Richtlijn Publicatiejaar Organisatie Auteur(s) Instellingen waarvan de auteurs afkomstig zijn Thema Doelen Populatie Vindplaats
Guidelines on urinary incontinence 2009 National Library for Guidelines Specialist Library (NHS) & European Association of Urology (EAU) Schröder, A., Abrams (Co-Chairman), P., Andersson, K-E., Artibani, W., Chapple, C. R., Drake, M. J., Hampel, C., Neisius, A., Tubaro, A., & Thüroff (Chairman), J. W. / (niet vermeld) Urine-incontinentie Bieden van richtlijnen voor de behandeling van urine-continentie bij volwassenen Volwassen mannen en vrouwen (inclusief ouderen) http://www.uroweb.org/fileadmin/tx_eauguidelines/2009/Full/Incontinence.pdf
1. INCONTINENCE IN MEN
1. INCONTINENTIE BIJ MANNEN
1.1 Initial assessment 1.1 Eerste beoordeling - The group of patients, with a history of - De groep patiënten, met een geschiedenis van urinary incontinence (UI) identified by urine-incontinentie (UI) geïdentificeerd door initial assessment, can be stratified into eerste beoordeling, kan onderverdeeld worden in four main symptomatic groups suitable for vier grote symptomatische groepen die geschikt initial management: zijn voor een aanvangsbehandeling: o post-micturition dribble alone o enkel nadruppelen na het plassen o overactive bladder (OAB) o symptomen van een overactieve blaas symptoms: urgency (with or without (OAB): drang (met of zonder aandrangurge urinary incontinence, UUI), urine-incontinentie, AUI), frequentie en frequency, and nocturia nycturie o stress urinary incontinence (SUI), o stress-urine-incontinentie (SUI), meestal most often after prostatectomy na prostatectomie o mixed urgency and SUI, most often o gemengde drang- en SUI, meestal na after prostatectomy. prostatectomie.
1.2 Initial treatment 1.2 Aanvangsbehandeling - Conservative management is the main - Conservatieve behandeling is de belangrijkste approach at the primary care level. For benadering in de eerstelijnszorg. In sommige some conditions, such as OAB, gevallen, zoals OAB, worden conservatieve conservative strategies are often combined strategieën vaak gecombineerd met een with drug treatment. medicatiebehandeling. - Many conservative management - Veel conservatieve behandelingsinterventies interventions require a change of vereisen een verandering in gedrag, welke noch behaviour, which is neither easy to initiate makkelijk op gang te krijgen is, noch te behouden. nor to maintain. Most patients with minorDe meeste patiënten met weinig tot gematigde to-moderate symptoms wish to try less symptomen willen vaak eerst minder ingrijpende invasive treatments first. However, behandelingen te proberen. Bij patiënten met patients with complicated or severe gecompliceerde of ernstige symptomen kan het
NURSING GUIDELINES PROJECT UCL (ECOLE DE SANTÉ PUBLIQUE) – UNIVERSITEIT GENT (VERPLEGINGSWETENSCHAP)
1
symptoms may need to be referred directly for specialized management.
nodig zijn om deze direct door te verwijzen voor gespecialiseerde behandeling.
- For men with post-micturition dribble, no - Voor mannen die last hebben van nadruppelen na further assessment is generally required. het plassen is over het algemeen geen verdere However, the patient should be told how beoordeling vereist. Wel moet aan de patiënt to exert a strong pelvic floor muscle gezegd worden om na het plassen een sterke contraction after voiding or to manually contractie van de bekkenbodemspieren uit te compress the bulbous urethra directly after voeren of om de plasbuis manueel toe te micturition. drukken. - For men with SUI, urgency or mixed - Voor mannen met SUI, drang of gemengde SUI/UUI, initial treatment should include SUI/AUI zou eerste behandeling moeten bestaan appropriate lifestyle advice, physical uit een gepast advies omtrent leefstijl, therapies, scheduled voiding regimes, lichamelijke therapieën, geplande plaspauzes, behavioural therapies and medication. gedragsmatige therapieën en medicatie. - Recommendations for initial treatments: o lifestyle intervention o scheduled voiding regimes for OAB.
