12

VRAGEN & ANTWOORDEN PAGINA 1 / 12 Vraag

Antwoord

PAS programma Wat is de wettelijke grondslag van de PAS?

De wettelijke grondslag voor de PAS is te vinden in:  hoofdstuk III, in het bijzonder paragraaf 2a, van de Natuurbeschermingswet 1998. Deze benodigde wetswijzing is nog niet in werking getreden, maar wel al gepubliceerd in het Staatsblad: Stb. 2014, 419.  het Besluit grenswaarden programmatische aanpak stikstof.  de Regeling programmatische aanpak stikstof, waarin onder meer de lijst van prioritaire projecten is opgenomen.

Denken jullie dat de PAS stand zal houden?

Wij verwachten van wel. De PAS is een goed systeem waar goed en lang is over nagedacht en dat naar ons oordeel niet in strijd is met Europese regelgeving. Uiteraard zullen belanghebbenden bezwaar en beroep aantekenen en zal de rechter hier ook een oordeel over hebben. Wij gaan er van uit dat de rechter zich kan vinden in de systematiek. Dit neemt niet weg dat er jurisprudentie zal ontstaan over bijvoorbeeld de wijze waarop wetsartikelen moeten worden uitgelegd, echter dit is inherent aan wetgeving.

Hadden we, als we alle kosten rondom de PAS bij elkaar optellen, niet een fantastisch dynamisch duineiland als natuurgebied voor de kust kunnen aanleggen? Misschien al wel meerdere...?

Dat had gekund, maar daarmee zouden de huidige problemen met vergunningverlening niet zijn opgelost. De PAS zorgt ook voor een enorme verbetering van de natuur. Alle Natura 2000gebieden worden op orde gebracht en robuust gemaakt. Daarbij wordt ook gezorgd voor een daling van de stikstofdepositie en wordt er ruimte geboden voor economische ontwikkelingen.

Wat is de duur van een PAS periode?

De duur van een PAS periode is zes jaar. De eerste PAS periode loopt van 2015 tot en met 2020.

Wat valt onder autonome groei? Ook toename van verkeer?

De omvang van de depositieruimte voor autonome ontwikkelingen is bepaald met het scenario van een economische groei van 2,5%. Het gaat bijvoorbeeld om ontwikkelingen als de toename van de productie bij bedrijven – binnen de voorwaarden van een reeds verleende vergunning op grond van de Nbwet –, de groei van het verkeer en consumentengroei. Een deel van de depositieruimte is gereserveerd voor autonome groei, zoals een toename van wegverkeer

Die schaalverdeling van de segmenten met ontwikkelingsruimte per natura 2000-gebied: aan welke schaal (mol/ha/jaar) moeten we dan denken voor de verschillende segmenten?

De hoeveelheid ontwikkelingsruimte verschilt per Natura 2000-gebied, en binnen een gebied zelfs per hectare. In de PAS gebiedsanalyses per Natura 2000-gebied wordt op het niveau van het gehele gebied inzicht gegeven in de ontwikkelingsruimte per segment. De thans openbare (ontwerp) gebiedsanalyses zijn in te zien op: http://pas.natura2000.nl/pages/gebiedsanalyses.aspx

Waarom zijn de Natura 2000-gebieden niet hetzelfde als de PASgebieden. Bijvoorbeeld polder Stein en Vettenbroek bij Reeuwijk?

Gebieden zonder stikstofgevoelige natuurwaarden en gebieden waar de stikstofniveaus de kritische niveaus niet overschrijden zijn niet aangemerkt als PAS gebied, omdat in deze gebieden geen sprake is van een stikstofprobleem. Het niveau van stikstofdepositie staat het halen van de instandhoudingsdoelen niet in de weg. In het geval van Broekvelden, Vettenbroek en Polder Stein zijn in het aanwijzingsbesluit doelen opgenomen voor overwinterende vogels, waarvan het overwinteringsgebied niet gevoelig is voor stikstofdepositie.


Antwoord

Kan de initiatiefnemer nog invloed uitoefenen op de gebruikte invoergegevens die in AERIUS Monitor zijn gebruikt? Bijvoorbeeld als hij de beschikking heeft over betere verkeerscijfers?

Met de periodieke actualisatie van AERIUS is er ruimte voor nieuwe invoergegevens. Voor wegen verloopt dit mogelijk via NSL.

De 35 mol middeling, moeten dat aan elkaar grenzende hexagonen zijn?

Nee, dat hoeft niet.

Dertig jaar geleden waren er 1 miljoen koeien meer dan nu. Is dat mogelijke ruimte?

Nee, het uitgangspunt is de huidige achtergronddepositie (ADW). Ontwikkelingsruimte wordt gehaald uit de daling van de ADW.

Welk deel van de depositiedaling komt beschikbaar als ontwikkelingsruimte? Is dit inclusief of exclusief de autonome ontwikkeling?

Hiervoor wordt naar paragraaf 4.2 Uitgangspunten bepaling depositie- en ontwikkelingsruimte van het (ontwerp) PAS programma verwezen, zoals in te zien op http://pas.natura2000.nl/pages/documenten-terinzagelegging.aspx

Moet er nog rekening worden gehouden met het jaar van vaststelling van Natura 2000-gebieden?

Nee, deze data spelen geen rol meer.

Bevoegd gezag vergunningverlening Nu vindt vaststelling van een ontwerptracébesluit plaats met ondertekening van de minister van EZ. Hoe gaat dat onder PAS? Bij wie moet ontwikkelingsruimte worden aangevraagd?

