2. Beschrijving en verduidelijking van het voorgenomen plan en in voorkomend geval redelijke alternatieven voor het plan of onderdelen ervan

1. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer

2. Beschrijving en verduidelijking van het voorgenomen plan en in voorkomend geval redelijke alternatieven voor het plan of onderdelen ervan

Initiatiefnemer: Gemeente Grobbendonk Boudewijnstraat 4 2280 Grobbendonk

2.1. Situering van het plangebied..............bijlage 1: plan bestaande toestand Het plangebied situeert zich in het centrum van Grobbendonk, ca. 700 meter ten noordwesten van de ‘Bist’, het hart van de gemeente. Het studiegebied bevindt zich in het woonblok ingesloten door de Floris Primsstraat, Nijverheidsstraat en Leopoldstraat. De Leopoldstraat vormt een belangrijke verbinding tussen het centrum van Grobbendonk enerzijds en de gemeente Zandhoven anderzijds. In het plangebied situeert zich, ten zuiden, aan de Leopoldstraat de supermarkt ‘Lidl’. In oostelijke richting bevindt zich de drankenhandel Willems en ijzerhandelaar Vercammen BVBA. Ten noorden situeren zich aan de Floris Primsstraat de gebouwen van de voormalige onderneming PLA-MA.

Opdrachthouder: bvba ARK Sint-Waldetrudisstraat 9b 2200 Herentals

1.Luchtfoto plangebied

Grobbendonk – RUP PLA-MA

4

plangebied

bvba ARK – februari 2009– ref. 06101813.02

2. Situering plangebied

3. Gewestplan Herentals - Mol

plangebied

Volgende bestemmingen komen voor in het plangebied, conform het gewestplan Herentals - Mol, vastgelegd bij KB van 28.07.1978: woongebied; gebied voor ambachtelijke bedrijven & KMO’s. Het op te maken RUP bestrijkt een gebied van ca. 2,3 ha.

Het gewestplan kleurde dit gebied hoofdzakelijk in als KMO – gebied voor de onderneming PLA-MA. PLA-MA was vroeger een onderneming welke veiligheidskunststoffen produceerde voor de auto – industrie. De bedrijvigheid was echter niet verzoenbaar met de omgeving en op aanraden van het gemeentebestuur zijn de activiteiten geherlocaliseerd. Het huidige terrein werd door de gemeente aangekocht in het voorjaar 2001.

2.2. Beslissing tot opmaak

Het BPA PLA-MA heeft dit KMO-gebied omgezet naar een plan met voornamelijk wonen. Zo kunnen er nu ééngezinswoningen en meergezinswoningen gebouwd worden. De zone voor handel met nabestemming wonen wordt ingevuld door de supermarkt ‘Lidl’.

In de schepencollegebeslissing van 09/01/2007 werd bvba ARK aangesteld als ontwerper van het RUP PLA-MA. 2.3. Motivering tot opmaak.......................................bijlage 2: BPA PLA - MA Momenteel is er voor het betrokken gebied het BPA PLA-MA (MB 11 mei 2004) van kracht.


plangebied

De gemeente wenst echter het betrokken BPA te wijzigen omwille van onderstaande redenen: de supermarkt ‘Lidl’ heeft te kampen met uitbreidingsnoden. Het BPA laat een dergelijke uitbreiding niet toe.

5


ten oosten van het bestaande BPA aan de Leopoldstraat is drankenhandel Willems gelegen. Deze wenst uit te breiden op gronden welke momenteel vervat zitten in het bestaande BPA. Het bestaande BPA laat deze uitbreiding echter niet toe; tevens ten oosten van het bestaande BPA net naast drankenhandel Willems, is het las en constructiebedrijfje Vercammen BVBA gelegen. Het bedrijf dient geregulariseerd te worden en kampt tevens met uitbreidingsnoden; tenslotte is op de voormalige gronden van het bedrijf PLA-MA een sociaal woonproject gepland. De voorschriften van het huidige BPA dienen aangepast te worden om het ontwerp te kunnen realiseren.

