Schooljaar: 2013-2014 PERIODE 31 ma. – 04 apr.
27
JOUW VENSTER OP ONZE SCHOOL
AGENDA 5B VZ1 stageblok 3 weken (W3/3) 5B VZ2 stageblok 3 weken (W3/3) 5B VZ3 stageblok 3 weken (W3/3) 7 Se-n-Se LGW stageblok (W5/8) 6T CH stageperiode 17 maart t.e.m. 1 april 2014 7B KG telkens op dinsdag en woensdag Ma. 31/03
Di. 01/04
Wo. 02/04
Do. 03/04
08.25 u.
Begin examens: 1B – 3+4B HZ Examens: 1A - 2A - 2B –3+4K BAK – 3+4T BE – 3+4T HT – 3+4T STW – 3+4T TW – 3+4+5+6B KAN - 3+4B VV - 5+6B HZ – 6B VZ1+2
13.00 u.
Coördinatorenraad
15.30 u. – 17.00 u.
Vergadering JGZ-LGW – (algemeen gedeelte – GIP-gedeelte) expressielokaal 4.1.3
17.00 u.
Raad van bestuur – Inge Valkenborgh, Martine Claes, Laurent Orens, Chris Bollen, TIHH
08.25 u.
Examens: 1A – 1B - 2A - 2B –3+4K BAK – 3+4T BE – 3+4T HT – 3+4T STW – 3+4T TW – 3+4+5+6B KAN - 3+4B VV - 3+4+5+6B HZ – 6B VZ1+2
09.00 u.
Directiecollege – Inge Valkenborgh, Martine Claes
12.00 u. – 12.50 u.
Vergadering GIP 5+6T SV – 7B HS – salon 1
12.05 u. – 12.45 u.
Vergadering i.v.m. bedrijfsbeheer – ex-rokerslokaal studio
17.30 u.
Teambuilding – vakgroep verzorging
08.25 u.
Laatste examendag: 1A – 1B - 2A - 2B –3+4K BAK – 3+4T BE – 3+4T HT – 3+4T STW – 3+4T TW – 3+4+5+6B KAN - 3+4B VV - 3+4B+5+6B HZ – 6B VZ1+2
10.00 u. – 12.00 u.
Inhaal examens
V.M
Bouwvergadering – Inge Valkenborgh, Laurent Orens
10.30 u. – 14.30 u.
Strafstudie 1ste graad, 2de graad en 5+6 BSO
12.00 u. – 16.00 u.
Strafstudie 3de graad KSO/TSO
08.30 u – 16.00 u.
Begeleidende klassenraden – De leerlingen zijn vrij (m.u.v. stageklassen en 6T SV)
V.M
Inhaalexamens
Vr. 04/04
13.00 u.
Intern directieoverleg
10.00 u. – 12.00 u.
Bezinningsmoment en sobere maaltijd (zie mededeling) Onderhoud van de klaslokalen (zie mededeling en bijlage 2)
V.M
Rapporten: DW 3/4 voor 5+6 KSO/TSO (m.u.v. 5+6T JGZ) DW 3/4 voor 7 BSO – rapport 2 voor LGW Inhaalexamens
12.05 u. – 13.00 u.
Vakvergadering Engels (handboeken Pelckmans) – taallokaal 2.2.1
13.00 u. – 17.00 u.
Rapportafhaling en mogelijkheid tot oudercontact met de rapporten: EX+PE voor 1-4, 5+6 BSO – DW 3/4 voor 5+6 KSO/TSO (m.u.v. 5+6T JGZ +6T SV)
VERVANGINGEN Sofie Deprez (arbeidsongeval 29/01/2014 t/m 04/04/2014)
Margot Vandermeersch (9 u.) + Sarah Reulens (11 u.)
Raf Maesen (omstandigheidsverlof n.a.v. geboorte 25/03 t.e.m. 04/04 + 22/04)
Jessie Claes
Saskia Deprez (VVP n.a.v. arbeidsongeval 21/12/2013 t.e.m. 31/05/2014)
Hanne Jans (10 u.)
Grete Van Pevenage (ziekteverlof van 07/01/2014 t.e.m. 30/04/2014)
Heleen Liesenborghs (22 u.) + Tony Sanchez (3 u.)
Martine Boiten (VVP wegens ziekte 50 % van 07/01/2014 t.e.m. 06/05/2014)
Miranda Noblesse (14 u.)
Horemans Martine (VVP wegens ziekte 50 % van 23/03/2014 t.e.m. 02/05/2014)
Katrijn Brimioul (18 u.)
Riet Claes (ziekteverlof 01/09/2013 t.e.m. 10/05/2014)
Hilde Wouters (11 u.) + Femke Tudts (11 u.)
Elke Verbinnen (zwangerschapsverlof 28/01/2014 t.e.m. 09/05/2014)
Sofie Luyten
Ilse Knaepen (ziekteverlof 06/01/2014 t.e.m. 30/06/2014)
Stefanie Saenen (10 u.) + Kim Ramaekers (6 u.) + Stevens Hulsmans (4 u.)
Kim Sarlee (18 u.)
VERVANGINGEN: VERLOVEN Sabine Jordens (halftijdse LBO medische bijstand van 10/03/2014 t.e.m. 09/04/2014)
Kim Sarlée (Verlof TAO 10/03/2014 t.e.m. 09/04/2014 (18 u.)
Jasmine de Coster (18 u.)
Loes Bielen (VVP SF van 06/01/2014 t.e.m. 30/06/2014)
Tony Sanchez (12 u.)
