Je kunt het niet bedenken
Liturgie voor de dienst op zondag 1 november 2015, zevende zondag van de herfst, om 10.00 uur in de Ontmoetingskerk. In deze dienst wordt de doop bediend aan Britt Martina Lies Rijneveld Voorganger: Ds. P.M.W. van der Schans Organist: Marjan Klein-Spijker Protestantse gemeente te IJsselstein
2 De Paaskaars brandt Orgelspel We worden stil De dienstdoende ambtsdragers komen binnen. Met hen mee komen ook de doopouders en de dopeling. De voorganger heet allen welkom AAN HET BEGIN Staande zingen van het eerste lied: Psalm 98:1 en 4 1. Zingt een nieuw lied voor God den HERE, want Hij bracht wonderen tot stand. Wij zien Hem heerlijk triomferen met opgeheven rechterhand. Zingt voor den HEER, Hij openbaarde bevrijdend heil en binden recht voor alle volkeren op aarde. Hij doet zoals Hij heeft gezegd. 4. Laat alle zeeën, alle landen Hem prijzen met een blij geluid. Rivieren klappen in de handen, de bergen jubelen het uit. Hij komt, Hij komt de aarde richten, Hij komt, o volken weest verblijd, Hij komt zijn koninkrijk hier stichten, zijn heil en zijn gerechtigheid. Stil gebed Groet Bemoediging De gemeente gaat weer zitten Gebed aan het begin: Sytze de Vries, Bij gelegenheid 1, p. 107 We zingen als loflied: Psalm 68:7 7. God zij geprezen met ontzag. Hij draagt ons leven dag aan dag, zijn naam is onze vrede. Hij is het die ons heeft gered, die ons in ruimte heeft gezet
3 en leidt met vaste schreden. Hij die het licht roept in de nacht, Hij heeft ons heil teweeggebracht, dat wordt ons niet ontnomen. Hij droeg ons door de diepte heen, de HERE Here doet alleen ons aan de dood ontkomen. Leefregel: Marcus 12:28-34 28 Een van de schriftgeleerden die naar hen geluisterd had terwijl ze discussieerden, en gemerkt had dat hij hun correct had geantwoord, kwam dichterbij en vroeg: ‘Wat is van alle geboden het belangrijkste gebod?’ 29 Jezus antwoordde: ‘Het voornaamste is: “Luister, Israël! De Heer, onze God, is de enige Heer; 30 heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht.” 31 Het op een na belangrijkste is dit: “Heb uw naaste lief als uzelf.” Er zijn geen geboden belangrijker dan deze.’ 32 De schriftgeleerde zei tegen hem: ‘Inderdaad, meester, wat u zegt is waar: hij alleen is God en er is geen andere god dan hij, 33 en hem liefhebben met heel ons hart en met heel ons inzicht en met heel onze kracht, en onze naaste liefhebben als onszelf betekent veel meer dan alle brandoffers en andere offers.’ 34 Jezus vond dat hij verstandig had geantwoord en zei tegen hem: ‘U bent niet ver van het koninkrijk van God.’ En niemand durfde hem nog een vraag te stellen. We zingen: Lied 974:1 en 5 1. Maak ons uw liefde, God, tot opmaat van het leven! Wij zijn geroepen om haar zingend door te geven. De wereld zegt ons niet de goede woorden aan. Vernieuw ons hart en doe ons uw beleid verstaan. 2. God, laat geen mensenkind uit uw ontferming vallen. Weer met uw ruime hart het kwade van ons allen. Gij zijt te goeder trouw geweest van het begin. Vasthoudend blijft Gij tot uw liefde overwint. DIENST VAN DE HEILIGE DOOP We luisteren naar uitleg van de doop: De doop is het teken van het begin; Gods genade is ons voor. In de Naam van de Vader, die ons aanneemt als zijn kind en opneemt in zijn eeuwige liefde, voordat wij denken of geloven kunnen.