goedgekeurde BPA’s en gronden in woongebied langs niet uitgeruste wegen (binnengebieden)” blz. 137: woningbouwprogrammatie dorpskern Grobbendonk – Woongebied Floris Primsstraat. “Het betreft de invulling van een terrein aan de Floris Primsstraat volgens de voorschriften van het BPA. Het terrein kan pas ontwikkeld worden na sanering”

blz. 147: visie op de gewenste lijninfrastructuur o “Leopoldstraat maakt onderdeel uit van de functionele fietsroute Viersel – Grobbendonk – Vorselaar; o Leopoldstraat – Vierselbaan werden geselecteerd als lokale weg type I. Voor de Herenthoutsesteenweg en de Leopoldstraat wordt tevens voorgesteld een laanbeplanting aan te brengen. Dit mildert niet enkel de snelheid van het verkeer, maar past tevens binnen de opties van de natuurlijke en landschappelijke structuur; o De Floris Primsstraat – Vorselaarsebaan maken onderdeel uit van een lokaal fietsnetwerk” blz. 154: visie op de deelruimte Grobbendonk – centrum. “Grobbendonk is hoofdzakelijk een woonkern. Ook in de toekomst zal dit het geval blijven. Behoeften op het gebied van wonen kunnen hier worden opgevangen. Er zal voldoende aandacht gaan naar een verdichting van het centrumgebied, zodat het draagvlak van de voorzieningen wordt vergroot. Buiten het centrum wordt niet naar verdichting gestreefd. Hier wensen we een diffuse overgang te creëren naar de omliggende open ruimtegebieden... Kleinschalige functies kunnen verweven met het wonen voorkomen ... Bestaande bedrijvigheid kan behouden blijven...” blz. 157: centrumgebied. o wonen: “binnen de kern wordt gestreefd naar verdichting. Waar mogelijk gestreefd naar gesloten of halfopen bebouwing” o voorzieningen: “de bouwdieptes en –breedtes worden vergroot om de handel, diensten en kleinschalige bedrijvigheid te stimuleren. Eveneens dienen de handelszaken voor de

2.4. In uitvoering van GRS Het Ruimtelijk Structuurplan Grobbendonk werd definitief goedgekeurd door de bestendige deputatie van de provincie Antwerpen op 25 januari 2007. Uit het richtinggevend gedeelte van het GRS: blz. 115: visie op de gewenste ruimtelijk – natuurlijke structuur. Te versterken groen in bebouwde gebieden. Ontwikkelingsperspectief voor kern van Bouwel en Grobbendonk. “Algemeen dient aandacht besteed te worden aan de dreven, aanplanten van groen op publieke en private locaties, inkleding van bedrijfsterreinen en het stimuleren van bewoners tot het aanplanten van streekeigen hoogstammen in hun tuin...” blz. 133: visie op de gewenste nederzettingsstructuur. Compacte kernen. De woonkernen.“In Grobbendonk en Bouwel wordt een algemeen beleid van kernversterking door verdichting en inbreiding gevoerd. kernversterking houdt niet enkel het opvangen van de woonbehoefte in, maar richt zich ook tot het opvangen van behoeften naar bijkomende lokale bedrijven, versterking van de detailhandel en het recreatief aanbod. De opvang van deze woningen gebeurt in de eerste plaats binnen het aanbod van gronden langs uitgeruste wegen in woongebied, percelen in niet – vervallen verkavelinge, gronden met een woonbestemming in


6


Het RUP vormt het kader op basis waarvan stedenbouwkundige vergunningen (bijvoorbeeld voor de woningen) zullen worden toegekend. Zodoende is aan deze voorwaarde voldaan.

bovenliggende verdiepingen een aparte grondontsloten toegang te hebben zodat er geen leegstand ontstaat op de bovenliggende verdiepingen”

2.5.3. Bepaling van de plicht tot opmaak van een plan-mer Bij plannen en programma's die 'van rechtswege' onderworpen zijn aan de plan-mer-plicht is er geen voorafgaande toetsing vereist daar er op onweerlegbare wijze wordt vermoed dat deze plannen en programma's aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben. Men onderscheidt twee groepen van plannen en programma's: a) plannen en programma's; of de wijziging ervan, die tegelijkertijd - een kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten; - niet het gebruik regelen van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhouden; - betrekking hebben op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik (artikel 4.2.3, §2, 1° D.A.B.M.); b) plannen en programma's of wijziging ervan waarvoor, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling vereist is (artikel 4.2.1, tweede lid D.A.B.M.).

