2 Concept(en) bedenken

Alle wegwijzers in de fase:

2 Concept(en) bedenken 2.1 Je creativiteit losmaken 2.1.1. Schetsen of tekenen (17) 2.1.2. Een mindmap maken (18) 2.1.3. Freewriting (19) 2.1.4. Brainstormen (20) 2.2.

Je centrale boodschap bepalen (21)

2.3.

Een moodboard maken (22)

2.4.

Een geschikt medium kiezen (23)

2.5.

Een geschikte communicatievorm kiezen (24)

2.6.

Kiezen uit je concepten (25)

Wegwijzer:

Schetsen of tekenen Schetsen en tekenen ligt aan de basis van elk ontwerp. Het is een uitstekende manier om creativiteit te stimuleren: al schetsend ideeën ontwikkelen.

Door te schetsen kom je vaak op heel andere beelden en vormen dan als je direct achter een computer gaat zitten. Schetsen is veel vrijer en losser, want je hoeft niet echt na te denken over hoe je iets wil tekenen. Je moet helemaal niet goed kunnen tekenen om te schetsen. Het gaat er gewoon om dat je ideeën op papier zet om te kijken of bepaalde composities werken. Je hoeft ook niet te hard na te denken over je doel: laat je hand en je inspiratie de vrije loop. Je kan het zelfs vergelijken met doedelen als je aan het telefoneren bent. Op de computer werk je dingen vaak te secuur uit en stop je te veel tijd in een logo of beeld dat misschien in een later stadium niet meer relevant is. Voorbeeld

 

 

Figuur 1: Eerste schets voor het Bee-com logo [1]

Bovenstaande schets ligt aan de basis van het definitieve logo van de Beecom routeplanner. Deze eerste schets heeft er ook voor gezorgd dat de naam een bepaalde richting op ging (“bee”). Op de schets is te zien hoe er met de vorm van de zeshoek en de letter B is gespeeld om tot een eerste aanzet te komen. Daarna is overgestapt naar de computer om een aantal ideeën verder uit te werken.

 

2  

 

Fig 2: Een tweede versie van de diverse voorstellen voor het logo. [3]

Uiteindelijk kwam onderstaand logo tot stand, waarin de sporen van de eerste schets nog duidelijk aanwezig zijn

Fig.3: Het definitieve logo is hier rechts te zien. [4]

 

3  

 

Meer weten? -/-

Bibliografie [1] Michiel Kragten (2012). Schets voor Bee-Com logo [Computer]. [2] Michiel Kragten (2012). Tweede versie Bee-com logo [Computer] [3] Michiel Kragten (2012). Definitief logo Bee-com [Print]

 

4  

 

Wegwijzer:

Een mindmap maken Een mindmap helpt je ideeën bedenken, ontwikkelen en ordenen. Deze wegwijzer vertelt hoe je een mindmap maakt en welke software beschikbaar is.

Een mindmap is een gestructureerde, grafische voorstelling van een reeks ideeën of gegevens. Een mindmap vertrekt vanuit een centrale vraag of een centraal idee. Rond je kernidee zet je verschillende “takken” met daarop nieuwe ideeën die verwant zijn met je kernidee. Elke tak kan weer verder vertakken.

Figuur 1: Mindmap: hoe maak ik een mindmap?

Maak je mindmap visueel door zo veel mogelijk sprekende beelden toe te voegen. Werk met kleuren en tekeningen. Zo breng je je ideeën beter over.

  Je kan er ook voor kiezen om je mindmap digitaal aan te maken. Bij “Meer weten?” vind je verschillende online, gratis tools.

