPERKINGSMAATREGELEN BETREFFENDE HET VERKEER VAN VOERTUIGEN IN DE GEMEENTE LUBBEEK. VERBOUWINGSWERKEN HOOFDCOMMISSARIAAT LUBBEEK. KENNISNAME BESLUIT BURGEMEESTER DD. 13/01/2005. Raadslid Van Coppenolle vindt het niet zo gelukkig om op de huidige plaats containers te plaatsen. De gemeenteraad neemt kennis van volgend besluit van de burgemeester dd. 13/01/2005 : Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Gelet op het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer; Gelet op art. 112 en 119 tweede lid en 134 van de nieuwe gemeentewet; Gelet op art. 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij KB van 16/03/68; Gelet op het feit dat de politievoertuigen ingevolge verbouwingswerken niet meer kunnen geparkeerd worden achter het politiecommissariaat en het noodzakelijk is een nabij het politiecommissariaat gelegen parking voor te behouden; Overwegende dat het noodzakelijk is tot een tijdelijke verkeersregeling over te gaan ingevolge verbouwingswerken aan het hoofdcommissariaat te Lubbeek, BESLUIT : ART.1 : Volgende maatregelen worden getroffen in verband met het verkeer van voertuigen vanaf donderdag 13/01/2005 tot het einde der werken. ART.2 : Op de parkeerstrook, gelegen recht voor de ingang Gellenberg van de parking feestzaal Libbeke, is het stilstaan en parkeren verboden, uitgezonderd voor prioritaire voertuigen. ART.3 : Alle verbodsbepalingen zullen door middel van gepaste opschriften en verkeersborden ter kennis gebracht worden van de weggebruikers, overeenkomstig art. 112 van de wet op de politie van het wegverkeer, gecoördineerd bij KB van 16/03/68. ART.4 : De overtredingen op onderhavige verordening zullen met politiestraffen beteugeld worden. ART.5 : Eénsluidend afschrift van deze verordening zal onmiddellijk worden toegezonden aan dhr. Gouverneur der Provincie Vlaams-Brabant evenals aan de Griffies van de Rechtbank van Eerste Aanleg en de Politierechtbank te Leuven ART.6 : De bekendmaking zal geschieden zoals voorzien en voorgeschreven door art. 112 van de gemeentewet.
6.
ALGEMENE ZAKEN - TIJDELIJKE VERKEERSREGELING BEPERKINGSMAATREGELEN BETREFFENDE HET VERKEER VAN VOERTUIGEN IN DE DEELGEMEENTE PELLENBERG. VERKEERSPROJECT GEMEENTESCHOOL PELLENBERG. KENNISNAME BESLUIT BURGEMEESTER DD. 18/01/2005 De gemeenteraad neemt kennis van volgend besluit van de burgemeester dd. 18/01/2005 Gelet op het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer; Gelet op art. 112 en 119 tweede lid en 134 van de nieuwe gemeentewet; Gelet op art. 10 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij KB van 16/03/68;
Gelet op de aanvraag dd. 17/01/2005 vanwege mevrouw Sylvia Baudoux, namens de gemeenteschool Pellenberg, Overwegende dat het noodzakelijk is tot een tijdelijke verkeersregeling over te gaan ter gelegenheid van een verkeersproject “Rinkeldag” op volgende dagen : 21/01 – 25/02 – 18/03 – 15/04 – 13/05 en 03/06/2005; BESLUIT : ART.1 : Volgende maatregelen worden getroffen in verband met het verkeer van voertuigen op volgende vrijdagen : 21/01 – 25/02 – 18/03 – 15/04 – 13/05 en 03/06/2005 telkens van 09.00 uur tot 15.00 uur. ART.2 : • De Kerkplein (tussen de Slijkstraat en de Lostraat) wordt afgesloten voor alle verkeer • De Kerkplein (tussen refter en school) wordt afgesloten voor alle verkeer • De Slijkstraat (tussen Fonteinstraat en Kerkplein) wordt afgesloten voor alle verkeer, uitgezonderd plaatselijk verkeer.. ART.3 : De nodige omleidingen worden aangebracht. ART.4 : Alle verbodsbepalingen zullen door middel van gepaste opschriften en verkeersborden ter kennis gebracht worden van de weggebruikers, overeenkomstig art. 112 van de wet op de politie van het wegverkeer, gecoördineerd bij KB van 16/03/68. ART.5 : De overtredingen op onderhavige verordening zullen met politiestraffen beteugeld worden. ART.6 : Eénsluidend afschrift van deze verordening zal onmiddellijk worden toegezonden aan dhr. Gouverneur der Provincie Vlaams-Brabant evenals aan de Griffies van de Rechtbank van Eerste Aanleg en de Politierechtbank te Leuven. ART.7: De bekendmaking zal geschieden zoals voorzien en voorgeschreven door art. 112 van de gemeentewet. 7. PERSONEELSBEHOEFTENPLAN – AANPASSING PERSONEELSFORMATIE EN REGLEMENT CONTRACTUEEL PERSONEEL – DIENST CULTUUR – VOORZIENING FUNCTIE DESKUNDIGE CULTURELE ZAKEN. TEWERKSTELLINGSPROGRAMMA “SOCIALE MARIBEL”. Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 15 oktober 1997 houdende vaststelling van het personeelsbehoeftenplan, zoals laatst gewijzigd bij gemeenteraadsbesluit van 29 december 2004, meerbepaald betreffende de formatie en het reglement van het contractueel personeel; Overwegende dat het bestuur een haalbaarheidsstudie wenst te maken voor het oprichten van een cultureel- of gemeenschapscentrum; Overwegende dat men voor deze opdracht bij de dienst cultuur die in de organisatie gesitueerd is binnen de afdeling culturele zaken wenst te voorzien in een bijkomende tijdelijke functie nml. deskundige culturele zaken (A1a-A3a) (1VTE); Overwegende dat gedurende deze tewerkstelling deze functiehouder eveneens assistentie dient te verlenen bij de uitvoering van het cultuurbeleidsplan; Gelet op het koninklijk besluit van 31 december 2003 tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met betrekking op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector; Gelet op het raamakkoord van 16 december 2003 betreffende de maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector; Overwegende dat deze opdracht op ’t vlak van de socio-culturele dienstverlening in ’ t kader van het tewerkstellingsprogramma “Sociale Maribel” kan geplaatst worden en dientengevolge wegens het scheppen van deze bijkomende werkgelegenheid een financiële tegemoetkoming in de brutoloonkost van bedoelde personeel kan aangevraagd worden; Overwegende de noodzaak tot wijziging van het personeelsbehoeftenplan en dientengevolge de volgende documenten bij dit besluit werden gevoegd :
de motivering van de personeelsbehoeften van de dienst cultuur; het organogram van de dienst cultuur binnen de afdeling culturele zaken; de prestatiegegevens van de functie; de lijst met betrekking tot het inzetten van contractueel personeel ; de berekening van de financiële impact; de wervingsvereiste en functieomschrijving van de bijkomende tijdelijke functie van deskundige culturele zaken; Gelet op het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaams Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten, gewijzigd bij decreet van 15 juli 2002; Gelet op de sectorale akkoorden 1993, 1995-1996, 1997-1998, 1999-2001, 2002, 2003-2004; Gelet op het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel; Gelet op het protocol van het Bijzonder Onderhandelingscomité van 25 januari 2005; Gelet op het gunstig advies van de commissie financiën en algemene zaken dd. 18/01/2005; Gelet op de gemeentewet; Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen; BESLUIT : Artikel 1. De wijziging in het personeelsbehoeftenplan van de dienst cultuur goed te keuren conform de volgende documenten die daartoe als bijlage bij dit besluit werden gevoegd : - de motivering van de personeelsbehoeften van de dienst cultuur als bijlage 1 - het organogram van de dienst cultuur binnen de afdeling culturele zaken als bijlage 2 - de prestatiegegevens als bijlage 3 - de formatie van het contractueel personeel als bijlage 4 - de berekening van de financiële impact als bijlage 5 Art. 2. De bijzondere wervingsvereiste en de functieomschrijving van de functie van deskundige culturele zaken (niveau A1a-A3a) in contractueel verband worden goedgekeurd conform respectievelijk bijlage 6 en 7 en toegevoegd aan het reglement van het contractueel personeel vastgesteld bij gemeenteraadsbesluit van 15 oktober 1997 zoals laatst gewijzigd bij zijn besluit van 29 december 2004; Art. 3. Het schepencollege te machtigen een aanvraag te doen bij het beheerscomité van de RSZPPO om een financiële tussenkomst in de bruto-loonkost vanwege het sectoraal fonds te bekomen in het kader van het tewerkstellingsprogramma “Sociale Maribel” wegens het scheppen van een bijkomende werkgelegenheid op socio-cultureel vlak. Deze beslissing wordt onderworpen aan het administratief toezicht van de hogere overheid. -
Uitslag der stemming: 23 ja. 8.
FINANCIËLE ZAKEN - BEGROTINGSWIJZIGING 2/2004 - GEWONE EN BUITENGEWONE DIENST - KENNISNEMING GOUVERNEUR Gelet op de Nieuwe Gemeentewet; Gelet op de Nieuwe Gemeentelijke Comptabiliteit; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 27 oktober 2004 waarbij de tweede begrotingswijziging dienstjaar 2004 werd goedgekeurd; Gelet op de brief van 17 december 2004 van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant waarbij hij kennis neemt van de tweede begrotingswijziging, gewone en buitengewone dienst, van het dienstjaar 2004; Gelet op het gunstig advies van de commissie financiën en algemene zaken van 18 januari 2005; Na beraadslaging; BESLUIT:
Enig artikel – De raad neemt kennis van het besluit van de gouverneur van 17 december 2004 waarbij hij kennis neemt van de tweede begrotingswijziging, gewone en buitengewone dienst, van het dienstjaar 2004. 9.
FINANCIËLE ZAKEN - WAARBORG LENING AAN TE GAAN DOOR DE KERKFABRIEK ST.JAN DE DOPER BINKOM - LENING VAN 134.000,00 EUR VOOR VERNIEUWING VERWARMINGSINSTALLATIE EN DIVERSE VERBETERINGSWERKEN AAN HET KERKGEBOUW Gelet op de Nieuwe Gemeentewet; Gelet op de vergadering van het bureau der kerkmeesters van 6 oktober 2004 houdende de toewijzing aan KBC-Bank van de lening van 134.000,00 EUR voor de vernieuwing van de verwarmingsinstallatie en diverse verbeteringswerken aan het kerkgebouw; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 29 december 2004 waarbij gunstig advies wordt uitgebracht betreffende de beslissing van het kerkfabriek van 6 oktober 2004; Overwegende dat de gemeente de voornoemde lening moet waarborgen; Gelet op het gunstig advies van de commissie financiën en algemene zaken van 18 januari 2005; Na beraadslaging; BESLUIT: Artikel 1 – De gemeenteraad verklaart zich solidair borg te stellen ten opzichte van de KBCBank, wat betreft zowel het kapitaal, de intresten, de reserveringscommissies en de onkosten van de door de ontlener af te sluiten lening van 134.000,00 EUR. Art.2 – Machtigt de KBC-Bank op het debet van haar rekening-courant, met waarde van hun vervaldag, om het even welke bedragen te boeken, verschuldigd door de lener en die door deze nog mochten onbetaald blijven na een tijdsverloop van dertig dagen, berekend vanaf de vervaldag. Bij opzegging van de lening door de KBC-Bank of wanneer de kerkfabriek ophoudt te bestaan, zal de gemeente ofwel alle verplichtingen éénmalig terugbetalen ofwel de lening verder afbetalen zoals voorzien in de kredietovereenkomst. Art.3 – Gaat de verbintenis aan de last van de verwijlintresten te dragen, berekend tegen de op dat ogenblik van kracht zijnde rentevoet. Art.4 – Deze door de gemeente gegeven machtiging geldt als onherroepelijke delegatie in het voordeel van de KBC-Bank. Art.5 – Afschrift van huidige beslissing zal ter kennisgeving worden verzonden aan de heer gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, aan de kerkfabriek St.Jan de Doper Binkom en aan de KBC-Bank. Uitslag der stemming: 23 ja
10.
