145SE. Vallox. Bedienings-, onderhouds-, en technische instructies

Vallox

145SE

Code 3710 Modellen VALLOX 145 SE R VALLOX 145 SE L

Lage-energie ventilatie-unit + warmteterugwinning en vraaggestuurd automatisch smelten

Bedienings- , onderhouds-, en technische instructies

© Vallox 1.09.600E 17.6.2013 1

Luchtafvoer ventilator (achter beschermkap)

2

Luchttoevoer ventilator (achter het afzuigkanaal)

3

Buitenlucht fijnstoffilter F7

4

Warmtewisselaar

9

5

Zomer/winter bypass

8

6

Buitenlucht groffilter G4

2

7

Binnenlucht groffilter G4

8

6 3

1 10

Naverwarming (achter het afzuigkanaal)

5

7

9 Veiligheidsschakelaar

4

10 Extra verwarmingselement (achter het afzuigkanaal) 11 Bedeiningspaneel DIGIT SED 12 CO2 sensor De afbeelding toont het model met rechtse aansluiting

13 %RH sensor

11

12

13

TECHNISCHE GEGEVENS Elektrische voeding Beschermingsklasse Ventilatoren Afvoer Gelijkstroom (EC) Toevoer Warmtewisseling Warmtewisseling bypass Electrische naverwarming (standaard) Extra verwarming Fitlers ventilatoren Toevoerlucht Afvoerlucht Gewicht (met verpakking) Venilatieregeling

Dries 4 BE-9870 Olsene Tel. +32 (0)9 232 48 58 Fax. +32 (0)9 230 93 74 [email protected] - www.xilio.be

Opties -

230 V, 50 Hz, ・・11.9 A (stekker) IP34 529 m3/h 150 Pa 522 m3/h 150 Pa Kruistegenstroom warmtewisselaar Automatisch 900 W, 3.9 A 1500 W, 6.5 A G4 en F7 G4 88 kg - Bedieningspaneel - CO en %RH sensor 2 - Afstandsbediening (spanningssignaal) - CO sensor 2 - %RH sensor - Geïsoleerde zoldervloer gepenetreerde plaat - Basis

Vallox

145SE

Gebruiksaanwijzingen VALLOX 145 SE Om zowel een gezonde luchtkwaliteit alsook een gezonde structuur van de woning te kunnen garanderen, is een minimale en continue luchtwisseling van de ruimte nodig. Het is zeker niet aan te raden om de unit uit te schakelen tijdens vakantie of afwezigheid, omdat dit de lucht stoffig maakt. Tijdens het stookseizoen kan vochtige lucht in de kanalen en structuren condenseren bij gebrek aan ventilatie, waardoor er soms waterschade optreedt. De sensoren kunnen de ventilatie automatisch regelen en de luchtkwaliteit op een perfect niveau houden. De unit klaarmaken voor gebruik 1. Steek de stekker in het stopcontact. De VALLOX 145 SE is nu klaar voor werking. 2. Start de unit op en kies een ventilatiesnelheid via het controlepaneel. Er zijn één of meer bedieningspanelen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor het bedieningspaneel. In normale omstandigheden is basisventilatie, met een verandering van lucht om de twee uur, voldoende in woonruimtes. Boosting is nodig bij het nemen van een sauna/ b a d , in de keuken/wasplaats of tijdens familiefeestjes. Als de unit verbonden is met een CO2 en/of %RH sensor dan zal de Vallox 145 SE volledig vraaggestuurd werken in functie van deze sensoren.

Ventilatieregeling De unit kan worden bestuurd via een bedieningspaneel. De standaard ingestelde weekklok kan gebruikt worden om zowel de ventilatorsnelheid alsook het setpoint van de aanvoerlucht te regelen. Bovendien kan de vraaggestuurde ventilatie worden geregeld dmv. optionele koolstofdioxide‐ en/of vochtigheidssensoren. De ventilatorsnelheid kan ook via een spanningssignaal worden gestuurd.

GEBRUIKSAANWIJZING Sturing van de ventilatie via een vochtigheidssensor (optie) Er bestaan 2 manieren om de snelheid aan te passen: 1 Automatische regeling van het vochtniveau, geschikt voor het regelen van de vochtigheid in bijvoorbeeld wasplaatsen. Het programma registreert de huidige vochtigheidsgraad en selecteert het als setpoint die als doel gebruikt wordt voor het drogen van de lucht na bv een douche. De instelwaarde past zichzelf automatisch aan in functie van het seizoen, waardoor het steeds op het correcte niveau ingesteld blijft staan. Dit betreft een fabrieksinstelling. 2 Het vochtigheidsniveau kan ook ingesteld worden. Het wordt via het bedieningspaneel ingesteld en kan variëren tussen 1 en 99%RH. Dit kan gebruikt worden in bv. publieke sauna's en zwembaden. Het programma heeft als doel de instelwaarde te behouden. Het setpoint kan steeds gewijzigd worden via het bedieningspaneel. Het aan te raden vochtigheidsniveau van een gezonde binnenlucht is ongeveer 45%. • Bij deze instelling kan u nog steeds manueel, via het bedieningspaneel, de snelheid zelf bepalen, maar enkel tussen de minimaal en maximaal gelimiteerde snelheid. • Bij instelling via vochtigheidsmeting, zal de besturing ook gelimiteerd zijn tussen de minimum en maximum ingestelde snelheid. • Als de unit voor het eerst in gebruik wordt genomen en de automatische regeling van kracht is (nl. standaard fabrieksinstelling), dan zijn er 3u tot 10u nodig vooraleer de sensor(en) een eigen programma kan vastleggen. Tijdens dit proces is de vochtigheidsinstelling niet actief (omdat de 1ste waarde, door de fabrieksinstelling, 100% is). • Het 'automatisch bepalen' is geactiveerd, zelfs als het lampje van de vochtigheidssensor niet werd geselecteerd.

Ventilatieregeling met Vallox Digit SED bedieningspaneel Het bedieningspaneel kan worden gebruikt voor de volgende ventilatieregelingfuncties: Functies voor het instellen van de ventilatiestand • Start en stop • 8 ventilatiestanden • Instellen van de basissnelheid en maximale snelheid De ventilatiesnelheid kan niet lager worden ingesteld dan de basissnelheid. Wanneer de CO2‐ en/of %RH sensoren geactiveerd zijn, kan de ventilatorsnelheid niet hoger gaan dan de ingestelde maximale snelheid. Als de CO2 en %RH sensor zijn uitgeschakeld, kan de ventilatorsnelheid worden verhoogd tot stand 8. (Zie de handleiding van het bedieningspaneel, rubriek 3.25). Sturing van de ventilatie via een CO2 sensor (optie) • Bij de aanwezigheid van een CO2 sensor zal de unit haar ventilatiestand regelen in functie van de gemeten CO2 en trachten de waarde van de CO2 onder de ingestelde limiet te houden. Wanneer 2 of meer sensoren aangesloten zijn, wordt de ventilatorsnelheid aangepast aan het hoogste meetresultaat. • 1 tot 2 CO2 sensors kunnen aangesloten worden als optie aan de VALLOX 145 SE unit. • De functie kan in‐/uitgeschakeld worden, de instelwaarde (500...2000 ppm) kan vastgelegd worden via het bedieningspaneel. De fabrieksinstelling is 900 ppm. Het maximum aan te raden niveau voor een gezond binnenklimaat is 1000ppm. • Het bedieningspaneel kan gebruikt worden om de ventilatorsnelheid te verhogen tot de max. snelheid of te verlagen naar de basissnelheid. Bij sturing via een CO2 sensor wordt een beperking van de max. snelheid ingesteld.