De PAS gaat hierbij niet tot verandering leiden, dit traject verloopt dan via het ministerie van EZ als bevoegd gezag.

Is de regelgeving in Utrecht anders dan in Zuid-Holland?

In principe niet. Landelijk zijn een aantal beleidsregels geformuleerd (zie paragraaf 4.2.8 van het ontwerp PAS programma) die vervolgens door alle provincies zijn overgenomen in een beleidsregel. Het kan zijn dat een provincie aanvullend hierop nog een of meerdere beleidsregels heeft vastgesteld, bijvoorbeeld voor interimmers. In Zuid-Holland is dat niet het geval.

De rol van de PAS bij (bestemmings)plannen Als je voor een bestemmingsplan vanwege stikstof toch een passende beoordeling moet maken wat is dan nog de toegevoegde waarde van de PAS?

Je zou inderdaad denken dat wanneer uit de passende beoordeling voor het bestemmingsplan blijkt dat de natuurlijke kenmerken niet worden aangetast, dat een toets op projectniveau niet meer nodig is. De systematiek van de Habitatrichtlijn en de Nbwet vereist echter ook nog een toets op projectniveau. Voor dit laatste is de PAS-regelgeving van toepassing als het om stikstofdepositie gaat. De wetgever heeft er bewust voor gekozen om bestemmingsplannen buiten de regeling van de PAS te houden en geen toedeling van ontwikkelingsruimte aan bestemmingsplannen mogelijk te maken. Een van de redenen is dat bestemmingsplannen een geldingsduur van 10 jaar hebben terwijl het programma aanpak stikstof een geldingsduur van 6 jaar heeft. Een andere reden is dat het toedelen van ontwikkelingsruimte aan bestemmingsplannen een veel te groot beslag zou leggen op de schaarse ontwikkelingsruimte voor projecten en andere handelingen. Dit komt omdat in de passende beoordeling voor het bestemmingsplan moet worden uitgegaan van de maximaal planologische mogelijkheden die een plan biedt en niet van een inschatting van wat er in werkelijkheid zal gaan gebeuren of van wat wordt beoogd.


Antwoord

Hoe ziet de provincie Zuid-Holland de PAS in relatie tot de impasse rondom stikstof in de bestemmingsplannen?

Er zijn wel mogelijkheden om uit deze impasse te komen. In de eerste plaats is het van belang om een reëel bestemmingsplan te maken. Begrens hierbij de mogelijkheden van het plan, bijvoorbeeld door middel van planregels. Een andere mogelijkheid is om in beeld te brengen wat de feitelijke situatie van het bestaande bestemmingsplan is op de van toepassing zijnde referentiedata. Is er in het nieuwe plan ten opzichte van deze situatie geen sprake van toename van stikstofdepositie, dan zijn significante gevolgen uit te sluiten. Nog een andere mogelijkheid is het toepassen van externe saldering als mitigerende maatregel. Wanneer vorenstaande mogelijkheden niet toepasbaar zijn kan nog worden gedacht aan de volgende mogelijkheid. Maak gebruik van de gegevens die ten grondslag liggen aan de PAS. Als uit deze gegevens blijkt dat er voldoende ontwikkelingsruimte beschikbaar is of de stikstoftoename < grenswaarde, kan worden vastgesteld dat het plan niet leidt tot aantasting van de natuurlijke kenmerken. Het plan houdt dan wel rekening met significante gevolgen maar de toedeling van ruimte geschiedt pas later door vergunningen. En de vergunningenprocedure is dan het slot op de deur, immers, als er later toch (tijdelijk)te weinig ontwikkelingsruimte blijkt te zijn, dan kan er geen vergunning worden verleend en kan de activiteit op dat moment geen doorgang vinden. Op deze manier is verzekerd dat de natuurlijke kenmerken van de gebieden niet worden aangetast.

De PAS is niet/minder bruikbaar voor bestemmingsplannen. Kan voor bestemmingsplannen ontwikkelruimte gereserveerd worden? Zo nee, wat is daarvan de invloed op de vaststelling van een bestemmingsplan ook in relatie met het verkrijgen van een positief toetsingsadvies van het planMER van de commissieMER?

Zie beantwoording eerdere vraag over bestemmingsplan

Gaat over de relatie plan/project. Als je in een bestemmingsplan alle aantallen of m2 meeneemt, waarom kan een plan dan niet hetzelfde zijn als het project?

Zie antwoord op de 1e vraag over bestemmingsplan. Planbegrip en projectbegrip zijn verschillend.

Als er sprake is van een planwijziging en er wordt een beroep gedaan op de PAS, dient dan een PlanMER opgesteld te worden? Indirect is dan namelijk een Passende beoordeling nodig geweest (op grond van artikel 7.2 Wet Milieubeheer).

Ja, in dat geval dient een planMER opgesteld te worden.

Vergunningverlening onder de PAS De PAS maakt alles makkelijker. Waarom dan toch 26 weken? Nu gaat het vaak sneller terwijl het nu lastiger is!

Alle provincies hebben er voor gekozen om de uniforme openbare voorbereidingsprocedure toe te passen. Dit betekent eerst een ontwerp besluit, dat 6 weken ter inzage gaat en daarna een definitief besluit. De beslistermijn kan inderdaad maximaal 26 weken duren. Belangrijkste redenen voor deze keuze zijn uniformiteit tussen bevoegde gezagen (veel provincies passen deze procedure nu al toe)en een zorgvuldige besluitvorming, omdat rekening kan worden gehouden met eventuele zienswijzen die worden ingediend tegen het ontwerp besluit.

