1 Welkom bij de Driespronggroep!

Inhoud 1  Welkom bij de Driespronggroep!..............................................................2 Scouting.................................................................................................2 Scouting Driesprong...............................................................................3 2  Speltakken................................................................................................4 Bevers....................................................................................................4 Welpen...................................................................................................4 Kabouters...............................................................................................5 Verkenners.............................................................................................5 Gidsen....................................................................................................5 Rowans/Sherpa’s ..................................................................................5 Pivo’s.....................................................................................................5 3  Alles wat je moet weten............................................................................6 Waar en wanneer?.................................................................................6 Lid worden..............................................................................................6 Uniform...................................................................................................7 Je installatie… en daarna.......................................................................7 Overvliegen............................................................................................9 Contributie..............................................................................................9 4  Activiteiten..............................................................................................10 Weekends............................................................................................10 Zomerkamp..........................................................................................11 Feestdagen..........................................................................................13 Vakanties.............................................................................................13 5  Achtergrond............................................................................................14 Doelstellingen.......................................................................................14 Organisatievorm...................................................................................14 6  Meer informatie......................................................................................16 7  Tot slot...................................................................................................17

najaar 2005

1

1  Welkom bij de Driespronggroep! De kans is groot dat je pas voor het eerst kennismaakt met de wereld van  Scouting. Misschien ben je net een keer bij de welpen komen kijken. Of je  bent zelf vroeger lid geweest en denkt erover je zoon of dochter diezelfde  avonturen te laten beleven. Hoe dan ook, hier volgt wat uitleg over het idee  achter Scouting en wat je bij de Driespronggroep kan verwachten. Delen van deze tekst zijn overgenomen uit andere bronnen. Als je wil, kan  je het hele verhaal nalezen op www.scouting.nl.

Scouting Aan het begin van de twintigste eeuw zag Lord Baden­ Powell hoe veel jongeren hun jeugd doelloos door leken te  brengen. Hij dacht dat vooral jongens wel geïnteresseerd  zouden zijn in spelen rond de verkenningstechnieken die  hij uit het leger kende. Met die activiteiten zouden zij de  wereld om zich heen, en daarmee zichzelf kunnen  ontdekken. Baden­Powell begon zijn beweging in 1907  aan de hand van zijn boek Scouting for Boys. Het werd  een geweldig succes, en vanaf 1910 konden ook meisjes  meedoen. Scouting in Nederland begon ook in 1910. In dat jaar werden de eerste  Verkenners­troepen gevormd in een paar steden. Ook werd toen de eerste  landelijke organisatie opgericht: de Nederlandse Padvinders Organisatie.  De NPO ging in 1915 samen met de Nederlandse Padvinders Bond en  heette van toen af De Nederlandse Padvinders (NPV). De NPO en NPV  waren voor jongens van alle godsdiensten, maar desondanks richtten de  rooms­katholieken hun eigen organisatie op in 1938, de Katholieke   Verkenners, hoewel de twee organisaties op veel gebieden samenwerkten.  Scouting voor meisjes begon in 1916 met de oprichting van het Nederlands   Meisjes Gilde, later omgedoopt tot Nederlands Padvindsters Gilde (NPG).  Deze werd later gevolgd door een aparte katholieke organisatie, de  Nederlandse Gidsen Beweging.

2

informatieboekje

In 1973 zijn NPV, NPG, KV en NGB gefuseerd tot een organisatie genaamd  Scouting Nederland. De Engelse naam Scouting werd toen gekozen om  niet de voorkeur te geven aan één van de oorspronkelijke organisaties.