GRONDGEBIEDZAKEN - MILIEU - POLITIEREGLEMENT BETREFFENDE DE OPHALING VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN Raadslid Vanden Berghe wijst erop dat burgers niet enkel plichten hebben, maar dat het belangrijk is dat de mensen kunnen reageren indien zij klachten hebben. Voorzitter Vranckx antwoordt dat er voldoende kanalen zijn om te reageren. Raadslid Vanden Berghe vraagt dat er minstens een duidelijke procedure wordt voorgeschreven die weergeeft welke stappen je moet volgen bij eventuele klachten. Voorzitter Vranckx antwoordt aan het raadslid om een voorstel terzake te maken, hij stelt dat men moet oppassen om het geheel niet al te negatief aan de bevolking voor te stellen. Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid de artikels 117, 119 en 135;
Gelet op het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, gewijzigd bij decreet van 20 april 1994 met inzonderheid artikel 15 § 2 van het decreet; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1997 tot vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en –beheer (VLAREA); Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18/12/2002 tot vaststelling van het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen 2003-2007; Gelet op de aangepaste versie van het besluit van de Vlaamse regering d.d. 05/12/2003 tot vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en – beheer (VLAREA); Gelet op het besluit van de gemeenteraad in zitting van 27/02/2002 houdende de goedkeuring betreffende de ophaling van huishoudelijke afvalstoffen; Overwegende dat ter bescherming van het leefmilieu noodzakelijk is het huishoudelijk afval en vergelijkbaar bedrijfsafval tot een minimum te beperken en het afval maximaal selectief in te zamelen; Overwegende dat prioriteit dient verleend te worden aan afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen; Overwegende dat in tweede instantie het huishoudelijk afval en vergelijkbaar bedrijfsafval maximaal selectief dient ingezameld te worden; Overwegende dat de inzameling van het restafval en het GFT-afval in de gemeente ten vroegste met ingang van maart 2005 worden geautomatiseerd; Overwegende dat deze automatisering impliceert dat de voormelde afvalfracties dienen te worden aangeboden in daartoe door de gemeente voorziene containers, voorzien van een elektronische gegevensdrager, en dat het aangeboden afval wordt aangeboden en geregistreerd; Overwegende dat de kosten voor inzameling, hergebruik, recyclage en nuttige toepassing verhaald worden op de aanbieders via een gedifferentieerde retributie, in functie van de frequentie van aanbieding en in functie van het aangeboden gewicht; Overwegende dat de invoering van een dergelijke geautomatiseerd DifTar-systeem, de gemeente toelaat het principe “de vervuiler betaalt” toe te passen, waarbij prioriteit wordt verleend aan afvalvoorkoming en slechts in tweede instantie aan hergebruik en tenslotte aan recyclage; Overwegende dat om bovengenoemde redenen en met het oog op de rechtszekerheid het past om het politiereglement betreffende het ophalen van huishoudelijk afval opnieuw vast te stellen; Gelet op het advies van de Milieuadviesraad in zitting van 13/01/2005; Gelet op het gunstig advies van de commissie grondgebonden materies d.d. 18/01/2005; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; BESLUIT: Volgend politiereglement wordt goedgekeurd: HOOFDSTUK 1 – ALGEMENE BEPALINGEN Afdeling 1.1. – Definities Artikel 1.1.1. Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder : A) huishoudelijke afvalstoffen : afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en afvalstoffen die daarmee gelijkgesteld worden zoals gedefinieerd in artikel 3, §2, 1° van het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, en in artikel 2.1.1. van het VLAREA; B) bedrijfsafvalstoffen die omwille van aard, samenstelling en hoeveelheid vergelijkbaar zijn met huishoudelijke afvalstoffen, hierna vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen genoemd, afvalstoffen die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn van de normale werking van een particuliere huishouding;
C) huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval : alle afvalstoffen die ontstaan door een normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit en organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval die in de voorgeschreven recipiënt voor ophaling van huisvuil worden aangeboden, met uitzondering van papier en karton, glas; textiel, klein gevaarlijk afval, groente, - fruit en tuinafval en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval of de gemengde fractie van vergelijkbaar bedrijfsafval, plasticverpakkingen, metaalverpakkingen en drankkartons, metalen gemengd, groenafval (waaronder snoeihout), bruin - en witgoed en herbruikbare goederen die via het winkelkringloopcentrum kunnen worden verwijderd en andere selectief ingezamelde afvalstoffen; D) grofvuil : alle huishoudelijke afvalstoffen en voorwerpen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit die omwille van de omvang, de aard en/of het gewicht niet in de recipiënt voor ophaling van het huisvuil of de daarmee gelijkgestelde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval kunnen worden aangeboden, met uitzondering van papier en karton, glas, textiel, klein gevaarlijk afval, groente -, fruit - en tuinafval, plasticverpakkingen, metaalverpakkingen en drankkartons, metalen gemengd, groenafval (waaronder snoeihout), bouw – en sloopafval, houtafval, autobanden, bruin – en witgoed en herbruikbare goederen die via het winkelkringloopcentrum kunnen worden verwijderd; E) glas : hol glas en vlak glas – ontdaan van deksels, stoppen en omwikkelingen - dat ontstaat door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit met uitzondering van vuurvaste voorwerpen, gewapend glas, kristal, opaal glas, rookglas, spiegelglas, autoruiten, plexiglas, gloeilampen, spaarlampen, TLlampen, stenen, tegels, porselein, aardewerk, beeldbuizen e.d.; a. onder hol glas worden alle glazen flessen, bokalen, glazen en andere glazen voorwerpen die in glascontainers kunnen gedeponeerd worden, verstaan; b. onder vlak glas worden alle glazen voorwerpen ontdaan van inlijstingen zoals ruiten, serreglas, stolpen en schotels die geen hol glas zijn en door hun grootte en omvang uitsluitend in open glascontainers voor vlak glas kunnen gedeponeerd worden, verstaan; F) papier en karton : alle dag-, week – en maandbladen, periodieken, regionale pers, telefoon – en faxgidsen, reclamedrukwerk, tijdschriften, publicaties, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, vervuil papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier en cementzakken, meststofzakken en sproeistofzakken en dergelijke; G) klein gevaarlijk afval van huishoudelijke oorsprong hierna K.G.A. genoemd : de afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.5.2.2.1. van de aangepaste versie van het besluit van de Vlaamse regering d.d.05/12/2003 tot vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en – beheer (VLAREA); H) groente, fruit – en tuinafval, hierna G.F.T. genoemd : organisch composteerbaar afval zoals aardappelschillen, schillen van citrus – of andere vruchten, groente – en fruitresten, eierschalen, doppen van noten, theebladeren en theezakjes, koffiedik en koffiefilters, papier van keukenrol, kleine hoeveelheden etensresten, mest van kleine huisdieren, verwelkte snijbloemen en kamerplanten, versnipperd snoeihout, haagscheersel, zaagmeel en schaafkrullen, gazonmaaisel, bladeren, onkruid en resten uit groente – en siertuin en die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding. Timmerhout, grof ongesnipperd snoeihout, beenderen, mosselschelpen, kadavers, wegwerpluiers, aarde en zand, sausen, vetten en oliën, stofzuigerzakken, assen, houtskool, kunststoffen, metalen, glazen bokalen en kattenbakvulling worden niet als G.F.T.
I)
J) K)
L)
M)
N) O)
P) Q)
R) S)
T)
beschouwd. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder organisch biologisch bedrijfsafval verstaan : alle hierboven onder H) vermelde afvalstoffen ontstaan door een met een huishouden vergelijkbare bedrijfsactiviteit. Plastic flessen en flacons, metaalverpakkingen en drankkartons, hierna P.M.D. genoemd : plastic flessen en flacons van frisdrank, water, melk, detergenten en verzorgingsproducten, metalen blikjes van bier, frisdrank en water, conservenblikken, metalen deksels en schroefdoppen van flessen en bokalen en kartonnen drankverpakkingen; metalen gemengd : alle ferro- en non-ferro metalen voorwerpen ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van K.G.A, P.M.D en A.E.E.A.; afgedankte elektrische en - elektronische apparaten (A.E.E.A.): alle afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 3.5.1. van de aangepaste versie van het besluit van de Vlaamse regering d.d. 05/12/2003 tot vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en – beheer (VLAREA) en die via de kringloopcentra voor hergebruik geschikt kunnen gemaakt worden; herbruikbare goederen : alle andere afvalstoffen dan P.M.D. en A.E.E.A. die via de kringloopcentra voor hergebruik geschikt kunnen gemaakt worden, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, brokant, speelgoed, boeken en platen en andere, die ontstaan door de werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit. groenafval : organisch composteerbaar afval zoals snoeihout, plantenresten, haagscheersel, bladeren, gazon – en wegbermmaaisel, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of normaal onderhoud van de tuin en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit. Fijn tuinafval: plantenresten, haagscheersel, bladeren en gazonmaaisel dat ontstaat door de normale werking van een particuliere huishouding of normaal onderhoud van de tuin en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit Snoeihout : alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin, met uitzondering van wortels en stronken. De diameter van elke tak of stam mag niet meer bedragen dan 10 cm. Iedere tak moet een minimale lengte hebben van 50 cm en mag slechts een maximale lengte van 2 meter hebben Textiel: alle draagbare kleding, huishoudlinnen, woningtextiel, beddengoed, oude schoenen, handtassen en lederwaren ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit Frituurolie en afgelaten motorolie: alle soorten smeerolie en/of industriële olie, op minerale of synthetische basis ontstaan door de werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit in het bijzonder afgewerkte motorolie, frituurolie, met uitzondering van grote hoeveelheden motorolie, olie met PCB’s of andere giftige stoffen. Boomstronken: alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor hergebruik; Bouwafval: Zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbest-cementplaten (o.a. Eternit) , cellenbeton (o.a. Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout en/of aarde. Sloophout: alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen, meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas, treinbilzen.
U) Kurk: alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere huishouding en/of een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels, sluitingen, tegels, wandbedekking, ….. V) containerpark : het gemeentelijk containerpark is een inrichting die tot doel heeft de gescheiden inzameling van huishoudelijke afvalstoffen mogelijk te maken met het oog op de maximale recyclage van deze stoffen; W) sluikstorten : het achterlaten van om het even welke afvalstoffen : a. op volgens dit reglement niet-reglementaire plaatsen, b. en/of op volgens dit reglement niet-reglementaire tijdstippen, c. en/of in volgens dit reglement niet-reglementaire recipiënten. X) EcoWerf: Intergemeentelijk milieubedrijf Oost-Brabant, Aarschotsesteenweg 210, 3012 Leuven, een intergemeentelijke opdrachthoudende vereniging waarmee een samenwerkingsverband is afgesloten, met beheersoverdracht. Waaronder wordt verstaan het toevertrouwen door de deelnemende gemeenten aan het samenwerkingsverband van de uitvoering van de door hen genomen beslissingen in kader van zijn doelstellingen, in die zin dat de gemeenten zich het recht ontzeggen zelfstandig of met derden dezelfde opdracht uit te voeren Afdeling 1.2. – Totale verbodsbepaling Artikel 1.2.1. §1. Onverminderd de bepalingen van dit reglement is het verboden om volgende afvalstoffen aan te bieden, noch bij om het even welke (selectieve) ophaling van huishoudelijke of hiermee gelijkgestelde afvalstoffen, noch op het containerpark : • autowrakken; • gasflessen of andere ontplofbare voorwerpen; • grond; • kabels en kettingen; • krengen van dieren; • medisch afval; • gevaarlijke afvalstoffen, zoals gedefinieerd in artikel 2.4.1. van de aangepaste versie van het besluit van de Vlaamse regering d.d.05/12/2003 tot vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en – beheer (VLAREA); • afvalwaters; • gebruikte P.C.B.’s; • slib afkomstig van de reiniging van septische putten; • de afvalstoffen die ontstaan bij het slopen van voertuigwrakken en/of bij het uitvoeren van herstellings – en/of onderhoudswerkzaamheden aan motorvoertuigen, motorvaartuigen, motorvliegtuigen en hun aanhorigheden, zoals opgesomd in artikel 2.3.1.2°van de aangepaste versie van het besluit van de Vlaamse regering d.d.05/12/2003 tot vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en – beheer (VLAREA); §2 Onverminderd de bepalingen van dit reglement is het verboden om volgende afvalstoffen aan te bieden bij om het even welke (selectieve) ophaling van huishoudelijke of hiermee gelijkgestelde afvalstoffen : • autobanden; • afbraakmateriaal van gebouwen; • puin en stenen; Afdeling 1.3 – Andere bepalingen Artikel 1.3.1. §1. Het is verboden afvalstoffen afkomstig uit andere gemeenten met om het even welke (selectieve) inzameling van huishoudelijke of vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen of recycleerbare producten mee te geven. Behoudens bij overeenkomst met een naburige
gemeente of met de intercommunale, kunnen enkel inwoners van de eigen gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark. §2. Behoudens schriftelijke toelating van de Burgemeester is het verboden om om het even welke aangeboden afvalstof mee te nemen. Alleen de ophaaldienst, daartoe aangewezen door het gemeentebestuur, is gerechtigd om afvalstoffen in te zamelen. Artikel 1.3.2. §1. Huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden zoals voorzien in dit reglement. Huishoudelijke afvalstoffen, die worden aangeboden op een wijze die niet voldoet aan de voorwaarden van dit reglement, worden niet aanvaard. De aanbieder dient de niet aanvaarde afvalstoffen nog dezelfde dag terug te nemen en te verwijderen van de openbare weg. §2. Het toezicht op de aanbieding van de huishoudelijke afvalstoffen, wordt uitgevoerd door de ophalers van de ophaaldienst die hiertoe door het gemeentebestuur aangewezen werden of door de parkwachter, in geval van inzameling van de afvalstoffen via het containerpark. §3. Indien wordt vastgesteld dat de wijze van aanbieding niet conform de bepalingen van dit reglement geschiedt, worden de afvalstoffen niet aanvaard noch meegenomen. De ophalers en parkwachters zijn gerechtigd om de aanbieder te wijzen op de foutieve aanbieding en de nodige richtlijnen te verstrekken. §4. Onverminderd de bepalingen van dit artikel, zijn de officieren van de gerechtelijke politie, de leden van lokale- en federale politie en de ambtenaren bedoeld in artikel 54 van het afvalstoffendecreet en ambtenaren bedoeld in artikel 58 van VLAREM 1, bevoegd voor het vaststellen van inbreuken op dit reglement en het opstellen van processen-verbaal. Artikel 1.3.3. §1. Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om het even welke afvalstoffen te sluikstorten. §2. Wanneer afvalstoffen achtergelaten worden op een wijze, een plaats of een tijdstip in strijd met dit reglement, is de gemeente gemachtigd ambtshalve de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen. §3. De reële kosten die gepaard gaan met het opruimen, afvoeren en verwerken van de in §2 van dit artikel genoemde afvalstoffen zullen desnoods via de rechtbank teruggevorderd worden van de persoon die de afvalstoffen achtergelaten heeft, de opdracht of toelating tot het achterlaten gegeven heeft of eigenaar van de afvalstoffen is. §4. Het is verboden slijk, zand of vuilnis dat zich voor of nabij de woning bevindt op de straten, in de greppels of in de rioolputten te vegen. Het is tevens verboden via de rioolputten of op enige andere wijze afvalstoffen in de riolering te brengen die een verstopping kunnen veroorzaken of die schadelijk kunnen zijn voor de openbare gezondheid en het leefmilieu zoals bijvoorbeeld vetten en derivaten van petroleum. Artikel 1.3.4. Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen is het verboden om het even welke huishoudelijke afvalstoffen te verbranden, zowel in open lucht als in gebouwen, behoudens wanneer het gaat om plantaardige afvalstoffen, afkomstig van het onderhoud van de eigen tuin of van eigen bedrijfslandbouwkundige werkzaamheden en dit volgens de geldende reglementen. Artikel 1.3.5. §1. De huishoudelijke afvalstoffen mogen slechts na 20.00 uur van de dag voorafgaand van de dag waarop de ophaling van de afvalstoffen zal plaatsvinden buitengeplaatst worden. §2. Het voorgeschreven recipiënt moet door de inwoners aan de rand van de openbare weg en voor betrokken perceel aangeboden worden, zonder evenwel het verkeer van voertuigen, fietsers en voetgangers te hinderen. De inwoners van wegen, plaatsen of stegen waar de wagens van de ophaaldienst niet door kunnen, of van woningen die afgelegen zijn van de
openbare weg, moeten het voorgeschreven recipiënt neerzetten op de dichtst bij hun woning gelegen straathoek die wel bereikbaar is. §3. De inwoners die de recipiënt buitenzetten, zijn verantwoordelijk voor het eventueel uitspreiden van de inhoud ervan en staan zelf in voor het opruimen. §4. Het is verboden om langs de openbare weg staande recipiënten te openen, de inhoud ervan te ledigen, een gedeelte van de inhoud eruit te halen en/of te doorzoeken, met uitzondering van het bevoegde personeel in de uitoefening van hun functie. §5. De eventueel op de recipiënten aan te brengen opschriften of zelfklevers moeten bij het buitenplaatsen naar de openbare weg gericht worden. Artikel 1.3.6. De uitbaters van drankautomaten, snackbars, frituren, ijssalons en meer algemeen alle uitbaters van inrichtingen die voedingswaren of dranken verkopen bestemd om buiten hun inrichting te gebruiken, dienen ervoor te zorgen dat behoorlijk en goed bereikbare afvalrecipiënten duidelijk zichtbaar zijn geplaatst. Zij dienen de recipiënten zelf tijdig te ledigen en de recipiënt, de standplaats en de onmiddellijke omgeving van hun inrichting rein te houden. Artikel 1.3.7. De eigenaars van honden of andere huisdieren dienen ervoor te zorgen dat zij het openbaar domein van de gemeente niet bevuilen. Artikel 1.3.8. Indien op het grondgebied van de gemeente een evenement plaatsvindt, dienen de organisatoren ervan in samenspraak met de gemeente de nodige acties te ondernemen om het afval te voorkomen en het afval selectief in te zamelen. Artikel 1.3.9. §1. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te verdelen voor 7.00 uur en na 22.00 uur. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in leegstaande panden of ze achter te laten op andere plaatsen dan in de brievenbus. §2. Door de gemeente wordt een zelfklever ter beschikking gesteld met de tekst “geen reclame drukwerk en geen gratis regionale pers a.u.b.”, die op de brievenbus kan worden gekleefd. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in de brievenbussen die voorzien zijn van deze zelfklever. HOOFDSTUK 2 – SELECTIEVE INZAMELING VAN HUISVUIL EN DE GEMENGDE FRACTIE VAN HET VERGELIJKBAAR BEDRIJFSAFVAL Afdeling 2.1. – Inzameling Artikel 2.1.1. 1. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval wordt tweewekelijks huis-aan-huis opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en Schepenen bepaalde dagen. Het herbruikbaar huisvuil kan aangeboden worden in het kringloopcentrum waarmee de gemeente een overeenkomst heeft afgesloten of in de hergebruikcontainer op het containerpark. §2. Huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval mag niet worden meegegeven met het grofvuil of een andere selectieve inzameling, inclusief containerpark, andere dan deze van huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar afval. Afdeling 2.2. – Wijze van aanbieding Artikel 2.2.1. §1. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval moeten worden verpakt en dienen gescheiden te worden aangeboden in een daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde (grijze) container van 40 l, 120 l, of 240 l. De container dient zorgvuldig gesloten te worden. Gebouwen – en/of gebouwencomplexen met meer dan 10 wooneenheden kunnen een 1100 l container ter beschikking gesteld krijgen.