2

Carbon dioxide and humidity s ensors CO2 sensor en vochtigheidssensor

Sturing van de ventilatie via een spanningssignaal • De ventilatiesnelheid van de VALLOX 145 SE kan geregeld worden met een voltagesignaal via externe besturing. • Dit signaal kan gebruikt worden om de snelheid tussen 0 en 8 te bepalen. Maar, indien de CO2‐ en/of %RH sensoren actief zijn, dan kan de unit enkel maar werken binnen de gelimiteerde snelheden. (Zie de handleiding van het bedieningspaneel, rubriek 3.25) • Het signaal veranderd de basissnelheid. • Het signaal zal de ventilatorsnelheid niet vergrendelen, de snelheid kan wel via het bedieningspaneel gewijzigd worden binnen de gestelde grenzen. De CO2‐ en %RH sensor werken ook binnen de gestelde limieten.

Voltagewaarden Voltagewaarden volgens ventilarorsnelheid: 0

0.20...1.25 VDC

1

1.75...2.25 VDC

2 3

2.75...3.25 VDC

4

4.75...5.25 VDC

5

5.75...6.25 VDC

6

6.75...7.25 VDC

7

7.75...8.25 VDC 8.75...10.00 VDC

8

3.75...4.25 VDC

© VALLOX • We reserve the right to make changes without prior notice. What the units include can vary depending on the sales area.

Vallox

145SE

Gebruiksaanwijzingen Instelling van de luchttoevoer temperatuur en zomer/winter bypass De temperatuur van de lucht die in de woning wordt binnengeblazen kan ingesteld worden tussen de +10°C en +30°C. Als het lampje op de indicator brandt, is de naverwarming geactiveerd. De behoefte aan verwarming hangt af van de gewenste waarde van de temperatuur van de luchttoevoer. Als het lichtje niet brandt, dan is de naverwarming ook niet actief en schakelt de unit de bypass functie in, waardoor de zomermodus wordt geactiveerd. De unit is voorzien van een gemotoriseerde zomer/winter bypassklep. Als de zomerfunctie geactiveerd is, gaat de klep automatisch dicht eens de buitentemperatuur boven de ingestelde waarde stijgt (zie instellingswaarde bypassklep, fabrieksinstelling +12°C). Als de buitentemperatuur onder deze waarde daalt, zal de unit opnieuw warmte uitwisselen via de warmtewisselaar. Er kan gekozen worden tussen 2 verschillende instellingen om de luchttoevoertemperatuur te bepalen: een constante temperatuursbepaling ofwel een sturing in cascade. De 1ste keuze bepaalt de luchttoevoertemperatuur rechtsreeks volgens de metingen van de temperatuursensoren in de unit. Bij een sturing via cascade, wordt de temperatuur geregeld volgens de temperatuur van de afgevoerde lucht uit de woning. De unit berekent het verschil tussen de temperatuur van de afvoerlucht en het setpoint van de luchttoevoer en gebruikt dit verschil om zo te behoefte aan naverwarming al dan niet te regelen.

De winterfunctie van de ventilatie unit Een reeks parameters werd vooraf in de fabriek ingesteld betreft de bevriezing van de warmtewisselaar (3.21 en 3.22). Als deze waarden niet gehaald worden, zal de unit de warmtewisselaar ontdooien met behulp van de warmte van de afvoerlucht. Het smelten gebeurt door de luchttoevoer te stoppen (3.20. smeltmodus kiezen) of via het bypassen van de warmtewisselaar langs de kant van de luchttoevoer (fabrieksinstelling). Als het bypassen van de warmtewisselaar wordt gekozen als smeltmodus, verandert de verhouding tussen de toe‐ en afvoerluchtstromen niet. Dit voorkomt de vorming van een vacuüm binnenin, dat schadelijk kan zijn in sommige gevallen. In dit geval verwarmt de elektrische weerstand de koude buitenlucht die binnenkomt tijdens het smeltproces tot de gewenste temperatuur (2.6. Instelling toevoerluchttemperatuur).

De openhaardfunctie/booster Openhaardfunctie (zie de gebruiksaanwijzing voor het bedieningspaneel, rubriek 3.12.) • De openhaardfunctie stopt de luchtafvoerventilator gedurende 15min., waardoor een overdruk ontstaat in de te ventileren ruimte. Dit vergemakkelijkt het aansteken van de open haard. • Deze functie wordt geactiveerd via het hoofdmenu, door gelijktijdig op + en ‐ te drukken gedurende 2 seconden. • Deze functie kan ook geactiveerd worden door een afzonderlijke auto‐reset drukknop te verbinden met de verdeeldoos van de unit. Na elk druksignaal zal de 'stop' functie 15 minuten aanhouden (de schakelaar is niet inbegrepen in de levering). • Tijdens deze functie zal het openhaard/booster symbool ( ) zichtbaar zijn op het display van het bedieningspaneel. OPGELET! Het opstarten van de afvoerluchtventilator verzwakt mogelijks de trek in de openhaard! Tijdens de winter kan deze situatie de winterfunctie van het toestel verstoren. De situatie zal zich na enige tijd normaliseren nadat de openhaardfunctie is uitgeschakeld.

Openhaard/booster symbool


Opgelet! Schakel de naverwarming uit wanneer het te warm wordt in de woning omwille van warme weersomstandigheden. Schakel deze weer in wanneer het terug koeler wordt in de herfst.