Scouting Driesprong In 1933 is onze groep, onder de naam Mgr. Hamergroep, begonnen met  alleen verkenners. Later zijn daar welpen en nog later ook voortrekkers  bijgekomen. Geheel in de geest van de tijd waren dit speltakken voor  jongens. In 1963 is de Anne Frankgroep opgericht voor meisjes: gidsen en  kabouters. Beide groepen zijn in 1972 gefuseerd tot Scouting Driesprong  Breda, en inmiddels is er praktisch geen onderscheid meer. Alleen een  bijzonder insigne op het uniform herinnert nog aan de oorsprong van de  groep. De naam is ontleend aan de buurt waar de groep is ontstaan: de  driesprong waar de wegen naar Breda, Oosterhout en Tilburg bij elkaar  komen (de gelijknamige kerk op die plaats is in 1995 afgebroken). De Maalderij in een ver   verleden. Op de plaats   van het woonhuis is nu de   vuurkuil; één knotwilg leeft   nog. Het molenhuis (voor)   en de grote schuur   (rechts) zijn sindsdien   enorm veranderd.

Het molenhuis in 2005: in het grote gebouw boven de   kabouter­ en gidsenzolder, beneden het welpen­ en   verkennerslokaal, in het midden het voorhuis en   rechts de ruimte van de bevers.

najaar 2005

3

2  Speltakken Je vindt het vast het leukst om om te gaan met anderen die ongeveer net  zo oud zijn als jij. Daarom zijn alle scoutinggroepen in Nederland verdeeld  in speltakken. Niet iedere groep heeft alle speltakken, en ook bij de  Driespronggroep moet soms een speltak even stoppen als er te weinig  leden zijn. Hier stellen we alle speltakken aan je voor. leeftijd 4 – 7   7 – 11 11 – 15 15 – 18 18 – … 

jongens

meisjes bevers welpen kabouters verkenners gidsen rowans sherpa’s pivo’s

dag & tijd zaterdag 10.15 – 11.45 zaterdag 10.00 – 12.00 vrijdag 19.00 – 21.00 vrijdag 19.00 – 22.00 vrijdag 21.00 – … 

Bevers Voor jongens en meisjes van 4 tot 7 jaar. De bevers spelen  iedere week in Hotsjietonia, het huis van Lange Doener. Vaak  komen zijn vrienden Scheuremaar, Pompedomp en Lappezak  op bezoek. Samen met de bevers beleven ze allerlei  avonturen. Zo zijn ze bezig met tekenen, schilderen, luisteren  naar verhalen. Vaak spelen ze met Lange Doener, want die kent heel veel  spelletjes. Deze activiteiten spelen zich af in vier interessegebieden: sport  en spel, buitenleven, stille momenten en expressie.

Welpen Voor jongens van 7 tot 11 jaar. Welpen zijn jonge wolven, en  voor hen is er net zo’n themaverhaal als bij de bevers. Jagend  door de rimboe ontdek je de hele wereld. Vaak merk je niet veel  van het rimboe­verhaal, maar ga je met de andere welpen  gewoon een speurtocht lopen, pionieren (houten palen aan  elkaar knopen) of hutten bouwen in het bos. Als het kan gaan de welpen  graag naar buiten. Gelukkig is het bos dichtbij.

4

informatieboekje

Kabouters Voor meisjes van 7 tot 11 jaar. We gaan naar Bambilië. Dat is  het land waar de Kabouters spelen. “Maar waar ligt dan  Bambilië,” zul je vragen. Tja, als je er echt graag naar toe wilt,  dan kom je er vanzelf! Bij Snorrega ga je de grens over. Een  reis vol avontuur begint. Spelen, knutselen, dansen, het gebeurt  allemaal in de dorpjes van Bambilië. 

Verkenners Voor jongens van 11 tot 15 jaar. Verkenners, samen met de  gidsen wel scouts genoemd, leren spelenderwijs hun eigen  verantwoordelijkheid te nemen. Als je een snelle kabelbaan  bouwt of tenten opzet zie je dat je zelf en vooral samen meer  kan dan je eigenlijk dacht.

Gidsen Voor meisjes van 11 tot 15 jaar. Of je nou wel of niet bij de  kabouters bent geweest toen je jonger was, bij de gidsen is altijd  wel iets leuks en spannends te beleven. Een spel in het bos  bijvoorbeeld, of koken op een tafelvuur. 

