Plannen Groep 1/ 2 Taken plannen groep 1/2 Cds De Klister , Marieke Folkers
Foto + de beschrijving van ons planbord. OBS De Driebond Groningen, Maaike Nieuwbeerta..
Doorgaande lijn groep 2 naar groep 3; Bisschop Bekkersschool, Groningen; Miriam van Doorn Planbord groep 1,2 O.D.S. De Gavehoek, Oostwold, Martin Westebring
Westerschool, Wildervank Hilma van Achteren ‘t Zonnedal, Alteveer Jeanetta Hanouwer, ’t Karrepad, Groningen Catelijne van Krieken
Taken plannen groep 1/2 Cds De Klister , Marieke Folkers
Foto taakbord volgt nog
Op het moment buigen we ons nog over de vraag: 'Aan welke eisen/doelen moet een taak voldoen?'. Dit staat dus nog niet op papier
In groep 1 en 2 wordt gewerkt met taken. Tijdens het keuze/taakuur kunnen kinderen kiezen of ze gaan spelen (vrijheid van keuze: hoeken) of dat ze aan een taak gaan werken. Op maandag worden de taken aangeboden en uitgelegd. Deze taken maken deel uit van de weektaak. Iedere dag is er tijd om met de weektaak bezig te zijn. Op vrijdag moeten de taken afgerond zijn. De taak De taken worden visueel gemaakt d.m.v. afbeeldingen/pictogram, een uitgewerkt voorbeeld of een voorbeeld dat door de leerlingen gemaakt is. Tijdens het aanbieden van de taken kan er gekozen worden om samen met de kinderen een voorbeeld te maken. Bovengenoemde hangt op een whiteboard boven het taakbord. Een taak kan bestaan uit: creatieve opdrachten spelen in de hoeken werken met ontwikkelingsmateriaal Een taak wordt zo samengesteld dat een kind naast het uitvoeren van de taak ook nog tijd over houdt om te kunnen werken/spelen in de hoeken. Afspraak: wanneer je aan een taak begint, maak je deze ook af. Eerst werken, dan spelen (kiezen op het keuzebord). De taken worden n.a.v. een bepaald thema vastgesteld. Het taakbord De registratie van het taakgericht werken gebeurt op het taakbord. De indeling van het takenbord is als volgt: Eerste kolom: Namenlijst Kolom 2/3, 4/5, 6/7, 8/9: Taak 1, 2, 3, 4 (per taak 2 kolommen) Eerste rij: Aanduiding van de taak, zowel een cijfer als het stippenaantal De kinderen bepalen zelf de dag waarop ze taakwerk doen. Met een magneetknop, in de goede dagkleur, wordt aangegeven dat er aan een taak begonnen wordt. Aan het begin van het schooljaar wordt deze magneetknop door de leerkracht bevestigd. Verderop in het jaar doen de kinderen dit zelf. Hier zit een opbouw in die per kind kan verschillen. Globaal ziet deze opzet er als volgt uit: Groep 1 Start schooljaar - Leerkracht voorjaarsvakantie plakt 1ste magneetknop Na Leerling plakt voorjaarsvakantie 1ste knop - zomervakantie
Groep 2 Leerling plakt Start Leerling plakt Leerling plakt de 2 schooljaar - 1ste 2de magneetknop zomervakantie magneetknop magneetknop Leerling plakt 2de magneetknop
Wanneer een taak af is, bevestigen de kinderen een magneetje in de goede dagkleur achter de 1 ste magneetknop. Aan het eind van de week bekijkt de leerkracht met de kinderen of ze hun weektaak af hebben gekregen.