Roos Verlaak (deeltijds ouderschapsverlof 1/5 van 01/02/2014 t/m 30/06/2014)
Katrijn Brimioul (4 u.)
VOET-EN OP STAP Wo. 02/04
09.00 u. – 12.00 u. 7B KZ1+2 – 7B TBZ1+2 – Studiebezoek aan Campus Verpleegkunde Begeleidende leerkrachten: 7B KZ1: Anita Robijns 7B TBZ1: Hilde Wouters 7B KZ2: Els Denayer 7B TBZ2: Bieke Van Deynse Vervanging:
Do 03/04 + Vr. 04/04
Lesuur
opdracht
vervangende leraar
4
wachtuur
C. Bex
ter vervanging van E. Denayer
lokaal Refter 3
6T SV – Bedrijfsstage O’Sea – Oostende Begeleidende leerkrachten: Olivia Aerts, Ann Schouteden Niet-deelnemende leerling: Beeken Laura: donderdag + vrijdagvoormiddag stage Begeleiding Laura: Marijke Vandeweyer
NAVORMING Ma. 31/03
10.00 u. – 16.00u.
Marijke Vandeweyer – Vergadering Lichaamsverzorging – St. Lutgartinstituut Beringen
Di. 01/04
14.00 u. 17.00 u.
Olivia Aerts, Marijke Vandeweyer – Cursus acrylnagels – Callas Beauty lounge - Kiewit
Wo. 02/04
10.00 u. – 12.00 u.
Liesbet Beckers – Evaluatie Uni-form – VVKSO Hasselt
MEDEDELINGEN
Taaltip Ten slotte gaf hij iedereen een hand. Ten slotte = tot slot, uiteindelijk Koop een tweede cd, je hebt tenslotte geld genoeg. Tenslotte = eigenlijk, per slot van rekening
GOK: bespreking resultaten leerkrachtenenquête: De cijfers hebben steeds betrekking op de leerkrachten die betrokken zijn geweest bij de acties én die uiteraard de enquête hebben ingevuld: 60% van de leerkrachten van de eerste graad vindt het voorleesuur het herhalen waard. 48% van de leerkrachten wenst volgend schooljaar opnieuw een taaltipkalender in hun klas. 88% van de leerkrachten van het derde jaar wenst de actie rond netiquette volgend schooljaar te herhalen. Alle leerkrachten van de eerste graad wensen volgend schooljaar opnieuw de lesjes studiekeuzebegeleiding e e 1 en 2 jaar te gebruiken. 32% van de leerkrachten uit de bovenbouw wil de lessen studiekeuzebegeleiding e e 4 en 6 jaar volgend schooljaar herhalen.
37% van de leerkrachten wenst volgend schooljaar opnieuw dat de basiscursus Leuk leren opnieuw wordt aangeboden. 100% van de leerkrachten van de eerste graad wil opnieuw werken met de vakwijzers. Voor de bovenbouw is it 52% . In verband met het uitdelen van de examenplanner en deze samen met de leerlingen invullen kiest 90% van de leerkrachten van de eerste graad dat dit herhaald moet worden. 37% van de leerkrachten wil dit ook voor de bovenbouw. In verband met de extra GOK- remediëringslessen wil 42% van de leerkrachten de actie volgend schooljaar herhalen. De taaltipkalender, de extra GOK-remediëringslessen en de basiscursus Leuk Leren zijn de acties die ervoor zorgen dat leerkrachten op een andere manier zijn gaan lesgeven. Net van die acties hebben de leerkrachten e ook het gevoel dat de leerlingen erdoor in positieve zin geholpen zijn. Ook de actie studiekeuzebegeleiding 6 jaar scoort hoog voor beide items.
Arbeidsreglement personeel VTI Vanaf 1 april gaat het aangevulde VTI- arbeidsreglement inzake beleid Preventie genotsmiddelengebruik ( alcohol-, geneesmiddelen- en drugsbeleid) in werking. Jullie kunnen deze aanvullingen ook lezen in bijlage 3 maar je vind ze ook terug op smartschool onder intradesk\documenten personeel\arbeidsreglement VISO Sint-Angela vzw (Chris)
Parkeren Hasselt Via www.hasselt.be/parkeren kan men informatie inwinnen i.v.m. het parkeerbeleid wat stad Hasselt heeft opgesteld.
Vastenbezinning Op vrijdag 4 april 2014 is er naar traditie tussen 10.00 u. en 12.00 u. tijd voorzien voor een vastenbezinning. Deze verloopt ditmaal anders. Jullie krijgen eerst de tijd om inhoudelijk met jullie klas even te werken rond ‘eten, maaltijd en solidaire maaltijd’. Daarna worden jullie in één van beide refters verwacht voor een solidaire maaltijd die bestaat uit soep (zonder vleesbouillon) en brood. Je ontvangt ten laatste maandag via smartschool een mail met de uitgebreide inhoudelijke en praktische informatie. Per klas bezorgen we ook een papieren versie in het postvakje van de klassenleraar, die het eerst op de lijst staat. Indien jullie dit maandag niet in jullie postvakje gevonden hebben, geef dan aub een seintje aan één van de leden van ZZTop. We wensen jullie alvast een deugddoend klasmoment! (ZZTop)
Uurregeling begeleidende klassenraden (zie bijlage 1)
Onderhoud klassen De poetsploeg vraagt om het water van de borden a.u.b niet meer af te trekken met een raamaftrekker. Het afgetrokken water valt op de grond en laat strepen na op de vloer. (Lerarenoverleg)
Onderhoud onder begeleiding van de klassenleraar Poetsdoeken en product kunnen afgehaald worden op het secretariaat. Je stuurt één leerling naar het secretariaat met het lege emmertje dat in het klaslokaal staat (enkel hierin wordt er door een secretariaatsmedewerker een gedoseerde hoeveelheid meegegeven). Aan deze leerling worden ook poetsdoeken meegegeven. Na het grondig onderhoud worden de vuile doeken terug binnengebracht op het secretariaat (door één leerling).