Meer weten? Andere wegwijzers • Prezi ook erg geschikt is om een mindmap aan te maken. Zie Ontwikkelen > Software om je ontwerp uit te werken > Een presentatie maken Andere bronnen • Verschillende gratis tools om digitale mindmaps te maken: http://www.gratissoftware.nu/gratis-mindmappingsoftware.php#thumb • Meer informatie over het maken van een mindmap: http://www.trainyourbrain.tv/mindmappen/hoe-maak-je-eenmindmap/

Bibliografie -/-

 

2  

Wegwijzer:

Freewriting Op goede ideeën komen is niet gemakkelijk. Soms komt de inspiratie niet. Om je creativiteit te stimuleren kan je brainstormen, schetsen of een mindmap maken, maar je kan ook pen op papier zetten en al je gedachten in een non-stop woordenstroom neerschrijven. Freewriting helpt je om blokkades op te heffen.

Freewriting is een manier om je inspiratie te stimuleren door ongefilterd en zonder stoppen te schrijven. Voor freewriting heb je niet veel nodig, alleen een wit blad papier en een pen, of je laptop en een leeg document. Schrijf gewoon op wat er in je hoofd opkomt. Het heeft geen belang of het op dat ogenblik relevant is of ‘goed geschreven’. Pieker ook niet over spelling of grammatica. Door gewoon te beginnen schrijven, breng je een creatief proces op gang. Doordat je je gedachten op papier zet, krijgen ze bovendien een bepaalde structuur en kan je er gemakkelijker op verder bouwen . Een goede manier van werken is de volgende [1] en [2]: • Schrijf een vraag, probleem of uitdaging op. • Schrijf 5 minuten lang alles op wat daarover in je opkomt. • Neem een korte pauze van enkele minuten en bekijk wat je hebt opgeschreven. • Kies uit wat je schreef drie woorden of zinnen die je nu het meest belangrijk of interessant lijken. • Beslis dan welke van deze 3 woorden of zinnen de belangrijkste is en zet het woord of de zin op een nieuw wit blad of leeg document. • Herhaal dit proces enkele keren. • Bij je laatste schrijfronde bekijk je wat je geschreven hebt en hoe dit zich verhoudt tot je oorspronkelijke vraag, probleem of uitdaging. Vaak zal je je onderwerp nu in een nieuw licht bekijken of heb je nieuwe ideeën opgedaan over hoe je aan de slag kan.

 

 

Meer weten? Andere wegwijzers • Concept(en) bedenken > Je creativiteit losmaken > Schetsen of tekenen, Een mindmap maken en Brainstormen Andere bronnen • Meer informatie over freewriting: klik hier en hier. • Cole, A.L. (2001). "The Thesis Journey: Travelling with Charley". Brock Education 13 (1): 1–13. • Getuigenis van een schrijfster die al meer dan 5 jaar elke dag aan free writing doet

Bibliografie [1] Robinson, L. (1967). Guided writing and free writing [2] Parry, T. (sd). Getting Started: Free Writing. The Guide to Grammar and Writing: http://grammar.ccc.commnet.edu/GRAMMAR/composition/brainstorm_freewri te.htm. Geraadpleegd augustus, 2013.

 

2  

Wegwijzer:

Brainstormen Brainstorming is een bekende techniek om snel, veel nieuwe ideeën over een bepaald onderwerp of vraagstuk te genereren. Meestal brainstorm je in groep. Eigen aan een brainstormsessie is dat elk oordeel over de geopperde ideeën wordt uitgesteld totdat alle ideeën zijn opgesomd. Eén specifieke manier van brainstormen is het gebruik van “de zes denkhoeden”.