- Aanbevelingen voor aanvangsbehandelingen: o leefstijlinterventies o geplande plasregimes voor OAB.1
- Recommendations for conservative - Aanbevelingen voor conservatieve behandeling: treatment: o Leefstijlinterventies:2 o Lifestyle interventions: advies aanbieden over gezonde offering advice on healthy leefstijlkeuzes die het begin van lifestyle choices that may reduce continentieproblemen kunnen or delay the onset of continence verminderen of uitstellen. problems. - If initial treatment is unsuccessful after a - Als de aanvangsbehandeling niet succesvol is na een redelijke tijdsspanne (bijv. 8-12 weken) is het reasonable period of time (e.g. 8-12 advies van een specialist ten zeerste aangeraden. weeks), specialist’s advice is highly recommended.
1.3 Specialised management 1.3 Gespecialiseerde behandeling - Patients with UI referred directly to - Patiënten met UI die onmiddellijk zijn specialised management will probably doorverwezen voor een gespecialiseerde need additional testing to exclude any behandeling zullen waarschijnlijk bijkomende other underlying pathology. If these tests testen nodig hebben om elke andere are normal, patients can be treated for UI onderliggende pathologie uit te sluiten. Als deze by the appropriate initial or specialised testen normaal zijn, kunnen deze patiënten management. If symptoms suggestive of behandeld worden voor UI door de geschikte detrusor overactivity (DO) or of sphincter eerste of gespecialiseerde behandelingsopties. Als incompetence persist, urodynamic studies symptomen voor overactiviteit van de blaasspier are recommended to establish a diagnosis (BO) of van sluitspierincompetentie zich blijven based on pathophysiological findings voordoen, zijn urodynamische studies aanbevolen 1
Er werden bijkomende medische opties besproken in de richtlijn, maar deze werden niet opgenomen in de statements omdat ze niet relevant zijn voor de verpleegkundige praktijk. 2 Er werden bijkomende behandelingsopties besproken in de richtlijn, maar deze werden niet opgenomen in de statements omdat ze niet relevant zijn voor de verpleegkundige praktijk.
NURSING GUIDELINES PROJECT UCL (ECOLE DE SANTÉ PUBLIQUE) – UNIVERSITEIT GENT (VERPLEGINGSWETENSCHAP)
2
(urodynamic diagnosis).
om een diagnose gebaseerd op pathofysiologische bevindingen (urodynamische diagnose) uit te werken.
- If initial management has failed and the - Als de aanvangsbehandeling gefaald heeft en de patient’s UI is affecting quality of life, UI van de patiënt beïnvloedt de levenskwaliteit, invasive therapies may be considered. kunnen invasieve therapieën overwogen worden. 1.3.1 Poor bladder emptying 1.3.1 Slechte lediging van de blaas - If UI is associated with poor bladder - Als UI geassocieerd is met slechte blaaslediging emptying due to detrusor underactivity, ten gevolge van onderactiviteit van de blaasspier effective means should be used to ensure zouden effectieve middelen gebruikt moeten bladder emptying. worden om blaaslediging te verzekeren.
2. INCONTINENCE IN WOMEN
2. INCONTINENTIE BIJ VROUWEN
2.1 Initial assessment 2.1 Eerste beoordeling - The patients, with a history of UI identified - De patiënten, met een geschiedenis van UI by initial assessment, can be stratified into geïdentificeerd door de eerste beoordeling, three main symptomatic groups suitable kunnen onderverdeeld worden in drie grote for initial primary care management: symptomatische groepen die geschikt zijn voor eerste eerstelijnszorgbehandeling: o SUI o SUI o OAB symptoms: urgency with or o OAB symptomen: drang met of zonder UI, without UI, frequency and nocturia frequentie en nycturie o mixed urgency and SUI. o gemengde drang en SUI. - Routine physical examination includes - Een routinematig lichamelijk onderzoek omvat abdominal, pelvic and perineal abdominale, bekken- en perineale onderzoeken. examinations. Women should perform a Vrouwen zouden een stresstest (kuchen en zich ‘stress test’ (cough and strain) to detect inspannen) moeten uitvoeren om lekkage leakage secondary to sphincter ondergeschikt aan incompetentie van de incompetence. Any pelvic organ prolapse sluitspier te detecteren. Elke prolaps van een (POP) or urogenital atrophy must be bekkenorgaan (BOV) of urogenitale atrofie moet assessed. It is also important to assess bepaald worden. Het is ook belangrijk om voluntary pelvic floor muscle function by vrijwillige bekkenbodemspierfuncties te bepalen vaginal or rectal examination before d.m.v. een vaginaal of een rectaal onderzoek teaching PFMT. alvorens bekkenbodemspiertraining (BBST) aangeleerd wordt.