2.5. Afbakening van het toepassingsgebied en de plan-merplicht 2.5.1. Definitie van plan of programma De definitie van plan of programma bevat drie voorwaarden die tegelijkertijd moeten vervuld worden. Het betreft volgende drie voorwaarden: 1° decretale of bestuursrechtelijke bepalingen moeten voorschrijven dat een plan of programma wordt opgesteld en/of vastgesteld; 2° het moet gaan om een plan of programma dat door een instantie op regionaal, provinciaal of lokaal niveau is opgesteld; 3° het plan of programma moet via een wetgevingsprocedure door het parlement of de regering worden vastgesteld of door een instantie (regionaal, provinciaal of lokaal niveau) worden vastgesteld. Het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening schrijft de opmaak en de vaststelling voor van ruimtelijke uitvoeringsplannen. Het RUP wordt opgemaakt op initiatief van de gemeente Grobbendonk. Een gemeentelijk RUP wordt vastgesteld door de gemeenteraad en goedgekeurd door de Bestendige Deputatie. Het RUP PLA-MA valt onder de definitie van plan of programma.

Het RUP is niet van rechtswege onderworpen aan de plan-mer-plicht want het vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I of II van het Besluit van de Vlaamse Regering van 10.12.2004 en heeft het betrekking op de ruimtelijke ordening. Tevens regelt het niet het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau of houdt het een kleine wijziging in (totale oppervlakte RUP is ca. 2,3 ha). In de buurt van het plangebied bevinden zich geen vogelrichtlijn- of habitatrichtlijngebieden (op + 1.200 m ten oosten bevindt zich het dichtstbijgelegen habitatrichtlijngebied), zodat er geen passende beoordeling vereist is.

2.5.2. Toepassingsgebied Het betrokken plan of programma valt onder het toepassingsgebied van het DABM (Decreet Algemeen Milieubeleid). Het toepassingsgebied wordt in twee categorieën van plannen en programma's opgesplitst: - plannen of programma's, of de wijziging ervan, die het kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor een project; - plannen of programma's, of de wijziging ervan, waarvoor, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling is vereist uit hoofde van artikel 36ter, §3, eerste lid van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.


Conclusie: het RUP valt onder de screeningsplicht.

7


In de kern wordt er gestreefd naar verdichting door het aanmoedigen van meergezinswoningen en een gesloten of halfopen bebouwing. Langsheen de Floris Primsstraat wordt hoofdzakelijk wonen voorzien. Aan de zijde van de Leopoldstraat is een mix van wonen met verweefbare voorzieningen toegelaten. De één- en meergezinswoningen hebben minstens één parkeerplaats per wooneenheid op eigen terrein. Aan de Floris Primsstraat wordt een mix van één- en meergezinswoningen met een minimale dichtheid van 15 wooneenheden/ha voorzien zoals vermeldt in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Het betreft hier een sociaalwoningbouwproject in opdracht van CV Zonnige Kempen. Het betreffen kwaliteitsvolle woningen in harmonie met de omgeving. Om de ongestructureerde groei die zich voordoet in en rondom het plangebied een halt toe te roepen, worden er stedenbouwkundige randvoorwaarden opgelegd waarbinnen de bestaande en bijkomende woningen binnen het plangebied zich kunnen ontwikkelen.

3. In voorkomend geval een beoordeling of het voorgenomen plan of programma grensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben Referentie................................................................................................................ bijlage 3: verordenend grafisch plan & bijlage 4: voorontwerp CV Zonnige Kempen In het kort wordt de visie op het plangebied verduidelijkt: Het plangebied maakt als kleinhandelszone deel uit van het centrumgebied van Grobbendonk. De meeste winkels en diensten van Grobbendonk zijn gesitueerd in dit gebied welke het Astridplein met de omliggende straten en de Leopoldstraat omvat. In het centrumgebied wordt gestreefd naar verdichting, om het draagvlak van de voorzieningen te vergroten. Voorzieningen in het centrumgebied moeten de kans krijgen uit te breiden en zich verder te ontwikkelen. Dit kan o.a. gerealiseerd worden door het vergroten van de bouwdieptes en – breedtes. De bestaande handel en kleine KMO’s in het plangebied langsheen de Leopoldstraat, zoals supermarkt Lidl, drankenhandel Willems en las- & constructiebedrijf Vercammen BVBA krijgen de kans verder uit te breiden. Supermarkt Lidl zal via het RUP kunnen uitbreiden van een huidige oppervlakte van ca. 600 m² tot een maximale bebouwde oppervlakte van 1100 m². Ook nieuwe voorzieningen kunnen zich hier vestigen en zich ontwikkelen. Zoals aangegeven in het structuurplan moeten kleinschalige functies verweven met het wonen voorkomen. Diensten of kantoren voor een vrij beroep of een zelfstandige, beperkte ambachtelijke bedrijvigheid, kleinschalige verblijfsaccommodatie, buurtwinkels of kleine horecazaken kunnen voorkomen zolang ze verenigbaar zijn met het wonen en de omliggende omgeving.