§2. Het gewicht van de container mag niet groter zijn dan : • 15 kg voor een container van 40 l. • 50 kg voor een container van 120 l. • 80 kg voor een container van 240 l. §3. Per aansluitpunt en per ophaalbeurt mogen maximaal 2 containers huisvuil en/of gemengde fractie van het vergelijkbare bedrijfsafval aangeboden worden. Hiervan kan slechts om voldoende gemotiveerde redenen worden afgeweken. Deze afwijking kan enkel aangevraagd worden bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Lubbeek. §4. De container voor huisvuil / gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval, dient te worden aangeboden aan de rand van de openbare weg met het containerhandvat en de daarop aangebrachte zelfklever (met adresgegevens) gericht naar de openbare weg. Afdeling 2.3. – Gebruik van de container Artikel 2.3.1. De container wordt huis-aan-huis afgeleverd tegen ontvangstbewijs. Deze container blijft eigendom van de gemeente en wordt slechts aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de ophaling van het huisvuil / gemengde fractie van vergelijkbaar afval. Artikel 2.3.2. §1. De gebruikers zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik van de container voor huisvuil / gemengde fractie van het vergelijkbaar afval. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de huisvuilcontainer uitsluitend mag worden gebruikt voor de opslag van huisvuil / gemengde fractie van het vergelijkbaar afval en uitsluitend mag worden aangeboden op de wijze zoals voorzien in het artikel 2.2.1. §2. Ingeval van schade, diefstal of verlies, dient de gebruiker de gemeente hiervan onverwijld in kennis te stellen met het oog op de herstelling of vervanging door een nieuwe container. De kosten van herstelling of vervanging door een nieuwe container kunnen door de eigenaar van de container verhaald worden op de gebruiker, in geval van oneigenlijk gebruik. §3. De door nalatigheid of met opzet aangebrachte beschadiging van de container zal worden beboet met een boete ten bedrage van ‘10 maal het jaarlijkse bedrag voor de ter beschikkingstelling van de container vermeerderd met een bedrag van 50 EUR voor administratieve- en logistieke kost’. Artikel 2.3.3. De container dient verbonden te blijven aan het adres waar hij is geleverd. Ingeval van verhuis is het de gebruiker niet toegestaan om de container mee te nemen naar diens nieuw adres. Artikel 2.3.4. Gezinnen of inrichtingen die ten gevolge van een verhuizing geen beschikking hebben over een container kunnen via EcoWerf bij de gemeente een container bekomen. HOOFDSTUK 3 – SELECTIEVE INZAMELING VAN GROF VUIL Afdeling 3.1. – Inzameling Artikel 3.1.1. §1. Voor het verwijderen van grofvuil kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark. Daarnaast kan het grofvuil verwijderd worden via huis-aan-huis ophalingen, minimaal twee maal per jaar, al dan niet op afroep, langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en Schepenen bepaalde dagen. Het herbruikbaar grofvuil kan aangeboden worden in het kringloopcentrum waarmee de gemeente een overeenkomst heeft afgesloten of in de hergebruikcontainer op het containerpark. §2. Grofvuil mag niet worden meegegeven met het huisvuil of een andere inzameling, andere dan deze van grofvuil. Afdeling 3.2. – Wijze van aanbieding Artikel 3.2.1.
§1. Het grof vuil moet – indien nodig – stevig samengebonden worden zodat het niet kan uiteenvallen. Het mag niet in vuilniszakken of andere plastic recipiënten, kartonnen dozen of papieren zakken worden aangeboden. §2. Het grof vuil moet voorzien zijn van een zelfklever met de vermelding “GEMEENTE LUBBEEK HUISVUILOPHALING”. Deze zelfklever moet op elk afzonderlijk voorwerp of op elke samengebonden bundel worden aangebracht. De zelfklevers zijn verkrijgbaar bij de gemeente tegen een door de gemeenteraad te bepalen bedrag. §3. Het gewicht van één afzonderlijk voorwerp of samengebonden bundel mag niet hoger zijn dan 30 kg. Het grof vuil mag geen lengte, oppervlakte of volume hebben dat groter is dan respectievelijk 2 meter, 2 meter op 1 meter en 1m³. §4. Alle voorwerpen moeten zodanig verpakt worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de ophalers van de afvalstoffen. §5. Het grof vuil moet aangeboden worden in vaste vorm zonder vrije vloeistof en moet verkleinbaar zijn met een shredder. Recipiënten onder druk evenals poedervormige materialen die stofexplosies kunnen veroorzaken worden niet aanvaard. HOOFDSTUK 4 : SELECTIEVE INZAMELING VAN GLAS Afdeling 4.1. – Inzameling Artikel 4.1.1. §1. Voor het verwijderen van hol glas en vlak glas kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark. Daarnaast kan hol glas ook verwijderd worden via glascontainers die op verschillende plaatsen in de gemeente geplaatst zijn. Het gebruik van de glascontainers is uitsluitend voorbehouden aan de inwoners van de gemeente. §2. Glas mag niet worden meegegeven met het gewoon huisvuil, grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode, dan omschreven in de vorige paragraaf. Afdeling 4.2. – Wijze van aanbieding Artikel 4.2.1. Hol glas dat via glascontainers, die op verschillende plaatsen in de gemeente geplaatst zijn, verwijderd wordt, moet afhankelijk van de kleur in de daartoe voorziene glascontainers gedeponeerd worden. Artikel 4.2.2. Alle glazen voorwerpen dienen bij de aanbieding ontdaan te zijn van deksels, stoppen en omwikkelingen en dienen leeg en voldoende gereinigd te zijn. Porselein en aardewerk mogen in geen geval aangeboden worden bij de selectieve inzameling van glas. Artikel 4.2.3 §1. Het storten in de glascontainers van om het even welke andere afvalstof dan glas, is verboden. Het is verboden om naast de glascontainers lege of volle dozen, kratten, zakken, glas of andere voorwerpen achter te laten. §2. Het is verboden glas te storten in de glascontainers tussen 22.00 en 07.00 uur. §3. Elke vorm van sluikreclame of informatie aangebracht op deze glasbakken is verboden. HOOFDSTUK 5 : INZAMELING VAN PAPIER EN KARTON Afdeling 5.1. – Inzameling Artikel 5.1.1. §1. Voor het verwijderen van papier en karton kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark. Daarnaast kan papier en karton ook verwijderd worden via maandelijkse huis-aan-huis-ophalingen langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en Schepenen bepaalde dagen. Voor de ophalingen van papier en karton kan de gemeente beroep doen op de verenigingen volgens de voorwaarden zoals bepaald door het College van Burgemeester en Schepenen.