Hoe ga je te werk? Brainstormen staat vaak synoniem voor in het wilde weg ideeën spuien. Maar brainstormen is meer dan dat: het is de kunst om na het spuien van de ideeën ze ook te ordenen en analyseren. De volgende basisregels dienen in acht te worden genomen: [1] • Geen kritiek. Lever geen kritiek op de ideeën die naar voor komen. De kritiek en analyse van de opgesomde ideeën komt later in het proces. • Accent op kwantiteit. Het achterliggende idee van het brainstormproces is dat door zoveel mogelijk ideeën op te sommen er altijd wel een bruikbaar idee bij zit. Probeer dus zoveel mogelijk ideeën op tafel te leggen. • Wilde ideeën zijn welkom. Wilde ideeën maken mogelijk nieuwe onverwachte toepassingen mogelijk. • 1+1=3. Door het combineren van bestaande ideeën zijn mogelijk nog betere ideeën te realiseren. Het brainstormen doe je in een brainstormsessie: een bijeenkomst waarbij de aanwezige personen proberen heel snel alles wat er in hen opkomt naar voor te brengen. Het proces bestaat uit de volgende fasen: [1] • Voorbereiding Je stelt een groep samen van 5 tot 15 personen die bestaat uit leken en vakspecialisten. De groep wordt vooraf aan het brainstormproces ingewijd in het probleem en het procesverloop. • Ideeën genereren

 

  Onder leiding van de voorzitter begint de groep ideeën te spuien, en worden de ideeën verzameld. Meestal gebeurt dit op een whiteboard of flipover. De voorzitter zorgt ervoor dat iedereen aan het woord komt en dat er geen kritiek op de geopperde ideeën wordt geleverd. Deze fase kan enkele uren duren. Zorg dat er in de groep een productieve en creatieve ontspannen sfeer heerst. Wanneer alle ideeën op tafel liggen, dan cluster je de losse ideeën tot samenhangende blokken.

Figuur 1: De voorzitter noteert ideeën van de groep in een brainstormsessie

• Evalueren In deze fase gaan jullie de ideeën systematisch evalueren. Deze fase kan zowel door de groep als door vakspecialisten worden gedaan. Naast de evaluatie vindt in veel gevallen een prioritering plaats: welke ideeclusters worden meteen opgepakt, welke later? De zes denkhoeden Eén specifieke manier van brainstormen is het gebruik van de zes denkhoeden. Zes denkhoeden van verschillende kleuren staan symbool voor een aspect van een probleem. Verdeel tijdens een sessie de verschillende hoeden onder de deelnemers, en geef hen de opdracht om de vraagstelling enkel vanuit hun perspectief (hun denkhoed) te bekijken: [2]

 

2  

  • De witte hoed staat voor informatie die beschikbaar is of die verkregen kan worden. Met de witte hoed komt een team erachter of het over alle benodigde informatie beschikt. • De rode hoed staat voor emoties en intuïtie. Deelnemers krijgen de gelegenheid om zich uit te spreken wat ze gevoelsmatig van een bepaalde kwestie vinden. "Ik heb het gevoel dat...", "Ik twijfel of...." • De gele hoed staat symbool voor voordelen en haalbaarheid. Met de gele hoed wordt de positieve kant van het probleem of vraagstuk belicht. • De zwarte hoed fungeert voor het benoemen van risico's en problemen. Met de zwarte hoed wordt de zaak kritisch bekeken. • De groene hoed geeft ruimte voor alternatieven en ideeën. De vraag die voorligt is: 'Zijn er alternatieven?' 'Kunnen we het op een andere manier aanpakken?' • Met de blauwe hoed wordt de organisatie van het proces in de hand gehouden. Wat is de agenda? Welke hoed komt als eerste aan bod, welke als laatste? Steeds wordt een andere hoed genomen om een probleem of een vraagstuk te bediscussiëren. Dit zorgt ervoor dat de discussie niet alle kanten op waait, maar toch vanuit alle gezichtspunten wordt bekeken.

Meer weten? Andere wegwijzers • Concept(en) bedenken > Je creativiteit losmaken > Schetsen of tekenen, Een mindmap maken en Brainstormen Andere bronnen • Een uitgewerkt voorbeeld van een toepassing van de zes denkhoeden vind je hier .

 

3  

 

Bibliografie [1]    Wikipedia. http://nl.wikipedia.org/wiki/Brainstormen.Geraadpleegd augustus 2013.   [2]

 

Carrièretijger. http://www.carrieretijger.nl/functioneren/samenwerken/werkvormen/creati viteit-bevorderen. Geraadpleegd augustus 2013.