Lampje naverwarming

Symbool onderhoudsmelder

Onderhoudsmelder • De onderhoudsmelder activeert een onderhoudssymbool op het controlepaneel ( ) op welbepaalde tijdstippen, de fabrieksinstelling is 4 maand. • U kan dit symbool verwijderen via het bedieningsmenu (Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor het bedieningspaneel, rubriek 3.1.) • Het interval kan ingesteld worden tussen 1 en 15 maanden via het bedieningspaneel. Als de gewenste temperatuur hoog is, vergeleken met de buitenluchttemperatuur, dan zal de unit de luchtstroom van de af‐ /toevoerlucht aanpassen, om zo de gewenste toevoerlucht temperatuur te bereiken. Een normaal ontdooiingproces duurt ongeveer 15 tot 45 minuten, afhankelijk van de hoeveelheid ijs in de warmtewisselaar en de ventilatiestand van de unit. De unit werkt optimaal bij de standaard fabrieksinstellingen voor woningen en appartementen. Enkel in extreme gevallen moeten de instellingen gewijzigd worden. Voorbeelden van dergelijke situaties zijn ruimtes met hoge luchtvochtigheid zoals een zwembad of als er een schadelijke hoeveelheid ijs in het afvoerkanaal aanwezig is.

de Boost functie (zie de gebruiksaanwijzing voor het bedieningspaneel, rubriek 3.12) • de boosterfunctie verhoogt de ventilatiesnelheid tot de maximale ingestelde snelheid gedurende 45 minuten. • Deze functie wordt geactiveerd via het hoofdmenu, door gelijktijdig op + en ‐ te drukken gedurende 2 seconden. • De functie kan ook worden geactiveerd met een afzonderlijke auto‐ reset drukknop, vanuit de verdeeldoos van het toestel te verbinding met bijvoorbeeld een muur in een klaslokaal. Na elk druksignaal zal de boostfunctie voor 45min aanhouden. • Tijdens deze functie zal het openhaard/booster symbool ( ) zichtbaar zijn op het display van het bedieningspaneel. • De functie wordt gekozen op het bedieningspaneel.

Foutsignaal relais (sturing op afstand) • De foutmeldingsrelais heeft potentiaalvrije contacten (24 VDC, 1 A). • De contacten geven informatie over de verschillende foutsignalen van de unit. • Bij een hoog CO2 gehalte schakelt het relais met intervallen van 1 sec. • Bij andere foutsignalen worden de contacten gesloten.

3

Vallox 1.

Bediening van het bedieningspaneel

1.1

Druktoetsen

145SE

5

1

Startt o e t s Druk op de starttoets om de unit aan/uit te schakelen. Als het lampje oplicht, dan is deze actief. 2 CO2 sensor Druk op de toets om de CO2 sensor te (des)activeren. Als het lampje oplicht, dan is deze actief. 3 Vochtigheidssensor Druk op de toets om de %RH sensor te (des)activeren. Als het lampje oplicht, dan is deze actief. 4 Naverwarming Druk op de toets om de naverwarming te (des)activeren. Als het lampje oplicht, dan is deze actief.

7

Naar boven 'scrollen' in het menu Hiermee gaat u in het menu naar het voorgaande. Naar beneden 'scrollen' in het menu Hiermee gaat u in het menu naar het volgende. Toets om waarde te laten stijgen

8

Toets om waarde te laten dalen

6

Stroomonderbreking Na een stroomonderbreking start de unit op op minimale ventilatorsnelheid. De gekozen regelingen en setpoints blijven opgeslagen in het geheugen ondanks de stroomonderbreking.

Menu ventilatieregeling 2. Bedieningsmenu

Via de scroll‐toetsen (zie rubriek 1, cijfers 5 en 6 op de foto) op de display kan er in het bedieningsmenu (rubriek 2,1‐2,6) gescrolld worden.

2.2 Naar het instellingsmenu

2.1. Hoofddisplay, veranderen van de ventilatiesnelheid

Naar instellingsmenu (zie handleiding)

1 21C

10:20

2.3 Weekprogrammatie Weekprogramma on

Hoofddisplay

Het weekprogramma kan geactiveerd worden met de + toets en uitgeschakeld met de ‐ toets. Het programma is actief als het symbool op de hoofddisplay verschijnt. Met dit programma wordt de ventilatiesnelheid en luchttoevoertemperatuur geregeld volgens het programma beschreven in rubriek 4.1

Hoofddisplay De ventilatorsnelheid kan aangepast worden door op + of ‐ toets te drukken (Zie rubriek 1.1, cijfers 7 en 8). 3

Ventilatorsnelheid (3)

21

Luchttoevoertemperatuur (21°C)

10:20

Tijd Onderhoudsalarm filter Onderhoudsmelder

Om naar het instellingsmenu te gaan, moet u gelijktijd op de + en ‐ toets drukken. In dit menu kunnen de setpoints van de unit gewijzigd worden.

2.4 Inhoudsweergave RH 35% CO2

RH2 0821

40% PPM

Hier wordt het CO2 en vochtigheidsgehalte weergegeven. De bijbehorende sensoren zijn een vereiste (opties)

2.5 Temperatuurdisplay

Openhaard/boosterfunctie is actief (geactiveerd door op het bedieningspaneel 2sec gelijktijdig op + en - te drukken)

Out 20 Sup. 20

in 20 Exh. 20

Weekprogrammatie actief

Hier wordt de temperatuur van de buitenlucht, binnenlucht, toevoerlucht en afgevoerde lucht weergegeven. De nauwkeurigheid van de temperatuurvoelers is ± 2 ° C.

2.6 Instellen luchttoevoertemperatuur Temp. setting 20C

3.

Instellingsmenu

3.1

Reset van de onderhoudsmelder

Mainten. reset Press + and –

3.2

04

U kunt naar het Instellingsmenu via het bedieningsmenu zoals beschreven in rubriek 2.2 Het display van het Instellingsmenu (rubriek 3,1‐3,29) kan doorbladerd worden via de 'scroll' toetsen (zie rubriek 1, cijfers 5 en 6 op de foto).

Deonderhoudsherinnering wordt gereset door gelijktijdig op de + en ‐ toets te drukken. Dit schakelt het symbool van de onderhouds‐ herinnering ( ) uit.

Instellen van de herinnering voor onderhoud

Maintenance rem.

De temperatuur van de lucttoevoer kan geregeld worden door te drukken op de + en ‐ toets.

Het tijdsinterval voor de onderhoudsherinnering kan gewijzigd worden met + en -. De onderhoudsherinnering staat in maanden.


3.3

Taal kiezen

Kieli / Language English 3.4

De gewenste taal kan geselecteerd worden met de + en ‐ toets.

Tijd instellen

Adjust time

De tijd instellen gebeurt door tegelijkertijd op de + en ‐ toets te drukken. Zie afzonderlijke instructies in rubriek 4.2

4

Vallox

145SE

INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN HET BEDIENINGSPANEEL 3.5

Weekprogramma instellen

Adjust wk. prog. Press + and -

To go to the week‐clock programme programming mode press the + and – buttons simultaneously. See the instruc‐ tions in 4.1.

Erasing week programme U kunt het volledige weekprogramma Erase wk. prog. wissen door gelijktijdig op de + en ‐ toets Press + and te drukken.

3.17

Naverwarming selecteren

Radiator type Electric rad.

3.6

3.7

3.8

3.18 Bijkomende verwarming selecteren Extraheater type Electric rad.

Het vochtigheidsniveau selecteren

Rh-level setting automatic

Het vochtigheidsniveau kan handmatig of automatisch ingesteld worden. De regeling gebeurt met de + en ‐ toets.

Basisniveau vochtigheid

Basic %RH level 40%

Het gewenste max. %RH wordt ingesteld via de + en ‐ toets als de manuele voorkeur werd geselecteerd. (zie Vochtigheidsniveau selecteren, rubriek 3.7).