2.2 Initial treatment 2.1 Aanvangsbehandeling - For women with SUI, UUI or MUI, initial - Voor vrouwen met SUI, AUI of GUI bestaat de treatment includes appropriate lifestyle aanvangsbehandeling uit gepast leefstijladvies, advice, physical therapy, a scheduled (lichamelijke therapie), geplande plaspauzes, voiding regime, behavioural therapy and gedragsmatige therapie en (medicatie).3 medication. 3
Vormen van lichamelijke therapie en medicatie werden niet besproken omdat deze niet relevant zijn voor het verpleegkundig beroepsveld.
NURSING GUIDELINES PROJECT UCL (ECOLE DE SANTÉ PUBLIQUE) – UNIVERSITEIT GENT (VERPLEGINGSWETENSCHAP)
3
2.2.1 Lifestyle interventions 2.2.1 Leefstijlinterventies - For morbidly and moderately obese - Voor pathologisch en gematigd obese vrouwen women, weight loss helps to reduce UI helpt gewichtsverlies de prevalentie van UI te prevalence. verminderen. - Caffeine intake reduction may benefit UI - De reductie van cafeïneopname kan UIsymptoms. symptomen positief beïnvloeden. - A decrease in fluid intake should only be - Een vermindering van vochtinname zou tried in patients with abnormally high fluid geprobeerd moeten worden bij patiënten met intakes, as a decrease in fluids may lead to een abnormaal hoge vochtinname aangezien een UTIs, constipation, or dehydration. vermindering in vocht kan leiden tot UWIs, constipatie of dehydratatie. - Crossing the legs and bending forward can - Benen kruisen en voorwaarts buigen kan helpen help to reduce leakage during coughing or om de lekkage tijdens kuchen of andere other provocations. provocaties te reduceren. 2.2.2
Magnetic stimulation 2.2.2 Magnetische stimulatie (MStim) (MStim) - Should only be used as part of a clinical - Zou enkel gebruikt mogen worden als onderdeel trial. van een klinische test. 2.2.3 Bladder training (BT) 2.2.3 Blaastraining (BT)4 - Gepaste eerstelijnsbehandeling voor AUI. - Appropriate first-line treatment for UUI. - Either BT or antimuscarinic drugs may be - BT of antimuscarine medicatie kunnen effectief zijn voor de behandeling van AUI. effective for treating UUI. - May be preferred by patients because it - Kan de voorkeur krijgen van sommige patiënten omdat het niet geassocieerd is met ongunstige does not produce adverse events. effecten. - Addition of a brief written instruction for - Toevoeging van een korte geschreven instructie voor BT in combinatie met medicatietherapie is BT, in addition to drug therapy, has no niet voordelig. benefit. - For women with symptoms of SUI or MUI, - Voor vrouwen met symptomen van SUI of GUI a combination of PFMT/BT may be better kan een combinatie van BBST/BT beter zijn dan BBST alleen op korte termijn. than PFMT alone in the short-term. - Clinicians should provide the most - Clinici zouden de meest intensieve BT-supervisie binnen de beperkingen van de dienst moeten intensive BT supervision possible within service constraints. voorzien. 2.2.4 Vraagplassen 2.2.4 Timed voiding - May be beneficial with a 2-hour voiding - Kan voordelig zijn met een plasinterval van twee interval as a sole intervention for women uur als enige interventie voor vrouwen met milde with mild UI and infrequent voiding UI en onregelmatige plaspatronen. patterns.