4  

Wegwijzer:

De centrale boodschap bepalen Als je een concept bedenkt, moet je meteen ook de centrale boodschap bepalen die dat concept uitdrukt. Een goed geformuleerde centrale boodschap slaat feilloos de brug tussen wat jij beoogt en wat de doelgroep weet, denkt, voelt of doet.

Wat wil je bereiken bij de doelgroep? Je moet durven inzetten op één krachtige kernboodschap. Want als je op twee paarden wedt, verzwak je de communicatie. Voor het bepalen van je centrale boodschap kan je volgend stappenplan volgen [1]: • Vraag je eerst af wat je wil bereiken bij de doelgroep: wat wil je dat de doelgroep weet? Wat wil je dat de doelgroep denkt? Wat wil je dat de doelgroep voelt? Wat wil je dat de doelgroep doet? • Vraag je dan af wat de doelgroep nu, op dit moment, weet, denkt, voelt of doet. Verplaats jezelf in de doelgroep. Welke kritiek zou de doelgroep kunnen formuleren? Op welke weerstand kan je stuiten? • Wat zou je antwoorden op die kritiek? Hoe kan je anticiperen op de mogelijke weerstand? • Formuleer nu je kernboodschap. Die kernboodschap slaat de brug tussen wat de doelgroep bezighoudt en wat jij beoogt. Volgende richtlijnen helpen je de kernboodschap formuleren [2]: • De kernboodschap is kort en bondig. Eén krachtige zin is precies goed. • Zorg ervoor dat de boodschap nieuw, verrassend en fris is, zodat ze makkelijk blijft hangen. • Hanteer een concreet taalgebruik en spreek de lezer/luisteraar/kijker rechtstreeks aan met “je” of “u”. • Formuleer de kernboodschap positief. Tracht te wijzen op nieuwe mogelijkheden, kansen.... • Formuleer de kernboodschap actief. Vermijd dus passiefzinnen.

 

 

Meer weten? Andere wegwijzers • Verkennen > Bepalen wat je wil bereiken met je communicatie > Je communicatieve doel(en) kiezen Andere bronnen -/-

Bibliografie

  [1] D. C. e. P. Ministerie van Algemene Zaken, „www.rijksoverheid.nl,”. www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicatie. Geraadpleegd augustus 2013 [2]    „Conduite,”. http://www.conduite.nl/home/hoe-bouw-je-een-overtuigendverhaal-op/hoe-formuleer-je-een-krachtige-kernboodschap/. Geraadpleegd augustus 2013    

 

2  

Wegwijzer:

Een moodboard maken Een moodboard is een collage van kleuren, foto’s, letters,... die de sfeer vatten die je in je ontwerp wil stoppen.

Hoe ga je te werk? Een moodboard maken is eenvoudig: je plakt allerlei beelden, kleuren en stukjes tekst naast elkaar die je vindt in tijdschriften en op het web, of je voegt foto’s toe die je zelf gemaakt hebt. Het geheel geeft de stemming weer die jij voor ogen hebt voor je eigen ontwerp.

Figuur 1: Een moodboard is zeer geschikt om een sfeer uit te beelden die je in je ontwerp wilt hebben. [1]

Maar een goed moodboard is niet zomaar het resultaat van lukraak knip- en plakwerk. Een goed moodboard bouwt immers verder op je analyse van de doelgroep (zie fase “Verkennen”). Stel je moet een tijdschrift ontwerpen met als doelgroep 40+ers. Wat houdt hen bezig? Hoe hoog is hun inkomen? Met wat voor soort auto’s rijden zij? Hoeveel kinderen heeft deze groep gemiddeld? Welke kleren dragen zij? Deze vragen beantwoord je met geschikte beelden. Zo krijg je een goed

 

  beeld van hoe de leefwereld van deze groep in elkaar zit, en kan je je ontwerp erop afstemmen. Met je moodboard kan je naar een professionele ontwerper stappen, of je kan zelf aan de slag. Je moodboard vormt je rode draad, je houvast tijdens het ontwerpen. Je kan hier immers perfect in terugvinden welke stijl of sfeer je ontwerp moet uitademen.