Het kind bepaalt zelf op welke dag hij/zij wil werken en aan welke taak. Gaat het kind op maandag of dinsdag werken aan een taak dan doet hij dit samen met zijn maatje. Op deze dagen is het namelijk verplicht om met je maatje een hoek of een taak te kiezen. Op de overige dagen mag een kind zelf bepalen of hij met zijn maatje wil spelen of werken. Taken plannen Groep 1 maakt 2 taken per week, groep 2 maakt er 3. De instroomgroep is hier in het begin vrij in. Er wordt toegewerkt naar in ieder geval 1 taak per week. In groep 1 plannen de kinderen hun taken per dag. Een kind dat daaraan toe is mag per 2 dagen zijn ta(a)k(en) plannen. Hij kan toe werken naar het plannen voor een hele week. Rond de meivakantie begint de leerkracht met de kinderen aan het plannen voor een hele week. In groep 2 plannen de kinderen hun taken voor een hele week. Eerst doen ze dit onder begeleiding van de leerkracht, later mogen ze dit alleen doen. Zetten we dit in een schema, dan ziet het er als volgt uit: Groep 1 Start schooljaar voorjaarsvakantie Voorjaarsvakantie meivakantie
Met leerkracht Met leerkracht
Groep 2 Start schooljaar - Per week Met voorjaarsvakantie plannen leerkracht Voorjaarsvakantie meivakantie idem Zelf plannen
Mei vakantie zomervakantie
Met leerkracht
Mei vakantie zomervakantie
Per dag plannen Per 2 (3)dagen plannen - Per week plannen
- idem
Zelf plannen
Taakuren Dagelijks Materialen voor een taak liggen klaar. Alle taken hebben een vaste werken plek (organisatie) Elk kind pakt zelf datgene wat nodig is om aan een taak te kunnen werken en ruimt zijn materialen zelf op. De leerkracht controleert de taak. Geleidelijk aan dit meer aan het kind overlaten, eerst samen met het kind en uiteindelijk doet een kind dit zelf (kinderen die hiertoe in staat zijn). Samen werken en overleggen is altijd toegestaan. Altijd eerst zelf proberen een oplossing voor een probleem te vinden. Dan aan andere kinderen of je maatje vragen. Lukt dit niet dan aan de leerkracht vragen. Er is een grote mate van vrijheid: - Je kiest zelf wanneer je aan een taak werkt. - Je kiest zelf aan welke taak je werkt. - Je bent zelf verantwoordelijk voor je werk en dus ruim je zelf ook alles weer op. - Je mag andere kinderen helpen.
Foto + de beschrijving van ons planbord. OBS De Driebond Groningen, Maaike Nieuwbeerta..
Op het planbord hangen de naamkaartjes van de leerlingen. In de rij achter hun naam hangen de leerlingen het activiteitenkaartje van hun 1e keuze op de betreffende dag. De activiteitenkaartjes komen overeen met de verschillende hoeken. De activiteitenkaartjes blijven de gehele week hangen. Groep 2 mag twee keer voor dezelfde activiteit kiezen, groep 1 drie keer. Behalve de allerjongsten, zij zijn vrij in hun keuze. De taken worden aangegeven door een kaartje met een symbool. - een cirkel voor de taak die door elke leerling wordt gedaan ( verplicht), vaak een creatieve taak. - een vierkant voor de cognitieve taak, deze is voor groep 2 verplicht. De geïnteresseerde leerlingen van groep 1 mogen deze taak ook doen. - een driehoek voor een keuzetaak. Deze is niet verplicht. Groep 2 plant de taken na de uitleg ( op maandag en dinsdag) in. Groep 1 als dit mogelijk is. De taak moet aan het einde van de week af zijn. Uitleg foto: De foto is genomen op dinsdag. De “vierkante” taak is door de leerlingen ingepland; sommige leerlingen hebben ook de “ronde” taak al ingepland.
Doorgaande lijn groep 2 naar groep 3; Bisschop Bekkersschool, Groningen; Miriam van Doorn Wij gebruiken in groep 3 hetzelfde keuzebord als in groep 2. Er staat nog b.v. lego en knex op maar ook groep 3 materialen zoals stempelboekje, knipoog, tip top etc. Kinderen mogen tot de herfstvakantie nog elke dag een half uur kiezen. Kinderen krijgen wel elke week 1 weekopdracht die zij op maandag plannen. In de 2e kolom kruisen ze af wanneer ze de weekopdracht klaar hebben. Zo houden we het plannen er in. Als we met de dagtaak gaan beginnen krijgen de kinderen geen weekopdracht meer op het keuzebord en wordt het keuzebord afgebouwd naar 3x per week. In groep 4 stopt het kiezen m.b.v. het keuzebord.
Separaat bestand: 2-3-taak-Bekkerschool
Planbord groep 1,2 O.D.S. De Gavehoek, Oostwold,Martin Westebring
Hoe werkt het in het kort?: Aan het begin van de week plant de leerling voor de hele week zijn werkjes met een vierkant magneetje in de kleur van de gewenste dag. Wanneer er een werkje is gedaan, vervangt hij het vierkante magneetje voor een rond magneetje. De leerling kan hierbij kiezen uit verschillende smileys om aan te geven wat hij van het werkje vond. De leerkracht geeft vervolgens ook een smiley als een soort beoordeling. Dit wordt met de leerling besproken. Het gaat hierbij voornamelijk om het proces.
Westerschool, Wildervank Hilma van Achteren
Plannen van werk in de groepen 1 en 2.