§2. Papier en karton mag niet worden meegegeven met het huisvuil, grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode, dan omschreven in de vorige paragraaf. Het mag ook niet worden aangewend als recipiënt voor andere afvalstoffen. Afdeling 5.2. – Wijze van aanbieding Artikel 5.2.1. §1. Het papier en karton moet voor de huis-aan-huis-ophalingen bij voorkeur verpakt worden in kartonnen dozen of desgevallend samengebonden met natuurtouw worden aangeboden. Het papier en karton mag niet in een ander verpakkingsmateriaal dan papier of karton worden aangeboden. §2. Het gewicht van één baal papier en karton mag niet hoger zijn dan 15 kg. HOOFDSTUK 6 : SELECTIEVE INZAMELING VAN KLEIN GEVAARLIJK AFVAL Afdeling 6.1. – Inzameling Artikel 6.1.1. §1. Het K.G.A. wordt ingezameld via een inrichting voor het opslaan en sorteren van K.G.A. aansluitend of behorend bij het containerpark tijdens de normale openingsuren . §2. K.G.A. mag niet worden meegegeven met het gewoon huisvuil, grof huisvuil of een andere selectieve ophaalmethode dan omschreven in de vorige paragraaf … Artikel 6.1.2. Bedrijfsafvalstoffen worden evenmin aanvaard als K.G.A. bij de inzameling via de inrichting voor het opslaan en sorteren van K.G.A., aansluitend of behorend bij het containerpark. Afdeling 6.2. – Wijze van aanbieding Artikel 6.2.1 Het K.G.A. moet, tenzij het fysisch onmogelijk of niet aangewezen is, afzonderlijk van andere afvalstoffen worden aangeboden. Hiervoor stelt de gemeente per gezin een milieubox ter beschikking. Artikel 6.2.2. Het achterlaten op het trottoir of op de openbare weg van de milieubox is verboden. Artikel 6.2.3. Het aangeboden K.G.A. wordt zoveel mogelijk in de oorspronkelijke verpakking, inclusief buitenverpakking, aangeboden om de identificatie te vereenvoudigen en indien nodig brengt de voortbrenger zelf aanduidingen over de aard, de samenstelling en de eventuele gevaren van het K.G.A. op de verpakking aan. Producten van verschillende aard mogen niet worden samengevoegd en tevens dient de verpakking van elk afzonderlijk product te worden aangepast om lekken of andere ongewenste effecten te voorkomen. Artikel 6.2.4. §1. De afgifte van K.G.A. gebeurt in aanwezigheid en onder toezicht van een door de vergunninghouder aangesteld persoon. Deze aangestelde verantwoordelijke persoon heeft ten allen tijde het recht om de identiteit van de persoon die het K.G.A. aanbrengt te controleren. §2. Het K.G.A. dat wordt aangeboden op het containerpark wordt door de parkwachter in de inrichting aansluitend bij het containerpark gedeponeerd. De aanbieder mag dit niet zelf doen. Dit geldt niet voor de motorolie of frituurolie en vetten die op een containerpark worden aangeboden, waar de aanbieder zelf deze soorten K.G.A. in de daarvoor bestemde recipiënten dient over te gieten of te deponeren. Afdeling 6.3. – Gebruik van de milieubox Artikel 6.3.1. De milieubox is eigendom van het Vlaams Gewest. De gebruikers zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het gebruik van de milieubox dat dient te geschieden overeenkomstig de bepalingen dan dit reglement. Bijgevolg mogen alleen de afvalstoffen, vermeld in artikel 5.5.2.1.van de aangepaste versie van het besluit van de Vlaamse regering d.d.05/12/2003 tot
vaststelling van het Vlaams Reglement inzake afvalvoorkoming en – beheer (VLAREA);, worden aangeboden in de milieubox. Artikel 6.3.2. De milieubox moet verbonden blijven aan het adres waar hij is afgeleverd. In geval van verhuizing is het de gebruiker niet toegestaan om de milieubox mee te nemen naar diens nieuw adres. HOOFDSTUK 7 : SELECTIEVE INZAMELING VAN GROENTE – FRUIT- EN TUINAFVAL EN ORGANISCH BIOLOGISCH VERGELIJKBAAR BEDRIJFSAFVAL Afdeling 7.1. – Inzameling Artikel 7.1.1. §1. Het G.F.T.-afval en organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval wordt om de twee weken opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en Schepenen bepaalde dagen. §2. Het G.F.T.-afval en het organisch biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval mogen niet meegegeven worden met het huisvuil, het grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode, inclusief containerpark, dan omschreven in de vorige paragraaf. §3. Verontreinigd G.F.T. en organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval worden niet aanvaard bij de selectieve inzameling. Afdeling 7.2. – Wijze van aanbieding Artikel 7.2.1. §1. Het G.F.T.-afval en het organisch - biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval moeten afzonderlijk van andere afvalstoffen worden aangeboden in een daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde (groene) “G.F.T.-container” van 40 l, 120 l, 240l. Gebouwen en/of gebouwencomplexen met meer dan 10 wooneenheden kunnen een 1100 l container ter beschikking krijgen. Artikel 7.2.2. §1. Het gewicht van de container mag niet groter zijn dan : • 15 kg voor een container van 40 l. • 50 kg voor een container van 120 l. • 80 kg voor een container van 240 l. §2. Per aansluitpunt en per ophaalbeurt mogen maximaal 2 containers G.F.T.-afval en/of organisch – biologisch bedrijfsafval worden aangeboden. Hiervan kan slechts om voldoende gemotiveerde redenen worden afgeweken. Deze afwijking kan enkel aangevraagd worden bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Lubbeek. §3. De container voor G.F.T. en/of organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval, dient te worden aangeboden aan de rand van de openbare weg met het containerhandvat en de zelfklever (met adresgegevens) gericht naar de openbare weg. Afdeling 7.3. – Gebruik van de G.F.T.-container Artikel 7.3.1. De G.F.T.-container wordt huis-aan-huis afgeleverd tegen ontvangstbewijs. Deze G.FT.container blijft eigendom van de gemeente en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de G.F.T.-ophaling en/of ophaling van organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval. Artikel 7.3.2. §1. De gebruikers zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik van de G.F.T.-container. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de G.F.T.-container uitsluitend mag gebruikt worden voor de opslag van G.F.T.-afval en organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval en uitsluitend mag worden aangeboden op de wijze zoals voorzien in de artikels 7.2.1. en 7.2.2. van dit reglement. §2. In geval van schade, diefstal of verlies dient de gebruiker de gemeente hiervan onverwijld in kennis te stellen met het oog op de herstelling of de vervanging door een nieuwe G.F.T.-
container. De kosten van herstelling of vervanging kunnen door de eigenaar van de G.F.T.container verhaald worden op de gebruiker, in geval van oneigenlijk gebruik. §3. De door nalatigheid of met opzet aangebrachte beschadiging van de container kan worden beboet met een boete ten bedrage van ‘10 maal het jaarlijkse bedrag voor de ter beschikkingstelling van de container vermeerderd met een bedrag van 50 EUR voor administratieve- en logistieke kost’.. Artikel 7.3.3. De G.F.T.-container dient verbonden te blijven aan het adres waar hij is geleverd. Ingeval van verhuizing is het de gebruiker niet toegestaan om de G.F.T.-container mee te nemen naar diens nieuw adres. Artikel 7.3.4. Gezinnen of inrichtingen die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de gemeente geen beschikking hebben over een G.F.T. container kunnen via EcoWerf bij de gemeente een G.F.T.-container bekomen. HOOFDSTUK 8 : SELECTIEVE INZAMELING VAN PLASTIEK, METAAL EN DRANKKARTONS Afdeling 8.1. - Inzameling Artikel 8.1.1. §1. Voor het verwijderen van P.M.D. kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark. Daarnaast kan het P.M.D. ook verwijderd worden via tweewekelijkse huis-aan-huis-ophalingen langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van burgemeester en Schepenen bepaalde dagen. §2. P.M.D. mag niet worden meegegeven met het gewoon huisvuil, grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode, dan omschreven in de vorige paragraaf. Afdeling 8.2. – Wijze van aanbieding Artikel 8.2.1. §1. Het P.M.D.-afval moet aangeboden worden in speciaal daartoe bestemde kunststof zakken. Deze zakken zijn verkrijgbaar bij de gemeente tegen een door de gemeenteraad te bepalen bedrag. §2. De verschillende fracties van het P.M.D.-afval mogen gemengd in de daartoe bestemde zakken worden aangeboden. §3. Het gewicht van één zak P.M.D.-afval mag niet hoger zijn dan 10 kg en de zak moet volledig gesloten worden aangeboden. §4. Het aangeboden P.M.D.-afval mag niet worden meegegeven met het huisvuil, grofvuil of een andere selectieve inzameling, andere dan deze dan P.M.D. –afval. HOOFDSTUK 9 : SELECTIEVE INZAMELING VAN METALEN GEMENGD Afdeling 9.1. - Inzameling Artikel 9.1.1. §1. De “metalen gemengd” worden twee maal per jaar, al dan niet op afroep, opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en Schepenen bepaalde dagen. Daarnaast kunnende “metalen gemengd” verwijderd worden via het gemeentelijk containerpark. §2. Witgoed mag niet worden meegegeven met de “metalen gemengd”. §3. “Metalen gemengd” mogen niet meegegeven worden met het huisvuil, grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode dan omschreven in §1. van dit artikel. Artikel 9.1.2. De afvalstoffen van ambachtelijke en handelsactiviteiten kunnen niet meegegeven worden met de ophaling van “metalen gemengd”. Afdeling 9.2. – Wijze van aanbieding Artikel 9.2.1. §1. De “metalen gemengd” moeten los worden aangeboden en mogen niet worden verpakt in vuilniszakken, kartonnen dozen of papieren zakken.
§2. Het gewicht van één afzonderlijk voorwerp of samengebonden bundel mag niet hoger zijn dan 30 kg. Het oude metaal mag geen lengte, oppervlakte of volume hebben dat groter is dan resp. 2 meter, 2 meter op 1 meter en 1 m³. §3. Alle voorwerpen moeten zodanig verpakt worden dat ze geen gevaar opleveren voor de ophalers van de afvalstoffen. HOOFDSTUK 10 : GROENAFVAL Afdeling 10.1. - Inzameling Artikel 10.1.1. §1. Voor het verwijderen van snoeihout kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark; waar het kan worden verhakseld. Daarnaast wordt het snoeihout, al dan niet op afroep, twee maal per jaar huis-aan-huis opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door College van Burgemeester en Schepenen bepaalde dagen. §2. Voor het verwijderen van fijn tuinafval, met name plantenresten, gazonmaaisel, en haagscheersel en de bladeren, kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark. Daarnaast wordt fijn tuinafval toegelaten in de GFT-container §3. Groenafval mag niet worden meegegeven met het huisvuil, grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode dan omschreven in paragraaf 1 en 2. §4. Verontreinigd GFT-afval en organisch – biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval worden niet aanvaard bij de selectieve ophaling Afdeling 10.2 – Wijze van aanbieding Artikel 10.2.1. §1. Het snoeihout moet in bundels van maximum 25 kg worden gedeponeerd langs de rand van de openbare weg. Het mag niet in vuilniszakken, kartonnen dozen of papieren zakken worden aangeboden. §2. Bij het aangeboden snoeihout mag de diameter van elke tak of stam niet meer bedragen dan 10 cm. Iedere tak moet een minimale lengte hebben van 50 cm en mag slechts een maximale lengte van 2 meter hebben. §3. Fijn tuinafval kan aangeboden worden bij de huis-aan-huis ophaling van GFT zoals omschreven in hoofdstuk 7 van dit reglement. HOOFDSTUK 11 : AFGEDANKTE ELEKTRISCHE EN –ELEKTRONISCHE APPARATEN, HERBRUIKBARE GOEDEREN EN TEXTIEL Afdeling 11.1. – Inzameling Artikel 11.1.1 afgedankte elektrische en –elektronische apparaten §1. Voor de inzameling van afgedankte elektrische en –elektronische apparaten kan een beroep gedaan worden op het door de administrateur van de OVAM erkend kringloopcentrum SPIT, werkzaam in de gemeente. Deze inzameling kan gebeuren op aanvraag van de aanbieder. Daarnaast kunnen afgedankte elektrische en –elektronische apparaten verwijderd worden via het gemeentelijk containerpark. §2. Vanaf 1 juli 1999 mogen afgedankte elektrische en –elektronische apparaten niet meer meegegeven worden met het huisvuil, grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode dan omschreven in §1. van dit artikel. Artikel 11.1.2. Herbruikbare goederen §1. Herbruikbare goederen die niet behoren tot afgedankte elektrische en –elektronische apparaten worden eveneens ingezameld door het kringloopcentrum SPIT, werkzaam in de gemeente. Het staat het kringloopcentrum vrij om aangeboden herbruikbare goederen te weigeren indien deze niet dienstig zijn voor het kringloopcentrum. In dit geval mogen de door het kringloopcentrum geweigerde herbruikbare goederen meegegeven worden met het huisvuil, grof vuil of metalen gemengd. §2. Herbruikbare goederen mogen niet meegegeven worden met een andere selectieve ophaalmethode dan omschreven in §1. van dit artikel.
§3. Het telefoonnummer van het kringloopcentrum is terug te vinden via het gemeentelijk informatieblad en via de gemeentelijke diensten. Artikel 11.1.3 Textiel §1. Voor het verwijderen van textiel kunnen de inwoners van de gemeente terecht op het gemeentelijk containerpark. Daarnaast kan textiel ook verwijderd worden via textielcontainers die op verschillende plaatsen in de gemeente geplaatst zijn. Via ophaling op afroep, zelf brengen of via de 4 maal per jaar georganiseerde textielophaling georganiseerd door een textielinzamelaar, erkend door OVAM waarmee de gemeente een schriftelijke overeenkomst afsloot , langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door het College van Burgemeester en Schepenen bepaalde dagen. §2. Textiel mag niet worden meegegeven met het gewoon huisvuil, grofvuil of een andere selectieve ophaalmethode, dan omschreven in de vorige paragraaf. §3. De inzameling van textiel zoals beschreven in §1 is enkel bedoeld voor herbruikbaar huishoudelijk textielafval, alle kledij (textiel en lederwaren), schoeisel, handtassen, beddengoed, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen tafelkleden, servetten), lompen, … . Vuile en besmeurde kleding, spullen die onder verf of olie zitten, groezelige tapijten, alle andere afval horen hier niet thuis. Afdeling 11.2. Wijze van aanbieding Artikel 11.2.1.huis-aan-huis inzameling van textiel §1. De inzameling van textiel huis-aan-huis gebeurt door erkende textielinzamelaars, erkend door OVAM waarmee de gemeente een schriftelijke overeenkomst afsloot. §2. Bij de huis-aan-huis inzameling van textiel wordt gebruik gemaakt van het door de erkende textielinzamelaar, erkend door OVAM waarmee de gemeente een schriftelijke overeenkomst afsloot ter beschikking gestelde recipiënt (zak). Deze zak wordt gebruikt om herbruikbaar textiel in te zamelen. . §3. Deze zak met herbruikbaar textiel dient op een duidelijk zichtbare plaats langs de openbare weg geplaatst op de dag van de inzameling. Artikel 11.2.2. inzameling van textiel via textielcontainers en via het gemeentelijk containerpark §1. De inzameling van textiel via textielcontainers gebeurt door erkende textielinzamelaars, erkend door OVAM waarmee de gemeente een schriftelijke overeenkomst afsluit. §2. Dit geldt voor alle textielcontainers op gemeentelijk grondgebied en op private terreinen, dus ook voor de inzameling van textiel via het gemeentelijk containerpark. §3. Het storten in de textielcontainers van om het even welke andere afvalstof dan textiel, is verboden. Het is verboden om naast de textielcontainers lege of volle dozen, kratten of andere voorwerpen achter te laten, sluikstorten en/of storten van ander afval in de containers zal bestraft worden §4. Elke vorm van sluikreclame of informatie aangebracht op deze textielcontainers is verboden. HOOFDSTUK 12 : HET GEMEENTELIJK CONTAINERPARK Afdeling 12.1. - Algemene bepalingen Artikel 12.1.1. Het gemeentelijk containerpark is gelegen te 3210 Lubbeek, Bollenberg z/n (nabij de centrale begraafplaats). Artikel 12.1.2. §1 Het gemeentelijk containerpark is toegankelijk voor de particuliere inwoners van de gemeente. De afvalstoffen van ambachtelijke en handelsactiviteiten kunnen naar het gemeentelijk containerpark worden gebracht, in zoverre de aangevoerde afvalstoffen qua aard, omvang en hoeveelheid vergelijkbaar zijn met huishoudelijke afvalstoffen. §2 Het containerpark is geopend op de volgende door het College van Burgemeester en Schepenen bepaalde data en openingsuren.