Komt er een apart aanvraagformulier voor PAS-aanvragen?

Ja, deze wordt voor 1 juli a.s. op de website van de Omgevingsdienst Haaglanden geplaatst (www.odh.nl)


Antwoord

Welke bijlagen moeten bij dit aanvraagformulier worden aangeleverd

Uitdraai van berekening AERIUS Calculator, indien relevant onderbouwing feitelijke situatie (zie sheets presentatie PAS informatiedagen, presentaties agrariërs en industrie: https://omgevingsdiensthaaglanden.nl/pas.html)

Wat zijn de kosten/leges voor een aanvraag onder de PAS?

In Zuid-Holland zijn er geen kosten voor het indienen van een vergunningaanvraag voor de Natuurbeschermingswet 1998.

Wat moet je doen als je naast stikstof ook nog andere effecten hebt? Moet je dan een aanvraag doen in het kader van de PAS en ook nog op een andere manier?

Ja, indien er ook andere effecten zijn, zoals verstoring, verslechtering, vernatting, etc, dient naast het aanvraagformulier voor Nbwet/PAS ook een aanvraag voor de andere effecten ingevuld te worden. Hiervoor kan het huidige aanvraagformulier worden gebruikt. Indien het project of plan significante gevolgen kan hebben voor wat betreft die andere effecten, dient ook een passende beoordeling te worden opgesteld.

Ik hoor al een paar keer dat een Passende Beoordeling niet meer nodig is, klopt dat of geldt dat alleen voor stikstof? Is de uitbreiding van een bedrijf meldingsplichting of vergunningsplichtig? Wat maakt de uitbreiding van een bedrijf meldings- of vergunningsplichtig?

Dit hangt af van wat er verandert in de bedrijfsvoering, wat daarbij de berekende depositie van de beoogde activiteit is en of er sprake is van een eerder verleende Nbwet vergunning. Voor een toelichting hierop verwijzen wij naar het aanvraagformulier dat vanaf 1 juli 2015 op onze website staat.

Bedrijf breidt uit met x aantal dieren via melding welke uitbreiding aanvragen? x is aantal dieren in Wm vergund. Moet er voor Beschermde Natuurmonumenten apart een vergunning worden aangevraagd?

Nee, dat is niet nodig.

Beschermde Natuurmonumenten, een aparte vergunningaanvraag tot 1/1/2016? Moet een bedrijf welke een depositie van 0.07 molN/ha, waarvan door PZH in de vergunning recent is opgenomen dat de Nbw niet van toepassing is, een melding maken voor de bestaande situatie?

Nee.

Welke bijlage moeten bij een melding worden ingediend? Bestaand plus uitbreiding in één bijlage? Inclusief tekening? In pdf?

Dit staat verwoord in artikel 8, 4e lid van de Regeling programmatische aanpak stikstof: Bij de melding, bedoeld in het eerste lid, worden de volgende gegevens verstrekt: a. de naam en het adres van de persoon of de rechtspersoon die de melding doet, alsmede het elektronisch adres van die persoon of rechtspersoon, indien de melding met behulp van AERIUS Calculator wordt gedaan; b. indien de melding wordt gedaan door een gemachtigde: zijn naam en adres, de machtiging, alsmede het elektronisch adres van die persoon of rechtspersoon, indien de melding met behulp van AERIUS Calculator wordt gedaan; c. indien het project of de andere handeling wordt uitgevoerd door een ander dan de


Antwoord aanvrager: zijn naam en adres; d. het adres, de kadastrale aanduiding dan wel de ligging van het project of de andere handeling; e. een omschrijving van de aard en de omvang van het project of de andere handeling; f. de omvang van de stikstofdepositie die het project of de andere handeling per hectare per kalenderjaar veroorzaakt op een voor stikstof gevoelig habitat in een Natura 2000-gebied.

We zijn nu voor een project bezig met berekeningen voor de stikstofdepositie. Wanneer deze berekeningen nu niet met AERIUS worden gedaan en de Nbw vergunning na 1 juli wordt ingediend, heeft dat dan consequenties en moeten de berekeningen dan opnieuw worden uitgevoerd?

Ja, Vergunningaanvragen die na 1 juli worden ingediend en dus onder de PAS vallen, moeten voorzien zijn van een depositieberekening met AERIUS Calculator.

Welke eisen stelt ODH voor een ontvankelijke aanvraag? Moet je daarvoor al een bouwtekening hebben? Welke informatie moet worden aangeleverd?

Voor een toelichting hierop verwijzen wij naar het aanvraagformulier dat vanaf 1 juli 2015 op onze website staat.

Wanneer een Wabo vergunning milieu is verleend, zit daar geen realisatie termijn meer in. Nu deze wel in de PAS zit, komt dit dan weer terug in de Wabo of neemt de vergunningverlener van de Wabo vergunning milieu deze termijn dan op in de vergunning?

Nee, de termijn waarbinnen de activiteit moet zijn gerealiseerd zal worden opgenomen in de Nbwet vergunning. Deze termijn heeft niets te maken met de Wabo-vergunning

Prioritaire projecten Hoe vindt de toets van een prioritair project plaats? De segment 1ruimte bestaat immers uit een verzameling van prioritaire projecten. Is dus per prioritair project OR gereserveerd en in beeld? Hoe vindt de toetsing plaats of een project wel/niet in het prioritaire project HIC valt?