In bijlage 2 worden de klaslokalen vermeld die gepoetst moeten worden door de leerlingen. Controleer welk klaslokaal gepoetst moet worden.
Gelieve bij het onderhoud van het klaslokaal de volgende punten in acht te nemen: 1. bord afwassen + drogen 2. stof afnemen van alle vensterbladen 3. de wasbak: grondig poetsen, aanslag verwijderen met een reinigingsmiddel (af te halen op het secretariaat) 4. de vloer borstelen 5. banken leegmaken, afvegen en nadrogen 6. emmertje uitspoelen en nadrogen 7. vuilbak ledigen 8. vensters sluiten 9. gordijnen dichtdoen 10. indien nodig kan je een herstelbon afhalen op het leerlingensecretariaat. Controleer na afloop van het onderhoud of het lokaal goed bevonden is om er ouders te ontvangen. Eventueel enkele stoelen buiten aan het lokaal zetten voor wachtende ouders. (Inge Kees)
Lokaalaanduiding oudercontact: idem zie bijlage 2
Toezicht aan het onthaal: Aan het onthaal is er een gele dikke streep getrokken. Het is de bedoeling dat de toezichthouders aan de poort extra aandacht schenken aan het feit dat leerlingen niet meer blijven staan aan het onthaal maar doorlopen naar de speelplaats. Zo heeft ieder een duidelijk overzicht van wie waar naartoe gaat. Kunnen de LO-leerkrachten er ook op letten dat ze met hun leerlingen achter de gele streep verzamelen, dit ook om drukte te vermijden wanneer klassen bij het belsignaal naar binnengaan. Leerkrachten, die inhaallessen geven, kunnen die aub hun leerlingen zelf komen afhalen aan de receptie? Sommige leerkrachten doen dit zoals afgesproken, andere niet. Dit brengt soms wat chaos mee en de toezichthouders kunnen niet weten wie waar moet zijn. Leerlingen lopen dan ook vrij in de gangen en dat is niet de bedoeling.
Duidelijkheid rond de loonfiche 281.10 uitgereikt door de school In de loop van deze week gaan jullie de loonfiche 281.10 vinden in je vakje. De school heeft deze fiche uitgereikt aan alle personeelsleden die in 2013 een onkostennota hebben ingediend m.b.t. de terugbetaling van verplaatsingsonkosten of andere onkosten, die door VTI werden terugbetaald. Een toelichting : - VAK 18 Bijdrage in de reiskosten: a) openbaar gemeenschappelijk vervoer:
Hier staat een bedrag vermeld als je met het openbaar vervoer naar de school komt en dit terugvordert. Dit wordt ingevuld onder de code 254 op de belastingsbrief.
- VAK 26: Diverse inlichtingen: a) verplaatsingen met de fiets: km……
Totale vergoeding:…………………
Dit heeft te maken met de fietsvergoeding. Totaal aantal km gemaakt in 2013 en de totale vergoeding die je ontvangen hebt. Dit moet niet op de belastingsbrief worden ingevuld. b) Eigen kosten van de werkgever: ………………………………………..
Hier kunnen 3 verschillende zinnen staan. Ook dit moet niet op de belastingsbrief worden ingevuld Ernstige normen: als je verplaatsingen in opdracht van de school gedaan hebt. Bijv. Stagebezoeken of nascholingen en deze terugbetaald hebt gekregen. Verantwoording: bijv.. Je bent op nascholing geweest en je hebt het inschrijvingsgeld zelf betaald. Je hebt een factuur of een aanwezigheidsattest gekregen. Je brengt dit binnen en wij hebben je de kosten teruggestort. Ernstige normen en verantwoording: de twee bovenstaande samen. Noot: Dit document dient enkel ter informatie als er geen bedrag wordt vermeld in vak 18. (Kim Sarlee)
FAMILIENIEUWS
Op 24 maart zijn onze collega, Raf Maesen en echtgenote Amaryllis Janzing, de trotse ouders geworden van een flinke zoon. Directie en personeel wensen het gezin van harte proficiat met de geboorte van hun derde kindje.
VTI-Weekly verschijnt wekelijks via je brievenbus en op de Smartschool Intradesk. We vragen met aandrang alle informatie en data voor vergaderingen door te geven vóór dinsdag 17u (postvakje lokaal 1.1.7 of mail naar
[email protected] of stuur via smartschool een bericht naar Chris Bollen of Georgette Jordens.) VTI-Weekly verschijnt op donderdag en bevat het programma van de (school)week die erop volgt.