Maandag gesloten Dinsdag tot vrijdag 12u30 –19u30 Zaterdag 9u – 16u30 Buiten de openingsuren is het containerpark niet toegankelijk voor personen die niet tot het gemeentepersoneel behoren. Afdeling 12.2. - Gebruik van het containerpark Artikel 12.2.1. Op het gemeentelijk containerpark mogen de hierna vermelde, vooraf maximaal gesorteerde, huishoudelijke en gelijkgestelde afvalstoffen worden aangeboden. De afvalstoffen mogen slechts na goedkeuring van de aanwezige parkwachter, enkel in de daartoe voorbestemde en van duidelijke vermelding voorziene container, recipiënt of opslagruimte gedeponeerd worden. De parkwachter heeft het recht alle maatregelen te nemen voor de controle van de aangeboden afvalstoffen en kan hiertoe de recipiënten laten openen en ledigen. Indien hij zijn goedkeuring niet geeft aan de verwijdering van de aangeboden afvalstoffen via het containerpark, dient de aanbieder deze terug mee te nemen om ze op een andere verantwoorde manier te verwijderen. 1° Papier en karton + Enkel papier en karton, zoals gedefinieerd in artikel 1.1.1. van dit reglement, wordt aanvaard. 2° Glas + Enkel glazen voorwerpen, zoals gedefinieerd in artikel 1.1.1. van dit reglement, worden aanvaard. Het glas moet afhankelijk van de kleur in de daartoe voorziene containers worden gedeponeerd. Vlak glas, serreglas en rookglas moeten in de container voor vlak glas gedeponeerd worden. 3° Bouw- en sloopafval + Worden aanvaard : zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten, asfalt van wegen en opritten, dakpannen en golfplaten. - Worden niet aanvaard : grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas en hout, grond en afvalstoffen die vrije asbestvezels bevatten. 4° P.M.D. + Enkel de plastiek- en metaalverpakkingen en drankkartons, zoals gedefinieerd in artikel 1.1.1. van dit reglement worden aanvaard. - Alle aangeboden kartonnen drankverpakkingen moeten leeg, uitgespoeld en platgedrukt aangeboden worden. 5° Textiel en lederwaren + Alle kleding, huishoudlinnen, beddengoed (in casu lakens en dekens), oude schoenen, handtassen en lederwaren mogen worden aangeboden. 6° Metalen gemengd + Enkel de ‘metalen gemengd’, zoals gedefinieerd in artikel 1.1.1. van dit reglement worden aanvaard. - Worden niet aanvaard : gewapend beton, knalpotten, batterijen. 7° Oliën en vetten + Worden aanvaard : afgewerkte motorolie van particulieren, frituurolie en vetten. - Worden niet aanvaard : grote hoeveelheden motorolie, olie met PCB's of andere giftige stoffen. 8° Snoeihout + Worden aanvaard : alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin. Worden niet aanvaard : dood hout zoals houten vensterlijsten, afvalhout van bouwwerven geverfd hout, hout vermengd met ijzer en andere materialen, gazonmaaisel, G.F.T-afval. 9° Boomstronken
+ Boomstronken worden aanvaard met een maximum van 10 stuks. 10° Klein Gevaarlijk Afval + Enkel K.G.A. zoals gedefinieerd in artikel 1.1.1. van dit reglement wordt aanvaard. 11° Grof vuil + Enkel grof vuil zoals gedefinieerd in artikel 1.1.1. van dit reglement wordt aanvaard. 12° Herbruikbare goederen +Enkel herbruikbare goederen zoals gedefinieerd in artikel 1.1.1. van dit reglement worden aanvaard. 13° Groenafval Enkel klein tuinafval zoals gras, bladeren en snoeihout wordt aanvaard. 14° Houtafval + Worden aanvaard : dood hout zoals houten vensterlijsten en afvalhout van bouwwerven. - Worden niet aanvaard : geverfd hout, hout vermengd met ijzer en andere materialen 15° Piepschuim en folies + enkel wit piepschuim wordt aanvaard. + enkel zuivere folies worden aanvaard. Artikel 12.2.2. Tijdens de openingsuren is het containerpark permanent onder toezicht van de dienstdoende verantwoordelijke parkwachter. De parkwachter is gelast met het toezicht op het gebruik van het containerpark en de registratie van de bezoekers. Artikel 12.2.3. §1. Het is de parkwachter toegestaan de aanvoerders van afvalstoffen buiten de omheining te laten wachten indien er zich reeds te veel mensen op het containerpark bevinden en in functie van een goede verkeersregeling op het containerpark. §2. Kinderen jonger dan 12 jaar dienen vergezeld te worden door een begeleider. §3. Het is verboden dieren te laten rondlopen op het containerpark. Artikel 12.2.4. De afvalstoffen mogen door de particulieren gratis worden aangeboden behalve grof vuil, houtafval, groenafval, snoeihout, bouw-en sloopafval en boomstronken. Artikel 12.2.5. De afvalstoffen dienen zoveel mogelijk gesorteerd te worden aangeboden, teneinde de verblijfsduur van de bezoekers op het terrein te beperken. De snelheid is beperkt tot 5 km/uur. De motor dient stilgelegd te worden bij het lossen van de afvalstoffen. De bezoekers en de ophalers zijn ertoe gehouden de aanwijzingen van de parkwachter te volgen. Artikel 12.2.6. § 1. De gebruikers van het containerpark moeten de omgeving van de containers en de overige ruimte van het terrein steeds zo rein mogelijk houden. Gebeurlijk kunnen zij door de parkwachter verzocht worden het door hen bevuilde terrein te reinigen. § 2. Tijdens de sluitingsuren van het containerpark is het verboden om afval te deponeren voor de toegangspoorten of over de omheining op het containerpark te gooien. Dergelijke handelingen worden gelijkgesteld met sluikstorten Artikel 12.2.7. Op het containerpark is het verboden te roken of op enige andere wijze vuur te maken. Het is verboden om enige beschadiging aan te brengen aan de omheining, containers, gebouwen, beplantingen of uitrusting. HOOFDSTUK 13 : SLOTBEPALINGEN Artikel 13.1. Het politiereglement betreffende de ophaling van huishoudelijke afvalstoffen, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 27/02/2002 wordt opgeheven. Artikel 13.2 :
Dit gemeentelijk politiereglement is geldig, onverminderd de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne. Artikel 13.3. De inbreuken op dit reglement worden gestraft met politiestraffen, voor zover wetten, decreten, algemene of provinciale verordeningen, op dit vlak geen andere straffen voorzien. Artikel 13.4. Dit reglement zal bekend gemaakt worden overeenkomstig artikel 112 en 114 van de Nieuwe Gemeentewet. Artikel 13.5. Een eensluidend afschrift van dit reglement zal in drievoud worden overgezonden aan de heer gouverneur voor kennisgeving aan de bestendige deputatie en conform artikel 119 van de nieuwe gemeentewet aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg, aan de griffie van de politierechtbank. Ter kennisgeving zal eveneens een afschrift worden toegezonden aan OVAM en het bestuur milieu-inspectie (AMINAL). Uitslag der stemming: 15 ja- 8 onthoudingen. Raadslid Vanoyenbrugge stelt dat het politiereglement nodig is en dat men principieel niet tegen diftar is. Het raadslid wist er echter op dat de CD&V-fractie niet akkoord gaat met de manier waarop Lubbeek het invoert, o.a. het niet afschaffen van het vast recht en het verwerven van meerinkomsten via diftar vanaf 2006. Raadslid Van Coppenolle onthoudt zich ook omdat de bepalingen van bruin- en witgoed zoals voorgesteld door de commissie niet in een nieuwe versie zijn opgenomen. 11.
GRONDGEBIEDZAKEN - MILIEU - GEMEENTELIJK EROSIEBESTRIJDINGSPLAN , GOEDKEURING Raadslid Van Coppenolle vindt het een zeer lijvig document waarvan de uitvoering zeer veel gaat kosten, ook al gaat het maar om een fractie. Het raadslid vraagt of men bereid is daar voldoende budget voor uit te trekken. Hij wijst er ook nog op dat hij aan het college een kopie van het plan heeft gevraagd, hetgeen men geweigerd heeft. Raadslid Godfroid brengt naar voor dat er een hoge mate van operationaliteit in verwerkt is, maar dat in het proces zelf elementen zitten die niet beheersbaar zijn, maar afhankelijk van de good-will van de landbouwers. Het raadslid doet het concreet voorstel om in de loop van de uitvoering van het plan indicatoren af te spreken die om de 6 maanden gemeten worden zodat de evolutie van het proces wordt weergegeven. Het raadslid stelt ook voor dat er een erosieparagraaf gehanteerd wordt bij eventuele bestemmingswijziging van andere gronden. Gelet op het decreet van 21/10/1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu inzonderheid op artikel 45 en 46; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10/10/2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17/05/1999 van de raad van 17/05/1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling, inzonderheid op artikel 8; Gelet op het Ministerieel besluit d.d. 18/12/2003 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 10/10/2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17/05/1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 11/06/2004 houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 10/10/2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17/05/1999 van de raad van 17/05/1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling;
Gelet op het Ministerieel besluit d.d. 11/06/2004 houdende wijziging van het Ministerieel besluit d.d. 18/12/2003 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 10/10/2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17/05/1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling; Gelet op het Ministerieel besluit d.d. 17/06/2004 tot wijziging van bijlage VI van het Ministerieel besluit d.d. 18/12/2003 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 10/10/2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17/05/1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling; Gelet op de goedkeuring van de definitieve aanvraag van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Land, voor het bekomen van toelagen voor het opmaken van een gemeentelijk erosiebestrijdingsplan, d.d. 13/12/2002; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen dd. 09/07/2002 met betrekking tot het voorleggen van het plan aan de administratie binnen de 2 jaar na de dag waarop beslist is tot het verlenen van de subsidie. Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 28/08/2002 houdende vaststelling van de voorwaarden en de wijze van gunnen, zijnde een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Gelet op de beslissing van het schepencollege in zitting van 17/09/2002 betreffende de opmaak vaneen erosiebestrijdingsplan, onderhandelingsprocedure; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 19/11/2002 betreffende de aanstelling van IGO-vzw, Aarschotsesteenweg 212, 3010 Leuven voor de opmaak van een gemeentelijk erosiebestrijdingsplan voor een totaal bedrag van 43.608,00 EUR excl. BTW; Gelet op het aanbod van de Vlaamse overheid om beheersovereenkomsten af te sluiten tussen landbouwers en de Vlaamse Landmaatschappij met het doel de natuur in stand te houden en/of te ontwikkelen en waarbij de gemeenten tot 30% kunnen toevoegen om de landbouwers extra te stimuleren; Gelet op de subsidiemogelijkheden van de Administratie Land- en Tuinbouw (ALT) waarbij een aantal teelttechnische ingrepen kunnen gesubsidieerd worden, inzonderheid de vergoeding voorzien voor groenbedekking; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 07/12/2001 houdende de subsidiëring van de kleinschalige erosiebestrijdingsmaatregelen die door de gemeente uitgevoerd worden; Overwegende dat het naast het aanbod van de Vlaamse overheid wenselijk is aanvullende financiële tegemoetkomingen te voorzien voor brongerichte erosiebestrijdende maatregelen; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 25/02/2004 houdende de goedkeuring van het subsidiereglement erosiebestrijding; Gelet op het aanbod van de Vlaamse overheid om beheersovereenkomsten af te sluiten tussen landbouwers en de Vlaamse Landmaatschappij met het doel de natuur in stand te houden en/of te ontwikkelen en waarbij de gemeenten tot 30% kunnen toevoegen om de landbouwers extra te stimuleren; Overwegende dat er vanuit de gemeente een aanvullende financiële tegemoetkoming wordt voorzien voor grasranden langs holle wegen en waterlopen; Overwegende dat de VLM voorstelt een protocol van samenwerking te onderschrijven om praktische werkafspraken te maken; Gelet op de beslissing van het schepencollege d.d. 30/03/2004 betreffende de goedkeuring van het protocol tussen de Vlaamse Landmaatschappij enerzijds en de gemeente Lubbeek anderzijds zoals gevoegd in bijlage en het protocol tussen de Vlaamse Landmaatschappij enerzijds en de gemeente Lubbeek anderzijds voor te leggen aan de Vlaamse
Landmaatschappij, Centrale Directie, Beheersovereenkomsten, Gulden-Vlieslaan 72, 1060 Brussel ter ondertekening; Gelet op de beslissing van het schepencollege d.d. 04/05/2004 betreffende de goedkeuring van het protocol tussen de Vlaamse Landmaatschappij enerzijds en de gemeente Lubbeek anderzijds zoals gevoegd in bijlage en het protocol tussen de Vlaamse Landmaatschappij enerzijds en de gemeente Lubbeek anderzijds voor te leggen aan de Vlaamse Landmaatschappij, Centrale Directie, Beheersovereenkomsten, Gulden-Vlieslaan 72, 1060 Brussel ter ondertekening; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 25.02.2004 betreffende het subsidiereglement erosiebestrijding; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 25.02.2004 betreffende het addendum voor de opmaak van beheersovereenkomsten met landbouwers inzake erosiebestrijding bij het contract voor de opmaak van een gemeentelijk erosiebestrijdingsplan met IGO Leuven; Gelet op de beslissing van het schepencollege in zitting van 30/03/2004 betreffende de goedkeuring van het protocol tussen de VLM en de gemeente Lubbeek Gelet op het ontwerpeindrapport erosiebestrijdingsplan van de gemeente Lubbeek, overgemaakt d.d. 05/04/2004 door IGO-Leuven aan het college van burgemeester en schepenen; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 20/04/2004 waarbij kennis werd genomen van het ontwerpeindrapport erosiebestrijdingsplan van de gemeente Lubbeek, overgemaakt d.d. 05/04/2004 door IGO-Leuven aan het college van burgemeester en schepenen en waarbij beslist werd het ontwerpeindrapport erosiebestrijdingsplan van de gemeente Lubbeek over te maken aan AMINAL de Afdeling Land, Chrysalis-gebouw, wetstraat 34-36, 1040 Brussel, met de vraag om advies te verlenen; Gelet op het schrijven van IGO Leuven d.d. 17/05/2004 betreffende eerste schijf van 50 % voor de opmaak van het gemeentelijk erosiebestrijdingsplan ten bedrage van 26.382,84 EUR BTW incl.; Gelet op het verslag betreffende de opmaak van het gemeentelijk erosiebestrijdingsplan, eerste schijf van 50 %, ten bedrage van 21.804,00 EUR excl. BTW + 4.578,84 EUR BTW = 26.382,84 EUR incl. BTW, d.d. 08/06/2004, opgemaakt door Bruno Van Horenbeek, milieuambtenaar; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 15/06/2004 houdende goedkeuring van het verslag betreffende de opmaak van het gemeentelijk erosiebestrijdingsplan, eerste schijf van 50 %, ten bedrage van 21.804,00 EUR excl. BTW + 4.578,84 EUR BTW = 26.382,84 EUR incl. BTW, d.d. 08/06/2004 voor de uitbetaling eerste schijf van 50 % aan IGO-Leuven; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 07/12/2004 houdende kennisname van het schrijven van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap betreffende de goedkeuring van het gemeentelijk erosiebestrijdingsplan; Gelet op het schrijven van IGO-Leuven d.d. 17/12/2004 betreffende het definitieve erosiebestrijdingsplan van de gemeente Lubbeek, zoals het werd goedgekeurd door de afdeling Land van AMINAL met als bijlage: Een afgedrukt exemplaar van de teksten van het erosiebestrijdingsplan ( 7 hoofdstukken) Een afgedrukt exemplaar van alle kaarten in een kaartenbundel Een digitale versie van de teksten en de kaarten zodat de betrokken diensten binnen de gemeente het erosiebestrijdingsplan onbeperkt kunnen raadplegen. De kaarten worden op zo’n manier geleverd dat ze binnen en buiten een GIScomputerprogramma kunnen ingelezen worden; Gelet op het advies van de landbouwraad in zitting van 12/01/2005; Gelet op het advies van de Milieuadviesraad in zitting van 13/01/2005; Gelet op het advies van de commissie grondgebonden materies d.d. 18/01/2005;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; BESLUIT: Enig artikel: Het Gemeentelijk erosiebestrijdingsplan zoals gevoegd in bijlage wordt goedgekeurd. Uitslag der stemming: 20 ja – 3 onthoudingen Raadslid Van Coppenolle motiveert zijn onthouding wegens de weigering om een kopie van het plan te krijgen. 12.