3.9 Instellingswaardswaarde CO2 aanpassen CO2 setting

3.19

MLV winter temp 0C

3.20

Defrost mode bypass

Adjust interval 10

3.11

Degewenste bypass temperatuur kan ingesteld worden via de + en ‐ toets. Als de buitenluchttemperatuur lager is dan de bypass temperatuur, is de zomer/winterklep in winterstand.

Keuze tussen de openhaard‐/boostfunctie

Switch type fireplace switch 3.13

De regeling van het interval tussen 2 metingen voor CO2/luchtvochtigheidsge‐ halte, gebeurt via de + en ‐ toets. Het interval verwijst naar minuten.

Regeling van de bypass werkingstemperatuur van de warmtewisselaar

Cell bypass 10C

3.12

3.21

Winterparam. A

De winterfunctie van de unit wordt inge‐ steld via het menu als het niet te koud is buiten (warmer dan –15 °C). Het verlagen van deze waarde, verhoogt de kans op bevriezing van de warmtewisselaar.

De waarde verhogen, verlaagt juist deze kans. De unit werkt optimaal bij de standaard fabrieksinstellingen. Het is niet nodig om deze instellingen aan te passen, behalve in extreme situaties. Zelfs dan is het raadzaam om VALLOX te contacteren. Regeling gebeurt via de + en ‐ toets. Zie tabel fabrieksinstelling.

3.22

Winterinstelling B

Winterparam. B

Met de + en ‐ toets maakt u de keuze uit één van deze functies.

Het adres wordt hier geselecteerd met de + en – toets. 2 bedieningspanelen kunnen niet hetzelfde adres hebben. Als ze toch op éénzelfde adres worden aangesloten, krijgt u een foutmelding.

Kies 1 van de 2 functies voor het ondooien. Dit kan ofwel door de luchttoevoerventilator te laten stoppen of door de warmtewisselaar via bypass systeem op te warmen.

Winterinstelling A

Adres van het bedieningspaneel

Panel address 1

Als de buitenluchttemperatuur lager is dan de ingestelde waarde, zal de unit de MLV pomp aansturen. Als een bericht "voorverwarming niet in gebruik” verschijnt, werd geen temperatuur geselecteerd.

Ontdooiingsfunctie selecteren

Deze waarde kan aangepast worden via de + en ‐ toets .

Intervalregeling

Een elektrische of MLV verwarming kan geselecteerd worden via de + en – toets. Bij deze unit kan enkel een elektrische verwarming ingesteld worden

Instellen bijkomende MLV verwarming

0900 PPM 3.10

Afhankelijk van het type waarmee de unit is uitgerust, kand de water‐ of elektrische batterij geselecteerd worden via de + en ‐ toets. Let op! Bijh het selecteren van het verkeerde type treedt een foutsignaal op.

De winterfunctie van de unit wordt ingesteld via het menu als het zeer koud is buiten (kouder dan –15 °C). Het verhogen van deze waarde, verhoogt de kans op bevriezing van de warmtewisselaar.

De waarde verlagen, verlaagt juist deze kans. De unit werkt optimaal bij de standaard fabrieksinstellingen. Het is niet nodig om deze instellingen aan te passen, behalve in extreme situaties. Zelfs dan is het raadzaam om VALLOX te contacteren. Regeling gebeurt via de + en ‐ toets. Zie tabel fabrieksinstelling. 3.23

3.14

Contrast/ v e r l i c h t i n g b e d i e n i n g s p a n e e l

Display contrast 05 3.15

Herstel fabrieksinstellingen

Factory settings see manual

3.16

U kunt dit wijzigen via de + en – toets.

De algemene fabrieksinstellingen kunnen opnieuw geactiveerd worden door gelijktijdig op de + en ‐ toets te drukken. Let wel: setpoints moeten in overeenstemming zijn met deze van de fabrieksinstelling van de unit.

Cascade‐instelling voor luchttoevoertemperatuur

Cascade adjust off

Cascaderegeling kan in/uit geschakeld worden via de + en – toets.


Minimum snelheid instellen De gewenste minimumsnelheid wordt MIN speed geselecteerd via de + en ‐ toets. Deze 1 functie is enkel van toepassing als het weekprogramma niet actief is. Het week‐ programma heeft steeds voorrang.

3.24

Maximum snelheid instellen

MAX speed 8

3.25

De gewenste maximumsnelheid wordt geselecteerd met + en – toets. De max. ventilatorsnelheid is altijd geactiveerd hetzij via regeling, hetzij constant (zie rubriek 3.25 Werkwijze voor instelling max. ventilatorsnelheid).

Werkwijze voor instelling maximum snelheid

MAX speed limit with adjustments

De max. snelheid kan ingesteld worden in functie van CO2/%RH meting of als permanente modus. De instelling gebeurt via de + en – toets.

5

Vallox 3.26

Regelen snelheidspercentage ventilator (aanvoer)

DC fan, supply 100%

3.27

De gewenste afstelwaarde voor de toevoerventilatie instellen, gebeurt via de + and – toets. Het toerental van de toevoerventilator kan worden verminderd door het verlagen van het percentage.

Regelen snelheidspercentage ventilator (afvoer)

DC fan, exhaust 100%

4. 4.1

De gewenste afstelwaarde voor de toevoerventilatie instellen, gebeurt via de + and – toets. Het toerental van de toevoerventilator kan worden verminderd door het verlagen van het percentage.

145SE

3.28

Instellingspercentage per ventilatiestand

Speed 1 level 15%

Als de snelhaid voor stand 3 30% is, kan stand 2 bijgevolg niet hoger zijn dan 29% en de snelheid van stand 4 niet minder dan31% bedragen. De ventilatoren zullen stoppen als de waarde minder dan 14% i s . De regeling gebeurt via de + en – toets. Per ventilatiestand is er een instelmenu. 3.29 Terug naar het bedieningsmenu Om terug naar het bedieningsmenu te To Main navigeren, druk gelijktijdig op de + and – toets. menu press + and –

Weekprogrammatie (uur/dag/week)

Instellen van het weekprogramma Tijd instellen Het weekprogramma kan gebruikt worden om de gewenste ventilatorsnelheid 4.2 (basissnelheid) en luchttoevoertemperatuur in te stellen voor elk uur van de dag uur min dag, 7 dagen/week. Het weekprogramma heeft voorrang op de manuele 1 15 30 Exit instellingen. De CO2 en/of %RH instelwaarde kunnen de ventilatorsnelheid verhogen, maar die zal nooit lager zijn dan de ingestelde basiswaarde van het weekprogramma. Cursor D Day 1…7 1 = Monday, 2 = Tuesday etc. Voorbeeld: Maandag H Hour, 0…23 Het is de bedoeling om de ventilatiesnelheid te verlagen naar stand 2 en de M Minutes, 0…60 luchttoevoertemperatuur naar 17°C tussen 07:00 (7 a.m.) en 16:00 (4 p.m.). Exit Save the setting and exit Daarna, maag de snelheid verhoogd worden naar stand 4 en de toevoerluchttemperatuur naar 20°C. Voor de avond, wordt de snelheid geboost tot stand 6 tussen 19:00 (7 p.m.) en 21:00 (9 p.m.), om daarna terug over te gaan naar stand 4.