Het plangebied wordt doorloopbaar gemaakt door de aanleg van een langzaam verkeersas. Deze loopt in noord – zuid richting en maakt een verbinding tussen de Floris Primsstraat en de Leopoldstraat. Deze fiets / voet as verbindt de noordelijke woonwijken met het plangebied, de Leopoldstraat, de nabijgelegen bushalte, de zuidelijke woonwijken en het centrum van Grobbendonk. Niet enkel op lokaal niveau, maar ook op bovenlokaal niveau kan er via het plangebied een verbinding gemaakt worden. Twee grote groengebieden, de Vierselheide en het Molenbos, worden van elkaar gescheiden door de kern van Grobbendonk. Door het voorzien van voldoende groen in de Floris Primsstraat, de Leopoldstraat en het plangebied kan reeds een minimale verbinding tussen beide natuurgebieden gecreëerd worden. De langzame verkeersas doorheen het plangebied kan hierbij fungeren als drager van groen. Conclusie Het plangebied is gelegen in de kern van de gemeente Grobbendonk. De oppervlakte bedraagt ca. 2,3 ha.

Grobbendonk is hoofdzakelijk een woonkern. Bijkomende woningen moeten voorzien worden in of aansluitend aan de kern en kunnen bijgevolg opgevangen worden in het plangebied.


8


Het betreft hier voornamelijk een herziening van het bestaande BPA PLAMA. Er worden dan ook geen effecten verwacht die de gewestgrens of de landsgrens zullen overschrijden.

uitbreiden. Er zullen randvoorwaarden gesteld worden in de voorschriften van het RUP m.b.t. de nieuwe functies, de uitbreidingen, ... De leegstaande site PLA-MA zal omgevormd worden tot een sociaal woonproject van CV Zonnige Kempen met ca. 19 huurwoningen.

4. Een beschrijving en een inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieu-effecten van het voorgenomen plan of programma

De voorzieningen dienen steeds in combinatie met wonen voor te komen. Ook op het terrein van de supermarkt zullen in de toekomst ca. 6 woningen moeten gerealiseerd worden. Het aantal bijkomende woningen in het plangebied (ca. 25) zullen een beperkte verkeerstoename met zich meebrengen.

Hier wordt een overzicht gevraagd van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het plan of programma op: de gezondheid en veiligheid van de mens de ruimtelijke ordening de biodiversiteit de fauna en flora de energie- en grondstoffenvoorraden de bodem het water de atmosfeer de klimatologische factoren het geluid het licht het landschap, de stoffelijke goederen, cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed de mobiliteit

Leopoldstraat Een belangrijke verbindingsweg op het grondgebied van Grobbendonk is de noord-zuidas bestaande uit gemeentelijke wegen (Herenthoutsesteenweg – Bouwelsesteenweg – Bevrijdingsstraat via het Astridplein naar de Leopoldstraat en de Schransstraat). Deze noord-zuidas wordt gebruikt als sluiproute bij filevorming op de E313. Bovendien is het de ontsluitingsweg voor inwoners van Pulle (deelgemeente van de aangrenzende gemeente Zandhoven) naar de E313. In het richtinggevende deel van het ruimtelijk structuurplan Grobbendonk wordt de Leopoldstraat – Vierselsebaan geselecteerd als lokale weg type I: ‘De hoofdfunctie van deze wegen is het verzamelen op gemeentelijk en intergemeentelijk niveau, met als aanvullende functie toegang geven. Doorheen de dorpscentra worden de wegen beschouwd als onderdeel van het centrum en wordt de verblijfsfunctie belangrijker dan de verkeersfunctie. Bij de heraanleg zal een inrichting worden uitgewerkt die ontradend werkt voor dergelijk doorgaand verkeer. ..Tevens zal op een deel van het traject een tonnagebeperking worden doorgevoerd en filters worden geplaatst om (doorgaand) vrachtverkeer te ontmoedigen’.

