TENTOONSTELLING
GENDER@WAR 1914-1918: VROUWEN EN MANNEN TEN OORLOG 09/09/15 > 03/01/16 BELVUE MUSEUM
PERSDOSSIER
1
GENDER@WAR 1914-1918 VROUWEN EN MANNEN TEN OORLOG PERSDOSSIER
Een originele, vergelijkende tentoonstelling van het Archief- en Onderzoekscentrum voor Vrouwengeschiedenis in samenwerking met BELvue museum.
Honderd jaar geleden schudde de Eerste Wereldoorlog de samenleving brutaal dooreen. Tot de dag van vandaag maken de omvang van het conflict en het geweld waarmee het gepaard ging indruk. De vele herdenkingen doen de herinnering heropleven aan een totale oorlog die zowel legers als burgers meesleepte, aan een conflict dat erg brutaal verliep, gepaard ging met een indringende oorlogscultuur en de geschiedenis van de 20ste eeuw diepgaand beïnvloedde. De tentoonstelling Gender@war 1914-1918 belicht deze oorlog zonder voorgaande vanuit man-vrouwperspectief. Aan de hand van een rijkdom aan beeld- en tekstmateriaal uit vier landen (België, Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië) verkent ze de vele manieren waarop mannen en vrouwen in het conflict betrokken waren en de nauwe verwevenheid van oorlogsen thuisfront. Wat werd er verwacht van mannen, vrouwen en kinderen? Met welke vormen van oorlogsleed werden ze geconfronteerd, welk oorlogswerk namen ze op? Hoe beïnvloedde de oorlog hun positie in gezin en samenleving? Op zoek naar antwoorden vertrekt Gender@war 1914-1918 van de schok die de oorlog tientallen miljoenen mannen en vrouwen toebracht. Mannen moesten naar het front, gezinnen werden uit elkaar gerukt, de economie kreeg een zware klap. Vrouwen namen traditionele mannentaken over – behalve in de bezette gebieden, waar grote werkloosheid heerste en mannen en vrouwen samen instonden voor het dagelijkse overleven. De tentoonstelling toont hoe de oorlog traditionele ideeën over de taken van mannen en vrouwen enerzijds aan het wankelen bracht en anderzijds versterkte. Ze kijkt ook naar de naoorlogse jaren: het toekennen van politieke rechten aan mannen en vrouwen, hun situatie op de arbeidsmarkt, de plaats van mannen en vrouwen in de oorlogsherinnering. Gender@war 1914-1918 toont hoe propaganda, verwachtingen en ervaringen op elkaar ingrepen en doet zo stilstaan bij de complexe wijze waarop gewapende conflicten de maatschappelijk positie van vrouwen en mannen beïnvloeden.
2
Een rijk-geïllustreerde tentoonstelling in een uitzonderlijk kader
Gender@war 1914-1918: vrouwen en mannen ten oorlog brengt meer dan 300 tijdsdocumenten (foto's, postkaarten, tekeningen, affiches, brieven, films, liederen, boeken, spelletjes…) samen in een aantrekkelijke scenografie. De tentoonstelling zal een breed en divers publiek aanspreken, inclusief scholieren en toeristen. Ze is drietalig uitgewerkt (Nl, Fr, En) en brengt België, Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië in beeld, aan de hand van collecties uit binnen- en buitenland. Op maat van scholen werden pedagogische tools ontwikkeld om een klasbezoek te begeleiden (van 5de jaar lagere school tot laatste graad secundaire onderwijs). Alle informatie is ter beschikking op de websites van BELvue en het AVG-Carhif. Voor jongeren onder de 18 jaar is de toegang gratis. Bij de tentoonstelling verschijnt het boek Vrouwen en mannen ten oorlog, 1914 -1918 (uitgave Davidsfonds), dat de thema's uit de tentoonstelling verder uitdiept. Auteurs van de rijkgeïllustreerde publicatie zijn Eliane Gubin en Henk de Smaele (Franstalige versie Femmes et hommes en guerre 1914-1918, uitgave Renaissance du Livre). Gender@war 1914-1918 staat opgesteld in het uitgelezen kader van het BELvue museum, in hartje Brussel. Het is een realisatie van het Archief- en Onderzoekscentrum voor Vrouwengeschiedenis, dat in 2009 het BELvue museum aandeed met de inmiddels rondreizende tentoonstelling Jongens en meisjes, bestemming bekend? België 1830-2000.