Op de Westerschool in Wildervank zijn in de groepen 1 en 2 geen planborden. De leerlingen krijgen in groep 1 al een taakbrief. Hoe werkt het in groep 1. Na de herfstvakantie krijgen de leerlingen een taakbrief. Op de taakbrief staan twee werkjes. De werkjes moeten de leerlingen in die week maken. Op de maandag vertelt de leerkracht welke werkjes de leerlingen die week moeten maken en wat de bedoeling is. De leerkracht vraagt dan aan de leerlingen wie welk werkje wanneer gaat maken. De leerkracht noteert dit in een map. De leerlingen komen bij de leerkracht en gaan het hokje kleuren in de kleur van de dag dat ze het werkje willen gaan maken. Elke ochtend bespreekt de leerkracht de werkjes en vraagt aan de leerlingen wie er die dag een werkje gaat maken. Ze kunnen aangeven hoe ze het werkje gaan maken, alleen of samen. ( wie heeft het voor die dag gepland) Als een leerling het niet meer weet, dan bespreekt de leerkracht dit met de leerling. Als een leerling een werkje heeft gedaan, komt de leerling bij de leerkracht en gaat het werkje afkleuren. Ook gaat de leerling het werkje evalueren. Onder het werkje (een pictogram/foto/plaatje) staan twee smileys. Een met een vrolijk gezicht en een met een verdrietig gezicht. Ze gaan het gezichtje kleuren dat bij werkje past. (dus wat ze er van vonden, leuk /niet leuk) De leerkracht bespreekt mondeling met de leerling waarom dat gezichtje is gekleurd. Als alle werkjes gemaakt zijn en afgekleurd zijn, komt de taakbrief in de portfolio van de leerling. De portfolio gaat na een aantal weken mee naar huis. Zo zien de ouders wat er is gemaakt, wanneer ze het hebben gemaakt en wat de leerling van het werkje vond. Na de herfstvakantie krijgen de leerlingen in groep 1 voor het eerst een taakbrief. Op de taakbrief staan dan twee werkjes die de leerlingen in een week moeten plannen en maken. De hoeveelheid werkjes gaat naar drie.
Hoe werkt het in groep 2: In groep 2 werkt het net zo als in groep 1. De leerlingen moeten alleen meer werkjes maken. Ze starten met het maken van drie werkjes in een week. Uiteindelijk is het de bedoeling dat de leerlingen vijf/ zes werkjes in een week plannen en maken. Maar ook evalueren.
Taakbrief groep 1
Moederdag 18 t/m 21 april 2011 naam: 1
2
Taakbrief groep 2
Thema:
naam:
t/m
aandachtspunt van de week:
1
2
4
3
5
Hoe werkt de planning in de groepen 1 en 2 op O.d.s. ’t Zonnedal.
Op O.d.s. ’t Zonnedal werken we met een planbord. Groep 1 en 2 zitten in een combinatiegroep.
Foto planbord.
Links op het bord hangen de dagritmekaarten. Er wordt aangegeven met een pijl in de dag kleur op welk moment van de dag we zijn. Ochtend en middag zijn gescheiden. In het midden hangen er pictogrammen van de materialen/werkjes verticaal, foto’s van de leerlingen horizontaal, magneten in de dag kleuren waarmee ze plannen. Niet alleen de moet werkjes staan op het planbord maar ook de keuzewerkjes. De beide werkjes kunnen de kinderen plannen d.m.v. een dagkleur magneet te zetten. Tevens is voor de leerlingen te zien hoeveel kinderen er in een bepaalde hoek mogen d.m.v. een pictogram met 1, 2 of 3 kindertjes erop. Als het werkje is gemaakt dan wordt de dag kleur vervangen door een zwarte magneet. Hierdoor is gelijk te zien hoe ver de kinderen zijn. Naast het plangedeelte hebben we dan nog de kalender. Elke dag beginnen we met de kalenderbeurt. Het hulpje van de dag gaat de groep vertellen welke dag het is, indien mogelijk de datum erbij, ochtend of middag, welke maand en welk seizoen. Er wordt gekeken wat voor weer het is. Begrippen zoals gisteren, morgen e.d. komen hier ook aan bod.
Op O.d.s. ’t Zonnedal wordt op dit moment nog niet met papieren dagtaken in de groepen 1 en 2 gewerkt. Het evalueren van de gedane werkjes/opdrachten wordt in de kring gedaan voordat de leerlingen gaan eten. Vragen als: Wat ging er goed, wat ging er niet goed, was het moeilijk e.d. worden gesteld door de leerkracht maar soms ook door de leerlingen zelf.
