17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Pag
Inhoudsopgave In dit nummer o.m.…….. Van de voorzitter In memoriam Hugo Kortekaas Activiteitenkalender Belasting & Douane Museum Personalia Verslag excursie Zeeuwse Kwadendamme Verslag natuurwandeling Hollandse Biesbosch Verslag bezoek landgoed Artihove De geschiedenis v.h. Nederlandse douaneuniform Enkele statistische cijfers over Rotterdam Mijn loopbaan versie 2.0 (4) Uit het leven gegrepen Postactieve leden aan het woord Reacties van lezers Terug in de tijd Parklaan 9 te dezer stede
2 4 7 8 10 11 13 16 18 21 26 27 33 37 39 40 42
Kopij aanleveren vóór 1 februari 2016 bij het redactieadres (zie colofon), bij voorkeur per e-mail met een word of txt-bijlage zonder bijzondere opmaak (in platte tekst). U kunt kopij uiteraard ook per brief inleveren.
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
-1-
In dit nummer o.m.….. - In het openingsartikel doet de voorzitter nogmaals een dringend beroep op de leden om de vacature van penningmeester op te vullen. Het is natuurlijk te gek voor woorden dat een oud-bestuurslid moet worden opgetrommeld om de financiën van onze vereniging te gaan beheren. Dus meld u aan. Lees het artikel ‘Van de voorzitter.’ - De redactie kwam laatst enkele statistische cijfers tegen over onze stad en onze stadsgenoten, die u waarschijnlijk ook zullen verbazen. Lees het artikel ‘Enkele statistische cijfers over Rotterdam.’ - Belastingambtenaar, geen gemakkelijk baantje, zeker in vroegere tijden niet. Zo kreeg een belastingambtenaar een flink pak slaag toen hij een naheffingsaanslag oplegde. Ook nu in 2015 worden veel naheffingsaanslagen verstuurd. Verschil met vroeger? Vroeger contant betalen, nu automatische afschrijving. Vroeger oproer en een pak slaag, nu alleen gemopper. Lees het artikel ‘Terug in de tijd.’ - Bijna iedereen heeft tegenwoordig wel een mobieltje. Maar een mobieltje van ruim 55.000 euro is voor vele postactieven iets te hoog gegrepen. Lees het artikel ‘Belasting & Douane Museum.’
-2-
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- Door de vele veranderingen bij de Belastingdienst raak je als postactieve het overzicht van de organisatie van de Belastingdienst kwijt. Vele rangen en standen zijn verdwenen. Zo is het vroegere hoofd van dienst via voorzitter van het managementteam nu zo ongeveer filiaalhouder geworden. Lees het artikel ‘Uit het leven gegrepen.’ - In het vorige nummer maakte een grote advertentie mij attent op een expositie over het douaneuniform in het Belasting & Douane Museum. Omdat ik dit uniform heel mijn ambtelijk leven heb mogen dragen, heb ik de expositie bezocht. Lees het verslag in het artikel ‘De geschiedenis van het Nederlandse douaneuniform.’ - Natuurlijk is er nog veel meer te lezen in deze uitgave. De inhoudsopgave geeft u een duidelijk overzicht. Wilt u reageren op de inhoud van de artikelen? Het redactieadres vindt u in de colofon. Veel leesplezier. Namens de redactie, Lex van Opdorp.
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
-3-
Van de voorzitter
Beste leden van PaBeRo, Velen van u weten het al, voor anderen zal het nu een schok zijn. Onze penningmeester Hugo Kortekaas is in februari jl. overleden. Verderop in dit PaBeRo-nieuws treft u een korte herinnering aan Hugo aan. Collega-bestuursleden, een aantal leden en vele oud-collega’s waren aanwezig bij de crematie. Het doet altijd weer pijn een vriend, collega of een bekende te verliezen, maar dat staat niet in verhouding tot wat de directe nabestaanden doormaken. Wij wensen Carla en de kinderen veel sterkte toe bij het verwerken van het overlijden van Hugo. In het eerste halfjaar van 2015 waren er veel activiteiten waarvan u een verslag kunt lezen in dit of het volgende nummer van PaBeRo-nieuws: de Algemene vergadering waarin we een nieuwe secretaris hebben benoemd, de afronding van de klaverjas/bridgecompetitie, een natuurwandeling, twee stadswandelingen met een bijzonder tintje, de jaarlijkse excursie verdeeld over twee dagen, bowling en de fietstocht. Het was wel veel in een korte tijd, bovendien vielen enkele activiteiten samen. We gaan, samen met de commissies, evalueren of we dat volgend jaar niet anders, beter, kunnen doen. Ik wil iedereen bedanken die een bijdrage heeft geleverd aan de activiteiten.
-4-
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Na het zomerreces gaan we weer van start met klaverjassen/bridge, is er nog een natuurwandeling en gaan we bekijken of we jeu de boules weer nieuw leven in kunnen blazen. Daarnaast is gevraagd of wij willen onderzoeken of het mogelijk is iets te gaan doen met een biljartactiviteit. Kortom PaBeRo blijft bruisen. Op het bestuurlijk front gaat het allemaal wat minder. Ik heb u al eerder gemeld dat ik sinds 8 mei 2014 wethouder ben van de Gemeente Moerdijk. Ik combineer die fulltime baan met het voorzitterschap van PaBeRo en heb nadat Hugo ziek is geworden ook het penningmeesterschap er bij gedaan. Op de momenten die er toe doen voor PaBeRo was ik er, maar de combinatie wordt steeds moeilijker. Toen Hugo eind 2014 aangaf het penningmeesterschap neer te moeten leggen, zijn wij gaan zoeken naar een nieuwe penningmeester, maar helaas zonder resultaat. Hebben wij niet goed gezocht, hebben we iets gemist of zijn er geen leden meer die iets voor PaBeRo kunnen doen? Ik wil dat niet geloven, maar de werkelijkheid is kennelijk anders. Het is teleurstellend dat we in een vereniging met meer dan 700 leden geen nieuwe bestuursleden kunnen vinden. Uiteindelijk hebben we een oud-bestuurslid bereid gevonden om terug te komen. Hij vindt zelf dat eigenlijk een jonger lid gevonden moet worden, maar zoals gezegd is ons dat niet gelukt. In de bestuursvergadering van september gaan we ons nieuwe oud-bestuurslid verwelkomen. Het is de bedoeling dat hij de voorzittershamer van mij overneemt en dat ik het penningmeesterschap blijf doen. Dat is een meer technische functie die ik in de luwte kan uitoefenen. We zien wel hoe dat loopt en blijven zoeken naar opvolging. Als u dit leest en denkt dat u ons nieuwe bestuurslid kunt en wilt zijn, hoeft u niet te wachten totdat u gevraagd wordt. U mag contact met ons opnemen als u belangstelling heeft, maar meer informatie wilt over de taken, het tijdsbeslag e.d. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
-5-
Dat laatste zal u zonder enige twijfel meevallen, omdat vrijwel alle activiteiten van begin tot eind worden georganiseerd door commissieleden. In de Algemene vergadering van maart hebben we het huishoudelijk reglement aangepast. Een bestuurslid kan nu tweemaal worden herkozen en het leeftijdscriterium voor commissieleden is vervallen. Voor de toekomst betekent dit dat we langer gebruik kunnen blijven maken van de kennis en ervaring van bestuurs- en commissieleden. Uiteraard alleen als hij of zij het zelf nog leuk vindt en nog goed functioneert. Uit reacties bij onze activiteiten blijkt dat u die nog steeds leuk vindt; hopelijk kunnen wij als vereniging nog heel lang verder. Dat kan echter alleen als wij het SAMEN blijven DOEN. SAMEN zijn wij een vereniging waar we met elkaar leuke dingen DOEN, waar ook aandacht is voor diegenen die niet meer mee kunnen doen. Met hartelijke groeten, Eef Schoneveld, Voorzitter
-6-
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
In memoriam Hugo Kortekaas
D
irect na zijn pensionering werd Hugo Kortekaas, samen met zijn vrouw Carla, in 2011 lid van PaBeRo. Daarvoor werkte hij als F-functionaris bij de Rotterdamse Douane. Hij heeft daar vele functies uitgeoefend, zoals teamleider op een douanepost, lid van het team BTI (Bindende Tarief Inlichtingen), maar ook als lid van de Ondernemingsraad Douane. Hugo was een echt mensenmens. Hij wilde mensen om zich heen hebben om zijn opvattingen te delen, niet in zijn eigen persoonlijke voordeel maar om dingen en zaken om hem heen beter en plezieriger te maken. Hij genoot zichtbaar van de contacten met zijn oud-collega’s binnen PaBeRo, maar genoot bovenal van zijn vakanties samen met Carla (en hun hond) in de zomermaanden op zijn motorjacht. In 2013 verklaarde hij zich bereid het penningmeesterschap van onze vereniging uit te gaan oefenen. Weliswaar onder het voorbehoud dat dit niet ten koste zou gaan van zijn zo geliefde vaarvakanties. In de zomer van 2014 werd bij hem een ernstige ziekte geconstateerd. Ondanks chemotherapie en bestralingen werd zijn lichamelijke conditie steeds slechter en slechter. Zijn sterke wil bracht hem ertoe naar de PaBeRo-eindejaarsbijeenkomst te komen om te laten zien dat het wat beter ging met hem. Kort daarna sloeg de verwoestende ziekte weer in volle hevigheid toe en overleed hij op 18 februari 2015, twee dagen voor zijn 67-ste verjaardag. Namens al je (oud)-collega’s die je een geweldig goed mens vonden: rust zacht. Wij wensen zijn echtgenote Carla en zijn kinderen veel sterkte toe bij dit grote verlies. Namens het bestuur en redactie PaBeRo-nieuws, Gerrit Odink PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
-7-
Activiteitenkalender
V
oor de komende maanden staan de volgende activiteiten op het programma. Uiteraard is iedereen van harte welkom, in het bijzonder de nieuwe leden. Wilt u meer informatie over bepaalde activiteiten: bel de desbetreffende contactpersoon, zie colofon.