5.

STARTING POINT d 1

hr 0

sp N

tmp N Exit

Cursor d Dag 1…7 1 = Maandag, 2 = Dinsdag etc. h Uur 0…23 sp. Ventilatorsnelheid 1…8 Tmp Temperatuur toevoerlucht 10…30°C Exit Instelling opslaan en exit N Geen wijziging aan voorafgaande instelling

d 1

hr 7

sp 2

tmp 17 Exit

d 1

hr 16

sp 4

tmp 20 20 Ex

Verplaats de cursor met de pijltjestoets en pas de waarden aan met de + en – toets. Om een wijziging te bewaren en het menu te verlaten, verplaats de cursor naar het woord EXIT en druk op + of –. Veranderingen in ventilatiesnelheid (sp) en luchttoevoertemperatuur (tmp.) moeten enkel doorgevoerd worden voor de gewenste tijdstippen. In elk ander geval, gebruik letter N (= geen wijziging aan voorafgaande)

Maandag (d = 1), 07:00 (hr = 7), Snelheid 2 (sp = 2), toevoerlucht temperatuur 17 °C (tmp =17). Verplaats de cursor naar het volgende uur Maandag (d = 1), 16:00 (hr = 16), Snelheid 4 (sp = 4), toevoerlucht Temperatuur 20 °C (tmp = 20). Verplaats de cursor naar het volgende uur

d 1

d 1

De gewenste ventilatorsnelheid per stand kan worden ingesteld via het menu. Het instelbereik is tussen 0‐100%. Echter, ventilato snelheden beperken het instelbereik als volgt :

hr 19

hr 21

sp 6

sp

tmp N Exit

Monday (d = 1), 19:00 (h = 19), fan speed 6 (sp = 6), supply air

tmp N Exit

Temperatuur geen wijziging (tmp = N). Verplaats de cursor naar het volgende uur Maandag (d = 1), 21:00 (hr = 21), Snelheid 4 (sp = 4), toevoerlucht temperatuur geen wijziging (tmp = N). Verplaats de cursor naar het volgende uur.

Vergelijkbare aanpassingen moeten apart worden gemaakt voor elke dag. Ten slotte kun je de programmeermodus verlaten door EXIT te selecteren . Als u wilt, kunt u het weekprogramma volledig wissen zoals aangegeven in rubriek 3.6. Daarna kunt u opnieuw programmeren. U kunt de geprogrammeerde instellingen nagaan door een dag te kiezen en over de uren te scrollen via de + of ‐ toets.

Verplaats de cursor met de pijltjestoets en stel de waarden in via de + en – toets. Exit en bewaar de instelling door op + of ‐ te drukken. Maandag (D=1), uur 15 (H=15), minuten (M=30) Zelfs na een stroomstoring blijft de tijd opgeslagen. (Zie rubriek 1.1, cijfer 5 en 6 op de foto).

Standaard fabrieksinstellingen

Basissnelheid Maximumsnelheid CO2 Instelling Interval opmeting Winter parameter A Winter parameter B Smeltmodus Onderhoudsmelder Bypass warmtewisselaar Cascade regeling Instelling snelheden:

= 1 = 8 = 900 ppm = 10 min = 9 bar = 3 bar = bypass warmtewisselaar = 4 maand = 12 °C = niet in gebruik

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Humidity level (Rh level) setting Switch type Extraheater type

= = = = = = =

31 % 42 % 47 % 54 % 59 % 66 % 72 %

= 100 % = automatic = firepla ce switch = electri c radiator

Dit toestel kan gebruikt worden door kinderen vanaf 8 jaar en ouder, personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of personen met gebrek aan ervaring en kennis als ze onder toezicht staan of worden geïnstrueerd over het gebruik van het toestel op een veilige manier en de gevaren ervan begrijpen. Kinderen mogen niet met het toestel spelen. Reiniging en onderhoud door kinderen mag enkel onder toezicht gebeuren.

6

Vallox

145SE

MAINTENANCE INSTRUCTIONS ONDERHOUD

Filters

Voor u aan het onderhoud begint... Op het moment dat u de VALLOX 145 SE unit opent, schakelt een beveiligingsschakelaar (S) de unit uit. Toch raden wij aan dat u de stekker van het toestel uit het stopcontact verwijdert alvorens de onderhoudswerkzaamheden te starten.

Filters Als de onderhoudsmelder in alarm gaat, moet de zuiverheid van de filters worden gecontroleerd. Buitenlucht wordt gefilterd in de unit met twee soorten filters. Een groffilter (A) tegen insecten, zware pollen en ander stof. Een F7 fijnstoffilter (B) zuivert de buitenlucht van fijnstof onzichtbaar voor het blote oog. De afgevoerde lucht wordt gefilterd door een groffilter (C). Door de originele VALLOX filters te gebruiken, bent u zeker van een correcte filtering. Het vervangingsinterval van de filters is afhankelijk van het stofgehalte in de lucht. Het is aangeraden om de filters minimum 1 keer per jaar te vervangen mn. in de lente en/of herfst.

Warmtewisselaar Om de 2 jaar wordt u ook geadviseerd, op het moment dat u de filters vervangt, om de vervuilingsgraad van de warmtewisselaar (HR)(D) te controleren. De dichtingsstrip bovenaan de warmtewisselaar moet verwijderd worden volgens de richting aangegeven door de pijl zoals getoond op de afbeelding. Daarna schuift u de warmtewisselaar voorzichtig uit de unit. Let op! De lamellen van de HR‐cel zijn erg dun en raken gemakkelijk beschadigd. Als HR‐cel vervuild is, kunt u het reinigen door het in een bad met water en reinigingsproduct onder te dompelen. Spoel de HR‐cel met water. Wanneer het water is weggelopen van tussen de lamellen, kunt u de HR‐cel weer terug plaatsen. Tot slot, duw nu de dichtingsstrip ook op zijn plaats.

S

A B C

D

Warmtewisselaar

C

E

D


7

Vallox

145SE

ONDERHOUDSINSTRUCTIES

Ventilatoren

Controleer de vervuilingsgraad van de ventilatoren terwijl u bezig bent met het algemeen onderhoud van de filters en warmtewisselaar. Reinig ze indien nodig. De ventilatoren zijn zeer gevoelig voor externe mechanische schade, en het wordt aanbevolen om ze op hun plaats schoon te maken.

Luchttoevoerventilator

De rotorbladen kunnen gereinigd worden met perslucht of met een borstel. Verwijder of verplaats contragewichtjes op de schoepen niet.