4 In de Naam van de Zoon, die gekomen is in de wereld om ons namens God te roepen en te bevrijden. In de Naam van de Heilige Geest; God met ons en in ons, in kracht en vrede. Zo wordt de doop bediend. Het lijkt maar een klein teken, maar zo zeker als dit kind wordt gedoopt, zo zeker heeft God het bestemd voor zijn Koninkrijk. Maar zonder geloof is dit teken een lege vorm. Ben en Manouk, door jullie is dit kind in de wereld gekomen. Het is jullie toevertrouwd om ervoor te zorgen. Door jullie liefde zal het gaan houden van mensen, door jullie vertrouwen geloven in de zin van het leven. Vandaag vraagt de kerk van Christus jullie haar ook vertrouwd te maken met het geloof in God, haar in contact te brengen met het Evangelie van Jezus Christus, opdat ze eenmaal volwassen, kan kiezen om de weg van Christus te volgen. We zingen de apostolische geloofsbelijdenis Lied 340b (staande): Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde. En in Jezus Christus, zijnen eniggeboren Zoon, onze Heer, die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria, die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, nedergedaald ter helle, ten derde dage wederom opgestaan van de doden, opgevaren ten hemel, zittende ter rechterhand Gods, des Almachtigen Vaders; vanwaar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden. Ik geloof in de Heilige Geest. Ik geloof in een heilige algemene christelijke kerk, de gemeenschap der heiligen, vergeving der zonden, wederopstanding des vleses en een eeuwig leven. Amen (3x). Doopvragen aan de ouders en hun antwoord Vraag aan de gemeenteleden en hun antwoord: Wilt u dit kind van God in uw midden ontvangen om samen met haar de weg van Jezus te gaan? Antwoord: Ja, dat willen wij.
5 We zingen: ‘Klein, klein kindje’ (melodie: Gezang 5 uit Gereformeerd Kerkboek en Lied 58 uit Hemelhoog):
1. Klein klein kindje je wordt vandaag gedoopt God wil ook voor jou zorgen Hij geeft je nieuwe hoop 2. Klein klein kindje je hoort er nu ook bij mag met God verder leven Hij zegt: “je hoort bij mij”. Doopgebed: Lied 356 gesproken De kinderen mogen erbij komen Naamgeving Bediening van de doop We zingen staande: Lied 413:3 (aangepast): Heer, ontferm U over haar open uwe Vader-armen, stort uw zegen over haar neem haar op in uw erbarmen. Eeuwig blijft uw trouw bestaan laat haar niet verloren gaan. Aansteken doopkaars De doopouders leggen een doopsteentje met de naam van de dopeling in het stiltecentrum op de plek van gedachtenis We zingen: Lied 778:1, 2, 3 en 4 1. O Here God, ons liefst verlangen,
6 dit kind van ons, dit liefdepand, wij hebben het van U ontvangen, wij geven ’t U uit uwe hand 2. Als Gij het zelf niet vast blijft houden, nu het in onze handen is, dit kind voor ’t licht bestemd, - hoe zouden wij ’t hoeden voor de duisternis? 3. Geef dat wij niets zozeer begeren, als dat ons kind U kennen zal, die U in Christus onze Here geopenbaard hebt eens voor al. 4. Geef dat het van ons leert te kijken naar Hem die ’t licht der wereld is en altijd meer op Hem gaat lijken: een lichtglans in de duisternis, DIENST VAN HET WOORD Gebed om de opening van het Woord Gesprek met de kinderen: Iedereen gaat wel eens op vakantie. Hoe ziet de plaats eruit waar je naartoe gaat op vakantie? Hoe weet je dat? En als je er nog nooit geweest bent, hoe weet je het dan? Geloof je alle foto's van de websites of in de vakantiefolders? Wanneer geloof je dat je vakantiebestemming echt tof is? Het wordt lastiger als er nog niemand geweest is, of als iedereen die er naartoe gaat daar ook blijft, niet meer terug komt en ook niets meer van zich laat horen. Vandaag is er een moeilijke vraag in het Bijbelverhaal: de Sadduceeën willen weten hoe het leven na de dood eruit ziet. Dat een rare vraag, want ze geloven eigenlijk helemaal niet in leven na de dood. Misschien willen ze gewoon laten zien dat het niet kan, of raar is. En ze zijn niet de enigen die er zo over denken, ook nu zullen veel mensen het met ze eens zijn. Over hoe het is in de hemel gaan we nadenken in de kerk en in de kindernevendienst. We zingen met de kinderen: Lied 218:1 en 5 1. Dank U voor deze nieuwe morgen, dank U voor elke nieuwe dag. Dank U dat ik met al mijn zorgen bij U komen mag. 5. Dank U voor alle mooie klanken, al wat ik zien en horen kan. Dank U – o God, ik wil U danken dat ik danken kan.