2015 Do 10 sept. Wo 23
Klaverjassen / Bridgen Bestuurs- en commissievergadering
Do 8 okt.
Klaverjassen / Bridgen
Do 12 nov. Di ?
Klaverjassen / Bridgen Bowlingmiddag
Do 10 dec. Wo 16 Ma 21
Klaverjassen / Bridgen Eindejaarsbijeenkomst Klaverjassen / Bridgen
2016 Do 14 jan. Zo 31
Klaverjassen / Bridge Laatste dag aanleveren kopij PaBeRo-nieuws
Do 11 febr.
Klaverjassen / Bridge
-8-
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- - Klaverjassen / Bridgen wordt gespeeld in het bedrijfsrestaurant van het belastinggebouw, Laan op Zuid 45 te Rotterdam, aanvang 13.30 uur. - -Het bowlen vindt plaats in Bowling Atoll, Cor Kieboomplein 509, aanvang 11.30 uur tot 13.30 uur. Goed bereikbaar met tramlijn 23, uitstappen bij het Feyenoord-stadion. Aanmelden bij Jan Blijleven, tel 0180-41 57 89, e-mailadres:
[email protected] of bij Linie Snoek, tel 010- 422 25 07, emailadres:
[email protected] De kosten baanhuur en schoenen zijn voor rekening PaBeRo. Jaarlijks worden twee bowlingmiddagen georganiseerd. Anders dan bij andere activiteiten krijgt u voor de bowlingmiddagen geen persoonlijke, schriftelijke uitnodiging. De data staan in de activiteitenkalender en u kunt zich rechtstreeks telefonisch of per e-mail aanmelden. - Over de eindejaarsbijeenkomst in het restaurant van het belastinggebouw aan de Laan op Zuid ontvangt u te zijner tijd nadere informatie.
Noteert u alvast in uw agenda: 21 september 2016, landelijke dag postactieven in Nieuwegein.
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
-9-
Belasting & Douane Museum Tentoonstelling Net Echt! Van douanevangst naar museumschat 4 juli t/m 13 september 2015 We kennen ze allemaal, de goedkope Gucci’s, Louis Vuittons en Nikes die in het buitenland voor kleine prijsjes worden aangeboden. Maar mag je deze spullen eigenlijk wel meenemen naar Nederland? En hoe weet je zeker of iets echt of nep is? In de tentoonstelling Net Echt! laat het Belasting & Douane Museum deze zomer enkele topstukken van de vangsten van de Douane zien, waaronder een mobieltje van Goldvish, fabrikant van de duurste mobieltjes ter wereld. Met 95.000 euro is de echte versie één van de duurste mobieltjes aller tijden. Dit namaakexemplaar werd vanuit China per post naar Nederland verstuurd en onderschept. De tentoonstelling laat zien dat niet alles goud is wat er blinkt, en ook aan de luxe geurtjes zit een luchtje. Wijs op reis? Wordt expert in het herkennen van Prada of nada in het enige museum waar vervalsingen tot de topstukken horen.
Zie ook advertentie achterzijde omslag.
- 10 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Personalia
I
n het afgelopen halfjaar van 2015 hebben wij onderstaande personen als nieuw lid kunnen noteren. Van harte welkom. We hopen ook hen spoedig tijdens ėėn van onze activiteiten persoonlijk te mogen ontmoeten. Het aantal leden bedraagt per 10 juli 743. De nieuwe leden zijn: Dhr. G.B.Hoogland Mw. L. Hoogland-de Wit Dhr. J.J.F. Krommenhoek Mw. T.M.C. Krommenhoek-Schuurs Dhr. P. de Bruin Mw. E.M. de Bruin-Scholten Dhr. G. van ‘t Verlaat Mw. A. Been Dhr. K. de Wit Mw. M.S. de Wit-de Bree Dhr. T.D. Broeks Mw. R.S. Broeks-Hageman Dhr. J.F.M.E. van Boven Mw. I. van Boven-Roeken Dhr. E. Bolier Mw. H.G. Bolier-Hoedeman Dhr. C.W. Pelle Mw. T. Pelle-v.d.Burght
Ridderkerk id. Schiedam id Hellevoetsluis id Poortugaal id Spijkenisse id Oud-Beijerland id Rotterdam id Dordrecht id Ridderkerk id
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 11 -
Binnen een vereniging met een ledenbestand geheel bestaande uit personen van middelbare en hogere leeftijd valt het te verwachten dat men geconfronteerd wordt met berichten van overlijden. Op zich is dat erg triest zeker voor de nabestaanden, maar ook voor anderen die de overledene persoonlijk als collega hebben gekend. Sinds de uitgave van het vorige PaBeRo-nieuws zijn de volgende berichten van overlijden bij het bestuur binnengekomen: Mw. G.de Wilt-van Brandwijk, woonplaats Vlaardingen, overleden 07-01-2015 op 89-jarige leeftijd. Dhr. H.P.A. Kortekaas, woonplaats Spijkenisse, overleden 18-02-2015 op 66-jarige leeftijd. Mw. G.L. van Dijk-van Triet, woonplaats Spijkenisse, overleden 24-03-2015 op 73-jarige leeftijd. Mw. A.M. Herrewijnen-Gelderland, woonplaats Heenvliet, overleden 14-05-2015 op 70-jarige leeftijd. Mw. J.W. Lindenberg-Willemsen, woonplaats Rotterdam, overleden 24-05-2015 op 94-jarige leeftijd. Dhr. T.H. Bruns, woonplaats Rotterdam, overleden 29-05-2015 op 83-jarige leeftijd. Mw. J. Meijer-Fijman, woonplaats Rozenburg, overleden 09-06-2015 op 70-jarige leeftijd.