BIJLAGE 1
1A1 1A2 1B1 1B2 1B3 2AAV 2AHAN 2ASTV 2ATW 2B1(DECO-VV) 2B2(D-H) 2B3(KV-DEC) 2B4(KV-VV) 2B5(HZ-VV) 3BHZ 3BKAN 3BVV 3KBAK 3TBE 3THT 3TSTW 3TTW 4BHZ 4BKAN 4BVV 4KBAK 4TBE 4THT 4TSTW1 4TSTW2 4TTW 5BHZ 5BKAN 5BVZ1 5BVZ2 5BVZ3 5KTBK 5TBI 5TCH 5TIB 5TJGZ 5TSE 5TSTW 5TSV 5TTW 6BHZ 6BKAN 6BVZ1 6BVZ2 6KTBK 6TBI 6TCH 6TIB 6TJGZ 6TSE 6TSTW 6TSV 6TTW 7BHS 7BKG 7BKZ1 7BKZ2 7BTBZ1 7BTBZ2 se-n-se LGW
–UURREGELING BEGELEIDENDE KLASSENLERAREN BEGIN 14.45 u. 15.24 u. 16.30 u. 16.54 u. 16.06 u. 11.41 u. 11.38 u. 11.53 u. 11.26 u. 13.35 u. 14.11 u. 12.50 u. 12.56 u. 14.23 u. 10.16 u. 08.30 u. 12.50 u. 11.21 u. 11.39 u. 13.44 u. 13.54 u. 08.30 u. 09.40 u. 09.00 u. 13.53 u. 10.57 u. 12.50 u. 13.23 u. 15.24 u. 14.39 u. 08.42 u. 10.57 u. 10.57 u. 08.30 u. 15.23 u. 11.33 u. 11.36 u. 09.00 u. 09.33 u. 09.12 u. 13.23 u. 10.17 u. 16.27 u. 10.21 u. 08.54 u. 08.30 u. 10.17 u. 10.33 u. 09.30 u. 11.42 u. 08.30 u. 10.00 u. 08.39 u. 10.33 u. 08.54 u. 17.15 u. 10.57 u. 09.18 u. 09.15 u. 10.00 u. 11.39 u. 12.50 u. 15.23 u. 16.35 u. 12.50 u.
EINDE 15.24 u. 16.06 u. 16.54 u. 17.21 u. 16.30 u. 11.53 u. 11.41 u. 12.20 u. 11.38 u. 14.11 u. 14.23 u. 12.56 u. 13.35 u. 14.38 u. 10.46 u. 08.57 u. 13.47 u. 11.36 u. 12.15 u. 14.05 u. 14.39 u. 08.42 u. 10.16 u. 10.00 u. 15.02 u. 11.21 u. 13.23 u. 13.44 u. 16.27 u. 15.24 u. 08.54 u. 11.45 u. 11.39 u. 09.30 u. 16.11 u. 12.18 u. 11.42 u. 09.12 u. 10.00 u. 10.17 u. 14.20 u. 10.38 u. 17.15 u. 10.57 u. 09.18 u. 09.15 u. 10.56 u. 11.39 u. 10.33 u. 11.57 u. 08.39 u. 10.21 u. 08.54 u. 11.33 u. 08.57 u. 18.00 u. 11.39 u. 09.33 u. 09.39 u. 10.15 u. 12.21 u. 13.53 u. 16.35 u. 17.47 u. 13.23 u.
#LLN 13 14 8 9 8 4 1 9 4 12 4 2 9 5 10 9 19 5 12 7 10 4 12 15 23 8 11 7 21 15 4 16 14 20 16 15 2 4 9 14 19 7 16 12 8 15 13 22 21 5 3 7 5 20 1 15 14 5 8 5 14 21 24 24 11
LOKAAL 1.1.3 1.1.3 1.1.3 1.1.3 1.1.2 1.1.2 1.1.2 1.1.2 1.1.2 1.1.3 1.1.3 1.1.3 1.1.3 1.1.3 1.1.2 2.1.2 3.2.1 2.1.3 2.1.4 2.1.2 2.1.3 1.1.3 1.1.2 2.1.2 3.2.1 2.1.3 2.1.4 2.1.2 2.1.3 2.1.3 1.1.3 1.1.3 2.1.2 3.1.2 3.2.1 3.2.1 2.1.3 2.1.3 1.1.3 2.1.3 4.1.3 2.1.3 2.1.3 2.1.4 1.1.3 1.1.2 2.1.2 3.1.2 3.1.2 2.1.3 2.1.4 1.1.3 2.1.4 4.1.3 2.1.4 2.1.3 2.1.4 1.1.3 1.1.2 2.1.2 3.1.2 3.1.2 3.1.2 3.1.2 4.1.3
BIJLAGE 2 –ONDERHOUD KLASSEN EN AFHALING RAPPORT KLAS
TE ONDERHOUDEN LOKAAL EN AFHALING RAPPORT
KLASSENLERAAR
KLASSENLERAAR
1A 1
1.1.2
Magda Claes
Enon Jeuris
1A 2
1.1.3
Isabelle Bruynseels
Bram Rutten
1B 1
1.3.1
Mieke Magchiels
Jessie Claes
1B 2
1.3.2
Inge Goossens
Nele Cosemans
1B 3
1.3.3
Stefanie Didden
Sarah Windmolders
2A AV
2.1.2
Carmen Di Dio
Kristina Kostelka
2A HAN
2.1.2
Carmen Di Dio
Kristina Kostelka
2A STV
2.1.2
Carmen Di Dio
Kristina Kostelka
2A TW
2.1.2
Carmen Di Dio
Kristina Kostelka
2B 1 D-V
2.1.4
Linda Joosten
Brenda Bex
2B 2 D-H
2.2.3
Sandra Smolders
-
2B 3 D-K
1.2.3
Natalie Tielens
Greet Engelen
2B 4 K-V
1.2.3
Natalie Tielens
Greet Engelen
2B 5 H-V
2.2.3
Sandra Smolders
-
3B HZ
Salon 2
Jenny Claeskens
Joke Heylen
3B KAN
4.1.1
Nancy Meers
-
3B VV
4.0.3
Jessie David
Heleen Liesenborghs
3K BAK
3.2.1
Dominique Timmermans
-
3T BE
3.2.1
Leslie Blervacq
Marie-Paule Rosias
3T HT
4.0.2
Pascale Beliën
-
3T STW
3.3.2
Claudine Bex
Maria Petrullo
3T TW
4.0.2
Valérie Verhamme
-
4B HZ
1.2.2
Olivia Aerts
Wendy Snijers
4B KAN
4.1.2
Roos Verlaak
Veerle Clijsters
4B VV
4.2.3