3
Praktische informatie
Data Van 9 september 2015 tot 3 januari 2016
Openingsuren Van dinsdag tot vrijdag van 9u30 tot 17u00; in het weekend van 10u00 tot 18u00 Maandag: alleen voor groepen, na reservatie Gesloten op 25 december 2015 en op 1 januari 2016
Tickets 8€ (volwassenen), 7€ (groepen, senioren), 6€ (18-25 jaar, werkzoekenden, gehandicapten), gratis (-18 jaar, leerkrachten, begeleiders)
Bezoek de tentoonstelling met het gezin: spel-parcours voor 10 tot 14-jarigen, begeleid door een volwassene (1€ per kind) in groep: gelieve vooraf te reserveren om de organisatie van uw bezoek en het onthaal te vergemakkelijken met de school: pedagogische tools voor een autonoom klasbezoek werden speciaal ontwikkeld voor leerlingen vanaf het 5de jaar lager onderwijs tot de derde graad secundair onderwijs. Zie www.belvue.be en www.avg-carhif.be met een gids: de gidsen van Korei en Arkadia staan ter beschikking voor een begeleid bezoek van groepen of scholen
Plaats BELvue museum Paleizenplein 7 1000 Brussel
Info en reservaties www.belvue.be
[email protected] +32 (0)2 500 45 54
4
Publicaties die de tentoonstelling begeleiden
Eliane Gubin en Henk de Smaele, Vrouwen en mannen ten oorlog, 1914-1918. Davidsfonds, 2015, 190 p., 27 x 25,5 cm., € 19,99 - ISBN 978-90-5908-677-7. Met een voorwoord door Sophie de Schaepdrijver (Franstalige editie: Femmes et hommes en guerre, 1914-1918, bij Renaissance du Livre).
Dit rijk geïllustreerde boek belicht de verscheidenheid aan posities die vrouwen en mannen tijdens de Eerste Wereldoorlog innamen op het oorlogs- en thuisfront. Thema's als mobilisatie, oorlogsgeweld, arbeid en zorg, intimiteit en gezinsleven, liefdadigheid en verzet worden op een vernieuwende manier benaderd. De vergelijking tussen België, Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië legt constanten bloot maar belicht ook de verschillen, met name voor de situatie in de bezette gebieden. Tenslotte komt de onmiddellijke naoorlogse periode aan bod en het broze herstelproces in gezinnen en de samenleving. Eliane Gubin is historica en emerita van de Université Libre de Bruxelles, waar ze nieuwste geschiedenis doceerde. Vanuit haar vakgebied politieke en sociale geschiedenis legde ze zich vanaf 1989 toe op onderzoek in vrouwengeschiedenis. Henk de Smaele is verbonden aan Power in History, het Centrum voor Politieke Geschiedenis van de Universiteit Antwerpen. Hij doceert hedendaagse cultuurgeschiedenis en geschiedenis van gender en seksualiteit. Eliane Gubin en Henk de Smaele zijn covoorzitters van het Archief- en Onderzoekscentrum voor Vrouwengeschiedenis (AVG-Carhif). Perscontact Davidsfonds Johanna Laurent:
[email protected] T. 016 310 646
AVG-Carhif, Vrouwen en mannen ten oorlog, 1914-1918. Pedagogisch dossier voor leerkrachten. Brussel, AVG-Carhif, 2015. Het AVG-Carhif maakte een pedagogisch instrument waarmee leerkrachten van het secundair onderwijs de thema's van de tentoonstelling kunnen introduceren in hun lessen over de Eerste Wereldoorlog. Het dossier bestaat uit 15 didactische fiches (met opdrachten voor de leerlingen en contextinformatie gebaseerd op recent historisch onderzoek) en tientallen originele documenten (reproducties van affiches, postkaarten en foto's, brieffragmenten, citaten uit recente wetenschappelijke publicaties, cijfers…), die merendeels ook te zien zijn in de tentoonstelling. Het instrument wordt gratis aangeboden als pdf op de websites van BELvue (www.belvue.be) en het AVG-Carhif (www.avg-carhif.be).
5
Meer weten over de tentoonstelling Gender@war 1914-1918: vrouwen en mannen ten oorlog
Vijf thema's volgen elkaar op in het tentoonstellingsparcours.