Bij de toets van een prioritair project wordt gekeken of dit project past binnen de gedane reservering. Voor een deel is per project gereserveerd, voor een deel is voor een categorie van projecten en andere handelingen gereserveerd, zoals bij het Haven Industrie complex. In het laatste geval is er dus niet per prioritair project gereserveerd. Voor de wijze waarop ontwikkelingsruimte wordt toegedeeld aan activiteiten binnen het haven Industrie Complex zal de provincie Zuid-Holland voor 1 juli 2015 beleidsregels vaststellen. Hierbij is uitgangspunt dat het bevoegde gezag bij toedeling aan activiteiten die vallen onder het HIC binnen de gedane reservering voor het HIC blijft. De beleidsregel staat op de ODH website (www.odh.nl).

Klopt het dat de depositiewaarde van grenswaarde projecten niet onder de ontwikkelruimte van prioritaire projecten vallen?

Ja, voor een nadere toelichting wordt verwezen naar het (ontwerp) PAS programma, paragraaf 4.2.2, met name onder 2b (pagina 31).

Als blijkt dat er vooraf te weinig depositieruimte is berekend voor een prioritair project, hoe wordt dit in de praktijk dan gecorrigeerd (zoals bijvoorbeeld Valkenburg)?

Periodiek (jaarlijks) wordt de lijst met prioritaire projecten geactualiseerd, en zo nodig worden de uitgangspunten op basis van actuele inzichten bijgesteld.

Ligt de reservering voor zo’n woningbouwproject vast, stel dat de achtergronddepositie niet daalt, maar stijgt. Hoe zeker is de initiatiefnemer dan voor een reservering?


Antwoord

PAS maatregelen in natuurgebieden Wie bekostigt de PAS-maatregelen, betaalt de initiatiefnemer mee?

Veelal worden de PAS maatregelen bekostigd door de provincie, deze gelden zijn afkomstig uit het decentralisatie akkoord tussen het rijk en provincies, waar mogelijk worden kansen voor cofinanciering benut. Incidenteel betalen initiatiefnemers op basis van een vrijwillige bijdrage mee.

Specifieke vragen over voorbeeld cases Valkenburg: Wordt er ook nog gedacht aan een fysieke oplossing, bijvoorbeeld een treinstation, om verkeer te verminderen?

Ja, In de studies is goed gekeken naar verschillende mogelijkheden voor het stimuleren van meer openbaar vervoer, onder andere snelle busverbindingen en eerder de Rijn-Gouwe lijn.

Bij het Valkenburgproject lijkt alleen de verkeersgeneratie binnen het plangebied ingevoerd te zijn. Is het niet nodig de verkeersgeneratie buiten het plangebied mee te nemen? Juist deze verkeersafwikkeling kan voor grote toenames in stikstofdepositie zorgen wanneer de weg dichtbij N2000 ligt.

In de wijze waarop Valkenburg nu op de prioritaire projectenlijst staat is ook de verkeersaantrekkende werking buiten het plangebied opgenomen, waaronder op wegen die grenzen aan het nabijgelegen Natura 2000-gebied Meijendel & Berkheide.

Handhaving Hoe wordt beoordeeld of ontwikkelruimte binnen 2 jaar wordt gebruikt en hoe/wanneer wordt die ruimte 'afgepakt'? Heeft dat ook consequenties voor de milieuvergunning?

Handhavers zullen bij bedrijven langsgaan om te controleren af de activiteit binnen de gestelde termijn is gerealiseerd. Als dat niet het geval is, dan heeft de Provincie de mogelijkheid om een procedure te starten, waarbij het besluit waarbij de ontwikkelingsruimte is toegekend, wordt ingetrokken. Dit kan zeker gevolgen hebben voor de milieuvergunning in die zin dat de activiteit niet kan worden gerealiseerd of uitgevoerd, omdat de initiatiefnemer niet over de vereiste toestemming op grond van de Nbwet beschikt. Als het gaat om een milieuvergunning waarbij het onderdeel natuur is aangehaakt, dan zijn B&W bevoegd gezag en kan de Provincie B&W verzoeken het besluit in te trekken.

Voorbereiding initiatief Wat moet je doen als in 10 km omtrek geen Natura 2000-gebieden liggen?

Door uw project in AERIUS Calculator in te voeren, kunt u inzicht krijgen of/in hoeverre uw project leidt tot stikstofdepositie op PAS gebieden. Afhankelijk daarvan kan verder worden bezien of, en zo ja welke, acties nodig zijn.

Wat is vanuit PAS de gewenste of verplichte procedure voor infrastructurele en bouwprojecten?

De procedure voor dergelijke activiteiten is niet anders dan de procedure voor bijvoorbeeld een agrarisch of industrieel bedrijf. Wel kan het zo zijn dat er sprake is van een infrastructureel project waarvoor het ministerie van EZ bevoegd gezag is, en waarvoor een afwijkende procedure geldt.

Moet de PAS ook worden toegepast bij woningbouw projecten in de gemeente?

Door uw project in AERIUS Calculator in te voeren, kunt u inzicht krijgen of/in hoeverre uw project leidt tot stikstofdepositie op PAS gebieden. Afhankelijk daarvan kan verder worden bezien of, en zo ja welke, acties nodig zijn. Indien een project niet leidt tot stikstofdepositie op PAS gebieden is de PAS niet van toepassing.


Antwoord

Wat als je meer koeien gaat houden in een bestaande stal?

Dit hangt af van de vraag of er al eerder een Nbwet vergunning is verleend en hoeveel koeien er bij worden geplaatst. Voor een toelichting verwijzen wij u naar het aanvraagformulier dat per 1 juli op onze website staat.

AERIUS berekeningen Hoe doe je een aanvraag/berekening als jongvee in dezelfde stal zit als melkkoeien?