Dominique Vanheusden
Wesley Vanherle
4K BAK
4.3.2
Katelijne Rubens
-
4T BE
2.0.2
Cindy Cassier
-
4T HT
4.3.3
Marleen Baeten
-
4T STW1
1.2.1
Ine Mottart
Sofie Luyten
4T STW2
4.2.2
Lieve Vandercappellen
Jef Goltstein
4T TW
4.3.3
Tilly Houben
-
5B HZ
Salon 3
Kristel Vos
Evi Decat
5B KAN
7.0.2
Carlo Hulsmans
Lut Renier
5B VZ1
3.3.1
Diane Schrooten
Sarah Jeurissen
5B VZ2
3.5.1
Lut Brouwers
Ellen Huygen
5B VZ3
3.5.2
Ariane Croughs
Tony Sanchez
5K TBK
5.4.1
Ruth Amijs
-
5T BI
2.2.1
Kathleen Goossens
-
5T CH
5.4.1
Boris Delbeke
-
5T IB
6.3.2
Steven Vennekens
Stefanie Saenen
5T JGZ
5.2.1
Joeri Wouters
Koen De Belie
5T SE
2.2.1
Sophie Vanopdenbosch
-
5T STW
5.3.2
Lia Lenaers
Liesbet Beckers
5T SV
5.3.1
Chris Thys
-
5T TW
5.4.1
Frieda Schroyen
-
6B HZ
Salon 1
Miranda Vanlingen
Kristel Vanrijkel
6B KAN
4.2.1
Hanne Jans
Jurgen Gaethofs
6B VZ1
4.2.5
Rita Urlings
Jan Vandoren
6B VZ2
4.2.6
Veerle Vanhex
Monique Geladé
6K TBK
5.1.2
Sarah Reulens
-
6T BI
5.1.1
Nele verboven
-
6T CH
5.1.2
Koen Thonissen
-
6T IB
5.1.1
Saki Kekis
-
6T JGZ
5.2.2
Ann Vanspauwen
Brigitte Martens
6T SE
5.1.1
Annie Panjaer
-
6T STW
6.3.3
Caroline Gielen
Liesbet Greven
6T SV
6.3.4
Ann Schouteren
Raf Biesmans
6T TW
5.1.2
Annemie Froyen
-
7B HS
Salon 1
Martine Boiten
-
7B KG
4.0.1
Stefan Cuppens
-
7B KZ1
2.1.3
Veerle Vanhemel
Anita Robijns
7B KZ2
2.2.4
Els Denayer
Greta Vandebroek
7B TBZ1
4.1.6
Hilde Wouters
Myriam Bortels
7B TBZ2
3.2.2
Linda Roosen
Bieke Van Deynse
se-n-se LGW
5.0.1
Elly Agten
Katelijn Smitz
BIJLAGE 3
BIJLAGE 5B: Preventie genotsmiddelengebruik ( alcohol-, geneesmiddelen- en drugsbeleid) VTI 1.
De intentieverklaring
De intentieverklaring voor het preventief beleid op alcohol-, geneesmiddelen- en drugsbeleid neemt als uitgangspunten de negatieve gevolgen, het disfunctioneren op school of in een schoolgebonden context ten gevolge van alcohol-, geneesmiddelen- of drugsgebruik collectief te voorkomen en te verhelpen. Daartoe wil het schoolbestuur in de school de volgende primaire doelstellingen nastreven en acties ondernemen: via de geëigende kanalen de problematiek via bewustwording en confrontatie aankaarten bij de betrokkenen en deze bespreekbaar maken binnen onze school; voorkomen dat sociaal gebruik van alcohol of drugs overgaat in probleemgebruik; voorkomen dat het gebruik van alcohol, geneesmiddelen of drugs voorafgaand aan of tijdens het werk op school of in een schoolgebonden context tot disfunctioneren zou kunnen leiden; er naar streven dat probleemsituaties zo vroeg mogelijk herkend worden – in het bijzonder de directeur en het andere leidinggevend personeel spelen hier een belangrijke rol; zo nodig motiveren tot en bewerkstelligen van gedragsverandering ten aanzien van het gebruik van alcohol, geneesmiddelen en drugs; probleemgebruikers op adequate wijze opvangen en begeleiden, in overleg met de preventiedienst(en) en de curatieve sector. Zo nodig sanctioneren wanneer na begeleiding het probleemgedrag terugkeert of als er acuut gevaar dreigt voor de veiligheid van leerlingen en collega's. De hierboven opgesomde doelstellingen en acties van het schoolbestuur richten zich niet alleen naar alle personeelsleden, maar ook naar ouders, leerlingen, leveranciers, klanten, werknemers van aannemers, en alle andere bezoekers van onze school. 2.