7
De lichten worden door de kinderen meegenomen. Er is tienernevendienst. Ook kan de dopeling weer weg uit ons midden. Schriftlezing: Marcus 12:18-27 18
Er kwamen enkele sadduceeën naar hem toe; volgens de sadduceeën is er geen opstanding uit de dood. Ze vroegen hem: 19 ‘Meester, Mozes heeft ons het volgende voorgeschreven: “Als iemand sterft en een vrouw achterlaat, maar geen kinderen, moet zijn broer die vrouw bij zich nemen en nakomelingen verwekken voor zijn broer.” 20 Er waren eens zeven broers. De eerste nam een vrouw en stierf zonder nakomelingen; 21 de tweede nam haar tot vrouw, maar stierf ook zonder nakomelingen; en met de derde ging het net zo. 22 Geen van de zeven kreeg nakomelingen. Het laatst van allen stierf de vrouw. 23 Wiens vrouw zal ze dan zijn bij de opstanding, wanneer ze opstaan uit de dood? Alle zeven zijn ze immers met haar getrouwd geweest.’ 24 Jezus antwoordde: ‘Dwaalt u niet? U kent blijkbaar de Schriften niet en evenmin de macht van God. 25 Want wanneer de mensen uit de dood opstaan, trouwen ze niet en worden ze niet uitgehuwelijkt, maar zijn ze als engelen in de hemel. 26 Wat betreft de opwekking van de doden, hebt u in het boek van Mozes in het gedeelte over de doornstruik niet gelezen dat God tegen hem zei: “Ik ben de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob”? 27 Hij is geen God van doden, maar van levenden; u dwaalt vreselijk!’ We zingen: Lied 348:4, 6 en 9 4. Geef ons uw naam, de oude mens moet sterven, in U zal hij een nieuw bestaan verwerven als Gij maar voor hem in wilt staan. 6. Uw teken spreekt Gij wilt zijn Heiland wezen, het is gedoopt, begraven en herrezen in Vader, Zoon en Heilige Geest. 9. Er is gedoopt! Wij allen zijn verbonden, het voorgeslacht, de ouders, die hier stonden, de ganse kerk in een geloof. Verkondiging: Gemeente van onze Heer Jezus Christus! We hebben de discussie tussen de sadduceeën en Jezus over de opstanding gelezen. En we hebben de doop van Britt vanmorgen meegemaakt. Wat hebben die met elkaar te maken? Of past het niet samen en hebben we pech met dit Bijbelgedeelte? Ik denk dat het wel past. En dat er een verbinding te maken is. Daarom leg ik eerst iets uit over die discussie. Dat betekent achtergrondinformatie geven. En dan verbind ik het vervolgens met de doop.
8 In het gedeelte uit Marcus gaat het vanmorgen om een absurde vraag van de sadduceeën. En de inzet is het geloof in de opstanding uit de dood. De sadduceeën geloven niet in de opstanding. Ze vormen een stroming, een groepering, een partij. De aanhangers komen uit de elite. Onder hen vind je overpriesters, schriftgeleerden en oudsten. Het gaat om de hoofden van rijke joodse families. Het waren invloedrijke mensen. Ze zijn als 'liberaal-conservatief' te typeren. Tegenover de farizeeën wilden zij juist zo weinig mogelijk nieuwe toepassingen van de eerste vijf boeken van Mozes vastleggen. Handhaving van de bestaande orde was hun voornaamste doel. Dat betekent zoveel als: gezagsgetrouw aan de Romeinen. En afwijzing van verandering en vernieuwing. Ze gaan alleen uit van de schriftelijke traditie. Niet van de mondelinge overlevering. Dat doen farizeeën wel. Sadduceeën beroepen zich op de eerste vijf boeken van Mozes. Ze menen, dat een mens verder leeft in zijn kinderen en kleinkinderen. Dan wordt je naam, je positie en je familiebezit niet uitgewist. Zó leeft een mens verder na de dood. Vandaar dat nageslacht zo belangrijk is. Hun gedachten voeren ze tot het absurde door. Zo maken ze het geloof in opstanding soort van bespottelijk. En geloof in de opstanding begon juist in die