Aan de gemeenteraad Beste Griffie,
Deze email richt ik aan u - in aanvulling op de ingezonden brief van mevrouw Bouwmeister, betreffende het convenant tussen Horeca Nijmegen en Doornroosje. Ik denk dat deze brief, met de twee voorbeeldbrieven (beide gericht aan de burgemeester, vanuit het popopdium geschreven, en vanuit een fractie geschreven) van vitaal belang is om te begrijpen in welke context dit convenant gesloten wordt, en hoe uitzonderlijk het is. Het onderwerp staat als ingezonden brief op de agenda van 24 oktober. Helaas ben ik dan verhinderd (want in het buitenland).
Daarom hieronder de tekst zoals ik die naar Esther Borggreve, Regioadviseur Gelderland KHN, gestuurd heb. ik hoop en veracht dat je deze verspreid onder de gemeenteraadsleden.
" Ik moet zeggen dat ik onaangenaam verrast was dat een en ander meteen naar de gehele gemeenteraad is gegaan.
In principe is het een overeenkomst tussen ons waarin door jullie gevraagd is de wethouder mee te nemen. Dat daarbij impliciet de hele raad ook direct meegenomen zou worden, en er daarbij een raadsdiscussie uitgelokt kan worden (op 24 oktober), was mij vooraf niet bekend.
En daarmee brengen jullie mij in een lastig parket. Kijk maar eens naar de twee voorbeeld documenten van mijn branche organisatie. Wat ik nu aan het doen ben met jullie sluit daar absoluut niet bij aan.
Ik wil absoluut voorkomen dat het dossier Doornroosje straks als een breekijzer voor andere steden en poppodia gebruikt gaat worden. Zoals ik jullie al aangaf moet je elke situatie apart beoordelen, simpelweg omdat bij nader inzien de meeste gevallen niet of niet goed vergelijkbaar zijn.
Door het op deze wijze expliciet naar buiten te brengen, en straks te onderbouwen met een raadsbesluit, krijgt het een beetje een lading van jurisprudentie - zonder dat er dan een complete discussie is gevoerd. Wat er nu in Nijmegen gebeurt, is een handreiking van Doornroosje aan de gevestigde horeca - simpelweg omdat Doornroosje bereid is zich zo te gedragen. Niet meer en niet minder. Het kan en mag niet als een voorbeeld voor de rest van de sector gebruikt worden.
Daarom wil ik de politieke partijen expliciet wijzen op het restant deel van de benodigde informatie. Dat zij inzien dat er in Nijmegen op zich wel iets speciaals gebeurt op dit terrein, maar dat ze - als ze hier onzorgvuldig over beslissen - ook nog wel eens de aanjager kunnen zijn van een proces wat ze helemaal niet in gang hebben willen zetten. En daar zal de wethouder zich ook terdege bewust van moeten zijn.
Zoals uit bovenstaand wel duidelijk is, ben ik nog steeds bereid het convenant te tekenen. Ik begrijp alleen dat jullie daarmee willen wachten tot na de raadsvergadering. Blijkbaar hangt daar vanaf of de wethouder tekent of niet? "
Vriendelijke groeten,
Toine Tax DOORNROOSJE Groenewoudseweg 322 6525 EL Nijmegen t. 024-3554243 f. 024-3568015 www.doornroosje.nl
[email protected]
Aan: de Burgemeester van gemeente X VNPF: Onder de nieuwe DHW wordt de burgemeester het bevoegd gezag en niet langer het college. De verordening wordt opgesteld door de raad. Misschien is het daarom goed om de brief aan de burgemeester te sturen met een afschrift aan de raad? In afschrift aan: de gemeenteraad Betreft: voorstel overleg n.a.v. modelverordening paracommercie Bijlage: modelverordening VNG (apart verstuurd als PDF)
plaats, datum
Geachte burgemeester, Graag vraag ik uw aandacht voor de nieuwe Drank- en Horecawet, zoals deze per 1 januari aanstaande van kracht zal worden. Zoals u bekend dient op grond van deze wet door de gemeenteraad een drank- en horecaverordening opgesteld te worden met daarin in ieder geval regels ten aanzien van paracommerciële bedrijven. Uit de Memorie van Toelichting op de wet blijkt duidelijk dat de regering met de nieuwe Drank- en Horecawet heeft willen bewerkstelligen dat gemeenten ten aanzien van de regulering van paracommerciële bedrijven maatwerk mogelijk heeft willen maken en de bedoeling heeft te voorkomen dat aan dergelijke bedrijven onnodige beperkingen worden opgelegd. De op 11 juli 2012 gepubliceerde modelverordening paracommercie VNG sluit goed aan op de praktijk van culturele instellingen dus ook poppodia en -festivals, beter dan andere modelverordeningen zoals bijvoorbeeld die van het Bureau Eerlijke Mededinging. Deze laatste ziet het liefst dat culturele instellingen nauwelijks of in zijn geheel geen horeca-activiteiten ontplooien, dit vooral ter bescherming van eigen achterban.