- 12 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Verslag excursie Zeeuwse Kwadendamme
O
p woensdag 6 en donderdag 7 mei jl. namen in totaal 201 PaBeRo-leden deel aan de excursie naar het Zeeuwse Kwadendamme. Onze reisverslaggever reisde op woensdag mee en doet verslag van deze dag. De foto’s zijn van Herman Visser. Om maar meteen met de deur in huis te vallen: "Wat was het appelgebak heerlijk in Tropical Zoo". Maar voordat we dat konden nuttigen moest er een busrit worden gemaakt vanuit Rotterdam. Uw verslaggever vertrok van Metro Slinge richting Kwadendamme. De rit ging door tunnels en over dammen voordat we Kwadendamme bereikten. Wat is dat landje van ons op waterbouwkundig gebied toch knap. Steeds sta je toch versteld hoe we ons land beveiligen tegen de bedreigende zee. Ook de ruimte in het landschap die je op zo'n tocht ervaart, verwondert mij telkens weer. De buschauffeur van Ringelberg was niet erg mededeelzaam tijdens de route, maar dat compenseerden we onderling met gezellige en soms nostalgische gesprekken. En zo kwamen we in de loop van de ochtend aan bij Berkenhof's Tropical Zoo in Kwadendamme of liever nog Langeweegje. We kwamen op de koffie en kregen daar appelgebak bij geserveerd zoals we het nog nooit hadden geproefd. Heerlijk gevuld, precies op temperatuur, met de slagroom apart zodat ze niet kon smelten op het gebak. Beste lezer, ik zal U verklappen; ik hou eigenlijk niet van appelgebak, maar deze creatie was werkelijk.....verrukkelijk! Na de traktatie konden we de mini jungle in het Tropical Zoo bezoeken. Een mooi opgezette vlindertuin met vijvers waarin kooikarpers. Met bruggetjes en prachtige plantengroei waartussen de vlinders fladderden, de één nog mooier dan de ander. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015 - 13 -
Maar dit was nog niet alles wat er te zien was. Het bleek tevens een tuin met slangen, spinnen, hagedissen, reptielen en zelfs aapjes. Ik zag een paartje kameleons de liefde bedrijven. Ik moet zeggen: "Ze schoten niet echt op en uit plaatsvervangende schaamte verschoot ikzelf van kleur en zij niet". De meeste indruk op mij maakten twee glimmende gifgroene kikkers. Werkelijk gifgroen waren ze zodat je dacht dat het opgezette exemplaren waren. Maar nee, er liep een grote vlieg langs de glimmende griezel en hap, het was lunchtijd. Om half één stond de tafel gedekt en konden we lunchen. Heerlijk beleg met een ook deze reis weer smakelijke kroket. Geweldig! We bevonden ons in Quaedamme, zoals de Zeeuwen schrijven, in de zak van Zuid-Beveland. Na deze heerlijke lunch reden we via de Noordzeeroute naar Scharendijke. Hier stapten we van de bus over op de dieseltrein van de oude Rotterdamse Tramweg Maatschappij, afgekort RTM. Deze maatschappij verzorgde in het verleden het openbaar vervoer op de Zeeuwse en Zuid Hollandse eilanden, de eilandentram van de Rosetraat. Wie is er in zijn jeugd als Rotterdammer niet meegereisd naar Oostvoorne. Na de oorlog kon je in de zomermaanden mee met "Licht en lucht". Speciaal voor kinderen die niet op vakantie konden, was dit een prachtige gelegenheid om toch de zomervakantie door te komen. Mijn familie had zijn oorsprong in Oud-Beijerland, zodat ik vaak van de stoomtram vanaf de Beijerlandselaan in Rotterdam Zuid gebruik heb gemaakt. Mijn opa had er zelfs aan de Zinkweg het tramcafé. Ik woonde tot mijn 32e jaar aan de Putselaan waar de tram ook reed. Zonder enige beveiliging stoomde en later dieselde de - 14 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
moordenaar, zoals wij hem noemde door de straten. Menig bewoner, kind of ouder is door deze trein gegrepen en overleden. Eenmaal in het RTM-museum in Ouddorp aangekomen, ondergingen we een nostalgische ervaring. Foto's, oude treinstellen, locomotieven en verhalen kwamen los. Velen van ons gezelschap herkenden de geschiedenis van deze openbaarvervoer gelegenheid. Géén OV-chipkaarten. Géén incheckpoortjes. Géén wifi aanwezig, Géén mooie beklede banken. Niets van dit al. Gewoon houten banken en altijd een goed herkenbare conducteur op de bok. Wat een nostalgie. We reden tot slot van deze mooie dag naar Stellendam voor het slotdiner in ’t Wapen van Stellendam. Een heerlijke maaltijd die wat snel werd opgediend. Dat laatste kwam ten goede aan de voetballiefhebbers die nog net op tijd thuiskwamen voor de topwedstrijd Barcelona - Bayern München. Wat een heerlijke excursiedag. PaBeRo, hartstikke bedankt en tot volgend jaar. En oh ja, dat appelgebak houden we er toch met de jaarlijkse kroket zeker in. André van Tiggelen. Naschrift redactie: De redactie ontving nog enkele reacties over deze excursie Dank voor de geweldige en goed verzorgde reis.K.K.Spijkenisse Dank voor de goed georganiseerde en gezellige dag. A.W. Rotterdam Complimenten voor fijne dag en leuke attracties waar we zelf nooit opgekomen waren om te bezoeken. De rit in de trein deed oude tijden herleven. H.S. Rotterdam PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 15 -
Verslag natuurwandeling Hollandse Biesbosch
M
et hulp van de TomTom kwamen wij precies uit bij de totempaal van het voorlichtingscentrum “Natuurpark Biesbosch”, (terwijl er enige auto’s doorreden want er stonden meerdere totempalen langs de weg.) Alle deelnemers, 35 in totaal, verzamelden zich op 28 april jl. bij de bistro van het voorlichtingscentrum en werden verwelkomd door de heer en mevrouw Koppenhagen. Na kennismaking was er koffie/thee met een beverkoek en dat lieten we ons goed smaken. Natuurlijk werden er ook veel herinneringen opgehaald uit “de goede oude tijd” toen iedereen nog werkte bij groen of blauw. Daarna maakten wij een wandeling door de Helpolder, langs een beverburcht waar twee schildpadden de wacht hielden maar geen bever te zien was (alleen voornamelijk in de vroege en/of late schemering.) Wij hielden een pauze bij de Helsluis zodat belangstellenden hier konden genieten van de werking van de sluis en zich afvroegen hoe deze sluis aan zijn naam kwam. Terug in het centrum was de tijd om de benen te laten rusten tijdens een voortreffelijke lunch met natuurlijk een kroket. Na de lunch werden wij in twee groepen verdeeld om onder leiding van een gids de museumwandeltocht te lopen Laarzen waren niet nodig want het looppad was goed te lopen. De eerste groep vertrok met “de Zonnepont 7”, en de tweede groep moest even wachten op twee afgedwaalde schaapjes. Toen ook deze “kudde” compleet was, konden wij ook met het pontje mee. - 16 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Aan de overkant liet Huib, onze gids, eerst een overzichtskaart zien van het hele gebied. Daarna begon de wandeling, hij liet ons de rijkdom van het gebied zien met o.a. de blauwe plantjes “Ereprijs” en de paars/gele plantjes “Bitterzoet” waar het vlindertje “Oranje tipje” op af kwam. Wij roken en proefden aan de “Look zonder Look” (knoflooksmaak.) Bij de verblijven van de griendwerkers konden wij zelf ervaren hoe hard het leven van hen was. Huib las ons een stukje voor uit het “Bitterzoet” van de schrijver P.Verhagen over het leven van de griendwerkers die zes dagen van de week van huis waren om een schamele boterham te verdienen. Het verbeterde in de loop van de jaren iets toen deze keten vervolgens van hout en/of van steen werden gemaakt, maar de ‘buitenplee’ bleef heel lang hetzelfde. Door het werk van heel veel vrijwilligers blijft dit stukje natuur en zijn geschiedenis bewaard. Voor het laatste stuk sloot de gids de wandeling af met een gedicht, vervolgens ontmoetten wij de andere groep. Na de overtocht met de ´de Zonnepont 7`namen wij afscheid van elkaar en de gidsen. Het was een fijne en leerzame dag met dank aan Frans en Els. Wij kijken al uit naar de volgende natuurwandeling.
Jaap & Joke van Steijn.
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 17 -
Verslag bezoek landgoed Artihove Op dinsdag 9 juni en donderdag 18 juni 2015 ging de commissie Museumbezoek & Stadswandeling met resp. 30 en 25 deelnemers op bezoek bij het landgoed Artihove in Bergschenhoek. Op beide dagen, zo rond de klok van 10.00 uur, werden we ontvangen met koffie / thee en een heerlijk stukje taart. Vooral de worteltaart viel erg in de smaak. Artihove is een landgoed onder de rook van Rotterdam, waar het heerlijk toeven is. In de directe omgeving van de grote stad is het een oase van rust. Menigeen was dan ook heel verrast om dit hier aan te treffen.
Er is een grote showroom met diverse kunstproducten waaronder beelden, vazen, schalen zowel van aardewerk als van glas, tin en kunststof. Er zijn hele mooie grote imposante beelden, maar ook kleine kunstvoorwerpen en sieraden te zien, die gemaakt zijn van allerlei verschillende materialen. Buiten is een beeldentuin te bekijken met sculpturen van menselijke beelden en dieren. Het is er niet alleen rustig, maar er is ook van alles te doen en te beleven, b.v. workshops volgen (o.a. het schilderen van dikke dames), demonstraties bijwonen etc. Wij kozen voor een demonstratie raku stoken.