Rowans/Sherpa’s  Voor jongens/meisjes van 15 tot 18 jaar. Deze  speltakken maken hun eigen avontuur. Vaak letterlijk  over de grens. De wereld ligt aan je voeten. 

Pivo’s Gemengd, van 18 tot 24 jaar. Het rare woord pivo is een  afkorting van de vroegere pioniersters (meisjes) en voortrekkers  (jongens). Hier kan je je talenten verder ontwikkelen. Zonder  leiding natuurlijk, een volwassen expeditie. Sommige pivo's zijn  leiders of leidsters bij andere speltakken. Dat is geen toeval:  doorstroming wordt aangemoedigd zodat ervaring en tradities binnen de  groep bewaard blijven. Bovendien is het gewoon leuk om te doen! najaar 2005

5

3  Alles wat je moet weten Als je net bij een groep komt die je nog niet kent, is alles nieuw en  spannend. Je moet de namen van al die mensen proberen te onthouden en  uitvinden wat er van je verwacht wordt. Dan helpt het als je al weet waar je  moet zijn en wat er gaat gebeuren. 

Waar en wanneer? Alle speltakken komen bij elkaar in het gebouw van de Driespronggroep: de  Maalderij, gelegen bij de grens tussen Breda en Teteringen. Bevers, welpen  en kabouters zijn daar te vinden op zaterdagmorgen. Alle oudere  speltakken zijn er op vrijdagavond. Alleen de pivo’s beginnen later omdat zij  vaak ook leiding zijn bij andere speltakken. Op pagina 4 staan de tijden. Soms zijn er activiteiten buiten deze tijden of op een andere plaats. Iedere  speltak houdt een paar keer per jaar een weekend, waarbij de groep  overnacht op de Maalderij. In de zomervakantie gaat de hele groep een  week op kamp, telkens naar een andere stad of dorp. Als er iets bijzonders  gaat gebeuren krijg je dat te horen van de leiding van je speltak. Op  bladzijde 11 vind je een lijst met spullen die je meestal mee moet nemen op  een weekend of kamp. Zodra je besluit bij de groep te blijven kan je  beginnen die dingen te verzamelen (tip: zet ze op je verlanglijstje!). Iedere scoutinggroep heeft andere tijden voor de opkomsten. Als je er om  één of andere reden vaak niet kan zijn, is dat geen reden om met Scouting  te stoppen: misschien is er een groep in de buurt waar de tijden je beter  uitkomen.

Lid worden Je mag vier weken komen kijken om te zien of Scouting iets voor jou is. Als  je voor de eerste keer komt vragen we je naam en adres, zodat we je op de  hoogte kunnen houden van de activiteiten. Nadat je een maand hebt  meegedaan, hopen we dat je besluit om te blijven. Daarvoor geven de  ouders/verzorgers toestemming aan de leiding (behalve voor pivo’s, want  die zijn meerderjarig), die dan je naam doorgeeft aan de ledenadministratie.  Zo weet Scouting Nederland ook dat je erbij hoort. Je krijgt dan regelmatig  een tijdschrift thuisgestuurd. 6

informatieboekje

Als je besluit te blijven word je echt deel van de groep. Je mag dan een  (kaal) uniform dragen, zodat je aan iedereen kan laten zien dat je erbij  hoort. Na een tijdje moet je dan ook beloven dat je je aan de regels zult  houden. Je installatie (zo heet dat) gebeurt op een speciale dag en je  ouders mogen erbij zijn.

