* Educatief materiaal bij de voorstelling Andere Koek, groep 1 en 2 Voor veel kinderen is het bijwonen van een muziektheatervoorstelling op zich al een educatief moment. Toch denken we dat met dit materiaal de ervaring nog rijker wordt en de kinderen nog meer worden geprikkeld in hun fantasie en beleving. Bij dit materiaal hoort ook een prentenboek. Dit boek is op de website te vinden. www.koeterwaals.info/educatie Op deze site vind je ook de muziek die Jan en Marcel speciaal voor deze voorstelling geschreven hebben. De muziek is te vinden op de website www.koeterwaals.info/muziek-‐van-‐andere-‐koek. Ook zijn er op de website spelletjes en puzzels te doen ! Tip: Terugkijken? Je kunt altijd fragmenten uit de voorstelling terugkijken op onze website www.koeterwaals.info/voorstelling-‐andere-‐koek Veel plezier met dit materiaal! De spelers en makers van Koeterwaals Inhoud lesmateriaal: Inhoud voorstelling
pagina 3
Werken met het prentenboek Andere Koek
pagina 3
Gesprek: Ik ben Jaloers (heel soms)
pagina 4
Samen een Hoorspel maken
pagina 6
Een les vol Muziek
pagina 8
Dramales: de wedstrijd
pagina 10
Kleurplaat
pagina 11
pagina 12
Bakkersprojecten
2
* Inhoud van de voorstelling Andere Koek Kees Kato hebben samen een bakkerij. De koekjes en taarten vliegen de oven uit. Ze bakken in een razend tempo en alles smaakt heerlijk. Kees kneedt het deeg en Kato versiert de taarten. Er gaat nooit iets mis. Ze zijn een superduo! Op een dag komt er een imposante meneer de bakkerij binnenstappen. Hij houdt een bakwedstrijd! Kees en Kato moeten ieder voor zich een eigen taart bakken. Ze beginnen meteen, maar het is nog niet gemakkelijk om alles alleen te doen. Het wordt een zenuwslopende bakwedstrijd! Wie gaat er winnen? Andere Koek is een muzikale voorstelling over Jaloezie, waarin weinig wordt gesproken, maar wel heel veel wordt gezegd.
*Werken met het prentenboek Andere Koek Inhoud: Werkvorm: Duur:
Verwerking van wat ze tijdens de voorstelling hebben gezien. Het prikkelen van de fantasie en mogelijkheid om verder te praten. Klassikaal gesprek en individueel. 15 tot 30 minuten.
Bij de voorstelling hoort ook een (digitaal) prentenboek. Dit boekje is speciaal gemaakt voor de voorstelling. Je kunt het verhaal in voorlezen. Een andere manier om het boek te gebruiken is om de kinderen naar aanleiding van de tekeningen het verhaal te laten vertellen. Je laat dan alleen de tekeningen zien en de kinderen vertellen het verhaal. Laat je verrassen door de details en de creatieve wendingen van de kinderen! Het boek staat op onze website, in twee versies. Een met de tekst en de andere zonder tekst maar daar wordt het verhaal voorgelezen. Een aanrader! Deze kunnen de kinderen heel goed zelf bekijken op de computer of gezamenlijk op het digibord. Moeilijke woorden? Welke woorden kennen de kinderen niet? Leg deze uit of laat het de kinderen elkaar uitleggen. Ook is het misschien leuk om over de betekenis van uitdrukkingen als : “Komt voor de Bakker” en “dat is andere Koek” te praten. -‐o-‐o-‐o-‐o-‐o-‐o-‐o-‐o-‐
3
* Ik ben Jaloers (heel soms) Inhoud: Door de voorstelling na te bespreken krijgt deze meer betekenis voor de leerlingen. Werkvorm: Klassikaal kringgesprek. Duur: 15 tot 30 minuten. Na afloop van de voorstelling zullen de kinderen vol zijn van wat ze hebben gezien. Het is goed om in de klas nog even na te praten. Onderwerpen die in de voorstelling aan bod kwamen zijn: samenwerken, jaloezie, willen winnen, dromen. Door gerichte vragen te stellen aan de kinderen kom je net iets meer te weten: • Wat vonden jullie van de voorstelling? • Wat vind je het allerleukste stukje? • Wat voor muziek hebben jullie gehoord? • Waar ging de voorstelling over? • Wat vond Kato ervan dat Kees de wedstrijd won? • Wat vond Kees ervan dat Kato met de Fransman danste? De kinderen komen waarschijnlijk op wel Jaloezie. Sommigen kennen misschien het woord niet. Maar iedereen kent het gevoel. Iedereen is wel eens jaloers maar bijna niemand durft dit hardop te zeggen. En je laat het zeker niet merken aan degene op wie je jaloers bent! Jaloezie zorgt voor een hoop emoties: je doet gekke dingen, je maakt iets moois kapot, wordt boos, verdrietig. Je kunt het gesprek voortzetten en ingaan op Jaloezie. Je kunt de volgende vragen als leidraad gebruiken. Vragen over de Voorstelling • • • • • •
Wat gebeurde er in de voorstelling met Kees en Kato? Waar ging de ruzie over? Waardoor ging de oven in brand denken jullie? Hoe kwam het dat ze toch samen de brand hebben geblust? Wat kunnen Kees en Kato de volgende keer beter doen als ze zich jaloers voelen? Wie heeft er nog meer tips voor Kees en Kato?