- 18 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Na de koffie ging de eerste groep de demonstratie volgen en de andere groep kreeg een rondleiding over het kunstmatig aangelegde eiland dat bij het landgoed hoort. Verspreid over het eiland zijn ook diverse beelden te bewonderen. Door de route te volgen kom je door een spirituele tuin, langs het blote voeten pad, waar je door de verschillende ondergrond ervaart hoe bijzonder dit aanvoelt (steentjes, gras, grind, houtsnippers, enz.). Er staan wenshutten waar je een kaartje in de wensboom kunt hangen om vervolgens jouw wens voor de toekomst kenbaar te maken. Hier staat ook een originele Mongoolse GER (een nomadenverblijf waar de bevolking van Mongolië destijds in woonde met soms wel 50 personen). Dit verblijf is te huur als een heel bijzondere officiële trouwlocatie of als vergaderruimte. Na ongeveer een uur werden de groepen gewisseld. Raku stoken is van oorsprong een Japanse techniek, waarbij glazuur craqueleert. Het is een specifiek keramisch bakproces dat zowel vuur als rook gebruikt om unieke patronen in het aardewerk te maken. Eerst wordt het aardewerk gebakken, daarna geglazuurd en dan ondergaat het een stookproces in een speciale oven die tot ongeveer 1000 graden verwarmd wordt. Met een speciale tang wordt het voorwerp uit de oven gehaald en in een ton met houtsnippers gelegd. De snippers vatten vlam, dus het deksel gaat er op. Het vuur verteert de zuurstof in de ton en ook uit het aardewerk. Door de rookontwikkeling ontstaan onvoorspelbare patronen in het glazuur. Het natuurlijke proces van verwijdering van zuurstof geeft het aardewerk zijn kenmerkende craquelé. Daarna wordt het gekoeld met water of natte kranten. Dit geeft een heel bijzonder effect. Temeer daar het voorwerp, gemaakt van speciale klei, wit de over ingaat en afhankelijk van het soort glazuur, gekleurd met adertjes doorlopen en soms met een goudkleurige glans, er weer uit komt.
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 19 -
Na de demonstratie werden de beeldjes verloot onder de deelnemers, zodat enkele gelukkigen met een kunstwerkje naar huis gingen.Na al deze ervaringen waren we wel toe aan een lunch, die in buffetvorm voor ons klaar stond. Heerlijke broodjes zalm, 2 soorten kaas, croissants, koffie / thee. sapjes, salade en fruitsalade etc. Gesterkt door al dit lekkers kwam bij sommige “ de schipper “ in ons naar boven en werd er gebruik gemaakt van het trekpontje om naar het eiland te varen. Na de lunch konden we op eigen gelegenheid overal nog even rondkijken, voordat we omstreeks 15.00 uur de dag met een kopje koffie / thee afsloten en iedereen een klein aandenken aan deze dag mee naar huis mocht nemen. We kunnen met veel genoegen terugkijken op twee geslaagde dagen. De commissie Museumbezoek & Stadswandeling, Andrea Vink en Ed Westerhof.
Spreuk van de maand: Wees aandachtig voor de kleine dingen, want daarin ligt de kracht. Moeder Theresa
- 20 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
De geschiedenis van het Nederlandse douaneuniform
D
oor een paginagrote advertentie in het laatste nummer van PaBeRo-nieuws werd ik opmerkzaam gemaakt op een mini-expositie over de geschiedenis van het douaneuniform in het Belasting & Douane Museum. Omdat ik het uniform ruim 40 jaar heb mogen dragen (1951-1992), toog ik nieuwsgierig op een regenachtige middag naar het museum aan de Parklaan. Onderweg vlogen mijn herinneringen terug in de tijd van een battledress van stugge stof en losse gesteven boorden en manchetten van de groene overhemden. De expositie viel mij enigszins tegen, maar ja, het was ook een mini-expositie. Behalve een aantal uniformen die sinds 1945 zijn gedragen, wat truien, vesten, petten en kledingvoorschriften was er niet zo heel veel te zien. Veel nadruk was gelegd op het ontwerpen van het uniform. Toch ben ik door mijn bezoek wel wijzer geworden. Ondanks dat ik in de 40 jaren diverse uitvoeringen van het douaneuniform heb gedragen, wist ik niet dat er zo veel symboliek in het huidige uniform is verwerkt. Omdat vele oud-collega’s (generatiegenoten) van mij dit waarschijnlijk ook niet weten, som ik een aantal van die symboliekuitingen op. - Het uniform is van oudsher! verdeeld in twee parten. De rechterhelft vertegenwoordigt ‘het rationele’, de linkerhelft ‘het emotionele.’ Daarom wordt het naamplaatje rechts op de borst gedragen en de eventuele onderscheiding1 en ‘het vangkoord’ links op de borst. 1
Bijvoorbeeld: het diplôme d’honneur en de onderscheidingen voor langdurig dienstverband bij de overheid. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 21 -
- Het vangkoord wordt aan de linkerzijde gedragen tijdens officiële gelegenheden. De term vangkoord is geen afgeleide van het vangen van smokkelaars. Het vangkoord is bedoeld voor het ‘vangen’ van emoties. Om uitdrukking te geven aan medeleven, bijvoorbeeld bij een begrafenis. - Het borstembleem, ook wel borstlap of wapenleertje genoemd laat het publiek zien dat het met een handhavingsorganisatie te maken heeft. Afhankelijk van de functie is het embleem uitgevoerd in goud of zilver. Het borstembleem bevat verscheidene symbolen: * In het hart van het groene veld bevindt zich de Leeuw van Nassau. De leeuw (ook op epauletten e.d.) loopt richting het hart. De leeuw wordt door de Douane al gedragen sinds de oprichting in 1586. * De ketting onder de leeuw symboliseert de ‘stopfunctie’, de oudste taak van de Douane. De douaneketting is ook afgebeeld op de epauletten en de klep van de pet bij hooggeplaatsten. * Rondom de leeuw ligt het wapen van de EU, de cirkel in blauw met twaalf gele sterren. De douanetaken worden immers uitgevoerd in Europees verband. * Boven dit wapen is een kroon in royal blue aangebracht. Sinds 18062 werkt de Douane voor het koninkrijk.
2
1806= Oprichting van de Belastingdienst.
- 22 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- De reversspiegel op de kraag van het uniform zit eveneens vol symboliek, verwijzend naar de drie kerntaken van de Douane: * Stoppen van goederen aan de grenzen gesymboliseerd door de douaneketting. * Bewaken van goederen tot de juiste toepassing van wet- en regelgeving, gesymboliseerd door de Hermesstaf. Hermes, de bewaker, de god van handel en het grondgebied. Hij staat symbool voor het bewaken en ‘hermetisch’ sluiten van het grondgebied. * Heffen en innen. Het euroteken staat voor het heffen en innen van belastingen.
_____ Tot slot dan toch nog een stukje geschiedenis over het douaneuniform. - Tot de 20e eeuw was er geen sprake van een specifiek douaneuniform. Het was vooral van belang dat men ‘goed’ gekleed ging. Dus schoenen in plaats van klompen. Alhoewel al in 1819 was bepaald dat de ambtenaren van de actieve dienst aan de grens in een dienstuniform zouden worden gestoken, is daar nooit een vervolg aan gegeven. Geldgebrek en zuinigheid waren hiervoor verantwoordelijk. - Vanaf 1874 waren petten verplicht. De pet was van lichtblauw laken met een band van zwart laken en een klep van verlakt zwart leer. Op de rand van de pet was het rijkswapen van verguld koper bevestigd. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 23 -
Voor verschillende rangen waren uiteenlopende breedtes aangebracht.
zilveren galons
van
De aanschaf van de pet werd niet door het Rijk betaald. Dat zette bij veel ambtenaren kwaad bloed. Aan de verplichting tot het dragen van de pet werd daarom niet altijd de hand gehouden.3 - In 1928 verscheen het Rijkskleedingbesluit voor geüniformeerde rijksambtenaren. Alle ambtenaren kregen eenzelfde tuniek van donkerblauwe stof. Ter onderscheiding van de diverse rijksdiensten werden gekleurde biezen aangebracht. Voor de Douane was dat een rode bies. Echter de dienstleiding kwam niet verder dan het verstrekken van dit uniform aan verificateurs en personeel op douanevaartuigen. - Na 1945 verdween de algehele uniformiteit voor geüniformeerde rijksambtenaren. De Douane kreeg groene uniformen, bestaande uit een battledress, een cape en een overjas, gemaakt van weinig soepele, zware stoffen. Tot verbijstering van tijdgenoten spotte dit uniform met elk begrip van kleermakerskunst. In het Dienstkleedingreglement was precies omschreven hoe lang de diverse kledingstukken verwacht werden mee te gaan. - Het uniform uit 1968 is voor het eerst prettig draagbaar. Er zijn moderne, synthetische stoffen op de markt gekomen en het uniform wordt daardoor lichter van gewicht en soepel. Ook wordt het uniform moderner. De zakken van het colbert zijn nu niet meer opgestikt, maar inpandig met alleen de kleppen aan de buitenzijde.