Fig 2. Voorbeeld van een moodboard voor een online webshop voor babyartikelen [2]

Bij “Meer weten” vind je verschillende gratis, online tools terug om moodboards te maken. Maar je kan net zo goed een ouderwets stuk karton gebruiken!

Meer weten? Andere wegwijzers • Verkennen > Je doelgroep(en) beter leren kennen > Een doelgroep(en)analyse maken Andere bronnen • Op werkstudent.nl staat een overzicht met een 10-tal moodboard en mindmap-tools.

 

2  

 

Bibliografie [1] Tintelijn.blog (2012). Tip 5: Moodboards http://tintelijnblog.wordpress.com/tag/moodboard/. Geraadpleegd augustus, 2013. [2] webdesignerdepot.com (2008). Why moodboards matter. http://www.webdesignerdepot.com/2008/12/why-mood-boards-matter/. Geraadpleegd augustus, 2013

 

3  

 

Wegwijzer:

Een geschikt medium kiezen Vandaag de dag heb je verschillende media ter beschikking om je doelgroep te bereiken. Maar welk medium kies je? Dat hangt af van je doel, doelgroep en de context van de communicatie. Alle media hebben hun voor- en nadelen.

Het doel, de doelgroep en de context van je communicatie hebben een bepalende invloed op de keuze van je medium. Bijvoorbeeld: • Doel: als je wil informeren over een complexe materie, dan is Facebook niet het meest geschikte medium. Een website laat makkelijker toe om informatie op een gestructureerde manier aan te bieden. • Doelgroep: als de doelgroep senioren zijn, dan zijn social media mogelijk geen goede keuze. • Context: als je communicatief ontwerp komt te hangen op een plaats waar mensen meestal snel voorbij wandelen, dan is een puur tekstueel ontwerp geen goede oplossing. Beter kies je een poster met felle kleuren of een pakkend beeld, om zo de aandacht van passanten te trekken. Deze tabel somt de voor- en nadelen op van verschillende media. Media PRINT (Folders, Brochure, Tijdschriften...)

Voordelen • Uiterlijk Flyers, Print media geven je de Posters, mogelijk om maximaal te communiceren in je huisstijl.

• Tastbaarheid Print media kun je vastpakken. Hierdoor kun je dus door je papierkeuze een meerwaarde creëren voor je merk of boodschap die je wilt overdragen. Ook heb je de mogelijkheid om monsters mee te geven.

Nadelen • Houdbaarheid Het is niet mogelijk om print media te updaten zonder het opnieuw te moeten drukken. • Distributie Het verspreiden van print media duurt langer en is ingewikkelder vergeleken met ‘nieuwe’ media

  heb je de mogelijkheid om monsters mee te geven. • Crossmediaal / Multimediaal Print media zijn nog steeds zeer geschikt als actieve basis. Je kunt print prima combineren met online aspecten.

INTERNET / SOCIAL MEDIA (Twitter, Facebook, Tumblr, Instagram, YouTube, Vimeo, Pinterest, Vine,...)

 

• Herkenning Regelmatig inzetten van print media draagt bij tot de herkenbaarheid van je boodschap. Mensen zullen je affiche of advertentie vaak zien en zo vertrouwd raken met je huisstijl of boodschap. • Meetbaarheid Door bijvoorbeeld Google Analytics te gebruiken zijn de effecten van het adverteren beter te meten vergeleken met traditionele print media.

• Snel te updaten Teksten of data aanpassen is snel gebeurd met online adverteren. • Lage kosten Bij online adverteren heb je over het algemeen te maken met lagere kosten omdat je niks hoeft te drukken en distribueren. • Gerichter adverteren Doordat je kunt adverteren op websites die aansluiten op de doelgroep, kun je veel gerichter adverteren.