Uniform Vanaf het moment dat je hebt gezegd dat je wil  blijven mag je al een uniform dragen, al zitten er  dan nog geen tekens (insignes) op. Bevers  hebben een rode trui met Lange Doener erop;  kabouters en welpen dragen een appelgroene  blouse; gidsen en verkenners een kaki (beige)  blouse; rowans, sherpa's en pivo's laten zelf  blauwe truien maken. Nieuwe bevertruien en alle  blouses kan je zelf gaan halen bij de Scoutshop:  in Breda aan de Boschstraat 21, open op  woensdag van 14.00 tot 17.00 uur, op  donderdag van 19.00 tot 21.00 uur, en op  zaterdag van 9.00 tot 13.00 uur. Ieder jaar krijg je een nieuwe Scoutshop­ catalogus als je staat ingeschreven bij Scouting Nederland. Je kan ook kijken of er bij je speltak toevallig nog een tweedehands uniform  in de kast hangt. Je doet er tenslotte maar een paar jaar mee en niet  iedereen bewaart hem. Heb je een internetverbinding, kijk dan ook eens op  websites zoals marktplaats.nl.  Als je er één hebt mag je ook al een groepsdas dragen. Da's vooral handig  bij programma's waar ook mensen van andere Scoutinggroepen bij zijn: dan  zijn we je niet zo gauw kwijt.

Je installatie… en daarna Al snel krijg je van je leiding te horen wanneer ze je willen installeren.  Meestal wachten ze daarmee tot er een paar nieuwelingen tegelijk klaar  voor zijn. Mochten ouders of verzorgers er behoefte aan hebben om nader  kennis te maken met de leiding (gewoon voor de gezelligheid of vanwege  bijzondere omstandigheden), dan doen we dat graag. We kunnen dan ook  vertellen wat we doen en wat we belangrijk vinden: daar zijn we serieus  mee bezig. najaar 2005

7

Op de dag van je installatie mag je je familie meebrengen. Alle insignes  voor op je uniform liggen dan ook klaar. Dat zijn op zijn minst: • • • • •

het Scouting Nederland­insigne (paars/gele lelie, midden op de  linkerborstzak) het speltakteken (zie pagina 4, midden op de rechterborstzak) het naambandje (Anne Frankgroep voor de meisjes, Mgr. Hamergroep  voor de jongens, bovenaan de rechtermouw) het Scouting Driesprong­insigne (onder het naambandje) de groepsdas met een dasring

De laatste drie worden speciaal voor onze groep gemaakt. We zouden ze  graag cadeau doen, maar alle insignes moeten op die dag worden betaald.  Soms krijg je ook gelijk een bandje of ander teken dat aangeeft in welk  nest, volkje, patrouille of ronde je zit. Meestal moet dat op de linkermouw.  Nadat je beloofd hebt je aan de spelregels te houden hoor je er echt bij.  Alleen nog even al die insignes netjes op je uniform zetten, dan kan het  jaren mee… en die jaren vliegen voorbij. Laten we even vooruit kijken. Als je oud genoeg bent om naar een andere speltak over te vliegen overlegt  de leiding van je huidige en toekomstige speltak met elkaar, met jou en je  ouders. Op de afgesproken datum wordt er meestal iets bijzonders gedaan  om de overgang te vieren. Daarna begint eigenlijk alles weer opnieuw: je  bent weer de jongste, en er valt een hoop te ontdekken. Je moet ook weer  aan een nieuw uniform zien te komen, en na een tijdje word je weer  geïnstalleerd. Zo kom je uiteindelijk bij de pivo's, maar daarmee hoeft het niet afgelopen  te zijn. Je kan altijd zelf leider of leidster worden bij een andere speltak –  alles wat je daarvoor nodig hebt is wat tijd, enthousiasme en een beetje  inzicht (en dat is te leren). Ook op andere manieren kan je bij de groep  betrokken blijven. Er zijn altijd mensen nodig voor het organiseren van  activiteiten en het onderhoud van het terrein en de gebouwen. Mocht je besluiten de groep te verlaten, dan hoort de leiding van je speltak  dat het liefst van je ouders. Een briefje mag, maar hoeft niet. Opzeggen  mag zonder opgaaf van redenen, maar vooral als het gaat om iets anders  dan verhuizen horen we graag wat we beter hadden kunnen doen. Ook als je dit hele verhaal niet onthoudt gaat alles vanzelf goed. We  wensen je een fijne tijd toe bij onze groep.