GRONDGEBIEDZAKEN - MILIEU - HET ADDENDUM VOOR DE OPMAAK VAN BEHEERSOVEREENKOMSTEN MET LANDBOUWERS INZAKE EROSIEBESTRIJDING BIJ HET CONTRACT VOOR DE OPMAAK VAN EEN GEMEENTELIJK EROSIEBESTRIJDINGSPLAN MET IGO-LEUVEN Gelet op het schrijven van IGO-Leuven d.d.28/12/2004 betreffende subsidie-aanvragen kleine ingrepen en bezoeken landbouwers; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen betreffende het ter goedkeuring voorleggen aan de gemeenteraad d.d. 26/01/2005 betreffende het toekennen van een bijkomende vergoeding voor beheersovereenkomsten; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 28/12/2004 houdende de goedkeuring van 6 ingediende erosiebestrijdingsdossiers; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 19/11/2002 betreffende de aanstelling van IGO-Leuven om een erosiebestrijdingsplan op te maken en hierbij specifieke terreinkennis en contacten met de landbouwers opgebouwd worden; Overwegende dat IGO Leuven reeds vijf jaar ervaring heeft met het opstellen van overeenkomsten erosiebestrijding met landbouwers en dit in verschillende gemeenten van het arrondissement Leuven; Overwegende de in 2004 goedgekeurde besluiten van de Vlaamse overheid waarin Vlaamse subsidies voor de landbouwers die aan erosiebestrijding willen doen worden voorgesteld , te weten het 'Ministerieel besluit houdende de wijziging van het ministerieel besluit van 18 december 2003 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling', goedgekeurd op 11 juni 2004 en het 'Besluit van de Vlaamse regering houdende de wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling', goedgekeurd op 11 juni 2004; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 28/12/2004 houdende de goedkeuring van 6 ingediende erosiebestrijdingsdossiers voor het jaar 2004; Overwegende dat in 2005 naar schatting 16 geïnteresseerde landbouwers individueel zullen bezocht worden; Overwegende dat hieromtrent een overeenkomst dient afgesloten te worden met IGOLeuven; Gelet op het advies van de landbouwraad in zitting van 12/01/2005; Gelet op het advies van de milieuadviesraad in zitting van 13/01/2005; Gelet op het advies van de commissie grondgebonden materies d.d. 18/01/2005; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; BESLUIT: Artikel 1: Het addendum voor de opmaak van beheersovereenkomsten met de landbouwers inzake erosiebestrijding bij het contract voor de opmaak van een gemeentelijk erosiebestrijdingsplan met IGO-Leuven wordt goedgekeurd.
Artikel 2: De in artikel 1 bedoelde opdracht omvat: 1. persoonlijk bedrijfsbezoek geïnteresseerde landbouwers 2. toetsing voorgestelde maatregelen aan erosiebestrijdingsplan 3. opmaak aanvraagdossiers voor subsidies incl. kaarten 4. overmaken aanvraagdossiers aan desbetreffende overheden 5. technische ondersteuning nieuwe machines 6. stimuleren uitwisseling landbouwmachines tussen landbouwers 7. inhoudelijke uitwisseling tussen landbouwers onderling bevorderen 8. opmaak eindoverzicht voor de gemeente Artikel 3: De in artikel 1 bedoelde opdracht wordt geraamd op 4.992,00 EUR voor het jaar 2005 en is voorzien in de begroting 2005 onder artikelnummer 621/122-48 gewone dienst . Uitslag der stemming: 22 ja – 1 onthouding 13.
GRONDGEBIEDZAKEN - MILIEU - EROSIEBESTRIJDING, TOEKENNEN VAN BIJKOMENDE VERGOEDINGEN VOOR BEHEERSOVEREENKOMSTEN Gelet op het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu inzonderheid op artikel 45 en 46; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling, inzonderheid op artikel 8; Gelet op het Ministerieel besluit van 18 december 2003 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling; Overwegende dat bij beschikking van de Commissie van 6 oktober 2000 goedkeuring wordt gegeven aan het programmeringsdocument voor plattelandsontwikkeling voor het Vlaamse Gewest (België) met betrekking tot de programmeringsperiode 2000-2006; Overwegende dat het Gemeentebestuur de aanleg en het periodiek onderhoud van kleine landschapselementen wil ondersteunen; Overwegende dat het nodig is om een positieve stimulans te geven aan het onderhoud en het behoud van het landschap; Overwegende dat, gelet op het voorgaande, de gemeenteraad een bijkomende vergoeding wenst toe te kennen voor bepaalde beheersovereenkomsten gesloten overeenkomstig artikel 8 van het voormelde besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003; Gelet op het advies van de landbouwraad in zitting van 12/01/2005; Gelet op het advies van de Milieuadviesraad in zitting van 13/01/2005; Gelet op het advies van de commissie grondgebonden materies d.d. 18/01/2005; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; BESLUIT: Artikel 1.: In dit besluit wordt verstaan onder: 1° beheersovereenkomst: de beheersovereenkomst gesloten overeenkomstig het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling; 2° beheersvergoeding: de jaarlijkse vergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest voor het uitvoeren van de beheersovereenkomst zoals bepaald in het ministerieel besluit van 18 december 2003 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling;
3° beheersvoorwerp: het perceel, het deel van het perceel of het voorwerp waarop de beheersovereenkomst zich richt; 4° gemeente: de gemeente Lubbeek. 5° toepassingsgebied van de beheersovereenkomst: het ganse grondgebied van de gemeente Lubbeek is erosiegevoelig bijgevolg werd het ganse grondgebied van de gemeente Lubbeek opgenomen in het plangebied voor de opmaak van het erosiebestrijdingsplan. De totale oppervlakte van de gemeente Lubbeek bedraagt 4.613 ha. Artikel 2.: § 1. De gemeente kent binnen de perken van de jaarlijks voorziene middelen op de begroting een bijkomende vergoeding toe bovenop de beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest. § 2. Deze bijkomende vergoeding kan ten hoogste 30 % bedragen van de beheersvergoeding. Indien de bijkomende vergoedingen toegekend door provincie en gemeente samen hoger zijn dan 30 % van de beheersvergoeding, worden de bijkomende vergoedingen van provincie en gemeente proportioneel verminderd totdat zij samen 30 % van de beheersvergoeding bedragen. § 3. Gekoppeld aan het type beheersovereenkomst wordt op het ganse grondgebied van de gemeente Lubbeek door de gemeente een bijkomende vergoeding toegekend bovenop de beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest. Voor volgende beheerspakketten wordt een bijkomende vergoeding toegekend ten bedrage van 30 % bovenop de beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest. 1 Beheerspakket grasrandenbeheer langs holle wegen en waterlopen Het beheerspakket perceelsrandenbeheer langs holle wegen omvat de volgende beheersmaatregelen en voorwaarden : het perceel moet worden gebruikt als grasland of als akkerland; geen grondbewerking uitvoeren in een strook van ten minste 3 m breed en ten hoogste 10 m breed gemeten langs de bovenste rand en een minimum oppervlakte van 200 m2 op de koppen van de taluds langs de holle weg; er mogen geen bestrijdingsmiddelen gebruikt worden op die strook, uitgezonderd voor pleksgewijze bestrijding van distels; er mogen geen meststoffen en slib afkomstig van rioolwaterzuiveringsinstallaties toegediend worden op die strook; er mag niet gebrand worden in de holle weg of binnen een afstand van ten minste 5 m; een niet-natuurlijke afstroming van percelen van de beheerder naar de holle weg moet worden voorkomen. als het perceel in gebruik is als grasland, is beweiding van de beschermingsstrook niet toegestaan; het wijzigen van de vegetatie horende bij de holle weg door onder meer afbranden, vernietigen, beschadigen of doen afsterven van de vegetatie met mechanische of chemische middelen, is niet toegelaten. De jaarlijkse beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest voor het beheerspakket perceelsrandenbeheer langs holle wegen wordt bepaald op 0,13 euro per m2 . Het beheerspakket perceelsrandenbeheer langs waterlopen omvat de volgende beheersmaatregelen en voorwaarden : 1) als het perceel in gebruik is als akkerland en de beschermingsstrook uit gras of spontane vegetatie bestaat; de beschermingsstrook langs de waterlopen moet ten minste 5 m breed en ten hoogste 10 m breed zijn gemeten vanaf de bovenste rand van de waterloop;
die strook moet worden aangelegd of worden in stand gehouden als grasland voor 15 mei van het eerste jaar van de beheersovereenkomst, of men moet de spontane vegetatie op die strook laten evolueren uiterlijk voor 15 mei van het eerste jaar van de beheersovereenkomst; de keuze tussen een grasmengsel inzaaien en de vegetatie spontaan laten evolueren wordt bepaald in de beheersovereenkomst; er mogen geen bestrijdingsmiddelen op de beschermingsstrook gebruikt worden, uitgezonderd voor pleksgewijze bestrijding van distels; er mogen geen meststoffen en slib afkomstig van rioolwaterzuiveringsinstallaties toegediend worden op de beschermingsstrook; er mag slechts eenmaal per jaar op de beschermingsstrook gemaaid worden, en niet vóór 15 juni; als gemaaid wordt moet het maaisel uit de beschermingsstrook worden afgevoerd binnen de vijftien dagen; de beschermingsstrook mag niet worden beweid; het wijzigen van de vegetatie horende bij de waterlopen door onder meer afbranden, vernietigen, beschadigen of doen afsterven van de vegetatie met mechanische of chemische middelen, is niet toegelaten; 2) als het perceel in gebruik is als akkerland en de beschermingsstrook uit spontane vegetatie bestaat die spontaan evolueert : de beschermingsstrook langs de waterlopen moet ten minste 5 m breed en ten hoogste 10 m breed zijn gemeten vanaf de bovenste rand van de waterloop; men moet de spontane vegetatie op die strook laten evolueren, uiterlijk voor 15 mei van het eerste jaar van de beheersovereenkomst; er mogen geen bestrijdingsmiddelen op de beschermingsstrook gebruikt worden, uitgezonderd voor pleksgewijze bestrijding van distels; er mogen geen meststoffen en slib afkomstig van rioolwaterzuiveringsinstallaties toegediend worden op de beschermingsstrook; cultuurtechnische werkzaamheden zoals maaien, beweiden, ploegen, frezen, scheuren, berijden met voertuigen mogen op de beschermingsstrook slechts uitgevoerd worden om de vijf jaar; het wijzigen van de vegetatie horende bij de waterlopen door onder meer afbranden, vernietigen, beschadigen of doen afsterven van de vegetatie met mechanische of chemische middelen, is niet toegelaten; 3) als het perceel in gebruik is als graasweide : de beschermingsstrook langs de waterlopen moet ten minste 5 m breed en ten hoogste 10 m breed zijn gemeten vanaf de bovenste rand van de waterloop; er mogen geen bestrijdingsmiddelen op de beschermingsstrook gebruikt worden, uitgezonderd voor pleksgewijze bestrijding van distels; er mogen geen meststoffen en slib afkomstig van rioolwaterzuiveringsinstallaties toegediend worden op de beschermingsstrook; er mag niet beweid worden vóór 15 juni in de beschermingsstrook; zo nodig mag er op de beschermingsstrook enkel na 1 september gemaaid worden, waarbij het maaisel moet worden afgevoerd uit de strook binnen de vijftien dagen; het wijzigen van de vegetatie horende bij de waterlopen door onder meer afbranden, vernietigen, beschadigen of doen afsterven van de vegetatie met mechanische of chemische middelen, is niet toegelaten; 4) als het perceel in gebruik is als hooiweide of hooiland : de beschermingsstrook langs de waterlopen moet ten minste 5 m breed en ten hoogste 10 m breed zijn gemeten vanaf de bovenste rand van de waterloop; er mogen geen bestrijdingsmiddelen op de beschermingsstrook gebruikt worden, uitgezonderd voor pleksgewijze bestrijding van distels;
er mogen geen meststoffen en slib afkomstig van rioolwaterzuiveringsinstallaties toegediend worden op de beschermingsstrook; er mag niet gemaaid worden vóór 15 juni in de beschermingsstrook; als gemaaid wordt moet het maaisel worden afgevoerd uit de strook binnen de vijftien dagen. als het perceel in gebruik is als hooiland, is beweiding van de beschermingsstrook niet toegestaan; als het perceel in gebruik is als hooiweide, mag de beschermingsstrook niet voor 15 juni worden beweid. het wijzigen van de vegetatie horende bij de waterlopen door onder meer afbranden, vernietigen, beschadigen of doen afsterven van de vegetatie met mechanische of chemische middelen, is niet toegelaten. De jaarlijkse beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest voor het beheerspakket perceelsrandenbeheer waterlopen wordt bepaald op: • •
0,13 euro per m2 voor de percelen in gebruik als akkerland 0,06 euro per m2 voor de percelen in gebruik als graasweide, hooiweide of hooiland
2 Beheerspakket aanleg en onderhoud van grasbufferstroken Het beheerspakket aanleg en onderhoud van grasbufferstroken omvat de volgende beheersmaatregelen en voorwaarden : Het perceel mag uitsluitend als akkerland gebruikt worden, doch opname van gras als teelt in een jaarlijkse teeltrotatie is toegestaan; Binnen de eerste vier maanden van het eerste jaar van de beheersovereenkomst wordt zoveel als mogelijk evenwijdig met de hoogtelijnen van het perceel, een strook van 3 tot 21 meter breed ingezaaid met doorlevende grassoorten of met een graskruidenmengsel met doorlevende soorten; Er mogen geen bestrijdingsmiddelen gebruikt worden in de grasbufferdtrook, uitgezonderd voor pleksgewijze bestrijding van distels; De grasbufferstrook moet gedurende vijf opeenvolgende jaren een aaneengesloten grasmat vormen; Als zich een ploegvoor of ploegwal vormt naast de grasbufferstrook, dan dient deze verwijdert te worden; Voor het gedeelte van de grasbufferstrook dat in aanmerking komt voor een beheersovereenkomst perceelsrandbeheer langs waterlopen of langs holle wegen, kan geen beheerspakket grasbufferstroken gesloten worden. De jaarlijkse beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest voor het beheerspakket aanleg en onderhoud van grasbufferstroken waterlopen wordt bepaald op 0,13 EUR per vierkante meter per jaar. 3 Beheerspakket aanleg en onderhoud van grasgangen Het beheerspakket aanleg en onderhoud van grasgangen omvat de volgende beheersmaatregelen en voorwaarden : Het perceel mag uitsluitend als akkerland gebruikt worden, doch opname van gras als teelt in een jaarlijkse teeltrotatie is toegestaan; Binnen de eerste vier maanden van het eerste jaar van de beheersovereenkomst wordt, op de helling waar het afstromend water reeds van nature wordt geconcentreerd, een strook van 9 tot 30 meter breed ingezaaid met doorlevende grassoorten of met een graskruidenmengsel met doorlevende soorten of wordt een bestaande stook grasland bewaard; Er mogen geen bestrijdingsmiddelen gebruikt worden in de grasgang, uitgezonderd voor pleksgewijze bestrijding van distels;
De grasgang moet gedurende vijf opeenvolgende jaren een aaneengesloten grasmat vormen; Als zich een ploegvoor of ploegwal vormt naast de grasgang, dan dient deze verwijdert te worden; De jaarlijkse beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest voor het beheerspakket aanleg en onderhoud van grasgangen wordt bepaald op: • •
0,16 EUR per vierkante meter per jaar voor de delen van de grasgang die niet gelegen zijn langs de perceelsgrens. 0,13 EUR per vierkante meter per jaar voor de delen van de grasgang gelegen tegen de perceelsgrens.