1. Instemmen met de oorlog
Bij het uitbreken van de oorlog in augustus 1918 kregen vrouwen en mannen duidelijk afgebakende taken. Mannen moesten het gevecht aangaan; ze hadden geleerd dat het vaderland verdedigen hun taak was en meldden zich aan bij het leger, plichtsbewust of berustend. Niet iedereen belandde evenwel in de gevechtszones: omwille van hun leeftijd, fysieke toestand of beroepskennis werden er mannen ingedeeld bij de logistieke en verzorgende diensten of aan het werk gezet in de wapenindustrie. De mobilisatiegraad was ook niet overal even hoog: Duitsland en Frankrijk riepen zo'n 85% van de mobiliseerbare mannen op, in België was dat 20%. De taak van de vrouwen bestond erin om de mobilisatie van de mannen te ondersteunen en het hoofd te bieden aan de schaarste die zich meteen liet voelen. Vrouwen repten zich tijdens de eerste oorlogsdagen naar de stations en verpleegposten om hun diensten aan te bieden en de gewonden te verzorgen. De oorlog had ook meteen een impact op hun werk: op het platteland kregen vrouwen de vraag om het werk van de vertrokken mannen over te nemen, terwijl ze in stedelijk gebied met werkloosheid te kampen hadden omdat veel bedrijven de deuren sloten. Het vertrek van de mannen deed veel gezinnen verarmen: de toegekende steun volstond niet om het weggevallen inkomen te compenseren. Propaganda-affiches tonen hoe mannen werden opgeroepen om hun rol van verdedigers van gezin en vaderland op te nemen en hoe vrouwen werden aangespoord om hen naar het leger te sturen en de verantwoordelijkheid op te nemen voor het gezin. Er gaat ook aandacht naar de manier waarop kinderen werden aangemoedigd om de oorlog te steunen: jongens door zich in te leven in hun toekomstige rol van soldaat, meisjes door thuis en in liefdadigheidsorganisaties de handen uit de mouwen te steken. Spelletjes, boeken, postkaarten, maken zichtbaar hoe ze vertrouwd werden gemaakt met die rollen.
6
2. Onmetelijk geweld
Op de mobilisatie volgde het geweld van de frontzones, waar angst, eenzaamheid en pijn primeerden. De oorlog doodde op veel grotere schaal dan was verwacht en de vaak zware verwondingen maakten het overlevenden moeilijk of onmogelijk om hun oude leven weer op te nemen. Gender@war 1914-1918 belicht het spanningsveld tussen de propaganda, die de viriele moed van de soldaten in de verf zette, en de kwetsbaarheid van verminkte, getraumatiseerde en gevangengenomen mannen. Het front bleek bovenal een plaats van ontmenselijking. Ook het geweld dat de burgerbevolking trof, komt in beeld. De invasie ging gepaard met vernielingen, plundering, moord en verkrachting. Het bezettingsregime dat volgde, woog erg zwaar. Opeisingen, dwangarbeid en deportaties raakten mannen en vrouwen, ook kinderen. Soms nam geweld seksespecifieke vormen aan: in België werden vooral mannen ingezet als gijzelaar of gedeporteerd; seksueel geweld trof vooral vrouwen. Gender@war maakt ook plaats voor de kleine minderheid van pacifisten gewetensbezwaarden, die in het oorlogsklimaat op weinig krediet konden rekenen.
en
3. Een totale oorlog
Door de lange duur van de oorlog en de omvang van de mobilisatie was de impact op de burgerbevolking groot. Zij moest de economie draaiende houden, de afwezigheid van zovele mannen opvangen, de gekwetsten verzorgen en instaan voor de toevoer van wapens, kleding, voeding enz. voor het front. Het derde luik van de tentoonstelling focust op de ontwikkeling van een volwaardig thuisfront, complementair aan en onmisbaar voor het oorlogsfront.