4.1. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op de gezondheid en de veiligheid van de mens

Seveso – bedrijven Er situeren zich geen Seveso – inrichtingen in de onmiddellijke omgeving van het plangebied. De dichtstbijzijnde bedrijven opgenomen in de lijst van gekende lagedrempelinrichtingen in Vlaanderen zijn ’Nu 3’ (ca. 1,8 km ten zuiden) en ‘Dacral Manufacturing’ (op ca. 4,6 km ten zuidoosten)

Referentie Kleine functies die verweefbaar zijn met het wonen worden toegelaten in het plangebied. Teven kunnen de bestaande supermarkt Lidl, de drankencentrale Willems en de ijzerhandelaar Vercammen BVBA beperkt


9


Conclusie De volledige herinrichting van het gebied en de heraanleg van het Leopoldstraat zal een positieve weerslag hebben op de gezondheid en de veiligheid van de mens.

waardevolle en zeer waardevolle elementen voor. De dichtstbijzijnde gebieden bevinden zich op ca. 200 meter van het plangebied. Er bevinden zich geen ecologische impulsgebieden en geen habitat- of vogelrichtlijngebieden in de onmiddellijke omgeving.

4.2. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op de ruimtelijke ordening Referentie het plangebied is gelegen in de kern van de gemeente Grobbendonk. Het plangebied wordt aan de noordzijde begrenst door de Floris Primsstraat die voornamelijk wordt gekenmerkt door woningen en één supermarkt; aan de zuidzijde grenst het plangebied aan de Leopoldstraat, een belangrijke verbindingsweg tussen Grobbendonk en Zandhoven; de Leopoldstraat is ter hoogte van het plangebied tot in het centrum een belangrijke voorzieningenas bestaande uit een mix van woningen en andere activiteiten (horeca, handel, kleine bedrijvigheid, ...). Tevens is de bebouwing van een zeer heterogene aard gaande van vrijstaande tot gegroepeerde en aaneengesloten bebouwing. Ook de bouwlijn langs de Leopoldstraat is zeer verschilllend.

4. Biologische waarderingskaart

Conclusie In het plangebied of de onmiddellijke omgeving ervan bevinden zich geen waardevolle fauna of flora die verloren dreigen te gaan bij de uitvoering van het RUP.

Conclusie Geen aanzienlijk effect 4.3. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op de biodiversiteit, de fauna en de flora

4.4. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op de energie- en grondstoffenvoorraden

Referentie Binnen het plangebied van onderhavig RUP zijn geen biologisch waardevolle gebieden gelegen. Zoals aangegeven op onderstaande kaart komen er rondom het plangebied complexen van biologisch minder


plangebied

Beschrijving effect Bij de uitbreiding van handelszaken en kleine KMO’s en de bouw van de woningen zal er verbruik van energie en grondstoffen zijn.

10


Milderende maatregelen EPB-regelgeving

Beschrijving effect Er zal permanente ruimte-inname zijn door de uitbreiding van de handelszaken en kleine KMO, de bijkomende woningen en de bijhorende infrastructuur. Door de bouw van woningen en de aanleg van verhardingen zal er minder hemelwater in de bodem kunnen dringen en zal deze verdrogen.

Conclusie Er zal niet meer energie en grondstoffen verbruikt worden dan noodzakelijk. Geen aanzienlijk effect. 4.5. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op de bodem

7. grondwaterstromingsgevoelige bodems plangebied

5. Bodemkaart

Milderende maatregelen nieuwe voorzieningen zoals kantoren, horeca, handel, kleine bedrijvigheid die verweefbaar zijn met het wonen en het centrumgebied van Grobbendonk kunnen worden toegelaten; De gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, buffer- en infiltratievoorzieningen en de gescheiden afvoer van afvalwater en hemelwater legt op dat het opgevangen hemelwater in eerste instantie nuttig moet toegepast worden (hemelwaterput) en, indien dit kan, ter plaatse geïnfiltreerd of als laatste keuze gebufferd en vertraagd afgevoerd.

plangebied

Referentie Bodemkaart: de reeds bestaande bebouwing heeft een antropogene ondergrond. Het overige terrein bestaat uit droog zand & zandcomplex. VLAREBO-activiteiten: deze komen zeer beperkt in het plangebied voor (1 bedrijf: las- & constructiebedrijf Vercammen BVBA).