3
In een missive wordt nogmaals bekend gemaakt dat het dragen van de dienstpet verplicht is en dat ambtenaren die vanaf heden worden aangetroffen zonder dienstpet als weerspannig zullen worden aangemerkt met alle gevolgen van dien.
- 24 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- In de jaren ’80 wordt Edgar Vos, een kledingontwerper van naam, gevraagd het douaneuniform te moderniseren. In 1986 tijdens het 400-jarig bestaan van de Douane wordt de nieuwe collectie gepresenteerd met een heuse modeshow. Een uniform met de modekenmerken van de jaren ’80. Grote zakken en manchetten met brede schouders. - Begin 2000 ontstaat er weer vraag naar vernieuwing en wordt modeontwerpster Astrid Ras gevraagd voor het restylen van de gehele lijn naar vorm en eisen van deze tijd. Zo veranderde het uniform van kleur. De pantalon werd antracietkleurig, het colbert heel donkergroen en de overhemden niet meer wit, maar licht blauwgrijs. Een nieuwigheid naar de moderne tijd is ook de baseball cap. Astrid Ras heeft ook de kledinglijn ontworpen voor o.m. ING bank, NS, Schiphol, e.d. I A.v.O.
P.S. De expositie over het douaneuniform is inmiddels afgelopen. Maar er is genoeg te zien en te beleven in het heringerichte museum aan de Parklaan. Laat u verrassen. -----
Om de overgebleven ruimte op deze bladzijde te benutten, plaatst de redactie enkele zinnen waarmede u uw kennis van de Nederlandse taal kunt testen. In de zinnen zitten geen spelfouten maar stijlfouten. 1. De notulen werden wel verstuurd, maar ze klopte niet. 2. De directie heeft veel plannen, maar ze voeren er niet een uit. 3. Zowel Els als Anne vinden het leuk dat ze gaan verhuizen. 4. Dat bedrijf krijgt meer klanten, omdat ze een goede naam hebben.
Zie de juiste schrijfwijze op de laatste bladzijde. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 25 -
Enkele statistische cijfers over Rotterdam
D
e redactie kwam onlangs enkele statistische cijfers over Rotterdam tegen die u wellicht ook doen verbazen. Aantal
nationaliteiten
in Rotterdam
175
Rotterdammers In Nederland geboren
Rotterdammers In Rotterdam geboren
72%
48%
175 tterdam Eigen woningbezit in Rotterdam
Aantal restaurants in Rotterdam
Aantal bomen in Rotterdam
35%
700
175.000
Aantal auto’s per werkdag: v. Brienenoordbrug 225.000 Beneluxtunnel 128.000 Maastunnel 57.000 Erasmusbrug 32.000 Willemsbrug 13.000
Aantal bruggen in Rotterdam 800
De vier hoogste gebouwen van Nederland staan in Rotterdam: Maastoren 165 m New Orleans 158 m Delftse Poort 151 m De Rotterdam 149 m
- 26 -
Aantal fietsers per werkdag: over Erasmusbrug : 9300 door de Maastunnel: 4800
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Mijn loopbaan versie 2.0 (4)
W
anneer je wat ouder wordt en de jaren gaan tellen, dan denk je op een stil moment wel eens terug aan je voorbije leven. Bij dat leven hoort voor velen van ons een langdurige loopbaan van soms wel 40 jaar of meer bij de Belastingdienst. Soms heeft iemand behoefte dat werkzame deel van zijn leven aan het digitale papier toe te vertrouwen. Het huidige redactielid Gerrit Odink zal trachten zijn douaneloopbaan, die hem respectievelijk vanuit Enschede, naar Maastricht, Amsterdam en uiteindelijk naar Rotterdam voerde, te verwoorden en zoveel als mogelijk te larderen met talrijke anekdotes. Vandaar de nieuwe titel boven dit feuilleton, versie 2.0. Leest u mee in zijn verhaal? De laatste alinea’s van de vorige aflevering luidden: De Nederlandse douaneambtenaren, die toch als uiterst integer bekend stonden, moesten natuurlijk wel even verifiëren of de lading inderdaad wel uit los gestort zand bestond. Ter gelegenheid van het bezoek aan boord werd meestal een sigaar geoffreerd aan de bezoekende ambtenaren. Mijn collega zocht een heerlijke dikke sigaar uit het kistje, deed zijn pet af, vleide het rokertje voorzichtig in de pet en zette hem weer op zijn hoofd. Met de wijze lessen van de Douaneschool in mijn achterhoofd bedankte ik vriendelijk, maar zeer beslist voor de aangeboden sigaar, onder de mededeling dat ik nooit sigaren rookte. Teruggekomen op de kade sprak mijn collega mij enigszins verwijtend toe dat ik niet juist had gehandeld. Ik had die sigaar moeten aannemen en vervolgens meenemen naar het douanekantoor. Daar stond een verzameldoos, waaruit de dienstdoende ambtenaren voor ze met weekend gingen, één of PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 27 -
meerdere heerlijke sigaren meenamen om ze in het weekend thuis op te branden. Maar de meest boeiende tijden werden toch beleefd tijdens de velddiensten, waarbij je samen met één of meerdere collega’s in het Limburgse terrein van toezicht dienst deed. Dat kon te voet, met de fiets of met de auto. De oude rotten in het douanevak leerden al doende het vak aan de nieuwkomers, met alle kleine kneepjes die daarbij hoorden. Wat mij later in de tijd pas opviel was, dat je als jong beginnend douaneambtenaar vrij snel voorzien werd van wapens. En dan heb ik het niet alleen over een gummiknuppel, die standaard tot je velddienstuitrusting behoorde. Nee, de jongelingen in het vak werden direct voorzien van een koppel met daaraan een holster en een levensecht pistool. Dat moest thuis worden bewaard en dat bleek een hele opgaaf te zijn. Want met twee opgroeiende kinderen over de vloer moest wel worden voorkomen dat ze niet stiekem gingen uitproberen hoe een pistool werkte. Gelukkig werden wel met enige regelmaat schietlessen verzorgd. In de Maastrichtse wijk Caberg (tegen de Belgische grens, vlakbij Lanaken en Smeermaas), was een steenfabriek gevestigd waar een flinke hoge aarden wal fungeerde als kogelvanger. Bij de schietoefeningen diende standaard een inspecteur der invoerrechten en accijnzen aanwezig te zijn die de eindverantwoordelijkheid had voor het hele schietgebeuren. De feitelijke schietinstructie werd echter verzorgd door de hoofdassistent-sectiechef van de CDP, de heer Sjeng Dolmans. Ook waren er op de Centrale Douane Post karabijnen beschikbaar om tijdens de nachtelijke velddiensten te worden meegenomen en zo nodig konden worden gebruikt om, tijdens een achtervolging van een botersmokkelauto één of meerdere achterbanden lek te schieten in een ultieme poging de smokkelaars tot staan te brengen. Het was een tijd (we hebben het over het einde van de zestiger jaren) waar de ambtenarensalarissen nogal waren achtergebleven bij de algemene loonontwikkelingen. - 28 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Zoals u ziet is er geen nieuws onder de zon. Er bleek vanuit de Rijksoverheid groot begrip te bestaan over deze achterstalligheid. Met enige regelmaat werden de salarissen met enkele procenten verhoogd. En na mijn bevordering in 1968 van tijdelijk hulpkommies der invoerrechten en accijnzen in tijdelijke dienst voor onbepaalde tijd (met één streepje als rangonderscheidingsteken op het douaneuniform) tot grenskommies der invoerrechten en accijnzen (met twee streepjes) was een geweldige financiële vooruitgang. Het besteedbaar inkomen naast de toegekende rijwieltoeslag van (naar ik meen 36 gulden per maand) en de onregelmatigheidstoeslag, toegekend vanwege het regelmatig moeten werken in het weekend en de nachtelijke uren, maakten dat wij met ons gezinnetje een redelijk bestaan konden hebben. Alleen het contact met de familie moest helaas op een laag pitje worden gezet. Vanuit Maastricht naar Enschede per trein (want een autootje was toen nog onbetaalbaar en onbereikbaar voor ons toenmalige budget) was een pittige onderneming. De kortste reisweg was via Roermond en Venlo, vervolgens via Nijmegen naar Zutphen en daar op een dieseltreintje naar Enschede. Dat betekende echter wel drie tot viermaal overstappen en met een kinderwagen en twee peuters op de arm en een koffer met kleding was dat gewoon topsport. Gelukkig hadden de Nederlandse Spoorwegen een mogelijkheid een langere reisweg te kiezen voor hetzelfde geld, mits die reis korter duurde in tijd. Als we dan kozen voor de route Maastricht-Utrecht-Enschede, duurde de reis slechts (!) vier en een half uur inclusief één overstap, terwijl de reis via Nijmegen bijna vijf reisuren in beslag nam. Ook in die periode was een privételefoon aan huis pure luxe. Ja, onze hoofdassistent-sectiechef had wel telefoon, maar dan van dienstwege. Wij spaarden gewoon dubbeltjes en kwartjes zodat we ons eens per week konden vervoegen bij de lokale telefooncel om onze familieleden te spreken. Ach ja, we wisten gewoon niet beter in die tijd. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 29 -
