JAARVERSLAG 2003
Stadsregio Rotterdam Postbus 21051 3001 AB Rotterdam telefoon: 010-4172389 fax: 010-4047347 e-mail:
[email protected] website: www.stadsregio.rotterdam.nl
Inhoudsopgave 1
2
Inleiding.................................................................................................... 4 1.1
Wetgeving.............................................................................................. 4
1.2
Rijksbeleid.............................................................................................. 4
1.3
Regionaal beleid ...................................................................................... 4
1.4
Communicatie......................................................................................... 5
1.5
Bedrijfsvoering........................................................................................ 6
1.6
Mutaties in het dagelijks bestuur ................................................................ 6
Bestuurlijke Zaken..................................................................................... 7 2.1
Wetgeving.............................................................................................. 7
2.2
Gemeenschappelijke regeling..................................................................... 7
2.3
Samenwerking met andere overheden......................................................... 7
3
Communicatie ............................................................................................ 9
4
Verkeer en vervoer .................................................................................. 11
5
6
7
4.1
Algemeen beleid.................................................................................... 11
4.2
Infrastructuur ....................................................................................... 11
4.3
Openbaar vervoer exploitatie ................................................................... 13
4.4
Flankerend beleid .................................................................................. 14
Ruimtelijke Ordening, Wonen en Economie ............................................... 17 5.1
Ruimtelijke beleid.................................................................................. 17
5.2
Verstedelijkingsconvenant ....................................................................... 18
5.3
Wonen en stedelijke vernieuwing.............................................................. 18
5.4
Economie ............................................................................................. 21
Ontwikkeling ........................................................................................... 22 6.1
Jeugdzorg ............................................................................................ 22
6.2
Werk en Inkomen.................................................................................. 23
6.3
Volwasseneneducatie ............................................................................. 23
6.4
Groen.................................................................................................. 23
6.5
Milieu .................................................................................................. 24
Bedrijfsvoering ........................................................................................ 26 7.1
Personeel en organisatie ......................................................................... 26
7.2
Huisvesting en facilitaire zaken ................................................................ 26
7.3 Informatie en Communicatie technologie (ICT) en Documentaire informatievoorziening (DIV)...................................................................... 26
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
2
7.4
Financiën ............................................................................................. 27
Bijlagen ........................................................................................................ 29 1
Samenstelling regioraad per 31 december 2003............................................. 30
2
Publicaties in 2003 ................................................................................... 32
3
De resultatenrekening 2003 op hoofdlijnen ................................................... 33
4
Balans per 31 december 2003 .................................................................... 35
5
De gemeenten in de stadsregio................................................................... 37
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
3
1 Inleiding De stadsregio Rotterdam is een slagvaardig, op uitvoering gericht regionaal bestuur dat via een integrale aanpak zaken tot stand brengt, die gemeenten afzonderlijk niet kunnen realiseren. De stadsregio werkt aan een goed bereikbare regio met een sterke concurrentiepositie en een aantrekkelijk woon-, leef- en vestigingsklimaat. De stadsregio versterkt daartoe de economische, ruimtelijke en sociale samenhang van de regio. Aan deze ‘missie’ werd ook in 2003 weer voortvarend gewerkt, dit ondanks het feit dat stagnerend rijksbeleid dat niet altijd eenvoudig maakte.
1.1
Wetgeving
Hoewel in 2002 nog werd geconstateerd dat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vast hield aan zijn opvatting dat verplichte regionale samenwerking na de Kaderwet moest worden ondergebracht in de Wet gemeenschappelijke regelingen, leefde aan het begin van 2003 even de hoop dat toch verdergaande, aparte wetgeving mogelijk zou zijn. De uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen in januari gaf immers aanleiding te veronderstellen dat er een CDA – PvdA kabinet zou komen. Vanuit de stadsregio, maar ook door de vier grote steden (G4) en door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), werd bij de kabinetsinformateur aangedrongen op het opnieuw oppakken van het voorstel van Wet bestuur in stedelijke regio’s, zoals dat eind 2001 door het kabinet Kok-II was ingediend. Toen na verloop van tijd duidelijk werd dat er geen CDA – PvdA kabinet zou komen, maar een kabinet bestaande uit CDA, VVD en D66 en dat de oude minister van BZK ook de nieuwe zou zijn, was het evident dat de minister zijn plannen voor het onderbrengen van verplichte regionale samenwerking in de Wgr verder zou gaan uitwerken. In nauwe samenwerking met de VNG en de G4 leverde de stadsregio een belangrijke bijdrage aan het ‘oprekken’ van de kabinetsplannen voor de zogenoemde Wgr-plus, zodat deze regeling nu naar verwachting alle bestaande taken en bevoegdheden zal gaan omvatten. Via de nieuwe Wet ruimtelijke ordening moet daarnaast nog wel een aantal aanscherpingen worden verwezenlijkt dat de stadsregio in staat stelt om regionaal strategische locaties te (laten) ontwikkelen. In het overleg over de Wgr-plus tussen BZK, VNG en IPO werd een voor alle partijen aanvaardbaar compromis bereikt over de relatie tussen provincie en regio: de provincie beperkt zich tot bovenregionale afstemming. Dit algemene uitgangspunt werd geconcretiseerd in constructieve afspraken tussen gedeputeerde staten van Zuid-Holland en dagelijks bestuur van de stadsregio, waarbij vooral de bereidheid van GS om zijn budgethouderschap met betrekking tot de stedelijke vernie uwing te delegeren aan de stadsregio opviel. Geconstateerd kan worden dat er vanuit het provinciehuis een nieuwe wind waait, waarmee de kansen op vruchtbare samenwerking en afstemming aanzienlijk toenemen.
1.2
Rijksbeleid
1.3
Regionaal beleid
Nadat op 27 mei 2003 het kabinet Balkenende-II aantrad, werden een Nota Ruimte (voorheen: Vijfde Nota RO en Structuurschema Groene Ruimte II) en een Nota Mobiliteit (voorheen: Nationaal Verkeers- en Vervoerplan) in het vooruitzicht gesteld. In haar eigen planontwikkeling heeft de stadsregio zo veel mogelijk geanticipeerd op deze voor haar beleid zeer belangrijke rijksnota’s.
In samenwerking met de provincie Zuid-Holland werd in de ontwikkeling van het Ruimtelijk Plan Regio Rotterdam 2020 (RR2020) een mijlpaal bereikt: in september kon de nota Koers en Inzet door gedeputeerde staten van Zuid-Holland en het dagelijks bestuur van de stadsregio Rotterdam worden vastgesteld. Daarna is voortvarend aan het voorontwerp RR2020 gewerkt, dat in het voorjaar van 2004 gereed moet zijn, zodat het RR2020 medio 2005 vastgesteld kan worden. De regionale Woonvisie, een belangrijke bouwsteen voor het RR2020, werd in 2003 vastgesteld. Als uitwerking daarvan werd onder meer ‘Elk zijn deel’ opgesteld, een discussienotitie waarin wordt aangegeven langs welke weg een begin kan worden gemaakt aan het oplossen van het kernprobleem: de onbalans in de verdeling van de sociale woningvoorraad over de regio. In december werd de regionale Economische Visie vastgesteld. Gestreefd wordt naar meer planologische reserveringen voor bedrijfsterreinen en versnelling van de ontwikkeling van nieuwe en herstructurering van bestaande terreinen; dat alles uiteraard in regionale samenwerking. Voorts kwam de regionale structuurvisie detailhandel tot stand. Nu de sturing van het rijk vermindert, vormt deze structuurvisie het handvat om te bepalen welke detailhandelswensen in de regio worden geaccommodeerd en op welke locaties.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
4
Nadat eerst de nieuwe zone-indeling in het openbaar vervoer de gemoederen in beweging bracht, moest de stadsregio vervolgens, gedwongen door rijksbezuinigingen, de subsidies voor het openbaar vervoer verlagen. De sociale functie van het openbaar vervoer is daarbij zoveel mogelijk ontzien. De regiogemeenten zijn in staat gesteld om via de stadsregio extra openbaar vervoer in te kopen. In 2003 was voor het eerst sprake van aanbesteding van openbaar vervoer binnen de regio, en wel op Voorne-Putten en Rozenburg. Om een zorgvuldige gang van zaken te waarborgen werd een gedragslijn voor bestuurders en ambtenaren opgesteld. Dat ook de inschrijvers van mening waren dat zorgvuldig is gehandeld, mag blijken uit het feit dat geen enkel bezwaarschrift is ingediend. Na het verwerken van de reacties op het voorontwerp werd in juni het ontwerp Regionaal Verkeers- en Vervoerplan (RVVP) in procedure gebracht. Dit leidde in december tot de vaststelling van het RVVP 2003 – 2020. Aan de RET werden de opdrachten verstrekt voor realisering van de TramPluslijn IJsselmonde, de Nesselandelijn en de Carnisselandelijn. Voor de Ridderkerklijn werd een begin gemaakt met de planstudiefase. De uitvoering van RandstadRail is in 2003 zichtbaar geworden, onder andere bij Sint Franciscus. Het boortunneldeel van RandstadRail is aanbesteed. Met Haaglanden is overeenstemming bereikt over concessieverlening van RandstadRail aan de RET. Bij Rotterdam Centraal is het versoberde programma van eisen vastgesteld en vond de architectenselectie plaats. De verwachte decentralisatie van de financiële middelen voor infrastructuurprojecten tot € 225 miljoen, de zogenoemde GDU-plus, vond helaas in 2003 nog geen doorgang. Naar verwachting zal de decentralisatie nu begin 2004 worden geëffectueerd. In Zuidvleugelverband zijn er met de minister van Verkeer en Waterstaat afspraken gemaakt over herprioritering van MIT-projecten. Hierbij heeft de minister € 210 miljoen extra vrijgemaakt voor de aanleg van de A4 Delft – Schiedam, waarmee de realisatie financieel zeker is gesteld. De minister heeft tevens toegezegd € 12,5 miljoen te zullen storten in het Fonds Bereikbaarheidsoffensief, vooral bedoeld voor kleinere wegprojecten, waaronder de N57-Harmsenbrug. Voor de verbreding van de A15 werd in het MIT de uitvoeringstermijn met twee jaar vertraagd (naar 2008 – 2015). De voorbereiding van het ontwerp-tracébesluit werd voortgezet. In relatie met de realisatie van een tweede Botlektunnel werd een tolstudie verricht. Voor de periode 2003 – 2006 werd een meerjarenprogramma milieu opgesteld. Hierin zijn de milieuactiviteiten en –programma’s opgenomen die in deze jaren worden uitgevoerd. Voorts werd de subsidieverordening milieu vastgesteld. Het Regionaal Groenblauw Structuurplan 2 (RGSP2) is voor wat betreft de visie op de groenblauwe structuur vrijwel afgerond. Voorts is een begin gemaakt met de ontwikkeling van het daarbij behorende uitvoeringsstrategieplan. Er is een impuls gegeven om een aantal groenakkoordprojecten sneller in uitvoering te krijgen. Het beleidskader jeugdzorg 2004 – 2007 en de daarbij behorende begroting kon slechts voorlopig worden vastgesteld. Niet alleen was er in december 2003 nog onvoldoende zicht op de rijksmiddelen voor 2004, ook bleek dat in 2003 meer was uitgegeven dan begroot. Er is een onderzoek gestart naar de precieze omvang van de overschrijding. In de kadernotitie ‘Sociaal Beleid’ werden de – overigens bescheiden – ambities van de stadsregio op dit terrein neergelegd. In het daaraan gekoppelde werkprogramma werd aangesloten bij de activiteiten die reeds in gang waren gezet, zoals inburgering en integratie, toeleiding naar de arbeidsmarkt en het inrichten van een kennisnetwerk. Een belangrijk deel van deze activiteiten wordt gefinancierd door een subsidie van de provincie Zuid-Holland. Nog juist voor het einde van het jaar kon met de provincie een bestuursovereenkomst worden getekend waarin de subsidie voor de komende drie jaren is veiliggesteld. Onderzocht is of de stadsregio een eigen rol zou moeten spelen op het terrein van de integrale veiligheid. Nadat bleek dat dit tot een overlap met activiteiten van de begeleidingscommissie integrale veiligheid van de politieregio Rotterdam-Rijnmond zou leiden, werd besloten om geen eigen activiteiten te ontplooien en in plaats daarvan aan de genoemde commissie financiële middelen over te dragen voor een halve formatieplaats, die vooral zal worden benut om kennisuitwisseling in de regio te bevorderen.
1.4
Communicatie
In 2003 werd een begin gemaakt met de uitvoering van het in 2002 vastgestelde actieplan Communicatie met de burger 2002-2006. Er werd een campagne op RTV Rijnmond gestart. Het relatie-
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
5
beheer werd verder uitgebouwd met een nieuwe relatiemagazine. De informatievoorziening naar de raadsleden werd versterkt, maar het realiseren van direct contact via bijeenkomsten bleek in ieder geval in het najaar niet te realiseren. In 2003 werd de nieuwe website in gebruik genomen met voorzieningen die de gemeenten en regioraadsleden sneller en gemakkelijker toegang bieden tot belangrijke beleidsinformatie.
