Nummer
:
B-3.15.2007
Onderwerp
:
Het plaatsen van een meetpaal op het Uithuizerwad
Korte inhoud :
Rijkswaterstaat heeft een verzoek ingediend voor het plaatsen van een meetpaal op het Uithuizerwad. Het verzoek is in strijd met het bestemmingsplan Waddenzee. Voor het verlenen van een bouwvergunning voor de meetpaal is een artikel 19 lid 1 WRO procedure noodzakelijk. De gemeenteraad is bevoegd vrijstelling ex artikel 19 lid 1 WRO te verlenen.
Uithuizen, 30 augustus 2007. AAN DE RAAD.
Inleiding Rijkswaterstaat heeft een verzoek ingediend voor het plaatsen van een meet paal op het Uithuizerwad. De meetpaal is enkele honderden meters (500 meter) ten oosten van de Noordkaap gepland. Het plaatsen van de meetpaal kent een zwaarwegend maatschappelijk belang dat is te relateren aan de bescherming tegen hoog water. Planologische toets Het Uithuizerwad valt onder het bestemmingsplan Waddenzee en heeft de volgende bestemming: ? Doeleinden ten aanzien van het natuurgebied Waddenzee; o behoud, herstel en ontwikkeling van het getijdengebied en de daar aan eigen landschappelijke en natuurlijke waarden. ? Voor sociaal-economische en sociaal-culturele doeleinden; o beroepsscheepvaart; o agrarisch gebruik van de kwelders; o ondergrondse transport- en energieleidingen, uitsluitend voor zover de gronden zijn aangegeven met ‘leidingstraat’; o beroepsvisserij; o winning van zand, schelpen en klei; o kustbeheer; o aanlegsteigers en werkkaden, uitsluitend voor zover de gronden zijn aangegeven met ‘steigers en werkkaden’; o recreatie; o lozing van afvalstoffen, afvalwater/koelwater; o storten van baggerspecie. In de voorschriften betreffende bebouwing staat het volgende ten aanzien van bouwwerken: 1. voor zover het de gehele bestemming betreft, uitsluitend andere bouwwer ken zijn toegestaan noodzakelijk voor:
2
a. de instandhouding, het onderhoud of ter verhoging van de landschappelijke en/of natuurlijke waarde; b. de beroepsscheepvaart; met dien verstande dat de bouwhoogte ten hoogste 1.50 meter mag bedragen; 2. voor zover het de aanlegsteigers en werkkaden betreft, tevens andere bouwwerken ten behoeve van steigers, werkkaden en het laden en lossen van zeeschepen zijn toegestaan, met dien verstande dat de bouwhoogte ten hoogste 15 meter mag bedragen; 3. voor zover het de gronden aangegeven met ‘voorzieningen ten dienst van het kustbeheer’ betreft, tevens andere bouwwerken ten behoeve van het kustbeheer zijn toegestaan, met dien verstande dat de bouwhoogte ten hoogste 6 meter mag bedragen; 4. voor zover het de gronden aangegeven met ‘scheepvaartroute’ betreft, tevens andere bouwwerken ten behoeve van recreatie zijn toegestaan, met dien verstande dat de bouwhoogte ten hoogste 1.50 meter mag bedragen. Artikel 19 lid 1 WRO De meetpaal ligt niet binnen een zone aangegeven met ‘voorzieningen ten dienste van het kustbeheer’ en is dus in strijd met het bestemmingsplan. Voor het verlenen van een bouwvergunning is een artikel 19 lid 1 WRO procedure noodzakelijk. Lid 1 is van toepassing omdat het bouwen van een meetpaal niet wordt genoemd in artikel 20 BRO en de provinciale vrijstellingenlijst. Ruimtelijke Onderbouwing Omschrijving van het project De zeedijken langs de kust aan de Waddenzee beschermen het land tegen hoog water. Deze dijken moeten sterk en hoog genoeg zijn om als zeewering te kunnen fungeren. De dijken (en ander zeekeringen) worden getoetst op basis van de Wet op de Waterkering. Voor de dijken langs de Waddenzee in Groningen en Friesland geldt dat de dijken zo hoog en zo sterk moeten zijn dat ze een stormvloed kunnen weren die gemiddeld eens in de 4.000 jaar kan