11


Infiltreren is mogelijk op de onverharde delen. Het water dat niet kan infiltreren dient opgevangen te worden, en via vertraagde afvoer naar een waterloop geleid te worden.

4.6. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op het water Referentie Er zijn geen waterkwaliteitsgegevens beschikbaar over de waterlopen in de onmiddellijke omgeving. In de wijdere omgeving van het plangebied situeert zich een meetpunt van de VMM: 272000 (Kleine Nete): aanvaardbaar. Watertoetskaarten: Het RUP is niet gelegen in een effectief overstromingsgevoelig gebied; Het plangebied is gecategoriseerd als infiltratiegevoelig; Het plangebied valt onder type 2: matig gevoelig voor grondwaterstroming; Het plangebied behoort niet tot het winterbedding van een grote rivier.

6. infiltratiegevoelige bodems

Beschrijving effect Er zal afvalwater geloosd worden, afkomstig van de handelszaken, kleine KMO en de woningen; Door de aanleg van bijkomende verhardingen zal er enerzijds minder water in de bodem sijpelen, wat aanleiding geeft tot verdroging. Anderzijds zal het hemelwater worden verzameld in bufferbekkens en gebufferd of vertraagd worden afgevoerd, zodat de belasting van de ontvangende waterlopen wordt beperkt; het aantal bijkomende wooneenheden blijft beperkt tot 25. De bestaande zuiveringscapaciteit zal hierdoor slechts in beperkte mate beïnvloed worden.

plangebied

Bodemsanering............................................bijlage 5: bodemattest dd 13.07.2007 Zoals opgenomen in het Ruimtelijk Structuurplan Grobbendonk kunnen de terreinen van de vroegere Pla-Ma pas ingevuld worden na sanering. De kopie van het bodemattest dd. 13.07.2007 toont aan dat het perceel is opgenomen in het register van verontreinigde gronden. Er wordt echter geoordeeld dat er geen sprake is van een historische bodemverontreiniging die een ernstige bedreiging vormt. Conform het bodemsaneringsdecreet moeten geen verdere maatregelen worden genomen. Conclusie Geen aanzienlijke effecten, mits het nemen van milderende maatregelen.


Milderende maatregelen Het huishoudelijk afvalwater zal gescheiden van het regenwater worden afgevoerd; De gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, buffer- en infiltratievoorzieningen en de

12


gescheiden afvoer van afvalwater en hemelwater legt op dat het opgevangen hemelwater in eerste instantie nuttig moet toegepast worden (hemelwaterput) en, indien dit kan, ter plaatse geïnfiltreerd of als laatste keuze gebufferd en vertraagd afgevoerd; In de voorschriften zal opgenomen worden dat bijkomende verhardingen in waterdoorlatende materialen dienen uitgevoerd te worden.

4.8. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op het geluid Beschrijving effect Tijdelijke geluidshinder bij de (her)aanleg van het openbaar domein (wegenis, nutsvoorzieningen, e.d.); Tijdelijke geluidshinder bij de bouw van de woningen en het verbouwen/uitbreiden van de handelszaken en kleine KMO; Beperkte bijkomende lawaaihinder door de wagens van de bewoners, de bezoekers van de handelszaken en kleine KMO.

Conclusie Geen aanzienlijke effecten, mits het nemen van milderende maatregelen.

Conclusie Dit effect is eerder kleinschalig

4.7. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op de atmosfeer en de klimatologische factoren

4.9. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op het licht

Beschrijving effect Tijdelijke stofhinder bij de (her)aanleg van het openbaar domein (gebouwen, wegenis, nutsvoorzieningen, e.d.); Tijdelijk stofhinder bij de uitbreiding van de handelszaken, kleine KMO en de woningen; Beperkte bijkomende luchtverontreiniging door verwarming van de handelszaken, kleine KMO en de woningen; Beperkte bijkomende luchtverontreiniging door de wagens van de bewoners, de bezoekers van de handelszaken en kleine KMO.