8

informatieboekje

Overvliegen Als je ouder wordt, ben je toe aan iets anders. Je wil meer zelfstandigheid  en dingen doen die beter bij je leeftijd passen. Soms heeft de leiding van je  speltak dat zelfs eerder door dan jij zelf. Hoe dan ook, voor iedereen komt  het moment waarop je moet overvliegen naar een andere speltak. Je hebt  misschien even tijd nodig om aan het idee te wennen, en als je eenmaal de  stap hebt gezet ben je weer de jongste. Je wordt dan ook opnieuw  geïnstalleerd, maar je hoeft er verder weinig voor te doen. De grootste stap  is wel van de zaterdagmorgen (van kabouters of welpen) naar de  vrijdagavond (naar gidsen of verkenners). De leiding bekijkt voor iedereen afzonderlijk wat het beste moment is om  over te vliegen. Ook in overleg met je ouders kan dat misschien een half  jaar eerder of later zijn dan je dacht. Als het maar even kan ga je met een  groepje leeftijdsgenoten zodat je bij de nieuwe speltak niet helemaal in je  eentje bent. Daar kom je trouwens ook de mensen tegen die je zijn  voorgegaan. Als je vragen hebt, kan je altijd bij de leiding terecht.

Contributie Omdat de contributie per maand betaald dient te worden, gaat die in op de  eerstvolgende volle maand nadat je besluit lid te worden. Het bedrag en het  rekeningnummer staan achterop iedere uitgave van de Blik­Op, ons  groepsblad. Als het goed is heb je er één bij dit boekje gekregen, of anders  wel een papiertje waar ook belangrijke namen en adressen op staan.  Vergeet vooral niet te vermelden voor wie er betaald wordt (met naam en  speltak erbij graag) en over welke periode. Dat maakt de administratie een  stuk eenvoudiger. Als er in je gezin een BredaPas is, krijg je de helft korting  op contributie en kampgeld. Vraag de leiding of de  penningmeester om meer informatie.

najaar 2005

9

4  Activiteiten De programma's van elke speltak zijn erg gevarieerd.  Vaak werkt de leiding met een programma dat is  opgesteld voor drie maanden of een half jaar. Niet altijd  wordt het volledig bekend gemaakt: graag houdt de  leiding de mogelijkheid om met activiteiten te schuiven  afhankelijk van het weer en de beschikbaarheid van  mensen en materiaal. Als er iets bijzonders gaat  gebeuren krijg je dat natuurlijk enige tijd vooraf te horen.  Dat kan zijn omdat je iets mee moet brengen, of omdat  je op een andere plaats en/of tijd verwacht wordt. Als je eens niet kan komen op een vrijdag of zaterdag, laat dat dan  minstens een paar dagen tevoren weten. Vaak is het voor het programma  belangrijk dat de leiding vrij precies weet hoeveel mensen er komen. Voor alle speltakken zijn er regelmatig terugkerende activiteiten. De  belangrijkste noemen we hier.

Weekends Een keer of twee per jaar overnacht je met je hele speltak op de Maalderij.  Vaak begint zo'n weekend op vrijdagavond en loopt het tot zaterdag­ of  zondagmiddag door. Je hebt dan meer tijd om te bouwen of te lopen, voor  een groot kampvuur, en voor gezelligheid natuurlijk. En dat zonder je  ouders erbij, behalve op het gezinsweekend dat om het jaar in mei wordt  gehouden. Dan zijn zelfs je broers, zussen, opa's en oma's welkom om hun  tent of caravan mee te brengen.