Je kunt bij het invoeren van een project in AERIUS Calculator gebruik maken van meerdere RAV codes.

Als wegen buiten het plangebied meegenomen moeten worden in de berekening van stikstofdepositie, tot hoever moeten de wegen worden meegenomen?

De PAS gaat op dit punt geen veranderingen brengen in de huidige werkwijze van stikstofberekeningen. In het algemeen wordt verkeer en vervoer meegenomen totdat dit in het heersende verkeersbeeld is opgenomen. Hierbij wordt aangesloten bij Wabo. Voor zeescheepvaart hanteren we tot nu toe een afstand van 50-60 km.

Berekening depositie. Tot hoever moet je wegverkeer, zeevaart en binnenvaart meenemen? Een bedrijf moet scheepvaart en voertuigbewegingen meenemen in de aanvraag. Tot hoever moet ik dit doen? Is de grens van het heersende verkeersbeeld uit de Wabo ook van toepassing voor de Nbw-vergunning? Wat is de modelonzekerheid bij een berekening?

Bij een nieuw project kan de onzekerheid tamelijk groot zijn, bij bijstelling van bestaande projecten/initiatieven is de berekening nauwkeuriger en is de onzekerheid beperkt, aangezien er in dat geval al gegevens zijn over bestaande emissies.

Hoe gedetailleerd moeten de invoergegevens worden ingevoerd? Bijvoorbeeld diameter, uittreedsnelheid werken nog niet in AERIUS.

Binnen een specifieke sector moeten meestal verschillende kenmerken worden ingevoerd, het gaat dan bijvoorbeeld om uitstoothoogte, gebouwhoogte en warmte-inhoud (met rekenoptie). Hier zijn vaak standaardwaarden ingevuld. Echter voor een ontvankelijke aanvraag dienen de waarden ingevuld te worden die op de betreffende activiteit van toepassing zijn. Via de handleiding van Calculator wordt nader toegelicht hoe de bronnen ingevoerd moeten worden. Deze handleiding is in te zien op www.aerius.nl/manuals/calculator

Hoe komt een industrieel bedrijf aan het brandstofverbruik van de daar gebruikte vorkheftrucks/shovels etc? Ik kan me zo voorstellen dat dit vaak niet bekend is.

Verschillende typen mobiele bronnen uit verschillende bouwjaren zijn in te voeren in AERIUS calculator, afhankelijk van het type en het aantal uren in bedrijf, kunnen dergelijke gegevens met de hulp in Calculator worden herleid.

Gaat de provincie Zuid-Holland een maximale rekenafstand in Aerius Calculator hanteren?

Nee.

Hoe wordt een project beoordeeld met verschillende deposities in aanleg- en gebruiksfase?

Aanleg en gebruik vormen één project. Hierbij wordt de hoogste depositie ingevoerd, dit is dus de worstcase. Voor projecten en handelingen die zes jaar of langer duren hanteert het bevoegd gezag de reguliere systematiek (zie artikel 5, tweede lid ontwerp regeling PAS). Voor projecten en andere handelingen waarvoor toestemming wordt verleend voor een duur van ten hoogste vijf kalenderjaren, geldt een andere systematiek. De ontwikkelingsruimte die het bevoegd gezag toedeelt in een toestemmingsbesluit voor een tijdelijk project of tijdelijke handeling is gelijk aan de totale stikstofdepositie die dat project of die handeling gedurende de


Antwoord volledige looptijd veroorzaakt, gedeeld door 6 (zie artikel 5, vierde lid ontwerp regeling PAS). Deze methodiek geldt uitsluitend voor projecten en handelingen.

Bestaande rechten en feitelijke situatie In hoeverre houdt de PAS rekening met bestaande rechten?

Als bestaande rechten een Nbwet vergunning is, dan is deze het uitgangspunt en wordt daar dus zonder meer rekening mee gehouden. Als een bestaand bedrijf niet beschikt over een Nbwet vergunning, dan is de stikstofdepositie die ten hoogste feitelijk door de bestaande activiteit werd veroorzaakt voor 1 januari 2015 het uitgangspunt. Om dit vast te kunnen stellen mag gebruik worden gemaakt van gegevens over de jaren 2012 tot en met 2014 en mag worden uitgegaan van de hoeveelheid stikstofdepositie die in die periode ten hoogste werd veroorzaakt als gevolg van wat daadwerkelijk plaatsvond binnen de kaders van de omgevingsvergunning of een vergunning of melding op grond van de Wet milieubeheer of Hinderwet.

Is het verstandig voor interimmers om hun rechten vast te leggen en moeten ze dat direct doen of kan dat later?

Dit is zeker verstandig, verzoek is om dit niet direct en niet allemaal tegelijk te doen, maar even te wachten tot de PAS vergunningverlening op gang is gekomen. Wij zullen in contact treden met de verschillende branche organisaties om afspraken te maken over een gespreide indiening van aanvragen, bijvoorbeeld per regio. Voor het vastleggen van de feitelijke situatie wordt geen beroep gedaan op ontwikkelingsruimte.