Vorming en voorlichting
Het schoolbestuur is van mening dat de uitvoering een gedeelde verantwoordelijkheid is van alle leden van hierboven genoemde doelgroep. Iedereen wordt verondersteld binnen de hem of haar toebedeelde taken verantwoordelijkheden, mee te werken aan de realisatie van deze doelstellingen en acties. Iedereen zal daarom nodige informatie krijgen om deze taken en verantwoordelijkheden op te kunnen nemen via vorming voorlichting. 3. Begeleidingsplan bij vaststelling van acuut of chronisch probleemgedrag op school of schoolgebonden context 3.1
de en de en
in
Begeleidingsplan bij een eerste vaststelling van acuut probleemgedrag
Het acuut probleemgedrag wordt vastgesteld door een hiërarchisch meerdere van het personeelslid. Voor deze vaststelling kan onder andere gebruik gemaakt worden van de lijst van signalen die zich bevindt op de website www.qado.be ((http://www.qado.be Probleemgebruik Signalen, zie verder punt 9). Ingeval van duidelijke vaststelling van acuut probleemgedrag of werkonbekwaamheid, of indien uit het gedrag van het personeelslid blijkt dat hij onvoldoende bekwaam is om toezicht uit te oefenen op de leerlingen, wordt het personeelslid voor zijn eigen veiligheid en die van anderen onmiddellijk uit de klas of uit zijn werkomgeving verwijderd. Betrokkene wordt overgebracht naar een apart lokaal. Volgende stappen kunnen gezet worden met betrekking tot het veilig vervoer van het personeelslid naar huis: 1) een familielid wordt gecontacteerd om het personeelslid naar huis te brengen; 2) een collega wordt, met diens toestemming, ingeschakeld om het personeelslid naar huis te brengen; 3) de directie belt een taxidienst op en laat het personeelslid naar huis brengen. De kosten hiervan worden op het personeelslid verhaald.
In geen geval laat de hiërarchisch meerdere toe dat een personeelslid dat acuut probleemgedrag vertoont zelf een voertuig bestuurt. Zo snel mogelijk en bij voorkeur de eerstvolgende werkdag zal de hiërarchisch meerdere die de vaststelling heeft gedaan een gesprek hebben met het betrokken personeelslid over het voorval.
Het personeelslid wordt gewezen op de impact van genotsmiddelenmisbruik op zijn gedrag op school. Het gesprek wordt afgesloten met de duidelijke boodschap dat een dergelijk probleemgedrag in de toekomst niet getolereerd zal worden.
Van het gesprek wordt een verslag gemaakt, dat door het personeelslid ter kennisname ondertekend wordt.
Dit verslag wordt toegevoegd aan het personeelsdossier van het betrokken personeelslid.
De hiërarchisch meerdere ziet erop toe dat het probleemgedrag zich niet meer stelt en blijft alert zodat nieuwe signalen van probleemgedrag tijdig opgemerkt kunnen worden. 3.2
Begeleidingsplan bij de vaststelling van chronisch probleemgedrag
Chronisch genotsmiddelenmisbruik uit zich in tegenstelling tot acuut misbruik meestal niet onmiddellijk in uiterlijke tekenen van dronkenschap of onder invloed zijn. Collega’s, leerlingen en ouders zullen eerder veranderingen in het gedrag en in de werkrelaties merken dan dat ze duidelijke signalen van genotsmiddelenmisbruik zien. Om de kansen op herstel te verhogen en negatieve gevolgen voor de school te beperken, is zo vroeg mogelijk ingrijpen noodzakelijk.
3.2.1
Fase van formele gesprekken en afspraken
Het probleemgedrag wordt opnieuw vastgesteld door een hiërarchisch meerdere. Voor deze vaststelling kan onder andere gebruik gemaakt worden van de lijst van signalen die zich bevindt op de website http://www.qado.be (http://www.qado.be probleemgebruik signalen). Indien de vaststelling gebeurt door een hiërarchisch meerdere, die niet de directeur is van het personeelslid, zal deze hiërarchisch meerdere zo snel als mogelijk de directeur inlichten. Ook het schoolbestuur wordt op de hoogte gebracht. Ingeval van duidelijke vaststelling van probleemgedrag of werkonbekwaamheid, of indien uit het gedrag van het personeelslid blijkt dat hij onvoldoende bekwaam is om toezicht uit te oefenen op leerlingen, wordt het personeelslid voor zijn eigen veiligheid en die van anderen onmiddellijk uit de klas of uit zijn werkomgeving verwijderd. Betrokkene wordt overgebracht naar een apart lokaal. Volgende stappen kunnen gezet worden met betrekking tot het veilig vervoer van het personeelslid naar huis: 1) een familielid wordt gecontacteerd om het personeelslid naar huis te brengen; 2) een collega wordt, met diens toestemming, ingeschakeld om het personeelslid naar huis te brengen; 3) de directie belt een taxidienst op en laat het personeelslid naar huis brengen. De kosten hiervan worden op het personeelslid verhaald. In geen geval laat de hiërarchisch meerdere toe dat een personeelslid dat chronisch probleemgedrag vertoont zelf een voertuig bestuurt. Zo snel mogelijk en bij voorkeur de eerstvolgende werkdag volgt een gesprek tussen de directeur en het personeelslid over het probleemgedrag van het personeelslid. Tijdens dit gesprek wordt het personeelslid geconfronteerd met zijn probleemgedrag aan de hand van concreet en objectief feitenmateriaal. Dit feitenmateriaal kan onder andere bestaan uit de vaststellingen van de hiërarchisch meerdere en de directeur zelf, maar ook uit klachten van leerlingen, ouders, collega’s; uit resultaten van testen zoals beschreven in punt 6 van deze bijlage; uit signalen opgenomen in de signalenlijst (http://www.qado.be Probleemgebruik Signalen). Er wordt ook verwezen naar het gesprek waarvan sprake in punt 3.1 van dit beleidsplan. Het personeelslid zal er in dit gesprek op gewezen worden dat een aanpassing van zijn probleemgedrag noodzakelijk is voor de goede werking van de school. De directeur zal het personeelslid met het oog op begeleiding doorverwijzen naar relevante interne en externe hulpverlening, zoals bijvoorbeeld de vertrouwenspersoon, de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, de behandelende arts, zelfhulpgroepen (AA …), informatieve websites (www.vad.be, www.qado.be …). De directeur motiveert het personeelslid om gebruik te maken van dit