10

informatieboekje

Zomerkamp Elk jaar kan je maar beter de eerste week van de  zomervakantie vrijhouden voor het kamp. In een  gebouw of in tenten (meestal alleen gidsen en  verkenners) beleef je een week lang van alles wat thuis  niet kan of niet mag. De jongste speltakken blijven in  Nederland of België, de rowans, sherpa's en pivo's  zoeken het regelmatig wat verder. Omdat een week wel  erg lang is voor bevers blijven zij vaak maar één of twee  nachten slapen. De welpen en kabouters gaan doorgaans van  zondagmiddag tot vrijdagmiddag weg, de verkenners en gidsen van  zaterdagmorgen tot vrijdagmiddag, en de ouderen plakken er nog wel eens  een dag aan. Bevers, kabouters en welpen worden door de ouders  gebracht (al dan niet carpoolend), verkenners en  gidsen fietsen naar hun kampterrein als het niet te ver  is en de rowans, sherpa's en pivo's regelen hun eigen  vervoer. De pivo's gaan ook vaak pas de tweede week  van de zomervakantie, zodat leiding bij andere  speltakken ook met hun andere groep mee kan. Elke  vijf jaar is het kamp een groepskamp: alle speltakken blijven dicht bij elkaar  en doen sommige activiteiten samen. Al een paar maanden voor het kamp zal de leiding vragen of je meegaat,  want het aantal deelnemers is erg belangrijk. Enige tijd later worden de  ouders/verzorgers uitgenodigd voor een ouderavond op de Maalderij, waar  alle belangrijke informatie wordt besproken. Ook wordt dan het kampgeld in  ontvangst genomen voor de kinderen die zeker weten dat ze meegaan.  Hopelijk geeft de avond ook voldoende duidelijkheid voor iedereen die nog  twijfelt, zodat die alsnog besluiten om mee te gaan. Dit is de beste  gelegenheid voor vragen en opmerkingen, ook als die van vertrouwelijke  aard zijn. Of om afspraken te maken over het vervoer, bijvoorbeeld. Op een weekend of kamp heb je wel van alles nodig.  Hier geven we een voorbeeld van een bagagelijst.  Voor een kamp neem je natuurlijk meer kleding en  handdoeken mee dan voor een weekend. Je krijgt een  gedetailleerde lijst voor je op reis gaat, en daar kan  nog meer op staan. Vooral oude lakens zijn favoriet;  spaar ze maar vast.

najaar 2005

11

• • • • • • • • • • • • • • • • • • •

luchtbed of matje, met pomp èn stopjes indien nodig (liever geen  stretchers vanwege de ruimte en het inklapgevaar) slaapzak onbreekbaar bord, mok en bestek (Mepal bijvoorbeeld) pyjama of ander nachtgoed – denk aan de temperatuur voldoende ondergoed voldoende (warme) kleding voldoende handdoeken en washandjes stevige schoenen regenkleding, laarzen zwemkleding toiletspullen (zeep, tandenborstel en pasta etc.) waszakken voor droge en vochtige was (tip: kussensloop) zaklamp voor verkenners en gidsen: goede rugzak voor verkenners en gidsen: wasteiltje  voor verkenners en gidsen: zakmes (optioneel) boeken en/of spelletjes, knuffeldier (computerspelletjes alleen als het  geluid uit kan) niet teveel snoep niet meer dan het afgesproken zakgeld

Het is verstandig om op alles wat je meeneemt duidelijk en onuitwisbaar je  naam te zetten. Laten we dat nog eens zeggen: zet overal duidelijk je naam  op! Er blijven soms zelfs jassen en slaapzakken achter. Een bagagelijst aan  de binnenkant van het kofferdeksel helpt, samen inpakken ook.

12

informatieboekje

Feestdagen Elk jaar worden bijzondere dagen als carnaval, Sint Nicolaas en Kerstmis  gevierd. Daarbij wordt vaak ook de familie uitgenodigd.

Vakanties Als een feestdag of schoolvakantie samenvalt met een vrijdag of zaterdag,  is er meestal geen opkomst. Het vakantierooster wordt al een jaar vooraf  vastgesteld en geldt voor de hele groep.

najaar 2005

13

5  Achtergrond Als je net bij de groep komt ben je nog druk bezig met ontdekken wat er  allemaal te doen is. Maar vooral als je ouder wordt of ouder bent wil je vast  meer weten over de organisatie.