Is het verstandig voor interrimmers die vanaf 1 jan 2015 niet meer uitbreiden de referentiewaarde van de hoogste dieraantallen in 2012 tot 2014 vast te leggen? De PAS stelt dat interimmers bij wijziging of uitbreiding pas een vergunningaanvraag indienen. Moet nu iedereen zich alsnog melden? Zo ja, gaat dit van de ontwikkelruimte af? Hoe wordt omgegaan met de 'interimmers' die moeten gaan legaliseren in relatie tot de beschikbare ruimte? M.a.w. is de te verdelen koek niet kleiner dan nu wordt geschetst? Wat als een interimmer een Nbw vergunning wil aanvragen na de pas maar daarvoor te veel ontwikkelingsruimte voor nodig heeft (dus meer dan 3 mol/h/jaar)? Voor de PAS moet gekeken worden naar de feitelijke situatie, maar in een milieuvergunning wordt vaak rekening gehouden met waar een bedrijf naar toe wil in de toekomst, daar kan dus bijvoorbeeld meer vrachtverkeer inzitten dan er feitelijk nu is. Hoe ga je daar mee om?

Indien een bedrijf haar ruimte binnen een milieuvergunning gaat ‘opvullen’, en daarbij dus meer stikstofdepositie gaat veroorzaken dan in de feitelijke situatie, moet dit voor de PAS worden gezien als een uitbreiding. Voor deze situatie geldt dus de handelswijze zoals bij een bedrijfsuitbreiding wordt gehanteerd.

Bij Nieuwkoopse Plassen heeft de provincie verschillende locaties in eigendom. Laatste jaren is hier geen vee meer aanwezig, maar dit zit nog wel in de achtergronddepositie. Voor wie is dit beschikbaar? Het zou terecht zijn als dit voor de naaste agrariërs beschikbaar is.

Depositiedaling als gevolg van bedrijfsbeëindiging is in de PAS generiek toegevoegd aan de depositieruimte voor de landbouw. Deze depositieruimte is additioneel aan de depositieruimte die is toegekend op basis van de netto groeibehoefte van de landbouw. Deze depositieruimte is specifiek voor de landbouw beschikbaar.


Antwoord

Is het inderdaad zo dat reeds verleende vergunningen die onherroepelijk zijn, gelimiteerd worden?

Nee, vergunningen die op basis van de Nbwet reeds zijn verleend worden niet gelimiteerd.

Zijn rechten overdraagbaar bij verkoop van het bedrijf?

Onder de PAS is het niet meer mogelijk om rechten over te nemen van een ander bedrijf om te kunnen salderen met een eigen bedrijf. Wat wel mogelijk is een bedrijf met rechten te kopen en bij het bevoegd gezag een verzoek in te dienen om het bedrijf op uw naam te zetten.

Je hebt een geldige milieuvergunning en geen uitbreidingsplannen, moet je dan een Nbwet vergunning hebben onder de PAS?

In het geval u geen Nbw vergunning heeft, is het verstandig uw bedrijf in AERIUS Calculator in te voeren. Indien de stikstofdepositie van uw bedrijf (feitelijke situatie) op een PAS gebied hoger is dan de grenswaarde dient u een vergunning voor de Nbw aan te vragen. Deze aanvraag dient u te onderbouwen met bewijsstukken (zie sheets Industrie en landbouw). Indien de depositie kleiner is dan de grenswaarde, hoeft u niets te doen. Wij adviseren u de berekening te bewaren voor het geval handhaving bij u langskomt.

Een bedrijf wil een wijziging doorvoeren in haar bedrijfsvoering en stikstofdepostieberekeningen hebben uitgewezen dat de wijziging bijna geen effect heeft. Het bedrijf heeft echter geen Nbw vergunning. Moet het bedrijf nu een Nbw vergunning aanvragen, zo ja, waarom?

In dit geval is het nodig om het bedrijf in AERIUS Calculator in te voeren. Indien de totale stikstofdepositie van het bedrijf op PAS gebieden lager is dan de grenswaarde is een Nbwet vergunning niet aan de orde. Een melding kan in dat geval wel aan de orde zijn (afhankelijk van de orde grootte van de stikstofdepositie van de wijziging ten opzichte van de feitelijke situatie).

Op de locatie waar de woningbouw komt (project Valkenburg), zit nu nog een agrarisch bedrijf; mag je onder de PAS rekening houden met het saneren van dat bedrijf?

Nee, in dit geval is er geen sprake van interne saldering binnen de inrichting (zie artikel 19km, 3e lid, Nbwet). Overigens kan in het kader van de passende beoordeling voor het bestemmingsplan wel rekening worden gehouden met het saneren van dat bedrijf.

Wat als de huidige situatie hoger is dan de vigerende Wm vergunning? Kan je hiervoor de feitelijke situatie vastleggen met de PAS?

De feitelijke situatie moet passen binnen de kaders van de op 1 januari 2015 geldende milieuvergunning, zie artikel 5, 6e lid van de Regeling PAS. Als een bedrijf bijvoorbeeld meer dieren houdt dan toegestaan is op grond van de Wm vergunning, dan geldt het aantal dat is vergund op grond van de Wm. Het kan inderdaad zo zijn dat een bedrijf nog geen Nbwet vergunning heeft en dat de depositie van de feitelijke situatie > is dan de rechten die men had tijdens de referentiedata. Dit is naar ons oordeel juridisch houdbaar, omdat de feitelijke situatie passend is beoordeeld en de conclusie in de passende beoordeling is dat de natuurlijke kenmerken van de Natura 2000-gebieden niet worden aangetast.

Er worden in een bedrijf meer dieren gehouden dan vergund in de Wm. Welke referentie geldt nu? Door gebruik te maken van de tellingen 2011 t/m 2014 krijgen bedrijven die nog geen vergunning hadden nog meer rechten dan ze al hadden tijdens de referentieperiodes. Klopt dit? Is dit juridisch houdbaar? Als de feitelijke situatie > dan je Natuurbeschermingswetvergunning, wat mag je dan opgeven als referentie?