4
Bij blaastraining (ook blaashertraining, blaasdiscipline) moet de cliënt proberen om de tijd tussen het verlangen om te urineren en het effectief urineren proberen te verlengen. [Bron: National Collaborating Centre for Women's and Children's Health/National Institute for Health and Clinical Excellence (NCCWCH/NICE) (2006). Urinary incontinence: the management of urinary incontinence in women. London (UK): Royal College of Obstetricians and Gynaecologists (RCOG)].
NURSING GUIDELINES PROJECT UCL (ECOLE DE SANTÉ PUBLIQUE) – UNIVERSITEIT GENT (VERPLEGINGSWETENSCHAP)
4
3. UI IN FRAIL/OLDER WOMEN
MEN
AND
3. UI BIJ KWETSBARE/OUDERE MANNEN EN VROUWEN
- Healthy older persons should be offered a - Gezonde oudere personen zouden gelijkaardige similar range of treatment options as behandelingen moeten aangeboden krijgen als younger persons. Frail/older persons, jongere mensen. Kwetsbare/oudere personen however, require a different approach. vereisen echter een andere benadering. Hun Their evaluation must address the potential evaluatie moet gericht zijn op de potentiële rol role of co-morbidity, current medications van comorbiditeit, huidige medicatie en and functional and/or cognitive functionele en/of cognitieve stoornissen voor de impairment for the management of UI. behandeling van UI.
3.1 History and symptom assessment
3.1 Anamnese en beoordeling van symptomen
3.1.1 General principles 3.1.1 Algemene principes - Because frail/older people have a very high - Omdat de prevalentie van UI heel hoog is bij prevalence of UI, active case finding and kwetsbare/oudere mensen zou een actieve screening for UI should be done in this zoektocht naar en screening van personen met UI group. The history should identify coin deze groep moeten gebeuren. De anamnese morbid conditions and medications likely moet comorbide condities en medicatie die to cause or worsen UI. waarschijnlijk UI veroorzaakt of verslechtert identificeren. - Recommendations for evaluation: - Aanbevelingen voor evaluatie: o rectal examination for faecal loading o rectaal onderzoek voor fecale impactie or impaction o functional assessment (mobility, o functionele beoordeling (mobiliteit, transfers, manual dexterity, ability verplaatsingen, manuele handigheid, to successfully toilet) vermogen om een succesvol toiletbezoek te doen) o screening test for depression o screening voor depressie o cognitive assessment to assist in o cognitieve beoordeling als bijdrage aan het planning management. plannen van de behandeling. - The mnemonic DIAPPERS (Delirium, - Het (woorden)geheugensteuntje DIAPPERS Infection, Atrophic vaginitis, (delirium, infectie, atrofische vaginitis, Pharmaceuticals, Psychological condition, farmaceutica, psychologische conditie, Excess urine output, Reduced mobility, overmatige urineproductie, verminderde Stool impaction) includes some co-morbid mobiliteit, impactie van de stoelgang) omvat conditions and factors to be considered. enkele te overwegen comorbiditeitcondities en There are two alterations from the original factoren. Er zijn twee aanpassingen aan het mnemonic: originele geheugensteuntje: o atrophic vaginitis does not by itself o atrofische vaginitis veroorzaakt niet uit cause UI and should not be treated zichzelf UI en zou niet behandeld mogen solely for the purpose of decreasing worden met alleen de reductie van UI als UI alone doel o current consensus criteria for o huidige consensuscriteria voor de diagnose diagnosis of UTIs are both poorly van UWIs zijn zowel zwak gevoelig en niet-
NURSING GUIDELINES PROJECT UCL (ECOLE DE SANTÉ PUBLIQUE) – UNIVERSITEIT GENT (VERPLEGINGSWETENSCHAP)
5
sensitive and non-specific nursinghome residents.
in
specifiek bij bewoners van woon- en zorgcentra.