• Duurder Het totaalplaatje van print media (druk, ontwerp, distributie) is over het algemeen kostelijker in vergelijking met ‘nieuwe’ media • Meetbaarheid Het is moeilijk om het bereik of effectiviteit te meten met print media. Je kunt moeilijk meten hoeveel mensen je flyer lezen of direct wegwerpen. • Schaal Als veel bedrijven hetzelfde product willen adverteren, wordt het moeilijker om hoog te eindigen in Google-rankings. Zorg dus dat je website geoptimaliseerd is voor zoekmachines.

2  

  Doordat je kunt adverteren op websites die aansluiten op de doelgroep, kun je veel gerichter adverteren. • Promotie via zoekmachines Link de juiste zoektermen aan je site en de mensen zullen sneller op je site terecht komen. Hierdoor sta je hoger in de zoekresultaten en is de kans groter dat mensen bij jou iets kopen. RADIO

• Lage kost Het is relatief goedkoop vergeleken met print media of televisiereclame. Ook het produceren en zendtijd inkopen is goedkoper vergeleken met de andere opties.

• Gerichtheid Je kunt door de verschillende soorten radiostations heel gericht je doelgroep targeten.

 

• Bereik Radio is het enige medium waar mensen o.a. naar luisteren terwijl ze autorijden en huishoudelijke taken doen. Alle andere media verlangen daadwerkelijk de aandacht van de gebruiker (kijken naar een scherm, lezen van een tekst). Radio is een van de weinige dingen waar je

• Vergankelijk Een radiospot is tijdelijk. Als je de spot niet goed verstaat moet je wachten totdat je hem weer te horen krijgt. Een advertentie kun je uitknippen en bewaren. • Ruis De kans is groot dat je radiospot in het midden van een reclameblok zit. De meeste mensen hebben dan al lang een andere radiozender opgezet. • Afleiding De kans is groot dat de meeste mensen met iets anders bezig zijn terwijl ze naar de radio luisteren: autorijden, werken, de afwas etc. Hierdoor is de kans aanwezig dat de spots niet ‘blijven 3   hangen’ bij de

  aandacht van de gebruiker (kijken naar een scherm, lezen van een tekst). Radio is een van de weinige dingen waar je naar kunt luisteren terwijl je iets anders aan het doen bent.

TELEVISIE

 

afwas etc. Hierdoor is de kans aanwezig dat de spots niet ‘blijven hangen’ bij de luisteraar omdat ze zo gefocust zijn op de taak die ze aan het doen zijn.

• Beeld en geluid • Effectiviteit loopt Je hebt bewegend beeld terug en geluid om invloed mee Onderzoek heeft uit te oefenen op je aangetoond dat doelgroep mensen tegenwoordig meer naar alternatieve bronnen grijpen (online kijken, downloaden). Er wordt dus minder tv gekeken en minder mensen zien je spot. • Beeldend • Hoge kosten Je kunt het product Naast het maken van beeldend demonsteren. een reclame zul je ook Denk hierbij aan “voor en advertentietijd na” situaties. moeten inkopen. Liefst meerdere blokken zodat mensen de reclame beter onthouden. • Bereik • Niet flexibel Je hebt een groter bereik Een tv-spot is moeilijk omdat veel mensen aan te passen. Het is televisie kijken. Je kunt je daarom essentieel spot ook tonen op YouTube om je spot direct en andere online media. goed te maken. • Doelgroep optimaal bereiken Door je product of boodschap af te stemmen op de programma's van de zender kun je je doelgroep optimaal 4   bereiken. Zo kan een

  boodschap af te stemmen op de programma's van de zender kun je je doelgroep optimaal bereiken. Zo kan een reclame van een bouwmarkt het beste worden uitgezonden tijdens het reclameblok in een klusprogramma.