Hilma van Achteren, Westerschool te Wildervank Jeanetta Hanouwer, ’t Zonnedal te Alteveer ( Gn.)
Afspraken groep 1/2 m.b.t. het taakwerk Versie 26-9-2011 ’t Karrepad, Groningen, Catelijne van Krieken
Weektaak. In de groepen 1/2 wordt gewerkt met een takenbord: één bord waarop alle activiteiten gepland worden, zowel het taakwerk als de hoeken/werkplekken. Op het bord staan de werkmomenten aangegeven in de kleuren van de dag. De leerkracht legt, voordat de werkles/taaktijd ingaat, de kaartjes op tafel van de hoeken/werkplekken en opdrachten waaruit de kinderen dat dagdeel kunnen kiezen. Het aantal plaatsen per activiteit wordt aangegeven met het aantal kaartjes dat voor elke opdracht op tafel ligt. De leerlingen kiezen om de beurt een taakopdracht of werk/speelplek en hangen het kaartje achter hun naam op het desbetreffende dagdeel. Als een kind zijn taakopdracht af heeft, hangt het een transparant kaartje met een krul in de desbetreffende dagkleur over het symbool van de taakopdracht. Wil een leerling alvast een taakopdracht plannen voor later in de week, dan kan het daar alvast een symbool voor ophangen. Dit is niet voor iedereen verplicht. Een kind dat toe is aan plannen, geeft dat zelf wel aan.
Leerlingen die geneigd zijn alle taakopdrachten uit te stellen tot het laatste moment, kunnen samen met de leerkracht hun taakopdrachten eerder plannen, zodat het op tijd af komt en er niet een te grote groep kinderen aan een taakopdracht werkt. De gekozen activiteiten blijven de hele week op het bord hangen, zodat ook zichtbaar is wat een leerling al heeft gedaan. Pas aan het eind van de week worden alle activiteitenkaartjes van het bord gehaald en opgeborgen in een ladenkastje.
Een taakopdracht is een verplichte opdracht. Dat kan een knutselopdracht zijn, maar ook een werkblad, een computeropdracht, een opdracht in de letterhoek, een rekenopdracht, bepaald spel o.i.d. Er wordt gewerkt met drie weektaakopdrachten. Elk soort taakopdracht heeft zijn eigen symbool. De cirkel is het symbool (knutseltaak) voor de groepen 1 en 2, het vierkant is het keuzewerk voor de groepen 1 en 2 en de driehoek zijn de twee werkbladen voor groep 2. De inhoud van de twee werkbladen is afhankelijk van het thema waaraan gewerkt wordt. Kinderen uit groep 1 maken dus twee taakopdrachten en de kinderen uit groep 2 maken drie taakopdrachten. Is dit voor een kind structureel te veel, dan kan het een minimumtaak krijgen. (een opdracht minder of een makkelijkere versie van de opdracht)
Hoe er na de eerste keuze verder gekozen wordt, wordt per leerkracht/groep zelf bepaald.
Keuzewerk. Keuzewerk is in de taak opgenomen om de taak passend te maken naar interesse. Binnen de interesses zijn er ook verschillende niveaus aangebracht. Elke groep heeft een keuzewerkmap waar ten minste drie opdrachten inzitten. Dit kan van alles zijn. Van een knutselopdracht of werkblad tot een computer- of bouwopdracht. Dit is het werk waar de kinderen uit kunnen kiezen als ze het symbool voor keuzewerk hebben opgehangen.
Maatjes. Maatjeswerk is het samenwerken met een al dan niet willekeurig gekozen maatje. Hierdoor leren de kinderen met verschillende kinderen samen te werken. Ook kinderen met wie ze normaal niet veel
omgaan. Dit kan bevorderlijk werken voor de sfeer en het klimaat in de klas. Als er bewuste koppels gemaakt worden, kan dat op niveau gebeuren of op leeftijd, geslacht e.d. Zo kunnen ze van elkaar leren en van elkaars kwaliteiten gebruik maken.
In groep 1/2 kunnen de maatjes ingezet worden tijdens taakwerk, helpen met bijvoorbeeld de jas aan doen, lopen in de rij, het opletten op elkaar tijdens het buitenspelen, etc.
Na elke vakantie worden de maatjes gewisseld..
Evalueren. Er wordt vrijwel in elk kringmoment wel terug gekeken naar wat er gedaan is en voorbesproken wat er gedaan gaat worden. Er wordt dus meerdere malen per dag geëvalueerd met de kinderen.
’t Karrepad, Groningen Catelijne van Krieken