Beschrijving effect Bijkomende lichthinder door straat/plein verlichting aan het sociale woonproject; Bijkomende lichthinder door verlichting woningen. Milderende maatregelen Keuze goede armaturen. Het RUP vormt niet het kader voor projecten die veel verlichting met zich meebrengen zoals sportvelden, serrebedrijven en winkels met lichtreclame en verlichte terreinen.

Milderende maatregelen EPB-regelgeving Wettelijke voorschriften onderhoud stookolie- en mazoutketels.

Conclusie Geen aanzienlijk effect.

Conclusie Het effect is eerder kleinschalig.


13


De Floris Primsstraat wordt gekenmerkt door weinig verkeer (geen verkeerstellingen beschikbaar). De supermarkt, drankenhandel en het las- & constructiebedrijf zijn gelegen langs de Leopoldstraat welke een belangrijke verbinding vormt met de buurgemeente Zandhoven. Ter hoogte van het plangebied richting de kern van Grobbendonk bestaat de Leopoldstraat uit een mix van woningen en voorzieningen (winkels, horeca, kleine bedrijven, ...) (ook voor de Leopoldstraat zijn er geen verkeerstellingen beschikbaar). Tenslotte zal het plangebied ook doorwaadbaar gemaakt worden voor het langzaam verkeer. Tussen de terrein van de vroegere PLA-MA en de supermarkt zal een verbinding gemaakt worden. Deze verbinding zorgt voor een betere bereikbaarheid van de achterliggende woonwijken met o.a. de supermarkt, De Leopoldstraat en de kern van Grobbendonk.

4.10. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op het landschap, de stoffelijke goederen, het cultureel erfgoed, met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed Referentie In een straal van 3 km rondom het plangebied bevinden zich geen beschermde landschappen. dorpsgezichten of monumenten; tevens bevinden er zich in of in de onmiddellijke omgeving van het plangebied geen markante gebouwen en/of gebouwen opgenomen in ‘bouwen door de eeuwen heen’; tevens situeren er zich geen ankerplaatsen of relictzones in of in de onmiddellijke omgeving van het plangebied; archeologische advieskaart: het plangebied is gelegen in zone type E, met romeinse en middeleeuwse sporen. In deze zone dient bij verstoring in de planningsfase van de werken steeds archeologisch vooronderzoek te gebeuren; het plangebied heeft vandaag de bestemming gebied voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s en woongebied; het plangebied bevindt zich in de kern van de gemeente Grobbendonk.

Verkeersintensiteiten Bij de woonprojecten dient rekening gehouden te worden met een dichtheid van ca. 15 wo / ha. Het sociale woonproject zal ca. 19 wooneenheden voorzien. Op het terrein van supermarkt Lidl dienen ca. 6 woningen te worden voorzien. In totaal zullen ca. 25 bijkomende woningen worden voorzien in het plangebied. Het aantal bezoekers van de supermarkt, detailhandel en kleine KMO zullen na de verbouwing niet of slechts beperkt toenemen. Beschrijvend effect aantal woonentiteiten = ca. 25 wooneenheden geraamd aantal auto’s = ca. 25 x 1,6 = ca. 40 auto’s geraamd aantal autobewegingen in relatie tot de woning (tijdens de ochtend- en avondspits) = ca. 13 Hiermee werd rekening gehouden met volgende paremeters: o gemiddelde gezinsgrootte = 2,5 o GAVP op spitsuur in relatie tot woning = 0,26 (GAVP = gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon) o modal split = 75 % (deel van de verplaatsingen dat met de auto gebeurt)

Conclusie Geen aanzienlijke effecten. 4.11. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op de mobiliteit Referentie Ontsluiting plangebied Het sociale woningproject dat voorzien is op de vroegere site van het bedrijf PLA-MA zal ontsloten worden via de bestaande Floris Primsstraat. Deze straat is voornamelijk een woonstraat met centraal een supermarkt.