1.5
Bedrijfsvoering
De door het kabinet bij zijn aantreden aangekondigde bezuinigingen misten hun weerslag op de gemeenten niet. Dit leidde er toe dat binnen de gemeenten ook de bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen kritisch werd bezien. Voor de stadsregio betekende dit een ingreep in de begroting 2004, die sluitend moest worden gemaakt door aanwending van de algemene reserve. In constructief overleg met de gemeenten kon aan het einde van het jaar worden afgesproken dat vanaf 2005 de gemeentelijke bijdrage met tien procent wordt verlaagd en dat de indexering van de bijdrage wordt gekoppeld aan een voor de gemeenten meer bevredigend kengetal. In 2003 sprak het dagelijks bestuur de intentie uit om het personeel van de stadsregio, dat nu nog wordt beheerd door de bestuursdienst van de gemeente Rotterdam, in eigen dienst te nemen. De bestuursdienst Rotterdam gaat zich concentreren op zijn kerntaken, en het beheren van het personeel van de stadsregio hoort daar nu eenmaal niet bij. Nu bovendien de stadsregio een permanente wettelijke basis krijgt in 2005, is het ook gepast om het personeel gewoon in eigen dienst te nemen. Naar verwachting zal de overgang, die voor het personeel uiteraard met de nodige waarborgen wordt omkleed, plaatsvinden per 1 januari 2005. 1.6 Mutaties in het dagelijks bestuur Aan het einde van het jaar werd duidelijk dat het dagelijks bestuur een van zijn leden zou moeten afstaan: de heer J.F. Koen, portefeuillehouder wonen, stedelijke vernieuwing en vinex, verruilt zijn wethouderschap in Maassluis voor het burgemeesterschap van Zederik. Een heugelijk feit; voor de stadsregio echter een gevoelig verlies.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
6
2 Bestuurlijke Zaken 2.1
Wetgeving
Na de verkiezingen van 22 januari 2003 leek het erop dat de politieke constellatie in de vorm van een coalitie CDA-PvdA gewijzigd zou worden. Door de Kaderwetgebieden is in samenwerking met de G4 en de VNG intensief gepoogd een aangescherpte Wet bestuur in stedelijke regio’s opnieuw voor het voetlicht te brengen. Uiteindelijk werd het echter een coalitie van CDA, VVD en D66. Bij brief van 28 januari 2003 verzocht (de demissionaire) minister Remkes de Kaderwetgebieden de samenwerkingsbehoefte op grond van de specifieke regionale opgaven in kaart te brengen. Bij brief van 19 maart 2003 werd dit verzoek nader gespecificeerd. Tevens werd in deze brief aangedrongen op afstemming met de provincies. De rapportages dienden uiterlijk op 1 juli 2003 aan de minister toegezonden te worden. In het hoofdlijnenakkoord en de regeringsverklaring van het inmiddels aangetreden kabinet Balkenende 2 was niets opgenomen over regionale samenwerking. Minister Remkes deelde bij brief van 18 juni 2003 mede dat het kabinet Balkenende 2 had besloten de beleidsnotitie Wgr-plus te beschouwen als het kader voor nader vorm te geven samenwerking in stedelijke regio’s. Tevens werd medegedeeld dat het wetsvoorstel Bestuur in stedelijke regio’s daarom zou worden ingetrokken. Ook werd uitstel verleend voor het insturen van de gevraagde rapportage tot 1 september 2003. Tenslotte werd in de brief overleg aangekondigd in oktober 2003 met Kaderwetgebieden, VNG en IPO. De stadsregio heeft de door de minister gevraagde inventarisatie op 26 juni 2003 ingediend. Op 30 september 2003 heeft de minister overleg gevoerd met Kaderwetgebieden, VNG en IPO. Op verzoek van de minister heeft op 7 oktober 2003 overleg tussen gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland en het dagelijks bestuur van de stadsregio plaatsgevonden. Provincie en stadsregio bleken op één lijn te zitten. Zo werden tijdens het gesprek onder meer afspraken gemaakt over mogelijke delegatie van het ISV-budgethouderschap. Op 29 oktober 2003 heeft vervolgens overleg plaatsgevonden tussen minister, stadsregio en provincie Zuid-Holland. Mede gezien het feit dat IPO en VNG inmiddels een compromis hadden bereikt over de bevoegdheden van de Kaderwetgebieden op het gebied van de ruimtelijke ordening hadden ook de gesprekken met de overige Kaderwetgebieden en provincies een bevredigend verloop. Dit heeft erin geresulteerd dat de Kaderwetgebieden hun huidige bevoegdheden behouden en dat kaders gesteld zijn voor de bevoegdheden op het gebied van de ruimtelijke ordening na in werking treding van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening. Op 29 oktober 2003 heeft Algemeen Overleg plaatsgevonden tussen minister Remkes en de Vaste Commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van de Tweede Kamer. In dit overleg steunde de commissie de lijn die is uitgezet door de minister. Op 19 december 2003 heeft de ministerraad ingestemd met het wetsvoorstel Wijzigingswet Wgrplus. Het wetsvoorstel is nog in 2003 ter advisering aan de Raad van State aangeboden.
2.2
Gemeenschappelijke regeling
In 2003 heeft het dagelijks bestuur de gespreksronde langs alle gemeenten in de stadsregio voortgezet en afgerond. Deze gespreksronde, op basis van het beleidsprogramma Partners in regionaal bestuur, was bedoeld om de band tussen het regiobestuur en de gemeentebesturen te verstevigen. De gespreksronde is op 18 december afgerond met een bezoek aan de Rotterdamse gemeenteraad. Verder is in 2003 besloten het merendeel van de commissievergaderingen op één vaste middag te houden. Dit is de woensdagmiddag één week voor de vergadering van de regioraad geworden. Door de vergaderingen volgtijdelijk te organiseren, wordt verwacht dat bestuurders hun tijd doeltreffender kunnen besteden (door reistijd te minimaliseren) en de participatiegraad toeneemt, waardoor ook het bestuurlijk draagvlak voor de oplossing van regionale problematiek wordt ve rgroot.
2.3
Samenwerking met andere overheden
Na de verkiezingen voor provinciale staten op 11 maart 2003 trad een nieuw college van gedeputeerde staten aan. Dit college kenmerkte zich al spoedig door een positieve en pragmatische houding tegenover de stadsregio. Eén en ander bleek uit het collegeprogramma, het constructieve overleg met gebiedsgedeputeerde en het overleg op 7 oktober 2003 over de Wgr-plusregeling. De samenwerking met de provincie in het kader van RR 2020 heeft in 2003 geresulteerd in de vaststelling van de Nota Koers en Inzet.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
7
De participatie in het samenwerkingsverband Regio Randstad is in 2003 voortgezet. Mede door de val van het kabinet Balkenende 1 en het als gevolg daarvan lange tijd stilliggen van nationale plannen zijn in 2003 weinig resultaten geboekt in het overleg met het Rijk. Wel heeft regio Randstad eind 2003 de inzet van de randstad in het kader van de Nota Ruimte bepaald. Ook de samenwerking in het kader van het Bestuurlijk Platform Zuidvleugel is voortgezet. Op 3 december 2003 heeft de bestuurdersconferentie van de Zuidvleugel plaatsgevonden. Op hoofdlijnen heeft instemming plaatsgevonden met het bestuurlijk document ‘De Zuidvleugel van de Randstad, Netwerkstad van bestuur en recht, kennis en logistiek’. Het document is aangeboden aan het kabinet als inzet voor de Nota Ruimte en de Nota Mobiliteit. In het kader van het Wgr-plustraject vonden in 2003 intensieve contacten plaats met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Ook vonden contacten plaats met het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu over de Nota Ruimte, de nieuwe Wet ruimtelijke ordening en de consequenties hiervan voor de stadsregio. Voorts vond overleg plaats over regionaal grondbeleid. Met het Ministerie van Verkeer en Waterstaat is frequent overlegd over projecten (o.a. Randstadrail), de Nota Mobiliteit en de GDU-plus. Tenslotte kan nog opgemerkt worden dat op initiatief van de lokale groeperingen uit de gemeenteraden in de stadsregio aandacht is geschonken aan mogelijke activiteiten van de stadsregio op het gebied van het bevorderen van integraal veiligheidsbeleid in de regio. Uit een inventarisatie van bestaande activiteiten bleek dat de beoogde activiteiten reeds worden opgepakt door de Begeleidingscommissie Integrale Veiligheid van de regionale politie RotterdamRijnmond. Daarom heeft de regioraad besloten deze commissie vooralsnog te ondersteunen met een bijdrage van € 20.000 voor 2003 en € 44.000 voor 2004.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
8
3 Communicatie Informatiecampagne In 2003 werd een aantal nieuwe initiatieven genomen om de stadsregio in communicatief opzicht sterker te profileren. Met deze activiteiten werd uitvoering gegeven aan het actieprogramma Communicatie met de Burger 2002-2006. In april 2003 startte de informatiecampagne op radio en tv Rijnmond. In vier blokken van zes aaneengesloten weken werden dagelijks drie- tot viermaal een tv-spotje uitgezonden en zesmaal een radiospotje. Er zijn vier verschillende tv-spotjes gemaakt en acht verschillende radiospotjes. Elk spotje behandelt één van de werkterreinen van de stadsregio. Gezamenlijke geven ze een totaalbeeld van het werk van de stadsregio. De spotjes zijn ook te zien en te horen via de website van de stadsregio. In de campagne werden tweemaal gedurende een aantal weken speciale spotjes ingelast rond a ctuele thema’s. Zo werd in juni dagelijks een aantal malen een informatiespotje uitgezonden over de nieuwe zone-indeling voor het openbaar vervoer per 1 juli. In augustus en september werd een spotje uitgezonden waarin informatie werd gegeven over de inspraak op het Regionaal Verkeersen Vervoersplan. De campagne wordt in 2004 afgesloten met een afrondend blok uitzendingen in de maanden maart en april. In die periode zal het Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) een onderzoek doen naar de effecten van de campagne. Relatiemagazine In juni verscheen de eerste uitgave van het nieuwe relatiemagazine van de stadsregio: SR Perspectief. Het magazine ondersteunt vooral de communicatie met maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven binnen de stadsregio en belangrijke relaties buiten de stadsregio, bijvoorbeeld bij de provincie, ministeries, leden van de Tweede Kamer en belangenorganisaties. Het magazine biedt in woord en beeld vooral informatie over de strategische hoofdlijnen van het beleid van de stadsregio, haar projecten en belangwekkende zaken in de regio. Overigens wordt het magazine ook toegestuurd aan interne relaties van de stadsregio bij de gemeenten, hoewel zij via het Regiojournaal veel frequenter en meer in detail worden geïnformeerd over het actuele beleid van de stadsregio. In 2004 wordt via een lezersonderzoek onderzocht of de doelstellingen van het blad worden gehaald en of het voldoende voorziet in de informatiebehoefte van de doelgroepen. Website Na bijna een jaar van intensieve voorbereidingen kon in februari 2003 de stadsregio haar nieuwe website in gebruik nemen. Niet alleen is er op de website nu veel meer informatie te vinden, ook het serviceniveau van de website is sterk uitgebreid. Het zoeken naar informatie is een stuk g emakkelijker geworden via een geavanceerde zoekmachine en tal van links naar verwante onderwerpen, documenten of organisaties. Via de website zijn multimediapresentaties mogelijk. Zo zijn op de site presentaties te zien en kunnen korte filmpjes over elke gemeente in de regio worden bekeken. Een zeer belangrijke voorziening is de publicatie van vergaderstukken op de website. Zodra de stukken beschikbaar zijn kunnen ze worden gepubliceerd en worden belanghebbenden via een email attent gemaakt op de beschikbaarheid van de stukken. Hierdoor wordt aanzienlijke tijdwinst geboekt t.o.v. postverzending. Vooral ambtenaren en raadsleden van de gemeenten hebben hier profijt van. Bij vacatures kunnen er on line sollicitatieformulieren worden ingevuld. Ook kunnen er enquêtes via de website worden gehouden. Een deel van de inspraak op het Regionaal Verkeers- en Vervoersplan is via de website verlopen. Nieuwsbrieven Het Regiojournaal werd in 2002 in een nieuw jasje gestoken. In totaal verschenen er 26 nummers. Het Regiojournaal wordt gebruikt om raadsleden, bestuurders en belanghebbende ambtenaren in de regio te informeren over actuele beleidsontwikkelingen. Het Sociaal Bulletin vervult een zelfde functie voor het beleidsterrein van de Jeugdzorg, scholing, werk en inkomen. Het Sociaal Bulletin werd vorig jaar gestart als vervanger van twee afzonderlijk nieuwsbrieven. Het Sociaal Bulletin verscheen driemaal en werd vooral naar werkers in de jeugdzorg gestuurd. De kosten werden betaald uit een bijdrage van de provincie Zuid-Holland. Publieksinformatie In het najaar werd een grondig onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheid om de informatiepagina van de stadsregio in lokale huis-aan-huis-bladen te publiceren i.p.v. in de regionale bladen. Organisatorisch bleek dit zeer wel mogelijk te zijn. Het prijsverschil bleek echter aanzienlijk: op jaarbasis zou de publicatie circa € 110.000 meer gaan kosten. Belangrijkste oorzaak is de geringe winst-
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
9
marge en daardoor beperkte onderhandelingsruimte van lokale uitgevers. Een tweede oorzaak is dat een versnippering van het advertentievolume optreedt waardoor de mogelijkheden tot het afdwingen van kwantumkortingen aanzienlijk worden beperkt. Besloten is daarom vooralsnog de huidige situatie te handhaven en 2004 te benutten voor het onderzoeken van alternatieven voor huis-aan-huis-bladen, waarmee de 1,2 miljoen inwoners in de regio nog beter door de stadsregio kunnen worden bereikt en geïnformeerd. Pers De pers werd via persberichten (35 stuks), perspresentaties en persoonlijke contacten voorzien van informatie op maat, wat leidde tot een groot aantal publicaties. De publicaties werden wekelijks teruggekoppeld via de knipselkrant. Met name de inzet van de stadsregio bij de aanpak van de grootstedelijke problemen in Rotterdam en de presentatie van de regionale visie in ‘Elk z’n deel’ kreeg zeer uitvoerig en positief aandacht van de pers. Presentaties Veel van de communicatieactiviteiten werden ontplooid ter ondersteuning van de in dit jaarverslag beschreven beleidsprocessen. Vaak werd daarbij samengewerkt met derden, bijvoorbeeld met Rijkswaterstaat (Verkeer en Vervoer), de provincie (RR2020) en (Rotterdamse) diensten die in opdracht van de stadsregio taken uitvoeren, bijvoorbeeld de DCMR, de dS+V, het OBR, de RET en de GGD. Zo werd met de RET een campagne voorbereid ter begeleiding van de invoering van de nieuwe zone-indeling van het openbaar vervoer. Voor de portefeuillehouders in het dagelijks bestuur werden publieke optredens voorbereid. Een aantal voorbeelden: een toespraak voor ondernemers en bestuurders in de Hoeksche Waard over de ontwikkeling van het gebied in relatie tot de stadsregio, het startsein voor aanleg van RandstadRail, een presentatie van het nieuwe ruimtelijke plan voor de regio (RR2020) aan havenondernemers, presentatie van het regionale beleid voor stedelijke vernieuwing aan de pers, een presentatie van de stadsregio bij ondernemers in de regio Waterweg-Noord. Bijeenkomsten Voor verschillende doelgroepen werden bijeenkomsten georganiseerd. In het kader van RR2020 werd samen met de projectorganisatie een tiental consultatiebijeenkomsten gehouden voor gemeenteraadsleden en maatschappelijke organisatie in de regio. Samen met Rijkswaterstaat werd het jaarlijks fileplanontbijt georganiseerd en samen met de DCMR werd de presentatie van de Milieumonitor Stadsregio Rotterdam voorbereid. Voor het nieuwe RVVP werd het inspraakproces b egeleid. En voor de deelnemers aan regio Randstad werd samen met de bestuurdienst Rotterdam een werkbezoek aan de regio georganiseerd. De op 1 november geplande regiodag werd uitgesteld wegens achterblijvende inschrijving. Ook een werkconferentie over jeugd en ruimte moest om die reden worden uitgesteld. Een enquête onder raadsleden en bestuurders in de regio wees uit dat het gehele najaar voor hen geen geschikte periode is voor bijeenkomsten op regionaal niveau. De Woonvisie stadsregio Rotterdam werd in mei op de interactieve bijeenkomst ‘Klaar af!’ in de Schiecentrale in Rotterdam gepresenteerd. De uitwerking van het punt ‘kwaliteitsimpuls nieuwbouw’ uit de regionale woonvisie werd ondersteund met de productie van een werkmap Regionale woningkwaliteit. Tijdens een workshop in juli werden de betrokkenen vertrouwd gemaakt met de methodiek. En voor inwoners uit die regio die via de informatiepagina in de huis-aan-huisbladen een reactie hadden ingestuurd op het beleidsprogramma van het dagelijks bestuur werd een door hen zeer gewaardeerde excursie langs regionale projecten georganiseerd.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
10
4 Verkeer en vervoer 4.1
Algemeen beleid
Als gevolg van de kabinetswisselingen heeft de Nota Mobiliteit (voorheen Nationaal Verkeers- en Vervoersplan) vertraging opgelopen en wordt de vaststelling daarvan in 2004 voorzien. Het Rijk is geconfronteerd met hoge rekeningen uit het verleden. Eerder al was sprake van grote overschrijdingen bij de megaprojecten als de Betuweroute en de HSL. Daar zijn nu eveneens hoge rekeningen voor achterstallig onderhoud aan spoorwegen, hoofdwegennet en vaarwegen bijgekomen. Mede als gevolg hiervan zal het Rijk naar verwachting hoge prioriteit geven aan de betrouwbaarheid van de infrastructuur als leidend principe voor de Nota Mobiliteit. In het voorjaar van 2003 heeft de Commissie Mobiliteitsmarkt A4 (commissie Luteijn) een rapport uitgebracht. Naar aanleiding van de case Haaglanden is geconstateerd, dat de bereikbaarheidsproblematiek vooral een probleem is van regionale bereikbaarheid en dat deze problematiek via gebiedsgerichte aanpak en in samenwerking tussen betrokken partijen (overheid, bedrijfsleven, gebruikers) aangepakt moet worden. De onzekerheid over het beleid op rijksniveau is voor de stadsregio geen reden geweest om een afwachtende houding aan te nemen. De regioraad heeft op 17 december 2003 –na uitgebreide consultatie en inspraak- het Regionaal Verkeers- en Vervoersplan (RVVP) vastgesteld, inclusief een Uitvoeringsprogramma voor de eerste vier jaar. Het ambitieniveau van het RVVP is hoog. Dat vloeit voort uit de ruimtelijk-economische ambities van de stadsregio als Mainport, als onderdeel van de Randstad (Deltametropool), als centrum van de Zuidvleugel en als aantrekkelijk gebied om te wonen en te recreëren. Het RVVP kent doelstellingen die toegesneden zijn op die ambities en geeft houvast om via een gebiedsspecifieke aanpak samen met de wegbeheerders de uitvoering ter hand te nemen. Het RVVP vormt ook de basis voor de reactie op de Nota Mobiliteit. Binnen het kader van het Uitvoeringsprogramma RVVP is in 2003 gestart met het voorbereiden van uitvoeringsafspraken met de gemeenten en overige wegbeheerders in de stadsregio voor de periode 2004-2007. Deze afspraken worden vastgelegd in bestuurlijke overeenkomsten die begin 2004 zullen worden ondertekend.