hulpverleningsaanbod door hieromtrent concrete afspraken te maken met het personeelslid. Het gesprek mondt dan ook uit in een formele afsprakennota. Er wordt met het personeelslid ook een datum afgesproken waarop een opvolgingsgesprek zal plaatsvinden. Het personeelslid moet gedurende een redelijke periode de kans krijgen zijn problemen aan te pakken. Tussen het gesprek met formele afsprakennota en het opvolgingsgesprek ligt dan ook een termijn van niet minder dan 6 maanden. Gedurende die periode zal het gedrag van het betrokken personeelslid van nabij opgevolgd worden door de directeur of een andere hiërarchische meerdere, zoals afgesproken in de afsprakennota. Op het afgesproken tijdstip vindt een opvolgingsgesprek plaats, waarbij het probleemgedrag van het personeelslid opnieuw besproken wordt. Indien vastgesteld wordt dat het probleemgedrag verbeterd is, zal de directeur, of de andere hiërarchische meerdere zoals afgesproken in de afsprakennota, in de volgende periode alert blijven voor de signalen van probleemgebruik, maar zal de opvolging terug wat meer afgebouwd worden. Ook van dit gesprek en de gemaakte afspraken wordt een verslag opgesteld, dat door het personeelslid ter kennisname ondertekend wordt. Alle in dit punt bedoelde verslagen en de erin opgenomen afspraken worden toegevoegd aan het personeelsdossier van het betrokken personeelslid. 4. Fase van sanctionering Bij terugkerend disfunctioneren op school of in een schoolgebonden context ten gevolge van alcohol- of drugsgebruik kunnen personeelsleden gesanctioneerd worden in toepassing van het decreet rechtspositie. Indien naar aanleiding van het opvolgingsgesprek geen of onvoldoende verbetering in het probleemgedrag wordt vastgesteld, zal het schoolbestuur hiervan ingelicht worden door de directeur. Het schoolbestuur zal het personeelslid sanctioneren overeenkomstig de mogelijkheden vervat in het decreet rechtspositie. Dit betekent concreet dat het schoolbestuur de feiten zal beschouwen als een dringende reden tot ontslag (voor tijdelijk aangestelden van bepaalde duur of voor tijdelijk aangestelden in een selectie- of bevorderingsambt) of als tuchtfeiten die aanleiding geven tot de opstart van een tuchtprocedure (voor tijdelijk aangestelden van doorlopende duur of voor vastbenoemde personeelsleden). In het geval van een tuchtprocedure heeft het schoolbestuur de soevereine bevoegdheid bij de beslissing over de zwaarte van de tuchtsanctie; ook ontslag behoort tot de mogelijkheden. 4.1 Probleemgedrag dat ernstig gevaar oplevert Indien een personeelslid door zijn acuut of chronisch probleemgedrag de veiligheid van de leerlingen, de collega’s of zichzelf ernstig in gevaar brengt, wordt onmiddellijk het schoolbestuur verwittigd. Het schoolbestuur kan in dit geval in toepassing van artikel 25 van het decreet rechtspositie overgaan tot een ontslag om dringende redenen (voor tijdelijk aangestelden van bepaalde duur of tijdelijk aangestelden in een selectie- en bevorderingsambt) of in toepassing van artikel 64 van het decreet rechtspositie tot een tuchtprocedure (voor tijdelijk aangestelden voor doorlopende duur of voor vastbenoemde personeelsleden) die kan leiden tot het ontslag van het personeelslid. Van deze mogelijkheid zal enkel in uitzonderlijke situaties gebruik gemaakt worden. 5.
Hulpverlening
Een personeelslid dat acuut of chronisch probleemgedrag vertoont, wordt niet alleen aangesproken op zijn probleemgedrag; het moet ook de mogelijkheid krijgen om iets te doen aan zijn onderliggend probleem. Het vooruitzicht op het behoud van de functie na een verbetering van het functioneren, moet het betrokken personeelslid motiveren om zijn problemen aan te pakken. De hiërarchisch meerdere (en zeker de directeur) speelt bijgevolg een belangrijke rol in de hulpverlening. Dit kan bestaan uit 2 soorten:
Interne hulpverlening: o
Een vertrouwenspersoon, de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, de preventieadviseur psychosociale aspecten. Deze personen werken met vertrouwelijke gegevens en zijn gebonden door het beroepsgeheim. Zij geven advies, informeren en sensibiliseren. Bij persoonlijke conflicten voeren
zij verkennende gesprekken en verwijzen ze indien nodig extern door (huisarts, centrum voor geestelijke gezondheidszorg, gespecialiseerde alcohol- of drughulpverleningsinstelling). Interne hulpverleners kunnen eventueel al een inschatting maken van de problematiek en op vraag van het personeelslid eventueel de nodige contacten leggen met hulpverlening buiten de instelling. o
Specifiek voor de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer: elk personeelslid kan vragen om gezien te worden door de arbeidsgeneesheer. De arbeidsgeneesheer behandelt niet zelf maar motiveert het personeelslid om een behandeling te volgen bij een hulpverlener buiten de instelling (huisarts, AA …). Hij geeft de nodige informatie en contacteert zo nodig een externe hulpverlener. Hij kan ook de therapie opvolgen die uit deze hulpverlening voortvloeit.