4 Beheerspakket niet kerende grondbewerking Het beheerspakket niet kerende grondbewerking omvat de volgende beheersmaatregelen en voorwaarden : Het perceel mag uitsluitend als akkerland gebruikt worden, doch opname van gras als teelt in een jaarlijkse teeltrotatie is toegestaan; De bodembewerking mag geen kering van de bodem veroorzaken, tenzij wanneer ongunstige weeromstandigheden bij het oogsten structuurbederf van de bodem hebben veroorzaakt en de kerende bodembewerking noodzakelijk is voor een goede bodemstructuur en voor zover de kerende bodembewerking ten minste 48 uur voordat de bodembewerking wordt uitgevoerd, wordt gemeld aan de maatschappij. De jaarlijkse beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest indien geen bodembewerking of een niet-kerende bodembewerking wordt uitgevoerd, wordt bepaald op: • 80 EUR per ha. 5 Beheerspakket directe inzaai Het beheerspakket directe inzaai omvat de volgende beheersmaatregelen en voorwaarden: Het perceel mag uitsluitend als akkerland gebruikt worden, doch opname van gras als teelt in een jaarlijkse teeltrotatie is toegestaan; De bodem mag niet verstoord worden door onder andere het ploegen of scheuren ervan, met uitzondering van het zaaien van gewassen doorheen de resten van de vorige teelt of doorheen een groenbedekker door middel van een directinzaaimachine en met uitzondering van het bemesten door middel van injectie; De beheerder meldt jaarlijks voor 30 april, op deze wijze door de maatschappij bepaald op welke percelen de directe inzaai zal worden toegepast. De jaarlijkse beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest voor de oppervlakte waarvoor directe inzaai werd uitgevoerd wordt bepaald op 200 EUR per jaar.
6 Beheerspakket aanleg en onderhoud van aarden dam met erosiepoel Op het perceel wordt een erosiepoel van maximum 0,5 meter diep gegraven; Al de uitgegraven grond wordt gebruikt om aan de stroomafwaartse grens van de erosiepoel een dam aan te leggen waarbij het uitgegraven volume grond gelijk moet zijn aan het volume van de dam; De dam heeft gedurende de volledige duur van de overeenkomst een hoogte tussen 0,3 meter en 1 meter en een maximale helling van 45 graden; De dam wordt zoveel als mogelijk horizontaal aangelegd en mag met haar uiteinden aansluiten op de bestaande hellingen van het terrein; De erosiepoel en dam worden ingezaaid met doorlevende grassoorten of met een graskruidenmengsel met doorlevende soorten en of meerdere grassoorten;
Er mogen geen bestrijdingsmiddelen gebruikt worden in de erosiepoel uitgezonderd voor pleksgewijze bestrijding van distels; De grasmat moet gedurende vijf opeenvolgende jaren een aaneengesloten grasmat vormen; De jaarlijkse beheersvergoeding toegekend door het Vlaamse Gewest voor de aanleg en onderhoud van aarden dam met erosiepoel wordt bepaald op: •
op akkerlanden: • voor dammen met een gemiddelde hoogte lager dan 0,4 meter; 1,00 EUR per lopende meter dam per jaar. • voor dammen met een gemiddelde hoogte tussen 0,4 meter en 0,75 meter; 2,60 EUR per lopende meter dam per jaar. • voor dammen met een gemiddelde hoogte hoger dan 0,75 meter; 4,40 EUR per lopende meter dam per jaar. • op graslanden: • voor dammen met een gemiddelde hoogte lager dan 0,4 meter; 0,70 EUR per lopende meter dam per jaar. • voor dammen met een gemiddelde hoogte tussen 0,4 meter en 0,75 meter; 1,90 EUR per lopende meter dam per jaar. • voor dammen met een gemiddelde hoogte hoger dan 0,75 meter; 3,40 EUR per lopende meter dam per jaar. Indien het beheersvoorwerp slechts gedeeltelijk gelegen is in het gebied waarvoor een bijkomende vergoeding is toegekend, dan wordt het beheersvoorwerp geacht volledig te liggen in dit gebied wanneer het beheersvoorwerp voor meer dan de helft in dit gebied gelegen is. De bijkomende vergoeding wordt berekend alsof het beheersvoorwerp volledig is gelegen in het gebied waarin het voor meer dan de helft gelegen is. Indien een beheersvoorwerp gelegen is in diverse gebieden waarvoor een bijkomende vergoeding is toegekend, dan wordt het beheersvoorwerp geacht volledig te liggen in het gebied waarin het voor het grootste gedeelte gelegen is. De bijkomende vergoeding wordt berekend alsof het beheersvoorwerp volledig is gelegen in het gebied waarin het voor het grootste gedeelte is gelegen. Artikel 3.: Het toezicht op en de evaluatie van de beheersmaatregelen gebeurt overeenkomstig artikel 21 van het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 betreffende het sluiten van beheersovereenkomsten in uitvoering van de verordening (EEG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling. Artikel 4.: Dit besluit treedt in werking op 1 maart 2005. Artikel 5.: De beslissing van de gemeenteraad in zitting d.d. 25/02/2004 houdende de goedkeuring van het subsidiereglement erosiebestrijding wordt ingetrokken. Artikel 6.: Het schepencollege te machtigen een protocol af te sluiten tussen de Vlaamse Landmaatschappij en de gemeente Lubbeek met ingang van 01/03/2005 betreffende de toekenning door de gemeente van een bijkomende vergoeding voor beheersovereenkomsten ter vervanging van het protocol tussen de Vlaamse Landmaatschappij en de gemeente Lubbeek met ingang van 01/05/2004 betreffende de toekenning door de gemeente van een bijkomende vergoeding voor beheersovereenkomsten. Artikel 7.: Dit besluit bekend te maken overeenkomstig artikel 112 van de nieuwe gemeentewet. Artikel 8.: Een afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving gezonden worden naar de bestendige deputatie. Uitslag der stemming: 22 ja – 1 onthouding
14.
GRONDGEBIEDZAKEN: PATRIMONIUM: OVERNAME GROND HOEK DIESTSESTEENWEG-LINDESTRAAT Ingevolge de voorwaarden bedongen in de verkavelingsvergunning, afgeleverd op 27/01/2004, met Arohmref. 176/V/466, dienen de loten 4c en 5c gratis afgestaan te worden aan de gemeente Lubbeek om ingelijfd te worden bij het domein van de openbare wegenis. Deze loten staan vermeld op het bijgevoegd verkavelingsplan van landmeter Vanderwegen d.d. 06/06/2004. Het ontwerp van de akte van gratis grondafstand werd ons overgemaakt door notaris Joz Werckx, te Kessel-lo op 18/12/2004. In dit ontwerp dienen nog de gegevens van de ondertekenaars voor de gemeente Lubbeek vervolledigd te worden. Gelet op artikel 117 van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de verkavelingsvergunning, afgeleverd op 27/01/2004, met Arohmref. 176/V/466, waarbij een kosteloze afstand bedongen werd ten behoeve van de gemeente Lubbeek, om ingelijfd te worden bij het domein van de openbare wegenis; Gelet op het bijgevoegd verkavelingsplan van landmeter Vanderwegen d.d. 06/06/2004; Overwegende dat de af te stane loten vermeld staan onder de loten 4c en 5c; Gelet op bijgevoegd ontwerp van de akte van gratis grondafstand, opgesteld door notaris Joz Werckx te Kessel-lo; Overwegende dat in dit ontwerp nog de gegevens van de ondertekenaars voor de gemeente Lubbeek dienen vervolledigd te worden; Gelet op het gunstig advies van de commissie grondgebonden materies van 18/01/2005;. BESLUIT: Artikel 1: De ontwerpakte van gratis grondafstand, opgesteld door notaris Joz Werckx te Kessel-lo, van de loten 4c en 5c van de verkaveling 176/V/466 aan de gemeente Lubbeek, voor openbaar nut, wordt goedgekeurd. Artikel 2: De burgemeester en de secretaris worden gemachtigd de akte te ondertekenen. Uitslag der stemming: 23 ja..
15.
GRONDGEBIEDZAKEN: PATRIMONIUM: OVERNAME WEGENIS KLAPROOSSTRAAT Gelet op het proces-verbaal van definitieve oplevering van de aanleg wegenis verkaveling “Klaproosstraat”, d.d. 26/08/2004; Gelet op het verkavelingsplan van de wegenis van de Klaproosstraat opgesteld door het landmeterskantoor Vanderwegen, te Heverlee, van 25/03/2002, met aanduiding van de af te stane loten 17, 19, 19 en 22; Overwegende de noodzaak om de wegenis “Klaproosstraat” over te nemen door de gemeente Lubbeek; Gelet op bijgevoegd ontwerp van de akte van gratis grondafstand, opgesteld door notaris Jean Halflants te Lubbeek; Overwegende dat in voormeld ontwerp de gegevens van de ondertekenaars voor de gemeente Lubbeek, nog dienen aangepast te worden. Gelet op het gunstig advies van de commissie grondgebonden materies van 18/1/2005;. BESLUIT: Artikel 1: De ontwerpakte van gratis grondafstand, opgesteld door notaris Jean Halflants te Lubbeek, van wegenis “Klaproosstraat” voor openbaar nut wordt goedgekeurd. Artikel 2: Het verkavelingsplan opgesteld door landmeter Vanderwegen te Heverlee,d.d. 25/03/2002 met aanduiding van de af te stane loten 17, 18, 19 en 22, wordt goedgekeurd. Artikel 3 : De burgemeester en de secretaris worden gemachtigd de akte te ondertekenen.
Uitslag der stemming: 23 ja. 16.