voorkomen. Iedere vijf jaar wordt getoetst of de dijken nog voldoen aan de bij de wet gestelde eisen. Vanuit het Rijk worden de normen gesteld. De dijkbeheerder is verantwoordelijk voor de uitvoering, dus voor voldoende versterkte zeedijken. Om normen te kunnen stellen zijn voldoende gegevens nodig. Het gaat hier om de vraag hoe groot de kans is op extreem hoge waterstanden en de kracht waarmee de golven op een dijk kunnen slaan. Over de Noordzee is bekend dat de golven daar soms acht meter hoog kunnen zijn en ook dat de golven daar langer kunnen zijn dan aanvankelijk werd aangenomen. Of de langere golven ook hun doorwerking hebben op de Waddenkust is niet bekend. De gegevens over golven in de Waddenzee is onvoldoende beschikbaar. Rijkswaterstaat gaat daarom metingen verrichten naar de voortplanting van de golven vanaf de diepe Noordzee, via de zeegaten tussen de Waddeneilanden naar vervolgens het ondiepe water tot vlakbij de kust van Groningen en Friesland. Rijkswaterstaat heeft het voornemen om langs de Waddenkust twee meetpalen te plaatsen. Het gaat dan om de Friese en Groningse kust ten zuiden van een gemiddeld zeegat zoals de kust nabij de Eems Dollard. Voor de Groningse kust is een locatie op het Uithuizerwad gekozen. Een vast meetpunt geeft een hogere betrouwbaarheid, ook bij extreme stor momstandigheden. Een meetpaal kan tegelijkertijd een groot aantal hydraulische en meteorologische parameters registreren, zoals golven, stroming, waterstand en wind.
3
Voor de onderbouwing van de locatie e.d. wordt u verwezen naar de bijlage ‘Ruimtelijke onderbouwing meetpalen in Waddenzee’. Deze ligt voor u ter inzage op de rir. Provinciaal beleid In het POP staat de Waddenzee aangegeven als nader uit te werken gebied. In het voorjaar van 1995 is door de drie Waddenprovincies het Interprovinciaal Beleidsplan Waddenzeegebied (IBW) vastgesteld, dit plan heeft de status van gebiedgerichte uitwerking van het streekplan. Uitgangspunt van het IBW is de duurzame bescherming en ontwikkeling van de Waddenzee, de Noordzee en de Eems-Dollard als natuurgebied. Binnen deze doelstelling zijn menselijke activiteiten met een economische en/of recreatieve betekenis mogelijk. Naast dit uitgangspunt is de veiligheid van de bewoners, te bereiken door een goede verdediging tegen de zee, een vast gegeven. Bij het toestaan van bepaalde activiteiten zal de maatschappelijke noodzaak moeten worden aangetoond. Stedenbouw De meetpaal (het geheel reikt tot ongeveer 18 meter boven het maaiveld) wordt op 100 meter uit de teen van de Zeedijk geplaatst op het Uithuizerwad, ten noorden van de Emmapolder. De locatie is ongeveer 500 meter ten oosten van de Noordkaap. De kruin van de zeedijk ligt op 8.9 meter boven NAP. Voor de dijk ligt een landaanwinning, waarvan de paalwerken ongeveer vijfhonderd meter in de Waddenzee steken. Daartussen ligt een vlakke kwelder, die vrijwel niet meer overstroomd raakt. De kwelder is sporadisch begroeid. Het hoogteverschil tussen de dijkkruin en de kwelder is bijna 9 meter. Op ongeveer drie kilometer afstand ten oosten van de locatie ligt het Eemshavengebied, waarvan bebouwing en windturbines het beeld bepalen. De meetpaal is in zijn geheel en van nabij zichtbaar vanaf de Zeedijk. Door de ligging ten noorden van de dijk staat de paal vrijwel de gehele dag (gedeeltelijk) in het zonlicht. De meetpaal vormt daar het enige verticale element in een landschap waarin de horizon de belijning bepaalt. Vanaf de Middenweg zijn de bovenbouw en de antenne van de meetpaal zichtbaar, maar is hij door de wer king van het per spectief relatief klein. Voor de bezoekers van de Noordkaap