4.2
Infrastructuur
Financiering
Net als in 2002 is ook in 2003 een akkoord bereikt van de Zuidvleugelpartners met de Minister van Verkeer en Waterstaat over de realisatie van een aantal grote projecten tot 2010. Daarbij is de rijksbijdrage voor de aanleg van de A4 Delft-Schiedam met € 210 miljoen verhoogd tot € 475 miljoen. Hierdoor is, in het licht van de door de regioraad gestelde voorwaarden, een ve rantwoorde aanleg van de weg binnen bereik gekomen. Door de budgettaire problemen van het Rijk, is de start van de verbreding van de A15 Maasvlakte-Vaanplein met twee jaar uitgesteld. In 2004 zullen definitieve afspraken worden gemaakt over de realisatie en aanvullende financiering van de Tweede Botlektunnel. De Minister heeft toegezegd een aantal knelpunten op het hoofdwegennet rondom de stadsregio aan te pakken: A12 Gouda-Woerden, A12/A20 en A15 bij Papendrecht. Tot slot is een rijksbijdrage van € 25 miljoen toegezegd voor regionale bereikbaarheid van de Zuidvleugel, vooral voor het oplossen van doorstromingsknelpunten op wegen. De decentralisatie van de verantwoordelijkheid voor infrastructuurprojecten tussen € 11,3 en € 225 miljoen is uitgesteld tot 1 januari 2004. In de Kadernota GDU+ heeft de regioraad in december 2002 de hoofdlijn van programmering en kostenbeheersing vastgelegd. Dit is opgenomen in het Uitvoeringsprogramma van het RVVP en het Regionaal Investeringsprogramma Verkeer en Vervoer (RIVV) 2004-2008. In 2003 is ten laste van de regionale fondsen (GDU, Fonds Bereikbaarheidsoffensief, Omslagfonds Vinex) voor ruim € 31 miljoen aan verplichtingen aangegaan. Voor wat betreft kleine projecten gaat het om 35 projecten waarvoor in 2003 beschikkingen zijn afgegeven. Voor grote projecten zijn 4 beschikkingen afgegeven ten laste van de GDU, waarmee voor € 10 miljoen aan verplichtingen is aangegaan.
Rijkswegen
Voor Rijksweg 15 tussen de Maasvlakte en het Vaanplein is het ontwerp-tracébesluit voor het g edeelte tussen Beneluxplein en Vaanplein voorbereid, zodat ter visielegging begin 2004 mogelijk is.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
11
Er is in opdracht van de stadsregio en Rijkswaterstaat een quick scan verricht naar de mogelijkheden van tolheffing op de A15. Het resultaat daarvan wordt betrokken bij het financieringsonderzoek voor de Botlektunnel, dat met de Minister is afgesproken. Aan de startnotitie voor (de voortzetting van) de tracé/merprocedure A4 Delft-Schiedam is in 2003 hard gewerkt. Nu het Rijk heeft besloten extra middelen ter beschikking te stellen, zal begin 2004 de tracé/merprocedure daadwerkelijk van start gaan. De provincie Zuid-Holland heeft tot taak om de financiële dekking van de samenhangende aanpak van het kwaliteitsprogramma MiddenDelfland met diverse betrokken partijen rond te krijgen. Bij de A13/A16 is in 2003 door het Rijk geen vervolg gegeven aan de in 2002 gemaakte afspraak over herstart van de planontwikkeling. Deze afspraak is in het overleg met de nieuwe Minister in november 2003 herbevestigd. De planontwikkeling zal daarom in 2004 gestart worden. Tevens is in 2003 gestart met een verkenning van de oplossing van het knelpunt op de knoop A13/N209. De Ministers van Verkeer en Waterstaat en VROM hebben positieve conclusies getrokken uit het experiment met de snelheidsbeperking tot 80 kilometer in Overschie. Naar aanleiding hiervan wordt dit experiment doorgezet en wordt een onderzoek verricht naar uitbreiding van deze aanpak op de A20 en de A16. Vooruitlopend hierop heeft de stadsregio een onderzoek gestart naar de wenselijkheid en mogelijkheid om deze aanpak op onderdelen van de ruit om Rotterdam in te voeren. Hierover wordt in 2004 gerapporteerd. Het Rijk is gestart met de voorbereiding van spitsstroken op de A13 ten noorden van Overschie en de A20 Terbregseplein.
Regionale wegen
Voor de N57 werd een verkennende studie uitgevoerd, volgens de maatstaven van het MIT. De studie werd eind 2003 afgerond en zal begin 2004, na bestuurlijk behandeling, aan de minister van Verkeer en Waterstaat worden aangeboden. De bouw van een nieuwe fietsbrug naast de Harmsenbrug en het vergroten van de capaciteit van de Harmsenbrug (extra rijstrook in noordelijke richting) leek in december, ook in financiële zin, dichte rbij gekomen. Voor de herinrichting van de Hartelbrug in 2x2 rijstroken en de bouw van een nieuwe fietsbrug is in het voorjaar een programma van eisen opgesteld. Het project werd vervolgens overgedragen aan de provincie Zuid-Holland. Door bijstelling van het Fonds Bereikbaarheidsoffensief werd voor een aanzienlijk deel in de financiële dekking van het project voorzien. Voor verbetering van de doorstroming op de Algeracorridor werd begin 2003 een studie afgerond en bestuurlijk geaccordeerd. De discussie over de dekking van de kosten van het plan was eind 2003 nog niet afgerond. De N470 tussen Rotterdam, Delft en Zoetermeer is in uitvoering. De oplevering van de Zuid- en Oosttak zijn gepland in 2006. De oplevering van de Westtak is vertraagd tot 2007 door procedurele problemen met de Habitat-richtlijn. Het Rijk heeft een subsidiebeschikking afgegeven voor de N209 Bleiswijk-Zoetermeer, waarmee de reconstructie van de aansluiting van de N209 met de A12 is zeker gesteld. Met de uitvoering wordt in 2004 en 2005 gefaseerd gestart. Voor het gedeelte van de N209 tussen Rotterdam en Bleiswijk is gestart met de planvorming voor de aanpak van de meest urgente knelpunten. Het betreft de verdubbeling van het gedeelte tussen Rotterdam en Bergschenhoek (getrokken door de provincie Zuid-Holland) en een aantal kleinere knelpunten op het gedeelte tussen Bergschenhoek en Bleiswijk (planstudie getrokken door de stadsregio). De eerste fase van de tweede ontsluitingsweg Hoek van Holland tot het Oranjekanaal is in uitvoering. De gemeente Rotterdam heeft een voorstel in voorbereiding voor aansluitende realisatie van het gedeelte tot aan de Pettendijk. In december 2003 is een bestuurlijke afspraak ondertekend met alle betrokken partijen over het totale project Westland/Hoek van Holland, waartoe naast de Tweede Ontslutiingsweg ook de Verlengde Veilingroute en het knooppunt Westerlee deel uitmaakt. De Parklane in Rotterdam wordt gefaseerd uitgevoerd. Het Giessenplein in vrijwel gereed, het deek Westzeedijk/Pelgrimstraat is in uitvoering en de voorbereidende werkzaamheden voor de Vierhavensstraat zijn gestart. De voorbereiding voor het uitbreiden van de afrit van de Brienenoordbrug naar het Kralingseplein is gestart. De uitvoering kan in het voorjaar van 2004 starten. In samenhang hiermee werken de gemeenten actief aan vervoermanagement op de aanliggende bedrijvente rreinen.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
12
Openbaar vervoer
De uitvoering van RandstadRail is gestart. In het najaar is de realisatie van de boortunnel aanbesteed. Als gevolg van bezwaarprocedures van een van de aannemerscombinaties, was gunning in 2003 nog niet mogelijk. Voor Rotterdam Centraal is het programma van eisen op hoofdlijnen vastgesteld. De architecte nkeuze ia afgerond. De stadsregio heeft zich in principe bereid verklaard om € 100 miljoen bij te dragen voor de onderdelen die betrekking hebben op de regionale openbaar vervoerinfrastructuur (waaronder de tramtunnel), onder voorbehoud van decentralisatie van de GDU+. In 2004 zal het voorlopig ontwerp worden gemaakt, op basis waarvan besluitvorming over het plan en de financiering kan plaatsvinden. In 2003 heeft de minister van Verkeer en Waterstaat de investeringsbijdragen toegekend voor de Nesselandelijn, Carnisselandelijn en de IJsselmondelijn. Deze projecten zijn samen met de Schiedam/Vlaardingenlijn de eerste projecten, die volledig onder verantwoordelijkheid van de stadsregio zijn voorbereid en in opdracht van de stadsregio worden gerealiseerd. De aanleg van deze lijnen is inmiddels in volle gang. Na jaren van voorbereiding is eind april de officiële starthandeling verricht voor de aanleg van de TramPlusverbinding tussen Rotterdam Centrum en de Vinex-locatie Carnissellande. Er wordt hard gewerkt om de lijn in het najaar van 2004 in gebruik te kunnen nemen. De aanleg van de Schiedam/Vlaardingenlijn verliep minder voorspoedig De projectorganisatie is herzien en er is een doorstart van het project met het project gemaakt. De lijn wordt een jaar later dan verwacht in explo itatie genomen. De verkenning van de Ridderkerklijn wijst uit, dat het realiseren van de HOV-verbinding naar Ridderkerk in de vorm van een TramPluslijn (namelijk het verlengen van IJsselmondelijn) de voorkeur heeft. De verkenning van de HOV-verbinding tussen NS-station Alexander en de 3 B-gemeenten is afgerond. In de planstudie wordt het tracé via de Hoeksekade, dat de Rotte kruist, verder uitgewerkt. Er is een begin gemaakt met de verkenning van het tramnet in het centrum van Rotterdam. Met name op de Coolsingel zullen zich een aantal knelpunten aandienen met de ingebruikname van de Carnisselande- en IJsselmondelijn.
4.3
Openbaar vervoer exploitatie
In de Wet personenvervoer 2000 is een verplichting opgenomen om nieuwe concessies voor het openbaar vervoer te verlenen na een procedure van aanbesteding. De primeur was voor concessiegebied Voorne-Putten en Rozenburg. Drie bedrijven dongen mee naar de concessie. De aanbieding van Connexxion kwam als beste uit de bus. De nieuwe concessie gaat in op 4 januari 2004 en heeft een looptijd van vier jaar met de mogelijkheid om deze met nog eens twee jaar te verlengen. Ondanks de noodzakelijke bezuinigingen biedt Connexxion o.a. hogere frequenties, nieuwe bussen met een lage vloer die ook toegankelijk zijn voor rolstoelgebruikers, dynamische reisinformatie en op nagenoeg alle lijnen zitplaatsgarantie. De rijksbijdrage in de exploitatie van het openbaar vervoer voor 2003 was door rijksbezuinigingen € 3,5 miljoen lager dan in 2002. Voor de gehele periode tot en met 2006 wordt een bezuinigingstaakstelling van € 12 miljoen verwacht. Deze bezuinigingen zijn zo omvangrijk, dat ze niet opgevangen kunnen worden met het vervallen van een enkele rit. Aan Connexxion en de RET is gevraagd om een lijnennet te ontwikkelen passend op het budget van 2006, rekening houdend met het in exploitatie nemen van de geplande nieuwe raillijnen. In 2003 heeft Connexxion een aantal aanpassingen in het voorzieningenniveau doorgevoerd. Voor een aantal aanpassingen, die strijdig zijn met het programma van eisen behorende bij de concessies, heeft de stadsregio ontheffing verleend. De RET heeft een herontwerp van het lijnennet ontwikkeld, dat stapsgewijs in de periode tot en met 2006 wordt ingevoerd.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
13
Herzonering
Per 30 juni 2003 is het besluit rond de herindeling van zones (uitwerking van het Actieplan Opbrengsten) in werking getreden. Dit zal naar verwachting leiden tot een verhoging van de reizigersopbrengsten voor de concessiehouders van € 4 miljoen per jaar.