- The patient and/or their carer should be - De patiënt en/of zijn/haar verzorger zouden asked directly about: onmiddellijk bevraagd moeten worden over: o the degree of bother of UI o de graad van last van UI o goals for UI care (dryness, quality of o doelen voor UI zorg (droogheid, life, specific decrease in symptom levenskwaliteit, specifieke reductie van severity, co-morbidity, care burden) ernstigheid van symptomen, comorbiditeit, zorglast) o the likely level of co-operation with o het vermoedelijke samenwerkingsniveau management in behandeling o the patient’s overall prognosis and o algemene prognose van de patiënt en life expectancy. levensverwachting. - All patients must be screened for - Alle patiënten moeten gescreend worden voor haematuria, as it is not known if treatment hematurie. Het is immers niet bekend of de of otherwise asymptomatic bacteriuria and behandeling van al dan niet asymptomatische pyuria is beneficial. Such treatment may bacteriurie en pyurie nuttig is. Dergelijke cause harm by increasing the risk of behandeling kan schade veroorzaken door het antibody resistance and causing severe risico op weerstand te verhogen en door ernstige adverse effects, such as clostridium difficile ongunstige effecten zoals clostridium difficile colitis. There is insufficient evidence to colitis te veroorzaken. Er is onvoldoende recommend a clinical stress test in evidentie om een klinische stresstest aan te frail/older persons. bevelen aan kwetsbare/oudere mensen. 3.1.2 Nocturia 3.1.2 Nycturie - For frail/older people with bothersome - Voor kwetsbare/oude mensen met hinderlijke nocturia, assessment should focus on nycturie moet de beoordeling zich richten op de identifying the potential underlying identificatie van onderliggende oorzaken, cause(s), including: inclusief: o nocturnal polyuria o nachtelijke polyurie o primary sleep problem o primair slaapprobleem o conditions resulting in a low voided o omstandigheden die resulteren in kleine volumes. plasvolumes. - A bladder diary or wet checks may be - Een mictiedagboek of “natheidscontroles” useful in the evaluation of patients with kunnen nuttig zijn in de evaluatie van patiënten nocturia. Wet checks can be used to assess met nycturie. Natheidscontroles kunnen gebruikt UI frequency in long-term care residents. worden om de frequentie van UI te bepalen bij mensen die zorg op lange termijn vereisen. 3.1.3 Post-void residual (PVR) volume 3.1.3 Residu na het plassen - In many care settings it is impractical to - In veel zorgcentra is het onpraktisch te bepalen. obtain. However, there is compelling Er is echter overtuigende klinische ervaring voor clinical experience for measuring PVR in het meten van het residu na het plassen bij selected frail/older persons with: kwetsbare/oudere mensen met: o (longstanding) diabetes mellitus o (langdurige ) diabetes mellitus o prior episodes of urinary retention o voorgaande episodes van urinaire retentie or history of high PVR of anamnese van hoog residueel volume na het plassen o recurrent UTIs o herhaaldelijke UWIs
NURSING GUIDELINES PROJECT UCL (ECOLE DE SANTÉ PUBLIQUE) – UNIVERSITEIT GENT (VERPLEGINGSWETENSCHAP)
6
o medications that impair bladder emptying o chronic constipation o persistent or worsening UI despite treatment with antimuscarinics o prior urodynamic study demonstrating detrusor underactivity and/or bladder outlet obstruction.
o medicatie die blaaslediging verslechtert o chronische constipatie o blijvende of verergerende UI ondanks behandeling met antimuscarine o voorgaande urodynamische studie die onderactiviteit van de blaasspier en/of een obstructie van de blaasuitgang aantoont.
- Treatment of co-existing conditions (e.g. - Behandeling van bijhorende omstandigheden constipation) and stopping anticholinergic (bijv. constipatie) en het stoppen met drugs may reduce PVR. There is no anticholinergica medicatie kan het residu na het consensus regarding what constitutes plassen reduceren. Er is geen consensus over wat ‘high’ PVR in any population. A trial of precies verstaan wordt onder een “hoog” catheter decompression may be residueel volume. Een test van considered in patients with PVR > 200-500 catheterdecompressie kan overwogen worden bij ml, in whom this may be a major patiënten met een residu na het plassen >200contributor to UI or bothersome frequency. 500 ml, waarbij dit een grote bijdrage kan leveren aan UI of hinderlijke frequentie.