ligt de meetpaal ter zijde op een afstand van ongeveer 500 meter (zie pagina 22 van de Ruimtelijke onderbouwing voor een fotomontage). Vanaf schepen is de Waddenzee is de meetpaal zichtbaar vanaf de Oude Westereems (bijna 2 km.). De meetpaal staat daar tegen een achtergrond van de dijk en is vrijwel uitsluitend met tegenlicht te zien. De meetpaal wordt in dit uitzicht als verticaal element vergezeld van de boven de dijk uitstekende windturbines. Het effect van de meetpaal op het landschap is het sterkst voor waarnemers op de dijk bij de Noordkaap. De meetpaal staat op de voorgrond, de vormgeving wijkt af van de vormen in de omgeving en biedt daardoor weinig aanknopingspunten om doel en betekenis van de meetpaal te achterhalen. Dit laatste effect wordt verminderd omdat op de dijk informatie gegeven zal worden over het doel en de werking van de meetpaal. Verder landinwaarts en vanuit de Waddenzee is het effect van de meetpaal op het landschap gering; daar domineren windturbines het beeld. Naast de bestemming behoud, herstel en ontwikkeling van het getijdengebied en de daaraan eigen landschappelijke en natuurlijke waarden, valt kustbeheer ook onder de bestemming van de Waddenzee. De meetpaal is noodzakelijk ten behoeve van het kustbeheer. Op de betreffende locatie mogen echter geen bouwwerken worden geplaatst volgens de bepalingen van het bestemmings-
4
plan. De maatschappelijke noodzaak van de meetpaal is dusdanig groot in ver band met een goede kustverdediging. Monumentenzorg De betreffende locatie is geen rijksmonument in het kader van de Monumentenwet. Welstand Het Waddenzeegebied is niet opgenomen in de welstandsnota. De paal zal uitgevoerd worden in een grijstint om zo min mogelijk op te vallen in het waddenlandschap. Een licht boven op de meetpaal is niet nodig. De uiteindelijke bouwaanvraag zal voorgelegd worden aan de welstandscommissie. Aan de vrijstelling zal de volgende voorwaarde worden verbonden: het bouwplan voor de meetpaal moet voldoen aan redelijke eisen van welstand. Flora en fauna De Wadden zijn als Natura 2000-gebied aangewezen. In het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 is een ‘Verstorings- en verslechteringstoets meet paal Uithuizerwad’ uitgevoerd met de volgende conclusie: “De Habitatrichtlijnsoorten komen in het gebied niet of incidenteel voor. Het plaatsen van de meetpaal heeft geen effect op de soorten. Een vergunning van de Natuurbeschermingswet 1998 is noodzakelijk voor het aantasten van enkele vierkantemeters van het habitattype ‘bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten’, waarvoor de Waddenzee is aangemeld als Habitatrichtlijngebied. Er is geen sprake van een significant effect, zodat er geen passende beoordeling hoeft te worden uitgevoerd. Een vergunning van de Natuurbeschermingswet 1998 is noodzakelijk voor het tijdelijk verstoren van een aantal steltlopersoorten, waarvoor de Waddenzee is aangemeld als Vogelrichtlijngebied. Afhankelijk van de periode van de plaatsing van de meetpaal kan deze verstoring worden geminimaliseerd. Wanneer de periode van plaatsing in de maand juni betreft, zal een aantal soorten in de omgeving van het plangebied ontbreken en zijn de dichtheden van de wél aanwezige soorten jaarrond bezien het laagst. Er is geen sprake van een significant effect, zodat er geen passende beoordeling hoeft te worden uitgevoerd”. De verstorings- en verslechteringstoets ligt voor u ter inzage op de rir. Water Een meetpaal met een zo beperkte grondoppervlakte (minder dan 1 m2), heeft geen invloed op de kwaliteit of de kwantiteit van het zeewater. Dit geldt ook voor het materiaal van de