7
Vrouwen waren in de meerderheid op dit thuisfront. In Duitsland, Groot-Brittannië en Frankrijk kregen ze toegang tot beroepen die voorheen alleen mannen toekwamen: bij de post, de brandweer, het openbaar vervoer, in administraties enz. Vanaf 1915 deed ook de wapenindustrie uitdrukkelijk beroep op hen en werden de munitiewerksters een opgemerkt fenomeen. Frankrijk telde meer dan 420.000 zogeheten 'munitionnettes', Groot-Brittannië bijna een miljoen. Terwijl er voor de oorlog veel kritiek klonk op fabriekswerk door vrouwen, was de beeldvorming nu merendeels positief. Arbeidsters kwamen af op de relatief hoge lonen, maar de werkomstandigheden waren zwaar en in oorlogstijd was er weinig begrip voor sociaal protest. Als verpleegster leverden vrouwen een belangrijke bijdrage aan de zorg voor het immense aantal gekwetste soldaten. De beeldvorming schetste een zacht beeld van de oorlogsverpleegsters, maar het was emotioneel en fysiek hard werk, in moeilijke omstandigheden en voortdurend in contact met lijden en dood. Dit oorlogswerk, als 'witte engel' aan het ziekbed van soldaten, sloot naadloos aan bij het heersende ideaalbeeld van de zorgende vrouw. Hun aanwezigheid in het leger was veel minder evident, maar om een maximaal aantal mannen naar het front te kunnen sturen engageerde de legerleiding uiteindelijk toch vrouwen in ondersteunende diensten. Bij het Britse leger ontstonden er zelfs aparte vrouwenkorpsen. Het avontuurlijke en vaderlandslievende werk trok heel wat jonge vrouwen aan, maar niet iedereen was enthousiast. Tijdens de oorlog namen vrouwen nieuwe functies en taken op, een evolutie die tijdgenoten opviel en al eens choqueerde. Sommigen waren blij 'onvermoede talenten' te ontdekken bij vrouwen en pleitten voor meer gelijkheid tussen de seksen. Anderen waren ongerust over de rolomkering en vreesden de concurrentie van vrouwen op de arbeidsmarkt. Naar hun mening was de echte rol van vrouwen die van moeder en echtgenote en dienden ze daar na de oorlog zo snel mogelijk naar terug te keren. Bezet België verschijnt als een 'geval apart'. Aangezien industrie en handel tot stilstand kwamen, leden zowel de mannen die talrijk waren achtergebleven als de vrouwen onder hoge werkloosheid. Mannen en vrouwen stonden samen in de rij voor levensmiddelen, hielpen in soepkeukens en tal van liefdadigheidsinitiatieven. De ongewone situatie creëerde angst dat mannen zouden vervrouwelijken.
8
4. Intimiteit
De oorlog haalde miljoenen gezinnen uit elkaar voor lange maanden, soms voor de hele duur van het conflict. Het gemis van geliefden leidde tot ongerustheid, angst en frustratie. Soldaten verlieten het gemengde burgerleven en kwamen in een bijna exclusief mannelijke omgeving terecht. Periodes van verlof waren erg schaars en uit brieven, dagboekfragmenten en tekeningen blijkt hoe zwaar het gemis van vrouwen woog. Soldaten riepen onderling ‘vervangfamilies’ in het leven, speelden huwelijksceremonies na, verkleedden zich als vrouw... Prostitutie was wijdverspreid en de verlangens van mannen inspireerden liederen, gedichten en postkaarten. De legerleiding probeerde het moreel hoog te houden door te voorzien in een efficiënte postbedeling. De miljoenen brieven en pakjes die dagelijks tussen oorlogs- en thuisfront werden gestuurd waren van onschatbaar belang. Soldaten wachtten niet alleen ongeduldig op nieuws van thuis maar schreven zelf ook veel, soms met een 'oorlogsmeter' die als vervangfamilie optrad. Ze beschreven hun angst en verdriet, hun gehechtheid aan thuis, hun gevoel van verlatenheid. Ze probeerden hun rol van gezinshoofd te blijven opnemen door vrouw en kinderen goede raad te geven. Ook voor het thuisfront was de post erg belangrijk: brieven waren een teken van leven, ze doorbraken de ongerustheid. Echtgenotes schreven over hun nieuwe verantwoordelijkheden, thuis en op het werk, legden hun zorgen voor en drukten hun liefde uit. Veel kinderen konden alleen per brief ietwat contact houden met hun afwezige vader.