JEUGD - ORGANISATIE GRABBELPAS & SWAP OP HET PLEIN 2005 GOEDKEURING Gelet op het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering ter uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, inzake de subsidiëring van gemeentebesturen die een jeugdruimtebeleid voeren als onderdeel van het jeugdwerkbeleid; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 29 september 2004 betreffende de goedkeuring van het jeugdwerkbeleidsplan 2005-2007 met als concrete doelstelling het verder zetten en uitbreiden van een kwalitatieve Grabbelpas en Swap; Overwegende dat de gemeente Lubbeek gedurende de maanden juli en augustus 2005 een vakantiewerking wil organiseren voor deelnemers van 4 tot 15 jaar; Overwegende het succes van de vakantiewerkingen in de voorbije jaren; Overwegende dat deze vakantiewerking belangrijke financiële kosten meebrengt voor de gemeente; Overwegende dat het billijk voorkomt een onkostenbijdrage te vragen voor de deelname aan deze vakantiewerking; Overwegende dat het billijk voorkomt wegens bijkomende kosten een vergoeding aan te rekenen bij laattijdige annulering; Overwegend dat de inwoners zo spoedig mogelijk van deze initiatieven op de hoogte dienen gesteld te worden; Gelet op het gunstig advies van de commissie Culturele Materies d.d. 18/01/2005; Gelet op de nieuwe gemeentewet. BESLUIT : Artikel 1: De gemeente Lubbeek organiseert tijdens de maanden juli en augustus 2005 een Grabbelpas & Swap op het Plein voor deelnemers van 4 tot 15 jaar. De dagelijkse werking zal plaatsvinden in de lokalen van de gemeentelijke basisschool, afdeling Linden en dit van 04.07.2005 tot 19.08.2005 steeds van 07.45u tot 17.30u. De activiteiten vinden plaats van 09.00u tot 16.00u. Tijdens de ochtend is er opvang voorzien van 07.45u tot 09.00u. ’s Avonds is er opvang van 16.00u tot 17.30u. Artikel 2: De gemeentelijke vakantiewerking zal onder de volgende benaming plaatsvinden: Grabbelpas & Swap op het Plein. Beide initiatieven zullen bekend gemaakt worden door het verspreiden van één gemeenschappelijke brochure die in de gemeente per post zal bedeeld worden. Daarnaast wordt er een aparte brochure voor Grabbelpas & Swap voorzien met hierin de praktische gegevens omtrent de specifieke werkingen. Artikel 3: De Grabbelpas staat open voor deelnemers die 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10 of 11 jaar worden in het jaar waarin de werking wordt georganiseerd. Swap staat open voor deelnemers die 12 tot en met 15 jaar worden in het jaar waarin de werking wordt georganiseerd. Artikel 4: De bijdrage voor deelname wordt als volgt vastgelegd: 1. een jaarlijkse bijdrage van 5 euro voor de aankoop van een pas of sticker (voor de Grabbelpas & Swap). Bij verlies, diefstal of onherstelbare beschadiging van de pas wordt deze onmiddellijk vervangen door een nieuw exemplaar tegen de prijs van 3 euro. 2. een deelnamebijdrage voor de Grabbelpas: - Voorinschrijvingen: Maandag Dinsdag Woensdag Donderda Vrijdag g Categorie 1* 1ste kind 6 euro 6 euro 12 euro 6 euro 6 euro
Vanaf 2de kind Alle kinderen
5 euro
5 euro
11 euro
5 euro
5 euro
Categorie 7 euro 7 euro 13 euro 7 euro 7 euro 2** * Categorie 1: inwoners van Lubbeek of kinderen van buiten Lubbeek maar wel schoolgaand in Lubbeek ** Categorie 2: kinderen van buiten Lubbeek en niet schoolgaand in Lubbeek Voorinschrijvingen zijn slechts mogelijk tot de laatste werkdag vóór de start van de vakantiewerking. Dit wil dus zeggen tot en met vrijdag 01 juli 2005. - Daginschrijvingen: Hier is geen verschil tussen eerste of tweede kind: Maandag Dinsdag Woensdag Donderda Vrijdag g Categorie 1* Alle kinderen 7 euro 7 euro 13 euro 7 euro 7 euro Categorie Alle kinderen 8 euro 8 euro 14 euro 8 euro 8 euro 2** * Categorie 1: inwoners van Lubbeek of kinderen van buiten Lubbeek maar wel schoolgaand in Lubbeek ** Categorie 2: kinderen van buiten Lubbeek en niet schoolgaand in Lubbeek Op vrijdag 01 juli 2005 worden de voorinschrijvingen afgesloten. Vanaf dan kan er nog wel deelgenomen worden, maar enkel via de prijs voor de daginschrijvingen. 3. een variabele deelnamebijdrage voor de activiteiten van de Swap. Artikel 5: Afhankelijk van het voorziene budget bestemd voor vakantie-initiatieven binnen de gemeentelijke begroting 2005 kan de dienst zelf uitstappen, workshops, activiteiten en deelnameprijzen bepalen. Artikel 6: Zowel voor de Grabbelpas als de Swap dienen de deelnemers zich vooraf schriftelijk in te schrijven. Voor de Swap is het aantal deelnemers per activiteit beperkt. Indien de activiteit volzet is, kunnen de jongeren op een wachtlijst geplaatst worden, voor het geval iemand zijn/haar deelname annuleert. Het aantal deelnemers voor de Grabbelpas wordt beperkt tot 200 personen per dag. Inschrijven op de dag zelf is voor beide initiatieven mogelijk indien er nog vrije plaatsen zijn. Artikel 7: Zowel de deelnamebijdrage voor de Grabbelpas als deze van de Swap dient bij inschrijving onmiddellijk betaald te worden op de dienst jeugd, sport of cultuur. Bij betaling ontvangen de personen een attest van betaling en de pas. Artikel 8: Voor beide initiatieven zal bij annulering volgende vergoeding worden aangerekend: wijzigingen en terugbetalingen zijn toegestaan tot uiterlijk één week voor de aanvang van de Grabbelpas en de Swap. Dit dient steeds schriftelijk te gebeuren. Bij annulering zal de helft van het betaalde bedrag teruggestort worden. Nadien zullen er geen terugbetalingen meer gebeuren, tenzij er schriftelijk verwittigd wordt met een medisch attest waaruit blijkt dat het kind niet in staat is geweest om deel te nemen aan de speelactiviteiten. Bij voorlegging van een medisch attest zal het volledige inschrijvingsbedrag terugbetaald worden. Het indienen van een medisch attest waaruit blijkt dat het kind niet kon deelnemen aan de activiteiten is slechts mogelijk tot 1 week na het beëindigen van de vakantiewerking. Men mag zich evenmin door een andere persoon laten vervangen. Artikel 9: Voor de bovenstaande vakantiewerkingen wordt er tijdens de middagpauze een gratis consumptie voorzien. Er wordt ook steeds een vieruurtje voorzien voor alle aanwezigen. De begeleiders kunnen per dag een aantal gratis consumpties krijgen.
Artikel 10: Bart Nijs, jeugdconsulent, aan te stellen als algemeen coördinator tijdens de dagelijkse werking van de Grabbelpas & Swap op het Plein. De personeelsleden van de dienst jeugd, sport & cultuur worden gemachtigd om de inschrijvingsgelden van de beide vakantieinitiatieven te ontvangen. De te maken verplaatsingsonkosten aangaande doktersbezoeken, het bezorgen van de nodige materialen, e.d.m. alsook de hiermee gepaard gaande parkeervergoedingen worden ten laste genomen van het college van burgemeester en schepenen. Onvoorziene uitgaven, met een plafond van 125,00 euro per week, kunnen op vertoon van een betalingsbewijs na de periode van de vakantiewerking teruggevorderd worden door de jeugdconsulent. Kredieten hiervoor werden voorzien op de gewone begroting 2005 onder artikelnummer 761 124 02. Artikel 11: Het gemeentebestuur draagt de uiteindelijke eindverantwoordelijkheid voor beide vakantiewerkingen Grabbelpas & Swap op het Plein. Artikel 12: Het huishoudelijk reglement voor bovenvermelde initiatieven wordt vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 13: De ontvangsten voor de deelnamebijdrage voor de activiteiten van de gemeentelijke vakantiewerking zullen geboekt worden onder artikel 761/161/01. Uitslag der stemming: 23 ja. 17.
PERSONEEL - MONITOREN GRABBELPAS & SWAP OP HET PLEIN GOEDKEURING Gelet op het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering ter uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 29 september 2004 betreffende de goedkeuring van het jeugdwerkbeleidsplan 2005-2007 met als concrete doelstelling in het jaarplan 2005 het gelijkschakelen van de lonen en vergoedingen van monitoren en jobstudenten; Gelet op het succes van de vakantiewerkingen tijdens de vorige jaren; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 26.01.2005 betreffende de organisatie van een Grabbelpas & Swap op het Plein; Overwegende dat voor het organiseren van deze vakantiewerkingen monitoren dienen ingeschakeld te worden en het wenselijk is dat deze een billijke vergoeding krijgen in analogie met overige jobstudenten; Overwegende dat er reeds een deel van de kredieten voorzien zijn; Overwegende dat de overige nodige kredieten zullen voorzien worden via begrotingswijziging 1; Gelet op de nieuwe gemeentewet; Gelet op het gunstig advies van de commissie culturele materies d.d. 18/01/2005; BESLUIT: artikel 1: Tijdens de maanden juli en augustus 2005 zullen telkens maximaal 28 begeleiders per dag aangeworven worden om de organisatie van de Grabbelpas & Swap op het Plein te kunnen garanderen. artikel 2: Om als begeleider van de Grabbelpas & Swap op het Plein in aanmerking te komen dient men in het jaar van de desbetreffende vakantiewerking tenminste de leeftijd van 16 jaar bereikt te hebben.
Tevens moeten deze personen van onberispelijk gedrag zijn en de burgerlijke en politieke rechten genieten. artikel 3: De begeleiders van de Grabbelpas & Swap op het Plein worden in de eerste plaats aangesteld via het statuut van de vrijwilliger. Begeleiders met minstens 4 weken relevante ervaring, gespreid over twee werkingsjaren op de Lubbeekse Grabbelpas & Swap op het Plein, worden tewerkgesteld in het kader van de tijdelijke tewerkstelling in de sociaal-culturele sector. Relevante ervaring tijdens de afgelopen 2 werkingsjaren op de Lubbeekse Grabbelpas & Swap op het Plein komt in aanmerking voor de geldelijke anciënniteit. Artikel 4: De vergoeding van de vrijwilligers zal gebeuren via het statuut van de vrijwilliger en zal 26,31 EUR per dag bedragen. Dit bedrag is onderhevig aan indexering. De vergoeding van de monitoren met geldige anciënniteit zal gebeuren in het kader van de tijdelijke tewerkstelling in de sociaal-culturele sector, bezoldigd via de weddeschaal van de graad administratief beambte/technisch beambte, aanvangsschaal E1. artikel 5: Ten aanzien van de alle begeleiders zal het Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming gerespecteerd worden. artikel 6: Het gemeentebestuur zal de nodige verzekeringen afsluiten voor de begeleiders. artikel 7: Er zal een afsprakennota opgesteld worden tussen de gemeente Lubbeek en de begeleiders. Uitslag der stemming: 23 ja.. 18.
CULTUUR - INTERNATIONALE SAMENWERKING - STEUN AAN DE TSUNAMISLACHTOFFERS VAN DE NATUURRAMP IN ZUIDOOST-AZIË Gelet op de recente natuurramp in Zuidoost-Azië; Overwegende dat er voor de slachtoffers van de vloedgolven dringend hulp nodig is; Overwegende dat Vlaanderen massaal steunacties voor deze Tsunami-slachtoffers organiseert; Overwegende dat het initiatief Tsunami 5 hulporganisaties vertegenwoordigt: Unicef, Oxfam, Caritas, Handicap International en het Rode Kruis; Gelet dat in de gemeentelijke begroting 2005 onder art.nr.: 849/332-02 een bedrag van 4.000 EUR voorzien is voor Internationale Samenwerking; Gelet op het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen, genomen in zitting van 03.01.2005, om een bedrag van 1.500 EUR over te maken op het algemeen hulpnummer 000-0000012-12 ten voordele van Tsunami-slachtoffers in Zuidoost-Azië; Overwegende dat voor de registratie van de actie van de gemeente Lubbeek ten voordele van Tsunami 12-12 aan de gemeente een uniek actienummer 1-33342289 werd toegewezen; Gelet op de nieuwe gemeentewet; Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen; Gelet op het gunstig advies van de commissie culturele materies van 18/01/2005; BESLUIT: Artikel 1: Een bedrag van 1.500 EUR over te maken op het algemeen hulpnummer 0000000012-12 ten voordele van Tsunami-slachtoffers in Zuidoost-Azië. Artikel 2: In de eerstvolgende begrotingswijziging het krediet voorzien onder art.nr.: 849/332-02 (Internationale Samenwerking) te verhogen met 1500 EUR. Uitslag der stemming: 22 ja- 1 onthouding. Raadslid Van Goethem onthoudt zich omdat het voorgestelde bedrag ondermaats is voor zo’n rijke gemeente als Lubbeek
19.
IBO - LOKAAL BELEIDSPLAN KINDEROPVANG - GEMEENTE LUBBEEK 2005 2007 - GOEDKEURING
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 juni 1997 houdende de algemene voorwaarden inzake het organiseren van buitenschoolse kinderopvang; Gelet op het Ministerieel Besluit van 30 juli 1997 tot vaststelling van de inhoud van het lokale beleidsplan buitenschoolse kinderopvang en van de wijze waarop het kwaliteitslabel door het lokale overlag wordt toegekend; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 23.05.2001 waarin de oprichting van het IBO werd goedgekeurd; Gelet op het verslag van de vergadering Lokaal Overleg IBO van 02.12.2004 betreffende de realisatie van het Lokaal Beleidsplan Kinderopvang 2005 - 2007; Gelet op het verslag van de vergadering Lokaal Overleg IBO van 06.01.2005 betreffende de realisatie van het Lokaal Beleidsplan Kinderopvang 2005 - 2007; Gelet op het in bijlage gevoegde Lokaal Beleidsplan Kinderopvang 2005 – 2007; Gelet op de nieuwe gemeentewet; Overwegende dat het gemeentebestuur inrichtende macht is van het lokaal overleg; Gelet op het gunstig advies van de commissie culturele materies d.d. 18.01.2005; BESLUIT: Enig artikel: Het Lokaal Beleidsplan Kinderopvang 2005 – 2007 goed te keuren. Uitslag der stemming: 23 ja. Raadsleden Vandenbergh en Godts verlaten de zitting om 21.26 uur De voorzitter sluit de vergadering om 21.28 uur. Gedaan in zitting datum als boven: De Secretaris
De Voorzitter