meetpaal. Het waterschap heeft in de mail van 9 juli 2007 aangegeven dat de invloedsfeer van het waterschap reikt tot 100 meter buiten de dijk, het waterschap hoeft daarom geen advies uit te brengen. Het waterschap heeft veel belang bij het plaatsen van de meetpaal om hen te voorzien van gegevens. Bodem De locatie is geen verdachte locatie in verband met bodemverontreiniging. Milieu Het bedrijf is niet melding- of vergunningplichtig op grond van de Wet milieubeheer. Lucht In 2001 is door de provincie een onderzoek uitgevoerd naar de actuele waar den voor luchtkwaliteit in het landelijke gebied. Hieruit blijkt dat in de provincie
5
Groningen nauwelijks normoverschrijdingen zijn dankzij de gunstige geografische ligging, de relatieve lage mobiliteit en bijbehorende emissie van verkeer en het actief luchtkwaliteitsbeleid van de provincie. Een uitzondering daarop doet zich voor bij fijn stof. Vooral industrie en verkeer leveren een belangrijke bijdrage aan de uitstoot van stof. In principe kunnen in de nabijheid van industrie hogere waarden voorkomen, maar het verschil tussen de achtergrond en nor men is zo groot dat slechts in uitzonderlijke gevallen normen overschreden zullen worden. Bijvoorbeeld in situaties waarbij sprake is van grote industriële emissies in combinatie met een geringe emissiehoogte. Het is mogelijk dat in drukke verkeerssituaties normen worden overschreden. Gezien bovenstaande is het waarschijnlijk dat door het bouwplan de waarden uit het Besluit Luchtkwaliteit niet zullen worden overschreden. Externe veiligheid Uit de risicokaart van de provincie Groningen blijkt dat er geen risicovolle bedrijven in de buurt van de mast liggen (de Eemshaven ligt op ongeveer drie kilometer afstand). Ook het spoor ligt op voldoende afstand. De leidingstraat ligt op meer dan 4 kilometer afstand. Cultuurhistorie en archeologie Het Uithuizerwad heeft geen aanduiding archeologisch en/of cultuurhistorisch waardevol. Op 9 juli 2007 heeft de senior archeoloog van Libau per e-mail aangegeven dat hij geen noodzaak ziet voor een archeologisch bureauonder zoek. Mocht er toevallig een scheepswrak liggen op de betreffende locatie, dan geldt een meldingsplicht. Infrastructuur, mobiliteit en parkeren De meetpaal ligt op een locatie waar geen of nauwelijks schepen kunnen varen gezien de droogvalling van het gebied voor een groot gedeelte van het jaar en in ieder geval bij eb. Het aspect van de veiligheid voor de scheepvaart is niet aan de orde. Voorzieningen- en verzorgingsstructuur Niet van toepassing. Bij de afweging van de belangen gaat het vooral om het natuurbelang, de in passing in het landschap en de noodzaak van de meetpaal. Wij adviseren u, gezien bovenstaande en de informatie uit de bijlagen ‘Ruimtelijke onderbouwing meetpalen in Waddenzee’ en ‘Verstorings- en verslechteringstoets meet paal Uithuizerwad’, mee te werken aan een vrijstelling ex. artikel 19 lid 1 WRO. Inspraak In het kader van de inspraakverordening heeft de aanvraag van 27 juli tot en met 9 augustus 2007 ter inzage gelegen. Tijdens deze periode zijn er geen reacties binnengekomen. Procedure en delegatie Op grond van artikel 19 lid 1 WRO is de raad bevoegd in het nemen van de besluiten rondom deze procedure. Dit betekent dat iedere verdere stap in de procedure voorgelegd dient te worden aan de raad. Het gaat daarbij om de volgende besluiten: besluiten omtrent verdere voortzetting van de procedure na de terinzagelegging en het al dan niet gegrond verklaren van ingebrachte ziens-
6