9
5. Herstel en herinnering
Tot slot buigt Gender@war 1914-1918 zich over de naoorlogse periode. Vanuit een verlangen naar stabiliteit en herstel werd mannen en vrouwen een erg conventioneel ideaalbeeld voorgehouden. De integratie van de terugkerende soldaten in gezin en samenleving was de eerste prioriteit. Vrouwen kregen de vraag om de jobs aan mannen te laten en zich te concentreren op hun taken in het gezin. Ze werden aangemoedigd om veel kinderen te krijgen en zo de mannen die sneuvelden te vervangen. Hun engagement in de oorlog werd niet of nauwelijks beloond met meer rechten: weliswaar democratiseerde de samenleving, maar vrouwenstemrecht werd vaak slechts in beperkte vorm ingevoerd. De tijdsgeest was evenwel niet louter conservatief: er tekenden zich ook emancipatorische tendensen af. Het einde van de oorlog betekende ook dat herdenking en herinnering vorm kregen. Officiële ceremonies, monumenten en schoolboeken focusten op de frontsoldaten en het extreme geweld dat ze hadden getrotseerd. Indien het thuisfront al in beeld kwam, was dat vooral in de vorm van treurende vrouwen en kinderen. Occasioneel ging aandacht naar de verpleegster, die ook vandaag nog wordt gezien als de vrouwenfiguur bij uitstek van WOI.
10
BELVUE MUSEUM België zal u verrassen! 1830… Daar begint het verhaal. Het verhaal van dit lapje grond dat ze België noemen. Dat kleine land zou in de loop der tijd voor heel wat verrassingen zorgen. Sinds bijna tweehonderd jaar is België voortdurend in beweging geweest en geëvolueerd. Ontstaan op het ritme van successen en mislukkingen, opstanden en oorlogen, democratie en koningen. Het BELvue museum schrijft geen geschiedenis, het is de geschiedenis die het museum schrijft. De historische gebeurtenissen komen tot leven aan de hand van unieke documenten, verrassende filmfragmenten en onvergetelijke foto’s. Bij het doorkruisen van de negen zalen van de permanente collectie zullen de oudere bezoekers zich allerlei zaken herinneren en kunnen de jongeren kennismaken met episodes uit het verleden. De tijdelijke tentoonstellingen bieden een aanvullend beeld door in te zoemen op een bepaald aspect, een tijdperk of een thema. Het BELvue ligt zo dicht bij het Koninklijk Paleis dat het uitkijkt op de tuinen ervan. Het verwelkomt ook toevallig voorbijkomende bezoekers die belangstelling hebben voor dit unieke gebouw, dat de belichaming is van ons collectieve geheugen. Het museum is gevestigd in het schitterend gerenoveerde voormalige ‘hôtel Bellevue’ uit de achttiende eeuw en biedt ook gelegenheid om even op adem te komen, in de winter op het aangename binnenterras en in de zomer in de tuin. Het BELvue heeft een geschiedenis die het met u wil delen!
11
HET ARCHIEF- EN ONDERZOEKSCENTRUM VOOR VROUWENGESCHIEDENIS Het Archief- en Onderzoekscentrum voor Vrouwengeschiedenis heeft sinds zijn oprichting in 1995 op vele vlakken zijn professionalisme en dynamiek getoond. Het archiefdepot herbergt bijna 150 archieven van vrouwenorganisaties en feministische activistes, en duizenden boeken, tijdschriften, affiches en foto's. Onderzoekers, studenten, journalisten en professionals uit het gelijkekansenveld vonden de voorbije jaren de weg naar de leeszaal en databanken. Het centrum kreeg enthousiaste reacties op zijn instrumenten voor het onderwijs, en de rondreizende tentoonstellingen Een vrouw, een stem (1996) en Jongens en meisjes: bestemming bekend? (2009) kennen een blijvend succes. Het AVG-Carhif is daarnaast ook actief op het terrein van het wetenschappelijk onderzoek. Daarvan getuigen een mooie lijst van publicaties en de oprichting van het Belgisch Forum voor Gendergeschiedenis, een netwerk voor universitaire onderzoekers. Met zijn nieuwe tentoonstelling Gender@war 1914-1918: vrouwen en mannen ten oorlog laat het AVG opnieuw een breed publiek proeven van een boeiend, weinig bekend facet van het verleden.
12
Perscontact
Voor het BELvue museum
Aurélie Cerf +32 (0)2 545 08 02
[email protected]
Voor het Archief- en Onderzoekscentrum voor Vrouwengeschiedenis
Els Flour +32 (0)2 229 38 31
[email protected]
Josse Abrahams +32 (0)2 549 02 56
[email protected]
BELvue museum Paleinzenplein 7 1000 Brussel www.belvue.be
Archief- en Onderzoekscentrum Vrouwengeschiedenis Middaglijnstraat 10 1210 Brussel www.avg-carhif.be
Beelden voor de pers zijn beschikbaar op aanvraag.
De tentoonstelling kreeg de steun van:
13
voor