T H

Schoonmaken van de luchttoevoerventilator (T)

Verwijder de filter van de toevoerlucht (C), bovenste klembalk(E) van de WW en de WW(D) van de unit zoals eerder geïnstrueerd. Maak te temperatuursensor los van het bovenste G deel van het afvoerkanaal (G) (figuur 1) en verwijder de schroefstop van de onderkant van het kanaal. Daarna kan het afzuigkanaal verwijderd worden door het te draaien en het tegelijkertijd naar beneden te drukken (figuur 2 en 3). Maak de temperatuursensor van de weerstand los (figuur 4). Koppel vervolgens de montageplaat van de bijkomende‐/naverwarming los van de weerstanden (H), vastgemaakt met 2 vleugelmoeren (figuur 5). Trek de weerstanden en de steun van de unit en ontkoppel de snelkoppeling van de weerstandgeleiders. De ventilator kan nu ter plaatse worden gereinigd. Wilt u de ventilator loskoppelen, til deze omhoog en draai de plastieken vergrendeling naar rechts met behulp van bijvoorbeeld een beitel (figuur 6). Zo valt de Luchtafvoerventilator ventilator naar beneden en kan uit de unit gehaald worden. Ontkoppel de snelkoppeling van de ventilatorgeleiders. Indien nodig, maak de tussenas van de bypassklep vanaf het einde van de scheidingswand los (figuur 7). 1

2

i

3

P F

F

4

5

6

Condensaat

7

Schoonmaken van de luchtafvoerventilator (P) Verwijder de luchttoevoerfilters G4 en F7. Draai de 4 schroeven (F, figuur 8) op de beschermkap van de afzuigventilator los en verwijder de kap. U kunt nu de afzuigventilator ter plaatse reinigen (figuur 9). Wilt u de ventilator loskoppelen, til deze omhoog en draai de plastieken vergrendeling naar rechts met behulp van bijvoorbeeld een beitel (figuur 6). Zo valt de ventilator naar beneden en kan uit de unit gehaald worden (figuur 10). Ontkoppel de snelkoppeling van de ventilatorgeleiders. 10

Model R

Model L

Tijdens het stookseizoen kan de vochtigheid van de afvoerlucht condenseren. Watervorming kan overvloedig zijn in nieuwbouw of als ventilatie te laag is in vergelijking met de luchtvochtigheid veroorzaakt door de bewoners. Condensaat moet ongehinderd uit de unit kunnen wegvloeien. Controleer tijdens het onderhoud, bv. in de herfst voor het stookseizoen begint, dat de condenswaterafvoer in de bodem van de tank niet verstopt is. Giet een beetje water in de tank ter controle. Reinig indien nodig. Zorg dat er geen water in de elektrische apparaten komt.

8

Model R

141

Condensatie

43

9

141

8

180

180


Vallox

145SE

MAINTENANCE INSTRUCTIONS Probleemoplossingen Indicatie

Oorzaak

Te doen

1

De toevoerlucht in de woning is te koud

• De lucht koelt af in de luchtkanalen • De warmtewisselaar is bevroren waardoor de afgevoerde lucht de toevoerlucht niet kan opwarmen • De naverwarming van de unit werkt niet • De afvoerfilter of warmtewisselaar zit verstopt • De basisinstellingen van de unit werden niet uitgevoerd

• Controleer de isolatie van de kanalen • Controleer de filters en de warmtewisselaar op vervuiling

2

Het onderhoudssymbool ( ) wordt weergegeven, maar de unit werkt normaal

• Het onderhoudssymbool verschijnt op het display met een interval van 4 maand (fabrieksinstelling). • Het interval kan gewijzigd worden (zie gebruiksaanwijzing voor het bedieningspaneel, rubriek 3.2).

• Controleer de filters en de unit op vervuiling. Reinig indien nodig of vervang de filters. Controleer ook het externe rooster. • Reset de onderhoudsmelding (zie gebruiksaanwijzing voor het bedieningspaneel, rubriek 3.1).

3

“Sensor afgevoerde lucht defect” wordt weergegeven en de unit is gestopt.

• Er is een fout opgetreden bij de sensor voor vochtbescherming

• Neem contact op met uw installateur. Er kan zich een aansluitingsprobleem voordoen of de sensor moet vervangen worden indien nodig.

4

“Toevoerluchtsensor defect” wordt weergegeven en de unit is gestopt.

• Er is een fout opgetreden bij de luchttoevoersensor


5

“Afvoerluchtsensor” wordt weergegeven en de unit is gestopt

• Er is een fout opgetreden bij de afvoerluchtsensor


6

“Buitenluchtsensor” wordt weergegeven en de unit is gestopt

• Er is een fout opgetreden bij de buitenluchtsensor


7

“Bypass sensor defect” wordt weergegeven en de unit is gestopt

• Er is een fout opgetreden bij de sensor van de warmtewisselaar

• Neem contact op met uw installateur. Een aansluitprobleem kan zich voordoen en moet indien nodig gecorrigeerd worden.

8

"Bus fout" wordt weergegeven en de unit werkt op stand 1 (controleer de ventilatiesnelheid)

• Er is een fout opgetreden in de bedrading van de CO2 sensor, %RH sensor of van het bedieningspaneel. Er kan een verkeerde type kabel gebruikt zijn.

• Neem contact op met uw installateur. Een aansluitprobleem kan zich voordoen en moet indien nodig gecorrigeerd worden.

9

“Bevriezingsgevaar” wordt weergegeven en de unit is gestopt

• De vorstbeveiliging van de warmwaterbatterij is actief. Opmerking! Als er geen antivries in het water van de batterij werd gebruikt, kan de batterij bevriezen. (Is niet van toepassing bij de unit Vallox 145 SE)

• Los onmiddellijk deze situatie op. Neem contact op met uw installateur om te controleren of er een beveiliging tegen bevriezing in de batterij aanwezig is. Controleer als de pomp of de boiler stuk is enz. Dit probleem kan zichzelf soms verhelpen zodra de temperatuur van de luchttoevoer hoger dan 10°C is, maar wacht niet tot dit het geval is.

10

De gewenste, automatische instelling blijven niet actief

• Er is een fout opgetreden in de CO2 of %RH sensor. Eén van de sensoren is beschadigd of ontbreekt.

• Neem contact op met uw installateur. De installatie van de sensor en/of de aansluitingen moeten nagegaan worden (sensors zijn optioneel).

11

De ventilatoren werken niet, maar er wordt ook geen signaal weergegeven

• De veiligheidsschakelaar is stuk of de deur is niet gesloten • De unit zit zonder stroom omdat bv. een zekering is doorgebrand. • De zekering (in de controlekaart achter een beschermplaatje) die de elektronica in het toestel beschermd, kan doorgebrand zijn.

• Controleer de veiligheidsschakelaar en zekeringen. De unit heeft een T800 mA zekering. • Indien nodig, contacteer uw installateur (om bijvoorbeeld de zekering te controleren).

12

De unit reageert niet op het controlepaneel

13

“CO2 alarm” wordt weergegeven en de unit is gestopt

• CO2 waarschuwing. De CO2 waarde van 5000ppm werd gedurende 2 minuten overschreden, misschien door brand.

• Onderneem de nodige stappen in geval van brand • U kan de unit opnieuw operationeel maken door de stekker uit het stopcontact te trekken en 30 seconden te wachten alvorens de stekker opnieuw in te steken.