Treintaxi
De NS heeft eind 2002 besloten om de Treintaxi’s te Maassluis en Schiedam op te heffen. De financiering van deze Treintaxi’s is overgenomen door de stadsregio.
SVOV
In 2003 hebben zich helaas weer tal incidenten voorgedaan die de noodzaak aantonen van het intensiveren van de maatregelen voor het bevorderen van sociale veiligheid. De aanpak van de sociale veiligheid is gebaseerd op het realiseren van het gesloten instapsysteem. In de metrostations worden tourniquets geplaatst en op alle trams zijn inmiddels conducteurs aanwezig.
OV-chipkaart
De tourniquets in de metro zullen vanaf eind 2004 alleen met de OV-chipkaart geopend kunnen worden. De RET heeft voor de metro een systeem besteld op basis van bestaande technologie bij East-West. In Hong Kong heeft men goede ervaringen met dit systeem.
Stedenbaan
Sinds enkele jaren voeren de regiobesturen in Zuid-Holland overleg met het rijk en NS Reizigers over de ontwikkeling van het stadsgewestelijk spoorvervoer. Vanuit die samenwerking hebben provincie Zuid-Holland, stadsgewest Haaglanden en stadsregio Rotterdam in Zuidvleugelverband een gezamenlijke toekomstvisie opgesteld over het stadsgewestelijk spoorvervoer: de Stedenbaan. Dit concept speelt in op de nieuwe rijksvisie op het spoorwegnet Benutten & Bouwen, die in de loop van 2003 gepubliceerd is. Met het Stedenbaanconcept kunnen geringe investeringen in de spoorinfrastructuur op korte termijn behoorlijke verbeteringen in het stadsgewestelijke spoorvervoer opleveren. Voorbeelden zijn een aantal nieuwe stations en een nieuwe, hoogfrequente stoptrein. In het najaar is een studie gestart naar de mogelijkheden om station Spaland in Schiedam in gebruik te nemen.
4.4
Flankerend beleid
Fileplan Regio Rotterdam
In 2003 heeft het Fileplanontbijt plaatsgevonden in Krimpen aan den IJssel met als thema ‘Schakels in de mobiliteit’. De term schakels refereert aan de verschillende vervoersmodaliteiten en de plaats die Fileplan inneemt in het veld van verkeer en vervoer. De nieuwe aanlegsteiger voor de Fast Ferry in Krimpen aan den IJssel werd feestelijk geopend. In 2003 heeft een heroriëntatie plaatsgevonden op het functioneren en de toekomst van Fileplan. Er is besloten om meer dan in de afgelopen jaren het op gang brengen en houden van relevante projecten centraal te zetten. Tevens is in het voorjaar van 2003 een gebruikersonderzoek onder vrachtwagenchauffeurs, automobilisten, motorrijders, (brom)fietsers en gebruikers van het openbaar vervoer gehouden. De uitkomsten leidden tot nieuwe aandachtspunten voor het Fileplan voor het afgelopen jaar en voor het werkprogramma van 2004. De voor 2002 geformuleerde speerpunten Samenwerken aan Dynamisch Verkeersmanagement (DVM) en Afstemming van wegwerkzaamheden bleven gehandhaafd. In het kader van het eerste speerpunt werd in het project Samenhangend Netwerk Regio Rotterdam een regelstrategie ontworpen en een daarop gebaseerd pakket maatregelen. Het project Stedelijke DRIP’s werd in juli in werking gesteld. Voor de werkzaamheden aan de Harmsenbrug (aansluiting aan de Calandtunnel) is het verkeersplan uitgevoerd, dat in 2002 in het project ‘Over de Brug’ werd bedacht in same nwerking van een groot aantal partijen. Andere speerpunten waren het verminderen van incidentele files en het bevorderen van alternatieven voor de auto. Zo startte in april de proef met een flexibel anti-kijkscherm om kijkfiles te voorkomen en werd een kaart tot stand gebracht met alternatieve routes die bij incidentele wegafsluitingen gevolgd kunnen worden. Voor carpoolpleinen werd met het project ‘Carpoolpleinen gelift’ een programma van eisen opgesteld en met de wegbeheerders besproken. Het doel hiervan is de kwaliteit van deze pleinen te verbeteren en het gebruik ervan te optimaliseren. In totaal omvatte Fileplan in 2003 35 projecten, waarvan verreweg de meeste volgens plan zijn verlopen en enkele vertragingen ondervo nden.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
14
Samenhangend netwerk
Het project ‘Samenhangend netwerk regio Rotterdam’ heeft tot doel te komen tot een optimale benutting van het beschikbare wegennet binnen de regio Rotterdam. Een globale visie op het gewenste gebruik van het wegennet werd vastgesteld. Voor de knelpunten werden oplossingen gezocht. Eind 2003 resulteerde dit in een pakket maatregelen, dat begin 2004 bestuurlijk zal worden behandeld. Realisatie is voorzien tussen 2004 en 2006.
Pilot Luteijn
In vervolg op het advies van de commissie Luteijn is in 2003 gestart met de voorbereiding van een pilot in de noordkant van de stadsregio. Het gaat daarbij om een stapsgewijze aanpak via informatie/communicatie, verstoringsmanagement en benutting via operationeel management naar eventueel niet te vermijden uitbreiding van capaciteit. Belangrijke uitdaging in deze aanpak is het betrekken van de gebruikers en het bedrijfsleven. In de pilot wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van lopende projecten, zoals Same nhangend Netwerk en projecten op de N209.
Bedrijfsvervoer
Op grond van de evaluatie van de regeling bedrijfsvervoer en in verband met de invoering van de euro is in 2002 de huidige Subsidieverordening Stimulering Bedrijfsvervoer van kracht geworden. De drempel om voor subsidie in aanmerking te komen is verlaagd van 500.000 naar 250.000 reizigerskilometer per aaneengesloten periode van zes maanden. Het uitsluiten van andere reisvergoedingen is vervallen. Tevens is de bijdrage per reizigerskilometer voor uitbesteed vervoer met 30 % en voor niet-uitbesteed vervoer met 65 % per reizigerskilometer verhoogd. De effecten van deze aanpassingen zijn voor het eerst in de uitbetalingen over 2003 te merken. Eind 2001 was het effect ingeschat op € 500.000 op jaarbasis. Er is in totaal voor € 650.000 aan subsidie toegekend. Dat is een stijging van € 250.000 ten opzichte het jaar ervoor.
Vervoermanagement
De uitvoering van vervoermanagementtaken is door de stadsregio in handen gelegd van het Ve rvoercoördinatiecentrum Rijnmond. Hiervoor heeft de stadsregio in 2003, vanuit de doeluitkering vervoermanagement, een bedrag ter beschikking gesteld van € 496.889. Met behulp van deze middelen zijn veel nieuw in onze regio gevestigde bedrijven geïnformeerd over de voordelen van vervoermanagement. Daarnaast is tijd geïnvesteerd in het opdoen van ervaringen met de zogenaamde locatiegebonden vorm van vervoermanagement In deze aanpak is vervoermanagement instrumenteel bij het oplossen van bereikbaarheids- en andere problemen. De aanpak op het bedrijvenpark Rivium in de gemeente Capelle aan den IJssel is hiervan een voorbeeld. Overheden werken hier samen met ondernemers in een streven het aandeel auto in het woon - werkverkeer te verlagen, met als gevolg dat de bereikbaarheid verbetert. Via de actie “Op de fiets werkt beter” tenslotte is in 2003 promotie gemaakt voor de fiets als ve rvoermiddel in het woon werkverkeer.
Fietsnetwerk
In het kader van de herijking van het regionale verkeers- en vervoersbeleid werd het regionale fietsnetwerk op onderdelen geactualiseerd. Bovendien zijn zoekgebieden gedefinieerd, die in overleg met de wegbeheerders zullen worden vertaald naar routes op de kaart. Er werden in 2003 ontbrekende schakels gerealiseerd, terwijl een aantal regionale fietsroutes op het gewenste kwaliteitsniveau werden gebracht.
Regionaal VerkeersMilieuKaart
De geactualiseerde en uitgebreide Regionale VerkeersMilieuKaart (RVMK) werd in het voorjaar vastgesteld. Omdat de openbaar vervoermodule nog niet geheel bleek te voldoen, werd de verbetering hiervan ter hand genomen.
Parkeren
In 2003 werden plannen ontwikkeld om het aantal parkeer- en reisplaatsen fors uit te breiden. Realisatie wordt grotendeels voorzien in 2004. De start van de proef met doelgroepparkeren bij station Alexander ondervond vertraging en wordt thans voorzien voor april 2004. Een analyse van de P+R locaties uit de nota ‘Parkeer- en Reisvoorzieningen’ werd eind 2003 afgerond. De analyse zal in 2004 leiden tot de programmering van nieuwe locaties voor de komende jaren.
Verkeersveiligheid
Voor verkeersveiligheid was 2003 voor Nederland geen goed jaar. Doordat de landelijke financieringsbronnen (ICES) opgedroogd bleken te zijn, moest het ambitieniveau worden verlaagd.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
15
Binnen de stadsregio heeft dit onderwerp op verschillende aandacht gekregen. De verkeersveiligheid in de regio werd geanalyseerd, waardoor de wegbeheerders op maat van informatie konden worden voorzien. Het jaar is gebruikt voor de aanpak van black spots, onveilige kruisingen en wegvakken. Op het vlak van educatie en voorlichting werden drie projecten uitgevoerd. Het jaar 2003 is verder gebruikt voor een herpositionering van de Regionale Projectgroep Ve rkeersveiligheid. Het RPV vormt het overleg tussen wegbeheerders en maatschappelijke organisaties binnen onze regio en heeft de positie van adviesorgaan van het dagelijks bestuur gekregen. Het voorzitterschap van dit overleg is in handen van de wethouder verkeer en vervoer van de gemeente Helevoetsluis, de heer P.D. Hofman.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
16
5 Ruimtelijke Ordening, Wonen en Economie 5.1 Ruimtelijke beleid Ruimtelijk Plan Regio Rotterdam 2020 (RR2020)
In 2003 is de samenwerking tussen de provincie Zuid-Holland en de stadsregio goed op gang gekomen. In september 2002 was al de formele bestuurlijke samenwerkingsovereenkomst getekend, en december 2002 is de gezamenlijk aangestelde projectleider van start gegaan. RR2020 is het gezamenlijke ruimtelijke plan van stadsregio en provincie, dat door de regioraad vastgesteld zal worden als regionaal structuurplan en door provinciale staten als herziening van het streekplan Rijnmond uit 1996. In oktober 2003 is de Nota Koers & Inzet bestuurlijk vastgesteld. Deze nota beschrijft de bestuurlijke opdracht voor het project RR2020 in drie hoofddoelstellingen: • het versterken van het groenblauwe raamwerk (o.a. groenvoorziening en w aterbeheer); • het verbeteren van de concurrentiepositie in economische netwerken (o.a. aanbod van nieuwe en herstructurering van bestaande bedrijventerreinen, infrastructurele maatregelen en aanpakken milieuknelpunten); • meer keuzemogelijkheden voor wonen, recreëren en ondernemen (o.a. aansluiten op veranderingen in de bevolkingssamenstelling en het creëren van wervende woon-, werk-, en verblijfsgebieden). Om deze ambities te kunnen verwezenlijken zal het RR2020 niet alleen een ruimtelijke visie, maar ook een regionale ontwikkelingsstrategie bevatten. In de tweede helft 2003 is gestart met het Voorontwerp, dat begin 2004 gereed zal zijn. Onderdeel van het proces zijn zes deelgebiedstudies waarbij gemeenten, deelgemeenten van Rotterdam en waterschappen actief zijn betrokken. De bestuurlijke Klankbordgroep van statenleden en regioraadsleden is na de statenverkiezingen opnieuw samengesteld Het definitieve RR2020 zal medio 2005 worden vastgesteld.
Zuidvleugel en Randstad
Op 3 december heeft de bestuurdersconferentie van de Zuidvleugel plaatsgevonden. Op hoofdlijnen is ingestemd met het bestuurlijk document ‘De Zuidvleugel van de Randstad, Netwerkstad van bestuur & recht, kennis en logistiek’. Het document is aangeboden aan het kabinet als inzet voor de Nota Ruimte en de Nota Mobiliteit. De Regio Randstad heeft in oktober 2003 het Ontwikkelingsbeeld Deltametropool vastgesteld. Het Ontwikkelingsbeeld geeft de visie van de randstadoverheden op de ontwikkeling van de Deltametropool en de activiteiten die hiervoor nodig zijn. Het vormt hiermee de strategische agenda voor het overleg met het rijk. In september is een werkbezoek georganiseerd voor bestuurders van de Randstadoverheden. In de portefeuillehoudersoverleggen van het Bestuurlijk Platvorm Zuidvleugel en het samenwerkingsverband Regio Randstad treedt de stadsregio mede namens de gemeente Rotterdam op. Na het stranden van de Vijfde Nota voor de Ruimtelijke Ordening door de val van het kabinet Kok voorjaar 2002 is er op rijksniveau weinig voortgang geboekt op het gebied van nationaal ruimtelijk beleid. Pas in oktober 2003 is het overleg tussen Randstad en rijk (in de vorm van de Bestuurlijke Commissie Randstad) weer opgepakt. Begin 2004 zal de Nota Ruimte verschijnen.