Zowel de Rijksoverheid als gemeentelijke overheden zien zich genoodzaakt te bezuinigen. Dit treft ook poppodia en -festivals, waarvan nu des te meer wordt gevraagd zich nog meer als ondernemer op te stellen. Naar de opvatting van < naam organisatie > is het daarbij cruciaal dat gemeenten een situatie creëren die het klimaat voor ondernemerschap bevorderen. Zodat ook culturele instellingen verlost worden van onnodige belemmeringen bij hun ondernemerschap. Als directeur van podium/ festival X zou ik u daarom graag uitnodigen om samen met ons de belangrijkste bepalingen van de modelverordening paracommercie van de VNG eens te spiegelen aan de ontwikkelingen in onze gemeente. Graag zou ik met u willen nagaan wat deze verordening ook bij nadere bestudering voor gemeente X en haar culturele infrastructuur betekent, wetende dat deze organisaties steeds meer eigen inkomsten moeten genereren om het hoofd boven water te kunnen houden. Het lijkt mij van groot belang dat de verordening, conform de visie van de regering, geen onnodige beperkingen oplegt aan onze bedrijfsvoering, gelet op onze bijdrage aan de culturele infrastructuur van de gemeente, bijvoorbeeld door te beperkte schenktijden op te nemen. Graag willen wij u voorstellen om op korte termijn een afspraak te maken om de modelverordening met u en uw medewerkers te bespreken.
Hoogachtend,
Betreft: schriftelijke vraag n.a.v. de nieuwe drank en horeca wet en de daartoe ontwikkelde verschillende modelverordeningen
VNPF: Op zich is het de bevoegdheid van de gemeenteraad om de verordening vast te stellen. Uiteraard wordt dat in de praktijk voorbereid door de burgemeester, de ambtenaren, maar het lijkt de VNPF wel goed als de raad zich voldoende realiseert dat zij ‘de sleutel’ zelf in handen heeft. plaats, datum Geacht College, Graag vraagt de fractie van X aandacht voor de in:
november 2011 gepubliceerde modelverordening paracommercie – leidraad voor gemeenten van het Bureau Eerlijke Mededinging (BEM) juli 2012 gepubliceerde modelverordening van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG)
Naar de mening van onze fractie zijn beide verordeningen op onderdelen relevant voor de popsector in onze gemeente. De modelverordening van het BEM behartigt vooral en alleen de belangen van de reguliere horeca en doet daarbij de werkelijkheid hier en daar stevig geweld aan*. Tussen de regels wordt gesteld dat culturele instellingen bedreigend zijn voor de reguliere horeca. Daar is geen enkel bewijs voor. Omgekeerd bestaat er verschillend onderzoek dat aantoont dat de aanwezigheid van culturele infrastructuur de bestedingen van inwoners en bezoekers doet toenemen. * VNPF: In de ledenbrief heeft de VNG dan ook al aangegeven dat naar haar verwachting de modelverordening van de het BEM geen stand zal houden bij de bestuursrechter aangezien deze te weinig rekening houdt met de plaatselijke omstandigheden, zoals vereist op grond van de DHW. De modelverordening van de VNG sluit veel beter aan op de praktijk van culturele instellingen dus ook poppodia en -festivals. Zowel de Rijksoverheid als gemeentelijke overheden zien zich genoodzaakt te bezuinigen. Dit treft ook de culturele instellingen, waarvan nu des te meer wordt gevraagd zich als ondernemer op te stellen. Naar onze opvatting is het daarbij cruciaal dat gemeenten een situatie creëren die het klimaat voor ondernemerschap bevordert. Zodat ook culturele instellingen verlost worden van onnodige belemmeringen bij hun ondernemerschap. Onze fractie wil graag de belangrijkste punten in de modelverordening van de VNG spiegelen aan de situatie in onze gemeente. Onze fractie wil graag weten de modelverordening van de VNG, over nemen en daarmee aan …….. de ruimte geven haar belangrijke culturele functie te kunnen blijven vervullen Tegelijkertijd zijn wij van mening dat de aanbevelingen om serieuze aandacht en om analyse vragen. Wij vatten het bovenstaande samen in de volgende vragen: 1. Heeft de burgemeester al kennis kunnen nemen van de modelverordening paracommercie van de VNG? Zo nee, is de burgemeester bereid om dat alsnog te doen? 2. Zou de burgemeester in beeld willen brengen hoe de modelverordening paracommercie van de VNG zich tot de situatie in onze gemeente verhoudt? 3. Hoe denkt de burgemeester over de modelverordening paracommercie van de VNG? Wat betekenen ze voor het beleid van onze gemeente in de komende jaren. Welke stappen denkt de burgemeester te moeten nemen naar aanleiding van de modelverordening paracommercie van de VNG, in acht nemende dat culturele instellingen steeds meer eigen inkomsten moeten genereren terwijl ze toch ook een artistiek innovatieve opdracht hebben? Hoogachtend,
<..> Bijlage: Modelverordeningen