14

Symbool filtervervuiling ( ) wordt weergegeven en de unit werkt normaal

• Er werd een drukoverschrijding gemeten via de druksensor of de ventilatorsnelheid staat op stand 7 of 8 (optie).

• Controleer de unit en de filters op vervuiling. Reinig indien nodig of vervang de filters. Controleer ook de externe rooster.

• Trek de stekker uit het stopcontact, wacht 30 seconden en steek de stekker opnieuw in. Als dit niet helpt, contact opnemen met uw installateur.


9

Vallox

145SE

TECHNISCHE GEGEVENS Opgenomen vermogen ventilatoren

Meetpunten Alle meetpunten bevinden zicht aan de openingen van de kanaalaansluitingen. De ventilatiecurven zijn opgemaakt in functie van het drukverlies

A f m e t i n g e n en kanaalaansluitingen

717

Ventilatiesnelheid

Toevoerlucht Afvoerlucht

Tot opgenomen vermogen ventilatoren (W) 26 52 70 103 132 179 232 332

1 2 3 4 5 6 7 8

42

748 739

Model R

717 455

127

125

578 560 411

1

Debiet in toe- en afvoer

3

E = Luchtafvoer S = Luchttoevoer

SFP (Specific Fan Power) aanbevolen waarde <2.5 (kW m3/s) Bij laag drukverlies zal SFP waarde ook lager zijn bij deze unit

Opgenomen vermogen (totaal) (W)

SFP =

Luchtdebiet (max.) (dm3/s)

4

Pressure loss in ducts. Total pressure, Pa

2

180 537

Kanaalaansluiting model R Binnendiameter vrouwelijke aansluiting; kraag : ø 200mm

1. Luchttoevoer naar de woning

400 E7

350 300

S6

250 S4 E4

200 150 E2

E3

E1

S2 SFP 1,0

S1 0

3. Afgevoerde lucht (unit-buiten) 4.

S3

100

0

naar de unit

10

20

30

40

50

60

70

80

90

SFP 1,5 110

120

SFP 2,0 130

150

140

Geluidswaarden

1. Afgevoerde lucht (unit-buiten) Aanvoer verse lucht (buiten-unit)

3. Luchttoevoer naar de woning naar de unit

Geluidsniveau in het toevoerkanaal

Geluidsniveau in het afvoerkanaal

(1 kanaal) bij octaafband Lw , WdB INSTELLINGEN/LUCHTDEBIET dm3/s

(1 kanaal) bij octaafband Lw , dB W INSTELLINGEN/LUCHTDEBIET dm3/s

Instelling

1

2

3

4

5

6

7

8

1

2

3

4

5

6

7

8

Luchtdebiet

36,2

56,3

67,3

80,7

92,9

105

116

128

40,5

63,8

73,8

87,9

98,8

110

122

136

Medium frequentie van de octaafband Hz

4. Luchtafvoer van de woning

63

41

50

56

58

59

64

67

69

35

45

49

51

51

56

58

58

125

45

53

56

59

62

65

68

71

33

43

46

49

49

54

56

59

250

50

54

57

61

63

66

68

70

24

32

37

40

40

45

47

49

500

48

53

56

59

60

63

65

68

37

43

46

48

48

52

54

56

1000

45

54

57

60

62

64

66

67

30

36

39

42

42

46

48

50

2000

35

46

50

55

58

61

64

66

22

32

34

38

38

43

45

48

4000

26

41

46

51

54

58

60

63

16

20

22

25

25

31

33

36

8000 L ,dB W L , dB(A)

21

32

38

45

49

53

56

59

21

21

21

21

21

24

26

28

54

60

64

67

69

72

74

77

41

49

53

55

57

60

61

63

49

57

60

63

66

68

70

73

36

42

45

48

50

52

54

56

Locatie condensafvoerkanaal bij een L en R model

WA

Gewogen geluidsdrukniveau dB (A) van de unit naar de muren van de ruimte waar de unit werd geplaatst (10m2 geluidsabsorptie) INSTELLINGEN/DEBIETdm3/s

Model R 141

141

Model L

180

160

dm3/s

Volumestroom

Binnendiameter vrouwelijke aansluiting; kraag : ø 200 mm

10

100

Aanvoer verse lucht (buiten-unit)

Kanaalaansluiting model L

2.

Aanbevolen werkbereik

E6

S5 E5

50

2. Luchtafvoer van de woning

E8

S8

S7

L , dB (A) pA

1

2

3

4

36/39

56/62

68/74

81/89

27

34

37

40

5

6

7

Vallox 145 SE

8

92/98 105/113 116/126 131/142

42

45

47

50

180


Vallox

145SE

TECHNISCHE GEGEVENS Intern elecktrisch verbindingsdiagram 145 SE (code 3710)

R1 90°C

130°C T1

P

R2 90°C

130°C T1

T2

T YE

BU

YE

BN BU YEGN

T2

BU BU BN YEGN

Als de aansluitkabel beschadigd is, moet het worden vervangen door de fabrikant, een erkende installateur of andere gekwalifeceerde persoon om gevaar te vermijden.

M

1

2

3

NO NC

L

PW M 1

13

11

12

PW M 2 10

9

GR

GND

L

24VDC 24VDC

GND

BR

L1 L2 L

8

7

6

WT

BN

BN

5 1

5 GN

L

L N N N 3

4 3

2

1

10

WT

GN

GN=Model R WT=Model L

0V

M1

16 V

3x0.25

0V

230 V

2x0.25

TK

NC NO N L S RH1 S RH2

S PRESSURE SWITCH PWM2 PWM1 B A + GND S REMOTE MONITORING S FIREPLACE SWITCH S FAULT SIGNAL S FAULT SIGNAL

ZEKERING T400mA

Afvoer lucht 1. Buitenlucht naar unit 2.

12x0.25mm2

Toevoerlucht - woning 3. Afgevoerde lucht 4. Toevoerlucht van WW 5.

MOEDERBORD

1 2 + S S -

FOUTSIGNAAL OPENHAARD SWITCH RS-485 BUS

A B -

0-10V DC FAN CONTROL %RH1

%RH2

+ M S + S +

verdeeldoos (boven aan de unit)

Kleur bedrading BU = blauw BN = bruin WT = wit GN = groen RD = rood YE = geel YEGN = geel-groen


T Ventilator toevoerlucht P Ventilator afvoerlucht M1 Transformator met bescherming 230 VAC/16 VAC L Geaarde leiding TK Veiligheidsschakelaar R1 Extra verwarmingselement 90 °C en 130 °C met oververhittingbescherming R2 Naverwarming 90 °C en 130 °C met oververhittingbescherming M Bypass motor 24 V DC

1

Vallox

145SE

TECHNISCHE GEGEVENS

Extern elektrisch verbindings-diagram Vallox 145 SE (code 3710)