Doelstellingen Scouting Driesprong onderschrijft de doelstellingen van Scouting Nederland  volledig. Op de website staat daarover het volgende: Scouting Nederland stelt zich ten doel: het bevorderen van het   Scoutingprogramma in Nederland, op grondslag van de ideeën van Lord   Baden­Powell, om daarmee een plezierige beleving van de vrije tijd te   bieden aan meisjes en jongens, waardoor een bijdrage wordt geleverd   aan de vorming van hun persoonlijkheid. (uit: “Scouting Vademecum 1997/1998”). De bovengenoemde ideeën van Lord Baden­Powell omvatten: • • • • • • •

Ontplooiing en ontwikkeling van het individu Groeiende zelfstandigheid Wet en belofte  Veelzijdige activiteiten  Hulpbereidheid en hulpvaardigheid Buitenleven Internationale verbondenheid 

Organisatievorm De Driespronggroep is ondergebracht in een stichting (en heeft dus geen  winstoogmerk). Er zijn drie soorten leden van de Stichting Scouting  Driesprong: •

de ‘betalende’ leden, dat zijn de bevers, welpen, kabouters, verkenners,  gidsen, rowans, sherpa’s en pivo's;

•

de groepsraad, bestaande uit de staf (leiding) en andere betrokkenen  met verantwoordelijkheid, zoals de beheerder, de materiaalmeester etc.

•

het bestuur: de voorzitter, secretaris, penningmeester etc.

14

informatieboekje

De groep is een zeer open organisatie; iedereen kan met voorstellen  komen. Alle leden van de groepsraad hebben stemrecht. Op regionaal niveau worden activiteiten georganiseerd voor groepen in een  bepaalde streek, en ook de cursussen die door aankomende leiders en  leidsters moeten worden gevolgd voor zij kunnen worden geïnstalleerd. Het Landelijk Bureau te Leusden behartigt alle belangen van Scouting  Nederland. Een deel van de contributiegelden wordt hieraan afgedragen.

najaar 2005

15

6  Meer informatie Dit is de derde editie van dit informatieboekje. Misschien beantwoordt het  niet al je vragen. De leiding van je speltak weet veel meer dan we hier  kunnen opschrijven, dus vraag het hen gerust als je meer wil weten. Dat  kan vóór, tijdens of na een opkomst, maar je kan ook bellen of e­mailen. Als  het gaat om iets wat iedereen zou moeten weten, nemen we dat op in een  volgende uitgave van dit boekje. Het kan gebeuren dat je je zorgen maakt om iets en niet graag wil dat  iedereen dat te horen krijgt. Het kan gaan over pesten, of misschien heb je  er gewoon niet zoveel zin meer in. Kies dan iemand van de leiding die je  vertrouwt, en vraag of je erover kan praten. We luisteren altijd, we proberen  de problemen op te lossen en je hoeft niet bang te zijn dat we iets  doorvertellen. Ook voor de ouders: we hebben ervaring met dingen als  heimwee en onzekerheid. Aarzel niet om ons erover te spreken – een  belangrijk doel van Scouting is om kinderen te helpen bij het opgroeien. Ook voor praktische zaken als verhuizen en betalingen is de leiding het  eerste aanspreekpunt. Toch staan de telefoonnummers van bijvoorbeeld de  secretaris en penningmeester gewoon achterop het groepsblad, de Blik­Op.  Natuurlijk hopen we dat je het steeds naar je zin hebt, maar als je er ook  met de leiding niet uitkomt, is er altijd nog de groepsbegeleiding die kan  bemiddelen. Zie, alweer, de achterkant van de Blik­Op.

16

informatieboekje

7  Tot slot Je staat aan het begin van een avontuur dat jaren gaat duren. Later zal je  merken dat het een deel van je leven is geworden. Het belangrijkste is dat  je plezier hebt bij alles wat je doet, ook al ligt een programma je eens niet  zo, of heb je na de vakantie moeite om weer op gang te komen. Je zal  ongemerkt veel leren zonder dat je in een saaie klas hoeft te zitten. Het is  wat je er zelf van maakt. Nogmaals: welkom bij de groep!

najaar 2005

17

Notities

18

informatieboekje

ruimte voor koffievlek

najaar 2005

19