Op grond van de Regeling PAS (artikel 5, 5e lid onderdeel c) mag in dat geval worden uitgegaan van de feitelijke situatie. Voorwaarde is wel dat deze past binnen de kaders van een omgevingsvergunning of een vergunning of melding op grond van de Wet milieubeheer of Hinderwet, geldend op 1 januari 2015.

Uitgangssituatie m.b.t. stallijsten e.d. dienen deze aantallen wel binnen de vigerende Wmvergunning te vallen?

Ja, als dat niet het geval is dan is de vigerende Wm vergunning het uitgangspunt. Voor een verdere toelichting verwijzen wij naar het aanvraagformulier dat per 1 juli op onze website staat.


Antwoord

Welke referentie aanhouden maximale dierbezetting tot 1 januari 2015?

De depositieomvang van het feitelijk gebruik betreft de hoogst voorkomende stikstofdepositie die in de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2014 per kalenderjaar door de activiteit werd veroorzaakt. Er dient tevens te worden aangetoond dat deze activiteit daadwerkelijk werd verricht en past binnen een formeel geldende omgevingsvergunning voor een milieuactiviteit (Wabo) of een vergunning of melding krachtens de Wet milieubeheer of de daaraan voorafgaande Hinderwet.

Indien een bestaand bedrijf nog geen Nbw vergunning heeft maar wel een Omgevingsvergunning dan wordt bij de Nbw aanvraag rekening gehouden met de feitelijke situatie van de afgelopen 3 jaar. Bij veel bedrijven is men als gevolg van de economische crisis minder gaan produceren dan ze volgens de Wabo vergunning zouden mogen. Doordat ze onder hun vergunde capaciteit werken is de stikstof uitstoot ook minder. Wanneer de economie aantrekt zou de productie ook weer omhoog gaan. Houdt men bij de PAS daar rekening mee bij het vaststellen bij het bepalen van het vergunde recht?

Nee, de feitelijke situatie is passend beoordeeld en bepalend voor het vastleggen van de bestaande situatie. Hiervoor is geen ontwikkelingsruimte nodig. Voor een toename van depositie kan het bedrijf ontwikkelingsruimte aanvragen.

Diegene die onder een algemene van maatregel van bestuur vallen tot 100 koeien. En in 2014 120 koeien molken, is het voor die groep verstandig om de referentie vast te laten leggen? En hoe moet dat?

Indien er nog niet eerder een Nbwet vergunning is verleend, dan is het antwoord ja. De feitelijke situatie is in dit geval 100 koeien. Voor deze feitelijke situatie dient een berekening met AERIUS Calculator uitgevoerd te worden. Indien de depositie op PAS gebieden hoger is dan de grenswaarde dient een Nbwet vergunning te worden aangevraagd. Indien de depositie lager is dan de grenswaarde hoeft niets te worden ondernomen. In dat geval is het verstandig om uw berekening te bewaren voor het geval handhaving langs komt.

Kan nogmaals verduidelijkt worden wat referentie is voor interimmers? Denk aan gemiddelde/maximaal per jaar/3-jaar. Voor de agrarische sector is dit namelijk gedefinieerd als de dag in ref. periode dat stallen gevuld zijn. Wegens economische dip zou dit voor bedrijfsleven zeer ongunstig kunnen uitpakken

De depositieomvang van het feitelijk gebruik betreft de hoogst voorkomende stikstofdepositie die in de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2014 per kalenderjaar door de activiteit werd veroorzaakt. Er dient tevens te worden aangetoond dat deze activiteit daadwerkelijk werd verricht en past binnen een formeel geldende omgevingsvergunning voor een milieuactiviteit (Wabo) of een vergunning of melding krachtens de Wet milieubeheer of de daaraan voorafgaande Hinderwet. Net als bij de agrarische sector geldt ook voor de industrie dat mag worden uitgegaan van bijvoorbeeld het moment waarop de productie het hoogst was, het hoeft hier dus niet te gaan om een gemiddelde van een jaar. Een en ander dient wel te worden aangetoond met bewijstukken. Voor een toelichting verwijzen wij naar het aanvraagformulier dat per 1 juli op onze website staat.

Als een bedrijf de uitstoot reduceert, wordt dan ook de vergunde hoeveelheid teruggebracht?

Vooralsnog niet. Wel kan het zo zijn dat er in een periode van schaarste van ontwikkelingsruimte gekeken zal worden naar reductiemogelijkheden, waarbij een deel van de reductie weer kan worden uitgegeven als ontwikkelingsruimte. In die situatie kan reductie dus wel een rol gaan spelen.


Antwoord

Wat gebeurt er met rechten van bedrijven die stoppen? Extern salderen kan dadelijk niet meer.

Depositiedaling als gevolg van agrarische bedrijfsbeëindiging is in de PAS generiek toegevoegd aan de depositieruimte voor de landbouw. Deze depositieruimte is additioneel aan de depositieruimte die is toegekend op basis van de netto groeibehoefte van de landbouw. Deze depositieruimte is specifiek voor de landbouw beschikbaar.

Gebruik maken van tellingen van 2011 t/m 2014 kan dit ook door niet interim bedrijven?