dagen te groeien. Dat geloof heeft zich pas ontwikkeld na het ontstaan van het Oude Testament, toen het voortbestaan van het volk Israël door grote mogendheden ernstig bedreigd werd. Veel mensen stierven een ontijdige en onrechtvaardige dood. In de oude Schrift en in het geloof van de vaderen vond Israël hoop op en zekerheid van een toekomst bij God: niet alleen in het leven, maar ook in de dood; niet alleen voor het volk, ook voor het individu. De voorstelling dat de gestorvenen in heerlijkheid voor het aangezicht van God weer tot leven worden geroepen, dateert in die vorm pas van twee eeuwen voor Christus. In de tijd van Jezus was dit geloof verder uitgekristalliseerd en populair onder het volk en de farizeeën. De sadduceeën komen met een extreem voorbeeld. Een vrouw trouwt steeds een man die steeds kinderloos sterft. Zoals de regels van Deuteronomium (25:5-10) voorschrijven moet de broer van de overledene dan met die vrouw trouwen en voor nageslacht zorgen. Zo is de instelling van het zogenaamde leviraatshuwelijk bedoeld. Dat zwagerhuwelijk gebeurt zeven keer. Met wie is de vrouw dan na de opstanding getrouwd? Eén vrouw die dan wordt opgewacht door zeven rivalen! Dat wordt een rommeltje. De vraag van de Sadduceeën is ook al spannend als je aan de woorden van Jezus zelf denkt. Hij sprak immers over zijn eigen opstanding. Die zou ook op losse schroeven komen te staan als de Sadduceeën gelijk hebben. Het antwoord van Jezus is tamelijk fel en uitgesproken. Er is geen sprake van trouwen bij het opstaan. Je spreekt dan over een heel andere situatie dan wij ons kunnen voorstellen als mensen. Mensen die opstaan uit de dood zijn als engelen in de hemel. Dat kunnen we alleen ons verbeelden. Je kunt het niet bedenken. En dan antwoord Jezus ook nog eens heel tactisch met een verwijzing naar een tekst uit het deel van de bijbel dat de sadduceeën wél aanvaarden. Het gaat om Exodus 3:6: “Ik ben de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob” God is geen God van doden maar van levenden. Jezus weerlegt hun argumentatie door er op te wijzen hoe God zich voorstelt aan Mozes. God is de God die zich verbindt de generaties door. Steeds weer opnieuw, de geslachten door. Dus ook aan mensen van vandaag; aan Ben en Manouk; aan kinderen van vandaag als Lynn en nu ook Britt. Hij verbindt zich met levenden. Hij is steeds opnieuw voor ieder van hen weer God. Telkens weer is van deze mensen de geschiedenis opnieuw begonnen. Zij zijn het, die uit de dood van uitzichtloosheid zijn opgewekt. Daarom zijn zij geen historie, maar leven zij nog. Opstanding is méér dan leven na de dood.
9 Hoog tijd om ook de verbinding te gaan maken met de gebeurtenis van de doop van Britt van vanmorgen. En de doop van ieder ander. Dopen herinnert aan het geboren worden. Er komt nieuw leven. Er staat nieuw leven op. Door het vruchtwater van de baarmoeder heen wordt nieuw leven geboren. Britt is niet in dat water verdronken, maar er doorheen gekomen. Ze is voorbij gekomen aan alle risico’s. Feestelijk nieuw leven. Dopen gaat er op door. Gaat nog dieper. Dopen is sterven en opstaan. Dat kun je nog wat afzien aan de vorm van dopen. Ik moet bekennen - bij onze manier van dopen is het nog amper te zien. Die paar druppels; dat handje vol. Dat sprenkelen levert nauwelijks gevaar op. En maakt het lastig om te denken aan dopen als sterven en opstaan. Neem dan de onderdompeling bij andere christenen. We hoeven niet eens heel ver te gaan. In de Pauluskerk van de Nieuw Testamentische Gemeente kun je die onderdompeling zien en meemaken. Ik laat een paar foto’s zien.