Vragen over Jaloezie • • • • • •
Wie is er zelf wel eens jaloers geweest? Soms zijn er kinderen jaloers op hun broer of zus. Waarom is dat? Wanneer ben je jaloers? Hoe voel je je dan? Wat doe je? Hoe kan je gevoel wegnemen? Kan je het aan iemand zien?
4
Tekenopdracht Elk kind kan in de kring vertellen wanneer ze weleens jaloers zijn geweest. De kinderen kunnen wat ze verteld hebben vervolgens tekenen. Alle tekeningen kunnen worden gebundeld in een groepsboek met de titel: Ik ben Jaloers (heel soms). De kinderen kunnen af te toe zelf door het boek bladeren.
5
* Een hoorspel maken
Inhoud: Samen een hoorspel maken geïnspireerd op de voorstelling Andere Koek. Waar: Klaslokaal kring of achter de tafel. Werkvorm: Klassikaal kringgesprek en individueel. Duur: 30 tot 45 minuten (of in meerder keren). Voorbereiding: Zorg voor materialen om geluiden te kunnen maken. En een telefoon (iphone o.i.d ) met een opnamefunctie. Lees het verhaal goed door. Inleiding Wat is een hoorspel? Vroeger waren er op de radio veel hoorspelen te beluisteren. Er werd een verhaal verteld en alle geluiden werden ook nagedaan. Dat is heel leuk om te doen. Wij gaan een hoorspel maken over de Bakkerij van Kees en Kato. Welke geluiden hoor je in de bakkerij? Mogelijke antwoorden: Snijmachine, deurbel, praten van klanten, praten van Kees en Kato, telefoon, gekraak van de papieren tasjes, gerinkel van de kassa, voetstappen, high five. Welke geluiden zaten er nog meer in de voorstelling?
Mogelijke antwoorden: de Haan, snurken van Kees, tandenpoetsen Kato, brandalarm.
Kern Lees het verhaal een keer voor. De kinderen mogen allemaal tegelijk de geluiden maken die erbij horen. Vertel als het verhaal klaar is dat dit heel leuk was om te doen maar ook een beetje druk. Vertel de kinderen dat we nu de geluiden gaan verdelen. Sommige geluiden doen een paar kinderen tegelijk, andere geluiden met de hele klas . Sommige geluiden worden juist door 1 kind gedaan, bijvoorbeeld de stem van Kato. Iedereen moet goed onthouden wanneer hij of zij aan de beurt is. Als je het hoorspel een paar keer met de kinderen hebt gedaan, gaat het steeds beter. De kinderen vinden het heerlijk om te doen. Als het heel goed gaat kun je het hoorspel in 1 keer opnemen via bijvoorbeeld een i-‐phone of i-‐ pad. Ook is het leuk om ouders of een andere klas uit te nodigen om te komen luisteren. Zij moeten dan in het midden van de kring gaan zitten met hun ogen dicht en hun oren wijd open! De kinderen kun zelf de geluiden maken, met materiaal uit de klas en met hun stem. Kinderen zijn heel vindingrijk. Wellicht zijn er meerdere opties voor hetzelfde geluid. Stimuleer dat de kinderen daarover overleggen en discussiëren, wat is het best passende geluid? Voor het liedje van Bakker Bakkerinnetje kijk op de website bij http://koeterwaals.info/muziek-‐van-‐andere-‐koek * Hebben jullie een mooi hoorspel opgenomen? Stuur ons een linkje dan zetten wij het op de website!