Externe hulpverlening o o o
o
Eerstelijnszorg: huisartsen, centra voor algemeen welzijnswerk (CAW), de jongerenadviescentra (JAC) en de openbare centra voor maatschappelijk werk (OCMW) Zelfhulpgroepen: Anonieme Alcoholisten (AA), Toxan (medicatie: 03 239 14 15), SOS Nuchterheid (alcohol, medicatie, illegale drugs en gokken: 09 330 35 25) Druglijn: geeft anoniem en laagdrempelig informatie en advies over alcohol- en andere drugproblemen. Ze biedt ook een zicht op mogelijkheden in de alcohol- en drughulpverlening en wie daar nood aan heeft, verwijst ze op een degelijke wijze door. De Druglijn werkt anoniem, objectief en vertrouwelijk: 078 15 10 20. Centra voor geestelijke gezondheidszorg (CGG)
Ook collega’s kunnen personeelsleden, die acuut of chronisch probleemgedrag vertonen, ondersteunen door hen een luisterend oor te bieden, hen te confronteren met de gevolgen van hun probleemgedrag, hen te stimuleren in behandeling te gaan ... Men helpt dergelijke collega’s niet door de impact van hun genotsmiddelenprobleem op de werking van de school toe te dekken. Hun probleem moet zo snel mogelijk aangepakt worden, zodat het niet escaleert. Daarom moeten personeelsleden acuut of chronisch probleemgedrag van een collega signaleren aan de hiërarchisch meerdere. 6.
Beschikbaarheid, gebruik en binnenbrengen van genotsmiddelen op school of in schoolgebonden context
6.1
Algemene regel
Het is personeelsleden niet toegestaan op school genotsmiddelen te bezitten, binnen te brengen, te gebruiken of te verkopen, noch tijdens de werkuren, tijdens de middag- of andere pauzes noch tijdens schoolse activiteiten buiten de werkuren (extra-murosactiviteiten, oudercontacten, klassenraden, personeelsvergaderingen …), tenzij het schoolbestuur of de directeur hiervoor vooraf uitdrukkelijk de toestemming heeft verleend. Ook het onder invloed zijn op school of in schoolgebonden context door gebruik van genotsmiddelen voorafgaand aan de werkuren is niet toegestaan. Het schoolbestuur stelt uiteraard ook zelf geen genotsmiddelen ter beschikking van de personeelsleden, behoudens wanneer leerplandoelen het gebruik van alcohol rechtvaardigen of tijdens schoolfeesten, recepties, vieringen … (zie verder, punt 6.2). 6.2. Uitzondering: terbeschikkingstelling van alcohol door het schoolbestuur Wanneer het schoolbestuur alcohol ter beschikking stelt, enerzijds omdat leerplandoelen het gebruik van alcohol rechtvaardigen (bijvoorbeeld in lessen voeding, wetenschappen) of anderzijds tijdens schoolfeesten, recepties, vieringen, oudercontacten, klassenraden, personeelsvergaderingen …, is het gebruik van alcohol in redelijke mate toegestaan; maar het gebruik mag niet van die aard zijn dat het normaal functioneren in het gedrang komt. Personeelsleden moeten hierbij steeds: a. rekening houden met hun voorbeeld- en/of toezichtsfunctie. b. hun voorzorgen nemen indien zij nadien nog een voertuig dienen te besturen, door ofwel geen alcohol te nuttigen boven de in de verkeerswetgeving toegelaten hoeveelheid ofwel door te zorgen voor een bob of een taxi. Personeelsleden en vooral hiërarchisch meerderen die merken dat een collega die zich in staat van kennelijke dronkenschap bevindt, aanstalten maakt om een voertuig te besturen, leveren de nodige inspanningen om dit personeelslid op andere gedachten te brengen door alternatieven voor te stellen zoals meerijden met een bob, een taxi nemen, het openbaar vervoer gebruiken …).
7.
Aantonen van acuut of chronisch probleemgedrag
Het personeelslid kan te allen tijde onderworpen worden aan psychomotorische tests (bijvoorbeeld over een rechte lijn lopen). Een ademtest kan enkel afgenomen worden mits voorafgaande instemming van het personeelslid. Deze testen zijn in de eerste plaats gericht op preventie van probleemgebruik. Verder kunnen ook overeenstemmende klachten van ouders, leerlingen of collega’s gebruikt worden om probleemgebruik aan te tonen, naast de vaststelling van andere tekenen zoals opgenomen in de signalenlijst waarnaar verwezen wordt in punt 9. 8.
Evaluatie van het beleid
Dit beleid zal om de 2 jaar en voor het eerst in 2015-2016 geëvalueerd worden in de bevoegde inspraakorganen. Indien nodig kan het beleid na deze evaluatie aangepast worden. 9.
Signalenlijst
De Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen (VAD) heeft een aparte website, waar een overzicht wordt gegeven van signalen die erop kunnen wijzen dat het minder goed functioneren mogelijks zijn oorzaak vindt in genotsmiddelenmisbruik (http://www.qado.be probleemgebruik signalen). Een vermoeden van genotsmiddelenmisbruik moet steeds gebaseerd zijn op een combinatie van meerdere signalen.