Dat kan bij de feitelijke situatie > de Nbwet vergunde situatie. Voorwaarde is wel dat deze feitelijke situatie past binnen de kaders van de omgevingsvergunning of een vergunning of melding op grond van de Wet milieubeheer of Hinderwet geldend op 1 januari 2015

Beschikbare ontwikkelingsruimte Toename onder de 0,05 hoeft niets te doen. Hoe vaak mag dit? Als (uitbreidings)projecten onder de 1 mol blijven, dan is slechts een melding nodig. Betekent dit dan dat bedrijven de vergunningplicht kunnen omzeilen door steeds meldingen te doen van uitbreidingen die onder de 1 mol blijven? (ook bekend als salami-tactiek)

Het betreft hier een toename van < 0,05 mol/N/ha per PAS periode. Indien een activiteit in cumulatie met andere activiteiten met betrekking tot dezelfde inrichting in de periode waarvoor het programma geldt een depositie veroorzaakt > de grenswaarde dient een Nbw vergunning aangevraagd te worden.

Als iedereen de eerste dag een melding indient, dan is de pot gauw leeg toch? Is dat handig?

Nee, dat is absoluut niet handig, daarom adviseren wij alleen een melding te doen wanneer u ook daadwerkelijk van plan bent om op korte termijn een activiteit te realiseren.

Wordt ontwikkelingsruimte voor een PAS-periode (dus 6 jaar) vastgesteld?

Ja, ontwikkelingsruimte wordt per PAS periode, per Natura 2000-gebied, per hexagoon vastgesteld.

Is de beschikbare stikstofruimte voor iedereen in te zien?

Nee, althans niet voor initiatiefnemers op het niveau van hexagonen. Bevoegd gezag (provincie) heeft dit inzicht. In de PAS gebiedsanalyses is per gebied de beschikbare ontwikkelingsruimte inzichtelijk gemaakt. Deze analyses (behorende bij het ontwerp PAS programma) zijn in te zien op: http://pas.natura2000.nl/pages/gebiedsanalyses.aspx

Wordt de beschikbare ontwikkelruimte per hexagoon inzichtelijk in AERIUS? Wat is de verwachting van de ontwikkelruimte in omliggende provincies?

Deze ontwikkelruimte is per Natura 2000-gebied in te zien via de opgestelde PAS gebiedsanalyses. Deze analyses (behorende bij het ontwerp PAS programma) zijn in te zien op: http://pas.natura2000.nl/pages/gebiedsanalyses.aspx

Waar komt de stikstofruimte vandaan? Alleen landbouw of ook andere sectoren?

Hiervoor wordt naar paragraaf 4.2 Uitgangspunten bepaling depositie- en ontwikkelingsruimte van het (ontwerp) PAS programma verwezen, zoals in te zien op http://pas.natura2000.nl/pages/documenten-terinzagelegging.aspx

Als de ontwikkelruimte op is? Wat dan, alle gebieden verlaagd naar 0,05 mol N/ha ontwikkelingsruimte per PAS periode?

Als de ontwikkelingsruimte op is, kan deze pas weer in een volgende PAS periode worden afgegeven. Wellicht bestaat er nog wel de mogelijkheid van middeling van 35 mol, of heeft de sector zelf (aanvullende) reductiemaatregelen genomen, waarvan een deel ten goede komt als ontwikkelingsruimte voor die sector. De verlaging naar 0,05 mol/N/ha per PAS periode heeft te maken met het verlagen van de grenswaarde als 95% van de beschikbare depositieruimte voor activiteiten onder de generieke grenswaarde is benut. Door het verlagen van de grenswaarde naar 0,05 kunnen activiteiten niet meer met een melding worden afgedaan.


Antwoord

Wat betekent het als met een project meer dan 3 mol is gemoeid binnen de PAS-periode? Kan dit niet worden vergund ivm strijd met de provinciale beleidsregel?

Klopt, maar onder bijzondere omstandigheden kan hiervan worden afgeweken

Is het mogelijk om, onder voorwaarden, af te wijken van de beleidsregel van 3 mol?

Ja, dit is mogelijk en hangt af van de specifieke omstandigheden.

Die 3 mol gaat het dan om de hoogste depositiebijdrage of een gemiddelde? Bij wegen zit je daar al snel boven, bv. de Westerbaan die langs het gebied ligt/komt.

Het gaat om de hoogste bijdrage op een hexagoon. Bij de Westerbaan, die vlak langs het Natura 2000-gebied Meijendel & Berkheide loopt, zit je daar inderdaad gauw boven.

De maximaal 3 mol en gebruik binnen 2 jaar geldt dit ook voor andere provincies?

Ja, in een enkele provincie is een andere grens gehanteerd, omdat er meer dan voldoende ontwikkelingsruimte is of te weinig.

Artikel 3, lid 4 van de beleidsregel maakt het mogelijk af te wijken van de beleidsregel. Kunnen jullie die afwijking toelichten? Ik denk bv aan de situatie van een complex bedrijf dat een aantal jaren nodig heeft om op te starten.

Het is inderdaad mogelijk om af te wijken van de realisatietermijn van 2 jaar als daar gegronde redenen voor zijn.

In hoeverre dient de ontwikkelingsruimte binnen 2 jaar benut te worden? Is dit enkel de realisatie van een nieuwe stal of moet de nieuwe stal dan ook al vol staan?

Het gaat niet alleen om de bouw van de stal maar ook om het gebruik van de ontwikkelingsruimte. Wij kunnen ons voorstellen dat de stal niet van de ene op de andere dag vol staat. In ieder geval moet er sprake zijn van een bedrijfsmatige omvang. Per situatie zullen wij beoordelen of er aanleiding al dan niet een gedeelte van de ontwikkelingsruimte terug te vorderen.

1 mol toename ten opzichte van de referentie of van de KDW?

Ten opzichte van de referentie

12

Recommend Documents