Meer weten? Andere wegwijzers • Concept(en) bedenken > Een geschikte communicatievorm kiezen Andere bronnen • Op de site van managementkennisbank staat een mooie matrix die het verschil tussen online en offline media goed laat zien.

Bibliografie -/-

 

5  

Wegwijzer:

Een geschikte communicatievorm kiezen Vandaag de dag zijn er erg veel manieren om te communiceren: posters, flyers, brochures, social media, websites, nieuwsbrieven, filmpjes, podcasts... Bekijk hier de opties en laat je inspireren.

De Bee-com routeplanner biedt ondersteuning bij verscheidene, veelgebruikte communicatievormen. Hieronder worden de verschillende opties bekeken, telkens aangevuld met een doorverwijzing naar een relevante wegwijzer. De opsomming hieronder is vanzelfsprekend beperkt. Denk ook “out-of-thebox”! Interessante communicatievormen die niet aan bod komen zijn, bijvoorbeeld, stickers, een scheurkalender, wimpels, buttons, banners, fortune cookies, bedrukte t-shirts of koffiemokken, speelkaarten.... Hou er ook rekening mee dat het vaak een goed idee is om verschillende communicatievormen met elkaar te combineren. Bijvoorbeeld, met een postercampagne trek je de aandacht op een website die op gestructureerde wijze gedetailleerde informatie verschaft. Meer daarover lees je in de wegwijzer “Publiciteit maken” in de fase “Uitvoeren”.

• PRINT MEDIA o Poster: Een poster is ideaal om de aandacht te trekken, maar laat niet toe om veel informatie over te dragen. Zie wegwijzer “Poster” bij fase “Ontwikkelen” o Flyer: Een flyer kan je makkelijk verspreiden, maar je hebt geen controle over wat de ontvanger met de flyer doet. Zie wegwijzer “Flyer” bij fase “Ontwikkelen” o Brochure: Een brochure laat toe om beelden te combineren met begeleidende tekst. Nadeel is dat een brochure kostelijk kan zijn qua drukwerk en verspreiding. Zie wegwijzer “Brochure” bij fase “Ontwikkelen”

 

  o Brief: Met een brief geef je de ontvanger het gevoel dat hij persoonlijk aangesproken wordt. Nadeel is dat brieven zich niet lenen tot een brede distributie. Zie wegwijzer “Brief” bij fase “Ontwikkelen” o Gedrukte nieuwsbrief: Een nieuwsbrief houdt leden van een organisatie of netwerk op de hoogte van (belangwekkende) nieuwtjes. Voordeel van een gedrukte nieuwsbrief is dat hij beter onder de aandacht wordt gebracht van de ontvanger dan een digitale nieuwsbrief, die makkelijker gedeletet wordt. Zie wegwijzer “Gedrukte nieuwsbrief” bij “Ontwikkelen” o Tijdschrift: Met een tijdschrift kan je veel informatie in verschillende formats bundelen: opinieteksten, interviews, documentaires, cartoons... Nadeel is dat de kosten snel oplopen. Zie wegwijzer “Tijdschrift” bij fase “Ontwikkelen” o Informatiepakket: In een informatiepakket kan je verschillende communicatievormen aanbieden als één handig pakket: een proefnummer van een tijdschrift, een brochure, stickers of buttons... Met een informatiepakket dek je heel wat behoeften van de ontvanger af, maar de productieprijs is niet gering zodat een informatiepakket doorgaans enkel op aanvraag beschikbaar is. Zie wegwijzer “Informatiepakket” bij fase “Ontwikkelen” o Handleiding: Soms is een handeling moeilijker te stellen dan het op het eerste gezicht lijkt. Een handleiding biedt dan soelaas. Zie wegwijzer “Handleiding” bij fase “Ontwikkelen” • FACE-TO-FACE: o Persoonlijk gesprek: Sommige doelen – vooral affectieve bereik je beter in een gesprek van persoon tot persoon. Zie wegwijzer “Persoonlijk gesprek” bij fase “Ontwikkelen” o Presentatie: Met een sterke presentatie bereik je een groep personen op een beklijvende manier. Met je stem en je lichaamstaal kan je enthousiasme en gedrevenheid uitdrukken op een manier die print media ontbeert. Zie wegwijzer “Presentatie” bij fase “Ontwikkelen” • DIGITAAL: o Website: Met een website bereik je een groot publiek op een goedkope manier. Een website is een ideale drager voor grotere hoeveelheden gestructureerde informatie. Zie wegwijzer “Website” bij fase “Ontwikkelen”