3.2 Initial management 3.2 Aanvangsbehandeling - Initial treatment should be individualised - De aanvangsbehandeling moet geïndividualiseerd and influenced by goals of care, treatment zijn en zowel beïnvloed door de zorgdoelen, preferences, and estimated remaining life behandelingsvoorkeuren en geschatte expectancy, as well as the most likely levensverwachting als de meest waarschijnlijke clinical diagnosis. klinische diagnose. - In some patients, it is important to - Bij sommige patiënten is het belangrijk om te recognise that contained UI (e.g. with pads) erkennen dat behouden UI (bijv. met pads) may be the only possible outcome for UI mogelijk de enige oplossing is voor UI die blijft na that persists after treatment of behandeling van bijdragende comorbiditeit en contributing co-morbidity and other factors andere factoren (in het bijzonder bij mensen met (especially for frail persons with no or beperkte mobiliteit, gevorderde dementie en/of minimal mobility, advanced dementia nachtelijke UI). and/or nocturnal UI). - Conservative and behavioural therapies for - Conservatieve en gedragsmatige therapieën voor UI: UI: o lifestyle changes o leefstijlinterventies o bladder training in fit or alert o blaastraining bij fitte of alerte personen patients o prompted voiding for frail and o gevraagd plassen voor kwetsbare en cognitively impaired patients. cognitief gestoorde patiënten. - For selected, cognitively intact, frail - Voor sommige, cognitief intacte, kwetsbare persons, pelvic muscle exercises may be mensen kunnen bekkenspieroefeningen considered. overwogen worden.
NURSING GUIDELINES PROJECT UCL (ECOLE DE SANTÉ PUBLIQUE) – UNIVERSITEIT GENT (VERPLEGINGSWETENSCHAP)
7
3.3 Ongoing management and 3.3 Verdere behandeling en herbeoordeling reassessment - UI can usually be managed successfully - Met UI kan gewoonlijk gemakkelijk omgegaan using a combination of the above worden door het gebruik van een combinatie van approaches. However, if initial bovenstaande benaderingen. Als eerste management does not provide sufficient behandeling echter niet voor voldoende improvement, then the next step should be verbetering zorgt, zou de volgende stap moeten to reassess the patient for contributing cozijn om de patiënt te herbeoordelen wat betreft morbidity and/or functional impairment bijdragende comorbiditeit en/of functionele and to treat it. stoornissen en dit te behandelen.
3.4 Specialised management 3.4 Gespecialiseerde behandeling - Specialist referral should be considered if - Doorverwijzing naar een specialist moet the initial assessment finds that a overwogen worden als tijdens de eerste frail/older person with UI has: beoordeling wordt gevonden dat een kwetsbare/oudere persoon met UI het volgende heeft: o other significant factors (e.g. pain, o andere significante factoren (bijv. pijn of haematuria) hematurie) o UI symptoms that cannot be o UI symptomen die niet ingedeeld kunnen classified as UUI, SUI or MUI or worden onder AUI, SUI of GUI of een other complicated co-morbidity, andere ingewikkelde comorbiditeit, welke which the primary clinician is unable de primaire clinicus niet kan behandelen to address (e.g. dementia, (bijv. dementie, functionele stoornis) functional impairment) o an insufficient response to initial o onvoldoende reactie op eerste management. behandeling. - The type of specialist will depend on local - Het type specialist is afhankelijk van de lokale resources and the reason for referral. middelen en de reden van doorverwijzing. Surgical specialists could include urologists Chirurgische specialisten kunnen urologen of or gynaecologists. Patients with functional gynaecologen zijn. Patiënten met een functionele impairment could be referred to a stoornis kunnen doorverwezen worden naar een geriatrician or physical therapist. geriater of lichamelijke therapeut. Continence nurse specialists may be Continentieverpleegkundigen kunnen helpen bij helpful for homebound patients. The thuis-verblijvende patiënten. Bij de beslissing om decision to refer a patient should take into een patiënt door te verwijzen moet men rekening account the goals of care, patient/carer’s houden met de zorgdoelen, de patiënt/verzorger desire for invasive therapy and estimated hun verlangen voor invasieve therapie en de life expectancy. geschatte levensverwachting.
NURSING GUIDELINES PROJECT UCL (ECOLE DE SANTÉ PUBLIQUE) – UNIVERSITEIT GENT (VERPLEGINGSWETENSCHAP)
8