Projecten en samenwerkingsverbanden
Op bovenregionaal niveau participeert de regio in het project Rotterdam-Zoetermeer-Gouda. Doel is het maken van een Interregionale Structuur Visie. In 2003 is het opgavendocument vastgesteld, en is de atlas met de basisgegevens vanuit water, bodem, infrastructuur en programma gereed gekomen. Begin 2004 zal de structuurvisie gereed zijn. Met diverse buurregio’s (o.a. Hoeksche Waard, Zuid-Holland-Zuid, Haaglanden en Midden-Holland) is het overleg voortgezet over gezamenlijke belangen en mogelijke gezamenlijke projecten Pas na het vaststellen van de Nota Ruimte zullen hier meer concrete afspraken over gemaakt kunnen worden. Binnen de regio is de toekomstverkenning Waterweg-noord afgerond, en heeft de stadsregio bijgedragen aan studies voor o.a. Voorne-Putten en versterking van de kust tussen Hoek van Holland en Monster.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
17
Grondbeleid
Met steun van een expertteam met ambtelijke vertegenwoordiging van alle regiogemeenten is gestart met de uitwerking van een nieuw financieringssysteem voor de verstedelijkingsafspraken. Daarbij moet een opvolging bedacht worden voor het grondkostenfonds en het omslagstelsel dat bij de Vinex afspraken is ontwikkeld en dus rechtskracht heeft tot 2005. Omdat het rijk het maken van financiële afspraken voor de verstedelijkingsopgave heeft vertraagd, zal afronding plaatsvinden in 2004. Met het ministerie VROM afgesproken om gezamenlijk te onderzoeken of er een nieuw of ander instrumentarium voor grondbeleid, en mogelijk een daaraan gekoppeld RO instrumentarium, nodig is om een doelmatige uitvoering en financiering van regionaal strategische projecten voor elkaar te krijgen. Bij dit onderzoek, dat na de zomer is gestart, participeert ook de provincie. Er worden een drietal pilot projecten gebruikt als voorbeeld. Verder is er een start gemaakt met het ontwikkelingen van een uitvoeringsstrategie en daarbij behorend uitvoeringsprogramma gekoppeld aan RR 2020. Hierin zullen uiteindelijk de regionaal strategische projecten worden benoemd en worden voorzien van een opdrachtgever. In het uitvoeringsprogramma zullen de projecten ook gekoppeld worden aan de beschikbare financiële middelen.
5.2
Verstedelijkingsconvenant
5.3
Wonen en stedelijke vernieuwing
In maart 2002 heeft de stadsregio het Intentiedocument Verstedelijking 2000-2010 ondertekend. Hierin zijn samen met de rechtstreekse ISV-gemeenten Rotterdam en Schiedam (ISV=Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) en de provincie Zuid-Holland voorlopige afspraken met het rijk vastgelegd over nieuwbouw en transformatie van de woningvoorraad, verkoop en sloop van woningen, maar ook over kwesties met betrekking tot werklocaties, groen, milieu en infrastructuur, voor zover deze verband houden met de verstedelijkingsopgave. In overleg met partijen zijn de intentieafspraken uitgewerkt. De voorbereidende werkzaamheden voor de definitieve afspraken zijn inmiddels nagenoeg afgerond. Drie speerpunten stonden in 2003 centraal: • in kaart brengen (normatief) van de kostenkant van de verstedelijkingsopgave; • in kaart brengen spanningsveld RO en Milieu (knelpunten i.v.m. luchtkwaliteit, externe ve iligheid en geluid), en • uitvoeren van een compacte woningmarktanalyse, teneinde het oorspronkelijk vastgelegde programma te toetsen aan de actuele woningmarktsituatie. Op grond hiervan is de inzet voor de onderhandelingen met de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) over de d efinitieve afspraken voor de periode 20052010 bepaald. Naar verwachting kunnen in de eerste helft van 2004 definitieve afspraken worden gemaakt.
Woonvisie
Na een intensief en interactief proces dat in 2002 was gestart, heeft de regioraad op 19 maart 2003 de Regionale Woonvisie vastgesteld. Op 14 mei werd de Woonvisie gepresenteerd onder de titel ‘Klaar? Af!’. Deze presentatie markeerde de afsluiting van het proces van totstandkoming van de woonvisie (‘klaar’) en het begin van een verdere uitwerking en concretisering van de in de visie genoemde agendapunten en projecten (‘af’). De Woonvisie vormt de bijdrage van het beleidsveld wonen aan de doelstellingen die in het programma van het dagelijks bestuur zijn geformuleerd. Naast een strategische visie op de toekomst van het wonen in de regio moet de Woonvisie vooral als inspiratiebron voor gemeenten dienen (bijvoorbeeld voor gemeentelijke woonvisies) alsmede een uitdaging aan marktpartijen om investeringen te doen in de regio. Tegen de achtergrond van de wens om een kwaliteitssprong in het wonen te realiseren is de Woonvisie een document om richting te geven aan die investeringen, niet alleen in bestaande en nieuwe woningen, maar ook in woonomgeving en zelfs in de vestiging van kleine en grote ondernemingen Tevens is de Woonvisie een actiegericht document: via de regioagenda wonen worden themagewijs discussies gevoerd en oplossingen ontwikkeld voor problemen in de regio op het terrein van het wonen, en met de regioprojecten wordt uitvoering gegeven aan het verbeteren van de vitaliteit van de regionale woningmarkt. Na vaststelling in de regioraad is de regiogemeenten en de Maaskoepel nog de gelegenheid gegeven te reageren op de Woonvisie en is hen gevraagd aan te geven hoe zij kunnen bijdragen aan de
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
18
discussie rond de regioagenda wonen en aan de uitvoering van een of meer in de woonvisie genoemde regioproje cten. Deze reacties waren de eerste aanzet voor het werkplan uitvoering woonvisie dat begin 2004 zal worden gepresenteerd en vastgesteld.
Elk Zijn Deel
Begin september 2003 werd de discussienotitie Elk Zijn Deel gepubliceerd. Het is een concrete stap in de uitwerking van de Woonvisie. Elk Zijn Deel is gepresenteerd als uitwerking van de eerste twee agendapunten uit de regionale woonvisie: ‘Ruimte voor herstructurering’ en ‘Beschikbaarheid van de goedkope voorraad’. Uiteindelijk doel is de geformuleerde herstructureringsambities waar te kunnen maken, de concentratie van lage inkomensgroepen en kansarmen te verminderen en de leefbaarheid te verbeteren. Bovenal gaat het om de erkenning dat de grootstedelijke problematiek gemeentegrensoverschrijdend is en afstemming op regionaal niveau vereist. De in Elk Zijn Deel geschetste beleidsrichting krijgt begin 2004 nadere uitwerking in het zogenaamd Regionaal Koop-, Bouw- en Sloopscenario (RKBS), welke tevens is te beschouwen als nadere uitwerking (per gemeente) van het met het rijk te sluiten akkoord over de definitieve Verstedelijkingsafspraken. Voorts zal Elk Zijn Deel nader uitgewerkt worden door middel van flankerend beleid (maatwerk) op het terrein van de woonruimteverdeling en de stedelijke vernieuwing (ISV)
Stedelijke Vernieuwing
Als resultaat van de besprekingen met het rijk (minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) en gedeputeerde staten van Zuid-Holland met betrekking tot het takenpakket in het kader van de Wgr-plus (opvolger Kaderwet) is overeengekomen om uitwerking te geven aan een gedelegeerd regionaal budgethouderschap ISV voor de periode 2005-2010. Uitgangspunt is dat uitwerking plaats vindt binnen het kader van de Wet Stedelijke Vernieuwing. Achterliggende gedachte is dat hiermee kan worden bewerkstelligd dat het in de regio te besteden budget (van provincie, de rechtstreekse gemeenten en mogelijk een extra premie van het rijk) in regionaal verband effectief kan worden ingezet voor projecten en programma's die bijdragen aan oplossing van de grootstedelijke problematiek. Eind 2003 was het bestuurlijk overleg over de nadere opzet en uitwerking van het gedelegeerd budgethouderschap met de provincie en de rechtstreekse gemeenten (Schiedam en Rotterdam) nog gaande.
Verordening stedelijke vernieuwing
In 2002 heeft de regioraad voor de periode 2002-2004 voor een zestal speerpunten op het gebied van stedelijke vernieuwing een budget beschikbaar gesteld van € 13.600.000. Dit budget mag ingezet worden in bestaand stedelijk gebied in aangewezen postcodegebieden met een laag investeringspotentieel. De regeling wordt verplicht uit de rentebaten van het budget Besluit Woninggebonden Subsidies (BWS). De categorieën zijn: gebouwde parkeervoorzieningen, woon/werkwoningen, kinderspeelplaatsen, particuliere woningverbetering, planvoorbereidingskosten kleine gemeenten Het vervangen van schotelantennes door een centraal schotelantennesysteem De regeling is in 2002 moeizaam van start gegaan. In 2003 is het aantal subsidiebesluiten flink gestegen. Vooral voor de categorie ‘kinderspeelplaatsen’ is een toenemende belangstelling; eind december is nog een aanvraag voor subsidiëring van 10 kinderspeelplaatsen binnengekomen. In 2003 is de categorie ‘vervangen van schotelantennes door een centraal schotelantennesysteem’ aan de speerpunten toegevoegd. Ondanks de toename van het aantal aanvragen ten opzichte van 2002, staat het subsidiebeslag voor 2003 van € 577.787 (nog) niet in verhouding staat tot het beschikbare budget.
Besluit Woninggebonden Subsidies (BWS)
In 2001 is besloten uit de middelen in het kader van het Besluit Woninggebonden Subsidies (BWS) alleen nog ingrijpende verbeteringen aan particuliere huurwoningen in de gemeenten Rotterdam en Schiedam te subsidiëren. In 2003 is voor 202 particuliere huurwoningen een verplichting aangegaan. Hiermee is 44% van het beschikbare budget van € 7 miljoen benut. In het afgelopen jaar is een bedrag van € 4.2 miljoen aan oude BWS-verplichtingen komen te vervallen. In 2004 zullen er dus nog middelen voor continuering van de regeling beschikbaar zijn. 2004 is tevens het laatste jaar dat dit budget ingezet kan worden. Omdat niet verwacht wordt dat het beschikbare budget volledig wordt benut voor particuliere woningverbetering, is nog in 2003 besloten tot een verruiming van het aantal categorieën waarvoor in 2004 subsidie aangevraagd kan worden. Naast particuliere woningverbetering is de regeling nu ook opengesteld voor het reali-
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
19
seren van levensloopbestendige woningen, grote woningen, sociale koopwoningen en starterswoningen in voormalige bedrijfspanden. In december 2003 is aan de gemeenten gevraagd om voor 1 februari 2004 te melden of er initiatieven in deze categorieën te verwachten zijn.
Woonruimteverdeling
Bij de vaststelling van de vigerende Huisvestingsrichtlijn in september 2002 is aangekondigd dat de stadsregio per 1 juli 2003 over zou gaan op één samenhangend regionaal aanbodmodel via een door alle gemeenten en corporaties in de regio ondertekende ‘Overeenkomst Woonruimteverdeling’. De ontwikkelingen op de woningmarkt hebben echter geleid tot een brede discussie over de toekomst van de woonruimteverdeling. Daardoor is de termijn van 1 juli 2003 niet gehaald. De Maaskoepel heeft het debat over de toekomst van de woonruimteverdeling op touw gezet en onder de titel ‘Zonder regels waar het kan, sturen waar het moet’ voorstellen voor een nieuw stelsel gepresenteerd. Omdat dit zal leiden tot een door het ‘veld’ breed gedragen systeem heeft de stadsregio de uitkomsten van dit debat af willen wachten. Kern van de voorstellen van de Maaskoepel is het bieden van maximale keuzevrijheid aan woningzoekenden, ook of misschien wel juist in een tijd dat de woningmarkt onder grote druk staat. Zoals de titel al suggereert, vindt sturing (achteraf) alleen plaats waar dat strikt noodzakelijk is. Gezocht is naar een balans tussen de wens om te komen tot één open regionale woningmarkt en de behoefte (en soms ook noodzaak) tot specifieke afspraken in bijzondere situaties. Na bespreking in de commissie WSV in november heeft het dagelijks bestuur in december de uitgangspunten voor een nieuw regionaal woonruimteverdelingsstelsel vastgesteld. De discussie zal worden voortgezet en in 2004 worden afgerond.
Regionale Prestatie-afspraken
Onderdeel van het in maart 2002 ondertekende ‘Intentiedocument verstedelijkingsafspraken’ is het maken van regionale prestatieafspraken met de corporaties in de regio. In 2003 is een gezamenlijke werkgroep van Maaskoepel en stadsregio in het leven geroepen die hiermee aan de slag is gegaan. In januari 2004 zal een definitief concept voor bestuurlijke goedkeuring worden voorgelegd. De regionale prestatieafspraken omvatten meerjarige afspraken tussen de stadsregio en de Maaskoepel over de medewerking van de Maaskoepel(corporaties) de projecten uit de regionale woonvisie, de definitieve Verstedelijkingsafspraken, de principes van de discussienotitie Elk Zijn Deel en het RKBS-scenario. Het nieuwe stelsel van woonruimteverdeling zal eveneens een onlosmakelijk onderdeel van de prestatieafspraken zijn. De afspraken tussen Maaskoepel en stadsregio moeten een paraplu vormen voor prestatieafspraken op lokaal niveau.
Voortgang Vinex
Bij het inventariseren van de woningbouwplanning met het oog op definitieve verstedelijkingsafspraken, is duidelijk geworden dat met de huidige plannen de Vinex taakstelling van 53.000 woningen toevoegen aan de woningvoorraad tot en met 2004 niet gehaald zal worden. De minister is hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht. In de grote uitbreidingsgebieden dat in het licht van de algehele economische toestand, op diverse plaatsen een herontwikkeling in gang is gezet in de duurste woningbouwsegmenten. In Carnisselande/Portland ligt de woningbouwproductie op schema. In het begin van 2003 is door Europese regelgeving voor luchtkwaliteit onrust ontstaan met het oog op de bouwlocaties langs de A15. Een gedeeltelijke herontwikkeling van de betrokken bestemmingsplannen ingang gezet. De woningbouwtaakstelling voor de Vinex-periode ligt op schema. De helft van het aantal woningen is inmiddels gereed: op 24 november 2003 is de 5000 ste woning opgeleverd. De ontbrekende ontsluitende weginfrastructuur heeft als gevolg van het doorlopen van de diverse (wettelijke RO)procedures helaas nog geen versnelling ondergaan. In Berkel en Rodenrijs en de locatie Nesselande is de woningbouwproductie verder op gang gekomen. Met de gemeente Bergschenhoek is aan het eind van het jaar een principe afspraak gemaakt over nader onderzoek naar de mogelijkheden van de ontwikkeling van de Boterdorpse plas. In april 2004 zal bij het indienen van het voortgangsverslag voor de BLS-subsidie een gedetailleerd overzicht kunnen worden gegeven van de VINEX woningbouwproductie in 2003. In de jaarlijkse actualisatie van de meerjarenraming van het Grondkostenfonds en Omslagfonds Vinex wordt een uitgebreid overzicht gegeven van de financiële stand van zaken in de beide fondsen.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
20
5.4
Economie
Economische visie stadsregio
In de loop van 2003 is een economische visie ontwikkeld voor de stadsregio door NEI-Ecorys. Deze is in december 2003 vastgesteld. Door de oplopende werkeloosheid, door stagnerende economische groei en tegelijkertijd een aanhoudende groei van het aantal werkzoekenden, wordt een aantal maatregelen urgent. Dit betreft het verminderen van het tekort aan bedrijventerreinen, aanpak herstructurering van oude terreinen, vasthouden van hoger opgeleiden door het bieden van aantrekkelijker woonmilieus. De economische visie vormt het inhoudelijk kader voor het regionaal economisch beleid, en dient als de inzet voor besprekingen met provincie en rijk.