14


Het metaalverwerkend bedrijfje Vercammen BVBA gelegen langs de Leopoldstraat ontvangt vandaag geen klanten. Ook in de toekomst, bij een eventuele uitbreiding, zullen er geen bijkomende klanten het bedrijf bezoeken.

5. De mogelijke ontwikkeling van het plangebied indien geen RUP werd opgesteld Wanneer voor het gebied geen RUP zou opgemaakt worden, dan zou de toekomstige ontwikkeling gebeuren via het bestaande BPA PLA-MA dat van kracht is voor een gedeelte van het plangebied. Het overige deel van het gebied zal kunnen ontwikkelen volgens de gewestplanbestemmingen. Het ontwerp voor het toekomstige woonproject op de vroegere bedrijfssite van PLA-MA kan slechts gedeeltelijk ontwikkeld worden aangezien het ontwerp niet volledig voldoet aan de voorschriften van het BPA. Tevens zal de supermarkt Lidl niet kunnen uitbreiden op zijn huidige locatie. Ook de drankenhandel zal niet kunnen uitbreiden op de gronden die gelegen zijn in het BPA. Het las- & constructiebedrijf Vercammen BVBA zal niet op de huidige locatie kunnen blijven bestaan en uitbreiden. De langzame verkeersas doorheen het plangebied zal niet kunnen voorzien worden aangezien dit volgens de voorschriften van het BPA niet mogelijk is.

Drankenhandel Willems en supermarkt Lidl wensen beiden in de toekomst uit te breiden. Deze uitbreiding heeft voornamelijk te maken met assortimentsuitbreiding en klantencomfort en niet zozeer met het aantrekken van meerdere klanten. Vandaag de dag kent de Leopoldstraat geen noemenswaardige verkeersproblemen. Enkel bij filevorming op de E313 wordt de Leopoldstraat gebruikt als sluiproute en kan er ook hier file ontstaan. Conclusie De verschillende KMO’s en de supermarkt Lidl zullen na uitbreiding geen extra klanten aantrekken. Het aantal bijkomende autobewegingen is voornamelijk afkomstig van de bijkomende woningen en is vrij beperkt. De Leopoldstraat zal dus niet extra belast worden vanuit het plangebied. 4.12. Een beschrijving en inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan of programma op de samenhang tussen de genoemde factoren Conclusie Geen aanzienlijk effect


15


6. Relevante gegevens met inbegrip van de redenen waarom de initiatiefnemer meent geen plan-mer te moeten opmaken overeenkomstig art. 4.2.6,§1, 5° van het DABM

7. Verzoek om uiterlijk binnen 30 dagen na ontvangst van het verzoek tot raadpleging het advies over te maken door betekening of tegen ontvangstbewijs van de initiatiefnemer

Het bestaande BPA PLA – MA zal via het RUP worden herzien. Tevens zal het plangebied beperkt uitbreiden. In noordelijke zone van het plangebied zal een sociaal woonproject kunnen gerealiseerd worden. Bijkomende voorzieningen kunnen gerealiseerd worden langsheen de Leopoldstraat echter in combinatie met wonen. Bestaande activiteiten kunnen blijven bestaan en beperkt uitbreiden. Doorheen het plangebied zal een langzame verkeeras gerealiseerd kunnen worden die de verbinding maakt tussen de omliggende woonwijken, het plangebied, de Leopoldstraat en de kern van Grobbendonk. De as kan als drager van groen fungeren doorheen het plangebied. Ook de Floris Primsstraat en Leopoldstraat zullen verder ingegroend worden. Bij de aanleg van de infrastructuur en de bouw van de woningen kan er tijdelijk lokaal lawaaihinder en stofhinder optreden. De bijkomende mobiliteit, de verwarming de voorzieningen en de woningen zullen (beperkt) bijdragen aan de luchtverontreiniging. De bijkomende auto's zullen een beperkte lawaaihinder met zich meebrengen. De verhoogde afvoer van water via de riolering en de verminderde infiltratie van hemelwater in de bodem zijn permanente effecten, die echter gemilderd worden door de gewestelijke stedenbouwkundige verordening en de voorschriften van het RUP. Er kan dus gesteld worden dat er geen aanzienlijke effecten moeten verwacht worden.


16


2. Beschrijving en verduidelijking van het voorgenomen plan en in voorkomend geval redelijke alternatieven voor het plan of onderdelen ervan

Recommend Documents