[email protected]
6
Het verhaal: Een taart voor Bram (naam van een kind dat bijna jarig is) Kees en Kato liggen te slapen. Kees snurkt hard (snurkgeluid). De haan kraait (geluid haan). Kato wordt wakker en rekt zich uit (geluid), en ze poetst haar tanden (geluid nabootsen of fragment). Kato maakt Kees wakker en samen gaan ze naar de bakkerij. Kees en Kato kneden het brood (geluid met de handen wrijven). Kees fluit een liedje (liedje fluiten) Het brood is bijna klaar: (ting-‐geluid oven) Kees en Kato geven elkaar een high five (Kinderen geven elkaar high five) De klanten kunnen komen! Pfff wat duurt dat lang. Kato trommelt met haar vingers op de toonbank. Wachten is nooit leuk! (geluid deurbel) De eerste klant! Kees en Kato zeggen samen : goedemorgen (kinderen laten zeggen) De meneer wil een bruin brood gesneden, Kees loopt naar de snijmachine en snijdt het brood (geluid snijmachine) Het brood gaat in de zak (ritselen met papier) Kees en Kato zeggen samen: fijne dag (kinderen laten zeggen) Dan gaat de telefoon (Tring geluid) Kato neemt op: Met bakkerij Keek van Kees en Kato (tekst zeggen) Bram (kind dat bijna jarig is): Ik wil een grote verjaardagstaart! Kato: komt voor de bakker! (Muziek Bakker Bakkerinnetje, kinderen zingen mee en maken eventueel geluiden van deeg mixen) De taart is klaar ! Kees en Kato geven elkaar een high five (geluid) Kees stapt in de auto en rijdt naar de school van Bram (geluidfragment of eigen geluid) Hij remt hard (geluid) gelukkig blijft de taart heel. Kees loopt de school binnen (geluid voetstappen) Daar is de klas van Bram! Hij hoort de kinderen al zingen en Kees zingt mee: Hoera hoera is de koffie nog niet klaar, O nee o nee geef me dan een kopje thee……. Bram is heel blij met de taart en geeft alle kinderen een stuk. Alle kinderen smullen van de taart (smakgeluiden en mmmmm) Alle kinderen: Dag Bakker Kees! Kees: Dag kinderen.
7
* Een les vol Muziek Inhoud: De kinderen gaan aan de slag met de muziek uit de voorstelling. Werkvorm: Klassikaal kringgesprek en individueel. Waar: In het speellokaal of als er genoeg ruimte is in de kring Duur: 30 tot 45 minuten. Voorbereiding: controleer of de fragmenten werken.
Inleiding In de voorstelling Andere Koek wordt er heel veel muziek gemaakt. De muziek is niet alleen maar muziek, de instrumenten vertellen ook een verhaal. Wat hebben de kinderen daar over gezien en vooral gehoord? Opdracht 1 : Gevoelens en muziek De vier muzieknummers voor deze opdracht vind je op de website bij www.koeterwaals.info/muziek-‐van-‐andere-‐ koek. De nummers zijn toonbankrace, droom scène, stoelendans, rookgevecht Laat eerst een stukje van het nummer horen, welke gevoelens horen bij deze muziek? (Niet alle kinderen hoeven hierbij hetzelfde te vinden. Het gaat om de verbeelding. Het ene kind vindt de muziek misschien spannend terwijl een ander kind er iets bozigs in hoort. ) Vervolgens speel je het nummer helemaal en mogen de kinderen lopen en bewegen door de ruimte. Ze beelden de emotie uit die bij de muziek hoort. Dit doe je voor de andere drie muzieknummers ook. Tip: het is ook leuk om de klas in twee groepen te delen en de kinderen naar elkaar te laten kijken. Wat valt ze op? Opdracht 2: De Muziekquiz Vertel de kinderen dat we een muziekquiz gaan spelen over de instrumenten die in de voorstelling werden bespeeld. Alle kinderen staan in de ruimte of voor hun stoel. De quiz bestaat uit zeven fragmenten. Weten de kinderen welke instrumenten ze horen? Fragment 1: Staan als je denkt dat het een accordeon is, zitten als je een gitaar hoort. Fragment 2: Staan als je denkt dat het een viool is, zitten als je een dwarsfluit hoort. Fragment 3: Staan als je denkt dat het een piano is, zitten als je een elektrische gitaar hoort. Fragment 4: Staan als je denkt dat het een sopraansaxofoon is, zitten als je een drumstel hoort. Fragment 5: Staan als je denkt dat het een blokfluit is, zitten als je een feestfluitje hoort. Fragment 6: Staan als je denkt dat het een mandoline is, zitten als je een accordeon hoort. Fragment 7: Staan als je denkt dat het een dwarsfluit is, zitten als je een altsaxofoon hoort. Muziekfragmenten 1. 2. 3. 4.