Ondertussen ging het gewone douaneleven zijn gang. Ik vergeleek het wel eens met sportvissen, soms had je beet, soms gebeurde er niets en heel soms ving je wel eens wat. Maar het was steeds boeiend en ben ik nog nooit met tegenzin naar het werk gegaan. Af en toe leek het natuurlijk ook wel op een spannend jongensboek. Zo was er ooit op de ambtenarenwacht een tip binnengekomen dat bij een woning ergens in het plaatsje Margraten in de late avonduren verdachte bewegingen plaatsvonden. Mogelijk zou het gaan om drugs gerelateerde zaken. In samenwerking met de Rijkspolitie aldaar werd besloten een actie te ondernemen, die in principe zou duren van ’s avonds 20.00 tot uiterlijk 02.30 uur. Eén collega werd ergens in de buurt geposteerd met nachtkijker en een portofoon waar hij de verdachte woning kon observeren. Op twee andere strategische plekken in het dorp werden dienstauto’s geplaatst met daarin enkele collega’s. Er was echter een tegenvaller: het was winter en het vroor elke nacht tussen de 10 en 15 graden. Dat betekende dat er extra wollen lange onderbroeken en –hemden dienden te worden gedragen om acute bevriezing te voorkomen. Maar drie of vier ademende collega’s in een Volkswagen Kever lieten bij deze strenge vorst ook sporen na op de voor- achter- en zijruiten. Het ijs groeide zo hard aan de binnenkant van de Kever dat je er waarschijnlijk wel schaatswedstrijden had kunnen houden. Helaas gebeurde er de eerste twee, drie nachten helemaal niets en keerden we diep in de nacht onverrichterzake naar huis om thuis weer een beetje warm te worden. Maar de vierde nacht gingen de alarmbellen rinkelen. Bij de verdachte woning meldden zich twee mannen die een half uurtje later weer met tassen en wat dozen terug naar hun auto gingen.
- 30 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Onze op de uitkijk staande collega gebruikte zijn portofoon om de standby staande collega’s in te lichten. Besloten werd dat er snel moest worden ingegrepen. De betreffende auto werd klemgereden, de bestuurder en zijn maat werden aangehouden en overgedragen aan de inmiddels ook gearriveerde Rijkspolitie-agenten. We spraken af op het politiebureau in Margraten nog even een korte evaluatie te houden over de gebeurtenissen van deze avond. Aldus geschiedde. Terwijl we met elkaar genoten van een inmiddels gezet bakje koffie, hoorden we uit het cellenblok een hartverscheurend gehuil komen. Eén van de agenten ging maar even poolshoogte nemen om te zien wat er aan de hand was. Na een tijdje kwam hij lachend terug. Het bleek dat één van de aangehouden personen morgen zou gaan trouwen. Hij vreesde echter, door de gebeurtenissen van deze avond dat zijn bruiloft in het water zou vallen. Uiteindelijk bleek dat allemaal heel erg mee te vallen toen de werkelijke feiten aan het licht kwamen. Want wat was er aan de hand: de bewoner van de “verdachte” woning was eigenaar van een bedrijf in het Zuid-Limburgse land. Hij deed regelmatig boodschappen omzetbelastingvrij in het groot bij een groothandelsbedrijf (zoiets als de Makro) en liet zijn personeel daarvan mee profiteren. Eens in de week mochten ze hun bestelling bij hem thuis komen ophalen en meenemen. Alleen had één van de buren dit gezien en het een hele verdachte omstandigheid gevonden. Daarom had hij de douane in Maastricht getipt. Helaas dus geen grote vangst deze keer.
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 31 -
Om het douanepersoneel in een goede lichamelijk conditie te houden, was het verplicht een halve dag per week in diensttijd te besteden aan sport. Jaarlijks werden dan in het sportpark Jekerdal, schitterend gelegen langs het riviertje de Jeker en precies tussen de Sint Pietersberg en de Cannerberg in, de douvaproeven gehouden. En douva stond als afkorting voor de douanevaardigheidsproeven. Er werd van je verwacht dat je binnen redelijke tijdsgrenzen, de 100 en 1500 meter rennend aflegde, een minimumhoogte overwon bij het hoogspringen, kon verspringen, kogelstoten en discuswerpen. Op een andere dag werd nog een wandelmars van 25 kilometer gehouden. Als afsluiting vond dan nog een zwemproef plaats in het lokale Sportfondsenbad in de wijk Wijck (gelegen aan de rechter Maasoever). Een mooie traditie was dat de toenmalige Inspecteur der Invoerrechten en Accijnzen, de heer Harmes, zich al had gezet in het daarnaast gelegen café, waar hij vervolgens iedereen die geslaagd was voor de douvaproeven, trakteerde op een heerlijk tappilsje van Limburgs fabricaat. In deel 2 van deze vervolgserie had ik al aangekondigd terug te komen op deze heer Inspecteur die, naar later bleek, wel vaker een pilsje dronk samen met zijn douaneambtenaren. Ondertussen zat de politiek niet stil en maakte aanstalten om te komen tot politieke en economische samenwerking binnen Europa. Een werkend voorbeeld daarvan was de BeNeLux. Hoewel er een douanegrens bestond, waren de eerste vormen van integratie tussen België, Nederland en Luxemburg al flink merkbaar.
Wordt vervolgd
- 32 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Uit het leven gegrepen
D
e redactie brengt de opzet van deze rubriek nog eens in herinnering, nl. dat oud-collega’s ons deelgenoot maken van leuke ervaringen, anekdotes of bijzondere voorvallen uit hun ambtelijke loopbaan. Uit de in 2005 gehouden enquête over de inhoud van PaBeRo-nieuws blijkt dat deze rubriek zeer wordt gewaardeerd. De redactie houdt zich dan ook warm aanbevolen voor kopij voor deze rubriek. Deze rubriek is immers volledig van u als lezer afhankelijk. Iedereen heeft toch in zijn of haar diensttijd wel eens iets meegemaakt dat het vertellen waard is. In dit artikel beschrijft Guillaume de La Terre4 de tijdgeest binnen de Belastingdienst in de jaren 1960-1980 en maakt ons deelgenoot van enkele voorvallen met Hoofden van Dienst. I 26. Van Hoofd van Dienst tot Filiaalhouder Vrijwel iedereen die binnen de Belastingdienst werkt c.q. heeft gewerkt, zal het niet ontgaan zijn dat er sprake is van een devaluatie van rangen en standen binnen de dienst. Als je, in de jaren 1960 tot 1980/1985, als medewerker van de administratie naar de kamer van een aanslagregelend ambtenaar, (hoofd-)commies / (hoofd-)controleur of inspecteur moest, was het aankloppen en wachten tot er een reactie kwam en dan pas naar binnen. Bij binnenkomst sprak je de betreffende persoon aan met U en hanteerde je alle voorkomende fatsoensnormen. In de huidige dienst noemt men elkaar van hoog tot laag bij de voornaam en is U veranderd in jij.
4
Guillaume de La Terre is een pseudoniem van een PaBeRo-lid. De werkelijke naam is bij de redactie bekend. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 33 -
Ja, en een Hoofd van Dienst was toen echt een Hoofd van Dienst. Van inspraak, meedenken en kritisch benaderen kon geen sprake zijn. Deed je dat toch dan “promoveerde” je jezelf tot zgn. pispaaltje en was de kans op een mooie carrière wel verkeken. Natuurlijk werd een Hoofd van Dienst in enige mate wel aangestuurd vanuit de Directie maar op de eenheid had hij zowel uitvoeringstechnisch als op personeelsgebied echt veel zeggenschap. Een Ondernemingsraad, toen nog Dienstcommissie genaamd, had feitelijk slechts een luisterend oor. Ten gevolge van de vele reorganisaties die sinds 1990 bij de Belastingdienst hebben plaatsgevonden, trok het Ministerie van Financiën steeds harder aan de touwtjes en nam feitelijk het heft in handen. En zo zag ook het Hoofd van Dienst zijn mandaat steeds kleiner worden en maakt hij nu onderdeel uit van een schakel eenheden die sterk van bovenaf worden aangestuurd en is zijn functie meer op die van filiaalhouder gaan lijken. Inmiddels is het aantal eenheden (filialen) sterk afgenomen zodat er steeds minder “filiaalhouders” nodig zijn. En dat is enerzijds toch jammer. Zo zijn / waren er Hoofden van Dienst met wie je goed kon samenwerken en die ook voor je in de bres sprongen. Ook al had je op een bepaald onderdeel een groot zakelijk verschil van inzicht dan was het toch goed mogelijk om voor de overige zaken in goede harmonie met elkaar op te trekken. En het bleef natuurlijk niet alleen bij de Hoofden van Dienst; ook met veel van de latere teamleiders kon je goed zaken doen.