 

2  

  o Social media: Social media zijn enorm populair bij bepaalde delen van de bevolking. Ze laten een snelle verspreiding toe en door hun mogelijkheden tot interactie verhogen ze de betrokkenheid. Zie wegwijzer “Social media” bij fase “Ontwikkelen” o Digitale nieuwsbrief: Een nieuwsbrief houdt leden van een organisatie of netwerk op de hoogte van belangwekkende nieuwtjes. Voordeel van een digitale nieuwsbrief is dat hij snel en goedkoop verspreid kan worden. Zie wegwijzer “Digitale nieuwsbrief” bij fase “Ontwikkelen” o Persbericht: Met een persbericht informeer je nieuwsagentschappen en kranten over een nieuwsfeit binnen je organisatie, in de hoop dat die media je bericht overnemen en verspreiden. Zie wegwijzer “Persbericht” bij fase “Ontwikkelen” • AUDIO-VISUEEL: o (Stop motion) filmpje: Een filmpje is makkelijker te “consumeren” dan, bijvoorbeeld, een brochure of een website. Zie wegwijzer “(Stop motion) filmpje” bij fase “Ontwikkelen” o Videotutorial: Een handleiding wordt krachtiger wanneer hij begeleid wordt door de beelden die de handelingen visualiseren. Zie wegwijzer “Videotutorial” bij fase “Ontwikkelen” o Podcast: Met een podcast kan je makkelijk een audio-opname verspreiden onder een ruim publiek. Zie wegwijzer “Podcast” bij fase “Ontwikkelen”

Bibliografie -/-

 

3  

Wegwijzer:

Kiezen uit je concepten Hoe bepaal je met welk concept je verder gaat en welke concepten voor de vuilbak zijn? Dat is vaak een kwestie van “kill your darlings”... In deze wegwijzer lees je hoe je het keuzeproces aanpakt.

Bij het bedenken van je concepten heb je je vooral laten leiden door je inspiratie. Het ene concept is al wat gedurfder (of complexer of kostelijker of...) dan het andere. Maar welk concept kies je om verder te ontwikkelen tot een afgewerkte communicatie? En welke concepten zijn voor de vuilbak? Laat je bij je keuze leiden door volgende elementen: • Koppel even terug naar de fase “Verkennen”: o Welk concept realiseert het communicatieve doel het best? o Welk concept is optimaal aangepast aan de noden, voorkeuren en levensstijl van de doelgroep? o Welk concept functioneert het best in de tijdruimtelijke context van de communicatie? • Overleg met je opdrachtgever. Welk concept verkiest hij/zij en waarom? • Ga na welk concept het best haalbaar is qua budget en tijdsbesteding. Een handige techniek om je concepten op een genuanceerde en analytisch sterke wijze te beoordelen is een SWOT-analyse maken van elk concept. Noteer voor elk concept - wat de sterktes (“strengths”) zijn, - wat de zwaktes (“weaknesses”) zijn, - wat de mogelijkheden (“opportunities”) zijn, - wat de bedreigingen (“threats”) zijn. Deze SWOT-analyses, die je samen met je opdrachtgever kan maken, zorgen ervoor dat je een doordachte beslissing neemt.

 

Meer weten?

 

Andere wegwijzers • Verkennen > Bepalen wat je wil bereiken met je communicatie • Verkennen > De doelgroep(en) beter leren kennen • Verkennen > De context van de communicatie leren kennen

Bibliografie -/-

 

2