wijzen en het vervolgens al dan niet aanvragen van een verklaring van geen bezwaar (art. 19a lid 11 WRO); besluit tot verlening van de vrijstelling indien een verklaring van geen bezwaar is ontvangen (art. 19a lid 11 WRO). Het besluit omtrent het al dan niet aanvragen van een verklaring van geen bezwaar dient binnen 8 weken na afloop van de termijn van terinzagelegging te geschieden. Wanneer er geen zienswijzen zijn ingediend, zou ter bespoediging van de procedure de voorkeur genieten wanneer u het aanvragen van een ver klaring van geen bezwaar delegeert aan ons college. Wanneer er wel zienswijzen worden ingediend, blijft de besluitvorming bij de gemeenteraad. Wel stellen wij u voor ons te machtigen om indieners van een zienswijze te horen. Hiervan zal een verslag worden gemaakt dat vervolgens aan de stukken zal worden toegevoegd. Op grond van artikel 19a lid 11 WRO moet de gemeenteraad binnen twee weken na inwerkingtreding van het besluit van Gedeputeerde Staten (verklaring van geen bezwaar) de vrijstelling verlenen. De bouwvergunning moet binnen dertien weken na de afgifte van de verklaring van geen bezwaar verleend wor den. Wij stellen u voor de besluitvorming omtrent de vrijstelling na afgifte van de verklaring van geen bezwaar in alle gevallen te delegeren aan ons college. Immers, de afweging omtrent het al dan niet meewerken en de afweging met betrekking tot de eventuele ingediende zienswijzen reeds heeft plaatsgevonden. Omdat er in voorkomende gevallen te veel tijd verloren zou gaan door behandeling in de raadvergadering, besluitvorming binnen twee weken na afgif te van de verklaring van geen bezwaar kan immers nauwelijks worden gehaald, lijkt ons verlening van de vrijstelling door het college de meest aangewezen weg. Financiële consequenties Aan dit voorstel zijn geen financiële consequenties verbonden. Planschade Onlangs hebben wij besloten, dat als uitgangspunt iedere verzoeker van een vrijstelling, wijziging of ander geval genoemd in artikel 49 WRO waarop planschade van toepassing kan zijn, een planschadeovereenkomst zal moeten ondertekenen voordat de planologische procedure wordt gestart. U bent hierover geïnformeerd via de rir. Wij stellen u voor dit ook van toepassing te verklaren op vrijstellingen ex. artikel 19 lid 1 WRO, waarvoor de raad bevoegd gezag is. Voorwaarden Aan de eventuele vrijstelling zullen de volgende voorwaarde worden verbonden: ? het bouwplan voor de meetpaal zal moeten voldoen aan redelijke eisen van welstand; ? de vergunning op grond van Natuurbeschermingswet 1998 zal moeten worden verleend. Voorstel Wij stellen u voor: 1. Te besluiten, op grond van artikel 19a lid 2 WRO, om in principe mee te werken aan het verzoek om vrijstelling ten behoeve van het plaatsen van een meetpaal op het Uithuizerwad onder de voorwaarden zoals in het voor stel genoemd en na ondertekening van een planschadeovereenkomst, door middel van toepassing artikel 19a lid 4 WRO (terinzagelegging van de aanvraag).
7
2. Indien geen zienswijzen worden ingediend tijdens de termijn van terinzagelegging, de besluitvorming omtrent het aanvragen van een verklaring van geen bezwaar op grond van artikel 19a lid 5 WRO te delegeren aan het college van burgemeester en wethouders. 3. Indien tijdens de termijn van de terinzagelegging van de aanvraag zienswijzen worden ingediend, het college van burgemeester en wethouders te machtigen om namens de raad de indieners van een zienswijze te horen. 4. Het verlenen van de vrijstelling op grond van artikel 19 lid 1 WRO c.q. artikel 19a lid 11 WRO te delegeren aan het college van burgemeester en wethouders.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Eemsmond,
J. van Dijk, waarnemend burgemeester
drs. H.J.J. Groothuis, secretaris