accordeon dwarsfluit elektrische gitaar sopraansaxofoon
8
5. rolfluitje/feestfluitje 6. mandoline 7. altsaxofoon De muziekfragmenten zijn te vinden op de website bij http://koeterwaals.info/muziek-‐van-‐andere-‐koek Vraag ook aan de kinderen wie in de voorstelling dit instrument bespeelde en wat er gebeurde. Je kunt de quiz ook een wedstrijdelement geven door de kinderen die het niet goed hadden af te laten vallen en zo door te gaan tot er een winnaar is. Opdracht 3 Luchtgitaar spelen Na de quiz zet je het volgende muzieknummer: rockgitaar op. Hier kunnen de kinderen net doen alsof ze de instrumenten bespelen. Hoe ziet het eruit als je accordeon speelt. En kun je lekker rocken op de gitaar? Als afsluiter kunnen de kinderen lekker dansen en zingen op het liedje Bakker Bakkerinnetje. Zie voor de muzieknummer de website www.koeterwaals.info/muziek-‐van-‐andere-‐koek. -‐o-‐o-‐o-‐o-‐o-‐o-‐o-‐o-‐
9
*drama les: De beste bakker (alleen groep 1 en 2) Inhoud: Kinderen kruipen zelf in de huid van Kees en Kato door een vertelpantomime. Waar: In de speelzaal. Werkvorm: Alle kinderen spelen tegelijk! Duur: 30 minuten Voorbereiding: Lees de onderstaande verhaaltjes goed door. Inleiding De kinderen gaan zelf spelen aan de hand van onderstaand verhaal. Lees de kinderen eerst het verhaal helemaal voor. Vertel de kinderen dat ze het zo zelf gaan uitbeelden Ze mogen er niet bij praten. Alle kinderen spelen tegelijk, maar met z’n tweeën. De kinderen maken tweetallen. De een is Kees en de ander Kato. De kinderen gaan samen ergens in de speelzaal staan. Lees het verhaal nog een keer zin voor zin voor. Geef de kinderen steeds de tijd om alles uit te beelden. Neem er de tijd voor. Het verhaal: de Bakwedstrijd Kees en Kato doen mee met een bakwedstrijd. Ze staan klaar om te beginnen, ze geven elkaar een hand. Ze moeten zich nog even opwarmen: ze rekken zich even helemaal uit en springen op en neer. Ook laten ze hun spierballen zien. De wedstrijd begint NU! Kees en Kato gaan ieder een eigen taart bakken. Welke wordt het mooist? Kees en Kato pakken allemaal spullen uit de kast. Ze beginnen langzaam en netjes. Eerst pakken ze de taartdelen en stapelen de taarten op elkaar. Dan gaan ze de taart versieren. Ze werken steeds harder. Totdat het misgaat bij Kato. Haar taart valt! O nee! en alle kinderen “bevriezen”. De wedstrijd is afgelopen, de winnaar is Kees! Kees doet zijn handen in de lucht en juicht! Hij krijgt een beker. Hij laat de beker aan Kato zien. Kato moet een beetje huilen, ze is verdrietig. Toch geeft ze Kees een hand om hem te feliciteren. Kees laat Kato de beker zien. De beker is heel zwaar. Kees kan de beker niet alleen tillen. Samen tillen ze de beker en zetten hem op een mooi plekje. Als het klaar is kun je het verhaal nog een keer laten uitbeelden, maar dan de rollen omdraaien! Afsluiters Tikspel: De bakker bakt: wat heb je nodig voor het maken van koekjes? De klas wordt verdeeld in drie groepen. Er is een groep suiker, een groep meel en een groep boter. Elke groep staat in één hoek. Er blijft in het speellokaal één hoek leeg. In het midden van het lokaal liggen twee matten tegen elkaar. Dit is de kom. Jij bent de bakker en één kind is knecht (de knechten kunnen wisselen tijdens het spel). Als de bakker zegt: “ik wil boter” dan rennen de boterkinderen naar het lege vak. De knecht probeert de kinderen te tikken. Wie getikt is moet in de kom zitten. Na afloop worden de kinderen in de kom door elkaar gehusseld en worden ze gebakken. “Ping” De koekjes zijn klaar! Stoelendans (terug in de klas) Kees en Kato doen een grappige stoelendans. Dat kunnen jullie ook! Gebruik het nummer uit de voorstelling. De muziek staat op de website.
10
11
*Project de bakkerij Op internet zijn er veel ideeën over een bakkersproject in de klas. Zo’n project sluit natuurlijk heel goed aan bij de voorstelling. Op de mooie website van brood aan de basis staan heel veel leuke ideeën en filmpjes http://www.broodaandebasis.nl/ Op de website van juf Sanne staan veel werkbladen met fotowoordkaarten e.d.
http://www.jufsanne.com/thema/bakker/bakker-‐downloads/ Op de website van Ingrid Heersink staan heel veel les ideeën en filmpjes verzameld http://ingridheersink.yurls.net/nl/page/774648#topboxes Op de site van het Klokhuis staan ook een paar hele leuke filmpjes over de bakkerij http://www.hetklokhuis.nl/onderwerp/bakkerijen# De voorstelling sluit ook heel goed aan bij het thema Gevoelens. Op veel scholen is de ‘Doos vol gevoelens’ aanwezig. Materiaal speciaal gericht op het leren omgaan en bespreken van gevoelens door jonge kinderen.
12