Actieplan Bedrijventerreinen
Voor de herstructurering bedrijventerreinen is met ETIN een prioritering ontwikkeld voor de fasering van de projecten, waarbij urgentie en practische uitvoerbaarheid per project een belangrijke rol spelen. Tevens is een pilotproject geselecteerd dat als voorbeeld moet gaan dienen voor de met de herstructurering van bedrijventerreinen samenhangende regelgeving en subsidiering van Rijk en provincie Zuid-Holland. Er is een indicatieve planning voor regionale kantorenlocaties gemaakt. Tevens neemt de regio deel in de jaarlijkse kantorenmarktonderzoeken van de gemeente Rotte rdam Er is een inventarisatie van opties voor nieuwe bedrijventerreinen gemaakt. Deze is samen met de kantorenplanning input voor RR2020.
Detailhandelsbeleid
De structuurvisie Detailhandel is begin 2003 vastgesteld. Over beleid en procedure is een folder samengesteld. In 2003 zijn 14 formele adviezen over de detailhandelsstructuur en vestiging van grootschalige detailhandel verstrekt en bestuurlijk vastgesteld. De regio neemt deel aan het koopstromenonderzoek van de provincie Zuid-Holland voor detailhandelplanning en -beleid. Tevens participeert de regio in economische onderzoeken op de schaal van de randstad.
Bedrijven Info Rijnmond
Bedrijven Info Rijnmond (BIR) heeft als serviceorganisatie voor het bedrijfsleven als hoofdactiviteit de promotie van de beschikbare bedrijventerreinen in de regio. In 2003 is een groot aantal activiteiten ondernomen om de regio te promoten, zoals contacten met externe adviseurs, het vervaardigen van documentatiemateriaal en het verstrekken van voorlichting, het verzorgen van presentaties op beurzen, de informatietelefoon en het informatieloket. De hoofdinstrumenten van BIR zijn het algemene informatiepakket, het jaarboek ‘Bedrijventerreinen in de Stadsregio Rotterdam’, de CD-ROM en de intersite. Het algemene informatiepakket van BIR bestaat uit de brochure ‘Een wereldhaven met wereldlocaties’, een lijst met contactpersonen bij gemeenten en de laatste uitgave van het periodiek ‘Ondernemen in de regio Rotterdam’. Het materiaal wordt elk jaar geactualiseerd. De CD-ROM wordt gebruikt bij de presentatie op beurzen en op het kantoor van BIR en bevat filmpjes van de 18 deelnemende gemeenten en luchtopnames van de 39 bedrijventerreinen die in 2003 in het boek ‘Bedrijventerreinen in de stadsregio Rotterdam 2003’ zijn opgenomen. Het periodiek ‘Ondernemen in de regio Rotterdam’ is in 2003 tweemaal verschenen en is in een oplage van ruim 12.000 exemplaren verspreid onder geselecteerde ondernemers en abonnees. Om bekendheid te geven aan informatie van BIR is in 2003 gebruik gemaakt van beurzen, adve rtenties en het periodiek. In 2003 is gewerkt met een vooraf opgesteld mediaplan. Dit is in samenwerking met het reclamebureau opgesteld om het budget zo efficiënt mogelijk in te zetten. In 2003 is deelgenomen aan vier vakbeurzen en heeft BIR driemaal een stand gehad op informatiemarkten bij symposia en congressen. Op twee vakbeurzen heeft BIR een gezamenlijke stand gehad met de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden (ROM-D).
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
21
6 Ontwikkeling 6.1
Jeugdzorg
Helaas is de invoering van Wet op de jeugdzorg voor de tweede keer met een termijn van een jaar uitgesteld. Dit is zeer nadelig voor de stadsregio omdat de jeugdzorg, op aandracht van het rijk, op een aantal punten al functioneert als ware de wet een feit. Dit brengt uiteraard vooral financiële consequenties met zich mee, die naarmate de inwerkingtreding van de wet langer duurt steeds meer problemen gaan opleveren. Zo is er in 2003 uit de reserves een bedrag toegekend aan Bureau Jeugdzorg om de taken van Bureau Jeugdzorg, zoals die verwacht worden onder de nieuwe wet verder te ontwikkelen. Het betrof een bedrag van € 462.000 te gebruiken voor zes extra formatieplaatsen. Door het uitstel van de wet zijn de onderhandelingen tussen de sector jeugd GGZ en bureau Jeugdzorg over de overdracht van taken en de daarbij behorende middelen gestagneerd. Het grootste probleem is wel dat het nieuwe financieringssysteem dat gebaseerd is op prijs P, maal de gevraagde, en door het rijk te subsidiëren kwantiteit Q (P x Q) pas in 2007 zal worden ingevoerd. Er zijn in 2003 eenmalig middelen ingezet voor de stichting Humanitas ‘Dak boven je hoofd’ te Spijkenisse voor de opvang van zwerfjongeren van € 100.000. In het kader van de ketenbenadering heeft de stadsregio gemeend eenmalig te moeten meebetalen aan deze vorm van opvang omdat er bij jongeren sprake is van intensieve begeleiding. Het is echter nadrukkelijk een centrumgemeentelijke taak. Aan het Advies en Meldpunt Kindermishandeling is eenmalig een bedrag uitgekeerd van € 192.500 voor het wegwerken van wachtlijsten. De stadsregio heeft hierbij als motivatie genoemd dat wachtlijsten bij de meldpunten voor kindermishandeling bijzonder onwenselijk zijn en dat er alles aan gedaan zal moeten worden om deze wachtlijsten zo beperkt mogelijk te houden. Om de overige wachtlijsten weg te werken is een bedrag van € 341.680 dat in 2002 eenmalig is uitgekeerd, omgezet in een structurele bijdrage. Op de valreep van 2003 is door het dagelijks bestuur nog besloten om een opvanghuis voor Marokkaanse jongens voor sluiting te behoeden. Na intensief overleg met de gemeente Rotterdam is besloten tot een cofinanciering voor 2003. In 2003 is er door de Universiteit van Nijmegen en de politieacademie een grootschalig meerjarig onderzoek gestart naar criminele activiteiten van jongeren onder de 12 jaar. De stadsregio betaalt hieraan drie jaar mee. In 2003 was dit een bedrag van € 25.000. Een belangrijke schakel in de ketenbenadering die in 2003 van de grond is gekomen, is het instituut van de voorpostfunctionaris van het bureau jeugdzorg. Er zijn in 2003 twee extra voorposten gestart via cofinanciering. Het betreft voorposten in Delfshaven en Charlois. De residentiële capaciteit is in 2003 voor 10% omgebouwd naar ambulante hulp. Hierbij werd ervan uitgegaan dat intensief ambulante hulp in een vroegtijdig stadium ervoor kan zorgen dat er minderen jongeren gebruik hoeven te maken van de meest dure en zwaarste variant in de hulpverlening namelijk de residentiële opvang. Het flexbudget, dat gebruikt wordt om tijdelijke specifieke en acute opvang te bekostigen van jeugdigen voor wie in de reguliere jeugdzorg nog geen plaats is, was in november 2003 uitgeput. Er was een bedrag opgenomen van € 204.201. Het experiment Professionele Pleegzorg is in 2003 geëvalueerd. Hierbij is sprake van pleegzorg voor jongeren met gedragsproblemen. De pleegouders worden intensief begeleid door professionele hulpverleners. Omdat opname in een pleeggezin goedkoper is dan opname in een instelling, heeft de stadsregio besloten deze vorm van opvang door te zetten. Hier is in 2003 een bedrag voor uitgetrokken van € 27.227. Naar aanleiding van de opmerkingen van de accountant bij de jaarrekening 2003 voor de jeugdhulpverleningsmiddelen hebben gesprekken plaatsgevonden met de GGD over verbetering van de financiële administratie. Dat leverde niet de gewenste acties aan de kant van de GGD op. Er is daarom in het najaar besloten het mandaat voor het financieel beheer in te trekken. Met ingang van 2004 zal de stadsregio de subsidieadminstratie en de boekhouding voor de Jeugdhulpverlening in eigen beheer uitvoeren. Ook bleek eind 2003 dat de jeugdhulpverleningsbegroting fors overschreden is. Teneinde de o mvang en oorzaak hiervan te bepalen is door de GGD onderzoek gestart. De uitkomsten zullen in de loop van 2004 bekend zijn.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
22
Tevens is het ruime mandaat voor beleid ingetrokken. Enerzijds om ervoor te zorgen dat het mandaat op eenzelfde manier geregeld is als voor de andere beleidstaken van de stadsregio. Anderzijds om de kwalilteit van de beleidsadvisering te kunnen verbeteren. In de loop van 2004 wordt bezien of en op welke wijze de GGD betrokken blijft bij de beleidsadvisering op het terrein van de jeugdzorg.
6.2
Werk en Inkomen
Bestuurlijk wordt over de sociale thema’s gesproken in het zogenaamde G-18 overleg, het wethoudersoverleg van de portefeuillehouders Sociale Zaken. Dit overleg is in 2003 vijf keer bijeen geweest. De voornaamste thema’s waren: de nieuwe Wet werk en bijstand, Platform Arbeidsmarkt Rijnmond, Europese subsidiemogelijkheden, inburgering. Het ambtelijk Overleg Oudkomersbeleid Rijnmond is gestart in februari 2003. Hier nemen 12 gemeenten aan deel. De overige gemeenten maken geen gebruik van de rijksregelingen voor oudkomers. Na de startbijeenkomst zijn 6 bijeenkomsten gehouden. Voor gemeenten (6) die gebruik maken van de Regeling inburgering oudkomers 2002 (G-286 regeling) is een workshop gefaciliteerd om hen op weg te helpen een aanpak te ontwikkelen. Er is een bestuurlijke conferentie voorbereid over de bestuurlijke en organisatorische implicaties van de nieuwe Wet op de inburgering, die in 2005 zal ingaan. Met het Platform Arbeidsmarkt Rijnmond vindt regelmatig uitwisseling plaats over de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Er is ondersteuning verleend aan onder meer de volgende activiteiten: een Europees project van de gemeente Capelle aan den IJssel gericht op toeleiding naar de arbeidsmarkt van groepen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt; een conferentie ‘Vrouwen op weg naar werk’; het inrichten van een stagebureau bij VMBO Nieuw Rotterdam door SMS-jobs. Er zijn 3 nummers uitgebracht van het Sociaal Bulletin. Het blad heeft een oplage van 3000 stuks en wordt verspreid met het Regiojournaal, de nieuwsbrief van de stadsregio en onder de instellingen voor de jeugdzorg. Op 19 december 2003 is een bestuursovereenkomst Regionale Agenda ‘Samenleving’ stadsregio Rotterdam en provincie Zuid-Holland ondertekend. Op basis van deze bestuursovereenkomst ontvangt de stadsregio jaarlijks een financiële bijdrage. In het kader van het opbouwen van een kennisnetwerk zijn de volgende activiteiten uitgevoerd: een quick scan van succesvolle overdraagbare projecten; een overzicht van Europese subsidiemogelijkheden. Er is opdracht verstrekt tot het maken van een sociale kaart van de stadsregio. Het eindproduct is april 2004 gereed.
6.3
Volwasseneneducatie
De incorporatie van Oliver is niet gerealiseerd in 2003 vanwege de nog steeds niet afgeronde afhandeling van oude ESF-projecten. Daarom is een verlengde gemeenschappelijke regeling (20042006) OLIVER gemaakt, met de mogelijkheid de portefeuillehouder van de stadsregio te benoemen tot vice-voorzitter in het algemeen bestuur. De stadsregio heeft een subsidie verstrekt aan OLIVER voor de ontwikkeling van een kader voor de inkoop van het Volwassenen Algemeen Vormend Onderwijs (VAVO) voor de jaren 2004 t/m 2006, voor het ontwikkelen van toelatingscriteria en voor een indicatiesysteem voor jongeren van 16 tot 23 jaar voor het VAVO.
6.4 Groen Regionaal Groenstructuurplan (RGSP2)
De visie op de groenblauwe ontwikkeling is per deelgebied uitgewerkt in nauw overleg met alle betrokkenen (gemeenten, waterschappen, maatschappelijke organisaties). Voorts is met de provincie afgesproken dat het RGSP2 een gezamenlijk product van stadsregio en provincie zal zijn. Begin 2004 zal het RGSP2 worden vestgesteld als bouwsteen voor het RR2020. Voorts is een start gemaakt met het opstellen van het uitvoeringsprogramma. Daarvoor zijn twee sporen uitgezet. Met de evaluatie van het groenbeleid (DB december 2002) als vertrekpunt is een traject ingezet dat moet leiden tot een betere, snellere realisatie van groenprojecten. In de loop van dit jaar is daartoe onder bestuurlijke verantwoordelijkheid van de stadsregio, in samenwerking met de provincie en gefinancierd door LNV directie zuid-west, een project opgestart dat moet leiden tot voorstellen voor twee uitvoeringsplannen: één voor IJsselmonde en één voor de intermediaire zone ten noorden van Rotterdam. Beide zijn bouwstenen voor het in 2004 te ontwikkelen uitvoeringsprogramma bij het RGSP2.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
23
Groenakkoord
Het tweede spoor betreft de eerste stappen in prioritering van groenprojecten. Op basis van de twee voortgangsrapportages (juni en december) hebben de stadsregio en ROM-Rijnmond besloten dat een aantal projecten waar al enkele jaren geen voortgang is te bespeuren ter discussie staan. De trekkers van deze projecten zullen worden aangeschreven om binnen enkele maanden concrete voorstellen in te dienen. Lukt dit niet, dan zullen ze van de projectenlijst Groenakkoord worden afgevoerd. Daarmee kan in het uiterste geval financiering van enkele honderden hectare worden vrijgemaakt. Besluitvorming hierover zal plaatsvinden bij de prioriteitstelling van groenprojecten in het kader van het RGSP2 / RR2020. Positieve ontwikkelingen zijn te melden rondom de projecten Landtong Rozenburg, fietspaden Voorne-Putten, Oranjebuitenpolder, pontje Vlaardingervaart. De eerste drie projecten staan nu op het punt van uitvoering. Het pontje Vlaardingervaart is dit jaar in gebruik genomen. De geprioriteerde projecten Barendrecht zuid en Spijkenisse zuid-oost zijn eveneens in ontwikkeling. Van het project Barendrecht zuid is voorgesteld de tweede fase van 75 hectare niet meer mee te nemen. Alle aandacht zal op de eerste fase worden gericht. De stadsregio en de provincie hebben voorstellen aan de gemeente gedaan om de financiële problemen op te lossen. Als Barendrecht akkoord gaat zal de eerste fase van in totaal 75 hectare toch in zijn geheel tot uitvoering kunnen komen. Voor het project Spijkenisse zuid-oost is gewerkt aan voorstellen om te komen tot enkele inrichtingsvarianten. Afgesproken is dat een bestuurlijke keuze van Spijkenisse noodzakelijk is (uiterlijk 1 maart 2004) om het project onder de vlag van het Groenakkoord te houden.