- 34 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Tot slot een aantal bijzondere voorvallen met Hoofden van Dienst c.q. managers. - -Op een landelijke bijeenkomst, in Nijkerk, van alle Hoofden van Dienst van de Belastingdienst en vertegenwoordigers van de Ondernemingsraden sprak de Directeur - Generaal, Mw. Jenny Thunnissen, de vergadering toe. In de pauze was er een lunch. Aan iedere tafel konden 12 deelnemers zitten. Rond tafel 1 drentelden veel Hoofden van Dienst. Mw. Thunnissen nam plaats en er werd “gevochten” om de overige 11 zetels. Nadat er elf een plekje hadden gevonden, stond Mw. Thunnissen op en zei:” Mijne heren, als u allemaal zo graag hier wilt zitten kan dat. Ik spreek u vaak genoeg. Ik zoek wel een tafel met OR-leden.” - -Op een zomerdag in 1981 ging het alarm af. In de kamer tegenover mij zat het Hoofd van Dienst. Hij deed zijn deur open en vroeg: “Denkt u dat het echt of vals alarm is?”, waarop ik antwoordde: “Mijnheer, dat zien we buiten wel.” - -De OR had in een jaar heel veel conflicten met het Hoofd van Dienst gehad. Tijdens de kerstbijeenkomst was er een fantastisch buffet geregeld. Op een van de visschotels lag een grote vis met wijd opengesperde bek. De vele en scherpe tanden waren goed te zien. Het Hoofd van Dienst opende het buffet met de woorden: “ Kijk daar ligt de OR.” - -Een Directeur (hij was noch keizer, noch admiraal), kwam op bezoek bij de Belastingdienst te Gorinchem. Hij wilde vooral met de medewerkers spreken. Nu waren die geselecteerd door het Hoofd van Dienst, maar dat was voor de Directeur geen enkel probleem.
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 35 -
Toen de Directeur zijn derde vraag stelde en het Hoofd van Dienst voor eveneens de derde keer wilde antwoorden, stuurde hij het Hoofd van Dienst weg en zei. “Ik kom straks nog wel even bij je langs.” De Directeur werd vervolgens in volle vrijheid gevoed met allerlei gegevens die hij anders wellicht nooit had gekregen. - -Een medewerker van het Ministerie van Financiën kwam gedurende bijna vijf jaar met enige regelmaat op bezoek bij een inspectie der directe belastingen. Daar werd hij met alle egards ontvangen. Toen hij na genoemde vijf jaar overgeplaatst werd naar de betreffende eenheid werd hij door hetzelfde Hoofd van Dienst ontvangen die hem duidelijk meedeelde dat hij alle privileges per direct kon vergeten. Guillaume de La Terre.
Naschrift redactie: Velen van ons hebben nog een zogeheten Hoofd van Dienst meegemaakt. Veranderingen in de tijd hebben hem (van haar was toen nog geen sprake) vervolgens tot Voorzitter van het managementteam gemaakt, geassisteerd door een Producent, een Vakbaas, een P-regisseur, een Evaluator, e.d. Ook deze periode van collegiaal management met bijpassende terminologie is inmiddels weer voorbij. Ook van de zelfsturende teams wordt weinig meer vernomen.
- 36 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Postactieve leden aan het woord… n de rubriek ‘Postactieve leden aan het woord…’ vertellen PaBeRo-leden o.m. hoe zij hun postactieve leven invullen. Inmiddels zijn er al 28 leden die hun verhaal in PaBeRo-nieuws hebben geplaatst. In de 29e aflevering in deze serie is thans het woord aan Jan Jongerius. Jan had vele plannen voor de tijd wanneer hij met de VUT zou gaan. Hij en zijn vrouw volgden in die tijd ook nog de cursus ’Pensioen in Zicht.’ Maar ja, het liep helaas anders….zoals hij ons hierna vertelt.
I
Uit de onlangs gehouden enquête over het PaBeRo-nieuws komt naar voren dat deze rubriek zeer wordt gewaardeerd. Deze rubriek is echter wel afhankelijk van uw bijdrage. Laat daarom ook eens iets van u horen! 29. Het actieve leven van een postactieve Een half jaar voordat ik met de VUT zou gaan, hebben mijn vrouw en ik de PIZ-cursus (Pensioen In Zicht) gevolgd. Voorwaar een nuttige cursus, althans zo hebben wij de cursus ervaren. Na het half jaar ben ik met VUT gegaan en hebben mijn vrouw en ik plannen gemaakt voor onze “vrije tijd.” We houden en hielden van mooie fietstochten of wandelingen door de bossen en langs het strand. Onze interesse gaat ook uit naar steden bezoeken, waar wij niet eerder zijn geweest en dan alle bezienswaardigheden bekijken. Dus onze tijd was leuk ingedeeld, althans dat dachten we. Mijn echtgenote was al enkele jaren met onderzoeken doende, omdat zij last had van haar ogen. Er zijn diverse operaties uitgevoerd, maar geen van alle gaf verbetering. Maar in haar dagelijkse werkzaamheden gaf dat geen of in ieder geval weinig belemmeringen.
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 37 -
Toch wilde de oogarts, dat zij een groot onderzoek zou ondergaan in het Erasmus MC in Rotterdam en dat gebeurde dan ook. Daar is zij bijna zes jaar onderzocht en men heeft niets kunnen vinden. Gaandeweg kreeg zij problemen met spreken en daarvoor was zij onder behandeling van een logopediste in EUR MC. Die raadde ons aan een second opinion aan te vragen bij het Radboud Ziekenhuis in Nijmegen, want als het is wat zij verwachtte, is daar een gespecialiseerde afdeling die dat kan vaststellen. Aldus naar Nijmegen en na twee afspraken wist men een diagnose te stellen, die overeen kwam met die van de logopediste. “Mijnheer uw echtgenote heeft een ernstige hersenaandoening genaamd P.S.P.” Dit is een progressieve aandoening waarvan het verloop (nu) nog niet is te bepalen. De ziekte tast de hersenstam aan en het hersenweefsel lost op en tast op den duur vitale delen aan, te beginnen met ogen, evenwicht, spraak en spieren. Daar gaat dan je planning, die je samen hebt gemaakt en waarvan je beiden zoveel kon genieten. In eerste instantie hebben we nog fiets- en wandeltochten gemaakt, maar al snel moest er een 3-wieler komen voor mijn vrouw, omdat zij telkens viel (evenwicht), later is er een duofiets gekocht, maar ook dat is verleden tijd. Nu is zij aangewezen op een rolstoel en die moet ik duwen. Zo zie je maar een mens kan wel eens plannen maken: we gaan dit of dat doen en we zullen….. Dan wordt je “passieve” VUT-leven omgezet in een actief mantelzorgleven en wel voor 24 uur per dag. Máár we doen, als het even kan, aan alle dingen mee; we gaan niet achter de geraniums zitten. Al zijn dat mooie planten. Contact met anderen én zeker met oud-collega’s is van groot belang. Ook voor mijn vrouw en zij geniet daar met volle teugen van.
- 38 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
Eén handreiking: negeer deze mensen niet; zij kunnen je wel verstaan én begrijpen maar sommigen, zoals mijn vrouw, kunnen helaas niet reageren omdat de spraak hen in de steek laat, maar ze is/zij zijn een volwaardig medemens. Zo een kleine uiteenzetting van de werkzaamheden zoals deze nu door mij dienen te gebeuren, maar met veel plezier en toewijding. Gezondheid is niet te plannen, maar is zeker een belangrijk goed. Jan Jongerius.