ZILVERGRIJS WIT 2 ORANJE 2 WIT 1 ORANJE 1

NOMAK 2x2x0,5+0,5

+ - A B M

=M =B =A ==+

2. GETWISTE DRAAD 1. GETWISTE DRAAD

+ - A B M

OPMERKING! Verkeerde verbinding van +bedrading beschadigd het CONTROLEPANEEL

OPMERKING! Verkeerde verbinding van de +bedrading beschadigd de SENSOR CO2 SENSOR 1 1 OF MEER OPTIE

BEDIENINGSPANEEL 1 1 OF MEER 1 STANDAARD INCLUSIEF

0...10VDC

+

S AFSTANDSUITLEZING SHORT-CIRCUIT MOET VERWIJDERD WORDEN VÓÓR VERBIDNING

2x0.5

+

S

1 2

1 2

2x0.5

DE 1STEVOCHTIGHEIDSSENSOR IS AANGESLOTEN EN VERVANGT DE WEERSTAND R6k8

OPENHAARD SWITCH

VOCHTIGHEIDSSENSOR %RH1 OPTIE

VOCHTIGHEIDSSENSOR %RH2 OPTIE

2x0.5

2x0.5

2x0.5

(AUTO-RESET)

FOUT SIGNAAL MAX. 1A, 24VDC (POTENTIAAL VRIJ CONTACT)

1

2

FAULT SIGNAL

A

B

RS-485 BUS

-

+

S

S

FIREPLACE SWITCH

GND

FAN CONTROL

+

VERDEELBOX BEVINCT ZICHT BOVENOP DE UNIT

M

S

PLUG CONNECTION 16 A 1.2 m ON TOP OF THE UNIT

0-20mA 0-10V DC

%RH1

%RH2

+

S

+

If the mains connection cable becomes damaged, it must be replaced by the manufacturer, an authorised maintenance company or other qualified person in order to avoid danger.

R

VERDEELBOX BINNENIN DE UNIT

Monteren, verwijderen en aansluiten van het bedieningspaneel Het bedieningspaneel wordt direct met de verdeeldoos verbonden. Het bedieningspaneel kan ook in serie gekoppeld worden met een CO2 sensor of een ander bedieningspaneel (zie externe elektrische aansluiting).

Adres van het bedieningspaneel

7010101 2011-09-12 pl

Breedte 90 mm Hoogte 110 mm Diepte

23 mm

Als er 2 of meer bedieningspanelen worden aangesloten, dan moeten de aansluitadressen van de panelen gewijzigd worden.

Bijvoorbeeld in het geval van 3 bedieningspanelen • Verbindt het 1ste paneel met de unit en verander het adres in 3 • Verbindt het 2de paneel met de unit en verander adres in 2 • Verbindt het 3de paneel en controleer of dit adres 1 is Als 2 panelen eenzelfde adres toegewezen kregen, wordt een BUS foutsignaal weergegeven. In dit geval verwijdert u een van de panelen en wijzig het adres van het andere paneel. De bovengenoemde situatie kan zich voordoen bij latere plaatsing van een extra bedieningspaneel.

12


Vallox

145SE

Montage

De VALLOX 145 SE dient geïnstalleerd te worden in een ruimte waar de temperatuur niet onder de +10 °C daalt. Zonder beschermende omkasting kan de unit gemonteerd worden in een opslagruimtes, technische ruimtes etc...rekening houdend met de geluidshinder.

De minimale afstand tussen de bovenkant van het toestel en het afgewerkte plafondoppervlak is 30mm. 579 5

Rekening houdend met het feit dat het toestel bij montage 10mm hoger is dan de uiteindelijke hoogte.

Wandmontage De VALLOX 145 SE wordt aan de muur opgehangen met een bevestigingsplaat zoals getoond in de foto hiernaast. Zorg ervoor dat de unit horizontaal hangt na montage.

165

Het monteren van de unit

Onderrand van muurbeugel

Wandconstructie Let op de muur constructie tijdens de montage. Vermijd montage van de unit op een holle wand, scheidingsmuur of slaapkamermuur om geluidsgeleiding te voorkomen.

Waterslot 576

Een waterslot (sifon) wordt inclusief bijgeleverd. Door het aansluiten van een afvoerleiding op de sifon zal de condens van de afvoerlucht rechtsreeks afgevoerd worden. De leiding mag nooit hoger komen dan de afvoeropening. De unit moet eveneens horizontaal gemonteerd worden zodoende de condens vrij uit de unit verwijderd kan worden.

Buitendiameter leiding ø 12 mm

80

Draadstang M8x35 Kortste eind naar boven

30

685 625

23 min.

Ø22 Ø8 30

133 min.

8

Basisframe (optie)

465

495 435

30

Lengte van de schroef draad 37 mm

655

Het frame via de stelpoten regelen tot het recht staat. Verwijder de rubberen noppen (4) van de onderkant van de unit. Plaats de unit op het frame zodat de stangen van het frame in de gaten aan de onderkant van de unit passen.

What the units include can vary depending on the sales area.

Vallox

145SE

Geïsoleerde, geperforeerde plafondplaat (optie) tĂŶŶĞĞƌ ĚĞǌĞ ƉůĂĂƚ wordt gebruikt, wordt de dichtheid van de dampremmende laag gewaarborgd.

747

8

547 0

15

15

Minimale afstand tot de zijwanden is 15 mm.

What the units include can vary depending on the sales area.

Vallox

145SE

Opengewerkte tekening en onderdelenlijst VALLOX 145 SE (code 3710) 1

2

20

3

19 23 17

24

16

18 15

1 14

2

13 12

22

4 21

5

11

25 10 9

6 26 7 27

8

Nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 9

Onderdeel Ventilator unit Ventilatormotor Muurmontageplaat Waterslot G4 groffilter Filterframe F7 fijnstoffilter Onderste steun voor WW

Warmtewisselaar

10 Bovenste steun voor WW 11 Filterframe

Code 1109200 935280 3482100 3292500 978046 3466600

Nr. Onderdeel 12 G4 groffilter 13 Bypass unit, rechts‐ of Linkshandig aangeven 14 Servomotor 15 Afvoerluchtkanaal 16 Beschermende transformator

978158 3469000 933270 3468900 3466500

Nr. 21 22 23

930613 985035 940150

24

17 Moederbord 18 Veiligheidsschakelaar

949045 948370

25 26

19 Extra verwarmingsel. 1500 W 20 Naverwarming 900 W R Naverwarming 900 W L

942220 942211 942210

27

© VALLOX • We reserve the right to make changes without prior notice.

Code 978047 3475900

Onderdeel Deurstel Deurslot NTC sensor, sensornummer moet vermeld worden Glasbuis zekering 5x20 0.4 A slow

Code 3476000 3355900 946140

Bedieningspaneel Vochtigheidssensor (optie) CO2 sensor (optie)

3214000 946142 946146

952485

© VALLOX • We reserve the right to make changes without prior notice. 15 What the units include can vary depending on the sales area.

1.09.600E/17.6.2013/PDF

Dries 4 BE-9870 Olsene Tel. +32 (0)9 232 48 58 Fax. +32 (0)9 230 93 74 [email protected] - www.xilio.be

145SE. Vallox. Bedienings-, onderhouds-, en technische instructies

Recommend Documents