Project Mainport Rotterdam
Het afgelopen jaar heeft het project PMR vertraging opgelopen. Dit werd veroorzaakt door onduidelijkheid over de rijksbijdrage aan het project. Vlak voor de jaarwisseling heeft het Rijk alsnog toegezegd mee te financieren aan het gehele project, dus ook aan de 750 hectare groen. In de loop van 2004 zullen hier definitieve afspraken over worden gemaakt in een Memorandum van overeenstemming. De verwachting is dat de realisatie van het project over een langere periode wordt uitgesmeerd (15 jaar in plaats van 10 jaar). Voor het deelproject de groene verbinding over de A15/Betuwelijn, waarvan de stadsregio trekker is, zijn dit jaar een aantal varianten ontwikkeld. Zodra de afspraken met het Rijk over de financiering rond zijn, kan een bestuurlijke keuze worden gemaakt, welke mede afhankelijk zal zijn van de hoogte van de rijksbijdrage.
6.5 Milieu Gevelisolatie
2002 is het laatste jaar waarin door VROM subsidie is verleend voor gevelisolatie in een aantal gemeenten. In 2003 zijn de laatste saneringen gepleegd. Het projectbureau bij de DCMR, die dit voor de Stadsregio uitvoert, zal begin 2004 de financiële afhandeling van de laatste woningen regelen, waarna de formele rol van de stadsregio is afgelopen. Luchtkwaliteit Door nieuwe Europese regelgeving, met name voor luchtkwaliteit, is in 2003 een verplichting voor gemeenten ontstaan om te rapporteren over de luchtkwaliteit. De provincie coördineert hiervoor een aantal werkgroepen; de stadsregio verzorgt de relevante verkeersinbreng. Dit omdat de meeste maatregelen zich afspelen rond de diverse snelwegen in de regio. Mede door het succes van de 80-kilometer proef bij Overschie, is eind 2003 een opdracht gegeven om de voor- en en nadelen van uitbreiding van deze maatregel in kaart te brengen. Subsidies In 2003 is de Subsidieverordening milieu van kracht geworden. Voor subsidieverstrekking voor bovenlokale milieuactiviteiten is in 2003 is € 100.000 gereserveerd, waar echter geen aanspraak op is gemaakt. Milieumonitoring In 2003 is het negende milieumonitoringrapport (MSR-rapport) verschenen met als thema Luchtkwaliteit en Gezondheid. Uit dit themaonderzoek door de GGD is gebleken dat in de regio jaarlijks zo’n 1450 zieke mensen enkele maanden tot enkele jaren eerder overlijden als gevolg van langdurige blootstelling aan vooral fijn stof. In het jaarprogramma milieu 2004 zullen in overleg met a ndere beleidssectoren concrete maatregelen worden geformuleerd om deze gezondheidsschade in de toekomst tegen te gaan.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
24
Milieubeleidsplan en Jaarprogramma Milieu In 2003 is het Meerjarenactiviteitenprogramma milieu 2003-2006 vastgesteld. Op basis van het provinciale milieubeleidsplan (BMW) geeft dit richting aan een scala van activiteiten, die voor 2003 nader zijn geconcretiseerd. In 2004 zal worden bekeken of en hoe een eigen milieubeleidsplan moet worden opgesteld. Opdrachten derden De Stichting Stimular is in 2003 verder gegaan met de uitvoering van het project Gemeentelijk Interne Milieuzorg (GIM). Dit project moet in 2004 leiden tot structurele samenwerking tussen de gemeenten. Tevens is in 2003 aan Stimular opdracht gegeven het project Duurzaam Ondernemen te starten. Doel hiervan is om bij vooral het MKB milieumaatregelen in de bedrijfsvoering op te nemen. Hierbij wordt samengewerkt met de DCMR, de vergunningverlenende en handhavende instantie. De DCMR heeft opdracht gekregen voor het maken van een aantal signaalkaarten milieu, die, met het oog op de Verstedelijkingsdiscussie 2005-2010 en RR2020, mogelijke kansen en beperkingen bij bouw- en andere infrastructurele plannen in beeld te brengen. De kaarten worden begin 2004 opgeleverd. ROM-Rijnmond De ROM-Rijnmond organisatie is op basis van de conclusies van de Evaluatie begin 2002 ve rnieuwd. Dit heeft nog niet geleid tot een vernieuwd beleidsconvenant in 2003. Het Regionaal Groenakkoord, een ROM-project waar de stadsregio bestuurlijke verantwoordelijkheid voor draagt, wordt onder het beleidsveld Groen besproken. Voor het project RechterMaasoever (RMO) is voorzien dat in 2004 hier concrete afspraken (deelconvenant) worden gemaakt tussen het bedrijfsleven en de diverse overheden.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
25
7 Bedrijfsvoering 7.1
Personeel en organisatie
In 2003 is het personeelsbestand gegroeid tot 47 formatieplaatsen. De personele uitbreiding zal doorlopen tot en met 2005, en op maximaal 60 formatieplaatsen uitkomen. De medewerkers coördineren en begeleiden de beleidsinhoudelijke taken en bestuurlijke processen. Organisatieschema stadsregio
Stadsregio Rotterdam Secretaris Bureau Bestuurlijke zaken
Sector Bedrijfsvoering
Sector Ruimtelijke ordening Wonen & Economie
Bureau Communicatie
Sector Verkeer & Vervoer
Sector Ontwikkeling
De stadsregio blijft hierbij voor een deel afhankelijk van externe capaciteit, zowel bij beleidsformulerende als bij beleidsuitvoerende activiteiten. Hiertoe heeft de stadsregio jaarcontracten g esloten met diensten van de gemeente Rotterdam. Met name de dS+V, het OBR en de GGD hebben voor de stadsregio gewerkt. Verder is er met een groot aantal partijen samengewerkt op de diverse beleidsterreinen. Zo is bijvoorbeeld op het gebied van milieu nauw samengewerkt met de provincie Zuid Holland, ROM Rijnmond en Rijkswaterstaat. In verband met de reorganisatie van de bestuursdienst van de gemeente Rotterdam is de ontvlechting van het personeel van de stadsregio uit de bestuursdienst in 2003 in gang gezet. Dit behelst de overgang van het personeel dat nu nog formeel in dienst is van de gemeente Rotterdam, naar de stadsregio zelf. Deze ontvlechting brengt geen wijziging in de rechtspositie van het personeel. Het doel is dat het personeel per 1 januari 2005 in dienst komt van de stadsregio. Hoewel de stadsregio materieel al een zelfstandige organisatie was, wordt met de ontvlechting dat ook formeel geregeld. In 2003 is veel energie gestoken in het uitbouwen van het personeelsbeleid en opleidingsbeleid. Advies op het terrein van personeelsbeleid is ingekocht bij de stichting P&O Rotterdam en een aantal zaken zijn opgepakt, waaronder werving en selectie, overleg tussen de directie en de personeelsvertegenwoordiging en afronding van de functiebeschrijvingen en waarderingen. Voor training en opleidingen is in 2003 extra aandacht geweest, met name stadsregiobreed. Zo hebben alle medewerkers van de stadsregio gedurende het jaar intervisiebijeenkomsten kunnen bijwonen en is een dag georganiseerd rondom het thema integraal werken. Daarnaast heeft de stadsregio in 2003 een in-company cursus Europese regelgeving georganiseerd omdat de invloed van Europese regelgeving op het werkgebied van de stadsregio steeds groter wordt.
7.2
Huisvesting en facilitaire zaken
Op het terrein van huisvesting en facilitaire zaken zijn geen bijzonderheden aan de orde geweest. De geplande formatie-uitbreiding tot 2005 maakt het echter noodzakelijk de huisvesting opnieuw te bezien. Dat betekent mogelijke uitbreiding op de tweede etage van het Minervahuis. De gemeente Rotterdam heeft ook in 2003 de facilitaire zaken behartigd op basis van het Service Level Agreement. Ook na de ontvlechting zal de servicedienst van de gemeente Rotterdam zorgen voor de facilitaire ondersteuning.
7.3
Informatie en Communicatie technologie (ICT) en Documentaire informatievoorziening (DIV)
De documentaire informatievoorziening wordt voor de stadsregio steeds belangrijker. Er wordt meer post geregistreerd en verwerkt (+ 30% in 2003) en er is steeds meer behoefte aan digitale beschikbaarheid van stukken door mederwerkers, bestuurders en externen. In 2003 heeft daarom een pilot plaatsgevonden. Deze pilot omvatte onder meer het scannen van de dagelijkse post en het digitaal verwerken van deze post. Hoewel de pilot niet het verwachte resultaat bracht, is wel
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
26
duidelijk geworden dat digitale beschikbaarheid van stukken veel voordelen heeft. De stadsregio heeft zich, mede op advies van de archiefdienst Rotterdam, aangesloten bij het onderzoek van de bestuurdienst Rotterdam naar een Integraal Document Management Systeem (IDMS). Na een gemeenschappelijk selectie- en aanbestedingstraject en een grondig bestekprocedure wordt medio 2004 het nieuwe Documentair Management Systeem geïntroduceerd Het Document Management Systeem vervangt het oude post en registratie pakket (CORSA).
7.4
Financiën
Planning en Control Het jaar 2003 heeft in het teken gestaan van het streven naar een gebruikers gerichte inrichting van de planning en control cyclus. Er is een interne evaluatie uitgevoerd over de begroting, jaarrekening en bestuuursrapportages. Daarbij is niet alleen gekeken naar de toegankelijkheid en leesbaarheid van de documenten zelf, maar ook naar het proces van totstandkoming. Er is voortgang geboekt met de verwerking van de nieuwe regels uit het Besluit Begroting en Ve rantwoording. Voor wat betreft het begrotingsproces hebben beide lijnen geresulteerd in aangepaste vormgeving, een verdiepingslag in de inhoud van de diverse verplichte paragrafen en verder uitgewerkte doelen behorend bij genoemde activiteiten. Zo is voor het eerst een programma- en activiteitenbegroting gemaakt. Hoewel de stadsregio geen duaal bestuur kent, is omwille van de herkenbaarheid bij de partners, de 18 gemeenten, hiervoor gekozen. Beide begrotingen zijn aan het dagelijks bestuur en de regioraad voorgelegd. Deze begroting heeft tot veel positieve reacties geleid, van onder andere de provincie Zuid-Holland, die financieel toezicht houdt. In het traject tot vaststelling van de jaarrekening is gewerkt aan heldere communicatie met de diverse betrokken partijen. In het verleden is gebleken dat de tijdigheid en volledigheid van aangeleverde informatie niet optimaal is. De nadruk heeft gelegen op het in een vroeg stadium goede afspraken maken met (decentrale) budgethouders en de accountant over wederzijdse verantwoordelijkheden in dit traject. Met het hiermee te boeken efficiëntievoordeel wordt verwacht dat er meer tijd beschikbaar is voor de eigenlijke ambtelijke voorbereiding van de jaarstukken. In 2003 is gewerkt aan een vernieuwd handboek AO en is een beheerskader opgesteld voor het periodiek analyseren en evalueren van de daarin vervatte processen en activiteiten. Hierdoor wordt gewaarborgd dat er in ieder geval een actuele blauwdruk is voor bepaalde significante en regelmatig terugkerende processen. Te noemen valt het proces van subsidieverlening, afhandeling van een aangegane verplichting of uitbesteding van een opdracht aan derden. Naast de bruikbaarheid van dergelijke procesomschrijvingen bij uitvoering van concrete activiteiten, geeft dit instrument aanknopingspunten voor de analyse van de organisatie op sterke en zwakke punten. Verder is in 2003 een 4 maands- en een 8 maandsbestuursrapportage opgesteld en voorgelegd aan het dagelijks bestuur. Met de bestuursrapportage wordt het bestuur een instrument aangereikt om al vóór afloop van het boekjaar de voortgang van beleid en middelen te peilen en eventueel lopende activiteiten bij te sturen. Ook hier is er in de loop van het boekjaar werk gemaakt van het stroomlijnen van het proces om te komen tot de rapportage. Verder is de informatiebehoefte waarin middels de bestuursrapportage wordt getracht te voorzien onder de loep genomen. Naar aanleiding daarvan is besloten om de bestuursrapportage te integreren met de diverse voortgangsrapportages van decentrale budgethouders en inzicht te geven in de stand van de verplichtingen. Dit wordt in de loop van 2004 ingevoerd. Risicomanagement Essentieel voor goed risicomanagement is een methode waarmee risico’s gestructureerd in kaart kunnen worden gebracht en kunnen worden geanalyseerd op financiële implicaties. Er is begonnen met een inventarisatie van mogelijke ondersteuning op dit gebied. Treasury activiteiten Over het boekjaar zijn extra rentebaten gerealiseerd ten opzichte van het vorige boekjaar, mede door een aanzienlijk bedrag voor 1 jaar vast te zetten. Ook is naar aanleiding van de wens van de gemeenten om de gemeentelijke bijdrage met 10% te verlagen, gekeken naar mogelijkheden om met andere, niet direct opeisbare middelen een hoger rendement te realiseren. In het najaarzijn de voorbereidingen hiervoor gestart. Eerst is aan de hand van beschikbare liquiditeitsoverzichten gekeken hoe hoog het te beleggen bedrag maximaal kon zijn. Verder zijn de criteria uit het treasury statuut expliciet als randvoorwarde gesteld. Dit betekent onder meer dat alleen belegd wordt in waardepapieren van financiële instellingen met minimaal een AA rating. Aan het einde van 2003 heeft vermogensbeheerder, Schretlen & Co een aantal beleggingsvoorstellen ingebracht aan de
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
27
hand waarvan het dagelijks bestuur reeds heeft besloten een bedrag van € 75 miljoen vast te zetten. BTW compensatiefonds 2003 is het eerste jaar geweest waarin door de stadsregio betaalde BTW gecompenseerd kon worden. Over het geheel genomen geldt dat 95% van de betaalde BTW gecompenseerd wordt. In 2003 heeft dit geleidt tot een declaratie bij de belastingdienst van ruim € 1,5 miljoen. Dit bedrag wordt in 2004 gerealiseerd.