10
Helaas zijn ze niet van een echte doop. Maar bij ons bezoek laatst op de onze startzondag werd het doopbad open gemaakt zodat we het in elk geval leeg konden zien. Het zit onder het podium. En je gaat echt helemaal koppie onder. Daar zorgt de voorganger wel voor… Zo beleef je sterker dat de doop ondergang is. In water kun je verdrinken, sterven, wegzakken. Maar bij de doop beleef je ook dat je mag opstaan. Nieuw leven mag ervaren. Je bereikt de veilige overkant en hebt toekomst. Door deze doop ben je verbonden met Jezus. Romeinen 6 brengt dat heel indringend onder woorden. 6:3 Weet u niet dat wij die gedoopt zijn in Christus Jezus, zijn gedoopt in zijn dood? 4 We zijn door de doop in zijn dood met hem begraven om, zoals Christus door de macht van de Vader uit de dood is opgewekt, een nieuw leven te leiden. 5 Als wij delen in zijn dood, zullen wij ook delen in zijn opstanding. Je wordt door deze doop schoongemaakt. Gereinigd van alles wat God niet graag ziet. En je mag opgelucht adem halen en opnieuw beginnen. Opstaan voor een nieuw bestaan. En zelfs die kleine Britt mag dat nu al voelen. En straks zullen we het haar uitleggen. Ben en Manouk en wij als gemeente met hen. We zullen vertellen, dat God elke keer weer mensen uit de duisternis van het bestaan; uit de donkere dood zal redden. En nieuw bestaan, nieuw leven, nieuwe toekomst zal geven. En misschien gaat het gezin Rijneveld dan ook nóg weer eens naar ons stiltecentrum. Daar is de plek van gedachtenis. U ziet die plek hier op de foto:
11
Op de voorgrond staat ons doopvont. Als het niet wordt gebruikt staat het op die plek van gedachtenis. Daar staan we stil bij geboorte en leven; bij dood en leven. Daar is de plek waar al die diepgang van de doop, dood en leven door je heen kan gaan.
Iets dichterbij: u ziet de oude doopschalen uit de kerken waar de Ontmoetingskerk zelf uit is geboren. Links de verzilverde van De Burchtkapel. Rechts de tinnen van De Poort. En in de één de steentjes met de namen van de kinderen die gedoopt zijn. En in de andere de steentjes met de namen van de gemeenteleden die gestorven zijn. Want u hebt begrepen: dood en leven horen bij elkaar; ook bij de doop. In de linkernis ziet u de gedachtenis boeken staan. Als de steentjes weer opgehaald zijn door de familie dan komen de namen van de dopelingen en van wie ons is voorgegaan in die boeken. Titia Krijger schrijft ze er met schoonschrift in. En zo blijft een naam ook in ons midden bewaard als het steentje is meegenomen.
12 Zo gedenken we hoe God met ons verbonden is door het vruchtwater heen; door het doopwater heen en over het lijden heen. Zo gedenken we dat we voor het leven bestemd zijn. Nu al en straks. Ook al kun je niet bedenken hoe - we leven dankzij de Heer! Amen. Meditatief moment We zingen: Lied 641:1 en 4 1. Jezus leeft en ik met Hem! Dood, waar is uw schrik gebleven? Hem behoor ik en zijn stem roept ook mij straks tot het leven, opdat ik zijn licht aanschouw, dit is al waar ik op bouw. 4. Jezus leeft! Nu is de dood mij de toegang tot het leven. Troost en kracht in stervensnood zal de Levende mij geven, als ik stil Hem toevertrouw: Gij zijt al waar ik op bouw! DIENST VAN HET ANTWOORD De kinderen van de nevendienst komen terug en overhandigen een geschenk van de kindernevendienst aan de doopouders Gebeden: dankgebed - voorbeden - stil gebed - Onze Vader Lieve God, niemand kan ons vertellen hoe de hemel eruit ziet, en dat maakt je wel eens bang. Waar ga je naar toe na je leven? Maar een ding weten we zeker: Er zijn allemaal mensen die van ons houden en U bent er. Maar tot die tijd, zijn we vooral blij dat U, God, er ook bent voor alle mensen die gewoon op aarde leven. En we vaak een stukje van Uw hemel op aarde zien. Delen van de bloemengroeten Inzameling van de gaven onder orgelspel Wie dat wil kan de kinderen van de crèche ophalen AAN HET EINDE We zingen het slotlied (staande): Lied 416:1, 2 en 3
13
1. Ga met God en Hij zal met je zijn, jou nabij op al je wegen met zijn raad en troost en zegen. Ga met God en Hij zal met je zijn. 2. Ga met God en Hij zal met je zijn: bij gevaar, in bange tijden, over jou zijn vleugels spreiden. Ga met God en Hij zal met je zijn. 3. Ga met God en Hij zal met je zijn: in zijn liefde je bewaren, in de dood je leven sparen. Ga met God en Hij zal met je zijn. Uitzending en zegen Gemeentezang: Liedboek 431c Inzameling van gaven bij de uitgang voor de exploitatie van de kerkelijke gebouwen Na de dienst kunt u de doopouders in de ontmoetingsruimte van de kerk geluk wensen