Reacties van lezers n ‘De Oud-Rotterdammer’ van 7 juli jl. las ik een artikel over loopjongens van scheepvaart- en expeditiekantoren die op het belastingkantoor aan de Puntegaalstraat regelmatig documenten moesten tonen en laten afstempelen. Ik heb die verhalen vaker gelezen en mij altijd afgevraagd wat die documenten dan inhielden en waarom zij door ambtenaren van de Belastingdienst moesten worden afgestempeld. Verder las ik in het artikel dat de loopjongens zich tijdens het wachten op de afgestempelde documenten vermaakten met de tabernakellift. Bedoeld wordt natuurlijk de paternosterlift. Het woord tabernakellift heb ik nog nooit gehoord. Wanneer ik nú op het belastingkantoor aan de Laan op Zuid kom, zie ik geen loopjongens met documenten meer. Het is dus kennelijk een procedure uit het verleden.
I
Wellicht kan iemand van de lezers uitleggen waarom men met documenten naar het belastingkantoor moest om ze te laten afstempelen. M.K. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 39 -
Terug in de tijd e laatste twee artikelen in deze rubriek ‘Terug in de tijd’ handelden over enkele bekende belastingoproeren, het Pachtersoproer in Amsterdam en het Costermansoproer te Rotterdam. In deze serie mag zeker het Vrouwenoproer in Delft niet ontbreken, waarbij ook nu weer een belastingdienaar het moest ontgelden. Hij werd zelfs ‘ligtelijk doodgeslagen’ bij het naheffen van belasting. Ook nu in 2015 vinden veel naheffingen plaats.! Ik ben blij dat ik niet meer in dienst ben.
D
24. We schrijven Delft, augustus 1616. Het waren roerige tijden: de strijd tegen het machtige Spanje, de geloofsperikelen, de uitbreiding van de stad met havens, dit alles kostte veel geld. De stad Delft probeerde het hoofd boven water te houden door o.m. de graanaccijns te verhogen met maar liefst tien stuivers per zak, waardoor een zak tarwe al gauw drieëndertig stuivers ging kosten. Dit besluit tot accijnsverhoging werd de oorzaak van het oproer dat de geschiedenis is ingegaan als het Vrouwenoproer. Immers door de accijnsverhoging werd het dagelijks brood duurder tot groot ongenoegen van de Delftse huisvrouwen die toch al moesten zien rond te komen van het krappe huishoudgeld. Vooruitlopend op de accijnsverhoging per 1 augustus 1616 hadden veel huisvrouwen extra zakken tarwe ingekocht om deze nog vóór de accijnsverhoging te laten malen bij de molen. De molenaar kon deze extra drukte niet aan, waardoor veel zakken tarwe op de zolder van de molen bleven liggen. Toen de pachter van de accijns op 1 augustus bij de molen kwam controleren, verordonneerde hij de molenaar niet verder te malen voordat de verhoogde accijns was voldaan.
- 40 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
De aanwezige vrouwen waren het daarmee niet eens. Tijdens de discussie ontstond zoveel tumult dat de pachter van de accijns zelfs moest vluchten. De vrouwen gingen achter hem aan en konden hem uiteindelijk pakken waarna zij hem 'ligtelijk dood’ hebben geslagen. Vervolgens trokken zij met een schort als vaandel en een ketel als trommel op naar het stadhuis op de Markt. De stoet die onderweg behoorlijk aangroeide, veroorzaakte grote onrust in de stad. Men bestormde het huis van de belastingpachter. Ruiten werden vernield, dienstboeken werden verscheurd. De vrouwen gingen zo te keer bij het stadhuis dat het stadsbestuur genoodzaakt was om de schutterij in te zetten. Het hielp weinig want zelfs de schout werd met stenen bekogeld. Eerst nadat het stadsbestuur had toegezegd dat de accijnsverhoging werd ingetrokken, keerde de rust wat terug.
Er werd een aantal arrestaties verricht. Eenendertig deelneemsters werden bij verstek veroordeeld tot de doodstraf of lijfstraf. Uiteindelijk kondigden de Staten een algemeen pardon af met uitzondering voor de echte oproerkraaisters. Toen de rust in de stad was weergekeerd werd de door het stadsbestuur aanvankelijk toegezegde intrekking van de accijnsverhoging weer ongedaan gemaakt!
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 41 -
Parklaan 9 te dezer stede5
B
ij het opruimen van mijn boekenkast trof ik nog enkele artikelen6 aan over Parklaan 9, het statige gebouw waar eens de Directie der Rijksbelastingen zetelde. Ik vermoed dat ik een aantal PaBeRo-leden een plezier doe wanneer ik een korte samenvatting van die artikelen in dit PaBeRo-nieuws opneem. De tekst van de eerste steen van het gebouw luidt: ’Justina, Adriana Mees, 11 jaar, 24-081874.’ Zij was de dochter van Rudolf Mees, firmant van het uiterst solide bankiersbedrijf R.Mees & Zoonen te Rotterdam. Hij kocht de buitenplaats ‘Maaslust’, gelegen in de Muizenpolder in september 1870 voor f 28.500,- Het oorspronkelijke Maaslust stamde uit de 18e eeuw. R.Mees liet na aankoop die buitenplaats afbreken en vervangen door het huidige (nu ruim 140 jaar oude) Maaslust. De naam Maaslust moge duidelijk zijn, het had toen nog een onbelemmerd uitzicht op de rivier. Voorts lag er nog de in 1852 gegraven Westerhaven voor de deur die in 1904 weer is gedempt; nu is dat de Calandstraat. De nieuwbouw heeft globaal twee jaar geduurd, namelijk van 1874-1876. Het huis werd ontworpen en gebouwd door de 5
Om recht te doen aan de historische waarde en de statigheid van dit prachtige gebouw is de titel van dit artikel in oud-Nederlands gesteld. 6 Zes artikelen ‘Roterodamum, architectuur van vroeger in het Rotterdam van nu.’ PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015 - 42 -
Rotterdamse architecten J.van Binsbergen en J.Bellingwout. Het duo berekende R.Mees een eerste begroting van f.83.000, een bedrag dat ruim overschreden werd, want de eindafrekening bedroeg f 107.828,-. Bij dit bedrag moet nog de nota van de bekende tuinarchitect Zochers worden opgeteld, die de tuin aanlegde. De symmetrische bouw van de indrukwekkende frontgevel van het gebouw toont klassiek, waarbij vooral de twee enorme middelste vensters in rondbogenstijl opvallen, gebaseerd op de Schinkelschule. Het is jammer dat het enorme balkon aan de voorzijde verdwenen is. In 1946 werd het pand betrokken door de Directie der Rijksbelastingen. Het pand werd gekocht voor 2,5 miljoen gulden. Het interieur straalt een grandeur uit met hoge plafonds en brede ramen, een echt directiegebouw. Pakweg twintig kamers over drie verdiepingen. De grote hal, bedekt met het oorspronkelijke marmer uit 1874, geeft rechtstreeks toegang tot de vertrekken aan voor- en achterzijde; niks geen zijgangetjes; de symmetrie overheerst en schenkt een heerlijke rust. De Parklaan, niet bepaald een straat uit een volkswijk, werd in 1888 aangelegd; daarvoor heette deze verbindingsweg tussen de Veerhaven en de Kievitslaan: Nieuwewerksdijk. Aan de zijde van nr.9 prachtige villa’s met grote aangelegde tuinen die vóór de oorlog werden bewoond door gefortuneerde Rotterdammers. Om naast Mees enkele namen te noemen: v.Rijckevorsel, v.Beuningen, v.Hoboken en Jamin. Deze bewoners hebben veel voor de stad gedaan, vandaar dat zij sinds 2013 geëerd worden met een borstbeeld op het Westplein aan de kop van de Veerhaven. A.v.O. PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015
- 43 -
Het antwoord van Henk: Maar natuurlijk lieve Ingrid, jij bent toch ook lid. De redactie en de andere leden wachten juist op verhalen, hoe wij onze vrije tijd besteden en hoe het bevalt dat ik nu de hele dag thuis ben. Neem het voortouw en pak de pen, aan de slag! Aan dit nummer werkten mee: Jan Jongerius, Gerrit Odink, Lex van Opdorp, Alie Schoneveld, Eef Schoneveld, Jaap en Joke van Steijn, Guillaume de La Terre, André van Tiggelen, Andrea Vink en Ed Westerhof.
De juiste schrijfwijze: 1. De notulen werden wel verstuurd, maar ze klopten niet. 2. De directie heeft veel plannen, maar ze voert er niet een uit. 3. Zowel Els als Anne vindt het leuk dat ze gaan verhuizen. 4. Dat bedrijf krijgt steeds meer klanten, omdat het een goede naam heeft.
- 44 -
PaBeRo–nieuws, 17e jaargang nr. 2, augustus 2015