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
28
Bijlagen 1
Samenstelling regioraad per 31-12 2003
2
Publicaties in 2003
3
De resultatenrekening 2003 op hoofdlijnen
4
Balans
5
De gemeenten in de stadsregio
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
29
1
Samenstelling regioraad per 31 december 2003
leden
plaatsvervangend leden
voorzitter I.W. Opstelten (VVD)
J.W.J. Wolf (PvdA)
Albrandswaard B.G. Euser (CDA)
Mw J.W. Polderman-Vollebregt (leefbaar Albrandswaard)
Barendrecht Mw. M. van Wilgenburg-Beernik (CDA) K.J. Orsel (VVD)
J.T. IJzerman (D66) A. van Wingerden (SGP/CU)
Bergschenhoek Mw.mr. E.L.V. Chevalier-Beltman(VVD)
J.C. Koster (CDA)
Berkel en Rodenrijs Mw. M.E.B. de Goeij-Smulders (CDA)
T. van Bekkum (VVD)
Bernisse G.G. den Boon (CDA) Bleiswijk J.W.J. Wolf (PvdA)
A. Buruma (PvdA)
D. van Vliet (CDA)
Brielle Mw. G.W.M. van Viegen (PvdA)
H.W. Koster (VVD)
Capelle aan den IJssel Mw. A.J. Hartnagel (Leefbaar Capelle) R.P. Binnendijk (PvdA) P.P.J. Doodkorte (D66)
J.T. van Zwienen (Capels belang) G.J. Groenendijk (SGP) N.H. van Buren (CDA)
Hellevoetsluis E.R. van der Geest (VVD) C.A. Kleiwegt (PvdA)
Mw. A.E. Koster (GroenLinks) W. Bouma (PvdA)
Krimpen aan den IJssel M.J.D. Jansen (D66) Mw. A.A. Aeyelts Averink-Winsemius (VVD)
Maassluis Mw. E.J. Groosman-van den Brandhof (VVD) J.F. Koen (CDA)
A. Prins (SGP/CU) Mw. M.C. van Deijk-den Hartog (CDA)
P. Hoogenraad (PvdA) A.G.M. Keizer (PvdA)
Ridderkerk E.M. den Boef (CDA) H.J. Zwiers (PvdA) H. Dokter (Leefbaar Ridderkerk)
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
W.P. Onderdelinden (CDA) C. van Dijl-Garama (PvdA) H.J.A. Koppes (Leefbaar Ridderkerk)
30
leden Rotterdam S. Hulman (VVD) L.K. Geluk (CDA) M.G.T. Pastors (Leefbaar Rotterdam) J.C.M. Soijer (Leefbaar Rotterdam) H.P.L. Cremers ((PvdA) P.J.H.M. van Dijk ((PvdA)
plaatsvervangend leden
Th. Woudenberg (VVD) A. Erdal (CDA) H.G. Maronier (Leefbaar Rotterdam) B. Madlener (Leefbaar Rotterdam) A. Salhi (PvdA) J.C. Kombrink (PvdA)
Rozenburg Mw. M.J. de Sutter-Besters (CDA) Schiedam R. Scheeres (PvdA) A. Hekman (CDA) M.W. Heijenk (Leefbaar Schiedam) Mw. E.D. van Collenburg-in ’t Hout (VVD)
R. Zeegers (VVD)
M. Groene (PvdA) A.M. Valk-Rijnbeek (CDA) E. Schoneveld (Leefbaar Schiedam) J. Gouweleeuw (Gemeentebelangen)
Spijkenisse P.E. de Jong (PvdA) E. Montenij (ONS) G. van Buuren (CDA) G.J.’t Hart (ONS)
T. Witte (PvdA) R. Sitton (ONS) C.H.J.N. Hamerslag- van Lingen (CDA) C.J. Dijkman (ONS)
Vlaardingen T.P.J. Bruinsma (PvdA) K.W. Blumenstock ((VV2000/VL) Mw. J. van Es (VVD) C.A.E. de Jonge (CU/SGP) Westvoorne Mw. B.M.A.A. Geers-van Wijk (PvdA)
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
E.W.J. Yang (VVD) J. Barendregt (PvdA) H. de Koning-Hoogland (CDA) W.H. van Klink (AOV)
J.J. Poppen (CDA)
31
2
Publicaties in 2003
Jaarrekening 2002 Programmabegroting 2004 Activiteitenbegroting 2004 Regionaal Verkeers- en vervoersplan 2003-2020 Regionaal Verkeers- en vervoersplan 2003-2020 – bouwen aan samenhang Subsidieverordening personenvervoer Meerjarenbeleidskader jeugdzorg 2004-2007 SR perspectief jaargang 1 nrs. 1 t/m 3 Sociaal bulletin jaargang 1 nrs. 1 t/m 3 Structuurvisie Retail en Leisure Beleidsdocument Economische Visie Overdrachtsdocument – Intergemeentelijke samenwerking bij inburgering Werkprogramma sociaal beleid: maken en schakelen Meerjarenactiviteitenprogramma Milieu 2003-2006 Subsidieverordening Milieu 2003 Woonvisie stadsregio Rotterdam Werkmap Regionale woningkwaliteit Verordening Stedelijke Vernieuwing 2003 Ruimte voor bedrijven Meer ambitie, efficiëntie en effectiviteit – hand-out presentatie programma Nota Koers & Inzet Ruimtelijk plan regio Rotterdam 2020 – kaart van de toekomst
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
32
3
De resultatenrekening 2003 op hoofdlijnen
subfunctie
omschrijving
001.00
Bestuursorganen
002.30
Communicatie
002.40
Commissie Beroep- en Bezwaarschriften
210.00
Verkeer en Vervoer
210.10
G.D.U.
210.20
Duurzaam Veilig
210.30
rekening 2002
gewijzigde begroting 2003-IV
Rekening 2003
61.869
172.793
150.632
437.957
451.481
451.557
8.053
10.000
9.574
4.645.799
3.605.630
3.483.292
22.955.114
37.589.180
29.891.204
1.703.678
1.145.749
1.488.286
Bereikbaarheidsoffensief
110.604.587
43.491.978
5.710.412
212.00
Openbaar vervoer
169.621.788
173.694.841
179.631.565
212.20
Extra Investeringsimpuls Stads- en Streekvervoer (EIISS)
3.713.575
10.000
-365.930
482.00
Volwasseneneducatie
52.424
68.666
99.088
560.10
Beheerkosten Groen Akkoord
391.152
406.632
406.632
560.20
Beleidsontwikkeling en programma-management reg. groen
701.589
953.372
875.142
560.40
Investeringen Groen Akkoord
0
0
30.207
611.00
Werk en Inkomen
195.326
370.925
305.434
620.00
Jeugdhulpverlening
58.848.579
57.463.927
64.935.366
620.10
Maatschappelijke hulpverlening
181.512
193.147
193.147
723.00
ROM-Rijnmond
215.934
199.666
96.357
723.10
Sanering Verkeerslawaai
215.917
0
0
723.20
Overige Milieukosten
206.388
540.947
466.840
810.00
Ruimtelijke ordening
1.673.882
2.442.525
1.992.252
810.10
Vinex
335.792
548.320
275.146
810.20
Omslagfonds Vinex
18.127.495
23.700.000
-5.100.195
810.30
Grondkosten Vinex
940.230
14.131.628
2.208.800
810.40
Economie
564.729
876.911
337.228
810.50
BIR
182.860
157.305
501.252
820.10
Wonen
714.459
748.064
861.072
820.10
Wonen, Besluit Woninggebonden Subsidies
6.585.862
6.806.703
7.363.384
913.00
Beleggingen
4.633.635
2.025.000
1.062.372
921.10
Algemene uitkeringen
0
0
0
922.10
Reservering voor nog functioneel te ramen bedragen
12.254.231
7.425.117
32.396.687
922.15
Onttrekking voorziening voor algemene doeleinden
0
0
0
922.20
Onvoorziene uitgaven
0
25.378
0
992.10
Resultaat boekjaar
5.097.401
0
5.039.794
425.871.817
379.255.885
334.796.595
Totaal:
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
33
subfunctie
omschrijving
rekening 2002
001.00
Bestuursorganen
0
0
0
002.30
Communicatie
0
0
0
002.40
Commissie Beroep- en Bezwaarschriften
0
0
0
210.00
Verkeer en Vervoer
-3.544.816
-1.468.518
-1.499.178
210.10
G.D.U.
-25.831.019
-15.914.000
-24.354.312
210.20
Duurzaam Veilig
-1.703.678
-1.145.746
-1.302.566
210.30
Bereikbaarheidsoffensief
-34.716.812
0
-71.000
212.00
Openbaar vervoer
-168.909.000
-173.816.122
-180.461.122
212.20
Extra Investeringsimpuls Stads- en Streekvervoer (EIISS)
-3.655.691
0
497.762
482.00
Volwasseneneducatie
0
0
0
560.10
Beheerkosten Groen Akkoord
0
0
0
560.20
Beleidsontwikkeling en programma-management reg. groen
-27.227
-27.227
-27.227
560.40
Investeringen Groen Akkoord
-32.737
-32.737
-32.737
611.00
Werk en Inkomen
-76.320
-175.000
-145.722
620.00
Jeugdhulpverlening
-59.044.891
-55.905.075
-61.463.836
620.10
Maatschappelijke hulpverlening
0
0
0
723.00
ROM-Rijnmond
-23.420
0
0
723.10
Sanering Verkeerslawaai
-215.917
0
0
723.20
Overige Milieukosten
0
0
0
810.00
Ruimtelijke ordening
0
0
0
810.10
Vinex
0
0
0
810.20
Omslagfonds Vinex
0
-32.600.000
-24.644.644
810.30
Grondkosten Vinex
-2.073.978
-853.809
-1.023.441
810.40
Economie
0
0
0
810.50
BIR
0
0
0
820.10
Wonen
-22.689
-22.689
-22.689
820.10
Wonen, Besluit Woninggebonden Subsidies
-12.279.983
0
-10.740.255
913.00
Beleggingen
-11.512.300
-6.646.727
-8.510.269
921.10
Algemene uitkeringen
-6.712.348
-7.339.081
-7.339.080
922.10
Reservering voor nog functioneel te ramen bedragen
-95.488.991
-83.309.154
-13.626.563
922.15
Onttrekking voorziening voor algemene doeleinden
0
0
-29.716
922.20
Onvoorziene uitgaven
0
0
0
992.10
Resultaat boekjaar
0
0
0
-425.871.818
-379.255.885
-334.796.595
Totaal:
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
gewijzigde begroting 2003-IV
Rekening 2003
34
4
Balans per 31 december 2003
ACTIVA
Ultimo december
Ultimo december
€
€
2002
2003
A Vaste Activa Materiele vaste activa Inrichting en verbouwing
1.123.202
864.002
Immateriele vaste activa afkoopsom B.W.S.
165.884
157.394
1.436.246
7.709.251
19.286.294
20.672.882
Liquide Middelen Kas Bank- en girosaldi
108 300.470.013
156 288.117.082
Overlopende activa
255.205.463
183.614.316
577.687.210
501.135.083
D Vlottende Activa Vorderingen Debiteuren Effecten
Totaal
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
35
Ultimo december
Ultimo december
€
€
N Eigen Vermogen Algemene Reserve Resultaat boekjaar Bestemmingsreserves
500.000 0 252.522.789
500.000 5.039.794 271.281.860
O Voorzieningen
160.449.880
169.998.089
P Langlopende schulden
11.309.337
11.309.337
S Vlottende Passiva Kortlopende schulden Crediteuren
23.465.628
3.943.103
Bank- en girosaldi
52.336.810
23.787.657
Overlopende passiva
77.102.765
15.275.242
577.687.210
501.135.083
PASSIVA
2002
2003
Liquide Middelen
Totaal
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
36
5
De gemeenten in de stadsregio
Albrandswaard: Viaductweg 1 Postbus 1000 tel. 010 - 506 11 11 fax 010 - 501 81 80
Hellevoetsluis: Oostzanddijk 26 Postbus 13 3220 AA Hellevoetsluis tel. 0181- 33 09 11 fax 0181- 33 03 30
Vlaardingen: Westnieuwland 6 Postbus 1002 3130 EB Vlaardingen tel. 010 - 248 40 00 fax 010 - 248 42 50
Barendrecht: Binnenhof 1 Postbus 501 2990 EA Barendrecht tel. 0180 - 69 83 98 fax 0180 - 69 83 99
Krimpen aan den IJssel: Raadhuisplein 2 Postbus 200 2920 AE Krimpen aan den IJssel tel. 0180 - 54 06 55 fax 0180 - 51 60 40
Westvoorne: Raadhuislaan 6 Postbus 550 3235 ZH Rockanje tel. 0181 40 80 00 fax 0181 40 80 99
Bergsche nhoeck Bergweg-noord 39 Postbus 6 2660 AA Bergschenhoek tel. 010 - 529 13 00 fax 010 - 529 17 00
Maassluis: Koningshoek 93.050 Postbus 55 3140 AB Maassluis tel. 010 - 593 19 31 fax 010 - 592 56 49
Berkel en Rodenrijs: Raadhuislaan 1 Postbus 1 2650 AA Berkel en Rodenrijs tel. 010 - 514 07 00 fax 010 - 511 63 63
Ridderkerk: Raadhuisplein 70 Postbus 271 2980 AG Ridderkerk tel. 0180 - 45 12 34 fax 0180 - 42 70 36
Bernisse: Gemeenlandsedijk-Noord 26 Postbus 70 3218 ZH Heenvliet tel. 0181 - 66 72 00 fax 0181 - 66 43 24
Rotterdam: Coolsingel 40 Postbus 70012 3000 KP Rotterdam tel. 010 - 417 91 11
Bleiswijk: Dorpsstraat 3 Postbus 1 2665 ZG Bleiswijk tel. 010 - 524 41 11 fax 010 - 524 41 44
Rozenburg: Jan van Goyenstraat 1 Postbus 1023 Postcode 3180 AA tel. 0181 - 48 88 00 fax 0181 - 48 88 02
Brielle: Slagveld 36 Postbus 101 3230 AC Brielle tel. 0181 - 47 11 11 fax 0181 - 41 81 18
Schiedam: Stadserf 1 Postbus 25 3100 EA Schiedam tel. 010 - 246 55 55 fax 010 - 473 70 21
Capelle aan den IJssel: Rivierweg 111 Postbus 70 2900 AB Capelle aan den IJssel tel. 010 - 284 86 88 fax 010 - 284 88 00
Spijkenisse: Raadhuislaan 106 Postbus 1501 3200 AA Spijkenisse tel. 0181 - 69 69 69 fax 0181 - 69 63 95
3160 GA Rhoon
Stadsregio Rotterdam Jaarverslag 2003
37